Commissie Agendanr. Doc.nr
: ABZ : : 200403845
Afdeling:
: Milieu en Handhaving
COMMISSIEVOORSTEL Onderwerp 1.
: Resultaten van de projectgroep handhaving en voorbereiding op het handhavingsbeleid en uitvoeringsprogramma
Inleiding
1.1 Korte schets historie In 2002 heeft een presentatie in de raad plaatsgevonden over professionalisering van de handhaving in de gemeente Heusden. Op 1 april 2003 is het zogenaamde startdocument (hierin staat het project professionalisering van de handhaving beschreven) vastgesteld. De raad heeft intussen € 157.000,- structureel (extra ten opzichte van 2002) voor handhaving beschikbaar gesteld. Op 6 mei 2003 is de projectgroep handhaving gevormd. Deze projectgroep is, naast de uitvoering van de reguliere handhavingstaken, aan de slag gegaan met de professionalisering van de handhaving volgens het startdocument. 1.2 Essentie commissievoorstel Nu staan we voor de uitdaging om het eerste integrale handhavingsbeleidsplan in Heusden te gaan maken. Het maken van een handhavingsbeleidsplan is verplicht. Deze verplichting vloeit voort uit de kwaliteitscriteria van VROM. Dit doen we volgens de systematiek van programmatisch handhaven. Voordat we hiermee aan de slag gaan willen wij u een aantal zaken voorleggen. Wij vragen u een aantal keuzes te gaan maken op beleidsniveau. Er wordt nog niet gesproken over inzet van middelen (dit volgt later in het jaar). Een belangrijk item daarbij is de prioriteitstelling die wij op het gebied van handhavingsthema’s hebben voorbereid (hierover in dit voorstel meer). Uw standpunt is een belangrijke input voor het handhavingsbeleid en het daaraan gekoppelde uitvoeringsprogramma. Daarnaast willen wij u de resultaten laten zien die de projectgroep in 2003 bereikt heeft. In uw commissievergadering zal over dit voorstel ook een presentatie worden gegeven. 2.
Resultaten tot nu toe
Het budget dat de raad tot nu toe structureel beschikbaar heeft gesteld is als volgt besteed. Per 6 mei 2003 is een projectleider handhaving aangesteld. Een deel van het budget is geïnvesteerd in de intensivering van de handhaving van a.p.v. taken. Daarnaast is een deel van het budget gebruikt voor financiering van het project woonwagenzaken en milieuhandhaving bij het bedrijf Sanders. Inmiddels zijn ook twee juristen aangenomen. De projectgroep heeft in 2003 de volgende resultaten geboekt (afgezet tegen de resultaten in de jaren ervoor).
1/10
2001
2002
2003
120 100 80 60 40 20 0
milieu
klacht
Wat Milieucontroles Bouwcontroles Klachten Processenverbaal: (A.P.V. en klachten). Achterstandlijst ROzaken Zeecontainers
pv
R.O.
containers
bouw (x10)
2001 55 750 25 15
2002 35 750 40 15
2003 89 1150 60 65
0
0
48
0
0
24
De lijst met achterstand op het gebied van ruimtelijke ordening bedroeg ruim 200 zaken. Deze lijst is geactualiseerd. Zoals uit het overzicht blijkt zijn er intussen 48 zaken afgehandeld. De actualisatie van de lijst heeft erin geresulteerd dat 41 handhavingsgevallen op het gebied van erfafscheidingen, tuinhuisjes en dakkapellen op een aparte lijst zijn geplaatst. In de beleving van de projectgroep hebben deze gevallen niet direct prioriteit. Later in dit voorstel wordt nog teruggekomen op de wijze waarop met de achterstand wordt omgegaan. Er is nu nog een achterstandlijst met 111 handhavingszaken (ruimtelijke ordening). Het project zeecontainers heeft moment 50 containers in beeld: hiervan zijn er 24 gevallen (20 verwijderd) in 2003 afgehandeld. De overige gevallen zitten nu in juridische procedures die naar verwachting binnen een jaar worden afgerond. De hoeveelheid processen-verbaal op het gebied van A.P.V. is enorm toegenomen. Daarnaast zijn er aanzienlijk meer milieucontroles zijn uitgevoerd. Overigens zijn wij van 2/10
mening dat de hoeveelheid controles niet alles zegt, de kwaliteit is hier niet aan af te lezen. In het traject van professionalisering zullen met name kwaliteitsgerichte outputcriteria worden ontwikkeld. Naast de reguliere handhavingstaken is de projectgroep achter de schermen ook aan de slag gegaan met de professionalisering van de handhaving. Per 1-1-2005 dient voldaan te worden aan de kwaliteitscriteria van het ministerie van VROM (een landelijke verplichting). Dit heeft eind 2003 geresulteerd in een door de provincie goedgekeurd verbeterplan (de provincie heeft in dit landelijke traject een regisseursrol) en in een handhavingsstrategie voor zowel bouwregelgeving/ruimtelijke ordening, milieu, apv, etc. Alle wetgeving wordt dus vanaf nu op eenzelfde manier, volgens eenzelfde strategie, gehandhaafd. Het verbeterplan is niet uniek, iedere gemeente in Nederland heeft dit plan gemaakt en ter goedkeuring aan de provincie voorgelegd. De provincie heeft richting Heusden waardering uitgesproken over wijze waarop de handhaving georganiseerd is en integraal wordt opgepakt.
Actie 1: kennis nemen van de resultaten. 3.
Risico-analyse ter voorbereiding op handhavingsbeleid
3.1 Wat is een risico-analyse? De basis voor een adequaat handhavingsproces wordt gevormd door het uitvoeren van een risicio-analyse. Een risico-analyse is een analyse van de problemen, de effecten van nietnaleving van wet- en regelgeving en de kansen op niet-naleving. Deze analyse wordt uitgevoerd teneinde sturing te kunnen geven aan de handhavingsinspanningen die worden geconcretiseerd in handhavingsthema’s die meer danwel minder aandacht krijgen en een handhavingsuitvoeringsprogramma. NB In een ander verband wordt ook de term risico-analyse gebruikt. De provincie Noord-Brabant is twee jaar geleden gestart met het initiatief om te komen tot een Risico Informatiesysteem (RIS). Doel van het Ris is gegevens over risico’s in een bepaald geografisch gebied op overzichtelijke, efficiënte en betrouwbare wijze in beeld te brengen. In Heusden is gestart met de inventarisatie hiervoor dat heeft geresulteerd in een eerste lijst met mogelijk risicovolle bedrijven. De hieruit geselecteerde bedrijven zijn aangeleverd aan de provincie ter invoering in het RIS. De risico-analyse waar in dit voorstel over gesproken wordt staat los van het RIS. Overigens ziet u straks in de prioriteitstelling dat toezicht op risicovolle bedrijven hoog scoort.
3.2 Noodzaak tot opstellen handhavingsbeleid Handhaving in Heusden had voorheen vooral een reactief karakter. Er werd meestal gehandhaafd naar aanleiding van klachten of verzoeken om handhaving. Soms omdat de inspectie daarom vroeg. Er lag geen visie of beleid aan ten grondslag. De keuze wat werd gehandhaafd werd op de werkvloer gemaakt. Los gezien van de vraag of we alle overtredingen kunnen voorkomen, verplicht de schaarse capaciteit in combinatie met de grootte van de handhavingstaakstelling, ons om keuzes te maken. De verleiding om bij schaarse capaciteit alleen op inkomende verzoeken tot handhaving af te gaan is groot. Het is de vraag of op deze wijze met de beschikbare capaciteit tot een werkelijke risico-inperking kan worden gekomen en/of dit tot een tevreden
3/10
klant kan leiden. Vandaar de noodzaak om over te gaan tot programmatische handhaving. Dit wil zeggen een structurele en integrale aanpak van de handhaving. Daarbij zijn prioriteiten gesteld en de handhavingsactiviteiten op elkaar afgesteld. Bij een programmatische aanpak worden beleid en de uitvoering daarvan opgevolgd door evaluatie en bijsturing. Dit wordt ook verplicht vanuit de kwaliteitscriteria van VROM. Voor het eerst wordt in Heusden een integraal handhavingsbeleidsplan en daaraan gekoppeld een uitvoeringsprogramma gemaakt. Om dit te bereiken worden de volgende stappen de komende maanden doorlopen. 1. Een risico-analyse wordt losgelaten op geformuleerde handhavingsthema’s. 2. Aan de hand van de risico-analyse worden de handhavingsthema’s in mate van belangrijkheid gerangschikt (thema’s die vanwege de gepaardgaande risico meer of minder noodzaak tot aanpak in zich dragen). 3. Op basis van de eerst twee stappen wordt het handhavingsbeleid (strategisch) geformuleerd. (De cyclus om tot strategisch handhavingsbeleid te komen wordt 4jaarlijks doorlopen: iedere vier jaar wordt dus een handhavingsbeleidsplan geformuleerd)). 4. Op basis hiervan wordt jaarlijks een uitvoeringsprogramma gemaakt (gedetailleerd komen de taken, projecten, doelstellingen en de ingezette capaciteit aan de orde). Uiteraard wordt het uitvoeringsprogramma gevolgd door uitvoering, monitoring en terugkoppeling. (De cyclus om tot een uitvoeringsprogramma te komen wordt jaarlijks doorlopen). Uw inbreng wordt nu vooral verwacht in stap 2. 3.3 Risico-analyse Verschillende handhavingstaken die de gemeente kent zijn vervat in zogenaamde handhavingsthema’s. Thema’s kunnen een veelheid aan taken bevatten. Een overzicht van de clustering van taken binnen de handhavingsthema’s is als bijlage 1 bijgevoegd. De clustering van taken komt tot uitdrukking op taakniveau dan wel probleemniveau. De clustering van taken is onder andere belangrijk om u in staat te stellen op beleidsniveau keuzes te maken. Op de handhavingsthema’s is een risico-analyse losgelaten. Met behulp van deze risicoanalyse wordt aan de handhavingsthema’s een bepaalde mate van belangrijkheid toegekend. De handhavingsthema’s met de grootste risico’s dienen met een grotere noodzaak te worden aangepakt dan de thema’s met een laag risico. De methode van risicoanalyse is afkomstig van het ministerie van justitie en wordt door vele gemeenten op dit moment gebruikt als een instrument om tot prioriteitstelling te komen. Het instrument helpt bij het objectiveren van de te maken keuze. Ter informatie is voor u in bijlage 2 de werking van de risico-analyse weergegeven. De beschreven risico-analyse is als basis gebruik voor de verdere uitwerking van de volgorde van de handhavingsthema’s. Deze basis is verder uitgewerkt met de volgende aanvullende randvoorwaarden: • Veiligheid is erg belangrijk en dient in risico-analyse een herkenbare plaats te krijgen. • Er dient rekening te worden gehouden met het klanttevredenheidonderzoek. Hierin is door onze klanten aangegeven dat honden en afval als een belangrijk item worden gezien.
4/10
• •
Er dient rekening te worden gehouden met zogenaamde kleine ergernissen zoals honden, afval, hangjongeren en grafitti. Excessen moeten worden aangepakt.
3.4 Uitkomst risico-analyse De risico-analyse is uitgevoerd met behulp van de achtergrondinformatie die in bijlage 3 staat weergegeven. Hierin komen onder andere ook de in het verleden reeds gemaakt beleidskeuzes aan de orde. Uiteraard blijft het lastig om verschillende thema’s en verschillende risico’s met elkaar te vergelijken. De uitkomst van de risico-analyse met in achtneming van veiligheid, het klanttevredenheidsonderzoek, kleine ergernissen en excessen, treft u hieronder aan. De thema’s zijn gegroepeerd in drie categorieën. De taken die bij de genoemde thema’s behoren zijn nagenoeg allemaal wettelijke handhavingstaken. U bepaalt nu op beleidsmatig niveau welke thema’s belangrijk of minder belangrijk zijn. In een later stadium zal dit nader worden uitgewerkt. Bij deze uitwerking zal blijken dat we niet in staat zijn alle wettelijke verplichte taken uit te voeren. De nu te maken keuzes biedt ons wel aangrijpingspunten om een beleidsplan te formuleren die recht doet aan de risico’s die verbonden zijn aan de thema’s en waarin dit door werkt in de handhavingsinspanning die daar tegenover staat. 1.
Grote noodzaak
Thema Brandveiligheid horeca en openbare gebouwen (grote bezoekersaantallen) Milieuvergunningen risicovolle bedrijven Bouwvergunningen Woonwagenzaken Buitengebied Strijdigheid bestemmingsplannen Afval (zwerfafval en dumpingen) Honden (hondenpoep, loslopende honden) Grote evenementen Openbare orde algemeen (Hangjongeren, vandalisme, grafitti en drugs) Excessen op alle fronten (veiligheid en prettige leefomgeving ernstig in het geding)
2.
Gemiddelde noodzaak
Thema Illegale bouw en vergunningsvrije bouwwerken Milieuvergunningen algemeen Loonse en Drunense Duinen Heusden Vesting Illegaal grondgebruik Brandveiligheid algemeen Bouwstoffenbesluit (toezicht op hergebruik van bouwstoffen en grond) Horeca (drank- en horecavergunning/kansspelen/ indirecte overlast)
3.
Geringe noodzaak
Thema Bedrijven zonder milieuvergunning Toezicht en handhaving bestaande bouw Toezicht op sloop (asbest, mobiele puinbrekers Kleine evenementen (braderie, markt, kermissen) Natuur en openbaar groen (kappen bomen, instandhouden natuur en sloten) APV-vergunningen (markt, standplaats,reclame, winkeluitstallingen etc. Toezicht milieumeldingen (kleine bedrijven) Verkeer en parkeren Toerisme en recreatie (Giersbergen)
5/10
Wij willen u vragen met de hiervoor weergegeven categorisering van de handhavingsthema’s in te stemmen. Het gaat hier om het bepalen van de strategie en niet om de invulling van de taken die bij de thema’s behoren. Uw inbreng is input voor het te formuleren handhavingsbeleid en uitvoeringsprogramma. Dit beleid wordt u later in het proces voorgelegd. Actie 2: Instemmen met voorgestelde categorisering van handhavingsthema’s. Gemaakte opmerkingen of wijzigingen worden in de uitwerking meegenomen.
4. Hoe gaan we met de gestelde categorisering om Zoals al aan de orde is gekomen verplicht de schaarse capaciteit in combinatie met de grootte van de handhavingstaak, het bestuur om keuzes te maken. Kijken we alleen naar de wettelijke taken die een gemeente op handhavingsgebied dient uit te voeren dan blijkt daarvoor bij de gemeente Heusden te weinig capaciteit aanwezig te zijn. De vraag waar we vervolgens voor komen te staan is: “Hoe gaan we met de gestelde categorisering om? Duidelijk is dat er drastische keuzes gemaakt moeten worden. In het maken van deze keuzes gelden de volgende beperkingen: • De huidige mensen en hun takenpakket/kennisniveau. Het is niet mogelijk om alle medewerkers uit het handhavingsteam bijvoorbeeld alleen op milieutoezicht in te zetten. Echter binnen het takenpakket van de medewerkers zijn mogelijkheden om accenten aan te brengen. • De aanwezige juridische capaciteit is bepalend voor de op te pakken handhavingszaken. De toezichthouders (onze ogen buiten) kunnen naar verhouding veel meer werk binnen brengen dan door de juristen kan worden opgepakt en afgewerkt. Er is nog geen balans tussen het aantal toezichthouders en juristen. Er zal ook duidelijk naar andere mogelijkheden gekeken moeten worden om handhavingsdoelen te bereiken. • Er is – in het kader van de ombuigingen - nog geen besluit over het budget dat vanaf 2005 voor handhaving in de begroting is opgenomen. Dit kan een belemmering vormen bij de uitwerking van de thema’s waarvoor op dit moment geen capaciteit is maar waaraan naar verwachting wel veel aandacht aan zou moeten worden besteed (denk aan handhaving van brandveiligheid). Hieronder volgen drie manieren hoe bij de uitwerking met de categorisering rekening kan worden gehouden. Steeds is een voorbeeld ter illustratie toegevoegd. 1. Gericht op naleefgedrag Voor de thema’s die met grote noodzaak moeten worden opgepakt worden forsere doelstellingen op het gebied van naleving nagestreefd. Een voorbeeld: Brandveiligheid horeca; streven naar 100% naleefgedrag. Kleine evenementen: streven naar 10% naleefgedrag. 2. Gericht op inzet middelen De capaciteit wordt vooral ingezet op de thema’s die met grote noodzaak moeten worden opgepakt. Een voorbeeld: Thema’s in categorie 1 (intensief oppakken) : 60% inzet van middelen Thema’s in categorie 2 (gemiddeld intensief oppakken): 30% inzet van middelen Thema’s in categorie 3 (gering oppakken) : 10 % inzet van middelen 6/10
3. Gericht op problemen Thema’s die met grote noodzaak moeten worden opgepakt worden zoveel mogelijk uitgedrukt in probleemgerichte doelstellingen (kwaliteit), de overige thema’s worden in basale taken en bijbehorende kwantiteit uitgedrukt. Een voorbeeld: Een thema categorie 1 wordt als volgt uitgedrukt: ”Het buitengebied is vrij van illegale bouwwerken en vrijkomende agrarische bebouwing wordt correct gebruikt”. Een thema categorie 3 wordt als volgt uitgedrukt: ”Er worden 50 bouwcontroles in Heusden Vesting uitgevoerd”. Onze voorkeur gaat uit naar optie 3 omdat die het meeste recht doet aan de bereikte kwaliteit. Met andere woorden, het probleem wordt zodanig gedefinieerd dan achteraf de vraag “Is het probleem opgelost?” makkelijk kan worden beantwoord. Het te bereiken resultaat voor de 1e categorie thema’s (grote noodzaak) wordt zoveel mogelijk kwalitatief beschreven. Er is nog weinig ervaring met het formuleren van kwaliteitsgerichte outputcriteria. Landelijk is inmiddels een werkgroep in het leven geroepen om kwaliteitsgerichte output-criteria te ontwikkelen. Van de produkten van deze werkgroep kunnen we gebruik van maken. Optie 1 en 2 hebben om de navolgende redenen niet onze voorkeur. Optie 1 (gericht op naleefgedrag) is lastig uit te werken omdat er nog geen nul-situatie is vastgelegd. Daarnaast zegt het naleefgedrag niet altijd iets over het daadwerkelijk oplossen van een probleem. Optie 2 (gericht op inzet van middelen) zegt in het geheel niets over de bereikte resultaten. Een probleem kan met inzet van weinig middelen toch opgelost worden.
Actie 3: In te stemmen met de onder optie 3 geschetste wijze om met de categorisering van handhavingsthema’s om te gaan.
5. Overige uitgangspunten en randvoorwaarden In het startdocument heeft de raad al een visie op integrale handhaving bekrachtigd. Deze visie is als bijlage 4 bijgevoegd en zal zijn vertaling krijgen in te formuleren handhavingsbeleid. In aanvulling hierop stellen wij voor de volgende uitgangspunten te hanteren bij het uitwerken van een handhavingsbeleid en uitvoeringsprogramma: • Handhaving dient op een klantgerichte manier te worden uitgevoerd. In termen van duidelijkheid, zo min mogelijk willekeur, afspraak is afspraak, handhaven met reden en integraal. • Verschillende onderdelen zoals stimuleren, communiceren, toezicht houden etc. worden in samenhang ingezet. Uiteindelijk rest dan repressief handhaven. • Bij een samenhangende handhavingszaak wordt één accountmanager aangewezen. • Categorisering van de handhavingsthema’s en de daaruit voortvloeiende programma’s worden actief gevolgd. Dit betekent dat op basis van de gemaakte programmatische keuze/beleid klachten en verzoeken om handhaving kunnen worden afgewezen. Regionaal wordt al onderzocht in hoeverre dit haalbaar is. Het bestuur krijgt hierdoor een krachtige sturing (minder geleid door externe incidentele factoren). • Excessen zullen ongeacht de categorisering worden opgepakt. • Als besloten is om een handhavingstraject in te zetten, worden alle noodzakelijke stappen doorlopen om het traject tot een einde te brengen.
7/10
•
•
Samenwerking met andere handhavingspartners zoeken, uitbouwen en op een kwalitatief hoger niveau brengen. Een en ander in lijn met het Wetsvoorstel handhavingsstructuur (deze wet wordt naar verwachting eind 2004 van kracht en schrijft een bepaalde mate van samenwerking voor). Terughoudend omgaan met landelijke en regionale prioriteiten en deze afzetten tegen onze lokale risico-analyse en daaruit voortvloeiende prioriteitenstelling.
Uiteraard stellen wij u in de gelegenheid om aanvullende randvoorwaarden/uitgangspunten te formuleren voor het handhavingsbeleid. Actie 4: Instemmen met de geformuleerde uitgangspunten en indien wenselijk aanvullende randvoorwaarden/uitgangspunten te formuleren.
6. Opgelopen achterstanden Zoals uit bijlage 3 blijkt hebben we op diverse gebieden behoorlijke achterstanden (zichtbare en onzichtbare) opgelopen. Deze zijn echter niet altijd hard zichtbaar in concrete handhavingszaken. Op het gebied van ruimtelijke ordening en bouwtoezicht is een lijst met concrete constateringen, verzoeken om handhaving en klachten die nog afgehandeld moeten worden. Zoals eerder in dit voorstel aan de orde is gekomen zijn 41 handhavingsgevallen op het gebied van erfafscheidingen, tuinhuisjes en dakkapellen op een aparte lijst zijn geplaatst. In de beleving van de projectgroep hebben deze gevallen niet direct prioriteit. Met deze achterstanden kunnen we op de volgende manieren opgaan: 1
Een inhaalprogramma formuleren. Voor dit programma zal vermoedelijke vele jaren nodig zijn op deze uit te voeren. Lastige bijkomstigheid is dat niet alle achterstand zichtbaar is.
2
De achterstanden laten voor wat het is. Dit betekent in principe starten met een schone lei. Dit hoeft geen generaal pardon te betekenen. De zaken die bekend zijn worden zoveel mogelijk in enig project in de toekomst meegenomen.
3
Alleen de zichtbare achterstand in de vorm van een nog af te handelen klacht of handhavingsverzoek (voornamelijk de lijst met ruimtelijke ordening-zaken) worden in een inhaalprogramma vervat . De lijst met erfafscheidingen, tuinhuisjes en dakkapellen wordt daarbij buiten beschouwing gelaten, deze gevallen worden niet meer opgepakt. De overige achterstanden laten voor wat het is en zoveel mogelijk in enig project in de toekomst een plaats geven.
Onze voorkeur gaat uit naar optie 3. De onzichtbare achterstand komt tot uitdrukking in de prioriteitstelling en krijgt een plaats in de te formuleren toekomstige projecten. Wij vinden dat we concrete zaken niet naast ons neer kunnen leggen. Deze lijst met concrete zaken dient afgewerkt te worden in een zodanig tempo dat dit het behandelen van nieuwe handhavingszaken (vooral gestuurd door de nieuwe prioriteitstelling) niet frustreert. Een uitzondering willen we maken voor de lijst met erfafscheidingen, tuinhuisjes en dakkapellen. Een deel van de objecten is inmiddels vergunningsvrij geworden. Daarnaast vinden wij de problematiek zodanig gering dat wij actief oppakken niet noodzakelijk vinden. Gezegd moet worden dat veel zaken al drie of vier jaar op de lijst staan. Geconstateerd is dat in die drie of vier jaar geen rappel of nieuwe klacht is binnengekomen. Optie 1 en 2 hebben om de navolgende redenen niet onze voorkeur. Optie 1 zal uitmonden in een jarenlange inhaalslag. Wij willen nu vooruitkijken en recht doen aan de prioriteitstelling en niet verstrikt raken in het afhandelen van onzichtbare 8/10
achterstanden. Optie 2 doet geen recht aan de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, met name de klachten en handhavingsverzoeken dienen afgewerkt te worden. Uw standpunt wordt meegenomen in het uitvoeringsprogramma; afhankelijk daarvan wordt bezien of er een apart voorstel moet worden voorbereid. Actie 5: In te stemmen met de onder optie 3 geschetste wijze om met de opgelopen achterstanden om te gaan.
7. Wijze van terugkoppeling Wij zoeken naar een vorm van terugkoppeling van de behaalde resultaten. Uiteraard voorziet de cyclus van programmatisch handhaven jaarlijks in een evaluatie van het handhavingsprogramma. Wij willen tevens voorzien in de behoefte aan terugkoppeling die er bij u heerst. Wij stellen voor om na vaststelling van het handhavingsbeleidsplan en uitvoeringsprogramma ieder jaar zowel kwalitatief als kwantitatief verslag uit te brengen over de behaalde resultaten, uiteraard gekoppeld aan de doelstellingen die in het plan en programma worden geformuleerd en gekoppeld aan de budget- en beleidscyclus.
Actie 6: In te stemmen met een jaarlijkse terugkoppeling middels een verslag naar de commissie/raad over de resultaten van de handhavingsinspanningen.
8. Te volgen traject De wijze waarop het handhavingsbeleid en daaraan gekoppeld jaarlijks een uitvoeringsprogramma tot stand komt is al kort verwoord. Uw besluit op basis van dit voorstel geeft richting aan het handhavingsbeleid en wordt dus als input hiervoor gebruikt. Het volgende traject is uitgestippeld. 14-06-2004 16-09-2004 05-10-2004 07-12-2004
Richtinggevend voorstel in commissie met als resultaat input voor een handhavingsbeleid. Handhavingsbeleidplan behandelen in commissie. Vaststellen van het handhavingsbeleidsplan in de raad. Vaststellen uitvoeringsprogramma 2005 in het college.
Het is duidelijk dat voor het jaar 2004 geen uitvoeringsprogramma in dit traject is opgenomen. Ambtelijk is hiervoor een apart voorstel op hoofdlijnen in voorbereiding welke ter vaststelling aan ons wordt voorgelegd. Hierin wordt zoveel mogelijk met de in dit voorstel genoemde prioriteiten rekening gehouden. Actie 7: instemmen met de procedure en het tijdpad om te komen tot een integraal handhavingsbeleidplan en uitvoeringsprogramma waarbij afgeweken wordt van de huidige beleidsplanning.
9/10
9. Periode voor beleid Het is gebruikelijk om voor het te formuleren handhavingsbeleid een werkingsperiode van 4 jaar aan te houden. Gelet op de verkiezingen in 2006 stellen wij voor om een periode van 2004 – 2007 aan te houden. Eind 2006/begin 2007 kan een nieuwe discussie over de hoofdlijnen in handhaving plaatsvinden. Actie 8: In te stemmen met de periode voor het handhavingsbeleid van 2004 - 2007
10.
Voorstel
Wij stellen de commissie ABZ voor richting te geven aan ons besluit om: • Kennis te nemen van de resultaten van de projectgroep (1). • In te stemmen met de voorgestelde categorisering van handhavingsthema’s. (Gemaakte opmerkingen of wijzigingen worden in de uitwerking meegenomen) (2). • In te stemmen met de onder optie 3 geschetste wijze om met de categorisering van handhavingsthema’s om te gaan (3). • In te stemmen met de geformuleerde uitgangspunten en indien wenselijk aanvullende randvoorwaarden/uitgangspunten te formuleren (4). • In te stemmen met de onder optie 3 geschetste wijze om met de opgelopen achterstanden om te gaan (5). • In te stemmen met een jaarlijkse terugkoppeling middels een verslag naar de commissie/raad over de resultaten van de handhavingsinspanningen (6). • In te stemmen met de procedure en het tijdpad om te komen tot een integraal handhavingsbeleidplan en uitvoeringsprogramma waarbij afgeweken wordt van de huidige beleidsplanning (7). • In te stemmen met de periode voor het handhavingsbeleid van 2004 - 2007 (8). Het college van Heusden, de secretaris, mr J.T.A.J. van der Ven
BIJLAGEN:
de burgemeester, drs. H.P.T.M. Willems
Bijlage 1: clustering van taken binnen thema’s Bijlage 2: uitleg werking risico-matrix Bijlage 3: achtergrondinformatie, scope Heusden Bijlage 4: vastgestelde handhavingsvisie
TER INZAGE: De stukken liggen ter inzage in de leeskamer, locatie Vlijmen. Steller: M. Smits
10/10