Notulen van de openbare vergadering van de commissie Samenlevingszaken van de gemeente Beemster, gehouden op donderdag 7 april 2005, in de raadzaal te Middenbeemster. Aanwezig Mw. C.M.T. Boots Dhr. H.A. Roenhorst Dhr. H. Boer Dhr. G. Heikens Dhr. J.P.W. Leenstra Dhr. J. van Baarsen Mw. C. Hanekamp
voorzitter secretaris VVD PvdA BPP CDA notulist
Op uitnodiging aanwezig Dhr. H.N.G. Brinkman Mw. J.B.P. Benningen-Harlaar Dhr. J. Oelen Mw. M. Ruys-Buskermolen Dhr. H. Kroon en F. Breed Dhr. C. Platteeuw Dhr. J. Dijkman Dhr. B. Widdershoven Mw. R. Appel
burgemeester wethouder wethouder wethouder politie wijkteam Beemster-Zeevang directeur Technische Dienst Beemster en Zeevang hoofd sector grondgebied sectiecoördinator sector Samenleving jongerenwerker BeeJee
1. Opening De voorzitter opent de vergadering om 19.30 en heet alle aanwezigen welkom. In verband met het grote aantal toelichters en insprekers wordt de maximale spreektijd vastgesteld op 10 minuten. 2. Inventarisatie bij de verschillende agendapunten De volgende insprekers worden genoteerd door de voorzitter: Dhr. P. van Voorst (Stichting de Beemster Keyser) m.b.t. agendapunt 8 Dhr. A. Hille (ZOB) m.b.t. agendapunt 10 Dhr. J. de Lange (Beemster Ondernemers) m.b.t. agendapunten 8, 9 , 10 en 11 Dhr. H. Corbière bij agendapunt 11 Dhr. H. Clausen van SV Beemster m.b.t. agendapunt 12 3. Vaststelling van het verslag van de vergadering d.d. 2 december 2004 N.a.v.: Dhr. Heikens vraagt aan mw. Ruys hoe de voorlichtingsavonden zijn verlopen op 3 en 4 maart j.l. m.b.t. de nieuwe subsidieverordening en wat haar voornaamste conclusies zijn van die avond. Wat zijn de vervolgstappen daarop? Mw. Ruys antwoordt dat gebleken is dat een aantal artikelen nadere toelichting behoeven. Afgesproken is dat die extra toelichting er komt. In de afgelopen periode zijn er ook gesprekken gevoerd met verenigingen. Dhr. Heikens vraagt of de toelichting nader vastgesteld moet worden door de raad en als appendix aan de verordening gehecht moet worden. Mw. Ruys antwoordt dat het wat haar betreft niet door de raad vastgesteld moet worden. Het is meer een verduidelijking van hoe de verordening gelezen moet worden. Indien de toelichting gereed is zal deze wel aan de raad ter kennisname worden aangeboden. Verder zijn er geen verdere op- of aanmerkingen en stelt de voorzitter het verslag vast.
4. Ingekomen stukken en mededelingen -
-
Rekening en begroting 2005 van Stichting Zwembad Beemster, Purmerend en Zeevang. Brief van burgemeester Brinkman aan de raad over het informatiesysteem C2000 n.a.v. eerder gestelde vragen. Brief van burgemeester en wethouders inzake de plaatsing van gebiedsaanduidings-borden langs de A7 en informatiepanelen bij de zorgplaatsen. Dhr. Leenstra vraagt of er een relatie is met de brief van de BPP van 12 juli 2004 inzake welkomstborden langs de invalswegen? Mw. Benningen antwoordt dat zij vanaf 2000 in overleg is met Rijkswaterstaat om tot overeenstemming te komen over het plaatsen van borden langs de A7. Nadat Rijkswaterstaat zich eerder op het definitieve standpunt had gesteld dat de borden er niet komen, is hierin toch een kentering gekomen nadat mevr. Ruys minister Peys op een CDA bijeenkomst hierop heeft aangesproken. Dhr. van Baarsen spreekt zijn complimenten uit aan mevr. Ruys voor haar actie. Financiële verantwoording Centrale uitvoeringsorganisatie Sociale Zaken Beemster, Graft-de Rijp, Schermer en Zeevang. Dhr. Boer vraagt mw. Ruys of zij kan verklaren dat het op pagina 4 genoemde percentage m.b.t. de arbeidsintegratie van Beemster, afwijkt in vergelijking met de overige 3 gemeenten. Mw. Ruys antwoordt dat zij daar geen verklaring voor kan geven. Voor alle gemeenten wordt de uitvoering door dezelfde dienst in Beemster uitgevoerd en de verordeningen zijn gelijk. Alle stukken worden vervolgens voor kennisgeving aangenomen.
De voorzitter: aan de mededelingen wordt toegevoegd de voortgang van het verdere verloop rondom de BeeJee. Jongerenwerkster mw. Appel en Mw. Ruys geven hier samen een toelichting op. Mw. Ruys wil de commissie nader toelichten over wat er recent gebeurd is m.b.t. BeeJee. Nadat BeeJee tijdelijk gesloten is geweest heeft er wel het een en ander plaatsgevonden. Inmiddels is de koers van BeeJee volledig veranderd. Welsaen heeft een plan van aanpak gemaakt, dat is door het college geaccordeerd is en behelst in grote lijnen het volgende: richten op tieners tot en met 15 jaar er wordt geen alcohol geschonken meer activiteiten minder vrije inloop, dus meer besloten activiteiten meer inzetten op betrokkenheid van ouders herziening van imago, uiterlijk en uitstraling van BeeJee. Wellicht dat er op termijn een andere naam gebruikt zal worden. Bovenstaande is inmiddels in gang gezet. Mevr. Appel: uit het jaarverslag zal blijken dat zij vorig jaar reeds haar bedenkingen had bij het bijeenbrengen van een groep jongeren in het jongerencentrum waar ook 18 jarigen en ouder op visite kwamen. De tienerinloop werd steeds minder enthousiast bezocht. Ook dit jaar is deze trend waargenomen. Dit is een van de voornaamste redenen geweest om van BeeJee nu een tienercentrum te maken. Er zijn inspraakmiddagen gehouden met tieners en enquêtes gehouden. Daar zijn veel positieve resultaten uitgekomen. De tieners zien BeeJee nu vooral als een tienercentrum. Dit zijn voornamelijk basisschoolkinderen van de Blauwe Morgenster. Ook zijn zij betrokken bij het organiseren en uitvoeren van de activiteiten. De BeeJee is nog niet officieel (her)opend maar er worden wel al inloopmiddagen gehouden die alleen op school bekend gemaakt worden. Daar komen de tieners massaal op af.
2
Mw. Appel spreekt de hoop uit dat dat blijft. Er is samen met de tieners een activiteitenplan opgezet. Zowel de medewerkers van BeeJee als de tieners zijn zeer enthousiast. Dhr. Van Baarsen spreekt namens iedereen uit dat men verheugd is dat mevr. Appel zo enthousiast de draad weer heeft opgepakt. Hij vraagt wat er gebeurt met de jeugd boven de 15 jaar als zij op het terrein van de BeeJee komen. Mw. Appel antwoordt dat men op dit moment semi-open is. Er hebben nog geen publicaties plaatsgevonden omtrent activiteiten. Er zijn nog wel wat hangjongeren die terug blijven komen. Tot nu toe hebben ze niet veel overlast veroorzaakt. Zij hoopt dat dit langzamerhand af zal nemen. Een heel groot deel van de ouderen accepteert overigens dat de situatie veranderd is en zoekt zijn heil elders. Er is heel veel contact met de politie. Dhr. Boer complimenteert mw. Ruys met het bezweren van de crisis. De fractie van de VVD wil pleiten voor de groep jongeren van 13 t/m 15. Het is van belang dat de BeeJee met name deze groep kinderen activiteiten aanbiedt. Met name omdat zij weinig keus hebben. De VVD fractie is ook content dat geen alcohol meer geschonken wordt. Tenslotte vindt de fractie het een goede zaak dat besloten is om aangifte te doen van bedreiging. Daarmee wordt een signaal afgegeven. De ontwikkeling met de naamsverandering is nieuw, doch dhr. Boer ziet de berichten hieromtrent graag tegemoet. Conclusie: men is zeer tevreden over de aanpak. Mw. Appel voegt toe dat de naam BeeJee in ieder geval voorlopig wel blijft bestaan. In de toekomst wil men de tieners zelf laten beslissen of zij de naam willen wijzigen. Dhr. Heikens deelt namens de PvdA fractie in het compliment van de VVD. Hij vraagt aan mw. Appel of zij zich gesteund heeft gevoeld gedurende de afgelopen periode, zowel door haar werkgever als opdrachtgever? Ook vraagt hij aan mw. Ruys hoe zij achteraf denkt over haar besluit om de problematiek m.b.t. BeeJee in de publiciteit te brengen. Zijn er ook reacties gekomen uit de gemeenschap? Mw. Ruys antwoordt dat zij zich mede door de commissie heeft laten overtuigen om het wel in de publiciteit te brengen en zij denkt achteraf dat dit een goede beslissing is geweest. Er zijn zowel negatieve als positieve reacties geweest. Negatieve reacties m.n. van de jeugd die het betrof. Voor het overige waren de reacties positief. Mw. Appel sluit zich hierbij aan. Zij voelde zich absoluut gesteund. Dhr. Heikens vraagt of zij ook ondersteuning gehad van de jongeren zelf. Zij antwoordt dat m.n. de groep ex-vrijwilligers haar altijd heeft gesteund, ook in de moeilijke tijd. Zij kwamen ook langs toen het centrum dicht was. Er is op een goede manier afscheid genomen. Dhr. Leenstra heeft weinig meer toe te voegen aan hetgeen reeds gezegd is. Zijn fractie wenst haar heel veel succes bij hetgeen nog gaat komen. 5. Jaarverslag 2004 van de politie-unit De Waterlanden De voorzitter: ter toelichting bij dit agendapunt is dhr. Brinkman, burgemeester en dhr. Kroon en Breed van het politiewijkteam uitgenodigd. Dhr. Brinkman maakt eerst melding van een geval van brandstichting in de nacht van 6 op 7 april. Daarbij zijn in Middenbeemster bij het politiebureau een aantal politievoertuigen in de brand gestoken. Vanochtend heeft hij de ravage in ogenschouw genomen. Drie auto’s zijn verbrand. Hij benadrukt dat er een zeer ernstig misdrijf heeft plaatsgevonden. Gelukkig is er dit keer alleen materiele schade. Er heeft inmiddels een buurtonderzoek plaatsgehad en de technische recherche heeft een uitgebreid onderzoek gehouden naar sporen. Er is contact opgenomen met de regio Gooi- en Vechtstreek waar ook op verschillende plaatsen politievoertuigen in de brand zijn gestoken. Dhr. Brinkman wordt over de voortgang van het onderzoek op de hoogte gehouden. Dhr. Kroon voegt hieraan toe dat men inmiddels is voorzien van vervangende voertuigen. Deze staan nu binnen geparkeerd. Dhr. Heikens vraagt of door het ontbreken van de voertuigen ’s nachts zich problemen hebben voorgedaan. Dhr. Kroon antwoordt dat dit niet het geval is. De voorzitter gaat over naar het betreffende agendapunt.
3
Dhr. Brinkman licht toe dat conform de gemaakte afspraak aan de hand van het jaarverslag 2004 in samenhang met het unit-plan 2005, de commissie aanbevelingen kan geven. Met name kan gekeken worden of de prioriteitsstelling bijgesteld moet worden. De collega die met de heer Kroon is meegekomen is de heer Frank Breed. Dit is een stagiaire dit het management developement traject volgt bij de politie. Men volgt dan halfjaarlijkse trainingen. De heer Breed is voor een half jaar gekoppeld aan het wijkteam Beemster. Dhr. Leenstra vraagt naar een overzicht van de personele bezetting van het wijkteam in Beemster. Hij doelt daarbij met name op de bezetting in de zomermaanden. Hij vraagt hoe de totale unit-cijfers zijn samengesteld. Naar zijn mening kloppen de optellingen in het jaaroverzicht niet. Is hier sprake van een berekeningsfout? Dhr. Kroon antwoordt dat de totale bezetting 12 medewerkers betreft. Momenteel beschikt men over 3 extra personen. Dit zijn studenten in opleiding. In de zomermaanden is het bureau alle dagen open. Men draait dan met een minimale bezetting. De noodhulp wordt uiteraard ook dan in zijn totaliteit uitgevoerd. Met betrekking tot de cijfers voegt dhr. Brinkman toe dat de optelling inderdaad niet klopt. Deze fout is al eerder geconstateerd maar nog niet gecorrigeerd. Dhr. van Baarsen zegt dat de fractie zich voor dit moment heeft gericht op het Jaarplan 2005. De fractie heeft de volgende vragen/opmerkingen: a. Verbazingwekkend dat de hangjeugd toestemming heeft zich bij de vijver van het gemeentehuis op te houden; dit is z.i. niet juist. De burgers moeten vrij naar de ingang van het gemeentehuis kunnen lopen. b. In de 8-maandsrapportage is gesproken over de verkeersoverlast bij de scholen, de schoolleiding weet niet wat men hier nog aan kan doen. Spreker ziet hier niets over terug in het jaarplan 2005. c. Wordt er bij de jeugdcriminaliteit gebruikt gemaakt van inzet van de reclassering? Ad. a Dhr. Brinkman antwoordt dat het hier een kwestie van gedogen is. Gedurende enige tijd is er behoorlijke overlast geweest van hangjongeren op o.m. het bordes van het gemeentehuis en andere plekken. In de discussies die er met de jongeren zijn gevoerd, kwam steeds de vraag naar voren van de jeugd of zij, indien zij geen overlast veroorzaken, op een bepaalde plek mochten staan. Dhr. Brinkman heeft daarop geantwoord dat, indien zij niet blowen, niet drinken, niet schreeuwen en geen rommel maken, overal mogen staan. Vlakbij de ingang is lastig i.v.m. de doorgang. Voorgesteld is toen om bij de vijver te gaan. Bij normaal gedrag is dit geen probleem. Sinds er toezicht camera’s zijn geïnstalleerd, houden de jongeren zich niet meer op het bordes op en is daar geen overlast meer. Deze overlast vindt dan overigens wel elders plaats. De “toegewezen” plek bij de vijver is bekend bij politie en Regio Control. Vaststaat dat er een plek moet zijn waar de jeugd zich kan ophouden. Spreker benadrukt dat het overigens een enkeling betreft die overlast veroorzaakt. Ad b Dhr. Kroon antwoordt dat het feit dat de verkeersproblematiek bij scholen niet in het Jaarplan staat, niet betekent dat men hier geen aandacht voor heeft. Incidenteel wordt zeker gecontroleerd. Afgelopen week was dat nog het geval i.v.m. de acties omtrent gordelgebruik. Ad c Dhr. Kroon antwoordt dat m.b.t. de jeugdcriminaliteit gewerkt wordt met HALT. Tevens is bij Justitie een jeugdofficier werkzaam, die e.e.a. begeleidt. Dhr. Heikens ziet weinig verschil in behandeling van dit agendapunt ten opzichte van vorig jaar. Hij stelt voor om de politie uit te nodigen op het moment dat er echt inhoudelijke vragen zijn. Dhr. Brinkman antwoordt dat gekozen is voor dit systeem. Hij benadrukt dat er van de politiezijde absoluut geen bezwaar is om te komen. Integendeel, het wordt zeer gewaardeerd. Wel lijkt het hem aardig om, wanneer verslag en jaarplan de volgende keer weer op de agenda staat, een speciale commissievergadering te houden op locatie, dus in het politiebureau. Dhr. Brinkman verneemt gaarne of de commissie hierin interesse heeft. Dit blijkt het geval. Dhr. Boer antwoordt dhr. Brinkman dat zijn fractie zijn inzichten en opvattingen deelt. “De overheid moet zich vooral bemoeien met de veiligheid van de
4
burger”. Dit citaat komt voort uit een analyse van het Sociaal Plan Bureau. Veiligheid staat bovenaan het lijstje van de burger. Dhr. Boer, vraagt namens de VVD fractie aan dhr. Brinkman om met name het aspect veiligheid op te nemen in de prioriteitenlijst. Dhr. Leenstra vindt de term “doel” m.b.t. aantallen van b.v. bedreigingen vreemd. Moet dit niet zijn “het streven naar”. Dhr. Brinkman antwoordt dat dit een voortdurende discussie is in het Regionaal college Zaanstreek Waterland. Dit is het college waar burgemeesters over politie en openbare orde en veiligheid praten. Hij heeft deze term echter zelf niet bedacht. Het is blijkbaar nodig om deze “doel”getallen als ijkpunten te gebruiken om de resultaten tegen elkaar af te wegen. Hierna dankt de voorzitter dhr. Kroon en Breed voor hun aanwezigheid. 6. Vaststelling verslag over de uitvoering Abw, Ioaw en WIK over 2003 Dhr Heikens maakt allereerst een compliment. De beoordelingen zijn allemaal voldoende op een na, waarin stappen zijn ondernomen ter verbetering. Hij heeft een vraag m.b.t. het gestelde op blz. 12: “Op grond van jurisprudentie is het in alle gevallen kopiëren van afschriften ook niet meer toegestaan. Zolang cliënten hiertegen nog geen bezwaar maken, wordt het nog wel altijd gedaan.” Het is naar zijn mening vreemd dat men doorgaat met iets wat niet mag, totdat de cliënt bezwaar maakt. Mevr. Ruys antwoordt dat zij hier aandacht aan zal besteden. Dhr. Roenhorst antwoordt dat de dossiervorming van cliënten plaatsvindt met instemming van de cliënt. Onder dossiervorming wordt o.m. verstaan het kopiëren van bepaalde bescheiden. Indien een persoon daar problemen mee heeft maakt de consulent daarvan een notitie. Het dossier is ook inzichtbaar voor de cliënten. Dhr. Boer deelt de conclusie dat er uitstekend uitvoering is gegeven aan de sociale voorzieningswetten. Dhr. Van Baarsen heeft namens zijn fractie geen vragen, het is een helder verslag. Dhr. Leenstra deelt namens de BPP deze conclusie. Mevr. Ruys zal de complimenten graag overbrengen aan de desbetreffende afdeling. 7. Vaststelling Verordening Cliënten participatie Dhr. Boer is van mening dat de argumenten voldoende zijn om geen cliëntenplatform op te richten. De reden hiervoor is dat er onvoldoende respons is gekomen om de desbetreffende oproep. Om de vinger aan de pols te houden is een enquête een eenvoudig instrument. De VVD fractie onderschrijft alle drie de punten van de verordening cliëntenparticipatie. Dhr. Heikens heeft een opmerking m.b.t. blad 1.1. Daar staat bij cliëntenplatform: “helaas is het draagvlak te gering om een dergelijk platform op te richten”. Dhr. Heikens vindt het woord “helaas” in tegenspraak tot het huidige resultaat. Indien men echt van mening is dat dit “helaas” is, moet men wellicht andere actie ondernemen om dit platform alsnog op te kunnen richten. Het is ofwel gewaarborgd dat er voldoende informatie komt, ofwel er moet meer actie worden ondernomen. Mevr. Ruys ontkent dit. Er is een enquête gehouden waarin is gevraagd aan de mensen om deel te nemen in een op te richten cliëntenplatform. Hierop is onvoldoende reactie gekomen en heeft men helaas geconstateerd dat er onvoldoende draagvlak en voorgesteld het op een andere manier te doen. Er is geworven en er is niet voldoende belangstelling. Dhr. van Baarsen, namens de CDA fractie, is akkoord met het voorstel en onderschrijft de drie punten. Dhr. Leenstra, namens de BPP, onderschrijft ook deze drie punten. 8. Beschikbaarstelling garantiesubsidie aan Stichting De Beesmter Keijser ten behoeve van de Nieuwbouw aan de NH kerk te Middenbeemster. Ten behoeve van dit agendapunt zijn twee insprekers aanwezig. De voorzitter geeft het woord aan dhr. Van Voorst.
5
Dhr. Van Voorst Spreker gaat er van uit dat de commissieleden goed op de hoogte zijn van de plannen. Hij wil graag enige actualisatie aanbrengen in de informatie. Vorige week heeft een bijeenkomst plaatsgevonden met het stichtingsbestuur en een aantal verenigingen uit Beemster. Hij heeft mevr. Ruys schriftelijk verslag gedaan van deze bijeenkomst. Deze bijeenkomst was van groot belang omdat de nieuwbouw ook bestemd is voor nietkerkelijke activiteiten (lees=culturele activiteiten) georganiseerd door verenigingen. Het betreft hier potentiële gebruikers. Indien zij geen interesse zouden hebben is een dergelijk nieuwbouwplan niet reëel. Uit die bijeenkomst is tot genoegen van het stichtingsbestuur gebleken dat er grote interesse is bij betreffende verenigingen en organisaties. Er zullen meerdere bijeenkomsten volgen in de loop van de voortgang van het project. In ieder geval is de wil er om van de nieuwe voorzieningen gebruik te gaan maken. Dhr. De Lange De Beemster Ondernemers waardeert op zich het initiatief van de NH kerk om de gebruiksmogelijkheden van de kerk te vergroten door er een grotere publieksfunctie aan te geven. Beemster Ondernemers wenst toch de volgende vragen voor te leggen: 1. waarom een garantiesubsidie en geen lening? 2. Waarom wordt de dekking van het krediet uitsluitend uit de exploitatie van fase 3 van plan Leeghwater gehaald, omdat het hier om een voorziening voor de gehele Beemster gemeenschap gaat? 3. De Beemster Ondernemers is op zich zelf tegen het verlenen van een kredietfaciliteit. Men vraag zich af of door de schaal van de nieuwbouw bij de kerk niet alle andere vrijwilligersinitiatieven in het gedrang komen. 4. Is er wel voldoende duidelijkheid dat bestaande verenigingsactiviteiten niet ook al in andere en bestaande locaties plaatsvinden? 5. De exploitatie is uiteraard een zaak van de kerk en de nieuwe stichting en dus ook voor hun rekening en risico . In de ogen van de Beemster Ondernemers zou in elk geval een bijdrage in de exploitatie van de nieuwbouw uitgesloten moeten worden, omdat die als concurrerend met de lokale horeca gezien kan worden. Er zou dan ook een vergelijkbaar prijzenniveau gehanteerd moeten worden. De plaatselijk horeca was verbaasd en ook niet geïnformeerd omtrent de nieuwbouwplannen. Dhr. Boer, namens de VVD fractie is enthousiast over het voorliggende project. Het voorziet in een grote behoefte. Kerk en Staat zijn goed gescheiden door middel van de opzet van de stichting. De behoefte aan onderdak voor allerlei vormen van culturele uitingen is er al lang. Dit project is een uitstekend antwoord op de afkalving van zaalruimte. De plannen van het gebouw spreken ook zeer aan. Dit betreft dan de opzet en uitstraling. Hij reageert op de vragen van dhr. de Lange. De fractie van de VVD heeft geen bezwaren om de beschikbaarstelling van de garantiesubsidie uit de voorziening van het plan Leeghwater te halen. Die combinatie is logisch. Ook de concurrentie voor de bestaande horeca ziet de fractie niet. Het wordt een verenigingsgebouw en geen horecagelegenheid waarvan de ondernemers concurrentie te duchten hebben. Het plan ligt vrij compleet klaar. De NH Kerk brengt een behoorlijk eigen bedrag in en trekt partijen aan voor sponsoring. De fractie is positief. In tweede termijn zal daar definitief uitspraak over worden gedaan. Dhr. Leenstra merkt op dat het gepresenteerde boekwerk er keurig en verzorgd uitziet. De BPP twijfelt wel of de in het rapport gevraagde ruimten t.b.v. culturele doeleinden onderbouwd is. Hij vraag of de stichting aan kan tonen dat er een groeiende vraag is naar ruimte voor culturele activiteiten voor de lokale verenigingen en organisaties. Men heeft in Beemster Onder de Linden, Het Heerenhuis, buurthuis ZOB, de Kerk zelf. De omliggende steden bieden toch ook voldoende ruimte voor culturele en andere activiteiten. Ontstaat er geen valse concurrentie m.b.t. de plaatselijke bedrijven? Het beschikbaarstellen van het krediet uit de opbrengst van een woningbouwcomplex vindt de BPP geen goede zaak.
6
Het bouwen van betaalbare/goekope woningen is voor de BPP een primaire zaak en dat betekent dat je geen geld mag onttrekken uit het Plan Leeghwater 3. Overigens is spreker van mening dat de kerk een mooi historisch gebouw is en eigenlijk zou je dat zo intact moeten laten. Dhr. Van Baarsen wil een compliment geven aan de stichting De Beemster Keyser voor de inzet om dit te realiseren voor de Beemster gemeenschap. In de visie van de CDA heeft Beemster behoefte aan hetgeen de stichting te bieden heeft. De CDA stelt evenwel de vraag hoeveel gelden beschikbaar zijn uit het Leeghwater 3 plan. Dit is niet inzichtelijk voor de CDA fractie. Dhr. Heikens, namens de PvdA fractie, vindt het stuk een helder betoog. De fractie onderschrijft de belangrijkste uitgangspunten die in de nota verwoord staan. De Kerk heeft een culturele, historische en een maatschappelijke betekenis voor de gehele polder. Dit is mede het gevolg van een actief kerkbestuur, een dito kader en een “herder en herderin” die er behoorlijk de vaart in hebben. Dit is naar zijn persoonlijke mening tevens het kwetsbare punt. De zorg voor continuïteit is belangrijk. De fractie onderschrijft de behoefte om de kerk fysiek uit te breiden en dat dit niet (alleen) intern kan gebeuren. Het is een forse investering waardoor je goed moet kijken of je die investering niet relatief breder in kunt zetten. Tevens ondersteunt de fractie de constatering dat er een groeiend ruimtegebrek is voor culturele activiteiten. Tenslotte ondersteunt de fractie het feit dat de kerk zelf een grote bijdrage doet. De fractie is echter ook van mening dat de risico’s in het onderhavige stuk onvoldoende belicht worden. Er zijn risico’s voor de stichting, de Kerk en andere verenigingen. De fractie mist een exploitatie onderzoek. Voordat de fractie tot een definitieve afweging kan komen heeft zij meer informatie nodig. Wat zij b.v. mist is een cultuurplan. Er vinden in de Beemster enorm veel activiteiten plaats. Er zijn veel verenigingen. De fractie is bang dat de stichting in dezelfde vijver moet vissen om allerlei activiteiten te ondernemen teneinde de exploitatie rond te krijgen. De fractie vraagt om goede informatie. Daarnaast vindt hij het jammer dat, hoewel ze ook niet in deze commissie thuishoren, er niet over de bouwkundige, esthetische en cultuurhistorische aspecten gesproken wordt. Concluderend heeft het plan veel positieve kanten voor de PvdA fractie, doch mist men de risico’s verwoord. Dhr. Heikens vraagt waarom de subsidieaanvraag in 2 fasen is gedaan en niet in een keer. De kerktoren is in het bezit van de gemeente. Betekent dit dat een restauratie van de toren geheel buiten beschouwing wordt gelaten? Dhr. Boer vraagt aan de voorzitter gelegenheid om te reageren op de uitspraak van de dhr. Leenstra dat de exploitatie van dit project ten koste zou gaan van sociale woningbouw in plan Leeghwater 3. De exploitatie van Leeghwater 3 kent een exploitatiewinst van grof gezegd 2 miljoen euro. Portefeuillehouder dhr. J. Oelen zal daar zeker iets over kunnen zeggen. Uit voornoemd bedrag moet toch in redelijkheid een aantal projecten zijn te financieren. Hij is ontstemd over het feit dat de heer Leenstra veronderstelt dat financiering uit het project Leeghwater ten koste zou gaan van sociale woningbouw. Het plan Leeghwater voorziet namelijk extra in sociale woningbouw. Dhr. Leenstra wenst hier niet op te reageren. De voorzitter stelt voor dat dhr. Van Voorst een aantal vragen van dhr. Heikens beantwoordt. Dhr. Van Voorst antwoordt dat het op geen enkele wijze de bedoeling is om typische horeca-activiteiten in deze nieuwe voorziening te gaan plegen, behalve dat gebruikers een kopje thee of koffie of een frisdrankje nuttigen. Verder is absoluut geen sprake van plannen tot horeca-achtige activiteiten. Vanwege tijdgebrek heeft men dit nog niet kunnen communiceren met de plaatselijke horeca. Dit zal echter zo snel mogelijk plaatsvinden. Hij licht nogmaals toe waaruit de gedachte is ontstaan om deze voorziening zodanig te realiseren dat verenigingen e.d. daarin in ruimte mate van gebruik kunnen gaan maken. In de eerste plaats omdat de huidige kosterij aan Middenweg, eigendom van de HV gemeente, al jarenlang vrij intensief wordt gebruikt voor de onderhavige activiteiten. De kosterij zal die functie gaan verliezen waarmee op termijn een aantal van de gebruikers op straat zal komen te staan. Dat weten zij inmiddels. In de tweede plaats wordt de kerk voor heel veel geld gerestaureerd. Dit is voor een gedeelte gemeenschapsgeld. Helaas te weinig, omdat voor de 2e fase van de restauratie die vorig jaar begonnen is, geen rijkssubsidie is te verwachten.
7
Dat sloeg in de oorspronkelijk begroting een gat van 400.000 euro. Ondanks dat is de restauratie begonnen, Deze kerk wordt gerestaureerd met een heleboel geld ook d.m.v. sponsoracties vanuit de bevolking. Daarom zou het niet goed zijn als zo’n monument niet zou worden gebruikt en overwegend gesloten zou zijn. Thans wordt het gebouw voor veel geld gerestaureerd. Dit leidt expliciet tot de opdracht dat je het gebouw heel veel moet gebruiken in de toekomst. Ook om te voorkomen, dat indien de kerkelijke gemeente het niet meer op kan brengen het monument in vreemde handen komt. Men denkt hierbij b.v. aan de bekende “tapijtenhandel”. Daarnaast is het zo dat ondanks dat er geen overheidssubsidie aan te pas komt er wel zeer stringente regels zijn verbonden aan de verbouwing. Het monument mag niet veranderen. Er moeten dus aanzienlijke investeringen gedaan worden om de kerk geschikt te maken voor gebruik (geluid, theaterverlichting en vloerverwarming) en comfort waardoor het gebouw qua belevenis veel beter te gebruiken zal zijn. De nieuwbouw is bedoeld om als gemeenschapsgebouw te kunnen worden gebruikt. Dat moet gesteund worden door de potentiële gebruikers. Dhr. van Voorst benadrukt dat men er alles aan doet om zich hier van te vergewissen. Voor wat betreft de exploitatie het volgende. Het is moeilijk om dat in dit stadium op de euro af uit te werken. De Hervormde gemeente is eigenaar en opdrachtgever van de diverse werken. In formele zin is zij ook eigenaar van de nieuwbouw en zal ook zorgdragen voor de totale financiering. In dit geval hopelijk met hulp van de gemeente. Binnen de Hervormde gemeente is het afgelopen jaar veel overleg geweest of de projecten überhaupt haalbaar zijn. Voor wat betreft de twee fasen spreken we over een totaal bedrag van ruim 2,6 miljoen euro inclusief BTW. Indien straks zou blijken dat de Hervormde gemeente de rekeningen niet meer kan betalen of zou ophouden te bestaan, dan is dat een zeer kwalijke kwestie. Er is heel veel tijd besteed aan het opstellen van een tienjarige exploitatie en raming binnen de Hervormde Gemeente waarin de nieuwbouw is meegenomen. Dhr. Van Voorst wil twee punten toelichten. Hij is niet geautoriseerd tot het noemen van bedragen. Er wordt gerekend op een matige toename van huurinkomsten in relatie tot de huidige inkomsten uit de kosterij. In de tweede plaats wordt er gerekend op een zekere inkomstenbron vanuit de Stichting de Beemster Keyser die zijn best moet gaan doen om draagkracht te creëren. Dit alles met mate. De Hervormde Gemeente heeft gezien het enorme beslag op het eigen vermogen dat de consequentie is van deze grote projecten, een tienjarige raming opgesteld die uiteraard ook moet worden voorgelegd aan een aantal hogere kerkelijke instanties want de toekomst moet wel gewaarborgd zijn. Die is bestudeerd en vastgelegd. Voor wat betreft de exploitatie zou het moeten zijn dat indien het gebouw nauwelijks voor de activiteiten wordt gebruikt waar wij het nu over hebben, de Hervormde Gemeente niet failliet gaat. Men is daar dus niet van afhankelijk. Dat biedt de mogelijkheid de huurtarieven redelijk betaalbaar blijven houden voor de verenigingen. Anders gezegd, de running cost moet je vertalen in de huurtarieven en niet in de investeringen die gedaan worden. Mvr. Ruys heeft aan het betoog van dhr. van Voorst weinig toe te voegen. Er is gedegen antwoord gegeven op de vragen m.b.t. de financiën. Het college onderstreept de behoefte aan ruimte voor verenigingen. Zij heeft ook vernomen dat de verenigingen enthousiast zijn over de plannen zoals ze er nu liggen. Zij complimenteert de Hervormde Gemeente namens het college met het onderliggende plan. Zij is tevens van mening dat indien de Hervormde Gemeente bereid is veel geld in dit plan te steken wat ten goede komt aan de gemeenschap, de burgerlijke gemeente niet achter mag blijven. Zeker niet nu de verenigingen straks uitgebreid gebruik van de nieuwe accommodatie kunnen maken. Het college is van mening dat men niet bang hoeft te zijn voor “het vissen in dezelfde vijver” omdat nu al is gebleken dat verenigingen onderzoeken of ze misschien samen kunnen werken. Mevr. Benningen kan hier niet veel meer aan toevoegen. Voor wat betreft de bouwtechnische vragen van de heer Heikens antwoordt zij dat dat weer een fase verder is. Eerst zal het financiële plaatje rond moeten zijn. Er ligt natuurlijk een architectonisch plan wat uiterst kritisch wordt gevolgd door de Rijksdienst voor de Monumentenzorg. Het is het meest waardevolle monument wat de Beemster bezit. De architect is iemand met buitengewoon veel nationale en internationale ervaring heeft op het gebied van restauratie en nieuwbouw van en aan monumentale panden. De Rijksdienst is buitengewoon onder de indruk van het voorstel zoals het er nu ligt.
8
Overigens is er geen sprake van dat de toren gerestaureerd gaat worden. Dhr. Platteeuw bevestigt dat er niets aan de hand is met de toren, er is geen noodzaak tot restauratie. Dhr. J. Oelen antwoordt dhr. Leenstra in verband met zijn opmerking omtrent sociale woningbouw. Voor wat betreft de derde fase Leeghwater is ruwweg een exploitatieopzet gemaakt en die ziet er positief uit. De precieze bedragen zijn nog niet bekend. Het uitgangspunt was ruim 30% sociale woningbouw. Dit betekent huur en goedkope koop. De grote lijn is bekend. Op basis daarvan is het zonder meer mogelijk de vanavond besproken bijdrage te leveren. Waarom de combinatie met de derde fase Leeghwater? Er komen meer woningen, meer mensen, meer behoefte aan voorzieningen. Hij veronderstelt dat wanneer dit plan er niet zou zijn, het college zich zou moeten beraden over een ander gemeenschappelijk onderkomen in de Middenbeemster. Dit is een fantastische mogelijkheid in combinatie met de woningbouw. Het geld wat overblijft gaat in de algemene reserve. Dhr. Brinkman vraagt het woord als portefeuillehouder financiën. Hij beaamt wat de heer Oelen heeft gezegd. Daarbij wil hij nog opmerken dat het uiterst logisch is dat wanneer je door uitbreidingen de kans krijgt om te investeren in de dorpskern, het verbreden van de draagvlak, geld genereert wat je kunt teruginvesteren in de gemeenschap, dat je dan goed bezig bent. Ook in economisch verband. Als je wilt dat de dorpskernen leefbaar blijven en dat het voorzieningenniveau op peil blijft en waar mogelijk verbetert en je kunt dat als gemeente doen omdat er uitbreidingsplannen zijn in diezelfde dorpskern, snijdt het mes aan drie kanten. Het is niet alleen investeren in de Middenbeemster, maar je zorgt er ook voor dat iedereen die in de Middenbeemster woont daar profijt van heeft. Het is van belang om te investeren in de toekomst. Dhr. Boer voegt toe dat hij een nuancering wil aanbrengen in de zojuist door hem genoemde bedragen. Wat hij wil zeggen is dat de VVD heeft gerekend en vol overtuiging kan zeggen dat de voorliggende uitgaven gedekt kunnen worden uit de exploitatie van het Leeghwaterplan. In tweede instantie: Dhr. Leenstra: de uiteenzettingen van dhr. Van Voorst en dhr. Oelen zijn duidelijk. Het plan op zich biedt geen inzicht naar de vraag van activiteiten. De behoefte wordt niet aangegeven in dit plan. De vraag en de problematiek van de verenigingen is voor de BPP niet voelbaar. Dhr. van Baarsen, namens het CDA zal positief adviseren naar de raad. Dhr. Heikens heeft veel antwoorden gekregen naar aanleiding van het betoog van dhr. van Voorst. Vanavond komt hij nog niet tot een definitief oordeel. Er is behoefte de informatie met de overige fractieleden te bespreken. Dhr. Boer, namens de VVD fractie heeft geen voorbehoud. Over dit onderwerp zal unaniem positief worden geadviseerd. Mw. Ruys is verbaasd dat dhr. Leenstra geen inzicht heeft in de behoefte van de verenigingen. Indien men feeling heeft met hetgeen leeft onder de verenigingen dan zul je constateren dat vele verenigingen druk doende zijn om zelfstandig of samen plannen te maken m.b.t. nieuwe huisvesting. Als de kosterij verkocht wordt staan vele verenigingen op straat. Dhr. Leenstra heeft bedoeld dat het niet inzichtelijk is gemaakt in het rapport. Mw. Ruys spreekt de hoop uit dat dhr. Leenstra nu overtuigd is van het belang van de nieuwbouw en een positief geluid laat horen. Dhr. Leenstra antwoordt dat hij ook niet negatief is, maar dat hij hetgeen vanavond duidelijk geworden is zal terugkoppelen met zijn achterban om tot een goed besluit te komen. 9. Beschikbaarstelling van een voorbereidingskrediet voor de bouw van een nieuwe basisschool inclusief buurthuis- en kinderopvangfunctie in Zuidoostbeemster. Dhr. de Lange (Beemster ondernemers) spreekt op dit agendapunt in. De BO is groot voorstander van het project. Hij vraagt of er goede voorbeelden zijn van de bouw van woningen boven de school. Dhr. Boer, namens de VVD fractie gaat akkoord met beschikbaarstelling van voorbereidingskrediet. Dhr. Leentra, namens de BPP fractie, gaat akkoord. Dhr. Van Baarsen, namens de CDA fractie gaat akkoord. Wel is hij verbaasd dat er woningen boven de school worden gebouwd. Dhr. Heikens, namens de PvdA fractie gaat akkoord.
9
Mw. Benningen antwoordt dat voor wat betreft de woningen het geenszins zeker dat die er komen. Als er woningen komen zou dat ook heel op een andere plek kunnen zijn. Het is slechts een suggestie. Dit heeft te maken met de exploitatie. Er zijn voorbeelden te over van woningen op of bij scholen. Indien men daartoe belangstelling heeft, verwijst zij naar dhr. Widdershoven, die daarover veel documentatie beschikbaar heeft. 10.Beschikbaarstelling van een krediet t.b.v. de aanleg van een sportpark in Zuidoostbeemster Ten behoeve van dit agendapunt wordt dhr. Leenstra (BPP) vervangen door dhr. N. de Lange (BPP).Ten behoeve van dit agendapunt hebben twee insprekers zich aangemeld. Als eerste spreekt de heer A. Hille. Dhr. Hille complimenteert dhr. Oelen en Widdershoven voor hun inzet en visie gedurende de afgelopen periode. Dhr. De Lange spreekt op dit moment gekoppeld over de agendapunten 10, 11 en 12. De Beemster ondernemers is voorstander van goede sportvelden in de gemeente Beemster. De zelfredzaamheid van de verenigingen moet z.i. daar een even grote rol in spelen. Het gaat om veel, misschien teveel gemeenschapsgeld. Verwacht mag worden van de verenigingen dat zij elkaar trachten beter te verstaan en met elkaar samenwerken. Dhr. Heikens, namens de PvdA, is akkoord met de beschikbaarstelling. Hij wil graag reageren op een brief die is binnengekomen bij de fractie. Dit betreft de situatie van de velden in relatie tot het dempen van de sloot en het risico daarvan, om te voorkomen dat men over een aantal jaren met onvoorziene gevolgen wordt geconfronteerd door het inklinken. Hij wil dit graag uitsluiten. Er is al eens een sloot gedempt zonder dat daarvoor vergunning is aangevraagd. Hij wil graag weten hoe dit zit. Dhr. van Baarsen, namens de CDA fractie, gaat akkoord. Ook zijn fractie deelt de mening de zorgen omtrent hetgeen in de bewuste brief staat. Hij benadrukt dat hij evenwel niet twijfelt aan de technische kennis van de ambtelijke staf van Beemster. Hij zou er echter graag wat meer uitleg over ontvangen. Dhr. de Lange, namens de BPP: de brief waar over gesproken wordt is afkomstig van de BPP. In deze brief is de verontrusting uitgesproken over een aantal technische kwesties. Men heeft zich terdege laten voorlichten. Het betreft hier met name het dempen van de greppel. Hier is echter sprake van een sloot. Tevens stelt hij de in het stuk genoemde aanleg van de persleiding / riolering aan de oostzijde vanaf het sportcomplex tot aan de Volgerweg ter discussie. In het kader van de zorgplicht aanleg riolering is dit z.i. een uitgelezen kans om ook de westzijde daarbij te betrekken. Daar staat een ruim aantal woningen, het is reëel als daar aandacht voor gevraagd wordt. Daarnaast heeft spreker een aantal technische vragen, m.b.t. verzakking van de grond, ligging van de velden, de drainage, de stabilisatie van de grond. Daarnaast vraagt de BPP zich af wat de referenties zijn van de leveranciers van de kunstgrasvelden. Tevens zijn de onderhoudskosten van kunstgrasvelden aanmerkelijk hoger dan de onderhoudskosten van natuurgrasvelden. Dit heeft te maken met het feit dat vervuiling zeer hoge slijtage kan veroorzaken met name in de herfst. De vervangingstermijn van kunstgras is bij intensieve bespeling 10 jaar. Tenslotte is de verwijdering van kunststof gras duur i.v.m. hoge verwijderingkosten (chemisch afval). Al met al heeft de fractie van BPP nogal wat vragen waar zij antwoordt op teneinde tot een goed onderbouwd advies te komen. Voorop zij gesteld dat de verplaatsing van ZOB niet ter discussie staat, dit moet gebeuren. Het krediet staat ook niet ter discussie, de BPP gaat akkoord met het gevraagde krediet. De voorzitter stelt dhr. De Lange voor een gesprek te hebben met de Technische Dienst, wellicht dat dan veel technische vragen opgelost zullen worden. Dhr. Boer, namens de VVD, is van mening dat dit verzoek om beschikbaarstelling van krediet past in het gehele plan m.b.t. Zuidoostbeemster. De fractie is van mening dat de gemeente daar een volwaardig sportcomplex moet realiseren. De plannen konden van meet af aan gevolgd worden. De fractie is van mening dat de uitvoering van de plannen in goede handen is, ook voor wat betreft de technische aspecten. Dhr. Boer heeft geen behoeft aan technische detailbespreking. Mocht achteraf blijken dat daarmee fouten worden gemaakt dan worden de verantwoordelijken daarop aangesproken. Dhr. Heikens zegt dat het niet alleen gaat om politieke verantwoordelijkheid, maar het gaat in praktische zin om het feit dat problemen voorkomen moeten worden.
10
Dhr. Boer is het daar mee eens, maar zegt dat de praktische kant van deze aangelegenheid hem vanavond nog geen reden heeft gegeven om diepgravend op de materie in te gaan. De VVD fractie zal positief stemmen in de raad over het beschikbaar stellen van het krediet. Dhr. Oelen is verheugd dat alle vier partijen positief advies zullen geven. Hij plaatst evenwel enkele opmerkingen. Voor wat betreft de vraag van de PvdA antwoordt hij dat voor de demping van de waterloop geen vergunning nodig was. Dit is in overleg met het Hoogheemraadschap bekeken. Er is zonder meer overleg geweest. Er is afgesproken dat er aan beide kanten van de nieuwe sloot aan weerskanten 1,5 meter extra water bijkomt. Dat is onderdeel van de watertoets. Dhr. Platteeuw en hij hebben naar aanleiding van de brief van de BPP uitvoerig met elkaar gesproken en ook dhr. Platteeuw en andere leden van de BPP hebben met elkaar contact gehad. Uiteraard heeft dhr. Oelen dat materiaal voor zich liggen. Hij stelt voor dat dhr. Platteeuw de technische vragen nader beantwoordt. Mochten er na beantwoording nog vragen zijn is iedereen uitgenodigd om nader met dhr. Platteeuw in gesprek te gaan. Dat hoeft niet zozeer alleen vanavond. Voor wat betreft de riolering antwoordt mw. Ruys. Zij antwoordt dat zodra er mogelijkheden zijn, die ook aangegrepen worden. Dhr. De Lange concludeert daaruit dat indien er mogelijkheden zijn, de Westzijde ook aangesloten gaat. Mw. Ruys kan nu niet zeggen daar wel en daar niet. Voor wat betreft veenputten, drainage, onderbemaling en referenties leverancier heeft het college gekeken naar aannemers die verstand hebben van de Beemster grondbodem. Daarna beantwoordt dhr. Platteeuw een aantal van de overige technische vragen. De voorzitter kondigt aan dat overige technische vragen schriftelijk beantwoord zullen worden. Dhr. De lange wil echter in zijn 2e termijn alsnog doorgaan met vragen stellen. De voorzitter acht het gebruik van een 2e termijn voor technische vragen en discussie niet meer aan de orde en sluit hiermee de ronde. Dhr. Oelen spreekt nogmaals zijn dank uit voor de steun en nodigt degenen die verder geïnformeerd willen worden, gaarne uit. Hij zal daarbij ook aanwezig zijn. Hij wenst ZOB heel veel succes toe bij de bouw. 11.Beschikbaarstelling van een krediet t.b.v. modernisering van het gebouw van de R.K.Lourdesschool Dhr. Leenstra neemt wederom de plaats van dhr. de Lange in. Dhr. Corbiere spreekt op dit agenda punt in. Dhr. Corbiere licht de noodzaak van de verbouwing toe en geeft daarbij 7 hoofdthema’s aan. Deze betreffen: de computerruimte, de lerarenkamer en directiekamer, ruimte om speciale hulp te kunnen geven, andere toiletvoorzieningen w.o. invalidentoilet, meer ruimte rond het gymnastieklokaal. Hij hoopt dat zijn toelichting naast de stukken die de commissieleden in hun bezit hebben, aanleiding geven tot een gunstige beslissing. Dhr. Boer, namens de VVD fractie, de noodzaak is duidelijk. De fractie adviseert positief. Dhr. Heikens, namens de PvdA fractie, akkoord. Dhr. Van Baarsen, namens de CDA fractie, akkoord. Dhr. Leenstra, namens de BPP, akkoord. Mevr. Benningen dankt de commissieleden en feliciteert de heer Corbiere. 12. Beschikbaarstelling van een krediet ten behoeve van een kunstgrasveld op het sportcomplex van SV Beemster Dhr. Clausen (voorzitter voetbalvereniging SV Beemster): de SV Beemster verkeert in nood. Gedurende 12 weken heeft men de jeugd naar huis moeten sturen vanwege de slechte conditie van het B veld. Grote groepen jeugd worden getraind door vrijwilligers en die moeten veelal ’s avonds de training geven. Daardoor is men beperkt in de mogelijkheden om deze jeugd te trainen. Door de aanleg van een derde kunstgrasveld (2 bij Zob, 1 bij SV Beemster) verkrijgt men een behoorlijk financieel voordeel. Indien er geen veld bijkomt zal het bestuur een ledenstop moeten invoeren. Dhr. Leenstra vraagt zich af of de gemeente een rol moet spelen in deze voorziening. Dat het trainingsveld opgeknapt moet worden begrijpt de BPP. Op dit moment kan de BPP nog niet akkoord gaan met het beschikbaar stellen van het krediet. Dhr. Van Baarsen, namens de CDA, gaat wel akkoord. Hij gaat er van uit dat de hoogste korting verkregen wordt.
11
Dhr. Heikens, namens de PvdA fractie gaat akkoord. Dhr. Boer, namens de VVD fractie, gaat akkoord. Dhr. Oelen is verheugd dat drie partijen zonder meer akkoord gaan. Hij antwoordt op vraag van dhr. van Baarsen dat een korting is verkregen van 10% oftewel 40.000 euro. In antwoord op de vraag van de BPP of hier voor de gemeente een zeker rol is weggelegd, antwoordt hij bevestigend. Dit met name ook m.b.t. de voorzieningen die tot de portefeuille van mevr. Ruys behoren. Je kunt het belang van goede sportvoorzieningen voor de gemeenschap en de jongeren niet onderschatten. Het is ongelofelijk hoeveel goeds men daar van leert. Als men het belang inziet van een dergelijke voorziening en je weet dat er geld voor is, zou het heroverweging in de fractie van de BPP waard moeten zijn. Dit staat overigens het besluit niet in de weg, maar dhr. Oelen zou liever unanieme ondersteuning zien. Dhr. Leenstra antwoordt dat hij deze woorden van dhr. Oelen ter harte neemt en dit zal bespreken in de fractie. 13.
Vaststelling van ISV-2 notitie
Dhr. Van Baarsen, merkt op dat in de inleiding staat vermeld dat het voor 1 april 2005 bij de provincie moet zijn, vandaag is echter 7 april. Dhr. Heikens geeft aan dat de ondertiteling van de kop “Focus op leefbaarheid en vitaliteit van de dorpen” hooggespannen verwachtingen gaf. Het bleek echter een “nogal magertjes met beide benen op de grond” inhoud. De inhoud was z.i. teleurstellend. De nota was deels opsommend en met voorbeelden die deels al gerealiseerd zijn. Het geheel was te weinig vanuit een beleidsvisie geschreven. Dat betreurt zijn fractie. Dhr. Heikens, vraagt of de raad invloed heeft gehad bij het totstandkomen van dit stuk en naar de invloed van de raad als beleidsbepalend orgaan. Dhr. Boer ziet de nota duidelijk in het licht van het perspectief 2005-2009 en men kan hiermee door. Dhr. Leenstra gaat namens zijn fractie akkoord met dit rapport. Met daarbij de opmerking dat er zo weinig is gerept over de Noord- en Westbeemster. Dhr. Oelen dankt alle leden voor hun steun. In Westbeemster is het e.a. gebeurd m.b.t. het Kerkplein, in Noordbeemster is een rotonde gekomen. In de Middenbeemster is in de jaren negentig – 2004 heel veel gebeurd. Nieuwe school, kinderopvang, gemeentehuis, woningbouw, speeltuinen, bibliotheek, renovatie, sportaccommodatie etc. Dit is dus een met beide benen op de grond beleid. Voor wat betreft Zuidoostbeemster toekomstgericht: woningbouw, geluidsscherm, nieuwe school, buurthuis, wonen met zorg, wijksteunpunt, verplaatsing voetbalvelden. Dat vergt realistische visie. Het is een dynamisch proces. Voor wat betreft de datum genoemd van 1 april antwoordt hij dat met de provincie is afgesproken dat het akkoord is om deze notitie na 28 april aan de provincie te sturen. Dhr. Widdershoven antwoordt dat de opmerkingen die zijn verwerkt n.a.v. het eerdere conceptstuk voornamelijk afkomstig zijn van een notitie van het ROA die op 15 februari is binnengekomen. Dit kan teruggevonden worden in het stuk “bovenlokale afstemming”, waarbij ook wat explicieter wordt ingegaan op de notitie die vanuit het ISW is geschreven. Daarnaast is het brede school concept nog iets beter aangezet en zijn op de cijfers achterin in de notitie wat correcties aangebracht. In tweede instantie: Dhr. Heikens zegt dat het hem niet om de cijfers gaat maar hetgeen de provincie zich op richt. Bij een eventuele nieuwe aanvraag kun je van die kennis gebruik maken. Hij benadrukt nogmaals dat de titel meer verwachting heeft geschept dan “met beide benen op de grond”. Dhr. Oelen antwoordt dat het een ambitieus programma is met veel elan en realistisch. Het is ook financieel mogelijk. 13.a Bepaling agendapunten voor de raadsvergadering De voorzitter stelt voor: In de categorie a de agendapunten 6 , 7, 9, 11, 13; In de categorie b de agendapunten 8, 10, 12, op de agenda van de raad te zetten. De commissieleden stemmen hiermee in.
12
14. De rondvraag Dhr. Leenstra is aanwezig geweest bij de presentatie van het jaarverslag van de Stichting Beemster Wereld Erfgoed. Hetgeen daar besproken is spreekt de BPP bijzonder aan. De afgesproken samenwerking met de participanten waaronder Beemsters Welvaart, wenst de fractie voor de toekomst veel succes toe. Mw. Benningen dankt de heer Leenstra voor zijn woorden. Dhr. Heikens vraagt waarom het jaarverslag van de Brandweer nog niet op de agenda is geweest. Hij meent dat dit nog aan de orde zou komen. Dhr. Brinkman antwoordt dat het rapport klaar is en veronderstelt dat het vergeten is. Dhr. Roenhorst voegt toe dat het de volgende commissie op de agenda zal staan. De voorzitter dankt allen voor hun bijdrage en aanwezigheid en sluit om 22.20 de vergadering.
13