Beleidsvisie 2009-2011 Samen werken aan zorg
Zorgkantoor DWO/NWN
Schiedam, september 2009
Inhoudsopgave Inleiding
3
1
Opdracht zorgkantoren
4
2 2.1 2.2 2.3 2.4
Context Beleid VWS ‘Zeker van zorg, nu en straks’ ‘Glasheldere polis’ Bezuinigingen Toekomst AWBZ na 2012
5 5 5 6 6
3
Missie en visie
7
4 4.1 4.2 4.3 4.3.1 4.4 4.4.1 4.4.2 4.4.3 4.4.4 4.5
Service aan cliënten Cliënt als belangrijke partner en informatiebron Cliënt als toetssteen voor kwaliteit van zorg Empowerment van cliënten Zeven rechten voor de cliënt Informatievoorziening Folders Website Nieuwsbrieven en jaarverslag PGB-informatiebijeenkomsten Aanpalende voorzieningen
9 9 10 10 11 11 11 12 12 12 12
5 5.1 5.1.1 5.1.2 5.1.3 5.2 5.3 5.3.1 5.3.2 5.3.3
Zorginkoop gericht op kwaliteit en ketenzorg Algemeen Uitgangspunten zorginkoop Cliëntgerichtheid Innovatie en nieuwe technologie Kwaliteit Ketenzorg Dementie Palliatieve zorg Ketenzorg ziekenhuizen – AWBZ
14 14 14 14 15 15 16 16 17 17
6 6.1 6.2 6.2.1 6.2.2 6.2.3 6.2.4 6.2.5 6.3 6.3.1
Moderne administratieve organisatie Persoonsgebonden budget AZR Nieuwe versie AZR Zorgservices Zorgatlas Verbinden van AZR en POINT Zorgtoewijzing en wachtlijstbeheer Persoonsvolgende bekostiging Declareren in de AWBZ
18 18 18 18 18 19 19 19 19 20
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
2
Inleiding Voor u ligt de beleidsvisie voor de periode 2009-2011 van de Zorgkantoren Delft Westland Oostland en Nieuwe Waterweg Noord (Zorgkantoor DWO/NWN). Zorgkantoor DWO/NWN voert onder verantwoordelijkheid van concessiehouder DSW Zorgverzekeraar de Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) uit voor de regio’s DWO en NWN. Deze beleidsvisie schetst de wijze waarop Zorgkantoor DWO/NWN in de komende jaren invulling zal geven aan de landelijke missie van de zorgkantoren en, meer specifiek, aan de ambities behorende bij de drie prestatievelden die het ministerie van VWS in samenspraak met Zorgverzekeraars Nederland (ZN) heeft bepaald. De beleidsvisie dient als richtinggevend kader – een leidraad bij het maken van keuzes en het stellen van prioriteiten – en draagt tevens bij aan het intern en extern positioneren van het zorgkantoor. Het zorgkantoor heeft regelmatig contact met de zorginstellingen uit de regio’s DWO en NWN, cliëntenraden van deze zorginstellingen, cliëntenorganisaties, (vertegenwoordigers van) cliënten, gemeenten, woningbouwcorporaties en andere stakeholders. De inspirerende gesprekken die de afgelopen periode met hen zijn gevoerd hebben deze beleidsvisie mede vormgegeven, evenals de input van de beleidsdag die het zorgkantoor in 2009 voor de eigen medewerkers georganiseerd heeft. De beleidsvisie is ter goedkeuring voorgelegd aan de Raad van Advies van Zorgkantoor DWO/NWN. De beleidsvisie wordt vastgesteld voor een periode van drie jaar (2009-2011). Voor deze periode heeft het ministerie van VWS de concessie van de zorgkantoren verlengd. Dit betekent dat de zorgkantoren de komende jaren verantwoordelijk blijven voor de uitvoering van de AWBZ in hun zorgkantoorregio. De nieuwe concessieperiode vormt voor Zorgkantoor DWO/NWN de aanleiding om de bestaande beleidsvisie te herzien. Bij de concessieverlenging heeft het ministerie van VWS de zorgkantoren een opdracht meegegeven. In deze opdracht zijn de taken van de zorgkantoren benoemd in drie prestatievelden: • Service aan cliënten • Zorginkoop gericht op kwaliteit en ketenzorg • Moderne administratieve organisatie In de beleidsvisie formuleert het zorgkantoor voor de periode 2009-2011 voor elk van deze prestatievelden een aantal speerpunten. Deze speerpunten worden jaarlijks vertaald in concrete actiepunten, die worden vastgelegd in het jaarplan, het zorginkoopbeleid en eventuele specifieke notities. Leeswijzer Na een korte omschrijving van de publieke opdracht van de zorgkantoren, schetsen wij in deze beleidsvisie eerst een beeld van de context waarin het zorgkantoor opereert en de belangrijkste algemene ontwikkelingen die momenteel spelen binnen de AWBZ. Hierna volgen de missie en visie van het zorgkantoor. De daarop volgende hoofdstukken zijn gewijd aan de speerpunten van het zorgkantoor; deze vloeien voort uit de ontwikkelingen, de missie en de opdracht van VWS. De speerpunten zijn onderverdeeld naar de drie prestatievelden: service aan cliënten, zorginkoop gericht op kwaliteit en ketenzorg en moderne administratieve organisatie.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
3
1
Opdracht zorgkantoren
Zorgkantoren dienen uitvoering te geven aan alle taken die zijn opgenomen in de uitvoeringsopdracht 2009-2011, zoals die is overeengekomen tussen het ministerie van VWS en de zorgverzekeraars. De belangrijkste publieke taken van het zorgkantoor zijn op dit moment: • • •
•
•
Uitvoeren van de AWBZ volgens de huidige wet- en regelgeving; Informatievoorziening op het gebied van de AWBZ en het zorgaanbod aan AWBZcliënten; Zorgtoewijzing en wachtlijstbeheer. Dit houdt in het bevorderen dat cliënten op de wachtlijst voor AWBZ-zorg zo snel mogelijk zorg ontvangen en het beschikbaar stellen van regionale informatie over de omvang en doorlooptijd van de wachtlijst; Zorginkoop. Hieronder wordt verstaan het inkopen van voldoende, doelmatige en kwalitatief hoogwaardige zorg, waarbij de continuïteit van de AWBZ-zorg in de regio geborgd is; Registratie en verantwoording: de registratie en monitoring van de geïndiceerde en de geleverde zorg en het afleggen van verantwoording over het gebruik van AWBZ-middelen.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
4
2
Context
Het is belangrijk om voorafgaand aan de beleidsvisie eerst de context te schetsen waarin het zorgkantoor opereert. Dit hoofdstuk beschrijft de belangrijkste ontwikkelingen binnen de AWBZ die het handelen van het zorgkantoor beïnvloeden en de overheidsplannen voor de periode 20092011. 2.1 Beleid VWS ‘Zeker van zorg, nu en straks’ In 2008 heeft de Sociaal Economische Raad (SER) op verzoek van de staatssecretaris van VWS een advies uitgebracht over de toekomst van de AWBZ op de lange termijn1. In dit advies pleit de SER voor een fundamentele verbetering van de AWBZ door de omslag naar een meer vraaggestuurde, cliëntgerichte uitvoering. In de brief ‘Zeker van zorg, nu en straks’2 reageert de staatssecretaris van VWS op het SERrapport en zet zij tevens het beleid uiteen voor de komende jaren. Dit beleid richt zich de komende periode op de kernwoorden onbetwistbaarheid en solidariteit. De AWBZ is in de afgelopen jaren fors gegroeid en kent veel onbedoeld gebruik. Bovendien is er veel overlap met andere domeinen. Om de solidariteit en houdbaarheid, in het bijzonder voor de meest kwetsbare mensen, op termijn te waarborgen zal het ministerie een aantal maatregelen nemen. In haar brief formuleert de staatssecretaris een aantal uitgangspunten: • Versterking van de positie van de cliënt: het laten aansluiten van zorg en financiering bij de wensen en behoeften van cliënten; • Keuzevrijheid en diversiteit in wonen: via het inkoopbeleid bijdragen aan meer keuzemogelijkheden voor cliënten op het vlak van huisvesting; • Verbeteren van de kwaliteit van zorg en bevorderen van innovatie: bevorderen van ketenzorg over de grenzen van cure en care, kleinschalig wonen en innovatieve projecten; • Bestendigen van solidariteit en financiële houdbaarheid: omslag maken naar een cliëntgerichte uitvoering als voorwaarde voor toekomstige overhevelingen van zorg; • Verminderen van bureaucratie door kwaliteit en eenvoud van de uitvoering. 2.2 ‘Glasheldere polis’ De komende jaren wordt er gewerkt aan een herziening van de AWBZ. De AWBZ moet (weer) een sociale verzekering worden, gericht op het verlenen van langdurige zorg die niet primair op herstel gericht is. Het gaat hierbij om de zorg die samenhangt met blijvende en niet-omkeerbare aandoeningen en daarmee gepaard gaande beperkingen. Een van de overheidsmaatregelen is het aanscherpen van de AWBZ-aanspraken, de zogenaamde ‘glasheldere polis’. Tot voor kort waren de aanspraken binnen de AWBZ dusdanig ruim geformuleerd, dat er veelvuldig onbedoeld en ongewenst gebruikt plaatsvond. Hierdoor ontstond de noodzaak de collectief gefinancierde AWBZ-zorg toe te spitsen op echt noodzakelijke langdurige zorg. De glasheldere polis moet duidelijk maken wie waar en onder welke
1 2
Sociaal Economische Raad (2008) Langdurige zorg verzekerd: Over de toekomst van de AWBZ Ministerie van VWS (2008) Zeker van zorg, nu en straks
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
5
omstandigheden een verzekerd recht heeft op AWBZ-zorg en gaat onbedoeld gebruik van deze zorg tegen. Een glasheldere AWBZ-polis draagt bij aan de adequate afbakening van de AWBZ ten opzichte van aanpalende beleidsdomeinen, zoals onderwijs- en arbeidsmarktvoorzieningen voor mensen met beperkingen en jeugdzorg. Deze afbakening gaat overlap tussen de verschillende regelingen (AWBZ, Zorgverzekeringswet (Zvw) en Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo)) tegen en bevordert de samenhang en afstemming tussen de domeinen. In dit kader vinden er deze concessieperiode overhevelingen plaats vanuit de AWBZ: herstelgerichte zorg wordt overgeheveld naar de Zvw; de ‘sociale hulp- en dienstverlening’ verdwijnt naar de Wmo. Verder is het de bedoeling dat de scheiding van wonen en zorg waar mogelijk verder doorgevoerd wordt, wat in samenhang met de invoering van de zorgzwaartebekostiging zal leiden tot innovaties op het snijvlak van wonen, zorg en welzijn. 2.3 Bezuinigingen Het tekort in de overheidsfinanciën en meer in het bijzonder binnen de AWBZ is een externe factor die het handelen van het zorgkantoor beïnvloedt. De AWBZ staat als stelsel onder druk, aangezien de opbrengsten uit verzekeringspremies ontoereikend zijn om de almaar stijgende AWBZ-kosten te kunnen financieren. Hier komt nog bij dat de overheid zich door de economische crisis genoodzaakt ziet fors in te grijpen op de staatsuitgaven. De ambities, die voor de komende concessieperiode landelijk zijn benoemd, houden hiermee geen rekening. Op dit moment ziet het ernaar uit dat er zowel in 2010 als in 2011 bezuinigingen zullen worden uitgevoerd op de AWBZ. Het kabinet heeft hiertoe de ambtelijke werkgroep langdurige zorg aangewezen, die de opdracht heeft om 20% te bezuinigen op de AWBZ. De pakketmaatregelen die het kabinet elk jaar op Prinsjesdag bekend maakt, vormen onderdeel van deze bezuinigingen. 2.4 Toekomst AWBZ na 2012 Op het moment van schrijven van deze beleidsvisie is het nog onduidelijk wat er na het verstrijken van de huidige concessieperiode met de AWBZ gaat gebeuren. Zorgverzekeraars hebben ingezet op een overgang van de uitvoering van de AWBZ door de regionale zorgkantoren naar uitvoering door de individuele verzekeraars. Het is dan ook mogelijk dat zorgverzekeraars vanaf 2012 de AWBZ voor hun eigen verzekerden gaan uitvoeren. Op 1 april 2010 neemt het ministerie van VWS hierover een besluit. Mocht deze overgang doorgaan, dan betekent dit dat de zorgkantoren ophouden te bestaan. De meeste werkzaamheden van de zorgkantoren zullen echter niet verdwijnen, al is het waarschijnlijk dat er hierbij de nodige accentverschuivingen zullen optreden. Tegelijkertijd is een proces ingezet van geleidelijke overheveling van gedeeltes van de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet. Het is onvermijdelijk dat deze schuivende panelen de gedragingen van de zorgkantoren zullen beïnvloeden.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
6
3
Missie en visie
Zorgkantoor DWO/NWN hanteert de landelijke missie van de zorgkantoren, zoals die is opgesteld door de gezamenlijke zorgverzekeraars, verenigd in ZN: ‘Het zorgkantoor staat voor een klantgerichte, doelmatige, uniforme en concurrentievrije uitvoering van de AWBZ. Het zorgkantoor geeft op een actieve manier op regionaal niveau inhoud aan het overheidsbeleid. Het zorgkantoor kent de zorg, kent de wensen van cliënten en voert op basis van die kennis transparant en toetsbaar zijn taken uit. De uitvoering is vrij van concurrentie tussen zorgverzekeraars.’ 3 Zowel landelijke als regionale (politieke) invloeden bepalen de ontwikkelingen op het gebied van zorgvraag en zorgaanbod. Deze invloeden vormen samen met de landelijke missie het kader waarbinnen het zorgkantoor zich beweegt. Een belangrijke ‘politieke invloed’ waar het zorgkantoor deze concessieperiode mee te maken krijgt, is de omslag naar een meer cliëntgerichte uitvoering van de AWBZ. De komende jaren wil het zorgkantoor zich dan ook nadrukkelijk verder ontwikkelen tot een cliëntgerichte organisatie – een organisatie die de zorgvraag en zorgbehoeften van de cliënten binnen de regio’s DWO en NWN kent, het zorgaanbod daarop laat aansluiten en die cliënten tevens van voldoende informatie voorziet over de AWBZ en het zorgaanbod. Zorgkantoor DWO/NWN neemt in de AWBZ-zorgketen een unieke positie in. Hierbij ziet het zich geplaatst tussen de cliënt enerzijds en de professionele organisaties die onderdeel uitmaken van de zorgketen anderzijds. Samenwerking met deze ketenpartijen is noodzakelijk om voor cliënten passende en kwalitatief hoogwaardige AWBZ-zorg te realiseren. De visie van Zorgkantoor DWO/NWN luidt dan ook: ‘Zorgkantoor DWO/NWN zet zich in samenwerking met de regionale partijen in voor cliëntgerichte, toegankelijke, doelmatige en kwalitatief hoogwaardige AWBZ-zorg voor cliënten in de regio’s DWO en NWN. Het zorgkantoor schept hiervoor de voorwaarden door als regisseur met zorginstellingen en andere organisaties uit de zorgketen samen te werken. Constructief ondersteunen van contact tussen ketenpartijen en stimuleren van de samenwerkingsrelaties tussen deze partijen zijn hierbij van belang.’ Het zorgkantoor neemt hierbij naast de regisseursrol ook andere rollen aan: • Contractpartner van zorgaanbieders, namens de financier, de cliënt en de uitvoeringsorganen; • Toezichthouder op een juiste besteding van AWBZ-gelden (erop toezien dat de door zorginstellingen geleverde zorg doelmatig en rechtmatig is en voldoet aan de kwaliteitsnormen); • Belangenbehartiger van cliënten en mantelzorgers; • Informatieverstrekker aan verschillende individuele en collectieve deelnemers aan de zorgketen, zoals AWBZ-cliënten, zorgaanbieders, cliëntenraden en –organisaties; • Teamspeler in samenwerkingsrelaties met zorginstellingen, cliëntenraden en -organisaties en gemeenten; 3
Zorgverzekeraars Nederland (2006) Zorgverzekeraars en de AWBZ: Praktijk van de uitvoering
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
7
• •
Stimulator/motivator op het gebied van ketenzorg, innovatie, kwaliteit van zorg en samenwerkingsrelaties tussen de collectieve deelnemers aan de zorgketen; Coach die waar mogelijk knelpunten oplost, zodat individuele partijen beter kunnen functioneren.
Het zorgkantoor zal de missie en visie steeds als toetssteen hanteren bij de uitvoering en evaluatie van zijn wettelijke taken c.q. verantwoordelijkheden. Daarbij zoekt het zorgkantoor aansluiting bij de beleidsterreinen ‘wonen’ en ‘welzijn’ en probeert het samenhang te zoeken met ontwikkelingen in de curatieve zorg.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
8
4
Service aan cliënten
Het zorgkantoor zet deze concessieperiode extra stappen om de zorg, dienstverlening en informatievoorziening zo goed mogelijk af te stemmen op de specifieke wensen en behoeften van cliënten. 4.1 Cliënt als belangrijke partner en informatiebron Cliënten fungeren voor het zorgkantoor als partner in lokaal overleg en vormen bovendien een belangrijke informatiebron voor het zorginkoopbeleid. Bij de uitvoering van de AWBZ hecht het zorgkantoor veel waarde aan het cliëntenperspectief. Door het periodiek consulteren van (vertegenwoordigers van) cliënten verkrijgt het zorgkantoor informatie en gebruikt deze om het eigen beleid aan te laten sluiten op de wensen en behoeften van zorgvragers. Het zorgkantoor organiseert hiertoe jaarlijks een aantal bijeenkomsten met cliëntenraden en – organisaties. Tijdens deze bijeenkomsten informeert het zorgkantoor de partijen over de belangrijkste ontwikkelingen binnen de AWBZ en komen de gewenste verbeterpunten omtrent de zorg ter sprake. Deze input neemt het zorgkantoor vervolgens mee bij het opstellen van diverse beleidsstukken, waaronder het zorginkoopbeleid. Naast de periodieke bijeenkomsten met cliëntenraden en –organisaties treedt het zorgkantoor in overleg met cliënten tijdens themabijeenkomsten. Ook de input die hieruit voortvloeit neemt het zorgkantoor mee in zijn beleid. De input van (vertegenwoordigers van) cliënten helpt het zorgkantoor het zorgaanbod in de regio zo goed mogelijk aan te laten sluiten bij hun wensen en behoeften, wat bijdraagt aan een meer cliëntgerichte uitvoering van de AWBZ. Zorgkantoor DWO/NWN vindt het belangrijk dat cliënten zelf kunnen kiezen hoe en van wie zij hun zorg ontvangen en of deze in hun eigen wijk of in een instelling wordt verkregen. AWBZ-cliënten kunnen hiermee maximale regie uitoefenen over de invulling van hun zorgvraag. Het zorgkantoor streeft ernaar cliënten hierin zo goed mogelijk te ondersteunen. Keuzevrijheid van de cliënt vormt dan ook een speerpunt. Om een verantwoorde keuze mogelijk te maken is het noodzakelijk om cliënten adequate keuzeondersteunende informatie over de beschikbaarheid en kwaliteit van het zorgaanbod te bieden. Transparantie en een goede voorlichting over het AWBZ-zorgaanbod zijn essentieel. Naast input van (vertegenwoordigers van) cliënten over zorginhoudelijke aspecten heeft Zorgkantoor DWO/NWN ook behoefte aan feedback over de eigen dienstverlening. Hiertoe heeft het zorgkantoor begin 2009 het Tympaan Instituut opdracht gegeven voor het uitvoeren van een cliënttevredenheidsonderzoek. De uitkomsten gebruikt het zorgkantoor in de komende concessieperiode om de dienstverlening te optimaliseren. Uit het onderzoek volgt, dat er voor het zorgkantoor verbetermogelijkheden liggen in het vergroten van de naamsbekendheid en het meer toegankelijk maken van de informatievoorziening. Van belang is cliënten beter bekend te maken met het feit, dat het zorgkantoor verantwoordelijk is voor de uitvoering van de AWBZ in de regio’s DWO en NWN, welke taken het hierbij heeft en welke taken onder de verantwoordelijkheid vallen van het indicatieorgaan of de zorgaanbieder.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
9
4.2 Cliënt als toetssteen voor kwaliteit van zorg Cliënten fungeren voor het zorgkantoor als toetssteen voor de kwaliteit van zorg die instellingen leveren. Een belangrijke manier voor het toetsen van de kwaliteit van de zorg vormt de cliëntenraadpleging, die zorginstellingen minimaal eens per twee jaar dienen uit te laten voeren door een onafhankelijke externe organisatie. In dit onderzoek kunnen cliënten hun mening geven over diverse aspecten van de zorg- en dienstverlening van de betrokken instelling. Het zorgkantoor verwacht van aanbieders dat zij de uitkomsten van de cliëntenraadpleging bespreken met de cliëntenraden, waarbij verbeterpunten vastgelegd en uitgewerkt worden in een plan van aanpak. Kwaliteit van de zorg kan ook worden afgemeten aan de klachten die cliënten uiten over de zorg of bejegening in een zorginstelling. Cliënten kunnen hiervoor terecht bij de onafhankelijke klachtencommissie, die elke instelling dient te hebben. Als het zorgkantoor op de hoogte wordt gebracht van een klacht over een instelling, dan volgt het deze klacht actief. De afhandeling van klachten wordt door de instelling beschreven in het jaardocument. Het zorgkantoor monitort de hoeveelheid klachten per instelling in het kader van het Early Warning Systeem (EWS)4 en brengt opvallende stijgingen aan de orde tijdens de tweejaarlijkse directieoverleggen. Het zorgkantoor zoekt op het gebied van klachten over de kwaliteit van zorg ook de samenwerking met de cliëntenraden van de zorginstellingen in de regio, alsook met cliëntenorganisaties zoals Zorgbelang. Uit het onderzoeksrapport ‘Invloed consumenten op kwaliteit AWBZ-zorg’5 blijkt overigens dat er in de AWBZ erg weinig geklaagd wordt. Cliënten zijn bang dat het indienen van een klacht de kwaliteit van de zorg of bejegening negatief zal beïnvloeden; cliëntenraden vrezen dat door eventuele klachten met het zorgkantoor te bespreken de zorginstelling gekort wordt op de financiering. Het zorgkantoor zoekt naar mogelijkheden om voor zowel cliënten als cliëntenraden klachten makkelijker bespreekbaar te maken. Het zorgkantoor stimuleert zorgaanbieders zoveel mogelijk aan te sluiten bij de wensen van de cliënt, bijvoorbeeld wanneer het gaat om momenten van zorglevering, afstemming met mantelzorg, maximaal aantal hulpverleners en keuzemogelijkheden bij de maaltijdvoorziening. Cliënten hebben aldus een belangrijke stem in de zorg die de instellingen leveren. 4.3 Empowerment van cliënten Het zorgkantoor streeft ernaar de positie van de cliënt te versterken. Zo wil het zorgkantoor bevorderen dat AWBZ-cliënten meer invloed kunnen uitoefenen op de zorg die zij ontvangen. ‘Empowerment’ van cliënten is hierbij van belang. Empowerment houdt in dat cliënten zich bewust worden van de rechten die zij hebben en de mogelijkheden tot inspraak waarover zij beschikken. Een belangrijk instrument voor empowerment van cliënten vormt de cliëntenraad. Via de cliëntenraad is de (mede)zeggenschap van cliënten wettelijk geregeld. Een vertegenwoordiging van cliënten en mantelzorgers denkt en praat mee over allerlei zaken die spelen binnen de zorginstelling. Voor diverse besluitvormingsprocessen van zorgaanbieders, bijvoorbeeld op het 4 Het EWS is een instrument om inzicht te verkrijgen in het functioneren van instellingen, zowel op financiële als niet-financiële indicatoren. 5 Nederlandse Zorgautoriteit (2008) Onderzoeksrapport ‘Invloed consumenten op kwaliteit AWBZ-zorg’
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
10
gebied van nieuwbouw, is bovendien instemming van de cliëntenraad vereist. Het zorgkantoor streeft ernaar cliëntenraden zo goed mogelijk te informeren over hun rechten en stimuleert de raden zoveel mogelijk gebruik te maken van hun inspraakmogelijkheden. Ook gaat het zorgkantoor met de raden in gesprek over de uitslagen van de instellingen wat betreft de kwaliteitskaders verantwoorde zorg. Hiertoe wil het zorgkantoor goed contact onderhouden met de cliëntenraden en zoekt hierbij naar nieuwe mogelijkheden of overlegvormen die aansluiten op de wensen en behoeften van de raden. Ondermeer kunnen er tripartite overleggen georganiseerd worden. Dit zijn gesprekken waarbij zowel de zorginstelling, de cliëntenraad als het zorgkantoor vertegenwoordigd zijn. Het zorgkantoor wil cliëntenraden echter ook de mogelijkheid bieden tot één op één overleggen tussen zorgkantoor en cliëntenraad. Overigens stelt het zorgkantoor zich zo flexibel mogelijk op richting cliëntenraden daar waar het tijd en plaats van overleg betreft, opdat de contacten door hen niet als belastend ervaren worden. 4.3.1 Zeven rechten voor de cliënt In het programma ‘Zeven rechten voor de cliënt’6 benoemt het ministerie van VWS zeven elementen die cruciaal zijn voor het leveren van veilige zorg aan cliënten. Deze elementen zijn weergegeven als rechten: • • • • • • •
Het recht op beschikbare en bereikbare zorg; Het recht op keuze en het recht op keuze-informatie; Het recht op kwaliteit en veiligheid; Het recht op informatie, toestemming, dossiervorming en privacy; Het recht op afstemming tussen zorgverleners; Het recht op een effectieve en laagdrempelige klacht- en geschillenbehandeling; Het recht op medezeggenschap en goed bestuur.
Om deze rechten te verankeren en om transparantie van de kwaliteit van zorg te bevorderen is wetgeving noodzakelijk. Aangezien de beleidsvoornemens van VWS tot het versterken van de positie van de cliënt ertoe leiden dat de bestaande wetten niet in ongewijzigde vorm kunnen blijven bestaan, is momenteel de nieuwe Wet cliëntrecht zorg (Wcz) in voorbereiding. Het is de bedoeling dat deze wet in 2011 in werking treedt. Zodra deze wet van kracht is, zal het zorgkantoor daar waar nodig beleid ontwikkelen om cliënten bij te staan in het verzilveren van hun rechten. 4.4 Informatievoorziening Heldere en actuele informatievoorziening is een belangrijk onderdeel van de service aan cliënten. Deze informatievoorziening vindt via verschillende media plaats. 4.4.1 Folders Het zorgkantoor publiceert drie informatiefolders voor AWBZ-cliënten: ‘De AWBZ zorgroute’, ‘Het AWBZ zorgaanbod’ en ‘Klachten en bezwaren’. Deze folders worden regelmatig vernieuwd en geactualiseerd, waarbij het zorgkantoor aandacht besteedt aan duidelijk en eenvoudig taalgebruik. Het zorgkantoor streeft ernaar deze concessieperiode nog een vierde folder uit te brengen, met hierin informatie over zorgzwaartepakketten (ZZP’s) en het ZZP-aanbod in de
6
Ministerie van VWS (2008) Programma ‘Zeven rechten voor de cliënt in de zorg: Investeren in de zorgrelatie’
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
11
regio. Vanwege de invoering van de zorgzwaartepakketten is het de verwachting dat hieraan behoefte zal zijn bij cliënten met een indicatie voor intramurale zorg. Om AWBZ-cliënten beter bekend te maken met het zorgkantoor, de AWBZ en het zorgaanbod in de regio start het zorgkantoor in 2009 met het automatisch verzenden van informatiefolders aan nieuwe cliënten. Vooralsnog gaat het om een pilot. Indien de evaluatie van deze pilot positief uitpakt, zal het automatisch verzenden van folders aan nieuwe cliënten worden voortgezet. 4.4.2 Website Deze concessieperiode start het zorgkantoor met het planmatig periodiek herzien van de website, die bereikbaar is via www.zorgkantoordwo.nl en www.zorgkantoornwn.nl. De website kent een apart gedeelte voor zorgvragers en voor professionals in de zorg. Het regelmatig actualiseren van de website is van groot belang, aangezien het zorgkantoor de bezoekers van zijn website graag van actuele informatie wil voorzien. Het zorgkantoor werkt tevens aan uitbreiding van de Zorgatlas. Dit is een zoekfunctie op de website, die cliënten de mogelijkheid biedt om zich te oriënteren op het aanbod van AWBZ-zorg in de regio’s DWO en NWN (zie paragraaf 6.2.3). 4.4.3 Nieuwsbrieven en jaarverslag Naast de folders en de website voorziet het zorgkantoor cliëntenraden en –organisaties, zorginstellingen en gemeenten van informatie via nieuwsbrieven en jaarverslagen. Het zorgkantoor streeft ernaar de thema’s van zowel jaarverslag als nieuwsbrieven aan te laten sluiten bij de actualiteit en de doelgroep. 4.4.4 PGB-informatiebijeenkomsten Het zorgkantoor organiseert periodiek informatiebijeenkomsten over het persoonsgebonden budget (PGB). Deze bijeenkomsten zijn bedoeld om nieuwe PGB-houders te informeren over de PGB-regeling en alle bijbehorende rechten en plichten en om eventuele vragen te beantwoorden. Het zorgkantoor kiest ervoor deze bijeenkomsten zelf te organiseren, maar verwijst op de website tevens naar andere organisaties die informatiebijeenkomsten verzorgen in de regio, zoals MEE, Per Saldo, Naar-Keuze en het Landelijk Steunpunt Wonen. Het zorgkantoor streeft naar een verdere professionalisering van de informatie- en adviesfunctie. Dit betekent dat het zorgkantoor het dienstverleningsniveau verder zal ontwikkelen en dat het investeert in de transparantie van de ingekochte zorg. 4.5 Aanpalende voorzieningen Omdat AWBZ-cliënten naast AWBZ-zorg vaak ook gebruik maken van andere voorzieningen op het gebied van wonen, zorg en welzijn, zoekt het zorgkantoor de samenwerking met aanpalende domeinen. Het zorgkantoor heeft op een aantal terreinen raakvlakken met de gemeenten en zorgverzekeraars. De overhevelingen vanuit de AWBZ naar de Wmo en de Zvw hebben dit nog versterkt. Om cliënten niet de dupe te laten worden van schotten tussen de zorgonderdelen, is een goede afstemming tussen zorgkantoren / zorgverzekeraars en gemeenten van belang. In de concessieperiode 2009-2011 streeft Zorgkantoor DWO/NWN ernaar de contacten op diverse bestuurlijke niveaus met de gemeenten in de regio te versterken. De voornaamste ambitie hierbij is te zoeken naar afstemming op het gebied van wonen, zorg en welzijn en op het gebied
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
12
van informatievoorziening. Het streven is om met de gemeenten te komen tot gezamenlijke vormen van informatievoorziening over Wmo, Zvw en AWBZ, zodat de cliënt voor alle informatie en vragen niet langs meerdere loketten hoeft. In dat kader zoekt het zorgkantoor ook de samenwerking met landelijke websites als kiesBeter.nl en Regelhulp. Behalve met gemeenten, heeft het zorgkantoor ook de ambitie om op het gebied van informatievoorziening de samenwerking aan te gaan met huisartsen(praktijken). De huisarts vormt immers voor veel potentiële AWBZ-cliënten de eerste ingang tot zorg. Het zorgkantoor vindt het belangrijk dat huisartsen in staat zijn potentiële AWBZ-cliënten goed voor te lichten over vervolgstappen richting AWBZ-zorg. Huisartsen(praktijken) krijgen daarom de informatiefolders van het zorgkantoor toegezonden en worden gestimuleerd deze aan hun patiënten ter beschikking te stellen. Daarnaast wil het zorgkantoor de huisartsen periodiek gaan informeren over de mogelijkheden binnen en het aanbod aan AWBZ-zorg in de regio. In eerste instantie zal het zorgkantoor hiertoe de samenwerking zoeken met de Zorggroep Eerste Lijn (ZEL), een overkoepelende organisatie van huisartsen. Op het gebied van Care- en Cure-projecten werkt het zorgkantoor tevens samen met DSW Zorgverzekeraar. Deze samenwerking komt bijvoorbeeld tot uiting in ketenzorgprojecten.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
13
5
Zorginkoop gericht op kwaliteit en ketenzorg
5.1 Algemeen Een van de belangrijkste taken van het zorgkantoor is het inkopen van voldoende, kwalitatief goede en doelmatig georganiseerde zorg, waarbij de continuïteit van de AWBZ-zorg in de regio geborgd is. Dit volgt uit de landelijke missie van de zorgkantoren en staat omschreven in de uitvoeringsopdracht 2009-2011. Voor een goede zorginkoop is het van belang dat het zorgkantoor onderzoekt welke zorg in de regio nodig is en welke speerpunten daarbij geformuleerd worden. Hiertoe voert Zorgkantoor DWO/NWN elk jaar een regionale marktanalyse uit en raadpleegt het diverse partijen, zoals cliënten, cliëntenraden en –organisaties, zorginstellingen en gemeenten. Het zorgkantoor bestudeert in dit kader ook diverse documenten, waaronder de beleidsregels van de NZa. De afspraken rondom de zorginkoop in de regio zijn vastgelegd in het zorginkoopbeleid dat het zorgkantoor jaarlijks publiceert. 5.1.1 Uitgangspunten zorginkoop Het beleid van het zorgkantoor is erop gericht de zelfstandigheid en zelfredzaamheid van mensen zoveel mogelijk te handhaven in alle omstandigheden en in alle levensfasen. Hierbij streeft het zorgkantoor naar een optimale balans tussen de kwaliteit van zorg, de continuïteit van zorg en een doelmatige besteding van AWBZ-middelen. Het zorgkantoor zet zich in voor de bereikbaarheid van zorg door onder meer het bevorderen van een goede spreiding van voorzieningen en het contracteren van voldoende zorgaanbod voor specifieke cliëntgroepen. De keuzevrijheid van de cliënt waarborgt het zorgkantoor door zorg te contracteren die beantwoordt aan de zorgvraag van de cliënt. Het zorgkantoor hanteert bij de zorginkoop de volgende uitgangspunten: • Geld-volgt-klant principe • Transparantie, objectiviteit en non-discriminatie • Samenwerking boven concurrentie • Voldoende keuzevrijheid voor cliënten • Kwaliteit • Doelmatigheid • Innovatie 5.1.2 Cliëntgerichtheid Zorgkantoor DWO/NWN hecht groot belang aan de inbreng van cliënten bij het opstellen van het zorginkoopbeleid. Het is immers voor hen dat het zorgkantoor AWBZ-zorg inkoopt, en het is belangrijk dat de ingekochte zorg aansluit bij hun behoeften en wensen. Om die reden houdt het zorgkantoor elk jaar een consultatie van cliënten, cliëntenraden en – organisaties ten behoeve van de zorginkoop. Tijdens deze jaarlijkse consultatie verkrijgt het zorgkantoor input vanuit cliëntenperspectief over de behoeftes aan zorg, de ervaren lacunes en eventuele verbeterpunten. Deze input van cliëntvertegenwoordigers wordt vertaald naar de speerpunten die het zorgkantoor formuleert in het zorginkoopbeleid.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
14
5.1.3 Innovatie en nieuwe technologie Het zorgkantoor zet de komende jaren in op het stimuleren van nieuwe technologie en innovatie. Dit is van belang, gezien de verwachting dat in de toekomst de vraag naar AWBZ-zorg alleen maar zal toenemen door onder andere vergrijzing en de toename van het aantal chronisch zieken. In combinatie met de verwachte arbeidskrapte is innovatie van het zorgaanbod nodig om ook in de toekomst voldoende kwalitatief goede zorg te kunnen leveren. Te denken valt bijvoorbeeld aan nieuwe technologieën zoals domotica, de zogenaamde ‘huiselijke elektronica’ die zorgtaken, communicatie, ontspanning en andere huiselijke bezigheden makkelijker maken voor de cliënt en hiermee bijdragen aan hun zelfstandigheid. Het zorgkantoor ziet domotica als een manier om extramuralisering en het langer zelfstandig blijven wonen te stimuleren. Ook het ontwikkelen van zorg voor nieuwe doelgroepen of vernieuwende vormen van zorg stimuleert het zorgkantoor als innovatie. Zorgaanbieders zelf hebben de taak om de inhoud en organisatie van het zorgaanbod aan te laten sluiten bij de behoeften en wensen van de cliënt. Het zorgkantoor heeft hierin een stimulerende rol: het zorgkantoor zal zorgaanbieders aanmoedigen initiatieven te ontplooien op het gebied van nieuwe technologie en innovatie die leiden tot betere en/of goedkopere vormen van zorg. Voor het ontwikkelen van nieuwe producten zoekt het zorgkantoor de samenwerking met andere partijen, zoals zorgverzekeraars, gemeenten en woningbouwcorporaties. 5.2 Kwaliteit Zorgkantoor DWO/NWN streeft voortdurend naar een goede kwaliteit van zorg: het is belangrijk dat het zorgaanbod en de zorgvraag op elkaar zijn afgestemd en dat de ingekochte zorg van een voldoende kwaliteit is. De ervaring door cliënten neemt hierbij een steeds belangrijkere plaats in. Het zorgkantoor ziet cliënten als belangrijke graadmeter voor de kwaliteit van zorg. De afgelopen jaren is in de discussies rondom inkoop van zorg door zorgkantoren vooral de ‘systeemkwaliteit’ benadrukt. De kwaliteit van een zorgaanbieder werd getoetst aan het wel of niet hebben van een (HKZ-)certificaat. Deze concessieperiode maken zorgkantoren hierin een omslag. Het behaald hebben van een kwaliteitscertificaat verdwijnt geleidelijk naar de achtergrond en de zorgkantoren gaan zich aansluiten bij de landelijke kwaliteitskaders die in de verschillende sectoren ontwikkeld worden/zijn. Aldus groeien we toe naar een beoordeling die veel meer op uitkomsten is gebaseerd en niet meer op het op orde hebben van procedures. Het zorgkantoor zet in op een integrale aanpak van kwaliteit en stimuleert dat alle zorgaanbieders een kwaliteitssysteem hanteren, waarin het landelijke kwaliteitskader (voor zover dit ingevoerd is) van de betreffende sector geïntegreerd is. Op het gebied van waarborging van kwaliteit van zorg voeren de zorgkantoren een gezamenlijk beleid, zodat zorgaanbieders in heel Nederland aan dezelfde kwaliteitseisen moeten voldoen. De kwaliteitskaders verantwoorde zorg bevatten sectorspecifieke indicatoren (zowel zorginhoudelijk als cliëntgebonden) die – in een jaarlijkse zelfrapportage van zorgaanbieders – meten in hoeverre de aanbieder erin slaagt verantwoorde zorg te leveren; dat wil zeggen zorg van goed niveau, die in ieder geval doeltreffend, doelmatig, veilig en cliëntgericht verleend wordt en die naar redelijkheid is afgestemd op de behoefte van de cliënt. Naast de sectorspecifieke indicatoren omvat het kwaliteitskader verantwoorde zorg ook de cliëntenraadpleging, die de zorgaanbieder minimaal tweejaarlijks dient uit te laten voeren door een onafhankelijke externe organisatie. Het zorgkantoor vindt dat het uitvoeren van een cliëntenraadpleging alleen niet voldoende is en stimuleert aanbieders om de uitkomsten van de
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
15
cliëntenraadpleging te bespreken met cliëntenraden, waarbij verbeterpunten vastgelegd en uitgewerkt worden in een verbeterplan. De zorgkantoren hebben afgesproken bij het toetsen van de kwaliteit rondom de zorginkoop zo min mogelijk specifieke informatie bij de zorgaanbieders op te vragen. De voornaamste informatie moet komen uit beschikbare bronnen zoals het jaardocument, de vermeldingen op sites als kiesBeter.nl of de rapporten van de Inspectie voor de Gezondheidszorg (IGZ). 5.3 Ketenzorg Zorgkantoor DWO/NWN hecht veel waarde aan de samenwerking tussen zorgaanbieders rondom ziektebeelden, waarbij elke partij de eigen expertise meeneemt. Op die manier is het mogelijk om voor de cliënt betere kwaliteit van zorg te realiseren. Ketenzorg vormt daarom al enkele jaren een speerpunt in het beleid. De definitie van ketenzorg die het zorgkantoor hanteert is: Ketenzorg is een integraal aanbod van zorg en ondersteuning, afgestemd op de gezondheidsproblemen van de cliënt en op de behoefte van het bredere cliëntsysteem.7 Als uitgangspunt voor ketenzorg geldt de behoefte van de cliënt. Het is belangrijk dat het zorgtraject tussen de verschillende zorgaanbieders voor de cliënt goed georganiseerd is en dat de verschillende zorgprocessen waarmee hij of zij te maken heeft netjes op elkaar aansluiten, zodat er een goed afgestemde keten ontstaat onder leiding van een ketenregisseur. Samenwerking tussen partijen is essentieel bij de totstandkoming van integrale ketenzorg om zo goed mogelijk aan de wensen en behoeften van cliënten te voldoen. De cliënt mag niet geconfronteerd worden met een gebrek aan samenhang in de zorgketen. Het zorgkantoor streeft ernaar dat ketenzorg op een doelmatige wijze wordt uitgevoerd. Van zorgaanbieders wordt verwacht dat zij een actieve inbreng hebben in het tot stand brengen en in stand houden van ketens. Daartoe is er sprake van geformaliseerde samenwerkingsafspraken tussen de betrokken partijen over de samenhang en continuïteit van zorg. Regelmatig onderhoud aan ketens is van belang, opdat deze toekomstbestendig blijven. In de regio’s DWO en NWN zijn er ketens op het gebied van dementie, COPD, hartfalen, orthopedie, CVA, Parkinson en palliatieve zorg. Hieronder volgt een korte visie op verschillende van deze ketens. 5.3.1 Dementie Dementiezorg is al jaren een belangrijk aandachtpunt van het zorgkantoor. Initiatieven op het gebied van dementiezorg worden landelijk op verschillende manieren gestimuleerd, onder andere vanuit de beleidsregel ‘Ketenzorg dementie’. Het zorgkantoor bevordert de ontwikkeling en optimalisatie van dementieketens binnen de regio’s DWO en NWN, zodat er voor mensen met dementie een samenhangend zorgaanbod ontstaat. Het zorgkantoor vindt het belangrijk in de dementieketen samen te werken met gemeenten en welzijnsorganisaties. Dit om mantelzorgondersteuning breed doorheen de keten te organiseren en te zorgen voor voldoende spreiding van ontmoetingscentra, waar mensen met dementie overdag terecht kunnen voor ondersteuning. De aandacht van het zorgkantoor gaat tevens uit naar respijtzorg, ofwel de tijdelijke overname van zorg door professionals of vrijwilligers om de mantelzorger te ontlasten. Cliëntenorganisaties constateren namelijk een tekort aan deze 7
Ministerie van VWS, Zorgverzekeraars Nederland, Alzheimer Nederland (2009) Leidraad Ketenzorg Dementie
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
16
respijtzorg. Het zorgkantoor wil tevens bewegingsprogramma’s voor dementerende ouderen binnen de dagbehandeling stimuleren. 5.3.2 Palliatieve zorg Palliatieve zorg is een vorm van zorg die de kwaliteit van het leven verbetert van cliënten en hun naasten die te maken hebben met een levensbedreigende aandoening, door het voorkomen en verlichten van lijden, door middel van vroegtijdige signalering en zorgvuldige beoordeling en behandeling van pijn en andere problemen van lichamelijke, psychosociale en spirituele aard.8 Palliatieve zorg beslaat doorgaans een relatief korte periode van zorgverlening. De setting van de zorgverlening, in een huiselijke omgeving, is afgestemd op het terminale proces en het bieden van beschutting en veiligheid aan de cliënt. Zorgkantoor DWO/NWN stimuleert de realisatie van voldoende palliatieve capaciteit in de regio, zowel intra- als extramuraal. Het zorgkantoor vindt het daarbij belangrijk dat de aangeboden palliatieve zorg kwalitatief hoogstaand, betaalbaar, toegankelijk, klantvriendelijk en efficiënt is en streeft bovendien naar voldoende variëteit. Het zorgkantoor is, in het kader van de diversiteit, een voorstander van de realisatie van hospices. Hierbij is het belangrijk dat deze over een stabiele financieringsbasis beschikken. Naast hospices zijn er binnen de regio’s DWO en NWN ook andere mogelijkheden op het gebied van palliatieve zorg, zoals opname op een palliatieve afdeling van een verzorgings- of verpleeghuis of palliatieve zorg in de thuissituatie. 5.3.3 Ketenzorg ziekenhuizen – AWBZ Het zorgkantoor stimuleert al enkele jaren de totstandkoming van effectieve en doelmatige ketens tussen ziekenhuizen en AWBZ-zorgaanbieders. Patiënten die na een ziekenhuisopname medisch uitbehandeld zijn verklaard, maar die nog niet meteen naar huis kunnen, kunnen aanspraak maken op revalidatiezorg. Deze vorm van herstelgerichte zorg is de laatste jaren flink gegroeid. De noodzaak voor ketens tussen ziekenhuis en AWBZ-zorg wordt breed gevoeld: patiënten moeten niet langer dan strikt noodzakelijk op een ziekenhuisbed liggen; het ziekenhuis is geen geschikte omgeving voor revalidatie. Bovendien is er sprake van ondoelmatigheid wanneer patiënten dure ziekenhuisbedden bezet houden. Voor de patiënten zelf is het belangrijk dat er goede afspraken zijn tussen ziekenhuis en vervolgzorg. Op die manier is het mogelijk ketens ofwel zorgpaden te vormen en ziekenhuis en revalidatie naadloos op elkaar aan te laten sluiten. Het zorgkantoor streeft naar optimalisatie van de ketens. Zaken die hierbij aan de orde komen zijn onder andere het zorgen voor voldoende verpleeghuiscapaciteit, het opstellen van regionale protocollen en het ondersteunen van het uitstroomproces via ICT-systemen.
8
WHO (2002) WHO Definition of Palliative Care
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
17
6
Moderne administratieve organisatie
Een belangrijk uitgangspunt in het beleid van het ministerie van VWS is het verminderen van de bureaucratie door kwaliteit en eenvoud in de uitvoering van de AWBZ. Zorgkantoren dienen deze concessieperiode te komen tot een zo min mogelijk bureaucratische uitvoering van de AWBZ, waarin scherpe, resultaatgerichte afspraken centraal staan. Het voeren van een moderne administratieve organisatie speelt hierbij een belangrijke rol. Het voeren van een moderne administratieve organisatie omvat de uitvoering van de regeling Persoonsgebonden Budget (PGB), het administratieve proces rondom de financiering van zorginstellingen en de werkzaamheden inzake de zorgregistratie en zorgtoewijzing, waarbij het AZR het ondersteunende systeem is. In dit hoofdstuk beschrijft Zorgkantoor DWO/NWN de ambities die het op dit gebied heeft voor de concessieperiode 2009-2011. 6.1 Persoonsgebonden budget Het persoonsgebonden budget biedt cliënten de mogelijkheid zelf zorg in te kopen bij een zorgverlener van keuze. Dit kan voor cliënten een belangrijke meerwaarde betekenen voor hoe zij de zorg ervaren. Het zorgkantoor vindt het belangrijk cliënten goed voor te lichten over de rechten en plichten die het PGB met zich meebrengt, zodat zij een gedegen keuze kunnen maken tussen het PGB en zorg in natura. Samen met het College voor zorgverzekeringen (CVZ) en het ministerie van VWS wordt geijverd voor strengere screeningsregels bij PGB-aanvragen. Dit om fraude en misbruik te voorkomen. Wat betreft de administratieve organisatie van het PGB werkt het zorgkantoor aan een vernieuwing van de ICT-systemen die het PGB-proces ondersteunen. Digitaliseren van de papieren stroom en de mogelijkheid voor cliënten om via internet formulieren in te dienen neemt het zorgkantoor in dit proces mee, evenals een vereenvoudiging van de brieven en formulieren. De ambitie is om het nieuwe systeem op 1 januari 2011 in gebruik te hebben. 6.2 AZR Alle partners uit de AWBZ-zorgketen – indicatieorganen, zorgkantoren en zorgaanbieders – maken gebruik van het AWBZ-brede zorgregistratiesysteem (AZR), een systeem voor het registreren en uitwisselen van berichten tussen deze organisaties. Omdat Zorgkantoor DWO/NWN het AZR zelf ontwikkelt, kunnen de mogelijkheden van het systeem breed toegepast worden en is het mogelijk diverse applicaties aan het AZR te koppelen. 6.2.1 Nieuwe versie AZR Het zorgkantoor werkt continu aan het vernieuwen en verbeteren van het AZR systeem. Naast de verbeteringen die het zorgkantoor zelf doorvoert staat er in de concessieperiode 2009-2011 een nieuwe landelijke versie van AZR (3.0) gepland. Met deze nieuwe landelijke versie zullen de onderdelen ZZP’s, wachtlijsten, uniformering van processen en de restpuntenlijst worden opgepakt. De implementatiedatum van AZR 3.0 staat vooralsnog gepland op 1 februari 2011. 6.2.2 Zorgservices Vanaf 2008 werkt het zorgkantoor aan de ontwikkeling van de Zorgservices. Deze applicatie biedt zorgaanbieders de mogelijkheid om hun productiegegevens online aan te leveren en te
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
18
bekijken. Tevens kunnen aanbieders hier het eigen doelmatigheidsoverzicht inzien. Dit bevat gegevens over de gemiddelde verhouding per cliënt tussen de maximale hoeveelheid zorg en de geleverde hoeveelheid zorg (het zogenaamde functie-klasse gemiddelde). Het is de bedoeling de Zorgservices deze concessieperiode op te leveren. 6.2.3 Zorgatlas De website van Zorgkantoor DWO/NWN bevat een Zorgatlas. Via deze applicatie, die direct aan het AZR is gekoppeld, kunnen cliënten op basis van hun indicatie zoeken naar een passende zorginstelling. Per instelling presenteert de Zorgatlas diverse gegevens (zoals adresgegevens, de zorg die de instelling levert en informatie over de wachttijden). Het zorgkantoor werkt aan uitbreiding van de Zorgatlas, zodat deze meer mogelijkheden biedt. Te denken valt aan de optie om – via een routeplannerscherm – de route te plannen naar de betreffende zorginstelling, waardoor het voor cliënten inzichtelijk wordt waar deze zich bevindt. Verder is het de bedoeling dat de uitbreiding van de Zorgatlas de cliënt meer informatie biedt over de verschillende zorginstellingen. Het zorgkantoor zoekt hierbij de samenwerking met kiesBeter.nl. 6.2.4 Verbinden van AZR en POINT Een andere ontwikkeling rondom het AZR is het verbinden van het systeem met POINT, een softwarepakket dat het ziekenhuis en V&V-instellingen in de regio DWO in gebruik genomen hebben. Dit softwarepakket maakt het mogelijk belangrijke gegevens over patiënten die vanuit ziekenhuizen naar vervolgvoorzieningen uitstromen met elkaar te delen. Hierdoor hoeven deze gegevens niet meer verschillende keren ingevoerd te worden. Het zorgkantoor werkt deze concessieperiode aan het ontwikkelen van een link tussen het AZR en POINT. Met deze link is het mogelijk om indicaties die het zorgkantoor van het indicatieorgaan heeft gekregen door te zetten naar POINT. De verwachting is, dat dit een soepele en snelle uitstroom van patiënten vanuit het ziekenhuis ondersteunt. In de regio NWN wordt gewerkt aan een speciaal ontworpen uitbreiding van AZR in plaats van POINT. 6.2.5 Zorgtoewijzing en wachtlijstbeheer Zorgkantoor DWO/NWN hanteert als uitgangspunt dat AWBZ-cliënten het traject van indicatiestelling tot en met zorgrealisatie zo vlot en probleemloos mogelijk moeten kunnen doorlopen. De voorkeur van de cliënt voor een bepaalde zorgaanbieder is daarbij leidend. Het zorgkantoor wijst op basis van het indicatiebesluit zorg toe aan de voorkeursaanbieder van de cliënt. Als de geïndiceerde zorg niet direct beschikbaar is, komt de cliënt op de wachtlijst van de voorkeursaanbieder. Deze zorgt voor adequate overbruggingszorg gedurende de wachttijd. Met het AZR beschikt het zorgkantoor over actuele informatie over wachtlijsten en gemiddelde wachttijden. Deze informatie verwerkt het zorgkantoor in de maandelijkse managementoverzichten die aan de directies van de gecontracteerde instellingen worden aangeleverd. De informatie over de wachtlijsten verwerkt het zorgkantoor tevens in het zorginkoopbeleid. 6.3 Persoonsvolgende bekostiging Zorgkantoor DWO/NWN werkt actief mee aan het ontwikkelen van de persoonsvolgende bekostiging in de AWBZ. Hieronder valt onder meer de invoering van de zorgzwaartepakketten ofwel ZZP’s (zorgzwaartebekostiging voor verblijfszorg), die deze concessieperiode zal plaatsvinden. Per 2011 moet ook persoonsvolgende bekostiging van extramurale zorg ingevoerd worden.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
19
Persoonsvolgende bekostiging draagt bij aan een verdere omslag in de zorginkoop van aanbodsturing naar vraagsturing. Het is bovendien een manier om cliënten meer zeggenschap te geven over de eigen zorgverlening. Wat betreft verblijfszorg verschaffen ZZP’s cliënten inzicht in de omvang en aard van de geïndiceerde zorg, waardoor zij sterker staan in de zorgplanbesprekingen met hun zorgaanbieder. Het zorgkantoor is dan ook van mening dat de invoering van de persoonsvolgende bekostiging de positie van de cliënt versterkt. Belangrijke voorwaarden voor de invoering van de persoonsvolgende bekostiging zijn duidelijk omschreven aanspraken, eenduidige en stabiele indicatiestelling en een goed systeem voor declaratieverkeer. 6.3.1 Declareren in de AWBZ In de concessieperiode 2009-2011 werken de zorgkantoren toe naar een administratie op verzekerdenniveau, die aansluit op de in de Zorgverzekeringswet gehanteerde systemen. Van zorgaanbieders wordt verwacht dat zij de door hen geleverde ZZP’s op cliëntniveau bij het zorgkantoor aanleveren via een declaratiebericht. Dit is een eerste stap richting het declareren op cliëntniveau in de AWBZ. Het streven is, dat zorgkantoren en zorgaanbieders samen in een ‘groeitraject’ komen tot een volwaardig EI-declaratiebericht, dat met ingang van 1 januari 2011 geïmplementeerd wordt. De hele ontwikkeling van declaratieberichten past binnen de overheidsplannen om de systematiek van bevoorschotting vooraf van AWBZ-instellingen om te zetten naar betaling van ingediende declaraties achteraf. Hiermee wordt de financiering van de AWBZ meer persoonsgericht. Nog niet helemaal duidelijk is per wanneer deze omslag gerealiseerd moet zijn. In ieder geval vormt 1 januari 2012 een deadline. Vanaf dan zal mogelijk (een deel van) de AWBZ niet meer worden uitgevoerd door de zorgkantoren, maar door zorgverzekeraars voor de eigen verzekerden.
Beleidsvisie 2009-2011 Zorgkantoor DWO/NWN
20