27
december 2011
accentueel is een uitgave van de s t i c ht i n g a cce nt s c h o l e n g ro e p
Accent Onderwijsdag 2011 pagina 8 een impressie vanuit de DRU Cultuurfabriek 3 4 6 12 14 16 18 20 22 24
De hobby van Harry Peterkamp Levensfasegericht personeelsbeleid ‘Lang zullen ze leven’ Bouwen aan een ‘brede’ toekomst (2) Passend onderwijs in Addis Ababa Klaas Gubbels bezoekt de Kon. Wilhelminaschool GMR: Themaavond Kwaliteit Scholennieuws AccentPlus naar Nationaal Park de Hoge Veluwe Ervaringen in Ghana Stelt zich voor: De Hoeksteen, Gendringen
11
de hobby van…
colofon: Accentueel verschijnt 3 maal per jaar in een oplage van 900 exemplaren (bestemd voor leden van het bestuur, de schoolteams, de ouderraden, medezeggenschapsraden en leden van ACCENT Plus).
Harry Peterkamp
Wat een geweldige kick geeft het om met een grote groep mensen een musical neer te zetten, waarin je zelf de hoofdrol speelt!
redactie: Hilde Haanstra Jan van Herksen Wim Jansen Ben Lammers (vormgeving) Jan Baars (correctie)
T
erwijl buiten de laatste klanken van de fanfare wegsterven en Sinterklaas met zijn aanhang de warmte van De Pol heeft opgezocht, besef ik dat de tijd van mijn schoolgaande kinderen alweer een tijdje terug ligt. Deze week vertelde mijn oudste dochter, die momenteel in de BSO in Arnhem werkt, dat ook zij duidelijke verschillen ziet met haar jeugdherinneringen aan Sinterklaas. Nu vragen de kinderen van 4 hoe ze Nintendo en Baby Born moeten schrijven en weten de 6-jarigen nog niet of ze een iPad of een iPhone zullen vragen aan Sinterklaas.
redactieadres: Accentueel ‘t Warmelinck Kruisdijk 17 7122 JX Aalten e-mail:
[email protected]
Nu ik dit schrijf denk ik aan de column van Chris Lindhout die elders in dit nummer te lezen is. Dezelfde generatiekloof ervaar ik ook dagelijks op mijn eigen werk. De beeldschermonderbrekingspauzes worden opgevuld met het staren naar een schermpje van 960 x 640 pixels en van het sociale effect van social media merk ik helemaal niets. Er wordt wat afgetwitterd en soms denk ik wel eens, hebben ze mekaar thuis nog wel iets te vertellen. Ik herinner me nog maar al te goed de kopjes thee die ik thuis met mijn moeder dronk wanneer ik uit school kwam en honderduit ging vertellen wat ik die dag allemaal had meegemaakt.
De ACCENT-scholen zijn:
Deze uitgave van Accentueel heeft overigens ook heel wat te vertellen. Normaal gesproken kunnen we het viermaandelijkse nieuws precies in 16 pagina’s plaatsen maar deze keer hebben we er in overleg de helft er bij aangeniet. Het begint met de hobby van Harry Peterkamp die we in oktober allemaal hebben kunnen zien schitteren in de hoofdrol van de musical David. In april van dit jaar heeft Accent het beleidsplan ‘Levensgericht peroneelsbeleid’ gepresenteerd, De subtitel van dit plan luidt ‘Lang zullen ze leven’. Harry Nienhuis legt uit hoe de organisatie bezig is om haar medewerkers wakker te houden. Aan hand van ervaringsverhalen rondom mobiliteit blijkt wel dat het veel energie kost maar ook veel oplevert. Dat er nog steeds wordt gebouwd aan een brede toekomst voor de Accentscholen, valt te lezen in het tweede deel over actuele bouwzaken en opleveringen van brede scholen in Varsseveld, Aalten, Dinxperlo en Winterswijk.
gemeente Aalten cbs Barlo De Broekhof Ds van Dijkschool Groen van Prinstererschool De Höve De Klimop sbs nieuwHessen ‘t Möllenveld De Triangel ‘t Warmelinck ‘t Welink
Op 13 oktober j.l. hebben ruim 300 medewerkers van de AccentScholengroep gehoor gegeven aan de uitnoding voor de Accent Scholendag in de DRU Cultuurfabriek. In de uitgebreide reportage kunt u lezen en kijken wat er die dag zoal aan de orde is geweest. Belangrijk onderdeel van de Onderwijsdag was natuurlijk de uitreiking van de Accent Onderwijsprijs. Na drie eerdere inzendingen heeft de Maranathaschool de hoofdprijs mee naar Varsseveld genomen met het project “Leve de politiek”.
gemeente Oost Gelre Talent De Hoeksteen Groenlo
gemeente Oude IJsselstreek De Hoeksteen Gendringen Bontebrugschool Maranathaschool Kon.Wilhelminaschool Varsseveld De Knienenbult
gemeente Winterswijk Julianaschool Emmaschool Kon.Wilhelminaschool Prins Willem Alexanderschool
Twee buitenlandse verhalen dit keer die soms schrijnend de verschillen weergeven tussen de onderwijscultuur in Afrika en die van de Achterhoek. Hetty Westerveld vertelt over haar verblijf tijdens de herfstvakantie in Addis Ababa waar ze het project Joni, waar hun dochter Hester aan meewerkt, hebben bezocht. Passend onderwijs voor alle kinderen, dus ook kansarmen, ongeacht hun eventuele verstandelijke of lichamelijke beperking of religie. Jolanda te Winkel vertelt over het vrijwilligerswerk voor de stichting Projects Abroad op twee plaatsen in Ghana. Haar man Ab heeft o.a. meegeholpen aan de bouw van twee schoollokalen terwijl ze zelf in het onderwijs heeft gewerkt. Natuurlijk valt er nog veel meer te lezen over o.a. de GMR, het uitstapje van de Accent Plussers, het bezoek van Klaas Gubbels aan de Kon. Wilhelninaschool en het scholennieuws. Veel leesplezier gewenst. Ben Lammers
2
www.accentscholengroep.nl
J
aren terug heb ik gezongen in een Aaltens koor waarvan de leden allemaal in het onderwijs werkzaam waren. Tweewekelijks kwamen we een avond bij elkaar om met veel plezier allerlei liederen meerstemmig te zingen. Volgens mij hebben we maar 1 keer opgetreden, voor familie, vrienden en bekenden. Daarnaast heb ik 2 keer meegedaan aan een muzikaal project: enkele weken werd intensief geoefend, vooral thuis en daarna volgde een optreden. Hartstikke leuk om te doen. Aangezien ik jarenlang mijn schaarse vrije tijd vulde met voetbal en volleybal, bleef het wat deze hobby betreft verder bij zingen onder de douche en in de auto. Liefst zo luidruchtig mogelijk. Toen door een rugblessure sporten op een zeer laag pitje werd gezet (lees: geen sport meer maar zo nu en dan een rondje op de fiets) en sporten in een sportschool niets voor mij bleek te zijn, ging ik nadenken over een andere vrijetijdsbesteding. Willy Lievers, de conciërge van de Prins WillemAlexanderschool, vertelde vaak heel enthousiast over zijn grote hobby: zingen bij de Greyhound Barbershop Singers in Winterswijk. Ik liet me dankbaar overhalen om eens op een woensdag een repetitieavond mee te maken. Want ze konden wel nieuwe leden gebruiken. Dit beviel zo goed, dat ik besloot om lid te worden. Maar daarvoor moest ik eerst auditie doen. De koorleden en de dirigent luisterden kritisch naar mijn vertolking van My sweet Irisch rose. Best wel spannend eigenlijk. Het lied moest uit het hoofd worden gezongen en daar ging ik gelijk de mist in. Ik kreeg enkele weken later een herkansing en onder de voorwaarde dat ik de mannen zou trakteren op een biertje stond niets een zangcarrière bij de GBS meer in de weg. Barbershop is ontstaan in Amerika. Bij de barbier zaten wekelijks mannen voor een scheerbeurt. Eentje begon te zingen, gevolgd door anderen in verschillende
stemsoorten. Zo ontstonden 4stemmige liederen, later Barbershop genoemd. Ons koor bestaat uit zo’n 25 tot 30 mannen. Het flauwekulniveau is hoog, maar als het er op aan komt wordt er mooi gezongen. Tenminste dat vinden we zelf! Per jaar treden we zo’n 10 à 12 keer op. Op dit moment zijn we druk aan het oefenen met ons Kerstrepertoir. Afgelopen april kwam onze dirigent, Johan Klein Nibbelink, bij me om te polsen of ik er wat voor voelde mee te werken aan de musical David, die ter gelegen heid van het eerste lustrum van de PKN kerken in Aalten tijdens een feestweek in september 3 keer zou worden opgevoerd. Een muzikaal project waar hij al vele uurtjes in had zitten. Een grote groep mensen (zangers, dansers en muzikanten) was al sinds januari druk aan het repeteren, alleen had hij nog geen David onder hen gevonden. “Is dat niet iets voor jou?”, zo vroeg hij mij. Ik was gelijk heel enthousiast. Jarenlang heb ik in Scheveningen prachtige musicals bekeken van Joop van den Ende. En even zo vaak droomde ik dan weg om zelf ook eens op het podium te kunnen staan in zo’n geweldige productie. En natuurlijk wist ik dat Joop niet direct aan Harry Peterkamp zat te denken als het ging om de verdeling van de rollen van een nieuwe musical. En waarschijnlijk overschatte ik mijn zangkwaliteiten ook behoorlijk. Maar als je droomt maakt dat niet uit. Ook van programma’s als Op zoek naar… Evita, Jozef, Zorro etc. smulde ik. Luidkeels zong ik in mijn huiskamer mee met de bekende nummers die voorbij kwamen. En weer droomde ik van een musical carrière. En nu vroeg op een doordeweekse woensdagavond de Bredevoortse Joop mij de hoofdrol op me te nemen. Voor de vorm heb ik er nog een week over nagedacht en het script gelezen, maar er was geen houden meer aan. Dit was een kans die ik niet voorbij wilde laten gaan. En ik heb er van begin tot einde van genoten!
Er waren 4 groepen enthousiastelingen, waaronder meerdere Accentjuffen en meesters, apart van elkaar aan het oefenen: een dansgroep, een kinderkoor, een volwassenenkoor en een band. En die 4 groepen kwamen in mei voor het eerst bij elkaar in de Zuiderkerk, de plek waar de uiteindelijke musical zou worden opgevoerd. Deze kerk is eigenlijk 1 grote klank kast met een moeilijke akoestiek. En dan druk ik me nog voorzichtig uit. Het koorgeluid werd in grote mate overstemd door de band. Sterker nog: halverwege het eerste nummer kreeg ik al last van mijn stem, omdat ik boven de muziek uit probeerde te zingen. Onbegonnen werk! Maar Johan sprak ons moed in. “Alles komt goed, dat zul je zien”. De zomervakantie heb ik gebruikt om alle teksten uit mijn hoofd te leren. En dat viel nog niet mee! De eerste weken, lekker in de zon zittend voor de caravan op een camping in Frankrijk, zag ik me al op het podium staan, spiekend op de achterwand van de kerk waar de teksten op moesten worden geprojecteerd m.b.v. een beamer. Maar gelukkig bleek dit niet nodig. Steeds meer zinnen bleven in mijn brein hangen. Pas in de laatste week voor de uitvoering vielen alle puzzelstukjes, zoals decor, geluid en belichting, op de plek. De tryout op dinsdag liep nog voor geen meter, wat de rust binnen de groep niet ten goede kwam. Op donderdag moest het gebeuren en stond iedereen op scherp. En het lukte! Ik heb nog nooit zoveel adrenaline door mijn lijf voelen gieren als na dat eerste optreden. Wat een kick! Wat een euforie! Het was een geweldige ervaring om met een groep jonge en wat oudere mensen, waarvan de meesten nog nooit op een podium hadden gestaan, zoiets neer te zetten. De sfeer in de groep was fantastisch! Als ik voor mezelf spreek smaakt dit naar meer. Jammer alleen dat Joop nog niet heeft gebeld… Harry Peterkamp
3
evelein van dort lanceert nieuw boek over de Achterhoek op ‘t welink
“Lang zullen ze leven” I
n april 2010 lanceert Accent het beleidsplan “Levensfasegericht personeelsbeleid” met als subtitel “Lang zullen ze leven”. De uitgangspunten van dit beleid zijn als volgt: • Accent richt zich bij het levensfasege richt personeelsbeleid op medewerkers in alle levensfasen. • De medewerker is zelf verantwoordelijk voor zijn loopbaan en voor een juiste balans tussen werk en privé. • De organisatie moet ervoor zorgen dan medewerkers niet “in slaap” kunnen vallen. De gesprekscyclus is een geschikt middel om de motivatie te meten en zo nodig bij te stellen. • De organisatie en de collega’s moeten op elke medewerker kunnen rekenen. • Scholing en coaching worden gesti muleerd. • Verandering van schoolomgeving kan nieuwe uitdagingen bieden. Mobiliteit is dan ook één van de speerpunten binnen Accent. Zoals uit de uitgangspunten blijkt mag van iedereen die werkzaam is bij Accent een actieve houding worden verwacht. Deze actieve houding uit zich bijvoorbeeld in het volgen van scholing en/of het zoeken naar “uitdagingen” zoals mobiliteit. In de literatuur wordt mobiliteit als volgt omschreven: Mobiliteit is het vermogen van medewerkers zich aan te passen aan veranderende omstandigheden. Het uitgangspunt van mobiliteit is het ontwikkelingsperspectief van de medewerker. Mobiliteit draagt bij aan de persoonlijke ontwikkeling van de medewerker, maar ook aan de ontwikkeling van de scholen door de verspreiding van kennis en ervaring. Wanneer we het hebben over mobiliteit moeten we onderscheid maken tussen gedwongen en vrijwillige mobiliteit. Bij gedwongen mobiliteit gaat het om de vraag: Wie moet er verplaatsen? Bij vrijwillige mobiliteit wordt de vraag gesteld: Wie wil er verplaatsen? Voor gedwongen mobiliteit kunnen verschillende redenen zijn, zoals terugloop
10 4
van formatie, conflicten of het niet goed functioneren. Natuurlijk wil Accent zoveel mogelijk verplichte mobiliteit voorkomen. Wanneer de formatie terugloopt is dan ook de eerste vraag die aan medewerkers wordt gesteld: Wie wil er verplaatsen? Als niemand hier positief op reageert zal de directeur genoodzaakt zijn iemand aan te wijzen die moet verplaatsen. Bij vrijwillige mobiliteit ligt er de wens van de medewerker om van school te wisse len, omdat hij/zij nieuwe ervaringen wil opdoen of zijn/haar kennis wil inzetten op een andere school. Per 1 augustus hebben 16 medewerkers van Accent gebruik gemaakt van vrijwillige mobiliteit. Hierbij zitten ook medewerkers die vanuit de invalpool op de formatie van een school terecht zijn gekomen. Omgekeerd komt ook voor. Eén mede werker heeft gekozen om de vaste school in te wisselen voor de invalpool. Hoe ervaren medewerkers die recent gebruik hebben gemaakt van de “mobiliteitscarrousel” hun overgang naar een andere school? Hieronder volgt een aantal “ervaringsverhalen”.
I
k werkte tot augustus 2011 met heel veel plezier op “mijn oude school”. Ik heb de Master Sen gedaan en wilde graag aan de slag als IB’er/gedragsspecialist. Omdat mijn school voorzien was in deze functie en er op een andere school een vacature was heb ik gekozen voor mobiliteit. Mijn dagelijkse werk is erg veranderd. Van een eigen groep (groepsverantwoordelijkheid) ben ik overgegaan op het werken in meerdere groepen, naast mijn dag als IB’er. Dit betekent veel schakelen. Dit is soms erg lastig, omdat het werk van IB’er eigenlijk de hele week door loopt. Omdat ik in meerdere groepen sta moet ik ook meer overleggen. Ook kost het tijd om je in te lezen en voor te bereiden. Verder ben ik heel tevreden met de nieuwe werkplek. Het voelde al snel heel ver trouwd. Het IB-werk vind ik superleuk.
N
a ruim 11 jaar een één school in diverse groepen gewerkt te hebben, wilde ik graag een andere werkomgeving. Een bewuste keus waar ik al langere tijd over nadacht. Nu werk ik in een nieuwe omgeving op een BredeSchool. Op mijn nieuwe school kon ik bij de verdeling van de groepen mijn wensen aangeven, waarmee rekening is gehouden. Ik heb positieve ervaringen met mijn nieuwe collega’s, kinderen en ouders. Lastig is het onthouden van veel namen in korte tijd, aangezien ik les geef aan kinderen in de groepen 5 tot en met 8.
I
k had alweer jarenlang op dezelfde school gewerkt en ik vertel altijd aan iedereen dat mobiliteit erg belangrijk is. Het werd dus tijd voor mobiliteit. Ik werk nu op een andere school van Accent. Hier is alles weer “nieuw”. Je moet wennen aan de school, andere methodes, een ander schoolklimaat. Je leert weer nieuwe collega’s kennen. Ik denk wel dat je een jaar moet meedraaien om de school echt te leren kennen. Het kost in het begin veel tijd en energie om je alle dingen eigen te maken. Dat is echt een nieuwe uitdaging. Maar als je “nieuw” op een school komt, kijk je ook kritischer om je heen… Waarom doen jullie dit zo? Het kan voor beide partijen verfrissend werken.
N
a een lange periode van wikken en wegen ben ik tot het besluit gekomen mobiliteit aan te vragen. Ik was toe aan een nieuwe uitdaging in mijn werk en wilde meer inzetten op mijn ervaringen en kwaliteiten. Uit ervaring weet ik dat het mij energie geeft om een uitdaging in een nieuwe omgeving aan te gaan. Ik was en ben ervan overtuigd dat dit een positieve bijdrage gaat leveren aan mijn ontwikkeling. De afgelopen 6 jaar heb ik met plezier op “mijn oude school” gewerkt. Met name de prettige werksfeer en de leuke collega’s hebben mijn beslissing er niet eenvoudiger op gemaakt. Na de vakantie ben ik gestart in de invalpool. In de invalpool weet je niet van te voren waar je terecht komt. Die flexibiliteit past
bij mij. Ik vind het erg leuk om nieuwe collega’s te ontmoeten, de werkwijze van een school eigen te maken, kennis en ervaring te delen en vooral te leren van elkaar. Bovendien geeft het mij de mogelijkheid te ervaren welke school het best bij mij past. Ik vind mijn werk in de invalpool erg leuk. Ik heb het geluk dat ik vanaf de zomervakantie ben ingezet voor langdurige vervangingen, waardoor ik deel uit kan gaan maken van een team en een vaste juf ben voor de kinderen en hun ouders. Reactie van deze medewerkers op de vraag: Zou u mobiliteit aanbevelen aan uw collega’s?
•
• • •
Ik raad anderen zeker aan om eens te wisselen van school. Door mijn ervarin gen te mengen met de ervaringen van de nieuwe collega’s krijg je nieuwe inzichten. Het verruimt je blik. Zeker aan te bevelen. Je doet weer andere ervaringen op en je wordt er beter van. Zeer zeker! Ik vind dat mensen veel te lang op dezelfde school blijven hangen. Van mij mag mobiliteit verplicht worden. Natuurlijk is het spannend om het vertrouwde achter je te laten en een
Ik heb van morgen nog eens uitgelegd aan de kinderen wat voor werk ik doe. Ivar vroeg daarop wat ik moest betalen om op deze school te mogen werken. En wat ik op Talent moest betalen. Ik vertelde dat ik juist geld krijg om voor deze scholen te werken … Even stilte … wel raar dat zo’n juf geld krijgt om op school te werken en de kinderen NIET. Ooooooooooh zegt Noor: Je bent dus eigenlijk een soort … HUURJUF ! Ja … zeg ik … een soort van huurjuf. De Hoeksteen/Groenlo/groep 5.
nieuwe start te maken. Mobiliteit is een goede mogelijkheid om een nieuwe uitdaging aan te gaan. Mocht je meer dere scholen willen bekijken en willen ervaren welke school goed bij je past, dan is de invalpool een goede optie. Verder geven ze vanuit hun opgedane ervaring de volgende opmerkingen/ tips:
• •
• •
Ik vind dat Accent vrijwillige mobiliteit positief moet stimuleren, zodat iedereen in beweging komt/blijft. De mobiliteitsprocedure duurde erg lang. Ik begrijp dat het lastig is omdat je een soort dominoeffect krijgt, maar voor alle betrokkenen is het prettig als de knoop snel doorgehakt kan worden. Je heb inwerktijd nodig op je nieuwe school. Creëer deze in overleg met je directeur. Om mobiliteit te bevorderen c.q. te promoten zou het in de toekomst mogelijk moeten zijn meer gebruik te maken van kwaliteiten en ervaringen om bijvoorbeeld specifieke doelen op een school te realiseren.
Zoals uit de “ervaringsverhalen” blijkt kost mobiliteit energie maar levert het ook veel op. Het is goed jezelf regelmatig de vraag te stellen of verandering (lees mobiliteit) een goede optie is om met een “frisse blik” verder te gaan. Stimuleren deze ervarings verhalen om te willen praten over mobiliteit, neem dan allereerst contact op met de schooldirecteur. Wacht daarmee niet tot de invulling van de formatie van het nieuwe schooljaar 20112012, maar kom eerder in actie. Is er behoefte aan informatie of zijn er vragen rondom mobiliteit, neem dan contact op met ondergetekende, zo mogelijk via email:
[email protected] Tot slot nog een laatste tip uit de ervaringsverhalen:
Stel je open op en ga ervoor! Harry Nienhuis
I
n opdracht van het Staringinstituut heeft kinderboekenschrijfster Evelien van Dort een eigentijds verhaal geschreven, dat zich afspeelt in de Achterhoek en Liemers en waarin bijzondere historische gebeurtenissen van de afgelopen eeuwen op een toegankelijke wijze verwerkt zijn. Het verhaal van Sam de smokkelaar speelt zich in het Dinxperlo van een eeuw geleden af. Dit verhaal is een hoofdstuk uit het jeugdboek “Een schat aan kennis, canon van de streekgeschiedenis Achterhoek Liemers”. Dit nieuw verschenen boek trok de aandacht van basisschool ’t Welink uit Dinxperlo. Na contact met de schrijfster presenteert zij op vrijdag 7 oktober van 10.00 uur tot 12.00 uur voor de groepen 6, 7 en 8 van ‘t Welink een programma dat aansluit op het thema van de Kinder boekenweek 2011: Helden in verhalen. Niet alleen de held Sam uit het verhaal ‘Sam de smokkelaar’, maar ook de verhaallijn in het jeugdboek, dat zich in de tegen woordige tijd voltrekt, gaat over het dorp Dinxperlo en de omgeving. ’t Welink heeft hierbij de primeur. Eventuele andere afspraken met de schrijfster kunnen niet meer rechtstreeks met haar gemaakt worden, maar lopen via het Brewinck. Het doel van dit interactieve programma is om de jeugd nog enthousiaster voor lezen en schrijven te maken. Daarnaast is interesse in de geschiedenis van de streek een manier om je met je nabije omgeving te verbinden. Met het schoolbezoek zal naast aandacht voor het verhaal over Dinxperlo ook aandacht gegeven worden aan het schrijven van een historisch boek. Evelien van Dort zet zich in om kinderen enthousiast maken voor boeken, want door het lezen leren kinderen zichzelf, de ander en de wereld beter begrijpen!
5
2
Bouwen aan een ‘brede’ toekomst… Bij alle plannen staan in principe de belangen van onze kinderen voorop. Bij een brede school gaat het natuurlijk in de eerste plaats om het concept: Hoe werken we met andere kind-gerelateerde partners samen om de kansen voor onze kinderen te vergroten. Daarbij is het natuurlijk ook belangrijk of het gebouw de mogelijkheid biedt om deze samenwerking mogelijk te maken. In de juni-editie van Accentueel is een artikel opgenomen over de ontwikkeling van brede scholen binnen Accent. Het eindigde met de woorden “wordt vervolgd”. Dus… in dit nummer een vervolg. Zowel van de vergadertafel als op de bouwplaats zijn er weer heel wat ontwikkelingen te melden.
BREDE SCHOOL VARSSEVELD Voor de huidige Maranathaschool en de Kon. Wilhelminaschool wordt een heel nieuw gebouw ontwikkeld, waarin beide scholen kunnen ‘samensmelten’ en samen met een kindercentrum een breed aanbod geven voor kinderen van 0 tot 13 jaar. De nieuwe school verschijnt precies op de huidige plek van de Maranathaschool. Er is in de achterliggende zomer hard gewerkt aan een ontwerp voor de nieuwe school. Een lastige klus, vooral om zoveel mogelijk rekening te houden met alle wensen. Ook zijn smaken van ontwerp, kleur en stijl verschillend. En dat alles moet ook nog passen binnen het beschikbare budget. Onder leiding van de architect is een bestek gemaakt. Voor de bouwperiode moet bovendien tijdelijk onderdak voor de Maranathaschool worden gevonden. Gekozen is voor een strak en modern ontwerp. Dit past prima in de omgeving en is budgettair gezien het best haalbaar. Er wordt zoveel mogelijk gebruik gemaakt van traditionele en duurzame materialen. Het gebouw heeft zo’n 1500 m2 schoolruimte en 700 m2 ruimte voor het kindercentrum. Net als in Dinxperlo is Zonnekinderen onze partner. Deze organisatie runt geheel zelfstandig de gehele kinderopvang en BSO. Hoewel in principe wordt gebouwd als “2 onder 1 kap” zijn er wel afspraken over het gemeenschappelijk gebruik van ruimten. Dat geldt voor bijvoorbeeld de speelruimte, personeelsruimte, creatieve ruimten voor handvaardigheid/ kookeiland etc. In het ontwerp is ruimte voor een tweetal vides, waardoor heel veel daglicht in het gebouw komt. In het gebouw zijn 11 ruime leslokalen gepland, alsmede ruimte voor een hulpklas. Ook het buitenterrein is ruim van opzet. Het gebouw ligt heel
6
gunstig ten opzichte van grote gemeentelijke parkeervoorzieningen; ook de sporthal is letterlijk binnen handbereik. De aanbestedingsprocedure is begin november uitgevoerd. Op de sluitingsdatum van deze rubriek was het resultaat nog niet bekend. Bij dit project zijn we gebonden aan het gemeente lijk aanbestedingsbeleid, waardoor een langlopend en formeel traject moet worden afgelegd. We wachten nu het verloop van het vergunningentraject nog even af. De Maranathaschool wordt tijdens de bouw ondergebracht in de Kon. Wilhelminaschool en het naastgelegen verenigingsgebouw El Bethel. Bovendien wordt aan de achterzijde nog een tijdelijke ruimte geplaatst . Al met al kunnen alle groepen van de school dicht bij elkaar worden samengebracht. De verhuizing zal rond de kerstvakantie gebeuren, zodat per januari 2012 de oude school kan worden gesloopt. We hopen vervolgens zo spoedig mogelijk te kunnen starten met de bouw. Een spannende tijd voor alle leerkrachten en leerlingen in Varsseveld; van hen worden veel aanpassingen gevraagd. We wensen hen heel veel succes toe. Als het een beetje meezit dan kunnen we rond mei 2013 de deuren openen van de nieuwe school. Ook wordt intussen gewerkt aan een nieuwe naam en logo voor de nieuwe schoolorganisatie. We zijn benieuwd…
EMMASCHOOL HENXEL Op deze buurtschapschool is de laatste jaren flink geïnves teerd in groot onderhoud. Omdat het gebouw ook ruimte biedt aan het verenigingsleven in Henxel, worden veel bouwkundige zaken samen opgepakt. Op het schoolterrein was tevens een noodlokaal geplaatst voor de peuterspeelzaal “De Emmakröskes”. Sinds kort zijn de kleintjes met open armen in het hoofdgebouw ontvangen. Ook de peuters in Henxel hebben nu een waardig onderdak gekregen. vergroot en hopen we te voorzien in een toenemende behoefte van ouders. Recent is op een aantal momenten een stukje inhoudelijke samenwerking tot stand gekomen. Het Sinterklaasfeest wordt ook samen gevierd. Leerkrachten lopen gemakkelijk binnen bij Bambi en omgekeerd; ook bijvoorbeeld bij de collegiale consultatie. Bambi en De Broekhof blijven wel twee organisaties. Beiden zien grote voordelen in het samen onder één dak gevestigd zijn, waarbij muren als steunpilaren gezien worden en niet als scheidingswanden. Ouders en met name kinderen zullen hier profijt van hebben. Hiermee is de eerste brede school in Aaltendorp een feit.
DE BOSMARK DINXPERLO De voortgang van de bouw van “de Bosmark” vordert volgens planning. Op dit moment wordt de laatste hand gelegd aan de dakconstructies om er voor te zorgen dat de kap voor de winter dicht zit. Het nieuwe gebouw oogt ruim en krijgt veel positieve reacties.
De plannen voor het toevoegen van kinderopvang aan deze school hebben wat vertraging opgelopen. Omdat de geplande uitbreiding van de school met een 9e groepsruimte erg urgent is, hebben we deze aanpassing losgekoppeld van de gewenste kinderopvang. Begin 2012 is de uitbreiding van de school gepland. De rest volgt hopelijk later.
P. W.A. SCHOOL WINTERSWIJK
BREDE SCHOOL CBS DE BROEKHOF – KINDEROPVANG BAMBI Per schooljaar 20112012 is in het gebouw van cbs De Broekhof onderwijs, kinderopvang en BSO gehuisvest. Onderwijs door cbs De Broekhof ; kinderopvang en BSO door Bambi. Het gehele gebouw heeft binnen en buiten een grote opknapbeurt ondergaan. Een nieuw klimaatbeheersingssysteem, isolatieglas, herinrichting van een aantal ruimtes De hoofdentree is op een andere plaats vormgegeven. De gehele vloerbedekking is vernieuwd en de school is van binnen en van buiten in een mooi nieuw geverfd jasje gestoken. Bambi Kinderopvang uit Aalten is gehuisvest in het achterste deel van het gebouw. Daar zijn twee groepsruimtes, een keuken, een kantoor en een magazijn gerealiseerd. In dit kindercentrum zijn twee verticale groepen voor maximaal 32 kinderen van 0 tot 4 jaar. Huiselijkheid, persoonlijke aandacht en sfeer staan centraal. Ook wordt er buitenschoolse opvang voor kinderen van 0 12 jaar aangeboden in BSO ’t Vondeltje. In deze brede school wordt een doorlopende, op elkaar aansluitende lijn van onderwijs en opvang geboden. Hiermee worden de ontwikkelingskansen van kinderen
KON. WILHELMINASCHOOL WINTERSWIJK
Ook het definitieve ontwerp van de inrichting van het gebouw is gereed. Met interieuradviseur Projectum is een uitgebreid en zorgvuldig plan gemaakt, dat ook nog eens goed oogt. De plannen voor de inrichting van de buitenruimte zijn ook in een afrondende fase. Mooi om te vermelden is, dat het gebouw in het kader van duurzaamheid en innovatie een aantal extra elementen krijgt. Zo wordt in de Bosmark gebruik gemaakt van het SchoolVision systeem voor de verlichting (licht in vier verschillende standen: standaard, concentratie, energie en rust) en er wordt in de school gebruik gemaakt van de zogenaamde KNXtechniek, waarbij via een webbrowser veel installatietechnische zaken kunnen worden aangestuurd (denk hierbij aan alarmering, screens, verlichting, bewaking, verwarming en informatieschermen). Wim Jansen
Voor het nieuwbouwplan voor deze school hebben we groen licht gekregen van de gemeente Winterswijk. We gaan aan de slag met een ‘breed’ project waarbij naast onze PWA school ook OBS de Kolobri en een compleet kinder centrum van de Stichting Welzijn Winterswijk een plek krijgen. We proberen of het haalbaar is om in een samenwerkingsvorm binnen de ruimte ook nog een gymzaal te kunnen bouwen welke naast het Ondertekening samenwerkingsbewegingsonderwijs ook verband voor het bouwproject (Han van de Laar (SWW), beschikbaar komt voor Peter Putman (Accent) en gebruik in de avonduren. Voor dit project mogen we Peter Schot (Sopow) ruim 4000 m2 bebouwde ruimte inzetten op de locatie waar nu sporthal de Pelkwijk staat. Deze wordt door de gemeente Winterswijk in het najaar van 2012 gesloopt. Voor onze PWAschool zijn zo’n 7 groeps ruimten beschikbaar; voor OBS de Kolibri zijn 14 groepsruimten nodig. Inmiddels is de architect (Factor Architecten te Duiven) al hard aan de slag om een ontwerp te maken dat aansluit bij onze wensen. Dit ambitieuze project is een flinke uitdaging, juist omdat we met meerdere partijen van doen hebben. We streven er naar om in het najaar van 2012 te kunnen bouwen.
7
Accent Onderwijsdag 2011:
een impressie Fotografie: Angenent Print en Design
Meditatief moment
Inloop Het was drukker dan normaal op de ochtend van 13 oktober j.l. op de wegen rond Ulft. De oorzaak? Ruim driehonderd medewerkers van de AccentScholengroep hadden gevolg gegeven aan de uit nodiging om naar de DRU Cultuurfabriek te komen voor de Accent Onderwijsdag 2011. Dit van ijzergieterij tot cultuur- en congrescentrum omgetoverd cultureel erfgoed van de Achterhoek mag dan voor menig inwoner van de gemeente Oude IJsselstreek een financieel gezien bodem loze put zijn, maar voor de medewerkers van Accent was het ‘the best place to be’ op deze fraaie herfstdag.
Welkom Peter Putman heette iedereen welkom. In tegenstelling tot voorgaande jaren had hij dit keer geen bijzonder item voor deze dag weten te ‘googlen’. De speciale “Goed voor elkaar tas” bood echter voldoende inspiratie voor een pakkende openingsspeech.
8
Het meditatieve moment - een tweespraak tussen twee directeuren - deed menig toehoorder aanvankelijk gissen naar de meditatieve achtergrond van dit gesproken duet. Toen door de heren uiteindelijk de link werd gelegd naar het bijbelverhaal over Jozef (voor sommige jeugdige aanwezigen wellicht beter bekend als Joseph and the amazing technicolor dreamcoat) viel het kwartje echter snel en was het pad voor het verdere programma van deze dag geplaveid.
Hoog professoren gehalte kenmerkt ochtendprogramma Maar liefst twee hoogleraren stonden geprogrammeerd voor de ochtend. Het eerste college kwam van prof. dr. Luc Stevens. Hij bewees dat een goed verhaal niet afhankelijk hoeft te zijn van visuele ondersteuning. Geen overheadprojector, geen digibord en geen beamer voor een powerpointpresentatie had Stevens nodig voor zijn presentatie. Nadat hij de technicus van de DRU had verzocht om het zaallicht aan te doen, zodat hij zijn toehoorders kon zien, volgde een - van begin tot eind boeiend betoog. Voor zijn trouwe volgers was Stevens pakkend als altijd. Voor hen die Stevens minder of nog niet kenden ging er ongetwijfeld een wereld open. Met een duidelijke link naar het thema “Goed voor elkaar” sloot Stevens zijn betoog af. Een compleet verslag van zijn lezing in deze impressie is praktisch gezien niet mogelijk. Een korte samenvatting zou afbreuk doen aan de impact van zijn verhaal.
Pauze
De lunch
De pauze bood gelegenheid om na te praten over hetgeen Stevens had mee gegeven, maar ook om te socialiseren met collega’s.
In de foyer en het Schaftlokaal van de DRU stond een prima verzorgd lunchbuffet gereed. Genieten deed men van de Pain de champagne (broodje beenham, ruccola en parmezaanse kaas), de Sandwich met gerookte kipfilet en zongedroogde tomaatjes, het Ciabattabroodje, de sandwich met boerenkaas met pepadewtapenade en spek en de American bagel (met gemarineerde zalm met mascarpone en kappertjes). Niet alleen de inwendige mens werd versterkt, maar - gelet op de enthousiaste gesprekken - ook de onderlinge band. Menigeen maakte ook gebruik van de gelegenheid om buiten te midden van het culturele erfgoed een verfrissend luchtje te scheppen. Al met al voldoende ingrediënten om de accu voor het middagprogramma op te laden.
Henriëtte maakte gebruik van de muzikale metafoor met als onderscheidende factoren DE MELODIE (de kracht van de wens en het verlangen), HET RITME (de kracht van de eigenheid), DE HARMONIE (de kracht van de samenwerking) en DE PARTITUUR (de kracht van de verbinding). De melodie = de wens; “Onderwijzen is niet het vullen van een leeg vat, maar het ontsteken van een vlam”. Deze woorden vormden de inleiding naar de aankondi ging van de filmpjes van de voor de Accent Onderwijsprijs genomineerde scholen.
Prof. dr. Guido Uittebrouck Na de pauze was het de beurt aan de Belgische hoogleraar prof. dr. Guido Uittebrouck. Deze hoogleraar – verbonden aan de universiteit van Gent – nam de aanwezigen op interactieve en humoristische wijze bij de hand. Via de methodiek van de ‘scheikunde van succes’, het ‘emotional window’ en de positionering van managers en voetvolk kwam de Belgische hoogleraar uiteindelijk uit bij de kernwaarden van Accent: Aanspreekbaar – Christelijk – Competent – Enthousiast – Nieuwsgierig – Trots. Uittebrouck nam afscheid van zijn aangenaam verraste gehoor. Maar niet nadat hij nog een advies had meegegeven: “Veranderen gaan we voortaan ver – ikken noemen!”
Nieuw: Intranet Dat middagprogramma begon met de presentatie van het nieuwe intranet van Accent. Een fraai staaltje van weer een stap vooruit op de digitale snelweg die Accent is ingeslagen! Met zijn heldere presentatie bewees Jan van der Horst dat hij ondanks zijn drukke directietaken het onderwijzen nog niet is verleerd.
Henriëtte Vandenwildenberg Deze samenwerkingstherapeute nam de rest van het middagprogramma voor haar rekening. Daarbij vergat ze niet om veelvuldig het publiek te betrekken bij haar presentatie door zich van hot naar haar door de zaal te begeven. Deze interactieve manier van presenteren vroeg het nodige van haar grove en fijne motoriek. “De trappen in deze zaal zijn niet bepaald vrouwvriendelijk”, verzuchtte ze, onderwijl in hoog tempo een trap afdalend. Henriëtte hield zich evenwel zowel fysiek als verbaal met verve staande.
9
Accent onderwijsprijs:
Henriëtte gaat verder
‘Leve de politiek’
Na de huldiging van de prijswinnaars nam Henriëtte Vandenwildenberg het heft weer in handen. Zij ging verder waar zij was gebleven met haar muzikale metafoor en kwam terecht bij het vierde en laatste aspect te weten de partituur = de missie. Henriëtte kwam tot een drietal kernpunten die de missie van Accent karakteriseren. Op de vraag aan de zaal: “Waarvoor doen jullie het?” gaf zij zelf het antwoord: “Voor kinderen en hun toekomst!” Met het gezamenlijk zingen van “Reach out, i’ll be there” kwam er een eind aan een even boeiend als verrassend optreden van Henriëtte Vandenwildenberg die onder luid applaus het toneel verliet.
V
ast onderdeel tijdens de Accent Onderwijsdag is de Accent onderwijsprijs. Wij als Maranathaschool Varsseveld doen hier al een paar jaar aan mee. Steeds hoorden wij bij de genomineerden om de prijs in de pocket te steken. Je zou dus kunnen stellen dat we ervaren ‘Accentonderwijs-prijs-planmakers’ zijn geworden. Natuurlijk is het ons niet te doen om die ‘luttele paar centen’ die je ermee kan verdienen. Nee, bij ons heeft dat andere redenen. Daar zijn we de afgelopen jaren wel achter gekomen. Je denkt na wat de sterke kanten van de school zijn en omdat je hiervan overtuigd bent wil je dit aan andere scholen meegeven. Het filosoferen over en beschrijven van deze sterke kanten in plannen/projecten zorgt ervoor dat je je bewust bent van waar je mee bezig bent. Het is eenduidig en schept daarnaast een mate van verbondenheid in ons team. Verder heeft het ons tot nu toe ook veel lol gebracht. Ook niet onbelangrijk. Na drie inzendingen winnen we dit jaar de Accent onderwijsprijs met het project ‘Leve de politiek’. De uitdrukking ‘drie keer is scheepsrecht’ is hier wel op zijn plek. Eén passage uit het juryrapport vonden wij na de beschrijving van het project wel treffend: “je ziet het gebeuren”. We hebben hier ook veel aandacht aan besteed: een levendige beschrijving geven van het project. Overigens is ons project en de beschrijving hiervan te lezen op onze site en kun je de videopresentatie die gemaakt is vinden op YouTube. Eén van de punten waarop de jury een ingediend plan toetst is of het eenvoudig in te voeren en toe te passen is op andere scholen. Nou zijn we wel benieuwd of er scholen zijn die ons project (desnoods aangepast aan hun eigen situatie) daadwerkelijk gaan toepassen. ‘Leve de politiek’ is een bijzonder project geworden. Zeker voor de kinderen van groepen 6 t/m 8 met wie we met het geld van de nominatie en door een sponsorbijdrage van de busmaatschappij, naar Den Haag zijn geweest en een gesprek hebben gehad met een parlementariër: Boris van der Ham. En natuurlijk al onze andere kinderen die in de videopresentatie hebben meegespeeld. Voor ons als team is het ook bijzonder en is de prijs uiteindelijk een bijzondere vorm van waardering van een project waarin we veel tijd en energie in hebben gestoken. Het maakt onderwijs en het werken met kinderen heel bijzonder.
De gelukkige prijswinnaars
Naborrelen Na de vertoning van de filmpjes ging Henriëtte terug naar haar muzikale metafoor en wel naar het ritme = de eigenheid; “de vlam is de diepere menselijkheid in ons. Het is de kennis over je zelf: weten wie je bent als mens en welk verschil jij wilt maken in deze wereld”. Deze stelling bood gelegenheid tot interactieve activiteiten tussen Henriëtte en haar publiek. Daarbij manoeuvreerde zij behendig naar het derde aspect van de muzikale metafoor de harmonie = samenwerking; “Samenwerking met elkaar is de basis om succesvol de ambities van Accent vorm te geven”. Weer zo’n stelling om over na te denken. De pauze kwam daarom op een goed moment al betekende het wel dat de genomineerden voor de Accent Onderwijsprijs nog langer in spanning moesten blijven over de uitslag.
Accent Onderwijsprijs Wie gedacht had dat Henriëtte direct na de pauze zou overgaan tot de prijsuitreiking had het mis. Henriëtte had er voor gekozen om iedereen nog even in spanning te laten zitten over de uitslag. Dat deed zij - zoals je van een goede samenwerkingstherapeute mag verwachten - op ontspannende wijze. Uit volle borst zongen de aanwezigen de bekende klassieker “Kom mee naar buiten allemaal, dan zoeken wij de wiehielehewaal”. Het is algemeen bekend dat Accent over grote muzikale talenten beschikt en het was dan ook niet verwonderlijk dat dit lied onmiddellijk werd getransformeerd naar een welluidende canon.
Veel bezoekers van de Accent Onderwijs dag lieten zich na afloop van het programma een drankje en een hapje goed smaken. Al dan niet in kleine of grotere samenstelling hing men aan de statafels en werden de indrukken en ervaringen nog even besproken en verwerkt. Tussen alle nagenieters door bewoog zich onopvallend een groepje op excursie in de DRU zijnde ouderen. De gretigheid waarmee deze - niet tot de Accentgemeenschap behorende ouderen in de schaaltjes met pinda’s graaiden, maakte dat het thema van de dag “ goed voor elkaar” een grotere dimensie kreeg: “goed voor elkaar… en anderen!”
Na deze energieke samenzang kreeg de jury van de Accent Onderwijsprijs 2011 het woord. De jury maakte - evenals voorgaande keren - enkele kritische en positieve opmerkingen in het juryrapport. Ten aanzien van de uitslag was dit keer met name het bepalen van de nummers twee en drie een lastig punt. Maar uiteindelijk was de jury tot een eensgezind oordeel gekomen. Winnaar werd de Maranathaschool met het project ‘Leve de politiek!’ De Hoeksteen uit Groenlo en de Julianaschool uit Winterswijk legden beslag op res- pectievelijk de 2e en 3e prijs. Een eervolle vermelding was er voor de Bontebrugschool.
10
11
Mijn eigen hekje
passend onderwijs in Addis Ababa
I
n de herfstvakantie hebben mijn man en ik de Jerusalem Inclusive School in Addis Ababa, Ethiopië bezocht. Een school waarin kansarme en beperkte kinderen een beter toekomstperspectief krijgen. We werden hartelijk ontvangen, door zowel de medewerkers van de school als de leerlingen in gesproken of gebaren taal: Amhaars en Engels. We werden toegezongen en er werd voor ons gedanst. Terwijl de leerlingen dansten en zongen werkten de bouwvakkers ijverig en luidruchtig door aan de bouw van een nieuw klaslokaal. Na dit warme onthaal volgde de koffieceremonie: koffiebonen worden vers gebrand in een pannetje op gloeiend houtskool. Deze worden ver volgens gemalen en op hetzelfde houts koolvuurtje met water en kruiden gekookt. Het is de traditie dat de gasten drie kleine kopjes koffie drinken. Na afloop van deze ceremonie die overigens drie kwartier duurde kregen we een rondleiding van een leerkracht, die zelf fysiek beperkt was en daardoor vroeger weinig toekomstpers pectief had en lang op straat leefde. Zij heeft echter het geluk gehad dat ze toch de mogelijkheid kreeg om naar school te gaan. Op zaterdag 15 oktober vertrok ons vlieg tuig om 10.15 uur vanuit Amsterdam Schiphol richting Addis Ababa, Ethiopië. Na ruim tien uur vliegen werden we ver welkomd in de hectiek van Addis Ababa en konden we onze oudste dochter Hester in onze armen sluiten. Een hartelijke begroeting door Davit en Jimmy volgde en zij brachten ons naar het logeeradres. Omdat het al donker was, konden we nog niet veel van Addis zien, maar wel voelen
12
(harde banken), ruiken (uitlaatgassen) en horen (luid getoeter). Na een heftige rit, uitpakken van de koffers in ons logeeradres ontmoetten we einde lijk Martha, een kleine vrouw die Hester onderdak verleent in haar kleine, maar propere huisje gebouwd van leem en golfplaten. Zij noemde zich al snel de Ethiopische mama van Hester. Via Skype hadden we al kennis gemaakt evenals met Sammy, de guard van het compound (een aantal wooneenheden). We werden omhelsd alsof we elkaar al jaren kenden. Sammy noemde mij al gauw mam of mama, waarschijnlijk omdat hij Hetty een moeilijke naam vond om te onthouden. Het voelde heel vertrouwd aan en ik vond het eigenlijk wel een eervolle benaming. De zondag gebruikten we om enigszins bij te komen van de reis en verdere kennis making met de vrienden en bekenden van Hester. Maandag zouden we de Jersualem Inclusive School bezoeken waar het Hester uiteindelijk allemaal om begonnen was. Medio augustus reisde zij voor vijf maanden af naar Ethiopië, nadat zij in juni 2011 de stichting “Joni” heeft opgericht. Het Joni project staat voor een wereld waarin kinderen gelijke kansen hebben op het gebied van plezier, onderwijs, ontwik keling en zelfontplooiing. Een wereld waarin sámen gewerkt wordt aan deze kansen. Een wereld waarin wij, ook daadwerkelijk “wij” zijn. Uiteindelijk streeft het Joni project naar duurzame verbeteringen en ontwikkeling in het leven van kansarme kinderen Elk kind heeft toch het recht om kind te zijn en zich van daar uit te ontwikkelen.
Om haar missie te bereiken heeft het Joni project een duidelijke visie:
• • • • •
Onderwijs speelt een grote rol in de ontwikkeling van het kind; De gemeenschap wordt zoveel mogelijk betrokken bij het project; Een intensieve samenwerking met de lokale organisatie met het oog op duurzaamheid; Overal en altijd opkomen voor de rechten van het kind; Het kind ‘kind’ te laten zijn.
De stichting werkt nauw samen met de Ethiopische organisatie: ‘Jerusalem Inclusive Education Association (JIEA)’. Deze organisatie is in 2005 door dhr. Yihayis Chanei opgericht om onderwijs te kunnen bieden aan zoveel mogelijk kansarme kinderen in Addis Ababa, ongeacht gezondheid, beperking (auditief, visueel, verstandelijk, lichamelijk) of religie. Veel kinderen mogen gratis naar school. Zij die iets kunnen missen betalen een kleine bijdrage. De motivatie van het bestuur en de medewerkers van Jersualem Inclusive School en JIEA is indrukwekkend, maar de organisatie en school staan voor veel ‘uitdagingen’. Het grootste probleem is het gebrek aan financiële middelen en capaciteit om duurzaam onderwijs te kunnen blijven bieden. Maar ook zijn er de zorgen om de extreem arme kinderen, fysiek en ver standelijk beperkte kinderen. De school wil hen graag naast betere leermiddelen een kleine maaltijd aanbieden, maar ook hiervoor is gebrek aan geld. Dat werd ons zeer duidelijk op het moment toen de
kinderen hun lunch gebruikten. Een van de leerlingen had niets bij zich omdat er thuis op dat moment (weer) geen eten was. Dit werd aan Yihayis doorgegeven. Hij twijfelde geen ogenblik nam een Birr uit eigen zak, gaf de leerkracht opdracht om een broodje voor de desbetreffende leerling te kopen. Op het moment dat Hester in Addis Ababa arriveerde verkeerde de school in grote moeilijkheden. De school stond na het regenseizoen op instorten. Muren waren verzakt en vertoonden gaten. Het dak functioneerde niet meer als dak. De urgentie van de gestelde doelen moest bijgesteld worden. Twee jaar geleden (tijdens Hesters eerste bezoek aan Jerusalem) zaten er nog gemiddeld 40 leerlingen in één klaslokaal. Nu er door financiële bijdragen, dankzij het Joni project, nieuwe klaslokalen zijn bijge bouwd, is het gemiddelde flink omlaag gegaan. De bouw van de andere lokalen gaat door, met als doel: 150 kinderen les te geven in 7 lokalen. Ieder kind heeft recht op een eerlijke wereld. Een kind heeft recht op onderwijs, zelfontplooiing, plezier en ontwikkeling. Het Joni project probeert elke maand voor minimaal 150 kinderen, ouders en docenten de wereld een beetje eerlijker te maken en de kansen te vergroten op een positieve toekomst. Voor meer informatie verwijs ik naar de website: www.joniproject.nl Hetty Westerveld leerkracht groep (6) 7 en 8 Pr. Julianaschool Heelweg (nevenvestiging van de Maranathaschool)
“Wat een uitdagingen heeft deze tijd”, spreekt mijn P&O’er Astrid, terwijl ze mij op haar computer haar twitteraccount laat zien. “Moet je eens kijken, hoe gemakkelijk dat gaat.” Razendsnel vliegen haar vingers over het toetsenbord en de naam van haar dochter Angela verschijnt in beeld. “Kijk, een bericht”, roept ze opgetogen. ‘Ben op school aangekomen’, lees ik. “En nog eentje van een paar minuten geleden”, juicht Astrid opnieuw. En ik lees ‘Ben van de Engelse les gewisseld naar de les wiskunde, ga straks eten’. “Wauwww”’ reageer ik. Maar Astrid kent me en kijkt over haar schouder naar me. “Je vindt het helemaal niks?” “Nou,” zeg ik een beetje voorzichtig, “ik vraag me af of je dat allemaal wilt weten?” “Het is toch leuk als je je dochter zo de hele dag kunt volgen?” “Nou,” zeg ik met dezelfde intonatie. “Je moet oppassen om niet achter te gaan lopen hoor”, zegt ze welgemeend. “Bedoel je dat ik als directeur een twitteraccount moet hebben en dat dan binnen honderveertig tekens alle ouders die aangemeld zijn mijn bezigheden kunnen volgen?” “O, je hebt er wel verstand van”, zegt Astrid. Met een zoon die nog geen dertig is, is dat eenvoudig, wil ik zeggen, maar ik doe het niet. “Nou, een beetje lezen hè op Google”’ antwoord ik. “Maar het is niks voor mij hoor. Voor je het weet ben je overigens twiereweet”’ glimlach ik. “Ach, doe eens een keer gek”’ moedigt Astrid me aan. “Je moest eens weten”’ spreek ik raadselachtig. “Ik denk dat de ouders het geweldig vinden als je je eigen ‘hekjesnaam’ hebt”. probeert ze nog een keer. “Mag ik deze uitdaging aan mij voorbij laten gaan’’ zeg ik. “Er was ooit een tijd dat ik direct om half negen aan het werk kon. Nu moet ik eerst mijn vier e-mailboxen legen en beantwoorden, voordat ik wat kan doen.” “Maar dat is je werk”’ roept Astrid wanhopig. “Het maakt alles veel simpeler en je wint tijd.” “O, die indruk heb ik niet”’ spreek ik haar tegen. “He, weer een tweet van je dochter.” “Mam, ze pesten me weer”’ lees ik. Astrid pakt haar mobiel en toetst een nummer. Van de school? Ik loop stilletjes achterwaarts het kantoor uit. Twitteren op school? Al die ouders die de kinderen gaan volgen en als het hen niet bevalt mij gaan bellen? Ik blijf lekker achter mijn eigen hekje. Voor mij geen twitter!
column door Chris Lindhout 13 911
klaas Gubbels bezoekt de kws WINTERSWIJK. Maandagmiddag 5 september. Groot feest op de Kon. Wilhelminaschool in Winterswijk. Na drie weken vol kunst en creativiteit was het dan zo ver. Klaas Gubbels zèlf kwam langs om samen met alle leerlingen en team in de hal van de school te genieten van dans, drama, poëzie, schilderijen, tekeningen en muziek. Kunst In Samenhang rondom zijn eigen werk, waaronder stillevens. Stillevens van tafels en stoelen met soms een kan, een schaal met een peer, met kopjes, maar bovenal, heel veel koffiekannen. Kannen met prachtige tuiten en oren. Maar ook hele grote kannen van hout of ander materiaal. Wat een feest! Wat een eer! uitmondden in een tableau vivant! En er werd gedanst op the tea time boogie. Er werden koffiebonen gemalen, er werd thee gezet en het liedje “Keteltje dik van buik” klonk prachtig door de onderbouw. De grote hal zag er uit als een ware expositie ruimte en de ramen van de school werden beschilderd met kannen. Maar ook de lokalen zagen er uit als een zaal van een museum. Met kunsthoeken, grote tableaus, stillevens en verzamelingen van koffiekannen. Het was in één woord overweldigend! En dat was het ook die bewuste maandagmiddag 5 september toen Klaas
H
et begon allemaal vorig schooljaar toen ik met groep 8 bezig was met de musical “Wat maak je menu”. Heel veel scholen hebben deze musical gedaan, maar wij op de KWS maken hier altijd theater van. Alle talenten van de leerlingen, leerkrachten worden er in gestopt. Er wordt ook altijd nog een extra kunstenaar in verwerkt. En dit jaar was dat Klaas Gubbels. Schorten werden er be drukt met potten, pannen en serviesgoed à la Gubbels, die de leerlingen aan hadden bij het lied “De vrolijke keuken”. De hal was omgetoverd tot een restaurant waar prachtige Klaas Gubbels kunstwerken te bewonderen hingen. En bij het lied “Samen aan de kook” kwamen verliefde potten, pannen en kannen naar voren. Van dit alles heb ik foto’s gemaakt. En in een enthousiaste bui heb ik samen met de leerlingen van groep acht deze foto’s opgestuurd naar de kunstenaar. Op de allerlaatste schooldag werd ik laat in de middag door hem gebeld: “Zoiets heb
14
Gubbels bij ons was in de hal. Hij was er helemaal stil van. Hij wist niet wat hem overkwam. Inderdaad, zoiets had hij nog niet eerder meegemaakt. Alle groepen presenteerden aan hem wat ze in de afgelopen periode hadden gedaan. Prachtig klonk het themalied dat door iedereen uit volle borst werd mee gezongen: ……als ik naar Klaas Gubbels kijk dan raak ik in de ban, ik teken en ik schilder een mooie koffie kan………. ik heb talent…….en als ik al die kannen zie dan word ik heel erg blij, ik pak dan snel mijn schilderskwast voor weer een schilderij……..ik heb talent……..
Alle onderdelen van KIS kwamen weer voorbij: tekenen, schilderen, handvaardig heid, dans, drama, muziek en poëzie. Het was feest op de KWS! En na half vier hebben we samen met Klaas Gubbels de middag afgesloten met een heerlijke high tea. Klaas Gubbels heeft heel erg genoten. “Ik neem alles mee naar m’n atelier en dan ga ik er eens rustig van nagenieten”. En dat doen wij op de KWS ook! Tot op de dag van vandaag! Jacoba van der Valk-Molenaar
ik nog nooit gezien, ik kom naar Winterswijk”. Geweldig natuurlijk! Die bewuste laatste schooldag collega’s gebeld en via de mail voorgesteld om direct na de zomervakantie maar een groots kunstproject met z’n allen te gaan doen. En dat is het geworden! Zeer groots! Met dank aan alle collega’s van de KWS. En met dank aan alle leerlingen, van klein tot groot, iedereen was bezig met Klaas Gubbels. Kunst In Samenhang in optima forma! De hal in de onderbouw werd gemaakt tot een heus atelier. Elke dag werd daar een ander stilleven geschilderd. In alle groepen werden prachtige kunstwerken gemaakt, werd er gezongen over talent, poëzie geschreven en gekleid. Er werden tafel kleden bedrukt, houten kannen gezaagd die in elkaar passen, verhalen geschreven over verdwenen en aangespoelde koffie kannen op vreemde plekken. Hiervan werden dan drama acts gemaakt die
klaas Gubbels (nederland, 1934) Klaas Gubbels is een Nederlands kunstenaar, geboren in Rotterdam, woonachtig in Arnhem. Hij heeft een opleiding tot reclameschilder gedaan en gewerkt op het reclameatelier van de Bijenkorf. Toch zou een vrij beroep beter bij hem passen. Hij heeft in Rotterdam de Academie voor Beeldende Kunsten gevolgd en in Arnhem beeldhouwkunde. Hij was later verbonden aan de Willem de Kooning Academie in Rotterdam. Hij is het meest bekend vanwege zijn stillevens van tafels, stoelen en koffiekannen. Een kenmerk van Klaas Gubbels is dat hij alles mijdt wat ‘mooi’ is. Schoonheid is voor hem onecht en houdt af van de waarheid. Gubbels gebruikt het onderwerp als middel; het gaat niet meer om een tafel, stoel of koffiepot, maar om humor, agressie of saaiheid. De gebruiksvoorwerpen, bevrijd van hun functie, zijn vaak
drager van een stemming of emotie. Gubbels gebruikt verschillende technieken voor zijn werken: schilder- en tekenkunst, grafische technieken, maar ook foto’s, collages, assemblages en beelden in glas en metaal.
15
Thema-avond KWALITEIT:
Van werktijdfactor naar te werken uren
verBAZinG vAn en Over OUders
A
fgelopen woensdag 26 oktober 2011 was de themaavond over kwaliteit. Een uitgemolken onderwerp? Voor schoolleiders en leerkrachten wellicht al veelbesproken. Het afgelopen jaar is er bij Accent veel aandacht aan kwaliteit besteed. Ouders leken echter deze themaavond van de ene verbazing in de andere te vallen. Over welke normen CITO hanteert. Hoe de inspectie de kwaliteit van de school bepaalt. Het onderwerp riep bij de ouders meer vragen dan antwoorden op deze avond. Hoe weet ik nu of mijn kind goed onderwijs krijgt? Na afloop aan een schoolleider gevraagd: “Wat is het meest bijgebleven van deze avond?” De reacties van de ouders: Levendige discussies De grote betrokkenheid van leerkrachten, ouders, bestuur en schoolleiders met het onderwerp is duidelijk. De opkomst bij deze themaavond was hoog (44 mensen afkomstig van 14 scholen). De discussies waren levendig. Hieronder een kort verslag en een vooruitblik wat de GMR en de MRen in het vervolg met het thema kwaliteit willen doen.
GMr
De GMR had voor de themaavond spreker Menno van Hasselt (O21) uitgenodigd. Zelf leerkracht en schoolleider geweest en nu al jaren onderwijsadviseur. Onlangs heeft hij het boek ‘Alle resultaten tellen’ gepubliceerd, over opbrengstgericht werken. De centrale vraag in zijn verhaal op deze avond was: ‘Kwaliteit, een brug tussen ouder en leerkracht?’ Het doel van de avond was om te komen tot een gezamenlijk beeld van kwaliteit tussen leerkrachten en ouders. Om deze reden heeft Menno veel interactieve werkvormen gekozen, om met elkaar te in gesprek te komen. Wat is een definitie van het doel van onderwijs, wat is eigenlijk kwaliteit van onderwijs? De belangrijkste rode draad was: betrokkenheid, van leerkrachten, ouders en schoolleiders. Beleving kwaliteit verschillend, informatiebehoefte groot Het gevolg van de uitgebreide discussies was dat er nog weinig tijd was om uitgebreid het verhaal over kwaliteit in de praktijk te vertellen en om op vragen in te gaan. Om aan de informatiebehoefte alsnog tegemoet te komen heeft Menno een digitale down load gestuurd over
16
kwaliteit en opbrengstgericht werken. Eveneens te vinden op de GMRsite. De belangrijkste boodschap van de avond: Het meest bepalend voor de kwaliteit van onderwijs is gedifferentieerde instructie en onderwijskundig leiderschap. Professionaliteit van de leerkracht en betrokkenheid van ouders bij het leren zijn van groot belang voor de prestaties van de kinderen. Advies van Menno aan MRen en de GMR: Focus je activiteiten op die dingen die het meest bepalend zijn voor goed onderwijs! Op de meest prangende vraag van ouders: hoe een ouder kan weten of een school goed onderwijs geeft en of hun eigen kind goed onderwijs krijgt, hierbij alsnog van Menno van Hasselt de antwoorden. Een school die goed onderwijs geeft: - Hanteert standaarden om zich te kunnen spiegelen aan het landelijke niveau - Stelt zijn eigen (hoge) ambitie vast - Realiseert zich dat de leerkracht de spil is van goed onderwijs - En heeft leerkrachten in dienst die dit zo serieus nemen dat ze feedback waardevol vinden. - Heeft een schoolleider die inspireert waar nodig en stuurt waar moet. De opbrengst van deze discussies, evenals het verslag van de avond en de volledige presentatie van Menno zijn terug te vinden op de GMRsite. De commissie Kwaliteit en Onderwijs van de GMR zal naar aanleiding van het advies van Menno input geven aan MRen op welke wijze ook de MR een actieve bijdrage kan leveren aan de kwaliteit van het onderwijs op haar school. De volgende themaavond van de GMR zal gaan over Krimp. Lilian Boonstra, vice-voorzitter GMR Accent Scholengroep
In het onderwijs wordt niet gewerkt met een urencontract, maar met een werktijdfactor, afgekort tot WTF. Zo’n werktijdfactor moet omgerekend worden naar uren. Hoe gaat dit nu precies in zijn werk?
D
e normjaartaak in het onderwijs is vastgesteld op 1.659 uren per jaar. Dit houdt in dat iemand met WTF 1 per jaar 1.659 uren dient te werken. Met deze kennis is voor elke WTF het aantal uren op jaarbasis te berekenen. Wanneer de WTF wordt vermenigvuldigd met 1.659 is de uitkomst het aantal uren dat op jaarbasis moet worden gewerkt. Vervolgens kan het aantal te werken uren per week worden berekend. Daarvoor moet het aantal schoolweken per jaar worden vastgesteld. Het onderwijs kent ten opzichte van het bedrijfsleven of overheidsinstellingen een andere vakantie opbouw. Het aantal werkweken is duidelijk minder door meer en langere vakanties, waardoor er in het onderwijs slechts 39,2 weken wordt gewerkt. Dit betekent dat de te werken uren in relatief weinig werk weken (39,2) gemaakt moeten worden. Een aantal voorbeelden: Piet werkt op maandag, dinsdag en woensdag. Bij deze dagen hoort een WTF van 0,6216. • 0,6216 (WTF) x 1.659 (normjaartaak) = 1031 uren per jaar. Vervolgens kan het aantal uren per jaar worden omgerekend naar uren per week. • 1.031 uren per jaar : 39,2 schoolweken = 26,3 uur per week Piet werkt op maandag en dinsdag van ’s morgens 8 uur tot ’s middags 5 uur. Tussen de middag maakt hij gebruik van de verplichte rustpauze van een half uur. Op woensdag gaat Piet om half vijf naar huis. Zijn werkweek is dan als volgt: - Maandag 8,5 uur - Dinsdag 8,5 uur - Woensdag 8 uur Piet werkt op school 25 uur per week. Omdat hij 26,3 uur per week moet werken werkt Piet 1,3 uur per week te weinig. Op jaarbasis zijn dit 51 uren. Piet spaart deze uren op voor contacten met ouders in de avonduren, een vergadering op een niet werkdag en een avondstudie.
Nog een voorbeeld: Marie werkt op maandag, dinsdag en vrijdag. Bij deze dagen hoort een WTF van 0,6954. • 0,6954 (WTF) x 1659 (normjaartaak) = 1.154 uren per jaar Omgerekend naar schoolweken als volgt: • 1.154 uren per jaar : 39,2 schoolweken = 29,4 uur per week Marie werkt van 8 uur ’s morgens tot 5 uur ’s middag op maandag en dinsdag en gaat vrijdagmiddag om half 5 naar huis. Haar werkweek is dan als volgt - Maandag 8,5 uur - Dinsdag 8,5 uur - Vrijdag 8 uur In totaal werkt Marie op school 25 uur. Omdat ze 29,4 uur per week moet werken werkt Marie 4,4 uur per week te weinig. Op jaarbasis is dit 172,5 uur. Marie volgt de gymopleiding op woensdagmiddag en moet hiervoor 20 woensdagmiddagen op cursus. Dit kost haar 20 x 4 uren = 80 uren. Resteert nog 172,5 uren – 80 uren gymopleiding = 92,5 uren. Zoals uit bovenstaande voorbeelden blijkt zijn zowel Piet als Marie niet klaar met alleen werken op hun “lesdagen”, maar moeten ze ook nog uren maken op “niet lesdagen” of gedurende de avonduren. Verstandig is de uren zoveel mogelijk op de “werkvloer” te maken en niet het werk mee te nemen naar huis om de volgende redenen: • Vermenging van werk en privé geeft het gevoel nooit klaar te zijn met het werk. • Overleg met collega’s en duo partners wordt lastiger. • Er moet van alles meegesleept worden naar huis zoals handleidingen, die vervolgens door collega’s niet meer gebruikt kunnen worden. Directeuren beschikken over een rekenblad waarop de te werken uren volgens bovenstaande systematiek in beeld worden gebracht. Zij gaan aan de hand van dit formulier hierover graag met u in gesprek. Harry Nienhuis
Bovenstaand voorbeeld maakt duidelijk dat Piet relatief lange werkdagen maakt om het aantal te werken uren dat bij zijn WTF hoort te halen. Piet heeft dan ook geen vrije woensdagmiddag, zoals vaak wordt gedacht, maar een “lesvrije middag”. Op deze middag kan hij het administratieve deel van zijn werk doen dat hoort bij het klassenmanagement.
17
HuWelIjk
scholennieuws
Op 15 oktober 2010 is Juf marIeke gantVoort voor de wet getrouwd met Bob Hulshof . Op 15 april 2011 hebben zij elkaar het jawoord gegeven in de kerk en was het ook voor haar klas van Triangel laag groot feest!
geboorte
Op 24 juni 2011 is er een Triangelkindje geboren! Marco en juf Ellen van Egmond hebben er een zoontje bijgekregen: nIels.. Hij is het broertje van Tom, Marieke, Dorien en Bas.
Op 1 juni 2011 is Juf jorIeke naVIs getrouwd met Rik van Lochem. De kinderen van groep 7 (inmiddels groep 8) van Triangel hoog hebben genoten van de kerkdienst en de kinderreceptie. (zie trouwfoto) Op 24 juni 2011 is meester maarten obbInk in het huwelijksbootje gestapt met Jaqueline. Ook hier heeft de Triangel meegevierd! De kinderen en de collega’s hebben genoten van de kerk dienst en een geweldig tuinfeest!
Op 18 juli 2011 is fenne geboren, dochter van Ellen en meester Marcel Krieger. Meester Marcel is de vakdocent bewegingsonderwijs op De Triangel. Fenne is het zusje van Liam.
Maranathaschool Op 11 augustus 2011 is fleur geboren. De trotse ouders zijn Jan Willem en Manon Rutgers. Stijn heeft er nu een zusje bij.
jUF BArBArA pOOt neeMt AFscHeid vAn ‘HAAr’ eMMAscHOOL in HenXeL Op vrijdag 30 september jl. was het dan zover: de allerlaatste dag van juf Barbara Poot op de Emmaschool. Na ruim 40 jaar ‘juf’ te zijn geweest, beëindigde Barbara haar dienstverband. Dat is natuurlijk niet ongemerkt voorbij gegaan! Het is een geweldig leuke, mooie, bijzondere, ontroerende, maar vooral super gezellige dag geworden. 1001 nacht was het thema: de kinderen, de school, de activi teiten, de leerkrachten en zelfs het weer hebben zich aan dit thema gehouden. Volgens velen heeft Barbara zo’n mooi feest verdiend, omdat ze zich altijd voor meer dan 100 procent heeft ingezet voor de kinderen van de Emmaschool. ’s Ochtends waren er allerlei workshops voor de kinderen georganiseerd in de stijl van Barbara. ‘s Middags heeft het team samen met Barbara en Henk het feestje voortgezet. Samen gezellig lunchen en daarna een kunstwerk maken in het atelier van Ine Bolk. ‘s Avonds zat Barbara ‘in de hoofdrol’. Allerlei bijzondere gasten kwamen langs om haar een grappig of mooi verhaal te vertellen of om een lied voor haar te zingen. Ook waren er heel veel mensen op de receptie om haar te feliciteren. Het was een heel bijzondere avond!
HerOpeninG scHOOLpLein prins wiLLeM-ALeXAnderscHOOL D.m.v. een worp in het netje van de nieuwe verrijdbare basket opende Nico uit groep 3 het vernieuwde schoolplein. De school is inmiddels zo’n jaar bezig met de invoering van Beweegwijs. Beweegwijs is een gestructureerd aanbod van speelmogelijkheden voor alle groepen, onder toezicht van leerlingen van groep 8, in de pauzes (ochtend en middag pauze), vanuit het doel de kinderen veel te laten bewegen en het grensoverschrijdend gedrag op het plein te minimaliseren. Net voor en in de zomervakantie is de fietsenstalling verwijderd van het schoolplein en zijn de benodigde 5kleurenlijnen aangebracht. Ook zijn er het afgelopen schooljaar de nodige mobiele spelattributen (o.a. voor basketbal, tennis, volleybal) aangeschaft.
AFscHeid kLAAs AALderink vAn Het Onderwijs Dinsdag 25 oktober was een speciale dag voor Klaas Aalderink. Door omstandigheden (hartklachten) moest Klaas helaas afscheid nemen van het onderwijs. ’s Morgens hadden de kinderen van zijn laatste klas een muziekraadspel voor hem gemaakt. “Muziek” hoort bij Klaas, dus was het niet verwonderlijk dat hij op alle vragen een juist antwoord had. Uiteindelijk kwam de tekst “Meester Klaas bedankt!” te voorschijn. ’s Middags waren velen aanwezig om Klaas te hand te schudden en even herinneringen op te halen tijdens de afscheidsreceptie. ’s Avonds werd, samen met de collega’s, lekker gewokt bij de Chinees in Varsseveld. We bedanken Klaas voor zijn inzet en enthousiasme voor de leerlingen, de contacten met ouders en de plezierige samenwerking met zijn collega’s. Klaas blijft nog wel betrokken bij “de Groen”; als webmaster verzorgt hij de website en hij assisteert af en toe bij het afnemen van leestoetsen enz. We hopen van harte dat Klaas dit afscheid een plekje kan geven en hopen dat hij een goede invulling kan geven zijn bestaan binnen de mogelijkheden die er zijn.
AFscHeid jUF Adrie vAn de prins-wiLLeM-ALeXAnderscHOOL
AFscHeid Berend enserink en BetsY BOOM
Op dinsdag 27 september jl. werd er op de Prins Willem Alexanderschool op een feestelijke manier afscheid genomen van juf Adrie Leurdijk. Op 1 oktober 2011 ging ze, na een dienstverband van een kleine 25 jaar bij Accent en voorheen de VPCPO, met prepensioen. Vele jaren heeft ze met liefde voor het vak haar beste kunnen gegeven aan kinderen op verschillende basisscholen in Winterswijk. ’s Morgens was er een feest met alle kinderen van de school, ’s middags een receptie en ’s avonds een creatieve workshop en een etentje met het team.
Op 29 juni j.l namen Berend Enserink en Betsy Boom, allebei werkzaam op basisschool ’t Welink, na respec tieve lijk ruim 36 jaar en bijna 20 jaar afscheid van het onderwijs. Ze werden feestelijk binnengehaald door de kinderen in een prachtige koets met paarden. Vervolgens was er een feestprogramma door de kinderen van alle groepen. Na nog even flink gezwaaid te hebben met zakdoeken, een lunch met collega’s en een drukbezochte receptie konden beide leerkrachten terugzien op een prachtige afscheidsdag.
18
19
Accent-Plus naar Nationaal Park de Hoge Veluwe
Even voorstellen Marco König S
D
insdag 7 juni 2011 verzamelden wij, 15 Accent-Plussers, ons op de parkeerplaats Schaarsbergen van het Nationaal Park de Hoge Veluwe. Onder leiding van onze “eigen” Lies Verhoef , die als vrijwilligster hier groepen rondleidt, brachten we een bezoek aan het Park. Met de auto’s reden we vanuit ons verzamelpunt achter Lies aan naar het parkrestaurant “De Koperen Kop”. Hier moesten we natuurlijk eerst de inwendige mens wat versterken door middel van koffie met een groot stuk Veluws krentenbrood. Dat dit onder geanimeerde gesprekken plaatsvond laat geen twijfel. Vervolgens wandelden we met onze gids door het park: via de zandverstuiving met daarop o.a. voetsporen van een ree. Prachtig en bijzonder interessant hoe Lies dan uitlegt waarom dit de sporen van een hinde zijn, die ergens een reekalf heeft. Als wij dan denken, dat we even later in de verte in het vennetje jonge waterhoentjes zien, dan krijgen we als antwoord, dat dit dodaars zijn, die hun kuikens voeren! Uniek, dat we dit hier kunnen zien. Zo weten we nu ook het verschil tussen de wroetsporen van een wild varken en van een das en ook waarvan het 22 stippig vegetarisch lieveheersbeestje leeft! Zo kwamen we al wandelend en luisterend bij een stiltegebied aan (11 % van het park bestaat daaruit). Alleen een gids, die een groep begeleidt, mag zo’n gebied via bepaalde wegen betreden. Wij hadden dus geluk! Op de rand stond een uitkijkpost. Voorzichtig werden de sloten opengemaakt en gingen we het schuilhuisje binnen. En waarom zouden wij nog niet meer geluk hebben? Voor ons, op enkele tientallen meters afstand, graasde een kudde hindes, die een jong reekalfje bij zich hadden. Prachtig hoe die in hun ongestoorde rust hun gang konden gaan. En wij maar blijven fotograferen. In deze ruimte liet Lies ons geweien van reeën van verschillende leeftijden zien, voelen en vasthouden . Het meest aansprekend was wel het reusachtige gewei van een volwassen mannetjes edelhert. Je zult maar twee van zulke “boomtakken” op je kop moeten dragen!
20
Zo’n wandeling van 1½ uur is voorbij voordat je het weet. We zouden om half zes – wat natuurlijk behoorlijk uitliep – in het restaurant terug zijn om iets te kunnen nuttigen. En dan is daar een uurtje ook te kort zodat we op sluitingstijd het restaurant verlieten. Lies wist nog wel een plaats waar misschien nog “wel iets te zien zou zijn”. Het park is namelijk in de zomer tot 22.00 uur open en zoals men weet komen tegen de avond de dieren uit hun schuilplaatsen te voorschijn. Niet iedereen ging vanwege andere afspraken mee, maar zij die meegingen zouden daar geen spijt van krijgen. Op een grote kale vlakte, omgrenst door bossen, zagen we waar we voor kwamen! Uit de bosrand kwam iets groots en donkerbruins voorzichtig aanstappen: een edelhert. Het eerste stond nog maar nauwelijks van het gras te grazen toen er een tweede aankwam en een derde en een vijfde! En zo ging dat maar door. Uiteindelijk stonden er binnen ons zichtveld wel een stuk of twintig edelherten met die joekels van geweien. Ik ben blij, dat ik de ontwikkelkosten van de filmrolletjes – zo die er waren – niet hoef te betalen! Maar dit was nog niet alles. Links van ons kwam, ook al uit de bosrand, heel in de verte, een kudde moeflons te voorschijn, zeker wel 150 stuks. Ook al grazend over de heide bewogen zij zich langzaam wat dichter naar ons toe. Niet zo dicht bij als de edelherten maar toch – en zeker met verrekijkers en telelenzen – zeer goed zichtbaar. Langzaam richting een breed zandpad welke als een verticale streep voor ons lag. En ja hoor… toen het eerste “schaap” overstak volgden ze allemaal. In een lange, soms onderbroken rij, staken ze schielijk het pad over om zo verder grazend van de stilte te genieten. Zo hebben wij ook genoten. Een heerlijke middag en avond onder vakkundige leiding van Lies, waarvoor nogmaals onze hartelijke dank. Wij verheugen ons alweer op het volgend samenzijn van de Accent-Plussers in oktober van dit jaar met een bezoek aan de steenovens in Pannerden. Houdt uw mailbox in de gaten.
inds ik bij de Koningin Wilhelmina school in Winterswijk werk word ik geconfronteerd met een beperking. Een beperking van mijzelf. Eerlijk gezegd wist ik wel dat ik deze had, maar nog nooit heeft deze zich zo sterk gemanifes teerd als nu of eigenlijk sinds 1 augustus van dit jaar. Mijn beperking is dat ik niet kan stoppen. Misschien kent u het wel: vrienden of kennissen uit uw omgeving die het signaal niet oppakken dat ze gewoon moeten ophouden en niet begrijpen dat u slechts uit beleefdheid luistert en niet meer voor uw plezier. Ik ken ze ook: mensen die niet stoppen en tot vervelends toe maar doorgaan en die de aandacht blijven opeisen. Zelfs moet ik toegeven dat ik een beetje de pest in ze heb. Nu kom ik er achter dat mijn functie mij één ding heel duidelijk maakt: ik heb de beperking dat ik ook niet kan stoppen! Ik kan niet stoppen met vertellen! Ik kan niet stoppen met het delen van al die bijzondere dingen die ik meemaak op mijn school. Ik lijk niet te kunnen stoppen met verhalen over de contacten met het team, de kinderen, de ouders, het bestuur, de buren (van de school), de architect, Harry Velderman, de verkeersbrigadiers, de politie (over de brigadiers), de gemeente, de medewerker van de bibliotheek (over de groepspassen), de leverancier van schoolmeubels (met zijn verkeerde stropdas) en al die anderen die iets doen of willen met en voor de school. Of over de overblijfregeling, ons HGWtraject,
opbrengstgericht werken, de begroting, de nieuwbouw, de kleur van de muren en nog zoveel meer. Er is zoveel te doen. Ik geniet van alles: van het zoeken, van het ontwikkelen, van het bouwen, van het bijsturen en van het creëren. Ook om dit samen met het team te kunnen doen. Voor mij persoonlijk speelt enorm mee dat ik continu het besef bij me draag dat het allemaal voor een goede zaak is en dat alle inspanning daarom per definitie nuttig is. Het is heerlijk om weer volop terug te zijn in onderwijsland. Terug? Ja, terug! Daarom maar even een kort cv. Na mijn lerarenopleiding (Omgangskunde) heb ik als docent gewerkt. Daarna werkte ik voor een bedrijf dat gespecialiseerd is in het verbeteren en optuigen van allerlei onderwijskundige processen in (speciaal onderwijs)scholen. Hier gaf ik sturing aan een team onderwijsprofessionals. Met name op deze plek heb ik mijn leiding gevende capaciteiten kunnen ontwikkelen. Zo is de buitenstaander weer ‘binnen’. Er bestaat de bewering dat een school leider ‘krijt aan de vingers’ moet hebben. Dat is een interessante bewering. Als ik louter onderwijsmensen alsof dat een soort ras is – spreek, dan zijn we het snel met elkaar eens dat het zo moet zijn. Niet zelden krijgen we daar dan ook een lekker warm gevoel bij en genieten we daarvan, maar een warm gevoel geeft geen garantie dat een school goed geregeld is. Wat ik vooral meeneem van mijn uitstap
naar de commerciële wereld, is het besef dat níets vanzelf gaat en dat elk resultaat het gevolg van heel veel inspanning is. Ook neem ik mee dat continu reflecteren op mijzelf, mijn team en de hele organisatie voorwaardelijk is om gefocust te blijven. In deze commerciële wereld leerde ik me continu te verbazen over alles om me heen. Dat werkt grensver leggend en is nodig. Simpelweg omdat het brood alleen op de plank komt als je dit verdient. Dat is de regel in de commer ciële wereld. Onderwijs werkt in zekere zin anders. Dat weet ik. Maar wat ben ik blij dat ik mijn inzichten mee kan nemen naar het onderwijs, naar de Koningin Wilhelmina school. Ik kan iedereen aanraden om even ergens anders te gaan kijken. Dan kun je je daarna weer verbazen over de dingen die je niet meer zag. Met hartelijke groet, Marco König directeur
Wat is er na een week flink werken nu ontspannender en leuker dan elke vrijdag even een uurtje in een gezellige groep lekker tegen een bal meppen. P.A.S. is zo’n gezellige groep mensen, die dit al jaren doet, maar best enige versterking / uitbreiding zou kunnen gebruiken. Iedereen die belangstelling en enige spelervaring heeft is welkom. Kom vrijblijvend eens kijken of meedoen. We spelen elke vrijdag van 16.30 -17.30 uur in de Aladnahal in Aalten. Bel gerust voor inlichtingen naar Johan Scholl, telefoon (0543) 47 17 90.
Tekst en foto’s : Cor Langbroek
21
Rekenen met steentjes
Ervaringen in Ghana
Mijn eerste klasje op de Nana Aframea school
V
an 2 januari tot 1 april 2011 zijn mijn man Ap en ik in Ghana geweest. Ghana is een land in West Afrika en men spreekt er Engels. We hebben op twee verschillende plaatsen (Abiriw en Cape Coast) vrijwilligerswerk gedaan voor de stichting Projects Abroad. Deze stichting heeft in 24 landen over de wereld vrijwilligersprojecten opgezet. In Ghana hebben ze een hele grote afdeling. Er zijn dan ook veel verschillende projecten waar je uit kunt kiezen. Ap heeft op de eerste plek in de bouw gewerkt en op de tweede plek als fotograaf/journalist bij een
Tina verkleedt een van de kids
22
krant. In de bouw werken was zwaar, zeker in het begin. Het is ongewoon werk, alles moet met de hand en daarbij is het ook nog eens erg warm. Ap heeft geholpen met de bouw van een schoolgebouwtje met twee lokalen. Ik heb op beide plekken vooral in het onderwijs gewerkt. Toen we net in Ghana waren hadden de schoolkinderen nog kerstvakantie en heb ik daarom in de eerste week op een kinderdagverblijf gewerkt. Er waren 70 à 80 kinderen in de leeftijd van 1 tot 6 jaar. Er was maar één
lokaal en verder zitten de kinderen op een soort balustrade onder een afdak. Wel was er een nieuw lokaal in aanbouw. Ik heb daar samengewerkt met Tina, een zeer enthousiaste vrouw die soms in haar eentje 40 peuters onder haar hoede had. Er is op deze ‘dagverblijven’ evenals op de basisscholen erg weinig spel- en lesmateriaal; ze moeten de kinderen met weinig vermaken en onderwijzen.
heid zijn om verder te studeren. Ouders sturen hun kinderen toch naar deze scholen met weinig middelen en ongeschoold personeel. De ouders denken dat het personeel harder werkt omdat ze afhankelijk zijn van de betalingen door de ouders. Aangezien de meeste ouders arm zijn verdienen deze leerkrachten echter zo weinig dat hun inkomen onder de armoedegrens ligt.
In Ghana kennen ze overheidsscholen en privéscholen. Op de regeringsscholen zitten de klassen erg vol, soms wel 50 à 70 kinderen, maar ze hebben gediplo meerde leerkrachten in tegenstelling tot de privéscholen.
Het onderwijsprogramma wordt voorge schreven door de regering. De leerboeken zijn dus op elke school gelijk. Een schooljaar kent drie trimesters. In deze periodes moet de vastgestelde leerstof behandeld worden en er zijn landelijke toetsen en/of examens. Veel vakken zijn gelijk aan die in Nederland. Alle kinderen dragen een uniform. De kleuren kunnen per school verschillen. ’s Ochtends voor schooltijd veegt een deel van de kinderen het terrein rondom de school. Ze doen dit met een soort veger zonder steel, dus met kromme rug. Een bel geeft het teken dat de school begint, meestal tussen 8.00 en 8.30 uur. Elke schooldag begint met de ‘assembly’ een bijeenkomst waarbij het volkslied gezongen wordt en er gebeden wordt. De bijeenkomst wordt vaak geleid door een oudere leerling. Bij de lessen wordt altijd klassikaal gewerkt. Kinderen moeten soms samen doen met 1 boek omdat er niet genoeg boeken zijn.
De privé-scholen ontstaan met hulp van stichtingen en bijdragen van ouders op plaatsen waar nog geen schooltjes zijn of waar de bestaande overheidsscholen te vol zitten. De regering heeft niet genoeg geld om extra scholen te bouwen en daarom wordt dat opgepakt door stichtingen. Ik heb op beide plaatsen op privéscholen gewerkt. Op beide scholen was ik de enige bevoegde leerkracht. Wel zijn de groepen op deze privéscholen klein, maar dat is ook het enige voordeel, want voor de rest is het op de meeste privéscholen armoe troef. De lessen worden gegeven door veelal jongeren die hun middelbare school hebben afgerond en niet in de gelegen
Schooltje in aanbouw in Kwamosso
Tussen de middag wordt er warm gegeten op school. Het eten bestaat vaak uit rijst met saus of kenkey dat van mais wordt gemaakt. Kinderen moeten betalen voor het eten. Je ziet echter ook kleine snoeptentjes bij de scholen en sommige kinderen besteden daar hun geld. Er zijn ook kinderen die geen geld bij zich hebben en krijgen dan ook geen eten tussen de middag. Ik ben blij dat ik op twee scholen gewerkt heb. Op de eerste school was alles veel minder goed (of niet) georganiseerd, terwijl op de tweede school in Cape
Coast de organisatie veel beter was. Ook hadden ze daar de zaken beter op orde. Zo was er bijvoorbeeld een computer lokaal met ruim 20 computers. Waarschijnlijk kon deze school (gekop peld aan een weeshuis) terugvallen op een rijkere stichting die regelmatig investeerde in deze school. Ik heb hier in ‘class four’ (bij ons groep 6) gewerkt, want in die groep hadden ze op dat moment geen leerkracht. De betreffende juf was juist in de week voordat ik daar kwam naar elders vertrokken. Ik zou eigenlijk in het weeshuis werken, maar daar waren meer dan voldoende vrij willigers, dus kon ik me nuttiger maken in de klas zonder onderwijzeres. Toch ben ik wel een aantal dagdelen naar het weeshuis gegaan om daar te helpen en te ervaren hoe de kinderen daar leven. Niet alle kinderen zijn wees. Soms kunnen ouders financieel de zorg voor hun kind(eren) niet opbrengen. Ze hebben dan het idee dat hun kind in het weeshuis beter af is. De kinderen in het weeshuis zorgen vooral voor elkaar, de grotere voor de kleinen. Er is nauwelijks opvoedkundig personeel. De extra aandacht die kinderen toch echt nodig hebben komt veelal van de vrijwilligers. Wat me opviel was dat de kinderen zo vrolijk zijn. Ondanks dat de kinderen weinig hebben en ook hard moeten werken hebben ze veel plezier samen.
Het was fijn om met deze kinderen te werken en te spelen. Toen we naar Ghana gingen kregen we geld van onze scholen (Graafschap College en De Höve), kerk en familie. Het was best lastig om te beslissen hoe we dat geld het beste konden besteden. Uiteindelijk hebben we in goed overleg met de stichting besloten dat het geld vooral besteed zou worden voor het aanschaf van materialen om toiletgebouwtjes te bouwen bij een aantal schooltjes. Daarnaast is er meubilair aangeschaft: voor drie scholen zijn elk 10 tafeltjes en 20 stoeltjes gemaakt door de plaatselijke timmerman. Er is een verdiepingsvloer gemaakt op een nieuw lokaal in het dagverblijf en op mijn eerste school is behalve meubilair ook opknapwerk verricht aan vloeren en muren. Tenslotte is er een scheidingsmuur gemetseld tussen een waterbron en een open riolering, zodat de bevolking van schoon, niet besmet water verzekerd is. Aan het eind van ons verblijf hebben we twee weken door Ghana gereisd. We hebben heel wat kilometers gemaakt, want van de tien provincies die Ghana telt, hebben we er acht gezien. Een mooi land. We kijken dankbaar terug op een fantastische ervaring. Jolanda te Winkel
Het computerlokaal op mijn tweede school, de Newness Prepatoraty School
23
stelt zich voor De Hoeksteen Gendringen Achterste rij van links naar rechts: Janny Nienhuis, Saskia Wullems, Joke Vreman, Bert Smit en Silke Heusinkveld Middelste rij van links naar rechts: Freek van Toor, Frans Brandenburg, Greetje Wagenvoort, Lidy Wassink en Mark van Leeuwen Voorste rij: Arlin Buisman en Hein Haverdil
“De Hoeksteen is een christelijke basisschool gelegen in het centrum van Gendringen (gemeente Oude IJsselstreek). Kinderen komen uit Gendringen en het buitengebied. De reden waarom ouders/verzorgers voor onze school kiezen is heel verschillend. Het varieert van een bewuste keuze voor christelijk onderwijs, van een school dichtbij, tot een school waar aandacht voor het kind is. Onze school is prachtig gelegen in de Oosterstraat en heeft een ruim speelveld waardoor de kinderen enorm veel speelruimte tot hun beschikking hebben. We genieten hier dagelijks van. Zoveel ruimte rondom de school in het dorp is echt uniek te noemen.” (Deze tekst is te lezen op de website van basisschool De Hoeksteen in Gendringen: www.hoeksteengendringen.nl).
Enkele feiten Aantal leerlingen Grootte schoolplein Aantal lokalen Aantal leerkrachten Gebouwd in
: : : : :
134 8000 m2 7 (waarvan 1 speellokaal) 11 1986
Achter de feiten Vandaag breng ik Marit, onze dochter van 6, naar groep 3 van basisschool De Hoeksteen. Bij aankomst zie ik inderdaad dat hele grote schoolplein, waar de kinderen volop aan het spelen zijn. Het is druk op de populaire speelbult, een grote kruipbuis onder een berg zand, met kunstgras erop. Marit wil echter direct naar haar klas om een spelletje te doen of een boekje te lezen.
24
Tijdens het inloopkwartiertje (voor groep 1 tot en met 5) worden we begroet door meester Freek en de andere kinderen en ouders die al in de klas zijn. Het is een gezellige klas waarin de kinderen in groepjes van 4 a 5 bij elkaar zitten. Aan de muur hangen veel van de door de kinderen gemaakte werkjes. Op het bord kun je zien welke letters de kinderen al hebben geleerd. Op een tafel in het midden van de klas staan allemaal dingen die met vlinders te maken hebben. Kinderen ver dringen zich rondom een bak om te zien of er al vlinders zijn ontpopt. Als ik naast Marit op een stoeltje zit om nog snel even uit een boekje voor te lezen, realiseer ik mij dat ik misschien 37 jaar geleden op precies dezelfde plek heb gezeten. Want ook ik ben hier naar school geweest. Zelfs juf Betty (dit jaar met pensioen gegaan) hebben Marit en ik beide als juf gehad. Een groot digibord, computers in de klas, kinderen die in groepjes zitten, combinatieklassen, veel meer aandacht voor het individuele kind. Ja, er is veel veranderd in die tijd, maar het gevoel dat het op deze school wel goed zit, is niet veranderd.
Tot slot Het motto van de school is: ”Leren met hoofd en hart!”. Los van het ‘leren’, is dan ook een belangrijke doelstelling het (mede) opvoeden van de leerlingen tot volwaardige en respectvolle burgers. Dit vind je in alle aspecten van de school terug. Marit gaat met veel plezier naar school en ik zie dat ze zich heel goed ontwikkelt, ook op sociaal gebied. Vrij vertaald betekent hoeksteen ‘steunpilaar’. Voor ons, ouders van Marit (groep 3) en Matthijs (1 jaar en toekomstige leerling), maken ze die naam meer dan waar. Wilfred van Keeken