DAXIS BULLETIN december 2013

DAXIS BULLETIN december 2013 _______________________________________ Dit bulletin ook digitaal U vindt dit bulletin ook op: http://cpp2.daxis.nl/eleren Inloggen met uw school naam en wachtwoord. Inlog gegevens kwijt? mail onze helpdesk! [email protected] _________________________________________________________________ Onderzoek: schoolgrootte nauwelijks invloed op leerprestaties In opdracht van de Programmaraad voor Onderwijsonderzoek (PROO) heeft wetenschapper Hans Luyten van de Universiteit Twente onderzoek gedaan naar de invloed van de grootte van een school op de leerprestaties van leerlingen. Die invloed blijkt niet groot te zijn. Daarover bericht de website van de PO-Raad. Ook de invloed van de schoolgrootte op bijvoorbeeld de sociale cohesie op school, de betrokkenheid van leerlingen en leraren en de ouderparticipatie is nauwelijks aangetoond. Grotere scholen zijn wel goedkoper. Luyten stelt dat de eventuele (kleine) nadelen van grote scholen op de leerprestaties of het slagingspercentage niet opwegen tegen de grote financiële voordelen. Maar hij pleit niet voor afschaffing van zeer kleine scholen. http://www.nwo.nl/onderzoek-en-resultaten/programmas/ programmaraad+voor+het+onderwijsonderzoek+(proo)/verschenen+review+studies Saxion studenten bouwen activiteitengames voor kinderen in bijzonder onderwijs Op 4 november presenteerden 70 studenten van de opleiding Game technology & creation van de Saxion hogeschool zeven vaardigheidsgames voor kinderen in het bijzonder onderwijs. Ze hadden acht weken de tijd met een speelbare game op de proppen te komen die aansluit bij de wensen van de doelgroep en de opdrachtgever: het game-, sport- en healthcentrum FUN-IE-FIT in Almelo, een ‘gedigitaliseerde speelruimte’ die in mei de deuren opende en waar voor alle soorten kinderen digitale en virtuele avonturen zijn te beleven. FUN-IEFIT is een initiatief van De Klup Twente, een stichting die zich inzet voor participatiemogelijkheden van mensen met een lichamelijke of geestelijke beperking. Kansrijk De zeven teams werken momenteel aan ideeën die al door de stichting als kansrijk zijn beoordeeld en begin oktober door groepen kinderen zijn getest – doel is de echt bruikbare games daadwerkelijk te gebruiken in het healthcentrum. Er zijn zeven thema’s geselecteerd, waaromheen spellen zijn bedacht. Het thema ‘gezond leven’ zit bijvoorbeeld verwerkt in een vliegspel waarbij het vliegtuigje met Kinect door de speler wordt aangestuurd. De opdracht is gezond voedsel op te pikken: dus geen blikjes frisdrank maar wel appels. Sociale vaardigheden Een themaspel rond ‘sociale vaardigheden’ gaat om keuzes maken. Bij veel leerlingen vormen sociale vaardigheden een probleem – ze vinden het bijvoorbeeld lastig ‘nee’ te zeggen. Het centrale idee hierachter is dat spelen helpt bij de ontwikkeling van sociaalemotionele vaardigheden. Je vindt een portemonnee, houd je die zelf of ga je ermee naar de politie? Daarnaast is er een speciaal thema voor spastische rolstoel gebruikers. Zij kunnen met hulp van een Oculus Rift-bril “echt” racen en trainen door te bewegen hun spiercontrole & flexibiliteit. Elk spel rapporteert de vorderingen per speler aan de betrokken begeleiders, docenten en scholen.

Daxis Bulletin nr. 65 december 2013

Tweetallen zijn effectiever achter de computer Door verschillende auteurs is gevonden dat wanneer er gebruik gemaakt wordt van computers het effect hiervan groter is wanneer dit in tweetallen gebeurt dan wanneer dit individueel of in grotere groepen wordt gedaan. De gevonden effect groottes variëren in verschillende studies van 0,25 tot 0, 56 voor individuen en van 0,54 tot 0,96 voor tweetallen. In de afzonderlijke studies werd consequent een ongeveer twee maal zo groot effect gevonden voor tweetallen dan voor individuen. De belangrijkste reden die hiervoor door onderzoekers wordt gegeven zijn de krachtige effecten van peer learning die bij tweetallen optimaal kunnen optreden. Leerlingen kunnen van elkaar gebruik maken bij het oplossen van problemen, het proberen van een andere strategieën en het doorlopen van een aantal mogelijke stappen. Samenwerken zorgt in zijn algemeenheid voor effectiever leren doordat leerlingen worden blootgesteld aan meerdere perspectieven en meerdere opties om problemen te verklaren. Er zijn meerdere bronnen voor feedback beschikbaar en meerdere mogelijkheden aanwezig om kennis op te bouwen en te delen. Er is ook een grotere kans dat fouten ontdekt worden. De verklaringen dat bij het werken met computers, grotere groepen minder effectief zijn dan tweetallen, worden gezocht in het onvoldoende tot zijn recht kunnen komen van individuele bijdragen. Er is minder ruimte om te ontdekken wat er precies geleerd dient te worden en minder ruimte om alternatieven uit te proberen. Bij grotere groepen zullen ook de aanwezigheid van dominante en onderdanige leerlingen de mogelijkheden tot efficiënt leren negatief beïnvloeden. De rol van de docent is van groot belang. Door de mogelijkheden tot peer learning zoveel mogelijk te bevorderen kunnen de positieve effecten hiervan zo goed mogelijk tot uiting komen. Dit betekent dat de effecten groter zijn wanneer de leerlingen geoefend zijn in het samenwerken en de voordelen hiervan hebben ervaren. Het gebruiken van opdrachten en activiteiten die gericht zijn op coöperatief leren vormen een andere mogelijkheid voor de docent om peer learning ook bij het gebruik van computers te versterken. De ervaringen van vele docenten sluiten goed aan bij wat uit de verschillende onderzoeken is gebleken. Bij tweetallen is er is een grotere participatie van de leerlingen en er zijn meer doelgerichte en efficiënte interacties. Bij grotere groepen treedt er sneller afleiding op en zijn de individuele bijdragen meer variërend en is het lastiger om activerend op te treden. Dus, mocht je denken niet met je klas aan de slag te kunnen gaan omdat er niet genoeg computers zijn, denk dan aan hoe Johan Cruijff het ooit zo treffend gezegd heeft: elk nadeel heeft een voordeel Stotteren doe je niet alleen Naar schatting stotteren 175.000 Nederlanders. Ook veel kinderen stotteren. Deze maand verscheen Stotteren doe je niet alleen van Carla van Wensen en Ilanda de Dood. 'Stotteren op school' is een van de thema's die de auteurs in dit nieuwe boek behandelen. In dit boek wordt uitgelegd wat stotteren precies is. Het bevat praktische tips, oefeningen en opdrachten om anders met stotteren te kunnen omgaan. Ook docenten kunnen baat hebben bij deze tips in de omgang met stotterende leerlingen. Verschillende jongeren vertellen over hun stotteren en hoe ermee om te gaan in het dagelijks leven. Voorbeelden van thema's zijn school, vrienden, verliefdheid, ouders en familie.


Inspectie ziet geen problemen met iPadscholen De Inspectie van het Onderwijs ziet twee maanden na het begin van het schooljaar geen reden om in te grijpen bij de iPadscholen. De inspectie laat aan Novum Nieuws weten gesprekken te hebben gevoerd met de besturen van de nieuwe basisscholen, waarbij voornamelijk les wordt gevolgd met iPads. "We hebben vooralsnog geen ernstige signalen opgevangen", zo vertelt een woordvoerder. De inspectie is nog bezig met het verwerken van de gesprekken. Zeven scholen begonnen dit schooljaar met het iPad-onderwijs, die het concept van Onderwijs voor een Nieuwe Tijd (O4NT) hanteren, een initiatief van Maurice de Hond. De inspectie gaf voor het begin van het nieuwe schooljaar aan de iPadscholen scherp in de gaten te houden, zoals gebruikelijk bij scholen met nieuwe onderwijssystemen. Op de basisscholen krijgen de leerlingen niet meer les van leraren, maar worden ze gecoacht. Kinderen leren veelal door educatieve apps op hun tablet. De nieuwe onderwijsvorm werd geprezen, maar ook verguisd. Staatssecretaris van Onderwijs Sander Dekker (VVD) liet weten enthousiast te zijn over ' innovatieve initiatieven uit de samenleving'. Filosofe Joke Hermsen bekeek het project met argwaan en bracht het mislukte Studiehuis uit de jaren negentig te berde. D66 wil vaart achter digitalisering onderwijs D66 wil de rol van technologie in het onderwijs flink uitbreiden. Scholen moeten meer ruimte krijgen om leerlingen digitaal te laten leren, vindt de partij. Zo moeten enkele universiteiten vol kunnen inzetten op het aanbieden van zogenoemde MOOC's. Dat acroniem staat voor de woorden: massive open online courses. In MOOC's worden vakken geheel op internet aangeboden middels videolezingen en digitaal huiswerk. De onderwijsinspectie kijkt nu nog te conservatief naar dat soort lesmethodes, stelt D66 in een plan dat maandag openbaar wordt gemaakt. Uren die studenten nu in zulke online vakken steken, tellen vaak niet mee voor studies. Universiteiten en andere scholen die hier nu mee experimenteren moeten daar juist de ruimte voor krijgen, stelt de partij. Anderen moeten worden gestimuleerd om dit ook te doen. Ontwikkeling "Er zijn de meest schitterende leermaterialen ontwikkeld en er wordt inmiddels permanent ontwikkeld", zegt Kamerlid Paul van Meenen tegen NUtech. "Dat is vaak veel beter dan je eigen leermateriaal gebruiken." Digitale leermiddelen zijn nu vaak nog te duur, meent D66. De partij pleit voor een tijdelijke afschaffing van btw daarop, zodat de technologie beter de concurrentie aankan met het gedrukte boek. Wel benadrukt D66 dat technologie geen doel op zich is. "Als de basis van ons onderwijs tekort schiet, is het simpelweg uitrusten van leerlingen en leraren met nieuwe apparatuur onvoldoende." Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) Vanaf 2015 moeten gemeenten een regionaal meldpunt voor kindermishandeling en huiselijk geweld hebben. Daarover bericht de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG). De VNG is begonnen met een programma om gemeenten te ondersteunen bij het opzetten van een regionaal meldpunt. Het ondersteuningsprogramma Advies- en Meldpunt Huiselijk geweld en Kindermishandeling (AMHK) van de VNG gaat gemeenten hierbij helpen met deskundig advies, producten en instrumenten. Het programmateam bestaat uit zeven deskundigen op het gebied van kindermishandeling en huiselijk geweld. Daxis Bulletin nr. 65 december 2013

Touch Van Gogh Het Van Gogh Museum heeft deze maand een nieuwe gratis app gelanceerd: Touch Van Gogh. Gebruikers kunnen schilderijen van Vincent van Gogh (18531890) hiermee tot in detail bekijken. De app, gemaakt voor tablet, benut zogenaamde multitouch functies om gebruikers thuis spelenderwijs de informatie te laten ontdekken die in en onder de verf van de schilderijen schuilgaat. Zo kan men bijvoorbeeld zelf de oude vernislaag van het schilderij De slaapkamer verwijderen, uitvinden dat het schilderij De tuin van Daubigny geschilderd is op een theedoek en door virtueel de verf weg te poetsen van het schilderij Gezicht vanuit Theo’s appartement ontdekken dat Van Gogh zijn doeken hergebruikte. Axel Rüger, directeur van het Van Gogh Museum: “Met deze app kunnen mensen thuis gratis de geheimen van Van Goghs schildertechnieken ontdekken en zo nog meer te weten komen over zijn werkwijze”. De multitouch bediening van de tablet maakt het voor de gebruiker mogelijk om intuïtief op ontdekking te gaan. In eigen tempo kan de gebruiker als een soort detective de schilderijen van Vincent van Gogh ontrafelen, om zo meer te weten te komen over het leven en het werk van deze beroemde kunstenaar. De app laat onder meer zien hoe een schilderij er voor een restauratie uitzag, waar het schilderij exact geschilderd is, welke verf verkleurd is, en hoe de compositie van een schilderij is opgebouwd. Touch Van Gogh is zowel ontwikkeld voor Android als Apple. Een oorlogsmuseum speciaal voor kinderen Minister Bussemaker heeft in Amsterdam het Verzetsmuseum Junior geopend. Het is het eerste kindermuseum over de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog in Nederland. In het museum kunnen kinderen alleen of met hun ouders kennismaken met de personages Eva, Jan, Nelly en Henk. Zij zijn de centrale vertellers in de vier hoofdthema’s van het museum: vervolging, verzet, collaboratie, en dagelijks leven/ aanpassing. De vier kinderen vertellen hun persoonlijke, waargebeurde verhalen aan de hand van originele objecten. Bezoekers ontdekken zo hoe hun jeugd er uitzag. Het nieuwe museum, dat geschikt is voor kinderen vanaf negen jaar, wil de herinnering aan de gebeurtenissen tijdens de oorlog levend houden en kinderen bewust maken van het belang van vrijheid en democratie. http://www.verzetsmuseum.org/museum/nl/onderwijs/verzetsmuseum_junior


In halfjaar 1900 onderwijsbanen minder Het aantal banen in het onderwijs is tussen oktober vorig jaar en maart dit jaar met 1900 afgenomen. Dat heeft de Algemene Onderwijsbond (Aob) berekend op basis van personeelscijfers van het ministerie van Onderwijs. Absoluut gezien daalde het aantal banen het hardst onder de leerkrachten. Dat is ook veruit de grootste groep binnen het onderwijs. De procentuele daling was echter het hardst onder het management. Zowel in het basisonderwijs als bij het speciaal onderwijs bedroeg de daling in aantal banen 1,3 procent. In het basisonderwijs verdampten er 1207 voltijdsbanen, bij het speciaal onderwijs 301. In het voorgezet onderwijs verdwenen tussen oktober en maart 434 banen, een daling van 0,6 procent. "Daarmee is de enorme daling van de afgelopen jaren wat afgeremd", schrijft de Aob. Het aantal managementbanen daalde echter flink, met 2,4 procent. Het aantal banen voor ondersteunend personeel wijzigde amper. Vooral vervangingsbanen voor afgestudeerde pabostudenten Uit een onderzoek van het Arbeidsmarktplatform PO blijkt dat er voor pas afgestudeerde pabostudenten steeds minder reguliere banen zijn. Daarover bericht de Vereniging van openbare en algemeen toegankelijke scholen (VOS/ABB) op basis van berichtgeving van het Arbeidsmarktplatform PO. Het onderzoek wijst uit dat pabostudenten die net hun opleiding hebben afgerond vooral vervangingsbanen vinden. Hoe hoger de daling van het leerlingenaantal in een bepaalde regio, hoe meer het aantal vervangingsbanen relatief gezien stijgt. Verder komt uit het onderzoek naar voren dat veel pabostudenten bereid zijn om te verhuizen voor een baan in het onderwijs. Bijna acht op de tien studenten vinden binnen zes maanden na het voltooien van hun pabostudie een (tijdelijke) baan in het onderwijs. Windows XP in april 2014 vogelvrij Windows-gebruikers die na april van het volgende jaar nog steeds werken met het verouderde besturingssysteem Windows XP krijgen geen garantie van Microsoft’s antivirusdienst Security Essentials, waarschuwt de softwaregigant. Microsoft kan geen updates meer garanderen van het anti-viruspakket Security Essentials na 8 april 2014. Zoals eerder aangekondigd eindigt dan de ondersteuning voor het nog altijd zeer populaire besturingssysteem Windows XP. Microsoft waarschuwde XP-gebruikers eerder al dat zij in 2014 een aantrekkelijk doelwit kunnen worden voor virusmakers. Microsoft levert sinds 2009 de gratis virusscanner Security Essentials op Windowscomputers. “Het blijven gebruiken van antivirussoftware die niet langer wordt ondersteund is geen goede oplossing bij het beschermen tegen malware en bedreigingen”, waarschuwt Microsoft op ZDNet. Uit cijfers van Microsoft blijkt dat Windows XP inmiddels nog op ruim dertien procent van de pc’s in Nederland geïnstalleerd staat.


Dr. Tialda Haartsen: ‘Besluitvorming over basisschoolsluitingen is veel te traag’ Nederlandse basisschoolbesturen en gemeenten moeten veel sneller reageren met schoolsluitingen op het snel dalende aantal jonge kinderen in krimpregio’s. Het lang openhouden van relatief veel scholen is in crisistijd uiteindelijk niet eerlijk naar de bevolking. Dat stelt cultureel geograaf Tialda Haartsen van de Rijksuniversiteit Groningen. ‘Vooral in gemeenten met bevolkingskrimp kan het lang openhouden van scholen er toe leiden dat andere voorzieningen zoals bibliotheek of zwembad eerder dicht moeten of dat de OZB-belasting fors zal stijgen.’ Demografische voorspellingen tonen dat het aantal jonge kinderen (4-12 jaar) in veel regio’s in Nederland tussen 2013 en 2020 tot soms wel dertig procent zal teruglopen. Die urgentie is groot in delen van Friesland, Groningen, de Achterhoek, Zeeland maar ook in het Groene Hart. Haartsen: ‘Het is het resultaat van een combinatie van relatief weinig vrouwen in de vruchtbare leeftijd en de economische crisis, die maakt dat het moment om kinderen te nemen wordt uitgesteld.’ Schoolsluitingen ingewikkeld Het sluiten of laten fuseren van schoolvestigingen is in Nederland echter een ingewikkeld proces, dat grondwettelijk stevig verankerd is vanwege de vrijheid van onderwijs. De onderwijspraktijk worstelt daarom niet alleen met normen van zestig, tachtig of honderd leerlingen als minimum voor de levensvatbaarheid van een vestiging. Ook de vrijheid om onderwijs in overeenstemming met geloofsovertuiging aan te bieden, heeft - zelfs in dunbevolkte gebieden - tot een toename van het aantal basisscholen geleid. Beslissingen over het sluiten van scholen kunnen niet door gemeenten worden genomen, want hierover gaan de schoolbesturen. Tegelijkertijd wordt van gemeenten wel verwacht dat ze uit publieke middelen groot onderhoud aan de schoolgebouwen plegen. Haartsen: ‘De besluitvorming gaat over heel veel schijven. Het proces is traag, en kostbaarder dan zou moeten. En dat in een tijd van bezuinigingen.’ Beslissingen uitgesteld De gevoeligheid waarmee schoolsluitingen al snel worden geassocieerd, maakt dat lastige beslissingen niet worden genomen of uitgesteld. ‘Mensen denken dat een schoolsluiting de doodsteek is voor het leefbare dorp. Dat is echter niet waar.’ Toch wordt met dit argument geschermd door zowel schoolbesturen als lokale politici. ‘Schoolbesturen willen liever dat de vestigingen van andere schoolbesturen dichtgaan en wethouders hebben regelmatig de eerstvolgende verkiezingen in het achterhoofd. Vaak gebeurt er dan lange tijd niets, terwijl het verschil tussen vijf of acht schoolvestigingen in een krimpgemeente dus flinke consequenties kan hebben voor de andere voorzieningen in die gemeenten.’ Haartsen stelt dat het slechte economische klimaat deze besliscultuur wel erg kostbaar maakt en vindt dat de bevolking beter betrokken moet worden bij de noodzaak om keuzes te maken. Denominatie of afstand Haartsen constateert dat de gebruikers van scholen meer bereid zijn tot inleveren dan schoolbesturen. Ook als het gaat om meer samenwerking tussen openbare en nietopenbare basisscholen. ‘Uit onderzoek weten we dat de meerderheid van de ouders in krimpgemeenten hun kind naar de dichtstbijzijnde school sturen, ongeacht denominatie. Als beter gekeken wordt naar de gevolgen van het in stand houden van de ene voorziening voor de daadwerkelijke toekomst van andere voorzieningen, worden er misschien andere keuzes gemaakt. Mijn punt is dat inwoners nu niet voldoende bij die keuzes betrokken worden, terwijl de scholen er uiteindelijk toch voor hen zijn en mede van hun belastinggeld worden betaald.’ Groot onderhoud Momenteel hikken veel gemeenten aan tegen duur groot onderhoud aan hun gebouwen. ‘Is dat niet een goed moment om het basisonderwijs in een krimpgemeente anders in te richten? Er zijn al scholen van verschillende denominaties die op één locatie met twee ingangen werken en zo efficiëntere samenwerking uitproberen. Maar vanuit het oogpunt van de kosten gaat het langzaam, terwijl die traagheid dus wel onmiddellijk gevolgen heeft voor dorpen en gemeenten op andere terreinen.


5x personalized learning in Finland Personalized learning staat in Nederland nog in de kinderschoenen. Het Finse model is een dankbaar onderwijssysteem voor inspiratie. Binnen dit systeem wordt al jaren met succes personalized learning toegepast. Het basisonderwijs in Finland is een combinatie van het Nederlandse primaire en secondaire onderwijs (leeftijd 7-16). Al vanaf het begin is er veel aandacht voor de individuele leerling. Hieronder 5 inspirerende voorbeelden van personalized learning uit het Finse onderwijs. 1) Docenten blijven langer verbonden aan de klas De eerste drie jaren van het Finse basisonderwijs worden leerlingen onderwezen door dezelfde docent. Dit heeft een groot voordeel: de docent kent de leerlingen door en door, waardoor gerichte individuele aanpak beter mogelijk is. Trage leerlingen hoeven niet binnen een jaar een bepaald minimum niveau te behalen. Door deze meerjarige verbinding kan de docent na de zomervakantie gewoon verder gaan met de leerling waar deze was gebleven. De leerling krijgt hierdoor de gelegenheid om in eigen tempo competenties te verwerven. 2) Differentiatie Gelijkheid is een belangrijk uitgangspunt van het Finse onderwijs. Het potentieel van elke leerling moet gemaximaliseerd worden. Om dit te bereiken wordt er in de lessen zo veel mogelijk gedifferentieerd; passende aandacht en huiswerk voor elke leerling. Dit betekent niet alleen extra aandacht voor minder getalenteerde leerlingen, maar ook dat de leerlingen die behoefte hebben aan meer uitdaging dit ook krijgen. Heeft het kind hele specifieke behoeften, dan wordt er in sommige gevallen gebruik gemaakt van een aparte klas met een special-needs-docent of ‘taakleraar’. 3) Gepersonaliseerde toetsen Hoewel onderwijs in Finland geen centrale examens kent, zijn er wel toetsmomenten. Aan deze toetsen worden geen cijfers of punten toegekend (dat is bij wet verboden) en dienen voor de docent als middel om de ontwikkeling van de leerlingen te meten. Ook voor de toetsen geldt differentiatie; ze worden aangepast aan de individuele leerling. Achterliggende gedachte hiervan is dat iedere leerling een eigen ontwikkeling doormaakt en dit vraagt om een op maat gemaakte toets. De toetsen hebben bovendien een positieve insteek. Leerlingen worden getoetst op wat ze kunnen, niet op wat ze niet kunnen. 4) Keuzevrijheid Leren over iets dat je interesse heeft werkt motiverend. Personalized learning op Finse scholen betekent dan ook meer keuze voor de leerling. Per vak worden elk blok verschillende cursussen aangeboden. De leerling kan na een verplichte introductiecursus kiezen voor een vervolgcursus die zijn of haar interesse heeft. Dus in plaats van bijvoorbeeld één algemeen vak filosofie kan de leerling per blok een filosofie-cursus volgen rond een aansprekend onderwerp. Daarnaast is er de mogelijkheid extra cursussen te volgen voor leerlingen die meer uitdaging zoeken. 5) Open sfeer Door de vaak kleine scholen heerst er op Finse scholen een informele sfeer. De verhouding tussen leerlingen en docenten is heel open wat weer bevorderlijk is voor de onderlinge communicatie. Sommigen karakteriseren dit zelfs als huiselijk. Tijdens de lunch eten docenten en leerlingen bijvoorbeeld gewoon gezamenlijk in de aula.


Universiteit Groningen: Android-telefoons veroorzaken wifi-problemen De langdurige wifi-problemen bij het Eduroam-netwerk van de Universiteit Groningen zijn het gevolg van Android-telefoons van studenten. Met name Androidsmartphones van HTC en Samsung zouden zo vaak verzoeken richting het netwerk sturen dat dit overbelast raakt. Sommige Android-mobieltjes van HTC en Samsung versturen meer dan 200 verzoeken per seconde bij het draadloze Eduroam-netwerk van de Universiteit Groningen. Het gaat om mobieltjes met de oude Android-versies 4.0.3 tot en met 4.1.2 met daarin een bug. Gevolg is dat het netwerk overbelast raakt en RuG-studenten en medewerkers geen of een traag werkende internetverbinding krijgen. De problemen spelen al sinds september. "De servers van de RuG draaien op volle toeren om de stortvloed aan toegangsverzoeken op te vangen, maar dat kan niet eindeloos zo doorgaan", zegt Tom Kuipers, afdelingshoofd netwerkinfrastructuur bij het Centrum voor Informatie Technologie of CIT van de RuG. Bij de servers van het CIT melden zich dagelijks meer dan 10.000 smartphones en tablets en over heel september en oktober lag dat aantal op 52.000 unieke mobiele apparaten. Het Centrum probeert de desbetreffende Samsung- en HTC-smartphones te isoleren op het netwerk en roept gebruikers met die modellen op om hun toestel regelmatig in vliegtuigmodus te zetten om het netwerk te ontlasten. Daarnaast wil de universiteit met Samsung en HTC om de tafel om de problemen op te lossen. "We kunnen de desbetreffende leveranciers niet verplichten deze bug op te lossen, maar we kunnen wel druk op ze uitoefenen om de fout nader te bekijken en uit de wereld te helpen", zegt Kuipers. Het probleem is in het verleden al aangestipt door de Universiteit van Princeton, die vergelijkbare problemen had. In Nederland kampen de netwerken van de Universiteit Twente en de Universiteit van Amsterdam met wifi-problemen. Gratis mini cursus van de LOI LEIDEN - De LOI komt tweemaal per jaar met een gratis relevante minicursus. Onlangs is de minicursus 'Voeding' beschikbaar gesteld. Daarover bericht de website van de LOI. Nederlanders weten veel minder over voeding dan zij zelf denken. Dat blijkt uit recent onderzoek van TNS NIPO in opdracht van de LOI. Zo kunnen veel mensen onvoldoende de informatie op etiketten interpreteren en weet bijvoorbeeld maar een kwart van de mensen wat met ‘rood vlees’ wordt bedoeld. In de gratis LOI-minicursus 'Voeding' leert u meer over eten, drinken, bewegen en een gezond gewicht. Ook krijgt u praktische tips voor dagelijks gebruik en helpen overzichten en tabellen u bij verantwoorde keuzes maken. Download de gratis minicursus op www. LOI.nl


Symptomen van een tabletverslaving bij kinderen De televisie wordt meer en meer vervangen door smartphones en tablets voor het sussen van kinderen. Tegenwoordig kan 1 kind op 3 werken met deze technologische snufjes voor het leert spreken. Experten waarschuwen echter dat het gevaar van een verslaving op de loer ligt, met de nodige gevolgen voor het gedrag en slaappatroon. "Ouders onderschatten al te vaak hoe cruciaal sociale media en technologie geworden zijn voor kinderen. De moderne speelplaats is virtueel. Naarmate elektronische toestellen meer invloed beginnen te hebben op het gedrag van een kind, verhoogt het risico op problemen wanneer ze geen toegang krijgen tot die snufjes. Dat is het moment om in te grijpen", stelt psychiater Richard Graham. Symptomen Kinderen met een zogenaamde 'tabletverslaving' vertonen volgende symptomen: 1. Een groeiend gebrek aan interesse voor andere, niet-technologische activiteiten. 2. Heel vaak praten over of afgeleid worden door alles wat technologisch is en ongeduldig gedrag vertonen wanneer ze niet mogen spelen met tablets of telefoons. 3. Moodswings en rebels gedrag wanneer het overdadige gebruik van de technologische snufjes wordt aangekaart. 4. Afkicksymptomen, zoals gespannen en geïrriteerd zijn tot de volgende virtuele sessie. 5. Een stijging in het aantal leugen(tje)s over het gebruik van de toestellen en het bewust negeren van conversaties rond het onderwerp. Uiteraard moet je hier als ouders wel afwegen wat onder 'normaal gedrag' valt anno 2013. Volgens experten is het in deze digitale samenleving perfect normaal dat heel wat ouders moeilijk kunnen vatten hoe centraal sociale media en technologische snufjes geworden zijn in het leven van kinderen. Ze raden dan ook aan om te praten met andere ouders om te zien of het gedrag van hun eigen kind(eren) echt over de schreef gaat. Digitale detox "Het is belangrijk om de uren die kinderen spenderen met technologie te beperken om een ongezonde afhankelijkheid te voorkomen. Contact met andere kinderen en activiteiten buitenshuis zijn hiervoor cruciaal", klinkt het. Een dagelijkse limiet instellen is een goede start. Ook als ouder moet je uiteraard het goede voorbeeld geven. Begin al eens met het geluid af te zetten tijdens maaltijden en bij bezoekjes aan familie of vrienden. Vooral voor het slapengaan moeten smartphones, tablets en computers verbannen worden. Ze verstoren namelijk het bioritme. Bewaar ze bovendien in een aparte kamer, zodat kinderen er 's nachts of van zodra ze wakker zijn niet stiekem mee kunnen prutsen. http://www.goedgevoel.be/gg/nl/575/Seks-en-Relaties/article/ detail/1732719/2013/10/31/Symptomen-van-een-tabletverslaving-bijkinderen.dhtml


Opmars Windows Phone in Europa Een op de tien smartphones in Europa draait onder het Windows Phone besturingssysteem. In Italië is Windows Phone zelfs populairder dan Apple’s iOS systeem. Dat blijkt uit recente cijfers van Kantar Worldpanel. Android blijft het meest gebruikte smartphone besturingssysteem in Europa. In het derde kwartaal van 2013 had het systeem van Google een marktaandeel van 71,9 procent in de vijf grootste Europese markten. Dat is een stijging van 4,2 procent vergeleken met dezelfde periode een jaar eerder. Ook Windows zag zijn marktaandeel stijgen, met 5,2 procent tot 9,8 procent. Apple moest 2,3 procent marktaandeel inleveren en komt uit op 14,6 procent. Het iOS systeem van Apple blijft daarmee het op één na meest gebruikte smartphone OS in Europa. Windows Phone begint echter een geduchte concurrent te worden. In Italië heeft Windows Phone met een marktaandeel van 13,7 procent al een groter bereik dan iOS (10,2 procent). Ook in Duitsland en Frankrijk groeit het marktaandeel Windows Phone, terwijl Apple marktaandeel inlevert. Wel wijzen de onderzoekers erop dat het derde kwartaal altijd een rustige maand is voor Apple, omdat consumenten dan in afwachting zijn van de nieuwe modellen. In het vierde kwartaal zal waarschijnlijk weer een stijging te zien zijn. Behoud werkgelegenheid jonge docenten Scholen in het PO en VO krijgen eind dit jaar 150 miljoen euro uitgekeerd om jonge leraren in dienst te kunnen houden. Inmiddels is bekend hoe deze middelen over de scholen worden verdeeld. Voor het VO gaat het om 69,35 euro per leerling (65 miljoen in totaal). In het Nationaal Onderwijsakkoord is afgesproken dat 150 miljoen van de geplande investeringen in het onderwijs eind dit jaar al wordt uitgekeerd, om de verwachte begrotingsproblemen van scholen in 2014 op te vangen. Met dit geld kunnen scholen hun jonge docenten in dienst houden en/of startende docenten een baan bieden. Dit zorgt voor meer werkgelegenheid voor jonge docenten. Aan het VO wordt in totaal 65 miljoen euro toegekend. Deze 65 miljoen wordt in 2016 (35 miljoen) en 2017 (30 miljoen) ingehouden op de intensiveringsmiddelen (die oplopen naar ongeveer 150 miljoen voor het VO in 2017). De toegekende miljoenen worden daarom niet in de GPL verwerkt, maar éénmalig uitgekeerd in een bedrag van 69,35 euro per leerling. https://zoek.officielebekendmakingen.nl/stcrt-2013-29508.html Binnenkort iPhones met gebogen scherm Apple werkt momenteel aan twee nieuwe iPhone-modellen. Dat melden ingewijden aan persagentschap Bloomberg. De beide toestellen zouden groter zijn en het scherm zou aan de randen gebogen zijn. Multimediabedrijf Apple zou de toestellen in het najaar van 2014 willen voorstellen aan het grote publiek, aldus de ingewijden. De nieuwe iPhones zouden schermen van 5,5 inch hebben. Daarmee komen ze in de buurt van de 5,7 inch van de Galaxy Note 3 van grote concurrent Samsung. Het glas van de iPhones zou ook aan de randen gebogen zijn. Intussen zouden ze bij Apple ook aan het werken zijn aan een ‘gevoelige sensor’ die in staat zou zijn om te registreren hoe hard iemand op het schermpje drukt. Officieel wilde niemand van Apple commentaar geven op de ontwikkelingen.


Onderwijsraad mengt zich in discussie over goed onderwijs In november was er tijdens het debat in de Tweede Kamer over de onderwijsbegroting veel aandacht voor de kwaliteit van het Nederlandse onderwijs. Hoe kunnen we deze verhogen en hoe kunnen we dit het beste inzichtelijk maken. Onlangs verscheen ‘De stand van educatief Nederland’ van de Onderwijsraad. Hierin zet zij uiteen dat door een eenzijdige focus op taal- en rekenvaardigheden – en de toetsing hiervan – variatie en vernieuwing in het onderwijs belemmerd word. Meer aandacht voor ict-vaardigheden De nadruk die in de afgelopen jaren is gelegd op taal en rekenen heeft er volgens de Onderwijsraad onder andere toe geleid dat er minder zwakke scholen zijn dan vier jaar geleden. Maar verdere kwaliteitsverbetering lijkt op deze manier niet verder tot stand te komen. Door deze eenzijdige focus worden scholen nauwelijks uitgedaagd om beter te presteren of hun aanbod te vernieuwen. Deze eenzijdige benadering leidt tot een verschraling van het onderwijs. De raad wijst daarbij nadrukkelijk op het belang van andere vaardigheden, zoals de 21st century skills en ictvaardigheden. Oproep tot personalisering De Onderwijsraad pleit voor het ontwikkelen van meerdere indicatoren voor onderwijskwaliteit en een breder verantwoordingspalet voor scholen door bijvoorbeeld Vensters voor Verantwoording. Daarnaast doet zij een beroep op de overheid om meer te sturen op hoofdlijnen en roept ze scholen op te zorgen dat zij hun professionaliteit verhogen. Tot slot houdt de raad een pleidooi om de niet-cognitieve capaciteiten van leerlingen beter te waarderen. Om dit te kunnen bereiken adviseert ze beter gebruik te maken van de – online – mogelijkheden voor persoonlijke differentiatie. http://www.kennisnet.nl/ Naar het hele gezin kijken bij kinderen met ASS of ADHD NIJMEGEN - Eind oktober is Daphne Vinke-van Steijn gepromoveerd aan de Radboud Universiteit Nijmegen op haar dissertatie The influence of parental and offspring ASD and ADHD symptoms on family functioning. Dat meldt de website van de Nijmeegse universiteit. Op basis van haar onderzoek is Vinke-van Steijn tot de conclusie gekomen dat kinderen met een autismespectrumstoornis (ASS) of ADHD vaak ouders met dezelfde symptomen hebben. Volgens Vinke-van Steijn moet daarom bij de diagnose en behandeling van ASS en ADHD naar het hele gezin gekeken worden. Krijgt een kind de diagnose ASS of ADHD, dan moet ieder gezinslid worden gescreend op psychiatrische symptomen, zoals depressie, ADHD en ASS. Ook moet het gezinsfunctioneren in kaart worden gebracht. Voor deze gezinnen beveelt Vinke gezinsinterventies aan, bij voorkeur in gezinspoliklinieken waarin jeugd- en volwassenpsychiatrie samenwerken. Schoolboeken blijven definitief gratis (Novum) - Schoolboeken blijven definitief gratis. Het kabinet heeft op voorstel van staatssecretaris van Onderwijs Sander Dekker (VVD) besloten het wetsvoorstel in te trekken dat een eind moest maken aan de gratis schoolboeken voor kinderen op de middelbare school. Het besluit vloeit voort uit het begrotingsakkoord dat het kabinet onlangs sloot met de oppositiepartijen D66, ChristenUnie en de SGP. De gratis schoolboeken waren vooral een wens van de twee christelijke partijen, die daarmee gezinnen willen ontzien Daxis Bulletin nr. 65 december 2013

Engels leren met muziek werkt, ook in de onderbouw! Steeds meer wordt duidelijk dat Engels leren op jonge leeftijd een beter resultaat geeft op de langere termijn. Dit blijkt reeds uit een onderzoek uitgevoerd door de PPON in 2012. Groove.me is vanaf nu ook beschikbaar voor de onderbouw. Met Engelstalige Bobo-liedjes en routineliedjes voor groep 1-2 en echte popsongs in groep 3-4, gedraaid door DJ Okki.

Bobo de rockster voor groep 1-2 Engels is een nieuwe taal en voor veel kinderen heel spannend om te leren, maar vooral ook erg leuk! Met Groove.me leren kinderen in groep 1-2 Engels met Bobo, de rockster. Met op maat gemaakte Engelse thema liedjes, routine liedjes, die de kinderen snel mee kunnen zingen (allemaal gezongen door Bobo), verhalen met plaatjes, praatplaten, flashcards, korte gesprekjes en veel verschillende activiteiten per thema kun je aan de slag met Engels in de klas!

DJ Okki voor groep 3-4 Met Groove.me in groep 3-4 gaan de kinderen na 2 jaar Engels verder met Okki de DJ. Met popsongs geselecteerd per thema en gedraaid door Okki, verhalen met ondersteunende plaatjes, een grappig Bik-stripje, praatplaten, flashcards, korte gesprekjes en veel verschillende activiteiten per thema kun je in de klas voortbouwen op de thema’s uit groep 1-2.

Diversiteit aan thema’s Groove.me voor groep 1-2 bestaat uit acht thema’s: school, herfst, familie, winter, dieren, voorjaar, mijn lichaam en zomer. De thema’s sluiten daarmee aan bij de thema’s in de kleutermethodes en zijn makkelijk inpasbaar in het jaarritme. De thema’s voor groep 3-4 zijn wat uitgebreider: acht thema’s voor groep 3 en acht thema’s voor groep 4. Deze thema’s sluiten inhoudelijk aan op de thema’s van groep 1/2 maar kiezen een andere insteek of breiden het onderwerp uit. Per groep kunnen de thema’s in willekeurige volgorde worden gedaan, aansluitend bij de onderwerpen en thema’s waar op dat moment aan gewerkt wordt in de groep. Wel is er een introductiethema per groep. We raden aan om met dit thema te beginnen en daarna zelf te kiezen.

Een flexibele methode die naar eigen inzicht in te zetten is Zoals bij alle lesmethodes van Blink Educatie wordt het digibord als uitgangspunt gebruikt. Anders dan bij Groove.me voor de bovenbouw bieden we bij de onderbouw ook activiteiten voor in de kring of in kleine groepjes. De activiteiten duren 5, 10 of 15 minuten en kunnen naar eigen inzicht geclusterd worden tot lessen of apart worden gedaan. Je kunt zelf bepalen hoeveel tijd je aan Engels kunt en wilt besteden. Wil je Engels doen tot ongeveer 20 minuten per week en zelf bepalen wat je wanneer doet? Kies dan voor de Quickstart optie voor directe toegang tot liedjes, verhalen, praatplaten en flashcards en kies jouw onderdelen en activiteiten uit. Deze onderdelen lenen zich prima voor veel herhaling en inzet op een moment tussendoor.

Starten met Engels in groep 3-4 Groove.me voor de onderbouw is zo opgezet dat in groep 3-4 wordt uitgegaan van het niveau na twee jaar Engels in groep ½. Als je toch graag wilt starten met Engels in groep 3-4, maar de kinderen hebben geen Engels gehad in groep 1-2, dan kan dat. In dat geval adviseren wij om je vooral te richten op de Quickstart-onderdelen en die regelmatig in de week te herhalen.

Gratis uitproberen De lessen van Bobo en Okki staan klaar om te proberen in de Blink Studio. Ben je al een gebruiker, dan kun je gewoon inloggen met de gegevens die je van ons ontvangen hebt. Mocht je nog geen inloggegevens hebben, dan kun je bovenaan de pagina een je naam en email adres invoeren, je komt dan direct in de Blink Studio.


Scholen op de kaart Op deze site geven basisscholen je inzicht in hun resultaten, op basis van onderwerpen die voor elke school hetzelfde zijn. De informatie komt van DUO, de Inspectie van het Onderwijs en van de basisscholen zelf. De site is in ontwikkeling en wordt de komende maanden verder uitgebreid, bijvoorbeeld met informatie over ouder- en leerling tevredenheid, onderwijstijd en schoolklimaat & veiligheid. Medio 2015 is de site compleet. Hoe werkt het? Voor iedere basisschool vind je op deze site een eigen SchoolVenster. In dit SchoolVenster is informatie over de school verzameld. Waar nodig licht de school de gegevens toe. Zoek op schoolnaam, plaats of postcode en open het SchoolVenster van de school. Wie maken de site? Scholenopdekaart.nl is een product van het project Vensters PO en wordt gemaakt door basisscholen, met hulp van Schoolinfo. De opdrachtgever is de PO-Raad. http://www.scholenopdekaart.nl/ Onderzoek surfnet naar gebruik mobiel internet Docenten, medewerkers en studenten van Nederlandse onderwijs- en onderzoeksinstellingen lopen gemiddeld gezien voor op de rest van de Nederlandse bevolking met het gebruik van mobiel internet. Zij zijn vaker in het bezit van een mobiele telefoon en/of tablet met een databundel. Ook vinden zij het logisch dat mobiele en draadloze technologie (wifi) wordt ingezet voor werken en leren. Dat meldt Surfnet.nl. Dit alles blijkt uit het onderzoek dat SURFnet heeft laten uitvoeren naar de trends bij het gebruik van mobiele en draadloze technologie bij haar doelgroep: mbo-, hboen onderzoeksinstellingen en UMC’s en universiteiten. De uitkomsten van het onderzoek worden op 10 december gepresenteerd tijdens het seminar ‘Het nieuwe mobiele leren en werken’. 'Educatieve' iPad wordt door leerlingen in LA gebruikt om te Twitteren Scholen in Los Angeles delen geen iPads meer uit aan leerlingen. De tablets waren bedoeld voor huiswerk en toetsen, maar de leerlingen hackten de apparaten om te kunnen Twitteren en op Facebook te kunnen. De openbare scholen in de Amerikaanse stad hadden 25.000 iPads uitgedeeld aan kinderen uit minima-gezinnen. Het programma kostte het stadsbestuur 1 miljard dollar. Omzeilen De iPads waren beveiligd, zodat scholieren niet op sociale media als Twitter, Facebook en YouTube kunnen. Maar de leerlingen wisten dat systeem snel te omzeilen. De schoolbesturen kijken de komende maanden of de iPad weer terug kan keren op scholen. Dat doen ze alleen als ze een manier vinden om leerlingen de tablets te gebruiken om te leren in plaats van te twitteren.


Hoe ongezond is draadloos surfen? Samenvatting:Smartphones en tablets zetten een draadloze verbinding op met een wifistation of een zendantenne. Heeft die elektromagnetische straling implicaties voor onze gezondheid? In opdracht van de Vlaamse overheid inventariseerde en evalueerde Prof. Luc Verschaeve van het Wetenschappelijk Instituut voor Volksgezondheid een reeks internationale rapporten rond dit thema. Daaruit blijkt dat er geen wetenschappelijk onderbouwd onderzoek is dat effectief bewijst dat elektromagnetische straling schadelijk is voor de mens, op voorwaarde dat bepaalde normen gerespecteerd worden. Voorzorgsmaatregelen Er is dus momenteel geen wetenschappelijk bewijs dat elektromagnetische straling binnen de vooropgestelde limieten schadelijk is voor de mens, maar er zijn evenmin studies die het tegendeel bewijzen. Deze wetenschappelijke onzekerheid leidt ertoe om van het voorzorgsbeginsel uit te gaan. Dat is niet hetzelfde als preventie, want dat kan alleen bij een goed gekend risico en dat is bij elektromagnetische straling niet het geval. Binnen dit voorzorgsbeginsel bestaan er verschillende niveaus, gaande van een verbod tot acceptatie. Tussen beide uitersten in situeren zich onder meer nog de principes ALARA (as low as reasonably achievable – maatregelen nemen waarbij ook economische en sociale overwegingen spelen) en prudent avoidance (verstandig vermijden met eenvoudige maatregelen). Door verschillende instanties is een hele reeks vrijblijvende aanbevelingen geformuleerd om de blootstelling aan straling te verminderen, geheel in de geest van ‘prudent avoidance’. We sommen de belangrijkste adviezen op, zowel voor gsm’s als voor wifi. Mobiele telefoons •Koop liefst een toestel met een lage SAR-waarde. •Probeer de beltijd zoveel mogelijk te beperken. Hoe langer je belt, hoe meer blootstelling aan straling. Vooral kinderen gebruiken de gsm best zo weinig mogelijk. •Plaats het toestel niet meteen tegen je oor: de blootstelling is namelijk het grootst tijdens het zoeken naar een verbinding. •Bel bij voorkeur op locaties met een goede verbinding. Je toestel verhoogt immers automatisch het vermogen wanneer de ontvangst slecht is, wat tot een grotere blootstelling leidt. Op plaatsen met optimale ontvangst kan het zendvermogen honderden keren kleiner zijn dan het maximale vermogen van het toestel. •Sms-berichten genieten de voorkeur boven bellen, omdat je het toestel dan op enige afstand van je lichaam houdt. •Gebruik bij voorkeur een al dan niet draadloos ‘oortje’ of bel via de luidspreker, zodat het toestel verder van je hoofd verwijderd is. Het zendvermogen van een Bluetooth-oortje is enkele honderden keren kleiner dan dat van een mobiele telefoon. •Leg het toestel ’s nachts op enige afstand van je bed en zet het uit als je het niet nodig hebt. •Let op met gadgets als ‘antistraling’ of ‘bio-beschermers’. Die kunnen namelijk een tegengesteld effect hebben en ervoor zorgen dat het toestel zijn vermogen opdrijft om zo de kwaliteit van het signaal te verzekeren. Wifi •Zorg ervoor dat het basisstation minstens één meter verwijderd is van de plaats waar je veel zit. Dat geldt overigens ook voor het basisstation van een DECT-telefoon. Van DECTtelefoons (en babyfoons) bestaan er trouwens ook stralingsarme modellen. •Schakel de wifi op je laptop uit wanneer die niet nodig is. Zo vermijd je dat het toestel continu verbinding zoekt met het netwerk. •Schakel het wifi-signaal op je router uit wanneer je het niet nodig hebt. Sommige routers voorzien daarvoor een speciale knop. In het andere geval kun je een timer op het stopcontact van je router plaatsen of met een eenvoudige (en goedkope) afstandsbediening de router naar wens in- en uitschakelen.


Internet op grote hoogte: de (proef)ballon van Google Is het Google naar het hoofd gestegen? Het bedrijf wil dat de hele wereldbevolking internettoegang heeft en dat wil het voor elkaar krijgen met behulp van… ballonnen! Internet op grote hoogte: de (proef)ballon van Google Google Loon is de naam van het project waarbij wordt geprobeerd om landelijke gebieden met behulp van luchtballonnen te voorzien van internettoegang via wifi. Het eerste proefproject is in juni in Nieuw-Zeeland van start gegaan, ter hoogte van de 40e zuiderbreedtegraad. Bij dat proefproject zijn dertig ballonnen opgelaten die een hoogte van 18 tot 27 kilometer bereikten. Dit is een veilige hoogte waarbij het vliegverkeer niet wordt gestoord. De Google-ballonnen, die worden gevuld met helium, staan onder hoge druk waardoor ze ongeveer honderd dagen in de lucht kunnen blijven. De ballonnen waaien mee op de wind, maar kunnen ook worden bestuurd – bijvoorbeeld om ze op de juiste hoogte te krijgen. Het voordeel hiervan is in ieder geval dat de internetverbinding blijft bestaan bij bepaalde natuurrampen zoals aardbevingen of tornado’s en bij eventuele terroristische aanslagen. Bovendien zou het verschaffen van internetverbindingen in afgelegen gebieden op deze manier een stuk gemakkelijker, goedkoper en sneller zijn dan via alternatieven. Uniek is bovendien dat de ballonnen worden aangedreven door zonne-energie. Google mikt – letterlijk en figuurlijk – hoog met dit project. Uiteindelijk wil het streven naar het beschikbaar maken van alle informatie voor iedereen in de wereld. Uiteraard is het hele project geen liefdadigheid van Google. Aangezien bijna tweederde van de wereldbevolking (nog) geen internettoegang heeft, ziet het internetbedrijf mogelijkheden om meer geld te verdienen aan een groep nieuwe internetgebruikers. Kritiek niet van de lucht Het is nog niet bekend of Google het project uitbreidt naar andere landen. Op basis van de resultaten van het proefproject in Nieuw-Zeeland besluit het of ook in andere landen dergelijke ballonnen worden opgelaten. In ieder geval heeft India al interesse getoond in het project en er zouden ook al plannen zijn om met circa driehonderd ballonnen heel Nieuw-Zeeland, Australië, Chili en Argentinië van internetverbindingen te voorzien. Maar er is ook kritiek op het project, van niemand minder dan Bill Gates, die met zijn Bill & Melinda Gates Foundation al jaren arme en zieke mensen in ontwikkelingslanden helpt. Hij vindt het een waardeloos project, zo heeft hij in augustus gezegd: “Een internetverbinding is niet datgene waarop mensen in ontwikkelingslanden zitten te wachten. Die zijn meer geholpen met een middel tegen malaria.” Daarnaast zijn er zorgen geuit door astronomen, die vrezen dat de signalen van de ballonnen, die worden uitgezonden op de 2400MHz- en de 5800MHz-band, tot storingen zullen leiden bij radioastronomie. Aangezien zij radiogolven uit de ruimte willen ontvangen, vrezen zij dat ze geen onderscheid zullen kunnen maken tussen de radiogolven afkomstig van Google’s ballonnen en andere radiogolven. Google heeft daarom toegezegd zijn ballonnen tijdelijk te zullen uitschakelen als ergens interferentie dreigt.

Maagdenburgstraat 22 7421 ZC Deventer T: 0570-633242 www.daxis.nl [email protected] Daxis Bulletin nr. 65 december 2013

DAXIS BULLETIN december 2013

Recommend Documents