Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 Gemeente Cuijk
Datum vaststelling: 14 december 2015
Inhoudsopgave
1 Inleiding
2
1.1 Aanleiding herziening beleidsnota reserves en voorzieningen
2
1.2 Doel van de beleidsnota reserves en voorzieningen
2
1.3 Beleidsnota en toepassingsnotitie
2
2 Begripsbepaling reserves en voorzieningen 2.1 Reserves
3 3
2.1.1 Inleiding
3
2.1.2 Algemene reserve
3
2.1.3 Bestemmingsreserve
3
2.1.4 De functies van reserves
3
2.1.5 Rente
4
2.1.6 Voorgeschreven richtlijnen
4
2.1.7 Presentatie in de jaarrekening
5
2.2 Voorzieningen
6
2.2.1 Inleiding
6
2.2.2 Instellingscriteria
6
2.2.3 Rente
7
2.2.4 Voorgeschreven richtlijnen
7
2.2.5 Presentatie in de jaarrekening
7
2.3 Overzicht onderscheid reserves en voorzieningen 3. Beleidsuitgangspunten reserves en voorzieningen 4. Heroverweging Reserves en voorzieningen
8 9 11
4.1 Toepassingsnotitie reserves en voorzieningen 2015
11
4.2 Heroverweging reserves en voorzieningen
11
4.3. Minimumnorm algemene reserve
11
5. Slotbepalingen
12
5.1 Inwerkingtreding
12
5.2 Citeertitel
12
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 1
1 Inleiding
1.1 Aanleiding herziening beleidsnota reserves en voorzieningen Een onderdeel van het implementatietraject CGM was het harmoniseren van de interne financiële regelgeving voor de gemeenten Cuijk, Grave en Mill en Sint Hubert. Het doel van de harmonisatie van de interne financiële regelgeving is efficiency en effectiviteit. Een en ander zonder aantasting van de autonome bevoegdheid van de raad tot het stellen van kaders. Met het vaststellen van deze beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 wordt een verdere stap gezet in de harmonisatie van de financiële regelgeving voor de 3 gemeenten binnen CGM. De meest recente nota reserves en voorzieningen van gemeente Cuijk dateert van 2 juli 2009. Deze komt te vervallen na het vaststellen van de nu voorliggende beleidsnota.
1.2 Doel van de beleidsnota reserves en voorzieningen Het doel van deze nota is actualisatie, harmonisatie (binnen CGM) van het beleid (en de tenaamstelling) op reserves en voorzieningen. Tevens betekent dit een herziening van de reserves en voorzieningen waarbij nut en noodzaak integraal opnieuw ter discussie worden gesteld. De heroverweging van de reserves en voorzieningen worden via een toepassingsnotitie aan u voorgelegd.
1.3 Beleidsnota en toepassingsnotitie De beleidsnota Reserves en Voorzieningen is gesplitst in een tweetal onderdelen; de beleidsnota en de toepassingsnotitie. De beleidsnota geeft de ‘spelregels’ weer hoe om te gaan met de reserves en voorzieningen. De volgende beleidsmatige uitgangspunten worden in deze beleidsnota behandeld: onderscheid reserves en voorzieningen beleidsuitgangspunten ten aanzien van reserves en voorzieningen In de toepassingsnotitie wordt per reserve en voorziening het doel, omvang en voeding beschreven evenals een overzicht van de ontwikkeling van het saldo van de reserve of voorziening in de meerjarenraming.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 2
2 Begripsbepaling reserves en voorzieningen In dit hoofdstuk worden de definities en kenmerken van de reserves en voorzieningen nader beschreven. Het betreft de bepalingen met betrekking tot de reserves en de voorzieningen die zijn vastgelegd in de artikelen 43 t/m 45 van het Besluit Begroting en Verantwoording Provincies en Gemeenten (BBV). De belangrijkste artikelen in de BBV met betrekking tot reserves en voorzieningen zijn opgenomen in bijlage 1. Het specifiek gemeentelijk beleid is uitgewerkt in hoofdstuk 3.
2.1 Reserves 2.1.1 Inleiding De reserves kunnen worden omschreven als vermogensbestanddelen, die als eigen vermogen zijn aan te merken en die vrij zijn te besteden. In artikel 43, lid 1 van het BBV worden de reserves onderscheiden naar: a. de algemene reserve b. de bestemmingsreserve
2.1.2 Algemene reserve De algemene reserve vormt het vrij besteedbare eigen vermogen van de gemeente. Een algemene reserve is vrij besteedbaar en kent geen specifieke bestemming. De reserve heeft als belangrijkste functie het vormen van een buffer voor financiële tegenvallers. Tekorten en overschotten in de jaarrekening komen ten laste respectievelijk ten gunste van de algemene reserve, tenzij de gemeenteraad een ander besluit neemt.
2.1.3 Bestemmingsreserve In artikel 43, lid 2 van het BBV wordt een bestemmingsreserve gedefinieerd als een reserve waaraan de raad een bepaalde bestemming heeft gegeven. Een bestemmingsreserve is te besteden aan het doel waarvoor deze is ingesteld. De bestemming kan door de raad worden gewijzigd. Zolang de raad de bestemming kan wijzigen, is er sprake van een bestemmingsreserve. Indien de bestemming niet meer gewijzigd kan worden, bijvoorbeeld door het aangaan van verplichtingen, is er sprake van een voorziening.
2.1.4 De functies van reserves Bij de reserves zijn de volgende functies te onderscheiden: Bufferfunctie (= algemene reserve of risicoreserve) De reserves maken het mogelijk noodzakelijke aanpassingsprocessen geleidelijk en dus niet schoksgewijs te laten verlopen en onverwachte tegenvallers op te vangen. Reserves vormen één van de instrumenten om risico’s af te dekken en maken onderdeel uit van de weerstandscapaciteit.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 3
Egalisatiefunctie (=egalisatiereserve) Reserves kunnen worden gevormd om baten en lasten over de jaren heen gelijkmatig te verdelen. Extreme pieken en dalen in de exploitatiebegroting kunnen zo worden vermeden. Zo ook kunnen ongewenste schommelingen in tarieven die aan derden in rekening worden gebracht door middel van een egalisatiereserve worden opgevangen. Financieringsfunctie (=alle reserves) Reserves kunnen worden gebruikt als eigen financieringsmiddel omdat ze onderdeel uitmaken van het totale vermogen van een gemeente. Het vermogen kan worden aangewend als intern financieringsmiddel. Door investeringen of andere grote uitgaven (met een maatschappelijk nut) hiermee te financieren wordt de noodzaak beperkt tot financiering via rentedragend vermogen. Bestedingsfunctie (=bestemmingsreserve) Reserves die in het leven zijn geroepen om te worden bestemd voor een bepaald doel hebben een bestedingsfunctie. De aanwending hiervan heeft per definitie een incidenteel karakter. Het merendeel van de reserves heeft dit motief. Inkomensfunctie (=rentebijschrijving reserves) Een gemeente betaalt geen rente of dividend over het eigen vermogen en bespaarde rente kan op verschillende manieren worden besteed. Besparingen kunnen incidenteel of structureel worden gebruikt als dekking van de begroting of aan het eigen vermogen worden toegevoegd. Er is sprake van reserves met een inkomensfunctie wanneer de bespaarde rente structureel wordt gebruikt als dekkingsmiddel. Door beleidsuitgangspunt 3 (op reserves wordt geen rente bijgeschreven) in hoofdstuk 3 is deze functie niet van toepassing voor de gemeente Cuijk.
2.1.5 Rente Het is toegestaan om rentevergoeding toe te voegen aan de reserves. Dit moet, zoals alle mutaties in de reserve, plaats vinden via de resultaatbestemming. Indien er rente wordt toegevoegd aan reserves gaat dit ten laste van het resultaat.
2.1.6 Voorgeschreven richtlijnen Toevoegingen en onttrekkingen aan de reserves dienen via een raadsbesluit plaats te vinden. Structurele uitgaven mogen niet ten laste van een reserve worden gedekt. Structurele uitgaven behoren met structurele middelen te worden gedekt, om de meerjarenraming in evenwicht te houden. De onttrekking aan een reserve is een incidenteel dekkingsmiddel en moet worden aangewend om incidentele lasten te dekken. Hiervoor geldt een uitzondering. Met betrekking tot investeringen met een economisch nut1 is het toegestaan de kapitaallasten (gedeeltelijk) te dekken met een (structurele) onttrekking uit de reserve gedurende een vastgestelde periode (afschrijvingstermijn van het actief). Het specifiek gemeentelijk beleid is uitgewerkt in hoofdstuk 3.
1
Het BBV onderscheidt een tweetal soorten materiele vaste activa: de investeringen met een economisch nut en de investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Investeringen met een economisch nut zijn verhandelbaar of dragen bij aan het genereren van middelen.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 4
2.1.7 Presentatie in de jaarrekening Conform artikel 54 BBV dient in de toelichting op de balans de aard en reden van elke reserve en de toevoegingen en onttrekkingen daaraan te worden toegelicht. Per reserve dient inzicht te worden gegeven in : a. het saldo aan het begin van het boek(verslag)jaar b. de toevoegingen of onttrekkingen via de resultaatbestemming bij de programmarekening c. de toevoegingen of ontdekkingen uit hoofde van de bestemming van het resultaat van het voorgaande boekjaar d. de vermindering in verband met afschrijvingen op activa waarvoor een specifieke bestemmingsreserve is gevormd e. het saldo aan het einde van het boekjaar
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 5
2.2 Voorzieningen 2.2.1 Inleiding De voorzieningen kunnen worden omschreven als afgezonderde vermogensbestanddelen die worden gevormd voor voorzienbare verplichtingen tegenover derden waarvan het bestaan en de omvang nog onzeker zijn maar wel redelijkerwijs kunnen worden ingeschat. Voorzieningen behoren tot het vreemd vermogen van de gemeente, omdat deze gelden niet vrij beschikbaar zijn.
2.2.2 Instellingscriteria Voorzieningen worden, in overeenstemming met het BBV (art. 44), ingesteld: als er sprake is van concrete verplichtingen en verliezen waarvan de omvang onzeker is, doch redelijkerwijs is in te schatten; als er sprake is van bestaande risico’s ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is in te schatten; Voor het verantwoorden van object- of doelsubsidies/ bijdragen van derden of niet benutte delen daarvan, waarvan de verplichting tot het doen van uitgaven zich pas in latere jaren voordoet en waarvan de aanwending is gebonden c.q. waarop een terugbetalingsverplichting rust. Voor de egalisatie van ongewenste schommelingen in gemeentelijke tarieven die naar derden toe worden gehanteerd en waarvan de besteding gebonden is, dat wil zeggen dat de middelen moeten worden teruggegeven als ze niet besteed zijn aan het doel waarvoor ze zijn geheven; Voor de egalisatie van sterk wisselende kosten van grote omvang (groot onderhoud van wegen, gebouwen, etc.). De mate waarin schommelingen afgedekt moeten worden is mede afhankelijk van de vraag in hoeverre deze schommelingen verstorend werken op het totaalbeeld en daardoor de structureel financiële positie voor de gemeente vertekenen. Incidentele schommelingen moeten dus zoveel mogelijk worden verwerkt in de meerjarenramingen. Ter onderbouwing van deze kosten dienen actuele beheerplannen of andere deugdelijke calculaties aanwezig te zijn. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijkse terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Het instellen van voorzieningen is een bevoegdheid van het college van burgemeester en wethouders. Dit betekent dat noodzakelijk te vormen voorzieningen, ongeacht of de raad hiertoe vooraf een besluit heeft genomen, door middel van een besluit van het college van burgemeester en wethouders ten laste van de exploitatie, gevormd kunnen worden. Voorzieningen ter egalisatie van kosten (bijvoorbeeld onderhoudskosten in het kader van beheerplannen) worden uitsluitend bij raadsbesluit ingesteld omdat aan dergelijke voorzieningen keuzes ten grondslag liggen (bijvoorbeeld over het gewenste onderhoudsniveau).
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 6
2.2.3 Rente Over het bijschrijven van rente aan voorzieningen staat in artikel 45 van de BBV dat dit niet is toegestaan, omdat voorzieningen naar beste schatting dekkend dienen te zijn voor de achterliggende verplichtingen en risico’s. Er is een uitzondering als er sprake is van een voorziening tegen contante waarde. Dan zijn jaarlijkse rentetoevoegingen wel toegestaan. De rente over de voorzieningen wordt aangewend als algemeen dekkingsmiddel.
2.2.4 Voorgeschreven richtlijnen De storting in de voorziening maakt onderdeel uit van de lasten op de betreffende programma (exploitatie), terwijl de daadwerkelijke aanwending rechtstreeks op de voorziening moet worden verwerkt (balans). Voorzieningen dienen dekkend te zijn voor de achterliggende verplichtingen en risico’s. Ze mogen derhalve niet groter of kleiner zijn dan de verplichtingen of risico’s waarvoor ze zijn gevormd. Toevoegingen moeten dan ook altijd gebaseerd zijn op de gewenste of noodzakelijke omvang en de tijdige opbouw van de noodzakelijke omvang van de voorziening. Voorzieningen ter egalisatie van kosten worden afgestemd op de door de raad bepaalde kaders (met name beheerplannen). Indien een voorziening een omvang bereikt die hoger is dan het noodzakelijke niveau, valt het meerdere vrij ten gunste van de exploitatie. Indien de voorziening niet op peil is dient dit te geschieden door een extra dotatie in de voorziening. Het doel van een voorziening kan niet wijzigen, gegeven het verplichtende karakter en de harde kaders. Indien het doel niet meer bestaat of is veranderd, wordt de voorziening opgeheven.
2.2.5 Presentatie in de jaarrekening Bij het opstellen van de jaarrekening vind de jaarlijkse evaluatie van de voorzieningen plaats. Hierbij wordt een kwantitatieve onderbouwing van de omvang van de voorziening gemaakt. Ten aanzien van voorzieningen geldt, conform artikel 55 BBV, dat in de toelichting op de balans de aard en reden van elke voorziening en de toevoegingen en onttrekkingen daaraan dient te worden toegelicht. Per voorziening dient inzicht te worden gegeven in: a. het saldo aan het begin van het boek(verslag)jaar; b. de toevoegingen; c. ten gunste van de rekening van baten en lasten (= exploitatie) vrijgevallen bedragen; d. de aanwendingen; e. het saldo aan het einde van het boekjaar.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 7
2.3 Overzicht onderscheid reserves en voorzieningen Onderstaande tabel geeft een overzicht van de belangrijkste verschillen tussen reserves en voorzieningen: Reserve Voorziening Eigen vermogen Vreemd Vermogen Raad, het betreft het financieel College, het betreft het financieel beleid. beheer. Het instellen, doteren, Het college is bevoegd tot het onttrekken en opheffen van een instellen, doteren, aanwenden en reserve is een bevoegdheid opheffen van een voorziening, met van de Raad uitzondering van de voorzieningen ter egalisatie van (onderhouds)kosten. Wijziging bestemming Mogelijk Niet mogelijk Vorming Vooraf door raad (raad heeft Achteraf door raad. Geen keuze keuzemogelijkheid) van raad door verplichtend karakter van voorzieningen. Storting/dotatie Resultaatbestemming. Het Resultaatbepaling. De dotatie aan resultaat van de baten en een voorziening is een last in de lasten per programma leidt tot exploitatie (ten laste van het een dotatie dan wel onttrekking betreffende programma). aan de reserve (=bestemming van het resultaat) Onttrekking Resultaat bestemming (zie Rechtstreeks ten laste van de boven) voorziening (balansmutatie) Bestemming vrij of Vrij te bestemmen, wel Gebonden, slechts voor het gebonden raadsbesluit vereist betreffende doel aanwendbaar Financiële Niet verplicht, maar wenselijk Ja, verplicht onderbouwing om bestemmingsreserves financieel te onderbouwen Rentebijschrijving Volgens BBV is bijschrijving Niet toegestaan, tenzij het een toegestaan. voorziening is tegen contante 2 waarde. Vermogenspositie Verantwoordelijkheid
2
Een voorziening tegen contante waarde is een voorziening met rentetoevoeging om de voorziening op de juiste hoogte te houden. Het onderliggende plan is ook tegen contante waarde opgesteld (en niet tegen eindwaarde)
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 8
3. Beleidsuitgangspunten reserves en voorzieningen Reserves en voorzieningen leggen een beslag op het vermogen van de gemeente. Dit betekent dus dat het geld dat hiermee gemoeid is niet aan andere zaken kan worden uitgegeven. Om te voorkomen dat niet onnodig vermogen vastzit in reserves en voorzieningen is het belangrijk duidelijke richtlijnen te stellen voor het instellen van reserves en voorzieningen en de wijze waarop gemuteerd mag worden. De uitgangspunten en richtlijnen worden hierna toegelicht. 1. Het aantal reserves en voorzieningen wordt zo beperkt mogelijk gehouden Als algemeen uitgangspunt geldt dat het aantal reserves en voorzieningen zo beperkt mogelijk moet worden gehouden. Alleen als er gegronde redenen zijn wordt een reserve of voorziening ingesteld. Indien er te veel ‘potjes’ ontstaan (en tot een te grote omvang), bestaat het gevaar dat er onnodig beslag wordt gelegd op gemeenschapsgelden. Bovendien kan hierdoor een goede integrale afweging van prioriteiten doorkruist worden. Overschotten bij de jaarrekening worden in principe in de algemene reserve gestort, tenzij de gemeenteraad een ander besluit neemt. 2. Voldoen aan eisen bij instellen nieuwe voorzieningen Het instellen van voorzieningen is een bevoegdheid van het college van burgemeesters en wethouders. Per voorziening moet aangegeven worden: a. het doel waarvoor de voorziening wordt gevormd b. de gewenste of noodzakelijke omvang. Van elke voorziening moet een onderbouwing aanwezig zijn. c. de omvang van de voorziening d. de wijze van stortingen en bestedingen (structureel of incidenteel), inclusief onderbouwing daarvan, bijvoorbeeld op basis van meerjarenplanning.
3. Voldoen aan eisen bij instellen nieuwe reserves Indien zich de noodzaak voordoet nieuwe reserves in te stellen, gebeurt dit bij besluit van de gemeenteraad. Het budgetrecht ligt namelijk bij de gemeenteraad. In het raadsbesluit dient in ieder geval de volgende informatie te zijn opgenomen: a. Het specifieke doel van de reserve b. De maximale omvang van de reserve c. De voeding van de reserve d. De onttrekking van de reserve e. De looptijd van de reserve 4. Op reserves wordt geen rente bijgeschreven Er vindt geen rentebijschrijving plaats op de reserves. Indien rente zou worden bijgeschreven op reserves gaat dit ten koste van het saldo van de exploitatierekening.
5. Resterend saldo (bij opheffing) reserves vloeit terug naar de algemene reserve Als de gemeenteraad besluit tot opheffing van een reserve vloeit het eventuele restant automatisch terug naar de algemene reserve. Dit is ook van toepassing wanneer een reserve gedeeltelijk kan/moet vervallen.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 9
6. De reserves worden jaarlijks kritisch beoordeeld Jaarlijks dienen de reserves te worden beoordeeld op hun toereikendheid, nut en noodzaak. Uitkomsten van deze beoordeling komen terug in de programmarekening. Voorzieningen moeten op grond van de BBV (Besluit Begroting en Verantwoording) jaarlijks getoetst worden. 7. Minimale startbedrag van een reserve bedraagt € 25.000 Bij de vorming van een bestemmingsreserve mag deze niet lager zijn dan € 25.000. Dit om te voorkomen dat er te veel reserves zijn met marginale omvang.
8. Reserve heroverwegen en eventueel opheffen indien gedurende 2 jaar geen mutatie heeft plaats gevonden en/of lager is dan € 10.000 Indien er binnen een reserve 2 boekjaren geen mutaties hebben plaatsgevonden en de stand van de reserve lager is dan € 10.000 wordt de reserve heroverwogen en eventueel opgeheven, tenzij de gemeenteraad anders besluit.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 10
4. Heroverweging Reserves en voorzieningen 4.1 Toepassingsnotitie reserves en voorzieningen 2015 De bestaande reserves en voorzieningen zijn op basis van de in deze nota vermelde beleidsuitgangspunten beoordeeld op instandhouding, samenvoeging of (gedeeltelijke) opheffing. Deze heroverweging wordt aan uw raad voorgelegd middels een toepassingsnotitie reserves en voorzieningen 2015.
4.2 Heroverweging reserves en voorzieningen In de toepassingsnotitie worden de volgende voorstellen tot heroverweging gedaan:
Wij stellen u voor om de volgende reserve en voorzieningen op te heffen, met een korte toelichting waarom: Reserve/voorziening Reserve rationeel rioolbeheer Voorziening groepsremplace openbare verlichting Voorziening kunstcentrum de Meander
Toelichting Deze reserve is omgezet naar een voorziening
Bedrag 0
Resterend bedrag wordt toegevoegd aan de voorziening openbare verlichting
0
Geen verplichting en/of risico meer.
0
Totaal
0
4.3. Minimumnorm algemene reserve In de beleidsnotitie reserves en voorzieningen gemeente Cuijk 2009 werd de minimumnorm van de algemene reserve vast gesteld op € 7.500.000. Deze was gebaseerd op een vast bedrag van € 5 miljoen als Weerstandsvermogen en een bedrag van € 2.5 miljoen om beschikbaar te houden voor afschrijving ineens van daarvoor in aanmerking komende investeringen. Een verdere onderbouwing voor de vaststelling van dit bedrag was er niet. Mede door veranderde wetgeving wordt er jaarlijks een betere onderbouwing gegeven van de werkelijke risico’s. Wettelijk gezien moet de algemene reserve minimaal de benodigde weerstandscapaciteit bedragen[1], zoals weergegeven in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing. Wij stellen u voor om iets meer armslag te hebben en de minimumnorm van de algemene reserve te bepalen op de maximale incidentele risico’s[2], zoals die jaarlijks wordt berekend. Deze berekening is weergegeven in de paragraaf weerstandsvermogen en risicobeheersing in de jaarrekening. Op basis van de begroting 2016 zou de minimumnorm dan € 5,1 miljoen moeten bedragen. Deze minimumnorm geeft de gemeente nog een hele ruime armslag, omdat de kans op het voordoen van de meeste risico’s is ingeschat op 50% of minder.
[1] [2]
Op basis van de begroting 2016 zou deze dan € 1,53 miljoen moeten bedragen Op basis van de begroting 2016 moet de minimumnorm dan € 5,13 miljoen bedragen.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 11
5. Slotbepalingen 5.1 Inwerkingtreding Deze beleidsnota treedt in werking met ingang van boekjaar 2015. Deze nota vervangt de notitie reserves en voorzieningen, zoals vastgesteld op 2 juli 2009.
5.2 Citeertitel Deze nota kan worden geciteerd onder de naam ‘Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015’.
Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 12
Bijlage 1: relevante artikelen in de BBV Artikel 35 1. In de balans worden onder de materiële vaste activa afzonderlijk opgenomen: a. investeringen met een economisch nut; b. investeringen met een economisch nut, waarvoor ter bestrijding van de kosten een heffing kan worden geheven; c. investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. Artikel 43 1. In de balans worden de reserves onderscheiden naar: a. de algemene reserve; b. de bestemmingsreserves. 2. Een bestemmingsreserve is een reserve waaraan provinciale staten respectievelijk de raad een bepaalde bestemming heeft gegeven. Artikel 44 1. Voorzieningen worden gevormd wegens: a. verplichtingen en verliezen waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten; b. op de balansdatum bestaande risico's ter zake van bepaalde te verwachten verplichtingen of verliezen waarvan de omvang redelijkerwijs is te schatten; c. kosten die in een volgend begrotingsjaar zullen worden gemaakt, mits het maken van die kosten zijn oorsprong mede vindt in het begrotingsjaar of in een voorafgaand begrotingsjaar en de voorziening strekt tot gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal begrotingsjaren; d. de bijdragen aan toekomstige vervangingsinvesteringen, waarvoor een heffing wordt geheven als bedoeld in artikel 35, eerste lid, onder b. 2. Tot de voorzieningen worden ook gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden, met uitzondering van de voorschotbedragen, bedoeld in artikel 49, onderdeel b. 3. Voorzieningen worden niet gevormd voor jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. Artikel 45 Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan.
Artikel 49 In de balans worden onder de overlopende passiva afzonderlijk opgenomen: a. verplichtingen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume; b. de van de Europese en Nederlandse overheidslichamen ontvangen voorschotbedragen voor uitkeringen met een specifiek bestedingsdoel die dienen ter dekking van lasten van volgende begrotingsjaren; c. overige vooruit ontvangen bedragen die ten bate van volgende begrotingsjaren komen
Bijlage 1 Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 1
Artikel 54 1. In de toelichting op de balans worden de aard en reden van elke reserve en de toevoegingen en onttrekkingen daaraan toegelicht. 2. Per reserve wordt het verloop gedurende het jaar in een overzicht weergegeven. Daaruit blijken: a. het saldo aan het begin van het begrotingsjaar; b. de toevoegingen of onttrekkingen uit hoofde van het voorgaande boekjaar; c. de toevoegingen of onttrekkingen bij het overzicht van baten en lasten in de jaarrekening; d. de verminderingen in verband met afschrijvingen op activa waarvoor een specifieke bestemmingsreserve is gevormd; e. het saldo aan het einde van het begrotingsjaar. Artikel 55 1.
In de toelichting op de balans worden de aard en reden van de voorzieningen, bedoeld in artikel 44 en de wijzigingen daarin toegelicht.
2.
Per voorziening wordt het verloop gedurende het jaar in een overzicht weergegeven. Daaruit blijken: a. het saldo aan het begin van het begrotingsjaar; b. de toevoegingen; c. ten gunste van de rekening van baten en lasten vrijgevallen bedragen; d. de aanwendingen; e. saldo aan het einde van het begrotingsjaar.
Bijlage 1 Beleidsnota reserves en voorzieningen 2015 gemeente Cuijk
Pagina 2