Personeel op peil Onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Personeel op peil Onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
MKB-Nederland
Koninklijke vereniging MKB-Nederland Beleid en Belangenbehartiging Delft, november 2007 Contactpersoon: de heer Rob Slagmolen, secretaris Arbeidsmarkt Tel.nr: 015-21 91 238, e-mail:
[email protected]
©Copyright Koninklijke Vereniging MKB-Nederland, november 2007 Vermenigvuldiging van (delen van) deze uitgave is toegestaan, mits met bronvermelding. Hoewel aan de samenstelling van deze uitgave de uiterste zorg is besteed, kan voor de inhoud geen aansprakelijkheid worden aanvaard. Aan de inhoud kunnen ook geen rechten worden ontleend. MKB-Nederland, november 2007
1
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
INHOUDSOPGAVE 2
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Inleiding/aanleiding ......................................................................................................... 5
1. Ondernemers zeer actief met scholing........................................................................... 5 2. Werknemers zien wel belang, maar hebben geen behoefte ........................................... 6 3. Werklozen en schoolverlaters niet geschikt voor baan.................................................. 7
Conclusies en aanbevelingen........................................................................................... 7
Resultaten onderzoek TNS NIPO................................................................................... 9 Werknemer vindt scholing belangrijk, maar heeft zelf weinig behoefte ......................... 10 Werkgever stimuleert werknemers tot scholing .............................................................. 11 Werkgever neemt initiatief en betaalt rekening............................................................... 12 Scholingskosten werklozen zijn verantwoordelijkheid overheid .................................... 13 Mkb heeft budget voor scholing, minder vaak beleidsplan ............................................. 14 Grote verschillen in gepercipieerd belang scholing en aantal dienstjaren bij een bedrijf14 Belangrijkste verschillen werknemers per leeftijdsgroep................................................ 16 Informatie ........................................................................................................................ 18
MKB-Nederland, november 2007
3
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
4
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Personeel op peil Werknemers tonen nauwelijks initiatief Werklozen en schoolverlaters niet direct geschikt voor baan
TNS NIPO heeft in opdracht van MKB-Nederland onderzoek gedaan naar de scholingsinspanningen in het midden- en kleinbedrijf (1 tot 100 werknemers). Daarvoor is een representatief aantal werkgevers en werknemers ondervraagd in de sectoren bouw, industrie, detailhandel en zakelijke dienstverlening. In dit onderzoek is scholing gelijk aan cursussen, trainingen, opleidingen en interne begeleiding.
Inleiding/aanleiding Het Nederlandse midden- en kleinbedrijf lijdt onder de slecht functionerende arbeidsmarkt. De kloof tussen vraag naar en aanbod van werknemers wordt met de dag gapender. Om internationaal mee te kunnen blijven doen en tegemoet te kunnen komen aan de steeds zwaardere eisen van de consument heeft het mkb gekwalificeerd en productief personeel nodig, dat zich bovendien wil blijven ontwikkelen. Door de vergrijzing en ontgroening zal de gemiddelde leeftijd van werknemers stijgen en daarmee ook de loonkosten. Het is noodzakelijker dan ooit dat de inzet van arbeid efficiënt en effectief is. Dat kan niet zonder (permanente) scholing van werknemers. Ook zal de arbeidsmarkt beter moeten gaan functioneren om aan de vraag van werkgevers te voldoen, meer mensen aan de slag te krijgen en om werknemers sneller en doelgerichter van de ene naar de andere baan te bemiddelen. Tegenover een groeiend tekort aan gekwalificeerde medewerkers staat nu een overschot aan onvoldoende gekwalificeerde werkzoekenden
1. Ondernemers zeer actief met scholing Zowel ondernemers als werknemers in het midden- en kleinbedrijf erkennen het belang van scholing. Niet minder dan 93 procent meent dat de productiviteit erdoor verbetert. Bijna 80 procent van de werknemers in het mkb heeft de afgelopen drie jaar scholing gevolgd.
MKB-Nederland, november 2007
5
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
Het zijn vooral de werkgevers die zich daarvoor actief inzetten. Wanneer een werknemer op cursus of training gaat, is dat in 65 procent van de gevallen op initiatief van de werkgever. De ondernemer draagt vrijwel altijd (95 procent van de gevallen) de kosten, ook als de scholing
is
gericht
op
de
persoonlijke
ontwikkeling
van
de
werknemer.
Ondernemers pakken het bovendien structureel aan. In het middenbedrijf heeft bijna 60 procent beleid gericht op scholing. Kleine bedrijven hebben dat doorgaans niet. Dat neemt echter niet weg dat de meeste bedrijven – middelgroot én klein – budget reserveren voor opleidingen en cursussen. Scholing in het mkb is in veruit de meeste gevallen gericht op de functie en/of de loopbaan binnen het bedrijf. Er is echter ook ruimte voor scholing gericht op de eigen persoonlijke ontwikkeling van de werknemer.
2. Werknemers zien wel belang, maar hebben geen behoefte Werknemers zien een belangrijke relatie tussen scholing en prestaties, maar dat inzicht vertaalt zich niet in daden. Grote groepen werknemers nemen niet of nauwelijks initiatief om zich met scholing te verbeteren. Verontrustend is dat 43 procent van de ondervraagde werknemers helemaal geen behoefte heeft aan scholing. In de leeftijdscategorie 30 tot 45 jaar is dat zelfs meer dan de helft. Opvallend is voorts dat een derde van de werknemers een ‘leven lang leren’ niet belangrijk vindt. Terwijl dat toch dé manier is om jezelf gewild te houden op de arbeidsmarkt. De behoefte aan scholing neemt toe naarmate het aantal dienstjaren bij dezelfde werkgever stijgt. Alleen nemen dan minder werknemers daarvoor zelf het initiatief.
Werknemers van 46 tot 55 jaar springen er in negatieve zin uit. Zij vinden een leven lang leren het minst belangrijk, hebben de laagste bereidheid om in eigen tijd een opleiding te volgen en tonen ook minder initiatief dan collega’s in andere leeftijdscategorieën. Ze hebben de laatste drie jaar dan ook minder opleidingen gevolgd, ondanks stimulansen van hun werkgever. Deze groep heeft het meest te vrezen als de conjunctuur terugloopt. 55-Plussers zijn juist wel gretig in het bijspijkeren van hun kennis en vaardigheden. Vier op de tien doen het zelfs op eigen initiatief.
6
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
3. Werklozen en schoolverlaters niet geschikt voor baan Ruim 80 procent van de werklozen die in dienst treden bij een bedrijf, heeft extra scholing nodig om het werk naar behoren te kunnen uitvoeren. Het kabinet wil dat de arbeidsparticipatiegraad de komende jaren groeit tot 80 procent in 2016. Dat zal echter niet lukken zolang werklozen onvoldoende zijn gekwalificeerd. Ondernemers vinden de scholing van werklozen de verantwoordelijkheid van de overheid. Als zij een werkloze aannemen die extra scholing behoeft, moet de overheid de kosten daarvan ondanks een aantal bestaande regelingen vergoeden, zegt een ruime meerderheid (60 procent).
Ook net afgestudeerden kunnen niet zonder meer aan de slag. Van hen heeft 60 procent aanvullende scholing nodig als zij voor het eerst aan het werk gaan. Daaruit blijkt de gebrekkige aansluiting tussen onderwijs en praktijk. Voor deze groep zijn ondernemers wel bereid om de extra scholingskosten zelf te dragen.
Conclusies en aanbevelingen
Het kabinet moet werknemers met een fiscale aftrekpost voor scholing stimuleren te investeren in hun eigen persoonlijke ontwikkeling. Daarmee krijgt ook de noodzakelijke mobiliteit op de arbeidsmarkt een stimulans.
Een meerderheid van de werknemers (63 procent) is bereid in eigen tijd scholing gericht op de functie/loopbaan te volgen. MKB-Nederland pleit voor afspraken in cao’s om vakantie- of adv-dagen te kunnen omzetten in tijd voor scholing.
Werknemers moeten worden geprikkeld om meer te doen aan de eigen inzetbaarheid en productiviteit. Personeel dat te blijft te lang zitten op dezelfde functie en te weinig meegroeit met de ontwikkeling van het bedrijf, zet een rem op de productiviteit en belemmert de mobiliteit op de arbeidsmarkt. Een betere doorstroming van werknemers creëert betere kansen voor ‘nieuwkomers’ op de arbeidsmarkt. In cao-afspraken moet scholing daarom een wederzijdse verantwoordelijkheid worden.
MKB-Nederland, november 2007
7
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
Modernisering van het ontslagrecht is een belangrijke prikkel voor de werknemer om zich te blijven ontwikkelen.
Werklozen moeten worden getest op hun kennis en vaardigheden en vervolgens in scholingspools worden klaargestoomd voor een terugkeer op de arbeidsmarkt.
Als de werkgever een werkloze aanneemt die voor de baan extra scholing nodig heeft, dient de overheid de kosten daarvan te vergoeden.
Onderwijsinstellingen moeten zich verplichten om opleidingen vorm te geven in (betere) samenwerking met het bedrijfsleven. Daardoor verbetert de instroom vanuit de scholen.
UWV, CWI en uitzendbureaus moeten actief samenwerken om de arbeidsbemiddeling te realiseren.
8
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Resultaten onderzoek TNS NIPO Bijna 8 op 10 werkgevers hebben de afgelopen drie jaar scholing aan het personeel aangeboden. Daarmee laten mkb-ondernemers zien dat zij veel doen aan het verbeteren van de inzetbaarheid van de werknemer. Figuur 1 Hebben medewerkers in uw bedrijf in de afgelopen drie jaar scholing gekregen?
Geen 23% Wel Geen Wel 77%
Scholing heeft met name in de vorm van een cursus of training plaatsgehad, gevolgd door scholing op de werkplek.
Tabel 1 Welke scholing hebben werknemers afgelopen 3 jaar gekregen ( soms is combinatie mogelijk) Soort Scholing
Percentage
Cursus
42%
Training
32%
Scholing op de werkplek
19%
Opleiding
17%
Overig
2%
Cursussen en trainingen worden het meest gevolgd, opleidingen aan reguliere onderwijsinstituten veel minder. Blijkbaar vinden werknemers en werkgevers in het mkb voor bijscholing minder de weg naar de traditionele scholingsinstellingen.
MKB-Nederland, november 2007
9
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
Tabel 2 Welke wijze scholing hebben werknemers gekregen (soms is combinatie mogelijk) Soort Scholing
Percentage
Cursus
42%
Training
32%
Scholing op de werkplek
19%
Opleiding
17%
Overig
2%
Scholing is in de meeste gevallen gericht op beter functioneren en/of de loopbaan binnen het bedrijf, zoals door het vergroten van kennis en verbeteren van vaardigheden. Bijna een kwart van de scholingsinspanningen is gericht op de persoonlijke ontwikkeling van de werknemer.
Tabel 3 Focus van scholing, (soms is combinatie mogelijk) Focus van scholing
Percentage
Vergroten van kennis
72%
Verbeteren van vaardigheden
60%
Persoonlijke ontwikkeling
24%
Arbo / Veiligheid
6%
Werknemer vindt scholing belangrijk, maar heeft zelf weinig behoefte Werknemers en werkgevers vinden scholing belangrijk om de productie en de winst van een bedrijf positief te beïnvloeden. Figuur 2 Scholingsinspanningen dragen bij aan de productie en winst van het bedrijf
Nee 7% Ja Nee Ja 93%
10
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Gevraagd naar hun eigen behoefte aan scholing, geeft 43 procent van de werknemers aan die behoefte niet te hebben. Bij werknemers tussen de 30 en 45 jaar is dat zelfs meer dan de helft. Werknemers zien het belang van scholing dus wel in, maar een hoog percentage vertaalt dat niet in een eigen behoefte.
Figuur 3 Heeft u als werknemer behoefte aan scholing?
Nee 43%
Ja Ja 57%
Nee
Werkgever stimuleert werknemers tot scholing Bijna 80 procent van de werknemers wordt door de werkgever tot scholing gestimuleerd. Het stimuleren is vooral gericht op het opdoen van kennis en vaardigheden in relatie tot het functioneren binnen het bedrijf.
Figuur 4 Worden werknemers in uw bedrijf gestimuleerd om scholing te volgen?
Nee 21% Ja Nee Ja 79%
MKB-Nederland, november 2007
11
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
Werkgever neemt initiatief en betaalt rekening Aan werknemers is gevraagd wie het initiatief heeft genomen voor een gevolgde cursus, training of opleiding. In bijna 2 op 3 gevallen is dat de werkgever.
Figuur 5 Op wie zijn initiatief heeft u scholing gekregen?
Eigen initiatief 36% Eigen initiatief Initiatief werkgever 64%
Initiatief werkgever
Het is vrijwel altijd (94 procent van de gevallen) de werkgever die de kosten van scholing betaalt.
Figuur 6 Heeft u de scholing die u het laatst heeft gekregen of momenteel volgt, zelf betaald of is die door uw werkgever betaald?
Deel zelf, deel werkgever 3%
Zelf betaald 2%
Anders 1%
Werkgever Deel zelf, deel werkgever Zelf betaald Anders
Werkgever 94%
Een meerderheid van de werknemers (56 procent) is van mening dat de kosten van scholing ten behoeve van de eigen persoonlijke ontwikkeling niet automatisch voor rekening van de werkgever zouden moeten komen.
12
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Figuur 7 Wie moet de scholingskosten voor ontwikkeling van eigen persoonlijkheid (dus scholingskosten niet direct gekoppeld aan functie of loopbaan binnen het bedrijf) betalen?
Overheid 8%
Werkgever 36%
Werkgever Werknemer Overheid
Werknemer 56%
Scholingskosten werklozen zijn verantwoordelijkheid overheid Werkgevers vinden in meerderheid dat de overheid de kosten moet betalen van scholing van werklozen. Bijna 80 procent van de werklozen moet worden bijgeschoold wanneer ze in dienst treden bij een werkgever.
Tabel 4 Wie of welke partij is verantwoordelijk voor de scholingskosten voor werklozen die u in dienst neemt of hebt genomen? ( Meer antwoorden mogelijk) ), 1 = Meest toegepast, 3 = Minst toegepast. Partij
Percentage
1
Overheid
74%
2
Werkgever
40%
3
Werknemer
22%
Net afgestudeerden kunnen niet zonder meer aan de slag: 60 procent heeft aanvullende scholing nodig als zij aan het werk gaan. Voor deze groep willen ondernemers die extra kosten wel betalen. Een op de drie vindt dat schoolverlaters zelf ook een bijdrage moeten leveren.
MKB-Nederland, november 2007
13
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
Tabel 5 Wie of welke partij is verantwoordelijk voor de scholingskosten van net afgestudeerden die u in dienst neemt of hebt genomen? (Meer antwoorden mogelijk),1 = Meest toegepast, 3= Minst toegepast. Partij
Percentage
1
Werkgever
74%
2
Werknemer
30%
3
Overheid
19%
Mkb heeft budget voor scholing, minder vaak beleidsplan Het mkb vindt scholing belangrijk en dat blijkt uit de voorbereiding. Meer dan helft van de ondernemers heeft hiervoor budget gereserveerd, zelfs de heel kleine bedrijven. Hoe groter het bedrijf des te structureler wordt de scholing van werknemers aangepakt. Tabel 6 Hoe is uw bedrijf voorbereid op scholing? 5-9
10-19
20-49
50-99
personen
personen
personen
personen
Heeft u bedrijf een beleidsplan opgesteld voor scholing
17%
25%
37%
57%
Heeft u een budget beschikbaar voor scholing
49%
59%
76%
77%
Volgt u bedrijf een CAO waarin afspraken staan over scholing
53%
54%
54%
64%
Grote verschillen in gepercipieerd belang scholing en aantal dienstjaren bij een bedrijf Bijna 2 op de 3 werknemers is bereid in de eigen tijd scholing te volgen gericht op functie en/of loopbaan. Figuur 7 Bent u bereidt om scholing te volgen in uw eigen tijd?
Oneens 37%
Eens Eens 63%
14
Oneens
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Opvallend is dat naarmate werknemers langer in dienst zijn, de behoefte aan scholing groter is, maar het eigen initiatief juist afneemt, ondanks stimulansen van de werkgever.
Figuur 8 Dienstjaren en gedrag ten aanzien van scholing
20 en langer
Geen behoefte aan scholing
10-20 jaar
Gestimuleerd door w erkgever Eigen initiatief 5-9 jaar
Geen opleiding gedaan
1-4 jaar
0%
20%
40%
60%
80%
Circa 80 procent van de werknemers die 1 tot 9 jaar in dienst zijn, wil nadrukkelijk eigen tijd investeren in het verbeteren van functioneren en/of loopbaan. Ook scoort deze groep iets hoger op een ‘leven lang leren’. Figuur 9 Dienstjaren en houding ten aanzien van belang scholing
20 en langer
Kosten werkgever ondanks risico overstappen
10-20 jaar
Leven lang leren belangrijk Eigen tijd investeren
5-9 jaar
1-4 jaar
40%
50%
60%
MKB-Nederland, november 2007
70%
80%
90%
15
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
Belangrijkste verschillen werknemers per leeftijdsgroep Vooral jongeren krijgen scholing op de werkplek. Ouderen krijgen dat vooral via de branche- en sectoropleidingen. Tabel 7 Op welke wijze hebben de werknemers de afgelopen drie jaar scholing gekregen per leeftijdsgroep? Jonger dan 30
30 t\m 45
46 t\m 55
56 of ouder
Via scholing op de werkplek
41%
33%
28%
26%
Via de branche en sector opleidingen
17%
27%
35%
42%
Via commerciële instituten
24%
31%
29%
29%
6%
7%
7%
2%
12%
3%
0%
0%
Via kenniscentrum Via regulier onderwijs
Voor alle leeftijdsgroepen is verbeteren van de vaardigheden en vergroten van de kennis gericht op de functie en/of loopbaan het belangrijkst.
Tabel 8 Waar richt(te) de scholing zich op naar leeftijdsgroep? Is dat op: Jonger dan 30
30 t\m 45
46 t\m 55
56 of ouder
Het verbeteren van uw vaardigheden
36%
40%
36%
41%
Het vergroten van uw kennis
46%
45%
50%
41%
Uw persoonlijke ontwikkeling (los van de functie)
18%
14%
14%
18%
Opvallend verschil tussen jongeren en ouderen is wie de kosten moet dragen voor scholing gericht op de eigen persoonlijke ontwikkeling. Oudere werknemers zijn duidelijk van mening dat zij dat zelf zijn.
Tabel 9 Kosten van scholing gericht op de eigen persoonlijke ontwikkeling per leeftijdsgroep. Wie of welke partij is hiervoor verantwoordelijk? Jonger dan 30
30 t\m 45
46 t\m 55
56 of ouder
Werkgever
40%
40%
34%
28%
Werknemer
44%
55%
57%
64%
Overheid
16%
6%
9%
7%
16
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Oudere werknemers hebben duidelijk meer behoefte aan scholing, maar volgen die minder dan jongeren, ondanks stimulansen van de werkgever.
Figuur 10 Leeftijd en gedrag ten aanzien van scholing
56 of ouder
46 t\m 55
Geen behoefte aan scholing Gestimuleerd door werkgever Eigen initiatief
30 t\m 45
Geen opleiding gedaan
Jonger dan 30
0%
20%
40%
60%
80%
Werknemers van 30 tot 55 jaar hechten minder belang aan een leven lang leren. Door de vergrijzing en het tekort aan arbeidskrachten moet er langer worden door gewerkt. Het blijven leren om mee te groeien in de functie en/of bedrijf van de werknemer is daarvoor essentieel.
Figuur 11 Leeftijd en houding ten aanzien van scholing
56 of ouder
Eigen tijd investeren 46 t\m 55 Leven lang leren belangrijk Kosten werkgever ondanks risico overstappen
30 t\m 45
Jonger dan 30
40%
50%
60%
MKB-Nederland, november 2007
70%
80%
90%
17
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-ondernemers
Informatie Werknemers hebben meer behoefte aan advies en informatie over scholing. Tabel 10 Aan welke soort informatie of advies over scholing heeft u, als werknemer, behoefte? 1 = Meest toegepast, 5 = Minst toegepast. Rangorde
Soort Informatie
1
Algemene informatie over scholingsmogelijkheden
2
Gericht advies op maat over scholingsmogelijkheden
3
Informatie over prijs en kwaliteit van scholing
4
Overig
5
Geen behoefte aan informatie of advies
Ongeveer de helft van de ondernemers heeft in meer of mindere mate behoefte aan advies. Tabel 11 Aan welke soort informatie of advies over scholing heeft u, als werkgever, behoefte? 1 = Meest toegepast, 5 = Minst toegepast. Rangorde
Soort Informatie
1
Geen behoefte aan informatie of advies
2
Gericht advies op maat over scholingsmogelijkheden
3
Informatie over prijs en kwaliteit van scholing
4
Algemene informatie over scholingsmogelijkheden
5
Overig
Veruit de meeste werkgevers spreken de voorkeur uit voor de eigen brancheorganisatie als bron om informatie te krijgen over scholing. Tabel 12 Van welke partij(en) zou u, als werkgever, informatie of dit advies over scholing willen ontvangen?(Meerdere antwoorden mogelijk),1=Meest toegepast, 6=Minst toegepast. Rangorde
Partij
Percentage
1
Brancheorganisatie
86%
2
Kenniscentrum.
42%
3
Centrum voor Werk en Inkomen (CWI)
23%
4
Leerwerk loketten
12%
5
Vakbond
9%
6
Overig
3%
Totaal
18
179%
MKB-Nederland, november 2007
Personeel op peil, onderzoek naar de positie van mkb-werknemers
Ook werknemers geven de voorkeur aan informatie via de brancheorganisatie waarbij het bedrijf is aangesloten. Opmerkelijk is de lage score van de vakbonden op dit punt. . Tabel 13 Van welke partij(en) zou u, als werknemer, informatie of dit advies over scholing willen ontvangen? (Meerdere antwoorden mogelijk), 1 = Meest toegepast, 6 = Minst toegepast. Rangorde
Partij
Percentage
1
Brancheorganisatie
71%
2
Kenniscentrum.
38%
3
Vakbond
18%
4
Centrum voor Werk en Inkomen (CWI)
12%
5
Leerwerk loketten
4%
6
Overig
4%
Totaal
MKB-Nederland, november 2007
148%
19