17 september 2009
datum vergadering
E. van 't Oever
auteur telefoon
033 - 43 46 216
behandelend bestuurder onderwerp agendapunt
e-mail
[email protected]
afdeling
VH
M.S. Brouwer
Buitenlandbeleid registratienummer
VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR
Inhoud voorstel: Bij de start van het nieuwe Algemeen Bestuur is besloten om voor het thema buitenlandbeleid een startnotitie op te stellen om doelen en ambities te bepalen voor het beleid in de komende jaren. Probleemstelling: Ontwikkelingen op het gebied van water krijgen steeds meer een internationaal karakter. De rijksoverheid stimuleert regionale overheden hun eigen verantwoordelijkheid op zich te nemen, speciaal rond de millenniumdoelstellingen en het thema sanitatie. Waterschappen dienen hierin hun eigen positie te kiezen en uit te dragen naar hun burgers. Eerdere besluiten / beleidskaders: e In september 2008 heeft het Algemeen Bestuur ingestemd met de (2 ) notitie Buitenlandbeleid. Hierbij is overwogen om als relatief kleine organisatie samenwerking te zoeken met andere partners, zoals omliggende waterschappen, Vitens of Waternet. Vervolgens is besloten om samen op te trekken met de waterschappen Veluwe en Zuiderzeeland. Verder is jaarlijks € 50.000,-beschikbaar gesteld, waarbij het aantal bestede uren is gemaximaliseerd op 700 uren per jaar. Ook is ingestemd met het voornemen om deel te gaan nemen aan een sanitatieproject van Cordaid in een grote sloppenwijk bij Kaapstad, Zuid Afrika. Oplossingsrichting en alternatieven: In bijgaande startnotitie worden de ontwikkelingen tot heden kort beschreven. Verder zijn drie ambitieniveau’s omschreven waaruit u als Algemeen Bestuur een keuze kunt maken. Belangrijk leerpunten uit het afgelopen jaar zijn: - dat projectvoorstellen niet gemakkelijk van de grond komen of niet gehonoreerd worden voor financiële ondersteuning. Het lijkt daarom verstandig om deel te nemen aan meerdere initiatieven, waarna later beoordeeld kan worden welk project geschikt is voor een meerjarige relatie. - dat interne kennis en ervaring beter benut kan worden dan tot nu toe. Er zijn meerdere medewerkers die in vorige functies buitenlandervaring hebben opgedaan, waar meer gebruik van kan worden gemaakt. Consequentie van de besluitvorming m.b.t. geld, personeel en organisatie: Om als organisatie tot een actief buitenlandbeleid te komen blijkt beschikbaarheid van uren belangrijker dan beschikbaarheid van geld. In het middenscenario wordt daarom voorgesteld een deel van het huidige budget te gebruiken voor interne uren. In de maximumvariant wordt voorgesteld het budget te verhogen naar € 100.000,-, waarbij permanent een halve formatieplaats wordt vrijgemaakt voor buitenlandbeleid. Risico’s: - Creëren en behouden van draagvlak bij ingezetenen.
Pagina 1
Voorstel Dijkgraaf en Heemraden: - Voorgesteld wordt om een keuze te maken voor het gewenste ambitieniveau. - Dijkgraaf en Heemraden adviseren te kiezen voor het middenscenario.
mr. G.P. Dalhuisen, secretaris
drs. J.M.P. Moons, dijkgraaf
Beslissing bestuur:
Pagina 2
Startnotitie Buitenlandbeleid Inleiding Bij de start van het nieuwe Algemeen Bestuur is voor een aantal thema’s afgesproken om een startnotitie op te stellen. Dit met als doel om met elkaar van gedachten te wisselen over het gewenste ambitieniveau en de wijze waarop deze vorm wordt gegeven. Deze startnotitie is bedoeld om deze discussie te kunnen voeren. Er zijn drie ambitieniveaus geschetst, waaruit u als Algemeen Bestuur kunt kiezen. . Probleemstelling Buitenlandbeleid van waterschappen kent diverse vormen en doelstellingen. De volgende indeling kan gemaakt worden: -
Activiteiten binnen de Europese Unie. Hierbij gaat het bijvoorbeeld om deelname aan door de EU gefinancierde (onderzoeks)projecten, zgn. Interreg-projecten, waarin altijd meerdere EU-landen participeren. Doelstelling is om kennisdeling en kennisontwikkeling tussen de deelnemers te bevorderen.
-
Activiteiten in Oost-Europese landen Hierbij gaat het om het delen van kennis met Oost Europese landen die op termijn willen toetreden tot de Europese Unie en zich willen voorbereiden op implementatie van de Europese Kaderrichtlijn Water.
-
Activiteiten in derde wereldlanden De lidstaten van de Verenigde Naties hebben in het jaar 2000 doelen afgesproken voor het jaar 2015, de zogenaamde Millenniumdoelen. Voor waterschappen is daarbij vooral millenniumdoel 7 van belang, die gericht is op drinkwater en sanitatie. De Unie van Waterschappen heeft op 30 juni 2007 namens alle waterschappen het Akkoord van Schokland ondertekend, waarbij is afgesproken dat alle Nederlandse organisaties op het gebied van water proberen onderling goed samen te werken en hun kennis en capaciteit beschikbaar willen stellen voor het uitvoeren van het akkoord en het realiseren van de doelen (zie verder bijlage 1)
Eerdere besluiten / beleidskaders: Het beleid van het waterschap heeft zich tot heden beperkt tot de laatstgenoemde groep, nl. derde wereldlanden en de Millenniumdoelstellingen. Op 22 mei 2008 is de eerste buitenlandnotitie in het Algemeen Bestuur van WVE behandeld. Hierbij is aangegeven dat er ook een duidelijke meerwaarde moet zijn voor de eigen organisatie, waarbij de volgende criteria zijn voorgesteld: • Het uitwisselen van relevante kennis van het waterschap met buitenlandse partners; • Een extra stimulans voor de ontwikkeling en motivatie van het eigen personeel; • Het verbeteren van de betrekkingen met actoren binnen het eigen beheersgebied door samen projecten op te pakken. Tevens werd voorgesteld om jaarlijks € 20.000,- beschikbaar te stellen. Het Algemeen Bestuur kon zich vinden in de gemaakte keuzes, maar wilde graag meer ambitie zien in het buitenlandbeleid. Op 18 september 2008 is de notitie “Nadere invulling buitenlandbeleid” vastgesteld door het Algemeen Bestuur. In de nota is voorgesteld om meer samen op te trekken met andere waterpartners, omdat we als waterschap een kleine speler zijn in het geheel. Deelname aan projecten van anderen ligt daarom meer voor de hand dan optreden als trekker van een project. Overwogen is om samen te gaan werken met drinkwaterbedrijf Vitens of met Waternet in Amsterdam of met de waterschappen in het stroomgebied Rijn Midden. Verder is besloten om een actieve bijdrage te gaan leveren aan het realiseren van de Millenniumdoelen. De inzet kan hierbij worden gezien als een belangrijk onderdeel van het waterschapsbeleid rond Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen. Het Algemeen Bestuur heeft daarbij ingestemd met het volgende voorstel:
Pagina 3
-
actief onze bijdrage te leveren aan de uitvoering van het Akkoord van Schokland. hierbij structureel samen te werken met de waterschappen Veluwe en Zuiderzeeland. het jaarlijks budget gelijk te trekken met de collega-waterschappen en te verhogen van € 20.000,-- naar € 50.000,- per jaar. De inzet van eigen personeel te begrenzen op maximaal 700 uur per jaar.
Lopende Activiteiten van Waterschap Vallei & Eem In het afgelopen jaar zijn diverse mogelijkheden voor samenwerking verkend en zijn diverse initiatieven genomen. Hieronder volgt een kort overzicht. Binnen Europa Deelname aan een Interreg IVC project, waarbij de gemeente Renkum als lead partner optreedt en Waterschap Vallei & Eem zich bereid heeft verklaard als één van de co-partners op te treden. Het project gaat over vernieuwende toepassingen van afkoppeling en berging van hemelwater in stedelijke gebieden. De aanvraag is ingediend, maar is door de EU niet gehonoreerd voor financiële ondersteuning. Waterschap Friesland heeft In 2008 een samenwerkingsproject uitgevoerd in Hongarije, waarbij vijf Hongaarse waterschappen waren betrokken. Sleutelwoord hierbij was integrale gebiedsaanpak met alle betrokken stakeholders. Vallei & Eem heeft hieraan bijgedragen, waarbij een medewerker van de afdeling Planvorming enkele weken aan dit project heeft meegewerkt. Oost Europa Er is een mogelijkheid om te participeren in een te starten project in Servië, waarbij kennisuitwisseling plaatsvindt over de Europese Kaderrichtlijn Water. Het betreft het waterschap Vode Vojvodine in het noorden van Servië, grenzend aan de Donau. Het hoofdkantoor is gevestigd in de stad Novi Sad. Leading partner is het RIVM in Bilthoven. We zijn gevraagd als deelnemer en voor een volgend (monitoring) project als leading partner, gezien onze ervaring met een soortgelijk project in de jaren 2005 en 2006 in Slowakije. Een projectvoorstel wordt voorbereid voor financiering door het VNG LOGO East programma. We zijn door het Ministerie van LNV gevraagd deel te nemen aan een KRW-project in Turkije. Dit betreft ook een kennisuitwisseling over de Europese Kaderrichtlijn Water met medewerkers van het Ministerie van Landbouw in Turkije. Eén medewerker van de afdeling Planvorming neemt hier dit jaar twee keer een week aan deel. Het waterschap ontvangt hierbij een uurvergoeding, terwijl ook alle reis- en verblijfkosten worden vergoed door de subsidiënt. Derde wereld landen Eind vorig jaar is enthousiast begonnen met de voorbereiding van een project in de sloppenwijk Philippi bij Kaapstad in Zuid Afrika. Cordaid had al diverse contacten gelegd met de locale de overheden (gemeente en provincie), met bewonersorganisaties en een kennisinstituut, verbonden met de universiteit van Stellenbosch. De locale projectleider is in het najaar van 2008 op bezoek geweest in Nederland om kennis te maken met diverse projecten en de drie waterschappen. In het voorjaar van 2009 bleek dat de locale partijen in Zuid Afrika niet tot overeenstemming konden komen over een projectvoorstel. Sindsdien ligt de voorbereiding stil. Via de Unie van Waterschappen wordt gepoogd om een andere invulling te vinden. De Unie heeft nl. een twinningrelatie met het ministerie in Zuid Afrika en twee waterschappen (Wetterskip Friesland en Groot Salland) hebben banden met twee pilot – waterschappen aldaar. Deze relatie worden de komende jaren voortgezet. Het is thans niet duidelijk of er binnenkort meer waterschappen worden opgericht, waar we op zouden kunnen aanhaken. Het bestuur van Waterschap Zuiderzeeland (ZZL) heeft in mei 2008 besloten tot ondersteuning van een MDG project in Indonesië. Hete project is gericht op verbetering van de sanitatie voor 100.000 inwoners op het eiland Flores. Het afgelopen jaar is het project bezocht door een medewerker van ZZL om te komen tot een goede projectdefinitie. Momenteel loopt de procedure om tot financiering van het project te komen, waarbij het Ministerie van Buitenlandse Zaken, de ambassade en de Indonesische regering zijn betrokken.
Pagina 4
Er is al vele jaren een relatie met een ontwikkelingsproject in Nepal, via een medewerker van het waterschap. Het gebied ligt ongeveer 100 km ten zuidoosten van de stad Kathmandu. Een groep van medewerkers stort maandelijks vrijwillig geld op dit project. Het Dagelijks Bestuur verdubbelt dit bedrag. Momenteel kunnen van dit geld vier leraren van een lagere school bekostigd worden. Via de Stichting Aqua for All, waaraan een medewerker van de afdeling Planvorming in zijn vrije tijd aan meewerkt, wordt een projectvoorstel opgesteld voor aanleg van een drinkwatervoorziening.
Evaluatie lopende activiteiten Tijdens het eerste jaar van samenwerking is gebleken dat het starten van een buitenlandproject niet vanzelf gaat. De samenwerking met de waterschappen Zuiderzeeland en Veluwe is nog pril, de coördinatoren buitenland hebben enkele keren afstemmingsoverleg gehad. Het opbouwen van relaties in het buitenland, het maken van projectbeschrijvingen vraagt veel tijd, van zowel organisaties hier in Nederland als van partners in andere landen. Het beschikbare jaarlijkse budget van € 50.000,-- is tot op heden (mede daardoor) niet gebruikt, mede omdat het geld niet bedoeld is om als gift weg te geven, maar om bestede uren en reiskosten te kunnen bekostigen. Bestede uren betreffen tot nu toe vooral indirecte uren van de coördinator buitenland en de uren van een medewerker Planvorming voor het Turkije project, totaal ongeveer 200 uur en dus veel minder dan de 700 beschikbaar gestelde uren. Interne organisatie Binnen de organisatie zijn er meerdere medewerkers die in voorgaande functies gewerkt hebben in ontwikkelingslanden en dus praktijkervaring hebben, o.a. in Nepal, Tsjaad, Indonesië, Peru, Curaçao en Mozambique. Het zou goed zijn de interne kennis en ervaring actief te gebruiken bij de opzet van buitenlandprojecten. Voorgesteld wordt om deze groep van medewerkers periodiek als interne klankbordgroep / werkgroep te raadplegen. Ook zullen enkele leden van D&H hierbij actief betrokken worden. Leerpunten en verbeterpunten: - Beschikbare uren (700 uren) kunnen niet eenvoudig ingezet worden voor buitenlandprojecten, omdat veel tijd nodig is om tot een opstart te komen, ook als we zelf geen “leading partner” zijn. - Liefst instappen in reeds goed lopende projecten. Randvoorwaarden voor een goed project zijn hierbij: 1) een helder projectplan met een goede organisatiestructuur; 2) een goed financiering van het project; 3) betrouwbare samenwerkingspartners. - Instappen bij meerdere projecten, omdat uitvoering pas verzekerd is na goedkeuring van projectplannen door financiers. - het beschikbare budget is vaak niet nodig, omdat voor elk buitenlandproject een externe financieringsbron wordt gezocht. - het beschikbare budget van € 50.000, -per jaar zou deels omgezet kunnen worden naar interne formatie, zodat meer tijd wordt vrijgemaakt om tot goede projecten te komen. Nieuwe projecten Samenwerking in Oekraïne Er is in de afgelopen jaren een kennisuitwisselingsproject geweest tussen de beide ministeries van landbouw, het adviesbureau Alterra, de waterschappen Groot Salland en de Dommel, enkele gemeenten en de provincie Noord Brabant. Hierbij is elke partner gekoppeld aan een gelijke partner in het gebied op de Krim. Het project is gefinancierd door VNG LOGO East. Onze dijkgraaf is betrokken geweest vanuit haar vorige functie. Het project wordt dit jaar afgerond. Omdat de betrokken partners het project als succesvol hebben ervaren wordt in september 2009 een nieuw voorstel ingediend voor de jaren 2010 t/m 2012. Waterschap Vallei & Eem zou in dit projectvoorstel opgenomen kunnen worden en hierbij gekoppeld kunnen worden aan een derde waterbeheerder op de Krim. Eventueel zou ook een gemeente uit ons gebied hieraan gekoppeld kunnen worden. Schoon water voor Bertoua, Kameroen Er bestaat al vele jaren een relatie tussen de Rotaryclub Scherpenzeel-Woudenberg met hun partners in Bertoua in het oosten van Kameroen. In de afgelopen jaren zijn ongeveer 40 drinkwaterplaatsen aangepakt en opgeknapt. In 2010 hoopt men 55 drinkwaterplaatsen opgeknapt te hebben, waardoor ruim 200.000 mensen toegang tot
Pagina 5
schoon en gezond drinkwater hebben gekregen. Het project wordt ondersteund door Cordaid en de Rotary Foundation. Na 2010 zal beheer en onderhoud belangrijker worden, evenals de vraag hoe om te gaan met afvalwater. Mogelijk zou het waterschap hierbij een rol kunnen vervullen. Jaarlijks bezoekt een delegatie uit onze regio het project in Kameroen. Een volgend bezoek (inclusief een sponsor - fietstocht) is gepland voor januari 2010. Op 6 juli 2009 heeft een gesprek plaatsgevonden met het bestuur van de Rotaryclub en D&H-lid Marjan Brouwer over de mogelijkheden om elkaar wederzijds te ondersteunen. Hun verzoek is in de eerste plaats of we als waterschap bereid zijn ons te associëren met dit project en of we willen meedenken over de voortzetting in de komende jaren. Samenwerking met DHV Het adviesbureau DHV in Amersfoort is gespecialiseerd in drink- en afvalwaterprojecten in binnenen buitenland. Hierbij zijn ook projecten om kennis en vaardigheden rond beheer en onderhoud van rwzi’s te verbeteren. In juli zijn we gevraagd of wij of onze collega’s van HDSR bereid zijn te ondersteunen bij zo’n project in Egypte. Het betreft het drink- en afvalwaterbedrijf Fayoum, die ongeveer 10 rwzi’s in beheer heeft. Hierbij is een twinning -relatie over meerdere jaren mogelijk. Samenwerking met Vitens Hoewel een structurele samenwerking niet de eerste ambitie is, kan mogelijk wel op projectmatige basis geparticipeerd worden in een Vitens project, speciaal als zo’n project ook een sanitatie component heeft, waar Vitens kennis van riolering of afvalwaterzuivering voor nodig heeft. Vitens heeft gevraagd of we hieraan willen deelnemen en in september vindt er een oriënterend gesprek plaats.
Ambitieniveau/ Oplossingsrichtingen In principe is er veel ruimte om als Algemeen Bestuur te bepalen welke ambitie voor de komende jaren gekozen wordt. Om de keuze concreet te maken zijn hieronder drie mogelijke varianten weergegeven 1) Minimum variant De samenwerking met de waterschappen Veluwe en Zuiderzeeland wordt voortgezet. Er wordt alleen als co-partner meegewerkt aan projecten in Europa (Interreg etc.) Er wordt niet deelgenomen aan Oost-Europa projecten. Er wordt meegewerkt aan 1 project in een derde wereld land, gericht op sanitatie. Dit omdat De Unie van Waterschappen het Akkoord van Schokland heeft ondertekend en we zelf ook een eigen verantwoordelijkheid zien om beschikbare kennis en capaciteit te delen. Het jaarlijkse budget wordt verlaagd naar € 20.000,-- per jaar. 2) Midden variant De samenwerking met de waterschappen Veluwe en Zuiderzeeland wordt voortgezet en meer vormgegeven. Er wordt een interne werkgroep gestart, die intern adviseert en stimuleert, waarin ook 2 DB-leden participeren. De communicatie over het buitenlandbeleid van het waterschap wordt versterkt via intranet en internet. We willen deelnemen aan minimaal 1 project binnen Europa. We willen deelnemen aan minimaal 1 project in een Oost-Europees land. We willen deelnemen aan minimaal 1 project in een derde wereld land (naast het project van ZZL in Indonesië.) We starten meerdere projecten tegelijk op en bezien in de praktijk welke daarvan levensvatbaar blijkt en een meerjaren perspectief biedt. Het beschikbare budget blijft € 50.000 per jaar, waarvan € 30.000,- wordt gebruikt voor de inzet van eigen personeel (uren), om tot meer daadkracht te komen. De totale personele inzet blijft maximaal 700 uur per jaar, maar dient ook daadwerkelijk ingezet te worden. Maximum variant Idem als de middenvariant met als extra: Er wordt 0,5 fte vrijgemaakt voor een coördinator buitenland, om het buitenlandbeleid meer te positioneren binnen en buiten de organisatie.
Pagina 6
Samen met Veluwe en Zuiderzeeland starten we een studie om na te gaan of verdere opschaling naar meer waterschappen perspectief biedt, zodat krachten nog meer gebundeld kunnen worden. Het beschikbare budget bedraagt € 50.000 per jaar plus de kosten van 0,5 fte voor een coördinator buitenland. De personele inzet stijgt tot 1400 uur, nl. 0,5 fte voor een coördinator buitenland en 700 uur (= 0,5 fte) voor medewerkers die betrokken zijn bij projectuitvoering. Consequentie van de besluitvorming m.b.t. geld, personeel en organisatie: - bij keuze voor minimumvariant verlaging tot € 20.000,-- per jaar. - bij keuze voor middenvariant geen verandering tov de huidige situatie. - bij keuze voor maximumvariant stijging tot € 100.000,-- per jaar. Advies Dijkgraaf en Heemraden: Dijkgraaf en Heemraden adviseren te kiezen voor de middenvariant.
Pagina 7
Bijlage 1
Millenniumdoelstellingen
De Millenniumdoelstellingen, ofwel UN Millennium Development Goals (MDG’s) betreffen een achttal doelstellingen waarvan alle 191 VN-lidstaten hebben aangegeven dat ze deze willen bereiken. De United Nations Millennium Declaration, ondertekend in september 2000, verbindt de leden hieraan, waarbij is vastgelegd dat de doelen in het jaar 2015 dienen te worden bereikt. Het betreft doelen voor het halveren van armoede en honger, verbetering van gezondheid etc. Voor de waterschappen is hierbij vooral millenniumdoel 7 van belang. Millenniumdoel 7 (MDG 7) luidt samengevat: “Meer mensen leven in een duurzaam milieu in 2015 door het integreren van duurzame ontwikkeling in nationaal beleid en halvering van het aantal mensen zonder toegang tot veilig drinkwater. Voor 2020 zijn de levensomstandigheden (o.a. sanitatie) van tenminste 140 miljoen bewoners van krottenwijken aanzienlijk verbeterd”. (www.millenniumdoelen.nl). Omdat de doelstelling van MDG 7 met betrekking tot sanitatie wereldwijd achterbleef, heeft de Verenigde Naties het jaar 2008 uitgeroepen tot “International Year of Sanitation”.
Millenniumakkoorden De Nederlandse rijksoverheid heeft de Millenniumdoelstellingen vertaald naar de eigen bijdrage die Nederland hieraan wil leveren. Wat betreft millenniumdoel 7 is als doelstelling gekozen om in de periode tot het jaar 2015 50 miljoen mensen te voorzien van drinkwater en (basale) sanitaire voorzieningen. Verschillende ministers en de watersector, waaronder de Unie van Waterschappen, hebben daartoe op 30 juni 2007 op Schokland (Noordoostpolder) het zogenaamde Akkoord van Schokland getekend. Hierbij is afgesproken dat de waterpartijen hun krachten zullen bundelen om samen met andere partijen een zo effectief mogelijke bijdrage te leveren aan millenniumdoel 7. Verder is de afspraak gemaakt dat de partijen “intern en extern middelen en capaciteit beschikbaar zullen stellen voor het tot uitvoering brengen van dit akkoord en de binnen het akkoord beoogde doelen”. Zie voor de volledige tekst www.millenniumakkoorden.nl. In het akkoord is ook een globaal tijdpad aangegeven. Het jaar 2007 was bedoeld om de doelen en activiteiten verder uit te werken, zodat in 2008 de gezamenlijke initiatieven in uitvoering konden worden genomen. Om de voortgang te stimuleren en te monitoren hebben de betrokken partijen samen het zgn. Wash - secretariaat opgericht. (Wash is een afkorting van “WAter, Sanitatie en Hygiene”.) Het secretariaat is gekoppeld aan het NWP /Netherlands Water Partnership.
Pagina 8