datum vergadering auteur telefoon
17 september 2009
J. Stellaard 033 - 43 46 301
e-mail
[email protected]
afdeling
Staf
behandelend bestuurder R.L. Boer onderwerp agendapunt
Innovatiebeleid 2010 registratienummer
VOORSTEL AAN HET ALGEMEEN BESTUUR Inhoud voorstel: In dit voorstel wordt het Algemeen Bestuur (AB) voorgesteld om in te stemmen met de keuzes van Dijkgraaf & Heemraden (D&H) betreffende het bij WVE te voeren innovatiebeleid. Probleemstelling: In het inmiddels vastgestelde beleid ten aanzien van Maatschappelijk Verantwoord Ondernemen (MVO) wordt (duurzame) innovatie genoemd als één van de aanjagers om te komen tot MVO. Verder is er binnen onze organisatie behoefte aan “beleid” op het gebied van innovatie: wat kan er, wat mag er? Ook het AB heeft aangegeven tijdens de discussie rond MVO, dat innovatie voortvarend moet worden opgepakt binnen WVE. Verder is er nog het Unieproject WaterWegen, met als doelstelling duidelijk te maken dat een waterschap een moderne regionale waterautoriteit is. Modern in de zin van het leveren van een vernieuwende bijdrage aan de waterproblemen van morgen. Het formuleren van innovatiebeleid is lastig. Uiteindelijk moet het antwoord geven op de vragen: wil je innoveren?; ben je bereid risico te nemen of te lopen?; wil je geld en tijd ter beschikking stellen? D&H hebben besloten innovatiebeleid te verwoorden met een innovatie-ambitie. Deze ambitie is tot stand gekomen op basis van gemaakte keuzes wat we verstaan onder innovatie bij WVE, onze motivatie om te innoveren en wat we willen bereiken bij WVE met innovatie. Aan deze ambitie hebben D&H consequenties verbonden voor wat betreft geld en tijd te besteden aan innovatie. Eerdere besluiten / beleidskaders: MVO-beleid vastgesteld door AB dd. 14 mei 2009 Oplossingsrichting en alternatieven: In een tweetal discussierondes hebben D&H keuzes gemaakt en standpunten bepaald rond het voeren van innovatiebeleid bij WVE. Deze zijn verwoord in de nota Innovatiebeleid 2010, die is bijgevoegd. Voor de beeldvorming zijn de oorspronkelijke keuzes die aan D&H zijn voorgelegd bijgevoegd in de bijlagen a,ben c. Consequentie van de besluitvorming voor geld, personeel en organisatie: De gekozen ambitie leidt tot de volgende consequenties voor tijd en geld: 1. Medewerkers hebben 15% tijd van hun jaarcapaciteit beschikbaar ten behoeve van het ontwikkelen en realiseren van innovatieve projecten. Een ieder (schatting:10-20) met een levensvatbaar idee kan hierop aanspraak maken. Organisatiebreed is dit een personele kostenpost van maximaal €240.000. 2. Het instellen van een Innovatiefonds voor een bedrag van €500.000 (eenmalig). 3. Jaarlijks wordt € 50.000 aan dit fonds uit de resultaatbestemming toegevoegd. In de jaarbegrotingen wordt dit verwerkt, voor het eerst in de begroting 2010. 4. Uit het innovatiefonds worden extra kosten bekostigd, die nodig zijn om innovatie mogelijk te maken. Dit is geld dat komt bovenop de “normale” projectkosten. Denk bijv. aan kosten in de “brainstorm- of ideefase” of extra kosten gemoeid met experimenten of onderzoekskosten met derden. Bij de realisatie van innovaties wordt rekening gehouden met een terugverdienmogelijkheid door efficiency- en effectiviteitsvoordelen. 5. Om aanspraak te kunnen maken op het Innovatiefonds worden criteria vastgesteld door D&H
Pagina 1
6.
7.
Formeel zijn onttrekkingen uit bestemmingsreserves voorbehouden aan het Algemeen Bestuur. Om niet voor elk innovatieproject(je) vooraf aan het Algemeen Bestuur goedkeuring te moeten vragen wordt uit pragmatische overwegingen voorgesteld Dijkgraaf & Heemraden hierover te laten besluiten. Verantwoording vindt achteraf plaats. Ingangsdatum: 1 januari 2010.
Risico’s: De jaarlijkse toevoeging van €50.000 in het Innovatiefonds is mede afhankelijk van de financiële reserves op moment van de vaststelling van de betreffende begroting. Aan innoveren zijn risico’s verbonden. Experimenten kunnen mislukken, ideeën kunnen niet realistisch blijken, samenwerkingspartijen kunnen zich terugtrekken enz. De instelling van het innovatiefonds is mede een financiering voor dergelijke mislukkingen. Voorstel Dijkgraaf en Heemraden: Aan het Algemeen Bestuur wordt voorgesteld om: • in te stemmen met de geformuleerde innovatie-ambitie zoals verwoord in de nota Innovatiebeleid 2010; • per 1 januari 2010 een bedrag van €500.000 beschikbaar te stellen voor innovatie en hiervoor een bestemmingsreserve “innovatiefonds” in te stellen; • Dit innovatiefonds van € 500.000 te financieren uit de gelden die vrijkomen door de vrijval van twee van de drie Cross Border Leases; • Voorstellen voor onttrekkingen uit het Innovatiefonds te laten toetsen aan de kaders van het innovatiebeleid door Dijkgraaf & Heemraden en Dijkgraaf & Heemraden hierover te laten besluiten. Jaarlijks wordt over de gedane onttrekkingen verantwoording afgelegd aan het Algemeen Bestuur; • Jaarlijks €50.000 uit het resultaat te bestemmen voor het Innovatiefonds. Dit zal in de begrotingen vanaf 2010 worden opgenomen. Bijlagen Bij dit voorstel is gevoegd: 1. de nota Innovatiebeleid 2010, waarin verwoord de keuzes van D&H met betrekking tot de innovatie-ambitie van WVE 2. de nota Innovatiebeleid 2010 heeft 3 bijlagen: a. ambitiescenario’s a t/m d b. pakketten beschikbare middelen a t/m d c. matrix ambities naast elkaar
mr. G.P. Dalhuisen, secretaris
drs. J.M.P. Moons, dijkgraaf
Beslissing bestuur:
Pagina 2
1
Bijlage b a) Bijbehorende middelen: Er is geen extra budget beschikbaar. Innovatieve plannen moeten per definitie tot kostenverlaging leiden, zo mogelijk vertaald in lagere tarieven. Er is geen extra personele kostenpost. Innovaties worden voorgelegd aan het DB/AB of worden genoemd in de jaarplannen.
b) Bijbehorende middelen: Er staat geen extra budget beschikbaar. Wel wordt er afgesproken dat bepaalde medewerkers (10) op innovatieve sleutelposities tijd krijgen voor de ontwikkeling van innovatieve plannen. Zij krijgen 10% op jaarbasis van hun jaarcapaciteit hiervan beschikbaar. Organisatiebreed is dat een personele kostenpost van 80.000 euro. Innovaties worden door het DB/AB beoordeeld en mogen maximaal 5% extra geld kosten ten opzichte van een niet innovatieve variant. Ook via de jaarplannen kunnen deze voorstellen worden gerealiseerd.
2
c) Bijbehorende middelen: Een aantal (maximaal10-20) medewerkers heeft 10% tijd van hun jaarcapaciteit ten behoeve van het ontwikkelen en realiseren van innovatieve projecten beschikbaar. Organisatiebreed is dit een personele kostenpost van maximaal 160.000 euro. Er is extra budget beschikbaar in de vorm van een innovatiefonds. Er zit 150.000 euro in. Het MO beoordeelt de aanspraak op het innovatiefonds. Uit het innovatiefonds worden extra kosten bekostigd, die nodig zijn om innovatie mogelijk te maken. Dit is geld dat komt bovenop de “normale” projectkosten. Denk bijv. aan kosten in de “brainstorm- of ideefase” of extra kosten gemoeid met experimenten of onderzoekskosten met derden. Bij de realisatie van innovaties wordt rekening gehouden met een terugverdienmogelijkheid door efficiency- en effectiviteitsvoordelen. Er is een innovatieportfolio met jaarlijkse rapportage en actualisering.
3
Bijlage b d) Bijbehorende middelen: Medewerkers hebben 15% tijd van hun jaarcapaciteit beschikbaar ten behoeve van het ontwikkelen en realiseren van innovatieve projecten. Een ieder (schatting:10-20) met een levensvatbaar idee kan hierop aanspraak maken. Organisatiebreed is dit een personele kostenpost van maximaal 240.000 euro. Er is extra budget beschikbaar in de vorm van een innovatiefonds. Er zit 500.000 euro in. Het MO beoordeelt in eerste instantie de aanspraak op het innovatiefonds. Uit het innovatiefonds worden extra kosten bekostigd, die nodig zijn om innovatie mogelijk te maken. Dit is geld dat komt bovenop de “normale” projectkosten. Denk bijv. aan kosten in de “brainstorm- of ideefase” of extra kosten gemoeid met experimenten of onderzoekskosten met derden. Bij de realisatie van innovaties wordt rekening gehouden met een terugverdienmogelijkheid door efficiency- en effectiviteitsvoordelen. Er zijn thema’s geformuleerd en er is een innovatieportfolio.
Waar komt het geld vandaan? In 1997 en 1998 zijn Cross Border Leases (CBL) aangegaan met drie partijen nl. General Electric (GE), Philip Morris (PM) en AIG. Met GE en AIG is een akkoord gesloten over de beëindiging. Deze beëindigingen leveren in totaal een bedrag op van € 3.257.000. Een deel daarvan, ongeveer 1,6 miljoen euro, is “vrij beschikbaar” (zie de betreffende nota waarin verantwoording wordt afgelegd over de Cross Border Leases). Het is aan het Algemeen Bestuur dit bedrag of een gedeelte daarvan (dat kan bij de begroting 2010) nader te bestemmen en zo niet, dan vallen deze bedragen vrij ten bate van de Tariefsegalisatie reserves. D&H kiest voor variant d ter financiering van de innovatie-ambitie zoals geformuleerd onder scenario C. Vaststelling van deze ambitie kan aanleiding zijn voor het Algemeen Bestuur om een bestemmingsreserve in te stellen voor een bedrag van 500.000 euro (eenmalig) en deze te benoemen als Innovatiereserve. Tevens stelt AB dan vast dat jaarlijks bij de
4
begroting een bedrag van 50.000 euro uit dezelfde reserves wordt toegevoegd aan het innovatiefonds. Ingangsdatum: 1 januari 2010.
Bijlage a
Scenario a: Gedegen en sober WVE heeft zijn taken in waterbeheer en zuiveringsbeheer goed op orde. Het is daarom zaak dit vooral zo te houden. Het waterschap werkt hard aan het in stand houden van verworven kennis. WVE kiest ervoor om als overheid net- als in het verleden- een aantrekkelijke werkgever te zijn door degelijk personeelsbeleid. Innovatie is alleen nodig als er zich onverwachte problemen voordoen en dat doen we op eigen kracht vanuit onze eigen organisatie. Innovatie wordt dan ook niet organisatiebreed ondersteund. We communiceren alleen wat formeel nodig is. Het imago van WVE wordt gezien als stabiel en degelijk en dat willen we vooral zo houden.
Scenario b: Geleidelijk en behoedzaam WVE heeft zijn taken in waterbeheer en zuiveringsbeheer goed op orde. We realiseren ons dat er ontwikkelingen gaande zijn in de wereld om ons heen, met name op het gebied van MVO en innovatie. We vinden het noodzakelijk dat er vooral kosten worden bespaard. Onze medewerkers hebben tijd voor innovatie om wat te doen met deze ontwikkelingen. Hier zit geen organisatiebrede sturing op maar de organisatie ondersteunt innovatie en creativiteit met tijd en geld. Innovatie vindt plaats op eigen kracht vanuit onze eigen organisatie. Men vindt het leuk om bij WVE te werken. Zo nu en dan wordt er actief gecommuniceerd over innovaties die zich voordoen bij WVE.
Bijlage a
Scenario c: Enthousiast en flexibel WVE zorgt goed voor zijn burgers door goed waterbeheer en zuiveringsbeheer. We willen veel meer doen dan op basis van onze wettelijke taken van ons verwacht mag worden. We denken nog meer aan het welzijn van onze burgers en werken samen met actoren in onze omgeving. Wij betrekken burgers en kennisinstellingen bij het maken van beleidskeuzes. Wij weten wat er speelt in de wereld om ons heen en gebruiken deze marktinformatie op een doeltreffende wijze. WVE voert een actief en flexibel personeelsbeleid dat mensen uitnodigt en aantrekt om bij ons te komen werken. Innovatief en creatief denken is onderdeel van de bedrijfscultuur. Innovatie is de voorwaarde om zowel op sociaal als op technologisch gebied de gestelde doelen te behalen. Er is een smalle maar duidelijke focus aanwezig om innovatief en communicatief te zijn. We kiezen voor bepaalde thema’s en voorzien die van een beperkt portfolio van innovatieve projecten. Successen worden nadrukkelijk gecommuniceerd naar burgers en vakbroeders.
Scenario d: Creatief en baanbrekend WVE zorgt goed voor zijn burgers door al zijn taken goed uit te voeren. We denken nadrukkelijk aan het welzijn van onze burgers en werken per definitie samen met actoren in onze omgeving. Wij betrekken nadrukkelijk burgers en kennisinstellingen bij het maken van beleidskeuzes. Wij weten wat er speelt in de wereld om ons heen en gebruiken deze marktinformatie op een doeltreffende wijze. WVE voert een actief en flexibel personeelsbeleid dat mensen uitnodigt om bij ons te komen werken. Anders denken is een gewenste competentie bij de aanname van nieuwe medewerkers. Innovatief en creatief denken is onderdeel van onze bedrijfscultuur. Innovatie is de voorwaarde om zowel op sociaal als op technologisch gebied de gestelde doelen te behalen. WVE kiest voor een brede innovatieve aanpak door middel van thema’s en een uitgebreid portfolio van innovatieve projecten. WVE ondersteunt innovatief en creatief denken. Risico’s mogen worden genomen en baanbrekend denken en doen worden gestimuleerd. Communicatie en PR zijn belangrijke middelen om te laten zien hoe we onze werk doen. Actief de markt bewerken hoe innovatief wij zijn én om innovaties aan te trekken van derden is de gebruikelijke werkwijze bij WVE. Er is veel bestuurlijke activiteit waar te nemen op innovatief gebied in de markt. WVE is mede hierdoor een aantrekkelijke werkgever.
Bijlage c Keuzes voor wat betreft de randvoorwaarden en consequenties innovatieambities WVE, zoals oorspronkelijk voorgelegd aan D&H. Op 27-8-2009 heeft D&H besloten te kiezen voor de ambitie “Enthousiast en flexibel” (C) met de beschikbare tijd en budget van “Creatief en baanbrekend” (D). Ambitie
Gedegen en sober
Voorwaarde (A) Extra beschikbare tijd
Geen
Geleidelijk en
Enthousiast en
Creatief en
behoedzaam
flexibel
baanbrekend
(B)
(C)
(D)
Beperkt aantal
Bepaalde medewerkers
Alle medewerkers met een
medewerkers 10%
10% jaarcap.
idee
jaarcap.
Extra beschikbaar budget
Geen
15% jaarcap.
5% duurder dan
Innovatiefonds:
Innovatiefonds:
basisvariant
€ 150.000,-
€ 500.000,-
Type innovatie
Technisch
Technisch
Technisch & sociaal
Technisch & sociaal
Innovatieproces
Gesloten
Gesloten
Open
Open
Cultuur/houding t.o.v. innovatie
Geen verandering
Ondersteunend
Uitnodigend
Stimulerend
Draagvlak voor innovatieve
Project-afhankelijk
Project-afhankelijk
Bestuur
Organisatiebreed
Geen
Incidenteel
Structureel en pro-actief
Structureel en pro-actief
projecten Communicatie over innovatie bij WVE