'11
jaarverslag
’voor mensen, door mensen’
Jaarverslag Stichting Woonveste 2011
Inhoudsopgave 1.
VOORWOORD .............................................................................................................. 1
2.
GOVERNANCE EN MISSIE ........................................................................................... 2
3.
MAATSCHAPPELIJKE PRESTATIES DOOR WOONVESTE ........................................ 4
4.
VOLKSHUISVESTING DOOR WOONVESTE................................................................ 7 4.1 Verhuur en onderhoud ......................................................................................... 7 4.2 Vastgoed ............................................................................................................22 4.3 Wijkontwikkeling en samenwerking .....................................................................26 4.4 Kwaliteitsontwikkelingen en communicatie..........................................................31 4.5 Financieel beleid en beheer ................................................................................33
5.
SOCIAAL JAARVERSLAG ............................................................................................38
6.
JAARREKENING ..........................................................................................................41 6.1 Balans per 31 december 2011 na resultaatbestemming .....................................41 6.2 Winst- en verliesrekening over 2011 ...................................................................43 6.3 Kasstroomoverzicht volgens de directe methode ................................................44 6.4 Algemene toelichting ..........................................................................................45 6.5 Grondslagen voor waardering van activa en passiva ..........................................46 6.6 Grondslagen voor bepaling van het resultaat ......................................................51 6.7 Belangrijke inschattingen ten aanzien van waardering en resultaatbepaling .......55 6.8 Grondslagen kasstroomoverzicht ........................................................................56 6.9 Toelichting op de posten van de balans ..............................................................57 6.10 Toelichting op de winst- en verliesrekening.........................................................66 6.11 Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens ............72
7.
OVERIGE GEGEVENS .................................................................................................74 7.1 Resultaatbestemming .........................................................................................74 7.2 Bijzondere gebeurtenissen na resultaatbestemming ...........................................74 7.3 Controleverklaring...............................................................................................75
8.
ONDERNEMINGSBESTUUR ........................................................................................77
9.
VERSLAG VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN ...................................................80
1.
VOORWOORD
Het jaarplan 2011 kent de titel: “Presteren onder knellende condities”. In dit verslag wordt verantwoording aan de maatschappelijke omgeving afgelegd over wat Woonveste feitelijk gepresteerd heeft. Dat de condities knellender waren dan voorheen zullen velen kunnen beamen. Strengere regelgeving door het Waarborgfonds. Heffingen door de Rijksoverheid. Scherpe regelgeving ten aanzien van de woningtoewijzing. Bezuinigende gemeentelijke overheden. En vooral een markt die vastgelopen is: er worden nog nauwelijks woningen verkocht en huurwoningzoekenden die hun eigen woning nog moeten verkopen kunnen geen kant op. Ook binnen knellende condities heeft Woonveste echter haar maatschappelijke verantwoordelijkheid genomen en getracht het maximale te realiseren. In dit jaarverslag wordt hierover zo transparant mogelijk verantwoording afgelegd. Ik dank de belanghouders voor de samenwerking in 2011 en de wijze waarop gezamenlijk prestaties voor de maatschappij konden worden gerealiseerd. Bijzondere dank gaat uit naar de medewerkers van Woonveste; zonder hun inzet was het onmogelijk geweest om het hier beschrevene te realiseren. Ik ga er van uit, dat dit verslag uw eventuele vragen beantwoordt. Mocht dit onvoldoende het geval zijn, dan stel ik het zeer op prijs als u nader met mij in contact treedt!
Aart Jan Gorter Directeur-bestuurder
[email protected]
1 JAARVERSLAG 2011
2.
GOVERNANCE EN MISSIE
Stichting Woonveste is een toegelaten instelling en heeft als doel werkzaam te zijn op het gebied van de volkshuisvesting (zoals bedoeld in artikel 11 Besluit Beheer Sociale Huursector). Woonveste is gevestigd te Drunen, Afrikalaan 92, 5152 MD. Het statutair werkgebied van de stichting omvat de gemeenten Heusden, Haaren, ’s-Hertogenbosch, Vught, Boxtel, Schijndel, Sint Michielsgestel, Waalwijk, Loon op Zand, Tilburg, Dongen, Goirle, Oisterwijk, Hilvarenbeek, Gilze en Rijen. Woonveste exploiteert ruim 6000 verhuurobjecten in de gemeenten Heusden, Haaren en ’s-Hertogenbosch en heeft in de gemeente St Michielsgestel een nieuwbouwproject in uitvoering. De stichting is geregistreerd bij de Kamer van Koophandel onder nummer 18115545. Samenstelling Bestuur, Raad van Commissarissen en Management • Het Bestuur van Woonveste werd in 2011 uitgeoefend door de heer drs. A.J. Gorter Het bestuur is eindverantwoordelijk voor alle activiteiten van de organisatie; de bevoegdheden zijn vastgelegd in de statuten en in een reglement. • De Raad van Commissarissen van Woonveste is ultimo 2011 als volgt samengesteld: - de heer C.J. de Jager, voorzitter - de heer H.J.E. van Loon - de heer drs. H.J.G.M. Schellekens per 1 januari 2012 opgevolgd door mevrouw drs. S.M.A. van Dun - de heer mr. M. van Tessel (voorgedragen door de huurders) - de heer B.J. Straatsma (voorgedragen door de huurders) De raad ziet toe op het handelen door het bestuur; de bevoegdheden zijn vastgelegd in de statuten en een reglement. • Het management van Woonveste bestaat in 2011 uit: - de heer drs. A.J. Gorter statutair-directeur; geeft leiding aan de organisatie - mevrouw J.J.M. Gijsbers manager afdeling Ontwikkeling - mevrouw. drs. E.M.J. van den Assem manager afdeling Wonen - de heer drs. P.F.C. Nuytens manager afdeling Bedrijfsmanagement Het management verzorgt de dagelijkse aansturing van de werkorganisatie. De samenstelling van bestuur, management en raad van commissarissen is ten opzichte van 2010 ongewijzigd. Missie De missie van Woonveste is vastgelegd in het Ondernemingsplan en luidt als volgt: Woonveste stelt haar klant centraal. Speciale aandacht gaat hierbij uit naar mensen met een laag inkomen, ouderen, en mensen met een beperking. De klant kan rekenen op een transparant en gedifferentieerd aanbod aan woningen en diensten tegen een passende prijskwaliteitverhouding. Woonveste investeert in de kwaliteit van buurten. Om dit te realiseren werkt Woonveste actief samen met gemeenten, leveranciers, welzijn- en zorgorganisaties. Woonveste is dé professionele partner op het gebied van de volkshuisvesting in de gemeenten Heusden en Haaren. 2 JAARVERSLAG 2011
Participaties Stichting Woonveste participeerde in 2011 in acht verenigingen van eigenaren van een appartementencomplex. Woonveste is 100% aandeelhouder van Woonveste Holding BV en de Holding heeft een 100% deelneming in de 4 werkmaatschappijen Woonveste Commerciële Verhuur BV, Woonveste Wolput BV, Woonveste Projecten BV en Woonveste Diensten BV. Woonveste heeft de volledige zeggenschap in de B.V ’s. Bestuur en toezicht zijn identiek aan die van de Toegelaten Instelling Woonveste. Deze B.V ’s waren ook in 2011 niet actief; zij zijn slapend tot het moment dat Woonveste het van belang acht om één of meerdere te activeren (het verstrekken van leningen en het beheersen van risico’s binnen de B.V.’s is in het verslagjaar niet aan de orde) Woonveste neemt deel in het Woon Investeringsfonds (WIF).
3 JAARVERSLAG 2011
3.
MAATSCHAPPELIJKE PRESTATIES DOOR WOONVESTE
Woonveste is een maatschappelijke onderneming, met een specifieke taak op het gebied van de volkshuisvesting. Woonveste maakt deze taken waar op een wijze die aansluit bij haar missie en langs de lijn welke opgenomen is in haar Ondernemingsplan en haar Jaarplannen. Kort gezegd komt dit neer op: Woonveste wil tevreden klanten hebben. Dus: tevreden huurders, woningzoekenden en belanghouders. En dat binnen de randvoorwaarde van een financiële ontwikkeling die de organisatie ook in de toekomst in staat stelt om tevreden klanten te realiseren. In dit hoofdstuk wordt op hoofdlijnen geschetst welke maatschappelijke prestaties Woonveste in 2011 heeft geleverd. Diverse onderwerpen worden in de daarop volgende hoofdstukken nader beschreven. Tevreden klanten De mate van tevredenheid bij de Woonveste-klanten wordt regelmatig gemeten, zowel door Woonveste als door de onafhankelijke organisatie KWH. Deze tevredenheid ligt hoog: in 2011 gemiddeld tussen de 7.5 en 8. Woonveste investeert in het contact met haar klanten; onder meer door nadrukkelijker in buurten en wijken aanwezig te zijn. Sociaal Woonveste heeft het overgrote deel van haar woningen verhuurd met een interne subsidie, teneinde haar primaire missie –huisvesting bieden aan mensen met een smallere beurs- te kunnen realiseren. Verreweg de meeste vrijkomende woningen werden verhuurd aan de sociale doelgroep, van de woningen met een huurprijs beneden de huurtoeslaggrens zelfs 94%. De sociale doelgroep van (overheids)beleid kwam in aanmerking voor alle woningen tot de huurtoeslaggrens (ca. € 652). Voor hogere inkomens waren de woningen vanaf € 511 per maand beschikbaar Aan huurders met dreigende of structurele betalingsproblemen is door Woonveste individuele begeleiding aangeboden. Woonveste is gestart met het intensief energetisch verbeteren van woningen met als doel de woonlasten van de huurder te matigen. Woonveste heeft haar woningen aangepast waar klanten met een beperking daarom vroegen en vanuit de wet maatschappelijke ondersteuning daartoe ruimte werd geboden. Waar nodig heeft Woonveste klanten ondersteund bij het in aanmerking komen voor huurtoeslag. Woningmarkt De woningmarkt zit nog steviger op slot dan in 2010. De verkoop van koopwoningen is nagenoeg stil komen te staan. Diverse senioren willen wel naar een toegesneden seniorenhuurwoning, maar kunnen hun koopwoning niet kwijt. Veel jongere huurders zien geen mogelijkheden om de stap naar een koopwoning te zetten. Het aantal mutaties binnen huurwoningen is dalende. De gemiddelde wachttijd voor de huurwoningen van Woonveste is ten opzichte van 2010 ongeveer gelijk gebleven: ca. 12 maanden voor actief woningzoekenden. Doelstelling van Woonveste is om deze via een verruimd woningaanbod verder terug te brengen tot gemiddeld 6 maanden. 4 JAARVERSLAG 2011
Woonveste heeft in 2011 43 sociale huurwoningen opgeleverd. Eind 2011 waren 49 wooneenheden in aanbouw. Hiervan zijn er 18 bestemd voor de zorg en 10 voor de verkoop. Daarnaast wordt een school gerealiseerd. In het verslagjaar werd de start van 110 woningen voorbereid. In de wijk Geerpark in Vlijmen wil Woonveste ruim 200 huurwoningen realiseren. Helaas is er in het verslagjaar weinig voortgang geboekt bij de voorbereiding van het gemeentelijke bestemmingsplan voor dit gebied. Ook het deelplan Groensteeg (met tien huurwoningen) kon niet worden gestart. Herstructureren, onderhouden en duurzaamheid Binnen het herstructureringsproject Oudheusden kon in 2011 de eerste fase worden opgeleverd: nieuwe woningen aan een geheel aangepast stratenpatroon. De realisatie van de 2e fase - het “Castellum”- is gestart. In Nieuwkuijk is de herstructurering van 16 verouderde seniorenwoningen afgerond; het resultaat is een complete metamorfose naar moderne woningen met een minimale energielast. Gestart is met de herstructurering van het gebied Donkhof te Haarsteeg. Woonveste heeft haar woningen in 2011 voor een bedrag van € 9 miljoen onderhouden. De woningen verkeren in een goede staat. Woonveste zet sterk in op energetische verbeteringen aan haar woningen, met als doel lagere woonlasten en een beperking van de CO2-uitstoot. De uitvoering is gekoppeld aan een geplande intensieve ingreep aan de woning. In 2011 zijn twee projecten succesvol uitgevoerd. Woonveste maakt structureel geld vrij voor de verduurzaming van 750-800 bestaande huurwoningen. Samen met de gemeente Heusden, Provincie en Waterschap wordt gewerkt aan de duurzame woonwijk Geerpark. Hier komen woningen met een zeer laag energiegebruik. In het herstructureringsproject Donkhof te Haarsteeg zijn “Passiefwoningen” in voorbereiding. Wijkontwikkeling en samenwerking Woonveste heeft in 2011 voor al haar kernen Wijkkaders vastgesteld. De sterkten en zwakten van wijken zijn in beeld gebracht. Zij vormen de basis voor de inzet in wijken en buurten door Woonveste. Woonveste werkt samen met partijen op het gebied van wonen-welzijn-zorg, met als doel om gezamenlijk projecten te realiseren die leiden tot een betere kwaliteit van wijken. Woonveste, de gemeente en De Twern hebben verder gewerkt aan de plannen tot verbetering van de kern Oudheusden. Woonveste, Schakelring en de gemeente Heusden zijn gesprekken gestart over de realisatiemogelijkheden van een zorgcentrum met aanleunwoningen in Oudheusden. Een dergelijk centrum betekent een aanzienlijke impuls voor het plaatsje Oudheusden en garandeert een zorgmogelijkheid in het gebied rond de vesting Heusden. Een belangrijk samenwerkingsproject met de gemeente Heusden is de te realiseren nieuwbouwwijk Geerpark in Vlijmen. In de gemeente Haaren beziet Woonveste haar mogelijkheden tot betrokkenheid bij een brede school en een zorgcomplex. Met Cello heeft Woonveste gewerkt aan een nieuwe woonzorglocatie in Berlicum. De voorziening bevindt zich boven een nieuwe school, welke door Woonveste verhuurd wordt. Op het gebied van leefbaarheid verbetering heeft Woonveste activiteiten en projecten opgepakt, waarbij niet zozeer de omvang van het project centraal stond, maar de door de 5 JAARVERSLAG 2011
bewoners gevoelde verbeteringen (zie ook hfdst 4.3). In veel gevallen is hierbij samengewerkt met organisaties op het gebied van welzijn en zorg en de gemeenten. Financiële inzet en mogelijkheden Binnen haar financiële mogelijkheden heeft Woonveste in haar ogen de juiste maatschappelijke prestaties kunnen leveren in het jaar 2011. Woonveste heeft structureel relatief lage bedrijfslasten (11% onder het landelijk gemiddelde). Woonveste accepteert voor haar sociale woningen en gebouwen een laag rendement. In 2011 moest wederom een omvangrijk bedrag (ruim € 90.000) aan oninbare vorderingen op (ex-)huurders afgeboekt worden.
6 JAARVERSLAG 2011
4.
VOLKSHUISVESTING DOOR WOONVESTE
4.1 Verhuur en onderhoud De opdracht voor verhuur en onderhoud is de volgende: “Een uitstekende dienstverlening rond de individuele klant en kostenbewust verhuren en onderhouden”. De kernactiviteiten van verhuur zijn het verhuren van woningen (inclusief het technisch up-to-date maken), huurincasso en het sociaal- en buurtbeheer. De kernactiviteiten voor onderhoud zijn het planmatig onderhoud, het contractonderhoud, het dagelijks onderhoud en het duurzaam onderhoud. 4.1.1 Verhuur Het proces bij verhuur start als de huur van een woning wordt opgezegd of als een nieuwbouwwoning wordt opgeleverd. Deze woningen worden toegewezen volgens het woonruimteverdeelsysteem. Dit heeft gevolgen voor het aantal woningzoekenden en de wachttijd voor woningzoekenden. De financiële kant van verhuur wordt zichtbaar in de cijfers voor huurverhoging, -derving en– achterstand. Ook worden bijkomende service en producten geleverd en zijn er vele activiteiten ondernomen op het gebied van sociaal- en buurtbeheer. Al deze aspecten komen in de genoemde volgorde aan bod. In 2011 is er sprake geweest van een stagnerende woningmarkt. Daarnaast hebben per 1 januari 2011 twee belangrijke veranderingen plaatsgevonden die van invloed zijn op de verhuur van de woningen. • Toewijzing volgens de nieuwe Europese Wetgeving die voorschrijft dat 90% van de huurwoningen met een huurprijs tot € 652,52 toegewezen worden aan woningzoekenden met een inkomen tot € 33.614. • Conform het ondernemingsplan 2011 t/m 2015 zijn de huurprijzen van woningen na mutatie naar gemiddeld 80% van de maximaal redelijke huur opgetrokken, tenzij het voorraadbeleid zich op woningniveau daar nadrukkelijk tegen verzet. Mutaties in de verhuur Opzeggingen Eind 2011 zijn 316 huren van woningen opgezegd (aantal in 2010: 418). De verwachting was dat er 350 keer opgezegd werd in 2011. Derhalve bedroeg de mutatiegraad 6% (in 2010 8%).
Goedkoop: Betaalbaar: Duurder: Commercieel:
huur tot € 361,66 huur van € 361,67 - € 554,76 huur van € 554,77 - € 652,52 huur vanaf € 652,52 (geen huurtoeslag mogelijk)
7 JAARVERSLAG 2011
In verhouding tot voorgaande jaren zijn betaalbare woningen en eengezinswoningen minder opgezegd. In deze woningen blijven huurders wonen en is er relatief minder doorstroming. Dit is verklaarbaar omdat deze (grondgebonden) eengezinswoningen de populairste woningen zijn. De daling binnen de opzeggingen bij seniorenwoningen is het minst. Hier is namelijk veelal sprake van mutatie vanwege natuurlijke omstandigheden. Het aantal opgezegde garages is iets toegenomen van 61 naar 66. Een groot deel van deze opzeggingen betroffen garages in Drunen (51). Nieuwbouw In 2011 zijn van 37 nieuwbouwwoningen de huurovereenkomsten ingegaan (2010: 254). Woonruimteverdeling Model woonruimteverdeling en Europese Wetgeving Woonveste verhuurt vrijgekomen huurwoningen en nieuwbouwwoningen volgens het aanbodmodel waarin degene met de langst opgebouwde inschrijfduur als eerste een aanbieding van de woning krijgt. Wetgeving vanuit Europa schrijft voor dat minimaal 90% van de woningen onder de huurtoeslaggrens (€ 652,52) moeten worden toegewezen aan mensen met een belastbaar inkomen onder de € 33.614. Deze maatregel is per 1 januari 2011 ingevoerd en heeft voor extra administratieve handelingen gezorgd om hierover de juiste verantwoording af te kunnen leggen. Uiteindelijk is 94% toegewezen aan deze primaire doelgroep ondanks dat Woonveste de beleidskeuze heeft gemaakt om woningen met een huur vanaf € 554,76 aan te bieden aan alle woningzoekenden dus ook aan woningzoekenden met een inkomen boven de € 33.614, -. Advertenties Vrijwel alle woningen zijn geadverteerd op de website van Woonveste (www.woonveste.nl) en zijn geplaatst in de huis-aan-huis kranten Heusdense Courant en De Meierij. Daar waar woningen “moeilijker” verhuurbaar waren, zijn ook andere middelen ingezet zoals andere huis-aan-huis bladen, contact met collega corporaties, andere verhuurwebsites en gebruik van spandoeken. Reacties/Populariteitsgraad Er zijn in totaal 6.833 (2010: 13.170) reacties binnengekomen op de 300 geadverteerde woningen. Het overgrote deel, namelijk 94% van de reacties, komt binnen via de website. Dit is 1% meer ten opzichte van 2010. Het aantal reacties op duurdere woningen is het hoogst (38). Gemiddeld zijn er 23 reacties per woning (2010: 34) ontvangen (dit is de populariteitsgraad). Dit laagste cijfer van de afgelopen vijf jaar wordt grotendeels verklaard door de eerder genoemde stagnerende huizenmarkt, de Europese regelgeving en de huurverhoging bij mutaties. Dit heeft er mede voor gezorgd dat er 7 woningen niet verhuurd konden worden via het normale verhuurproces (er waren geen reacties op de advertenties) en daarmee dus direct beschikbaar kwamen. Ofwel de eerste die reageert, heeft de woning. Ook zijn met name de woningen boven de huurtoeslaggrens (€ 652,52) in een aantal gevallen “moeilijker” verhuurbaar gebleken. 8 JAARVERSLAG 2011
In Drunen is het gemiddeld aantal reacties gedaald van 36 naar 23 en in de kern Heusden is sprake van een daling van 28 naar gemiddeld 19 reacties per woning. De populariteitsgraad in Vlijmen is met 26 nu het hoogst (was 35). In de gemeente Haaren is er sprake van een daling van 40 naar 20. Het aantal opgezegde woningen (8) is daar echter relatief laag. Eengezinswoningen blijven de meeste reacties geven doch laten een daling zien van 52 (in 2010) naar gemiddeld 31. Daarop volgen de etagewoningen met gemiddeld 25 reacties (2010: 28). Het aantal reacties op seniorenwoningen blijft structureel laag op 6 (2010:8). Weigeringen In dit verslagjaar heeft Woonveste 141 keer een reactie van een woningzoekende geweigerd. De meest voorkomende redenen voor weigering van woningzoekenden zijn: woningzoekende is niet te bereiken/geeft geen reactie, schuld/huurachterstand of een te hoog/te laag inkomen. Er is ook 344 keer door woningzoekenden een woning geweigerd (2010: 464). In een aantal gevallen (24) werd geweigerd voor de intake. En ook na een woningaanbieding is 320 keer geweigerd. De belangrijkste redenen hiervoor zijn: wil wachten, heeft andere aanbieding, woning te klein en woning te duur. De woningzoekende lijkt in de huidige woningmarkt kritischer te worden, reageert om te checken of ze in aanmerking komt voor een woning en lijkt meer bereid te wachten op de meest passende woning. Aanbiedingsgraad Het aantal weigeringen heeft als gevolg dat een woning gemiddeld 2,4 keer is aangeboden voordat deze geaccepteerd werd. In 2010 was dit nog 2,1. Het percentage aangeboden woningen dat in één keer wordt geaccepteerd ligt op 57%. Toewijzingen aan primaire doelgroep Van alle verhuringen van woningen met een huurprijs tot € 652,52 is 94% verhuurd aan de primaire doelgroep; woningzoekenden met een (gezamenlijk) inkomen van maximaal € 33.614. Toewijzingen in nieuwbouw In 2011 zijn 37 nieuwbouwwoningen opgeleverd. 20 daarvan waren in 2010 al toegewezen en 17 zijn in 2011 toegewezen. Het betreffen nieuwbouwwoningen van het Castellum in Oudheusden en 16 appartementen welke zijn aangepast naar het PassiefHuis principe aan de Acaciastraat/Magnoliastraat in Nieuwkuijk. Toewijzing via directe bemiddeling In 2011 zijn 28 woningen via directe bemiddeling toegewezen. Dit is 8,9% (2010:9,8%) van het totaal aantal verhuringen. In onderstaand overzicht staan de redenen nader gespecificeerd. Directe bemiddeling 2011 Begeleid wonen Bijzondere doelgroep Herhuisvester Taakstelling statushouders Tijdelijke verhuur i.v.m. sloop Uitzonderlijk besluit WMO woning Zorginstelling senioren Totaal
2 1 2 9 1 3 1 9 28
9 JAARVERSLAG 2011
Begeleid wonen zijn woningen die worden verhuurd aan cliënten van een zorginstelling (zoals Noenes Have, Reinier van Arkel Groep, Cello en Traverse ) waardoor mensen onder begeleiding kunnen wonen. Onder bijzondere doelgroep vallen huurders die met succes begeleid zijn door een instelling en na bewezen goed huurderschap het contract direct op eigen naam hebben gekregen. Voor de huisvesting van statushouders in de gemeente Heusden heeft Woonveste 3 bemiddelingen (2010: 15) verricht. Voor de gemeente Haaren betrof het 6 woningen (2010: 2). De taakstelling van het Centraal Orgaan opvang Asielzoekers (COA) in de gemeente Heusden is hiermee behaald. Met de gemeente Haaren zijn hierover nog geen concrete afspraken gemaakt. De woningen die onder zorginstelling senioren staan zijn vrijgekomen woningen in de Grevelingen in Den Bosch die, volgens afspraak, verhuurd zijn aan de stichting Grevelingen. Wanneer vanuit de markt een bijzondere doelgroep een specifiek huisvestingsvraagstuk heeft, beoordeelt Woonveste deze vraag en spant zich in om hiervoor een oplossing te zoeken. Ook kan het voorkomen dat er noodsituaties ontstaan die opgelost kunnen worden door een woning beschikbaar te stellen. Het beleid is om jaarlijks maximaal 8 woningen hiervoor ter beschikking te stellen. In 2011 is hier 3 keer gebruik van gemaakt en is daartoe een uitzonderlijk besluit genomen. Een woningzoekende die met voorrang wil worden geholpen, kan een urgentie aanvragen. Het aantal toegekende urgenties over 2011 bedraagt 10 (2010: 21). 4 daarvan betrof een urgentie vanwege sloop. De overige urgenties zijn via een urgentieaanvraag voorgelegd aan de urgentiecommissie. Deze aanvraag gaat vergezeld van een advies van de woonconsulent en wordt eventueel aangevuld met een advies van Juvans en/of GGD. De urgentiecommissie heeft 6 urgentieaanvragen positief beoordeeld: 3 op basis van een medische urgentie, 2 op sociaal maatschappelijke gronden en één i.v.m. een calamiteit. Bij twee urgentieverzoeken is gevraagd om een voortgangsrapportage op een later tijdstip. Eén is via het reguliere verhuurproces geholpen en de andere is naar de externe beroepscommissie gegaan. Dat kan als de urgent woningzoekende niet instemt met de beslissing van de urgentiecommissie. De externe beroepscommissie heeft de urgentie toegekend. Alle urgent woningzoekenden hebben inmiddels andere woonruimte gevonden. Een urgent woningzoekende kan zelf reageren op advertenties. Als dit na vier maanden geen resultaat oplevert dan wordt er door Woonveste direct bemiddeld in een woning. Dit is in 2011 niet nodig geweest. Woningruil Woonveste plaatst op de website en in de woonwinkel advertenties voor woningruil. Huurders kunnen hun woning zelf aanbieden en zij hebben inzage in de reeds aangeboden woningen. Op deze manier zijn zij op een andere manier actief op zoek naar een passende woning. In 2011 heeft er geen woningruil plaatsgevonden (2010: 7). Dit wordt mede veroorzaakt door de stagnerende huizenmarkt en de huurverhoging bij mutaties.
10 JAARVERSLAG 2011
Woningzoekenden Het verhuren van vrijgekomen woningen en nieuwbouw heeft geleid tot veranderingen in het aantal actief- en geslaagd woningzoekenden en in de wachttijd. Gegevens voor wat betreft de actief woningzoekenden (waarbij voor een actief woningzoekende wordt gerekend met de tijd die een woningzoekende wacht vanaf het moment van eerste reactie tot en met de laatste reactie met een maximum tijdspanne van 12 maanden): • Er hebben 1062 woningzoekenden (2010: 1132) gereageerd op de vrijkomende woningen. • De gemiddelde inschrijftijd van een actief woningzoekende is 3 jaar (2010:3 jaar) • 51% van de actief woningzoekenden is alleenstaand (2010: 52%) en 29% betreft 2persoonshuishoudens (2010: 27%). • 64% van de actief woningzoekenden heeft een inkomen waarmee ze in aanmerking komen voor huurtoeslag (2010: 61%). • 85% van de actief woningzoekenden heeft een inkomen onder de € 33.614. Voor wat betreft de geslaagd woningzoekenden (waarbij voor een geslaagd woningzoekende wordt gerekend met de tijd die een woningzoekende wacht vanaf het moment van eerste reactie tot en met het moment van het toewijzen van een woning): • Er zijn 308 (2010: 494) woningzoekenden geslaagd in het vinden van een woning. • De gemiddelde wachttijd van een geslaagd woningzoekende is gedaald naar 8,7 maanden (2010; 9,6 maanden). • 92% (2010: 91%) van de geslaagd woningzoekenden heeft gemiddeld 6 maanden moeten wachten op een woning. In- en uitschrijvingen Dit verslagjaar zijn 1.428 nieuwe woningzoekenden geregistreerd (2010: 1.793). Dit betekent dat er na een aantal jaren van stijging weer sprake is van een daling. Het aantal uitschrijvingen is 329. Huurverhoging, huurderving en huurachterstand Jaarlijkse huurverhoging Het uitgangspunt voor de vaststelling van de huurverhoging is het inflatiecijfer over 2010 dat door het Rijk is bepaald op 1,3% voor de sociale woningen. De verhoging voor de commerciële woningen bedroeg 2,3% en voor de garages 2,5%. Er zijn geen geldige bezwaren ingediend tegen de huurverhoging. Huurverhoging bij mutatie In het ondernemingsplan 2011 t/m 2015 is aangegeven dat als de overheid geen ruimte biedt voor het jaarlijks verhogen van de huren met 1% boven inflatie, woningen na mutatie worden verhuurd tegen gemiddeld 80% van de maximaal redelijke huur. Dit tenzij het voorraadbeleid zich op woningniveau zich daar nadrukkelijk tegen verzet. Dit heeft ertoe geleid dat bij 82% van de vrijkomende woningen een opwaartse huuraanpassing heeft plaatsgevonden (2010: 57%) wat een waarde vertegenwoordigt van € 179.122. De 11 JAARVERSLAG 2011
voorspelde effecten van deze beleidswijziging zijn opgetreden in 2011. Huurders en woningzoekenden merken de prijsverhoging op, er komen meer woningen boven de huurtoeslaggrens en sommige woningen zijn moeilijker verhuurbaar. De beleidswijziging heeft nog geen onverwachte effecten opgeleverd. Huurderving De huurderving (in een percentage van de huren en vergoedingen) als gevolg van tijdelijke leegstand is uitgekomen op 0,34 % en blijft dus onder de door ons gestelde norm van 0,4%. Tevens is de norm behaald om minimaal 60% van de vrijgekomen woningen binnen veertien dagen te verhuren. Het behaalde percentage is 63%. De resultaten zijn behaald ondanks dat er in 2011 relatief veel woningen van huurders met een lange woonduur opgezegd (veel mutatiewerk) zijn, waardoor het langer duurde voordat deze woningen weer verhuur gereed waren. Ook is het aantal moeilijk verhuurbare woningen (o.a. met een commerciële huurprijs) toegenomen. Beide kunnen leiden tot langere leegstand en dus meer huurderving die binnen de norm zijn gebleven. Huurachterstand In 2011 is een strikter en dus klantgerichter incassobeleid geïmplementeerd met als doel de achterstanden voor de huurder minder te laten oplopen. Er is eerder en actiever contact gezocht (persoonlijk of telefonisch) met betreffende huurders. Ook is er een verbeterslag gemaakt in de effectiviteit van de eigen processen en is ervoor gekozen met één deurwaarder samen te werken. Hiermee is een samenwerkingsovereenkomst voor vijf jaar aangegaan waarin concrete resultaatafspraken (SLA’s) zijn gemaakt. Hierdoor is de huurachterstand gedaald. Voor 2011 is de norm behaald om een huurachterstand percentage te realiseren van maximaal 0,7%. Op 31 december 2011 bedroeg de huurachterstand 0,44% (2010: 0,64%) en is daarmee fors lager. In 2011 is een bedrag van € 91.550 aan vorderingen afgeboekt, welke als oninbaar werden beschouwd. Dit is meer dan de verwachte € 75.000 echter 6% lager dan in 2010. Het grootste gedeelte betreft afboekingen op (al lang) vertrokken (en onvindbare) huurders. Deze worden overigens nog jaarlijks gecheckt op “vindbaarheid en verhaalsmogelijkheden” door de deurwaarder. Ontruimingen Er zijn 34 ontruimingen aangezegd in verband met huurachterstand (2010: 35). Hiervan zijn er 11 daadwerkelijk ontruimd (2010: 10) en is de huurovereenkomst door de rechter ontbonden. Verder is bij 9 huurwoningen (2010: 3) hennep ontdekt. Acht huurders hebben besloten de huur, na ontdekken, vrijwillig op te zeggen en de woning zelf te ontruimen. Hiermee is een juridische procedure voorkomen. Eén procedure loopt nog en wordt in 2012 afgerond. Budgetondersteuning Huurders met (structurele) betalingsproblemen kunnen gebruik maken van individuele begeleiding op financieel gebied met behulp van budgetondersteuning. Vanuit haar maatschappelijke betrokkenheid zet Woonveste zich in voor huurders die hun financiële verplichtingen moeilijk na kunnen komen. Deze dienstverlening heeft een preventief karakter. In 2011 hebben 47 gezinnen (2010: 30) gebruik gemaakt van budgetondersteuning. Voor 29 van deze huurders is budgetondersteuning het passende hulpverleningstraject en 6 huurders zijn doorverwezen naar Juvans en/of de Kredietbank. Een huurder wordt doorverwezen naar Juvans wanneer blijkt dat een minnelijk voorstel voor de schuldeisers niet haalbaar is. Ook multi-problem huurders worden doorverwezen naar Juvans of een andere passende hulpverleningsinstantie. Twaalf dossiers zijn negatief afgesloten, omdat huurders de afspraken en verplichtingen niet na kwamen. Van de 47 gezinnen zijn er 35 die nu goed op koers blijven met hun financiën. De samenwerking met Juvans en de Kredietbank is ook in 2011 voortgezet en verder inhoud gegeven. 12 JAARVERSLAG 2011
Service en producten Beantwoorden van vragen Wekelijks komt er een groot aantal vragen binnen bij Woonveste. Dit kan via de website, telefonisch en via een bezoek aan Woonveste. Wekelijks komen er gemiddeld ongeveer 200 vragen binnen via de website, worden er gemiddeld een 800-tal vragen telefonisch beantwoord en komen er gemiddeld zo’n 170 bezoekers aan de balie (huurders, woningzoekenden en externen). Doordat informatie sneller en efficiënter (intern) beschikbaar is (project informatieboom), kunnen vragen nog sneller worden afgehandeld. Huurtoeslag Woonveste heeft een Huurtoeslag Informatie Punt (HIP) waarmee huurders begeleid worden bij een aanvraag huurtoeslag en informatie wordt gegeven over wijzigingen, uitbetalingen e.d. Van deze service hebben gemiddeld 8 huurders per maand gebruik gemaakt. Woonwinkel Woonveste vindt het belangrijk dat klanten kunnen kiezen uit producten voor hun woning. In 2011 hebben 335 woonwinkelgesprekken plaatsgevonden (2010: 408). Vanaf 2011 is ervoor gekozen om minder woonwinkel keuzes aan te bieden tegen huurverhoging. Wel is eenmalige betaling mogelijk. Dit is mede ingegeven vanwege de toewijzingsnormen van de EU-regelgeving en vanwege de eerder genoemde huurprijsverhoging bij nieuwe verhuringen. Het effect hiervan is zichtbaar in onderstaande tabel. Soort keuze Keuze zonder huurverhoging Eenmalige betaling Huurverhoging Mix (zowel huur als eenmalig) Totaal
Aantal 2011 144 111 49 31 335
% van totaal 2011 43% 33% 15% 9%
% van totaal 2010 31% 17% 36% 16%
De eenmalige betalingen en de woonwinkelkeuzes zonder huurverhoging zijn in verhouding toegenomen. De keuzes met huurverhoging zijn afgenomen. Bij 191 adressen is gekozen voor luxe tegen een huurverhoging, eenmalige betaling of een combinatie van beiden. In totaal is voor € 523,28 (2010: € 1.954) aan maandelijkse huurverhoging gekozen en voor € 74.975,72 (2010: 89.904) aan eenmalige afkoop. Het merendeel van de keuzes (257) betrof de keuken. Voor materiaalkeuze in het toilet zijn 181 keuzes gemaakt en in de badkamer 204 keuzes. ‘t Heem In 2011 is de samenwerking met ’t Heem inzake woonruimteverdeling van woningen van ’t Heem in de gemeente Haaren voortgezet. Dit heeft geresulteerd in het adverteren van 19 woningen van ’t Heem (2010:13). Vestia In 2011 is gestart met woonruimteverdeling van woningen van Vestia in Drunen. Dit heeft geresulteerd in 4 advertenties voor appartementen van Vestia. WoonEnergie Woonveste is aangesloten bij WoonEnergie en heeft dit product aangeboden aan haar huurders. Doel hiervan is om de huurders een aantrekkelijke leverancier aan te bieden. 13 JAARVERSLAG 2011
Sociaal en buurtbeheer Het sociaal en buurtbeheer richt zich op een prettige woonomgeving voor onze huurders. Dat vinden we van groot belang. Daarom zijn de rayonconsulenten en buurtbeheerders actief in de diverse buurten waar Woonveste bezit heeft. De werkzaamheden variëren van het ondersteunen van individuele huurders bij het oplossen van woonproblemen tot bemiddeling bij overlast of ander hinderlijk gedrag. Ook worden op proactieve wijze acties uitgezet om het leefklimaat te verbeteren. Zo zijn in 2011 op diverse complexen de woon- en leefregels vastgesteld of geactualiseerd. Sociaal beheer; samenwerken met andere actieve partijen Woonveste neemt in de gemeente Haaren en in de gemeente Heusden deel aan een sociaal netwerk. In de kernen Drunen, Heusden en Vlijmen vindt een keer per 6 weken een sociaal netwerkoverleg plaats. In 2011 is daarbij de stichting MEE aangesloten. Het overleg is ervoor bedoeld om in gevallen waar dat nodig is tot een gezamenlijke aanpak te komen om zo effectief mogelijk te kunnen werken. In 2011 zijn in overleg met de gemeente Heusden gesprekken gestart om te komen tot een convenant dat er voor zorgt dat uitwisseling van gegevens nog beter mogelijk is en de samenwerking verder geprofessionaliseerd kan worden. Woonveste beoogt met deze samenwerking ook meer te kunnen betekenen in complexe overlastgevallen. In de gemeente Haaren en Heusden ondersteunt Woonveste een project buurtbemiddeling. Middels de inzet van gekwalificeerde buurtbemiddelaars worden conflicten tussen buren in een vroeg stadium opgepakt. Daarnaast stimuleren buurtbemiddelaars bewoners om zelf verantwoordelijkheid te nemen en bevordert dit de samenhang en leefbaarheid in de buurten. In zowel de gemeente Haaren als in de gemeente Heusden is hiervan één keer gebruik gemaakt. Woonveste werkt samen met diverse grote en kleine zorgaanbieders die bewoners woonbegeleiding bieden. Deze samenwerkingsverbanden zorgen ervoor dat Woonveste ook bewoners kan huisvesten die nog niet in staat zijn om volledig zelfstandig te wonen. Wanneer een bewoner na begeleiding in staat wordt geacht zelfstandig te kunnen wonen, krijgt hij/zij het huurcontract op eigen naam krijgen. Dit is in 2011 eenmaal gebeurd. In 2011 is een start gemaakt om te experimenteren met de inzet van medewerkers van de WML (sociale werkvoorziening) voor kleine herstelwerkzaamheden in de leefomgeving, zoals het opnieuw bestraten van brandgangen etc. De ervaringen hiermee zijn positief. Wijkwinkels Zowel in Caleidoscoop in Vlijmen als in een aangepaste woning in Oudheusden is een wijkwinkel gevestigd. Deze wijkwinkels worden beheerd door De Twern. Woonveste houdt hier wekelijks op diverse momenten spreekuur en klanten kunnen hier terecht voor allerlei vragen op werkterrein van Woonveste en bij de andere partners. Buurtbeheerders De buurtbeheerders hebben zich voornamelijk ingezet voor schone en veilige buurten en woongebouwen. Op diverse plaatsen is het verzamelen en afvoeren van oud-papier aangepakt. Daarnaast houden de buurtbeheerders ook de woonomgeving in de gaten en worden bewoners van wie brandgangen en tuinen niet op orde zijn aangesproken op hun verantwoordelijkheden. De buurtbeheerders bezochten bewoners met een huurachterstand om hen aan te sporen op tijd te betalen en daarmee een incassoprocedure bij de deurwaarder te voorkomen. 14 JAARVERSLAG 2011
Regelmatig spreken zij bewoners in de wijk en hebben zij contacten met bewonerscommissies. Activeren bewoners Woonveste vindt het belangrijk bij te dragen aan de sociale cohesie in een wijk c.q. buurt. In dit kader stimuleren wij bewoners op diverse manieren om mee te denken over en mee te doen met activiteiten in de directe woonomgeving. Sinds 2011 legt Woonveste daarbij de nadruk op de faciliterende rol die zij wil spelen; Woonveste neemt geen taken of activiteiten uit handen, maar ondersteunt bewoners daar waar nodig zodat zij de plannen die ze hebben ook daadwerkelijk kunnen uitvoeren. Voorbeeld is de inzet van een afvalcontainer bij een gezamenlijke opknapbeurt van de tuinen. In 2011 zijn diverse informatiebijeenkomsten en/of bezichtigingen van proefwoningen georganiseerd voor huurders van woningen waar ingrijpend planmatig onderhoud plaats ging vinden. Afhankelijk van de intensiteit van het onderhoud bezocht de rayonconsulent wekelijks de projecten en/of begeleidt een bewonersgroep tijdens het voorbereidings- en uitvoeringsproces. In 2011 zijn de bewoners van de Donkhof begeleid naar een tijdelijke of vervangende woning. Eén rayonconsulent is direct betrokken bij het project Trompstraat om de woningen energetisch op te waarderen. Dit traject is in 2011 naar grote tevredenheid afgerond. Woonveste zet zich in om na de uitgevoerde werkzaamheden een bewonersgroep betrokken te houden. In vele gevallen lukt het om na uitvoering van de ingrijpende werkzaamheden bewoners actief betrokken te houden bij woning en woonomgeving. Voor het nieuwbouwproject Castellum is het hoogste punt gevierd en zijn bezichtigingen georganiseerd voor toekomstige bewoners en omwonenden. Deze bijeenkomsten hebben tot doel een nadere kennismaking tussen toekomstige bewoners onderling en met Woonveste. Bewonerscommissies Met de bewonerscommissies van de complexen Kuyperlaan, Waterkwartier, Zuiderpoort, Den Uylplein, Op den Berg, Hollandlaan, Zuid West Kwadrant, Rooyackerserf-Schoolstraat, en de Van Arckelstraat/Prins Hendrikstraat heeft diverse malen overleg plaatsgevonden. De contacten lopen naar ieders tevredenheid en er spelen geen dringende kwesties. In de Van Galenstraat/Admiraalsweg is een overleggroep met actieve bewoners opgestart. Met de bewoners van het Castellum in Heusden is intensief contact geweest. Wanneer ook de 2e fase van de bouw is afgerond (loop van 2012) wordt een gezamenlijke bewonerscommissie opgericht. Naast de bewonerscommissie is aan de Hollandlaan ook een activiteitencommissie opgericht die zich zeer actief profileert met een activiteitenprogramma in de gezamenlijke ruimte. Diverse bewonerscommissies ontvangen van Woonveste een financiële bijdrage. Deze dient om de communicatiekosten van een bewonerscommissie te dekken, maar ook om activiteiten mee op te zetten. In diverse gebouwen zijn gezamenlijke ruimtes aanwezig die gebruikt worden voor sociale activiteiten. Deze activiteiten worden doorgaans goed bezocht en staan open voor alle bewoners. Huurdersvereniging De huurdersvereniging Heusden is actief in alle kernen van Heusden. Het overleg met Woonveste vindt plaats op grond van een samenwerkingsovereenkomst. In deze overeenkomst is vastgelegd op welke wijze overlegd wordt, over welke onderwerpen en met welke rechten en plichten. Aan het overleg nemen deel een afvaardiging van het bestuur van de huurdersorganisatie, alsmede de directeur en de manager Wonen of de manager Ontwikkeling van Woonveste. 15 JAARVERSLAG 2011
Het bestuurlijk overleg met de huurdersvereniging vond twee maal plaats. Onder meer is overleg gevoerd over het huurprijsbeleid 2011; de vereniging heeft hiermee ingestemd. Ook is input gevraagd voor het jaarplan 2012 en is onder andere gesproken over beleid woonkwaliteit, een vast aanspreekpunt binnen Woonveste voor het klachtenteam en de bijdrage van de huurdersvereniging aan het project Trompstraat. De huurdersvereniging ontving een financiële bijdrage van Woonveste. Woningkeuringen In 2011 is er minder actief ingezet op de woningkeuringen. Reden hiervoor is dat de woningvoorraad bij diverse kwaliteitsmetingen als goed wordt beoordeeld. En dit blijkt ook steeds uit de inspecties. Woonveste biedt huurders de mogelijkheid van een inspectie van de woning op kleine onderhoudszaken aan (één maal per 3 jaar). Huurders zijn hiervoor in 2011 niet meer actief aangeschreven. Het is kenbaar gemaakt op de website. Er hebben geen huurders gebruik van gemaakt.
16 JAARVERSLAG 2011
4.1.2 Onderhoud De kernactiviteiten van onderhoud hebben als doel een kwalitatief goede en betaalbare woningvoorraad. De uitdaging hierbij is om het onderhoud op een klantgerichte, efficiënte, effectieve en kostenbewuste manier uit te voeren. Om de kwaliteit van het bestaande woningbestand op het gewenste niveau te houden, wordt jaarlijks het nodige planmatig- en dagelijks onderhoud uitgevoerd en wordt flink geïnvesteerd in de verbeteringen van de energetische kwaliteit van woningen, zoals vermeld in het Ondernemingsplan 2011 t/m 2015. Voor het onderhouden en verbeteren was in 2011 een totaalbudget van € 10.728.00 beschikbaar waarvan € 700.000 gereserveerd was voor het verbeteren van de energetische kwaliteit van woningen. Onderstaand de totale onderhoudskosten over 2011. Deze zijn ruim binnen het gestelde budget gebleven.
Planmatig onderhoud Contractonderhoud Dagelijks onderhoud - Mutatie onderhoud - Reparatie onderhoud Totaal onderhoud
Begroot
Werkelijk
Verschil
%
€ 6.877.000
€ 5.479.401
€ 1.397.599
26%
€ 990.000
€ 903.549
€ 86.451
10%
€ 1.470.000 € 691.000
€ 1.599.378 € 944.652
- € 129.378 - € 253.652
€ 10.028.000
€ 8.926.980
€1.101.020
-37%
12%
Planmatig onderhoud Het planmatig onderhoud aan de woningen is middels een meerjarenonderhoudsplanning in kaart gebracht. Door middel van jaarlijkse inspecties van minimaal 1/3 van het woningbestand wordt deze planning actueel gehouden. Middels marktconforme eenheidsprijzen wordt het budget bepaald. Aan het begin van het jaar zijn de ingrijpende projecten zoals binnen onderhoud en kozijnvervangingen uitgezet. Hierna volgen de kleinere projecten. Dit om alles binnen het jaar af te kunnen ronden. Zoals uit de tabel blijkt zijn de uitgaven ruim binnen de begroting gebleven. Deze zijn namelijk zo’n € 1.400.000 lager dan begroot. Ruim 32% van dit verschil wordt veroorzaakt doordat projecten verantwoord (gedeeltelijk) zijn doorgeschoven naar een later onderhoudsmoment. Denk dan aan gepland casco-onderhoud dat op een later moment beter in de strategie tot energetisch opwaarderen van betreffende woningen past of aan gepland onderhoud waarvan de kwaliteit van de bestaande situatie als voldoende is beoordeeld. Een bedrag van zo’n € 850.000 is minder uitgegeven aan uitgevoerde projecten. De oorzaken daarvan zijn: • minder deelname (op onderdelen) aan enkele projecten binnenonderhoud; • deeluitvoering van opdrachten (er is bijvoorbeeld alleen noodzakelijk schilderwerk uitgevoerd vanwege gepland energetisch opwaarderen, of bij een project zijn alleen de goten van de woningen vervangen en goten van de bergingen doorgeschoven); • BTW voordeel van 13% op het arbeidsdeel van de opdrachten (tijdelijke overheidsmaatregel tot 1 oktober 2011 waarbij 6% i.p.v. 19% gerekend mocht worden voor arbeidskosten); • betere inkoopvoorwaarden/scherper onderhandeld. 17 JAARVERSLAG 2011
Woonveste stimuleert bewoners mee te doen aan de planmatige onderhoudsprojecten. Indien bewoners niet mee doen, kunnen ze na vijf jaar alsnog een verzoek doen voor het betreffende onderhoud. Bij gebreken wordt op basis van reparatieonderhoud de situatie in stand gehouden. Deze verzoeken worden vanaf 2011 geclusterd uitgevoerd waardoor er een betere regie in de kosten ontstaan en er voordelen zijn in voorbereiding- en begeleidingstijd, in prijsafspraken met opdrachtnemers en in interne capaciteitsplanning van de woonwinkel. Ook huurders accepteren dat men ongeveer een jaar moet wachten tot het achtergebleven planmatig onderhoud wordt uitgevoerd, mits dit duidelijk wordt gecommuniceerd. In 2011 is in 29 woningen incidenteel planmatig onderhoud uitgevoerd, geclusterd tot één project. Dit heeft tot overschrijding van zo’n € 80.000 geleid. Dit is echter binnen het onderhoudsbudget opgevangen. Contractonderhoud Er zijn contracten voor onder andere liften, tuinonderhoud, CV en MV (mechanische ventilatie) onderhoud, rioolontstopping, inbouwapparatuur en inbraak/brandbeveiliging. In 2011 is het contract op controle en vervangen van lampen voor algemene verlichting toegevoegd. Er is 10% minder uitgegeven aan contractenbeheer. Dit komt grotendeels voort uit een reductie op het CV/MV onderhoud. De prijzen zijn in maart naar beneden aangepast en er is minder onderhoud uitgevoerd op mechanische ventilatie dan was begroot. Dagelijks onderhoud Met het dagelijks onderhoud aan woningen streeft Woonveste ernaar dat huurders tevreden zijn over hun woning en dat deze voldoet aan een goed kwaliteit -en uitrustingsniveau. Onder de noemer dagelijks onderhoud vallen het reparatie- en mutatieonderhoud. Voor 2011 is uitgegaan van een begroot budget van € 2.161.000 voor het dagelijks onderhoud. Mutatie onderhoud Bij iedere mutatie wordt de woning beoordeeld op technische staat, inrichting conform beleid en verhuurbaarheid. Indien noodzakelijk worden gebreken hersteld en wordt binnen onderhoud uitgevoerd. Leidraad hierbij is de in 2011 vastgestelde basiskwaliteit voor mutaties, de woonwinkel en planmatig onderhoud. Er wordt altijd een gedegen afweging gemaakt tussen investeren of de mogelijkheid om de woning in bestaande staat door te exploiteren om daarmee ook de kosten te bewaken. In 2011 zijn relatief veel woningen (15% van het totaal aantal mutaties tegen regulier 10%) gemuteerd waarbij grootschalig onderhoud noodzakelijk was. Er is voor gekozen om daarop te investeren om op die manier kwalitatief goede woningvoorraad te behouden. Het aantal van 317 mutaties is 9% lager dan begroot. De kosten komen 9% boven de begroting uit. Dit wordt grotendeels veroorzaakt het percentueel hoge aantal grote mutaties waaronder enkele kostbare, maar verantwoorde mutaties (> € 30.000). De overschrijding is binnen het onderhoudsbudget opgevangen. Zoals in het jaarplan is aangegeven, is voor mutaties boven de € 10.000 offertes aangevraagd bij minimaal twee verschillende aannemers. Het betrof 24 mutaties. Dit heeft een prijsvoordeel opgeleverd van ruim € 50.000. Dit weegt dus zeker op tegen een iets langere leegstand (ongeveer twee weken per mutatie). 18 JAARVERSLAG 2011
Reparatie onderhoud In het melden en uitvoeren van reparatieverzoeken staat Woonveste voor een klantgerichte aanpak. Tijdens kantooruren kunnen de reparaties telefonisch, persoonlijk of via mail worden doorgegeven. Buiten kantoortijden wordt de telefoon doorgeschakeld naar een callcenter Met de klant wordt binnen 24 uur na ontvangst van de melding een afspraak gemaakt voor uitvoering van de werkzaamheden en/of inspectie. Het budget reparatieonderhoud voor 2011 bedroeg €691.000. Dit budget is overschreden. Er zijn twee oorzaken voor de budgetoverschrijding van reparatieonderhoud namelijk: er is met een te laag bedrag per reparatieverzoek begroot en het aantal reparatieverzoeken van 5.438 was 6% hoger dan begroot. De werkelijke gemiddelde reparatiekosten zijn met € 174 lager dan in 2010 (€ 183). Overigens kon de overschrijding binnen het totale budget onderhoud voor 2011 worden opgevangen. In 2011 is het proces van reparatieonderhoud in vaste prijzen herzien. Er is besloten om bij reparatieverzoeken in plaats van inspanningsverplichtende opdrachtbonnen naar “resultaatgerichte eindtermen” als opdracht over te gaan. Hiermee is het aantal items met een vaste prijs teruggebracht van 800 naar 175 eindtermen. Tevens zijn de prijzen gecheckt op markconformiteit, de eerder berekende prijzen in het verleden, de landelijke prijzen en de geoffreerde prijzen. Vanaf 1 januari 2012 wordt gewerkt volgens de nieuwe systematiek. Hiermee zal er naar verwachting efficiënter gewerkt gaan worden. Energetische kwaliteiten verbeteren Duurzaam Onderhouden De doelstelling van Woonveste is om binnen 15 jaar de totale woningvoorraad op minimaal energielabel C te brengen. Een fors deel van de bestaande woningvoorraad beschikt over een lager energielabel dan een C-label. Een goed moment om onderhoud te plegen en daarmee de energetische waarde van woningen op te waarderen, ligt ergens tussen het 30e en 40e bouwjaar. Op dat moment komen een aantal ingrijpende onderhoudsactiviteiten extern (zoals kozijnenvervanging en voegwerken) als intern (keuken, douche, toilet en Cvinstallatie) in aanmerking voor het standaard onderhoud. Door deze ingrepen te combineren of deels te combineren, kan synergie worden bereikt die leidt tot sterk verbeterde energieprestaties. Conform het ondernemingsplan 2011 – 2015, zullen op deze manier circa 800 woningen in 5 jaar worden onderworpen aan een energetische verbeterslag. Dit “verduurzamen” van de woningen, ook wel genoemd het “aantrekken van een warme jas”, vergt een ander onderhoudsproces. Deze integrale en intensievere aanpak van planmatig onderhoud vraagt, afhankelijk van het project, • het betrekken van een architect voor de uitstraling van de buitenschil; • het doorlopen van een bouwvergunningsprocedure; • extern advies inzake constructies; • het maken van energiewinstberekeningen; • extra aandacht voor de communicatie met huurders. Deze gaan namelijk een huurverhoging betalen voor de gemiddelde verlaging in de energielasten. Dit betekent dus denken vanuit woonlasten (= huren + energielasten) en niet alleen vanuit huurlasten. Uitgaven in 2011 In 2011 is in totaal € 782.000 uitgegeven aan het verbeteren van de energetische kwaliteit. Hiervan had € 743.000 betrekking op het verduurzamen van woningen. Daarnaast is € 39.000 uitgegeven aan het energetisch verbeteren van de woningen die niet in aanmerking komen voor de verduurzaming. 19 JAARVERSLAG 2011
Energetisch opwaarderen 50 woningen In 2011 stonden 50 woningen gepland om energetisch op te waarderen naar minimaal energielabel C. Deze zijn alle uitgevoerd namelijk 25 woningen aan de Trompstraat en 25 woningen aan de Pr. Hendrikstraat, W. Alexanderstraat en Johanna van Brabantstraat te Drunen. Totaal hebben 42 (van deze 50) woningen het energielabel B behaald. De overige 8 woningen hebben het energielabel C behaald en zullen bij het vervangen van de Cv-ketel in 2014 (HR107 ketel) het energielabel B bereiken. De energetische opwaardering van de 25 woningen aan de Pr. Hendrikstraat, W. Alexanderstraat en Johanna van Brabantstraat te Drunen kon geheel plaatsvinden binnen de begroting van planmatig onderhoud. Voor de Trompstraat is een investering gedaan van €742.933. Deze investering komt deels voor rekening van Woonveste, deels wordt deze terugverdiend via levensduurverlening van de woning en via huurverhoging. Ervaringen die opgedaan zijn bij deze projecten zullen worden meegenomen naar volgende verduurzamingprojecten. Voor het jaar 2012 staan 173 woningen gepland. De voorbereidingen hiervoor zijn reeds in 2011 gestart. Selectie energetisch opwaarderen 800 woningen 2011 - 2015 In 2011 is ook bepaald welke woningen in de komende 5 jaar in aanmerking komen voor een integrale aanpak van energetische verbeteringen. Dit zijn woningen die de investering waard zijn. Dus woningen met een goede plattegrondindeling of flexibiliteit tot verbeterde indeling, een goede bouwconstructie en gelegen in een goed gesitueerde wijk. Uiteindelijk zijn er zijn 862 woningen geselecteerd waarbij we een uitval verwachten van ongeveer 10%. Deze woningen staan gepubliceerd op de website. Na de bepaling van deze in aanmerking komende projecten is de bestaande meerjarenonderhoudplanning voor een groot deel herschikt. Project PassiefHuis In november 2010 is gestart met het PassiefHuis project voor 16 bestaande appartementwoningen in Nieuwkuijk. Het PassiefHuis principe heeft als uitgangspunt een sterk isolerend vermogen van de buitenschil van de woning waardoor de actieve energievraag voor ruimteverwarming en -koeling tot een minimum wordt beperkt. Dit project is op 15 juni 2011 opgeleverd. Het complex kan na deze intensieve aanpassing weer voor minimaal 50 jaar in de markt gezet worden. Voor dit PassiefHuis project is gebruik gemaakt van verschillende subsidies. Begin 2012 is gestart met de uitvoering van het complex met 16 appartement woningen aan de Donkhof te Haarsteeg. Dit is een nagenoeg identiek project. Deze appartementen worden ook uitgevoerd volgens het PassiefHuis principe.
20 JAARVERSLAG 2011
Milieubeleid In 2011 heeft Woonveste haar nieuwe Milieubeleidsplan 2011 t/m 2015 geformuleerd. Het Milieubeleidsplan is kader stellend voor de activiteiten van Woonveste en geeft tevens de ambities weer op het gebied van milieu en duurzaamheid. Woonveste hanteert de volgende definitie van milieubeleid: Het bevorderen van een schone (woon/werk/leef)omgeving door het duurzaam gebruik maken van natuurlijke bronnen (energie en water) en materialen met het oog op het tegengaan dan wel reduceren van vervuiling en afval. De nota milieubeleid richt zich op de volgende milieuthema’s: energiegebruik, watergebruik en materiaalgebruik (incl. afvalverwerking). De genoemde milieuthema’s zijn nader uitgewerkt voor de onderdelen bestaande bouw, nieuwbouw, interne bedrijfsvoering en externe bedrijfsvoering. EPA (Energie Prestatie Advies) Het energielabel maakt prominent onderdeel uit van het (nieuwe) woning-waarderingsysteem (WWS). Vandaar dat in 2010 is gestart met het vernieuwen van labels. Eind 2011 is 80% van de nieuwe EPA’s verwerkt in de database. In het 1e kwartaal van 2012 zal het resterende deel van de totale voorraad zijn voorzien van een actueel energielabel. Hierdoor kunnen er enerzijds zuivere beleidssimulaties/onderhoud scenario’s per project worden doorgerekend. Daarnaast kan de juiste woningwaardering worden toegekend aan de woningen en zal er een voldoende zuiver beeld zijn om op mogelijke WWS-gevolgen te kunnen anticiperen (de sancties kunnen bijvoorbeeld bestaan uit het bevriezen van de huurprijzen of huurmatiging).
Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) In 2011 is het aantal woningaanpassingen ten opzichte van 2010 met 52% gedaald (van 170 naar 82). Een kleine 10% van deze woningaanpassingen komt vanuit de gemeente Haaren. De forse daling wordt met name veroorzaakt door beleidswijzigingen bij de gemeente Heusden. Op het gebied van de Wmo is de stap gemaakt naar regie en inkoop door de bewoner. De Gemeente heeft daarmee als nieuwe rol het sturen van het vraagproces in plaats van het inkopen van het aanbod. Wmo-aanvragen onder de € 400 van 55+ huurders, worden niet meer in behandeling genomen. Hoewel het aantal woningaanpassingen sterk is afgenomen, zijn de totale aanpassingskosten gestegen. De totale kosten voor de 82 aanpassingen bedragen € 179.190 en worden geheel gedekt door de gemeenten. Dit is 13,5% hoger ten opzichte van 2010. Deze stijging komt met name door het rolstoelgeschikt maken van een woning, een aanpassing van zo’n € 75.000. Voor de uitvoering van de aanpassingen zijn normen in een convenant tussen gemeente Heusden en Woonveste overeengekomen. Het convenant wordt elke drie jaar geactualiseerd. De afspraken uit het convenant worden door Woonveste correct nagekomen. Het Wmo convenant is eind 2011 in gezamenlijk overleg geactualiseerd. Proceduretijden, betalingstermijnen, woningleegstand en huurderving prijzen zijn hierin aangescherpt.
21 JAARVERSLAG 2011
4.2
Vastgoed
Woningvoorraad Op de peildatum 31 december 2011 heeft Woonveste 5.334 woningen in eigendom in 3 gemeenten: Heusden, Haaren en ’s-Hertogenbosch. Woningvoorraad verdeeld naar woningtype in aantallen per gemeente Gemeente Gemeente Gemeente Heusden Haaren ’s-Hertogenbosch 3.218 502 0 Eengezinswoning 894 34 137 Etagewoning met lift 475 74 0 Etagewoning zonder lift Totaal
4.587
610
137
Totaal 3.720 1.065 549 5.334
Woningvoorraad (exclusief eenheden zorgcentrum en onzelfstandige zorgwoningen) verdeeld naar huurcategorie (in aantallen en % van het totaal) Gemeente Gemeente Gemeente Totaal Heusden Haaren ’s-Hertogenbosch 502 11% 83 14% 0 0% 585 11% Goedkoop (< € 361) 137 100% 3.930 74% Betaalbaar (€ 362 - € 555) 3.316 72% 477 78% 564 12% 37 6% 0 0% 601 11% Duurder (€ 555 - € 652) 205 4% 13 2% 0 0% 218 4% Commercieel (> € 652) 4.587 100% 610 100% 137 100% 5.334 100% Totaal Naast deze 5.334 zelfstandige woningen heeft Woonveste 105 zorgeenheden in zorgcentrum Zandley te Drunen en 48 zorgeenheden in diverse complexen voor zorgbehoevenden in gemeente Heusden en Haaren. Overige verhuureenheden Naast woningen heeft Woonveste 839 overige verhuureenheden, waaronder 816 garages, bergingen, parkeerplaatsen en diverse soorten maatschappelijk vastgoed in bezit. Het maatschappelijk vastgoed betreft onder andere het MFA Caleidoscoop in Vlijmen, ontmoetingsruimtes ten behoeve van zorgwoningen, wijkwinkels en peuterspeelzalen. Voor Schakelring beheert Woonveste 3 woningen. Woningverkoop Binnen de bestaande woningvoorraad voert Woonveste een terughoudend verkoopbeleid. Ultimo 2011 staan 11 opgeleverde nieuwbouwwoningen te koop. De verkoop van woningen verloopt moeizaam. In het opgeleverde nieuwbouwproject A. Kampstraat is één woning verkocht. Voor de overige zeven koopwoningen is een marketingplan ontwikkeld maar de diverse publiciteits-/kortingsacties hebben niet geleid tot verkoop. Eind 2011 zijn deze woningen opnieuw getaxeerd met als doel de Koopgarant-regeling toe te passen. Van de zes koopwoningen in opgeleverd nieuwbouwproject Castellum 1e fase zijn slechts twee woningen verkocht. Tevens zijn 10 koopwoningen in aanbouw. Het betreft zes woningen in Wijngaert te Haaren en vier appartementen in Castellum 2e fase te Oudheusden. De zes woningen in Wijngaert zijn succesvol verkocht met een Koopgarant-regeling. De vier appartementen in Castellum 2e fase staan te koop. In de bestaande bouw staat één woning te koop. 22 JAARVERSLAG 2011
Strategisch Voorraadbeleid (SVB) De strategiekeuzes voor alle woningen zijn opgenomen in het strategisch voorraadbeleid (complexbeheerplannen). Het SVB fungeert als bindende factor voor de verschillende beleidsvelden binnen Woonveste (o.a. huurbeleid, onderhoudsbeleid, kwaliteitsbeleid, verkoopbeleid). In 2011 zijn de volgende activiteiten uitgevoerd: - In het derde kwartaal heeft de jaarlijkse evaluatie van het SVB plaatsgevonden. Hierin is de stand van zaken gepresenteerd ten opzichte van het Portefeuilleplan en zijn bijzonderheden besproken. - De notitie Woonkwaliteit is vastgesteld en het strategielabel woonkwaliteit is toegevoegd aan het SVB (complexbeheerplannen). - De methode voor het doorvoeren van exploitatieverlenging is voorbereid in 2011 en wordt begin 2012 vastgesteld. - De voor verduurzaming geselecteerde woningen zijn opgenomen in het SVB (complexbeheerplannen). - De resterende productgroepen (garages, zorgwoningen en maatschappelijk vastgoed) zijn toegevoegd aan het SVB (complexbeheerplannen). - In december zijn alle wijzigingen in het SVB verwerkt en zijn de aangepaste complexbeheerplannen gepresenteerd. Nieuwbouw Woonveste verruimt haar woningvoorraad middels het ontwikkelen en bouwen van woningen. Als maatschappelijk ondernemer zet Woonveste zich ook in voor het ontwikkelen van maatschappelijk vastgoed. In 2011 zijn onderstaande activiteiten ondernomen. Gemeente Heusden In 2011 is in Oudheusden een belangrijke mijlpaal bereikt door de afronding van de eerste fase van de bouw van 27 woningen project Castellum. Binnen het plangebied is een onteigening afgerond en is door de sloop van een aantal resterende woningen plaats gemaakt voor de bouw van de tweede fase het ‘Kasteel’, een appartementencomplex met een mix van koop en huurappartementen. Na de zomervakantie is gestart met de bouw. De inrichting van de openbare ruimte in de directe omgeving van het project is aangepakt zodat een nieuwe uitstraling is gegeven aan dit deel van Oudheusden. In 2011 is gestart met de bouw van 14 woningen op locatie Zuid-Australië in Drunen. De verhuur van de woningen is gestart in 2011. Alle 14 woningen zijn inmiddels verhuurd. De woningen worden opgeleverd in het derde kwartaal 2012. De realisatie van drie woningen aan de Kavelingweg (woonwagenlocatie) in Haarsteeg is voor Woonveste niet haalbaar gebleken. Woonveste is daarom niet meer betrokken bij deze locatie. Begin 2012 is gestart met de uitvoering van het complex met 16 appartement woningen aan de Donkhof te Haarsteeg; de voorbereiding hiervoor vond in 2011 plaats. In samenwerking met een projectontwikkelaar heeft Woonveste in 2011 een onderhandeling gevoerd met woningcorporatie De Kleine Meijerij over de aankoop van een locatie aan de Wolput in Vlijmen. Na overeenstemming is de locatie door Woonveste aangekocht en zijn de voorbereidingen gestart voor de planuitwerking voor een complex voor circa 25 appartementen. De appartementen worden in het sociale segment verhuurd en de bouw zal het 3e kwartaal 2012 starten. 23 JAARVERSLAG 2011
Woonveste heeft samen met Schakelring twee locaties in onderzoek voor de realisatie van zorgcentra. In Oudheusden en Vlijmen worden zowel de mogelijkheden van de locatie als van de samenwerking nader onderzocht. Geerpark Er is onderzoek verricht naar de mogelijke samenwerkingsvormen met projectontwikkelaars in verband met de te realiseren koopwoningen in het gebied. Onderzocht is op welke wijze een samenwerking te vinden is met een partij die de risico’s van de koopwoningen wil overnemen in de opstalexploitatie. Daarnaast is beoordeeld in hoeverre deze partij een rol kan spelen in het realiseren van de huurwoningen in het gebied en kan bijdragen aan het bouw- en woonrijp maken. De marktomstandigheden en de crisis in de bouwsector zorgen ervoor dat het aantal partijen dat een serieuze rol van betekenis kan spelen beperkt is. In de zomer van 2011 is door Gemeente Heusden het voorontwerp bestemmingsplan Geerpark gepubliceerd. Dit is de eerste stap in het bestemmingsplantraject. Op het voorontwerp zijn vanuit de directe omgeving een aantal inspraakreacties gekomen. Om te komen tot het ontwerp bestemmingsplan Geerpark dient onder andere de exploitatie van het plangebied zeker te zijn. Gemeente Heusden en Woonveste dienen hiervoor op een aantal punten nog overeenstemming te vinden over de samenwerkingsvorm. Om de haalbaarheid van Geerpark te vergroten is op initiatief van Gemeente Heusden gekeken of het plangebied geoptimaliseerd kan worden. Streven is daarbij om het maximaal aantal van ca. 800 woningen te realiseren. De stedenbouwkundige heeft op een aantal plaatsen mogelijkheden gezien om de woningaantallen te vergroten. Het te benutten plangebied is daarbij aangepast. Het inzetten op een bijzondere woonwijk met een hoog ambitieniveau kan onder druk komen te staan op het moment dat de exploitatie onder druk staat. De ambities passend bij de wijk Geerpark staan overeind. Dat wil zeggen dat zowel Gemeente Heusden als Woonveste het belang inzien van een duurzame woonwijk. In 2010 is gestart met de voorbereiding van 24 woningen (waarvan 10 huurwoningen). Twee ontwikkelaars hebben een plan uitgewerkt om te komen tot zeer energiezuinige woningen in zowel huur als koop. Ontwikkelaars hebben met Gemeente Heusden een onderhandeling gevoerd over de aankoop van de bouwgronden. In 2011 is deze onderhandeling uiteindelijk vastgelopen waaruit geconcludeerd is dat dit deelproject voortijdig is beëindigd. Dientengevolge kon Woonveste de geplande 10 huurwoningen niet realiseren. De samenwerking met de ontwikkelaars is daarmee eveneens beëindigd. Woonveste is in samenwerking met een architect en een aantal adviseurs gestart met de planuitwerking van het Geerpark-deelplan ‘Tussengebied’. Dit plangebied bestaat uit: - 36 appartementen met 41 parkeerplaatsen in een halfverdiepte parkeergarage (huur) - 13 eengezinswoningen (huur) - 6 grondgebonden nultredenwoningen (huur) - 10 eengezinswoningen (koop) - 7 vrijstaande woningen (koop) Het ontwerpteam spant zich in om de duurzaamheidsambities volledig in het plan te integreren. Eind 2011 heeft er een ontwerpworkshop plaatsgevonden met medewerkers van Woonveste en een aantal toekomstige bewoners en de bouwcommissie van SOGH (Stichting Ouderen Gemeenten Heusden). 24 JAARVERSLAG 2011
De doelstelling van Woonveste om met de bouw in 2011 te starten kon niet gerealiseerd worden omdat het gemeentelijke bestemmingsplan niet gereed is. Aan de rand van Geerpark ligt het gebouw Mommersteeg. De gedachte is om van Mommersteeg een sociaal-cultureel centrum te maken voor Geerpark en Vlijmen. Het Rijksmonument herbestemmen vraagt een structurele aanpak en een grondige haalbaarheidstoets. Woonveste heeft een grondig onderzoek verricht en hiervoor een ‘businesscase Mommersteeg’ opgesteld waarin de haalbaarheid van verschillende scenario’s wordt bepaald. In het vierde kwartaal is de voorkeur uitgesproken voor een duurzaam scenario te kiezen waarbij het gebouw grondig wordt aangepakt en een energetische verbetering krijgt (van energielabel G naar A). Voorwaarde voor deze aanpak is het vinden van geschikte huurders welke bereid zijn de bepaalde huurprijzen te betalen. In de loop van 2012 wordt duidelijk of dit gelukt is. Gemeente Haaren Gemeente Haaren heeft Woonveste gevraagd mee te denken in de uitwerking van het stedenbouwkundige plan Den Hoek in Helvoirt. Vooralsnog heeft Woonveste geen positie binnen dit gebied. Woonveste heeft van Gemeente Haaren de mogelijkheid gekregen om, tegenover het nieuwe complex van Cello in Haaren, een 17-tal eengezinswoningen te bouwen. In 2011 is gestart met de ontwikkeling van een plan van 11 huurwoningen en 6 koopwoningen in deelgebied Wijngaert. Na het verkrijgen van de benodigde vergunning start de bouw in januari 2012. Gemeente Haaren heeft Woonveste, eind 2011, een locatie aangeboden aan het Joriskwartier in Helvoirt (voormalig brandweerkazerne). Gemeente Haaren voorziet daar de realisatie van 7 patiowoningen (koop en huur). Woonveste zal begin 2012 de haalbaarheid van deze locatie onderzoeken. ’t Heem heeft Woonveste benaderd voor een samenwerking bij de realisatie van een nieuw te bouwen Woon-Zorgcentrum Leijenhof in Helvoirt. Woonveste is in afwachting van een standpunt van ’t Heem. Gemeente Haaren heeft Woonveste benaderd voor een samenwerking bij de realisatie van een multifunctionele accommodatie (MFA) in Helvoirt. Woonveste is samen met Gemeente Haaren de mogelijkheden aan het verkennen. Overige projecten In Berlicum heeft het educatief cluster met de woningen van Cello meer vorm gekregen. Het gebouw zal voorjaar 2012 worden opgeleverd en vervolgens in gebruik genomen worden. Woonveste is eindafnemer van het gebouw en heeft tijdens de uitvoering door middel van structureel toezicht controle gehouden op de kwaliteit van het uitgevoerde werk. Woonveste heeft meerdere projecten voor de eerstvolgende jaren in voorbereiding. Woonveste heeft ca. 30 ha potentiële bouwgrond op 2 locaties in de gemeente Heusden.
25 JAARVERSLAG 2011
4.3
Wijkontwikkeling en samenwerking
4.3.1 Leefbaarheid Woonveste blijft investeren in de woon- en leefomgeving en gaat verbindingen aan met andere partijen om wijken te realiseren waar klanten graag wonen en het vastgoed zich goed kan ontwikkelen. In 2011 heeft Woonveste hiervoor diverse activiteiten ondernomen. Middels deze activiteiten wordt gewerkt aan prettige en vitale buurten/wijken, streven we naar verbeteren van de tevredenheid van klanten en belanghouders en is Woonveste een betrouwbare partner voor belanghouders op gebied van wonen, welzijn en zorg. Wijkontwikkeling Woonveste heeft de strategische wijkkaders voor de gemeenten Heusden en Haaren opgesteld en vastgesteld. Met deze wijkkaders professionaliseren we de inzet in wijken verder en investeren we gericht, in samenwerking met partners en bewoners, om de leefbaarheid in de buurt c.q. wijk te verbeteren. De strategische wijkkaders fungeren als afwegingskader voor inzet en betrokkenheid van Woonveste. Oudheusden Voortvloeiend uit bijeenkomsten over sociale index en diverse werkateliers is door gemeente Heusden een sociaal plan ontwikkeld waarin zij haar ambities voor Oudheusden heeft geformuleerd. In dit sociaal plan is de focus gelegd op de thema’s kwaliteit van de leefomgeving, ontwikkeling van de jeugd en voorkomen en bestrijden van overlast. Woonveste is intensief betrokken geweest bij de totstandkoming van dit sociaal plan. Dit sociaal plan en het plan “Hart voor Oudheusden” vormen de input voor een integraal uitvoeringsprogramma Oudheusden. Hiermee ligt er een programma dat wordt gedragen door gemeente Heusden, politie, de Twern en Woonveste. Met gemeente Heusden is overleg gevoerd over de ontwikkeling van het toekomstig voorzieningenniveau aan de Kasteellaan in Oudheusden. De gemeente heeft het plan om in deze straat een educatief en zorg cluster te ontwikkelen. De opgave is om gewenste functies te huisvesten op deze locatie. Voor het zorgcluster werkt Woonveste samen met Schakelring. Mogelijk dat hierin de functie van een wijkwinkel kan komen. De onteigening van de laatste woning voor de herstructurering in Oudheusden is afgerond en de woningen zijn gesloopt. Vervolgens is gestart met de bouw van appartementen in het Castellum. Met organisaties voor allochtonen is contact gelegd voor medewerking aan een onderzoek voor het inventariseren van woonbehoeften. Tijdens de voorbereiding is besloten om dit onderzoek uit te breiden naar de totale gemeente Heusden en heeft Schakelring te kennen gegeven dat zij mee wil participeren in het onderzoek. Het doel is om meer inzicht te krijgen in de te verwachten kwalitatieve woon-/zorgbehoeften onder oudere allochtonen in de gemeente Heusden. Begin 2012 wordt dit onderzoek uitgevoerd. In 2011 is door de gemeente Heusden een buurtwebsite gelanceerd in Oudheusden. De gemeente heeft gezorgd voor ondersteuning in de eerste zes maanden. Woonveste heeft er zorg voor gedragen dat de informatie over Woonveste op deze buurtwebsite actueel wordt gehouden.
26 JAARVERSLAG 2011
Samenwerking met belanghouders en partners Woonveste werkt op diverse terreinen samen met belanghouders en partners in het maatschappelijk veld. Hiermee laten we zien dat we als maatschappelijk ondernemer onze rol waarmaken in de directe woon- en leefomgeving van onze klant. Door Woonveste zijn diverse initiatieven ondernomen tot versterking van de contacten met belanghouders en partners. Hiermee geven we op een effectieve manier vorm aan wijkgericht werken en het oplossen van complexe vraagstukken, ontwikkelingen, plannen en activiteiten in wijken. De regiegroep Wijk- en buurtgericht werken in gemeente Heusden heeft als doel dat het wijkgericht werken in de uitvoering gefundeerd gestalte krijgt en dat initiatieven vanuit de uitvoering verankering krijgen in het beleid van de verschillende partners. Gemeente, politie, De Twern en Woonveste vormen de regiegroep. Onderwerpen die intensief met elkaar zijn afgestemd zijn: wijkgesprekken, sociaal plan en uitvoeringsplan Oudheusden, samenwerking in Caleidoscoop, relatie tot werkvloeroverleg, aanpak en samenwerking (jeugd)overlast. Op uitvoerend niveau ontmoetten medewerkers elkaar in het werkvloeroverleg. Woonveste blijft deelnemen en betrokken bij activiteiten vanuit de wijkwinkel. Met politie, gemeente en De Twern wordt regelmatig overleg gevoerd en worden gezamenlijke activiteiten ontplooid. Het werkvloer overleg is in 2011 verder geprofessionaliseerd. Onderwerpen op terrein van leefbaarheid en veiligheid worden besproken en acties worden ondernomen waar nodig gezamenlijk met bewoners. In de kern Drunen is een werkvloeroverleg opgestart. Dit jaar zijn onder meer de volgende zaken opgepakt: professionaliseren wijkwinkel, wijktafel en wijkschouwen, herinrichting binnenterreinen Woonveste heeft in individuele gesprekken met belanghouders haar jaarplan 2011 gepresenteerd. Het doel van deze bijeenkomsten was het uitwisselen van informatie en kijken naar mogelijke activiteiten en/of ontwikkelingen, waarin we in uitvoering of voorbereiding kunnen samenwerken. Met belanghouders zijn medio 2011 gesprekken gevoerd over ieders plannen voor 2012. De wensen zijn met elkaar uitgewisseld en waar mogelijk verwerkt in het jaarplan 2012. Eind 2011 heeft voor bestuurders en leidinggevenden van belanghouders een relatiebijeenkomst plaatsgevonden. Vanuit gemeenten Heusden en Haaren, Schakelring, Politie, De Twern, ’t Heem, Thebe, Huurdersvereniging Heusden en Raad van Commissarissen waren vertegenwoordigers aanwezig. Met deze relaties zijn diverse (nieuwbouw)projecten van Woonveste bezocht en dit heeft belanghouders een bredere kijk gegeven op maatschappelijke inzet door Woonveste. Opbouw van een sluitend netwerk van professionals is een belangrijke, maar soms moeilijk te realiseren randvoorwaarde voor een krachtige samenwerking in de wijk. Woonveste heeft in 2011 het initiatief genomen met haar kernpartners gemeente Heusden en De Twern een zogeheten “Sociaal Café” op te zetten. Doelstelling is om de banden tussen uitvoerders van diverse organisaties in de wijk aan te halen, te versterken en elkaar wederzijds inzicht in werkzaamheden te verschaffen. Dit mede in de verwachting dat dit tot vernieuwende en meer integrale plannen leidt. Eind 2011 is het eerste Sociaal Café georganiseerd en is door deelnemers als succesvol ervaren. Medewerkers hebben elkaar (beter) leren kennen en er zijn nieuwe ideeën en initiatieven ontstaan tot samenwerking ten gunste van bewoners in de wijken. Het Sociaal Café krijgt een vervolg in 2012. Gemeente Heusden bezoekt jaarlijks 17 wijken en geeft bewoners de mogelijkheid wijktips in te dienen die bijdragen aan verbetering van veiligheid en leefbaarheid. 27 JAARVERSLAG 2011
Woonveste heeft deelgenomen in de wijken waar ze bezit heeft en in drie wijken intensieve bijdrage geleverd aan voorbereiding en uitvoering van de winnende wijktip. Op een positieve manier worden burgers gestimuleerd zelf mee te denken en te doen. In Heusden heeft Woonveste deelgenomen aan het project “Samen tegen inbrekers” van de politie. Op deze bijeenkomsten is voorlichting over inbraakpreventie gegeven en aan huurders heeft Woonveste kierstandhouders beschikbaar gesteld. Participatie Om effectief in wijken te werken zoekt Woonveste naast de samenwerking met belanghouders ook de samenwerking met bewoners op. We hebben ingezet op intensivering van de verhouding tussen bewoners en Woonveste. In contact blijven met de huurder is van wezenlijk belang voor het werken aan een leefbare woonomgeving. Middels activiteiten en het beschikbaar stellen van budget (jaarlijkse tuintjeswedstrijd in de Vliedberg, bewonersbarbeque, gezamenlijk aanleggen jeu de boules-baan e.d.) heeft Woonveste ook in 2011 bewoners geprikkeld een bijdrage te leveren in het verhogen van het saamhorigheidsgevoel en het verbeteren van het directe leefklimaat. Woonveste blijft bewonersinitiatieven ondersteunen die de leefbaarheid ten goede komen. In het Woonvenster en tijdens ontmoetingen met bewoners wordt dit gecommuniceerd. In samenwerking met de gemeenten Haaren en Heusden heeft Woonveste wederom de landelijke Burendag georganiseerd en gefaciliteerd. Via diverse communicatiekanalen is de Burendag in de publiciteit gezet. Dit heeft mede geleid tot een toename van activiteiten georganiseerd door de buurt(verenigingen). In de wijk Vliedberg heeft Woonveste het initiatief genomen tot het opzetten van een bewonersplatform. Samen met gemeente Heusden, De Twern en politie wordt een vaste groep bewoners ondersteund in het activeren en meedenken over aandachtspunten en verbeteringen voor het wonen in hun wijk. In 2011 zijn bijeenkomsten in kader van informatie, start bouw, hoogste punt en woningbezichtigingen georganiseerd voor de nieuwbouwprojecten. Deze bijeenkomsten hebben tot doel het uitwisselen van informatie en een nadere kennismaking tussen (toekomstig) bewoners onderling en met Woonveste. De eerste workshop met toekomstig bewoners voor het Tussengebied Mommersteeg/Geerpark heeft plaatsgevonden. Zij konden meedenken over de inrichting van de toekomstige woningen en directe woonomgeving. Met gemeente Heusden is een eerste model ontwikkeld over de mogelijkheden tot participatie in de ontwikkeling van Geerpark. Er is een kanskaart opgesteld waarin op overzichtelijke wijze te zien is op welk moment geïnteresseerden mee kunnen denken over specifieke onderwerpen. Voor de bewonerscommissies en huurdersvereniging Heusden is een recreatieve en een themabijeenkomst georganiseerd. Tijdens de themabijeenkomst zijn tactieken besproken over het omgaan met verschillende buurtbewoners. In 2011 is een kadernota bewonersparticipatie voorbereid. Gestart is met een organisatiebrede brainstormsessie. Tevens is de huurdersvereniging Heusden geraadpleegd. Begin 2012 gaat deze nota het besluitvormingstraject in en wordt de nota afgerond.
28 JAARVERSLAG 2011
Op structurele wijze heeft Woonveste in 2011 geïnvesteerd in de relatie met haar huurders. Dit middels de onderstaande overleggroepen. Overleggroep Huurdersvereniging Heusden Klachtenteam (3) Heusden Bewonerscommissies complexgebouw (12) Klankbordgroep burgerparticipatie (2) Haaren
Doel Informeren, adviseren o.b.v. Overlegwet Informeren, operationele zaken bespreken Informeren, meedenken, uitvoeren operationele zaken Informeren, meedenken, adviseren
Sociale en/of fysieke projecten Om de leefbaarheid in een complex of directe omgeving van het woongebouw te verbeteren worden knelpunten en/of ontbrekende voorzieningen ook projectmatig opgepakt. Hierbij maken we natuurlijk wel een afweging tussen de gevraagde inspanning en het te bereiken resultaat. Voorbeelden hiervan zijn de herinrichting van binnenterreinen in de wijken Vliedberg en Oudheusden. De individuele meldingen worden snel opgepakt en daarmee wordt ervoor gezorgd dat de directe woonomgeving schoon, heel en veilig is. Naast de fysieke investeringen zet Woonveste zich ook in op het stimuleren van energiebesparing door de huurder. Het product Beter Peter is aangeschaft. Huurders kunnen meer bewust worden van hun energieverbruik door met behulp van een persoonlijk actieplan energie te besparen. Daarnaast zijn de voorbereidingen gestart voor een energiecafé en het organiseren van een competitie om minder energie te verbruiken. Voor een eenduidige uitstraling en beheer van de brandgang zijn bij nieuwbouw Castellum in samenwerking met bewoners schuttingen en poorten geplaatst. De toekomstige bewoners hebben allen gebruik gemaakt van dit aanbod en de brandgang vormt hiermee een voorbeeldfunctie voor een schone, nette woonomgeving. In de Leharstraat is in samenwerking met de basisschool, bewoners en kinderen een voetbalveldje ingericht. Tijdens de feestelijke opening is een plan gepromoot dat door kinderen, school en De Twern was ontwikkeld om dit terrein met meer speelmogelijkheden in te richten. Deze droom is ingebracht als wijktip en met de stem van vele kinderen en volwassenen gekozen om samen met gemeente, school, ouders, Twern en Woonveste te realiseren. Ook zijn wij gestart met het onderzoeken van mogelijkheden tot het ontwikkelen van een mobiele buurtkiosk in samenwerking met onze kernpartners. Uitgaven leefbaarheid In 2011 is € 418.000 besteed aan leefbaarheid activiteiten in wijken en buurten in de gemeenten Haaren en Heusden. Het begrote bedrag van € 200.000 is ruimschoots overschreden. De investeringen in fysieke activiteiten bedragen € 230.000. Hiervoor is o.a. bestrating en verlichting in brandgangen verbeterd, binnenterreinen heringericht, plaatsen van schuttingen en is met de gemeente Heusden de financiële bijdrage afgewikkeld over uitgevoerde fysieke verbeteringen in 2008. Aan sociale activiteiten is € 34.000 uitgegeven onder meer voor participatie in wijk tips, burendag, buurtbemiddeling, sociaal café. Verder is een bedrag van € 150.000 uitgegeven als gevolg van de onteigening van de laatste woning voor de herstructurering in Oudheusden. 29 JAARVERSLAG 2011
De overschrijding van het begrote budget wordt veroorzaakt door uitgave voor de onteigening en de verrekening voor fysieke verbeteringen in 2008.
4.3.2 Wonen, welzijn en zorg Steeds meer klanten onderstrepen het belang van het plezierig en veilig kunnen wonen. Om dit te realiseren is het wezenlijk dat organisaties op terrein van wonen-welzijn-zorg met elkaar samenwerken. Voor senioren kan het betekenen dat zij langer zelfstandig kunnen blijven wonen en voor mensen met een beperking een kans om in een kleinschalige woonvorm te verblijven. In 2011 is gestart met de bouw van woningen voor 18 cliënten van Cello in combinatie met een educatief cluster in Berlicum. De woningen zijn bestemd voor jongeren met een verstandelijke en/of lichamelijke beperking. Deze woonvorm is ontstaan vanuit ouderinitiatiefgroep “Salamanders”. De bewoners huren zelfstandig en worden begeleid vanuit Cello. Op initiatief van Woonveste is in samenwerking met Schakelring gestart met het organiseren van welzijnsactiviteiten in de ontmoetingsruimte aan de Hollandlaan. De bewonerscommissie zet zich in voor het organiseren van diverse activiteiten voor de bewoners uit het complex. Woonveste heeft met Van Neynselstichting intensief overleg gehad over het verhuren van 32 senioren plus woningen voor een langere termijn. Uiteindelijk heeft dit niet geleid tot een overeenkomst omdat de Van Neynselstichting geen langdurige huurcontracten meer wil afsluiten. Platform Wonen Welzijn Zorg Woonveste is actief deelnemer aan het Platform Wonen Welzijn en Zorg in de gemeente Heusden. Het platform komt tegemoet aan de behoefte van de samenwerkende partijen om de structuur en het aanbod ten behoeve van klanten op het terrein van wonen, welzijn en zorg te versterken. De deelnemers wisselen informatie uit over interne ontwikkelingen en stemmen deze met elkaar af. Onderwerpen die o.a. zijn besproken: accommodatiebeleid, transitie van AWBZ naar WMO, WMO beleid gemeente Heusden. In zowel de gemeente Haaren als de gemeente Heusden kwam met regelmaat het “casuïstiek”-overleg bijeen. De deelnemers bespraken op welke wijze de problematiek van individuele personen het beste verholpen kon worden.
30 JAARVERSLAG 2011
4.4.
Kwaliteitsontwikkelingen en communicatie
Kwaliteit van dienstverlening Woonveste is lid van KWH. Het KWH Huurlabel is behaald in 2003. Jaarlijks wordt Woonveste gemeten op een aantal onderdelen. Het KWH Huurlabel is een instrument dat de organisatie ondersteunt bij het op peil houden en verbeteren van de kwaliteit van dienstverlening op basis van het oordeel van de klant. Tevens is het KWH Huurlabel een middel om de prestaties op het gebied van de kwaliteit van dienstverlening te laten zien aan onze belanghouders en te spiegelen aan andere corporaties. KWH stelt als norm voor de afzonderlijke onderdelen een minimale score van 7,0. Landelijk ligt het gemiddelde op 7,8. Het gemiddelde voor Woonveste is 7,8. Dit is inclusief de labelonderdelen die gemeten zijn in 2010. In 2011 zijn de volgende onderdelen gemeten. Labelonderdelen Corporatie bezoeken Corporatie bellen Woning zoeken Woning betrekken Huur betalen Reparatie uitvoeren Klachten afhandelen
Eindcijfer 2011 7,9 7,5 7,7 7,9 7,8 7,7 7,1
Tevens zijn de voorbereidingen getroffen voor de nieuwe meetmethode van KWH die in 2012 van kracht wordt. Tevredenheidonderzoeken In 2011 heeft Woonveste onderzoek verricht naar tevredenheid bij vertrokken huurders, bij planmatig onderhoud en bij nieuwbouw. Dit heeft geleid tot de volgende resultaten. Tevredenheidsonderzoeken Vertrokken huurders Planmatig onderhoud Nieuwbouw
Eindcijfer 2011 7,7 7,8 7,6
De rapportages zijn intern besproken. Opmerkingen en verbeterpunten zijn meegenomen als aandachtspunt ter verbetering van de kwaliteit van dienstverlening. Er is een tweetal enquêtes ontwikkeld, te weten: - Enquête Woonwinkel - Enquête belanghouders De enquête inzake reparatieverzoeken zal niet langer door de aannemer worden verspreid. De respons bleek te laag en soms te eenzijdig. Team Onderhoud bekijkt hoe we de enquêtes op een alternatieve wijze kunnen uitzetten. 31 JAARVERSLAG 2011
Klachten en sociale meldingen In 2009 is Woonveste gestart met het registreren van klachten en sociale meldingen. In 2010 is actief ingezet om op basis van evaluatie van de eerste ervaringen verbeteringen door te voeren in het systeem, de procedure van afhandeling, informatie van klanten en medewerkers en monitoring en rapportage. Dit heeft in 2011 geleid tot zichtbaar meer registraties van sociale meldingen. Dit jaar zijn er 409 (2010:255) sociale meldingen geregistreerd en 35 (2010:38) klachten. De sociale meldingen hebben met name betrekking op vervuiling/verwaarlozing tuin (25%), vervuiling woonomgeving (brandgangen e.d.) (20%), leefbaarheid actiegebied (18%) en geluidsoverlast (10%). De informatie wordt benut om meer inzicht te krijgen in klanten (behoeften) en het functioneren van wijken. De verkregen informatie / kennis wordt benut om gericht op zoek te kunnen gaan naar verbetermogelijkheden. Klachtenadviescommissie Woonveste beschikt over een klachtenadviescommissie. Bij reglement is de samenstelling en de werkwijze van de commissie bepaald. Informatie over de commissie en de klachtenprocedure is vermeld op de Woonveste-website. De commissie bestaat uit een lid vanuit de huurdersvereniging Heusden, een lid namens het bestuur van Woonveste en een onafhankelijke voorzitter. Door de Klachtencommissie werd in het verslagjaar één klacht behandeld; deze werd nietontvankelijk verklaard. Communicatie en sponsoring In 2011 heeft Woonveste het communicatiebeleidsplan 2012 t/m 2015 vastgesteld. Een beleid dat richtinggevend is voor de te ondernemen communicatie activiteiten. Een richting die aan de hand van vijf strategische thema’s wordt aangegeven. Deze thema’s zijn: • Professionalisering van communicatie; • Communicatie ter versterking van het gewenste imago; • Meer en beter gebruik van bestaande/ nieuwe (online) communicatiemiddelen; • Van zenden naar doelgroepgericht communiceren; • inzet van communicatie in kader van duurzaamheid. Vanaf 2011 is Woonveste begonnen met het verspreiden van een vernieuwde nieuwsbrief voor belanghouders. Dit als aanvulling op Woonvenster en het personeelsblad WIJ. In alle publicaties is het afgelopen jaar aandacht besteed aan het thema duurzaamheid en het stimuleren van energiezuinig gedrag. Daarnaast is er gewerkt aan het verbeteren van diverse communicatiemiddelen (o.a. website, intranet, woningadvertenties) die Woonveste inzet bij haar communicatie. In 2011 is het sponsorbeleid geactualiseerd en sponsorde Woonveste voor € 550 de seniorenvereniging SGOH en € 150 voor een speeltoestel bij de Olof Palme school. Dit in het kader van het 25 jaar bestaan van deze school.
32 JAARVERSLAG 2011
4.5
Financieel beleid en beheer
Financieel beleid Woonveste heeft in 2011 het financieel beleid geactualiseerd. Doel van het beleid blijft het waarborgen van de continuïteit van de organisatie. Een doelstelling die zich vertaalt naar de volgende uitgangspunten: • De exploitatie van vastgoed levert een structureel gezonde kasstroom op; een kasstroom die de continuïteit van Woonveste waarborgt; • Investeringen in vastgoed brengen een zodanig rendement op dat ze de toekomstige exploitatie niet in gevaar brengen; • De omvang van het vreemd vermogen van Woonveste is gerelateerd aan de waarde van haar bezit en is gemaximeerd; • Woonveste is transparant in haar verantwoording over haar financiën. Om dit beleid in praktijk te realiseren: • is Woonveste kostenbewust, risicomitigerend en rendementsgericht; • zijn kasstroomsturing, rendementen, waarde- en vermogensontwikkeling leidend voor de financiële sturing van Woonveste; • heeft Woonveste een financieel statuut dat de beleidsdoelstellingen en de uitvoeringsvereisten van het financieel beleid beschrijft. Financiële realisatie Resultaten In onderstaande tabel is de verkorte winst- en verliesrekening weergegeven. Bedragen x € 1.000
2011
2010
2009
Exploitatieopbrengsten Exploitatielasten Exploitatieresultaat Opbrengst verkoop woningen Afschrijvingen en overige waardeveranderingen Financiële baten en lasten Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening Belastingen Mutatie reële waarde materiële vaste activa Jaarresultaat
33.671 - 16.876 16.795 29 - 4.502 - 10.263 2.059 2.482 9.684 14.225
32.243 - 17.303 14.940 185 - 3.187 - 9.149 2.789 - 365 69.878 72.302
30.173 - 16.130 14.043 333 - 1.883 - 8.051 4.442 - 1.670 14.116 16.888
Het resultaat uit de exploitatie is in vergelijking met 2010 gestegen met bijna € 1,9 miljoen naar € 16,8 miljoen. Dit wordt enerzijds veroorzaakt door de stijging van de exploitatie-opbrengsten met 4,4% en anderzijds een daling van de exploitatielasten met 2,5%. De opbrengsten zijn gestegen door de jaarlijkse huurverhoging én de nieuwbouw die in exploitatie is genomen. De exploitatielasten zijn met name gedaald door daling van de onderhoudslasten met 3,4%. Het resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening is in vergelijking met 2010 € 0,73 miljoen lager. Dit komt enerzijds door boekhoudkundige verwerkingen die samenhangen met investeringsbeslissingen rondom nieuwbouw (afschrijvingen en overige waardeveranderingen) en anderzijds door de stijging van de rentelasten. Dit laatste is met name een gevolg van de toename van de leningportefeuille in de afgelopen jaren. 33 JAARVERSLAG 2011
Dat het totale jaarresultaat op € 14,2 miljoen positief uitkomt, is het gevolg van de mutatie reële waarde materiële vaste activa (de boekhoudkundige waarde van alle verhuureenheden) en correcties ten aanzien van de verschuldigde vennootschapsbelasting (VPB) over de jaren 2009 tot en met 2011. Omdat vast is komen te staan dat gebruik gemaakt kan worden van de herbestedingsreserve over deze jaren is er geen VPB verschuldigd. Balans In onderstaande tabel is de verkorte balans weergegeven. Bedragen x € 1.000
31.12.2011 31.12.2010 31.12.2009
Vaste activa Vlottende activa Activa Eigen vermogen en voorzieningen Langlopende schulden Kortlopende schulden Passiva
417.323 11.581 428.904 194.020 220.871 14.013 428.904
400.941 4.262 405.203 178.404 208.664 18.135 405.203
315.643 2.861 318.504 105.637 197.748 15.119 318.504
Het balanstotaal van Woonveste is in 2011 als gevolg van de investeringen in nieuwbouw en de waardeontwikkeling van het bestaande bezit met € 23,7 miljoen (5,85%) gegroeid naar bijna € 429 miljoen. Om de investeringen te financieren zijn de langlopende schulden met ruim € 12 miljoen toegenomen. Het eigen vermogen en voorzieningen namen in totaal met € 15,6 miljoen toe. De waarde van het onroerend goed in exploitatie bedraagt ultimo 2011 € 393,3 miljoen. Dit is de beleidswaarde van de verhuureenheden die Woonveste in exploitatie heeft. De beleidswaarde wordt bepaald door de beleidsuitgangspunten die in het strategisch voorraadbeheerplan zijn vastgelegd. De WOZ-waarde van de eenheden in exploitatie bedraagt ultimo 2011 circa € 1,1 miljard. De marktwaarde (de waarde indien het gehele bezit verkocht zou worden) ligt naar verwachting ook in deze orde van grootte. Kasstromen Bedragen x € 1.000
Bedrijfsontvangsten Bedrijfsuitgaven Operationele kasstroom
2011 34.004 - 28.610 5.394
2010 31.227 - 26.059 5.168
2009 30.249 - 25.527 4.722
Investeringsuitgaven Ontvangsten uit verkoop Investeringskasstroom
- 10.554 509 - 10.045
- 20.043 744 - 19.299
- 34.588 902 - 33.686
Storting leningen Aflossingen leningen Financieringskasstroom Saldo kasstromen
28.700 - 20.929 7.771 3.120
21.653 - 6.665 14.988 857
35.500 - 4.912 30.588 1.624
34 JAARVERSLAG 2011
De operationele kasstroom is ten opzichte van 2010 met ruim 4% gestegen. Zowel de bedrijfsontvangsten als de bedrijfsuitgaven zijn toegenomen. De ontvangsten met name door huurverhogingen en de uitgaven met name door de stijging van de rente-uitgaven. In 2011 is er aanzienlijk minder geïnvesteerd dan de voorgaande jaren. Omdat er in 2011 veel leningen zijn geherfinancierd is het totaalbedrag aan gestorte leningen toch groter dan in 2010. Kerncijfers In de volgende tabel is een aantal kerncijfers over de periode 2009 tot en met 2011 weergegeven. Bedragen x € 1.000 2011 2010 2009 Schuld per verhuureenheid € 39.295 € 38.169 € 37.480 Loan to value 52,9% 52,0% 62,7% Rentabiliteit eigen vermogen 7,4% 40,8% 16,1% Rentabiliteit totaal vermogen 5,7% 20,2% 7,9% Gemiddelde rente langlopende leningen 4,3% 4,5% 4,7% Interest dekkingsratio 1,68 1,58 1,66 De stijging van de schuld per verhuureenheid komt voort uit het feit dat er nagenoeg geen woningen worden verkocht. Investeringen worden daarom voor het grootste deel gefinancierd met vreemd vermogen. Dit is ook de reden dat de Loan to value (langlopende schulden ten opzichte van de vaste activa) licht stijgt. Er wordt echter nog ruimschoots voldaan aan het uitgangspunt (maximaal 75%) in het financieel beleid. De waarde veranderingen van materieel vaste activa hebben een grote invloed op de rentabiliteit van het eigen vermogen en totaal vermogen. De daling van de gemiddelde rente van de langlopende leningen wordt veroorzaakt door het aflopen van contracten met (relatief) hoge rentepercentages en renteconversie naar lagere percentages. Ook nieuwe financieringen zijn tegen lagere rentepercentages afgesloten. De interest dekkingsratio geeft aan in hoeverre de rentelasten uit de operationele kasstromen betaald kunnen worden. Aangezien dit kengetal ruim boven de 1,4 ligt, wordt ruimschoots voldaan aan de minimale eis, zoals opgenomen in het financieel beleid. Grondpositie Woonveste heeft twee terreinen voor ontwikkeling in bezit. Een terrein van circa 28 hectare aan de Wolput te Vlijmen (het “Geerpark”). Op dit terrein bevinden zich onder meer een kantoorgebouw. Naar verwachting kan op deze locatie vanaf 2013 woningbouw plaatsvinden. Daarnaast bezit Woonveste ook een klein terrein aan de Kloosterstraat in Nieuwkuijk. Solvabiliteitsoordeel en continuïteitsoordeel Centraal Fonds Op grond van het Besluit beheer sociale-huursector (BBSH) beoordeelt het Centraal Fonds jaarlijks de financiële positie van alle woningcorporaties en brengt daarover advies uit aan de minister van Binnenlandse Zaken. Op basis van de ingediende verantwoordingsinformatie over het jaar 2010 concludeert het Fonds dat het vermogen op balansdatum 31 december 2010 groter is dan het voor Woonveste vastgestelde risicobedrag, hetgeen tot het oordeel “voldoende solvabiliteit” leidt. Daarnaast heeft het Centraal Fonds aan Woonveste het continuïteitsoordeel “A2” gegeven. Dit houdt in dat de voorgenomen activiteiten in de eerstvolgende drie prognosejaren passen bij de vermogenspositie van Woonveste en dat de voorgenomen activiteiten in de laatste twee prognosejaren de financiële positie in gevaar 35 JAARVERSLAG 2011
kunnen brengen. Inmiddels zijn de prognoses geactualiseerd en ingediend bij het Centraal Fonds. Naar verwachting passen de voorgenomen activiteiten in de komende vijf prognosejaren bij de vermogenspositie van Woonveste en zal dit leiden tot een continuïteitsoordeel “A1”. Woonveste voldoet dus zowel aan de eis dat de continuïteit voldoende is gewaarborgd, als aan de eis dat ze haar middelen voldoende inzet in het belang van de volkshuisvesting. Financiële prognose 2012-2016 In de onderstaande tabel zijn de geprognosticeerde kasstromen voor de jaren 2012 tot en met 2016 weergegeven. Ter vergelijking zijn ook de kasstromen over het verslagjaar opgenomen. Verder zijn ook de saldi van de opgenomen leningen en bedrijfswaarde (boekhoudkundige waarde van alle verhuureenheden) ultimo jaar vermeld. Bedragen x € 1.000
Bedrijfsontvangsten Bedrijfsuitgaven Operationele kasstroom
2011 34.004 - 28.610 5.394
2012 34.539 - 28.848 5.691
2013 35.996 - 30.087 5.909
2014 37.976 - 32.578 5.398
2015 39.671 - 33.688 5.983
2016 41.259 - 34.979 6.280
Investeringsuitgaven Ontvangsten uit verkoop Investeringskasstroom
- 10.554 509 - 10.045
- 21.050 1.610 - 19.440
- 15.399 0 - 15.399
- 23.017 0 - 23.017
- 18.572 0 - 18.572
- 6.249 0 - 6.249
Storting leningen Aflossingen leningen Financieringskasstroom
28.700 - 20.929 7.771
17.304 - 4.974 12.330
47.044 - 37.552 9.492
21.165 - 3.547 17.618
29.341 - 16.753 12.588
8.169 - 8.198 - 29
Leningen o/g primo jaar Bedrijfswaarde
216.163 393.261
223.935 410.948
236.265 421.527
245.757 446.519
261.875 469.962
274.463 474.925
Operationele kasstroom -/- aflossingsfictie (2%) Loan to value Interest dekkingsratio
1.071 52,9% 1,7
848 54,9% 1,6
741 55,2% 1,6
30 56,5% 1,5
189 57,2% 1,5
144 56,5% 1,5
Woonveste heeft een financieel gezonde positie die het mogelijk maakt haar maatschappelijke ambities te realiseren. Deze gezonde positie blijkt uit • een jaarlijkse positieve operationele kasstroom; • een operationele kasstroom die voor de komende 5 jaren groot genoeg is om jaarlijks 2% van de schuldpositie af te lossen; • een interest dekkingsratio die voor de komende 5 jaren gemiddeld boven de 1,4 ligt waaruit blijkt dat de operationele kasstroom groot genoeg is om de risico’s van een eventuele rentestijging op te vangen. Woonveste dekt haar renterisico niet met derivaten af en kan daardoor niet geconfronteerd worden met een stortingsverplichting bij een veranderende rentestand.
36 JAARVERSLAG 2011
Risicomanagement Woonveste wil als maatschappelijk ondernemer haar risico’s op afdoende manier beheersen en voldoen aan de geldende wet en regelgeving. De ontwikkelingen en mogelijkheden op het terrein van wet en regelgeving worden hierbij wel kritisch benaderd. Het bewust nemen van risico’s is een onderdeel van ondernemen. Vanuit dit perspectief is Woonveste bereid om risico’s te nemen, zolang de risico’s passen bij haar maatschappelijke ambities en de continuïteit van Woonveste niet in gevaar brengen. Vanuit dit perspectief heeft Woonveste in 2011 de nota “Risicomanagement bij Woonveste” vastgesteld. Deze nota beschrijft het risicomanagementsysteem van Woonveste. Dit systeem is er op gericht om de kans op ongewenste gebeurtenissen te verminderen en de kans op gewenste gebeurtenissen te vergroten. De nota is er op gericht om de risico’s welke een grote impact op de continuïteit van de organisatie kunnen hebben te onderkennen en te mitigeren. Het uitgangspunt is zowel binnen als buiten transparant te zijn over de meest relevante risico’s. De belangrijkste risico’s waar Woonveste mee wordt geconfronteerd zijn de risico’s rondom nieuwbouw en rente. Woonveste heeft geen derivaten, dus ook geen risico als gevolg van het gebruik van rente-instrumenten. Renterisico treedt alleen op bij een stijging van de rente voor de leningen met een renteconversie en voor nieuw af te sluiten leningen. Daarnaast bestaat er veel onzekerheid over de impact van de te verwachten overheidsmaatregelen rondom wooncorporaties. Dat de impact negatief zal zijn, op de operationele kasstromen, staat wel vast. Uit de toetsing die in 2011 heeft plaatsgevonden blijkt dat Woonveste evenals voorgaande jaren haar risico’s op een adequate manier beheerst.
37 JAARVERSLAG 2011
5.
SOCIAAL JAARVERSLAG
Organisatie en ontwikkelingen Aan de hand van het ondernemingsplan “Meer waarde aan Wonen” is in 2011 het HR-beleid geactualiseerd. Een beleid met als strategische thema’s; • Het realiseren van een toegeruste organisatie; • Het binden en boeien van medewerkers; • Een lerende organisatie in ontwikkeling; • Maatschappelijk en transparant ondernemen. In 2011 is ook een vernieuwde personeelscyclus ingevoerd. Samen met de leidinggevende besteedt de medewerker middels een planningsgesprek, een voortgangsgesprek en een beoordelingsgesprek minimaal 3 keer per jaar aandacht aan het functioneren, de te behalen resultaten en het realiseren van persoonlijke ambities. De cyclus is van groot belang bij het realiseren van de strategische thema’s van HR. Opleiding en ontwikkeling Vanuit goed werkgeverschap vindt Woonveste het belangrijk dat iedere medewerker zich bekwaamt in het goed uitoefenen van zijn/haar functie en acties onderneemt om persoonlijke ambities te realiseren. In 2011 is in totaal € 92.000 besteed aan opleidingen. Naast het op peil houden van kennis hadden de uitgaven betrekking op leidinggeven binnen Woonveste en het vergroten van de kennis op het gebied van proces- en risicomanagement. Personele kengetallen Ultimo 2011 waren 60 medewerkers in dienst (2010: 62) in totaal goed voor een formatie van 50,4 fte. In 2011 zijn vier medewerkers uit dienst getreden en twee nieuwe medewerkers zijn in dienst gekomen. Eind 2011 er één openstaande vacature. Het merendeel van de medewerkers dat eind 2011 in dienst was is vrouw (63%). De gemiddelde leeftijd bedraagt 44 jaar (2010: 42 jaar). Veel medewerkers hebben een parttime dienstverband: 48% werkt minder dan 36 uur per week. In 2011 zijn er in totaal 822 overuren gemaakt. Een halvering van het totaal in 2010, een jaar waarin sprake was van een forse oplevering van nieuwbouwwoningen. Arbeidsomstandigheden Het ziekteverzuim over 2011 kwam uit op 5,2 %. Dit verzuimpercentage is lager dan het verzuimpercentage van 2010 (5,6%) maar ligt nog wel boven de gestelde norm van 5%. De overschrijding wordt veroorzaakt door langdurig verzuim waarvan het merendeel niet werk gerelateerd is. In 2011 is één medewerker conform de wet poortwachter uitgestroomd naar de WIA. Een succesvolle integratie is momenteel niet reëel. Dit ondanks het feit dat werkgever en werknemer de afgelopen 2 jaar er alles aan hebben gedaan om te komen tot een succesvolle integratie. Het aantal medewerkers met nulverzuim is in 2011 gestegen naar 14 medewerkers (2010: 10) en het gemiddelde verzuimduur is gedaald van 7,1 dag naar 6,5 dag in 2011. Het aantal verzuimmeldingen per medewerker is met 0,1 gestegen naar gemiddeld 1,8 melding per medewerker.
38 JAARVERSLAG 2011
Per kwartaal wordt het verzuim in MT verband besproken en waar gewenst wordt contact opgenomen met de bedrijfsarts. In 2011 is met een externe partij een onderzoek uitgevoerd naar de werkdrukbeleving. Aan dit onderzoek heeft iedere medewerker deelgenomen. De conclusie van dit onderzoek is dat er op organisatieniveau geen sprake is van een bovenmatige werkdruk maar dat op individueel niveau de werkdruk beleving verschillend is. Deze individuele werkdrukbeleving heeft de passende aandacht van de leidinggevende. Naast de werkdrukbeleving is er een risico-inventarisatie en een ontruimingsoefening uitgevoerd. In het kader van preventie van ziekteverzuim is gestart met een onderzoek naar het beter inzetten van de beschikbare financiële middelen. In 2011 was zwaar agressief gedrag door klanten niet aan de orde. Klanten met agressief gedrag worden schriftelijk gewezen op het feit dat dit gedrag kan leiden tot het stopzetten van activiteiten door Woonveste. Woonveste beschikt over vertrouwenspersonen welke kunnen assisteren bij opvang van medewerkers die geconfronteerd worden met agressief gedrag van klanten. Woonveste heeft een personeelsvereniging; hierin hebben medewerkers zitting die op een actieve wijze invulling geven aan de aan hen toevertrouwde taken. De organisatie vindt het van groot belang dat ook langs deze weg de goede sfeer en de teambuilding worden bevorderd. In 2011 is op een gepaste manier het 12,5 jaar jubileum van Woonveste gevierd. Woonveste beschikt over een Ondernemingsraad. Deze raad bestaat uit 5 leden die de diverse afdelingen van Woonveste vertegenwoordigen. Per kwartaal vond er overleg plaats tussen OR en de directeur-bestuurder; van deze overleggen werden verslagen gemaakt, die middels medewerking door de OR, aan alle medewerkers beschikbaar zijn gesteld. In 2011 heeft de OR instemming verleend aan het HR-beleidsplan, de integriteitsnota, de arbeidsvoorwaarden boven de CAO, de Wet vakantiedagen 2012 en de aanstelling van de nieuwe bedrijfsarts. Arbeidsvoorwaarden De arbeidsvoorwaarden zijn primair vastgelegd in de CAO woondiensten. In de CAO Woondiensten kunnen medewerkers gebruik maken van het cafetariamodel. De medewerker kan de arbeidsvoorwaarden die als bron zijn benoemd, omruilen voor één of meer doelen.
39 JAARVERSLAG 2011
40 JAARVERSLAG 2011
6.
JAARREKENING
6.1.
Balans per 31 december 2011 na resultaatbestemming
Bedragen x € 1.000 referentie
31.12.2011
31.12.2010
ACTIVA VASTE ACTIVA
MATERIËLE VASTE ACTIVA Onroerende zaken in exploitatie 6.9.1
393.261
392.223
6.9.1
1.897
1.328
6.9.1
16.614
1.457
6.9.1
2.533
6.9.2 6.9.2 6.9.2
VOORRADEN Voorraden
Woningen Verkocht onder Voorwaarden Onroerende zaken in ontwikkeling (On)roerende zaken t.d.v. de exploitatie
414.305
2.290
397.298
18 0 3.000
3.018
18 625 3.000
3.643
6.9.3
2.432
2.432
2.003
2.003
ONDERHANDEN PROJECTEN Onderhanden projecten
6.9.3
264
264
0
0
VORDERINGEN Huurdebiteuren Overige vorderingen Overlopende activa
6.9.4 6.9.4 6.9.4
194 122 4.827
5.143
270 243 1.124
1.637
LIQUIDE MIDDELEN
6.9.5
3.742
3.742
622
622
FINANCIËLE VASTE ACTIVA Deelnemingen Latente belastingvorderingen Overige financiële vaste activa
VLOTTENDE ACTIVA
TOTAAL ACTIVA
428.904
405.203
41 JAARVERSLAG 2011
Bedragen x € 1.000 referentie
31.12.2011
31.12.2010
PASSIVA
EIGEN VERMOGEN Kapitaal Overige reserves
6.9.6 6.9.6
2 191.738
191.740
2 177.514
177.516
VOORZIENINGEN Onrendabele investering nieuwbouw Latente belastingverplichtingen
6.9.7 6.9.7
2.280 0
2.280
871 17
888
6.9.8
218.992
6.9.8
1.879
6.9.9 6.9.9
4.942 3.436
8.794 3.012
6.9.9 6.9.9 6.9.9 6.9.9
469 18 75 5.073
683 18 75 5.553
LANGLOPENDE SCHULDEN Leningen kredietinstellingen Terugkoopverplichting Woningen Verkocht onder Voorwaarden KORTLOPENDE SCHULDEN Schulden aan kredietinstellingen Schulden aan leveranciers Belastingen en premies sociale verzekering Groepsmaatschappij Overige schulden Overlopende passiva
TOTAAL PASSIVA
207.369 220.871
14.013
428.904
1.295
208.664
18.135
405.203
42 JAARVERSLAG 2011
6.2.
Winst- en verliesrekening over 2011
Bedragen x € 1.000 Referentie BEDRIJFSOPBRENGSTEN Huren Vergoedingen Opbrengst verkoop onroerend goed Overige bedrijfsopbrengsten BEDRIJFSLASTEN Afschrijvingen op materiële vaste activa Overige waardeveranderingen mat.vaste activa Lonen en salarissen Sociale lasten Pensioenlasten Lasten onderhoud Overige bedrijfslasten
2011
6.10.1 6.10.1
32.626 840
6.10.1 6.10.1
29 205
6.10.2
160
257
6.10.2 6.10.2 6.10.2 6.10.2 6.10.2 6.10.2
4.342 2.825 388 427 8.966 4.271
2.930 2.928 371 468 9.277 4.259
BEDRIJFSRESULTAAT FINANCIELE BATEN EN LASTEN Financiële baten Financiële lasten
2010 31.266 779
33.700
21.379
185 198
12.321
6.10.3 6.10.3
109 10.372
RESULTAAT uit gewone bedrijfsuitoefening vóór belastingen
-/- 10.263
32.428
20.490 11.938
146 9.295
-/- 9.149
2.058
2.789
2.482
-/- 365
RESULTAAT na belastingen vóór muatitie reële waarde MVA
4.540
2.424
Mutatie reële waarde materiële vaste activa 6.10.5
9.684
69.878
14.224
72.302
Belastingen
6.10.4
JAARRESULTAAT
43 JAARVERSLAG 2011
6.3.
Kasstroomoverzicht volgens de directe methode
Bedragen x € 1.000 2011
2010
Kasstroom uit operationele activiteiten Huren Overige ontvangsten Totaal ingaande kasstromen
33.824 180 34.004
31.088 139 31.227
Personeelsuitgaven Onderhoudsuitgaven Overige bedrijfsuitgaven Renteuitgaven Belastingen Totaal uitgaande kasstromen Totaal kasstroom uit operationele activiteiten
3.435 9.016 4.061 10.516 1.582 28.610
3.448 8.162 4.194 8.981 1.273 26.058 5.394
Kasstroom uit investeringsactiviteiten Verkoopontvangsten Investeringen in materiële vaste activa Totaal kasstroom uit investeringsactiviteiten
509 -/- 10.554
Kasstroom uit financieringsactiviteiten Ontvangsten langlopende leningen Aflossing langlopende schulden Totaal kasstroom uit financieringsactiviteiten
28.700 -/- 20.929
5.169
744 -/- 20.043 -/- 12.299
-/- 10.045
Liquide middelen per 1 januari Liquide middelen per 31 december
21.653 -/- 6.665 7.771
14.988
622 3.742
-/- 235 622
44 JAARVERSLAG 2011
6.4.
Algemene toelichting
6.4.1 Algemeen Wooncorporatie Woonveste is een stichting met de status van “toegelaten instelling volkshuisvesting”. Zij heeft specifieke toelating in de regio en is werkzaam binnen de juridische wetgeving van uit de Woonwet en het Besluit Beheer Sociale Huursector. De vestigingsplaats is Drunen. De activiteiten bestaan voornamelijk uit de exploitatie en ontwikkeling van woningen. 6.4.2 Regelgeving De jaarverslaggeving door toegelaten instellingen volkshuisvesting dient te voldoen aan de eisen zoals deze zijn geformuleerd in het Besluit beheer sociale huursector. In dit besluit wordt BW2 Titel 9 voorgeschreven behoudens enkele uitzonderingen van specifieke aard. Voor verslagjaren vanaf 2005 is door de Raad voor de Jaarverslaggeving de definitieve Richtlijn 645 Toegelaten Instellingen Volkshuisvesting uitgegeven. In deze richtlijn zijn onder meer specifieke modellen voor de balans en de winst-en-verliesrekening opgenomen en zijn voor de sector specifieke presentatie, waarderings- en verslaggevingsvoorschriften geformuleerd. De jaarrekening is opgesteld in overeenstemming met de wettelijke bepalingen van Titel 9 Boek 2 BW en de stellige uitspraken van de Richtlijnen voor de Jaarverslaggeving, uitgegeven door de Raad voor de Jaarverslaggeving. Toelichtingen op posten in de balans, winst-en-verliesrekening en kasstroomoverzicht worden in de jaarrekening genummerd. 6.4.3 Verbonden partijen In februari 2005 zijn de volgende Besloten Vennootschappen opgericht: • Woonveste Holding B.V.; • Woonveste Commerciële Verhuur B.V.; • Woonveste Wolput B.V.; • Woonveste Projecten B.V.; • Woonveste Diensten B.V. Stichting Woonveste is 100% aandeelhouder van Woonveste Holding B.V. Woonveste Holding B.V. is 100% aandeelhouder van de overige 4 B.V. ’s. Er hebben nog geen activiteiten plaatsgevonden in deze B.V. ‘s. Er is daarom voor gekozen om de (beperkte) kosten van deze B.V. ‘s te verwerken in de jaarrekening van Stichting Woonveste. In paragraaf 5.5.3 is dit tevens toegelicht. Buiten de consolidatie blijven deze kleine meerderheidsdeelnemingen die afzonderlijk en gezamenlijk van te verwaarlozen betekenis zijn.
45 JAARVERSLAG 2011
6.5
Grondslagen voor waardering van activa en passiva
6.5.1 Algemeen Vergelijking met voorgaand jaar De gehanteerde grondslagen van waardering en resultaatbepaling zijn ongewijzigd gebleven ten opzichte van voorgaand jaar. Verwerking verplichtingen In de jaarrekening worden naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens feitelijke verplichtingen verwerkt die kunnen worden gekwalificeerd als “intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd”. Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de corporatie zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van de corporatie rondom projectontwikkeling en herstructurering. Van een feitelijke verplichting is sprake indien de formalisering van het definitief ontwerp fase en afgeleid het aanvragen van de bouwvergunning heeft plaatsgevonden. 6.5.2 Materiële vaste activa Onroerende en roerende zaken in exploitatie De onroerende zaken in exploitatie worden gewaardeerd tegen de reële waarde gebaseerd op bedrijfswaarde. Deze wordt gevormd door de contante waarde van de kasstromen uit hoofde van toekomstige exploitatie-opbrengsten en toekomstige exploitatielasten over de geschatte resterende looptijd van de investering. De reële waarde wordt afhankelijk gesteld van de voorgenomen bestemming van complexen. De reële waarde van de onroerende zaken in exploitatie bestemd voor de verhuur is de bedrijfswaarde. De onroerende zaken kunnen voor langere of kortere termijn voor verhuur worden aangehouden. De kasstroomprognoses zijn gebaseerd op redelijke en onderbouwde veronderstellingen die de beste schatting van de directie weergeven van de economische omstandigheden die van toepassing zullen zijn gedurende de resterende levensduur van het actief. De kasstromen zijn gebaseerd op (de eind 2009) een actuele, intern geformaliseerde meerjarenbegroting en bestrijken een periode van 5 jaar behoudens de verwachte kosten van groot onderhoud, erfpacht en overige contracten met een werkingsduur van meer dan 5 jaar. De kosten van planmatig onderhoud worden gebaseerd op de in de meerjarenonderhoudsbegroting onderkende cycli per component, herrekend naar een norm per eenheid. Voor latere jaren wordt uitgegaan van de verwachte gemiddelde groeivoeten voor inflatie, huurstijging en rente alsmede genormeerde lastenniveaus. Bij de bedrijfswaardeberekening gelden de volgende uitgangspunten: • • • • • •
jaarlijkse huurverhogingen voor woningen van 2,25% in het eerste jaar en 2% voor de volgende jaren (voorgaand jaar: 1% respectievelijk 2%); jaarlijkse huurverhoging voor garages van 2,25% in het eerste jaar en 2% voor de volgende jaren (voorgaand jaar: 1% respectievelijk 2%); jaarlijkse huurderving van 0,4% (voorgaand jaar: 0,4%); jaarlijkse stijgingen van de onderhoudslasten van 2% (voorgaand jaar: 2%); jaarlijkse stijgingen van de overige variabele lasten van 2% (voorgaand jaar: 2%); jaarlijkse kostenstijging loon- en salariskosten van 2% (voorgaand jaar 2%);
46 JAARVERSLAG 2011
• • • • • • • •
genormeerde variabele lasten (OZB, verzekering en algemeen beheer) van € 1.303 per verhuureenheid (vhe) (voorgaand jaar: € 1.345 per vhe); genormeerde onderhoudskosten van € 1.709 per vhe (voorgaand jaar: € 1.828 per vhe); een restwaarde op basis van geschatte grondwaarde aan het einde van de exploitatieperiode of de verwachte opbrengstwaarde bij verkoop van € 17.000 per kavel (voorgaand jaar: € 16.687); een rekenrente van 5,25% (voorgaand jaar: 5,25%); contant maken per medio jaar (vorig jaar: idem); de periode waarover contant gemaakt wordt loopt parallel met de geschatte resterende levensduur van de complexen/investering. toepassen huurharmonisatie, waarbij de mutatiegraad 4,8% is en de streefhuur gemiddeld 80,7% van de maximale huurprijs (voorgaand jaar 5,7% respectievelijk 80%); de heffingsbijdrage van het Centraal Fonds Volkshuisvesting en de te betalen vennootschapsbelasting maken geen onderdeel uit van de bedrijfswaarde.
Bij de bepaling van de bedrijfswaarde wordt rekening gehouden met de rentabiliteitswaardecorrectie van de bestaande leningenportefeuille en beleggingen. De rentabiliteitswaardecorrectie betreft het verschil tussen de contante waarde van de verwachte kasstromen uit hoofde van leningen en beleggingen en de waardering van deze posten op de balans. De verwachte opbrengstwaarde van woningen geoormerkt voor verkoop wordt gedefinieerd als de contante waarde van het bedrag dat kan worden verkregen bij vrijwillige verkoop binnen een verwachte termijn, onder aftrek van verkoopkosten die niet door de koper worden gedragen. Ter bepaling van dit bedrag worden taxaties uitgevoerd door onafhankelijke externe deskundigen of worden vergelijkbare onroerende zaken als referentie gehanteerd. Gegeven het feit dat verkopen hoofdzakelijk worden verricht in het kader van de financiering van onrendabele investeringen in nieuwbouw worden deze verkopen voor een periode van 5 jaar in de waardering betrokken. Daarmee wordt recht gedaan aan het voorwaardelijke karakter van de geoormerkte verkopen. De bepaling van de restwaarde van de grond opgenomen in de bedrijfswaarde vindt voor zover er nog geen herbestemming van de grond heeft plaatsgevonden plaats op basis van de huidige vergelijkbare kavel of vierkante meterprijs voor een sociale huurwoning. Deze kavelprijs wordt geïndexeerd naar het einde van de levensduur en verminderd met verwachte sloopkosten en kosten van uitplaatsing. Indien feitelijke dan wel in rechte afdwingbare verplichtingen zijn aangegaan die consequenties hebben voor de bestemming van de grond dan wordt met deze gewijzigde bestemming in de waardering rekening gehouden. Onroerende zaken verkocht onder voorwaarden Onroerende zaken die in het kader van een regeling Verkoop onder Voorwaarden (VOV) zijn overgedragen aan een derde en waarvoor de woningcorporatie een terugkoopplicht kent worden aangemerkt als financieringsconstructie. De betreffende onroerende zaken worden gewaardeerd tegen actuele waarde zijnde de met de koper overeengekomen contractprijs (eerste waardering) en daarna de marktwaarde op basis van VOV. Indien de regeling voorziet in een terugkooprecht tegen een significant lagere terugkoopprijs dan de reële waarde op het terugkoopmoment dan is de verwerking overeenkomstig de terugkoopplicht. Voor de in de regeling overeengekomen overdrachtswaarde wordt aan de creditzijde van de balans een terugkoopverplichting opgenomen. 47 JAARVERSLAG 2011
Deze terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd en getoetst aan de bij overdracht ontstane verplichting rekening houdend met de contractvoorwaarden. In het kader van de verkoop van woningen onder voorwaarden heeft de corporatie een terugkoopverplichting en/of recht die/dat mede afhankelijk is van de ontwikkeling van de waarde van de woningen in het economisch verkeer. De terugkoopverplichting / recht wordt jaarlijks gewaardeerd. Indien de verwachting bestaat dat de terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden is de verplichting onder de kortlopende schulden verantwoord. Onroerende en roerende zaken in ontwikkeling Dit betreffen complexen in aanbouw die worden gewaardeerd tegen uitgaafprijzen onder aftrek van een bijzondere waardevermindering uit hoofde van te dekken stichtingskosten. Indien de bijzondere waardevermindering hoger is dan de waarde van de onroerende zaken in ontwikkeling, dan wordt de onroerende zaak op nihil gewaardeerd en wordt een voorziening aan de creditzijde van de balans opgenomen. Ingenomen grondposities worden onder deze post verwerkt tegen aanschafprijs en bijkomende kosten. Met betrekking tot zogeheten gecombineerde projecten wordt het aandeel van de koopwoningen verantwoord onder de post onderhanden projecten of voorraden. Het aandeel huurwoningen wordt verantwoord onder de onroerende en roerende zaken in ontwikkeling. Voor wat betreft het onrendabele deel van het gecombineerde project wordt bij het aangaan van de verplichting het onrendabele deel verminderd met het verwachte verkoopresultaat in de winst- en verliesrekening verantwoord onder de post overige waardeveranderingen (im)materiële vaste activa. Bij oplevering van het totale project wordt het verkoopresultaat zowel verantwoord onder de post verkoop onroerende zaken als onder de post overige waardeveranderingen (im)materiële vaste activa. Daarmee wordt de economische realiteit van de transactie het best zichtbaar gemaakt. Onroerende en roerende zaken ten dienste van de exploitatie De onroerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gebaseerd op taxatiewaarden en roerende zaken ten dienste van de exploitatie worden gewaardeerd op basis van aanschafwaarde onder aftrek van liniare afschrijvingen. Niet aan de bedrijfsuitoefening dienstbare activa worden gewaardeerd tegen verwachte directe opbrengstwaarde. 6.5.3 Financiële vaste activa Deelnemingen Deelnemingen in groepsmaatschappijen en overige deelnemingen waarin invloed van betekenis kan worden uitgeoefend worden gewaardeerd volgens de nettovermogenswaardemethode. Invloed van betekenis wordt in ieder geval verondersteld aanwezig te zijn bij een aandeelhoudersbelang van meer dan 20%. De nettovermogenswaarde wordt berekend volgens de grondslagen die gelden voor deze jaarrekening; voor deelnemingen waarvan onvoldoende gegevens beschikbaar zijn voor aanpassing aan deze grondslagen, wordt uitgegaan van de waarderingsgrondslagen van de betreffende deelneming.
48 JAARVERSLAG 2011
Indien de waardering van een deelneming volgens de nettovermogenswaarde negatief is, wordt deze op nihil gewaardeerd. Indien en voor zover Woningcorporatie in deze situatie geheel of ten dele instaat voor de schulden van de deelneming respectievelijk het stellige voornemen heeft de deelneming tot betaling van haar schulden in staat te stellen wordt een voorziening getroffen. Deelnemingen waar geen invloed van betekenis kan worden uitgeoefend worden gewaardeerd tegen verkrijgingsprijs of, indien hiertoe aanleiding bestaat, een lagere waarde. Overige financiële vaste activa en effecten De onder financiële vaste activa opgenomen overige vorderingen omvatten verstrekte leningen en overige vorderingen, alsmede gekochte certificaten. 6.5.4 Voorraden De voorraden onderhanden werk (onverkochte woningen uit projectontwikkeling) worden gewaardeerd op vervaardigingsprijs of lagere opbrengstwaarde. De vervaardigingsprijs omvat alle kosten die samenhangen met de verkrijging of vervaardiging, alsmede gemaakte kosten om de voorraden op hun huidige plaats en in hun huidige staat te brengen. In de kosten van vervaardiging zijn begrepen directe loonkosten en toeslagen voor aan de productie gerelateerde indirecte vaste en variabele kosten, waaronder de kosten van het bedrijfsbureau, onderhoudsafdeling en interne logistiek alsmede toerekende rente. De opbrengstwaarde is de geschatte verkoopprijs onder aftrek van direct toerekenbare verkoopkosten. Bij de bepaling van de opbrengstwaarde wordt rekening gehouden met de incourantheid van de voorraden. 6.5.5 Onderhanden projecten Onderhanden projecten in opdracht van derden wordt gewaardeerd tegen de gerealiseerde projectopbrengsten (bestaande uit de gerealiseerde projectkosten en toegerekende winst. Zie hiervoor de grondslag in paragraaf. Indien van toepassing, worden hierop de verwerkte verliezen en reeds gedeclareerde termijnen in mindering gebracht. Onderhanden projecten waarvan de gefactureerde termijnen hoger zijn dan de gerealiseerde projectopbrengsten worden gepresenteerd onder de kortlopende schulden. 6.5.6 Vorderingen Waardering geschiedt tegen nominale waarde rekening houdend met een voorziening voor mogelijke oninbaarheid gebaseerd op een statische benadering. Vorderingen worden bij eerste verwerking gewaardeerd tegen de reele waarde van de tegenprestatie. 6.5.7 Liquide middelen Liquide middelen bestaan uit kas, banktegoeden en deposito’s met een looptijd korter dan twaalf maanden. Rekening-courantschulden bij banken zijn opgenomen onder schulden aan kredietinstellingen onder kortlopende schulden. Liquide middelen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. 6.5.8 Latente belastingvorderingen en –verplichtingen Latente belastingvorderingen en -verplichtingen worden opgenomen voor tijdelijke verschillen tussen de waarde van de activa en passiva volgens fiscale voorschriften enerzijds en de boekwaarden die in deze jaarrekening gevolgd worden anderzijds. 49 JAARVERSLAG 2011
De berekening van de latente belastingvorderingen en -verplichtingen geschiedt tegen de belastingtarieven die op het einde van het verslagjaar gelden, of tegen de tarieven die in de komende jaren gelden, voor zover deze al bij wet zijn vastgesteld. Latente belastingvorderingen uit hoofde van verrekenbare verschillen en beschikbare voorwaartse verliescompensatie worden opgenomen voor zover het waarschijnlijk is dat er toekomstige fiscale winst beschikbaar zal zijn waarmee verliezen kunnen worden gecompenseerd en verrekening mogelijkheden kunnen worden benut. Latente belastingen worden verantwoord voor tijdelijke verschillen inzake groepsmaatschappijen, deelnemingen en joint ventures, tenzij De Stichting in staat is het tijdstip van afloop van het tijdelijk verschil te bepalen en het niet waarschijnlijk is dat het tijdelijke verschil in de voorzienbare toekomst zal aflopen. Latente belastingvorderingen zijn opgenomen onder de financiële vaste activa, latente belastingverplichtingen zijn opgenomen onder de voorzieningen. Belastinglatenties worden gewaardeerd op basis van contante waarde. De gehanteerde disconteringsvoet bedraagt 5,25%. 6.5.9 Voorzieningen onrendabele investeringen nieuwbouw Verwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen nieuwbouw worden als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de boekwaarde van het betreffende complex overtreffen wordt voor dit meerdere een voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto contante waarde van alle investeringsuitgaven minus aan deze investering toe te rekenen bedrijfswaarde. 6.5.10 Langlopende schulden Langlopende schulden worden bij de eerste waardering gewaardeerd tegen reële waarde. Het verschil tussen de bepaalde boekwaarde en de uiteindelijke aflossingswaarde wordt samen met de verschuldigde rentevergoeding zodanig bepaald dat de effectieve rente gedurende de looptijd van de schulden in de winst-en-verliesrekening wordt verwerkt De aflossingsverplichting voor het komend jaar van de langlopende schulden is opgenomen onder de kortlopende schulden. In het kader van de verkoop van woningen onder voorwaarden heeft de corporatie een terugkoopverplichting die mede afhankelijk is van de ontwikkeling van de waarde van de woningen in het economisch verkeer. De terugkoopverplichting wordt jaarlijks gewaardeerd. Indien de verwachting bestaat dat de terugkoop binnen één jaar zal plaatsvinden is de verplichting onder de kortlopende schulden verantwoord.
6.5.11 Overige activa en passiva Voor zover in het bovenstaande niet anders is aangegeven worden activa en passiva gewaardeerd op nominale waarde. Hierbij wordt op vorderingen, indien dit noodzakelijk is, een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid in mindering gebracht.
50 JAARVERSLAG 2011
6.6
Grondslagen voor bepaling van het resultaat
6.6.1 Algemeen Het resultaat wordt bepaald als verschil tussen de opbrengstwaarde van de geleverde prestaties en de kosten en andere lasten over het jaar. De resultaten op transacties worden verantwoord in het jaar waarin zij zijn gerealiseerd; verliezen reeds zodra zij voorzienbaar zijn. Het resultaat wordt tevens bepaald met inachtneming van de verwerking van ongerealiseerde waardeveranderingen van op actuele waarde gewaardeerde materiële vaste activa in exploitatie. Opbrengstverantwoording Opbrengsten uit de levering van goederen worden verwerkt zodra alle belangrijke rechten en risico’s met betrekking tot de eigendom van de goederen zijn overgedragen aan de koper. Opbrengsten uit de levering van diensten geschieden naar rato van de geleverde prestaties, gebaseerd op de verrichte diensten tot aan de balansdatum in verhouding tot de in totaal te verrichten diensten. Voor onderhanden projecten, waarvan het resultaat op betrouwbare wijze kan worden bepaald, worden de projectopbrengsten en de projectkosten verwerkt als netto-omzet en kosten in de winst-en-verliesrekening naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum (de ‘Percentage of Completion’-methode, ofwel de PoC-methode). De voortgang van de verrichte prestaties wordt bepaald op basis van de tot de balansdatum gemaakte projectkosten in verhouding tot de geschatte totale projectkosten. Als het resultaat (nog) niet op betrouwbare wijze kan worden ingeschat, dan worden de opbrengsten als netto-omzet verwerkt in de winst-en-verliesrekening tot het bedrag van de gemaakte projectkosten, dat waarschijnlijk kan worden verhaald; de projectkosten worden dan verwerkt in de winst-en-verliesrekening in de periode waarin ze zijn gemaakt. Zodra het resultaat wel op betrouwbare wijze kan worden bepaald, vindt opbrengstverantwoording plaats volgens de PoC-methode naar rato van de verrichte prestaties per balansdatum. Het resultaat wordt bepaald als het verschil tussen de projectopbrengsten en projectkosten. Projectopbrengsten zijn de contractueel overeengekomen opbrengsten en opbrengsten uit hoofde van meer- en minderwerk, claims en vergoedingen indien en voor zover het waarschijnlijk is dat deze worden gerealiseerd en ze betrouwbaar kunnen worden bepaald. Projectkosten zijn de direct op het project betrekking hebbende kosten, die kosten die in het algemeen aan projectactiviteiten worden toegerekend en toegewezen kunnen worden aan het project en andere kosten die contractueel aan de opdrachtgever kunnen worden toegerekend. Indien het waarschijnlijk is dat de totale projectkosten de totale projectopbrengsten overschrijden, dan worden de verwachte verliezen onmiddellijk in de winst-enverliesrekening verwerkt. Dit verlies wordt verwerkt in de kostprijs van de omzet. De voorziening voor het verlies maakt onderdeel uit van de post onderhanden projecten.
51 JAARVERSLAG 2011
6.6.2 Bedrijfsopbrengsten Huren De jaarlijkse huurverhoging voor niet-geliberaliseerde huurwoningen is van overheidswege gebonden aan een maximum. Voor het verslagjaar 2011 bedroeg dit maximumpercentage 1,3%. Vergoedingen Dit betreffen ontvangen bedragen van huurders en bewoners ter dekking van te maken en gemaakte servicekosten. Jaarlijks vindt verrekening plaats op basis van de daadwerkelijke bestedingen. De kosten worden verantwoord onder de overige bedrijfslasten. Overige bedrijfsopbrengsten Onder deze post zijn onder andere de premies glasverzekering en inschrijfgelden opgenomen. Verkoop onroerende zaken De post verkopen onroerende zaken betreft het saldo van de behaalde verkoopopbrengst minus de gemaakte direct toerekenbare verkoopkosten. Winsten worden verantwoord op het moment van levering (passeren transportakte). Eventuele verliezen op nieuwbouw koopprojecten worden verantwoord zodra deze voorzienbaar zijn. De opbrengst uit woningen verkocht onder voorwaarden worden niet verantwoord als verkoopopbrengst daar de belangrijkste economische rechten niet zijn overgedragen aan de koper. De gegarandeerde terugkoopverplichting wordt opgenomen onder de post Langlopende schulden, terugkoopverplichting VOV woningen en wordt jaarlijks met in achtname van de contractvoorwaarden gewaardeerd.
6.6.3. Bedrijfslasten Afschrijvingen op (im)materiële vaste activa De afschrijvingen op materiële vaste activa en goodwill worden gebaseerd op basis van de verkrijgings- of vervaardigingsprijs. Afschrijvingen vinden plaats volgens de lineaire methode dan wel de annuïtaire methode op basis van de geschatte economische levensduur. Met een mogelijke restwaarde wordt geen rekening gehouden. Indien een schattingswijziging plaatsvindt van de toekomstige gebruiksduur, dan worden de toekomstige afschrijvingen aangepast. Boekwinsten en -verliezen bij verkoop van materiële vaste activa zijn begrepen onder de afschrijvingen. Overige waardeveranderingen materiële vaste activa De overige waardeveranderingen worden gevormd door de waardevermindering die is ontstaan door gedurende het verslagjaar nieuw aangegane juridische en feitelijke verplichtingen met betrekking tot investeringen in nieuwbouw en herstructurering. Tevens worden hieronder de leefbaarheidsinvesteringen opgenomen. Periodiek betaalbare beloningen Lonen, salarissen en sociale lasten worden op grond van de arbeidsvoorwaarden verwerkt in de winst-en-verliesrekening voor zover ze verschuldigd zijn aan werknemers.
52 JAARVERSLAG 2011
Pensioenen Woonveste heeft een aantal pensioenregelingen. De hoofdregeling (SPW) betreft een toegezegd-pensioenregeling bij het bedrijfstakpensioenfonds. Hierbij is een pensioen toegezegd aan personeel op de pensioengerechtigde leeftijd, afhankelijk van leeftijd, salaris en dienstjaren. Deze toegezegd-pensioenregeling is verwerkt als zou sprake zijn van een toegezegde-bijdrageregeling. Voor de pensioenregelingen betaalt Woonveste op verplichte, contractuele of vrijwillige basis premies aan pensioenfondsen en verzekeringsmaatschappijen. Behalve de betaling van premies heeft Woonveste geen verdere verplichtingen uit hoofde van deze pensioenregelingen. Woonveste heeft in geval van een tekort bij het fonds geen verplichting tot het voldoen van aanvullende bijdragen anders dan hogere toekomstige premies. De premies worden verantwoord als personeelskosten als deze verschuldigd zijn. Vooruitbetaalde premies worden opgenomen als overlopende activa indien deze tot een terug storting leiden of tot een vermindering van toekomstige betalingen. Lasten onderhoud Onder deze post worden alle direct aan het verslagjaar toe te rekenen kosten van onderhoud verantwoord. Van toerekenbaarheid is sprake als de daadwerkelijke werkzaamheden in het verslagjaar hebben plaatsgevonden. Reeds aangegane verplichtingen waarvan de werkzaamheden nog niet zijn uitgevoerd op balansdatum worden verwerkt onder de niet uit de balans blijkende verplichtingen. Het dagelijks onderhoud (klachten- en mutatieonderhoud) wordt onderscheiden in kosten van derden en eigen dienst, alsmede de kosten van het materiaalverbruik. In de winst- en verliesrekening zijn de kosten van de eigen dienst opgenomen bij de kostensoort salarissen en sociale lasten. De lasten van onderhoud onderscheiden zich van activeerbare kosten door het feit dat er geen sprake is van een waarde verhoging van het actief. Overige bedrijfslasten De overige bedrijfslasten worden toegerekend aan het verslagjaar waarop zij betrekking hebben. 6.6.4 Belastingen Vanaf 1 januari 2008 is Woonveste integraal belastingplichtig geworden voor de vennootschapsbelasting. Corporaties zijn sindsdien verplicht over hun integrale activiteiten vennootschapsbelasting te betalen. Een en ander is vastgelegd in een vaststellingsovereenkomst (VSO). In deze VSO zijn specifieke bepalingen opgenomen met betrekking tot de waardering van posten op de fiscale openingsbalans en de wijze van resultaatneming. De belasting over het resultaat wordt berekend over het resultaat voor belastingen in de winst-en-verliesrekening, rekening houdend met beschikbare fiscaal compensabele verliezen uit voorgaande boekjaren (voor zover niet opgenomen in de latente belastingvorderingen) en vrijgestelde winstbestanddelen en na bijtelling van niet-aftrekbare kosten. Tevens wordt rekening gehouden met wijzigingen die optreden in de latente belastingvorderingen en latente belastingschulden uit hoofde van wijzigingen in het te hanteren belastingtarief. Deze last is in de resultatenrekening opgenomen.
53 JAARVERSLAG 2011
6.6.5 Financiële baten en lasten Rentebaten en rentelasten worden tijdsevenredig verwerkt, rekening houdend met de effectieve rentevoet van de betreffende activa en passiva. Bij de verwerking van de rentelasten wordt rekening gehouden met de verantwoorde transactiekosten op de ontvangen leningen die als onderdeel van de berekening van de effectieve rente worden meegenomen. 6.6.6. Mutatie reële waarde materiële vaste activa De mutatie reële waarde materiële vaste activa betreft de mutatie in de gecalculeerde reële waarde per 31 december 2011 en 31 december 2010 rekening houdend met de mutatie in de rentabiliteitswaardecorrectie. 6.6.7. Financiële instrumenten Marktrisico Woonveste loopt risico’s ten aanzien van de waardering van effecten, opgenomen onder financiële vaste activa en effecten, opgenomen onder vlottende activa. De onderneming beheerst het marktrisico door stratificatie aan te brengen in de portefeuille, en limieten te stellen. Renterisico Woonveste loopt renterisico over de rentedragende vorderingen (met name onder financiële vaste activa en liquide middelen) en rentedragende langlopende en kortlopende schulden (waaronder schulden aan kredietinstellingen). Voor vorderingen en schulden met variabele renteafspraken loopt Woonveste risico ten aanzien van toekomstige kasstromen, met betrekking tot vastrentende vorderingen en schulden loopt Woonveste risico’s over de marktwaarde. Met betrekking tot de vorderingen worden geen financiële derivaten met betrekking tot renterisico gecontracteerd. Beschikbaarheidsrisico Voor de beschikbaarheid van financiering is de organisatie sterk afhankelijk van het blijvend functioneren van het borgingsstelsel via het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Liquiditeitsrisico Voor zover noodzakelijk, worden nadere zekerheden verstrekt aan de bank voor beschikbare kredietfaciliteiten. Valutarisico Woonveste is alleen werkzaam in Nederland en loopt geen valutarisico.
54 JAARVERSLAG 2011
6.7
Belangrijke inschattingen ten aanzien van waardering en resultaatbepaling
De jaarrekening wordt overeenkomstig BW2 Titel 9 opgesteld. Het management dient daartoe bepaalde veronderstellingen en schattingen te maken die van invloed zijn op de waardering van activa en verplichtingen, op de resultaatbepaling en de rapportage van voorwaardelijke activa en verplichtingen. 6.7.1 Materiële vaste activa, realiseerbare waarde Onroerende en roerende zaken in exploitatie worden gewaardeerd tegen de realiseerbare waarde gebaseerd op bedrijfswaarde. Deze wordt gevormd door de contante waarde van de kasstromen uit hoofde van toekomstige exploitatie-opbrengsten en toekomstige exploitatielasten over de geschatte resterende looptijd van de investering. De realiseerbare waarde wordt afhankelijk gesteld van de voorgenomen bestemming van complexen. De onroerende zaken kunnen voor langere of kortere termijn voor verhuur worden aangehouden. De uitgangspunten van de reële waarde zijn deels afhankelijk van de interne beleidsvoornemens. Deze beleidsvoornemens komen onder meer tot uitdrukking in het strategisch voorraadbeheer waarbij eigen keuzes worden gemaakt ten aanzien van verhuur of verkoop, levensduur, kwaliteits- en huurniveaus. Voor zover mogelijk hanteert Woonveste binnen de sector gangbare uitgangspunten. 6.7.2 Timing en verwerking van onrendabele investeringen nieuwbouw en herstructurering In de jaarrekening worden naast juridisch afdwingbare verplichtingen tevens feitelijke verplichtingen verwerkt die kunnen worden gekwalificeerd als “intern geformaliseerd en extern gecommuniceerd”. Hiervan is sprake wanneer uitingen namens de corporatie zijn gedaan richting huurders, gemeenten en overige stakeholders aangaande verplichtingen inzake toekomstige herstructureringen en toekomstige nieuwbouwprojecten. Een feitelijke verplichting is gekoppeld aan het besluitvormingsproces van de corporatie rondom projectontwikkeling en herstructurering. Van een feitelijke verplichting is sprake indien de formalisering van de definitief ontwerp fase en afgeleid het aanvragen van de bouwvergunning heeft plaatsgevonden. De aannames gedaan bij de financiële impact van bovengenoemde feitelijke verplichtingen kunnen afwijken bij daadwerkelijke realisatie van de projecten. Planvorming kan onder meer wijzigingen in de tijd ondergaan door bewegingen in het prijsniveau van leveranciers, wettelijke procedures en aanpassingen in de voorgenomen bouwproductie.
6.7.3 Verwerking fiscaliteit Ten aanzien van de acute belastinglast en belastinglatenties in de jaarrekening heeft Woonveste een aantal standpunten ingenomen die eerst bij afwerking van de aangifte over de verslagjaren 2006 tot en met 2011 door de fiscus zullen worden getoetst. De belangrijkste standpunten betreffen: • Het onderscheid tussen onderhoudskosten en investeringen; • De verwerking van projectontwikkelingsresultaten; • Het vormen van een herbestedingsreserve. Dientengevolge kan de fiscale last over 2011 en voorgaande jaren nog wijzigingen ondergaan en belastinglatenties een andere waarde kennen.
55 JAARVERSLAG 2011
6.8
Grondslagen kasstroomoverzicht
Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de directe methode. De liquiditeitspositie in het kasstroomoverzicht bestaat uit de liquide middelen onder aftrek van bankkredieten. In het kasstroomoverzicht wordt onderscheid gemaakt tussen operationele, investerings- en financieringsactiviteiten. De kasstromen uit hoofde van de financiering zijn gesplitst in kasstromen met betrekking tot mutaties in de hoofdsom (opgenomen onder financieringsactiviteiten) en betaalde interest (opgenomen onder operationele activiteiten).De investeringen in materiële vaste activa worden opgenomen onder aftrek van de onder overige schulden voorkomende verplichtingen. Ontvangsten en uitgaven uit hoofde van interest, ontvangen dividenden en winstbelastingen zijn opgenomen onder de kasstroom uit operationele activiteiten.
56 JAARVERSLAG 2011
6.9
Toelichting op de posten van de balans
6.9.1 Materiële vaste activa Hiervan kan over 2011 het volgende overzicht worden gegeven (bedragen x € 1.000): Onroerende zaken
Boekwaarde per 1 januari Mutaties: Investeringen Overboekingen Desinvesteringen Afschrijvingen Waardeveranderingen Mutatie bedrijfswaarde Totaal mutaties Boekwaarde per 31 december
verkoop in onder exploitatie voorwaarde
in ontwikkeling
ten dienste v exploitatie
Totaal 2011
Totaal 2010
392.223
1.328
1.457
2.290 397.298 312.053
1.037 -/- 9.698 0 0 0 9.699 1.038
651 0 0 0 -/- 82 0 569
7.816 9.698 0 0 -/- 2.357 0 15.157
403 9.907 17.432 0 0 0 0 0 -/- 78 -/- 160 -/- 160 -/- 257 0 -/- 2.439 -/- 3.300 0 9.699 71.448 243 17.007 85.245
393.261
1.897
16.614
2.533 414.305 397.298
De overboeking van tussen onroerende zaken in exploitatie en in ontwikkeling betreffen twee boekingen. Een overboeking van € 2,1 miljoen zijnde onroerend goed dat in exploitatie is genomen minus de boekwaarde ad € 11,8 miljoen van het voormalige bedrijf Mommersteeg (inclusief 28 ha grond) aan de Wolput te Vlijmen. De overboeking van het voormalige bedrijf Mommersteeg van “in exploitatie” naar “in ontwikkeling” is gebeurd omdat de exploitatie opbrengsten vanaf 2011 minimaal zijn en het terrein dient voor de ontwikkeling van Geerpark. Het gehele woningbezit is verzekerd tegen brand- en stormschades op basis van het aantal eenheden in bezit van Woonveste. Onderverzekering is uitgesloten. Ook het kantoorgebouw, inventaris en automatiseringsapparatuur zijn verzekerd. Het onroerend goed is nagenoeg in zijn geheel gefinancierd met kapitaalmarktleningen onder overheidsgarantie. Er is een hypothecaire zekerheid (door de gemeente Heusden) afgegeven op de Multifunctionele Accommodatie “Caleidoscoop” te Vlijmen. Ten opzichte van voorgaand verslagjaar is de reële waarde met € 9,7 miljoen gemuteerd. Voor de toelichting op deze mutatie wordt verwezen naar de toelichting op de winst- en verliesrekening.
57 JAARVERSLAG 2011
6.9.2 Financiële vaste activa Wooninvesteringsfonds In 2005 zijn 3 certificaten aangekocht van het Wooninvesteringsfonds voor een bedrag van € 1,5 miljoen met een rente van 4,5%. In 2011 zijn deze certificaten geconverteerd naar 15 certificaten met een nominale waarde van € 100.000 elk met een vaste rente van 2,25% en een variabele rente tussen 0% en 3,25%. Daarnaast is er in 2004 aan de Bank Nederlandse Gemeenten (BNG) een lening van € 1,5 miljoen verstrekt met een rentevergoeding van 3,09% op jaarbasis. 2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
3.000
3.000
-/- 1.500 1.500 0
0 0 0
3.000
3.000
Stand per 1 januari Mutaties: Aflossingen Stortingen Totaal mutaties Stand per 31 december
De verstrekte lening uit 2004 is in onderpand gegeven voor leningen o/g, totaal groot € 1,5 miljoen, met dezelfde looptijd. Deelnemingen De deelnemingen betreffen: aandeel
Woonveste Holding B.V.
100%
Resultaat boekjaar
Netto Netto vermogenswaarde vermogenswaarde 31.12.2011 31.12.2010 x € 1.000 x € 1.000 x € 1.000 0
18
18
Latente belastingvorderingen De latente belastingvorderingen zijn gevormd in 2008 naar aanleiding van de invoering van de integrale belastingplicht voor woningcorporaties en betreffen de belastbare tijdelijke verschillen in de fiscale waardering en de waardering van de leningen aan kredietinstellingen. Vanaf boekjaar 2011 worden de latenties gewaardeerd op nihil omdat de contante waarde van de belastbare tijdelijke verschillen naar verwachting nihil is.
58 JAARVERSLAG 2011
Stand per 1 januari Af/bij: dotatie/vrijval boekjaar Stand per 31 december
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
625 -/- 625 0
573 52 625
6.9.3 Voorraden Onder de voorraden worden de onverkochte woningen uit projectontwikkeling opgenomen:
31.12.2011 Voorraad opgeleverde woningen: Koopwoningen A. Kampstraat Koopwoningen Castellum 1e fase Te verkopen perceel Waterkwartier Voorraad onderhanden werk: Koopwoningen Castellum 2e fase Stand per 31 december
31.12.2010
x € 1.000
x € 1.000
1.339 825 250 2.414
1.509 244 250 2.003
18
0
2.432
2.003
Onderstaand is de stand van de onderhanden projecten en de gedeclareerde termijnen opgenomen: 31.12.2011 31.12.2010 x € 1.000 X € 1.000 Koopwoningen Wijngaert (Haaren) Cumulatieve netto-omzet 375 0 Gedeclareerde termijnen 0 0 Voorzien resultaat -/- 111 0 Stand per 31 december
264
0
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
6.9.4 Vorderingen Huurdebiteuren De vordering huurdebiteuren is als volgt toe te lichten:
Huur- en overige vorderingen Af: vooruit ontvangen huren Af: voorziening voor mogelijke oninbaarheid huur
582 662 -/- 242 -/- 225 -/- 146 -/- 167 194 270 Onder huur- en overige vorderingen is een bedrag van € 396.000 opgenomen voor posten ouder dan een jaar. Dit bedrag is qua omvang gelijk aan het bedrag in 2010. Voor mogelijke oninbaarheid van de vordering op huurdebiteuren wordt een voorziening gevormd van 25% van de totale huurachterstand op 31 december. 59 JAARVERSLAG 2011
Het verloop van de voorziening kan als volgt toegelicht worden:
Stand per 1 januari Bij: dotatie Af: afgeboekte vorderingen op huurdebiteuren Stand per 31 december
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
167 68 -/- 89 146
165 99 -/- 97 167
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
22 0 67 20 13 122
0 162 27 43 11 243
Overige vorderingen De overige vorderingen kunnen als volgt worden gespecificeerd:
Doorbelast meerwerk Cello Schoolstraat Berlicum Schakelring huur zorg infrastructuur twee complexen Te vorderen inzake woningaanpassingen Brandschade Overige debiteuren
Onder de overige vorderingen zijn geen posten opgenomen ouder dan een jaar. Overlopende activa De overlopende activa bestaan uit:
Rente rekening courant banken Rente leningen u/g Vennootschapsbelasting 2009 Vennootschapsbelasting 2010 Vennootschapsbelasting 2011 Verkoop grond 10 woningen Castellum (realisatie ovk. Gem.) Nog te ontvangen posten
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
11 8 1.795 1.429 1.582 0 2 4.827
30 75 0 610 0 350 59 1.124
60 JAARVERSLAG 2011
6.9.5 Liquide middelen 31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
3.742
622
Rekening courant banken De liquide middelen staan ter vrije beschikking van Woonveste.
6.9.6 Eigen vermogen Kapitaal Door de oprichters van de stichting werd stichtingskapitaal geschonken van € 1.951. Overige reserves Van de overige reserves kan het volgende verloop worden gegeven:
Stand per 1 januari Bij: Resultaat boekjaar Stand per 31 december
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
177.514 14.224 191.738
105.211 72.303 177.514
6.9.7 Voorzieningen Onrendabele investering nieuwbouw Verwachte verliezen als gevolg van onrendabele investeringen nieuwbouw worden als bijzondere waardeverandering in mindering gebracht op de boekwaarde van het complex waartoe de investeringen gaan behoren. Indien en voor zover de verwachte verliezen de boekwaarde van het betreffende complex overtreffen wordt voor dit meerdere een voorziening gevormd. Onder verwachte verliezen wordt in dit verband verstaan de netto contante waarde van alle investeringsuitgaven minus aan deze investering toe te rekenen bedrijfswaarde. Van de voorziening kan het volgende verloop worden gegeven:
Stand per 1 januari Af: Onttrekkingen Bij: Onrendabele investering nieuwbouw: - Castellum (Heusden) - PassiefHuis Acaciastraat (Nieuwkuijk) - Donkhof (Haarsteeg) - Wijngaert (Haaren) - Wolput (Vlijmen) Stand per 31 december
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
871 -/- 871
401 -/- 2.406
0 0 511 169 1.600 2.280
2.294 582 0 0 0 871
61 JAARVERSLAG 2011
Latente belastingverplichtingen De voorziening latente belastingverplichtingen is gevormd voor belastbare tijdelijke verschillen in de fiscale waardering van de leningen u/g in deze jaarrekening. Zoals bij de latente belastingvorderingen is aangegeven worden de latenties vanaf boekjaar 2011 gewaardeerd op nihil omdat de contante waarde van de belastbare tijdelijke verschillen naar verwachting nihil is.
Stand per 1 januari Af: Vrijval boekjaar Stand per 31 december
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
17 -/- 17 0
23 -/- 6 17
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
207.369 8.794 28.700 -/- 20.929 -/- 4.942 218.992
196.652 4.523 21.653 -/- 6.665 -/- 8.794 207.369
6.9.8 Langlopende schulden Leningen aan kredietinstellingen Het verloop van de leningen van kredietinstellingen is als volgt:
Stand per 1 januari Bij: aflossingsverplichting vorige boekjaar Bij: aangetrokken leningen Af: aflossingen (inclusief contractbijschrijvingen) Af: aflossingsverplichting per einde boekjaar Stand per 31 december
Aflossingsverplichtingen binnen 12 maanden na de afloop van het jaar zijn opgenomen onder de kortlopende schulden. De gemiddelde financieringsrente ultimo 2011 bedraagt 4,31%. Voor een lening met een schuldrestant van € 7,2 miljoen van de gemeente Heusden is een deel van het onroerend goed hypothecair verbonden. De langlopende leningen aan kredietinstellingen kunnen als volgt naar looptijd ingedeeld worden: 31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
Looptijd korter dan 5 jaar
70.877
53.884
Looptijd langer dan 5 jaar
153.057
162.279
62 JAARVERSLAG 2011
In het boekjaar vonden de volgende renteconversies plaats: Lening
Datum
316 20 325
Geldgever
1-3-2011 1-7-2011 1-8-2011
Schuldrestant x € 1.000 1.975 1.466 629
Nederlandse Waterschapsbank Nederlandse Waterschapsbank Bank Nederlandse Gemeenten
Rentepercentage Was 6,46% 5,37% 5,67%
Wordt 3,44% 4,13% 4,35%
Vervalkalender leningportefeuille 18.000 16.000
Bedragen x € 1.000
14.000 12.000 10.000 8.000 6.000 4.000 2.000
2021
2020
2019
2018
2017
2016
2015
2014
2013
2012
0
Jaren
Herfinanciering
Renteconversie
Totaal
Terugkoopverplichting Verkoop Onder Voorwaarden-woningen
Stand per 1 januari Bij: Vermeerderingen Bij: Opwaarderingen Af: Afwaarderingen Stand per 31 december
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
1.295 656 11 -/- 83 1.879
1.096 180 19 0 1.295
63 JAARVERSLAG 2011
6.9.9 Kortlopende schulden De kortlopende schulden zijn als volgt te specificeren: Schulden aan kredietinstellingen
Rekening-courant krediet bank Aflossingsverplichting
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
0 4.942 4.942
0 8.794 8.794
Het maximale rekening-courant krediet bedraagt per 31 december 2011 € 0 (2010: idem). Schulden aan leveranciers
Crediteuren
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
3.436
3.012
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
331 0 0 45 93 469
64 243 232 58 86 683
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
18
18
31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
62 11 2 0 75
59 12 2 2 75
Belastingen en premies sociale verzekeringen
Omzetbelasting Vennootschapsbelasting 2008 Vennootschapsbelasting 2009 Pensioenpremies Loonheffingen Groepsmaatschappij
Woonveste Holding B.V.
Overige schulden
Schuld aan Vereniging van Eigenaren Huurdercommissies Waarborgsom handzenders Waarborgsom verhuur bedrijf onroerend goed
64 JAARVERSLAG 2011
Overlopende passiva 31.12.2011 x € 1.000
31.12.2010 x € 1.000
4.113 233 118 334 38 100 35 102 5.073
4.253 223 150 624 229 0 0 74 5.553
Te betalen rente over leningen aan kredietinstellingen Vooruit ontvangen huurtoeslag Af te rekenen servicekosten Onderhoud Energiebesparende maatregelen Leefbaarheid Oudheusden Verhuiskostenvergoedingen Donkhof Overige overlopende passiva
6.9.10 Niet uit de balans blijkende verplichtingen De investeringsverplichting voor nieuwbouwprojecten bedraagt per einde van 2011 circa € 15,3 miljoen (per einde 2010: € 11,3 miljoen). In 2011 zijn de volgende transacties aangegaan met betrekking tot nog te ontvangen leningen o/g: Geldgever Hoofdsom Type Basisrente KredietStorting Looptijd opslag Bank Ned. € 15.000.000 Fixe 3,425% 0,30% 1-2-2013 40 jaar Gemeenten (3 jaar vast) Bank Ned. € 4.000.000 Fixe 3,125% 0,32% 28-12-2012 39 jaar Gemeenten (5 jaar vast) Bank Ned. € 10.500.000 Fixe 3,15% 0,36% 27-9-2013 39 jaar Gemeenten (5 jaar vast) Bank Ned. € 10.500.000 Fixe 3,135% 0,36% 27-9-2013 41 jaar Gemeenten (5 jaar vast) Het aan te houden obligo voor het Waarborgfonds Sociale Woningbouw is een latente verplichting als deelnemer van het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. Invordering kan alleen plaatsvinden wanneer het risicovermogen van het WSW zou dalen onder 0,25% van het gegarandeerde leningsvolume van alle deelnemers. Het obligo blijft in principe gelijk gedurende de looptijd tot aan alle verplichtingen van de leningen is voldaan en de leningsovereenkomst alsmede de garantieverplichting van het WSW zijn beëindigd. Ultimo 2011 bedraagt het obligo € 8,3 miljoen. Garanties en zekerheden Woonveste is aangesloten bij het Waarborgfonds Sociale Woningbouw. In 2011 is door het WSW een verklaring afgegeven dat Woonveste voldoet aan de eisen van kredietwaardigheid. Door Woonveste zijn aan huisbankier Rabobank de volgende obligo en zekerheden gegeven: • Obligo: kredietfaciliteit € 7.000.000 •
Zekerheden: verklaring Waarborgfonds Sociale Woningbouw
65 JAARVERSLAG 2011
6.10
Toelichting op de winst- en verliesrekening
6.10.1 Bedrijfsopbrengsten Huren
Huuropbrengsten eenheden in exploitatie Huuropbrengsten bedrijf onroerend goed Af: huurderving door leegstand
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
32.698 39 -/-111 32.626
31.326 170 -/- 230 31.266
De mutatie van de huuropbrengsten 2011 ten opzichte van 2010 wordt verklaard door: x € 1.000 % t.o.v. opbrengst 2010 Reguliere huurverhoging en harmonisatie 621 1,99% Extra huuropbrengst “Zandley” n.a.v. gewijzigde 682 2,19% huurovereenkomst Huren nieuwbouw 80 0,26% De huurderving is gedaald met € 119.000 naar € 111.000. In 2010 ging het met name om de leegstand van nieuwbouwcomplexen. De opbrengst uit exploitatie van het bedrijf onroerend is gedaald doordat het grootste deel van de opstallen is gesloopt. Vergoedingen
Vergoedingen voor goederen, leveringen en diensten Af: derving vergoedingen door leegstand
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
842 -/- 2 840
792 -/- 13 779
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
0 15 14
185 0 0
29
185
Opbrengst verkoop onroerend goed
Verkoopopbrengst bestaand bezit Verkoopopbrengst nieuwbouw uit voorraad Verkoopopbrengst n.a.v. terugkoop en verkoop VoVwoningen
66 JAARVERSLAG 2011
Overige bedrijfsopbrengsten
Besluit Woning gebonden Subsidies Ontvangen vergoedingen voor activiteiten t.b.v. corporaties Inschrijfgelden woningzoekenden Vergoedingen voor administratie/toezicht woningaanpassingen/brandschades Ontvangen premies glasverzekering Teruggave omzetbelasting (pro rata-regeling) Overig
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
0 10 27 25
47 0 38 22
56 65 22 205
55 0 36 198
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
160
257
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
837 683 744 1.601 0 0 3.865
0 0 0 0 582 2.294 2.876
0 86 279 1 111 477
45 9 0 0 0 54
4.342
2.930
6.10.2 Bedrijfslasten Afschrijvingen op materiële vaste activa
Roerende zaken ten dienste van de exploitatie
Overige waardeveranderingen materiële vaste activa
Afboeking voorcalculatorische exploitatieverliezen nieuwbouw: Complex Zuid-Australië (Drunen) Complex Wijngaert (Haaren) Complex Donkhof (Haarsteeg) Complex Wolput (Vlijmen) Complex Acaciastraat/Magnoliastraat (passiefhuis) Complex Castellum
Afboeking nieuwbouwprojecten: 5 koopgarantwoningen Vriesdonk (Biezenmortel) 6 koopwoningen Castellum 4 koopwoningen Castellum Perceel Waterkwartier 6 koopwoningen Wijngaert
De voorcalculatorische exploitatieverliezen zijn een gevolg van de in 2011 genomen investeringsbeslissingen. De afboeking op project Castellum had op basis van besluitvorming en bijbehorende taxatie feitelijk al in 2010 genomen moeten worden. De afboeking op project Wijngaert komt voort uit de beslissing in 2011 om deze woningen via koopgarant te verkopen. 67 JAARVERSLAG 2011
Personeelslasten 2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
2.405 152 -/- 81 93 256 2.825
2.318 322 -/- 60 142 206 2.928
Premies sociale verzekeringen Premie ziekteverzuimverzekering Totaal sociale lasten
331 57 388
314 57 371
Pensioenlasten
427
468
3.640
3.767
Salarissen (inclusief vakantiegeld) Kosten uitzendkrachten Af: uitkeringen ziekengeldverzekering/UWV Kosten opleidingen Overige personeelslasten Totaal lonen en salarissen
De totale personeelslasten zijn ten opzichte van 2010 gedaald. Belangrijkste reden is dat er in 2011 minder beroep is gedaan op uitzendkrachten. Lasten onderhoud
Kosten planmatig onderhoud Kosten contractonderhoud Dagelijks onderhoud Kosten energiebesparende maatregelen Overige
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
5.383 904 2.544 39 96 8.966
5.273 760 2.559 275 410 9.277
68 JAARVERSLAG 2011
Overige bedrijfslasten 2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
330 299 164 261 70 162 1.286
384 432 188 272 62 192 1.530
418
201
Heffingen Belastingen Verzekeringen Contributie Aedes Saneringssteun Heffing bijzondere projectsteun Subtotaal heffingen
1.066 91 53 129 217 1.556
996 90 54 0 331 1.471
Overige bedrijfslasten Kosten servicekosten Kosten exploitatie bedrijf onroerend goed Overige kosten Subtotaal overige bedrijfslasten
793 31 187 1.011
767 52 237 1.056
4.271
4.258
Beheerkosten Kosten automatisering Kosten externe adviezen Kosten PR en communicatie Facilitaire kosten Kosten Raad van Commissarissen Overige beheerkosten Subtotaal beheerkosten Kosten leefbaarheid
De kosten leefbaarheid zijn ten opzichte van 2010 gestegen doordat de kosten van de afwikkeling van het herstructureringsproject ad € 150.000 in 2011 zijn opgenomen. In de overige bedrijfslasten zijn accountantshonoraria opgenomen voor een bedrag van € 42.000 (2010: € 41.000). Dit bedrag kan als volgt worden gespecificeerd: 2011 2010 x € 1.000 x € 1.000
Controle van de jaarrekening Andere controlewerkzaamheden
27 15 42
27 14 41
De accountantskosten worden toegerekend op basis van aan het verslagjaar toe te rekenen kosten. Bovenstaande honoraria betreffen uitsluitend de werkzaamheden die bij de Stichting en de in de consolidatie betrokken maatschappijen zijn uitgevoerd door accountantsorganisaties en externe accountants zoals bedoeld in art. 1, lid 1 Wta (Wet toezicht accountantsorganisaties).
69 JAARVERSLAG 2011
6.10.3 Financiële baten en lasten De som van de financiële baten en lasten is als volgt te specificeren: 2011 x € 1.000 Financiële baten Rente rekening-courant banken Rente lening u/g Heffingsrente belastingdienst Overige financiële baten
2010 x € 1.000
12 80 12 5 109
30 114 0 2 146
9.467 853 29 23 10.372
9.266 0 25 4 9.295
-/- 10.263
-/- 9.149
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
0 -/- 243 -/- 2.027 -/- 820 608 -/- 2.482
820 -/- 397 0 0 -/- 58 365
Financiële lasten Rente over leningen kredietinstellingen Afkoopkosten geldleningen Borgstellingsvergoeding Overige financiële lasten
Som der financiële baten en lasten
6.10.4 Belastingen De belastingen kunnen als volgt worden gespecificeerd:
Acute belastingen Teruggave vennootschapsbelasting 2008 Teruggave vennootschapsbelasting 2009 Teruggave vennootschapsbelasting 2010 Latente belastingen (opbrengst)
Woonveste heeft in de vennootschapsbelastingaangifte over de jaren 2008 en 2009 de belastbare winst gedoteerd aan de herbestedingsreserve. Hierdoor is de te betalen vennootschapsbelasting over deze jaren nihil. Ook in de aangifte vennootschapsbelasting 2010 en 2011 zal gebruik gemaakt worden van de herbestedingsreserve. De aangiftes over deze twee jaren moeten nog worden ingediend bij de belastingdienst. De teruggave van de vennootschapsbelasting over de jaren 2008, 2009 en 2010 betreft de in die jaren als last genomen vennootschapsbelasting.
70 JAARVERSLAG 2011
De acute belastinglast is als volgt bepaald: 2011 x € 1.000
Resultaat voor belastingen volgens de jaarrekening Bij: Overige waardeveranderingen MVA Af: afschrijving kantoorgebouw Afrikalaan 92 Af: commerciële verkoopwinst woningen Bij: heffing bijzondere projectsteun Bij: 25% bijtelling kantine- en representatiekosten Af: Kleinschaligheidsaftrek MVA t.d.v. Af: energie-investeringsaftrek Bij: rente investeringen MVA in ontwikkeling Af: agio/disagio waardering leningen o/g Bij: agio/disagio waardering leningen u/g
2.058 4.342 -/- 89 0 217 3 -/- 4 -/- 6 112 -/- 137 22
Totaal permanente en tijdelijke verschillen
4.460
Dotatie herbestedingsreserve
-/- 6.518
Belastbaar bedrag
0
Verschuldigde winstbelasting
0
6.10.5 Mutatie reële waarde materiële vaste activa
Mutatie reële waarde mat. vaste activa in exploitatie Desinvestering verkoop Torenstraat 77-79 Herwaardering kantoorpand (taxatie mei 2010) Mutatie waardering VOV-woningen
2011 x € 1.000
2010 x € 1.000
9.699 0 0 -/- 15 9.684
71.448 -/- 175 -/- 1.399 4 69.878
De toename van de reële waarde bedraagt 2,5% ten opzichte van vorig jaar en wordt verklaard door toevoeging van nieuwbouwcomplexen aan de voorraad (€ 1,6 mln.), toename van de rentabiliteitswaardecorrectie (€ 3 mln.), wijziging van parameters, wijziging van exploitatie-uitgangspunten, de autonome ontwikkeling (effect een jaar opschuiven) en de investeringen als gevolg van geriefverbeteringen.
71 JAARVERSLAG 2011
6.10.6 Overige toelichtingen Werknemers Gedurende het jaar 2011 had de corporatie gemiddeld 50,4 werknemers in dienst. Dit aantal is gebaseerd op het aantal fulltime equivalenten. Geen van de werknemers is buiten Nederland werkzaam. Honorarium Bestuur en Raad van Commissarissen Het totaalbedrag van de lasten ter zake van bezoldiging en pensioenen kan als volgt per individueel lid van het bestuur (de directie) worden gespecificeerd:
Directeur/bestuurder
Periodiek betaalde Beloningen beloningen betaalbaar op termijn 2011 2010 2011 2010 x€1 x€1 x€1 x€1 140.000 138.000 30.000 30.000
De bezoldiging van de bestuurder omvat: • periodiek betaalde beloningen (zoals salaris, sociale lasten, vakantiegeld, doorbetaling bij vakantie en ziekte en ter beschikking stelling van auto); • beloningen betaalbaar op termijn (pensioenlasten); De bezoldiging van de Raad van Commissarissen kan als volgt worden gespecificeerd:
Voorzitter Vice-voorzitter Lid 1 Lid 2 Lid 3 Totaal
Als lid van Raad van Overige kosten Commissarissen vergoedingen 2011 2010 2011 2010 x€1 x€1 x€1 x€1 * 16.065 * 14.280 0 389 9.900 8.800 0 0 9.000 8.000 0 0 9.000 8.000 0 0 *10.710 * 9.520 0 0 54.675
48.600
0
389
* bedragen zijn inclusief BTW
6.11
Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens
Vanaf 2006 is de Wet openbaarmaking uit publieke middelen gefinancierde topinkomens (WOPT) van kracht. Een deel van de wet is van toepassing verklaard op toegelaten instellingen volkshuisvesting. Gemeld dienen te worden de functionarissen die meer verdienen dan het gemiddelde salaris van de minister-president. In 2011 waren er geen functionarissen die meer verdienen dan deze norm.
72 JAARVERSLAG 2011
Drunen was getekend 15 mei 2012
De heer C.J. de Jager, voorzitter
De heer mr. M. van Tessel, vice-voorzitter
Mevrouw drs. S.M.A. van Dun
De heer H.J.E. van Loon
De heer B.J. Straatsma
73 JAARVERSLAG 2011
7.
OVERIGE GEGEVENS
7.1
Resultaatbestemming
De resultaatbestemming is vooruitlopend op en onder voorbehoud van de goedkeuring reeds in de jaarrekening verwerkt. Het gehele resultaat is aan de overige reserves toegevoegd.
7.2
Bijzondere gebeurtenissen na resultaatbestemming
Er zijn geen bijzonderheden.
74 JAARVERSLAG 2011
7.3
Controleverklaring
75 JAARVERSLAG 2011
76 JAARVERSLAG 2011
8.
ONDERNEMINGSBESTUUR
Het bestuur van de Stichting Woonveste wordt uitgeoefend door de heer drs. A.J. Gorter (1953). Maatschappelijke functie: lid Provinciale Omgevings Commissie Provincie Noord-Brabant (namens Aedes). De strategische koers van Woonveste is vastgelegd in het Ondernemingsplan voor de periode 2011 tot en met 2015. De plannen voor 2012 zijn in december vastgelegd in het Jaarplan . De onderneming heeft zich ontwikkeld in de lijn die uitgezet is in het Ondernemingsplan en de planning voor het jaar 2011. Door het bestuur werd gehandeld binnen de contouren van het Jaarplan. Aanvullende besluiten (15) betroffen onder meer: investeringen nieuwbouw, vaststelling van het jaarverslag en het jaarplan, het afboeken van een bedrag aan oninbare vorderingen, aankoop van bouwgrond en het vaststellen van beleidsnota’s waaronder de nota Risicomanagement. Het management, bestaande uit drie afdelingsmanagers en de directeur-bestuurder, vergaderde in beginsel tweewekelijks. Aan de orde kwamen alle strategische en uitvoeringsgerichte actuele managementzaken. In een aantal gevallen leidde de besluitvorming tot een aanvullend besluit door de directeur-bestuurder. De interne organisatie kan haar taken aan. De personele bezetting is passend. De verantwoordelijkheden en bevoegdheden binnen de organisatie liggen vast. Het managementteam is van voldoende niveau. De cultuurontwikkeling heeft ook in 2011 de juiste aandacht gehad. In het verslagjaar is een Integriteitsnota vastgesteld; de organisatie is daarbij betrokken geweest. Het bedrijfsinformatiesysteem functioneerde op een voldoende wijze voor de basisprocessen van de organisatie. Bestuur en Raad van Commissarissen kwamen negen maal in vergadering bijeen. Aan de orde kwamen alle onderwerpen waarvoor de goedkeuring van de raad noodzakelijk is, waaronder jaarplan en jaarverslag en investeringen die niet opgenomen waren in het Jaarplan. Alle kwartaalrapportages van de organisatie werden besproken. De raad is op de hoogte gesteld van alle bestuursbesluiten en alle -in de ogen van de bestuurder- relevante informatie. De samenwerking tussen bestuur en Raad van Commissarissen vond plaats in lijn met de Governance-code. De klant staat centraal in het denken en doen van de Woonveste-organisatie. De klant waardeert de prestaties van Woonveste -over meerdere jaren gemeten- gemiddeld hoog. Op het gebied van kwaliteitsmetingen nieuwbouw, planmatig onderhoud en “vertrokken huurders” scoort Woonveste goed (beoordelingen tussen 7,5 en 8). Woonveste heeft zoveel mogelijk transparant geopereerd: de jaarplannen en de jaarverslagen zijn verzonden aan de belanghouders, de huurders hebben bewonerskranten ontvangen, de website is zeer informatief en hanteert de uitgangspunten van transparantie en Governance, het verhuursysteem is voor iedereen inzichtelijk. Woonveste heeft haar belanghouders benoemd. De Belanghouders van Woonveste zijn: Huurdersvereniging Heusden, gemeenten Heusden en Haaren, Schakelring, De Twern, Juvans, Prisma, Cello en ’t Heem. Met hen is ook in dit verslagjaar contact geweest waar zij of Woonveste dat gewenst vonden. 77 JAARVERSLAG 2011
Met alle belanghouders zijn op bestuurlijk niveau persoonlijke gesprekken gevoerd gericht op de door hen gewenste input ten behoeve van het jaarplan 2012. Woonveste heeft hier nadrukkelijk rekening mee gehouden. Eind 2011 heeft Woonveste een relatiedag georganiseerd, waaraan vele belanghouders deelnamen. Deze dag werd zeer gewaardeerd. Woonveste werkt graag samen met haar belanghouders; hetgeen geheel past binnen haar strategisch doel. Woonveste merkt dat de economische situatie het gedrag van haar belanghouders beïnvloedt: met name zorginstellingen en gemeenten geven aan dat hun mogelijkheden beperkter zijn dan voorheen. Dit is onder meer van invloed op het nieuwbouwprogramma. Een heldere planning- en controlcyclus krijgt binnen Woonveste nadrukkelijk aandacht om op de juiste wijze (bij)sturing te kunnen geven aan ook de financiële processen. Het vertrekpunt voor de financiële planning en control cyclus vormt het ondernemingsplan. De beleidsvoornemens en de going-concern activiteiten worden vertaald in een jaarplan en een financiële begroting. Dit moet passen binnen het vastgestelde beleid (onder ander op de gebieden van financiën, fiscaliteiten, onderhoud en nieuwbouw van woningen). Het bewaken van de uitvoering van de activiteiten vindt plaats door de kwartaalinformatie. Hiermee kan worden vastgesteld of Woonveste in control is. Het kan ook leiden tot bijstelling van de activiteiten en of processen dan wel het heroverwegen en zo nodig aanpassen van het voorgenomen beleid. Woonveste beschikt over een in 2011 vastgesteld Financieel beleid, waarin opgenomen een financieel statuut. Woonveste stuurt financieel op basis van haar kasstromen. Het Strategisch voorraadbeleid is vastgesteld in 2009 en zal in 2013 worden geactualiseerd. In 2011 heeft Woonveste de nota Risicomanagement vastgesteld. In deze nota worden de belangrijke risico’s waarmee Woonveste geconfronteerd zou kunnen worden, beschreven en worden de mogelijke maatregelen aangegeven. Het overheidsbeleid vormt een belangrijk risico voor Woonveste. Zo belast de aangekondigde nieuwe heffing per 2014 de financiële positie sterk. Het door de overheid aangekondigde kooprecht voor huurders vormt een risico op het gebied van het goed kunnen voeren van een verantwoord voorraadbeleid. Woonveste acht invoering van een kooprecht ongewenst en zal zich hiertegen verzetten. Naar verwachting ontstaat in 2012 duidelijkheid over de mogelijkheid om gronden in de nieuwbouwwijk Geerpark te verkopen aan één of meer ontwikkelaars. Tevens komt dan inzicht in de te verwachten kosten van bouw/woon rijp maken. Op grond daarvan kan de risicopositie in beeld worden gebracht. De risico’s als gevolg van nieuwbouw krijgen bijzondere aandacht in de managementinformatie; waarbij een stevige (financiële) vinger aan de pols wordt gehouden. De nieuwbouwrisico’s zijn beperkt en beheersbaar (risicobedrag van gemiddeld € 1-1.5 miljoen). Het risico van niet-verkopen van nieuwbouwwoningen is actueel: eind 2011had Woonveste elf niet-verkochte afgebouwde koopwoningen in voorraad. Onduidelijk is of de financiële situatie bij corporatie Vestia leidt tot een steunaanvrage bij het Centraal Fonds Volkshuisvesting en daarmee tot een het opleggen van een heffing door dit fonds aan Woonveste. Uit het financieel meerjarenperspectief blijkt, dat Woonveste haar nieuwbouw en onderhoudstaken aan kan, zonder een deel van haar voorraad te moeten verkopen. Verkoop kan wel aan de orde zijn, op het moment dat bepaalde delen van het bezit incourant (dreigen te) worden voor de verhuurmarkt en de door verkoop beschikbaar te komen middelen ingezet kunnen worden om een meer gerichte woningvoorraad te realiseren.
78 JAARVERSLAG 2011
Woonveste kan –in het geval zich onverwachte situaties mochten aandienen- haar financiële situatie beïnvloeden door minder nieuwbouw te plegen, woningen te verkopen, dan wel onderhoudsuitgaven structureel te beperken. Woonveste bouwt voornamelijk voor de sociale doelgroep, waarbij als uitgangspunt wordt gehanteerd dat het rendement op een sociaal nieuwbouwproject minimaal 3,0 is. Gelet op haar financiële positie op de wat langere termijn, zal Woonveste mogelijke nieuwbouwprojecten kritisch beoordelen en afwegen waar haar maatschappelijke middelen het beste renderen. Het Ministerie van binnenlandse zaken heeft (eind 2011) Woonveste beoordeeld en stelt vast dat ultimo 2010 de solvabiliteit voldoende is. Uit benchmarks (onder andere van het Centraal Fonds) blijkt, dat Woonveste structureel relatief lage netto-bedrijfslasten heeft (11% onder het landelijk gemiddelde). De uitgaven voor onderhoud liggen een kwart hoger dan het landelijk gemiddelde, leidend tot een hoge kwaliteit van de woningvoorraad, zoals dit onder meer tot uitdrukking komt in het gemiddeld hoge aantal punten voor de woningwaardering. Woonveste presteert met relatief lage personeelslasten: deze liggen ruim 12% onder die van referentiecorporaties. Zoals eerder aangeduid ligt de waardering door de klant op een hoog niveau. Woonveste handelt conform de uitgangspunten van de Governance-code voor wooncorporaties. Woonveste voldoet aan de onderdelen van deze code, zoals met name in de hoofdstukken 8 en 9 is toegelicht. De in de code benoemde documenten zijn voor iedereen inzichtelijk via www.woonveste.nl. Aldaar is onder meer de nieuwe Integriteitsnota opgenomen. Stichting Woonveste heeft in het jaar 2011 haar middelen uitsluitend besteed in het belang van de volkshuisvesting. Woonveste heeft geen activiteiten verricht die niet vallen onder artikel 12 tot en met 25 van het Besluit Beheer Sociale Huursector. Er hebben geen transacties plaatsgehad, waarbij tegenstrijdige belangen van het bestuurslid of leden RvC speelden, die van materiële betekenis zijn voor de corporatie en/of voor het bestuurslid of een raadslid. PriceWaterhouseCoopers Accountants heeft het jaarverslag inclusief de jaarrekening gecontroleerd en daarover is een goedkeurende verklaring gegeven. Woonveste onderschrijft middels haar lidmaatschap van de brancheorganisatie Aedes de Aedes-code. Naar beste weten is deze code nageleefd.
Aldus verklaard te Drunen, was getekend op 11 juni 2012
Drs. A.J. Gorter, statutair-directeur.
79 JAARVERSLAG 2011
9.
VERSLAG VAN DE RAAD VAN COMMISSARISSEN
Hierbij bieden wij het verslag aan van De Raad van Commissarissen (RvC) over het jaar 2011. De RvC is verantwoordelijk voor het toezicht op het bestuur. Dit houdt in dat zij onder meer het beleid toetst, goedkeuring geeft aan bepaalde investeringen en toeziet op het bestuurlijk functioneren. Bij Woonveste is de statutair directeur de bestuurder. De verhouding tussen de RvC en het bestuur is vastgelegd in de statuten van de stichting en verder geregeld in regelementen en in de Governancecode Woningcorporaties. Als orgaan van Woonveste leggen wij met dit verslag publiekelijk verantwoording af over de wijze waarop wij invulling hebben gegeven aan de uitvoering van onze taken en bevoegdheden. De vigerende wetgeving, de statuten, het Ondernemingsplan 2011 – 2015, het Jaarplan 2011 en de begroting voor dat jaar vormen het gebruikelijke toetsingskader. Het afgelopen jaar is een druk jaar geweest voor de RvC; wij zijn 9 maal in officiële vergadering bijeen geweest. Daarnaast hebben wij een strategiebijeenkomst gehad met de bestuurder over de invulling van het beleid voor 2012. Tevens hebben wij zonder aanwezigheid van de bestuurder een bijeenkomst gehad over ons eigen functioneren en daarna is gezamenlijk vanuit onze verantwoordelijkheid als werkgever voor de bestuurder zijn functioneren besproken. Ook heeft de RvC een bezoek gebracht aan een onderneming waar energiezuinige woningen fabrieksmatig vervaardigd worden. Naast deze gezamenlijke bijeenkomsten van de RvC zijn er nog meerdere afzonderlijke gesprekken geweest met delegaties vanuit de RvC. Zo heeft de auditcommissie, bestaande uit de heren van Loon en Straatsma, contact gehad met de treasurycommissie, waarbij gesproken is over de opmerkingen van de accountant naar aanleiding van de jaarrekening 2010. Belangrijke punten daarbij waren een toelichting op het door het bestuur gevoerde en te voeren treasurymanagement alsmede bespreking van de prognose van de kasstromen voor de komende jaren en de hierop te voeren financieringsstrategie. De remuneratiecommissie is niet bijeen hoeven te komen, omdat de beloning voor de bestuurder voor meerdere jaren vastligt. De beloning past binnen de regelgeving. Er is geen sprake van een variabele beloning noch van een contractuele ontslagvergoeding. Er is eenmaal contact geweest tussen de Ondernemingsraad en een afvaardiging van de RvC bestaande uit de heren de Jager en van Tessel. De leden van de RvC, die op voordracht van de huurders lid van de raad zijn, hebben meerdere malen met de huurdersvereniging gesproken. Daarnaast heeft de voorzitter met regelmaat overleg met de bestuurder. De RvC heeft in het afgelopen boekjaar ingestemd met de volgende voorgenomen besluiten van de bestuurder:
Jaarverslag en jaarrekening 2010 Begroting 2012 Jaarplan 2012 Investering woningen Venne West, Drunen Investering woningen Groensteeg, Vlijmen Investering woningen Wijngaert, Haaren Investering appartementen Wolput, Vlijmen
Daarnaast is met grote belangstelling kennisgenomen van de kwartaalverslagen en van de nota’s van de bestuurder met betrekking tot het financiële beleid en het risicomanagement. De ontwikkeling van het plan Geerpark is meerdere malen indringend onderwerp van gesprek geweest. De nota “Woonveste en integriteit” is eveneens ter kennisname aangenomen. 80 JAARVERSLAG 2011
De accountant, die de laatste jaren de rekening controleerde, is met pensioen gegaan. De auditcommissie heeft samen met de voorzitter en de bestuurder na beoordeling en afweging een voorstel voorbereid voor de gehele raad om door te gaan met PWC en nu in de persoon van drs. L. A. Goossens-Kloek RA. De raad heeft daarmee ingestemd. Toezien op doelstelling en continuïteit is een van de belangrijkste taken van de RVC. In dat verband zijn wij verheugd dat het de bestuurder gelukt is in het afgelopen jaar met de nodige voorstellen te komen voor nieuwbouw. Onze woningzoekenden zijn er blij mee gezien ook de gretigheid waarmee die woningen verhuurd worden. Daarbij is het een zegen voor de veel geplaagde bouwsector dat in ieder geval woningcorporaties nog voor werk zorgen. Het is dan ook voor ons moeilijk te begrijpen en te accepteren dat de gemeente Heusden weinig vaart zet achter de vaststelling van het bestemmingsplan voor het Geerpark te Vlijmen. Bij de realisering van de doelstelling en continuïteit ontmoeten wij helaas de nodige tegenwind bij andere overheden. De woningmarkt zit nagenoeg op slot. De rijksoverheid betracht veel te weinig snelheid met het nemen van adequate maatregelen. Daar wordt te veel uitgegaan van het vertrekpunt dat woningcorporaties schatrijk zijn. De aangekondigde bijdrage in de huurtoeslag zal een geweldige financiële aderlating zijn ten koste van de investeringen. Een inflatievolgend huurbeleid zal die strop niet op kunnen vangen en ook niet een extra huurverhoging voor de inkomens boven de € 43.000,- De druk van rijkswege om over te gaan tot verplichte grootschalige verkoop van woningen is niet de oplossing. De doelgroep, inclusief onze huurders, zit hier niet op te wachten. De woningmarkt vraagt om andere oplossingen. Maar in Den Haag wordt helaas anders geredeneerd. Het volkshuisvestingsbeleid zou van Den Haag naar het gemeentelijk niveau verschoven moeten worden zo wordt daar gedacht. Maar juist daar missen wij urgentie. Overigens is niets zo fnuikend voor de sector als de al lang aangekondigde herziening van de Woningwet die maar op zich laat wachten. Het jaarverslag over 2011 geeft een goed beeld van de in het jaarplan 2011 aangegeven doelen. Het merendeel is uitgevoerd door de bestuurder met zijn medewerkers. We kunnen constateren dat de organisatie uitgegroeid is tot een professionele maatschappelijke organisatie op een stevig financieel fundament. Wij zijn daar trots op. Als RVC hebben wij ook kennis genomen van de beoordelingen van onze externe toezichthouders. Deze gaven geen enkele aanleiding om de bestuurder te vragen enig beleid te wijzigen. In onze jaarlijkse evaluatie is onder andere aan de orde geweest onze werkwijze. We zetten onze voorbespreking voor de vergadering met de bestuurder voort. Ook is besproken het bekende probleem van afstand of nabijheid in onze relatie met de bestuurder. De brancheorganisatie VTW samen met het NCD verzorgt cursussen voor toekomstige toezichthouders. Wij hebben het afgelopen jaar met wederzijds profijt een stagiaire in ons midden gehad. De verschillende leden hebben zich middels cursussen en symposia verder bekwaamd. Een belangrijk punt van bespreking was ook de vernieuwde Governancecode Woningcorporaties 2011. De zittingstermijn voor een commissaris is in de nieuwe regeling begrensd tot maximaal 8 jaar. In de oude regeling was dat maximaal drie termijnen van vier jaar. Uiteraard is er een overgangsregeling om er voor te zorgen dat niet in één keer de hele raad gewijzigd wordt. Deze regeling houdt in dat zittende commissarissen hun derde termijn geheel of gedeeltelijk mogen vervullen indien dat met het oog op de continuïteit binnen de RVC noodzakelijk wordt geacht. Bij het ingaan van de nieuwe regels (1 juli 2011) waren drie van onze leden bezig aan hun derde termijn. Van een van hen (de heer Schellekens) liep eind 2011 de derde termijn af. Voor de vacature die ontstond door het naderende vertrek van de heer Schellekens is er in de krant een wervende advertentie geplaatst voor een nieuwe commissaris. De selectiecommissie, gevormd door de heren van Tessel en de Jager, heeft kennis kunnen maken met vele geschikte kandidaten. Op basis van een vooropgesteld profiel heeft de 81 JAARVERSLAG 2011
selectiecommissie mevrouw drs. S.M.A. van Dun voorgedragen te benoemen per 1 januari 2012. Aldus is besloten. Voor een evenwichtige samenstelling van onze raad achtten wij het na rijp beraad niet wenselijk dat ook de twee andere commissarissen die aan hun derde termijn bezig zijn, gelijk vervangen worden. Dat zou een te grote en te plotselinge onttrekking van kennis en ervaring betekenen. Zij zullen dus alsnog van de overgangsregeling gebruik maken. In 2011 is er geen sprake geweest van transacties met tegenstrijdige belangen, waarbij leden van de RvC betrokken waren. Voorts kan worden gemeld dat de RvC geheel onafhankelijk is zoals bedoeld in de Governancecode. Samenstelling De Raad van Commissarissen is per 31 december 2011 als volgt samengesteld: C. J. de Jager (1943), voorzitter, zelfstandig adviseur. Nevenfuncties: voorzitter Stichting Bach Cantates, Den Bosch voorzitter Kulturele Kring Adriaen Poirters te Oisterwijk vice-voorzitter Raad van Toezicht Brabants Kenniscentrum voor Kunst en Cultuur, Tilburg penningmeester stichting Kunst aan de A50, Tilburg penningmeester stichting Tom en Joop Slager, Den Bosch lid Raad van Toezicht St. Jozefoord, Nuland H.J.E. van Loon (1958), lid audit-commissie, financieel-beleidsadviseur gemeente Waalwijk B.J. Straatsma (1942), oud-burgemeester te Vlijmen, lid audit-commissie Nevenfuncties: Galeriehouder Voorzitter Seniorenraad gemeente Monferland Voorzitter Bewonersraad zorgcentrum Het Weerdje, Doetinchem Voorzitter biljartvereniging K.N.B.B. Voorzitter Tennisvereniging Didam Drs. H.J.G.M. Schellekens (1958), adviseur wonen en zorg bij adviesbureau. Mr. M. Van Tessel (1966), advocaat Rooster van aftreden van de Raad van Commissarissen van Stichting Woonveste: Per 31-12-2013 M.van Tessel (herbenoembaar) Per 31-12-2013 B.J. Straatsma (niet-herbenoembaar) Per 31-12-2011 H.J.G.M. Schellekens (niet-herbenoembaar) Per 31-12-2014 H.J.E. van Loon (niet-herbenoembaar) Per 31-12-2014 C. J. de Jager (niet-herbenoembaar) De heren Straatsma en van Tessel hebben zitting op voordracht van de huurders. Alle leden zijn lid van de VTW. De bezoldiging van de leden van de RvC is conform de landelijke honoreringsregeling en bedraagt € 54.675,- Voor de individuele bezoldiging wordt verwezen naar paragraaf 6.10 van de jaarrekening. De bezoldiging van de bestuurder is binnen de Raad van Commissarissen besproken. Er treden geen wijzigingen op ten aanzien van de bestaande arbeidsovereenkomst. Wij hebben kennis genomen van de door het bestuur opgemaakte geconsolideerde jaarrekening over 2011 alsmede het volkshuisvestingsverslag over het afgelopen boekjaar. Wij hebben de accountant bij de opdrachtverstrekking voor de controle over het boekjaar 2011 verzocht extra aandacht te schenken aan de boekwaarde van het complex 82 JAARVERSLAG 2011
Mommersteeg en de vraag voorgelegd of er gezien de cijfers verstandig omgegaan is met onze investeringscapaciteit. De bevindingen gaven geen aanleiding tot verdere opmerkingen. Deze jaarrekening is door PWC Accountants gecontroleerd en goedgekeurd. Wij kunnen ons met deze stukken verenigen en stellen het bestuur voor de jaarrekening 2011 overeenkomstig vast te stellen. De Raad heeft waardering voor de bereikte resultaten in 2011 en spreekt hiervoor zijn erkentelijkheid uit jegens het Bestuur en alle medewerkers. Drunen, 15 mei 2012
83 JAARVERSLAG 2011
Bijlage: Gegevens verbindingen Algemene gegevens Naam van de verbinding
Woonveste Holding B.V.
Woonveste Commerciële Verhuur B.V.
Woonveste Wolput B.V.
Woonveste Projecten B.V.
Woonveste Diensten B.V.
Rechtsvorm
Besloten Vennootschap
Besloten Vennootschap
Besloten Vennootschap
Besloten Vennootschap
Besloten Vennootschap
Vestigingsplaats Statutaire doelstelling
Drunen Holding activiteiten
Drunen De verhuur van met name registergoederen, alles in de meest ruime zin van het woord.
Drunen Projectontwikkeling voor het terrein Wolput in Vlijmen, gemeente Heusden alles in de meest ruime zin van het woord.
Drunen Ontwikkelen van projecten voor de bouw van woningen bestemd voor de verkoop en verhuur
Drunen Het verlenen van administratieve, feitelijke en overige diensten op het gebied van wonen, werken, onderhoud en zorg, alles in de meest ruime zin van het woord.
Kern/Nevenactiviteiten in verslagjaar
geen
geen
geen
geen
geen
Heeft consolidatie binnen TI plaatsgevonden?
nee
nee
nee
nee
nee
Financiële gegevens 2011: Vennootschap Eigen vermogen Jaaromzet Belang in %
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
nihil
nihil
nihil
nihil
nihil
100%
100%
100%
100%
100%
Nominale waarde belang, preferentie en/of prioriteit
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
Intrinsieke waarde
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
€ 18.000
geen
geen
geen
geen
geen
Eventuele overige participanten in vennootschap Stichting/Vereniging Wijze en mate van bestuurlijk zeggenschap Eventuele overige participanten in vennootschap
directeur/bestuurder geen
directeur/bestuurder geen
directeur/bestuurder geen
directeur/bestuurder geen
directeur/bestuurder geen
Van TI naar verbinding Doorberekende kosten aan de verbinding Waarde verstrekte lening(en) Rentepercentage Zekerheden Aflossingstermijn
geen geen geen geen direct opeisbaar
geen geen geen geen direct opeisbaar
geen geen geen geen direct opeisbaar
geen geen geen geen direct opeisbaar
geen geen geen geen direct opeisbaar
Van verbinding naar TI Ontvangen winstuitkeringen door TI
nihil
nihil
nihil
nihil
nihil
Afgegeven zekerheden ten behoeve van verbinding Maximale risico-exposure / aansprakelijkheid
geen
geen
geen
geen
geen
Risicobeheersing: Wijze waarop de risicobeheersing plaatsvindt Verkregen zekerheden Juridische structuur Selectie samenwerkingspartners Maximale omvang projectaanspraken Gegarandeerde afzet vooraf
nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing
nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing
nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing
nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing
nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing nog niet van toepassing
Geldstromen
84 JAARVERSLAG 2011