Definitie flexibel peil • flexibel peil is een peil dat zich op basis van neerslag en verdamping instelt: – in de zomer op een laag peil – in de winter op een hoog peil.
Flexibel peil; van denken naar doen! Winnie Rip
Doel van het project
Inhoud • • • • • • •
Doel en aanleiding van het project Verwachte effecten Onderzoeksgebieden De aanpak van het project Wie zijn partner Subsidiegevers Vragen
•
Op peilvak niveau flexibel peilbeheer inzetten als maatregel ter verbetering van de waterkwaliteit en bevordering van de oevervegetatie en verlanding. Subdoelen: • Uitvoeren van maatregelen die flexibel peil mogelijk maken; • Monitoring van de ecologische en biogeochemische reactie van het watersysteem; • Invloed van vraat door ganzen op vegetatie • Kwantificeren van effecten op de KRW maatlat; • Kwantificeren van effecten op recreatie, funderingen van woningen en agrarische gebruik.
Maatschappelijke weerstand flexibel peilbeheer
Verwachte positieve effecten van flexibel peilbeheer • minder aanvoer hard en nutrienten rijk water • vermindering van externe fosfaat- en sulfaatbelasting • Oxidatie oevers • vermindering interne mobilisatie nutrienten • vermindering afbraak veen • Vermindering sulfide toxiciteit • stimulatie van ontwikkeling van oevervegetatie en natuurvriendelijke oevers
Ranges van kenmerken van de deelnemende laagveenwateren • wateren met aanzienlijke kwel tot aanzienlijke wegzijging; • wateren met grondwaterinvloed, tot wateren met een grote aandeel aan water van Vecht, Amsterdam-Rijn kanaal, brak water of neerslagwater; • smalle lijnvormige polder wateren, kleine plassen tot grote ondiepe veenplassen; • hoogwaardige natuurgebieden tot recreatieve plassen en (tot voor kort) agrarische gebieden. • Flexibel peil ranges van 15 tot 50 cm
Kennisleemten omtrent effecten op: • maaiveld daling • grondwaterstanden • funderingen • oevererosie • beschoeiingen • vrijkomen van terristrische nutrienten • beschermde flora (hoogveenbossen) en fauna (Grote vuurvlinder)
Overzicht van de onderzoeksgebieden • 4 plassen: • • • •
Botshol, Loosdrechtse Plassengebied, Naardermeer, experiment Loenderveen-Oost
• 5 lijnvormige wateren: • 3 peilvakken in buffer Naardermeer, • Middelpolder, • Polder Mijnden
• 7 gebieden met ingesteld flex peil: • • • • • • •
Oostelijke binnenpolder Tienhoven, Westbroekse Zodden, Groene Jonker, Centrale deel polder Ronde Hoep Botmar Vogelhoeke De Deelen Rottige Meenten
huidig peil
toekomstig
wp: -2,70 zp: -2,45
fp -2,65 tot -2,45
Botshol
127,7 ha 64% water Wegzijging 1 tot 3 mm/dag
Loosdrechtse plassen en stergebied Huidig peil: -1,20 tot -1,00 Flexibel peil: -1,20 tot -1,05
Natuur Toegankelijk voor roeiboten
Oppervlakte: 2,7 miljoen m2 62% open water
tot-P = 0,02 tot 0,06 mg/l Chlorofyl = 10 tot 30 ug/l Cl= 500 tot 800 mg/l SO4= 60 mg S/l
Recreatief gebied Communicatie met watersport Onderzoek naar effecten op woningen
Oevers slecht ontwikkeld Kranswieren wisselen van jaar tot jaar
Maatregelen gericht op bevaarbaarheid
Winter defosfateren in plaats van zomer defosfateren
Slecht ontwikkelde oevers en onderwatervegetatie
Flexibel peilexperiment Naardermeer
Overzicht van de onderzoeksgebieden • 4 plassen:
Vak 4
Driehoek
Opzet experiment: • 2 proeflokaties isoleren – Vak 4: open water (3 ha) en verlandingsvegataties – Driehoek: moerasbos (17 ha)
• Flexibel peil over 50 cm instellen – (NAP -0,90 m/ NAP -1,40 m)
• Effectmonitoring – Flora en fauna – Grond- en oppervlaktewater – Bodemprocessen
• • • •
Botshol, Naardermeer (afzonderlijk project olv Jaap Hofstra), Loosdrechtse Plassengebied, Loenderveen-Oost
• 5 lijnvormige wateren: • 2 peilvakken in buffer Naardermeer, • Polder Mijnden, • Middelpolder
• 7 gebieden met flex peil: • • • • • • •
Oostelijke binnenpolder Tienhoven, Westbroekse Zodden, Groene Jonker, Centrale deel polder Ronde Hoep Botmar Vogelhoeke De Deelen Rottige Meenten
huidig
16-6
Staatsbosbeheer 85 ha 7,4 % water Huidig Kwel: 1 tot 3 mm/dag Voormalig agrarisch gebruik verpacht
toekomstig
peilvak 16-6
fp -1,70 tot -1,60
fp -1,50 tot-1,20
peilvak 16-7
fp -1,70 tot -1,60
fp -1,70 tot -1,40
Gezamenlijk 216 ha 8,3 % water Kwel Voormalig agrarisch gebruik Verpacht
16-7
Huidig: JP -1,52 toekomst: FP -1,52 tot -1,17
Polder Mijnden-Oost
2 peilvakken in buffer Naardermeer huidig
JP -1,52
Gemiddeld huidige kwaliteit tot-P= 0,21 mg/l SO4= 22,3 mg/l Cl = 23,5 mg/l tot-N = 3,7 mg/l
JP -1,70 JP -1,52
tot-P = 0,15 tot 0,30 mg/l Cl = 120 tot 200 mg/l Tot-N = 2,2 tot 4 mg/l
Oppervlaktewater- en grondwaterregime
Middelpolder toekomstig
wp -2,45 en zp -2,40
fp -2,55 tot -2,25
40 ha 18,4% water Wegzijging Voormalig agrarisch gebruik verpacht
5,20 m NAP
huidige situatie
(water)peil (m t.o.v. maaiveld)
huidig peil
Voormalig Krabbescheer; Nu slecht ontwikkelde water en oevervegetatie
JP -1,52
0 -0,2 -0,4 -0,6 -0,8 -1 -1,2 -1,4 -1,6 -1,8 1996
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
Jaar grondwaterpeil
rekenpunten GxG
waterpeil
2004
Scenario 1
Scenario 2
Oppervlaktewater- en grondwaterregime 0
flexibel peil -2,35/-2,55 zonder tussenpeil 0 (water)peil (m t.o.v. maaiveld)
(water)peil (m t.o.v. maaiveld)
Oppervlaktewater- en grondwaterregime
flexibel peil -2,35/-2,65 zonder tussenpeil
-0,2 -0,4 -0,6 -0,8 -1 -1,2 -1,4 -1,6 -1,8 1996
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
-0,2
-0,6 -0,8
• • • •
-1 -1,2 -1,4 -1,6 -1,8
2004
1996
1997
1998
1999
2000
Jaar Grondwaterpeil
waterpeil
grondwaterpeil
Oppervlaktewater- en grondwaterregime (water)peil (m t.o.v. maaiveld)
(water)peil (m t.o.v. maaiveld)
2003
-0,4
• 5 lijnvormige wateren:
-0,6 -0,8 -1 -1,2 -1,4 -1,6 -1,8
-0,2 -0,4 -0,6 -0,8 -1 -1,2 -1,4 -1,6 -1,8
1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
1996
1997
Jaar Grondwaterpeil
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
Jaar
rekenpunten GxG
waterpeil
Grondwaterpeil
• 3 peilvakken in buffer Naardermeer, • Middelpolder, • Polder Mijnden
• 7 wateren met flex peil:
flexibel peil -2,25/-2,55
0
Botshol, Naardermeer (afzonderlijk project olv Jaap Hofstra), Loosdrechtse Plassengebied, Loenderveen-Oost
2004
waterpeil
Oppervlaktewater- en grondwaterregime
flexibel peil -2,35/-2,55 met tussenpeil -2,45
-0,2
1996
2002
rekenpunten GxG
Scenario 6
Scenario 3 0
2001
Jaar
rekenpunten GxG
Overzicht van de onderzoeksgebieden • 4 plassen:
-0,4
rekenpunten GxG
waterpeil
Westbroekse zodden en Oostelijke binnenpolder 10hoven
• • • • • • •
Oostelijke binnenpolder Tienhoven, Westbroekse Zodden, Groene Jonker, Centrale deel polder Ronde Hoep Botmar Vogelhoeke De Deelen Rottige Meenten
Westbroekse zodden Huidig peilbeheer: winterpeil -1,00 en zomer peil -0,90 m NAP herkomst van water (fracties) en chloride
Oostelijke Binnenpolder van Tienhoven
Westbroek
Molenpolder II
Maarsseveense Zodden
Molenpolder I
Westbroekse zodden
Groene Jonker
Flexibel peil tussen -0,9 - -1,1 NAP
-6,40 NAP -1,95 m NAP 140
1
120
1996: pmw024 1997: pmw005 2004/6: pmw026
FP -5,10 tot -5,60
0,8 100
inlaat percelen altijd openstaande inlaat
0,6
80
neerslag
-3,70 NAP
kwel initieel 60 0,4
meting loosdrecht meting oost
-6,40 NAP
meting_west 40
chloride_west_berekend
0,2 20
0 1996
0 1997
1998
1999
2000
2001
2002
2003
2004
2005
2006
Gebieden buiten de friese boezem met variabel peilbeheer
Natuurmonumenten; 96 ha Oostelijk deel kwel en Westelijk deel wegzijging Open water: Ondiepe plassen door het opzetten van het waterpeil en afgraven van het maaiveld. Rietlanden: Brede zones randen plassen met open, deels onder water staande rietlanden en rietland dat alleen in de winter onder water staat. Vochtige graslanden: Op hogere delen ontstaan vochtige bloemrijke graslanden, die geschikt zijn voor weidevogels.
Algemene aanpak • • • • • • •
Vastleggen uitgangssituatie Detaillering voorbereiding maatregelen per gebied Uitvoering van maatregelen Uitvoeren monitoring Evaluatie effectiviteit van maatregelen Ervaringen van en met andere waterschappen Disseminatie projectresultaten
Algemene monitoring
Vergelijkend veldonderzoek Effect waterpeilfluctuaties Monitoring: (1) Binnen een gebied vergelijken met en zonder peilfluctuatie
• • • • • •
Opstellen water- en stoffenbalansen Meten van effecten op de maaivelddaling Meten van de hellingshoek oevers en percentage droogval van oevers bij laag peil. Monitoren van grondwaterstanden en kwaliteit freatisch grondwater Monitoring van ecologische en biogeochemische effecten van het watersysteem op flexibel peilbeheer Kwantificering van effecten op de KRW maatlatten
(2) Vergelijken tussen gebieden met en zonder peilfluctuatie (3) Vergelijken voor en na peilfluctuatie
Specifieke monitoring • Interne eutrofiering • Fosfaatmobilisatie, in geselecteerde gebieden die (vroeger) als landbouwgrond worden gebruikt • Effecten op het Natura 2000 habitattype Hoogveenbos. • Oever- en watervegetatie bij uitsluiten van vraat voor en na instellen van flexibel peilbeheer • Kwantificeren van effecten op agrarische gebruik (agrarische (gras)opbrengst, grondwaterstanden in relatie tot agrarisch gebruik; maaivelddaling,); • Kwantificeren van effect van flexibel peilbeheer op recreatieve gebruik zoals bevaarbaarheid van Loosdrechtse Plassen, kwaliteit oeverbescherming en op funderingen van huizen (Loosdrechtse plassen, Loenderveen-Oost) • Kwantificeren effecten op (weide)vogels (polder Mijnden, Middelpolder, groene Jonker)
Experimenteelveldonderzoek Effecten van flexibel peil op de vestiging van waterplanten Onderzoek met matjes met ingezaaide soorten die boven, op en onder de waterlijn worden geplaatst
Plaatsen van kooien voor invloed van vraat door ganzen. oever
2 x 5? m
open water
2 x 2m
Experimenteel onderzoek proefvijvers
•
Proefvijvers (36 stuks) inrichten met: Sediment; liefst veen winter 2010/11 Planten van oeverplanten, kraggevormer(s), ondergedoken waterplanten voorjaar 2011 Monitoren t/m zomer 2011 Factoren: Steile en glooiende oever Verschillend peil, star, flexibel
Twee waterbeheerders: 1. Waternet (penvoerder) 2. Wetterskip Fryslan
Effecten flexibel peil onder gecontroleerde omstandigheden
•
Vier onderzoeksbureaus: 3. 4. 5. 6.
•
Deltares (grondwater; geotechniek; maatschappelijk) NIOO (vegetatie en begrazing) B-Ware (biogeochemische effecten ) Witteveen en Bos (projectcoordinatie)
Drie natuurbeheerders: 7. Natuurmonumenten 8. Staatsbosbeheer 9. Landschap Noord-Holland
1.2 m
•
3 x 3 m
Legenda voorbereiden maatregelen uitvoeren maatregelen flexibel peil ingesteld Uitgangssituatie meten Monitoring effecten flexibel peilbeheer
STOWA Watermozaiek
Planning
Planning Maatregelen aanpassing waterhuishoudkundige situatie Gebieden
2010-1
2010-2
2010-3
2010-4
2011-1
2011-2
2011-3
2011-4
2010-2
2010-3
2010-4
2011-1
2011-2
2011-3
2011-4
Botshol Naardermeer Nieuwe Keverdijkse polder Zuidpolder beoosten Muiden Loenderveen-Oost Middelpolder Mijnden Muyeveld (loosdrecht)
Planning Monitoring effecten flexibel peilbeheer Gebieden Botshol Naardermeer Nieuwe Keverdijkse polder Zuidpolder beoosten Muiden Loenderveen-Oost Middelpolder Mijnden Muyeveld (loosdrecht) Westbroekse Zodden O-Binnenpolder 10 hoven De groene Jonker Ronde Hoep
2010-1
Flexibel peil; van denken naar doen! VRAGEN?