VERGADERING VAN DE GEMEENTERAAD MAANDAG 2 december 2013 OM 19.30 UUR Voorzitter: Dhr. Jacques Leten. Aanwezig Burgemeester: Mevr. Liesbeth Van der Auwera. Schepenen: Dhr. Mario Knippenberg, Dhr. Michel Theunissen, Dhr. Rudi Cober, Dhr. Rik Hertogs, Dhr. Jo Vandersteegen, Mevr. Bernadette Verslegers. Raadsleden: Mevr. Edith Vanaken, Dhr. Jos Drijkoningen, Dhr. Pierre Geuzens, Dhr. Bart Vanderhoydonk, Dhr. Mathieu Kenis, Dhr. Ronny Savelkoul, Mevr. Kathleen Reekmans, Mevr. Julie Raedschelders, Dhr. Matthias Vandyck, Mevr. Suma Hendrix, Mevr. Katja Verheyen, Dhr. Lambert Neyens, Dhr. Lode Tijskens, Dhr. Stefan Daniels, Dhr. Paul De Ruyter, Mevr. Cynthia Nouwen, Dhr. Klaas Royackers. Stadssecretaris: Dhr. Stefan Goclon. Verontschuldigd
DAGORDE
1. Besluit aanpassing OCMW – meerjarenplan 2013 – 2015 en besluit budgetwijziging 2013: goedkeuring. 2. Meerjarenplan en budget 2013: a. Goedkeuring wijziging financieel meerjarenplan. b. Goedkeuring budgetwijziging 1 en 2. c. Goedkeuring verklarende nota bij de budgetwijziging 2013. 3. Ziekenhuis Maas en Kempen vzw – financiering investeringsuitgaven 2014: goedkeuring borgstelling. 4. Pensioenproblematiek statutair ziekenhuispersoneel: goedkeuring besluit college burgemeester en schepenen d.d. 30/10/2013 en goedkeuring tot het door storten van het surplusbedrag (aandeel Bree) m.b.t. de MCNOL-exploitatie 1995-2000, aan de vereffening van a.v. MCNOL. 5. Toelage brandveiligheidswerken (KLJ Opitter). 6. Subsidies aan instellingen - eigen lokaal. 7. Buitengewone toelage aan basisschool Kadee Tongerlo – goedkeuring. 8. Aanbod ING: gebundelde obligatie uitgifte – goedkeuring besluit college van burgemeester en schepenen van 15 oktober 2013. 9. Vaststelling begrip “dagelijks bestuur” i.f.v. budgethouderschap – goedkeuring. 10. Budgetwijziging 2013 kerkfabriek Sint-Michiel nr. 2.: kennisgeving. 11. Dotatie ijspiste 2013-2014 – De Augustijner NV – goedkeuring. 12. Belastingreglementen – goedkeuring dienstjaar 2014-2019: a. Belasting op het afleveren van administratieve stukken; b. Kermissen; c. Markten; d. Milieuvergunningen; e. Blauwe zone; f. Inname stoepen.
-1-
13. Verlenging overeenkomst met vzw Sociale Werkplaats Labor Ter Engelen m.b.t. toelage voor een ste 1 sociale werkploeg. 14. Afvalreglement betreffende het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen – goedkeuring. 15. Convenant met Limburg.net i.v.m. “directe inning” – goedkeuring. 16. Reglement betreffende de belasting voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen – goedkeuring. 17. Fietspaden Opitterkiezel – aanpassing plan inname 23 – goedkeuring. 18. Rooilijnplan “De Vuurvogel” – Oudestraat te Bree – voorlopige goedkeuring. 19. Voormalige pastorij Tongerlo – verkoop deelperceel aan aangelande eigenaar – definitieve beslissing. 20. RUP “Kanaalkom” – definitieve vaststelling. 21. RUP “Gedeeltelijke afschaffing tracé N730” – definitieve vaststelling. 22. Aanduiding afgevaardigde in de algemene vergadering van ziekenhuis Maas en Kempen. 23. Uitnodiging buitengewone algemene vergadering – goedkeuring agenda en afvaardiging: a. Infrax cvba op16 december 2013; b. Inter-media op 18 december 2013; c. Inter-energa op 10 december 2013; d. Inter-aqua op 17 december 2013; e. Limburg.net op 18 december 2013. 24. Overheidsopdrachten A. Vaststelling gunningswijze en goedkeuring lastenboek voor: a. Het leveren van nieuwe brandweerhelmen – vaststelling gunningswijze en goedkeuring lastenboek. 25. Brandweer: verlenging dienstcontract korpsgeneesheer (2014). 26. Brandweer: goedkeuring dading met Terberg Specials nv. 27. Personeel – Wijzigingen arbeidsreglement en bijlagen II, III, IV en V. 28. Personeel – Wijzigingen rechtspositieregeling.
BESLOTEN ZITTING. 29. Brandweer : Bevordering lager kader beroepskorporaal. 30. Brandweer : Bevordering hoger kader beroepsofficier . 31. Brandweer: bevordering onderofficieren kader vrijwillig brandweerpersoneel.
De voorzitter opent de vergadering om 19.30 uur. Bij de opening van de zitting vraagt de voorzitter een minuut stilte ter nagedachtenis van de recent overleden vader van OCMW-raadslid Goele Eerdekens. Het verslag van de vorige gemeenteraad van 4 november wordt hierna met unanimiteit van stemmen goedgekeurd. Er zijn toegevoegde agendapunten van de fracties Verjonging en Vlaams Belang-Leefbaar Bree, in de openbare zitting te behandelen. Al de raadsleden zijn aanwezig.
-2-
1.
Besluit aanpassing OCMW – meerjarenplan 2013 – 2015 en besluit budgetwijziging 2013: goedkeuring.
Toelichting door O.C.M.W.-voorzitter Bernadette Verslegers (B.R.O.S.) De verhoging van het OCMW-budget is bijna uitsluitend te wijten aan de verhoging van de pensioenbijdragen (basisbijdrage en responsabiliseringsbijdrage) voor het statutaire OCMW en ziekenhuispersoneel zoals blijkt uit de facturatie hiervan, voor 2012, 2013, en de projecties naar 2014 en verder, door de federale dienst RSZPPO, dit ten gevolge van een nieuwe pensioenwet van 24 oktober 2011, waarvan de financiële gevolgen niet konden worden ingeschat bij de opmaak van budget en meerjarenplan. De netto verhoging, die uitsluitend aan deze extra pensioenbijdrage (gepensioneerd OCMW en ziekenhuispersoneel) is te wijten, bedraagt €584.000, betaalbaar voor einde 2013. Deze extra pensioenlast is een wederkerig gegeven voor 2014 en verder (verwijzing: zie ook agendapunt 4). Omdat uit de verklarende nota bij de aanpassing OCMW-meerjarenplan 2013-2015 en budgetwijziging 2013 blijkt dat dit een verhoging van de voorziene jaarlijkse gemeentelijke bijdrage aan het O.C.M.W. inhoudt moet de gemeenteraad volgens de regelgeving (O.C.M.W.-decreet) hiervoor de goedkeuring verlenen. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het positief advies van het college van burgemeester en schepenen van 23 oktober 2013 over aanpassing OCMW-meerjarenplan 2013-2015 en budgetwijziging 2013 en de goedkeuring ervan door de O.C.M.W.-raad op 28 oktober 2013; Overwegende dat ook uit de verklarende nota bij de aanpassing OCMW-meerjarenplan 2013-2015 en budgetwijziging 2013 blijkt dat dit een verhoging van de voorziene jaarlijkse gemeentelijke bijdrage aan het O.C.M.W. inhoudt en dat de gemeenteraad volgens de regelgeving (O.C.M.W.-decreet) hiervoor de goedkeuring moet verlenen; Dat deze verhoging bijna uitsluitend te wijten is aan de verhoging van de pensioenbijdragen (basisbijdrage en responsabiliseringsbijdrage) voor het statutaire OCMW en ziekenhuispersoneel zoals blijkt uit de facturatie hiervan, voor 2012, 2013, en de projecties naar 2014 en verder, door de federale dienst RSZPPO, dit ten gevolge van een nieuwe pensioenwet van 24 oktober 2011, waarvan de financiële gevolgen niet konden worden inschat bij de opmaak van budget en meerjarenplan; Na bespreking, na toelichting door de O.C.M.W.-voorzitter, en na stemming met 15 stemmen voor (CD&V – BROS, Vlaams Belang – Leefbaar Bree) en 10 onthoudingen (Verjonging).
BESLUIT Artikel 1:
De aanpassing OCMW-meerjarenplan 2013-2015 en O.C.M.W.-budgetwijziging 2013 en bijlagen wordt goedgekeurd.
-3-
Artikel 2:
Een afschrift van dit besluit te sturen naar het O.C.M.W.-bestuur van Bree en aan de toezichthoudende overheid.
2.
Meerjarenplan en budget 2013: a. Goedkeuring wijziging financieel meerjarenplan. b. Goedkeuring budgetwijziging 1 en 2. c. Goedkeuring verklarende nota bij de budgetwijziging 2013.
Toelichting door schepen Michel Theunissen (CD&V). Uit de resultaten van de budgetbesprekingen is gebleken dat er budgetwijzigingen dienen doorgevoerd te worden zowel in de gewone als in de buitengewone dienst. In de gewone dienst wordt het resultaat nu geraamd op +6.730,70 euro (aanvankelijk 53.638 euro), in de buitengewone dienst wordt het resultaat na wijziging geraamd op 1.055.201,82 euro (aanvankelijk 398.012,67 euro). Er wordt 500.000 euro uit het reservefonds over geboekt, het saldo van dat fonds is dan nog 1.589.000 euro. Stemming: CD&V – BROS: voor (13), Verjonging: onthouding (10), Vlaams Belang – Leefbaar Bree: tegen (2) De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motivering van de bestuurshandelingen; Gelet op de artikelen van het decreet betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op art. 154 van het gemeentedecreet inzake de budgetwijziging; Overwegende dat bij budgetwijziging kan worden vastgesteld middels de voorgelegde cijfers en een verklarende nota; Na beraadslaging;
BESLUIT Artikel 1:
De verklarende nota inzake budgetwijzigingen nrs.1 en 2 dienstjaar 2013, wordt door ons goedgekeurd.
Artikel 2:
Onderhavige beslissing wordt overgemaakt aan de toezichthoudende overheid, zijnde de Gouverneur van de provincie Limburg.
-4-
Verklarende nota inzake budgetwijziging 2013 De budgetwijziging 2013 stad Bree omvat 3 delen, nl. a. de budgetwijziging nr. 1, zijnde de wijziging van de budgetten in de gewone dienst, b. de budgetwijziging nr. 2, zijnde de wijziging van de budgetten in de buitengewone dienst, c. aangepast meerjarig financieel beleidsplan.
De budgetwijziging nr. 1 omvat een eerste wijziging die de goedkeuring van jaarrekening 2012 inhoudt, en waarvan de cijfers worden overgenomen. Het oorspronkelijk algemeen resultaat van de budgetrekening 2012 welk was voorzien op 49.500,62 euro wordt aangepast naar 4.950,70 euro. De wijzigingen op het eigen dienstjaar betreffen gecombineerd een verhoging van de ontvangen voor een bedrag van 125.455,00 euro en een verlaging ervan voor een bedrag van 4.000,- euro, samen resulterend in totale ontvangsten voor een bedrag van 16.440.255,00 euro. De wijzigingen op het eigen dienstjaar betreffen gecombineerd een verhoging van de uitgaven voor een bedrag van 894.808,00 euro en een verlaging ervan voor een bedrag van 289.575,00 euro, samen resulterend in totale uitgaven voor een bedrag van 17.901.160,00 euro. De wijzigingen inzake vorige dienstjaren bedragen een verhoging van 18.580,- euro aan uitgaven, zijnde uitgaven nodig inzake onderhoudswerkden door derden aan buurtwegen en het betalen van subsidies zonneboilers, geplaatst in 2012,. Wat betreft de overboekingen kunnen wij stellen dat voor het in evenwicht houden van het budget dienstjaar 2013 er 500.000,- euro meer uit het reservefonds dient te worden geput, althans op budgettair vlak. Dit is in hoofdzaak te wijten aan de responsabiliseringsbijdrage pensioenen, zowel bij de stad, het ocmw als bij het gepensioneerd ziekenhuispersoneel. De jaarrekening zal uitsluitsel geven over het effectieve bedrag. Samenvattend geeft dit navolgende overzicht:
-5-
In navolgende tekst verwijzen de bedragen genoteerd in xxx,- formaat naar bedragen in euro. Budgetwijziging nr. 1 In detail kunnen wij inzake het eigen dienstjaar volgende belangrijke wijzigingen noteren voor de ontvangsten: a. Functie 104: personenbelastingen: 10.920,- meerontvangst ristorno verzekeringen b. Functie 529: dividenden Nuhma + 24.125,- meerontvangst c. Functie 76409: uitbating cafetaria Boneput in de verlofperiode : 7.370,- ontvangsten In detail kunnen wij inzake het eigen dienstjaar volgende belangrijkste wijzigingen noteren voor de uitgaven: a. Personeel: de personeelsbudgetten worden getoetst aan de werkelijke bezetting en bijgestuurd. Ook de indexsprong werd pessimistischer gebudgetteerd in het oorspronkelijk budget. Dit geeft wijzigingen aan de 62xxx rekeningen ( budgetcodes 111-xx tot 118-xx) waardoor grosso modo 14.500,- euro minderuitgaven het gevolg zijn, die uitgesmeerd over functies 123 algemene administratie, 351 brandweer, 421 verkeer, 761 jeugd, 762 cultuurbeleid, 764 sport / zwembad, 772 cultuurcentrum, 767 bibliotheek, 879 milieu en 922 woonbeleid. b. Personeel: verzekeringen arbeidsongevallen: een minderuitgave van ongeveer 32.000,c. Personeel: responsabilisering pensioenen: een uitgave van 112.474,- voor de bijdrage van het jaar 2012 is een feit geworden. Deze uitgaven zullen een peramanent karakter hebben. Zie budget 131/113-21. d. Werkingskosten – energie: electriciteit en gas/brandstof, water: de provinciale heraanbesteding van de electriciteit en aardgas leveren ons gunstiger voorwaarden op. In relatie met onze budgetten is de minderuitgave eerder klein dit jaar, omwille van de afrekeningen gas, waardoor we de budgetmarges bij electricteit aanwenden om die afrekeningskosten budgetmatig op te vangen. e. Toelagen/overdrachten: functie 831: het ocmw staat voor een biezonder zware uitgave inzake de responsabilisering van de pensioenen. Het betreffen hier uitgaven voor de vrijwaring van pensioenen voor het eigenlijk ocmw-personeel als het vroegere ziekenhuispersoneel. 20 jaar geleden werd de AV MCNOL opgezet als sanering. Echter die inspanning wordt door deze responsabilisering teniet gedaan. De ocmw-toelage dient voor de bijdrage 2012 met 585.134,te worden verhoogd.
3.
Ziekenhuis Maas en Kempen vzw – financiering investeringsuitgaven 2014: goedkeuring borgstelling.
Toelichting door schepen Michel Theunissen. Aangezien het Ziekenhuis Maas en Kempen een lening heeft aangegaan van 2.900.000 euro voor de financiering van de investeringsuitgaven 2014, dient deze lening gewaarborgd te worden door de betrokken gemeenten Bree en Maaseik. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006 en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven;
-6-
Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Aangezien Ziekenhuis Maas en Kempen besloten heeft bij Belfius/KBC Bank nv een lening van € 2.900.000,00 aan te gaan, voor de financiering van de investeringsuitgaven 2014, terug te betalen in 3, 5 of 10 jaar; Aangezien deze leningen dienen gewaarborgd te worden door de gemeente; Na stemming, met éénparigheid van stemmen; BESLUIT Art. 1
Verklaart zich solidair borg te stellen tegenover Belfius/KBC Bank nv en dit wat betreft zowel het kapitaal als de intresten en de onkosten van de door ziekenhuis Maas en Kempen afgesloten verrichting van € 2.900.000,00.
Art. 2
Machtigt Belfius/KBC Bank nv op het debet van haar rekening-courant, met waarde van hun vervaldag, om het even welke bedragen te boeken, verschuldigd door de kredietnemer en die door deze nog mochten onbetaald blijven na een tijdsverloop van 30 dagen, berekend vanaf deze vervaldag. De gemeente verbindt zich, gedurende de looptijd van deze lening en van haar eigen leningen bij Belfius/KBC Bank, alle nodige maatregelen te nemen om de storting te verzekeren op haar rekening geopend bij deze bank, van al de sommen die er op dit ogenblik gecentraliseerd worden, hetzij uit hoofde van de wet (o.a. haar aandeel in het gemeentefonds en in elk ander fonds dat dit zou vervangen of aanvullen, de opbrengst van de gemeentelijke opcentiemen op de rijks- en provinciebelastingen, alsmede de opbrengst van de gemeentebelastingen geïnd door de staat), hetzij uit hoofde van een overeenkomst, en dit niettegenstaande elke eventuele wijziging in de manier van inning van deze inkomsten. Machtigt Belfius/KBC Bank nv ertoe deze inkomsten aan te wenden tot dekking van de bedragen die door Ziekenhuis Maas en Kempen, uit welke hoofde ook, mochten verschuldigd zijn en die aan de gemeente aangerekend worden. Deze door de gemeente gegeven machtiging geldt als onherroepelijke delegatie in het voordeel van Belfius/KBC Bank nv. Mochten voormelde bedragen ontoereikend zijn voor de betaling van deze verschuldigde bedragen die aan de gemeente zullen aangerekend worden dan gaat ze de verbintenis aan, bij Belfius/KBC Bank nv het bedrag te storten nodig om de vervallen schuld volledig af te betalen. Bij gehele of gedeeltelijke laattijdige betaling van de verschuldigde bedragen, worden verwijlintresten – tegen de rentevoet van de marginale beleningsfaciliteit van de Europese Centrale Bank geldig op de laatste dag van de maand, voorafgaand aan deze waarin de vertraging optreedt, verhoogd met een marge van 1,5 % - van rechtswege en zonder ingebrekestelling aangerekend en dit gedurende de periode van niet-betaling. Deze door de gemeente gegeven machtiging geldt als onherroepelijke delegatie in het voordeel van Belfius/KBC Bank nv.
Art. 3
Dit besluit is onderworpen aan de toezichthoudende overheid zoals voorzien in de toepasselijke decreten en besluiten.
-7-
4.
Pensioenproblematiek statutair ziekenhuispersoneel: goedkeuring besluit college burgemeester en schepenen d.d. 30/10/2013 en goedkeuring tot het door storten van het surplusbedrag (aandeel Bree) m.b.t. de MCNOL-exploitatie 1995-2000, aan de vereffening van a.v. MCNOL.
Toelichting door de burgemeester Liesbeth Van der Auwera (CD&V). De vereffenaars van MCNOL krijgen de opdracht om vanuit de vereffening de belangen van Bree en Maaseik te verdedigen inzake de financiële gevolgen van de pensioenproblematiek van statutair ziekenhuispersoneel. Zie ook agendapunt 1. Hiervoor duiden de vereffenaars, met goedkeuring van beide schepencolleges, een gespecialiseerd advocaat aan inzake sociaal zekerheidsrecht én een gespecialiseerd advocaat inzake publiek recht. De stadsbesturen van Bree en Maaseik vinden deze extra pensioenlast voor voormalig ziekenhuispersoneel onredelijk en willen daarom , met juridische ondersteuning, hier tegen protest aantekenen bij de hogere overheid. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het besluit van het college van burgemeester en schepenen d.d. 30/10/2013 betreffende de financiële pensioenproblematiek van het statutair ziekenhuispersoneel en de goedkeuring van de voorstellen van de vereffenaars van ziekenhuis a.v. M.C.N.O.L. in vereffening sinds 2001; Met unanimiteit van stemmen.
Besluit: Het collegebesluit d.d. 30/10/2013 met de volgende inhoud wordt goedgekeurd: Artikel 1: De vereffenaars van MCNOL krijgen de opdracht om vanuit de vereffening de belangen van Bree en Maaseik te verdedigen inzake de financiële gevolgen van de pensioenproblematiek van statutair ziekenhuispersoneel, hiervoor duiden de vereffenaars, met goedkeuring van beide schepencolleges, een gespecialiseerd advocaat aan inzake sociaal zekerheidsrecht én een gespecialiseerd advocaat inzake publiek recht. Artikel 2: De financiële middelen hiervoor worden als volgt voorzien: Gelet op de brief van de FOD volksgezondheid, boekhouding en beheer van de ziekenhuizen, brief d.d. 09.04.2013 waarbij de tekorten van het ziekenhuis, na bemerkingen namens het MCNOL, over de jaren 1995-2000 definitief vastgesteld worden.
-8-
Dat na berekening door de ZMK-ziekenhuisdirectie, in recent overleg met de MCNOL-vereffenaars en met de financieel beheerders van Bree en Maaseik ten gevolge hiervan een surplus werd vastgesteld ten gunste van de steden Bree en Maaseik op basis van de eerdere verrekening voor een totaal bedrag van 80.268,19 € en dat dit surplus boekhoudkundig via het ziekenhuis moet worden terug gestort aan de beide steden volgens de actuele verdeelsleutel (2013): o 58,0840 % voor Maaseik : 46.622,98 € o 41,9160 % voor Bree : 33.645,21 € Artikel 3: Het surplus dat aan de stad Bree dus via het ziekenhuis zal worden gestort, wordt door de stad Bree terug in de vereffening van MCNOL gestort als voorziening voor de betaling van de raadslieden die door de vereffenaars worden aangesteld en voor de betaling van andere administratieve-, verplaatsingkosten e.d.m. die door de vereffenaars in deze pensioenproblematiek worden aangegaan, van al deze erelonen van advocaten en/of kosten moeten door de vereffenaars bewijsstukken aan de stadsbesturen worden overgemaakt. Artikel 4: Er wordt kennis genomen van de intentie van het stadsbestuur van Maaseik om eenzelfde besluit te nemen.
5.
Toelage brandveiligheidswerken (KLJ Opitter).
Toelichting door schepen Mario Knippenberg (B.R.O.S.) KLJ-Opitter krijgt een toelage van 11.000 euro teneinde hun lokalen toegankelijker en brandveiliger te maken. Dit past in de co-financiering door Limburg Sterk Merk, LSM. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het feit dat in de goedgekeurde begroting 2013 een toelage werd ingeschreven onder de begrotingsartikel 761/332-02/003 € 11 000,00 voor brandveiligheidswerken; Gelet op het feit dat de gemeenteraad het bedrag moet vaststellen dat aan deze vereniging zal toegekend worden, vermits in de begroting de verkeerde naam van de begunstigde vereniging vermeld werd; Gelet op het feit dat KLJ Opitter via deze toelage hun lokalen veiliger en toegankelijker wil maken; Gelet op het feit dat de werken kaderen binnen het subsidiedossier brandveilige jeugdinfrastructuur van LSM; Na stemming, met eenparigheid van stemmen; BESLUIT:
-9-
Artikel 1: Navolgende subsidie toe te kennen voor het dienstjaar 2013 met de kredieten, voorzien in de goedgekeurde begroting 2013. Deze kredieten worden uitbetaald ten belope van de ingediende facturen door KLJ Opitter met een maximum van 11 000,00 euro; Artikel 2: De begunstigde vereniging is, op straffe van gehele terugbetaling van het ontvangen bedrag, ertoe gehouden de toelage aan te wenden voor de werken van de verenigingen. Binnen de drie maanden, na de datum van de betaling van de toelage moeten de verenigingen het gebruik van de toelage rechtvaardigen met de nodige verantwoordingsstukken. Artikel 3: Afschrift van dit besluit zal bij het betalingsbevel gevoegd worden.
6.
Subsidies aan instellingen - eigen lokaal.
Toelichting door schepen Mario Knippenberg. Omdat de stad Bree niet voor elke jeugdvereniging een lokaal ter beschikking kan stellen wordt aan verenigingen met een eigen lokaal een subsidie verleend voor de kosten voor verwarming, elektriciteit en water. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het feit dat in de goedgekeurde begroting 2013 een toelage werd ingeschreven onder de begrotingsartikel 761/332-02/006 € 2 500,00 subsidies aan instellingen – eigen lokaal; Gelet op het feit dat de gemeenteraad het bedrag moet vaststellen dat aan deze verenigingen zal toegekend worden, vermits in de begroting de naam van de begunstigde vereniging niet genoemd werd; Gelet op het feit dat de Stad Bree niet voor iedere Breese jeugdvereniging een gebouw ter beschikking kan stellen voor het uitvoeren van hun activiteiten; Gelet op het feit dat verschillende Breese verenigingen hierdoor zelf instaan voor de kosten van verwarming, elektriciteit- en waterverbruik; Gelet op het feit dat deze subsidie toegekend wordt aan de volgende verenigingen op basis van de oppervlakte van hun eigen lokaal; Na stemming, met eenparigheid van stemmen. BESLUIT:
-10-
Artikel 1: Navolgende subsidie toe te kennen voor het dienstjaar 2013 met de kredieten, voorzien in de goedgekeurde begroting 2013: 761/332-02/006 subsidie aan instellingen – eigen lokaal - KSA Bree - KSA Tongerlo - VKSJ Tongerlo - KAJ Vostert - Scouts en Gidsen Bree
€ 768,74 € 254,13 € 254,13 € 508,27 € 714,73
Artikel 2: De begunstigde vereniging is, op straffe van gehele terugbetaling van het ontvangen bedrag, ertoe gehouden de toelage aan te wenden voor de werken van de verenigingen. Binnen de drie maanden, na de datum van de betaling van de toelage moeten de verenigingen het gebruik van de toelage rechtvaardigen met de nodige verantwoordingsstukken. Artikel 3: Afschrift van dit besluit zal bij het betalingsbevel gevoegd worden.
7.
Buitengewone toelage aan basisschool Kadee Tongerlo – goedkeuring.
Toelichting door schepen Rudi Cober (B.R.O.S.). Aan de basisschool Kadee in Tongerlo wordt een toelage verleend van 6.793,63 euro als tussenkomst in de kosten voor herstellingen aan het afdak. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006 en latere wijzigingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op de wet van 29 juli 1991 bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
betreffende
de
uitdrukkelijke motiveringsplicht
van
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op het feit dat basisschool Kadee Tongerlo hun afdak renoveert; Overwegende dat het daarom nuttig is hiervoor een tussenkomst toe te kennen; Overwegende dat de toelage zal uitbetaald worden aan de hand van facturen + onkostennota’s die basisschool Kadee Tongerlo voorlegt als bewijsstuk; Overwegende dat in het budget 2013 hiervoor een bedrag van € 3.500,00 voorzien is op artikel 722/522-51 van de buitengewone uitgaven; Overwegende dat het saldo zal aangerekend worden op artikel 764/522-51/001 van de buitengewone uitgaven in het budget 2013 gezien hier nog voldoende budget beschikbaar is; Na stemming, met éénparigheid van stemmen;
-11-
BESLUIT Art. 1
Aan basisschool Kadee Tongerlo wordt een tussenkomst van € 6.793,63 toegekend.
Art. 2
De begunstigde vereniging is, op straffe van gehele terugbetaling van het ontvangen bedrag, ertoe gehouden de tussenkomst aan te wenden voor de renovatie van hun speelplaats. De vereniging moet het gebruik van de tussenkomst rechtvaardigen met de nodige verantwoordingsstukken.
Art. 3
De begunstigde vereniging is vrijgesteld van de verplichtingen opgelegd bij de wet van 14 november 1983, met uitzondering van de verplichtingen, voorzien onder artikel 3 en 7, eerste lid 1° en artikel 9, tweede lid.
Art. 4
Afschrift van dit besluit zal bij het betalingsbevel gevoegd worden.
8.
Aanbod ING: gebundelde obligatie uitgifte – goedkeuring besluit college van burgemeester en schepenen van 15 oktober 2013.
Toelichting door schepen Michel Theunissen. Aan de ING-bank wordt meegedeeld dat de gemeente Bree interesse heeft in de gebundelde obligatie-uitgifte omdat bij de overheidsopdracht financiering investering 2012 tijdens de inschrijvingsperiode de stad het bericht ontving van 3 banken, nl. ING, BNP PARIBAS FORTIS en KBC dat er in de sector besloten was in functie van de Basel III normen alleen nog kredietverstrekking toe te staan voor leningen op maximaal 10 jaar. Raadslid Pierre Geuzens (Verjonging) merkt op dat de wet op de overheidsopdrachten wel voorschrijft dat er met meer aanbieders/banken gesproken moet worden. De schepen antwoordt dat dit in principe zo is, vandaag wordt enkel de toestemming gegeven dat er interesse is vanuit de stad Bree om hierover te praten, een definitief besluit met financiële engagementen kan desgevallend later worden genomen. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het feit dat lenen steeds moeilijker wordt en dat er daarover meerdere publicaties zijn waarin geschetst wordt dat de BASEL III normen hun impact hebben op kredietverleningsmogelijkheden en – bereidheden van de bancaire sector; Gelet op het feit dat we bij de overheidsopdracht financiering investering 2012 tijdens de inschrijvingsperiode het bericht ontvingen van 3 banken, nl. ING, BNP PARIBAS FORTIS en KBC dat er in de sector besloten was in functie van de Basel III normen alleen nog kredietverstrekking toe te staan voor leningen op maximaal 10 jaar; Overwegende dat de financiële sector om die regelgeving zelf op zoek gaat naar nieuwe producten om haar eigen marktaandeel in stand te houden; Gelet op het aanbod van ING bank, waarbij een voorstel van gebundelde obligatie-uitgifte als alternatieve financieringspiste wordt voorgesteld;
-12-
Overwegende dat het opportuun is hieromtrent kennis op te doen en de mogelijkheden terzake te verkennen en het aanbod bij intentie tot deelname nog geen verplichtingen inhoudt; Met unanimiteit van stemmen. BESLUIT
Art. 1 ING Bank wordt meegedeeld dat de stad Bree interesse heeft om deel te nemen in het raamwerk van een gebundelde obligatie-uitgifte. Art. 2
Detaillering van dit aanbod wordt in bijlage gevoegd.
Art. 3
Het College van burgemeester en schepenen wordt belast met de verder uitwerking.
9.
Vaststelling begrip “dagelijks bestuur” i.f.v. budgethouderschap – goedkeuring.
Toelichting door schepen Michel Theunissen. De inhoud van het begrip dagelijks bestuur zijn die daden van beheer, gewone leveringen en diensten, die geboekt worden op het exploitatiebudget of die in normale omstandigheden het bestuur voor niet langer dan één jaar binden en tevens beperkte investeringen voor zover ze binnen het zelfde financiële boekjaar gerealiseerd of geleverd worden in normale omstandigheden. Financiële verbintenissen bij daden van dagelijks bestuur mogen maximum € 8.500 exclusief B.T.W. bedragen worden voortaan vrijgesteld van het verplichte voorafgaande visum van de financieel beheerder. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006 en latere wijzigingen; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het gemeentedecreet, inzonderheid artikel 158 en 159 betreffende budgethouderschap en dagelijks bestuur; Overwegende dat het college van burgemeester en schepenen het budgethouderschap voor aangelegenheden van dagelijks bestuur wil toekennen aan de gemeentesecretaris die op zijn beurt,; rekening houdend met het organogram van de gemeentelijke diensten, deze bevoegdheid wil delegeren aan de budgethouders zijnde: Financieel beheerder Jean Gielen (budgethouder in hoofde van de functie), Financiële dienst: Joey Housen, Hilde Craeghs, Linda Rehorst Diensthoofd technische dienst Annita Verhoeven en medewerkers Tom Houben, Ingrid Wels Diensthoofd vrije tijd en bibliothecaris Annemie Arras Diensthoofd Ruimtelijke ordening Tom Brusten Diensthoofd Leefmilieu en grondzaken Patrick Hermans Beleidsadviseur en diensthoofd communicatie Rik van de Konijnenburg Diensthoofd cultuurdienst An Wynants
-13-
Diensthoofd cultuurcentrum Jan Coonen Diensthoofd Sportdienst Mireille Vanoosterhout Zwembadbeheerder Lidia Serra Diensthoofd Jeugddienst Ine Kauffmann Diensthoofd Personeelsdienst Marijke Evens en Gerda Eerdekens Diensthoofd Informatie-Toerisme en preventie- en veiligheidsambtenaar Fien Symons Brandweer: Jos Vandermeulen, Marc Pannekoeke, Irène Janssen
Overwegende dat er onder dagelijks bestuur kan worden verstaan die daden van beheer, gewone leveringen en diensten, die geboekt worden op het exploitatiebudget of die in normale omstandigheden het bestuur voor niet langer dan één jaar binden en tevens beperkte investeringen voor zover ze binnen het zelfde financiële boekjaar gerealiseerd of geleverd worden in normale omstandigheden; Overwegende dat de gemeenteraad daden van dagelijks bestuur kan vrijstellen van het verplichte voorafgaande visum van de financieel beheerder; Overwegende dat “dagelijks bestuur” en “bugethouderschap” reeds langer geïmplementeerd zijn bij het stadsbestuur Bree; Gelet op het feit dat, gezien de wijziging in de wetgeving/decreetgeving en gezien de nieuwe gemeentelijke legislatuur, het wenselijk is de inhoud van het begrip dagelijks bestuur opnieuw vast te laten stellen door de gemeenteraad, op voorstel van het college van burgemeester en schepenen. Met unanimiteit van stemmen. Besluit:
Artikel 1: Goedkeuring van: 1/ De inhoud van het begrip dagelijks bestuur zijn die daden van beheer, gewone leveringen en diensten, die geboekt worden op het exploitatiebudget of die in normale omstandigheden het bestuur voor niet langer dan één jaar binden en tevens beperkte investeringen voor zover ze binnen het zelfde financiële boekjaar gerealiseerd of geleverd worden in normale omstandigheden; zijn 2/ Financiële verbintenissen bij daden van dagelijks bestuur mogen maximum €8.500 exclusief B.T.W. bedragen.
Artikel 2: Aangelegenheden van dagelijks bestuur vrij te stellen van het verplichte voorafgaande visum van de financieel beheerder.
10. Budgetwijziging 2013 kerkfabriek Sint-Michiel nr. 2.: kennisgeving. Toelichting door schepen Michel Theunissen De kerkfabriek Sint-Michiel legt een budgetwijzing voor die een verhoging inhoudt van de toelage van de stad aan de kerkfabriek. De verhoging is te wijten aan verhoogde exploitatiekosten ten gevolge van de strenge winter van 2013.Raadslid Pierre Geuzens stelt zich vragen bij de forse budgetverhoging in de gewone dienst, heeft dit met de procedure voor de Raad van State te maken? Waarover gaat die? De schepen vermoedt dat deze procedure te maken heeft met de procedure tot aanstelling van een architect voor de renovatie van de Dekenij in Bree centrum. Raadslid Jos Drijkoningen (Vlaams Belang-Leefbaar Bree) vraagt naar de stand van zaken van een kerkenplan voor groot Bree. De burgemeester antwoordt dat hierover constructief overlegd wordt met het Hoofdkerkbestuur en de Deken. Het plan is nog niet klaar, maar minstens één kerkgebouw zal ook alternatieve/culturele functies toegewezen krijgen. De gemeenteraad:
-14-
Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op de wet van 29 juli 1991 bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
betreffende
de
uitdrukkelijke motiveringsplicht
van
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Overeenkomstig het decreet van 7 mei 2004 betreffende de materiële organisatie en werking van de erkende erediensten; Gelet op het feit dat deze werd goedgekeurd door de kerkraad in haar vergadering van 30 augustus 2013; Na stemming, met éénparigheid van stemmen; BESLUIT Art. 1 De gemeenteraad geeft gunstig advies voor de budgetwijziging nr. 2 2013 van de kerkfabriek Sint-Michiel Bree. Art. 2
Het nodige budget zal voorzien worden op artikel 790/332-02/006 van de gewone uitgaven in het budget 2014.
11. Dotatie ijspiste 2013-2014 – De Augustijner NV – goedkeuring. Toelichting door de burgemeester. Aan de NV De Augustijner, organisator van de ijspiste tijdens de eindejaarsperiode, wordt een toelage verleend van 20.000 euro. Raadslid Jos Drijkoningen vraagt waarom de ijspiste dit jaar een week eerder opent, dit in examenperiode. De burgemeester antwoordt dat het AGB dit organiseert, de ijspiste opent dan voor de jaarlijkse Sinterklaasmarkt (5 december) en dit trekt ook veel extra (schaats)volk naar het handelscentrum in Bree. De lagere- en kleuterscholen hebben geen examens. Raadslid Matthias Vandijck (Verjonging)vraagt een overzicht van de kosten, o.a. electriciteitsverbruik, en van de inkomsten via sponsoring. Het AGB zal dit oplijsten en dit initiatief evalueren nadat de ijspiste terug is gesloten en nadat de inkomsten- en uitgaven bekend zijn. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het feit dat Stad Bree en De Augustijner NV van 4 december 2013 tot en met 5 januari 2014 de organisatie van de ijspiste in het stadscentrum van Bree op zich neemt;
-15-
Overwegende dat dit initiatief een grotere aantrekkingskracht geeft aan het stadscentrum en een ondersteuning is voor de middenstanders van Bree; Gelet op het feit dat dit initiatief de nodige kosten met zich meebrengt is er in het goedgekeurde budget 2013 onder artikel 764/332-02/004 een krediet van € 20.000,00 ingeschreven voor een dotatie aan de ijspiste, De Augustijner NV voor het meefinancieren van de ijspiste 2013-2014; Met eenparigheid van stemmen. BESLUIT : Artikel 1: Aan De Augustijner NV wordt een toelage van € 20.000,00 toegekend, voorzien in het goedgekeurde budget 2013 onder artikel 764/332-02/004; Artikel 2: De begunstigde vereniging is, op straffe van gehele terugbetaling van het ontvangen berdrag, ertoe gehouden de toelage aan te wenden voor organisatie van het winterevenement. De vereniging moet het gebruik van de toelage rechtvaardigen met de nodige verantwoordingsstukken. Artikel 3: Afschrift van dit besluit zal bij het betalingsbevel gevoegd worden.
12. Belastingreglementen – goedkeuring dienstjaar 2014-2019: Toelichting door schepen Michel Theunissen. Naar jaarlijkse gewoonte worden op de laatste gemeenteraad van het lopende kalenderjaar de retributies en belastingen goedgekeurd. Deze goedkeuring geldt nu tot en met 2019. Raadslid Pierre Geuzens merkt een administratieve fout op in het besluit 12.a. Dit zal worden gecorrigeerd. a. Belasting op het afleveren van administratieve stukken; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de geldende begrotingsonderrichtingen ter zake; Overwegende dat het afleveren van allerlei administratieve stukken voor de gemeente zware lasten meebrengt en dat het aangewezen is hiervoor een gematigde belasting in te vorderen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 28 april 1993, zoals gewijzigd; Gelet op het decreet van 30 mei 2008, betreffende de vestiging en invordering geschillenbeslechting van provincie- en gemeentebelastingen Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de rechterlijke inrichting in fiscale zaken;
-16-
en de
Gelet op het Koninklijk Besluit van 12 april 1999 tot bepaling van de procedure voor de gouverneur of voor het college van burgemeester en schepenen inzake bezwaarschriften tegen een provincie- of gemeentebelasting; Gelet op de invoering van de elektronische identiteitskaart; Gelet op het Koninklijk Besluit van 31 oktober 2006 betreffende het elektronisch identiteitsdocument voor Belgische kinderen onder de twaalf jaar; Gelet op ons besluit van 18 december 2012 waardoor de belasting op het afleveren van administratieve stukken is vastgesteld voor de periode 2013; Gelet op het KB van 13 juni 2010 tot wijziging van het KB van 23 maart 1998 betreffende het rijbewijs; Gelet op de omzendbrief van de Federale Overheidsdienst Mobiliteit en Vervoer d.d. 20 oktober 2010 met kenmerk OBG-ID1/PC/10/1378 betreffende de invoer van het rijbewijs in bankkaartmodel; Gelet op de omzendbrief van de Federale Overheidsdienst Binnenlandse Zaken d.d. 21 december 2012 met kenmerk III21/724/R/561/12 betreffende de nieuwe prijs van de identiteitsdocumenten die uitgereikt worden aan Belgen en vreemdelingen;
Na beraadslaging met eenparigheid van stemmen: BESLUIT
Art. 1
Er wordt vanaf voor het dienstjaar 2014 tot en met dienstjaar 2019 een indirecte belasting gevestigd op het afleveren door het gemeentebestuur van allerlei administratieve stukken. De belasting is verschuldigd door de natuurlijke of rechtspersonen aan wie het stuk wordt afgeleverd. Deze verordening is niet toepasselijk op het afleveren van stukken die onderworpen zijn aan de betaling van een bijzonder recht ten voordele van de gemeente krachtens een wet, een algemeen of provinciaal reglement of een bijzonder gemeentelijk reglement.
Art. 2
Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld als volgt: 1° Voor de elektronische identiteitskaarten in uit voering van het Koninklijk Bestluit van 25 maart 2003: 15,00 EUR voor identiteitskaarten uitgereikt aan personen vanaf 12 jaar; 15,00 EUR voor elk duplicaat van een nieuwe elektronische identiteitskaart; In alle andere gevallen zoals aanvragen pin- en pukcode, spoedprocedures wordt de werkelijke kost aangerekend; 2°
Voor de identiteitsdocumenten voor kinderen va n minder dan 12 jaar, afgeleverd in uitvoering van het Koninklijk Besluit van 14 november 1955 en van de besluiten die dat hebben aangevuld en gewijzigd : a)
voor het identiteitsstuk afgegeven aan elk kind onder de 12 jaar : gratis; voor de vernieuwing van het identiteitsstuk ingeval van verlies of beschadiging : gratis; voor elk identiteitsstuk afzonderlijk, op vertoon van het reglementaire plastieken zakje dat vroeger afgeleverd werd : gratis. b) voor het elektronische identiteitsdocument voor kinderen onder de 12 jaar (de Kids ID): 6,00 EUR In alle andere gevallen zoals aanvragen pin- en pukcode, spoedprocedures wordt de werkelijke kost aangerekend; 3°
Voor de rijbewijzen, afgeleverd in uitvoering va n het Koninklijk Besluit van 23 maart 1998 en van de besluiten die dat hebben aangevuld en gewijzigd: 24,00 EUR voor voorlopige rijbewijzen 24,00 EUR voor duplicaten rijbewijzen 24,00 EUR voor eerste aanvragen van rijbewijzen
-17-
24,00 EUR voor vernieuwingen van rijbewijzen. 4°
Voor de paspoorten : 5,00 EUR voor elk nieuw paspoort.
5°
Voor de bouwvergunningen : 5,00 EUR bij het afleveren van de bouwvergunningen; De verzendkosten van de aangetekende brieven bij openbaar onderzoek van de bouwaanvraag en toepassing van het K.B. van 6 februari 1971 bij afgifte van het ontvangstbewijs van de bouwaanvraag. Het bedrag wordt bepaald door de dagprijs van de aangetekende brief vermenigvuldigd met aantal, bepaald door art. 6 par. 2 van vermeld K.B.
6°
Voor de verkavelingsvergunningen : 10,00 EUR De verzendkosten van de aangetekende brieven bij openbaar onderzoek van de bouwaanvraag en toepassing van het K.B. van 6 februari 1971 bij afgifte van het ontvangstbewijs van de bouwaanvraag. Het bedrag wordt bepaald door de dagprijs van de aangetekende brief vermenigvuldigd met aantal, bepaald door art. 6 par. 2 van vermeld K.B.
7°
Voor alle andere documenten, getuigschriften, u ittreksels, afschriften, wettigingen, voor eenvormig verklaarde afschriften, vergunningen, enz..., waarvoor geen speciaal tarief werd bepaald en die van ambtswege of op verzoek worden afgeleverd : Voor de aan het zegelrecht onderworpen getuigschriften : 1,50 EUR voor elk exemplaar; Voor de niet aan het zegelrecht onderworpen getuigschriften : 1,50 EUR voor een enig exemplaar of voor het eerste exemplaar; 0,75 EUR voor het tweede.
8°
a)
Particulieren en privé-instellingen d ie hierom verzoeken, zullen per aanvraag voor het maken van een fotokopie, navolgende rechten betalen : fotokopie maat quarto : 0,25 EUR per fotokopie; groot formaat : 0,40 EUR per fotokopie. Particulieren, privé-instellingen en overheidsinstellingen zullen voor het maken van een planafdruk, navolgende rechten betalen : a. planafdruk : 10,00 EUR per planafdruk.
9°
Notarissen die om stedenbouwkundige inlichtinge n verzoeken, zullen per aanvraag een bedrag van 100,00 EUR behandelingskosten betalen.
Art. 3
Wanneer de gevraagde stukken met de post worden verstuurd, worden de verzendingskosten aan de belasting toegevoegd. Die kosten dienen bij de aanvraag te worden betaald. Zij zijn eveneens verschuldigd en vooruit betaalbaar wanneer artikel 5 van toepassing is.
Art. 4
Worden van de belasting vrijgesteld : a. de stukken die in uitvoering van een wet of van gelijk welk reglement van de administratieve overheid door het gemeentebestuur kosteloos moeten worden afgeleverd; b. de stukken die afgeleverd worden aan behoeftige personen; de behoeftigheid wordt door ieder overtuigend bewijsstuk gestaafd; c. de machtigingen aangaande godsdienstige of politieke manifestaties; d. de machtigingen aangaande activiteiten die als dusdanig reeds het voorwerp uitmaken van een belasting of retributie ten voordele van de gemeente; e. de stukken die afgeleverd worden aan de gerechtelijke of administratieve overheden, alsook aan instellingen van openbaar nut; f. de mededeling van inlichtingen door de politie aan verzekeringsmaatschappijen omtrent het gevolg dat gegeven werd in verband met verkeersongevallen op de openbare weg; g. de getuigschriften van een goed zedelijk gedrag afgegeven door de gemeentebesturen om gevoegd te worden bij een aanvraag van een door de regering ingestelde eervolle onderscheiding;
-18-
h. i. j.
geldigverklaring van aanvraagformulieren voor vermindering op biljetten van de NMBS, de NMVB en de openbare autobusdiensten; afgifte van nationaliteitsbewijzen aan de kandidaten bij gemeenteraadsverkiezingen; de al dan niet uitkeringsgerechtigde werklozen, pas afgestudeerden, laatstejaarsstudenten, leerlingen van het laatste jaar secundair onderwijs en werkzoekende personen van wie het enig inkomen het bestaansminimum is, die bescheiden nodig hebben wanneer ze voor een betrekking solliciteren. Wel is het zo dat de belanghebbenden zelf het bewijs dienen te leveren dat ze voor de vrijstelling in aanmerking komen en dat de bescheiden waarvoor ze de belastingvrijstelling vragen, bij het solliciteren nodig zijn.
Art. 5
De belasting is niet toepasselijk op de afgifte van stukken, welke krachtens een wet, een koninklijk besluit of een overheidsverordening reeds aan de betaling van een recht ten behoeve van de gemeente onderworpen is. Uitzondering wordt gemaakt voor de rechten welke de met het afgeven van reispassen belaste gemeenten ambtshalve toekomen krachtens art. 13 van de wet van 04.07.1956 en de K.B. van 20.12.1972 en 12.11.1976.
Art. 6
Wanneer de contante inning niet kan worden uitgevoerd, wordt de belasting ingekohierd en is ze onmiddellijk eisbaar. De kohieren worden vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het College van Burgemeester en Schepenen ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het dienstjaar. Het kohier wordt tegen ontvangstbewijs overgezonden aan de met de invordering belaste ontvanger die onverwijld instaat voor de verzending van de aanslagbiljetten. Deze verzending gebeurt zonder kosten voor de belastingplichtigen.
Art. 7
Het aanslagbiljet bevat de verzendingsdatum en de gegevens vermeld in het kohier. Als bijlage wordt een beknopte samenvatting toegevoegd van het onderhavig reglement. De belasting moet betaald worden binnen twee maanden na de verzending van het aanslagbiljet. Wanneer de belasting niet betaald is binnen de gestelde termijn, worden de regels toegepast betreffende de nalatigheidsintresten inzake de rijksbelastingen op de inkomsten.
Art. 8
De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan tegen zijn aanslag een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen binnen zes maanden vanaf de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de inning van de belasting indien dit op een andere wijze dan per kohier gebeurde. Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk bij het college van burgemeester en schepenen worden ingediend. Het bezwaarschrift mag eveneens, tegen ontvangstbewijs, overhandigd worden aan het college van burgemeester en schepenen of aan het orgaan dat zij speciaal daarvoor aanwijst. Het wordt gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger en vermeldt de naam, de hoedanigheid, het adres of de zetel van de belastingplichtige alsmede het voorwerp van het bezwaarschrift en een opgave van de feiten en middelen. Het college van burgemeester en schepenen of het orgaan dat zij speciaal daarvoor aanwijst, bericht schriftelijk ontvangst binnen acht dagen na verzending of indiening van het bezwaarschrift. De belastingplichtigen kunnen de verbetering aanvragen van materiële missingen, zoals dubbele aanslag, rekenfouten enz. zolang de gemeenterekening van het dienstjaar waarop de belasting betrekking heeft, niet goedgekeurd werd.
Art. 9
Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden.
b. Kermissen; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de geldende begrotingsonderrichtingen ter zake; Overwegende dat de financiële toestand der gemeente het vereist dat er overgegaan wordt tot de vaststelling van de standplaatsrechten op de kermissen;
-19-
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 28 april 1993, zoals gewijzigd;
Na beraadslaging met eenparigheid van stemmen: BESLUIT Art. 1
Voor de kermissen van het dienstjaar 2014 tot en met dienstjaar 2019 worden de prijzen voor de standplaatsen op de kermissen van Bree centrum en per kermis als volgt vastgesteld: Minder dan 5 meter hoog:
0 tot 25 m² 26 tot 50 m 51 tot 100 m² 101 tot 150 m² 151 tot 200 m² 201 tot 250 m² 251 tot 300 m² 301 tot 350 m² 351 tot 400 m² vanaf 401 m²
Meer dan 5 meter hoog: EURO 12,50 25,00 50,00 75,00 100,00 125,00 150,00 175,00 200,00 225,00
0 tot 25 m² 26 tot 50 m² 51 tot 100 m² 101 tot 150 m² 151 tot 200 m² 201 tot 250 m² 251 tot 300 m² 301 tot 350 m² 351 tot 400 m² vanaf 401 m²
EURO 25,00 50,00 100,00 150,00 200,00 250,00 300,00 350,00 400,00 450,00
Art. 2
De in artikel 1 voorziene oppervlakte dient als volgt geïnterpreteerd te worden: “ de oppervlakte die de foorkramer nodig heeft voor een vlotte werking van zijn inrichting dus ook de eventuele ruimte waar de kermisgangers staan om deel te nemen aan het spel of de vermakelijkheid met inbegrip van alle uitsprongen in de richting.
Art. 3
De uitbaters die een standplaats hebben bekomen dienen te betalen voor wordt aangevangen met de opbouw van de installatie. De betaling gebeurt per overschrijving of tegen ontvangstbewijs. Is de foorreiziger niet in het bezit van het ontvangstbewijs voor de aanvang van de opbouw van de installatie vervalt voor hem het verkregen standplaatsrecht en wordt zijn plaats als vrij beschouwd voor de betreffende kermis. Bij herhaling van niet tijdige betaling vervalt voor de betreffende foorreiziger het verkregen standplaatsrecht voor de resterende kermissen.
Art. 4
De jaarlijkse wijkkermissen worden, gezien hun onbelangrijkheid, van deze retributie ontlast. Dit geldt voor de wijken Beek, Gerdingen, Vostert, Opitter, Tongerlo en Kanaal.
Art. 5
Dit besluit zal in viervoud voor goedkeuring overgemaakt worden aan de hogere overheid. c.
Markten;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de geldende begrotingsonderrichtingen ter zake;
-20-
Overwegende dat de financiële toestand der gemeente het vereist dat er overgegaan wordt tot de vaststelling van de standplaatsrechten op de kermissen; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 28 april 1993, zoals gewijzigd;
Na beraadslaging met eenparigheid van stemmen: BESLUIT Art. 1
Voor het dienstjaar 2014 tot en met dienstjaar 2019 wordt ten behoeve van de gemeente Bree een belasting geheven op de standplaatsen op de wekelijkse markt.
Art. 2
Elke persoon die, voor het uitoefenen van beroep, zich op de openbare plaatsen en wegen der gemeente opstelt, is onderworpen aan een huurrecht der plaats volgens onderstaand tarief per dag en per strekkende meter ingenomen plaats : 1,50 EUR per strekkende meter met een minimum van 6,00 EUR per dag voor kramen, winkels, tenten, tafels, voertuigen en andere inrichtingen en toestellen waar goederen te koop gesteld worden. een abonnement voor een standplaats wordt vastgesteld op 50,00 EUR per strekkende meter en per jaar. 10 EUR wordt gerekend voor deelname in de promotiekosten van de markt
De marktkramers, die gebruik maken van de aansluiting op het elektriciteitsnet, zijn verplicht wekelijks een bijkomend recht te betalen als volgt: 2,60 EUR voor verlichting; 5,20 EUR voor verlichting en koeling; 15,60 EUR voor verlichting, koeling en verwarming. Art. 3
Voor het dienstjaar 2014 tot en met dienstjaar 2019 wordt ten behoeve van de gemeente Bree een belasting geheven op de standplaatsen op de jaarmarkt.
Art. 4
Elke persoon die, op de jaarmarkt staat, is onderworpen aan een huurrecht der plaats volgens onderstaand tarief en per strekkende meter ingenomen plaats : Losse marktkramers: 1,50 EUR per strekkende meter met een minimum van 6,00 EUR op de dag van de jaarmarkt voor kramen, winkels, tenten, tafels, voertuigen en andere inrichtingen en toestellen waar goederen te koop gesteld worden. 10 EUR = deelname in promotiekosten elektriciteitkosten: 3 EUR voor verlichting, 6 EUR voor verlichting en koeling, 16 EUR voor verlichting, koeling en verwarming (voor de ganse dag). Abonnementhouders van de wekelijkse markt: 1,50 EUR per strekkende meter met een minimum van 6,00 EUR op de dag van de jaarmarkt. Als de jaarmarkt op een vrijdag valt, hoeven de abonnementhouders van de wekelijkse markt geen extra standgeld te betalen.
-21-
-
elektriciteitkosten: 3 EUR voor verlichting, 6 EUR voor verlichting en koeling, 16 EUR voor verlichting, koeling en verwarming (voor de ganse dag). Als de jaarmarkt op een vrijdag valt, hoeven de abonnementhouders van de wekelijkse markt geen extra elektriciteitskosten te betalen.
Art. 5
De personen op dewelke deze belasting van toepassing is zijn verplicht vooruit aangifte te doen bij de gemeenteontvanger of bij de plaatselijke politie met aanduiding van het aantal strekkende meters ingenomen door hun inrichting.
Art. 6
De personen, aan de belasting onderworpen, zijn gehouden op het eerste verzoek dat hun zal worden gedaan het bedrag der belasting te betalen in handen van de gemeenteontvanger.
Art. 7
De ontvangst van deze standplaatsrechten geschiedt op de wijze aangeduid door het college van burgemeester en schepenen; ontvangstbewijs der betaalsom wordt aan de belanghebbende afgeleverd.
Art. 8
Wanneer de betaling niet in der minne kan geregeld worden, kunnen de verschuldigde sommen ingekohierd worden. De kohieren worden vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het College van Burgemeester en Schepenen ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het dienstjaar. Het kohier wordt tegen ontvangstbewijs overgezonden aan de met de invordering belaste ontvanger die onverwijld instaat voor de verzending van de aanslagbiljetten. Deze verzending gebeurt zonder kosten voor de belastingplichtigen. Het aanslagbiljet bevat de verzendingsdatum en de gegevens vermeld in het kohier. Als bijlage wordt een beknopte samenvatting toegevoegd van het reglement krachtens welke de belasting is verschuldigd.
Art. 9
De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan tegen zijn aanslag een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen binnen zes maanden vanaf de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de inning van de belasting indien dit op een andere wijze dan per kohier gebeurde. Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk bij het college van burgemeester en schepenen worden ingediend. Het bezwaarschrift mag eveneens, tegen ontvangstbewijs, overhandigd worden aan het college van burgemeester en schepenen of aan het orgaan dat zij speciaal daarvoor aanwijst. Het wordt gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger en vermeldt de naam, de hoedanigheid, het adres of de zetel van de belastingplichtige alsmede het voorwerp van het bezwaarschrift en een opgave van de feiten en middelen. Het college van burgemeester en schepenen of het orgaan dat zij speciaal daarvoor aanwijst, bericht schriftelijk ontvangst binnen acht dagen na verzending of indiening van het bezwaarschrift. De belastingplichtigen kunnen de verbetering aanvragen van materiële missingen, zoals dubbele aanslag, rekenfouten enz. zolang de gemeenterekening van het dienstjaar waarop de belasting betrekking heeft, niet goedgekeurd werd.
Art. 10 Wanneer de belasting niet betaald is binnen de gestelde termijn worden de regels toegepast betreffende de nalatigheidsintresten inzake de rijksbelastingen op de inkomsten. Art. 11 Deze verordening wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden. d. Milieuvergunningen; Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de geldende begrotingsonderrichtingen ter zake;
-22-
Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 28 april 1993, zoals gewijzigd; Gelet op het decreet van 30 mei 2008, betreffende de vestiging en invordering geschillenbeslechting van provincie- en gemeentebelastingen
en de
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de rechterlijke inrichting in fiscale zaken; Gelet op het Koninklijk Besluit van 12 april 1999 tot bepaling van de procedure voor de gouverneur of voor het college van burgemeester en schepenen inzake bezwaarschriften tegen een provincie- of gemeentebelasting; Na beraadslaging met unanimiteit van stemmen: BESLUIT Art. 1
Er wordt van dienstjaar 2014 tot en met dienstjaar 2019 een bijzondere retributie gevestigd op: 1. het afleveren van vergunningen voor de inrichtingen door het Vlarem gerangschikt in de eerste klasse en onderworpen aan een milieueffectenrapport en/of een veiligheidsrapport. 2. het afleveren van vergunningen voor de inrichtingen door het Vlarem gerangschikt in eerste klasse. 3. het afleveren van vergunningen voor de inrichtingen door het Vlarem gerangschikt in tweede klasse.
Art. 2
Het bedrag van deze retributie is vastgesteld als volgt: 1. eerste klasse onderworpen aan een milieueffectenrapport en/of veiligheidsrapport: - dagprijs per aangetekende zending en de kosten voor de aankondiging in minstens twee dag- en/of weekbladen per inrichting 2. eerste klasse: - dagprijs per aangetekende zending en de kosten voor de aankondiging in twee dag- en/of weekbladen per inrichting 3. tweede klasse: 62,00 EUR per inrichting
Art. 3
Bij gebrek aan betaling in der minne zal de retributie burgerrechtelijk ingevorderd worden.
Art. 4
Deze beraadslaging zal ter goedkeuring aan de Hogere Overheid worden voorgelegd. e. Blauwe zone;
De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet;
-23-
Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op ons besluit van 20 december 2006 houdende de vaststelling van de retributie op het parkeren in de blauwe zone voor de periode van dienstjaar 2007 tot en met dienstjaar 2012, inzonderheid de burgerrechterlijke invorderingsprocedure ; Gelet op ons besluit van 27 december 2007 houdende de aanpassing van het retributiereglement aan het ministerieel besluit van 9 januari 2007 inzake de parkeerkaart ; Gelet op ons besluit van 15 december 2009 houdende de aanpassing van de invorderingsprocedure conform art. 94 van het gemeentedecreet; Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen ; Na beraadslaging met eenparigheid van stemmen:
BESLUIT Art. 1. Er wordt, vanaf het dienstjaar 2013 tot en met dienstjaar 2019 een gemeentelijke retributie gevestigd voor het parkeren van motorvoertuigen op de openbare weg of op de plaatsen gelijkgesteld aan de openbare weg. Dit reglement beoogt het parkeren van een motorvoertuig op plaatsen waar dat parkeren toegelaten is én waar een blauwe zone-reglementering van toepassing is. Onder openbare weg verstaat men de wegen en hun trottoirs of nabijgelegen bermen die eigendom zijn van de gemeentelijke, provinciale of gewestelijke overheden. Onder met een openbare weg gelijkgestelde plaatsen verstaat men de parkeerplaatsen gelegen op de openbare weg, zoals vermeld in artikel 4 § 2, van de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en de organisatie van openbare markten. Art. 2. De retributie wordt als volgt vastgesteld: - gratis voor de maximale duur die toegelaten is door de verkeersborden, - een forfaitair bedrag van 10,00 EUR per dag voor elke periode die langer is dan deze die gratis is met een maximum van 8 uren. De door de gebruiker gewenste parkeerduur wordt vastgesteld door het zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig van de parkeerschijf, overeenkomstig artikel 27.1.1 van het Koninklijk Besluit van 1 december 1975. Deze reglementering is niet van toepassing op de bewoners die de door de gemeente uitgereikte officiële parkeerkaart, overeenkomstig het ministerieel besluit van 9 januari 2007 zichtbaar aanbrengen achter de voorruit van het voertuig. Het parkeren van voertuigen gebruikt door personen met een handicap is gratis. Het statuut van "persoon met een handicap" wordt beoordeeld op het ogenblik van het parkeren door het aanbrengen op een zichtbare plaats achter de voorruit van het voertuig van de kaart uitgereikt overeenkomstig het ministerieel besluit van 29 juli 1991. Op zon- en volgende feestdagen is geen retributie verschuldigd, ook niet vóór 9 uur en na 18 uur op gewone dagen : 1 januari, Paasmaandag, 1 mei, Hemelvaartsdag, Pinkstermaandag, 11 juli, 21 juli, 15 augustus, 1 november, 11 november, 25 december. Art.3.
De retributie is verschuldigd door de bestuurder die het motorrijtuig parkeert. De titularis van de inschrijving van het rijtuig in het repertorium van de motorrijtuigen, de houder van de proefritten- of handelaarsplaat op het rijtuig aangebracht, zijn samen met de bestuurder van het rijtuig solidair gehouden tot betaling van deze retributie.
-24-
Art. 4. De retributie is verschuldigd zodra het voertuig langer geparkeerd is dan de tijd die toegelaten is door de verkeersborden, en is betaalbaar door overschrijving op de rekening die door de stad Bree wordt vastgesteld. Deze laatste mogelijkheid wordt enkel aangeboden als de gebruiker opteert voor de toepassing van het forfaitair tarief. Art. 5. De gebruiker van een motorvoertuig die de parkeerschijf niet zichtbaar achter de voorruit van zijn voertuig plaatst, wordt steeds geacht te kiezen voor de betaling van het in artikel 2 bedoelde forfaitaire tarief. Bij toepassing van het hierboven vermelde forfait, brengt de aangestelde van de gemeente een uitnodiging om de retributie binnen de 5 werkdagen te betalen aan op de voorruit van het voertuig. Art. 6. Bij gebrek aan betaling in der minne binnen de 5 werkdagen wordt er een herinneringsbrief verstuurd waarbij de kosten van 5,00 EUR ten laste zijn van de wanbetaler. Ingeval van niet-betaling binnen de 30 dagen zal er een aangetekende brief verstuurd worden, verhoogd met de wettelijke tarieven ten laste van de wanbetaler. Indien de retributie hierna nog niet voldaan is, worden de verschuldigde sommen conform art. 94 van het gemeentedecreet - na visering en uitvoerbaarverklaring door het college van burgemeester en schepenen - middels dwangbevel ingevorderd. Art. 7. Een afschrift van deze beslissing wordt in toepassing van artikel 253 van het Gemeentedecreet van 15 juli 2005 overgemaakt aan de provinciegouverneur. Art. 8. Het Autonoom Gemeentebedrijf Bree wordt belast met het parkeertoezicht en de minnelijke invorderingen. f.
Inname stoepen.
Gelet op de financiële toestand van de gemeente; Gelet op de geldende begrotingsonderrichtingen ter zake; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 28 april 1993, zoals gewijzigd; Gelet op het decreet van 30 mei 2008, betreffende de vestiging en invordering geschillenbeslechting van provincie- en gemeentebelastingen
en de
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de rechterlijke inrichting in fiscale zaken; Gelet op het Koninklijk Besluit van 12 april 1999 tot bepaling van de procedure voor de gouverneur of voor het college van burgemeester en schepenen inzake bezwaarschriften tegen een provincie- of gemeentebelasting;
Na beraadslaging met eenparigheid van stemmen: BESLUIT
-25-
Art. 1
Voor het dienstjaar 2014 tot en met dienstjaar 2019 wordt ten voordele van de gemeente een jaarlijkse belasting geheven voor het benuttigen van gedeelten van de openbare weg.
Art. 2
Het plaatsen van tafels, stoelen, banken, koopwaren, wagens of welke voorwerpen op de openbare weg, stoep of voetpad blijft verboden.
Art. 3
Aan dit verbod mogen door het College van Burgemeester en Schepenen uitzondering verleend worden indien de openbare weg breed genoeg is om de vrije doorgang niet te belemmeren. Nochtans zal de verleende vergunning alleen dan volledig uitwerksel hebben na de betaling der verschuldigde plaatsrechten, berekend volgens de bepalingen van tegenwoordig reglement.
Art. 4
De plaatsrechten worden per vierkante meter als volgt berekend: Indien de inname beperkt is tot 2 dagen: GRATIS, maar een aanvraag is wel noodzakelijk de de de de de Voor de 3 , 4 , 5 , 6 en 7 dag: 0,50 EUR per m²/dag, vanaf de eerste dag en met een minimum totaalbedrag van 20,00 EUR. ste Vanaf de 8 dag: 3,00 EUR per m2/ per begonnen maand en met een minimum totaalbedrag van 20,00 EUR. Voor de berekening wordt elk gedeelte van een vierkante meter voor een ganse meter geteld. De plaatsrechten verschuldigd door de horeca-uitbaters wegens gebruikmaking van de openbare weg voor hun handelsuitbating voor de uitbouw van terrassen, wordt als volgt berekend: Voor Bree centrum met inbegrip van de kleine ring: Per jaar/per m²: 10,00 EUR Per half jaar/per m²: 7,50 EUR Per dag/per m²: 0,15 EUR Met een minimum totaalbedrag van 20,00 EUR. Buiten Bree centrum en de kleine ring: Per jaar/per m²: 7,50 EUR Per half jaar/per m²: 5,00 EUR Per maand/per m²: 0,10 EUR Met een minimum totaalbedrag van 20,00 EUR. Horeca-uitbaters die hun terrassen het hele jaar willen laten staan, dienen het ook ingericht te laten en te gebruiken in de wintermaanden. Gelegenheidsterrassen en uitbreidingen van terrassen dienen tijdig aangevraagd te worden bij de technische dienst van de stad Bree. De plaatsrechten worden berekend als volgt: Voor Bree centrum met inbegrip van de kleine ring: Per dag/per m²: 0,15 EUR (met een minimum van 20,00 EUR) Buiten Bree centrum en de kleine ring: Per dag/per m²: 0,10 EUR (met een minimum van 20,00 EUR)
Art. 5
Voor openbare veilingen van mobilaire voorwerpen om welke reden ook, op de openbare weg gehouden, zal een recht van 6,00 EUR per dag verschuldigd zijn.
Art. 6
Bij elke stoepinname ten bate van terrassen, containers, reclameborden, decoraties, uitstallingen van koopwaar en dgl. dient rekening gehouden met een minimum vrije doorgang voor voetgangers van 1,50 m breedte. Indien omwille van bouwwerven stoepen geheel of gedeeltelijk ingenomen worden kan het bestuur de aanvrager verplichten tot het plaatsen van een verlichte voetgangerstunnel.
Art. 7
Elke aan de gevelmuur vastgemaakte uitstalling of toestel op minder dan 2,50 meter hoogte, wordt aanzien als gebruikmaking van de openbare weg en daarvoor is plaatsrecht door tegenwoordig reglement voorzien verschuldigd.
Art. 8
Bovenvermelde plaatsrechten worden beschouwd als minimumrechten. Het staat het College van Burgemeester en Schepenen vrij, mits goedkeuring van de gemeenteraad, de
-26-
standplaatsen of sommige daarvan bij opbod toe te wijzen, opbrengst zou leveren. Art. 9
indien zulks een meerdere
De kohieren worden vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het College van Burgemeester en Schepenen ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het dienstjaar. Het kohier wordt tegen ontvangstbewijs overgezonden aan de met de invordering belaste ontvanger die onverwijld instaat voor de verzending van de aanslagbiljetten. Deze verzending gebeurt zonder kosten voor de belastingplichtigen. Het aanslagbiljet bevat de verzendingsdatum en de gegevens vermeld in het kohier. Als bijlage wordt een beknopte samenvatting toegevoegd van het reglement krachtens welke de belasting is verschuldigd.
Art. 10 De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan tegen zijn aanslag een bezwaar indienen bij het college van burgemeester en schepenen binnen zes maanden vanaf de verzending van het aanslagbiljet of van de kennisgeving van de aanslag of vanaf de datum van de inning van de belasting indien dit op een andere wijze dan per kohier gebeurde. Het bezwaarschrift moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk bij het college van burgemeester en schepenen worden ingediend. Het bezwaarschrift mag eveneens, tegen ontvangstbewijs, overhandigd worden aan het college van burgemeester en schepenen of aan het orgaan dat ze speciaal daarvoor aanwijst. Het wordt gedagtekend en ondertekend door de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger en vermeldt de naam, de hoedanigheid, het adres of de zetel van de belastingplichtige alsmede het voorwerp van het bezwaarschrift en een opgave van de feiten en middelen. Het college van burgemeester en schepenen of het orgaan dat zij speciaal daarvoor aanwijst, bericht schriftelijk ontvangst binnen acht dagen na de verzending of indiening van het bezwaarschrift. De belastingplichtigen kunnen de verbetering aanvragen van materiële missingen, zoals dubbele aanslag, rekenfouten enz. zolang de gemeenterekening van het dienstjaar waarop de belasting betrekking heeft, niet goedgekeurd werd. Art. 11 De toelating of vergunning moet ieder jaar vernieuwd worden. Zij wordt verleend zonder dat de belanghebbende enig recht van erfdienstbaarheid op de openbare weg kan doen gelden doch onder uitdrukkelijke voorwaarde dat zij mag ingetrokken of tijdelijk of gedeeltelijk geschorst worden, indien zulks nodig geacht wordt. De terugtrekking en de schorsing geven geen recht op de schadevergoeding doch enkel op de teruggave van het teveel betaalde plaatsrecht. Daarboven blijft de vergunninghouder ten volle verantwoordelijk voor de voorwerpen, door hem op de vergunde plaatsen gesteld, en heeft de gemeente, voor hetgeen de bewaring dezer voorwerpen betreft niet de minste verplichting. Art. 12 Is niet onderworpen aan het plaatsrecht, de voorlopige neerlegging op de openbare weg, teneinde af- en oplading van materialen of voorwerpen, weggeruimd binnen de twaalf uur. Art. 13 Wanneer de belasting niet betaald is binnen de gestelde termijn, worden de regels toegepast betreffende de nalatigheidsintresten inzake de rijksbelastingen op de inkomens. Art. 14 Deze vordering wordt aan de toezichthoudende overheid toegezonden
13. Verlenging overeenkomst met vzw Sociale Werkplaats Labor Ter Engelen m.b.t. toelage voor een 1ste sociale werkploeg. Toelichting door schepen Rik Hertogs. De samenwerking met de vzw Sociale Werkplaats Labor Ter Engelen m.b.t. een project voor de tewerkstelling en sociale integratie van risicogroepen op de arbeidsmarkt (ploeg 1) wordt verlengd voor de periode van 1 januari 2014 – 31 december 2019. De jaarlijkse toelage van 100.000 euro wordt uitbetaald in 4 kwartaalvoorschotten van 25.000 euro. Raadsleden Matthias Vandijck en Pierre Geuzens merken op dat bij de budgetbespreking 2013, bij de goedkeuring van een tweede Labor-ploeg, in de raad werd beloofd om hiervan een schriftelijke evaluatie te bezorgen. Dit is nog niet gebeurd en nu ligt dit weer ter goedkeuring voor. Dit neemt niet weg dat hun fractie voor het principe van sociale tewerkstelling is. De schepen antwoordt dat het hier over de verlenging van de eerste Labor-ploeg aan dezelfde voorwaarden gaat, die overeenkomst is bijna op einddatum, de evaluatie van de werking van de twee Labor-ploegen zal nog worden opgemaakt.
-27-
De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op de overeenkomst tussen de stad Bree en de vzw Labor Ter Engelen dd. 26 januari 2009 m.b.t. het tewerkstellen van een sociale werkploeg bestaande uit maximaal 5 voltijds equivalente doelgroepwerknemers onder toezicht van 1 meewerkende begeleider; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 15 december 2009 m.b.t. de bestendiging van deze overeenkomst voor langere termijn tot 31/12/2013, mits jaarlijkse gunstige evaluatie; Overwegende dat de werking van deze groenploeg gedurende de afgelopen jaren gunstig geëvalueerd werd; Overwegende de noodzaak om deze overeenkomst te verlengen voor de komende 6 jaar; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 1 juli 2013 m.b.t. de goedkeuring van de overeenkomst met vzw Labor Ter Engelen aangaande de uitbreiding van de samenwerking d.m.v. de betoelaging van een tweede groenploeg; Gelet op het voorstel van overeenkomst m.b.t. de verdere samenwerking met de vzw Labor Ter Engelen aangaande de verlenging van de eerste groenploeg bestaande uit: 5 voltijdse erkende doelgroepwerknemers 1 voltijds meewerkende begeleider; voor een toelage van 100.000 euro per jaar; Overwegende dat dit budget voorzien is onder de beleidsdoelstelling 01AP04 Sociale en alternatieve tewerkstelling nummer 2014/6150021/DOM2/0680; Op voordracht van het college van burgemeester en schepenen; Na beraadslaging met 15 stemmen voor (BROS, CD&V, Vlaams Belang-Leefbaar Bree en 10 onthoudingen (Verjonging)
BESLUIT Artikel 1: De samenwerking met de vzw Sociale Werkplaats Labor Ter Engelen m.b.t. een project voor de tewerkstelling en sociale integratie van risicogroepen op de arbeidsmarkt (ploeg 1) wordt verlengd voor de periode van 1 januari 2014 – 31 december 2019. Artikel 2: De jaarlijkse toelage van 100.000 euro wordt uitbetaald in 4 kwartaalvoorschotten van 25.000 euro onder de beleidsdoelstelling 01AP04 Sociale en alternatieve tewerkstelling nummer 2014/6150021/DOM2/0680. Artikel 3:
-28-
De overeenkomst betreffende deze samenwerking wordt goedgekeurd en overgemaakt aan vzw Labor Ter Engelen.
14. Afvalreglement betreffende het beheer van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen – goedkeuring. Schepen Rik Hertogs licht toe. Op vraag van Limburg.net dient de gemeenteraad goedkeuring te verlenen aan een nieuw afvalreglement (voorheen politieverordening) omdat ernaar gestreefd wordt om de inzameling van het huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval in de Limburgse steden en gemeenten zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen. Belangrijkste wijziging is dat vanaf 1/04/2014 glas niet meer aan huis zal opgehaald worden. In de gemeente zullen op verschillende plaatsen glasbollen geplaatst worden en men kan glas altijd gratis kwijt op het containerpark. Raadslid Pierre Geuzens citeert persartikels en een artikel van VVSG die de problemen van glasbollen opsommen.Onder andere sluikstorten en lawaai. Verder wordt hierdoor weer een stuk dienstverlening afgebouwd. De schepen noemt ook positieve elementen:de glasbollen zijn tegenwoordig in een materiaal vervaardigd dat lawaaidempend is, nu wordt er ook elders aan sluikstorten gedaan, de technische dienst ruimt dat nu en ook later op. Er is ook een financieel voordeel, het kostenplaatje op jaarbasis daalt met afgerond 60.000euro. Op de vraag van raadslid Pierre Geuzens is de schepen akkoord. om het invoeren van glasbollen na één jaar te evalueren. Raadslid Lode Tijskens (Verjonging) merkt op dat dit systeem zeker niet bijdraagt aan het principe om CO2-neutraal te werken.
De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet, inzonderheid op de artikels 119, 119bis en 135§2; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven, inzonderheid op de artikels 2, 42 en 43§2,2°; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, inzonderheid afdeling 3 huishoudelijke afvalstoffen, artikel 26 tot en met artikel 28. Gelet op het besluit van 17 februari 2012 van de Vlaamse Regering tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen (Vlarema), gewijzigd bij het besluit van 4 mei 2012. Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering 7 januari 2008 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Milieuverantwoord Beheer van Huishoudelijke Afvalstoffen en van 28 januari 2000 tot vaststelling van het Uitvoeringsplan Gescheiden Inzameling Bedrijfsafval van Kleine Ondernemingen; Overwegende dat er een uitgebreide producentenverantwoordelijkheid bestaat voor volgende afvalstoffen, zoals gedefinieerd in Vlarema: drukwerkafval, afgedankte voertuigen, afvalbanden, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur, afgewerkte olie, oude en vervallen
-29-
geneesmiddelen, gebruikte dierlijke en plantaardige vetten en oliën van huishoudelijke oorsprong, afgedankte fotovoltaïsche zonnepanelen, afvallandbouwfolies, zwerfvuil, gebruikte injectienaalden en gebruikte wegwerpluiers; Overwegende dat er een terugnameplicht bestaat voor huishoudelijk verpakkingsafval; dat minstens papier en karton, holglas en plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons selectief moeten worden ingezameld; Overwegende dat het ter bescherming van het leefmilieu noodzakelijk is het huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval tot een minimum te beperken en het afval maximaal selectief in te zamelen; Overwegende dat prioriteit dient verleend te worden aan afvalvoorkoming en hergebruik van afvalstoffen; Overwegende dat in tweede instantie het huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval maximaal selectief dienen ingezameld te worden; Overwegende dat de gemeente in overeenstemming met haar gemeentelijke zorgplicht zoals bepaald in artikel 26 van het decreet betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, het niet aanbieden van huisvuil via de gemeentelijke inzamelkanalen en bijgevolg ontwijkgedrag (zoals sluikstorten, sluikstoken, afvaltoerisme naar buurgemeenten, afvaltoerisme naar de werkgever, …) maximaal wil voorkomen; Gelet op het lidmaatschap van de stad Bree in Limburg.net die in naam van de vennootgemeenten de ophaling en verwerking van huishoudelijk en ermee gelijkgestelde afvalstoffen organiseert; Gelet op de beheersoverdracht die de gemeente heeft verleend aan het intergemeentelijk samenwerkingsverband Limburg.net; Overwegende de beslissing van de raad van bestuur van Limburg.net van 25 september 2013 waarbij de uitvoering van het ‘Plan010’ m.b.t. een uniforme afvalinzameling in Limburg werd goedgekeurd; Overwegende dat ernaar gestreefd wordt om de inzameling van het huishoudelijk afval en het vergelijkbaar bedrijfsafval in de Limburgse steden en gemeenten zo optimaal mogelijk op elkaar af te stemmen; Overwegende de vraag van Limburg.net aan de stad Bree om in dit kader een nieuw afvalreglement (voorheen politieverordening) voor te leggen aan de gemeenteraad; Op voordracht van het college van burgemeester en schepenen;
Na beraadslaging met 12 stemmen tegen (Vlaams Belang-Leefbaar Bree en Verjonging) en 13 stemmen voor (CD&V en BROS); BESLUIT Inhoud : Hoofdstuk I Hoofdstuk I
-
Hoofdstuk III Hoofdstuk IV Hoofdstuk V Hoofdstuk VI Hoofdstuk VII
-
Hoofdstuk VIII
-
Algemene bepalingen Inzameling van huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval Inzameling van grofvuil Selectieve inzameling van glas Selectieve inzameling van papier en karton(afval) Selectieve inzameling van klein gevaarlijk afval (kga) Selectieve inzameling van gft Selectieve inzameling van plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons (pmd-afval)
-30-
Hoofdstuk IX
-
Hoofdstuk X Hoofdstuk XI Hoofdstuk XII Hoofdstuk XIII Hoofdstuk XIV Hoofdstuk XV
-
Selectieve inzameling van afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (aeea) Selectieve inzameling van metalen gemengd Selectieve inzameling van textiel Selectieve inzameling van herbruikbare goederen Selectieve inzameling van andere afvalstoffen Het recyclagepark Slotbepalingen
-31-
Hoofdstuk I - Algemene bepalingen Afdeling 1 – Definities en toepassingsgebied Artikel 1 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder huishoudelijke afvalstoffen verstaan: afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en afvalstoffen die daarmee gelijkgesteld worden, zoals gedefinieerd in in artikel 4.1.1 van het besluit van de Vlaamse regering tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materialenkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA). Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder met huishoudelijke afvalstoffen vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen, hierna vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen genoemd, verstaan: bedrijfsafvalstoffen van vergelijkbare aard, samenstelling en hoeveelheid als huishoudelijke afvalstoffen, die ontstaan ten gevolge van activiteiten die van dezelfde aard zijn als activiteiten van de normale werking van een particuliere huishouding, zoals gedefinieerd in artikel 1.2.1, 54° van het VLAREMA.
Artikel 2 § 1. De volgende afvalstoffen mogen in elk geval niet worden aangeboden bij om het even welke selectieve inzameling: huisvuil; grofvuil; gashouders en/of andere ontplofbare voorwerpen (deze moeten afgeleverd bij de eindverkopers van het merk, zie website www.febupro.be); krengen van dieren en slachtafval; oude en vervallen geneesmiddelen (deze worden in het kader van de aanvaardingsplicht ingezameld via het circuit van de apothekers); niet vergelijkbare afvalstoffen; § 2. De volgende afvalstoffen mogen in elk geval niet worden aangeboden op het recyclagepark: huisvuil; groente-, fruit- en tuinafval (gft); gashouders en/of andere ontplofbare voorwerpen (deze moeten afgeleverd bij de eindverkopers van het merk, zie website www.febupro.be); krengen van dieren en slachtafval; oude en vervallen geneesmiddelen(deze worden in het kader van de aanvaardingsplicht ingezameld via het circuit van de apothekers). § 3. Het is verboden afvalstoffen, afkomstig uit andere gemeenten ter inzameling aan te bieden. Evenzo is het de inwoners verboden huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden in een andere gemeente. Artikel 3 § 1. Voor alle afvalstoffen die door Limburg.net worden ingezameld, zijn uitsluitend de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en makelaars, daartoe aangewezen door Limburg.net gerechtigd om afvalstoffen in te zamelen. Voor de afvalstoffen waar deze mogelijkheid expliciet opgenomen staat, mogen deze afvalstoffen worden meegegeven aan de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en –makelaars, nadat zij hiertoe expliciete machtiging hebben verkregen van het bevoegde gemeentelijk orgaan en op voorwaarde dat de andere voorwaarden zoals vermeld in huidig reglement worden nageleefd.
§ 2. Het is voor iedereen verboden om het even welke afvalstof mee te geven aan andere geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en –makelaars dan deze daartoe aangewezen door Limburg.net of door het bevoegde gemeentelijk orgaan.
-32-
Afdeling 2 – Verbranden en sluikstorten van afvalstoffen Artikel 4 Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen (o.a. het veldwetboek, het decreet op de milieuvergunning en zijn uitvoeringsbesluiten, VLAREM, VLAREMA) is het verboden om het even welke afvalstoffen te verbranden, zowel in open lucht als in gebouwen. Artikel 5 § 1. Onverminderd de toepassing van andere wettelijke bepalingen (o.a. het veldwetboek, het decreet op de milieuvergunning en zijn uitvoeringsbesluiten, VLAREM, VLAREMA) is het verboden om het even welke afvalstof te sluikstorten. Onder sluikstorten wordt verstaan: het achterlaten, opslaan of storten van om het even welke afvalstof op openbare en private wegen, plaatsen, terreinen, op een wijze of op tijdstippen die niet overeenstemt met dit afvalreglement en andere wettelijke bepalingen.
§ 2. Het is verboden slijk, zand of afvalstoffen die zich voor of nabij de woning bevinden op de straten, in de greppels of in de rioolputten te vegen. Het is tevens verboden via de rioolputten of op enige andere wijze om het even welke afvalstoffen in de riolering te deponeren. § 3. Met het oog op thuiscomposteren is het voor particulieren toegestaan op eigen privéterrein een stapelplaats aan te leggen voor het composteren van eigen groente-, fruit- en tuinafval. Deze composteerruimte van minder dan 10m³, niet zichtbaar van op straat, mag geen hinder veroorzaken voor de buurtbewoners. Afdeling 3 – Aanbieding van afvalstoffen Artikel 6 § 1. De huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare afvalstoffen dienen aangeboden te worden zoals voorzien in dit afvalreglement. Afvalstoffen die worden aangeboden op een wijze die niet voldoet aan de voorwaarden van dit afvalreglement worden niet aanvaard. De aanbieder dient dezelfde dag nog de niet-aanvaarde afvalstoffen terug te nemen. § 2. Het toezicht op de aanbieding van afvalstoffen wordt uitgevoerd door de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars die door Limburg.net aangesteld werden om afvalstoffen in te zamelen en door de parkwachter in geval van inzameling via het recyclagepark. Deze geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars en de parkwachter mogen de aanbieders wijzen op de foutieve aanbieding en de nodige richtlijnen verstrekken.
Artikel 7 § 1. De huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen moeten na zonsondergang van de dag voorafgaand aan de dag waarop de inzameling zal plaatsvinden en uiterlijk om zes uur ’s ochtends van de dag van de inzameling, buiten geplaatst worden. § 2. De huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare afvalstoffen worden in de voorgeschreven recipiënt of wijze aangeboden aan de rand van de openbare weg en vóór het betrokken perceel waar de aanbieder gevestigd is, zonder evenwel het verkeer van voertuigen, fietsers en voetgangers te hinderen. De aanbieder die afgelegen van de openbare weg of langs wegen, plaatsen of stegen gevestigd is die niet door de wagens van de ophaaldienst bereikbaar zijn, of in geval er openbare werken aan de gang zijn die de normale doorgang van de ophaaldiensten verhinderen, dient de voorgeschreven recipiënten te plaatsen op de dichtst bij zijn perceel grenzende openbare weg die wel toegankelijk is. § 3. De inwoners die de recipiënten buitenzetten zijn verantwoordelijk voor het eventueel zwerfvuil dat hiervan afkomstig is en staan zelf in voor het opruimen er van.
-33-
§ 4. Het is verboden de langs de openbare weg staande recipiënten te openen, geheel of gedeeltelijk te ledigen en/of te doorzoeken, met uitzondering van het bevoegde personeel in de uitoefening van hun functie. § 5. De geledigde recipiënten dienen door de aanbieder op de dag van de lediging terug te worden verwijderd van de openbare weg, alsook de geweigerde zakken. Afdeling 4 – Afval op standplaatsen Artikel 8 De uitbater van een private vaste of verplaatsbare inrichting aan of langs de openbare weg die voedingswaren of dranken verkoopt of aanbiedt die buiten de inrichting worden verbruikt (drankautomaat, snackbar, frituur, ijssalon, e.d.) dient op een behoorlijke wijze, duidelijk zichtbare en goed bereikbare afvalrecipiënten te voorzien. Artikel 9 De diverse vrijkomende fracties zoals de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval, afval van plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons bestemd voor gebruik door huishoudens of vergelijkbaar bedrijfsmatig gebruik (pmd-afval), e.d. dienen gescheiden te worden ingezameld in hun respectievelijke recipiënten. Deze recipiënten dienen voorzien te zijn van een duidelijk leesbaar opschrift dat aangeeft welke fractie het betreft.
Artikel 10 De opstellingsplaats en het aantal inzamelrecipiënten, alsook de aard van de in te zamelen fracties kunnen door het gemeentebestuur worden bepaald. Artikel 11 De ambulante uitbater dient de recipiënten zelf tijdig te ledigen en de recipiënt, de standplaats en de onmiddellijke omgeving van de inrichting rein te houden. Afdeling 5 – Afval van huisdieren Artikel 12 § 1. De eigenaars en houders van honden zijn verplicht te beletten dat de voetpaden en aanpalende huizen, groene bermen tussen voetpad en rijweg, begraafplaatsen, gemeentelijke parken, bossen, tuinen, speelpleinen en andere voor het publiek toegankelijke zones alsmede de fiets- en rijwegen bevuild worden door hun dieren. Enkel op voorziene locaties mogen de dieren zich ontlasten. § 2. Indien toch uitwerpselen terecht komen op voornoemde plaatsen, zijn de eigenaar of houders van de honden verplicht deze uitwerpselen te verwijderen en te deponeren in een straatvuilcontainer of een speciaal voorzien recipiënt voor hondenpoep of moeten zij er voor zorgen dat deze uitwerpselen verwijderd worden met de gewone huisvuilophaling. De voormelde verplichtingen ontslaan de aangelanden echter niet van hun eigen verplichtingen inzake het rein houden van de openbare weg. § 3. De begeleiders van honden zijn verplicht een zakje voor het verwijderen van de uitwerpselen van hun dier in bezit te hebben. Het zakje dient op het eerste verzoek van de politie te worden getoond. § 4. De bepalingen artikel 12, § 1, 2 en 3 zijn niet van toepassing op de honden die blinden of personen met een beperking begeleiden. Afdeling 6 – Afval op evenementen Artikel 13 Indien op het grondgebied van de gemeente een evenement plaatsvindt, dienen de organisatoren ervan in samenspraak met de gemeente de nodige acties te ondernemen om maximaal afval te voorkomen en afval selectief in te zamelen.
-34-
Afdeling 7 – Reclamedrukwerk en gratis regionale pers Artikel 14 § 1. Het is verboden reclamedrukwerk en gratis regionale pers te bedelen in leegstaande panden of achter te laten op andere plaatsen, inclusief het recyclagepark, anders dan de brievenbus. § 2. Door de gemeente/intercommunale worden zelfklevers voor het weigeren van ongeadresseerd reclamedrukwerk en/of gratis regionale pers ter beschikking gesteld. Het is verboden reclamedrukwerk en/of gratis regionale pers te bedelen in de brievenbussen die voorzien zijn van deze of gelijkaardige zelfklevers.
§ 3. Klachten met betrekking tot de niet-naleving van artikel 14, § 1 en § 2 kunnen bij voorkeur via mail op het e-mailadres
[email protected] of per post aan de OVAM, Stationsstraat 110 te 2800 Mechelen gemeld worden. Hoofdstuk II - Inzameling van huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval Afdeling 1 – Definitie Artikel 15 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval verstaan: alle afvalstoffen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, die in de voorgeschreven recipiënt voor de inzameling van het huisvuil kunnen geborgen worden, met uitzondering van papier en karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, gft-afval, pmd-afval, groenafval en andere selectief ingezamelde afvalstoffen. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 16 § 1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval wordt ten minste tweewekelijks aan huis ingezameld, alternerend met het gft-afval en moet worden aangeboden langs de voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars toegankelijke straten, wegen en pleinen, en op de door Limburg.net bepaalde dagen zoals vermeld in de afvalkalender. § 2. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval mag niet worden meegegeven met het grofvuil of een inzameling andere dan deze van het huisvuil. § 3. Het is verboden voor de verwijdering van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval gebruik te maken van het recyclagepark.
§ 4. Per ophaalbeurt mag maximaal 240 liter huisvuil per aanbieder worden aangeboden. Afdeling 3 - Wijze van aanbieding Artikel 17 § 1. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval dient gescheiden aangeboden te worden in een officiële huisvuilzak van 44 liter of 22 liter met het opschrift ‘Limburg.net’. Tot 28 september 2014 worden ook de oude grijze huisvuilzakken van 60 liter met het opschrift ‘Limburg.net’ of ‘Bree’ nog aanvaard. De recipiënt dient zorgvuldig gesloten te worden en mag geen scheuren, barsten of lekken vertonen. § 2. Het gewicht van de aangeboden recipiënt mag niet groter zijn dan: − 5 kg voor een huisvuilzak van 22 liter of 30 liter
-35-
− 10 kg voor een huisvuilzak van 44 liter − 15 kg voor een huisvuilzak van 60 liter (te gebruiken tot uiterlijk 28 september 2014) § 3. Het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval dienen aangeboden te worden in een toestand die geen risico inhoudt voor de veiligheid en/of gezondheid van de ophaler. Scherpe voorwerpen dienen zodanig verpakt te worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de ophalers van het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval. §4. Bij het aanbieden moet er steeds een voldoende grote handgreep voorzien worden, zodat de ophalers de zakken kunnen vastgrijpen. Het is verboden de zakken met plakband dicht te plakken. Al het afval moet geborgen zijn in de huisvuilzak. Aan de zak mag niets worden vastgebonden of bevestigd. Hoofdstuk III - Inzameling van grofvuil Afdeling 1 – Definitie Artikel 18 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder grofvuil verstaan: alle afvalstoffen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit die door de omvang, de aard en/of het gewicht niet in de recipiënt voor de huisvuilophaling kunnen geborgen worden en die aan huis ingezameld worden alsook de restfractie die overblijft voor verbranden of storten na aanbieding op het recyclagepark, met uitzondering van papier en karton, textiel, glas, kga, gft-afval, pmd-afval, metalen, afgedankte elektrische en elektronische apparatuur (aeea), bouw- en sloopafval, autobanden, houtafval en andere selectief ingezamelde afvalstoffen. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 19 § 1. Het grofvuil wordt maandelijks op afroep opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door Limburg.net bepaalde dagen. Het grofvuil wordt ook ingezameld op het recyclagepark. Herbruikbare goederen kunnen onder bepaalde voorwaarden gratis worden aangeboden in het kringloopcentrum waarmee Limburg.net een overeenkomst heeft afgesloten.
§ 2. Voor de ophaling op afroep moet minimaal één week vooraf een aanvraag ingediend worden via de website van Limburg.net of een telefonische afspraak gemaakt worden, met vermelding van de op te halen materialen.
§ 3. Het grofvuil mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval of een openbare inzameling, andere dan deze van het grofvuil.
Afdeling 3 - Wijze van aanbieding
Artikel 20 §1. Het grofvuil moet – indien nodig – stevig samengebonden worden zodat het niet kan uiteenvallen.
§2. Afvalstoffen die in een recipiënt voor huisvuil kunnen aangeboden worden, zijn geen grofvuil.
§3. Bij inzameling aan huis, mag het gewicht van één afzonderlijk voorwerp of samengebonden bundel niet groter zijn dan 70 kg. Het mag maximum 2 meter lang en 1 meter breed zijn en het totaal volume is beperkt tot 2 m³ per aanbieding.
-36-
§4. Alle voorwerpen dienen zodanig aangeboden te worden dat ze geen gevaar kunnen opleveren voor de ophalers van de afvalstoffen. Hoofdstuk IV - Selectieve inzameling van glas Afdeling 1 – Definitie Artikel 21 § 1. Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder glas verstaan: holglas en vlakglas, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van hittebestendig glas, kristal, opaalglas, plexiglas, gloeilampen, spaarlampen, TL-lampen, porselein, aardewerk, beeldbuizen van TV’s, e.d.. § 2. Holglas betreft alle glazen flessen en bokalen van dranken, fruit en groenten, confituren, sausen en mayonaises,... (conform de definitie van Fost Plus). § 3. Vlakglas betreft vensterglas. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 22 § 1. Holglas/vlakglas wordt ingezameld op het recyclagepark.
§ 2. Holglas wordt ook ingezameld in de glascontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente.
§ 3. Holglas/vlak glas mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van glas. § 4. Het holglas wordt tot 1 april 2014 maandelijks aan huis opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door het college van burgemeester en schepenen bepaalde dagen Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 23 §1. Holglas dat naar de glascontainer gebracht wordt, dient, afhankelijk van de kleur, in de daartoe voorziene glascontainers te worden gedeponeerd. Holglas dient leeg en voldoende gereinigd te zijn.
§2. Het deponeren in glascontainers van om het even welke andere afvalstof dan holglas is verboden. Het is verboden om naast de glascontainers glas of andere afvalstoffen achter te laten. § 3. Het is verboden glas te deponeren in de glascontainers tussen 22.00 uur en 08.00 uur. §4. Het holglas dat aan huis wordt ingezameld tot uiterlijk 1 april 2014 dient aangeboden te worden in een stevig plastieken recipiënt (bak of krat) voorzien van handvaten. Het gebruik van kartonnen dozen of plastieken tassen is niet toegelaten. §5. Het gewicht van de recipiënt mag niet groter zijn dan 30 kg. § 6. Het holglas dient op zodanige wijze in het recipiënt gebracht te worden dat de ophalers zich niet kunnen verwonden aan eventueel gebroken glas.
-37-
Hoofdstuk V - Selectieve inzameling van papier en kartonafval Afdeling 1 – Definitie Artikel 24 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder papier en karton verstaan: alle dag-, week- en maandbladen, tijdschriften en periodieken, reclamedrukwerk en ander drukwerk, publicaties, telefoonen faxgidsen, schrijfpapier, kopieerpapier, computerpapier, boeken en papieren of kartonnen verpakkingen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit, met uitzondering van geolied papier of karton, papier met waslaag, carbonpapier, gelaagd papier, vervuild papier, vervuilde papieren en kartonnen verpakkingen, papieren voorwerpen waar kunststof of andere materialen in verwerkt zijn, kaarten met magneetbanden, behangpapier, cement-, meststof- en sproeistofzakken, e.d. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 25 § 1. Papier en karton wordt minstens maandelijks aan huis opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door Limburg.net bepaalde dagen. Papier en karton wordt ook ingezameld op het recyclagepark. § 2. Papier en karton mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van papier en karton. §3. Aanvullend op de bepaling in § 1 kunnen huis-aan-huisinzamelingen of inzamelingen op standplaatsen gebeuren door organisaties die hiervoor vooraf gemachtigd zijn door het college van burgemeester en schepenen. Deze machtiging is onderworpen aan volgende voorwaarden: – naleven van de sorteerverplichting (artikel 4.3.1 van Vlarema); – rapporteren van de ingezamelde hoeveelheden aan Limburg.net. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 26 § 1. Het papier en karton dient aangeboden te worden hetzij in een stevige kartonnen doos, hetzij in balen samengebonden met natuurtouw. § 2. Het volume per aanbieding mag maximaal 1 m³ bedragen en de bundel of doos mag maximaal 15 kg wegen.
§ 3. Het deponeren van om het even welke andere afvalstof dan papier en karton in de voor inzameling aangeboden recipiënten of balen is verboden.
Hoofdstuk VI - Selectieve inzameling van klein gevaarlijk afval
Afdeling 1 – Definitie Artikel 27 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder Klein Gevaarlijk Afval, hierna kga genoemd, verstaan, de afvalstoffen zoals opgesomd in artikel 5.2.2.1 van het VLAREMA. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 28 § 1. Kga wordt ingezameld op het recyclagepark.
-38-
§ 2. Kga mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van kga. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 29 § 1. Het kga dient, tenzij het fysisch onmogelijk of niet aangewezen is, afzonderlijk van andere afvalstoffen aangeboden te worden in een daartoe geschikte recipiënt. § 2. Injectienaalden moeten worden aangeboden in een naaldcontainer die voldoet aan de ADRreglementering. §3. Het aangeboden kga wordt zoveel mogelijk in de oorspronkelijke verpakking, inclusief buitenverpakking, aangeboden om de identificatie te vereenvoudigen. Indien nodig brengt de voortbrenger zelf de aanduiding(en) over de aard, de samenstelling en de eventuele gevaren van het kga op de verpakking aan. Producten van verschillende aard mogen niet worden samengevoegd. De aanbieder dient alle nodige voorzorgsmaatregelen te treffen om het lekken en andere ongewenste effecten van het kga te voorkomen. Artikel 30 Het kga dat wordt aangeboden op het recyclagepark wordt door de parkwachters in ontvangst genomen en in de voorziene opslagruimte gedeponeerd. De aanbieder van het kga mag dit niet zelf doen. Afdeling 4 – Gebruik van het kga-recipiënt Artikel 31 § 1. De milieubox, geleverd door het Vlaamse Gewest, is eigendom van het Vlaamse Gewest en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de milieubox. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de milieubox uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van kga. § 2. In geval van schade, diefstal of verlies dient de inwoner voor een eigen geschikt recipiënt te zorgen. § 3. De milieubox dient verbonden te blijven aan het adres waar hij is afgeleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de milieubox mee te nemen naar zijn nieuwe adres. § 4. Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de stad Bree geen beschikking hebben over een milieubox dienen zelf voor een geschikt recipiënt te zorgen.
Hoofdstuk VII - Selectieve inzameling van groente- fruit en tuinafval en organisch biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval Afdeling 1 – Definitie Artikel 32 § 1. Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder groente- en fruitafval verstaan: aardappelschillen, schillen van citrus- of andere vruchten, groente- en fruitresten, doppen van noten, theebladeren en theezakjes, koffiedik en papieren koffiefilters, papier van de keukenrol, plantaardig keukenafval en etensresten, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding. Het tuinafval omvat versnipperd snoeihout, haagscheersel, gazonmaaisel, bladeren, onkruid, resten van groente- en siertuin, verwelkte snijbloemen en kamerplanten, zaagmeel en schaafkrullen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding.
§ 2. Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder organisch-biologisch bedrijfsafval verstaan: alle afvalstoffen, vermeld in voorgaande paragraaf, ontstaan door een met de huishoudens vergelijkbare bedrijfsactiviteit.
-39-
§ 3. De afvalstromen zoals vermeld in paragraaf 1 en paragraaf 2 worden hierna gft-afval genoemd.
§ 4. Andere afvalstoffen zoals bijvoorbeeld timmerhout, grof ongesnipperd snoeihout, beenderen en dierlijk afval, wegwerpluiers, aarde, zand, saus, olie, vet, stof uit stofzuiger, as van open haard, houtskool, kunststof, ijzer, metaal, blik, kattenbakvulling, e.d. worden niet als gft-afval en organischbiologisch vergelijkbaar bedrijfsafval beschouwd. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 33 § 1. Het gft-afval wordt minstens tweewekelijks aan huis opgehaald, langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door Limburg.net bepaalde dagen. § 2. Gft-afval mag niet meegegeven worden met het huisvuil, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van gft-afval. § 3. Verontreinigd gft-afval wordt niet aanvaard bij de selectieve inzameling. Afdeling 3 - Wijze van aanbieding en gebruik van de container Artikel 34 § 1. Het gft-afval dient gescheiden aangeboden te worden in de door Limburg.net in bruikleen gegeven groene containers. § 2. De gft-container wordt aan huis afgeleverd door Limburg.net. Deze gft-container blijft eigendom van Limburg.net en wordt slechts voor gebruik aan de inwoners ter beschikking gesteld voor de duur van de inzameling van het gft-afval. § 3. De inwoners zijn persoonlijk verantwoordelijk voor het deugdelijk gebruik en onderhoud van de gft-container. Onder deugdelijk gebruik wordt begrepen dat de gft-container uitsluitend mag aangewend worden voor de opslag van gft-afval. § 4. In geval van schade, diefstal of verlies dient de inwoner de gemeente hiervan onverwijld in kennis te stellen met het oog op de herstelling of de vervanging door een nieuwe gft-container. De kosten van herstelling of vervanging kunnen verhaald worden op de inwoner, in geval van oneigenlijk gebruik.
§ 5. De gft-container dient verbonden te blijven aan het adres waar hij is geleverd. In geval van verhuizing is het de inwoner niet toegestaan om de gft-container mee te nemen naar zijn nieuwe adres. § 6. Inwoners die ten gevolge van een verhuizing binnen of naar de gemeente geen beschikking hebben over een gft-container kunnen bij Limburg.net of de gemeente een gft-container aanvragen. §7. De gft-container moet met de handgreep naar de straatzijde geplaatst worden. Al het afval moet in de container gedeponeerd zijn en het deksel moet gesloten zijn. Het gewicht van de aangeboden recipiënt mag niet groter zijn dan: • 15 kg voor een container van 40 liter • 60 kg voor een container van 120 liter
-40-
Hoofdstuk VIII - Selectieve inzameling van plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons (pmd-afval) Afdeling 1 – Definitie Artikel 35 § 1. Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons, ook pmd-afval genoemd, verstaan: plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen (inclusief kroonkurken) en drankkartons, met uitzondering van papieren en kartonnen verpakkingen en glasverpakkingen, ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit. § 2. De aangeboden plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons mogen geen kga, glas, etensresten of andere afvalstoffen bevatten.
Afdeling 2 – Inzameling
Artikel 36 § 1. De plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons worden minstens tweewekelijks aan huis opgehaald langs de straten, wegen en pleinen waar de inzameling is ingericht, op de door Limburg.net bepaalde dagen. De plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons worden ook ingezameld op het recyclagepark.
§ 2. Plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons mogen niet worden meegegeven met het huisvuil, het grofvuil of een andere selectieve inzameling, andere dan deze van de plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 37 § 1. De plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons dienen zowel voor de inzameling aan huis, als op het recyclagepark, aangeboden te worden in een daartoe bestemde officiële blauwe kunststof zak met opschrift ‘Limburg.net’. Deze zakken zijn verkrijgbaar bij de gemeente en/of bij de door de gemeente of Limburg.net aangeduide verdelers. § 2. De verschillende fracties van de plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons mogen gemengd in de voorgeschreven recipiënt worden aangeboden.
§ 3. Het gewicht van één recipiënt mag niet groter zijn dan 8 kg en dient gesloten aangeboden te worden.
§ 4. Het maximum volume van de plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons bedraagt 8 liter.
§ 5. Recipiënten waarin verontreinigde plastic flessen en flacons, metalen verpakkingen en drankkartons worden aangeboden of waarin afval wordt aangeboden dat niet tot de pmd-fractie behoort, worden niet aanvaard. Ook recipiënten waar aan de buitenkant van de zak verpakkingen worden vastgebonden, worden niet aanvaard. §6. Per aanbieder mogen per ophaling 4 pmd-zakken worden aangeboden.
-41-
Hoofdstuk IX – Selectieve inzameling van AEEA Afdeling 1 – Definitie Artikel 38 § 1. Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder AEEA verstaan: Afgedankte Elektrische en Elektronische Apparatuur: de afvalstoffen zoals gedefinieerd in artikel 1.2.1§2.23° van Vlarema. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 39 § 1. De AEEA worden ingezameld op het recyclagepark. AEEA kan gebracht worden naar of meegegeven worden met de eindverkoper als een gelijkaardig product wordt aangekocht. Herbruikbaar AEEA kan worden ingezameld door een erkend kringloopcentrum waarmee Limburg.net een overeenkomst heeft afgesloten. § 2. Rookdetectoren en gasontladingslampen moeten naar het recyclagepark gebracht worden en onbeschadigd in de daartoe geschikte recipiënt gedeponeerd worden. § 3. Afgedankte zaklampen worden samen en op dezelfde wijze als afgedankte batterijen ingezameld. § 4. AEEA mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van AEEA. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 40 §.1 De AEEA moet volledig worden aangeboden zonder ontbrekende onderdelen. Ze mogen geen afvalstoffen bevatten die vreemd zijn aan het afgedankte product, tenzij die er door normaal gebruik in aanwezig kunnen zijn. §.2 Alle AEEA moet zodanig worden aangeboden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en -makelaars van de afvalstoffen of de parkwachters.
Hoofdstuk X – Selectieve inzameling van metalen gemengd Afdeling 1 – Definitie Artikel 41 § 1. Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder metalen gemengd verstaan: alle door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit ontstane soorten van metalen voorwerpen waarvan de grootte sterk kan verschillen, met uitzondering van KGA, metalen verpakkingen die met de PMD-fractie ingezameld wordt en afgedankte elektrische en elektronische apparatuur. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 42 § 1. De metalen gemengd worden ingezameld via het recyclagepark. § 2. Metalen gemengd mogen niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling. §3. Aanvullend op de bepaling in § 1 kunnen inzamelingen aan huis gebeuren door organisaties die hiervoor vooraf gemachtigd zijn door het college van burgemeester en schepenen. Deze machtiging is onderworpen aan volgende voorwaarden: - naleven van de sorteerverplichting (artikel 4.3.1 van Vlarema); -rapporteren van de ingezamelde hoeveelheden aan Limburg.net; -registratieplicht naleven van de inzamelaars, afvalstoffenhandelaars en - makelaars.
-42-
§ 4. De metalen gemengd mogen niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van metalen gemengd. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 43 § 1. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de geregistreerde inzamelaars, handelaars en makelaars van de afvalstoffen of de parkwachters.
Hoofdstuk XI – Selectieve inzameling van textiel
Afdeling 1 – Definitie Artikel 44 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder textielafval verstaan: alle niet verontreinigde kledij (textiel en lederwaren), schoeisel, handtassen, beddengoed, woningtextiel (gordijnen, overgordijnen, tafelkleden, servetten…), lompen, e.d., die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 45 § 1. Het textiel wordt ingezameld in de textielcontainers die verspreid staan opgesteld in de gemeente of via de huis-aan-huisinzameling langs de straten, wegen en pleinen waar de ophaling is ingericht, op de door Limburg.net bepaalde dagen. Het textiel wordt eveneens ingezameld op het recyclagepark of bij de door de OVAM erkende kringloopcentra. § 2. Alleen de organisaties die vermeld zijn op de door de OVAM gepubliceerde lijst van geregistreerde inzamelaars, handelaars en makelaars van textielafvalstoffen en die toelating hebben van Limburg.net, waarmee ze een overeenkomst afgesloten hebben, zijn gemachtigd textielcontainers te plaatsen op zowel openbaar domein als op privé-terrein toegankelijk voor het publiek en mogen huis-aan-huisinzamelingen organiseren. § 3. Textiel mag niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van textiel. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 46 § 1. Het textiel dient bij het deponeren in een container of bij inzameling aan huis in een degelijke en goed gesloten zak verpakt te zijn. Het aangeboden textiel mag niet nat, bevuild of totaal versleten zijn.
Hoofdstuk XII – Selectieve inzameling van herbruikbare goederen Afdeling 1 – Definitie Artikel 47 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder herbruikbare goederen verstaan: alle door de normale werking van een particuliere huishouding en een vergelijkbare bedrijfsactiviteit ontstane afvalstoffen die via het kringloopcentrum geschikt kunnen gemaakt worden voor hergebruik, zoals meubelen, kleding, kleine huisraad, boeken, elektronische informatiedragers, speelgoed, e.d. Afdeling 2 – Inzameling
-43-
Artikel 48 § 1. Voor de inzameling van herbruikbare goederen kan een beroep gedaan worden op het door de OVAM erkend kringloopcentrum, werkzaam op het grondgebied van de gemeente. Deze gratis inzameling kan gebeuren op afroep. Het telefoonnummer van het kringloopcentrum is terug te vinden via het gemeentelijk informatieblad, de afvalkalender en via Limburg.net. De aanlevermodaliteiten zijn te raadplegen op de websites van de kringloopcentra op worden meegedeeld na telefonische contactname. § 2. Het staat het kringloopcentrum vrij om aangeboden herbruikbare goederen te weigeren indien deze niet dienstig zijn voor het kringloopcentrum. In dit geval mogen de door het kringloopcentrum geweigerde herbruikbare goederen meegegeven worden met het huisvuil, het grofvuil of metalen gemengd of naar het recyclagepark worden gebracht volgens de geldende aanlevermodaliteiten. § 3. Herbruikbare goederen mogen niet worden meegegeven met het huisvuil, het grofvuil of een andere selectieve inzameling, andere dan deze van herbruikbare goederen. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 49 § 1. De herbruikbare goederen dienen in een nette staat te worden aangeboden en mogen niet totaal versleten zijn. § 2. Alle voorwerpen moeten zodanig aangeboden worden dat ze geen gevaar opleveren voor de ophalers van de afvalstoffen.
Hoofdstuk XIII – Andere afvalstoffen 1. Batterijen en accu’s Afdeling 1 – Definitie Artikel 50 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder batterijen en accu’s verstaan: bron van door rechtstreekse omzetting van chemische energie verkregen elektrische energie, bestaande uit een of meer primaire (niet-oplaadbare) batterijcellen of uit een of meer secundaire (oplaadbare) batterijcellen. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 51 §1. De inzameling van afgedankte batterijen en accu's gebeurt via het recyclagepark en de eindverkopers. Samen met de afgedankte batterijen en accu's worden ook afgedankte zaklampen ingezameld. Deponeer ze in de inzamelrecipiënten. § 2. Batterijen en accu’s mogen niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling, andere dan deze van batterijen en accu’s. Afdeling 3 - Wijze van aanbieding Artikel 52 Accu’s die worden aangeboden op het recyclagepark worden door de parkwachters in ontvangst genomen en in de voorziene opslagruimte gedeponeerd. De aanbieder mag dit niet zelf doen. 2. Gasflessen (butaan- en propaangasflessen) Afdeling 1 – Definitie Artikel 53 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder gasflessen verstaan de stalen recipiënten waarin bepaalde gassen worden verkocht (Butaan- en propaangas, CO2, argon,…). De flessen blijven eigendom van de gasleverancier. Wie een lege gasfles heeft of een gasfles niet meer gebruikt, kan ze
-44-
terugbrengen naar een verdeler of verkooppunt van gasflessen. Lege gasflessen horen niet thuis op het recyclagepark of bij de schroothandelaar. Ze moeten op een specifieke wijze behandeld worden en mogen daarom niet bij oude metalen of kga ingezameld worden. Spuitbussen (houders onder druk) worden hieronder niet verstaan. Lege spuitbussen waarvan de inhoud volledig voeding of cosmetica was horen bij het pmd-afval. Andere lege spuitbussen horen bij het kga. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 54 §1. De inzameling gebeurt via FEBUPRO. Raadpleeg voor de inzamelpunten de www.febupro.be.
website
§ 2. Gasflessen mogen niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 55 §1. Biedt de gasflessen onbeschadigd aan. Zet de gasfles altijd rechtop en sluit de kraan ook indien de gasfles leeg is.
3. Oude en vervallen Geneesmiddelen Afdeling 1 – Definitie Artikel 56 Voor de toepassing van dit afvalreglement wordt onder oude en vervallen geneesmiddelen verstaan: restanten van geneesmiddelen als vermeld in artikel 1 van de wet van 25 maart 1964 op de geneesmiddelen, met uitzondering van artikel 1bis van die wet, die farmaceutische specialiteiten zijn, en die aan een particulier werden verstrekt en waarvan hij zich ontdoet, wil ontdoen of moet ontdoen. Een specialiteit is elk vooraf bereid geneesmiddel dat onder een speciale benaming en in een bijzondere verpakking in de handel wordt gebracht. Afdeling 2 – Inzameling Artikel 57 §1. De inzameling gebeurt via de apotheek. §2. Oude en vervallen geneesmiddelen mogen niet worden meegegeven met het huisvuil en de gemengde fractie van het bedrijfsafval, het grofvuil of een selectieve inzameling. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 58 §1. Verwijder het papieren verpakkingsafval en de bijsluiters. Deze horen bij het papierafval. §2. Lege glazen flessen van geneesmiddelen horen bij het verpakkingsglasafval (holglas). §3. Lege doordrukverpakkingen, verbanden, compressen, pleisters, watten doekjes, incontinentiemateriaal en luiers, teststrookjes en -stripes, horen bij het huisvuil. 4. Vuurwerk en munitie en andere ontplofbare stoffen Afdeling 1 – Definitie Artikel 59 Voor toepassing van dit afvalreglement wordt onder vuurwerk en munitie verstaan : restanten van vuurwerk en munitie als vermeld in artikel 2 van het koninklijk besluit van 23 september 1958 houdende algemeen reglement op de springstoffen, zoals gewijzigd bij het koninklijk besluit van 1 februari 2000.
-45-
Afdeling 2 – Inzameling Artikel 60 §1. Deze afvalstoffen mogen niet meegegeven worden met het huisvuil (omwille van zware veiligheidsrisico's die deze afvalstoffen met zich meebrengen voor de ophalers/verwerkers). Daarnaast is het evenzeer van belang dat dergelijk afval niet wordt achtergelaten als zwerfvuil omwille van de risico's voor o.m. spelende kinderen. §2. Munitie en vuurwerk wordt niet aanvaard op het recyclagepark en moet worden ingeleverd bij de politie. Afdeling 3 – Wijze van aanbieding Artikel 61 Gescheiden van andere afvalstoffen en bij voorkeur in de originele verpakking om de identificatie te vereenvoudigen.
Hoofdstuk XIV - Het recyclagepark Afdeling 1 – Algemeen Artikel 62 Het recyclagepark is een inrichting die tot doel heeft de gescheiden inzameling van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen mogelijk te maken met het oog op de maximale recyclage van deze afvalstoffen. Artikel 63 Het recyclagepark is gelegen gelegen in de Voortbemdenstraat zn op het Industrieterrein Peerderbaan te Bree op het perceel kadastraal gekend Afdeling 2, sectie A nr. 705/03A. Artikel 64 § 1. Het recyclagepark is enkel toegankelijk voor: - de inwoners van de stad Bree; - voor de zelfstandige ondernemers, kmo’s, verenigingen of instellingen die op het grondgebied van de gemeente gevestigd zijn in zoverre de door hen aangevoerde afvalstoffen vergelijkbaar zijn overeenkomstig de definitie in artikel 1 van dit afvalreglement en zij over een toegangskaart beschikken. § 2. Het recyclagepark is geopend op de door het college van burgemeester en schepenen bepaalde data en openingsuren. § 3. Buiten de openingsuren is het recyclagepark niet toegankelijk voor personen vreemd aan de dienst. Afdeling 2 – Gebruik van het recyclagepark Artikel 65 Op het recyclagepark mogen de hierna vermelde, vooraf maximaal gesorteerde huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen aangeboden worden. De afvalstoffen mogen slechts na goedkeuring van de aanwezige parkwachter, enkel in de daartoe voorbestemde en van een duidelijke vermelding voorziene container, recipiënt of opslagruimte gedeponeerd worden. Papier en kartonafval; Holglas; Bouwpuin (gemengd); Bouwpuin (zuiver); Gipsafval; Asbest; Pmd-afval; Textiel; Metalen;
-46-
-
Groenafval (snoeihout, tuinafval, stronken); Houtafval; Afgedankte elektrische en elektronische apparaten (aeea); Kga; Grofvuil; Roofing; Vlakglas; Autobanden; Kaarsafval; Kurkafval;
Artikel 66 Tijdens de openingsuren is het recyclagepark permanent onder toezicht van de parkwachter. De bezoekers zijn ertoe gehouden de aanwijzingen van de parkwachter te volgen.
Artikel 67 § 1. Het is de parkwachter toegestaan de aanbrengers van afvalstoffen buiten de omheining te laten wachten indien er zich reeds te veel mensen op het recyclagepark bevinden, evenals in functie van een goede verkeersregeling op het recyclagepark. § 2. Kinderen jonger dan 12 jaar dienen vergezeld te zijn door een volwassen begeleider. § 3. Het is verboden dieren te laten rondlopen op het recyclagepark. Artikel 68 § 1. De afvalstoffen dienen gesorteerd te worden aangeboden, teneinde de verblijfsduur van de bezoekers op het terrein te beperken. De snelheid van de voertuigen is beperkt tot 15 km/uur. De motor dient stilgelegd te worden bij het lossen van de afvalstoffen. De bezoekers en de ophalers zijn ertoe gehouden de aanwijzingen van de parkwachter te volgen. § 2. Eens de afvalstoffen in de daartoe voorziene container worden gevoegd, mogen deze afvalstoffen niet meer opnieuw door een bezoeker van het recyclagepark worden meegenomen.
§ 3. De maximumaanvoer van afvalstoffen op het containerpark is beperkt tot 3 m³/aanvoerbeurt. § 4. Bij meerdere aanvoerbeurten en grote hoeveelheden per dag dienen op voorhand afspraken gemaakt te worden met de containerparkwachter. § 5. Het is niet toegelaten om grote hoeveelheden aan te brengen op vrijdag of op zaterdag om de goede werking van het containerpark niet in het gedrang te brengen. § 6. Het is niet toegelaten om het containerpark te betreden met voertuigen (inclusief aanhangwagen) waarvan het totale gewicht meer is dan 30 ton, de totale lengte meer dan 10 meter en de totale breedte meer dan 3 meter. Artikel 69 § 1. De gebruikers van het recyclagepark moeten de omgeving van de containers en de overige ruimte van het terrein steeds rein houden. Zij kunnen door de parkwachter verzocht worden het door hen bevuilde terrein te reinigen. § 2. Tijdens de sluitingsuren van het recyclagepark is het verboden om afval voor de toegangspoorten te deponeren of over de omheining op het recyclagepark te gooien. Dergelijke handelingen worden gelijkgesteld met sluikstorten (zie artikel 5 van dit afvalreglement). § 3. De afvalstoffen die worden aangevoerd met een aanhangwagen moeten stevig vastgebonden zijn of bedekt worden door een afdekzeil zodat ze niet op de openbare wegen of bermen kunnen terechtkomen. Het laten wegwaaien van afvalstoffen wordt gelijkgesteld met sluikstorten (zie artikel 5 van dit afvalreglement).
-47-
§ 4. Het is verboden afvalstoffen in de foutieve container of opslagruimte te deponeren. Dit wordt gelijkgesteld aan sluikstorten (zie artikel 5 van dit afvalreglement). Artikel 70 § 1. Op het recyclagepark is het verboden te roken of om op enige andere wijze vuur te maken. Het is verboden om enige beschadiging aan te brengen aan de omheining, containers, gebouwen, beplantingen of uitrusting. § 2. De gebruikers betreden het containerpark op eigen verantwoordelijkheid. Het stadsbestuur is niet verantwoordelijk voor eventuele beschadiging van persoonlijke goederen of voor diefstal of lichamelijk letsel.
Hoofdstuk XV – Slot- en strafbepalingen Artikel 71 § 1. Dit besluit en afvalreglement vervangt het besluit van de gemeenteraad van 27 april 2010 inzake het politiereglement betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen huis-aan-huis en op het containerpark. § 2. De inbreuken op dit afvalreglement worden gestraft met politiestraffen, voor zover wetten, decreten, algemene of provinciale verordeningen op dit vlak geen andere straffen voorzien. § 3. Wanneer afvalstoffen worden achtergelaten op een wijze of op een plaats in strijd met dit afvalreglement kan de burgemeester jegens de overtreder de onmiddellijke opruiming van de in artikel 5, § 1. bedoelde afvalstoffen bevelen. Dit bevel wordt per aangetekend schrijven aan de overtreder bezorgd. De overtreder beschikt over een termijn van maximum één week, te rekenen vanaf de ontvangst van het bevel van de burgemeester. Indien de overtreder weigert de afvalstoffen binnen de door de burgemeester vastgestelde termijn te verwijderen, is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de overtreder, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen. § 4. Indien geen overtreder kan aangeduid worden, kan de burgemeester jegens de eigenaar van het perceel waarop afvalstoffen werden achtergelaten in strijd met dit afvalreglement de onmiddellijke verwijdering van de in artikel 5, § 1. bedoelde afvalstoffen bevelen. Dit bevel wordt per aangetekend schrijven aan de eigenaar bezorgd. De eigenaar beschikt over een termijn van maximum één week, te rekenen vanaf de ontvangst van het bevel van de burgemeester. Indien de eigenaar weigert de afvalstoffen binnen de door de burgemeester vastgestelde termijn te verwijderen, is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de eigenaar, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen. § 5. Indien alsnog een overtreder wordt vastgelegd, kan de in artikel 7, § 3. bedoelde eigenaar de kosten van de verwijdering van de in artikel 5, § 1. bedoelde afvalstoffen verhalen op de overtreder. § 6. Ongeacht artikel 7, § 2 en 3 is de gemeente gemachtigd ambtshalve en op kosten van de overtreder, de betrokken afvalstoffen op te ruimen of te laten opruimen, wanneer de afvalstoffen worden achtergelaten op een wijze of een plaats in strijd met deze afvalreglement of met andere wettelijke bepalingen.
§ 7. Naar aanleiding van een ambtshalve verwijdering, overeenkomstig artikel 7, § 2, § 3 en § 5, kan de burgemeester gemeentelijke ambtenaren de opdracht geven het afval grondig te onderzoeken teneinde de identiteit van de overtreder te achterhalen. Artikel 72: Dit afvalreglement zal bekend gemaakt worden overeenkomstig de artikelen 186 en 187 van het gemeentedecreet. Artikel 73: Een eensluidend afschrift van dit afvalreglement zal worden overgemaakt aan de Bestendige Deputatie en aan de griffie van de rechtbank van eerste aanleg en aan de griffie van de politierechtbank.
-48-
Ter kennisgeving zal eveneens een afschrift worden toegezonden aan de OVAM, de Afdeling MilieuInspectie (AMI), Limburg.net en de Politiezone Noordoost Limburg.
15. Convenant met Limburg.net i.v.m. “directe inning” – goedkeuring Schepen Rik Hertogs geeft toelichting. Vanaf 1/01/2014 wil de stad Bree instappen in het systeem van ‘directe inning’ van Limburg.net. Dit houdt in dat Limburg.net via een uniform stelsel van heffingen voor de ophaling en verwerking van afval rechtstreeks – direct int – factureert aan de huishoudens. Voorheen vormde deze belasting in Bree een onderdeel in de korf “dienstenbelasting”, maar die belasting werd bij beslissing van de gemeenteraad dd 6/05/2013 opgeheven met ingang van 1/01/2015. Raadslid Pierre Geuzens is op zich niet tegen dit principe, maar wel tegen de financiële impact ervan. Voor 2014 blijft de dienstenbelasting nog bestaan, deze nieuwe heffingen komen er dan boven op voor de burgers. Gaat het bestuur dit voor de inwoners compenseren door een vermindering in andere belastingen? En ook als blijkt dat dit nieuwe systeem van huisvuilophaling/verrekening duurder zal zijn dan dat het vandaag voor een gemiddeld gezin is, hetgeen het raadslid uit eigen berekeningen op basis van dit nieuwe principe ‘directe inning’ heeft vastgesteld. De burgemeester antwoordt dat het de intentie is om een tegemoetkoming voor de gezinnen te doen, er wordt gedacht aan 55euro vermindering van de gezinsfactuur van Limburg.net. De financiële haalbaarheid hiervan zal moeten blijken bij de budgetopmaak 2014. De schepen antwoordt dat het globale financiële plaatje in de budgetbespreking in januari ter beslissing zal worden voorgelegd. Nu gaat het over het principe van de directe inning van Limburg.net vanaf 2014. Raadslid Jos Drijkoningen vreest ook dat dit eigenlijk gaat neerkomen op een lastenverhoging voor de inwoners. Hij brengt het destijds instappen bij Riolim als voorbeeld aan, ook toen was er een dienstenbelasting én een extra rioleringstaks. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, inzonderheid op de artikelen 10 en 26; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), inzonderheid op artikel 5.1.1. en volgende; Gelet op het feit dat LIMBURG.NET een intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid is, en meer bepaald een opdrachthoudende vereniging zoals bedoeld in artikel 12, §2 ,3° van het decreet van 6 juli 2001 houdende de Intergemeentelijke Samenwerking; Gelet op het lidmaatschap van de stad bij LIMBURG.NET; Gelet op de statuten van LIMBURG.NET en in het bijzonder artikel 3 waaruit blijkt dat de stad als deelnemer van Limburg.net, afstand heeft gedaan aan Limburg.net van haar beheers- en reglementeringrechten inzake het afvalbeheer, de afvalverwijdering en –verwerking en dit binnen het maatschappelijk doel van LIMBURG.NET;
-49-
Gelet dat LIMBURG.NET ertoe heeft besloten om de financiële aspecten van de ophaling en de verwerking van de huishoudelijke en de daarmee vergelijkbare afvalstoffen te optimaliseren voor het werkgebied van LIMBURG.NET; Gelet dat LIMBURG.NET hiertoe een uniform stelsel van heffingen voor de ophaling en verwerking voorstelt, met inbegrip van een stelsel dat de inning van deze heffingen centraliseert bij LIMBURG.NET, waarbij voorzien is dat de aangesloten steden of gemeenten kunnen instappen in het systeem van intergemeentelijke inning van de kohierbelasting voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen, genaamd de ‘directe inning’ (zie beslissing raad van bestuur van LIMBURG.NET van 28/08/2013); Overwegende dat de stad Bree met ingang van 1/1/2014 wil instappen in het systeem van ‘directe inning’ zoals georganiseerd door LIMBURG.NET; Overwegende dat de stad hiervoor een convenant met LIMBURG.NET dient goed te keuren waarin de nodige afspraken betreffende de ‘directe inning’ zijn uitgewerkt; Overwegende dat overeenkomstig deze afspraken de stad er toe gehouden is het ‘Reglement betreffende de belasting voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen’ zoals opgenomen in voornoemde convenant goed te keuren, met hierin inbegrepen het kohier- en contantbelastingreglement. Op voordracht van het college van burgemeester en schepenen; Na beraadslaging met 13 stemmen voor (CD&V en BROS) en 12 stemmen tegen (Vlaams BelangLeefbaar Bree en Verjonging)
BESLUIT Artikel 1: De convenant tussen de stad Bree en Limburg.net i.v.m. de ‘directe inning’ goed te keuren. Artikel 2: Afschrift van dit besluit en ondertekende convenant in tweevoud over te maken aan Limburg.net.
16. Reglement betreffende de belasting voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen – goedkeuring. Toelichting door schepen Rik Hertogs. In dit reglement verklaart de gemeenteraad zich akkoord met de tarieven die Limburg.net zal aanrekenen voor de ophaling en verwerking van het huishoudelijk afval. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven;
-50-
Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het Decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen, inzonderheid op de artikelen 10 en 26; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), inzonderheid op artikel 5.1.1. en volgende; Gelet op het feit dat LIMBURG.NET een intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid is, en meer bepaald een opdrachthoudende vereniging zoals bedoeld in artikel 12, §2 ,3° van het decreet van 6 juli 2001 houdende de Intergemeentelijke Samenwerking; Gelet op het lidmaatschap van de stad bij LIMBURG.NET; Gelet op de statuten van LIMBURG.NET en in het bijzonder artikel 3 waaruit blijkt dat de stad als deelnemer van Limburg.net, afstand heeft gedaan aan Limburg.net van haar beheers- en reglementeringrechten inzake het afvalbeheer, de afvalverwijdering en –verwerking en dit binnen het maatschappelijk doel van LIMBURG.NET; Gelet dat LIMBURG.NET ertoe heeft besloten om de financiële aspecten van de ophaling en de verwerking van de huishoudelijke en de daarmee vergelijkbare afvalstoffen te optimaliseren voor het werkgebied van LIMBURG.NET; Gelet dat LIMBURG.NET hiertoe een uniform stelsel van heffingen voor de ophaling en verwerking voorstelt, met inbegrip van een stelsel dat de inning van deze heffingen centraliseert bij LIMBURG.NET, waarbij voorzien is dat de aangesloten steden of gemeenten kunnen instappen in het systeem van intergemeentelijke inning van de kohierbelasting voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen, genaamd de ‘directe inning’ (zie beslissing raad van bestuur van LIMBURG.NET van 28/08/2013); Overwegende dat de stad Bree met ingang van 1/1/2014 wil instappen in het systeem van ‘directe inning’ zoals georganiseerd door LIMBURG.NET; Overwegende dat de stad Bree via een apart gemeenteraadsbesluit een convenant tussen de stad en LIMBURG.NET goedkeurt waarin de nodige afspraken betreffende de ‘directe inning’ zijn uitgewerkt; Overwegende dat overeenkomstig deze afspraken de stad er toe gehouden is het ‘Reglement betreffende de belasting voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen’ zoals opgenomen in voornoemde convenant goed te keuren, met hierin inbegrepen het kohier- en contantbelastingreglement. Op voordracht van het college van burgemeester en schepenen; Na beraadslaging met 13 stemmen voor (CD&V en BROS) en 12 stemmen tegen (Vlaams BelangLeefbaar Bree en Verjonging) BESLUIT Algemene begrippen van de belasting Algemene bepalingen Met ingang van 1 januari 2014 en voor een termijn eindigend op 31 december 2018, wordt in de gemeente volgens de bepaling van dit reglement een belasting gevestigd op het inzamelen en verwerken van diverse fracties huishoudelijke afvalstoffen. Dit reglement stelt twee verschillende belastingen vast: • Een kohierbelasting die in de gemeente verschuldigd is voor de basisdienst. Deze belasting wordt hierna kohierbelasting genoemd.
-51-
•
Een contantbelasting die in de gemeente verschuldigd is voor de inzameling en verwerking door LIMBURG.NET van de huishoudelijke afvalstoffen aan huis of op de containerparken, waarvan de inzameling en verwerking niet begrepen is in de basisdienst. Deze belasting wordt hierna contantbelasting genoemd.
Bepalingen eigen aan de uniformiteit van de belasting voor het inzamelen en verwerken van huishoudelijke afvalstoffen in het bedieningsgebied In alle gemeenten in het bedieningsgebied van LIMBURG.NET waar een gelijk reglement als dit reglement is goedgekeurd, geldt als beginsel voor de toepassing van dit reglement, dat de inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen ingericht door LIMBURG.NET uniform verloopt en inwisselbaar is voor alle belastingplichtigen van deze gemeenten. Dit houdt in:
•
dat de belastingplichtigen van de gemeente gerechtigd zijn om de basisdienst uit te oefenen in het hele bedieningsgebied overeenkomstig het afvalreglement van de andere gemeenten waar de basisdienst wordt uitgeoefend en die een gelijkaardig reglement hebben goedge keurd, met uitzondering van het aanleveren van afvalstoffen op het gemeentelijk container park. • dat de belastingplichtigen van de andere gemeenten in het bedieningsgebied met een gelijk aardig reglement gerechtigd zijn om de basisdienst uit te oefenen in de gemeente overeen komstig het in de gemeente geldende afvalreglement, met uitzondering van het aanleveren van afvalstoffen op het gemeentelijk containerpark. Definities Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder: huishoudelijke afvalstoffen: de afvalstoffen zoals gedefinieerd in artikel 3, 17° van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen. huisvuil: alle afvalstoffen die ontstaan door de normale werking van een particuliere huishouding en de gelijkgestelde afvalstoffen die ongesorteerd en conform het afvalreglement in de voorgeschreven recipiënten voor huisvuilophaling worden aangeboden, met uitzondering van de selectief ingezamelde afvalstoffen zoals papier en karton, textiel, glas, klein gevaarlijk afval, groente-, fruit- en tuinafval of groenafval, plasticverpakkingen, metalen verpakkingen en drankkartons. LIMBURG.NET: de opdrachthoudende vereniging met maatschappelijke zetel te 3500 Hasselt, Gouverneur Verwilghensingel nr. 32, ingeschreven in de kruispuntenbank der ondernemingen onder het nummer 0214.533.712 en waarvan de gemeente aandeelhouder is. LIMBURG.NET heeft als opdrachthoudende vereniging tot doel de bevoegdheden van de gemeente uit te oefenen die betrekking hebben op het afvalbeheer, de afvalverwijdering en afvalverwerking in de gemeente met uitsluiting van de bevoegdheid tot het vaststellen van retributies of het uitvaardigen van fiscale en politionele maatregelen. LIMBURG.NET treedt in deze bevoegdheden op in plaats van de gemeente. LIMBURG.NET wordt in dit reglement belast met de inning en de invordering van de in dit reglement vastgestelde kohierbelasting en contantbelastingen. het bedieningsgebied: het geografische gebied van de gemeentes die hun bevoegdheden inzake afvalbeheer, afvalverwijdering en afvalverwerking aan LIMBURG.NET hebben overgedragen. afvalreglement: de gemeentelijke politieverordening waarin het beheer en de inzamelwijze van de diverse fracties aan huishoudelijke afvalstoffen in de gemeente wordt gereglementeerd. gezin: voor de toepassing van dit reglement worden beschouwd als een gezin: - hetzij een persoon die gewoonlijk alleen leeft in een woongelegenheid
-52-
- hetzij de leefgemeenschap van twee of meer personen die, al dan niet door familiebanden gebonden, gewoonlijk éénzelfde woongelegenheid betrekken en er samenleven. In inrichtingen voor collectieve woongelegenheden zoals studentenhuizen, kloostergemeenschappen, bejaardentehuizen, wordt voor de toepassing van dit reglement elke individuele woongelegenheid afzonderlijk beschouwd als de woongelegenheid van één gezin. onderneming: elke afzonderlijke activiteitskern of bedrijfsvestiging op het grondgebied van de gemeente van enige natuurlijke persoon, rechtspersoon, feitelijke vereniging of inrichting, die als hoofd en/of bijkomende activiteit een zelfstandig of een vrij beroep uitoefent of een commerciële, industriële, landbouw- of dienstverlenende activiteit uitoefent dan wel een gemeenschapstaak vervult. ophaalpunt: elk gebouw met een huisnummer of een busnummer waar een gezin of een onderneming is gevestigd of een bijkomend verblijf heeften waar in opdracht van LIMBURG.NET huishoudelijke afvalstoffen huis-aan-huis worden opgehaald voor zover ze worden aangeboden op de in het afvalreglement gereglementeerde wijze. basisdienst: het geheel van diensten verleend door LIMBURG.NET waarop de gezinnen gevestigd in de gemeente recht hebben in het bedieningsgebied. De basisdienst omvat: voor de huis-aan-huisophaling: → van het huisvuil: wanneer het huisvuil aan het ophaalpunt moet worden aangeboden in een daartoe voorgeschreven huisvuilcontainer: de beschikking per gezin over standaard één huisvuilcontainer uitgerust met een gegevens-chip, die gebruikt wordt voor de registratie van DIFTAR-gegevens vermeld in 0 0. De gegevens worden gelezen bij de lediging. de huis-aan-huisinzameling op reguliere tijdstippen aan het ophaalpunt van het gezin van het huisvuil met een maximum op jaarbasis van 90 kilogram huisvuil voor een éénpersoonsgezin. Per bijkomend gezinslid (toestand op 1 januari) wordt bijkomend 30 kg op jaarbasis ingezameld met een maximum van 180 kilogram huisvuil per gezin en dat opgehaald wordt in een maximum van 12 ophaalbeurten per gezin. De vermelde maxima zijn niet overdraagbaar van jaar naar jaar. wanneer het huisvuil aan het ophaalpunt moet worden aangeboden in de daartoe voorgeschreven plastic zak: De terbeschikkingstelling op jaarbasis van de voorgeschreven plastic zakken van 22 of 44 liter voldoende om 660 liter huisvuil voor een éénpersoonsgezin aan te bieden. Per bijkomend gezinslid (toestand op 1 januari) worden bijkomend huisvuilzakken ter beschikking gesteld om 220 liter huisvuil op jaarbasis aan te bieden met een maximum van 1.320 liter huisvuil per gezin, in principe als volgt te verdelen: o 1 persoonsgezin: 3 rollen kleine zakken o 2 persoonsgezin: 1 rol grote zakken + 2 rollen kleine zakken o 3 persoonsgezin: 2 rollen grote zakken + 1 rol kleine zakken o 4 persoonsgezin: 3 rollen grote zakken De huis-aan-huisinzameling op reguliere tijdstippen aan het ophaalpunt van het gezin van de aangeboden plastic zakken.
→
→
van het groente, fruit en tuinafval (gft): wanneer het gft aan het ophaalpunt moet worden aangeboden in een daartoe voorgeschreven gft container, uitgerust met een chip: de beschikking per gezin over standaard één gft container uitgerust met een gegevens-chip, die gebruikt wordt voor de registratie van DIFTAR-gegevens vermeld in 0 0. De gegevens worden gelezen bij de lediging.
Voor de huis-aan-huisophaling van de volgens het afvalreglement te sorteren fracties van huishoudelijke afvalstoffen, die gescheiden huis-aan-huis worden ingezameld: De huis-aan-huisinzameling op reguliere tijdstippen aan het ophaalpunt van het gezin van deze afzonderlijke fracties huishoudelijke afvalstoffen voor zover ze worden aangeboden in het aangepaste recipiënt en ongeacht of er voor het bekomen van dit recipiënt een contantbelasting verschuldigd is. Wanneer het recipiënt uitgerust is met een gegevens-chip, dan wordt deze gebruikt voor de registratie van de DIFTAR-gegevens vermeld in 0 0. De gegevens worden gelezen bij de lediging.
-53-
-
→
voor het aan huis ophalen op afroep: De op afroep ophaling aan het ophaalpunt van het gezin van herbruikbare goederen, die conform het afvalreglement ter ophaling worden aangeboden. Onder herbruikbare goederen wordt verstaan de afgedankte huishoudelijke goederen, maar met uitzondering van enig elektrisch of elektronisch apparaat, die op zichzelf geen afvalstof zijn en waarvan de staat voldoende is om ze, eventueel na schoonmaken en een kleine herstelling, te hergebruiken voor hetzelfde doel als dat waarvoor ze waren bedoeld.
-
Voor het brengen van huishoudelijke afvalstoffen naar de door LIMBURG.NET beheerde inzamelpunten: → Voor de straat- of wijkcontainers: Het deponeren van de huishoudelijke afvalstoffen glas of textiel in de daartoe geëigende straat- of wijkcontainers.
-
Voor het brengen van huishoudelijke afvalstoffen naar het door de GEMEENTE beheerde containerpark: De toegang tot het gemeentelijke containerpark. Het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen op het gemeentelijk containerpark, tot de maximumquota van specifieke fracties van huishoudelijke afvalstoffen. In de basisdienst conform punt 0 zijn m.b.t. het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen op het containerpark enkel de fracties begrepen die kunnen aangeboden worden aan € 0,00 of de fracties die onder de vastgelegde quota liggen:
Tarief € 0,00/kg
€ 0,025/kg
Fracties alle recycleerbare fracties + fracties met aanvaardingsplicht: papier/karton, glas (vlak + hol), pmd, kga, aeea, autobanden (4 autobanden per gezin/jaar), gemengde kunststoffen, kaars- en kurkresten, metalen, textiel, … zuiver bouwpuin
Quotum (vrijstelling)
€ 0,05/kg
groenafval, afbraakhout
groenafval: 400 kg/gezin geen quotum voor afbraakhout
€ 0,08 /kg
asbest, gemengd bouwpuin, gipsplaten
asbest: 200 kg/gezin geen quotum voor gemengd bouwpuin en gipsplaten
€ 0,18 /kg
grofvuil, roofing
nihil
1000 kg/gezin
De pmd-fractie wordt steeds aangeleverd in de blauwe pmd-zak. De vermelde basisdiensten omvatten telkens de inzameling en de verwerking van de vermelde huishoudelijke afvalstoffen. CARDS: de databank waarin LIMBURG.NET per gezin of per onderneming registreert: - de relevante identificatiegegevens van het gezin of de onderneming en de referentiepersoon van het betrokken gezin of onderneming, zoals vermeld in 0. - Indien van toepassing, de relevante DIFTAR-gegevens inzake inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen, individueel en gedifferentieerd per afvalstroom, zodat ze afzonderlijk kunnen getarifeerd worden. De relevante gegevens zijn onder meer de aard van de aangeboden afvalstof, het gewicht ervan en het aantal afvalbewegingen. - alle andere geregistreerde gegevens inzake inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen die nuttig zijn voor de toepassing van het belastingsreglement. - de rekenstaat van het gezin of de onderneming. - Indien van toepassing, de identificatiegegevens van de ophaalrecipiënten die verbonden zijn aan het ophaalpunt van het gezin of de onderneming.
-54-
referentiepersoon: de meerderjarige persoon die in de CARDS-databank als referentiepersoon voor het gezin of de onderneming wordt vermeld. Als de registratie gebeurt: - voor een gezin dan wordt van rechtswege het gezinshoofd van het gezin, zoals vermeld in het rijksregister of vreemdelingenregister, geregistreerd als de referentiepersoon. - voor een onderneming dan kan de onderneming de referentiepersoon zijn; zo niet is het een meerderjarige natuurlijke persoon die geacht wordt de onderneming te vertegenwoordigen. rekenstaat: de rekenstaat is de individuele rekening die per gezin of per onderneming in de CARDS-databank wordt bijgehouden en waarop afzonderlijk worden ingeschreven: - de volgens dit reglement verschuldigde kohierbelasting - de volgens dit reglement verschuldigde contantbelastingen, indien van toepassing De rekenstaat geeft op elk ogenblik getrouw weer wat de schuld of het tegoed is van het gezin of de onderneming. Bepalingen inzake de CARDS-databank Om gebruik te kunnen maken van de dienstverlening voor de inzameling en verwijdering van de aangeboden huishoudelijke afvalstoffen moeten de gezinnen of de ondernemingen op het grondgebied van de gemeente zich laten registreren in de LIMBURG.NET CARDS-databank. De registratie kan gebeuren bij de bevoegde gemeentedienst. Voor zover de gegevens van het gezin zijn opgenomen in het rijksregister of vreemdelingenregister is er geen afzonderlijke registratie vereist, maar voert LIMBURG.NET de registratie uit op basis van de gegevens in het rijksregister of vreemdelingenregister. Voor elk gezin of elke onderneming zoals omschreven in 0 van dit reglement is een registratie verplicht en is er maximaal één registratie mogelijk. Per gezin of per onderneming in het bedieningsgebied wordt er in de databank een CARDS-formulier aangemaakt. Het formulier omvat voor het gezin of de onderneming de vermelding van de referentiepersoon, het adres, een bankrekeningnummer, een detail van de diensten waarvan gebruik kan gemaakt worden, een rekenstaat, het rijksregisternummer of nummer van het vreemdelingenregister van de referentiepersoon, het ondernemingsnummer, het nummer van de Eidentiteitskaart en het LIMBURG.NET-klantennummer. Er wordt geregistreerd of het CARDS-formulier wordt aangemaakt voor een gezin of voor een onderneming. Indien de referentiepersoon bereid is deze gegevens te verstrekken, vermeldt het formulier ook één telefoonnummer en een e-mailadres van het gezin of de onderneming. In de CARDS databank worden tevens geregistreerd: - het type en het aantal van de ter beschikking gestelde containers per ophaalpunt Op basis van het bedrag van de rekenstaat in de CARDS-databank en in functie van de beschikbare diensten wordt bepaald of er aan de belastingplichtige betalingsuitnodigingen verstuurd worden en of de belastingplichtige in de voorwaarden verkeert om dienstverlening inzake ophaling, inzameling en verwerking van huishoudelijke afvalstoffen te ontvangen. Wanneer er niet langer beroep wordt gedaan op enige dienst inzake huishoudelijke afvalstoffen en dit gemeld wordt aan LIMBURG.NET sluit LIMBURG.NET de CARDS-registratie voor het gezin of de onderneming. LIMBURG.NET vereffent de rekenstaat van het gezin of de onderneming door invordering van de nog openstaande schulden aan belastingen of door betaling van het onbestede tegoed op het rekeningnummer van de referentiepersoon, indien van toepassing. De aansluiting van de referentiepersoon wordt afgesloten.
De kohierbelasting Algemene beginselen De verschuldigde kohierbelasting omvat, verrekend per belastingplichtige, alle kosten nodig voor de inzameling en verwerking van de huishoudelijke afvalstoffen die aangeboden worden in het kader van de basisdienst, voor zover de afvalstoffen worden aangeboden volgens de bepalingen van het afvalreglement. Deze kosten worden berekend door LIMBURG.NET. LIMBURG.NET brengt deze kostenberekening ter kennis aan de gemeente. De kosten zijn opgesplitst in een basiskost per gezin
-55-
en een persoonskost (dit is een tegoed aan verwerking huisvuil per gezinslid zoals omschreven in artikel 3,9°). De basiskost per gezin zoals berekend door LIMBURG.NET bedraagt € 109,84. Per ophaalpunt wordt voor de verwerking van de hoeveelheden huisvuil zoals vermeld in artikel 3,9° het bedrag verhoogd met: − € 18,75 voor een eenpersoonsgezin − € 25,00 voor een tweepersoonsgezin − € 31,25 voor een driepersoonsgezin − € 37,50 voor een vierpersoonsgezin De GEMEENTE bepaalt voor elk aanslagjaar via een afzonderlijk gemeenteraadsbesluit het aandeel van vermelde kosten dat er eventueel niet wordt aangerekend als kohierbelasting. Zonder afbreuk te doen aan onderhavig reglement en de bepalingen van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen, zijn de bepalingen van titel VII, hoofdstukken 1, 3, 4, 6 tot en met 9bis, van het Wetboek van de inkomstenbelastingen en artikelen 126 tot en met 175 van het uitvoeringsbesluit van dat wetboek, van toepassing op de in dit reglement vastgestelde kohierbelasting, voor zover deze bepalingen niet specifiek de belastingen op de inkomsten betreffen. De belastingplichtige De kohierbelasting is verschuldigd door elk gezin dat op 1 januari van het belastingjaar volgens de opgave van het rijksregister is ingeschreven in het bevolkingsregister of het vreemdelingenregister van de gemeente of dat zonder in een register te zijn ingeschreven op 1 januari van het belastingjaar effectief en duurzaam verblijft op het grondgebied van de gemeente, daaronder niet begrepen het gezin dat op het grondgebied van de gemeente een tweede verblijfplaats heeft. De kohierbelasting is verschuldigd per woongelegenheid maar hoofdelijk tussen alle meerderjarige leden van het gezin in deze woongelegenheid. Vrijstellingen en verminderingen De GEMEENTE bepaalt voor elk aanslagjaar via een afzonderlijk gemeenteraadsbesluit welke objectief bepaalde categorieën van personen kunnen genieten van een vrijstelling of vermindering op de kohierbelasting. Sancties bij niet-betaling Wanneer de kohierbelasting niet betaald is binnen de gestelde termijn worden de regels toegepast betreffende de nalatigheidsintresten inzake de rijksbelastingen op de inkomsten. Ondeelbaarheid De kohierbelasting is ondeelbaar verschuldigd voor het hele jaar. Met uitzondering van de hieronder uitdrukkelijk voorziene situaties zal het overlijden of het verhuizen uit de gemeente in de loop van het belastingjaar geen aanleiding geven tot enige belastingvermindering of -teruggave. Volgende verhuissituaties worden uitdrukkelijk geregeld: • Ingeval van een verhuizing van het gehele gezin binnen het bedieningsgebied, zal er geen nieuwe kohierbelasting verschuldigd zijn voor het jaar waarin de verhuizing plaatsvindt. Daarbij zal gelden: dat wanneer een gezin verhuist uit een gemeente waar het huisvuil voor de huis-aanhuisophaling moet worden aangeboden in een daartoe voorgeschreven plastic zak naar een gemeente waar het huisvuil moet worden aangeboden in een huisvuilcontainer, de overeenkomstige waarde van de ongebruikte volledige verpakkingen plastic zakken die bij de GEMEENTE worden ingeruild, zal worden omgezet in een waarde voor de huis-aan-huisophaling van het huisvuil met huisvuilcontainer onder de vorm van een tegoed. dat wanneer een gezin verhuist uit een gemeente waar het huisvuil voor de huis-aanhuisophaling moet worden aangeboden in een huisvuilcontainer naar een gemeente waar het huisvuil moet worden aangeboden in de daartoe voorgeschreven plastic zak, de nog niet
-56-
gebruikte waarde voor de huis-aan-huisophaling van het huisvuil met huisvuilcontainer per schijf van 30 kilogram zal worden omgezet in een tegoed voor de belastingplichtige waarmee hij plastic zakken kan verwerven. • Ingeval individuele personen uit een gezin verhuizen naar een andere vestigingsplaats wordt overgebracht, blijft de basisdienst behouden voor het gedeelte van het gezin dat op het oorspronkelijk adres gevestigd blijft. De inkohiering en de inning De kohierbelasting wordt ingevorderd bij wijze van kohier, dat jaarlijks wordt vastgesteld en uitvoerbaar verklaard door het college van burgemeester en schepenen, ten laatste op 30 juni van het jaar dat volgt op het aanslagjaar. Het kohier bevat de vermeldingen uit artikel 4, § 2 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De ingekohierde belasting wordt in naam en voor rekening van de gemeente geïnd door LIMBURG.NET, die daartoe wordt gemachtigd overeenkomstig artikel 26 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen. Daartoe maakt de gemeentelijke financieel beheerder het vastgesteld en uitvoerbaar verklaard kohier over aan LIMBURG.NET, die onverwijld instaat voor het opmaken en het versturen van de aanslagbiljetten aan de belastingplichtigen. Deze verzending gebeurt zonder kosten voor de belastingplichtigen. Het aanslagbiljet wordt nauwkeurig in overeenstemming met het vastgestelde kohier opgesteld en bevat de vermeldingen uit artikel 4, § 3 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De kohierbelasting is betaalbaar binnen twee maanden na de toezending van het aanslagbiljet door LIMBURG.NET. De mogelijkheid van bezwaar De belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger kan tegen een aanslag, een belastingtoeslag of een administratieve geldboete een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk, ondertekend en gemotiveerd worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van het aanslagbiljet waarop de bezwaartermijn wordt vermeld. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, moet dit uitdrukkelijk vermeld worden in het bezwaar. Het bezwaar heeft geen schorsende werking voor het verschuldigd zijn van de ingekohierde belasting. Het college van burgemeester en schepenen, of een gemeentelijk personeelslid dat daartoe bijzonder door het college van burgemeester en schepenen is aangewezen, stuurt binnen vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding aan de belastingplichtige en verwittigt onmiddellijk LIMBURG.NET via de CARDS databank. Het bezwaar wordt behandeld volgens de bepalingen van artikel 9, § 4 en 5 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De kennisgeving van de beslissing zal de instantie vermelden waarbij, en de termijn waarbinnen, tegen de beslissing beroep kan aangetekend worden conform artikel 10 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen.
Verbetering van materiële missingen
-57-
De belastingplichtigen kunnen de verbetering vragen van materiële missingen, zoals dubbele aanslag, rekenfouten, enz. zolang de gemeenterekening van het dienstjaar waarop de kohierbelasting betrekking heeft niet goedgekeurd werd door de gemeenteraad. Aanvangsmoment van het reglement wat de kohierbelasting betreft Dit reglement is van toepassing vanaf 1 januari 2014.
De contantbelasting Beginselen Algemene beginselen In de gemeente is een contantbelasting verschuldigd op het aanbieden van huishoudelijke afvalstoffen via de huis-aan-huisinzameling georganiseerd door LIMBURG.NET, op het aanbieden van afvalstoffen op het gemeentelijke containerpark of het aankopen van recipiënten om deze huishoudelijke afvalstoffen aan te bieden, voor zover het inzamelen van deze afvalstoffen niet begrepen is in de basisdienst. De toegang tot het gemeentelijk containerpark is enkel mogelijk mits voorleggen van een identificatiebewijs/gebruik van een toegangsbadge. De contantbelasting wordt vastgelegd rekening houdend met het principe ‘de vervuiler betaalt’. Het bedrag van de belasting wordt vastgesteld rekening houdende met volgende beginselen: • De minimum- en maximumbedragen zoals vastgelegd in het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen (VLAREMA), bijlage 5.1.4. • Er wordt geen contantbelasting geheven op de afvalstromen waarvoor een aanvaardingsplicht bestaat zoals gedefinieerd in het besluit van de Vlaamse Regering van 17 februari 2012 tot vaststelling van het Vlaams reglement betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen. • De contantbelasting voor het selectief ingezameld huishoudelijk verpakkingsafval waarvoor een terugnameplicht bestaat (papier/karton, holglas en pmd) wordt vastgesteld rekening houdende met de richtlijnen zoals verstrekt door FOST Plus, erkend organisme voor de selectieve inzameling en financiering van het huishoudelijk verpakkingsafval. • Voor alle bedragen van de contantbelasting wordt rekening gehouden met de richtlijnen van LIMBURG.NET, die streeft naar een uniforme prijs voor gelijke dienstverlening binnen het bedieningsgebied. • De verschuldigde contantbelasting omvat alle kosten nodig voor de inzameling en verwerking van de fractie aan huishoudelijke afvalstoffen die worden aangeboden buiten het kader van de basisdienst en die werden omgeslagen naar een relevante hoeveelheidsparameter per fractie. Deze kosten worden berekend door LIMBURG.NET en weergegeven in een overzicht op te geven aan de gemeente. • Het bedrag van de contantbelasting wordt bepaald ervan uitgaande dat de aangeboden afvalstoffen worden aangeboden conform de bepalingen van het afvalreglement. Afvalstoffen onderworpen aan de contantbelasting Voor zover de aangeboden fractie huishoudelijke afvalstoffen niet valt onder de toepassing van de basisdienst, is er een contantbelasting verschuldigd door elk gezin of onderneming die in de gemeente één van de volgende fracties huishoudelijke afvalstoffen aanbiedt: • in te zamelen volgens de haalmethode (huis-aan-huisophaling): - huisvuil (voor zover dit niet begrepen is in de basisdienst) en de gemengde fractie van het vergelijkbaar bedrijfsafval); - pmd; - gft en organisch-biologisch vergelijkbaar bedrijfsafval.
• in te zamelen volgens de haalmethode (op afroep): - grofvuil;
-58-
• in te zamelen volgens de brengmethode (naar het containerpark): - alle recycleerbare fracties + fracties met aanvaardingsplicht: Papier/karton, glas (vlak + hol), pmd, kga, aeea, autobanden, gemengde kunststoffen …. - asbest - groenafval, zuiver bouwpuin en afbraakhout - gemengd bouwpuin en gipsplaten - grofvuil en roofing De bedragen van de contantbelasting voor de inzameling aan huis en op afroep De bedragen voor de aan huis inzameling Voor de inzameling en verwerking van de aan huis opgehaalde huishoudelijk afvalstoffen, die aan het ophaalpunt worden aangeboden volgens het afvalreglement in het aangepaste recipiënt en voor zover ze niet vallen onder de basisdienst, is de volgende contantbelasting verschuldigd:
• Contantbelasting: huisvuil o o
1 rol van 10 restafvalzakken van 44 liter/stuk: € 12,50 /rol 1 rol van 10 restafvalzakken van 22 liter/stuk: € 6,25 /rol
• Contantbelasting: groente-fruit en tuinafval (gft) Het gft wordt opgehaald door middel van een groene container uitgerust met een chip. De contantbelasting bedraagt: TYPE CONTAINER AFVALSOORT EUR PER AANBIEDING EUR PER KG 120 liter gft 0,00 0,10 40 liter gft 0,00 0,10
• Contantbelasting: pmd, textiel en lederwaren, papier en karton, hol glas en metaal De contantbelasting bedraagt: FRACTIE EENHEID pmd 1 rol van 20 zakken van 60 L 1 rol van 10 zakken van 120 L (uitsluitend voor scholen & verenigingen) textiel- en lederwaren papier en karton hol glas metaal
CONTANTBELASTING € 3,00 per rol € 3,00 per rol
€ 0,00 € 0,00 € 0,00 € 0,00
De bedragen voor de inzameling op afroep Voor het ophalen van het grofvuil op afroep wordt de contantbelasting vastgesteld op € 20,00 per ophaalbeurt.
de contantbelasting verschuldigd op het containerpark De toegang tot het containerpark De toegang tot het containerpark gebeurt op basis van een toegangsbadge/ elektronische identiteitskaart. Zelfstandige ondernemers, kmo’s, verenigingen of instellingen moeten beschikken over een toegangsbadge voor zelfstandige ondernemers. Deze toegangsbadge is aan te vragen bij de gemeente aan 15 EUR/badge, verschuldigd vanaf de eerste badge. Het gebruik van de toegangsbadge (of e-id) heeft als gevolg dat de bezoeker geregistreerd wordt. De bedragen van toepassing op het containerpark
-59-
De hieronder vermelde contantbelasting is verschuldigd met ingang van 01/01/2014 door eenieder die gebruik maakt van de (inter)gemeentelijke dienstverlening inzake het inzamelen van onderstaande fracties op het containerpark. Voor bepaalde fracties geldt voor particuliere gezinnen een vrijstelling van contantbelasting tot aan een bepaald gewicht (quotum). Deze vrijstelling geldt per kalenderjaar en per gezin en is niet overdraagbaar op het einde van het kalenderjaar of aan een ander gezin. Kmo’s en verenigingen genieten deze quota niet. De pmd-fractie wordt steeds aangeleverd in de blauwe pmd-zak.
Contantbelasting € 0,00/kg
Quotum (vrijstelling)
€ 0,025/kg
Fracties alle recycleerbare fracties + fracties met aanvaardingsplicht: papier/karton, glas (vlak + hol), pmd, kga, aeea, autobanden (4 autobanden per gezin/jaar), gemengde kunststoffen, kaars- en kurkresten, metalen, textiel, … zuiver bouwpuin
€ 0,05/kg
groenafval en afbraakhout
groenafval: 400 kg/gezin geen quotum voor afbraakhout
€ 0,08 /kg
asbest, gemengd bouwpuin en gipsplaten
asbest: 200 kg/gezin geen quotum voor gemengd bouwpuin en gipsplaten
€ 0,18 /kg
Grofvuil en roofing
nihil
1000 kg/gezin
De heffing De heffing van de contantbelasting Wanneer het afval wordt aangeboden in een daartoe bestemde zak, dan is de contantbelasting verschuldigd bij de aankoop van de afvalzak. Wanneer het afval voor ophaling wordt aangeboden in een gft-container dan is de contantbelasting verschuldigd op het ogenblik van het ledigen van de container. Wanneer het grofvuil op afroep wordt opgehaald is de contantbelasting verschuldigd op het ogenblik dat LIMBURG.NET de lijst definitief opstelt van de ophaalronde waarin het betrokken ophaalpunt wordt aangedaan. Wanneer het afval wordt aangeleverd op het containerpark wordt dit steeds geregistreerd en gewogen op een daartoe bestemde weegbrug. De aanvoerder moet zich, alvorens het afval te storten, aanmelden bij de parkwachter. Een eerste weging met de lading afval wordt uitgevoerd (brutoweging). Na het storten van het afval van één bepaalde prijscategorie op de daartoe bestemde plaats op het containerpark, wordt een tweede weging uitgevoerd (tarraweging). Het bekomen nettogewicht, met een minimum van 5 kg, wordt bepaald en op basis hiervan wordt het verschuldigde bedrag vastgesteld. De weegcyclus wordt herhaald per prijscategorie. Wordt de weegcyclus niet herhaald, wordt het hoogste tarief van de afvalfractie voor de totale aanvoer genomen. Het is verboden uit het voertuig te stappen tijdens de weging. Het aantal personen in het voertuig dient bij de bruto- en de tarraweging steeds hetzelfde te zijn. De persoon die afvalstoffen aanvoert zoals hierboven vastgesteld, is na overschrijding van de vastgelegde quota, de contantbelasting verschuldigd na de laatste tarraweging van de aanvoer.
-60-
Hij/zij ontvangt een ticket en de contantbelasting wordt in mindering gebracht van het vooraf betaalde bedrag via de voorschottenregeling. Bij een toevallige storing of een buitendienststelling van het automatische weegsysteem op het containerpark, maakt de parkwachter een schatting van de aangeleverde hoeveelheden. De parkwachters noteren het badgenummer of het e-id nummer, tezamen met het verschuldigde bedrag. Na herstelling van het defect worden de genoteerde gegevens ingegeven onder het identificatiebestand van de desbetreffende bezoeker. De gebruikers verklaren zich, vanaf het moment dat zij het containerpark verlaten, automatisch akkoord met de aangerekende contantbelasting. Belastingplichtige Indien het afval wordt aangeboden voor een gezin dan is de contantbelasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon van het gezin en alle meerderjarige leden van het gezin die in de woongelegenheid van de referentiepersoon verblijven. Indien het afval wordt aangeboden voor een onderneming of vereniging dan is de contantbelasting hoofdelijk verschuldigd door de referentiepersoon en de onderneming zijnde iedere natuurlijke – of rechtspersoon die de onderneming uitmaakt of de leden van de vereniging, indien deze geen rechtspersoonlijkheid heeft. Voorschotaanrekening De contantbelasting voor de huishoudelijke afvalstoffen, die niet aangeboden worden in een daartoe bestemde zak, wordt aangerekend bij wijze van voorschotten volgens de in dit artikel opgenomen bepalingen. De voorschotten worden aangerekend met betalingsuitnodigingen verstuurd aan de in de CARDSdatabank geregistreerde referentiepersoon. De betalingen van de aangerekende voorschotten worden opgenomen in de rekenstaat. De contantbelasting verschuldigd voor de huishoudelijke afvalstoffen, die niet aangeboden worden in een daartoe bestemde zak of met een daartoe bestemde sticker, worden op de rekenstaat in mindering gebracht op de betaalde voorschotten. De toerekening van de voorschotten wegens verschuldigde contantbelastingen wordt nauwkeurig bijgehouden op de rekenstaat. De kohierbelasting uit HOOFDSTUK 2 wordt nooit op de voorschotten aangerekend of vermengd met de verschuldigde contantbelastingen. De voorschotten worden uitsluitend aangerekend in volgorde van de afname van de dienst. De rekenstaat vermeldt uitdrukkelijk op welke datum en voor welke dienstverlening (huis-aanhuisophaaldiensten of aanlevering van niet vrijgestelde fracties aan de recyclageparken). De eerste betalingsuitnodiging kan verstuurd worden naar aanleiding van de opname van het gezin of de onderneming in de CARDS-databank. Voor zover het saldo van de rekenstaat positief is, zullen de betalingsuitnodigingen geen aanleiding kunnen geven tot herinneringen aan de betalingsuitnodigingen waarvoor kosten worden aangerekend. Evenmin kunnen zij gedwongen worden ingevorderd. Voor elk gezin / onderneming wordt een voorschot aangerekend op basis van de aantallen en type containers die aan de referentiepersoon ter beschikking zijn gesteld: • per container 40/120 liter gft: € 12,50 Wanneer het beschikbare saldo op de rekenstaat lager is dan een positief bedrag op de rekenstaat, drempelbedrag genoemd, wordt aan de referentiepersoon een betalingsuitnodiging voor een nieuw voorschot verstuurd. Het drempelbedrag wordt als volgt vastgesteld: • een container van 120 liter/40 liter gft: € 5,00 Wanneer het gezin of de onderneming meerdere containers ter beschikking heeft is het drempelbedrag de opstelsom van alle containers die het gezin of de onderneming ter beschikking heeft. Het bedrag van de nieuwe betalingsuitnodiging zal gelijk zijn aan het voorschot uit 0 behalve wanneer het saldo van de rekenstaat negatief is. In dit laatste geval zal het bedrag van de betalingsuitnodiging gelijk zijn met het voorschot uit 0 vermeerderd met het bedrag nodig om het negatief saldo aan te zuiveren.
-61-
Voor betalingsuitnodigingen van de voorschotten geldt een betalingstermijn van 21 dagen. Een voor de huis-aan-huisinzameling aangeboden afvalcontainer zal enkel geledigd worden, voor zover het op de rekenstaat beschikbare tegoed niet lager is dan onderstaande bedragen: • een container van 120 liter/40 liter gft: € 2,50 Het aanrekenen van de dienstverlening op de beschikbare voorschotten verloopt uitsluitend in volgorde van de datum van de afname van de dienst. Onder de datum van afname van de dienst wordt begrepen: • de datum van ophaling van de huishoudelijke afvalstoffen, die niet aangeboden worden in een daartoe bestemde zak • de datum van het bezoek aan het recyclagepark met aangeboden fracties boven de quota De afname van de dienst, de aard en de datum ervan worden geregistreerd en vermeld in de rekenstaat. Door de betaling van een voorschot verklaart de belastingplichtige zich akkoord met de aanwending van de voorschotten conform dit reglement. Overzicht van de stand van de rekenstaat Op elke nieuwe voorschotbetalingsuitnodiging zal aan het gezin of de onderneming een overzicht gegeven worden voor de periode verstreken sedert de laatste betalingsuitnodiging, van de betaalde voorschotten, de bij het bezoek van een recyclagepark of voor de huis-aan-huisinzameling aangerekende contantbelastingen. De toerekening van de voorschotten wegens verschuldigde contantbelasting wordt nauwkeurig bijgehouden op de rekenstaat. De toerekening van de voorschotten verloopt uitsluitend in volgorde van de afname van de dienst zoals geregistreerd op de rekenstaat.
Diverse bepalingen inzake de contantbelasting De verkoop van afvalzakken De afvalzakken waarvoor een contantbelasting verschuldigd is kunnen aangekocht worden op het gemeentehuis of op andere door de gemeente en/of door LIMBURG.NET gecommuniceerde plaatsen. LIMBURG.NET wordt gemachtigd om een verkoopnet te organiseren voor afvalzakken via de kleinhandelaars. De verplichte verkoopprijs voor de afvalzak is gelijk aan de contantbelasting. Beschadiging of verlies van afvalcontainers Bij beschadiging door oneigenlijk gebruik of bij verlies van een geleverde container wordt voor de vervanging volgende contantbelasting aangerekend: • container 120 liter: € 50,00 • container 40 liter: € 50,00 De inning De voorschotten op de contantbelasting en de contantbelastingen kunnen in naam en voor rekening van de gemeente geïnd worden door LIMBURG.NET, die daartoe wordt gemachtigd overeenkomstig artikel 26 van het decreet van 23 december 2011 betreffende het duurzaam beheer van materiaalkringlopen en afvalstoffen. De inning van de contantbelasting door LIMBURG.NET verloopt volgens de verdere bepalingen. De mogelijkheid van bezwaar
-62-
De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan tegen de aangerekende contantbelasting een bezwaarschrift indienen bij het college van burgemeester en schepenen. Het bezwaar moet, op straffe van nietigheid, schriftelijk, ondertekend en gemotiveerd worden ingediend binnen een termijn van drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag vanaf de kennisgeving van een afrekening van een geheven contantbelasting. Indien de belastingplichtige wenst gehoord te worden, moet dit uitdrukkelijk vermeld worden in het bezwaar. Het college van burgemeester en schepenen, of een personeelslid van het gemeentepersoneel dat daartoe bijzonder door het college van burgemeester en schepenen is aangewezen, stuurt binnen vijftien kalenderdagen na de indiening van het bezwaarschrift een ontvangstmelding enerzijds aan de referentiepersoon of, in voorkomend geval, zijn vertegenwoordiger en anderzijds aan LIMBURG.NET. Het bezwaar wordt behandeld volgens de bepalingen van artikel 9, § 4 en 5 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. De kennisgeving van de beslissing zal de instantie vermelden waarbij, en de termijn waarbinnen, er tegen de beslissing beroep kan aangetekend worden conform artikel 10 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen. Een afschrift van de beslissing zal meegedeeld worden aan LIMBURG.NET. Omzetting in een kohierbelasting Wanneer de rekenstaat voor een aaneengesloten periode van meer dan 3 maanden een negatief saldo aan contantbelasting(en) vertoont van meer dan € 50,00 wordt het volledige negatief saldo van contantbelasting(en) op de rekenstaat conform artikel 4, §7 van het decreet van 30 mei 2008 betreffende de vestiging, de invordering en de geschillenprocedure van provincie- en gemeentebelastingen omgezet in een kohierbelasting, die dan verschuldigd is volgens de bepalingen van 0. Het aanvangsmoment van het reglement wat de contantbelasting betreft De contantbelasting krachtens dit reglement is van toepassing voor het afval dat buiten de basisdienst wordt aangeboden vanaf 1 januari 2014.
De wijze waarop LIMBURG.NET de gereglementeerde belastingen int De aanrekening van de belastingen LIMBURG.NET is verantwoordelijk en staat in voor: • de correcte en tijdige aanrekening aan de belastingplichtigen van de belastingen die in dit reglement worden vastgesteld; • het correct bijhouden van de rekenstaten; • de correcte en tijdige aanrekening van de inningskosten waarmee de belastingen krachtens dit reglement kunnen worden verhoogd bij niet tijdige betaling van de verschuldigde belastingen. Behoudens afwijkende bepalingen in de eerdere hoofdstukken, gebeurt de aanrekening van de belastingen volgens de bepalingen van dit hoofdstuk: De belastingen worden aan de belastingplichtige aangerekend door het verzenden van het aanslagbiljet wat de kohierbelasting betreft en het kennisgeven van het betalingsdocument wat de contantbelasting betreft (indien van toepassing). Het aanslagbiljet van de kohierbelasting en het betalingsdocument van de contantbelasting kunnen in een enkele verzending aan de belastingplichtige worden overgemaakt. De kennisgeving van het betalingsdocument voor een contantbelasting gebeurt in de regel op papier onder gesloten omslag verzonden per gewone post op het adres van de belastingplichtige (indien van toepassing). De aanrekening van de contantbelasting kan verzonden worden op het e-mailadres van de belastingplichtige indien hij zijn e-mailadres
-63-
opgaf aan de CARDS databank. De kennisgeving mag vervangen worden door een overhandiging van het betalingsdocument aan de belastingplichtige. De vermeldingen op de betaaldocumenten Alle betaaldocumenten bevatten minstens volgende vermeldingen: de verzendingsdatum, de uiterste betalingsdatum, het bedrag dat moet worden betaald, de rekening waarop kan worden betaald, de referte die bij de betaling moet worden vermeld, de termijn waarbinnen bezwaar kan worden ingediend, de benaming, het adres en de contactgegevens van de instantie die bevoegd is om het bezwaarschrift te ontvangen, evenals de vermelding dat de belastingschuldige of zijn vertegenwoordiger die wenst gehoord te worden, zulks uitdrukkelijk moet vragen in het bezwaarschrift. Als bijlage aan de betalingsdocumenten voor belastingen wordt een beknopte samenvatting van het belastingreglement toegevoegd. De aanslagbiljetten van de kohierbelasting vermelden de gegevens vermeld in 0 van dit reglement. Alle betaaldocumenten m.b.t. de kohierbelasting vermelden op de achterzijde de volgende tekst: ‘Termijn van betaling en indienen van bezwaar’ De aangerekende belasting is betaalbaar binnen een termijn van twee maanden na de verzending van dit document. Klachten of bezwaren moeten per aangetekend schrijven worden meegedeeld aan het College van Burgemeester en Schepenen op het adres vermeld op de voorzijde van dit document, met vermelding van het nummer van dit document en het bedrag van de betwiste belasting. Het aangetekend schrijven moet verzonden worden binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van dit document. ‘Herinnering’ Wanneer een aangerekende belasting niet binnen de vastgestelde termijn van twee maanden is betaald, zal LIMBURG.NET per gewone brief de belastingplichtige aan de betaling herinneren. De aangerekende belasting moet volledig betaald worden binnen een termijn van 14 dagen vanaf de verzending van de herinnering. ‘Ingebrekestelling’ Wanneer de aangerekende belasting en toeslag niet volledig betaald zijn binnen de vastgestelde termijn van de herinnering, verstuurt LIMBURG.NET aangetekend een ingebrekestelling aan de belastingplichtige. Voor deze ingebrekestelling wordt de kostprijs van de aangetekende zending aangerekend. De ingebrekestelling verleent een betalingstermijn van 31 dagen aan de belastingplichtige. Indien de belasting en de kostprijs van de aangetekende zending niet volledig binnen de betalingstermijn na de ingebrekestelling worden voldaan, wordt de belastingplichtige geacht de aangerekende belasting met inbegrip van de kostprijs van de aangetekende zending niet te betwisten en zullen de belasting en de inningskosten met een dwangbevel ingevorderd worden. De betaaldocumenten m.b.t. de contantbelasting waarmee aan de belastingplichtige een negatief saldo van de rekenstaat wordt meegedeeld, vermelden op de achterzijde volgende tekst: ‘Termijn van betaling en indienen van bezwaar’ Het op de voorzijde vermelde negatief saldo is betaalbaar binnen een termijn van 21 dagen na de kennisgeving van dit document. Klachten of bezwaren omtrent de aangerekende belastingen moeten per aangetekend schrijven worden meegedeeld aan het College van Burgemeester en Schepenen op het adres vermeld op de voorzijde van dit document, met vermelding van het nummer van dit document en het bedrag van de betwiste belasting. Het aangetekend schrijven moet verzonden worden binnen een termijn van drie maanden vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van dit document. ‘Herinnering’ Wanneer een aangerekend negatief saldo niet volledig binnen de vastgestelde termijn van 21 dagen is betaald, zal LIMBURG.NET per gewone brief of per e-mail de belastingplichtige aan de betaling van het negatief saldo herinneren. De aangerekende belasting moet volledig betaald worden binnen een termijn van 14 dagen vanaf de verzending van de herinnering.
-64-
‘Ingebrekestelling’ Wanneer een aangerekend negatief saldo niet volledig betaald is binnen de vastgestelde termijn van de herinnering, verstuurt LIMBURG.NET aangetekend een ingebrekestelling aan de belastingplichtige. Voor deze ingebrekestelling wordt de kostprijs van de aangetekende zending aangerekend. De ingebrekestelling verleent een betalingstermijn van 31 dagen aan de belastingplichtige. Indien het negatief saldo en de kostprijs van de aangetekende zending niet volledig binnen de betalingstermijn na de ingebrekestelling worden voldaan, wordt de belastingplichtige geacht de aangerekende belasting en de toeslagen niet te betwisten en zullen het negatief saldo en de kostprijs van de aangetekende zending met een dwangbevel ingevorderd worden. De herinneringen Indien het aanslagbiljet van de kohierbelasting niet tijdig en volledig wordt betaald binnen 2 maanden na de verzending of overhandiging van een betalingsdocument, verzendt LIMBURG.NET per gewone brief of per e-mail een herinnering voor het nog openstaande bedrag. De herinnering kent een betaaltermijn van 14 dagen toe vanaf de verzending van de herinnering. Indien na de termijn van de herinnering het openstaande bedrag niet tijdig en volledig betaald wordt, verzendt LIMBURG.NET per aangetekend schrijven een ingebrekestelling met een betaaltermijn van 31 dagen. Bijkomend vermeldt de ingebrekestelling dat in een volgende fase een dwangbevel wordt overgemaakt bij deurwaardersexploot indien het openstaand bedrag niet wordt vereffend binnen voormelde termijn. Indien de contantbelasting niet tijdig en volledig wordt betaald of wanneer de rekenstaat meer dan 21 opeenvolgende dagen na de verzending of overhandiging van een betalingsdocument een negatief saldo vertoont, verzendt LIMBURG.NET per gewone brief of per e-mail een herinnering voor het nog openstaande bedrag. De herinnering kent een betaaltermijn van 14 dagen toe vanaf de verzending van de herinnering. Indien na de termijn van de herinnering het openstaande bedrag niet tijdig en volledig wordt betaald, verzendt LIMBURG.NET per aangetekend schrijven een ingebrekestelling met een betaaltermijn van 31 dagen. Bijkomend vermeldt de ingebrekestelling dat in een volgende fase een dwangbevel wordt overgemaakt bij deurwaardersexploot indien het openstaand bedrag niet wordt vereffend binnen de voormelde termijn. De kostenaanrekening van de ingebrekestellingen en dwangbevelen De portkosten van de ingebrekestelling en de kosten verbonden aan het dwangbevel worden aan de belastingplichtige aangerekend. De kosten van het dwangbevel worden bepaald volgens opgave van de betekenende gerechtsdeurwaarder. De betaling De betalingen gebeuren op de rekening van LIMBURG.NET onder vermelding van de referte vermeld in het betalingsdocument. De betalingen worden ingeval van openstaande kosten, ingevolge het verzenden van een ingebrekestelling, eerst op de kosten aangerekend. Bij afwezigheid van een correcte referte tracht LIMBURG.NET op basis van de identiteit of het bedrag te achterhalen op welke belastingschuld de betaling betrekking heeft. Gedeeltelijke betalingen waarvan redelijkerwijze niet kan worden achterhaald op welke openstaand saldo ze betrekking hebben, worden, voor zover van toepassing, eerst toegerekend op de openstaande kosten, daarna op een openstaande kohierbelasting, vervolgens op een negatief saldo van de contantbelastingen of tarieven, in functie van de ouderdom van de schuld en tenslotte op
-65-
aangerekende voorschotten (indien van toepassing). Een eventuele rest wordt op de rekenstaat geboekt als een voorschot op de contantbelasting / tarieven. Betalingen waarvan duidelijk is dat ze betrekking hebben op een niet verschuldigde belasting, worden teruggestort aan de betaler. Betalingen die geboekt werden als voorschot, kunnen worden teruggevorderd. De aanrekening van intresten De intresten over de niet-betaalde kohierbelasting conform 0 of de intresten over een openstaand negatief saldo van de contantbelasting (indien van toepassing) kunnen aangerekend worden vanaf de datum van de eerste aangetekende ingebrekestelling tot de datum van daadwerkelijke betaling. Uitzondering op de inningsbevoegdheid Van zodra LIMBURG.NET of door de gemeente of door de belastingplichtige of door diens schuldbemiddelaar in kennis wordt gesteld dat de belastingplichtige een collectieve schuldenregeling is toegestaan teneinde zijn financiële toestand als schuldenaar te herstellen overeenkomstig de wet van 5 juli 1998 betreffende de collectieve schuldenregeling en de mogelijkheid van verkoop uit de hand van de in beslag genomen onroerende goederen én de belastingplichtige een afbetaling over verschillende termijnen wenst van de verschuldigde belastingen, toeslagen, kosten en/of nalatigheidsintresten, draagt LIMBURG.NET het inningsdossier van de belastingplichtige terug over aan de gemeente die voor de verdere inning zal instaan. De belastingplichtige die niet voldoet aan de voorwaarden van §1 en die desondanks een afbetaling over verschillende termijnen wenst van de verschuldigde belastingen, toeslagen, kosten en/of nalatigheidsintresten, richt zijn vraag tot de gemeente. Indien de gemeente instemt met de afbetaling in verschillende termijnen stelt de gemeente LIMBURG.NET onverwijld in kennis van die beslissing. LIMBURG.NET draagt het inningsdossier met onmiddellijke ingang over aan de gemeente die voor de verdere inning zal instaan.
Slot- en overgangsbepalingen Inwerkingtreding Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2014. Opheffing Dit reglement vervangt het besluit van 3 juni 2013 – retributiereglement betreffende het inzamelen van huishoudelijke afvalstoffen en vergelijkbare bedrijfsafvalstoffen huis-aan-huis en op het containerpark; Bekendmaking Dit raadsbesluit zal worden bekendgemaakt overeenkomstig artikel 186 en 187 van het gemeentedecreet. Een kopie van onderhavig raadsbesluit wordt in toepassing van artikel 248 tot en met 261 van het gemeentedecreet verzonden aan de provinciegouverneur. Een eensluidend gewaarmerkt afschrift van dit reglement zal ter kennisgeving worden overgemaakt aan: • LIMBURG.NET; • de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij; • het Departement LNE, Afdeling Milieu-inspectie en/of de Vlaamse Minister van Leefmilieu; • de Politiezone Noordoost Limburg
-66-
17. Fietspaden Opitterkiezel goedkeuring.
–
aanpassing
plan
inname
23
–
Toelichting door schepen Rudi Cober. In het fietspadendossier Opitterkiezel werd een compromis bereikt betreffende een te onteigenen perceel. Teneinde verdere juridische procedures en vertragingen in de uitvoering te voorkomen wordt de gemeenteraad gevraagd goedkeuring te verlenen aan het bereikte compromis zodat het dossier kan overgemaakt aan het comité van aankoop. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 27.10.2009 “project fietspaden en riolering N721 plannen en tabel der innemingen voor het project “fietspaden en riolering N721 – Opitterkiezel – Maaseikerbaan” – goedkeuring project en plannen en tabel der onteigening en volgende planaanpassingen d. 15.12.2009, 21.09.2010, 25.01.2011, 13.07.2013 en 02.09.2013 , zoals opgemaakt door landmeter Mathieu Rutten te Bree in opdracht van het studieburo Arcadis, Eurostraat 1 bus 1 te 3500 Hasselt; Overwegende de aanpassing van de het innameplan 1M3DG G 028136 04 dd. 15.10.2013 voor de inname 23 zoals opgesteld door het studieburo Arcadis, Eurostraat 1 bus 1 te 3500 Hasselt; Overwegende deze aanpassingen gebeurt naar aanleiding van onderhandelingen met de betrokken eigenaars waarbij voorliggende aanpassing als een compromis afgesproken werd om verdere juridische stappen te voorkomen; Overwegende dat het Comité van aankoop belast wordt met het opstellen van de definitieve akten; Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen; Na beraadslaging met unanimiteit van stemmen;
BESLUIT
Art. 1 Akkoord te gaan met de aanpassing van de plannen en tabel der onteigening dd. 15.10..2013 met nr. 1M3D8G G 028136 04 met betrekking tot de inname nr. 23, gezien het compromis dat overeengekomen werd met de eigenaar waardoor een verdere juridische procedure kan voorkomen worden.
Art. 2 Het gemeenteraadsbesluit voor verdere afhandeling over te maken aan het comité van aankoop
-67-
18. Rooilijnplan “De Vuurvogel” – Oudestraat goedkeuring.
te Bree – voorlopige
Toelichting door schepen Mario Knippenberg. De stad investeert mee in de realisatie van een nieuwe sporthal aan de school “De Vuurvogel”. Omdat door het gemeenschappelijk gebruik de sporthal moet grenzen aan het openbaar domein – wat nu niet het geval is - is een nieuw rooilijnplan opgemaakt. Daarbij wordt een gratis grondafstand gedaan door het bisdom aan de stad. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Overwegende de verbouwingen aan de sportzaal van de lagere school De Vuurvogel, Oudestraat, waarbij de stad mee investeert o.a. onder voorwaarde van het opstellen van een rooilijnplan met gratis grondoverdracht van het Bisdom (Katholiek Onderwijs Limburg) naar de Stad; Overwegende op deze manier de toegang tot de gemeenschappelijke sporthal naar het openbaar domein kan overgedragen worden; Overwegende dat in functie van deze ontwikkelingen het nodig is een rooilijnplan “De vuurvogel Oudestraat” vast te stellen, gezien de gemeenschappelijke sporthal in de toekomst aan openbare domein dient te grenzen; Overwegende het ontwerp rooilijnplan de Vuurvogel - Oudestraat dd. 21.11.2013 van het landmetersen vastgoedexperten B.V.B.A., Peerderbaan 2 te 3960 Bree, de heer Mathieu Rutten; Overwegende dat ter realisatie van dit rooilijnplan er een gratis grondafstand overeengekomen werd met het Bisdom Hasselt ten voordele van de stad Bree; Na beraadslaging en unanimiteit van stemmen; BESLUIT Art. 1
Het rooilijnplan “De Vuurvogel - Oudestraat” dd.21.11.2013 opgemaakt door Landmeters- en vastgoedexperten B.V.B.A, Peerderbaan 2 te 3960 Bree wordt voorlopig vastgesteld;
Art. 2
Het college krijgt de opdracht om een openbaar onderzoek te voeren, gedurende een periode van 30 dagen;
Art. 3
Het rooilijnplan wordt samen met de resultaten van het openbaar onderzoek ter definitieve vaststelling voorgelegd aan de gemeenteraad;
Art. 4
Principieel akkoord te gaan met de gratis grondafstand van het Bisdom Hasselt (Katholiek Onderwijs Limburg) naar de Stad Bree, met de bedoeling de toegangsweg een openbaar karakter te verlenen
-68-
19. Voormalige pastorij Tongerlo – verkoop deelperceel aan aangelande eigenaar – definitieve beslissing. Toelichting door schepen Rik Hertogs. Een stukje grond van 67 ca van de voormalige pastorij in Tongerlo, eigendom van de stad Bree, wordt verkocht aan de aangelande eigenaar. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Overwegende het gemeenteraadsbesluit dd. 09.06.2009 houdende het prinicpieel besluit tot verkoop van de pastorie van Tongerlo; Overwegende het verdelingsplan van de Libost-groep, Gruitroderlaan 36 te 3680 Maaseik bevattende de pastorie met grond met de bedoeling deze openbaar te verkopen, en waarbij de loten 1,3 en 5 onderhands verkocht worden aan de aangelande eigenaars, en waarbij lot 2 de toegang moet verzekeren tot de electriciteitskabine, uitgebaat door Infrax; Overwegende het gemeenteraadsbesluit dd. 24.05.2011 waarbij de openbare verkoop van de pastorie Tongerlo definitief goedgekeurd werd, zijnde lot 4 van het verdelingsplan van de Libost-groep, Gruitroderlaan 36 te 3680 Maaseik dd. 07.10.2008 en aangepast op 15.06.2010; Overwegende de openbare verkoop van de pastorie op 04.07.2011; Overwegende dat voor de loten 1,3 en 5 gekozen wordt voor een onderhandse verkoop gezien lot 2, zijnde de toegangsweg tot de achterliggende electriciteitskabine, in eigendom van de stad dient te blijven en het oorspronkelijk ongedeelde perceel hiermee belast en waarbij de loten 1,3 en 5 beter aansluiting geven bij de aangelande eigendommen;
-
Gelet op het schattingsverslag, opgesteld op 29/06/2011 en aangepast op 07.03.2012 door de h. Johan Engels, Ontvanger der Registratie en Domeinen te BREE, en waarbij de verkoopswaarde geschat werd : lot 1 met een grootte van 67 ca voor de prijs van 4000 € Overwegende het gemeenteraadsbesluit dd. 24.04.2012 houdende verkoop van dit lot aan de heer en mevrouw Aerts Ludo en Lipkens Leen, Solterweg 7 te 3960 Bree; Overwegende echter dat de heer en mevrouw Aerts-Lipkens intussen door een echtscheidingsprocedure gevat werden, door de rechtbank uitgesproken op 28.05.2013 en waarbij de Heer Aerts zijn woning Solterweg 7 behoudt; Overwegende de nieuw afgesloten verkoopsovereenkomst met de heer Aerts Ludo dd. 23.10.2013 onder de opschortende voorwaarden van aanvaarding door de raad onder de in deze overeenkomst vastgestelde voorwaarden; Na beraadslaging met unanimiteit van stemmen;
-69-
BESLUIT
Artikel 1 Onder de in dit besluit vastgestelde voorwaarden en lasten wordt overgegaan tot de onderhandse verkoop van : 67ca grond langs de Pastoriestraat, te nemen uit het kadastrale perceel Sectie B nummer 886C, groot in totaal 16a12ca en zoals het goed afgebeeld staat als lot 1 op het verdelingsplan van 7 oktober 2008, aangepast op 15 juni 2010, opgemaakt door landmeter Karel Bloemen van de Libost-groep Vestiging Maaseik;
Artikel 2 De verkoop gebeurt onderhands aan - lot 1 : De Heer Aerts Ludo, Solterweg 7 te 3960 Bree overeenkomstig het schattingsverslag, opgesteld op 29.06.2011 en aangepast op 07.03.2012 door de heer Johan Engels, Ontvanger der Registratie en Domeinen te BREE. •
koopprijs ten bedrage van 4000 euro (vierduizend euro), overeenkomstig het schattingsverslag, opgesteld op 29.06.2011 en aangepast op 07.03.2012 door de heer Johan Engels, Ontvanger der Registratie en Domeinen te BREE.
•
de kosten voor de bodemattesten, overschrijvingskosten en andere vaste aktekosten.
Artikel 3 De verkoop gebeurt onder de volgende algemene verkoopsvoorwaarden. •
De koper verkrijgt de volle eigendom van het aangekochte perceel bij het verlijden van de authentieke akte. Vanaf dan zijn ook het risico en de burgerlijke aansprakelijkheid ten aanzien van derden voor rekening van de koper.
•
Het perceel wordt overgedragen in de staat en de gelegenheid waarin dit zich thans bevindt:
zonder waarborg van maat of oppervlakte, al is het verschil één twintigste of meer
met alle zichtbare en verborgen gebreken
met alle heersende en lijdende, zichtbare en onzichtbare, voortdurende en nietvoortdurende erfdienstbaarheden, ook al zijn zij niet bekend
zonder waarborg wat betreft de hoedanigheid en / of gebreken van de grond en de ondergrond.
•
Indien het onroerend goed mocht getroffen zijn of worden door enig besluit van de overheid inzake gehele of gedeeltelijke onteigening, rooilijnen betreffende de voor-of achterbouw, urbanisatievereisten of enig ander overheidsbesluit of reglement, moet de koper zich houden aan alle voorschriften ervan zonder verhaal tegen het bestuur wegens verlies van grond, weigering van bouwvergunning of om welke andere reden ook.
•
De koper moet alle belastingen, zoals de onroerende voorheffing en alle taksen, met inbegrip van eventuele verhaalbelastingen dragen en betalen vanaf de datum van ingenottreding.
•
Het perceel is vrij van gebruik of pacht.
Artikel 4 De in bijlage gevoegde verkoopovereenkomst dd. 23.10.2013 te aanvaarden. De verkoop gebeurt derhalve met inachtneming van de in de verkoopsovereenkomst vastgestelde algemene en bijzondere voorwaarden. Artikel 5 De koper is verplicht de integrale verkoopprijs kontant te betalen door middel van een gewaarborgde bankcheque. Waarvan kwijting, na incassering. Alle kosten voortvloeiend uit de verkoop vallen ten laste van de koper, waaronder de kosten voor honoraria, registratierechten, overschrijvingskosten, vaste aktekosten e.d. Artikel 6 Het college van burgemeester en schepenen is belast met de verdere uitvoering van dit besluit.
-70-
20. RUP “Kanaalkom” – definitieve vaststelling. Toelichting door schepen Mario Knippenberg. Het RUP kanaalkom wordt voorgelegd om definitief goedgekeurd te worden. In dit RUP worden oplossingen voorgesteld voor het zonevreemd zijn van het recreatief gebruik van het kanaal (waterski bv) en de bestaande horeca en recreatiegebouwen. De aanlegkade van Vosta Stahl – Limburg Staalservice Centre LSC zorgde voor een omlegging van het fiets- en menroutenetwerk. Drie particuliere initiatieven worden in het RUP mee opgenomen; twee woonontwikkelingen een één niet-luidruchtige indoorrecreatieve ontwikkeling. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op de wet van 24/12/1993 (BS van 22/01/1994) en latere wijzigingen betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, zoals gewijzigd bij K.B. van 10/01/1996, 18/06/1996 en 10/01/1999; Gelet op het K.B. van 08/01/1996 (BS van 26/01/1996) en latere wijzigingen betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, zoals gewijzigd bij K.B. van 08/11/1998 en 25/03/1999; Gelet op het K.B. van 26/09/1996 (BS van 18/10/1996) en latere wijzigingen tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, alsmede de bijlage bij dit K.B. betreffende de algemene aannemingsvoorwaarden, zoals gewijzigd bij K.B. van 15/02/1999 en 29/04/1999; Gelet op de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de Ruimtelijke Ordening en de Stedenbouw, gewijzigd bij de Wetten van 22 april 197O en 22 december 197O; Gelet op het Decreet betreffende de Ruimtelijke Ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996, gewijzigd bij decreet van 19 december 1998 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1999, bij decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, bij decreet van 26 april 2000, 13 juli 2001, 8 maart 2002, 19 juli 2002 en 21 november 2003, en de uitvoeringsbesluiten; Gelet op het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, gewijzigd bij de decreten van 28 september 1999, 22 december 1999, 26 april 2000, 8 december 2000, 13 juli 2001, 1 maart 2002, 8 maart 2002, 19 juli 2002, 4 juni 2003 en 21 november 2003, en de uitvoeringsbesluiten; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 27 maart 2009, en in werking getreden op 1 september 2009; Gelet op het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), goedgekeurd door de Vlaamse regering op 23/09/1997, en bekrachtigd via bindende bepalingen door het Vlaams Parlement op 19/11/1997; Gelet op de herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 12/12/2003, en bekrachtigd via bindende bepalingen bij decreet van 19/03/2004;
-71-
Gelet op de tweede herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 17/12/2010, en bekrachtigd bij decreet van 25/02/2011; Gelet op het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Limburg (RSPL), goedgekeurd bij M.B. dd. 12/02/2002, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad dd. 26/02/2003 en in werking getreden dd. 12/03/2003; Gelet op het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bree, definitief goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 23/02/2006, en door de bestendige deputatie op 11/05/2006, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 02/08/2006; gelet in het bijzonder op: Richtinggevend deel – 6.5.5.1. Dagtoerisme – pag. 80 van de tekstbundel: De potentie van Bree-centrum als aantrekkingspool voor zowel de eigen bevolking als voor toeristen dient verder ondersteund te worden. Dit kan o.a. gebeuren via het verder uitbouwen van het handelsapparaat in de binnenstad, meer aandacht schenken aan waardevolle gebouwen en elementen in het centrum, bezienswaardigheden,… Uitstappen in of bezoeken aan het centrum van Bree kunnen bovendien gekoppeld worden aan wandelingen of fietstochten in de open ruimte. De Zuid-Willemsvaart kan eveneens een belangrijke rol spelen in het dagtoerisme in Bree. De zwaaikom, die ter hoogte van Bree-centrum gelegen is, kan een aanlegpunt zijn voor plezierboten om een bezoek te brengen aan Bree, iets te eten of te drinken, inkopen te doen,… Bindende bepaling 36. Bouw voetgangersbrug over het kanaal – pag. 16-17 van de tekstbundel: De Kanaallaan wordt geherinterpreteerd als een ontwikkelingsas voor herbestemming van het gebied als een nieuw stedelijk woongebied. De centrale as van de Kanaallaan en de Broekstraat in haar verlengde, legt de relatie van het centrum via het bedrijventerrein met de open ruimte. Een belangrijk punt is de fysische oversteekbaarheid van het kanaal op deze plaats (mogelijk via een voetgangersbrug). Hierdoor kan ook het fietsroutenetwerk beter aansluiten op het historisch stadscentrum. Om de relatie tussen het kleinstedelijk gebied en de open ruimte te versterken doorheen het bedrijventerrein Kanaal-Noord, wordt een nieuwe brug over het kanaal gebouwd voor voetgangers en fietsers. Er zal nagegaan worden welke locatie het meest geschikt is om de oversteek te maken en welke de betrokken partijen kunnen zijn voor de aanleg ervan. Tegelijkertijd zal onderzocht worden welke ontwikkelingsmogelijkheden de kanaalkom heeft ifv toerisme, vb. passantenhaven, … Gelet op de intentieverklaring van het college van burgemeester en schepenen dd. 25/02/2008 tot opmaak van een gemeentelijk ruimtelijk uitvoeringsplan voor de kanaalzone, genaamd “Kanaalkom”; Gelet op het voorwaardelijk positief planologisch attest dat door het college van burgemeester en schepenen op 11/01/2010 aan het bedrijf LAG werd afgeleverd, waarna het stadsbestuur conform de bepalingen van artikel 4.4.26. VCRO een voorontwerp van Ruimtelijk Uitvoeringsplan dient op te maken binnen het jaar na afgifte van het planologisch attest; Gelet op het feit dat het voorkeurscenario uit het GRS met betrekking tot de stedelijke ontwikkeling van wonen richting kanaal verlaten dient te worden vermits de herlocalisatie van LAG onmogelijk blijkt; maar, dat de relatie stadscentrum – Kanaallaan – Industrieterrein Kanaal-Noord nog steeds van enorm belang is; en dat de verweving van wonen, bedrijvigheid en recreatie aan het kanaal een ruimtelijke visie vereist; Gelet op het feit dat door de aanleg van een laad- en loskade in functie van het bedrijf Vosta Stahl aan de rechteroever van het kanaal, het recreatief fietsroutenetwerk en het menroutenetwerk dient te worden omgelegd naar de linkeroever, hetgeen eveneens een ruimtelijk visie vereist; Gelet op het feit dat de bestaande horeca en recreatiegebouwen ter hoogte van de Kanaalkaai momenteel zonevreemd zijn, met uitzondering van de kaaihoeve die opgenomen is in het BPA “zonevreemde terreinen en gebouwen voor sport, recreatie en jeugdactiviteiten”; dat voor deze bestaande zonevreemde activiteiten een oplossing gezocht moet worden; Gelet op het feit dat er mogelijk bijkomende gronden dienen te worden verworven door de stad Bree voor de verkeersafwikkeling van de KMO-zone Veeweide en het Industrieterrein Kanaal-Zuid richting N76, waarvoor in dat geval een onteigeningsplan noodzakelijk zal zijn; Gelet op het feit dat er naar aanleiding van het voorwaardelijk positief planologisch attest dat aan het bedrijf LAG werd afgeleverd, een bestemmingswijziging dient te worden doorgevoerd voor wat betreft
-72-
de groene bufferzone volgens gewestplan, gelegen tussen het industriegebied en het woongebied langs de Bruglaan en de Brugstraat; dat hiervoor weliswaar een apart RUP wordt opgemaakt, aangezien de goedkeuring van de zone “Kanaalkom” niet afhankelijk mag worden van de goedkeuring van de zone “LAG”; maar dat, vermits het om één ruimtelijk geheel gaat, beide RUP’s best deel uit van één opdracht; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 27/04/2010, houdende de goedkeuring van de algemene voorwaarden van de ereloonovereenkomst voor de opmaak van het Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplannen “LAG” en “Kanaalkom”; Gelet op het visum van de financieel beheerder dd. 13/08/2010; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 18/08/2010, houdende aanstelling van Soresma nv, Jaarbeurslaan 25 te 3600 Genk, intussen Antea Group nv op hetzelfde adres, conform de offerte dd. 27/05/2010 en van het addendum van 09/07/2010, voor de som van 39.677,11 EUR incl. BTW; Gelet op het feit dat de uitbreiding van het plangebied zich intussen heeft opgedrongen, naar aanleiding van een principieel voorstel tot verkavelen van een binnengebied gelegen in woongebied volgens gewestplan, gelegen tussen de Kanaallaan, de Steyvenstraat en de Veeweidestraat, en waarvoor momenteel het BPA “Hoogveld”, goedgekeurd bij K.B. dd. 13/09/1973, nog van toepassing is, waarin als bestemming ‘sociale woningbouw’ opgenomen is voor dit binnengebied; Gelet op het feit dat de bestaande cluster van sociale woningbouw “Hoogveld” o.i. niet nog eens vergroot moet worden met een bijkomend project van sociale woningbouw; dat daar momenteel al een cluster van meer dan 160 sociale woningen is ingeplant; dat sociale woningbouw veeleerder als kleinschalige integratieprojecten moeten worden opgevat, welke als sociale mix verweven worden tussen de private woningbouw; dat het bijgevolg wenselijk is dat dit binnengebied als privaat woningbouwproject ontwikkeld wordt om deze sociale mix te bewerkstelligen; maar dat de sociale – en bescheiden last uit het Grond- en Pandendecreet vanzelfsprekend dient te worden gehandhaafd in de private ontwikkeling; Gelet op het feit dat het BPA “Hoogveld”, goedgekeurd bij K.B. dd. 13/09/1973, hiervoor bijgevolg gedeeltelijk moet worden herzien; dat deze site onmiddellijk aansluiting vindt bij het RUP “Kanaalkom” waarvan momenteel het voorontwerp in opmaak is door studiebureau Anteagroup; Gelet op het feit dat studiebureau Anteagroup hiervoor een offerte heeft overgemaakt op 26/04/2011; dat hiervoor een bijakte bij de opdracht zoals gegund op 18/08/2010 ter goedkeuring aan het college van burgemeester en schepenen wordt voorgelegd; Gelet op het feit dat de bijakte bij de opdracht voor het opmaken van een RUP “Kanaalkom” en RUP “LAG”, voor het uitbreiden van het plangebied, werd goedgekeurd door het college van buregemeester en schepenen op 23/05/2011; dat de bijkomende opdracht als dusdanig werd gegund aan het studiebureau Anteagroup, Jaarbeurslaan 25 te 3600 Genk, voor een ereloon van 3201,66 EURO incl. BTW; Gelet op het vooroverleg met de hogere overheid dd. 21/04/2011; Gelet op het bilateraal overleg met NV De Scheepvaart dd. 12/05/2011; Gelet op het eerste voorontwerp Gemeentelijk RUP “Kanaalkom” dd. mei 2012, bestaande uit: Plan bestaande en juridische toestand; Grafisch plan; Toelichtingsnota; Stedenbouwkundige voorschriften; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de GECORO dd. 25/06/2012; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de deputatie van de provincie Limburg dd. 28/06/2012;
-73-
Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar van het Departement RO, Ruimtelijke Ordening Limburg, dd. 03/07/2012; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van LNE dd. 02/07/2012, waaruit blijkt dat er geen ruimtelijk veiligheidsrapport nodig is; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van NV De Scheepvaart dd. 27/06/2012; Gelet op het gunstig advies van De Lijn dd. 08/06/2012; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van het Agentschap voor Natuur en Bos dd. 22/06/2012; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van Toerisme Vlaanderen dd. 29/06/2012; Gelet op het gunstig advies van BLOSO dd. 02/07/2012; Gelet op het ongunstig advies van Wonen Limburg van de Vlaamse Overheid dd. 03/07/2012; Gelet op de tweede plenaire vergadering dd. 05/07/2012 van het voorontwerp RUP “Kanaalkom”; Gelet op de beslissing van de dienst MER dd. 24/05/2012 tot goedkeuring van de mer-screening en de vrijstelling voor de opmaak van een plan-MER; Gelet op het tweede voorontwerp Gemeentelijk RUP “Kanaalkom” dd. september-oktober 2012, bestaande uit: Plan bestaande en juridische toestand; Grafisch plan; Toelichtingsnota; Stedenbouwkundige voorschriften; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de GECORO dd. 11/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de deputatie van de provincie Limburg dd. 08/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar van het Departement RO, Ruimtelijke Ordening Limburg, dd. 12/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van LNE dd. 02/07/2012, waaruit blijkt dat er geen ruimtelijk veiligheidsrapport nodig is; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van NV De Scheepvaart dd. 08/02/2013; Gelet op het gunstig advies van De Lijn dd. 17/01/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van het Agentschap voor Natuur en Bos dd. 04/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van Toerisme Vlaanderen dd. 31/01/2013; Gelet op het gunstig advies van BLOSO dd. 08/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van Wonen Limburg van de Vlaamse Overheid dd. 05/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van het Agentschap Ondernemen dd. 22/01/2013; Gelet op de tweede plenaire vergadering dd. 13/02/2013 van het voorontwerp RUP “Kanaalkom”; Gelet op de beslissing van de dienst MER dd. 02/07/2012 tot goedkeuring van de mer-screening en de vrijstelling voor de opmaak van een plan-MER; Gelet op het voorontwerp Gemeentelijk RUP “Kanaalkom” dd. maart 2013, bestaande uit: Plan bestaande en juridische toestand; Grafisch plan;
-74-
Toelichtingsnota; Stedenbouwkundige voorschriften; dat werd aangepast rekening houdend met de twee adviesronden en de twee plenaire vergaderingen;
Gelet op de voorlopige vaststelling van het voorontwerp Gemeentelijk RUP “Kanaalkom” dd. maart 2013 door de gemeenteraad op 02/04/2013; Gelet op de resultaten van het openbaar onderzoek dat werd gevoerd van 07/05/2013 t/m 05/07/2013, waarbij geen bezwaren werden ingediend; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar dd. 24/05/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de deputatie van de provincie Limburg dd. 14/06/2013; Gelet op het advies van de GECORO dd. 20/11/2013; Gelet op het feit dat de verkavelingen binnen het plangebied van dit RUP behouden blijven; Overwegende het ontwerp Gemeentelijk RUP “Kanaalkom”, bestaande uit: Plan bestaande en juridische toestand dd. maart 2013; Grafisch plan dd. november 2013; Toelichtingsnota dd. november 2013; Stedenbouwkundige voorschriften dd. november 2013; dat werd aangepast rekening houdend met de adviezen van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar, de deputatie van de provincie Limburg, en de GECORO; Gelet op het feit dat cfr. de bepalingen van art. 4.6.5. VCRO de bestaande niet-vervallen verkavelingen voor wat betreft de loten ervan die gelegen zijn binnen de begrenzing van het RUP “Kanaalkom” worden opgeheven en vervangen door de stedenbouwkundige voorschriften van dit RUP; dat het gaat om de volgende op te heffen verkaveling: Nr. verkavelingsreg.
Datum Beslissing
V3-B (7022/V/3)
07/09/1962
V719-B (7022V04/0005V01) 01/04/2004 V738-B
22/09/2005
V760-B 17/12/2007 Overwegende de stemming, waarbij dit punt met unanimiteit werd goedgekeurd;
BESLUIT Art. 1 Het ontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “Kanaalkom” wordt definitief vastgesteld. Art. 2 Het College van Burgemeester en Schepenen wordt verzocht om het ontwerp RUP onmiddellijk over te maken aan de bestendige deputatie van de provincie Limburg voor goedkeuring.
21. RUP “Gedeeltelijke afschaffing tracé N730” – definitieve vaststelling. Toelichting door schepen Mario Knippenberg. Het gewestplan Neerpelt-Bree voorziet een reservatiezone voor een verbindingsweg Hamont-Tongeren lopende van de grens met Gruitrode (Muizendijkstraat) tot aan het rondpunt Peerderbaan - Rode Kruislaan. Het gedeelte vanaf de Boneputstraat tot aan de grens met Gruitrode wordt opgeheven.
-75-
De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op de wet van 24/12/1993 (BS van 22/01/1994) en latere wijzigingen betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, zoals gewijzigd bij K.B. van 10/01/1996, 18/06/1996 en 10/01/1999; Gelet op het K.B. van 08/01/1996 (BS van 26/01/1996) en latere wijzigingen betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, zoals gewijzigd bij K.B. van 08/11/1998 en 25/03/1999; Gelet op het K.B. van 26/09/1996 (BS van 18/10/1996) en latere wijzigingen tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, alsmede de bijlage bij dit K.B. betreffende de algemene aannemingsvoorwaarden, zoals gewijzigd bij K.B. van 15/02/1999 en 29/04/1999; Gelet op de wet van 29 maart 1962 houdende organisatie van de Ruimtelijke Ordening en de Stedenbouw, gewijzigd bij de Wetten van 22 april 197O en 22 december 197O; Gelet op het Decreet betreffende de Ruimtelijke Ordening, gecoördineerd op 22 oktober 1996, gewijzigd bij decreet van 19 december 1998 houdende bepalingen tot begeleiding van de begroting 1999, bij decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, bij decreet van 26 april 2000, 13 juli 2001, 8 maart 2002, 19 juli 2002 en 21 november 2003, en de uitvoeringsbesluiten; Gelet op het decreet van 18 mei 1999 houdende de organisatie van de ruimtelijke ordening, gewijzigd bij de decreten van 28 september 1999, 22 december 1999, 26 april 2000, 8 december 2000, 13 juli 2001, 1 maart 2002, 8 maart 2002, 19 juli 2002, 4 juni 2003 en 21 november 2003, en de uitvoeringsbesluiten; Gelet op de Vlaamse Codex Ruimtelijke Ordening, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 27 maart 2009, en in werking getreden op 1 september 2009; Gelet op het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen (RSV), goedgekeurd door de Vlaamse regering op 23/09/1997, en bekrachtigd via bindende bepalingen door het Vlaams Parlement op 19/11/1997; Gelet op de herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 12/12/2003, en bekrachtigd via bindende bepalingen bij decreet van 19/03/2004; Gelet op de tweede herziening van het Ruimtelijk Structuurplan Vlaanderen, goedgekeurd door de Vlaamse regering op 17/12/2010, en bekrachtigd bij decreet van 25/02/2011; Gelet op het Provinciaal Ruimtelijk Structuurplan Limburg (RSPL), goedgekeurd bij M.B. dd. 12/02/2002, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad dd. 26/02/2003 en in werking getreden dd. 12/03/2003;
-76-
Gelet op het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan Bree, definitief goedgekeurd door de gemeenteraad in de zitting van 23/02/2006, en door de bestendige deputatie op 11/05/2006, gepubliceerd in het Belgisch Staatsblad van 02/08/2006; Gelet op het schrijven dd. 28/10/2010 van Ir. Gijs Moors, afdelingshoofd van het Agentschap Wegen en Verkeer Limburg, waarin wordt gevraagd aan de stad Bree om een RUP op te maken voor de gedeeltelijke afschaffing van de reservatiestrook voor de ontdubbeling van de N730; Gelet op het feit dat de gemeente Meeuwen-Gruitrode intussen reeds een goedgekeurd gemeentelijk RUP heeft voor de afschaffing van de reservatiestrook voor de ontdubbeling van de N730 op haar grondgebied; Gelet op het feit dat het gemeentelijk ruimtelijk structuurplan (GRS) van Bree de N730 als lokale gewestweg heeft geselecteerd; dat het GRS de ontwikkeling van de N76 samen met de N73 eerder als goede ontsluiting beschouwt naar het hoofdwegennet; en dat bijgevolg de reservatiestrook voor de ontdubbeling van de N730 ook in Bree overbodig is; Gelet op het feit dat de potentieel bebouwbare percelen die momenteel gelegen zijn in de af te schaffen reservatiestrook, opnieuw bebouwbaar worden na goedkeuring van het RUP, en dit zonder afstand van meerwaarde te doen t.a.v. het Agentschap Wegen en Verkeer van de Vlaams overheid; Gelet op de beslissing van de gemeenteraad van 25/10/2011, houdende de goedkeuring van de algemene voorwaarden van de ereloonovereenkomst voor de opmaak van het Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “Gedeeltelijk afschaffing reservatiestrook N730”; Gelet op het visum van de financieel beheerder dd. 13/02/2012; Gelet op de beslissing van het college van burgemeester en schepenen van 07/02/2012, houdende aanstelling van Antea Belgium nv, Jaarbeurslaan 25 te 3600 Genk, voor de som van 15.178,24 EUR incl. BTW; Gelet op het voorontwerp Gemeentelijk RUP “Gedeeltelijk afschaffing reservatiestrook N730” dd. september-oktober 2012, bestaande uit: Plan bestaande en juridische toestand; Grafisch plan; Toelichtingsnota; Stedenbouwkundige voorschriften; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de GECORO dd. 11/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de deputatie van de provincie Limburg dd. 08/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar van het Departement RO, Ruimtelijke Ordening Limburg, dd. 12/02/2013; Gelet op het gunstig advies van de Afdeling Wegen en Verkeer Limburg dd. 07/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van het Agentschap voor Natuur en Bos dd. 04/02/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van het Agentschap Landbouw en Visserij dd. 25/01/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van het Agentschap Ondernemen dd. 22/01/2013; Gelet op de plenaire vergadering dd. 13/02/2013 van het voorontwerp RUP “Gedeeltelijk afschaffing reservatiestrook N730”; Gelet op de beslissing van de dienst MER dd. 04/09/2012 tot goedkeuring van de mer-screening en de vrijstelling voor de opmaak van een plan-MER; Gelet op het voorontwerp Gemeentelijk RUP “Gedeeltelijk afschaffing reservatiestrook N730” dd. maart 2013, bestaande uit: Plan bestaande en juridische toestand; Grafisch plan;
-77-
Toelichtingsnota; Stedenbouwkundige voorschriften; dat werd aangepast rekening houdend met de adviesronde en de plenaire vergadering;
Gelet op de voorlopige vaststelling van het voorontwerp Gemeentelijk RUP “Gedeeltelijk afschaffing reservatiestrook N730” dd. maart 2013 door de gemeenteraad op 02/04/2013; Gelet op de resultaten van het openbaar onderzoek dat werd gevoerd van 07/05/2013 t/m 05/07/2013, waarbij geen bezwaren werden ingediend; Gelet op het gunstig advies van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar dd. 24/05/2013; Gelet op het voorwaardelijk gunstig advies van de deputatie van de provincie Limburg dd. 28/06/2013; Gelet op het advies van de GECORO dd. 20/11/2013; Gelet op het feit dat de verkavelingen binnen het plangebied van dit RUP behouden blijven; Overwegende het ontwerp Gemeentelijk RUP “Gedeeltelijk afschaffing reservatiestrook N730”, bestaande uit: Plan bestaande en juridische toestand dd. maart 2013; Grafisch plan dd. maart 2013; Toelichtingsnota dd. maart 2013; Stedenbouwkundige voorschriften dd. november 2013; waarvan de stedenbouwkundige voorschriften werden aangepast rekening houdend met de adviezen van de gewestelijk stedenbouwkundig ambtenaar, de deputatie van de provincie Limburg, en de GECORO; Overwegende de stemming, waarbij dit punt met unanimiteit werd goedgekeurd;
BESLUIT Art. 1 Het ontwerp Gemeentelijk Ruimtelijk Uitvoeringsplan “Gedeeltelijk afschaffing reservatiestrook N730” wordt definitief vastgesteld. Art. 2 Het College van Burgemeester en Schepenen wordt verzocht om het ontwerp RUP onmiddellijk over te maken aan de bestendige deputatie van de provincie Limburg voor goedkeuring.
22. Aanduiding afgevaardigde in de algemene vergadering van ziekenhuis Maas en Kempen. Toelichting door de voorzitter. Aangezien mevoruw Elfi Schurgers-Louwet ontslag nam als gemeenteraadslid dient een ander lid aangeduid als afgevaardigde in de algemene vergadering van het ziekenhuis Maas en Kempen. De heer Matthias Vandijck is kandidaat. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven;
-78-
Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het feit dat de stad Bree aangesloten is of aandeelhouder is bij diverse instellingen en intercommunales; Gelet op het feit dat bij het begin van elke nieuwe gemeentelijke legislatuur nieuwe gemeentelijke afgevaardigden moeten worden aangeduid in de externe organen waarin de gemeente vertegenwoordigd is, dat raadslid Elfi Schurgers-Louwet namens de fractie Verjonging in de algemene vergadering van v.z.w. ziekenhuis Maas en Kempen vanuit de gemeenteraad werd aangesteld en dat raadslid Elfi Schurgers-Louwet inmiddels uit de gemeenteraad ontslag heeft genomen en in de zitting van 4 november 2013 als gemeenteraadslid werd vervangen. Gelet op de email d.d. 18/11/2013 van raadslid Matthias Vandijck waarin hij meedeelt dat hij raadslid Schurgers-Louwet in ziekenhuis Z.M.K. wenst te vervangen namens de fractie Verjonging. BESLUIT Enig artikel: Raadslid Matthias Vandijck, Meeuwerkiezel 3, 3960 Bree vervangt mevrouw Elfi Schurgers-Louwet als afgevaardigde, vanuit de gemeenteraad, in de algemene vergadering van ziekenhuis Maas en Kempen.
23. Uitnodiging buitengewone algemene vergadering – goedkeuring agenda en afvaardiging: a. Infrax cvba op16 december 2013; Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Infrax Limburg; Overwegende dat artikel 34 van de actueel geldende statuten van Infrax Limburg bepaalt dat de benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering; Overwegende dat er een voorstel van statutenwijziging ter goedkeuring aan de eerstvolgende buitengewone algemene vergadering van Infrax Limburg wordt voorgelegd waarin wordt bepaald dat, in overeenstemming met de decretale bepalingen, de vertegenwoordigers van de gemeente op de algemene vergaderingen voor de volledige duurtijd van de legislatuur kunnen worden aangeduid.
-79-
Gelet op de oproepingsbrief van 22 oktober 2013 met de agenda van de buitengewone algemene vergadering van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Infrax Limburg van 16 december 2013 die volgende agendapunten bevat : 1. Begroting 2014 2. Statutenwijziging Overwegende dat de gemeente overeenkomstig de statutaire bepalingen 1 vertegenwoordiger mag aanduiden in het intergemeentelijk samenwerkingsverband. Met unanimiteit van stemmen, BESLUIT Artikel 1:.Na stemming wordt als vertegenwoordiger van de gemeente voor de buitengewone/gewone algemene vergadering aangewezen: de heer Paul De Ruyter, gemeenteraadslid, Herenstraat 37, 3960 Bree. Artikel 2: Onder voorbehoud van goedkeuring van de voorliggende statutenwijziging door de buitengewone algemene vergadering van 16 december 2013 worden de in artikel 3 vermelde personen in hun hoedanigheid van vertegenwoordiger van de gemeente op de algemene vergaderingen van Infrax Limburg aangesteld voor de volledige duurtijd van de actuele legislatuur 2013-2018, behoudens andersluidend besluit van de gemeenteraad. Zij zullen voor elke individuele vergadering door de gemeenteraad gemandateerd worden. Artikel 3:Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Infrax Limburg. Statutenwijziging: De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op artikel 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en meer bepaald op artikel 39; Gelet op de omzendbrief BA/2002/01 van 11 januari 2002 betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en de Omzendbrief BA 2003/09 betreffende de toepassing van artikel 11 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Infrax Limburg; Gelet op de aankondiging van statutenwijziging, ter kennis gebracht van de gemeente bij aangetekende brief dd 28 augustus 2013 waarin het voorstel tot wijziging van de statuten werd gevoegd samen met een nota waarin deze statutenwijziging wordt verantwoord;
-80-
Overwegende dat geen bezwaren voorhanden zijn om goedkeuring van de statutenwijziging te weigeren BESLUIT Met unanimiteit van stemmen voor : Artikel 1: Op basis van de bekomen documenten en toelichtingsnota wordt de statutenwijziging van Infrax Limburg die aan de buitengewone algemene vergadering van 16 december 2013 ter goedkeuring zal worden voorgelegd goedgekeurd. Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Infrax
b. Inter-media op 18 december 2013; De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-media; Overwegende dat artikel 31 van de actueel geldende statuten van Inter-media bepaalt dat de benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering; Overwegende dat er een voorstel van statutenwijziging ter goedkeuring aan de eerstvolgende buitengewone algemene vergadering van Inter-media wordt voorgelegd waarin wordt bepaald dat, in overeenstemming met de decretale bepalingen, de vertegenwoordigers van de gemeente op de algemene vergaderingen voor de volledige duurtijd van de legislatuur kunnen worden aangeduid. Gelet op de oproepingsbrief van 6 november 2013 met de agenda van de buitengewone algemene vergadering van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-media van 18 december 2013 die volgende agendapunten bevat: 1. Begroting 2014 2. Statutenwijziging Overwegende dat de gemeente overeenkomstig de statutaire bepalingen 1 vertegenwoordiger mag aanduiden in het intergemeentelijk samenwerkingsverband. Gaat de gemeenteraad over tot de stemming over de aanduiding van de effectieve afgevaardigde.
-81-
Met unanimiteit van stemmen. BESLUIT Artikel 1: Na stemming wordt als vertegenwoordiger van de gemeente voor de buitengewone/gewone algemene vergadering aangewezen: de mevrouw Katja Verheyen, raadslid, Opitterkiezel 34, 3960 Bree. Artikel 2: Bovengenoemde vertegenwoordiger [of bij belet bovengenoemde plaatsvervanger(s)] wordt (worden) gemandateerd om op de in artikel 1 vermelde algemene vergadering (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten zoals vermeld in de hoger staande artikelen 1 en 2 en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda. Artikel 3: Onder voorbehoud van goedkeuring van de voorliggende statutenwijziging door de buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 worden de in artikel 3 vermelde personen in hun hoedanigheid van vertegenwoordiger van de gemeente op de algemene vergaderingen van Inter-media aangesteld voor de volledige duurtijd van de actuele legislatuur 20132018, behoudens andersluidend besluit van de gemeenteraad. Zij zullen voor elke individuele vergadering door de gemeenteraad gemandateerd worden. Artikel 4: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Inter-media. Statutenwijziging: De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op artikel 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en meer bepaald op artikel 39; Gelet op de omzendbrief BA/2002/01 van 11 januari 2002 betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en de Omzendbrief BA 2003/09 betreffende de toepassing van artikel 11 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-media; Gelet op de aankondiging van statutenwijziging, ter kennis gebracht van de gemeente bij aangetekende brief dd 28 augustus 2013 waarin het voorstel tot wijziging van de statuten werd gevoegd samen met een nota waarin deze statutenwijziging wordt verantwoord; Overwegende dat geen bezwaren voorhanden zijn om goedkeuring van de statutenwijziging te weigeren.
-82-
BESLUIT BESLUIT met unanimiteit van stemmen voor: Artikel 1: Op basis van de bekomen documenten en toelichtingsnota wordt de statutenwijziging van Inter-media die aan de buitengewone algemene vergadering van 18 december 2013 ter goedkeuring zal worden voorgelegd goedgekeurd. Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Inter-media.
c.
Inter-energa op 10 december 2013;
De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-energa ; Overwegende dat artikel 31 van de actueel geldende statuten van Inter-energa bepaalt dat de benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering; Overwegende dat er een voorstel van statutenwijziging ter goedkeuring aan de eerstvolgende buitengewone algemene vergadering van Inter-energa wordt voorgelegd waarin wordt bepaald dat, in overeenstemming met de decretale bepalingen, de vertegenwoordigers van de gemeente op de algemene vergaderingen voor de volledige duurtijd van de legislatuur kunnen worden aangeduid. Gelet op de oproepingsbrief van 16 oktober 2013 met de agenda van de buitengewone algemene vergadering van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-energa van 10 december 2013 die volgende agendapunten bevat:
1. Statutaire benoeming 2. Begroting 2014 3. Statutenwijziging Overwegende dat de gemeente overeenkomstig de statutaire bepalingen 1 vertegenwoordigers mag aanduiden in het intergemeentelijk samenwerkingsverband. Gaat de gemeenteraad over tot de stemming over de aanduiding van de effectieve afgevaardigde. Met unanimiteit van stemmen;
-83-
BESLUIT Artikel 1. §1.Na stemming wordt als vertegenwoordiger van de gemeente voor de buitengewone/gewone algemene vergadering aangewezen: de heer Mathieu Kenis, raadslid, Genatteweg 20, 3960 Bree. Artikel 2:Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Inter-energa. Statutenwijziging: De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op artikel 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en meer bepaald op artikel 39; Gelet op de omzendbrief BA/2002/01 van 11 januari 2002 betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en de Omzendbrief BA 2003/09 betreffende de toepassing van artikel 11 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-energa; Gelet op de aankondiging van statutenwijziging, ter kennis gebracht van de gemeente bij aangetekende brief dd 28 augustus 2013 waarin het voorstel tot wijziging van de statuten werd gevoegd samen met een nota waarin deze statutenwijziging wordt verantwoord; Overwegende dat geen bezwaren voorhanden zijn om goedkeuring van de statutenwijziging te weigeren .
BESLUIT BESLUIT met unanimiteit van stemmen voor: Artikel 1: Op basis van de bekomen documenten en toelichtingsnota wordt de statutenwijziging van Inter-energa die aan de buitengewone algemene vergadering van 10 december 2013 ter goedkeuring zal worden voorgelegd goedgekeurd. Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Inter-energa.
-84-
d. Inter-aqua op 17 december 2013; De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-aqua; Overwegende dat artikel 31 van de actueel geldende statuten van Inter-aqua bepaalt dat de benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger wordt herhaald voor elke algemene vergadering; Overwegende dat er een voorstel van statutenwijziging ter goedkeuring aan de eerstvolgende buitengewone algemene vergadering van Inter-aqua wordt voorgelegd waarin wordt bepaald dat, in overeenstemming met de decretale bepalingen, de vertegenwoordigers van de gemeente op de algemene vergaderingen voor de volledige duurtijd van de legislatuur kunnen worden aangeduid. Gelet op de oproepingsbrief van 23 oktober 2013 met de agenda van de buitengewone algemene vergadering van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-aqua van 17 december 2013 die volgende agendapunten bevat : 1. Begroting 2014 2. Statutenwijziging Overwegende dat de gemeente overeenkomstig de statutaire bepalingen 1 vertegenwoordiger mag aanduiden in het intergemeentelijk samenwerkingsverband. Met unanimiteit van stemmen.
BESLUIT Artikel 1:.Na stemming wordt als vertegenwoordiger van de gemeente voor de buitengewone/gewone algemene vergadering aangewezen: mevrouw Bernadette Verslegers, schepen/OCMW voorzitter, Vrijheidslaan 2, 3960 Bree. Artikel 2: Bovengenoemde vertegenwoordiger wordt gemandateerd om op de in artikel 1 vermelde algemene vergadering (of iedere andere datum waarop deze uitgesteld of verdaagd zou worden) te handelen en te beslissen conform de beslissingen die door de gemeenteraad zijn genomen over de agendapunten zoals vermeld in de hoger staande artikelen 1 en 2 en verder al het nodige te doen voor de afwerking van de volledige agenda.
-85-
Artikel 3 : Onder voorbehoud van goedkeuring van de voorliggende statutenwijziging door de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013 worden de in artikel 3 vermelde personen in hun hoedanigheid van vertegenwoordiger van de gemeente op de algemene vergaderingen van Inter-aqua aangesteld voor de volledige duurtijd van de actuele legislatuur 20132018, behoudens andersluidend besluit van de gemeenteraad. Zij zullen voor elke individuele vergadering door de gemeenteraad gemandateerd worden. Artikel 4: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Inter-aqua. Statutenwijziging: De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het gemeentedecreet en in het bijzonder op artikel 43 inzake de bevoegdheid van de gemeenteraad; Gelet op het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en meer bepaald op artikel 39; Gelet op de omzendbrief BA/2002/01 van 11 januari 2002 betreffende de toepassing van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking en de Omzendbrief BA 2003/09 betreffende de toepassing van artikel 11 van het decreet van 6 juli 2001 houdende de intergemeentelijke samenwerking; Gelet op het feit dat de gemeente deelnemer is van het intergemeentelijke samenwerkingsverband Inter-aqua; Gelet op de aankondiging van statutenwijziging, ter kennis gebracht van de gemeente bij aangetekende brief dd 28 augustus 2013 waarin het voorstel tot wijziging van de statuten werd gevoegd samen met een nota waarin deze statutenwijziging wordt verantwoord; Overwegende dat geen bezwaren voorhanden zijn om goedkeuring van de statutenwijziging te weigeren. BESLUIT BESLUIT met unanimiteit van stemmen voor: Artikel 1: Op basis van de bekomen documenten en toelichtingsnota wordt de statutenwijziging van Inter-aqua die aan de buitengewone algemene vergadering van 17 december 2013 ter goedkeuring zal worden voorgelegd goedgekeurd. Artikel 2: Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van onderhavige beslissing en zal onverwijld een afschrift bezorgen van deze beslissing aan Inter-aqua.
-86-
e. Limburg.net op 18 december 2013 Agenda: De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het feit dat Limburg.net een intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid is, en meer bepaald een opdrachthoudende vereniging zoals bedoeld in artikel 12, §2 ,3° van het decreet van 6 juli 2001 houdende de Intergemeentelijke Samenwerking, verder het Decreet genoemd; Gelet op het lidmaatschap van de gemeente bij Limburg.net; Gelet op de statuten van Limburg.net; Gelet op de uitnodigingsbrief van 23 oktober 2013 (referte FA_AM_131023_363) tot de Algemene Vergadering van Limburg.net van woensdag 18 december 2013 om 19 u in de gebouwen van Limburg.net, Gouverneur Verwilghensingel 32 te 3500 Hasselt, met vermelding van de volledige agenda; Gelet dat de agenda als volgt is vastgesteld: 1) Welkom door de voorzitter 2) Goedkeuring verslag van de vorige algemene vergadering 3) Aanduiding secretaris en stemopnemers (art. 38 statuten) 4) Begroting 2014, te ontwikkelen activiteiten en strategie 5) Ontslag en benoeming bestuurder(s) 6) Varia Overwegende dat artikel 44 van het Decreet bepaalt dat de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger herhaald wordt voor elke algemene vergadering; Overwegende dat geen bezwaren voorhanden zijn om de goedkeuring van de voorgelegde agendapunten te weigeren. Na beraadslaging met unanimiteit van stemmen; BESLUIT : Artikel 1 De agendapunten van de Algemene vergadering van woensdag 18 december 2013 van de Opdrachthoudende Vereniging Limburg.net worden goedgekeurd. Artikel 2 Het college van burgemeester en schepenen wordt gelast met de uitvoering van dit besluit en in het bijzonder met het in kennis stellen daarvan aan de opdrachthoudende vereniging middels het bezorgen van een afschrift in tweevoud aan Limburg.net.
-87-
Afvaardiging: De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het feit dat Limburg.net een intergemeentelijk samenwerkingsverband met rechtspersoonlijkheid is, en meer bepaald een opdrachthoudende vereniging zoals bedoeld in artikel 12, §2 ,3° van het decreet van 6 juli 2001 houdende de Intergemeentelijke Samenwerking, verder het Decreet genoemd; Gelet op het lidmaatschap van de gemeente bij Limburg.net; Gelet op de statuten van Limburg.net; verder de Statuten genoemd: Gelet op de uitnodigingsbrief van 23 oktober 2013 (referte FA_AM_131023_363) tot de Algemene Vergadering van Limburg.net van woensdag 18 december 2013 om 19 u in de gebouwen van Limburg.net, Gouverneur Verwilghensingel 32 te 3500 Hasselt, met vermelding van de volledige agenda; Gelet op artikel 44 van het Decreet Intergemeentelijke Samenwerking dd. 6 juli 2001 (DIS), zoals gewijzigd bij het Decreet van 18 januari 2013 (B.S. 15 februari 2013), waardoor het voortaan niet langer nodig is dat de benoemingsprocedure met de vaststelling van het mandaat van de vertegenwoordiger herhaald wordt voor elke algemene vergadering; Gelet dat bovenstaande wijziging maar ingang kan vinden nadat de Statuten werden aangepast; Gelet op artikel 37 van de Statuten dat bepaalt dat gemeenten-deelnemers met meer dan dertigduizend (30.000) aandelen - referentiepunt voor het ingebrachte kapitaal en het aantal gemeentelijke inwoners - per begonnen schijf van dertigduizend (30.000) inwoners en dertigduizend (30.000) aandelen boven de grens van dertigduizend (30.000) aandelen, één bijkomende vertegenwoordiger kunnen afvaardigen. De gemeenteraad bepaalt het aantal stemmen waarover elk van de door haar aangeduide vertegenwoordigers beschikt, zonder dat hierdoor het totale aantal stemmen waarover de gemeente krachtens deze statuten beschikt, overschreden kan worden; Overwegende dat tijdens de Bijzondere Algemene Vergadering van Limburg.net dd. 9 oktober 2013, artikel 37 van de Statuten werd aangepast, met dien verstande dat de passage die voorzag in de aanstelling van de vertegenwoordiger voor elke algemene vergadering, werd geschrapt; Overwegende dat de aanstelling van de vertegenwoordiger en plaatsvervanger voor de hele legislatuur geldig is; Overwegende dat de gemeente/stad reeds op 4 februari 2013 in de aanduiding van de vertegenwoordiger had voorzien en dat bijgevolg bij onderhavig besluit deze aanduiding voor een laatste maal herhaald moet worden. Na stemming, met unanimiteit van stemmen;
-88-
BESLUIT : Artikel 1 Als gemeentelijke vertegenwoordiger voor de Algemene Vergadering van Limburg.net wordt aangewezen: - De heer Michel Theunissen, Schepen, Caubergstraat 56, 3960 Bree De aangeduide vertegenwoordiger beschikt over een aantal stemmen dat gelijk is aan het aantal aandelen waarover de gemeente beschikt in Limburg.net (zie art. 7, 9 en 37 van de Statuten).
24. Overheidsopdrachten A. Vaststelling gunningswijze en goedkeuring lastenboek voor: a. Het leveren van nieuwe brandweerhelmen – vaststelling gunningswijze en goedkeuring lastenboek. Toelichting door de burgemeester. De brandweerhelmen – 70 in totaal - zijn aan vervanging toe en dienen conform te zijn met de EU-bepalingen inzake persoonlijke beschermingsmiddelen. Aan de gemeenteraad wordt goedkeuring gevraagd voor het lastenboek. De kosten worden geraamd op 24.000 euro incl. BTW. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006 en latere wijzigingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 42 en 43, betreffende de bevoegdheden van de gemeenteraad; Gelet op de wet van 29 juli 1991 bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
betreffende
de
uitdrukkelijke motiveringsplicht
van
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op de wet van 15 juni 2006 betreffende de overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 26, § 1, 1° a (limiet van € 85.000,00 excl. btw niet bereikt); Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten; Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende plaatsing overheidsopdrachten klassieke sectoren, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 105; Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 5, § 3; Overwegende dat in het kader van de opdracht “Leveren van brandweerhelmen” een bijzonder bestek met nr. 2013/293/BRW werd opgesteld door Koen Maes, O/Lt. Brandweer Bree; Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht wordt geraamd op € 19.834,71 excl. btw of € 24.000,00 incl. 21% btw;
-89-
Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking;
te
gunnen
bij
wijze
van
de
Overwegende dat de uitgave voor deze opdracht voorzien is in het budget van 2013, op artikel 351/744-51 van de buitengewone dienst; Na stemming, met éénparigheid van stemmen; BESLUIT Art. 1 Goedkeuring wordt verleend aan het bijzonder bestek met nr. 2013/293/BRW en de raming voor de opdracht “Leveren van brandweerhelmen”, opgesteld door Koen Maes, O/Lt. Brandweer Bree. De lastvoorwaarden worden vastgesteld zoals voorzien in het bijzonder bestek en zoals opgenomen in de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten. De raming bedraagt € 19.834,71 excl. btw of € 24.000,00 incl. 21% btw. Art. 2 Bovengenoemde opdracht wordt gegund bij wijze van de onderhandelingsprocedure zonder bekendmaking. Art. 3 De uitgave voor deze opdracht is voorzien in het budget van 2013, op artikel 351/744-51 van de buitengewone dienst.
25. Brandweer: verlenging dienstcontract korpsgeneesheer (2014). Toelichting door de burgemeester. Aangezien de korpsgeneesheer de leeftijd van 60 jaar overschreden heeft kan hij per kalenderjaar verlenging krijgen van zijn dienstcontract mits gunstig advies van het bestuur en de dienstchef en na goedkeuring door de gemeenteraad. Stemming: iedereen stemt voor. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op onze beslissing dd. 10 april 1972 houdende de vaststelling van het grondreglement betreffende de organisatie van de gemeentelijke brandweerdienst, en haar latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 04/04/2007 betreffende het administratief statuut van de brandweer; Gelet op het koninklijk besluit van 21 januari 2013 waarin de modaliteiten tot het verlengen van het dienstcontract van vrijwilligers worden bepaald;
Gelet op het schrijven van Dr. Roger Vanaken dd. 07/11/2013, waarin hij verzoekt de verlenging van zijn dienstcontract te bekomen;
-90-
Gelet op het gunstig advies van het bestuur dd. 06/11/2013; Gelet op het gunstig advies van de dienstchef dd. 07/11/2013.
BESLUIT
Art. 1 De gemeenteraad beslist het dienstnemingscontract van de korpsarts te verlengen met één jaar (eind 2014).
26. Brandweer: goedkeuring dading met Terberg Specials nv. Toelichting door de burgemeester. De gemeenteraad wordt gevraagd goedkeuring te verlenen aan het ontwerp van dading tussen de stad Bree en Terberg Specials nv dewelke inhoudt dat Terberg nv per bosbrandweerwagen een schadevergoeding in materieel ter waarde van € 10.000,00 zal betalen en 2 jaar kosteloos nazicht en garantie op de voertuigen zal aanbieden. De gemeenteraad: Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 57, betreffende de bevoegdheden van het college van burgemeester en schepenen; Gelet op de wet van 29 juli 1991 bestuurshandelingen, en latere wijzigingen;
betreffende
de
uitdrukkelijke motiveringsplicht
van
Gelet op het decreet van 26 maart 2004 betreffende de openbaarheid van bestuur; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005, inzonderheid artikels 248 tot en met 264 betreffende het bestuurlijk toezicht; Gelet op de wet van 24 december 1993 betreffende de overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 17, § 2,1°a; Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor aanneming van werken, leveringen en diensten en de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 120; Gelet op het koninklijk besluit van 26 september 1996 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken, en latere wijzigingen, inzonderheid artikel 3, § 3; Gelet op de algemene aannemingsvoorwaarden, opgenomen in de bijlage bij voormeld besluit van 26 september 1996, en latere wijzigingen; Overwegende dat in het kader van de opdracht met als voorwerp “Aankoop bosbrandweerwagens voor Lommel, Leopoldsburg en Bree” een bestek werd opgemaakt door de stad Lommel, Kpt. Bart Kuyken, Brandweer Lommel, Norbert Neeckxlaan 52 te 3920 Lommel; Overwegende dat er gestreefd wordt naar het aankopen van éénvormige voertuigen daar dit de lasten verdeelt bij de opmaak van bestekken en gezien het positief werkt bij een gezamenlijk optreden; Overwegende dat voorgesteld wordt de opdracht te gunnen bij wijze van algemene offerteaanvraag; Overwegende dat de uitgave voor deze overheidsopdracht voorzien zal worden in het budget van 2010 daar de levering ten vroegste dan pas zal plaats vinden;
-91-
Gelet op het feit dat de stad Lommel de procedure voerde en er 4 offertes werden ingediend; Gelet op het verslag van nazicht van de offertes van 1 september 2009 opgesteld door de stad Lommel; Gelet op het voorstel van de stad Lommel op na de technische en financiële vergelijking de bosbrandweerwagens te gunnen aan de firma Terberg Specials nv, Oosterring 23 te 3600 Genk op het chassis Unimog UHN4000 met de opbouw van de firma Plastisol (met als optie de bijkomende hydraulische aansluiting ten behoeve van hoogtewerker); Gelet op het akkoord G.R. Bree op 21 september 2009; Gelet op het akkoord van het zonecollege dd. 24 mei 2013; Gelet op het verslag van de prézonecommissie dd. 22 augustus 2013; Gelet op de goedkeuring van de dading op de G.R. van Lommel 25 juni 2013; Gelet dat deze dading ook op de gemeenteraden van Bree en Leopoldsburg goedgekeurd dient te worden. Met eenparigheid van stemmen, BESLUIT
Artikel 1 : De gemeenteraad verleent goedkeuring aan het ontwerp van dading tussen de stad Bree en Terberg Specials nv dewelke inhoudt dat Terberg nv per bosbrandweerwagen een schadevergoeding in materieel ter waarde van € 10.000,00 zal betalen en 2 jaar kosteloos nazicht en garantie op de voertuigen zal aanbieden.
27. Personeel – Wijzigingen arbeidsreglement en bijlagen II, III, IV en V. Toelichting door de burgemeester. De wijzigingen hebben betrekking op de aanpassing van het arbeidsreglement aan de recent gewijzigde regelgeving en in de bijlagen op de deontologiosche code, nuttige contactpersonen ivm welzijn op het werk en het gebruik van dienstvoertuigen en communicatiemiddelen. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006 en latere wijzigingen; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies;
-92-
Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 27/01/2005 betreffende de goedkeuring van het arbeidsreglement; Gelet op de wet tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel d.d. 19/12/1974, en latere wijzigingen; Gelet op art 4. Wet 08.04.1965 tot instelling van de arbeidsreglementen; Gelet op de wet van 18 december 2002 tot wijziging van de wet van 8 april 1965 tot instelling van de arbeidsreglementen; Gelet op het feit dat we het arbeidsreglement willen aanpassen in navolging van de gewijzigde reglementeringen en actualiseringen de afgelopen jaren; Gelet op het protocol dd. 22/11/2013, inzake het voorstel tot wijzigingen van diverse artikelen van het arbeidsreglement; Gelet op de uitslag van de stemming : met eenparigheid van stemmen;
BESLUIT
Art. 1 Deel I van het arbeidsreglement, samen met bijlagen II, III, IV en V, voor het personeel wordt inhoudelijk aangepast zoals in bijlage. Bijlage I, welke gaat over de arbeidstijd, wordt later voorgelegd aan de gemeenteraad. Art. 2 In gevolge het Toezicht op de Sociale Wetten wordt een afschrift van onderhavige beslissing naar de Sociale Inspectie verstuurd als het geheel van het arbeidsreglement met bijlage I, II, III, IV en V is goedgekeurd.
28. Personeel – Wijzigingen rechtspositieregeling. Toelichting door de burgemeester. Een aantal wijzigingen dienen doorgevoerd te worden in de rechtspositieregeling van het personeel van de gemeente. De gemeenteraad wordt gevraagd hieraan haar goedkeuring te verlenen. De gemeenteraad: Gelet op het besluit van de Vlaamse regering van 24 november 2006 betreffende de inwerkingtreding van sommige bepalingen van het gemeentedecreet van 15 juli 2005, gewijzigd bij het decreet van 2 juni 2006 en latere wijzigingen; Gelet op de nog geldende bepalingen van de nieuwe gemeentewet; Gelet op de wet van 29 juli 1991, en latere wijzigingen, betreffende de uitdrukkelijke motiveringsplicht van de bestuurshandelingen; Gelet op het gemeentedecreet van 15 juli 2005 betreffende de regeling van het algemeen bestuurlijk toezicht op de gemeenten en de autonome gemeentebedrijven; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op de wet van 12 november 1997 en het decreet van 18 mei 1999, en latere wijzigingen, betreffende de openbaarheid van bestuur in de gemeenten en de provincies; Gelet op het besluit van de gemeenteraad dd. 15/09/2009 betreffende de goedkeuring van de Rechtspositieregeling;
-93-
Gelet op de wet tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid en de vakbonden van haar personeel d.d. 19/12/1974, en latere wijzigingen; Gelet op het besluit van de Vlaamse Regering dd. 23/11/2012 tot wijziging van diverse bepalingen van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn; Gelet op het Ministerieel besluit tot vaststelling van de lijst van erkende diploma’s of getuigschriften per niveau ter uitvoering van artikel 11, § 2, tweede lid, van het besluit van de Vlaamse Regering van 7 december 2007 houdende de minimale voorwaarden voor de personeelsformatie, de rechtspositieregeling en het mandaatstelsel van het gemeentepersoneel en het provinciepersoneel en houdende enkele bepalingen betreffende de rechtspositie van de secretaris en de ontvanger van de openbare centra voor maatschappelijk welzijn Gelet op het protocol dd. 22/11/2013, inzake het voorstel tot wijzigingen van diverse artikelen van de rechtspositieregeling; Na beraadslaging met unanimiteit van stemmen : BESLUIT Art. 1
De rechtspositieregeling voor het personeel wordt inhoudelijk aangepast zoals in bijlage.
Art. 2
Een afschrift van deze beslissing wordt overgemaakt aan de hogere overheid.
29. Toegevoegde punten namens de fractie Verjonging: A. Afsluiten verzekeringsportefeuille voor arbeidsongevallen, motorvoertuigen verzekering en rechtsbijstand voor de Stad Bree: Graag had onze fractie vernomen wat de huidige stand van zaken is in dit dossier. Antwoord van de burgemeester: Er zijn drie offertes van grote verzekeringsmaatschappijen ingediend binnen de voorziene termijn, de gunning zal ter goedkeuring worden geagendeerd in het college van burgemeester en schepenen in de loop van december. Raadslid Matthias Vandijck merkt op dat de Breese Verzekeringsmakelaars volgens de voorwaarden van het lastenboek geen offerte mochten indienen, de burgemeester antwoordt dat dit wel zo was en dat dit geweten was, ze hebben geen offerte ingediend. B. Schadevergoedingen en vergoedingen voor contractbreuk: We zijn nu één jaar verder in deze legislatuur en graag had onze fractie van de huidige meerderheid vernomen voor hoeveel euro aan schade- en opzegvergoedingen er reeds zijn betaald en er momenteel nog worden geëist van de Stad Bree voor het niet naleven of het verbreken van contracten in het afgelopen jaar. Antwoord van schepen Michel Theunissen: Voor de verbreking van de opdracht voor de architect voor de renovatie van de Breughelzaal is in een vorige gemeenteraad reeds de toelichting gegeven, voor de verbreking van de opdracht voor de architect voor de renovatie van het Itterdal zijn nog onderhandelingen bezig, we gaan dit in eigen beheer ontwerpen, verder zijn er geen lopende vragen tot contractbreukvergoeding gekend, ook niet van Investpro (project klooster Gerkenberg). C. Breughelzaal: Graag had onze fractie vernomen wat de huidige stand van zaken is in het dossier omtrent de bouw van een nieuwe Breughelzaal.
-94-
Antwoord van de burgemeester: Na advies van het projectteam en van experten heeft het college van burgemeester recent beslist om groen licht te geven aan de opstart van het dossier voor een nieuw te bouwen theaterzaal, ondergronds, in de Hof van de Deken aan de kant van het Refugiehuis. Raadslid Pierre Geuzens maakt een vergelijking tussen de kostprijs van renovatie van de Breughelzaal, met nieuw theatercafé en excl. de te verkopen appartementen in dat project met dit nieuwe project waarvan de raming 5 miljoen euro is. De netto kostprijs van het eerste was 1,85 miljoen euro geweest. De burgemeester antwoordt dat in dat project nul euro in de theaterzaal van de Breughelzaal zelf werd geïnvesteerd, ook niet in de veiligheid, wel in de rand van de zaal (laad-loszone, artiestenruimte, ..) Investeringen in de theaterzaal zelf waren dan ook nodig geweest. Raadslid Jos Drijkoningen vraagt of de zaal nu wel veilig is? Hij vindt dit nieuwe project, dat in de krant al is aangekondigd, een eliteproject. Hij gaat het initiatief nemen om hierover tot een referendum in Bree te komen.
30. Toegevoegde punten namens fractie Vlaams Belang – Leefbaar Bree. A. Verloederde hoekperceel Gerdingerstraat en Witte Torenwal: Deze verloederde plek is ruim 20 jaar een schandvlek in het hartje van Bree-centrum. Graag vernamen we een stand van zaken omtrent het bouwdossier dat voor deze locatie lopende zou zijn. Antwoord van schepen Mario Knippenberg: De eigenaar heeft onlangs een negatief advies gekregen op een nieuw bouwdossier omdat het niet voldoet aan de bepalingen van het ruimtelijk uitvoeringsplan Bree centrum, waaraan men zich op die locatie moet houden. De schepen verwacht een nieuwe bouwaanvraag, die hier wel aan voldoet. B. Muzikale opluistering tijdens de aanstaande Sinterklaasmarkt: De voorbije jaren werd de muzikale opluistering tijdens de Sinterklaasmarkt steeds mede verzorgd door de “Breese Vleegenband”. Waarom werd de Vleegenband dit jaar niet meer gevraagd om deze traditie verder te zetten? Voorziet het bestuur andere muzikale omkadering tijdens de Sinterklaasmarkt? Antwoord van schepen Rudi Cober: De marktcommissie heeft deze beslissing genomen en wil voor dit budget (600euro) andere initiatieven nemen.
C. Ophaling huisvuil Bree-centrum Het huisvuil wordt in Bree-centrum tweewekelijks opgehaald op maandag. Gezien de meeste winkels op deze dag hun sluitingsdag hebben, wordt veel huisvuil reeds op zaterdagavond buitengezet. Vraag: kan de huisvuilophaling in Bree-centrum naar een andere werkdag verschoven worden (bv. op dinsdagavond vanaf 18u00)? Antwoord van schepen Rik Hertogs : Deze vraag is niet nieuw, dit is momenteel niet haalbaar omdat Limburg.net, die de huisvuilophaling coördineert, een planning voor al de Limburgse gemeentebesturen heeft vastgelegd. Voor Bree centrum is dat op maandag en mogen de huisvuilzakken pas zondagavond worden buiten gezet. Overtreders worden hier telkens op attent gemaakt. D. Straatvegen Bree-centrum Inwoners van Bree-centrum signaleren dat het centrum er vaak “vuil” bij ligt. Over welke machines beschikt de gemeente om de straten in Bree te vegen? Over hoeveel straatvegers beschikt Bree en hoe vaak vegen zij het centrum? Antwoord van schepen Rudi Cober: Voor gans Bree staan er 3 werknemers voor het proper houden van de straten/pleinen in. De straatveger komt op maandag en vrijdag de straten in het centrum
-95-
machinaal schoonvegen, op andere dagen in de deelkernen. Elke werkdag wordt in Bree centrum het zwerfvuil opgeraapt en worden de vuilbakken leeggemaakt. . E. Slechte kwaliteit PMD-zakken Bij de verkochte PMD-zakken van de stad Bree zitten nogal wat exemplaren van slechte kwaliteit. De PMD-zakken scheuren vaak bij het dicht trekken van de plastic zak. Welke acties heeft het stadsbestuur hieromtrent reeds ondernomen en/of welke actie gaat het bestuur nog ondernemen? Antwoord van schepen Rik Hertogs: Er zijn ons ook klachten hierover bekend, de mensen mogen deze slechte zakken (slechte perforatie bv.) in het stadhuis inruilen. Soms scheuren de zakken ook door de voorwerpen die erin zitten. In de loop van 2014 gaat er via Limburg.net een ophaalsysteem met nieuwe rode huisvuilzakken ingevoerd worden. Hopelijk zijn die steviger. F. Maaien van bermen Sinds 1984 bestaat er een wegbermbesluit voor het Vlaamse Gewest. Dit besluit bepaalt als begindata voor eventuele maaibeurten 15 juni (voor een eerste maaibeurt) en 15 september (voor een eventuele tweede maaibeurt). Om “veiligheidsredenen” kan er reeds vroeger een maaibeurt uitgevoerd worden (tussen 15 april en 15 juni). Werden in Bree het voorbije jaar alle bermen, grasstroken en taluds 2 x per jaar gemaaid? Zo niet, welke criteria werden hierbij gehanteerd? Wat was telkens de begindatum van de maaibeurten. Werden alle bermen, grasstroken en taluds telkens over de volledige breedte gemaaid? Zo niet, welke criteria werden hierbij gehanteerd? Op welke plaatsen werd er om veiligheidsredenen reeds gemaaid tussen 15 april en 15 juni? Gaat het bestuur in 2014 hetzelfde werkschema aanhouden als in het afgelopen jaar? Antwoord van schepen Rik Hertogs: Het is steeds de bedoeling om de bermen optimaal te onderhouden binnen de hiervoor voorziene budgettaire middelen. Dit systeem kan, ook op basis van suggesties van derden, altijd herbekeken worden om het nog beter te kunnen doen. Dit jaar hebben we praktisch hetzelfde schema aangehouden als in 2012. Voor in 2014 gaan we de maaibeurten opnieuw bekijken en zullen we deze ook aanpassen daar waar nodig is. Ook houden we rekening met de natuurgebieden en gaan hiervoor een nieuw voorstel uitwerken samen met Natuurpunt en de Breese Adviesraad Leefmilieu. De bedoeling is om op deze manier voor iedereen een meerwaarde te realiseren. Deze denkoefening is bezig. De voorzitter sluit de vergadering om 21.30 uur.
Namens de gemeenteraad Stefan Goclon Stadssecretaris
Jacques Leten voorzitter
-96-