2015-2016 Az Damiaan Thierry Claeys Céline Vande Vannet Cel begeleiding en retentie
ZE 440 Geriatrie
INTRODUCTIEBROCHURE STUDENTEN VERPLEEGKUNDE
Beste student
Het team van de afdeling ZE 440 heet je van harte welkom op de afdeling. We zullen ons best doen om je zo goed mogelijk te begeleiden zodat je je thuis voelt in onze groep. Via de introductiebrochure krijg je een eerste kennismaking met de dienst. Je krijgt wat info over de algemene gebruiken van de afdeling. De brochure is slechts één onderdeel van de introductie, op je éérste stagedag krijg je ook nog een rondleiding op de afdeling en een uitgebreide uitleg over het verpleegdossier. Tijdens je stage zal je begeleid worden door de stagementoren maar ook alle andere verpleegkundigen staan mee in voor een goed verloop van je stage. De stage geriatrie zal op veel vlakken wat anders zijn dan een stage op een andere afdeling. Als je ervoor open staat, dan zal je veel ervaringen opdoen die je ook op andere stages zal kunnen gebruiken want geriatrische patiënten vind je terug op alle afdelingen. We vinden het als stagementoren belangrijk dat je je eigen leerproces in handen neemt en initiatief neemt om zaken in te oefenen. Neem contact op met de verpleegkundige waar je mee samenwerkt om het maximale uit je stage te halen. Op het einde van de stage mag je als student ook je mening geven over je opvang en begeleiding op de afdeling. We vinden jouw mening belangrijk zodat we onze begeleiding kunnen aanpassen voor de toekomstige studenten. We wensen je veel succes in deze stageperiode en we verwachten ook van jou een actieve inzet om je leerproces uit te werken.
ALGEMENE GEGEVENS HOOFDVERPLEEGKUNDIGE Ellen Coudeville
[email protected] 059 41 64 42
SPECIALISME
Geriatrie
DIENSTHOOFD Dr. K. Goddeeris ARTSEN
Dr. K. Goddeeris (ZE 440) Dr. G. Ghys (ZE 245) Dr. A. Vandenbroucke (ZE 445) Dr. C. Vandenbon (ZE 240)
VERPLEEGKUNDIG TEAM Het team bestaan uit één hoofdverpleegkundige en een 15-tal verpleegkundigen en zorgkundigen. Daarnaast zijn er ook afdelingsassistenten en een team van poetsvrouwen. De afdeling heeft 3 stagementoren Patricia D’Arras Sandra Seru Ann-Sofie Decock AANTAL BEDDEN 25 bedden AANTAL KAMERS 1 persoonskamers: 9 2 persoonskamers: 8
BEZOEKUREN 14.00 tot 20.00 uur op donderdag van 16.00 tot 20.00 uur omwille van de socionamiddag
VISIE EN MISSIE Het Algemeen Ziekenhuis Damiaan wil vanuit een christelijke inspiratie een toonaangevende partner zijn in de regionale Gezondheidszorg. Het Az Damiaan staat borg voor een kwaliteitsvolle, klantgerichte en toegankelijke specialistische interdisciplinaire zorgverlening, waarbij de patiënt een centrale plaats inneemt. De geriatrische dienstverlening en het zorgprogramma geriatrie zijn in hun concept, organisatie en uitbouw terreinen bij uitstek waar deze missie gestalte kan krijgen. De vergrijzing van de bevolking en in het bijzonder de toename van 80-plussers vragen een aanpassing van de bestaande gezondheidsstructuren. De aan veroudering gekoppelde gezondheidsproblemen geven de geriatrische patiënt een bijzonder profiel. In die zin vragen de geriatrische patiënten een specifieke en zeer intensieve aanpak. In Oostende en randgemeenten zijn er bijzonder veel en een groeiend aantal ouderen. De mantelzorg is vaak ontoereikend en de stedelijke bevolkingsdensiteit bijzonder hoog in vergelijking met naburige stadskernen, wat een bijkomende bron van stress en kwetsbaarheid kan zijn. Om deze redenen streeft het Geriatrisch Centrum van Az Damiaan naar een adequate structuur van de geriatrische zorg met behulp van het zorgprogramma voor de Geriatrische Patiënt. De opdracht van onze dienst Geriatrie is de zorgcontinuïteit te verzekeren via een gespecialiseerde, pluridisciplinaire en intensieve benadering van de geriatrische patiënt(e ) zowel VOOR, TIJDENS als NA de hospitalisatie. Az Damiaan wil hierin een toonaangevende rol spelen in de regio en een “referentiecentrum voor geriatrische zorg” worden, door middel van: hoogstaande geriatrische zorg geoptimaliseerde samenwerking met de eerste lijn, de RVT’s en thuiszorgdiensten een goed uitgebouwd ZPG opmaken van specifieke zorgpaden voor de verschillende geriatrische syndromen, waarmee ouderen zich aanbieden, rekening houdend met de urgentie ervan een duidelijke info naar de patiënt en de eerste lijn toe. nauwe samenwerking van de geriaters onderling nauwe samenwerking van het pluridisciplinair team opleiding van de verpleegkundigen, referentieverpleegkundigen en paramedici vastgestelde overlegmomenten met de directie en het bestuur van Az Damiaan met het doel deze visie en missie te kunnen waarmaken in onderling overleg Het hoofddoel van de geriatrische zorg is streven naar een optimaal herstel van de functionaliteit en een zo groot mogelijke zelfredzaamheid en levenskwaliteit van de oudere via een pluridisciplinaire aanpak, steeds in nauw contact met de andere betrokken gezondheidsactoren en naastbestaanden. Als referentiecentrum wensen wij een voorbeeldfunctie te vervullen door middel van patiëntgerichte zorg, goede communicatie intern en extern, vernieuwende aanpak en behandeling.
ZORGPROGRAMMA GERIATRIE Het Koninklijk Besluit van 29 januari 2007 betreffende de normen, waaraan een geriatrisch zorgprogramma in een ziekenhuis moet voldoen om te worden erkend (gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad op 7 maart 2007), is bedoeld om optimaal aan de zorgbehoeften van de geriatrische patiënt tegemoet te komen. Het uitgangspunt is “de geriatrische zorgcultuur” waarbij een globale benadering van de geriatrische patiënt wordt beoogd. Gezien de (vaak aan de veroudering gekoppelde) kenmerken (verminderde homeostase, fysiologische zwakte, neiging tot inactiviteit, polypathologie…) vragen de ouderen en dan vooral de geriatrische patiënten een zeer gespecialiseerde, pluridisciplinaire en intensieve benadering zowel voor, tijdens als na een hospitalisatie ! De doelgroep van het zorgprogramma geriatrie bestaat uit de populatie geriatrische patiënten van gemiddeld ouder dan 75 jaar, die een specifieke aanpak vergen om verschillende redenen: • verminderde homeostase en fragiliteit • fysiologische zwakte • polypathologie en polymedicatie • chronische aandoeningen • gevaar voor deficiënte voeding • complexe sociaal-economische situatie • tendens tot inactiviteit en bedlegerigheid, met toegenomen risico op opname in een instelling en afhankelijkheid bij de ADL
De 5 onderdelen van het zorgprogramma geriatrie zijn 1.
Een erkende dienst G waarop de stage zal verlopen en hieronder de nodige uitleg volgt
2.
Het dagziekenhuis voor de geriatrische patiënt (GDZ) met volgende doelstellingen: • Ofwel: verdergezette ambulante geriatrische pluridisciplinaire revalidatie na vb. opname (max. 3 maanden) • Ofwel: therapeutische doeleinden (wondzorg, IV behandeling, transfusie…) • Ofwel: diagnostische doeleinden zoals investigaties, assessment
3.
De ambulante geriatrische consultatie = geriatrisch advies via een consultatie, op vraag van de huisarts.
4.
De interne liaison biedt een complementaire, geriatrische benadering aan bij de zorg voor de gehospitaliseerde geriatrische patiënt, die niet op een dienst G verblijft. Het voornaamste doel is het herkennen, voorkomen of tijdig opvangen van die factoren die uiteindelijk de oorzaak kunnen zijn van toegenomen zorgafhankelijkheid met verlengde hospitalisatie, toegenomen nood aan ondersteuning in de thuissituatie of plaatsing tot gevolg.
5.
De externe liaison stelt de geriatrische pluridisciplinaire deskundigheid ter beschikking van de huisarts, de coördinerende en de raadgevende arts (CRA) van de WZC’s en de zorgverleners van de doelgroep (thuiszorgdiensten). Ze is bedoeld om de zorgcontinuïteit te bewerkstelligen, onnodige opnames te vermijden en om synergieën en functionele samenwerkingsverbanden en -netwerken te ontwikkelen.
PATHOLOGIEËN EN BEHANDELINGEN PATHOLOGIEËN De patiënten op onze afdeling lijden aan multipathologie. De belangrijkste zijn: aandoeningen aan het zenuwstelsel met o.a. acute verwardheid, ziekte van Alzheimer, ziekte van Parkinson enz… diabetespatiënten, vaak met ontregelde glycemie insufficiëntie t.h.v. de onderste ledematen patiënten met longaandoeningen, COPD, dyspnoe, pneumonie aandoeningen aan het maag- en darmstelsel o.a. anorexie, sliding hernia, faecale impactie, incontinentie urologische problemen zoals incontinentie, urineweginfecties, blaasatonie revalidatie na orthopedische ingrepen aandoeningen aan het hart en vaatstelsel vitaminedeficiënties patiënten met depressie patiënten opgenomen omwille van vallen als gevolg van orthostatische hypotensie
BEHANDELINGEN De behandeling wordt gestart na een grondig onderzoek en is hoofdzakelijk medicamenteus. Vaak gaat een medicatiebeleid samen met mentale ondersteuning, zowel van de patiënt als van zijn naaste familie. Hier werken we nauw samen met de psychologe om een correcte diagnose te stellen en zo de medicatie aan te passen. Gezien de geriatrische patiënt verschillende aandoeningen tegelijk kan hebben wordt dan ook vaak advies gevraagd aan andere behandelende geneesheren zoals bv. urologie, maag- en darmspecialisten, orthopedisten enz… De behandeling wordt altijd afgesteld op de algemene toestand van de patiënt: een coloscopie wordt pas uitgevoerd indien de algemene toestand van de patiënt het toelaat. Ingrijpende onderzoeken of ingrepen worden ook altijd pas uitgevoerd na overleg met patiënt en zijn familie. Als de algemene toestand van de patiënt het tenslotte begeeft schakelt men over op comfortzorg, d.w.z. wat de patiënt wil kan hij krijgen. Een goed overwogen DNR beleid is op onze afdeling dan ook noodzakelijk.
KENMERKEN VAN PATIËNTENPOPULATIE Geriatrische patiënten zijn voor een groot stuk afhankelijk voor de ADL. Er is zeer vaak hulp nodig bij het wassen, aankleden, eten, medicatie-inname enz. Daarnaast is er ook zeer vaak structuratie nodig van de patiënten met dementie. We hebben dan ook een uitgebreid ROT schema. Het is voor de geriatrische patiënt zeer belangrijk om actief te blijven, daarom zijn onze patiënten ook zo weinig mogelijk te bed. Enkel over de middag wordt een dutje gedaan. Op die manier vermijd je ook een omkering van het dag- en nachtritme. Om het ziektegevoel te verminderen wordt iedereen aangekleed met dagkledij en eten ze samen in het restaurant. De maaltijden worden in buffetvorm opgediend, zo wordt de eetlust van de patiënten gestimuleerd en moeten de patiënten niet op voorhand beslissen wat ze willen eten. Samen eten bevordert bovendien ook de eetlust en je hebt als verpleegkundige meer zicht op al je patiënten en je kunt meerdere patiënten tegelijkertijd helpen. Na de verzorging gaan onze patiënten naar de ergo en de kiné, deze zijn gezamenlijk maar ook individuele oefeningen komen aan bod.
MEEST VOORKOMENDE VERPLEEGACTIVITEITEN De zorg op een geriatrische afdeling bestaat hoofdzakelijk uit een algemene basisverzorging, hulp bij de hygiënische zorg, mobiliteitsondersteuning, hulp bij de voeding, continentietraining, medicatie toedienen Daarnaast zijn er ook de technische handelingen zoals bloednames, sonderen, wondverzorging, plaatsen van infusen en toedienen van medicatie intraveneus, controle van de glycemie, opnemen van de parameters, ... Als verpleegkundige moet je ook beschikken over goede communicatieve vaardigheden om de verwarde en dementerende patiënt zo goed mogelijk te begeleiden. Het is dan ook belangrijk om een goede anamnese af te nemen samen met de naaste familieleden. Zo deze niet meer aanwezig zijn wordt contact opgenomen met het woon- en zorgcentrum waar de patiënt verblijft. Goede en concrete rapportage, zowel schriftelijk als mondeling, zijn essentieel om de behandeling van de patiënt zo goed mogelijk te optimaliseren .
Links naar intranet (procedures…) Op intranet zijn alle procedures terug te vinden die van toepassing zijn op geriatrie. Vraag info bij de verpleegkundigen om toegang tot het systeem te krijgen.
OVERLEGSTRUCTUREN OP ZE 440 Verpleegkundig niveau Dienstniveau Patiëntenoverdracht 3 maal per dag Dienstnota’s Procedures en standing orders Dienstvergaderingen 4 tot 6 maal per jaar Bijscholingen Ad hoc werkgroepen Ziekenhuisniveau Overleg met zorgmanager Vergaderingen van hoofdverpleegkundigen Vergadering diensthoofden, hoofdverpleegkundigen en directie Met artsen De arts komt dagelijks op de afdeling om de problemen te bespreken Twee maal per week is er patiëntenronde waarbij patiënt en familie op de hoogte worden gebracht van de toestand van de patiënt.
Multidisciplinair overleg Dagelijks is er informeel overleg tussen de verschillende disciplines, dit om de behandeling van de patiënten zo vlot mogelijk te laten verlopen. Op dinsdag is er multidisciplinaire teamvergadering. Hierin komen dokter, verpleging, ergo, kiné, logo, sociale dienst en pastorale dienst samen om de algemene vorderingen van de patiënt te bespreken en zijn ontslag voor te bereiden.
ZORGMODEL Op ZE 440 wordt er patiëntgericht verpleegd volgens het systeem van integrerende verpleging. De dienst is opgesplitst in 2 zorgzones, elk met zijn verantwoordelijke verpleegkundige. Als student werk je samen met één van deze verpleegkundigen in onderlinge afspraak. Je kan er je patiënt opvolgen, in samenspraak met je mentor of verpleegkundige. Je krijgt een zekere verantwoordelijkheid maar je bent niet eindverantwoordelijk voor je patiënten, alle zorg gebeurt in overleg en je rapporteert rechtstreeks bij je begeleidend verpleegkundige.
DAGINDELING OP ZE 440 UUR 06.30-06.45 u 06.45-07.45 u
07.45-08.00 u 08.00–08.45 u
08.45 u 11.00 u
11.30-12.15 u
12.15 – 13.30
13.30 – 14.00
14.00 – 14.30
14.30 – 15.00 15.00 – 17.00
17.00 17.30
18.15 19.15
Situatie dagelijkse werking Overdracht van de nachtdienst aan de 4 vroegdiensten. Per zorgzone start een vpk met de zorgen van een aantal patiënten en dit volgens de haar beste organisatie van de zorg. Maximaal gebruik van het verpleegdossier tijdens de hygiënische zorg: inkijken dossier voor de aanvang van de zorg, invullen van dossier onmiddellijk na de zorg en de planning voor de volgende dag De vroegdiensten zorgen voor de transfers naar het restaurant voor het ontbijt samen met de logistiek medewerkster Ontbijt in buffetvorm. De verpleging houdt toezicht in het restaurant en biedt hulp waar nodig. De vroegdiensten controleren en delen hun medicatie uit en dienen daarna de plateaus op (op de kamers elk voor haar eigen toegewezen patiënten). Alle controle van de medicatie gebeurt elektronisch via het EMV. Noteren van eetgedrag op het daar toe bestemd formulier. Transfer naar de ergotherapie van de patiënten die verzorgd zijn en ontbeten hebben door de verpleging en de logistiek Na het ontbijt worden de overige patiënten verzorgd, ook terug per zorgzone. Als student werk je verder met de verpleegkundige waar je mee gestart bent in je vroegdienst. Pauzes van de vroegdiensten Transfer naar het restaurant door de afd. ass. en verpleging Patiënten krijgen een aperitief aangeboden Middagmaal in het restaurant en toediening medicatie door de verantwoordelijk verpleegkundige. Hulp bieden waar nodig Noteren van eetgedrag op het daar toe bestemd formulier. Transfer naar de kamer en zorgen toedienen: inspuitingen en toedienen medicatie gebeurt door de toegewezen verpleegkundige alsook het opmaken van het ontslag van zijn/haar patiënten voor de volgende dag (cf. afspraken)………Aftekenen van de medicatie na toediening Noteren van eetgedrag in VPD, parameters en eventuele observaties De hoofdverpleegkundige neemt de leiding en geeft de info door aan de avonddiensten samen met de leden van module1. Ondertussen doen de leden van module2 de beloproepen. Daarna wordt gewisseld. Patiënten worden terug opgezet en eventueel worden er parameters genomen. De A dienst gaat naar de zorgzone die hem/haar is toegewezen en de vroegdiensten helpen de avonddiensten naargelang de zorgzone (toegewezen patiënten) waarin hij/zij werkte Bij afwezigheid van de logistiek assistente wordt er koffie opgediend en afgediend en er wordt hulp gegeven aan patiënten waar nodig. Bijvoeding geven waar nodig Namiddagverzorging volgens toewijzing. Toedienen van medicatie. Gebruik maken van zorgen en overdrachtsformulier Transfer van patiënten naar het restaurant door verpleegkundigen en logistiek assistente Avondmaal in buffetvorm Controle en toediening medicatie volgens toewijzing Aftekenen van medicatie na toediening elk voor haar eigen patiënten Controle eetgedrag en noteren op zorgen en overdrachtsformulier Transfer naar de kamers + zorgen toedienen: hulp WC + nachtkledij aandoen Invullen eetgedrag en bijkomende parameters
19.45 – 21.00
21.15 21.30
0.30 2.30 5.00
6.30 – 6.45
3 avonddiensten kijken het verpleegdossier in. Ze dienen de nodige zorgen en de medicatie van 20.00 uur toe, tekenen die af en noteren een verslag van de observaties en dit terug volgens toewijzing. Aanvullen verbandwagens voor de nachtdiensten Overdracht naar de nachtdienst door de 3 avonddiensten elk voor zijn/haar toegewezen patiënten Eerste patiënten ronde (wisselhouding, verversen, temperatuurcontrole, hulp geven waar nodig……) Toedienen van medicatie om 22.00 uur en aftekenen Klaarzetten medicatie en bestellen van medicatie conform de afspraken. Uitvoeren van administratieve taken Beloproepen beantwoorden Klaarleggen geplande onderzoeken en af te nemen schalen per zorgzone. Aanbrengen kleine vignetten op de bloedaanvragen Toedienen van medicatie doorheen de nacht en aftekenen Tweede patiëntenronde Derde patiëntenronde Vierde patiëntenronde Observaties noteren in het verpleegdossier Klaarleggen van zakje en bloedtubes voor bloednames Overdracht van de nacht naar de vroegdiensten volgens de toegewezen patiënten Cf. afspraken zorgmodel)
SAMENWERKING MET ANDERE DISCIPLINES
Spoedgevallen Opnameplanning Medische beeldvorming Labo Apotheek Ergotherapie Kinesitherapie Sociale dienst Pastorale dienst Logopedie Diëtistes en nutritieteam Diensten voor thuisverpleging Huisartsen Geriatrisch dagziekenhuis Psychologe
VEEL VOORKOMENDE TERMEN EN AFKORTINGEN AAT
achteruitgang algemene toestand
ADL
activiteiten van het dagelijkse leven
Coloscopie
het kijken met een scoop in de darmen via de aars. Als voorbereiding van dit onderzoek moeten de mensen Moviprep® drinken. Dit is een zoutoplossing die de darmen reinigt. De patiënten moeten die vloeistof opdrinken tot de darmen proper zijn, m.a.w. tot er geen stoelgang meer in de darmen aanwezig is. Bij patiënten die dit niet kunnen of mogen drinken wordt er een groot lavement toegediend (cf. procedureboek)
CT
computertomografie. Voor verdere informatie kan het procedureboek op de verpleegeenheid geraadpleegd worden
DVT
diepe veneuze trombose
ECG
elektrocardiogram Curve van de actiestroom van het hart opgenomen met een ECG toestel
EEG
elektro-encefalogram het registreren van de potentiaalschommelingen van de schors van de grote hersenen d.m.v. de elektro-encefalograaf
D
diabetes
DNR
Do Not Reanimate
ESBL
extended spectrum beta-lactamase
Ins
insuline
gastroscopie
het kijken met een scoop in de maag. Voorbereiding cf. procedureboek
LK
loopkader
M+
morfine
MID
multiple infarct dementie
MMSE
mini mental state examination
MS
maagsonde
MRSA
methicilline resistente staphylococcus aureus
NMR
nucleaire magnetische resonantie. De patiënt bevindt zich in een daartoe bestemde tunnel, waarin een magnetisch veld wordt gecreëerd. Hierbij worden veranderingen in het menselijk lichaam opgespoord, bij iedere verandering binnen dit veld. Als voorbereiding dient de patiënt alle metalen voorwerpen uit te doen en make-up te verwijderen. Aldus zijn patiënten met een pacemaker of
patiënten met prothesen voor dit onderzoek niet toegelaten, daar deze metalen tijdens het onderzoek worden opgewarmd RW
rolwagen
SPS
suprapubische sonde
SDAT
seniele dementie alzheimer type
THP
totale heupprothese
TPN
totale parenterale nutritie Het intraveneus toedienen van de nodige voedingsstoffen aan patiënten die niet of onvoldoende peroraal kunnen worden gevoed
VKF
voorkamerfibrillatie
VS
verblijfssonde
RICHTLIJNEN VERPLEEGKUNDIG LUIK GERIATRIE Indicaties Deze algemene richtlijnen zijn zorgeenheidsoverstijgend en hebben tot doel een uniformisering van de rapportage in het verpleegkundige luik van het patiëntendossier in de cluster geriatrie te Az Damiaan Oostende te bereiken. Het dossier is opgemaakt per tien opeenvolgende verblijfsdagen. Bij elk transfer binnen dezelfde cluster mag hetzelfde dossier gebruikt worden mits een duidelijke scheidingslijn op het moment van transfer. Indien een transfer vanuit een andere cluster plaatsvindt, dient een nieuw dossier opgestart te worden.
Bijzondere aandachtspunten bij onderbreking van het verblijf
Indien een patiënt het ziekenhuis verlaat en dezelfde dag terugkeert, dient: o
de onderbreking geregistreerd te worden in XDE
o
de zorgplanning opgesplitst te worden door middel van een dubbele kolom.
Enkele voorbeeldsituaties: dialyse, PET-scan, bestraling, …
Op de overige documenten moet er ‘voor’ en ‘na’ door middel van een duidelijke markering aangegeven worden.
Benodigdheden Verzamel volgende documenten: parameterblad cluster geriatrie
observaties/evaluaties cluster geriatrie
zorgplanning cluster geriatrie
anamneseblad cluster geriatrie
uitprint brief vanuit C2M
medisch orderblad staande orders
afspraken/onderzoekenformulier cluster geriatrie
multidisciplinair teamblad
steekkaart meetschalen.
Ad hoc worden de volgende documenten toegevoegd aan het verpleegkundig dossier: decubituspreventie - wisselhoudingsschema en evaluatie cluster geriatrie
24-uur-volgblad
vochtbalans
evaluatieprotocol valproblematiek op de geriatrische afdeling
stollingsschema
dagcurve/insulinetherapie
formulier code omtrent beperking therapie (DNR-code)
wondzorgblad
medisch orderblad diabetes
documenten bij fixatie.
Werking – gebruik Algemeen 1. Basisvereisten Elk document in het verpleegkundig luik van het patiëntendossier is minstens voorzien van een patiëntenidentificatie (naam en voornaam) en geboortedatum. Er wordt maximaal gebruik gemaakt van etiketten (groot of klein). De etiketten moeten volledig en leesbaar afgeprint zijn.
Elk document is voorzien van een datum waarbij dag, maand en jaar vermeld worden. Indien van toepassing, moet de datum correct vermeld worden op de rectozijde.
De juiste tijdsindeling wordt gebruikt. Een dag start om 00.00u en eindigt om 23.59u. Op de diverse formulieren wordt deze dagindeling gerespecteerd.
Elke transfer wordt op de diverse documenten duidelijk aangegeven. Op het tijdstip van transfer naar een andere geriatrische zorgeenheid wordt een verticale fluolijn getrokken met vermelding van de diensten.
2. Kleurencodes De planning in het verpleegkundig luik van het patiëntendossier (luik zorgplanning en -uitvoering, wisselhoudingsschema en afsprakenformulier) gebeurt in het rood.
Bij uitvoering wordt de handeling door de beroepsbeoefenaars, die overdag een handeling uitvoeren, in het blauw afgetekend.
De nachtverpleegkundige noteert de observaties in het groen en tekent ook in het groen af.
3. Symbolen : plaatsen van
: verwijderd/geledigd
O : niet uitgevoerd
// : stop
+ : (weinig), ++ : (matig), +++ : (veel) en – : (afwezig)
4. Rapportagetechnieken Elke uitgevoerde handeling wordt door de beroepsbeoefenaar geparafeerd. Elk verslag wordt ook voorzien van een paraaf.
Studenten en stagebegeleiders kunnen in het kader van hun opleidingstraject rapporteren in het dossier met naam en voornaam, mits een paraaf van de superviserende beroepsbeoefenaar, werkzaam binnen Az Damiaan Oostende.
5. Gebruik documenten De wijziging van documenten wordt gecoördineerd via de zorgmanager en geviseerd door de MZG-verantwoordelijke.
Nieuwe documenten worden door de directeur patiëntenzorg geviseerd.
Geen enkele hoofdverpleegkundige of verpleegkundige kan op eigen initiatief een document opstellen of de lay-out veranderen.
Parameterblad cluster geriatrie Op dit document komen enkel meetresultaten, geen subjectieve waarnemingen.
Volgende standaardparameters zijn voorgedrukt: o
vitale parameters: temperatuur, pols, bloeddruk (liggend of staand), saturatie en pijn (VAS)
o
fysische parameters: urinedebiet, residu, stoelgang (Bristol), gewicht en eetgedrag
o
testen/observaties: Barthel en Norton
o
blanco kolom kan gebruikt worden voor parameters die niet standaard voorzien zijn op het formulier.
De eenheden waarin de parameters gemeten worden, zijn vermeld op het formulier. Bijvoorbeeld: bloeddruk wordt uitgedrukt in mmHg.
Bij de meetresultaten worden de datum en het uur duidelijk vermeld. Tijdens de nachtdienst moet er aandacht zijn om de parameters op de juiste dag te noteren.
Er is ruimte voorzien om 4 x/dag de vermelde parameters te registreren.
Zodra een parameter meer dan 4 keer gemeten moet worden, moet voor deze dag(en) het 24-uur-volgblad gebruikt worden. Gebruik de vermelding ‘zie VB’ op het parameterblad. Noteer duidelijk de datum en het uur.
Bij volgende parameters geven we graag deze aandachtspunten mee: o
de pijn en de locatie worden bevraagd. Per dag moet er minimaal tweemaal een observatie van de pijn gebeuren. Afhankelijk van de toestand van de patiënt zijn er drie schalen beschikbaar (zie steekkaart):
de VAS-schaal (…/10) voor de communicatieve patiënt
bij de niet-communicatieve patiënt wordt de FPS of POS gebruikt
FPS (faces pain scale) Pijncontrole bij de patiënt aan de hand van zelfrapportage op een één-item-schaal die bestaat uit 7 gezichtsexpressies. Dit varieert tussen een neutrale gevoelsexpressie en een gelaatsuitdrukking die extreme pijn weerspiegelt. Elke gelaatsafbeelding is 6 cm hoog en de score is identiek aan het schaalnummer (0 - 10): afbeelding één komt overeen met een score ‘0’, score ‘6’ wordt toegekend aan de gelaatsafbeelding die correspondeert met extreme pijn.
POS (pijnobservatieschaal) Vijf items waarbij ‘0’ gescoord wordt bij afwezigheid, ‘1’ bij occasionele aanwezigheid en ‘2’ bij aanhoudende aanwezigheid. 1. Pijngezicht: fronsen, opgetrokken wangen, aangescherpte oogleden, omhooggetrokken bovenlip en open mond. 2. Verkrampen van handen/lichaam: verstarren, steunen, afschermen, optrekken, gespannenheid. 3. Onrust van handen/lichaam: nerveus bewegen, schommelen, wrijven over pijnregio MAAR ook zich onbeweeglijk houden kan een teken van pijn zijn. 4. Pijnwoorden met negatieve emotie: vloeken, vragen om op te houden met onderzoeken. 5. Pijngeluiden: kreunen, zuchten, huilen.
o
Eenmaal per dag moeten mictie en stoelgang nagevraagd en genoteerd worden. Voor de observatie van stoelgang wordt de Bristol-stoelgangschaal (1 tot 7) gebruikt.
o
Bij patiënten die een indicatie stellen voor gewichtsopvolging, wordt het gewicht genoteerd.
o
Tijdens de drie hoofdmaaltijden wordt het eetgedrag geëvalueerd door middel van score ‘1’ (goed), ‘1+++’ (ontremd), ‘2’ (weinig) en ‘3’ (onvoldoende).
o
De Barthelschaal (zie steekkaart) en Nortonscore (zie steekkaart) worden vermeld op het parameterblad. De Nortonscore wordt bepaald bij opname, telkens een nieuw parameterblad wordt opgestart (10 dagen) of bij gewijzigde toestand. De Barthelschaal wordt eenmaal per week ingevuld.
Observaties/evaluaties cluster geriatrie Dit luik omvat afwijkende observaties die nog niet terug te vinden zijn op de overige documenten. Het principe van de minimale rapportage wordt gehanteerd, nl. de variantierapportage.
Per shift wordt het uur vermeld en het verslag geparafeerd. Indien geen variantierapportage, volstaat de vermelding ‘OK’ met een tijdstip en paraaf.
Voor de nachtverpleegkundige is een afzonderlijke ruimte voorzien om eventueel een nachtverslag te noteren.
Zorgplanning cluster geriatrie Dit document vormt de basis voor het plannen en uitvoeren van de verpleegkundige activiteiten.
Op de stippellijntjes …DAG wordt de dag van de week vermeld.
Er wordt gepland in het rood d.m.v. het aankruisen van de keuzemogelijkheden.
Indien de planning de volgende dagen stabiel blijft, wordt de keuzemogelijkheid in het blauw/groen aangekruist en afgetekend.
Bij wijziging van de planning wordt de nieuwe keuzemogelijkheid in het blauw/groen afgetekend.
Bij het opstarten van een nieuwe zorgplanning wordt de planning actief herhaald door het aankruisen van de keuzemogelijkheden.
Bij bepaalde zorgitems kan er gedetailleerd worden bv. steunname, hulpmiddel mobiliteit. Indien het item stabiel blijft, dient het niet herhaald te worden.
D.m.v. de neerwaartse en opwaartse pijltjes wordt het plaatsen of verwijderen van katheters of sondes aangeduid.
Ook het herprikken van katheters wordt duidelijk met de pijltjes vermeld.
Er is onderaan de zorgplanning een blanco ruimte voorzien, zodat men hier zelf zorgspecifieke zaken kan plannen.
Bij een transfer binnen de cluster geriatrie kan de zorgplanning verder gebruikt worden, mits gebruik van een duidelijke markering (d.m.v. fluostift) en een nieuwe kolom.
Anamneseblad cluster geriatrie Dit formulier vormt de basis van het anamnesegesprek.
Het moet binnen de 4 uur (behalve de ontslagvoorbereiding) van een opname zo volledig mogelijk door een verpleegkundige ingevuld worden. Dit formulier moet binnen de 48 uur volledig aangevuld worden (uitgezonderd ontslagplanning).
De naam van de verpleegkundige die het anamnesegesprek afneemt, wordt ingevuld.
Duidelijke vermelding van de datum van het anamnesegesprek.
Alle items worden tijdens het gesprek overlopen. Bij elk item wordt de correcte keuzemogelijkheid aangeduid. Indien ‘ja’, kan er verduidelijkt worden.
De hulpmiddelen die aanwezig zijn bij opname worden aangeduid op het formulier alsook de hulpmiddelen die thuis aanwezig zijn. Er kan gedifferentieerd worden indien de patiënt de hulpmiddelen enkel thuis of ook in het ziekenhuis gebruikt.
De lengte en het gewicht worden genoteerd.
De fysieke en psychische toestand worden bij opname zo goed mogelijk beoordeeld.
Bij de ziektegeschiedenis kan men opteren om een uitprint van C2M aan het dossier toe te voegen. In dit geval wordt het bijhorende vakje op het anamneseblad aangevinkt.
Bij ziekenvervoer wordt de naam van de firma vermeld waarbij de aanvraag is gebeurd.
Bij ontslag worden de volgende zaken ingevuld:
o
de effectieve ontslagdatum
o
het ontslaguur
o
de ontslagbestemming.
Indien de patiënt overlijdt, worden ook de datum en het uur genoteerd en of de familie al verwittigd is.
Medisch orderblad Dit formulier vormt de basis voor het uitvoeren van medische orders.
Op het medisch orderblad worden het kamernummer, de opnamedatum en de diagnose genoteerd.
Bij vragen naar de arts toe worden eventuele vragen genoteerd en het medisch order dat daaruit volgt wordt eveneens genoteerd. Een handtekening van de voorschrijver is noodzakelijk.
Afspraken/onderzoekenformulier cluster geriatrie Dit document geeft een overzicht van alle geplande en/of uitgevoerde labo’s, medische beeldvorming en consulten.
Bij alle onderzoeken wordt de datum bij planning en uitvoering vermeld alsook geparafeerd.
Bij consulten wordt bijkomend de datum van de aanvraag genoteerd en geparafeerd.
De onderzoeken worden voluit geschreven of er wordt gebruik gemaakt van volgende afkortingen. o
BGW: arteriële bloedgaswaarde door arts
o
CSV: cerebrospinaal vocht
o
SATD: continue saturatiemeting dag
o
SATN: continue saturatiemeting nacht
o
FS: faecesstaal
o
FOB: faeces occult bloed
o
HK: haemokultuur veneus
o
HKPAC: haemokultuur via PAC
o
KW: kultuur wondvocht
o
LIQ: liquorvocht
o
MRSA: MRSA-screening neus-keel-perineum
o
SP: sputumstaal
o
UK: urinekultuur
o
US: urinestaal
o
BN: veneuze bloedname
o
WI: wisser
Detail kan facultatief genoteerd worden na de standaardafkorting (BN PTT).
Bij HK en staalnames (niet BN) wordt het aantal stalen vermeld.
Medicatie Het plannen en uitvoeren van medicatietoedieningen gebeurt in het EMV (elektronisch medicatie-voorschrift).
Multidisciplinair teamblad Dit document wordt gebruikt tijdens het multidisciplinair teamoverleg.
De standaardsamenstelling van het multidisciplinair teamoverleg is terug te vinden op het intranet (eBib>MZG>MVG>multidisciplinair team). Eventuele afwijkingen van deze samenstelling kunnen genoteerd worden op de keerzijde van dit formulier, met vermelding van de datum.
De datum van elk overleg wordt genoteerd.
Er is plaats voorzien voor diverse paramedici.
Steekkaart meetschalen Deze geplastificeerde steekkaart wordt patiëntoverstijgend vooraan in het patiëntendossier bewaard en dient ter ondersteuning.
Deze steekkaart blijft dus op de zorgeenheid en wordt niet aan het centraal medisch archief bezorgd.
De volgende meetschalen worden benadrukt: Nortonschaal, Barthelschaal, de Bristol stool form scale en voor de pijnopvolging: VAS-schaal, POS pijngedrag observatieschaal en de FPS (gezichtjesschaal voor pijnopvolging).
Documenten die ad hoc gebruikt worden 1. Decubituspreventie - wisselhoudingsschema en evaluatie cluster geriatrie Het wisselhoudingsschema wordt toegepast bij een patiënt met een Norton, kleiner of gelijk aan 14.
De soort alternerende matras wordt vermeld op het formulier, indien van toepassing.
Men dient vooreerst een aanduiding te maken indien de patiënt een decubituswonde heeft, ja dan neen.
Dit formulier heeft voorgedrukte uren waarop de wisselhouding moet gebeuren. Indien men afwijkt van deze uren moet men het juiste uur vermelden.
Bij elk draaimoment worden de houding en de eventuele roodheid met de locatie(s) aangeduid. Dit wordt geparafeerd.
Aanwezige decubitusletsels moeten op het wondzorgblad gerapporteerd worden.
2. 24-uur-volgblad Dit document wordt de eerste 24 uur postoperatief gebruikt. Ook indien meer dan 4 x/dag parameters moeten worden genomen of bij intense opvolging wordt dit document gebruikt.
Elke horizontale lijn wordt geparafeerd. Het uur van aankomst postoperatief op de zorgeenheid wordt vermeld.
Extra aandacht voor het vermelden van het correcte uur en datum op beide zijden van het formulier.
Op dit document komen enkel meetresultaten, geen subjectieve waarnemingen.
Volgende standaardparameters zijn voorgedrukt:
temperatuur
bloeddruk
pols
zuurstof
ademhaling
bewustzijn (GCS)
pijn t.h.v. OP-streek (VAS)
nausea (VAS)
flatus
stoelgang
urine
drain/redons
verbandcontrole
maagvocht
Norton
wisselhouding
De eenheden waarin de parameters gemeten worden, zijn vermeld op het formulier. Bloeddruk wordt uitgedrukt in mmHg.
Per dag wordt een blanco formulier of de keerzijde van het formulier gebruikt. Werkelijke 24 uur: start om 08.00u ’s morgens tot 07.59u. De dag van de operatie kan het document postoperatief gebruikt worden. ’s Morgens (dag 1) wordt een nieuwe zijde gebruikt.
De wisselhouding in de postoperatieve fase wordt geïntegreerd in het formulier (tenzij alternerende matras of het optreden van roodheid).
Enkel verbandcontroles worden op dit formulier vermeld. Wondzorg wordt vermeld op het wondzorgblad.
Bij het ledigen van de inhoud van een recipiënt wordt naast de verwijderde hoeveelheid een opwaartse pijl geplaatst. De volumes zijn cumulatief.
Op het 24-uur-volgblad wordt de wisselhouding geïntegreerd voor patiënten die geen enkele vorm van roodheid vertonen. Bij het optreden van roodheid wordt het document ‘Wisselhoudingsschema en evaluatie’ opgestart.
Indien bijzondere mondzorg is uitgevoerd, wordt dit item aangekruist. Indien de mondstatus niet gaaf is, wordt variantierapportage voorzien.
3. Vochtbalans Het document wordt gebruikt indien een vochtbalans dient bijgehouden te worden.
De inhoud van de verschillende recipiënten wordt op het formulier vermeld.
Bij het invullen wordt aandacht besteed om de hoeveelheden in de juiste kolom te noteren. o
IN: parenteraal of per os/enteraal
o
UIT: urine, braken of …
Bijkomende opmerkingen kunnen worden genoteerd.
Elke lijn wordt geparafeerd.
4. Stollingsschema Dit document wordt gebruikt bij patiënten die indicatie stellen voor opvolging van de stolling.
Op dit formulier kunnen controles genoteerd worden van Antivitamine-K en Heparine-derivaat. Bij het Heparine-derivaat wordt het soort product gespecifieerd.
De datum en het uur van de controle wordt genoteerd, alsook de betreffende waarden.
5. Dagcurve insulinetherapie Dit document wordt opgestart bij patiënten die moeten opgevolgd worden door middel van een dagcurve.
Indien van toepassing, kan het insulineschema vermeld worden.
Volgende aandachtspunten bij het invullen van het formulier:
de datum wordt vermeld
standaarduren zijn voorgedrukt
resultaat van de meting
hoeveelheid insuline
eventuele opmerkingen.
6. Formulier code omtrent beperking therapie De keuzemogelijkheden die van toepassing zijn, worden door de arts aangeduid.
De arts handtekent, schrijft zijn/haar naam en voornaam voluit en stempelt het formulier af.
Datum en uur worden aangeduid vanaf wanneer het document van toepassing is.
Bij annulatie van de code zijn de spelregels duidelijk op het formulier vermeld.
7. Wondzorgblad Hiervoor wordt verwezen naar de powerpointpresentatie ‘Voorstelling nieuw wondzorgblad - richtlijnen voor gebruik van het formulier’.
8. Medisch orderblad diabetes Dit formulier vormt de basis voor het uitvoeren van medische orders, specifiek voor diabetes.
Op het medisch orderblad worden het kamernummer, de opnamedatum en de diagnose genoteerd.
Bij vragen naar de arts toe worden eventuele vragen genoteerd en het medisch order dat daaruit volgt wordt eveneens genoteerd. Een handtekening van de voorschrijver is noodzakelijk.
9. Volgblad beschermingsmaatregelen bij desoriëntatie Dit document wordt opgestart bij alle patiënten met beschermingsmaatregelingen of fysieke fixatie.
Bij beschermingsmaatregelen volstaat een wekelijks verslag. Indien fysieke fixatie, is dagelijks verslag noodzakelijk.
Volgende items worden vermeld:
o
vorm van fixatie of vrijheidsbeperking
o
dagelijkse observatie i.v.m. desoriëntatie
o
resultaat van beschermingsmaatregelen
o
evaluatie van beschermingsmaatregelen.
Elke lijn wordt geparafeerd.
AANDACHT VEILIGHEID EN BEPERKEN RISICO’S Risicogroep Personeel Verplegend personeel Ergotherapeuten Kinesitherapeuten Logopedisten Afdelingsassistenten Onderhoudspersoneel
Aard van risico Risico op overbelasting door een verkeerde tilprocedure Risico op contact met besmette patiënten
Preventiemaatregelen
Niet toegelaten
Ergonomie respecteren en hulpmiddelen gebruiken Standaard voorzorgsmaatregelen naleven Geneeskundig attest
Heb je vragen of suggesties m.b.t. deze introductiebrochure, aarzel dan niet contact te nemen met de cel begeleiding en retentie van Az Damiaan
[email protected]