openbare versie
BESLUIT
Besluit van de directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit als bedoeld in artikel 37, eerste lid, van de Mededingingswet.
Datum: 10.02.1998
Nummer: 56/15.B96
Betreft: 56/ HIM Furness - Hoogewerff de Rijke
1.
Op 22-1-98 heeft de directeur-generaal van de Nederlandse
mededingingsautoriteit een melding ontvangen waarin is medegedeeld dat de ondernemingen HIM Furness N.V. en Hoogewerff de Rijke Terminals B.V. het voornemen hebben een concentratie als bedoeld in artikel 27 van de Mededingingswet aan te gaan. Van de melding is mededeling gedaan in de Staatscourant (no. 16) van 26.01.1998. I. DE PARTIJEN 2.
HIM Furness N.V. (hierna: HIM) is een aan de Amsterdam Exchanges
genoteerde naamloze structuurvennootschap. Zij is de moederonderneming van Seaport Terminals B.V. (hierna: Seaport) en Furness NeoBulk Services B.V. (hierna: FNBS). HIM is een houdstermaatschappij. Ondernemingen uit de HIM-groep zijn actief op het gebied van op- en overslag van goederen in zee- en luchthavens, logistieke dienstverlening en dealerschappen van personen-, bestel- en bedrijfswagens. Seaport is een stuwadoorsbedrijf in de Rotterdamse haven en haar activiteiten omvatten de op- en overslag van fruit en groenten, houtproducten en roll-on/roll-off-lading. FNBS is een expediteur en cargo-agent voor houtproducten. 3.
De besloten vennootschap Hoogewerff de Rijke Terminals B.V. (hierna: HRT), is
een 100% dochteronderneming van Shannon Beheer B.V. (hierna: Shannon). De aandelen van Shannon worden gehouden door Cornelder Holding B.V. en De Rijke Holding B.V. elk voor 50%. De activiteiten van de Shannon-groep betreffen met name de op- en overslag van containers, metalen en talk. HRT is actief in de sector van op- en overslag van metalen en containers in de Rotterdamse haven. Cornelder Holding B.V. en De Rijke Holding B.V. hebben geen eigen activiteiten.
1
openbare versie
II. ANDERE BELANGHEBBENDEN 4. Naar aanleiding van de mededeling in de Staatscourant zijn geen zienswijzen van derden naar voren gebracht. De directeur-generaal heeft ambtshalve vragen gesteld aan verschillende marktdeelnemers. Daarop zijn mondeling reacties ontvangen. Uit deze reacties is niet gebleken dat de voorgenomen concentratie de vorming of versterking van een economische machtspositie tot gevolg heeft.
III. DE GEMELDE OPERATIE 5.
De gemelde operatie betreft de vorming van een nieuwe gemeenschappelijke
onderneming Hoogewerff de Rijke Seaport B.V. (hierna: HR Seaport). De moederondernemingen zullen
¾ het geheel van activa en passiva van Seaport betreffende de activiteiten van op- en overslag van houtproducten en roll-on/roll-off-lading in de Britanniëhaven te Rotterdam, ¾ de aandelen van HIM in FNBS en ¾ het geheel van activa en passiva van HRT betreffende de activiteiten van op- en overslag van metalen en containers met uitzondering van de lokatie Welplaatweg te Rotterdam in HR Seaport inbrengen. Seaport en Shannon zullen elk 50% van de aandelen aan HR Seaport houden.
IV. TOEPASSELIJKHEID VAN DE MEDEDINGINGSWET
Gezamenlijke zeggenschap 5.
In de statuten van de nieuwe onderneming is geregeld, dat besluiten in de
algemene vergadering worden genomen bij volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen, tenzij in de statuten anders is bepaald (artikel 29.2.). Bij staking van stemmen over benoeming van personen komt geen besluit tot stand (artikel 29.4.) Bij staking van stemmen over andere onderwerpen is het voorstel verworpen (artikel 29.5.). 6.
De algemene vergadering benoemt een raad van commissarissen, bestaande uit
drie of vijf personen (artikel 19.1.). Elke aandeelhouder krijgt het recht een bindende voordracht voor een gelijk aantal van leden te doen. Aandeelhouders zullen gezamenlijk een neutrale voorzitter van de raad van commissarissen benoemen(artikel 19.7.). De raad van commissarissen besluit met volstrekte meerderheid van de uitgebrachte stemmen. Bij staking van stemmen heeft de door partijen gemeenschappelijk benoemde voorzitter een beslissende stem (artikel 25.1.).
2
openbare versie
7.
De oprichtende ondernemingen Seaport en Shannon zullen in feite ieder een
vetorecht hebben ten aanzien van alle belangrijke ondernemingsbeslissingen en zullen derhalve gezamenlijke zeggenschap over HR Seaport verkrijgen.
Duurzame zelfstandige economische eenheid 8.
De zelfstandige bedrijfsonderdelen van Seaport en HRT evenals de
onderneming FNBS zijn nu al volwaardige ondernemingen die werkzaam zijn op een markt en daar alle functies vervullen welke andere op die markt werkzame ondernemingen normaal gesproken vervullen. De gemeenschappelijke onderneming is niet voor een beperkte termijn opgericht. HR Seaport zal derhalve op duurzame wijze alle functies van een zelfstandige economische eenheid vervullen.
Geen coördinatie van marktgedrag van oprichtende ondernemingen 9.
Na de operatie zullen ondernemingen van de Shannon-groep niet meer actief
zijn op het gebied van op- en overslag van houtproducten, metalen, container en rollon/roll-off-lading. Het feit dat de lokatie “Welplaatweg” waar HRT tot nu toe haar op- en overslagactiviteiten van metalen en containers heeft gedreven niet in de nieuwe onderneming wordt ingebracht, doet hier niet aan af. Op zich is de lokatie niet verbonden aan een bepaalde activiteit. Het is de bedoeling dat deze lokatie aan derden wordt verkocht. Van de HIM-groep zal alleen het Nederlandse Bevrachtingskantoor B.V. te Velsen in op- en overslag op het gebied van houtproducten actief zijn. Aangezien alleen maar één van de oprichtende moederondernemingen in de sector van de nieuwe gemeenschappelijke onderneming actief zal zijn, is er met betrekking tot deze activiteiten geen sprake van coördinatie van concurrentiegedrag tussen de Shannon-groep en de HIM-groep. 10.
Seaport zal samen met de expediteur Ebrex in een gemeenschappelijke
onderneming genaamd Seabrex Rotterdam B.V. haar activiteiten met betrekking tot open overslag van groenten en fruit verder uitoefenen en ten behoeve van deze activiteiten ook vennoot zijn in de Fruit Terminals Rotterdam v.o.f.. Ondernemingen van de Shannon-groep zijn op dit gebied niet actief. Derhalve is er ook in andere sectoren waarin de oprichtende ondernemingen actief zijn geen sprake van onderlinge coördinatie van concurrentiegedrag. 11.
Gezien het bovenstaande is de gemelde operatie naar de mening van de
directeur-generaal een concentratie in de zin van artikel 27, onder c, van de Mededingingswet.
3
openbare versie
Omzetdrempels 12.
Uit de bij de melding ter beschikking gestelde omzetgegevens blijkt dat de
gemelde concentratie binnen het toepassingsbereik van de Mededingingswet valt.
V. BEOORDELING A. Relevante markten Relevante productmarkten a) Op- en overslag van houtproducten en metalen 13.
Partijen beschrijven de relevante productmarkten als de markten voor op- en
overslag van houtproducten en metalen. Zij wijzen er op dat
¾ onder overslag dient te worden verstaan het geheel van handelingen om het schip dat lading aanvoert te lossen of een schip dat lading ophaalt te laden; ¾ onder opslag wordt verstaan het in een loods of op een terrein bewaren van lading; ¾ onder logistieke dienstverlening met betrekking tot op- en overslag dient te worden verstaan de organisatie van deze diensten en van verdere activiteiten welke liggen op het gebied van het vervoer van goederen van de producent naar de koper van deze goederen. Op- en overslag en de daarbij horende logistieke dienstverlening zijn naar de mening van partijen onderdeel van één markt. Daarentegen geven de verschillende goederenstromen aanleiding tot afbakening van te onderscheiden markten. 14.
Onder houtproducten dient volgens partijen te worden verstaan cellulose, papier
en bewerkte houtproducten. Een groot onderdeel van houtproducten is krantenpapier. Onder metalen dient te worden verstaan aluminium, zink, lood, kobalt en afgeleide producten. 15.
In de visie van partijen vormen op- en overslag van houtproducten en metalen te
onderscheiden markten omdat verschillende rederijen de lading aanvoeren en geheel andere producenten en afnemers bij het product betrokken zijn. Ook verschilt de infrastructuur voor de behandeling van houtproducten en metalen in zekere mate. Voor de opslag van houtproducten is in ieder geval een loods vereist, terwijl sommige metalen buiten kunnen worden opgeslagen. Voor de overslag van krantenpapier moet het stuwadoorsbedrijf speciale transportwagens hebben. In de praktijk zijn stuwadoorsbedrijven in havens gespecialiseerd in één of meerdere goederenstromen. Deze specialisatie begint vaak met een grote klant, waardoor de stuwadoor contacten
4
openbare versie
met de branche en know-how in het behandelen van het product verwerft en daardoor ook als gespecialiseerde stuwadoor bij producenten en afnemers bekend wordt. 16.
Een vergelijkbare specialisatie is ook bij de belangrijkste concurrenten
Interforest Terminals Rotterdam B.V. (hierna: Interforest) en Handelsveem B.V. C. Steinweg (hierna: Steinweg) in de Rotterdamse haven te constateren. Interforest is bijna uitsluitend actief op het gebied van op- en overslag van houtproducten en behandelt andere producten alleen als deze toevallig op een schip meegenomen worden dat hoofdzakelijk houtproducten vervoert. Steinweg is actief op het gebied van op- en overslag van metalen, ‘soft commodities’ (b.v. cacao, koffie, thee) en chemicaliën. De ondervraagde concurrenten zijn het met partijen eens dat de markten naar goederenstromen moeten worden afgebakend. Zij noemen voor deze zienswijze dezelfde argumenten als partijen. 17.
Gelet op het voorafgaande zijn ook volgens de directeur-generaal derhalve
enerzijds de markt voor op- en overslag van houtproducten en anderzijds de markt voor op- en overslag van metalen, te beschouwen als twee afzonderlijke relevante productmarkten.
b) Op- en overslag van containers en roll-on/roll-off-lading 18.
Naar de mening van partijen zijn de markten voor op- en overslag van
containers en van roll-on/roll-off-lading ieder aparte markten. Containers moeten worden gezien als een vervoersmethode. De inhoud van de container kan alle producten omvatten zolang de goederen binnen de maten van de container vallen. Roll-on/roll-offlading is lading die zich op trailers bevindt en die het schip op respectievelijk af wordt gereden via een soort brug. Andere dan roll-on/roll-off-lading wordt via kranen het schip in of uit gehesen. Roll-on/roll-off is, evenals container, een methode van vervoer. Voor beide methoden van vervoer geldt volgens partijen, dat de inhoud van de lading voor een stuwadoor niet van belang is. Voor het behandelen van container of van roll-on/roll-offlading is een specifiek infrastructuur vereist. Deze zienswijze wordt door concurrenten bevestigd. 19.
Gelet op het voorafgaande is ook volgens de directeur-generaal de op- en
overslag van containers en van roll-on/roll-off-lading ten opzichte van de op- en overslag van houtproducten of metalen een te onderscheiden markt. In deze zaak kan in het midden blijven of de twee genoemde vervoersmethoden een gezamenlijke markt of twee separate markten vormen, omdat ongeacht hoe de markten worden afgebakend de partijen op deze productmarkten geen noemenswaardig marktaandeel behalen(zie hierna overweging 26).
5
openbare versie
Relevante geografische markt 20.
Volgens de meldende partijen moet met betrekking tot de geografische
dimensie van de relevante productmarkten worden uitgegaan van de havens in de Hamburg - Le Havre-range (Hamburg, Bremen, Bremerhaven, Lübeck, Brake, Amsterdam, Velsen, Terneuzen, Vlissingen, Antwerpen, Zeebrugge, Rouen, Le Havre). 21.
Partijen stellen dat er verschillende redenen voor de keuze van een haven zijn.
Voor een grote reder kan het zinvol zijn om in een bepaalde regio slechts één haven aan te lopen (zogenoemde “main-port-concept”) en, indien nodig, goederen met kleinere schepen naar andere havens te transporteren. Producenten en afnemers van producten hebben alleen belang bij het bepalen van een specifieke haven, als hun bedrijf dicht bij een haven ligt en zij de transportkosten tussen haven en bedrijf willen minimaliseren. De meerderheid van producenten en afnemers is echter niet vlak bij een haven gevestigd. Hoe verder zij van een haven weg zitten des te groter wordt voor hen de range van havens voor het vervoeren of ontvangen van goederen. Haventarieven en dergelijke kosten spelen geen grote rol bij de keuze van een haven. De service en de prijs van stuwadoorsbedrijven daarentegen wel. De service houdt bijvoorbeeld voor Seaport in het wekenlange opslaan van papier voor grote klanten, omdat producenten hun eigen opslagruimte zo klein mogelijk willen houden. Concurrentie ontstaat derhalve tussen ondernemingen in verschillende havens. 22.
De ondervraagde concurrenten in Rotterdam bevestigen dat de concurrentie
vanuit andere havens, met name Antwerpen, zeer groot is. Enkelen zijn van mening dat de concurrentie tussen stuwadoors in verschillende havens groter is dan tussen stuwadoors in dezelfde haven. 23.
Het blijkt overtuigend dat reders in beginsel niet aan één haven gebonden zijn.
Het blijkt daarentegen ook dat grote reders in verband met het bovengenoemde “mainport-concept” voor slechts één haven kiezen. Aangezien de concentratie niet tot een samenvoeging van marktaandelen leidt kan naar de mening van de directeur-generaal in onderhavige zaak in het midden blijven, of de relevante geografische markt slechts één haven behelst of meerdere havens in de regio (zie hierna overwegingen 24 en 25).
B. Gevolgen van de concentratie 1
1
Ten behoeve van de openbare versie van dit besluit werd de hoogte van marktaandelen vervangen door
een bandbreedte of weggelaten.
6
openbare versie
a) Op- en overslag van houtproducten 24.
De meldende partijen stellen dat in de Rotterdamse haven per jaar 1,5 mln ton
houtproducten wordt overgeslagen. Bij de vaststelling van het marktvolume moet rekening worden gehouden met omzet, die concern-intern gerealiseerd wordt omdat de voor deze omzet benodigde capaciteit niet op de markt beschikbaar is. De markt omvat dus alleen maar het volume dat door dienstverlening aan derden op- en overgeslagen wordt. De grootste speler in Rotterdam op het gebied van de op- en overslag van houtproducten, Interforest, heeft aangegeven dat rond [60-70%] van haar op- en overslagcapaciteit door haar Zweedse moederonderneming in beslag wordt genomen. Van het totaal door Interforest behandelde volume van rond [...] ton per jaar wordt dus maar rond [...] ton voor derden behandeld. Derhalve blijkt het marktvolume in Rotterdam ongeveer 1,05 mln ton te behelzen. Seaport behandelt in Rotterdam [...] ton houtproducten en behaalt derhalve een marktaandeel van [25-45%]. HRT is niet actief op het gebied van op- en overslag van houtproducten. Interforest bereikt met door aan derden verleende diensten een marktaandeel van [20-30%]. Ten gevolge van de voorgenomen concentratie vindt geen samenvoeging van marktaandelen plaats. Ten aanzien van de concurrentieverhoudingen kan verder worden geconstateerd dat HR Seaport ook na de concentratie zal worden geconfronteerd met ten minste één belangrijke tegenspeler in de Rotterdamse haven. Bovendien wordt door partijen en ondervraagde concurrenten bevestigd, dat de Rotterdamse stuwadoors ten minste vanuit in Antwerpen gevestigde dienstverleners grote concurrentie ondervinden, waar per jaar 4,5 mln ton houtproducten wordt overgeslagen.
b) Op- en overslag van metalen 25.
Volgens partijen wordt in de haven van Rotterdam per jaar 6 mln ton metalen
overgeslagen. De grootste speler op deze markt is Steinweg, die volgens een schatting van partijen rond [...] ton metalen per jaar in Rotterdam behandelt, hetgeen tot een marktaandeel van [55-75%] leidt. Steinweg heeft tot ongeveer tien jaar geleden als enige stuwadoor in de regio een goedkeuring gehad van de London Metal Exchange voor de op- en overslag van metalen. Mede daarom heeft de onderneming nog steeds een vrij groot marktaandeel. HRT behandelt in Rotterdam ongeveer 800.000 ton metalen en behaalt een marktaandeel in Rotterdam van rond [10-20%]. De nieuwe partner van HRT, Seaport, is op deze markt niet actief. Derhalve leidt de concentratie op deze markt niet tot het samenvoegen van marktaandelen.
7
openbare versie
Concurrenten hebben met betrekking tot de concurrentieverhoudingen ten opzichte van op- en overslag van metalen de door partijen verstrekte informatie bevestigd. c) Op- en overslag van containers en roll-on/roll-off-lading 26.
Volgens de melding spelen partijen op het gebied van de op- en overslag van
containers en roll-on/roll-off-lading een ondergeschikte rol. [...] Er bestaat geen aanleiding om te twijfelen aan met betrekking tot deze activiteiten door partijen verstrekte gegevens.
VI. CONCLUSIE
29.
Na onderzoek van deze melding, is de directeur-generaal van de Nederlandse
mededingingsautoriteit tot de slotsom gekomen dat de gemelde operatie binnen de werkingssfeer van het in hoofdstuk 5 van de Mededingingswet geregelde concentratietoezicht valt. Hij heeft geen reden om aan te nemen dat als gevolg van die concentratie een economische machtspositie kan ontstaan of worden versterkt die tot gevolg heeft dat een daadwerkelijke mededinging op de Nederlandse markt of een deel daarvan op significante wijze wordt belemmerd.
30.
Gelet op het bovenstaande deelt de directeur-generaal van de Nederlandse
mededingingsautoriteit mede dat voor het tot stand brengen van de concentratie waarop de melding betrekking heeft geen vergunning is vereist.
w.g. A.W. Kist directeur-generaal van de Nederlandse mededingingsautoriteit
Tegen dit besluit kan degene, wiens belang rechtstreeks bij dit besluit is betrokken, binnen zes weken na bekendmaking van dit besluit een beroepschrift indienen bij de arrondissementsrechtbank te Rotterdam, sector bestuursrecht, Postbus 50951, 3007 BM, Rotterdam.
8