Datum: 24.11.2010 Voorstelnummer: B-10-00599 Onderwerp: Evaluatie en uitvoeringsprogramma Toezicht en handhaving Voorstel: 1. Kennis te nemen van de evaluatie van T&H over 2010 2. Het uitvoeringsprogramma T&H voor 2011 vast te stellen met de volgende hoofdlijnen: - Intensivering van de samenwerking met gemeente/provincie/ AID - Voor zover mogelijk prioriteren a.d.h.v. geautomatiseerde programmering - In te spelen op de gevolgen van de veranderende wet-regelgeving - Uitvoering binnen bestaande personeelsformatie.
1. Inleiding 1.1. Aanleiding Jaarlijks moet een uitvoeringsprogramma T&H worden gemaakt en worden voorgelegd aan het DB. Op detailniveau wordt aangegeven wat we in 2011 willen gaan doen en wat we niet willen gaan doen. Basis is het jaarlijkse procesplan, de doorvertaling vanuit het directieplan. Het uitvoeringsprogramma en het procesplan zijn dan ook onlosmakelijk met elkaar verbonden en complementair aan elkaar. Om het voorstel onafhankelijk leesbaar te houden, ook voor externe handhavingspartners, is het voorstel ook informatief (en ruimer) opgesteld. 1.2. Beleidscontext/Historie Het Besluit kwaliteitseisen handhaving milieubeheer stelt wettelijke eisen aan het uitvoeringsprogramma (voor waterkwaliteit én kwantiteitsaspecten). Voor het 7e achtereenvolgende jaar wordt dit aan het DB aangeboden, is gebaseerd op de Plan-DoCheck-Act-cyclus (kwaliteitszorg) en de ervaringen uit die 7 jaar. Tot dusver is deze werkwijze ook succesvol gebleken, wordt daarom voortgezet en slechts bij noodzakelijke wijzigingen aangepast. Uitgangspunt is om met het bestaande personeelsbestand de werkzaamheden uit te voeren (ondanks méér taken m.n. door overdracht grondwaterbeheer). 2. Doel/meetbaar effect Met dit voorstel wordt bereikt dat we voldoen aan de wettelijk genoemde eisen, deze vasthouden én ook het naleefgedrag verbeteren van wet-regelgeving op het gebied van waterkwaliteit- en kwantiteit. 3. Uitwerking van het voorstel 3.1 Evaluatie 2010 Het uitvoeringsprogramma 2010 is vrijwel geheel volgens planning uitgevoerd. Er kan worden geconcludeerd dat nagenoeg alle voorgenomen werkzaamheden zijn uitgevoerd. De volledige evaluatie (zowel getalsmatig als inhoudelijk) is in bijlage 1 te vinden. Belangrijkste conclusie is dat het naleefgedrag wederom hoog is (95% als in 2009). Dit kan deels worden toegeschreven aan de goede weer/oogst- omstandigheden (droog weer weinig perssappen, schone erven etc. etc). Een consequente toepassing van de handhavingstrategie (inclusief communicatie) werpt ook zijn vruchten af. De borging van het kwaliteitssysteem is onderdeel van de PDCA-cyclus. Hiervoor is in 2009 met de procesmanager Stellen kaders een format opgesteld van waaruit de procesmanager T&H maandelijks een interne audit uitvoert.
1
Aan de vastgestelde handhavingsdoelen wordt voldaan: Alle bedrijven of locaties waarover een verzoek of opmerking binnen is gekomen zijn bezocht. e Bij alle 1 controles is gebruik gemaakt van een checklist, c.q. het betreffende meldingsformulier van het Lozingenbesluit. Alle gecontroleerde bedrijven zijn schriftelijk geïnformeerd over de bevindingen (tenzij geen/ nauwelijks watergerelateerde zaken aanwezig waren werden deze bedrijven enkel administratief opgeslagen). De vastgestelde handhavingstrategie staat robuust en wordt goed gevolgd, slechts incidenteel wordt gemotiveerd afgeweken. Het zijn meestal kleine administratieve afwijkingen (via genoemde interne audit) die tot aanpassingen leiden.
3.2 Uitvoeringsprogramma 2011 De prioriteiten van het uitvoeringsprogramma worden vanuit verschillende bronnen gevoed: de evaluatie over 2010, de milieurelevantie, afstemming met andere overheden en gewijzigde wet- en regelgeving. Vanwege effectiviteit en efficiency ondernemen we waar sprake is van een geringe milieubelasting een zeer gering aantal overtredingen slechts op piep -klachtsysteem actie. Dit is zonder relevante risico’s het geval bij de volgende activiteiten; ( zie hiervoor tevens de bijlage 1, Evaluatie 2010): a) Controles lozing bronneringen. b) Controles huishoudelijk afvalwater. c) Controles Nautisch beheer (slechts incidenteel n.a.v. gewijzigd beleid) d) Controles Lozingenbesluit vaste objecten (onderhoud bruggen e.d.). e) Controles Industrie op minder relevante lozingen (prioritering aanwezig). f) Controles overstorten (zie ook onder “vervuiling vanuit riooloverstorten). Indien besloten wordt om hier toch proactief een planning voor op te stellen en T&H voor deze items op eenzelfde (strenger) niveau te brengen als bij de overige T&H controles, is er naar schatting minimaal 1 FTE extra nodig. Inhuur is niet direct een optie omdat uit ervaring is gebleken dat invulling zeer specialistisch is. Hier is slechts de optie mogelijk om andere zaken uit het Uitvoeringsprogramma niet uit te voeren (welke keuze hier het DB dan dient te maken). De aanbevelingen uit de evaluatie 2010 zijn meegenomen in het uitvoeringsprogramma van 2011. Meest belangrijke item voor 2011 zal wederom de gevolgen van de veranderende wetregelgeving, met name de Waterwet zijn (zie verder onder 2.1.4). Samenwerking met de AID wordt (na een start in 2008) verder uitgebouwd (zie ook onder 2.1.4). Professionalisering van de Keur. In 2009 zijn de landelijke kwaliteitseisen geïmplementeerd, vanaf 2010 gelden deze naast waterkwaliteit- ook voor kwantiteitszaken. De invoering van de handhavingsstrategie is afzonderlijk in het DB gebracht (voorstel B-09-00382) en recentelijk herschreven. Voor de komende jaren betekent dit in ieder geval verhoging van het aantal controles en structurele toepassing van de handhavingstrategie. Naar verwachting zal dat op termijn leiden tot een beter naleefgedrag (als bij kwaliteitszaken).
2
De prioriteiten zijn (naast evaluatie) mede vastgesteld op basis van milieurelevantie. Als risicoanalyse voor T&H om probleemvelden uit het beheersgebied vast te stellen is gebruik gemaakt van de rapportages van het proces Monitoren watersysteem; “Chemische waterkwaliteit uitgave augustus 2009” en “Bestrijdingsmiddelen 2009”. Daarbij zijn de gebiedsgerichte rapportage, het Emissiebeheersplan, de Brede screening bestrijdingsmiddelen, de ontwikkelingen in de Kader Richtlijn water, het Waterbeheersplan en de Monitoring Lozingenbesluit 2005 meegenomen. Alle stukken bevestigden dat de probleemvelden de laatste jaren ongewijzigd zijn gebleven. Met name de eerst genoemde rapportage wordt gebruikt om meer gebiedsgericht controles uit te kunnen voeren. Gebruik geautomatiseerd Prioriteringssysteem is uiterst effectief gebleken. Voor agrarische bedrijven (LOTV) wordt vanaf 2009 geheel gebruik gemaakt van het geautomatiseerde prioriteringssysteem (PriMa). In 2010 zijn enkel de 150 meest risicovolle bedrijven bezocht en waar een melding/ klacht over werd gedaan. Op eenvoudige wijze worden nu inventariserende controles uitgevoerd om het bestand actueel te houden en slechts die bedrijven te bezoeken waar controle ook echt noodzakelijk is. Dit is tevens een lastenverlichting (beloning) voor bedrijven die het goed voor elkaar hebben. Daarnaast is het een landelijke trend (en eerder een bestuurlijk verzoek) om lastenverlichting voor bedrijven en overheid te creëren. Deze methode blijkt hierdoor uiterst effectief en bruikbaar te zijn en zal om die reden structureel worden ingezet. In 2011 zal tevens nader onderzocht worden in hoeverre deze prioriteringssystematiek ook kan worden toegepast voor (indirecte) lozingen op het riool. Dit is van specifiek belang bij de samenwerking met gemeente/provincie. Dit wordt meegenomen in de evaluatie van deze samenwerking en ook in het voorstel voor 2012 worden opgenomen. De aanpak van probleemvelden uit het Waterbeheersplan waar T&H een rol in speelt, met daarbij genoemd de geplande maatregelen worden hieronder aangegeven: Gewasbeschermingsmiddelen en biociden in het oppervlaktewater. Terugdringen doen we o.a. door het toezicht op de naleving van het LOTV, het actief randenbeheer Brabant en de gezamenlijke controles met de AID (en o.a. controles met AID i.h.k.v. de Cross-Compliance, door DB vastgesteld in voorstel B-09-00259). Bedrijven waar Pot-en containerteelt wordt toegepast worden gecontroleerd alsmede de daarbij aanwezige Glastuinbouwbedrijven. Fosfaatlevering (meststoffen) vanuit de landbouw. Beperken doen we o.a. door toezicht op de naleving van het LOTV (inclusief controles 5-meter zone), het actief randenbeheer Brabant en de gezamenlijke controles met de AID (inclusief Cross-Compliance.). Effluentkwaliteit rwzi’s voor de parameters fosfaat, stikstof en zware metalen. Door jaarlijks de vergunningen van de rwzi’s te controleren (minimaal 2 keer), m.n. in verband met de altijd lopende actualisatieslag van de vergunningen, wordt getracht naleving van de voorschriften (en dus beperking van uitstoot) te realiseren. Vervuiling vanuit riooloverstorten In 2006 zijn alle gemeentelijke overstorten vergund. In het DB van 28.06.06 is de “Strategie realisatie basisinspanning” vastgesteld. Daarin werd onder aangegeven dat bij een OAS studie en totstandkoming van een afvalwaterakkoord de rol van T&H niet traditioneel wordt ingezet. In 2010 zijn met alle gemeenten afspraken gemaakt over het vervolg (saneringstraject). In 2011 zullen enkele termijnen van de eerste afspraken aflopen en gecontroleerd gaan worden. In 1e aanleg wordt hooguit als uitzondering verwacht dat in 2011 het handhavingstraject moet worden gestart om tot naleving van de voorschriften te komen. Op welke wijze dit traject wordt ingezet is
3
eerder naar het DB gecommuniceerd (memo B-0900493). Voordat deze actie wordt ingezet wordt vanuit het DB bij de betrokken gemeente bestuurlijk overleg gevoerd.
Het handhavingsprogramma is afgestemd met andere overheden. Het programma is afgestemd met alle partners uit het provinciaal handhavingoverleg en komt terug in het gezamenlijk vastgesteld regionale Meerjarenprogramma 2010-2012. In dat programma is ook rekening gehouden met de landelijke LOM (Landelijke Overleg Milieu) prioriteiten die m.n. in de keten plaatsvinden; bodem en grondstromen, natuurwetgeving als bescherming biodiversiteit en asbest/bouw/sloopafval (voortzetting van 2009-2010). Gevolgen van veranderende wet-regelgeving vraagt nieuwe impulsen van de handhavingpartners . - Waterwet. Vanaf 22.12.2009 is de Waterwet in werking getreden. Daardoor valt onder andere de handhaving van alle indirecte lozingen onder de bevoegdheid van gemeente/ provincie. Het waterschap is nog wel bevoegd toezicht uit te voeren, in dit geval zelfs voor alle indirecte lozingen. Inmiddels is met de meeste gemeenten en de provincie een Dienstverleningsovereenkomst (DVO) afgesloten. Hierover heeft het DB een afzonderlijk voorstel goedgekeurd (B-09-00604). Het waterschap ontlast hiermee (voorlopig voor twee jaar) de gemeente/provincie in hun nieuwe taak. Vóór 2012 moet het DB (nieuw voorstel) en ook de gemeenten/ provincie een beslissing nemen over de voortgang van de DVO. Het is onbekend wat de huidige landelijke ontwikkelingen (herziening waterschapsbestel/ oprichting Regionale Uitvoeringsdiensten) voor gevolgen kan krijgen voor T&H. - Herverdeling indirecte lozingen Tilburg. Binnen de gemeente Tilburg is vanaf 2011 een herverdeling gemaakt van indirecte lozingen. Een 19-tal bedrijven waar voorheen door waterschap Brabantse Delta toezicht, handhaving en vergunningverlening werd uitgevoerd zullen vanaf 2011 voor die items (terug) naar Waterschap De Dommel gaan (AB besluit Gemeenschappelijke regeling nr. B-10-00493). Onder andere door intensivering van de samenwerking met het proces van Opleggen Aanslagen en Invorderen wordt invulling gegeven aan de landelijke ontwikkeling van lastenverlichting voor bedrijven (meer gecombineerde controles indirecte lozingen en een betere signaalfunctie naar andere handhavingpartners/processen). - Grondwatercontroles. Met name het grondwaterbeheer wat van provincie naar het waterschap is overgeheveld vraagt de nodige inspanningen. Er zijn nog steeds onvoldoende gegevens bekend om hiervoor al een realistische planning te maken. Er is met de Brabantse waterschappen een gezamenlijk Toezichtplan opgesteld (DB voorstel B-10-00105) hoe T&H met deze nieuwe taak zal omgaan. Voor 2011 ligt de nadruk op het waarschuwend optreden tegen overtreders en communicatie over de werkwijze naar buiten toe. Excessen worden altijd meteen aangepakt. In de planning (gemotiveerde beperking van andere reguliere controles en samenwerking Opleggen Aanslagen en Invorderen) is rekening gehouden met het feit dat de grondwatercontroles meer tijd zullen gaan vergen. - Samenwerkingsprojecten provincie. Vanuit provinciaal initiatief lopen twee projecten; “Handhaven met Vertrouwen”, “ en “Samen sterk in het buitengebied”. Deze projecten hebben tot doel de samenwerking te verbeteren, efficiënter en effectiever te maken. Dit laatste project is al in uitvoeringsfase. Deelname van het waterschap is via DB voorstel B-09-00271 goedgekeurd.
4
3.3. Risico’s - Onvoldoende belangenbehartiging watergerelateerde handhaving door gemeenten. Doordat de gemeente het bevoegd gezag is geworden (zie vorige pagina onder “veranderende wet-regelgeving… – Waterwet”), zijn wij bij repressieve handhaving afhankelijk van hun afhandeling. Doordat er DVO’s zijn afgesloten en wij intensief (proactief) met de gemeenten afstemmen wordt een juiste afhandeling van handhavingsadviezen gewaarborgd (en daardoor problemen op onze ontvangende rioolwaterzuiveringen voorkomen). 4. Uitvoering en evaluatie 4.1. Vervolgstappen Vanaf 2011 wordt gestart met de daadwerkelijke uitvoering van het uitvoeringsprogramma. Daar waar vermeld wordt een afzonderlijk voorstel in het DB gebracht. 4.2. Communicatie intern: in de werkoverleggen inbrengen extern: toesturen voorstel aan handhavingpartners (wettelijke eis 1.2) 4.3. Verantwoording In de marap wordt over de voortgang gerapporteerd. Daar waar vermeld wordt een afzonderlijk voorstel in het DB gebracht. 4.4. Evaluatie Jaarlijks en via de marap. Bijlagen 1. Evaluatie uitvoeringsprogramma T&H 2010. 2. Uitvoeringsprogramma 2011.
5