Sa m e n
i n v e s t e r e n
i n
g e z o n dheid
Nederlands congres Volksgezondheid 20082008 Nederlands congres Volksgezondheid
Vroeg erbij, beter meedoen!
9 - 10 april 2008 Martiniplaza Groningen
UITNODIGING - PROGRAMMA
Welkom in Groningen! Het vijfde Nederlands Congres Volksgezondheid vindt plaats op 9 en 10 april 2008 in congrescentrum Martiniplaza in Groningen. De Academische Werkplaats Noord-Nederland is dit jaar onze lokale gastheer. U bent van harte uitgenodigd in Groningen!
Vroeg erbij, beter meedoen
Meer dan 80 presentaties
Onder het motto ‘Vroeg erbij, beter meedoen’ zetten we dit jaar de spotlights op preventie en vroege opsporing. Meedoen is een voorwaarde voor een goede gezondheid, maar het is er ook een gevolg van. Met preventie en vroege opsporing kunnen we hier een belangrijke bijdrage aan leveren. Wat zijn de meest succesvolle ontwikkelingen in de preventieve gezondheidszorg? En wat levert het op als we belemmeringen voor een goede gezondheid nog eerder opsporen?
Het landelijke volksgezondheidscongres is een jaarlijkse happening voor alle professionals die in de public en occupational health in Nederland werken. In twee dagen tijd wordt u getrakteerd op interessante voordrachten van toonaangevende sprekers zoals Paul Schnabel, Menno Reijneveld, Jac van der Klink, Theo van Tilburg en Iteke Weeda. U kunt naar hartelust kiezen uit twintig interessante workshops en meer dan tachtig mondelinge presentaties, gecombineerd met enkele posterpresentaties. En natuurlijk bieden we ook dit jaar weer een uitgebreide informatieen postermarkt waar u een kijkje kunt nemen.
Ministers Rouvoet en Donner doen mee Dit jaar doen maar liefst twee bewindslieden aan het congres mee. Minister Rouvoet van Jeugd en Gezin zal de eerste congresdag openen met een lezing over politieke ontwikkelingen. Wat is de taak van de public health op dit punt? Minister Donner van Sociale Zaken en Werkgelegenheid neemt de tweede congresdag het stokje over en gaat in op het belang van preventie en vroege opsporing voor de terreinen werk, school en vrije tijd.
Meldt u nu aan! Via www.ncvgz.nl kunt u zich aanmelden en desgewenst een hotelkamer boeken. Blijft u twee dagen, dan kunt u inschrijven op een gevarieerd avondprogramma met alle mogelijkheden om vakgenoten te spreken en een kijkje te nemen in de ‘beste binnenstad van Nederland’.
Johan Groothoff,
Twee bruisende congresdagen Tijdens de eerste congresdag, woensdag 9 april 2008, staat het thema ‘levensloop en levenskunst’ centraal. Volksgezondheid en preventie hebben hier vele raakvlakken mee. Traditioneel zal op deze dag bekend worden gemaakt welke jonge onderzoeker met de Volksgezondheidsprijs naar huis mag. De tweede congresdag op donderdag 10 april staat in het teken van ‘participatie en gezondheid’. Hoe kunnen de public en occupational health stimuleren dat alle mensen deelnemen aan de samenleving?
Academische Werkplaats Noord-Nederland
Jan Huurman,
voorzitter Nederlands Congres Volksgezondheid
Programma Woensdag 9 april: Levensloop & Levenskunst 10.00 - 10.10 10.10 - 10.30 10.30 - 10.50 10.50 - 11.10 11.10 - 12.30 12.30 - 14.00 14.00 - 15.20 15.20 - 15.30 15.30 - 16.30 16.30 - 16.35 16.35 - 16.50 16.50 - 17.00
Opening, door de dagvoorzitters Prof. dr. Johan Groothoff en drs. Jan Huurman Onze jeugd van tegenwoordig Minister mr. A. Rouvoet, Programmaministerie Jeugd en Gezin Preventie: maatschappelijke opgave én investering Prof. dr. André Knottnerus, Gezondheidsraad Pauze Parallel programma met workshops en korte presentaties I Lunchpauze met informatiemarkt en posterpresentaties Parallel programma met workshops en korte presentaties II Wisselpauze Drieluik Levensloop & Levenskunst l Starten in achterstand: uitdaging voor preventie Prof.dr. Menno Reijneveld, UMC Groningen l Jong volwassen: de tijd van je leven Prof. dr. Wilma Vollebergh, Universiteit Utrecht l Meedoen in de ouderdom: is dat een kunst? Prof. dr. Theo van Tilburg, Vrije Universiteit Uitreiking V&W prijs Prof. dr. Dike van de Mheen en prof. dr. Marianne Donker Presentatie door de winnende onderzoeker Afsluiting, daarna borrel
Avondprogramma: Rondleiding en buffet in het Gasunie-gebouw
Donderdag 10 april: Beter Meedoen! 10.00 - 10.10 10.10 - 10.30 10.30 - 10.50 10.50 - 11.10 11.10 - 12.30 12.30 - 13.40 13.40 - 15.00 15.00 - 15.20 15.20 - 16.20 16.20 - 16.30
Opening, door de dagvoorzitters Prof. dr. Johan Groothoff en drs. Jan Huurman Iedereen doet mee Minister mr. P.H. Donner, Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Meedoen is beter!? Prof. dr. Jac van der Klink, UMC Groningen Pauze Parallel programma met workshops en korte presentaties III Lunchpauze met informatiemarkt en posterpresentaties Parallel programma met workshops en korte presentaties IV Wisselpauze Tweeluik Gezondheid, Gedrag & Participatie l Een natie van participatie Prof. dr. Paul Schnabel, Sociaal Cultureel Planbureau l Humor, levenszin en participatie Prof. dr. ir. Iteke Weeda, Rijksuniversiteit Groningen Afsluiting, daarna borrel
Avondprogramma Op woensdagavond 9 april wordt een speciaal programma georganiseerd. U kunt zich inschrijven voor een rondleiding in het bijzondere gebouw van de Gasunie. De avond wordt afgesloten met een bescheiden Italiaans buffet waarbij ook sfeervolle muziek niet zal ontbreken! Het hoofdkantoor van Gasunie is een opzienbarend bouwwerk, dat jaarlijks tienduizenden belangstellenden trekt. Onlangs is het, bij een door Trouw georganiseerde verkiezing, gekozen tot het mooiste gebouw van Nederland. Zowel binnen als buiten is dit organisch gebouw een buitengewone creatie, een blikvanger van formaat. Niet vaak krijgt u de mogelijkheid tot een rondleiding in dit gebouw. Schrijf daarom tijdig in, want het aantal plaatsen is beperkt!
Programma Gasunie 9 april 17.40
Aankomst bij de Gasunie Rondleiding door het gebouw met gidsen
18.50 Ontvangst en welkomstwoord door Gasunie 19.00 Toespraak door de Burgemeester van Groningen Drs. Jacq. Wallage 19.10
Italiaans buffet, met muziek van ‘Something Else’
21.30 Afsluiting
Kosten Dankzij de medewerking van de Gasunie, die het buffet tegen kostprijs zal aanbieden, bedragen de kosten voor deze volledig verzorgde avond slechts € 35,per persoon. Dat is inclusief rondleiding, muzikale omlijsting, welkomstdrankje, wijn en waters tijdens het diner. Aanmelding Aan dit avondprogramma kunnen maximaal 150 gasten deelnemen. Degenen die zich al bij de voorinschrijving hebben aangemeld voor het congres, krijgen voorrang op het beperkte aantal plaatsen dat hiervoor beschikbaar is. Meldt u zich dan ook snel aan voor dit programma als u interesse heeft, want vol = vol! Veiligheidsvoorschriften Gasunie Er is een streng veiligheidsbeleid bij Gasunie; dat betekent dat twee weken van te voren bekend moet zijn wie er deelneemt. Dus wisselen met een collega, toegang zonder aanmelding of inschrijving voor het buffet na 26 maart is helaas niet mogelijk.
Deelsessies In dit overzicht staan de workshops en presentaties die gegeven worden in de vier rondes deelsessies (verdeeld over twee dagen). Een toelichting op de inhoud van de sessies vindt u terug op de site van het congres www.ncvgz.nl waar ook de digitale congresfolder staat. In de deelsessies staan het presenteren van
resultaten centraal, terwijl in de workshops de discussie voorop staat.
Woensdag 9 april – 11.10 – 12.30 uur
Donderdag 10 april – 11.10 – 12.30 uur
Workshops
Workshops
1 2 3 4 5
De jeugd van tegenwoordig Effectief en structureel hulpaanbod aan dikke kinderen Effectieve keten bij preventie van suïcidaal gedrag bij jongeren De lokale en nationale monitor gezondheid Tegengestelde belangen bij het EKD?
!
n e registrere Alleen onlin
21 Aanpak gezondheidsachterstanden: wie aan zet? 22 Verkenning rondom arbeid, ziektelast & arbeidsproductiviteit 23 Vroeg erbij, beter samenwerken, beter resultaat 24 Vroeg erbij, beter meedoen: ethische reflectie 25 Actueel thema
Mondelinge presentaties 6 7 8 9 10
De ins en outs van SOA’s Openbare geestelijke gezondheid, op tijd erbij Invloed van SES bij zwangerschap, bevalling en opvoeding Opvoeden, een gedeelde verantwoordelijkheid Screenen en meten, van pre-nataal tot in de kindertijd
Mondelinge presentaties 26 27 28 29 30
Bevolkingsonderzoeken kanker Weerbaarheid: faalangst en pesten Participatie van jongeren met een beperking Arbeid en Gezondheid, nieuwe rollen en taken Aandacht voor adolescenten
Woensdag 9 april – 14.00 – 15.20 uur
Donderdag 10 april – 13.40 – 15.00 uur
Workshops
Workshops
11 12 13 14 15
Wie biedt voor een CJG in landelijk gebied? Kabinetsvisie ‘Gezond zijn, gezond blijven’ Vroegsignalering en interventies bij psychosociale en opvoedingsproblemen Wetenschappelijke uitdagingen van collaborative research Onderzoek voor jeugdprofessionals – mogelijkheden bij ZonMw
Mondelinge presentaties 16 17 18 19 20
Diabetes, van pre-stadia tot zorg Gezondheidsbevordering mogelijk maken Overgewicht, vroeg erbij & cultureel bezien De psychosociale omgeving en de gezondheid Advies en zorg op maat
31 32 33 34 35
Prima anti-pestmethode voor de basisschool De rol van onderzoek bij bevordering gezond eet- en beweeggedrag van kinderen Preventief consult bij de bedrijfsarts voor zwangere werknemer Loket gezond leven, een internetportaal Klinische arbeidsgeneeskunde
Mondelinge presentaties 36 37 38 39 40
De fysieke omgeving en de gezondheid Gelijke kansen bij verschillen Een brede kijk op participatie Interactieve media bij testen en gedragssturing Modellen en instrumenten in public & occupational health
Programma deelsessies 9 en 10 april 2008 Woensdag 9 april Deelsessie 1: 11.10 – 12.30 uur
Workshops
1) De jeugd van tegenwoordig Voorzitters: H. Post, Th.van Iwaarden Heel wat jongeren leven redelijk gezond en zijn betrekkelijk gelukkig. Toch baart de huidige jeugdcultuur nogal wat ouders, docenten, jongerenwerkers, agenten en politici de nodige zorgen. Snoepen, roken, zuipen, blowen, harde muziek, pillen, riskant gedrag, onveilige sex, overlast... Minister Rouvoet van Jeugd & Gezin heeft in zijn beleidsprogramma ‘Alle kansen voor alle kinderen’ aangekondigd zich ook bezig te zullen gaan houden met de jeugdcultuur. In zijn begroting en bij de behandeling daarvan door de Tweede Kamer is voor 2008 een nota over jeugd en preventie toegezegd. Daar werkt het ministerie nu aan. Het is zaak vanuit een samenhangende visie te komen tot beleidsvoornemens voor een gezondere jeugdcultuur. Een omslag naar preventie is daarbij cruciaal. Waardoor laten jongeren zich beïnvloeden? Hoe valt het risicogedrag van jongeren te verminderen? Hoe is gezond gedrag onder jongeren - bij voorkeur op een positieve wijze - te stimuleren? Dat zijn de kernvragen die tijdens deze interactieve sessie aan de orde komen. Komt allen! Breng wel originele beleidsideeën mee die streetwise zijn...
2) Naar een effectief en structureel gefinancierd hulpaanbod aan dikke kinderen Voorzitter: H.G.M. Oude Luttikhuis l Inleiding: naar een effectief en structureel gefinancierd hulpaanbod aan dikke kinderen. J.M. Poletiek l ‘Naar een effectief en structureel gefinancierd hulpaanbod aan dikke kinderen’ rol van de zorgverzekeraar. H. de Vries l Oekie en bslim-kids; multidisciplinaire behandeling van kinderen met overgewicht. H.G.M. Oude Luttikhuis In het land worden verschillende initiatieven genomen om de stijgende prevalentie van overgewicht tegen te gaan. Oekie (Ouders en kinderen in evenwicht) betreft multi-disciplinaire begeleiding aan kinderen tussen 3,5 en 6 jaar met overgewicht, en hun ouders o.a. door het Beatrix Kinderkliniek in Groningen. BSlim is de invulling van de gemeente Groningen voor de Buurt-, Onderwijs en Sport (BOS)-gelden van VWS. Bslim staat voor Buurtgerichte Sportieve Leefstijl Interventie Methode en richt zich op de jeugd van 0-19 jaar. Naast de kinderen zijn de ouders en andere mensen in de omgeving doelgroep. Na korte presentaties over beide initiatieven zal de discussie vooral gaan over punten voor een advies voor beleid voor de multidisciplinaire aanpak kinderen met overgewicht, de effectiviteit van het huidige behandelaanbod en de vergoeding van de behandeling.
3) Effectieve keten bij de preventie van suïcidaal gedrag bij jongeren Voorzitter: E.J. de Wilde l Een effectieve keten bij de preventie van suïcidaal gedrag bij jongeren. E.J. de Wilde l Beleidsadvies voor Ministerie VWS ‘verminderen van suïcidaliteit’. M. Bool l Regionale preventie van psychische problematiek, suicidaliteit en alcohol- en middelenmisbruik bij de west-friese jeugd. N. Kuijper Het recent uitgebrachte beleidsadvies van het Trimbos-instituut over de aanpak van suïcidaliteit stelt dat er een integrale benadering plaats moet gaan vinden tussen diverse domeinen (zoals onderwijs, jeugd, openbare geestelijke gezondheidszorg, eerstelijnszorg en geestelijke gezondheidszorg) in het zorgveld om tot een succesvolle aanpak van dit probleem te kunnen komen. In deze workshop wordt toegelicht met welke richtlijnen en kwaliteitscriteria men deze samenwerking kan bevorderen. Een aantal aanwijzingen en bevindingen uit de netwerken ketenliteratuur zal worden toegepast op de problematiek van onderkenning en behandeling van suïcidaliteit bij jongeren en jong-volwassenen. Hieruit zullen ook de concrete stappen helder worden die vanuit elke partner binnen de keten gezet moeten worden op weg naar een vermindering van suïcidaliteit.
4) De lokale en nationale monitor gezondheid Voorzitter: J.G.M. Bouwens l De lokale en nationale monitor gezondheid: van standaarden tot maatwerk. J.G.M. Bouwens l Lokaal en nationaal bouwen aan het gebruik van gegevens uit de monitors volksgezondheid en aan vergelijk baarheid van inzichten en bevindingen. C.L. van den Brink l Een instrument gericht op de verbetering van de afstemming tussen ggd- epidemiologen en beleids ambtenaren van gemeenten. P. Boluijt Centraal staat hoe landelijk in nauwe samenwerking en met bijdragen van het veld, vorm en inhoud geeft aan de facilitering van de verbetering van de kwaliteit van onderzoek lokaal door de ontwikkeling van standaardvragen en het voorzien in een ondersteuningsstructuur. Daarbij wordt een instrument toegelicht en komt de lokale uitvoeringspraktijk naar voren. In de workshop wordt ingegaan op de afstemming tussen onderzoek en beleid in de zin van welke vragen zijn relevant, welke methoden zijn bruikbaar. Daarbij gaat het overigens niet alleen om de inhoud maar ook om communicatieve en procesmatige aspecten en de definiëring van verantwoordelijkheden. De discussie gaat over hoe landelijk en lokaal elkaar kunnen versterken; wat heeft het ene niveau van het andere nodig? Wat is (nog) nodig om samen verder te bouwen aan lokale en landelijke vergelijkbaarheid van gegevens? Hoe kan onderzoek beleid/praktijk faciliteren? Wat zijn de lessen uit de casus uit de regio Gelre-IJssel; waar zit de bruikbaarheid van het instrument? Suggesties?
5) Tegengestelde belangen bij het EKD? Voorzitter: H. Brouwer Doel van deze workshop is om te komen tot een uitwisseling tussen enerzijds een kritische ouder en anderzijds een enthousiaste, ervaren gebruiker van het EKD, waarbij het accent ligt op privacy en de reikwijdte van het EKD. De minister van Jeugd en Gezin ziet het EKD als middel om opvoedings- en psychosociale problemen en ongunstige opgroeiomstandigheden vroegtijdig te signaleren. Zo moet het EKD eraan bijdragen dat kinderen en jongeren gezond en veilig opgroeien. Leden van de Tweede Kamer stelden vragen over de reikwijdte van het EKD: voor een goede signalering zou het EKD niet alleen voor de jeugdgezondheidszorg toegankelijk moeten zijn, maar ook voor andere hulpverleners. Dit heeft echter juridische consequenties, bijvoorbeeld wat betreft de bescherming van persoonsgegeven en het beroepsgeheim. Hoe wordt daar tegenaan gekeken vanuit het belang van de consument, c.q. de ouder en het kind of de jongere? En hoe wordt daar tegenaan gekeken vanuit het belang van de zorgverlener? Begin- en slotvraag daarbij is: Wat zegt de wet- en regelgeving over de belangen van de zorgconsument en zorgverlener? Oplossingen moeten immers passen binnen de kaders van wet- en regelgeving. De workshop wordt ingeleid door prof.mr. J.H. Hubben, hoogleraar gezondheidsrecht Universitair Medisch Centrum Groningen, Disciplinegroep Gezondheidswetenschappen. Mw.dr. Justine Pardoen, hoofdredacteur van de website Ouders Online en betrokken bij de stichting Mijn Kind Online, zal het belang van de consument vertolken. Dhr. J. de Wilde, jeugdarts GGD Den Haag zal ingaan op het belang en de ervaringen van de zorgverlener.
Mondelinge presentaties 6) De ins en outs van soa’s Voorzitter: dhr. J. Doosje l Trends in hepatitis a, hepatitis b, and shigellose in vergelijking met gonorroe and syfilis in homoseksuele mannen in Amsterdam, 1992-2006. G.G.C. van Rijckevorsel l Actief testbeleid in de soa/hiv bestrijding in Nederland. F.J. Jongen-Hermans l Vroegtijdig opsporen van hiv-infecties en de rol van de huisarts: 20 jaar hiv-testen door de huisarts J.E.A.M. van Bergen l High performance and acceptability of self-collected anal swabs for diagnosis of chlamydia trachomatis and neisseria gonorrhoeae in men and women. N.H.T.M. Dukers-Muijers Flitspresentaties posters Hepatitis b vaccinatiecampagne: bereik van risicogroepen. J.E. Baars l Veranderingen in hiv testbeleid: invoering van het opting out beleid bij de soa polikliniek van de GGD Amsterdam. R.L.J. Heijman l
7) Openbare geestelijke gezondheid, op tijd erbij Voorzitter: mw.drs. K. de Ponti l Op tijd erbij: meer mensen met psychische klachten tijdig bereiken: een kwestie van organisatie. J.J.M. Timmerman l Registratie oggz doelgroepen bij ggd-en. J. Broer l Vroegsignalering van psychosociale problemen bij ouderen in de eerste lijn en thuiszorg: voorbeelden uit de praktijk. E.C.P.M. Tak l Systematische risicotaxatie en behandeling van suicidaliteit: een ketenbenadering in friesland. J. de Keijser Flitspresentaties posters Preventieve basiszorgcoördinatie voor kinderen van ouders met psychiatrische problemen. H.J. Wansink l Vroegsignalering van oggz problematiek in de stad Groningen. A. von Unruh l
8) Invloed van SES bij zwangerschap, bevalling en opvoeding Voorzitter: mw.ir. M.A.E. van der Waal l Sociaal-economische status en zwangerschapsuitkomsten: welke factoren dragen bij aan de ongelijkheden? P.W. Jansen l Lage sociaal-economische status is een risicofactor voor pre-eclampsie: de generation-r studie. L.M. Silva l Sociaal-economische verschillen in bloeddrukniveau en bloeddrukverandering tijdens de zwangerschap: de generation-r studie. L.M. Silva l Methoden voor het bereik van ouders met lage ses voor opvoedingsondersteuning in maassluis; onderzoeksvraag voor cephir. S. van der Sar Flitspresentaties posters Opleidingsverschillen in de start en duur van borstvoeding bij Nederlandse vrouwen. L. van Rossum l Programmatische preconceptiezorg in Nederland. S.E. Buitendijk l
9) Opvoeden, een gedeelde verantwoordelijkheid Voorzitter: mw. drs. I. van de Vegte l ‘Enschede helpt ouders opvoeden en wordt er gezonder van’: de gemeente neemt de regie bij implementatie van triple p . H. de Jong l Vroegsignalering van opvoed- en opgroeiproblemen bij jonge kinderen: huisbezoek of bezoek aan consultatie- bureau. I.I.E. Staal l Onderzoek naar samenwerking tussen instellingen bij de uitvoering van triple p. I.M. de Graaf l Groningen raakt ‘m: aanvalsplan alcohol&jongeren gemeente Groningen. S. van der Sar
10) Screenen en meten, van pre-nataal tot in de kindertijd Voorzitter mw .dr. T. van Schaik l Pre- en neonatale screeningsprogramma’s: zijn er accentverschillen tussen voorlichting over de hielprik en de 20-weken echo? H.M.E. van Agt l Prenatale screening op downsyndroom: voorlichting doorgelicht. H.M.H.J.D. Schoonen l Peiling “melkvoeding van zuigelingen” 2007: borstvoeding in nederland en relatie met certificering door stichting zorg voor borstvoeding. C.I. Lanting l Meten van lichamelijke activiteit bij kinderen: gebruik van verschillende meetmethoden levert zeer uiteenlopende resultaten op. K.D. Hekkert Flitspresentaties posters De invloed van de kwaliteit van termijnbepaling, nekplooimeting en gewicht op de kansbepaling voor downsyndroom. M.P.H. Koster l Implementatie van echografische screening op heupafwijkingen: een haalbaarheidsstudie. M. Witting l
Woensdag 9 april Deelsessie 2: 14.00 – 15.20 uur
Workshops
11) Wie biedt voor een CJG in landelijk gebied? Voorzitter: H. Brouwer Doel van deze workshop is het in kaart brengen van de uitdaging, die het opzetten van een Centrum voor Jeugd en Gezin in een landelijk gebied biedt, en van de bijdrage die verschillende partijen aan dit Centrum kunnen bieden. Vastgesteld is dat in alle gemeenten Centra voor Jeugd en Gezin moeten komen. Ouders, kinderen, jongeren tot 23 jaar en professionals kunnen bij de Centra terecht met vragen over opvoeden en opgroeien en voor de jeugdgezondheidszorg 0-19 jaar. De Centra zijn een herkenbaar inlooppunt in de buurt voor preventie, signalering, advisering, ondersteuning en lichte hulp. Bij zwaardere problematiek of een meer complexe hulpvraag coördineren de Centra of dragen zorg voor een verwijzing naar de gezondheidszorg of de provinciale jeugdzorg. Tijdens de workshop wordt uitgegaan van een CJG in de gemeente ‘Lytsedoarpen’, een plattelandsgemeente met 30.000 inwoners. Deze gemeente heeft aan drie partijen gevraagd een offerte uit te brengen: de integrale jeugdgezondheidszorg (mw. E. Buiting, arts maatschappij en gezondheid, voorzitter van de Artsenvereniging Jeugdgezondheidszorg Nederland), de huisartsen (R. Baarsma, huisarts te Leeuwarden) en de jeugdzorg (W.Cnossen, directeur Base Groep Groningen). Tijdens de workshop geven deze partijen een presentatie van wat zij het Centrum te bieden hebben. De beleidsambtenaar volksgezondheid van Lytsedoarpen (mw. G. BaanManenschijn, beleidsmedewerker gemeente Tytjerksteradiel) beoordeelt de offertes. Het programmaministerie voor Jeugd en Gezin treedt hierbij op als adviseur. Vervolgens wordt de deelnemers aan de workshop gevraagd hoe zij de offertes beoordelen en wat zij de beleidsambtenaar adviseren.
12) Kabinetsvisie ‘Gezond zijn, gezond blijven’ Voorzitters: dr. D. Ruwaard en drs. A. van Bolhuis Op 24 september heeft minister Klink de kaderbrief 2007-2011 ‘Visie op gezondheid en preventie’, naar de Kamer gestuurd. Dit deed hij mede namens de minister voor Jeugd en Gezin en de staatssecretaris van VWS. Met deze visie zet hij de agenda voor het gezondheidsbeleid voor de komende jaren. De visie is zowel in de Kamer als in het veld goed ontvangen. Met de visie en de (publicitaire) aandacht voor zowel de visie als vele andere gezondheidszaken staat gezondheid en preventie meer dan ooit in de belangstelling en op de (politieke) agenda. Inzet van deze workshop is hoe we er voor kunnen zorgen dat de huidige aandacht voor preventie en gezondheid verduurzaamd wordt en hoe alle partijen kunnen bijdragen aan de uitwerking van de visie. Na een korte introductie door de voorzitters zal Lejo van der Heiden, projectleider van de preventievisie en nu binnen VWS programmaleider van een ministeriebreed Preventie Programma Team, de visie kort toelichten en de stand van zaken weergeven wat er sinds het verschijnen van de visie al gebeurd is. Vervolgens zal aan de hand van de vier beleidslijnen uit de visie een interactieve discussie met de zaal gevoerd worden. De discussie zal zich vooral richten op de rol van de verschillende partijen en hoe we gezamenlijk tot daadwerkelijke uitvoering komen.
13) Vroegsignalering en interventies bij psychosociale- en opvoedingsproblemen Voorzitter: S. Postma De prevalentie van psychosociale problemen bij kinderen in Nederland is aanzienlijk. Zo blijkt uit onderzoek dat 11% tot 28% van de 0-12 jarigen in meer of mindere mate psychosociale problemen heeft (Zeijl et al. 2005). Ook in het Voortgezet Onderwijs komen psychosociale problemen veel voor: een kwart van de VMBO-b leerlingen kampt met dergelijke problemen (Dorsselaer et al. 2007). Het RIVM/Centrum Jeugdgezondheid heeft samen met professionals uit de jeugdgezondheidszorg een JGZ richtlijn ´Vroegsignalering psychosociale problemen´ opgesteld. Aanbevelingen zijn het gebruik van bewezen effectieve signaleringsinstrumenten bij signalering van psychosociale problemen en het inschatten van benodigde zorg of hulp. Hiervoor zijn de competenties van de professionals van groot belang om een goede inschatting te kunnen maken van de risico´s. Verder is het van belang dat er structuren zijn waarin de signalen besproken en beoordeeld kunnen worden en dat er samenwerkingsafspraken gemaakt worden, zodat de juiste interventies ingezet kunnen worden. Een voorwaarde is dat effectieve interventies in voldoende mate beschikbaar zijn. In deze workshop zal in worden gegaan op de richtlijn ´Vroegsignalering psychosociale problemen´, het gebruik van signaleringsinstrumenten en de inzet van effectieve interventies. B. Prinsen (NJI) en A. Vogels (TNO) zullen de inleidingen verzorgen en ingaan op bovengenoemde. De workshop eindigt met discussie.
14) Wetenschappelijke uitdagingen van collaborative research in gezondheidsbevordering Voorzitter: M. Schmidt Collaborative Research wordt in toenemende mate ingezet om complexe interventies te evalueren zoals bij het reduceren van gezondheidsverschillen. Deze intensieve samenwerking van beleidsmakers en onderzoekers zou het gebruik van onderzoeksresultaten in de praktijk bevorderen en tot relevanter onderzoek leiden. Het doel van deze workshop is om ervaringen met Collaborative Research uit te wisselen, een overzicht te maken van de kansen en uitdagingen van deze benadering, en te bezien hoe deze zich verhouden tot de onderzoekersrol (observerend, participerend, sturend). De workshop concentreert zich rondom twee vragen: (1) Welke dilemma’s komt de onderzoeker tegen bij het genereren van wetenschappelijke kennis? (2) Hoe kan de onderzoeker de twee doelen (praktijk ondersteunen en wetenschappelijke kennis genereren) verenigen? Twee inleiders presenteren hun ervaringen met deze benadering (in Amsterdam en Wageningen) en relateren dit aan de rol die zij daarbij speelden (meer observerend, participerend en of sturend). De discussie wordt geopend door twee onderzoekers die vanuit hun eigen ervaringen (Tilburg en Limburg) op de presentaties reflecteren. De deelnemers van de workshop wordt gevraagd naar hun ervaringen, dilemma’s en eventuele oplossingen. We sluiten af met het benoemen van implicaties die Collaborative Research met zich meebrengt vanuit het perspectief van wetenschappelijk onderzoek.
15) Onderzoek voor jeugdprofessionals - mogelijkheden bij ZonMw Voorzitter: M. Leurs ‘Kinderen een goede start geven’. Zo omschrijft programmaminister Rouvoet voor Jeugd en Gezin zijn taak. Een heldere omschrijving van een complexe opdracht. Dankzij onder andere de jeugdgezondheidszorg, het (school) maatschappelijk werk, de jeugdzorg en ook de curatieve zorg kunnen problemen vroegtijdig worden herkend en aangepakt. Zowel over het effectief vroegtijdig signaleren als over adequate behandeling en zorg voor kinderen en jongeren is nog veel onduidelijk. Over de gehele breedte biedt ZonMw financieringsmogelijkheden, van fundamenteel wetenschappelijke onderzoeksprojecten tot implementatietrajecten – zie www.zonmw.nl/jeugd. In deze workshop komen drie programma’s uitgebreider aan de orde: Preventie, Doelmatigheid en Zorg voor Jeugd. De scheidslijnen tussen deze programma’s zijn niet altijd even helder. Valt bijvoorbeeld de preventie van pesten in het onderwijs onder ‘Preventie’ of onder ‘Zorg voor Jeugd’? Waar hoort de behandeling van obesitas bij kinderen thuis? Hoe gaat ZonMw om met ethische toetsing van jeugdonderzoek? Met de deelnemers wordt de focus van de programma’s gesproken en vindt uitwisseling plaats over vragen als: Welke programma’s zijn voor mijn onderzoeksideeën relevant? Waar kan ik terecht met vragen? Hoe worden relevantie en kwaliteit beoordeeld en hoe worden prioriteiten voor komende subsidierondes bepaald? Doel van deze workshop is om deelnemers snel en effectief de ZonMw-mogelijkheden voor jeugdonderzoek eigen te maken. Deelnemers delen hun kennis over verschillende ZonMw-programma’s en breiden deze kennis uit via herkenbare casussen uit de dagelijkse praktijk van ZonMw.
Mondelinge presentaties 16) Diabetes, van pre-stadia tot zorg Voorzitter: drs. J. Drewes l Evaluatie van het signaleringsprotocol overgewicht 0-19 jarigen. E.Gijsen l Screenen op (pre)diabetes en het ontwikkelen van een aangepaste leefstijlinterventie om diabetes mellitus bij hindoestaanse surinamers te voorkomen. W. Hoekstra l Gerandomiseerde trial naar screening op type 2 diabetes in een hoogrisicogroep: haalbaarheidsstudie. S.J. Otto l Gestructureerde eerstelijns diabeteszorg: effecten op klinische uitkomstmaten en ervaren gezondheid. A.S. Fokkens Flitspresentaties posters Het obesogene milieu. P. van den Hazel
l
17) Gezondheidsbevordering mogelijk maken Voorzitter: dr. J. Bleeker l Project gezondheidsbureau voor volwassenen en ouderen van GGD Fryslân. P.J.H.A. Du Bois l Sociaal draagvlak in gezondheidsbevordering: methoden en instrumenten die evalueren en faciliteren. A. Wagemakers l Politisering van lokaal gezondheidsbeleid. J.A. Visscher l 7even voor gezondheid: systematisch werken aan gezondheidsbevordering in het kader van lokaal gezondheidsbeleid. J.E. Mackenzie Flitspresentaties posters Nait soezen moar doun - een groningse aanpak van ouderenmishandeling; een provinciaal project voor preventie en hulpverlening bij ouderenmishandeling. J.P.H. Jansen l Masterplan gezond leven fryslân. K.E. de Ruijsscher l
18) Overgewicht, vroeg erbij & cultureel bezien Voorzitter: mw.dr. J. Bruil l Overweight and obesity in children of asylum seekers in the Netherlands- nutritional aspects. A.A.M. Stellinga-Boelen l Perceptie van overgewicht onder jonge volwassenen van Turkse en Marokkaanse afkomst, implicaties voor preventie. M. Nicolaou l Is het risico op overgewicht al bij de geboorte van een kind te voorspellen? M.J.J. Steur l Overgewicht schaadt de gezondheid van kinderen: de piama geboortecohort studie. A.H. Wijga Flitspresentaties posters Vroege blootstelling, latere vetzucht. P. van den Hazel l De bmi gewogen: het bepalen van overgewicht bij jeugdigen. J. van Ede l
19) De psychosociale omgeving en de gezondheid Voorzitter: mw. dr. S. Buytendijk l Een zevenkoppige draak. ervaringen met de ontwikkeling en het testen van klantervaringeninstrumenten voor een achttal kwaliteitsproducten voor GGD’en en jgz-organisaties. M. Plochg-Holtmann l Het betrekken van de omgeving van jongeren bij middelenpreventie (15-25 jaar, 8-16 jaar). H.N. van Diest l Characteristics of adolescent binge drinkers. J.P. van Dijk l De invloed van psychosociale factoren op het werk en leefstijl op de gezondheid en het werkvermogen in verschillende leeftijdsgroepen. T.I.J. van den Berg Flitspresentaties posters De preventieve ouder – peutergroep voor ouders met psychiatrische problemen. H.J. Wansink l Liever bewegen dan moe, een preventief programma voor licht-depressieve allochtone vrouwen. H.J. Wansink l
20) Advies en zorg op maat Voorzitter: mw. dr. L. van Dijk l Korte en middellange termijn effecten van een alcohol advies-op-maat op het drinkgedrag van overmatig drinkende mannen. B.J.F. Boon l Verhoogt dementia care mapping (dcm) de kwaliteit van leven van mensen met dementie? D. Kuiper l Het multidisciplinair programma fibromyalgie (mpf), resultaten van een programma geïmplementeerd in de eerstelijn in noord nederland. C.P. van Wilgen l Het multidisciplinair programma “actief leven met fibromyalgie” (alf) (preventieprogramma). M.A. de Jong Flitspresentaties posters Pilot wmo in almere: maatschappelijke participatie door andere indicatiestelling. N. Blokker l De component ‘g’(= gezondheid) bij buurtgerichte sociale activering. Een opzet in de gemeente Emmen. M.M.T. te Nijenhuis l
Programma deelsessies 9 en 10 april 2008 Donderdag 10 april Deelsessie 3: 11.10 – 12.30 uur
Workshops 21) Aanpak gezondheidsachterstanden: wie aan zet? Voorzitter: dr. D. Ruwaard Het ministerie van VWS werkt aan een aanpak om gezondheidsachterstanden terug te dringen en is in eerste instantie gericht op de vijf speerpunten uit de preventienota ‘Kiezen voor gezond leven’, namelijk roken, overgewicht, schadelijk alcoholgebruik, diabetes en depressie. Bij het ontwikkelen en uitvoeren van een aanpak gericht op het terugdringen van gezondheidsachterstanden kunnen vele partijen op verschillende niveaus (lokaal, regionaal en nationaal) worden betrokken. Na een korte introductie door de voorzitter, Dirk Ruwaard, volgen twee inleidingen. Laetitia Kuijpers gaat in op de nationale aanpak. Vragen die aan de orde komen zijn: hoe ver zijn we met het uitwerken van een aanpak? Welke rol kunnen verschillende partijen spelen in een dergelijke aanpak? Rob kuiten gaat vervolgens in op gezondheidsachterstanden en het speerpunt roken. Hij gaat in op de aanpak gericht op ingezet op het verminderen van het percentage rokers in achterstandsgroepen en welke partijen daarbij een rol spelen of zouden kunnen spelen? Wat kunnen we leren van de aanpak van roken in achterstandsgroepen voor andere speerpunten? Na beide inleidingen volgt de discussie, waarin we verder ingaan op de rol die verschillende partijen, zowel op lokaal als nationaal niveau kunnen of zelfs moeten spelen in de aanpak van gezondheidsachterstanden, wat nodig is om die rol te kunnen vervullen, wat we kunnen leren van de aanpak tot nu toe. Ook de rol van het ministerie van VWS komt expliciet aan de orde.
22) Verkenningen rondom arbeid, ziektelast en arbeidsproductiviteit Voorzitter: P.E.D. Eysink Werknemers hebben over het algemeen een betere gezondheid dan mensen die niet werken. Aan de andere kant kan werken ook gezondheidsschade veroorzaken. Werknemers lopen risico’s op ongevallen of ziekten die worden veroorzaakt in het werk. Goede arbeidsomstandigheden kunnen voorkómen dat mensen door hun werk ziek worden. Een deel van de ziektelast in Nederland is toe te schrijven aan ongunstige arbeidsomstandigheden. Het RIVM heeft recent laten zien dat ongunstige arbeidsomstandigheden 2-4% van de totale ziektelast in Nederland veroorzaken (Eysink, Blatter, van Gool, et al., 2007). Hoge werkdruk, blootstelling aan schadelijke stoffen (inclusief passief roken) en beeldschermwerk zijn de ongunstigste arbeidsomstandigheden. Behalve negatieve effecten op de gezondheid hebben ongunstige arbeidsomstandigheden een nadelig effect op arbeidsproductiviteit. Deze workshop zal ingaan op de ziektelast van ongunstige arbeidsomstandigheden en de parameters in het model die nodig zijn om de ziektelast te berekenen, zoals een wegingsfactor voor de ernst van de ziekte (JA Haagsma). Daarnaast zal N. Hoeymans aan de hand van het DALY-concept ingaan op het ontwikkelen van een model waarbij het niet gaat om gezondheidsverlies als effectmaat, maar om allerlei vormen van productiviteitsverlies (arbeidsongeschiktheid, ziekteverzuim en productiviteitsverlies in werktijd).
23) Vroeg erbij, beter samenwerken, beter resultaat Voorzitter: J.C.H. Bakx In deze workshop staan we stil bij de vraag welke mogelijkheden er zijn om vroegtijdige afstemming en samenwerking te realiseren tussen landelijke en lokale /regionale gezondheidsbevorderende instellingen (GBI’s). We werken in deze workshop aan de hand van de methode Appreciative Inquiry . Via de stappen Ontdekken, Dromen, Ontwikkelen en Realiseren ontdekken de deelnemers hun eigen mogelijkheden om samenwerkingsproblemen aan te pakken. Daarnaast krijgen zij informatie uit twee onderzoeken naar knelpunten in samenwerking tussen landelijke en lokale organisaties. Tenslotte maken zij zelf de agenda voor vervolgstappen. Aanleiding voor deze workshop zijn de ervaringen van lokale en landelijke organisaties met samenwerking en afstemming. Lokale organisaties als GGD-en, thuiszorgorganisaties of GGZ-instellingen merken dat landelijke campagnes, materialen en methodieken vaak onvoldoende aansluiten bij hun lokale doelgroepen, prioriteiten of implementatiemogelijkheden. Zij missen vroegtijdige samenwerking en afstemming. Landelijke organisaties op hun beurt, raken soms het spoor bijster in de wereld van lokale gezondheidsbevordering en preventie: wie is waar op aanspreekbaar? Wat zijn lokale prioriteiten? Welke rol wil een lokale organisatie spelen? Organisatie & uitvoering: ZonMw (mw. C.P.M. van Tol), NIGZ (mw. M. C. Knapen/mw. J. Bakx/mw. J. Hoek), GGD Den Haag (mw. N. Goedée), Trimbos Instituut (dhr. R. Bovens), Stivoro (mw. M.A.M. de Beer), Soa Aids Nederland (dhr. F.R. Zimbile).
24) Vroeg erbij, beter meedoen: ethische reflectie in de volksgezondheidpraktijk Voorzitter: E.L.M. Maeckelberghe Beleid en de daaruit voortvloeiende interventies op het gebied van public health zijn bij tijd en wijle controversieel. De waarborg van individuele vrijheidsrechten, rechtvaardigheid, solidariteit en het algemeen belang zijn waarden die vormgevend zijn voor het terrein van public health, maar tegelijkertijd niet altijd samen gaan. Public health houdt zich bezig met ziektepatronen, met de sociale determinanten van ziekte, de collectieve en institutionele oplossingen om de ziektelast in een samenleving te verlichten en de verdeling van gezondheidswinst in de samenleving. Tegelijkertijd dient public health daarbij oog te houden voor de individuele mensenrechten, c.q. vrijheidsrechten. Het spanningsveld tussen collectief en individu levert in de volksgezondheidpraktijk morele vragen op die om verheldering vragen. Hoever mag de interventie in de levens van burgers gaan als het gaat om bijvoorbeeld een gezonde leefstijl? Is er zoiets als een plicht tot gezond leven of heeft een burger juist het recht op ongezond leven? En wat verstaan we onder gezondheid? De discussie wordt gevoerd aan de hand van de volgende casuïstiek: in het kader van ‘hoe vroeger, hoe beter’ wordt public health professionals gevraagd een totaalprogramma voor ‘gezond eten, gezond bewegen, gezond leven’ voor een lagere school te maken. Welke overwegingen spelen mee bij het opstellen van dergelijk programma?
25) Actueel public health thema Voorzitter: Prof. dr. G. Schrijvers Ongetwijfeld staat de volksgezondheid medio april op één of andere manier in het nieuws. Misschien is er iets mis met de voeding of dreigt er een infectieziekte. Het nieuws kan ook goed zij: een nieuwe vorm van preventie slaat aan bij de bevolking. De congrescommissie tracht een paar dagen voor het congres hoofdrolspelers van de actualiteit uit te nodigen voor deze workshop. Het thema wordt tijdens het congres bekend gemaakt.
Mondelinge presentaties 26) Bevolkingsonderzoeken kanker Voorzitter: mw. dr. G. de Meer l Duidelijke rol van huisartsen bij de implementatie van een bevolkingsonderzoek naar darmkanker. A.C.M. van der Togt-van Leeuwen l Geïnformeerde besluitvorming over deelname aan ct screening voor longkanker in een gerandomiseerde studie (nelson). K.A.M. van den Bergh l Is er een leeftijdsbovengrens voor borstkankerscreening? J. Fracheboud l Bevolkingsonderzoek: schipperen tussen overheidsdirigisme en marktwerking. J.G. Loeber
27) Weerbaarheid: faalangst en pesten Voorzitter: dr. P.A. Wiegersma l Project pasta: het voorkómen van faalangst en sociale angst via een preventieve cgt-groepstraining bij adolescenten. B.E. Sportel l Project pasta: preventie van faalangst en sociale angst door middel van een internet-training gericht op de modificatie van cognitieve processen. E. de Hullu l Stand van zaken preventie en aanpak pesten / pesten? pak de hele klas aan! A.F. de Winter l Pesten? Pak de hele klas aan! D.R. Veenstra Flitspresentatie poster Consultatieteam pesten Groningen. L. Brookman
l
28) Participatie van jongeren met een beperking Voorzitter: drs. L. van de Ven l Jonggehandicapten: lonend aan het werk? L. Mallee l Traject: bevordering van arbeidsparticipatie van jongeren met een chronische aandoening. J.A.C. Verhoef l Beoordeling van mogelijkheden tot arbeidsparticipatie van jonggehandicapten door verzekeringsartsen. M.H.W. Frings-Dresen l Op eigen benen: observaties van jongeren met chronische aandoeningen op de polikliniek: van toeschouwer naar hoofdrolspeler. A.L. van Staa Flitspresentatie poster Vip project Amsterdam en re-integratie in samenwerking met het wajong team Amsterdam. D.G. Kamstra
l
29) Arbeid en gezondheid, nieuwe rollen en taken Voorzitter: dr. B. Sorgdrager l De bedrijfsarts: dokter en adviseur. C. van Vliet l Transitie jgz-bgz. T.M. Pal l Nieuwe vorm van zorg: klinische arbeidsgeneeskunde voor houdings- en bewegingsapparaat in een academisch centrum in Nederland. L.A.M. Elders l Ziekteverzuim als signaal (zas) een waardevolle aanvulling op verzuimbeleid in het voortgezet onderwijs. H.M. Langewen Flitspresentaties posters Move Europe, een Europese campagne gericht op gezonde werknemers in gezonde organisaties. M. Verheijden l Welke factoren bepalen werkvermogen? een systematisch overzicht. T.I.J. van den Berg l
30) Aandacht voor adolescenten Voorzitter: mw. drs. H.J. Bazuin l Het aanbod van voedingsmiddelen in schoolkantines en winkels in de schoolomgeving en frisdrank en snack consumptie bij jongeren. K. van der Horst l Een inventarisatie van seksuele gezondheidsbevorderingsinterventies voor de jeugd van 10 tot 21 jaar. S.L. Weber l Seks onder je 25e: participatief actie onderzoek ter verbetering van de seksuele gezondheid van jongeren in Nederland. M.S. Meijer l Zorg(en) voor adolescenten / Wat maakt een adolescent anders? / Wat zijn elementen van youth friendly health services? P.A. Wiegersma Flitspresentatie poster Snel terug naar school. A.C. Theil
l
Donderdag 10 april Deelsessie 4: 13.40 – 15.00 uur
Workshops 31) Prima anti-pestmethode voor de basisschool Voorzitter: Z.J.A. Dafesh Pesten komt veel voor in het basisonderwijs: 10 tot 15% van de leerlingen zegt één keer per week of vaker te worden gepest. Pesten kan negatieve gevolgen hebben voor de gezondheid en het welzijn van kinderen. Er bestaat in Nederland een grote behoefte aan effectieve lesmethoden over pesten. Daarom heeft het NIGZ samen met TNO (KvL) het initiatief genomen om het antipestprogramma van Dan Olweus uit Noorwegen te vertalen en aan te passen aan de Nederlandse situatie. Het programma van Dan Olweus is onder andere in Canada, Finland en België ingevoerd. De workshop zal aandacht besteden aan het 4 jarig ZonMw traject van de PRIMA-methode dat in maart 2008 is afgerond. De regionale uitvoerders van de methode, GGD’en en onderwijsbegeleidingsdiensten (OBD’en), zullen ook aanwezig zijn om hun ervaringen te delen en te kijken naar hun verschillende rollen in dit geheel. Ook gaat de workshop in op hoe pesten in Nederland structureel kan worden aangepakt en blijvend kan worden teruggedrongen. Welke initiatieven lopen er in het buitenland en welke in Nederland? De resultaten van het onderzoek en de implementatie ervaringen die zijn opgedaan, zijn aanzetten voor discussie.
32) De rol van onderzoek bij bevordering gezond eet- en beweeggedrag van kinderen Voorzitter: M.A.M. de Ridder Veel steden willen graag een gezonde jeugd, maar moeten daarvoor wel een meerjarenplan hebben om gezond gedrag in een gezonde leefomgeving te stimuleren. Het is belangrijk dat dergelijke activiteiten aansluiting vinden in de wijk, het gezin of de school en bij zorgverleners, maar ook een hoge kans hebben op effectiviteit en duurzaamheid. Het OPOZ wil een aanpak ontwikkelen voor de regio Zwolle, in samenwerking met lokale organisaties, met als belangrijkste partner de GGD Regio IJssel-Vecht. Daarom is onderzoek uitgevoerd en dit heeft geleid tot vernieuwde inzichten. In deze workshop zullen de belangrijkste resultaten van een kwantitatief en kwalitatief onderzoek worden gepresenteerd. Eén presentatie betreft een kwalitatief onderzoek bij VMBO-scholieren. De tweede presentatie is gericht op kwantitatief onderzoek bij basisschoolkinderen. Voor een stad die zich echt wil profileren als Gezonde stad, is onderzoek één van de cruciale stappen, die dient te worden genomen. Deze workshop vraagt aandacht voor de rol van onderzoek bij het ontwikkelen van interventies: wat, wanneer en waarom.
33) Preventief consult bij de bedrijfsarts voor zwangere werknemer Voorzitter: M.N.M. van Poppel Tijdens de zwangerschap en in de eerste tijd postpartum is het ziekteverzuim van vrouwen hoger dan buiten deze periode. De begeleiding van werkneemsters tijdens de zwangerschap en postpartum periode is sterk verschillend per bedrijf, per bedrijfsarts en per leidinggevende. Beleid op dit gebied is meestal niet ontwikkeld binnen bedrijven. Vrouwen die verzuimen in het jaar na de bevalling worden over het algemeen relatief met rust gelaten door de bedrijfsarts. Verder blijken vrouwen tijdens de zwangerschap weinig voorlichting te krijgen over regel- en wetgeving tijdens en na de zwangerschap, mogelijkheden voor verlof en over het geven/kolven van borstvoeding tijdens werktijd. In deze workshop wordt aandacht besteed aan de rol van de bedrijfsarts en leidinggevende tijdens en na de zwangerschap. Recent is de richtlijn Zwangerschap, postpartumperiode en werk van de NVAB verschenen, waarin duidelijk een actievere rol voor de bedrijfsarts wordt geadviseerd. Verder wordt het lopende onderzoek Mom@Work van de Afdeling Sociale Geneeskunde van het VU medisch centrum naar de rol van de leidinggevende in de preventie van verzuim in de postpartum periode gepresenteerd. In de workshop zullen knelpunten die zwangere werkneemsters, P&O medewerkers, bedrijfsartsen en andere betrokkenen tegen komen worden geïnventariseerd door de deelnemers. Daarnaast kunnen zij hun eigen vragen formuleren ten aanzien van de rol van de bedrijfsarts en leidinggevenden tijdens en na de zwangerschap. De vragen en knelpunten zullen worden voorgelegd aan de presentatoren en plenair worden bediscussieerd.
34) Loket gezond leven, internetportal Voorzitter: K. Witte Het Centrum Gezond Leven (CGL) van het RIVM werkt samen met gezondheidsbevorderende organisaties aan de professionalisering van de gezondheidsbevordering in Nederland. Een van de taken van het CGL is het inrichten van één internetloket (portal) waar de lokale professional informatie kan vinden over leefstijlinterventies en waar
ondersteunende instrumenten worden geboden voor het uitvoeren van gezondheidsbevordering. Het internetloket is primair bedoeld voor professionals werkzaam bij GGD’en, thuiszorg en GGZ instellingen. Op termijn zal ook worden voorzien in informatie voor andere doelgroepen zoals gemeenteambtenaren, wethouders volksgezondheid en medewerkers van gezondheidsbevorderende instituten. Ook professionals die preventie aanbieden in een bepaalde setting zoals op school of op de werkplek zullen tot de doelgroep gaan behoren. Op het Nederlands Congres Volksgezondheid wil het CGL van de gelegenheid gebruik maken om de voorgestelde producten toe te lichten en feedback te ontvangen vanuit het veld. Op deze manier kunnen producten beter aangesloten worden op de praktijk. Centraal staan vragen als: Wat vinden onze toekomstige gebruikers van de producten? Hoe bruikbaar zijn ze in de praktijk? Welke informatie hebben ze nog meer nodig om hun gezondheidbevorderende taken goed uit te kunnen voeren?
35) Klinische arbeidsgeneeskunde Voorzitter: J.J.L. van der Klink Arbeidsgeneeskunde vraagt steeds meer aandacht voor diagnostiek, behandeling, reïntegratie en preventie van beroepsziekten. Expertises vanuit geneeskundige disciplines komen samen in de Klinische Arbeidsgeneeskunde. Een goed voorbeeld van Klinische Arbeidsgeneeskunde is de polikliniek voor bakkers zoals die momenteel operationeel is in Groningen en Utrecht. De polikliniek voor bakkers fungeert als het sluitstuk van een gezondheidsbewakingssysteem, dat zorgt voor vroegtijdige herkenning van bakkers met werkgerelateerde rhinoconjunctivitis, astma, eczeem en urticaria. Door deze medewerkers met klachten vroegtijdig op te sporen, kunnen maatregelen in de werkomgeving worden geadviseerd en kan reïntegratie worden gestart, waardoor onherstelbare schade aan huid- en luchtwegen voorkomen moet worden. Naast een inleiding over de toegevoegde waarde van Klinische Arbeidsgeneeskunde, zijn er ook inleidingen over sociaal maatschappelijke aspecten van de Klinische Arbeidsgeneeskunde in het algemeen en het gezondheidsbewakingssysteem in het bijzonder. Na de voordrachten zal gediscussieerd worden over een aantal stellingen, waarbij vroegsignalering in de fase van beroepskeuze en beroepsvorming, een belangrijk aandachtspunt zal zijn.
Mondelinge presentaties 36) De fysieke omgeving en de gezondheid Voorzitter: dr. P. Kocken l Verandering van fysieke omgeving beïnvloedt in sterke mate het lunchwandelgedrag. I.J.M. Hendriksen l Windturbines in Nederland: de invloed op gezondheid en kwaliteit van leven. R.H. Bakker l Persistente respiratoire effecten na een brand in chemisch afval te drachten. F.E. Greven l Hoe beoordeelt men het binnenmilieu van scholen? E.F. Hall Flitspresentaties posters Luchtkwaliteit in Groninger scholen; screening van de openbare scholen voor voortgezet onderwijs en voor basisonderwijs in de stad Groningen. G. Meijer l Gezondheidsrisico’s van koude weersomstandigheden: de werkwijze van GGD en ghor Groningen. J. Noorda l
37) Gelijke kansen bij verschillen Voorzitter: mw. prof.dr. K. Stronks l Alle kansen voor alle kinderen. M. Korevaar l Geschoolde zorg. T. Sytsma l Een gezondheidsmakelaar om gezondheidsverschillen te verkleinen: ontwikkeling van een conceptueel kader en eerste ervaringen in vier Nederlandse steden. J. Harting l Verschil in weerbaarheid en effect van Marietje Kesselsproject vergelijking regulier basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en basisonderwijs in risicowijken in Zwolle. H.M. Langewen Flitspresentaties posters De Groningse dak- en thuislozenmonitor. M.T.G. Beukeveld l Morbiditeit onder huisartspatiënten in achterstandswijken: plaats voor preventie? W.L.J.M. Deville l
38) Een brede kijk op participatie Voorzitter: prof. dr. J.B.H.M. Willems l Slechthorendheid: zorg voor ouderen, preventie bij jongeren. B. Sorgdrager l Betaald werk voor mensen met ernstige psychiatrische problematiek: effectonderzoek naar ips, een nieuwe manier van arbeidsrehabilitatie. J.T. van Busschbach l Vroeg erbij en mee blijven doen voor mantelzorgers van dementerenden...een mission impossible....? H. Kraijo l Chronische aandoeningen bij adolescenten die praktijkonderwijs (pro) of voortgezet speciaal onderwijs (rec) volgen. B. Oeseburg Flitspresentaties posters Bevorderen arbeidsparticipatie van de oudere werknemer met een chronische aandoening. W. Koolhaas l Arbeidsparticipatie na een niertransplantatie. S.F. van der Mei l
39) Interactieve media bij testen en gedragssturing Voorzitter: dr. H. Verkleij l Voedingsadvies-op-maat schriftelijk of via cd-rom: welke methode werkt beter? W. Kroeze l Hoe effectief zijn gedragsveranderingsinterventies via internet? Resultaten van een systematische review van de literatuur. A. Oenema l Analyse van hoortesten via internet in 2006. M.K. Martens l Actieve computer games als bewegingstimulering voor kinderen. M. Simons Flitspresentaties posters Evaluatie van de effectiviteit van internet-based chlamydia screening implementatie in Nederland. I. van den Broek
l
40) Modellen en instrumenten in public en occupational health Voorzitter: dr. F. van der Lucht l Kosten in gewonnen levensjaren: ontwikkeling en toepassing van een toolkit. L. Tariq l De icf: een nuttige noodzaak voor zorg en zorgbeleid! een toepassing in de zorg voor chronisch zieken. K. Wynia l Gedragsdeterminanten als voorspeller voor de verzuimduur: 1 jaar follow-up studie. S. Brouwer l De ontwikkeling van een voeding en beweging kennis schaal voor mensen met een verstandelijke beperking. R. van Wijck Flitspresentaties posters Een positieve benadering voor gezond ouder worden in beleid en wetenschap. J. Lezwijn l Het empowerment kwaliteit instrument (eki) en de rol van de gezondheidsbevorderaar daarbij. G.R.M. Molleman l
Praktische informatie Datum / plaats
Accreditatie
Woensdag 9 en donderdag 10 april 2008 in congrescentrum Martiniplaza, gelegen aan de Leonard Springerlaan 2 te Groningen.
Accreditatie is aangevraagd bij: l het Accreditatiebureau Sociale Geneeskunde voor artsen voor arbeid en gezondheid, bedrijfsartsen en artsen voor maatschappij en gezondheid, werkzaam in de jeugdgezondheidszorg, algemene gezondheidszorg en medische milieukunde l de Nederlandse Vereniging voor Preventie en Gezondheidsbevordering (NVPG) en l het College voor Accreditering Huisartsen. Voor de laatste informatie over accreditatiepunten verwijzen wij naar www.ncvgz.nl.
Deelnamekosten / betaling
Deelname aan het congres kost € 300,- voor twee dagen en € 190,- voor één dag. Deelnemers uit één van de stageinstellingen van het UMCG ontvangen een extra korting. Studenten krijgen 50% korting (kopie collegekaart toezenden). U krijgt automatisch een factuur toegezonden. Bij meer dan twee deelnemers uit één organisatie, wordt een verzamelfactuur gestuurd ter attentie van de Financiële Administratie.
Annulering / verhindering
Als u alsnog verhinderd bent en/of een vervanger wenst te sturen dan vragen wij u dit te melden bij het organisatiebureau deCongresbalie (tel. 0413 - 209291 of per e-mail:
[email protected]).
Doelgroep
Het congres is bedoeld voor beleidsmedewerkers, artsen, bestuurders, onderzoekers, uitvoerders, zorgverzekeraars en alle anderen die werkzaam zijn op of interesse hebben in het brede werkterrein van de Volksgezondheid (Public & Occupational Health/ Openbare Gezondheidszorg).
Bij annulering voor 1 april 2008 bent u geen annuleringskosten verschuldigd, na deze datum brengen wij u de volledige kosten van uw inschrijving in rekening.
!
Inschrijving
n e registrere Alleen onlin
U kunt zich alleen online registreren via www.ncvgz.nl of www.decongresbalie.nl, liefst vóór 1 april. Let op: ook als u een poster, workshop of presentatie verzorgt,
vragen wij u zich persoonlijk in te schrijven voor het congres. Wanneer u zich al heeft aangemeld, dan ontvangt u een e-mail van deCongresbalie waarmee u uw gegevens verder kunt aanvullen.
Afz. deCongresbalie Raadhuisplaza 23 5473 CX Heeswijk-Dinther
Vroeg erbij, beter meedoen!
S HA R E
Graduate School for Health Research
Informatie en organisatie Voor praktische informatie kunt u contact opnemen met deCongresbalie
Raadhuisplaza 23 5473 CX Heeswijk-Dinther Tel. 0413-209291 Fax 0413-209192
[email protected] Voor meer inhoudelijke informatie/vragen verwijzen wij u naar www.ncvgz.nl