Gemeenteraad van Leiden Gewijzigd vastgesteld verslag van de vergadering van de raadscommissie voor Sociale infrastructuur, gehouden op 26 mei 2005 in het stadhuis te Leiden. Aanwezig: Leden commissie BV
mevrouw G. van Gruting (VVD; voorzitter); de heer F. van As (ChristenUnie); de heer W. Bleijie (CDA); de heer J. de Coo (LWG/De Groenen); mevrouw M. van Dobben de Bruijn (VVD); de heer A. Dronkers (GroenLinks); mevrouw H. Jansen (PvdA); de heer R. van Laar (PvdA); de heer P. van Meenen (D66); mevrouw G. Pieterse (GroenLinks); de heer E. Tak (SP); de heer T. Wijfje (PvdA; tot 19.40 uur)
Leden college
de heer H. Buijing (wethouder WOWZ) de heer W. de Boer (wethouder SWMG)
Secretaris Derden zaken);
mevrouw A.M. Slink mevrouw I. de Vrind (beleidsmedewerker dienst Sociale
Notulist Afwezig:
de heer E. Meijer (voorzitter Cliëntenraad sociale zaken); ambtenaren en belangstellenden mevrouw I. van Katwijk (Notuleerservice Nederland) de heer W. Blankenstein (Leefbaar Leiden); de heer D. van Schoonderwoerd den Bezemer (onafhankelijk); mevrouw A. Wassenaar (D66)
Opening De voorzitter heet de aanwezigen welkom en opent de vergadering om 19.30 uur.
1. Vaststellen van de agenda en mededelingen (B) De heer Wijfje, voorzitter van de subcommissie DZB, geeft een toelichting op de jaarrekening van de Zijlbedrijven. De huishouding van DBZ is steeds meer op orde. Het jaar 2004 sluit met een voordelig saldo. De accountant waarschuwde voor een mogelijke sanctie op begeleid werken, maar het ministerie blijkt geen sancties op te leggen als er geen sprake is van verwijtbaarheid. In december 2004 stroomden er 22 WSW’ers in, die moeten worden voorgefinancierd vanuit de gemeente. Het tekort bij de regionalisering blijkt een incidentele tegenvaller te zijn. De samenwerking met de dienst Sociale zaken verloopt steeds beter. De accountant stemt in met de samenvoeging van de WSW-reserve en de dienstreserve. De subcommissie steunt de voorstellen in het masterplan om de ambtelijke formatie in te krimpen; de rentabiliteit van DZB wordt daardoor beter. Ook over de bestedingsvoorstellen adviseert de subcommissie positief. De subcommissie gaat akkoord met de herijking van de financiering, maar heeft wel gevraagd om een beter leesbare versie van het stuk. Tot slot stelt zij de commissie SI voor om de subcommissie DZB op te heffen en voortaan zelf de nodige ruimte te nemen om DZB te bespreken. De commissie heeft geen vragen aan de heer Wijfje. De voorzitter deelt mee dat het Reïntegratieplan vanavond meningsvormend is geagendeerd om de volle agenda van 22 juni te ontlasten. GSB II wordt vanavond alleen meningsvormend behandeld omdat de financiële verantwoording nog niet compleet is en de accountantsverklaring nog ontbreekt. De heer Bleijie vindt dat alle vakcommissies hun eigen lijnen moeten aangeven. Volgens de voorzitter heeft de commissie SI binnen het
GROTESTEDENBELEID een coördinerende rol; de overige vakcommissie waren uitgenodigd voor vanavond. Mevrouw Jansen vindt dat de stukken erg laat zijn ontvangen. De voorzitter antwoordt dat de besluitvorming pas plaatsvindt in de vergadering van juni. Zij meldt dat de heer Tak voorlopig de SP vertegenwoordigt binnen de commissie. Mevrouw Wassenaar is vanavond afwezig. De commissie brengt morgen twee werkbezoeken: aan de Leonarduskerk en aan de mogelijke zorglokaties van de GGD. In tegenstelling tot berichten in het Leids Dagblad van vanochtend, is er nog geen definitief besluit genomen over de zorglokaties. De hoorzitting van 2 juni gaat gewoon door. De commissie is uitgenodigd om in september een werkbezoek te brengen aan het meldpunt Discriminatie. Voor aanstaande donderdag ligt er een uitnodiging voor een werkbezoek aan De Bakkerij en de gezamenlijke diaconieën. De heer Van As licht toe dat mevrouw Kelder van de gezamenlijke diaconieën met de commissie wil praten over de oprichting van een voedselbank. De heer Dronkers meldt dat GroenLinks belangstelling heeft voor een werkbezoek aan Exodus. Mevrouw Jansen zou graag een werkbezoek brengen aan het vrouwengezondheidscentrum. De voorzitter bespreekt deze voorstellen in het presidium. De VVD stelt voor om de stukken Opvang en zorg vreemdelingen in Leiden (B&W 05.0559) en Werkwijze gemeente Leiden ten aanzien van terugkeer uitgeprocedeerde vreemdelingen (B&W 05.0574) te agenderen voor de volgende vergadering. De commissie stemt hiermee in.
2. Rondvraag en actualiteit (B) Er zijn geen rondvragen ingediend.
3. Concept-verslag 21 april 2005 (B) Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld.
4. Toezeggingen (B) De commissie heeft geen opmerkingen.
5. Concept-begroting GGD 2006 (hamerstuk) (B) Het gevoelen van de raad is positief. De voorzitter geeft dit namens de commissie door aan de GGD.
6. Ontwerpteksten Gemeenschappelijke regeling veiligheidsregio Hollands Midden en Gemeenschappelijke regeling regionale dienst openbare gezondheidszorg; ontwerpconvenant Veiligheidsregio Hollands Midden (hamerstuk) (B) Mevrouw Jansen complimenteert het college namens de commissie met de integrale aanpak. De voorzitter verzoekt het college om één reactie te sturen vanuit Leiden.
7. B&W 05.0622: Bijzondere bijstand en medische kosten (I/M) De voorzitter meldt dat mevrouw Hoyinck geen gebruik maakt van haar spreekrecht omdat zij instemt met het herziene collegebesluit. In dit besluit zijn de fiscale mogelijkheden verder uitgediept en wordt ook bijstand verstrekt voor de eigen bijdragen boven de twintig euro per jaar. Er volgt een uitgebreide voorlichtingcampagne.
Eerste termijn De heer Bleijie stemt in met het voorstel, maar zet vraagtekens bij de eigen bijdrage. Wegen de administratieve rompslomp en de uitvoeringskosten wel op tegen het haast symbolische bedrag van twintig euro? Hij vindt dat de gemeente die twintig euro niet moet innen. Mevrouw Pieterse meent dat de nieuwe regeling geen extra administratieve rompslomp geeft omdat de “kruimeltjes” er juist mee worden afgevangen. Volgens de heer Bleijie worden er boven de twintig euro toch weer “kruimeltjes” gedeclareerd. Hij stelt voor om periodiek te laten declareren, bijvoorbeeld per kwartaal. Mevrouw Pieterse wacht de reactie van de wethouder af. Kosten die om andere dan een budgettaire reden buiten het ziekenfondspakket zijn gehouden, worden niet vergoed. Voor een kroon betekent dat een vergoeding van 230 euro per jaar – een halve kroon – terwijl er tot voor kort door de sociale dienst 270 euro werd toegekend. GroenLinks vraagt het college om ten behoeve van de minima ruimhartig om te gaan met deze nieuwe bepaling. Ook pleit de fractie voor het handhaven van de babypakketten voor het tweede en volgende kind. Het pakket kan dan bijvoorbeeld tot de helft worden teruggebracht. Vervolgens vraagt mevrouw Pieterse aandacht voor de minima die geen uitkering hebben, een groep die slecht te bereiken is voor de AV-gemeente. Zij stelt voor om een overgangsregeling te treffen, waarbij eenmalig wordt uitgekeerd en meteen wordt gewezen op de AV-gemeente. Voor de minima die wel een uitkering hebben maar geen AV-gemeente, zou de procedure kunnen worden omgedraaid: ervan uitgaan dat men er gebruik van wil maken, tenzij anders aangegeven. De heer Tak sluit zich aan bij de vraag van het CDA over de grens van twintig euro. Wat is de achterliggende gedachte daarvan? De SP stemt in met de regeling vanuit de AV-gemeente maar wijst daarbij op het belang van de pakketkeuze. Als slechts wordt onderhandeld met één verzekeraar, krijgt de gemeente dan wel het beste pakket voor de beste prijs? De SP meent dat er te gemakkelijk wordt gedacht over de belastingaangifte. Een voorlichtingscampagne is niet afdoende om alle mensen te bereiken die voor belastingteruggaaf in aanmerking komen. Daarnaast kunnen niet alle kosten worden teruggevraagd en is niet iedereen in staat om zelf een aangifteformulier in te vullen. Wordt er voldoende ondersteuning geboden door de verschillende organisaties? De heer Van Laar vindt het nieuwe voorstel een verbetering ten opzichte van het oude voorstel, maar de noodzaak ervan ontgaat hem. Waarom van alles overhoop halen als de situatie volgend jaar in het kader van de WMO opnieuw verandert? De fractie vindt dat de gemeente in de tussenliggende paar maanden gewoon niet te moeilijk moet doen, zeker gezien de overschotten op de bijzondere bijstand in de afgelopen jaren. De grootste vernieuwing in het voorstel, dat er geen bijzondere bijstand wordt verleend voor kosten die de verzekering niet dekt, is al staand beleid; het voorstel is dus eigenlijk meer een reparatievoorstel. Waarom kiest het college daarvoor? De heer De Coo is het eens met de opmerkingen van de PvdA. LWG/De Groenen kan zich grotendeels vinden in het voorstel, maar vindt dat bij de belastingteruggaaf voorbij wordt gegaan aan het feit dat urgente kosten moeten worden voorgeschoten door de minima. De fractie pleit dan ook voor souplesse van de sociale dienst op het gebied van voorschotproblemen. Mevrouw Van Gruting verklaart dat de VVD zich in het voorstel kan vinden. De fractie heeft twee vragen. Wie bepaalt de hardheidsclausule? Krijgen gedetineerden nog steeds bijzondere bijstand en zo ja, wordt die omniet verstrekt of als lening? Wethouder De Boer verbaast zich over de vraag of dit allemaal wel nodig is. Toen uit onderzoek bleek dat de financiële situatie van de minima in 2005 was verslechterd, werd besloten tot een substantiële reparatie: een verruiming van de AV-speciaal met terugwerkende kracht tot 1 januari en een voortzetting van de 250-euroregeling voor 65-plussers, chronisch zieken en gehandicapten. Volgens de heer Van Laar zijn die reparaties in de vorige vergadering al goedgekeurd. Het gaat vanavond over de aanpassing van de bijzondere bijstand voor medische kosten en daar ziet de PvdA de noodzaak niet van in. Volgens
wethouder De Boer gaat het om een samenhangend pakket van reparatiemaatregelen en hij vindt dat daar niet bagatelliserend over moet worden gedaan. De heer De Coo heeft het voorstel zeker niet willen bagatelliseren. Hij heeft de commissie op willen roepen om zich niet te veel met details bezig te houden en de wethouder voor de resterende paar maanden gewoon zijn werk te laten doen. Wethouder De Boer wenst een goede regeling, ongeacht het aantal maanden waarvoor die geldt. Hij begrijpt niet waarom het CDA moeite heeft met de grens van twintig euro. In de vorige vergadering bleek de commissie alle eigen bijdragen te willen vergoeden. Het college stelt daarom een periodieke vergoeding voor van de eigen bijdragen boven de twintig euro. De heer Bleijie begrijpt dat het college daarmee “kruimelwerk” wil voorkomen. De heer Van Meenen stelt voor om declaraties pas te accepteren bij een bedrag van meer dan twintig euro, maar dan wel het volledige bedrag te vergoeden. Dat had gekund, antwoordt wethouder De Boer, maar daar heeft het college niet voor gekozen. De tandartskosten blijven een pijnpunt. Hij vindt het vergoeden van één kroon per jaar een redelijke middenweg. Of 230 euro daarvoor te weinig is, weet hij niet. Mevrouw De Vrind vindt het beter om de AV-gemeente te verhogen als kronen gemiddeld duurder blijken te zijn dan 230 euro. Bijstandaanvragen voor kronen worden overigens vaak afgewezen omdat kronen niet noodzakelijk worden geacht. Wethouder De Boer vindt dat het niet zo mag zijn dat mensen met een bijstanduitkering per definitie geen goed gebit kunnen hebben. Hij bekijkt de mogelijkheid om de AV-gemeente te verhogen. Volgens mevrouw Pieterse vergoedt de verkeraar IZA per kroon 273 euro. De heer Bleijie merkt op dat er in de Commissie voor de beroep- en bezwaarschriften regelmatig ruzies over tandartskosten voorbij komen. Goede voorlichting is noodzakelijk, ook aan mensen in de bijzondere bijstand. Wethouder De Boer vindt het veel uitmaken of iemand kronen nodig heeft door een ongeluk of door jarenlange verwaarlozing van het gebit. Hij wacht het voorstel van GroenLinks over de babypakketten af. Om mensen goed voor te lichten biedt de verzekeringsmaatschappij alle verzekerden de AV-speciaal aan. Of het juridisch mogelijk is om andersom te werken, dus uitkeringsgerechtigden in principe te verzekeren tenzij anders aangegeven, vraagt hij na. Volgens mevrouw De Vrind is dat niet mogelijk. De gemeente mag mensen niet onderbrengen in een andere verzekering als zij daar zelf geen toestemming voor hebben gegeven. Wethouder De Boer is het niet met de SP eens dat er te gemakkelijk in zee is gegaan met één verzekeraar. Door pittige onderhandelingen is een goed pakket bedongen tegen een redelijke premie. De mogelijkheid tot belastingteruggaaf is aanzienlijk verruimd. Dit is geen onderdeel van de gemeentelijke regeling voor de minima, maar kan de minima wel een substantieel voordeel opleveren. De premie voor de AV-speciaal is bijvoorbeeld geheel aftrekbaar, zowel het werkgevers- als het werknemersdeel. Daarvoor moet wel een aangiftebiljet worden ingevuld, wat sommige mensen inderdaad moeilijk zullen vinden. Hij is er niet voor om voorschotten op de belastingteruggaaf te verstrekken. Volgens mevrouw De Vrind mag er geen belastingteruggaaf meer worden gevraagd als er al bijzondere bijstand is verleend. Wethouder De Boer antwoordt de VVD dat het toepassen van de hardheidsclausule is gedelegeerd aan de wethouder Sociale zaken. Mevrouw De Vrind beantwoordt de vraag van de VVD over gedetineerden. Voor mensen die maximaal een half jaar in hechtenis zitten, wordt de huur van de woning betaald vanuit de bijzondere bijstand. Op die manier kunnen gedetineerden naar hun woning terugkeren en worden kosten voor nieuwe woninginrichting en dergelijke voorkomen. De bijstand wordt omniet verstrekt; voor bestaanskosten mag geen leenbijstand worden gegeven. Tweede termijn Mevrouw Pieterse heeft nog geen reactie gehad op haar voorstel om een overgangsregeling te treffen voor minima zonder bijstandsuitkering. Wethouder De Boer denkt hierover na. De heer Van Laar vraagt waarom het college nu pas met een voorstel komt, terwijl de regeling volgens pagina 6 al staand beleid is. Hij steunt de voorstellen van GroenLinks voor de babypakketten en de overgangsregeling. Het is hem nog steeds niet duidelijk waarom de beleidsregels voor medische kosten moeten worden aangepast, “maar als het college dat per se wil, dan moet het college dat maar doen”. Wethouder De Boer wacht het voorstel voor de babypakketten af. Het college vindt de nieuwe beleidsregels, in samenhang met de AVspeciaal, nuttig en nodig. Als de PvdA-fractie het daar niet mee eens is, moet zij een amendement indienen. De voorzitter wijst de commissie erop dat het hier om een collegebevoegdheid gaat. Het college peilt slechts het gevoelen van de raad.
Wethouder De Boer inventariseert de steun voor de voorstellen van GroenLinks. De VVD is tegen. De ChristenUnie, D66 en LWG/De Groenen willen meer inzicht in de financiële consequenties. Het CDA en de SP zijn vóór. De wethouder bericht de commissie of het college de voorstellen overneemt. De voorzitter concludeert dat de commissie gematigd positief is over het collegevoorstel.
8. RV 05.0054 en RV 05.0055: behandeling jaarstukken 2004 (B) De voorzitter heeft een aantal opmerkingen vooraf. De commissie SI brengt advies uit over de jaarrekening aan de Commissie voor de rekeningen en advies op het bestemmingsvoorstel van het college aan de commissie BV. Omdat de commissie BV niet meer vergadert voor de raadsvergadering, wordt het bestemmingsvoorstel in de raad afgekaart. De speeltuinen blijken formeel thuis te horen in de commissie OC; speeltuinen vallen onder het jeugdbeleid en de commissie SI behandelt alleen het jeugdgezondheidsbeleid. Wethouder Buijing meent dat de speeltuinen vallen onder het welzijnsbeleid. De voorzitter stelt dit nog eens aan de orde in het presidium. Inspreker, de heer E. Meijer, namens de Cliëntenraad: De heer Meijer doet een dringend beroep op de commissie om het overschot op het inkomensdeel van de WWB te houden bij de mensen voor wie het geld is bedoeld. De Cliëntenraad stelt voor om het overschot te storten in een fonds om in de toekomst een goed minimabeleid te kunnen blijven voeren, ook bij tegenvallers. Er is immers geen garantie dat de onderbesteding in de toekomst blijft bestaan. Evenmin kan worden gegarandeerd dat het toekomstige college en de toekomstige raad bereid zijn om tegenvallers op te vangen vanuit de algemene middelen. De versoepeling van de regeling voor de langdurigheidstoeslag betekent een aanslag op het inkomensdeel van de WWB. Wat de gevolgen van het nieuwe zorgstelsel in de WMO zullen zijn voor de aanspraak op de bijzondere bijstand, is nog onbekend. De Cliëntenraad vraagt ook aandacht voor de vergoeding voor vrijwilligers met een bijstandsuitkering. Sinds de invoering van de WWB en de intrekking van de WIW-verordening is vergoeding niet meer mogelijk. De Cliëntenraad pleit ervoor om de maximaal vrijgelaten onkostenvergoeding uit te keren via een vrijwilligersfonds, ondergebracht in een aparte stichting. Bij de kaderstelling van vorig jaar vond de raad het wenselijk om het overschot op het inkomensdeel over te hevelen naar het werkdeel. Daarmee werd eigenlijk een principebesluit genomen om het geld bij de doelgroep te houden. De heer Meijer vindt het een morele kwestie om daar niet van af te wijken. De commissie heeft geen vragen aan de inspreker. De voorzitter geeft het woord aan de commissie. Er worden spreektijden gehanteerd. Eerste termijn De heer De Coo stelt vast dat de programma’s Welzijn en zorg en Werk en inkomen van alle programma’s het meest afwijken van de begroting. Over de ambulante verslavingszorg blijken überhaupt geen gegevens bekend te zijn. Bij de zorg voor vluchtelingen wordt geld overgehouden, terwijl het draagvlak maar in geringe mate is toegenomen. Hij is het met de inspreker eens, dat nog onbekend is hoe de WWB de komende jaren gaat uitpakken. Er moet dus goed worden nagedacht over de bestemming van het overschot op het inkomensdeel van de WWB. Mevrouw Jansen gaat namens de PvdA in op het programma Welzijn en zorg. Is er al duidelijkheid over de subsidieregeling voor de huisvesting van zelforganisaties? De manier waarop het college is omgegaan met het Leidse dossier vreemdelingenbeleid verdient een compliment. Met de steun van wethouder De Boer werd een aantal verblijfsvergunningen alsnog verstrekt. Ook is er in overleg met de vluchtelingenorganisaties en betrokkenen duidelijkheid ontstaan over de verdere lijn van het gemeentelijk beleid. De informatieverstrekking aan asielzoekers loopt goed.
De PvdA maakt zich zorgen over de relatie met de Leidse Welzijnsorganisatie (LWO). Uit de stukken blijkt dat die nog niet veel is verbeterd. Hopelijk brengt de herijking van het welzijnswerk daar volgend jaar verandering in. De PvdA stelt voor om de vrij te besteden miljoen euro te bestemmen voor: (1) de speeltuinen; (2) de jongeren in Leiden, met name voor een jongerenontmoetingsruimte in Leiden Zuid-West; (3) een extra investering in de opvang van daklozen, om de sluitende aanpak te garanderen en de overlast voor omwonenden te minimaliseren.
De heer Van Laar gaat in op het programma Werk en inkomen. De PvdA verbaast zich over de onderbestedingen op het werkdeel en op de bijzondere bijstand. Bij de maatschappelijke participatieregeling werden er bijvoorbeeld maar 419 verstrekkingen gedaan, terwijl er volgens de prognose 4.085 mensen recht hebben op een vergoeding. Het Work First-project is vertraagd en er zijn minder trajecten aangemeld. De beschrijving van de aanpak van jongeren vindt de PvdA teleurstellend. Waarom zijn deze trajecten gegund aan DZB, terwijl daar niet het gewenste instrumentarium voorhanden was? Als er in de regelingen voor de bijzondere bijstand wordt onderbesteed, pakt de reparatie van het inkomen van de minima minder goed uit dan gepland. De PvdA pleit ervoor om na 1 juli zo snel mogelijk met aanvullende maatregelen te komen als er onderschrijdingen dreigen, zodat het geld dit jaar wel terechtkomt bij de doelgroep. De fractie ziet geen noodzaak de overschotten op het inkomensdeel in een reserve te storten omdat de algemene reserve eventuele tekorten op de WWB dekt. Ook het voor het overhevelen naar het werkdeel voelt de fractie nu niet veel omdat er vorig jaar overschotten waren op het werkdeel. De fractie vraagt het college naar een plan van aanpak om in 2005 wel alle beschikbare gelden te gebruiken. De PvdA ziet volgend jaar liever over- dan onderschrijdingen. Mevrouw Pieterse vraagt hoe groot die overschrijdingen mogen zijn. De heer Van Laar antwoordt dat de PvdA liever extra geld zoekt dan geld opzij zet en vervolgens wacht tot er een bestemming komt. De heer De Coo merkt op dat er ook wordt onderschreden op het inkomensdeel. Het kan toch niet de bedoeling zijn om meer bijstandsgerechtigden aan te trekken? Omdat helemaal niet zeker is dat er de komende jaren weer wordt onderschreden, moet het overschot worden gereserveerd. De heer Van Meenen vraagt hoe de PvdA-fractie de volgende begroting op wil stellen als zij liever over- dan onderschrijdingen ziet. De heer Van Laar wil gewoon plannen maken, maar als gedurende het jaar blijkt dat er weer worden onderschreden op het inkomensdeel, kan op het werkdeel worden overschreden. De heer Van Meenen begrijpt dat de PvdA geld wil verschuiven. De heer Tak geeft aan dat de SP een deel van het overschot op het inkomensdeel wil reserveren. Het is de fractie nog niet duidelijk hoe dit overschot is ontstaan. Waarom is het overschot pas zo laat bekend gemaakt? Het is blijkbaar moeilijk in te schatten hoe groot het inkomensdeel moet zijn in een bepaald jaar. Daarnaast zal de volgende uitkering van het Rijk 6 tot 7% lager zijn. Het geld moet in elk geval worden gereserveerd voor de doelgroep. Er is ook een overschot op het werkdeel. Bij de reïntegratietrajecten is niet alleen minder geld besteed, ook is een groot deel van de trajecten niet succesvol afgesloten. Bij het percentage begeleid werken en het percentage jongeren wordt erg laag gescoord. Waarom juist op die groepen? Waarom is het overschot niet ingezet om de streefcijfers wél te halen? In het programma Welzijn en zorg kampt een aantal producten met een tekort, zoals de Raad en Daadwinkels en het maatschappelijk werk. Hangt de grote toevoer van klanten in het afgelopen jaar samen met de problemen bij de reïntegratietrajecten? De SP bepleit meer financiële middelen voor het maatschappelijk werk; de doelgroep heeft immers weinig uitwijkmogelijkheden voor het krijgen van dit soort ondersteuning. Hetzelfde geldt wellicht voor de Leidse rechtswinkel en de Burgerraadslieden, maar daar zijn nog geen cijfers over bekend. Voor het jongerenwerk resteert een niet aanbesteed bedrag van 50.000 euro. De jongerenontmoetingsplek in Morswijk werd niet gerealiseerd, waardoor meer overlast zal ontstaan. De SP denkt dat er met preventie meer wordt verdiend dan het kost. De compensatie van het koopkrachtverlies is een terugkerend probleem. Zo wordt er weinig gebruik gemaakt van de woonlastenregeling, omdat men er niet van op de hoogte is. De SP vraagt dan ook om extra inspanningen op het gebied van voorlichting. Mevrouw Van Dobben de Bruijn gaat namens de VVD in op het programma Welzijn en zorg.
De fractie wil in het kader van de nota Wonen, werk en welzijn graag duidelijkheid over de lokaties voor studenten en senioren. Bij het maatschappelijk werk wordt gezegd dat er meer maatschappelijke onrust is. Waar vindt die plaats? In bepaalde wijken? Bij de daklozen wordt gesteld dat motie 7 is uitgevoerd, maar de uitsplitsing van dak- en thuislozen ontbreekt. Wanneer is die informatie te verwachten? Is de verviervoudiging van het programma Volkshuisvesting tot stand gekomen met raadsvoorstellen of met collegebesluiten? De VVD steunt het bestemmingsvoorstel van het college. Van de vrij te besteden miljoen euro wil de fractie 300.000 euro bestemmen voor de speeltuinen, om in korte tijd de achterstanden weg te werken. Voor de rest van het miljoen zijn voorstellen gedaan in de andere commissies. Mevrouw Van Dobben de Bruijn maakt het college een compliment voor de wijze waarop de subsidies in kaart worden gebracht. Zij maakt zich blijvend zorgen over de LWO. Hoe kan de rechtmatigheid worden gecontroleerd als er geen uitvoeringsovereenkomst is?
Mevrouw Van Gruting gaat namens de VVD in op het programma Werk en inkomen. De Wet werk en bijstand doet wat hij beoogt, namelijk een appèl op de zelfredzaamheid van wie zou kunnen en willen, passende trajecten voor wie dat nog niet kunnen, passende maatregelen voor wie niet willen en een inkomen voor wie dat echt nodig heeft. De VVD is er dan ook content mee. Van het voordeel van 2,7 miljoen euro wordt 1,9 miljoen euro gestort in de voorziening oninbare vorderingen. Er wordt gezegd dat de lijn van 2003 wordt doorgetrokken omdat er nog een adequate evaluatie is geweest. In 2003 werd echter de helft terugbetaald. Als die lijn wordt doorgetrokken, hoeft er in 2004 dus maar 1,35 miljoen euro gestort te worden in de voorziening. De VVD had zorgen rondom de afhandeling van de oudkomers, maar het risico blijkt nihil te zijn. Kan de wethouder dat bevestigen? De heer Dronkers gaat namens GroenLinks in op het programma Welzijn en zorg. Er zijn wachtlijsten voor de maatschappelijke zorg, terwijl er wordt onderbesteed. Waarom wordt er niet geschoven met middelen om de ergste knelpunten op te lossen? Hij doet een vurig pleidooi voor ondersteuning van De Schuilplaats, om ook op zaterdag maaltijden te kunnen serveren aan dak- en thuislozen; op het moment gebeurt dat alleen op vrijdag en zondag. GroenLinks stelt voor om een deel van de miljoen euro te bestemmen voor De Schuilplaats. Daarnaast stelt zij voor om een werkbezoek te brengen aan De Schuilplaats. Er is een groot structureel overschot op de vervoersvoorzieningen. De heer Dronkers vindt de verklaring dat dit komt door “de sterfte van de klant” wat armzalig. Hoe kijkt de wethouder hier tegenaan in deze tijd van vergrijzing van de samenleving? Preventie heeft hoge prioriteit binnen de ambulante verslavingszorg, maar scholen die hulp vragen bij de voorlichting moeten worden teleurgesteld. GroenLinks wil dan ook een deel van de miljoen euro bestemmen voor verslavingspreventie, als investering in de toekomst. Mevrouw Pieterse gaat namens GroenLinks in op het programma Werk en inkomen. De vraag of het door de raad vastgestelde beleid in de toekomst overeind blijft, vindt zij belangrijker dan de vraag waaraan het overgebleven miljoen moet worden besteed. Het kan niet zo zijn dat onderdelen van het minimabeleid worden afgeschaft wanneer er over twee jaar een tekort ontstaat. Kan het college garanderen dat er in de nabije toekomst niet wordt geknabbeld aan het minimabeleid? Volgens de heer Van As kan het college niet over zijn graf heen regeren. Mevrouw Pieterse signaleert dat het bij een aantal ID-banen niet lukt om mensen te laten uitstromen naar regulier werk. Deze mensen verrichten bij verschillende instellingen nuttig werk, waar niet altijd een inleenvergoeding voor wordt betaald. GroenLinks zou deze banen graag behouden, desnoods gefinancierd door de gemeente. Kan het college een inventarisatie maken van deze ID-banen en het soort werk dat wordt verricht? De declaratieregeling blijft erg achter. Het college stelt een reserve minimabeleid voor, om projecten uit te financieren. GroenLinks zou de minima wat vaker een aardigheidje in natura willen geven, bijvoorbeeld zwemkaarten voor zwembad De Zijl. Zo komt niet alleen de opbrengst ten goede aan het zwembad, de bekendheid van het zwembad wordt ook vergroot. Mevrouw Van Dobben de Bruijn vraagt hoe GroenLinks de exploitatie van het zwembad denkt te verbeteren door het uitdelen van gratis zwemkaarten. Mevrouw Pieterse denkt dat er te weinig bekendheid is met het zwembad. Volgens mevrouw Van Gruting kan via de declaratieregeling al een bijdrage worden gevraagd voor het zwemabonnement.
Mevrouw Pieterse constateert dat er te weinig gebruik wordt gemaakt van die mogelijkheid. Misschien dat gratis zwemkaarten daar verandering in kunnen brengen. De heer Van Meenen vindt dat er het afgelopen jaar erg veel in gang is gezet en maakt het college daarvoor een compliment. Bij de invoering van de WWB werd een extra donatie gedaan in de concernreserve omdat er grote risico’s werden voorzien. Dat doemscenario heeft zich gelukkig niet voltrokken: er is zelfs geld overgebleven. D66 neemt het voorstel van de griffie over om een deel van het overschot te besteden aan een prognose voor het resultaat van 2005. Pas dan kan worden beoordeeld of het zinvol is om tussentijds bedragen over te hevelen van het inkomensdeel naar het werkdeel. De accountant wijst op het belang van een stappenplan voor de invoering van de WMO. Wanneer kan dat worden verwacht? De accountant maakt ook opmerkingen over de rechtmatigheid van de uitvoering van de WSW door DZB. D66 vindt dit een potentieel risico. Welke maatregelen treft het college om de verantwoording te verbeteren? De D66-fractie stelt voor om het eenmalig overgebleven miljoen ook eenmalig te besteden en wel aan de speeltuinen. Elke euro die de gemeente daar in steekt, komt weer terug via subsidies van fondsen als Jantje Beton – een duidelijk verschil met bestemmingen als “uri-liften” en dergelijke. Volgens mevrouw Van Dobben de Bruijn hebben de speeltuinen inderdaad een miljoen euro nodig, maar over een periode van vier jaar; ze kunnen niet het hele bedrag ineens absorberen. De VVD denkt dan ook dat driehonderdduizend euro voldoende is. De heer Van Meenen meent dat de speeltuinen in totaal een miljoen euro nodig hebben. De heer Bleijie beluistert dat de commissie van mening is dat het geld niet op kan. Mevrouw Van Dobben de Bruijn vindt het feit dat de WWB goed loopt een reden tot vreugde. Het overschot werd opgebracht door de burgers, dus kan de gemeente hen best eens iets teruggeven. Volgens de heer Bleijie is er minder geld over dan de commissie denkt, want in product 61001 zit een rekenfout van 400.000 euro. Het CDA heeft de volgende vragen en opmerkingen over de jaarstukken. Bij het inkomensdeel WWB blijven zowel de lasten als de baten lager dan begroot. Let wel: ten opzichte van de begroting; de gemeente krijgt nog steeds minder dan het kost. De toename van het aantal beroep- en bezwaarschriften baart het CDA zorgen. Dit betekent namelijk dat de burger klaagt over het sociaal beleid van Leiden. De fractie maakt zich ook zorgen over het grote aantal “draaideurklanten”: van de 1225 mensen die uitstromen, stromen er binnen het kalenderjaar 347 weer in. Bij de activering, product 612, zijn de lasten lager dan de baten. De reïntegratietrajecten zijn echter ver achtergebleven. Moet het overgebleven miljoen dan niet worden ingezet om de geplande reïntegratietrajecten van 2004 alsnog te realiseren in 2005? Het aantal bijstandgerechtigden neemt daardoor af, dus levert het structureel geld op. Waarom is niet eerder aangegeven dat het DZB niet is gelukt om jongeren te reïntegreren? Van de begrote 400.000 euro voor de Stadsbank is maar 366.000 euro gebruikt. Is er een wachtlijst? Er is in elk geval een probleem. Op pagina 264 staat vet gedrukt: “Maatschappelijk Werk heeft een toenemend aantal cliënten”. Blijkbaar schrikt men van het feit dat cliënten opnieuw komen. Wat gaat de wethouder daaraan doen? Bij het AZC vindt de heer Bleijie de benaming van de vergoeding eigenlijk niet kunnen. Op pagina 276 staat een onleesbare zin, die begint met “De hogere baten...”. Bij de gezondsheidsprestatiegegevens staat een aantal keren “n.n.b.”. Het moet halverwege 2005 toch mogelijk zijn om een indicatie te geven van de realisatie in 2004? De heer Van As sluit zich aan bij de vraag van de VVD over de oudkomers en bij de vragen van D66 over het WWB-budget en de WSW. Hij is het met de PvdA eens, dat een herijking van het welzijnswerk noodzakelijk is: voor er extra kan worden geïnvesteerd, moet inzichtelijk worden gemaakt waar “de gaten” zitten. De ChristenUnie heeft in de commissie BV al voorgesteld om een gedeelte van de miljoen euro in te zetten voor de brandweer. Daarnaast stelt de ChristenUnie voor om een nieuwe emancipatieprijs in het leven te roepen, als opvolger van de Pieternel Rol-prijs. Daarbij moet niet de emancipatie van vrouwen centraal staan maar de emancipatie van bepaalde groepen in de samenleving – noem het een “samenlevingsprijs”. De heer Van As heeft vanavond verschillende interessante bestedingsvoorstellen gehoord en wacht de amendementen met belangstelling af.
[De vergadering wordt vijf minuten geschorst.] Wethouder Buijing meent dat de speeltuinverenigingen een traditioneel onderdeel van Welzijn en zorg zijn en daarom thuishoren in de commissie SI. Het is de bedoeling om de speeltuinverenigingen binnen vier jaar weer vitaal te maken. Wat daarvoor nodig is, inventariseren de zestien verenigingen binnen het Deltaplan. Ons Eiland en De Doorbraak zijn daar al mee klaar. Voor de overige veertien verenigingen is nog ongeveer 1,5 miljoen euro nodig. De verenigingen zoeken zelf naar financiering vanuit fondsen en sponsors, maar de gemeente legt daar geld bij en moet daar dus geld voor reserveren. De commissie ontvangt nog een overzicht van de kosten. Overigens werd veel speeltuinapparatuur op grond van de Europese richtlijnen afgekeurd. Mevrouw Pieterse vraagt of een groot deel van de 1,5 miljoen euro wordt gedekt door sponsors en externe gelden. Wethouder Buijing bevestigt dit. De begroting van de verenigingen wordt gedekt door fondsen, door de gemeente en mogelijk door sponsors. De heer Bleijie vraagt of er ook ESF-gelden beschikbaar zijn. Dat is volgens wethouder Buijing niet het geval. De heer Van Meenen vraagt of de sponsorgelden zijn inbegrepen in de 1,5 miljoen euro. Volgens wethouder Buijing is 1,5 miljoen euro het totaalbedrag. De instellingen die door de gemeente worden gesubsidieerd, moeten hun jaarrekening inleveren voor 1 mei. Toen de jaarrekening van de gemeente werd gemaakt, waren dus nog niet alle gegevens bekend. Om volgend jaar in ieder geval een indicatie te kunnen leveren, moeten de instellingen voortaan na vier en na acht maanden tussentijdse gegevens leveren. De LWO was vorig jaar in verband met ziekte en vacatures niet in staat om voldoende jongerenwerk te leveren. De jongerenontmoetingsplek in Morswijk is vorig jaar al gestart; het jongerenwerk wordt daar uitgevoerd door een andere welzijnsorganisatie. De heer Tak vindt dat er extra inspanning moet worden geleverd om de vacatures bij de LWO op te vullen. Volgens wethouder Buijing is dat aan de LWO zelf; de gemeente is slechts opdrachtgever. Als de LWO niet kan voldoen aan de vraag, zoekt de gemeente andere opdrachtnemers. Bij het maatschappelijk werk is een reparatie uitgevoerd in 2004. Voor 2005 worden extra middelen ingezet. De passage op pagina 264 is vet gedrukt omdat hij het een belangrijk probleem vindt. Een van de oorzaken van de toestroom van cliënten is het feit dat mensen in reïntegratietrajecten worden geactiveerd om hun problemen op te lossen. In het kader van motie 7 werd een registratiesysteem voor dak- en thuislozen gestart. De eerste gegevens worden kort na de zomer gepresenteerd. De onderbesteding bij de WVG wordt veroorzaakt door een terugloop in het gebruik van de vervoersvoorzieningen. Met “de sterfte van de klant” wordt bedoeld dat er minder passen zijn uitgegeven: er zijn meer mensen overleden dan dat er zijn bijgekomen. De formulering past hij aan. Vanmiddag heeft hij overlegd met De Schuilplaats en omwonenden. De samenwerking met omwonenden en de sociëteit Minerva loopt buitengewoon goed. Op het moment wordt er voedsel verstrekt door De Schuilplaats, De Zaak en een aantal verzorgingstehuizen. Er worden nog vervolgstappen gezet op dit gebied. Aan een stappenplan voor de invoering van de WMO wordt al gewerkt. Hij steunt het idee van de ChristenUnie voor een emancipatieprijs van harte. De besteding op het gebied van volkshuisvesting licht hij toe op 1 juni. De herijking van het welzijnswerk loopt: in het kader van de WMO worden alle welzijnsonderdelen doorgelicht. De commissie heeft hier de komende twee jaar uiteraard nog een kaderstellende rol in. Binnenkort vindt de eerste bijeenkomst van de werkgroep WMO plaats. De LWO heeft voor dit jaar een beschikking en geen uitvoeringsovereenkomst omdat er nog een aantal vraagpunten lag. Het college weegt op het moment een aantal voorstellen van de LWO om de problemen op te lossen. De afspraken worden voorlopig uitgevoerd op basis van een aanpaste versie van de uitvoeringsovereenkomst 2004. Bij de taken- en efficiencydiscussie werd afgesproken om de subsidie voor zelforganisaties in te zetten voor projecten en niet meer voor huisvesting. De Commissie voor beroep- en bezwaarschriften behandelt op het moment een aantal bezwaren. Volgens mevrouw Jansen is er al een advies uitgebracht. Wethouder Buijing heeft dat advies nog niet gezien. De heer Van As herinnert zich dat de commissie nog niet was uitgediscussieerd over de inzet van de subsidie aan zelforganisaties. Wethouder Buijing besluit de vraag verder schriftelijk te beantwoorden. Wethouder De Boer noemt het een misverstand dat de meevallers uit de WWB het structuurfonds spekken. Het structuurfonds wordt voor de helft gevuld door de kapitaallasten op
de niet gerealiseerde investeringen. De andere helft komt uit een afspraak van vorig jaar: de storting in het structuurfonds werd toen achterwege gelaten om de begroting sluitend te krijgen, maar dat zou worden hersteld als er in 2004 een overschot zou zijn. De meevaller in het inkomensdeel van de WWB is geen zes miljoen euro. Van de zes miljoen euro wordt twee miljoen euro gereserveerd in het fonds dubieuze debiteuren en is twee miljoen euro te danken aan het uitblijven van terugvordering door het Rijk. De werkelijke meevaller op het structurele inkomensdeel is dus maar twee miljoen euro. De structurele meevaller op het werkdeel is 800.000 euro. De wethouder zegt toe om een prognose te maken voor 2005. Hij is het met de PvdA eens dat een onderbesteding op het werkdeel eigenlijk niet kan. De WWB werd echter pas vorig jaar ingevoerd en de verordeningen werden pas vlak voor het reces aangenomen. Het is niet gelukt om het hele budget weg te zetten in het resterende half jaar. Desondanks is 90% van het budget bijzondere bijstand opgemaakt. De declaratieregeling blijkt niet te werken. Een score van 100% op de declaratieregeling is volgens hem een illusie: mensen moeten eerst geld uitgeven om het kunnen declareren. De heer Bleijie vraagt wat de wethouder bedoelt als hij zegt dat het niet is gelukt om het budget weg te zetten. Er wordt toch al sinds 2003 gewerkt met reïntegratietrajecten? Wethouder De Boer antwoordt dat de eerste reïntegratiecyclus was afgerond en het bestand opnieuw moest worden gescreend voor de invoering van de WWB. In de tweede helft van 2004 zijn extra casemanagers aangenomen. Work First is tot nu toe inderdaad geen succes. Dit project werkt op basis van vrijwilligheid en veel jongeren hebben er gewoon geen zin in. Ook werd het project te laat aangereikt bij DZB voor de uitvoering. De startsituatie die DZB heeft gecreëerd voor jongeren loopt veel beter. Hij komt nog schriftelijk terug op de aanpak van jongeren. De heer Van As vraagt of de aanpak minder vrijblijvend wordt, nu blijkt dat die op basis van vrijwilligheid niet werkt. Wethouder De Boer gelooft niet in gedwongen reïntegratie. Volgens mevrouw Van Gruting zijn er geslaagde voorbeelden te vinden van projecten waarbij mensen wel worden gedwongen tot deelname. De heer Bleijie wijst op de projecten in Tilburg en Breda: die verschillen niet alleen in aanpak, maar ook in resultaat. Wethouder De Boer probeert die informatie te achterhalen, maar blijft voorlopig bij zijn standpunt. Het traject oudkomers is per 1 januari 2004 van de dienst C&E naar Sociale zaken gegaan. De gegevens die door het Rijk worden gevraagd, bleken niet goed te zijn bijgehouden. Dit ligt gedeeltelijk aan het Rijk zelf: de regelgeving werd in een laat stadium nog aangescherpt. Er is hard aan deze zaak gewerkt en inmiddels is het risico gereduceerd tot nihil. De zin op 276 decodeert hij schriftelijk. Er zijn twee mogelijkheden voor de bestemming van het overschot: reserveren of toevoegen aan de algemene reserve. Dit laatste is door de raad geaccordeerd. De wethouder verklaart dat hij niet zal accepteren dat het beleid wordt gewijzigd als er een tekort ontstaat op het inkomensdeel. Hij kan dan wel niet over zijn graf heen regeren, maar hij zou het onbehoorlijk vinden als een volgend college besluit om de meevallers in de financiering van de WWB aan de doelgroep te onttrekken. De heer Bleijie vraagt of is overwogen om het bestedingsoverschot te betrekken bij de perspectiefnota. Volgens wethouder De Boer is dat niet overwogen: de afspraak is om het overschot te storten in de algemene reserve. Als er een tekort ontstaat op het inkomensdeel, wordt dat weer vanuit de algemene reserve gedekt. De prognose voor 2005 is bijna klaar, maar wordt pas definitief na ontvangst van de Septembercirculaire. Als het nieuwe herverdelingssysteem doorgaat, gaat Leiden er in 2006 9,2% op achteruit en moet er ongeveer vier miljoen euro worden bijgelegd op het inkomensdeel. De heer Van As vraagt of het weerstandsvermogen dan niet moet worden verhoogd. Wethouder De Boer antwoordt dat het college zich houdt aan de afspraken over de hoogte van de reserve. Mevrouw Pieterse vraagt waarom niet een deel van het overschot wordt gereserveerd in een reserve WWB. Wethouder De Boer herhaalt dat ervoor is gekozen om tegenvallers op de WWB te dekken vanuit de algemene reserve. De reserve is inmiddels op peil. Als er een reserve WWB wordt aangelegd, kan de raad alsnog besluiten om het beleid te veranderen. Het bedrag voor dubieuze debiteuren valt hoger uit omdat er 850.000 euro aan fraudevorderingen in zit; vorig jaar was dat nog 300.000 euro. De wethouder is nog in discussie met de accountant en het Rijk over de rechtmatigheid van de WSW. Hij komt hier nog op terug. Hij is niet voor een emancipatieprijs. Hij voelt veel meer voor een behoorlijk budget voor integratie, emancipatie en participatie. Daarvan moet minder worden geïnvesteerd in structuren en meer in activiteiten, zodat mensen met een goed plan meteen geld kunnen krijgen. De voorzitter vraagt of de wethouder afwijkt van het bestedingsvoorstel van het college. Dat doet wethouder De Boer niet, maar als de raad na wil denken over de besteding van een
miljoen euro, zou hij het verstandig zou vinden om ook aan integratie, emancipatie en participatie te denken. Volgens de voorzitter is dat aan de raad. De heer Van Laar vraagt of er iets wordt ontwikkeld om de onderschrijdingen op de bijzondere bijstand beter te kunnen voorspellen. Volgens wethouder De Boer functioneren alle onderdelen van de bijzondere bijstand goed, behalve de declaratieregeling. Deze regeling wordt opnieuw onder de aandacht gebracht van de mensen die er recht op hebben. Als er over twee maanden weer sprake is van een forse onderschrijding op de declaratieregeling, zwengelt hij de discussie over de regeling opnieuw aan. Hij wil geen regeling die elk jaar onderschreden blijft; dan kan er beter iets anders worden bedacht. De commissie heeft geen behoefte aan een tweede termijn. De voorzitter noemt de belangrijkste aandachtspunten van de commissie: de reservering overschotten WWB; de onderbesteding van het werkdeel; reïntegratie, met name begeleid werken en jongeren; de onderbesteding maatschappelijke zorg; de prognose voor 2005; de huisvesting van zelforganisaties; de relatie met de LWO; de registratie van dak- en thuislozen (motie 7); volkshuisvesting; een inventarisatie van ID-banen en werkzaamheden en het stappenplan WMO. Wethouder De Boer meldt dat de inventarisatie van ID-banen al klaar is en dat er volgende maand een voorstel wordt ingediend over gesubsidieerde arbeid. De voorzitter stelt vast dat er bestemmingsvoorstellen zijn gedaan voor de speeltuinen (D66, PvdA en de VVD), de aanpak van jongeren (PvdA), de opvang van dak- en thuislozen (PvdA), de maaltijdvoorziening (GroenLinks), de ambulante verslavingszorg (GroenLinks), zwemkaarten (GroenLinks) en een nieuwe emancipatieprijs (de Christenunie).De heer Bleijie behoudt zich het recht voor om alsnog een bestemmingsvoorstel in te dienen namens het CDA. De voorzitter stelt met de secretaris het advies voor de Commissie voor de rekeningen op. De commissieleden ontvangen het concept per mail. Het is inmiddels 22.40 uur. De commissie besluit agendapunt 9 nog te behandelen en agendapunt 10 te verschuiven naar de volgende vergadering. Wethouder Buijing vertrekt.
9. GSB II: verantwoording
(B)
De heer Van As vraagt waarom de voornemens van het programma De historische stad niet konden worden gerealiseerd. Bij Basis voor kwaliteit wordt gesproken over vertraging in de baggerplannen. De oorspronkelijke horizon was 2015; wat is die nu? De ChristenUnie denkt dat er een nieuwe invulling moet komen voor de projectcoördinator geweld. De verantwoording van de virtuele bereikbaarheid mag wat uitgebreider. Het project Doe effe normaal blijkt goed te lopen maar is geen kerntaak van de politie. Als de gemeente in de toekomst besluit dit project niet meer te financieren, zal het dus sneuvelen. Wordt er al rekening gehouden met blijvende financiering? Bij de samenwerking met de universiteit wordt verwezen naar het afspreken van een strategische bestuursagenda in 2004; dit moet 2005 zijn. Hij is erg benieuw naar die afspraken. De heer Van Meenen kent geen helderder verantwoording van die van het grotestedenbeleid. Bepaalde programma’s voldoen hardnekkig niet aan de verwachtingen. Is het toegestaan om te minderen op die programma’s en de middelen naar andere programma’s te schuiven? Daarnaast blijkt er een reëel risico te bestaan dat Leiden gelden terug moet geven aan het Rijk. Hoe wordt dit risico ingeschat? Kan het worden geminimaliseerd? Mevrouw Pieterse begrijpt dat het project met de plaskruisen is gestopt. De plaskruisen werden wel gebruikt, maar droegen niet bij aan de vermindering van het uitgaansgeweld. Kunnen ze misschien worden gekoppeld aan de “uri-liften” van de VVD? Mevrouw Van Dobben de Bruijn vindt het jammer dat de financiële verantwoording nog ontbreekt. Het valt haar op dat er minder bezoekers naar Leiden komen. Kan daar niet iets aan worden gedaan? Op pagina 57 van de monitor staat: “De planvorming voor de fietsenstalling onder het Stadhuisplein is nagenoeg afgerond en de raad heeft hier bij het Aalmarktproject een
besluit over genomen.” Zij meent toch dat het iets anders ligt. Staan er nog meer zaken in de verantwoording waarvan moet worden nagegaan of het wel klopt? De heer Van Laar meldt dat de PvdA-fractie, ondanks haar scepsis in het begin, erg positief is over het grotestedenbeleid. De monitor is een mooi instrument om aan de raad en aan de burgers duidelijk te maken wat er eigenlijk allemaal gebeurt in de stad. Op sommige gebieden ontbreken echter nog cijfers en indicatoren. Kan het college de gegevens die inmiddels wel bekend zijn nog leveren voor de bespreking in de raad? De heer Van Laar vraagt zich af hoe de pijltjes aan het begin van de hoofdstukken tot stand komen. Gaat het eigenlijk wel goed met Kennis van zaken? Het gros van de doelen werd niet gehaald, maar toch staan alle pijltjes in het groen. Bij Wonen staan alle pijltjes in het rood, terwijl er op dat gebied behoorlijk wat is gebeurd. Hij vindt dat de pijltjes een vertekend beeld geven. Wethouder De Boer start zijn beantwoording met de vraag naar het risico dat Leiden geld moet teruggeven aan het Rijk. Toen halverwege 2004 werd gestart met de financiële verantwoording van GSB II, bleek de GSB-systematiek vanaf 1999 niet goed te zijn neergezet in de begroting. Nadat dit probleem was opgelost, kwam het Rijk met allerlei nieuwe voorschriften voor de formats en de te leveren gegevens. Het is daarom niet gelukt om de financiële verantwoording op tijd af te krijgen. Hij kan wel garanderen dat er – met uitzondering van twee geoormerkte budgetten – geen cent teruggaat naar het Rijk. De overige vragen beantwoordt hij schriftelijk. De heer Van Meenen vraagt of het mogelijk is om geld van structureel slechtlopende programma’s te verschuiven naar andere programma’s. Volgens wethouder De Boer heeft het geen zin om te trekken aan een dood paard. Hij gaat ervan uit dat het Rijk uit de verantwoording over GSB II wel zal concluderen welke programma’s slecht functioneren. Mochten die programma’s toch terugkeren in GSB III, dan zal Leiden de discussie met het Rijk aan moeten gaan. De heer Bleijie vraagt of de gemeente ook zelf kan besluiten om met middelen te schuiven. Wethouder De Boer antwoordt dat die ruimte er is, mits de gemeente binnen het vastgestelde budget blijft en voor het grootste gedeelte voldoet aan de doelstellingen. De wethouder vond het grotestedenbeleid een van de leukste klussen die hij bij de gemeente Leiden heeft mogen doen. De methodiek van het grotestedenbeleid heeft inmiddels model gestaan voor de nieuwe begrotingsmethodiek van de gemeente. Het gemeentelijke GSBbureau houdt in de huidige vorm op te bestaan; er wordt alleen nog een klein GSB-team gekoppeld aan de strategische unit. De verantwoording van het grotestedenbeleid vindt voortaan jaarlijks plaats, om de problemen van de laatste verantwoording te voorkomen en meer inzicht te krijgen in de besteding. Tot slot spreekt hij zijn grote waardering uit voor het GSB-team, dat het afgelopen jaar een buitengewone klus heeft geklaard. De voorzitter sluit zich daarbij aan namens de commissie.
10. RV 05.0062: Reïntegratieplan 2005-2006 (B) Dit agendapunt is verschoven naar de volgende vergadering.
Sluiting De voorzitter deelt mee dat de vergadering van 22 juni al om 16.00 uur begint. Wethouder De Boer herinnert de commissie eraan dat het GSB-beleid op 22 juni echt moet worden vastgesteld. Als dat niet gebeurt, gaat het heel veel geld kosten. De heer De Coo verwacht dan wel dat de commissie de stukken op tijd ontvangt. De voorzitter dankt de aanwezigen voor hun inbreng en sluit de vergadering om 23.00 uur.
Dit verslag is gewijzigd vastgesteld in de vergadering van 22 juni 2005