Beknopt verslag van de vergadering van de Commissie Leefomgeving van 18 januari 2012 Aanwezig: de voorzitter: dhr. P. Heijnen de leden: de heren A. Vliegen, J. Schoenmaekers, S. Jaeqx, P. Dierks, C. Faessen, J. Loop, C. Beckers, H. Gielkens, R. Snijders, R. Dortu, R. Op den Camp, W. Leunissen en mevr. J. Wiertz-Hoedemakers collegeleden: Mevr. A. Winthagen-Bock, Mevr. S. Lipsch griffier: Mevr. B. Van der Wijst Afgemeld: Dhr. P. Vincken
1. Opening; De voorzitter opent de vergadering en heet iedereen van harte welkom. 1.1 vragenhalfuurtje Hiervan wordt geen gebruik gemaakt. 1.2 afmeldingen Zie boven. 1.3 mededelingen Geen. 1.4 insprekers Geen. 2.
Vaststellen;
2.1
vaststellen van de agenda
Dhr. Jaeqx vraagt naar de reden waarom de vergaderlocatie is gewijzigd. De voorzitter legt uit dat het presidium het belangrijk vindt om van locaties te wisselen om zodoende "richting de burger" te gaan. De wisseling van vergaderlocaties is bij wijze van proef ingesteld. De agenda wordt ongewijzigd vastgesteld. 2.2
Vaststellen verslag van 23 november 2011
Dhr. Dierks maakt een opmerking over het vragen en toezeggingen overzicht en zegt nog steeds geen antwoord te hebben ontvangen op zijn vraag zoals gesteld in de commissievergadering d.d. 12-10-2011 omtrent de reden waarom in Colmont een afwijkende werkwijze heeft plaatsgevonden inzake de wegrenovatie. Wethouder Winthagen - Bock zeg toe deze vraag schriftelijk te zullen beantwoorden. Het verslag wordt ongewijzigd vastgesteld. 3.
Raadsvoorstellen/Commissievoorstellen;
3.1
Erfgoedverordening
Op verzoek van wethouder Lipsch worden er kopieën uitgereikt met tekstuele aanpassingen van de erfgoedverordening. De aanpassingen zijn gedaan omdat gebleken is dat de gebruikte modelverordening iets afwijkt van de werkelijk gehanteerde procedure in Voerendaal.
1
Dhr. Jaeqx vraagt waarom er steeds vaker tijdens de commissievergaderingen wijzigingen worden aangereikt en er zonder vooraankondiging presentaties gegeven worden. Hij verzoekt om wijzigingen in de toekomst tot een minimum te beperken en indien er presentaties worden gegeven om de sheets op voorhand te verstrekken zodat de commissieleden zich hierop ter degen kunnen voorbereiden. Wethouder Lipsch geeft aan dat het mogelijk is om presentaties-sheets vooraf aan de commissieleden te doen toekomen. Eerste termijn: Mevrouw Wiertz- Hoedemakers vraagt hoe de monumentencommissie is samengesteld. Dhr. Jaeqx merkt op dat de vervanging van de monumentenverordening 2004 tot 4 x toe in het raadsvoorstel wordt genoemd en vraagt of dit niet overbodig vaak is? Spreker merkt ook op dat er in de stukken veel spelfouten zitten. Wanneer denkt de gemeente alle bestemmingsplannen 'Malta-proof' te hebben en welke kosten zijn hiermee gemoeid? Dhr. Dierks vraagt wie bepaalt of een pand wordt aangemerkt als monument en wie toezichthouder c.q. controleur is bij verbouwingen van monumenten. Worden de inpandige onroerende zaken van de als karakteristiek aangemerkte panden nog in kaart gebracht of is dit reeds gebeurd? Spreker meent dat "zogenaamde" op pagina 2 van 5 vervangen dient te worden door "zogenoemde". Bestaat er in de gemeente Voerendaal een monumentencommissie? Spreker vraagt zich tenslotte af of het niet te vrijblijvend is om geen gericht beleid te voeren op de aanwijzing van gemeentelijke monumenten en oppert dat het juist verstandig zou zijn om wel bepalingen op te nemen om hiermee zaken overzichtelijker te maken. Dhr. Faessen verzoekt om verduidelijking van de begripsbepalingen van de erfgoedverordening 2012. Hij legt uit een link te zien tussen de begripsbepalingen g, h en i en de begripsbepalingen c en d en merkt op dat de trefkansen bij genoemde items niet geheel overeenkomen. Hij vraagt of hier een ongelijkheid in zit en of deze aangepast kan worden. Ook wordt het verzoek gedaan of er een planning gegeven kan worden wanneer de bestemmingsplannen geactualiseerd zijn. Tenslotte vraagt de spreker of de zin op pag. 4 van 5 van het raadsvoorstel; 'Het uitgangspunt van deze wet en daarmee ook de Erfgoedverordening, is daarom primair dat in een bestemmingsplan, d.m.v. een gemeentelijke archelogische waardenkaart, wordt vastgelegd waar zich archeologische waarden in de bodem bevinden' eenvoudiger geformuleerd kan worden. Dhr. Vliegen geeft aan bij de begripsbepalingen de kwantitatieve of kwalitatieve maat te missen. Dhr. Gielkens wijst erop dat de begripsbepalingen monumenten en rijksmonumenten door elkaar heen gebruikt worden. Daarnaast worden subjectieve bewoordingen gebruikt in artikel 1 (bv. zaak en schoonheid). Daarnaast worden in artikel 3 t/m 13 gesproken over gemeentelijke monumenten terwijl de gemeente hier geen gericht beleid op lijkt te voeren volgens voorliggend raadsvoorstel. Spreker verzoekt om een overzicht van de rijksmonumenten en de karakteristieke panden te ontvangen. Wie bepaalt welke panden op deze lijsten komen en wat is de regelgeving in dit kader? Tenslotte pleit spreker voor het zorgvuldig omgaan met het cultureel erfgoed, het behoudt van kruisen, kapellen en het landschap. Dhr. Loop merkt op dat hij bij de inleiding, in de tweede zin, achter erfgoedverordening de woorden "in werking" mist. Hij geeft net als dhr. Gielkens aan dat het stuk beter leesbaar zou zijn indien er een eenduidig begrip gebruikt zou worden om de monumenten aan te duiden. Verder vraagt spreker welke revisietermijn er gehanteerd wordt inzake de erfgoedverordening en geeft aan het prettig te vinden als een kalender gemaakt zou worden waarop alle revisietermijnen van verordeningen zichtbaar gemaakt worden. Verder vraagt hij zich af waarom hoofdstuk 2, artikel 2 in de erfgoedverordening is opgenomen, aangezien er geen gemeentelijke monumenten zijn. Aan wie adviseert de monumentencommissie schriftelijk? Het is verder niet duidelijk waar het aanhangsel A. algemene toelichting bij hoort en verzoekt derhalve om verduidelijking hieromtrent. Wethouder Lipsch legt uit dat het stuk waarnaar dhr. Loop verwijst de toelichting is die behoort bij de erfgoedverordening. Dhr. Loop vervolgt met aan te geven dat de monumentencommissie bestaat uit 2 personen, zijnde de dorpsbouwmeester en zijn plaatsvervanger. Hij vraagt zich af of de dorpsbouwmeester verstand heeft van archeologische zaken. Tenslotte vraagt spreker nog in hoeverre de gemeente 'malta-proof' is en op welke termijn dit gerealiseerd dient te zijn. 2
Wethouder Lipsch antwoordt als volgt: ➢ Het wordt beaamt dat er een monumentencommissie is en dat deze bestaat uit de dorpsbouwmeester en een plaatsvervanger. ➢ Opmerkingen m.b.t. de spelfouten en de regie op de stukken zullen ter harte worden genomen. ➢ Om malta-proof te worden hoeven geen nieuwe bestemmingsplannen in gang gezet te worden. Er zijn een aantal bestemmingsplannen in de maak waarvoor de erfgoedverordening geldt als zijnde een overgangsregeling. Indien de bestemmingsplannen zijn afgerond zijn deze helemaal malta-proof. ➢ De gemeente Voerendaal heeft geen gemeentelijke monumenten, maar bij toewijzing worden deze panden direct als rijksmonumenten aangemerkt. Het is sinds lange tijd niet meer voorgekomen dat een pand is voorgedragen om als monument te worden aangeduid en de gemeente ziet de noodzaak niet om alsnog een regeling te maken om gemeentelijke monumenten toe te voegen. Het voordragen van een monument kan door een belanghebbende gebeuren, bv. gebruiker, eigenaar of andere partij. ➢ Over de terminologie, zogenaamd/zogenoemd wordt voorgesteld de term zogeheten te gebruiken. ➢ Er zijn een aantal toezichthouders, dit zijn gemeentelijke ambtenaren waaronder de BOA. Deze personen houden toezicht op de wetgeving, zijnde verordeningen, WABO, woningwet, monumentenwet, WRO, natuurbeschermingswet, flora en faunawet en APV. ➢ Bij karakteristieke panden is de voorgevel van betreffend pand beschermd. Wat inpandig gebeurt is niet bekend. In bestemmingsplannen worden enkel beschermende bepalingen t.b.v. de gevels opgenomen. ➢ De gemeente heeft ervoor gekozen om alles wat betrekking heeft op gemeentelijke monumenten te laten vervallen omdat hierop geen beleid wordt gevoerd. Indien panden als monumenten worden aangemerkt zal dit altijd onder een rijksmonumentenstatus zijn. ➢ Er zijn op verschillende niveau's instrumenten voor handen, daarbij heeft de gemeente zelf ook een verwachtingskaart, hierin worden bepaalde terminologieën gehanteerd als zijnde vakjargon. In de aanloop richting raadsvergadering zal gekeken worden naar de gebruikte terminologie. Als het mogelijk is om eenduidig taalgebruik in te voeren, dan zal dit worden meegenomen. Als echter een term gebruikt is vanuit een bepaald instantie, dan zal deze terminologie gehanteerd blijven. ➢ Er zullen een aantal bestemmingsplannen tussen maart en juli 2012 worden opgeleverd. Het bestemmingsplan Voerendaal dateert van 2006/2007, deze is reeds erfgoedproof. De postzegelplannen worden getoetst aan de verwachtingskaart van de gemeente en de regio. ➢ Aan de hand van de getoonde verwachtingskaart legt spreekster uit dat alles wat roodgekleurd is een hoge/middel verwachtingswaarde heeft en alles wat geelgekleurd is een lage verwachtingswaarde. ➢ De regioarcheoloog gaat kijken hoe de verwachtingskaart van de gemeente Voerendaal beter kan worden uitgelicht. De kaart moet gezien worden als een indicatief middel en geeft historische dorpskernen aan maar is niet volledig te kwalificeren of te kwantificeren. ➢ Er bestaan lijsten van panden die zijn aangeduid als rijksmonumenten en karakteristieke panden. Spreekster zeg toe deze lijsten te zullen toevoegen aan het raadsvoorstel. ➢ De karakteristiekheid van panden wordt aangegeven door de dorpsbouwmeester. Ook bij een bestemmingsplanwijziging heeft een eigenaar van een pand het recht om op de karakteristiekheid van zijn pand te wijzen. ➢ Het IKL inventariseert regionaal o.a. ook kruisen en kapellen. ➢ Op de erfgoedverordening is geen revisietermijn van toepassing omdat deze afhankelijk is van de ontwikkelingen in de wet en/of beleidswijzigingen. ➢ De erfgoedverordening treedt in de plaats van de monumentenverordening 2004. ➢ Er worden in de gemeente Voerendaal geen gemeentelijke monumenten aangemerkt. De gemeente is de behandelende instantie indien er een rijksmonument moet worden aangemerkt. ➢ Spreekster zeg toe om hoofdstuk 2 Beschermde Monumenten aan te vullen met de term Beschermde Rijksmonumenten. ➢ De monumentencommissie rapporteert schriftelijk over een aanvraag binnen 8 weken aan de gemeente. ➢ De dorpsbouwmeester heeft verstand van archeologie, dit behoort immers tot zijn takenpakket en zal anderszins ook externe deskundigen raadplegen. Tweede termijn: Dhr. Schoenmaekers merkt op dat er in de stukken staat dat er geen gemeentelijke monumenten zijn in de gemeente Voerendaal. In het verleden is echter veel geld geïnvesteerd in monumenten zoals hoeve Cortenbach, een vleermuizenkelder in het Haerenbos etc. Spreker vraagt nu of deze monumenten nu allemaal overgaan naar rijksmonumenten.
3
Dhr. Loop verzoekt om de begripsbepalingen voor de raadsvergadering van 9 februari a.s. in orde te maken. Dhr. Dierks vraagt of het mogelijk is om een lijst met voorbeelden te ontvangen die aangemerkt staan als monument. Hij benadrukt nogmaals dat hij het zonde zou vinden als de inpandige onroerende zaken niet beschermd zouden worden. Dhr. Faessen merkt op dat op pagina 4 van 5 van het raadsvoorstel de zin; beginnende met 'Het uitgangspunt van deze wet t/m kunnen bevinden' eenvoudiger en korter geformuleerd kan worden. Dhr. Dierks wijst er op dat dit een contaminatie betreft (spreker laat dit nadien veranderen in een tautologie). Wethouder Lipsch antwoordt als volgt: ➢ De toezegging wordt gedaan dat het raadsvoorstel tekstueel zal worden aangepast. ➢ Er zal een lijst met de als karakteristiek aangemerkte panden aan het raadsvoorstel worden toegevoegd. ➢ Bij een rijksmonument mag men niet zonder meer inpandig verbouwen, hier is men aan regels gebonden. Bij karakteristieke panden heeft de gemeente echter geen autoriteit om inpandige aanpassingen tegen te houden. ➢ In het verleden is door de gemeente geïnvesteerd in monumentale panden. Tegenwoordig is dit nog steeds mogelijk door bv. een schenking te maken om investeringen mogelijk te maken. Voorliggende erfgoedverordening ziet hier niet op toe, ook niet als er overdracht plaatsvindt naar een rijksmonumentenstatus. ➢ De erfgoedverordening is een formaliserend middel, toegespitst op het beleid, wat sinds jaar en dag binnen de gemeente Voerendaal gehanteerd wordt. Commissieadvies: het stuk kan worden doorgeleid naar de raad. 3.2
Milieuwerkprogramma 2012
Wethouder Winthagen - Bock laat tijdens de vergadering een gewijzigd overzicht m.b.t. de financiële, personele, organisatorische consequenties uitreiken aan de commissieleden en licht deze toe. Eerste termijn Dhr. Dortu vraagt waarom er al een nieuw afvalinzamelingsplan gemaakt wordt terwijl het oude plan nog geëvalueerd moet worden. Spreker vraagt of de kosten die door administratieve handelingen voortkomen (door de splitsing tussen het wisselen van containers van burgers met een medische indicatie en de overige burgers) niet duurder is t.o.v. het gratis omwisselen van containers voor alle burgers. Hij verzoekt tevens om een duidelijke definitie van de omschrijving medische indicatie. Tenslotte mist spreker concrete doelstellingen in het programmaoverzicht. Voor dhr. Faessen is het niet duidelijk, naar aanleiding van het uitgedeelde overzicht, of de advertentie- en de lidmaatschapskosten er nu bijkomen of dat de bedragen die in het milieuwerkprogramma staan gehanteerd blijven. Spreker vraagt zich af of de zin m.b.t. de inhuur bij de provincie weggelaten kan worden, aangezien in het stuk melding wordt gemaakt dat de inhuur vanaf 2012 zelf geregeld wordt. Dhr. Jaeqx vindt het slordig dat er opnieuw een financiële wijziging tijdens de commissievergadering wordt uitgedeeld. Zijn inziens daalt hierdoor het vertrouwen in de rest van de begroting. Spreker vraagt naar de stand van zaken m.b.t. de RUD en hoe de gemeente hierin staat. Is het een 'ja-mits', of een 'tenzij'? Gevoelsmatig vindt de spreker dat het in het jaarverslag genoemde percentage m.b.t. afvalscheiding aan de lage kant is en vraagt of het college voornemens is om een actie onder de voerendaalse bevolking op te starten om zodoende meer draagkracht tot afvalscheiding te creëren. Er zijn veel partijen (bv. de scouting) die aan hebben gegeven niet meer mee te doen met de schoonmaakacties, spreker vraagt of er naar een mogelijkheid gezocht kan worden om verenigingen meer/opnieuw te motiveren tot het leveren van een bijdrage. Dhr. W. Leunissen vraagt om uitleg waarom er in de planning vergunningverlening/meldingen en handhaving 2012 geen controles zijn uitgevoerd bij categorie 1. Spreker vraagt of de gemeente beschikking heeft over subsidiemiddelen om duurzaamheid te promoten en doet de suggestie om hieromtrent samenwerking te zoeken met energiemaatschappijen.
4
Dhr. Op den Camp vraagt of er reeds een alternatief middel ter vervanging van glysofaat voorhanden zal zijn na 2015. Spreker wilt graag weten wanneer een verlenging van de raamovereenkomst wordt verwacht. Tenslotte vraagt hij wat de voorstellen van het lokaal uitvoeringsprogramma voor Voerendaal behelzen en of het mogelijk is om een opsomming te geven. Dhr. A. Vliegen vraagt wanneer het jaarverslag 2011 verwacht kan worden. Hij vraagt tevens of visueel zwerfvuil niet wordt aangemerkt als een milieudelict en hoe dit in relatie tot hetgeen in het milieuwerkprogramma staat dan wordt gedefinieerd. Spreker verbaast zich over de conclusie dat er bodemonderzoeksdossiers als verloren beschouwd moeten worden door de brand van het gemeentehuis. De betreffende perceeleigenaren zullen ieder een beschikking hebben over het genomen besluit, spreker vraagt zich dan ook af waarom men deze besluiten niet actiever gaat opvragen én of de als verloren te beschouwen dossiers onder de brandverzekeringsgelden vallen. Welke preventieve middelen worden ingezet om om zwerfvuil te beperken? Het is voor spreker niet geheel duidelijk of gemeente Onderbanken handhavingscontroles binnen de gemeente Voerendaal uitvoert en verzoekt hieromtrent enige toelichting. Wat gaat de raamovereenkomst -bij het niet doorgaan- betekenen voor de lasten van de burgers van Voerendaal? Spreker roept de de gemeente op om trendsettend te zijn m.b.t. duurzaamheid en energie en vraagt tevens waaruit de speciale aandacht bestaat zoals omschreven in de gemeentelijke interne milieuzorg t.o.v. de nieuwbouw van het gemeentehuis. Hij is van mening dat het voor de commissieleden onmogelijk is om aan de hand van het huidig programmaoverzicht te kunnen toetsen en vraagt dienaangaande om het programmaoverzicht in een kalendervorm te gieten. Wethouder Winthagen - Bock antwoordt als volgt: ➢ Het is van belang om vooraleer een nieuw plan wordt opgestart, om het oude plan eerst te evalueren. ➢ Door de invoering van een 140l container is een goed afvalscheidingsgedrag voortgekomen. Er zal een voorstel komen i.v.m. het gratis wisselen van de containers. ➢ Een medische indicatie zal door een arts bevestigd moeten worden, zodat duidelijk is dat een burger door zijn/haar aandoening meer afval produceert. ➢ Op sommige uitgangspunten van het milieuwerkprogramma is het moeilijk om meetpunten in te bouwen. ➢ De advertentiekosten zijn niet verwerkt in de begroting. Dhr. Faessen interrumpeert en vraagt wat nu de juiste bedragen zijn die in het raadsvoorstel gehanteerd zullen worden. Wethouder Winthagen - Bock vervolgt: ➢ De financiële bijlage zoals uitgereikt is de juiste en deze zal in het raadsvoorstel verwerkt worden. ➢ De zin 'De provincie huurt zelf adviesbureaus in voor de inzet van deze menskracht bij de gemeente Voerendaal' kan uit het milieuwerkprogramma geschrapt worden. ➢ Spreekster spreekt excuses uit voor de slordigheidsfouten. ➢ Inzake de RUD kan een “ja-mits” ingevuld worden. ➢ In de komende tijd zal er meer educatie gegeven worden om zwerfafval tegen te gaan. Door middel van het organiseren van een schoonmaakdag wordt getracht om meer burgers bewust te maken van zwerfafval. Dhr. Jaeqx interrumpeert met de vraag of er ook aandacht is voor de afvalscheiding in de kliko's. Worden er nog actief andere verenigingen benaderd om deel te nemen aan de schoonmaakdag? Wethouder Winthagen - Bock vervolgt: ➢ De schoonmaakdag wordt middels artikelen in magazines of in het Parkstad Weekblad extra onder de aandacht gebracht. ➢ Het is gebleken dat het erg moeilijk is voor verenigingen om hun leden te bewegen om aan schoonmaakacties deel te nemen. ➢ De genoemde Categorie 1 in de tabel op pagina 9 van het milieuwerkprogramma staat voor een lage categorie. Dit is een categorie waarop geen controles meer worden uitgevoerd. De bedrijven die hieronder vallen (bv. winkels) ontplooien geen milieu-bedreigende activiteiten. ➢ De gemeente kent geen stimuleringssubsidie voor duurzaamheid, bij Provincie Limburg is er wel nog een regeling van kracht. 5
➢ ➢
➢ ➢
Het ligt in de lijn der verwachtingen dat er voor 2015 een oplossing zal zijn ter vervanging van het onkruidbestrijdingsmiddel glysofaat. Momenteel vinden er onderhandelingen plaats inzake de raamovereenkomst over de inzameling en verwerking van kunststof verpakkingsafval tussen de VNG, het IPO (Inter Provinciaal Overleg) en de gemeenten. Het is nog niet duidelijk welke kant men zal opgaan. Voor de Rd4-gemeenten loopt in 2012 alles gewoon door. De handhaving van milieudelicten binnen de gemeente Voerendaal wordt gedeeltelijk uitgegeven aan de gemeente Onderbanken en aan Provincie Limburg. De bodemonderzoeksdossiers die in het archief van de gemeente lagen opgeslagen, worden momenteel gevriesdroogd en de verwachting is dat deze dossiers op enig moment weer beschikbaar zullen zijn.
Dhr. A. Vliegen interrumpeert: Voerendaal Actief adviseert de gemeente om actief de ontbrekende bodemonderzoeksdossiers bij betreffende bedrijven op te vragen. Wethouder Lipsch antwoordt dat deze actie reeds heeft plaatsgevonden en dat een grote groep ondernemers de oproep ter harte hebben genomen, maar dat er ook bedrijven zijn die er bewust voor kiezen om geen bodemonderzoeksdossiers aan te leveren. Wethouder Winthagen - Bock vervolgt: ➢ Zwerfvuil wordt door het jaar heen door medewerkers van de buitendienst, Licom en d'r Stjiel opgeruimd. ➢ De kosten van het vriesdrogen van dossiers én het opnieuw samenstellen van de verloren te beschouwen dossiers worden vergoed door de brandverzekering. ➢ Aangezien de verwerking van kunststof verpakkingsafval geld oplevert zal de burger niet geschaad worden indien de raamovereenkomst niet verlengd wordt. ➢ Een voorbeeld m.b.t. duurzaamheid die ingezet wordt bij de bouw van het nieuwe gemeentehuis is dat er duurzaam wordt gestookt op houtkorrels (bio-massa). Wethouder Lipsch vult aan dat de duurzaamheid bij de bouw van het nieuwe gemeentehuis bestaat uit een veelvuldigheid van aspecten. Er wordt een gescheiden watersysteem aangelegd, de verwarming zal via een bio-massa installatie lopen etc. De lijst van duurzaamheidsmaatregelen is voor 99% doorgevoerd in de bestektekening. Wethouder Winthagen - Bock vervolgt: ➢ Tabel 1 milieuwerkprogramma 2012 op pagina 16 geeft al veel duidelijkheid. Dhr. A. Vliegen interrumpeert en vindt dat de commissie een overzicht aangereikt zou moeten krijgen waarbij de mogelijkheid geboden wordt om te controleren of toetsen wat de behaalde resultaten zijn. Wethouder Winthagen - Bock antwoordt dat het niet altijd mogelijk is om doelstellingen meetbaar weer te geven. Dhr. Dortu interrumpeert en zegt dat hiervoor net het milieuwerkprogramma is opgesteld. Zonder concreet geformuleerde doelstellingen vertegenwoordigt dit programma geen enkele waarde. Wethouder Winthagen - Bock reageert hierop door aan te geven dat er wel kaarten beschikbaar zijn op regionaal niveau (Parkstadbreed). Dhr. Dortu vraagt of bijvoorbeeld het milieu-effect van de elektrische oplaadpunten op Klimmen en in Voerendaal bekend is. En wat dan de overweging van de gemeente is om deze oplaadpunten te realiseren als het milieu-effect niet inschatbaar is. Wethouder Winthagen - Bock zegt dat niet kan worden aangeven wat het milieu-effect zal zijn m.b.t. de genoemde oplaadpunten. De vooruitstrevendheid om deel te nemen aan deze ontwikkeling is heel belangrijk, ook al is vooraf het effect op het milieu niet te overzien. Het jaarverslag van 2011 zal volgens de wettelijke verplichting in de laatste raadsvergadering van 2012 (d.d. 13-12-2012) worden aangeboden, evenals het milieuwerkprogramma van 2013.
6
Wethouder Lipsch vertelt dat de gemeente Voerendaal m.b.t. de IBA niet in alles volgzaam is, omdat Voerendaal t.o.v. andere (grotere) Parkstadgemeenten een meer landschappelijk karakter heeft. De vormgeving van de IBA is op dit moment nog conceptueel. Daarbij is de gemeente Voerendaal naar voren gekomen als een gebied waar veel kansen liggen op het gebied van duurzaamheid. Voerendaal is tevens bij Parkstad in beeld gebracht m.b.t. de uitstoot als gevolg van de buitenring. Tweede termijn Dhr. Schoenmaekers verzoekt om een nadere toelichting omtrent de hoogte van de advertentiekosten. Hij oppert tevens om met uitvoerders van de Licom en d'r Sjtiel in conclaaf te gaan, zodat de werknemers van genoemde instellingen actiever worden in het oprapen van zwerfvuil binnen de gemeente Voerendaal. Daarbij zou men niet alleen de hoofdwegen maar ook de zijwegen zwerfvuil vrij dienen te maken. Dhr. Gielkens vraagt welk bedrag de de afvalverwerking opbrengt en of deze meevaller dan ook op de afvalstoffenheffing in mindering wordt gebracht. Dhr. W. Leunissen vraagt of de bedragen van de uitgereikte bijlage Financiële, personele, organisatorische consequenties bijgewerkt zullen worden in het milieuwerkprogramma. Wethouder Winthagen - Bock beaamt dat de bedragen zullen worden bijgewerkt. Dhr. W. Leunissen vervolgt met de suggestie om bv. het verlichtingsplan te verwerken in het voorliggend milieuwerkprogramma. Hij stelt voor om toch m.b.t. de categorie 1 vergunningverlening/meldingen en handhaving 2012, steekproefsgewijs controles te gaan uitvoeren. Dhr. Loop merkt op dat het van belang is dat burgers weten of het ophalen van plastic afval in de huidige vorm gehandhaafd zal blijven, vooraleer ze een keuze maken om hun container om te laten wisselen. Verder vindt spreker de verlenging van de raamovereenkomst wel degelijk van belang omdat men zich ervan bewust moet zijn dat de kosten stijgen als de containers in de toekomst weer gevuld worden met plastic. De containers raken dan namelijk weer sneller vol en de burger zal deze dan ook vaker ter lediging aanbieden. Mevr. Hoedemakers - Wiertz merkt op dat de gebruikte terminologie glysofaat gewijzigd moet worden in glyfosaat. Verder vraagt spreekster of er een apart milieubeleidsplan gemaakt zal worden. Wethouder Winthagen - Bock antwoordt dat er geen apart beleidsplan zal komen. Dhr. Dierks verzoekt om uitleg omtrent de gebruikte term 'getrapte besluitvorming'. Hij vraagt tevens wie bepaald heeft om niet meer deel te nemen aan verbeterdebuurt.nl en wat de reden hiervan is? Wethouder Winthagen - Bock antwoordt als volgt: ➢ Er zal een schriftelijk antwoord gegeven worden met uitleg waarom de gemeente Voerendaal uit het project verbeterdebuurt.nl is gestapt. ➢ Getrapte besluitvorming houdt in dat er sprake is van een gefaseerde uitvoering. ➢ De term glysofaat zal worden aangepast in glyfosaat. ➢ Het is niet mogelijk om een verlichtingsplan te integreren in een milieuplan. ➢ De opmerking scheiding plastic voor en na-scheiding zal als waarschuwing worden opgenomen. ➢ Bij categorie 1 handelt het zich om kleine bedrijven die weinig afval produceren. Steekproefsgewijze controle wordt daarom niet zinvol geacht. ➢ Er is een meerjarig verlichtingsplan voor handen, dit staat ook op de website. Dhr. W. Leunissen interrumpeert met het verzoek om plannen die parallel lopen aan het milieuwerkprogramma ook hierin te benoemen en als doelstelling op te nemen. Wethouder Winthagen - Bock vervolgt: ➢ De plannen die parallel lopen aan het milieuwerkprogramma zullen worden opgenomen in het overzicht van 2011, welke gepresenteerd worden in de laatste raadsvergadering van 2012. ➢ Inzake opruiming zwerfvuil zal actie worden ondernomen richting de opdrachtverlener en de buitendienst. ➢ De advertentiekosten komen voort uit publicaties van milieuvergunningen die wekelijks in het weekblad Parkstad gepubliceerd worden.
7
Wethouder Lipsch geeft een verduidelijking van getrapte besluitvorming: gefaseerd betekent dat je vroegtijdelijk werkzaamheden gaat uitvoeren of keuzes gaat maken en getrapt houdt in dat er op enig moment opgeschaald kan worden. Zij stelt dan ook voor om de terminologie getrapte besluitvorming te handhaven. Dhr. Gielkens stelt opnieuw de vraag hoeveel de opbrengst van de afvalverwerking heeft opgeleverd. Wethouder Winthagen antwoordt dat er per huishouden € 15,00 in mindering is gebracht op de afvalstoffenheffing. Commissieadvies: het stuk kan worden doorgeleid naar de raad. 4.
Informatief;
4.1
Terugkoppeling lopende projecten door portefeuillehouders
Wethouder Lipsch vertelt dat er een ISVIII subsidie van € 818.000,- is toegekend t.b.v. Kernplan II. Wethouder Winthagen - Bock vertelt dat er nieuwe regels komen voor het stoken van snoeihout. De doelstelling wordt nagestreefd om enkel burgers die op hun perceel landschapselementen hebben, waardoor zij buitenmatig veel groenafval produceren, in aanmerking te laten komen voor een stookvergunning. Verder vertelt ze dat er een procedure is opgestart voor de aanbesteding van het afval in 2014. Er is een beloning van € 2.000 in de wacht gesleept door kledinginzameling. De opbrengst hiervan is overgedragen aan 2 goede doelen: € 1.000 t.b.v. Stichting Pater Bos en € 1.000 t.b.v. Missiewerk Vrienden van Chiromo. Dhr. Faessen vraagt of de nieuwe stookvergunning nog in de commissievergadering behandeld zal worden en of dit daadwerkelijk wel een bevoegdheid van het college is. Wethouder Winthagen - Bock antwoordt dat het college verantwoordelijk is voor de invoering van de stookvergunning en dat het stuk derhalve niet in de commissievergadering ingebracht zal worden. Dhr. Schoenmaekers vraagt waarom de stookvergunning niet in de milieuverordening opgenomen is. Wethouder Winthagen - Bock zeg toe dit nog te laten uitzoeken. Zij is in de veronderstelling dat dit een besluit is wat door het college genomen wordt. 4.2
Terugkoppeling leden AB/DB Rd4
Wethouder Lipsch vertelt dat de opkomst van voerendaalse raadsleden bij de informatieavond Parkstad d.d. 16-01-2012 zeer teleurstellend was en onderstreept het belang van de aanwezigheid van tenminste 1 lid van elke raadsfractie. 5.
Sluiting
De voorzitter dankt iedereen voor zijn inbreng en sluit de vergadering.
8