Zitting 1966-1967 - 8 8 0 0 RIJKSBEGROTING VOOR H E T DIENSTJAAR
1967
H O O F D S T U K IV - K A B I N E T V A N D E VICE-MINISTER-PRESIDENT N O T A N A A R A A N L E I D I N G VAN H E T VERSLAG (Ingezonden 29 december 1966) Nr. 7
Ter beantwoording van de door de vaste Commissie voor de betrekking met Suriname en de Nederlandse Antillen gestelde vragen, deelt de ondergetekende het volgende mede. 1. De in de aanhef gestelde vraag wordt bevestigend beantwoord. De in de volgende vraag genoemde artikelen 27 en 28 van het Statuut voor het Koninkrijk bevatten, naar het de ondergetekende wil voorkomen, niet een alternatief ten aanzien waarvan een voorkeur mogelijk ware. In de praktijk is wel gebleken, dat voor toepassing van artikel 27 ruimschoots gelegenheid is, terwijl artikel 28 tot dusverre minder toepassing heeft kunnen vinden. De associatie van Suriname en de Nederlandse Antillen met de E.E.G. kent anders dan de associatie van de Afrikaanse Staten geen „Instellingen van de Associatie". De taak die volgens de overeenkomst van Jaoende aan de Associatieraad is opgedragen, komt in de associatie van Suriname en de Nederlandse Antillen toe aan de Raad van de E.E.G. De inspraak van de regeringen van Suriname onderscheidenlijk de Nederlandse Antillen in de totstandkoming van het door de vertegenwoordiger van het Koninkrijk in de Raad van de E.E.G. in te nemen standpunt, is door het Statuut gewaarborgd. Voor wat betreft de taken, die volgens de overeenkomst van Jaoende aan de Parlementaire Conferentie van de Associatie zijn opgedragen, kan het Europees Parlement niet op overeenkomstige wijze als de E.E.G.-Raad een functie in de associatie van Suriname en de Nederlandse Antillen vervullen, aangezien noch het E.E.G.-verdrag, noch het raadsbesluit waarin het associatieregime werd uitgewerkt, daartoe strekkende bepalingen bevat. Het ontbreken van een afzonderlijke vertegenwoordiging van de regeringen van Suriname en de Nederlandse Antillen in een instelling van de associatie — ook als een der Gevolmachtigde Ministers als lid van de E.E.G.-raad zou optreden, zou hij formeel het Koninkrijk vertegenwoordigen — maakt het voorts moeilijk wel een afzonderlijke vertegenwoordiging op het parlementaire vlak te creëren, hetgeen bovendien weinig praktisch lijkt, zolang niet in een taak voor een parlementaire instelling van de associatie is voorzien. 2. De belangstelling van het Nederlandse bedrijfsleven voor vestiging in Suriname en in de Nederlandse Antillen is nog niet bevredigend. De ondergetekende beschikt niet over aanwijzingen die erop duiden dat de huidige economische situatie hier te lande een extra rem betekent op de bereidheid van Nederlandse ondernemingen om zich in Suriname en/of de Nederlandse Antillen te vestigen. De stichtingen ter bevordering van investeringen in Suriname resp. in de Nederlandse Antillen en de participatiemaatschappijen hebben medio 1966 hun taak aanvaard. Inmiddels is een aantal vragen om financiële steun door de stichtingen in behandeling genomen. Zodra het resultaat van het onderzoek bekend is, zal de Kamer daarmede in kennis worden gesteld. De ondergetekende geeft er de voorkeur aan de resultaten van de getroffen maatregelen ter bevordering van de industrialisatie af te wachten, alvorens eventueel verdere voorzieningen op dit gebied in overweging te nemen. 8800
IV
7—8
(2 vel)
2 Wat betreft de Nederlandse vestigingen in Suriname resp. de Nederlandse Antillen wordt verwezen naar bijlage I. Aangezien niet wordt beschikt over de gegevens ter beantwoording van de vragen, bedoeld sub b t/m e, heeft de ondergetekende de bemiddeling van de Gevolmachtigde Ministers van Suriname en de Nederlandse Antillen ingeroepen voor het verkrijgen van deze informaties. 3. Exacte gegevens met betrekking tot de aantallen in Nederland werkzame, resp. werkzoekende Surinamers en Antillianen zijn niet bekend, aangezien zij Nederlander zijn en derhalve niet apart worden geregistreerd. Naar schatting bedraagt het aantal hier te lande werkzame Surinamers 9000. Circa 250 personen zijn zonder werk. Eveneens naar schatting zijn circa 1300 Antillianen in het Nederlandse arbeidsproces opgenomen; het aantal werklozen onder deze groep is, naar van de plv. Gevolmachtigde Minister van de Nederlandse Antillen werd vernomen, zeer gering. De z.g. Commissie voor contact en overleg inzake bijstand aan Surinamers in Nederland heeft blijkens de ter beschikking van de Staatssecretaris van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk tot taak, hetzij eigener beweging, hetzij na verkregen opdracht, de Minister van Cultuur, Recreatie en Maatschappelijk Werk van advies te dienen omtrent: a. het te voeren beleid ten aanzien van het bevorderen van het welzijn van in Nederland verblijvende en werkende of studerende Surinamers; b. de bevordering van overleg en samenwerking tussen Nederlandse en Surinaamse overheid en van deze met het Surinaams en Nederlands particulier initiatief ten aanzien van vraagstukken met betrekking tot het verblijf van Surinamers hier te lande; c. de ontwikkelingen en vraagstukken die zich ten aanzien van Surinamers in Nederland voordoen; cl. de voorlichting aan instanties, het bedrijfsleven en de Nederlandse bevolking in het algemeen over vraagstukken die samenhangen met de tewerkstelling, de studie of het verblijf van Surinamers in Nederland. Het kabinet van de ondergetekende is in bedoelde commissie vertegenwoordigd door het hoofd van de afdeling Politieke en Juridische Zaken. 4. Voor wat betreft de aan de tijdelijke of vaste landsdienst verbonden ambtenaren, alsmede de bij het bijzonder (gesubsidieerd) onderwijs in Suriname werkzame personen, voorzover zij kunnen worden beschouwd als te zijn uit Nederland afkomstig, is bij ministeriële beschikking van 21 oktober 1966, no. 16662/K2160, een toeslagregeling getroffen, waardoor het mogelijk is geworden aan die personen ten laste van de rijksbegroting toe te kennen: o. een (belastingvrije) tropentoeslag op de genoten wordende Surinaamse bezoldiging; b. een aanvullende uitkering op de na afloop van een tijdelijk dienstverband, ten laste van de Surinaamse geldmiddelen te genieten bonus (kortverbandtoelage, c.q. uitzendingspremie). Een afschrift van de vorenbedoelde ministeriële beschikking, met de daarbij behorende „richtlijnen", bevattende o.m. een nadere omschrijving van de personen, op wie de regeling van toepassing kan worden verklaard, gaat ter informatie hierbij (bijlage 11). Het ontwerp-Koninklijk besluit, houdende voorschriften inzake het verlenen van een uitkering aan bepaalde categorieën gewezen Surinaamse of Nederlands-Antilliaanse ambtenaren, c.q. leerkrachten bij het bijzonder onderwijs in Suriname en de Nederlandse Antillen, en hun nagelaten betrekkingen, boven het hun toegekende Surinaamse of Nederlands-Antilliaans pensioen, beoogt de door de betrokkenen genoten wordende pensioenen ten laste van de rijksbegroting te verhogen. Voor de vaststelling van deze uitkering wordt een fictief pensioenbedrag berekend, dat gelijk is aan het pensioen, dat betrokkene zou
zijn toegekend, indien hij zijn aanspraken zou ontlenen aan in Nederlandse ambtelijke dienst bewezen diensten. Het vastgestelde fictieve pensioenbedrag, verminderd met het genoten wordende Surinaamse of Nederlands-Antilliaanse pensioen zal het bedrag van de uitkering gaan omvatten, met dien verstande, dat een mogelijke verhoging van de Surinaamse of de Nederlands-Antilliaanse pensioenen op de uitkering in mindering wordt gebracht en dat de zg. welvaartsvastheid van de door gewezen Nederlandse ambtenaren genoten wordende pensioenen voor de berekening van de uitkering van overeenkomstige toepassing zal zijn. Voor meerbedoelde uitkering komen alleen in aanmerking gepensioneerde ambtenaren, die de leeftijd van 55 jaar hebben bereikt en zij die zijn gepensioneerd uit hoofde van lichamelijke ongeschiktheid voor de dienst. Verder geldt voor hen, weduwen en wezen de voorwaarde dat zij buiten Suriname en de Nederlandse Antillen zijn gevestigd. Ten slotte zij nog aangetekend, dat de in voorbereiding zijnde regeling zich in het algemeen zal beperken tot hen, die vóór 1 januari 1967 (datum van inwerkingtreding van het Koninklijk besluit) aan de vaste (pensioengerechtigde) Surinaamse of Nederlands-Antilliaanse dienst of aan het bijzonder onderwijs( in vaste dienst) verbonden waren, voor die dienst, c.q. voor werkzaamstelling bij het bijzonder onderwijs, in Nederland zijn aangenomen en vandaar zijn uitgezonden en voorts zijn geboren uit buiten Suriname c.q. Nederlandse Antillen geboren ouders. 5. De Regering beschikt niet over aanwijzingen, dat spoedig een begin kan worden gemaakt met onderhandelingen met Guyana over de afbakening van de grens tussen dat land en Suriname. Hieraan moge de ondergetekende evenwel toevoegen, dat zijn ambtgenoot van Buitenlandse Zaken in de loop van de maand september 1966, op verzoek van de Regering van Suriname, een juridisch deskundige van zijn departement ter beschikking van die regering heeft gesteld om te adviseren over de samenstelling van een nota, welke te zijner tijd op verzoek van de Surinaamse regering aan de Regering van Guyana zal worden aangeboden en waarin de dezerzijdse inzichten ten aanzien van het verloop van de grenslijn zijn uiteengezet. Met betrekking tot de publikatie van een witboek terzake is de ondergetekende niet meer bekend dan dat de Regering van Suriname hieran inderdaad heeft gedacht. Ook ten deze wordt het initiatief aan Suriname gelaten. 6. De resultaten van de laatste in Suriname gehouden volkstelling zijn niet openbaar gemaakt. In verband hiermede kunnen de gestelde vragen omtrent de sterkte der onderscheidene bevolkingsgroepen en hun leeftijdssamenstelling niet worden beantwoord. 7. Het is de ondergetekende bekend dat door de Surinaamse Regering ontwerp-landsverordeningen bij de Staten zijn ingediend tot wijziging van het kiesstelsel. Omtrent de inhoud hebben hem geen officiële mededelingen bereikt. Hij is, gezien de belangstelling van de Kamer voor deze interne Surinaamse aangelegenheid, bereid de Surinaamse Regering te verzoeken hem in staat te stellen zo spoedig mogelijk de definitieve tekst van eventuele landsverordeningen tot wijziging van het kiesstelsel ter kennisneming aan de Kamer voor te leggen. 8. In het huidige stadium van ontwikkeling valt nog niet exact te zeggen welke de bevoegdheden van de aan de universiteit van Suriname afgestudeerden zullen zijn en hoe een eventuele aansluiting aan de universitaire opleidingen in Nederland of het buitenland zal plaatsvinden. Vaststaat slechts dat niet primair naar gelijkstelling met de in Nederland te behalen diploma's zal worden gestreefd, doch dat in eerste instantie veeleer de nadruk zal vallen op voorziening in de grote behoefte van Suriname aan praktisch opgeleide deskundigen op middelbaar niveau. In overeenstemming hiermede bestaat het plan om de desbetreffende opleidingen af te sluiten met een zg. licentiaat.
3 Hierdoor wordt verwarring vermeden met de Nederlandse baccalaureaat-graad, terwijl een aanpassing wordt bereikt aan de Zuidamerikaanse licentiado-graad. Het wordt wenselijk geacht in dit kader economische, politechnische en didactische studierichtingen in het leven te roepen. De gedachten van de Surinaamse Regering gaan er naar uit om deze opleidingen te zijner tijd uit te bouwen met een universitair gedeelte, bestaande uit onderscheidene faculteiten, waaraan een kandidaats- en een doctoraal examen kan worden afgelegd. Toelating zal men dan tot deze studierichting kunnen verkrijgen met een einddiploma lyceum. Daarnaast stelt men zich voor de mogelijkheid in het leven te roepen voor een licentiaat om een aanvullend kandidaatsexamen af te leggen. De geneeskundige studierichting zal de enige zijn, welke op korte termijn een universitair karakter zal krijgen. Wat de aansluiting van de afgestudeerden van de geneeskundige school op het universitair onderwijs in Nederland betreft, is de tot nu toe meestal gevolgde praktijk geweest dat in Nederland eerst het doctoraal examen medicijnen dient te worden afgelegd. Na volledige uitbouw van de geneeskundige school tot een medische faculteit zal de aansluiting aan het Nederlandse universitair onderwijs geen enkel probleem behoeven op te leveren. 9. Het overleg met de Surinaamse Regering over de 1ste fase van het Nationaal Ontwikkelingsplan Suriname — deelplan voor 5 jaren — is nog niet voltooid. In verband hiermede kan nog niet worden medegedeeld hoe de indicatieve lijst, die uit het Nationale Plan zal worden geselecteerd, eruit zal zien en welke bedragen met de uitvoering van elk der projecten zal zijn gemoeid. Inzake de financieringsvorm en het bedrag heeft de Regering nog geen definitief standpunt bepaald. Een wetsontwerp, houdende machtiging tot deelneming van Nederland in de financiering van de 1ste fase van het Nationaal Ontwikkelingsplan Suriname zal zeer binnenkort worden ingediend. In de memorie van toelichting op dit wetsontwerp zal aan de hier gestelde vragen uitvoerig aandacht worden geschonken. In verband met de financiering van dit plan behoeven geen wijzigingen in de begroting van hoofdstuk IV te worden aangebracht. 10. Hoewel de opbrengsten in de loop der jaren zijn gestegen, is de Stichting voor de Ontwikkeling van Machinale Landbouw in Suriname er nog niet in geslaagd tot een sluitende exploitatie te komen. Dit moet in hoofdzaak worden toegeschreven aan het feit, dat een niet onbelangrijk deel van de lasten van het bedrijf wordt gevormd door de kosten voor de openbare, sociale en culturele voorzieningen, die normaliter voor rekening van de overheid komen. Op redelijke gronden kan worden verwacht, dat het bedrijfsresultaat aanzienlijk kan worden verbeterd, nu onderzoekingen hebben aangetoond, dat een meer intensieve benutting van de grond geen nadelige invloed op de rijstopbrengsten heeft. De lessen, die uit de gang van zaken bij het Wageningenproject kunnen worden geput voor een eventueel volgend project zijn zowel van organisatorische als van technische en financiële aard. Verrijkt met deze ervaring en kennis, zal de aanloopperiode van een eventueel volgend project aanzienlijk kunnen worden beperkt en de investeringskosten alsmede opbrengsten nauwkeuriger worden geraamd. De bedrijfsresultaten, welke Surinaamse middenstandsboeren hebben verkregen, overtroffen de ramingen. De ondernemerswinst van de eerste 4 bedrijven varieerde van Sf 2700 tot Sf 3900 per jaar. , 11. Met de uitvoering van het Commewijneplan wordt beoogd de sanering van een landbouwareaal van ten minste 4000 ha. Daartoe zal door middel van een bij de Surnaukreek (zijkreek van de Surinamerivier) te installeren pompgemaal het areaal van zoet bevloeiingswater uit de Surinamerivier worden voorzien. De opdracht tot het maken van een ontwerp van een irrigatieleiding van de Surnaukreek naar het landbouwgebied is inmiddels verstrekt. Hieraan kan nog worden toegevoegd, dat het werkplan 1967 van het tienjarenplan voor-
ziet in een bedrag van Sf 1 300 000 voor de uitvoering van de eerste fase van het plan. 12. Het onderzoek naar de mogelijkheid van verbreding van de economische en sociale basis van de Nederlandse Antillen is nagenoeg voltooid. Zeer binnenkort zal de Kamer een wetsontwerp worden voorgelegd betreffende de voortzetting van de Nederlandse hulpverlening aan de Nederlandse Antillen. In de daarbij behorende memorie van toelichting zullen aan het resultaat van dit onderzoek beschouwingen worden gewijd. 13. Volgens de meest recente gegevens bedroeg het aantal werkzoekenden op 31 december 1965 13 000 of wel circa 20 pet. van de totale beroepsbevolking van de Nederlandse Antillen. Gegevens betreffende de eilanden dateren van ultimo 1960. Daaruit blijkt, dat het werkloosheidspercentage voor de Antillen als geheel ruim 14 pet. bedroeg en voor de eilanden: Curacao 12,8 pet. Aruba 16,0 pet. Bonaire 28,2 pet. Bovenwindse Eilanden . . 8,5 pet. De toename van de werkloosheid van 14 pet. tot 20 pet. in de periode 1960—1965 is voornamelijk toe te schrijven aan de inkrimping van het arbeidsbestand van de oliemaatschappijen. Het aantal werknemers in de olie-industrie is van 21 000 per ultimo 1952 teruggebracht tot 6300 per ultimo 1965. Bij het scheppen van werkgelegenheid voor de Antillen dient een onderscheid te worden gemaakt tussen de Bovenwindse Eilanden en Bonaire enerzijds en Curacao en Aruba anderzijds. Gezien de geringe bevolkingsdichtheid en de toeristische mogelijkheden van eerstgenoemde groep van eilanden kan worden verwacht, dat een beperkt aantal arbeidsintensieve projecten, die de economische ontwikkeling naar een hoger peil stuwen, een belangrijke bijdrage kunnen leveren tot de oplossing van het vraagstuk van de werkgelegenheid. De problemen waarvoor Curacao en Aruba zijn geplaatst zijn van een geheel andere orde van grootte. De omvang van de werkloosheid en de waarschijnlijk beperkte mogelijkheid tot het scheppen van werkgelegenheid op korte termijn doen verwachten, dat een afdoende oplossing voor het vraagstuk geruime tijd zal vergen. Dit betekent uiteraard een aanzienlijke belasting van het overheidsbudget. Het vraagstuk van de werkgelegenheid vormt een van de achtergronden waartegen de verdere hulpverlening aan de Nederlandse Antillen wordt bezien. Het overleg met de Antilliaanse Regering over deze voortgezette hulpverlening is nog niet beëindigd. 14. De Antilliaanse Regering heeft een aanvraag tot gedeeltelijke financiering voor de bouw van een nieuw ziekenhuis op Aruba ingediend bij de Nederlandse Regering en bij het Ontwikkelingsfonds van de E.E.G. Van de zijde van het fonds zal binnenkort een onderzoek worden ingesteld naar de mérites van het project. Hierbij zal de mogelijkheid van een sluitende exploitatie worden betrokken. Voor zover bekend list het niet in het voornemen van de Antilliaanse overheid om na voltooiing van de bouw van het nieuwe ziekenhuis het oude hospitaal in gebruik te houden. 15. Zeer onlangs heeft de Antilles Salt Company de uitvoering van het zoutproject ter hand genomen. Tn verband hiermede kunnen nog geen mededelingen worden gedaan omtrent de resultaten van het project. 16. Punten 1 (Suriname) en 6 (Nederlandse Antillen) van bijlage IV van de memorie van toelichting betroffen 18 openbare lagere scholen en 30 kleuterscholen in Suriname, respectievelijk 3 buitengewone lagere scholen, 2 nijverheidsscholen, 1 technische school en de uitbreiding van een technisch college in de Nederlandse Antillen. De Vice-Min ister-Presiden t. B. W. BIESHEUVEL.
Zitting 1966-1967 - 8 8 0 0
U
RIJKSBEGROTING VOOR HET DIENSTJAAR 1967 HOOFDSTUK IV . KABINET VAN DE VICE-MINISTER-PRESIDENT BIJLAGEN I (behoort bij punt 2) EN II VAN DE NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG Nr. 8
NEDERLANDSE ONDERNEMINGEN MET VESTIGINGEN IN SURINAME Overzeekantoor:
Nederlands kantoor:
Billiton Mij. „Suriname" N.V., Mr. Dr. J. C. de Mirandastraat 1, Paramaribo.
N.V. Billiton Mij. „Suriname", Louis Couperusplein 19, 's-Gravenhage.
N.V. de Verz. Bank Nieuwe Eerste Nederlandsche, Kerkplein 12, Paramaribo.
Verz. Bank „De Nieuwe Eerste Nederlandsche" N.V., J. de Wittlaan 50, 's-Gravenhage.
De Olveh van 1879, Gravenstraat 23-25, Paramaribo.
Onderlinge Levensverz. Genootschap „De Olveh van 1879", De Kortenaerkade 1, 's-Gravenhage.
Gebr. van Swaay N.V., Pad van Warnica 16, Paramaribo.
N.V. Ind. Mij. Gebr. van Swaay, A. Goekooplaan 55, 's-Gravenhage.
Hollandsche Bank Unie N.V., Kerkplein 1, Paramaribo.
N.V. Hollandsche Bank Unie, Hofweg 1, 's-Gravenhage.
Kon. Ned. Stoomboot Mij. N.V., Waterkant 84, Paramaribo.
N.V. Kon. Ned. Stoomboot Mij., Pr. Hendrikkade 108-114, Amsterdam.
Lindeteves Zuid-Amerika N.V., Gravenstraat 23-25 Paramaribo.
Lindeteves-Jacoberg N.V., J. W. Brouwersplein 20, Amsterdam.
Fatum de Nederlanden van 1845, Prins Hendrikstraat 14, Paramaribo.
De Nederlanden van 1845 Ass. Mij. N.V., Groenhovenstraat 2, 's-Gravenhage.
Curacaosche Handel Mij. (Suriname) N.V., Steenbakkerijstraat 6-12, Paramaribo.
N.V. Curacaosche Handel Mij. Gebouw Effectenbeurs, Beursstraat 43, Amsterdam.
Bruynzeel Suriname Hout Mij. N.V., P.O. Box 1831, Paramaribo.
N.V. Bruynzeel Suriname Hout Mij., Postbus 101, Zaandam.
Surinaamse Brouwerij N.V., Pad van Warnica, Paramaribo.
N.V. Amstel Brouwerij, Mauritskade 14-21, Amsterdam.
Lareco N.V., Prins Hendrikstraat 22, Paramaribo.
Kon. Ned. Heide Mij., Sickerszplein, Arnhem.
Stokvis-Benjamin Suriname N.V., Gravenstraat 50, Paramaribo.
R.S. Stokvis & Zn. N.V., H. Dullaertplein 3, Rotterdam.
Hollandsche Export Mij. N.V., Herenstraat 4, Paramaribo.
N.V. Hollandsche Export Mij., Herengracht 565, Amsterdam-C.
Kon. Luchtvaart Mij. N.V., dr. S. Redmondstraat 2-6, Paramaribo.
Kon. Luchtvaart Mij. N.V., Plesmanweg 1, 's-Gravenhage.
Firgos Ltd., Herenstraat 34, Paramaribo.
N.V. Handelmij. „Firgos", Herengracht 166, Amsterdam.
Wijngaarde's Agencies N.V., Watermolenstraat 58, Paramaribo.
Hagemeyer & Co's Handelmij. N.V., Herengracht 466, Amsterdam.
N.V. Varekamp & Co., Dominéstraat 26, Paramaribo.
N.V. Varekamp & Co., Singel 289, Amsterdam.
N.V. „Chephfasu" (Chefasu), Keizerstraat 37-39, Paramaribo.
Molukse Handels Venn. N.V., Keizersgracht 382, Amsterdam-C.
N.V. Overzeese Gas- en Elektriciteitsbedrijf, Saramaccastraat, Paramaribo.
N.V. Overzeese Gas- en Electriciteitsmaatschappij, Heemraadssingel 226, Rotterdam.
Gebrs. Lommerts (Suriname) N.V. 1 ), Retmanstraat 245, Paramaribo.
Gebrs. Lommerts N.V., Havenstraat 38, Delfzijl.
N.V. Elgawa, Verl. Gemenelandsweg 78, Paramaribo.
N.V. Overzeese Gas- en Electriciteitsmaatschappij, Heemraadssingel 226, Rotterdam.
Overzcckantoor:
Nederlands kantoor:
Van Heesewijk N.V., Herenstraat 3, Paramaribo.
N.V. Internationale Bouw Cie. v/h H. van Heesewijk, Hoofdstraat 68, Best.
C. Kersten en Co. N.V., Steenbakkerijstraat 27, Paramaribo.
Zendingsstichting der Evangelische Broeder Uniteit, Zusterplein 14, Zeist.
Plantage Mariënburg, District Commewijne.
Rubber Cultuurmaatschappij Amsterdam N.V., Herengracht 470, Amsterdam.
Accountantskantoor Moret en Oudheusden, Kerkplein 11-12, Paramaribo.
Accountantskantoor Moret en Oudheusden, Keizerstraat 9, Rotterdam.
Nationale Investeringsbank N.V., Gravenstraat 26, Paramaribo.
Nationale Investeringsbank N.V., Willem Frederikstraat 5, 's-Gravenhage.
N.V. Sarakreek Goudvelden.
N.V. Sarakreek Goudvelden, Regentesselaan 115, 's-Gravenhage.
Surinaamse Dok- en Scheepsbouw Mij. N.V., Saramaccastraat 33-35, Paramaribo.
N.V. Curacaosche Handel Mij., Beursstraat 43, Amsterdam.
Varossieau Suriname N.V., Dominéstraat 50, Paramaribo.
Varossieau et Cie. N.V, Emmalaan 42, Alphen a/d Rijn.
Eerste Surinaamse Verffabriek Drimoziel. Eerste Surinaamse Focus Slijperij1).
Participant: N.V. Friederichs, Amsterdam.
Verenigde Accountantskantoren, Noorderkerkstraat 3, Paramaribo.
Verenigde Accountantskantoren, Frankenslag 160, 's-Gravenhage.
N.V. Interbeton 1 ), Paramaribo.
N.V. Interbeton, 's-Gravenhage. Cultuurmaatschappijen: N.V. Cultuurmaatschappij, N.Z. Voorburgwal 98-100, Amsterdam. N.V. Holl. Belegging en Beheer Mij., Keizersgracht 706, Amsterdam. N.V. Katwijk, Herengracht 364, Amsterdam. N.V. Cultuurmij. „Sorgvliet", J. J. Viottastraat 40, Amsterdam. N.V. Cultuurondern. „Spieringshoek", Stratumsedijk 29, Eindhoven. N.V. Surinaamse Cultuurmij., Herengracht 470, Amsterdam. N.V. Landbouwmij. „Voorburg", Nassausingel 2, Nijmegen. N.V. Cultuurmij. „Waterland", Wibautstraat 135-139, Amsterdam.
i) Deze ondernemingen hebben zich na 1 januari 1964 in Suriname gevestigd.
6 NEDERLANDSE ONDERNEMINGEN MET VESTIGINGEN OP DE NEDERLANDSE ANTILLEN Curagao Overzcekantoor:
Nederlands kantoor:
Verz. Bank „De Nieuwe Eerste Nederlandsche" N.V., Theaterstraat 15a, Willemstad.
Verz. Bank „De Nieuwe Eerste Nederlandsche", J. de Wittlaan 50, 's-Gravenhage.
N.V. Antill. Mij. Gebr. van Swaay, Schottegatweg Oost 144, Willemstad.
N.V. Ind. Mij. Gebr. van Swaay, A. Goekooplaan 55, 's-Gravenhage.
Van Dorp & Co. Caribbean N.V., Bredestraat 67, Willemstad (O).
N.V. v/h G. C. T. v. Dorp & Co., Prinsegracht 83, 's-Gravenhage.
Hollandsche Bank Unie N.V., Bredestraat 1, Willemstad (P).
N.V. Hollandsche Bank Unie, Hofweg 1, 's-Gravenhage.
N.V. Ned. Antill. Gasmaatschappij, Brionplein 10, Willemstad (O).
N.V. Overzeese Gas- en Electriciteitsmaatschappij, Heemraadssingel 226, Rotterdam.
Kon. Ned. Stoomboot Mij. N.V., Bredestraat 39-c, Willemstad (P).
N.V. Kon. Ned. Stoomboot Mij., Pr. Hendrikkade 108-114, Amsterdam.
Antilliaanse Verffabriek N.V., Willemstad.
Kon. Lak-, Vernis- en Verffabriek Molynk Co. N.V. Postbus 761, Rotterdam, en de Fabr. van Compositie-verven CV., te Delft.
N.V. Fatum Ongevallenverz. Mij., v. d. Nederlanden van 1845, Pietermaaiweg 19, Willemstad.
De Nederlanden van 1845 Assurantie Mij. N.V., Groenhovenstraat 2, 's-Gravenhage.
Curagaose Handel Mij. N.V., Handelskade 24, Willemstad.
Curacaosche Handel Mij. N.V., Gebouw Effectenbeurs, Beursstraat 43, Amsterdam.
Handelmij. Baardse N.V., Curagaobaaiweg 6, Willemstad.
N.V. Hagemeyer & Co. Handelmaatschappij, Herengracht 466, Amsterdam.
Firgos Antilles Business Corp., Schottegatweg Oost 146, Willemstad.
Handelmij. „Firgos" N.V., Herengracht 166, Amsterdam.
Antilliaanse Brouwerij N.V., Rijkseenheid Boulevard, Willemstad.
N.V. Amstel Brouwerij, Mauritskade 14, Amsterdam.
Kon. Luchtvaart Mij. N.V., Dr. Plesmans Luchthaven, Cura$ao.
Kon. Luchtvaart Mij. N.V., Plesmanweg 1, 's-Gravenhage.
Antilliaanse Luchtvaart Mij. 2 ) .
Dochteronderneming K.L.M.
Van Leer's (Curacao) N.V., Emmastad.
Van Leer's Vatenfabriek N.V., Amsterdamseweg 206, Amsterdam.
N.V. Kon. Nederlandsche Mij. v. Havenwerken, Parera.
Kon. Ned. Mij. v. Havenwerken N.V., Amstel 216, Amsterdam.
Philips Antillana N.V, Schottegatweg Oost 142, Willemstad.
N.V. Philips Gloeilampenfabriek, Emmasingel 29, Eindhoven.
Ahrend-Antilliana N.V., Schottegatweg Oost 134, Willemstad.
N.V. Wed. J. Ahrend & Zoon, Singel 16-22-26, Amsterdam.
N.V. Hollandsche Export Mij., Ruiterkade 30, Willemstad.
N.V. Hollandsche Export Mij., Herengracht 565, Amsterdam.
Interconti (Curagao) N.V., Schottegatweg Oost 215, Willemstad.
Lindeteves-Jacoberg N.V., J. W. Brouwersplein 20, Amsterdam.
N.V. Zuid-Amerikaanse Handelmij., Majoorsweg 12, Willemstad.
Plate & Van Heusden N.V., Roemer Visscherstraat 18, Amsterdam.
N.V. Thomassen en Drijver, Antilliaanse Emballagefabriek, Rijkseenheid Boulevard, Willemstad.
N.V. Thomassen en Drijver, Zutphenseweg 51, Deventer.
N.V. Ned. Betonmij. „Bato", Postbus 492, Willemstad.
N.V. Ned. Betonmij. „Bato", J. van Nassaustraat 86, 's-Gravenhage.
South American Construction Comp., Willemstad.
N.V. Amsterdamsche Ballast Mij., Wibautstraat 90, Amsterdam.
Meubileringsbedrijf „Mesker" (Curagao) N.V., Salinja 163, Willemstad.
N.V. Ver. Meubileringsbedrijf Pander & Zoon, Wagenstraat 1-20, 's-Gravenhage.
Curagaose Dok Mij. N.V., Postbus 153, Willemstad.
Hierin participeren: N.V. tot Aanneming van Werken v/h Nederhorst, Turfmarkt 8, Gouda. Dok-Werf Mij. Wilton-Feyenoord N.V., Vlaardingsedijk 373, Schiedam. Ned. Dok- en Scheepsbouw Mij., Klaprozenweg 75, Amsterdam.
7 Curagao Overzeekantoor:
Nederlands kantoor:
Radio Holland N.V., De Rouvilleweg 2, Willemstad.
Radio Holland N.V., Keizersgracht 652, Amsterdam.
Overzeese Gas- en Electriciteits Mij., Brionplein 10, Willemstad.
N.V. Overzeese Gas- en Electriciteits Mij., Heemraadssingel 226, Rotterdam.
Wulfsen en Wulfsen N.V., Wilhelminaplein 1, Willemstad.
Wulfsen en Wulfsen, Venestraat 47, 's-Gravenhage.
Shell Curagao N.V., Willemstad.
Kon. Ned. Petroleum Mij., C. v. Bylandtlaan 30, 's-Gravenhage.
2
Hotel Hazeleger ) (wordt binnenkort geopend).
Hazelegers Wagenfabriek, Ede.
Antilliaanse Borg Mij.
Nationale Borg Mij., Amsterdam.
Mijnmaatschappij Curagao N.V., New Port, Curacao.
Mijnmaatschappij Curacao N.V., Keizersgracht 498, Amsterdam.
Accountantskantoor Besangon Koppenberg en Co., Madurostraat 27-29, Willemstad.
Accountantskantoor Besangon Koppenberg en Co., Vossiusstraat 52, Amsterdam.
Accountantskantoor Moret en Oudheusden, Scharlooweg 100, Willemstad.
Accountantskantoor Moret en Oudheusden, Keizerstraat 7, Rotterdam.
Accountantskantoor Klijnveld Kraayenhof en Co. Madurostraat 27-29, Willemstad.
Accountantskantoor Klijnveld Kraayenhof en Co., De Lairessestraat 139, Amsterdam.
Aruba De Nieuwe Eerste Nederlandsche N.V. Verz. Bank, Nassaustraat 94b, Oranjestad.
De Nieuwe Eerste Nederlandsche N.V. Verz. Bank., J. de Wittlaan 50, 's-Gravenhage.
N.V. Antill. Mij. Gebr. van Swaay, Ferguson Street 41, Oranjestad.
N.V. Ind. Mij. Gebr. van Swaay, Adr. Goekooplaan 55, 's-Gravenhage.
Hollandsche Bank Unie N.V., Nassaustraat 90-92, Oranjestad.
N.V. Hollandsche Bank Unie, Hofweg 1, 's-Gravenhage.
N.V. Electr. Mij. (Aruba) (Elmar), Oranjestad.
N.V. Overzeese Gas- en Electr. Mij., Heemraadssingel 226, Rotterdam.
Baardse Trading Corp., Wilhelminastraat 5, Oranjestad.
N.V. Hagemeyer & Co's Handelmij., Herengracht 466, Amsterdam.
De Nederlanden van 1845 Assur. Mij. N.V., Nassaustraat 60, Oranjestad.
De Nederlanden van 1845 Assur. Mij. N.V., Groenhovenstraat 2, 's-Gravenhage.
Kon. Luchtvaart Mij. N.V., Pr. Beatrix Airport, Aruba.
Kon. Luchtvaart Mij. N.V., Plesmanweg 1, 's-Gravenhage.
Technica Antilliana N.V., Oranjestad.
R.S. Stokvis & Zoon N.V., H. Dullaertplein 3, Rotterdam.
Electriciteitsbedrijf Aruba.
N.V. Overzeese Gas- en Electriciteits Mij., Heemraadssingel 226, Rotterdam.
Accountantskantoor Besangon Koppenberg en Co., J. F. Fergusonstraat 29, Oranjestad.
Accountantskantoor Besangon Koppenberg en Co., Vossiusstraat 52, Amsterdam.
Accountantskantoor Moret en Oudheusden, Adr. Lacleboulevard 4, Oranjestad.
Accountantskantoor Moret en Oudheusden, Keizerstraat 7, Rotterdam.
Bonaire Lindeteves Centraal-Amerika N.V., Kralendijk.
Lindeteves-Jacoberg N.V., J. W. Brouwersplein 20, Amsterdam.
Electriciteitsbedrijf Bonaire.
N.V. Overzeese Gas- en Electr. Mij., Heemraadssingel 226, Rotterdam.
St. Maarten N.V. Gemeenschappelijk Electr.bedrijf „St. Maarten".
2 ) Deze bedrijven hebben zich na 1 januari 1964 in de Nederlandse Antillen gevestigd.
N.V. Overzeese Gas- en Electr. Mij., Heemraadssingel 226, Rotterdam.
8 BIJLAGE 11 (behoort bij punt 4) KABINET VAN DE VICE-MINISTER-PRESIDENT 21 oktober 1966 Nr. 16662/K 2160
De Vice-Minister-President, Overwegende: dat het, met het oog op de wenselijkheid om in Suriname een zo goed mogelijk ambtelijk apparaat in stand te houden en verloop van deskundig personeel te voorkomen, noodzakelijk is — voor zolang als nodig — bijzondere maatregelen té treffen en de daarmede verband houdende kosten ten laste van de Rijksbegroting te nemen; dat omtrent de te treffen bijzondere maatregelen overeenstemming is verkregen met de Regering van Suriname; Gelet op de beslissing van de ministerraad van 25 juni 1965; Besluit: I. de aan de tijdelijke of vaste landsdienst in Suriname verbonden ambtenaren — uitgezonderd de President en de leden van het Hof van Justitie, de Procureur-Generaal en de Advocaat-Generaal bij dat Hof —•, alsmede de bij het bijzonder (gesubsidieerd) onderwijs in Suriname werkzame personen, die voldoen aan de in de bij deze beschikking behorende „Richtlijnen" omschreven voorwaarden, worden voor zolang als nodig zal blijken en voor zover zij daarvoor in aanmerking komen, ten laste van de Rijksbegroting, op de in die „Richtlijnen" aangegeven voet, in het genot gesteld van: 1. een (belastingvrije) tropentoeslag op de genoten wordende Surinaamse bezoldiging; 2. een aanvullende uitkering op de na afloop van een tijdelijk dienstverband, ten laste van de Surinaamse geldmiddelen te genieten bonus (kortverbandtoelage, c.q. uitzendingspremie); II. afschrift van deze beschikking en van de daarbij behorende „Richtlijnen" wordt gezonden aan: a. de Algemene Rekenkamer; b. de Minister van Financiën; c. de Gouverneur van Suriname; d. de Minister-President van Suriname; e. de Gevolmachtigde Minister van Suriname; ƒ. de Directeur van het Kabinet van de Gouverneur van Suriname. 's-Gravenhage, 21 oktober 1966. De Vice-Minister-President, (w.g.) B. W. BIESHEUVEL. RICHTLIJNEN (behorende bij de beschikking van de Vice-Minister-President van 21 oktober 1966, No. 16662/K 2160) I. Voor de toepassing van deze richtlijnen wordt verstaan: a. onder „ambtenaar": een persoon — geboren uit buiten Suriname en de Nederlandse Antillen geboren ouders — die: Ie. vóór 1 oktober 1966 ter vervulling van een betrekking in ambtelijke dienst in Suriname, in Nederland is aangenomen en hetzij op de voet van de bepalingen van het „West-Indisch Uitzendingsbesluit 1925", hetzij op de voet van de bepalingen van het „West-Indisch Detacheringsbesluit 1930" naar Suriname is uitgezonden; 2e. vóór 1 oktober 1966 ter vervulling van een betrekking bij het gesubsidieerd bijzonder onderwijs in Suriname in Neder-
land is aangenomen en door het betrokken Schoolbestuur naar Suriname is uitgezonden en te wiens behoeve een uitkering, c.q. ondersteuning uit 's Lands kas wordt genoten; 3e. na 30 september 1966 is uitgezonden ter vervulling van een betrekking als onder Ie. en 2e. bedoeld, een en ander voor zover de te vervullen betrekking kan worden beschouwd als een betrekking, waarin dringend moet worden voorzien, zulks ter beoordeling van de Vice-Minister-President; b. onder „bezoldiging": de bedragen, vermeld in de salarisschalen, zoals deze op 1 januari 1965 voor de desbetreffende betrekkingen in Suriname waren vastgesteld. II. In bijzondere gevallen kan na verkregen overeenstemming tussen de Vice-Minister-President en de Minister van Financiën worden afgeweken van de criteria gesteld onder I hiervoren, en worden beslist, dat voor de toepassing van de „Richtlijnen" mede zal worden aangemerkt als „ambtenaar" een persoon, die niet voldoet aan evenbedoelde criteria, dan wel niet is geboren uit buiten Suriname en de Nederlandse Antillen geboren ouders, doch moet worden aangemerkt als herkomstig te zijn uit Nederland. III. Aan de aan de Surinaamse dienst, c.q. de aan het gesubsidieerd bijzonder onderwijs in Suriname verbonden ambtenaar, als bedoeld in de omschrijving onder I, wordt gerekend van en met 1 oktober 1965, c.q. met ingang van de dag, waarop na evengenoemde datum de aanstelling in Surinaamse landsdienst dan wel bij het gesubsidieerd bijzonder onderwijs haar beslag heeft gekregen, ten laste van de Rijksbegroting een tropentoeslag toegekend, berekend naar de in Suriname genoten wordende, c.q. toegekend wordende bruto-bezoldiging, met dien verstande, dat een na 1 januari 1965 — al dan niet met terugwerkende kracht — aangebrachte verbetering in de desbetreffende salarisschaal dan wel een na die datum ingevoerde toeslag daarop op de tropentoeslag in mindering wordt gebracht. IV. De tropentoeslag, bedoeld onder III, bedraagt: 15 pet. van de bruto-Surinaamse bezoldiging voor ambtenaren met geringe ervaring (0 t/m 5 jaren); 20 pet. van de bruto-Surinaamse bezoldiging voor ambtenaren met meer ervaring (6 t/m 10 jaren); 25 pet. van de bruto-Surinaamse bezoldiging voor ambtenaren met grote ervaring (meer dan 10 jaren). V. Aan de aan de Surinaamse dienst, c.q, het gesubsidieerd bijzonder onderwijs in Suriname, verbonden ambtenaar, als bedoeld in de omschrijving onder I, voorzien van een aanstelling in tijdelijke dienst, wordt, indien hem/haar na beëindiging van het aangegane dienstverband, mits vallend op een tijdstip na 1 oktober 1965, ten laste van de Surinaamse geldmiddelen, c.q. ten laste van de middelen van het betrokken schoolbestuur, een bonus (kortverbandtoelage, c.q. uitzendingspremie) wordt uitgekeerd, ten laste van de Rijksbegroting een aanvulling daarop verstrekt, uitmakende: voor degenen, die niet tevens de hoedanigheid van ambtenaar in de zin der Ambtenarenwet 1929 bezitten, het verschil tussen ten hoogste 25 pet. van de gedurende de termijn van werkzaamstelling in Suriname genoten bezoldiging (exclusief de tropentoeslag bedoeld onder III en IV) en de aan hem/haar ten laste van de Surinaamse geldmiddelen c.q. ten laste van de middelen van het betrokken schoolbestuur uitgekeerde bonus (kortverbandtoelage); voor degenen, die buitengewoon verlof genieten als ambtenaar in de zin van de Ambtenarenwet 1929, het verschil tussen ten hoogste 20 pet. van de gedurende de termijn van werkzaamstelling in Suriname genoten bezoldiging (exclusief dé tropentoeslag bedoeld onder III en IV) en de aan hem/haar ten laste van de Surinaamse geldmiddelen uitgekeerde uitzendingspremie. 's-Gravenhage, 21 oktober 1966. De Vice-Minister-President, (w.g.) B. W. BIESHEUVEL.