(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Uitgegeven door de vzw UberaaJ Vlaams Verbond, Stichting A. Vanderpoorten Verantwoordelijke uitgever Piet Van Brabant, Zeelaan 124,8670 Koksijde Hoofdredactie Bert Comelis Administratie: Erwin Smets, Napelsstraat 39 1050 Brussel Tel. 021512.90.65 - Fax 021511.15.38
In dit nummer
Referendum en politieke . . vernieuwing
•
De nadelen van Internet
•
VLD-congres onderwijs
•
Sociaal liberaal "Kledingwerk"
•
Genocide zonder weerga
• Porno en vrije meningsuiting
Liberaal Vlaams Tijdschrift Maandblad - Jaargang 119, nr. 3, maart 1997
De vergeten kloof Al geruime tijd staat de vernieuwing in het Belgische politieke, bestuurlijke en gerechtelijke apparaat hoog op de agenda. Onder invloed van de politieke en gerechtelijke schandalen, de misdaden tegen de verdwenen kinderen, is iedereen ervan overtuigd dat er veel moet veranderen. Daarover bestaat een grote consensus. Een groot deel van de politieke wereld zoekt het in de "zelfreiniging", het zichzelf opleggen van regels en codes om de burgers te tonen dat het de politiek menens is, dat de cultuur van het sjoemelen en ritselen definitief tot het verleden behoort. Niet alle politici willen van die "zelfreiniging" weten. Sommigen omdat zij zich helemaal niet schuldig voelen voor wat er de jongste jaren verkeerd is gelopen; anderen omdat zij door het aanvaarden van de nieuwe zuiverheid zichzelf in het vlees moeten snijden en hun machtspositie in gevaar zien komen. In de meer intellectuele kringen is een opvatting ontwikkeld waarbij de tegenstelling tussen jongeren en ouden centraal staat. Daarbij is niet duidelijk waar het oude ophoudt en het jonge begint, wie de goeden zijn, wie de slechten. De vernieuwing wordt hierbij ietwat simplistisch voorgesteld als een generatiekloof, een strijd tussen jonge vernieuwers en oude krokodillen, tussen klassieken en modernen. Geen van de bovenvermelde vernieuwingsstromen waren tot op heden echt succesvol. De zuivering van de oude politiek blijkt een moeilijke operatie, met veel woorden, maar weinig daden. De traditionele partijen worden door hun verleden achtervolgd. Politieke formaties zoals Agalev willen witter dan wit wassen. Zij voelen de hete adem in de nek van de comités die zich stilaan maar zeker op de witte politiek beroepen. De intellectuele hersenspinsels die over de oude en nieuwe generatie worden gevoerd, snijden ook geen brood. Jongeren beleiden vaak oubollige politieke zeden die zelfs de negentiende eeuw onwaardig zouden geweest zijn. Ze stralen een vreemd conservatisme uit. Je vindt ze zelfs in politieke partijen die de ontvoogding van de vrije mens hoog in hun beginselen schrijven. Oudere politici verdedigen dan weer met overtuiging de vernieuwing, tot ergernis van de jongeren. Generatiekloof? Breuklijnen tussen oud en jong? Het blijven gratuite intellectuele vingeroefeningen die vaak bezigheidstherapie zijn voor politieke journalisten. In dit opzicht zit de vernieuwing op een dood spoor. Noch de bandeloze "zuivering", noch de generatiestrijd zullen tot resultaten leiden. Een andere, nieuwe piste lijkt ons interessanter. Professor Economie en volksvertegenwoordiger Paul De Grauwe, wiens kunst om weten-
schap op een aantrekkelijke manier voor te stellen wij altijd hebben geprezen, zegt in een artikel even verder in dit nummer van Volksbelang, dat de politieke vernieuwing terug moet herleid worden tot de kloof tussen de politici en de bevolking. Was het daar immers niet allemaal om begonnen? Op die zwarte zondag in november 1991? Bladzijden zijn er nadien over geschreven. Politieke traktaten, studies en indringende essays. Maar hoever staan we nu zes jaar later? Welke inspanningen werden er gedaan om de kloof te dichten, welke wetsvoorstellen werden goedgekeurd? Het resultaat is beschamend, om niet te zeggen schandelijk. Referendum, afschaffing van de kopstem, rechtstreekse verkiezing van uitvoerende mandaten ...niets kwam er van terecht. Neem nu het referendum. Als techniek is het referendum een waardevolle aanvulling voor onze huidige democratische spelregels. Het dwingt de politici om meer oog te hebben voor de verzuchtingen die leven bij de bevolking, schrijft De Grauwe terecht. Door zich aan het referendum te binden, tonen de politici de burgers dat ze het menen, dat ze geen angst hebben voor de mening van de mensen. De bezwaren tegen dergelijke vorm van rechtstreekse democratie blijven hardnekkig. Hoewel bij de meest hardleerse tegenstrevers (die men niet toevallig vooral in socialistische kringen vindt) de schaal begint te barsten, blijven de vooroordelen levendig aanwezig. Het heeft ons getroffen dat zelfs de Nederlandse liberale leider Frits Bolkestein in De Standaard Magazine van 28 februari 1997 onomwonden zegt dat hij niets moet met die referenda "en dat soort zaken". Volmondig beaamd door zijn tegenspeler voor één dag Louis Tobback. Maar van hem wisten we al dat de nieuwe politieke cultuur geen spek voor zijn bek is. Het verzet tegen de nieuwe democratische technieken die de vertegenwoordiging van het volk moeten versterken, zijn achterhoedegevechten. De maatschappij evolueert in die mate dat een ommekeer niet meer is uit te sluiten. De burgers zijn mondiger, ze komen spontaan in opstand als het beleid, het gerecht of de administratie faalt. Die mondigheid en kritische zin moeten op een of andere manier gekanaliseerd worden. Aan een verkiezing om de vier jaar heeft het volk niet genoeg meer. Het wil meer inspraak, meer vat op zijn vertegenwoordigers. Alleen een grondige vernieuwing van het bestel tussen politiek en burger biedt een uitweg. Bert Comelis
Een genocide zonder weerga
In de lente van 1994, op enkele dagen tijd, werden in Rwanda tussen de 500.000 en 1 miljoen mensen vermoord, meestal behorende tot de Thtsi bevolkingsgroep, evenals gematigde Hutu, tegenstanders van de aan de macht zijnde extremistische Hutu.
den afgemaakt, zoals men later schoorvoetend zal moeten toegeven.
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Buitenland
Rwanda was vóór 1918een Duitse kolonie. Na de Eerste WereldoorlO$ verloor Duitsland al haar kolomes, en werden die aan verschillende koloniale mogendheden als mandaatgebied door de "Volkenbond" toegewezen. Zo verkreeg België o.a. Rwanda, waar, sinds eeuwen Hutu en Hutu in vrede leefden.
In het begin van de jaren zestig werden de Afrikaanse kolonies onafhankelijk. In Rwanda namen de Thtsi het bestuur over. Zij zijn de meest ontwikkelden, maarvormen een minderheid. Thssen Thtsi en Hutu zijn heel wat verschillen. De Thtsi zijn slank, de Hutu klein van gestalte, de Thtsi meer ontwikkeld, de Hutu zijn landbouwers. Bovendien bekeerden de Hutu zich massaal tot het katholicisme, de Thtsi niet.
Intellectuele Hutu gingen aan de UCL studeren, 'Iutsi aan de ULB. Maar de Hutu-meerderheid wist zich op gewelddadige wijze van het bewind meester te maken en voerde sindsdien een soort ononderbroken guerrilla tegen de Thtsi.
Hiertegen kwamen de Thtsi verschillende keren in opstand, doch deze opstanden, waarvan de laatste dateert van 1990, werden steeds onderdrukt. Na elke poging werden de Thtsi grondig aangepakt in "epuratie-commissies", samengesteld uit Hutu, maar waarin soms ook een blank katholiek Belgisch geestelijke zetelde, zoals de TV-beelden uit 1990 ons hebben laten zien. Teneinde een verzoening tot stand te brengen werd op 11 augustus 1993 het "Arusha akkoord" ondertekend, waarin een samenwerking tussen Thtsi en Hutu voorzien werd.
Dit akkoord is echter nooit aanvaard door de aan het bewind zijnde Hutu, die aansturen op een homo~ene Hutu staat. Achteraf zal blijken dat zulks alleen mogelijk is door het uitroeien van de Thtsi!
België bekommert zich niet De volkerenmoord liet België en blijkbaar geheel de "beschaafde" wereld onbewogen. Er ontstond alleen enige beweging over de dood van 10 Belgische soldaten, die op beestachtige wijze door het officiële leger van Rwanda wer10 / HET VOLKSBElANG
De ouders en nabestaanden van de para's vragen dan ook om de waarheid te kennen, door het instellen van een parlementaire onderzoekscommissie, vraag die door de regering tot op heden wordt afgewezen. Er werd vervolgens in de schoot van de Senaat een commissie opgericht om de moord op de tien para's te onderzoeken. 'Iot groot ongenoegen van de CVP. Wat heeft de CVP te verbergen ? Waarom wil de CVP de volle waarheid niet kenbaar maken?
Een vernietigend verslag Het verslag van senator Guy Verhofstadt bevat honderden getuigenissen van de Belgische ambassadeur te Kigali, van de UNIMAR vredesmacht van de VN, van de inlichtingendiensten van de Belgische stnjdkrachten, van informanten, enz., enz. Wij citeren uit het verslag dat de Belgische regering op de hoogte was van het groeiende antiBelgische klimaat in Rwanda, zowel voor als na de beslissing een Belgische legereenheid te sturen; van het bestaan van geheime opslagplaatsen onder de bevolking; van para-militaire opleiding van Hutu-jongeren; van de aanwezigheid van njkswachters in burgerkledij; van de vijandige hou~':.ïvan de Hutu regering; van het eggen van lijsten van de te vermoorden Thtsi; van het feit dat de Hutu president Habyarimana een machiavellistisch rlan heeft ontwikkeld om zovee mogelijk Thtsi te vermoorden; van het opdrijven van geweldplegin~en en van moorden op Thtsi, politieke leiders en gematigde Hutu; en nog veel meer. Er zijn inderdaad een aantal merkwaardige feiten, waardoor de CVP betrokken zou kunnen worden bij de volkerenmoord Zetten wij er enkele even op een rijtje: De Christen-democratische Internationale, waarin gewezen vooraanstaande Belgische CVP'ers zetelen, zoals L. Tindemans, R. De Backer, L. Dhoore, is actief in Afrika. In een twintigtal landen heeft zij afdelingen opgericht, o.a. in Rwanda. Zij is goed op de hoogte van de lokale politieke toestanden, en hoopt de vruchten te plukken van het zendelingenwerk dat voorheen de katholieke paters en nonnen hadden verricht; Die Internationale heeft in dezelfde periode een delegatie naar Rwanda gezonden. Deze heeft van de explosieve toestand geen melding gemaakt; Deze Internationale heeft via tussenpersonen contacten gehad met
het kabinet van de extremistische Hutu Eerste minister Habyarimana, waarvan geweten is dat hij een persoonlijke vriend van wijlen komng Boudewijn was; Dezelfde Christen-democratische Internationale steunt het regime van Mobutu, dat de oorlog verklaard heeft aan de sinds eeuwen in Oost-Zaire wonende Thtsi; Zij ijverde ook opdat België in het naburige Burundi, waar de Thtsi aan de macht zijn, militair zou tussenbeide komen om de Thtsi te verdrijven. Voor de TV verklaarde Leo Tindemans op zaterda~ 25januari '97 dat hij alle sympathie had voor huurlingleider Tavenier, die de Thtsi in Oost-Zaire met het leger van Mobutu bestrijdt. Hij vergeleek Thvenier met een scout-leider ! Hoe vriendelijk! Het "Radio-télévision libre Collines" is een privé initiatief, geleid door een Belg uit Verviers. Het voerde een heftige en ononderbroken anti-Belgische en antiThtsi propaganda en werd vanuit België gesubsidieerd. Wie financiert ? De Belgische ambassadeur in Kigali deelt hierover aan de Minister van Buitenlandse Zaken mee : "Gelet op wat wij doen in Rwanda is het onbe~jpelijk dat die radio, waarvan wij de financiering kennen, op een schandelijke wijze een anti-Belgische campagnevoert." Maar wie de financiering doet, wordt angstvallig verzwegen! Wel werd er op gewezen dat de technici van deze radio in het kader van een vormingsprogramma bij BRT en RTBF opgeleid werden op kosten van ABOS (twee maal 25 miljoen BF) ! Maar niemand legt deze radio het zwij$en op, totdat uiteindelijk de Tutsi zelf beslissen de radio op te blazen. Amper is het Verhofstadt verslag gekend, of de grote katholieke autoriteiten gaan in de tegenaanval. Prof. Eric Suy, gewezen Belgisch topman van de VN, professor internationaal recht aan de Katholieke Universiteit Leuven zegt: "Je kunt de schuld niet in de schoenen schuiven van de Belgische autoriteiten." Merkwaardig is dat in het verslag van Verhofstadt slechts één bladzijde aan de tussenkomsten van de christen-democraten gewijd wordt. Voorzitter Herman De Croo weet niets van enige betrokkenheid van de christen-democraten. Alleen Jean Gol wist er blijkbaar meer over, maar Jean Gol is overleden. Het zou ons dan ook niet verwonderen dat men het verslag van de ad hoc groep Rwanda een begrafenis eerste klas geeft, dat men het zal trachten uit de belangstelling
te houden door de aandacht toe te blijven spitsen op het "onderzoek naar het onderzoek" en de talrijke politieke schandalen rond allerlei smeergeld geschiedenissen.
NAWOORD De hoorzittingen bevestigen het verslag opgemaakt door Senator Guy Verhofstadt en de commentaar die wij hieromtrent gemaakt hebben. Zoals voorspeld, worden werkzaamheden van de Rwanda commissie in de media schaars behandeld, na Dutroux, na Benaïssa, na Renault, na de Benden commissie. De doofpotstrategie werkt voortreffelijk. Voorzitter Frank Swaelen verbiedt elke vraag omtrent de rol van de Koning, of diens kabinet, alsof de voorzitter bevreesd isdat iets over die rol zou uitlekken. Swaelen gaat echter driemaal i!l de fout: • overeengekomen wordt dat men de Koning niet mag ondervragen. Maar waar staat geschreven dat zulks ook geldt voor zijn kabinetsleden? • hij stelt een censuur in, wat door de grondwet verboden is, tenzij het land op voet van oorlog zou verkeren. • het is het recht van elk parlementslid in het parlement welke vraag ook te stellen. Daartoe werd de parlementaire onschendbaarheid ingevoerd, om de p'arlementairen te beschermen tijdens hun werkzaamheden in het parlement, niet om hen te beschermen bij een verkeersovertreding of tegen corruptie. Het staat echter de persoon aan wie de vraag gesteld wordt, vrij al of niet te antwoorden. Wilfried Martens weet van niets, heeft niets gezien of gehoord. Minister Delcroix weet wel iets, maar kan zich niet veel meer herinneren. Eerste minister Jean-Luc Dehaene, in zijn hautaine stijl, zegt dat de militairen de politici niets te bevelen hebben en legt daarom de adviezen van de militairen naast zich. Voor de rest, geen commentaren, zoals gebruikelijk! En Willy Claes? Die heeft blijkbaar een ander Rwanda dossier dan dit van de genocide behandeld, die beschikte over informatie waaruit bleek dat er niets aan de handwas .. De militairen blijven er bij de regering volledig ingelicht te hebben. Met belachelijk kleine middelen hebben zij de informatie over de genocide verzameld. De informant wou de Belgische regering niet eens onder haar bescherming nemen! KareIPoma MAART 1997
En de premier tre (c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Tien keer erger dan de vete tussen Wilfried Martens en Leo Tindemans». Zo omschrijven CVP-parlementsleden de interne strijd die hun partij op dit ogenblik dreigt te verscheuren. In de voorlinie staan premier Dehaene en gewezen voorzitter Johan Van Hecke.
«Samen met een hele reeks jonge parlementairen tracht Van Hecke de vernieuwing die hij binnen zijn partij op gang bracht, verder te zetten. De jongeren zijn het immers grondig beu dat ze door de oude garde als "quantité _ négligeable" behandeld worden. En de premier is in hun ogen dé ultieme vertegenwoordiger van deze oude manier van politiek bedrijven. In tegenstelling tot de voorbijejaren vinden de jonge krachten binnen de Kamerfractie het gedrag van hun eerste minister steeds moeilijker te aanvaarden. De jongeren hekelen vooral de manier waarop de premier de Kamerfractie steeds meer voor een voldongen feit plaatst. Zelfs op de wekelijkse donderdagoch-
tendvergadering met de fractie, mag er nauwelijks nog gediscussieerd worden over ontwerpen van de regering. Zeker niet wanneer de premier de fractievergadering bijwoont. Een jong parlementslid omschrijft de sfeer als volgt. «De premier komt binnen, trekt zijn broek op, gaat op zijn plaats in de ministerbank zitten en begint aan een monoloog. Na zowat een half uur staat hij recht en spurt op zijn gekende manier naar buiten. Kans om een vraag te stellen is er helemaal niet. Wie toch de moed heeft om de stem te verheffen, krijgt in de vlucht vaak een geblaft antwoord terug». Na dit intermezzo met de premier volgt dan «de biecht». Jonge parlementairen die het
••
ZIJD
oe
gewaagd hebben om met eigen maken. «Zij tekenen een tekst voorstellen naar buiten te tre- en de helft weet niet eens wat er den of kritiek uit te oefenen op in staat», liet hij zich niet zonder bijbedoelingen ontvallen in het het officiële partijstandpunt worden grondig de mantel uit gezelschap van journalisten. De geveegd. «We moeten bij wijze premier is er bovendien meer van spreken op blote knieën dan gerust in dat hij het jonge vooraan komen zitten. Dan geweld zonder problemen de gaan de ouderen met de karwats baas kan. Precies daarin, zou hij rond. Wie braaf is, krijgt achter- zich wel eens grondig kunnen af wat genezende zal», vergissen. De jongeren - Pieter omschrijft het parlementslid De Crem en Luc Willems op kop - hebben de afgelopen zeer liederlijk. maanden geleerd hoe ze klapEén zaak staat echter als een pen moeten incasseren. En ze paal boven water. De jongeren kunnen keihard terugslaan op zijn vastberaden om hun partij het meest gepaste ogenblik. «De een nieuwe toekomst te geven. huidige jongeren hebben een Met Dehaene als het kan, zon- figuurlijke veer in hun lichaam der Dehaene als het moet. Hun zitten. Telkens wanneer ze een grote leider is immers Johan klap krijgen, veren ze na een VanHecke. Zijn overgave om de tijdje automatisch terug recht», grote theorieën in praktische stelt een oudgediende vast. voorstellen te gieten, scoort zeer Dehaene rekent er op dat de fut goed bij de jongeren. vlug uit die veer zal zijn. De Voorlopig laat de premier de weerstand lijkt op dit ogenblik kritiek van de jonge leeuwen echter groter dan de premier ze niet aan zijn hart komen. inschat. Hij lijkt dan ook de oorIntegendeel, hij laat maar wei- log om de toekomst van de CVP nig gelegenheden voorbijgaan te verliezen. om hen ronduit belachelijk te ANNBATS
Raad van Bestuur L.V.V. Woensdag 23 april om 17u30 Bedfordhotel, Zuidstraat 135 -1000 Brussel
"De àndere Walen" causerie door Louis Michel, PRL-Voorzitter
Gelegenheid tot discussie na de uiteenzetting
MAART 1997
HET VOLKSBELANG / 11
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Larry Flynt: pornoboer werd filmheld David Helfgott: van wonderkind tot muzikale gekte Op het jongste filmfestival van Berlijn, het 47ste in de reeks, ging de Gouden Beer naar "The People versus Larry Flynt"", Milos Forman's spraakmakende ode aan de vrije meningsuiting, die al zoveelinkt liet vloeien en dat niet alleen door een affiche die het katholieke volksdeel ergerde door haar heiligschennend (sic) karakter.
Wat ons betreft, is de aangevochten poster ondanks zijn origineel concept vooral smakeloos, evenzeer ten andere als de uitspraak van de ultra-rechtse Passionaria Alexandra Colen die bisschoppen mèt ballen eist om namens de Kerk scherper afstand te nemen van deze dankzij haar tussenkomst nu voor 100 procent geslaagde publiciteitscampagne van het filmverdeelhuis ...
Overigens droeg de bekroning op de Berlinale zeker niet ieders goedkeuring weg. Men vond het nl. ongehoord dat de twaalfvoudige Oscar-kandidaat "Tbe English Patient" door de jury onder leiding van de voormalige Franse minister en cultuurpaus Jack Lang zo schromelijk over het hoofd werd gezien. Nicholas Hytner daarentegen, zelf favoriet met zijn her-verfilming van "Tbe Crucible" naar het toneelstuk van Arthur Miller, trad de jurykeuze grootmoedig bij en verklaarde even ruimhartig dat voor hem "Tbe People vs. Larry Flynt" de beste film van het jaar is!
Verder is het op zijn minst verbazend dat nadat de politici Hollywood en zijn losse moraal herhaaldelijk onder vuur hebben genomen, datzelfde "zedenloze" Hollywood de politici nu een lesje in constitutioneel recht geeft met als zeer bedenkelijke protagonist en vulgaire pornoboer als Flynt. Het is een duidelijke mrovocatie, temeer omdat Flynt (met duivels genoegen gespeeld door "natural bom killer" Woody Harrelson) strijdlustig en uitdagend de huichelachtige en bekrompen puri-
Provocatie
r
Toch hebben wed enige moeite met de opwaardering van de pornokoning Larry Flynt, uitgever van om. "Hustler" -magazine, de "ruige" tegenhanger van Playboy, tot een nieuw soort "real American hero". Dat de conservatieve moraalridders moord en brand schreeuwen en Forman het verwijt toesturen dat hij van een uitgesproken racistische en seksistische geldwolf, wiens publicaties de laagste instincten aanspreken, een held heeft gemaakt, is begrijpelijk in het door en door puriteinse Amerika, dat vaak geen onderscheid kan maken tussen "God and my Country" -heroïek en pure hypocrisie. In een land waar de vaderlandsliefde nog steeds een belangrijk deel uitmaakt van de schoolopvoeding geeft het anderzijds toch te denken dat Tbe New York Times Milos Forman's jongste schepping bestempelde als de meest patriottische film van het jaar. 12/ HET VOLKSBELANG
Larry Flynt: real American hero teinse mentaliteit te lijf gaat en ook de rechters en openbare aanklagers tart door in de rechtszaal te verschijnen "gekleed" in een Stars and Stripes-luier of in eeri Tshirt met de tekst "Fuck this Court"!
Belangrijk vonnis Het is zonder meer evident dat Forman vanuit zijn eigen ervaring
onder communistische dwingelandij het gevecht van Flynt tegen zijn belagers heeft aangegrepen om aan te tonen dat de vrijheid van pers én de vrije meningsuiting in de USA geen dode letter zijn maar het opperste goed in een echte democratische staat. Zeer relevant in de film is de onvergetelijke scène waarin de keurige leden van het Hooggerechtshof partij kiezen voor Flynt in zijn conflict met de femelende televisiedominee Jerry Fallwel en plechtig verklaren dat het Eerste Amendement bij de grondwet de vrijheid van meningsuiting beschermt en verzekert, ongeacht de kwaliteit of het kwetsend karakter. Forman die reeds met Oscars overladen werd voor "One flew over the Cuckoo's Nest" en "Amadeus" heeft met "Tbe People vs.Larry Flynt" wetens en willens een controversiële prent gedraaid die op intelligente wijze, en soms ook heel grappig, een extravagant personage van de skin-market welwillend portretteert met als enige bedoeling te bewijzen dat een land waarin zo'n onbeschaamde provocateur in het gelijk wordt gesteld door de hoogste rechtsinstantie, omdat de constitutie dit voorschrijft, erg veel krediet verdient. Maar laten we evenmin vergeten dat de (verworpen) censuur in de dagdagelijkse Amerikaanse praktijk vaak een vorm van zelfcensuur is uit louter commerciële overwegingen en om geen gedonder te krijgen met de fatsoensrakkers. We hebben reeds gezegd dat Woody Harrelson met haast satanisch genoegen gestalte geeft aan de geruchtmakende pomocraat maar zeker zo indrukwekkend, zo niet nog meer overrompelend is Courtney Love, beruchte rock-
zangeres en weduwe van Kurt Cobain, in de rol van Althea, Flynt's aan drugs verslaafde echtgenote. Een opzienbarende vertolking, die beslist een Oscarnominatie verdiende maar niet kreeg.
Gevaarlijke Rachmaninov Met "Shine" vergast de Australische cineast Scott Hicks ons op een heel andere biografie, een zeer bijzonder levensverhaal.Dat van de Australische pianovirtuoos David Helfgott. Volledig gedomineerd door een uitermate ambitieuze en tirannieke vader,die zijn KZ-trauma's nooit heeft kunnen verwerken ( een treffende uitbeelding door Armin Mueller-Stahl) stortte de jonge Helfgott als ''wonderkind'' geestelijk in elkaar. Dat gebeurde tijdens de uitvoering van het aartsmoeilijke 3e Pianoconcerto van Sergei Rachmaninov en leidde tot een diepe depressie die de jongeman jarenlang in een psychiatrische instelling deed belanden. "Shine" wordt ons echter niet voorgeschoteld als een "case history" maar veeleer als een hartverscheurend verhaal, in nogal verwarrende flash backs, van gebroken talent en van een gefnuikte jeugd. Het is het naar de keel grijpende relaas van een verknoeid leven door gewelddadige onderdrukking van alle gevoelens die zich in een kinderziel kunnen afspelen. Dat deze tragedie veroorzaakt wordt door een welmenende vader die na de holocaust-nachtmerrie zijn gezin te allen prijze wil samenhouden maakt dit alles nog zoveel schrijnender. "Shine" biedt meer dan die ene tegenstgelling. Zo bijvoorbeeld ook dat de beklagenswaardige held vertroosting zoekt in de muziek, terwijl hij tevens het slachtoffer wordt van zijn muzikale passie. Geoffrey Rush als de bijna stotterende volwassen Helfgott die zijn gespreksparters knuffelend smoort in affectie, is verbluffend als opgewekte "gek" die zich verzoend heeft met een nieuw bestaan onder de vleugels van een brijpende vrouw (Lynn Redgrave ). "Shine" is een ongewone prent die beslist uw belangstelling verdient. Fernand PAPON MAART 1997
HET REFERENDUM EN DE POLITIEKE VERNIEUWING (c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Pau} De Grauwe pleidooi is meer dan ooit actueel. Het wekt daarom verwondering dat de idee van de invoering van het referendum, ondanks de huidige crisis van het Belgische politiek bestel, in de vergeethoek is verzeild geraakt. De invoering van het referendum is nochtans een onontbeerlijk (zij het niet het enige) middel tot politieke vernieuwing. Het referendum kan op verschillende manieren toegepast worden. We bespreken hier tegelijk het respect verloren twee voorstellen die de betrokvoor deze politici die helemaal kenheid van de burger bij de niet beschikken over superieure democratische besluitvorming en die tegelijk de polikennis, en die de staatszaken verhogen, tieke tussenpersonen aan een niet beter beheren dan de man grotere controle onderwerpen. in de straat dat zou kunnen. Dit laatste is nu tenminste de per- Een eerste voorstel is het volceptie geworden van velen die, gende: Elke wet die door het in tegenstelling tot hun voorva- parlement wordt gestemd kan deren, het onderwijs hebben aanleiding geven tot de organigenoten dat hen van die idee satie van een referendum, waarbij aan de burger gevraagd heeft overtuigd. wordt We kunnen dus stellen dat het keurt. of hij/zij deze wet goeddemocratisch model waarbij mensen worden gekozen om de Deze methode van referenda is staatszaken te beheren ol? een van ~ote betekenis in de huidisnelle wijze haar legitimiteit aan ge discussie rond politieke vernieuwing. Immers, wanneer de het verliezen is. vertegenwoordigers weten dat Hoe kunnen we vermijden dat elke wet die ze in het parlement de vertrouwenscrisis in de repre- stemmen potentieel kan herroesentatieve democratie leidt tot pen worden onstaat een nieuwe een crisis van de democratie en belangrijke controle op het tout court? gedrag van deze politici. Dit is Het doel van elke hervorming precies wat politieke vernieumoet zijn de democratie te vrij- wing beoogt. waren. Representatieve demo- Om praktische redenen moeten cratie is slechts een middel tot hier wel drempels ingebouwd de verwezenlijking van demo- worden (bij voorbeeld, het vercratische idealen. Als de tech- zamelen van 200.000 handtekeniek van delegatie van de macht ningen), zodat de burgers niet aan tussenpersonen, de politici, om de haverklap naar het stemin de weg staat van de democra- hokje worden gestuurd voor de tie dan moet aan deze techniek meest onbenullige wetten. gesleuteld worden. Dit kan door een andere techniek, m.n. direc- • Tweede voorstel: De burgers te democratie een grotere rol verkrijgen een wetgevend initiatoe te bedelen. Het referendum tief en kunnen voorstellen ter is in deze aanpak het middel bij stemming in een referendum uitstek. uitlokken. Ook hier weer moeten om prak2. Het referendum: tische redenen drempels ingebouwd worden om de frequensleutel van tie van de referenda niet al te de politieke veel op te drijven, en om te ver• • vernIeUWIng mijden dat al te frequente refeDe VLD pleit reeds geruime tijd renda de mensen ertoe aanzetvoor de invoering van het refe- ten thuis te blijven. rendum als een middel om de Deze twee methoden van orgademocratie een grotere legitimi- nisatie van referenda worden teit te geven en om zo het geloof _ veelvuldig gebruikt in een aanvan de burger in democratische tal landen, waaronder besluitvorming te herstellen. Dit Zwitserland, Californië,
De schandalen en de corruptie die de laatste maanden en jaren aan het licht zijn gekomen hebben het vertrouwen van de mensen in de politieke klasse tot een dieptepunt gebracht. Dit wantrouwen uit zich niet alleen tegenover de politici in de regering, die meer dan de andere politici de verantwoordelijkheid dragen voor het vele dat is misgelopen in België. Het wantrouwen heeft zich uitgebreid naar de hele politieke klasse, ook naar de politici in het parlement voor de scheefgroei. Het wantrouwen van de bevolking bestaat nu ten aanzien van alle politici, in de uitvoerende en in de wetgevende macht.
1. De crisis van de representatieve democratie Hoe kan het vertrouwen in de politiek hersteld worden? Nogal wat politici, vooral vanuit de rangen van de oppositie, stellen dat een essentiële vertrouwenwekkende hervorming erin bestaat het parlement te herwaarderen ten nadele van de uitvoerende macht. Mijn stelling is dat deze reactie de essentie van de vertrouwenscrisis van de bevolking over het hoofd ziet. Deze heeft te maken met een dramatisch verlies aan vertrouwen in de representatieve democratie. De representatieve democratie heeft ons in het verleden goed gediend. In een tijd waarin de massa van de bevolking ofwel ongeletterd was of nauwelijks lagere school had doorlopen was de kenniskloof tussen de elite, van waaruit de politieke klasse werd geselecteerd, en die bevolking enorm. In zo een situatie was het bijna onvermijdelijk dat het beste politieke systeem erin bestond op regelmatige tijdstippen verkiezingen te organiseren om de macht te delegeren aan een elite van mensen «die het beter wisten». Deze politieke elite kreeg dan de handen vrij om 's lands belangen te beheren tot aan de volgende verkiezingen. De basis voor het succes van de representatieve democratie, m.n. de grote kenniskloof tussen elite en de bevolking, bestaat niet meer. Grote delen van de bevolking zijn nu even goed geïnformeerd als de politici die in de politieke arena worden gestuurd. Het gevolg is dat deze bevolking niet alleen veel kritischer staat tegenover de verkozenen van het volk. Ze heeft 2/ HET VOLKSBELANG
Australië. Italië heeft onlangs de techniek van referenda ingevoerd. Het heeft in dit land bijgedragen tot een politieke aardverschuiving. De twee vormen van referenda kunnen op alle bestuursniveau's worden toegepast. Ze zullen de mensen dichter bij de besluitvorming brengen op het federale, het regionale en het gemeentelijk vlak, en dus de democratie versterken op al deze niveau's. Als techniek is het referendum complementair met de techniek van representatieve democratie. Ze vult deze laatste aan en dwingt de politici meer oog en oor te hebben voor de verzuchtingen die leven bij de bevolkin~. Ze geeft aan een steeds mondigere bevolking een uitlaatklep om hun visie en hun verlangens uit te drukken. Door het feit dat de politici zich binden aan de uitslag van de referenda nemen ze de bevolking meer au serieux en zullen ze door deze laatste ook meer au serieux genomen worden.
3. De bezwaren tegen het referendum De Belgische politieke elite, bijgestaan door een linkse intellectuele elite, vertoont een grote weerstand tegen het referendum. De bezwaren die in dit verband worden geopperd wegen meestal niet zwaar. We overlopenze. • «De mensen zijn onvoldoende geïnformeerd om op rationele wijze te beslissen».
Als dit argument ernstig wordt genomen geldt het evenzeer bij gewone parlementsverkiezingen. Immers, op dat ogenblik zijn diezelfde burgers ook slecht ~eïnformeerd en kieze ze op Irrationele wijze. Dit argument impliceert in feite dat parlementsverkiezingen, zoals referenda, niet hoeven. Met andere woorden, dit argument is in feite een pleidooi tegen de democratie. Het argument weerspiegelt een voorbijgestreefd paternalisme, dat in vroegere tijden misschien enige geldingskracht had toen het onderwijsniveau van de massa laag was, maar vandaag veel van zijn spankracht heeft verloren. Zoals eerder betoogd, zijn vele mensen even, indien niet meer, onderlegd dan de verMAART 1997
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Paul De Grauwe voorstander van referenda
tegenwoordigers die ze naar het parlement sturen. Bovendien heeft de regelmatige organisatie van referenda een grote educatieve waarde. Het stimuleert mensen om zich bezig te houden met politieke aangelegenheden en besluitvorming, en zal velen er toe aanzetten om zich beter te informeren. Dit kan alleen de kwaliteit van de besluitvorming ten goede komen. Een variant van dit paternalistisch argument is dat de invoering van het referendum wel eens zou kunnen leiden tot populistische (door het VlaamsBlok geïnspireerde) voorstellen om de vreemdelingen buiten te gooien en dat daar misschien zelfs een meerderheid voor zou gevonden worden. Deze vrees werd ook in Zwitserland geopperd. Alle voorstellen om vreemdelingen uit het land te zetten werden er echter met een grote meerderheid verworpen. Kortom als het Vlaams Blok er niet in slaagt met een racistisch platform meer dan 20% van de stemmen te halen in parlementsverkiezingen, waarom zouden dan racistisch geïnspireerde voorstellen in een referendum plots meer dan 50% halen?
Het spreekt vanzelf dat lobbies niet bij de pakken zullen blijven zitten als een referendum dat hun belangen kan schaden, wordt georganiseerd, en dat ze het kiezerspubliek zullen trachten te beïnvloeden. Maar dit gebeurt vandaag ook in onze parlementaire democratie. In feite hebben de drukkingsgroepen het veel gemakkelijker om de enkele honderden kabinetsleden en de 150parlementariërs te beïnvloeden dan om miljoenen mensen die in een referendum zullen stemmen van gedachte te doen veranderen. Dit is ook de reden waarom de parlementaire democratie vandaag onder vuur staat. Het is al te gemakkelijk gebleken om het klein aantal beslissingnemers in een representatieve democratie te corrumperen. Het zal voor de drukkingsgroepen veel moeilijker, en duurder zijn, om de miljoenen burgers die stemmen in een referendum om te kopen.
• «Een grote frequentie van referenda zal leiden tot apathie en tot lageparticipatie waardoor de legitimiteit van deze referenda ondermijnd wordt». . Het gebruik van drempels (bij voorbeeld 200.000handtekeningen) is hier belangrijk. Deze • «Referenda zullen ten prooi val- drempels beperken de frequenlen van de georganiseerde druk- tie van referenda en vermindekingsgroepen». ren op die manier de kans dat MAART 1997
mensen hun entousiasme zouden verliezen omdat ze al te dikwijls naar de stembus worden geroepen. En uiteindelijk moet het referendum niet dienen omhet gehele wetgevend werd van de volksvertegenwoordigers over te nemen, wel om de kans te bieden aan de bevolking om deze wetten te aanvaarden of te verwerpen die in de ogen van deze bevolking een groot belang hebben. Het kan, in dit verband, nuttig zijn te verwijzen naar de Zwitserse referenda. Uit een recente studie van The Economist blijkt dat tussen 1866 en 1993 het aantal nationale referenda gemiddeld 3,5 ~er jaar bedroeg, terwijl de participatiegraad schommelde tussen 40 en 60%. De laatste situeert zich nu gemiddeld rond de 40%. Dit betekent nog altijd dat enkele miljoenen mensen zich uitspreken over zaken die hen aanbelangen, in plaats van enkele honderden mensen.
bleem. Dit probleem bestaat echter ook in een representatieve democratie. De participatie van lagere inkomensklasse aan parlementsverkiezingen ligt gewoonlijk ook lager dan deze van de hogere inkomensklassen. Bovendien is de samenstelling van de volksvertegenwoordiging alles behalve een goede weerspiegeling van de maatschappelijke klasseverhoudingen. De laagste inkomensklassen zijn er nauwelijks vertegenwoordigd. En het is niet omdat sommige partijen beweren deze laagste inkomensklassen te vertegenwoordigen dat ze dit in de praktijk ook doen. De recente corruptieschandalen tonen aan dat diegenen die het in redevoeringen opnemen voor de armen, er het minst voor terugdeinzen om hun privébelangen te behartigen.
Besluit
• De representatieve democra- In dit artikel werd een nieuw tie stoelt op het principe van pleidooi gehouden voor de arbeidsspecialisatie: de burger, invoering van het referendum zelfs de meest onderlegde, kan als een middel om de bevolking zich niet intensief inlaten met de nauwer te betrekken bij de polipolitiek. Deze laatste vergt full- tieke besluitvorming. We hebtime aandacht. Noodgedwon- ben er de nadruk op gelegd dat gen moet de burger zijn macht deze vorm van directe democradelegeren. tie van essentieel belang is om Dit argument is correct, maar het vertrouwen van de mensen sluit het gebruik van het refe- in de democratie te herstellen. rendum met uit. Dit laatste vult De tijd is hiervoor rijp ook de representatieve democratie omdat de bevolking nu mondiaan, die het grootste deel van ger is dan ooit en over een het politieke werk zal moeten niveau van informatie en kennis blijven vervullen. De techniek beschikt die het noodzakelijk van het referendum kan zelf een maakt dat ze direct bij de nieuw elan geven aan de volks- besluitvorming zou betrokken vertegenwoordiging. Een worden. manier om een dergelijk elan te Het spreekt vanzelf dat een syscreëren zou er kunnen in bestaan het parlement het recht teem van directe democratie de te geven een alternatief voorstel representatieve democratie niet te formuleren telkens een voor- vervangt. Er zal in de hier voorstel van wet, uitgaande van de gestelde invoering van de refebevolking, aan een referendum renda nog voldoende werk overwordt onderworpen. Op die blijven voor de volksvertegemanier kan de expertise die in woordigers. Welmoet een nieuw het parlement bestaat, ingescha- evenwicht gevonden worden keld worden wanneer de bur- tussen deze twee vormen van gers een wetgevend initiatief democratische besluitvorming. wensen te nemen. Deze tech- Het verzet van de politieke (en niek wordt o.a. in Zwitserland intellectuele) elite in België tegen de invoering van het refetoegepast. rendum kan zonder overdrijving • Het referendum zal vooral de als een achterhoedegevecht hogere inkomensklasse ten bestempeld worden omdat het goede komen. Immers, de parti- weigert de nieuwe sociologische cipatie aan referenda door lage- ontwikkelingen in de maatre inkomensklassen is meestal schappij te erkennen. Tegelijk gering. belet dit verzet een fundamenEr is hier inderdaad een pro- tele politieke vernieuwing. HET VOLKSBELANG / 3
Kracht is macht, Rijkdom is macht, Informatie is macht
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Zijn er ook nadelen aan Internet? Internet, een aftakking van een onvoorstelbare informatiestroom naar ons thuis via de telefoonkabel, brengt ons zonder verplaatsing in verbinding met de rest van de wereld. Op het eerste gezicht lijkt Internet dus nuttig. Maar waarvoor? Het is natuurlijk voor een bepaald publiek interessant om in 's werelds grootste bibliotheken boeken te gaan raadplegen, of om beursberichten met minimale vertraging binnen te krijgen, ~m via gespecialiseerde discussiegroepen in contact te kom~n met gelijkgezinden of experts meen bepaalde materie. Maar er bestaan ook vele andere (dwaze) toepassingen en ernstige tekortkomingen. Pizza's bestellen ~Ia het net bijvoorbeeld, ISmogelijk, Natuurlijk is het wel gemakkelijker dat de pizzaboer zich in België bevindt, dan dat hij van Singapore moet komen. Enkele tekortkomingen dan. De prijs bijvoorbeeld, de benodigde apparatuur, de kloof tussen 'have's en have-not's', ... We kunnen ons echter afvragen of dit fundamentele tekortkomingen zijn aan het medium in wordmg, dan wel kinderziekten die al gauw overwonnen kunnen worden. Ditmaal laten we de pessimisten aan het woord : de infosceptics, de critici. Een gerenommeerde c~tica is Marcella Rosen, voorzitter en afgevaardigd bestuurder van Network Television Association, die een aantal kanttekeningen zet bij de informatiesnelwegmetafoor. Ze zegt dat dit een concept is dat niet bestaat, dat decennia verwijderd is van de realiteit en dat wellicht nooit de hooggespannen verwachtingen zal inlossen. Haar opmerkingen vat ze samen onder 7 C's:
Cable - kabel "De beroering rond Internet zal koelen zonder blazen, net zoals dat bij de euforie rond de kabel het geval was", stelt Rosen .. Terwijl men vroeger bij een ~antal uitvindingen of verandenngen juichte dat de eeuw van de alles inzichtelijk en beheersbaar makende wetenschap aangebroken is, dat binnenkort Iedereen over een ei~en helicopter zal beschikken die je boven het verkeer uit snel en veilig zal brengen waarheen je wil, ... zal de eerste vervoering overgaan in stille ontnuchtering en zal het nieuwe, dat meestal inderdaad een verbetering is en een toegevoegde waarde heeft ten opzicht van vroeger, geïntegreerd worden in de overige middelen. Rosen stelt dat de 4 / HET VOLKSBELANG
voorspelling dat een nieuw medium de oude, gevestigde media zal vervangen, historisch nog nooit is uitgekomen.
Concurrentie
Verwarring Er heerst inderdaad een zekere verwarring over het Internet, over de mogelijkheden en over de toekomst. Specialisten weten het soms ook niet meer. Na enkele maanden wordt de ene verklaring, die niets a~ duidelijkheid te wensen overhet, vervangen door een andere, wat soms een bocht van 180 0 betekent. Het lijkt wel de politiek. En we geven het toe, we ku~en het niet weten. We kunnen met voorspellen welke effecten nu nog in de kinderschoenen staande technologieën zullen teweegbrengen. Eén voorbeeld zijn de nieuwe technologieën waar Lernout e~ Hauspie momenteel mee expenmenteren. Het omzetten van tekst in spraak, spraakherkenning en het comprimeren v~n spraak in digitale gegevens die opnieuw in spraak kunnen wo~den omgezet. Of de automansche vertaling. Allemaal nieuwe takken, die een aantald·obs gaan doen verdwijnen en hopelijk) andere gaan bijcreëren. Zo krijgt het Internet een spraakmakende dimensie bij. Met welke gevolgen?
Vrije mededinging zal het uiteindelijke gezicht van de Infosnelweg bepalen. Het concept van de convergerende industrieën, waarbij een aantal industrieën steeds dichter bij elkaar gaan aanleunen en uiteindelijk in elkaar opgaan en zo een veel grotere metaindustrie gaan vormen, is volgens haar te ver gezocht. In realiteit zullen enkel de sterksten overblijven. De markt kan volgens haar niet oneindig blijven groeien omdat de consument eenvoudigweg niet genoeg inkomen hee~t om all~ opties te betalen. De ~Ut~~axImalisatie onder beperking ISde eerste les in de economie. Met betrekking tot de informatiesnelweg is dit zeker waar: sedert het openstellen van de snelweg in 1994 heeft het medium een explosieve groei gekend, die get~kend werd door de concurrentie op het Internet : van zodra één filmmaatschappij zijn trailers (voorfilmpjes) op het Internet zette, volgden alle anderen, idem dito met bijvoorbeeld de auto- Congress - Overheid merken. De rol van de overheid vergroot. Maar Rosen heeft waarschijnlijk Er moet immers een ultieme gelijk wanneer ze stelt dat ook scheidsrechter zijn bij conflicten. hierin een saturatiepunt bestaat. Deze economische arbiter zal er Dat de hedendaagse mens bovendien voor moeten zorgen begrensd is in zijn mogelijkhedat de drempel zo laag mogelijk den, zeker qua financiële draag- wordt gehouden en dat er maxikracht of koopkracht maar min- mumprijzen vastgelegd worden. stens evenveel qua tijd, staat bui- Lokale overheden verliezen echten kijf. ter aan belang. Supra-nationale overheden zullen het mondiale Dat men mensen zal overhalen om na hun dagtaak, waarbij de Internet in goede banen moeten meesten ook al een paar uur per leiden. Waar dit niet mogelijk is, zullen binnen afgebakende dag op een beeldscherm moeten turen, en tegen betaling in h~n markten of gebieden interne vrije tijd nogmaals een zekere tijd regels kunnen gehanteerd worop het Internet te surfen IS .waar- den. De Europese eenheidsschijnlijk iets waar zeker in het markt bijvoorbeeld biedt op dit begin, wanneer een aantal dien- vlak heel wat mogelijkheden. sten nog via verschillende andere Zoals ook op andere markten zal kanalen te bereiken zijn, niet toe de overheid er voor moeten zorbereid zal zijn. Behalve inder- gen dat de vrije marktmechanisdaad, wanneer bijvoorbeeld de men hun werk kunnen doen om wekelijkse reklamekrantjes door een zo groot mogelijke hoev~eleen zeer hoge milieutaks te duur heid tegen een zo laag mogehJ~e zullen geworden zijn en men prijs aan een zo groot mogelijk dezelfde informatie via Internet publiek te voorzien. (of telenet) zal aanbieden via d.e televisie of via de computer. Dit kan natuurlijk enkel wanneer de Coolness prijzen nog gevoelig zullen dalen. ontnuchtering Maar onmogelijk is het zeker niet. Denk maar aan bijvoorbeeld De ontnuchtering volgt snel na de eerste euforie. Wat kan er teletekst, dat nu waarschijnlijk standaard bij de meeste televisie- gebeuren als blijkt dat niemand wil, dat toestellen geleverd wordt. De de Internet-produkten concurrentie of de diensten zul- weinigen geïnteresseerd zijn in len het uitzicht bepalen. nieuwe diensten (zoals betaalte-
levisie) of dat de prijs te hoog ligt? Een aantal bedrijven investeerden euforisch in het J.lUCCDIC\: : tegen zotte prijzen werden webpagina's gecreëerd en ~en ~acbt het ultieme marketingmiddel gevonden te hebben om tegen minimale kost een onbeperkt publiek aan te spreken. ~jkdom lag binnen handbereik. Het enthousiasme is bij velen reeds bekoeld : men trekt zich terug van al te grote investeringen in een onzeker medium. De bedrijven die winst maken via hèt Internet zijn er momenteel waarschijnlijk amper:. Hoewel ze ~r uiteraard wel zun : één klem voorbeeld dat alles met Internet te maken had: de ontwikkelaars van Netscape (Mosaic) gooiden hun navigator-tooi (browser) waarmee men gebruiksvriendelijk over het net kon bewegen gratis of tegen minimale kost op de markt. Voor een meer geavanceerde versie, met meer toeters en bellen, moet je betalen. Door het zeer lage kostenlcarakter, is de verspreiding enorm groot, waarbij een sterke m~~kentr0':l:w gecreëerd wordt. Tijdens zqn hoogdagen had Netscape wellicht ongeveer 90 % van de markt. Concurrent Microsoft kon niet achterblijven en lanceerde de Microsoft Explorer, die Netscape's virtuele monopolie traag maar gestaag aanvreet.
Crash testlagterrein testen De meeste Internet-experimenten in reële omstandigheden zijn mislukt. Rosen stelt dat dit te verwachten was, wanneer men de evolutie in televisieland bekijkt. Televisiekijkers die 30 kanalen binnenkrijgen bekeken er 13. Als men er 80 binnenkrijgt verhoogde het kijkgedrag tot nauwelij~ 14 kanalen. Meerdere expenmenten bevestigen deze tendens. Het bekendste terreinvoorbeeld was een experiment rond video on demand (via de kabel een videofilm opvragen). Dit systeem waarbij je zelfs niet meer naar de videotheek moet om een film te huren, maar je de film via de telefoon op je eigen scherm kan aanvragen, werkt niet. De mensen bleven naar hun vertrouwde videowinkel om de hoek gaan, net zoals de videotheek de bioskoop niet heeft verdron$,en, werkt deze verhoopte 'killer application' niet. Naast de technische problemen om een dergelijke techniek op grote schaal toe te passen, blijkt dat men het gedrag van mensen toch zo eenvoudig niet kan wijzigen. MAART1997 .
Bont en blauw ? Nee, een rechtse directe SP-voorzl.tter
1bhbact
laad
LoaU la ••.••
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Leu,eus stadhuis eaallielk-
waanIIp -taDoedDa: .FrAts BcAesteûa ~ dè sterke 1B8D YaD tie Nederlandse UberIllea, die la Nederland ook zijD uitgegroeid tot de grootste partij.
volgens de peiIJngea
Internet: op het eerste gezicht heel nuttig
Cash - de centen
Hoeveel zal dit grapje kosten ? Het aanleggen van een snelle infosnelweg-infrastructuur kost enorm veel. Dicht bij huis vinden we een uitstekend voorbeeld : Telenet Vlaanderen zal in januari 1998 van start gaan met een aantal diensten op de kabel. Daarvoor worden nu duizenden kilometers glasvezelkabel de grond in gestopt, wordt de apparatuur aangepast voor tweerichtingsverkeer en worden grote infrastructuurwerken op het gebied van computerinfrastructuur en gebouwen neergezet. De kost voor de aanleg van de glasvezelring alleen al bedraagt 15 miljard frank. De globale investering ligt bijgevolg verschillende malen hoger. Ontstellende bedragen, hoewel de 'worst case' scenario's een break-even verwachten in jaar 6 (2004), waarna de winst moet volgen. Deze berekening baseert zich enkel op het telecommunicatieverkeer (data en telefonie ), zonder rekening te houden met andere diensten. Als dit uitkomt, krijgt Rosen ongelijk. Time will teIl. Uiteraard zijn er nog andere critici die het Internet die door de hype heen proberen te kijken. Professor Hermann Maurer is er zo een. Op een indrukwekkend duidelijke manier zet hij een aantal nadelen van Internet op een rijtje. Zo is hij categoriek over de huidige snelheid van Internet. MAART 1997
Het zou sneller en zelfs goedkoper zijn, zegt hij, om vanuit Nieuw-Zeeland een videofilm te gaan halen in Australië dan hem over Internet te zenden. Of er is de mogelijkheid tot bedrog. Iedereen kan zeggen wat hij wil zonder dat men te weten kan komen wie hij is. Ik kan mij perfect voordoen als de paus. De veiligheid van het Net staat nog in de kinderschoenen, zeker wat betaalverkeer betreft. Bovendien is de informatie op het Web één grote chaos, zegt Maurer, waar het zoeksysteem via hyperlinks geen orde in kan brengen. Samengevat kunnen we zeker zeggen dat op deze nieuwe technologie, net zoals een aantal andere technologieën die haar zijn voorgegaan, een gezonde terughoudendheid rust. De optimisten die zeggen dat alles zal veranderen en zal beter gaan, zullen wellicht ongelijk krijgen. De pessimisten die het Internet verguizen en denken dat de mens er nog individueler, nog asociale door zal worden, eenzaam en alleen met enkel een computer en een virtuele wereld rondom zich, zullen het wellicht ook bij het verkeerde eind hebben. Wat we krijgen, is een uniek communicatiemiddel, dat ons tegen lichtsnelheid toegang geeft tot een nooit geziene hoeveelheid informatie. Zij die er interesse voor hebben en een zekere handigheid ontwikkelen in het
opzoeken van de juiste informatie, krijgen hiermee een instrument aan de vingers dat hen in staat zal stellen hun grenzen te verleggen.. Ook communicatie van mens tot mens krijgt een andere dimensie. het is fascinerend om bij het doen van enige research voor dit artikel, in direct contact te komen met een eminente Oostenrijkse mediadeskundige, de hierboven geciteerde prof. Maurer, die je een uur nadat je hem een vraag hebt gesteld, een bruikbaar antwoord geeft. Van Brussel naar Oostenrijk in enkele seconden. In een maatschappij die meer en meer begint te draaien rond het al dan niet snel beschikken over de juiste informatie, een competitief voordeel dat kan tellen. Laten we dus afwachten, maar niet passief zijn. Telenet Vlaanderen staat minder dan 11 maanden van ons af. Naast (digitale) telefonie zal een zeer snelle Internettoegang wellicht één van de sterkste troeven worden om over te stappen van Belgacom naar Telenet en zullen Internettoepassingen hierdoor een fikse stimulans krijgen. Laat ons rekening houden met de hierboven geformuleerde opmerkingen en de nadruk leggen op de positieve kanten van de in aanbouw zijnde informatiesnelweg. Zo geraken we waarschijnlijk het verst. Tot ziens, op het Net? Joost
[email protected]
Thbback heeft nooit wat moeten hebben van een paarse coalitie tussen liberalen en socialisten naar Nederlands model. Een van beide zal er bont en blauw uitkomen, heeft hij altijd gezegd. Die mening heeft hij enigszins herzien in De Standaard Magazine, dat een neerslag bracht van het gesprek tussen Thbback en Bolkestein. «Misschien eindigt die paarse coalitie in bont en blauw voor D66, dat zo'n voorstander was van paars», zegt hij nu. Waarom '1 Omdat niet alleen de liberale VVD blijkt te winnen, maar ook de socialistische PVDA van premier Kok vooruitgaat (en dus de negatieve spiraal opvallend heeft doorbroken) en alleen het links-liberale D'66 op (serieus) verlies staat. Met dat soort jezuietenredenering heb je natuurlijk altijd gelijk: daarmee bewijs ik met de CIjfers van de verkiezingen 'Van de jongste halve eeuw in de hand dat élke Belgische coalitie tussen socialisten en christen-democraten bont en blauw eindigt voor een van de partners, de ene keer de PS, dan de CVP, dan cvp. en SP samen en ga zo maar door. Ik herinner me dat socialisten en christen-democraten ooit samen dik tachtig procent van de kiezers haalden. Na ontelbare SP-CVPcoalities is de CVP haast gehalveerd in aanhang en doet de SP daar al niet veel voor onder. Om in bokstermen te blijven: dat is niet bont en blauw, dat komt neer op een linkse directe voor de een en een rechtse directe voor de ander. Met een technisch knockout tot gevolg. Tht slot een opmerkelijke uitspraak van Frits BoJkestein overdeVLDende~u~ mocratie: «Ik. moet niets hebben van referenda en dat soort zaken. Die kant van de VLD spreekt mij niet aan. De burger ~ niet wakker omdat de premier niet is verkozen, maar Omdatzijnfiets~en iL.We heb~ niette maten met een legitimiteitscrisiS- maar ene
etr~.
LV.D.K. HET VOLKSBELANG / 5
Modern liberaal syndicalisme -------------------------------------------------GuyHaaze
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
schappij opnieuw alle kansen kan geven. Slechts op die manier kan worden vermedn dat eenieder in de vertrouwde loopgraven blijft en de conservatieve reflexen de bovenhand blijven halen. De liberale vakbond heeft in het recente verleden reeds meerdere malen de noodzaak onderstreept om boven de klassieke polemiek uit te stijgen en dit op basis van wat toch algemeen aanvaarde objectieven zouden moeten zijn, met name, gezonde openbare financiën via de creatie van een efficiënt en algemeen stimulerend overheidsapparaat, doordachte overheidsinvesteringen, het opnieuw aantrekken en stimuleren van innoverende bedrijven, goede arbeidsvoorwaarden en en structureel gezonde sociale zekerheid. Guy Haaze
W8DDeer ik als liberaal syndicalist een eyaluatie moet maken van wat het voorbije Par op sociaalaebied Is verwezenlijkt, kan ikmoeiDJ1t anclers daa B96 bestempelen als het jaar 'Y8D de gemiste lcans(en). Nochtans was de ambitie groot, toen, in het zog van Bondskanselier Kohls initiatief, een groots toekomstplan werd aangekondigd. Structurele maatregelen zouden eindelijk werkgelegenheid creëren via de verbetering van de concurrentiekracht en een arbeidsintensieve economische groei.
heid nog steeds beperkt blijft tot het oplossen van problemen die de regering eerst zelf creëert, namelijk het steeds terugkerend deficit.
Ondertussen blijkt niemand in staat echt vernieuwend uit de hoek te komen. De regering stoort zich niet aan de oppositie, de oppositie biedt geen breed aanvaardbaar alternaIn 1996 zou tevens een grondig tief, en de sociale partners blijdebat over de sociale zeker- ven hun houding vooral verheid plaatsvinden. Na 11 antwoorden door elkaar de maanden discussie en overleg schuld te geven voor wat in de is er begin '97 op alle terreinen bedrijven mis gaat. nog altijd even weinig zeker- Nochtans voelt eigenlijk iederheid. een aan dat we slechts met Van een klaar en duidelijk vertrouwen naar de 21ste eeuw engagement inzake tewerkstel- kunnen gaan als niet de ling vanwege de regering is tegenstellingen maar de gegeen sprake meer, terwijl de meenschappelijke belangen discussie over de sociale zeker- worden benadrukt. 6 / HET VOLKSBELANG
Vergelijkingen met het buitenland kunnen hierbij uiteraard nuttig zijn, maar de oplossingen voor ons land moeten we zelf vinden. Het valt immers op dat elkeen slechts een deel van het verhaal vertelt wanneer naar landen als Denemarken, Nederland enz. wordt verwezen, waardoor opnieuw vrij snel een welles-nietes-dialoog ontstaat en inertie het enige resultaat is. Overheid, werkgevers, werknemers, werkzoekenden, jongeren en gepensioneerden moeten er in slagen samen de koek groter te maken. Zolang immers gesprekspart ners rond de tafel gaan zitten om elkaar een deel van de welvaart af te pakken, blijft ieder gesprek zinloos en een concensus onmogelijk. Wanneer echter samen gezocht wordt naar mogelijkheden om op termijn meer middelen te genereren teneinde aan de grote uitdagingen van de 21ste eeuw tegemoet te komen, kan de basis worden gelegd voor een nieuwe mentaliteit die de innoverende en creatieve krachten in de maat-
Slechts de partijen die erin slagen die doelstellingen op een geloofwaardige manier te formuleren, terzake de nodige engagementen willen nemen en bereid zijn op een klare manier verantwoording af te leggen voor hun beleid, zullen een breed publiek nog kunnen bekoren. Laten we dus eindelijk ophouden met het discussiëren over de problemen; ze zijn er immers onmiskenbaar, zowel op economisch als op sociaal vlak, zowel op korte als op lange termijn. Oplossingen hebben we nodig, en daarbij moeten uiteraard keuzes worden gemaakt waarbij de moed moet worden opgebracht iedereen voor zijn verantwoordelijkheden te plaatsen en aan de noodzaak om inspanningen op een billijke manier te verdelen wordt tegemoet gekomen. In een dergelijke context moeten ook de sociale partners kunnen bewijzen dat zij in staat zijn tegenover duidelijke en algemeen aanvaarde objectieven hun verantwoordelijkheid te nemen. De ACLVB blijft bereid de handschoen op te nemen. MAART 1997
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
VLD houdt historisch onderwijscongres
De VLD buigt zich voor het eerst over onderwijs Eind maart houdt de VLD haar onderwijscongres in Oostende. Om de leden van het LVVop dit belangrijk congres voor te bereiden kwamen de onderwijsspecialisten van de partij, Karel De Gucht, CongresvooniUeI; Marleen Vanderpoorten en André Denys, beiden verslaggevers, tekst en uitleg geven. De tekst en de resoluties die zullen voorgelegd worden, zijn toekomst gericht en dus geen aanklacht aan het adres van de Vlaamse regering voor de slechte aanpak van het onderwijsdossier. Tevens werd er geen globaal dossier samengesteld, maar werdeen beperkt aantal punten behandeld, onderverdeeld in drie hoofdpunten, nl. onderwijsnoden, onderwijsvrijheid en onderwijsorganisatie. Deze beperking betekent niet dat andere punten minder interessant zouden zijn, maar wel dat het belangrijker is enkele punten tot op het bot uit te werken en eventueel in latere congressen of studiedagen de overige onderwerpen te behandelen, zoals bijvoorbeeld over de PMS-centra, volwassenenonderwijs, buitengewoon onderwijs etc .. De werlc~oep heeft het probleem pluralistisch benaderd. Van het principe dat "Het onderwijs een grote maatschappelijke opdracht heeft". Men is vertrokken van het huidige landschap en daaraan veranderingen aangebracht. Het gaat hier niet om een ideologische studie zonder een mogelijkheid deze in de werkelijkheid te verwezenlijken, maar wel vertrekkende van de huidige situatie de veranMAART 1997
deringen aangeven waardoor de sociologische evolutie meer mogelijkheden geeft. Bijvoorbeeld voor wat betreft de vrije keuze van onderwijs. Men gaat kijken naar wat de verschillende scholen uit de verschillende netten te bieden hebben. Scholen moeten aan enkele criteria getoetst worden, zodanig dat kan nagegaan worden of de vrije keuze gerespecteerd wordt. Deze zienswijze wordt doorgetrokken naar de organisatie en de inhoud van het onderwijs. In de toekomst zullen we moeten komen tot een grotere samenwerking tussen de verschillende scholen over de netten heen. Tevens moet er een rechtstreekse dialoog ontstaan tussen de scholen en het beleidsniveau.
Onderwijs is leren leren Het onderwijs is "het overdragen van kennis en het leren leren, het bijbrengen van ethische inzicht en verbeeldingskracht en het ontwikkelen van de totale persoonî. Het onderwijs is teven leen belangrijke factor voor het economisch welslagen van Vlaanderen". Van dit uitgangspunt moet de totalen onderwijspolitiek bekeken worden. De basisvorming en -educatie zijn van uiterst belang. Daarom is het belangrijk dat tot 14jaar de differentiatie binnen de klas plaatsgrijpt, en moet er meer aandacht besteed worden aan de begeleiding van kinderen met taalachterstand én/of leermoeilijkheden. Vanaf 14 jaar moeten de leerlingen "georiënteerd worden naar
een onderwijsvorm die best past bij hun intellectueel vermogen, aanleg, interesse, inzet en werkkracht". Daarom moet, zonder het recht op een eerste jaar hoger onderwijs te ontnemen, een niet bindende oriëntatieproef voor alle studenten door de overheid georganiseerd worden en dus niet zoals in Frankrijk een baccalaureaat waarvan de toegang tot het hoger onderwijs wel afhankelijk van is. Goed onderwijs kan enkel gegarandeerd worden door een goede opleiding van de leerkrachten. Daarom moet er een centrum voor lerarenopleiding worden opgericht en moeten jonge leerkrachten bij de aanvang van hun carrière begeleid worden door meer ervaren collega's en niet, zoals dit nu het geval is, afgestudeerden zonder ervaring aan hun lot overlaten. Tevens is het, om de kwaliteit van het onderwijs te blijven garanderen van groot belang dat er een permanente vorming bestaat van alle leerkrachten. Er wordt in de resoluties ook gesteld dat het wetenschapsbeleid volledig geregionaliseerd moet worden. "De middelen voor onderzoek en ontwikkeling moeten evenwichtig verdeeld worden over fundamenteel en technologisch onderzoek". Dit voorstel valt volledig in de redenering dat de gemeenschap meer middelen ter beschikking moet stellen, op voorwaarde dat deze optimaal gebruikt worden. Het is dan ook verkeerd te denken dat de liberalen, wanneer zij aan de macht zouden komen, besparingen in
het onderwijs zouden doorvoeren, maar er moet wel werk gemaakt worden van een rationeler gebruik, van alle middelen zowel in het onderwijs als in het wetenschapsbeleid.
Scholen zijn de draaischijf van het onderwijs Tot op heden is de regelgeving over de inrichting van het onderwijs onduidelijk en ondoorzichtig. We leven nog steeds in een systeem met "vakjesmentaliteit" , waar alles in ingedeeld per koepel. De verzuiling van ons onderwijsbestel is zeker niet het voorbeeld van goed en degelijk onderwijs. De concurrentie en "zielenwinnerij" van de verschillende instellingen is geen garantie voor de intellectuele ontwikkeling van onze jongeren. Om die reden is er voor de overheid een belangrijke taak weggelegd om de regels vast te leggen die een algemeen onderwijsbeleid uitstippelen en te zorgen voor de financiering en de "kwaliteitsbewaking" van alle scholen. De overheid moet de waarborg zijn en moet waken over de vrije schoolkeuze. De onderwijsinstellingen krijgen in dit kader een grotere bewegingsvrijheid en worden inrichtende macht en kunnen dus binnen de regelgeving door de overheid vastgelegd alle maatregelen nemen die van belang zijn om een optimaal onderwijs te bieden. ALAIN MAITON HET VOLKSBELANG / 7
Geschiedenis
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Meer dan honderdjaar sociaal liberaal "Kledingwerk
Als gevolg van de economische crisissen in 1848-1849 werden door de opeenvolgende liberale regeringen o.l.v. Rogier en Frère-Orban een aantal wetsontwerpen ingediend die aan de verzuchtingen van de arbeidersklasse moesten tegemoet komen. In 1866werd de wet Le Chäpelier uit 1791 afgeschaft. Deze maatregel was een heel belangrijke stap in de verwezenlijkingvan zowel de vrijheid van vereniging als van een democratischer sociaal-economisch leven. Ook andere maatregelen, zoals de erkenning van onderlinge hulpkassen (1851), de oprichting van de Lijfrentekas (1865), de afschaffing van het werkboekje (1866) en de invoering van een goedkoop treinabonnement (1869) kaderden in deze sociale politiek. Deze maatregelen, door de doctrinaire liberalen genomen, werden ingegeven door de progressief-liberalen. De spanning tussen doctrinaire en radicale of progressieve liberalen bestond al van vóór de oprichting van de partij in 1846.Het grote discussiepunt was de houding t.O.V.de sociale vraagstukken en de uitbreiding van het kiesrecht. Het was de grote verdienste van de progressief-liberalen dat ze de aandacht van de liberale partij op de sociale problematiek hebben gevestigd. De allesbehalve benijdenswaardige toestand van de arbeiders werd niet zozeer toegeschreven aan het economisch systeem maar wel aan de intellectuele onderont81 HEl VOlKSBELANG-
officiële scholen" waarvan het archief zich volledig op het Liberaal Archief bevindt.
Enorme bloei
wikkeling van deze klasse. Een aantal morele eigenschappen, zoals spaarzaamheid, vooruitziendheid en zelfstandigheid waren de beste hefboom om in de verbetering van de levensomstandigheden van de arbeiders te voorzien en deze eigenschappen konden het best aangeleerd worden door het onderwijs. De progressief-liberalen ijverden dan ook voor de invoering van de schoolplicht. Door het ontbreken van het verplicht onderwijs zou de arbeidersopvoeding echter moeten gebeuren via andere kanalen en hoofdzakelijkgeïnspireerd door het motto: 'Help u zelf'. Er werden werkmanskringen opgericht die naast hun opvoedende taak, naderhand ook de verdediging van de materiële belangen van de arbeidersklasse op zich zouden nemen. Op talrijke plaatsen zien wij dergelijke werkliedenorganisaties ontstaan. Wij noemen er enkele: 'Help U Zelf' (1882, Antwerpen), 'Van Gheluwe's Genootschap' (1878, Brugge), 'Liberale Werkmansverdediging' (1893, Gent), 'Laurentkringen' (tussen 1868 en 1885, Gent), 'Liberale Werkmanskring Vooruitgang door 't Werk' (1884, Aalst), 'Liberale Volksbond' (1890, Roeselare ), het 'Werkersverbond' (1894, Oostende), de 'Vrije Werkersbond' (1904, Oudenaarde ). Eén van de liefdadigheidsinstellingen die in de 19de eeuw het licht zagen is het "Algemeen Kledingwerk voor Antwerpens
Het Algemeen Kledingwerkwas een liberaal gezinde organisatie die ontstond ter ondersteuning van het officieel onderwijs te Antwerpen. Het verschafte kleding aan arme en behoeftige kinderen uit de Antwerpse stadsscholen. Deze doelstelling kaderde in de optiek van de liberalen,dathetonderwijshétmiddel was tot verheffing van de arbeidersstand en de verbetering van hun sociale toestand. De afwezigheid van de schoolplicht werkte enerzijds onregelmatig schoolbezoek in de hand, maar anderzijds onderkende het Algemeen Kledingwerk ook iets als "schoolverzuim uit noodzaak". Zij gingen ervan uit dat, indien de kinderen uit behoeftige middens voldoende en verzorgd gekleed werden, zij liever en derhalve regelmatiger de lessen zouden volgen. Daarom werd in 1893 door een aantal vertegenwoordigers van het bloeiende Antwerps liberaal verenigingsleven het initiatief genomen tot de oprichting van het "Algemeen Kledingwerk voor Antwerpens officiële scholen" onder het motto 'Weldoen baart genoegen'. Het Kledingwerk kende een enorme bloei en het aantal bedeelde kledingstukken per jaar steeg van 95 in het eerste werkingsjaar tot 4.950 net voor de Eerste Wereldoorlog. De meeste uitdelingen vonden plaats voor de winterperiode: de noodzakelijke bescherming tegen de winterkou was dan uiteraard heel welkom, maar het was ook de periode waarin de seizoenwerkloosheid menig huisgezin het hardst trof. Voor het opsporen van de behoeftigen kon men rekenen op de medewerking van de scholen die de meest schrijnende gevallen doorgaven. Na voorafgaandelijk onderzoek naar eventuele andere ondersteuningsmiddelen en de inkomsten van het gezin werden de kinderen in een lokaal in de wijk uitgenodigd voor het
nemen van de maten. Na de afwerking door de leveranciers werd alles uitgedeeld "zoo stil mogelijk, zonder bazuingeschal of groot vertoon, zodat er weinig of niet in de buurt over gesproken wordt". De organisatie werd gedragen door een Middencomiteit dat diverse Wijkcomiteiten overkoepelde. In 1902 reeds opereerde het Algemeen Kledingwerk in elke stadswijk. Van de bestuursleden werd een grote en actieve inzet verwacht want zij deden de onderzoeken en hielpen bij het verzamelen van de nodige fondsen. De financiële basis van het Kledingwerkwas breed, gaande van de jaarlijkse ledenbijdragen tot de occasionele inkomsten. Zo werd een beroep gedaan op diverse liberale verenigingen om omhalingen te doen op hun vergaderingen, feesten en activiteiten en kon het ook op de steun rekenen van andere organisaties die de opbrengsten van hun feesten afstonden of verdeelden onder liefdadigheidsverenigingen. Het gros van de inkomsten was echter afkomstig enerzijds van de subsidies van de stad en de provincie en anderzijds van de collectebussen die in herbergen en restaurants stonden opgesteld. Om ruchtbaarheid te geven aan zijn activiteiten deed het Kledingwerk een beroep op de liberale en plaatselijke pers, waarin regelmatig de namenlijsten van de milde schenkers en de geschonken bedragen verschenen. Groot succes kende ook de uitgave van een eigen blad Ons Werk dat echter maar verscheen van 1901 tot aan Wereldoorlog I. Ruimere bekendheid verkreeg het Kledingwerk na het ontvangen van de zilveren medaille op de Wereldtentoonstelling te Brussel (1910) en de gouden medaille op de Wereldtentoonstelling te Thrijn (1911). Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de werking opgeschort maar vanaf 1919 hernam het Kledingwerk zijn bedelingen. Als gevolgvan de moeilijke economische toestand was er ook een steeds stijgende vraag. In de jaren 1931 en 1932 steeg het MAART 1997
(c) Liberaal Archief - Kramersplein 23 - 9000 Gent
Een bedeling van het Kledingwerk in 1938 (foto LiberaalArchief) aantal bedeelde klederen zelfs tot 5.700 per jaar. De stijgende prijzen en de inflatie maakten het er intussen niet makkelijker op om de nodige fondsen bijeen te krijgen. Het systeem van de collectebussen werd vervangen door de zg. albumdoosjes die in de scholen werden geplaatst. Ook de jaarlijkse concerten en de tombola volstonden niet meer om de financiële behoeften te voldoen. Na tussenkomst van erevoorzitter Kreglinger konden de subsidies echter fiks opgetrokken worden zodat de grootste noden konden gelenigd worden.
Moeilijkheden
Tijdens de Theede Wereldoorlog bleef het Kledingwerk verder werken, ondanks een verbod voor alle liefdadige werken hun activiteiten verder te zetten. Het bestuur vergaderde in besloten kring en poogde aan de moeilijkheden die zich situeerden op gebied van rantsoenering van kledij, de beperkende reglementering en het gebrek aan financiële middelen bij de bevolking, het hoofd te bieden. In 1946 vierde het Kledingwerk zijn (uitgestelde) 50-jarig beMAART 1997
staan en het werd op grootse wijze gehuldigd. Meer dan 25 Antwerpse liberale maatschappijen sloten zich hierbij aan. Het Kledingwerk herstelde zich vlug na de moeilijke oorlogsjaren, maar diende zijn werking aan te passen aan de nieuwe economische situatie. De kosten per kledingstuk waren dermate gestegen dat er minder kinderen konden geholpen worden. Daar men ervan uitging dat de sociale voorzieningen toch verbeterd waren, ging de meeste aandacht naar de ergste gevallen van schrijnende armoede. Ook het verwerven van financiële middelen was aan herziening toe. Het Kledingwerk diende naar nieuwe inkomsten uit te zien. Aan de cabaret- en dansavonden waaraan bekende artiesten zoals Co Flower, The Strangers, Jef Burm en Gaston Berghmans hun medewerking verleenden, werd een aardige stuiver overgehouden. Een andere jaarlijkse klapper was de "Nacht van de Naastenliefde" ter gelegenheid van de 6-daagse in het Sportpaleis.
Kolonialen Het Kledingwerk beperkte zich
echter niet meer tot de klassieke bedelingen en verruimde haar werkveld. Zo werd er hulp gegeven aan de getroffenen van de overstroming van de winter van 1953 en aan de kolonialen die na 1960 terug naar België kwamen. Hulpacties ten voordele van Polen en Zaïre in de jaren 1980 konden eveneens op de sympathie van het Kledingwerk rekenen. Het spreekt vanzelf dat al deze initiatieven slechts konden genomen worden door een vereniging die kon bogen op een werkzame kern met aan het hoofd ervan een sterke persoonlijkheid als voorzitter. De snelle groei en bloei van het Kledingwerk in de eerste twee decennia was voor een groot stuk aan voorzitter John De Wit te danken. Als hij in 1908 erevoorzitter wordt, volgt Frans Philipsen hem op. Na Adolf De Rooy (1925-1928) en Frans Van Ganse (1928-1933) nam in 1934 Willem Janssens het roer over. Hij bleef voorzitter tot 1960. Dan werd hij, samen met C. Van Rooy erevoorzitter terwijl Jules Voets de algemene leiding waarnam. Onder zijn bestuur kwam er een nieuw elan in het
Kledingwerk dat door zijn opvolger Oscar De Meyer in 1965 verdergezet werd. Na diens overlijden in 1979 nam zijn echtgenote Mw. J. De Meyer-Van Heurck deze taak, die ze nog steeds vervult, op zich. Het Kledingwerk kon ook steeds bogen op gerenommeerde erevoorzitters zoals Victor Desguin (1895-1918), Richard Kreglinger (1921-1928), Robert Godding (1933-1953) en Frank Pepermans (1969-1878). De successtory van het Kledingwerk toont aan dat dergelijke initiatieven jammer genoeg nog steeds bestaansreden hebben ook in tijden die gekenmerkt worden door een nooit gekende welvaart en rijkdom. Geertrui De Sadeleer-Coppens wetenschappelijk
medewerker
1 Geertrui Coppens en Luc Pareyn, Inventaris van het archief van het Algemeen Kledingwerk voor Antwerpens officiële scholen (1893-1993), Gent, Liberaal Archief, 1996, 40 blz. HET VOLKSBELANG / 9