AB 29-06-2010 WATERSCHAPSBLAD 2010, NUMMER 25 BIJL.: – Agendapunt: 6 Sittard, 14 juni 2010 AAN HET ALGEMEEN BESTUUR Onderwerp: Uitzetting creditgelden 2010
Voorstel Ermee instemmen om de overtollige gelden in 2010 direct opvraagbaar uit te zetten bij de Rabobank via de Spaar Vrij rekening. Inleiding Door de wereldwijde kredietcrisis is ons waterschap zoals bekend in 2008 geconfronteerd met een risico op het nog uitstaande deposito bij Landsbanki Island. Externe ontwikkelingen Een direct gevolg van deze crises was dat de wet- en regelgeving met betrekking tot het uitzetten van middelen door decentrale overheden, te weten de ‘Wet financiering decentrale overheden’ (Wet fido) en de daarop gebaseerde ‘Regeling uitzettingen en derivaten decentrale overheden’ (Ruddo) in 2009 zijn aangepast. Ook zijn de mogelijkheden met betrekking tot het instrument schatkistbankieren bezien. Dit traject is echter op landelijk niveau nog niet afgerond. De aanpassing van de regelgeving heeft ertoe geleid dat in de Ruddo het landencriterium is aangescherpt met een ratingvereiste en de uitzettingseisen zijn gedifferentieerd naar looptijd. Landencriterium De Ruddo kende al een landenbeperking. Decentrale overheden mochten alleen uitzettingen doen bij financiële instellingen die gevestigd zijn in landen die behoren tot de Europese Economische Ruimte (EER), bestaande uit de EU plus Noorwegen, IJsland en Liechtenstein. De Ruddo maakte geen onderscheid naar kredietwaardigheid van landen waar de financiële instellingen gevestigd zijn. Conform het beleid van de Nederlandse Staat, is in de Ruddo een minimale credit rating voor het land van vestiging van de financiële onderneming opgenomen. De geografische landenbeperking is dan ook aangevuld met een minimale credit-landenrating van AA, afgegeven door ten minste twee ratingbureaus.
100981/PDA
1/5
Uitzettingsvereisten De ratingvereisten in de Ruddo maken nu ook een onderscheid tussen korte uitzettingen en uitzetting voor langere tijd. Omdat risico’s toenemen naarmate gelden langer uitstaan, is voor langere uitzettingen een hogere rating vereist. Decentrale overheden die voor een periode langer dan 3 maanden willen uitzetten, dienen dit te doen bij een financiële onderneming met minimaal een credit-rating van AA-minus, afgegeven door ten minste twee ratingbureaus. Voor uitzettingen tot en met 3 maanden blijft het mogelijk om gelden uit te zetten bij financiële instellingen met een A-rating, afgegeven door ten minste twee ratingbureaus. Treasurystatuut Door de wijziging van de Ruddo dient het treasurystatuut van ons waterschap een aanpassing te ondergaan. Het voornemen van de Unie van Waterschappen was om voor de zomer 2009 een model-treasurystatuut op te stellen dat als basis zou dienen van de door de waterschappen nieuw vast te stellen treasurystatuten. Gelet op tijdgebrek en de Actie Storm, is dit model door de Unie nog altijd niet gerealiseerd. Hierdoor is de aanbieding van een nieuw treasurystatuut aan het algemeen bestuur eveneens nog niet geëffectueerd. Navraag heeft uitgewezen dat de voorbereiding van een concept model-treasurystatuut door de Unie inmiddels ter hand is genomen. De verwachting is dat dit model voor de zomer van 2010 aan de waterschappen zal worden toegezonden. Interne ontwikkelingen 2009 Het algemeen bestuur heeft op 17 februari 2009 besloten om in afwachting van een nieuw treasurystatuut alle treasuryactiviteiten te beperken tot de Nederlandse Waterschapsbank (NWB). Verder is gelet op renteontwikkeling door het algemeen bestuur op 30 juni 2009 besloten om voor de uitzetting van het overtollig kasgeld in 2009 naast de Nederlandse Waterschapsbank gebruik te maken van de Extra Bonus Zakenrekening van de ING en de Beheerrekening van Fortis. Hiermee is in 2009 een extra renteopbrengst gegenereerd van bijna € 69.000. Uitzetten creditgelden 2010 Ook in 2010 wordt het waterschap weer geconfronteerd met tijdelijk overtollig kasgeld dat een gevolg is van de belastingontvangsten die in een piek binnenkomen. Op basis van de liquiditeitsprognose per 1 april 2010 en behoudens onvoorziene omstandigheden is in de maanden juni tot en met oktober sprake van een liquiditeitsoverschot dat als volgt kan worden weergegeven: Maand 2010 juni juli
Liquiditeitsoverschot begin maand
Liquiditeitsoverschot einde maand
Liquiditeitsoverschot gemiddeld
1.964.000
4.806.000
3.385.000
4.806.000
11.388.000
8.097.000
augustus
11.388.000
11.174.000
11.281.000
september
11.174.000
8.582.000
9.878.000
8.582.000
2.670.000
5.626.000
oktober
Omdat nog geen nieuw treasurystatuut is vastgesteld dienen gelet op de besluitvorming van 17 februari 2009 de overtollige gelden uitgezet te worden bij de Nederlandse Waterschapsbank. Momenteel bedraagt de rentevergoeding van de waterschapsbank voor creditgelden 0,20%. De rentepercentages voor 1 en 3 maands deposito’s bij de NWB
100981/PDA
2/5
bedragen respectievelijk 0,29% en 0,38%. Dit betekent dan ook dat de te genereren renteopbrengst in 2010 bij ongewijzigd beleid zeer beperkt zal zijn. Marktoriëntatie Gelet op het beperkte rentepercentage dat de Nederlandse Waterschapsbank biedt, heeft evenals vorig jaar een marktoriëntatie plaatsgevonden bij een aantal gerenommeerde Nederlandse bankinstellingen. Het uitgangspunt hierbij was om een zo optimaal mogelijk renteresultaat te bewerkstellingen voor het liquiditeitsoverschot. Verder is het noodzakelijk dat de gelden gelet op het fluctuerende karakter direct opvraagbaar zijn. De voorliggende marktoriëntatie heeft geleid tot de navolgende resultaten. Bankinstelling
Rating bank
Naam rekening
ING-bank
S&P: A+ Fitch: A+
Extra Bonus Zakenrekening
1,70% 1,60% 1,40%
van € 0 tot € 2.500.000 van € 2.500.000 tot € 5.000.000 van € 5.000.000 tot € 10.000.000
Fortis
S&P: A Fitch: A+ staatsbank
Beheerrekening
1,65%
€ 5.000.000
Rabobank
S&P: AAA Fitch: AA+
Rabo Spaar Vrij rekening (op basis van maatwerk)
2,20%
onbeperkt
ABN / Amro
S&P: A+ Fitch: AAstaatsbank
Ondernemers Top Deposito
0,70% 1,80%
€ 5.000.000 basisrente voor bedrag minimaal een kwartaal op rekening
Ondernemers Top Deposito Plus
Rentepercentage per 15 april 2010
0,70%
1,70%
Maximaal rentedragend bedrag
van € 0 tot € 2.500.000 van € 2.500.000 tot € 10.000.000 voor bedrag minimaal een kwartaal op rekening
Op basis van de te verwachten liquiditeitsoverschotten over de periode juni tot en met oktober is de Spaar Vrij rekening van de Rabobank gelet op het rentepercentage en de voorwaarden het meest geschikt. Rabo Spaar Vrij rekening De Spaar Vrij rekening is een dagelijks vrij opneembare spaarrekening met een rentevergoeding van 2,2% (per 15 april 2010), waarop onbeperkt kan worden gestort. Verder heeft de rekening de navolgende kenmerken: − volledige opnamevrijheid − direct toegang tot het geld via (Rabo) internetbankieren − geen minimuminleg of maximuminleg − rente wordt jaarlijks op de eerste werkdag van het jaar uitgekeerd − rentepercentage is gekoppeld aan de Rabo Internet Loyaal spaarrekening − looptijd tot 31 december 2010 Uitgaande van het gemiddeld liquiditeitsoverschot kan op basis van de huidige inzichten over de periode juni tot en met oktober 2010 met de Spaar Vrij rekening van de Rabobank, ten opzichte van de NWB een extra renteopbrengst worden gegenereerd van ruim € 63.000.
100981/PDA
3/5
Onderstaand is dit weergegeven: Maand 2010 juni juli
Liquiditeitsoverschot gemiddeld
Verschil rentevergoeding NWB en Rabobank 2,00% (afgerond op € 1.000)
3.385.000
5.600
8.097.000
13.500
11.281.000
18.800
september
9.878.000
16.500
oktober
5.626.000
9.400
augustus
Risicoanalyse Aangezien de Rabobank voldoet aan de Ruddo en een Nederlandse Bank is die gevestigd is in Nederland, is het risico op de genoemde uitzetting minimaal. De Nederlandse Staat voldoet aan het landencriterium. Daarnaast blijkt uit de rating van twee ratingbureaus dat de Rabobank een AAA status heeft vergelijkbaar met die van de Nederlandse Waterschapsbank. Dit terwijl voor het uitzetten van gelden korter dan een maand de financiële instelling slechts een A status behoeft. Verder zijn de gelden direct opvraagbaar waardoor het risico eveneens beperkt wordt. Daarnaast kan nog worden vermeld dat in het dienstjaar slechts sprake is van een korte periode van overliquiditeit. De creditgelden zullen zodoende ook maar voor een periode van maximaal twee maanden het bedrag van € 10.000.000 overschrijden wat eveneens een beperkende factor op het risico heeft. Afweging In 2009 is zoals reeds aangegeven in het kader van het gespreid risico door het bestuur besloten om de gelden bij een tweetal financiële partijen weg te zetten, te weten bij de ING en de Fortisbank (hierbij was sprake van vergelijkbare rentepercentages). Gelet op het enorme verschil in rentepercentage dat de Rabobank ten opzichte van de andere partijen biedt en doordat de bank een AAA status heeft die vergelijkbaar is met de Nederlandse Waterschapsbank, is het vanuit financieel oogpunt wenselijk en gelet op het risicoprofiel van de bank verantwoord om het uitzetten van de creditgelden in 2010 te beperken tot de Rabobank. Verder kan nog worden opgemerkt dat in alle gevallen sprake is van een variabele rente. Dit betekent dan ook dat indien de rente wordt verlaagd dit in de regel bij alle marktpartijen op het hetzelfde niveau doorwerkt. Hierdoor blijft het verschil in rentepercentage tussen de diverse partijen ook in een dalende markt gelijk. Omdat het waterschap nog geen mogelijkheid tot internetbankieren bij de Rabobank heeft, zal dit nog wat extra administratieve handelingen met zich meebrengen. Echter gelet op het rentevoordeel dat met deze rekening behaald kan worden, is dit geen beletsel. Resumé Omdat een aanpassing van het treasurystatuut - buiten ons beïnvloedingsgebied - nog altijd niet is geëffectueerd en het waterschap in de periode juni tot en met oktober 2010 geconfronteerd zal worden met een positieve liquiditeitspositie, is het gelet op het aangeboden rentepercentage en gelet op het risico aantrekkelijk en verantwoord de Spaar Vrij rekening bij de Rabobank af te sluiten. Ten opzichte van de rentevergoeding die aangeboden wordt door de Nederlandse Waterschapsbank en de andere financiële instellingen kan hiermee een aanzienlijk rentevoordeel worden behaald.
100981/PDA
4/5
Commissieadvies De commissie Middelen en Financieel Beleid heeft ter zake positief geadviseerd. Voorstel Wij stellen u voor ermee in te stemmen om de overtollige gelden in 2010 direct opvraagbaar uit te zetten bij de Rabobank via de Spaar Vrij rekening. Het dagelijks bestuur, de secretaris/directeur,
de voorzitter,
ing. J.M.G. In den Kleef
dr. J.J. Schrijen
100981/PDA
5/5
