UITWERKING TOELICHTING OP DE ANTWOORDEN VAN HET EXAMEN 2001-I C VAK:
AARDRIJKSKUNDE
NIVEAU:
MAVO
EXAMEN:
2001-I C
De uitgever heeft ernaar gestreefd de auteursrechten te regelen volgens de wettelijke bepalingen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich alsnog tot de uitgever wenden. ThiemeMeulenhoff is een educatieve uitgeverij waarin alle fondsen van de voormalige uitgeverijen Meulenhoff Educatief, SMD Educatieve Uitgevers en uitgeverij Thieme zijn samengevoegd. De uitgaven die ThiemeMeulenhoff ontwikkelt, richten zich op het totale onderwijsveld: basisonderwijs, voortgezet onderwijs, beroepsonderwijs & volwasseneneducatie en hoger onderwijs. www.thiememeulenhoff.nl © ThiemeMeulenhoff, Utrecht/Zutphen, 2001 Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, of openbaar gemaakt, in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopieën, opnamen, of enig andere manier, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. Voorzover het maken van kopieën uit deze uitgave is toegestaan op grond van artikel 16B Auteurswet 1912 j° het Besluit van 20 juni 1974, Stb. 351, zoals gewijzigd bij het Besluit van 23 augustus 1985, Stb. 471 en artikel 17 Auteurswet 1912, dient men de daarvoor wettelijk verschuldigde vergoedingen te voldoen aan Stichting Reprorecht (Postbus 882, 1180 AW Amstelveen). Voor het overnemen van gedeelte(n) uit deze uitgave in bloemlezingen, readers en andere compilatiewerken (artikel 16 Auteurswet 1912) dient men zich tot de uitgever te wenden.
Antwoorden en uitwerkingen examen MAVO aardrijkskunde 2001-I C-niveau Voor alle juiste antwoorden op meerkeuzevragen geldt: score 2 punten. Open vragen hebben een maximumscore van 2 punten, tenzij na het antwoord anders is aangegeven. Voor het totale examen is 90 punten te halen. Je cijfer kun je bereken door bij je score 1 punten op te tellen en de uitkomst door 10 te delen. Een score van 56 wordt dan totaal 66punten, wat het cijfer 6,6 oplevert.
De Nederlanders en hun vakantiebestemmingen 1
Een van onderstaande redenen: - verstoring van flora en/of fauna - kans op bodemdaling door gasboringen - het optreden van lichte aardschokken. De Waddenzee is een stil gebied waar zeehonden en vogels vooral bij eb voedsel inslaan en rusten op drooggevallen delen. Verstoring hiervan is nadelig voor deze fauna. Gas bevindt zich in de poriën van zandsteenlagen onder een afsluitende laag. Wanneer het gas wordt gewonnen, neemt de druk in dit gesteente af en kan de ondergrond een beetje inzakken en verschuiven.
2
A
Dat de drukte in het weekend wordt verminderd. De kortingsactie gaat uit van de bootonderneming. De meeste weekendgasten willen de overtocht naar Texel maken op vrijdag. Dan heeft het veerbedrijf het dus erg druk en zijn er vaak lange wachttijden. Door de kortingsactie hoopt men de drukte te spreiden.
3
Een van onderstaande redenen: - in de rest van het jaar is er niet zo’n piekdrukte (in het weekend) - in de zomer komen de meeste gasten.
4
Door deze kwaliteitsbewaking zullen er meer toeristen komen / zullen er meer inkomsten zijn. De kwaliteit van de strandlocatie is erg belangrijk voor de goede naam en de aantrekkingskracht. Door het keurmerk ‘De blauwe Vlag’ weten mensen die een vakantiebestemming zoeken, dat de kwaliteit in orde is. Ze hoeven dan niet zelf te komen kijken.
5
De gemeente heeft geen invloed op de kwaliteit van het zwemwater / op punt 1 op het bord. De kwaliteit van het zwemwater is afhankelijk van lozingen van verontreinigende stoffen door schepen, vervuiling door rivieren en lozingen van riolen in zee. Deze vervuilingsbronnen liggen buiten de invloed van de gemeente.
6
B
Water 1 is Grevelingen, water 2 Veerse Meer. De Oosterschelde is het water ten zuiden van Zierikzee. De Westerschelde is het water ten zuiden van Vlissingen.
7
Een van onderstaande voorbeelden: - campings - winkels - restaurants/hotels - watersportbedrijven/duikscholen. Het negatieve zwemadvies schrikt de watersporters af, dus kost klanten aan bedrijven die daarvan (deels) afhankelijk zijn.
8
Jakarta. Een van onderstaande redenen: - Jakarta (ligt in Indonesië en dat) is ver weg - het gaat om een korte vakantie van hooguit 4 overnachtingen - de reis duurt daarvoor te lang.
9
A
Land 1 is Frankrijk, land 2 Oostenrijk en land 3 Turkije. Land 1, Frankrijk, is het meest populaire vakantieland voor de Nederlander. Het is groot en gevarieerd, er zijn mogelijkheden voor zomer- en wintervakantie en het is makkelijk met de auto te bereiken. Land 2, Oostenrijk, is iets minder makkelijk te bereiken en veel kleiner dan Frankrijk, maar het is wel erg populair voor de wintersport. Land 3, Turkije, biedt een goed klimaat en mooie natuur voor een zomervakantie. Het ligt echter ver weg. Het wordt vooral bezocht met chartervluchten.
10
Grote natuurramp: lawine. Erosie mag niet worden goed gerekend. Er zijn steeds meer geoefende skiërs, omdat de meesten vanaf jonge leeftijd naar de wintersport zijn gegaan. Voor hen zijn de pistes niet meer uitdagend genoeg. Helaas is buiten de piste, zelfs voor mensen die ter plaatse goed bekend zijn, het lawinegevaar groot, mede door ontbossing van hellingen. Ieder jaar vallen er doden en wordt er grote schade aangericht. Bodemerosie is niet juist. In de diepe sneeuw raak je de ondergrond niet. Er treedt dus geen beschadiging van de vegetatie op die kan leiden tot bodemerosie.
11
Mevrouw Schlicher is blij met het plan, omdat ze dan ’s nachts rust / minder overlast heeft. Meneer Strauss is tegen het plan, omdat zijn hotelgasten vaak ’s nachts terugkeren. Per juiste reden 1 punt. Een autovrije nacht is juist goed voor mevrouw Schlicher: haar sportzaak is overdag per auto te bereiken en ’s nachts heeft zij rust. Hoteleigenaar Strauss wil geen autovrije nacht. Zijn klanten komen vaak ’s nachts met de auto terug en willen graag bij het hotel parkeren. Wordt dat onmogelijk, dan kan hem dat klanten kosten.
12
Een van onderstaande zomersporten die het milieu aantasten: - bergbeklimmen - mountainbiking - wandelen. Een van onderstaande wintersporten die het milieu aantasten: - skiën - rodelen - snowboarden - langlaufen. Per juiste sport 1 punt. Voor al deze sporten geldt dat ze het milieu niet hoeven aan te tasten, wanneer de sporters zich houden aan de regels. Voorbeelden daarvan zijn: - alleen sporten op de bestaande pistes en banen - afval zelf meenemen (bijvoorbeeld bergbeklimmers) - het opvolgen van geboden en verboden zoals het verbod van betreden van gebieden met kwetsbare natuur.
13
C
De voordelen 1, 3 en 4 zijn juist. Voordeel 1 is natuurlijk juist. De wintersport zorgt voor lange files, omdat het geconcentreerd is in tijd (weekend en kerst- en voorjaarsvakantie) en ruimte (gebergten). Voordeel 2 is onjuist, omdat de auto zonder file sneller vakantiebestemmingen bereikt, vooral als die niet dicht bij een station liggen. Voordeel 3 is juist, omdat het gemiddelde risico voor autoritten veel groter is dan voor treinritten. Er zijn veel meer auto-ongevallen dan treinongevallen. Voordeel 4 is juist, vooral door de luchtvervuiling en geluidsoverlast van auto’s.
14
A
Cultuurtoeristen zullen de karavaanserais vooral gebruiken. De Zijderoute loopt tussen Europa en Azië. Via die route werd kostbare zijde uit China gehaald. Deze route loopt door heel Turkije, dus ook door gebieden zonder massatoerisme.
15
Een van onderstaande voordelen: - het levert (extra) werkgelegenheid - de toeristen zullen extra inkomsten bieden - het voorzieningenniveau zal door de komst van toeristen mogelijk stijgen. Een van onderstaande nadelen: - de westerse toeristen kunnen een bedreiging vormen voor de rust op het platteland - in de meer afgelegen gebieden kan het gedrag van de westerse toerist tot spanningen leiden. Maximumscore 2 punten. Het voordeel juist 1 punt, het nadeel juist 1 punt. De spanningen die als nadeel worden genoemd, kunnen optreden wanneer het gedrag van toeristen niet in overeenstemming is met de lokale gewoonten. Denk bijvoorbeeld aan (overmatig) drankgebruik en afwijkende en uitdagende kleding. In gebieden voor massatoerisme is men daar inmiddels aan gewend.
16
B
De vakantiesoorten 1 en 4 zijn juist. De kaart laat op redelijke afstand van de kust symbolen zien voor ruïnes (1) en hooggebergte voor wintersport (4). Steppe (2) ligt meer oostelijk rond Ankara. Dit valt buiten de kaart. Woestijn (4) heeft Turkije niet.
17
A
Luchthaven 1 is Ankara, luchthaven 2 Antalya en luchthaven 3 Izmir. Ankara (luchthaven 1) is geen belangrijke toeristische vakantieregio. Er zullen daar in verhouding meer lijnvluchten landen, want het is wel een grote stad en de hoofdstad van Turkije. Antalya (luchthaven 2) is de belangrijkste vakantieregio met verschillende populaire zonen strandlocaties. Ook de kustplaats Izmir (luchthaven 3) trekt veel toeristen.
18
A
De tekst gaat over elitetoerisme. Elitetoerisme (A) is voor weinig mensen die per persoon veel uitgeven. Het levert veel op. Massatoerisme (B) is op veel eilanden belangrijk, maar heeft haar grenzen. De toeristen moeten per vliegtuig worden aangevoerd. Bovendien gaat het vooral om zon- en strandvakanties, en zijn de geschikte stranden meestal al in gebruik. Seizoensverlenging (C) wordt in de tekst niet genoemd of aangeduid evenals vakantiespreiding (D).
19
C
Voorwaarde 2 en 3 hebben de voorkeur van de plaatselijke bevolking. Voorwaarde 1 is niet in het voordeel van de Dominicaanse Republiek, maar van de projectontwikkelaar in Nederland. Voorwaarde 2 levert de plaatselijke winkeliers extra inkomen. Voorwaarde 3 levert de plaatselijke bevolking banen op.
20
D
Hij wordt gerekend tot de tertiaire sector en de informele sector. De tertiaire sector is de dienstensector waartoe ook de (fruit)handel/detailhandel hoort. De tekst vertelt dat de man geen belasting betaalt. Daarom rekenen we hem tot de informele sector. Hierin vallen mensen die geen gewoon (legaal/formeel) werk kunnen vinden. Het is vaak ongeschoold werk, arbeidsintensief en soms vuil. Er werken relatief veel kinderen en vrouwen. Het verschaft het kansarme deel van de bevolking toch nog wat inkomsten. Daarbij is toerisme een belangrijke inkomstenbron via handeltjes als op de foto, ambachtelijke productie en verkoop van souvenirs en gidswerk.
21
Een van onderstaande argumenten voor het standpunt van Elsbeth (passief toerisme): - ze laten zich rondrijden met een bus - het is een georganiseerde reis / ze hoeven zelf niets te doen. Een van onderstaande argumenten voor het standpunt van Margreet (actief toerisme): - ze krijgen de mogelijkheid om te surfen - ze maken een excursie (naar een traditionele woning). Per juist argument 1 punt. Bij een passieve vakantie (mening Elsbeth) hoeft de toerist niets zelf te doen. Alles is georganiseerd door een touroperator of men is zelf passief zoals bij een zon- en strandvakantie. Bij een actieve vakantie onderneemt de toerist zelf allerlei activiteiten of is de reis niet georganiseerd. Bij de 3-daagse rondreis is sprake van een tussenvorm. Men onderneemt wel wat (surfen, busreis), maar dit is wel georganiseerd en begeleid.
22
C
Rijstvelden, kleine dorpjes en tropisch regenwoud hebben ze zeker gezien. Rijstvelden en kleine dorpjes zijn in de vlakkere delen van Indonesië overal te zien. Tropisch regenwoud is zeker te zien, omdat Sumatera in de klimaatzone met tropisch regenwoud ligt. De haven van Medan ligt meer dan honderd kilometer in het zuidoosten en is vanaf de spoorlijn zeker niet te zien. De kust van Maleisië ligt op minstens 300 kilometer afstand en is zeker niet te zien. Het eiland Jawa ligt onder Sumatera, minstens 1250 kilometer ten zuidoosten van de spoorlijn, en is zeker niet te zien. Het Tobameer ligt bij 1 op Sumatera. Het is zeker niet te zien door de afstand en het gebergte.
23
F
Foto 6 is genomen bij M, foto 7 bij L en foto 8 bij K. Foto 6 toont een strand, dus kan alleen plaats M zijn. Foto 7 toont sawa’s, geïrrigeerde akkers die bij de rivier kunnen liggen zoals plaats L. Foto 8 toont een historisch bouwwerk midden in een meer, plaats K.
Spanje 24
F
Foto 11 en 12 kunnen zijn gemaakt in Andalusië. Foto 9 toont een vulkaan. Spanje heeft die niet. Foto 10 toont kamelen met een vulkaan. Spanje heeft beide niet. Foto 11 is gemaakt in een sierra, een bergketen. Er zijn er diverse zoals de Sierra Nevada. Foto 12 is gemaakt in een wijnstreek, waar Spanje er verschillende van heeft.
25
B
Lijn Y hoort bij de dwarsdoorsnede. Gebruik als aanwijzing in de doorsnede het aantal en de plaats van de gebergten en het aantal en de plaats van de rivieren. Lijn X valt zonder meer af, want deze lijn doorsnijdt alleen uiterst rechts een rivier enkele malen. Lijn Z klopt ook niet. Er worden wel vier rivieren doorkruist, maar niet op de goede plaats volgens de doorsnede (let op de richting van de pijl). Deze lijn eindigt in zee bij een laagvlakte (naast de monding van de Guadalquivir), terwijl de doorsnede daar een hooggebergte laat zien. Lijn Y komt overeen met de doorsnede. In volgorde van de pijl zie je in de doorsnede de Golf van Biskaje, een hoogvlakte met de rivier de Douro, het Kastilliaanse Scheidingsgebergte, een hoogvlakte met de rivieren Taag en de Guadiana, het dal van de Guadalquivir, de Sierra Nevada en de Middellandse Zee.
26
Een van onderstaande belangrijke oorzaken: - de teelt van zonnebloemen wordt gesubsidieerd door de Europese Unie - met de teelt van zonnebloemen wordt meer verdiend - door aanleg van stuwmeren / gebruik van irrigatiewater zijn er meer mogelijkheden gekomen. In een groot deel van Spanje werd de grond extensief gebruikt, met weinig inzet van mankracht en machines met daardoor lage opbrengst. Bovendien was er in Europa een graanoverschot, terwijl er ook in Spanje veel graanteelt was bijvoorbeeld op de hoogvlakten. Reden voor de EU om teelt van zonnebloemen te subsidiëren onder andere voor de productie van zonnebloemolie.
27
Het probleem is (bodem)erosie. Bodemerosie is het wegspoelen van bodemdeeltjes door afstromend water. Het risico is groot wanneer een helling onbegroeid is. Bij akkerbouw is de bodem een deel van het jaar (na het ploegen) totaal onbegroeid. Ook kan het water tussen de gewassen door spoelen. Doordat de regen in Spanje soms in hevige buien valt, is het risico extra groot. Daarom maakt akkerbouw op hellingen maatregelen nodig die bodemerosie voorkomen zoals de aanleg van terrassen zichtbaar op de foto.
28
A
Cijfer 1 is Baskenland. Baskenland (1) heeft haast geen landbouwgrond, omdat het vrijwel geheel bestaat uit gebergte dat doorloopt tot aan zee. Catalonië heeft iets meer landbouwgrond langs de kust en in rivierdalen, maar toch vooral gebergte. Andalusië (3) is een echt agrarisch gebied met onder andere landbouw in rivierdalen en de kustvlakten zoals de monding van de Guadalquivir. Er zijn veel kleine bedrijven, maar door grootgrondbezit ook veel grote.
29
A
Andalusië heeft het grootste watertekort. Andalusië (A) heeft een droge warme zomer. Door de geringe neerslag en grote verdamping is er over verschillende zomermaanden een watertekort. Baskenland (B) heeft neerslag in alle seizoenen dus meestal geen watertekort. Catalonië (C) is minder warm dan Andalusië en heeft dus minder verdamping. Ook is de zomer gemiddeld minder droog. Er is altijd water in reserve door rivieren uit de Pyreneeën.
30
Het gaat om olijven. Olijven worden in Andalusië veel geteeld, omdat ze passen bij het klimaat (warme en droge zomer) en geschikt zijn in bergachtige gebieden.
31
A
De juiste combinaties zijn: landarbeider - Andalusië, directeur - Baskenland, en boer Cantabrië. In Andalusië is veel graanteelt van grootgrondbezitters met landarbeiders. Dit levert echter weinig op. Subsidie voor herbebossing kan dan de voorkeur krijgen. Herbebossing kan bodemerosie tegengaan. Het wordt ook wel gebruikt om onrendabele landbouwbedrijven weg te saneren. Baskenland had veel hoogovens en metaalnijverheid. De productie was vrij traditioneel en kon niet concurreren op de wereldmarkt. Melkveehouderij is kenmerk end voor Cantabrië in het noordwesten. Binnen de Europese Unie is er een melkoverschot en wordt de productie beperkt.
32
C
Bedoeld wordt de periode van toetreding tot de Europese Unie. De landarbeider noemt lage graanprijzen en subsidie voor herbebossing. De lage prijzen zijn het gevolg van lage wereldmarktprijzen door overproductie. De EU heeft de subsidie voor graanteelt verlaagd en stimuleert herbebossing om de oppervlakte graanteelt te verminderen. De directeur noemt in de tekst te veel concurrentie in Europa. Door toetreding tot de EU moeten Spaanse bedrijven concurreren binnen de EU en mag Spanje de eigen industrie niet beschermen. De veehouder noemt de concurrentie van Hollandse koeien in de EU.
33
Pijl B geeft de juiste stroomrichting weer. Rechtsonder ligt een stuwdam. Maximumscore 2. Alleen pijl B zonder verklaring 0 punten. De stuwdam bij de letter B houdt het water tegen dat door de rivier linksboven wordt aangevoerd. Rechtsonder stroomt het water weg dat bij de dam wordt doorgelaten. In droge perioden zal dat weinig zijn.
34
Twee van onderstaande voordelen: - meer mogelijkheden voor irrigatie - er kan meer elektriciteit worden opgewekt - meer mogelijkheden voor recreatie - minder overstromingen in de benedenloop - meer drinkwater / water voor huishoudelijk gebruik. Maximumscore 2. Per juist voordeel 1 punt. Extremadura is één van de meest achtergebleven gebieden van Spanje. Het is nog sterk agrarisch. Het kan de stimulans van verbetering van de landbouw en meer toerisme goed gebruiken.
35
Een van onderstaande belangrijke redenen: - groei van de werkgelegenheid - toegenomen welvaart (in Spanje). De laatste jaren is de economie van Spanje sterk gegroeid, waardoor de werkgelegenheid is toegenomen. In het verleden kwamen veel illegale migranten uit Noord-Afrika Spanje binnen om verder te trekken naar andere Europese landen, vooral in de EU. Dit is makkelijk door de open grenzen in de EU na 1992.
36
A
De gemeente wil inrichtingselement 1 vervangen. Inrichtingselement 1 is een industriecomplex dat niet past in een grote stad. Inrichtingselement 2 is een woningcomplex dat juist wel in Bilbao thuishoort. Inrichtingselement 3 is een park dat welkom is in deze omgeving.
37
B
Bedoeld wordt hoofdstuk 2 Beï nvloeding door verschillende culturen. De verovering van Spanje door de Noord-Afrikaanse Moren in 711 hebben ArabischBerberse invloeden gebracht. Dit is het sterkst merkbaar in Zuid-Spanje, waar de Moren zich hebben gehandhaafd tot 1492, toen ze definitief zijn verslagen. De meest zichtbare invloed is de Moorse bouwkunst zoals van het Alhambra in Granada.
38
De zee (in oostelijke richting). De bergen / het reliëf (in westelijke richting). Barcelona ligt ingeklemd tussen zee en bergen (tot 500 meter; zie legenda) en heeft dus groot gebrek aan ruimte. Er is daarom weinig grond voor woningbouw. Veel inwoners zijn gedwongen te verhuizen naar voorsteden die vrij ver weg liggen.
39
Het vliegveld vormt de belangrijkste belemmering. Maximumscore 1. Een inrichtingselement is iets dat door de mens in het landschap is aangelegd. Naar het zuidwesten (linksonder) is dat de luchthaven. Een luchthaven kost veel ruimte en geeft veel geluidsoverlast, zodat woningbouw in een groot gebied onmogelijk is. Andere inrichtingselementen zijn de wegen, maar die zijn daar geen belemmering voor woningbouw.
40
Een van onderstaande redenen: - goede afzetmarkt - goede arbeidsmarkt - aanwezigheid universiteit - aanwezigheid soortgelijke bedrijven - aanwezigheid van infrastructurele voorzieningen voor goede bereikbaarheid - andere grote Zuid-Europese steden liggen op korte afstand. Gunstige ligging, zonder nadere uitleg, mag niet wordt goed gerekend. Hightech bedrijven zitten vooral in de ICT-hoek. Ze zijn de laatste jaren sterk gegroeid en bieden hooggeschoold goedbetaald werk. Ook kunnen ze aantrekkingskracht uitoefenen op andere bedrijven. Recent zijn ook in deze sector klappen gevallen.
41
B
Alleen uitspraak 2 is juist. Uitspraak 1 (veel goederen voor de zware industrie) is onjuist, omdat Barcelona geen belangrijk centrum voor zware industrie meer is. Uitspraak 2 (veel veerdiensten naar de Balearen) is juist. De Balearen met Mallorca en Ibiza liggen in de Middellandse Zee op niet al te grote afstand. Ze trekken veel toeristen.
42
Mallorca is het grootste eiland van de Balearen. Maximumscore 1.
43
Het vliegveld heeft massatoerisme mogelijk gemaakt. Het overgrote deel van de toeristen komt met het vliegtuig. De andere inrichtingselementen op de kaart, wegen en eventueel gebouwen (plaatsen) zijn niet zo essentieel voor de ontwikkeling van het toerisme.
44
B
Ze liggen allebei boven op een heuvel. De plekken met mooi uitzicht liggen in het grijze gebied: op 200-500 meter hoogte. Omdat het witte deel lager is (0-200 meter) is vanaf een heuveltop een groot deel van het kleine eiland en de zee te overzien.
45
Een van onderstaande redenen - meer aandacht voor het binnenland - meer aandacht voor cultuurtoerisme - meer aandacht voor actief toerisme - meer werkgelegenheid. De Spaanse overheid wil de toeristische sector minder afhankelijk maken van strand en zon. Zo kan het toeristenseizoen worden verlengd, meer (actieve) toeristen worden getrokken en de drukte beter worden gespreid.
46
B
In La Coruña heeft Mirna de foto gemaakt. De foto toont een ondergaande zon. De zon komt op in het oosten en gaat onder in het westen, want de aarde draait van west naar oost om haar as. La Coruña is de enige plaats van de vier die aan een westkust ligt, het uiterste noordwesten van Spanje. Barcelona ligt aan de noordelijke oostkust. Valencia ligt in het midden van de oostkust. Mocht je niet weten waar de zon ondergaat, denk dan terug aan een dag aan het Nederlandse strand ten zuiden van Den Helder. Je zag de zon ondergaan in de Noordzee. Ook dat is een westkust.