Zitting van de gemeenteraad van maandag 27 januari 2014 Aanwezigen : De Pooter Sonja - voorzitter Hofmans Lode - burgemeester Muyshondt Tine, Verhaegen Jef, Bossaerts Fernand, Vermeesch Roel, Goris Hilde, De Schutter Stan - schepenen Beirinckx Monique, Van Dessel Lutgart, Caers Yves, Damen Nicole, Redig Luc, Engelen Christel, Helsen Kevin, Baeten Marleen, Raeymaekers Sylvain, De Ryck Johan, Van Camp Lotte, Willems Ann, Dillen Jan, Huysmans Fons, Welz Jörg, Oliviers John, Teurfs Patrik raadsleden Van der Schoot Wim - gemeentesecretaris De zitting wordt te 20.00 uur geopend. Openbare zitting 01
Verslag vorige zitting
Het verslag van de vorige zitting wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd mits de aanpassing van de materiële vergissing van mevrouw Kathleen Janssens in plaats van meneer Kathleen Janssens.
02
Aanduiding vertegenwoordiger en plaatsvervanger vzw Regionaal Landschap de Voorkempen
Gelet op het nieuwe gemeentedecreet; Gelet op het Decreet van 21 oktober 1997 op het natuurbehoud en het natuurlijk milieu, inzonderheid artikel 54; Gelet op het Besluit van de Vlaamse regering van 8 december 1998 tot vaststelling van de regelen voor de voorlopige en definitieve erkenning van regionale landschappen; Gelet op de statuten van de vzw Regionaal Landschap de Voorkempen; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 21 april 2008 houdende toetreding van de gemeente Ranst tot het Regionaal Landschap De Voorkempen; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen om de schepen T. Muyshondt voor te dragen als vertegenwoordiger en de schepen F. Bossaerts als plaatsvervanger in de vzw Regionaal Landschap de Voorkempen; Overwegende het voorstel van de N-VA fractie om het raadslid J. De Ryck voor te dragen als vertegenwoordiger en het raadslid P. Teurfs als plaatsvervanger in de vzw Regionaal Landschap de Voorkempen; Overwegende de elektronische geheime stemming voor de vertegenwoordiger in de vzw Regionaal Landschap de Voorkempen; Overwegende de uitslag van de geheime stemming; 13 stemmen voor mw. T. Muyshondt, schepen, 9 tegen en 3 onthoudingen als vertegenwoordiger, 9 stemmen voor de heer J. De Ryck, raadslid, 13 tegen en 2 onthoudingen als vertegenwoordiger Overwegende de elektronische geheime stemming voor de vertegenwoordiger in de vzw Regionaal Landschap de Voorkempen; Overwegende de uitslag van de geheime stemming;
-
13 stemmen voor de heer F. Bossaerts, schepen, 9 tegen en 3 onthoudingen als vertegenwoordiger, 9 stemmen voor de heer P. Teurfs, raadslid, 13 tegen en 2 onthoudingen als vertegenwoordiger Overwegende de afkondiging van de stemmingen door de voorzitter; Besluit: --------Enig artikel: §1. Als vertegenwoordiger van de gemeente voor de buitengewone algemene vergadering van het regionaal landschap De Voorkempen wordt mevr. Tine Muyshond, schepen aangewezen. §2. Als plaatsvervanger de wordt de heer Fernand Bossaerts, schepen aangewezen. §3. De aanstelling van de vertegenwoordiger en plaatsvervanger geldt voor een tijdspanne van heden tot 31 december 2019.
03
Achterstallige brandweerbijdragen 2007-2011: advies
Gelet op de beraadslagingen onder de auspiciën van de gouverneur aangaande overeenkomst tussen de gemeente Ranst en de stad Lier met de oprichting van een vooruitgeschoven post in Broechem van Lier van 3 juni 1992; Gelet op de gemeenteraadsbeslissingen van de gemeente Ranst op 30 juni 1992 en 14 oktober 1993 en van de stad Lier van 18 oktober 1993, met de goedkeuring van de overeenkomst tussen de gemeente Ranst en de stad Lier met de oprichting van een vooruitgeschoven post in Broechem van Lier; Gelet op de beslissing van de gouverneur van 23 november 1993 betreffende goedkeuring van van een vooruitgeschoven post van Lier op het grondgebied van Ranst; Gelet op het schrijven van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken van 9 oktober 2013 met betrekking tot de achterstallige brandweerbijdragen voor de periode 2007-2011; Gelet op het schrijven van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken van 4 december 2013 met betrekking tot de achterstallige brandweerbijdragen voor de periode 2007-2011; Gelet op het overzicht van de kosten van de brandweer voor de periode 2007-2013 opgemaakt door de financiële dienst; Overwegende dat op basis van de eerste afrekening van 9 oktober 2013 een bedrag van € 193.435,14 is verschuldigd is voor de periode 2007-2011: - 2007: € 43.674,89 - 2008: € 49.836,84 - 2009: € 12.275,17 - 2010: € 50.436,15 - 2011: € 37.185,07 Overwegende dat op basis van de tweede afrekening van 4 december 2013 een bedrag van € 443.385,48 is verschuldigd is voor de periode 2007-2011: - 2007: € 73.667,55 - 2008: € 104.126,50 - 2009: € 61.844,51 - 2010: € 94.400,87 - 2011: € 109.346,48 Overwegende dat de verdeling gebaseerd is op de verhouding van de bevolking en het kadastraal inkomen van de gemeente Ranst ten overstaan van de bevolking en het
kadastraal inkomen van de volledige groep gemeenten beschermd door een centrumkorps van dezelfde categorie. Overwegende dat in onze boekhouding momenteel nog openstaande vastleggingen zijn voor deze periode voor een bedrag van € 83.235, dat deze vastleggingen per einde van het jaar verdwijnen en dat in het meerjarenplan buiten de normale bijdrage aan de brandweer nl. een bedrag van €300.000, geen bijkomende voorzieningen werden opgenomen; Overwegende dat conform dit schrijven in 2014 een bedrag van ongeveer € 1.095.000 ambtshalve van de rekening zal worden gehouden nl. de afrekening 2007-2011, de afrekening 2012, de voorschotten voor 2013 en de voorschotten voor 2014; Overwegende dat hiervoor in het budget 2014 niet de nodige voorzieningen zijn opgenomen; Overwegende dat tussen 9 oktober 2013 en 4 december 2013 het aandeel van de centrumgemeenten gestegen is van € 5.416.734,15 naar € 9.779.274,16 op basis van bijkomende kosten unilateraal aangeleverd door de financieel verantwoordelijken van de centrumgemeenten; Overwegende dat de gemeente Ranst in de periode 2007-2011 bijkomende kosten gemaakt heeft voor de brandweer ingevolge de overeenkomst met de stad Lier en de gemeente Ranst onder de auspiciën van de provinciegouverneur en na goedkeuring van de gouverneur; Overwegende dat in de overeenkomst van 1992-1993 staat dat de gemeente Ranst instaat voor de uitrusting van de voorpost en dat dit in bruikleen aan de stad Lier wordt gegeven; Overwegende dat in de overeenkomst staat dat de kosten bovenop de subsidiering voor investeringen ten laste vallen van de gemeente Ranst; Overwegende dat in de periode 2007-2013 conform de gemeentelijke boekhouding de gemeente naast de pool een bijkomend bedrag heeft geïnvesteerd van € 962.164; Overwegende dat in de berekening nergens rekening gehouden is met de investeringen van de gemeente Ranst; Overwegende de verplichting van de gemeente Ranst om te investeren in de voorpost en dat hierdoor conform de overeenkomst van 1993 de bijdrage aan de pool ongewijzigd zou blijven conform art. 1.4 van de overeenkomst; Overwegende dat deze overeenkomst opgesteld is onder de auspiciën van de provinciegouverneur met een aantal plichten voor de gemeente Ranst; Overwegende de algemene rechtsbeginselen van fair-play, rechtszekerheidsbeginsel, het redelijkheidsbeginsel, het vertrouwensbeginsel en het zorgvuldigheidsbeginsel; Overwegende dat de huidige berekeningswijze opgesteld door de gouverneur waarbij er geen rekening gehouden wordt met de aanzienlijke investeringen van het gemeentebestuur van Ranst in deze periode die ingebed is in een overeenkomst tussen de stad Lier en de gemeente Ranst en waarbij geen verhoging van de bijdrage aan de pool is voorzien, opgesteld en goedgekeurd onder de auspiciën van de gouverneur in 1993, indruist tegen de algemene rechtsbeginselen van fair-play, rechtszekerheid, het redelijkheid en billijkheid, het vertrouwensbeginsel en de zorgvuldigheid; Overwegende dat de huidige verdeling is aangepast op basis van bijkomende kosten unilateraal aangeleverd door de financieel verantwoordelijken van de centrumgemeenten waarbij door het gelijkheidsbeginsel ook de gemeente Ranst deze bijkomende kosten kan inbrengen voor de gemeente Ranst; Overwegende dat conform deze berekeningswijze de gemeente Ranst tweemaal gaat betalen voor de brandweerwerking waarbij het ne bis in idem beginsel wordt geschonden; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Besluit met 23 stemmen voor en 2 onthoudingen (L. Van Camp en L. Redig): -------------------------------------------------
Art. 1: Ongunstig advies uit te brengen over de berekeningswijze van het aandeel van onze gemeente in verband met de brandveiligheid en over de bepaling van het effectieve bedrag dat voor de jaren 2007-2011 is vastgesteld omwille van de schending van de algemene rechtsbeginselen van fair-play, rechtszekerheidsbeginsel, het redelijkheidsbeginsel, het vertrouwensbeginsel, ne bis in idem-beginsel en het zorgvuldigheidsbeginsel door de schending van de overeenkomst zoals goedgekeurd door de gouverneur op 23 november 1993. Art. 2: Aan de gouverneur te verzoeken om in het kader van het gelijkheidsbeginsel ook de kosten van de gemeente Ranst in te calculeren op basis van de overeenkomst goedgekeurd door de gouverneur op 23 november 1993 en op basis van het gelijkheidsbeginsel met de aanpassing (quasi verdubbeling van het bedrag) door de financieel verantwoordelijken van de centrumgemeenten. Art. 3: Het college van burgemeester en schepenen wordt belast met de uitvoering van het gemeenteraadsbesluit.
04
Wegentracé verkaveling Kapelstraat - Mark Bernaerts
Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder art. 42 en 43; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, gecoördineerd op 1 september 2009, en de uitvoeringsbesluiten en in het bijzonder art. 4.2.17, §2 en 4.2.20; Gelet op de verkavelingsaanvraag van Bernaerts Mark van een grond gelegen te Broechem (Ranst), Kapelstraat afdeling 3 sectie B nummer 70C3; Overwegende het voorstel van stratentracé; Overwegende het voorwaardelijk gunstig advies van de dienst Openbare Werken van 27 november 2013, met inhoud: “Gelet op het ontwerp van rooi- en onteigeningsplan voor de Kapelstraat waaruit blijkt dat er voor het perceel uit deze aanvraag een inname werd voorzien met een benaderende oppervlakte van 16 m²; Overwegende dat de ontworpen rooilijn wordt overgenomen op het verkavelingsplan; Overwegende dat de ontworpen rooilijn werd vastgelegd in 1988, rekeninghoudend met de bestaande toestand en de toenmalige ontwikkelingsmogelijkheden van de aangrenzende percelen; Overwegende dat bij de opmaak van het ontwerp rooilijnplan voor het perceel uit deze aanvraag werd uitgegaan dat het perceel, gelet op de beperkte diepte, bestemd blijft als tuin, dat er daarom geen ruimte voorzien moest worden voor de aanleg van nutsleidingen en dat de rooilijn dus deels kon samen vallen met de rand van de bestaande weg; Overwegende dat in de verkavelingsaanvraag wordt voorgesteld een bouwperceel te creëren, dat het hierdoor wel noodzakelijk wordt om een zone voor nutsleidingen te voorzien, dat onze dienst hierover reeds werd gecontacteerd door Eandis; Overwegende dat als gevolg van de vraag tot het creëren van een bouwperceel de ligging van de ontworpen rooilijn herzien moet worden en dat daarbij rekening gehouden dient te worden met het behoud van de stabiliteit van de wegenis en dat derhalve een strook van 2 meter voor de nutsleidingen het absolute minimum is; Overwegende dat conform het nieuwe ontwerp van rooilijn een inname kan voorzien worden met een benaderende oppervlakte van 70 m²; Overwegende het voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Besluit met eenparigheid van stemmen: ------------------------------------------------Enig artikel: Het aangepaste stratentracé voor de verkavelingsaanvraag door Bernaerts Mark, voor percelen gelegen te Broechem (Ranst), Kapelstraat, kadastraal gekend als afdeling 3 sectie B nummer 70C3 wordt goedgekeurd.
05
Schoolreglement GLS Ranst, GLS Broechem en GLS Oelegem
Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op het decreet Basisonderwijs van 25 februari 1997, artikelen 28 en 37; Gelet op het decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse Onderwijsraad, artikel 21; Overwegende dat een schoolbestuur voor elk van zijn basisscholen een schoolreglement moet opstellen dat de betrekkingen tussen het schoolbestuur en de ouders en de leerlingen regelt; Overwegende dat het huidig schoolreglement voor de gemeentelijke lagere scholen Ranst, Broechem en Oelegem goedgekeurd op d.d. 29 oktober 2012 dient aangepast te worden; Overwegende de ontwerpen van schoolreglementen voor de gemeentelijke lagere scholen Broechem, Oelegem en Ranst; Overwegende de besprekingen in het schoolteam en het advies van de directie; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ----------------------------------------------------Enig artikel: De in bijlage gevoegde nieuwe schoolreglementen voor de gemeentelijke lagere scholen Ranst, Broechem en Oelegem goed te keuren.
06
Aanvullend verkeersreglement: andersvalidenparking administratief centrum
Gelet op het Gemeentedecreet, inzonderheid artikel 42; Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid artikel 135; Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer; Gelet op het ministerieel besluit waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het ministerieel rondschrijven betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing van verkeerstekens; Overwegende dat de gemeente de plicht heeft de veiligheid en het gemak van doorgang te waarborgen op zijn grondgebied; Overwegende dat parkeerplaatsen kunnen worden voorbehouden op plaatsen waar andersvaliden woonachtig zijn; Gelet op het advies van de verkeerscommissie; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: -----------------------------------------------------
Art. 1: Op de parking van het administraitef centrum, ter hoogte van de achteringang van de AXA-bank zal een parkeerplaats voor andersvaliden worden voorbehouden. Art. 2: Deze maatregel zal ter kennis worden gebracht met de verkeersborden E9a met pictogram-onderbord. Art. 3: Onderhavig reglement zal ter kennisgeving, in drievoud toegezonden worden aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel.
07
Aanvullend verkeersreglement: andersvalidenparking parking SintGummarusveld
Gelet op het Gemeentedecreet, inzonderheid artikel 42; Gelet op de nieuwe gemeentewet, inzonderheid artikel 135; Gelet op de wet betreffende de politie over het wegverkeer; Gelet op het algemeen reglement op de politie van het wegverkeer; Gelet op het ministerieel besluit waarbij de minimumafmetingen en de bijzondere plaatsingsvoorwaarden van de verkeerstekens worden bepaald; Gelet op het ministerieel rondschrijven betreffende de aanvullende reglementen en de plaatsing van verkeerstekens; Overwegende dat de gemeente de plicht heeft de veiligheid en het gemak van doorgang te waarborgen op zijn grondgebied; Overwegende dat parkeerplaatsen kunnen worden voorbehouden op plaatsen waar de noodzaak bestaat om andersvaliden te laten parkeren ; Gelet op het advies van de verkeerscommissie; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ----------------------------------------------------Art. 1: Op het parkeerterrein aan Sint-Gummarusveld worden 2 parkeerplaatsen ingericht voor andersvaliden. Art. 2: Deze maatregel zal ter kennis worden gebracht met de verkeersborden E9a met pictogram-onderbord. Art. 3: Onderhavig reglement zal ter kennisgeving, in drievoud toegezonden worden aan het Departement Mobiliteit en Openbare Werken, Vlaamse Overheid, Koning Albert II-laan 20 bus 2, 1000 Brussel.
08
Goedkeuring samenwerkingsovereenkomst FRGE
Gelet op het gemeentedecreet; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op artikel 28 tot 39 van de programmawet van 27 december 2005 : Oprichting van het Fonds ter reductie van de globale energiekost,
Gelet op het koninklijk besluit en de bijlage van 9 maart 2006 tot vaststelling van de statuten van het “Fonds ter reductie van de globale energiekost”; Gelet op het koninklijk besluit d.d. 2 juni 2006 houdende de definitie van de doelgroep van meest behoeftigen van het Fonds ter reductie van globale energiekost; Gelet op het koninklijk besluit van 6 juli 2009 tot vaststelling van het beheerscontract van het “Fonds ter reductie van de globale energiekost”; Gelet op de samenwerkingsovereenkomst tussen het FRGE en IGEAN dienstverlening; Gelet op het ontwerp van samenwerkingsovereenkomst tussen IGEAN dienstverlening, enerzijds, en de gemeente en het OCMW van Ranst; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen d.d. 19 december 2013 waarbij de gemeente het principieel engagement aangaat om deel te nemen aan de lokale entiteit ‘IGEAN energielening’ voor het verstrekken van goedkope leningen voor energiesparende maatregelen in de gemeente; Overwegende dat de gemeente / het OCMW een samenwerkingsovereenkomst wenst af te sluiten met IGEAN dienstverlening die aangesteld is als lokale entiteit met als doel tussenbeide te komen in de financiering van structurele energiebesparende maatregelen in privéwoningen die dienen als hoofdverblijfplaats en gelegen zijn op het grondgebied van de gemeente; Overwegende dat de leningen aangeboden worden aan particulieren met een looptijd van maximum 5 jaar, voor een maximumbedrag van 10 000 euro aan een in de samenwerkingsovereenkomst tussen IGEAN en het FRGE vastgelegde rentevoet, welke moeten aangewend worden voor de uitvoering van structurele, energiebesparende maatregelen in een privéwoning, die dient als hoofdverblijfplaats en gesitueerd is op het grondgebied van één der deelnemende gemeenten; Overwegende dat de lening renteloos kan worden toegestaan aan een particulier behorende tot de doelgroep, enkel na positief advies van het OCMW van de gemeente op wiens grondgebied de particulier zijn woonplaats heeft, of van een erkende schuldbemiddelingsdienst; Overwegende dat de kredietovereenkomst die wordt afgesloten met de kredietnemer uit de doelgroep bepaalt dat de kredietnemer budgetbegeleiding of –beheer aanvaardt vanwege het OCMW van de gemeente waar de kredietnemer zijn woonplaats heeft, of vanwege een andere erkende dienst schuldbemiddeling, indien zich een probleem van terugbetaling stelt; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ----------------------------------------------------Art. 1: De samenwerkingsovereenkomst met IGEAN dienstverlening wordt goedgekeurd. Art. 2: Een afschrift van deze beslissing wordt ter kennis gebracht van IGEAN dienstverlening.
09
Groenonderhoud via sociale tewerkstelling: lastvoorwaarden en gunningswijze
Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op de wet van 29 juli 1991 betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen, en latere wijzigingen; Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur;
Gelet op het Gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 25; Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 5, § 2; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Groenonderhoud via sociale tewerkstelling” een bijzonder bestek met nr. 2013043 werd opgesteld door de Technische dienst; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 79.140,49 excl. btw of € 95.759,99 incl. 21% btw; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van de open offerteaanvraag; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2014, op actienummer 2014000728, ramingnummer 2014001154 van de exploitatie; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: -----------------------------------------------Art. 1: Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2013043 en de raming voor de opdracht “Groenonderhoud via sociale tewerkstelling”, opgesteld door de Technische dienst. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 79.140,49 excl. btw of € 95.759,99 incl. 21% btw. Art. 2: Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de open offerteaanvraag. Art. 3: Het standaard publicatieformulier wordt ingevuld en bekendgemaakt op nationaal niveau. Art. 4: De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2014, op actienummer 2014000728, ramingnummer 2014001154 van de exploitatie.
10
Signalisatie bedrijven buiten het MB van 1 februari 1991 betreffende de signalisatie van plaatsen en instellingen van algemeen belang of van toeristische aard : aangepast reglement.
Gelet op het Ministerieel Besluit van 1 februari 1991 met betrekking tot de signalisatie van plaatsen en instellingen van algemeen belang of van toeristische aard; Gelet op het globaal signalisatieplan van de gemeente opgemaakt in functie van vermeld Ministerieel Besluit;
Gelet dat door het invoeren van vermeld Ministerieel Besluit een aantal kleine bedrijven niet meer kunnen gesignaleerd worden; dat het echter uit economisch standpunt noodzakelijk is dat ook deze bedrijven kunnen bewegwijzerd worden; Gelet op het gemeentelijk reglement op de bewegwijzering van de bedrijven die niet in het Ministerieel Besluit van 1 februari 1991 zijn opgenomen, goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen op 14 april 1998 en gewijzigd op 9 juni 1998; Overwegende het amendement ingediend door het raadslid J. De Ryck (N-VA) om alle misverstanden en foutieve plaatsingen te voorkomen. Hij stelt voor dat de levering en de plaatsing van de borden steeds door de gemeente zou gebeuren. Dus niet alleen de eerste plaatsing maar ook bij eventuele vervanging bij slijtage, vernieling of naamswijziging. Deze eventuele levering en plaatsing zal dan gebeuren na betaling van een forfaitaire vergoeding van € 115 per bord conform artikel 8 van het reglement. Het raadslid stelt voor om artikel 9 en artikel 10 aan te passen: “Art.9: De vergunninghouder dient zelf in te staan voor het verdere onderhoud van de borden. Alle kosten hieraan verbonden vallen ten laste van de vergunninghouder. De gemeente kan onder geen beding aansprakelijk gesteld worden bij vernieling of verdwijnen van de borden. Art.10: De vergunninghouder dient indien hij borden wenst te laten vervangen bij slijtage, vernieling of naamswijziging opnieuw een vergunningsaanvraag in te dienen conform artikel 6 van dit reglement.” Overwegende dat een aanpassing van dit reglement zich opdringt; Overwegende dat de schepen J. Verhaegen voorstelt om het amendement te aanvaarden mits aanpassing van artikel 8 waar het woord “éénmalig” dient geschrapt te worden; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met 24 stemmen voor en 1 onthouding (C. Engelen) voor het amendement Besluit met 24 stemmen voor en 1 onthouding (C. Engelen): -----------------------------------------------Art. 1: Dit reglement is van toepassing op alle bedrijven die niet kunnen bewegwijzerd worden binnen het Ministerieel Besluit van 1 februari 1991 met betrekking tot de signalisatie van plaatsen en instellingen van algemeen belang of van toeristische aard. Art. 2: Aard en materialen borden De borden zijn qua afmetingen, vorm, kleur, materialen, letterhoogte, symbolen, lichtweerkaatsing, … conform met de bepalingen vermeld in het Ministerieel besluit van 1 februari 1991 met betrekking tot signalisatie van plaatsen en instellingen van algemeen belang of van toeristische aard. Art. 3: Reisroute Het bedrijf kan slechts langs één reisroute gesignaleerd worden vanaf een gemeenteweg. Art. 4: Plaats De borden kunnen enkel geplaatst worden langsheen gemeentewegen, op openbaar domein. Op gewestwegen en aansluitingen met gewestwegen kan geen signalisatie aangebracht worden. Art. 5: Hoeveelheid Het bedrijf mag maximaal 3 borden plaatsen. Dubbelzijdige aanduiding wordt als 2 borden beschouwd en aangerekend. Art. 6: Vergunningsaanvraag
Elk bedrijf dat volgens onderhavig reglement wenst gesignaleerd te worden dient hiervoor een schriftelijke aanvraag in te dienen bij de gemeentelijke technische dienst en omvat minimaal volgende gegevens: - naam van de firma - naam van de zaakvoerder - adres van het bedrijf - aard van het bedrijf - aantal werknemers - te vermelden benaming - beschrijving van de reisroute vanaf een gemeenteweg - aanduiding van de inplantingsplaatsen van de wegwijzers op een plan - vermelding van enkelzijdige of dubbelzijdige aanduiding Art. 7: Verschillende aanvragers die op eenzelfde plaats signalisatie willen aanbrengen, kunnen verplicht worden om hun borden op 1 palenpaar te plaatsen. Art. 8: De gemeente zal de borden, palen en alle bevestigingsmaterialen leveren en plaatsen na betaling van een forfaitaire vergoeding van € 115 per bord (geen BTW). Art.9: De vergunninghouder dient zelf in te staan voor het verdere onderhoud van de borden. Alle kosten hieraan verbonden vallen ten laste van de vergunninghouder. De gemeente kan onder geen beding aansprakelijk gesteld worden bij vernieling of verdwijnen van de borden. Art.10: De vergunninghouder dient indien hij borden wenst te laten vervangen bij slijtage, vernieling of naamswijziging opnieuw een vergunningsaanvraag in te dienen conform artikel 6 van dit reglement. Art. 11: Bij stopzetting van de activiteit of adreswijziging dient de vergunninghouder de gemeente hiervan in te lichten zodat deze de borden kan verwijderen. De verwijderde borden worden gestockeerd op de gemeentelijke magazijnen en kunnen door de vergunninghouder worden afgehaald. Art. 12: Bij misbruik of niet-naleving van de vergunning zullen de niet-reglementaire borden worden weggenomen door de gemeentelijke diensten. Art. 13: Elke vergunning kan steeds en zonder enige reden ingetrokken worden zonder enige vergoeding voor de vergunninghouder. Art.14: Onderhavig reglement vangt aan 5 dagen na de bekendmaking en vervangt het voorgaande.
11
Aankoop grond Broechemsesteenweg - Bufferbekken
Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 42 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op de wet van 29 juli 1991 houdende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen;
Gelet op het decreet van 22 februari 1995 houdende de bodemsanering, inzonderheid de artikels 32, 41, 42 en 43; Gelet op de het decreet van 26 maart 2004 houdende de openbaarheid van besturen in de provincies en de gemeenten; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 252 betreffende het algemeen bestuurlijk toezicht; Gelet op de weg- en rioleringswerken in de Broechemsesteenweg te Broechem en Emblem, uitgevoerd in de periode 2006 – 2007, waarbij oa. het wegdek, de gemeentelijke riolering en de rioleringscollector van Aquafin werden aangelegd; Overwegende dat in het kader van de boven genoemden werken op de hoek van de Broechemsesteenweg en de Liersesteenweg een bufferbekken werd aangelegd; Overwegende dat het aangewezen is dat de grond waarop het bufferbekken werd aangelegd wordt aangekocht door de gemeente; Gelet op de uittreksels uit de kadastrale legger en het kadastraal plan, afgeleverd door de administratie van het kadaster te Antwerpen op 19 april 2007, waaruit blijkt dat het aan te kopen perceel kadastraal gekend is als 4de afdeling, sectie A, deel van nr. 247 d, een oppervlakte heeft van 6.205 m² en eigendom is van het O.C.M.W. van Lier; Gelet op het bij ministerieel besluit van 7 oktober 2002 goedgekeurde rooilijn- en onteigeningsplan voor de Broechemsesteenweg waarop bovengenoemde perceel vermeld werd als lot 51 met een in te nemen oppervlakte van 145 m², dat deze in te nemen oppervlakte werd aangekocht door de gemeente bij notariële akte van 20 april 2006; Overwegeden dat het bovengenoemde perceel als gevolg van de bovengenoemde aankoop gemuteerd werd en thans ten kadaster gekend is als 4de afdeling, sectie A, deel van nr. 247 e, zoals blijkt uit de kadastrale legger en het kadastraal plan, afgedrukt vanuit www.enotariat.be op 9 december 2013; Gelet op het opmetingsplan opgemaakt door Kris Mertens, landmeter bij studiebureel Engels, thans studiebureel Antea genaamd, op 14 april 2004 waarop de te verwerven grond aangeduid staat in gele kleur en waaruit blijkt dat de te verwerven grond een oppervlakte heeft van 1.025 m²; Gelet op de eenzijdige belofte ondertekend door de verkoper op 1 september 2004 waaruit oa. blijkt dat deze zich onherroepelijk akkoord verklaart om de bedoelde grond te verkopen aan de gemeente tegen een prijs van € 5,00 per vierkante meter, hetzij € 5.125,00 in het totaal; Overwegende dat waarde van het aan te kopen onroerend goed door de ontvanger van de registratie te Zandhoven in zijn schattingsverslag van 30 september 2003 wordt vastgesteld op € 5,00 per vierkante meter, dat het akkoord van het O.C.M.W. van Lier dateert uit de periode dat het schattingsverslag werd opgesteld en dat de prijzen sedertdien enkel gestegen zijn; Overwegende dat het bovengenoemde perceel verpacht werd aan de heer Karel Smets, wonende te 2520 Ranst, Massenhovensesteenweg 34; Overwegende dat de pachter akkoord is om te verzaken aan de pachtovereenkomst die betrekking heeft op de in te nemen grond en, voor zoveel als nodig, aan zijn voorkooprecht op het betrokken perceel mits een pachtverbrekingsvergoeding ten belope van € 512,50; Overwegende dat de bovengenoemde bedongen pachtverbrekingsvergoeding overeenstemt met de algemeen geldende principes rond pachtverbreking dewelke gehanteerd worden door de Boerenbond; Gelet op het bodemattest, afgeleverd door OVAM op 9 december 2013; Overwegende dat de verwerving kadert binnen het openbaar nut waardoor de aankoop vrijgesteld is van registratierechten en vrij is van recht op geschriften; Gelet op het bij onderhavige beslissing gevoegde ontwerp van notariële akte opgemaakt door geassocieerd notarissen Van Kerkhoven en Scheurweghs, met standplaats te Ranst, met de bepalingen waarmee de verkoper instemt;
Overwegende dat twee personen gemachtigd dienen te worden voor het ondertekenen van de akte namens de gemeente; Overwegende dat de notariskosten voor het verlijden van deze akte geraamd worden op € 1.200,00 en dat deze ten laste van de gemeente zijn; Overwegende dat het op de gemeenteraad in zitting van 16 december 2013 goedgekeurde budget onder actienummer 2014001304 en ramingnummer 2014002165 een krediet van € 6.500,00 werd ingeschreven voor de aankoop van het bufferbekken; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: -----------------------------------------------Art. 1: Goedkeuring wordt gehecht aan de aankoop van grond gelegen te Ranst, deelgemeente Emblem aan de Broechemsesteenweg, ten kadaster gekend als 4de afdeling, sectie A, deel van nr. 247 e met een oppervlakte van 1.025 m², eigendom van het O.C.M.W. van Lier. Art. 2: De Gemeente Ranst zal het in artikel 1 vermelde onroerend goed aankopen onder de voorwaarden opgesomd in het bij onderhavige beslissing gevoegde ontwerp van notariële akte en tegen de prijs van € 5.125,00. Art. 3: De Gemeente Ranst zal voor het in artikel 1 vermelde onroerend goed aan de pachter een pachtverbrekingsvergoeding betalen ten belope van € 512,50. Art. 4: De in artikel 1 vermelde goederen worden aangekocht in het kader van het openbaar nut en worden ingelijfd in het privaat bezit van de gemeente. Art. 5: De notariskosten en de eventueel noodzakelijke gedeeltelijke hypothecaire doorhalingen, geraamd op € 1.200,00 worden ten laste van de gemeente genomen. Art. 6: De aankoop van het in artikel 1 vermelde onroerende goed wordt gefinancierd met een krediet zoals voorzien in het goedgekeurde budget 2014 in het actienummer 2014001304 en ramingnummer 2014002165. Art. 7: Geassocieerd notarissen Van Kerkhoven en Scheurweghs, Van den Nestlaan 32 te Ranst – Broechem worden aangeduid voor het verlijden van de notariële akte van voormelde verwerving. Art. 8: De heren L. Hofmans, burgemeester en W. Van der Schoot, gemeentesecretaris, worden gemachtigd om de akte namens de gemeente te ondertekenen.
12
VBR Stekelbessenlaan - Realisatie bijkomende grondverwervingen in Gustaaf Peetersstraat
Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 42 betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op de wet van 29 juli 1991 houdende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van bestuurshandelingen; Gelet op het decreet van 22 februari 1995 houdende de bodemsanering, inzonderheid de artikels 32, 41, 42 en 43;
Gelet op de het decreet van 26 maart 2004 houdende de openbaarheid van besturen in de provincies en de gemeenten; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikel 252 betreffende het algemeen bestuurlijk toezicht; Overwegende dat bij de uitvoering van het infrastructuur project “VBR Stekelbessenlaan” in de Emblemseweg, de Gustaaf Peetersstraat, de Mollentstraat en de Massenhovensesteenweg gebruik werd gemaakt van gronden die behoren tot het private bezit van de aangelande eigenaars; Overwegende dat de grondverwerving van de gronden in de Emblemseweg werden goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 14 december 2009 en ondertussen ook werden gerealiseerd; Overwegende dat met de eigenaars van de gronden in de Gustaaf Peetersstraat, de Mollentstraat en de Massenhovensesteenweg pas later tot een akkoord werd gekomen rond de aankoop van hun gronden; Overwegende dat een eerste deel van de bijkomende grondverwervingen in de Gustaaf Peetersstraat, de Mollentstraat en de Massenhovensesteenweg werden goedgekeurd door de gemeenteraad in zitting van 29 oktober 2012 en ondertussen ook werden gerealiseerd; Gelet op het grondverwervingsplan “Massenhovensesteenweg – G. Peetersstraat”, opgemaakt door studiebureel Soresma te Nijlen op 8 oktober 2009; Overwegende dat bij de voorbereiding van het ontwerp van akte met betrekking tot het lot 3 van bovengenoemd plan onduidelijkheid ontstond over de eigendomsstructuur, dat uiteindelijk – op basis van alle beschikbare gegevens – is gebleken dat de vermeende eigenaar Van Dijck Maria de te verkopen grond nooit heeft aangekocht en dat het O.C.M.W. van Lier nog eigenaar is van de grond, dat het kadasterplan en de kadastrale legger in deze zin werden aangepast; Overwegende dat het aangewezen is dat de Gemeente Ranst de hierna vermelde onroerende goederen aankoopt, met het oog om deze in te lijven bij het openbaar domein: Lot 2: een gedeelte van een perceel grond gelegen te Ranst – Broechem, Gustaaf Peetersstraat, ten kadaster gekend als 3de afdeling, sectie C, nr. 408 c 2, met een oppervlakte van 32 m², eigendom van het O.C.M.W. van Lier en vermeld op het boven genoemde grondverwervingsplan “Massenhovensesteenweg – G. Peetersstraat”; Lot 3: een gedeelte van een perceel grond gelegen te Ranst – Broechem, Gustaaf Peetersstraat, ten kadaster gekend als 3de afdeling, sectie C, nr. 408 m 2, met een oppervlakte van 78 m², eigendom van het O.C.M.W. van Lier en vermeld op het boven genoemde grondverwervingsplan “Massenhovensesteenweg – G. Peetersstraat”; Gelet op de beslissingen van de O.C.M.W.-raad van Lier van 22 maart 2012 en 23 september 2010 waaruit blijkt dat het O.C.M.W. van Lier akkoord is om hun hierboven vermelde onroerend goed aan de Gemeente Ranst te verkopen tegen de prijs van: Lot 2: € 4.480,00 Lot 3: € 10.920,00 Overwegende dat de prijzen vermeld in voorgaand lid overeenstemmen met de waarde van de gronden zoals deze bepaald werden door de ontvanger van de registratie te Zandhoven in zijn schattingsverslag opgemaakt op 8 oktober 2007; Overwegende dat naar aanleiding van de weg- en rioleringswerken op lot 3 een deel van de groenopstanden diende gerooid te worden; Overwegende het O.C.M.W. van Lier overeenkomstig boven genoemde beslissingen akkoord is met een vergoeding voor de verwijderde groenopstanden van € 2.354,00; Overwegende dat de prijs vermeld in voorgaand lid overeenstemt met de waarde van de groenopstanden zoals bepaald door Soresma te Nijlen in het schattingsverslag voor de groenopstanden;
Gelet op de uittreksels uit de kadastrale legger en het kadastraal plan, afgedrukt via www.e-notariaat.be, respectievelijk op 9 februari 2012 en 27 januari 2014; Gelet op het bodemattesten, afgeleverd door OVAM respectievelijk op 9 februari 2012 en 10 april 2013; Gelet op de hypothecaire getuigschriften afgeleverd door de hypotheekbewaarder van het derde kantoor te Antwerpen op 14 september 2012; Overwegende dat de verwerving kadert binnen het openbaar nut waardoor de aankoop vrijgesteld is van registratierechten en vrij is van recht op geschriften; Gelet op het bij onderhavige beslissing gevoegde ontwerp van notariële akte opgemaakt door geassocieerd notarissen Van Kerkhoven en Scheurweghs, met standplaats te Ranst, met de bepalingen waarmee de verkoper instemt; Overwegende dat twee personen gemachtigd dienen te worden voor het ondertekenen van de akte namens de gemeente; Overwegende dat de notariskosten voor het verlijden van deze akte geraamd worden op € 1.200,00 en dat deze ten laste van de gemeente zijn; Overwegende dat het op de gemeenteraad in zitting van 16 december 2013 goedgekeurde budget onder budgetcode 2014/2200000/LB/200, actienummer 2014/001304 en ramingsnummer 2014/002166 een krediet van € 19.200,00 werd ingeschreven voor de aankoop van gronden in de Gustaaf Peetersstraat; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen; Besluit met eenparigheid van stemmen: -----------------------------------------------Art. 1: Goedkeuring wordt gehecht aan de aankoop van de hierna vermelde gronden : Lot 2: een gedeelte van een perceel grond gelegen te Ranst – Broechem, Gustaaf Peetersstraat, ten kadaster gekend als 3de afdeling, sectie C, nr. 408 c 2, met een oppervlakte van 32 m², eigendom van het O.C.M.W. van Lier en vermeld op het boven genoemde grondverwervingsplan “Massenhovensesteenweg – G. Peetersstraat”; Lot 3: een gedeelte van een perceel grond gelegen te Ranst – Broechem, Gustaaf Peetersstraat, ten kadaster gekend als 3de afdeling, sectie C, nr. 408 m 2, met een oppervlakte van 78 m², eigendom van het O.C.M.W. van Lier en vermeld op het boven genoemde grondverwervingsplan “Massenhovensesteenweg – G. Peetersstraat”; Art. 2: De Gemeente Ranst zal het in artikel 1 vermelde onroerende goederen aankopen onder de voorwaarden opgesomd in het bij onderhavige beslissing gevoegde ontwerp van notariële akte en tegen de prijs van respectievelijk € 4.480,00 en € 10.920,00. Art. 3: De Gemeente Ranst zal de in artikel 1 vermelde onroerende goederen aankopen mits een bijkomende vergoeding voor de te rooien groenopstanden op lot 3 van € 2.354,00; Art. 4: De in artikel 1 vermelde goederen worden aangekocht in het kader van het openbaar nut en worden ingelijfd in het privaat bezit van de gemeente. Art. 5: De notariskosten en de eventueel noodzakelijke gedeeltelijke hypothecaire doorhalingen, geraamd op € 1.200,00 worden ten laste van de gemeente genomen. Art. 6:
De aankoop van het in artikel 1 vermelde onroerende goed wordt gefinancierd met een krediet zoals voorzien in het goedgekeurde budget onder budgetcode 2014/2200000/LB/200, actienummer 2014/001304 en ramingsnummer 2014/002166. Art. 7: Geassocieerd notarissen Van Kerkhoven en Scheurweghs, Van den Nestlaan 32 te Ranst – Broechem worden aangeduid voor het verlijden van de notariële akte van voormelde verwerving. Art. 8: De heren L. Hofmans, burgemeester en W. Van der Schoot, gemeentesecretaris, worden gemachtigd om de akte namens de gemeente te ondertekenen.
13
Belasting op de lijk- en asbezorging van personen vreemd aan de gemeente Ranst
Gelet op artikel 170, §4 van de Grondwet; Gelet op de artikelen 42 en 43 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 42 aangepast per 1 januari 2007 en artikel 43 aangepast per 1 januari 2013; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging en de invordering en de geschillenprocedure van de provincie- en de gemeentebelastingen en latere wijzigingen; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de aanbevelingen van toezicht om de correcte regelgeving op te nemen; Overwegende dat het voorkeur verdient dit reglement goed te keuren tot 31 december 2019, opdat alzo bij de overgang naar een nieuwe legislatuur problemen kunnen voorkomen worden; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen ------------------------------------------------Art. 1: Gelet op de aanpassing in de wetgeving wordt het reglement goedgekeurd in de gemeenteraad van 18 november 2013 met ingang van 1 januari 2014 opgeheven en vervangen door onderstaand reglement. Gedurende een termijn eindigend op 31 december 2019 wordt een belasting geheven op: de verstrooiing van de as van personen die niet op het grondgebied van de gemeente Ranst overleden of er dood aangetroffen zijn en die daarenboven niet hun laatste hoofdverblijfplaats hadden in de gemeente Ranst. Art. 2: De verschuldigde belasting wordt gesteld op 125 euro per verstrooiing van de as. Art. 3: De belasting is verschuldigd door de persoon die de machtiging tot ontgraving vraagt. Art. 4: De belasting is een contantbelasting en verschuldigd na ontvangst van de factuur. Art.5: De vestiging en invordering van de belasting, evenals de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het gelijknamig decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen. Art. 5: Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
14
Belasting op de opgraving of verplaatsen van de urn met as
Gelet op artikel 170, §4 van de Grondwet: Gelet op de artikelen 42 en 43 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, artikel 42 aangepast per 01 januari 2007 en artikel 43 aangepast per 01 januari 2013; Gelet op het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelasting en latere wijzigingen; Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 18 november 2013 houdende goedkeuring van de belasting op de ontgraving van lijken en de verplaatsing van urnen met as op de gemeentelijke begraafplaatsen te Ranst; Gelet op de aanbeveling van toezicht om de correcte regelgeving op te nemen; Overwegende dat het voorkeur verdient dit reglement goed te keuren tot 31 december 2019, opdat alzo bij de overgang naar een nieuwe legislatuur problemen kunnen voorkomen worden; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: ------------------------------------------------Art. 1: Gelet op de aanpassing in de wetgeving wordt het reglement goedgekeurd in de gemeenteraad van 18 november 2013 met ingang 1 januari 2014 opgeheven en vervangen door onderstaand reglement. Gedurende een termijn eindigend op 31 december 2019 wordt een belasting geheven op de ontgraving van lijken en de verplaatsing van urnen met as op de gemeentelijke begraafplaatsen te Ranst. Art. 2: De belasting wordt vastgesteld op 130 euro per ontgraving of per verplaatsing van een urn met as. Art. 3: De belasting wordt niet toegepast: a. voor de ontgravingen uitgevoerd op last van de rechterlijke macht; b. voor de ontgravingen van lijken of de verplaatsing van de urnen met de as, uitgevoerd op initiatief van de gemeente in het kader van de overbrenging van de stoffelijke resten van een concessie, die wordt beëindigd bij het sluiten van een begraafplaats, naar een concessie op de nieuwe begraafplaats. Art. 4: De belasting is verschuldigd door de persoon die de aanvraag tot ontgraving of verplaatsing van de urnen met as aanvraagt. Art. 5: De belasting is een contantbelasting en verschuldigd na ontvangst van de factuur. Art.6: De vestiging en de invordering van de belasting, evenals de regeling van de geschillen ter zake gebeurt volgens de modaliteiten vervat in het gelijknamige decreet van 30 mei 2008 en latere wijzigingen.
15
Reglement voor de toekenning van standplaatsen bij openbare kermissen
Gelet op de artikelen 42 en 43 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005; Overwegende dat het noodzakelijk is een reglement op te stellen zodat het inrichten van de kermissen op het openbaar domein in elke deelgemeente op dezelfde manier verloopt;
Gelet op de gemeenteraadsbeslissing van 11 december 2006 houdende goedkeuring van dergelijk reglement; Gelet op de nieuwe samenstelling van de gemeenteraad; Overwegende dat de nieuwe gemeenteraad zich dient te beraadslagen over de opportuniteit van en de modaliteiten van het reglement inzake standplaatsen bij openbare kermissen; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Besluit met eenparigheid van stemmen: -----------------------------------------------Art. 1: Met ingang van 1 januari 2014 en eindigend op 31 december 2019 mogen op het grondgebied van Ranst nog enkel volgende kermissen ingericht worden : - Ranst (centrum) - zondag 12 mei of zondag na 12 mei (za-zo-ma) - laatste zondag van augustus (vr-za-zo-ma-di) - Broechem (centrum) tweede zondag na pinksteren zondag 8 september of zondag na 8 sepetember - Oelegem - laatste zondag van juli – Oudstrijdersstraat - zondag voor aswoensdag – centrum (zo-ma-di) - Emblem (centrum) - eerste zondag van juli - zondag 11 oktober of zondag na 11 oktober Art. 2: De foorreizigers moeten zich inschrijven min. 2 maanden voor de kermis met opgave van de aard en de afmeting van hun inrichting. De wagens, onmisbaar voor de exploitatie van het kermiskraam (motor- en machinewagen) moeten zo dicht mogelijk tegen het kermiskraam worden opgesteld. Ter plaatse kunnen geen standplaatsen meer toegekend worden. Art. 3: De opstelling van de attracties en kramen gebeurt volgens de plaatsaanduiding goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen. Art. 4: Bij het opstellen van de kermiskramen moeten de laadwagens, zodra ze afgeladen zijn, onmiddellijk het kermisterrein verlaten en geplaatst worden op een terrein dat daartoe door het gemeentebestuur wordt aangewezen. Art. 5: Een kermiskraam mag nooit vastgehecht worden aan bomen, afsluitingen, lichtinstallaties, verkeerstekens of andere openbare goederen. Art. 6: Bij beschadiging van voetpaden, stoepranden, attributen van openbare nutsvoorzieningen en van verkeerssignalisatie of dergelijke dient de in gebreke gestelde foorreiziger een bedrag te betalen gebaseerd op de kostprijs van het herstelwerk, berekend op basis van het loon der gepresteerde werkuren, het gebruikte materiaal en de vervoerskosten. Art. 7: Het is verboden om het even welke bevestiging aan te brengen in de straatbedekking en de foorreiziger moet maatregelen nemen om te voorkomen dat de straatbedekking bevuild wordt door vetten of oliën. Art. 8:
De foorreiziger dient aan het einde van de kermis alle vuil van en rond zijn kermiskraam of attractie op te kuisen en in de daartoe bestemde gemeentelijke gesloten zakken te verzamelen. De gemeentedienst zal deze zakken ophalen. Art. 9: De foorreiziger mag het kermisplein oprijden vanaf woensdagavond. De opbouw van de kermiskramen mag gebeuren vanaf donderdagmorgen 9.00 uur. De op- en afbouw mag niet gebeuren na 23.00 uur en voor 8.00 uur. De kermispleinen die ter beschikking gesteld worden van de foorreizigers moeten ontruimd zijn van alle kermiskramen, andere kermiswagens en woonwagens uiterlijk dinsdagavond om 22.00 uur. Voor Oelegem echter op aswoensdag om 22.00 uur. Voor Ranst in de maand augustus wordt de kermis stilgelegd op dinsdagavond te 21.30 uur en mag dan met de afbraak begonnen worden. Art. 10: Indien een inrichting wordt verkocht of overgegeven aan een andere foorreiziger dient dit gemeld te worden aan het gemeentebestuur. De staanplaats wordt enkel na goedkeuring van het gemeentebestuur mee overgedragen. Art. 11: Elke foorkramer kan gesanctioneerd worden: - indien hij één van voorgaande artikelen overtreedt - weigert zich te gedragen naar de onderrichtingen die hem door de afgevaardigde van de gemeente worden gegeven - geen gevolg geeft aan alle bijkomende onderrichtingen en voorschriften die het college nodig acht te geven, hetzij schriftelijk, hetzij ter plaatse door de aangeduide ambtenaar. Art. 12: Elke sanctie wordt schriftelijk opgelegd aan de foorreiziger, hetzij door de burgemeester, hetzij door het college van burgemeester en schepenen. Deze sanctie kan zijn een tijdelijke of definitieve weigering om nog op de kermis te staan. Art. 13: De gemeenteraadsbeslissing van 11 december 2006 houdende reglement inzake de standplaatsen bij openbare kermissen wordt door onderhavige beslissing vervangen. Art. 14: Deze beslissing valt onder het algemeen bestuurlijk toezicht als voorzien in artikel 252 van het gemeentedecreet van 15 juli 2005.
16
Reglement voor de organisatie van kermissen
Gelet op het gemeentedecreet, meer bepaald artikel 42; Gelet op de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening en de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten, gewijzigd door de wetten van 4 juli 2005, 20 juli 2006, 22 december 2009 en 21 januari 2013; Gelet op het koninklijk besluit van 24 september 2006 betreffende de uitoefening en organisatie van kermisactiviteiten en ambulante activiteiten in kermisgastronomie ; Overwegende dat volgens artikel 8 § 1 van voornoemde gewijzigde wet de organisatie van ambulante en kermisactiviteiten op de openbare markten en kermissen, wordt geregeld bij gemeentelijk reglement; Overwegende dat volgens artikel 9 § 1 van voornoemde gewijzigde wet de organisatie van ambulante kermisactiviteiten op het openbaar domein, buiten de openbare markten en kermissen, wordt geregeld bij gemeentelijk reglement; Op voorstel van het college van burgemeester en schepenen.
Besluit met eenparigheid van stemmen: -----------------------------------------------Art. 1: Als kermis wordt beschouwd elke manifestatie ingericht of voorafgaand toegelaten door de gemeente om, op vastgestelde plaatsen en tijdstippen, de uitbaters van kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie, die er producten of diensten aan de consument verkopen, samen te brengen. Als kermisactiviteit wordt beschouwd elke verkoop, te koop aanbieding of uitstalling met het oog op de verkoop van diensten aan de consument in het kader van de uitbating van kermisattracties of van vestigingen van kermisgastronomie. Dit reglement is niet van toepassing op pretparken, noch op vaste kermisattracties. Art. 2: De gemeente richt op het openbaar domein volgende openbare kermissen in: De gemeenteraad geeft volmacht aan het College van Burgemeester en Schepenen om de data voor de kermissen te bepalen. - deelgemeente Broechem: centrum: tweede zondag na Pinksteren (za-zo-ma) zondag 8 september of zondag na 8 september (za-zo-ma) - deelgemeente Emblem: centrum: eerste zondag van juli (za-zo-ma) zondag 11 oktober of zondag na 11 oktober (za-zo-ma) - deelgemeente Oelegem: centrum: zondag voor Aswoensdag (za-zo-ma-di) - deelgemeente Oelegem: Oudstrijdersstraat (Molekenskermis): laatste zondag van juli (za-zo-ma) - deelgemeente Ranst: centrum: zondag 12 mei of zondag na 12 mei (za-zo-ma) laatste zondag van augustus (vr-za-zo-ma-di) Plan van de standplaatsen: (zie bijlage) De standplaatsen ingenomen door de foorinrichtingen en kermiskramen ter gelegenheid van voornoemde kermissen mogen niet langer bezet worden dan gedurende de in dit artikel vermelde periodes. Art. 3: §1. De standplaatsen op een openbare kermis worden toegewezen voor kermisattracties en vestigingen van kermisgastronomie met bediening aan tafel: - aan de houders van een “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten” voor eigen rekening - aan rechtspersonen door tussenkomst van de persoon verantwoordelijk voor hun dagelijks bestuur houder van de “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten’ Bijkomende voorwaarden: - uitbater dient behoorlijk gedekt te zijn door verzekeringspolissen inzake burgerlijke aansprakelijkheid en tegen brandrisico’s - wanneer het een kermisattractie met voortbeweging van personen, aangedreven door een niet-menselijke energiebron betreft, de attractie voldoet aan de bepalingen van artikel 10 van het KB van 18 juni 2003 betreffende de uitbating van kermistoestellen - het bewijs dat de uitbating van de kermisattractie met dieren voldoet aan de reglementaire voorschriften betreffende deze materie - het bewijs dat de vestiging van kermisgastronomie met bediening aan tafel en de personen die er werkzaam zijn, voldoen aan de reglementaire voorwaarden inzake volksgezondheid
§2. De standplaatsen op een openbare kermis worden toegewezen voor vestigingen van kermisgastronomie zonder bediening aan tafel: - aan de houders van een “machtiging als werkgever in ambulante activiteiten” voor eigen rekening - aan rechtspersonen door tussenkomst van de persoon verantwoordelijk voor hun dagelijks bestuur houder van de “machtiging als werkgever in ambulante activiteiten” Bijkomende voorwaarden: - uitbater dient behoorlijk gedekt te zijn door verzekeringspolissen inzake burgerlijke aansprakelijkheid en tegen brandrisico’s - het bewijs dat de vestiging en de personen die er werkzaam zijn, voldoen aan de reglementaire voorwaarden inzake volksgezondheid Art. 4: De standplaatsen op de openbare kermissen worden toegewezen hetzij voor de duur van de kermis, hetzij per abonnement. Het abonnement is de regel. De toewijzing voor de duur van de kermis is mogelijk: - in geval van absolute noodzaak; - wanneer de verplichtingen onafscheidelijk zijn verbonden aan de hernieuwing van de kermis (bijvoorbeeld introductie van nieuwe attracties). De standplaatsen per abonnement worden toegewezen - aan de uitbater die een zelfde standplaats op een abonnementsplaats heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende jaren. Voor de berekening van de termijn, worden de opeenvolgende jaren van verkrijging van de standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op voorwaarde dat er geen onderbreking was bij de overname. De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats. Art. 5: §1. Vacature en kandidatuurstelling standplaats (KB art. 13 en 14) Wanneer een standplaats vrijkomt, zal de burgemeester of zijn afgevaardigde deze vacature bekend maken door publicatie van een kennisgeving. Deze kennisgeving zal gebeuren door middel van een bericht via de website (www.ranst.be) en/of de lokale pers. De kandidaturen worden ingediend volgens de voorschriften en binnen de termijn voorzien in de kennisgeving van de vacature. Kandidaturen die hieraan niet voldoen, worden niet weerhouden. §2. Onderzoek van de kandidaturen (KB art. 15) Voor de vergelijking van de kandidaturen onderzoekt de gemeente of voldaan is aan de voorwaarden inzake toewijzing vermeld in artikel 1.3 van dit reglement. De standplaatsen worden toegewezen op basis van één of meer van de volgende criteria: a) de aard van de attractie of van de vestiging; b) de technische specificaties van de attractie of van de vestiging; c) de graad van veiligheid van de attractie of van de vestiging; d) de aantrekkingskracht van de attractie of van de vestiging; e) de deskundigheid van de uitbater, van de ‘aangestelde verantwoordelijken’ en van het tewerkgesteld personeel; f) desgevallend, de nuttige ervaring; g) de ernst en het zedelijk gedrag van de kandidaat. Het openen van de kandidaturen, hun vergelijkend onderzoek, de controle van de voorwaarden en de gemotiveerde beslissing tot toewijzing van de standplaats worden opgenomen in een proces-verbaal.
§3. Bekendmaking van de toewijzing van de standplaats (KB art. 15 §5) De gemeente deelt zowel aan de kandidaat die de standplaats toegewezen kreeg als aan elke niet weerhouden kandidaat de beslissing die hem aanbelangt mee: - hetzij bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding, - hetzij bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding, - hetzij per duurzame drager (fax of e-mail) met ontvangstmelding. Art. 6: Een plan of register wordt bijgehouden waarin voor elke toegewezen standplaats vermeld staat: - de situering van de standplaats; - de toewijzingsmodaliteiten van de standplaats; - de duur van het gebruiksrecht of het abonnement; - de naam, voornaam, adres van de persoon aan wie of door tussenkomst van wie de standplaats toegewezen werd; - desgevallend, het maatschappelijk doel van de rechtspersoon aan wie de standplaats toegewezen werd en het adres van haar maatschappelijke zetel; - het ondernemingsnummer; - de aard van de attractie of van de vestiging die de standplaats inneemt of die op de standplaats toegelaten is; - desgevallend, de identificatie van de overlater en de datum van de overdracht. Art. 7: Indien, in de vijftien dagen voorafgaand aan de opening van de kermis, de standplaatsen vacant blijven, - hetzij omdat zij niet konden worden toegewezen na afloop van de gewone procedure (cf. artikel 1.5 van dit reglement), - hetzij omdat ze dit in die tussentijd zijn geworden, - hetzij tengevolge van hun niet-bezetting resulterend uit de afwezigheid van hun houder, kan er worden voorzien in een spoedprocedure die als volgt is bepaald: 1e. de gemeente raadpleegt de door hem gekozen kandidaten. Hij richt zich, in de mate van het mogelijke, tot verscheidene kandidaten per voorziene standplaats; 2e. de kandidaturen worden ingediend hetzij per duurzame drager tegen ontvangstbewijs, hetzij schriftelijk tegen ontvangstbewijs; 3e. de gemeente gaat over tot de toewijzing van de standplaatsen; 4e. hij stelt een proces-verbaal op dat per vacature of onbezette standplaats de kandidaten vermeld die hun kandidatuur hebben ingediend; 5e. indien meerdere kandidaten naar eenzelfde standplaats dingen, geeft hij in het proces-verbaal de motivatie van zijn keuze aan; 6e. hij deelt aan iedere kandidaat, hetzij bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding,hetzij bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding, hetzij per duurzame drager (bijv. fax of e-mail) met ontvangstmelding, de beslissing mede die hem aanbelangt. Het plaatsen van uitbaters van kermisattracties of vestigingen waaraan een standplaats werd toegewezen op basis van de spoedprocedure, kan leiden tot aanpassingen aan het plan van de kermis, voor zover deze beperkt blijven en nauwkeurig worden gemotiveerd door de technische noodzakelijkheden van de toevoeging van de nieuwkomers op het kermisterrein. De aanpassingen zullen onderworpen worden aan de goedkeuring van het college van burgemeester en schepenen. Art. 8:
§1. Het abonnement heeft een duur van vijf jaar. Na afloop wordt het stilzwijgend verlengd, behalve in de gevallen bedoeld bij het opschorten (cf. artikel 1.9 van dit reglement) of het afstand doen van het abonnement (cf. artikel 1.10 van dit reglement). §2. De houder van het abonnement kan, op gemotiveerd verzoek, het abonnement voor een kortere duur verkrijgen. Deze aanvraag wordt ingewilligd: - bij de stopzetting van de activiteiten aan het einde van de loopbaan, - indien zij omwille van andere motieven aangevraagd wordt, hangt ze af van de beoordeling van de burgemeester, van zijn afgevaardigde of van de concessionaris. Art. 9: §1. De houder van het abonnement kan het abonnement opschorten wanneer hij tijdelijk ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen door ziekte of ongeval op grond van een medisch attest of door overmacht op een verantwoorde wijze aangetoond. De opschorting gaat in onmiddellijk na de bekendmaking van de ongeschiktheid en houdt op op het einde van de kermis.nIndien de opschorting één jaar overschrijdt, moet zij minstens dertig dagen voor het begin van de kermis hernieuwd worden. §2. §1. De houder van het abonnement kan het abonnement opschorten wanneer hij over een abonnement beschikt voor een andere kermis die op hetzelfde ogenblik plaats heeft. De opschorting moet worden bekend gemaakt tenminste drie maanden voor de begindatum van de kermis. Zij mag geen drie opeenvolgende jaren overschrijden. De opschorting impliceert de opschorting van de wederzijdse verplichtingen die uit de overeenkomst voortkomen. De vraag tot opschorting dient te gebeuren: - hetzij bij ter post aangetekend schrijven met ontvangstmelding, - hetzij bij persoonlijk overhandigde brief tegen ontvangstmelding, - hetzij per duurzame drager (fax of e-mail) met ontvangstmelding. Art. 10: De houder van het abonnement kan van het abonnement afstand doen: - bij de vervaldag van het abonnement, mits een opzegtermijn van tenminste drie maanden; - bij de stopzetting van zijn activiteiten, mits een opzegtermijn van tenminste drie maanden; - indien hij definitief ongeschikt is om zijn activiteit uit te oefenen omwille van redenen vermeld in artikel 1.9 1° van dit reglement. De opzegging gaat in op de dertigste dag volgend op de bekendmaking van de ongeschiktheid; - de houder kan een vervroegde beëindiging van zijn abonnement aanvragen voor andere motieven. De beslissing om gevolg aan deze aanvraag te geven, hangt af van de beoordeling van de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris. - de rechthebbenden van de natuurlijke persoon die voor eigen rekening zijn activiteit uitoefent, kunnen bij zijn overlijden, zonder vooropzeg, afstand doen van het abonnement waarvan hij de houder was. Art.11: Schorsing en opzegging van het abonnement door de gemeente (KB art. 12 §6) De gemeente kan het abonnement intrekken of opschorten omdat de titularis van de standplaats niet langer voldoet aan de wettelijke verplichtingen betreffende de uitoefening van kermisactiviteiten of aan deze die van toepassing zijn op de betrokken attractie of vestiging of omdat de richtlijnen in het gemeentelijk reglement niet worden nageleefd. De beslissing tot schorsing wordt betekend bij een ter post aangetekend schrijven met ontvangstbewijs of op een duurzame drager tegen ontvangstbewijs. Art. 12: Overdracht standplaats De overdracht van een standplaats is toegelaten wanneer de houder van een standplaats op een openbare kermis de uitbating van zijn attractie(s) of zijn vestiging(en) stopzet of de
houder van een standplaats overlijdt. Zijn rechthebbenden kunnen zijn standplaats overlaten. In beide gevallen is overdracht slechts mogelijk op voorwaarde dat: - de overnemer(s) de attractie(s) of vestiging(en) uitgebaat op de overgedragen standplaatsen overneemt; - de overnemer voldoet aan de voorwaarden tot het toewijzen van een standplaats op de kermis (cfr. artikel 3 van dit reglement); - de gemeente vastgesteld heeft dat de overnemer voldoet aan de voorwaarden tot overdracht. Art. 13: §1. De standplaatsen kermisattractie of vestiging van kermisgastronomie met bediening aan tafel kunnen ingenomen worden door: 1. de personen aan wie standplaats toegewezen is (cf. art. 1.3 van dit reglement) houders “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten” 2. de verantwoordelijke van het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de standplaats is toegewezen, houder van de “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten” 3. de echtgenoot of echtgenote of wettelijk samenwonende van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houders van de “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten” voor de uitoefening van de kermisactiviteit voor eigen rekening 4. de feitelijke vennoten van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houders van de “machtiging als werkgever in kermisactiviteiten” voor de uitoefening van de kermisactiviteit voor eigen rekening 5. de personen die beschikken over de “machtiging als aangestelde-verantwoordelijke in kermisactiviteiten” die de kermisactiviteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de personen bedoeld in 1) tot en met 4) 6. aangestelden die de kermisactiviteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de personen bedoeld in 1) tot en met 4) onder het gezag en in aanwezigheid van deze of van een persoon bedoeld in 5) De personen bedoeld in 2) tot en met 5) kunnen deze standplaatsen innemen voor zover hun machtiging geldig is voor de attractie of vestiging die erop uitgebaat worden. Zij kunnen deze standplaatsen innemen buiten de aanwezigheid van de personen aan wie of door middel van wie ze werden toegewezen. §2. De standplaatsen voor een ambulante activiteit in kermisgastronomie zonder bediening aan tafel kunnen ingenomen worden door: 1. de personen aan wie de standplaats toegewezen is (cf. art. 1.3 van dit reglement) houders “machtiging als werkgever in ambulante activiteiten” 2. de verantwoordelijke voor het dagelijks bestuur van een rechtspersoon aan wie de standplaats is toegewezen, houder van de “machtiging als werkgever in ambulante activiteiten” 3. de echtgenoot of echtgenote en wettelijk samenwonende van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houder van de “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening 4. de feitelijke venno(o)t(en) van de natuurlijke persoon aan wie de standplaats werd toegewezen, houder van de “machtiging als werkgever” voor de uitoefening van een ambulante activiteit voor eigen rekening 5. de personen die beschikken over de “machtiging als aangestelde A” of de “machtiging als aangestelde B”, die een ambulante activiteit uitoefenen voor rekening of in dienst van de natuurlijke persoon of rechtspersoon bedoeld in 1) tot en met 4)
6. de personen vrijgesteld van de machtiging tot het uitoefenen van ambulante activiteiten in een vestiging kermisgastronomie zonder bediening aan tafel, in aanwezigheid en onder het gezag van de houder van de “machtiging ambulante activiteiten als werkgever” of van de houder van de “machtiging ambulante activiteiten als aangesteld A of B”. De personen bedoeld in 2) tot en met 5) kunnen de standplaatsen innemen buiten de aanwezigheid van de personen aan wie of door middel van wie ze werden toegewezen. Art. 14: §1. Eenieder die een standplaats wenst in te nemen op één of meerdere plaatsen van het openbaar domein buiten de openbare kermissen om een kermisattractie of vestiging van kermisgastronomie met bediening aan tafel uit te baten dient dit voorafgaand aan te vragen bij de gemeente. Deze aanvraag dient schriftelijk te gebeuren. §2. Wanneer de gemeente een standplaats op het openbaar domein wenst toe te kennen, wordt de procedure zoals omschreven in artikel 1.5 van Afdeling 1 van dit reglement gevolgd. Art. 15: De personen die voldoen aan de voorwaarden tot het verkrijgen (cf. Afdeling 1 artikel 1.3) en innemen van de standplaatsen op de openbare markt (cf. Afdeling 1 artikel 1.13) kunnen standplaatsen op het openbaar domein verkrijgen en innemen. Art. 16: De machtiging wordt door de gemeente toegekend - hetzij voor een bepaalde periode - hetzij per abonnement Een abonnement kan toegekend worden van zodra de kermisuitbater een zelfde standplaats heeft verkregen gedurende drie opeenvolgende jaren. Voor de berekening van de termijn, worden de opeenvolgende jaren van verkrijging van de standplaats door de overlater verrekend in het voordeel van de overnemer, op voorwaarde dat er geen onderbreking was bij de overname. De regel van drie jaar geldt niet wanneer de standplaats werd verkregen naar aanleiding van een opschorting van het abonnement. Deze beperking is echter niet van toepassing op de persoon die daarna de nieuwe overnemer is geworden van de standplaats. Art. 16: Eenieder die een standplaats wenst in te nemen op één of meerdere plaatsen van een privé-terrein om een kermisattractie of vestiging van kermisgastronomie met bediening aan tafel uit te baten dient dit voorafgaand aan te vragen bij de gemeente. Deze aanvraag dient schriftelijk te gebeuren. Art. 17: De voorafgaande toelating van de burgemeester of zijn afgevaardigde is vereist voor de organisatie van: - een kermis ontstaan uit privé-initiatief, - een kermisactiviteit op een privé-terrein. De voorafgaande toelating kan door de burgemeester of zijn afgevaardigde geweigerd worden - om redenen van openbare orde, volksgezondheid, bescherming van de consument (hygiënenormen, ruimtelijke ordening) - indien de activiteit van die aard is om het bestaande commercieel- of kermisaanbod in gevaar te brengen. Art. 18: §1. De foorreiziger mag het kermisplein oprijden vanaf woensdagavond. De opbouw van de kermisattracties mag gebeuren vanaf donderdagmorgen 9.00 uur. De op- en afbouw mag niet gebeuren vóór 8.00 uur en na 23.00 uur. De kermispleinen, die ter beschikking gesteld
worden van de foorreizigers, moeten ontruimd zijn van alle kermisattracties, andere kermiswagen uiterlijk dinsdagavond om 22.00 uur. Voor Oelegem echter op Aswoensdag om 22.00 uur. Voor Ranst in de maand augustus wordt de kermis stilgelegd op dinsdagavond te 21.30 uur en mag dan met de afbraak begonnen worden. §2. De foorwagens, onmisbaar voor de exploitatie van de kermisattractie (motor- en machinewagen), moeten zo dicht mogelijk tegen de kermisattractie worden opgesteld. §3. De opstelling van de foorattracties gebeurt volgens de plaatsaanduiding goedgekeurd door het college van burgemeester en schepenen. §4. Bij het opstellen van de kermisattracties moeten de laadwagens, zodra ze afgeladen zijn, onmiddellijk het kermisplein verlaten en geplaatst worden op een terrein dat daartoe door het gemeentebestuur wordt aangewezen. §5. Een kermisattractie mag nooit vastgehecht worden aan bomen, afsluitingen, lichtinstallaties, verkeersborden of andere openbare goederen. §6. Het is verboden om het even welke bevestiging aan te brengen in de straatbedekking en de foorreiziger moet maatregelen nemen om te voorkomen dat de straatbedekking bevuild wordt door vetten, oliën, e.a. §7. Bij beschadiging van voetpaden, stoepranden, attributen van openbare nutsvoorzieningen en van verkeerssignalisatie of dergelijke dient de in gebreke gestelde foorreiziger een bedrag te betalen gebaseerd op de kostprijs van het herstelwerk, berekend op basis van het loon der gepresteerde werkuren, het gebruikte materiaal en de vervoerskosten. §8. De foorreiziger dient aan het einde van de kermis alle vuil van en rond zijn foorattractie op te kuisen en in de daartoe bestemde gemeentelijke gesloten zakken te verzamelen. De gemeentedienst zal deze zakken ophalen. §9. Elke foorreiziger kan gesanctioneerd worden indien hij: - één van voorgaande artikelen overtreedt, - weigert zich te gedragen naar de onderrichtingen die hem door de afgevaardigde van de gemeente worden gegeven, - geen gevolg geeft aan alle bijkomende onderrichtingen en voorschriften die het college nodig acht te geven, hetzij schriftelijk, hetzij ter plaatse door de aangeduide ambtenaar Elke sanctie wordt schriftelijk opgelegd aan de foorreiziger, door de burgemeester of door het college van burgemeester en schepenen. De sanctie bestaat uit een tijdelijke of definitieve weigering om nog op de kermis te staan. Art. 19: De personen belast met de praktische organisatie van de openbare kermissen en de kermisactiviteiten op het openbaar domein, hiertoe aangesteld door de burgemeester, zijn afgevaardigde of de concessionaris zijn in de uitoefening van hun opdracht gemachtigd om de identiteit en de hoedanigheid van de personen die een ambulante en kermisactiviteit uitoefenen, alsook de documenten nodig voor het uitoefenen van deze activiteit, op het grondgebied van de gemeente, te controleren. Art. 20 De gemeenteraadsbeslissing van 11 december 2006 houdende reglement inzake de standplaatsen bij openbare kermissen wordt door onderhavige beslissing opgeheven. Dit reglement wordt binnen de maand na de aanneming ervan gestuurd naar de minister van Middenstand en treedt in werking op 1 januari 2014.
17
Nieuwe regeling huisvuilophaling. Gebruik huidige witte zak, gebruik GFTcontainers: interpellatie Groen
Het raadslid L. Redig (groen) herinnert aan de vraag van groen op de vorige gemeenteraad om het gebruik van de witte restafvalzak te verlengen tot na einde mei 2014 waarop het bestuur niet wenste in te gaan. Hij denkt dat dit geen wijze beslissing was. Hij ondertussen talloze vragen en klachten ontvangen van ontevreden en soms ronduit verontwaardigde burgers in verband met de nieuwe regeling. Hij stelt vast dat de nieuwe restafvalzakken op sommige verdeelpunten nog verkrijgbaar waren tot einde december. Veel mensen hebben nog oude zakken gekocht en voelen zich nu bekocht. De verstrekte informatie rond deze regeling is absoluut onvoldoende gebleken. Enkel in Ranst info werd vermeld dat je de huidige witte zakken nog mocht gebruiken tot einde mei. Op de website van de gemeente: geen info over het gebruik van de oude witte zak. We ontdekten enkel nog de vermelding van Maxim als verdeelpunt, een winkel die reeds een jaar gesloten is. Daarom heeft het raadslid volgende vragen aan het bestuur: - Hoeveel klachten rond de nieuwe afvalregeling heeft het bestuur reeds ontvangen? - Blijft dit bestuur bij zijn standpunt voor wat betreft het gebruik van de oude vuilzak? - Is het bestuur van mening dat er voldoende informatie gegeven werd? Zou het niet beter zijn geweest een informatiemoment voor de burgers georganiseerd te hebben? Misschien kan dit nog, zeker nu de GFT-regeling nog moet opstarten.. De schepen van milieu, T. Muyshondt (CD&V) antwoordt door te verwijzen naar de historiek van het dossier met de bespreking op de milieuraad in juli en de gemeenteraad in september, de informatiecampagne in Ranst Info in november. Daarin is steeds duidelijk gecommuniceerd dat de uiterste gebruiksdatum voor de witte zakken 31 mei is. De schepen geeft toe dat er communicatiefouten gebeurd zijn met de website die voornamelijk te wijten waren aan migratieproblemen naar aanleiding van de overdracht aan een andere onderleverancier. De schepen verwijst eveneens naar de datum van 1 juni omdat dit ook de datum zal zijn voor de intrede van het Diftar-systeem voor GFT. De schepen geeft eveneens een overzicht van de klachten, wat er circa 25 zijn. De schepen en het voltallige college van burgemeester en schepenen blijft de datum van 1 juni handhaven omdat ze vinden dat een overgangsperiode van 5 maanden met een communicatie van 7 maanden of circa 30 weken voldoende zijn. Indien er volgens de schepen, inwoners niet geïnformeerd zijn, zijn ze nog in de veronderstelling van de gratis vuilzakken en zullen ze waarschijnlijk de vuilzakken van december opgebruikt hebben. Het college van burgemeester en schepenen verwacht niet dat er veel ongebruikte vuilzakken over zullen zijn. Een infomoment organiseren voor de gehele bevolking vindt de schepen in deze context overbodig en zeker voor de GFTophaling. Alle infomomenten worden aangekondigd in Ranst Info en indien men ranst Info niet leest, zal men ook de aankondiging van het infomoment missen. Bovendien wordt iedereen voor de diftar ophaling persoonlijk aangeschreven en acht de schepen deze communicatie voldoende.
18
Actiecomité Ranstsesteenweg: interpellatie Groen
Het raadslid L. Redig (groen) verwijst naar het actiecomité van Ranstsesteenweg die meermaals al opmerkingen gemaakt heeft over de geluidshinder op de Ranstsesteenweg. Met name de slechte staat van het wegdek en de hoge snelheid op sommige stukken van de Ranstsesteenweg baart het comité, naar zijn mening terecht, zorgen. De fractie Groen heeft deze problematiek reeds meermaals op de agenda gezet en het college heeft beloofd een overleg te hebben met het comité. Ondertussen heeft dit ook plaatsgevonden. Het raadslid vraagt naar het resultaat van dit overleg? De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD) en de schepen van openbare werken, F. Bossaerts (CD&V) antwoorden dat er overleg is geweest en dat het bestuur een deskundige
zal aanstellen die het bestuur zal adviseren. Dit advies zal gecommuniceerd worden met het actiecomité vooraleer standpunten in te nemen. Op dit moment kan er nog geen timing geplakt worden op de realisatie van het advies.
19
Dorpstraat Emblem: interpellatie Groen
Het raadslid L. Redig (groen) verwijst naar de Dorpstraat in Emblem als een voorrangsweg. In andere dorpskernen van onze gemeente is dat niet het geval (buiten de N116) en geldt voorrang van rechts in de dorpskern. Logisch want voorrangswegen nodigen uit om sneller te rijden, wat uiteraard te vermijden is. Wij zijn voorstander van het drastisch terugbrengen van de snelheid in het centrum van Emblem en stellen daarom een paar maatregelen voor zoals: - Afschaffen van het statuut ‘voorrangsweg’ voor de Dorpstraat. - Invoering van het regime 30km/uur voor de ganse Dorpskern, dus ook in de schoolstraten Stapstraat en Dorpstraat en van de Kloosterstraat tot de Ambelweg. - De aanleg van twee brede fietssuggestiestroken in de Dorpsstraat om een visuele versmalling te creëren. Het raadslid vraagt zich af of het bestuur bereid deze voorstellen te onderzoeken? De schepen van verkeersveiligheid, T. Muyshondt (CD&V) antwoordt dat de dorpsstraat een lokale maar veel gebruikte verbindingsweg is voor het verkeer van en naar Kessel en Nijlen. Bovendien merkt ze op dat het 30 km/u-regime al van toepassing is in de nabijheid van de scholen zoals de wet het voorschrijft. Aangaande het aanbrengen van de fietssuggestiestroken wenst ze eerst het effect te bestuderen in Broechem vooraleer hier een definitieve uitspraak over te doen aangezien de meningen hierover bij experten verdeeld zijn. De schepen bevestigt dat ze de voorstellen van groen zal overhandigen aan de politie op de eerste verkeerscommissie ter onderzoek.
20
Buitenschoolse kinderopvang: interpellatie Groen
Het raadslid L. Van Camp (groen) verwijst naar de gesprekken sinds jaren over het opstarten van een BKO in de vier deelgemeenten. Na veel studies en gesprekken werd gesteld dat er als start enkel in Emblem een BKO zou komen. De bouw werd in samenspraak met het OCMW gedaan en zou normaal gezien rond deze tijd opgeleverd worden. De oppervlakte voor het aantal kinderen dat deze opvang nodig heeft (4m² per kind) volstaat niet, er zouden dus slechts 21 kinderen terecht kunnen. Ze stelt een aantal vragen aan het college van burgemeester en schepenen aangaande de realisatie van de BKO: Kan de schepen een actuele stand van zaken geven ? Hoe zal het probleem worden opgelost van het beperkt aantal plaatsen? Welke uren en dagen zullen de kinderen er uiteindelijk terecht kunnen? Wat met opvang tijdens schoolvrije dagen? Hoe gaat het bestuur de bevolking hierover ïnformeren? Wanneer komen er BKO-initiatieven in de drie andere deelgemeenten? De schepen van gezinsbeleid, H. Goris (Open VLD), verwijst naar de vooruitgang van de werkzaamheden. Op dit moment is er het vooruitzicht dat de werken opgeleverd worden tegen einde februari. Vervolgens zullen intern de inrichtingswerkzaamheden starten met de kasten. Eerst komt de bibliotheek aan bod en vervolgens de buitenschoolse kinderopvang. Inzake de organisatie is het nog niet geheel duidelijk hoe de buitenschoolse kinderopvang
zal georganiseerd worden. Er is contact opgenomen met Stekelbees en contact opgenomen met andere gemeenten die niet-gesubsidieerde opvang organiseren. Het is de bedoeling om dit volledig te becijferen om met een financieel haalbare oplossing naar buiten te komen. Aangaande de opvang tijdens de vakantie- en verlofdagen, oppert het college van burgemeester en schepenen een uitgebreide speelpleinwerking. Het is de bedoeling dat alle vrije tijdsdiensten de handen in elkaar slaan en een aanvullend aanbod genereren zodat we de verschillende activiteiten kunnen oplijsten en overhandigen aan de inwoners. Dit is vooral gericht op de 4 tot 12-jarigen. Voor de 2,5 tot 4 jarigen moeten we nog bekijken of dit haalbaar is en op welke manier, hier wordt volop aan gewerkt. Dit geldt voor alle vakanties met uitzondering voor de kerstvakanties. Dit is een moeilijke periode. Aangaande de pedagogische studiedagen en facultatieve verlofdagen dienen er afspraken gemaakt worden met de verschillende scholen aangezien ze op verschillende tijdstippen vallen. De informatie naar de burger zal gebeuren via de geijkte communicatiekanalen (website, Ranst Info en nieuwsbrieven naar de pers toe.
21
Website gemeente Ranst: interpellatie Groen
Het raadslid L. Van Camp (groen) merkt op dat sinds enkele weken de website van de gemeente veranderd is en hij ziet er alleszins aantrekkelijker uit. Ze merkt echter op de nieuwe website, net als de oude trouwens, niet up-to-date is. Ze haalt een aantal voorbeelden aan: - De informatie over de verenigingen en de juiste contactpersonen is niet correct. - De verslagen van de OCMW raadszittingen en de agenda van de gemeenteraad staan er niet op. - Wij zochten tevergeefs naar de aanvraagformulieren voor de speelstraten. - De informatie over de bestrijding van de processierupsen en wespennesten is verouderd. - De informatie rond milieu is compleet verouderd en is o.i. niet meer aangepast sinds 2012. - De informatie over de nieuwe afvalregeling is onvolledig. Ze vraagt zich af wanneer de website geactualiseerd wordt en kan het bestuur ons garanderen dat dit regelmatig zal gebeuren. Hoe en vooral hoe snel worden vragen van burgers via de website opgevolgd? De schepen van communicatie, H. Goris (Open VLD), antwoordt dat het geen nieuwe website is maar de migratie van de oude website naar een andere dienstverlener aangezien Cipal het contract met de oude leverancier niet verlengd heeft en geen ondersteuning meer geboden werd. Bij deze migratie is van alles verkeerd gelopen. De firma heeft een vorige versie van 2012 geïnstalleerd waardoor veelal oude informatie beschikbaar werd en recente correcte informatie verdwenen is. Dit moet nu allemaal opnieuw ge-update en nagekeken worden, het is letterlijk dweilen met de kraan open. De aanpassingen moeten allemaal manueel doorgevoerd worden, dus dit vraagt enige tijd. We hebben wegens de verplichte omschakeling van de gelegenheid gebruik gemaakt om de menustructuur aan te passen en ook het platform in onze nieuwe huisstijl te gieten. We werken verder aan het opstellen van een dossier voor de aankoop van een nieuwe website.
22
Beleidsuren GLS ROB: interpellatie N-VA
Het raadslid A. Willems (N-VA) verwijst naar de bespreking van het budget 2014 tijdens de gemeenteraad van 16 december 2013 en in het bijzonder naar de vraag aangaande het budget van 81.000 euro dat onder de noemer ‘Inrichten beleidsuren GLS ROB’ gebruikt zou worden. Het toenmalige antwoord was het ‘klasvrij maken van 3 directeurs’. Na wat zoeken rekenwerk lijkt het raadslid dit bedrag vrij hoog aangezien volgens haar je met dit bedrag ofwel 75% van het bruto jaarloon van de 3 directeurs betalen ofwel kan je er 2,2 voltijdse directeurs mee betalen (aan maximale anciënniteit) en in de veronderstelling dat je nog een werkgeversbijdrage moet betalen, dan volstaat het nog volgens het raadslid om de helft van de 3 brutolonen te betalen. Bovendien staat er in de nota van het OVSG staat dat het gesubsidieerd personeel en personeel met Tivoliuren de gemeente niets kost. Hierdoor heeft het raadslid volgende vragen: - Kan u meer details geven waarvoor dit bedrag gebruikt wordt? - Is er al overwogen om in de toekomst bijvoorbeeld de functie van de 3 directeurs - te reduceren tot 1 algemeen directeur voor de 3 scholen met de nodige adjuncten of - beleidsondersteuners? De schepen van onderwijs, T. Muyshondt (CD&V) geeft toelichting bij het bedrag van 81.000 euro beleidsondersteuning aan het gemeentelijk lager onderwijs. Er wordt 10 uur per school vrijgemaakt om de directies klasvrij te maken, 2u per klas wordt er extra aan L.O. betaald naast de 10u gesubsidieerd en 4u extra zorguren in Ranst. Dit geeft op weekbasis 40u die rechtstreeks via de gemeente worden afgerekend en geraamd wordt op de 81.000 euro. De schepen wijst ook nog op het gegeven dat er naast de brutolonen ook nog patronale bijdragen dienen betaald te worden. De schepen staat open voor de denkpiste in de toekomst maar wijst op het gegeven dat dit niet van vandaag op morgen kan gerealiseerd worden. Mogelijk kan een pensionering een aanleiding zijn om dit te bekijken.
23
Vuilzakken onthaalouders: interpellatie N-VA
Het raadslid L. Baeten (N-VA) wil nog even willen terug komen op de vuilzakkenkwestie. Ze verwijst naar de korting van de Ranstse scholen bij de aankoop van vuilzakken. Nochtans kunnen de scholen de afvalberg reduceren, waar ze ook aan werken. Onthaalouders hebben echter een afvalprobleem dat ze niet kunnen reduceren: wegwerpluiers! Als je een kleine berekening maakt, hebben zij per week zo’n 100 luiers die ze moeten wegwerpen. Dan heb je al gauw een extra vuilzak nodig. Ze vraagt daarom of het niet mogelijk is om voor de erkende kinderopvang in onze gemeente ook een korting toe te staan of hen per jaar een aantal vuilzakken gratis ter beschikking te stellen? De schepen van milieu, T. Muyshondt (CD&V) antwoordt dat deze problematiek de vorige legislatuur ook al aan de orde is geweest bij de discussie rond het verbod van luiers in GFTafval. In het verleden is daar negatief op geantwoord om geen onderscheid te maken met andere luiergebruikers zoals rustoorden, serviceflats, mensen met incontinentieproblemen, … Het is volgens de schepen moeilijk om een grens te trekken.
24
Moervelden: interpellatie N-VA
Het raadslid J. Welz (N-VA) verwijst naar het verslag van het college van burgemeester en schepenen van 14 november 2013 waarin kennis genomen wordt van de veiligheidsproblemen aangaande de hal
in het domein van de Moervelden en de beslissing om geen nieuwe activiteiten te laten doorgaan in de Hal van het domein Moervelden wegens veiligheidsredenen. Het raadslid heeft hierover volgende vragen: - Welke evenementen werden goedgekeurd en welke oplossingen zijn er aan de organisatoren geboden? - Welke veiligheidsproblemen doen er zich voor in de hal? - Welke herstellingswerken moeten er gebeuren om de hal terug ter beschikking te kunnen stellen - voor evenementen? - Wanneer zal de hal hersteld zijn? De schepen van gebouwen, R. Vermeesch (Open VLD) verwijst naar de historiek van het gebouw met het gratis gebruik van de loods door de verenigingen op eigen risico. De loods is echter niet in goede staat en de recente storm heeft de schade vergroot waardoor het eigenlijk niet meer veilig is om deze loods te gebruiken. Aan de verenigingen is gevraagd om een bijeenkomst te beleggen om voorstellen te bespreken om de loods te herstellen. Het raadslid, J. De Ryck (N-VA), vraagt zich af of de loods van de LRV niet kan gebruikt worden voor een aantal activiteiten van de verenigingen. De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD) vermeldt dat niet alle activiteiten geschikt zijn voor de loods van de LRV maar pleit wel voor een LRV-achtige methode om de loods te herstellen, dus in samenwerking met de verenigingen. De kosten zullen naar zijn mening rond de 250.000 euro liggen.
25
Kapvergunning: interpellatie N-VA
Het raadslid J. De Ryck (N-VA) verwijst naar het gemeentelijk reglement voor het kappen, vellen, rooien en grondig snoeien van alle hoogstammige bomen waarin de aanvraag een inplantingsplan en enkele foto’s bevatten. De gemeentelijke diensten voeren een controle ter plaatse uit. Daarna volgt een beslissing en lezen we in de verslagen van het college van burgemeester en schepenen dat er beslist wordt toelating te verlenen tot het kappen van de bomen op voorwaarde dat heraangeplant wordt met streekeigen beplanting in het eerstvolgend plantseizoen. Zo verdwijnen er elk jaar meer dan 100 hoogstammige bomen in onze groene landelijke gemeente volgens het raadslid. Hierdoor heeft hij volgende vragen: Wordt er ook gecontroleerd of de vergunning houder effectief overgaat tot heraanplant? - Waarom wordt er in de beslissing niet opgenomen dat er na de heraanplant een inplantingsplan en enkele foto’s moeten gestuurd worden naar de dienst ruimtelijke ordening ter controle en afsluiting van het dossier? - Kan de omschrijving “streekeigen beplanting” beter gespecifieerd worden door duidelijk te stellen dat bomen moeten vervangen worden door bomen? - Indien de aanvrager niet kan heraanplanten op zijn eigen grond kan er dan een mogelijkheid gegeven worden om de verplichte heraanplanting te laten gebeuren op het gemeentelijk domein? De schepen van groen, J. Verhaegen (Open VLD) antwoordt dat het inderdaad klopt dat er geen preventieve controle is op de heraanplant. Op basis van klachten of meldingen wordt dit opgevolgd en krijgen de overtreders een bezoek van de wijkagent. Op dit moment vinden wij het niet zinvol om daar personeelsleden preventief voor in te zetten omwille van de huidige personeelsbezetting. Voorafgaand is er wel een controle en worden er afspraken
gemaakt door de verantwoordelijke van de groendienst met de aanvrager.Bijkomend opleggen van een inplantingsplan of bewijzen van herplant vinden we eveneens een extra administratieve last voor de inwoners en de administratie. Bovendien wordt er bij de aanvraag een een inplantingsplan gevraag met weergave van de aanduiding van de te kappen, te rooien, te vellen of grondig te snoeien hoogstammige bomen, de aanduiding van de plaats waar heraanplanting mogelijk is en waarmee de heraanplanting gaat gebeuren en de aanduiding van de kijkrichting van de fotografische afbeeldingen. De meeste kapvergunningen die de gemeente aflevert is ofwel dat de boom of beplanting een gevaar vormt omwille van ouderdom of omdat de boom in de weg staat. Het merendeel van die vragen, stelt ook zelf voor om beplanting te voorzien aangezien ze hun tuin willen verfraaiien. Sommigen nemen daar specialisten voor onder de arm zoals een landschapsarchitect met een gespecialiseerde aanlegfirma’s. Die zijn beter op de hoogte en hebben ook een beter zicht op de verfraaiing van hun tuin. Of het nu een es, berk, den of eik of een andere boom of plant, we denken dat het beter is dat de burgers zelf kunnen oordelen welke streekeigen beplanting ze voorzien in de tuin en op welke locatie. In het reglement is het niet mogelijk om een herplanting te doen op openbaar domein aangezien we ervan uit gaan dat de inwoners hier zelf voor moeten instaan en ook vragende partij zijn voor groen in hun tuin.
26
Flitspalen: interpellatie N-VA
Het raadslid P. Teurfs (N-VA) verwijst naar de vraag van N-VA in de gemeenteraad op 18 februari 2013 betreffende de flitspalen op de Antwerpsesteenweg. Toen is er de aandacht gevestigd op het feit dat na het aanbrengen van de nieuwe asfalt laag in november 2012 de wegmarkeringen niet terug aangebracht werden, met als gevolg dat het sindsdien onmogelijk was om onbetwistbare snelheidsovertredingen vast te stellen. Schepen van verkeersveiligheid, T. Muyshondt antwoorde toen dat er onlangs door het Vlaamse Gewest (AWV) een onderhoudscontract is afgesloten voor de wegmarkering waardoor de lijnen ter hoogte van de flitspaal opnieuw zullen aangebracht worden. Het raadslid stelt vast dat de wegmarkering wel opnieuw is aangebracht ter hoogte van de flitspaal in de rijrichting van Antwerpen naar Broechem maar niet aan de flitspaal ter hoogte van Den Boomgaard. Er werd toen eveneens gezegd dat er nog steeds analoge camera’s gebruikt worden maar dat er eventueel op digitale camera’s zou overgeschakeld worden. Tijdens de bespreking van de politiebegroting werd ons medegedeeld dat de fotograaf die de analoge filmrolletjes ontwikkelde stopt met deze activiteit en daarom zal de politie een digitale camera aanschaffen voor de flitswagen. Het raadslid stelt volgende vragen: - Waarom werden de wegmarkeringen niet aangebracht aan de flitspaal ter hoogte van Den Boomgaard en is dit reeds gemeld aan AWV? - Wanneer zal er een digitale camera aangeschaft worden voor de flitspalen op de Antwerpsesteenweg? De schepen van verkeersveiligheid, T. Muyshondt (CD&V) antwoordt dat de wegmarkeringen niet noodzakelijk zijn voor de werking van de flitspalen volgens de informatie van AWV aangezien er 2 foto’s genomen worden. De digitale flitspalen zullen via een overheidsopdracht via een officiële prijsvraag kortelings besteld worden. Gedaan te Ranst in zitting datum als boven. Op bevel, De gemeentesecretaris De voorzitter