Titel
Fachdidaktik 2: Didaktische Grammatik
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HFACHD2-15 Fachdidaktik 2: Didaktische Grammatik Teaching Methodology 2: Teaching Grammar 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
E Hokken (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 3: . blok 3 . blok 4
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
De studenten leren in deze cursus op een didactisch verantwoorde manier omgaan met grammatica. Studenten proberen aan de hand van o.a. teksten uit vaktijdschriften na te denken over het aanbieden van grammatica en hun visie hierop. Tevens wordt er praktisch geoefend met het uitleggen van grammatica en het aanbieden van oefening. Een belangrijke vraag hierbij is het deductief of inductief aanbieden van grammatica.
2.2
Cursus inhoud
Leerstof, werkvormen en activiteiten De studenten lezen zelfstandig teksten. Deze teksten worden in de les als uitgangspunt genomen om verder te werken in het college.
Doelstellingen/Competenties De studenten leren in deze cursus op een didactisch verantwoorde manier omgaan met grammatica. Studenten proberen aan de hand van o.a. teksten uit vaktijdschriften na te denken over het aanbieden van grammatica en hun visie hierop. Tevens wordt er praktisch geoefend met het uitleggen van grammatica en het aanbieden van oefening. Een belangrijke vraag hierbij is het deductief of inductief aanbieden van grammatica.
Toetsen en beoordelingscriteria Tentamen 100% (nog overnemen van andere cursus)
Legitimering SBL: 3
Kennisbasis De student ... 1.4.1 is volgens het principe “doeltaal is voertaal” in staat het Duits als instructietaal te gebruiken 2.1.2 herkent en kent de verschillende vakdidactische theorieën op het gebied van taalbeschouwing die geconcretiseerd zijn in de diverse leergangen 2.2.1 kan verworven grammaticale kennis toepassen binnen de vaardigheden op het vereiste niveau van het Europees Referentiekader 2.2.2 beheerst de grammaticale en syntactische structuren van het Duits 2.2.3 kan ad hoc op grammaticale vragen adequaat antwoorden 4.1.1 kent de belangrijkste ontwikkelingen met betrekking tot de didactiek van het VTO (vreemdetalenonderwijs), relevant voor de leerling zelf in verband met diverse leerprincipes 4.5.1 De student kent de methodologieën van de MVT en heeft kennis van de verwervingsvolgorde, principes van leerstofordening, principes van kennisverwerving (in het bijzonder taalverwerving), verschillende (activerende) werkvormen, leerstijlen en werking van het geheugen. 5.1.1 kent verschillende taalverwervingstheorieën
5.1.2 kent principes van leerstofselectie en leerstofordening die passen bij een geactualiseerd onderwijs in de MVT 5.1.3 kan tekortkomingen van leerwerken herkennen en met zelf ontwikkeld materiaal compenseren 5.2.7 kent verschillende methoden van MVT-onderwijs in de praktijk en kan erover reflecteren 5.5.1 kan omgaan met schoolgrammatica en opzoekgrammatica 5.9.1 kent verschillende methoden van prestatiemeting, rekening houdend met verschillende doelgroepen en verschillende niveaus 6.1.1 kent voor het MVT-onderwijs relevante onderwijs- en leervormen 6.1.5 heeft kennis van de achterliggende didactische principes van de inrichting van de educatieve programma’s
2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Kwakernaak, E. (2009). Didactiek van het vreemdetalenonderwijs. Bussum: Coutinho. 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Fachdidaktik 3: Prüfen & Benoten
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OADU-HFACHD3-15 Fachdidaktik 3: Prüfen & Benoten Teaching Methodology 3: Assessing & Marking 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HES van den Brink (tel. 06-23373219 o) (
[email protected]) Duits
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124
1.12 Toetsen: Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 2: . blok 2 . blok 3
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Doelstellingen/competenties: Studenten:
kunnen op verschillende onderwijsniveaus toetsen opstellen en beoordelen en keuzes en handelswijze verantwoorden vanuit de aangereikte concepten. zijn in staat verschillende toetsvormen te gebruiken. kennen en hanteren het begrippenapparaat rondom toetsen en beoordelen. kunnen hun leerlingen op de examens en de daarin gestelde exameneisen voorbereiden. kunnen de relatie leggen tussen de can-do-statements van het ERK, de kerndoelen en de toetsing. kunnen een leerganganalyse maken met betrekking tot woordverwerving, grammatica en de toetsing daarvan.
kennen beoordelingscriteria voor mbo-lesmateriaal en kan hiermee bestaand materiaal beoordelen en eigen (additioneel) materiaal ontwikkelen.
2.2
Cursus inhoud
Leerstof, werkvormen en activiteiten: Aan de hand van de vier vaardigheden blikken de studenten terug op hun eigen ervaring met toetsen en beoordelen. Zij inventariseren op de leerwerkplek het toetsbeleid, zij oriënteren zich op wat de markt aanbied (o.a. leergangen, CITO, Goethe-Institut). Vervolgens analyseren zij bestaande toetsen en ontwikkelen en beoordelen ze toetsen (ook op BVE-niveau). Studenten werken in groepen, voeren discussies en presenteren hun ontwikkeld werk. Toetsen en beoordelingscriteria: De beheersing van de toetsdidactiek wordt d.m.v. een schriftelijk tentamen getoetst, waarbij 75% van de te behalen punten verworven moeten zijn. Onderdeel van het tentamen kunnen de gemaakte voorbereidingen zijn. De BVE-specifieke opdracht en de leerganganalyse worden voorafgaand aan de toets ingeleverd en dienen op voldoende niveau te zijn. Voordat de toets afgenomen wordt, ontvangen de studenten een beoordelingsmatrix met de relevante beoordelingscriteria voor zowel de toets als de opdrachten. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Kennisbasis: Er wordt gewerkt aan de volgende kernconcepten: Kerndoelen en examens (4.1) Taalvaardigheid (5.2) Grammatica (5.5) Toetsing en voortgang (5.9) Methodologie van MVT (6.1)
BVE-specifiek (6.2) 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (aanbevolen) : Zie boekenlijst 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Fachdidaktik 4: DAF Spiele & Zielsprache
Titel
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1
Cursuscode
1.2
Cursusnaam
1.3
Cursusnaam in Engels
1.4 1.5
Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HFACHD4-15 Fachdidaktik 4: DAF Spiele & Zielsprache ist Verkehrssprache Teaching Methodology 4: Games & Language Immersion 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
E Hokken (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 3: . blok 3 . blok 4
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
B. Doeltaal/voertaal 1. De student kan een les in het Duits op niveau C1 van het ERK verzorgen. 2. De student kan reflecteren op zijn/haar ontwikkeling met betrekking tot de eigen uitspraak en de uitspraak van anderen. 3. De student kent belangrijke vakdidactische begrippen in het Duits en kan deze in een gesprek over zijn/haar lespraktijk gebruiken. 4. De student kan vakdidactische literatuur in het Duits lezen en adequaat in eigen woorden samenvatten. 5. De student kan zijn/haar onderwijsvisie met betrekking tot het principe “doeltaal/voertaal” in een schriftelijk verslag beargumenteren. De student kan het principe “doeltaal/voertaal” in zijn/haar lessen toepassen.
6.
2.2
Cursus inhoud
Doeltaal-voertaal De studenten kunnen de doeltaal als voertaal in de klas toepassen en hun keuzes onderbouwen. Om dit te bereiken worden aan de ene kant verschillende bronnen uit de vakdidactische en algemeen pedagogische vakliteratuur gelezen, erover geschreven en gediscussieerd en aan de andere kant het gebruik van het Duits als voertaal bevorderd door “best practice”-voorbeelden met elkaar te delen. Het werken met peerfeedback zal in dit kader bijzondere aandacht krijgen. Studenten werken in leerteams en ondersteunen elkaar in hun leerproces. Gedurende de 7 lesweken worden de in de les besproken onderwerpen meteen naar de praktijk vertaald. Aan het einde van de cursus wordt als bewijs hiervoor een video-opname ingeleverd van het gebruik van het Duits als voertaal in een les of lessenreeks op de stageschool. Toegangseis: Voor deze cursus geldt als toegangseis het Goethe C1 certificaat
Kennisbasis:
1.1 De vaardigheden
1.1.1 beheerst de kijkvaardigheid en de luistervaardigheid op niveau ERK C1 1.1.2 beheerst de leesvaardigheid op niveau ERK C1 1.1.3 beheerst de spreek- en gespreksvaardigheid op niveau ERK C1 1.1.4 beheerst de schrijfvaardigheid op niveau ERK C1
1.2 Duits in de klas 1.4.1 is volgens het principe “doeltaal is voertaal” in 1.1.5 kan belangrijke informatie van het Nederlands 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen staat het Duits als instructietaal te gebruiken Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : De Boer, R., Van der Burg, C., Haaksma, T., Van Hardeveld, J., Richters, J., ... Visser, M. (2008). Speakerbox. Amersfoort: CPS. (Sharepoint) Diversen (verplicht) : Hammoud, A., & Ratzki, A. (2009). Was ist kooperatives Lernen? Fremdsprache Deutsch, 41, 5-13. (Sharepoint) naar het Duits en van het Duits naar het Nederlands
Diversen (verplicht) : Van den Burg, C., & Krijgsman, A. (1996). Reich mir mal den Dingsda. Möglichkeiten der Kompensation von Wissenslücken in der fremdsprachlichen Kommunikation. Fremdsprache Deutsch, 16, 48-53. (Sharepoint) Diversen (verplicht) : Westhoff, G.J. (1998). Een leraar met ondertitels. Achtergronden van de doeltaalvoertaalpraktijk. Levende Talen, 530, 266-270. (Sharepoint) 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Landeskunde 2: Österreich & Schweiz
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HLANDE2-15 Landeskunde 2: Österreich & Schweiz Regional Studies 2: Austria & Switzerland 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
N Sinn (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 1: blok 1
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 1: . blok 1 . blok 2
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
De studenten maken kennis met de cultuur van Oostenrijk en Zwitserland. Zij presenteren hun kennis in de vorm van een educatieve website.
2.2
Cursus inhoud
Leerstof, werkvormen en activiteiten: De student maakt kennis met de cultuur van Oostenrijk en Zwitserland. Hij oriënteert zich vooral op de (naoorlogse) geschiedenis van Oostenrijk, de geografie, het alledaagse leven, sociaal-economische en politieke structuren. Van bijzonder belang zijn kenmerkende cultuurproducten, culturele uitingen en tradities, de totstandkoming daarvan en de veranderende beeldvorming over de Alpenrepublieken en “de Oostenrijkers” door de eeuwen heen. Hij is in staat om cultuurverschillen te herkennen, te benoemen en te analyseren met behulp van Duitstalige bronnen. Verder kan hij auto/ en heterostereotypen ook in lesmethodes herkennen en relativeren. Studenten kiezen een thema uit de kennisbasis en diepen dit mbv een WebQuest voor de doelgroep (onderbouw) uit. Doelstellingen/competenties: De student leert het DACH-concept in zijn lesactiviteiten toepassen. Hij heeft een globale overzicht over kennis van land en volk in Oostenrjik en Zwitserland. Verder leert hij hoe hij een thema uit de kennisbasis in een WebQuest verwerkt en reflecteert over zijn didactisering. Toetsen en beoordelingscriteria: De opdracht, de WebQuest, is inhoudelijk en wat taalvaardigheid betreft op het niveau, dat van een tweedejaars student Duits verwacht mag worden (ERK /B1). Verder hebben de studenten hun taal aan de doelgroep (onderbouw) aangepast en kunnen hierover uitleg geven). Het gekozen thema moet passend voor de doelgroep zijn en aan de eisen voor een WebQuest voldoen. De materialen ter voorbereiding staan op http://www.iclon.leidenuniv.nl/expertisecentrum-mvt/didactiek-mvt/kennisbasis-duitsfrans.html ter beschikking. Beoordelingscriteria: Taal: Eigen taalbeheersing (B1) en taalgebruik ten opzichte van de doelgroep Opbouw WebQuest: Voldoet de WebQuest aan de formele criteria? Inhoud WebQuest: Sluit de inhoud bij de belevingswereld van de leerlingen aan en is de gegeven informatie correct
1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was.
Legitimering: SBL 3. Kennisbasis: 3.1 Kennis van land en samenleving, 3.1.2 Stereotypen 3.2 Geschiedenis en geografie 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Landeskunde 3: Deutsche Geschichte>1945
Titel
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1
Cursuscode
1.2
Cursusnaam
1.3 1.4 1.5
Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HLANDE3-15 Landeskunde 3: Deutsche Geschichte nach 1945 Regional Studies 3: German History after 1945 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
N Sinn (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 2: . blok 2 . blok 3
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
De studenten oriënteren zich op de moderne geschiedenis van Duitsland en beschikken over uitgebreide kennis van de Bondsrepubliek Duitsland sinds 1945.
2.2
Cursus inhoud
Leerstof, werkvormen en activiteiten: De studenten maken kennis met de geschiedenis van de Bondsrepubliek Duitsland sinds 1945. Doelstellingen/competenties: De studenten vergroten hun kennis op het gebied van de Duitse moderne geschiedenis en politiek.
Toetsen en beoordelingscriteria: 1. Toets over de in de les besproken stof en de bestudeerde literatuur (blz 233-377 Peter Zolling 2009 + presentaties) (weging = 100%). Cesuur: 60% = 5,5. 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL 1, 3 en 7. Kennisbasis: 3.1 Kennis van land en samenleving, 3.2 Geschiedenis en geografie 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Zolling, P. (2009). Deutsche Geschichte von 1871 bis zur Gegenwart. München: DTV. (onder voorbehoud leverbaarheid) 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren.
2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Landeskunde 4: Deutschsprachige Kultur
Titel
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2
Cursuscode Cursusnaam
1.3
Cursusnaam in Engels
1.4 1.5
Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HLANDE4-15 Landeskunde 4: Deutschsprachige Kultur Regional Studies 4: Cultures of the Germanspeaking countries 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
E Hokken (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 126
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 2: . blok 2 . blok 3
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Doelstellingen/competenties: De student leert om didactisch verantwoord met film, print en digitale media om te gaan. Hij kan verschillende media met name in hun sociale en culturele context plaatsen en als cultuurverschijnsel analyseren. Verder is hij met de in deze cursus verworven kennis en kunde in staat deze media op bruikbaarheid voor het onderwijs te beoordelen
2.2
Cursus inhoud Wijzig
Inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: De student maakt kennis met het Duitstalige medialandschap. Hij oriënteert zich hierbij vooral op internetuitgaven van print en elektronische media. Daarnaast zijn films uit en over de Duitstalige landen van bijzonder belang. Hij is in staat om deze mediale uitingen te begrijpen, te waarderen, in hun sociaalhistorische en sociale en culturele context te plaatsen en dusdanig in een les of lessenreeks te verwerken dat zijn doelgroep op niveau aangesproken wordt.
.
Toetsen en beoordelingscriteria: Actieve deelname aan het werkcollege. Opdrachten en portfolio zijn inhoudelijk en wat taalvaardigheid betreft op het niveau, dat van een derdejaars student Duits verwacht mag worden (ERK C1). 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL 3, 4 Kennisbasis:
De studenten beschikken over uitgebreide en actuele kennis van land en samenleving van de D-A-CH-landen De studenten hebben inzicht in de denkwereld van de inwoners van landen, waar Duits gesproken wordt De studenten kennen een groot aantal cultuurproducten uit verschillende genres (bijv. muziek en film)” De studenten hebben kennis van andere cultuurhistorische ontwikkelingen die voor de cultuur van de 20e en 21e eeuw van belang zijn en kent een groot aantal cultuurproducten uit verschillende genres (bijv. muziek en film) De studenten kennen de methodologieën van de MVT en heeft kennis van de verwervingsvolgorde, principes van leerstofordening, principes van kennisverwerving (in het bijzonder taalverwerving), verschillende (activerende) De studenten kunnen actuele ICT-toepassingen in verschillende lessituaties inzetten De studenten kunnen kennis van land en samenleving aan leerlingen overbrengen, waarbij hij gebruik maakt van authentiek materiaal De studenten bezitten voldoende opzoekvaardigheden voor actuele ontwikkelingen De studenten kennen voor het MVT-onderwijs relevante onderwijs- en leervormen De studenten kunnen bij de inrichting van het MVT-onderwijs gebruik maken van verschillende op de doelgroep afgestemde opdrachten en oefeningen 2.3 Ingangseisen
Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 126 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Literatur 2: Gattungen & Genres
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HLITER2-15 Literatur 2: Gattungen & Genres Literature 2: Genre Theory 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
OH Greiner (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 3: . blok 3 . blok 4
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Studenten:
krijgen in deze cursus inzicht in de basis van de literatuurwetenschap. kunnen verschillen in genres herkennen, benoemen en beschrijven. kunnen werken in hun maatschappelijke en historische context plaatsen. kunnen karakteristieke elementen van de verschillende epische, lyrische en dramatische subgenres van de Duitse literatuur benoemen.
kunnen vakbegrippen bij de analyse van epische, lyrische en dramatische teksten, hanteren.
2.2
Cursus inhoud
Korte omschrijving: Aan de hand van een aantal canonieke teksten en enkele hoofdstukken uit verschillende handboeken worden de basisbegrippen uit de Duitse literatuurwetenschap belicht. Studenten leren verschillende soorten literaire teksten te analyseren. Ze leren het gelezen werk in een bredere culturele en historische context te plaatsen en zij leren wetenschappelijke benaderingswijzen toe te passen. Tevens leren zij zelfstandig de bijbehorende achtergrondinformatie te verzamelen.
Leerstof, werkvormen en activiteiten: De primaire teksten en de betreffende hoofdstukken uit de studieboeken worden als huiswerk gelezen. De bijeenkomsten bestaan uit diverse werkvormen, zoals: Groepswerk, hoorcollege, instructie-zelfstudie-terugkoppeling, opdracht gestuurd onderwijs, werkcollege, zelfstudie.
Toetsen en beoordelingscriteria: De cursus wordt afgesloten met een schriftelijk tentamen. Instructies, criteria en normering van de toets zijn te vinden in de cursushandleiding die de studenten aan het begin van de cursus krijgen. 1e toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2deToetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: Er wordt gewerkt aan de volgende SBL bekwaamheidseisen: 3
Kennisbasis:3.3.1, 3.3.3, 3.3.4, 1.4.1, 1.1.2, 1.1.4, 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Kosten: EUR 21,2 (Dit bedrag is gebaseerd op de prijzen zoals aangegeven door de betreffende Duitse uitgevers. Bij bestelling in Nederland kunnen de prijzen afwijken.) Materiaal: Reader (verplicht) : Voor de onderdelen "Lyrik" en "Epische Kurzfomen" worden de te lezen primaire
teksten in een reader gebundeld. Deze wordt op de Sharepoint Site van de cursus voor begin van de cursus voor de studenten ter beschikking gesteld. Boek (verplicht) : Schiller, Friedrich: Die Räuber. Ein Schauspiel, Reclam UB 15, ISBN 978-3-15-000015-1, [D] € 3,Boek (verplicht) : Brecht, Bertolt: Mutter Courage und ihre Kinder, Berlin: Suhrkamp Verlag, ISBN 978-3518-10049-3 [D] 6,00 Boek (verplicht) : Süskind, Patrick: Das Parfum. Zürich: Diogenes, ISBN 978-3-257-22800-7 [D] € 10,90 Boek (verplicht) : Schnitzler, Arthur: Traumnovelle, Hamburger Lesehefte Verlag, ISBN 978-3-87291-221-3 [D] 1,30 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Literatur 3: Didaktik Jugendliteratur
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HLITER3-15 Literatur 3: Didaktik Jugendliteratur Literature 3: Teaching Youth Literature 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
OH Greiner (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 1: blok 1
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 126
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 1: . blok 1 . blok 2
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
De studenten:
kunnen een goede leeslijst (tenminste 10 boeken) voor de doelgroep samenstellen. kunnen jeugd- en volwassenenliteratuur van elkaar afgrenzen. weten welke Duitse jeugdboeken in de onderbouw gelezen kunnen worden en waar zij zich over het aanbod van jeugdliteratuur kunnen informeren.
kunnen kritisch didactische toepassingen beoordelen en aan de hand van een (modern) jeugdboek of serie verhalen een lessenreeks voor een concrete doelgroep plannen, uitwerken en verantwoorden.
2.2
Cursus inhoud
Korte omschrijving:
In Jugendliteraturdidaktik wordt aandacht besteed aan de theorie en praktijk van de omgang met fictionele teksten in de onderbouw en bovenbouw. De studenten maken een lessenserie bij een jeugdboek. De studenten stellen een leeslijst samen van 10 boeken voor de doelgroep en houdt hiervan een leesbiografie bij. De studenten bewerken een boek volgens een van te voren vastgesteld didactisch model zodanig, dat deze door de gekozen doelgroep gelezen kan worden. Deze onderwijskundige toepassing wordt voor definitieve vastlegging met medestudenten besproken en in een bookslam gepresenteerd.
Leerstof, werkvormen en activiteiten: De primaire teksten en de betreffende hoofdstukken uit de studieboeken worden als huiswerk gelezen, de bijbehorende huiswerkopdrachten als voorbereiding op de bijeenkomst gemaakt. Tevens houden de studenten hun leeservaring in een dagboek (de zgn. leesbiografie bij). De gemaakte opdrachten / producten worden met de andere cursusdeelnemers gedeeld en in de eigen beroepspraktijk (zoveel mogelijk) ingezet. De bijeenkomsten bestaan uit diverse werkvormen, zoals: Groepswerk, hoorcollege, instructie-zelfstudie-terugkoppeling, opdracht gestuurd onderwijs, werkcollege, zelfstudie.
Toetsen en beoordelingscriteria: De cursus wordt afgesloten met een verslag, zijnde een leesbiografie. Instructies, criteria en normering van de toets zijn te vinden in de cursushandleiding die de studenten aan het begin van de cursus krijgen. De studenten houden wekelijks hun leesbiografie bij. De vordering hiervan wordt met docent gedurende de cursus besproken. De biografie wordt aan het einde van de cursus bij de docent digitaal ingeleverd. 1e toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2deToetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: Er wordt gewerkt aan de volgende SBL bekwaamheidseisen:
3 Kennisbasis: 3.3.1,.3.3.3, 3.3.4, 5.7. 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Kosten: EUR 66,56 (Let op: prijzen zoals aangegeven door de Duitse uitgever. Bij bestelling in Nederland kunnen prijzen afwijken.) Materiaal: Boek (verplicht) : Leubner, M., Saupe, A., Richter, M. (2010). Literaturdidaktik. Berlin: Akademie Verlag. ISBN: 978-3-05-005916-7 [D] € 24,99 Boek (verplicht) : Koppensteiner, Jürgen: Literatur im DaF/DaZ-Unterricht, ISBN: 978-3-70-690631-9 [D] € 21,99 Boek (verplicht) : Nesch, Thorsten. Joy-Ride Ost. Reinbeck Rowohlt. 2010. ISBN 978-3-644-42291-9 [D] € 7,99 Boek (verplicht) : Steinhöfel, Andreas. Die Mitte der Welt. Carlsen Verlag. ISBN 978-3-551-35315-3 [D] € 8,99 Boek (verplicht) : Eichendorff, Joseph Freiherr von. Aus dem Leben eines Taugenichts. Reclam UB 2354. ISBN 978-3-15-002354-9 [D] € 2,60 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 126 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Sprache 3: Unternehmen/ MBO
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OADU-HSPRACH3-15 Sprache 3: Unternehmen/ MBO Language 3: Business German (MBO) 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HES van den Brink (tel. 06-23373219 o) (
[email protected]) Duits
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 1: blok 1
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 126
1.12 Toetsen: Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 1: . blok 1 . blok 2
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving: Studenten hebben in de meeste gevallen hun diploma in het algemeen vormend onderwijs behaald (havo of vwo) en kennen het middelbaar beroepsonderwijs (mbo) niet of nauwelijks. In deze cursus leren zij de onderwijsstructuur en de diverse beroepsprofielen van het mbo kennen. Studenten oriënteren zich op de taken van docenten in het mbo en de doelgroep waarmee deze werken. Zij ontdekken welke plaats en betekenis het vak Duits heeft en welke rol kwalificatiedossiers in het mbo spelen. Studenten onderzoeken de relatie tussen het mbo en het beroepenveld en de verbinding tussen hun (school)vak en het toekomstige beroep van de mbo-student. Zij verdiepen zich in een Duitse onderneming en onderzoeken mogelijke aanknopingspunten met het bedrijfsleven in Nederland. Daarbij verwerven zij (een deel van) de taal van het bedrijfsleven en oefenen zij communicatieve vaardigheden. In een tweede deel van deze cursus verdiepen de studenten hun kennis van grammatica en oefenen deze in de context van het bedrijfsleven. Doelstellingen/competenties: De studenten: Beschrijven de onderwijsstructuur en de beroepsprofielen van het middelbaar beroepsonderwijs Onderzoeken de plaats en de betekenis van het vak Duits binnen de beroepsprofielen Oriënteren zich op de diverse taken van een docent in het mbo Verdiepen zich in relevante kwalificatiedossiers en ontwerpen een passende leseenheid, daarbij houden zij rekening met doelgroep van het mbo en de branchespecifieke onderwerpen Maken gebruik van verschillende op de doelgroep afgestemde onderwijs- en leervormen bij de ontwikkeling van de leseenheid Onderzoeken de relatie tussen het mbo en het beroepenveld Beschrijven een Duitse onderneming en onderzoeken mogelijke verbindingen en/of samenwerking met het bedrijfsleven in Nederland Verwoorden de betekenis van het vak Duits voor de samenleving Verdiepen en oefenen de kennis van de grammatica (Thema: Syntax, Sätze und Satzverbindungen)
2.2
Cursus inhoud
Leerstof, werkvormen en activiteiten: Studenten bestuderen op afstand en op locatie het eigen karakter van het middelbaar beroepsonderwijs. Zij voeren in kleine groepjes gesprekken met docenten en mbo-studenten en brengen daarvan verslag uit. In werkcolleges wisselen zij ervaringen uit en ontwerpen zij specifieke leseenheden voor het mbo. In vorm van presentaties informeren zij elkaar over het bedrijfsleven. In zelfstudie en werkcolleges verdiepen en oefenen zij hun kennis van de grammatica. Toetsen en beoordelingscriteria: Studenten werken aan diverse opdrachten en verzamelen de uitwerking daarvan in een verslag.Instructies, criteria en normering van de verschillende onderdelen zijn te vinden in de cursushandleiding die de studenten aan het begin van de cursus ontvangen. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL bekwaamheidseisen: 1, 2, 3, 5, 7 Kennisbasis: Algemene taalkunde 2.1.3 kent de basisregels van de syntaxis Vaktaal: 2.5.1 kan informatie inwinnen over het beschikbare materiaal voor Duits binnen het mbo-werkveld 2.5.2 beheerst een deel van de (v)mbo-woorden- schat (economisch, technisch) en kan die in een specifieke situatie voor de vaardigheden luisteren, spreken (waaronder ook telefoneren), lezen en schrijven zich eigen maken” Kerndoelen en examens: Vak en maatschappij: 4.2.1 kan de relevantie van het vak Duits binnen de samenleving overbrengen Relevantie van het vak: 5.3 kan de relevantie van het vak naar leerlingen, ouders, collega’s en directie verwoorden en kent strategieën om het vak aantrekkelijk voor de leerling te maken. Socio culturele kennis en intercultureel bewustzijn: 5.7.1 bezit voldoende kennis waarbij wordt uitgegaan van een brede interpretatie van het begrip KLS (= kennis
van land en samenleving) 5.7.2 kan kennis van land en samenleving aan leerlingen over- brengen, waarbij hij gebruik maakt van authentiek materiaal Communicatiestrategiën: 5.8.1 kan bij de inrichting van het MVT-onderwijs gebruik maken van verschillende op de doelgroep afgestemde onderwijs- en leervormen 5.8.2 kan bij de inrichting van het MVT-onderwijs gebruik maken van verschillende op de doelgroep afgestemde opdrachten en oefeningen 5.8.3 kan leer- en communicatiestrategieën aan leerlingen overbrengen en het gebruik ervan laten oefenen BVE specifiek: 6.2.1 kan leerlingen trainen in het schrijven van branchespecifieke zakelijke standaard correspondentie, in het voeren van zakelijke (telefoon)gesprekken en in het lezen en beluisteren van beroepsgerichte teksten 6.2.2 kent beoordelingscriteria voor mbo-lesmateriaal en kan hiermee bestaand materiaal beoordelen en eigen (additioneel) materiaal ontwikkelen Projecten: 6.3.1 heeft kennis van de task based approach 6.3.2 kan aan vakoverstijgende projecten deelnemen en kan samenwerken in een leergebied. 6.3.3 schat het belang van internationalisering op waarde en weet de mogelijkheden te benutten die er op de specifieke school bestaan.
2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Buscha, A., & Szita, S. (2011). B-Grammatik. Übungsgrammatik Deutsch als Fremdsprache. Leipzig: Schubert. Jin, F. &Voß, U. (2014). Grammatik aktiv. Würzburg: Cornelsen 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 126 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Sprache und Kultur 1: Ausland-Internat.
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1
Cursuscode
1.2
Cursusnaam
1.3 1.4 1.5
Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HSUKUL1-15 Sprache und Kultur 1: AuslandInternationaliserung Language and Culture 1: Internationalisation 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
E Hokken (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per blok
120 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 4: blok 4
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 136
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 4: . blok 4 . blok 5
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
De studenten verblijven in het Duitse taalgebied. Zij werken daarbij actief aan hun taalvaardigheid en aan hun kennis van land en volk.
2.2 Cursus inhoud Leerstof, werkvormen en activiteiten: Studenten (VT) volgen colleges aan een universiteit of hogeschool in een Duitstalig land of lopen stage aan een school. Studenten (DT) verblijven gedurende een aantal dagen in het buitenland en werken er aan hun leervragen. Doelstellingen/competenties: Studenten verbeteren hun taalvaardigheid door studie aan een universiteit of hogeschool in het buitenland, door en stage aan een school of verblijf in het Duitstalige gebied. Ze worden ondergedompeld in de cultuur en taal en verwerven op die manier niet kennis over de taal maar ook over de samenleving, de cultuur, de gebruiken en het alledaagse leven in de Duitstalige landen. Toetsen en beoordelingscriteria: Presentatie: Inhoud: 1. Voorbereidingsfase (leervragen) 2. Buitenlandverblijf (uitwerking leervragen, verwachte en onverwachte leermomenten) 3. Evaluatie (leeropbrengst, tips voor andere studenten, terugblik) 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2 e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1 e toetsmoment was. Legitimering: SBL 1 – 7. Kennisbasis: De studenten beheersen de kijkvaardigheid en de luistervaardigheid op niveau ERK B2+ De studenten beheersen de leesvaardigheid op niveau ERK B2+ De studenten beheersen de spreek- en gespreksvaardigheid op niveau ERK B2+ De studenten beheersen de schrijfvaardigheid op niveau ERK B2+ De studenten beschikken over uitgebreide en actuele kennis van land en samenleving van de D-A-CH-landen De studenten hebben inzicht in de denkwereld van de inwoners van landen, waar Duits gesproken wordt De studenten tonen Intercultureel bewustzijn De studenten bezitten voldoende kennis waarbij wordt uitgegaan van een brede interpretatie van het begrip KLS (= kennis van land en samenleving) 2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd 2.5 Workload Contactduur (uren): 2 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 136 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite
Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Sprache und Kultur 2: Berlin
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OADU-HSUKUL2-15 Sprache und Kultur 2: Berlin Language and Culture 2: Berlin 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
E Hokken (
[email protected]) Duits
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 4: blok 4
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 126
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
toets
Numeriek 1 decimalen
5,5
Aantal keren dat een Weging (afgerond In welke blokken wordt toets wordt aangeboden op hele procenten) de toets aangeboden? in een collegejaar 100
2
bij aanvangsblok 4: . blok 4 . blok 5
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
De studenten bereiden een excursie van een week voor naar een belangrijke Duitstalige stad (bij voorkeur Berlijn). Zij proberen een beeld te krijgen van historische, geografische, politieke en culturele achtergronden. Zij verdiepen zich in de bezienswaardigheden en maken gezamenlijk een selectie voor deze studiereis. Studenten onderzoeken de mogelijkheid met hun leerlingen de stad te bezoeken.
2.2
Cursus inhoud
Leerstof, werkvormen en activiteiten: 1. Samenwerkend leren en plannen. 2. Individuele voorbereiding van deelprogramma, oriëntatie op de hoofdstad. 3. Peer-correction. 4. Presentatie van deelprogramma aan de groep. 5. Begeleiden van activiteit in Berlijn*. 6. Didactiseren van programma-onderdelen. Doelstellingen/competenties: De studenten kunnen de politieke en historische situatie van de gekozen stad beschrijven. Zij kennen de relevantie van enkele politieke, historische, culturele en maatschappelijke bezienswaardigheden van de stad. De studenten kunnen een programma-onderdeel ter plekke als reisleider voor hun rekening nemen. Toetsen en beoordelingscriteria: Verslag, waarin opgenomen is: 1. Plan van aanpak 2. Programmaboekje 3. Schriftelijke voorbereiding van de presentatie. 4. Uitvoering van presentatie + reflectieverslag. 5. Deelname aan de reis en uitvoeren van één programma onderdeel in de rol van reisleider. 6. Reisverslag. Voor de bijeenkomsten geldt een aanwezigheidsplicht. * Er kan eventueel een andere bestemming gekozen worden (bijvoorbeeld München, Wenen, Zürich). 1e Toetsmoment meestal in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL: 3, 4 Kennisbasis:
De studenten kunnen een excursie organiseren en plannen. De studenten beschikken over uitgebreide en actuele kennis van land en samenleving van de D-A-CH-landen De studenten hebben basiskennis van de geschiedenis, geografie, topografie en de politieke systemen van de doeltaallanden. De studenten kennen de belangrijkste resultaten van het onderzoek naar uitwisselingsprogramma’s c.q. het intercultureel leren De studenten kennen de belangrijkste resultaten van het onderzoek naar uitwisselingsprogramma’s c.q. het intercultureel leren De studenten kunnen kennis van land en samenleving aan leerlingen overbrengen, waarbij ze gebruik maken van authentiek materiaal
Kosten buitenlandverblijf: Geschatte kosten Berlijnreis: ± € 350,-
2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd
2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd 2.5 Workload Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 126 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact- en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Beroep 3
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-HBEROEP3-14 Beroep 3 - Leren op school Profession 3 - Learning at school 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
P Blind (tel. 0031884817922) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Werkcollege
Aanwezigheid verplicht?
niet verplicht
Frequentie
1 maal per week
Totale contacttijd in minuten per blok
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 1: blok 1 bij aanvangsblok 2: blok 2
1680 minuten
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124 (bij alle aanvangsblokken)
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Dossier
Schriftelijk tentamen
Resultaatschaal
Numeriek 1 decimalen
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
5,5
5,5
Weging (afgerond op hele procenten)
50
50
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
4
bij aanvangsblok 1: . blok 1 . blok 2 bij aanvangsblok 2: . blok 2 . blok 3
4
bij aanvangsblok 1: . blok 1 . blok 2 bij aanvangsblok 2: . blok 2 . blok 3
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte beschrijving: In deze module wordt voortgebouwd op de leerdoelen van beroep 1. In deze eerste module heeft de student kennis gemaakt met het Nederlandse schoolsysteem en een klein onderdeel van een les voorbereid, uitgevoerd en geëvalueerd. In de module ‘leren op school’ wordt deze basiskennis verder uitgewerkt en verdiept zodat de student in staat is om zelfstandig een complete les voor te bereiden, uit te voeren en te evalueren. De student verdiept zich verder in het concept leren en verschillende leertheorieën. Vervolgens wordt de stap naar de praktijk gemaakt. Hoe zijn ideeën uit deze theorieën terug te vinden in het onderwijsconcept van de leerwerkplek? Hoe kan onderwijs vormgeven worden dat aansluit bij dit onderwijsconcept? Wat kun je doen als docent om leerlingen effectief te laten leren? Hoe kun je als docent zorgen dat leerlingen actief betrokken zijn bij de les? Hoe stelt een docent goede vragen zodat leerlingen mee gaan denken? En op welke manier kunnen samenwerkingsstructuren vormgeven worden zodat er daadwerkelijk wordt samengewerkt en geleerd? Vragen die in deze module aan de orde komen en waar de student samen met de docent en medestudenten, tijdens hoorcolleges en interactieve werkbijeenkomsten mee aan de slag gaat.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes 1. 2. 3.
4. 5. 6.
7. 8. 9. 10. 11.
12. 13.
De student beschrijft de verschillende leeropvattingen, leersoorten en kennisniveaus en herkent deze in praktijkvoorbeelden. De student beschrijft de werking van het geheugen in relatie tot leren. De student beschrijft de behavioristische, cognitivistische, constructivistische en handelingspsycho-logische visie op leren en herkent kenmerken in bestaande onderwijsvormen en –concepten. De student beschrijft op welke manier de zes sleutelbegrippen voor het vormgeven van effectief leren in diverse instructiemodellen gerealiseerd kunnen worden. De student beschrijft hoe de pijlers voor taalgericht vakonderwijs vorm kunnen krijgen in een les. De student ontwerpt een les waarin de onderwijsactiviteiten aansluiten op het onderwijsconcept, de concreet en meetbaar geformuleerde leerdoelen, de beginsituatie en waarin de drie indicatoren van een krachtige leeromgeving zichtbaar zijn. De student legt uit waarom het stellen van een bepaalde vraag effectief is gezien het doel en de inhoud van de vraag en de manier waarop de vraag gesteld wordt. De student beschrijft op welke manier de vijf sleutelbegrippen voor succesvol samenwerkend leren in een samenwerkingsstructuur gerealiseerd kunnen worden. De student beschrijft verschillende toetsvormen en –functies. De student beschrijft hoe zelfstandig en zelfgestuurd leren vorm kan krijgen. De student zoekt en vindt Nederlandse vakliteratuur en schooldocumentatie waarmee een eigen geformuleerde onderzoeksvraag rondom het onderwijsconcept van een de (leerwerkplek)school beantwoord kan worden en verwerkt dit in een correct geschreven onderzoeksrapportage. De student voert op een methodische en kritische wijze een eenvoudig vragenlijstonderzoek uit naar het onderwijsconcept van de (leerwerkplek)school De student schrijft een onderzoeksverslag en een lesopzet die qua samenhang en afstemming op het publiek beginnend 4F niveau hebben.
Leeractiviteiten Deze module wordt aangeboden in de vorm van blended learning. Blended learning is een onderwijsvorm waarbij studenten leren door de combinatie van face-to-face bijeenkomsten, een digitale leeromgeving, leren in een leerteam en leren op de werkplek. Vakinhoud, vakdidactiek en algemene didactiek worden hierbij gekoppeld aan de mogelijkheden van de technologie. Voorafgaand aan een werkcollege (de ‘face-to-face bijeenkomst’) doe je basiskennis op in de digitale leeromgeving. Denk daarbij aan kennisoverdracht via weblectures, het lezen van literatuur en het bestuderen van andere bronnen. Op de themapagina’s vind je algemene informatie over het thema, de leerdoelen en de onderliggende sessies. Op de sessiepagina’s vind je de opdrachten voor het werkcollege. De kennis die je in de opdrachten opdoet, zorgt ervoor dat je in de werkcolleges de verdieping kan bereiken die vereist wordt. De opdrachten
zijn tevens bruikbaar in de afsluitende dossieropdrachten. In de werkcolleges ligt de nadruk op het oefenen van vaardigheden, reflectie op het eigen handelen en de verbinding met eigen waarden, normen en professionele opvattingen. Thema 1: Leren (opvattingen, leersoorten, leerstijlen, geheugen) Dit thema gaat over leren. Vragen die hierbij centraal staan: Wanneer heb je iets geleerd? In welke situaties doe je dat? Hoe zien anderen dat? Wat is de rol van de hersenen bij leren? Wat kun je als docent doen om het informatieverwerkingsproces bij leerlingen positief te beïnvloeden? Thema 2: Leertheorieën Dit thema gaat over leren volgens het behaviorisme, het cognitivisme, het (sociaal)constructivisme en de handelingspsychologie. Vervolgens zijn belangrijke vragen voor de student: Wat heb je aan deze leertheoretische kennis voor jouw onderwijspraktijk? Welke ideeën herken je in jouw onderwijspraktijk? Hiermee wordt de leertheoretische kennis gekoppeld aan bestaande onderwijsconcepten. Thema 3: Effectief leren en directe instructie Dit thema gaat over kenmerken van effectief leren en hoe effectief leren in de les bevorderd kan worden. Dit kan door aandacht te hebben voor de zes sleutelbegrippen voor effectief leren en te voorzien in de basisbehoeften relatie, competentie en autonomie. Er komt aan bod hoe dit eruit ziet binnen het model van directe instructie. Thema 4: Activerend leren en taalgericht vakonderwijs Dit thema gaat over activerend leren. Hoe kun je leerlingen activeren tot leren in de les? Dit kan onder andere door vragen te stellen. Studenten leren na te denken over waarom ze eigenlijk vragen stellen en op welke manier ze dat effectief kunnen doen. Taalgericht vakonderwijs (het aanbieden van contextrijk onderwijs vol interactie en taalsteun) richt zich ook op leerlingen actief met de leerstof bezig te laten zijn. Thema 5: Samenwerkend leren Samenwerkend leren is iets anders dan leerlingen bij elkaar zetten en aan een opdracht laten werken. Om leerlingen daadwerkelijk te laten leren in samenwerking met elkaar, is het belangrijk om binnen de instructiestrategie rekening te houden met vijf sleutelbegrippen (o.a. positieve wederzijdse afhankelijkheid en individuele aanspreekbaarheid). Verschillende samenwerkingsstructuren komen aan bod om te kijken hoe de sleutelbegrippen binnen zo’n samenwerkingsstructuur gerealiseerd kunnen worden. Toetsen en beoordelingscriteria De cursus wordt afgesloten met de volgende deeltoetsen: 1. 2.
Schriftelijk tentamen Dossier: bestaande uit 2 deelopdrachten
Een deeltoets wordt met een voldoende afgerond als minimaal 55% van de punten zijn behaald. Het tentamen, deelopdracht 1 en deelopdracht 2 moeten elk afzonderlijk met minimaal een voldoende worden afgerond om de cursus af te ronden. Een voldoende deelresultaat voor het dossier (dus alleen een voldoende voor deelopdracht 1 of alleen een voldoende voor deelopdracht 2) kan niet worden meegenomen naar een volgend collegejaar. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Kennisbasis SBL competenties: 3 en 4 Competentie 8 Generieke kennisbasis: 1.1 Het concept leren 1.2 Visie op leren
1.3 Cognitie, werking van hersenen en leren 1.4 Leerlingkenmerken 2.1 Model didactische analyse 2.2 Leerdoelen en instructiemodellen 2.3 Vormgeven van leerprocesen 2.4 Selectie en ontwerp van leermiddelen 2.5 Begeleiden van leerprocessen 2.6 Toetsing en evaluatie 6.2 Praktijkonderzoek 7.2 Onderwijsconcepten Addendum kennisbasis ICT: 3.1 Informatievaardigheden Addendum kennisbasis beroepsonderwijs: 1.1 Het concept leren 1.2 Visie op leren 1.3 Cognitie, werking van hersenen en leren 1.4 Leerlingkenmerken 2.1 Model didactische analyse 2.2 Leerdoelen en instructiemodellen 2.3 Vormgeven van leerprocesen 2.4 Selectie en ontwerp van leermiddelen 2.5 Begeleiden van leerprocessen 2.6 Toetsing en evaluatie 7.2 Onderwijsconcepten
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Aanbevolen is afronding van beroep 1 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Ebbens, S. & Ettekoven, S. (2013). Effectief leren, basisboek. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Boek (verplicht) : Veen, T. van der & Wal, J. van der (2012). Van leertheorie naar onderwijspraktijk. Groningen: Noordhoff Uitgevers. Diversen (verplicht) : Verplicht artikel dat (digitaal) ter beschikking wordt gesteld: Hajer, M. (2008). De lat hoog voor vakonderwijs: taalbeleid in de klas via taalgerichte vakdidac-tiek. Vonk, 38, (1), 11-26. Diversen (verplicht) : Verplicht artikel dat (digitaal) ter beschikking wordt gesteld: Sanders, P. (2013). Het doel van toetsen. In P. Sanders (Red.), Toetsen op school (pp. 16-24). Arnhem: Stichting Cito Instituut voor Toetsontwikkeling. Boek (verplicht) : Donk, C. van der & Lanen, B. van (2012). Praktijkonderzoek in de school. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Poelmans, P. & Severijnen, O. (2013). De APA-richtlijnen. Over literatuurverwijzing en onderzoeksrapportage. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Gruwel-Brand, S. & Wopereins, I. (2010). Word informatievaardig! Groningen: Noordhoff. 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen
Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite https://cursussen.sharepoint.hu.nl/fe/18/OAR-HBEROEP3-14
Titel
Beroep 4
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-HBEROEP4-14 Beroep 4 - De leraar als pedagoog Profession 4 - The teacher as pedagogue 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
JEM de Kroon (tel. 7546) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
werkcollege
niet verplicht
7 maal per blok
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 3: blok 3 bij aanvangsblok 4: blok 4
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124 (bij alle aanvangsblokken)
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Schriftelijk tentamen
Schrijfopdracht
Resultaatschaal
Numeriek 1 decimalen
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
5,5
5,5
Weging (afgerond op hele procenten)
50
50
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
4
bij aanvangsblok 3: . blok 3 . blok 4 bij aanvangsblok 4: . blok 4 . blok 5
4
bij aanvangsblok 3: . blok 3 . blok 4 bij aanvangsblok 4: . blok 4 . blok 5
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte beschrijving: Maatschappelijk gezien heeft onderwijs verschillende opdrachten. Naast het kwalificeren van leerlingen voor een beroep of vervolgopleiding heeft onderwijs ook de opdracht om leerlingen persoonlijk te vormen en goed voor te bereiden op de maatschappij. In de module ‘de leraar als pedagoog’ staat het pedagogische handelen in de klas centraal zodat er een goed klassenklimaat tot stand kan komen waarin geleerd kan worden. Daarnaast besteden we aandacht aan de pedagogische opdracht van het onderwijs als het gaat om de persoonsvorming van leerlingen en de voorbereiding op participatie in de maatschappij. Om professioneel pedagogisch te kunnen handelen in de klas, is het belangrijk dat een docent weet hoe de eigen persoonlijke opvoeding en het eigen referentiekader dit pedagogisch handelen beïnvloedt. In deze cursus ontwikkelt de student een visie op pedagogisch handelen in de klas door vanuit verschillende perspectieven te kijken naar de eigen opvoeding, het eigen referentiekader en keuzes die er zijn ten aanzien van pedagogisch handelen. De student leert hoe pedagogisch handelen tijd-, cultuur- en plaats bepaald is, bekijkt ethische kwesties de beroepspraktijk van de leraar beroepsgericht onderwijs en algemeen vormend onderwijs en leert welke aspecten opvoeden in de klas heeft.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes De student: 1.
Beschrijft en herkent de pedagogische benaderingen; pedagogiek uit de verlichting, reformpedagogiek, morele opvoeding, vorming en burgerschapsopvoeding. 2. Beschrijft en herkent de ideeën van Luc Stevens , Biesta, Lea Dasberg en Micha de Winter over de pedagogische taak van de leraar. 3. Beschrijft en verklaart de pedagogische context van het hedendaagse onderwijs vanuit het verleden en actuele maatschappelijke ontwikkelingen en de (digitale) leerwereld van de leerlingen. 4. Herkent en benoemt belangrijke ethische en morele vragen en dilemma’s binnen het docentschap. 5. Kan een morele redenatie maken. 6. Herkent en benoemt kernpunten van de beroepsethiek van docenten en koppelt deze aan de kenmerken van de leerling. 7. Benoemt kenmerken van burgerschapsopvoeding en bildung als pedagogische opdracht van de school. 8. Benoemt pedagogisch gedrag dat aansluit bij de krachtige leeromgeving. 9. Beargumenteert de pedagogische opdracht van de leraar VO vanuit zijn eigen instrumentele en normatieve professionaliteit en maakt hierbij onder andere gebruik van de transactionele analyse. 10. De student schrijft een overtuigend betoog dat qua samenhang en afstemming op het publiek op beginnend 4F niveau zit. Leeractiviteiten Deze module wordt aangeboden in de vorm van blended learning. Blended learning is een onderwijsvorm waarbij studenten leren door de combinatie van face-to-face bijeenkomsten, een digitale leeromgeving, leren in een leerteam en leren op de werkplek. Vakinhoud, vakdidactiek en algemene didactiek worden hierbij gekoppeld aan de mogelijkheden van de technologie. Er worden hoor- en werkcolleges gegeven, waarin de bovenstaande doelen behaald worden met het bestuderen van literatuur, bekijken van instructiefilmpjes, instructie van de docent, activerende werkvormen waarin de stof verwerkt wordt en de student nadenkt over de relatie tussen de eigen opvoeding en het professionele pedagogisch handelen in de praktijk. De volgende thema’s komen aan bod: · Historische pedagogiek · Morele opvoeding · Ethiek in het onderwijs · Pedagogische opdracht: burgerschapsopvoeding en bildung · Opvoeden op school Toetsen en beoordelingscriteria: Deze cursus wordt afgerond met de volgende deeltoetsen:
1. 2.
Schriftelijk tentamen Schrijfopdracht
De schrijfopdracht wordt ingeleverd via WinVision en beoordeeld met een rubric (zie studiehandleiding). Beide onderdelen dienen ten minste te worden afgesloten met een 5,5.De weging voor het uiteindelijke eindcijfer is 50/50. Eerste toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. Tweede toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Kennisbasis SBL-competenties: 1, 2 en 7 Generieke kennisbasis: 4.2 Morele ontwikkeling van de adolescent 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling 6.4 Onderwijsvisie en ethiek 8.1 pedagogische driehoek 8.2 doel, arrangement, voorwaarden in de pedagogiek 8.3 verbinding pedagogisch leerplan met schools curriculum 8.4 pedagogiek van het (voorbereidend) beroepsonderwijs 9.2 Burgerschapsvorming
Addendum kennisbasis beroepsgerichtonderwijs: 4.2 Morele ontwikkeling 8.1 Pedagogische driehoek 9.2 Burgerschapsvorming
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Aanbeveling is om beroep 2 eerst af te ronden. 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Vriens, L. (2007). Opvoeden in verwarrende tijden. Apeldoorn: Garant. Boek (verplicht) : Van Dalen, W. (2012 2e druk). Ethiek de Basis. Groningen: Noordhoff. Diversen (verplicht) : De overige verplichte studiematerialen; artikelen en hoorcolleges, worden gepubliceerd op de Hubl. 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite https://cursussen.sharepoint.hu.nl/fe/18/OAR-HBEROEP4-14
Titel
Beroep 5
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1
Cursuscode
1.2
Cursusnaam
1.3 1.4 1.5
Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
1.6
Opleiding (varianten)
OAR-HBEROEP5-14 Beroep 5 - Leren omgaan met verschillen Profession 5: Working with diversity 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.8 1.9 1.10
Cursus toegankelijk voor studenten van andere faculteiten? Excellentiemogelijkheden? Contactpersoon Voertaal
1.11
Werkvormen:
1.7
Nee
EMP Peeters (
[email protected]) Nederlands
Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Werkcollege
niet verplicht
1 maal per week
1680 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 1: blok 1 bij aanvangsblok 2: blok 2
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124 (bij alle aanvangsblokken)
1.12
Toetsen:
Toetsvorm
Dossier
Schriftelijk tentamen
Resultaatschaal
Numeriek 1 decimalen
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
5,5
5,5
Weging (afgerond op hele procenten)
60
40
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
4
bij aanvangsblok 1: . blok 1 . blok 2 bij aanvangsblok 2: . blok 2 . blok 3
4
bij aanvangsblok 1: . blok 1 . blok 2 bij aanvangsblok 2: . blok 2 . blok 3
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte beschrijving: In deze module leert de student in het kader van passend onderwijs om te gaan met verschillen in de onderwijssituatie. Begrippen als Passend onderwijs, Handelingsgericht werken (HGW), Diversiteit: Kennis van en omgaan met Leerproblemen, Gedragsproblemen en Constructen (persoonlijke overtuigingen) staan centraal. Passend onderwijs richt zich vooral op dat wat nodig is om zowel op schoolniveau als op bovenschoolsniveau om te leren gaan met verschillen. Handelingsgericht werken richt zich meer op individuele casuïstiek. Binnen Diversiteit wordt het begrip ‘verschillen’ uitgewerkt aan de hand van specifieke onderwijsbehoeften die leerlingen hebben op basis van leerstoornissen (dylexie/dyscalculie), hoogbegaafdheid of gedragsproblemen/gedragsstoornissen. Aan de hand van de methode Professional in de Spiegel (Touw, 2009) wordt zicht verkregen op eigen constructen. Dit geeft zicht op het eigen denken over leerlingen en in het bijzonder de leerlingen die als gedragsmoeilijk worden ervaren en op de wijze waarop dit van invloed kan zijn op de interactie tussen de docent en de leerling. Deze module wordt afgesloten met een casusopdracht. Op basis van alle opgedane kennis van Beroep 5 (passend onderwijs, HGW, diversiteit en constructen) wordt een leerling-portret gepresenteerd.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes De student: 1. Benoemt de wettelijke verantwoordelijkheden van scholen met betrekkingen tot leerlingen met leer- en/of gedragsstoornissen en omschrijft hoe de zorgstructuur op zijn (leerwerk)school wordt vormgegeven. 2. Beargumenteert de eigen positie ten opzichte van passend onderwijs en welke consequenties dit heeft voor het professioneel handelen ten aanzien van het begeleiden van leerlingen. 3. Beschrijft de samenhang tussen persoonlijke overtuigingen ten aanzien van leerlingen met speciale behoeften en het uiteindelijke eigen denken en handelen (constructen). 4. Beschrijft de effectieve afstemming tussen eigen constructen en dat wat de leerling met een speciale onderwijsbehoefte nodig heeft. 5. Herkent en benoemt de symptomen en kenmerken bij leerlingen op het gebied van de belangrijkste leer- en gedragsproblemen. 6. Herkent en benoemt de mogelijke ondersteuning die school kan bieden in het geval van leeren gedragsproblemen en toont dit aan de hand van differentiatie in de eigen les 7. Beargumenteert - vanuit de theorie - de keuzes die gemaakt kunnen worden in het professioneel omgaan met diversiteit op klas- en schoolniveau waarbij begeleiden van leerlingen en differentiëren in de les centraal staan. 8. Ontwerpt op basis van het voorgaande een eigen les waarin begeleiden van leerlingen en differentiëren in de les herkenbaar zijn afgestemd op leerlingen met een speciale onderwijsbehoefte. Leeractiviteiten Deze module wordt aangeboden in de vorm van blended learning. Blended learning is een onderwijsvorm waarbij studenten leren door de combinatie van face-to-face bijeenkomsten, een digitale leeromgeving, leren in een leerteam en leren op de werkplek. Vakinhoud, vakdidactiek en algemene didactiek worden hierbij gekoppeld aan de mogelijkheden van de technologie. We maken gebruik van het geven van instructie, hoor- en werkcolleges, het voeren van onderwijsleergesprekken, zelfontdekkend leren, samenwerkend leren, diverse discussievormen, presenteren, zelf studeren, samen schrijven, etc. Een ander deel bestaat uit meer zelfstandige werkvormen die alleen of samen met een andere studenten uitgevoerd worden zonder de directe aanwezigheid van een docent. De docent voorziet regelmatig in feedback of zorgt voor voldoende feedback van anderen bij het uitvoeren van de diverse opdrachten. De volgende thema’s komen aan bod: Stilstaan bij passend onderwijs en handelingsgericht werken Binnen dit thema leert de student hoe handelingsgericht werken zich verhoudt tot passend onderwijs. Kennis en vaardigheden die hierbij nodig zijn, ontwikkelt de student aan de hand van een aantal gerichte leeractiviteiten die zich zowel op schoolniveau als op individueel leerling
niveau begeven. In het dossier plaats de student een schrijven met zijn/haar visie op en positie ten aanzien van passend onderwijs in het VO en de consequenties hiervan voor het eigen professioneel handelen. Wie ben ik in het omgaan met verschillen? Binnen het onderwerp constructen gaat de student aan de slag met eigen opvattingen en overtuigingen ten opzichte van leerlingen met speciale behoeften. De student schrijft twee leerling portretten op basis van de methode Professional in de Spiegel, waarbij hij zichtbaar maakt hoe eigen opvattingen van invloed zijn op de wijze waarop de student leerlingen benadert. De begeleiding van leerlingen kan vanuit het eigen perspectief meer betekenis krijgen, waarbij de student leert richting te geven aan het eigen Hoe ga ik om met verschillen? Binnen het onderwerp diversiteit worden verschillende onderwerpen door studenten uitgewerkt. Voor de kennistoets is het van belang de kenmerken en symptomen te kunnen onderscheiden van de verschillende leer- en gedragsstoornissen die worden gepresenteerd. Vervolgens
wordt een eigen onderwerpkeuze gemaakt passend bij een casus in de eigen praktijk. Bevindingen worden uitgewerkt in een OPP, waarin een zelf ontworpen les (op basis van het boek Differentiëren is te leren) is opgenomen. Toetsen en beoordelingscriteria Deze cursus wordt afgerond met de volgende deeltoetsen: 1. Schriftelijk tentamen 2. Dossier Het dossier wordt beoordeeld op basis van een rubric (zie studiehandleiding) en moet worden ingeleverd binnen WinVision. Beide onderdelen dienen ten minste te worden afgesloten met een 5,5. De weging voor het uiteindelijke eindcijfer is 40/60. Eerste toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. Tweede toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-competenties: 1,2,4,5,6 en 7 Generieke kennisbasis: 5.1 Leerlingbegleiding in de school 5.2 Passend onderwijs voor iedereen? 5.3 Leerproblemen 5.4 Andere belemmeringen 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling 7.3 De school als organisatie 9.1 Onderwijskansen
Addendum kennisbasis beroepsgericht onderwijs: 8.1 Pedagogische driehoek
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Het wordt aanbevolen eerste beroep 2 en 4 afgerond te hebben 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Pameijer, N., Beukering, T. van, Wulp, M. van der & Zandbergen, A. (2012). Handelingsgericht werken in het voortgezet onderwijs. Leusden: Acco. (In deze cursus hoofdstukken 1 en 6) Boek (verplicht) : Wolf, K. van der, Beukering, T. van (2009). Gedragsproblemen op scholen. Leuven / Den Haag: Acco (In deze cursus hoofdstuk 1 t/m 4) Diversen (verplicht) : Verplichte artikelen (te vinden op online leeromgeving): Touw,
H. & Beukering, van, T. (2009) Professional in de spiegel: achtergronden. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 48, 453-460 Diversen (verplicht) : Verplichte artikelen (te vinden op online leeromgeving): Touw, H. & Beukering, van, T. (2009) Professional in de spiegel: de werkwijze. Tijdschrift voor Orthopedagogiek, 48, 461-467 Boek (verplicht) : Berben, M. & Teeseling,van M. (2015). Differentiëren is te leren. Omgaan met verschillen in het voortgezet onderwijs. Amersfoort: CPS. Boek (aanbevolen) : Spreij, L.C., Klapwijk, G.J., Broersen, A., & Peeters, E.M.P. (2016). Focus! oplossingsgericht afstemmen in het onderwijs. Leuven/Den Haag: Acco. Werkboek (verplicht) : Werkboek Professional in de Spiegel geschreven door Touw, H. en van Beukering, T. Te bestellen via de docent/PM tijdens de eerste bijeenkomst. Is een bestelling via de FE. Kosten: 15 euro. 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite https://cursussen.sharepoint.hu.nl/fe/18/OAR-HBEROEP5-14
Titel
Beroep 6
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 Cursuscode
OAR-HBEROEP6-14 Beroep 6 - Diversiteit: Cultuur en Onderwijzen Profession 6 Diversity: Culture and Teaching 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.2 Cursusnaam 1.3 Cursusnaam in Engels 1.4 Aantal EC's 1.5 Studiefase/niveau 1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden? 1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal
Nee
H Guven (
[email protected]) Nederlands
1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Werkcollege
niet verplicht
1 maal per week
1680 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 2: blok 2 bij aanvangsblok 3: blok 3
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 124 (bij alle aanvangsblokken)
1.12 Toetsen: Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
Dossier
Numeriek 1 decimalen
5,5
50
2
bij aanvangsblok 2: . blok 2 bij aanvangsblok 3: . blok 3
Schriftelijk tentamen
Numeriek 1 decimalen
5,5
50
2
bij aanvangsblok 2: . blok 2 bij aanvangsblok 3: . blok 3
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte beschrijving: Het werkveld van docenten in het voortgezet onderwijs en in het mbo is erg divers. Leerlingen hebben sterk uiteenlopende sociaal-culturele en economische achtergronden. De diversiteit in de samenleving stelt iedere dag weer nieuwe vragen aan het onderwijs en vooral aan de docent. Scholen hebben de taak de leerlingen bewust bekwaam op te leiden zodat zij straks deel kunnen nemen aan die bestaande pluriforme samenleving. De zoektocht naar een juiste aanpak is groot en professionaliteit op het terrein van diversiteit is binnen het onderwijs nog niet vanzelfsprekend. Tijdens deze cursus maakt de student kennis met verschillende aspecten binnen het domein diversiteit. De belangrijkste uitdagingen die onze pluriforme maatschappij met zich meebrengt voor het onderwijsveld komen aan de orde en de student wordt uitgedaagd om na te denken over de eigen attitude ten aanzien van diversiteit en wat adequaat pedagogisch-didactisch handelen in deze kan bijdragen aan het opleiden van leerlingen.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes De student: 1.
2. 3. 4.
5.
6.
7. 8.
9.
Beschrijft de migratiegeschiedenis van leerlingen en laat daarbij zien inzicht te hebben in de algemene economische, politieke en ruimtelijke situatie van het land van herkomst. Legt uit wat het begrip cultuur inhoudt; cultuur vanuit zowel statisch als vanuit dynamisch perspectief. Legt uit wat diversiteit als breed begrip inhoudt en dat de identiteit van een persoon uit verschillende aspecten bestaat. Analyseert beroepssituaties waarin diversiteit in brede zin een rol speelt met behulp van concepten als: migratiegeschiedenis, cultuur, etnische diversiteit, talige diversiteit, gender en seksuele diversiteit en laat in de toepassing in een onderwijssituatie zien, zich bewust te zijn dat diversiteit een logisch, complex en dynamisch fenomeen is. Onderkent eigen aannames, (voor)oordelen. overtuigingen (constructen), waarden en normen ten aanzien van (gedrag) van leerlingen en hun ouders met uiteenlopende achtergronden gelet op de sociaaleconomische, culturele en religieuze context. Beschrijft een visie op seksualiteit als sociaal proces met aandacht voor aspecten als homoseksualiteit, biseksualiteit, transgender. De student kan verschillende vormen van meertaligheid beschrijven en benoemen in de onderwijspraktijk. Beschrijft een visie op verschillende modellen van interculturele communicatie. Analyseert het verloop van een stagnerende dialoog tussen mensen met een verschillende achtergrond en kan een aanpak beschrijven die de dialoog op gang helpt. Beschrijft de werking van straatcultuur en beschrijft in de context van burgerschapsopvoeding hoe leerlingen de voordelen duidelijk gemaakt kunnen worden van het zich conformeren aan de burgercultuur.
Leeractiviteiten Deze module wordt aangeboden in de vorm van blended learning. Blended learning is een onderwijsvorm waarin studenten leren door de combinatie van face-to-face bijeenkomsten, een digitale leeromgeving, leren in een leerteam en leren op de werkplek. Vakinhoud, vakdidactiek en algemene didactiek worden hierbij gekoppeld aan de mogelijkheden van de technologie. De student volgt interactieve en activerende hoor- en werkcolleges waarin de bovenstaande doelen behaald worden met het bestuderen van literatuur, bekijken van instructiefilmpjes, instructie van de docent, het maken van dossieropdrachten en diverse werkvormen waarbij zowel individueel als in groepen gewerkt wordt. Met name het denken en leren vanuit casuïstiek en praktijkvoorbeelden staat in deze module centraal. De volgende thema’s komen aan bod: · Burgerschap · Cultuur · Gender · Seksuele diversiteit · Migratiegeschiedenis · Interculturele communicatie
Toetsen en beoordelingscriteria: De cursus wordt afgelopen met de volgende deeltoetsen: 1. Schriftelijk tentamen 2. Dossier Het dossier wordt beoordeeld op basis van een rubric (zie studiehandleiding) en moet worden ingeleverd binnen WinVision. Beide onderdelen dienen ten minste te worden afgesloten met een 5,5. De weging is 50/50. Eerste toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. Tweede toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL- competenties: 1,2 en 7 Generieke kennisbasis: 3.1 Mentale modellen bij communicatie 3.2 Gesprekvoering 3.3 Groepsdynamica 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling 8.4 Pedagogiek van het (voorbereidend) beroepsonderwijs 9.1 Onderwijskansen 9.2 Burgerschapsvorming 9.3 Omgaan met diversiteit 9.4 Culturen en levensbeschouwingen Addendum kennisbasis beroepsgericht onderwijs: 3.2 Gespreksvoering 3.3 Groepsdynamica 9.2 Burgerschapsvorming
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Aanbevolen wordt eerst beroep 2 en 4 afgerond te hebben 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Schermer,K. (2008). Interculturele samenwerking en communicatie. Groningen: Noordhoff. Boek (verplicht) : Eldering, L. (2014). Cultuur en opvoeding. Rotterdam: Lemniscaat. Diversen (verplicht) : Naast de verplichte literatuur lezen de studenten aanvullende literatuur (artikelen, hoofdstukken uit boeken, websites, enz.). Deze worden gepubliceerd op de online leeromgeving. Boek (verplicht) : Werkboek Professional in de Spiegel geschreven door Touw, H. en van Beukering, T. Te bestellen via de docent/PM tijdens de eerste bijeenkomst. Is een bestelling via de FE. Kosten: 15 euro. 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 124 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen
Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite https://cursussen.sharepoint.hu.nl/fe/18/OAR-HBEROEP6-14
Titel
Beroep 7
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-HBEROEP7-14 Beroep 7 - De leraar als mentor Profession 7 - The teacher as counselor 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
B Hermsen (tel. 06 51681374) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Werkcollege
niet verplicht
1 maal per week
840 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 4: blok 4
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 126
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Dossier
Numeriek 1 decimalen
5,5
100
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar 2
In welke blokken wordt de toets aangeboden? bij aanvangsblok 4: . blok 4 . blok 5
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Docenten in het onderwijs hebben naast hun lesgevende taak vaak een taak als mentor. Als mentor ben je spil in de leerlingbegeleiding. In individuele gesprekken en in je mentorlessen begeleid je leerlingen bij het leren leren, het maken van keuzes en de sociaal-emotionele ontwikkeling. Daarnaast ben je een belangrijkste schakel tussen leerling, docenten en ouders. In deze cursus ontwikkel je visie en vaardigheden om als mentor in het onderwijs te functioneren. Daarbij wordt specifiek aandacht besteed aan gespreksvaardigheid en het werken aan sociale veiligheid in een klas. Dit alles vraagt meer van je begeleidende vaardigheden dan het uitvoeren van je lesgevende taak. En omdat begeleiden als professioneel handelen niet los kan worden gezien van de persoon die de begeleiding uitvoert, betekent dit dat het begeleiden van leerlingen je ook confronteert met jezelf. Je leert daarom in deze cursus niet alleen wat taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van een mentor zijn en welke gespreksvaardigheden je hierbij gebruikt, maar je onderzoekt ook vragen als: wat is mijn bijdrage in de begeleiding? Wat doet de leerling met mij? Hoe reageer ik daar op? Word ik persoonlijk door de leerling geraakt? En hoe dan? En hoe beïnvloedt dit mijn begeleidende houding tijdens leerlingbegeleiding? Persoonlijke en professionele ontwikkeling gaan daarom in deze cursus hand in hand.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes: De student: 1.
Analyseert de rol van mentor en plaatst de begeleiding van leerprocessen, ondersteuning bij studiekeuzeprocessen en hulp bij sociaal-emotionele problemen in de context van een school. 2. Voert een gesprek waarin hij verschillende gespreksinterventies op de vier gespreksniveaus inzet, passend bij het doel van het gesprek en zijn gesprekspartner. 3. Onderscheidt groepsdynamische processen in een klas en ontwerpt een mentorles waarin het groepsproces positief wordt gestimuleerd. 4. Legt uit hoe de mentor een veilige leef- en werksfeer creëert waarmee de sociaalemotionele, morele en autonome ontwikkeling van leerlingen wordt bevorderd en ingespeeld wordt op hun psychologische basisbehoeften. 5. Geeft vorm aan leerprocessen gericht op het aanleren van studievaardigheden, keuzevaardigheden of levensvaardigheden. 6. Analyseert hoe hij gebruik kan maken van zijn eigen kwaliteiten en mogelijke rollen in de samenwerking met anderen. 7. Reflecteert met behulp van gedragspsychologische kennis van concepten als transactionele analyse, projectie en overdracht op zijn gedrag in interactie met leerlingen en beschrijft mogelijkheden om zijn professionele handelen te verbeteren. 8. Beargumenteert wat belangrijk is in het mentoraat en kan dit onderbouwen met waarden, normen en professionele opvattingen. 9. Verantwoordt de professionele opvattingen, werkwijzen, grenzen en benaderingen van de mentor aan leerlingen, ouders van leerlingen, collega’s en andere belanghebbenden. 10. De student schrijft een verantwoording van een lesopzet waarbij de tekst qua samenhang en afstemming op het publiek geschreven is op gevorderd 4F niveau. Leeractiviteiten Deze module wordt aangeboden in de vorm van blended learning. Blended learning is een onderwijsvorm waarbij studenten leren door de combinatie van face-to-face bijeenkomsten, een digitale leeromgeving, leren in een leerteam en leren op de werkplek. Vakinhoud, vakdidactiek en algemene didactiek worden hierbij gekoppeld aan de mogelijkheden van de technologie. De student krijgt hoor- en werkcolleges waarin de bovenstaande doelen behaald worden met het bestuderen van literatuur, bekijken van instructiefilmpjes, instructie van de docent, activerende werkvormen waarin de stof verwerkt wordt en toegepast op casussen, trainingsbijeenkomsten rondom gesprekstechnieken en het onderzoeken van de leerlingbegeleiding op de eigen (leer)werkplek. De volgende thema’s komen aan bod:
Visies op leerlingbegeleiding en het mentoraat Leerlingbegeleiding op het gebied van:
o leerlingen begeleiden bij het leren (leren leren); o leerlingen begeleiden bij psychosociale ontwikkeling (leren leven); o leerlingen begeleiden bij keuzes op school (leren kiezen) Groepsdynamica Begeleidingsgesprekken en gesprekstechnieken Conflicthantering Ouderbetrokkenheid Organisatie van het mentoraat
Toetsen en beoordelingscriteria De cursus wordt afgesloten met een dossier. Dit onderdeel wordt beoordeeld op basis van een rubric (zie cursushandleiding) en dient met minimaal een 5,5 afgerond te worden. Het dossier wordt ingeleverd in het digitaal portfolio (WinVision). Eerste toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. Tweede toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Kennisbasis SBL-competenties: 1, 2, 5, 6 en 7 Generieke kennisbasis: 1.4 Leerlingkenmerken 2.2 Leerdoelen en Instructiemodellen 2.3 Vormgeving van leerprocessen 2.4 Selectie en ontwerp van leermiddelen 2.5 Begeleiden van leerprocessen 3.1 Mentale modellen bij communicatie 3.2 Gespreksvoering 3.3 Groepsdynamica 5.1 Leerlingbegeleiding in de school 5.4 Andere belemmeringen 6.1 Werken aan de eigen professionele ontwikkeling 6.4 Onderwijsvisie en ethiek 7.3 De school als organisatie: structuur en cultuur 8.1 Pedagogische driehoek 8.2 Doel, arrangement en voorwaarden in de pedagogiek
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Het wordt aanbevolen eerst beroep 2 en 4 af te ronden. 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : Groothuis, M., & Verkuyl, H. (2012). Mentor in het voortgezet onderwijs. Gids voor een aanpak met visie. Amsterdam: Boom. Boek (verplicht) : Konig, A. (2008). In gesprek met de leerling. Houten: EPN . Wordt kosteloos digitaal door de opleiding ter beschikking gesteld. Boek (verplicht) : Tressel, J. (2012). De beroepsbekwame mentor. Het ontwikkelen van begeleidingskundige professionaliteit. Amsterdam: Boom. 2.5 Workload
Contactduur (uren): 14 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 126 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite https://cursussen.sharepoint.hu.nl/fe/18/OAR-HBEROEP7-14
Docent in het beroepsgerichte onderwijs
Titel
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-HDOCBER-15 Docent in het beroepsgerichte onderwijs Teacher vocational education 15 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
EL Munneke (tel. 06-51684220) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
Werkcollege
niet verplicht
7 maal per blok
2520 minuten
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden? bij aanvangsblok 1: blok 1, blok 2 bij aanvangsblok 3: blok 3, blok 4
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 378 (bij alle aanvangsblokken)
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Dossiertoets 1
Numeriek 1 decimalen
5,5
50
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar 4
In welke blokken wordt de toets aangeboden? bij aanvangsblok 1: . blok 1
. blok 2 bij aanvangsblok 3: . blok 3 . blok 4
Dossiertoets 2
Numeriek 1 decimalen
5,5
50
4
bij aanvangsblok 1: . blok 2 . blok 3 bij aanvangsblok 3: . blok 4 . blok 5
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
In het eerste deel van de cursus leer je het (voorbereidend) middelbaar beroepsonderwijs kennen. Je oriënteert je op de meest recente ontwikkelingen ten aanzien van de domeinen en de kwalificatiestructuur, op kernconcepten van het leren in een beroepsgericht traject en op de meervoudige taak van een docent in het (v)mbo. Ook leer je de vmbo-leerlingen en mbostudenten kennen waar je als docent beroepsonderwijs mee te maken krijgt. Thema’s als zorg, cultuur en manieren van leren komen aan bod en je verdiept je in het omgaan met de grote diversiteit aan talenten en achtergronden van de leerlingen en studenten. Daarnaast leer je vorm te geven aan leerprocessen in het (v)mbo, waarbij je rekening houdt met de specifieke leeruitkomsten van het beroepsonderwijs, de beroepen waartoe je leerlingen en studenten opleidt, de verschillende settingen waarin leren plaatsvindt (schoolse – en werkplek gerelateerde leeromgevingen) en de diversiteit van de leerling- en student populatie. In het tweede deel van de cursus staat het begeleiden van leerlingen en studenten richting functioneren in de maatschappij en het beroep centraal. Hierbij gaat het om thema’s als burgerschapsvorming en (studie)loopbaanbegeleiding en het begeleiden van sociaalemotionele ontwikkeling. Omdat dit een complexe taak van een docent beroepsonderwijs is, is een belangrijk onderdeel hierbij de vaardigheidstraining op het gebied van communicatie en het beïnvloeden van groepsprocessen in de context van het beroepsgerichte onderwijs. En omdat begeleiden niet los kan worden gezien van de persoon die de begeleiding uitvoert, betekent dit dat het begeleiden van leerlingen of studenten je ook confronteert met jezelf. Je leert daarom in dit deel niet alleen wat taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden van een mentor of studieloopbaanbegeleider zijn en welke gespreksvaardigheden je hierbij gebruikt, maar je onderzoekt ook vragen als: Wat is mijn bijdrage in de begeleiding? Wat doet de leerling of student met mij? Hoe reageer ik daar op? Word ik persoonlijk door de leerling of student geraakt? En hoe dan? En hoe beïnvloedt dit mijn begeleidende houding? Persoonlijke en professionele ontwikkeling gaan daarom in deze cursus hand in hand. De cursus kenmerkt zich verder door een wisselwerking tussen theorie en praktijk. Verdieping in theoretische kennis wordt toegepast in praktijkopdrachten in het (v)mbo en vanuit de praktijkervaringen ontwikkel je je eigen visie ten aanzien van het docentschap in het beroepsonderwijs.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes De student: 1. 2.
3. 4.
5.
6.
7.
beschrijft kenmerken en ontwikkelingen van het Nederlandse (voorbereidend) middelbaar beroepsonderwijs; beargumenteert op basis van literatuur en interviews met docenten en leerlingen of studenten zijn zienswijze op de manier waarop een vmbo of mbo instelling omgaat met de diversiteit van hun leerlingen of studenten; geeft vorm aan leerprocessen in het (voorbereidend) middelbaar beroepsonderwijs; analyseert de rol van een (studie)loopbaanbegeleider of mentor in het (voorbereidend) middelbaar beroepsonderwijs en geeft vanuit deze rol vorm aan leerprocessen gericht op het aanleren van studievaardigheden, keuzevaardigheden en sociaal-emotionele vaardigheden; inventariseert hoe docenten in een (v)mbo instelling in de klas werken aan sociale veiligheid, hoe zij de begeleiding van leerlingen of studenten met leer- en gedragsproblemen vormgeven en op welke manier zij inspelen op de psychosociale basisbehoeften van leerlingen en studenten; voert een begeleidingsgesprek met een leerling of student waarin hij verschillende gespreksinterventies op de vier gespreksniveaus inzet, passend bij het doel van het gesprek en zijn gesprekspartner; beargumenteert wat belangrijk is in het mentoraat en kan dit onderbouwen met waarden, normen en professionele opvattingen.
Kennisbasis SBL competenties 1,2,3, 4, 5, 6 en 7 Generieke kennisbasis + addendum beroepsonderwijs
1.
2.
3.
4.
5.
6.
7.
8.
Leren in diverse contexten: 1. Leren in niet schoolse settingen 2. Visies op leren op school en op de werkplek, visies op kennisverwerving en – ontwikkeling in het kader van een beroepsopleiding 3. Leerstrategieën en strategieën van zelfregulatie 4. Heterogene deelnemerspopulatie waaronder ook volwassenen Didactiek en leren 1. Vertalen van beroepsprocessen naar leerprocessen 2. Verschillende soorten kennis kunnen onderscheiden 3. Didactiek van het beroepsonderwijs kunnen inzetten 4. Onderwijs kunnen vormgeven met de leerprocessen van het beroepsonderwijs 5. Leeromgevingen met betekenisvolle context tussen schools- en werkplekleren kunnen herkennen en op het juiste moment inzetten 6. Differentiatietechnieken toepassen 7. Kennis hebben van toetsing in het (v)mbo, proeve van bekwaamheid etc. Communicatie 1. Taal van het vak en van het bedrijfsleven spreken in gesprekken met studenten Ontwikkeling van de adolescent 1. Studentbegeleiding met aandacht voor sociaal-emotionele dimensie en de cognitieve dimensie (leren leren, leren denken, leren keuzes maken). 2. Student begeleiden in ontwikkelen van hun beroepsidentiteit/vakbekwaamheid (wie en hoe wil ik zijn) en begeleidt het Proces van ‘becoming’: het beroep vinden dat je past (welke beroepen passen bij mij) 3. Verbinden van instrumentele professionalisering aan normatieve professionalisering Leerlingen met speciale behoeften 1. Studenten begeleiden in studiekeuze/voortijdig schoolverlaten 2. Kennis van motivatietheorieën Professionele docenten 1. Kennis van ‘professionele identiteit in het mbo’ 2. Begrip van ‘professionele docent in het mbo’ 3. Begrip van de kernopgaven voor de docent in het mbo 4. Externe oriëntatie Onderwijs in Nederland 1. Kennis van het Nederlands onderwijsstelsel voor beroepsonderwijs en alle complexiteit die daarbij komt kijken (doorstroom, leerroutes, niveaus, leerwegen) 2. Kennis van competentiegericht beroepsonderwijs 3. Verdiepen in organisatie, structuur en cultuur van een instelling voor vmbo of mbo Pedagogische kwaliteit
Diversiteit en onderwijs
2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Boek (verplicht) : De omgekeerde leerweg, een nieuw perspectief voor het beroepsonderwijs; Aalsma, E; ISBN: 9789059724778; 1e druk; Eburon. Kosten 23,50 Euro Boek (verplicht) : Studieloopbaanbegeleiding. Cornelissen, M. ISBN: 9789047300472 . 1e druk. (2008). Den Haag: Boom Uitgevers. Kosten 49.95 Euro. Diversen (verplicht) : Publicatie Verbindend perspectief op opleiden naar vakmanschap. Expertisegebieden van docenten en praktijkopleiders in het mbo. Aalsma, E. van den Berg, & de Bruijn, E. ISBN: V 978-94-6052-083-9 (2014). Den Bosch: ecbo. Kosteloos te downloaden. Diversen (verplicht) : Publicatie Professionele identiteit in perspectief. Intensieve relaties voor ijzersterk beroepsonderwijs. Klatter, E. ISBN: 9789051798906 (2015).
Rotterdam: Hogeschool Rotterdam Uitgeverij. Kosteloos te downloaden. Boek (verplicht) : In gesprek met de leerling. Konig, A. (2009). Houten: Uitgeverij EPN. Kosteloos te downloaden. Boek (verplicht) : Interculturele samenwerking en communicatie. Schermer, K. ISBN: 9789001500979. 1e druk (2008). Groningen: Noordhoff Uitgevers B.V. Kosten: 33.50 Euro. Boek (verplicht) : Handelingsgericht werken in het voortgezet onderwijs. Pameijer, N., Beukering, T. van, Wulp, M. van der & Zandbergen, A. ISBN: 9789033489587 (2012). Leusden: Acco . Kosten: 26.50. Diversen (verplicht) : Aanvullend aan de verplichte literatuur worden tijdens de cursus artikelen aangereikt ter verdieping van de diverse thema’s. Boek (aanbevolen) : Gedragsproblemen in scholen. Wolf, K. van der, Beukering, T. van. ISBN: 9789033474989 (2009). Leuven / Den Haag: Acco . Kosten: 30 Euro. 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 42 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 378 Totaal (uren) 420 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (15) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Studie en Werk DT-2A
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H1S&WD2A-12 Studie en Werk DT-2A Study and Work DT-2A 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Deeltijd Toetsen zijn er in Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
Totale contacttijd In welke blokken wordt in minuten per de werkvorm aangeboden? blok 90 minuten
bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 137
1.12 Toetsen:
Toetsvorm Resultaatschaal
Portfolio
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
5,5
100
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving: In Studie en Werk DT-2 doe je op je leerwerkplek praktijkervaring op en experimenteer je met verschillende les- en begeleidingstaken. Aan de hand van je leervragen en reflecties koppel je de leerervaringen die je hierbij opdoet aan de docentcompetenties, daarbij leg je ook verbindingen met leerervaringen uit andere onderdelen van de studie en je beelden van zelf, studie en beroep. Je eindigt het jaar met het kiezen van een afstudeerrichting, het vaststellen van ontwikkeldoelen voor het vervolgen van deze studiefase.
2.2
Cursus inhoud
Doelstellingen/competenties: Je werkt in de hoofdfase vooral aan je basis docentvaardigheden. Je legt continu verbindingen tussen je beelden, ervaringen, reflecties, kennis over relevante onderwijskundige thema’s en beroepsvereisten. Op basis daarvan maak je keuzes en formuleer je nieuwe leervragen. Leerstof, werkvormen en activiteiten: In de begeleiding wordt aandacht besteed aan: 1. Werkplekleren: Het werken aan je eigen leervragen en het leren van praktijkervaringen. Hierbij maak je gebruik van instrumenten als reflectie, feedback en intervisie. 2. Competentieontwikkeling : Het leggen van verbindingen tussen je leerervaringen en reflecties enerzijds en je beelden van en plannen m.b.t. zelf, studie en beroep anderzijds. Je maakt hierbij o.a. gebruik van literatuur. Tijdens Studie en Werk leer en werk je als docent(assistent) op een school. Je werkt daarbij planmatig aan de hand van leerwerkvragen die je jezelf stelt en afstemt op de school. Je wordt daarbij vanuit Instituut Archimedes begeleid door je Studie-en- Werkbegeleider (SWB) en een Instituutsbegeleider (IO). Voor studenten op een stage- of coördinatorschool is de IO dezelfde persoon als de SWB. Daarnaast word je op je leerwerk zelf begeleid door een Werkplekbegeleider (WB) en evt. een Schoolopleider (SO). Met je Werkplekbegeleider bespreek je je werkzaamheden en leerervaringen regelmatig na. Tijdens Studie en Werk DT-2A ben je gedurende 10 dagen op de leerwerkplek, waarbij je verschillende les- en begeleidingstaken uitvoert. Dit zijn taken die nuttig zijn voor de school en leerzaam voor jou. Je verzorgt minimaal 10 les- of begeleidingsuren. Daarnaast werk je aan opdrachten uit de bundel Vak. Werkervaringen en systematische reflectie daarop vormen het uitgangspunt van het werken en leren op school. Deze leg je vast in je ontwikkelingsportfolio, waarbij je regelmatig terugkoppelt naar je competentieontwikkeling en je studieplanning. In overleg met je SWB, je IO en je WB stuur je zo in toenemende mate zelfstandig je eigen leerproces. Minimaal tweemaal per jaar voer je een studievoortgangsgesprek met je SWB. Voor Studie en Werk neem je deel aan twee soorten groepsbijeenkomsten: basisbijeenkomsten onder leiding van je SWB en intervisiebijeenkomsten onder leiding van je IO. De basisbijeenkomsten zijn altijd op Instituut Archimedes, de intervisiebijeenkomsten kunnen evt. ook op de opleidingsschool plaatsvinden. Tijdens de basisbijeenkomsten komen vooral studieplanning, competentieontwikkeling en het instrumentarium dat je nodig hebt bij het werkplekleren aan de orde. Tijdens de intervisiebijeenkomsten leer je o.a. op systematische wijze met medestudenten incidenten uit het werk te bespreken, daarop te reflecteren en deze te thematiseren. Toetsen en beoordelingscriteria: Je wordt bij alle modules Studie en Werk getoetst door middel van het ontwikkelingsportfolio dat wordt beoordeeld door de IO. Bij de modules Studie en Werk 2B, 3B en 4B is er ook een lesbezoek door de IO en een beoordelingsadvies van de WB, die beide onderdeel uitmaken van de beoordeling. Bij de eerste module Studie en Werk van elk studiejaar (2A, 3A en 4A) word je beoordeeld op je leerproces en krijg je ontwikkelingsgerichte feedback op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Bij de tweede module Studie en Werk (1B, 2B, 3B en 4B) word je beoordeeld op je leerproces en op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Je kunt pas beoordeeld worden als je aan een aantal voorwaarden hebt voldaan, zoals je administratie op orde, voldoende aanwezigheid, de afgesproken taken op je leerwerkplek uitgevoerd hebben en een voldoende taalniveau in je verslag. Je wordt elk jaar beoordeeld op dezelfde onderdelen, maar volgens verschillende niveaucriteria (op een steeds hoger taxonomisch niveau). Deze zijn vastgelegd in de beoordelingsrapporten. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode
waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties met de nadruk op 1 t/m 4 en 7 . Bij het werken aan de bekwaamheidseisen neemt, in de loop van de studie, de compleetheid van de handelingen, de complexiteit van de context en de zelfstandigheid van de student toe. De Dublin Descriptoren zijn verwerkt in het niveau Startbekwaam. Kennisbasis: In het ontwikkelingsportfolio leg je zelf verbindingen met onderdelen van de kennisbases (vak, generiek en ICT). Ingangseisen: Studie en Werk 1A afgerond.
2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1. Studie en Werk DT-1A (OAR-PS&WD1A-12) Veronderstelde voorkennis: Inhouden van Studie en Werk 1 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Studie en Werk voor DT Boek (verplicht) : Ebbens, Sebo, Simon Ettekoven (2013) Effectief leren, Noordhoff Uitgevers B.V. Boek (verplicht) : Geerts W. R. van Kralingen (2011) Handboek voor leraren, Coutinho, Diversen (verplicht) : www.samenopleiden.nl en ondersteunend materiaal op SharePoint Boek (verplicht) : Slooter, M. (2010), De vijf rollen van de leraar, Amersfoort: CPS. Boek (verplicht) : Teitler, P. (2011), Lessen in orde, Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Wal, van der, J. (2011), Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Boek (verplicht): Berber M. & van Teeseling M (2014), Differentiëren is te leren, CPS 2.5 Workload Contactduur (uren): 2 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 137 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Studie en Werk DT-2B
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H1S&WD2B-12 Studie en Werk DT-2B Study and Work DT-2B 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Deeltijd Toetsen zijn er in Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
Totale contacttijd In welke blokken wordt in minuten per de werkvorm aangeboden? blok 90 minuten
bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 137
1.12 Toetsen:
Toetsvorm Resultaatschaal
Portfolio
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
5,5
100
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving: In Studie en Werk DT-2 doe je op je leerwerkplek praktijkervaring op en experimenteer je met verschillende les- en begeleidingstaken. Aan de hand van je leervragen en reflecties koppel je de leerervaringen die je hierbij opdoet aan de docentcompetenties, daarbij leg je ook verbindingen met leerervaringen uit andere onderdelen van de studie en je beelden van zelf, studie en beroep. Je eindigt het jaar met het kiezen van een afstudeerrichting, het vaststellen van ontwikkeldoelen voor het vervolgen van deze studiefase.
2.2
Cursus inhoud
Doelstellingen/competenties: Je werkt in de hoofdfase vooral aan je basis docentvaardigheden. Je legt continu verbindingen tussen je beelden, ervaringen, reflecties, kennis over relevante onderwijskundige thema’s en beroepsvereisten. Op basis daarvan maak je keuzes en formuleer je nieuwe leervragen. Leerstof, werkvormen en activiteiten: In de begeleiding wordt aandacht besteed aan: 1. Werkplekleren: Het werken aan je eigen leervragen en het leren van praktijkervaringen. Hierbij maak je gebruik van instrumenten als reflectie, feedback en intervisie. 2. Competentieontwikkeling : Het leggen van verbindingen tussen je leerervaringen en reflecties enerzijds en je beelden van en plannen m.b.t. zelf, studie en beroep anderzijds. Je maakt hierbij o.a. gebruik van literatuur. Tijdens Studie en Werk leer en werk je als docent(assistent) op een school. Je werkt daarbij planmatig aan de hand van leerwerkvragen die je jezelf stelt en afstemt op de school. Je wordt daarbij vanuit Instituut Archimedes begeleid door je Studie-en- Werkbegeleider (SWB) en een Instituutsbegeleider (IO). Voor studenten op een stage- of coördinatorschool is de IO dezelfde persoon als de SWB. Daarnaast word je op je leerwerk zelf begeleid door een Werkplekbegeleider (WB) en evt. een Schoolopleider (SO). Met je Werkplekbegeleider bespreek je je werkzaamheden en leerervaringen regelmatig na. Tijdens Studie en Werk DT-2B ben je gedurende 10 dagen op de leerwerkplek, waarbij je verschillende les- en begeleidingstaken uitvoert. Dit zijn taken die nuttig zijn voor de school en leerzaam voor jou. Je verzorgt minimaal 10 les- of begeleidingsuren. Werkervaringen en systematische reflectie daarop vormen het uitgangspunt van het werken en leren op school. Deze leg je vast in je ontwikkelingsportfolio, waarbij je regelmatig terugkoppelt naar je competentieontwikkeling en je studieplanning. In overleg met je SWB, je IO en je WB stuur je zo in toenemende mate zelfstandig je eigen leerproces. Minimaal tweemaal per jaar voer je een studievoortgangsgesprek met je SWB. Voor Studie en Werk neem je deel aan twee soorten groepsbijeenkomsten: basisbijeenkomsten onder leiding van je SWB en intervisiebijeenkomsten onder leiding van je IO. De basisbijeenkomsten zijn altijd op Instituut Archimedes, de intervisiebijeenkomsten kunnen ook op de opleidingsschool plaatsvinden. Tijdens de basisbijeenkomsten komen vooral studieplanning, competentieontwikkeling en het instrumentarium dat je nodig hebt bij het werkplekleren aan de orde. Tijdens de intervisiebijeenkomsten leer je o.a. op systematische wijze met medestudenten incidenten uit het werk te bespreken, daarop te reflecteren en deze te thematiseren. Toetsen en beoordelingscriteria: Je wordt bij alle modules Studie en Werk getoetst door middel van het ontwikkelingsportfolio dat wordt beoordeeld door de IO. Bij de modules Studie en Werk 2B, 3B en 4B is er ook een lesbezoek door de IO en een beoordelingsadvies van de WB, die beide onderdeel uitmaken van de beoordeling. Bij de eerste module Studie en Werk van elk studiejaar (2A, 3A en 4A) word je beoordeeld op je leerproces en krijg je ontwikkelingsgerichte feedback op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Bij de tweede module Studie en Werk (1B, 2B, 3B en 4B) word je beoordeeld op je leerproces en op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Je kunt pas beoordeeld worden als je aan een aantal voorwaarden hebt voldaan, zoals je administratie op orde, voldoende aanwezigheid, de afgesproken taken op je leerwerkplek uitgevoerd hebben en een voldoende taalniveau in je verslag. Je wordt elk jaar beoordeeld op dezelfde onderdelen, maar volgens verschillende niveaucriteria (op een steeds hoger taxonomisch niveau). Deze zijn vastgelegd in de beoordelingsrapporten. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus.
2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties met de nadruk op 1 t/m 4 en 7 . Bij het werken aan de bekwaamheidseisen neemt, in de loop van de studie, de compleetheid van de handelingen, de complexiteit van de context en de zelfstandigheid van de student toe. De Dublin Descriptoren zijn verwerkt in het niveau Startbekwaam. Kennisbasis: In het ontwikkelingsportfolio leg je zelf verbindingen met onderdelen van de kennisbases (vak, generiek en ICT). Ingangseisen: Studie en Werk 1B afgerond.
2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1. Studie en Werk DT-1B (OAR-PS&WD1B-12) Veronderstelde voorkennis: De inhouden van Studie en Werk 1 en 2A 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Studie en Werk voor DT Boek (verplicht) : Ebbens, Sebo, Simon Ettekoven (2013) Effectief leren, Noordhoff Uitgevers B.V. Boek (verplicht) : Geerts W. R. van Kralingen (2011) Handboek voor leraren, Coutinho, Diversen (verplicht) : www.samenopleiden.nl en ondersteunend materiaal op SharePoint Boek (verplicht) : Slooter, M. (2010), De vijf rollen van de leraar, Amersfoort: CPS. Boek (verplicht) : Teitler, P. (2011), Lessen in orde, Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Wal, van der, J. (2011), Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Boek (verplicht): Berber M. & van Teeseling M (2014), Differentiëren is te leren, CPS 2.5 Workload Contactduur (uren): 2 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 137 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Studie en Werk DT-3A
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H2S&WD3A-12 Studie en Werk DT-3A Study and Work DT-3A 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Deeltijd Toetsen zijn er in Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
Totale contacttijd In welke blokken wordt in minuten per de werkvorm aangeboden? blok 90 minuten
bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 137
1.12 Toetsen:
Toetsvorm Resultaatschaal
Portfolio
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
5,5
100
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving: In Studie en Werk DT-3 ontwikkel je je verder met als doel te kunnen functioneren als zelfstandig vakdocent met begeleiding op afstand. Op je leerwerkplek verzorg je vaklessen en je neemt deel aan team/vaksectie overleg en andere (complexe) onderwijsactiviteiten. Aan de hand van je leervragen en reflecties koppel je leerervaringen aan de docentcompetenties. Daarbij leg je ook verbindingen met leerervaringen uit andere onderdelen van de studie. Je ontwikkelt een visie op jezelf als persoon, student en (aankomend) vakdocent, denkt na over de keuzes die je maakt en gronden waarop je dat doet. Aan het eind van het jaar formuleer je ontwikkeldoelen voor de afstudeerfase.
2.2
Cursus inhoud
Verdeling studielast Studie en Werk A-cursus en B-cursus:
Voor de cursussen Studie en Werk in studiejaren 3 en 4 geldt dat steeds 5 EC toegekend is aan de A-cursus en 10 EC aan de B-cursus. In de praktijk zal de studielast van de A- en B- cursus gelijkmatig over het studiejaar verdeeld worden. Doelstellingen/competenties: Je werkt in de hoofdfase verder aan de ontwikkeling van je eigen beroepscompetenties met als doel aan het eind van deze studiefase als zelfstandig vakdocent te kunnen functioneren. Je legt continu verbindingen tussen je beelden, ervaringen, reflecties, kennis over relevante onderwijskundige thema’s en beroepsvereisten. Op basis daarvan maak je keuzes en formuleer je nieuwe leervragen. Leerstof, werkvormen en activiteiten: In de begeleiding wordt aandacht besteed aan: 1. Werkplekleren: Het werken aan je eigen leervragen en het leren van praktijkervaringen. Hierbij maak je gebruik van instrumenten als reflectie, feedback en intervisie. 2. Competentieontwikkeling : Het leggen van verbindingen tussen je leerervaringen en reflecties enerzijds en je beelden van en plannen m.b.t. zelf, studie en beroep anderzijds. Je maakt hierbij o.a. gebruik van literatuur.
Tijdens Studie en Werk leer en werk je als docent(assistent) op een school. Je werkt daarbij planmatig aan de hand van leerwerkvragen die je jezelf stelt en afstemt op de school. Je wordt daarbij vanuit Instituut Archimedes begeleid door je Studie-en- Werkbegeleider (SWB) en een Instituutsbegeleider (IO). Voor studenten op een stage- of coördinatorschool is de IO dezelfde persoon als de SWB. Daarnaast word je op je leerwerk zelf begeleid door een Werkplekbegeleider (WB) en evt. een Schoolopleider (SO). Met je Werkplekbegeleider bespreek je je werkzaamheden en leerervaringen regelmatig na. Tijdens Studie en Werk DT3A ben je gedurende 20 dagen op de leerwerkplek, waarbij je verschillende les- en begeleidingstaken uitvoert. Dit zijn taken die nuttig zijn voor de school en leerzaam voor jou. Je verzorgt minimaal 20 les- of begeleidingsuren. Daarnaast werk je aan opdrachten uit de bundel Vak. Werkervaringen en systematische reflectie daarop vormen het uitgangspunt van het werken en leren op school. Deze leg je vast in je ontwikkelingsportfolio, waarbij je regelmatig terugkoppelt naar je competentieontwikkeling en je studieplanning. In overleg met je SWB, je IO en je WB stuur je zo in toenemende mate zelfstandig je eigen leerproces. Minimaal tweemaal per jaar voer je een studievoortgangsgesprek met je SWB.
Voor Studie en Werk neem je deel aan twee soorten groepsbijeenkomsten: basisbijeenkomsten onder leiding van je SWB en intervisiebijeenkomsten onder leiding van je IO. De basisbijeenkomsten zijn altijd op Instituut Archimedes, de intervisiebijeenkomsten kunnen ook op de opleidingsschool plaatsvinden. Tijdens de basisbijeenkomsten komen vooral studieplanning, competentieontwikkeling en het instrumentarium dat je nodig hebt bij het werkplekleren aan de orde. Tijdens de intervisiebijeenkomsten leer je o.a. op systematische wijze met medestudenten incidenten uit het werk te bespreken, daarop te reflecteren en deze te thematiseren.
Toetsen en beoordelingscriteria: Je wordt bij alle modules Studie en Werk getoetst door middel van het ontwikkelingsportfolio dat wordt beoordeeld door de IO. Bij de modules Studie en Werk 2B, 3B en 4B is er ook een lesbezoek door de IO en een beoordelingsadvies van de WB, die beide onderdeel uitmaken van de beoordeling. Bij de eerste module Studie en Werk van elk studiejaar (2A, 3A en 4A) word je beoordeeld op je leerproces en krijg je ontwikkelingsgerichte feedback op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Bij de tweede module Studie en Werk (1B, 2B, 3B en 4B) word je beoordeeld op je leerproces en op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Je kunt pas beoordeeld worden als je aan een aantal voorwaarden hebt voldaan, zoals je administratie op orde, voldoende aanwezigheid, de afgesproken taken op je leerwerkplek uitgevoerd hebben en een voldoende taalniveau in je verslag. Je wordt elk jaar beoordeeld op dezelfde onderdelen, maar volgens verschillende niveaucriteria (op een steeds hoger taxonomisch niveau). Deze zijn vastgelegd in de beoordelingsrapporten. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties met de nadruk op 1 t/m 4 en 7 . Bij het werken aan de bekwaamheidseisen neemt, in de loop van de studie, de compleetheid van de handelingen, de complexiteit van de context en de zelfstandigheid van de student toe. De Dublin Descriptoren zijn verwerkt in het niveau Startbekwaam. Kennisbasis: In het ontwikkelingsportfolio leg je zelf verbindingen met onderdelen van de kennisbases (vak, generiek en ICT).
Ingangseisen:
Studie en Werk 2A afgerond. 2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1. Studie en Werk DT-2A (OAR-H1S&WD2A-12) Veronderstelde voorkennis: De inhouden van Studie en Werk 1 en 2 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Studie en Werk voor DT Boek (verplicht) : Ebbens, Sebo, Simon Ettekoven (2013) Effectief leren, Noordhoff Uitgevers B.V. Boek (verplicht) : Geerts W. R. van Kralingen (2011) Handboek voor leraren, Coutinho, Diversen (verplicht) : www.samenopleiden.nl en ondersteunend materiaal op SharePoint Boek (verplicht) : Slooter, M. (2010), De vijf rollen van de leraar, Amersfoort: CPS. Boek (verplicht) : Teitler, P. (2011), Lessen in orde, Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Wal, van der, J. (2011), Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Boek (verplicht): Berber M. & van Teeseling M (2014), Differentiëren is te leren, CPS 2.5 Workload Contactduur (uren): 2 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 137 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Studie en Werk DT-3B
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H2S&WD3B-12 Studie en Werk DT-3B Study and Work DT-3B 10 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Deeltijd Toetsen zijn er in Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
Totale contacttijd In welke blokken wordt in minuten per de werkvorm aangeboden? blok 90 minuten
bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 277
1.12 Toetsen:
Toetsvorm Resultaatschaal
Portfolio
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
5,5
100
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving: In Studie en Werk DT-3 ontwikkel je je verder met als doel te kunnen functioneren als zelfstandig vakdocent met begeleiding op afstand. Op je leerwerkplek verzorg je vaklessen en je neemt deel aan team/vaksectie overleg en andere (complexe) onderwijsactiviteiten. Aan de hand van je leervragen en reflecties koppel je leerervaringen aan de docentcompetenties. Daarbij leg je ook verbindingen met leerervaringen uit andere onderdelen van de studie. Je ontwikkelt een visie op jezelf als persoon, student en (aankomend) vakdocent, denkt na over de keuzes die je maakt en gronden waarop je dat doet. Aan het eind van het jaar formuleer je ontwikkeldoelen voor de afstudeerfase.
2.2
Cursus inhoud
Verdeling studielast Studie en Werk A-cursus en B-cursus: Voor de cursussen Studie en Werk in studiejaren 3 en 4 geldt dat steeds 5 EC toegekend is aan de A-cursus en 10 EC aan de B-cursus. In de praktijk zal de studielast van de A- en B- cursus gelijkmatig over het studiejaar verdeeld worden. Doelstellingen/competenties: Je werkt in de hoofdfase verder aan de ontwikkeling van je eigen beroepscompetenties met als doel aan het eind van deze studiefase als zelfstandig vakdocent te kunnen functioneren. Je legt continu verbindingen tussen je beelden, ervaringen, reflecties, kennis over relevante onderwijskundige thema’s en beroepsvereisten. Op basis daarvan maak je keuzes en formuleer je nieuwe leervragen. Leerstof, werkvormen en activiteiten: In de begeleiding wordt aandacht besteed aan: 1. Werkplekleren: Het werken aan je eigen leervragen en het leren van praktijkervaringen. Hierbij maak je gebruik van instrumenten als reflectie, feedback en intervisie. 2. Competentieontwikkeling : Het leggen van verbindingen tussen je leerervaringen en reflecties enerzijds en je beelden van en plannen m.b.t. zelf, studie en beroep anderzijds. Je maakt hierbij o.a. gebruik van literatuur. Tijdens Studie en Werk leer en werk je als docent(assistent) op een school. Je werkt daarbij planmatig aan de hand van leerwerkvragen die je jezelf stelt en afstemt op de school. Je wordt daarbij vanuit Instituut Archimedes begeleid door je Studie-en- Werkbegeleider (SWB) en een Instituutsbegeleider (IO). Voor studenten op een stage- of coördinatorschool is de IO dezelfde persoon als de SWB. Daarnaast word je op je leerwerk zelf begeleid door een Werkplekbegeleider (WB) en evt. een Schoolopleider (SO). Met je Werkplekbegeleider bespreek je je werkzaamheden en leerervaringen regelmatig na. Tijdens Studie en Werk DT-3B ben je gedurende 20 dagen op de leerwerkplek, waarbij je verschillende les- en begeleidingstaken uitvoert. Dit zijn taken die nuttig zijn voor de school en leerzaam voor jou. Je verzorgt minimaal 20 les- of begeleidingsuren. Werkervaringen en systematische reflectie daarop vormen het uitgangspunt van het werken en leren op school. Deze leg je vast in je ontwikkelingsportfolio, waarbij je regelmatig terugkoppelt naar je competentieontwikkeling en je studieplanning. In overleg met je SWB, je IO en je WB stuur je zo in toenemende mate zelfstandig je eigen leerproces. Minimaal tweemaal per jaar voer je een studievoortgangsgesprek met je SWB. Voor Studie en Werk neem je deel aan twee soorten groepsbijeenkomsten: basisbijeenkomsten onder leiding van je SWB en intervisiebijeenkomsten onder leiding van je IO. De basisbijeenkomsten zijn altijd op Instituut Archimedes, de intervisiebijeenkomsten kunnen ook op de opleidingsschool plaatsvinden. Tijdens de basisbijeenkomsten komen vooral studieplanning, competentieontwikkeling en het instrumentarium dat je nodig hebt bij het werkplekleren aan de orde. Tijdens de intervisiebijeenkomsten leer je o.a. op systematische wijze met medestudenten incidenten uit het werk te bespreken, daarop te reflecteren en deze te thematiseren. Toetsen en beoordelingscriteria: Je wordt bij alle modules Studie en Werk getoetst door middel van het ontwikkelingsportfolio dat wordt beoordeeld door de IO. Bij de modules Studie en Werk 2B, 3B en 4B is er ook een lesbezoek door de IO en een beoordelingsadvies van de WB, die beide onderdeel uitmaken van de beoordeling.
Bij de eerste module Studie en Werk van elk studiejaar (2A, 3A en 4A) word je beoordeeld op je leerproces en krijg je ontwikkelingsgerichte feedback op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Bij de tweede module Studie en Werk (1B, 2B, 3B en 4B) word je beoordeeld op je leerproces en op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Je kunt pas beoordeeld worden als je aan een aantal voorwaarden hebt voldaan, zoals je administratie op orde, voldoende aanwezigheid, de afgesproken taken op je leerwerkplek uitgevoerd hebben en een voldoende taalniveau in je verslag. Je wordt elk jaar beoordeeld op dezelfde onderdelen, maar volgens verschillende niveaucriteria (op een steeds hoger taxonomisch niveau). Deze zijn vastgelegd in de beoordelingsrapporten. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties met de nadruk op 1 t/m 4 en 7 . Bij het werken aan de bekwaamheidseisen neemt, in de loop van de studie, de compleetheid van de handelingen, de complexiteit van de context en de zelfstandigheid van de student toe. De Dublin Descriptoren zijn verwerkt in het niveau Startbekwaam. Kennisbasis: In het ontwikkelingsportfolio leg je zelf verbindingen met onderdelen van de kennisbases (vak, generiek en ICT). Ingangseisen: Studie en Werk 2B afgerond.
2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1. Studie en Werk DT-2B (OAR-H1S&WD2B-12) Veronderstelde voorkennis: De inhouden van Studie en Werk 1, 2 en 3A 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Studie en Werk voor DT Boek (verplicht) : Ebbens, Sebo, Simon Ettekoven (2013) Effectief leren, Noordhoff Uitgevers B.V. Boek (verplicht) : Geerts W. R. van Kralingen (2011) Handboek voor leraren, Coutinho, Diversen (verplicht) : www.samenopleiden.nl en ondersteunend materiaal op SharePoint Boek (verplicht) : Slooter, M. (2010), De vijf rollen van de leraar, Amersfoort: CPS. Boek (verplicht) : Teitler, P. (2011), Lessen in orde, Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Wal, van der, J. (2011), Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Boek (verplicht): Berber M. & van Teeseling M (2014), Differentiëren is te leren, CPS 2.5 Workload Contactduur (uren): 2 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 277 Totaal (uren) 280 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (10) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren.
2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Studie en Werk DT-4A
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H3S&WD4A-12 Studie en Werk DT-4A Study and Work DT-4A 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Deeltijd Toetsen zijn er in Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
Totale contacttijd In welke blokken wordt in minuten per de werkvorm aangeboden? blok 90 minuten
bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 137
1.12 Toetsen:
Toetsvorm Resultaatschaal
Portfolio
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
5,5
100
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving: In Studie en Werk DT-4 ontwikkel je je verder tot een startbekwame docent. Je bent in staat om zelfstandig de onderwijstaken van een docent uit te voeren en zichtbaar te maken dat je dit op professionele wijze doet. Je participeert ook als een volwaardige docent in niet lesgebonden activiteiten en levert een bijdrage aan onderwijs- en/of schoolontwikkeling. Aan de hand van je leervragen en reflecties koppel je de leerervaringen die je hierbij opdoet aan de docentcompetenties, daarbij leg je ook verbindingen met leerervaringen uit andere onderdelen van de studie. Je scherpt je visie aan en verantwoordt je keuzes en je handelen. Je beëindigt deze studiefase met de voorbereiding op het assessment startbekwaam.
2.2
Cursus inhoud
Verdeling studielast Studie en Werk A-cursus en B-cursus: Voor de cursussen Studie en Werk in studiejaren 3 en 4 geldt dat steeds 5 EC toegekend is aan de A-cursus en 10 EC aan de B-cursus. In de praktijk zal de studielast van de A- en B- cursus gelijkmatig over het studiejaar verdeeld worden. Doelstellingen/competenties: Je werkt in de afstudeerfase aan de ontwikkeling van je eigen beroepscompetenties met als doel aan het eind van deze studiefase aan te tonen dat je startbekwaam bent. Je legt continu verbindingen tussen je beelden, ervaringen, reflecties, kennis over relevante onderwijskundige thema’s en beroepsvereisten. Op basis daarvan maak je keuzes en formuleer je nieuwe leervragen. Leerstof, werkvormen en activiteiten: In de begeleiding wordt aandacht besteed aan: 1. Werkplekleren: Het werken aan je eigen leervragen en het leren van praktijkervaringen. Hierbij maak je gebruik van instrumenten als reflectie, feedback en intervisie. 2. Competentieontwikkeling : Het leggen van verbindingen tussen je leerervaringen en reflecties enerzijds en je beelden van en plannen m.b.t. zelf, studie en beroep anderzijds. Je maakt hierbij o.a. gebruik van literatuur. Tijdens Studie en Werk leer en werk je als docent(assistent) op een school. Je werkt daarbij planmatig aan de hand van leerwerkvragen die je jezelf stelt en afstemt op de school. Je wordt daarbij vanuit Instituut Archimedes begeleid door je Studie-en- Werkbegeleider (SWB) en een Instituutsbegeleider (IO). Voor studenten op een stage- of coördinatorschool is de IO dezelfde persoon als de SWB. Daarnaast word je op je leerwerk zelf begeleid door een Werkplekbegeleider (WB) en evt. een Schoolopleider (SO). Met je Werkplekbegeleider bespreek je je werkzaamheden en leerervaringen regelmatig na. Tijdens Studie en Werk DT-4A ben je gedurende 20 dagen op de leerwerkplek, waarbij je de volledige verantwoordelijkheid draagt voor 40 vaklessen of begeleidingsuren. Ook participeer je als volwaardig docent in niet lesgebonden activiteiten en lever je een bijdrage aan onderwijs- en/of schoolontwikkeling . Daarnaast werk je aan opdrachten uit de bundel Vak. Werkervaringen en systematische reflectie daarop vormen het uitgangspunt van het werken en leren op school. Deze leg je vast in je ontwikkelingsportfolio, waarbij je regelmatig terugkoppelt naar je competentieontwikkeling en je studieplanning. In overleg met je SWB, je IO en je WB stuur je zo in toenemende mate zelfstandig je eigen leerproces. Minimaal tweemaal per jaar voer je een studievoortgangsgesprek met je SWB. Voor Studie en Werk neem je deel aan twee soorten groepsbijeenkomsten: basisbijeenkomsten onder leiding van je SWB en intervisiebijeenkomsten onder leiding van je IO. De basisbijeenkomsten zijn altijd op Instituut Archimedes, de intervisiebijeenkomsten kunnen ook op de opleidingsschool plaatsvinden. Tijdens de basisbijeenkomsten komen vooral studieplanning, competentieontwikkeling en het instrumentarium dat je nodig hebt bij het werkplekleren aan de orde. Tijdens de intervisiebijeenkomsten leer je o.a. op systematische wijze met medestudenten incidenten uit het werk te bespreken, daarop te reflecteren en deze te thematiseren. Toetsen en beoordelingscriteria: Je wordt bij alle modules Studie en Werk getoetst door middel van het ontwikkelingsportfolio dat wordt beoordeeld door de IO. Bij de modules Studie en Werk 2B, 3B en 4B is er ook een
lesbezoek door de IO en een beoordelingsadvies van de WB, die beide onderdeel uitmaken van de beoordeling. Bij de eerste module Studie en Werk van elk studiejaar (2A, 3A en 4A) word je beoordeeld op je leerproces en krijg je ontwikkelingsgerichte feedback op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Bij de tweede module Studie en Werk (1B, 2B, 3B en 4B) word je beoordeeld op je leerproces en op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Je kunt pas beoordeeld worden als je aan een aantal voorwaarden hebt voldaan, zoals je administratie op orde, voldoende aanwezigheid, de afgesproken taken op je leerwerkplek uitgevoerd hebben en een voldoende taalniveau in je verslag. Je wordt elk jaar beoordeeld op dezelfde onderdelen, maar volgens verschillende niveaucriteria (op een steeds hoger taxonomisch niveau). Deze zijn vastgelegd in de beoordelingsrapporten. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties. Bij het werken aan de bekwaamheidseisen neemt, in de loop van de studie, de compleetheid van de handelingen, de complexiteit van de context en de zelfstandigheid van de student toe. De Dublin Descriptoren zijn verwerkt in het niveau Startbekwaam. Kennisbasis: In het ontwikkelingsportfolio leg je zelf verbindingen met onderdelen van de kennisbases (vak, generiek en ICT). Ingangseisen: Studie en Werk 3A afgerond.
2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1. Studie en Werk DT-3A (OAR-H2S&WD3A-12) Veronderstelde voorkennis: De inhouden van Studie en Werk 1, 2 en 3 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Studie en Werk voor DT Boek (verplicht) : Ebbens, Sebo, Simon Ettekoven (2013) Effectief leren, Noordhoff Uitgevers B.V. Boek (verplicht) : Geerts W. R. van Kralingen (2011) Handboek voor leraren, Coutinho, Diversen (verplicht) : www.samenopleiden.nl en ondersteunend materiaal op SharePoint Boek (verplicht) : Slooter, M. (2010), De vijf rollen van de leraar, Amersfoort: CPS. Boek (verplicht) : Teitler, P. (2011), Lessen in orde, Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Wal, van der, J. (2011), Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Boek (verplicht): Berber M. & van Teeseling M (2014), Differentiëren is te leren, CPS 2.5 Workload Contactduur (uren): 2 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 137 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contact-
en toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Studie en Werk DT-4B
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H3S&WD4B-12 Studie en Werk DT-4B Study and Work DT-4B 10 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Deeltijd Toetsen zijn er in Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Frequentie
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per week
Totale contacttijd In welke blokken wordt in minuten per de werkvorm aangeboden? blok 90 minuten
bij aanvangsblok CONTINUE: blok CONTINUE
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 277
1.12 Toetsen:
Toetsvorm Resultaatschaal
Portfolio
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
5,5
100
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden?
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving: In Studie en Werk DT-4 ontwikkel je je verder tot een startbekwame docent. Je bent in staat om zelfstandig de onderwijstaken van een docent uit te voeren en zichtbaar te maken dat je dit op professionele wijze doet. Je participeert ook als een volwaardige docent in niet lesgebonden activiteiten en levert een bijdrage aan onderwijs- en/of schoolontwikkeling. Aan de hand van je leervragen en reflecties koppel je de leerervaringen die je hierbij opdoet aan de docentcompetenties, daarbij leg je ook verbindingen met leerervaringen uit andere onderdelen van de studie. Je scherpt je visie aan en verantwoordt je keuzes en je handelen. Je beëindigt deze studiefase met de voorbereiding op het assessment startbekwaam.
2.2
Cursus inhoud
Verdeling studielast Studie en Werk A-cursus en B-cursus: Voor de cursussen Studie en Werk in studiejaren 3 en 4 geldt dat steeds 5 EC toegekend is aan de A-cursus en 10 EC aan de B-cursus. In de praktijk zal de studielast van de A- en B- cursus gelijkmatig over het studiejaar verdeeld worden. Doelstellingen/competenties: Je werkt in de afstudeerfase aan de ontwikkeling van je eigen beroepscompetenties met als doel aan het eind van deze studiefase aan te tonen dat je startbekwaam bent. Je legt continu verbindingen tussen je beelden, ervaringen, reflecties, kennis over relevante onderwijskundige thema’s en beroepsvereisten. Op basis daarvan maak je keuzes en formuleer je nieuwe leervragen. Leerstof, werkvormen en activiteiten: In de begeleiding wordt aandacht besteed aan: 1. Werkplekleren: Het werken aan je eigen leervragen en het leren van praktijkervaringen. Hierbij maak je gebruik van instrumenten als reflectie, feedback en intervisie. 2. Competentieontwikkeling : Het leggen van verbindingen tussen je leerervaringen en reflecties enerzijds en je beelden van en plannen m.b.t. zelf, studie en beroep anderzijds. Je maakt hierbij o.a. gebruik van literatuur. Tijdens Studie en Werk leer en werk je als docent(assistent) op een school. Je werkt daarbij planmatig aan de hand van leerwerkvragen die je jezelf stelt en afstemt op de school. Je wordt daarbij vanuit Instituut Archimedes begeleid door je Studie-en- Werkbegeleider (SWB) en een Instituutsbegeleider (IO). Voor studenten op een stage- of coördinatorschool is de IO dezelfde persoon als de SWB. Daarnaast word je op je leerwerk zelf begeleid door een Werkplekbegeleider (WB) en evt. een Schoolopleider (SO). Met je Werkplekbegeleider bespreek je je werkzaamheden en leerervaringen regelmatig na. Tijdens Studie en Werk DT-4B ben je gedurende 20 dagen op de leerwerkplek, waarbij je de volledige verantwoordelijkheid draagt voor 40 vaklessen of begeleidingsuren. Ook participeer je als volwaardig docent in niet lesgebonden activiteiten en lever je een bijdrage aan onderwijs- en/of schoolontwikkeling. Werkervaringen en systematische reflectie daarop vormen het uitgangspunt van het werken en leren op school. Deze leg je vast in je ontwikkelingsportfolio, waarbij je regelmatig terugkoppelt naar je competentieontwikkeling en je studieplanning. In overleg met je SWB, je IO en je WB stuur je zo in toenemende mate zelfstandig je eigen leerproces. Minimaal tweemaal per jaar voer je een studievoortgangsgesprek met je SWB. Voor Studie en Werk neem je deel aan twee soorten groepsbijeenkomsten: basisbijeenkomsten onder leiding van je SWB en intervisiebijeenkomsten onder leiding van je IO. De basisbijeenkomsten zijn altijd op Instituut Archimedes, de intervisiebijeenkomsten kunnen ook op de opleidingsschool plaatsvinden. Tijdens de basisbijeenkomsten komen vooral studieplanning, competentieontwikkeling en het instrumentarium dat je nodig hebt bij het werkplekleren aan de orde. Tijdens de intervisiebijeenkomsten leer je o.a. op systematische wijze met medestudenten incidenten uit het werk te bespreken, daarop te reflecteren en deze te thematiseren. Toetsen en beoordelingscriteria: Je wordt bij alle modules Studie en Werk getoetst door middel van het ontwikkelingsportfolio dat wordt beoordeeld door de IO. Bij de modules Studie en Werk 2B, 3B en 4B is er ook een lesbezoek door de IO en een beoordelingsadvies van de WB, die beide onderdeel uitmaken
van de beoordeling. Bij de eerste module Studie en Werk van elk studiejaar (2A, 3A en 4A) word je beoordeeld op je leerproces en krijg je ontwikkelingsgerichte feedback op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Bij de tweede module Studie en Werk (1B, 2B, 3B en 4B) word je beoordeeld op je leerproces en op je functioneren als (aankomend) docent op je leerwerkplek. Je kunt pas beoordeeld worden als je aan een aantal voorwaarden hebt voldaan, zoals je administratie op orde, voldoende aanwezigheid, de afgesproken taken op je leerwerkplek uitgevoerd hebben en een voldoende taalniveau in je verslag. Je wordt elk jaar beoordeeld op dezelfde onderdelen, maar volgens verschillende niveaucriteria (op een steeds hoger taxonomisch niveau). Deze zijn vastgelegd in de beoordelingsrapporten. 1e Toetsmoment in de tentamenweek aan het einde van de onderwijsperiode(s) van de cursus. 2e Toetsmoment (herkansing) in de tentamenweek van de periode volgend op de periode waarin het 1e toetsmoment was. Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties. Bij het werken aan de bekwaamheidseisen neemt, in de loop van de studie, de compleetheid van de handelingen, de complexiteit van de context en de zelfstandigheid van de student toe. De Dublin Descriptoren zijn verwerkt in het niveau Startbekwaam. Kennisbasis: In het ontwikkelingsportfolio leg je zelf verbindingen met onderdelen van de kennisbases (vak, generiek en ICT). Ingangseisen: Studie en Werk 3A afgerond.
2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1. Studie en Werk DT-3B (OAR-H2S&WD3B-12) Veronderstelde voorkennis: Veronderstelde voorkennis De inhouden van Studie en Werk 1, 2, 3 en 4A 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Studie en Werk voor DT Boek (verplicht) : Ebbens, Sebo, Simon Ettekoven (2013) Effectief leren, Noordhoff Uitgevers B.V. Boek (verplicht) : Geerts W. R. van Kralingen (2011) Handboek voor leraren, Coutinho, Diversen (verplicht) : www.samenopleiden.nl en ondersteunend materiaal op SharePoint Boek (verplicht) : Slooter, M. (2010), De vijf rollen van de leraar, Amersfoort: CPS. Boek (verplicht) : Teitler, P. (2011), Lessen in orde, Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Wal, van der, J. (2011), Identiteitsontwikkeling en leerlingbegeleiding. Bussum: Coutinho. Boek (verplicht) : Boek (verplicht): Berber M. & van Teeseling M (2014), Differentiëren is te leren, CPS 2.5 Workload Contactduur (uren): 2 Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): 277 Totaal (uren) 280 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (10) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren.
2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Beroepsproduct 1
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H1BERPDT1-12 Beroepsproduct 1 Professional product 1 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
JJM Poorthuis (tel. 0884817704 of 7) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen:
Aanwezigheid Totale contacttijd In welke blokken wordt Frequentie verplicht? in minuten per blok de werkvorm aangeboden?
Werkvorm
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per
bij aanvangsblok 1: blok 1, blok 2 bij aanvangsblok 3: blok 3, blok 4
8100 minuten
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 5 (bij alle aanvangsblokken)
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Dossier
Numeriek 1 decimalen
Minimum cijfer
5,5
Weging (afgerond op hele procenten)
100
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden? bij aanvangsblok 1: . blok CONTINUE bij aanvangsblok 3: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving Tot de taak van een docent hoort het ontwikkelen van beroepsproducten voor de eigen schoolpraktijk. Een beroepsproduct is een middel voor de beroepspraktijk met een handleiding hoe daarmee verantwoord te handelen. Binnen de cursussen beroepsproduct 1, 2 en 3 leert de student vanuit een kritische, onderzoekende houding een betekenisvolle bijdrage te leveren aan praktijkverbetering. Het beroepsproduct is gebaseerd op onderzoek in theorie en praktijk, is tot stand gekomen via professioneel communiceren en handelen en wordt gedeeld en geëvalueerd in de school. De cursussen dragen hiermee in belangrijke mate bij aan het verwerven competentie 8: het onderzoekend handelen in de beroepspraktijk. Aspecten daarvan zijn een onderzoekende houding, het gebruiken van onderzoeksresultaten en het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek. Van beroepsproduct 1 naar 2 en vervolgens 3, is sprake van een opbouwend leerproces en toenemende reikwijdte van het product. Beroepsproduct 1 is vakgebonden en in de context van de eigen klas. Beroepsproduct 2 is generiek en in de context van jaarlaag of team. Beroepsproduct 3 is vakgebonden en expliciet aansluitend bij ontwikkelingen in de school. In de cursus beroepsproduct 1 (BP 1) maakt de student in opdracht van de school een passend en betekenisvol beroepsproduct voor het eigen vak. Het beroepsproduct is gebaseerd op een verkenning van de praktijk en van relevante literatuur en is voorzien van een handleiding (een beschrijving van hoe het middel gebruikt kan worden met een onderbouwing). Hiermee laat de student zien dat hij een onderzoekende houding heeft en op basis van onderzoek zijn keuzes kan expliciteren en kan ontwerpen. In de cursus BP1 krijgt de student instructie en oefening over onderzoeken en ontwerpen en wordt de student stapsgewijs en voorbeeldmatig begeleid.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes Verkennend onderzoek De student: 1. 2.
3.
4.
formuleert een onderzoeksvraag om de opdracht gericht te verkennen en beantwoordt de onderzoeksvraag; gebruikt gevarieerde bronnen waaronder verslagen uit de kennisbank en één relevant handboek of andere gebruikte literatuur uit de opleiding ter inspiratie en onderbouwing van het beoogde beroepsproduct; verzamelt op objectieve wijze met passende methoden gegevens in de betreffende klas vanuit het perspectief van de leerling en van de docent (in dit geval de opdrachtgever) eveneens ter inspiratie en onderbouwing van het beoogde beroepsproduct; vergelijkt en integreert de conclusie uit de verkenning in theorie en praktijk tot een eindconclusie.
Ontwerpen en maken De student: 1. 2. 3. 4.
formuleert ontwerpeisen voor het beoogde beroepsproduct, houdt rekening met de randvoorwaarden en kwaliteitseisen gesteld door de werkbegeleider/opdrachtgever; onderbouwt de ontwerpeisen vanuit de praktijkverkenning en de literatuurverkenning en bespreekt deze met de opdrachtgever; maakt het beroepsproduct en voorziet het van een handleiding met doel, werkwijze, verantwoording en bronvermelding. beschrijft hoe het product er in grote lijnen uit ziet en op welke wijze en voor wie het gemaakt is.
Presenteren en rapporteren De student:
1. 2. 3.
presenteert aan studiegenoten het beroepsproduct, de verantwoording van het beroepsproduct en de wijze van overdracht in de school; schrijft goed leesbare en verzorgde verslagen met een samenhangende opbouw op beginnend 4F niveau. verwijst naar bronnen volgens APA-normen.
Reflecteren De student: 1.
2.
evalueert met de opdrachtgever in de school aan de hand van een van te voren opgestelde gespreksleidraad het beroepsproduct en de verantwoording van het beroepsproduct; reflecteert op het belang dat het beroepsproduct heeft gehad voor de eigen beroepsmatige ontwikkeling.
Leeractiviteiten De student maakt in opdracht van de school een passend en betekenisvol beroepsproduct voor het eigen vak. De school geeft naast richting ook ruimte aan het onderzoek. Het beroepsproduct is gebaseerd op een verkenning van de praktijk en van relevante literatuur en is voorzien van een handleiding (een beschrijving van hoe het middel gebruikt kan worden met een onderbouwing). Hiermee laat de student zien dat hij een onderzoekende houding heeft en op basis van onderzoek zijn keuzes kan expliciteren en kan ontwerpen. In de cursus BP1 krijgt de student instructie en oefening over onderzoeken en ontwerpen en wordt de student stapsgewijs en voorbeeldmatig begeleid. De student verwerft in opdracht van de werkbegeleider een duidelijke en relevante opdracht. De opdracht is gericht op een onderwerp met betrekking tot het eigen vak en een vraag of probleem dat speelt in één klas (kan ook één leerling of een groepje leerlingen betreffen). De student ontwikkelt hiervoor een les, enkele lesonderdelen of activiteiten met een onderbouwing en handleiding. De cursus beroepsproduct 1 heeft zeven tweewekelijkse bijeenkomsten gespreid over twee blokken. De bijeenkomsten zijn geordend volgens de werkfasen van het onderzoeks- en ontwikkelproces van het beroepsproduct. Dat zijn: oriëntatie op de opdracht, verkenning van de praktijk, verkenning van de literatuur, ontwerpeisen beroepsproduct, realiseren van het beroepsproduct, evalueren, rapporteren en presenteren. In de eerste periode krijgen de studenten tijdens de begeleide bijeenkomsten op de opleiding inzicht in wat onderzoek inhoudt en krijgen zij gerichte aanwijzingen voor het toepassen van methoden van onderzoek in hun project. Daarnaast wisselen zij in een leerteam feedback uit op de verschillende versies van de verkenning en het ontwerp. In de tweede periode maakt de student het beroepsproduct volgens de vastgestelde ontwerpeisen. De bijeenkomsten zijn in deze periode gericht op intervisie in leerteams, feedback en presentatie. Tenslotte reflecteert de student in een leerverslag op de punten beschreven in de studiehandleiding van de cursus, onderdeel reflectie. Het tot stand komen van het product wordt gedocumenteerd in een verslag, dat wordt afgerond met beoordeling door de docent van Archimedes. Toetsen en beoordelingscriteria: De student maakt een verslag dat bestaat uit een projectverslag en een leerverslag. Het projectverslag is geanonimiseerd wat betreft respondenten en bevat:
Inleiding met beschrijving van de opdracht en het probleem in de context van de school, en de onderzoeksvraag. Op basis van de inleiding, opzet van het verkenningsonderzoek en het ondertekende formulier met de opdracht krijgt de student een GO/NO GO van de docent. Verkenning. Dit onderdeel bevat een verslaglegging van de verkenning van de literatuur en van de praktijk (met in de bijlagen de meetinstrumenten en een overzichtelijke weergave van de ruwe data).
Het ontwerp en het product: de ontwerpeisen voor het beoogde beroepsproduct en een beschrijving van het uiteindelijke product (met in de bijlage het beroepsproduct). Op basis van de ontwerpeisen voor het beoogde product, het verslag van de bespreking met de opdrachtgever en het ondertekende formulier met ontwerpeisen krijgt de student een GO/NO GO van de docent. Na een GO ontwikkelt de student het product. Verslag van de presentatie van het product en beschrijving van daaruit gekregen feedback en hoe die wordt benut voor aanscherping van het beroepsproduct. Het leerverslag bevat een reflectie op de punten beschreven bij de doelstellingen van de cursus, onderdeel reflecteren. De bijlagen zijn: de ondertekende formulieren en het beoordelingsadvies van de school.
De docent van Archimedes beoordeelt het verslag met een beoordelingsformulier, zie cursushandleiding. Kennisbasis Competenties Deze cursus draagt in belangrijke mate bij aan het verwerven en laten zien van competentie 8: onderzoekend handelen in de onderwijspraktijk. Daarnaast wordt bij het werken aan beroepsproduct 3 een beroep gedaan op onderdelen uit alle SBL- bekwaamheidseisen voor leraren Voortgezet Onderwijs 1 t/m 7. Kennisbases (generiek en vak) Bij een beroepsproduct werkt de student in ieder geval aan domein 6 Professionele docenten van de generieke kennisbasis (praktijkonderzoek, ontwikkeling en innovatie). Bij de omschrijving van de opdracht en leerdoelen verwijst de student naar andere relevante onderdelen van de kennisbasis van het vak en/of de generieke kennisbasis. Voorkennis Bij beroepsproduct 1 wordt uitgegaan van de onderzoeksvaardigheden die zijn aangeleerd en geoefend bij de beroepscursussen lesgeven in het VO/BO (1); ontwikkeling van de adolescent (2) en leren in de school (3). Hierbij ging het om de dataverzamelingsmethoden observeren, interviewen en enquêteren; informatievaardigheden; het formuleren van een onderzoeksvraag en het kunnen schrijven van een onderzoeksverslag.
2.3 Ingangseisen Geen ingangseisen in Osiris geregistreerd 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Cursushandleiding beroepsproduct 1 2014-2015 (op cursussite beroepsproducten) Boek (verplicht) : Donk, C. van der & Lanen, B. van (2012). Praktijkonderzoek in de school. Bussum: Coutinho Boek (verplicht) : Poelmans, P. & Severijnen, O. (2013). De APA-richtlijnen. Over literatuurverwijzing en onderzoeksrapportage. Bussum: Coutinho. Diversen (verplicht) : Cursussite beroepsproducten: https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/fe/ia/beroepsproducten/default.aspx Website www.samenopleiden.nl met informatie voor scholen, begeleiders en studenten 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 135 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 5
Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Beroepsproduct 2
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H2BERPDT2-12 Beroepsproduct 2 Professional product 2 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
JJM Poorthuis (tel. 0884817704 of 7) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen:
Aanwezigheid Totale contacttijd In welke blokken wordt Frequentie verplicht? in minuten per blok de werkvorm aangeboden?
Werkvorm
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per
bij aanvangsblok 1: blok 1, blok 2 bij aanvangsblok 3: blok 3, blok 4
8100 minuten
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 5 (bij alle aanvangsblokken)
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Dossier
Numeriek 1 decimalen
5,5
100
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden? bij aanvangsblok 1: . blok CONTINUE bij aanvangsblok 3: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte omschrijving Tot de taak van een docent hoort het ontwikkelen van beroepsproducten voor de eigen schoolpraktijk. Een beroepsproduct is een middel voor de beroepspraktijk met een handleiding hoe daarmee verantwoord te handelen. Binnen de cursussen beroepsproduct 1, 2 en 3 leert de student vanuit een kritische, onderzoekende houding een betekenisvolle bijdrage te leveren aan praktijkverbetering. Het beroepsproduct is gebaseerd op onderzoek in theorie en praktijk, is tot stand gekomen via professioneel communiceren en handelen en wordt gedeeld en geëvalueerd in de school. De cursussen dragen hiermee in belangrijke mate bij aan het verwerven competentie 8: het onderzoekend handelen in de beroepspraktijk. Aspecten daarvan zijn een onderzoekende houding, het gebruiken van onderzoeksresultaten en het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek. Van beroepsproduct 1 naar 2 en vervolgens 3, is sprake van een opbouwend leerproces en toenemende reikwijdte van het product. Beroepsproduct 1 is vakgebonden en in de context van de eigen klas. Beroepsproduct 2 is generiek en in de context van jaarlaag of team. Beroepsproduct 3 is vakgebonden en expliciet aansluitend bij ontwikkelingen in de school.
In de cursus beroepsproduct 2 (BP2) maakt de student in opdracht van de school een passend en betekenisvol beroepsproduct maken voor een generiek onderwerp. Het beroepsproduct is gebaseerd is op een verkenning van de praktijk en van relevante literatuur en is voorzien van een handleiding (een beschrijving van hoe het middel gebruikt kan worden met een onderbouwing). Hiermee laat de student zien dat hij een onderzoekende houding heeft en op basis van onderzoek zijn keuzes kan expliciteren en kan ontwerpen. In de cursus BP2 wordt de student door middel van opdrachten begeleid op het verder leren onderzoeken en ontwerpen.
2.2
Cursus inhoud
Learning oucomes Verkennend onderzoek De student: 1. 2.
3.
4.
formuleert een onderzoeksvraag om de opdracht gericht te verkennen en beantwoordt de onderzoeksvraag; gebruikt gevarieerde bronnen (waaronder verslagen uit de kennisbank, vaktijdschriften, en handboeken), relevante en recente literatuur ter inspiratie en onderbouwing voor het beoogde beroepsproduct; verzamelt op objectieve en systematische wijze met passende methoden gegevens in de praktijk vanuit het perspectief van leerlingen uit verschillende klassen, docenten, eventueel andere scholen; eveneens ter inspiratie en onderbouwing van het beoogde beroepsproduct; vergelijkt en integreert de conclusie uit de verkenning in theorie en praktijk tot een eindconclusie.
Ontwerpen en maken De student: 1.
2. 3. 4.
formuleert ontwerpeisen voor het beoogde beroepsproduct en houdt rekening met de randvoorwaarden en kwaliteitseisen die gelden voor de jaarlaag waarvoor het beroepsproduct ontworpen wordt; onderbouwt de ontwerpeisen vanuit praktijkverkenning en literatuurverkenning en bespreekt deze met de opdrachtgever; beschrijft hoe het product er in grote lijnen uit ziet en op welke wijze en voor wie het gemaakt is; maakt het beroepsproduct en voorziet het van een handleiding met doel en werkwijze en bronvermelding.
Presenteren en rapporteren De student: 1.
presenteert aan studiegenoten het beroepsproduct, de verantwoording van het beroepsproduct en de wijze van overdracht in de school;
2. 3.
schrijft goed leesbare, verzorgde, samenhangende verslagen die afgestemd zijn op publiek en doel op een gevorderd 4F niveau; verwijst naar bronnen volgens APA-normen.
Reflecteren De student: 1.
2.
evalueert met de opdrachtgever in de school aan de hand van een van te voren opgestelde gespreksleidraad het beroepsproduct en de verantwoording van het beroepsproduct; reflecteert welk belang het maken van een beroepsproduct heeft gehad voor de eigen beroepsmatige ontwikkeling.
Leeractiviteiten De student meekt in opdracht van de school een passend en betekenisvol beroepsproduct over een generiek onderwerp. De school geeft naast richting ook ruimte aan het onderzoek. Het beroepsproduct is gebaseerd op een verkenning van de praktijk en van relevante literatuur en is voorzien van een handleiding (een beschrijving van hoe het middel gebruikt kan worden met een onderbouwing). Hiermee laat de student zien dat hij een onderzoekende houding heeft en op basis van onderzoek zijn keuzes kan expliciteren en kan ontwerpen. In de cursus BP 2 leert de student zijn onderzoeks- en ontwerpvaardigheden verder ontwikkelen. De student verwerft in opdracht van de leerjaarcoördinator of andere functionaris een duidelijke en relevante opdracht. De opdracht is gericht op een generiek onderwerp en een vraag of probleem dat speelt bij leerlingen in meerdere klassen van één leerjaar. De student ontwikkelt hiervoor een les, enkele lesonderdelen of activiteiten met een onderbouwing en handleiding voor de docenten van het betreffende leerjaar. De cursus beroepsproduct 2 heeft zeven tweewekelijkse bijeenkomsten gespreid over twee blokken. De bijeenkomsten zijn geordend volgens de werkfasen van het onderzoeks- en ontwikkelproces van een beroepsproduct. Dat zijn: orientatie op de opdracht, verkenning van de praktijk, verkenning van de literatuur, ontwerpeisen beroepsproduct, realiseren van het beroepsproduct, evalueren, rapporteren en presenteren. De bijeenkomsten zijn gericht op intervisie in leerteams, feedback en presentatie. Tenslotte reflecteert de student in een leerverslag op de punten beschreven in de studiehandleiding van de cursus, onderdeel reflectie. Het tot stand komen van het product wordt gedocumenteerd in een verslag, dat wordt afgerond met beoordeling door de docent van Archimedes. Toetsen en beoordelingscriteria: De student maakt een verslag dat bestaat uit een projectverslag en een leerverslag. Het projectverslag is geanonimiseerd wat betreft respondenten en bevat:
Inleiding met beschrijving van de opdracht en het probleem in de context van de school, en de onderzoeksvraag. Op basis van de inleiding, opzet van het verkenningsonderzoek en het ondertekende formulier met de opdracht krijgt de student een GO/NO GO van de docent. Verkenning. Dit onderdeel bevat een verslaglegging van de verkenning van de literatuur en van de praktijk (met in de bijlagen de meetinstrumenten en een overzichtelijke weergave van de ruwe data). Het ontwerp en het product: de ontwerpeisen voor het beoogde beroepsproduct en een beschrijving van het uiteindelijke product (met in de bijlage het beroepsproduct). Op basis van de ontwerpeisen voor het beoogde product, het verslag van de bespreking met de opdrachtgever en het ondertekende formulier met ontwerpeisen krijgt de student een GO/NO GO van de docent. Na een GO ontwikkelt de student het product. Verslag van de presentatie van het product en beschrijving van daaruit gekregen feedback en hoe die wordt benut voor aanscherping van het beroepsproduct. Het leerverslag bevat een reflectie op de punten beschreven bij de doelstellingen van de cursus, onderdeel reflecteren. De bijlagen zijn: de ondertekende formulieren en het beoordelingsadvies van de school.
De docent van Archimedes beoordeelt het verslag met een beoordelingsformulier, zie
cursushandleiding. Kennisbasis Competenties Deze cursus draagt in belangrijke mate bij aan het verwerven en laten zien van competentie 8: onderzoekend handelen in de onderwijspraktijk. Daarnaast wordt bij het werken aan beroepsproduct 3 een beroep gedaan op onderdelen uit alle SBL- bekwaamheidseisen voor leraren Voortgezet Onderwijs 1 t/m 7. Generieke kennisbasis Bij een beroepsproduct werkt de student in ieder geval aan domein 6 Professionele docenten van de generieke kennisbasis (praktijkonderzoek, ontwikkeling en innovatie). Bij de omschrijving van de opdracht en leerdoelen verwijst de student naar andere relevante onderdelen van de generieke kennisbasis. Voorkennis Bij beroepsproduct 2 wordt uitgegaan van de ervaring opgedaan bij beroepsproduct 1 en de onderzoeksvaardigheden die zijn aangeleerd en geoefend bij de beroepscursussen lesgeven in het VO/BO (1); ontwikkeling van de adolescent (2) en leren in de school (3). Hierbij ging het om de dataverzamelingsmethoden observeren, interviewen en enquêteren; informatievaardigheden; het formuleren van een onderzoeksvraag en het kunnen schrijven van een onderzoeksverslag.
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Aan onderstaande ingangseis moet zijn voldaan: Beroepsproduct 1 of daaraan gelijkwaardig. 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Cursushandleiding beroepsproduct 2 2015-2016 (op cursussite beroepsproducten) Boek (verplicht) : Donk, C. van der & Lanen, B. van (2012). Praktijkonderzoek in de school. Bussum: Coutinho Boek (verplicht) : Poelmans, P. & Severijnen, O. (2013). De APA-richtlijnen. Over literatuurverwijzing en onderzoeksrapportage. Bussum: Coutinho. Diversen (verplicht) : Cursussite beroepsproducten: https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/fe/ia/beroepsproducten/default.aspx Diversen (verplicht) : Website www.samenopleiden.nl met informatie voor scholen, begeleiders en studenten 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 135 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 5 Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Beroepsproduct 3
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H3BERPDT3-12 Beroepsproduct 3 Professional Product 3 10 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
MPM van de Laarschot (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen:
Aanwezigheid Totale contacttijd In welke blokken wordt Frequentie verplicht? in minuten per blok de werkvorm aangeboden?
Werkvorm
Diverse werkvormen
niet verplicht
1 maal per
bij aanvangsblok 1: blok 1, blok 2 bij aanvangsblok 3: blok 3, blok 4
8100 minuten
Zelfstudie incl. toetsvoorbereiding: verwachte totaal te besteden tijd in uren 145 (bij alle aanvangsblokken)
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Verslag
Numeriek 1 decimalen
5,5
100
Aantal keren dat een toets wordt aangeboden in een collegejaar
2
In welke blokken wordt de toets aangeboden? bij aanvangsblok 1: . blok CONTINUE bij aanvangsblok 3: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte beschrijving: Tot de taak van een docent hoort het ontwikkelen van beroepsproducten voor de eigen schoolpraktijk. Een beroepsproduct is een middel voor de beroepspraktijk met een handleiding hoe daarmee verantwoord te handelen. Met Beroepsproduct 1, 2 en 3 leert de student vanuit een kritische, onderzoekende houding een betekenisvolle bijdrage te leveren aan praktijkverbetering. Het beroepsproduct is gebaseerd op onderzoek in theorie en praktijk, is tot stand gekomen via professioneel communiceren en handelen en wordt gedeeld en geëvalueerd in de school. De cursussen dragen hiermee in belangrijke mate bij aan het verwerven van competentie 8: het onderzoekend handelen in de beroepspraktijk. Aspecten daarvan zijn een onderzoekende houding, het gebruiken van onderzoeksresultaten en het uitvoeren van praktijkgericht onderzoek. Van beroepsproduct 1 naar 2 en vervolgens 3, is sprake van een opbouwend leerproces en toenemende reikwijdte van het product. Beroepsproduct 1 is vakgebonden en in de context van de eigen klas. Beroepsproduct 2 is generiek en in de context van vakgroep of team. Beroepsproduct 3 is vakgebonden en expliciet aansluitend bij ontwikkelingen in de school. In de cursus beroepsproduct 3 (BP3) maakt de student in opdracht van de school een passend en betekenisvol beroepsproduct en probeert dit uit en evalueert het product (dit in tegenstelling tot BP 1 en BP 2). De opdracht wordt verworven in opdracht van de vaksectie of coördinerende of leidinggevende professional in de school een duidelijke en relevante opdracht. De opdracht is gericht op een onderwerp met betrekking tot het eigen vak en een vraag of probleem dat speelt in meerdere klassen en dat past binnen schoolontwikkeling. De student ontwikkelt hiervoor een reeks lessen met een onderbouwing en handleiding voor de docenten van het betreffende leerjaar. Het is de bedoeling dat de lessenreeks ook wordt uitgetest. Het beroepsproduct is gebaseerd op een verkenning van de praktijk en van relevante literatuur en is voorzien van een handleiding (een beschrijving van hoe het middel gebruikt kan worden met een onderbouwing). Hiermee laat de student zien dat hij een onderzoekende houding heeft en op basis van onderzoek zijn keuzes kan expliciteren en kan ontwerpen. In de cursus BP3 wordt de student op hoofdlijnen begeleid op onderzoeken en ontwerpen.
2.2
Cursus inhoud
Learning outcomes Verkennend en evaluerend onderzoek De student: 1. 2.
3.
4. 5. 6. 7.
formuleert een onderzoeksvraag om de opdracht gericht te verkennen en beantwoordt de onderzoeksvraag; gebruikt gevarieerde bronnen (waaronder verslagen uit de kennisbank, handboeken, vaktijdschriften, en indien van toepassing een wetenschappelijk en/of Engelstalig artikel) ter inspiratie en onderbouwing van het beoogde beroepsproduct; verzamelt op objectieve wijze met passende methoden gegevens vanuit tenminste drie perspectieven, te weten leerlingen uit verschillende klassen, betrokken docenten en zo nodig andere scholen, eveneens ter inspiratie en onderbouwing van het beoogde beroepsproduct; vergelijkt en integreert de conclusie uit de verkenning in theorie en praktijk tot een eindconclusie. formuleert een onderzoeksvraag om het beroepsproduct te evalueren (tevredenheid gebruikers, ontwerpeisen, gewenste effect/werkbaarheid); verzamelt en analyseert op objectieve wijze, met passende methoden, gegevens om de onderzoeksvraag te beantwoorden; komt tot een logische beantwoording van de onderzoeksvraag die kritisch beschouwt wordt in een eindconclusie.
Ontwerpen, maken en uitvoeren De student: 1. 2.
formuleert ontwerpeisen voor het beoogde beroepsproduct, houdt rekening met de randvoorwaarden en kwaliteitseisen gesteld door de opdrachtgever; onderbouwt de ontwerpeisen vanuit de praktijkverkenning en de literatuurverkenning
3. 4. 5.
en bespreekt deze met de opdrachtgever; maakt het beroepsproduct en voorziet het van een handleiding met doel, werkwijze, verantwoording en bronvermelding; beschrijft hoe het product er in grote lijnen uitziet en op welke wijze en voor wie het gemaakt is; voert het beroepsproduct uit of laat het uitvoeren in de eigen praktijk.
Presenteren en rapporteren De student : 1. 2. 3. 4.
presenteert aan studiegenoten het beroepsproduct, de verantwoording van het beroepsproduct en de wijze van overdracht in de school; draagt het beroepsproduct met handleiding en met de resultaten van de evaluatie over aan betrokkenen in de school schrijft goed leesbare, verzorgde en samenhangende verslagen op minimaal 4F niveau; verwijst naar bronnen volgens APA normen.
Reflecteren De student: 1. 2. 3.
reflecteert op het belang dat het beroepsproduct heeft gehad voor de eigen beroepsmatige ontwikkeling. formuleert een visie op het belang van ondezoek en ontwerpen voor de schoolpraktijk formuleert voornemens voor onderzoek dat hij/zij in de toekomst zou willen opzetten.
Leeractiviteiten De student maakt een op onderzoek gebaseerd beroepsproduct om de praktijk te verbeteren, passend bij de ontwikkeling van het eigen professionele handelen en expliciet aansluitend bij ontwikkelingen in de school, in opdracht van de school en gerelateerd aan het vak. De student verwerft een opdracht van de vaksectie of coördinerende of leidinggevende professional op de school. De school geeft naast richting ook ruimte aan het onderzoek. De cursus beroepsproduct 3 heeft zeven tweewekelijkse bijeenkomsten gespreid over twee blokken. De bijeenkomsten zijn geordend volgens de werkfasen van het onderzoeks- en ontwikkelproces van het beroepsproduct. Dat zijn: oriëntatie op de opdracht, verkenning van de praktijk, verkenning van de literatuur, ontwerpeisen beroepsproduct, opzet evaluatie, realiseren, (laten) uitvoeren en evalueren van het beroepsproduct, rapporteren en presenteren. In de eerste periode krijgen de studenten tijdens de begeleide bijeenkomsten op de opleiding gerichte aanwijzingen voor het toepassen van methoden van onderzoek in hun project. Daarnaast wisselen zij in een leerteam feedback uit op de verschillende versies van de verkenning en het ontwerp. In de tweede periode maakt de student het beroepsproduct volgens de vastgestelde ontwerpeisen. De bijeenkomsten zijn in deze periode gericht op intervisie in leerteams, feedback en presentatie. Tenslotte reflecteert de student in een leerverslag op de punten beschreven bij de cursusdoelstellingen, onderdeel reflectie. Het tot stand komen van het product wordt gedocumenteerd in een verslag, dat wordt afgerond met beoordeling door de docent van Archimedes. Toetsen en beoordelingscriteria De student maakt een verslag dat bestaat uit een projectverslag en een leerverslag. Het projectverslag is geanonimiseerd en bevat:
Inleiding met beschrijving van de opdracht en het probleem in de context van de school, en de onderzoeksvraag. Op basis van de inleiding, opzet van het verkenningsonderzoek en het ondertekende formulier met de opdracht krijgt de student een GO/NO GO van de docent. Verkenning, dit onderdeel bevat de verkenning van de literatuur en van de praktijk (met in de bijlagen de meetinstrumenten en een overzichtelijke weergave van de ruwe data. Het ontwerp en het product: de ontwerpeisen voor het beoogde beroepsproduct en een beschrijving van het uiteindelijke product (met in de bijlage het beroepsproduct). Op basis van de ontwerpeisen voor het beoogde product , het verslag van de bespreking met de opdrachtgever en het ondertekende formulier met ontwerpeisen
krijgt de student een GO/NO GO van de docent. Na een GO ontwikkelt de student het product. De evaluatie: beschrijving van het evaluatieonderzoek en verslag van de overdracht op school. Bijlagen zijn onder andere de meetinstrumenten en een overzichtelijke weergave van de ruwe data. Het leerverslag bevat een reflectie op de geformuleerde cursusdoelen bij reflectie, en een urenverantwoording. De bijlagen zijn: de ondertekende formulieren en het beoordelingsadvies van de school.
De docent van Archimedes beoordeelt het verslag met een beoordelingsformulier, zie cursushandleiding. Daarnaast wordt het verslag beoordeeld door een tweede beoordelaar van Archimedes. Kennisbasis Competenties Deze cursus draagt in belangrijke mate bij aan het verwerven en laten zien van competentie 8: onderzoekend handelen in de onderwijspraktijk. Daarnaast wordt bij het werken aan beroepsproduct 3 een beroep gedaan op onderdelen uit alle SBL- bekwaamheidseisen voor leraren Voortgezet Onderwijs 1 t/m 7. Generieke kennisbasis Bij een beroepsproduct werkt de student in ieder geval aan domein 6 Professionele docenten van de generieke kennisbasis (praktijkonderzoek, ontwikkeling en innovatie). Bij de omschrijving van de opdracht en leerdoelen verwijst de student naar andere relevante onderdelen van de generieke kennisbasis. Voorkennis Bij beroepsproduct 3 wordt uitgegaan van de ervaring opgedaan bij beroepsproduct 1 en 2 en de onderzoeksvaardigheden die zijn aangeleerd en geoefend bij de beroepscursussen lesgeven in het VO/BO (1); ontwikkeling van de adolescent (2) en leren in de school (3). Hierbij ging het om de dataverzamelingsmethoden observeren, interviewen en enquêteren; informatievaardigheden; het formuleren van een onderzoeksvraag en het kunnen schrijven van een onderzoeksverslag.
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Voldaan aan eisen beroepsproduct 1 en 2 of daaraan gelijkwaardig. 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Cursushandleiding beroepsproduct 3 2014-2015. Diversen (verplicht) : Website www.samenopleiden.nl met informatie voor scholen, begeleiders en studenten Boek (verplicht) : Donk, C. van der & Lanen, B. van (2012). Praktijkonderzoek in de school. Bussum: Coutinho Boek (verplicht) : Poelmans, P. & Severijnen, O. (2013). De APA-richtlijnen. Over literatuurverwijzing en onderzoeksrapportage. Bussum: Coutinho. 2.5 Workload Bij alle aanvangsblokken: Contactduur (uren): 135 Toetsduur (uren): niet geregistreerd Zelfstudie (uren): 145 Totaal (uren) 280 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (10) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite
Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Assessment Startbekwaam
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H3ASSTART-12 Assessment Startbekwaam Assessment 4 5 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Portfolio
niet verplicht
Assessment
niet verplicht
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden?
1.12 Toetsen:
Toetsvorm Resultaatschaal
toets
Beperkte Alfa NA, NVD, VD
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
5,5
100
Aantal keren dat een toets wordt In welke blokken wordt aangeboden de toets aangeboden? in een collegejaar 2
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Doelstellingen/competenties: Tijdens het assessment wordt er aandacht besteed aan de competentieontwikkeling 1 t/m 7 op niveau startbekwaam. De assessoren geven na het assessment een integratieve beoordeling en een ontwikkelingsgericht advies met betrekking tot je professionele doorontwikkeling.
2.2
Cursus inhoud
Korte beschrijving: In het assessment Startbekwaam aan het eind van je opleiding toon je aan dat je voldoet aan de bekwaamheidseisen op niveau startbekwaam. Leerstof, werkvormen en activiteiten: Voorbereiding: Voor dit assessment stel je een (digitaal) presentatieportfolio samen, waarin je onderwijsvisie en je competentieontwikkeling beschrijft, ondersteund met voorbeelden, verantwoording en bewijsmateriaal. Het gehele portfolio (inclusief bijlagen) moet in maximaal 60 minuten te lezen zijn. Bij het samenstellen van je presentatieportfolio maak je een selectie uit al het materiaal dat je tijdens Studie en Werk in je ontwikkelingsportfolio hebt verzameld. Je SWB begeleidt je bij het samenstellen van je presentatieportfolio en zal het controleren op compleetheid. Hij maakt hierbij gebruik van de ‘verklaring SWB en student’, die te vinden is in de Handleiding Assessment Startbekwaam. Pas als het portfolio compleet is en je voldoet aan de toelatingseisen kun je deelnemen aan het assessment. Het assessment zelf: Het assessment startbekwaam duurt ruim 3,5 uur en vindt plaats op een ochtend, middag of avond. Het assessment wordt afgenomen door twee assessoren, waarvan er een werkzaam is als opleider op Instituut Archimedes en de ander als docent in het tweedegraads gebied. Beiden zijn het laatste jaar van je studie niet jouw begeleider geweest. Het assessment bestaat uit de volgende onderdelen:: · Portfolio, hierin heb je je competentieontwikkeling in kaart gebracht en ondersteund met bewijsmateriaal. · Presentatie, hierin laat je zien hoe jij als docent functioneert in (complexe) onderwijssituaties. · Criterium Gericht Interview, hierin bevragen de assessoren je verder over je competentieontwikkeling. · Beoordeling, de assessoren beoordelen je aan de hand van de bekwaamheidseisen op het niveau startbekwaam. Toetsen en beoordelingscriteria: Bij het assessment word je door twee assessoren beoordeeld aan de hand van de SBLbekwaamheidseisen op niveau Startbekwaam. De toetsmomenten vallen in de in het jaarrooster opgenomen assessmentweken, je hebt twee toetskansen in een studiejaar. Kijk voor de toetsmomenten op https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties op niveau Startbekwaam. In het niveau Startbekwaam zijn de Dublin Descriptoren verwerkt.. Kennisbasis: In het assessment worden de kennisbases niet expliciet getoetst. Het is echter onmogelijk om zonder deze kennis te voldoen aan de bekwaamheideisen op niveau Startbekwaam.deeld aan de hand van de SBL-bekwaamheidseisen op niveau Startbekwaam. Ingangseisen: Minimaal 235 punten van het examenprogramma (4-jarige bacheloropleiding) moeten zijn behaald (of vrijgesteld). Veronderstelde voorkennis: De student wordt bij Studie en Werk 4 begeleid in de voorbereiding op het assessment Startbekwaam. Kennis van het begrippenkader dat hierbij gebruikt wordt is noodzakelijk om aan het assessment deel te kunnen nemen. Opmerkingen:
Naast het opgeven in Osiris voor het assessment moet je je ook aanmelden op de site van Bureau Assessments: https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx Let goed op dat je je in Osiris inschrijft voor de juiste assessment-code: OAR-H3ASSTART-12 als je een vak studeert waarvoor je geen kennisbasistoets moet doen OAR-H3ASTARTK-13 als je een vak studeert waarvoor je wel een kennisbasistoets moet doen OAR2-H3ASSTAR-12 als je een assessment doet voor een tweede bevoegdheid, nadat je bij IA al eerder assessment hebt gedaan voor een eerste bevoegdheid én je nu een vak studeert waarvoor je geen kennisbasistoets moet doen. OAR2-H3ASTART-13 als je een assessment doet voor een tweede bevoegdheid, nadat je bij IA al eerder assessment hebt gedaan voor een eerste bevoegdheid én je nu een vak studeert waarvoor je wel een kennisbasistoets moet doen. Materiaal Handleiding Assessment Startbekwaam Te downloaden op https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx
2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1.
Het examen propedeuse moet zijn behaald. Minimaal 175 punten van het hoofdfase (4-jarige bacheloropleiding)-programma moeten zijn behaald. Veronderstelde voorkennis: De student wordt bij Studie en Werk 4 begeleid in de voorbereiding op het assessment Startbekwaam. Kennis van het begrippenkader dat hierbij gebruikt wordt is noodzakelijk om aan het assessment deel te kunnen nemen. 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Assessment Startbekwaam Te downloaden op https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx 2.5 Workload Contactduur (uren): Toetsduur (uren): 4 Zelfstudie (uren): Totaal (uren) 140 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (5) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Assessment startbekwaam NA kennistoets
Titel
Opleidingsvariant Deeltijd Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-H3ASTARTK-13 Assessment startbekwaam NA kennistoets Assessment 4 4 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Portfolio
niet verplicht
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden?
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Minimum cijfer
Weging (afgerond op hele procenten)
Assessment
Beperkte Alfa NA, NVD, VD
5,5
100
Aantal keren dat een toets wordt In welke blokken wordt aangeboden de toets aangeboden? in een collegejaar 2
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Doelstellingen/competenties: Tijdens het assessment wordt er aandacht besteed aan de competentieontwikkeling 1 t/m 7 op niveau startbekwaam. De assessoren geven na het assessment een integratieve beoordeling en een ontwikkelingsgericht advies met betrekking tot je professionele doorontwikkeling.
2.2
Cursus inhoud
Korte beschrijving: In het assessment Startbekwaam aan het eind van je opleiding toon je aan dat je voldoet aan de bekwaamheidseisen op niveau startbekwaam. Leerstof, werkvormen en activiteiten: Voorbereiding: Voor dit assessment stel je een (digitaal) presentatieportfolio samen, waarin je onderwijsvisie en je competentieontwikkeling beschrijft, ondersteund met voorbeelden, verantwoording en bewijsmateriaal. Het gehele portfolio (inclusief bijlagen) moet in maximaal 60 minuten te lezen zijn. Bij het samenstellen van je presentatieportfolio maak je een selectie uit al het materiaal dat je tijdens Studie en Werk in je ontwikkelingsportfolio hebt verzameld. Je SWB begeleidt je bij het samenstellen van je presentatieportfolio en zal het controleren op compleetheid. Hij maakt hierbij gebruik van de ‘verklaring SWB en student’, die te vinden is in de Handleiding Assessment Startbekwaam. Pas als het portfolio compleet is en je voldoet aan de toelatingseisen kun je deelnemen aan het assessment. Het assessment zelf: Het assessment startbekwaam duurt ruim 3,5 uur en vindt plaats op een ochtend, middag of avond. Het assessment wordt afgenomen door twee assessoren, waarvan er een werkzaam is als opleider op Instituut Archimedes en de ander als docent in het tweedegraads gebied. Beiden zijn het laatste jaar van je studie niet jouw begeleider geweest. Het assessment bestaat uit de volgende onderdelen:: · Portfolio, hierin heb je je competentieontwikkeling in kaart gebracht en ondersteund met bewijsmateriaal. · Presentatie, hierin laat je zien hoe jij als docent functioneert in (complexe) onderwijssituaties. · Criterium Gericht Interview, hierin bevragen de assessoren je verder over je competentieontwikkeling. · Beoordeling, de assessoren beoordelen je aan de hand van de bekwaamheidseisen op het niveau startbekwaam. Toetsen en beoordelingscriteria: Bij het assessment word je door twee assessoren beoordeeld aan de hand van de SBLbekwaamheidseisen op niveau Startbekwaam. De toetsmomenten vallen in de in het jaarrooster opgenomen assessmentweken, je hebt twee toetskansen in een studiejaar. Kijk voor de toetsmomenten op https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx Legitimering: SBL-bekwaamheidseisen, alle competenties op niveau Startbekwaam. In het niveau Startbekwaam zijn de Dublin Descriptoren verwerkt.. Kennisbasis: In het assessment worden de kennisbases niet expliciet getoetst. Het is echter onmogelijk om zonder deze kennis te voldoen aan de bekwaamheideisen op niveau Startbekwaam.deeld aan de hand van de SBL-bekwaamheidseisen op niveau Startbekwaam. Ingangseisen: Minimaal 235 punten van het examenprogramma (4-jarige bacheloropleiding) moeten zijn behaald (of vrijgesteld). Veronderstelde voorkennis: De student wordt bij Studie en Werk 4 begeleid in de voorbereiding op het assessment Startbekwaam. Kennis van het begrippenkader dat hierbij gebruikt wordt is noodzakelijk om aan het assessment deel te kunnen nemen. Opmerkingen:
Naast het opgeven in Osiris voor het assessment moet je je ook aanmelden op de site van Bureau Assessments: https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx Let goed op dat je je in Osiris inschrijft voor de juiste assessment-code: OAR-H3ASSTART-12 als je een vak studeert waarvoor je geen kennisbasistoets moet doen OAR-H3ASTARTK-13 als je een vak studeert waarvoor je wel een kennisbasistoets moet doen OAR2-H3ASSTAR-12 als je een assessment doet voor een tweede bevoegdheid, nadat je bij IA al eerder assessment hebt gedaan voor een eerste bevoegdheid én je nu een vak studeert waarvoor je geen kennisbasistoets moet doen. OAR2-H3ASTART-13 als je een assessment doet voor een tweede bevoegdheid, nadat je bij IA al eerder assessment hebt gedaan voor een eerste bevoegdheid én je nu een vak studeert waarvoor je wel een kennisbasistoets moet doen. Materiaal Handleiding Assessment Startbekwaam Te downloaden op https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx
2.3 Ingangseisen De volgende (groep) cursussen moet(en) voldoende zijn afgerond: 1.
Minimaal 175 punten van het hoofdfase (4-jarige bacheloropleiding)-programma moeten zijn behaald. Veronderstelde voorkennis: De student wordt bij Studie en Werk 4 begeleid in de voorbereiding op het assessment Startbekwaam. Kennis van het begrippenkader dat hierbij gebruikt wordt is noodzakelijk om aan het assessment deel te kunnen nemen. 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (verplicht) : Handleiding Assessment Startbekwaam te downloaden op https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx 2.5 Workload Contactduur (uren): Toetsduur (uren): 4 Zelfstudie (uren): Totaal (uren) 112 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (4) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite Geen cursus-site in Osiris geregistreerd
Titel
Assessment kennistoets
Opleidingsvariant
Deeltijd
Collegejaar
2015-2016
1 Organisatorische gegevens 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Cursuscode Cursusnaam Cursusnaam in Engels Aantal EC's Studiefase/niveau
OAR-HASKENNIS-13 Assessment kennistoets Knowledge base test 1 European Credits B (bachelor hoofdfase) Werkvormen zijn er in Voltijd, Deeltijd Toetsen zijn er in Voltijd, Deeltijd
1.6 Opleiding (varianten) Cursus toegankelijk voor 1.7 studenten van andere faculteiten? 1.8 Excellentiemogelijkheden?
Nee
HS Wielenga (tel. 7705) (
[email protected]) Nederlands
1.9 Contactpersoon 1.10 Voertaal 1.11 Werkvormen: Werkvorm
Aanwezigheid verplicht?
Anders
niet verplicht
Frequentie
Totale contacttijd in minuten per blok
In welke blokken wordt de werkvorm aangeboden?
1.12 Toetsen:
Toetsvorm
Resultaatschaal
Landelijke kennistoets
Beperkte Alfa NA, NVD, VD
Weging Minimum (afgerond cijfer op hele procenten)
5,5
100
Aantal keren dat een toets wordt In welke blokken wordt aangeboden de toets aangeboden? in een collegejaar 2
bij aanvangsblok CONTINUE: . blok CONTINUE
2 Inhoudelijke gegevens 2.1
Cursus doel
Korte beschrijving:
2.2
Cursus inhoud
Leerstof, werkvormen en activiteiten: Kennistoets: Voor de landelijke kennistoets is geen strikte voorbereiding noodzakelijk. De kennisdomeinen die in deze toets aan de orde komen zijn ook allemaal cursorisch in de opleiding getoetst. Het verdiend wel aanbeveling om je van te voren goed te oriënteren op de te toetsen domeinen (middels de toetsgids) en om de oefentoets te maken. De oefentoets is wat betreft omvang en niveau gelijkwaardig aan de landelijke kennistoets Toetsen en beoordelingscriteria: Kennisbasistoets. De landelijke kennistoets wordt een aantal keer per jaar aangeboden op vastgestelde momenten . Omdat de toets op alle lerarenopleidingen in Nederland gelijktijdig wordt gemaakt wordt er bij de roostering van de toets geen rekening gehouden met vaste lesdagen of lestijden. De coördinator van je opleiding kan aangeven wanneer de landelijke kennistoets wordt aangeboden. Per studiejaar mag je gebruik maken van 2 toetsgelegenheden. In de kennisbasistoets wordt getoetst of de student de kennisbasis van het vak voldoende beheerst. Deze kennisbasis is te vinden op http://www.10voordeleraar.nl/publicaties Legitimering: Zie toetsgids landelijke kennistoets: http://www.10voordeleraar.nl/publicaties Kennisbasis: Het vakinhoudelijk deel van de kennisbasis wordt in de landelijke kennistoets getoetst. Ingangseisen: Propedeuse hebben behaald én 60 punten van een geoormerkte lijst van modules VAK die voorbereidend zijn. Opmerkingen: Let goed op dat je je in Osiris inschrijft voor de juiste kennistoets-code: OAR-HASKENNIS-13 als je een vak studeert waarvoor je een kennistoets moet doen OAR2-HASKEN-13 als je studeert voor een tweede bevoegdheid in een vak waarvoor je een kennistoets moet doen én je bij IA al eerder een kennistoets hebt gedaan voor een ander vak (nl. van je eerste bevoegdheid).
2.3
Ingangseisen
Veronderstelde voorkennis: Om deel te kunnen nemen aan de kennistoets moet 70% van het vakinhoudelijk deel van het curriculum zijn afgerond. Voor precisering van het vakinhoudelijk deel van het curriculum kun je contact opnemen met de coördinator van je opleiding. 2.4 Kosten en studiematerialen Geen kosten in Osiris geregistreerd Materiaal: Diversen (aanbevolen) : Toetsgids landelijke kennistoets: http://www.10voordeleraar.nl/publicaties 2.5 Workload Contactduur (uren): Toetsduur (uren): 2 Zelfstudie (uren): Totaal (uren) 28 Het totaal aantal uren is berekend als het aantal EC's (1) maal 28 uur. Het aantal te besteden uren zelfstudie is gelijk aan dit totaal aantal minus de contacten toetsduren. 2.6 Opmerkingen
Geen opmerking in Osiris geregistreerd 2.7 URL cursussite https://onderwijsteams.sharepoint.hu.nl/FE/IA/FEAssessment/default.aspx