GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
AFM Consumentenmonitor Q1 2010 Afsluitproces Hypotheken GfK Marcel Cools Joris van Dongen
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
Indeling Rapportage Afsluitproces Hypotheken 1 Inleiding 1. Achtergrond 2. Onderzoeksverantwoording
2 Resultaten 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Hypotheeksituaties Hypotheekvorm Hypotheekgebonden levensverzekering Oriëntatie Hypotheek afsluiten Beloning (hypotheek)adviseur
@ GfK en Contactinformatie
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
1 Inleiding 1. Achtergrond AFM Consumentenmonitor 2. Onderzoeksverantwoording
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
1.1
Achtergrond AFM ConsumentenMonitor
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Achtergrond AFM ConsumentenMonitor 5
De AFM, een onafhankelijke gedragstoezichthouder op de financiële markten, streeft ernaar het vertrouwen van consumenten en bedrijven in de financiële markten te versterken, ook internationaal. Daarbij faciliteert de AFM kennisvorming bij de Nederlandse consument op het gebied van financiële producten. Door middel van de ConsumentenMonitor moeten ontwikkelingen in het gedrag van consumenten worden gemeten in de tijd. De ConsumentenMonitor is in 2004 gestart en wordt sindsdien elk half jaar uitgevoerd. De primaire doelstellingen van de ConsumentenMonitor kunnen als volgt worden weergegeven: Beschrijven van het gedrag en de attitudes van financiële consumenten. Beschrijven van markt- en productaspecten in de financiële markt.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
1.2
Onderzoeksverantwoording
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Onderzoeksverantwoording -1
7
Doel: in kaart brengen van ontwikkelingen in het financiële keuzegedrag van de Nederlandse financiële consument. Veldwerkperiode: 13 april t/m 2 mei 2010. Doelgroep: de Nederlandse bevolking (18+), waarbij een oversampling gehanteerd wordt van mensen die in de periode oktober 2010 tot en met april 2010 een hypotheek of een consumptief krediet hebben afgesloten en beleggers die gebruik maken van een beleggingsadviseur. Weging: De hypotheek-, kredietsluiters en beleggers worden vergeleken met de niet-sluiters, waarbij de niet-sluiters een representatieve afspiegeling zijn van de Nederlandse 18+ bevolking. Deze groep is gewogen naar geslacht, leeftijd, opleiding en district. Methode: online onderzoek, vooraf is het volledige panel gescreend om beleggers die gebruik maken van een beleggingsadviseur en de sluiters van hypotheken en consumptieve kredieten gericht voor dit onderzoek te kunnen benaderen. Steekproefomvang: De netto steekproef bevat 410 recente sluiters van een hypotheek, 207 recente sluiters van consumptieve kredieten, 270 beleggers die gebruik maken van een beleggingsadviseur en 454 personen die geen nieuw product hebben afgesloten of beleggen met behulp van een beleggingsadviseur. Belangrijk in het onderzoek zijn de vier soorten financieel beslissers, uitgelegd op de volgende slide.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Onderzoeksverantwoording -28
In de rapportage die voor u ligt, komen termen voor verschillende typen financieel beslissers voor. De AFM onderzocht in een eerder stadium hoe Nederlanders financiële beslissingen nemen en concludeerde dat mensen van elkaar verschillen in de manier waarop deze beslissingen genomen worden. Er zijn 4 typen, welke hieronder worden beschreven.
Beheersten (in onderzoek N= 448, 33%) verzamelen veel informatie over het financieel product dat zij willen aanschaffen. Zij overwegen veel alternatieven, gaan door tot zij het juiste product hebben gevonden en nemen uiteindelijk zelf de beslissing, zonder financieel adviseur. Ambitieuzen (in onderzoek N= 305, 23%) proberen graag nieuwe producten uit en mijden risico’s hierbij niet. Zij hebben luxe en rendement als drijfveer voor hun besluiten en steken een gemiddelde hoeveelheid tijd in hun keuzeproces. Adviesgevoeligen (in onderzoek N= 444, 33%) laten hun beslissingen over aan anderen. Zij vertrouwen adviseurs blindelings. Zij zijn niet geïnteresseerd in financiële producten en zijn niet perse op zoek naar het ideale product. Gemaksgeoriënteerden (in onderzoek N= 144, 11%) stoppen weinig tijd in het bestuderen van financiële producten en vermijden hierbij risico’s. Zij hebben weinig vertrouwen in financieel adviseurs en kiezen vaak voor standaard producten.
Voor meer informatie of om zelf te testen wat voor type financieel beslisser u bent, kunt u terecht op www.afm.nl/besliswijzer
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
2 Resultaten 1. 2. 3. 4. 5. 6.
Hypotheeksituaties Hypotheekvorm Hypotheekgebonden levensverzekeringen Oriëntatie Hypotheek afsluiten Beloning (hypotheek)adviseur
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
2.1
Hypotheeksituaties
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Hypotheeksituaties -1-
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 11
32
Totaal
20
34
Beheersten
15
29
Ambitieuzen
8
Gemaksgeorienteerden 0%
32
26 36
Adviesgevoeligen
29
13
25 21
40%
7
n = 410
12
7
n = 149
10
n = 80
10 11
27
38 20%
13
42 60%
80%
n = 157
5
n = 24
0 100%
Ik heb voor het eerst een koopwoning gekocht Ik ben verhuisd van een koopwoning naar een andere koopwoning Ik heb mijn hypotheek vervangen (overgesloten) en ben in dezelfde koopwoning blijven wonen Ik heb de hypotheek afgesloten om een verbouwing te kunnen financieren Een ander doel
32% van de recent afgesloten hypotheken zijn hypotheken om een eerste koopwoning te kunnen financieren en is daarmee de belangrijkste reden om een hypotheek af te sluiten, gevolgd door oversluitingen (29%) en verhuizing naar een andere koopwoning (20%).
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Hypotheeksituaties -2-
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 12
32
Totaal
20
19
Opleiding: Laag
Opleiding: Midden
15
33
Opleiding: Hoog
21
16
20%
13
38
37 0%
29
31
24 40%
n = 410
7
n = 73
14
22 60%
7
8
5
8
80%
n = 159
n = 178 100%
Ik heb voor het eerst een koopwoning gekocht Ik ben verhuisd van een koopwoning naar een andere koopwoning Ik heb mijn hypotheek vervangen (overgesloten) en ben in dezelfde koopwoning blijven wonen Ik heb de hypotheek afgesloten om een verbouwing te kunnen financieren Een ander doel
Laag opgeleiden sluiten minder vaak een hypotheek af voor een eerste koopwoning (19%) of het verhuizen naar een andere koopwoning (15%). Van de hoog opgeleiden die een hypotheek hebben afgesloten heeft 37% dat gedaan voor de aanschaf van een eerste koopwoning. Bijna een kwart voor een verhuizing naar een andere koopwoning. Uiteraard speelt leeftijd ook een belangrijke rol: jongeren sluiten significant vaker een hypotheek voor de financiering van de eerste koopwoning.
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Hypotheeksituaties -3-
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 13
Totaal
36
Ik heb voor het eerst een koopwoning gekocht (starter)
38
Verhuisd naar andere koopwoning
29
34
0%
20% Beheersten
17
40
Hypotheek voor verbouwing
38
Ambitieuzen
4
36
15
40%
2
41
17
Adviesgevoeligen
n = 80
n = 53
19
80%
n = 132
n = 118
8
32
60%
n = 410
6
43
26
Hypotheek vervangen, zelfde koopwoning (oversluiten)
20
100%
Gemaksgeorienteerden
De meeste hypotheken worden afgesloten door de “adviesgevoeligen” (38%) gevolgd door “beheersten” (36%). Reden hiervoor is dat huizenkopers vaker “adviesgevoelig” of “beheerst” zijn omdat het een grote beslissing is waar ze weinig van af weten en veel informatie willen inwinnen (zelf of via adviseurs). In de groep oversluiters is het segment “ambitieuzen” met 26% oververtegenwoordigd.
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Hypotheeksituaties -4-
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 14
Totaal
18
Ik heb voor het eerst een koopwoning gekocht (starter)
39
11
Verhuisd naar andere koopwoning
39
14
Hypotheek vervangen, zelfde koopwoning (oversluiten)
33
42
20%
40%
n = 118
34
43
Opleiding laag
n = 80
54
28
0%
n = 132
50
24
Hypotheek voor verbouwing
n = 410
43
n = 53
28
60%
Opleiding midden
80%
100%
Opleiding hoog
Daar waar in Nederland 35% van de mensen hoog opgeleid is, ligt het percentage bij de hypotheeksluiters duidelijk hoger (43%). Het verschil tussen laag opgeleiden in Nederland en bij hypotheeksluiters is nog groter; in Nederland is 34% laag opgeleid, onder de hypotheeksluiters ligt dit percentage met 18% duidelijk lager. Starters zijn relatief vaak hoog opgeleid, dit geldt zeker ook voor de groep die verhuisd is naar een andere koopwoning. Onder de oversluiters en consumenten die een hypotheek afsluiten voor een verbouwing is de groep laag opgeleiden wat vaker vertegenwoordigd.
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Hypotheeksituaties -5-
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 15 32
Ik heb voor het eerst een koopwoning gekocht (starter)
26 20
Ik ben verhuisd van een koopwoning naar een andere koopwoning
29 21
25
13 14
Ik heb de hypotheek afgesloten om een verbouwing te kunnen financieren
20 7
Een ander doel
9 10
0
5
10 Q1 2010
22 24
Ik heb mijn hypotheek vervangen (overgesloten) en ben in dezelfde koopwoning blijven wonen
30
15
20 Q3 2009
25 Q1 2009
Ten opzichte van het derde kwartaal in 2009 is het aantal hypotheken dat afgesloten is voor een eerste woning wederom licht gestegen van 30% naar 32%. Ook het percentage overlsuiters ligt in het eerste kwartaal van 2010 hoger dan in 2009.
30
35
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
2.2
Hypotheekvorm
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Hypotheekvorm
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 17 61
Aflossingsvrije hypotheek
62
Spaarhypotheek
30
Bankspaarhypotheek
15
9 4 4
Beleggingshypotheek
7
4
0
17
Merk op: 10
In het geval van combinatiehypotheken worden alle hypotheekonderdelen aangevinkt. Derhalve telt het totaal op tot meer dan 100%
10
5 5
10
20
30 Q1 2010
35
7
Een andere hypotheekvorm
Weet ik niet
33
64
40 Q3 2009
50
60
Q1 2009
61% van de hypotheeksluiters kiest voor een (deels) aflossingsvrije hypotheek. Dit percentage ligt iets lager dan in het derde kwartaal van 2009, maar is geen significant verschil. Voor een substantieel gedeelte betreft dit tevens combinatiehypotheken waarbij een gedeelte van de hypotheek aflossingsvrij is. Echter neemt niet weg dat het grootste deel van de hypotheken een aflossingsvrij component bevat. De veilige hypotheekvormen, spaar- en bankspaarhypotheek, stijgen licht in het eerste kwartaal van 2010, zij het niet significant.
70
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Grootste onderdeel combinatiehypotheek
BASIS: Alle hypotheeksluiters met een combinatie/hybride hypotheek (in %) 18
5 29
19
3 3 14 28
Aflossingsvrije hypotheek Andere hypotheekvorm
Spaarhypotheek De onderdelen zijn even groot
Bankspaarhypotheek Weet ik niet
Beleggingshypotheek
29% van de hypotheeksluiters heeft een hybride / combinatiehypotheek. Een aflossingsvrije hypotheek is het vaakst het grootste onderdeel van de combinatiehypotheek (29%). 28% geeft aan dat het spaarcomponent het grootste onderdeel vormt en voor 14% is dit een bankspaarhypotheek. Bijna één op de vijf hypotheeksluiters met een hybride / combinatiehypotheek (19%) geeft aan dat de onderdelen in de hypotheek even groot zijn.
n = 118
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Afgesloten hypotheekvorm (Grootste deel) BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %)
Aflossingsvrije hypotheek
51
Spaarhypotheek Bankspaarhypotheek Beleggingshypotheek
6 0
2
0
Andere hypotheekvorm De onderdelen zijn even groot
0
8
11 11
20
16
26
53
54
45
17
8
4 6 6
2 4
0
3
4
Weet ik niet
19
40
17
8 8
17 11
8
7 6 7
Merk op: Aparte categorie, omdat de onderdelen van de combinatiehypotheek even groot zijn en derhalve niet aan één hypotheekvorm kunnen worden toegewezen.
15
10
20
30
40
50
Totaal
Ik heb voor het eerst een koopwoning gekocht (starter)
Verhuisd naar een andere koopwoning Hypotheek voor verbouwing
Hypotheek vervangen zelfde koopwoning (overgesloten)
Starters kiezen relatief vaak voor een spaarhypotheek (45%). De aflossingsvrije hypotheek is onder starters duidelijk niet populair (17%). Ook een bankspaarhypotheek is, met 17%, populair onder de starters.
60
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Hypotheek en spaargeld
BASIS: Alle starters en doorstromers (in %)
Starter Spaargeld ingebracht
Doorstromer
JA
NEE
ONBEKEND
JA
NEE
ONBEKEND
32%
60%
8%
45%
49%
5%
JA
NEE
JA
NEE
59%
41%
62%
38%
Spaargeld ter beschikking
Nu nog spaargeld
20
JA
NEE
ONBEKEND
JA
NEE
ONBEKEND
79%
14%
7%
81%
14%
5%
n = 212
Bijna 1 op de 3 starters (32%) heeft eigen spaargeld ingebracht bij het afsluiten van een hypotheek. Een meerderheid van 60% heeft echter geen eigen spaargeld ingebracht, terwijl ongeveer de helft daarvan toch de beschikking heeft over eigen spaargeld en/of beleggingen. Hypotheeksluiters die verhuizen naar een andere koopwoning brengen het vaakst spaargeld in, 45% geeft aan dit te hebben gedaan. Onder oversluiters en verbouwers is het duidelijk minder gebruikelijk om spaargeld in de hypotheek te steken.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Loan To Value (LTV) -1-
BASIS: Alle hypotheeksluiters waarvan hoogte hypotheek en waarde huis bekend zijn (in%) 21 54 16
< 100 %
44 89
32 56
100 % - 112 %
39 10
13 28
> 112 %
16 1
0
10
20
30
40 Totaal
Starter
50
60
Doorstromer
70 Overig
80
90
100
n = 279
Een meerderheid van 54% leent niet meer dan de waarde van het huis. Echter met name onder starters is duidelijk te zien dat er meer geleend wordt dan de geschatte waarde van het huis. Meer dan de helft van de starters (56%) heeft een LTV tussen 100 en 112%. 28% heeft zelfs een LTV hoger dan 112%.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Loan To Value (LTV) -2-
BASIS: Alle hypotheeksluiters waarvan hoogte hypotheek en waarde huis bekend zijn (in%) 22
Totaal Q1 2010
54
32
57
Totaal Q3 2009 Starter Q1 2010
16
Starter Q3 2009
16
27
39 29
Overig Q1 2010
89
Overig Q3 2009
89 40% < 100 %
n = 99 n = 86
33
54
20%
n = 270
28
51
Doorstromer Q3 2009
0%
16
56
44
Doorstromer Q1 2010
n = 279
13
16
n = 49
16
n = 68 1 n = 114
10 8 60%
100 % - 112 %
80%
3
n = 116
100%
> 112 %
De verhouding tussen het hypotheekbedrag en de waarde van het huis (Loan to value) is in vergelijking met het derde kwartaal van 2009 nauwelijks veranderd. Doorstromers echter lenen vaker iets meer dan de waarde van het huis, in vergelijking met het derde kwartaal van 2009.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Woning met of zonder Nationale Hypotheek Garantie afgesloten? -1BASIS: Alle hypotheeksluiters met een nieuwe woning (in %)
23
Totaal
62
Beheersten
24
55
Adviesgevoeligen
18
70
Gemaksgeorienteerden
20%
11
40%
40
0
60%
80%
8
12
11
21
40 0%
5
29
61
Ambitieuzen
6
6
2
20 100%
De hypotheek is met NHG afgesloten De hypotheek is niet met NHG afgesloten, terwijl dit WEL mogelijk was De hypotheek is niet met NHG afgesloten, omdat dit NIET mogelijk was Onbekend
n = 193
Een ruime meerderheid van de sluiters (62%) heeft een hypotheek met Nationale Hypotheek Garantie (NHG) afgesloten. Met name “adviesgevoeligen” sluiten vaker een hypotheek af met NHG, “gemaksgeoriënteerden” maken daarentegen duidelijk minder gebruik van de NHG. Bijna een kwart van de sluiters (24%) heeft een hypotheek niet met NHG afgesloten terwijl dit wel mogelijk was.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Woning met of zonder Nationale Hypotheek Garantie afgesloten? -2BASIS: Alle hypotheeksluiters met een nieuwe woning (in %)
24
Q1 2010
62
Q3 2009
52
0%
20%
6
24
21
40%
60%
25
80%
n = 193
8
2
100%
De hypotheek is met NHG afgesloten De hypotheek is zonder NHG afgesloten, terwijl dit WEL mogelijk was De hypotheek is zonder NHG afgesloten, omdat dit NIET mogelijk was Weet ik niet
n = 185
Het eerste kwartaal van 2010 is er duidelijk vaker gebruikt gemaakt van de Nationale Hypotheekgarantie. Het derde kwartaal van 2009 heeft 52% een hypotheek afgesloten, met 62% ligt dit nu duidelijk hoger. Het percentage sluiters dat geen gebruik gemaakt heeft van de NHG omdat het niet mogelijk was (hypotheekbedrag te hoog om hiervoor in aanmerking te komen) ligt het eerste kwartaal van 2010 duidelijk lager (6% tegen 25% het derde kwartaal van 2009). Verklaring hiervoor is dat de NHG-grens in 2010 verhoogd is van 265.000 euro naar 350.000 euro
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Vorige hypotheekvorm
BASIS: Alle hypotheeksluiters t.b.v. een verhuizing of vervanging (in %) 25 57 58 57
Aflossingsvrije hypotheek 21
Spaarhypotheek
Beleggingshypotheek
Bankspaarhypotheek
31
26
25 25
29
1 0 0 9 8 9
Een andere hypotheekvorm
Weet ik niet
2
0
3 4
10
20
30 Q1 2010
40 Q3 2009
50
60
Q1 2009
Hoewel beleggingshypotheken op dit moment weinig worden afgesloten, worden deze op dit moment wel relatief veel geroyeerd. In het eerste kwartaal van 2010 is het percentage zelfs nog licht gestegen ten opzichte van 2009. De aanhoudende economische onzekerheid speelt hierbij natuurlijk een grote rol. De beleggingshypotheek wordt significant vaker geroyeerd door 35 tot 44 jarigen.
70
n = 198
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Nieuwe hypotheek die oversluiters hebben afgesloten
BASIS: Alle hypotheeksluiters t.b.v. een verhuizing of vervanging (in %) 26
Oude hypotheek
6
Aflossingsvrije hypotheek 2
89
13 21
4
65
19 21
Beleggingshypotheek
0
54
5
10
20
30
Aflossingsvrije hypotheek Spaarhypotheek
40
50
n = 57
In het geval van combinatiehypotheken worden meerdere hypotheekonderdelen 71 aangevinkt. Derhalve telt n = 41 het totaal op tot meer dan 100%
22
5 2
Merk op:
35
2 2
Spaarhypotheek
n = 112
60
Bankspaarhypotheek Een andere hypotheekvorm
70
80
90
100
Beleggingshypotheek Weet ik niet
Daar waar een meerderheid van de oversluiters met een aflossingsvrije hypotheek of een spaarhypotheek wederom hiervoor kiezen, sluit slechts 21% van de oversluiters met een beleggingshypotheek wederom een hypotheek af met een beleggingscomponent. Oversluiters met een beleggingshypotheek kiezen bij het oversluiten vaak voor aflossingsvrije hypotheek (65%), maar ook voor minder risicovolle hypotheekvormen zoals bankspaarhypotheek (19%) en spaarhypotheek (35%).
n = 167
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Type rekening bij banksparen
BASIS: Alle hypotheeksluiters met een bankspaarhypotheek (of onderdeel) (in %) 27
0
10
90
Een geblokkeerde spaarrekening
Een geblokkeerde beleggingsrekening
Beide
Weet ik niet
n = 69
Een geblokkeerde beleggingsrekening wordt door geen enkele hypotheeksluiter met een bankspaarhypotheek gebruikt voor de aflossing van het hypotheekbedrag.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Soort hypotheekrente
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 28
11
2
13
74
Vaste rente
Variabele rente
Zowel vaste rente als variabele rente
Weet ik niet
n = 410
Bijna driekwart (74%) van de hypotheeksluiters heeft een vaste rente, nog eens 11% heeft een gedeelte vaste rente. 13% heeft enkel een variabele rente.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Rentevast periode
BASIS: Alle hypotheeksluiters met een (gedeelte) vaste rente (in %) 29
Minder dan 5 jaar
5
5 tot 10 jaar
24
10 tot 15 jaar
46
15 tot 20 jaar
4
14
20 jaar of langer
7
Weet ik niet 0
5
10
15
20
25
30
35
40
45
50
n = 348
De meeste hypotheeksluiters met een (gedeelte) vaste rente hebben daarbij gekozen voor een periode van 10 tot 15 jaar (46%), op ruime afstand gevolgd door periode van 5 tot 10 jaar (24%) en 20 jaar of langer (14%).
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Voorwaarden ingeruild
BASIS: Alle hypotheeksluiters met een gedeelte vaste rente (in %) 30
Voorwaarden ingeruild (totaal)
38
Boete bij verkoop woning
9
Offerterente in plaats van dagrente
25
Betaalrekening geopend bij aanbieder hypotheek
11
4
Andere voorwaarden 0
5
10
15
20
25
30
35
40
n = 348
In totaal geeft 38% van de hypotheeksluiters aan één of meerdere voorwaarden ingeruild te hebben in ruil voor rentekortingen. Offerterente in plaats van dagrente is, met 25%, daarbij de meest genoemde voorwaarde die ingeruild is.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Voorwaarde van toepassing: boete bij verkoop woning BASIS: Alle hypotheeksluiters met een gedeelte vaste rente (in %)
31
8
Ja
11
66
Nee
64
26
Weet ik niet
25
0
10
20
30
Minder dan 10 jaar rentevast
40
50
10 jaar of langer rentevast
60
70
n = 348
De boete bij verkoop van de woning is net iets vaker van toepassing op hypotheeksluiters met een rentevast periode van 10 jaar of langer.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Kenmerken van toepassing op aflossingsvrije hypotheek BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %)
32
Er kan aan het einde van de looptijd van de hypotheek een mogelijke restschuld overblijven
36
2 3
10
0
47 42
57
5
18
Weet ik niet
62
6 6 3
Geen van deze kenmerken
61
5
1
Het fiscaal voordeel is niet maximaal
38
30
Tijdens de looptijd wordt rente over de volledige lening betaald
Opleiding: Laag
57 47
33
Er wordt geen vermogen opgebouwd
Totaal
55
10
Opleiding: Midden
36
19
20
30
Opleiding: Hoog
40
50
60
70
n = 410
De hypotheeksluiters zijn over het algemeen redelijk bekend met de kenmerken die van toepassing zijn op een aflossingsvrije hypotheek, 18% geeft aan het niet te weten, 5% geeft het verkeerde antwoord door te stellen dat het fiscale voordeel bij deze hypotheekvorm niet maximaal is en nog eens 3% geeft aan dat geen enkele van de genoemde kenmerken van toepassing is op een aflossingsvrije hypotheek. Dit betekent dat bijna driekwart (74%) één of meer juiste kenmerken van een aflossingsvrije hypotheek kan noemen. Opleidingsniveau is bepalend, laag opgeleiden geven vaker aan niet bekend te zijn met de kenmerken. Hoog opgeleiden geven vaker de juiste antwoorden.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Kenmerken van toepassing op aflossingsvrije hypotheek BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %)
33
Er kan aan het einde van de looptijd van de hypotheek een mogelijke restschuld overblijven
55 39 47 47
Er wordt geen vermogen opgebouwd
47
Tijdens de looptijd wordt rente over de volledige lening betaald
51 5
Het fiscaal voordeel is niet maximaal
6 3
Geen van deze kenmerken
7 18 19
Weet ik niet 0
10
20
30 Q1 2010
40
50
60
Q3 2008
In vergelijking met het derde kwartaal van 2008 is de bekendheid met het kenmerk, dat aan het einde van de looptijd er een mogelijke restschuld over blijft, duidelijk hoger geworden (van 39% naar 55%).
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
2.3
Hypotheekgebonden levensverzekeringen
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Verzekeringen gesloten tegelijk met hypotheek BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %)
35
Woonlastenverzekering voor arbeidsongeschiktheid afgesloten
17
12
16
Woonlastenverzekering voor werkloosheid afgesloten
19
10 11 12
8
Overlijdensrisicoverzekering afgesloten 3
Andere verzekering afgesloten
33 7 4
0
59
5 4 38
Weet ik niet
8
52
38
11
10
20 Totaal
49
4
Geen verzekering afgesloten
50
32
30
Opleiding: Laag
40 Opleiding: Midden
50
60
Opleiding: Hoog
Laag opgeleiden sluiten minder vaak een verzekering af tegelijk met de hypotheek. Met name een overlijdensrisicoverzekering wordt door laag opgeleiden minder vaak afgesloten (32% tegen 50% totaal). Hoog opgeleiden (59%) sluiten significant vaker een overlijdensrisicoverzekering af tegelijk met de hypotheek.
70
n = 410
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Verzekering tegelijkertijd met hypotheek afgesloten BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %)
36
Woonlastenverzekering voor arbeidsongeschiktheid
17 18
Woonlastenverzekering voor werkloosheid
10 12 50
Overlijdensrisicoverzekering
40 4
Andere verzekering
9 38
Geen enkele verzekering
48 7
Weet ik niet
6
0
10
20
30 Q1 2010
n = 410
40
50
Q1 2009
n = 480
In vergelijking met het eerste kwartaal van 2009 is het aantal hypotheeksluiters dat geen verzekering heeft afgesloten tegelijk met de hypotheek duidelijk gedaald (van 48% naar 38%). Een overlijdensrisicoverzekering wordt in vergelijking met het eerste kwartaal in 2009 vaker afgesloten.
60
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Manier waarop premie betaald wordt
BASIS: Alle hypotheeksluiters die een verzekering hebben afgesloten (in %) 37
Overlijdensrisicoverzekering
Woonlastenverzekering
n = 206
n = 74 8
5 17
50
7
Periodiek
19 70
Eenmalig
Premie is meegefinancierd binnen de hypotheek
23
Weet ik niet
Periodiek
Eenmalig
Premie is meegefinancierd binnen de hypotheek
Weet ik niet
Zowel voor een overlijdensrisicoverzekering (70%) als voor een woonlastenverzekering (50%), wordt de premie het meest betaald door middel van periodieke stortingen.
GfK Panel Services Benelux
2.4
Oriëntatie
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Medium oriëntatie
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %)
85
Persoonlijk gesprek
79 26
Internet
13
Schriftelijk
4
8
Telefonisch TV of radio
4 4
Weet ik niet
12 12 10
1 1 0 1
Merk op: Meerdere antwoorden mogelijk: derhalve telt het totaal op tot meer dan 100%
13
1 2 0 2 0
20 Totaal
96 95
33 33
6 5 5 7 4
0
39
1 2 1 1 0
Op andere wijze Niet geïnformeerd
6 6
8
18
91
40 Beheersten
60 Ambitieuzen
Adviesgevoeligen
80
100
Gemaksgeorienteerden
120
n = 410
Het voeren van face-to-face gesprekken wordt het meest gebruikt tijdens het oriëntatieproces voordat men een hypotheek gaat afsluiten. Een kwart (26%) van de hypotheeksluiters heeft zich georiënteerd via internet. Met name “gemaksgeoriënteerden” hebben duidelijk minder informatie ingewonnen. “Adviesgevoeligen” maken minder gebruik van internet gedurende het oriëntatieproces. In vergelijking met het afsluiten van een lening wordt er duidelijk minder gebruik gemaakt van internet tijdens het oriëntatieproces (26% voor hypotheken tegen 49% bij consumptieve kredieten)
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Internetoriëntatie
BASIS: Alle hypotheeksluiters die zich via internet hebben georiënteerd (in %) 40
Via sites van banken of verzekeraars
74
49
Via vergelijkingssites Via de site van een hypotheekwinkel
36
Via de site van Vereniging Eigen Huis
25
Via de site van een tussenpersoon
Merk op:
24
Meerdere antwoorden mogelijk: derhalve telt het totaal op tot meer dan 100%
1
Weet ik niet meer 0
10
20
30
40
50
60
70
80
n = 106
De websites van banken en verzekeraars worden het meest bezocht als er via internet georiënteerd wordt (74%). De helft van de hypotheeksluiters (49%) die zich via internet georiënteerd hebben, hebben een vergelijkingssite bezocht. Daarmee wordt een vergelijkingssite door hypotheeksluiters bij het online oriëntatieproces vaker gebruikt dan onder sluiters van een consumptief krediet die zich via internet georiënteerd hebben (49% tegen 39%).
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Gebruik adviestools
BASIS: Alle hypotheeksluiters die zich via internet hebben georiënteerd (in %) 41
60
Ik heb rentestanden van verschillende hypotheekvertrekkers vergeleken Ik heb een calculator gebruikt om te berekenen hoeveel ik maximaal kan lenen
47
Ik heb een calculator gebruikt om mijn maximale woonlasten te berekenen
40
Ik heb een test gedaan om uit te zoeken welke hypotheekvorm het beste bij mij past
35 23
Ik heb mijn hypotheekgesprek online gecontroleerd Ik heb de kosten van oversluiten of overstappen naar een andere aanbieder berekend
10 4
Ik heb een andere adviestool gebruikt
Merk op: Meerdere antwoorden mogelijk: derhalve telt het totaal op tot meer dan 100%
11
Ik heb geen adviestool gebruikt
2
Weet ik niet meer
0
10
20
30
40
50
60
70
n = 106
Het vergelijken van rentestanden is de meest populaire adviestool onder de internetoriënteerders, 60% geeft aan deze tool op internet te hebben gebruikt. Bijna de helft van de hypotheeksluiters die zich via internet georiënteerd heeft (47%), geeft aan een calculator gebruikt te hebben om het maximaal te lenen bedrag te kunnen berekenen. Het online checken van een hypotheekgesprek wordt door 23% van de internetoriënteerders gedaan. Dit komt neer op 1 op de 5 hypotheeksluiters (21%).
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
2.5
Hypotheek afsluiten
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Medium van afsluiten
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 43
Persoonlijk gesprek
92
Via de post
4
Telefonisch
1
Via internet
1
1
Op andere wijze
1
Weet ik niet 0
10
20
30
40
50
60
70
80
90
100
n = 410
Het overgrote deel van de hypotheken wordt afgesloten door middel van een persoonlijk gesprek (92%). Internet speelt nog geen enkele rol bij het afsluiten van een hypotheek, het is vooralsnog in ieder geval met name een medium dat te gebruiken is ten tijde van het oriëntatieproces.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Kanaal van afsluiten
BASIS: Alle hypotheeksluiters (in %) 44 38
Bij/via een adviseur/medewerker van de bank
28
Bij/via een assurantietussenpersoon 13 13
Bij/via de verzekeringsmaatschappij
1
1 0
0
19 19
8 3
2
Weet ik niet
6 4 3
3
10 Totaal
48
2 3 3
2 2
Via een ander kanaal
37 31
25
Bij/via een hypotheekwinkel
46 50
30
18
42
20 Beheersten
Ambitieuzen
30
40
Adviesgevoeligen
50 Gemaksgeorienteerden
60
n = 410
Het afsluiten van een hypotheek gebeurt het meest bij de bank (38%). Ook een assurantietussenpersoon is een veel gebruikt kanaal waarbij een hypotheek wordt afgesloten (37%). “Adviesgevoeligen” maken veel meer gebruik van assurantietussenpersonen bij het sluiten van een hypotheek (48%).
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
2.6
Beloning (hypotheek)adviseurs
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Op de hoogte van wijze van belonen hypotheekadviseur -1-
BASIS: Alle hypotheeksluiters de hypotheek via een adviseur hebben afgesloten (in%) 46 40
Schriftelijk op de hoogte gesteld
24
18
14
Niet op de hoogte gesteld
31
21
33 27
18
46
33
5
Weet ik niet
9 7
12
0
0 Total
Assurantietussenpersoon
54
33
24
Mondeling op de hoogte gesteld
50
10 Hypotheekwinkel
20
30
40
Adviseur/medewerker van de bank
50
60
Verzekeringsmaatschappij
40% van de hypotheeksluiters die de hypotheek persoonlijk hebben afgesloten geeft aan een schriftelijk document te hebben ontvangen met daarin informatie hoe de adviseur beloond wordt. Assurantietussenpersonen en hypotheekwinkels delen dit vaker schriftelijk mede dan banken en verzekeringsmaatschappijen (respectievelijk 50% en 54% om 24% en 33%).
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Op de hoogte van wijze van belonen hypotheekadviseur -2-
BASIS: Alle hypotheeksluiters de hypotheek via een adviseur hebben afgesloten (in%) 47
40
Q1 2010: Totaal
43
Q3 2009: Totaal Q1 2010: Assurantietussenpersoon
31
24
Q1 2010: Adviseur/medewerker van de bank
0% Schriftelijk op de hoogte gesteld
10%
20%
Mondeling op de hoogte gesteld
50%
n = 86 n = 68
70%
Niet op de hoogte gesteld
80%
n = 70 n = 143 n = 88 0 n=6
9
18 60%
3
6 33
36 40%
n = 148
12
33
30%
5
4
36
36
Q3 2009: Verzekeringsmaatschappij
21
28
33
Q1 2010: Verzekeringsmaatschappij
n = 259
7
46
30
Q3 2009: Adviseur/medewerker van de bank
18
30 18
5
14
21
44
Q3 2009: Hypotheekwinkel
14 26
54
n = 378
9 24
57
Q1 2010: Hypotheekwinkel
29 50
Q3 2009: Assurantietussenpersoon
27
24
90%
n = 11 100%
Weet ik niet
Over het algemeen is het percentage dat schriftelijk op de hoogte gesteld is van de manier waarop de hypotheekadviseur beloond wordt iets gedaald. Duidelijk is te zien dat banken en verzekeraars niet vaak schriftelijk aangegeven op welke manier zij beloond worden.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Op de hoogte van wijze van belonen hypotheekadviseur
BASIS: Alle hypotheeksluiters die een document hebben ontvangen over de wijze van beloning (in %) Mate waarin men het document over wijze van belonen gelezen heeft
Mate waarin men op de hoogte is van de wijze van beloning
3
2 26
23
71
Niet gelezen
75
Gedeeltelijk gelezen
n = 153
Volledig gelezen
Volledig op de hoogte
Gedeeltelijk op de hoogte
Niet/nauwelijks op de hoogte
n = 148
De meeste sluiters (71%) die schriftelijke op de hoogte zijn gesteld van de beloning hebben dit volledig doorgelezen. Slechts 2% geeft aan het document niet te hebben gelezen. Van de sluiters die het document (gedeeltelijk) gelezen hebben, geeft driekwart aan volledig op de hoogte te zijn van de wijze waarop de adviseur beloond wordt, 23% geeft aan gedeeltelijk op de hoogte te zijn, terwijl 2% aangeeft niet of nauwelijks op de hoogte te zijn. In vergelijking met het derde kwartaal in 2009 hebben zich nauwelijks wijzigingen voorgedaan.
48
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Wijze van beloning hypotheekadviseur
BASIS: Alle hypotheeksluiters de hypotheek via een adviseur hebben afgesloten (in%) 49
Op basis van provisie
34
Fixed fee
17
Ik betaal hem op uurbasis
2
Mijn adviseur ontvangt provisie, maar betaalt een deel terug
2
Mijn adviseur wordt op een andere manier beloond
22
22
Weet ik niet 0
5
10
15
20
25
30
35
40
n = 378
Ruim een derde van de hypotheeksluiters, die de hypotheek persoonlijk via een adviseur hebben afgesloten (92% van de sluiters), betaalt hem of haar op basis van provisie (34%). 2% van de sluiters geeft aan dat een deel van de provisie die ze aan de adviseur betalen terugkrijgen. Een vooraf vastgesteld bedrag wordt door 17% van de sluiters met hypotheekadviseur genoemd, slechts 2% betaald een uurtarief voor advies. In totaal geeft ruim één op de vijf (22%) aan niet te weten hoe de adviseur beloond wordt.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Wijze van beloning hypotheekadviseur
BASIS: Alle hypotheeksluiters die op de hoogte zijn van de beloning die adviseur ontvangt (in %) 50 42
Op basis van provisie
Fixed fee
Ik betaal hem op uurbasis
3 2
4
2
Mijn adviseur ontvangt provisie, maar betaalt een deel terug
8 7
Mijn adviseur wordt op een andere manier beloond
14
6
Weet ik niet
4
0
16 18
8
10
20
30 Q1 2010
60
30
17
9
51
40 Q3 2009
50 Q1 2009
60
70
n = 145
Het aandeel provisie is in het eerste kwartaal van 2010 verder teruggelopen. De fixed fee is duidelijk in opkomst (30% tegen 17% in het derde kwartaal van 2009).
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Keuze van de wijze van beloning van de hypotheekadviseur
BASIS: Alle hypotheeksluiters de hypotheek via een adviseur hebben afgesloten (in %) 51
12 28
60
Ja
Nee
Weet ik niet
n = 378
De meeste sluiters (60%) hebben geen enkele inspraak gehad in het bepalen van de wijze waarop de hypotheekadviseur beloond wordt. 12% geeft aan een keuze te hebben gemaakt in de wijze waarop de hypotheekadviseur beloond wordt.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Mogelijk te kiezen beloningsvormen hypotheekadviseur
BASIS: Alle hypotheeksluiters die de wijze van beloning van de hypotheekadviseur konden kiezen (in %) 52
Een van tevoren afgesproken bedrag voor zijn advies (fixed fee)
67
Op basis van provisie
48
Betaling per uur
37
Mijn adviseur ontvangt provisie, maar hij betaalt daarvan een deel aan mij terug
13
Een andere beloningsvorm
7
Weet ik niet
7 0
10
20
30
40
50
60
70
80
n = 46
Een fixed fee wordt door de adviseurs het meest aangeboden als beloningsoptie. Twee op de drie hypotheeksluiters die de keuze voorgelegd kregen konden uit deze optie kiezen.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
Aangegeven welke werkzaamheden (hypotheek)adviseur verricht
BASIS: Alle hypotheeksluiters de hypotheek via een adviseur hebben afgesloten (in %) 53
48
Totaal
34
63
16-24 jaar
25-34 jaar
48
35-44 jaar
48
23
0%
10%
20%
17
31
16
47 30%
40% Ja
21
35
39
55+ jaar
13
31
53
45-54 jaar
17
50% Nee
60%
Weet ik niet meer
14 70%
80%
90%
100%
n = 378
Bijna de helft (48%) van de hypotheeksluiters, die gebruik hebben gemaakt van een adviseur om de hypotheek af te sluiten, kregen in het gesprek te horen welke werkzaamheden de adviseur verricht. Opvallend is dat met name aan de 55-plussers minder vaak verteld wordt wat voor werkzaamheden de adviseur verricht.
GfK Panel Services Benelux
AFM ConsumentenMonitor Q1 2010; Hypotheeksluiters
4 januari 2011
GfK Panel Services Benelux 54
GfK is al meer dan 25 jaar actief op de financiële markt. Een team van onderzoekers die zich louter bezig houden met onderzoek op de financiële branche is bij alle onderzoeken betrokken.
GfK Panel Services Benelux, Division the Netherlands Middellaan 25 5102 PB Dongen Tel: +31-(0)162 384 000 Fax: +31-(0)162-384 001 Website: http://www.gfk.nl