Beleidsvisie Detailhandel Hengelo 2006-2016
Gemeente Hengelo Stedelijk Beheer en Ontwikkeling Ruimtelijke Ontwikkeling Economische Zaken mw. drs. A.I. Scholtens Juni 2006
2
Inhoudsopgave 1 Inleiding…………………………………………………………………………………………………………………….4 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5 1.6
Aanleiding………………………………………………………………………………………………………………………………. 4 Doel…………………………………………………………………………………………………………………………………………. 4 Definitie en afbakening…………………………………………………………………………………………………………… 4 Belang detailhandel………………………………………………………………………………………………………………… 4 Totstandkoming visie……………………………………………………………………………………………………………… 4 Leeswijzer………………………………………………………………………………………………………………………………. 5
2 Trends en ontwikkelingen……………………………………………………………………………………. 6 2.1 Consumentengedrag…………………………………………………………………………………………………… 6 2.2 Detailhandelsontwikkelingen……………………………………………………………………………………….. 6 3 Beleid………………………………………………………………………………………………………………………….7 3.1 Landelijke beleid…………………………………………………………………………………………………………………….. 7 3.2 Provinciaal beleid……………………………………………………………………………………………………………………. 7 3.3 Netwerkstad……………………………………………………………………………………………………………………………. 7 3.4 Beleid Hengelo……………………………………………………………………………………………………………………….. 7 3.4.1 Hengelo 2030………………………………………………………………………………………………………………………. 8 3.4.2 Collegeprogramma……………………………………………………………………………………………………………… 8 3.4.3 Binnenstadsprogramma……………………………………………………………………………………………………… 8 3.4.4 Overig aanverwant beleid…………………………………………………………………………………………………… 8 3.4.4.1 Ambulante handel…………………………………………………………………………………………………………… 8 3.4.4.2 Horecabeleid……………………………………………………………………………………………………………………. 9 3.4.4.3 Internet/Postorder…………………………………………………………………………………………………………… 9 3.4.4.4 Winkeltijden……………………………………………………………………………………………………………………… 9 3.4.4.5 Parkeren en bereikbaarheid……………………………………………………………………………………………. 9 3.4.4.6 Benzinestations……………………………………………………………………………………………………………….. 10
4 Bestaande detailhandelsstructuur Hengelo……………………………………………………… 11 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Algemeen………………………………………………………………………………………………………………………………… 11 Economisch functioneren………………………………………………………………………………………………………..11 Binnenstad Hengelo…………………………………………………………………………………………………………………12 PDV/GDV locaties…………………………………………………………………………………………………………………… 12 Wijk- en buurtwinkelcentra……………………………………………………………………………………………………. 13 Uitbreidingspotentie/-ruimte…………………………………………………………………………………………………. 13
5 Toekomstvisie detailhandel…………………………………………………………………………………..14 5.1 Ambitieniveau…………………………………………………………………………………………………………………………. 14 5.2 Strategische lijnen…………………………………………………………………………………………………………………. 15
6 Plan van aanpak……………………………………………………………………………………………………….18 Bijlagen……………………………………………………………………………………………………………………………………….. 22
3
Inleiding 1.1 Aanleiding Hengelo heeft geen overkoepelend detailhandelsbeleid. Ondanks het ontbreken hiervan is er in de afgelopen jaren wel een gestructureerd detailhandelsbeleid gevoerd. Er zijn deelvisies opgesteld voor winkelcentrum Hasselo, winkelcentrum Hengelose Es, winkelcentrum Groot Driene en Hengelo Zuid. Daarnaast is er een regionale detailhandelsstructuurvisie grootschalige detailhandel gemaakt voor de GDV/PDV locatie Plein Westermaat. Tevens zijn in de nota Economisch Beleid (2003) de hoofdlijnen van het detailhandelsbeleid aangegeven. Een overkoepelende detailhandelsnota is echter wel gewenst. Er zijn diverse locale en landelijke ontwikkelingen gaande waardoor het gewenst is uitvoering te geven aan hetgeen in de Nota Economisch Beleid is vastgesteld. 1.2 Doel Het doel van deze beleidsvisie is om een beleidskader te scheppen voor een periode van 10 jaar (2006-2016). Het is een richtinggevend document voor toekomstige ontwikkelingen, het geeft het ontwikkelingskader aan. Het biedt voor detailhandelsondernemingen en andere marktpartijen derhalve duidelijkheid over de ontwikkelingsrichting. Anderzijds is de beleidsvisie bedoeld als toetsingskader voor huidige en toekomstige ontwikkelingen. 1.3 Definitie en afbakening Onder detailhandel wordt in dit kader verstaan het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ten verkoop, het verkopen en/of leveren van goederen aan personen die goederen kopen voor gebruik, verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van een beroeps- of bedrijfsactiviteit alsmede anders dan voor verbruik ter plaatse. Detailhandel omvat dus zowel de verkoop via de winkel en de ambulante handel, als via het internet of postorder. De aandacht zal zich in deze nota vooral richten op detailhandel vanuit winkels (detailhandelsvestigingen). Hierbij wordt uitgegaan van de volgende definitie: “het bedrijfsmatig en voor de verkoop ter plaatse aanbieden van artikelen aan eindgebruikers (DTNP, p. 53).” 1.4 Belang detailhandel De detailhandel in Hengelo was in 2005 goed voor 4.499 arbeidsplaatsen. De binnenstad is de belangrijkste werkgever met bijna 1.600 arbeidsplaatsen. De wijk Woolde, met winkelgebied Plein Westermaat, is een goede tweede met 773 arbeidsplaatsen. Ongeveer 11% van het totale aantal werkzame personen in Hengelo is werkzaam in de detailhandel (Detailhandel in Hengelo 2005, Onderzoek & Statistiek). 1.5 Totstandkoming visie Een belangrijk onderdeel van de detailhandelsnota is de detailhandelsstructuurvisie. Als input voor deze nota is onderzocht hoe de toekomstige detailhandelstructuur er in Hengelo uit moet zien. Hiervoor is het bureau Droogh Trommelen en Partners ingeschakeld. Zij hebben gezamenlijk met een begeleidingscommissie gewerkt aan de totstandkoming van de detailhandelsstructuurvisie. Vanaf het opstellen van de opdrachtformulering voor de visie is gewerkt met een begeleidingscommissie bestaande uit vertegenwoordigers van de gemeente en ondernemers. De externe vertegenwoordigers bestonden uit de ondernemersverenigingen Vereniging Stadserf Hengelo (VSH) en de Hengelose Ondernemers Federatie (HOF), de binnenstadscoördinator, de Kamer van Koophandel, MKB-Oost en het Hoofdbedrijfschap detailhandel. Tevens had een vertegenwoordiger van de gemeente Borne zitting in de commissie, evenals een vertegenwoordiger van de Bornse ondernemers. Daarnaast is door het bureau met een aantal sleutelinformanten gesproken (o.a. projectontwikkelaar TCN en projectbureau Hart van Zuid) en zijn er twee werkconferenties georganiseerd. Eén voor de binnenstadsondernemers en één voor ondernemers uit de overige winkelgebieden. Bij deze bijeenkomsten waren ook de raadsleden uitgenodigd. Ook bij het opstellen van dit beleidskader is de begeleidingscommissie betrokken.
4
1.6 Leeswijzer In hoofdstuk twee worden kort de trends en ontwikkelingen geschetst. Waarna in hoofdstuk drie het landelijke en Hengelose beleidskader wordt weergegeven. Hoofdstuk vier geeft een samenvatting van de huidige detailhandelsstructuur in Hengelo. In hoofdstuk vijf wordt de toekomstvisie voor Hengelo geschetst met daarin de belangrijkste beleidskeuzes. Tenslotte wordt in hoofdstuk zes aangegeven hoe deze toekomstvisie bereikt kan worden.
5
2 Trends en ontwikkelingen 2.1 Consumentengedrag Het gedrag van de consumenten bij het winkelen hangt samen met het bezoekmotief. Er kan een onderscheid gemaakt worden tussen drie typen bezoekmotieven, die elk ook een ander ruimtelijk patroon kennen. Hoewel veel winkels vanuit meer dan één bezoekmotief worden bezocht, specialiseren veel winkels en winkelgebieden zich primair op één type winkelgedrag. De volgende bezoekmotieven en typen winkelgebieden zijn te onderscheiden: 1. boodschappen doen: de aankoop van voedings- en genotmiddelen en frequent benodigde non-food staat centraal. Verder zijn de verkrijgbaarheid, het gemak en de bereikbaarheid belangrijk. Bijbehorende winkelgebieden zijn wijk- en buurtwinkelcentra, maar ook bijvoorbeeld traffic locaties (ns-station, benzinepomp); 2. recreatief winkelen: hierbij gaat het vooral om keuzegevoelige artikelen (mode, boeken). Het rondkijken en ontspannen spelen hierbij een belangrijke rol. Bijbehorende winkelgebieden zijn de binnensteden en hoofdwinkelcentra; 3. gerichte aankopen: hierbij gaat het enerzijds om artikelen die niet keuzegevoelig zijn (doehet-zelf), anderzijds gaat het om duurdere en laagfrequent gekochte artikelen (meubelen, auto’s). Belangrijk zijn vindbaarheid, zichtbaarheid en bereikbaarheid. Voor de laatste categorie is men bereid relatief grote afstanden af te leggen. Bijbehorende winkelgebieden zijn PDV-locaties, meubelboulevards.
2.2 Detailhandelsontwikkelingen In de detailhandel is een aantal landelijke ontwikkelingen te onderscheiden: Schaalvergroting in de structuur: het aantal m2 wvo (winkelvloeroppervlak) per winkelgebied neemt toe. Er vindt een geleidelijke schaalvergroting plaats in de voorzieningenstructuur. Het gevolg is dat buurtcentra/-strips verdwijnen en binnensteden en grote wijk- en themacentra opkomen; Schaalvergroting in supermarkten: de schaalvergroting in winkelvloeroppervlakte bij supermarkten zet nog steeds door. De gemiddelde supermarkt heeft tegenwoordig al gauw een oppervlakte tussen de 1200 en 1600 m2. Deze schaalvergroting leidt tot grotere verzorgingsgebieden voor supermarkten en tot een afnemend aantal vestigingen. Vooral de kleinere supermarktvestigingen zullen door deze ontwikkeling hun deuren moeten sluiten; Megasupermarkten: grootschalige formules van 3.000 m2 en groter proberen al enige tijd voet aan de grond te krijgen in de grotere Nederlandse gemeenten. Veel gemeenten zijn nog terughoudend ten opzichte van deze initiatieven; Verdere terugdringing speciaalzaken: de supermarkten hebben een steeds groter marktaandeel in handen, hierdoor neemt de rol van de dagelijkse speciaalzaken af; Grootschaligheid: ook in de recreatieve en gericht bezochte branches neemt de schaalvergroting van winkels toe. Deze winkels zijn zowel in traditionele winkelgebieden als in perifere themacentra te vinden. Zij kunnen echter een belangrijke toegevoegde waarde bieden aan recreatieve winkelcentra als anchorstores; Branchevervaging: dit verschijnsel doet zich voor in een aantal sectoren. Bijvoorbeeld drogisterijen die speelgoed, boeken en cd’s verkopen; Ontwikkeling van trafficlocaties: opkomst van winkels op trafficlocaties (benzinestations, NS-stations). In de regel zijn de winkels klein en bieden een beperkt aanbod gemaksartikelen. De invloed op de winkelstructuur als geheel is beperkt; Internet: het aandeel van internet als aankoopkanaal blijft nog relatief beperkt. Er is een verschuiving te zien van bestaande postorderbedrijven naar internet. In bepaalde branches is de invloed van internet wel sterk merkbaar. Het gaat hierbij o.a. om reisbureau’s, makelaars en cd-winkels. De invloed op de winkelstructuur als geheel blijft vooralsnog beperkt;
6
3 Beleid 3.1 Landelijk beleid Het Rijksbeleid voor detailhandel is recentelijk aangepast met de vaststelling van de Nota Ruimte in de Tweede Kamer. Voorheen was er binnen het locatiebeleid een apart detailhandelsbeleid (PDV /GDV1 beleid). Met de nieuwe Nota Ruimte is dit beleid vervangen door één integraal locatiebeleid voor bedrijven en voorzieningen. Thans staat in de Nota Ruimte het volgende over detailhandel opgenomen: • Gemeenten dienen de mogelijkheid te hebben om in bestemmingsplannen een aparte bestemming voor perifere detailhandel op te nemen; • De provincies stellen gezamenlijk richtlijnen op met betrekking tot branchebeperkingen voor perifere detailhandel, die vervolgens door het kabinet worden geaccordeerd. Het Interprovinciaal Overleg (IPO) heeft inmiddels een minimum pakket geformuleerd inzake het tweede punt. Echter inzake het eerste punt is er nog geen juridische borging voor de huidige indeling in de detailhandelsstructuren. Deze mogelijkheid is komen te vervallen omdat de jurisprudentie rond art. 10 WRO geen ruimte biedt aan gemeenten om te brancheren, met uitzondering van de traditionele PDV branches.1 Naar aanleiding hiervan heeft de VNG vragen gesteld aan de minister over de Nota Ruimte In de detailhandelsstructuurvisie van DTNP wordt ervan uitgegaan dat alleen traditionele PDV branches juridisch kunnen worden vastgelegd, dat wil zeggen dat hiervoor nog een aparte bestemming (anders dan detailhandel) kan worden opgenomen in het bestemmingsplan. De VNG heeft de minister en het IPO verzocht om juridische borging. Zij geven twee oplossingsrichtingen aan: • De minister bevestigt in de te accorderen afspraken expliciet dat het gemeenten is toegestaan om een bestemming voor perifere detailhandel (anders dan de traditionele PDV branches) op te nemen in de bestemmingsplannen; • De minister accordeert zelf een aantal branches. In deze oplossing stelt de VNG voor om de branches “mobiliteit, recreatie, woning- en tuininrichting (MRW)” aan te wijzen. (uit Klankbordcommissie Lokaal Economisch Beleid, 8-3-06) Op moment van schrijven is nog niet duidelijk welke oplossingsrichting wordt gekozen. 3.2 Provinciaal beleid Als gevolg van de Nota Ruimte worden provincies geacht een overkoepelend detailhandelsbeleid op te stellen. Ook de provincie Overijssel gaat een detailhandelsvisie maken voor Overijssel. Op moment van schrijven, wordt er aan deze visie gewerkt. 3.3 Netwerkstad Er is geen overkoepelend detailhandelsbeleid in de Netwerkstad. Binnen de Netwerkstad is de afspraak gemaakt om eind 2006 een overkoepelende visie te maken voor de detailhandel. 3.4 Beleid Hengelo Op het gebied van detailhandel was het beleid tot nu toe vastgelegd in een aantal deelnota’s. In de Nota Economisch Beleid (december 2003) zijn tot nu toe de belangrijkste beleidskeuzes aangegeven. Op hoofdlijnen waren dat de volgende: 1
Perifere detailhandel (PDV): detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke stoffen en detailhandel in ABC-
goederen (auto’s, boten, caravans), tuincentra, bouwmarkten, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair alsmede woninginrichting waaronder meubels, die vanwege omvang en aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling. Grootschalige detailhandel (GDV): vestiging van detailhandel buiten de bestaande winkelgebieden waar ruimte is gereserveerd voor grootschalige detailhandel (oorspronkelijk in de 13 stedelijke knooppunten) met een minimaal oppervlak van 1.500 m2 wvo per vestiging en waarbij de branchebeperkingen van de perifere detailhandel niet gelden.
7
• • • •
Binnenstad zal functie en uitstraling van hoofdwinkelgebied moeten behouden; Concentratie van winkels in moderne wijkwinkelcentra wordt bevorderd; Nieuwbouw van nieuwe solitaire supermarkten zal in principe niet worden toegestaan; Uitbreiding van perifere detailhandel wordt alleen toegestaan op Westermaat Plein, Westermaat Zuidwest en de Noordelijke Spoorzone.
3.4.1 Hengelo 2030 Momenteel wordt er gewerkt aan het visiedocument Hengelo 2030, waarin voor de langere termijn de ambities voor Hengelo worden vastgelegd. Hierin is de binnenstad een belangrijk aandachtspunt. Deze visie zal in 2006 worden afgerond. 3.4.2 Collegeprogramma Het college zet voor de periode 2006-2010 in op vier centrale thema’s: de ondernemende stad, de ongedeelde stad, de open stad en de ontspannen stad. Het detailhandelsbeleid sluit met name aan bij de speerpunten van de ondernemende stad en de ontspannen stad. Specifiek gaat het hierbij om de fysieke economie (het versterken van de voorwaarden voor bedrijvigheid), zoals het intensiveren van het accountmanagement, centrumplan met stadsdebat en de oprichting van een stadsontwikkelingsbedrijf voor het actief aankopen en herontwikkelen van gronden in het stedelijke gebied. 3.4.3 Binnenstadsprogramma Het binnenstadsprogramma geeft een overzicht van alle projecten en beleid die in de binnenstad spelen of gaan spelen. De beleidsvisie detailhandel maakt hier onderdeel van uit. Het binnenstadsprogramma is voorjaar 2006 door het college vrijgegeven voor inspraak en zal in 2006 definitief worden vastgesteld.
3.4.4 Overig aanverwant beleid 3.4.4.1 Ambulante handel Standplaatsen Hengelo beschikt op basis van de huidige verordening over 17 standplaatsen. De standplaatsen worden door de gemeente aangewezen. Dit geldt zowel voor openbaar als particulier terrein. Over het algemeen bevinden zich de standplaatsen bij wijk- en buurtwinkelcentra. De standplaatsen voorzien nog steeds in een behoefte. In 2006 wordt het huidige standplaatsenbeleid en de standplaatsenverordening geëvalueerd en zo nodig herzien. Venten Onder venten kan het uitoefenen van ambulante handel, met uitzondering van de markt en standplaatsen, worden verstaan. Het gaat hier bijvoorbeeld om de verkoop van goederen langs deuren. Tot nu toe is voor venten geen beleid ontwikkeld. Het is echter wel wenselijk dit te doen, bijvoorbeeld uit oogpunt van openbare orde en verkeersveiligheid. Warenmarkt Een derde vorm van ambulante handel is de warenmarkt. Hengelo heeft twee keer per week een warenmarkt op het marktplein in de binnenstad van Hengelo. De warenmarkt levert een belangrijke bijdrage aan de levendigheid in de binnenstad van Hengelo. De regels voor de markt zijn vastgelegd in de marktverordening. Er is tevens een aparte marktcommissie, waarin de specifieke marktzaken besproken worden. Uit de binnenstadsonderzoeken blijkt dat de aantrekkingskracht van de warenmarkt de laatste jaren minder is geworden. Ook gaat het economisch wat minder met de warenmarkt. Lege plaatsen worden minder makkelijk ingevuld.
8
3.4.4.2 Horecabeleid Horeca heeft een wisselwerking met detailhandel. Tijdens het winkelen wordt vaak ook een horecagelegenheid aan gedaan. Horeca draagt bij aan de levendigheid en gezelligheid in de stad. Goede horecavoorzieningen zijn dan ook belangrijk voor de detailhandel. December 2005 is het horecabeleid 2005 -2015 vastgesteld door de gemeenteraad. Het horecabeleid zet in op de binnenstad van Hengelo. 3.4.4.3 Internet/Postorder Zowel internet als postorderverkoop valt onder de detailhandel. Zolang deze verkoop vanuit een magazijn gebeurt, heeft dit geen invloed op de ruimtelijke detailhandelsstructuur. Vooral bij internetverkoop wordt echter ook vaak de mogelijkheid geboden de goederen te bezichtigen en af te halen. Vaak zijn deze bedrijven gevestigd op een bedrijventerrein op een groothandelsbestemming. Zodra echter sprake is van verkoop aan particulieren op de locatie zelf, is er sprake van detailhandel en kan dat van invloed zijn op de detailhandelsstructuur. Wanneer is sprake van een winkel en wanneer van een afhaalmogelijkheid voor internetverkoop? De volgende definities kunnen hierin uitsluitsel geven: De volgende combinatie van activiteiten is te beschouwen als een winkel: - verkoop van goederen aan de eindverbruiker; - tonen van verkoopwaar (of delen daarvan) in een voor het publiek vrij toegankelijke ruimte; en - het ter plekke kunnen afrekenen. De volgende combinatie is te beschouwen als een afhaalmogelijkheid voor internetverkoop: - het bieden van de mogelijkheid aan de eindgebruiker om bestelde goederen af te kunnen halen; - een vrij voor het publiek toegankelijke afhaalruimte zonder verkoopwaar; en - het ter plekke kunnen afrekenen van bestelde goederen. 3.4.4.4 Winkeltijden De detailhandel moet met haar openingstijden rekening houden met het wettelijke kader van de Winkeltijdenwet. In Hengelo is tevens een Verordening Winkeltijden opgesteld, waarin de regels van de wet nader zijn uitgewerkt. De winkels mogen van maandag tot en met zaterdag geopend zijn van 6.00 uur tot 22.00 uur. Daarnaast biedt de Verordening Winkeltijden de mogelijkheid voor een vrijstelling voor openstelling op zondag of ’s nachts. In Hengelo worden jaarlijks koopzondagen vastgesteld. Hiertoe is Hengelo ingedeeld in twee gebieden, de binnenstad en het gebied daarbuiten. Voor beide gebieden worden jaarlijks zes koopzondagen vastgesteld. Vooral in het gebied buiten de binnenstad hebben de ondernemers de wens geuit voor meer koopzondagen. Wettelijk mogen er jaarlijks 12 koopzondagen worden vastgesteld per gebied. Ook de Verordening Winkeltijden biedt hiertoe de mogelijkheid. Het beleid in Hengelo is er echter al jaren op gericht om zes koopzondagen aan te wijzen per gebied. 3.4.4.5 Parkeren en bereikbaarheid Belangrijk voor de toegankelijkheid van winkels is de bereikbaarheid en de parkeermogelijkheden. Dit is een continu aandachtspunt bij de ontwikkeling van nieuwe winkelgebieden, maar zeker ook bij de bestaande. Zeker voor de binnenstad is dit een belangrijk aandachtspunt. Als de stad niet goed bereikbaar is of als er niet geparkeerd kan worden, kan dit voor de bezoeker een reden zijn de stad minder vaak te bezoeken. In de binnenstad van Hengelo liggen de parkeerlocaties evenwichtig gespreid en op korte (loop)afstand van het kernwinkelgebied. De parkeerlocaties worden aangegeven via een statisch parkeerverwijssysteem. Voor de duidelijkheid naar de bezoekers toe zou een dynamisch parkeersysteem beter zijn. De bereikbaarheid van het centrum is goed. De huidige Nota autoparkeren is verouderd en wordt herzien. In de nieuwe parkeernota wordt het belang van parkeren van bezoekers onderkend en wordt hier zoveel mogelijk ruimte aan gegeven. De nieuwe Parkeernota 2006-2011 zal dit najaar bestuurlijk worden vastgesteld. Ook op de bedrijventerreinen is een goede bereikbaarheid van belang. De bereikbaarheid van Twentekanaal en Westermaat laat nog wel eens te wensen over. Vooral de doorstroming op Westermaat Zuidwest en Plein Westermaat is niet goed. Mogelijkheden voor verbetering van de doorstroming op Plein Westermaat worden momenteel onderzocht.
9
3.4.4.6 Benzinestations Bij benzinestations is meestal een kleine winkel te vinden. Een benzinestation is een zogenaamde trafficlocatie. Er komt en gaat verkeer. Het aanbod in een pompshop sluit veelal aan bij de behoefte van de reiziger. Daarmee vormen ze een onderdeel van de detailhandelsstructuur. Een pompshop moet echter niet uitgroeien tot een supermarkt. Daarom is er een maximale maat gesteld aan de grootte van een pompshop. Pompshops in de woonomgeving mogen maximaal 50 m2 bvo2 groot zijn, die aan invalswegen mogen maximaal 100 m2 bvo groot zijn. De tankstations gelegen binnen een straal van 500 meter vanaf een afrit van de rijksweg mogen een pompshop van maximaal 250 m2 bvo.
2
Bvo: bedrijfsvloeroppervlak.
10
4 Bestaande detailhandelsstructuur Hengelo 4.1 Algemeen Hengelo heeft meer winkelvloeroppervlak (wvo)3 dan gemiddeld voor kernen met een vergelijkbare omvang. In totaal heeft Hengelo ca. 177.500 m2 wvo. Hengelo heeft met name een ruimer aanbod in de overige recreatieve branches (o.a. sport en spel, bruin- en witgoed). Dit aanbod is verspreid over het centrum, Plein Westermaat, de wijk- en buurtcentra en verspreide bewinkeling. Plein Westermaat verklaart ook meteen het ruimere aanbod dan gemiddeld. Plein Westermaat is een detailhandelslocatie met een regionaal verzorgingsgebied. Bijna 90% van de koopkracht komt van buiten Hengelo (koopstromenonderzoek 2005). Daarmee heeft Plein een sterke regionale verzorgingsfunctie. Het biedt een groot aanbod in winkelvloeroppervlak in de branches sport en spel en bruin- en witgoed. Plein is het tweede winkelgebied in Hengelo. Het centrum4 is het grootste winkelgebied in m2, maar is daarentegen relatief klein van omvang in vergelijking met soortgelijke winkelgebieden. Het centrum heeft een toevloeiing van 40% aan vreemde koopkracht. Dit betekent dat 40% van de bestedingen in de binnenstad door bezoekers aan Hengelo wordt gedaan. Daarmee heeft Hengelo een meer dan lokale verzorgingsfunctie. In figuur 1 is de spreiding van het winkelaanbod over de winkelgebieden voor de verschillende branches te zien.
Figuur 1 Spreiding winkelaanbod Hengelo (in m² wvo)
Bron: DTNP Detailhandelsstructuurvisie Hengelo, p. 12
4.2 Economisch functioneren Eens in de vijf jaar wordt er in Overijssel, deel Drenthe en Stedendriehoek een regionaal koopstromenonderzoek gehouden. Dit onderzoek geeft een beeld van het economisch functioneren en de posities van de winkelgebieden in Hengelo, Twente en Overijssel. Uit het 3
Wvo: winkelvloeroppervlak, de voor het publiek toegankelijke winkelruimte, inclusief zichtbare ruimten zoals
bijvoorbeeld etalages en de ruimte achter toonbanken. Wvo is gelijk aan vvo, verkoopvloeroppervlak. Tegenwoordig wordt het begrip wvo gehanteerd vanwege de verwarring die kan ontstaan met verhuurbaar vloeroppervlak.
4
Met het centrum wordt de wijk binnenstad bedoeld. Dit is het gebied tussen de Deldenerstraat,
Oldenzaalsestraat, Oude Molenweg, Ziekenhuisstraat en de spoorlijnen naar Oldenzaal en Almelo. De termen centrum en binnenstad worden door elkaar gebruikt.
11
koopstromenonderzoek van 2005 blijkt dat de totale omzet in de detailhandel in Twente 2,9 miljard euro bedraagt. In Twente behaalt Enschede de hoogste omzet gevolgd door Hengelo. Hengelo laat echter de sterkste toename in omzet zien sinds 2000. De binnenstad van Hengelo heeft een omzet van een kleine 200 miljoen euro en bezet daarmee een vijfde plaats (na de binnensteden van Enschede, Apeldoorn, Zwolle en Emmen) in het onderzoeksgebied. Plein Westermaat heeft een omzet van 142 miljoen euro en bezet daarmee een negende plaats. De sterke toename in omzet in Hengelo kan geheel op het conto van Plein Westermaat worden geschreven. In de binnenstad is de omzet ten opzicht van 2000 met zo’n 50 miljoen euro gedaald. Dit is een daling van ongeveer 20%. 4.3 Binnenstad Hengelo De binnenstad van Hengelo heeft een omvang van bijna 50.000 m2 wvo verspreid over bijna 250 verkooppunten. Hengelo heeft een relatief kleine en compacte binnenstad. De binnenstad heeft een relatief beperkt aanbod aan voedings- en genotmiddelen. Winkelcentrum Thiemsbrug is het boodschappencentrum. Ook het overige recreatieve aanbod en de gerichte non-food is wat kleiner van omvang dan gemiddeld. In vergelijking met de regio is de binnenstad van Hengelo na de binnenstad van Enschede het tweede winkelgebied wat betreft winkelvloeroppervlakte. Binnen Hengelo is de binnenstad het belangrijkste centrum om de niet-dagelijkse aankopen te doen. De binnenstad behaalt een marktaandeel van 48%. De binnenstad van Hengelo ligt centraal in de kern en is goed bereikbaar. Het parkeren is goed op orde. De parkeergarages en parkeerterreinen liggen goed gespreid en dichtbij het kernwinkelgebied. Het sterke punt van het kernwinkelgebied is de compacte opzet. Hierdoor is met een beperkte loopafstand een groot aantal winkels te bereiken. Ondanks de compactheid van het centrum is de doorbloeding ervan niet voldoende. Op belangrijke plekken ontbreken sterke aanbieders, waardoor delen van het centrum niet goed worden bezocht. Het gebied tussen Enschedesestraat, Markt, Telgen, Brinkstraat en Nieuwstraat is het sterkste deel van het centrum. De Wemenstraat en de Brink sluiten onvoldoende aan op de routing. Aan het einde van deze straten ontbreekt een trekker. Het winkelaanbod in het centrum wordt voor het grootste deel gevormd door de modische en overige recreatieve branches. De filialiseringsgraad voor de recreatieve branches in Hengelo is 48%. Dit is iets hoger dan het gemiddelde voor kernen van gelijke omvang (45%). De meeste winkels bevinden zich in het middensegment. Hengelo onderscheidt zich van andere binnensteden door de aanwezigheid van enkele lokale modische aanbieders in het hogere segment. Zowel uit de jaarlijkse binnenstadsonderzoeken en het koopstromenonderzoek 2005 blijkt dat de bezoeker van Hengelo vooral de kwaliteit van de winkels waardeert. De inrichting en aankleding van het winkelgebied worden het minst beoordeeld. De inwoners en de bezoekers kiezen voor Hengelo vanwege de nabijheid en de veelheid aan winkels. 4.4 PDV/GDV locaties Plein Westermaat Plein Westermaat is één van de 13 aangewezen GDV locaties in stedelijke knooppunten als uitvloeisel van het rijks GDV beleid in de jaren negentig. Voor deze locatie is een regionale detailhandelsstructuurvisie opgesteld waarin is aangegeven hoe de invulling van Plein zou moeten worden. In totaal is er nu 42.000 m2 wvo detailhandel gevestigd. Naast de branche woninginrichting zijn de branches bruin- en witgoed en sport en spel vertegenwoordigd. Plein valt onder de centra voor gerichte aankopen, hoewel het ook een aantal recreatieve branches huisvest. Plein Westermaat heeft een (boven)regionale aantrekkingskracht. Dit blijkt ook uit het koopstromenonderzoek 2005. Bijna 90% van de bezoekers aan Plein komt van buiten Hengelo. Hiermee heeft Plein een sterke regionale verzorgingsfunctie. Een belangrijk deel van de bezoekers komt uit Duitsland. Plein Westermaat betrekt de negende plaats in het onderzoeksgebied met een omzet van 142 miljoen euro. Binnen Hengelo neemt Plein Westermaat een tweede plaats in voor wat betreft de niet-dagelijkse aankopen met een marktaandeel van 29%.
12
Overige locaties De belangrijkste andere PDV locatie is Westermaat Zuidwest. Hier bevindt zich een groot aantal aanbieders op het gebied van auto’s, woninginrichting, keukens en sanitair. Verder bevinden zich verspreid over Hengelo nog diverse aanbieders van volumineuze goederen. De bouwmarkten zijn goed verspreid over Hengelo. 4.5 Wijk- en buurtwinkelcentra Hengelo heeft vijf wijkwinkelcentra, Groot Driene, Esrein, Hasselo, Slangenbeek en Hengelose Es. De wijkwinkelcentra zijn, met uitzondering van het Esrein, moderne, eigentijdse winkelcentra met een goed aanbod in dagelijkse boodschappen. Daarnaast zijn er een drietal buurtwinkelconcentraties aan de Mozartlaan, Josef Haydnlaan/Schubertstraat en de Oelerweg. Verder bevindt zich nog een aantal winkels voor de dagelijkse behoeften verspreid over de wijken. Dit is vooral in de oudere wijken het geval. 4.6 Uitbreidingspotentie/-ruimte Uitgaande van de hoogst haalbare bindings- en toevloeiingscijfers voor de binnenstad van Hengelo, bedraagt de uitbreidingsruimte in de binnenstad tot 2015 voor duurzame en overige goederen maximaal 15.000 m2 wvo. Deze zal ingezet moeten worden voor de schaalvergroting van winkels. Voor de wijk- en buurtwinkelcentra is nog beperkt uitbreidingsruimte aanwezig. DTNP geeft in haar rapport aan dat er voor de voedings- en genotmiddelen voor de gemeente Hengelo een uitbreidingsruimte van ongeveer 2.000 m2 aanwezig is tot 2015. Ook hier geldt dat er beperkt ruimte is voor extra aanbod. De uitbreidingsruimte zal vooral ingezet moeten worden voor schaalvergroting van het bestaande aanbod. In onderstaande tabel 1 wordt een indicatie gegeven van het huidige en haalbare aanbod aan voedings- en genotmiddelen per wijk/stadsdeel. Tabel 1: Indicatie huidig en haalbaar aanbod voedings- en genotmiddelen per wijk/stadsdeel Wijk/stadsdeel Hasselo/Slangenbeek Hengelose Es, Noord, Binnenstad, Weidedorp Woolde Groot Driene Zuid Totaal
Huidig aanbod vgm 5.000 7.000
Toekomstig aanbod vgm 5.500 7.800
540 2.800 4.700 20.040
725 2.800 5.000 21.825
Bron: Locatus bestand en Detailhandelsstructuurvisie DTNP
13
5 Toekomstvisie detailhandel 5.1 Ambitieniveau Hengelo heeft op het gebied van detailhandel voor de komende tien jaar de volgende ambities. • Binnenstad is belangrijkste recreatief winkelgebied van Hengelo. Hengelo wil hierbij inzetten op verbetering van de lokale en de regionale positie van de binnenstad. Ambitie is om de koopkrachtbinding en toevloeiing minimaal te laten groeien tot het gemiddelde in kernen van deze omvang. Voor de binding is dat van 49% naar 55% en voor de toevloeiing van 40% naar 45%. Op basis van deze ambitie is er tot 2015 een maximale uitbreidingsruimte mogelijk van 15.000 m2 wvo in duurzame in overige goederen (zoals mode, luxe goederen etc.) in de binnenstad. Deze uitbreidingsruimte zal vooral benut moeten worden voor schaalvergroting van winkels. De binnenstad is het winkelgebied van Hengelo. Hier komen inwoners en bezoekers om recreatief te winkelen. Hierbij hoort een kwalitatief en kwantitatief goed winkelaanbod. Maar daarnaast ook en goede mix met andere functies, zoals horeca, cultuur, wonen en werken. De binnenstad is de huiskamer van de stad, waar het aangenaam toeven moet zijn.
5
•
Eigentijdse wijk- en buurtvoorzieningen voor de dagelijkse boodschappen. Om ook in de toekomst een goed voorzieningenniveau in de wijken te garanderen moeten winkels in dagelijkse goederen zo veel mogelijk geclusterd worden om elkaar te versterken. Nieuwvestiging van solitaire supermarkten in de wijken is daarom niet toegestaan. Voor de leefbaarheid in de wijken is het belangrijk dat er dichtbij huis boodschappen gedaan kunnen worden. Voor de consument is voor het boodschappen doen de nabijheid van de winkels van belang. De buurt- en wijkwinkelcentra zijn belangrijke ontmoetingspunten in de wijk. In dit kader moeten de wijk- buurtvoorzieningen meegaan met de toekomst. Hengelo heeft de wijkwinkelcentra over het algemeen goed op orde. Wijkwinkelcentrum Esrein is hierop een uitzondering. Deze zal moeten worden geherstructureerd. In de wijken Noord en Berflo Es liggen de winkels verspreid. Hier is het nodig tot een goede buurtwinkelvoorziening te komen. In wijkwinkelcentrum Slangenbeek zal door uitbreiding van de woonwijken ten Noorden van de A1 op termijn misschien enige schaalvergroting nodig zijn.
•
De winkels voor gerichte non-food aankopen (perifere (volumineuze) detailhandel)5 kunnen zich vestigen in de clusters Plein Westermaat, Westermaat Zuidwest en Noordelijke Spoorzone. Onder de winkels voor gerichte non-food aankopen worden vooralsnog6 de traditionele perifere detailhandelsbranches verstaan. Perifere (volumineuze) detailhandel (PDV) zal zich in principe kunnen vestigen in de drie bovengenoemde clusters. Uitzondering hierop zijn de zogenaamde ABC branches. Dit zijn auto’s, boten en caravans. Voor deze branches wordt onder meer ook ruimte geboden op de nieuw te ontwikkelen bedrijventerreinen Oosterveld en Veldkamp, maar ook op de bestaande bedrijventerreinen (o.a. Zeggershoek). Of een eventuele verruiming van de perifere detailhandelsbranches mogelijk en wenselijk is of ingezet kan worden op thematisering zal nader uitgewerkt moeten worden. Eén en ander is afhankelijk van de landelijke en provinciale wet- en regelgeving. Onder meer van de mogelijkheden voor juridische vastlegging in het bestemmingsplan. De laatste fase van Plein Westermaat kan verder worden ontwikkeld als cluster voor winkels in perifere detailhandel. Buiten deze drie clusters is clustering van perifere detailhandel niet wenselijk. Er kunnen zich echter uitzonderingsgevallen voordoen waarbij het toch wenselijk is een solitaire PDV vestiging toe te staan buiten de PDV
Perifere detailhandel (PDV): detailhandel in brand- en explosiegevaarlijke stoffen en detailhandel in ABC-
goederen (auto’s, boten, caravans), tuincentra, bouwmarkten, grove bouwmaterialen, keukens en sanitair alsmede woninginrichting waaronder meubels, die vanwege omvang en aard van de gevoerde artikelen een groot oppervlak nodig hebben voor de uitstalling
6
Zolang geen juridische borging gegeven kan worden in het bestemmingsplan voor vastlegging van andere
dan de traditionele PDV branches.
14
clusters. Een voorbeeld hiervan is een woondesignwinkel in een oud industrieel pand. Hiervoor zal per geval een afweging gemaakt moeten worden. Voor bouwmarkten geldt dat zij veelal een wijkverzorgende functie hebben en daarom verspreid liggen over de stad. Dit laatste is ook in Hengelo het geval. Spreiding van bouwmarkten over de stad wordt ook in de toekomst nagestreefd. 5.2 Strategische lijnen Om dit ambitieniveau te verwezenlijken moet er worden ingezet op de volgende strategische lijnen. • Het versterken van de verblijfskwaliteit in de binnenstad. Het gaat hierbij om onder meer om sfeer, veiligheid, inrichting, bestrating, beheer, beeldkwaliteit van de gebouwen en leefbaarheid. Het verblijfsklimaat in de binnenstad is erg belangrijk voor de bezoeker van de binnenstad. Hoe aantrekkelijker de binnenstad, des te eerder de bezoeker zal terug keren en des te langer de bezoeker in de binnenstad zal blijven. In dit kader is ook het belangrijk dat er voldoende daghoreca aanwezig is in de binnenstad. Maar ook andere functies als cultuur (bijv. beeldenroute) en wonen kunnen het verblijfsklimaat van de binnenstad versterken. De binnenstad moet gezien worden als de huiskamer van de stad. Het moet een aangename plek zijn waar mensen willen verblijven. •
Versterken kwaliteit winkelaanbod binnenstad. Het streven is een goede mix van publiekstrekkers en speciaalzaken. Voor een goed winkelbestand zijn zowel de filiaalbedrijven noodzakelijk, als ook de zelfstandige ondernemers. De zelfstandige ondernemers geven een eigen uitstraling aan de binnenstad en maken het anders ten opzichte van andere binnensteden. Maar de consument wil daarnaast ook de bekende filiaalbedrijven aantreffen. Een goede kwaliteit van de winkels is belangrijk. Hierbij gaat het met name om de uitstraling van een winkel.
•
Ruimte voor schaalvergroting winkelaanbod binnenstad. De uitbreidingsruimte in de binnenstad zit hem niet zo zeer in meer winkels, maar in ruimte voor grotere winkels. Het is gewenst om ruimte te creëren voor grootschalige winkels in de binnenstad. Dit is vooral van belang voor de publiekstrekkers. Deze vragen om steeds meer ruimte. Een modewinkel van 700 à 1.000 m2 is tegenwoordig niet meer vreemd. Deze winkels kunnen fungeren als anchorstores (trekkers), waartussen de ideale looproute ontstaat. Deze ruimte kan geboden worden in nieuw te ontwikkelen locaties in de binnenstad. Hierbij wordt gekozen voor de ontwikkeling Lambertusplein en omgeving en voor de ontwikkeling Nieuwe Brink. Waarbij ook de recent afgebrande panden aan de Enschedesestraat meegenomen kunnen worden. Daarnaast biedt een eventuele herontwikkeling van het Marktplein ook kansen om ruimte te bieden voor grootschalige winkels. In onderstaande kaart worden de ontwikkelingslocaties aangegeven.
15
•
Compact kernwinkelgebied met een duidelijke routing, duidelijker profilering aanloopgebieden. Het kernwinkelgebied moet niet te groot worden. De loopafstanden moeten niet te lang zijn en de routing eenvoudig. In bovenstaande kaart wordt het kernwinkelgebied in het lichtgroen weergegeven. De binnenstad is onder te verdelen in drie gebieden. Het centrum is het kernwinkelgebied. Dit gebied loopt globaal vanaf het station tot aan het eind van de Wemenstraat en van de Brinkstraat tot aan de Nieuwstraat. Belangrijk is dat dit gebied compact van opzet blijft. In dit gebied moet worden ingezet op winkelen als hoofddoel. Als dit gebied te groot wordt, zal de routing onduidelijker zijn en niet alle plekken in de binnenstad bezocht worden door het winkelende publiek. Hierdoor ontstaat leegstand, wat de sterkte van het winkelgebied ontkracht. Als bronpunt voor het noordelijke deel van het kernwinkelgebied kan boodschappencentrum Thiemsbrug fungeren. Dit centrum zal in de toekomst meer dan nu het geval is, als boodschappencentrum neergezet moeten worden. De Marktstraat, de Drienerstraat en het oostelijk deel van de Enschedesestraat zijn aanloopstraten. Deze straten kenmerken zich door een ander profiel en een mix van winkels, horeca en dienstverlening. Aanloopgebieden bieden vestigingsmogelijkheden voor een ander type bedrijvigheid. Bijvoorbeeld winkels waarvoor het handig is om de auto voor de deur te parkeren (Drienerstraat en Enschedesestraat). Aanloopstraten zijn ook geschikt voor de startende ondernemer, omdat de huren veelal lager zijn (Marktstraat). Het nieuw op te richten stadsontwikkelingsbedrijf zou hier een rol in kunnen spelen. De Westflank (omgeving Pastoriestraat, Beekstraat, Willemstraat) is het uitgaansgebied van Hengelo. Hier biedt het te ontwikkelen horecaplein aan het Burgemeester Jansenplein de mogelijkheid een goede overgang te maken van het uitgaansgebied naar het kernwinkelgebied.
7
•
Uitbreiding van recreatieve detailhandel alleen in binnenstad. We zetten in op de binnenstad als belangrijkste winkelgebied voor de recreatieve7 detailhandel. Verdere uitbreiding van de recreatieve branches zal dan ook vooral in de binnenstad moeten plaatsvinden. Uitbreiding van de recreatieve branches buiten de binnenstad kan de positie van de binnenstad als belangrijkste trekker ondermijnen.
•
Burgemeester Jansenplein ontwikkelen als horecaplein. Conform hetgeen is vastgesteld in het horecabeleid is het ook vanuit de detailhandelsoptiek wenselijk het Burgemeester Jansenplein te ontwikkelen als horecaplein. Het Burgemeester Jansenplein zal transformeren naar horecaplein in combinatie met het bestuurscentrum van de stad. Een combinatie van een grand café onder in de stadhuishal is hierbij denkbaar. Hierdoor ontstaat een overgangsgebied van het uitgaansgebied naar het kernwinkelgebied.
•
Hart van Zuid/stationsomgeving: ROC en station gerelateerde voorzieningen, geen kernwinkelgebied. Ten Zuiden van het station wordt het gebied Hart van Zuid ontwikkeld. Achter het station komen onder meer een WTC, kantoren en een ROC. Het is belangrijk om een goede verbinding van de binnenstad met Hart van Zuid te maken, zodat bezoekers gemakkelijk over en weer kunnen lopen. De onderdoorgang onder het station wordt in de toekomst verbreed, waardoor er een meer natuurlijke verbinding met het gebied ontstaat. Het station is een trafficlocatie, waarbij specifieke voorzieningen horen voor de reiziger, die even snel aankopen wil doen. Te denken valt hierbij aan een kiosk, boekhandel en een AH to go (kleine supermarkt). Het gebied rondom het station, de kop van Hart van Zuid en het ROC (gebied Lansinkveld met 2.000 m2 bvo aan winkelruimte in kleinere units) moeten echter niet tot het kernwinkelgebied gerekend worden. Dat
Recreatieve detailhandel: onder andere mode, boeken, cd’s, juwelier, sport en speelgoed.
16
betekent geen vestiging van recreatieve detailhandel, zoals mode. Belangrijk is het kernwinkelgebied compact te houden. •
Oude Holeclocatie: creatieve stad Op dit moment wordt gewerkt aan een concept voor de herontwikkeling van deze oude industrielocatie, waarbij de gedachten uitgaan naar wonen, werken en voorzieningen. De nadruk komt hierbij te liggen op creativiteit. In samenwerking met van Hoogevest ontwikkeling zal op korte termijn een Nota van uitgangspunten worden opgesteld, die richting moet geven aan een concrete invulling. Het gebied maakt onderdeel uit van het project “creatieve stad”. In dit gebied vinden onder andere culturele evenementen plaats en wordt huisvesting voorzien voor kunstenaarsateliers en bijvoorbeeld theatergezelschappen. Tevens worden er mogelijkheden geboden voor creatieve beroepen en ambachten. Op de Holec locatie is in principe reguliere detailhandel niet toegestaan. Ondergeschikte detailhandel van ambachtelijk overwegend ter plekke gemaakte producten is in principe mogelijk. Zoals bijvoorbeeld een glasblazerij die ter plekke glaswerk verkoopt.
•
Plein Westermaat verder ontwikkelen als centrum voor gerichte non-food aankopen (perifere detailhandel c.q. volumineuze artikelen). De laatste fase van Plein Westermaat zal zich verder moeten ontwikkelen als centrum voor gerichte non-food aankopen. Vooralsnog betekent dit dat uitbreiding met de traditionele perifere detailhandelsbranches mogelijk is. Of een eventuele verruiming van de perifere detailhandelsbranches mogelijk en wenselijk is of ingezet kan worden op thematisering zal nader uitgewerkt moeten worden. Eén en ander is afhankelijk van de landelijke en provinciale wet- en regelgeving. Onder meer van de mogelijkheden voor juridische vastlegging in het bestemmingsplan. Er zal geen verdere uitbreiding van recreatieve detailhandel plaats vinden.
17
6 Plan van aanpak De toekomstvisie is niet één, twee, drie te bereiken. Dit zal inspanningen vergen van vele partijen. De ondernemers zelf vormen hierin ook een belangrijke spil. De gemeente Hengelo wil samen met de ondernemers inzetten op onderstaande actiepunten. De actiepunten zullen nader uitgewerkt moeten worden in een actieplan met middelen, tijdschema en actiehouder. De komende jaren zal de gemeente zich actief inzetten om de onderstaande maatregelen en acties uit te voeren dan wel partijen daar toe te stimuleren. De gemeente zal een aantal acties zelf op zich nemen. Voor andere is samenwerking nodig met andere partijen of is het nodig dat de gemeente als intermediair optreedt tussen verschillende partijen. Als basis hiervoor zullen nadere afspraken met de ondernemers worden gemaakt, waarin wederzijdse inspanningen en intenties worden vastgelegd. • Versterking kwaliteit winkelaanbod Het streven is een goede mix van speciaalzaken en filiaalbedrijven. Om dit te bereiken zal gericht acquisitie gevoerd moeten worden. Daartoe kan een accountmanager voor de detailhandel worden aangesteld, die zich gaat bezig houden met de bedrijfscontacten detailhandel en de acquisitie van nieuwe bedrijven. De accountmanager heeft de mogelijkheid snel in te spelen op actuele ontwikkelingen. Deze accountmanager kan het initiatief nemen tot het oprichten van een acquisitiewerkgroep detailhandel, waarin gemeente, vastgoed en ondernemers zijn vertegenwoordigd. Actie: accountmanager detailhandel aanstellen Actie: oprichten acquisitiewerkgroep detailhandel • Ruimte bieden voor schaalvergroting winkelaanbod Het gaat hierbij vooral om het creëren van grootschalige winkelruimtes in de binnenstad. Een aantal ontwikkelingslocaties in de binnenstad biedt de mogelijkheid om deze ruimte te creëren en daarnaast een goede looproute te maken. Actie: Verkennen ontwikkelingslocatie project Lambertusplein en omgeving Actie: Verkennen ontwikkelingslocatie project Nieuwe Brink (Brinkpassage / Nieuwstraat) Actie: Mogelijkheden schaalvergroting detailhandel meenemen in discussie over Marktplein (stadsdebat). • Profilering van Hengelo als winkelstad Om Hengelo als winkelstad op de kaart te zetten is het van belang Hengelo ook als zodanig te profileren. Specifieke profielen moeten voor Hengelo als geheel en voor de binnenstad bedacht worden. Op het moment wordt er al gewerkt aan een marketingplan voor de binnenstad waarbij vooral wordt ingezet op mode en kwaliteit. Het is de taak van de Stichting Stadsmarketing Hengelo om Hengelo als geheel duidelijker te profileren. Ook op het gebied van Hengelo als winkelstad zal dit nodig zijn. Specifiek moet aandacht worden besteed aan de kruisbestuiving tussen de binnenstad en Plein Westermaat. Gezocht zal moeten worden naar samenwerkingsvormen, waardoor Hengelo als geheel goed als winkelstad geprofileerd kan worden. Actie: marketingplan binnenstad (wordt reeds aan gewerkt) Actie: marketingplan detailhandel voor Hengelo als geheel •
Versterken organisatiegraad ondernemers en professionalisering ondernemersverenigingen Het is belangrijk dat de ondernemers zich op een professionele manier organiseren. De gemeente is gebaat bij een goed aanspreekpunt. Maar nog belangrijker is het organisatievermogen van de ondernemers zelf. Willen de ondernemers snel schakelen en activiteiten organiseren, is het van belang een goede en sterke ondernemersvereniging te hebben. Een probleem is vaak dat er te veel “free riders” zijn, die meeliften op de successen
18
van de ondernemersvereniging, maar niet mee betalen. Een Business Improvement District8 biedt hiervoor een mogelijke oplossing. Dit is een nieuw initiatief van het ministerie van Economische Zaken. Het ministerie van Economische Zaken is momenteel bezig in kaart te brengen onder welke voorwaarden experimenten met BID’s mogelijk zijn en welke regelgeving daarvoor nodig is. Waarschijnlijk wordt in vijf steden een pilot gestart met BID’s. Actie: onderzoek naar instelling Business Improvement Districts en mogelijkheid mee te doen aan pilottraject. • Versterken verblijfskwaliteit binnenstad De verblijfskwaliteit in de binnenstad is belangrijk om winkelend publiek te trekken, maar zeker ook om langer vast te houden. Hierbij spelen sfeer, veiligheid en beheer een belangrijke rol. Er worden al veel initiatieven ontplooid op dit gebied. Zo is bijvoorbeeld recent het Keurmerk Veilig ondernemen in de binnenstad geïntroduceerd. Daarnaast worden er kleinschalige sfeerverhogende evenementen georganiseerd en vinden er diverse kleine en grote evenementen plaats. De samenhang en coördinatie op het gebied van de binnenstadsevenementen kan worden verbeterd, ook in relatie met het marketingplan. Zo is het bijvoorbeeld een overweging op de donderdagavond meer evenementen te organiseren. Actie: Evenementenbeleid binnenstad opstellen Actie: aanpalend beleid, aandacht voor uitstallingen, terrassen en beheer en beleid • Wonen boven winkels Voor de levendigheid in de binnenstad is het tevens van belang dat er ook wordt gewoond in de stad. De binnenstad moet een veelheid aan functies bevatten. Het project “wonen boven winkels” kan het wonen in de binnenstad stimuleren. Op dit moment wordt aan dit project gewerkt. Er is een inventarisatie gehouden en naar een aantal kansrijke blokken (clusters) gekeken. Uit die inventarisatie is het blok Telgen – Nieuwstraat - Enschedesestraat naar voren gekomen als één van de meest kansrijke. Inmiddels is daarvan de haalbaarheid beoordeeld. Hieruit blijkt dat kan worden begonnen met het pand van de Marskramer met acht appartementen. Verdere uitbreiding en financiële en bouwtechnische uitwerking worden thans opgepakt. Over dit pilot-project is onlangs door het college besloten. • Ontwikkeling zakelijke dienstverlening binnenstad Net als wonen is de functie werken ook belangrijk voor de binnenstad. Zakelijke dienstverlening in de binnenstad zorgt voor levendigheid, maar ook voor extra omzet in de detailhandel en horeca. Werknemers spenderen geld in de binnenstad in de middagpauze of voor of na het werk. In dit kader is het ook van belang dat de functie van Stadskantoor van de gemeente Hengelo weer terug gaat naar de binnenstad. In het kader van het project Lange Weemen wordt dit laatste overwogen. • Relatie met overig beleid Detailhandel staat niet op zichzelf, maar heeft vele raakvlakken met andere beleidsvelden. Voor de binnenstad geldt met name dat er afstemming moet zijn met het horecabeleid en het binnenstadsprogramma. Voor heel Hengelo is het parkeerbeleid, het standplaatsenbeleid en het ventbeleid van belang voor de detailhandel. De detailhandelsvisie met een visie voor de komende tien jaar, moet aansluiten bij de richting voor de langere termijn in Hengelo 2030. Verder moet er afstemming zijn binnen het breder kader van de Netwerkstad, regio en provincie. Actie: standplaatsenbeleid evalueren en herzien (wordt reeds aan gewerkt) Actie: ventbeleid opstellen
8
BID: een gebied waarin door een collectieve heffing een beter en veiliger ondernemersklimaat wordt
geschapen. De heffing wordt op verzoek van de ondernemers ingesteld en slechts geheven (door de gemeente) indien een ruime meerderheid van de ondernemers in het gebied daarmee instemt.
19
• Drienerstraat en Marktstraat duidelijker profileren als aanloopgebieden De Drienerstraat en Marktstraat worden niet tot het kernwinkelgebied gerekend. Vooral de Drienerstraat wordt nu gekenmerkt door veel leegstand. Om hierin het tij te keren, is het belangrijk de straten een duidelijk profiel te geven, waardoor zich hier specifieke winkels of andere bedrijvigheid zullen gaan vestigen. De Drienerstraat zou uitermate geschikt zijn voor bedrijvigheid waarvoor parkeren voor de deur van belang is. De Marktstraat zou een profiel kunnen krijgen voor startende ondernemers. De nadere profilering van beide straten moet nader onderzocht worden. Actie: Onderzoek/discussie profiel Drienerstraat (openstellen voor verkeer) Actie: Onderzoek/discussie profiel Marktstraat (startende ondernemers) • Actieve vastgoedontwikkeling Om specifieke locaties een impuls te geven, kan het wenselijk zijn om als gemeente het vastgoed al dan niet tijdelijk aan te kopen. Bijvoorbeeld om een specifiek profiel te geven aan een straat of om leegstand tegen te gaan. Een actieve inzet van de gemeente al dan niet in samenwerking met strategische partners kan dan essentieel zijn. Een stadsontwikkelingsmaatschappij is reeds in oprichting. Onderdeel hiervan zou een vastgoedontwikkelingsmaatschappij kunnen zijn. De wenselijkheid en haalbaarheid van een dergelijke maatschappij zal onderzocht moeten worden. Evenals welke strategische partners hierin kunnen participeren. Actie: onderzoek wenselijkheid en haalbaarheid actieve vastgoedontwikkeling • Monitoren detailhandelsontwikkelingen De ambitieniveau’s die zijn uitgesproken, moeten ook gemonitored worden, zodat indien nodig op het beleid kan worden bijgestuurd. Actie: jaarlijkse binnenstadsonderzoek Actie: vijfjaarlijks koopstromenonderzoek • Planologische uitwerking in bestemmingsplannen Uitermate belangrijk is de uiteindelijke vastlegging van de detailhandelsbestemming in het bestemmingsplan. Voor de binnenstad en de wijkwinkelcentra is dit niet zo moeilijk. Hier kan de bestemming detailhandel gegeven worden, waardoor alle mogelijke vormen van detailhandel zich hier kunnen vestigen. Vooral voor de detailhandel die zich kan vestigen op bedrijventerreinen is het een lastig issue, omdat niet alle vormen van detailhandel daar wenselijk worden geacht. De toekomstvisie geeft aan dat winkels voor gerichte non-food aankopen (perifere detailhandel) zich kunnen vestigen op bedrijventerreinen. De landelijke en provinciale wet- en regelgeving wijzigt nog op dit gebied. De traditionele perifere detailhandelsbranches kunnen worden vastgelegd in het bestemmingsplan. Of een eventuele verruiming van de perifere detailhandelsbranches mogelijk en wenselijk is of ingezet kan worden op thematisering zal nader uitgewerkt moeten worden. Eén en ander is afhankelijk van de landelijke en provinciale wet- en regelgeving. Onder meer van de mogelijkheden voor juridische vastlegging in het bestemmingsplan. Het is belangrijk de toekomstvisie juridisch te borgen. Actie: nadere uitwerking gerichte non-food detailhandel (perifere detailhandel) op bedrijventerreinen en mogelijkheden juridische borging • Profiel Plein Westermaat De laatste fase van Plein Westermaat zal zich verder moeten ontwikkelen als centrum voor gerichte non-food aankopen. Vooralsnog betekent dit dat uitbreiding met de traditionele perifere detailhandelsbranches mogelijk is. Of een eventuele verruiming van de perifere detailhandelsbranches mogelijk en wenselijk is of ingezet kan worden op thematisering zal nader uitgewerkt moeten worden. Eén en ander is afhankelijk van de landelijke en provinciale wet- en regelgeving. Onder meer van de mogelijkheden voor juridische vastlegging in het
20
bestemmingsplan. Er zal geen verdere uitbreiding van recreatieve detailhandel, zoals mode, plaats vinden. Thema’s die mogelijk onderzocht kunnen worden is een woonmall of automall. Actie: ontwikkelingsvisie Plein Westermaat en juridische vastlegging in bestemmingsplan • Herontwikkeling winkelcentrum Esrein In 2001 is begonnen met een onderzoek naar de ontwikkelingsmogelijkheden voor wijkwinkelcentrum Esrein. Uit de analyse blijkt dat het winkelcentrum niet meer aan de eisen van de huidige tijd voldoet. In 2006 wordt er gewerkt aan een ontwikkelingsvisie voor dit wijkwinkelcentrum. Deze ontwikkelingsvisie zal moeten worden voltooid. Actie: ontwikkelingsvisie (af)maken • Ontwikkeling buurtsteunpunt Klein Driene De winkels in de buurten Klein Driene, de Noork en Elsbeek liggen verspreid over meerdere locaties. Het is wenselijk deze winkellocaties samen te voegen tot één locatie. Door een samenvoeging van de winkels is een buurtsteunpunt, die voorziet in de directe dagelijkse behoeften, in dit gebied haalbaar. Actie: ontwikkelingsvisie winkelcentrum Klein Driene • Ontwikkeling buurtsteunpunt Olympiaplein De beoogde detailhandelsstructuur in Hengelo Zuid bestaat uit een wijkwinkelcentrum en twee buurtsteunpunten. In de Berflo Es zijn de winkels nog erg verspreid. Het is gewenst om in deze wijk tot een buurtsteunpunt te komen, die voorziet in de directe dagelijkse behoeften (supermarkt en paar dagwinkels). De ontwikkeling van dit buurtsteunpunt wordt meegenomen in de visie op Veldwijk Noord (FBK stadion). • Discussie koopzondagen Vooral vanuit de ondernemers op de bedrijventerreinen bestaat de wens om meer koopzondagen. De binnenstad heeft zes koopzondagen, die ze kwalitatief goed wil invullen. Vanuit kostenoverwegingen is het moeilijk om meer dan zes kwalitatief goed koopzondagen in te vullen. Hengelo wil zich profileren als winkelstad. De vraag is of de huidige hoeveelheid koopzondagen nog past bij de nieuwe profilering. Er zal hiertoe ook afstemming gezocht moeten worden met het marketingplan voor Hengelo. De relatie Plein Westermaat / binnenstad is hierbij tevens een aandachtspunt. Een discussie over de koopzondagen zal in de raad gevoerd moeten worden. • Belang warenmarkt voor binnenstad De warenmarkt kan een belangrijke bijdrage leveren aan de levendigheid in de binnenstad. Ook blijkt uit de jaarlijkse binnenstadsonderzoeken dat de warenmarkt een belangrijke trekker is voor de binnenstadsbezoeker. Echter het belang van deze trekker is de laatste jaren wel afgenomen. Er zal nader onderzocht moeten worden waar deze afname van aantrekkingskracht aan ligt. Het kan bijvoorbeeld aan het profiel van de warenmarkt liggen. Zijn de juiste branches vertegenwoordigd? Moeten er nieuwe worden toegevoegd? Het profiel van de warenmarkt moet passen bij het profiel van de binnenstad. Tevens zal gekeken moeten worden naar de meest geschikte locatie voor de warenmarkt in de binnenstad. Actie: onderzoek profiel en meest geschikte locatie warenmarkt
21
Bijlagen - “Detailhandelsstructuurvisie Hengelo” , Droogh Trommelen en Partners, juni 2006 - Reactienota Concept Detailhandelsstructuurvisie
22