VERGADERING GEMEENTERAAD 2012 VOORSTEL
Registratienummer R-2012-0140 Bijlage(n) Onderwerp Begroting 2013 Middenbeemster, 25 september 2012 Aan de raad
Inleiding en probleemstelling Ter voldoening aan artikel 190 van de Gemeentewet bieden wij u hierbij de ontwerpbegroting van baten en lasten voor 2013 aan. Oplossingsrichting Financiën algemeen De ontwerpbegroting 2013 laat de volgende totaalcijfers zien: Onderdeel Bedrag Lasten 14.304.009 Baten 14.304.009 Saldo 0 De ontwerpbegroting 2013 sluit. In de kadernota 2013 die is behandeld in de raadsvergadering van 26 juni 2012 was voor 2013 nog een nadelig saldo verwacht van € 72.543. De belangrijkste redenen voor het gunstiger perspectief geven wij hierna aan. De saldi van de jaren 2014 t/m 2016 zijn volgens de huidige stand van zaken: 2014 € 147.220 voordelig stand van zaken kadernota € 306.183 voordelig 2015 € 185.896 voordelig stand van zaken kadernota € 314.985 voordelig 2016 € 398.818 voordelig stand van zaken kadernota € 473.968 voordelig De verwachte voordelige saldi in 2014 t/m 2016 zijn dus lager dan verwacht bij de kadernota. De redenen hiervan lichten wij ook hierna toe. In de ontwerpbegroting 2012 waren diverse bezuinigingsmaatregelen opgenomen. De financiële gevolgen van deze maatregelen zijn allemaal overgenomen in de ontwerpbegroting 2013 op één uitzondering na. Wij hebben geprobeerd met individuele personeelsleden van de huishoudelijke dienst te komen tot overeenstemming over een wijziging van het dienstverband per 2013. Dit met het doel om de formatie voor deze taak te verminderen. Wij voorzien dat dit niet gaan lukken. De belangrijkste redenen voor de gewijzigde perspectieven in 2013 t/m 2016 zijn: In de inleiding van de kadernota was aangegeven dat het Lenteakkoord ongetwijfeld negatieve gevolgen heeft voor de gemeentefondsuitkeringen. Daarbij is een bedrag genoemd van € 280.000 daling van de uitkering. In de kadernota is verder geen rekening gehouden met dit bedrag. Het bedrag was dus niet in de saldi van de kadernota verwerkt. Voor het behandelen van de kadernota is de junicirculaire gemeentefonds 2012 verschenen. Uit de herberekening van de algemene uitkering op basis van deze circulaire bleek dat de negatieve gevolgen in 2013 € 234.000 zijn.
Nota van aanbieding begroting 2013
blz.1 van 7
-
-
In deze begroting zijn diverse nieuwe bezuinigingen opgenomen. Het betreft: De kosten van het jongerenwerk worden € 7.500 lager. Door de opheffing van de o.b.s. de Bonte Klaver vervallen diverse uitgaven van totaal € 12.800. Na gesprekken met de Stichting Kinderopvang Beemster zijn wij gekomen met een voorstel om de subsidie voor peuterspeelzalen af te schaffen met ingang van het schooljaar 20132014. Voor verdere informatie verwijzen wij naar programma 2, blz. 9. Het voordeel in 2013 bedraagt € 26.705. Diverse onderwerpen, totaalbedrag € 8.920. In het gebied waar het plan De Keyser (Middenbeemster 4e kwadrant) wordt ontwikkeld ligt een stuk grond dat eigendom van de gemeente is. Dit perceel grond wordt in 2013 overgedragen aan De Beemster Compagnie voor € 300.000. Dit is een eenmalig voordeel dat we in de begroting 2013 opnemen.
Wij vermelden nog de volgende aandachtspunten: Salariskosten. Wij houden rekening met de CAO Gemeenten die dit voorjaar is afgesloten. De CAO geldt tot 1 januari 2013. Voor 2013 en 2014 houden we rekening met 0% loonstijging, in 2015 en 2016 hebben we rekening gehouden met 1% stijging per jaar. Er is geen nieuwe CAO Rijk afgesloten. Ook hierbij houden we rekening met 0% stijging in 2013 en 2014 en 1% stijging daarna. Prijsstijging. In de kadernota hielden we rekening met 2% prijsstijging. Daarbij is aangegeven dat het percentage gezien het verloop van de inflatie in de eerste maanden van 2012 aan de lage kant was. Ook is vermeld dat het percentage bij de samenstelling van de ontwerpbegroting opnieuw wordt beoordeeld. Gezien het verloop van de inflatie t/m augustus hebben we bij de lasten van de begroting 2,25% prijsstijging verwerkt. Wijziging van belastingtarieven. Hierbij geldt hetzelfde als bij het vorig punt. In de kadernota zijn we uitgegaan van 2% stijging; in de ontwerpbegroting is dit verhoogd tot 2,25%.Bij de afzonderlijke belastingen geldt het volgende: De bouwleges in de vorm van een percentage van de bouwkosten blijven gelijk. De leges voor reisdocumenten zijn afhankelijk van de maximale tarieven die het rijk vaststelt. De maximale tarieven van 2013 zijn nog niet bekendgemaakt. Alle andere legestarieven stijgen met 2,25%. De afvalstoffenheffing blijft gelijk. Dit is mogelijk door de ontwikkeling van baten en lasten van de reiniging. Ook het geschatte saldo van de egalisatiereserve (€ 161.923 per 1 januari 2013) speelt hierbij een rol. De rioolheffing blijft ook gelijk. Ook dit is mogelijk door de ontwikkeling van baten en lasten en van de egalisatiereserve (geschatte stand per 1 januari 2013 € 473.273). De noodzaak van aanpassing van de begrafenisrechten wordt later dit jaar beoordeeld. Wij verwachten overigens geen grote tariefsveranderingen. De OZB, RWB, het liggeld woonschepen en de toeristenbelasting worden met 2,25% verhoogd. In het afzonderlijke belastingvoorstel gaan wij uitgebreid in op deze voorstellen. Bij het belastingvoorstel voegen we een berekening toe van de woonlasten in 2013. Hierin zit een vergelijking van de woonlasten van 2012 en 2013 De financiële financiële positie van de gemeente Volgens het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) wordt in de uiteenzetting van de financiële positie ten minste aandacht besteed aan de volgende onderwerpen: a. De jaarlijks terugkerende arbeidsgerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume. b. De investeringen, onderscheiden in investeringen met een economisch nut en investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. c. De financiering. d. De stand en het verloop van de reserves. e. De stand en het verloop van de voorzieningen. Nota van aanbieding begroting 2013
blz.2 van 7
Over deze onderwerpen staat het volgende in de ontwerpbegroting: a. Arbeidskosten gerelateerde verplichtingen. Onderwerp 2013 2014 2015 2016 Wethouderspensioenen (incl. nabestaandenpensioenen) 35.923 35.923 40.638 42.857 Vergoedingen FPU- regeling gemeenten 3.481 294 0 0 De wethouderspensioenen stijgen na 2014, omdat meer oud-wethouders de 65-jarige leeftijd bereiken. Voor personeel dat geheel of gedeeltelijk vervroegd is uitgetreden, betalen we aan het ABP een deel van de uitkeringskosten. Dit is opgenomen in de CAO Gemeenten. Na het bereiken van de 65-jarige leeftijd hoeven we deze bijdrage niet meer te betalen, daarom dalen de bedragen. b. De investeringen. Onderdeel 1 Investeringen met een economisch nut. 2013 2014 Saldo per 1 januari 18.982.024 18.316.645 Investeringen 365.850 426.500 Afschrijvingen -1.031.229 -1.055.136 Aflossingen 0 0 Saldo per 31 december 18.316.645 17.688.009
2015 17.688.009 332.700 -1.033.032 0 16.987.677
2016 16.987.677 730.000 -1.009.374 0 16.708.303
Onderdeel 2 Investeringen in de openbare ruimte met een maatschappelijk nut. 2013 2014 2015 2016 Saldo per 1 januari 3.006.200 2.969.900 2.870.200 2.777.200 Investeringen 320.810 258.610 258.610 258.610 Afschrijvingen -357.110 -358.310 -351.610 -323.410 Aflossingen 0 0 0 0 Saldo per 31 december 2.969.900 2.870.200 2.777.200 2.712.400 Verder onderscheidt het BBV nog financiële en immateriële vaste activa. Deze vermelden wij in onderdeel 3: 2013 2014 2015 2016 Saldo per 1 januari 1.369.625 1.351.348 1.332.484 1.313.319 Investeringen 1.936 1.936 1.936 1.936 Afschrijvingen -12.736 -12.736 -12.736 -7.136 Aflossingen -7.477 -8.064 -8.365 -478.681 Saldo per 31 december 1.351.348 1.332.484 1.313.319 829.438 c.
De financiering
Saldo per 1 januari Opgenomen Aflossingen Saldo per 31 december d.
2014 11.876.502 0 -7.449.165 4.427.337
2015 4.427.336 0 -449.165 3.978.171
2016 3.978.171 0 -449.165 3.529.006
2013 13.876.295 384.261 -1.122.624 13.137.932
2014 13.137.931 398.234 -1.125.645 12.410.520
2015 12.410.520 1.549.092 -1.151.977 12.807.635
2016 12.807.635 515.148 -1.155.535 12.167.248
2013 1.350.089 145.778 -549.711 946.156
2014 946.156 145.778 -234.670 857.264
2015 857.264 145.778 -107.873 895.169
2016 895.169 145.778 -334.396 706.551
De reserves
Saldo per 1 januari Toevoegingen Onttrekkingen Saldo per 31 december e.
2013 12.325.667 0 -449.165 11.876.502
De voorzieningen
Saldo per 1 januari Toevoegingen Onttrekkingen Saldo per 31 december Nota van aanbieding begroting 2013
blz.3 van 7
De geraamde investeringen en de verwachte mutaties van reserves en voorzieningen zijn vermeld bij de diverse programma’s. Uit de gegevens van de onderdelen b t/m e valt het volgende totaaloverzicht af te leiden (saldi per 1 januari van het aangegeven jaar). Investeringen met economisch nut Idem met maatschappelijk nut Financiële en immateriële activa Opgenomen vaste geldleningen Reserves Voorzieningen
2013 18.982.024 3.006.200 1.369.625 -12.325.667 -13.876.295 -1.350.089 -4.194.202
2014 18.316.645 2.969.900 1.351.348 -11.876.502 -13.137.932 -946.156 -3.322.697
2015 17.688.009 2.870.200 1.332.484 -4.427.336 -12.410.520 -857.264 4.195.573
2016 16.987.677 2.777.200 1.313.319 -3.978.171 -12.807.635 -895.169 3.397.221
Volgens dit overzicht is er in de eerste twee jaar een financieringsoverschot. Vanaf 2015 is er een financieringstekort, omdat in 2014 een grote lening wordt afgelost. Wij overwegen in het vierde kwartaal van 2012 een langlopende lening aan te gaan gezien de huidige gunstige rentetarieven. Wij wijzen er hierbij op, dat geen rekening is gehouden met de boekwaarde van de complexen in het overzicht van de bouwgrondexploitatie. Voor de volledigheid krijgt u hieronder een overzicht van de boekwaarde van de complexen in het overzicht van de bouwgrondexploitatie. 2013 2014 2015 2016 4.596.565 2.269.300 2.269.300 2.269.300 Begin 2013 zitten nog de complexen Zuidoostbeemster fase 2, terrein oude Spelemei en terrein oude buurthuis in het overzicht. In de andere jaren is alleen de boekwaarde van Zuidoostbeemster fase 2 verwerkt. Meerjarenraming 2014 2014 – 2016 2016 De uitgangspunten Wij hanteren voornamelijk dezelfde uitgangspunten als bij de kadernota 2013. In het vervolg geven wij de uitgangspunten aan. Wij wijzen u daarbij ook nog op de tabel met toelichting onder Financiën algemeen, waarin de verschillen tussen de kadernota en de begroting 2013 zijn weergegeven.
LASTEN 1. Salarissen etc. We houden rekening met de CAO’s van de sectoren Rijk en Gemeenten. De CAO Rijk gold tot en met 31 december 2010. Er is nog steeds geen nieuwe CAO Rijk. De CAO Gemeenten loopt tot 1 januari 2013. Wij houden rekening met 0% salarisstijging in 2013 en 2014 en 1% salarisstijging vanaf 2015. Verder is rekening gehouden met eventuele periodieke verhogingen voor personeelsleden, die nog niet het maximum van hun salarisschaal hebben bereikt. De salarislasten zijn vanaf 2014 met inbegrip van het eerder vastgestelde voordeel van samenwerking van € 175.000. 2. Kapitaallasten De staat van vaste activa is opgesteld voor de jaren 2013 t/m 2016. Hetzelfde geldt voor de staat van voorgenomen investeringen. De gegevens van deze staten zijn in de meerjarenraming verwerkt. 3. Reserves en voorzieningen De staat van reserves en voorzieningen is opgesteld voor de jaren 2013 t/m 2016. De gegevens uit deze staat zijn in de meerjarenraming verwerkt. 4. Energie, duurzame goederen en overige goederen en diensten diensten Wij houden rekening met 2% prijsstijging per jaar. Investeringsuitgaven van minder dan € 10.000 komen direct ten laste van de exploitatie. In de meerjarenraming is, indien nodig, met dergelijke investeringen rekening gehouden. Nota van aanbieding begroting 2013
blz.4 van 7
5. Uitkeringen WWB etc., Wmo huishoudelijke zorg en voorzieningen gehandicapten De algemene regel is, dat het uitgavenniveau gelijk gehouden is aan dat van 2013. Hetzelfde geldt voor rijksvergoedingen die hier tegenover staan. 6. Reiniging, riolering en begraafplaats Bij de lasten handelen we zoals hiervoor is aangegeven. Over de retributies valt nog het volgende te zeggen. Afvalstoffenheffing De netto lasten van de reiniging en de opbrengst van de afvalstoffenheffing bedragen in 2014-2016: 2014 2015 2016 Netto lasten 751.573 757.170 769.436 Opbrengst 720.683 720.683 720.683 Saldo -30.891 -36.487 -48.754 De opbrengst van de afvalstoffenheffing is gebaseerd op gelijk blijvende tarieven. Er is nog geen rekening gehouden met areaaluitbreiding door nieuwbouw in Zuidoostbeemster, maar dat geldt ook bij de lasten. Omdat de ontwikkeling van de lasten nog onzeker is, blijven we van de huidige tarieven uitgaan. Onzekere factoren zijn bijvoorbeeld de aangeleverde hoeveelheden grof huisvuil en de bijdrage uit het Afvalfonds voor de ingezamelde hoeveelheden glas, papier en plastic. In de komende jaren is de geraamde opbrengst van de afvalstoffenheffing lager dan de netto lasten van de reiniging. Deze bedragen onttrekken we aan de egalisatiereserve afvalstoffenheffing. Het saldo van de reserve ramen we op 1 januari 2013 op € 161.293. Voorlopig is dit saldo nog toereikend om de nadelige saldi in de komende jaren te dekken. Wij willen overigens de ontwikkeling van de tarieven jaarlijks opnieuw beoordelen. Rioolheffing De netto lasten en de opbrengst van de rioolheffing bedragen in 2014-2016: 2014 2015 2016 Netto lasten 612.817 635.683 659.148 Opbrengst 537.568 537.568 537.568 Saldo -75.249 -98.115 -121.580 In de berekening zijn de kapitaallasten van jaarlijkse investeringen van € 287.500 voor renovatie en vervanging van de bestaande riolering verwerkt. Dit bedrag is ontleend aan het Gemeentelijk rioleringplan 2012 – 2016 (GRP). De opbrengst van de rioolheffing is gebaseerd op een gelijk blijvende tarief. Er is nog geen rekening gehouden met areaaluitbreiding door nieuwbouw. De nadelige saldi worden onttrokken aan de egalisatiereserve groot onderhoud/vervanging riolering. Het saldo van deze reserve ramen we op 1 januari 2013 op € 473.283. Evenals de afvalstoffenheffing, willen wij het tarief van de rioolheffing jaarlijks opnieuw beoordelen. Begrafenisrechten Eventuele aanpassingen van de tarieven van de begrafenisrechten zijn afhankelijk van de ontwikkeling van de lasten van de begraafplaats en het begraven. Op dit moment verwachten wij dat de lasten weinig gaan stijgen. 7. Gemeenschappelijke regelingen De gegevens uit de meerjarenramingen van de instellingen zijn verwerkt. 8. -
Diverse mutaties We houden geen rekening met toevoegingen aan de voorziening wachtgelden bestuurders. Gezien de gewijzigde regelgeving, de stand van de voorziening (€ 241.395) en het feit dat momenteel niemand voor een uitkering in aanmerking komt, vinden wij het verantwoord om geen bedragen toe te voegen.
Nota van aanbieding begroting 2013
blz.5 van 7
-
-
-
Er is rekening gehouden met de volgende verkiezingen: in 2013 geen reguliere verkiezingen. in 2014 verkiezingen van de leden van de Gemeenteraad en het Europese Parlement. in 2015 verkiezingen van de leden van Provinciale staten. in 2016 verkiezingen van de leden van de Tweede kamer. Wij houden rekening met investeringsbedragen van minder dan € 10.000. Hogere investeringsbedragen zijn verwerkt in het investeringsschema 2013 – 2016, investeringen van minder dan € 10.000 komen direct ten laste van de exploitatie. Deze uitgaven betreffen allemaal de Brandweer. Er is rekening gehouden met hogere bedragen van de doorbetaling van de bijdrage wegenbeheer aan het Hoogheemraadschap. De bedragen zijn jaarlijks 2,5% hoger.
BATEN 1. Huren, pachten, overige goederen en diensten Wij gaan uit van 2% stijging per jaar, evenals onder punt 4 van de lasten. Dit geldt niet voor objecten waarvoor afzonderlijke regelingen bestaan. 2. Belastingen Voor de afvalstoffenheffing, de rioolheffing en de begrafenisrechten verwijzen wij naar punt 6 bij de lasten. OZB/RWB Wij houden rekening met 2% opbrengststijging per jaar en een kleine stijging van de opbrengst door nieuwbouw en verbouw. Bij nieuwbouw houden we nog geen rekening met de nieuwbouwprojecten die zijn aangegeven in de tabel geplande nieuwbouwontwikkelingen tot 2020 bij programma 4. De reden hiervoor is dat hiermee onder de lasten ook geen rekening is gehouden. Verder is nog niet zeker of deze projecten inderdaad in de nabije toekomst kunnen worden gerealiseerd. Overige belastingen Wij gaan uit van 2% stijging per jaar. 3. Uitkeringen gemeentefonds De uitkeringen uit het gemeentefonds zijn berekend aan de hand van de junicirculaire gemeentefonds 2012. Net als bij de OZB houden we nog geen rekening met de diverse nieuwbouwprojecten. Wij ramen de algemene uitkering in de komende jaren op: 2013 € 6.022.979, 2014 € 6.180.582, 2015 € 6.151.386 en 2016 € 6.431.503. Wij ramen de integratie-uitkeringen in de komende jaren op: 2013 € 923.217, 2014 € 925.060, 2015 € 926.269 en 2016 € 927.505. Het bedrag van de integratie-uitkering betreft voor het merendeel de uitkering Wmo; deze is in de hele periode gelijk gelaten. Het rijk geeft alleen informatie over de hoogte van deze uitkering voor het begrotingsjaar. De integratie-uitkering knelpunten verdeelproblematiek (compensatie BTW-nadeel wegenbeheer) stijgt jaarlijks in samenhang met de hogere doorbetalingsverplichting voor wegenbeheer aan het Hoogheemraadschap. Vanaf 2013 is in de raming de integratie-uitkering centrum jeugd en gezin verwerkt. Voorheen was dit een specifieke rijksuitkering. 4. Diverse mutaties Wij houden rekening met dividenduitkeringen van de Bank Nederlandse Gemeenten en van de NV Houdstermaatschappij EZW. De uitkering van de laatstgenoemde instantie betreffen de uitkeringen van NUON en Alliander. De uitkeringen van NUON gaan in de komende jaren wel dalen, door de gefaseerde verkoop van de aandelen NUON. In 2015 krijgen we nog de laatste termijn van de opbrengst van de verkoop van aandelen NUON van € 1.055.256. Na ontvangst van de opbrengst in 2015 is de transactie helemaal afgerond. De verkoopopbrengst voegen we toe aan de Reserve NUON gelden (een algemene reserve).
Nota van aanbieding begroting 2013
blz.6 van 7
Saldi meerjarenraming De meerjarenraming kent de volgende saldi: Jaar Saldo 2014 147.214 Voordelig 2015 185.895 Voordelig 2016 398.820 Voordelig Volgens de kadernota bedroegen de saldi van deze jaren: Jaar Saldo 2014 306.183 Voordelig 2015 314.985 Voordelig 2016 473.968 Voordelig We zien dus dat alle jaren mindere vooruitzichten geven dan was verwacht in de kadernota. Dit is voor het belangrijkste deel terug te voeren op punt 3 van de baten. De daling van de algemene uitkering uit het gemeentefonds als gevolg van het Lenteakkoord werkt door naar de jaren na 2013. Slot Wij willen de ontwerpbegroting aan de orde stellen in de raadsvergadering van 13 november 2012. De agenda voor deze vergadering krijgt u op de gebruikelijke wijze. Voorafgaand aan de behandeling van de ontwerpbegroting kunt u schriftelijke technische en politieke vragen over de stukken indienen tot uiterlijk 10 oktober 2012. De antwoorden op deze vragen komen in de vergadering van 13 november 2012 aan de orde.
Meetbare doelstelling De begroting 2013. Financiële consequenties Deze zijn in de ontwerpbegroting 2013 verwerkt. Overige consequenties N.v.t. Monitoring evaluatie In mei 2013 verschijnt de kadernota 2014 met een overzicht van de stand van zaken van 2013. Eind september 2013 verschijnt de Tussenrapportage 2013. In mei 2014 komt de jaarrekening 2013. Voorgesteld besluit Wij stellen u voor de gemeentebegroting 2013 overeenkomstig het aangeboden ontwerp vast te stellen. Communicatie De aanbieding van de ontwerpbegroting wordt in Binnendijks gepubliceerd. De begrotingsstukken komen op de website van de gemeente.
Nota van aanbieding begroting 2013
blz.7 van 7
De programma’s De begroting 2013 is opgezet met inachtneming van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) van 17 januari 2003. De programma-indeling van de begroting 2013 is gelijk aan de hoofdstukken van het Collegeprogramma 2010 – 2014. We gaan uit van de volgende programma’s: 1. Dienstverlening in Beemster. 2. Beemsterling in Beemster. 3. Veilig in Beemster. 4. Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster. 5. De Beemster omgeving. 6. Werken in Beemster. 7. Actief in Beemster. 8. Zorg en inkomen in Beemster. 9. De financiële en organisatorische staat van Beemster. Verder moet verplicht een onderdeel ‘Overzicht algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien’ in de begroting staan. Dit onderdeel duiden we aan als Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. De programma’s bestaan uit de volgende hoofdpunten: • Producten/functies. • Algemene beleidsdoelen. • Specifieke beleidsdoelen. • Beleidskaders. • Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in het begrotingsjaar/de raadsperiode? • Wat gaan we daarvoor in het begrotingsjaar doen? • Wat gaat het kosten? • Kengetallen. Tussen de Specifieke beleidsdoelen en de Beleidskaders zijn de onderwerpen aangegeven die in de kadernota 2013 zijn opgenomen. In het hoofdpunt ‘Wat gaat het kosten?’ staat de volgende informatie: • De totale lasten en baten, en het saldo van het programma over 2011 t/m 2016. De cijfers van 2011 zijn de realisatie volgens de jaarrekening 2011, de overige cijfers zijn geraamde cijfers. Hierbij kan een beperkte toelichting staan. Een uitgebreidere toelichting staat in de toelichting op het overzicht van baten en lasten. • Welke investeringen voor het programma in de jaren 2013 t/m 2016 zijn gepland. • Welke bedragen voor het programma aan reserves worden toegevoegd of onttrokken. • Welke bedragen voor het programma aan onderhoudsvoorzieningen voor gebouwen worden onttrokken. De toevoegingen en onttrekkingen aan reserves en onttrekkingen aan onderhoudsvoorzieningen voor gebouwen zijn niet begrepen in de baten en lasten per programma. Doordat ze wel afzonderlijk in de programma’s zijn vermeld, verleent de raad bij de vaststelling van de begroting autorisatie voor de uitgaven. Na de programma's volgt een overzicht van baten en lasten. Hierin staat per programma het totaal van de baten en de lasten, en het saldo. Het totaal van deze bedragen is het ‘Saldo vóór resultaatbestemming’. Vervolgens zijn per programma de onttrekkingen (baten) en toevoegingen (lasten) aan reserves aangegeven. Ook deze bedragen worden getotaliseerd, en tenslotte vermelden wij het ‘Saldo na resultaatbestemming’. Bij deze regel staan de volgende bedragen: Totaal van de baten 14.304.009 Totaal van de lasten 14.304.009 Saldo 0 De begroting is sluitend. Van veel programma's zijn de baten lager dan de lasten. De programmatekorten worden bekostigd uit de algemene dekkingsmiddelen. Hiervan zijn de algemene uitkering uit het gemeentefonds en de OZB de belangrijkste. Deze opbrengsten zijn opgenomen in programma 10.
Programma’s
blz. 1
Programma’s
blz. 2
Programma: 1. Dienstverlening in Beemster Portefeuillehouder: burgemeester H.N.G. Brinkman, wethouder J.C. Klaver Sector: Samenleving en Bedrijfsondersteuning Producten/functies: Nummer 002
003 004 724 732 930 940
Omschrijving Bestuursondersteuning college, onderdelen: • Communicatie en voorlichting algemeen • Beheer en onderhoud gemeentelijke website • Verbeteren digitale communicatie • Omnibusenquête en benchmark publiekszaken Burgerzaken (ook: verkiezingen) Baten secretarieleges burgerzaken Uitvoering Wet op de lijkbezorging en onderhoud en beheer begraafplaats Baten begraafplaatsrechten Uitvoering Wet WOZ Lasten heffing en invordering gemeentelijke belastingen (alleen OZB, RWB, toeristenbelasting)
Inleiding In dit programma behandelen we de onderwerpen die niet specifiek naar een hoofdstuk in het collegeprogramma verwijzen. Communicatie en voorlichting gaat over alle hoofdstukken. De andere onderdelen zijn niet in andere hoofdstukken te vatten.
Algemene beleidsdoelen • • •
Inwoners en bedrijven op de hoogte houden van gemeentelijk beleid, besluitvorming en actuele ontwikkelingen, waardoor betrokkenheid en draagvlak worden vergroot. De traditionele en digitale dienstverlening van de gemeentelijke organisatie aan inwoners, instellingen en bedrijven op een hoogwaardig niveau brengen en behouden. Inwoners meer betrekken bij plannen van de gemeente.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma 1.1
Samenwerking zoeken met naburige gemeenten om een robuuste ambtelijke organisatie op te zetten. Uitbreiding van het aantal digitaal beschikbare producten ter verbetering van de dienstverlening. Afstemming van de traditionele en digitale dienstverlening, zowel op serviceniveau als op personeelsniveau. Kwaliteitshandvest met servicenormen opstellen en werkprocessen daarop afstemmen. Digitale dienstverlening op een bij de gemeente passende wijze en op (financieel) verantwoorde schaal verder inrichten.
1.2 1.3 1.4 1.5
Start 2010
Gereed 2014
2010
2013
2010
2011
2010
2011
2010
2014
Andere specifieke beleidsdoelen Geen.
Kadernota 2013 Onderwerp Deelname aan benchmark publiekzaken Lagere afdracht rijksdeel paspoortleges Ophogen verzakte grafvlakken begraafplaats Verhogen begrafenisrechten
2013 10.000 6.727 5.000 5.000
+ +
2014 0 6.861 + 5.000 5.000 +
2015 0 6.999 + 5.000 5.000 +
Beleidskaders • •
Gemeentewet. Realisatieplan E-Beemster 2007 en het addendum daarop (implementatie NUP).
Programma’s
blz. 3
• • • • • • • • • • • • •
Het strategische communicatie beleidsplan. Wet GBA. Burgerlijk wetboek /Besluit burgerlijke stand. Paspoortwet. Rijkswet Nederlanderschap. Vreemdelingenwet. Wegenverkeerswet. Kieswet /Kiesbesluit. Privacyverordening GBA. Wet op de lijkbezorging. Wet waardering onroerende zaken (Wet WOZ) en de Waarderingsinstructie. Specifieke belastingwetgeving. Belastingverordeningen en beleidsregels.
Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in het het begrotingsjaar/de raadsperiode? • •
Maximale participatie met de burgers binnen de daarvoor gestelde kaders. De tevredenheid van de inwoners, instellingen en bedrijven over de dienstverlening uit zich in zowel tevredenheid over de traditionele dienstverlening als over de digitale dienstverlening. Dit maken wij meetbaar door hierover kengetallen te ontwikkelen op basis van respons op het geldende kwaliteitshandvest en de uitkomsten van een regionale omnibusenquête.
Wat gaan we daarvoor in het begrotingsjaar doen? doen? Zelfstandigheid, samenwerking en dienstverlening De gemeenteraad heeft op 18 september jl. besloten tot vergaande samenwerking met Purmerend. Dat betekent dat de meeste werkzaamheden met ingang van 1 januari 2014 door Purmerend zullen worden uitgevoerd. Uiteraard zal dit de nodige consequenties hebben voor de gehele organisatie, maar ook voor individuele medewerkers. In 2013 moet de vormgeving van de nieuwe werkwijze voorbereid en geïmplementeerd worden. Dat zal een groot beslag leggen op de tijd van velen. Doel van deze operatie is te kunnen blijven voldoen aan nieuwe eisen van zowel inwoners als de rijksoverheid en toch de bestuurlijke zelfstandigheid te kunnen behouden. In 2011 is het kwaliteitshandvest met servicenormen vastgesteld. Dit handvest geeft concreet en helder aan wat burgers, bedrijven en instellingen van de dienstverlening van de gemeente mogen verwachten. Wij monitoren hoe de doelgroepen de naleving van het kwaliteitshandvest ervaringen. Dit doen wij door de doelgroepen hier specifiek over te bevragen. Uit de eerste toetsing blijkt een overheersende tevredenheid over de uitvoering van het handvest. Bij de digitale dienstverlening (het programma E-Beemster) dienen zich 2 grote projecten aan te weten de basisregistratie grootschalige topografie en de basisregistratie personen. Wij treffen voorbereidingen hiervoor. De uitvoering hiervan past in de tijd in de beoogde samenwerking met Purmerend. Doel is dus, dat beide projecten maar ook wat nog resteert uit het programma E-Beemster samen met Purmerend wordt opgepakt. Dit laatste brengt overigens geen wijziging in hoe wij aankijken tegen keuzes en investeringen die gemaakt moeten worden, Die moeten passend zijn bij onze gemeentegrootte en die gebaseerd zijn op een verantwoorde kosten/baten afweging. In de begroting 2013 is geen budget voor de uitvoering van dit programma opgenomen. Als duidelijk is hoeveel en wanneer (in welk jaar) een budget nodig is wordt hiervoor een separaat voorstel gedaan. Communicatie en burgerparticipatie De wens tot participatie van inwoners vraagt om moderne overheidscommunicatie. In het communicatie beleidsplan, vastgesteld in 2011, zijn de verschillende niveaus van participatie verder uitgewerkt. Deze uitwerking is richtinggevend voor de wijze waarop wij de doelstelling willen bereiken. Als twee bijzondere voorbeelden kan genoemd worden het Groenkwaliteitsplan en het Speelplaatsenbeleid. Daardoor zal in 2013, waar mogelijk, middels bewonersparticipatie een beroep op inwoners worden gedaan om mede behulpzaam te zijn bij het beheer en onderhoud van openbaar groen en speelplaatsen. Dat alles om de altijd hoog gekwalificeerde groenkwaliteit en de speelplaatsen van Beemster zoveel als mogelijk te behouden.
Programma’s
blz. 4
Klanttevredenheidsonderzoeken In de begroting is een budget opgenomen om in 2013 deel te nemen aan de Regionale Omnibusenquête. Hieraan ligt het uitgangspunt ten grondslag dat in principe (alleen) in het jaar voorgaand aan het jaar waarin een bestuurperiode eindigt een dergelijk onderzoek wordt uitgevoerd. Deelname aan dit onderzoek geeft inzicht en genereert kengetallen waarop kan worden gestuurd.
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 944.256 933.874 890.302 920.407 Baten 202.301 216.133 205.338 207.838 Saldo 741.955 717.741 684.964 712.569
2015 903.057 210.487 692.570
2016 907.438 213.265 694.173
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. In de ramingen is rekening houden met de volgende verkiezingen: 2013 Geen 2014 Gemeenteraad en Europees Parlement 2015 Provinciale Staten 2016 Tweede Kamer Voorgenomen investeringen Geen
2013
2014
2015
2016
Mutaties reserves Toevoegingen: Geen Onttrekkingen: Geen
2013
2014
2015
2016
Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Berging begraafplaats
2013 7.773
2014 1.309
2015 85
2016 587
De hogere uitgaven in 2013 betreffen het vervangen van boeiboorden en goten en schilderwerk.
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel 2011 2012 2013 BURGERZAKEN: Aantal inwoners 8.717 8.717 8.736 Rijbewijzen 911 1.100 1.000 Paspoorten 981 1.000 1.000 Identiteitskaarten 926 700 900 Uittreksels uit persoonsregister 659 800 700 Huwelijksvoltrekkingen 23 35 25 Registraties partnerschap 8 5 5 Verkiezingen 0 0 0 Stembureaus 6 6 6 LIJKBEZORGING: Opbrengst begrafenisrechten 51.023 61.000 50.000 Aantal begrafenissen/ bijzettingen/ 26 27 25 asverstrooiingen UITVOERING WET WOZ Aantal WOZ-beschikkingen 4.085 4.100 4.100 Aantal bezwaarschriften 121 96 Hiervan zijn er afgedaan 121 66 Aantal bezwaarschriften gegrond 79 33 Aantal beroepschriften 10 0 De kengetallen van de uitvoering Wet WOZ van 2012 geven de werkelijke situatie aan op 1 september 2012.
Programma’s
blz. 5
Programma’s
blz. 6
Programma: 2. Beemsterling in Beemster Portefeuillehouder: Burgemeester H.N.G. Brinkman, wethouder J.C. Klaver, wethouder J.R.P.L. Dings Sector: Samenleving Producten/functies Nummer 623 630 650 714 715 716
Omschrijving Participatie Sociaal cultureel werk/Jeugd- en jongerenwerk Kinderopvang (ook peuterspeelzaal en buitenschoolse opvang) Gezondheidszorg algemeen Jeugdgezondheidszorg Centrum Jeugd en gezin
Inleiding Uit contacten met burgers blijkt dat Beemster wordt ervaren als een fijne woonomgeving en men graag in Beemster woont. Dit beeld wordt ook bevestigd in onderzoeken op dit terrein. Mede daardoor vestigen instellingen hier graag woonvormen voor hun cliënten. Voorbeelden hiervan zijn Breidablick en Odion. De voorzieningen voor onderwijs en kinderopvang, waaronder ook de buitenschoolse opvang, zijn in Beemster van goede kwaliteit. De inwoners van Beemster geven aan dat zij deze voorzieningen zeer waarderen. Om nog beter in te kunnen spelen op de wensen van burgers wordt de participatie van burgers bij de ontwikkeling van beleid verder vormgegeven. Dit heeft er in geresulteerd dat iedere dorpskern inmiddels een Dorpsraad heeft. Verder onderscheiden we in Beemster doelgroepen die enige vorm van extra ondersteuning nodig hebben. Ook in 2013 worden mantelzorgers ondersteund en het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) wordt verder uitgebouwd. Hierin worden ook de ontwikkelingen als gevolg van de transitie jeugdzorg betrokken. In samenspraak met het welzijnswerk Purmerend wordt een plan gemaakt dat er op is gericht een aanbod voor activiteiten voor (oudere) jongeren in de gemeente te ontwikkelen Omdat de gemeente sinds 2011 een lagere bijdrage ontvangt van het Rijk is het niet te voorkomen dat het jaarlijkse maximaal beschikbare bedrag van welzijnsubsidies wordt verlaagd.
Algemene beleidsdoelen Wij willen dat Beemster een prettige woongemeente is en blijft. Mensen moeten kunnen wonen in een gezonde omgeving. Waar nodig moet extra aandacht zijn voor onze inwoners. Dit vergt een specifieke aanpak binnen de verschillende beleidsterreinen. Om het beleid nog beter op de wensen van de burger af te stemmen, moet burgerparticipatie een structurele vorm gaan krijgen.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma 2.1 2.2 2.3 2.4 2.5 2.6 2.7 2.8 2.9 2.10 2.11
De ruimten in de jongerencentra zo optimaal mogelijk gebruiken. Jongerenactiviteiten ontwikkelen die voorzien in de vraag van de doelgroep. Jongeren stimuleren aan activiteiten in het buurthuis deel te nemen. Verder uitbreiden ondersteuning mantelzorgers. Ontwikkeling en definitieve huisvesting Centrum Jeugd en Gezin. Evaluatie Centrum Jeugd en Gezin. Verbeteren transparantie bedrijfsvoering GGD (samen met andere gemeenten). Verdere professionalisering peuterspeelzaalwerk Instelling dorpswethouders als contactbestuurder voor de inwoners en de dorpsraden. Oprichting dorpsraden Zuidoostbeemster en Middenbeemster. Raadsverordening voor dorpsraden.
Start 2010 2010 2010 2010 2010 2010 2010
2010
Gereed 2011 2013 2013 2012 2011 2012 2011 2011 2010 2011 2011
Andere specifieke beleidsdoelen Geen.
Programma’s
blz. 7
Kadernota 2013 Onderwerp Kosten kinderraad en jeugdraad Uitbreiding peuterspeelzaal Leges voor aanvragen gastouderopvang, kinderopvang en buitenschoolse opvang Uitvoering lokaal gezondheidsbeleid Hogere bijdrage GGD Zaanstreek-Waterland
2013 2.000 10.550 1.400 + 4.500 2.489
-
2014 2.000 10.550 1.400 + 4.500 6.447
-
2015 2.000 10.550 1.400 + 4.500 10.344
-
Wijzigingen na behandeling van de kadernota Onderwerp Stopzetten subsidie Peuterspeelzaal
2013 26.705 + *
2014 70.000 +
2015 70.000 +
* Een jaar peuterspeelzaalwerk wordt berekend op basis van 10,5 maanden Bij stopzetten ingaande juli 2013 moet nog 6 maanden gesubsidieerd worden.
Beleidskaders • • • • • •
Wet kinderopvang. Wet collectieve preventie. Wet maatschappelijke ondersteuning. Wet op de jeugdzorg. Algemene subsidieverordening. Participatieladder van de VNG.
Maatschappelijke effecten: effecten: Wat willen we bereiken in dit begrotingsjaar/de raadsperiode? • • • • • • •
De waardering voor de voorzieningen in aantal en kwaliteit blijft op hetzelfde niveau of neemt toe. De ervaren gezondheidstoestand van Beemsterlingen blijft gelijk of neemt toe. Burgerparticipatie wordt gestructureerd. In elke kern een dorpsraad en een dorpsontwikkelingsplan. Er worden activiteiten voor jongeren ontwikkeld die aansluiten op de wensen van de doelgroep. Er is een nieuw lokaal gezondheidsbeleid. Er is een duidelijk beeld wat onze wettelijke taken worden met de aankomende transitie jeugdzorg en we treffen hier voorbereidingen op.
Wat gaan we daarvoor doen in het begrotingsjaar? Sociaal cultureel werk/jeugdwerk/jeugd- en jongerenwerk Er is een nieuwe subsidierelatie met Clup Welzijn aangegaan. Deze organisatie heeft de organisatie van het jongerenwerk overgenomen van Stichting Welsaen. Het jaar 2012 is een inventarisatiejaar en de planning is dat er begin 2013 een plan ligt over de wijze waarop Clup Welzijn het jongerenwerk in Beemster gaat inrichten. Tevens wordt onderzocht wat de mogelijkheden zijn voor het gebruik en de functie van het BeeJeegebouw . Ondersteuning mantelzorgers In de periode tot en met 2012 is de ondersteuning aan mantelzorgers (respijtzorg) verder verbeterd. Deze ondersteuning is gegeven door vrijwilligers of door professionals. Voor de ondersteuning en het in kaart brengen van mantelzorgers wordt samengewerkt met de gemeenten Schermer, Graft- De Rijp en Zeevang en WonenPlus Aangenaam (waar de mantelzorgondersteuning is ondergebracht). Ook in 2013 zal WonenPlus Aangenaam de ondersteuning aan mantelzorgers verder vormgeven door het in kaart brengen van de doelgroep en het aanbieden van activiteiten, informatie, advies en daadwerkelijke respijtzorg. Centrum Jeugd en Gezin (CJG) Een landelijke ontwikkeling is dat gemeenten steeds meer preventieve taken in de jeugdzorg krijgen toebedeeld. Ook in 2013 zullen wij ons verder voorbereiden op de aankomende transitie van jeugdzorg. We starten in 2013 met een vorm van dorpszorg; Het CJG zal een eigen team van deskundigen van verschillende disciplines krijgen dat signaleert, preventieve hulpverlening biedt en zo nodig mensen doorverwijst voor verdere hulpverlening. Programma’s
blz. 8
Tevens zal de samenwerking tussen het CJG en de brede school Beemster geïntensiveerd worden. Gemeenschappelijk Gezondheidsdienst (GGD) De GGD voert voor de gemeenten de taken uit in het kader van de Wet Collectieve Preventie Volksgezondheid (WCPV). Daarnaast levert zij een aantal producten waarbij wij de keuze hebben deze af te nemen. Voor de komende periode staat centraal staat de GGD 5% zal moeten bezuinigen. Lokaal Gezondheidsbeleid In 2013 wordt de nieuwe regionale notitie volksgezondheidsbeleid ontwikkeld. Hierin worden ook voorstellen gedaan betreffende de lokale prioriteiten. VoorVoor- en vroegschoolse educatie Voor- en vroegschoolse educatie (VVE) houdt in dat kinderen die een risico lopen op de basisschool met een achterstand te starten, op jonge leeftijd meedoen aan educatieve programma’s. Het rijk en de gemeente werken samen in het ondernemen van acties om de kinderen met een taalachterstand op het gewenste taalniveau te krijgen. Gemeenten zijn verantwoordelijk voor het voorschoolse deel van de VVE, schoolbesturen voor het vroegschoolse deel. De VVE kan uitgevoerd worden door het peuterspeelzaalwerk of een kinderopvangorganisatie. Gemeente kunnen een specifieke uitkering voor het bestrijden van onderwijsachterstanden ontvangen. Deze is gebaseerd op het opleidingsniveau van de ouders als basis. Volgens de laatste telling hebben wij geen leerlingen in die in zwaarste gewichtenregeling vallen. Daarom ontvangen wij geen extra bijdrage van het Rijk. Het personeel binnen de kinderopvangorganisatie voldoet aan de opleidingseisen van de VVE die aan het personeel gesteld gaan worden. Indien noodzakelijk kan er een individueel traject worden aangeboden (maatwerk). Peuterspeelzaalwerk In tegenstelling tot hetgeen tot op heden werd verondersteld zijn gemeenten niet verplicht peuterspeelzaalwerk aan te bieden binnen de gemeente. Peuterspeelzaalwerk is ontstaan in de tijd dat er nog nauwelijks kinderopvang werd aangeboden voor kinderen tot 4 jaar. Het bood kinderen in de leeftijdgroep 2,5 tot 4 jaar een mogelijkheid om enkele dagdelen per week met leeftijdgenoten te spelen. In eerste instantie werden peuterspeelzalen vooral geleid door vrijwilligers. De afgelopen jaren zijn er landelijk wel steeds meer eisen aan het peuterspeelzaalwerk gesteld waardoor het meer geprofessionaliseerd is. Doordat er binnen onze gemeente kinderopvang wordt aangeboden bestaat er nu voor ouders een mogelijkheid hun kind hier te plaatsen. Begin 2012 heeft de Stichting Kinderopvang Beemster (SKB) nog een extra subsidiebedrag verleend gekregen voor uitbreiding van de groepen in Zuidoostbeemster (kadernota 2013). Uit gesprekken met de SKB blijkt dat zij door de bezuinigingen op de subsidie voor het peuterspeelzaalwerk de exploitatie van het peuterspeelzaalwerk niet meer ‘rond’ krijgt. Er moet of meer subsidie bij of men kan de levering van het peuterspeelzaalwerk niet meer garanderen. Gelet op de financiële situatie van de gemeente moeten wij keuzes maken. Daarom stellen wij u voor de subsidie aan de SKB ten behoeve van het peuterspeelzaalwerk vanaf het seizoen 2013-2014 stop te zetten. Dit betekent een bezuiniging in 2013 van € 26.705,-- en in 2014 een bedrag van € 70.000. Door deze termijn in acht te nemen kunnen ouders hun kind tijdig aanmelden voor de kinderopvang. SKB heeft de gelegenheid om haar beleid op deze maatregel aan te passen. Kinderopvang Wij streven naar een kostendekkende verhuur van de voor kinderopvang in gebruik zijnde accommodaties bij Stichting Kinderopvang Beemster. Dit betekent dat de huurprijs stapsgewijs tot € 70.000 op jaarbasis in 2014 verhoogd moet worden. Deze huurprijs komt dan overeen met een marktconforme huurprijs per m2. Dorpsontwikkeling/dorpsraden Inmiddels heeft elke dorpskern van onze gemeente een eigen Dorpsraad. Hierdoor wordt de participatie van de inwoners bij het maken van gemeentelijke plannen bevorderd. Transitie jeugdzorg jeugdzorg In dit jaar gaan wij door met voorbereiding van de transitie jeugdzorg. Met ingang van 2014 zullen fasegewijs jeugdzorgtaken naar de gemeente overgedragen worden. Wij volgen hierbij zoveel mogelijk het traject dat ingezet is in de regio Zaanstreek-Waterland. Daarnaast zullen wij waar nodig ook lokaal de nodige actie ondernemen. Doel is dat wij met ingang van 2014 aan onze wettelijk taken kunnen voldoen.
Programma’s
blz. 9
Wat mag het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 775.569 669.439 691.951 638.870 Baten 329.564 277.237 136.313 167.351
2015 640.192 168.421
2016 641.163 169.522
Saldo
471.771
471.641
446.005
392.202
555.638
471.519
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. De baten zijn vanaf 2013 lager omdat de rijksbijdrage (brede doeluitkering) voor jeugdgezondheidszorg en centrum jeugd en gezin is gewijzigd in een integratie-uitkering uit het gemeentefonds. Deze uitkering is geraamd op programma 10. Verder is rekening gehouden met hogere huuropbrengst van de accommodaties voor kinderopvang. Voorgenomen investeringen Geen
2013
2014
2015
2016
Mutaties reserves Toevoegingen: Geen Onttrekkingen: Bruto activering vaste activa
2013
2014
2015
2016
11.500
11.500
11.500
11.500
2013 4.482 1.111 0
2014 170 20.729 18.259
2015 10.990 11.644 134
2016 8.391 0 0
Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen BeeJeegebouw Kinderdagverblijf Buitenschoolse opvang/ (peuterspeelzaal)
BeeJee-gebouw: de hogere lasten in 2015 betreffen vooral vervangen hekwerk en verwarmingsinstallatie. In 2016 staat schilderwerk gepland. Kinderdagverblijf: de hogere lasten in 2014 betreffen het vervangen van de kunststof schuifpui bij de zandbak. Het schuifmechanisme heeft veel storingen door zand. De hogere lasten in 2015 betreffen bestrating en binnenschilderwerk. Buitenschoolse opvang/(peuterspeelzaal): de hogere lasten in 2014 betreffen vooral het vervangen van de vloerbedekking.
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2011 en 2013. Onderdeel 2011 JEUGD- EN JONGERENWERK Aantal ‘Veilig Honk’ plekken 9 BeeJee tot 15 jaar: Aantal activiteiten Aantal deelnemers BeeJee vanaf 15 jaar Aantal activiteiten Aantal deelnemers Buurthuis Zuidoostbeemster Aantal activiteiten Aantal deelnemers KINDERDAGOPVANG Aantal kinderen dat gebruik maakt van: Kinderopvang 0 – 4 jaar Buitenschoolse opvang Peuterspeelzaal 44 Van 2011 zijn niet meer cijfers bekend dan is aangegeven.
2012
2013
9
9
20 500
* *
114 1.800
* *
20 500
36 350+
75 150 58
75 150 58
* Clup welzijn is in mei 2012 gestart met een verkenning van de Beemster en zal in het najaar 2012 een plan van aanpak presenteren.
Programma’s
blz. 10
Programma: 3. Veilig in Beemster Portefeuillehouder: burgemeester H.N.G. Brinkman, wethouder J.C. Klaver Sector/afdeling: Grondgebied en Staf Producten/functies Nummer 120 140 210 211 212
Omschrijving Brandweer en rampenbestrijding Openbare orde en veiligheid Wegen, straten en pleinen, behalve: • Straatreiniging Verkeersmaatregelen te land Openbaar vervoer
Inleiding Objectief gezien blijkt de gemeente Beemster nog steeds één van de veiligste gemeenten in Nederland te zijn. Desondanks blijft in ons collegeprogramma de aandacht voor sociale veiligheid in de openbare ruimte en de verkeersveiligheid speerpunten van ons beleid. Dat betekent niet alleen een goede inrichting van bestaande en nieuwe ruimte en verkeersveilige routes, maar vooral ook goed toezicht en handhaving.
Algemene beleidsdoelen De gemeente Beemster zorgt voor een veilige woonomgeving. Periodiek heeft zij met verschillende partners als het Hoogheemraadschap, de politie en de fietsersbond overleg om de verkeersveiligheid zoveel als mogelijk te bevorderen. Daarnaast vindt het college het belangrijk om met de inwoners van Beemster, via dorpsraden en/of burgerinitiatieven, de sociale en – verkeersveiligheid te bespreken en zoveel mogelijk te bevorderen en af te stemmen. Ook zorgt de gemeente Beemster voor een goed uitgeruste en opgeleide brandweer- en een rampenbestrijdingsorganisatie die, in samenwerking met andere gemeenten in de veiligheidsregio Zaanstreek Waterland, bij calamiteiten professioneel kan optreden. In 2013 zal Beemster mede uitvoering geven aan de wettelijke verplichting tot regionalisering van de brandweer per 1 januari 2014.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma 3.1 3.2 3.3 3.4 3.5 3.6 3.7 3.8 3.9 3.10
Het inzetten van pre-mediation als onderdeel van het handhavingsbeleid. Uniformiteit in de handhaving implementeren. Uitvoeren onderzoek naar de noodzaak van een centrale handhavingsjurist. Opzetten van jaarprogramma’s. Betrokken zijn bij en invloed hebben op het opzetten van de RUD. Beleidsplan Brandweer 2012-2016. Onderzoek verkeersveiligheid in wijken en kernen. Onderzoek vrijliggend fietspad Purmerenderweg tussen Rijperweg en Oosthuizerweg. Onderzoek naar wenselijkheid en mogelijkheid voor een noordwestelijke randweg om Middenbeemster. Onderzoek naar haalbaarheid aansluiting Zuiderweg op Zuiddijk, nabij A7.
Start 2010 2010 2011 2011 2010 2011
Gereed 2010 2011 2011 2014 2012 2012 2012 2011 2013 2011
Andere specifieke beleidsdoelen Start Opzetten van een gemeentelijk verkeers-en vervoersplan (GVVP) met als een van 2011 de doelen bepalen of aansluiting Zuiderweg – Zuiddijk, nabij A7 noodzakelijk is. (de beleidsdoelen 3.8, 3.9 en 3.10 zijn onderdeel van het GVVP)
Gereed 2012
Kadernota 2013 Onderwerp Aanschaf materialen Brandweer
Programma’s
2013 9.700 -
2014 0
2015 0
blz. 11
Beleidskaders • • • • • • • • •
Wet veiligheidsregio’s. Beleidsplan Brandweer. Kwaliteitsbeeld Brandweer (2010-2011). Algemene plaatselijke verordening (APV). Beleidsplan integrale veiligheid 2009-2012. Reglement verkeersregels en verkeerstekens 1990 (RVV 1990). Drank en Horecawet (per 1 januari 2013) Integraal Handhavingsbeleid Beemster Gemeentelijk Verkeers- en Vervoersplan (GVVP)
Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in dit begrotingsjaar/de raadsperiode? raadsperiode? • • • • • • • • •
Een minimaal gelijkblijvend gevoel van veiligheid. (Omnibusenquête 2008: overdag 8,6 en ’s avonds 8,4)1 Een vermindering van de ervaren overlast van jongeren. (Dit onderdeel maakte in 2008 geen deel uit van de omnibusenquête; algemene overlast kreeg met rapportcijfer 7,5 een positieve beoordeling). Een verbetering van de indicator verloedering. (Omnibusenquête 2008: Beemster 2,8. Dat is de laagste indicator van de regio, gelijk aan Zeevang). Minder loze meldingen van automatische brandmeldinstallaties en uitrukken naar aanleiding daarvan. Voldoen aan opkomsttijden brandweer. Voldoen aan de landelijk vastgestelde kwaliteitsnormen. Verbeteren zelfredzaamheid burger. Een Handhavingsbeleid dat herkenbaar is voor de inwoners en bedrijven en instellingen; Een in samenhang richting gevend verkeer en- vervoersbeleid die een veilig gevoel geeft aan betrokkenen
Wat gaan we daarvoor doen in het begrotingsjaar? Handhaving algemeen In 2012 hebben wij ons handhavingsbeleid nader vormgegeven in de vorm van een integraal handhavingsnotitie waarin prioritering en jaarprogramma’s leidend zijn. Om herkenbaar, duidelijk en consistent te handhaven, hebben wij de handhaving in principe sectoraal, maar daar waar noodzakelijk, integraal opgezet. Toezichthouders en handhavers zullen niet alleen als inspecteurs gaan optreden maar ook als adviseurs. Dit betekent dat de inspecteurs in gesprek gaan met de overtreder om deze aan te sporen om de overtreding op te lossen zonder dat een handhavingstraject wordt opgestart. Vervolgens zal het fenomeen pre-mediation verder uitgewerkt worden en steeds meer in het voortraject een rol spelen dan achteraf. Uniformiteit in de handhaving vinden wij belangrijk. Wij werken daarom met een uniforme en herkenbare aanpak binnen de gehele organisatie, ondersteund door de jaarprogramma’s en prioritering. Brandweer De brandweer heeft de afgelopen jaren te maken gekregen met veranderingen op vakinhoudelijk gebied, waaronder toenemende kwaliteitseisen, ontwikkelingen in de crisisbeheersing, strengere en complexere regelgeving en toenemende gevaren voor brandweermensen. Vanwege deze ontwikkelingen heeft de brandweer landelijk een nieuwe koers uitgezet. De nadruk komt meer te liggen op het voorkomen van brand, terwijl burgers en bedrijven meer verantwoordelijkheid gaan dragen voor hun eigen veiligheid. In 2013 wordt verder invulling gegeven aan het in 2012 vastgestelde beleid Terugdringen Ongewenste en Onechte Meldingen. Doelstelling van dit beleid is het terugdringen van het aantal loze meldingen waarbij, na invoering van het beleid (per 1 april 2012) de vertragingstijd van 3 minuten als menselijke handeling in de gemeenten Beemster en Purmerend niet meer wordt toegestaan. De filosofie waarbij sterke nadruk wordt gelegd op de grotere eigen verantwoordelijkheid van burgers, bedrijven en instellingen, sluit goed aan op de toekomstvisie die de Nederlandse brandweer heeft ontwikkeld via de ’strategische reis’. Uitgangspunt daarbij is dat de koers van de brandweer zich in de komende jaren steeds meer gaat richten op de preventieve kant van de veiligheidsketen. De brandweer richt zich daarbij op het stimuleren van het veiligheidsbewustzijn en de eigen verantwoordelijkheid van de burger. De brandweer is hierbij adviseur en regisseur.
1
In 2013 zullen wij een nieuw onderzoek laten uitvoeren om deze kengetallen te kunnen toetsen
Programma’s
blz. 12
Het Veiligheidsbestuur Zaanstreek-Waterland heeft op 8 juli 2011 besloten tot het onderzoeken van de stappen die nodig zijn indien regionalisering van de brandweer wettelijk verplicht wordt. Op basis van dat besluit is een projectleider aangezocht, een projectorganisatie gevormd en een bestuurlijk procesplan opgesteld. Dit plan is op 7 oktober 2011 door het Veiligheidsbestuur vastgesteld. De gewijzigde Wet veiligheidsregio’s is in september 2012 vastgesteld waarmee regionalisering van de gemeentelijke brandweer per 1 januari 2014 verplicht is (er van uitgaande dat dit ook gebeurt). Veiligheidsregio Zaanstreek Waterland Ook in 2013 organiseert het Veiligheidsbureau van de Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland een bestuurlijke oefening voor het Gemeentelijk Beleidsteam en de overige crisisteams. Sinds medio 2012 oefent het gemeentelijk beleidsteam van Beemster in het stadhuis van Purmerend. Ook in geval van een ramp maakt Beemster gebruik van de locatie en faciliteiten van de gemeente Purmerend. Dit besluit is genomen om te kunnen voldoen aan de verplichte verdere professionalisering van de gemeentelijke kolom op het gebied van rampenbestrijding en crisisbeheersing. Consignatie In 2011 is de crisisorganisatie van de gemeenten in de regio Zaanstreek – Waterland meer geregionaliseerd en is er, op grond van het gestelde in de Wet veiligheidsregio’s, een andere manier van werken in de crisisorganisatie geïmplementeerd. Met name de verplichte opkomsttijden hebben consignatie van medewerkers in bepaalde functies noodzakelijk gemaakt. 2012 zal voor een groot deel in het teken staan van het regionaliseren van verschillende gemeentelijke deelprocessen. Per 1 januari 2013 moet de implementatie hiervan gereed zijn. Integrale veiligheid De gemeente heeft de regierol bij het bevorderen van de veiligheid van haar burgers. Niet alleen ten aanzien van de inwoners, maar ook ten aanzien van de bedrijven en instellingen die op haar grondgebied gevestigd zijn. In het regeerakkoord van het kabinet 2010-2012 staat dat het veiliger moet worden op straten, in wijken en de openbare ruimte. Daartoe ziet ze een belangrijke taak weggelegd voor gemeenten, die een wettelijke verplichting krijgen om de regierol op zich te krijgen. Het wetsvoorstel is door de Tweede Kamer nog niet vastgesteld omdat de Kamer wilde wachten totdat de nieuwe politiewet was vastgesteld waarin de vorming van de nationale politie formeel is geregeld. Een nieuw kabinet zal naar verwachting met nieuwe voorstellen komen. Het huidige, nog niet wettelijk verplichte, integraal veiligheidsplan van de gemeente Beemster was geldig tot en met 2012. Wij wachten vooralsnog af eventuele nieuwe wetgeving af voordat wij initiatieven nemen om te komen tot een nieuw integraal veiligheidsplan. Inmiddels is de invoering van de Nationale Politie per 1 januari 2013 een feit. Op basis van de nieuwe Politiewet ontstaan er in Nederland één politiekorps dat bestaat uit grotere politieregio’s. De huidige politieregio’s Kennemerland, Noord-Holland-Noord en Zaanstreek-Waterland gaan op in de nieuw te vormen regionale eenheid Noord-West Nederland. Met de ontwikkeling van de nieuwe Politiewet en de grotere politieregio zal in 2013 gekeken worden hoe de gemeenten samenwerking op het niveau van de nieuwe politieregio vorm gaan geven. De gemeenten moeten samen met de politie en OM bepalen op welk niveau zij willen samenwerken (lokaal, districtsniveau of politieregio). Buitengewoon Opsporing Ambtenaar (BOA) openbare ruimte Al een aantal jaren werken de gemeenten Beemster en Purmerend naar ieders tevredenheid samen op het gebied van handhaving in de openbare buitenruimte. Kerntaken zijn: • Toezicht op hangjeugd in speeltuinen, schoolpleinen en andere hotspots. • Zichtbare aanwezigheid in de openbare ruimte, fungeren als ogen en oren van de gemeente Beemster. • Gerichte inzet tijdens evenementen. In verband met de noodzakelijke bezuinigingsmaatregelen moeten wij rekening houden met halvering van de inzet van BOA’s . Prioritering is in deze zeer noodzakelijk. Horeca Op 1 januari 2013 treedt de nieuwe Drank- en Horecawet in werking. Daarmee wordt toezicht en handhaving op de (para)commerciële horeca, slijterijen, supermarkten, evenementen etc. ten aanzien van verkoop en gebruik van (zwak)alcoholische dranken overgedragen aan de gemeenten. Dit is een bevoegdheid van de burgemeester. De voorbereiding hiervan voeren wij uit in samenwerking met Purmerend. In Purmerend is een projectgroep opgericht, waarbij de Beemster is aangesloten. Toezicht en handhaving moet worden uitgevoerd door gekwalificeerde BOA's (bijzonder opsporings ambtenaar). Voor de gemeente Beemster is uitvoering in eigen beheer niet te doen. Programma’s
blz. 13
Wegen, straten en pleinen Evenals voorgaande jaren is ook in de begroting voor 2013 een vast bedrag opgenomen voor het herasfalteren en herstraten van wegen. Voor 2013 t/m 2016 is € 168.200 opgenomen. Uitvoering van de werkzaamheden vindt plaats aan de hand van het daartoe opgestelde prioriteitenschema weginspectie en schade als gevolg van winterse omstandigheden. Verder wordt waar mogelijk rekening gehouden met het uit te voeren programma renovatie en vervanging van riolering. Verkeer en vervoer Voor de gemeente Beemster is veiligheid en doorstroming een belangrijk onderwerp op de agenda. Evenwicht tussen veiligheid, bereikbaarheid en leefbaarheid is het uitgangspunt van het beleid. Inmiddels rijdt de nieuwe concessiehouder (EBS) tot tevredenheid. De nieuwe concessieverlening en de woningbouw in zowel Middenbeemster als Zuidoostbeemster waren aanleiding om de route van het openbaar vervoer (OV) in de toekomst te verleggen. De hiermee samenhangende ruimtelijke aanpassingen worden in 2013 nader uitgewerkt. Denk daarbij aan de herprofilering van de Purmerenderweg en de locaties van haltes. Hierbij zal ook nadrukkelijk aandacht zijn voor het stallen van fietsen en het plaatsen van DRISpanelen (Digitale reizigers informatie systemen). Voor de uitvoering van het Gebiedsgericht benutten (GGB) zullen de benodigde ruimtelijke procedures voor de aansluiting van de Purmerenderweg, conform de planning van de provincie op de N244 worden afgerond. De voorbereiding en de werkzaamheden voor de aansluiting van de Purmerenderweg op de N244 zal in z’n totaliteit vanuit de Provincie worden uitgevoerd. Een mogelijke aanpassing van de Purmerenderweg binnen de bebouwde kom zal daarop worden afgestemd. Om een antwoord te kunnen geven op de vele wensen op het gebied van verkeersmaatregelen en onderzoeken is in 2012 een samenhangend richting gevend Gemeentelijk Verkeers- en – Vervoersplan opgesteld. In 2013 wordt dit document geraadpleegd om de diverse wensen op verkeers- en vervoersproblemen zoveel mogelijk het hoofd te bieden.
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 2.401.773 2.576.670 2.531.376 2.599.253 Baten 47.346 6.181 4.647 4.718
2015 2.593.261 4.791
2016 2.610.680 4.866
Saldo
2.588.470
2.605.814
2.354.427
2.570.489
2.526.729
2.594.535
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. In 2013 zijn de opleidingskosten van de Brandweer lager omdat er alleen in de even jaren een grote oefening in een locatie buiten de gemeente plaatsvindt. Verder is vanaf 2013 rekening gehouden met minder inzet van buitengewone opsporingsambtenaren (BOA’s). Voorgenomen investeringen Vervangen bluskleding Brandweer Vervangen informatiesysteem brandweervoertuigen Vervangen ademluchtflessen Brandweer Vervangen voertuig 670 (IVECO) Brandweer Vervangen pagers voor C2000 Brandweer Valbeveiliging voor 600 – 640 Brandweer Vervangen Mercedes 640 Brandweer Vervangen 2 warmtebeeldcamera’s Brandweer Herstraten en –asfalteren wegen Renovatie kunstwerken (bruggen etc.) Aanpassen bushaltes Vernieuwen abri’s Aanpassingen verkeersveiligheid
Programma’s
2013 28.500 34.650
2014
2015
2016
19.500 50.700 12.300 10.500 283.450 29.050 168.200 21.000 50.450 11.750 16.810
168.200 21.000
168.200 21.000
168.200 21.000
16.810
16.810
16.810
blz. 14
De investering voor de nieuwe brandweergarage in Zuidoostbeemster is niet verwerkt bij de voorgenomen investeringen, maar in de staat van vaste activa. Tijdens het opstellen van deze staat werd verwacht, dat de nieuwbouw voor 2012 grotendeels was gerealiseerd. Mutaties reserves Toevoegingen: Geen Onttrekkingen: Geen
2013
2014
2015
2016
Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Brandweerkazerne Middenbeemster
2013 5.694
2014 17.415
2015 3.144
2016 14.471
De hogere lasten in 2014 betreffen het vervangen van vloerbedekking, systeemplafondplaten en de keukeninrichting. In 2016 volgt vervanging van de hemelwaterafvoeren, buitenschilderwerk, werk aan de waterinstallatie en de verwarmingsinstallatie.
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier de kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel BRANDWEER: Vrijwillige brandweerlieden Uitruk brandweer Waarvan hulpverlening RAMPENBESTRIJDING: Oefeningen WEGEN, STRATEN EN PLEINEN: Aantal km wegen in beheer bij gemeente Bruggen Pendammen Lichtmasten in beheer bij de gemeente VERKEERSMAATREGELEN: Verkeersregelinstallaties in beheer Gehandicapte parkeerplaatsen Gecertificeerde verkeersregelaars DRANK EN HORECA Natte horeca (Para) commerciële horeca Tapontheffingen (per jaar) Slijterijen Supermarkten ALGEMENE PLAATSELIJKE VERORDENING (APV) Aanvragen evenementenvergunningen Aanvragen omgevingsvergunningen kappen van bomen
2011
2012
2013
38 108 43
35
35
1
2
2
32 45 30 1.480
45 30 1.484
33 48 35 1.521
2
2
2
86
88
90
11 6 20 1 1
11 6 15 1 1
60 30
45 25
45 26
APV Er zijn in 2011 45 Evenementen vergunningen aangevraagd waarvan er 43 verleend zijn. Voor het kappen van bomen zijn er 26 omgevingsvergunningen aangevraagd waarvan er 24 zijn verleend. Het afgelopen jaar gingen de meldingen, klachten en suggesties voornamelijk over hondenpoep, loslopende honden, knalapparaten en geparkeerde caravans/aanhangwagens.
Programma’s
blz. 15
Programma’s
blz. 16
Programma: Portefeuillehouder: Sector
4. Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster Wethouder G.H. Hefting Grondgebied en Samenleving
Producten/functies: Producten/functies: Nummer 810 820 822 823 830
Omschrijving Ruimtelijke ordening Woningexploitatie /woningbouw Overige volkshuisvesting Omgevingsvergunningen Bouwgrondexploitatie
Inleiding Als gevolg van de economische crisis is de situatie op de woningmarkt sinds 2009 drastisch veranderd. Daar houden wij in 2013 en verder in Beemster ook zeker rekening mee bij de ontwikkeling van de woningbouw in Zuidoostbeemster en Middenbeemster. De positie van jongeren op de woningmarkt vraagt hierdoor extra aandacht. Naast de ontwikkelingen in de nieuwbouw willen wij ook aandacht besteden aan de ontwikkeling en instandhouding van de ruimtelijke kwaliteit van Beemster. Dat doen wij door onder andere te zorgen voor actuele bestemmingsplannen. Inmiddels is in juli 2012 het bestemmingsplan Buitengebied vastgesteld. In dit begrotingsjaar moeten voor 1 juli 2013 de bestemmingsplannen Middenbeemster en Westbeemster vastgesteld worden. Vervolgens zijn wij de ruimtelijke kwaliteit van Beemster via de Structuurvisie en Omgevingsnota op een duidelijke manier aan het toetsen en bewaken.
Algemene beleidsdoelen Alle (woningzoekende) Beemsterlingen moeten in een voor hen geschikte en gewenste woning kunnen wonen. De omgeving moet voldoen aan de Werelderfgoed richtlijnen. Concreet bedoelen we daar het volgende mee: • Voldoen aan onze wettelijke verplichtingen t.a.v. het verstrekken van een omgevingsvergunning. • Voorzien in huisvesting van de inwoners van Beemster. • Het terugdringen van het aantal woningzoekenden. • Zorgen voor een goede ruimtelijke structuur en goede benutting van de openbare ruimte. • Bevorderen van een goed woon-, werk- en leefmilieu. • Bevorderen van een optimale kwaliteit van de bebouwing.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6 4.7 4.8
Voortzetten van planmatige woningbouw binnen het bestaand bebouwd gebied Zuidoostbeemster. Het vierde kwadrant Middenbeemster volgens plan bebouwen, met waar het efficiënt kan, duurzaamheid als uitgangspunt. Actualisatie gegevens onderzoek uit de Woonvisie 2008+, ten behoeve van het in kaart brengen van de woonwensen van jongeren. Ontwikkelen Integrale visie ruimtelijk beeld van Beemster (Structuurvisie). Definitief vaststellen bestemmingsplan Buitengebied. Vaststellen van het welstandsbeleid in een Omgevingsnota. Actualiseren bestemmingsplannen Middenbeemster en Westbeemster. Opstellen gemeentelijk monumentenbeleid en voorstellen voor de opzet van een gemeentelijke monumentlijst met bijbehorende regelingen.
Start 2010
Gereed 2014
2010
2014
2011
2012
2010 2010 2010 2012 2012
2011 2011 2011 2014 2014
Andere specifieke beleidsdoelen Geen.
Kadernota 2013 Onderwerp Tijdelijke personele ondersteuning voor taakvelden handhaving ruimtelijke ordening en bouw- en woningtoezicht Programma’s
2013 13.600 -
2014 0
2015 0 blz. 17
Beleidskaders: • • • • • • • • • • • • • • • • • • • • •
Wet ruimtelijke ordening. Nota Ruimte. PRVS (Provincaal Ruimtelijke Verordening Structuurvisie) Structuurvisie de Beemstermaat Bestemmingsplannen. Beeldkwaliteitsplannen. Ontwikkelingsvisie Des Beemsters. Planschaderegeling. Woningwet. Bouwbesluit. Bouwverordening. Omgevingsnota Beemster Huisvestingswet. Regionale huisvestingsverordening Stadsregio Amsterdam 2010. Wet op de huurtoeslag. Woonvisie Beemster 2008+. Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (WABO). Managementplan Werelderfgoed Besluit omgevingsrecht (Bor) Regeling omgevingsrecht (Mor) Algemene wet bestuursrecht (Awb)
Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in het begrotingsjaar/de raadsperiode? Ruimtelijke ordening Het bestemmingsplan Buitengebied 2012, de Structuurvisie Beemstermaat en de Omgevingsnota Beemster (oftewel de nieuwe welstandsnota) zijn op 10 juli 2012 door de gemeenteraad vastgesteld. Hiermee is een belangrijke basis gelegd voor het verdere ruimtelijk beleid in de aankomende jaren. De Structuurvisie Beemstermaat is een strategisch document over de ruimtelijke en functionele ontwikkeling in onze gemeente. Er zijn keuzes gemaakt over de gewenste ruimtelijke ontwikkeling en beeldkwaliteit op de lange termijn en de daarvoor noodzakelijke maatregelen op de korte termijn. Het bestemmingsplan Buitengebied 2012 regelt het gebruik van gronden buiten de bebouwde kommen in Beemster. Voor de inhoud van alle bestemmingsplannen zijn de Structuurvisie Beemstermaat en de ontwikkelingsvisie Des Beemsters richtinggevend. Tenslotte biedt de Omgevingsnota Beemster een kader om bouwplannen te toetsen op welstandelijke kwaliteit. Ook de Omgevingsnota Beemster is gebaseerd op de Structuurvisie Beemstermaat en de ontwikkelingsvisie Des Beemsters. Huisvesting Beemster blijft voor velen een aantrekkelijke woongemeente. Dat blijkt ook uit het register van ingeschreven belangstellenden voor een koopwoning in Beemster waarop nog steeds meer dan duizend mensen ingeschreven staan. Uiteraard is de nog steeds huidige matige algemene marktsituatie bij de verkoop van woningen ook in Beemster (Leeghwater 3 en eerste fase De Nieuwe Tuinderij) goed merkbaar. Door diverse planaanpassingen is hierop al gereageerd. De verdere ontwikkelingen op de woningmarkt worden door het college nauwlettend gevolgd en waar nodig direct op geanticipeerd. Alhoewel er in deze collegeperiode ook aandacht besteed wordt aan woningbouw op enkele kleinere locaties in onze gemeente, wordt deze bestuursperiode vooral hard gewerkt aan de ontwikkeling van de woningbouw in De Nieuwe Tuinderij in Zuidoostbeemster en De Keyser (4e kwadrant) in Middenbeemster. De omgevingsvergunningen voor 150 woningen in De Nieuwe Tuinderij-west zijn verleend. De eerste fase van 42 woningen in dit plan is door Bouwfonds in de verkoop gebracht en de eerste paal voor de woningbouw is op 7 februari 2012 de grond ingegaan.
Programma’s
blz. 18
Tabel geplande nieuwbouwontwikkelingen nieuwbouwontwikkelingen tot 2020 Locaties Middenbeemster
Plan
Periode
Leeghwater 3 De Keyser (4e kwadrant)
2012 2014-2018
Zuidoostbeemster I, De Nieuwe Tuinderij Zuidoostbeemster I, Jonk (particulier initiatief) Bloeiende Perelaar, Spelemei c.a. Totaal
2012-2019 2012-2013
Aantal woningen 15 240 540 90 40 925
Voor na 2020 wordt vooralsnog rekening gehouden met ruimte voor 450 woningen in Zuidoostbeemster II en voor 240 woningen in de tweede fase van het vierde kwadrant in Middenbeemster.
Wat gaan we daarvoor doen in het begrotingsjaar? Ruimtelijke ordening Er is een start gemaakt met de voorbereiding van een nieuw bestemmingsplan voor Middenbeemster en Westbeemster. Op beide kernen zijn thans bestemmingsplannen van kracht van 19 jaar tot 31 jaar oud. De betreffende bestemmingsplan zijn aan actualisatie toe. Daarnaast is van belang dat vanaf 1 juli 2013 geen leges in rekening mag worden gebracht voor bouwaanvragen die betrekking hebben op het plangebied waarop bestemmingsplannen van kracht zijn die ouder zijn dan 10 jaar. Doelstelling is, dat nog voor 1 juli 2013 nieuwe bestemmingsplannen voor Middenbeemster en Westbeemster zijn vastgesteld. Huisvesting Huisvesting De evaluatie van de Woonvisie 2008+ en het onderzoek onder starters geeft aan dat Beemster jongeren graag in Beemster (willen blijven) wonen. Bij de ontwikkeling van nieuwbouwplannen zullen de resultaten van de evaluatie en de enquête betrokken worden.
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 23.975.429 13.492.236 1.019.920 920.071 Baten 27.618.002 13.048.767 502.180 413.277
2015 919.797 420.697
2016 926.625 428.166
Saldo
499.100
498.459
3.642.573
443.469
517.740
506.794
Toelichting: De grote schommelingen in bedragen van lasten en baten worden veroorzaakt door de bouwgrondexploitatie. Voor 1 januari 2013 zijn de meeste percelen bouwgrond overgedragen aan De Beemster Compagnie. In de begroting 2011 was hiermee geen rekening gehouden. De rentetoerekening over de gronden in Zuidoostbeemster fase 2 wordt ten laste van de algemene reserve gebracht. Dat geeft op dit programma hogere lasten. Het project Des Beemsters eindigt per 1 januari 2013. De werkzaamheden worden opgenomen in de activiteiten van de sector Grondgebied voor het opstellen en actualiseren van bestemmingsplannen. Daarom zijn de lasten op dit programma hoger. De lasten van het project Des Beemsters stonden t/m 2012 op programma 5. Voorgenomen investeringen Geen
2013
2014
2015
2016
Mutaties reserves 2013 2014 2015 2016 Toevoegingen: Geen Onttrekkingen: Algemene reserve: grond Zuidoostbeemster 90.772 90.772 90.772 90.772 fase 2 Bruto waardering vaste activa 6.600 6.600 6.600 6.600 Wij willen voorkomen dat de boekwaarde van de gronden in Zuidoostbeemster fase 2 in de komende jaren weer teveel stijgt. Als gevolg daarvan zouden we deze gronden over een aantal jaren weer moeten afwaarderen. Wij stellen daarom voor om de rentelasten over deze gronden ten laste van de algemene reserve te brengen. Programma’s
blz. 19
Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Middenweg 141 en 143 Rijperweg 108, 110 en 111
2013 4.110 12.180
2014 0 402
2015 14.302 4.219
2016 215 4.660
Middenweg 141 en 143: de hogere lasten van 2015 betreffen vooral buitenschilderwerk. Rijperweg 108, 110 en 111: de hogere lasten van 2013 betreffen vooral buitenschilderwerk.
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel OVERIGE VOLKSHUISVESTING: Afgegeven omgevingsvergunningen Opbrengst leges omgevingsvergunningen
2011
2012
2013
121 448.535
110 357.875
125 365.927
Gegevens uit de evaluatie van de Woonvisie Beemster 2008+2009-2012: Tabel Woningvoor Woningvoorraad orraad naar woningtype per kern en totaal in 2012 Bron: WOZ-bestand gemeente Beemster
Middenbeemster Zuidoostbeemster Westbeemster Noordbeemster Gemeente Beemster
Vrijstaand
2^1 kap
Rijwoning
Appartement *
Senioren
16% 53% 49% 65%
18% 12% 13% 11%
48% 17% 13% 0%
11% 5% 4% 0%
3% 6% 0% 0%
Overig/ Woning bij bedrijf 5% 8% 20% 23%
Totaal
1.822 1.182 297 227 3.528
* Inclusief boven- en benedenwoningen in grote boerderijen. Aantal omgevingsvergunningen bouwen Aantal afwijkingsprocedures Aantal sloopvergunningen*/ meldingen (na 1 april 2012) Aantal afgehandelde schetsplannen
2007 138 73 26
2008 120 62 17
2009 85 42 6
2010 88 44 18
2011 121 69 22
2012 110 70 22
2013 125 70 22
52
24
11
21
71
70
70
* Vanaf 1 april 2012 is in de meeste gevallen geen omgevingsvergunning slopen meer vereist. Volstaan kan worden met een melding. Wel registreren wij de meldingen.
Programma’s
blz. 20
Programma: Portefeuillehouder: Sector
5. De Beemster omgeving wethouder J.C. Klaver, wethouder G.H. Hefting, wethouder J.R.P.L. Dings Grondgebied
Producten/functies: Nummer 210 240 560 721 722 723 725 726 810
Omschrijving Wegen, straten en pleinen, onderdeel: • Straatreiniging Afwatering Openbaar groen en openluchtrecreatie, onderdeel: • Openbaar groen, plantsoenen etc. Afvalverwijdering en –verwerking Riolering en waterzuivering Milieubeheer Baten reinigingsrechten en afvalstoffenheffing Baten rioolrechten Ruimtelijke ordening, onderdeel: • Project Des Beemsters (t/m 2012)
Inleiding De inwoners van Beemster waarderen hun omgeving zeer. Dat geldt zowel voor de cultuurhistorische inrichting als ook voor de wijze van onderhoud van het grondgebied, de handhaving van milieuregelgeving door de gemeente, maar ook de wijze van afvalverwijdering. De status van Beemster als UNESCO Werelderfgoed brengt met zich mee dat bijzondere aandacht voor de omgeving noodzakelijk is. Dit wordt in het project Des Beemsters vormgegeven. De laatste jaren heeft Beemster de uitvoering van haar milieuhandhaving zo goed mogelijk vorm gegeven. In 2009 heeft dit zelfs geleid tot een positieve inhoudelijke beoordeling (milieu-audit) van de Provincie NoordHolland. Per 1 januari 2013 is ons streven om, in samenwerking met Purmerend, een aantal basistaken over te dragen aan de Regionale Uitvoeringsdienst (RUD) NZKG (Noordzeekanaal gebied). De RUD’s in oprichting zijn Gemeenschappelijke Regelingen die vanuit het Rijk worden opgedragen. De over te dragen taken betreffen alleen milieutaken op het gebied van toezicht, handhaving en vergunningverlening advisering. Complexe milieutaken zullen worden uitgevoerd door de RUD op basis van contract. Door de mondiale klimaatproblematiek is duurzame ontwikkeling aangewezen als een van de speerpunten binnen het Rijks- en provinciaalbeleid. In 2012 heeft de Duurzaamheidsbeleidsnotitie vorm gekregen en zal in oktober 2012 worden vastgesteld. Met name De Keyser en duurzame woningbouw, zonne energie, biomassa en aardwarmte zijn belangrijke duurzame onderwerpen die in 2013 verder worden onderzocht voor eventuele verdere implementatie.
Algemene beleidsdoelen • • • • •
Behoud en versterking van de cultuurhistorische waarden van Beemster. Het bevorderen van een goede inzameling van afvalstoffen en afvalwater tegen maatschappelijk aanvaardbare kosten. Het bevorderen van een goed woon-, werk- en leefmilieu. Waken voor de volksgezondheid en het milieu door de aanleg, beheer en onderhoud van de riolering. Het stimuleren en bevorderen van duurzame energie om o.a. CO2 uitstoot te reduceren.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma 5.1 5.2 5.3 5.4 Programma’s
Opstellen van een plan van aanpak Klimaatsbeleidsplan. Organiseren van een miniconferentie voor de plaatselijke economie. Gemeentelijk Waterplan opstellen waarin onze bijdrage aan een duurzame waterhuishouding wordt gewerkt. Verder (gefaseerd) ontwikkelen van een duurzame bedrijfsvoering in het gemeentehuis.
Start 2010 2010 2011
Gereed 2010 2011 2012
2010
2014 blz. 21
5.5 5.6
Voorstel energiebesparende maatregelen gemeentehuis. Resultaten door het inrichten van een duurzame inkoopfunctie zoals bijvoorbeeld met slimmere straatverlichting. Opstellen en uitwerking van een Kwaliteitsplan Groen en Openbare ruimte. Onderzoek naar de mogelijke inzet inwoners en bedrijven bij het beheer en onderhoud van hun omgeving. Plan van aanpak voor borging programma Des Beemsters in staande organisatie.
5.7 5.8 5.9
Start 2010 2011
Gereed 2011 2013
2010 2011
2011 2012
2012
2013
Start 2012
Gereed *
Andere specifieke beleidsdoelen Duurzame technologie inzetten in woningbouwprojecten * * Dit is een permanent proces.
Kadernota 2013 Onderwerp -
2013 -
2014 -
2015 - +
Beleidskaders • • • • • • • • • • • •
Baggerplan 2008-2017(in samenwerking met Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier). Inzamelplicht huishoudelijke afvalstoffen als gevolg van de Wet milieubeheer. Landelijk Afval Beheerplan. Afvalstoffenverordening. Zorgplicht voor de inzameling en het transport van afvalwater als gevolg van de Wet milieubeheer. Gemeentelijk Rioleringsplan 2012-2016. Wet milieubeheer (o.a. hoofdstuk vergunningverlening en handhaving) en andere milieuwet- en regelgeving. Bestuursovereenkomst milieuhandhaving Noord-Holland. Kwaliteitscriteria c.a. in het kader van de professionalisering van de milieuhandhaving. Des Beemsters I en II. Beheerplannen ‘kapitaalgoederen’. Duurzaamheidsagenda Beemster
Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in het begrotingsjaar/de raadsperiode? • • •
Handhaven van het naleefgedrag van inrichtingen voor ten minste 80% (m.a.w. dat ten minste 80% van de inrichtingen reeds bij een eerste controle volledig voldoet aan de wet- en regelgeving, wat op dit moment ook realiteit is). Adequate uitvoering van milieutaken, zodanig dat we een blijvende goede beoordeling van de provincie Noord-Holland in het kader van de professionalisering van de milieuhandhaving ontvangen. Het in stand houden en waar mogelijk verbeteren van de doelstellingen betreffende afvalscheiding. In onderstaande tabel zijn onze inzamelresultaten van de afgelopen jaren weergegeven, inclusief het gemiddelde voor de Waterlandse gemeenten.
Groente-, fruit- en tuinafval (gft) Papier Glas Klein gevaarlijk afval Textiel Kunststof Totaal scheidingspercentage
Programma’s
2002
2004
2006
2008
2010
65%
68%
65%
58%
54%
gemiddelde ISW-gebied -
73% 73% 91% 34% Nvt
66% 67% 93% 25% Nvt 56%
67% 78% 93% 13% Nvt 57%
74% 66% 87% 31% Nvt 57%
70% 74% 65% 36% 14% -
-
blz. 22
NB: Van het gemiddelde ISW-gebied zijn geen gegevens bekend omdat enkele gemeenten uit het ISW-gebied geen gegevens hebben aangeleverd. Kunststofinzameling is gestart in april 2010. Vandaar dat in de voorliggende jaren geen gegevens zijn genoemd.
Wat gaan we daarvoor in het begrotingsjaar doen? Onderhoud groenvoorziening De gemeente Beemster heeft een groot deel van haar vermogen geïnvesteerd in voorzieningen voor haar inwoners zoals wegen, verlichting, riolering, groen, speelplaatsen, straatmeubilair en gebouwen. Het onderhoud van deze zogenaamde ‘kapitaalgoederen’ is van cruciaal belang voor het functioneren van de gemeente op diverse gebieden. In juni 2012 is het rapport Groenkwaliteit en Groenonderhoud Gemeente Beemster door de gemeenteraad vastgesteld. Het plan betekent concreet een verlaging van de groenkwaliteit, waar tegenover staat een structureel jaarlijkse besparing van € 100.000 vanaf 2014. In 2013 zal verder uitvoering gegeven worden aan omvormingen om de gestelde doelen te behalen. Ook zal in 2013, waar mogelijk, middels bewonersparticipatie een beroep op inwoners worden gedaan om mede behulpzaam te zijn bij het beheer en onderhoud van openbaar groen. Dat alles om de altijd hoog gekwalificeerde groenkwaliteit van Beemster zoveel als mogelijk te behouden. Gescheiden inzameling van huishoudelijk afval De resultaten van de gescheiden inzameling in Beemster zijn goed te noemen. De inzameling van papier door verenigingen en scholen wordt ook in 2013 voortgezet. De verwerking van oud papier en de bijbehorende administratie is ondergebracht bij de huisvuilcentrale (HVC) te Alkmaar. De inzameling van textiel zal ook in 2013 worden gedaan door recycling winkel Noppes. Als de landelijke inzameling van plastic verpakkingsafval wordt voortgezet zal ook dit in 2013 worden uitgevoerd. (Afval)waterbeheer De gemeente en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) zorgen gezamenlijk voor de verwerking van het afvalwater. Zij doen dat door het afvalwater in te zamelen, te transporteren en te zuiveren. Dit wordt de afvalwaterketen genoemd. Partijen hebben gezamenlijk de taak om de afvalwaterketen op een maatschappelijk verantwoorde en duurzame wijze in te richten en te beheren. In 2013 zal het Waterplan gereed zijn. Wij streven naar een zo duurzaam mogelijke waterhuishouding. Daarnaast zal het in 2012 vastgestelde nieuwe gemeentelijk rioleringsplan in 2013 in uitvoering worden gebracht. Duurzame ontwikkeling ontwikkeling (duurzaam bouwen) De gemeente wil op het gebied van energiebesparing en duurzame ontwikkeling (incl. duurzaam bouwen) haar verantwoordelijkheid nemen en waar mogelijk een voorbeeldfunctie vervullen. Op basis van het plan van aanpak Klimaatbeleid en Duurzaamheid Beemster wordt in 2013 verdere invulling gegeven aan uitvoering op dit gebied. Onder andere de geplande woningbouw in het (De Keyser) ‘vierde kwadrant’ biedt de gemeente enorme kansen om duurzame technologie maximaal in te zetten. Het plan is om deze wijk energieneutraal te bouwen. Ook zal in 2013 verdere invulling worden gegeven aan het elektrisch rijden in de gemeente Beemster en worden de mogelijkheden onderzocht in samenwerking met HVC meerdere oplaadpunten te realiseren. Bodem Bodem In 2013 is het gemeentelijke bodembeheerplan en bodemkwaliteitskaart geactualiseerd. Gezamenlijk met de gemeente Waterland en Zeevang is een Bodemkwaliteitskaart opgesteld. De Milieudienst Waterland heeft hierin een inhoudelijke bijdrage aan geleverd. Ook in 2013 worden bodemonderzoeksrapporten, die worden ingediend bij een bouwvergunning, beoordeeld. Daarnaast worden alle bodemonderzoeksgegevens geregistreerd in het nieuwe SquitXO bodem registratie systeem voor een nog betere controle en beheersing. Des Beemsters In 2012 zijn de Des Beemsters uitgangspunten van beleid en andere projecten grotendeels verwerkt in de gemeentelijke Structuurvisie Beemstermaat, het bestemmingsplan Buitengebied 2012 en de Omgevingsnota Beemster. Daarnaast is ook het Managementplan Werelderfgoed opgesteld, een beleidsdocument op hoofdlijnen. Deze documenten van ruimtelijk beleid zijn op 10 juli 2012 vastgesteld. Het jaar 2013 wordt verder benut om de resultaten uit het Programma Des Beemsters in concrete vorm te borgen in de gemeentelijke organisatie. Het Kwaliteitsteam Des Beemsters zal eind 2012 in zijn huidige vorm worden beëindigd, in verband met de daarmee gemoeide kosten. Onderzocht wordt op welke wijze advisering op ruimtelijke kwaliteit het beste structureel vorm kan worden gegeven.
Programma’s
blz. 23
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 2.256.663 2.394.986 2.273.944 2.209.084 Baten 1.218.785 1.291.694 1.298.170 1.298.613 Saldo
1.037.878
1.103.292
975.774
910.471
2015 2.235.569 1.299.057
2016 2.281.657 1.299.505
936.511
982.152
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. In het onderdeel riolering is rekening gehouden met uitgaven van € 25.000 voor het voortzetten van het project monitoring rioolwateroverstorten. Ook is € 10.000 opgenomen voor aanleg grondwatermeetnet. We hebben rekening gehouden met gelijk blijvende tarieven van de afvalstoffenheffing en de rioolheffing. Het project Des Beemsters eindigt 1 januari 2013. Vanaf 2013 zijn er geen lasten meer voor dit project op programma 5 verwerkt. Zie de toelichting bij programma 4 Voorgenomen investeringen Vervangen beschoeiingen Vervangen/renovatie riolering Mutaties reserves Toevoegingen: Geen Onttrekkingen: Egalisatiereserve afvalstoffenheffing Egalisatiereserve onderhoud en vervanging riolering Bruto activering vaste activa
2013 12.600 287.500
2014 12.600 287.500
2015 12.600 287.500
2016 12.600 287.500
2013
2014
2015
2016
21.066 82.251
30.891 75.249
36.487 98.115
48.754 121.850
3.998
4.196
4.404
4.622
De egalisatiereserve afvalstoffenheffing wordt gebruikt om schokken in de tariefsontwikkeling van de afvalstoffenheffing tegen te gaan. Deze schokken kunnen worden veroorzaakt door plotselinge stijging van tarieven van derden, maar ook door incidentele grote aanbieding van grof huisvuil. De reserve onderhoud en vervanging riolering wordt gebruikt om het nadelig saldo van het onderdeel riolering te dekken. Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Geen
2013
2014
2015
2016
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel OPENBAAR GROEN EN OPENLUCHTRECREATIE: Oppervlakte openbaar groen in ha Kosten onderhoud openbaar groen Waarvan voor het omvormen naar onderhoudsarm openbaar groen Aantal bomen Sportcomplexen Voetbalvelden kunstgras Voetbalvelden natuurgras Handbalveld (asfalt) IJsbaanterrein Begraafplaats
Programma’s
2011
2012
2013
36 553.316 0
36 534.476 0
36 557.019 68.000
3 4 4 1 1 1
5.300 3 4 4 1 1 1
5.300 3 4 4 1 1 1
blz. 24
ONDERDEEL AFVALVERWIJDERING EN -VERWERKING: Opbrengst afvalstoffenheffing Netto lasten reiniging (excl. reservering) Ingezamelde hoeveelheden afval (in ton): - restafval - gft afval - klein chemisch afval RIOLERING EN WATERZUIVERING: Opbrengst rioolheffing Netto lasten riolering en waterzuivering Aantal ongerioleerde percelen buitengebied MILIEUBEHEER Aantal inrichtingen Wet milieubeheer Aantal periodieke controles Wet milieubeheer Aantal hercontroles Wet milieubeheer Aantal milieuklachten
Programma’s
2011
2012
2013
708.903 693.187
717.984 739.138
720.683 741.749
2.083 1.051 15
1.990 1.050 15
2.040 1.100 15
520.790 495.555 circa 500
535.856 588.767 circa 500
537.568 619.819 circa 500
432 94
432 circa 100
432 circa 100
13 20
circa 15 circa 15
circa 15 circa 15
blz. 25
Programma’s
blz. 26
Programma: 6. Werken in Beemster Portefeuillehouder: wethouder J.R.P.L. Dings Sector/afdeling: Grondgebied Producten/functies: Nummer 310 560
Omschrijving Handel en ambacht Openbaar groen en openluchtrecreatie, onderdelen: • Bevordering toerisme / recreatie algemeen • Project Land van Leeghwater
Inleiding Beemster is een hoogwaardig agrarisch productiegebied. Het is van groot belang dit als uitgangspunt te blijven nemen, mede in het licht van de economische ontwikkeling in de agrarische sector. Ook de overige werkgelegenheid in Beemster is van groot belang. Om ervoor te zorgen dat er voldoende werkgelegenheid in Beemster kan worden geboden, dienen daarvoor randvoorwaarden te worden gecreëerd.
Algemene beleidsdoelen Evenwicht in de woon-werkbalans brengen binnen de gemeente Beemster is niet haalbaar. Binnen de ruimtelijke beleidskaders wil Beemster lokale ondernemers wel faciliteren in hun huisvestingswens. Sterk groeiende bedrijven zullen echter soms naar buiten de gemeente moeten uitwijken.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma collegeprogramma 6.1
Randvoorwaarden formuleren waaronder de oprichting van een nieuw agrarisch bouwblok mogelijk is. Onderzoek naar de mogelijkheden voor een agrarische productenmarkt voor streekproducten uit Beemster en omgeving. Onderzoek naar de mogelijkheid om de veemarkt van Purmerend te verplaatsen naar een locatie in Beemster. Samenwerking Land van Leeghwater verder stimuleren en voortzetten. Versterken van de bestuurlijke samenwerking binnen het Nationaal Landschap Noord-Holland en belemmeringen wegnemen. Samenwerking stimuleren met de werelderfgoederen Stelling van Amsterdam en grachtengordel Amsterdam, waarbij Beemster in toeristische informatie meer tot zijn recht komt.
6.2 6.3 6.4 6.5 6.6
Start
Gereed 2011
2011
2012
2011
2013
2010 2010
2014 2014
2010
2014
Start 2011
Gereed
Andere specifieke beleidsdoelen Realisatie van het project BreedNet in Beemster
Kadernota 2013 Onderwerp -
2013 -
2014 -
2015 -
Beleidskaders • • • • •
Strategienota Land van Leeghwater. Regiovisie Waterland. Beleid Stadsregio Amsterdam. PRVS (Provinciaal Ruimtelijke Verordening Structuurvisie) Economisch actieplan regio Waterland.
Maatschappelijke effecten: • •
Beperkte groei van de werkgelegenheid. Groei van het aantal toeristen.
Programma’s
blz. 27
Wat willen we bereiken in dit begrotingsjaar/de begrotingsjaar/de raadsperiode? -
Inzet om agrarische bouwvlakken te vergroten tot 2 ha. Invoering van BreedNet om daarmee snelle internetverbindingen te realiseren in Beemster. Realisatie van de doelen uit het Economisch Actieplan regio Waterland. Verdere Operationalisering Bureau Toerisme Laag Holland.
Wat gaan we daarvoor doen in het begrotingsjaar? Landbouw en economie Belangrijk voor de instandhouding van het hoogwaardig agrarisch productiegebied zijn flexibele bestemmingsplannen. In de Structuurvisie de Beemstermaat, die in 2012 is vastgesteld is de mogelijkheid geboden om het agrarisch bouwvlak te verruimen van 1,5 ha naar 2 ha. De provincie geeft vooralsnog geen toestemming om in het bestemmingsplan Buitengebied 2012 de 2 ha toe te staan. Wel worden er op basis van de Structuurvisie de Beemstermaat op ad hoc basis aanvragen voor verruiming naar 2 ha behandeld en bij de provincie ter beoordeling aangeboden. Daarnaast verdient vestiging van agrarische bedrijven op nieuwe locaties aandacht. Aan de andere kant komen er in het landelijk gebied op bepaalde plekken agrarische gebouwen vrij. Gelet hierop vinden wij het belangrijk dat een ander of breder gebruik van agrarische percelen tot de mogelijkheden moet behoren. Kleinschalige bedrijvigheid in de polder moet mogelijk zijn, waarbij natuurlijk gekeken moet worden naar het voorkomen van negatieve gevolgen voor de omgeving. Het in 2012 vastgestelde bestemmingsplan Buitengebied 2012 zal een basis bieden om dit zoveel mogelijk en verantwoord te faciliteren. In 2013 blijven wij de mogelijkheden van het opzetten van een agrarische productenmarkt voor streekproducten uit Beemster en omgeving stimuleren. Voorwaarde is private financiering en betrokkenheid van en draagvlak bij lokale en regionale producenten. De rol van de gemeente is regisserend en mogelijk ruimtelijk faciliterend. Er wordt in 2013 met de gemeente Purmerend verder onderzocht of een verplaatsing van de gegroeide veemarkt naar een locatie in Beemster mogelijk zou zijn. Deze veemarkt vindt nu in Purmerend (Baanstee) plaats. Het convenant voor Regionale Economische samenwerking Waterland (ESW) dat in 2009 is ontstaan als alternatief/opvolging voor de RES richt zijn peilers ook in 2013 op de onderstaande onderwerpen: De gemeente Beemster blijft het project BreedNet NHN voortzetten. Hiermee wordt beoogd om snelle internetverbindingen bij bedrijven in de hele gemeente ‘betaalbaar’ mogelijk te maken. De onderhandelingen met verschillende partijen zullen in 2013 verder geconcretiseerd worden. Verdere operationalisering en continuering van het Bureau Toerisme Laag Holland. Het doel is om betere resultaten te behalen met betrekking tot informatievoorziening, marketing en promotie door samenwerking en kostenbesparingen. Uitwerking en operationalisering van het in het voorjaar van 2010 vastgestelde Economisch actieplan regio Waterland. Toerisme en recreatie Op het gebied van toerisme en recreatie werkt de gemeente Beemster verder samen met de gemeenten Schermer en Graft-De Rijp in het samenwerkingsverband Land van Leeghwater. Speerpunten binnen deze samenwerking zijn bevordering van de economische vitaliteit en de leefbaarheid van de gemeenten en behoud en ontwikkeling van de landschappelijke en unieke waarde van het gebied en de stimulering en ondersteuning van de groei voor particuliere initiatieven. De basis hiervoor is de Strategienota Land van Leeghwater die in 2012 met een oplegnotitie is geactualiseerd. Hieraan wordt ook in 2013 uitvoering gegeven. Het predicaat Unesco Werelderfgoed ontwikkelt zich meer en meer en geeft Beemster een bijzondere positie als het gaat om het aantrekken van toeristen van over de hele wereld. Nu de grachtengordel van Amsterdam ook Werelderfgoed is geworden, diende zich een unieke kans aan om samen met de hoofdstad en met de Stelling van Amsterdam (provincie) op te trekken in de toeristische informatie en Beemster daar prominenter in op te nemen. In 2012 hebben er diverse gesprekken plaatsgevonden om elkaar hierin te versterken. Onder regie van de landelijke Stichting Werelderfgoed.NL (beleidskader promotie Nederlandse werelderfgoederen) vindt ondertussen structureel overleg plaats tussen de drie partijen om de samenwerking in 2013 verder concreet gestalte te geven. Programma’s
blz. 28
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 91.777 71.027 66.974 67.303 Baten 21.778 1.824 1.400 1.395
2015 67.629 1.399
2016 67.953 1.425
Saldo
69.999
69.203
65.574
65.908
66.230
66.528
Voorgenomen investeringen Geen
2013
2014
2015
2016
Mutaties reserves Toevoegingen: Geen. Onttrekkingen: Geen.
2013
2014
2015
2016
Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Geen
2013
2014
2015
2016
Toelichting: Geen.
Kengetallen Aantal overnachtingen Aantal bezoekers Betje Wolff Aantal bezoekers Agrarisch museum Aantal bezoekers Infocentrum Aantal bezoekers website Land van Leeghwater
Programma’s
2008 22.612 1.297 2.450 3.995 13.043
2009 21.400 2.422 1.474 5.108 31.276
2010 22.242 2.471 3.090 4.536 32.336
2011 26.085 2.708 3.100 4.107 31.953
2012 22.000 3.000 3.000 5.000
2013 26.000 3.000 3.000 5.000 32.000
blz. 29
Programma’s
blz. 30
Programma: 7. Actief in Beemster Portefeuillehouder: burgemeester H.N.G. Brinkman, wethouder J.C. Klaver, wethouder J.R.P.L. Dings Sector/afdeling: Samenleving en Staf Producten/functies Producten/functies: en/functies Nummer 420 421 422 423 430 480 482 510 511
530 531 540 541 560
580
Omschrijving Openbaar basisonderwijs, excl. onderwijshuisvesting Openbaar basisonderwijs, onderwijshuisvesting Bijzonder basisonderwijs, excl. onderwijshuisvesting Bijzonder basisonderwijs, onderwijshuisvesting Openbaar (voortgezet) speciaal onderwijs Gemeenschappelijke baten en lasten onderwijs Volwasseneneducatie Openbaar bibliotheekwerk Vormings- en ontwikkelingswerk; hieronder valt: • Muziekschool • Kunstzinnige vorming etc. • Dodenherdenking Sport Groene sportvelden en terreinen Kunst Oudheidkunde en musea Openbaar groen en openluchtrecreatie, onderdelen: • Volkstuinen • Kermis • Viering 400 jaar Beemster • Beemster werelderfgoed Overige recreatieve voorzieningen, hieronder vallen • Speeltuinen en speelterreinen
Inleiding Wij zien het als onze taak de sociale samenhang voor onze burgers te bevorderen. Dit kan door ontwikkelingen op maatschappelijk, sportief, educatief, onderwijs en cultureel gebied. Ons doel is het voorzieningenniveau voor onze burgers in deze raadsperiode gelijk te houden en waar mogelijk te verbeteren. De bezuinigingsopdracht die wij hebben noodzaakt ons nog zorgvuldiger te overwegen waar wij de beschikbare middelen inzetten. De afgelopen twee jaar hebben wij vooral naar rato bezuinigd op de welzijnsen Wmo- subsidies. Dit heeft als neveneffect dat er meer onderhandeld moet worden met gesubsidieerde organisaties en het aantal af te handelen bezwaarschriften neemt toe. Mede gelet op de extra bezuinigingsopdracht van het Rijk dient er echter nog meer ondernomen te worden. Wij willen ook financiële ruimte creëren voor nieuw beleid. Dit betekent dat wij ons subsidiebeleid moeten ‘hervormen’. Wij maken in 2013 een start met de formulering van een beleid waaruit onze maatschappelijke visie blijkt: Wat voor gemeente willen wij zijn in de toekomst, waar leggen wij onze prioriteiten. Bij de ontwikkeling van dit beleid zal het collegeprogramma 2014-2018 betrokken worden. Ook de inwoners van Beemster zullen participeren bij de beleidsontwikkeling. De uitwerking van de bezuinigingsvoorstellen voor 2013 en de ontwikkeling van een nieuw gemeentelijk maatschappelijk kader zorgen er echter wel voor dat er een groot beslag wordt gedaan op de beschikbare ambtelijke capaciteit. Dit betekent dat er op andere beleidsterreinen getemporiseerd moet worden. In 2013 zal dit met name gaan ten koste van de doelen die er gesteld zijn voor sport- en cultuurbeleid.
Algemene beleidsdoelen • •
De aanwezige accommodaties binnen de gemeente blijven in goede staat van onderhoud en er zijn duidelijke afspraken over verhuur, beheer en onderhoud. Er wordt een afgestemd aanbod van activiteiten voor jongeren ontwikkeld in samenspraak met de aanwezige organisaties en eventueel met professioneel jongerenwerk.
Programma’s
blz. 31
• • •
Voortzetting van de activiteiten voor de realisatie van een brede school in Middenbeemster. Het scheppen van voorwaarden waardoor de Beemster jeugdigen zich in een veilige omgeving kunnen ontwikkelen. Ontwikkelen van een maatschappelijk kader voor de periode 2014 e.v.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma 7.1 7.2
Beemsterlingen stimuleren te gaan sporten of meer te bewegen. In samenwerking met de provincie instellen van een jeugdsportpas voor jongeren tot 18 jaar. Bewegen en sporten stimuleren via de brede schoolcoördinator. Komen tot een afgestemd en evenwichtig aanbod van sportaccommodaties en speelplekken in de gemeente. De omwonenden en gebruikers betrekking bij de realisatie van de plannen. Een afgestemd aanbod van naschoolse activiteiten realiseren. Combinatiefunctie ten behoeve van de ontwikkeling van de brede school instellen. Onderzoek naar de mogelijkheden van een Juniorcollege (klas 1 en 2 Voortgezet onderwijs) in samenwerking met de Purmerendse Scholen Groep.
7.3 7.4 7.5 7.6 7.7 7.8
Start 2010 2011
Gereed 2013 2012
2011 2010
2012 2013
2010 2011
2013 2013 2011
2011
2012
Start 2012
Gereed 2013
Andere specifieke beleidsdoelen Onderzoek naar de mogelijkheden van de locatie Bonte Klaver
Kadernota 2013 2013 Onderwerp Structureel onderhoud natuurspeeltuin Leeghwater 3
2013 0
2014 10.200
-
2015 10.200
-
Beleidskaders • • • • • • • • • • •
Wet primair onderwijs. Wet educatie en beroepsonderwijs. Onderwijs achterstandenbeleid. Leerplichtwet. Verordening leerlingenvervoer. Verordening voorzieningen huisvesting onderwijs. Algemene subsidieverordening. Impuls brede scholen sport en cultuur. Richtlijnen Werelderfgoederen. Wet op het specifiek cultuurbeleid. Wet Maatschappelijke Ondersteuning (Wmo).
Maatschappelijke effecten: Wat willen willen we bereiken in het begrotingsjaar/de raadsperiode? • •
• • •
Iedere Beemsterling heeft de mogelijkheid om binnen zijn/haar mogelijkheden te bewegen/sporten. Iedere Beemsterling tussen de 4 en 19 jaar heeft de mogelijkheid om minimaal mee te doen aan een georganiseerde sportactiviteit. Kinderen in de leeftijd tussen de 4 en 12 jaar kunnen kiezen uit een gevarieerd activiteitenaanbod. Duidelijkheid in de mogelijkheden voor een eventuele vestiging van een Juniorcollege in Middenbeemster. Een helder en duidelijk speelvoorzieningenbeleid gericht op de toekomst.
Wat gaan we daarvoor doen in het begrotingsjaar? Sport Gelet op de prioriteiten die er gesteld worden en de beperkte ambtelijke capaciteit bij het team Welzijn worden er dit jaar geen specifieke activiteiten ontwikkeld op dit terrein.
Programma’s
blz. 32
Speeltuinen en doeplekken Spelen en bewegen is belangrijk in de ontwikkeling van kinderen. Begin 2013 wordt naar verwachting de laatste fase van de natuurspeeltuin in de nieuwbouwwijk ‘Leeghwater 3’ gerealiseerd. In samenspraak met de burgers worden in 2013 plannen ontwikkeld gericht op de inrichting speelvoorzieningen in de verschillende kernen. Bij de behandeling van deze begroting wordt separaat een voorstel gedaan waarin aan u een voorstel wordt gedaan een keuze te maken inzake de financiële kaders van dit speelvoorzieningenbeleid en de wijze waarop burgers hierin participeren. De financiële consequenties van uw keuze zijn nog niet verwerkt in de begroting 2013 (eenmalige investering, kapitaalslasten en onderhoudskosten). Onderwijs Onderwijs Brede school De definitie van een brede school is: een doelgerichte samenwerking van onderwijs met andere partners om de ontwikkelingskansen van kinderen te vergroten. De brede school is in het schooljaar 2011-2012 verder uitgebreid met verschillende activiteiten. In de loop van schooljaar 2012-2013 vindt verdere uitbreiding plaats op het gebied cultuur, educatie en onderwijs. Ook op het gebied van zorg worden activiteiten ontwikkeld voor zowel ouder als kind zoals bijvoorbeeld opvoedcursussen. Aan de activiteiten worden per dit schooljaar bekendheid gegeven door gebruik van een eigen website. Dit moet ook leiden tot een toename van de deelname aan de activiteiten. Cultuurbeleid Ook in 2013 zijn er verschillende doelen die blijven voortvloeien uit de Cultuurnota van de gemeente Beemster: • Onderzoek naar de wijze waarop de Brede School op het gebied van actieve culturele participatie een meerwaarde kan hebben. • Afspraken maken over de rol van de bibliotheek binnen de culturele infrastructuur van Beemster. • Afspraken maken over de rol van de muziekschool binnen de culturele infrastructuur van Beemster. • Het continueren van wisselende exposities in de hal van het gemeentehuis. • De verankering bij de Beemster bevolking van het werelderfgoed vanuit cultureel perspectief. Bibliotheek De hoogte van de subsidie aan de bibliotheek is een aandachtspunt in alle regiogemeenten. In samenspraak zal daarom in de regio dit jaar worden bekeken of en op welke wijze de kosten van bedrijfsvoering nog verder verlaagd kunnen worden. Verschillende opties worden daarbij onderzocht. Uitgangspunt is wel dat er een bibliotheek aanbod blijft voor de bewoners van Beemster. Kunst en exposities Vanaf 2013 wordt geen nieuw budget beschikbaar gesteld voor een kunstaankoop. De tot nu toe succesvolle exposities in de hal van het gemeentehuis zullen worden gecontinueerd en richten zich op de combinatie werelderfgoed en De Beemster. Hervorming (subsidie) beleid Tijdens de behandeling van de kadernota heeft u in meerderheid aangegeven behoefte te hebben om het subsidiebeleid te hervormen. In samenspraak met de inwoners van Beemster wordt een start gemaakt met de ontwikkeling van een maatschappelijk kader. Wat voor soort gemeente willen wij zijn, welke doelgroepen en activiteiten willen wij (financieel) ondersteunen, kunnen wij zelfredzaamheid van burgers stimuleren etc . Een dergelijk traject waarin externe partijen en burgers participeren vergt tijd. Het streven is dat er in 2013 in eigenbeheer een startnotitie gerealiseerd wordt. Een definitief plan wordt gemaakt op basis van het collegeprogramma 2014-2018.
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 2.194.590 2.069.839 1.948.473 1.910.499 Baten 499.234 278.865 468.702 476.759
2015 1.885.919 472.801
2016 1.869.313 468.901
Saldo
1.413.118
1.400.412
1.695.356
1.790.974
1.479.771
1.433.740
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. Verder houden we vanaf 2013 rekening met een hogere bijdrage voor de kosten van de kermis. Programma’s
blz. 33
Voorgenomen investeringen Geen
2013
2014
2015
2016
Mutaties reserves Toevoegingen: Kunstaankopen Onttrekkingen: Bruto activering vaste activa, onderwijsgebouwen Bruto activering vaste activa, overig
2013
2014
2015
2016
4.000
4.000
4.000
4.000
125.600
125.600
125.600
125.600
28.400
28.400
28.400
28.400
2013 73.419 0 51.603 0 7.875 56 7.921 571 1.989
2014 249 504 0 0 5.721 644 2.712 2.189 2.794
2015 17.921 624 0 0 2.444 1.410 16.727 1.485 576
2016 0 0 0 234.792 30.271 977 11.395 1.004 7.554
Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Obs de Blauwe Morgenster met gymlokaal Obs de Bloeiende Perelaar Obs de Bonte Klaver * Lourdesschool Bibliotheek Oorlogsmonumenten Middenweg 150 (Onder de Linden) Travaille bij Middenweg 171 Toren N.H. Kerk
Ondanks de overgang van de openbare schoolgebouwen naar SPOOR, is de gemeente verplicht een gedeelte van de onderhoudskosten van de gebouwen te betalen. Het gymlokaal bij de Blauwe Morgenster is niet in de overgang naar SPOOR begrepen. Deze kosten blijven volledig ten laste van de gemeente. Obs de Blauwe Morgenster met gymlokaal: in 2013 werkzaamheden aan de bitumen dakbedekking en loodslabben en herstraten betontegels. In 2015 werkzaamheden aan het metselwerk. * Bonte Klaver Voor het gebouw van Obs de Bonte Klaver stond in 2012 al enig groot onderhoud gepland: werkzaamheden aan lichtkoepels, bitumen dakbedekking en een gedeelte van de afrastering. In 2014 herstraten van betontegels en vervangen van een deel van de afrastering. Op dit moment is nog onduidelijk wat de bestemming van het gebouw en de locatie wordt. In afwachting hiervan wordt alleen het hoogst noodzakelijke onderhoud gedaan. In 2013 wordt aan u een voorstel gedaan over de bestemming van deze locatie. Bibliotheek: in 2013 vervangen van de bitumen dakbedekking en buitenschilderwerk. In 2016 is vervanging van de vloerbedekking en buitenschilderwerk gepland. Middenweg 150: in 2013 buitenschilderwerk en in 2015 kozijnen vervangen. In 2016 volgt buitenschilderwerk aan andere delen van het gebouw. Toren N.H. Kerk: in 2016 buitenschilderwerk.
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel OPENBAAR BASISONDERWIJS Openbare basisscholen Leerlingen per 1 oktober BIJZONDER BASISONDERWIJS Bijzondere basisscholen Leerlingen per 1 oktober GEMEENSCHAPPELIJKE BATEN EN LASTEN
2011
2012
2013
3 652
3 653
3 617
1 117
1 107
1 127
165.440
189.500
162.000
2.330 161.800
2.365 168.800
2.400 149.850
71.200
60.783
60.783
ONDERWIJS
Netto kosten leerlingenvervoer OPENBAAR BIBLIOTHEEKWERK Lidmaatschappen bibliotheek Subsidie bibliotheek VORMINGS- EN ONTWIKKELINGSWERK: Gemeentelijke bijdrage muziekschool Programma’s
blz. 34
Onderdeel SPORT: Subsidies aan sportverenigingen OVERIGE RECREATIEVE VOORZIENINGEN: Speeltuinen Speelvelden / speelplaatsen
2011
2012
2013
33.750
29.470
28.951
2 13
2 14
2 14
Uit de subsidieaanvragen voor 2010 t/m 2013 is het volgende overzicht van de leden van sportverenigingen gemaakt. Jaar
Totaal
2011 2012 2013
1.950 2.948 3.235
Leden uit Beemster 1.176 2.082 2.360
Vanaf 55 jaar
Tot 12 jaar
147 441 386
367 511 685
Van 12 t/m 17 jr 239 333 423
Aanvulling: de cijfers van 2011, 2012 en 2013 zijn exclusief Beemster Ruiters; deze vereniging heeft geen subsidie aangevraagd. 2012 en 2013 is inclusief ijsclub Bamestra, zij hebben in 2012 voor het eerst subsidie gevraagd.
Programma’s
blz. 35
Programma’s
blz. 36
Programma: 8. Zorg en inkomen in Beemster Portefeuillehouder: wethouder J.R.P.L. Dings Sector: Samenleving Producten/functies: Producten/functies Nummer 610 611 612 614 620
622 623 623 652
Omschrijving Bijstandsverlening Werkgelegenheid Inkomensvoorzieningen Gemeentelijk minimabeleid, hieronder valt ook: • Kwijtschelding van gemeentelijke belastingen Wet maatschappelijke ondersteuning : • Zorgvernieuwingsprojecten GGZ (was flankerend ouderenbeleid) • Diensten bij wonen met zorg (o.a. Wonenplus en mantelzorg ondersteuning) Algemeen maatschappelijk werk • Slachtofferhulp • Antidiscriminatiebureau • SMD Wet maatschappelijke ondersteuning (huishoudelijke hulp) Inburgering Participatiebudget Wet maatschappelijke ondersteuning (vervoersvoorzieningen/woningaanpassingen)
Inleiding Zorg en Inkomen De intergemeentelijke samenwerking met de gemeenten Graft-De Rijp, Schermer en Zeevang is met ingang van 1 januari 2013 beëindigd. Vooruitlopend op onze ambtelijke samenwerking met de gemeente Purmerend is de Wet werk en bijstand (Wwb) en de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) (huishoudelijk hulp en individuele voorzieningen) ondergebracht bij deze gemeente. Het gaat hier om de beleidsvoorbereiding en de uitvoering van deze onderwerpen. Tezamen met deze taakoverdracht is een evenredig deel van het personeel van het team Zorg en Inkomen geplaatst in de gemeente Purmerend. Landelijk waren er plannen tot invoering van een nieuwe Wet werken naar Vermogen (WWNV). Door de val van het kabinet in 2012 zijn de voorstellen voor deze nieuwe wetgeving controversieel verklaard. Hetzelfde geldt voor de plannen die er waren om de functie begeleiding van de AWBZ naar de Wmo over te hevelen. Bij het maken van deze begrotingstekst is nog niet bekend hoe dit zich verder gaat ontwikkelen. Loket WWB/Wmo Het cliëntenbestand van WWB en Wmo is eveneens overgegaan naar de gemeente Purmerend. Dit is ook de locatie van waaruit gewerkt wordt Er blijft een loket in het gemeentehuis van Beemster. Daarbij worden er regelmatig huisbezoeken afgelegd (m.n voor de Wmo). WWB Het aantal mensen dat recht heeft op inkomensondersteuning is relatief gering maar als gevolg van de landelijke economische ontwikkelingen is er de laatste jaren wel een lichte stijging te zien. De groep wordt binnen de mogelijkheden van wet (WWB) en beleid financieel ondersteund. Ons doel is de toename en de duur van de bijstandsafhankelijkheid zo gering mogelijk te laten zijn. Onze prioriteit ligt bij cliënten met goede vooruitzichten op de arbeidsmarkt. Echter de groep in het zogenaamde ‘granieten’ bestand verdient ook de nodige aandacht. Dit jaar zal dit bestand nog eens nader worden onderzocht om te bezien of er mogelijkheden zijn betrokkenen op enige wijze deel te laten nemen aan de samenleving b.v. door een vorm van vrijwilligerswerk. Voor mensen met een lichamelijke en/of geestelijke beperking wordt zorg gedragen voor hulp en ondersteuning. Doel hierbij is dat deelname aan het dagelijkse leven mogelijk blijft. Wij maken met Purmerend afspraken over de taken die zij uit zal voeren. Indien er wijzigingen gaan komen in de wetgeving op het terrein van werk en inkomen dan zal hier tijdig op worden ingespeeld. Programma’s
blz. 37
De Wmo Ook het cliëntenbestand van de Wmo is overgedragen aan Purmerend. Ook wordt er dit jaar verder invulling gegeven aan de zgn. ‘kanteling’ van de Wmo. Op dit moment is nog niet geheel duidelijk welke taken en budgetten vanuit de AWBZ naar de Wmo zullen worden overgeheveld. Naar verwachting zal het gaan om de functie extramurale begeleiding. In elk geval zal hierbij ook gekort worden op de huidige beschikbare budgetten. Hier ligt een uitdaging voor de gemeenten om met minder middelen een kwalitatief goed aanbod te doen aan cliënten. Dit zal alleen mogelijk blijken indien we de ontwikkelingen bij werk en bijstand, Wmo en jeugdzorg integraal aanpakken en goed op elkaar afstemmen. Met Purmerend worden afspraken gemaakt welke onderwerpen dit jaar worden opgepakt.
Algemene beleidsdoelen • • • • • • • • •
Er is een goed vangnet van uitkeringen en voorzieningen. Er is een rechtmatige en doelmatige verstrekking van uitkeringen en voorzieningen. Burgers worden goed geïnformeerd over hun mogelijke rechten op uitkeringen en voorzieningen (niet gebruik voorzieningen daalt). Er is een actief participatiebeleid voor personen in de WWB. Burgers zijn bekend met de wijze waarop zij informatie kunnen verkrijgen en een aanvraag kunnen doen voor WWB en Wmo. Via een brede intake wordt bepaald welke (professionele) zorg burgers nodig hebben (‘keukentafel’ gesprek). Er wordt nauw samengewerkt met andere professionele en vrijwilligersorganisaties. Ontwikkelingen in WWB, Wmo en jeugdzorg dienen op elkaar afgestemd te worden. Er wordt voldaan aan de eisen die de landelijke wetgeving stelt.
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma 8.1 8.2 8.3 8.4 8.5
Klanttevredenheid Wmo-gebruikers evalueren en waar nodig de uitvoering verbeteren. Beter zichtbaar maken WMo-oket onder andere door uitbouwen van het digitaal loket. Voortzetten van het wonen, zorgen welzijnproject ‘De Verbinding’. Onderzoek naar inzet domotica. Uitbreiding 24-uurs zorg, uiteindelijk in gehele Beemster. ‘Kanteling’ in de Wmo: ondersteuning bieden om te kunnen participeren in plaats van verzorging. Ontwikkelen van beleid ten aanzien van zorgboerderijen.
Start 2010
Gereed 2013
2010
2013
2010
2013
2011
2013 2011
Andere specifieke beleidsdoelen geen
Kadernota 2013 Onderwerp Hogere bijdrage exploitatieresultaat Baanstede
2013 20.167 -
2014 20.167 -
2015 20.167 -
Beleidskaders • Wet werk en bijstand c.a. • Re-integratie verordening. • Toeslagenverordening. • Beleidsnotitie Bijzondere bijstand. • Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). • Verordening voorzieningen maatschappelijke ondersteuning Beemster. • Financieel besluit maatschappelijke ondersteuning Beemster. • Wet sociale werkvoorziening. • Participatiewet. Voor het onderdeel kwijtschelding van gemeentelijke belastingen: • De Invorderingswet 1990. • Besluit gemeentelijk kwijtscheldingsbeleid.
Programma’s
blz. 38
Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in het begrotingsjaar/de raadsperiode? Samenwerking: Samenwerking Met Purmerend zijn prestatie afspraken gemaakt voor 2013. Wet werk en bijstand bijstand • Er is een stijging van de uitstroom van Wwb-klanten ten opzichte van 2012. • Binnen de financiële mogelijkheden is er voor bijstandscliënten die (nog) geen arbeid kunnen verrichten een passend traject. • Er zijn geen wachttijden bij Wwb aanvragen (afhandeling binnen 6 weken). • Het beleid van de gemeenten Beemster en Purmerend wordt waar mogelijk en gewenst op elkaar afgestemd. Wet maatschappelijke ondersteuning • De kanteling van de Wmo wordt verder doorgevoerd. Cliënten krijgen de ondersteuning die nodig is om te kunnen participeren in de samenleving. • De diensten van het Wmo loket en Wonenplus zijn bekend bij inwoners van Beemster. • De klanttevredenheid over het Wmo-loket neemt toe ten opzichte van 2012. • De tevredenheid over de verstrekte voorzieningen neemt toe ten opzichte van 2012. • De Wmo verordening, -besluit en –beleidsregels zijn waar mogelijk en gewenst afgestemd met Purmerend.. • Op de Wmo-subsidies wordt niet verder bezuinigd omdat dit ten koste gaat van activiteiten en diensten voor kwetsbare groepen. Digitale dienstverlening Het aanbod van digitale dienstverlening wordt verder uitgebreid.
Wat gaan we daarvoor in het begrotingsjaar doen? Samenwerking Met Purmerend worden prestatie afspraken gemaakt voor 2013. Wet werk en bijstand • Nieuwe bijstandscliënten worden met inzet van re-integratie instrumenten (o.a. uitzendorganisatie Agros en Baanstede) actief bemiddeld naar werk. Doel is dat er een passend traject wordt aangeboden (maatwerk). Hierbij wordt rekening gehouden met de beschikbare budgetten. Daarbij proberen wij ook de mogelijkheden die er zijn voor vrijwilligerswerk, werkervaringplekken en werk binnen onze eigen gemeentegrenzen, zo optimaal mogelijk te benutten. Hiervoor wordt contact gelegd met Beemster ondernemers, agrariërs en organisaties zoals bijvoorbeeld Landzijde. • Instrumentaria voor scholing- en/of sociale activeringsaanbod worden uitgebreid. • Wsw geïndiceerden krijgen (indien beschikbaar) een aanbod in het kader van Wsw. • Wij volgen de landelijke ontwikkelingen en dragen er zorg voor dat voldaan wordt aan de (nieuwe) wettelijke eisen. Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) • Er komt een klanttevredenheidsonderzoek. • Er worden netwerken opgebouwd met andere professionele en vrijwillige aanbieders van zorg zoals bijvoorbeeld WonenPlus Aangenaam, MEE en Eigen kracht. • De Wmo-verordening, -besluit en –beleidsregels worden herzien, rekening houdende met de kanteling en de uitbreiding van de hulpmiddelen. Kanteling in de Wmo Met de komst van de Wmo hebben gemeenten de plicht om burgers met een beperking zodanig te compenseren dat ze kunnen (blijven) deelnemen aan de samenleving. Gemeenten mogen zelf bepalen op welke manier ze invulling geven aan dat principe. De kanteling van de Wmo is er voor bedoeld dat gemeenten op een andere manier invulling geven aan het compensatiebeginsel. Dit betekent dat bij een intake meer aandacht wordt besteed aan het bepalen van de behoefte, wensen en eigen mogelijkheden van een burger met een beperking (vraagverheldering). Dit vraagt om speciale Programma’s
blz. 39
vaardigheden en gesprekstechnieken. Van de burger wordt verwacht dat hij/zij meedenkt over oplossingen waarbij uitgegaan wordt van de eigen kracht. Verdere ontwikkeling van de digitale dienstverlening Mede door de samenwerking met Purmerend dient de digitale dienstverlening verder vorm te krijgen. Uitgangspunt is: digitaal loket waar mogelijk, fysiek contact waar noodzakelijk. De gemeentelijke website is daarbij een belangrijke toegangspoort. Deze moet daarom ook goed toegankelijk zijn. Bij deze digitale dienstverlening moet ondermeer worden gedacht aan het digitaal klantendossier (DKD). Aan de eenmalige gegevensverstrekking in de uitvoering wordt verder vorm gegeven.
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. 2012 2013 2014 Onderdeel 2011 Lasten 2.901.396 2.764.311 2.720.064 2.725.015 Baten 1.630.353 1.349.284 1.385.285 1.385.285
2015 2.733.804 1.385.285
2016 2.742.606 1.385.285
Saldo
1.348.519
1.357.321
1.271.043
1.415.027
1.334.779
1.339.730
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. Gezien de werkelijk cijfers van 2011 en de voorlopige cijfers van 2012 zijn de uitkeringen voor WWB hoger geraamd. Er is wel rekening gehouden met een hogere rijksbijdrage voor de WWB. In verband met de werkelijke cijfers van 2011 en de voorlopige cijfers van 2012 zijn de uitkeringen voor Wmo lager geraamd. De eigen bijdragen voor huishoudelijk zorg zijn hoger geraamd, gezien de werkelijke cijfers. Voorgenomen investeringen Geen
2013
2014
2015
2016
Mutaties reserves Toevoegingen: Geen Onttrekkingen: Uitvoering Wmo huishoudelijke zorg
2013
2014
2015
2016
35.000
35.000
32.662
0
Na de geraamde onttrekking in 2015 is het saldo van de reserve Uitvoering Wmo huishoudelijk zorg € 0. Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Geen
2013
2014
2015
2016
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel
2011
2012
2013
39
48
50
0
4
10
0 1
0 1
1 1
47 41 53 31 84 78 14.720
53 32 58 30 80 70 13.500
55 40 55 35 85 78 15.000
BIJSTANDVERLENING:
Uitkeringsgerechtigden WWB inkomensdeel (incl. WIJ) WERKGELEGENHEID: Uitkeringsgerechtigden WWB werkdeel INKOMENSVOORZIENINGEN: Uitkeringsgerechtigden IOAW Uitkeringsgerechtigden IOAZ GEMEENTELIJK MINIMABELEID: Aanvragen bijzondere bijstand Aanvragen chronisch zieken Aanvragen minimabeleid Aanvragen langdurigheidstoeslag Aanvragen kwijtschelding belasting Waarvan toegewezen Kwijtgescholden bedrag Programma’s
blz. 40
Onderdeel VREEMDELINGEN: Nieuwkomers HUISHOUDELIJKE VERZORGING: Aantal aanvragen VOORZIENINGEN GEHANDICAPTEN: Aanvragen voorzieningen gehandicapten - voor vervoersvoorzieningen - voor woonvoorzieningen - voor rolstoelen
Programma’s
2011
2012
2013
0
4
5
54
60
60
72 40 19
80 50 20
80 50 20
blz. 41
Programma’s
blz. 42
Programma: 9. De financiële en organisatorische staat van Beemster Portefeuillehouder: burgemeester H.N.G. Brinkman, wethouder J.C. Klaver, wethouder J.R.P.L. Dings Sector: Bedrijfsondersteuning Producten/functies: Nummer 001 002
005 006 560 960
Omschrijving Bestuursorganen Bestuursondersteuning college burgemeester en wethouders, behalve: • Communicatie en voorlichting algemeen • Beheer en onderhoud gemeentelijke website • Verbeteren digitale communicatie • Omnibusenquête en benchmark publiekszaken Bestuurlijke samenwerking waaronder contacten met Studená Bestuursondersteuning raad en rekenkamer Openbaar groen en openluchtrecreatie, onderdeel vlaggen Saldo van kostenplaatsen
Inleiding De begroting is sluitend. Op basis van de kadernota was een tekort voorzien van € 72.543. In de inleiding van de kadernota was aangegeven dat het Lenteakkoord negatieve gevolgen zou hebben voor de gemeentefondsuitkering. Daarbij is een bedrag genoemd van € 280.000. De belangrijkste redenen die aan de positieve ontwikkelingen ten grondslag liggen zijn: Op grond van de junicirculaire gemeentefonds 2012 zijn de negatieve gevolgen van het Lenteakkoord minder ingrijpend dan werd verwacht. De verlaging van de algemene uitkering werd uiteindelijk € 234.000; dat is € 46.000 voordeliger. In het gebied waar het plan De Keyser (Middenbeemster 4e kwadrant) tot ontwikkeling komt ligt nog een stuk grond in eigendom van de gemeente. Dit stuk grond wordt in 2013 overgedragen aan De Beemster Compagnie tegen een prijs van € 300.000. Dit is een éénmalig voordeel in 2013. Vanuit de organisatie zijn nog diverse bezuinigingsopties aangegeven. Dit gaf een totaal voordeel van ongeveer € 46.000. In de kadernota is voor de jaren 2014 t/m 2016 een sluitende begroting voorzien en dat perspectief is er nog steeds: 2014 2015 2016 Eindsaldi kadernota 306.183 314.985 473.968 Geschatte daling gemeentefondsuitkering -280.000 -280.000 -280.000 (dit was niet verwerkt in de tabel op blz. 16 van de kadernota, maar wel in de toelichting daaronder) De saldi waren dus eigenlijk 26.183 34.985 193.968 In de ontwerpbegroting 2013 zijn deze saldi nu 147.220 185.896 398.818 geraamd op Belangrijke redenen voor het voordeliger perspectief zijn o.a. de gevolgen van de junicirculaire gemeentefonds 2012 en de diverse nieuwe bezuinigingsopties. Verder speelt het nieuwe groenbeheersplan een belangrijke rol bij deze betere vooruitzichten.
Algemene beleidsdoelen De bestuursorganen zorgen voor het democratisch besturen van de gemeente Beemster. De ambtelijke organisatie zorgt hierbij voor bestuursondersteuning. De gemeente Beemster blijft een zelfstandige gemeente en wil komen tot vergaande samenwerking met centrumgemeente Purmerend , om daarmee de kwaliteit van dienstverlening en de efficiency te verbeteren en de kwetsbaarheid te verminderen. Programma’s
blz. 43
Specifieke beleidsdoelen volgens collegeprogramma Start Voorstel maken voor het instellen van een ambtelijk ondersteunde 2010 raadscommissie met zo nodig externe deskundigheid die keuzes kan voorstellen om te komen tot een realistisch meerjarenperspectief vanaf het begrotingsjaar 2012. Verbetering planning- en controlcyclus. 2010 Vaststellen en in uitvoering nemen Personeelsontwikkelingsbeleid. 2010
9.1
9.2 9.3
Gereed 2010
2011 2011
Andere specifieke beleidsdoelen Geen.
Kadernota 2013 Onderwerp Vervangen luchtfoto’s Aankoop en vervanging hardware (iPads) Lagere kosten specifieke bedrijfsprogrammatuur (Key2data) Kapitaallasten investeringen vaste activa 2012-2015 Kapitaallasten voorgenomen investeringen 2012-2016 Salariskosten bestuur en personeel
2013 0 0 10.528 2.011 5.314 598
+ + -
2014 12.350 6.400 10.528 1.956 5.441 37.345
+ +
2015 0 8.000 10.528 + 2.005 21.200 31.651 +
Beleidskaders •
Vastgestelde visie en missie voor de ambtelijke organisatie.
Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in het begrotingsjaar/de raadsperiode? De burgers voelen zich thuis in een zelfstandige gemeente Beemster en zijn tevreden over het functioneren van de lokale overheid en haar ambtelijke organisatie.
Wat gaan we daarvoor in het begrotingsjaar doen? De organisatorische staat Het managementteam heeft de afgelopen jaren gewerkt aan de ontwikkeling van de ambtelijke organisatie als geheel en van de individuele medewerkers. Daarin zijn flinke stappen gezet, waardoor de medewerkers goed geëquipeerd zijn voor de toekomst. Die toekomst zal voor de meeste mensen niet meer in Beemster liggen, maar vooral in Purmerend, gezien de door de gemeenteraad genomen besluiten. In 2013 wordt gewerkt aan de toekomstige implementatie van de werkwijze met Purmerend. Planning en control De in 2011 vastgestelde planning en control jaarcyclus wordt uitgevoerd. Bij de bedrijfsprocessen wordt ook rekening gehouden met aanbevelingen van de accountantsdienst bij de jaarstukken. Die aanbevelingen worden elk jaar verwerkt in een plan van aanpak. Personeelsontwikkelingsbeleid Het managementteam geeft uitvoering aan de activiteitenplanning van de notitie personeelsontwikkelingsbeleid met dien verstande dat op onderdelen een pas op de plaats wordt om reden van de ambtelijke samenwerking met Purmerend. Dit laatste geldt voor investeringen in de ontwikkeling van de organisatie maar bijvoorbeeld (nadrukkelijk) niet voor investeringen in persoonlijke ontwikkeling. Dit om het personeel goed toe te rusten voor de nieuwe werksituatie waarin zij terecht zullen komen door de ambtelijke samenwerking. Hiervoor is in de begroting een budget opgenomen van 2,1% van de loonsom. Salariskosten Voor de salariskosten is voor 2013 en 2014 rekening gehouden met 0% stijging. Hiermee volgen wij het landelijk beleid. Vanaf 2015 houden we rekening met een stijging van 1%.
Programma’s
blz. 44
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 Lasten 1.656.104 1.630.600 1.688.253 1.690.009 Baten 15.070 15.426 15.427 15.403
2015 1.705.922 15.422
2016 1.712.584 15.390
Saldo
1.690.500
1.697.194
1.641.034
1.615.174
1.672.826
1.674.606
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. De onderwerpen vanaf aankoop/vervanging hardware t/m salariskosten bestuur en personeel zijn verwerkt in de kostenplaatsen. De baten en lasten van de kostenplaatsen komen in alle programma’s terug. Het onderdeel Financieel voordeel toekomstige ambtelijke samenwerking is in de begroting verwerkt in programma 10. In de begroting van de personele lasten is rekening gehouden met een stijging van de sociale lasten, met name de kosten voor de Zorgverzekeringswet. Tevens is rekening gehouden met een daling van de formatie. In het hierna volgende overzicht van voorgenomen investeringen, mutaties in reserves en onttrekkingen aan onderhoudsvoorzieningen zijn ook de bedragen die betrekking hebben op de kostenplaatsen opgenomen. De lasten en baten die op de kostenplaatsen zijn geraamd, hebben betrekking op de organisatie. Voorgenomen investeringen Geen
2013
2014
2015
2016
Mutaties reserves Toevoegingen: Geen. Onttrekkingen: Bruto activering vaste activa
2013
2014
2015
2016
41.400
41.400
41.400
41.400
Onttrekkingen onderhoudsvoorzieningen Gemeentehuis Loods gemeentewerken Middenbeemster
2013 14.509 4.137
2014 28.631 77.697
2015 13.449 5.278
2016 5.057 5.236
Gemeentehuis: in 2012 cyclische vervangingswerkzaamheden aan luchtbehandelinginstallatie (wat exact zal worden gedaan, wordt besloten in het kader van het project energiebesparende maatregelen in het gemeentehuis). Loods gemeentewerken Middenbeemster: in 2014 binnen- en buitenschilderwerk
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011, en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel BESTUURSONDERSTEUNING COLLEGE VAN BURGEMEESTER EN WETHOUDERS: Aantal klachten over behandeling door ambtenaar of bestuurder Klacht ingetrokken Klacht niet ontvankelijk Klacht gegrond Klacht ongegrond Klachten behandeld door Nationale Ombudsman Ingekomen bezwaarschriften bij commissie Doorgestuurd naar andere gemeente Bezwaar prematuur Ingetrokken vóór advies Aantal adviezen Advies: gegrond Advies: ongegrond Advies: niet ontvankelijk
Programma’s
2011
2012
2013
30
25
1 0 0 0 1 0 33 0 0 12 11 1 7 3
blz. 45
Programma’s
blz. 46
Programma: 10 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Portefeuillehouder: wethouder J.C. Klaver Sector/afdeling: Bedrijfsondersteuning Producten/functies: Nummer 330 913
914 921 922
931 932 933 936 990
Omschrijving Nutsbedrijven Overige financiële middelen, onderdelen: • Dividenduitkeringen • Verhuur gronden zonder bestemming Baten en lasten financieringsmiddelen (renteresultaat) Uitkeringen gemeentefonds Algemene baten en lasten, onderdelen: • Onvoorziene uitgaven • Stelposten Baten onroerende zaakbelasting gebruikers Baten onroerende zaakbelasting eigenaren Baten belastingen roerende woon- en bedrijfsruimten Baten toeristenbelasting Saldo van de rekening van baten en lasten na bestemming
Inleiding De algemene dekkingsmiddelen van de gemeente zijn die baten van de gemeente waar geen directe bestedingsverplichtingen tegenover staan en die ook niet zijn aan te merken als vergoeding voor een product of dienst. De ontwikkeling van de algemene dekkingsmiddelen moet de gemeente de financiële ruimte bieden om kostenstijgingen op te vangen en om nieuwe beleidsvoornemens te realiseren. Onder de overige algemene dekkingsmiddelen zijn opbrengsten opgenomen van gemeentelijke eigendommen die niet bij andere programma’s zijn verantwoord. De niet vrij aanwendbare heffingen worden, evenals de baten van de specifieke uitkeringen, in de diverse programma’s verantwoord. De belangrijkste algemene dekkingsmiddelen zijn de algemene uitkering uit het gemeentefonds, integratieuitkeringen uit het gemeentefonds en de onroerende-zaakbelastingen (OZB). Een overzicht van de algemene dekkingsmiddelen presenteren wij in de volgende tabel. Onderdeel 2011 Dividend BNG 16.146 Dividend EZW (NUON + 99.816 Alliander) Interim dividend idem 804.513 (opbrengst verkoop aandelen) Saldo financieringsfunctie 798.141 (renteresultaat) Algemene uitkering 6.268.756 gemeentefonds Integratie- en decentralisatieuitkeringen: Wmo 663.094 Knelpunten 47.139 verdeelproblematiek Bibliotheken 9.680 Centra voor jeugd en gezin 0 Versterking peuterspeelzalen 28.031 Brede scholen, sport, cultuur 0 Onvoorziene uitgaven 0 Onroerende-zaakbelastingen 1.274.855 Belastingen op roerende 6.081 woon- en bedrijfsruimten Toeristenbelasting 18.167 Programma’s
2012 16.146 74.380
2013 8.073 62.128
2014 8.073 62.128
2015 8.073 73.629
2016 8.073 42.000
0
0
0
1.055.256
0
677.176
380.261
394.234
489.820
511.148
6.202.910
6.022.979
6.180.582
6.151.386
6.431.503
669.561 48.900
650.974 50.701
650.974 52.544
650.974 53.753
650.974 54.989
9.680 0 28.031 25.600 42.500 1.352.607 6.542
0 167.911 28.031 25.600 42.500 1.410.800 6.646
0 167.911 28.031 25.600 42.500 1.440.085 6.779
0 167.911 28.031 25.600 42.500 1.469.904 6.915
0 167.911 28.031 25.600 42.500 1.500.339 7.053
36.550
45.195
46.098
47.020
47.961 blz. 47
Algemene beleidsdoeleinden Zorg dragen voor een efficiënte, effectieve en risicomijdende financiering van gemeentelijke lasten en het verkrijgen van baten in de vorm van gemeentelijke belastingen en heffingen.
Specifieke beleidsdoelen beleidsdoelen Uitgangspunt is een gezond financieel beleid, dat het mogelijk maakt om de ingezetenen van Beemster een goed voorzieningenniveau te blijven bieden tegen aanvaardbare lasten.
Kadernota 2013 Onderwerp Afwikkeling IZA Nederland Algemene uitkering gemeentefonds Opbrengsten gemeentelijke belastingen
2013 8.899 23.177 32.468 +
2014 0 54.869 + 38.092 +
2015 0 87.358 + 38.441 +
Beleidskaders Volgens artikel 8, lid 1 en 5 van het Besluit begroting en verantwoording (BBV) hoort in het programmaplan een overzicht van algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien. Wet en regelgeving: • Wet financiering decentrale overheden (FIDO). • Treasurystatuut gemeente Beemster. • Financiële verhoudingswet 1997. • Gemeentewet. • Verordening onroerende zaakbelastingen 2007. • Verordening belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 2007. • Verordening toeristenbelasting 2002.
Maatschappelijke effecten: Wat willen we bereiken in het begrotingsjaar/de raadsperiode? Bij de aanpassing van de belastingopbrengsten houden we rekening met areaaluitbreiding (nieuwbouw en verbouw) en een aanpassing aan de hand van de verwachte inflatie. Hierdoor blijft de stijging van de woonlasten voor huishoudens beperkt.
Wat gaan we daarvoor in het begrotingsjaar begrotingsjaar doen? Uitgangspunten bij de gemeentelijke belastingen zijn: De jaarlijkse tariefaanpassing van de OZB is gelijk aan het inflatiecijfer. Als er extra middelen nodig zijn, wordt eerst oud beleid tegen nieuw beleid afgewogen alvorens lastenverzwaring voor de ingezetenen in overweging wordt genomen.
Wat gaat het kosten? De cijfers 2011 komen uit de jaarrekening, de andere cijfers zijn begroot. Onderdeel 2011 2012 2013 2014 2015 Lasten 1.627.817 118.242 88.491 62.01856.904Baten 10.282.608 9.527.171 9.163.923 9.067.663 10.232.896
2016 51.9199.480.206
Saldo
9.532.125
8.654.791
9.408.929
9.075.432
9.129.681 10.289.800
Toelichting: De aangegeven mutaties van de kadernota zijn in de begroting verwerkt. Op dit programma is het onderdeel Financieel voordeel toekomstige ambtelijke samenwerking opgenomen. In de begroting zijn de voordelen opgenomen, nl. in 2013 € 30.000 en vanaf 2014 € 175.000. Hierdoor is het totaal van de lasten in 2014 t/m 2016 negatief. Verder is een stelpost kostendekkende verhuur diverse objecten opgenomen. In 2013 is € 10.000 opgenomen, in 2014 t/m 2016 € 20.000. De schommelingen in de baten komen door de ontvangst van interim dividend aandelen NUON. In de 2015 is nog een raming opgenomen. Voorgenomen investeringen Stelpost investeringen openbare ruimte Programma’s
2013 40.000
2014 40.000
2015 40.000
2016 40.000 blz. 48
Mutaties reserves Toevoegingen: Reserve NUON gelden Egalisatiereserve renteresultaten Onttrekkingen: Egalisatiereserve renteresultaten
2013
2014
2015
2016
0 380.261
0 394.234
1.055.256 489.820
0 511.158
676.037
676.037
676.037
676.037
De jaarlijkse onttrekking aan de egalisatiereserve renteresultaten is 1/3 van het saldo van de reserve per 1 januari van het boekjaar, vermeerderd met het voordelige renteresultaat van het boekjaar. De onttrekking is minimaal gelijk aan de onttrekking in het voorafgaande jaar. Berekening: Begroting Saldo van de reserve per 1 januari 2013 1.353.213 Toegevoegd voordelig renteresultaat 2013 380.261 Subtotaal 1.733.474 Hiervan 1/3 is € 577.825, maar de onttrekking aan de reserve is nooit lager dan die van het jaar daarvoor.
Kengetallen Voor zover bekend, worden hier kengetallen weergegeven. Het gaat om de gerealiseerde cijfers van 2011 en de geraamde cijfers van 2012 en 2013. Onderdeel 2011 2012 2013 BATEN EN LASTEN FINANCIERINGSMIDDELEN Aandelen Bank Nederlandse gemeenten 7.020 7.020 7.020 Aandelen EZW (NUON + Alliander) 3.128 3.128 3.128 De Houdstermaatschappij EZW verkoopt de aandelen in het productie- en leveringsbedrijf NUON. De opbrengst ontvangt EZW in 2009, 2011, 2012 en 2015. EZW geeft deze opbrengsten door aan de deelnemende gemeenten. EZW blijft wel aandeelhouder in het netwerkbedrijf.
Programma’s
blz. 49
Overzicht van baten en lasten In dit overzicht staat per programma het totaal van de geraamde baten en lasten, en het saldo van het programma. Het totaal van deze bedragen is het saldo vóór resultaatbestemming. Vervolgens geven we per programma de toevoegingen en onttrekkingen aan reserves aan. Tenslotte vermelden wij de totalen van de baten en lasten en het eindsaldo. Op verzoek van de provincie vermelden wij niet alleen de cijfers van het begrotingsjaar 2013, maar ook die van de drie daarop volgende jaren. Cijfers 201 2013 Programma Nr. Naam 1 Dienstverlening in Beemster
Baten 205.338
Lasten 890.302
Saldo -684.964
136.313
691.951
-555.638
4.647
2.531.376
-2.526.729
502.180
1.019.920
-517.740
1.298.170
2.273.944
-975.774
1.400
66.974
-65.574
468.702
1.948.473
-1.479.771
1.385.285
2.720.064
-1.334.779
15.427
1.688.253
-1.672.826
9.163.923
88.491
9.075.432
13.181.385
13.919.748
-738.363
0
0
0
11.500
0
11.500
0
0
0
97.372
0
97.372
107.315
0
107.315
0
0
0
154.000
4.000
150.000
2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
9
1
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Saldo voor resultaatbestemming Mutaties reserves: Dienstverlening in Beemster
2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
35.000
0
35.000
9
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal mutaties reserves
41.400
0
41.400
676.037
380.261
295.776
1.122.624
384.261
738.363
14.304.009
14.304.009
0
10
10
Saldo na resultaatbestemming
Overzicht baten en lasten
blz. 1
Cijfers 201 2014 Programma Nr. Naam 1 Dienstverlening in Beemster
Baten 207.838
Lasten 920.407
Saldo -712.569
167.351
638.870
-471.519
4.718
2.599.253
-2.594.535
413.277
920.071
-506.794
1.298.613
2.209.084
-910.471
1.395
67.303
-65.908
476.759
1.910.499
-1.433.740
1.385.285
2.725.015
-1.339.730
15.403
1.690.009
-1.674.606
9.067.663
-62.018
9.129.681
13.038.302
13.618.493
-580.191
0
0
0
11.500
0
11.500
0
0
0
97.372
0
97.372
110.336
0
110.336
0
0
0
154.000
4.000
150.000
2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
9
1
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Saldo voor resultaatbestemming Mutaties Mutaties reserves: Dienstverlening in Beemster
2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
35.000
0
35.000
9
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal mutaties reserves
41.400
0
41.400
676.037
394.234
281.803
1.125.645
398.234
727.411
14.163.947
14.016.727
147.220
10
10
Saldo na resultaatbestemming
Overzicht baten en lasten
blz. 2
Cijfers 201 2015 Programma Nr. Naam 1 Dienstverlening in Beemster
Baten 210.487
Lasten 903.057
Saldo -692.570
168.421
640.192
-471.771
4.791
2.593.261
-2.588.470
420.697
919.797
-499.100
1.299.057
2.235.569
-936.511
1.399
67.629
-66.230
472.801
1.885.919
-1.413.118
1.385.285
2.733.804
-1.348.519
15.422
1.705.922
-1.690.500
10.232.896
-56.904
10.289.800
14.211.256
13.628.246
583.011
0
0
0
11.500
0
11.500
0
0
0
97.372
0
97.372
139.006
0
139.006
0
0
0
154.000
4.000
150.000
2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
9
1
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Saldo voor resultaatbestemming Mutaties reserves: Dienstverlening in Beemster
2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
32.662
0
32.662
9
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal mutaties reserves Saldo na resultaatbestemming
41.400
0
41.400
676.037
1.545.092
-869.055
1.151.977
1.549.092
-397.115
15.363.233
15.177.338
185.896
10
10
Overzicht baten en lasten
blz. 3
Cijfers 201 2016 Programma Nr. Naam 1 Dienstverlening in Beemster 2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
9
1
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Saldo voor resultaatbestemming Mutaties reserves: Dienstverlening in Beemster
2
Beemsterling in Beemster
3
Veilig in Beemster
4
Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster
5
De Beemster omgeving
6
Werken in Beemster
7
Actief in Beemster
8
Zorg en inkomen in Beemster
9
De financiële en organisatorische staat van Beemster Financiering en algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Totaal mutaties reserves Saldo na resultaatbestemming
10
10
Overzicht baten en lasten
Baten 213.265
Lasten 907.438
Saldo -694.173
169.522
641.163
-471.641
4.866
2.610.680
-2.605.814
428.166
926.625
-498.459
1.299.505
2.281.657
-982.152
1.425
67.953
-66.528
468.901
1.869.313
-1.400.412
1.385.285
2.742.606
-1.357.321
15.390
1.712.584
-1.697.194
9.480.206
-51.919
9.532.125
13.466.531
13.708.100
-241.569
0
0
0
11.500
0
11.500
0
0
0
97.372
0
97.372
175.226
0
175.226
0
0
0
154.000
4.000
150.000
0
0
0
41.400
0
41.400
676.037
511.148
164.889
1.155.535
515.148
640.387
14.622.066
14.223.248
398.818
blz. 4
Toelichting overzicht van baten en lasten Algemeen Hierna lichten wij de verschillen toe per programma van de gerealiseerde cijfers in 2011, de raming van 2012 en de raming 2013. Een toelichting is pas vereist in geval van aanmerkelijke verschillen. Wij beperken ons tot verschillen van € 10.000 en meer. Incidenteel wijken wij daarvan af. Een andere verdeling van taken tussen de sectoren en/of binnen één sector kan tot gevolg hebben dat de doorbelasting van salariskosten en overhead vanuit de kostenplaatsen verandert. De doorbelasting vanuit de kostenplaatsen in de begroting gebeurt aan de hand van een schatting van de tijdbesteding van de werknemers. Hierbij zijn de geregistreerde uren in het tijdregistratiesysteem in de afgelopen jaren een hulpmiddel. Door voortschrijdend inzicht kan er een verschil ontstaan in de doorbelasting vanuit de kostenplaatsen met de raming van vorig jaar. In de toelichting zal vaak zijn vermeld dat een verschil is veroorzaakt door hogere of lagere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen. Alleen wanneer er een specifieke reden is voor hogere of lagere doorbelasting, is dit aangegeven. Wanneer niets is aangegeven, is de hogere of lager doorbelasting gevolg van de veranderde indeling of door voortschrijdend inzicht. Aan het slot van de toelichting staat een overzicht van de geraamde incidentele baten en lasten. Daarna volgt nog de berekening van het EMU-saldo. Dit is een verplicht onderdeel van dit overzicht. Deze berekening gaat naar het Centraal Bureau voor de Statistiek.
Programma 1. Dienstverlening in Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 944.256 202.301 741.955
2012 933.874 216.133 717.741
2013 890.302 205.338 684.964
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 56.991 voordelig. De lasten van communicatie algemeen zijn hoger door een hogere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen. In 2011 is € 36.000 verantwoord voor uitgaven voor het project E-Beemster. In 2013 zijn geen lasten meer geraamd. In 2013 is rekening gehouden met de lasten van de uit te voeren omnibus-enquête (inclusief doorbelasting vanuit kostenplaatsen). De lasten van de post Burgerlijke stand/ bevolkingsadministratie zijn hoger door een hogere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving. De lasten van verkiezingen waren in 2011 hoger. In 2013 zijn geen verkiezingen gepland. De netto baten van de leges zijn hoger. De lasten voor onderhoud en beheer van de begraafplaats zijn lager. Dit komt met name door lagere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen samenleving en gemeentewerken.
-17.000 36.000 -11.000 -19.000 25.000 10.000 23.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 32.777 voordelig. De lasten van communicatie algemeen zijn hoger door een hogere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen. In 2012 is op de posten voor de E-Beemster projecten nog € 29.000 geraamd. Overeenkomstig het Addendum E-Beemster wordt vanaf 2013 niets meer geraamd. In 2013 is rekening gehouden met de lasten van de uit te voeren omnibus-enquête (inclusief doorbelasting vanuit kostenplaatsen).
Overzicht baten en lasten
-15.000 29.000 -11.000
blz. 5
De lasten van de post Burgerlijke stand/ bevolkingsadministratie zijn lager. Dit komt met name door een lagere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving. De kosten van uitvoering van de Basisadministratie Adressen en Gebouwen (BAG) zijn lager geraamd door een lagere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen. De lasten voor onderhoud en beheer van de begraafplaats zijn lager. Dit komt met name door lagere doorbelasting vanuit de kostenplaats gemeentewerken. De opbrengst van de begrafenisrechten is lager geraamd, gelet op het verloop van de werkelijke baten in de loop van de afgelopen jaren.
21.000 15.000 10.000 -11.000
Programma 2 Beemsterling in Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 775.569 329.564 446.005
2012 669.439 277.237 392.202
2013 691.951 136.313 555.638
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 109.633 nadelig. De post voor jeugd- en jongeren werk is lager geraamd, met name door vermindering van subsidie. In 2011 zijn nog diverse uitgaven verwerkt voor het buurthuis Zuidoostbeemster. In 2011 is geen raming opgenomen. De kosten voor Kinderopvang algemeen zijn lager. Enerzijds komt dit door het stopzetten van de subsidie voor de peuterspeelzalen, anderzijds door een geraamde hogere huuropbrengst van de accommodaties. In 2011 is de rijksbijdrage brede doeluitkering jeugdgezondheidszorg en centrum jeugd en gezin nog op dit programma verantwoord. In 2013 krijgen we dit geld via een integratieuitkering gemeentefonds. Deze uitkering staat op programma 10. De bijdrage aan de GGD voor jeugdgezondheidszorg is vanaf 2013 hoger door een andere berekeningsmethodiek.
15.000 18.000 68.000 -173.000 -41.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 163.436 nadelig. De kosten voor Kinderopvang algemeen zijn lager. Enerzijds komt dit door het stopzetten van de subsidie voor de peuterspeelzalen, anderzijds door een geraamde hogere huuropbrengst van de accommodaties. In 2012 is de rijksbijdrage brede doeluitkering jeugdgezondheidszorg en centrum jeugd en gezin nog op dit programma verantwoord. In 2013 krijgen we dit geld via een integratieuitkering gemeentefonds. Deze uitkering staat op programma 10. De bijdrage aan de GGD voor jeugdgezondheidszorg is vanaf 2013 hoger door een andere berekeningsmethodiek.
22.000 -162.000 -15.000
Programma 3 Veilig in Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 2.401.773 47.346 2.354.427
2012 2.576.670 6.181 2.570.489
2013 2.531.376 4.647 2.526.729
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 172.257 nadelig. De salarissen en vergoedingen voor de Brandweer zijn hoger geraamd. De lasten van de kazerne in Zuidoostbeemster zijn hoger in 2013 omdat rekening is gehouden met de kapitaallasten van de nieuwe locatie.
Overzicht baten en lasten
-20.000 -19.000
blz. 6
De bijdrage aan de Veiligheidsregio is in 2013 hoger geraamd overeenkomstig de begroting van de regio. De kosten van rampenbestrijding zijn in 2013 hoger, met name door een hogere doorbelasting vanuit de kostenplaats staf. De kosten van sociale veiligheid (o.a. uitvoering APV) zijn in 2013 lager omdat de inhuur van BOA’s is gehalveerd. De post voor onderhoud wegen etc. is lager geraamd. Dit komt met name door lagere kapitaallasten. In 2011 en 2012 is van diverse investeringen de laatste afschrijving verwerkt. Ook zijn in 2011 de aanslagen waterschapsbelasting van diverse jaren betaald. De verplichte betaling aan het Hoogheemraadschap voor wegenbeheer buiten de bebouwde kom was in 2011 lager. Deze uitkering stijgt ieder jaar met de prijsindex van de overheidsconsumptie. De elektriciteitskosten van de openbare verlichting waren in 2011 lager door een voordelige afrekening over 2010. In 2011 waren de kosten van gladheidbestrijding lager door meevallend winterweer. De kosten van verkeersregelingen waren in 2011 lager omdat de installatie in Zuidoostbeemster in het einde van 2011 in gebruik genomen is.
-30.000 -11.000 14.000 22.000 -44.000 -20.000 -15.000 -32.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 43.760 voordelig. De post Personele lasten Brandweer is lager geraamd. De belangrijkste oorzaak zijn de lagere opleidingskosten. De post algemene lasten Brandweer is lager omdat in 2012 incidentele lasten zijn geraamd. De bijdrage aan de Veiligheidsregio is in 2013 hoger geraamd overeenkomstig de begroting van de regio. De kosten van sociale veiligheid (o.a. uitvoering APV) zijn in 2013 lager omdat de inhuur van BOA’s is gehalveerd. De post voor onderhoud wegen etc. is lager geraamd. Dit komt met name door lagere kapitaallasten. In 2011 en 2012 is van diverse investeringen de laatste afschrijving verwerkt. Ook zijn in 2011 de aanslagen waterschapsbelasting van diverse jaren betaald. De verplichte betaling aan het Hoogheemraadschap voor wegenbeheer buiten de bebouwde kom was in 2012 lager. Deze uitkering stijgt ieder jaar met de prijsindex van de overheidsconsumptie.
42.000 19.000 -11.000 16.000 25.000 -20.000
Programma 4 Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 23.975.429 27.618.002 -3.642.573
2012 13.492.236 13.048.767 443.469
2013 1.019.920 502.180 517.740
De totaalbedragen van lasten en baten waren in 2011 hoger omdat in dat jaar de meeste verkopen van grond in Leeghwater fase 3 zijn gerealiseerd. Ook zijn in 2011 gronden overgedragen aan De Beemster Compagnie. In 2012 zijn de lasten en baten hoger geraamd, omdat wij dan nog een deel van de overdracht van grond aan De Beemster Compagnie verwachten. Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 4.160.313 nadelig. De kosten voor bestemmingsplannen zijn in 2013 per saldo hoger. De externe advieskosten voor bestemmingsplannen zijn in 2013 lager. In 2013 is wel een doorbelasting vanuit de kostenplaats staf opgenomen. Dit gaat om uren van de projectleider Des Beemsters. In 2011 zijn externe advieskosten gemaakt voor het opstellen van de structuurvisie. De kosten van bouw- en woningtoezicht zijn in 2013 hoger, met name door hogere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen grondgebied en Technische Dienst. Er is ook een bedrag opgenomen voor ondersteuning bij handhavingszaken, overeenkomstig de kadernota 2013. De opbrengst van de bouwleges was in 2011 hoger omdat een aantal vergunningen is afgegeven voor woningbouw in Zuidoostbeemster. Overzicht baten en lasten
-23.000 19.000 -29.000
-83.000 blz. 7
In 2013 zijn geen lasten meer opgenomen voor de gronden bij Volgerweg 26. Door de verkopen van gronden in Leeghwater fase 3 is een boekwinst gerealiseerd van € 2 miljoen. Door de verkoop van grond in Zuidoostbeemster (De Nieuwe Tuinderij) is een boekwinst gerealiseerd van ruim € 2,4 miljoen. In 2011 kwamen nog lasten van het projectbureau woningbouw ten laste van de gemeente. Na de oprichting van De Beemster Compagnie is dat niet meer zo. In 2011 is het complex gronden Zuidoostbeemster fase 2 budgettair neutraal verwerkt. In 2013 blijven de rentelasten ten laste van dit programma. Dekking vanuit de algemene reserve gaat via het overzicht van reserves. In 2011 is een voorziening gevormd ter dekking van het te verwachte tekort van de herontwikkeling van het oude terrein van de Spelemei. In 2011 is een voorziening gevormd ter dekking van het te verwachte tekort van de herontwikkeling van het terrein van het vroegere buurthuis.
29.000 -2.000.000 -2.404.000 39.000 -91.000 300.000 100.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 74.271 nadelig. De kosten voor bestemmingsplannen zijn in 2013 hoger, met name door de doorbelasting vanuit de kostenplaats staf. De kosten van bouw- en woningtoezicht zijn in 2013 hoger, met name door hogere doorbelasting vanuit de kostenplaatsen grondgebied en Technische Dienst. Er is ook een bedrag opgenomen voor ondersteuning bij handhavingszaken, overeenkomstig de kadernota 2013. In 2013 zijn geen lasten meer opgenomen voor de gronden bij Volgerweg 26.
-54.000 -50.000
24.000
Programma 5 De Beemster omgeving Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 2.256.663 1.218.785 1.037.878
2012 2.394.986 1.291.694 1.103.292
2013 2.273.944 1.298.170 975.774
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 62.104 voordelig. Het totaal van de post Openbaar groen is in beide jaren praktisch gelijk. Toch zijn er enige verschillen die wij toch willen toelichten. In 2013 is een post opgenomen voor het omvormen van het openbaar groen naar onderhoudsarm groen. Dit is overeenkomstig het rapport Groenkwaliteit en Groenonderhoud, dat in juli 2012 is vastgesteld. De doorbelasting vanuit de kostenplaatsen gemeentewerken en tractie is daarentegen lager. De post voor Reinigingsdienst en –voertuigen/Afvalstraat is in 2013 hoger, enerzijds door een hogere prijs per adres, anderzijds door uitbreiding van het aantal adressen (Leeghwater fase 3). In 2011 was het totaal van de post voor Papierinzameling hoger omdat een vergoeding is ontvangen. Gezien de schommelingen van de papierprijs nemen we geen raming hiervoor op. De posten verwerking van gft – en restafval is hoger geraamd, enerzijds door een beperkte prijsstijging, anderzijds omdat we met grotere hoeveelheden rekening houden. De post voor riolering was in 2011 lager. Dat komt omdat rekening is gehouden met uitgaven voor het voortzetten van het project monitoring rioolwateroverstorten en aanleg grondwatermeetnet, totaal € 35.000. Ook zijn de geraamde kapitaallasten in 2013 hoger dan de werkelijke kapitaallasten in 2011. De opbrengst van de afvalstoffenheffing is in 2013 hoger geraamd door toename van het aantal adressen. De opbrengst van de rioolheffing is in 2013 hoger door toename van het aantal aangesloten percelen. In 2011 werden de netto lasten van het project Des Beemsters op dit programma verantwoord. Het project eindigt per 31 december 2012. Overzicht baten en lasten
-68.000 63.000 -13.000 -22.000 -14.000 -125.000
12.000 17.000 225.929
blz. 8
Verschillen met de raming 2012 2012 Het verschil is € 127.518 voordelig. Het totaal van de post Openbaar groen is in beide jaren praktisch gelijk. Toch zijn er enige verschillen die wij toch willen toelichten. In 2013 is een post opgenomen voor het omvormen van het openbaar groen naar onderhoudsarm groen. Dit is overeenkomstig het rapport Groenkwaliteit en Groenonderhoud, dat in juli 2012 is vastgesteld. De doorbelasting vanuit de kostenplaatsen gemeentewerken en tractie is daarentegen lager. In 2012 was een stelpost vermindering lasten voor openbaar groen van - € 40.000 opgenomen. Deze post komt in 2013 niet terug. De post voor riolering was in 2011 lager. Dat komt omdat rekening is gehouden met uitgaven voor het voortzetten van het project monitoring rioolwateroverstorten en aanleg grondwatermeetnet, totaal € 35.000. IN 2012 was € 25.000 geraamd voor het opstellen van het gemeentelijk waterplan. Ook zijn de geraamde kapitaallasten in 2013 hoger dan de werkelijke kapitaallasten in 2011. In 2012 was een raming opgenomen voor het actualiseren van de bodemkwaliteitskaart en bodembeheersplan. In 2011 werden de netto lasten van het project Des Beemsters op dit programma verantwoord. Het project eindigt per 31 december 2012.
-68.000 107.000 -40.000 -30.000
18.000 127.000
Programma 6 Werken in Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2012 71.027 1.824 69.203
2011 91.777 21.778 69.999
2013 66.974 1.400 65.574
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 4.425 voordelig. De lasten en baten van dit programma zijn lager omdat vanaf februari 2011 de administratie van het project Land van Leeghwater overgegaan is naar de gemeente Schermer. Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 3.629 voordelig.
Programma Programma 7 Actief in Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 2.194.590 499.234 1.695.356
2012 2.069.839 278.865 1.790.974
2013 1.948.473 468.702 1.479.771
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 215.585 voordelig. De huisvestingskosten van de Blauwe Morgenster waren in 2011 hoger. Dit komt met name door de kapitaallasten. In 2011 waren de onderhoudsuitgaven van het MFC De Boomgaard hoger door onderzoek naar de glaspanelen. De huuropbrengsten van het MFC De Boomgaard waren in 2011 hoger omdat ook nog nota’s over 2009 en 2010 zijn verwerkt Op de post voor Onderwijsbegeleiding waren in 2011 de lasten hoger omdat ook het schoolmaatschappelijk werk van 2010 en 2011 hierop zijn verantwoord. In 2013 is deze post geraamd op Algemeen maatschappelijk werk, programma 8. De subsidie aan de Bibliotheek is in 2013 lager geraamd. De bijdrage aan de Muziekschool is in 2013 lager geraamd. Overzicht baten en lasten
18.000 28.000 -32.000 26.000 19.000 23.000 blz. 9
De post voor Buitensportaccommodaties is in 2013 lager geraamd. Dit komt omdat in 2011 een afrastering is vervangen, omdat de kapitaallasten jaarlijks dalen, maar vooral omdat in 2013 een stelpost voor vermindering van onderhoudslasten van € 25.000 is opgenomen. In 2011 zijn uitgaven gedaan voor archeologiebeleid in verband met de opgraving bij de kerk in Middenbeemster. De netto lasten van de kermis zijn in 2013 lager geraamd omdat we een hogere bijdrage van derden willen ontvangen. In 2011 zijn voorbereidingskosten gemaakt voor de voering van 400 jaar Beemster in 2012. De post voor Speeltuinen is in 2013 hoger geraamd. Dat komt door hogere kapitaallasten en hogere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving.
48.000 30.000 22.000 11.000 -19.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 311.203 voordelig. De netto lasten van het MFC De Boomgaard zijn in 2013 hoger. Dat komt vooral omdat de -117.000 kapitaallasten in 2012 netto zijn geraamd. In 2013 zijn deze bruto geraamd, dan wil zeggen, met gebruikmaking van een dekkingsreserve vaste activa. De onttrekking aan de dekkingsreserve staat in het overzicht van reserves. De post voor Onderwijsbegeleiding is in 2013 lager geraamd. Oorspronkelijk was de bedoeling 10.000 om de post te halveren van € 29.000 naar € 14.500. Dit is niet te realiseren, maar een verlaging met € 10.000 is wel mogelijk. De uitgaven voor leerlingenvervoer zijn lager geraamd aan de hand van het verloop van de 26.000 werkelijke cijfers in 2011 en de eerste maanden van 2012. De subsidie aan de Bibliotheek is in 2013 lager geraamd. 19.000 In 2012 was een stelpost verlaging lasten bibliotheekgebouw van € 20.000 opgenomen. Nu -20.000 de subsidie in 2013 is verlaagd, wordt deze post niet meer opgenomen. De bijdrage aan de Muziekschool is in 2013 lager geraamd. 12.000 De post voor Buitensportaccommodaties is lager geraamd. De belangrijkste reden is het 25.000 opnemen van de stelpost voor vermindering van onderhoudslasten. De netto lasten van de kermis zijn in 2013 lager geraamd omdat we een hogere bijdrage van 12.000 derden willen ontvangen. In 2012 waren nog uitgaven geraamd voor de viering van 400 jaar Beemster. 363.000 De lasten van Speeltuinen en speelterreinen zijn hoger, met name door het onderhoud van de -18.000 natuurspeeltuin in Leeghwater fase 3. Zie de kadernota 2013. Ook de doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving is hoger. Er zijn heel wat meer posten op de begroting bij programma 7. De verschillen op deze posten zijn vrij beperkt, maar doordat er veel posten zijn, is het verschil niet helemaal verklaard door de genoemde punten.
Programma 8 Zorg en inkomen in Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 2.901.396 1.630.353 1.271.043
2012 2.764.311 1.349.284 1.415.027
2013 2.720.064 1.385.285 1.334.779
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 63.736 nadelig. De algemene lasten van bijstandverlening zijn in 2013 hoger door een hogere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving. De netto uitkeringlasten van de WWB zijn in 2013 hoger door toename van het aantal cliënten. De rijksbijdrage voor de uitkeringen WWB is in 2013 eveneens hoger. Er is rekening gehouden met een aanvullende uitkering. De netto bijdrage aan het Werkvoorzieningschap Baanstede is in 2013 hoger. De lasten voor het werkdeel WWB zijn in 2013 lager. Dat komt deels door lagere uitkeringen en deels door een lager doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving. De lasten voor zorgvernieuwingsprojecten GGZ zijn in 2013 lager door vermindering van subsidies.
Overzicht baten en lasten
-28.000 -71.000 72.000 -46.000 48.000 38.000
blz. 10
In 2011 waren de baten voor inburgering nieuwkomers eenmalig hoger door de vrijval van rijksbijdragen uit 2007 en 2008. Er was op gerekend dat deze bijdragen moesten worden terugbetaald, maar dat was niet het geval. De uitvoeringslasten voor Wmo huishoudelijke zorg zijn in 2013 lager door een lagere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving. De rijksbijdrage participatiebudget is in 2013 lager. De uitvoeringslasten voor Wmo voorzieningen gehandicapten zijn in 2013 lager door een lagere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving.
-49.000 13.000 -79.000 31.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 80.248 voordelig. De algemene lasten van bijstandverlening zijn in 2013 hoger door een hogere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving. De netto uitkeringlasten van de WWB zijn in 2013 hoger door toename van het aantal cliënten. De rijksbijdrage voor de uitkeringen WWB is in 2013 eveneens hoger. Er is rekening gehouden met een aanvullende uitkering. De netto bijdrage aan het Werkvoorzieningschap Baanstede is in 2013 hoger. De lasten voor het werkdeel WWB zijn in 2013 lager. Dat komt deels door lagere uitkeringen en deels door een lager doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving. De uitkeringen worden gelijk geraamd aan het onderdeel re-integratie van het participatiebudget. De uitgaven voor bijzondere bijstand zijn in 2013 hoger geraamd, gezien het verloop in 2011 en begin 2012. De lasten voor inburgering van nieuwkomers zijn in 2013 lager geraamd. Deze lasten worden gelijk geraamd aan het onderdeel inburgering van het participatiebudget. De netto lasten voor Wmo huishoudelijke zorg zijn in 2013 lager geraamd, gezien het verloop in 2011 en begin 2012. Het participatiebudget is lager geraamd dan in 2012. Dit zit met name in de onderdelen reintegratie en inburgering. De netto lasten voor Wmo voorzieningen gehandicapten zijn lager geraamd, gezien het verloop in 2011 en begin 2012. De uitvoeringslasten van Wmo voorzieningen gehandicapten zijn ook lager geraamd door een lagere doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving.
-23.000 -60.000 50.000 -21.000 54.000 -10.000 17.000 45.000 -62.000 55.000 26.000
Programma 9 De financiële en organisatorische staat van Beemster Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 1.656.104 15.070 1.641.034
2012 1.630.600 15.426 1.615.174
2013 1.688.253 15.427 1.672.826
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 31.792 nadelig. De lasten voor bestuurlijke samenwerking zijn in 2013 lager. Dit zit met name in de bijdrage aan het ISW. Het verschil met de realisatie 2011 valt niet toe te rekenen aan één of meer specifieke posten. Daarom geven wij in het vervolg een specificatie naar kostensoorten. De doorbelasting vanuit de diverse kostenplaatsen is in 2013 hoger.
15.000 0 -62.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 57.652 nadelig. De doorbelasting vanuit de kostenplaats samenleving voor managementtaken is in 2013 lager. Dit komt omdat het samenwerkingsverband CuSoZa/Wmo in 2013 is beëindigd. De kosten van de ondernemingsraad zijn in 2013 hoger. Dit zit met name in de doorbelasting vanuit de kostenplaatsen. Door de voorgenomen samenwerking met Purmerend verwachten wij dat de leden van de ondernemingsraad meer tijd besteden aan de OR taken. In 2012 was op de post Saldo kostenplaatsen een Stelpost vermindering procentuele salarisstijging opgenomen, in 2013 niet. Overzicht baten en lasten
58.000 -20.000 -19.000 blz. 11
In 2012 was op de post Saldo kostenplaatsen een Stelpost verrekening definitieve subsidies opgenomen, in 2013 niet.
-60.000
Programma 10 Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien onvoorzien Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 1.627.817 10.282.608 -8.654.791
2012 118.242 9.527.171 -9.408.929
2013 88.941 9.163.923 -9.075.432
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 420.641 voordelig. In 2013 is het reguliere dividend van de NV Houdstermaatschappij EZW (EZW) inzake de aandelen NUON lager geraamd in verband met de verkoop van de aandelen NUON. In 2011 is een interim-dividenduitkering van EZW ontvangen inzake de tweede tranche van de verkoop van de aandelen NUON. In 2011 is een eenmalige bate verantwoord van de aandelen NV Houdstermaatschappij EZW. In 2013 is een bedrag geraamd voor opbrengst van een perceel grond in Middenbeemster aan De Beemster Compagnie. In 2013 is het voordelige renteresultaat lager geraamd dan het gerealiseerde resultaat van 2011. De algemene uitkering uit het gemeentefonds is in 2013 lager geraamd op grond van de gegevens van de junicirculaire 2012. In 2011 is nog een voordelige verrekening over 2009 ontvangen. De integratie- en decentralisatie-uitkeringen gemeentefonds zijn in 2013 hoger. Dat komt vooral door de integratie-uitkering centra voor jeugd en gezin. Dit was in 2011 nog een specifieke uitkering, die werd verwerkt op programma 2. Op de post voor onvoorziene uitgaven worden geen bedragen verantwoord, maar er staat wel een raming vermeld. Het zelfde geldt voor de post Stelposten. De opbrengsten van de algemene gemeentelijke belastingen zijn in 2013 hoger door areaaluitbreiding (met name Leeghwater fase 3) en tariefstijgingen. Ook de extra verhoging van de toeristenbelasting ingaande 2012 speelt een rol. In 2011 staat het voordelig saldo van de jaarrekening op dit programma; in 2013 is er geen saldo geraamd.
-38.000 -804.000 -213.000 300.000 -418.000 -246.000 144.000 -43.000 -42.000 164.000 1.614.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 333.497 nadelig. In 2013 is het reguliere dividend van de NV Houdstermaatschappij EZW (EZW) inzake de aandelen NUON lager geraamd in verband met de verkoop van de aandelen NUON. In 2013 is een bedrag geraamd voor opbrengst van een perceel grond in Middenbeemster aan De Beemster Compagnie. In 2013 is het voordelige renteresultaat lager geraamd dan in 2012. De algemene uitkering uit het gemeentefonds is in 2013 lager geraamd op grond van de gegevens van de junicirculaire 2012. De integratie- en decentralisatie-uitkeringen gemeentefonds zijn in 2013 hoger. Dat komt vooral door de integratie-uitkering centra voor jeugd en gezin. Die was in 2012 nog geraamd als een specifieke uitkering, die werd verwerkt op programma 2. De raming van de post Stelposten is in 2013 per saldo lager. Er is rekening gehouden met een groter voordeel door samenwerking, en er is een stelpost kostendekkende verhuur diverse objecten opgenomen. De opbrengsten van de algemene gemeentelijke belastingen zijn in 2013 hoger door areaaluitbreiding (met name Leeghwater fase 3) en tariefstijgingen. In de begroting 2012 was een batenpost Nadelig saldo opgenomen, dat is in 2013 niet noodzakelijk.
Overzicht baten en lasten
-12.000 300.000 -292.000 -180.000 141.000 25.000 67.000 -374.000
blz. 12
Mutaties reserves Onderdeel Lasten Baten Saldo
2011 4.017.382 979.382 3.037.964
2012 681.176 1.389.818 -708.642
2013 384.261 1.122.624 -738.363
Verschillen met de realisatie 2011 Het verschil is € 3.776.327 voordelig. Voor alle duidelijkheid vermelden wij nog het volgende: Een toevoeging aan een reserves is een last. Een onttrekking aan een reserve is een bate. Een hogere toevoeging aan een reserve in 2013 is dus een nadeel en een lagere toevoeging is een voordeel. Een hogere onttrekking aan een reserve in 2013 is een voordeel en een lagere onttrekking is een nadeel. In 2011 is een toevoeging aan de algemene reserve NUON gelden verantwoord (programma 10). In 2013 is de toevoeging aan de egalisatiereserve renteresultaten lager (programma 10). In 2011 was nog een onttrekking aan de reserve oude activa BCF verantwoord (programma 10). In 2011 is een bedrag toegevoegd aan de dekkingsreserve bruto activering voor het MFC De Boomgaard (programma 4). In 2011 is een onttrekking aan de algemene reserve ter dekking van de rentelasten van de gronden bij Volgerweg 26 verantwoord (programma 4). In 2013 is een onttrekking aan de algemene reserve ter dekking van de rentelasten van de gronden in Zuidoostbeemster fase 2 geraamd (programma 4). In 2011 zijn bedragen toegevoegd aan de egalisatiereserves afvalstoffenheffing en onderhoud/vervanging riolering (programma 5). In 2011 is een onttrekking aan de algemene reserve verantwoord in verband met het Des Beemsters project Beemster bronnen (programma 5). In 2013 zijn onttrekkingen aan de egalisatiereserves afvalstoffenheffing en onderhoud/vervanging riolering geraamd (programma 5). In 2011 is een toevoeging aan de reserve viering 400 jaar Beemster verantwoord (programma 7). In 2011 is een onttrekking aan de reserve archeologiebeleid verantwoord in verband met het archeologisch onderzoek bij de kerk in Middenbeemster (programma 7). In 2013 is een onttrekking aan de dekkingsreserve bruto activering MFC De Boomgaard geraamd (programma 7).
753.000 418.000 -20.000 2.385.000 -29.000 91.000 25.000 -15.000 103.000 13.000 -30.000 102.000
Verschillen met de raming 2012 Het verschil is € 29.721 voordelig. In 2013 is de toevoeging aan de egalisatiereserve renteresultaten lager (programma 10). In 2012 is de laatste onttrekking aan de reserve oude activa BCF geraamd (programma 10). In 2012 was een onttrekking aan de algemene reserve ter dekking van de rentelasten van de gronden bij Volgerweg 26 verantwoord (programma 4). In 2013 is de onttrekking aan de egalisatiereserve onderhoud/vervanging riolering hoger geraamd (programma 5). In 2012 was een onttrekking aan de reserve viering 400 jaar Beemster geraamd (programma 7). In 2013 is een onttrekking aan de dekkingsreserve bruto activering MFC De Boomgaard geraamd, in 2012 was dat niet het geval (programma 7).
Overzicht baten en lasten
297.000 -10.000 -24.000 29.000 -363.000 102.000
blz. 13
Geraamde incidentele incidentele baten en lasten in 2013 2013 Programma 1. Dienstverlening in Beemster Omnibusenquête 3. Veilig in Beemster Vervangen chemiepakken Brandweer Vervangen explosiemeter Brandweer Vervangen handlampen Brandweer 4. Wonen en ruimtelijke kwaliteit in Beemster Ondersteuning handhavingstaken 5. De Beemster omgeving Omvormen openbaar groen naar onderhoudsarm groen Voortzetten project monitoring rioolwateroverstorten Aanleg grondwatermeetnet 10. Algemene dekkingsmiddelen en onvoorzien Verkoop van grond in Middenbeemster Totaal
Baten
Lasten
300.000 300.000
10.000 0 1.850 3.050 2.720 0 13.600 0 68.000 25.000 10.000 0 0 134.220
Berekening van het EMUEMU-saldo (bedragen x € 1.000,--)
Nr.
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
11 A B
1
Omschrijving
Exploitatiesaldo vóór toevoeging aan c.q. onttrekking uit reserves (zie BBV, artikel 17c) Afschrijvingen ten laste van de exploitatie Bruto dotaties aan de post voorzieningen ten laste van de exploitatie Investeringen in (im)materiële vaste activa die op de balans worden geactiveerd Baten uit bijdragen van andere overheden, de Europese Unie en overigen, die niet op de exploitatie zijn verantwoord en niet al in mindering zijn gebracht bij post 4 Desinvesteringen in (im)materiële vaste activa: Baten uit desinvesteringen in (im)materiële vaste activa (tegen verkoopprijs), voorzover niet op exploitatie verantwoord Aankoop van grond en de uitgaven aan bouw-, woonrijp maken e.d. (alleen transacties met derden die niet op de exploitatie staan) Baten bouwgrondexploitatie: Baten voorzover transacties niet op exploitatie verantwoord Lasten op balanspost Voorzieningen voorzover deze transacties met derden betreffen Lasten ivm transacties met derden, die niet via de onder post 1 genoemde exploitatie lopen, maar rechtstreeks ten laste van de reserves (inclusief fondsen en dergelijke) worden gebracht en die nog niet vallen onder één van bovenstaande posten Verkoop van effecten: Gaat u effecten verkopen? (ja/nee) Zo ja wat is bij verkoop de verwachte boekwinst op de exploitatie? Berekend EMUEMU-saldo1
2012
2013
2014
Volgens realisatie t/m september 2012, aangevuld met raming resterende periode
Volgens begroting 2013
Volgens meerjarenraming in begroting 2013
-1.083
-738
-580
1.310 154
1.401 151
1.426 151
619
687
685
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
0
193
146
231
0
0
0
Nee
Nee
Nee
-431
-19
81
Formule voor de berekening: 1 + 2 +3 – 4 + 5 + 6 – 7 + 8 – 9 – 10 – 11b = saldo.
Overzicht baten en lasten
blz. 14
De paragrafen Op basis van artikel 9 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten worden in de begroting in afzonderlijke paragrafen de beleidslijnen vastgelegd met betrekking tot relevante beheersmatige aspecten, alsmede tot de lokale heffingen. De begroting bevat ten minste de volgende paragrafen, tenzij het desbetreffende aspect bij de gemeente niet aan de orde is: a. Lokale heffingen. b. Weerstandsvermogen. c. Onderhoud kapitaalgoederen. d. Financiering. e. Bedrijfsvoering. f. Verbonden partijen. g. Grondbeleid. Gezien de onderwerpen zijn al deze aspecten bij de gemeente Beemster wel aan de orde. Doel van de paragrafen is dat onderwerpen die versnipperd in de begroting staan worden gebundeld in een kort overzicht, waardoor voldoende inzicht wordt verstrekt. De paragrafen geven een dwarsdoorsnede van de begroting. In de begroting 2013 zijn alle paragrafen opgenomen. De paragrafen zijn opgenomen in de volgorde zoals hierboven is vermeld.
Paragrafen
blz. 1
Paragrafen
blz. 2
Paragraaf lokale heffingen Algemeen Op basis van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten bevat de paragraaf lokale heffingen ten minste: a. De geraamde inkomsten. b. Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen. c. Een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen. d. Een aanduiding van de lokale lastendruk. e. Een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid.
De geraamde inkomsten De baten met betrekking tot de lokale heffingen bedragen: Soort 2013 2014 2015 2016 Onroerende-zaakbelastingen, gebruikers 119.824 122.416 125.064 127.768 Onroerende-zaakbelastingen, eigenaren 1.291.921 1.317.669 1.344.840 1.372.571 Belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten 6.646 6.779 6.915 7.053 Afvalstoffenheffing 720.683 720.683 720.683 720.683 Rioolheffing 537.568 537.568 537.568 537.568 Begrafenisrechten 50.000 50.000 50.000 50.000 Liggeld woonschepen 2.417 2.466 2.515 2.565 Toeristenbelasting 45.195 46.098 47.020 47.961 Leges 546.860 557.289 567.926 578.776 Het gaat hier om de bruto opbrengst. De geraamde kwijtschelding is niet in mindering gebracht.
Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen Het beleid ten aanzien van de lokale heffingen is opgenomen het Coalitieprogramma Beemster 2010 2014.
Een overzicht op hoofdlijnen van de diverse heffingen • • • • • • • •
De onroerende zaakbelastingen worden verhoogd met 2,25%. Verder houden wij rekening met een meeropbrengst als gevolg van verbouw en nieuwbouw. Er gelden geen verschillende tarieven voor woningen en niet-woningen. De belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten hebben veel gemeen met de OZB. De heffingsbepalingen met betrekking tot beide belastingen zijn gelijk. Wettelijk is voorgeschreven dat de tarieven van beide belastingen gelijk zijn. De afvalstoffenheffing blijft gelijk. Het niveau van de egalisatiereserve laat dit toe. Verder zijn de ontwikkelingen over de verwerking van het restafval nog niet definitief bekend. De rioolheffing blijft gelijk. Het verloop van de lasten en baten van de riolering in de afgelopen jaren en de komende jaren maakt dit mogelijk. Het nadelig saldo van het onderdeel riolering komt ten laste van de reserve groot onderhoud riolering. Aanpassing van de begrafenisrechten wordt nog bezien, gezien de ontwikkeling van de lasten. De raming van de rechten is vrijwel gelijk gebleven. Dat houdt verband met de ontwikkeling van de lasten. Het liggeld woonschepen wordt verhoogd met 2,25%. De toeristenbelasting wordt verhoogd met 2,25%. De leges worden als volgt aangepast: Voor reisdocumenten bepaalt het rijk het maximaal te heffen bedrag. Deze bedragen ronden wij doorgaans naar beneden af op € 0,05. De bouwleges, voor zover het gaat om een percentage van de bouwkosten, blijven gelijk. De overige leges worden in principe verhoogd met 2,25%. Afwijkingen van dit percentage zijn mogelijk, wanneer de kostenontwikkeling voor afzonderlijke activiteiten dit toelaten of noodzakelijk maken.
Paragrafen
blz. 3
Een aanduiding van de lokale belastingdruk Om een indicatie te geven van de lokale belastingdruk houden we rekening met de volgende belastingsoorten: OZB, afvalstoffenheffing en rioolheffing. Voor OZB kan bij woonschepen worden gelezen: belastingen op roerende woon- en bedrijfsruimten. De OZB en de afvalstoffenheffing zijn op alle huishoudens van toepassing, de rioolheffing alleen voor percelen die op de riolering zijn aangesloten. We geven de lokale belastingdruk aan voor: Eenpersoonshuishoudens in een eigen woning. Eenpersoonshuishoudens in een huurwoning. Meerpersoonshuishoudens in een eigen woning. Meerpersoonshuishoudens in een huurwoning. Voor de berekening van de OZB is uitgegaan van de gemiddelde woningwaarde in Beemster volgens de Atlas van de lokale lasten. Deze bedraagt in 2011 € 329.282. Jaar 2012 2013 Wijziging
Eenpersoonshuishoudens Eigen woning Huurwoning 657 158 664 158 7 0
Meerpersoonshuishoudens Eigen woning Huurwoning 721 222 728 222 7 0
Een beschrijving van het kwijtscheldingsbeleid Voor belastingplichtigen met lage inkomens bestaat de mogelijkheid van gehele of gedeeltelijke kwijtschelding van de belasting. Kwijtschelding is alleen mogelijk voor de afvalstoffenheffing. Kwijtschelding is mogelijk wanneer aan de voorwaarden van de Invorderingswet 1990 is voldaan, met dien verstande, dat wij uitgaan van 100% van de relevante bijstandsnorm. Richtlijnen voor het verlenen van kwijtschelding staan in het Besluit gemeentelijk kwijtscheldingsbeleid van 14 december 2006. In 2012 (tot 1 september 2012) zijn 84 verzoeken om kwijtschelding ingediend, waarvan 78 geheel of gedeeltelijk zijn toegewezen. In 2012 is voor ongeveer € 15.000 kwijtschelding verleend. Vanaf 2010 is het mogelijk om belastingschuldigen die daarvoor in aanmerking komen, geautomatiseerd kwijtschelding te verlenen. Wij maken daarvoor gebruik van de diensten van het Inlichtingenbureau van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Belastingschuldigen die van deze mogelijkheid gebruik willen maken, hebben hier toestemming voor gegeven. Ongeveer de helft van het aantal verzoeken betreft automatische kwijtschelding. Wij verwachten niet dat de aantallen in 2013 en volgende jaren veel zullen afwijken. Het bedrag van de kwijtschelding is geraamd op € 15.000.
Paragrafen
blz. 4
Paragraaf weerstandsvermogen Inleiding Deze paragraaf gaat in op de vraag hoe de gemeente Beemster haar financiële risico’s opvangt zonder dat dit betekent dat het beleid aangepast moet worden. Hiervoor is inzicht nodig in de omvang van de aanwezige risico’s, de mogelijkheden om de risico’s af te dekken (weerstandscapaciteit) en de relatie tussen deze twee: het weerstandsvermogen. Deze paragraaf is als volgt opgebouwd: • Aanwezige risico’s; • Aanwezige weerstandscapaciteit; • Benodigd weerstandsvermogen; • Ontwikkelingen. Voor het beleid voor risicomanagement en weerstandsvermogen verwijzen wij naar het beleidsdocument van de gemeente Beemster dat in november 2009 is vastgesteld door de raad.
Risico’s Een risico is de kans op een gebeurtenis met een negatief gevolg voor de gemeente Beemster. In de afgelopen periode heeft de organisatie (inclusief de Technische Dienst Beemster & Zeevang) de belangrijkste risico’s in kaart gebracht. Om de risico’s te kwantificeren zijn zowel de kans als het gevolg benoemd. Er is een lijst gemaakt van 21 bestaande risico’s. Hierna zijn het minimum bedrag en het maximum bedrag van de eventuele schade vastgesteld. Het totaal van de minimum bedragen is € 4,2 miljoen, het totaal van de maximum bedragen € 6,0 miljoen. De risico’s doen zich met name voor bij de bouwgrondexploitatie.
Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit van Beemster is opgebouwd uit de volgende elementen: • De post voor onvoorziene uitgaven; • De vrije ruimte in de belastingcapaciteit (onbenutte belastingcapaciteit); • Het vrij aanwendbare deel van de Algemene reserve; • De stille reserves. In geld uitgedrukt berekenen wij de weerstandscapaciteit als volgt: In de exploitatie: Post onvoorziene uitgaven 42.500 Onbenutte belastingcapaciteit: OZB en RWB 843.432 Rioolheffing 0 Afvalstoffenheffing 0 Begrafenisrechten 0 Leges 0 Overige belastingen 0 Weerstandscapaciteit in de exploitatie 885.932 In het vermogen: Vrij aanwendbare deel Algemene reserve 3.537.164 Stille reserves, niet bedrijfsgebonden activa 2.503.400 Stille reserves, aandelenbezit 1.622 Weerstandscapaciteit in het vermogen 6.042.186 6.042.186 Totale weerstandscapaciteit 6.928.118 Toelichting Onbenutte belastingcapaciteit Onder de onbenutte belastingcapaciteit verstaan wij de ruimte om de belastingen en retributies te verhogen, of om andere belastingen in te voeren. Paragrafen
blz. 5
OZB en RWB Voor de berekening van de weerstandscapaciteit hanteren we het tarief van de artikel 12-norm. Hiermee bedoelen wij het tarief dat jaarlijks door de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties wordt bekendgemaakt. Dit tarief geldt als toelatingseis om voor een uitkering volgens artikel 12 van de Financiële Verhoudingswet in aanmerking te komen. In de junicirculaire van 2012 is het tarief 2013 gesteld op 0,1540% van de waarde (dit was in 2012 0,1432%). Naast de OZB houden we ook rekening met de RWB. Qua opbrengst is de RWB maar een fractie van de OZB, maar de heffingsbepalingen en de tarieven van beide belastingen zijn gelijk. Rioolheffing Het rioolheffing blijft in 2013 € 171,20 per aansluiting. Een eventueel saldo van het onderdeel riolering verrekenen we met de reserve groot onderhoud riolering. Van een onbenutte belastingcapaciteit op dit onderdeel is dus geen sprake. Afvalstoffenheffing Het onderdeel reiniging is in de begroting 2013 kostendekkend. Het saldo van het onderdeel reiniging verrekenen we met de egalisatiereserve afvalstoffenheffing. Begrafenisrechten De begrafenisrechten zijn kostendekkend. Probleem bij deze heffing is wel dat het aantal handelingen niet exact is te begroten. We gaan niet uit van een onbenutte belastingcapaciteit op dit onderdeel. Leges Wij gaan ervan uit, dat de legestarieven kostendekkend zijn. Ook hierbij is het aantal handelingen niet exact te begroten. Verder zijn voor bepaalde onderdelen door het rijk maximaal te heffen bedragen vastgesteld. Het is altijd mogelijk, dat deze bedragen niet kostendekkend zijn. Overige belastingen 1. In het overzicht zijn 2 belastingen, die wel door Beemster worden geheven, niet genoemd. Dit zijn de liggelden woonschepen en de toeristenbelasting. In de eerste plaats zijn deze belastingen niet genoemd omdat de opbrengst maar heel beperkt is. Het liggeld woonschepen is in feite een retributie, dus de opbrengst mag niet hoger zijn dan de kosten. Het tarief per overnachting van Beemster ligt onder het landelijk gemiddelde. Beemster heeft bij de toeristenbelasting niet een extreem laag tarief. 2. Buiten de hiervoor genoemde belastingen mag Beemster, soms onder voorwaarden, op grond van de Gemeentewet nog meer belastingen heffen. Dit gaat om: − Baatbelasting; − Forensenbelasting; − Parkeerbelastingen; − Hondenbelasting; − Reclamebelasting; − Precariobelasting; − Vermakelijkhedenretributie. Wij hebben niet het voornemen om voor te stellen tot heffing van deze belastingen over te gaan. Het vrij aanwendbare aanwendbare deel van de Algemene reserve In de raadsvergadering van 2 juli 2009 is besloten om de ondergrens van de Algemene reserve te stellen op 8,5% van de totale lasten. De totale lasten zijn € 13.948.591. Hiervan 8,5 % is € 1.185.630. Het totale saldo van de Algemene reserves per 1 januari 2013 ramen we op € 4.722.794. Het verschil tussen dit bedrag en de berekende ondergrens is het vrij aanwendbare deel van de Algemene reserve. Stille reserves Bij de stille reserves gaat het om: • Niet-bedrijfsgebonden activa. Deze activa kunnen worden verkocht zonder dat de bedrijfsvoering van de gemeente daardoor wordt belemmerd. Het gaat hier met name om woningen. Het voordelig verschil tussen de actuele waarde en de boekwaarde hoort onder de stille reserves. Bij de bepaling van de actuele waarde is de WOZ-waarde van het belastingjaar 2012 gehanteerd. De werkelijke actuele waarde kan lager zijn dan de vermelde WOZ-waarde, omdat na de waardepeildatum de prijzen nog zijn gedaald. Wij geven er de voorkeur aan toch van de WOZ-waarde uit te gaan, omdat deze waarde een vast gegeven is. Het totaal van de stille reserves in de niet-bedrijfsgebonden activa is € 2.503.900. Paragrafen
blz. 6
•
Het aandelenbezit van de gemeente. Beemster 7.020 aandelen van nominaal € 2,50 van de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten. De totale nominale waarde hiervan is € 17.550, de boekwaarde volgens de staat van vaste activa is € 15.928. Het verschil is € 1.622; dit bedrag rekenen we tot de stille reserves. Verder bezat Beemster 3.128 aandelen van nominaal € 68,07 van de N.V. Houdstermaatschappij EZW (onderdeel van NUON). NUON is gesplitst in een productie- en leveringsbedrijf en een netwerkbedrijf. Het netwerkbedrijf blijft in overheidshanden. In juni 2009 is besloten de aandelen in het productie- en leveringsbedrijf te verkopen. Per 1 juli 2009 is 49% van het aandelenbezit overgedragen. Beemster kreeg als gevolg daarvan € 2.281.785. Per 1 juli 2011 is de tweede tranche van de opbrengst ontvangen, totaal € 753.321. Op 1 juli 2012 is (vervroegd) weer een deel van het aandelenbezit overgedragen; hiervoor is € 753.321 ontvangen. Tenslotte dragen we per 1 juli 2015 de resterende 21% over; dan ontvangen we € 1.055.125. De in 2009 en 2011 ontvangen bedragen zijn toegevoegd aan de Algemene reserve opbrengst verkoop NUON aandelen. Dit gebeurt ook met het ontvangen bedrag in 2012. Dat geldt ook voor het nog in 2015 te ontvangen bedrag. Ondanks deze verwachting rekenen we de toekomstige opbrengsten niet bij de stille reserves. De nominale waarde van deze aandelen is bij de jaarrekening 2011 in de balans opgenomen en hoort daarom niet meer tot de stille reserves. De berekening van de stille reserves, onderdelen niet-bedrijfsgebonden activa en aandelen Bank Nederlandse Gemeenten is dezelfde die is gehanteerd in de jaarrekening 2011.
Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen is de verhouding tussen de beschikbare weerstandscapaciteit en de gekwantificeerde risico’s. Uitgangspunt voor de gemeente Beemster is om een weerstandsvermogen aan te houden met een ratio tussen de 1 en 1,4. Dit waarderingscijfer vormt een goed uitgangspunt voor een gemeente waarbij een volledige risico-inventarisatie heeft plaatsgevonden en waarbij het investeringsprofiel voor de komende jaren vergelijkbaar is aan de huidige situatie. Om schommelingen te kunnen opvangen wordt een minimum- en maximumratio aangehouden. Op basis van het uiteindelijke risicoprofiel en de Monte Carlo simulatie is het benodigde weerstandsvermogen berekend en deze bedraagt per september 2012 € 2,5 miljoen. Afgezet tegen de totale weerstandscapaciteit van € 6,9 miljoen bedraagt de ratio momenteel 2,8. Dit betekent dat in 90% van de gevallen de gemeente Beemster voldoende weerstandsvermogen heeft opgebouwd om aan haar verplichtingen te kunnen voldoen.
Ontwikkelingen De gemeente Beemster heeft haar risicomanagement beleid vastgesteld en ten minste eenmaal per jaar een risico-inventarisatie laten plaatsvinden. Deze inventarisatie vindt op basis van het vastgestelde beleid plaats waarbij tussentijds ontwikkelingen in nieuwe en bestaande projecten gerapporteerd kunnen worden. Wij blijven aandacht besteden aan het beheersen van risico’s en het verder ontwikkelen van risicomanagement binnen de organisatie.
Paragrafen
blz. 7
Paragrafen
blz. 8
Paragraaf onderhoud kapitaalgoederen Algemeen Onder kapitaalgoederen wordt verstaan het geheel aan zaken die onder eigendom en het beheer van de gemeente vallen. Hiermee bedoelen we onderhoudstoestand en kosten van wegen, rioleringen, kunstwerken, groen, gebouwen en dergelijke. De kwaliteit van de kapitaalgoederen en het onderhoud is bepalend voor het voorzieningenniveau en voor de jaarlijkse lasten. De Technische Dienst Beemster en Zeevang (TDBZ) is op grond van de gemeenschappelijke regeling belast met het dagelijks beheer en onderhoud van de kapitaalgoederen. Om dit beheer en onderhoud adequaat te kunnen uitvoeren worden jaarlijks in de gemeentebegroting budgetten beschikbaar gesteld waarvan de TDBZ budgethouder is. Om inzicht te krijgen in de beleving van kwaliteit van kapitaalgoederen door burgers is het mogelijk om via een meldingenprogramma bij de TDBZ inzicht te verkrijgen in meldingen per werkonderdeel. Ook klachten worden hierin geregistreerd. Er wordt zoveel als mogelijk gewerkt met zogenaamde technische beheerplannen en areaalregistratie. Uitgangspunten in het beheer is het voorkomen van achterstallig onderhoud en werken volgens vastgestelde kwaliteitsnormen. Hiermee wordt de kwaliteit zoveel mogelijk geborgd. De totale oppervlakte van de gemeente is 7.208 ha. Eventuele bedragen die worden genoemd zijn exclusief BTW. Per kapitaalgoed benoemen wij de volgende punten: 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2. Is er achterstallig onderhoud? 3. Zijn er toereikende reserves of voorzieningen? 4. Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit? 5. Wanneer is het plan geactualiseerd? 6. Zijn de ramingen volledig en reëel?
De onderdelen Wegbeheer Niet-gemeentelijke wegen Op grond van een in 1993 gesloten overeenkomst is een aantal wegen (circa 105 km) buiten de bebouwde kom in beheer bij het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK). Daarnaast is er circa 29 km aan wegen in beheer bij het Rijk en de Provincie. Gemeentelijke wegen De gemeente Beemster heeft circa 33 km weg onder haar beheer. Met een frequentie van ca. drie jaar worden de wegen in detail door een onafhankelijk deskundige geïnspecteerd volgens de landelijke CROW systematiek. De meest recente inspectie heeft in 2011 plaatsgevonden en de resultaten zijn verwerkt in een uitgebreid maatregelenoverzicht. In 2014 of 2015 worden alle gemeentelijke wegen opnieuw geïnspecteerd. Aan de hand van de inspectie wordt de hoogte van het noodzakelijk geachte jaarlijkse budget voor herstraten en herasfalteren over vier à vijf jaar bepaald. Op dit moment wordt voor herstraten en herasfalteren van wegen t/m 2016 een bedrag van € 168.200 aangehouden. Voor aanpassingen op het gebied van verkeersveiligheid is t/m 2016 een bedrag van € 16.810 beschikbaar. Per kwartaal wordt periodiek overlegd met het Hoogheemraadschap, politie en fietsersbond voor de realisatie van een verdergaande veilige Beemster. Concreet wegbeheer 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2. Is er achterstallig onderhoud? 3. Zijn er toereikende reserves of voorzieningen? 4. 5.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit? Wanneer is het plan geactualiseerd?
6.
Zijn de ramingen volledig en reëel?
Paragrafen
Minimaal voldoende Nee Nee, maar in de begroting is rekening gehouden met investeringen Ja, Grontmij dg DIALOG Wegbeheer Onderhoudsabonnement op software, inspectie wegen 2011. Ja blz. 9
Kunstwerken (bruggen, pendammen) Het aantal bruggen bedraagt ca. 48 stuks, dammen met duikers ca. 35 stuks en pendammen ca. 20 stuks. Het merendeel van de kunstwerken is van relatief eenvoudige aard. De inspectiegegevens 2008 zijn in een beheerprogramma opgenomen. Vooralsnog (binnen ca. 5 jaar) worden geen ingrijpende maatregelen verwacht. Voor het najaar 2012 is een nieuwe inspectieronde voor de kunstwerken ingepland zodat voor de begrotingsperiode 2014-2017 hiermee rekening kan worden gehouden. Om renovatiewerk te kunnen uitvoeren is in de periode 2013-2016 jaarlijks € 21.000 beschikbaar. Concreet Kunstwerken 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2. Is er achterstallig onderhoud? 3. Zijn er toereikende reserves of voorzieningen? 4. 5. 6.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit? Wanneer is het plan geactualiseerd? Zijn de ramingen volledig en reëel?
Minimaal voldoende Nee. Nee, maar in de begroting is rekening gehouden met investeringen. Ja, Grontmij dg DIALOG Kunstwerken . N.v.t. Ja.
Openbare verlichting Als wegbeheerder heeft de gemeente Beemster circa 1.525 lichtmasten in eigendom. De intentie is dat bij nieuwbouwwijken, grootschalige projecten wordt gekeken of een uitvoering op duurzaamheid mogelijk is. In de zojuist opgeleverde laatste fase Leeghwater 3a is Led verlichting toegepast. Ook voor De Tuinderij is dit het streven. Maandelijks worden de lichtmasten gecontroleerd en waar nodig gerepareerd. Vanwege het specialisme is in 1999 besloten om het bedrijf dat onderhoud pleegt, opdracht te verstrekken om alle lichtmasten met lamparmatuur specificatie op te nemen in een database. Per maandelijkse reparatieronde worden vervolgens veranderingen gemuteerd. Tevens worden onaanvaardbare situaties doorgegeven aan de opzichter. De database is niet specifiek als beheerprogramma in gebruik. Aankoop en vervanging van lichtmasten geschiedt vanuit de exploitatiebegroting. Hiervoor is € 5.000 geraamd. Concreet openbare verlichting 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. Is er achterstallig onderhoud? 2. 3. Zijn er toereikende reserves of voorzieningen? 4.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit?
5.
Wanneer is het plan geactualiseerd?
6.
Zijn de ramingen volledig en reëel?
Minimaal voldoende. Nee. Nee, maar in de begroting is een bedrag opgenomen voor aankoop en vervanging. Nee. Het bedrijf dat onderhoud verricht heeft alle lichtmasten in een database. Maandelijks is er controle. Vervanging van armaturen en lichtmasten wordt gemuteerd in het onderhoudsprogramma. Ja.
Wegmeubilair Voor wegmeubilair is geen inventarisatie voorhanden. Gelet op de “Beemster schaal” is dat ook niet noodzakelijk. Het aantal verkeersborden bedraagt ca. 600 stuks. Uitgaven voor wegmeubilair worden veelal vanuit de jaarlijkse exploitatiebegroting bekostigd. Totaal is voor aankoop/vervanging € 9.500 geraamd. Bij grootschaliger vervanging is er veelal sprake van een combinatie met een werk en valt een en ander in de kapitaalsfeer. Concreet wegmeubilair 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2. Is er achterstallig onderhoud? 3. Zijn er toereikende reserves of voorzieningen? 4. 5. 6.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit? Wanneer is het plan geactualiseerd? Zijn de ramingen volledig en reëel?
Minimaal voldoende. Nee. Nee, maar in de begroting is een bedrag opgenomen voor aankoop en vervanging. Nee. N.v.t. Ja.
(Afval)waterbeheer De gemeente en het Hoogheemraadschap Hollands Noorderkwartier (HHNK) zorgen gezamenlijk voor de verwerking van het afvalwater. Zij doen dat door het afvalwater in te zamelen, te transporteren en te zuiveren. Dit wordt de afvalwaterketen genoemd. Partijen hebben gezamenlijk de taak om de afvalwaterketen op een maatschappelijk verantwoorde en duurzame wijze in te richten en te beheren. De Paragrafen
blz. 10
gezamenlijke verantwoordelijkheid wordt medio 2013 verder uitgewerkt in het Waterplan Beemster. Wij streven een zo veel mogelijk duurzame waterhuishouding na. Waterbeheer incl. baggeren en beschoeiingen Bagger- en waterbeheer wordt in nauw overleg met het Hoogheemraadschap (HHNK) uitgevoerd. De samenwerking vormt de basis voor het systematisch en planmatig uitvoeren de werkzaamheden. Het Hoogheemraadschap houdt vast om het ingezette baggerbeleid voor de toekomst door te zetten. Op dit moment is een baggerbeheersplan voor de periode 2008-2017 actueel. Dit plan wordt middels combinatiewerk met HHNK opgepakt om financiële voordelen te benutten. Het aantal meters bij te houden slootkant bedraagt ca. 50 km. Van deze 50 km is een groot deel beschoeid. Omdat de ruimte tussen verharding en sloot vaak beperkt is, is er tot op heden nauwelijks met natuurlijke oevers gewerkt. In het kader van een soberder maaifrequentie zal dit standpunt in meer of mindere mate worden aangepast. Zeker is, dat bij woonwijk De Tuinderij met kortere steile oevers gewerkt gaat worden in relatie met een beperkt maaiprogramma. In de huidige bestaande woongebieden zijn nog veel slootkanten met beschoeiing afgewerkt. Wanneer een beschoeiing in slechte conditie is wordt bij vervanging zorgvuldig bekeken of een eenvoudiger of een natuurlijke oever mogelijk is. Voor het planmatig onderhoud waterlopen (baggeren) is jaarlijks € 46.220 opgenomen in de exploitatiebegroting. Voor het vervangen van beschoeiingen is t/m 2016 een jaarlijks bedrag beschikbaar van € 12.600. In verband met bezuinigingen is dit bedrag lager dan gewenst en zal er uiteindelijk versobering ontstaan. Concreet Bagger- en waterbeheer 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2. Is er achterstallig onderhoud? 3. Zijn er toereikende reserves of voorzieningen? 4.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit?
5. 6.
Wanneer is het plan geactualiseerd? Zijn de ramingen volledig en reëel?
Minimaal voldoende. Nee. in de begroting zijn bedragen opgenomen voor baggerwerk en vervangen van beschoeiingen. Dit betreft minimale bedragen. Ja, Baggerplan Beemster, projectnummer A07065, mei 2008. Betreft een geschreven plandocument. Ja.
Rioleringbeheer Van toepassing is het Gemeentelijk Rioleringsplan Beemster 2012-2016 (GRP). In het GRP staan alle maatregelen en kosten beschreven die wettelijk noodzakelijk worden geacht op het gebied van afvalwater. Echter ook zaken die verband houden met grondwater zijn in dit GRP opgenomen omdat de wet dit vereist. Het aantal km riolering bedraagt ca. 63, verder zijn er ongeveer 315 rioolgemalen te onderhouden. De kosten voor renovatie en vervanging staan in het GRP aangegeven. Vooralsnog wordt t/m 2016 per jaar een bedrag van € 287.500 geraamd. Met betrekking tot uitvoering wordt nagestreefd om werk met werk te maken. Dit betekent dat altijd wordt gekeken naar het bovenliggende wegdek en zo nodig ook naar aanverwante zaken. Een belangrijk punt van aandacht voor de gemeente zijn de wettelijke verplichtingen in het kader van de ondergrondse riool infrastructuur. Deze wettelijke verplichtingen zijn opgenomen in de Wet informatie uitwisseling ondergrondse netten (WION). Zowel alle rioleringen, maar ook overtollige “wees”leidingen dienen goed in beeld te zijn en worden gehouden. Concreet Rioleringbeheer 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2. Is er achterstallig onderhoud?
3.
Zijn er toereikende reserves of voorzieningen?
4. 5.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit? Wanneer is het plan geactualiseerd?
6.
Zijn de ramingen volledig en reëel?
Paragrafen
Minimaal voldoende. Nee. Jaarlijks wordt ca. 20 % hoofdriool gereinigd en geïnspecteerd met video. Uit deze inspecties worden vervolgens onderhoudsmaatregelen gegenereerd. Nee, maar in de begroting zijn bedragen opgenomen voor het vervangen en renoveren van riolering. Ja, Grontmij dg DIALOG Rioolbeheer. Onderhoudsabonnement op software. Inspectiegegevens worden jaarlijks verwerkt in het programma. Ja, de ramingen hebben in hun oorsprong in het GRP.
blz. 11
Groenbeheer De gemeente heeft een aanzienlijke oppervlakte ‘groen’. De gegevens zijn verwerkt in een database (areaal registratie) en kunnen worden gekoppeld met digitaal kaartmateriaal. De gemeentelijke oppervlakte openbaar groen is ruim 36 ha en het aantal bomen bedraagt ca. 5.300 stuks. Er zijn 3 voetbalcomplexen (met totaal 4 kunstgrasvelden), 1 handbalveld (asfaltvloer) en 1 ijsbaan. Ook heeft de gemeente 1 algemene begraafplaats. De areaalregistratie wordt onder meer gebruikt voor jaarlijkse wettelijk verplichte controle van bomen en het voeden van het beheer en - onderhoudsplan. Op 12 juni 2012 heeft de gemeenteraad ingestemd met een groenbeheersplan. Met dit plan is een besluit genomen dat het kwaliteitsniveau van het openbaar groen wordt verminderd naar een gemiddelde beeldkwaliteit B waardoor in 2014 een kostenbesparing is gerealiseerd van € 100.000. Om de besparing te kunnen realiseren en om de beeldkwaliteit op voldoende niveau te houden is en wordt verwacht dat burgers actief participeren in dit onderhoud. Eind 2013 zal blijken of deze gedachte gerechtvaardigd is of niet. Er is nog steeds aandacht voor de bestrijding van iepziekte. Indien elke gemeente haar taak op dat gebied serieus neemt wordt verwacht de ziekte beheersbaar te houden. Bij iepziektebestrijding is het noodzakelijk dat zomers minimaal twee à drie keer de hele gemeente wordt gecontroleerd op zieke iepen bij burgers, gemeente en andere overheden. Kosten voor vervanging van zogenaamd ‘versleten groen’ zijn opgenomen in de jaarlijkse exploitatiebegroting. Hiervoor is € 5.000 geraamd. Concreet Groenbeheer 1. Het gewenste kwaliteitsniveau.
2. 3.
Is er achterstallig onderhoud? Zijn er toereikende reserves of voorzieningen?
4.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit?
5.
Wanneer is het plan geactualiseerd?
6.
Zijn de ramingen volledig en reëel?
Indien wij uitgaan van gemiddelde, een kwaliteitsniveau B, zoals dit is beschreven in de kwaliteitscatalogus openbare ruimte van het CROW. Nee. Nee, maar in de begroting is een bedrag opgenomen voor vervanging. Ja, Grontmij dg DIALOG Groenbeheer en de beheer tabellen buro R.I.E.T. Onderhoudsabonnement op software. Inspectiegegevens worden jaarlijks verwerkt in het programma. De huidige budgetten zijn beperkt. In verband met de beperkte budgetten zal versoberingen ontstaan.
Gebouwenbeheer Inclusief scholen is er sprake van zo’n 18 gemeentelijke gebouwlocaties. Behoudens de scholen is alles gedetailleerd opgenomen in een beheerprogramma bij de TDBZ. De schoolgebouwen staan opgenomen in een programma Integraal huisvestingsplan (IHP). Met behulp van het beheerprogramma wordt het onderhoud van gebouwen geraamd over een periode van 10 jaar. Aan de hand van deze gegevens wordt er jaarlijks een bedrag in de onderhoudsvoorziening gestort. De kosten voor onderhoud worden als volgt onderscheiden: • Groot incidenteel onderhoud. Een voorbeeld is renovatie van een gebouw. Dit is levensduur verlengend. Dergelijke uitgaven worden geactiveerd. • Periodiek normaal meerjarig onderhoud (cyclisch onderhoud). Een voorbeeld is schilderwerk aan een gebouw. Dit heeft een conserverend karakter en dient ter instandhouding gedurende de geplande gebruiksduur. Voor deze uitgaven zijn voorzieningen gevormd die strekken tot een gelijkmatige verdeling van lasten over een aantal boekjaren. • Jaarlijks terugkerend onderhoud (kort cyclische onderhoudskosten). Een voorbeeld is het jaarlijkse onderhoud aan de cv installatie. Dit zijn jaarlijkse preventieve onderhoudsactiviteiten voor instandhouding. Deze uitgaven zijn in de jaarlijkse exploitatiebegroting opgenomen. Al het onderhoud volgt uit het beheerprogramma. Met het beheerprogramma worden de onderhoudskosten over 10 jaar bepaald en vervolgens wordt er jaarlijks 1/10 gedeelte gestort van de geraamde kosten van cyclisch onderhoud ten laste van de exploitatie in de onderhoudsvoorziening.
Paragrafen
blz. 12
Concreet Gebouwenbeheer 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2. Is er achterstallig onderhoud? 3. Zijn er toereikende reserves of voorzieningen? 4. Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit? 5. Wanneer is het plan geactualiseerd? 6.
Zijn de ramingen volledig en reëel?
Minimaal voldoende. Nee. Ja. Ja, De Best Consultants Gebouwenbeheer. Onderhoudsabonnement op software. Inspectiegegevens worden jaarlijks verwerkt in het programma. Ja.
Speeltoestellen De gemeente heeft twee speeltuinen en veertien speelveldjes. Speeltuin De Spelemei die in 2011 is opgeleverd laat zien dat dit soort voorzieningen zeer worden gewaardeerd. Met name de verscherpte regelgeving en de daarbij behorende jaarlijkse (externe) controles zijn oorzaak dat tot op heden soms ad-hoc besluitvorming noodzakelijk is en dat afgekeurde toestellen direct worden verwijderd. Speeltoestellen en de valdempende ondergronden vertegenwoordigen een aanzienlijke (financiële) waarde. Vastgesteld beleid zal een richting moeten geven wat te doen bij (plotselinge) verwijdering van speeltoestellen. Tot op heden werd vervanging en onderhoud voornamelijk gedaan vanuit de jaarlijkse exploitatiebegroting, tenzij er projectmatig wordt gewerkt zoals bij de totstandkoming van ‘de Nieuwe Spelemei’. Naar verwachting zal er in 2013 nieuw beleid zijn of worden vastgesteld. Concreet Speeltoestellen 1. Het gewenste kwaliteitsniveau. 2.
Is er achterstallig onderhoud?
3.
Zijn er toereikende reserves of voorzieningen?
4.
Is er een onderhoudsplan en welk betreft dit?
5.
Wanneer is het plan geactualiseerd?
6.
Zijn de ramingen volledig en reëel?
Paragrafen
Minimaal voldoende, mede in verband met veiligheid en aansprakelijkheid. Nee. Jaarlijks worden de toestellen gekeurd en deze keuring leidt er soms toe dat een toestel wordt afgekeurd. Het beleid is dat afgekeurde toestellen worden verwijderd. Nee. In de begroting is een beperkt bedrag opgenomen voor vervanging. Ja. Er is een Excel-overzicht. Inmiddels is het programma Grontmij dg DIALOG Speeltoestellen beschikbaar. Gegevens dienen nog te worden ingevoerd. Onderhoudsabonnement op software. Inspectiegegevens worden jaarlijks verwerkt in het programma. Nee
blz. 13
Paragrafen
blz. 14
Paragraaf financiering Algemeen Artikel 13 van het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten (BBV) schrijft gemeenten voor om met ingang van 1 januari 2004 een financieringsparagraaf bij de begroting en rekening op te nemen. De financieringsparagraaf is samen met het financieringsstatuut (treasurystatuut), dat bij wijziging van de Gemeentewet verplicht is geworden, en met de Wet Fido (financiering decentrale overheden), die vanaf 1 januari 2001 van kracht is geworden, een belangrijk instrument voor het transparant maken en daarmee voor het sturen, beheersen en controleren van ‘treasury’. Treasury is het besturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico's. In het treasurystatuut van de gemeente Beemster zijn de uitgangspunten, de doelstellingen en de beleidsmatige en organisatorische kaders (inclusief toezicht op de uitvoering van treausury) bepaald. De voor onze gemeente relevante uitvoeringsregels zijn hierin opgenomen. De financierings- en beleggingsactiviteiten van de gemeente Beemster vinden plaats binnen het formele kader van het treasurystatuut. Het treasurybeleid van onze gemeente is erop gericht binnen de financiële mogelijkheden van onze gemeente een zo optimaal mogelijk rendement te verkrijgen dan wel de lasten zo veel mogelijk te reduceren. Hierbij moeten de risico's zo goed mogelijk worden beheerst.
Gemeentefinanciering De financieringsmiddelen van de gemeente worden uitsluitend ingezet voor de uitoefening van de publieke taak. Het tot nu toe gehanteerde beleid bij de gemeente Beemster is dat de financiering met externe financieringsmiddelen (kort- en langlopende leningen) zoveel mogelijk wordt beperkt door primair de beschikbare interne financieringsmiddelen (reserves en voorzieningen) te gebruiken teneinde het renteresultaat te optimaliseren. Tevens wordt er geen gebruik gemaakt van rente-instrumenten. Dit beleid wordt in 2013 voortgezet. De Financieringsovereenkomst (Krediet- en Depotarrangement) met de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten (BNG) biedt voldoende mogelijkheden om eventuele tijdelijke financieringsoverschotten of tekorten tegen een zo gunstig mogelijk rentepercentage uit te zetten c.q. aan te trekken. Met deze overeenkomst is de gemeente wel verplicht vaste financieringsmiddelen aan te trekken via de BNG. De bank verplicht zich aan de gemeente vaste leningen te verstrekken ter voorziening in de financieringsbehoefte. Voor de gemeente is echter een ontsnappingsclausule ingebouwd, welke inhoudt dat geen verplichting tot sluiten van leningen bij de BNG bestaat wanneer van een derde partij een aanbod voor een gelijke lening wordt verkregen dat 0,05% gunstiger is. Bij het aangaan van nieuwe langlopende leningen wordt naast de BNG aan minimaal nog twee andere financieringsinstellingen offerte gevraagd.
Rentebeleid Rentebeleid (renterisico's) Met ingang van 1995 wordt gewerkt met een renteresultaat in combinatie met een reserve egalisatie renteresultaten en is er voor gekozen om de jaarlijkse rentelasten op basis van een vast rentepercentage toe te rekenen aan de geactiveerde waarde van de kapitaaluitgaven (investeringen). Om de renteresultaten voor langere tijd in te kunnen zetten ten gunste van de exploitatie zonder dat daarbij de begroting grote schokken ondergaat wordt er gewerkt met een reserve egalisatie renteresultaten overeenkomstig het raadsbesluit van 24 april 1997. Ter optimalisering van het renteresultaat en mede gelet op het streven naar een zoveel mogelijk evenwichtige balans wordt het jaarlijkse rentepercentage voor het toerekenen van rente aan een investering zoveel mogelijk in overeenstemming gebracht met de rente van vaste geldleningen die in soort en looptijden overeenkomen met de afschrijvingswijze / -termijnen van de investering.
Kasgeldlimiet en Renterisiconorm De Wet Fido geeft twee concrete richtlijnen voor de gemeenten voor het beheersen van renterisico’s. Het gaat daarbij om de kasgeldlimiet en de renterisiconorm. De kasgeldlimiet heeft betrekking op leningen met een looptijd tot maximaal 1 jaar en de renterisiconorm op leningen met een looptijd vanaf 1 jaar. Paragrafen
blz. 15
Kasgeldlimiet. Aan de totale omvang van de gemiddelde netto vlottende schuld (looptijd < 1 jaar) per kwartaal wordt door de Wet Fido een maximum gesteld, ook wel kasgeldlimiet genoemd. De netto vlottende schuld mag de kasgeldlimiet niet overschrijden; hiermee wordt voorkomen dat het totaal aan korte schulden van een gemeente bepaalde grenzen overschrijdt. De kasgeldlimiet is thans vastgesteld op 8,5% van het begrotingstotaal bij aanvang van het dienstjaar en bedraagt voor het jaar 2013 ruim € 1,2 mln. Het gevoerde beleid is om de kasgeldlimiet zo volledig mogelijk te benutten, zodat optimaal gebruik gemaakt wordt van de lagere korte rente. Renterisiconorm. Het doel van de renterisiconorm is om tot een zodanige opbouw van de leningenportefeuille te komen zodat het renterisico uit hoofde van rente-aanpassing en herfinanciering van leningen in voldoende mate wordt beperkt. De renterisiconorm houdt in dat maximaal 20% van de vaste schuld per jaar (met een minimum van € 2,5 mln.) afgelost kan worden. De norm beoogt een evenwichtige opbouw van de leningen in de tijd. Indien de jaarlijks te herfinancieren bedragen onder deze norm blijven is er sprake van een beheerste en overzienbare situatie. Naar verwachting is dit in onze gemeente de komende vier jaren het geval. Tabel met meerjarenprognose van de renterisiconorm Renterisiconorm en renterisico’s vaste schuld 0 0 0 0 0 0 1.049 0 0 2.500 2.500 0
Bedragen 2014 0 0 0 0 0 0 8.049 0 0 2.500 2.500 0
in €1.000 2015 0 0 0 0 0 0 1.049 0 0 2.500 2.500 0
18.326 20% 3.665
17.277 20% 3.455
9.228 20% 2.500
2013 1a 1b 2 3a 3b 4 5 6 7 8 9a 9b 10 11 12
Renteherziening op vaste schuld o/g Renteherziening op vaste schuld u/g Netto renteherziening op vaste schuld (1a -/- 1b) Nieuw aangetrokken vaste schuld Nieuw verstrekte lange leningen Netto nieuw aangetrokken vaste schuld (3a -/- 3b) Betaalde aflossingen Herfinanciering (laagste van 4 en 5) Renterisico op vaste schuld (2 + 6) Renterisiconorm Ruimte onder renterisiconorm (8 -/- 7) Overschrijding renterisiconorm (7 -/- 8) Berekening renterisiconorm: Stand van de vaste schuld per 1 januari Het bij ministeriële regeling vastgesteld percentage Renterisiconorm (10x11:100)
2016 2016 0 0 0 0 0 0 1.049 0 0 2.500 2.500 0 8.179 20% 2.500
Financieringsbehoefte en leningenportefeuille Financieringsbehoefte. Om eventuele ongewenste renterisico's af te dekken is het van belang om te weten wanneer eventueel een vaste geldlening moet worden aangetrokken en voor welk bedrag. Voor de bepaling van de financieringsbehoefte wordt gebruik gemaakt van een liquiditeitsplanning. In deze planning worden alle inkomsten- en uitgaven opgenomen. Voor de bepaling van de financieringsbehoefte voor 2013 wordt uitgegaan van een meerjaren financierings- en investeringsprognose. De kasgeldlimiet voor 2013 biedt voldoende ruimte voor het opnemen van kort geld om een eventueel beperkt financieringstekort te dekken. De berekening van de financieringsbehoefte (financieringstekort of -overschot) geeft slechts indicatief aan of het aangaan van vaste geldleningen al dan niet noodzakelijk wordt. De uiteindelijke financieringsbehoefte voor de (begrotings)jaren 2013 tot en met 2016 wordt vooral bepaald door het tempo waarin voorgenomen investeringen worden gerealiseerd en de invloed van mutaties binnen bouwgrondexploitaties. Leningenportefeuille. De huidige leningportefeuille bestaat uitsluitend uit leningen aangegaan met de N.V. Bank Nederlandse Gemeenten. In 2011 en 2012 is de financieringsbehoefte voor een groot deel gefinancierd met kasgeld. Als gevolg hiervan werd de kasgeldlimiet overschreden. Voor de overschrijding van de kasgeld limiet is toestemming aan de provincie gevraagd en verkregen tot en met het vierde kwartaal 2012. Hierdoor hebben we lange tijd kunnen profiteren van de fors lagere rente voor kasgeld. Op basis van de laatste liquiditeitsprognose en mede gelet op de af te lossen (fixe) lening van € 7 mln in 2014 zullen wij in het 4e kwartaal van 2012 een langlopende geldlening van ongeveer € 6 mln. aantrekken. Paragrafen
blz. 16
-
Indien nodig wordt voor een tijdelijk financieringstekort, als gevolg van de ontwikkelingen in het kader van de bouwgrondexploitaties, kort geld (looptijd < 1 jaar) opgenomen. Het aantrekken van één of meer vaste langlopende geldleningen (looptijd > 1 jaar) in 2013 hangt evenals in voorgaande jaren met name sterk af van de mutaties binnen de bouwgrondexploitaties en financiering van de voorgenomen investeringen.
Het verwachte verloop van onze leningenportefeuille is als volgt (x € 1.000): Jaar 2012 2013 3 2012 201 Stand leningen per 1 januari € 12.888 € 18.326 Vervroegde aflossingen € 0 € 0 Reguliere aflossingen € 562 € 1.049 Nieuw aan te trekken leningen € 6.000 € Pm Stand leningen per 31 december € 18.326 € 17.277
Paragrafen
-/-/+
blz. 17
Paragrafen
blz. 18
Paragraaf bedrijfsvoering Algemeen De bedrijfsvoering betreft de totale gemeentelijke organisatie, zowel de ambtelijke als de bestuurlijke. De burger verwacht van de gemeente dat de gelden rechtmatig, doelmatig en doeltreffend worden besteed. Ook verwacht de burger dat de gemeente een betrouwbare partner is, dat afspraken worden nagekomen. Er zijn omvangrijke middelen gemoeid met de gemeentelijke bedrijfsvoering. Transparantie en inzicht in de kosten is dan ook van groot belang, zowel voor het bestuur, als voor de inwoners. In het vervolg van deze paragraaf gaan we in op enkele onderdelen. Bedrijfsvoering bestaat uit beleidsmatige (primaire) processen, ondersteunende (secundaire) processen en uit de sturing en beheersing van deze processen. Schematisch ziet dit er als volgt uit. BEDRIJFSVOERING
Sturing
Beheersing
Secundaire processen • Personeel • Informatie, automatisering • Organisatie • Financiën • Huisvesting
Primaire processen • Beleidsontwikkeling • Uitvoering beleid • Verantwoording beleid
BEDRIJFSPROCESSEN
Personeel De salariskosten zijn berekend aan de hand van de toegestane formatie. Van deze formatie wordt een gedeelte extern gefinancierd. Hieraan liggen (bestaande) samenwerkingsprojecten ten grondslag. Deze extern gefinancierde formatie is deels structureel en deels tijdelijk. Op deze wijze wordt creatief en flexibel ingespeeld op nieuwe ontwikkelingen en nieuwe taakvelden. Uitgangspunt is, dat “in de lijn” geen personeel van derden wordt ingehuurd, tenzij daarvoor moverende redenen zijn en de kosten daarvan uit het beschikbare budget (personeelskosten) voldaan kunnen worden. Voor projecten geldt hetzelfde: noodzakelijke inhuur van personeel van derden kan mits binnen het project daarvoor financiering aanwezig is. De begrote personeelsformatie bestaat uit de burgemeester, de wethouders, het personeel van het gemeentehuis en het personeel van gemeentewerken. In de begroting 2012 is een formatie van 65,37 fte opgenomen. In de begroting 2013 is dit 54,25 fte. Beide aantalen zijn inclusief een stelpost salarissen. Voor 2013 is dit 1,2 fte. De stelpost salarissen is bedoeld om bijvoorbeeld personeel van derden in te huren bij langdurige ziekte van het eigen personeel of om bijvoorbeeld personeelsmutaties op te vangen. De lagere formatie is vooral het gevolg van de beëindiging per 1 januari 2013 van de intergemeentelijke samenwerking met de gemeenten Graft-De Rijp, Schermer en Zeevang op het terrein van zorg en inkomen. Kosten die Beemster per 2013 maakt voor de uitvoering (door Purmerend) van deze werkzaamheden zijn in deze begroting (thans) opgenomen als uitvoeringskosten. Een andere belangrijke ontwikkeling die heeft geleid tot de verlaging van de formatie is de vaststelling (in 2012) door de gemeenteraad van het rapport Groenkwaliteit en Groenonderhoud. Paragrafen
blz. 19
Functies die (eerder) door natuurlijk verloop waren vrijgekomen bij Gemeentewerken en waarvoor de formatie is gehandhaafd in afwachting van deze ontwikkeling zijn per 2013 uit de formatie gehaald. Uitgedrukt in aantallen zijn dit 65 personen per 2013 ten opzichte van 78 personen in 2012. Deze aantallen zijn inclusief tijdelijk personeel. De vacaturestop die sinds september 2010 geldt, is onverkort van toepassing voor 2013. Dit mede tegen de achtergrond van ambtelijke samenwerking met Purmerend. De vacaturestop betekent dat vrijvallende vacatures in principe niet worden ingevuld, tenzij dit onoverkomelijke bezwaren oplevert. Dit ter beoordeling door het college. In dat geval geldt een tijdelijke aanstelling zoals bijvoorbeeld via detachering. In de begroting is geen budget gereserveerd voor maatregelen om het ziekteverzuim verder terug te dringen. Gelet op de feiten (voortzetting in 2012 van een relatief laag verzuim/ongeveer 3,5%) is de noodzaak hiervoor niet aanwezig. Het managementteam geeft uitvoering aan de activiteitenplanning van de notitie personeelsontwikkelingsbeleid met dien verstande dat op onderdelen een pas op de plaats wordt gemaakt om reden van de ambtelijke samenwerking met Purmerend. Dit laatste geldt voor investeringen in de ontwikkeling van de organisatie en (nadrukkelijk) niet voor investeringen in persoonlijke ontwikkeling. Dit om het personeel goed toe te rusten voor de nieuwe werksituatie waarin zij terecht zullen komen door de ambtelijke samenwerking. Hiervoor is in de begroting een budget opgenomen van 2,1% van de loonsom. In de begroting 2012 was dit 2,7% van de loonsom.
Informatie en automatisering De zorg voor het computersysteem is een vitaal onderdeel binnen de gemeentelijke bedrijfsvoering. De bedrijfszekerheid van dit onderdeel is zeer goed te noemen. Op het gebied van automatisering wordt zeer nauw samengewerkt met de gemeente Zeevang. De centrale hardware van de organisaties Beemster, Zeevang en de Technische dienst Beemster en Zeevang (TDBZ) is bij Beemster geplaatst. Het beheer en onderhoud hiervan is een gezamenlijke verantwoordelijkheid. In het investeringsprogramma is een cyclische vervanging voorzien in 2016. De website is een belangrijk communicatiemiddel en de ontsluiting voor de digitale dienstverlening aan burgers, instellingen en bedrijven. Het beheer en het bewaken van de actualiteit en nieuwswaarde van de informatie op de website is geborgd in de organisatie. Besluiten van de gemeenteraad en het college worden op de website gepubliceerd. Gemeenteraads- en commissievergaderingen zijn via internet te volgen. De stukkenstroom in de ambtelijke en bestuurlijke organisatie is en wordt in toenemende mate gedigitaliseerd. Hiervoor zijn adequate instrumenten in gebruik. De Diginotar-crisis en de computers hack eind 2011 hebben de kwetsbaarheid van ICT systemen getoond. Als reactie hierop zijn landelijke normen opgesteld voor de beveiliging van de DigiD-keten. Hiervoor dient uiterlijk eind 2013 een beveiligingsassessment uitgevoerd te worden. Dit wordt in het begrotingsjaar opgepakt in samenwerking met de gemeente Purmerend.
Organisatie De ambtelijke organisatie bestaat uit 3 sectoren (Grondgebied, Samenleving en Bedrijfsondersteuning) en 1 afdeling voor de directe ondersteuning van het bestuur; de stafafdeling. Elke sector wordt geleid door een sectorhoofd. De stafafdeling staan onder directe leiding van de gemeentesecretaris/algemeen directeur. De gemeentesecretaris en de sectorhoofden vormen het managementteam. In het organisatiemodel zijn de sectorhoofden integraal managers voor alle managementtaken van de sector. Dit zijn de zogenaamde piofah taken: personeel, informatievoorziening, organisatie, financiën, automatisering en huisvesting. Het managementteam heeft een visie en missie op de organisatie vastgesteld. Dit is vastgelegd in een managementplan. De onderdelen van visie en missie zijn in dit plan zo concreet mogelijk uitgewerkt. De visie en missie zijn belangrijke uitgangspunten voor de afspraken die met de gemeente Purmerend in de nabije toekomst gemaakt gaan worden over de ambtelijke ondersteuning van de gemeente. Er geldt een mandaatbesluit waardoor een groot aantal bevoegdheden over de bedrijfsvoering door het college is gemandateerd aan het ambtelijk management. Dit besluit wordt periodiek geactualiseerd. Als het onderwerp zich daarvoor leent, wordt dit projectmatig aangepakt.
Paragrafen
blz. 20
Een aantal diensten en werkzaamheden wordt in samenwerking met andere gemeenten uitgevoerd. Voorbeelden hiervan zijn de samenwerking op het terrein van veiligheidszorg, juridische zaken, BAG, ICT en op terrein van zorg en inkomen. Een ander sprekend voorbeeld is de samenwerking die vormt krijgt via de Technische dienst Beemster en Zeevang. De organisatie is als volgt ingericht:
organigram gemeente Beemster GEMEENTERAAD raadspresidium raadscommissie BURGEMEESTER
BURGEMEESTER EN WETHOUDERS
rekenkamercommissie griffie
GEMEENTESECRETARIS / ALGEMEEN DIRECTEUR
Stafafdeling (hieronder vallen ook het projectbureau Des Beemsters en de vrijwillige brandweer)
sector GRONDGEBIED
sector SAMENLEVING
sector BEDRIJFSONDERSTEUNING
team Gemeentewerken
functionele aansturing door Technische Dienst Beemster en Zeevang
Financiën beheer Er wordt gewerkt met een door de raad (in 2011) vastgestelde planning en control jaarcyclus. De vaststelling van deze cyclus heeft mede tot doel om de hierbij relevante bedrijfsprocessen beheersbaar te laten zijn.
Paragrafen
blz. 21
Huisvesting en facilitair beheer Het gemeentehuis is geschikt voor de uitvoering van de taken die momenteel aan een gemeente worden gesteld. Voor het team Gemeentewerken en de (vrijwillige) Brandweer zijn aparte gebouwen in gebruik. De Beemster Compagnie (een samenwerkingsverband tussen de gemeente Beemster en Bouwfonds Ontwikkeling met het doel om woningbouw in de gemeente tot stand te brengen) huurt een eigen locatie. De panden die in eigendom zijn, worden beheerd en onderhouden op basis van een onderhoudsplanning. In het collegeprogramma is de doelstelling opgenomen, dat in de periode van 2010 – 2014 een duurzame bedrijfsvoering in het gemeentehuis gefaseerd wordt ontwikkeld. Hierbij gaat het onder andere om energiebesparende maatregelen en duurzame inkoop. Deze doelstellingen worden uitgewerkt in de notitie duurzaamheid.
Paragrafen
blz. 22
Paragraaf verbonden partijen Algemeen In het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten wordt verstaan onder een verbonden partij: een privaatrechtelijke of publiekrechtelijke organisatie waarin de gemeente een bestuurlijk en een financieel belang heeft. De paragraaf betreffende de verbonden partijen bevat ten minste: a. De visie op de verbonden partijen in relatie tot de realisatie van de doelstellingen die zijn opgenomen in de begroting; b. De beleidsvoornemens omtrent verbonden partijen. De gemeente Beemster heeft een relatie met veel participanten. In deze paragraaf vermelden we dan ook niet alle participanten. Het criterium voor vermelding is een aanmerkelijk financieel belang (> € 15.000).
De verbonden partijen De belangrijkste verbonden partijen van Beemster zijn: Naam instelling Technische Dienst Beemster en Zeevang (TDBZ) Intergemeentelijk Samenwerkingsorgaan Waterland (ISW) Stadsregio Amsterdam (SA) Veiligheidsregio Zaanstreek -Waterland Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst Zaanstreek-Waterland (GGD) Waterlands Archief Baanstede (waarvan doorbetaling rijksbijdrage € 441.243)
Geraamde bijdrage 2013 676.289 19.539 19.823 146.390 270.895 57.620 504.024
Beemster is aandeelhouder van de N.V. Bank voor Nederlandse Gemeenten (BNG), van de N.V. Houdstermaatschappij EZW (onderdeel van NUON) en van de N.V. HVC (Huisvuilcentrale Alkmaar). Het bezit van de aandelen BNG en EZW leidt tot de ontvangst van dividenduitkeringen. Deze uitkeringen zijn redelijk stabiel. Wij verwijzen overigens naar de paragraaf weerstandsvermogen, onderdeel Stille reserves. Door het raadsbesluit van 18 september 2012 over de verdergaande samenwerking wordt de gemeente Purmerend in 2014 een belangrijke contractpartij van Beemster. Informatie over de verbonden partijen is om een aantal redenen van belang. De partijen voeren taken uit die in feite tot het gemeentelijke takenpakket behoren. Om bepaalde redenen is de uitvoering bij de verbonden partij gelegd. De taakuitvoering door de verbonden partijen heeft wel financiële consequenties. In het volgende onderdeel gaan wij kort in op het takenpakket van enkele genoemde partijen. Technische Dienst Beemster en Zeevang Zeevang De gemeenten Beemster en Zeevang zijn een gemeenschappelijke regeling aangegaan voor onder andere de uitvoering van taken als bouw- en woningtoezicht, milieutoezicht en de dagelijkse leiding van de afdelingen gemeentewerken in de beide gemeenten. Intergemeentelijk Intergemeentelijk Samenwerkingsorgaan Waterland (ISW) Beemster neemt, samen met de gemeenten Edam-Volendam, Landsmeer, Purmerend, Waterland, Wormerland en Zeevang deel aan de gemeenschappelijke regeling Intergemeentelijk Samenwerkingsorgaan Waterland. Het ISW is in 1971 opgericht. Het samenwerkingsorgaan heeft ten doel een harmonische ontwikkeling van de daaraan deelnemende gemeenten te bevorderen als bijdrage aan het welzijn van de Waterlandse bevolking, zo staat in de gemeenschappelijke regeling. Stadsregio Stadsregio Amsterdam Op 1 mei 1992 is de gemeenschappelijke regeling Regionaal Orgaan Amsterdam (thans Stadsregio Amsterdam) in werking getreden. De Stadsregio heeft tot taak die belangen te behartigen, welke verband houden met een evenwichtige en harmonische ontwikkeling in de regio Amsterdam. Het gaat daarbij om belangen betreffende: ruimtelijke ordening, volkshuisvesting, verkeer en vervoer, economische aangelegenheden en milieu. Paragrafen
blz. 23
Veiligheidsregio Zaanstreek -Waterland Vanaf 1 januari 2008 geldt de gemeenschappelijke regeling Veiligheidsregio Zaanstreek-Waterland. De veiligheidsregio heeft een uitgebreider takenpakket dan de regionale brandweer voorheen had. Naast de brandweertaken voert de veiligheidsregio tevens de Wet geneeskundige hulpverlening bij rampen (Wghor) uit. De gemeenschappelijke regeling GHOR Amsterdam is per 1 januari 2008 opgeheven. De brandweertaken behelzen onder meer het instellen en in stand houden van een regionale brandweeralarmcentrale, het voorbereiden van de organisatie voor het optreden van de brandweer in buitengewone omstandigheden en het regelen van de operationele leiding bij de bestrijding van rampen en zware ongevallen. Gemeenschappelijke Gezondheidsdienst ZaanstreekZaanstreek-Waterland (GGD) De GGD voert een aantal wettelijke en niet-wettelijke taken uit. De wettelijke taken vloeien voort uit de Wet Collectieve preventie Volksgezondheid (WCPV) en de Wet Geneeskundige Hulpverlening bij Rampen (WGHR). Enkele WCPV taken zijn: inzicht verwerven in de gezondheidssituatie (epidemiologie), infectieziektebestrijding, jeugdgezondheidszorg, gezondheidsvoorlichting en –opvoeding. De GGD is verantwoordelijk voor de coördinatie van de geneeskundige hulpverlening bij grootschalige ongevallen en rampen. De operationele uitvoering van deze taak ligt bij de regionaal geneeskundig functionaris en de veiligheidsregio. Naast de wettelijke taken wordt ook een aantal andere taken uitgevoerd, zoals reizigersvaccinatie, medische advisering en hygiëne inspecties in kinderdagverblijven. Waterlands Waterlands Archief Het Waterlands Archief heeft de zorg voor en het beheer van de archieven, die ingevolge de Archiefwet naar bewaarplaatsen zijn of dienen te worden overgebracht. Hieronder vallen ook opschoningactiviteiten en het toegankelijk maken van de archieven voor het publiek. Baanstede De uitvoering van de Wet sociale werkvoorziening (WSW) is in het werkgebied van Baanstede georganiseerd via de Gemeenschappelijke regeling Zaanstreek-Waterland, die op 1 januari 1999 in werking is getreden. In 2008 is een modernisering van de WSW ingevoerd. Doel is om het proces van instroom, doorstoom en duurzame plaatsing (bij voorkeur buiten de activiteiten van de organisatie, in casu Baanstede) tot het primaire proces te maken. De rijksbijdrage voor de sociale werkvoorziening wordt aan de gemeenten uitbetaald. De gemeenten in Zaanstreek en Waterland betalen deze bijdrage door aan Baanstede.
Paragrafen
blz. 24
Paragraaf grondbeleid Algemeen Onder grondbeleid verstaan wij het gehele instrumentarium dat de gemeente ter beschikking staat ten behoeve van de realisering van de vastgestelde ruimtelijke en deels ook economische doelstellingen.
Doelstelling Primaire doelstelling is het voeren van actieve grondpolitiek waarbij door middel van het vaststellen van bestemmingsplannen woningbouwmogelijkheden in de kernen Middenbeemster en Zuidoostbeemster worden gecreëerd. Onder actieve grondpolitiek verstaan wij dat de gemeente zelf de gronden aankoopt, zonodig tijdelijk beheert, bouwrijp maakt en vervolgens uitgeeft. Dit geeft de grootste zekerheid dat de in het bestemmingsplan opgenomen bestemmingen ook daadwerkelijk gerealiseerd worden. Tot op heden heeft de gemeente Beemster deze actieve rol kunnen vervullen, maar de laatste jaren worden met name projectontwikkelaars actief en verwerven zich een positie door middel van aankoop van gronden en terreinen waardoor een volledige planuitvoering bemoeilijkt wordt. De rol van de gemeente wordt dan veel meer een faciliterende; in dat geval spreken wij van passieve grondpolitiek. De meest simpele vorm is dat een particulier (projectontwikkelaar) exploiteert en de gemeente louter de publiekrechtelijke rol vervult. Er zijn ook verdergaande vormen van samenwerking, waarbij een rechtvaardige kosten- en batenverdeling wordt afgesproken. Hoewel de voorkeur zondermeer uitgaat naar het voeren van actieve grondpolitiek kunnen er zich omstandigheden voordoen dat andere keuzes moeten worden gemaakt. Zo zijn in de grotere geplande uitbreidingen van Zuidoostbeemster en Middenbeemster vóór de toepassing van de Wet voorkeursrecht gemeenten door projectontwikkelaars grondposities ingenomen. Ook moet hierbij rekening worden gehouden met de posities die de particulieren innemen, de uitvoeringscapaciteit van de eigen organisatie en de juridische mogelijkheden en beperkingen. De instrumenten die ons ter beschikking staan om de beoogde woningbouw te bereiken zijn, naast het zelf verwerven, bouwrijpmaken en uitgeven, de toepassing van de grondexploitatiewet, de wet voorkeursrecht gemeenten en in het uiterste geval onteigening. Naar wij verwachten kunnen in de meeste gevallen samenwerkingsovereenkomsten afgesloten worden, gebaseerd op optimalisatie van het financiële resultaat voor de gemeente en realisering van het beoogde woningbouwprogramma. Het inzetten van de eerder genoemde zware instrumenten is dan niet noodzakelijk.
Uitgangspunten Wij hanteren de volgende uitgangspunten: Wij kiezen bewust voor een actieve grondpolitiek; waar noodzakelijk wordt gezocht naar vormen van samenwerking en baat-afroming. Plannen dienen minimaal kostendekkend te zijn. Toewijzing van bouwgrond en/of nieuwbouwwoningen geschiedt via het per 1 juli 2004 ingevoerde toewijzingsbeleid op basis van de volgorde van inschrijving met de daaraan gekoppelde voorrangsregeling. Per m2 verkochte bouwgrond wordt vanuit de gemeentelijke grondexploitatie € 10,00 toegevoegd aan de reserve Dorpsuitleg ten behoeve van het treffen van bovenwijkse voorzieningen. Ook wordt er uit de grondexploitatie per m2 verkochte grond € 2,00 toegevoegd aan de reserve Archeologiebeleid. Zo nodig worden afspraken gemaakt over een bijdrage vanuit particuliere grondexploitatie voor de aanleg van bijzondere infrastructurele voorzieningen. De verkoopprijzen zijn op een marktconform niveau. Het voorkeursrecht wordt toegepast.
Paragrafen
blz. 25
Overige ontwikkelingen Voor de ontwikkeling van De Nieuwe Tuinderij in Zuidoostbeemster en het Vierde kwadrant in Middenbeemster wordt bij de grondexploitatie samengewerkt met Bouwfonds, die in beide gebieden een grondpositie heeft. De samenwerkingsovereenkomst tussen gemeente en Bouwfonds is medio 2011 getekend en heeft geresulteerd in de oprichting van een gezamenlijke onderneming, V.O.F. De Beemster Compagnie.
Stand van zaken Middenbeemster - plan Leeghwater Met de bouw van de laatste vier woningen van Baas en Groen/KBK wordt in 2012 gestart. Het gehele plan wordt in 2013 afgerond. Middenbeemster – De Keyser (Vierde kwadrant) kwadrant) De verdere planuitwerking geschiedt in opdracht van V.O.F. De Beemster Compagnie. In overleg met het Kwaliteitsteam Des Beemsters is in 2012 een studie gedaan naar de verkavelingmogelijkheden binnen de Beemstermaat. In 2013 zal dan een stedenbouwkundig plan worden afgerond, waarin de studie en de uitgangspunten van de grondexploitatieherziening van 2012 zijn verwerkt. In 2013 worden de eerste werkzaamheden ten behoeve van het bouwrijp maken uitgevoerd en worden de door de gemeente aangekochte gronden grotendeels overgenomen door De Beemster Compagnie. De oplevering van de eerste woningen wordt nog steeds verwacht in 2014. Zuidoostbeemster fase 2 In de uitwerking van het streekplan Noord-Holland-Zuid (Waterlands Wonen) is aangegeven dat tot 2020 in Zuidoostbeemster maximaal 450 woningen (in uitleggebied) mogen worden gerealiseerd. Dit gebied is gelegen ten oosten van de Purmerenderweg en strekt zich uit vanaf het Noorderpad tot aan het sportcomplex van de voetbalvereniging ZOB. In dit gebied ligt een glastuinbouwbedrijf, dat per 1 januari 2009 is beëindigd. De gronden ter grootte van 4.12.60 ha zijn, in verband met het strategisch belang van een gemeentelijke grondpositie in dit plangebied, inmiddels aangekocht. De ontwikkeling van deze gronden vindt pas na de ontwikkeling van fase 1, dus na 2020 plaats. Zuidoostbeemster fase 1, 1, De Nieuwe Tuinderij - westzijde Purmerenderweg (deelgebied 1) De woningbouw is in dit gebied in 2012 gestart met een eerste fase van 42 woningen. De oplevering van de eerste woning is ook nog in 2012 gepland. De verkoop van de volgende fase van 22 woningen zal in het laatste kwartaal 2012 plaats vinden Voor het westelijk deel van De Nieuwe Tuinderij is voor een gebied met 150 woningen het eerste uitwerkingsplan opgesteld en inmiddels onherroepelijk. De verwerving door de gemeente van alle grond in het westelijk gebied is afgerond en alle gronden zijn inmiddels overgedragen aan De Beemster Compagnie. - oostzijde Purmerenderweg (deelgebied 2) Dit plangebied heeft een bruto oppervlakte van 18,8 ha. Hiervan is een groot deel privaat eigendom. Behoudens de gronden die in het faillissement van een marktpartij zijn betrokken en enkele kleine aankopen van particulieren zijn alle gronden verworven en overgedragen aan De Beemster Compagnie. Net als in het westelijk deel is de Wet Voorkeursrecht gemeenten gevestigd op het in ontwikkeling te nemen gebied. Het gebied is samen met het westelijk deel en het gebied Slot opgenomen in de grondexploitatie van De Nieuwe Tuinderij. Deze grondexploitatie wordt jaarlijks herzien. Omdat het bestemmingsplan ZOB I 1e partiële herziening voor dit deel door de Raad van State is geschrapt, zal voor de woningbouw een nieuw bestemmingsplan in 2013 worden voorbereid. De start van de woningbouw in het oostelijke deel is gepland in 2015. –westzijde Purmerenderweg (deelgebied 3) Dit plangebied heeft een bruto oppervlakte van plm. 6,0 ha en is volledig privaat eigendom. Met de eigenaren wordt overlegd over een private ontwikkeling van dit gebied. Zuidoostbeemster, diverse kleine locaties - Bloeiende Perelaar Op deze locatie is door een marktpartij een plan ontwikkeld en is medio 2012 gestart met de verkoop van 11 koopappartementen en een ruimte voor een maatschappelijke functie in het voormalig schoolgebouw en Paragrafen
blz. 26
6 vrijstaande woningen op het voormalig schoolplein. Zodra de omgevingsvergunning verleend kan worden zal het perceel verkocht worden aan de marktpartij. - Buurthuis Hier is ruimte voor drie vrijstaande woningen. Zodra hier een omgevingsvergunning afgegeven kan worden zal ook deze grond in 2013 verkocht worden. - Spelemeiterrein Naar de ontwikkelingsmogelijkheden van goedkope koopwoningen op dit terrein is in 2012 onderzoek gedaan. De verwachting is dat hier in de loop van 2013 met woningbouw gestart kan worden.
Paragrafen
blz. 27