Zitting van de gemeenteraad van maandag 24 maart 2014 Aanwezigen : De Pooter Sonja - voorzitter Hofmans Lode - burgemeester Muyshondt Tine, Verhaegen Jef, Bossaerts Fernand, Vermeesch Roel, Goris Hilde, De Schutter Stan - schepenen Beirinckx Monique, Van Dessel Lutgart vanaf punt 02, Caers Yves, Damen Nicole, Redig Luc, Engelen Christel, Helsen Kevin, Baeten Marleen, De Ryck Johan, Van Camp Lotte vanaf punt 02, Willems Ann, Dillen Jan, Huysmans Fons, Welz Jörg, Oliviers John, Teurfs Patrik, Wittocx Guido - raadsleden Van der Schoot Wim - secretaris De zitting wordt te 20.00 uur geopend.
Openbare zitting Het raadslid J. De Ryck (N-VA) vraagt om aan het einde van de openbare zitting een mondelinge vraag te kunnen stellen aangaande het onderhoud van de burgemeester met de gouverneur rond de brandweerbijdragen voor 2007-2011 conform artikel 13 van het huishoudelijk reglement.
01
Verslag vorige zitting
Het verslag van de vorige zitting wordt met eenparigheid van stemmen goedgekeurd.
Vervoegt de zitting: Van Dessel Lutgart, Van Camp Lotte - raadsleden
02
Aankoop bij hoogdringendheid van een interventieboot voor de brandweer
Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder art. 57, art. 157 t.e.m. 162 en art. 253, §1, 5° Gelet op de wet op de overheidsopdrachten; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 19 december 2013 houdende de vaststelling van de verrichtingen van dagelijks bestuur; Gelet op de gemeenteraadsbeslissingen van de gemeente Ranst op 30 juni 1992 en 14 oktober 1993 en van de stad Lier van 18 oktober 1993, met de goedkeuring van de overeenkomst tussen de gemeente Ranst en de stad Lier met de oprichting van een vooruitgeschoven post in Broechem van Lier; Gelet op de beslissing van de gouverneur van 23 november 1993 betreffende goedkeuring van een vooruitgeschoven post van Lier op het grondgebied van Ranst; Overwegende dat de gemeente Ranst conform deze overeenkomst zelf dient in te staan voor de aanschaf van investeringen; Overwegende dat de huidige interventieboot voor de brandweer niet meer kan gebruikt worden;
Overwegende de duidelijke noodzaak om de interventieboot voor de brandweer zo spoedig mogelijk te vervangen vermits de gemeente beschikt over vele waterkanalen en rivieren ten einde de brandweerwerking op deze plaatsen te verzekeren; Overwegende de prijsvraag van de voorpost van Ranst bij HOKU BVBA, Brugge Marine Center en Servitecgroup; Overwegende het voorstel van de brandweer om de goedkoopste aan te schaffen en als zodanig te voldoen aan de wetgeving op de overheidsopdrachten; Overwegende dat er geen krediet beschikbaar is op het budget 2014; Overwegende dat de goedkeuring vrijgesteld is van visumverplichting omwille van het bedrag (< € 7.500). Besluit met eenparigheid van stemmen: -------------------------------------------------Art. 1: De investeringsuitgave voor de aankoop van een interventieboot, Whaly 435 met een motor Suzuki DFL 20 voor de brandweer wordt wegens dwingende en onvoorziene omstandigheden goedgekeurd met een raming van 7.111,75 EUR, excl. BTW bij HOKU BVBA, Duivenstraat 7, 2400 Mol. Art. 2: Het krediet te voorzien in de eerstvolgende budgetwijziging. Art. 3: Een kopie van deze beslissing wordt overgemaakt aan de toezichthoudende overheid binnen de 20 dagen na het besluit in het kader van het bestuurlijk toezicht.
03
Groenbeheer
Gelet op het Gemeentelijk Natuurontwikkelingsplan (GNOP) waarvan de definitieve versie goedgekeurd werd op 22 juni 2009 door de gemeenteraad en in het bijzonder punt 2.5.1 – harmonisch park- en groenbeheer met de natuurgerichte maatregelen in het openbaar groen: “De natuurgerichte maatregelen beogen het instandhouden en/of verhogen van de biodiversiteit. natuurgericht groenbeheer richt zich op het behouden en waar kan het verhogen van de bestaande biodiversiteit; hierbij vertrekt men bij voorkeur van de natuurlijke variatie in het aanwezige abiotisch milieu De gemeente verhoogt de biodiversiteit rond de gemeentelijke groene eigendommen door bijvoorbeeld struiken of een groenscherm rond de voetbal/speelpleinen te planten natuurlijke processen worden gestimuleerd, de spontane ontwikkeling van flora wordt bevorderd, dood hout dient een plaats te hebben in het openbaar groen landschapselementen met een hoge natuurwaarde (bv. knotbomen, poelen …) moeten behouden worden en een aangepast natuurvriendelijk beheer krijgen De gemeente onderhoudt knotbomen, gelegen aan de wijk Nierlenders, Rundvoorststraat en het verlengde van de Voortstraat. de basis van de groenaanleg wordt gevormd door inheemse en ingeburgerde soorten Bij de gemeentelijke beplantingen wordt er voornamelijk gebruik gemaakt van inheemse planten en/of planten die vlinders, hommels en bijen aantrekken. Ook bessendragende struiken zijn belangrijk voor de vogels en noten (bv hazelaar)
voor de kleine zoogdieren. Deze planten ontbreken nog in de lijst van gebruikte soorten de recreatie in een gebied met natuurwaarde dient dermate gekozen worden dat een minimale verstoring van bodem, flora en fauna plaatsvindt een natuurgericht groenbeheer vereist continuïteit van het gevoerde beheer; hoe langer hetzelfde beheer wordt gehandhaafd, hoe beter de levensgemeenschappen zich kunnen ontwikkelen; hierdoor neemt de soortenrijkdom en de stabiliteit toe. Het gevoerde groenbeheer wordt in de mate van het mogelijke zoveel mogelijk herhaald en gehandhaafd.” Gelet op het voorstel van het gemeenteraadslid J. De Ryck (N-VA) houdende de goedkeuring om de maatregelen ter instandhouden en/of verhogen van de biodiversiteit zoals beschreven in het GNOP van Ranst door het College te laten toepassen bij elke beslissing over de gemeentelijke groene eigendommen. Gelet op het antwoord van de schepen van groen J. Verhaegen (Open VLD) waarbij hij stelt dat het college van burgemeester en schepenen akkoord is met het toepassen van de natuurgerichte maatregelen om de biodiversiteit in stand te houden of te verhogen. Soms kan het bestuur niet alleen daar mee rekening houden. In het GNOP staan naast de natuurgerichte maatregelen waarnaar het raadslid verwijst ook mensgerichte maatregelen en milieugerichte maatregelen. De schepen geeft een aantal voorbeelden. Zo probeert onze groendienst sinds lange tijd zoveel mogelijk inheemse planten en bomen aan te planten. Door allerlei omstandigheden zijn ze soms genoodzaakt om hiervan af te wijken. Er dient immers rekening gehouden te worden met onderhoudsvriendelijkheid van de struiken of bomen, zijn ze bestand tegen strooizouten, bessen en vruchten op bestrating kunnen aanleiding geven tot klachten van omwonenden wegens geurhinder, de aanwezigheid van wespen en andere schadelijke insecten zoals de processierupsen, enz. Daarenboven zijn de meeste inheemse bomen niet geschikt om in onze straten en wijken te planten door plaats tekort (zowel boven- als ondergronds). Soms moet het bestuur rekening houden met de sociale en fysieke veiligheid zoals beschreven in het GNOP. Zo staat op het gebied van de recreatieplaatsen veiligheid op de eerste plaats in het GNOP. Een ander aspect is de milieugerichte maatregelen. Zo zijn we verplicht vanuit Europa om bacterievuur te bestrijden, zeker in een landelijke gemeente als Ranst waar de fruitteelt een belangrijke economische activiteit is. Sommige inheemse bomen staan immers bekend als ‘waardplanten’ voor deze ziekte en daarom trachten we de aanplanting van deze soorten te vermijden in de ruime omgeving van boomgaarden. Hiermee rekening houdend dient dikwijls gekozen te worden voor gekweekte variëteiten. De schepen stelt dan ook voor om de beslissing zoals voorgesteld door Johan De Ryck (N-VA) aan te passen en te verwoorden als volgt: “Bij elke beslissing over de gemeentelijke groene eigendommen dient het college van burgemeester en schepenen rekening te houden met de mensgerichte, natuurgerichte en milieugerichte maatregelen zoals beschreven in het GNOP om een duurzaam, dynamisch, divers en harmonisch parkbeheer te realiseren.” Besluit met eenparigheid van stemmen: ------------------------------------------------Enig artikel: Bij elke beslissing over de gemeentelijke groene eigendommen dient het college van burgemeester en schepenen rekening te houden met de mensgerichte, natuurgerichte en milieugerichte maatregelen zoals beschreven in het GNOP om een duurzaam, dynamisch, divers en harmonisch parkbeheer te realiseren.”
04
Personeelsfeest 3 januari 2014: interpellatie N-VA
Het raadslid L. Baeten (N-VA), refereert naar het jaarlijkse nieuwjaarsfeest voor het personeel van gemeente en OCMW van 3 januari 2014 in den Boomgaard te Broechem. Het college van burgemeester en schepenen en de leden van het vast bureau van het OCMW waren hier ook op uitgenodigd. Op de OCMW raad van 3 maart bij de behandeling van het punt “Betaalbaarstelling vastgelegde uitgaven” lazen wij dat er door het OCMW 3.147,82 euro moest betaald worden aan Rent-a-lounge. Dit is het deel dat het OCMW betaald heeft voor het gehuurde meubilair. In het verslag van het college van burgemeester en schepenen van 10 oktober 2013 lezen we dat er 1.809,50 euro voorzien werd voor het muziekoptreden van Domino dat die avond plaats vond. Tijdens de OCMW raadszitting vertelde men ons dat er een verdeelsleutel is voor het gehuurde meubilair en het eten en dat de gemeente de muziek en drank voor zijn rekening neemt. Wij vinden het prima dat er een groot nieuwjaarsfeest is voor alle personeelsleden. Het is een uiting van appreciatie en dankbaarheid naar deze mensen toe. Maar wat betreft de kostprijs, stellen wij ons vragen. Onze vragen: Wat is het totale kostenplaatje voor dit nieuwjaarsfeest? Gelieve de kosten te detailleren (meubilair, eten, drank, ed.) Welke kosten werden er doorgerekend aan het OCMW en welke verdeelsleutel werd er gehanteerd? Hoeveel personeelsleden waren er uitgenodigd? En hoeveel aanwezigen waren er effectief? De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), antwoordt dat de totale kostprijs voor het personeelsfeest 12.670,23 euro bedraagt. Voor het OCMW bedraagt de kostprijs circa 5.000 euro. Er waren circa 230 mensen uitgenodigd waarvan er ongeveer een 150 personeelsleden van de gemeente. Er waren 150 mensen aanwezig. Enkel de kostprijs voor de aankleding van zaal, inclusief geluid en verlichting en voor het eten werd verdeeld pro rata het personeelscontingent tussen de gemeente en het OCMW. Dit wil zeggen afgerond 2/3de van de kostprijs ten laste van de gemeente en 1/3de ten laste van het OCMW. Afgerond betaalde de gemeente de 6.000 euro voor de aankleding van de zaal en het OCMW 3.000 euro voor de zaal, 3.000 euro betaalde de gemeente voor de catering en 1.800 euro het OCMW. De kosten voor de drank, 1.000 euro, en de kosten voor de DJ inclusief optreden Domino, circa 2.000 euro, werden integraal betaald door de gemeente. Het optreden van Domino kadert in een contract dat werd afgesloten voor het parkevenement waarbij we deze muzikale act konden boeken tegen een voordelige prijs in vergelijking met voorgaande optredens op het parkevenement. Zoals u aanhaalde is het personeelsfeest inderdaad een uiting van appreciatie aan het personeel die zich dagelijks inzetten voor de maatschappij. Naast deze uiting van appreciatie worden ook de personeelsleden gehuldigd die ofwel 25 of 35 jaar dienst hebben ofwel onlangs gepensioneerd zijn. Naast de appreciatie voor het personeel kadert dit personeelsfeest in ons HRM-beleid met als bijbedoeling de personeelsleden niet alleen te bedanken maar ook te motiveren. Als we naar de traditie van het personeelsfeest terugkijken zien we dat dit al jarenlang georganiseerd werd. In eerste instantie op een grote locatie in de buurt maar er was een vraag van het personeel om dit in de eigen gemeente te organiseren in onze eigen zaal weliswaar met een mooie aankleding. Het budget dat vroeger voorzien werd, bleef gehandhaafd om er in eigen zaal een leuk personeelsfeest te geven zonder enige indexatie. Zodoende bleef het budget gehandhaafd. Dit personeelsfeest is evenmin naar onze mening uitbundig te noemen indien we de vergelijking nemen met andere personeelsfeesten of activiteiten in andere buurten of bedrijven tout court. We geven bovendien geen gouden handdrukken bij pensioneringen of andere geschenken. We organiseren geen sportdagen of andere momenten tijdens de werkuren in het kader van teambuilding zoals in andere
naburige gemeenten. Voor onze personeelsleden er is enkel het personeelsfeest buiten de werkuren waarvoor er een budget van ongeveer 1 euro per inwoner voorzien is.
05
Zonevreemde woningen: interpellatie N-VA
Het raadslid, J. Oliviers (N-VA), refereert naar de verslagen van het college van burgemeester en schepenen met werken aan of regulariseren van zonevreemde woningen. Er werd zelfs een vergunning afgegeven om een zonevreemde woning af te breken en iets verder terug op te bouwen. Op de webstek van Ruimte Vlaanderen vinden wij het volgende terug: “De bedrijfswoning en de fysiek aansluitende aanhorigheden die in bouwtechnisch opzicht een rechtstreekse aansluiting of steun vinden bij de bedrijfswoning, krijgen als nieuw gebruik wonen, met uitsluiting van meergezinswoningen maar met inbegrip van tijdelijke verblijfsgelegenheden op voorwaarde dat landbouw als nevenbestemming nog aanwezig blijft. De bedrijfsgebouwen van het landbouwbedrijf mogen niet afgesplitst worden van de bedrijfswoning en kunnen alleen een nieuw gebruik krijgen als woningbijgebouwen, of als accommodatie voor tijdelijke verblijfsgelegenheden op voorwaarde dat landbouw als nevenbestemming nog aanwezig blijft. Het nieuwe gebruik is mogelijk zonder ingrijpende werken”. Een landbouwactiviteit dient te blijven bestaan en moet het nieuwe gebruik kunnen zonder ingrijpende veranderingen, wat in verschillende gevallen niet is. Het raadslid vraagt naar de visie van het bestuur aangaande de regularisatie van zonevreemde woningen? De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), verwijst naar de complexiteit van zonevreemde woningen en antwoordt dat die de administratie deze passage niet gevonden heeft maar dat ze wel het decreet of de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening en in het bijzonder artikels 4.4.10 tot en met 4.4.23 kennen en volgen. Daarin staat exact wat een zonevreemde woning is. Het is met andere woorden een woning, bedrijf of monument als het volgens het geldende plan niet in de juiste bestemming ligt zoals bijvoorbeeld een woning in recreatiegebied, een industrieel bedrijf in landbouwgebied, een ambachtelijk bedrijf in recreatiegebied, een bedrijf in een bufferzone, een omvangrijk milieubelastend bedrijf in woongebied, een winkelbedrijf in industriegebied, een commerciële private onderneming in een gebied voor gemeenschapsvoorzieningen, een niet-landbouwwoning in landbouwgebied, een niet-bedrijfswoning in industriegebied, een woning in natuurgebied, enz. Een zonevreemde constructie of woning is legaal als ze vergund is of 'vergund geacht wordt'. Voor deze constructies gelden specifieke decretale verbouw- en soms zelfs herbouwmogelijkheden. Is de woning zonevreemd, dan is herbouwen en uitbreiden niet vergunbaar in ruimtelijk kwetsbare gebieden. Verbouwen is er wel vergunbaar. Hiervoor heeft men een stedenbouwkundige vergunning nodig. De vergunning verlenende overheid meestal het college van burgemeester en schepenen van de gemeente kan deze werken vergunnen op voorwaarde dat: - het gaat om een hoofdzakelijk vergunde constructie - het gaat om een niet verkrotte constructie, zonevreemd - de goede ruimtelijke ordening komt niet in het gedrang - het huidige aantal woongelegenheden wordt niet vermeerderd - bij herbouwen of uitbreiden blijft het bouwvolume beperkt tot ten hoogste 1.000 m³ (bij verbouwen geldt deze eis niet Herbouwen op een andere locatie kan enkel nadat aan een aantal voorwaarden is voldaan. Als niet-ontvoogde gemeente zijn we verplicht een bindend advies van Stedebouw Antwerpen ofwel de afvaardiging van de Vlaamse Regering aan te vragen. Van dit advies
kan het college van burgemeester en schepenen niet afwijken. Alle vergunningen voor het herbouwen of verbouwen van een zonevreemde woning kan enkel na toelating van Stedenbouw die naar ons inzien onder het voogdijschap van de Vlaamse Minister voor Ruimtelijke Ordening de wettelijke bepalingen nakijkt maar ook naziet of het past in de goede Vlaamse ruimtelijke ordening.
06
Woonboten op het Albertkanaal: interpellatie N-VA
Het raadslid L. Van Dessel (N-VA) refereert naar de woonboten die al geruime tijd gelegen zijn op het Albertkanaal te Oelegem aan de overkant van de aanzet van het Duwvaartkanaal. Ze gaat ervan uit dat de bewoners van deze woonboten voor het bekomen van deze ligplaats een toestemming hebben gekregen van Waterwegen en Zeekanaal. Uit een schrijven van de woonbootbewoners blijkt dat er geen overeenkomst gevonden kan worden tussen Waterwegen en Zeekanaal enerzijds en de gemeente Ranst anderzijds aangaande een permanente ligplaats voor woonboten. Ze verwijst naar Lier waar er een overeenkomst is en wordt langs het Netekanaal een stuk kanaaldijk heringericht om plaats te bieden aan een tiental woonboten. Om het jaagpad (kanaaldijk) te vrijwaren van auto's zal de zone worden ontsloten via een aparte toegangsweg. Ze stelt zich de vraag waarom er geen overeenkomst gevonden worden tussen Waterwegen en Zeekanaal en de gemeente Ranst zoals in Lier en of de woonboten die er nu liggen een andere ligplaats zoeken op last van de gemeente Ranst? De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), verbetert het raadslid in eerste instantie door te stellen dat niet Water en Zeekanaal de beheerder is van het Albertkanaal maar NV De Scheepvaart. Het klopt echter wel dat er sinds een aantal jaren een aantal woonboten gelokaliseerd liggen op het Albertkanaal ter hoogte van de aanzet van het Duwvaartkanaal in Oelegem. Deze schepen zijn afkomstig zonder enige communicatie van het stuk op het Albertkanaal tussen Wijnegem en Antwerpen. Ze moesten daar weg omdat ze de economische scheepvaart hinderen. Het college van burgemeester en schepenen heeft inderdaad geen overeenkomst bereikt met de scheepvaart omwille van meerdere redenen. Enerzijds heeft het economisch vrachtvervoer voorrang op de woonboten. De Vlaamse Regering is in het kader van de ENA en de mobiliteitsproblematiek bezig met de verhoging van de bruggen en met de verbreding van het Albertkanaal om de capaciteit van het Albertkanaal te verhogen. Dit rijmt naar onze mening niet met 100m verder waar de oevers verbreed worden opnieuw het kanaal te versmallen door woonboten aan te laten meren. Bovendien zijn er al een aantal conflicten geweest tussen de bewoners van de woonboten en recreatieve passanten waarbij dat het jaagpad werd afgesloten voor zwakke weggebruikers, onaangepast rij- en parkeergedrag door de woonbotenbewoners werd geconstateerd, er obstakels op het jaagpad gelegd werden en zelfs fysieke conflicten werden gerapporteerd. Ten derde dient de infrastructuur aangepast te worden met elektriciteitsvoorzieningen en nutsleidingen en vinden we hierdoor de lokalisatie vlak naast het waterspaarbekken niet geschikt. Tenslotte wijzen we erop dat dit eveneens mobiliteitsconsequenties heeft aangezien er gemotoriseerd verkeer dient mogelijk gemaakt te worden om de ontsluiting van de woonboten te realiseren. Omwille van deze redenen heeft het college van burgemeester en schepenen geoordeeld dat deze locatie niet geschikt is. De burgemeester wijst er nog op dat de gemeente nooit aansprakelijk gesteld kan worden om een andere locatie te zoeken aangezien enerzijds deze woonboten nu illegaal daar gelegen zijn. Ze worden enkel gedoogd door NV de scheepvaart. Ze kunnen daar geen rechten uitputten. Anderzijds is de gemeente niet bevoegd en ook niet verantwoordelijk voor de ligplaatsen. Dit is een exclusieve bevoegdheid van de Vlaamse Regering via NV De Scheepvaart. De burgemeester wijst op Lier als een mogelijke ligplaats.
07
Speelbos: interpellatie N-VA
Het raadslid J. De Ryck (N-VA) refereert naar de kaalkap die in de De Fraulalaan in Oelegem en het gegeven dat het Agentschap voor Natuur en Bos er het bestuur op gewezen heeft dat de gemeente moet voorzien in een gepaste herbebossing van het betreffende perceel. In het verslag van het college van burgemeester en schepenen van 28 maart 2013 staat dat in afwachting van de kaalkap van het speelbos Van Steenbergenlaan er een plaats bezoek gepland is met de gemeentelijke diensten, Natuur en Bos en Regionaal Landschap de Voorkempen om de mogelijke herinrichting/heraanplanting te bepalen conform het Bosdecreet. Van de gelegenheid zou er gebruik gemaakt worden om een inventaris op te maken van de verschillende restzones in de gemeente. Er zouden ook adviezen worden opgemaakt i.v.m. mogelijke herinrichting/heraanplanting om een algemene beleidsvisie uit te bouwen. Onze vragen: Hoever staat u met de gepaste herbebossing van het speelplein aan de De Fraulalaan? Hoever staat het met de opmaak van de inventaris van de verschillende restzones in de gemeente? Volgens de schepen van groen J. Verhaegen (VLD) is er in de speelzone Gheldenakenlaan geen kaalkap gebeurd maar enkel het rooien van exoten. Hij antwoordt dat bovendien het rooien van de bomen in het speelbos Van Steenbergenlaan van start kan gaan indien de betaling gebeurd is door degene die de overheidsopdracht binnengehaald heeft. Op het einde van 2013 werden er afspraken gemaakt met Regionaal Landschap de Voorkempen tot het opmaken van een inventaris van de restzones in de verkaveling Everhoek. Zij gaan ook voorstellen en ramingen opmaken voor de herinrichting en/of heraanplanting van de zone De Fraulalaan, speelbos Van Steenbergenlaan en speelzone Gheldenakenlaan. Tot op vandaag hebben wij hier, ondanks aandringen, nog geen gegevens ontvangen.
08
Snelheidsmetingen in Ranst: interpellatie groen
Het raadslid, L. Redig (groen), tracht al geruime tijd een inzicht te krijgen in de aanpak van de verkeerssnelheid in onze gemeente. Als verkozenen van deze gemeente heeft hij het recht om op een correcte wijze te worden geïnformeerd over hoe dit bestuur omspringt met de verkeersveiligheid. Het is echter nog steeds niet duidelijk welke normen dit bestuur hanteert om overtreders daadwerkelijk te beboeten. Wij zijn daarom zelf aan het rekenen gegaan en hebben ons gebaseerd op de in Ranst Info gepubliceerde aangekondigde metingen en het verslag van Bruno Janssen van de dienst verkeer van Zara over de meetresultaten op de Ranstsesteenweg tijdens de periode 14 november 2013 en 29 november 2013. Volgens het raadslid wordt de frequentie van de aangekondigde snelheidsmetingen niet gehaald. In 2012 slechts 7 van de 13, in 2013 slechts 7 van de 11. Als u het in procenten uitgedrukt wenst: in 2012 slaagde dit bestuur er in om 53% van de aangekondigde verkeerscontroles uit te voeren, in 2013 63%. Het raadslid wenst te vertrekken van de meting op de Ranstsesteenweg (14/11/201329/11/2013): Hij stelt vast dat bij deze controles de V85-waarde op 57 km/u ligt. Enerzijds wil dit zeggen volgens het raadslid dat 15% van de bestuurders deze snelheid wel overschrijdt en zoals in het verslag staat vermeld zijn de snelheden vaak erg hoog. Anderzijds wijst het raadslid op het belang van de V85 waarde. In de verkeerskunde wordt aangenomen dat de V85waarde symbool staat voor de weginrichting. Indien de V85 de vastgestelde
maximumsnelheid ruim overschrijdt, correspondeert de inrichting van de weg niet met het opgelegde snelheidsregime en zal de wegbeheerder maatregelen moeten nemen om snelheid en inrichting met elkaar in overeenstemming te brengen door aanpassing van de infrastructuur of het nemen van snelheidsremmende maatregelen (Handboek verkeerskunde). Het raadslid verwijst naar het verslag waarbij tijdens een snelheidscontrole van 90 minuten gemiddeld 35 overtredingen worden vastgesteld. Bovendien stelt hij vast dat de snelheid die door 50% van de bestuurders niet overschreden wordt ligt op 49 km per uur. Dit wil zeggen dat 50 % van de bestuurders een lichte tot zware overtreding begaat. Tijdens de periode november-december 2013 werden in totaal 350 voertuigen gecontroleerd en er werden 20 boetes uitgedeeld, d.w.z. 5,71% en dat is dan nog het hoogste cijfer van het hele jaar 2013. Hij maakt de vergelijking met de tabel uit het verslag. Het raadslid concludeert dat: Dat slechts een beperkt deel van de aangekondigde snelheidscontroles gerealiseerd wordt. Dat 15 % van de bestuurders meer dan 7 km per uur te snel rijdt, maar dat slechts minder dan 5 % een boete krijgt. op basis van bijgevoegde tabel (gemiddelde en maximale snelheid) is zo al op het oog vast te stellen dat de begane snelheidsovertredingen ruim boven de door het college van procureurs voorgestelde tolerantiegrens liggen. Op basis hiervan is het onbegrijpelijk vast te moeten stellen dat over de ganse periode slechts 20 PV’s werden opgemaakt. Hiermee stellen we vast dat de tolerantiegrens voor een zone 50, minimaal 65 km/u bedraagt en dat zich heel dringend maatregelen opdringen (zoals ook in het verslag vermeld). Het raadslid vraagt een reactie van het college van burgemeester en schepenen. De schepen van verkeersveiligheid, T. Muyshondt (CD&V), benadrukt dat er maatregelen genomen worden in het kader van de verkeerveiligheidsbevorderende maatregelen. De schepen benadrukt dat de snelheidsmarges politiematerie is die de schepen onbekend zijn. Handhaving van de verkeersveiligheid is een taak van de lokale politie. Bij aankondigingen in het gemeenteblad die maanden vooraf gebeuren, kan het gebeuren dat er omwille van wijzigende omstandigheden het aantal controles niet is gebeurd. Er is het streven om het aantal metingen halen. Specifiek voor de Ranstsesteenweg zullen er maatregelen genomen worden zoals er vaste borden plaatsen en er zullen verplaatsbare palen (smileys) aangekocht worden zonder evenwel op korte termijn drastische infrastructurele ingrijpen zoals het verbod op parkeren in te voeren. Deze maatregelen hebben tijd nodig. Er zullen tevens ook meerdere controles gebeuren. Via nieuwe technologieën is het misschien mogelijk om meerdere metingen te realiseren. De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), benadrukt dat de afspraken tussen de burgemeester, het parket en de korpschef aangaande de tolerantiegrenzen in de gemeenten niet bekendgemaakt mogen worden. Indien er signalen zijn dat de tolerantiegrenzen dienen aangepast te worden, kan dat besproken worden tijdens het zonaal veiligheidsoverleg met het parket.
09
Openbare verlichting: interpellatie groen
Het raadslid, L. Van Camp (groen), verwijst naar de gemeenteraad van april 2013 waarbij er werd verteld dat het bestuur bezig is met het verwezenlijken van het Masterplan openbare verlichting. Op basis van de cijfers van Eandis is er te zien dat er steeds meer budget gaat naar de energiekosten van openbare verlichting. Bovendien lezen we in de nota van de
technische dienst naar aanleiding van het willen realiseren van het project ‘klimaat neutrale organisatie 2020’ dat er bijzondere aandacht moet gaan naar openbare verlichting. Hij stelt hierover aan het college van burgemeester en schepenen de volgende vragen: Is het bestuur alsnog bereid te investeren in het vervangen van lampen en verlichtingstoestellen met verouderde technologie? (de Quickscan waar die het raadslid in de gemeenteraad van april 2013 aanraadde) Welke stappen werden er ondertussen gezet in het kader van het Masterplan Openbare Verlichting? Wanneer gaan we de eerste fases van het Masterplan Openbare Verlichting daadwerkelijk zien? Welke doelstelling aan energiebesparing rond de openbare verlichting wil het bestuur realiseren tegen 2020 (Klimaatneutrale Organisatie 2020)? De schepen van openbare weken F. Bossaerts (CD&V), antwoordt dat het masterplan openbare verlichting een instrument is om de beleidskeuzes van de gemeente op het vlak van openbare verlichting vast te leggen voor de komende jaren, te documenteren en te voorzien van de juiste technische onderbouw. Onderdeel hiervan is het blootleggen van het grootste potentieel voor energiebesparing (quickscan OV). Het regiomasterplan openbare verlichting waaraan momenteel gewerkt wordt overkoepelt meerdere gemeenten, hierdoor is er een regio-overkoepelende afstemming mogelijk rond doorgangswegen. De uitgevoerde punten regiomasterplan zijn: - Analyse Eandis openbare verlichting deelnemende gemeenten (quickscan) - Op basis van vijf parameters (milieu, hoge energie-efficiëntie, lage investering, voorloper nieuwe technieken en lage onderhoudskost) werd volgende algemene visie bepaald waarin alle deelnemende gemeenten zich konden vinden: - Openbare verlichting in de regio Kempen staat ten dienste van haar inwoners en moet ook zorg dragen voor het milieu (lichthinder). - Om openbare verlichting vandaag en in de toekomst betaalbaar te houden streeft de regio naar een energie-efficiënt openbaar verlichtingspark met lage onderhoudskost. - Alle straten werden per deelnemende gemeente ingedeeld in vastgelegde deelruimten (o.a. doortochten, verbindingswegen, centrumgebied, woonstraten,…) en per deelruimte werd een technische fiche opgemaakt van de openbare verlichting. Deze technische fiche omvat ondermeer de lichtpunthoogte, type lichtbron, de lichtkleur, brandregime, … Wat er nog op planning staat is: - Eandis maakt momenteel voor elke gemeente een kaart op met de indeling van de deelruimten. Er wordt ook nagekeken of er conflictzones zijn, dit zijn grensoverschrijdende wegen die door de betreffende gemeenten in een andere deelruimte zijn ondergebracht. - Na ontvangst kaart met indeling deelruimten, vermoedelijk in april, dan kan die samen met de technische fiches ter goedkeuring voorgelegd worden aan het bestuur. - Na goedkeuring kan er nagegaan worden welke acties er ondernomen kunnen worden om de gemaakte keuzes te realiseren.
10
Werken brug van Oelegem: interpellatie groen
Het raadslid, L. Redig (groen), verwijst naar het einde van de werken aan de brug over het Albertkanaal in Oelegem dat in zicht is en het verkeer verloopt terug in beide richtingen. Maar nu blijken zich hier en daar toch wel enkele structurele problemen voor te doen. Plots
blijkt de Hoornveldstraat een doodlopende straat te zijn geworden, hoewel dit in het oorspronkelijke plan niet voorzien was. Ter plaatse stelt het raadslid vast dat de aansluiting aan de brug vrij misschien wel te hoog is en dus eindigt daar de weg, hoewel op de brug zelf een afslag voorzien is. Bewoners kunnen dit enkel vaststellen en hebben geen idee hoe deze zaak gaat aflopen. Tevens stelt hij vast dat het fietspad richting Oelegem een zeer vreemde knik vertoont, met als gevolg een redelijk steil stuk dat sommige fietsers nu te voet doen. Hierdoor heeft hij volgende vragen aan het college van burgemeester en schepen: - Is het bestuur op de hoogte van de situatie in de Hoornveldstraat en zal deze een doodlopende straat blijven? - Hoe gaat de verkeersafwikkeling voor de bewoners in de toekomst gebeuren? - Is er een garantie dat hulpdiensten deze buurt snel zullen kunnen bedienen? - Is het bestuur op de hoogte van de vreemde aanleg van het fietspad bij het oprijden van de brug richting Oelegem? - Is het bestuur bereid om nog stappen te ondernemen om voor de definitieve afwerking nog zaken bij te sturen of te veranderen? - Hoe verloopt de communicatie met de buurt? De schepen van openbare werken, F. Bossaerts (CD&V), antwoordt dat de werken aan de brug in Oelegem van nabij worden opgevolgd. Minsten om de 2 weken gaat er een werfvergadering door waar het diensthoofd en/of de schepen aanwezig zijn. Naast deze bijeenkomsten zijn er bovendien regelmatige contacten via mail, telefoon of ter plaatse om het verloop van de werken op te volgen. Wat de Hoornveldstraat betreft zet de schepen even de situatie op een rijtje. Op donderdagnamiddag 6 maart is er de melding van de projectingenieur dat de aansluiting Hoornveld niet verloopt volgens plan en er wordt ons gevraagd om hiervoor samen te komen. Onze burgemeester en onze verkeerspolitie werden op de hoogte gebracht. Op vrijdagmorgen om 9 uur zijn de verschillende betrokkenen en verantwoordelijken, waaronder de burgemeester en de schepen, aanwezig om met de projectingenieur de aansluiting van de Hoornveldstraat te bekijken en te bespreken. Daar en op dat moment wordt vastgesteld dat de aansluiting van deze straat op een veilige en verkeerstechnisch verantwoorde manier niet uitvoerbaar is. Wij vragen aan de ingenieurs om een alternatief voorstel uit te werken. De eerste ontwerpen werden opgemaakt en besproken tijdens de werfvergadering van afgelopen week. Voor de verdere uitwerking werd er gevraagd rekening te houden met de grotere voertuigen, hulpdiensten, brandweer, afvalophaling, enz die een gegarandeerde vlotte toegang moeten hebben in deze straat, de integratie van de bushalte, parking voor de fietsers, doorgang voor voetgangers en fietsers in de zone tussen Hoornveld en het rondpunt in dit plan en dat er rekening gehouden wordt met opmerkingen van bewoners in deze straat. Voorlopig kan de schepen geen antwoord geven op de toekomstige verkeersafwikkeling voor de bewoners. De schepen benadrukt dat er gestreefd wordt om voetgangers en fietsers wel te voorzien van een aansluiting met de Oelegemsesteenweg. Voor voertuigen zal dit wellicht niet mogelijk zijn. Het is nog wachten op een definitief plan. Aangaande de vreemde aanleg van het fietspad bij het oprijden van de brug richting Oelegem is de schepen op de hoogte, het is een tijdelijke en voorlopige oplossing. Aangaande een eventueel bijsturen bij definitieve afwerking vertelt de schepen dat er een constructieve samenwerking is tussen NV De Scheepvaart en het gemeentebestuur met een grote betrokkenheid van onze gemeente in dit dossier. Zo werden o.a. op onze vraag de fietspaden verbreed van 1.75 m naar 2 meter maar er zijn er nog vele andere. Aangaande de communicatie met de buurt stelt de schepen dat de bewoners in de buurt met vragen omtrent de werken steeds terecht kunnen bij de werfverantwoordelijken. Zij doen dat ook. Vragen omtrent de werf aan onze technische dienst of aan mezelf trachten we via plaatsbezoek of telefonisch goed als mogelijk te beantwoorden. Over mogelijke
hinder of tijdelijke wegomleggingen informeren we via bewonersbrieven. De site trachten we zo goed mogelijk up-to-date te houden. De afwerking van het nieuwe rond punt zal voor enige hinder, omleiding en stremming van het verkeer zorgen. Om de schoolgaande fietsers zoveel mogelijk te sparen worden deze werken uitgevoerd tijdens het paasverlof, maar ook de week nadien zal het verkeer nog even moeilijk zijn. Vanaf eind april zal het verkeer weer normaal kunnen verlopen.
11
Brandweerbijdrage 2007-2011: mondeling vraag J. De Ryck (N-VA)
Het raadslid, J. De Ryck (N-VA), vraagt een bijkomende mondelinge vraag aangaande het overleg dat de burgemeester gehad heeft met de provinciegouverneur rond de toelage voor de beschermde gemeentes in de periode 2007-2011. De burgemeester, L. Hofmans (Open VLD), antwoordt dat er afgelopen week een vergadering geweest is waarbij 20 gemeenten een ongunstig advies gegeven hebben. Deze adviezen zullen overgemaakt worden aan de minister maar er is weinig hoop dat de minister toegevingen zal doen aangezien de berekeningen gemaakt zijn volgens de wet. Bijkomend zullen er nog afrekeningen gebeuren voor 2012, 2013 en 2014. Er werd evenmin ingegaan op de vraag tot indexering van de bedragen zoals voorgesteld door de gemeente die bescherming bieden. Gedaan te Ranst in zitting datum als boven. Op bevel, Desecretaris,
De voorzitter,