Honden Therapieën HE PUPPY, KOM JE BIJ ONS WONEN?
Martin Gaus
Voorwoord Martin Gaus Dit is een boekje met maar een bedoeling: U te helpen een betere relatie met uw hond op te bouwen. Natuurlijk bent u dol op uw hond en waarschijnlijk ziet u uw hond als een lid van het gezin. U beseft dat uw hond rechten heeft op een goed en waardevol leven en dat juist u daar verantwoordelijk voor bent omdat uw hond nu eenmaal bij u woont. U beseft ook dat u verantwoordelijk bent voor het gedrag van uw hond, ook als onze drukke maatschappij gedrag van hem eist dat niet automatisch bij alle honden past. Honden hebben door onze selectieprocedures en daarop gerichte fok-programma’s gespecialiseerde taken gekregen. Herders werden zelfstandige bewakers van het vee en van erf en goed en zijn daardoor geen allemansvrienden. Jachthonden zijn bedoeld om samen te werken met een jager maar vaak resulteert dat in een ongewenste plezierjacht in hun eentje. En terriërs zijn bewust gefokt met een laagontwikkelde bijtrem, lage provocatiedrempel en hoge pijngrens die hen heel geschikt maakte om de strijd aan te gaan met venijnig wild of stieren en zelfs honden. Terriërs zijn daardoor vaak zeer luidruchtig, raken sneller betrokken bij felle vechtpartijen met soortgenoten en kunnen bezeten kattenjagers zijn. Dat is allemaal des honds maar in een overvolle maatschappij zijn die eigenschappen eerder een nadeel dan een voordeel. Ze worden niet getolereerd en daarom is het uw plicht uw hond te begeleiden naar gedrag dat wel gepast wordt geacht. Vaak lukt dat doordat u buiten een gerichte begeleiding van het probleemgevende gedrag de hond quality-time biedt waarmee ik bedoel dat hij een paar uur per week die dingen mag doen waar zijn hart ligt.
Colofon Martin Gaus Hondentherapêën is een uitgave van Martin Gaus Dierenhotel Lelystad bv, Martin Gaus Geleide- & Hulphonden bv en Martin Gaus Hondenscholen bv. Eindredactie Tamara Gaus Redactie Helly Gaus Serge Gaus Vormgeving/Beeldbewerking/Foto cover studio vandenberg, Hem Foto’s Martin Gaus Michel Grollé fotostudio
© 2011 Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd en/of openbaar gemaakt door middel van druk, fotokopie, microfilm of op welke andere wijze ook, zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van de uitgever. De uitgever heeft ernaar gestreefd de rechten van derden zo goed mogelijk te regelen. Degenen die desondanks menen zekere rechten te kunnen doen gelden, kunnen zich tot de uitgever wenden. 2
Hondentherapieën - Martin Gaus
Daar gaat dit boekje over, het helpt u het gedrag van uw hond te begrijpen en waar nodig bij te sturen. Het vertelt u vanuit welke motivatie het ongewenste gedrag is ontstaan, welke invloeden u zelf op het ontwikkelen van dat gedrag heeft gehad en hoe u door op een andere manier invloed uit te oefenen dat ongewenste gedrag weer kunt bijsturen naar gewenst gedrag. Dat doet u niet door de boeman uit te hangen maar door de consequenties van het gedrag van uw hond heel bewust te beïnvloeden en aan te sturen. Want zo werkt leren en zo wordt uw hond de kameraad die u voor u zag toen u hem uit koos. Het gaat niet vanzelf, u zult opnieuw fouten maken, uw hond zal af en toe terugvallen in zijn ongewenste gedrag maar dat maakt allemaal niets uit. De aanhouder wint, zorg gewoon dat u dat bent. Door dit boekje te lezen en de adviezen toe te passen lukt u dat absoluut. U blij, uw hond blij. Hondentherapieën - Martin Gaus
3
HE PUPPY, KOM JE BIJ ONS WONEN? Zo kiest u de pup die bij u past Ga er maar eens aanstaan, een nest vol schattige, wollige puppies, allemaal met die zachte blauwe ogen. Daar moet je uit kiezen. Als je ze optilt en je neus in hun vacht steekt hebben ze allemaal die zo heerlijke zoete specifieke puppygeur. Je smelt. Welke moet je nemen? Die met die leuke vlek op zijn snoet? De beige? Of de zwarte? Die met dat net een beetje rare oor, zo vertederend. Het stoere puppy dat heel open is, nergens voor bang, nu al zo’n echt ventje. Of juist het wat timide puppy dat even de kat uit de boom moet kijken omdat dat puppy het beste in je op en je hart van dat hondje over loopt? Het blijkt of helemaal niet zo makkelijk om een keuze te maken omdat alle pups zo leuk zijn of men weet onmiddellijk welk hondje het gaat worden. Vaak spreekt het hart en is er geen weg meer terug. Dat lijkt een logische weg maar tegelijk ook kiezen met je verstand kan een betere manier zijn om juist die pup te kiezen die echt bij je zal passen. Ook later als hij al een grote hond is. Want zelfs rashonden met dezelfde moeder en vader, met dezelfde bloedlijn, hebben een heel verschillend karakter. Ze hebben wellicht dezelfde aanleg als ze gefokt zijn op een bepaald doel, op een bepaalde taak maar dan nog is hun temperament totaal verschillend. Daarom is het handig om rustig de tijd te nemen en door te kijken en nog eens te kijken die verschillen in karakter te doorgronden. Om vervolgens te kijken welke eigenschappen het beste bij u en uw (gezins)omstandigheden passen.
De puppytest De puppytest is geen garantie voor het uiteindelijke karakter van de pup. De uitkomst is afhankelijk van de bekwaamheid van de testuitvoerder. Ook de latere eigenaar van de pup speelt een grote rol in de verdere ontwikkeling van het gedrag. Er zijn ook allerlei omgevingsinvloeden die van invloed zijn op de ontwikkeling van het gedrag. In ieder geval is het de moeite waard om een puppytest uit te voeren, het geeft altijd een goede indicatie van de mate van dominantie en motivatie om iets te leren. Voor een optimaal resultaat dient de puppytest twee keer te worden uitgevoerd. Op de leeftijd van zes weken en acht weken. Mocht dat niet lukken, dan op de leeftijd van zeven weken. De puppytest moet in een ruimte gebeuren 4
Hondentherapieën - Martin Gaus
Puppytestjes Er zijn verschillende manieren om het karakter van een pup een beetje helder te krijgen. In de jaren zeventig van de vorige eeuw werden testen ontworpen die vooral de bedoeling hadden om bij het uitkiezen van blindengeleidehondjes in spé zo te selecteren dat de kans op een verkeerde keuze zo klein mogelijk was. Er gaat immers veel tijd en geld verloren als een puppy het voortraject en wellicht zelfs een gedeelte van zijn echte opleiding heeft afgelegd om vervolgens te moeten constateren dat hij toch niet de juiste eigenschappen heeft om een slechtziende of blinde gebruiker succesvol en veilig de weg door het leven te wijzen. Deze testen zijn tegenwoordig wat omstreden, aan hun waarheid wordt getwijfeld. Toch heeft onderzoek nog niet aangetoond dat ze echt niet kloppen. En als ze dan niet helemaal 100 % correcte prognose over de toekomst van het hondje geven, ze geven toch wel degelijk een bepaalde indicatie. Natuurlijk is ook wat er met zo’n puppy gebeurt als hij zijn moeder verlaten heeft bepalend voor wat hij zal (aan)kunnen. Veel heeft u daarvan zelf in de hand, sommige dingen zijn overkomingen die u niet had kunnen voorzien. Maar ook dan kan de manier waarop u reageert een heel verschil voor de toekomst maken. Maar eerst even terug naar de puppytesten waarvan de meest bekende de test van Campbell is. Die test is o.a. bewerkt door drs. J.H. Frijlink.
die vrij van invloeden van buitenaf is. Het liefst in een ruime lege kamer waar de pup nog nooit is geweest. PUPPYTEST: 1. Komen en lokken Een onbekend persoon gaat op enige afstand van de pup op zijn hurken zitten en lokt de pup met lieve woordjes en zacht handklappen. A. komt direct, springt op, kwispelt en bijt in handen en broekspijpen B. komt direct, geeft poten, kwispelt C. komt direct, staart neer D. komt aarzelend, staart neer E. komt niet, ontwijkt, verstopt zich
2. Volgen Een onbekend persoon loopt rustig door de kamer. A. volgt direct, opspringend, kwispelend en bijtend in schoeisel en broekspijpen B. volgt direct, wordt daarbij onder de voet gelopen, kwispelend C. volgt direct, staart neer D. volgt aarzelend, staart neer E. verstart, staart ingeklemd, produceert urine 3. Dwang, vasthouden op de rug De pup wordt op de rug gelegd waarbij een hand gespreid over de borst wordt gelegd en daar rustig zo wordt gehouden. A. worstelt aanhoudend en bijt B. worstelt aanhoudend en trappelt C. spartelt even tegen en geeft zich dan gewonnen D. verzet zich niet maar likt is ontspannen E. verstart, staart ingeklemd, produceert urine 4. Aaien De pup wordt rustig en met zachte druk over de kop naar de schouders en over de rug geaaid. A. spring op, kwispelt en bijt B. geeft poten, kwispelt en likt of zuigt C. likt, kwispelt, eventueel onderdrukt D. ondergaat de behandeling passief E. onttrekt zich, loopt weg staart neer of verstart niet, likt
Van deze test bestaan varianten waarbij sommige rasverenigingen een eigen voor hun ras belangrijke variant inbouwen om de specifieke aanleg van dat ras te beoordelen. Tegenwoordig nemen fokkers vaak zelf de Cambell test of ander soort test af om het karakter van hun pups in kaart te krijgen. Door rekening te houden met deze uitslag en goede gesprekken te voeren met toekomstige eigenaars en hun specifieke wensen en mogelijkheden kan een goede match worden gemaakt. Jammer genoeg zijn niet alle fokkers zo vertrouwd met deze testen en niet alle fokkers zijn zo integer als je zou mogen verwachten. Alle reden dus om eerst zelf heel goed te weten wat je wilt en vervolgens door observatie dat hondje te kiezen dat bij uw wensen lijkt aan te sluiten. Het is daarbij wel belangrijk niet alleen maar met uw verstand te kiezen, tenzij u een hondje uitzoekt met een echt doel: hoog scoren bij behendigheidswedstrijden, schoonheidswedstrijden, jacht. Dan is het misschien be-
5. Oplichten of zweven De pup wordt rustig met twee handen gevouwen onder zijn borst/buik opgetild en iets boven de grond gehouden. A. worstelt aanhoudend en bijt B. worstelt aanhoudend en trappelt C. spartelt even tegen en geeft zich dan gewonnen, kwispelt E. verstart, staart ingeklemd D. verzet zich of kwispelt UITKOMST: TEST 1 A-4 B-3 C-2 D-1 E-0
TEST 2 A-4 B-3 C-2 D-1 E-0
TEST 3 A-4 B-3 C-2 D-1 E-0
TEST 4 A-4 B-3 C-2 D-1 E-0
TEST 5 A-4 B-3 C-2 D-1 E-0
Een pup met een sociaal en aangenaam karakter scoort tussen de 10 en 15 punten. Boven de 15 punten neigt de hond naar agressie. Onder de 10 punten neigt de hond naar schuwheid. De uitslag van de test betekent niet dat de honden boven of onder het gemiddeld aantal punten ongeschikt zijn als huis of sporthond. Dit hangt geheel samen met de deskundigheid van de geleider en de omgevingprikkels van de hond.
langrijk vooral met uw verstand te kiezen omdat een hondje dat niet aan de verwachtingen voldoet het best moeilijk kan krijgen. Honden zijn net zo gevoelig voor prestatiedwang, frustratie en stress als wij en voelen ook die van hun eigenaar heel precies aan. Zielig dus als dat mis gaat. Kiest u echter ook voor leuke gezinshond of juist alleen maar voor een leuke gezinshond, laat na uw verstand dan vooral ook uw hart meehelpen om de juiste keuze te maken. Want het puppy van uw hart kan u veel makkelijker vertederen waardoor u er veel meer van kunt hebben dan van het verstandspuppy.
Ga gewoon zitten en blijf een tijdje alleen maar kijken Als u de pup gaat uitkiezen neem daar dan ruim de tijd voor, liever twee uurtjes dan een. En vraag de fokker of u gewoon mag kijken. U gaat dus niet op uw eigen houtje een gedragstest uitvoeren! Als u alleen maar kijkt zult u Hondentherapieën - Martin Gaus
5
heel veel over de verschillende hondjes te weten komen. Waar moet u zoal op letten? - Welke pup is het grootste/dikste geworden, dus de stevigste van het stel. Dat is de pup die het beste voor zichzelf heeft weten te zorgen. Hij wist niet alleen als eerste bij een tepel te komen, hij heeft ook de beste tepel (met de meeste melk) voor zichzelf weten te confisqueren. Dat zegt iets over zijn karakter: een haantje de voorste, zelfverzekerd, laat zich niet veel de aan andere pups gelegen liggen. Deze rauwdouwer is waarschijnlijk minder makkelijk op te voeden wat niet wegneemt dat hij zeer geschikt kan zijn voor een eigenaar die juist houdt van een hond met pit, een hond met een eigen karakter, ‘niet zo’n doetje’. Recht tegenover deze pup staat de pup die het kleinste is gebleven, het minnetje van het stel zeg maar. Dat puppy heeft zich de kaas van zijn brood laten eten. Dat puppy kan gevoelig zijn, wat timide. Prima voor een toegewijde eigenaar met veel geduld. Zo’n puppy is misschien niet zo op zijn plaats in een druk gezin waar veel kinderen komen spelen. Want hij is snel onder de indruk. U kunt deze indrukken bevestigd krijgen door op andere dingen te letten. - Hoe spelen de pups met elkaar? Met hun moeder? Er is altijd wel een pup bij die de andere pups achtervolgt, ze platwalst, die niet ophoudt met spelen, die de andere pups vaak laat kermen met zijn harde of wilde spelletjes. Of die zijn moeder aanhoudend lastig valt. In haar staart blijft bijten. In haar wangen hangt. Net zo lang totdat zij echt boos wordt. En zelfs dat helpt dan vaak niet eens. Die pup is niet sociaalvaardig, hij heeft de wijze lessen van zijn moeder niet begrepen. Hij heeft niet geleerd de deemoedsgebaren van zijn broers en zusjes als zodanig te honoreren door zijn ‘spel’ te staken. Soms is het deze pups nog wel aan te leren, zeker als ze opgroeien in de omgeving van sociaalvaardige volwassen honden die wel een stootje kunnen hebben maar wel maar tot een bepaalde grens zijn opdringerigheid en hardheid zullen tolereren. Dan wordt hem op een duidelijke manier maar zonder buiten proporties te raken te verstaan gegeven dat het welletjes is. Wilt u absoluut geen hond waarvan u op voorhand al kan verwachten dat hij de macho van de buurt wordt, neem dan niet deze pup. Staat u stevig in uw schoenen en weet u van uzelf dat u niet zo beducht bent voor problemen, dan kan deze hond wel een goede keuze voor u zijn. Maar niet als u uw kinderen (van twaalf of ouder!!) met de hond wil laten wandelen. Dan bent u veel beter af met het puppy dat achterna rent en stopt als de achtervolgde pup blijft stilstaan en wegkijkt. Of in ieder geval stopt als de achtervolgde pup even piept en zich kleiner maakt. De 6
Hondentherapieën - Martin Gaus
eerste is zeer sociaalvaardig, de tweede heeft nog wat te leren. Maar in de basis is hij oké. Dan het hondje dat niet lijkt te kunnen of willen spelen. Hij trekt zich terug of kermt meteen al als er met hem gedreigd wordt te spelen. Dat hondje is de tegenpool van de eerstgenoemde pup, de platwalser zonder scrupules. Dergelijke honden beginnen nooit uit zichzelf een conflict maar zijn tegelijk zo onhandig in hun sociale vaardigheden dat ze de irritatie van andere honden opwekken. Ze dekken hun staart af zodat er niet gesnuffeld kan worden, ze maken zich krampachtig klein, ze doen zo raar dat ze daardoor juist de aandacht trekken en vaak de klos zijn van vechtpartijen.
Laat u niets in uw handen duwen U moet het spontane gedrag van de pups kunnen bekijken. Kijken hoe ze u uit zichzelf benaderen of juist vermijden. Daarom moet u u ook nooit een pup in uw armen laten duwen, zo van ‘kijk een wat een schatje’, een foef die menig fokker wel toepast om van zijn angstige of schuwe pups af te komen. Want u smelt gewis terwijl u niets van het gedrag van het puppy heeft kunnen zien. U kunt geen enkel gedrag van het puppy bekijken en op zijn juiste waarde inschatten. Dus bekijk de pups op de grond en kijk hoe ze met uw aanwezigheid omgaan.
- Hoe gedragen de puppies zich naar u? Dat is heel essentieel om goed in kaart te krijgen. Komt een van de pups onmiddellijk op u af? Gaat u onmiddellijk tegen u opstaan om contact te maken? Hangt hij speels in uw broekspijpen? Dat zegt wel wat. Namelijk dat hij weinig respect voor mensen heeft. Dat hij het contact onmiddellijk aangaat, zonder de hondenetiquette die zegt dat persoonlijke ruimte van mensen gerespecteerd moet worden. Dat je daar alleen met de nodige plichtplegingen binnenkomt. Dat je gebruik moet maken van kalmerende lichaamstaal. Deze pup heeft daar allemaal lak aan, het boeit hem niet. Zo’n pup kan later heel moeilijk in de gewenste banen geleid kunnen worden, zeker als hij in een drukke omgeving opgroeit of bij een eigenaar die heel toegeeflijk is of door gebrek aan kennis niet kan inzien wat daar precies gebeurt tussen hem en deze hond. Zo’n hond is wel weer heel geschikt voor een eigenaar die houdt van competitie, die houdt van een eigen wil. Maar dat moet dan wel een eigenaar zijn die verstand heeft van honden. En als eerste hond is deze hond echt helemaal ongeschikt. Dan heb je de pup die in een hoekje blijft zitten, misschien zelfs doet of hij niet weet dat u er bent. Zo’n pup kan zelfs een relaxte indruk maken, hij is een beetje op zichzelf, wel
lekker rustig zo. Geen platwalser. Dat kan men allemaal denken maar feit is dat deze pup zich onttrekt aan de situatie door te doen alsof die er niet is. Deze pup is niet sociaalvaardig. Dat kan hem later opbreken, zeker als er iets onverwachts gebeurt waar niemand iets aan kan doen. Een onverwacht beangstigende ervaring met andere mensen bijvoorbeeld. Dan kan zijn doen alsof er niets is niet langer volstaan, het heeft hem immers niet geholpen. De angstbijter is geboren. Het beste puppy voor het doorsnee gezin is het hondje dat u ziet, even wacht, een paar stapjes in uw richting doet, weer even stopt, weer verder loopt en tenslotte vrolijk bij u komt en zich zonder angst te tonen laat aaien. Let hier wel op dat angst iets anders is dan onderworpen gedrag. Onderworpen gedrag is gedrag waarbij de pup zich wat kleiner maakt, de oortjes wat naar achteren doet, het staartje halverwege draagt. Angstig gedrag maakt dat het lijfje gespannen aanvoelt en er gespannen uitziet, er is geen wijde kwispelstaart maar een strak gehouden staartje, als een stokje naar beneden gedrukt. Soms zelf tegen het buikje aan. Zo’n pup is waarschijnlijk erfelijk belast en heeft veel aandacht en positieve, ondersteunende begeleiding nodig om niet uit te groeien tot een echte angstbijter. Zo’n hond is alleen geschikt bij een eigenaar met veel kennis van gedrag en gedragsontwikkeling en met veel geduld en begrip. Die zo’n pup als een uitdaging ziet maar de beperkingen kan accepteren.
Dus weet wat u kiest en zorg dat dat aansluit bij uw verwachtingen en wat u kunt bieden. Wees daarin volstrekt eerlijk om teleurstelling later te voorkomen. Het is niet zo dat ieder onderdeel van de waarneming op zichzelf staat. De verschillende waarnemingen kunnen elkaar bevestigen zodat u een nog duidelijker beeld heeft van wat u te wachten staat. Het is belangrijk om heel goed te weten wat u wilt en verwacht. Een sporthond is iets heel anders dan een gezellig en betrouwbaar gezinsmaatje. Oordeel zuiver en als u dan kunt kiezen uit een paar puppies die allemaal ongeveer voldoen aan uw toekomstdroom, kies dan met uw hart.
Resumerend: Pups uitzoeken vraagt een zorgvuldige afweging van wat je wilt, een pup moet tenslotte voldoen aan je verwachtingen maar ook passen in je omstandigheden. Er bestaan verschillende soorten puppytesten waarvan de Puppytest van Campbell het meest gebruikt wordt. Buiten die test si het belangrijk rustig de tijd te nemen en gewoon te gaan zitten kijken om al het verschillende gedrag van de pups goed te kunnen herkennen. Kiezen met je verstand en dan met je hart geeft de meeste kans op een gelukkig leven samen.
- Kijk ook naar de moederhond. Is zij zorgzaam voor haar puppies of wat onverschillig. Of wat onbehouwen. Is ze sociaal naar u, komt ze vriendelijk naar u toe of laat ze u links liggen. Springt ze hard en zonder scrupules uw persoonlijke ruimte in? Dat gedrag kan liggen aan slechte opvoeding, aan slechte socialisering maar de kans dat het in de genen zit is niet denkbeeldig. Dus bekijk de pups dan extra aandachtig en zoek niet op voorhand een excuus voor gedrag dat eigenlijk niet de beste verwachtingen geeft. - Kiest u voor een hond uit een showlijn of uit een werklijn? Dat maakt namelijk vaak een enorm verschil in drijfveren tot bepaald gedrag. Een Labrador die gefokt wordt op mooie een mooi Labrador uiterlijk is een heel andere hond dan de Labrador die gefokt wordt op zijn jachteigenschappen. Van de laatste mag u verwachten dat hij dol is op zwemmen en een sterke drang heeft om te jagen, liefst in samenwerking met u. Zo’n hond heeft activiteiten nodig die bij zijn aanleg passen en anders in ieder geval vervangende activiteiten. Terwijl de hond die voldoet aan het schoonheidsideaal veel minder gestuurd wordt door zijn oerdriften en daardoor een makkelijker en minder veeleisende huisgenoot. Hondentherapieën - Martin Gaus
7
dviescen t &A
rum
Trainings -
H on de
Heeft u vragen in het algemeen, onduidelijkheid over de in te zetten begeleiding, over gedrag van ch ol en ns uw hond dat u niet begrijpt, kortom, zit u ergens mee, schroom dan niet om een beroep te doen op de kennis van de Martin Gaus Hondenscholen. Er zit er vast wel een bij u in de buurt. Martin Gaus Hondenscholen zijn professionele hondenschoMartin Gaus len die aangepaste begeleiding bieden in diverse levensstadia, van pup tot volwassen hond. Ze bieden een veelheid aan ondersteuning, vanaf puppycursussen, basiscursussen, hondensporten tot en met het individueel bijstellen van probleemgevend gedrag van de volwassen geworden hond. De Martin Gaus Hondenscholen zijn onderdeel van een franchiseorganisatie waarbij constante bijscholing de garantie biedt voor recente kennis. Voor een Martin Gaus Hondenschool bij u in de buurt kunt u terecht op onze site. Voor Nederland is dit www.martingaushondenscholen.nl en voor België www.martingaushondenscholen.be
Voor een intensievere begeleiding voor complex probleemgedrag kunt u uiteraard ook terecht op Martin Gaus het moederbedrijf in Lelystad. U kunt daartoe een gedragsspreekuur boeken. Tijdens dat gedragsspreekuur wordt eerst het gedrag van uw hond helder in kaart gebracht waarna een op uw probleem toegespitste gedragstest duidelijkheid geeft over de interne motivaties van uw hond. Dat te samen leidt tot een begeleidingsadvies. Dit advies wordt met u in de praktijk geoefend en tegelijk op schrift gesteld om thuis na te lezen. Nazorg en individuele begeleiding kunnen u helpen het advies ook in de praktijk makkelijker toe te passen. Voor een afspraak voor een gedragsspreekuur in Lelystad belt u: 0320 22 95 60
www.martingaus.nl