Zwitserleven Beleggingsfondsen
Halfjaarbericht
ALGEMENE INFORMATIE BEHEERDER SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. Croeselaan 1 Postbus 8444 3503 RK Utrecht website: www.snsbeleggingsfondsenbeheer.nl
BEWAARDER Stichting Bewaarder Zwitserleven Beleggingsfondsen Herikerbergweg 238 1101 CM Amsterdam Zuidoost
ACCOUNTANT KPMG Accountants N.V. Rijnzathe 14 3454 PV De Meern
BANKIER EN BETAALKANTOOR KAS BANK N.V. Spuistraat 172 1012 VT Amsterdam
DEPOTBANK KAS BANK N.V. Spuistraat 172 1012 VT Amsterdam
ADMINISTRATEUR SNS Asset Management N.V. Croeselaan 1 Postbus 8444 3503 RK Utrecht
FISCAAL ADVISEUR SNS REAAL N.V. Afdeling Fiscale Zaken Postbus 8444 3503 RK Utrecht
JURIDISCH ADVISEUR SNS REAAL N.V. Afdeling Juridische Zaken Postbus 8444 3503 RK Utrecht
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
2
Inhoud 1 Profiel
4
1.1 Inleiding
5
1.2
Onze beleggingsfilosofie in het kort
5
1.3
Maatschappelijk bewust vermogensbeheer
5
1.4 Risicomanagement
6
1.5
Juridische structuur
7
1.6
Fund Governance
7
1.7
Verslaglegging en overige informatie
8
2 Verslag van de beheerder
10
2.1 Kerncijfers
11
2.2
Beheerontwikkelingen in de verslagperiode
12
2.3
Maatschappelijk bewust vermogensbeheer
13
2.4
Marktontwikkelingen en vooruitzichten
16
2.5
Zwitserleven Aandelenfonds
21
2.6
Zwitserleven Europees Aandelenfonds
23
2.7
Zwitserleven Obligatiefonds
25
2.8
Zwitserleven Geldmarktfonds
27
2.9
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
29
2.10 Zwitserleven Credits Fonds
31
2.11 Zwitserleven Wereld Aandelenfonds
33
2.12 Zwitserleven Vastgoedfonds
34
3 Halfjaarcijfers 2013 Zwitserleven Beleggingsfondsen 3.1
Toelichting op de halfjaarcijfers 3.1.1 Balans 3.1.2 Winst- en verliesrekening 3.1.3 Overige toelichtingen
4 Halfjaarcijfers 2013 Zwitserleven Beleggingsfondsen
36 38 47 49 52 54
4.1
Zwitserleven Vastgoedfonds
55
4.2
Zwitserleven Aandelenfonds
60
4.3
Zwitserleven Europees Aandelenfonds
65
4.4
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds
72
4.5
Zwitserleven Obligatiefonds
77
4.6
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
88
4.7
Zwitserleven Credits Fonds
4.8
Zwitserleven Geldmarktfonds
5 Overige gegevens 5.1
Belangen Directie
5.2
Statutaire winstbestemmingsregeling
5.3 Beoordelingsverklaring
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
93 103 109 110 110 111
3
1 PROFIEL
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
4
1.1
INLEIDING
Beleggers die voor beleggingsfondsen kiezen gaan voor de voordelen van op eenvoudige wijze gespreid beleggen en voor de expertise van de fondsbeheerder. Met onze expertise willen wij beleggers toegevoegde waarde leveren op het gebied van selectie van goed renderende beleggingen, maatschappelijk bewust vermogensbeheer in combinatie met een gematigd risicoprofiel. In dit verslag vindt u naast de financiële verantwoording over uw belegging ook informatie over de manier waarop wij de beleggingen hebben beheerd en wie daarbij zijn betrokken. We gaan in op een aantal belangrijke kenmerken. We leggen onze werkwijze uit, hoe wij het vermogensbeheer hebben ingericht en met welke partijen wij samenwerken om ervoor te zorgen dat uw belegging in goede handen is. 1.2
ONZE BELEGGINGSFILOSOFIE IN HET KORT
Onze strategie is gebaseerd op fundamentele en kwantitatieve analyse. Ons kostenbeleid betekent transparantie en zekerheid vooraf over de te verwachten beheerkosten en is ook transparant achteraf.
MAATSCHAPPELIJK BEWUST VERMOGENSBEHEER Wij nemen onze beleggingsbeslissingen volgens maatschappelijk bewuste beleggingsbeginselen. ESG (Environment, Social, Governance) normen zijn meer dan de poortwachter vooraf, waarbij ondernemingen of overheden op basis van hun ESG-beleid of ESG-prestaties geweerd worden van belegging. Het gaat hierbij om het verankeren van deze aspecten in het beleggingsproces. Traditionele financiële en niet-financiële criteria worden samen gewogen om tot een goed renderende portefeuille te komen. Daarbij nemen wij criteria in aanmerking op het gebied van milieu, sociaal verantwoord ondernemen en goed ondernemingsbestuur. We letten dus nadrukkelijk op duurzame beleidsaspecten. Hiervoor werken we samen met twee partijen, het ESG-researchteam van SNS Asset Management (SNS AM) en het Zweedse GES Investment Services (GES).
BEST IN CLASS VERMOGENSBEHEERDERS De ons toevertrouwde gelden worden op een professionele manier beheerd. Daarvoor is specialistische beleggingsexpertise noodzakelijk. Wij maken daartoe gebruik van SNS Asset Management N.V., de asset management organisatie van SNS REAAL N.V. SNS Asset Management richt zich op Europese vastrentende- en aandelenmandaten. Voorzover er bij SNS Asset Management geen expertise is voor een specifieke beleggingscategorie, zoeken wij naar de beste externe vermogensbeheerder op dat specifieke gebied. Het kiezen van de beste vermogensbeheerders is een cruciaal onderdeel van ons beleggingsbeleid. Wij zijn verantwoordelijk voor die keuze en voor de bewaking ervan. De geselecteerde vermogensbeheerder krijgt een set kwantitatieve maatstaven en spelregels mee om daarbinnen een optimaal resultaat te behalen. In bijlage 1 (pagina 9) wordt een overzicht gegeven van de Zwitserleven Beleggingsfondsen, de daarbij behorende strategie en de vermogensbeheerder van het fonds. In bijlage 2 (pagina 9) wordt een overzicht gegeven van de Zwitserleven Beleggingsfondsen en de namen van de fondsmanager(s) die verantwoordelijk zijn voor het beleggingsbeleid
ACTIEF BEHEER MET GEMATIGD RISICOPROFIEL De actief beheerde Zwitserleven beleggingsfondsen hebben een tweeledige doelstelling. Wij streven ernaar benchmarks te verslaan en wij streven naar een rendement dat gemiddeld hoger ligt dan het rendement van andere, vergelijkbare fondsen. Voor elk beleggingsfonds zijn helder geformuleerde mandaten beschreven met relevante restricties, richtlijnen en (risico)limieten die door onze managers beleggingsfondsen ook continu gevolgd en ‘gemonitord’ worden. Het risicoprofiel van de fondsen is gematigd omdat wij ons bewust zijn dat de meeste financiële markten redelijk efficiënt zijn. Er is een voorkeur voor veel kleine actieve posities in portefeuilles boven een paar grote ‘bets’ (afwijkingen in positie ten opzichte van de benchmark) die het beleggingsresultaat kunnen maken en breken. 1.3
MAATSCHAPPELIJK BEWUST VERMOGENSBEHEER
Ons maatschappelijk bewust vermogensbeheer is gebaseerd op drie peilers: fundamentele beleggingsbeginselen (uitmondend in uitsluitingscriteria), dialoog tussen vermogensbeheerder en de onderneming (‘engagement’) en uitoefening van stemrecht op aandeelhoudersvergaderingen. De fundamentele beleggingsbeginselen vormen de basis van het ESG-beleid. De beleggingsbeginselen zijn geen subjectieve voorkeuren. Deze komen voort uit internationale verdragen, richtlijnen en codes. Het doel van dit beleid is dat geen vermogenstitels aangekocht worden of zich in de portefeuille bevinden, die de beleggingsbeginselen schenden.
UITSLUITINGSCRITERIA Voorafgaand aan de portefeuillesamenstelling vindt een beoordeling plaats van ondernemingen en (lagere) overheden die deel uitmaken van de benchmark. Deze instellingen worden beoordeeld op de fundamentele beleggingsbeginselen. De uitvoering van het uitsluitingenbeleid wordt, met uitzondering van Zwitserleven Vastgoedfonds, uitbesteed aan SNS Asset Management (SNS AM). De instellingen worden beoordeeld door een team van analisten van SNS AM. Het rapport van dit team wordt voorgelegd aan HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
5
een selectiecomité. Dit selectiecomité besluit welke instellingen van belegging zijn uitgesloten, respectievelijk welke ondernemingen in aanmerking komen voor engagement.
ENGAGEMENT Tijdens het engagement, de dialoog tussen de vermogensbeheerder en het management van de onderneming, wordt besproken waar precies en op welke manier de onderneming de duurzaamheidprestatie kan verbeteren. Binnen engagement onderscheiden wij twee vormen: responsief en proactief engagement. Bij responsief engagement wordt de dialoog aangegaan met individuele ondernemingen die op één of meerdere fundamentele beleggingsbeginselen slecht scoren en het risico lopen van belegging te worden uitgesloten, maar waarbij verwacht wordt op korte termijn verbetering te kunnen realiseren. De doelstelling van responsief engagement is dat ondernemingen verbetering tonen in hun ESG-beleid en ESG-prestaties, zodat zij voldoen aan de fundamentele beleggingsbeginselen. Ondernemingen die geen of onvoldoende voortgang laten zien, kunnen worden uitgesloten van het belegbaar universum. Proactief engagement richt zich op de natuurlijke hulpbronnenindustrie met de focus op ondernemingen in de volgende sectoren: nnolie & gas; nnmijnbouw; nnpapier & bosbouw; nnvoeding, drank & tabak en nutsbedrijven. Hierbij worden op voorhand thema’s of onderwerpen geselecteerd waarover het gesprek wordt aangegaan. De doelstelling van proactief engagement is het creëren van een positieve impact bij ondernemingen en op sectorniveau het realiseren van een verbetering van de ESG-standaard. De namen van bedrijven waarmee een actieve dialoog wordt gevoerd, worden niet gepubliceerd. In lijn met onze engagementstrategie kiezen wij voor een positieve benadering door te investeren in een goede relatie. Daarbij proberen we deze bedrijven te stimuleren hun ESG-beleid en ESG-prestaties te verbeteren.
ESG-AANPAK BIJ ZWITSERLEVEN VASTGOEDFONDS De beoordeling van Zwitserleven Vastgoedfonds wordt uitgevoerd door het Zweedse bedrijf GES Investment Services (‘GES’). GES monitort de ondernemingen, op halfjaarlijkse basis en de ondernemingen in de benchmark op jaarbasis. Aan de hand van de beoordeling van GES wordt een lijst met ondernemingen opgesteld die het laagst scoren op de ESG-criteria. GES zal met de 10% slechtst presterende ondernemingen uit het fonds een actieve dialoog aangaan. SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. (SBB) houdt toezicht op het engagementproces. Ondernemingen die uiteindelijk geen of onvoldoende voortgang laten zien, kunnen door SBB worden uitgesloten van het belegbaar universum.
UITOEFENING STEMRECHT OP AANDEELHOUDERSVERGADERINGEN In het kader van ons maatschappelijk bewust vermogensbeheer maken wij als aandeelhouder gebruik van het daaraan verbonden stemrecht. De uitvoering van het stembeleid is uitbesteed aan SNS AM. Daarbij maakt SNS AM gebruik van de diensten van een externe adviseur, gespecialiseerd op het gebied van het beoordelen van de corporate governance van ondernemingen. Deze adviseur geeft stemadviezen die gebaseerd zijn op richtlijnen waarin tal van internationale codes en ‘best practice’ aanbevelingen zijn verwerkt. Voor het feitelijk uitbrengen van stemmen wordt, voor zover wettelijk toegestaan, gestemd bij volmacht (‘proxy voting’). 1.4
RISICOMANAGEMENT
SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. (SBB) bewaakt met behulp van een systeem van risicobeheersingsmaatregelen dat de fondsen in het algemeen en de beleggingsportefeuilles in het bijzonder voortdurend blijven voldoen aan de randvoorwaarden zoals die in het prospectus zijn vastgelegd, aan de wettelijke kaders en aan de meer fondsspecifieke interne uitvoeringsrichtlijnen. Dergelijke richtlijnen zijn onder meer gesteld ten aanzien van de mate van spreiding van de portefeuille, de kredietwaardigheid van debiteuren, de kwaliteit van marktpartijen waarmede zaken worden gedaan en de liquiditeit van de beleggingen. Zo zal een brede en goede spreiding van de beleggingen naar verwachting een dempend effect hebben op onderkende prijsrisico’s, terwijl selectie op kredietwaardigheidsniveau en limietbewaking de mogelijkheid scheppen om kredietrisico’s te beheersen. Liquiditeitsrisico’s kunnen worden beperkt door hoofdzakelijk in courante, beursgenoteerde effecten te beleggen. In het directieverslag wordt in de paragraaf ‘Marktontwikkelingen en vooruitzichten’ inzicht gegeven in de ontwikkeling van de markten waarbij een groot deel van de risico’s samenhangend met het gebruik van financiële instrumenten, zoals het koersrisico, het renterisico, het kredietrisico en het valutarisico zijn behandeld. Het (half)jaarverslag heeft onder meer als functie om inzicht te verschaffen in risico’s die zich ultimo verslagperiode voordoen. Dit inzicht is het beste te verkrijgen door het in samenhang beoordelen van het verslag van het fonds en van het paraplufonds waarvan het fonds deel uitmaakt. Het overzicht Effectenportefeuille biedt informatie inzake de mate van spreiding van beleggingen op het gebied van zowel land en sector als per individuele naam, en geeft daarmede onder meer een indicatie van prijs- en valutarisico’s. In de jaarrekening is in het geval het fonds in aandelen belegd, informatie opgenomen met betrekking tot de sector- en/of landenspreiding van de portefeuille. Voor HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
6
uitleg over de verschillende risico’s verwijzen wij u graag naar de toelichting op de halfjaarcijfers 2013 Zwitserleven Beleggingsfondsen, zie pagina 41 en verder. 1.5
JURIDISCHE STRUCTUUR
In de Zwitserleven Beleggingsfondsen zijn gelden uit beleggingsverzekeringen ondergebracht. Zwitserleven is een handelsnaam van SRLEV N.V. SRLEV N.V. (hierna: ‘Zwitserleven’), de verzekeraar, is een gekwalificeerde belegger die participant is in de beleggingsfondsen. Op 30 juni 2013 waren Zwitserleven, KAS BANK N.V. en Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen de enige participanten. De Zwitserleven Beleggingsfondsen vallen onder het vrijwillig toezichtregime van de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Zwitserleven Beleggingsfondsen heeft een zogenaamde paraplustructuur. Dit houdt in dat het fondsvermogen verdeeld wordt in verschillende series participaties (gezamenlijk de ‘subfondsen’ of ‘fondsen’ en elk afzonderlijk een ’subfonds’ of ‘fonds’). Voor de paraplustructuur is gekozen omdat dit leidt tot schaalvergroting als gevolg waarvan efficiencyvoordelen kunnen worden behaald. Bovendien kunnen nieuwe fondsen op betrekkelijk eenvoudige wijze worden geïntroduceerd en in een bestaande structuur worden ondergebracht. Hierdoor kan sneller en efficiënter op veranderende marktsituaties worden ingespeeld. Beleggingsbeleid, risicoprofiel en kostenstructuur kunnen per subfonds verschillen. Voorafgaand aan de introductie van een subfonds stellen de beheerder en bewaarder van de beleggingsfondsen, met inbreng van Zwitserleven, de subfondsspecificaties vast. Vanaf de introductie van een subfonds gelden de subfondsspecificaties zoals opgenomen in het betreffende aanvullende prospectus. Het prospectus van Zwitserleven Beleggingsfondsen inclusief de Voorwaarden van Beheer en Bewaring en de specificaties van de subfondsen zijn kosteloos op te vragen bij de beheerder of op de internetpagina www.zwitserleven.nl in te zien. Diagram Juridische Structuur Zwitserleven Beleggingsfondsen
Zwitserleven Geldmarktfonds
Zwitserleven Aandelenfonds
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds
Zwitserleven Obligatiefonds
Zwitserleven Europees Aandelenfonds
Zwitserleven Credits Fonds
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
Zwitserleven Vastgoedfonds
Per 30 juni 2013 bestaan de Zwitserleven Beleggingsfondsen uit acht subfondsen, zijnde Zwitserleven Aandelenfonds, Zwitserleven Europees Aandelenfonds, Zwitserleven Wereld Aandelenfonds, Zwitserleven Vastgoedfonds, Zwitserleven Obligatiefonds, Zwitserleven Credits Fonds, Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds en Zwitserleven Geldmarktfonds
DOELSTELLING Zwitserleven Beleggingsfondsen is bedoeld voor alle relaties van Zwitserleven. De beleggingsfondsen hebben tot doel het per subfonds afzonderlijk beleggen van vermogen in effecten, afgeleide producten en andere vermogenswaarden, ten behoeve van de participanten.
BELEGGING IN DE BELEGGINGSFONDSEN Het aan elk subfonds toe te rekenen vermogen wordt afzonderlijk belegd in de specifieke beleggingsportefeuille van het betreffende subfonds. Naast de algemene beleggingsdoelstellingen en het beleggingsbeleid heeft elk subfonds een eigen beleggingsbeleid en risicoprofiel. De subfondsen onderscheiden zich primair door het in de aanvullende prospectussen geformuleerde beleggingsbeleid. Voor elk subfonds wordt een aparte administratie gevoerd, zodat alle aan een subfonds toe te rekenen opbrengsten en kosten per subfonds worden verantwoord en geadministreerd op een daartoe per subfonds aangehouden rekening. Zowel de positieve als de negatieve waardeveranderingen in de beleggingsportefeuille van een subfonds komen ten gunste respectievelijk ten laste van de participanten in het betreffende subfonds. 1.6
FUND GOVERNANCE
SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. heeft, als beheerder, Fund Governance Principles (verder ‘Principles’) geïmplementeerd. Deze Principles zijn gebaseerd op de door de Dutch Fund and Asset Management Association (DUFAS) geformuleerde Principles of Fund Governance. Deze Principles zijn een gedragscode voor fondsbeheerders die tot doel hebben waarborgen te scheppen voor een integere bedrijfsvoering en een zorgvuldige dienstverlening zoals bedoeld in de Wet op het financieel toezicht (Wft). In de Principles wordt onderscheid gemaakt tussen richtlijnen voor de dagelijkse beheertaken die een nadere uitwerking geven van het beginsel belangenconflicten tegen te gaan en te handelen in het belang van fondsbeleggers en Principles voor het waarborgen van de naleving van deze richtlijnen binnen de organisatie van de beheerder. De gedragscode van DUFAS is afgestemd met het ministerie van Financiën en de AFM. De volledige tekst van de door SNS Beleggingsfondsen Beheer geformuleerde Principles is gepubliceerd op de website van SBB, bereikbaar via: snsbeleggingsfondsenbeheer.nl è Fund Governance. Deze tekst is tevens schriftelijk op te vragen bij de beheerder.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
7
1.7
VERSLAGLEGGING EN OVERIGE INFORMATIE
JAARVERSLAG EN HALFJAARBERICHT Jaarlijks binnen vier maanden na afloop van elk boekjaar wordt een jaarverslag opgemaakt. Binnen negen weken na afloop van het eerste halfjaar van elk boekjaar wordt een halfjaarbericht opgemaakt.
INFORMATIE OVER DE SUBFONDSEN Informatie per subfonds is vermeld in het prospectus en eventueel addendum behorend bij het prospectus, in de jaarverslagen en halfjaarberichten en in de Essentiële Beleggersinformatie (EBi). Deze documenten liggen ter inzage ten kantore van de beheerder en zijn te downloaden van de website www.zwitserleven.nl/fondsen. Participanten worden geadviseerd hiervan kennis te nemen.
NATIONALISATIE SNS REAAL Per 1 februari 2013 is SNS REAAL N.V. genationaliseerd. De aandelen SNS REAAL N.V. zijn daarmee volledig in het bezit gekomen van de Nederlandse Staat. De nationalisatie heeft geen gevolgen voor de bedrijfsvoering van SBB of voor participanten of aandeelhouders van de door SBB beheerde beleggingsinstellingen, waaronder Zwitserleven Beleggingsfondsen en haar (sub)fondsen. In de beleggingsportefeuilles van de door SBB beheerde beleggingsinstellingen is niet belegd in aandelen of - al dan niet achtergestelde - obligaties uitgegeven door SNS REAAL N.V. dan wel door een van haar deelnemingen.
SNS BELEGGINGSFONDSEN BEHEER B.V. SBB is statutair gevestigd en houdt kantoor in Utrecht. SBB is een 100% deelneming van SNS REAAL N.V. te Utrecht. In de verslagperiode voert SBB directie over en is beheerder van SNS Beleggingsfondsen N.V., Zwitserleven Beleggingsfondsen, Zwitserleven Mix Beleggingsfondsen, Zwitserleven Institutionele Beleggingsfondsen. Per 1 januari 2013 voert SBB ook de directie over en is beheerder van de institutionele beleggingsfondsen die tot ultimo 2012 door SNS Asset Management N.V. werden beheerd. Deze fondsen zijn onder beheer van SBB gekomen vooruitlopend op aanpassing van wet- en regelgeving (‘Alternative Investment Fund Managers Directive’, kortweg AIFMD), waardoor een vergunning voor het beheer van deze fondsen vereist zal zijn en de wens tot centralisering van expertise op het gebied van het beheer van beleggingsfondsen binnen SNS REAAL N.V. Deze institutionele fondsen zijn passief beheerde ‘regionale’ aandelenfondsen met een duurzaamheidsoverlay op basis van ESG criteria (Environment, Social, Governance). Ultimo juni 2013 was de omvang van het door SBB beheerde vermogen € 11,8 miljard (ultimo 2012: € 10,2 miljard).
Het adres waar de vennootschap kantoor houdt is: SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. Croeselaan 1 3521 BJ Utrecht
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
Het postadres is: Postbus 8444 3503 RK Utrecht Telefoon: 030-291 55 44 E-mailadres:
[email protected] Website: snsbeleggingsfondsenbeheer.nl
8
Bijlage 1 BELEGGINGSFONDS
STRATEGIE
VERMOGENSBEHEERDER
Zwitserleven Aandelenfonds
Nederlandse aandelen
SNS Asset Management
Zwitserleven Europees Aandelenfonds
Europese aandelen
SNS Asset Management
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds
Wereldwijde aandelen
Vanguard Group
Zwitserleven Vastgoedfonds
Europese beursgenoteerde vastgoed aandelen
LaSalle Investment Management
Zwitserleven Geldmarktfonds
Euro liquiditeiten
SNS Asset Management
Zwitserleven Obligatiefonds
Euro obligaties
SNS Asset Management
Zwitserleven Credits Fonds
Euro obligaties van ondernemingen met een hoge kredietwaardigheid
SNS Asset Management
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
Euro staatobligaties
SNS Asset Management
Een beschrijving van de beleggingsstrategieën vindt u op http://www.snsreaal.nl/snsbeleggingsfondsen/fonds-en-fondsstrategie/zwitserleven-fondsen.html .
Bijlage 2 Tabel 1: VERANTWOORDELIJK VOOR FONDS SINDS
BIJ HUIDIGE ASSET MANAGER SINDS
IN ASSET MANAGEMENT INDUSTRIE SINDS
Corne van Zeijl
2003
2003
1986
Mariette Maassen
2012
2001
1993
Hilde Veelaert
2005
2003
1994
Niels de Graaff
2008
2001
1999
Mark Engelen
2001
2010 (ZL 2001)
1997
BELEGGINGSFONDS
FONDSMANAGER(S)
Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds
1
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds
Christine Franquin
2008
2000
2000
Zwitserleven Vastgoedfonds
Ernst-Jan de Leeuw
LaSalle is aangesteld sinds 2011
2000
1996
Zwitserleven Geldmarktfonds
Bart aan den Toorn
2007
2007
Johan Idema
2005
Bart aan den Toorn
2007
2007
2000
Johan Idema
2005 1
2005 1
1999
Bart aan den Toorn
2007
2007
2000
Johan Idema
2005
Bart aan den Toorn
2007
2007
2000
Johan Idema
2005 1
2005 1
1999
Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
1
1
2005
2005
2000 1
1
1999
1999
1) In diensttreding bij rechtsvoorgangers van SNS REAAL
Een verkorte CV met relevante opleiding en werkervaring van de fondsmanagers vindt u op http://www.snsreaal.nl/snsbeleggingsfondsen/overzicht-fondsmanagers/zwitserleven-fondsen.html . Kies het Zwitserleven Beleggingsfonds om het CV te bekijken.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
9
2 VERSLAG VAN DE BEHEERDER
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
10
2.1
KERNCIJFERS
ONTWIKKELING ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN EERSTE HALFJAAR 2013 In de eerste zes maanden van 2013 is het fondsvermogen van de Zwitserleven Beleggingsfondsen met € 23,1 miljoen toegenomen tot € 2.837 miljoen, een stijging van 0,8% ten opzichte van 31 december 2012. Tabel 2: Ontwikkeling fondsvermogen In duizenden euro’s
30-6-2013
31-12-2012
Zwitserleven Aandelenfonds
188.338
187.596
Zwitserleven Europees Aandelenfonds
760.153
1.219.605
Zwitserleven Obligatiefonds
614.436
638.403
Zwitserleven Geldmarktfonds
39.940
39.350
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
404.866
468.304
Zwitserleven Credits Fonds
176.498
201.353
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds
592.102
15.825
60.327
43.208
2.836.660
2.813.644
Zwitserleven Vastgoedfonds Fondsvermogen per 30 juni 2013
Tabel 3: Verdeling fondsvermogens naar categorie 30-6-2013 In duizenden euro’s
BEDRAG
31-12-2012
% VAN TOTAAL
BEDRAG
% VAN TOTAAL
Vastrentende fondsen
1.235.740
44%
1.347.410
48%
Aandelenfondsen
1.540.593
54%
1.423.026
51%
60.327
2%
43.208
1%
2.836.660
100%
2.813.644
100%
Vastgoedfonds Totaal
Tabel 4: Rendement eerste zes maanden 2013 Op basis van intrinsieke waarde
FONDS 1
BENCHMARK 2
Zwitserleven Aandelenfonds
1,45%
2,72%
Zwitserleven Europees Aandelenfonds
4,00%
3,64%
Zwitserleven Obligatiefonds
0,02%
0,14%
Zwitserleven Geldmarktfonds
0,16%
0,33%
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
-2,79%
-2,64%
Zwitserleven Credits Fonds
-0,23%
0,06%
5,74%
6,28%
-1,33%
-2,22%
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Vastgoedfonds 1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van in 2013 uitgekeerd dividend. 2) De benchmark van het fonds kan worden teruggevonden in de individuele fondspagina’s beginnend op pagina 21 en verder.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
11
Tabel 5: Rendement 3 en 5 jaar per 30-06-2013 3 JAAR OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE
FONDS
1
5 JAAR
BENCHMARK
2
FONDS
BENCHMARK 2
1
Zwitserleven Aandelenfonds
4,72%
6,52%
-2,23%
-0,49%
Zwitserleven Europees Aandelenfonds
8,27%
7,89%
2,25%
1,83%
Zwitserleven Obligatiefonds
4,63%
4,53%
5,69%
6,10%
Zwitserleven Geldmarktfonds
1,09%
0,97%
1,50%
1,39%
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds
4,51%
5,27%
6,72%
7,22%
Zwitserleven Credits Fonds
5,11%
5,35%
5,99%
6,46%
10,03%
10,22%
6,11%
6,01%
6,80%
9,15%
-1,13%
1,92%
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Vastgoedfonds
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van uitgekeerd dividend. 2) De benchmark van het fonds kan worden teruggevonden in de individuele fondspagina’s beginnend op pagina 21 en verder.
2.2
BEHEERONTWIKKELINGEN IN DE VERSLAGPERIODE
In de verslagperiode is een aantal wijzigingen doorgevoerd en aangekondigd bij de Zwitserleven Beleggingsfondsen. Deze zaken worden hieronder puntsgewijs besproken.
WIJZIGING BELEGGINGSBELEID ZWITSERLEVEN WERELD AANDELENFONDS Per 5 februari 2013 is het beleggingsbeleid van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds aangepast. Het fonds belegde tot die datum volledig in het Vanguard Global Stock Index Fund. Na de aanpassing belegt het fonds in een mix van de drie SNS Responsible Index Funds Equity (SRIFE’s) en het Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund volgens de verdeling onderstaande tabel 6. Tabel 6: Beleggingen binnen Zwitserleven Wereld Aandelenfonds. REGIO
SOORT BELEGGING
STRATEGISCH GEWICHT IN %
BANDBREEDTE
Europa
SRIFE Europa
37,5
+/- 5%
Noord-Amerika
SRIFE Noord-Amerika
35
+/- 5%
Pacific
SRIFE Pacific
12,5
+/- 5%
Opkomende landen
Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund
15
+/- 5%
De benchmark van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds is een samengestelde index op basis van de benchmark van de onderliggende beleggingsfondsen, waarin het fonds belegt. Er wordt geen tactisch allocatiebeleid tussen de fondsen onderling gevoerd. Maandelijks wordt gerebalanced naar de strategische gewichten.
WIJZIGING BELEGGINGSBELEID ZWITSERLEVEN HORIZONFONDSEN Op 12 maart 2013 is het beleggingsbeleid van de Horizonfondsen gewijzigd. De assetallocatie van de Horizonfondsen is gewijzigd waardoor de fondsen vanaf deze datum doorbeleggen in Zwitserleven Wereld Aandelenfonds, Zwitserleven Selectie Fonds, Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds en Zwitserleven Credits Fonds. De Horizonfondsen beleggen vanaf 12 maart niet meer in Zwitserleven Europees Aandelenfonds en niet meer direct in Zwitserleven Vastgoedfonds. De aandelenbeleggingen in de Horizonfondsen zijn na deze wijziging wereldwijd gespreid door het Zwitserleven Wereld Aandelenfonds.
INTRODUCTIE ZWITSERLEVEN SELECTIE FONDS Op 12 maart 2013 is het fondsenaanbod uitgebreid met Zwitserleven Selectie Fonds. Zwitserleven Selectie Fonds belegt in emerging market debt (local currency), high yield obligaties en vastgoedondernemingen zoals getoond in bijgaande tabel. Tabel 7: Beleggingen binnen Zwitserleven Selectie Fonds. ASSET CATEGORIE
SOORT BELEGGING
STRATEGISCH GEWICHT IN %
BANDBREEDTE
Vastgoed
Zwitserleven Vastgoedfonds
40
+/- 5%
High Yield
Pimco Global High Yield Bond Fund EUR (Hedged)
30
+/- 5%
Emerging Market Debt
Stone Harbor Emerging Markets Local Currency Debt Fund
30
+/- 5%
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
12
De benchmark van Zwitserleven Selectie Fonds is een samengestelde index op basis van de benchmark van de onderliggende beleg gingsfondsen, waarin het fonds belegt. Er wordt geen tactisch allocatiebeleid tussen de fondsen onderling gevoerd. Maandelijks wordt gerebalanced naar de strategische gewichten. Er is voor gekozen om te beleggen in een hedged variant van het Pimco fonds. Dat betekent dat binnen dit fonds alle valuta anders dan euro worden afgedekt naar euro.
WIJZIGING BELEGGINGSBELEID EN BENCHMARK ZWITSERLEVEN GOVERNMENT BONDS 10+ FONDS Op 1 april 2013 is het beleggingsbeleid van Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds gewijzigd. Vanaf deze datum heeft minimaal 75% van de portefeuille een resterende looptijd van meer dan 7 jaar. In het oude beleggingsbeleid stond dat minimaal 75% van de portefeuille een resterende looptijd had van meer dan 10 jaar. De benchmark van de fondsen is tevens gewijzigd. De huidige iBoxx EUR Sovereign 10+ is vervangen door de iBoxx Eur Sovereign 7+ AAA/AA/A Total Return Index. Door deze twee wijzigingen is de modified duration van de fondsen gewijzigd van ongeveer 12,5 jaar naar ongeveer 11 jaar. Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds is vooral bedoeld om in te beleggen in de fase kort voorafgaand aan de pensioendatum. Met deze wijzigingen sluit het beleggingsbeleid hier beter op aan.
SAMENSTELLING DIRECTIE Per 1 augustus 2013 heeft Volkert de Klerk zijn functie van statutair directeur van SBB neergelegd. Hij zal zijn loopbaan buiten SNS REAAL voortzetten. In de ruim vier jaar dat hij bij SBB werkzaam is geweest, heeft hij leiding gegeven aan een verdere professionalisering van het fondsenbeheer. Door zijn vertrek is een vacature ontstaan, die naar verwachting op korte termijn zal worden vervuld. 2.3
MAATSCHAPPELIJK BEWUST VERMOGENSBEHEER
Hierna volgt de weergave van de ontwikkelingen in het eerste halfjaar van 2013 op het gebied van engagement, uitsluitingen en toelating van ondernemingen voor de beleggingsportefeuilles en het gevoerde stembeleid.
ENGAGEMENTONTWIKKELINGEN Engagement is een langdurig proces dat inzet op veranderingen in beleid, prestaties en strategie bij ondernemingen. Het vergt geduld om verandering teweeg te brengen. Beleggers zijn als mede-eigenaar, in een positie om thema’s met ondernemingen te bespreken. De winst zit in vele kleine stapjes: vragen om een mensenrechtenbeleid, verzoeken om meer transparantie over milieubeheersystemen, of bestuursverantwoordelijkheid voor maatschappelijke prestaties ter sprake brengen.
OVERZICHT ENGAGEMENTS EN TOELICHTING OP ONTWIKKELINGEN In de verslagperiode is met twaalf ondernemingen engagement gestart of gevoerd. Tabel 8: Engagements eerste halfjaar 2013 TOTAAL
Responsief engagement Proactief engagement Totaal
4 8 12
Een aantal ontwikkelingen op het gebied van engagement worden hieronder toegelicht.
MEER TRANSPARANTIE IN DE NATUURLIJKE HULPBRONNENINDUSTRIE Ondernemingen in olie, gas en mijnbouw zijn erg belangrijk voor grote Europese beleggers omdat ze een belangrijk gewicht aan veel internationale beurzen kennen. Daarnaast zijn zij belangrijk voor de landen die deze natuurlijke bronnen in de grond hebben omdat productie voor inkomsten zorgt. Waar geld wordt verdiend, bestaat ook een kans dat het op de verkeerde plek terechtkomt. Het is opvallend hoe arm de mensen vaak zijn in landen die juist rijk zijn aan bodemschatten. Olie-, gas- en mijnbouwbedrijven worden al enkele jaren aangemoedigd om bekend te maken hoeveel belasting en andere gelden ze gastlanden betalen. Belangrijke ontwikkelingen in de Amerikaanse en Europese wetgeving zijn hierbij van grote invloed. In de Europese Unie werd bijna twee jaar lang gewerkt aan wetten die ervoor moeten zorgen dat olie-, gas- en mijnbouwbedrijven die in het buitenland actief zijn transparanter worden. In juni 2013 werden de voorgestelde veranderingen definitief. Grote olie-, gas- en mijnbouwbedrijven moeten vanaf nu openbaar maken hoeveel ze precies aan landen betalen. Wij geloven dat de druk van beleggers heeft bijgedragen aan deze nieuwe regels over transparantie en zijn ervan overtuigd dat dit een belangrijke stap is naar de wereldwijde strijd tegen omkoping en corruptie.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
13
RECHTEN VAN INHEEMSE VOLKEREN BESCHERMEN De term ‘inheemse volkeren’ wordt gebruikt voor afstammelingen van bevolkingsgroepen die in een gebied woonden toen mensen van andere culturen of etnische afkomst naar hun gebied kwamen. Deze bevolkingsgroepen hebben culturele kenmerken die zich duidelijk van andere groepen onderscheiden. Ze hebben een sterke culturele, economische en spirituele band met hun geboortegronden en de natuur. Vaak hebben ze ook waardevolle traditionele kennis en ervaring in het op een duurzame manier beheren van het milieu. Mijnbouw kan een grote bedreiging zijn voor de cultuur van inheemse volkeren. De kans is groot dat inheemse volkeren die in het gebied wonen zo benadeeld worden dat ze het land dat ze vaak al vele honderden jaren bewonen opeens moeten verlaten. De grond waar generaties lang werd geleefd van de jacht of visvangst en waar de bewoners een diepe verbintenis voelen met de natuur moet plotseling plaatsmaken voor moderne graafmachines en vrachtwagens. De internationale aandacht voor de kwetsbaarheid van inheemse volkeren en de druk van verantwoorde beleggers dwingen ondernemingen ertoe nog eens goed na te denken op welke wijze ze het best met deze gemeenschappen kunnen samenwerken. Geschillen over het gebruik van land en water, milieuvervuiling en bedreigingen van landrechten van inheemse volkeren brengen trouwens ook risico’s met zich mee voor de ondernemingen, en de beleggers die hun aandelen kopen. Het zou kunnen dat een project door de rechtbank wordt gestopt met alle financiële gevolgen van dien. Of de betrokken onderneming wordt verboden om gebruik te maken van lokale waterbronnen waardoor de kosten van het project sterk oplopen.
VERANTWOORDE WINNING VAN SCHALIEGAS STIMULEREN De wereldwijde vraag naar energie blijft stijgen. Olie- en gasmaatschappijen gaan steeds ingewikkelder technieken gebruiken om olie- en gasreserves aan te boren. Zolang het winnen van olie- en gas voldoende winstgevend is, zullen de ondernemingen wel risico’s willen nemen. Voorbeelden daarvan zijn boringen in het Noordpoolgebied en diepzeeboringen, maar ook de ontwikkeling van oliezanden en schaliegas. Aan de ene kant zien de voorstanders, vooral in de Verenigde Staten, de voordelen van dit aardgas. Schaliegas zou minder schadelijk zijn voor het klimaat dan veel andere energievormen en de VS is hierdoor niet meer afhankelijk van andere landen voor de levering van energie. Aan de andere kant zijn tegenstanders bezorgd over de eventuele sociale en milieueffecten van fracking (breken). In de barsten die ontstaan wordt een mix van water en chemicaliën gespoten. Het gas dat daarbij vrijkomt wordt gewonnen. Dit hele proces zou zelfs meer schade aan het milieu kunnen toebrengen dan de meest vervuilende vorm van energie, steenkolen. Het winnen van schaliegas is omstreden. Lokale gemeenschappen maken zich zorgen over de vervuiling van het drinkwater door nabijgelegen schaliegasprojecten. Milieuactivisten hebben fracking ook aangewezen als de oorzaak van verontreinigde waterbronnen en hebben hun zorg geuit over de grote hoeveelheid water en energie die bij het breekproces gebruikt worden. Terwijl de regering van de Amerikaanse President Barack Obama deze nieuwe ontwikkeling heeft omarmd, zijn andere regeringen, zoals de Franse en Britse, veel terughoudender.
BANGLADESH: LEREN VAN RAMP IN TEXTIELFABRIEK Op 24 april 2013 stortte in Dhaka, de hoofdstad van Bangladesh, een gebouw van acht verdiepingen in. In het gebouw waren meerdere textielfabrieken gehuisvest waar in totaal zo’n 3.000 mensen werkten. Meer dan 1.100 mensen vonden de dood en nog veel meer mensen raakten gewond. Het is een van de grootste industriële rampen in bijna 30 jaar. In één klap werd duidelijk hoe slecht de werkomstandigheden in het land zijn. Het zorgde over de hele wereld voor verontwaardiging. De regering heeft al plannen aangekondigd voor een aantal verbeteringen, maar de vraag is of hier iets van komt. De internationale modemerken die hun kleding in Bangladesh laten maken moeten nu in actie komen. Zij moeten ervoor zorgen dat textielfabrikanten zich daadwerkelijk gaan houden aan regels op het gebied van veiligheid, gezondheid en werkomstandigheden. Helaas is een grote ramp zoals die in Bangladesh soms nodig om belangrijke verbeteringen door te kunnen voeren.
UITSLUITINGEN Met ingang van 1 januari 2013 is het wettelijk verbod op investeren in ondernemingen die betrokken zijn bij de productie van clustermunitie van kracht geworden. Het verbod vraagt investeerders om investeringen te vermijden in ondernemingen die te maken hebben met de productie van clustermunitie, en ook in beleggingsinstellingen en indexen waar clustermunitie-ondernemingen meer dan 5 procent van uitmaken. Op basis van deze wet is door de AFM een indicatieve lijst met gewraakte ondernemingen opgesteld. Alle ondernemingen die binnen het beleggingsuniversum vallen, staan al op de uitsluitingenlijst. Om compleet te zijn en mogelijke fouten in de toekomst te vermijden, zijn de ondernemingen die buiten het universum vallen ook per 31 maart formeel uitgesloten. Het gaat om de volgende ondernemingen: Aeroteh S.A., Aryt Industries Ltd., Ashot Ashkelon, Kaman Corporation, Norinco International Cooperation Ltd. en Splav SRPA (geen beursnotering ). Goodrich Corporation is verwijderd van de uitsluitingenlijst omdat de onderneming werd overgenomen door United Technologies. Deze onderneming is al uitgesloten.
TOELATINGEN In de verslagperiode is een eerder uitgesloten onderneming opnieuw opgenomen in het beleggingsuniversum.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
14
Daimler De Duitse automobielgroep Daimler AG is bekend van het automerk Mercedes. In 2012 werd de onderneming uitgesloten van belegging omdat Daimler mede-eigenaar was van defensiebedrijf EADS en daardoor ook betrokken raakte bij de productie van kernwapens. Voordat deze grote beslissing genomen is, werd Daimler vaak gevraagd om EADS te bewegen om met de productie van kernwapens te stoppen. Dit jaar zijn er twee belangrijke ontwikkelingen geweest, waardoor besloten is om Daimler weer te accepteren voor belegging. De eerste ontwikkeling is een wet die verbiedt in ondernemingen te beleggen die betrokken zijn bij de productie van clustermunitie. Clustermunitie is wel iets anders dan kernwapens maar het zijn ook wapens die uit principe niet acceptabel zijn. Dat verbod was reden voor reflectie en hernieuwde afweging. De vraag is hoe om te gaan met een onderneming zoals Daimler die een klein belang heeft in EADS. In maart werd de beslissing genomen. Om te voorkomen dat ondernemingen worden uitgesloten die maar voor een klein gedeelte eigenaar zijn van een wapenbedrijf zoals EADS wordt een grens gehanteerd. Alle ondernemingen die meer dan tien procent aandelen hebben in een dergelijke wapenfabrikant worden nog steeds uitgesloten. Daimler is voor minder dan tien procent eigenaar van EADS, dus wordt de onderneming niet meer uitgesloten. De tweede ontwikkeling is de toezegging van Daimler om het eigendom in EADS in de loop van dit jaar verder te verkopen en de aandacht volledig te richten op het maken van auto’s. Per 30 juni 2013 zijn in totaal elf (Europese) ondernemingen uitgesloten. De lijst van uitgesloten ondernemingen en uitgesloten landen per 30 juni 2013 is opgenomen als bijlage, zie paginanummer 19.
UITVOERING STEMRECHT OP AANDEELHOUDERSVERGADERINGEN Veel ondernemingen in onze beleggingsportefeuille houden hun jaarlijkse algemene aandeelhoudersvergadering (AVA) tussen maart en mei. Tijdens de vergadering worden meestal onderwerpen besproken die van de onderneming zelf komen, de bestuursvoorstellen. Ook aandeelhouders mogen punten aan de agenda toevoegen, de aandeelhoudersvoorstellen. Tijdens de AVA wordt er door aandeelhouders over gestemd. Een veelvoorkomend onderwerp is behoorlijk ondernemingsbestuur (corporate governance). Op basis van de Fundamentele Beleggingsbeginselen en best practices op het gebied van corporate governance is een verantwoord stembeleid opgesteld. Dat beleid helpt bij het uitbrengen van onze stem.
OVERZICHT UITGEBRACHTE STEMMEN EN TOELICHTING THEMA’S In de verslagperiode zijn 76 aandeelhoudersvergaderingen bijgewoond. In 53% van de gevallen is in lijn met het bestuur gestemd en in 47% van de gevallen is op ten minste één voorstel tegen het bestuur gestemd. In totaal zijn 727 voorstellen bekeken, waarvan 704 bestuursvoorstellen en 23 aandeelhoudersvoorstellen. Tabel 9: Tabel stemoverzicht eerste halfjaar 2013 TOTAAL
Aantal vergaderingen waar is gestemd:
76
Gestemd voor het bestuur
40
Gestemd tegen het bestuur
36
Totaal aantal voorstellen:
727
Stemmen voor
660
Stemmen tegen
65
Stemonthoudingen
2
Totaal aantal bestuursvoorstellen:
704
Stemmen voor
641
Stemmen tegen
62
Stemonthoudingen
1
Totaal aantal aandeelhoudersvoorstellen:
23
Stemmen voor
19
Stemmen tegen
3
Stemonthoudingen
1
BELANGRIJKSTE STEMTHEMA’S: BESTUURSSAMENSTELLING EN -BELONING Veel van de onderwerpen waar aandeelhouders over stemmen gaan over de vraag wie bestuurder mag worden en hoeveel salaris de bestuurders moeten ontvangen. De onderwerpen lijken ingewikkeld of saai. Toch zegt dit veel over de vraag wie de onderneming leidt en hoe dat gebeurt. Bestuurders hebben bijvoorbeeld invloed op de wijze waarop men met werknemers omgaat, hoe milieurisico’s worden beheerst en hoe verantwoord men onderneemt. Het bestuur leidt de ondernemingen waarin geïnvesteerd wordt en bepaalt de richting. HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
15
Bij een tegenstem ging het meestal over de (her)verkiezing van bestuurders. Besturen die niet onafhankelijk zijn, gaan soms zonder meer akkoord met beslissingen van het management. Deze beslissingen kunnen echter gericht zijn op korte termijn winsten en te weinig rekening houden met het milieu en de maatschappij. Over de hele wereld wordt tegen beloningsvoorstellen voor bestuurders gestemd. Beleggers en regeringen willen dat ondernemingen bestuurdersbeloningen en bedrijfsresultaten beter op elkaar afstemmen. Niet alleen op financieel gebied, maar ook op het gebied van duurzaamheid.
POSITIEVE SELECTIE ZWITSERLEVEN EUROPEES AANDELENFONDS Ondernemingen die nu net buiten het universum van de 40 procent meest verantwoorde ondernemingen vallen, komen voor positieve selectie in aanmerking wanneer ze zeer goed scoren op een of twee van de drie criteria: milieu, sociaal of governance. Tabel 10: In het eerste halfjaar van 2013 geselecteerde bedrijven voor positieve selectie ONDERNEMING
SECTOR
ARM Holdings
Semi-conductors
GEA Group
Industrials
Kemira
Chemicals
Nutreco N.V.
Food
Svenska Cellulosa Aktiebolaget (SCA)
Household Products
Daarmee komt het totale aantal ondernemingen dat voor positieve selectie in aanmerking komt uit op acht. Air Liquide, Enel Green Power S.p.A. en Wacker Chemie AG zijn in 2012 al hiervoor geselecteerd. 2.4
MARKTONTWIKKELINGEN EN VOORUITZICHTEN
ECONOMISCHE ONTWIKKELINGEN Het eerste halfjaar van 2013 werd gekenmerkt door een wereldeconomie die langzaam herstellende was van de economische terugval die zich vooral in 2012 voordeed. De traagheid van het herstel wordt verklaard door de niet geringe hobbels die ook in dit eerste halfjaar genomen moesten worden. In de Verenigde Staten begon het jaar onmiddellijk met een opeenstapeling van aflopende stimuleringsmaatregelen en automatisch ingaande bezuinigingsmaatregelen tenzij er een akkoord tussen Democraten en Republikeinen bereikt werd. De dreiging van deze maatregelen had een negatieve invloed op het vertrouwen van consumenten en producenten. Uiteindelijk vielen de gevolgen van deze maatregelen mee, vooral omdat de private sector in de Verenigde Staten een flinke groei kende. De sterk herstellende huizenmarkt en de aanhoudende banengroei vormden een belangrijke bodem onder de economische groei, evenals de sterk groeiende mijnbouw als gevolg van de nieuwe manieren van olie- en gaswinning. De economie van de eurozone bleef gedompeld in recessie, maar de tekenen van een aanstaande opleving, die zich eind 2012 al aandienden, werden steeds sterker. Vooral de landen in de periferie leken langzaam voorbij het dieptepunt van hun langdurige en zeer diepe recessies te komen. Ook in Duitsland was er aan het einde van de verslagperiode enig herstel zichtbaar in de cijfers. Dit alles ondanks de crisis rond Cyprus die in de eerste maanden van het jaar een einde maakte aan de teruggekeerde rust in de eurozone. Belangrijk in deze crisis was dat voor het eerst de lasten niet meer alleen op de belastingbetaler werden afgewenteld, maar ook op direct belanghebbenden. In China bleef het langverwachte herstel uit, na de langdurige groeivertraging van 2011-2012, al stabiliseerde de groei wel rond de 7,5%. De nieuw aangetreden leiding in China verraste met een anticorruptie campagne waarbij partijleden en ambtenaren gemaand werden minder uitbundig hun welvaart tentoon te spreiden. Dit zette een behoorlijke druk op de consumptie. Daarnaast trachtte men een eind te maken aan de uit de hand lopende kredietverlening, waardoor aan het einde van de verslagperiode de interbancaire rente fors opliep en er sprake was van opdrogende kredietmarkten. In hoeverre dit de economische groei later dit jaar onder druk zal zetten, is nog ongewis. Emerging Markets hadden te lijden onder het uitblijvende herstel van China, zeker omdat dit ook impliceert dat de euforie op de grondstoffenmarkt voorlopig zijn beste tijd heeft gehad. De Japanse economie lijkt uit het dal te kruipen, nu zowel op fiscaal als vooral op monetair gebied voortvarend beleid wordt gevoerd. Consumenten reageerden vrijwel onmiddellijk op de aangekondigde plannen door de nieuw aangetreden premier Abe. Toen ook de nieuwe voorzitter van de Bank of Japan nog rigoureuzere plannen aankondigde dan al verwacht, kreeg de economie nog een extra impuls. De forse daling van de yen en de enorme stijging van de aandelenmarkt was hier uiteraard mede debet aan. De al genoemde relatieve zwakte van de grondstoffenmarkten had ook consequenties voor de inflatie. Zowel in Europa als in de Verenigde Staten liep de inflatie behoorlijk terug. Zelfs zodanig dat hier en daar de vrees voor deflatie weer de kop opstak. Dit was voor de Europes Centrale Bank (ECB) een van de redenen om begin mei 2013 de rente opnieuw te verlagen.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
16
FINANCIËLE MARKTEN Aandelenmarkten De combinatie van aantrekkende economische groei en een aanhoudend ruim geldbeleid waren de belangrijkste positieve factoren voor de aandelenmarkten. Vooral de cijfers uit de Verenigde Staten toonden een gezond beeld van de economie. Zo behaalde het Amerikaanse consumentenvertrouwen het hoogste niveau sinds juli 2007. Groeiende werkgelegenheid en stijgende huizenprijzen liggen hier onder meer aan ten grondslag. In Europa is het economisch vertrouwen, zij het op lage absolute niveaus, aan het verbeteren. De aandelenmarkten kenden tot medio mei een gunstig verloop met vooral sterk stijgende koersen in Japan. Dit laatste werd veroorzaakt door het aangekondigde expansieve beleid van zowel de Japanse regering als de Japanse centrale bank. Vanaf medio mei waren de prestaties van de verschillende beurzen wat meer uiteenlopend en in ieder geval minder gunstig dan de periode daarvoor. De onrust nam vooral toe omdat de Amerikaanse centrale bank (Fed) begon te zinspelen op een einde van het beleid van monetaire stimulering (Quantitative Easing). Voorzitter Ben Bernanke van de Fed liet weten dat het opkoopprogramma van $ 85 miljard per maand later in het jaar kan worden afgebouwd bij een duurzaam goed presterende Amerikaanse economie en dalende werkloosheid. Beleggers hoopten juist dat Bernanke de vrees voor een inperking zou kunnen wegnemen. De macrocijfers in de Verenigde Staten bleven positief maar zorgden tegelijkertijd voor volatiele markten. Beleggers hinkten hierbij op twee gedachten. Een sterke economie zorgt aan de ene kant voor een positieve ontwikkeling van de omzet- en winstcijfers van bedrijven. Aan de andere kant vergroot dit de kans op een snellere afbouw van het opkoopprogramma wat nadelige gevolgen kan hebben voor aandelenmarkten. Het opkoopprogramma van staatsobligaties door de Fed heeft de rente kunstmatig laag gehouden (extra vraag vanuit de Fed naar Amerikaanse staatsobligaties). Nu de Fed bewegingen maakt dit programma af te bouwen is de rente gestegen en is de verwachting dat de rente verder gaat stijgen. Aandelen waren een goed beleggingsalternatief op basis van koerswinstverhoudigen, maar vooral ook op basis van de hoge dividendrendementen van aandelen ten opzichte van de effectieve rendementen van obligaties. Een stijging van de effectieve rendementen van obligaties zou dit positieve argument kunnen neutraliseren. Een bijkomend nadeel van de afbouw van het opkoopprogramma is dat door een hoger renteniveau de leenkosten van bedrijven toenemen. Ook zullen de investeringen in de toekomst hierdoor onder druk kunnen komen te staan, waardoor de groei van de economie terugvalt. Merkwaardig genoeg had de Amerikaanse markt met een daling (van top tot bodem) van 5% hier het minst onder te lijden. De daling van de Japanse beurs was met ruim 20% het grootst maar ook Europese beurzen moesten 10% prijsgeven. Emerging Markets moesten ook een flinke veer laten, aangezien veel van de overtollige liquiditeit in de richting van deze markten was gevloeid. Toen aan het eind van het halfjaar diverse leden van het Fed-rentecomité de nieuwe plannen nuanceerden, ontstond enige rust op de financiële markten. Vastrentende markten In januari nam het vertrouwen in de financiële markten toe en daalden de rentes van periferielanden (Spanje, Italië en Portugal) en stegen de rentes van de kernlanden (Duitsland, Oostenrijk en Nederland) in de eurozone. De woorden van de president van de Europese Centrale Bank (ECB), Mario Draghi, “dat de donkerste wolken boven de euro zijn verdwenen” vielen in goede aarde. Het optimisme in de markt werd verder versterkt door succesvolle obligatieveilingen in Spanje, Nederland, Oostenrijk, Ierland en België. In de laatste twee weken van maart ontstond rumoer toen op onhandige wijze ‘reddingsplan B’ voor Cyprus tot stand kwam. De Duitse 10-jaars staatsrente die in januari nog boven de 1,70% noteerde, daalde hard naar een niveau van 1,20% in april. De zoektocht naar rendement door beleggers had vervolgens dalende rentes van de periferielanden tot gevolg, waardoor de rente in Duitsland juist weer steeg. In de twee laatste maanden van het eerste halfjaar waren de centrale banken in de Verenigde Staten (Fed) en Europa (ECB) de grote blikvangers op de financiële markten. De ECB heeft conform de verwachting het herbeleningsrentetarief met 25 basispunten verlaagd naar 0,50%. De gepubliceerde macro-economische data gaven aan dat er aanvullende monetaire stimulering gewenst is. De ECB kan de economie monetair stimuleren door banken meer langere termijn financiering te verstrekken, de kredietmarkten te stimuleren, of de renteverwachtingen van de markt te sturen. Na de publicatie van het verslag van de vergadering van de Fed over het aflopen van de monetaire verruiming nam de volatiliteit toe en schoten de rentes wereldwijd omhoog. Als het opkoopprogramma van Amerikaanse staatsobligaties door de Fed wordt afgebouwd is er een grote koper minder. Minder vraag zorgt voor lagere obligatiekoersen en hogere rentes. De Duitse 10-jaars staatsrente steeg in de verslagperiode per saldo met 41 basispunten naar 1,73%. De vergelijkbare rentes in Nederland en Italië stegen met respectievelijk 62 en 5 basispunten, terwijl de Spaanse rente in dezelfde periode met 49 basispunten daalde.
VOORUITZICHTEN Europa De export en het handelsoverschot van de eurozone als geheel is tot recordhoogte gestegen. Het geeft aan dat de eurozone in staat is zich op te trekken aan de beter draaiende economieën elders in de wereld, ondanks de sterke euro. Een en ander biedt ook perspectief voor de toekomst, zeker wanneer in de opkomende landen (en vooral in China) meer consumptiegeoriënteerde vraag ontstaat in plaats van vraag gericht op investeringen. Voor veel landen zal de export binnen Europa een stimulans krijgen van de kant van de Duitse consument. Wanneer bij de beleidsmakers het accent minder op (groeiremmende) bezuinigingen komt te liggen, kan zich later dit jaar of begin volgend jaar een voorzichtig economisch herstel aftekenen. Verenigde Staten Na het goede eerste kwartaal heeft de Amerikaanse economie iets aan kracht verloren. Met name de industrie kent een wat moeilijkere periode. Productiecijfers zijn zwak en de inkoopmanagersindex voor de industrie is onder het neutrale niveau van 50 gezakt. De verzwakking is in onze visie van tijdelijke aard. De ontwikkeling aan de vraagkant van de economie is namelijk gunstig en de negatieve effecten van de Amerikaanse bezuinigingsmaatregelen vallen mee. De gestage banengroei en de lagere inflatie steunen de reële inkomens op
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
17
macroniveau. Ook leidt de stijging van de huizenprijzen tot een betere vermogenspositie van consumenten. Dit alles legt de basis voor een opleving van de consumptie later dit jaar. China Na het goede eerste kwartaal heeft de Amerikaanse economie iets aan kracht verloren. Met name de industrie kent een wat moeilijkere periode. Productiecijfers zijn zwak en de inkoopmanagersindex voor de industrie is onder het neutrale niveau van 50 gezakt. De verzwakking is in onze visie van tijdelijke aard. De ontwikkeling aan de vraagkant van de economie is namelijk gunstig en de negatieve effecten van de Amerikaanse bezuinigingsmaatregelen vallen mee. De gestage banengroei en de lagere inflatie steunen de reële inkomens op macroniveau. Ook leidt de stijging van de huizenprijzen tot een betere vermogenspositie van consumenten. Dit alles legt de basis voor een opleving van de consumptie later dit jaar. Japan In Japan is sprake van een duidelijke conjunctuuropleving. De export veert op dankzij de lagere yen, maar de sterkste groei zien we bij de consumptieve bestedingen. De belofte van de regering en de centrale bank om een einde te maken aan de deflatiespiraal via ongekende monetaire stimuleringsmaatregelen, heeft de Japanse burger moed gegeven. Intussen beginnen consumentenprijzen maand op maand inderdaad te stijgen. In het gunstigste geval leidt dat tot een spiraal van hogere consumptie en verder stijgende prijzen, maar het is de vraag of een inflexibele economie als die van Japan via conjunctuurbeleid langdurig op een hoger groeipad kan komen. Veeg teken is dat de investeringen in het eerste kwartaal gewoon verder daalden en de cijfers voor de machineorders voor de komende tijd niet wijzen op een verbetering. Het nieuwe beleid vormt een nooit vertoond experiment met een uiterst onzekere afloop. Tabel 11: Aandelenmarkten. 30-06-2013
AEX-index Dow Jones Industrials
31-12-2012
% IN EERSTE HELFT 2013
344,59
342,71
0,55%
14.909,50
13.104,14
13,78%
Nasdaq
3.403,25
3.019,51
12,71%
Nikkei
13.677,32
10.395,18
31,57%
MSCI Europe in €
1.112,34
1.096,57
1,44%
MSCI USA in €
1.178,72
1.032,95
14,11%
MSCI Pacific in €
1.725,83
1.599,58
7,89%
MSCI Japan
703,12
530,30
32,59%
MSCI Emerging Markets in €
723,44
800,34
-9,61%
31-12-2012
VERANDERING IN EERSTE HELFT 2013
Tabel 12: Geld- en kapitaalmarktrente 30-6-2013
Eurozone
3-maandsrente
0,22
0,19
Duitsland
10-jaarsrente
1,73
1,32
0,41 basispunten
Verenigd Koninkrijk
3-maandsrente
0,50
0,53
-0,03 basispunten
10-jaarsrente
2,44
1,82
0,62 basispunten
Italië
10-jaarsrente
4,55
4,50
0,05 basispunten
Spanje
10-jaarsrente
4,77
5,26
-0,49 basispunten
Verenigde Staten
3-maandsrente
0,27
0,31
-0,04 basispunten
10-jaarsrente
2,48
1,75
0,73 basispunten
3-maandsrente
0,23
0,31
-0,08 basispunten
10-jaarsrente
0,83
0,79
0,04 basispunten
€/$
1,30
1,32
Japan
Valuta
0,03 basispunten
-1,5%
€/£
0,86
0,81
6,0%
$/¥
99,34
86,46
14,9%
Utrecht, 3 september 2013 SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
18
Bijlage 3 Tabel 13: Lijst van uitgesloten ondernemingen per 30 juni 2013. BEDRIJF
SECTOR
REGIO
OVERTREDEN PRINCIPE
Alliant Techsystems
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Alpha Natural Resources
Energy
Amerika
Milieuvervuiling
Arch Coal
Energy
Amerika
Milieuvervuiling
Babcock & Wilcox
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Babcock International Group
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
BAE Systems
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
Barrick Gold
Materials
Amerika
Milieuvervuiling
Boeing
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Bridgestone
Automobiles & Components
Pacific
Kinderarbeid, Dwangarbeid
Computer Sciences Corp
Diversified Financials
Amerika
Controversiële Wapens
CONSOL Energy
Energy
Amerika
Milieuvervuiling
Daimler AG
Automobiles & Components
Europa
Controversiële Wapens
EADS
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
Exelis
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Finmeccanica
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
Freeport-McMoRan
Materials
Amerika
Milieuvervuiling, Mensenrechten
GenCorp
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
General Dynamics
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Hanwha
Materials
Pacific
Controversiële Wapens
Honeywell International
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Jacobs Engineering Group
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Lockheed Martin Corp
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Northrop Grumman
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Poongsan Corp
Materials
Pacific
Controversiële Wapens
Raytheon
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Rheinmetall
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
Rio Tinto
Materials
Europa
Milieuvervuiling
Rolls-Royce Group
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
Safran
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
Serco Group
Commercial & Professional Services
Europa
Controversiële Wapens
ST Engineering
Capital Goods
Pacific
Controversiële Wapens
TEPCO
Utilities
Pacific
Mensenrechten
Textron
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Thales
Capital Goods
Europa
Controversiële Wapens
United Technologies
Capital Goods
Amerika
Controversiële Wapens
Vedanta Resources
Materials
Europa
Mensenrechten, Milieuvervuiling
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
19
Tabel 14: Lijst van uitgesloten landen per 30 juni 2013. LAND
OVERTREDEN PRINCIPE
China
Controversiële Wapens
Finland
Controversiële Wapens
Griekenland
Controversiële Wapens
Mexico
Mensenrechten
Polen
Controversiële Wapens
Turkije
Controversiële Wapens
Verenigde Staten
Controversiële Wapens
Zuid Korea
Controversiële Wapens
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
20
2.5
ZWITSERLEVEN AANDELENFONDS
Zwitserleven Aandelenfonds belegt in aandelen van beursgenoteerde ondernemingen in Nederland. Minimaal 80% van de waarde van de portefeuille bestaat uit aandelen die zijn opgenomen in de AEX- index. Het fonds kan ook beleggen in afgeleide producten, uitsluitend in aandelenfutures. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement behalen dat hoger is dan het rendement van de AEX-index, de benchmark.
PORTEFEUILLEBELEID Het beleid voor Zwitserleven Aandelenfonds is een bottom-up georiënteerd beleid. Aandelen worden geselecteerd op basis van de factoren: koers- en winstmomentum, waardering en reality check (nieuwsscore en kwalitatieve analyse). In het eerste halfjaar van 2013 is de exposure naar de momentum factor geneutraliseerd. De portefeuille is sterk overwogen gebleven in waardeaandelen en de tilt naar reality check is groter geworden. Dit is gedeeltelijk door transacties bewerkstelligd, bijvoorbeeld door het vergroten van de overwegingen in SBM Offshore en ING en de verkoop van aandelen TNT Express. In twee stappen is het overwogen belang in TNT Expres afgebouwd naar onderwogen. Voor het bedrijf worden moeilijke marktomstandigheden voorzien en daarom is de positie in dit aandeel gedraaid. Ook zijn de exposures veranderd door wijzigingen in de scores van bedrijven. Zo is de waardescore van Reed Elsevier verslechterd, terwijl de scores van ING op zowel momentum als waarde juist verbeterden. De portefeuille heeft een sterke onderweging in defensieve kwaliteitsnamen. Deze aandelen hebben een hoge waardering terwijl de onderliggende winsten niet zijn verbeterd. De onderwogen posities in aandelen als Heineken en Reed Elsevier worden dus aangehouden. De discount van houdstermaatschappij Heineken Holding in vergelijking met Heineken is in de afgelopen periode een stuk minder groot geworden. De positie in deze ‘pair trade’ (overwogen Heineken Holding versus onderwogen Heineken) is voor circa de helft afgebouwd en winst genomen. Daarnaast zijn vooruitlopend op opname in de AEX-index per medio maart, aandelen Imtech bijgekocht. Het bedrijf maakt een turbulente periode door en neemt in het fonds nu een minimale overwogen positie in. Begin april zijn er aandelen gekocht van TomTom en op hogere niveaus is er winst genomen op deze positie. Verder zijn aandelen geruild van Aperam naar ArcelorMittal en is afscheid genomen van Ordina en Ziggo. Aan het einde van het halfjaar veranderde de AEX-index wederom van samenstelling, deed het aandeel Gemalto zijn intrede en werd Aperam uit de index verwijderd. In de portefeuille is Gemalto onderwogen vanwege de hoge waardering, ook uit relatief historisch oogpunt.
BELEGGINGSRESULTATEN Over de eerste helft van 2013 realiseerde Zwitserleven Aandelenfonds een rendement van 1,5% waar de benchmark een rendement van 2,7% noteerde, een underperformance van 1,2%. De relatieve performance van het fonds was vooral in de eerste maanden van het jaar teleurstellend. Enkele incidenten liggen hieraan ten grondslag. Het bod door een groep investeerders onder aanvoering van Joh. A. Benckiser (JAB) op D.E Master Blenders 1753 (halfjaarrendement van +41% en onderwogen positie in het fonds) zorgde voor een grote verliespost. Het niet doorgaan van het bod op TNT Express door UPS kostte eveneens veel rendement. Op dat moment was het fonds overwogen in zowel TNT Express (-31%) als in PostNL (-27%). Post NL is grootaandeelhouder van TNT Express en werd zodoende ook geraakt door het afketsen van het overnamebod. Vanwege de nakende indexopname was halverwege januari alvast een belang in Imtech genomen en dat leverde een flinke tegenvaller op. Imtech verloor in het eerste halfjaar tweederde aan beurswaarde, na de bekendmaking van grootschalige fraude bij dochterbedrijven in Polen en Duitsland. Het aandeel Reed Elsevier (+17% en onderwogen) zette zijn opmars voort. De overwogen positie in sectorgenoot Wolters Kluwer (+9%) bood enige compensatie. Ook de overwogen posities in SBM Offshore (+25%) en Ahold (+17%) waren winstgevend. Het aandeel Ahold steeg flink in waarde na de verkoop van het belang in het Zweedse ICA dat een kaspositie van 2 euro per aandeel oplevert. De bewegingen in de rente en de veranderende monetaire omgeving zorgden daarnaast voor een goede performance van banken en verzekeraars. De overwegingen in Aegon, ING en Delta Lloyd leverden dan ook een mooie outperformance op.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
21
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
2013, eerste half jaar
188.338
1,45%
2,72%
1,24
23,36
2012
187.596
12,43%
14,05%
0,84
24,18
2011
172.823
-11,34%
-8,80%
0,62
22,35
2010
198.709
9,28%
9,24%
0,64
25,84
2009
181.240
40,37%
42,10%
1,49
24,26
2008
119.307
-50,90%
-50,24%
0,00
18,69
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
SECTOREN
OVER- EN ONDERWEGINGEN PER SECTOR T.O.V. BENCHMARK
Financiële Dienstverlening 22,7%
Massa Consumentengoederen 24,3%
Basisgoederen Basisindustrie Duurzame Consumentengoederen Energie
Telecommunicatie 1,3% Duurzame Consumentengoederen 5,3% Technologie 8,3% Basisgoederen 8,9%
Financiële Dienstverlening Massa Consumentengoederen
-2,00%
-1,00%
0,00%
1,00%
2,00%
3,00%
4,00%
Actieve postitie ultimo kwartaal
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP 110
11,27%
1,07%
100
6,42%
-0,83%
90
Asm Lithography Holding
6,14%
-0,95%
80
Ahold
5,77%
1,38%
70
Unibail-Rodamco
4,74%
-1,72%
Aegon
3,90%
0,43%
Arcelormittal
3,76%
0,44%
Akzo Nobel
3,36%
-0,57%
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
Fonds Benchmark
60
jun-13
jun-12
jun-11
50 jun-10
2,01% -0,15%
jun-09
16,55% 14,62%
jun-08
Royal Dutch Shell -A Unilever Koninklijke Philips Nv
Telecommunicatie
Actieve postitie primo kwartaal
GROOTSTE TIEN BELANGEN
Ing Groep
Technologie
Energie 19,5% Basisindustrie 9,5%
22
2.6
ZWITSERLEVEN EUROPEES AANDELENFONDS
Zwitserleven Europees Aandelenfonds belegt in aandelen van beursgenoteerde ondernemingen in lidstaten van de Europese Unie, Noorwegen en Zwitserland. Om risico’s te spreiden worden beleggingen gespreid over landen, bedrijfstakken en ondernemingen. Een belegging in een onderneming mag niet meer bedragen dan 10% van het fondsvermogen. Het fonds kan ook beleggen in afgeleide producten, uitsluitend in aandelenfutures en valutatermijncontracten. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement behalen dat hoger is dan het rendement van de MSCI Europe Standard Net Index Total Return, de benchmark.
PORTEFEUILLEBELEID Het actieve beleggingsbeleid van Zwitserleven Europees Aandelenfonds is gebouwd op drie pijlers te weten momentum, waardering en reality check. Op basis van deze pijlers neemt de fondsbeheerder zijn beslissingen voor de samenstelling van de portefeuille. De pijler momentum is een combinatie van winst- en prijsmomentum. Het gebruikte winstmomentum van een aandeel is de bijstelling van de winstverwachting van analisten over de afgelopen drie maanden. Het prijsmomentum is het rendement op een aandeel over de afgelopen zes maanden. Voor het waarderingsonderdeel van het beleggingsproces wordt gebruik gemaakt van verwachte koers/winstverhoudingen. De reality check is enerzijds een kwalitatieve analyse van aandelen waarbij wordt achterhaald of de scores op momentum en waardering betrouwbaar zijn. Deze check is gebaseerd op fundamentele ontwikkelingen bij een bedrijf, óf op bijzondere en overige factoren. Anderzijds wordt de analyse van recente economische ontwikkelingen gericht op variabelen die bepalend zijn voor de winstontwikkeling van een bedrijf. Het beleggingsbeleid waarbij bedrijven in portefeuille worden gehouden met een sterk winstmomentum en gunstige waardering is het eerste halfjaar van 2013 gehandhaafd. Ondernemingen met groei genieten de voorkeur en daarom zijn aandelen van ondernemingen geselecteerd met vooral omzet buiten Europa. De portefeuille is omwille van de hoge waardering en afzwakkend winstmomentum onderwogen in de voedings- en drankensector. Vanwege structurele problemen als overcapaciteit en prijsconcurrentie wordt een onderwogen positie in Nutsbedrijven en Telecommunicatie aangehouden. Als gevolg hiervan is de portefeuille onderwogen in defensieve sectoren. Deze onderweging wordt gecompenseerd door een overweging in Banken, Technologie en cyclische sectoren. Gedurende de verslagperiode is de licht cyclische tilt opgebouwd en dit uit zich onder meer in aandelen als Capita, Compass Group en Whitbread. Deze bedrijven profiteren van positief specifieke ontwikkelingen of, in het geval van Compass Group, van de sterke euro versus het Britse pond. Verkocht werden onder meer de volledige posities in Michelin, BIC, Xstrata en LVMH. Michelin werd in de eerste maanden van het jaar verkocht omdat de winstverwachtingen onder druk waren gekomen. In Carrefour werd na een forse koerssprong winst genomen op de overwogen positie. Naast het waarderingsargument zijn bovendien de winstverwachtingen van de Franse supermarktketen in een dalende trend terechtgekomen. De bedrijven ARM, Vestas Wind Systems en Sainsbury werden nieuw in de portefeuille opgenomen. ARM is een Britse leverancier van halfgeleiders voor de ICT-sector. Het bedrijf staat vooral bekend om zijn chips met een laag energieverbruik die veel gebruikt worden in mobiele telefoons. Het bedrijf maakt de chips niet zelf, maar ontwerpt deze en verkoopt het intellectuele eigendom. Energie-efficiëntie wordt een steeds belangrijker uitgangspunt voor het beheer van datacenters. De opmars van laag verbruik chips is een logisch uitvloeisel hiervan. ARM is niet goedkoop maar heeft wel een heel sterk winstmomentum. Verder werden de posities in Allianz, WPP en Richemont fors verhoogd. Allianz groeit gestaag in vermogensbeheer en bovendien presteert de verzekeringstak goed. Daarnaast scoort Allianz binnen de sector sterk op het gebied van maatschappelijk verantwoord ondernemen.
BELEGGINGSRESULTATEN Over de eerste helft van 2013 realiseerde Zwitserleven Europees Aandelenfonds een rendement van 4,0%. Over dezelfde periode kwam het rendement van de benchmark uit op 3,6%, een outperformance van 0,4%. Het duurzaam universum droeg positief bij aan het fondsrendement, ruim 30 basispunten. De individuele aandelenselectie op basis van financiële gronden leverde eveneens extra rendement (circa 10 basispunten) op. Qua stijlen droegen vooral waarde en momentum positief bij, terwijl de reality check performance kostte. De overwogen posities in Whitbread (halfjaarrendement +20%), BT Group (+27%), Capita (+23%), AXA (+17%), Swedbank (+24%) en Adidas (+25%) zijn onder meer verantwoordelijk voor de goede performance van de individuele aandelenselectie. Verzekeraar AXA kwam met positieve (verkoop)resultaten over het eerste kwartaal. Het Britse horecabedrijf Whitbread steeg op beter dan verwachte cijfers en een versterking van het groeiplan. BT Group timmert aan de weg met betaal-tv en wordt hierdoor een concurrent van BskyB. Dit werd door beleggers gewaardeerd. Vooral grondstofgerelateerde aandelen die in het fonds een overwogen positie innamen, droegen negatief bij aan rendement. Bedrijven als Fresnillo (-54%), CGG (-25%) en ArcelorMittal (-33%) hadden last van sterk dalende grondstofprijzen. Verder drukten de overwogen posities in Standard Chartered (-12%), TNT Express (-31%) en SAP (-6%) het fondsrendement.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
23
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
760.153
4,00%
3,64%
0,79
14,29
2012
1.219.605
20,73%
17,29%
0,42
14,44
2011
1.085.169
-9,83%
-8,08%
0,44
12,36
2010
1.155.489
6,70%
4,86%
0,32
14,14
2009
1.145.170
28,98%
28,74%
0,61
13,56
2008
767.389
-41,69%
-41,21%
0,00
11,10
2013, eerste half jaar
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
SECTOREN
Basisgoederen Basisindustrie Duurzame Consumentengoederen Energie Farmacie & Gezondheidszorg Financiële Dienstverlening Massa Consumentengoederen Nutsbedrijven
Basisindustrie 11,5% Duurzame Consumentengoederen 11,4%
-3,00%
-2,00%
1,00%
0,00%
Actieve postitie primo kwartaal
1,00%
3,00%
2,00%
Actieve postitie ultimo kwartaal
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP 120
Diageo
2,68%
1,69%
110
Sanofi
2,65%
0,94%
100
Siemens
2,58%
1,47%
90
Bayer
2,51%
1,29%
80
Nestle -Reg
2,50%
-0,42%
Allianz -Reg
2,28%
1,36%
Bt Group
2,03%
1,52%
Novartis -Reg
2,02%
-0,23%
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
Fonds Benchmark
70 60 jun-13
0,52% 0,90%
jun-12
2,93% 2,83%
jun-11
Roche Holding -Genuss Vodafone Group
jun-10
GROOTSTE TIEN BELANGEN
Technologie Telecommunicatie
jun-09
Nutsbedrijven 1,6% Technologie 3,3% Telecommunicatie 5,5% Basisgoederen 7,2% Energie 9,2%
Farmacie & Gezondheidszorg 14,9% Massa Consumentengoederen 12,4%
jun-08
Financiële Dienstverlening 23,0%
OVER- EN ONDERWEGINGEN PER SECTOR T.O.V. BENCHMARK
24
2.7
ZWITSERLEVEN OBLIGATIEFONDS
Zwitserleven Obligatiefonds belegt in obligaties genoteerd in euro van overheden en ondernemingen met een hoge kredietwaardigheid. Dit betekent dat kredietbeoordelaar Standard & Poor’s, Moody’s of Fitch de uitgevende instelling waardeert met minimaal BBB-/Baa3/BBB-. De gewogen gemiddelde waardering voor alle beleggingen is minimaal A-/A3/A-. De gewogen gemiddelde looptijd van de portefeuille mag maximaal 1 jaar afwijken van die van de benchmark. Het fonds kan ook beleggen in afgeleide producten, uitsluitend in swaps, rentefutures en renteopties. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement te behalen dat ten minste gelijk is aan de iBoxx € Overall Index, de benchmark.
PORTEFEUILLEBELEID Het jaar 2013 werd gestart met een onderweging van staatsobligaties uit Frankrijk, Nederland en Oostenrijk ten gunste van staatsobligaties uit Duitsland. De onderweging van Oostenrijk werd in januari ten laste van Frankrijk naar neutraal gebracht. Er was aanvankelijk scepsis over het optimisme in de markt en de riskrally werd aangegrepen om de risicomijdende positie verder uit te breiden. Dat resulteerde bijvoorbeeld in een onderweging van Spanje begin dit jaar. De sterke vraag naar rendement was reden om bij te sturen op het gebied van de risicopositionering. De positie in Spanje werd naar neutraal gebracht. De onderwegingen van Frankrijk en Nederland zijn de gehele periode intact gebleven. Op het gebied van tactisch rentebeleid zijn verschillende durarion posities ingenomen om te profiteren van rentebewegingen. Zo is eind maart een short duration positie ingenomen, deze werd in de daaropvolgende maand vergroot. Deze short duration positie is eind mei gesloten waarmee de winst is gerealiseerd. Sinds begin juni is na de forse stijging van de rente een long duration positie ingenomen. Hiermee kan het fonds profiteren van een rentedaling. De visie van de fundmanager is dat de rente op korte termijn weer iets zal dalen. In de loop van het eerste halfjaar is de allocatie naar bedrijfsobligaties verder verhoogd ten laste van staatsobligaties. De belangrijkste beweegreden daartoe was de aanhoudend sterke technische marktfactoren. Zelfs op zwakkere dagen houdt de markt van bedrijfsobligaties zich goed staande. Beleggers zijn zeer terughoudend met verkopen, omdat het zeer lastig is de obligaties op een later - mogelijk goedkoper - tijdstip weer terug te kopen. Naast deze allocatiebeslissing is deelgenomen aan een aantal attractieve nieuwe emissies, zoals nieuwe obligaties van Van Lanschot en Vier Gas. Ook is binnen de categorie bedrijfsobligaties de positie in achtergestelde leningen van Financials uitgebreid. Ook is er een positie opgebouwd in achtergestelde leningen van Non-Financials. Deze twee posities leveren meer rendement op dan senior papier waar het rendement momenteel erg laag is. De positie in Telecom Italia is afgebouwd omdat de kans zeer groot is dat de seniorleningen van dit bedrijf hun investmentgrade rating kunnen verliezen. De categorie obligaties met onderpand is ingevuld met Asset Backed Securities (ABS). De visie over de relatieve aantrekkelijkheid van ABS en met name voor Nederlandse en Engelse hypotheekleningen (RMBS) ten opzichte van obligaties met onderpand bleef ongewijzigd positief. Ook is een aantal transacties uitgevoerd om deze visie verder aan te zetten. Het fonds is eind juni 2013 overwogen in obligaties met onderpand ten koste van staatsobligaties.
BELEGGINGSRESULTATEN Zwitserleven Obligatiefonds zette een rendement neer van 0,0% waar de benchmark een rendement van 0,1% noteerde, een underperformance van 0,1%. Het actieve beleid had per saldo een beperkte invloed op het behaalde fondsrendement. De diverse duratieposities droegen positief bij aan het rendement. Evenals de overweging van bedrijfsobligaties versus staatsobligaties. De selectie binnen de categorie bedrijfsobligaties had een negatief effect op het rendement. Daarnaast pakte de defensieve overweging in ABS ditmaal verkeerd uit. In een markt waarin spreads hard inkomen levert deze positie een negatieve bijdrage. In tijden van zwakte en risicoaversie bewijst de robuustheid van deze positionering zijn waarde.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
25
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
2013, eerste half jaar
614.436
0,02%
0,14%
0,57
16,30
2012
638.403
11,53%
11,19%
0,66
16,85
2011
562.959
3,49%
3,29%
0,65
15,74
2010
583.882
2,12%
2,15%
0,47
15,84
2009
600.483
8,01%
6,95%
0,85
15,98
2008
493.910
2,57%
6,22%
0,00
15,63
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
SECTOREN
DEBITEUREN / RATINGSEN LOOPTIJD CASHFLOWVERDELING Overheid 55,0%
Europese obligaties 47,6%
16 14 12 10 8 6 4
CASHFLOWVERDELING DEBITEUREN / RATINGSEN LOOPTIJD
Duitsland
15,52%
Ratings
14,55%
AAA
37,56%
7,99%
AA
18,61%
Spanje
7,12%
A
10,92%
Oostenrijk
3,91%
BBB
32,91%
Frankrijk
Overig
2025
2024
2023
2022
2021
2020
2019
2018
2017
2016
2015
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP
Italie
Europese obligaties 47,6%
2 0 2014
Aandelen Europa Bedrijven 52,4% 19,0%
Obligaties met onderpand 13,5%
2013
Semi-overheid 12,5%
130 140 135 120 130
Fonds Fonds Benchmark Benchmark
125 110 120 100 115
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
jun-13
jun-12
5,5 jaar
100 80 jun-11
Modified duration
3,5%
7,0 jaar
jun-10
Gemiddelde resterende looptijd
Aandelen Europa 52,4%
110 90 105 jun-09
Couponrendement
2,7%
jun-08
Effectief rendement
26
2.8
ZWITSERLEVEN GELDMARKTFONDS
Zwitserleven Geldmarktfonds belegt in geldmarktinstrumenten genoteerd in euro. Een lening waarin wordt belegd moet kredietbeoordelaar Standard & Poor’s, Moody’s of Fitch hebben beoordeeld met minimaal A-/ A3/A-. Maximaal 30% van het fonds mag worden belegd in leningen met onderpand (bijvoorbeeld hypotheken of creditcardschulden) met een minimale waardering van AA-/Aa3/AA-. De gewogen gemiddelde looptijd per lening is maximaal 2 jaar. Het fonds mag in geval van staatsleningen maximaal 10% van zijn vermogen in één uitgevende instelling beleggen. Het fonds mag in geval van ondernemingen maximaal 5% van zijn vermogen in één uitgevende instelling beleggen. Het fonds kan ook beleggen in afgeleide producten, uitsluitend in swaps, rentefutures en renteopties. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement te behalen dat hoger is dan het rendement van de REFI-rente Europese Centrale Bank.
PORTEFEUILLEBELEID Het beleggingsbeleid van Zwitserleven Geldmarktfonds is gericht op het genereren van een lange termijn rendement dat iets hoger ligt dan de geldmarktrentes. Dit gebeurt door middel van een hogere spreadvergoeding. Door de extreem lage geldmarktrentes aan de korte kant van de curve wordt wat langer belegd om zodoende te profiteren van het automatisch door de tijd verkorten van de looptijd van de leningen. In het eerste halfjaar van 2013 is het gewicht van de categorie obligaties met onderpand licht opgevoerd. Dit is ten koste gegaan van de categorieën bedrijven en overheid. Obligaties met onderpand bestaan grotendeels uit Asset Backed Securities (ABS). De monetaire stimulering van de centrale banken heeft een grote impact op de markt van kortlopende obligaties. Creditspreads bevinden zich op lage niveaus en bewegen slechts in beperkte mate in vergelijking met langer lopende obligaties. Ook in het geval de markt risico-avers gedrag vertoont. De selectie van nieuwe beleggingen is grotendeels afhankelijk van het (beperkte) aanbod in de markt. Daarnaast heeft de massale (neerwaartse) ratingmigratie van zowel staat, financiële dienstverleners en obligaties met onderpand geresulteerd in een verdere beperking van het beleggingsuniversum. In de verslagperiode is er geherinvesteerd in kwalitatief sterke namen, zowel in ABS als in Financials of ander niet-staatspapier. De reden hiervan is om extra rendement te verdienen gegeven de zeer lage renteniveaus.
BELEGGINGSRESULTATEN Zwitserleven Geldmarktfonds zette een rendement neer van 0,2% waar de benchmark een rendement van 0,3% noteerde, een underperformance van 0,1%. Het licht lagere rendement van het fonds in vergelijking met de benchmark is het gevolg van de fondspositionering. De herbeleningsrente van de Europese Centrale Bank (0,50%) versus driemaands Euribor (0,22%) is lastig te overbruggen op dit moment, gegeven de krappe markt en de strenge kwaliteitscriteria die voor het fonds gehandhaafd worden.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
27
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
2013, eerste half jaar
39.940
0,16%
0,33%
0,14
6,58
2012
39.350
1,76%
0,88%
0,17
6,71
2011
37.797
1,16%
1,25%
0,09
6,76
2010
35.765
0,39%
-
0,04
6,78
2009
33.268
1,58%
-
0,31
6,79
2008
28.475
4,79%
-
0,00
6,99
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
SECTOREN
CASHFLOWVERDELING EN LOOPTIJD Bedrijven 60,5%
50 45 40 35 30 25 20 15
Semi-overheid 4,6%
10 5
Overheid 18,1%
DEBITEUREN / RATINGS
feb-14
jan-14
dec-13
nov-13
okt-13
aug-13
sep-13
0 jul-13
Obligaties met onderpand 16,9%
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP
Nederland
7,83%
Ratings
Frankrijk
5,20%
AAA
27,63%
België
4,70%
AA
23,69%
Rabobank
4,52%
A
48,67%
Halifax Bank of Scotland
3,81%
108 107
Fonds Benchmark
106 105 104
101
Gemiddelde resterende looptijd
0,2 jaar
100
Modified duration
0,2 jaar
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
jun-13
1,5%
jun-12
Couponrendement
jun-11
102
jun-10
-0,2%
jun-09
Effectief rendement
jun-08
103
28
2.9
ZWITSERLEVEN GOVERNMENT BONDS 10+ FONDS
Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds belegt in staatsleningen genoteerd in euro van landen uit de eurozone of in leningen die door overheden uit de eurozone worden gegarandeerd. Een lening waarin wordt belegd moet kredietbeoordelaar Standard & Poor’s, Moody’s of Fitch hebben beoordeeld met minimaal A-/ A3/A-. De gewogen gemiddelde looptijd van de portefeuille mag maximaal 2 jaar afwijken van die van de benchmark. Minimaal 75% van de portefeuille heeft een resterende looptijd van meer dan 10 jaar. Het fonds kan ook beleggen in afgeleide producten, uitsluitend in swaps, rentefutures en renteopties. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement te behalen dat hoger is dan het rendement van de iBoxx € Sovereign 10+ Total Return Index, de benchmark.
PORTEFEUILLEBELEID In de verslagperiode zijn er verschillende duratieposities ingenomen om te profiteren van rentebewegingen. Zo is eind maart een short duratiepositie ingenomen, deze werd in de daaropvolgende maand vergroot. Deze short duratiepositie is eind mei gesloten waarmee winst is gerealiseerd. Sinds begin juni is na de forse stijging van de rente een long duratiepositie ingenomen. Hiermee kan het fonds profiteren van een rentedaling. Onze visie is dat de rente op korte termijn weer terug kan vallen.
BELEGGINGSRESULTATEN Over de eerste helft van 2013 realiseerde Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds een rendement van -2,8% waar de benchmark een rendement van -2,6% noteerde, een underperformance van 0,2%. De rentestijging is de oorzaak van het negatieve absolute rendement. In de eerste vier maanden van het jaar werd de relatieve performance nog negatief beïnvloed doordat de portefeuille niet in overeenstemming was met de benchmark. Maar in de overige twee maanden behaalde het fonds dankzij de tactische positionering een outperformance. Een aantal short duratieposities en de onderweging in Frankrijk leverden de belangrijkste actieve bijdrages aan de performance.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
29
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
2013, eerste half jaar
404.866
-2,79%
-2,64%
0,34
9,93
2012
468.304
15,59%
17,65%
0,32
10,55
2011
338.889
4,09%
4,13%
0,66
9,43
2010
250.233
1,13%
1,98%
0,26
9,71
2009
622.595
2,51%
2,81%
0,55
9,85
2008
530.045
11,68%
10,63%
0,39
9,92
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
SECTOREN
CASHFLOWVERDELING EN LOOPTIJD
20
Duitsland 38,2%
16 12
DEBITEUREN / RATINGS
2042
Overig
2041
2040
2038
2037
2035
2032
2031
2030
2029
2028
2027
2026
2024
2023
2022
0 2013
Nederland 10,3%
4
België 10,9%
2021
Oostenrijk 7,0%
2020
8
Frankrijk 33,6%
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP
Duitsland
38,19%
Ratings
Frankrijk
33,63%
AAA
48,53%
België
10,86%
AA
51,47%
Nederland
10,30%
Oostenrijk
6,95%
150 Fonds Benchmark
140
130
120
Effectief rendement Modified duration
2,5%
110
11,1 jaar
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
jun-13
jun-12
jun-11
jun-10
jun-09
jun-08
100
30
2.10
ZWITSERLEVEN CREDITS FONDS
Zwitserleven Credits Fonds belegt in obligaties genoteerd in euro van ondernemingen en overheden met een hoge kredietwaardigheid. Dit betekent dat kredietbeoordelaar Standard & Poor’s, Moody’s of Fitch de uitgevende instelling waardeert met minimaal BBB-/Baa3/ BBB-. Maximaal 20% van het fonds wordt belegd in staatsobligaties of obligaties die zijn gegarandeerd door een overheid. De gewogen gemiddelde looptijd van de portefeuille mag maximaal 1 jaar afwijken van die van de benchmark. De beleggingen bestaan uit 40 of meer verschillende uitgevende instellingen. Het fonds kan ook beleggen in afgeleide producten, uitsluitend in swaps, rentefutures en renteopties. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement behalen dat hoger is dan het rendement van de iBoxx Corporates, de benchmark.
PORTEFEUILLEBELEID De minimale ratingeis binnen het fonds is beperkend voor de actieve positionering. De benchmark kan op kredietwaardigheid niet gerepliceerd worden, waardoor het fonds onderwogen is in bèta en risico. In periodes waarin spreads inkomen betekent dit dat het fonds underperformance zal laten zien. In periodes waarin spreads uitlopen zal het fonds vanuit bèta optiek positief performen. In het 1e halfjaar is de positie in achtergestelde leningen van Financials uitgebreid. Ook is er een positie opgebouwd in achtergestelde leningen van Non-Financials. Deze laatste categorie valt vrijwel altijd in een lage ratingcategorie en doordat er weinig ratingruimte in de portefeuille zit zijn er seniorleningen met een lage rating verkocht. Verder hebben wij een aantal posities in specifieke bedrijven gewijzigd. De positie in Telecom Italia hebben wij afgebouwd, omdat wij de kans zeer groot achten dat de seniorleningen van dit bedrijf hun investmentgrade rating gaan verliezen. Ook de positie in de Italiaanse tolwegexploitant Autostrade is afgebouwd vanwege de slechte financiële situatie en vooruitzichten. Om het verlies aan extra effectief rendement te compenseren en het belang in de periferie op peil te houden, zijn er Italiaanse staatsobligaties toegevoegd aan de portefeuille. Verder is er gebruik gemaakt van de emissiemarkt om nieuwe bedrijven toe te voegen aan de portefeuille of bestaande bedrijven met een premie op te nemen met een relatieve waarderuil.
BELEGGINGSRESULTATEN Over de eerste helft van 2013 realiseerde Zwitserleven Credits Fonds een rendement van -0,2% waar de benchmark een rendement van 0,1% noteerde, een underperformance van 0,3%. De rentestijging in de laatste twee maanden heeft haar uitwerking op het absolute rendement niet gemist en daardoor verloor het fonds licht aan waarde. De positie in achtergestelde leningen van Britse banken liep forse klappen op. Hier lagen twee oorzaken aan ten grondslag. Ten eerste was er slecht bedrijfsspecifiek nieuws van een Britse coöperatieve bank die in de problemen is geraakt en dat zorgde voor besmetting naar andere coöperatieve banken. En ten tweede was er een draai in het sentiment jegens Britse banken en bouwden beleggers de positie in deze subsector af. In april en mei werd relatieve performance verloren doordat meer risicovolle credits in die periode sterk presteerden. In juni zagen we duidelijk risicoaversie optreden in de markt, waardoor de defensieve positionering van de portefeuille weer wat rendement op de benchmark kon goedmaken.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
31
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
2013, eerste half jaar
176.498
-0,23%
0,06%
0,44
10,34
2012
201.353
12,44%
13,59%
0,36
10,80
2011
140.965
2,46%
1,71%
1,30
9,94
2010
109.014
4,97%
4,73%
0,48
10,97
2009
549.135
16,20%
15,70%
0,56
10,92
2008
440.185
-5,86%
-3,76%
0,30
9,66
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
SECTOREN
CASHFLOWVERDELING EN LOOPTIJD Basisgoederen 2,4% Olie & Gas 1,7% Overig 3,3%
Consumentendiensten 3,8% Farmacie & Gezondheidszorg 4,0% Telecommunicatie 5,3% Basisgoederen 6,8%
18 16 14 12 10 8 6 4
DEBITEUREN / RATINGS
Overig
2024
2023
2022
2021
2020
2019
2018
2017
2016
0 2015
Nutsbedrijven 14,8%
2 2014
Financiële Dienstverlening 45,2%
2013
Consumentengoederen 12,6%
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP
Rabobank
3,91%
Ratings
Ge Capital Euro Funding
2,84%
AAA
2,62%
Procter & Gamble Co/
2,46%
AA
14,48%
Hsbc Holdings
2,01%
A
51,77%
Bnp Paribas Sa
1,74%
BBB
31,13%
140 Fonds Benchmark
130
120
110
Effectief rendement Modified duration
2,4%
100
4,3 jaar
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
jun-13
jun-12
jun-11
jun-10
jun-09
jun-08
90
32
2.11
ZWITSERLEVEN WERELD AANDELENFONDS
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds belegt in passief beheerde beleggingsinstellingen die beleggen in aandelen in de regio’s Europa (37,5%), Noord-Amerika (35%) en Pacific (12,5%). Daarnaast belegt het fonds in participaties van het Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund (15%). Dit fonds belegt wereldwijd in aandelen uit opkomende landen. Het Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund is opgenomen in het register als bedoeld in artikel 1:107 van de Wft. De beheerder van dit fonds staat onder toezicht van de Ierse toezichthouder. Het fonds voert geen eigen valutabeleid. Dat gebeurt in de onderliggende beleggingen. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement te behalen dat voor fondskosten en op 3-jaars termijn het rendement van de samengestelde benchmark evenaart. Deze bestaat uit: 37,5% MSCI Europe Standard Net Total Return Index, 35% MSCI North America Standard Net Total Return Index, 12,5% MSCI Pacific Standard Net Total Return Index en 15% MSCI Emerging Markets Index.
PORTEFEUILLEBELEID Zwitserleven Wereld Aandelenfonds belegt in de maatschappelijk verantwoorde indexfondsen van SNS: SNS Responsible Index Fund Equity Europe (37,5%), SNS Responsible Index Fund Equity North America (35%), SNS Responsible Index Fund Equity Pacific (12,5%) en het Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund (15%). Deze indexfondsen streven naar kapitaalgroei op lange termijn door het rendement te volgen van de bij het fonds behorende benchmark.
BELEGGINGSRESULTATEN Over de eerste helft van 2013 realiseerde Zwitserleven Wereld Aandelenfonds een rendement van 5,7% waar de benchmark een rendement van 6,3% noteerde, een underperformance van 0,6%. Deze underperformance is voornamelijk veroorzaakt door de mindere resultaten in opkomende markten, de andere regio’s behaalden een kleine outperformance.
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
592.102
5,74%
6,28%
0,00
27,47
2012
15.825
13,90%
14,05%
0,00
25,70
2011
11.698
-2,25%
-2,38%
0,00
22,81
2010
9.808
20,40%
19,54%
0,00
23,50
2009
6.047
26,51%
25,94%
0,27
19,52
2008
760
-37,26%
-37,64%
0,00
15,68
2013, eerste half jaar
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP
GEOGRAFISCHE SPREIDING Aandelen opkomende landen 14,6%
Aandelen Amerika 35,8%
150 140
Fonds Benchmark
130 120 110 100 90 80 70
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
jun-13
jun-12
jun-11
jun-10
60 jun-09
Aandelen Azië 12,8%
jun-08
Aandelen Europa 36,8%
33
2.12
ZWITSERLEVEN VASTGOEDFONDS
Zwitserleven Vastgoedfonds belegt in beursgenoteerde aandelen van Europese vastgoedondernemingen of beleggingsmaatschappijen in vastgoed. Het fonds belegt minimaal in 25 vastgoedondernemingen. Het belang in elke afzonderlijke vastgoedonderneming mag maximaal 5 procentpunten afwijken van het gewicht van die onderneming in de benchmark. Het fonds mag een weging in vermogenstitels in vreemde valuta (niet zijnde euro) aanhouden van ten hoogste het benchmarkgewicht van de betreffende valuta vermeerderd met 10%. Dit geldt alleen voor de volgende valuta: Britse pond, Zwitserse frank, Poolse zloty, Zweedse kroon, Noorse kroon, Deense kroon, Turkse lira en Amerikaanse dollar. Maximaal 10% van vermogen van het fonds mag worden belegd in vastgoedondernemingen of beleggingsmaatschappijen in vastgoed die geen deel uitmaken van de benchmark. Het fonds belegt niet in afgeleide instrumenten. Het fonds kan maximaal 50% van de portefeuillewaarde van de effecten uitlenen. Het beleggingsdoel is een rendement te behalen dat ten minste gelijk is aan de herwogen benchmark. Deze is gebaseerd op Global Property Research 250 Europe Index, UK 20%, UCITS.
PORTEFEUILLEBELEID In navolging van 2012 is de huidige portefeuille relatief defensief ingericht, met een sterke focus op ondernemingen met een goede kwaliteit vastgoed en een relatief sterke balans. Als gevolg van voortdurende zwakke economische omstandigheden is de leegstand in de verschillende vastgoedmarkten opgelopen, waarbij de sterkste daling in de bezettingsgraden en de huurniveaus te zien zijn op de minder goede locaties en in kwalitatief minder goed vastgoed. De huurniveaus en de waarde van vastgoed op goede locaties laten in veel gevallen nog een stijging van de huren en van de waardes zien. Gezien de economische crisis in de Zuid-Europese landen, ligt de focus met name op ondernemingen met een beperkte exposure naar deze markten. De exposure naar Spanje en Italië is door middel van ondernemingen uit andere landen die een deel van hun portefeuille in deze markten belegd hebben, waarbij deze ondernemingen kwalitatief goed vastgoed bezitten. Ook is gezien de situatie in de eurozone een relatief groter gewicht van de portefeuille in het Verenigd Koninkrijk belegd. Met name de kantorenmarkt in Londen is goed gepositioneerd. Enerzijds doordat de vraag-aanbod verhouding erg gunstig is waardoor de huurniveaus stijgen, en anderzijds doordat veel zogenaamde sovereign wealthfondsen hun vermogen willen beleggen in de meest liquide en beste vastgoedmarkten ter wereld en zodoende de prijzen opdrijven. Ook is conversie van oude kantoren naar luxe appartementen een thema waar de ondernemingen van kunnen profiteren als gevolg van de sterke vraag vanuit Azië en het Midden Oosten.
BELEGGINGSRESULTATEN Over de eerste helft van 2013 realiseerde Zwitserleven Vastgoedfonds een rendement van -1,3% waar de benchmark een rendement van -2,2% noteerde, een outperformance van 0,9%. Regionaal gezien hebben Oostenrijk, Zwitserland en Frankrijk het meest bijgedragen aan de outperformance en het Verenigd Koninkrijk, Nederland en Finland het minst bijgedragen. Wereldhave (overweging, +10,3% rendement) leverde een positieve bijdrage aan het resultaat nadat het bedrijf aankondigde dat een groot deel van het in 2012 aangekondigde strategieplan uitgevoerd was door de verkoop van haar VS portefeuille. Dat dit boven de boekwaarde gebeurde stemde veel beleggers tevreden en kon het fonds krachtig hertellen van de slechte koersontwikkeling in 2012. De onderwogen positie in IVG (-87,9% rendement) droeg positief bij aangezien de resultaten over 2012 sterk achterbleven bij de verwachtingen. Het bedrijf kondigde grote afschrijvingen aan en daarnaast, gezien de al torenhoge schulden, een grootschalige (financiële) herstructurering. Ook leverde de onderweging in Immofinanz (-9,6%) een bijdrage. Immofinanz was in 2012 sterk gestegen, maar zorgen van beleggers over de toekomst van de ontwikkelingsportefeuille (o.a. een vertraging in Rusland) resulteerde in winstnemingen. De positie in Corio (overweging, -3,6% rendement) pakte minder goed uit: het fonds deed het slechter dan de markt na ietwat teleurstellende cijfers over het eerste kwartaal en ook de desinvesteringen verlopen trager dan verwacht. Capital & Counties Properties (onderweging, +35,5% rendement) had een sterk koersverloop in het eerste halfjaar doordat het bedrijf in Londen het woningenproject in Earls Court (wijk in Chelsea) en ook van andere (kleinere) projecten in Londen flink kon opwaarderen. Door de toegenomen risicobereidheid van beleggers in het begin van dit jaar heeft vooral de defensieve Duitse woningensector - door haar conservatieve financiering heeft binnen deze sector LEG Immobilien het slechtst gepresteerd (rendement eerste helft 2013: -9,1%) - het slechter gedaan dan de markt.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
34
KERNCIJFERS FONDSVERMOGEN IN DUIZENDEN EURO’S
RENDEMENT OP BASIS VAN INTRINSIEKE WAARDE 1
RENDEMENT BENCHMARK
DIVIDEND PER AANDEEL 2
INTRINSIEKE WAARDE PER AANDEEL
2013, eerste half jaar
60.327
-1,33%
-2,22%
0,64
16,33
2012
43.208
23,97%
25,25%
0,39
17,12
2011
32.627
-12,46%
-13,53%
0,41
14,17
2010
31.547
-0,92%
17,95%
0,32
16,57
2009
39.929
50,53%
45,18%
0,54
17,05
2008
19.303
-52,76%
-48,92%
0,00
11,81
1) Voor zover van toepassing is het rendement inclusief herbelegging van dividend. 2) Dit is het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend over het voorgaande boekjaar.
GROOTSTE 10 BELANGEN
VALUTA- EN LANDENVERDELING
Unibail-Rodamco
9,1%
EUR
60,28% Frankrijk
29,97%
Psp Swiss Property
8,9%
GBP
20,17% Verenigd Koninkrijk
20,17%
Corio
8,3%
CHF
10,48% Nederland
15,08%
Castellum
7,8%
SEK
9,07% Duitsland
11,03%
Leg Immobilien Ag
6,1%
Zwitserland
Gecina
6,1%
Zweden
9,07%
Wereldhave
5,4%
België
2,33%
British Land Company
4,7%
Oostenrijk
1,87%
Icade Emgp
4,4%
Mercialys
4,0%
10,48%
GEÏNDEXEERD RENDEMENTSVERLOOP 120 110
Fonds Benchmark
100 90 80 70 60
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
jun-13
jun-12
jun-11
jun-10
jun-09
jun-08
50
35
3 HALFJAARCIJFERS 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
36
BALANS In duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal
5
30-06-2013
31-12-2012
2.804.246 41.005 9.124 17.715 32.414 2.836.660
2.770.866 33.429 12.432 3.083 42.778 2.813.644
2.951.334 -155.615 40.941 2.836.660
2.882.224 -464.423 395.843 2.813.644
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Service fee Overige bedrijfslasten Som der bedrijfslasten Resultaat
REF.
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
6 7 7 8
59.215 18.644 -36.963 775 41.671
61.286 22.613 64.775 166 148.840
9
716 14 730
588 -588
40.941
148.252
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
40.941
148.252
-18.644 36.963 -1.889.978 1.838.279
-22.613 -64.775 -1.113.252 1.048.720
-7.576 14.632 14.617
4.719 3.440 4.491
1.057.764 -981.329 -94.360 -17.925 -3.308 12.432 9.124
383.448 -302.381 -87.035 -5.968 -1.477 11.144 9.667
37
3.1
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS
ALGEMEEN Zwitserleven Beleggingsfondsen is een beleggingsfonds in de vorm van een fonds voor gemene rekening naar Nederlands recht met een open-end-structuur dat is opgericht op 27 juni 2007. De beheerder kan onder omstandigheden besluiten om de inkoop van participaties op te schorten. Zwitserleven Beleggingsfondsen is een paraplufonds bestaande uit verschillende series participaties, subfondsen genaamd, waarin afzonderlijk kan worden belegd. Elk subfonds (hierna “fonds”) heeft zijn eigen beleggingsbeleid, risicoprofiel en koersvorming. Ook de administratie van elk fonds is gescheiden door het gebruik van separate rekeningen. Het in een afzonderlijk fonds gestort kapitaal wordt afzonderlijk belegd. Zowel de kosten als de opbrengsten worden per fonds afzonderlijk verantwoord. Waardestijgingen en waardedalingen in de portefeuille van een fonds komen ten goede aan of ten laste van de houders van de desbetreffende serie participaties. Conform de Wet op het financieel toezicht (Wft) is er sprake van afgescheiden vermogens tussen de verschillende fondsen. Hoewel sprake is van (administratief) afgescheiden vermogens vormen de fondsen in juridische zin één geheel. Als beheerder van Zwitserleven Beleggingsfondsen treedt op SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. (SBB). De beheerder is een 100%-deelneming van SNS REAAL N.V., welke statutair is gevestigd te Utrecht. Per 1 februari 2013 is, door de nationalisatie, de Nederlandse Staat de enige aandeelhouder van SNS REAAL N.V. Deze nationalisatie heeft geen invloed op SBB en het beheer van de fondsen. SBB heeft een vergunning op grond van artikel 2:65 Wft. Als bewaarder van Zwitserleven Beleggingsfondsen treedt op Stichting Bewaarder Zwitserleven Beleggingsfondsen. Stichting Bewaarder Zwitserleven Beleggingsfondsen is juridisch eigenaar van of juridisch gerechtigd tot het vermogen van Zwitserleven Beleggingsfondsen dat door SBB wordt belegd. De vermogensbestanddelen worden door de bewaarder gehouden voor rekening en risico van de participanten. De verslagperiode heeft betrekking op de periode van 1 januari 2013 tot en met 30 juni 2013. De fondsen zijn gevormd voor onbepaalde tijd en zijn niet genoteerd aan enige effectenbeurs. Aan het halfjaarbericht 2013 van Zwitserleven Beleggingsfondsen zijn toegevoegd de halfjaarcijfers van de onderliggende fondsen waarin Zwitserleven Beleggingsfondsen haar vermogen heeft belegd. Deze worden geacht integraal onderdeel uit te maken van de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen. Dit halfjaarbericht is opgesteld in overeenstemming met Titel 9 Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek en de Wft. Op onderdelen zijn in dit halfjaarbericht bewoordingen gehanteerd die afwijken van de modellen, omdat deze beter de inhoud van de post weergeven. Participaties worden door Zwitserleven Beleggingsfondsen alleen aangeboden aan gekwalificeerde beleggers in de zin van de Wft. De beheerder van Zwitserleven Beleggingsfondsen is voor het aanbieden van participaties in de beleggingsfondsen niet vergunningplichtig ingevolge de Wft, maar de beheerder beschikt conform artikel 2:69 Wft als vergunninghouder op grond van artikel 2:65 Wft over een verklaring van ondertoezichtstelling als bedoeld in artikel 2:69a Wft, op grond waarvan de beheerder de Zwitserleven Beleggingsfondsen per eind april 2012 onder het vrijwillig toezichtregime van de Autoriteit Financiële Markten heeft geplaatst.
GRONDSLAGEN VOOR DE WAARDERING VAN ACTIVA EN PASSIVA Algemeen Tenzij anders vermeld luiden alle bedragen in duizenden euro’s en worden de in de balans opgenomen posten gewaardeerd tegen marktwaarde. Zwitserleven Beleggingsfondsen bestaat uit de volgende fondsen: nnZwitserleven Vastgoedfonds nnZwitserleven Aandelenfonds nnZwitserleven Europees Aandelenfonds nnZwitserleven Wereld Aandelenfonds nnZwitserleven Obligatiefonds nnZwitserleven Government Bonds 10+ Fonds nnZwitserleven Credits Fonds nnZwitserleven Geldmarktfonds Vreemde valuta De rapportage en functionele valuta van het fonds is de euro. Activa en passiva in vreemde valuta zijn omgerekend tegen de koersen ultimo verslagperiode.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
38
De ultimo verslagperiode gehanteerde valutakoersen (World Market/Reuters closing spot rates) zijn als volgt: Tabel 15: Valutakoers in € 30-06-2013
Amerikaanse Dollar Australische Dollar Britse Pond Canadese Dollar Deense Kroon Hong Kong Dollar Japanse Yen Noorse Kroon Zweedse Kroon Zwitserse Frank
1,29985 1,420058 0,857025 1,371277 7,458734 10,082092 129,1206 7,936949 8,773273 1,229853
31-12-2012
1,3184 1,26989 0,811074 1,312731 7,460957 10,218721 113,995456 7,337226 8,576785 1,206797
Voor aan- en verkopen gedurende de verslagperiode zijn de transactiekoersen gehanteerd. Voor posten van de winst- en verliesrekening in vreemde valuta geldt eveneens de transactiekoers. Verschillen uit de hoofde van de valutaomrekening worden in de winst- en verliesrekening verwerkt onder de post gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen en valutaresultaat. Criteria opname in de balans Een financieel instrument wordt in de balans opgenomen zodra het waarschijnlijk is dat toekomstige economische voordelen van het financiële instrument naar het beleggingsfonds zullen toevloeien. De reële waarde van een financieel instrument bij eerste opname is gelijk aan de kostprijs van een financieel instrument. Een financieel instrument wordt niet langer in de balans opgenomen indien een transactie ertoe leidt dat alle of nagenoeg alle toekomstige rechten op economische voordelen en alle of nagenoeg alle risico’s met betrekking tot het financieel instrument aan een derde worden overgedragen. Saldering van een actief en een verplichting Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als nettobedrag in de balans opgenomen indien sprake is van een Een financieel actief en een financiële verplichting worden gesaldeerd als nettobedrag in de balans opgenomen indien sprake is van een wettelijke of contractuele bevoegdheid om het actief en de verplichting gesaldeerd en gelijktijdig af te wikkelen en bovendien de intentie bestaat om de posten op deze wijze af te wikkelen. De met de gesaldeerd opgenomen financiële activa en financiële verplichtingen samenhangende rentebaten en rentelasten worden eveneens gesaldeerd opgenomen. Beleggingen Transactiekosten Transactiekosten bij aankoop van beleggingen worden als onderdeel van de kostprijs geactiveerd en worden als onderdeel van de nietgerealiseerde waardeveranderingen op beleggingen in de winst- en verliesrekening verantwoord. Aan het einde van de verslagperiode zijn als gevolg hiervan geen transactiekosten geactiveerd. Transactiekosten bij verkoop van beleggingen worden als onderdeel van de gerealiseerde waardeveranderingen verantwoord. Het totaalbedrag aan geïdentificeerde transactiekosten van beleggingen over de verslagperiode wordt toegelicht in de halfjaarcijfers van de fondsen. Beleggingen met een marktnotering Aandelen genoteerd aan een effectenbeurs worden gewaardeerd tegen reële waarde op basis van de meest recente slotkoers in de verslagperiode. Indien financiële instrumenten op verschillende effectenbeurzen zijn genoteerd, bepaalt de beheerder van welke effectenbeurs de koers in aanmerking wordt genomen. Voor vastrentende waarden worden de relevante bid quotes gebruikt voor het bepalen van de reële waarde. Beleggingen zonder marktnotering Niet aan een effectenbeurs genoteerde of verhandelde en eventuele incourante beleggingen worden gewaardeerd op basis van de voor deze beleggingen meest recente beschikbare informatie waarover de beheerder beschikt. De beheerder zal alles in het werk stellen om te beschikken over de meest recente informatie. Dit impliceert dat in tegenstelling tot beursgenoteerde beleggingen voor niet aan een effectenbeurs genoteerde en incourante beleggingen de waardering gedateerd kan zijn. Indien na vaststelling van de intrinsieke waarde van het fonds maar voorafgaand aan publicatie van dit halfjaarbericht informatie beschikbaar komt, die leidt tot een materieel ander inzicht ten aanzien van de te publiceren intrinsieke waarde in het halfjaarbericht, dan zal dit in het bericht worden verwerkt en toegelicht. De nadere informatie zal verwerkt worden bij de eerstvolgende vaststelling van de intrinsieke waarde. Voor aandelen wordt de reële waarde bepaald op basis van de intrinsieke waarde. Voor vastrentende waarden wordt de reële waarde bepaald op basis van de contante waarde van de verwachte kasstromen (rente en aflossingen) op basis van de ultimo verslagperiode geldende marktrente, rekening houdend met relevante risico’s (kredietrisico; oninbaarheid) en looptijden. HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
39
Derivaten Derivaten worden gewaardeerd tegen reële waarde. Derivaten genoteerd aan en verhandeld op een effectenbeurs worden gewaardeerd tegen de meest recente slotkoers in de verslagperiode. Derivaten die niet genoteerd en verhandeld worden via een effectenbeurs worden gewaardeerd aan de hand van waarderingsmodellen welke gevoed worden door objectieve marktdata. Deposito’s Deposito’s worden gewaardeerd tegen reële waarde. De reële waarde is nagenoeg gelijk aan de nominale waarde als gevolg van de korte looptijden van de betreffende instrumenten. Overige activa en passiva De overige activa en passiva worden gewaardeerd tegen nominale waarde. De nominale waarde is nagenoeg gelijk aan de marktwaarde als gevolg van de korte looptijden van de betreffende posten. Verwerking van plaatsing en inkoop van participaties (‘units’) De uit hoofde van plaatsing en inkoop van units ontvangen respectievelijk betaalde bedragen worden geheel verwerkt in het gestorte kapitaal van het desbetreffende fonds. Participaties als eigen vermogen Participatiehouders van het fonds hebben het recht om hun participatie terug te verkopen aan het fonds en participaties hebben daarmee het kenmerk van vreemd vermogen. De participaties van het fonds worden in de halfjaarcijfers als eigen vermogen verantwoord, omdat de participaties aan de volgende kenmerken voldoen: nnde houder van de participatie heeft recht op een pro-rata deel van de netto activa in het beleggingsfonds; en nnde participatie is achtergesteld ten opzichte van alle andere instrumenten. Op- en afslagen bij toe- en uittredingen Zwitserleven Beleggingsfondsen biedt de participaties in de fondsen aan tegen intrinsieke waarde. De beheerder kan in het belang van zittende participanten besluiten om bij uitgifte en inkoop van participaties een op- of afslag te hanteren ter dekking van transactiekosten van aan- en verkopen van beleggingen. De beheerder bepaalt per transactie de hoogte van de eventuele op- of afslag.
GRONDSLAGEN VOOR DE RESULTAATBEPALING Verantwoording van baten en lasten Baten worden in de winst- en verliesrekening opgenomen wanneer een vermeerdering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermeerdering van een actief of een vermindering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld. Lasten worden verwerkt wanneer een vermindering van het economisch potentieel, samenhangend met een vermindering van een actief of een vermeerdering van een verplichting, heeft plaatsgevonden, waarvan de omvang betrouwbaar kan worden vastgesteld Het resultaat wordt voornamelijk bepaald door de (niet-)gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen over de verslagperiode, onder aftrek van de aan de verslagperiode toe te rekenen kosten. Daarnaast bestaat het resultaat uit de directe beleggingsopbrengsten zoals interest en dividend. Het dividend is het verdiende bruto contante dividend onder aftrek van provisie en niet-terugvorderbare dividendbelasting. De opbrengsten in de vorm van stockdividend worden als aankoop tegen nihil in de balans verwerkt. De interest is de bruto ontvangen rente op obligaties en deposito’s onder aftrek van provisie. De rente wordt verantwoord in de periode waarop zij betrekking heeft.
KASSTROOMOVERZICHT Het kasstroomoverzicht geeft inzicht in de herkomst van de liquide middelen, die gedurende de verslagperiode beschikbaar zijn gekomen en de wijze waarop deze zijn aangewend. De kasstromen worden gesplitst naar beleggingsactiviteiten en financieringsactiviteiten. Het kasstroomoverzicht is opgesteld volgens de indirecte methode, waarbij gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen direct in de winst- en verliesrekening worden verantwoord. In het kasstroomoverzicht wordt het resultaat, door aanpassingen hierop, tot kasstromen herleid.
FISCALE ASPECTEN Fiscale status Zwitserleven Beleggingsfondsen valt in fiscaal-juridische zin onder de werking van artikel 28 van de Wet op de vennootschapsbelasting 1969, zoals nader uitgewerkt in het Besluit beleggingsinstellingen. Dit houdt in dat Zwitserleven Beleggingsfondsen de status heeft van fiscale beleggingsinstelling (fbi). Deze status heeft als voordeel dat geheven bronbelasting in mindering mag worden gebracht op de af te dragen dividendbelasting en een 0% tarief voor de vennootschapsbelasting geldt over het behaalde resultaat.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
40
Een belangrijke voorwaarde is dat Zwitserleven Beleggingsfondsen het resultaat van de betreffende fondsen, exclusief het (positieve) saldo van koerswinsten en koersverliezen, onder aftrek van een deel van de kosten, binnen acht maanden na afloop van het boekjaar aan de participanten van de betreffende fondsen uitkeert (doorstootverplichting). Het (positieve) saldo van koerswinsten en koersverliezen op beleggingen in effecten wordt toegevoegd aan de zogeheten herbeleggingsreserve. Een eventueel negatief saldo dient ten laste van de herbeleggingsreserve te komen. Dividendbelasting en buitenlandse bronbelasting Zwitserleven Beleggingsfondsen dient op uitgekeerd dividend aan participanten in beginsel 15% dividendbelasting in te houden. Op ontvangen dividend van buitenlandse beleggingen zal veelal bronbelasting door het betreffende land zijn ingehouden. Indien Nederland een verdrag ter voorkoming van dubbele belasting heeft afgesloten met het betreffende bronland, kan mogelijk het bronbelastingtarief op grond van een belastingverdrag worden verlaagd. Afhankelijk van het betreffende belastingverdrag zal Zwitserleven Beleggingsfondsen in beginsel om een (gedeeltelijke) teruggaaf van de ingehouden bronbelasting (tot aan het verdragstarief) kunnen verzoeken bij de buitenlandse belastingautoriteiten. De op ontvangen dividenden ingehouden Nederlandse dividendbelasting en (resterende) buitenlandse bronbelasting kan Zwitserleven Beleggingsfondsen in beginsel tot maximaal 15% verrekenen met de af te dragen dividendbelasting over de dividenduitkeringen van Zwitserleven Beleggingsfondsen. Dit vindt plaats via de zogenaamde afdrachtvermindering. Deze afdrachtvermindering is met ingang van 1 januari 2013 beperkt. Voor zover er vrijgestelde entiteiten deelnemen in de fondsen mag de afdrachtvermindering niet meer worden toegepast ter zake van buitenlandse bronbelasting.
FINANCIËLE RISICO’S EN BEHEERSINGSMAATREGELEN De activiteiten van Zwitserleven Beleggingsfondsen kunnen voor Zwitserleven Beleggingsfondsen financiële risico’s van verscheidene aard met zich meebrengen. Aangezien elk fonds een eigen beleggingsbeleid voert, variëren deze risico’s per fonds. Om het beleggingsbeleid uit te voeren belegt elk fonds in individuele fondswaarden dan wel in andere beleggingsinstellingen in welk laatste geval het risicoprofiel gelijk is aan het risicoprofiel van de beleggingsinstelling(en) waarin wordt belegd. Elk fonds belegt in verschillende financiële instrumenten, met een eigen risico. Deze risico’s bestaan uit marktrisico, renterisico, valutarisico, kredietrisico en verhandelbaarheidsrisico. De belangrijkste financiële risico’s van Zwitserleven Beleggingsfondsen komen voort uit het beheer van beleggingsportefeuilles. Het beleid dat de beheerder van het fonds voert ten aanzien van deze risico’s wordt hieronder uiteengezet. Koersrisico De beleggingen van de fondsen zijn blootgesteld aan marktschommelingen en risico’s inherent aan het beleggen in financiële instrumenten. De waarde van de onderliggende beleggingen kan fluctueren onder invloed van een groot aantal factoren, zoals verwachtingen ten aanzien van economische groei, inflatie- en prijsontwikkeling op goederen- en valutamarkten. Daarnaast kan de waarde van de beleggingen fluctueren als gevolg van bijvoorbeeld politieke en monetaire ontwikkelingen. Marktrisico’s kunnen verschillen per beleggingscategorie maar nemen toe door beperking van de spreiding van de beleggingen tot een bepaalde regio, sector en/of door keuze van individuele beleggingen. Het is mogelijk dat de beleggingen uit de hele markt of uit een bepaalde regio of sector dalen. Door middel van een zorgvuldige selectie en spreiding van de beleggingen van het fonds wordt getracht om het marktrisico te mitigeren. Met een actief beleid wordt vroegtijdig ingespeeld op de verwachtingen in de markt om zodoende te anticiperen op toekomstige trends in de markt. De beheerder kan de verdeling van de door hem geselecteerde beleggingen over de diverse categorieën aanpassen op basis van de marktvooruitzichten. Hieronder is een verdeling van de portefeuille naar sector en/of land opgenomen. Deze overzichten geven inzicht in het koersrisico van de fondsen.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
41
Tabel 16: Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
2.804.246 Beleggingen per 30 juni 2013 888.854 448.860 392.678 282.867 133.376 107.516 100.403 94.561 72.609 63.252 61.718 39.255 27.192 24.203 22.457 12.328 8.428 7.305 4.713 4.023 3.243 1.999 1.854 552
Nederland Duitsland Frankrijk Verenigd Koninkrijk Italië Zwitserland Spanje Ierland België Zweden Oostenrijk Verenigde Staten van Amerika Noorwegen Denemarken Luxemburg Finland Australië Europese Unie Jersey Tsjechië Canada Caymaneilanden Mexico Hongkong
100,0 31,6 15,9 14,0 10,1 4,8 3,8 3,6 3,4 2,6 2,3 2,2 1,4 1,0 0,9 0,8 0,4 0,3 0,3 0,2 0,1 0,1 0,1 0,1 0,0
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
42
Tabel 17: Sectorallocatie In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
2.804.246 Beleggingen per 30 juni 2013 849.655 590.588 217.595 121.720 118.989 109.108 105.941 85.527 85.315 80.077 64.880 59.199 58.732 57.626 21.152 20.619 20.495 19.763 19.422 19.282 15.278 14.954 12.018 10.617 9.287 7.059 6.276 3.072
Staat(sgegarandeerd) Fund Certificates Banken Voeding en dranken Financiële conglomeraten Energie Farmacie & biotechnologie Kapitaalgoederen Onroerend goed Basisgoederen Verzekeringen Telecommunicatiediensten Consumenten Servicebedrijven Nutsbedrijven Zakelijke dienstverlening Duurzame consumptiegoederen Transport Uitgeverijen Auto's Halfgeleiders Detailhandelvoeding Verzorgingsproducten Software & services Technologie Reclame Detailhandel Dienstverlening & Apparatuur Gezondheidszorg Media
100,0 30,4 21,1 7,8 4,3 4,2 3,9 3,8 3,0 3,0 2,9 2,3 2,1 2,1 2,1 0,8 0,7 0,7 0,7 0,7 0,7 0,5 0,5 0,4 0,4 0,3 0,3 0,2 0,1
Renterisico Het renterisico is het risico van verliezen als gevolg van renteontwikkelingen. De waarde van de beleggingen in vastrentende fondsen fluctueert als gevolg van verandering in marktrentes. Hierdoor zijn deze fondsen blootgesteld aan renterisico. Zwitserleven Obligatiefonds, Zwitserleven Geldmarktfonds, Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds en Zwitserleven Credits Fonds beleggen in vastrentende waarden en staan dus bloot aan een significant renterisico. Ter beperking van deze risico’s geldt een vaste bandbreedte als toegestane afwijking van de gemiddelde rentetypische looptijd van de portefeuille, de zogenoemde duration, ten opzichte van de vergelijkingsmaatstaf. Voor Zwitserleven Geldmarktfonds geldt dat de duration van de portefeuille maximaal één jaar mag zijn. De duration voor Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds mag maximaal twee jaar afwijken van de benchmark en voor Zwitserleven Credits Fonds en Zwitserleven Obligatiefonds geldt een maximale afwijking van 1 jaar. De duration van een portefeuille geeft informatie over de gevoeligheid van de portefeuille voor fluctuaties in de marktrente. Hoe hoger de duration hoe meer impact de rente heeft op de waarde van de portefeuille. De modified duration geeft een indicatie voor de relatieve mutatie in de waarde van de portefeuille bij een gegeven mutatie in de marktrente. Ook de verdeling van de verwachte cashflows in de tijd zegt iets over de rentegevoeligheid van het fonds. Tabel 18: Verdeling cash flows GEMIDDELD RESTERENDE LOOPTIJD
Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds
7,08 15,62 5,16 0,17
MODIFIED DURATION
5,50 11,10 4,34 0,17
In de halfjaarcijfers van de vastrentende fondsen is in de specificatie van de beleggingen het aflossingsjaar van de belegging gegeven. HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
43
Kredietrisico De waarde van beleggingen in vastrentende waarden wordt beïnvloed door de ontwikkeling van de kredietwaardigheid van de uitgevende instellingen(overheden of bedrijven) of debiteuren. Het kredietrisico wordt dan ook wel debiteurenrisico genoemd. De kredietwaardigheid kan zich positief en negatief ontwikkelen. Bij een negatieve ontwikkeling kan een debiteur geheel of gedeeltelijk in gebreke blijven (hij kan zijn rente- of aflossingsverplichtingen niet voldoen). Het is ook mogelijk dat de positie van de debiteur zodanig verslechtert dat het resultaat en/of de vermogenspositie negatieve gevolgen ondervindt. Verschillende rating agencies beoordelen de kredietwaardigheid van debiteuren en overheden. De inschatting van kredietwaardigheid wordt beïnvloed door zowel factoren die gelden voor een bepaalde onderneming, als door factoren die op een bepaalde bedrijfstak van toepassing zijn. Minder gunstige winstvooruitzichten voor een sector kunnen een negatieve invloed hebben op de inschatting van de kredietwaardigheid van alle ondernemingen in die sector. Zwitserleven Obligatiefonds, Zwitserleven Geldmarktfonds, Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds en Zwitserleven Credits Fonds beleggen in vastrentende waarden en lopen dus een significant kredietrisico. Ter beperking van het kredietrisico gelden restricties voor de samenstelling van de vastrentende portefeuilles van deze fondsen. Deze restricties hebben betrekking op de geografische spreiding, spreiding over verschillende debiteurencategorieën, de minimale kwaliteit van de debiteur (‘rating’) en de minimale kwaliteit van de portefeuille en de omvang van de beleggingen per debiteur. Voor alle fondsen geldt bovendien dat als gevolg van vooral verkooptransacties kortlopende vorderingen ontstaan. De kortlopende vorderingen als gevolg van verkooptransacties kennen een zeer laag risico aangezien de onderliggende activa slechts worden geleverd tegen gelijktijdige ontvangst van het transactiebedrag. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal van de beleggingen in vastrentende waarden, vorderingen en liquide middelen. Het maximale kredietrisico voor Zwitserleven Beleggingsfondsen bedraagt ultimo verslagperiode € 1,3 miljard (ultimo 2012: € 1,4 miljard). Hieronder is voor vastrentende beleggingen de verdeling over categorieën van kredietwaardigheid (‘ratings’) aangegeven. In de toelichting op de jaarrekening van de fondsen is het maximale kredietrisico aangegeven. Tabel 19: Ratingverdeling van de vastrentende waarden In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
1.210.922 Beleggingen per 30 juni 2013 434.573 341.362 174.165 251.156
AAA AA A BBB
100,0 35,9 29,0 14,4 20,7
Risico in- en uitlenen van effecten (securities lending) De beheerder kan voor rekening en risico van elk fonds effecten uitlenen (verbruiklening van effecten of securities lending genaamd). De effecten kunnen eventueel worden uitgeleend tot een maximum van 50% van de desbetreffende portefeuillewaarde van het betreffende fonds. KAS BANK opereert bij het uitlenen van effecten in dit programma als ‘principaal intermediair’. Principaal intermediair wil zeggen dat KAS BANK bij iedere securities lending transactie optreedt als enige tegenpartij. Het tegenpartij risico – het in gebreke blijven bij het nakomen van verplichtingen – blijft dus beperkt tot één partij (KAS BANK). Ter beperking van het tegenpartijrisico worden zekerheden verkregen. Gebruikelijke zekerheden zijn onder meer (staats)obligaties en aandelen van aan een markt in financiële instrumenten genoteerde bedrijven. Dagelijks zal worden beoordeeld of de verkregen zekerheden nog toereikend zijn in vergelijking met de onderliggende waarde van de uitgeleende financiële instrumenten (marked-to-market). De marktwaarde van ontvangen zekerheden is hoger dan de waarde van de uitgeleende posities om risico van fluctuaties in de marktwaarde te beperken. Bij aandelen wordt 105% en bij obligaties 102% van de waarde van de uitgeleende posities ontvangen. In 2013 hebben securities lending activiteiten plaatsgevonden. Onderstaande tabel geeft een overzicht van de waarde van de uitgeleende posities van het securities lending programma ultimo juni 2013.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
44
Tabel 20: Overzicht van de uitgeleende posities securities lending programma per 30 juni 2013 WAARDE UITGELEEND 30-06-2013
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Stand ultimo periode
4.694 24.795 43.873 170.712 167.895 18.958 4.627 435.554
31-12-2012
11.159 17.832 122.651 183.810 194.077 14.119 601 544.249
WAARDE ONDERPAND 30-06-2013
31-12-2012
4.855 25.380 45.852 174.461 171.586 19.413 4.786 446.333
11.388 18.210 129.679 187.657 197.934 14.410 613 559.891
De fondsen hebben in totaal als onderpand voor uitgeleende beleggingen € 446,3 miljoen ontvangen aan het einde van de verslagperiode. Voor een nadere toelichting wordt verwezen naar de aan dit halfjaarbericht toegevoegde halfjaarcijfers van de fondsen. De opbrengsten van de uitleentransacties komen, na aftrek van een marktconforme vergoeding van 20% voor de dienstverlening door KAS BANK, ten goede aan de fondsen. Valutarisico De waarde van beleggingen in aandelen en vastrentende waarden wordt beïnvloed door de ontwikkelingen van de valutakoersen waarin de betreffende beleggingen luiden, voor zover dit niet de euro betreft. De fondsen kunnen beleggen in effecten en andere vermogensbestanddelen, waarvan de waarde wordt uitgedrukt in een andere valuta dan de euro. Dit betekent dat de resultaten van een fonds door valutabewegingen kunnen worden beïnvloed. Deze fluctuaties kunnen zowel een positieve als een negatieve invloed uitoefenen. De fondsen die beleggingen in vreemde valuta aanhouden, lopen een valutarisico. Valutarisico’s worden in beginsel niet afgedekt met derivaten. Het innemen van actieve valutaposities die niet samenhangen met onderliggende beleggingen is niet toegestaan.. In de overzichten van beleggingen van de fondsen is aangegeven in welke valuta de verschillende beleggingen luiden. De blootstelling aan vreemde valuta voor Zwitserleven Beleggingsfondsen is als volgt: Tabel 21: BELEGGINGEN In duizenden euro’s
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds
IN EURO
35.919 187.856 373.058 590.588 602.125 397.953 172.120 38.724
IN VREEMDE VALUTA
23.687 382.216 -
Verhandelbaarheidrisico De mate van verhandelbaarheid van de effecten is van invloed op de hoogte van de feitelijke aan- en verkoopkoersen. Ter beperking van de verhandelbaarheidsrisico’s wordt in het algemeen belegd in goed verhandelbare, beursgenoteerde effecten. Er wordt beperkt belegd in gestructureerde producten. Zwitserleven Geldmarktfonds belegt in deposito’s. Daarnaast wordt bij beleggingsbeslissingen onder meer de omzet op de beurs van de betreffende effecten meegewogen. Tevens worden de omvang van het vrij verhandelbare aandelenkapitaal (‘free float’) bij beleggingen in aandelen en de omvang van de uitstaande lening bij beleggingen in obligaties meegewogen. Deze hoge mate van verhandelbaarheid vormt tevens de basis voor het tijdig realiseren van de uitkering bij inkoop van eigen participaties door Zwitserleven Beleggingsfondsen. Zwitserleven Beleggingsfondsen en de fondsen lopen dus geen significant verhandelbaarheidsrisico. Uitbestedingsrisico en monitoring van risico’s SBB heeft het vermogensbeheer uitbesteed aan diverse vermogensbeheerders. Een overzicht hiervan is opgenomen op bladzijde 53 van dit verslag. Met deze partijen is een vermogensbeheerovereenkomst gesloten, waarin de beleggingsrestricties zijn uitgewerkt. Deze beleggingsrestricties zijn een gedetailleerde en concrete uitwerking van de in deze paragraaf genoemde restricties aan het beleggingsbeleid. HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
45
De vermogensbeheerders bewaken middels hun risicomanagementsysteem de beleggingsportefeuilles zodat deze steeds voldoen aan bedoelde restricties. De beheerder toetst op basis van de rapportages van de vermogensbeheerders of voldaan wordt aan de overeengekomen beleggingsrestricties. SBB gebruikt hiervoor onder andere ISAE 3402 Type II verklaringen. De beheerder bewaakt tevens het voldoen aan wet- en regelgeving, alsmede beursvoorschriften. Er is periodiek overleg tussen de directie van SBB en de afdeling Juridische Zaken en Fiscale Zaken. Daarnaast is een Compliance Officer functie ingeregeld, belast met het bewaken van het voldoen aan wet- en regelgeving. Gedurende de verslagperiode hebben er zich geen overtredingen voorgedaan op dit vlak.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
46
3.1.1 BALANS
1
BELEGGINGEN In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
01-01-2013 T/M 30-06-2013
2.770.866 1.889.978 -1.838.279 18.644 -36.963 2.804.246
01-01-2012 T/M 31-12-2012
2.341.502 2.042.896 -1.910.300 59.904 236.864 2.770.866
Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 435,6 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 446,3 miljoen. Tabel 22: Beleggingen per fonds In duizenden euro’s
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Stand ultimo periode
30-06-2013
59.606 187.856 755.274 590.588 602.125 397.953 172.120 38.724 2.804.246
31-12-2012
42.795 186.388 1.211.381 15.825 627.087 453.769 195.229 38.392 2.770.866
2
VORDERINGEN Onder vorderingen is opgenomen: In duizenden euro’s
Te vorderen van participanten Te vorderen u.h.v. effectentransacties Te vorderen dividend Te vorderen dividend-/bronbelasting Lopende interest obligaties Totaal
30-06-2013
97 15.562 1.876 2.468 21.002 41.005
31-12-2012
-3.942 -2.369 27.118 33.429
Vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar.
3
LIQUIDE MIDDELEN Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. De liquide middelen staan ter vrije beschikking.
4
KORTLOPENDE SCHULDEN Onder kortlopende schulden zijn opgenomen: In duizenden euro’s
Schulden u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
30-06-2013
17.596 119 17.715
31-12-2012
2.969 114 3.083
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
47
5
FONDSVERMOGEN Het eigen vermogen is als volgt over de fondsen verdeeld: In duizenden euro’s
30-06-2013
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Totaal
60.327 188.338 760.153 592.102 614.436 404.866 176.498 39.940 2.836.660
31-12-2012
43.208 187.596 1.219.605 15.825 638.403 468.304 201.353 39.350 2.813.644
Verloop participaties per fonds in 2013 In duizenden euro’s
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Totaal
STAND PER 1 JANUARI
2.523.615 7.759.647 84.434.853 615.852 37.879.418 44.394.458 18.648.934 5.862.129 202.118.906
UITGEGEVEN AANDELEN
3.907.944 576.653 10.048.577 21.399.027 4.138.934 10.210.722 4.457.303 541.641 55.280.801
INGEKOCHTE AANDELEN
-2.737.587 -273.523 -41.274.418 -463.297 -4.327.142 -13.822.599 -6.040.899 -337.189 -69.276.654
STAND PER 30 JUNI
3.693.972 8.062.777 53.209.012 21.551.582 37.691.210 40.782.581 17.065.338 6.066.581 188.123.053
Fondsvermogen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
2.813.644 1.057.764 -981.329 -94.360 40.941 2.836.660
01-01-2012 T/M 31-12-2012
2.382.927 630.371 -508.461 -87.036 395.843 2.813.644
48
3.1.2 WINST- EN VERLIESREKENING
6
OPBRENGSTEN UIT BELEGGINGEN Onder opbrengsten uit beleggingen worden verantwoord de verdiende interest en gedeclareerde dividenden. De niet in contanten uitgekeerde dividenden worden op het moment van verkrijging gewaardeerd tegen reële waarde en tegen deze waarde in de winst- en verliesrekening verantwoord. Onder opbrengsten uit beleggingen worden niet-verrekenbare buitenlandse bronheffingen in mindering gebracht. Opbrengsten uit beleggingen In duizenden euro’s
Interest Dividenden Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
21.649 37.566 59.215
01-01-2012 T/M 30-06-2012
22.042 39.244 61.286
Opbrengsten uit beleggingen in de verschillende fondsen In duizenden euro’s
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
2.409 4.331 20.844 9.973 10.754 6.905 3.665 334 59.215
01-01-2012 T/M 30-06-2012
2.203 5.254 31.269 23 11.102 7.231 3.736 468 61.286
7
GEREALISEERDE EN NIET-GEREALISEERDE WAARDEVERANDERINGEN VAN BELEGGINGEN De gerealiseerde waardeveranderingen worden bepaald door op de verkoopopbrengst (inclusief verkoopkosten) de historisch gemiddelde kostprijs in mindering te brengen. De niet-gerealiseerde waardeveranderingen worden bepaald door op de balanswaarde ultimo verslagperiode de balanswaarde aan het begin van de verslagperiode in mindering te brengen dan wel de gemiddelde kostprijs van de aankopen gedurende de verslagperiode. Gerealiseerde waardeveranderingen per fonds In duizenden euro’s
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Totaal
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
232 -928 24.370 588 -135 -5.134 -287 -62 18.644
01-01-2012 T/M 30-06-2012
990 488 888 8 8.149 11.386 706 -2 22.613
49
Niet-gerealiseerde waardeveranderingen per fonds In duizenden euro’s
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
-3.106 -529 16.204 -20.788 -10.085 -14.819 -3.641 -199 -36.963
01-01-2012 T/M 30-06-2012
1.103 -3.370 44.481 888 8.310 9.368 3.941 54 64.775
8
OVERIGE BEDRIJFSOPBRENGSTEN Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
Valutaresultaat Rente rekening courant Security lending fees Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
213 -4 566 775
01-01-2012 T/M 30-06-2012
159 7 -166
SECURITY LENDING FEES De opbrengsten uit securities lending bedragen € 566 duizend (over de eerste helft van 2012 waren de opbrengsten uit securities lending onvoldoende kwantificeerbaar en onderdeel van het beleggingsresultaat). De opbrengsten komen na aftrek van de vergoeding aan de beheerder ten gunste van het fonds. De opbrengsten worden achteraf ontvangen en op kasbasis verantwoord. De feeverdeling tussen de beheerder en KAS BANK bedraagt respectievelijk 80% en 20%. Alle opbrengsten die de beheerder verkrijgt vanuit het securities lending programma worden volledig doorgegeven aan de betreffende fondsen en komen derhalve volledig ten goede van de participanten.
BEDRIJFSLASTEN Service fee De beheerder brengt de fondsen een service fee in rekening. De service fee dient ter dekking van kosten van de bewaarder, de beheerder, kosten van administratie, oprichtings- en introductiekosten en bewaargeving van effecten, alsmede van alle andere operationele kosten zoals die van toezicht en registratie, accountantscontrole, verslaggeving en participantenvergaderingen. De servicefee bedraagt op jaarbasis 0,035% van het gemiddelde fondsvermogen. Maandelijks wordt hiertoe 1/12 deel van 0,035% in rekening gebracht over de waarde van het fonds aan het einde van de maand. Per 1 april 2012 is dit gewijzigd zodat niet langer het fondsvermogen per einde maand gehanteerd wordt. In plaats daarvan wordt het gemiddelde fondsvermogen (op basis van fondsomvang per dagultimo) over de maand gebruikt. Met ingang van 1 februari 2012 is de service fee van de fondsen met 0,005% verhoogd van 0,035% naar 0,040% op jaarbasis. In de service fee zijn begrepen de kosten voor het beheer van het fondsvermogen door de beheerder. Wanneer het vermogensbeheer aan een derde partij wordt uitbesteed, zullen deze kosten apart in rekening worden gebracht bij het desbetreffende fonds. Eventuele voordelen uit hoofde van (gedeeltelijk) retour ontvangen beheerkosten van deze derde partijen komen geheel ten gunste van het desbetreffende fonds. Zwitserleven Vastgoedfonds kent een externe beheerder (LaSalle Investment Management Securities B.V.) welke een vergoeding in rekening brengt van 0,50% over het geïnvesteerde vermogen. Zwitserleven Wereld Aandelenfonds belegde tot 5 februari 2013 100% in Vanguard Global Stock Index Fund (”Vanguard fonds”). Vanaf 5 februari 2013 belegt Zwitserleven Wereld Aandelenfonds haar vermogen (met een bandbreedte van 5%) in SNS Responsible Index Fund Equity North-America (35%), SNS Responsible Index Fund - Equity Europe (37,5%), SNS Responsible Index Fund - Equity Pacific (12,5%) en Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund (15%). De kosten van de SNS Responsible Index fondsen komen voor rekening van de verzekeraar (SRLEV N.V.) en worden niet ten laste van het fonds gebracht en worden niet door de participanten betaald. De kosten van het Vanguard fonds bedragen 0,25%. De verzekeraar die het fonds en daarmee het Vanguard fonds voor zijn verzekeringsproduct gebruikt, wenst de kosten laag te houden. Om dit te bewerkstelligen komen ook de kosten van het Vanguard fonds voor rekening van de verzekeraar. Daartoe brengt de Beheerder de kosten van het Vanguard fonds in rekening bij de verzekeraar. Vervolgens stort de Beheerder de kosten
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
50
9
van het Vanguard fonds terug in het fonds. De kosten van het Vanguard fonds worden niet ten laste van het Fonds gebracht en worden niet door de Participanten betaald. Totale service fee in fondsen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Zwitserleven Vastgoedfonds Zwitserleven Aandelenfonds Zwitserleven Europees Aandelenfonds Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Zwitserleven Obligatiefonds Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds Zwitserleven Credits Fonds Zwitserleven Geldmarktfonds Totaal
01-01-2012 T/M 30-06-2012
151 38 193 72 128 88 38 8 716
99 34 223 2 116 74 33 7 588
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor (LKF) van een beleggingsfonds omvat alle kosten die in een jaar ten laste van het fonds zijn gebracht, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten. De lopende kostenfactor wordt uitgedrukt in procenten van het gemiddeld fondsvermogen van het desbetreffende fonds. Het gemiddelde fondsvermogen is berekend op basis van de frequentie van het afgeven van de intrinsieke waarde of ‘net asset value’ (NAV). Alle afgegeven NAV’s gedurende de verslagperiode worden opgeteld en gedeeld door het aantal afgegeven NAV’s. Zwitserleven Beleggingsfondsen belegt onderliggend in fondsen van niet aan Zwitserleven Beleggingsfondsen gelieerde managers. Daarom is naast de LKF voor dit fonds tevens een synthetische lopende kostenfactor (SLKF) van toepassing. De SLKF bevat naast de kosten begrepen in de LKF de lopende kosten van fondsen waarin Zwitserleven Beleggingsfondsen gemiddeld meer dan 10% van het beheerde vermogen direct of indirect in deze andere beleggingsinstelling(en) belegt. Behalve de service fee worden geen andere kosten aan de fondsen in rekening gebracht. De lopende kostenfactor kan afwijken van de servicefee door fluctuaties in het vermogen en de gehanteerde berekeningssystematiek van de lopende kostenfactor. (Synthetische) Lopende kostenfactor ((S)LKF) ten opzichte van totale service fee (SYNTHETISCHE) LOPENDE KOSTENFACTOR 30-06-2013
Zwitserleven Vastgoedfonds 1 Zwitserleven Aandelenfonds 2 Zwitserleven Europees Aandelenfonds 2 Zwitserleven Wereld Aandelenfonds 3 Zwitserleven Obligatiefonds 2 Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds 2 Zwitserleven Credits Fonds 2 Zwitserleven Geldmarktfonds 2
30-06-2012
0,270% 0,020% 0,020% 0,025% 0,020% 0,020% 0,020% 0,020%
0,270% 0,019% 0,019% 0,045% 0,020% 0,020% 0,020% 0,020%
SERVICE FEE 30-06-2013
0,270% 0,020% 0,020% 0,020% 0,020% 0,020% 0,020% 0,020%
30-06-2012
0,270% 0,020% 0,020% 0,045% 0,020% 0,020% 0,020% 0,020%
1) De service fee van 0,27% is inclusief 0,25% kosten van extern vermogensbeheer. 2) Per 1 februari 2012 is de service fee met 0,005% verhoogd naar 0,040% per jaar. 3) De LKF is berekend met inachtneming van de verlaging van de service fee per 5 februari 2013 van 0,09% naar 0,04% op jaarbasis.
OMLOOPFACTOR De omloopfactor van de activa geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille van het fonds. Op deze manier wordt inzicht gegeven in de mate waarin er actief beheer plaatsvindt in de beleggingsportefeuille. Een eventuele negatieve omloopfactor geeft aan dat de dekking vanuit de op- en afslag hoger is dan de transactiekosten van het fonds. De Omloopfactor wordt als volgt berekend: [(Totaal 1 – Totaal 2) / X] * 100 Totaal 1: het totaal bedrag aan effectentransacties (effectenaankopen + effectenverkopen) Totaal 2: het totaal bedrag aan transacties (uitgiftes + inkopen) van deelnemingsrechten van de beleggingsinstelling HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
51
X: de gemiddelde intrinsieke waarde van de beleggingsinstelling. Aangezien de feitelijke aan- en verkopen van beleggingen plaatsvinden via de fondsen van Zwitserleven Beleggingsfondsen is de omloopfactor van deze fondsen opgenomen in de toelichting op de indirecte beleggingen.
TRANSACTIEKOSTEN De kosten van de onderliggende beleggingstransacties in de beleggingsfondsen zijn inbegrepen in de aan- en verkoopprijzen van de betreffende transacties. De transactiekosten van de beleggingen bedragen, voor zover identificeerbaar en kwantificeerbaar, € 1.607.184 (eerste helft 2012: € 661.217).
ACCOUNTANTSKOSTEN De beheerder brengt een totale kostenvergoeding per fonds in rekening. De beheerder betaalt de accountantskosten uit de beheervergoeding. De accountantskosten die bij de beheerder over geheel 2013 in rekening worden gebracht bedragen € 10.300 (geheel 2012: € 10.300). De accountantskosten zijn niet verder te kwantificeren per fonds en wordt daarom niet verder toegelicht in de jaarrekening van de fondsen.
VIJFJARENOVERZICHT Het vijfjarenoverzicht is per fonds opgenomen in de toelichting op de jaarrekening van de fondsen.
WERKNEMERS Zwitserleven Beleggingsfondsen heeft geen werknemers in dienst.
BELONING DIRECTIE De directie van de beheerder van Zwitserleven Beleggingsfondsen, SBB, ontvangt geen beloning in de zin van artikel 2:383 BW ten laste van het fonds. 3.1.3 OVERIGE TOELICHTINGEN
GELIEERDE PARTIJEN Gelieerde ondernemingen zijn ondernemingen die direct of indirect organisatorisch en/of financieel verbonden zijn aan Zwitserleven Beleggingsfondsen. Zwitserleven treedt op als verzekeraar. De verzekeraar gebruikt deze fondsen in de verzekeringsproducten die ze aanbiedt. Als gevolg van het Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo) worden alle ondernemingen die behoren tot de SNS REAAL Groep aangemerkt als gelieerde partijen. Dit zijn onder andere ASN Bank N.V., SNS Bank N.V., SNS REAAL N.V., SNS Asset Management N.V., SNS Securities N.V. en SBB. Transacties met gelieerde partijen die niet marktconform zijn dienen op grond van het Besluit te worden vermeld. SBB brengt een service fee in rekening aan Zwitserleven Beleggingsfondsen. De beheervergoeding is conform het prospectus in rekening gebracht. De beheerfee is opgenomen in de winst- en verliesrekening van de beleggingsfondsen en bedraagt in de verslagperiode € 0,7 miljoen. Daarnaast worden effectentransacties uitgevoerd door gelieerde partijen welke in de verslagperiode € 210 miljoen bedragen. Deze effectentransacties met gelieerde partijen geschieden tegen marktconforme voorwaarden.
SOFTDOLLAR-ARRANGEMENTEN EN RETOURPROVISIES Softdollar-arrangementen betreffen diensten en producten van (financiële) dienstverleners, die in het kader van uitvoering van effectentransacties aan vermogensbeheerders ter beschikking worden gesteld. Deze diensten en producten worden bekostigd uit de opbrengsten van effectentransacties. De softdollar-arrangementen van de betreffende vermogensbeheerders hebben uitsluitend betrekking op researchrapporten. De waarde hiervan is niet te kwantificeren. In de verslagperiode hebben de vermogensbeheerders, aan wie het vermogensbeheer is uitbesteed, geen retourprovisies ontvangen van partijen die effectentransacties hebben uitgevoerd.
UITBESTEDING WERKZAAMHEDEN Voor haar werkzaamheden als beheerder van Zwitserleven Beleggingsfondsen maakt SBB gebruik van diensten van derden. De uitgangspunten van de samenwerking met de dienstverlenende instellingen zijn schriftelijk vastgelegd in overeenkomsten. In deze overeenkomsten zijn onder meer bepalingen opgenomen die waarborgen dat SBB kan voldoen aan de eisen welke voortvloeien uit de Wft. Voorts zijn in de overeenkomsten bepalingen opgenomen met betrekking tot prestatienormen, onderlinge informatieverschaffing en de vergoeding. De vergoeding voor uitbestede werkzaamheden komen volledig ten laste van SBB, behalve als het vermogensbeheer uitbesteed wordt aan HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
52
een derde partij. Het beleggingsbeleid, op basis waarvan het vermogensbeheer van de desbetreffende fondsen plaatsvindt, wordt altijd door SBB vastgesteld. Hieronder volgt een overzicht van de werkzaamheden waarvoor SBB opdracht aan derden heeft gegeven: Werkzaamheden Uitvoering van het vermogensbeheer van Zwitserleven Vastgoedfonds Uitvoering van het vermogensbeheer van alle overige fondsen Uitvoering van de administratie
Dienstverlenende instelling LaSalle Investment Management Securities B.V. SNS Asset Management N.V. SNS Asset Management N.V.
SBB is te allen tijde bevoegd om de samenwerking met genoemde dienstverlenende instellingen te beëindigen en de taken uit te besteden aan andere bevoegde instellingen, dan wel zelf ter hand te nemen. Van de vermogensbeheerders ontvangt SBB op kwartaalbasis ‘in control’ statements. Voor toezicht op de uitbesteding van de administratie aan SNS Asset Management richt SBB zich op de ISAE 3402 type II verklaringen.
Utrecht, 3 september 2013 Directie van SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. B. Blocq
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
53
4 HALFJAARCIJFERS 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
54
4.1
ZWITSERLEVEN VASTGOEDFONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
59.606 1.603 876 1.758 721 60.327
42.795 249 374 210 413 43.208
66.232 -5.240 -665 60.327
47.510 -12.602 8.300 43.208
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Service fee Som der bedrijfslasten Resultaat
REF.
6
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
2.409 232 -3.106 -49 -514
2.203 990 1.103 -18 4.278
151 151
99 99
-665
4.179
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
-665
4.179
-232 3.106 -47.670 27.985
-990 -1.103 -18.525 15.280
-1.354 1.548 -17.282
-851 405 -1.605
66.950 -46.860 -2.306 17.784 502 374 876
8.583 -6.011 -939 1.633 28 485 513
55
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht.
BALANS
1
Beleggingen In duizenden euro’s
30-06-2013
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
42.795 47.670 -27.985 232 -3.106 59.606
31-12-2012
32.023 33.634 -28.856 1.307 4.687 42.795
In de verslagperiode zijn geen aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 4,7 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 4,9 miljoen. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Op de volgende pagina wordt een specificatie van de beleggingen gegeven naar regio. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het fonds belegt niet in vastrentende waarden en loopt derhalve geen renterisico. Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit fonds belegt niet in vastrentende waarden en loopt dus geen significant kredietrisico. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Vastgoedfonds betreft dit: € 3,3 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Het fonds belegt in vreemde valuta en loopt dus een significant valutarisico. Dit risico wordt niet afgedekt. Hieronder wordt inzicht gegeven in de blootstelling van de portefeuille aan vreemde valuta. Effectenportefeuille In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
NAAM
MARKTWAARDE
Beleggingen per 30 juni 2013
59.606
Aandelen binnenland (EUR) 163.973 CORIO 25.702 EUROCOMMERCIAL 65.336 WERELDHAVE
8.997 5.012 725 3.260
Aandelen buitenland
50.609
België (EUR) 28.627 BEFIMMO S.C.A.
1.392 1.392
Duitsland (EUR)
6.578
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
56
In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
NAAM
82.300 11.695 141.857 92.184
ALSTRIA OFFICE REIT-AG DEUTSCHE EUROSHOP AG DEUTSCHE WOHNEN LEG IMMOBILIEN AG
12.767 43.319 41.740 28.315 162.637 25.140 30.794
Frankrijk (EUR) FONCIERE DES REGIONS GECINA ICADE EMGP KLEPIERRE MERCIALYS SILIC UNIBAIL-RODAMCO
MARKTWAARDE
688 357 1.846 3.687 17.837 736 3.681 2.648 857 2.409 1.994 5.512
Oostenrijk (EUR) 185.918 ATRIUM EUROPEAN REAL ESTATE 128.971 IMMOFINANZ AG
1.114 744 370
Verenigd Koninkrijk (GBP) BRITISH LAND COMPANY DERWENT LONDON PLC HAMMERSON LAND SECURITIES GROUP LONDONMETRIC PROPERITY PLC SEGRO PLC SHAFTESBURY
12.020 2.846 1.391 2.330 804 1.024 1.974 1.651
430.479 51.824 409.848 77.912 845.877 605.918 237.866
Verenigde Staten van Amerika (USD) 867 SIGMA FINANCE_0%_12032009 484 SIGMA FINANCE_0%_14112008 484 SIGMA FINANCE_0%_30102008
0 0 0 0
Zweden (SEK) 451.318 CASTELLUM 64.500 WIHLBORGS FASTIGHETER
5.413 4.681 732
Zwitserland (CHF) 80.775 PSP SWISS PROPERTY 15.626 SWISS PRIME SITE-REG
6.255 5.373 882
Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
59.606 Beleggingen per 30 juni 2013 17.837 12.020 8.997 6.578 6.255 5.413 1.392 1.114
Frankrijk Verenigd Koninkrijk Nederland Duitsland Zwitserland Zweden België Oostenrijk
100,0 29,9 20,2 15,1 11,0 10,5 9,1 2,3 1,9
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
57
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
30-06-2013
Te vorderen van participanten Te vorderen u.h.v. effectentransacties Te vorderen dividend Te vorderen dividend-/bronbelasting Totaal
31-12-2012
3 1.396 152 52 1.603
-83 -166 249
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar. Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
30-06-2013
Te betalen u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
31-12-2012
1.731 27 1.758
190 20 210
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
5
Fondsvermogen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
01-01-2012 T/M 31-12-2012
43.208 66.950 -46.860 -2.306 -665 60.327
32.627 13.482 -10.262 -939 8.300 43.208
Overige opbrengsten De overige opbrengsten betreffen kickback vergoedingen voor de service fee die in rekening wordt gebracht door door derden beheerde fondsen. De kickback vergoedingen neutraliseren gedeeltelijk de beheerskosten in de indirecte beleggingen. Vijfjarenoverzicht 1 In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
60.327 -665 3.693.972
43.208 8.300 2.523.615
32.627 -4.179 2.302.344
31.547 -206 1.904.157
39.929 13.678 2.342.084
16,33 0,64 0,65 -0,78 -0,01 0,04 -0,18
17,12 0,39 1,00 2,38 -0,00 0,08 3,30
14,17 0,39 0,52 -2,28 0,01 0,08 -1,82
16,57 0,41 0,61 -0,62 -0,01 0,09 -0,11
17,05 0,32 0,46 5,45 -0,07 5,84
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Overige opbrengsten Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
58
WINST- EN VERLIESREKENING
5
Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
Valutaresultaat Security lending fees Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
-56 7 -49
01-01-2012 T/M 31-12-2012
-18 --18
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
151 56.320
99 37.121
Lopende kostenfactor
0,269%
0,268%
Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt -67,75% (eerste helft 2012: 6,53%). Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten, voor zover identificeerbaar, in de verslagperiode zijn € 120.921 (eerste helft 2012: € 39.841).
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
59
4.2
ZWITSERLEVEN AANDELENFONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
187.856 1.717 445 1.680 482 188.338
186.388 801 515 108 1.208 187.596
281.302 -95.837 2.873 188.338
276.956 -110.085 20.725 187.596
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Service fee Som der bedrijfslasten Resultaat
REF.
6
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
4.331 -928 -529 37 2.911
5.254 488 -3.370 -1 2.371
38 38
34 34
2.873
2.337
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
2.873
2.337
928 529 -26.494 23.569
-488 3.370 -29.243 24.603
-916 1.572 2.061
225 90 894
14.188 -6.699 -9.620 -2.131 -70 515 445
17.003 -12.661 -6.478 -2.136 -1.242 1.665 423
60
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht.
BALANS
1
Beleggingen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
186.388 26.494 -23.569 -928 -529 187.856
01-01-2012 T/M 31-12-2012
170.289 45.216 -40.180 1.789 9.274 186.388
In de verslagperiode is 90,29% van de aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Deze transacties zijn uitgevoerd tegen marktconforme condities. Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 24,8 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 25,4 miljoen. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Hieronder wordt een specificatie van de beleggingen gegeven naar regio’s en sectoren. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het fonds belegt niet in vastrentende waarden en loopt derhalve geen renterisico. Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit fonds belegt niet in vastrentende waarden en loopt dus geen significant kredietrisico. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Aandelenfonds betreft dit: € 2,2 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Het fonds belegt niet in vreemde valuta en loopt dus geen valutarisico. Effectenportefeuille In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
1.430.000 950.000 146.000 825.000 37.500 190.800 53.000 171.000 142.000
NAAM
MARKTWAARDE
Beleggingen per 30 juni 2013
187.856
Aandelen binnenland (EUR) AEGON AHOLD AKZO NOBEL ARCELORMITTAL ASM INTERNATIONAL N.V. ASM LITHOGRAPHY HOLDING BOSKALIS WESTMINSTER-CVA CORIO DE MASTER BLENDERS1753 NV
178.510 7.349 10.863 6.324 7.074 972 11.566 1.485 5.227 1.747
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
61
In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
49.000 44.000 69.000 50.000 3.032.000 66.600 1.570.000 577.000 450.000 20.868 329.000 1.270.000 100.000 270.000 206.242 910.200 106.000 357.000
NAAM
MARKTWAARDE
FUGRO -CVA GEMALTO HEINEKEN HEINEKEN HOLDING ING GROEP KONINKLIJKE DSM KONINKLIJKE KPN KONINKLIJKE PHILIPS NV POSTNL RANDSTAD HOLDING REED ELSEVIER ROYAL DUTCH SHELL -A ROYAL IMTECH NV SBM OFFSHORE TNT EXPRESS NV UNILEVER USG PEOPLE NV WOLTERS KLUWER
2.041 3.061 3.378 2.155 21.224 3.334 2.507 12.085 965 657 4.211 31.172 564 3.490 1.188 27.538 530 5.803
Aandelen buitenland
9.346
Frankrijk (EUR) 60.000 AIR FRANCE-KLM 49.903 UNIBAIL-RODAMCO
9.346 413 8.933
Verenigde Staten van Amerika (USD) 143.160 SIGMA FINANCE_0%_12032009 79.978 SIGMA FINANCE_0%_14112008 79.978 SIGMA FINANCE_0%_30102008
0 0 0 0
Sectorallocatie In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
187.856 Beleggingen per 30 juni 2013 36.703 34.818 21.224 16.732 14.160 14.134 12.538 10.863 10.014 7.349 3.061 2.566 2.507 1.187
Energie Voeding en dranken Financiële conglomeraten Basisgoederen Onroerend goed Kapitaalgoederen Halfgeleiders Detailhandelvoeding Uitgeverijen Verzekeringen Technologie Transport Telecommunicatiediensten Zakelijke dienstverlening
100,0 19,6 18,6 11,3 8,9 7,5 7,5 6,7 5,8 5,3 3,9 1,6 1,4 1,3 0,6
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
62
Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
187.856 Beleggingen per 30 juni 2013 178.510 Nederland 9.346 Frankrijk
%
100,0 95,0 5,0
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
Te vorderen u.h.v. effectentransacties Te vorderen dividend Te vorderen dividend-/bronbelasting Totaal
30-06-2013
31-12-2012
1.613 104 -1.717
--801 801
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar. Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
Te betalen u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
30-06-2013
31-12-2012
1.674 6 1.680
102 6 108
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
5
Fondsvermogen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
187.596 14.188 -6.699 -9.620 2.873 188.338
01-01-2012 T/M 31-12-2012
172.823 19.818 -19.292 -6.478 20.725 187.596
63
Vijfjarenoverzicht In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
188.338 2.873 8.062.777
187.596 20.725 7.759.647
172.823 -22.776 7.731.062
198.709 16.919 7.690.832
181.240 51.532 7.469.263
23,36 1,24 0,54 -0,18 --0,36
24,18 0,84 1,25 1,43 0,01 0,01 2,68
22,35 0,84 0,85 -3,79 -0,01 -2,95
25,84 0,62 0,90 1,31 --2,20
24,26 0,64 0,71 6,19 -0,01 6,90
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Overige opbrengsten Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
WINST- EN VERLIESREKENING
6
Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
Valutaresultaat Security lending fees Rente rekening courant Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
-1 38 -37
01-01-2012 T/M 30-06-2012
---1 -1
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 31-12-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
38 192.338
34 175.680
Lopende kostenfactor
0,020%
0,019%
Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt 15,17% (eerste helft 2012: 13,77%). Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille aan. Op deze manier kan een indruk worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt. De omloopfactor wordt verkregen door het totaalbedrag aan effectentransacties, verminderd met het totaalbedrag aan transacties van uitgegeven en ingekochte deelnemingsrechten, uit te drukken in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van de portefeuille. Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten, voor zover identificeerbaar, in de verslagperiode zijn € 25.377 (eerste helft 2012: € 31.431).
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
64
4.3
ZWITSERLEVEN EUROPEES AANDELENFONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
755.274 3.825 2.256 1.202 4.879 760.153
1.211.381 3.895 5.437 1.108 8.224 1.219.605
894.567 -196.166 61.752 760.153
1.379.625 -378.416 218.396 1.219.605
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Service fee Overige bedrijfslasten Som der bedrijfslasten Resultaat
REF.
6
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
20.844 24.370 16.204 539 61.957
31.269 888 44.481 182 76.820
193 12 205
223 -223
61.752
76.597
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
61.752
76.597
-24.370 -16.204 -381.186 877.867
-888 -44.481 -310.992 304.982
70 94 518.023
3.226 -1.205 27.239
149.803 -631.156 -39.851 -521.204 -3.181 5.437 2.256
177.329 -171.911 -36.146 -30.728 -3.489 5.219 1.730
65
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht.
BALANS
1
Beleggingen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
1.211.381 381.186 -877.867 24.370 16.204 755.274
01-01-2012 T/M 31-12-2012
1.073.772 676.104 -714.596 27.426 148.675 1.211.381
In de verslagperiode is 0,79% van de aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Deze transacties zijn uitgevoerd tegen marktconforme condities. Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 43,9 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 45,9 miljoen. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Hieronder wordt een specificatie van de beleggingen gegeven naar regio’s en sectoren. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het fonds belegt niet in vastrentende waarden en loopt derhalve geen renterisico. Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit fonds belegt niet in vastrentende waarden en loopt dus geen significant kredietrisico met betrekking tot de beleggingen. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Europees Aandelenfonds betreft dit: € 6,1 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Het fonds belegt in vreemde valuta en loopt dus een significant valutarisico. Dit valutarisico wordt in beginsel niet afgedekt. Hieronder wordt inzicht gegeven in de blootstelling van de portefeuille aan vreemde valuta Effectenportefeuille In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
230.832 984.954 153.869 761.679 505.771 317.758 211.085
NAAM
MARKTWAARDE
Beleggingen per 30 juni 2013
755.274
Aandelen binnenland (EUR) ARCELORMITTAL ING GROEP RANDSTAD HOLDING REED ELSEVIER SBM OFFSHORE STMICROELECTRONICS UNILEVER
38.593 1.979 6.895 4.848 9.749 6.537 2.199 6.386
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
66
In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
NAAM
Aandelen buitenland België (EUR) 38.200 SOLVAY 59.500 UMICORE Denemarken (DKK) 145.695 COLOPLAST-B 93.218 NOVO-NORDISK -B 314.412 VESTAS WIND SYSTEMS
118.274 154.383 189.597 232.619 43.217 452.899 149.829 501.291 543.199 139.112 123.770 28.820 91.920 148.267 252.671 43.892
Duitsland (EUR) ADIDAS AG ALLIANZ -REG BASF BAYER BAYERISCHE MOTOREN WERKE COMMERZBANK DEUTSCHE BANK -REG DEUTSCHE POST -REG DEUTSCHE TELEKOM -REG HEIDELBERGCEMENT AG HENKEL AG & CO KGAA LINDE MUENCHENER RUECKVER SAP SIEMENS WACKER CHEMIE AG
Finland (EUR) 374.404 NESTE OIL OYJ 777.929 NOKIA
MARKTWAARDE
716.681 5.747 3.847 1.900 20.868 6.276 11.161 3.431 148.191 9.833 17.330 13.012 19.058 2.903 3.034 4.818 9.572 4.869 7.188 8.942 4.131 12.997 8.342 19.620 2.542 6.422 4.208 2.214
Frankrijk (EUR) ACCOR AXA BNP PARIBAS BUREAU VERITAS SA CAP GEMINI CARREFOUR CIE GENERALE DE GEOPHYSIQUE DANONE GROUPE FNAC KERING RENAULT SANOFI SCHNEIDER ELECTRIC SOCIETE GENERALE-A SUEZ ENVIRONNEMENT SA TECHNIP UNIBAIL-RODAMCO
101.308 5.791 7.549 9.318 2.022 3.676 1.963 4.306 10.429 91 6.968 4.466 20.133 6.409 4.674 1.968 6.078 5.467
Italië (EUR) 15.861.678 BANCA MONTE DEI PASCHI SIENA 440.000 FIAT 973.000 FIAT INDUSTRIAL
31.484 3.093 2.363 8.334
214.194 500.000 222.000 101.612 98.425 92.923 253.422 180.877 5.577 44.622 86.379 252.869 115.000 177.035 198.349 77.918 30.543
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
67
In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
NAAM
MARKTWAARDE
6.727.184 INTESA SANPAOLO 1.101.583 TERNA SPA 1.639.062 UNICREDIT SPA
8.281 3.516 5.897
Mexico (GBP) 1 180.103 FRESNILLO PLC
1.854 1.854
Noorwegen (NOK) 891.242 DNB ASA 564.564 STATOIL
18.789 9.876 8.913
Oostenrijk (EUR) 261.520 OMV
9.075 9.075
362.330 1.175.611 545.000 220.028 285.203 615.540
Spanje (EUR) ABERTIS INFRAESTRUCTURAS BANCO BILBAO VIZCAYA ARGENTA EDP RENOVAVEIS SA ENAGAS FERROVIAL SA REPSOL
780.775 228.150 490.000 155.171 1.058.081 1.085.357 591.298 920.152 4.272.554 1.161.741 1.164.523 930.091 639.505 154.387 1.017.165 203.430 1.065.021 324.931 773.258 306.620 9.801.000 355.566 709.338
Verenigd Koninkrijk (GBP) ABERDEEN ASSET MGMT PLC ANGLO AMERICAN ARM HOLDINGS ASTRAZENECA AVIVA BG GROUP BHP BILLITON 2 BRITISH LAND COMPANY BT GROUP CAPITA PLC COMPASS GROUP DIAGEO GLAXOSMITHKLINE IMPERIAL TOBACCO GROUP LONMIN PLC PETROFAC LTD SAINSBURY (J) SOUTH AFRICAN BREWERIES STANDARD CHARTERED PLC 3 TULLOW OIL PLC VODAFONE GROUP WHITBREAD WPP PLC
Verenigde Staten van Amerika (USD) 164.959 SIGMA FINANCE_0%_12032009 92.156 SIGMA FINANCE_0%_14112008 92.156 SIGMA FINANCE_0%_30102008 Zweden (SEK) 224.098 ELECTROLUX 482.100 ERICSSON LM -B 512.007 NORDEA BANK
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
32.238 4.855 7.577 2.149 4.177 3.502 9.978 211.953 3.487 3.370 4.545 5.640 4.193 14.165 11.605 6.082 15.415 13.095 11.414 20.403 12.297 4.107 3.019 2.844 4.415 11.952 12.875 3.581 21.483 12.679 9.287 0 0 0 0 37.798 4.327 4.174 4.377
68
In duizenden euro’s AANTAL AANDELEN
NAAM
MARKTWAARDE
1.100.000 SKANDINAVISKA ENSKILDA BAN 313.392 SVENSKA CELLULOSA -B 620.100 SWEDBANK AB - A SHARES
655.537 95.077 496.372 377.000 281.929 116.548 520.943
8.037 6.012 10.871
Zwitserland (CHF) ABB CIE FINANC RICHEMONT-A CREDIT SUISSE GROUP -REG NESTLE -REG NOVARTIS -REG ROCHE HOLDING -GENUSS UBS -REG
90.954 10.932 6.459 10.110 18.990 15.382 22.270 6.811
1) Betreft een aan een Europese effectenbeurs genoteerd bedrijf met een hoofdvestiging buiten Europa. 2) Genoteerd in AUD. 3) Genoteerd in HKD.
Sectorallocatie In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
755.274 Beleggingen per 30 juni 2013 105.941 87.910 74.230 69.685 54.447 48.726 42.069 41.767 32.121 29.884 20.619 19.965 17.929 14.954 12.018 11.810 11.549 9.749 9.732 9.287 7.059 6.744 6.388 6.276 4.415
Farmacie & biotechnologie Banken Voeding en dranken Energie Basisgoederen Kapitaalgoederen Verzekeringen Telecommunicatiediensten Financiële conglomeraten Consumenten Servicebedrijven Duurzame consumptiegoederen Zakelijke dienstverlening Transport Verzorgingsproducten Software & services Nutsbedrijven Onroerend goed Uitgeverijen Auto's Reclame Detailhandel Halfgeleiders Technologie Dienstverlening & Apparatuur Gezondheidszorg Detailhandelvoeding
100,0 14,1 11,6 9,8 9,2 7,2 6,5 5,6 5,5 4,3 4,0 2,7 2,6 2,4 2,0 1,6 1,6 1,5 1,3 1,3 1,2 0,9 0,9 0,8 0,8 0,6
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
69
Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
755.274 Beleggingen per 30 juni 2013 211.953 148.191 101.308 90.954 38.593 37.798 32.238 31.484 20.868 18.789 9.075 6.422 5.747 1.854
Verenigd Koninkrijk Duitsland Frankrijk Zwitserland Nederland Zweden Spanje Italië Denemarken Noorwegen Oostenrijk Finland België Mexico
100,0 28,0 19,6 13,4 12,0 5,1 5,0 4,3 4,2 2,8 2,5 1,2 0,9 0,8 0,2
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
Te vorderen van participanten Te vorderen u.h.v. effectentransacties Te vorderen dividend Te vorderen dividend-/bronbelasting Totaal
30-06-2013
31-12-2012
19 1.266 1.620 920 3.825
-2.493 -1.402 3.895
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar. Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
Te betalen u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
30-06-2013
31-12-2012
1.177 25 1.202
1.067 41 1.108
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
5
Fondsvermogen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
1.219.605 149.803 -631.156 -39.851 61.752 760.153
01-01-2012 T/M 31-12-2012
1.085.169 252.561 -300.375 -36.146 218.396 1.219.605
70
Vijfjarenoverzicht In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
760.153 61.752 53.209.012
1.219.605 218.396 84.434.853
1.085.169 -111.636 81.791.227
1.155.489 78.922 81.726.689
1.145.170 252.577 84.435.899
14,29 0,79 0,39 0,76 0,01 0,00 1,16
14.44 0,42 0,50 2,09 0,01 0,01 2,59
13,26 0,42 0,46 -1,83 0,01 0,00 -1,36
14,14 0,44 0,45 0,52 0,00 0,00 0,97
13,56 0,32 0,44 2,55 -0,00 2,99
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Overige opbrengsten Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
WINST- EN VERLIESREKENING
6
Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
Valutaresultaat Security lending fees Rente rekening courant Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
270 -4 273 539
01-01-2012 T/M 31-12-2012
177 5 -182
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
193 979.984
223 1.149.109
Lopende kostenfactor
0,020%
0,019%
Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt 48,79% (eerste helft 2012: 23,15%). Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille aan. Op deze manier kan een indruk worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt. De omloopfactor wordt verkregen door het totaalbedrag aan effectentransacties, verminderd met het totaalbedrag aan transacties van uitgegeven en ingekochte deelnemingsrechten, uit te drukken in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van de portefeuille. Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten, voor zover identificeerbaar, in de verslagperiode zijn € 1.222.135 (eerste helft 2012: € 589.945).
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
71
4.4
ZWITSERLEVEN WERELD AANDELENFONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
590.588 1.534 20 1.514 592.102
15.825 48 48 -15.825
600.590 1.723 -10.211 592.102
14.102 106 1.617 15.825
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Service fee Overige bedrijfslasten Som der bedrijfslasten Resultaat
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
9.973 588 -20.788 88 -10.139
23 8 888 -919
72 -72
2 -2
-10.211
917
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
-10.211
917
-588 20.788 -618.668 23.705
-8 -888 -1.646 134
-1.486 -28 -586.488
---1.491
599.427 -12.939 -586.488 ----
1.723 -232 -1.491 ----
72
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht. Wijziging beleggingsbeleid Per 5 februari 2013 is het beleggingsbeleid van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds gewijzigd. Tot 5 februari 2013 belegde Zwitserleven Wereld Aandelenfonds voor 100% in Vanguard Global Stock Index Fund. Vanaf 5 februari 2013 belegt het fonds in een mix van SNS- en Vanguard indexfondsen volgens onderstaande verdeling (met een bandbreedte van 5%): SNS Responsible Index Fund Equity - North-America (35%), SNS Responsible Index Fund - Equity Europe (37,5%), SNS Responsible Index Fund - Equity Pacific (12,5%) en Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund (15%). Op 12 maart 2013 is het beleggingsbeleid van de Zwitserleven Horizonfondsen gewijzigd. De beleggingsmix is opnieuw bepaald als gevolg waarvan Zwitserleven Europees Aandelenfonds is vervangen door Zwitserleven Wereld Aandelenfonds. Het fondsvermogen van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds is daardoor ten opzichte van 31 december 2012 in forse mate toegenomen.
BALANS
1
Beleggingen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
15.825 618.668 -23.705 588 -20.788 590.588
01-01-2012 T/M 31-12-2012
11.698 3.038 -534 98 1.525 15.825
In de verslagperiode zijn geen aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Ultimo verslagperiode zijn geen beleggingen uitgeleend. Effectenportefeuille In duizenden euro’s INTRINSIEKE WAARDE
%
590.588 Beleggingen per 30 juni 2013 217.968 211.916 84.676 76.028
100,0
SNS Responsible Index Fund Equity - Europe SNS Responsible Index Fund Equity - North America Vanguard Emerging Markets Stocks Index Fund SNS Responsible Index Fund Equity - Pacific
36,9 35,9 14,3 12,9
Indirecte beleggingen Indien een beleggingsinstelling gemiddeld twintig procent of meer van het beheerde vermogen direct of indirect belegt in een andere beleggingsinstelling moet op grond van art. 124, lid 1, onderdeel i ook informatie over de beleggingsinstellingen waarin wordt belegd, worden verstrekt in de halfjaarcijfers. Dit is van toepassing op de eerste twee beleggingen in bovenstaand overzicht. Per belegging wordt de vereiste informatie gegeven. SNS Responsible Index Fund - Equity Europe (SRIFE-EU) Algemeen Vindplaats meest recente jaarrekening Gratis op te vragen bij SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V., Croeselaan 1, Postbus 8444, 3503 RK Utrecht. Website: http://www.snsbeleggingsfondsenbeheer.nl. Toezichthouder Fonds staat niet onder toezicht van AFM Soort belegging Aandelen Beleggingsbeleid PassiefBeleggingen
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
73
In duizenden euro’s
30-06-2013
31-12-2012
Totaal belang van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Totale intrinsieke waarde van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Relatieve belang in het fondsvermogen
217.968 592.102 36,81%
----
Totale intrinsieke waarde van de rechten van deelneming
447.142
555.733
9.348
11.522
47.833,42
48.234,04
Aantal uitstaande rechten Intrinsieke waarde per recht van deelneming
Afspraken tussen SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. en de beleggingsinstelling over de kosten SBB vergoedt de volledige kosten die ten laste komen van de hiervoor genoemde beleggingsinstelling. Via de indirecte beleggingen komen dus geen kosten ten laste van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds. SNS Responsible Index Fund Equity - North America (SRIFE-NA) Algemeen Vindplaats meest recente jaarrekening Gratis op te vragen bij SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V., Croeselaan 1, Postbus 8444, 3503 RK Utrecht. Website: http://www.snsbeleggingsfondsenbeheer.nl. Toezichthouder Fonds staat niet onder toezicht van AFM Soort belegging Aandelen Beleggingsbeleid Passief In duizenden euro’s
30-06-2013
31-12-2012
Totaal belang van de Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Totale intrinsieke waarde van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds Relatieve belang in het fondsvermogen
211.916 592.102 35,79%
----
Totale intrinsieke waarde van de rechten van deelneming
250.348
40.649.095
8.284.574
1.526.721
30,22
26,63
Aantal uitstaande rechten Intrinsieke waarde per recht van deelneming
Afspraken tussen SNS Beleggingsfondsen Beheer B.V. en de beleggingsinstelling over de kosten SBB vergoedt de volledige kosten die ten laste komen van de hiervoor genoemde beleggingsinstelling. Via de indirecte beleggingen komen dus geen kosten ten laste van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Zwitserleven Wereld Aandelenfonds kan via de portefeuilles van de indirecte beleggingen, doorbeleggen in kortlopende vastrentende effecten, in welk geval er sprake is van een kredietrisico. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Wereld Aandelenfonds betreft dit: € 1,5 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Via de portefeuille van de indirecte beleggingen, kan het fonds valutarisico lopen.
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
Te vorderen u.h.v. effectentransacties Te vorderen dividend-/bronbelasting Totaal
30-06-2013
38 1.496 1.534
31-12-2012
48 -48
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
74
Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
30-06-2013
Te betalen u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
31-12-2012
-20 20
47 1 48
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
5
Fondsvermogen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
15.825 599.427 -12.939 -10.211 592.102 760.153
01-01-2012 T/M 31-12-2012
11.698 3.280 -770 1.617 15.825 1.219.605
Vijfjarenoverzicht In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
592.102 -10.211 21.551.582
15.825 1.617 615.852
11.698 -310 512.801
9.808 1.504 417.297
6.047 1.011 309.745
27,47 -0,46 -0,94 0,00 -0,48
25,70 --2.63 0,01 2,62
22,81 -0,07 -0,67 0,01 -0,60
23,50 -0,06 3,55 0,01 3,60
19,52 -0,05 3,22 -3,26
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
WINST- EN VERLIESREKENING Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
72 355.456
2 13.572
Lopende kostenfactor
0,025%
0,045%
Zwitserleven Wereld Aandelenfonds belegt gemiddeld 10% of meer van het beheerde vermogen direct of indirect in andere beleggingsinstellingen. Daarom is naast de lopende kostenfactor voor dit fonds tevens een synthetische lopende kostenfactor (SLKF) van toepassing. De SLKF bevat naast de kosten begrepen in de SLKF de doorlopende kosten van deze andere beleggingsinstellingen. De kosten van de SRIFE fondsen komen voor rekening van de verzekeraar (SRLEV N.V.) en worden niet ten laste van het Fonds gebracht en worden niet door de Participanten betaald. De kosten van het Vanguard Emerging Markets Stock Index Fund (”Vanguard fonds”) bedragen 0,25%. De verzekeraar die het Fonds en daarmee het Vanguard fonds voor zijn verzekeringsproduct gebruikt, wenst de kosten laag te houden. HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
75
Om dit te bewerkstelligen komen ook de kosten van het Vanguard fonds voor rekening van de verzekeraar. Daartoe brengt de Beheerder de kosten van het Vanguard fonds in rekening bij de verzekeraar. Vervolgens stort de Beheerder de kosten van het Vanguard fonds terug in het Fonds. De kosten van het Vanguard fonds worden niet ten laste van het Fonds gebracht en worden niet door de Participanten betaald. Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt 8,44% (eerste helft 2012: -1,30%). Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille aan. Op deze manier kan een indruk worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt. De omloopfactor wordt verkregen door het totaalbedrag aan effectentransacties, verminderd met het totaalbedrag aan transacties van uitgegeven en ingekochte deelnemingsrechten, uit te drukken in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van de portefeuille. Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten, voor zover identificeerbaar, in de verslagperiode waren € 238.751 (eerste helft 2012: nihil).
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
76
4.5
ZWITSERLEVEN OBLIGATIEFONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
602.125 22.062 3.284 13.035 12.311 614.436
627.087 12.103 -273 514 11.316 638.403
575.712 38.243 481 614.436
576.014 -4.074 66.463 638.403
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten
REF.
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
10.754 -135 -10.085 77 611
11.102 8.149 8.310 1 27.562
Bedrijfslasten Service fee Overige bedrijfslasten Som der bedrijfslasten
128 2 130
116 -116
Resultaat
481
27.446
6
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
481
27.446
135 10.085 -427.091 441.833
-8.149 -8.130 -426.925 427.947
-9.959 12.521 28.005
2.062 3.287 17.358
69.666 -72.863 -21.251 -24.448 3.557 -273 3.284
62.248 -53.111 -24.146 -15.009 2.349 934 3.283
77
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht.
BALANS
1
Beleggingen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
01-01-2013 T/M 30-06-2013
627.087 427.091 -441.833 -135 -10.085 602.125
01-01-2012 T/M 31-12-2012
550.763 786.278 -754.392 15.102 29.336 627.087
In de verslagperiode is 0,37% van de aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Deze transacties zijn uitgevoerd tegen marktconforme condities. Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 170,7 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 174,5 miljoen. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Hieronder wordt een specificatie van de beleggingen gegeven naar regio’s en sectoren. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het fonds belegt in vastrentende waarden en loopt derhalve een significant renterisico. Onderstaande tabel geeft informatie opgenomen betreffende het effectieve rendement, couponrendement, gemiddelde resterende looptijd en modified duration. Verder is een specificatie van de beleggingen gegeven met daarbij het aflossingsjaar van de belegging. 31-12-2013
Effectief rendement Coupon rendement Gemiddeld resterende looptijd Modified duration
2,71% 3,42% 7,08 jaar 5,50
Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit fonds belegt in vastrentende waarden en loopt dus een significant kredietrisico. Het risico wordt gemitigeerd door de beleggingen te spreiden en te beleggen in hoogwaardige beleggingen. Hieronder wordt in de specificatie van de beleggingen inzicht gegeven in de spreiding en rating van de beleggingen. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal van vastrentende beleggingen, vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Obligatiefonds betreft dit: € 627,5 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Het fonds belegt niet in vreemde valuta en loopt dus geen valutarisico.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
78
Effectenportefeuille in duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
1.000.000 2.000.000 1.400.000 850.000 800.000 1.700.000 700.000 1.800.000 1.450.000 250.000 1.400.000 700.000 2.500.000 1.200.000 750.000 350.000 300.000 550.000 1.200.000 1.200.000 300.000 200.000 900.000 1.000.000 600.000 1.500.000 700.000 1.550.000 1.500.000 900.000 575.000 5.000.000 4.000.000 1.000.000 2.000.000 3.150.000 200.000 800.000 1.000.000 2.500.000 400.000 400.000 800.000 2.000.000 300.000 1.800.000 1.300.000 200.000 800.000 3.500.000
COUPONRENTE
NAAM
AFLOOPDATUM
MARKTWAARDE
Beleggingen per 30 juni 2013
602.125
Obligaties binnenland (EUR)
69.605
2,5% 3,625% 7,125% 4,875% 1,859% 1,353% 2,375% 5% 9% 4,25% 1,622% 1,562% 1,157% 2,5% 6,125% 3,625% 4,875% 2,125% 3,5% 5,75% 2,875% 3,5% 4,25% 4% 6,125% 5,625% 4,125% 2,25% 3% 3% 5,125% 3,25% 4,5% 5,5% 2,5% 4% 1,507% 4% 3,875% 4,125% 1,875% 6,625% 1,549% 1,356% 1,749% 1,449% 1,058% 1,038% 1,029% 1,077%
ABN AMRO BANK ABN AMRO BANK ABN AMRO BANK ALLIANDER NV ARENA 2011-2 A2 ARENA 2012-1 A2 COCA-COLA CRH FINANCE DELTA LLOYD LEV DELTA LLOYD DOLPH 2011-1 A DUTCH 2012-17 A2 DUTCH 2013-18 A2 ELSEVIER FIN ELM ENBW INTL FIN ENEL FINANCE ENEL FINANCE HEINEKEN HEINEKEN HIT FINANCE IBERDROLA IBERDROLA IBERDROLA ING BANK ING KPN LANXESS FINANCE NED WATERSCHAPSB NED WATERSCHAPSB NED WATERSCHAPSB NEDERL GASUNIE NEDERLAND NEDERLAND NEDERLAND NETHERLANDS NETHERLANDS PHEHY 2011-1 A2 RABOBANK INT RABOBANK RABOBANK RWE RWE SAEC 10 A2 SAEC 12 A2 STORM 2012-3 A2 STORM 2012-4 A2 STORM 2013-1 A2 STORM 2013-2 A2 STORM 2013-3 A SWAFE I A2
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
29-11-2023 22-06-2020 06-07-2022 11-11-2015 17-09-2043 17-11-2044 18-06-2020 25-01-2019 29-08-2042 17-11-2017 28-09-2099 02-10-2044 02-02-2045 24-09-2020 07-07-2039 17-04-2018 11-03-2020 04-08-2020 19-03-2024 09-03-2018 11-11-2020 01-02-2021 11-10-2018 17-01-2020 29-05-2023 30-09-2024 23-05-2018 17-01-2017 12-07-2016 16-11-2023 31-03-2017 15-07-2015 15-07-2017 15-01-2028 15-01-2033 15-07-2019 25-10-2043 11-01-2022 20-04-2016 14-09-2022 30-01-2020 31-01-2019 25-02-2094 30-07-2092 22-05-2054 22-08-2054 22-04-2054 22-11-2050 22-08-2053 02-02-2079
949 2.231 1.588 891 822 1.722 688 2.040 1.594 269 1.422 701 2.463 1.208 1.011 362 321 543 1.259 1.345 291 200 959 1.138 649 1.708 770 1.625 1.601 958 657 5.299 4.580 1.376 1.969 3.634 203 886 1.076 2.551 390 496 814 2.027 308 1.831 1.301 200 800 1.757
79
in duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
400.000 1.050.000 1.500.000 950.000
COUPONRENTE
3,25% 4,625% 3,125% 3,25%
NAAM
TENNET TENNET VAN LANSCHOT VOLKSWAGEN
AFLOOPDATUM
09-02-2015 21-02-2023 05-06-2018 21-01-2019
Obligaties buitenland
1.500.000
Australië (EUR) 4,25% WESTPAC BANKING
415 1.219 1.467 1.021 532.520
22-09-2016
1.638 1.638
26-04-2018 28-03-2035 28-03-2028 28-03-2041 28-09-2021 28-09-2022 13-05-2019
17.876 345 1.880 1.801 1.704 3.454 7.625 1.067
België (EUR) AB INBEV BELGIUM KINGDOM BELGIUM KINGDOM BELGIUM BELGIUM BELGIUM ELIA SYSTEM
MARKTWAARDE
310.000 1.500.000 1.400.000 1.500.000 3.000.000 6.650.000 892.000
4% 5% 5,5% 4,25% 4,25% 4,25% 5,25%
1.500.000
Canada (EUR) 3,5% CANADA
13-01-2020
1.720 1.720
1.100.000 1.578.000
Caymaneilanden (EUR) 3,75% HUTCHISON 0% SIGMA FINANCE
10-05-2099 09-03-2009
1.035 1.035 0
16-12-2016
981 981
17-10-2042 15-07-2020 28-02-2018 04-07-2015 04-01-2016 04-01-2037 04-07-2016 04-07-2028 04-07-2017 04-01-2030 26-05-2014 03-08-2018 08-09-2020 13-06-2022 21-09-2018 09-02-2016 13-06-2014 07-04-2017 15-02-2023 04-07-2044 04-07-2042 20-03-2019 17-01-2022 20-01-2020 15-02-2017 30-08-2021
133.788 1.198 1.488 1.493 24.942 4.109 1.276 8.655 5.309 4.274 2.009 3.064 3.270 1.579 3.546 1.585 1.726 4.896 14.002 17.216 1.005 5.824 6.827 1.587 5.452 1.237 4.763
Denemarken (EUR) 900.000 4% DONG ENERGY
1.100.000 1.500.000 1.500.000 23.500.000 3.800.000 1.000.000 7.800.000 4.000.000 3.725.000 1.300.000 3.000.000 3.000.000 1.500.000 3.600.000 1.500.000 1.630.000 4.900.000 14.000.000 17.500.000 1.000.000 5.000.000 6.600.000 1.500.000 4.800.000 1.200.000 4.380.000
Duitsland (EUR) 5,625% 1,5% 1,5% 3,25% 3,5% 4% 4% 4,75% 4,25% 6,25% 2,75% 3% 2,375% 1,75% 2,375% 2,875% 0% 0,5% 1,5% 2,5% 3,25% 1,875% 2,5% 3,625% 1,75% 2,875%
ALLIANZ BUND LAENDER COMMERZBANK DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND EUROHYPO FMS WERTMNGMT FREISTAAT BAYERN GEM BUND LAENDER GEM BUND LAENDER GEM BUND LAENDER GERMANY GERMANY GERMANY GERMANY GERMANY KFW KFW KFW LAND NORD-WESTF LANDW RENTENBANK
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
80
in duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
190.000 550.000 700.000
COUPONRENTE
NAAM
2,125% MAN AG 2% VIER GAS TRANS 2,25% VOLKSWAGEN
AFLOOPDATUM
MARKTWAARDE
13-03-2017 12-06-2020 10-11-2014
196 545 715
1.500.000 1.150.000 1.000.000
Finland (EUR) 3,875% DANSKE BANK 2,25% NORDEA BANK 3,25% OPMBK
21-06-2021 16-11-2015 01-04-2016
3.970 1.709 1.193 1.068
500.000 750.000 400.000 1.500.000 900.000 1.200.000 1.800.000 350.000 300.000 700.000 500.000 2.500.000 1.750.000 3.050.000 1.800.000 1.250.000 1.350.000 1.100.000 700.000 1.800.000 2.000.000 1.800.000 1.200.000 1.600.000 500.000 1.000.000 2.000.000 2.000.000 4.000.000 4.000.000 4.000.000 5.800.000 8.000.000 6.000.000 5.500.000 1.000.000 1.100.000 1.000.000 1.600.000 600.000 1.800.000 1.000.000
Frankrijk (EUR) 4,125% 7,375% 4,875% 5,25% 6,211% 3,5% 3,875% 4,125% 3,625% 3,641% 4,5% 1,75% 3,875% 2,5% 4,25% 4,125% 1,875% 4,472% 4,726% 3,125% 3,5% 2,625% 5,875% 4,25% 4,625% 3,25% 3,5% 4% 4% 4% 4,25% 5,75% 1% 3,75% 4,5% 2,375% 4% 4,25% 4,75% 4,339% 4,45% 3,5%
13-04-2020 20-03-2019 21-01-2019 16-04-2040 29-10-2049 07-03-2016 12-07-2021 14-01-2022 16-01-2023 29-10-2019 09-02-2022 29-11-2019 05-06-2014 25-10-2022 25-04-2020 25-04-2017 19-12-2017 04-04-2016 26-05-2021 21-01-2015 25-04-2017 28-01-2014 11-06-2019 29-01-2099 11-09-2024 25-04-2016 25-04-2015 25-04-2055 25-10-2014 25-10-2038 25-04-2019 25-10-2032 25-07-2017 25-10-2019 25-04-2041 28-02-2018 07-07-2016 03-02-2023 02-03-2021 07-07-2021 16-04-2099 13-07-2015
90.234 554 957 451 1.530 899 1.274 2.046 387 309 745 554 2.491 1.805 3.087 2.091 1.395 1.351 1.187 768 1.872 2.177 1.823 1.332 1.616 575 1.074 2.116 2.233 4.196 4.500 4.634 8.034 8.007 6.805 6.699 1.023 1.201 1.168 1.812 672 1.736 1.048
1.700.000 1.200.000
Ierland (EUR) 5,25% GE CAPITAL 6% GE CAPITAL
18-05-2015 15-01-2019
3.288 1.838 1.450
ASF ASF AUTOROUTES PARIS AXA AXA BNP PARIBAS BNP PARIBAS BNP PARIBAS BOUYGUES BOUYGUES BOUYGUES BPCE BPCOV CAISSE D CAISSE D CAISSE D'AMORT CARREFOUR CASINO GUICHARD CASINO GUICHARD CM-CIC CM-CIC CREDIT AGRICOLE CREDIT AGRICOLE ELECT DE FRANCE ELECT DE FRANCE FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE FRANCE FRANCE SOCIETE GENERALE SOCIETE GENERALE SOCIETE GENERALE SOCIETE GENERALE TOTAL INFRA VEOLIA ENVIRON VIVENDI
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
81
in duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
5.000.000 11.400.000 1.500.000 2.500.000 1.500.000 748.000 900.000 12.000.000 3.000.000 2.000.000 21.000.000 4.000.000 10.800.000 5.000.000 4.000.000 2.500.000 400.000 1.300.000 1.500.000 1.500.000
COUPONRENTE
Italië (EUR) 4,5% 5,25% 5,25% 5,75% 3,25% 4% 5% 3,75% 4% 4% 4,25% 4,25% 4,75% 5% 6% 6,5% 4,375% 3,5% 3,375% 3,375%
NAAM
BUONI POLIENNALI BUONI POLIENNALI BUONI POLIENNALI BUONI POLIENNALI INTESA SANPAOLO INTESA SANPAOLO INTESA SANPAOLO ITALY ITALY ITALY ITALY ITALY ITALY ITALY ITALY ITALY SNAM SPA SNAM UBI BANCA UNICREDITO
AFLOOPDATUM
MARKTWAARDE
01-02-2020 01-08-2017 01-11-2029 01-02-2033 28-04-2018 09-11-2017 28-02-2017 01-03-2021 01-02-2017 01-09-2020 01-07-2014 01-09-2019 01-08-2023 01-09-2040 01-05-2031 01-11-2027 11-07-2016 13-02-2020 15-09-2017 31-10-2017
96.089 5.168 12.273 1.563 2.748 1.568 756 951 11.835 3.102 2.012 21.591 4.107 11.124 4.989 4.499 2.918 428 1.327 1.552 1.578
15-02-2020
2.153 2.153
1.920.000
Jersey (EUR) 4,6% HEATHROW
230.000 5.000.000 5.500.000 2.250.000 300.000 1.500.000 1.400.000
Luxemburg (EUR) 5,75% 2% 2,25% 3,625% 4,625% 7,125% 2,25%
ENEL FINANCE EUROP INVEST BNK EUROP INVEST BNK EUROP INVEST BNK GLENCORE FIN EUR GLENCORE FIN EUR LUXEMBOURG
24-10-2018 14-04-2023 14-10-2022 15-01-2021 03-04-2018 23-04-2015 21-03-2022
16.643 260 4.892 5.543 2.538 322 1.651 1.437
800.000 1.500.000 1.500.000 1.500.000
Noorwegen (EUR) 3,375% 4,375% 2,75% 4%
DNB NOR BOLI DNB NORBANK SPAREBANKEN SPAREBANKEN
20-01-2017 24-02-2021 01-02-2019 03-02-2021
20.133 866 1.707 1.599 1.718
4.500.000 8.500.000 7.000.000 1.000.000 500.000
Oostenrijk (EUR) 3,4% 4,3% 4,3% 6,25% 3,875%
AUSTRIA AUSTRIA AUSTRIA AUSTRIA OO KONTROLLBANK
22-11-2022 15-07-2014 15-09-2017 15-07-2027 15-09-2016
23.859 5.032 8.859 7.973 1.445 550
1.000.000 200.000 2.500.000 2.500.000 1.300.000 14.700.000 8.000.000
Spanje (EUR) 3,75% 3,125% 2,875% 3,25% 3,625% 3,8% 4,2%
BANCO POPULAR BANCO SABADELL BANCO SANTANDER BANCO SANTANDER BBVA BONOS BONOS
22-01-2019 20-01-2014 30-01-2018 17-02-2015 18-01-2017 31-01-2017 30-07-2013
64.033 977 202 2.494 2.549 1.344 14.954 8.022
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
82
in duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
2.000.000 3.700.000 4.500.000 700.000 300.000 1.600.000 1.500.000 800.000 4.000.000 4.000.000 9.000.000 300.000 1.000.000
COUPONRENTE
5,75% 4,25% 3,875% 4,125% 4,75% 4,375% 6% 3% 4,65% 4,85% 5,4% 4,71% 4,797%
NAAM
AFLOOPDATUM
MARKTWAARDE
BONOS CAJA BARCELONA CEDULAS TDA FADE IBERDROLA INST CREDITO OFI INST CREDITO OFI KUTXABANK SA SPAIN SPAIN SPAIN TELEFONICA TELEFONICA
30-07-2032 26-01-2017 23-05-2025 17-03-2017 25-01-2016 20-05-2019 08-03-2021 01-02-2017 30-07-2025 31-10-2020 31-01-2023 20-01-2020 21-02-2018
2.134 3.877 3.501 714 323 1.621 1.633 810 3.897 4.133 9.459 315 1.074
1.300.000 1.500.000
Tsjechië (EUR) 4,5% CEZ 3,625% CZECH REPUBLIC
29-06-2020 14-04-2021
3.117 1.472 1.645
1.000.000 1.600.000 1.000.000 650.000 2.500.000 1.200.000 1.000.000 700.000 800.000 1.000.000 750.000 970.000 680.000 300.000 1.500.000 1.200.000 900.000 1.300.000 1.100.000 1.250.000 1.000.000 700.000 1.350.000 1.500.000 400.000 800.000
Verenigd Koninkrijk (EUR) 3,375% ABBEY NATIONAL 1,603% ARRMF 2010-1X A2B 4,7291% AVIVA 5,7% AVIVA 2,25% BARCLAYS 6% BARCLAYS 4,875% BAT 5,875% BAT 3,125% COMPASS GROUP 3,125% HSBC HOLDINGS 6% HSBC HOLDINGS 4,5% IMPERIAL TOBACCO 5% IMPERIAL TOBACCO 1,132% LEEK 17X BC 0,672% LEEK 17X MC 0,652% LEEK 18X MC 1,032% LEEK 19X BC 4% LLOYDS TSB 6,5% LLOYDS TSB 5% NATIONAL GRID 6,75% NATIONW BLDG SOC 3,875% RBS 5,375% RBS 3,625% STAND CHARTERED 3,375% TESCO 6,25% VODAFONE
20-10-2015 16-05-2047 29-11-2049 29-09-2049 22-02-2017 14-01-2021 24-02-2021 12-03-2015 13-02-2019 15-11-2017 10-06-2019 05-07-2018 02-12-2019 21-12-2037 21-12-2037 21-09-2038 21-12-2038 25-06-2018 24-03-2020 02-07-2018 22-07-2020 19-10-2020 30-09-2019 15-12-2015 02-11-2018 15-01-2016
28.762 1.048 1.454 971 646 2.608 1.299 1.172 760 846 1.069 866 1.083 784 287 1.445 1.150 845 1.464 1.205 1.450 1.078 794 1.518 1.586 430 904
1.250.000 600.000 600.000 800.000 1.350.000 2.000.000 2.000.000 1.500.000 1.000.000
Verenigde Staten (EUR) 4,625% BANK OF AMERICA 4,75% BANK OF AMERICA 1% BMW 1,875% CARGILL 7,375% CITIGROUP 4,5% GOLDMAN SACHS 0,886% JP MORGAN 4,5% MORGAN STANLEY 5,75% PFIZER INC
07-08-2017 03-04-2017 18-07-2017 04-09-2019 04-09-2019 09-05-2016 31-05-2017 23-02-2016 03-06-2021
13.769 1.381 664 592 795 1.703 2.152 1.924 1.599 1.257
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
83
in duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
400.000 1.300.000
COUPONRENTE
NAAM
AFLOOPDATUM
2,125% PHILIP MORRIS 2,375% TOYOTA MOTOR
MARKTWAARDE
30-05-2019 01-02-2023
403 1.299
11-07-2019 21-02-2018 16-02-2016 05-10-2016 31-01-2018 17-03-2016
10.852 1.115 1.669 1.388 2.068 3.498 1.114
1.000.000 1.500.000 1.300.000 1.900.000 3.500.000 1.000.000
Zweden (EUR) 4% 4,25% 3,625% 3,625% 0,875% 5,25%
1.250.000 1.000.000 1.050.000 1.920.000
Zwitserland (EUR) 2,125% CREDIT SUISSE 6% UBS AG 3% UBS 1,5% XSTRATA
18-01-2017 18-04-2018 06-06-2016 19-05-2016
5.518 1.301 1.192 1.117 1.908
1.625.000 2.725.000 2.500.000
Europese Unie (EUR) 2,875% EUROPEAN UNION 3% EUROPEAN UNION 3,375% EUROPEAN UNION
04-04-2028 04-09-2026 04-04-2038
7.305 1.676 2.882 2.747
NORDEA BANK SKAND ENSKILDA SVENSKA BANK SWEDBANK HYPOTEK SWEDEN VATTENFALL
Sectorallocatie In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
602.125 Beleggingen per 30 juni 2013 433.913 57.280 44.502 20.106 11.011 9.195 7.107 5.049 4.651 4.476 3.627 1.208
Staat(sgegarandeerd) Financiële conglomeraten Banken Nutsbedrijven Kapitaalgoederen Consumenten Servicebedrijven Verzekeringen Telecommunicatiediensten Basisgoederen Voeding en dranken Auto's Media
100,0 72,2 9,5 7,4 3,3 1,8 1,5 1,2 0,8 0,8 0,7 0,6 0,2
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
84
Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
602.125 Beleggingen per 30 juni 2013 133.788 96.089 90.234 69.605 64.033 28.762 23.859 17.876 16.643 13.769 10.852 7.305 5.890 5.518 3.970 3.288 3.117 2.153 1.720 1.638 1.035 981
100,0
Duitsland Italië Frankrijk Nederland Spanje Verenigd Koninkrijk Oostenrijk België Luxemburg Verenigde Staten van Amerika Zweden Europese Unie Noorwegen Zwitserland Finland Ierland Tsjechië Jersey Canada Australië Caymaneilanden Denemarken
22,1 15,9 14,9 11,6 10,6 4,8 4,0 3,0 2,8 2,3 1,8 1,2 1,0 0,9 0,7 0,5 0,5 0,4 0,3 0,3 0,2 0,2
602.125 Beleggingen per 30 juni 2013
100,0
Ratingverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
226.597 111.887 65.990 197.651
%
AAA AA A BBB
37,6 18,6 11,0 32,8
Aflossing van de beleggingen In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
602.125 Beleggingen per 30 juni 2013 19.812 241.855 209.479 130.979
Aflossing binnen één jaar Aflossing tussen één en vijf jaar Aflossing tussen de vijf en tien jaar Aflossing na tien jaar
100,0 3,3 40,1 34,8 21,8
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
Te vorderen u.h.v. effectentransacties Lopende rente obligaties Totaal
30-06-2013
11.287 10.775 22.062
31-12-2012
-12.103 12.103
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
85
Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
30-06-2013
Te betalen u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
31-12-2012
13.014 21 13.035
492 22 514
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
5
Fondsvermogen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
01-01-2012 T/M 31-12-2012
638.403 69.666 -72.863 -21.251 481 614.436
562.959 116.100 -82.973 -24.146 66.463 638.403
Vijfjarenoverzicht In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
614.436 481 37.691.210
638.403 66.463 37.879.418
562.959 20.825 35.757.718
583.882 13.710 36.836.462
600.483 42.562 37.580.199
16,30 0,57 0,29 -0,27 --0,02
16,85 0,66 0,58 1,17 0,01 0,01 1,75
15,74 0,66 0,66 -0,08 0,01 0,01 0,58
15,84 0,65 0,66 -0,28 0,00 0,01 0,37
15,98 0,47 0,63 0,50 -0,01 1,13
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Overige opbrengsten Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
WINST- EN VERLIESREKENING
6
Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
Rente rekening courant Security lending fees Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
-77 77
01-01-2012 T/M 31-12-2012
1 -1
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
86
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
130 646.347
116 595.254
Lopende kostenfactor
0,020%
0,020%
Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt 112,38% (eerste helft 2012: 122,81%). Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille aan. Op deze manier kan een indruk worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt. De omloopfactor wordt verkregen door het totaalbedrag aan effectentransacties, verminderd met het totaalbedrag aan transacties van uitgegeven en ingekochte deelnemingsrechten, uit te drukken in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van de portefeuille. Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten zijn niet toegelicht, omdat de kosten onvoldoende identificeerbaar en kwantificeerbaar zijn (eerste helft 2012: idem).
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
87
4.6
ZWITSERLEVEN GOVERNMENT BONDS 10+ FONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
397.953 6.686 240 13 6.913 404.866
453.769 10.839 4.463 767 14.535 468.304
333.850 84.084 -13.068 404.866
371.661 37.309 59.334 468.304
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Service fee Som der bedrijfslasten Resultaat
REF.
6
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
6.905 -5.134 -14.819 68 -12.980
7.231 11.386 9.368 1 27.986
88 88
74 74
-13.068
27.912
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
-13.068
27.912
5.134 14.819 -327.457 363.320
-11.386 -9.368 -253.282 231.831
4.153 -754 46.147
611 3 -13.679
106.238 -143.257 -13.351 -50.370 -4.223 4.463 240
73.829 -47.288 -12.558 13.983 304 1.948 2.252
88
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht.
BALANS
1
Beleggingen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
01-01-2013 T/M 30-06-2013
453.769 327.457 -363.320 -5.134 -14.819 397.953
01-01-2012 T/M 31-12-2012
329.369 367.395 -288.000 12.861 32.144 453.769
In de verslagperiode zijn er geen aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 167,9 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 171,6 miljoen. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Hieronder wordt een specificatie van de beleggingen gegeven naar regio’s en sectoren. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het fonds belegt in vastrentende waarden en loopt derhalve een significant renterisico. Onderstaande tabel geeft informatie opgenomen betreffende het effectieve rendement, couponrendement, gemiddelde resterende looptijd en modified duration. Verder is een specificatie van de beleggingen gegeven met daarbij het aflossingsjaar van de belegging. 31-12-2013
Effectief rendement Coupon rendement Gemiddeld resterende looptijd Modified duration
2,47% 3,16% 15,62 jaar 11,10
Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit fonds belegt in vastrentende waarden en loopt dus een significant kredietrisico. Het risico wordt gemitigeerd door de beleggingen te spreiden en te beleggen in hoogwaardige beleggingen. Hieronder wordt in de specificatie van de beleggingen inzicht gegeven in de spreiding en rating van de beleggingen. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal van vastrentende beleggingen, vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Government Bonds 10+ Fonds betreft dit: € 404,9 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Het fonds belegt niet in vreemde valuta en loopt dus geen valutarisico.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
89
Effectenportefeuille In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
COUPONRENTE
NAAM
AFLOOPDATUM
Beleggingen per 30 juni 2013
13.500.000 4.500.000 8.500.000 5.000.000 2.500.000
Obligaties binnenland (EUR) 3,75% NEDERLAND 4% NEDERLAND 5,5% NEDERLAND 2,25% NETHERLANDS 3,75% NETHERLANDS
MARKTWAARDE
397.953
15-01-2023 15-01-2037 15-01-2028 15-07-2022 15-01-2042
Obligaties buitenland
41.038 15.567 5.587 11.693 5.136 3.055 356.915
België (EUR) 28-03-2022 28-03-2035 28-03-2028 22-06-2023 28-03-2032 28-03-2026
43.644 11.299 11.279 3.586 9.666 5.485 2.329
Caymaneilanden (EUR) 0% SIGMA FINANCE
09-03-2009
0 0
7.000.000 5.000.000 3.000.000 2.500.000 6.400.000 4.500.000 17.100.000 37.500.000 17.550.000 1.800.000 18.500.000 9.000.000
Duitsland (EUR) 4% 4,75% 5,5% 6,25% 6,25% 6,5% 1,5% 2% 2,5% 2,5% 3,25% 4,75%
04-01-2037 04-07-2028 04-01-2031 04-01-2024 04-01-2030 04-07-2027 15-02-2023 04-01-2022 04-01-2021 04-07-2044 04-07-2042 04-07-2040
151.855 8.931 6.637 4.362 3.577 9.890 6.925 16.822 39.151 19.145 1.808 21.549 13.058
2.000.000 9.100.000 25.000.000 15.000.000 12.000.000 18.000.000 16.000.000 6.300.000 10.000.000
Frankrijk (EUR) 4% 4% 4,25% 5,5% 5,75% 2,5% 3,25% 4% 4,5%
FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE (GOVT OF) FRANCE FRANCE FRANCE FRANCE
25-04-2055 25-10-2038 25-10-2023 25-04-2029 25-10-2032 25-10-2020 25-10-2021 25-04-2060 25-04-2041
133.746 2.233 10.237 29.148 19.856 16.623 18.917 17.509 7.042 12.181
1.500.000 5.000.000 7.500.000 5.000.000 4.000.000
Oostenrijk (EUR) 3,15% 3,4% 3,65% 4,15% 6,25%
AUSTRIA AUSTRIA AUSTRIA AUSTRIA AUSTRIA
20-06-2044 22-11-2022 20-04-2022 15-03-2037 15-07-2027
27.670 1.586 5.591 8.540 6.174 5.779
10.000.000 9.000.000 2.788.000 10.000.000 5.000.000 2.000.000
605.000
4% 5% 5,5% 2,25% 4% 4,5%
BELGIUM KINGDOM BELGIUM KINGDOM BELGIUM KINGDOM BELGIUM BELGIUM BELGIUM
DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND DEUTSCHLAND GERMANY GERMANY GERMANY GERMANY GERMANY GERMANY
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
90
Sectorallocatie In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
397.953 Beleggingen per 30 juni 2013
100,0
397.953 Staat(sgegarandeerd)
100,0
Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
397.953 Beleggingen per 30 juni 2013 151.855 133.746 43.644 41.038 27.670
Duitsland Frankrijk België Nederland Oostenrijk
100,0 38,1 33,6 11,0 10,3 7,0
Ratingverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
397.953 Beleggingen per 30 juni 2013 192.893 AAA 205.060 AA
%
100,0 48,5 51,5
Aflossing van de beleggingen In duizenden euro’s MARKTWAARDE
602.125 Beleggingen per 30 juni 2013 167.342 Aflossing tussen de vijf en tien jaar 230.610 Aflossing na tien jaar
%
100,0 42,1 57,9
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
Te vorderen van participanten Te vorderen u.h.v. effectentransacties Lopende rente obligaties Totaal
30-06-2013
31-12-2012
22 -6.664 6.686
-858 9.981 10.839
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar. Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
Te betalen u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
30-06-2013
31-12-2012
-13 13
751 16 767
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
91
5
Fondsvermogen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
01-01-2012 T/M 31-12-2012
468.304 106.238 -143.257 -13.351 -13.068 404.866
338.889 152.457 -69.818 -12.558 59.334 468.304
Vijfjarenoverzicht In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
404.866 -13.068 40.782.581
468.304 59.334 44.394.458
338.889 14.635 35.950.062
250.233 17.342 25.771.423
622.595 17.919 63.199.972
9,93 0,34 0,17 -0,49 0,00 0,00 -0,32
10,55 0,32 0,32 1,01 0,00 0,00 1,33
9,43 0,32 0,37 0,03 0,01 0,00 0,41
9,71 0,66 0,60 0,08 0,00 0,00 0,67
9,85 0,26 0,38 -0,09 -0,00 0,28
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Overige opbrengsten Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
WINST- EN VERLIESREKENING
6
Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
Rente rekening courant Security lending fees Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
-68 68
01-01-2012 T/M 31-12-2012
1 -1
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
88 443.704
74 378.695
Lopende kostenfactor
0,020%
0,020%
Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt 99,45% (eerste helft 2012: 98,43%). Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille aan. Op deze manier kan een indruk worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt. De omloopfactor wordt verkregen door het totaalbedrag aan effectentransacties, verminderd met het totaalbedrag aan transacties van uitgegeven en ingekochte deelnemingsrechten, uit te drukken in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van de portefeuille. Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten zijn niet toegelicht, omdat de kosten onvoldoende identificeerbaar en kwantificeerbaar zijn (eerste helft 2012: idem). HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
92
4.7
ZWITSERLEVEN CREDITS FONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
172.120 3.166 1.218 6 4.378 176.498
195.229 5.144 1.307 327 6.124 201.353
158.149 18.636 -287 176.498
176.938 4.096 20.319 201.353
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten Bedrijfslasten Service fee Som der bedrijfslasten Resultaat
REF.
6
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
3.665 -287 -3.641 14 -249
3.736 706 3.941 1 8.384
38 38
33 33
-287
8.351
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
-287
8.351
287 3.641 -38.492 57.673
-706 -3.941 -52.074 24.487
1.978 -321 24.479
-469 859 -23.493
47.889 -65.304 -7.153 -24.568 -89 1.307 1.218
37.645 -8.264 -5.778 23.603 110 843 953
93
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht.
BALANS
1
Beleggingen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
01-01-2013 T/M 30-06-2013
195.229 38.492 -57.673 -287 -3.641 172.120
01-01-2012 T/M 31-12-2012
136.170 100.055 -53.688 1.436 11.256 195.229
In de verslagperiode zijn geen aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 19,0 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 19,4 miljoen. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Hieronder wordt een specificatie van de beleggingen gegeven naar regio’s en sectoren. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het fonds belegt in vastrentende waarden en loopt derhalve een significant renterisico. Onderstaande tabel geeft informatie opgenomen betreffende het effectieve rendement, couponrendement, gemiddelde resterende looptijd en modified duration. Verder is een specificatie van de beleggingen gegeven met daarbij het aflossingsjaar van de belegging. 31-12-2013
Effectief rendement Coupon rendement Gemiddeld resterende looptijd Modified duration
2,37% 3,98% 5,16 jaar 4,34
Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit fonds belegt in vastrentende waarden en loopt dus een significant kredietrisico. Het risico wordt gemitigeerd door de beleggingen te spreiden en te beleggen in hoogwaardige beleggingen. Hieronder wordt in de specificatie van de beleggingen inzicht gegeven in de spreiding en rating van de beleggingen. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal van vastrentende beleggingen, vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Credits Fonds betreft dit: € 176,5 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Het fonds belegt niet in vreemde valuta en loopt dus geen valutarisico.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
94
Effectenportefeuille In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
COUPONRENTE
NAAM
AFLOOPDATUM
Beleggingen per 30 juni 2013
1.300.000 1.000.000 800.000 657.000 600.000 300.000 1.075.000 400.000 500.000 350.000 300.000 446.000 800.000 600.000 500.000 700.000 400.000 1.055.000 700.000 1.388.000 800.000 800.000 200.000 800.000 200.000 350.000 600.000 700.000 333.000 660.000 1.000.000 450.000 800.000 2.500.000 600.000 750.000 1.000.000 300.000 500.000 620.000 1.400.000 500.000 284.000 600.000 700.000 800.000 300.000 1.600.000 583.000
Obligaties binnenland (EUR) 4,25% ABN AMRO BANK 7,375% ACHMEA 4,875% ALLIANDER NV 4,375% ALLIANZ FINANCE 5,75% ALLIANZ 4,625% BAYER 3,875% BMW 2,375% COCA-COLA 5% CRH FINANCE 7,375% CRH FINANCE 4,25% DELTA LLOYD 5,75% DEUTSCHE TELEKOM 6% DEUTSCHE TELEKOM 5,25% E.ON INTL 5,5% E.ON INTL 2,5% ELSEVIER FIN ELM 4,25% ENBW INTL FIN 6,125% ENBW INTL FIN 4,875% ENEL FINANCE 4% FORTIS BANK 3,5% HEINEKEN 5,75% HIT FINANCE 2,875% IBERDROLA 4,25% IBERDROLA 3,875% ING BANK 4,625% ING BANK 4,875% ING BANK 5,625% ING BANK 6,125% ING 4,125% LANXESS FINANCE 5,125% NEDERL GASUNIE 3,75% RABOBANK 3,875% RABOBANK 4,125% RABOBANK 4,375% RABOBANK 4,75% RABOBANK 5,875% RABOBANK 1,875% RWE 6,625% RWE 4,5% SHELL 5,125% SIEMENS FIN MIJ 1,077% SWAFE I A2 3,25% TENNET 4,5% TENNET 4,625% TENNET 3,125% VAN LANSCHOT 4,625% VAN LANSCHOT 3,25% VOLKSWAGEN 6,375% WOLTERS KLUWER
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
MARKTWAARDE
172.120
11-04-2016 16-06-2014 11-11-2015 29-12-2049 08-07-2041 26-09-2014 18-01-2017 18-06-2020 25-01-2019 28-05-2014 17-11-2017 14-04-2015 20-01-2017 08-09-2015 19-01-2016 24-09-2020 19-10-2016 07-07-2039 11-03-2020 03-02-2015 19-03-2024 09-03-2018 11-11-2020 11-10-2018 24-05-2016 15-03-2019 18-01-2021 03-09-2013 29-05-2023 23-05-2018 31-03-2017 09-11-2020 20-04-2016 14-07-2025 05-05-2016 15-01-2018 20-05-2019 30-01-2020 31-01-2019 09-02-2016 20-02-2017 02-02-2079 09-02-2015 09-02-2022 21-02-2023 05-06-2018 22-04-2014 21-01-2019 10-04-2018
37.633 1.402 1.062 839 658 663 315 1.174 393 567 370 323 485 929 658 556 705 439 1.423 749 1.455 839 897 194 853 214 346 690 706 360 726 1.143 459 861 2.773 654 855 1.148 293 620 680 1.600 251 295 692 812 782 306 1.720 699
95
In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
COUPONRENTE
NAAM
AFLOOPDATUM
Obligaties buitenland
800.000 594.000 500.000 1.000.000 600.000 911.000
Australië (EUR) 3,75% 4,25% 5,5% 3,75% 6,75% 5,875%
700.000 1.290.000
1.400.000
MARKTWAARDE
134.487
10-03-2017 10-11-2016 06-08-2019 06-01-2017 26-06-2023 05-09-2013
4.791 866 651 570 1.083 701 920
België (EUR) 2,875% AB INBEV 4% AB INBEV
25-09-2024 26-04-2018
2.132 697 1.435
Canada (EUR) 5,375% TORONTO-DOMIN BK
14-05-2015
1.523 1.523
800.000 150.000 56.000
Caymaneilanden (EUR) 2,5% HUTCHISON 3,75% HUTCHISON 0% SIGMA FINANCE
06-06-2017 10-05-2099 09-03-2009
964 823 141 0
780.000 800.000 600.000
Denemarken (EUR) 2,625% CARLSBERG 3,875% DANSKE BANK 6,5% DONG ENERGY
15-11-2022 28-02-2017 07-05-2019
2.354 758 859 737
17-10-2042 01-10-2018 31-08-2017 15-02-2023 04-07-2044 30-12-2015 29-12-2015 13-03-2017 28-09-2049 12-06-2020 28-07-2014
6.847 762 804 1.144 984 954 382 437 206 511 297 366
AUST & NZ BNKING COMMONW BNK AUS COMMONW BNK AUS NTL AUSTRALIA BK NTL AUSTRALIA BK WESTPAC BANKING
700.000 800.000 1.000.000 1.000.000 950.000 355.000 400.000 200.000 500.000 300.000 355.000
Duitsland (EUR) 5,625% 1,5% 5,125% 1,5% 2,5% 4,75% 5% 2,125% 4,625% 2% 3,375%
800.000 1.000.000
Finland (EUR) 4,5% FORTUM 3% POHJOLA BANK
20-06-2016 08-09-2017
1.936 878 1.058
600.000 400.000 200.000 700.000 872.000 1.000.000 1.450.000 400.000 900.000 150.000 900.000
Frankrijk (EUR) 4,125% 7,375% 4,875% 5% 6,211% 2,625% 3,5% 5,431% 3,625% 3,641% 1,625%
13-04-2020 20-03-2019 21-01-2019 12-01-2017 29-10-2049 16-09-2016 07-03-2016 07-09-2017 16-01-2023 29-10-2019 11-01-2018
29.691 664 511 226 773 871 1.040 1.539 445 926 160 896
ALLIANZ BASF DEUTSCHE BANK GERMANY GERMANY LB BADEN-WUERT LB BADEN-WUERT MAN AG RWE VIER GAS TRANS VOLKSWAGEN
ASF ASF AUTOROUTES PARIS AUTOROUTES PARIS AXA BNP PARIBAS BNP PARIBAS BNP PARIBAS BOUYGUES BOUYGUES BQUE FED CR MUT
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
96
In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
COUPONRENTE
800.000 400.000 500.000 100.000 300.000 600.000 800.000 750.000 300.000 500.000 500.000 850.000 500.000 400.000 800.000 300.000 300.000 327.000 600.000 300.000 800.000 1.200.000 300.000 350.000 150.000 800.000 900.000 800.000 800.000 950.000 400.000 700.000 837.000 400.000 400.000 300.000 100.000
4,375% 5,25% 3,311% 4,379% 4,726% 4,875% 3,875% 2,875% 2,75% 4,25% 4,625% 6,25% 3% 3,625% 3,625% 3,875% 4,75% 8,125% 3,125% 3,75% 3,75% 2,125% 4,125% 4% 4,5% 2,375% 4% 4,75% 1,5% 2,625% 4,339% 2,125% 4,375% 5,125% 3,5% 4,125% 4,75%
NAAM
MARKTWAARDE
31-05-2016 24-10-2018 25-01-2023 08-02-2017 26-05-2021 10-04-2014 13-02-2019 22-09-2015 10-03-2023 29-01-2099 11-09-2024 25-01-2021 02-12-2016 19-10-2018 14-10-2015 14-01-2021 21-02-2017 28-01-2033 23-04-2019 08-04-2015 07-07-2014 20-09-2019 27-09-2016 08-10-2018 30-09-2019 28-02-2018 20-04-2016 02-03-2021 20-07-2017 20-07-2022 07-07-2021 15-03-2023 11-12-2020 24-05-2022 13-07-2015 18-07-2017 13-07-2021
870 460 488 109 329 619 867 776 298 505 575 1.073 531 438 849 325 336 495 634 315 818 1.209 329 380 166 818 965 906 804 955 448 686 941 467 419 326 111
Hongkong (EUR) 4,75% HUTCHISON
14-11-2016
552 552
150.000 400.000 450.000 1.700.000 1.655.000 200.000
Ierland (EUR) 3,125% 3,75% 4,625% 5,25% 5,375% 5,375%
CRH FINANCE LTD GE CAPITAL GE CAPITAL GE CAPITAL GE CAPITAL GE CAPITAL
03-04-2023 04-04-2016 22-02-2027 18-05-2015 16-01-2018 23-01-2020
5.096 146 428 523 1.838 1.924 237
800.000 700.000 440.000 700.000 150.000 180.000
Italië (EUR) 4,25% 5,25% 4% 4,125% 2,18% 4%
BUONI POLIENNALI ENEL INTESA SANPAOLO INTESA SANPAOLO INTESA SANPAOLO ITALY
01-02-2015 20-06-2017 09-11-2017 14-01-2016 28-05-2018 01-09-2020
5.803 830 768 445 723 137 181
500.000
BQUE FED CR MUT CARREFOUR CASINO GUICHARD CASINO GUICHARD CASINO GUICHARD CASINO GUICHARD CREDIT AGRICOLE CSE NAT EPARG ELECT DE FRANCE ELECT DE FRANCE ELECT DE FRANCE ELECT DE FRANCE GROUPE AUCHAN GROUPE AUCHAN ORANGE S.A. ORANGE S.A. ORANGE S.A. ORANGE S.A. PPFP PPFP RCI BANQUE RTE EDF TRANS RTE EDF TRANS SAINT-GOBAIN SAINT-GOBAIN SOCIETE GENERALE SOCIETE GENERALE SOCIETE GENERALE SUEZ SUEZ TOTAL INFRA TOTAL VEOLIA ENVIRON VEOLIA ENVIRON VIVENDI VIVENDI VIVENDI
AFLOOPDATUM
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
97
In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
1.000.000 850.000 800.000
COUPONRENTE
NAAM
4,5% ITALY 4,375% SNAM SPA 4,375% UNICREDITO ITAL
AFLOOPDATUM
MARKTWAARDE
01-03-2026 11-07-2016 10-02-2014
992 911 816
25-01-2019 15-02-2020 12-05-2016
2.560 1.315 785 460
Luxemburg (EUR) 4% ENEL FINANCE 4,625% GLENCORE FIN EUR 5,25% GLENCORE FIN EUR 1,75% NESTLE 4,25% NOVARTIS FIN.
14-09-2016 03-04-2018 22-03-2017 12-09-2022 15-06-2016
5.016 423 643 547 2.412 991
650.000 261.000 474.000
Noorwegen (EUR) 3,875% DNB NORBANK 5,5% STATK 4,375% STATOIL
29-06-2020 02-04-2015 11-03-2015
1.505 719 282 504
800.000 700.000 150.000 700.000 500.000 500.000 600.000
Spanje (EUR) 3,875% 4,375% 4,75% 4,125% 4,71% 4,75% 4,797%
06-08-2015 02-11-2016 29-05-2019 04-10-2017 20-01-2020 07-02-2017 21-02-2018
4.132 821 753 129 725 525 535 644
800.000
Tsjechië (EUR) 4,5% CEZ
29-06-2020
906 906
Verenigd Koninkrijk (EUR) 3,375% ABBEY NATIONAL 5,25% AVIVA 6,875% AVIVA 4,125% BARCLAYS 4,875% BARCLAYS 6% BARCLAYS 4,875% BAT 5,375% BAT 2,994% BP 3,125% COMPASS GROUP 5,625% GLAXOSMITHKLINE 3,25% HSBC HOLDINGS 6% HSBC HOLDINGS 4,5% IMPERIAL TOBACCO 5% IMPERIAL TOBACCO 6,375% LLOYDS TSB 6,5% LLOYDS TSB 5,75% MONDI FINANCE 4,375% NATIONAL GRID 5% NATIONAL GRID 3,75% NATIONW BLDG SOC 6,75% NATIONW BLDG SOC
20-10-2015 02-10-2023 22-05-2038 15-03-2016 13-08-2019 14-01-2021 24-02-2021 29-06-2017 18-02-2019 13-02-2019 13-12-2017 28-01-2015 10-06-2019 05-07-2018 02-12-2019 17-06-2016 24-03-2020 03-04-2017 10-03-2020 02-07-2018 20-01-2015 22-07-2020
24.849 996 570 810 1.076 806 541 902 231 850 846 1.049 2.080 1.431 592 577 1.142 548 732 344 722 935 593
Jersey (EUR) 1.200.000 4,375% HEATHROW 700.000 4,6% HEATHROW 400.000 6,625% WPPLN
400.000 600.000 500.000 2.500.000 900.000
950.000 570.000 742.000 1.000.000 700.000 500.000 770.000 200.000 800.000 800.000 883.000 2.000.000 1.240.000 530.000 500.000 1.000.000 500.000 650.000 300.000 622.000 900.000 550.000
BBVA GAS NAT CAP SANTANDER INTL SANTANDER TELEFONICA TELEFONICA TELEFONICA
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
98
In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
COUPONRENTE
600.000 433.000 900.000 1.000.000 800.000 600.000 683.000 794.000
4,75% 5,375% 3,875% 5,875% 3,375% 4,75% 5,375% 6,25%
NAAM
RBS RBS STAND CHARTERED STAND CHARTERED TESCO VODAFONE VODAFONE VODAFONE
650.000 350.000 550.000 500.000 400.000 400.000 700.000 400.000 800.000 1.200.000 1.250.000 500.000 650.000 1.500.000 500.000 900.000 500.000 250.000 50.000 1.250.000 1.200.000 1.400.000 1.000.000 2.000.000 800.000 100.000 710.000 1.243.000
Verenigde Staten (EUR) 3,875% AMER HONDA FIN 5% AMERICAN INTL GR 1,875% ATT 4,625% BANK OF AMERICA 1,875% CARGILL 4,5% CARGILL 1,469% CITIGROUP 4% CITIGROUP 5,125% GOLDMAN SACHS 1,375% IBM CORP 4,75% JOHNSON 3,75% JP MORGAN 0,886% JP MORGAN 6,125% JP MORGAN 4,625% MET LIFE 4,5% MORGAN STANLEY 5,5% MORGAN STANLEY 4,375% NY LIFE GLOBAL 4,75% PFE 4,75% PFIZER INC 5,75% PFIZER INC 1,75% PHILIP MORRIS 2% PROCTER & GAMBLE 4,125% PROCTER & GAMBLE 4,875% PROCTER & GAMBLE 6,5% ROCHE HLDGS 2,375% TOYOTA MOTOR 4,125% WFC
1.000.000 400.000 470.000 1.100.000 700.000 200.000 180.000 1.000.000
Zweden (EUR) 4% 4,5% 6,25% 4,25% 3,625% 4% 5,25% 6,75%
1.100.000 783.000 533.000 450.000 855.000 800.000
Zwitserland (EUR) 5,125% CREDIT SUISSE 6,125% CREDIT SUISSE 6% UBS AG 4,125% UBS JERSEY 6,25% UBS 1,5% XSTRATA
NORDEA BANK NORDEA BANK NORDEA BANK SKAND ENSKILDA SVENSKA BANK TELIASONERA VATTENFALL VATTENFALL
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
AFLOOPDATUM
MARKTWAARDE
18-05-2016 30-09-2019 20-10-2016 26-09-2017 02-11-2018 14-06-2016 06-06-2022 15-01-2016
649 487 964 1.126 861 664 828 897
16-09-2014 26-06-2017 04-12-2020 18-02-2014 04-09-2019 29-09-2014 30-11-2017 26-11-2015 16-10-2014 19-11-2019 06-11-2019 15-06-2016 31-05-2017 01-04-2014 16-05-2017 23-02-2016 02-10-2017 19-01-2017 15-12-2014 03-06-2016 03-06-2021 19-03-2020 16-08-2022 07-12-2020 11-05-2027 04-03-2021 01-02-2023 03-11-2016
23.390 676 387 534 512 397 419 660 425 842 1.168 1.495 538 625 1.563 560 960 562 277 53 1.390 1.509 1.359 976 2.315 984 131 709 1.364
11-07-2019 12-05-2014 10-09-2018 21-02-2018 16-02-2016 22-03-2022 17-03-2016 31-01-2019
5.651 1.115 414 472 1.224 747 223 201 1.255
18-09-2017 05-08-2013 18-04-2018 25-09-2018 03-09-2013 19-05-2016
4.789 1.258 787 635 450 864 795
99
Sectorallocatie In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
172.120 Beleggingen per 30 juni 2013 65.145 25.710 19.653 11.656 9.125 8.196 7.649 5.463 5.201 4.323 4.247 2.720 1.864 1.168
Banken Nutsbedrijven Consumenten Servicebedrijven Kapitaalgoederen Telecommunicatiediensten Voeding en dranken Verzekeringen Auto's Financiële conglomeraten Staat(sgegarandeerd) Basisgoederen Energie Media Technologie
100,0 37,8 14,9 11,4 6,8 5,3 4,8 4,4 3,2 3,0 2,5 2,5 1,6 1,1 0,7
Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
172.120 Beleggingen per 30 juni 2013 37.633 29.691 24.849 23.390 6.847 5.803 5.651 5.096 5.016 4.791 4.789 4.132 2.560 2.354 2.132 1.936 1.523 1.505 964 906 552
Nederland Frankrijk Verenigd Koninkrijk Verenigde Staten van Amerika Duitsland Italië Zweden Ierland Luxemburg Australië Zwitserland Spanje Jersey Denemarken België Finland Canada Noorwegen Caymaneilanden Tsjechië Hongkong
100,0 21,8 17,2 14,4 13,6 4,0 3,4 3,3 3,0 2,9 2,8 2,8 2,4 1,5 1,4 1,2 1,1 0,9 0,9 0,6 0,5 0,3
Ratingverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
172.120 Beleggingen per 30 juni 2013 4.503 24.927 89.185 53.505
AAA AA A BBB
100,0 2,6 14,5 51,8 31,1
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
100
Aflossing van de beleggingen In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
172.120 Beleggingen per 30 juni 2013 8.939 85.674 61.511 15.997
Aflossing binnen één jaar Aflossing tussen één en vijf jaar Aflossing tussen de vijf en tien jaar Aflossing na tien jaar
100,0 5,2 49,8 35,7 9,3
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
Te vorderen van participanten Te vorderen u.h.v. effectentransacties Lopende rente obligaties Totaal
30-06-2013
31-12-2012
15 -3.151 3.166
-366 4.778 5.144
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar. Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
Te betalen u.h.v. effectentransacties Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
30-06-2013
31-12-2012
-6 6
320 7 327
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
5
Fondsvermogen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
201.353 47.889 -65.304 -7.153 -287 176.498
01-01-2012 T/M 31-12-2012
140.965 65.083 -19.235 -5.779 20.319 201.353
101
Vijfjarenoverzicht In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
176.498 -287 17.065.338
201.353 20.319 18.648.934
140.965 3.114 14.177.008
109.014 20.865 9.932.266
549.135 77.856 50.293.795
10,34 0,44 0,21 -0,23 0,00 0,00 -0,02
10,80 0,36 0,41 0,68 0,00 0,00 1,09
9,94 0,36 0,45 -0.23 0,00 0,00 0,22
10,97 1,30 1,05 1,06 0,00 0,01 2,10
10,92 0,48 0,55 1,00 -0,00 1,55
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Overige opbrengsten Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
WINST- EN VERLIESREKENING
6
Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
Rente rekening courant Security lending fees Totaal
01-01-2013 T/M 30-06-2013
-14 14
01-01-2012 T/M 31-12-2012
1 -1
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
38 191.428
33 163.703
Lopende kostenfactor
0,020%
0,020%
Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt -8,89% (eerste helft 2012: 17,61%). Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille aan. Op deze manier kan een indruk worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt. De omloopfactor wordt verkregen door het totaalbedrag aan effectentransacties, verminderd met het totaalbedrag aan transacties van uitgegeven en ingekochte deelnemingsrechten, uit te drukken in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van de portefeuille. Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten zijn niet toegelicht, omdat de kosten onvoldoende identificeerbaar en kwantificeerbaar zijn (eerste helft 2012: idem).
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
102
4.8
ZWITSERLEVEN GELDMARKTFONDS
BALANS Vóór winstbestemming en in duizenden euro’s
REF.
Beleggingen Vorderingen Liquide middelen Kortlopende schulden Vorderingen en overige activa min kortlopende schulden Activa min kortlopende schulden
1 2 3 4
Fondsvermogen Kapitaal Overige reserves Onverdeeld resultaat Totaal fondsvermogen
5
30-06-2013
31-12-2012
38.724 412 805 1 1.216 39.940
38.392 350 609 1 958 39.350
40.932 -1.058 66 39.940
39.418 -757 689 39.350
WINST- EN VERLIESREKENING In duizenden euro’s
Opbrengsten uit beleggingen Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Overige bedrijfsopbrengsten Som der bedrijfsopbrengsten
REF.
6
01-01-2013 T/M 30-06-2013
334 -62 -199 1 74
468 -2 54 -520
8 8
7 7
66
513
Bedrijfslasten Service fee Som der bedrijfslasten Resultaat
01-01-2012 T/M 30-06-2012
KASSTROOMOVERZICHT In duizenden euro’s
Kasstromen uit beleggingsactiviteiten Resultaat Aanpassing om resultaat aan te sluiten op de door de beleggingsactiviteiten gegenereerde kasstroom: Gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen van beleggingen Aankoop van beleggingen Verkoop van beleggingen Mutaties in activa en passiva: Vorderingen Kortlopende schulden Netto kasstromen uit beleggingsactiviteiten Kasstromen uit financieringsactiviteiten Uitgifte van participaties Inkoop van participaties Uitgekeerd dividend Netto kasstromen uit financieringsactiviteiten Mutatie liquide middelen Liquide middelen begin van de verslagperiode Liquide middelen eind van de verslagperiode
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
66
513
62 199 -22.920 22.327
2 -54 -20.565 19.456
-62 --328
-85 1 -732
3.603 -2.251 -828 524 196 609 805
5.088 -2.903 -990 1.195 463 50 513
103
TOELICHTING OP DE HALFJAARCIJFERS Grondslagen voor de waardering van activa en passiva, resultaatbepaling en kasstroomoverzicht De grondslagen die van toepassing zijn, zijn opgenomen in de toelichting op dit halfjaarbericht van Zwitserleven Beleggingsfondsen, in de paragrafen grondslagen voor de waardering van activa en passiva, grondslagen voor de resultaatbepaling en kasstroomoverzicht.
BALANS
1
Beleggingen In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Aankopen Verkopen Gerealiseerde waardeveranderingen Niet-gerealiseerde waardeveranderingen Stand ultimo periode
01-01-2013 T/M 30-06-2013
38.392 22.920 -22.327 -62 -199 38.724
01-01-2012 T/M 31-12-2012
37.418 31.176 -30.054 -115 -33 38.392
In de verslagperiode is 11,79% van de aan- en verkooptransacties uitgevoerd door gelieerde partijen. Deze transacties zijn uitgevoerd tegen marktconforme condities. Ultimo verslagperiode zijn beleggingen uitgeleend met een totale waarde van € 4,6 miljoen. Hiervoor is een onderpand ontvangen van € 4,8 miljoen. Koersrisico Koersrisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van marktprijzen. Het risico wordt beperkt door de beleggingen in de portefeuille zoveel mogelijk te spreiden naar regio’s en sectoren. Hieronder wordt een specificatie van de beleggingen gegeven naar regio’s en sectoren. Renterisico Renterisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen in de marktrente. Het fonds belegt in vastrentende waarden en loopt derhalve een significant renterisico. Onderstaande tabel geeft informatie opgenomen betreffende het effectieve rendement, couponrendement, gemiddelde resterende looptijd en modified duration. Verder is een specificatie van de beleggingen gegeven met daarbij het aflossingsjaar van de belegging. 31-12-2013
Effectief rendement Coupon rendement Gemiddeld resterende looptijd Modified duration
-0,23% 1,92% 0,17 jaar 0,17
Kredietrisico Kredietrisico is het risico dat de contractpartij van een financieel instrument niet aan haar verplichting zal voldoen, waardoor het fonds een financieel verlies te verwerken krijgt. Dit fonds belegt in vastrentende waarden en loopt dus een significant kredietrisico. Het risico wordt gemitigeerd door de beleggingen te spreiden en te beleggen in hoogwaardige beleggingen. Hieronder wordt in de specificatie van de beleggingen inzicht gegeven in de spreiding en rating van de beleggingen. Er wordt een maximaal kredietrisico gelopen op het totaal van vastrentende beleggingen, vorderingen en liquide middelen. In het geval van Zwitserleven Geldmarktfonds betreft dit: € 39,9 miljoen. Valutarisico Valutarisico is het risico dat de waarde van een financieel instrument fluctueert als gevolg van veranderingen van valutawisselkoersen. Het fonds belegt in vreemde valuta en loopt dus een significant valutarisico. Dit valutarisico wordt niet afgedekt. Hieronder wordt inzicht gegeven in de blootstelling van de portefeuille aan vreemde valuta.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
104
Effectenportefeuille In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
COUPONRENTE
NAAM
AFLOOPDATUM
Beleggingen per 30 juni 2013
1.000.000 300.000 1.200.000 500.000 700.000 290.000 3.000.000 800.000 1.000.000
Obligaties binnenland (EUR) 1,46% ABN AMRO BANK 2,75% ABN AMRO BANK 0,71% ARENA 2007-1 A 0,69% ING BANK 5,625% ING BANK 0,349% NED WATERSCHAPSB 4,25% NEDERLAND 0,911% RABOBANK 0,35% RABOBANK
MARKTWAARDE
38.724
07-10-2013 29-10-2013 17-10-2049 28-11-2014 03-09-2013 25-05-2015 15-07-2013 13-01-2014 21-08-2013
Obligaties buitenland
8.566 1.003 302 956 502 706 290 3.004 803 1.000 370 30.158
1.000.000 994.000
Australië (AUD) 0,609% COMMONW BNK AUS 0,678% NTL AUSTRALIA BK
17-09-2015 22-10-2013
1.800.000
België (EUR) 4,25% BELGIUM KINGDOM
28-09-2013
1.000.000 600.000
Duitsland (EUR) 0,51% DEUTSCHE BANK 0,45% VOLKSWAGEN
17-01-2014 28-05-2014
1.818 1.818 749 1.601 1.001 600
700.000 300.000 600.000 600.000 800.000 200.000 650.000 1.000.000 1.200.000 400.000 2.000.000 1.000.000 1.000.000
Frankrijk (EUR) 1,106% 0,575% 3% 0,65% 0,508% 0,349% 4,25% 2,75% 0,611% 1,006% 4% 0,422% 1,05%
26-01-2015 03-12-2014 23-07-2013 05-12-2014 23-01-2015 27-02-2014 29-01-2014 11-02-2014 14-01-2015 29-10-2013 25-10-2013 31-12-2014 01-09-2013
10.516 706 301 601 601 801 200 665 1.014 1.201 401 2.024 1.000 1.001
1.500.000
Ierland (EUR) 0,406% GE CAPITAL
28-07-2014
1.501 1.501
AGENCE FRANCAISE BNP PARIBAS BNP PARIBAS BPCE BQUE FED CR MUT BQUE FED CR MUT CIE FIN FONCIER CM-CIC CREDIT AGRICOLE CSE NAT EPARG FRANCE (GOVT OF) HSBC HOLDINGS SOCIETE GENERALE
Luxemburg (EUR) 798.000 0,202% EUROP INVEST BNK
29-05-2014
1.000.000
Noorwegen (EUR) 1,422% SPAREBANKEN
28-03-2014
1.000.000 1.000.000 1.000.000 500.000
Verenigd Koninkrijk (EUR) 2% ABBEY NATIONAL 1,76% BARCLAYS 0,283% HBOS 4,5% HBOS
28-08-2013 17-01-2014 24-10-2013 23-10-2013
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
1.999 1.004 995
798 798 692 1.008 1.008 306 5.283 1.003 1.008 1.000 506
105
In duizenden euro’s NOMINALE WAARDE
1.000.000 750.000
COUPONRENTE
NAAM
AFLOOPDATUM
3,875% NATIONW BLDG SOC 0,7% VODAFONE
MARKTWAARDE
05-12-2013 05-09-2013
1.015 751
850.000 250.000 1.000.000
Verenigde Staten (EUR) 0,503% GOLDMAN SACHS 0,657% GOLDMAN SACHS 0,357% JP MORGAN
15-11-2014 02-02-2015 30-01-2014
2.096 847 249 1.000
800.000 500.000 1.000.000 1.200.000
Zweden (EUR) 1,16% 4,25% 1,358% 3,75%
10-01-2014 06-02-2014 21-10-2013 12-12-2013
3.538 804 512 1.003 1.219
NORDEA BANK NORDEA BANK SKAND ENSKILDA STADSHYPOTEK
Sectorallocatie In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
38.724 Beleggingen per 30 juni 2013 20.038 13.466 3.163 751 706 600
Banken Staat(sgegarandeerd) Financiële conglomeraten Telecommunicatiediensten Verzekeringen Auto's
100,0 51,8 34,8 8,2 1,9 1,8 1,5
Landenverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
38.724 Beleggingen per 30 juni 2013 10.516 8.566 5.283 3.538 2.096 1.999 1.818 1.601 1.501 1.008 798
Frankrijk Nederland Verenigd Koninkrijk Zweden Verenigde Staten van Amerika Australië België Duitsland Ierland Noorwegen Luxemburg
100,0 27,2 22,1 13,6 9,1 5,4 5,2 4,7 4,1 3,9 2,6 2,1
Ratingverdeling In duizenden euro’s MARKTWAARDE
38.724 Beleggingen per 30 juni 2013 10.580 AAA 9.154 AA 18.990 A
%
100,0 27,4 23,6 49,0
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
106
Aflossing van de beleggingen In duizenden euro’s MARKTWAARDE
%
38.724 Beleggingen per 30 juni 2013
100,0
28.765 Aflossing binnen één jaar 9.003 Aflossing tussen één en vijf jaar 956 Aflossing na tien jaar
74,3 23,2 2,5
2
Vorderingen Onder vorderingen zijn opgenomen: In duizenden euro’s
30-06-2013
Te vorderen u.h.v. effectentransacties Lopende rente obligaties Totaal
31-12-2012
-412 412
94 256 350
De vorderingen hebben een looptijd korter dan één jaar. Liquide middelen Als liquide middelen worden aangemerkt alle direct opeisbare tegoeden bij banken. Het saldo liquide middelen valt binnen de restricties van het mandaat en heeft te maken met de timing van de betalingen.
3
Kortlopende schulden Onder kortlopende schulden is opgenomen:
4
In duizenden euro’s
30-06-2013
Te betalen totale kostenvergoeding Totaal
31-12-2012
1 1
1 1
De schulden hebben een looptijd korter dan één jaar. De te betalen totale kostenvergoeding is te betalen aan gelieerde partijen.
5
Fondsvermogen 01-01-2013 T/M 30-06-2013
In duizenden euro’s
Stand per 1 januari Uitgifte participaties Inkoop participaties Uitgekeerd dividend Resultaat over de verslagperiode Stand ultimo periode
01-01-2012 T/M 31-12-2012
39.350 3.603 -2.251 -828 66 39.940
37.797 7.590 -5.736 -990 689 39.350
Vijfjarenoverzicht In duizenden euro’s
Intrinsieke waarde Resultaat Aantal uitstaande participaties
30-06-2013
31-12-2012
31-12-2011
31-12-2010
31-12-2009
39.940 66 6.066.581
39.350 689 5.862.129
37.797 428 5.587.082
35.765 167 5.277.520
33.268 501 4.899.318
6.58 0,14 0,06 -0,04 0,00 0,00 0,02
6,71 0,17 0,14 -0,03 0,00 0,00 0,11
6,76 0,17 0,18 -0,10 -0,00 0,08
6,78 0,09 0,08 -0,04 0,00 0,00 0,03
6,79 0,04 0,10 --0,00 0,10
In euro’s
Per participatie Intrinsieke waarde Dividend 1 Opbrengsten uit beleggingen Waardeveranderingen beleggingen Overige opbrengsten Som der bedrijfslasten Resultaat 2
1) Vanaf 2012 is dit het in het betreffende jaar uitgekeerde dividend. Tot 2012 betreft het het dividendvoorstel over het betreffende jaar wat in het volgende boekjaar wordt uitgekeerd. 2) Het totaal resultaat per participatie is berekend op basis van het aantal uitstaande participaties aan het einde van de verslagperiode.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
107
WINST- EN VERLIESREKENING
6
Overige bedrijfsopbrengsten In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
Security lending fees Totaal
01-01-2012 T/M 31-12-2012
1 1
---
Lopende kostenfactor De lopende kostenfactor van een beleggingsfonds is gelijk aan de factor van de totale kosten die in de verslagperiode ten laste van het fonds komen ten opzichte van het gemiddelde fondsvermogen, exclusief de kosten van beleggingstransacties en interestkosten.
In duizenden euro’s
01-01-2013 T/M 30-06-2013
01-01-2012 T/M 30-06-2012
Service fee Gemiddeld fondsvermogen in verslagperiode
8 39.945
7 39.847
Lopende kostenfactor
0,020%
0,018%
Omloopfactor De omloopfactor over de verslagperiode bedraagt 98,62% (eerste helft 2012: 81,25%). Deze factor geeft een indicatie van de omloopsnelheid van de portefeuille aan. Op deze manier kan een indruk worden verkregen van de mate waarin er actief beheer plaatsvindt. De omloopfactor wordt verkregen door het totaalbedrag aan effectentransacties, verminderd met het totaalbedrag aan transacties van uitgegeven en ingekochte deelnemingsrechten, uit te drukken in een percentage van de gemiddelde intrinsieke waarde van de portefeuille. Transactiekosten Transactiekosten zijn onderdeel van de gerealiseerde en niet-gerealiseerde waardeveranderingen. De transactiekosten zijn niet toegelicht, omdat de kosten onvoldoende identificeerbaar en kwantificeerbaar zijn (eerste helft 2012: idem).
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
108
5 OVERIGE GEGEVENS
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
109
5.1
BELANGEN DIRECTIE
Conform artikel 122 lid 2 Besluit gedragstoezicht financiële ondernemingen (Bgfo) geeft onderstaand overzicht het totale persoonlijke belang weer dat de leden van de directie en de Raad van Toezicht, volgens opgave van de betrokkenen, van SBB in een belegging van Zwitserleven Beleggingsfondsen per begin en einde van de verslagperiode hebben of hebben gehad.
OMSCHRIJVING
GEMEENSCHAPPELIJK BELANG IN AANTALLEN 31-12-2012
Aandelen Fugro Imtech Koninklijke KPN Novartis PostNL Royal Dutch Shell -A SBM Offshore NV TNT Express
Obligaties (nominale waarde) 4,25% Nederland 03-13
5.2
GEMEENSCHAPPELIJK BELANG IN AANTALLEN 30-06-2013
--106 250 64 3.665 1.000 55
293 500 6.106 200 64 6.105 500 55
55.000
55.000
STATUTAIRE WINSTBESTEMMINGSREGELING
In artikel 16 van de voorwaarden van beheer en bewaring van de Zwitserleven Beleggingsfondsen zijn de volgende bepalingen opgenomen omtrent de verdeling van het exploitatie saldo: 16.1 Het netto-exploitatie-saldo van ieder fonds wordt toegevoegd aan het betreffende fonds. 16.2 De winst per fonds over een boekjaar wordt berekend met inachtneming van het bepaalde in Titel 9, Boek 2 Burgerlijk Wetboek. Het gedeelte van de winst dat moet worden uitgekeerd om te voldoen aan de fbi-criteria zal binnen acht maanden na afloop van het boekjaar worden uitgekeerd. Het resterende gedeelte van de winst wordt toegevoegd aan het betreffende fonds.
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
110
5.3
BEOORDELINGSVERKLARING
Aan: de Algemene Vergadering van Participanten van Zwitserleven Beleggingsfondsen
OPDRACHT Wij hebben de in dit halfjaarbericht opgenomen tussentijdse financiële informatie per 30 juni 2013 van Zwitserleven Beleggingsfondsen te Amstelveen bestaande uit de balans per 30 juni 2013 en de winst-en-verliesrekening over de periode 1 januari 2013 tot en met 30 juni 2013 met de toelichting beoordeeld. De beheerder van het fonds is verantwoordelijk voor het opstellen en het weergeven van de tussentijdse financiële informatie in overeenstemming met de in Nederland geldende Richtlijn voor de jaarverslaggeving 394 ‘Tussentijdse berichten’. Het is onze verantwoordelijkheid een conclusie te formuleren bij de tussentijdse financiële informatie op basis van onze beoordeling.
WERKZAAMHEDEN Wij hebben onze beoordeling van de tussentijdse financiële informatie verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse Standaard 2410 ‘Het beoordelen van tussentijdse financiële informatie door de accountant van de entiteit’. Een beoordeling van tussentijdse financiële informatie bestaat uit het inwinnen van inlichtingen, met name bij personen die verantwoordelijk zijn voor financiën en verslaggeving, en het uitvoeren van cijferanalyses en andere beoordelingswerkzaamheden. De reikwijdte van een beoordeling is aanzienlijk geringer dan die van een controle die is uitgevoerd in overeenstemming met de Nederlandse controlestandaarden en stelt ons niet in staat zekerheid te verkrijgen dat wij kennis hebben genomen van alle aangelegenheden van materieel belang die bij een controle onderkend zouden worden. Om die reden geven wij geen controleverklaring af.
CONCLUSIE Op grond van onze beoordeling is ons niets gebleken op basis waarvan wij zouden moeten concluderen dat de tussentijdse financiële informatie per 30 juni 2013 niet, in alle van materieel belang zijnde aspecten, is opgesteld in overeenstemming met de in Nederland geldende Richtlijn voor de jaarverslaggeving 394, ‘Tussentijdse berichten’.
TER VERGELIJKING OPGENOMEN INFORMATIE NIET BEOORDEELD Op het halfjaarbericht per 30 juni 2012 is geen beoordeling door een accountant toegepast. Derhalve zijn de in de winst-en-verliesrekening ter vergelijking opgenomen bedragen niet beoordeeld. Utrecht, 3 september 2013 KPMG Accountants N.V. W.L.L. Paulissen RA
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
111
HALFJAARBERICHT 2013 ZWITSERLEVEN BELEGGINGSFONDSEN
112