Agentschap Ondernemen Ondernemingsplan 2013
Ondernemingsplan 2013
1
Ten geleide Het ondernemingsplan 2013 voor het Agentschap Ondernemen geeft de grote lijnen weer van de manier waarop het Agentschap Ondernemen in 2013 invulling zal geven aan de strategische doelstellingen die het Agentschap meegekregen heeft in de beheersovereenkomst 2009-2014. Het betreft onderstaande doelstellingen: 1. Bedrijven door de crisis helpen 2. Meer en sterker ondernemerschap 3. Een meer groene economie 4. Meer groeiende ondernemingen 5. Een meer innovatieve en kennisintensieve economie 6. Een efficiënte en effectieve overheid Er werd voor geopteerd om in het ondernemingsplan 2013 de reguliere werking van het Agentschap Ondernemen niet in extenso op te nemen, maar in hoofdzaak de nieuwe beleidsontwikkelingen en meest markante beleidsprioriteiten te vermelden. In bijlage bij het ondernemingsplan kan men evenwel een uitgebreid overzicht vinden van de detailfiches waarin de doelstellingen voor 2013 in detail beschreven worden met een beknopte omschrijving en belangrijkste output voor elke doelstelling. Daarnaast vindt men in bijlage eveneens het gelijke kansen en diversiteitsplan van het Agentschap Ondernemen.
De doelstellingen die opgenomen werden in het ondernemingsplan van het Agentschap Ondernemen zijn indicatief. Aangezien economie en ondernemerschap domeinen zijn die sterk onderhevig zijn aan wijzigende marktomstandigheden, kunnen in de loop van het jaar doelstellingen aangepast, toegevoegd, versneld, gewijzigd,… worden om vanuit de overheid snel op deze gewijzigde omstandigheden te kunnen inspelen.
Ondernemingsplan 2013
2
Doelstellingen 2013
Beleidsprioriteiten ViA-transities In de loop van 2013 zal het Agentschap Ondernemen zich verder inzetten in het concretiseren van de projecten die in het kader van Vlaanderen in Actie als belangrijke transitie naar voor geschoven werden. Zo zal het Agentschap Ondernemen bijdragen aan de uitrol van het Nieuw Industrieel Beleid in Vlaanderen. In de periode eind 2011 tot eind 2012 werden door AO twee projectoproepen ter waarde van 15 miljoen euro steun gelanceerd om projecten te genereren die mee vorm kunnen geven aan de concrete invulling van de economische transitie naar de Nieuwe Fabriek van de Toekomst. De startersoproep die naar verwachting begin 2013 wordt opengesteld bevat ook een NIB luik, met name gericht op het stimuleren van spin-offs en spin-outs. Additioneel zal in 2013 de ontwikkeling van het NIB verder worden ondersteund via tenminste één nieuwe oproep en via een open kanaal voor andere projecten met uiteenlopende finaliteit maar wel binnen het kader van de Fabriek van de Toekomst Naast het Nieuw Industrieel Beleid zal het Agentschap Ondernemen in 2013 eveneens een trekkende rol opnemen in de verdere uitrol van de gazellesprong in Vlaanderen. De doelstelling van dit beleid is het faciliteren van een snelle doorgroei van bedrijven, gericht op internationalisering en op snelle groei - de zogenaamde “gazelles”. Deze transitie bevindt zich in volle uitvoeringsfase: op basis best practices uit een aantal proefprojecten werd in 2012 een conceptnota voor het nieuwe beleid beslist. Deze acties en steunmaatregelen die opgenomen werden in deze nota zullen in de loop van 2013 geïmplementeerd worden. Met Flanders care wenst de Vlaamse overheid de zorgeconomie in Vlaanderen te stimuleren en aan te zetten tot groei. Het Agentschap Ondernemen zal deze doelstelling in 2013 onder andere verder ondersteunen met het Impulsloket Flanders care. Samen met OVAM en andere entiteiten, draagt het Agentschap Ondernemen ook bij tot de realisatie van het Vlaams Materiaalprogramma. Dit uit zich in het bijzonder tot de structurele samenwerking met Plan C vzw. Zesde staatshervorming Naast de ViA-transities zal ook de voorbereiding van de zesde staatshervorming in 2013 één van de prioriteiten vormen voor het Agentschap Ondernemen. Het Agentschap Ondernemen zal onder andere een bijdrage leveren tot de regionalisering van (deelaspecten van) onderstaande bevoegdheden: - Vergunningen inzake handelsvestigingen - Toegang tot het beroep - Kruispuntbank van ondernemingen - Prijzencontrole - Handelshuur Europese middelen optimaal aanwenden De Europese Unie biedt haar lidstaten en regio’s een aantal mogelijkheden om hun economie te stimuleren, in te zetten op innovatie, samenwerkingsverbanden op te zetten met partners binnen de Europese Unie,… Het Agentschap Ondernemen zal in 2013 de nodige voorbereidingen treffen om ook in de komende jaren in Vlaanderen gebruik te kunnen maken van de middelen die Europa ter beschikking stelt om de lokale economie te stimuleren. Zo zal het Agentschap zich inzetten voor de voorbereiding van het toekomstig cohesiebeleid voor de projectperiode 2014-2020 en zal ook de toekomstige werking van het Enterprise Europe Network de nodige aandacht krijgen. De effecten van de crisis bestrijden De Vlaamse economie beleeft momenteel een ernstige crisis. Het Agentschap Ondernemen zal onder andere met een oproep faillissementspreventie, de deelname aan de Expertgroep Limburg en het
Ondernemingsplan 2013
3
voorzien van middelen voor het opvangen van de negatieve effecten van grote herstructureringen op de economie en tewerkstelling in Vlaanderen, bijdragen aan de bestrijding van de effecten van deze crisis. Steunverlening aan ondernemingen Op het vlak van steunverlening aan ondernemingen zal het Agentschap Ondernemen in 2013 de 4 maatregelen die gericht zijn op directe steun aan ondernemingen (Strategische investerings- en opleidingssteun, kmo-portefeuille, ecologiepremie en rentetoelage hinder openbare werken) verder in de markt zetten en beheren. Voor een aantal van deze maatregelen worden er in de loop van 2013 belangrijke aanvullende acties of bijsturingen gepland. Zo zal m.b.t. de Strategische Investeringsen Opleidingssteun in de loop van 2013 de in 2012 besliste hervorming tot Strategische TransformatieSteun geïmplementeerd worden met als doel deze steunmaatregel efficiënter te kunnen inzetten voor de transformatie van de Vlaamse economie. Daarnaast zal ook de kmoportefeuille in 2013 hervormd en uitgebreid worden met onder andere de invoering van een pijler voor coaching, de opwaardering van strategisch advies en een bijsturing van de opleidingspijler. Om de recent hervormde ecologiepremie en strategische ecologiesteun goed in de markt te zetten, zullen in 2013 een aantal communicatie-initiatieven genomen worden. Wat betreft flankerend beleid zullen in 2013 onder andere een aantal oproepen gelanceerd worden waarop intermediaire organisaties en bedrijfsorganisaties kunnen inschrijven om in een partnerschap met de Vlaamse overheid het beleid in de markt te zetten. Oproepen die voor 2013 gepland worden zijn onder andere: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Oproep faillissementspreventie Brugprojecten economie – onderwijs Oproep Startersinitiatieven Peterschapsprojecten Handelskernversterking Commerciële inspiratie Nieuw Industrieel beleid: Fabriek van de toekomst Ondernemingsvriendelijke gemeenten
Dienstverlening aan ondernemingen Wat betreft de rechtstreekse dienstverlening aan ondernemingen zal het Agentschap Ondernemen via haar contactcenter ondernemers in Vlaanderen verder informeren en indien nodig doorverwijzen naar organisaties binnen en buiten de Vlaamse overheid die ondernemingen kunnen bijstaan. Daarnaast zal de regie-opdracht van het Agentschap in 2013 verder op punt gesteld worden en zal permanent aandacht besteed worden aan het monitoren en beschikbaar houden van de portfolio van gesteunde projecten van het Agentschap. Er zal in 2013 ook extra aandacht besteed worden aan de verdere uitbouw van de platformwerking en de samenwerking met bedrijfsorganisaties en andere relevante actoren. In 2013 zal ook aandacht besteed worden aan de specifieke noden va een aantal sectoren waaronder de toeristische sector, creatieve sectoren, de sector van de kinderopvang,… Projectwerking Op het vlak van projectwerking zal het Agentschap Ondernemen in 2013 een aantal projecten verder uitrollen die in de loop van de vorige jaren opgestart werden. In het kader van het ViA-sleutelproject “Een geïntegreerde benadering van de ondernemer” zal in 2013 de functionele analyse afgerond worden van de website die de ondernemer wegwijs moet maken in de diensten van de Vlaamse overheid en moet bijstaan bij al de contacten met de overheid.
Ondernemingsplan 2013
4
Op het vlak van design zal het designplatform verder afstemming trachten te bewerkstelligen tussen de verschillende organisaties die in Vlaanderen bezig zijn met het stimuleren van design. Daarnaast zal de haalbaarheidsstudie over de positionering van GIS afgerond worden en zal het Impulsloket Flanders Care verder initiatieven ontplooien om de zorgeconomie in Vlaanderen te stimuleren. Met het oog op het bundelen van kennis over detailhandel en detailhandelsbeleid zal in 2013 in samenwerking met de provincies een kennisnetwerk detailhandel opgestart worden. Dit kennisnetwerk dient in eerste instantie beleidsmakers te ondersteunen bij het voeren van een kernversterkend beleid in hun gemeente of stad. Interne werking Op het vlak van interne werking zal het Agentschap Ondernemen de nodige acties ondernemen om een efficiënte en effectieve werking van het Agentschap te garanderen. Een drietal projecten verdienen daarbij bijzondere aandacht. In eerste instantie zal het klantenbeheerssysteem van het Agentschap Ondernemen (KRIS) verder geoptimaliseerd worden en uitgebreid worden met een aantal nieuwe functionaliteiten. Ook het communicatiebeleid van het Agentschap zal onder de loep genomen worden om ervoor te zorgen dat het Agentschap maximaal gebruikt maakt van de mogelijkheden die sociale media bieden. Tot slot zullen eveneens een aantal acties ondernomen worden op het vlak van HRM, personeelstevredenheid en interne communicatie.
Ondernemingsplan 2013
5
Bijlage 1: Doelstellingen 2013 volgens type Oproepen (C) 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
Oproep faillissementspreventie Brugprojecten economie – onderwijs Oproep Startersinitiatieven Peterschapsprojecten Steun voor bedrijvencentra Oproep problematische ruimtevragers Handelskernversterking Commerciële inspiratie Nieuw Industrieel beleid: Fabriek van de toekomst Ondernemingsvriendelijke gemeenten
Projecten (P) 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20. 21. 22. 23.
Geïntegreerd beleid voor overname en opvolging Leerplatform Hoger Onderwijs Dienstenaanbod toeristische sector Beheer researchpark Zellik Platform duurzame materialen Opmaak CO2-monitoringtool ontwikkeling Breeam alike instrument voor mixed uses en bedrijventerreinen Registratie vestigingsvragen en ontsluiten informatie over bedrijfsvastgoed Kennisnetwerk Detailhandel Informatieverstrekking over milieu en energie Bijdragen aan Flanders Logistics Gazellen en Gazellesprong Flanders Care – impulsloket In kaart brengen van, opvolgen van en samenwerken met actoren in de culturele en creatieve sectoren Informatiewijzer voor de culturele en creatieve sectoren Werkinstrument ondernemingsplantool culturele en creatieve sectoren ”Naar een meer geïntegreerd overheidsoptreden” in het kader van MJP Slagkrachtige en Efficiëntie Overheid Designplatform Strategisch Ondernemen REG in kmo's Intellectuele Eigendom Haalbaarheidsstudie GIS Cogita, Corporate social and environmental responsibility through public policy
Beleidsondersteuning (B) 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
Evaluatie geïntegreerd startersbeleid Gezamenlijke aanpak van recurrente ad hoc projecten met een sensibiliserend doel Meewerken aan de evaluatie van het Actieplan Ondernemerschap KMO-portefeuille Crowdfunding BAN-Vlaanderen Onderzoek naar haalbaarheid steun ecologische demoprojecten optimaliseren instrument onteigeningen implementatie uitvoeringsbesluiten decreet ruimtelijke economie en efficiënt en klantvriendelijk dossierbeheer
Ondernemingsplan 2013
6
10. bijdragen aan het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen en aan oplossingen voor de economische activiteiten buiten bedrijventerreinen (vnl. in het landelijk gebied) 11. bijdragen aan planningsproces ENA 12. Regionalisering IKEA-wet/Wet op de Handelsvestigingen 13. Klassieke instrumenten: SIOS - Strategische transformatiesteun 14. Ondersteuning O&O – infrastructuur 15. Nieuw Industrieel beleid: Fabriek van de toekomst 16. Voorbereiding zesde staatshervorming 17. De toekomst van het cohesiebeleid 18. Ondersteuning Streekontwikkelingsgebied
Beleidsuitvoering (R) 1. Ondersteuning van bedrijven in moeilijkheden (Tussenstap en EFREM) 2. Preventief bedrijfsbeleid 3. Rentetoelage Hinder Openbare Werken 4. Opvolging en evaluatie media-oproep 5. Structurele financiering: VLAJO + Stichting Onderwijs en Ondernemen 6. Ondernemingsplanwedstrijden 7. Maatregel ‘steun voor advies aan prestarters 8. KMO-portefeuille 9. Integrerend ondernemerschapsbevorderend netwerk 10. Informatie en communicatie over de financiering van ondernemingen 11. FINMIX 12. BAN-Vlaanderen 13. Uitvoeren actieplan activeringsbeleid on(der)benutte bedrijventerreinen 14. Brownfieldconvenanten 15. regie knelpuntterreinen, militaire domeinen en VSGB-terreinen 16. onderdeel efficiënt beheer gesubsidieerde bedrijventerreinmanagement-projecten 17. duurzaam woon-werkverkeer – Pendelfonds 18. bedrijfsgerichte advisering en begeleiding 19. klantvriendelijke ontsluiting info bedrijfskavels en ondersteunen ondernemingen bij het zoeken van vestigingsinfo 20. onderbouwing locatievoorstellen voor bijkomende bedrijventerreinen 21. De ecologiepremie 22. Ecologiepremie voor strategische ecologieprojecten 23. Groene waarborg 24. Klassieke instrumenten: SIOS - Strategische transformatiesteun 25. Aantrekken en begeleiden van buitenlandse investeerders 26. Screen Flanders 27. Actieplan culturele en creatieve sectoren 28. LED-netwerk 29. Steun aan Vlaams Centrum Kwaliteitszorg (fiche ontbreekt nog) 30. Contactcenter Agentschap Ondernemen 31. EFRO-programma efficiënt beheren 32. Interreg-coördinatie 33. Enterprise Europe Network 34. Promoten van Design en Industriële productontwikkeling 35. Ondersteuning van de zelfstandige kinderopvang 36. START
Ondernemingsplan 2013
7
Bijlage 2
Detailfiches
Ondernemingsplan 2013
8
STRATEGISCHE DOELSTELLINGEN
Ondernemingsplan 2013
9
Bedrijven door crisis helpen Ondersteuning van bedrijven in moeilijkheden (Tussenstap en EFREM) (R) Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: Hans Kinoo/Alice Distelmans Formulering: In het kader van het Vlaams actieplan ter bestrijding van de armoede wordt de bestrijding van de armoede bij gefailleerde ondernemers geconcretiseerd door de structurele ondersteuning en aansturing van Tussenstap, een afdeling van de vzw Zenitor enerzijds en sinds 2012, de vzw EFREM anderzijds. Beide vzw’s hebben het engagement genomen om te komen tot een verregaande afstemming van hun activiteiten om op die manier een optimale dienstverlening te verstrekken. In 2012 werd een traject gestart dat moet uitmonden in een fusie, in 2013 zullen verdere stappen worden ondernomen in die richting. Beide organisaties zullen in 2013 nog wel een aparte subsidie-aanvraag indienen. Het Agentschap Ondernemen zal het fusietraject in 2013 opvolgen en overleg voeren over de steunverlening na de fusie. Tevens zal de nodige aandacht gegeven worden voor wat betreft de aansluiting van de dienstverlening van Tussenstap en EFREM en de projecten van de oproep ‘faillissementspreventie’. Output : Ministeriële besluiten waarin de steun wordt toegekend aan Tussenstap en EFREM. Een gecoördineerd benaderingsplan voor gefailleerden en de stapsgewijze realisatie ervan. Een document waarin de bestaande dienstverlening van Agentschap Ondernemen naar financiële dienstverlening aan ondernemers in moeilijkheden in kaart wordt gebracht, alsook de mogelijkheden tot betere aansluiting op de opdrachten van Tussenstap en EFREM.
Q1 Q1 Q2 Q3 Q4 Q4
Voorzien budget: 300.000 EUR
Ondernemingsplan 2013
10
Preventief bedrijfsbeleid (R) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Benedicte De Buck Werkgroep Preventief Bedrijfsbeleid Caroline Swyngedouw en Dieter Goossens (KMO- portefeuille) Team Ondernemerschap (oproep faillissementspreventie) Formulering: Het sensibiliseren, informeren, verstrekken van eerstelijnsadvies en doorverwijzen naar gespecialiseerde begeleiding op het vlak van continuïteitsrisico’s aan KMO’s. Doelgroep zijn ondernemingen met potentieel, maar met een continuïteitsdreiging. Tevens zal de nodige aandacht gegeven worden voor wat betreft de aansluiting en opvolging van de projecten van de oproep ‘faillissementspreventie’. Output : Op permanente basis: • het aantal geïnformeerde ondernemingen • het aantal gerekruteerde ondernemingen die zich inschrijven voor het stappenplan • het aantal ondernemingen die na de ondernemingsscan nog doorgaan met het opstellen van een doorstartplan (via de KMO- portefeuille)
Ondernemingsplan 2013
11
Oproep faillissementspreventie (C)
Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Bart Candaele Betrokken personen: Team Ondernemerschap Benedicte De Buck Werkgroep Preventief Bedrijfsbeleid Formulering: Het vermijden van faillissementen via de organisatie van een specifieke projectoproep binnen het BVR Ondernemerschap. Output :
de lancering van de oproep beoordeling van de projecten opstarten officiële goedkeuringsprocedure toewijzing middelen
Q1 Q1 Q2 Q2
Voorzien budget: 5.000.000 euro (oproep faillissementspreventie)
Ondernemingsplan 2013
12
Rentetoelage Hinder Openbare Werken (R) Verantwoordelijk directielid: Elke Tiebout Betrokken personen: Team bedrijfssteun: materiespecialist Herman Verbruggen, dossierbehandelaars (Robert Peeters, Bart Jorissen, Miek Geiregat, Thijs Goessens) Gina Vanattenhoven Formulering: Organiseren van de steunmaatregel Hinder Openbare Werken die erop gericht is de financiële gevolgen van openbare werken voor de onderneming tot een minimum te beperken. Om de instroom (die goed is sinds de uitbreiding van de maatregel begin 2011), op hetzelfde peil te houden (gemiddeld 30 aanvragen/maand) en om te zorgen voor een meer evenredige spreiding van de aanvragen over de verschillende provincies zullen in de loop van 2013 een aantal communicatie-initiatieven genomen worden. Dit in samenwerking met bestaande werkgroepen en overlegplatformen waarbij VVSG of de lokale besturen zelf betrokken zijn, Output: Het hele jaar door: • Behandelde steundossiers RTHOW
Voorzien budget: € 3.060.000,00
Ondernemingsplan 2013
13
Meer en sterker ondernemerschap Actieplan Ondernemerschap Opvolging en evaluatie media-oproep (R) Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: Hans Kinoo Team ondernemerschap Formulering: Eind 2010 werden 8 projecten geselecteerd voor cofinanciering in kader van de Media-oproep, met als doel het ondernemerschap op positieve wijze in beeld te brengen en dit te koppelen aan een crossmediaal luik om de kijkers verder te betrekken. In de loop van 2013 zullen een aantal programma’s uit de media-oproep 2010 uitgezonden worden.
Projectnaam Eigen baas Crème de la crème
Zender VTM VTM
Kanaal Z Open Ondernemerschap:Het Innovatiekanaal
Uitzending najaar 2012 vanaf 4 januari sept - 18 dec 2011
Later als ik groot ben
Ketnet
maart-april 2013
Wolkenkrabbers
voorjaar 2013
Topstarter
Vlamex (Stories TV) Een
Jonge Bazen
Kanaal Z
Start me up
Canvas
vanaf april 2013 vanaf 28 oktober 2012
vanaf 4 februari 2013
Aan de hand van de bereikte kijkcijfers en andere gegeven over deze programma’s zal gestart worden met een evaluatie van het effect van deze oproep. Hierbij zal ook aandacht gaan naar mogelijke pistes naar een eventueel vervolg of nieuwe oproep. Tevens wordt de mogelijkheid onderzocht om de evaluatie te laten plaatsvinden via een korte termijn studie door het Steunpunt Ondernemen en Regionale Economie. Output : De verschillende programma’s uit de media-oproep 2010. Ondernemingsplan 2013
14
Overlegmomenten met en rapporteringen door de uitvoerders van de gesteunde projecten (Voorlopige versie van de) evaluatie van de oproep.
Ondernemingsplan 2013
Q1 – Q4 Q4
15
Brugprojecten economie – onderwijs (C) Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: André Meyers Team ondernemerschap, sectorale accountmanager onderwijs, dienst strategie en financiering. Formulering: Het lanceren en afhandelen van een oproep brugprojecten economie-onderwijs, rekening houdend met de vooropgestelde beleidsdoelstellingen die werden geformuleerd in afstemming met de beleidsoverschrijdende werkgroep ondernemend onderwijs: valorisatie en verankering van succesvolle projecten; mate waarin een project inspeelt op het Nieuw Industrieel Beleid (NIB) van de Vlaamse Regering en het Strategisch Plan STEM2012-2020. Inhoudelijke en administratieve opvolging van de nog lopende gesteunde projecten uit de vorige oproepen. Output : Lancering van de oproep Einde van de indieningsperiode – ontvangen dossiers + start van de afhandeling Ministerieel besluit m.b.t. de toekenning van steun aan de gunstige gerangschikte projecten in de oproep incl. de bijlagen bij dit besluit Brieven onontvankelijke, ongunstig gerangschikte en gunstig gerangschikte projecten voor de start van het nieuwe schooljaar Aantal georganiseerde periodieke overlegmomenten Aantal opgevolgde rapporten (incl. feeback) en eventuele evaluatierapport(en)
Q1 Q2 Q2 Q2-Q3 Q1 – Q4 Q1 – Q4
Voorzien budget: 4 mio euro op 3300-3306
Ondernemingsplan 2013
16
Structurele financiering: VLAJO + Stichting Onderwijs en Ondernemen (R) Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: André Meyers Team ondernemerschap. Formulering: Op vlak van ondernemerschapsonderwijs krijgen de vzw Vlaamse Jonge Ondernemingen (VLAJO) en de Stichting Onderwijs en Ondernemen een structurele financiering voor hun werking. Beide organisaties bieden complementair diverse concepten en materialen aan voor ondernemerschapsonderwijs. Vanaf 2013 zal door de organisaties een gemeenschappelijk activiteitenvoorstel, begroting en rapportering worden ingediend. In de eerste jaarhelft van 2013 wordt door het departement EWI een evaluatie uitgevoerd van beide organisaties. Hieraan zal de nodige medewerking verleend worden. Het Agentschap Ondernemen heeft ook een waarnemer in de Raad van Bestuur van beide organisaties Output : Ministerieel besluit m.b.t. de toekenning van een ad nominatim werkingssubsidie voor het werkjaar 2013 (“subsidiebesluit”) Aantal georganiseerde periodieke overlegmomenten Aantal opgevolgde rapporten (incl. feedback) Evaluatierapport(en) Aantal bijgewoonde Raden van Bestuur
Q1-Q2 Q1-Q4 Q1-Q4 Q2 Q1-Q4
Voorzien budget: 1.100.000 euro op EC208 (Vlajo) en 315.000 euro op EC216 (SO&O)
Ondernemingsplan 2013
17
Ondernemingsplanwedstrijden (R) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: An Quaethoven Dienst Strategie en Financiering: tot dusver aangemeld: Benedicte De Buck, Sandra Bultheel, Sofie Roosen, Reineke Vandevenne, Karien Deboosere, Ludo Verheyden, Nele Lintermans, Eva Schoesetters, Nadine De Weirdt en Erik Dieussaert (jury en coach) Team ondernemerschap (uitbetaling) Formulering: Via de organisatie van de Ondernemingsplanwedstrijd Vlaanderen zal het Agentschap Ondernemen studenten en het brede publiek met aandacht voor doelgroepen sensibiliseren voor ondernemerschap. In mei 2011 werd de opdracht Organisatie van “De Ondernemingsplanwedstrijd van de Vlaamse Overheid” gegund. Perceel 1 “studenten” is toegewezen aan FlandersDC vzw dat jaarlijks 2 wedstrijden zal organiseren: Plan(k)gas voor het secundair onderwijs en Battle of Talents voor het hoger onderwijs. Vzw Ondernemingsplanwedstrijd Vlaanderen kreeg perceel 2 “brede publiek met aandacht voor doelgroepen” toegewezen: Bizidee. Elke wedstrijd zal tijdens de opdrachtperiode (tot november 2014) 3 keer georganiseerd worden. Output : Drie ondernemingsplanwedstrijden (Plan(k)gas, Battle of Talents, Bizidee), elk met hun fasering, jurering en laureaten Coachingsessies, coach-the-coach sessies en workshops
Ondernemingsplan 2013
Q1-Q4 Q1-Q4
18
Maatregel ‘steun voor advies aan prestarters (R) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: An Quaethoven Werkgroep (pre)start Team ondernemerschap Betrokken accountmanagers strategie en financiering Staf: VON-team Formulering: Het opvolgen en aansturen van de generieke en doelgroepgerichte prestartersmaatregelen teneinde de kwaliteit en de slaagkansen van de startende ondernemers te verhogen, rekening houdende met hun specifieke noden. In mei 2011 werd de opdracht voor de generieke maatregel aan UNIZO en VOKA toegewezen via het project “go4business”. In augustus 2011 werden volgende projecten voor de doelgroepen goedgekeurd: • Allochtonen: Allochtone Zelfstandige Ondernemer (AZO!) • Personen met een arbeidshandicap: Zelfstandig en Zelfsturend Ondernemen (Z²O) • Vrouwen: Ondernemer in Zich(t) (OiZ) • Starters met hoog potentieel: Bryo (Bright Young) • 50 +: Start 50+ Output : De maatregel wordt op permanente basis uitgevoerd door de geselecteerde partners. Het Agentschap Ondernemen volgt de projecten op door het regelmatig organiseren van een stakeholdersplatform, (actieve) medewerking aan de uitrol en aanwezigheid in de stuurgroepen van de verschillende projecten. Voor de generieke maatregel wordt de Realisatie van 2.500 haalbaarheidsstudies in 2 jaar. Indien dit aantal niet gehaald wordt, kan de maatregel verlengd worden met 1 jaar.
Ondernemingsplan 2013
19
Evaluatie geïntegreerd startersbeleid (B) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Johan Van Herck Betrokken personen: An Quaethoven Werkgroep (pre)start Team ondernemerschap Formulering: Het evalueren van de generieke en doelgroepgerichte prestartersmaatregelen (zie doelstelling nr.). Uitwerken van een geïntegreerd startersbeleid. De doelstelling is om dit geïntegreerd, vernieuwd prestartersbeleid naadloos te laten aansluiten op de huidige werking zodat geen periode zonder aanbod ontstaat. De afloop van de huidige reeks maatregelen/projecten is: AZO! Z²O Bryo Start 50+ OiZ
31/8/2014 28/2/2014 31/3/2014 31/8/2014 30/6/2014
De generieke maatregel eindigt als het quotum van 2.500 trajecten bereikt is. Waarschijnlijk zal dit na drie jaar werking zijn. Output:
1e rapporteringen van de projecten van de oproep prestarterssteun + eventuele bijsturing opmaak strategienota en beleidsvisie evaluatieverslag voorstel voor vervolgwerking na afloop huidige maatregel/gesubsidieerde projecten
Ondernemingsplan 2013
Q1 Q2 Q4 Q4
20
Oproep Startersinitiatieven (C) Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: Team ondernemerschap, toegewezen accountmanagers van de Dienst strategie en financiering, toegewezen accountmanagers van de Dienst duurzaamheid en transformatie, toegewezen vertegenwoordiger van de Afdeling Europa Economie Formulering: Opvolgend op de prestartersmaatregel werd een oproep uitgewerkt naar startersinitiatieven. De oproep biedt een kader om continuïteit te realiseren voor de begeleiding en omkadering van (specifieke groepen van) starters. De oproep bestaat uit enerzijds een generiek luik naar steun voor advies aan starters en anderzijds uit 3 specifieke doelgroepen: - starters in creatieve sectoren, - kennisgebaseerde bedrijven en spin-offs, en - starters in kennisintensieve diensten en vrije beroepen. Het thema ‘kennisgebaseerde bedrijven en spin-offs’ is gekoppeld aan de uitvoering van de acties in kader van het Nieuw Industrieel Beleid. De oproep wordt gelanceerd begin 2013. In 2013 dient de oproep volledig afgehandeld te worden, en de gesteunde projecten opgevolgd te worden (met onder meer een eerste bilateraal gesprek per project). De gesteunde projecten zullen eveneens opgenomen worden in het stakeholdersplatform (pre)start. Output : Lancering van de oproep Einde van de indieningsperiode – ontvangen dossiers + start van de afhandeling Ministerieel besluit m.b.t. de toekenning van steun aan de gunstige gerangschikte projecten in de oproep incl. de bijlagen bij dit besluit Brieven onontvankelijke, ongunstig gerangschikte en gunstig gerangschikte projecten Verdere opvolging goedgekeurde projecten en opname van deze projecten in het stakeholdersplatform (pre)start.
Q1 Q2 Q3 Q2Q3 Q3Q4
Voorzien budget: 8 mio euro op 3300-3306
Ondernemingsplan 2013
21
Gezamenlijke aanpak van recurrente ad hoc projecten met een sensibiliserend doel (B) Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Team ondernemerschap, toegewezen accountmanagers van de Dienst strategie en financiering, cel Communicatie, VON-coördinator Formulering: Jaarlijks wordt op ad hoc basis steun verleend aan een aantal projecten/evenementen met een sterk sensibiliserende functie (zoals Beurs Ondernemen, Vlaamse startersweek,…). Deze bieden een kans op visibiliteit voor het Agentschap Ondernemen en de minister, en laten toe het dienstenaanbod van het agentschap voor te stellen. Tot op heden gebeurt de ondersteuning van deze projecten voor elk project afzonderlijk en door de afdeling Economisch Ondersteuningsbeleid. In 2013 zal een gezamenlijke aanpak opgemaakt worden waarin ook de afdeling Diensten mee betrokken zal worden bij deze projecten. Tevens zal vroeg met de organisaties die deze projecten indienen, overlegd en afgestemd worden om een maximale inpassing in en afstemming met de beleidsprioriteiten te kunnen verwezenlijken. Output : Aantal overlegmomenten met de organisatoren van de projecten Afspraken en documenten mbt de gezamenlijke aanpak waarbij wordt gestreefd deze vanaf het najaar operationeel te maken
Ondernemingsplan 2013
Q1 – Q2 Q2-Q3
22
Meewerken aan de evaluatie van het Actieplan Ondernemerschap (B) Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: Team ondernemerschap, toegewezen accountmanagers van de Dienst strategie en financiering, Departement EWI Formulering: Het beleidsdomein Economie heeft sinds eind 2011 haar medewerking verleend aan het Vlaamse gelijkekansenbeleid van de Vlaamse Regering. In de prestartersmaatregel worden een aantal projecten naar doelgroepen gesteund, daarnaast zijn er nog een aantal andere lopende gesteunde projecten. In 2013 (en 2014) zal door het Departement EWI een evaluatie plaatsvinden van het instrument ‘actieplan ondernemerschap’. Een luik van deze evaluatie zal de focus leggen op de gesteunde projecten naar doelgroepen en op de geschiktheid van oproepen, dan wel andere ondersteuningswijzen, voor deze projecten of trajecten. Het agentschap zal mee de insteek leveren voor dit luik (naast de betrokkenheid bij de globale evaluatie die zal plaatsvinden) en dit van nabij mee opvolgen. Output : Feedback op tussentijdse documenten Insteek mbt het luik van de evaluatie rond gelijke kansen
Ondernemingsplan 2013
Q1 – Q4 Q1 – Q4
23
Een professionalisering van de bedrijfsvoering Peterschapsprojecten (C) Lanceren en afhandelen van de thematische oproep peterschapsprojecten 2013, opvolgen van de gesteunde projecten en eerste evaluatie van de nieuwe tweesporenaanpak Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: Evy Dooms, Team ondernemerschap, team KMO-portefeuille, toegewezen accountmanagers van de Dienst strategie en financiering (in het bijzonder voor het thema ‘overname en opvolging’ in de oproep). Formulering: Het volledig afhandelen van een thematische oproep in kader van de tweesporenaanpak van de peterschapsprojecten die in 2011 in voege trad. De oproep wordt begin 2013 gelanceerd. In deze oproep is, naast een aantal thema’s van de vorige oproep die opnieuw werden opgenomen, ook ‘overname en opvolging’ een thema. De lopende gesteunde projecten dienen ook inhoudelijk en administratief opgevolgd te worden. In kader van de contractuele aansturing lopen de projecten uit de eerste jaargang 2012 af en starten de nieuwe projecten van de jaargang 2013 op (telkens 105 groepjes). Ook de meeste projecten van de thematische oproep van eind 2011 lopen af in 2013. Dit betekent dat in de tweede helft van 2013 een eerste evaluatie kan plaatsvinden van de nieuwe tweesporenaanpak. Output : Lancering van de oproep Einde van de indieningsperiode – ontvangen dossiers + start van de afhandeling Nota’s aan de minister en Ministerieel besluit m.b.t. de toekenning van steun aan de gunstige gerangschikte projecten in de oproep incl. de bijlagen bij dit besluit Brieven onontvankelijke, ongunstig gerangschikte en gunstig gerangschikte projecten Aantal georganiseerde periodieke overlegmomenten Aantal opgevolgde rapporten (incl. feedback) Evaluatierapport(en)
Q1 Q2 Q2-Q3
Q2-Q3 Q1-Q4 Q1-Q4 Q1-Q4
Voorzien budget: 2,4 mio euro op 3300-3305
Ondernemingsplan 2013
24
KMO-portefeuille (R) (B) Verantwoordelijk directielid: Caroline Swyngedouw Betrokken personen: Team kmo-portefeuille Afdeling Inspectie Economie Dienst strategie & financiering Dienst duurzaamheid & transformatie Juristen Communicatieverantwoordelijken AO + webmaster AO Formulering: In 2012 werd gestart met een ingrijpende hervorming van de kmo-portefeuille: er werd onderzocht hoe de erkenningsprocedure van de dienstverleners kon worden gewijzigd en werden er stappen gezet om de kmo-portefeuille als subsidie-instrument gerichter te kunnen inzetten. In 2013 zullen de in 2012 voorbereidde hervormingen worden uitgevoerd. 1) Invoeren van een nieuwe erkenningsprocedure van dienstverleners In 2012 werd een nieuw format ontwikkeld om de dienstverleners van de kmo-portefeuille te erkennen. Deze nieuwe erkenningsprocedure zal na een intensieve communicatiecampagne worden uitgerold in 2013. Om de administratieve last voor de dienstverleners zo laag mogelijk te houden zal het Agentschap Ondernemen zelf zo veel mogelijk informatie aanleveren voorafgaand aan de audit. Er wordt ook een Toezichtscomité opgericht dat de aangestelde auditbureau ’s zal controleren. In dit Toezichtscomité is een vaste vertegenwoordiging van zowel het team kmo-portefeuille als van de Afdeling Inspectie Economie voorzien. 2) Inhoudelijke bijsturing en verruiming adviespijlers De definitie van subsidiabel advies zal worden aangepast. Het ingekocht advies zal steeds betrekking moeten hebben op de versterking, groei of transformatie van de onderneming in Vlaanderen. In 2012 werd bovendien de integratie van de EFRO-projecten onder het beheer van het Agentschap Ondernemen, IE-scan, Strategisch Ondernemen en REG in de kmo-portefeuille voorbereid. Ook werd de verderzetting van het project Gazellesprong ter ondersteuning van groeibedrijven in de kmo-portefeuille onderzocht. Om deze integratie op te vangen wordt de definitie van advies verruimd. In alle adviespijlers zal niet enkel het advies maar ook de kosten voor de daaropvolgende begeleiding bij de implementatie van het advies kunnen worden gesubsidieerd. Hierdoor kan de adviespijler breder worden ingezet. Voor een aantal speerpuntdomeinen kunnen afsprakenkaders met ‘best practices’ worden opgesteld, bestaande afsprakenkaders (zoals het afsprakenkader milieu en energie) moeten worden aangepast aan de nieuwe definitie. Voor het opstellen van de afsprakenkaders zal een beroep gedaan worden op de expertise van de accountmanagers. 3) Invoering pijler Coaching De creatie van een bijkomende pijler Coaching, die de integratie mogelijk maakt van het deelproject Coach bedrijfsoverdracht van Strategisch Ondernemen en de groeicoach uit het project Gazellesprong, vergt een wijziging van het Besluit van de Vlaamse Regering dd. 19 december 2008. In deze pijler zal op twee momenten een interventie voorzien worden van het Agentschap Ondernemen. Ondernemingsplan 2013
25
In de pijler Coaching zullen in 2013 twee domeinen gecreëerd worden, namelijk ‘Groei’ en ‘Overdracht’ waarin coachingtrajecten in deze materies kunnen gesubsidieerd worden. Deze coachingtrajecten zullen wel bepaald worden. Voor het opstellen van de richtlijnen inzake coachingtrajecten en de organisatie van de beslissingscommissie zal een beroep gedaan worden op de expertise van de accountmanagers. 4) Opwaardering en uitbreiding Strategisch Advies Strategisch Advies is op dit ogenblik gedefinieerd als een advies dat betrekking heeft op een kantelmoment binnen de onderneming en dat leidt tot beslissingen waarvan de gevolgen moeilijk omkeerbaar zijn. Dat betekent dat het advies een langetermijnoplossing biedt die invloed heeft op de gehele organisatie. De projecttypes die momenteel subsidiabel zijn binnen deze pijler zijn welomschreven en beperkt tot: 1) een financieel economische haalbaarheidsstudie 2) een doorstartplan in het kader van preventief bedrijfsbeleid 3) een overdrachtsplan De definitie van strategisch advies wordt verruimd. Ook bij strategisch advies zal de daaropvolgende begeleiding bij de implementatie van het advies als subsidiabel worden beschouwd. Op deze manier wordt de verderzetting van de subsidiëring voor de begeleiding bij de implementatie van een doorstartplan (PBB – fase 4), voorheen gesubsidieerd vanuit EFRO, opgevangen. Bovendien kan ook de opmaak van een kredietdossier en de begeleiding naar de banken toe gesubsidieerd worden als onderdeel van voormelde adviestypes om op die manier bedrijven een financiële ondersteuning te geven bij het laten bijstaan op vlak van de (her)onderhandeling van hun kredietdossier bij de banken. Tevens wordt voorgesteld om de pijler uit te breiden met een aantal bijkomende domeinen en projecttypes. De nieuwe erkenningsprocedure laat toe om dienstverleners ook inhoudelijk te beoordelen en te erkennen voor een domein. Van zodra de nieuwe domeinspecifieke erkenning mogelijk is zullen bijkomende domeinen en nieuwe projecttypes gecreëerd worden in de pijler strategisch advies van de kmo-portefeuille. De domeinen milieu, energie, groei en designmanagement worden ingevoerd en voor elk domein wordt een subsidiabel projecttype opgesteld. In het algemeen domein zal een nieuw projecttype: strategiebepaling bij transformatie, worden toegevoegd. Voor het opstellen van de richtlijnen van de nieuwe domeinen en projecttypes en voor de beoordeling in de beslissingscommissie zal een beroep gedaan worden op de expertise van de accountmanagers. Binnen het team kmo-portefeuille moet capaciteit gezocht worden om de uitbreiding administratief op te vangen. 5) Technologieverkenning Met het wijzigingsbesluit van 19 september 2011 valt het operationeel en financieel beheer van de pijler technologieverkenning volledig onder de bevoegdheid van economie. In 2012 werd reeds een data-evaluatie uitgevoerd. Dit zal leiden tot de aanpassing van de definitie van technologieverkenning, , in nauwe samenwerking met de afdeling duurzaamheid en transformatie waar nodig. 6) Bijsturing pijler opleiding De definitie van opleiding zal worden aangepast. De opleiding moet steeds betrekking hebben op de versterking, groei of transformatie van de onderneming in Vlaanderen, bovendien moet de opleiding betrekking hebben op de kernprocessen van de onderneming. In 2013 zal bovendien een onderzoek/evaluatie worden georganiseerd waarbij er een economische analyse van de pijler opleiding wordt uitgevoerd.
Ondernemingsplan 2013
26
Output : De steunverlening via de kmo-portefeuille is een permanente opdracht voor het team gedurende het hele jaar. De output van bovenstaande subdoelstellingen is een vernieuwde kmo-portefeuille waarmee de steun gerichter kan worden ingezet, kmo-portefeuille 2.0 Start nieuwe erkenningsprocedure Uitbreiding adviespijlers Invoering pijler coaching Opwaardering en uitbreiding pijler Strategisch advies Technologieverkenning Aanpassing definitie opleiding Evaluatie pijler Opleiding
Q2 Q2 Q2 Q2 Q2 Q2 Q4
Voorzien budget: 38.080.000 euro
Ondernemingsplan 2013
27
Geïntegreerd beleid voor overname en opvolging (P) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Patrick Jordens Leden van de werkgroep opvolging en overname: Patrick Jordens, Yves Schouwaerts, Evy Dooms, Philippe Rousseau, Eva Schoesetters, Mieke Mallants, Bénédicte De Buck, Ludo Verheyden, Martine Declercq Team kmo-portefeuille Communicatie Formulering: Ontwikkeling en uitvoering van een geïntegreerd beleid dat er op gericht is om de bedrijfscontinuïteit van bestaande ondernemingen door generatiewisseling of overname te stimuleren en in goede banen te leiden. Het beleid bestaat uit activiteiten op het vlak van bewustmaking, informatie en begeleiding, geflankeerd door fiscale maatregelen en eventueel financiële stimuli. Het beleid wordt ontwikkeld vanuit drie dimensies: de fasen van het opvolgingsproces, de aspecten van het opvolgingsproces en de stakeholders in het opvolgingsproces. Output : 1 Bewustmakingsacties - Q1: uitwerking actieplan om boekhouders, accountants, leden van raad van bestuur en erkende dienstverleners te betrekken om de Week van de bedrijfsoverdracht te duiden bij hun doelpubliek - Q3: Grootschalige bewustmakings- en informatiecampagne begin oktober - Q3: Brief van de minister naar ondernemers vanaf 55 jaar begin oktober - Q3:Week van de bedrijfsoverdracht in de laatste week van oktober, met dit jaar niet alleen aandacht voor potentiële overdragers, maar ook voor opvolgers, starters en groeiers - Q1+Q2+Q3+Q4: Artikels in nieuwsbrief Agentschap Ondernemen - Q1+Q2+Q3+Q4: 2 maandelijkse elektronische nieuwsbrief met overzicht infosessies van Agentschap Ondernemen, de stakeholders en de en erkende dienstverleners 2 Acties m.b.t. informatieverstrekking - Q1+Q2+Q3+Q4: Uitbouw portaalsite Opvolging en Overname op website Agentschap Ondernemen o informatie over de verschillende aspecten van het opvolgingsproces o getuigenissen o checklists en zelfscans o links naar adviseurs, opleidingen, projecten en andere initiatieven o agenda van seminaries en evenementen - Q4: Brochures o Hoe ik financier ik een overname of opvolging? o Waar kan ik hulp krijgen bij bedrijfsoverdracht, opvolging en overname? - Q1+Q2+Q3+Q4: Infosessies met getuigenissen van ondernemers en deskundigen (i.s.m. stakeholdersplatform) - Q2+Q3+Q4: Opleidingen voor vier doelgroepen (i.s.m. stakeholdersplatform) - Q1+Q2+Q3+Q4: Organisatie adviesmarkten en kleinschalige evenementen waar ondernemers in contact kunnen komen met deskundigen en dienstverlener (i.s.m. stakeholdersplatform en/of erkende dienstverleners) - Q1+Q2+Q3+Q4: Toeleiding naar informatie en advies op maat: oriënterende gesprekken door Ondernemingsplan 2013
28
accountmanagers 3 Acties m.b.t. begeleiding - Q1: inschakeling ‘begeleiding in kleine groepen’ via oproep peterschapsprojecten - Q1+Q2+Q3+Q4: Promotie advies en coaching via de kmo-portefeuille 4 Stakeholdermanagement - 4 vergaderingen stakeholdersplatform - Q2+Q4: netwerkdagen (voorjaar en najaar, telkens op 2 locaties) met dienstverleners bedrijfsoverdracht - Q4: evaluatie van de effectiviteit van de sensibiliseringsacties
Ondernemingsplan 2013
29
Doelgroepgerichte informatieverstrekking Sector Toerisme (P) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Nadine De Weirdt – intern en extern aanspreekpunt Formulering: In het kader van zijn missie en opdrachten wenst het Agentschap Ondernemen een brugfunctie te ontwikkelen ten aanzien van specifieke domeinen in het economisch landschap. Het Agentschap Ondernemen zal sectorspecifieke informatie aanbieden en de vertaalslag maken van het generieke steuninstrumentarium naar de concrete mogelijkheden die deze maatregelen bieden voor deze specifieke sectoren. De samenwerking tussen het Agentschap Ondernemen en Toerisme Vlaanderen wordt vastgelegd in een samenwerkingsovereenkomst. Output : Output sensibilisering en informatieverstrekking: -
workshops met link naar toerisme en ondernemerschap ondernemen
Output sector accountmanagement: -
Up to date overzicht van de Vlaamse instanties en verantwoordelijke contactpersonen : checklist opvolgen Initiatieven in kader professionalisering van de sector Ondersteuning bieden aan de uitrol van het project geïntegreerde benadering van ondernemers voor het onderdeel van Toerisme Vlaanderen Project Teaching hotel Inspiratietool voor toeristische ondernemers
Ondernemingsplan 2013
30
Integrerend ondernemerschapsbevorderend netwerk (R) Verantwoordelijk directielid: Bernard De Potter Betrokken personen: -
Jasper Delanoy, coördinator VON afdeling Diensten afdeling Steun afdeling Europa-Economie platformleiders (in het kader van ondernemerschapsbevorderende projecten) accountmanagers die instaan voor de inhoudelijke opvolging van ondernemerschapsbevorderende projecten en acties van het Agentschap Ondernemen
Formulering: Het Vlaams Ondernemerschapsbevorderend Netwerk (VON) van het Agentschap Ondernemen wil meer en sterker ondernemerschap stimuleren door kennis en ervaring uit te wisselen, projecten aan te zetten tot onderlinge structurele samenwerking en deze samenwerking te ondersteunen via allerlei middelen. Finaal moet dit de efficiëntie en de effectiviteit van zowel de subsidieverstrekking als de dienstverlening van de Vlaamse overheid ten goede komen en verhogen. Het VON is in eerste instantie een netwerk van intermediaire belangenorganisaties, promotoren en medewerkers die actief zijn op het vlak van ondernemerschapsbevordering binnen de gesteunde projecten. Daarnaast bevinden zich onder de leden eveneens sectorfederaties, kenniscentra, onderwijsinstellingen en zuivere privébedrijven. Verantwoordelijk directielid: Bernard De Potter Output: Titel
Uitvoering werkplan 2013
Omschrijving
Door de omvang van het aantal acties en het continue groei- en verbeterproces (continue evaluatie en aanpassing van het beleid hieraan) worden de acties vertaald in een onderliggend werkplan 2013, inclusief indicatoren, zowel op actie- als op doelstellingsniveau, op basis waarvan de voortgang zal worden geëvalueerd. Binnen dit werkplan worden er projecten (tijdelijke acties met een uniek resultaat) en acties (reguliere werking) uitgewerkt. Voor een detailstaat van de acties wordt verwezen naar het werkplan zelf.
Ondernemingsplan 2013
Timing (Q1, Q2,…) Q1-Q4
Output
Budget
output projecten: uitbreiding van KRIS met projectwerking voor beter databeheer vormings- en opleidingsprogramma dat voldoet aan de bestaande noden toolbox met ondersteuningsmiddel en centrale contactpersoon voor de platformwerking overzichts- en voortgangstabel lopende platformen … output acties: verbeterde folder verbeterde website fysieke netwerkevents …
vervat in budget communicatie en IT
31
Evaluatie werkplan 2013
eindevaluatie van de doelstellingen en acties
Ondernemingsplan 2013
Q4
evaluatiedocument met concrete aandachtspunten en aanbevelingen
32
Leerplatform Hoger Onderwijs (P) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Jasper Delanoy en Reineke Vandevenne Werkgroep en stuurgroep ondernemend onderwijs Formulering: Het opzetten van ‘een initiatief’ waar actoren m.b.t. ondernemend onderwijs in het hoger onderwijs aan kennisdeling kunnen doen. Dit initiatief is, naargelang de behoeftes van de betrokken actoren, éénmalig of kan een traject met meerdere sessies omvatten. Doel is door kennisdeling ondernemend onderwijs meer aan bod te laten komen in het hoger onderwijs en zo nog meer en beter te komen tot ondernemingszin en ondernemerschap in het hoger onderwijs. Output: voorstel minister met rapportering verkenningsronde bij actoren hoger onderwijs voorbereiding kick-off + verfijnen vervolg kick off i.s.m. betrokken stakeholders kick-off-event kennisdeling ondernemend onderwijs in het hoger onderwijs
Ondernemingsplan 2013
Q1 Q2 Q3
33
Vlaams Centrum voor Kwaliteitszorg (R) Verantwoordelijk directielid: Bernard De Potter Formulering: VCK heeft als doel het economische weefsel in Vlaanderen te versterken door kaderleden te sensibiliseren en te bekwamen in innovatieve kwaliteitsconcepten waarbij specifieke aandacht gaat naar kwaliteit, menselijke betrokkenheid en het realiseren van transities. Output: Het VCK krijgt jaarlijks een ad nominatim subsidie, waarmee de werking gedeeltelijk gefinancierd wordt. Voor 2013 zal er extra ingezet worden op de uitbouw van een kennisplatform, zodat het VCK zich inhoudelijk zal ontwikkelen en als aanbieder van content zal kunnen profileren. Voorzien budget: 334.000 EUR
Ondernemingsplan 2013
34
Toegang tot kapitaal Informatie en communicatie over de financiering van ondernemingen (R) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Coördinatie Subsidiedatabank (SDB) Birgit De Ridder Coördinatie brochures - Subsidieleidraden via de SDB: Birgit De Ridder - Brochure Risicokapitaal: Bie Boudolf, Iris Detavernier, Birgit De Ridder, Luc Royackers (backup)+ ondersteuning door medewerker voor de jaarlijkse update van deze brochure (Dries Van Poucke) - Hoe kan de overheid uw financiering gemakkelijker maken: Tina Dehasque; Birgit De Ridder (backup) Formulering: Het blijvend informeren van ondernemingen en informeren over het publiek en privaat aanbod van subsidie- en financieringsmaatregelen en –mogelijkheden teneinde een optimale invulling van hun financieringsbehoefte te kunnen verschaffen. De informatie wordt via diverse kanalen verstrekt: zoals folders, brochures, infosessies en roadshows, deelname aan beurzen, de digitale media zoals de website, de elektronische nieuwsbrief en Subsidieleidraad online, en de Subsidiedatabank voor de ondernemer, alsook het beantwoorden van individuele vragen van ondernemers. Brochures: • Subsidieleidraden: continue updating • Brochure Hoe kan de overheid uw financiering gemakkelijker maken: update Q1 • Brochure ‘Risicokapitaal’ update Q2 Virtueel informatieaanbod: • Subsidieleidraad online nieuwsbrief: in principe wordt eind van elke maand de nieuwsbrief verstuurd naar de abonnees • Subsidie- en financieringsmaatregelen in de SDB: continu updating proces Infosessies Naar aanleiding van de actualisatie van de brochures rond financiering/Risicokapitaal zal er een infosessie in de verschillende provincies worden georganiseerd. Output: geactualiseerde brochures en up to date houden van de digitale subsidiedatabank.
Ondernemingsplan 2013
35
FINMIX (R) Verantwoordelijk directielid: Directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Bie Boudolf en Iris Detavernier Medewerkers (3 personen) Accountmanagers : - Werkgroepleiders: (2 AM) - Ondernemingsplanexpert (6 AM) - Subsidie-expert (5 AM) Formulering: FINMIX geeft de ondernemer die op zoek is naar risicokapitaal de mogelijkheid om zijn project voor te stellen aan een panel van financieringsexperten. FINMIX staat open voor kleine, middelgrote en grote ondernemingen, zowel voor (potentiële) starters als groeiers, die geconfronteerd worden met een complexe financieringsbehoefte voor hun risicovolle project. Het project bestaat uit verschillende fasen: Fase 1: de toeleiding Dossiers worden aangedragen door diverse partijen. Fase 2: aanmelding door de partner/ondernemer De aanmelding van een dossier gebeurt via mail of per telefoon bij één centraal punt, met name AO dat optreedt als uniek loket. Fase 3: het op punt stellen van een ondernemingsplan (ontvankelijkheid dossier) Het op punt stellen van het ondernemingsplan: een accountmanager van AO gaat na of het project voldoende uitgewerkt is voor de financiering die de onderneming zoekt en of het dossier in aanmerking komt voor het project FINMIX. Fase 4: elektronische toetsingscommissie Het doel van de elektronische toetsingscommissie is om te oordelen of die dossiers waarbij de accountmanager van AO twijfelt over de volledigheid of het realisme van het ondernemingsplan, al dan niet kunnen doorstromen naar het expertenpanel. Eén vertegenwoordiger van BAN Vlaanderen, PMV, Unizo, Voka en AO maken deel uit van de elektronische toetsingscommissie. Fase 5: ondernemingsplan herwerken naar vast format De accountmanager van AO reikt een model van presentatie aan. Het doel van deze herwerking is om het ondernemingsplan en de presentatie ervan uit te werken volgens opgelegde criteria. Fase 6: expertenpanel Platform waarbij de verschillende financieringskanalen worden getoetst aan het project zonder dat er concrete financieringsovereenkomsten worden gesloten. In dit panel zetelen vertegenwoordigers van de banken, overheids- en private risicokapitaalverschaffers, de Innovatiecentra en de bedrijvenorganisaties Unizo en Voka. Fase 7: nazorg Terugkoppelingsgesprek(ken) waarbij de accountmanager van AO de input van de panelleden en het evaluatieverslag met de ondernemer overloopt. De doelstellingen van het project FINMIX zijn: - Onderzoeken of risicokapitaal een antwoord biedt op de financieringsbehoefte van de ondernemer Ondernemingsplan 2013
36
-
Aftoetsen van de potentiële overheidsmaatregelen Financieringsadvies door een expertenpanel Inkorten van de zoektocht naar financiering
Om hun engagement te bestendigen, werd een samenwerkingsovereenkomst opgemaakt tussen AO enerzijds en alle partners en experten anderzijds. De partners zijn BAN Vlaanderen, BVA, Febelfin, Kefik, Participatiefonds, PMV, Unizo en Voka. De experten zijn BAN Vlaanderen, de Belgische kredietinstellingen KBC, ING, Dexia, Fortis BNP Paribas, Bank Van Breda, de Innovatiecentra, Participatiefonds, PMV, Unizo en Voka samen, de private risicokapitaalverschaffers zijnde, Allegro Investment Fund, ARK-Angels Activator Fund, Domo Investment Group, Korys Management, Quest Management, Sherpa Invest, Software Holding & Finance, Vectis Participaties, Ventures4Growth, Vesalius Biocapital Partners en AO. Output : In 2013 vinden 11 panelsessies plaats. We streven ernaar om per panelsessie 4 ondernemingsplannen voor te dragen.
Ondernemingsplan 2013
37
Crowdfunding (B) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Accountmanagers financiering dienst S&F Hans Kinoo Lieve Apers Cynthia Stinckens en Gonda De Smedt Formulering: Ondanks de beschikbaarheid van een aanzienlijke hoeveelheid privaat spaarkapitaal in Vlaanderen blijven starters in alle sectoren moeilijkheden ondervinden om hun degelijk onderbouwde ondernemingsplannen ook gefinancierd te krijgen. In verschillende landen (vb. Verenigde Staten, Nederland, …) ontstonden er de voorbije jaren interessante experimenten met crowdfunding, zodat deze financieringswijze daar al enigszins uitgebouwd is als een reguliere wijze van financieren van ondernemerschap. Ook in Vlaanderen zijn er, vooral binnen een aantal creatieve sectoren, interessante voorbeelden te vinden. De doelstelling is om een Vlaams initiatief te nemen zodat crowdfunding een rol kan vervullen voor de financiering van startende en groeiende bedrijven in alle economische sectoren, maar met specifieke aandacht voor de creatieve sectoren. Via een breed overleg/workshop met alle stakeholders en toezichthouders zal nagegaan worden welk beleid de Vlaamse overheid kan voeren om crowdfunding als financieringsinstrument te stimuleren. Aftoetsen of het opzetten van een koepelplatform en een kennisnetwerk de financiering van kmo’s kunnen verbeteren. Specifieke aandacht moet gaan naar de complementariteit of afstemming met al bestaande maatregelen zoals business-angels, de winwinlening en de waarborgregeling. Output :
bijeenkomst’ met ‘actoren’ om mogelijkheid/wenselijkheid af te toetsen Studie met beleidsaanbevelingen
Ondernemingsplan 2013
Q2 Q4
38
BAN-Vlaanderen (R) (B) Inhoudelijke en administratieve opvolging van BAN Vlaanderen Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: Team ondernemerschap. Formulering: De vzw BAN Vlaanderen wordt voor haar werking structureel ondersteund voor de periode 20112014. BAN Vlaanderen staat in voor het in contact brengen van ondernemers die op zoek zijn naar kapitaal, met informele risicokapitaalverschaffers. Daarnaast werden ook reeds 2 ARKIV-fondsen opgericht door BAN Vlaanderen. In het voorjaar van 2013 zal een tussentijdse evaluatie worden opgemaakt van het lopende traject, om na te gaan of een bijsturing van de parameters voor de steun wenselijk is. Het Agentschap Ondernemen heeft ook een waarnemer in de Raad van Bestuur van BAN Vlaanderen. Output : Het bijwonen van de Raden van Bestuur is een permanente opdracht voor het Agentschap Ondernemen. Tussentijdse cijfers en rapportering door BAN Evaluatierapport. Eventuele documenten mbt bijsturing.
Ondernemingsplan 2013
Q1 – Q4 Q3 Q4
39
Ruimte om te ondernemen 1. Activeringsbeleid 1.1 Uitvoeren actieplan activeringsbeleid on(der)benutte bedrijventerreinen (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Structurele betrokkenheid (stuurgroepleden): Liesbeth Remue Natalie Raets Koen Vermoesen Ad hoc betrokkenheid: Koen Miseur Ellen Van Dongen Idris Peiren + GIS-werkgroep Formulering: Eind 2012 werd in elke provincie een activeringsteam voor de on(der)benutte bedrijventerreinen gesubsidieerd. Het Agentschap Ondernemen stuurt deze activeringsteams aan op strategisch niveau, zorgt voor de nodige afstemming/ervaringsuitwisseling en werkt flankerende maatregelen uit zodat deze activeringsteams voldoende positieve resultaten kunnen boeken (onbenutte bedrijfskavels/bedrijventerreinen die beschikbaar komen op de markt, in ontwikkeling zijn of ingenomen worden door bedrijfsactiviteiten) en zodat hierover beleidsmatig relevant kan gerapporteerd worden. Het Agentschap Ondernemen dient meer bepaald in te staan voor: • de ordentelijke overgang (m.b.t. subsidiabele kosten) van de onderhandelingsteams naar de activeringsteams en de administratieve afhandeling van de toegekende subsidie; • het bekomen van een correcte nulmeting op basis van een werkbare categorisering van de projectzones en het waarborgen van een periodieke en gemakkelijk communiceerbare rapporteringswijze; • de efficiënte doorstroming van en naar het GIS-bedrijventerreinen, desgevallend ook via ondersteuning van opwaardering van de GIS-capaciteit bij de nieuw erbij gekomen actoren in de activeringsteams; ook de Access-databank wordt aan het GIS gekoppeld; • de afstemming tussen de accountmanagers Vestiging van AO en de activeringsteams m.b.t. de (zogenaamde) geactiveerde bedrijfspercelen; • de identificatie en toeleiding van projectzones, resp. projecten naar brownfieldconvenanten en desgevallend naar SANINVEST (blackfields); • het waarborgen van een effectieve maar billijke aanpak van de strategische reserves van bedrijventerreinen; • het uitwerken van een doelmatige aanpak van de leegstaande bedrijfspanden; • de afstemming met de subsidieregeling voor de voortrajecten en andere steunmaatregelen en vormen van risicobeheer; • de uitwerking van herbestemmingsdossiers al dan niet met het oog op planologische ruil. Output : Nulmeting en eerste tussentijdse rapportering over de resultaten van de activeringsteams Voorstel over de aanpak van herbestemmingen met het oog op een compensatiemechanisme Ondernemingsplan 2013
Q1 Q3
40
Een aanvullende subsidie voor die activeringsteams die extra activiteiten gaan ontplooien, (MB’s vast te leggen op Hermes) Een verfijning van de GIS-inventaris (over onbebouwde onbenutte percelen maar ook over de onbebouwde reservegronden van bedrijven)
Q4 Q1-Q4
Budget: De subsidies voor de activeringsteams werden al vastgelegd in begrotingsjaar 2011. Voor zover nog bijkomende subsidies moeten worden toegekend, is er maximum 500.000 euro beschikbaar op HERMES-rubriek voor ruimtelijk-economische projecten.
Ondernemingsplan 2013
41
1.2 optimaliseren instrument onteigeningen (B) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Maria Bellemans Lut Slabbinck Luc Verbist Ellen Denaert Koen Vermoesen Koen Miseur Formulering: Voor de realisatie van bedrijventerreinen en brownfieldprojecten kunnen de publieke ontwikkelaars beroep doen op verschillende habilitatiewetgevingen waaronder het decreet ruimtelijke economie, het decreet op de brownfieldconvenanten, het POM-decreet en het decreet op de intercommunales. Het Agentschap Ondernemen bereidt het advies voor bij aanvragen voor onteigeningsmachtigingen voor zover de functioneel bevoegde minister (in casu voor Economie) om advies wordt verzocht. Vanuit het werkveld worden regelmatig pijnpunten aangehaald m.b.t. de huidige regelgevingen (ook m.b.t. de federale wetten die de procedure regelen). N.a.v. het project “versnellen investeringsprojecten” en ter voorbereiding van de regionalisering van de bevoegdheid om de procedure-aspecten te regelen, is er nu de gelegenheid om een aantal pijnpunten te trachten op te lossen. Het Agentschap Ondernemen vertegenwoordigt daarom het beleidsveld Economie in een interdepartementale werkgroep onteigeningen. Output: Adviezen Standpuntennota t.b.v. kabinet
Ondernemingsplan 2013
Q1-Q4 Q3
42
1.3 Brownfieldconvenanten (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Koen Miseur (coördinatie), Annemie Noordman, Claudia De Gryze, Natalie Raets, Liesbeth Remue, Marit Van Kerckhoven, Luc Verbist, Veronique Demets + NN. Formulering: De Vlaamse Regering wil het instrument brownfieldconvenanten blijvend inzetten op een betere herontwikkeling van verlaten en onderbenutte (bedrijven)terreinen of brownfields. Ze heeft daartoe het Brownfieldconvenantendecreet bestendigd met: - een bevestiging van de krachtlijnen van het bestaande decreet; - een decretale verankering van de (werking van de) brownfieldcel en de onderhandelaars; - een stopmechanisme voor projecten die geen perspectief meer vertonen; - een vaste oproepmethodiek (min. 1 call per jaar). Het AO organiseert en ondersteunt een efficiënte algemene werking van de brownfieldcel en de onderhandelaars, zowel op vlak van beleidsondersteuning als meer specifiek bij de totstandkoming van deze convenanten. Ook in 2013 zal een nieuwe oproep georganiseerd worden. Output : In 2013 wordt volgende output verwacht: De opstart van de onderhandelingen van de ontvankelijk en gegrond verklaarde de projecten uit de 3 call; Het afsluiten van nieuwe brownfieldconvenanten (mogelijk voor alle 15 projecten de van de 3 call en nog enkele resterende projecten van eerste 2 oproepen); de De verschijning van een 4 oproep in het Belgisch Staatsblad; Inventarisatie oefening brownfields; Een jaarlijks voortgangsrapport aan de VR over de uitvoering en mogelijke knelpunten van de lopende Brownfieldprojecten.
Ondernemingsplan 2013
Q1-Q2 Q1-Q4 Q3 Q3 Q4
43
1.4. regie knelpuntterreinen, militaire domeinen en VSGB-terreinen (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Liesbeth Remue Annemie Noordman Eline Horemans Lut Slabbinck Claudia De Gryze Maria Bellemans Natalie Raets Formulering: Naar aanleiding van het decreet ruimtelijke economie is het een expliciete beleidsdoelstelling om een beleid uit te stippelen ten aanzien van de zogenaamde knelpuntterreinen, dit zijn bestemde terreinen die niet op een redelijke termijn ontwikkeld lijken te geraken. De rol van de Vlaamse overheid terzake, in het bijzonder van het AO, situeert zich op vlak van monitoring, facilitering en desgevallend procesbegeleiding. In bepaalde gevallen is ook een regiefunctie mogelijk. Deze opdrachten dienen gestroomlijnd te worden en vergen – gezien de voortrajectenregeling en het uitbesteed onderzoek – tevens ook administratieve afhandeling. M.b.t. de herontwikkeling van bepaalde militaire domeinen en m.b.t. het Vlaams Strategisch Gebied rond Brussel zijn er specifieke verwachtingen ten aanzien van het AO op vlak van de regiefunctie. Output : Administratieve afhandeling en inhoudelijke opvolging eerder gesubsidieerde ‘voortrajecten’ Updates GIS-laag terreinen_ontwikkeling Actiefiches knelpuntterreinen, VSGB-locaties en militaire domeinen Engagementen derden voor de (her)ontwikkeling bedrijventerreinen
Q1Q4 Q1Q4 Q3 Q4
Budget: Geen specifiek budget noodzakelijk. Voortrajecten kunnen gesubsidieerd worden op basis van de HERMES-middelen voor de aanleg van bedrijventerreinen.
Ondernemingsplan 2013
44
2. Implementatie decreet en steunmaatregelen 2.1. implementatie uitvoeringsbesluiten decreet ruimtelijke economie en efficiënt en klantvriendelijk dossierbeheer (B) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Maria Bellemans Ellen Denaert Lut Slabbinck Luc Verbist Jenny De Somer Formulering: In het najaar van 2012 werd het subsidiebesluit voor de bedrijventerreinen geagendeerd op de Vlaamse Regering voor een principiële goedkeuring. Na het inwinnen van de nodige adviezen kan verwacht worden dat het uitvoeringsbesluit definitief zal goedgekeurd worden in het voorjaar van 2013. Om de implementatie vlot te laten verlopen en de dossiers efficiënt en klantvriendelijk af te handelen , zal er met het werkveld gecommuniceerd worden, zullen er met de afdeling Inspectie en Ondersteuning afspraken gemaakt worden over de controle van de steundossiers en zullen intern de gebruikte documenten geactualiseerd worden.
Ondernemingsplan 2013
45
2.2. steun voor bedrijvencentra (C) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Lut Slabbinck Maria Bellemans Luc Verbist Ellen Denaert Formulering: Gegeven dat de huidige steunregeling voor de bedrijvencentra van kracht blijft, nagaan of er behoefte is aan steun voor bedrijvencentra, en desgevallend organisatie van een projectoproep. Output : Nota kabinet met verslag marktbevraging en desgevallend voorstel tot oproep MB met rangschikking van projecten + betekeningen aan de indieners
Q2 Q4
Budget: Desgevallend 1 miljoen euro
Ondernemingsplan 2013
46
2.3. Beheer researchpark Zellik (P) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Maria Bellemans Jenny De Somer Formulering: Omwille van de tekortkomingen van (de rol van de Vlaamse overheid in) het beheer van het researchpark Zellik heeft het Agentschap Ondernemen zich geëngageerd om dit beheer op punt te stellen en de noodzakelijke ingrepen voor te stellen tot herontwikkeling van dit verouderd wetenschapspark. Deze ingrepen moeten worden afgestemd op de projecten VLM en de provincie Vlaams-Brabant in de onmiddellijke omgeving. Deadline voor deze herontwikkeling en revitalisering is 30 september 2014 omdat dan de huidige beheervorm voor het researchpark van Zellik afloopt. Output : Gewijzigde erfpachtovereenkomsten met de bedrijven op wiens kavel het fietspad zal aangelegd worden Nieuw ontwerp van erfpachtovereenkomst Nieuwe vestigingsvoorwaarden voor de bedrijven Bestek uitbestede activiteiten beheer + bedrijventerrreinenmanagement
Q1 Q3 Q3 Q4
Voorzien budget: Voor het beheer van het Research Park Zellik is een variabel krediet voorzien waarop de inkomsten (jaarlijks ongeveer 300.000 euro) worden geboekt evenals de kosten zoals onder meer de jaarlijkse vergoeding voor de POM Vlaams-Brabant en Haviland, elk 15.000 euro voor de door hen opgenomen beheertaken
Ondernemingsplan 2013
47
3. De verduurzaming van bedrijventerreinen 3.1 onderdeel efficiënt beheer gesubsidieerde bedrijventerreinmanagement-projecten (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Lut Slabbinck Jasper Delanoy Formulering: Beleidsmatig is ervoor geopteerd om door het stimuleren van bedrijventerreinmanagement bij te dragen aan de verduurzaming van bedrijventerreinen. In 2010 werden via een projectoproep tal van initiatieven genomen. Het komt er nu op aan de administratieve afhandeling van deze gesubsidieerde projecten efficiënt te organiseren, maar tegelijk ook om het kennismanagement m.b.t. deze projecten op te starten. Output : Uitbetalingen Rapporteringsformat en kennisdatabank Website (via www.bedrijventerreinenvlaanderen.be)
Ondernemingsplan 2013
Q1-Q4 Q3 Q4
48
3.2 Platform duurzame materialen (P) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Koen Miseur Piet Coessens Lut Slabbinck Formulering: Naar aanleiding van het ViA transversaal thema “duurzaam materialenbeheer” wordt een platform opgestart met de bedrijvenverenigingen en de initiatiefnemers van bedrijventerreinmanagementprojecten die projecten voorbereiden of uitwerken m.b.t. afvalophaling, reststromen, duurzame materialen. Dit platform kan de opstart zijn voor een ruimere platformwerking over bedrijventerreinmanagement en verduurzaming van bedrijventerreinen. Het AO zal deze platformwerking faciliteren en kan inhoudelijke ondersteuning bieden door het uitbesteden van eventuele noden aan technisch en/of juridisch onderzoek. Het AO streeft tevens naar een goede samenwerking met OVAM die zelf bezig is met de ontwikkeling van de Eco-efficiëntiescan plus (d.i. een materialenscan) rond industriële symbiose en materialeninventarisatie etc. Output : Opstart platform duurzaam materialenbeheer
Ondernemingsplan 2013
Q2
49
3.3 opmaak CO2-monitoringtool (P) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Lut Slabbinck Eddy Jonckheere Formulering: Ter ondersteuning van de ontwikkelaars die in het kader van de gesubsidieerde bedrijventerrein(her)ontwikkelingen geconfronteerd worden met de vereiste van de CO2-neutraliteit en ter ondersteuning van de initiatiefnemers die ook op (bestaande) niet gesubsidieerde bedrijventerreinen inspanningen doen in functie van de low carbon economy, opmaak van een CO2monitoringtool. Die tool moet in de eerste plaats toelaten dat de beheerder van een bedrijventerrein de verplichte CO2-neutraliteit van het elektriciteitsverbruik van de bedrijven efficiënter kan controleren bij de bedrijven en hierover kan rapporteren. In tweede instantie wordt onderzocht of deze tool ook kan bijdragen aan de nulmeting en evaluatie van de inspanningen die nu op grote schaal gebeuren op vlak van REG en Co2-neutraal elektriciteitsverbruik. Output : Een tool die de ontwikkelaars kunnen gebruiken om na te gaan en aan te tonen dat de bedrijven Aan de CO2 neutraliteitsvoorwaarde voldoen
Ondernemingsplan 2013
Q4
50
3.4 duurzaam woon-werkverkeer – Pendelfonds (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Koen Miseur Eventueel stagiair MOW. Formulering: Het Agentschap Ondernemen maakt deel uit van de jury voor de Pendelfonds-dossiers. Tot dusver betreft het overwegend individuele dossiers van bedrijven. Het AO wil ernaar streven om door middel van het Pendelfonds ook op schaal van bedrijventerreinen projecten inzake duurzaam woonwerkverkeer te stimuleren. Het bedrijventerreinmanagement dat op vele terreinen in Vlaanderen is opgestart, vormt hiervoor een goede voedingsbodem. (Het Pendelfonds geeft subsidies (tot 50%) voor projecten die een duurzaam woon-werkverkeer bevorderen.) Daarnaast zijn er op provinciaal en Europees vlak (vaak ikv tijdelijke projecten) heel wat proefprojecten die zich ook focussen op het woon-werk verkeer. Hierbij gaat de aandacht zowel naar het opstellen van mobiliteitsplannen, als werken op gedrags verandering en modal shift. Ook hier zijn tot op heden vele van deze initiatieven gericht op het bedrijfsniveau en niet zozeer op bedrijventerreinniveau. Omwille van het tijdelijke karakter van deze projecten, dreigt een deel van de kennis en ervaring verloren te gaan. Daarom is m.b.t. dit onderwerp ook een platformwerking relevant. Output : Leidraad mbt organiseren van duurzaam woon-werk-verkeer Communicatie-initiatieven Pendelfondsdossiers
Ondernemingsplan 2013
Q3 Q3 Q4
51
3.5 ontwikkeling Breeam alike instrument voor mixed uses en bedrijventerreinen (P)
Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Koen Miseur NN Formulering: Momenteel bestaat er in functie van certificering op vlak van duurzaamheid op basis van internationale labels zoals Breeam geen Belgisch of Vlaams kader voor gemengde gebruiken/functies, noch voor industriële sites. Door de drie gewesten is wel samengewerkt aan de oprichting van een Belgian Sustainable Building Council (BSBC) die dan zou instaan voor de Belgische certificering van de naar Belgische normen vertaalde Breeam schema’s voor woningen en kantoorgebouwen. Vanuit de Vlaamse overheid wordt wel gewerkt aan bijkomende Breeam-schema’s voor stadsprojecten en voor de sociale sector (ziekenhuizen enz.). Het Agentschap Ondernemen zal ondersteuning bieden aan de ontwikkeling van een Breeam- basistoetsingskader voor duurzame economische sites en bedrijventerreinen.
Output :
een door Breeam UK gevalideerd Breaam Compliant Assessment Framework zijn, voor mixed-uses en economische/industriële sites.
Q4
insteek ten behoeve van het EFRO –programma om middelen ter beschikking te kunnen stellen voor de projecteigen certificering
Q4
Ondernemingsplan 2013
52
4. Actieplan economisch locatiebeleid en de andere initiatieven in het kader van het economisch locatiebeleid 4.1 bedrijfsgerichte advisering en begeleiding (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Maria Bellemans, Claudia De Gryze, Véronique Demets, Ellen Denaert, Eline Horemans, Annemie Noordman, Natalie Raets, Lut Slabbinck, Ellen Van Dongen Formulering: Informeren, adviseren, begeleiden en ondersteunen van bedrijven met RO-knelpunten en n.a.v. planningsinitiatieven; in het bijzonder ten behoeve van zonevreemde bedrijven. Het Agentschap Ondernemen draagt ook bij aan het ambtelijk proces ter ondersteuning van de besluitvorming voor zonevreemde bedrijven (o.a. in uitvoering van het interdepartementaal MER-protocol).. Output : Output wordt geleverd op het ritme van de binnenkomende vragen en kan bestaan uit informatieverstrekking tot advies op maat van het bedrijf. De bijdrage bij het ambtelijk proces ter ondersteuning van de besluitvorming voor zonevreemde bedrijven kan bestaan uit een MERscreening of een MER-rapport. Daarnaast kan er ook advies gegeven worden in het kader van de RUP-procedure.
Ondernemingsplan 2013
53
4.2. bijdragen aan het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen en aan oplossingen voor de economische activiteiten buiten bedrijventerreinen (vnl. in het landelijk gebied) (B) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Ellen Van Dongen Eline Horemans Formulering: Bijdragen aan de opmaak van een Beleidsplan Ruimte Vlaanderen, in het proces via het ambtelijk forum en het strategisch stuurcomité, inhoudelijk voornamelijk op vlak van de ruimtebehoefteraming voor niet-verweefbare economische activiteiten, de fijnstelling van de actuele ruimtelijke-logistieke concepten, de ruimtelijke vertaling van het NIB, de omgang met verweefbare activiteiten en met de zogenaamde problematische ruimtevragers en de zonevreemde economie, in het bijzonder in het landelijk gebied. Output : Rapport beleidsaanbevelingen m.b.t. logistieke concepten Standpunt over mogelijkheden ingebruikname functieloos geworden rurale gebouwen voor bedrijfshuisvesting Rapport ruimtebehoefteraming rapport beleidsaanbevelingen m.b.t. omgang met verweefbare locaties
Q3 Q3 Q4 Q4
Budget: Uitbesteed studiewerk op basis van HERMES-rubriek voor overheidsopdrachten ruimtelijkeconomisch onderzoek. Studie ruimtebehoefteraming is al vastgelegd in 2012.
Ondernemingsplan 2013
54
4.3 klantvriendelijke ontsluiting info bedrijfskavels en ondersteunen ondernemingen bij het zoeken van vestigingsinfo (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Structureel: Annemie Noordman Natalie Raets Filip Dehaese Claudia De Gryze Els De Lombaerde Pascal De Greve Isabelle Joye Idris Peiren Ondersteunend: GIS-werkgroep Formulering: Ter ondersteuning van het accountmanagement vestiging en met het oog op een heroriëntering van het accountmanagement vestiging worden producten en diensten ontwikkeld die op een zo klantvriendelijk mogelijke wijze informatie ontsluiten over vestigingsmogelijkheden. Daarnaast blijft het begeleiden van ondernemers bij het zoeken naar vestigingsmogelijkheden een belangrijke taak, zeker voor specifieke doelgroepen zoals problematische ruimtevragers. Output : Overzicht business centers Geactualiseerde brochure ruimte om te ondernemen of leidraad bedrijfshuisvesting Geactualiseerd kaartenmateriaal pijplijnaanbod, dat is aanvulling van het actueel beschikbaar aanbod bedrijfspercelen (zoals nu beschikbaar in het GIS-bedrijventerreinen) met het toekomstig aanbod op basis van bestemde bedrijventerreinen in ontwikkeling en lopende planningsprocessen)
Ondernemingsplan 2013
Q1 Q2 Q3 Q4
55
4.4 onderbouwing locatievoorstellen voor bijkomende bedrijventerreinen (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Eline Horemans Lut Slabbinck Maria Bellemans Annemie Noordman Natalie Raets Ellen Denaert Formulering: Mede gelet op de grote vraag naar kleine bedrijfskavels stelt het Regeerakkoord meer mogelijkheden voor de planning van lokale bedrijventerreinen in het vooruitzicht. Lokale bedrijventerreinen hoeven niet beperkt te blijven tot 5 ha, noch aan te sluiten aan het hoofddorp etc. Niettemin blijkt het voor lokale besturen niet evident om de nood aan een nieuw lokaal bedrijventerrein en een eventuele zoekzone voldoende te onderbouwen om aanvaardbaar te zijn voor RO. Daarom wordt van het AO verwacht dat het de lokale besturen bijstaat met deze onderbouwing. De dienst V&RE zal aldus nagaan op welke manier een voldoende onderbouwing kan volstaan voor RO, dit als onderdeel van een leidraad die m.b.t. het thema bedrijfshuisvesting wordt uitgewerkt ten behoeve van de lokale besturen. Het AO zal ook de concrete ondersteuning aan individuele lokale besturen organiseren. Naast deze opdracht in een vroege fase van het planningsproces heeft het Agentschap Ondernemen ook ambtshalve adviesmogelijkheden m.b.t. RUP’s bedrijventerreinen en RUP’s historisch gegroeide/bestaande bedrijven. Voor planningsinitiatieven m.b.t. bedrijventerreinen buiten de afbakeningsprocessen is het bovendien het AO die moet instaan voor de MER-screening of de MER, dit conform het interdepartementaal protocol hieromtrent. Ten slotte wordt van het AO verwacht dat het bijdraagt aan het vinden en onderbouwen van zoekzones voor bedrijventerreinen in uitvoering van de taakstelling voor bedrijvigheid die is voorzien n.a.v. de herziening van het RSV. Gezien er naar alle waarschijnlijkheid nog maar weinig mogelijkheden gevonden kunnen worden in de stedelijke gebieden en economische knooppunten waarvoor recent een planningsproces is afgerond, zullen die zoekzones op een andere manier moeten gezocht worden. Een mogelijkheid is een gestroomlijnde samenwerking met verschillende actoren in de verschillende provincies. Bijzondere aandacht zal daarbij ook moeten gaan naar de link met het mobiliteitsplan(nen) voor Vlaanderen. Output : Visietekst AO-RWO over de verwachte onderbouwing van zoekzones bedrijventerreinen Bestek leidraad voor lokale besturen Bundeling gekende zoekzones leidraad voor lokale besturen
Ondernemingsplan 2013
Q1 Q1 Q3 Q4
56
4.5 bijdragen aan planningsproces ENA (B) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Annemie Noordman Natalie Raets Formulering: Het Agentschap Ondernemen draagt bij aan de uitbouw van een samenhangend economisch netwerk in de economische knooppunten van het Albertkanaal als belangrijke waterweg in Vlaanderen. Deze bijdrage is gebaseerd op de beslissing van de Vlaamse Regering van 23 april 2004. Deze kaderbeslissing vormt de basis van een hele reeks acties. Het coördinatieplatform ENA stroomlijnt de uitvoering van deze regeringsbeslissing. De ongeveer 60 acties hebben individuele trekkers. De engagementen van het Agentschap Ondernemen in het kader van de nadere uitwerking van het economisch netwerk Albertkanaal betreffen: • opvolging Dagelijks Bestuur en coördinatieplatform • opvolging van de globale plan-mer ENA; hiervoor is een beroep gedaan op de POM’s (Antwerpen en Limburg); • regisseren 21 herstructurerings- en inbreidingsprojecten bedrijventerreinen; • bijdragen aan de onderbouwing van zoekzones voor bijkomende bedrijventerreinen en ondersteuning van het ambtelijke proces terzake (m.i.v. plan-MERs); • regie van de realisatie van de bestemde bedrijventerreinen. Output : masterplan/nota ‘invulling’ Genk Zuid-West als basis voor opmaak RUP indiening globale plan-MER ENA voor goedkeuring door dienst MER masterplan als basis voor opmaak RUP Hannekenshoek-Herentals nota ter voorbereiding besluitvorming Wommelgem-Ranst; idem voor Kapelleveld II te Wommelgem en Zolder-Lummen-Zuid
Q1 Q2 Q2 Q4
Budget: Eventuele bijkomende opdrachten aan een externe dienstverlener kunnen, in het kader van het raamcontract, toegekend worden op basis van de HERMES-rubriek voor overheidsopdrachten – ruimtelijk-economisch onderzoek.
Ondernemingsplan 2013
57
4.6 oproep problematische ruimtevragers (C) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Eline Horemans Liesbeth Remue Claudia Degryze Natalie Raets (Ellen Van Dongen) Jenny De Somer Formulering: In 2013 wordt de nieuwe subsidieregeling bedrijventerreinen van kracht. Het Agentschap Ondernemen organiseert zich om de implementatie vlot te laten verlopen en de dossiers efficiënt en klantvriendelijk af te handelen. Output : toekenning subsidies op basis van BVR 2007 nieuw steunregeling + communicatie naar werkveld (op basis van infosessie(s), beschikbare formulieren, FAQ, doc. op website etc.) toekenning subsidies op basis van nieuwe steunregeling geactualiseerde handleiding voor de ontwikkeling en het beheer van bedrijventerreinen, desgevallend als onderdeel van een ruimer handleiding rond bedrijfshuisvesting (voor doelgroep lokale besturen)
Q1 Q2 Q2 Q4
Budget: 22 miljoen euro (minus middelen voor eventuele oproep bedrijvencentra en minus middelen voor dossiers incubatoren), HERMES.
Ondernemingsplan 2013
58
4.7 registratie vestigingsvragen en ontsluiten informatie over bedrijfsvastgoed (P) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Claudia De Gryze Ellen Denaert Eline Horemans Ellen Van Dongen Formulering: Ter onderbouwing van het ruimtelijk-economisch beleid is een beter inzicht in de vraag naar ruimte voor economische activiteiten noodzakelijk. Een systematische en uniforme registratie van de vestigingsvragen bij de voornaamste actoren die met deze vragen geconfronteerd worden, kan daartoe bijdragen. Een tweede subdoelstelling betreft het zoeken naar mogelijkheden om in de plaats van de vastgoeddatabank van het Agentschap Ondernemen een meer efficiënte en effectieve manier te vinden om informatie over bedrijfsvastgoed ter beschikking te stellen van ondernemers. De piste werd daarbij gevolgd om de marktpartijen te stimuleren om zelf tot een webtool te komen waar ondernemers bij gebaat zijn. Dit idee is opgepikt n.a.v. een OVG-projectvoorstel vanuit CIB/VICTOR e.a. waarbij tevens ook de doelstelling van een uniforme registratie van vestigingsvragen meegenomen wordt. Output : Registratiemodule van vestigingsvragen in KRIS Een business model voor een webtool rond bedrijfsvastgoedinfo De implementatie van deze webtool bij minstens twee lokale besturen Rapportering over de stand van zaken van de invoering van een vraagregistratiesysteem bij andere actoren
Ondernemingsplan 2013
Q2 Q3 Q4 Q4
59
Beleidsplan “winkelen in Vlaanderen” Kennisnetwerk Detailhandel (P) Projectleider: Stefaan Piens Betrokken personen: Bart Candaele, Ludo Verheyden Formulering: 1. Het opstarten van een Kennis Netwerk Detailhandel onder de vleugels van het Agentschap Ondernemen (operationalisering regierol: platformwerking, relatiebeheer, kennismanagement) 2. De realisatie van een portaalsite detailhandel, die voor de resultaten van de studie, analyse, visie en instrumenten een plaats geeft en de aanzet vormt voor een continue informatiebron op Vlaams niveau. 3. De ontwikkelingen en evoluties rond detailhandel in kaart brengen in de 5 provincies via een globale studie; 4. Een provinciale en inter-provinciale visie op kleinhandel ontwikkelen (en/of actualiseren); 5. Deze detailhandelstudie en -visie afstemmen op maat van de steden en gemeenten opdat een kernversterkend beleid de hefboom kan vormen tot een succesvolle detailhandel; 6. Op basis van de studie en datakennis een instrumentarium ontwikkelen ten behoeve van de steden en gemeenten die hiermee het ondernemersklimaat kunnen optimaliseren; 7. Een brede sensibilisering op gang brengen naar alle 308 gemeenten over het belang van een afgestemde aanpak rond detailhandel. Output : Portaalsite Studies, rapporten op Vlaams niveau Bijeenkomsten (+ verslagen) stakeholdersplatform ViA Ronde tafel Winkelen in Vlaanderen
Ondernemingsplan 2013
Q4 Q2-Q4 Q1-Q4 Q1
60
Handelskernversterking (C) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen/Bart Candaele Betrokken personen: Eline Horemans werkgroep detailhandel Jenny De Somer Machteld De Dobbeleer of Liesbeth Remue Iemand van IE Formulering: De globale doelstelling van het programma ‘handelskernversterking’ is te komen tot een lokaal kernversterkend handelsbeleid op maat van iedere gemeente. Het programma ‘handelskernversterking’ maakt deel uit van de nota ‘Winkelen in Vlaanderen 2.0’ en vormt een belangrijk initiatief ter ondersteuning van de lokale besturen bij het uitvoeren van de doelstellingen van hun kernversterkend detailhandelsbeleid. Er wordt een grootschalig subsidieprogramma opgestart voor 13 miljoen euro. Het programma wordt georganiseerd in twee luiken die doelen op verschillende soorten initiatieven die de gemeenten kunnen ondernemen om hun handelskern te versterken. Een eerste luik is breed opgevat en omvat een oproep voor algemene kernversterkende maatregelen. Voor dit luik wordt 4 miljoen euro gereserveerd, wat neerkomt op het subsidiëren van maximaal 60 projecten. Vanwege de laagdrempeligheid van deze oproep wordt een hoge respons verwacht. Het gaat in dit luik om een wedstrijdformule. In een tweede luik wordt specifiek ingezet op een beleid rond handelspanden waarbij de steden en gemeenten subsidie kunnen verkrijgen bij de aankoop of renovatie van handelspanden. In totaal worden er in dit luik nog eens 25 tot 30 projecten verwacht. Output: leidraad + aanvraagformulieren + infosessie(s) MB’s dossiers luik 2 (continue indiening m.b.t. verwerving handelspanden) MB’s geselecteerde projecten wedstrijdformules
Q1 Q2-Q4 Q4
Budget: 13 miljoen euro
Ondernemingsplan 2013
61
Regionalisering IKEA-wet/Wet op de Handelsvestigingen (B) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Eline Horemans Erik Dieussaert Formulering: In de startnota Winkelen in Vlaanderen werd aan de minister-president de opdracht gegeven om het beleid na de regionalisering van de IKEA-wet te onderzoeken. Om te vermijden dat een lange overgangssituatie tot stand komt waarbij de federale wet betreffende de vergunning van handelsvestiging plots Vlaamse bevoegdheid wordt, zonder dat de criteria en organen van deze wet in feite “geregionaliseerd” zijn, wordt geopteerd om te anticiperen op de voorgenomen regionalisering en de regelgeving grondig voor te bereiden. Bovendien willen men hiermee duidelijkheid geven aan de lokale bestuurders en handelaars over het toekomstige beleid van de Vlaamse Regering. Het onderzoek en overleg van de voorbije jaren heeft geleid tot consensus over de beleidsstrategie na de regionalisering, met name het overnemen van de socio-economische vergunning met een optimale integratie in de stedenbouwkundige vergunning (toekomst omgevingsvergunning). Dit dient in 2013 enerzijds juridisch verder op punt gesteld te worden en in decreetteksten opgenomen te worden en anderzijds praktisch verder voorbereid te worden. Output : Voor regionalisering (2013): - regelgeving op handelsvestigingen voor na de regionalisering (nota VR ‘Winkelen in Vlaanderen 2.0’, decreet + memorie van toelichting+RIA) - organisatienota comité voor de distributie - informatiedocument voor gemeenten en handelaars Na regionalisering (timing): - werking comité voor de distributie
Ondernemingsplan 2013
62
Commerciële inspiratie (C) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Anne Verbruggen (coördinator), Ludo Verheyden, Martine Declercq, Mieke Mallants, Nadine De Weirdt Formulering: Individuele en integrale trajectbegeleiding van gevestigde detailhandelaars, horeca en diensten op het vlak van vernieuwing van hun zaak. Dit project is een actie die kadert in de uitvoering van de startnota ‘winkelen in Vlaanderen’ die voortkomt uit het Vlaamse regeerakkoord 2009-2014. De basisopzet van dit project bestaat erin om bij gevestigde detailhandelaars een proces op gang te brengen zodat zij gaan nadenken over hun toekomst binnen het snel evoluerend detailhandelslandschap. Deze evoluties kunnen voor de detailhandelaar zowel betrekking hebben op opportuniteiten als op bedreigingen. Het is de bedoeling dat de detailhandelaar tijdens dit proces leert zodat hij ook in de toekomst deze denkoefening blijft maken. Met deze maatregel beogen we een direct effect te hebben op het ondernemerschap en het vernieuwingsgedrag van de detailhandelaar binnen het snel evoluerend detailhandelslandschap. Bijkomend is deze maatregel gericht op kernversterking, zoals voorzien in de startnota kernversterkend winkelbeleid. Indicatieve tabel tijdsverloop: lancering overheidsopdracht jurering overheidsopdracht toewijzing overheidsopdracht operationeel aanbod
Q1 Q2 Q3 Q4
Output : − Met dit project willen we minimaal 600 individuele trajecten aanbieden aan detailhandelaars gevestigd in het Vlaamse Gewest binnen een periode van vier jaar. − Daarnaast wordt werk gemaakt van disseminatie, infomateriaal, draaiboeken, etc. − Situatieschets lokaal handelsklimaat
Ondernemingsplan 2013
63
Een meer groene economie De ecologiepremie (R) Verantwoordelijk directielid: Elke Tiebout Betrokken personen: Robert Kinable Team bedrijfssteun (cel ecologiepremie: materiespecialist Robert Kinable en Chris Todts, Filip Putseys, William Anthuenis, Herman Verbruggen, An De Wever, Robert Peeters, Daniel De Craecker, Bart Jorissen, Miek Geiregat, Thijs Goessens). Juristen. VITO. Accountmanagers (voornamelijk van de dienst Duurzaamheid en Transformatie) Communicatieteam AO Formulering: Het implementeren van de door de Vlaamse Regering (op 16 november 2012) goedgekeurde aanpassingen aan het instrument van de ecologiesteunregeling EP-PLUS om de effectiviteit van het instrument te verhogen en maximaal af te stemmen op de steunregeling voor strategische ecologieprojecten. Output : Het hele jaar door: • Behandelde dossiers EP PLUS Voorzien budget: € 63.462.00 (voor EP-PLUS en strategische ecologieprojecten samen)
Ondernemingsplan 2013
64
Ecologiepremie voor strategische ecologieprojecten (R) Verantwoordelijk directielid: Elke Tiebout Betrokken personen: Robert Kinable Team bedrijfssteun (cel ecologiepremie: materiespecialist Robert Kinable en Chris Todts, Filip Putseys, William Anthuenis, Herman Verbruggen, An De Wever, Robert Peeters, Daniel De Craecker, Bart Jorissen, Miek Geiregat, Thijs Goessens)). Juristen. VITO. Accountmanagers (voornamelijk van de dienst Duurzaamheid en Transformatie) Communicatieteam AO Formulering: Het implementeren van een systeem van strategische ecologiesteun, zoals op 16 november 2012 goedgekeurd door de Vlaamse Regering, naast de bestaande ecologiesteunregeling teneinde projecten die een globale/integrale milieu- of energieoplossing op bedrijfsniveau bieden op een meer efficiënte en effectieve wijze te kunnen ondersteunen. Output : Het hele jaar door: • Behandelde dossiers EP STRES Voorzien budget: € 63.462.00 (voor EP-PLUS en strategische ecologieprojecten samen)
Ondernemingsplan 2013
65
Onderzoek naar haalbaarheid steun ecologische demoprojecten (B) Verantwoordelijk directielid: Caroline Swyngedouw Formulering: Het onderzoeken van de opportuniteit en de haalbaarheid van een steunsysteem voor strategische demonstratieprojecten en in voorkomend geval de verdere uitwerking van dergelijk steunsysteem teneinde de kloof tussen onderzoeksprojecten en de markt te overbruggen. Output: Studie of document waarin haalbaarheid en opportuniteit wordt onderzocht In voorkomend geval: Nota VR, goedgekeurd BVR en RIA
Ondernemingsplan 2013
66
Dienstenaanbod - milieu en energie (P) Verantwoordelijk directielid: Piet Desiere Betrokken personen: Leden werkgroepen milieu en energie (dienst duurzaamheid en transformatie) Formulering: Het dienstenaanbod in zake milieu en energie - bij uitbreiding de ‘vergroening’ van de economie ondersteunt het (Vlaams) subsidie-instrumentarium in dit domein door in te zetten op een betere samenhang die tot meer transparantie leidt voor zowel de bedrijven als voor het intermediair niveau. In 2013 ligt de focus op het uitwerken en opvolgen van programma’s voor de uitvoering van energie- en materialenscans in uitbesteding, als onderdeel van resp. het kmo-energieefficiëntieplan en het Vlaams Materialenprogramma. Output: Het regulier dienstenaanbod verloopt gespreid over het hele jaar. Voor de scans in uitbesteding zijn volgende mijlpalen te signaleren: -
De lancering van energiescans in uitbesteding De lancering van materialenscans in uitbesteding
Q2 Q4
Voorzien budget: 1,95 miljoen euro
Ondernemingsplan 2013
67
Bijdragen aan Flanders Logistics (P)
Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Formulering: Bijdragen aan de doestellingen van Flanders’ Logistics. De bijdragen van het Agentschap Ondernemen aan de doelstellingen van Flanders’ Logistics situeren zich in hoofdzaak op vlak van: • het stroomlijnen van de projectwerking in het kader van bundeling van goederenstromen en clustering van activiteiten in functie van slimme/duurzame logistiek • het bewerkstelligen van meer eenduidigheid op vlak van aanspreekpunten bij de overheid voor de logistieke sector • bijdragen aan de visievorming over de logistiek in functie van het ruimtelijk beleid. Daarnaast is gebleken dat het Agentschap Ondernemen op verschillende punten interacties heeft met de waterwegbeheerders WenZ en De Scheepvaart. Deze waterwegbeheerders zijn immers ook belangrijke ontwikkelaars van bedrijventerreinen. Het Agentschap Ondernemen wil er daarom specifiek naar streven een gestructureerde dialoog op gang te brengen met de waterwegbeheerders rond punten als: • zorgvuldig ruimtegebruik en duurzame inrichting van bedrijventerreinen • de inpassing van watergebonden bedrijventerreinen in een (sub)regionale strategie op vlak van economische positionering en aanbodbeleid • gezamenlijk streven naar geschikte locaties voor overslag en/of watergebonden terreinen • oplossingen voor problematische ruimtevragers, zoals onder meer ook de subsector rond bouwmaterialenproductie en bouwmaterialenhandel
Output : Q4: protocol met de waterwegbeheerders
Ondernemingsplan 2013
68
Groene waarborg (R) Verantwoordelijk directielid: Piet Desiere Betrokken personen: Elke Tiebout, Joachim Castelain Formulering: In het voorjaar van 2012 lanceerde Waarborgbeheer nv een nieuw instrument om het energieverbruik van Vlaamse ondernemingen te verbeteren, de zogenaamde “Groene Waarborg”. Via de Groene Waarborgregeling kunnen ondernemers een waarborg krijgen voor een lening of een leasing waarmee men energiebesparende investeringen doet in het Vlaamse Gewest, met een terugverdientijd van maximaal tien jaar. Output: Momenteel is het niet mogelijk om een redelijke inschatting naar voor te schuiven wat betreft het aantal ingediende dossiers. Een bijsturing wordt onderzocht in uitvoering van het bankenplan. Voorzien budget: nvt
Ondernemingsplan 2013
69
Meer groeiende ondernemingen Klassieke instrumenten: SIOS - Strategische transformatiesteun (R) (B)
Operationaliseren van het nieuwe steunsysteem strategische transformatiesteun (STS) als opvolger van de strategische investerings- en opleidingssteun (SIOS). Verantwoordelijk directielid: Elke Tiebout Betrokken personen: William Antheunis/Herman Verbruggen Team bedrijfssteun (cel STS: materiespecialist: William Anthuenis en Herman Verbruggen, An De Wever, Miek Geiregat, Daniël De Craecker, Bart Jorissen, Thijs Goessens, Robert Peeters). Juristen. PMV Accountmanagers Communicatieteam AO Formulering: Op de laatste ministerraad van 2012 heeft de Vlaamse Regering het nieuwe steunsysteem “Strategische Transformatiesteun” (STS) principieel goedgekeurd. Na de principiële goedkeuring van het nieuwe besluit, en verwerking van het advies van de Raad van State, zal het nieuwe steunsysteem naar verwachting definitief kunnen worden goedgekeurd in 2013, waarna het operationeel zal gemaakt worden. Daarnaast is er ook de opvolging van al de goedgekeurde en ingediende SIOS-dossiers. Output: Het hele jaar door dossiers SIOS/STS Goedkeuring nieuwe STS-systeem
Q2
Voorzien budget: € 41.038.000
Ondernemingsplan 2013
70
Gazellen en Gazellesprong (P) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Luc Royackers Interne werkgroep binnen AO: Bart Candaele, Reineke Vandevenne, Benedicte De Buck, Mieke Mallants, Johan Van Herck, Hans Kinoo, Wouter Verhaverbeke, Iris Detavernier, Luc Royackers Formulering: Concretiseren, uitwerken en implementeren van het concept van Gazellesprong zoals voorzien in Vlaanderen in Actie. Uiteindelijke doelstelling is te komen tot een beleid (i.c. ondersteuningsprogramma), waarbij informatie en ondersteuning voorzien wordt voor enerzijds High Potential groeiers en anderzijds voor de meer gemiddelde groeiondernemingen. De uitvoering van dit beleid zal uitgerold worden via de privésector (principe van platformwerking). Tevens zal getracht worden om het aanbod van steunmechanismen over de verscheidene beleidsdomeinen heen, gezamenlijk en proactief kenbaar te maken aan groeibedrijven. Het platform zal voornamelijk instaan voor sensibilisering, informatieverschaffing, screening, hulp bij opmaak analyse van groeiknelpunten en –opportuniteiten en evt. opleiding ten behoeve van groeibedrijven. Voor de High Potentials wordt er voorzien in coaching en selectieve netwerking. Output : Oprichting stakeholdersplatform; Uitrol opportuniteitsanalyse vi kmo-portefeuille Opgerichte adviescommissie (vaste kern) met aangelegd bronmateriaal voor zoeken van externe sectorspecialisten (per dossier variabel in te vullen); Ontwikkeld opleidingspakket inzake gebruik tool Ontwikkeld IT-opvolgingssysteem voor opvolging dossiers Evaluatie en feedback eerste maanden werking gazellesprong
Ondernemingsplan 2013
Q3 2012 Q2 Q2 Q2 Q3 Q4
71
Aantrekken en begeleiden van buitenlandse investeerders (R)
Verantwoordelijk directielid: Jos Helsen Betrokken personen: Team internationaal ondernemen Formulering: In samenwerking met Flanders Investment and Trade (FIT) aan buitenlandse kandidaat investeerders een professionele dienstverlening aanbieden om de locatie(keuze), de opstart en/of de uitbreiding van bedrijfsactiviteiten in Vlaanderen te stimuleren en te faciliteren. Flanders Investment and Trade en het Agentschap Ondernemen hebben medio 2010 een samenwerkingsprotocol afgesloten om hun expertise op het vlak van acquisitie, onthaal en begeleiding van kandidaat investeerders complementair in te zetten. Op basis van dit protocol wordt er sinds september 2010 tussen FIT en AO een operationeel afsprakenkader gehanteerd. Het AO staat ten behoeve van kandidaat investeerders in voor een informatiegaring over onze Vlaamse en lokale/provinciale troeven ten opzichte van de ons omliggende regio’s, voor een begeleiding van de kandidaat-investeerders bij de selectie van sites, voor de organisatie van bezoekersprogramma’s en voor de begeleiding bij het eventueel daaropvolgende investeringstraject (omgevingsfactoren, vergunningen, financiering en subsidies…). Het voert deze opdracht uit in overleg en in samenwerking met FIT en met provinciale/lokale actoren, die actief zijn op het vlak van acquisitie van buitenlandse investeerders. Output : Agentschap Ondernemen levert op basis van het FIT-AO afsprakenkader een concrete bijdrage tot Eerstelijnsinformatie: het ontwikkelen en up-to-date houden van een set van Engelstalige informatieve fiches en kaarten, in te zetten voor o.m. de ‘businessproposal’, de website en bij sitevisits: (1) Presentatie Agentschap Ondernemen (missie, doelstellingen en taken) (2) Kaartmateriaal, bv. overzichten bedrijventerreinen, starterscentra, kantoorparken, kenniscentra, waterwegen, logistieke hotspots.… (3) Subsidieproducten van het AOP: KMO-P, Ecologiepremie, SIOS (4) Overzicht van subsidie- en financieringsproducten en diensten van PF, IWT en PMV (5) Basisregelgeving milieu en RO m.b.t. vergunningen (6) Leidraad voor starters in Vlaanderen Timing: op permanente basis Vraagarticulatie: (1) Wij leveren binnen het kader van de custom-made ‘Businessproposal’ een uniforme en gestroomlijnde bijdrage over vestigingmogelijkheden in Vlaanderen en andere daaraan gekoppelde nuttige informatie; Aantal leads die wij bedienen via FIT: Aantal leads via derden:
80 – 120
Accountmanagement: (1) Organisatie van site-visits: (2) Aantal begeleidde investeringsprojecten (vanaf locatiekeuze voor Vlaanderen bevestigd): Ondernemingsplan 2013
Ad hoc Timing: op permanente basis 20 - 40 (?) 72
(3) Aantal pro-actief bezochte bedrijven:
20 - 40 Timing: op permanente basis
Regiefunctie: (1) Deelname aan 5 provinciale acquisitieplatformen
Ondernemingsplan 2013
resulterende acties Timing: i.f.v. vergaderfrequentie
73
Ondersteuning O&O – infrastructuur (B) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen
Formulering: Het decreet ruimtelijke economie voorziet dat specifieke vestigingsmilieus kunnen worden ondersteund in functie van de accenten die in het economisch beleid worden gelegd. Het NIB en de focus op kenniseconomie, innovatie en O&O-activiteiten kunnen beschouwd worden als de belangrijke beleidsaccenten in het economisch beleid van deze legislatuur. Op korte termijn wordt daarom gestreefd naar de definitieve goedkeuring en implementatie van de subsidieregeling voor incubatoren. Daarnaast wordt getracht netwerkvorming tussen de incubatoren tot stand te brengen teneinde de performantie en de uitstraling ervan te versterken. Ten slotte zal het EU-steunkader voor O&O in ogenschouw worden genomen om na te gaan of er andere steunmaatregelen zinvol zijn ter versterking van de O&O-infrastructuur of shared infrastructure. Output : definitief goedgekeurde subsidieregeling incubatoren (rekening houdend met aanmelding EU); alternatief is voorlopig ad hoc steun eerste netwerksessie incubatoren
Q3 Q4
Budget: Middelen kunnen geput uit de HERMES-rubriek voor aanleg bedrijventerreinen (ESR-code: 63566102)
Ondernemingsplan 2013
74
Screen Flanders (R) Verantwoordelijk directielid: Elke Tiebout Betrokken personen: Cynthia Stinckens, Miek Geiregat, An De Wever Werkgroep (VAF, Departement CJSM, EWI) Jurist (Karel De Corte) Communicatieteam AO VAF Formulering: De economische steunmaatregel voor de toekenning van steun aan audiovisuele werken van het type lange fictie-, documentaire- of animatiefilm of van animatiereeksen werd definitief goedgekeurd op 9 november 2012. De voornaamste doelstelling van de maatregel is de aantrekkingskracht van Vlaanderen voor in het bijzonder buitenlandse producties te verhogen en de concurrentiepositie van Vlaanderen op dit vlak te versterken. De eerste oproep werd gelanceerd in november 2012 met als indieningsdatum 28 februari 2013. Output : In de loop van het jaar: Eén of twee te lanceren oproepen waarvan de timing zal bepaald worden op basis van het succes van de eerste oproep. Een afgehandelde oproep met behandelde Screen Flanders projecten
Q2
Voorzien budget: € 5.000.000
Ondernemingsplan 2013
75
Een meer innovatieve en kennisintensieve economie Nieuw Industrieel beleid: Fabriek van de toekomst (C) (B) Verantwoordelijk directielid: Bernard De Potter Betrokken personen: Piet Desiere, dienst D & T, team ondernemerschap, dienst V & RO, team harde steun, Jos Helsen, Birgit De Ridder, Jasper Delanoy, Karolien Goossens, Patricia Delcampe Formulering: Het Witboek Nieuw Industrieel Beleid dat in mei 2011 door de Vlaamse regering werd aangenomen bevat 50 acties in vier beleidspijlers en het ondersteunend beleid. Deze 50 acties scheppen een beleidskader voor het ondersteunen en stimuleren van de vernieuwing van het industrieel weefsel met behulp van een geïntegreerde beleidsaanpak. Dit Actieplan van het Nieuw Industrieel Beleid werd in mei 2012 geactualiseerd en gepreciseerd met mijlpalen die in de loop van de legislatuur zullen worden uitgevoerd. Het werd publiek 1 gemaakt naar aanleiding van het Colloquium ‘1 jaar NIB’ op 19 juni 2012 . Het Actieplan NIB omvat vier beleidspijlers en een ondersteunend beleid. In de economische pijler wordt de Fabriek van de Toekomst als streefbeeld voor de vernieuwing van de Vlaamse industrie uitgewerkt. In de innovatiepijler wordt deze economische transformatie door innovatiestrategieën ondersteund. Met de sociale pijler worden competentie- en arbeidsmarktbeleid in dienst gesteld van de nieuwe behoeften van een economie in transformatie. De infrastructuurpijler werkt aan ondersteunende infrastructuren voor de transformatie tot een innovatiegedreven economie. Het ondersteunend beleid zorgt voor de noodzakelijke beleidscoördinatie en governance (met o.m. de Industrieraad) en een flankerend industrieel beleid op domeinen waarvoor Vlaanderen bevoegd is, zoals regulering, energie- en materialenbeleid, internationalisering. Het Agentschap Ondernemen is trekker van de economische pijler en neemt daarin de lead voor 6 van de 8 voorziene acties. Daarnaast werkt het Agentschap ook nog 3 ondersteunende en begeleidende acties uit. Eén actie binnen de pijler competentieontwikkeling en arbeidsorganisatie voorzag in essentie in de ondersteuning van de Open Bedrijvendag 2012 in de context van de Fabriek van de Toekomst, en is inmiddels ook afgerond. Deze acties worden in 2013 verder uitgerold, met mogelijks inschakeling van externe begeleiding waar aangewezen. In de periode eind 2011 tot eind 2012 werden door AO twee projectoproepen ter waarde van ongeveer 15 miljoen euro steun gelanceerd om projecten te genereren die mee vorm kunnen geven aan de concrete invulling van de economische transitie naar de Nieuwe Fabriek van de Toekomst. De startersoproep die naar verwachting begin 2013 wordt opengesteld bevat ook een NIB luik, met name gericht op het stimuleren van spin-offs en spin-outs. Additioneel zal in 2013 de ontwikkeling van het NIB verder worden ondersteund via tenminste één nieuwe oproep en via een open kanaal voor andere projecten met uiteenlopende finaliteit maar wel binnen het kader van de Fabriek van de Toekomst. In totaal wordt hiervoor initieel 9 à 12 miljoen euro voorzien. Volgende mogelijkheden worden vooropgesteld: a) Een oproep bestaande uit een viertal deelcomponenten, met respectievelijk focus op: • Nieuwe business modellen die de nodige transformaties faciliteren en/of stimuleren; • Studies als voortraject naar het TINA-fonds; • Roadmapping binnen sectoren die momenteel nog ontbreken binnen het portfolio aan gesteunde projecten in de oproepen van 2012 1
Zie http://www.nieuwindustrieelbeleid.be/
Ondernemingsplan 2013
76
•
Een versterking en uitbreiding van het LED-netwerk dat in 2012 vorm kreeg.
Voor deze oproep wordt een totaal budget van 6 miljoen euro voorzien. De oproep wordt uitgewerkt in Q1 – Q2 2013 met indiening in Q2 – Q3. Definitieve toewijzing van de gesteunde projecten wordt voorzien in Q4 2013. b) Een open steunkanaal voor andere projecten die passen binnen het kader van de Fabriek van de Toekomst. Dit kanaal wordt voorzien voor projecten met een uiteenlopend karakter en specifieke focus, die binnen een meer generieke oproep bijzonder weinig kans zouden maken op financiële ondersteuning. Tevens kunnen binnen dit kanaal bruggen geslagen worden naar andere topics als energie, materialenbeheer, zorg en kan de portfolio aan NIB projecten complementair worden vervolledigd. Voor dit kanaal wordt een totaal budget van 3 miljoen euro voorzien. Daarnaast kan in functie van de projectinstroom additioneel nog 3 miljoen euro worden ingezet.
Ondersteunend werkt het Agentschap ook mee aan de uitbouw van het communicatiegebeuren van het Nieuw Industrieel Beleid. Om deze NIB-communicatie levend te maken, zal samengewerkt worden met een journalist. Deze zal NIB-nieuws verslaan en dynamisch vertalen naar de verschillende doelgroepen. In het voorjaar 2013 zal een overheidsopdracht gelanceerd worden voor de uitrol van een multimediaplatform. Dit platform wordt het levend communicatiehart van NIB. Nieuws en good practices zullen vergaard worden en via verschillende kanalen gecommuniceerd worden, op maat van de doelgroep. Er zal gebruik gemaakt worden van social media en het NIB-nieuws zal beschikbaar zijn voor mobiele toestellen. In februari zal een NIB-brochure, een filmpje en presentatie ter beschikking gesteld worden. Gedurende 2013 zal het NIB gekaderd worden tijdens de infosessies of kick off events van de projecten ‘Fabriek van de Toekomst’. Ook tijdens andere relevante events van EWI, WSE, IWT of Agentschap Ondernemen, zal een tijdslot voor NIB voorzien worden. Output: Voor de output van de acties wordt verwezen naar de mijlpalen zoals opgenomen in het geactualiseerd actieplan van het NIB dat wordt bewaakt en bijgesteld door EWI. Voor de extra NIB oproep geldt: -
De uitwerking en voorbereiding van de oproep De lancering van de oproep
Q2 Q3
Voor het luik communicatie: -
NIB brochure, filmpje en presentatie Lancering overheidsopdracht multimediaplatform Gunning
Q1 Q1 Q2
Voorzien budget: Externe ondersteuning van de NIB acties: 300.000 euro Voor de financiële ondersteuning van NIB (extra oproep en open kanaal): 12 miljoen euro Voor communicatieve ondersteuning door journalist en mediaplatform 265.000 euro
Ondernemingsplan 2013
77
Flanders Care – impulsloket (P)
Projectleider: Lieve Apers Betrokken personen: Karolien Hantson & Katia Vanbuyten Formulering: Het efficiënt organiseren van het Impulsloket Flanders Care. Naast de reguliere werking, worden voor 2013 specifieke accenten gelegd op volgenden acties: - Ontwikkelen van nieuwe businessmodellen - Stimuleren van nieuw ondernemerschap in de zorg - Creatie degelijke voedingsbasis voor het vinden van startkapitaal als voor het uitbouwen van een professioneel netwerk - Ondersteunen internationale valorisatie Vlaamse zorgsector en –technologieën - Ontwikkeling en uitdragen evidence/experience based care model - samenbrengen van ondernemers, zorgactoren, gebruikers en overheden Een gedetailleerde uitwerking van deze acties vindt men hieronder: Actie 1: Ontwikkeling nieuwe business modellen De veroudering van de bevolking en het streven om zolang mogelijk in de eigen leefomgeving te wonen en zo mobiel mogelijk te blijven, vraagt naar nieuwe business modellen waarin de samenwerking tussen zorgactor, ondernemer en eindgebruiker een essentiële voorwaarde is om tot nieuwe producten en/of toepassingen te komen die een economisch valorisatiepotentieel hebben. Output : Wetenschappelijke studie: het Impulsloket wil via het departement Economie, Wetenschap en Innovatie een aanbesteding voor een kortlopende wetenschappelijke studie uitschrijven die draait rond deze nieuwe business modellen en bepaalde aspecten over business modelling binnen de zorgeconomie Begeleiding van de demonstratieprojecten oproep 2 & 3: Het Impulsloket wil via het uitschrijven van een aanbesteding een expert in de user centered methodiek de geselecteerde projecten concreet ondersteunen zodat dit in de output van zowel het zorg- als het economisch spoor wordt ingebracht. Workshop Usered Centered I: Hoe opmerkingen toekomstige gebruiker in je product verwerken? Workshop Usered Centered II: Hoe schrijf je een duidelijke handleiding? Workshop Usered Centered III: Hoe kan het werken volgens de user centered methodologie een commerciële troef zijn?
Q1-4
Q1-4
Q2 Q3 Q4
Actie 2: Stimuleren van nieuw ondernemerschap in de zorg In 2013 wil het Impulsloket Flanders’ Care naast de lopende taken meer inzetten op het stimuleren van nieuw ondernemerschap in de zorg door het ondersteunen van starters en ondernemers in zorggerelateerde producten en diensten. Output : Workshop “Welk business model werkt voor u? Business model coaching workshop voor Healthcare startups”: In deze workshop worden tools aangereikt waarmee de starters hun businessmodel kunnen afstemmen op hun project. Tijdens deze dag kan Ondernemingsplan 2013
Q1
78
dit reeds uitgeprobeerd worden en kan er ook worden afgestemd met ervaringsdeskundigen uit het zorglandschap en de ICT industrie. Deze workshop wordt in samenwerking met het Microsoft Innovation Centre de georganiseerd, mogelijk wordt er nog een 2 workshop georganiseerd voor niet ICTgerelateerde startups. Workshop “innovaties uit de kast”: Niet zelden worden innovatieve projecten stop gezet wanneer de subsidies op zijn. Het is erg jammer dat het aangewende overheidsgeld op deze manier verloren gaat. In het kader van deze activiteit gaat het Impulsloket op zoek naar innovatieve ICTprojecten die stilliggen. Onze doelstelling is om deze projecten nieuw leven in te blazen. Niet door deze nieuwe subsidies toe te kennen, maar door hen te koppelen aan een onderneming waarmee ze samen hun innovatie verder kunnen ontwikkelen of actualiseren, om deze nadien te valoriseren. x-aantal peterschapsprojecten binnen de zorgberoepen en witte economie x-aantal startersinitiatieven rond problematiek ondernemerschap competenties bij zelfstandige zorgverstrekkers
Q3-4
Q2
Q1-4 Q1-4
Actie 3: Creatie degelijke voedingsbasis voor het vinden van startkapitaal als voor het uitbouwen van een professioneel netwerk Het Impulsloket wil starters en ondernemers ondersteunen door de creatie van een degelijke voedingsbasis, zowel voor het vinden van startkapitaal als voor het uitbouwen van een professioneel netwerk. Output : Samenwerkingsprotocol dat werd afgesloten met intermediaire partners Samenwerkingsprotocol met de 5 provincies Workshop “Welk business model werkt voor u? Business model coaching workshop voor Healthcare startups” & Workshop “innovaties onder het stof” (zie doelstelling 2) Een bijkomend IC Health (naar analogie met Microsoft Innovation Center) Aandeel van zorggerelateerde onderwerpen binnen het NIB
Q1-4 Q1-4
Q1-4 Q1-4
Actie 4: ondersteunen internationale valorisatie Vlaamse zorgsector en -technologieën Het Impulsloket Flanders’ Care wil in samenwerking met FIT de internationale valorisatie van de Vlaamse zorgsector en –technologieën ondersteunen in het kader van specifieke missies en events. Output : Workshop “Exportmeter”: er zal een workshop georganiseerd worden voor alle ondernemingen die betrokken zijn in een demonstratieproject. Aan de hand van de exportmeter, een tool van Flanders Investement and Trade, zullen deze ondernemingen worden gescreend om na te gaan of ze klaar zijn om producten naar het buitenland te exporteren. Verder zal er ook dieper worden ingegaan op de vraag hoe de resultaten van een demonstratieprojecten kunnen worden gevaloriseerd. Vertegenwoordiging van Flanders’ Care op Medica (Dusseldorf) en ConhIT (Berlijn) Medewerking zorgeconomisch gerelateerde missies Actieve aanpak verspreiden profielen voor business en technologieprofielen Ondersteuning Brokerage events
Q2
Q2-4 Q1-4 Q1-4 Q1-4
Actie 5: Ontwikkeling en uitdragen evidence/experience based care model Het impulsloket wil instrumenten ontwikkelen die ondernemers helpen om op een duurzame wijze nieuwe producten te ontwikkelen en op de markt te zetten. Binnen Flanders’ Care staat de gebruiker en de geleverde kwaliteit van zorg voorop. Via deze evidence/experience based care methodiek wil het Impulsloket dit gedachtegoed uitdragen.
Ondernemingsplan 2013
79
Output : Demonstratieprojecten die werken volgens evidence/experience based methodologie 2 workshops (timing februari & april 2013) Praktisch instrument, kan onder de vorm van een handleiding, die onze stakeholders moet helpen om volgens de evidence/experience based methodologie te werken
Q1-Q2
Actie 6: samenbrengen van ondernemers, zorgactoren, gebruikers en overheden Het Impulsloket Flanders’ Care zal diverse ondernemers, zorgactoren, gebruikers en overheden samenbrengen in werkgroepen rond pertinente thema’s zoals o.a. zorglogistiek gecombineerd met therapietrouw, starters matchen met industriële partners,... zodat een volledige keten van zowel productie als dienstverlening kan opgebouwd worden rekening houdend met de principes van Flanders’ Care. In 2013 zal het impulsloket starten met een databank waarin de 3 grote stakeholdersgroepen van Flanders’ Care worden opgenomen. Het opzet van deze databank is om de verschillende partijen beter met elkaar te kunnen linken en samenwerkingsverbanden te stimuleren. Output :
Er zal opnieuw contact worden opgenomen met de interdepartementale cel wonen-welzijn. Het is erg belangrijk dat het aspect technologie wordt opgenomen in de nieuwe regelgeving rond sociale huisvesting. (minimale tijdsbesteding). De werkgroep rond zorglogisitek heeft inmiddels al vorm gekregen binnen het Limburgse project Careville: Move-It Care dat zal worden ingediend binnen de oproep voor proeftuinen vanuit het IWT. De werking van het Impulsloket rond startende ondernemingen heeft vorm gekregen binnen de workshop rond business modelling. Verder zal het Impulsloket meewerken aan de oproep voor starters die vanuit het Agentschap Ondernemen zal worden gelanceerd In het veld beweegt er al heel wat rond de regelgeving die het aantal plaatsen in de geestelijke gezondheidszorg reduceert. Maar de link met innovatieve technologieën werd nog niet gemaakt. Hoe kan deze technologie er toe bijdragen dat psychiatrische patiënten alleen kunnen wonen of hoe kan technologie de taken van de zorgverleners verlichten? Het Impulsloket zal onderzoeken of het mogelijk is om samen met de sector van de geestelijke gezondheidszorg een innovatief aanbesteden traject uit te werken. De werkgroep rond ondervoeding heeft verschillende lagen: - ondernemerschap: hoe bedrijven laten samen werken met de zorgsector om binnen de gezondheidsdoelstelling ‘Voeding en beweging’ nieuwe activiteiten te realiseren. Dit gebeurd in samenwerking met Flanders’ Food en het Huis van de Voeding (Midden West-Vlaanderen) - ondersteuning geven voor de uitwerking van een digitaal platform - zorgsector: stimuleren dat gezonde voeding en smaaksturing bij oudere ter voorkoming van niet ziekte gerelateerde ondervoeding opgenomen worden in de gezondheidsdoelstelling ‘Voeding en beweging’ - strategie ondersteunen op Vlaams vlak zodat het begrip ‘Voeding’ de derde pijler in de zorg’ inhoud en draagvlak krijgt. Dit in samenwerking met de relevante actoren binnen het beleidsdomein Zorg. - afstemming van de samenwerking met Nederland Er zal een databank worden opgemaakt waarin de stakeholders van Flanders’ Care vervat zitten. Elke stakeholder zal een persoonlijke fiche hebben waarop de expertise, wat ze te bieden hebben en hun contactgegevens vermeld staan. Deze database zal aan de website worden gekoppeld. Iedereen die wil kan de databank vrij consulteren. Het opzet is om de verschillende partijen beter met elkaar te kunnen linken en om het ontstaan van nieuwe samenwerkingsverbanden te stimuleren.
Ondernemingsplan 2013
Q1-4
Q3
Q1-4
Q3
Q1-4
Q2-4
80
Creatieve sectoren 1. In kaart brengen van, opvolgen van en samenwerken met actoren in de culturele en creatieve sectoren (P) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Cynthia Stinckens Gonda De Smedt Formulering: Het in kaart brengen van , opvolgen van en samenwerken met de actoren in de creatieve sector en de diensten die ze aanbieden om zo een betere samenwerking te creëren met deze actoren en een betere dienstverlening aan te bieden aan de ondernemingen in de creatieve sector. Output : Kennisopbouw inzake de actoren in de culturele en creatieve sectoren Kennisopbouw inzake de culturele en creatieve sectoren, die ter beschikking kan gesteld worden van Agentschap Ondernemen en het beleid. Afgestemde dienstverlening van het Agentschap Ondernemen aan de culturele en creatieve sectoren Accountmanagement voor intermediairs in de culturele en creatieve sectoren Productontwikkeling van overheidsinstrumentarium op maat van de creatieve sectoren
Ondernemingsplan 2013
Q1-Q4
Q1-Q4 Q1-Q4 Q1-Q4
81
2. Informatiewijzer voor de culturele en creatieve sectoren (P) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Cynthia Stinckens Gonda De Smedt Communicatiedienst Formulering: Een informatiewijzer op maat van de culturele en creatieve sectoren om informatie rond overheidsmaatregelen en de diensten van het Agentschap Ondernemen beter bekend te maken bij de culturele en creatieve ondernemers en intermediairen Fase 1 en 2 : uitgewerkt in 2012. Fase 3: Uitwerken van de informatiewijzer op maat van de culturele en creatieve sectoren waar informatie over overheidsmaatregelen en de diensten van het Agentschap Ondernemen en andere nuttige info terug te vinden. Deze info moet gebracht worden in de taal van de creatieven en aansluiten bij de leefwereld van de culturele en creatieve ondernemers. Output : Informatiewijzer
Ondernemingsplan 2013
Q4
82
3. Actieplan culturele en creatieve sectoren (R) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Cynthia Stinckens Gonda De Smedt Formulering: Om de verdere professionalisering en ontwikkeling van de Vlaamse creatieve industrieën te stimuleren en hun innovatievermogen aan te spreken, wordt beleidsoverschrijdend een 10-punten actieplan voorgesteld. In de voorbereiding tot dit actieplan werd door het departement Economie, Wetenschap & Innovatie een overleg opgestart met alle relevante entiteiten van de Vlaamse Overheid (het Agentschap Ondernemen, het departement Cultuur, Jeugd, Sport en Media, Flanders Investment and Trade, het Instituut voor Innovatie door Wetenschap en Technologie, het departement Onderwijs en Vorming en de Participatiemaatschappij Vlaanderen). Output : Ondernemingsplantool (aparte fiche) Informatiewijzer (aparte fiche) Kennis en visie op de noden van de creatieve sectoren
Ondernemingsplan 2013
Q4 Q4 Q1-Q4
83
4. Werkinstrument ondernemingsplantool culturele en creatieve sectoren (P)
Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Gonda De Smedt en Cynthia Stinckens Werkgroep (Rita De Graeve, departement Cultuur; Raf Vermeiren en Piet Callens, CultuurInvest; Jan Timmermans, Kunstenloket; Pascal Cools en Carlo Vuylsteke, Flanders DC; Johan Valcke en Inge Vrancken, Design Vlaanderen, An Quaethoven, Gonda De Smedt en Cynthia Stinckens, AO) Formulering: Het ontwikkelen van een aangepaste “ondernemingsplan”-aanpak die de culturele en creatieve sectoren helpt bij het opstellen van een business plan, zowel om hun activiteiten professioneler te organiseren als om financiering te vinden. De ondernemingsplan-tool staat voor een getrapte aanpak: van een online leerzone met eerstelijnsinfo (laagdrempelig en breed aanbod), naar persoonlijk advies en ondersteuning. Voor sectorspecifieke informatie brengt de online leerzone relevante actoren uit de verschillende sectoren in kaart en verwijst het door. Het bestaande aanbod wordt zo bekend gemaakt en de capaciteiten en opgebouwde knowhow van de bestaande organisaties worden ten volle benut. Leerzone met eerstelijnsinfo en de ondernemingsplan-tool: info over ondernemerschap en, opleidingen, vorming, financiering, … leerzone: oriënteren en doorverwijzen per sector: gedetailleerde info en organisaties per sector Persoonlijk advies en ondersteuning door sectororganisaties, intermediairs, financiers. Met gebruik van de ondernemingsplan-tool. Output Output van deze doelstelling is een ondernemingsplantool specifiek voor de creatieve sector Timing van de projectfases
Tussenresultaat
Streefdatum
Fase 1: analysefase
Een gedetailleerde de functionele en technische analyse (design brief), met alle vereisten van de tool via bevraging van de stakeholders opgesteld bestek opdracht gegund voor fase 2 Een afgewerkt en getest prototype Prototype getest in pilootproject Tool uitgerold voor hele gebruikersgroep Tool bekend gemaakt Tool up to date gehouden Tool geëvalueerd
Q1
Fase 2: programmeren van tool, opzetten van leerzone en train the trainer
Fase 3: Exploitatie eerste 6 maanden Evaluatie
Ondernemingsplan 2013
Q2 Q2/Q3 Q4 Q4 Q1 2014 Q1 2014 Q2 2014
84
Kennisdiffusie van innovatie en businessmodellen LED-netwerk (R) Inhoudelijke en administratieve opvolging van de gesteunde projecten in kader van LEDnetwerk Vlaanderen
Verantwoordelijk directielid: Johan Van Herck Betrokken personen: Team ondernemerschap, vertegenwoordiger van team KMO-portefeuille, toegewezen accountmanagers van de Dienst duurzaamheid en transformatie, Bernard De Potter, cel communicatie Formulering: In 2012 werd de oproep LEDnetwerk Vlaanderen gelanceerd en afgehandeld. Om de werking van de LED’s goed op te volgen en het concept te bewaken, is er een centrale stuurgroep opgericht. Via dit kanaal zullen ook de communicatie-acties in kader van LEDnetwerk Vlaanderen genomen worden. Output : Formele lancering van het LED-netwerk Eerste tussentijdse rapportering van de gesteunde projecten. Aantal georganiseerde stuurgroepen. Aantal bijgewoonde vergaderingen van de projecten. Communicatieplan voor het LEDnetwerk.
Ondernemingsplan 2013
Q1 Q2-Q3 Q1-Q4 Q1-Q4 Q1-Q4
85
Een efficiënte en effectieve overheid Contactcenter Agentschap Ondernemen (R) Verantwoordelijk directielid: Daniël Verlé Betrokken personen: Generieke Accountmanagers Contactcentermedewerkers AO Provinciale Directeurs Accountmanagers Diensten Formulering: Performant contactcenter AO dat vragen van ondernemers efficiënt, kwalitatief en klantvriendelijk beantwoord en/of correct doorverwijst. Output : Vragen van ondernemers worden steeds efficiënt, kwalitatief en klantvriendelijk beantwoord en/of correct doorverwezen en dragen zo bij tot een betere ondersteuning van het ondernemerschap. Q1: ingebruikname Klantenrelatieinformatiesysteem KRIS Q1: ingebruikname telefooncentrale Q1: rapportering- en kwaliteitssysteem uitwerken CC AO Q2: werving diensthoofd Contactcenter Q2: Kwaliteitsopvolgingssysteem in CC AO Q3: Start Diensthoofd Contactcenter Q4: Performant Contactcenter AO Permanent: - Dagelijks beantwoorden ondernemersgerelateerde vraagstellingen - Communicatie & sensibilisering, vorming, kennisfiches, werkafspraken, procesflow vraagafhandeling en technische onderbouw. - Maandelijkse kernwerkgroep opvolging werking CC AO - Afstemming en integratie met sleutelproject 1.1. Geïntegreerd loket voor de ondernemer - Inhoudelijke vorming contactcentermedewerkers
Ondernemingsplan 2013
86
”Naar een meer geïntegreerd overheidsoptreden” in het kader van MJP Slagkrachtige en Efficiëntie Overheid (P) Verantwoordelijk directielid: Bernard De Potter Projectleider: Veerle De Bock Formulering: Aangezien de Vlaamse overheid enerzijds haar overheidsapparaat slagkrachtiger en efficiënter wil maken en anderzijds een bijdrage wil leveren in het verlagen van de administratieve lasten voor de ondernemers, werd in dat kader het sleutelproject ‘Naar een geïntegreerde benadering van ondernemers’ opgestart. Het Agentschap Ondernemen werd aangeduid als trekker. De grondslagen die in de conceptnota VR 2012 2303 DOC.0234/1 werden goedgekeurd, werden in verder uitgewerkt in een projectplan met de bijhorende budgettaire implicaties voor elk van de projectonderdelen. Het Agentschap Ondernemen zal de uitbouw van de Vlaamse invulling van het concept ‘een-loket’ in het kader van de Europese Dienstenrichtlijn integreren in de uitbouw van dit projecten om te komen tot een geïntegreerd loket voor het verbeteren van de dienstverlening van de Vlaamse overheid richting ondernemers Output : De belangrijkste mijlpalen werden opgenomen in een gedetailleerd projectplan waarover in het kader van ViA gerapporteerd wordt.
Ondernemingsplan 2013
87
Voorbereiding zesde staatshervorming (B) Verantwoordelijk directielid: De Rijck Dirk (coördinatie) Betrokken personen: • • • • •
Fiche 14 – Vergunningen inzake handelsvestigingen en NSECD (Vermoesen Koen) Fiche 16 – Toegang tot het beroep (De Bock Veerle) Fiche 17 – Kruispuntbank van ondernemingen (De Bock Veerle) Fiche 65 – Prijzencontrole (De Rijck Dirk) Fiche 66 – Handelshuur (Vermoesen Koen)
Formulering: In functie van de politieke besluitvorming en de administratieve voortgang op federaal niveau, zorgen voor de verdere concretisering en uitrol van de fiches waarvoor het AO als trekker werd aangeduid. Output : Elk van de te regionaliseren bevoegdheden zal zijn eigen timing hebben. Finaal zal de output van deze doelstelling de regionalisering zijn van onderstaande bevoegdheden: - Vergunningen inzake handelsvestigingen en NSECD - Toegang tot het beroep - Kruispuntbank van ondernemingen - Prijzencontrole - Handelshuur
Ondernemingsplan 2013
88
STRATEGISCHE PROJECTEN
Ondernemingsplan 2013
89
EFRO-programma efficiënt beheren (R) Verantwoordelijk directielid: Werner Van den Stockt Betrokken personen: Volledige entiteit Beheersautoriteit EFRO Formulering: Als beheersautoriteit van het doelstelling 2 – programma 2007 – 2013 staat de afdeling in voor informatieverstrekking aan doelgroepen en het brede publiek, de regelmatige lancering en afhandeling van projectoproepen ( aansluitend bij de Vlaamse beleidsopties ), de opvolging van de projectuitvoering, de monitoring van de N+2 - verplichtingen, de tijdige afhandeling/controle van betalingsaanvragen en het opzetten van samenwerking/netwerkvorming tussen projecten. Gezien de EFRO - middelen nagenoeg reeds volledig werden toegekend ( 470 projecten goedgekeurd ), zullen de activiteiten in 2013 voornamelijk betrekking hebben op de efficiënte opvolging van de goedgekeurde projecten, de tijdige afhandeling/controle van betalingsaanvragen, de afsluiting van beëindigde projecten en de monitoring van niet-benutte middelen ( ingeval van lagere uitgaven dan geraamd ). Tevens zal, met het oog op het maximaliseren van effecten en impact van het programma, verder aandacht worden besteed aan de disseminatie van projectresultaten ( o.m. via de verspreiding van een projectbrochure ) en het bevorderen van netwerking tussen aanverwante projecten o.m. via de bestaande platforms. Output : Op permanente basis: • • • • • •
Seminaries en netwerkevents Effectieve deelname aan EU - vergaderingen en initiatieven Analyses van EU - documenten Interne overlegvergaderingen Maandelijkse N+2-tabellen Afgehandelde betalingsaanvragen
Ondernemingsplan 2013
90
Interreg-coördinatie (R) Verantwoordelijk directielid: Werner Van den Stockt Betrokken personen: David Grzegorzewski Team programma/projectbeheer Interreg IV Formulering: De afdeling coördineert het beheer en de uitvoering van de verschillende programma’s in Vlaanderen.
Interreg IV -
Via beheersovereenkomsten werkt de afdeling hiervoor nauw samen met een aantal contractuele partners in Vlaanderen en Europa. Daarnaast werkt de afdeling nauw samen met een netwerk van Interreg IV contactpersonen binnen de verschillende departementen/agentschappen van de Vlaamse overheid. De activiteiten omvatten hoofdzakelijk: een adequate vertegenwoordiging van Vlaanderen in programmacomités, communicatie over Interreg IV in Vlaanderen, ondersteuning van Interreg IV promotoren, contactpuntwerking Interreg IVB programma’s, monitoring van (en waar nuttig participatie in) beleidsrelevante Interreg IV projecten, advisering inzake de toekenning van Hermes cofinanciering alsook vastlegging en uitbetaling van de steun, aanduiding van en kwaliteitscontrole op 1ste lijn controleurs Interreg IVB en IVC programma’s, monitoring en kwaliteitsbewaking van aan derden uitbestede Interreg IV taken (programmasecretariaat, controle,…) Gedurende 2013 wordt prioriteit verleend aan: 1) het voorbereiden van de nieuwe programmaperiode 2014 - 2020 op Vlaams en EU niveau ( zie doelstelling ‘Voorbereiding van het toekomstig cohesiebeleid 2014-2020’ ) 2) het monitoren en verlenen van bijstand aan lopende projecten 3) het valoriseren en dissemineren van projectresultaten in samenhang met Vlaamse beleidsprioriteiten en het EFRO D2 - programma,.
Ondernemingsplan 2013
91
De toekomst van het cohesiebeleid (B) Verantwoordelijk directielid: Bernard De Potter Betrokken personen: afdeling Europa Economie Formulering: Naast de verdere uitvoering van het doelstelling 2 – programma en de verschillende Interreg programma’s 2007 - 2013, zullen de nodige acties worden ondernomen voor de voorbereiding en operationalisering van het toekomstig cohesiebeleid na 2013. Wat deze voorbereiding betreft, zal de afdeling: • de intensieve EU - werkzaamheden met betrekking tot de nieuwe hervorming van de Europese Structuurfondsen ( vergaderingen, seminaries, informatie-initiatieven,…) verder van nabij opvolgen; • deelnemen aan de ambtelijke werkgroep op Vlaams niveau m.b.t. de voorbereiding van de partnerschapsovereenkomst met de Europese Commissie ( thematische en geografische prioriteiten, ontwikkelingsstrategie, voorwaarden, coördinatie tussen fondsen,…); • de verdere coördinatie en leiding verzorgen van de werkgroep, belast met de opstelling van het nieuwe EFRO – operationeel programma; • het vereiste overleg organiseren met de stakeholders ( provincies, lokale besturen, sociale partners ) in het kader van het partnerschap m.b.t. partnerschapsovereenkomst en operationeel programma; • deelnemen aan het Europese “Smart Specialisation Platform (S³ Platform)” met het oog op het opstellen van een “slimme specialisatiestrategie” als noodzakelijk onderdeel van de EFROprogramma’s 2014 - 2020 welke zich in belangrijke mate dienen te richten op onderzoek, technologische ontwikkeling en innovatie; • indien nodig, voorbereidende studies verrichten waarbij - gelet op de vereiste specifieke kennis - een beroep kan worden gedaan op externe dienstverlening: financiële instrumenten, prestatiekader ( relevante indicatoren, mijlpalen, doelstellingen ); • de volgende activiteiten ondernemen voor de toekomstige Interreg -programma’s: opstellen Vlaams beleidskader in samenwerking met andere Vlaamse beleidsdomeinen, overleg en actieve samenwerking met andere EU - regio’s via programmawerkgroepen, overleg met Interreg - stakeholders ( provincies, lokale besturen, sociale partners ) in Vlaanderen, opstellen Interreg - input voor partnerschapsovereenkomst, mede uittekenen van een geoptimaliseerde uitvoeringsstructuur en –strategie voor Interreg V in Vlaanderen;
Ondernemingsplan 2013
92
Enterprise Europe Network (R)
Implementatie Werkprogramma EEN Consortium 2013 en implementatie Werkprogramma Erasmus for Young Entrepreneurs 2013 Verantwoordelijk directielid: Lutgart SPAEPEN Betrokken personen: Teamleden in Brussel en in provinciale kantoren Formulering: Naast de realisatie van Consortiumactiviteiten zoals voor 2013 voorzien in het Werkprogramma van het EEN-consortium en de implementatie van het EEN-werkprogramma 2013 van Agentschap Ondernemen mbt module A (business support)zoals goedgekeurd door Europese Commissie, staat EEN ook in voor de verdere uitbouw van het Erasmus for Young Entrepreneurs programma in Vlaanderen, zoals contractueel vastgelegd met de Europese Commissie. Output : • • • • • • • •
Realisatie EEN WP 2013 Module A : permanent aan de hand van rolling plan; en Gemeenschappelijke activiteiten in WP met IWT en FIT Realisatie Erasmus WP 2013: permanent aan hand van rolling plan Verdere implementatie van de Merlin softwaretool Permanent actueel houden van de consortiumwebsite en koppeling aan nieuwe Merlin-tool Uitrol reeks workshops over alle provincies rond standaardisering en certificatie Realisatie van een aantal infosessies rond toegang tot EU-financiering, in samenwerking met betrokken dienst van AO en andere stakeholders Verdere uitrol Erasmus for Young Enterpreneurs in Vlaanderen Samenwerking met derden : 1. met andere EEN- partners: inzonderheid rond gezamenlijke brokerage events 2. met Vlaamse stakeholders (middenveldorganisaties, federaties, andere Vlaamse departementen of diensten
Ondernemingsplan 2013
93
Ondernemingsvriendelijke gemeenten (C)
Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Machteld De Dobbeleer, Jos Vandervelde, relatiebeheerders met de gemeenten Formulering: Het Agentschap wil samenwerking en overleg tussen besturen stimuleren met het oog op een efficiënte en transparante dienstverlening naar ondernemers en het stimuleren van een gunstig ondernemingsklimaat. Dit gebeurt in eerste instantie via projectsubsidies. Begin 2013 zullen de nieuw gesubsidieerde projecten uit de oproep rond bedrijfshuisvesting bekend zijn en opgestart worden. Verder zal in 2013 een nieuwe oproep rond horeca, toerisme en citymarketing gelanceerd worden. Daarnaast zullen de lopende projecten verder administratief en inhoudelijk opgevolgd worden. De projectpromotoren zullen verder op regelmatige basis bijeengebracht worden binnen het overlegplatform Ondernemingsvriendelijke Gemeente. Met de nieuwe projecten ‘bedrijfshuisvesting’ zal binnen het overlegplatform een nieuwe derde groep opgestart worden. In het bijzonder wordt ook gedacht aan de opmaak van een leidraad voor lokale besturen rond het thema bedrijfshuisvesting, zoals dat eerder gebeurde voor de opmaak van een strategisch commercieel plan. Tot slot zal verder ingezet worden op versterken en stroomlijnen van het relatiebeheer naar gemeenten. Via het uitbouwen en versterken van de relaties met lokale besturen wil men een basis leggen voor een verdere integratie van de overheidsdienstverlening naar ondernemers. Output : • Nieuw gesubsidieerde projecten Q1-Q4: Dossierbeheer gesubsidieerde projecten Q1: actieplan relatiebeheer Q4: MB’s nieuw gesubsidiëerde projecten Q1-Q4: 3 bijeenkomsten van het overlegplatform Q4: leidraad bedrijfshuisvesting Voorzien budget: Voor de nieuwe oproep is 2 miljoen euro beschikbaar op Hermes-rubriek voor Ondernemingsvriendelijke Gemeente (ESR-code: 32003203)
Ondernemingsplan 2013
94
BIJZONDERE OPDRACHTEN
Ondernemingsplan 2013
95
Promoten van Design en Industriële productontwikkeling (R) Verantwoordelijk directielid: Johan Valcke Betrokken personen: De volledige personeelsbezetting van Design Vlaanderen Formulering: Design Vlaanderen organiseert de promotie van design bij bedrijven en bij het publiek. Hij onderneemt daarvoor acties bij designers, design bedrijven, productie- en dienstenbedrijven, het grotere publiek. Deze acties zijn in bijlage gevoegd. Ze onderscheiden zich in twee grote luiken: een voornamelijk bedrijfsgericht en een tweede voornamelijk promotioneel, gericht op de bekendmaking van designers en hun bedrijven. Bedrijfsgericht concentreert Design Vlaanderen zich het geven van workshops, wat strategische gebeurt i.s.m. FIS, het zakelijk ondersteunen van designers en designbedrijven, het faciliteren van designers en bedrijven om deel te nemen aan beurzen in binnen- en buitenland. Dit laatste in samenwerking met FIT. Hij gaat partnerships aan met derden, zowel privé als publieke, om design te integreren en op die manier een visibiliteit te geven. Design Vlaanderen schrijft zich ook in als coördinator, secretariaat of partner voor Europese projecten, die door de Europese Unie worden uitgeschreven. De promotionele activiteiten van Design Vlaanderen concentreren zich op de uitgave van het trimestrieel B2B blad “Kwintessens”, het beheren en animeren van de “Design Vlaanderen Galerie”, het geven van subsidies, het aanpassen en updaten van de reizende tentoonstelling “Tales of Heroes”. De toekenning van de prestigieuze Henry van de Velde Awards en Labels overlapt beide luiken. De Awards (Loopbaan, Jong Talent en Bedrijf) passen in het kader van de promotie, de Labels zijn zuiver productgericht en passen in de bedrijfsgericht werking van de Design Vlaanderen. Verder geven de personeelsleden van niveau A alle dagen eerste lijnsadvies over alle soorten onderwerpen in het domein design. Indien gewenst volgen ze als accountmanager een dossier verder op. Belangrijk is de voorbereiding en productie van de Design Summit op 7 december 2013 en de verdere uitbouw van het Designplatform Vlaanderen, waarin Design Vlaanderen trekker speelt. In dit verband loopt het project “Aspire” dat Vlaamse designbureau’s doet groeien naar een internationale werking, hetzij als leider , hetzij als partner. Hij organiseert daarnaast een haalbaarheidsstudie over het publiceren van een internatioale periodiek. Output: De output van elk project werd opgenomen in de desbetreffende projectfiches.
Ondernemingsplan 2013
96
Designplatform (P) Verantwoordelijk directielid: Bernard De Potter Projectleider: Stefaan Piens Formulering: Dankzij de strategische samenwerking in een coöperatief model kan het DPV bestaande activiteiten versterken, synergie en efficiëntie verhogen en zo meer impact creëren voor de verschillende doelgroepen. Het DPV treedt hier op als facilitator en brengt de verschillende organisaties samen. Het DPV zal zich richten tot de Vlaamse ondernemingen, designers in Vlaanderen en designorganisaties, de Vlaamse overheid, de Vlaamse regio’s, het onderwijs, de media en het brede publiek. De vooropgestelde visie zal waargemaakt worden door volgende strategische doelstellingen te realiseren : 1. VERBINDEN • Dynamiek creëren door partners en doelgroepen te verbinden • Design uitdragen • Verhogen van de nabijheid • Synergie en efficiëntie verhogen 2. VERSTERKEN • Maturiteit rond design laten toenemen • Vlaanderen internationaal op de kaart zetten door design, onder één label 3. TRANSFORMEREN • Waardecreatie en maatschappelijke innovatie door design (creatieve economie) Output : De afstemming van werkprogramma en inhoud van de werking van de verschillende partners van het Design Platform Vlaanderen.
Ondernemingsplan 2013
97
Ondersteuning van de zelfstandige kinderopvang (R) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Nadine De Weirdt Minimaal 3 VTE (over de vijf provinciale zetels) Formulering: Het informeren, adviseren en begeleiden van zowel starters als gevestigde ondernemers op het vlak van zelfstandige kinderopvang. Het doel van deze acties is het aantal opvangplaatsen te doen toenemen en de slaagkansen van de startende ondernemer te verhogen. Output : De output van deze doelstelling is gespreid over het hele jaar en bestaat uit: • Eigen infosessies en sessies in samenwerking met derden: minimum 25 infosessies. • Individuele dienstverlening: totaal min. 220 eerstelijnsadviezen + begeleidingen ondernemingsplan. • Begeleidingen KidsInvest: min. 20 (investeringsdossiers + werkkapitaalkredieten) • Terbeschikkingstelling en actualisering van volgende documentatie/tools (digitaal en hardcopy): • Beleidsbijdrage: feedback aan Kind en Gezin inzake bedrijfseconomische insteek bij de uitwerking van de uitvoeringsbesluiten binnen het nieuwe decreet.
Ondernemingsplan 2013
98
START (R) Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Betrokken personen: Liesbeth Remue Formulering: In het kader van het START-project (STrategisch Actieplan voor de Reconversie en Tewerkstelling in de luchthavenregio) heeft de Vlaamse Regering de Task Force START belast met de uitvoering van een aantal initiële opdrachten en de voorbereiding van een aantal bijkomende projecten die werden bepaald op basis van de strategische visie op het luchthavenbeleid zoals voorbereid onder impuls van het beleidsdomein Economie (dienst V&RE). De dienst V&RE ondersteunt de werking van de Task Force START en heeft daarnaast nog een aantal specifieke opdrachten. Voor 2013 betreffen deze specifieke opdrachten: • voorbereiden van de besluitvorming m.b.t. de zuidelijke ontsluiting van de luchthaven van Zaventem, de invulling van de zone Runderenberg en de zuidelijke (afstands)parking; • bijdragen aan de ruimtelijk-economische component van het op te starten afbakeningsproces van de internationale poort luchthaven van Zaventem; • opvolgen van de herontwikkeling(en) van/in het reconversiegebied Vilvoorde-Machelen; • bijdragen aan advies van de Vlaamse Luchthavencommissie ten behoeve van het Beleidsplan Ruimte Vlaanderen betreffende het economisch belang en de toekomstperspectieven voor de luchthaven van Zaventem en de regionale luchthavens. Output : advies vanuit het luchthavenbeleid ten behoeve van het BRV Bestekken voor uit te besteden onderzoek in functie van afbakeningsproces
Ondernemingsplan 2013
Q2 Q3
99
PROJECTWERKING
Ondernemingsplan 2013
100
Strategisch Ondernemen (P) Verantwoordelijk directielid Werner Van den Stockt Betrokken personen: Projectverantwoordelijke: Alexandra Fidlers (0,8 VTE) Projectcoördinatoren: John Gielen, Paul Ottenburgs, Guido van Troostenberghe, Geert Dauwe (3 VTE) Administratieve ondersteuning: Sien Stulens, Els Vande Broek (totaal 1,2 VTE) Formulering: Via het EFRO-project Strategisch Ondernemen krijgen bedrijven de mogelijkheid om zich verder te professionaliseren en zich strategisch te versterken tegen een betaalbare prijs. De bedoeling van het project is aan KMO’s een brede waaier ondersteunende acties aan te bieden inzake diverse bedrijfsdomeinen: - Marketing; - Exportmarketing; - E-marketing; - Certificeerbare managementsystemen (kwaliteit, energie en milieu); - MVO-prestatieladder; - Designmanagement; - ICT-scan; - Bedrijfsoverdracht; - Kennismanagement. De ondersteuning bestaat uit de strategische begeleiding door een professioneel adviesbureau of de aanwerving van een kennismanager en dit tegen financieel aantrekkelijke voorwaarden. Output : Verwacht bereik over de volledige looptijd van het project (juni 2011 – juni 2013): • Direct bereik: 250 bedrijven krijgen in het kader van het project een pre-screening, waarvan: o 110 bedrijven een tussenkomst ontvangen in de kosten van het adviesbureau; o 65 bedrijven een tussenkomst ontvangen in de personeelskosten van de aangeworven kennismanager.
Ondernemingsplan 2013
101
REG in kmo's (P) Verantwoordelijk directielid: Piet Desiere Betrokken personen: Joachim Castelain, Sandra Voets, accountmanagers energie van dienst D & T Formulering: Uitvoeren van het EFRO-project REG in kmo’s met als opdracht: bedrijven sensibiliseren en informeren over rationeel energiegebruik door het verstrekken van eerstelijnsadvies en gerichte doorverwijzing naar de publieke/private actoren in de markt. Output: Tegen het einde van het project dienen 150 eerstelijnsscans uitgevoerd te zijn en 50 thematische adviezen. Verder zullen er in 2013 nog een drietal informatiesessies georganiseerd worden. Voorzien budget: Voorzien binnen projectbudget en communicatie.
Ondernemingsplan 2013
102
Intellectuele Eigendom (P) Verantwoordelijk directielid: Piet Desiere Betrokken personen: leden van dienst D & T, met name: Liesbet Depestel (WVL), Mieke Houben (tot einde IE-scan project) (VLB), Femke Mortier (ANT), Jos Swinnen (LIM) en Annemie Hautekiet (OVL). Formulering: In het via EFRO middelen gesubsidieerd project IE-scan worden kmo’s, (potentiële) starters en particulieren geïnformeerd en gesensibiliseerd over het belang van intellectuele eigendom (IE) door het verstrekken van eerstelijnsadvies en gerichte doorverwijzing naar publieke/private actoren in de markt. Gezien het belang van IE in een meer innovatieve en kennisintensieve economie, zullen ook na het aflopen van het gesubsidieerd project, voorzien eind februari 2013, activiteiten omtrent IE binnen de reguliere werking van AO opgenomen worden. Output: Gedurende het hele jaar: • IE-scan rapporten; • ID-scan adviezen; • Bestaande folders up-to-date houden: : IE wegwijzer en IE leidraad - Gezamenlijke folder BBIE/FOD Economie/AO/IC (i-depot/zitdagen/workshops); - Nieuwe folder dienstverlening Agentschap Ondernemen op het vlak van IE.
Q1 Q1
Voorzien budget: Voorzien binnen projectbudget en communicatie.
Ondernemingsplan 2013
103
Haalbaarheidsstudie GIS (P)
Uitrol Horizontale werking van de GIS werking doorheen het Agentschap Ondernemen Projectleider: Fons Kemps Betrokken personen: Werkgroep GIS- coördinatoren en de verbindingspersonen/thematische beheerders zoals afgevaardigd vanuit de desbetreffende afdelingen naar de managementstuurgroep, en de werkgroep, in afstemming met de respectieve diensthoofden/afdelingshoofden. Formulering: Tot op heden heeft de GIS werking zich beperkt tot problematieken rond bedrijventerreinen en direct daarmee gelinkte topics, zoals planning, vestiging, internationaal investeren, Brownfields, algemene bezettingstabel t.b.v. het kabinet,.. enz. . Uit de discussies met andere interne diensten m.b.t. andere mogelijkheden naar verslaggeving, beleidsondersteuning, evaluatie van tools en maatregelen, aanwending voor communicatie, .. is gebleken dat er een positieve interesse bestaat om de GIS werking horizontaal doorheen het Agentschap Ondernemen toe te passen. Tevens is het zinvol een overzicht op te bouwen van de mogelijke verrijkingen en synergiën die kunnen worden gerealiseerd door middel van protocollen van samenwerking zowel met lokale (en andere) besturen evenals met de andere agentschappen en departementen van de Vlaamse Overheid Output : De betrachting is om een werkbare structuur op te zetten die deze werking mogelijk maakt en effectief werkt. De huidige stand van het project heeft een aantal pistes gedefinieerd die zowel verder kunnen aangevuld als voorwerp van beslissing worden tot al dan niet uitvoering. Tegelijk kan verder worden uitgewerkt wat en hoe zal worden gedaan, met bij voorkeur een aantal illustratieve voorbeelden, die het de beslissingsnemers kunnen vergemakkelijken om de gepaste opties te lichten en naar de MT en LT een strategische visie te ondersteunen.
Ondernemingsplan 2013
104
Cogita, Corporate social and environmental responsibility through public policy (P) Verantwoordelijk directielid: Bart Candaele Betrokken personen: Sandra Bultheel i.s.m. Gert Van Eeckhout, WSE en Frederik Claerbout, DAR Formulering: Het project COGITA is een project binnen het Interreg IVC –programma met een looptijd van 3 jaar (01/2012-12/2014), samen met 12 Europese partners. Cogita wil de regio’s inspireren voor hun beleid tot stimuleren bij de KMO van een geïntegreerde benadering van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen, zowel op sociaal als op ecologisch vlak. Output : De output zal o.a. bestaan uit een overzicht van verschillende praktijken die kwalitatief beoordeeld zullen worden. Binnen Vlaanderen zal in samenspraak met de regionale stuurgroep leden een tool/concept uitgetest worden, geïnspireerd door praktijken van onze Europese partners.
Ondernemingsplan 2013
105
Relatiebeheer externe actoren (P) Verantwoordelijk directielid: Patrick Pype Formulering: Teneinde de opdrachten van het Agentschap Ondernemen te verwezenlijken is een overleg met verschillende actoren wenselijk. In de eerste plaats zijn dit de actoren die georganiseerd zijn op een Vlaams niveau, in het bijzonder de partners in het Raadgevend Comité. Eveneens dient vastgesteld te worden dat er ook enkel wat actoren, zowel publiek als privaat, actief op zijn op het terrein van het bevorderen van het ondernemen en ondernemerschap in brede zin, op lokaal en subregionaal vlak. We vermelden in het bijzonder de lokale en provinciale besturen, evenals de samenwerkingsverbanden tussen deze entiteiten. Gegeven de oorsprong en de historiek van het Agentschap Ondernemen is er een bijzondere relatie met de Provinciale Ontwikkelingsmaatschappijen. Het Agentschap Ondernemen is in die context ook de trekker van de Stuurgroep POM een overlegorgaan tussen entiteiten van de Vlaamse Overheid en de POM’s. Het Agentschap Ondernemen heeft steeds ook de lokale en provinciale besturen gezien als gezamenlijke partners in het streven naar een geïntegreerd optreden ten aanzien van ondernemers en ondernemingen. Projecten zowel naar provincies, als naar gemeenten tot werd in dit kader financieel ondersteund. Een bijzondere realisatie in deze is ook het overlegplatform Ondernemingsvriendelijke Gemeente. Met betrekking tot kernversterking/detailhandel en acquisitie werden er specifieke afspraken gemaakt met de provincies. Gegeven de nauwe band tussen ondernemen, innoveren en internationale ondernemen is ook een geïntegreerde benadering in het werkveld tussen de front offices van IWT, FIT en Agentschap Ondernemen zeer belangrijk. Verder is er in Vlaanderen ook een structureel uitgebouwd streekoverleg. Decretaal gezien zijn de vijftien RESOC’s (Regionaal Sociaal Economisch Overleg Comités) ook ertoe gehouden een streekpact op te stellen. Deze pacten uitten ambities en ambitieuze projecten, die doorgaans ook middelen vergen van o.m. de Vlaamse overheid om gerealiseerd te kunnen worden. Bovendien wordt ook verwacht dat al deze actoren zich op economisch vlak inschakelen in een ‘slimme specialisatiestrategie’. Verder zijn er tal van subregionale actoren waarmee eveneens in het werkveld een afstemming dient te bereikt. Zonder volledig en exhaustief te willen zijn : VOKA-Kamers van Koophandel, regionale afdelingen UNIZO, VKW Limburg, EROV, INNOTEK, KIR, LRM, Leuven Inc, Leiedal en WVI., Flanders Smart Hub, ….. Het is dan ook duidelijk dat een passende benadering dient uitgewerkt te worden ten aanzien van al deze actoren. Output: Aanwerving stafmedewerker Uitgewerkte visie op opdracht Bijeenkomst Stuurgroep POM Afstemming IC, AO, FIT Duidelijkheid wie welke subregionale actor opvolgt Overleg met prov dir economie Behandeling financieringsdossiers ERSV
Ondernemingsplan 2013
Q1 Q2 1x per Q 2x per J Q2 1x per Q Continu
106
Visie ten aanzien van de behandeling streekpacten Leerplatform OVG Specifieke samenwerkingsprojecten
Q2 Continu Continu
Voorzien budget: Op te nemen binnen de algemene werkingskosten .
Ondernemingsplan 2013
107
Ondersteuning Streekontwikkelingsgebied (B)
Verantwoordelijk directielid: Koen Vermoesen Formulering: Sedert het decreet op de ERSV’s van 2004 is de betrokkenheid van de Vlaamse overheid t.a.v. streekontwikkelingsorganisaties voor wat betreft het beleidsveld Economie beperkt tot: • de ondersteuning van de werking van de ERSV’s; • de deelname aan het platform voor sociaal-economisch streekontwikkelingsbeleid; • de deelname aan de dialoogmomenten tussen Vlaamse Regering en RESOC’s n.a.v. streekpacten of globale adviesvragen aan de RESOC’s zoals n.a.v. het Werkgelegenheids-en Investeringsplan (WIP). In het kader van de interne staatshervorming is het evenwel de bedoeling het sociaal-economisch streekoverleg te hertekenen, m.i.v. de rol die de Vlaamse overheid daarbij nog speelt. Van het Agentschap Ondernemen wordt een constructieve bijdrage verwacht in dit debat. Output : MB’s werkingssubsidies toelichtingen op platform sociaal-economisch streekontwikkelingsbeleid in functie van een meer doelmatige werking van het streekoverleg en in functie van de opmaak streek-convenanten herformulering doorbraak interne staatshervorming
Q1 Q2-Q4
Q3
Budget: Voor de werking van de ERSV’s, RESOC’s is voor 2013 890.000 euro voorzien op het begrotingsartikel ECO/1EC-A-2-Z/WT.
Ondernemingsplan 2013
108
Interne werking (R) Verantwoordelijk directielid: Dirk De Rijck Acties: 1. PERSONEEL De reductienorm voor het aantal koppen is binnen de VO vandaag generiek bepaald op - 6 %. Dat betekent dat het Agentschap Ondernemen tegen medio 2014 er moet naar streven te eindigen op 264 koppen. Deze vooropgestelde norm werd reeds eind 2012 bereikt. In 2013 komt – gelet op de sterke uitstroom ingevolge pensioneringen - ruimte vrij om een e aantal nieuwe wervingen (in 1 instantie een 10-tal) mogelijk te maken. De prioriteiten zullen mee ingegeven worden op basis van de inhoud en doelstellingen van het ondernemingsplan. e Voor vacatures ontstaan als gevolg van een capaciteitsprobleem zal in 1 instantie gezocht worden naar interne kandidaten. Voor vacatures ontstaan als gevolg van een expertise/competentieprobleem, al dan niet verbonden met een capaciteitsprobleem, kan (na afweging en beslissing door het directiecomité) overgegaan worden tot een externe werving. Tijdens het najaar zullen een aantal functioneel verantwoorde bevorderingstrajecten worden opgezet. Voorts zal – op basis van de resultaten van een studie naar de nood aan en de positionering van expertenfuncties/-loopbanen – een visie op expertenfuncties ontwikkeld worden. De uitrol ervan is voorzien begin 2014. 2. IAVA-RAPPORTERING & AANBEVELINGEN • Eind 2012 – Van de 4 audits en de daaruit voortvloeiende aanbevelingen, waarvan het AO de voorbije jaren het voorwerp was, werd 66 % gerealiseerd, 8 % is lopend, 5 % is in ontwerp, 5 % is niet meer van toepassing en 16 % maakt pas in 2013 het voorwerp uit van een opvolgingsronde. 2 • Wat 2013 betreft zal enerzijds ingezet worden op de consolidatie van de 6 thema’s met 3 maturiteitsscore 3 en anderzijds op het opkrikken van de 4 thema’s met maturiteitsscore 2. • Risicomanagement : tot op heden was het risicomanagement steeds instrument gebonden en gefocust op de kritische processen. Tijdens 2013 zal een ruimere visie ontwikkeld worden inzake risicomanagement (bvb. op het vlak van sleutelfuncties versus kennisbeheer/-verankering). 3. EFFICIËNTIETRAJECTEN • Organisatorische aanpassingen en afslanking van de managementstructuren 2012 en 2013 worden beiden gekenmerkt door een sterke uitstroom ten gevolge van pensioneringen binnen het management. Zowel op niveau van de provinciaal directeurs als op het niveau N-1. Binnen het personeelsplan wordt getracht om zo veel als mogelijk de rollen te verdelen binnen het huidige management. Op die manier wordt tevens een besparing doorgevoerd op managementniveau. De opvolging van het afdelingshoofd binnen de afdeling Europa Economie werd geregeld binnen het huidige directiekorps. De afdeling Europa Economie werd begin januari 2013 omgevormd tot de EFRO Beheersautoriteit. Die entiteit wordt vanaf 2013 beschouwd als een tijdelijke structuur gekoppeld aan een programmaperiode binnen EFRO. Voorts worden de vertrekkende provinciale directeurs niet vervangen in het PEP. Hun rollen worden eveneens zo veel als mogelijk overgenomen binnen de nieuwe managementstructuur. Anderzijds zullen een aantal nieuwe functionele ‘businessunits’ 2
Doelstellingen & risicomanagement – Belanghebbendenmanagement – Organisatiestructuur – HRM – Informatie & Communicatie – Facility Management 3 Monitoring – Organisatiecultuur – Financieel Management - ICT Ondernemingsplan 2013
109
worden opgericht waarvoor leidinggevenden zullen worden aangesteld. •
HRM-trajecten Gelet op de in 2012 doorgevoerde wijzigingen (én verjonging) in het AO-middenkader, wordt in 2013 geïnvesteerd in de uitrol van een leiderschapstraject. Verder wordt in het najaar een Agentschapsdag georganiseerd die de apotheose (maar niet het einde) moet worden van een jaar dat in het teken staat van talentontplooiing.
•
Sleutelproject ‘Naar een geïntegreerde benadering van ondernemers’ Het Agentschap Ondernemen werd voor het sleutelproject ‘Naar een geïntegreerde benadering van ondernemers’ als trekker aangeduid. Het sleutelproject dient ervoor te zorgen dat zoekende ondernemers en bedrijven een helder en duidelijk beeld krijgen van waar ze voor welke dienstverlening terecht kunnen zodat ze geen kostbare tijd meer verliezen. Daarnaast wil dit project er ook voor zorgen dat er vanuit de overheid eenduidige informatie- en communicatiestromen richting ondernemer ontstaan. Voor elk van de deelprojecten wordt gestreefd naar een realisatie/ (go live) van het sleutelproject tegen eind 2013. De vermarkting en de publieke lancering van het ‘geïntegreerd loket’ wordt gepland in het voorjaar van 2014.
•
Contactcenter In november 2012 werden de provinciale contactcenters van het Agentschap Ondernemen omgevormd tot 1 virtueel contactcenter teneinde een effectievere en efficiëntere aanpak na te streven. De medewerkers blijven fysisch in de provincies werken maar vormen virtueel 1 team. De ondernemer hoeft nog enkel één nummer 0800 20 555 te kennen i.p.v. 5 verschillende provinciale nummers. Er wordt hen meteen ook (eerstelijns)informatie gegeven daar waar men voorheen steeds werd doorgeschakeld naar een accountmanager. Om de ondernemer zo klantvriendelijk mogelijk te woord te staan werden opleidingen ‘klantvriendelijk telefoneren’ georganiseerd. Ook inzake de interne organisatie is er een efficiëntieverbetering. Via een cascadesysteem per dag, voor het beantwoorden van vraagstellingen, hoeven niet alle medewerkers van alle provinciale directies nog permanentie te verzekeren maar wordt dit beperkt tot één dag per week. Geïnvesteerd werd in nieuwe telefoonsoftware en een Klanten Relatie Informatie Systeem (KRIS) waarin alle coördinaten, vragen en antwoorden worden opgenomen. Op die wijze kunnen alle klantencontacten opgevolgd worden en kunnen antwoorden op andere soortgelijke vraagstellingen worden gedupliceerd waardoor niet steeds opnieuw de informatie moet worden opgezocht. Inhoudelijke opleidingen werden voorzien teneinde de contactcentermedewerkers de inhoud van de scripts te leren kennen en uiteraard ook het KRIS systeem te leren gebruiken. Kwaliteitsparameters en rapportering zorgen er voor dat de efficiënte werking van het contactcenter wordt bewaakt. Een professioneel werkend contactcenter AO zal het fundament vormen van het geïntegreerd loket voor de ondernemer (VIA sleutelproject 1.1) dat in 2014 van start zal gaan.
•
Kostencalculatie AO zet voorlopig nog niet in op een agentschapsbreed kosten-calculatiesysteem. Ze wenst op dit punt de intenties/ambities van het CAG te kennen. Van uit kosten-/baten oogpunt zullen in 2013 wel de vormingsinspanningen per AO-entiteit opgevolgd worden.
Ondernemingsplan 2013
110
Bijlage 3: Gelijke kansen- en diversiteitsplan 2013 1.1.1 Probleembeschrijving en oplossingsstrategie De diversiteit binnen het personeelsbestand is op vandaag geen evenwichtige weerspiegeling van de diversiteit op de arbeidsmarkt en in de samenleving. We dienen ons vragen te stellen of we evenwichtiger kansen kunnen bieden aan mensen met een migratie-achtergrond en aan personen met een arbeidsbeperking. De vertegenwoordiging van vrouwen in hogere managementfuncties (N-1 en hoger) blijft een probleem. We dienen in het bijzonder aandacht te hebben voor genderaspecten bij de verdere uitbouw van loopbaanmogelijkheden. Situatie in cijfers Doelgroep Personen met arbeidsbeperking Personen met migratieachtergrond Vrouwen in middenkader
Huidige vertegenwoordiging een
1,08%
Initieel streefdoel beheersovereenkomst 2,50%
een
0,72%
2,50%
0%
25%
Context van de streefcijfers in de beheersovereenkomst: Ambitieus gesteld, maar potentieel haalbaar onder de volgende voorwaarden: • Overwinnen van een gap van 2,2% voor de doelgroepen personen met een arbeidshandicap en met een migratieachtergrond op basis van 60 tot 70 aanwervingen of vervangingen gedurende de legislatuur; • Maximale registratie van de personeelsleden (op vrijwillige basis) • 2-tal wervingen op N-1 niveau gedurende de legislatuur Ten gevolge van de besparingsdoelstellingen van 6 % t.a.v. het personeelsaantal in 2009 hebben we een sterke afslanking moeten realiseren vanaf 2010. Net op het moment dat we gestart zijn met een eigen diversiteitsbeleid binnen het Agentschap Ondernemen. Hierdoor is het niet meer mogelijk om de verwachte instroom van 60 tot 70 personeelsleden te realiseren. Een instroom die we nodig hebben om ons streefdoel in de beheersovereenkomst te halen. Op vandaag hebben we slechts 26 aanwervingen kunnen noteren sinds 30.6.2009. Wellicht zal de instroom gedurende deze legislatuur slechts 50 % bedragen van de instroom die we vooropgesteld hadden om de streefcijfers van de beheersovereenkomst te halen. Grootendeels te wijten aan de besparingsdoelstellingen. Binnen de huidige context zouden we kunnen stellen dat we slechts de helft van de kloof kunnen dichten. Dat betekent: Doelgroep
Personen met arbeidsbeperking Personen met migratieachtergrond Vrouwen in middenkader
Huidige vertegenwoordiging een
1,08%
Bijgesteld streefdoel tegen einde van beheersovereenkomst 1,4 %
een
0,72%
1,4 %
0%
12,5%
Om hieraan te verhelpen worden de volgende doelstellingen geformuleerd: De medewerking aan vrijwillige registratie op termijn verbeteren door een goede en gerichte communicatie m.b.t. diversiteit; Ondernemingsplan 2013
111
-
De tewerkgestelde kansengroepen maximaal behouden. Pro-actief de instroom van kansengroepen bevorderen (gelet op de beperkte instroom);
De cijfers beter in overeenstemming brengen met de situatie op de werkvloer; De registratie verbeteren is nog een belangrijk actiepunt waarmee we de vertegenwoordiging van de doelgroepen kunnen opkrikken. Indien iedereen zich zou registreren, dan zouden de initiële streefcijfers voor de beheersovereenkomst in het bereik liggen. Het verbeteren van de vrijwillige registratie is een belangrijk actiepunt voor 2013. Kritische succesfactoren: -
Een goede communicatie rond diversiteit, die ondersteuning krijgt in diverse geledingen van de organisatie (dus veel ruimer dan enkel de werkgroep diversiteit); De mate waarin de Dienst Emancipatiezaken overdraagbare methodieken kan aanleveren voor alternatieve meetmethoden die men kan officialiseren; Beschikbare personeelscapaciteit ten behoeve van communicatie en registratie m.b.t. gelijke kansen.
De tewerkgestelde kansengroepen maximaal behouden. Op vandaag kunnen we vaststellen dat personeelsleden uit de kansengroepen vaak op contractuele basis (ingeschakeld in tijdelijke projectwerking) tewerk gesteld worden. Zo hebben we tijdens de huidige legislatuur 3 personen met een arbeidshandicap tijdelijk tewerk gesteld. Waar mogelijk, dient voorzien te worden in duurzamere tewerkstelling. Personeelstevredenheid bij de kansengroepen is net zoals bij andere personeelsleden van groot belang. Werkzekerheid kunnen bieden is een belangrijke factor, maar ook het oog hebben voor specifieke ondersteuningsbehoeften (bijv. voor personen met een arbeidshandicap) Vandaar is er regelmatig nood aan een evaluatie van de toekomstperspectieven voor personeelsleden met bijzondere behoeften of die in een kwetsbare positie verkeren. Werk maken van reïntegratie Spijtig genoeg hebben een aantal van onze mensen een blijvende arbeidsbeperking overgehouden ten gevolge een ziekte of ongeval. Re-integratie of begeleide doorstroom naar een ander agentschap blijft een belangrijke doelstelling. Hiervoor wensen we maximaal beroep te kunnen doen op externe partners voor gespecialiseerde loopbaanbegeleiding. Kritische succesfactoren: Bereidheid van directe leidinggevende en of het betreffende personeelslid om zo nodig een begeleidingstraject op te starten; Externe ondersteuning en netwerkvorming om een gepast aanbod te kunnen formuleren. Voldoende interne personeelcapaciteit (MOD of stafdienst) of externe personeelscapaciteit (ingehuurde teamcoach) om teams te ondersteunen; Aandacht voor diversiteit vanuit het management. Pro-actief de instroom van kansengroepen bevorderen (gelet op de beperkte instroom). De beperkte instroom vergt dat alle kansen moeten benut worden. De werkgroep gelijke kansen gaat uit van de vaststelling dat bij het vacant komen van een betrekking er zeer kort op de bal moet kunnen gespeeld worden. Er leeft een zeer grote druk om vacatures zo snel als mogelijk in te vullen. En dit vanuit de perceptie dat een uitstroom van een personeelslid telkenmale een belangrijk impact kan hebben op de continuïteit van de dienstverlening en de arbeidsdruk voor het betreffende team.
Ondernemingsplan 2013
112
Als belangrijkste interne weerstanden t.a.v. de aanwerving van kansengroepen kunnen genoemd worden: • angst voor rendementsverlies en kwaliteitsverlies; • angst voor conflicten (rond arbeidsprestaties, flexibiliteit, omgaan met culturele markers binnen een neutraal veronderstelde overheidsdienst) Deze weerstanden worden zowel bij leidinggevenden als op de werkvloer vastgesteld. Dit betekent dat veel energie zal moeten gestopt worden in het wekken van vertrouwen voor het gelijke kansen en diversiteitsbeleid. Zo moet er ruimte zijn om een dialoog te voeren omtrent wat “redelijke en aanvaardbare” aanpassingen zijn voor teams i.k.v. diversiteit. Anderzijds moeten ook de voordelen van het diversiteitsbeleid voldoende concreet gemaakt kunnen worden (bijv. aanwerven van trouwe en goed gemotiveerde arbeidskrachten, voldoende talent kunnen vinden op de arbeidsmarkt). De instroom van voldoende sollicitanten vanuit het oogpunt “gelijke kansen en diversiteit” vergt een goed functionerend recruteringsnetwerk. Dit netwerk dient op peil gehouden te worden. Kritische succesfactoren: -
De netwerk capaciteit op peil houden; Ruimte en tijd voor initiatieven om vertrouwen en geloofwaardigheid op te bouwen rond het gelijke kansen en diversiteitsbeleid; Diversiteit wordt gezien als een gemeenschappelijk project.
Aandacht hebben voor diversiteit is een aspect van organisatiecultuur. We moeten ons durven afvragen welke relatie we willen uitbouwen met de samenleving vanuit het oogpunt diversiteit. We kunnen nagaan hoe het aspect diversiteit kan bijdragen tot een kwaliteitsvollere dienstverlening en een positieve relatie met alle burgers/ondernemingen. Aandacht hebben voor diversiteit is een belangrijk aspect van klantgerichtheid en gerichtheid op de samenleving. De organisatie dient te onderzoeken welke win-winsituaties er ontstaan voor de doelstellingen van het agentschap als rekening gehouden wordt met diversiteit. Diversiteit kan in die zin mede een motor zijn voor de verbetering van producten en diensten. Maar vooral bij het management zal er voldoende enthousiasme moeten groeien om de toekomstvisie verder uit te dragen naar het personeel. De houding van alle managementsniveau’s t.a.v. het gelijke kansen en diversiteitsbeleid mag beschouwd worden als één van de belangrijkste 4 hefbomen om resultaten te kunnen boeken . Zo kan het management er een belangrijke bijdrage toe leveren dat diversiteit en gelijke kansen binnen de organisatie een positief gespreksonderwerp worden. Het Agentschap Ondernemen zal verder maximaal beroep doen op de expertise en ervaring van externen om het diversiteitsbeleid verder uit te bouwen. Ook de dienst Emancipatiezaken zullen we maximaal betrekken als een deskundige partner om het gelijke kansen en diversiteitsbeleid verder uit te bouwen. Aanvullend zal het Agentschap Ondernemen samenwerking zoeken voor initiatieven binnen het eigen beleidsdomein (het departement EWI, het IWT). Uit deze samenwerking moeten schaalvoordelen en efficiëntiewinsten geput worden om een cultuurverandering t.a.v. diversiteit en gelijke kansen te verwezenlijken. Kritische succesfactoren:
4
Dit is ook de conclusie uit een internationaal vergelijkende studie van succesverhalen rond diversiteit op de werkvloer “Optimiser les talents des minorités visibles” – guide de l’employeur - Conference board of Canada”. Ondernemingsplan 2013
113
-
Ruimte voor dialoog rond diversiteitstopics (i.f.v. het scheppen van vertrouwen en een positieve ingesteldheid t.a.v. diversiteit als een veranderingsproces). Bijdragen door externe partners (diversiteitsconsulenten, stakeholders – begeleiding en tewerkstelling kansengroepen); Beschikbare personeelscapaciteit voor het diversiteitsbeleid;
Ondernemingsplan 2013
114
1.1.2 2.3. Uitvoeringsplan:
1. Gender HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Vorming/ Talent doorstroom
Loopbaanmogelijkheden creëren voor leidinggevende functies (N-1, N-2) Voldoende communicatie met aandacht voor genderaspecten i.k.v. deze procedures. Eventueel organiseren van sensibiliserende infosessies met aandacht voor gender. Voorzien in een ontwikkelingstraject voor alle leidinggevenden op N-2 niveau / projectleidersniveau (o.a. rond peoplemanagement en projectmanagement)
Meer vrouwelijke personeelsleden in een leidinggevende functie
Vorming/ Talent/ doorstroom
Vorming/ Talent/ doorstroom
Vlechtwerk promoten
Kwaliteitsvol leiderschap ontwikkelen, doorstromingskans en naar N-1 verhogen Netwerking bevorderen tussen aspirant leidinggevenden
Verantwoordelijke voor de actie Bernard De Potter Leidend Ambtenaar
Indicatoren
Timing
Aantal vrouwen die bevorderd worden in een functie (N-1, N-2) (50/50 verdeling M/V bij bevorderingen)
voorjaar
Bernard De Potter Dirk De Rijck
Aantal deelnemende leidinggevenden (M/V)
voorjaar
Emancipatieambtenaar
Aantal deelnemers (M/V)
voorjaar
2. Personen met een arbeidshandicap HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Werving / selectie / instroom / onthaal
Duurzame tewerkstelling bevorderen i.k.v. reintegratietrajecten
Personeelsleden met een arbeidshandicap blijven
Ondernemingsplan 2013
Verantwoordelijke voor de actie Bernard De Potter met ondersteuning van lijnmanagement en emancipatie115
Indicatoren (meetfactoren) Activiteitsgraad en werkregime betrokkene na re-integratie
Timing Doorlopend
HR-onderdeel
Actie
Werving / selectie / instroom onthaal
Infosessie en intakegesprekken faciliteren met netwerkpartners i.f.v. vacatures en potentiële stages (o.a. informatiesessie voor leidinggevenden rond stages organiseren, zorg dragen voor een match tussen aanbod vanuit het middenveld en de mogelijkheden binnen de teams door emancipatieambtenaar) Arbeidsmarktanalyses opvragen bij VDAB
Werving / selectie / instroom onthaal
Diversiteit is geïntegreerd in werving- en onthaalprocedure.
Werving / selectie / instroom onthaal
Voorbehouden betrekkingen uit personeelsplan invullen
Ondernemingsplan 2013
Doelstelling tewerkgesteld binnen de Vlaamse overheid Realiseren van stageplaatsen en tewerkstelling Streefdoel: 1 stage en 1 voorbehouden betrekking worden ingevuld, 1/3 lang op voorhand gekende vacatures worden afgetoetst op wervingspotentieel Bij opmaak vacature is er standaard een gesprek rond diversiteit en tewerkstellingsmo gelijkheden voor kansengroepen. Functies voorzien voor personeelsleden met een functiebeperking invullen
Verantwoordelijke voor de actie ambtenaar
Bernard De Potter en lijnmanagement met ondersteuning van de emancipatieambtenaar
Indicatoren (meetfactoren) (streefdoel min. 50 % tewerkstelling) Aanbod en respectievelijke invulling, en dit in verhouding tot globale aanbod aan vacatures en stages (min.1 stage of 1 aanwerving)
Timing
Doorlopend
Emancipatieambtenaar
Bij elke externe vacature een intakegesprek voeren.
Doorlopend
Bernard De Potter en betrokken lijnmanagement met ondersteuning van de emancipatieambtenaar
Aantal ingevulde functies in het PEP (min. 1 functie ingevuld)
Doorlopend
116
3. Personen van allochtone afkomst HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Werving / selectie / instroom onthaal
Intakegesprekken faciliteren met netwerkpartners i.f.v. vacatures en potentiële stages (o.a. zorg dragen voor een match tussen aanbod vanuit het middenveld en de mogelijkheden binnen de teams)
Realiseren van stageplaatsen en tewerkstelling Streefdoel : 1 stageplaats wordt ingevuld
Verantwoordelijke voor de actie Bernard De Potter en lijnmanagement met ondersteuning van de emancipatieambtenaar
Indicatoren (meetfactoren) Intakegesprekken & gerealiseerd aanbod (min. 1 stage of 1 aanwerving)
Timing Doorlopend
4. Kortgeschoolden HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Vorming/ talentontwikkeling /doorstroom
Ontwikkeling van medewerkers agenderen binnen vormingstraject “coachend leiderschap”
Ontwikkelingsgerichte gesprekken bevorderen tussen leidinggevenden en medewerkers.
Ontwikkeling bespreekbaar maken in PLOEG
Loopbaanperspectieven, leren en arbeidswelzijn worden onderdeel van een planningsof opvolgingsgesprek
Verantwoordelijke voor de actie Stafdienst HRM
Input uit planningsgesprekken of opvolggesprekken
Streefdoel: 50 % van gesprekken met concrete afspraken
Ondernemingsplan 2013
Indicatoren (meetfactoren) Aantal deelnemende leidinggevenden aan training “coachend leiderschap”
117
Timing voorjaar
5. Ervaren werknemers HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Vorming/ talentontwikkeling /doorstroom
Ontwikkeling van medewerkers agenderen binnen vormingstraject “coachend leiderschap”
Ontwikkelingsgerichte gesprekken bevorderen tussen leidinggevenden en medewerkers.
Ontwikkeling bespreekbaar maken in PLOEG
Verantwoordelijke voor de actie Stafdienst HRM
Loopbaanperspecti even, leren en arbeidswelzijn worden onderdeel van een planningsof opvolgingsgesprek
Indicatoren (meetfactoren) Aantal deelnemende leidinggevenden aan training rond PLOEG en ontwikkeling
Timing voorjaar
Input uit planningsgesprekken of opvolggesprekken
Streefdoel: 60 % van gesprekken met concrete afspraken
6. Kansenthema seksuele geaardheid op de werkvloer HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Sensibiliseren / cultuurverandering
Communicatie van de dienst EZ ondersteunen en beklemtonen.
De heteronorm vervagen
Ondernemingsplan 2013
Verantwoordelijke voor de actie Werkgroepen communicatie en gelijke kansen
118
Indicatoren (meetfactoren) Aandacht voor het thema in de interne communicatiekanalen (90 % van de berichten gecommuniceerd in de organisatie)
Timing doorlopend
7. Acties gericht op meerdere kansengroepen, thema’s HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Werving / selectie / instroom onthaal
Effectieve vacatureberichten verspreiden (inzetten op meerdere wervingskanalen, duidelijke en aantrekkelijke vacatureberichten)
Een gerichte arbeidsmarktcommunicatie
Werving / selectie / instroom / onthaal
Blijvende aandacht voor diversiteit in onthaalbeleid
De integratie op de werkvloer faciliteren
Verantwoordelijke voor de actie Lijnmanagement + MOD - Team HR & vorming, de emancipatieambtenaar
Dirk De Rijck Stafdienst Emancipatieambtenaar
Werving / selectie / instroom onthaal
Studentenjobs aanbieden aan diverse doelgroepen
Tewerkstelling van kansengroepen
Bernard De Potter en lijnmanagement
Sensibilisering / cultuurverandering
Diversiteit belichten in samenwerking rond HRM, teamwerking, rekrutering van personeelsleden enz…
Aanwezigheid diversiteitsthema’s binnen het interne communicatie-
Bernard De Potter Lijnmanagement Netwerk HRM
Ondernemingsplan 2013
119
Indicatoren (meetfactoren) Aangesproken wervingskanalen (+ kwaliteitsvolle contacten binnen het rekruteringsnetwerk) (100 % vacatures mailinglijst diversiteit, 10 % procedure toegewezen consulenten) Diversiteit inhoudelijk verweven in procedures, draaiboeken, onthaalbrochures Diversiteit komt aan bod in de training voor onze peters en meters Aantal tewerkgestelde personen uit de kansengroepen (8% streefdoel) Integratie van diversiteit in de HRMcommunicatie (min 3 X horizontale
Timing doorlopend
Doorlopend
zomerperiode
doorlopend
HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Verantwoordelijke voor de actie
beleid
Sensibilisering / cultuurverandering
Een duidelijke en communiceerbare missie en visie uitwerken voor het diversiteitsbeleid
Rond diversiteit een inhoudelijke boodschap vanwege de directie tot stand helpen brengen.
Bernard De Potter Lijnmanagement Netwerk HRM
Sensibilisering / cultuurverandering
Proefprojecten opzetten (stages, tijdelijke tewerkstelling, …) en hieromtrent communiceren
Leren uit diversiteit
Lijnmanagement Emancipatie ambtenaar
Sensibilisering / cultuurverandering
Aandacht voor diversiteit bij vormgeving personeelsdag (bereikbaarheid, toegankelijkheid,…) eventueel inhoudelijke aandacht rond diversiteit: mijn talent als vrijwilliger voor de samenleving ……) Externe communicatieinstrumenten evalueren vanuit
Iedereen betrekken bij personeelsdag
Staf HRM
Toegankelijkheid website verhogen
Karolien Goossens (stafmedewerker
Sensibilisering / cultuurverandering
Ondernemingsplan 2013
120
Indicatoren (meetfactoren) communicatie waarin diversiteitsaspecten aan bod komen). De goedkeuring van de missie en visie door de directie. Communicatie rond de visie en missie door de directie (min. 1 beslissingsmoment waarbinnen visie / houding t.a.v. diversiteit bekrachtigd wordt) Aantal proefprojecten (min.1) Aantal pilots die binnen de directieraad gecommuniceerd / geëvalueerd worden (min. 1) Aantal deelnemers aan personeelsdag, eventueel inhoudelijke aandacht aan diversiteit
Toegankelijkheid informatie voor
Timing
doorlopend
doorlopend
Doorlopen
doorlopend
HR-onderdeel
Actie perspectief doelgroepen en weerspiegeling diverse samenleving + quick wins realiseren
Doelstelling
Verantwoordelijke voor de actie communicatie)
Positieve beeldvorming rond diversiteit ondersteunen
Sensibilisering / cultuurverandering
Thema toegankelijke overheid introduceren binnen stafwerking (uitbreiden naar IT, facility, enz…)
Diversiteitsbewust zijn introduceren in dienstverlening stafdienst
Dirk De Rijck
Vorming/talentontwikkeling/ doorstroom Sensibilisering / cultuurverandering
Rekening houden met interne diversiteit en gelijke kansen bij de organisatie van collectieve opleidingen, in het bijzonder opleidingen georganiseerd door de stafdienst
Personeelsleden krijgen een vormingsaanbod aangepast aan hun noden Appreciatie voor diversiteitsbeleid verwerven
Dirk De Rijck Emancipatieambtenaar
Vorming/talentontwikkeling/ doorstroom Sensibilisering / cultuurverandering
Een diversiteitsthema opnemen binnen een training / voordracht aangaande de reguliere werkzaamheden (bijv. hoe omgaan met interculturele verschillen in contacten met
Personeelsleden bewust maken van diversiteit en hoe er mee om te gaan.
Lijnmanagement
Ondernemingsplan 2013
121
Indicatoren (meetfactoren) kansengroepen Weerspiegeling diverse samenleving in beeldvorming externe communicatie (o.a. any surfer label besproken en geëvalueerd op haalbaarheid) Initiatieven die genomen worden door de stafleden (rekening houdend met budget en haalbaarheid) Relevante variatie in het aanbod van collectieve vormingen op basis van de vastgestelde noden, in het bijzonder voor IT. (100 % bijzondere vragen naar ondersteuning behandeld en opgelost) Aantal vormingsmomenten / middagssessies rond een relevant thema (min. 1 sessie)
Timing
doorlopend
doorlopend
doorlopend
HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Verantwoordelijke voor de actie
Indicatoren (meetfactoren)
Timing
Vorming/talentontwikkeling/ doorstroom Sensibilisering / cultuurverandering
buitenlandse investeerders?) Workshops rond diversiteit op maat van teams worden standaard opgenomen in de vormingscatalogus van het Agentschap Ondernemen
Diversiteit bespreekbaar maken op teamniveau
Emancipatieambtenaar
doorlopend
Diversiteit bespreekbaar maken op managementniveau Noden van de doelgroepen concreter krijgen
Bernard De Potter & stafdienst HRM
Aantal teams dat ingaat op het vormingsaanbod rond diversiteit (streefdoel: 1 team per jaar). Diversiteit staat geprogrammeerd in training leiderschapsvaardigheden Aantal gecontacteerden (streefdoel: 100 %)
Rapport exitgesprekken beschikbaar voor management Beschikbaarheid gegevens in sollicatieformulieren en in intakeformulieren (in functie van later onderzoek)
doorlopend
Vorming/talentontwikkeling/ doorstroom Sensibilisering / cultuurverandering Vorming/talentontwikkeling/ doorstroom Sensibilisering / cultuurverandering Monitoring
Omgaan met diversiteit & sociaal werkgeverschap als onderdeel van leiderschapstraining
Monitoring
In de mate van het mogelijke de instroom van kandidaturen uit de kansengroepen registreren
Monitoring
Nulmeting of betere registratie realiseren door:
Emancipatieambtenaar benadert proactief geregistreerde personeelsleden en peilt naar behoefte aan vertrouwelijk gesprek. Exitgesprekken organiseren
Registratie te koppelen aan voordelen i.k.v. PLOEG-cyclus Ondernemingsplan 2013
Emancipatieambten aar
Onderbouwen van het retentiebeleid
Team HR & stafdienst HRM
Zicht krijgen op de responsgraad en het bereik van de kansengroepen door te voorzien in registratieprocedu res bij de instroom Huidige diversiteit beter tot uiting laten komen in de cijfers.
Team HR MOD
Emancipatieambten aar, leidinggevenden, team personeel van de MOD EWI-WSE 122
mei
doorlopen
doorlopend
doorlopen
HR-onderdeel
Actie
Doelstelling
Verantwoordelijke voor de actie
Tips aan leidinggevenden verspreiden om te spreken over registratie in Vlimpers Schrijven richten aan alle personeelsleden om eigen registratie onder de loep te nemen. (ism team personeel van MOD) Input van personeelsleden of AO verwerken in Vlimpers (door MOD team personeel)
Ondernemingsplan 2013
123
Indicatoren (meetfactoren)
Timing
1.1.3 2.4. Samenwerking met externe organisaties Voor het vinden van stageplaatsen voor allochtonen en eventueel mensen met een arbeidshandicap zal het Agentschap Ondernemen beroep doen op trajectbegeleiders bij de VDAB of gespecialiseerde diensten. Bij de arbeidsmarktcommunicatie aangeschreven en betrokken.
worden
maximaal
Jobkanaal
en
andere
organisaties
1.1.4 2.5. Ondersteuning van de dienst Emancipatiezaken Het Agentschap Ondernemen verwacht in het bijzonder dat de dienst Emancipatiezaken inspanningen levert om de onnodige juridische en administratieve drempels weg te werken waarmee sollicitanten uit de kansengroepen te maken hebben. Ten gevolge van deze drempels moeten op vandaag immers extra inspanningen geleverd worden om de negatieve beleidseffecten op de instroom te kunnen compenseren. Zoals eerder aangegeven zal het Agentschap Ondernemen de streefcijfers van de beheersovereenkomst enkel maar behalen als de meeste administratieve en juridische obstakels op de één of andere manier kunnen gecompenseerd of weggewerkt worden. Het Agentschap Ondernemen rekent op de dienst Emancipatiezaken als een ondersteunende partner, die in dialoog met het beleidsniveau werkt aan het verlagen van de drempels voor de tewerkstelling van kansengroepen. We vinden het belangrijk dat de dienst Emancipatiezaken nauw betrokken blijft bij de aansturing van Jobpunt Vlaanderen, dit opdat de vacatures op Jobpunt Vlaanderen maximaal ontsloten geraken binnen het netwerk van relevante organisaties. Dit is momenteel een arbeidsintensieve opdracht voor elke emancipatie-ambtenaar. Jobpunt Vlaanderen kan hier zorgen voor schaalvoordelen.
Verder wenst het Agentschap Ondernemen voor haar doelstellingen op ‘ad hoc’-basis beroep te kunnen doen op de dienst Emancipatiezaken. En dit voor: bijkomend advies in het bijzonder wat betreft de ondersteunende maatregelen van diverse overheden; het aanleveren van contactpersonen, in het bijzonder voor re-integratietrajecten; het verstrekken van andere nuttige informatie; het bekomen van didactisch materiaal / affiches enz… de uitbouw van een leernetwerk voor onder meer de emancipatie-ambtenaren;