Studiegids Faculteit der Kunsten 2006-2007
Leiden 2006
Faculteit der Kunsten Rapenburg 38 2311 EX Leiden Postbus 9500 2300 RA Leiden T 071 527 18 05 F 071 527 18 08 E
[email protected] I www.kunstenenwetenschappen.nl
Den Haag en Leiden, 1 augustus 2006
Beste Leidse en Haagse studenten, De Leidse universiteit is oud in jaren, maar jong van geest! Als eerste en enige Nederlandse universiteit heeft de Universiteit Leiden namelijk een faculteit die zich met muziek, dans, beeldende kunsten en vormgeving bezighoudt: de Faculteit der Kunsten. In onze faculteit werkt de Universiteit Leiden samen met de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans – zoals het Koninklijk Conservatorium en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag samen heten. Wat hebben studenten aan zo’n faculteit? Misschien heb je artistieke talenten en studeer je weliswaar in Leiden, maar wil je ook op hoog niveau musiceren of schilderen. Misschien wil je meer intellectuele bagage, naast je Haagse kunstvakopleiding. Misschien ga je twee volledige studies volgen: een universitaire en een kunstzinnige… Het is allemaal mogelijk dankzij onze faculteit: keuze- en bijvakken over en weer, major-minorcombinaties en dubbelstudies – inclusief de mogelijkheid om in Leiden (na je masteropleiding) te promoveren in de kunsten. Want: hoogwaardig onderzoek in de kunsten is een van de hoofdhema’s van onze faculteit! Net als wij geloof je niet in de scheiding van kunst en wetenschap. Het liefst ben je met allebei tegelijk bezig. Precies: je bent uit op verdieping van je kennis en kunnen en je bent op zoek naar een academische opleiding in de breedste zin van het woord. Dat doe je omdat een mens niet van kennis of kunst alleen leeft. Wij steunen en inspireren je daar graag bij – en hopen dat je onze jonge faculteit wilt helpen in haar ontwikkeling door je suggesties, lof en kritiek aan ons door te geven. Veel succes,
Frans de Ruiter, decaan
Deze gids is zo zorgvuldig mogelijk samengesteld. Aan de tekst kunnen echter geen rechten worden ontleend.
Inhoud
1. 1.1 1.2 1.3 1.4 1.5
Inleiding Faculteit der Kunsten Universiteit Leiden Koninklijk Conservatorium Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Lustrum 2006
7 7 8 8 9 9
2. 2.1
Organisatie van het onderwijs Aanmelding, toelating, inschrijving 2.1.1 Keuzevakken 2.1.2 Major-minorcombinaties 2.1.3 Dubbelstudies 2.1.4 A la carte-onderwijs 2.1.5. Contractonderwijs Onderwijsvormen 2.2.1 Universiteit Leiden 2.2.2 Koninklijk Conservatorium 2.2.3 Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten 2.3 Algemene informatie 2.3.1 Studie- en studentenadministratie 2.3.2 Studiebegeleiding 2.3.3 Medewerkers 2.3.4 Jaarindeling
11 11 11 15 16 16 17 18 18 20 20 21 22 23 23 27
3. 3.1 3.2
Bachelor- en masteropleidingen Bacheloropleiding Masteropleidingen 3.3.1 Photographic Studies 3.3.2 Media Technology
31 31 31 31 32
4. 4.1 4.2 4.3 4.4 4.5 4.6
Major-minorcombinaties Archeologie - Beeldregistratie Kunstgeschiedenis - Grafiek en grafische technieken Kunstgeschiedenis - Vormgeving Wiskunde - Muziek Wijsbegeerte - Muziek Wijsbegeerte - Vormgeving
35 35 36 36 37 38 38
5. 5.1
Minorprogramma’s Toelichting vakkenbeschrijving 5.1.1 Beeldregistratie 5.1.2 Grafiek en grafische technieken 5.1.3 Vormgeving 5.1.4 Muziek
41 41 42 47 52 59
2.2
5.1.5 5.1.6 5.1.7 5.1.8
Kunst en zaken Filosofie Wiskunde Informatica en mediatechnologie
69 73 77 80
6. 6.1 6.2
Bijvakken Bijvak Muziek Bijvak Kerkmuziek
7. 7.1 7.2 7.3
Keuzevakken Keuzevakken muziek Keuzevakken beeldende kunst Andere kunstvakken
89 89 104 109
8.
Onderzoek en promotietrajecten
115
9. 9.1 9.2 9.3 9.4
Studenten Studievereniging D&A Masterclasses Concerten, exposities, lezingen, etc. Muziekverenigingen en LAK
117 117 117 118 119
10. 10.1
Locaties en relevante adressen Universiteit Leiden 10.1.1 Studieadviseurs en onderwijssecretariaten 10.1.2 Route naar Faculteit der Kunsten Koninklijk Conservatorium 10.2.1 Adresgegevens 10.2.2 Coördinatoren 10.2.3 Route naar KC en naar KABK Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten 10.3.1 Adresgegevens 10.3.2 Opleidingen
121 121 121 126 126 126 126 128 128 128 128
11. 11.1 11.2
Faciliteiten Bibliotheken Repetitiestudio’s
131 131 131
13. 13.1 13.2
Publicaties De nieuwe K en Nieuwsbrief De serie Kunst & Wetenschap
133 133 133
14.
Andere informatiebronnen
135
10.2
10.3
Bijlagen en register
83 83 85
139
1. Inleiding De laatste decennia is reflectie binnen de kunst steeds belangrijker geworden. De manier waarop bijvoorbeeld oude muziek wordt gespeeld, is mede beïnvloed door de wetenschappelijke bestudering van de historische uitvoeringspraktijk. Ook bij verschillende vormen van beeldende kunst spelen theoretische verantwoording en filosofische onderbouwing een belangrijke rol. Op veel manieren kunnen kunst en wetenschap van elkaar profiteren. Zangers kunnen, bijvoorbeeld, hun voordeel doen met een analyse van Duitse poëzie of een talenpracticum Italiaans. Beeldend kunstenaars kunnen inspiratie en kennis halen uit colleges Filosofie of Kunstgeschiedenis. Studenten Docent muziek kunnen verder komen in hun eigen specialisme via onderwijskunde of ontwikkelingspsychologie. Er zijn vormen van (landschaps)kunst waarvoor kennis van biologie en scheikunde bijzonder nuttig kan zijn. Kunstenaars die met computers werken, hebben veel aan informatie- en mediatechnologie. Aan de andere kant kunnen wetenschappers hun blik verbreden door hun licht op te steken bij de kunsten. Studenten Kunstgeschiedenis kennen veelal de geur en de mogelijkheden van olieverf niet. Wie echter ooit geprobeerd heeft een portret te schilderen, zal beter begrijpen met welke problemen kunstenaars te maken krijgen. Voor neerlandici en boekwetenschappers kan het zinvol zijn kennis te maken met de verschillende typografische technieken en te leren op welke manieren letters worden ontworpen en gebruikt. In het algemeen geldt dat zowel in de kunst als in de wetenschap de interdisciplinariteit tegenwoordig een grote rol speelt – binnen elk van de twee domeinen, én in combinaties over hun grenzen heen. De faculteit stimuleert bij uitstek deze interdisciplinaire oriëntatie.
1.1 Faculteit der Kunsten De Faculteit der Kunsten is een samenwerkingsverband tussen de Universiteit Leiden en de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans in Den Haag (HBKMD = Koninklijk Conservatorium (KC) en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten (KABK)). De faculteit werkt aan het samengaan van kunsten en wetenschappen. Dit biedt allerlei interessante perspectieven voor Leidse en Haagse studenten, docenten en andere onderzoekers die op zoek zijn naar de grenzen van hun kunnen én kennen. In de Faculteit der Kunsten komen kunst en wetenschap samen: studenten van de Leidse universiteit kunnen bij de faculteit theoretisch en praktisch kunstvakonderwijs volgen waarvan de punten doorgaans meetellen voor hun Leidse hoofdvak (na goedkeuring van de examencommissie van de hoofdopleiding). Een student kan Rechten studeren, in combinatie met een vak binnen de beeldende kunsten of een student Biologie kiest voor een keuzevak Fotografie dat helpt bij het maken van natuurfotografie. Het kunstvakonderwijs wordt voornamelijk in Den Haag gegeven, terwijl je voor het universitair onderwijs in Leiden moet zijn.
Belangrijk om te weten is dat je voor de praktische vakken in de kunsten rekening moet houden met toegangseisen. Die eisen gelden voor alle uitvoerende en scheppende vakken (vocaal, instrumentaal, beeldend). Meer informatie over aanmelding, toelating en inschrijving aan de Universiteit Leiden, het Koninklijk Conservatorium en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten: zie bladzijde 11-12.
1.2 Universiteit Leiden Leiden is een vooruitstrevende universiteit die sinds de oprichting in 1575 wereldwijd een goede naam heeft opgebouwd. Uit onafhankelijke beoordelingen blijkt dat die reputatie vandaag de dag nog altijd terecht is. Leiden is een brede universiteit, met ruim vijftig opleidingen aan negen faculteiten. Ook de bachelor-masterstructuur met interessante major-minorcombinaties geeft je alle mogelijkheden om in Leiden je eigen studie te verrijken met kennis uit andere vakgebieden. De Universiteit Leiden is een stimulerende universiteit, waar je intensief contact hebt met docenten: zij begeleiden je tijdens practica en werkgroepen, treden op als mentor en maken je enthousiast voor hun vak. Ook biedt Leiden goede studiefaciliteiten, zoals het studentencentrum Plexus en bibliotheken waar miljoenen boeken tot je beschikking staan, in druk en digitaal. De Leidse universiteit maakt je niet alleen vertrouwd met de wetenschap die je hebt gekozen, maar stimuleert je vooral om zelf na te denken. In Leiden word je opgeleid tot een academicus die gewend is om zich heen te kijken, over een gezonde dosis nieuwsgierigheid beschikt en oplossingen kan verzinnen voor problemen die nu nog niemand voorziet. Aan de Universiteit Leiden studeren ruim 16.000 studenten en werken ruim 1500 hoogleraren en academische stafleden. De opleidingen van de Universiteit Leiden zijn gegroepeerd in negen faculteiten: Archeologie, Geneeskunde, Godgeleerheid, Kunsten, Letteren, Rechtsgeleerdheid, Sociale Wetenschappen, Wijsbegeerte, en Wiskunde en Natuurwetenschappen. Welke opleidingen onder deze faculteiten vallen, kun je zien op internet: www.leidenuniv.nl. De faculteiten zijn over verschillende locaties in de stad verspreid. De colleges van de Faculteit der Kunsten vinden zowel in Leiden als in Den Haag plaats.
1.3 Koninklijk Conservatorium In 1826 werd door Koning Willem I de Haagse Muziek- en Zangschool opgericht. Sindsdien is deze school uitgegroeid tot een internationaal befaamd instituut waar muziek en dans, wetenschap en praktijk, studeren en uitvoeren op een hoog niveau samengaan. Aan het Koninklijk Conservatorium (KC) is een veelheid aan opleidingen te volgen, met een breed scala aan cursussen en activiteiten. De opleidingen behoren tot de afdelingen Klassiek, Jazz, Oude muziek en Historische uitvoeringspraktijk, Docent muziek, Muziekregistratie, Sonologie of de Interfaculteit ArtScience. Ook is er een voortgezette kunstopleiding (tweede fase, binnenkort master) van twee jaar te volgen in de differentiaties uitvoerend musicus, scheppend musicus, klankregie/opnameleiding en muziekpedagogiek. De verschillende afdelingen van het Koninklijk Conservatorium vinden onderdak in één, professioneel geoutilleerd gebouw met theater- en concertzalen, studiekamers, opname- en compositiestudio’s, een bibliotheek, een fonotheek en een internetcafé. Het Podiumbureau voorziet studenten al tijdens hun studie van stageoptredens. De opleidingen zijn internationaal georiënteerd; er zijn uitwisselingsprogramma’s met vooraanstaande instituten in het buitenland, en docenten en studenten uit de hele wereld vinden hun plaats in het Koninklijk Conservatorium. Studeren aan het Koninklijk Conservatorium betekent daarom vooral dat je opgenomen wordt in een cultuurcentrum met een 8
inspirerend scala aan artistieke activiteiten: opera- en dansuitvoeringen, optredens van het symfonie-orkest, het Atheneum kamerorkest, de big band, de blazersensembles en van het kamerkoor, met de sonologieconcerten, het Meifestival van de compositieafdeling, de producties van de Interfaculteit ArtScience, de leerlingenavonden en de lunchconcerten. Er zijn ongeveer twaalfhonderd KC-studenten, van wie meer dan de helft uit het buitenland komt.
1.4 Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten De Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten (KABK) is een internationaal georiënteerde instelling en biedt opleidingen aan tot beeldend kunstenaar, vormgever of ontwerper in verschillende afstudeerrichtingen: Beeldende Kunst, Grafisch Ontwerpen, Mode en Textiel, Interieurarchitectuur, Fotografie, Interactive Media Design en de Interfaculteit ArtScience. Bovendien is er de tweede-faseopleiding Type & Media en de cursus Post Graduate Course Industrial Design. De Koninklijke Academie is gesticht in 1682 en behoort met Florence en Parijs tot de drie oudste academies in Europa. De Koninklijke Academie stimuleert studenten naast het verwerven van kennis en vaardigheden grenzen te verkennen en te experimenteren. Studenten krijgen er alle ruimte. De academie is gehuisvest in een monumentaal gebouw aan de Prinsessegracht, tegenover het Centraal Station in Den Haag. Studenten beschikken over eigen werkplekken, eigen galeries, een materiaalwinkel en professioneel uitgeruste werkplaatsen. Aan de Koninklijke Academie zijn ruim 140 docenten verbonden. De meesten zijn behalve als docent ook als kunstenaar of ontwerper actief. Dit garandeert een goede aansluiting tussen studie en beroepspraktijk. Er studeren ongeveer duizend studenten in vol- en deeltijd, van wie vijftien procent uit het buitenland afkomstig is.
1.5. Lustrum 2006 Op 14 december 2006 is het vijf jaar geleden dat de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans en de Universiteit Leiden een lang gekoesterde wens realiseerden. Op 14 december 2001 startte een intensieve samenwerking, waarbij een inspirerende, structurele verbinding tussen het kunstvak- en het wetenschappelijk onderwijs een feit werd met de oprichting van een nieuwe faculteit: de Faculteit der Kunsten. Vijf jaren waarin veel tot stand is gekomen op het raakvlak van kunsten en wetenschappen. De samenwerking biedt unieke perspectieven voor studenten en onderzoekers met zowel kunstzinnige als wetenschappelijke talenten en ambities. Het eerste lustrum viert de faculteit onder andere met een openbare kunstrede in het voorjaar van 2007. Ook organiseert de faculteit in samenwerking met de acht andere faculteiten van de Universiteit Leiden in de week van 30 januari tot en met 2 februari een serie lezingen onder de titel Kunsten en... In deze duo-lezingen spreekt per keer zowel een kunstenaar-onderzoeker als een wetenschapper uit een van de andere Leidse vakgebieden. Meer informatie over Kunsten en... bij Rosalien van der Poel, telefoon 071 527 18 04, e-mail:
[email protected].
9
2. Organisatie van het onderwijs 2.1 Aanmelding, toelating, inschrijving
2.1.1 Keuzevakken Aanmelding en toelating voor keuzevakken aan de Universiteit Leiden
a. Keuzevakken aan de Faculteit der Kunsten De Faculteit der Kunsten heeft speciaal voor Leidse en Haagse studenten een aantal keuzevakken ontwikkeld die in Leiden worden gegeven, zoals Capita selecta oude muziek, Geschiedenis en theorie van de prentkunst, Muziektheorie, Ondernemen binnen de kunsten, Dansgeschiedenis, etc. Je meldt je voor deze keuzevakken aan via het inschrijvingsformulier (zie bijlage I), dat je opstuurt naar het secretariaat van de faculteit, Rapenburg 38, 2311 EX Leiden.
b. Keuzevakken aan andere Leidse faculteiten voor studenten van de HBKMD Studenten van het Koninklijk Conservatorium en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag kunnen keuzevakken aan de Universiteit Leiden volgen. Een overzicht van een aantal Leidse keuzevakken die expliciet gericht zijn op beeldende kunst, muziek, dans, management en beleid is te vinden in hoofdstuk 7, bladzijde 110-114. Een overzicht van álle Leidse keuzevakken vind je op de website www.studiegids.leidenuniv.nl. Om deel te nemen aan een keuzevak moet je in het bezit zijn van een vwo-diploma of een afgeronde hbo-propedeuse. Studenten die aan het conservatorium het voorbereidend jaar of aan de academie het oriëntatiejaar volgen, kunnen geen Leidse keuzevakken volgen. Het aanmelden voor een keuzevak (a en b) gaat als volgt: 1. Je dient je aan te melden bij de Faculteit der Kunsten (a) of het onderwijssecretariaat van de Leidse opleiding die het keuzevak verzorgt (b). Een overzicht van de adressen, telefoonnummers en e-mailadressen van deze onderwijssecretariaten vind je in hoofdstuk 6. 2. Je vraagt een gastcollegekaart aan via het Informatiecentrum Plexus. Om je in te schrijven voor een Leids keuzevak moet je het volgende overleggen: 1. een inschrijvingsformulier (zie bijlage II); 2. een verklaring van geen bezwaar, dat wil zeggen: schriftelijke toestemming van je eigen opleiding aan de HBKMD (verkrijgbaar via de coördinator van je opleiding) dat je dit keuzevak mag volgen én een dergelijke verklaring van de opleiding van de Universiteit Leiden waar je het keuzevak wilt volgen, waaruit blijkt dat de Leidse opleiding geen bezwaar heeft dat je het keuzevak gaat volgen; voor beide verklaringen: zie bijlage III); met 3. een bewijs van betaald collegegeld (BBC) van de HBKMD, aan te vragen bij de studentenadministratie van KC of KABK. Als aan alle voorwaarden is voldaan, kun je de formulieren en de verklaring sturen aan de
studentenadministratie van de Universiteit Leiden (Postbus 9500, 2300 RA Leiden; bezoekadres: Informatiecentrum Plexus, Kaiserstraat 25, Leiden, telefoon: 071 527 80 11. Je ontvangt daarna een collegekaart. Met de gastcollegekaart van de Universiteit Leiden kun je gebruikmaken van faciliteiten van de universiteit, zoals de Universiteitsbibliotheek en Blackboard, de digitale leeromgeving van de universiteit. Aanmelding en toelating voor keuzevakken aan het Koninklijk Conservatorium Studenten die zowel een praktisch als een theoretisch keuzevak aan het Koninklijk Conservatorium willen volgen, dienen zich in alle gevallen aan te melden bij het Informatiepunt Kunsten en Wetenschappen van de Faculteit der Kunsten in Den Haag: Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06 of e-mail:
[email protected]. Bovendien moeten studenten zich officieel als gaststudent bij het conservatorium inschrijven. Dit gebeurt via een inschrijvingsformulier dat bij het Informatiepunt of bij de studentenadministratie van het Koninklijk Conservatorium verkrijgbaar is. Bij dit formulier dient één pasfoto en een bewijs van betaald collegegeld te worden gevoegd. Aan het volgen van keuzevakken aan het Koninklijk Conservatorium zijn geen extra kosten verbonden. In overleg met de hoofddocent van de betreffende afdeling wordt bekeken hoe een student voor een theoretisch keuzevak kan instromen. Practicum musicae Voordat studenten tot een instrumentaal of een vocaal keuzevak (practicum musicae) worden toegelaten, moeten ze auditie doen. Deze audities zijn meestal in juni en december. Voor toelating tot het practicum musicae die in februari 2007 beginnen, zijn de audities op 18 en 19 december. Aan deze auditie gaat bovendien nog een informele sessie vooraf: dan geeft een docent je advies of het zinvol is deel te nemen aan de auditie. Het is zaak om tijdens deze informele sessie al een deel van je programma onder de knie te hebben. Hieronder is te lezen wat er van je verwacht wordt tijdens een instrumentale of vocale auditie. Klassiek De auditie wordt voorafgegaan door een informele voorspeelsessie bij een conservatoriumdocent. Deze geeft een advies over het nut van het al dan niet deelnemen aan de auditie voor het Practicum musicae 1. Als belangrijkste criteria gelden: technisch niveau en muzikaliteit. Het is zaak om het programma dat je tijdens je auditie ten gehore wil brengen al tijdens die informele voorspeelsessie behoorlijk onder de knie te hebben. Auditie (20 min.) algemeen: je dient vier stukken te hebben voorbereid, waaronder één étude. De overige stukken kunnen naar eigen inzicht worden gekozen. Houd daarbij wel rekening met variatie qua periode en karakter. Voor programma-aanwijzingen voor piano, viool, fluit en zang, zie hieronder.
Piano: gewenst programma: een étude (bijvoorbeeld S. Heller, C. Czerny), een stuk van Bach (bijvoorbeeld een fuga of preludium), het eerste deel van een sonate van W.A. Mozart of J. Haydn en tot slot een romantisch (bijvoorbeeld F. Schubert of F. Chopin) of twintigsteeeuws stuk dat je vrij bent te kiezen. De stukken dienen niet van blad, maar uit het hoofd te worden gespeeld.
12
Viool: je kunt uit elk van de vier onderstaande categorieën één van deze stukken kiezen. Je
mag echter ook een ander vergelijkbaar stuk met eenzelfde moeilijkheidsgraad op je repertoire zetten: 1. Etudes: keuze uit: F. Mazas, Etudes brillantes op. 36 no. 2, R. Kreutzer, 42 Etudes/Caprices of F. Fiorillo, 36 Caprices. 2. Sonates: keuze uit: G.F. Händel, 6 Sonates, F. Schubert, 3 Sonatines op. 137 of R. Schumann, Sonate no. 1 in a, op. 105. 3. Voordrachtstukken: keuze uit: W.A. Mozart, Rondo in C, KV 373 of Adagio, KV 261, L. van Beethoven, Romance in F, op. 50, H. Wieniawski, Légende op. 17, P.I. Tsjaikovski, Méditation uit zijn Sérénade Mélancolique op. 26 of H. Badings, Romance. 4. Concerten: het eerste deel uit: J.S. Bach, Concert in E, Ch. de Bériot, Concert nr. 9 in A, op. 104 of G. Tartini, Concert in d.
Fluit: gewenst programma (of stukken van dezelfde moeilijkheidsgraad): twee etudes (bij-
voorbeeld van Drouet, Castérède) en twee stukken uit verschillende stijlperiodes (bijvoorbeeld B. Godard, Suite de trois morceaux; A. Honnegger, Danse de la chèvre; F. Benda, Concert in G of F. Danzi, Concert no. 2 in d op. 31), waarvan ten minste één met pianobegeleiding.
Zang: je dient vier liederen ten gehore te brengen, in ten minste drie verschillende talen. De liederen dienen verschillend van karakter te zijn en uit verschillende periodes te stammen. Ook zal je tijdens de auditie gevraagd worden een eenvoudige melodie à vue te zingen en een stukje proza of gedicht naar eigen keuze voor te dragen (niet uit het hoofd). Jazz Alvorens tot de auditie te worden toegelaten dien je een cd of tape in te sturen waarop vier echte jazz-standards (met begeleiding) worden gespeeld (dus geen pop of lichte muziek). Op basis hiervan wordt bepaald of je niveau voldoende is om deel te nemen aan de auditie voor een instrumentaal of vocaal keuzevak op jazzgebied. Stuur je cd/tape toe aan: Steven Moors, p/a Koninklijk Conservatorium, Juliana van Stolberglaan 1, 2595 CA Den Haag. Auditie (20 min.): je dient deze jazz-standards voor een kleine commissie van docenten ten gehore te brengen. Het programma mag je naar eigen inzicht samenstellen. De audities (klassiek en jazz) vinden in principe tweemaal per jaar plaats: omstreeks eind juni en eind december. Compositie De toelatingscommissie beoordeelt aan de hand van een aantal van je eigen composities (op schrift of geluidsdrager) of je talent hebt voor het componeren van muziek – zoals die zich in al haar variëteiten in de eenentwintigste eeuw voordoet. Leidse studenten die een vak aan het Koninklijk Conservatorium gaan volgen, dienen de studiecoördinator van hun hoofdvakopleiding te raadplegen als zij willen weten hoe het gevolgde keuzevak wordt gewaardeerd binnen het officiële programma van hun opleiding (voor een overzicht van studieadviseurs per opleiding: zie hoofdstuk 10). Je kunt je studieadviseur ook in elk geval vragen je Haagse cijfers te laten vermelden op de dossierverklaring bij je bul.
13
Aanmelding en toelating voor keuzevakken Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Voor toelating tot praktische keuzevakken aan de Koninklijke Academie wordt in de eerste dagen van september een aantal bijeenkomsten georganiseerd waar de opdracht die je voor dit doel hebt gemaakt, met je zal worden besproken. Op basis hiervan wordt bepaald of je al dan niet tot het door jou gewenste keuzevak wordt toegelaten. De exacte data van deze bijeenkomsten kun je vinden op de website van de Faculteit der Kunsten. De aanmeldingsprocedure staat hieronder weergegeven. Alle praktische keuzevakken lopen het gehele studiejaar. Alleen in september kunnen studenten met een nieuw (praktisch) keuzevak beginnen. Tussentijds instappen is niet mogelijk. De aanmeldingsprocedure voor het komende studiejaar is als volgt: 1. Je meldt je aan bij het Informatiepunt Kunsten en Wetenschappen in Den Haag: Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06 of e-mail:
[email protected]. 2. Toelating tot een keuzevak geschiedt alleen na een motivatiegesprek en een artistieke beoordeling van een daartoe gemaakte opdracht. Na aanmelding bij het Informatiepunt Kunsten en Wetenschappen word je uitgenodigd om naar de KABK te komen (Prinsessegracht 4 in Den Haag). Daar zal een docent van de KABK je werk bekijken en de opdracht met je bespreken die je voor de toelating tot het KABK-keuzevak hebt gemaakt. De kleine opdracht die je moet voorbereiden, staat hieronder vermeld. Het is de bedoeling dat je één of meer van de volgende opdrachten kiest (uiteraard afhankelijk van de aard van het te volgen keuzevak). Algemeen Voor alle opdrachten geldt dat het werkproces een belangrijke rol speelt. Hiermee wordt bedoeld dat het niet alleen om het uiteindelijke resultaat gaat, maar ook dat je in staat bent je overwegingen en keuzes onder woorden te brengen die tijdens het creatieve proces een rol hebben gespeeld. Mocht je over additionele creatieve producten beschikken waarvan je meent dat deze ook inzicht in je creatieve vermogens geven, dan kan je deze eveneens tijdens het toelatingsinterview presenteren. Het mag hierbij ook om andere technieken gaan dan die van het keuzevak waarvoor je je hebt opgegeven. Opdrachten voor toelatingsprocedure (afhankelijk van het gekozen keuzevak)
Fotografie
1. maak een fotoreportage in tien foto’s van een wandeling van je huis naar bijvoorbeeld de bakker, slager, school, etc. en probeer deze tocht voor de kijker in aansprekende beelden vast te leggen, en 2. kies een thema (laat je fantasie de vrije loop) en werk dit uit in tien beeldvarianten waarbij je benadering inzicht geeft in je persoonlijke verbeelding. Het is niet belangrijk of je een analoge of digitale camera gebruikt. Wel dient het beeldformaat ten minste 13x18 cm te zijn. De foto’s mogen ook op een laptop worden getoond.
14
Tekenen
1. maak vijf tekeningen naar de waarneming (landschap, portret, etc.). Je bent vrij in het kiezen van je onderwerp, en 2. maak vijf tekeningen aan de hand van één thema naar keuze.
Schilderen
1. maak drie schilderijen naar de waarneming (landschap, portret, etc.). Je bent vrij in het kiezen van je onderwerp, en 2. maak drie schilderijen aan de hand van één thema naar keuze.
Grafiek
1. maak vijf producten op het terrein van de grafiek naar de waarneming (landschap, portret, etc.). Je bent vrij in het kiezen van je onderwerp en de te gebruiken techniek (houtsnede, litho, etc.) 2. maak vijf tekeningen aan de hand van één thema naar keuze.
Grafische vormgeving
Ontwerp geheel naar eigen inzicht twee cd-hoesjes in twee verschillende stijlen. Je bent vrij in het kiezen van je onderwerp. De ontwerpen mogen ook op een laptop worden getoond. Leidse studenten die een vak aan de KABK gaan volgen, dienen de studiecoördinator van hun hoofdvakopleiding te raadplegen als zij willen weten hoe het gevolgde keuzevak wordt gewaardeerd binnen het officiële programma van hun opleiding (voor een overzicht van studieadviseurs per opleiding: zie hoofdstuk 10). Je kunt je studieadviseur ook in elk geval vragen je Haagse cijfers te laten vermelden op de dossierverklaring bij je bul. 2.1.2 Major-minorcombinaties Om toegelaten te worden tot een major-minorcombinatie in Leiden moet je je inschrijven bij de major aan de Universiteit Leiden. Voor toelating tot je major in Den Haag schrijf je je in aan de HBKMD. De procedure is als volgt: je meldt je eerst aan bij het Centraal Bureau Aanmelding en Plaatsing (CBAP) van de Informatie Beheer Groep in Groningen. Het papieren aanmeldingsformulier wordt niet langer gedistribueerd. Je moet je aanmelden via het formulier op de website van de IB-Groep: www.ib-groep.nl. Dit moet je invullen, uitprinten, ondertekenen en naar de IB-Groep opsturen. Wie geen internet heeft, kan bellen met de IB-Groep, telefoon: 050 599 77 55, langsgaan bij een regiokantoor of bij studentencentrum Plexus van de Universiteit Leiden, Kaiserstraat 25, Leiden. Voor wie in september 2007 wil beginnen met een opleiding, is het wenselijk zich aan te aanmelden vóór 1 december 2006. Dit is echter niet verplicht. Voor Geneeskunde, Psychologie, Rechten, Criminologie en Biomedische wetenschappen is het wél verplicht je aan te melden vóór 15 mei 2007. Na de aanmelding stuurt de universiteit je in juni de eigenlijke inschrijvingsformulieren toe, en de brochure Studeren in Leiden, met alle informatie die je verder nodig hebt. Op deze inschrijvingsformulieren kun je aangeven voor welke majorminorcombinatie je kiest. Wanneer je je aanmeldt voor een studie met een numerus fixus en je wordt ingeloot, ontvang je eerst nog een plaatsingsbewijs.
15
Een overzicht van studieadviseurs per opleiding voor informatie over de major vind je in hoofdstuk 10. Afhankelijk van de minor die je kiest, is er wél (bij Beeldregistratie, Grafiek en grafische technieken en Vormgeving) of geen (Muziek) toelatingsprocedure van kracht. De toelatingsprocedure voor de minor Grafiek en grafische technieken is gelijk aan de procedure voor toelating tot het keuzevak Grafiek (zie hierboven). Voor toelating tot de minor Beeldregistratie en Vormgeving geldt een afwijkende procedure: 1. Schrijf een paper van circa 800 woorden, waarin je je fascinatie voor of interesse in de wereld van de vormgeving tot uitdrukking brengt. Deze fascinatie beschrijf je aan de hand van een object of voorwerp (gebruiksvoorwerp, gebouw, tuin, kleding, etc.) op het terrein van de vormgeving (ruimtelijke, industriële, grafische of modevormgeving). 2. Maak een beeldverslag in tien foto’s van het beschreven object of voorwerp. Het is daarbij niet belangrijk welke camera je gebruikt (analoog of digitaal) en of je de foto’s in zwartwit of kleur maakt. Stuur je paper met beeldverslag vóór 23 augustus naar Steven Moors, p/a Koninklijk Conservatorium, Juliana van Stolberglaan 1, 2595 CA Den Haag. Voor de bespreking van je werk ontvang je een uitnodiging om naar de KABK te komen. Informatie en aanmelding voor de toelating tot de minorprogramma’s: Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail:
[email protected]. 2.1.3 Dubbelstudies Studenten die tegelijkertijd in Leiden én in Den Haag een opleiding willen volgen, dienen zich bij beide opleidingen in te schrijven. Voor de aanmelding bij een opleiding aan het Koninklijk Conservatorium of de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten: zie www.koncon.nl of www.kabk.nl. Neem ook zo spoedig mogelijk contact op met Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail:
[email protected]. Voor de inschrijving aan een opleiding van de Universiteit Leiden: zie paragraaf 2.1.2, bladzijde 15. 2.1.4 A la carte-onderwijs Niet-studenten kunnen bij de Faculteit der Kunsten als toehoorder colleges volgen: de colleges die als keuzevak van de faculteit in Leiden worden gegeven, staan open voor nietstudenten. Je volgt de colleges als toehoorder en doet geen tentamen. Na het volgen van de cursus krijgt je een certificaat. Het certificaat wordt alleen uitgereikt bij voldoende aanwezigheid, dat wil zeggen dat je per semester maximaal tweemaal afwezig mag zijn; dit wordt vastgesteld aan de hand van een registratiekaart. Op het certificaat is geen beoordeling opgenomen. Kosten: € 205,- per cursus. N.B. Leden van het LUF en medewerkers van de Universiteit Leiden, het Koninklijk Conservatorium en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten kunnen op verzoek 10% korting krijgen op de à la carte-tarieven.
16
Overzicht à la carte-cursussen - Capita selecta oude muziek, zie bladzijde 91. - Dansgeschiedenis: dans onder een veranderend gesternte, zie bladzijde 111. - De creatieve stad, zie bladzijde 112. - De musicus in de hoofdrol, zie bladzijde 67. - Film en architectuur: moderne meesters en de verbeelding van de grote stad, zie bladzijde 58. - Financieel management binnen de kunsten, zie bladzijde 71. - Geschiedenis en theorie van de documentaire, zie bladzijde 43. - Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1, zie bladzijde 48. - Geschiedenis van de vormgeving 2: icoonanalyse, zie bladzijde 44. - Geschiedenis van de westerse muziek: van Bach tot Bartók, zie bladzijde 64. - Geschiedenis van het beeld in digitaal perspectief, zie bladzijde 45. - Inleiding in de jazzgeschiedenis, zie bladzijde 68. - Kunstkritiek: schrijven over beeldende kunst, zie bladzijde 106. - Lezen en kijken / The reading experience, zie bladzijde 107. - Management accounting binnen de kunsten, zie bladzijde 72. - Mathematical structures in music, zie bladzijde 78. - Muziekfilosofie: interpretatie van muziek, zie bladzijde 63. - Muziekfilosofie: muziek en ethiek, zie bladzijde 64. - Muziekfilosofie: wat is muziek?, zie bladzijde 61. - Muziektheorie 1, zie bladzijde 60. - Muziektheorie 5: het muzikale gehoor, zie bladzijde 61. - Ondernemen binnen de kunsten en kunst en cultuurbeleid in Nederland, zie bladzijde 70. - Recht en cultureel ondernemerschap, zie bladzijde 71. - Sibeliuscursus, zie bladzijde 65 en 103. - Strategisch marketing management binnen de kunsten, zie bladzijde 70. - Verbeelding van het archeologisch verleden, zie bladzijde 45. Je kunt je aanmelden voor à la carte-cursussen door het inschrijvingsformulier in bijlage IV in te vullen en op te sturen naar Marijke Hamel. Zie ook www.kunstenenwetenschappen.nl, Onderwijs, A la carte-onderwijs. 2.1.5 Contractonderwijs Je volgt de colleges als toehoorder én legt ook het tentamen af, aan het eind van het semester. Je ontvangt een certificaat waarop het tentamenresultaat en het aantal studiepunten (ects) wordt vermeld. Dit certificaat is om te wisselen tegen een geldig tentamenbriefje, zodra je je als student inschrijft bij een opleiding aan de Universiteit Leiden. In dat geval kunnen – na goedkeuring door de betreffende examencommissie – cijfer en studiepunten (ects) meetellen binnen de studie waarvoor je staat ingeschreven. Kosten: € 350,- per cursus. Het kan zijn dat je interesse hebt in een bepaalde studierichting maar niet het gehele studieprogramma wilt doorlopen. Niet-studenten kunnen zich bij de Faculteit der Kunsten inschrijven als contractstudent voor een driejarig minorprogramma. De minorprogramma’s die hiervoor in aanmerking komen, zijn Vormgeving, Grafiek en grafische technieken, en Kunst en zaken. Je bent dan geen wettelijke student en hebt geen recht op bijvoor-
17
beeld studiefinanciering. De kosten van contractonderwijs voor het volgen van een minorprogramma zijn € 1.450,- per studiejaar. Per afgesloten vak ontvang je een certificaat. De toegangseisen voor het contractonderwijs zijn gelijk aan de wettelijk vastgelegde toegangseisen voor een universitaire opleiding (afgeronde vwo-opleiding of hbo-propedeuse). Je kunt je aanmelden als contractstudent bij Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail: mcw.hamel@ kunsten.leidenuniv.nl.
2.2 Onderwijsvormen
2.2.1 Universiteit Leiden Colleges Colleges kunnen de vorm van een hoor-, een werk- of een instructiecollege hebben. Bij een hoorcollege wordt niet alleen van studenten verwacht dat zij de collegestof volgen, er kunnen ook opdrachten gegeven worden naar aanleiding van de stof. Aan een werkcollege neemt slechts een beperkt aantal studenten deel. Van alle deelnemers wordt verwacht dat ze elke bijeenkomst goed voorbereiden, opdrachten uitvoeren, problemen uitzoeken of relevante literatuur opsporen en bestuderen, schriftelijk en mondeling verslag uitbrengen van hun bevindingen en deelnemen aan de discussies. Voordat de colleges van start gaan, kan van de deelnemers aan de werkgroepen worden gevraagd voorbereidend werk te verrichten. Werkcolleges kunnen worden afgesloten met een nota (scriptie) en/of een mondeling of schriftelijk tentamen. Een mengvorm van hoor- en werkcollege is het instructiecollege. Daarbij worden ook opdrachten behandeld, die thuis voorbereid moeten worden. Aanwezigheid bij werk- en instructiecolleges is verplicht; in de regel vervalt deelname aan de werkgroep als de student tweemaal afwezig is geweest. In een enkel studieprogramma is er sprake van tutorials. In een tutorial krijgt de student op maat gesneden onderwijs met individuele feedback van de docent. Blackboard Blackboard is de digitale leeromgeving van de Universiteit Leiden. In de colleges van de minorprogramma’s Kunst en zaken en Wijsbegeerte, de colleges Muziekfilosofie en het keuzevak De creatieve stad wordt gebruikgemaakt van Blackboard ter ondersteuning van het onderwijs. Als student kun je op iedere computer met een internetaansluiting studiemateriaal opvragen of je collegerooster bekijken. Studenten die zich aanmelden bij de universiteit, ontvangen automatisch een account. Als je nog niet over je accountgegevens beschikt, neem dan contact op met het secretariaat van de Faculteit der Kunsten. Meer informatie over Blackboard kun je vinden op http://blackboard.leidenuniv.nl. Aanwijzingen voor het maken van nota’s en scripties 1. Zorg voor een omslag met titel (plus eventueel ondertitel), je naam, collegekaartnummer, naam docent, naam van dit college, inleverdatum. 2. Eventueel kun je een voorwoord opnemen, met iets over het onderwijskader van de scriptie, met eventueel een leeswijzer, woorden van dank, etc. In een scriptie van be-
18
3.
4.
5. 6.
7.
8. 9.
perkte omvang kun je dit voorwoord heel goed weglaten. Realiseer je dat genoemde elementen niet in de inleiding horen. Inhoudsopgave: hierin zijn alle onderdelen na dit onderdeel tot en met bijlagen opgenomen, inclusief paginaverwijzingen. Onderdelen uit het voorwerk (omslag, voorwoord, inhoudsopgave, samenvatting) en nawerk (eindnoten, literatuurlijst, bijlagen) worden niet genummerd (wel gepagineerd). Geen verwijzingen naar de titelpagina en de inhoudsopgave opnemen. In de inhoudsopgave staan alleen hoofdstukken en (sub)paragrafen en geen ongenummerde tussenkopjes. Bijlagen krijgen een informatieve titel. Is er meer dan één bijlage, dan worden de afzonderlijke bijlagen bovendien genummerd. De inhoudsopgave krijgt een overzichtelijke vormgeving, waardoor het onderscheid tussen voorwerk, kern en nawerk direct zichtbaar is. Ook laat je in de vormgeving de structuur binnen een hoofdstuk blijken: spring in bij paragafen en subparagrafen. Geef een korte samenvatting om te beginnen, leesbaar en informatief. De samenvatting bevat elementen uit de inleiding (beknopte informatie over aanleiding, onderwerp, vraagstelling, doelstelling en methode) en uit de conclusie (de belangrijkste conclusies en eventuele aanbevelingen). De inleiding bestaat uit ongeveer drie delen: de aanleiding voor het onderzoek (aanleiding plus onderwerp), de hoofdvraag (vraagstelling, doelstelling, methode, inclusief korte verantwoording van deze elementen) en de aankondiging van de opbouw. De kern bestaat uit een aantal hoofdstukken (met de inleiding en de conclusies) over de verschillende aspecten van het onderwerp (de deelvragen bij de vraagstelling). Vakspecifieke aanwijzingen worden eventueel nog door de docent gegeven (bijvoorbeeld: eerst een theoretisch kader, dan een corpusbeschrijving/vragenlijst, dan de analyse van de resultaten). In de conclusies beantwoord je de vraag uit je inleiding, je refereert aan de doelstelling; de inleiding moet zelfstandig leesbaar zijn en direct volgen uit de eerdere hoofdstukken. De conclusies kunnen kernachtige uitspraken zijn (al dan niet aangevuld met nadere toelichting). Eventueel kunnen nog enkele aanbevelingen volgen. Noten: liever geen eindnoten, maar gebruik zoveel mogelijk literatuurverwijzingen in de lopende tekst of in de voetnoten. Gebruik in de regel geen noten voor louter en alleen literatuurverwijzingen. Literatuurlijst: de bronnen moeten volledig en alfabetisch geordend weergegeven worden. Volg hierbij en ook voor andere zaken: De schrijfwijzer van Jan Renkema, in laatste druk. (Voor spelling, etc.: gebruik de Woordenlijst Nederlandse taal, het Groene Boekje.) Bijlagen: zijn niet altijd nodig, maar vormen een uitstekend middel om de kern van de scriptie overzichtelijk en beknopt te houden. Alle interessante detailinformatie die het zicht op de hoofdlijn belemmert en niet noodzakelijkerwijs in de kern hoeft worden opgenomen, komt in de bijlagen. Bijlagen moeten zelfstandig leesbaar zijn: met een duidelijke titel. De tekst moet ook zonder bijlagen te begrijpen zijn. De kern van de scriptie bevat minimaal éénmaal een verwijzing naar elke bijlage. Elke bijlage begint op een aparte pagina; de paginering in de bijlagen loopt gewoon door. Zie ook: www.leidenuniv.nl/ics/sz/so/scriptie.html.
19
2.2.2 Koninklijk Conservatorium De lessen aan het Koninklijk Conservatorium zijn op verschillende manieren georganiseerd. De instrumentale of vocale hoofdvaklessen zijn in de regel individueel en wekelijks. Daarnaast vinden regelmatig groepslessen plaats, onder leiding van een docent, waarbij studenten ook van elkaar leren. Voor de colleges muziektheorie en gehoortraining worden kleine werkgroepen samengesteld van 6 tot 8 personen. Studenten dienen tijdens deze werkgroepen aanwezig te zijn en er worden wekelijks opdrachten gegeven, die moeten worden voorbereid voor de volgende les. Tentamens voor de muziektheoretische bijvakken zijn schriftelijk en/of mondeling. Muziektheorie en gehoorontwikkeling zijn een onderdeel van het toelatingsexamen. Andere lessen, zoals muziekgeschiedenis en beroepsvoorbereiding, worden als college gegeven, waarbij de groep meestal niet groter is dan dertig personen. Ook hier worden studenten geacht schriftelijke opdrachten uit te voeren en zich voor te bereiden op het volgende college. Gedurende het studiejaar worden in het Koninklijk Conservatorium diverse projecten georganiseerd, bijvoorbeeld voor het symfonieorkest, de big band of in de vorm van operaof dansproducties. Studenten kunnen voor deze projecten worden ingedeeld en dienen dan aanwezig te zijn voor repetities en uitvoeringen. 2.2.3 Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten De Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten kent de volgende onderwijsvormen: 1. Theorie: hoorcollege, bespreekles (individueel) ten behoeve van het maken van een
scriptie en bespreekles in de vorm van een werkgroep
2. Praktijk: over het algemeen een mengvorm van onderstaande varianten - Begeleiding en instructie voor de gehele groep, doorgaans tijdens de eerste weken van een studieonderdeel. - Werkplekgebonden docentbegeleiding: de docent bezoekt de studenten op hun werkplek/atelier en bespreekt daar het werk van de student. Veel hogerejaarsstudenten beschikken binnen de academie over een eigen werkplek (= atelier). Daarnaast zijn er voor bepaalde afstudeerrichtingen groepsateliers. - Werkplaatsgebonden begeleiding: zelfstandig en begeleid werken in de eigen werkplaats, al dan niet met hulp van of onder begeleiding van werkplaatsassistenten. Werkplaatsassistenten zijn op bepaalde terreinen gespecialiseerde medewerkers die de studenten begeleiden bij het gebruik van de faciliteiten, de apparatuur en de accommodatie. De academie beschikt over de volgende werkplaatsen: houtwerkplaats, metaalwerkplaats, grafische werkplaatsen, drukkerij, fotografische werkplaatsen en studio’s, donkere kamers, werkplaats edele technieken, lokaal van de toekomst (highend-afwerking van digital imaging processing), computerwerkplaats en computerleslokaal, werkplaatsen multimedia (ten behoeve van het werken met bewegend beeld en geluid). - Bespreekles individueel: De docent bespreekt werk met individuele studenten.
20
-
Digitale begeleiding: indien studenten hun werk digitaal moeten aanbieden (bijvoorbeeld een website bouwen) en de docent de vorderingen volgt, waarbij niet per se face-to-face-contact nodig is. Dit gebeurt onder andere bij de afdeling Grafisch Ontwerpen.
3. Tentoonstellingsbezoek en meerdaagse excursie Studenten bereiden tentoonstellingsbezoeken voor (Biënnale in Venetië, Dokumenta Kassel e.d.). Dit gebeurt veelal onder begeleiding van de theoriedocent, maar ook praktijkdocenten kunnen bij de (theoretische) voorbereiding van excursies betrokken zijn. 4. Stage en overige participatie in het werkveld In deze onderwijsvorm lopen de studenten stage bij een relevant bedrijf of een relevante instelling, zoals een fotograaf, modeontwerper, tijdschrift, grafisch ontwerpbureau. Het is ook mogelijk om daar waar stageplekken minder voorhanden zijn, bij Beeldende Kunst met name, deel te nemen aan (grootschalige) externe producties en projecten. 5. Zelfstudie/zelfwerkzaamheid Studenten werken uiteraard voor een groot gedeelte zelfstandig aan hun kunst- of ontwerpwerk. Dit kan thuis zijn, maar het kan ook op de werkplek en/of in de werkplaats gebeuren.
2.3 Algemene informatie Bureau Faculteit der Kunsten in Leiden Bezoekadres: Rapenburg 38, Leiden Postadres: Postbus 9500, 2300 RA Leiden Telefoon: 071 527 18 05; fax: 071 527 18 08, internet: www.kunstenenwetenschappen.nl Openingstijden secretariaat: maandag t/m vrijdag 9.00-14.00 uur Telefoon: 071 527 18 05 / 18 11; e-mail:
[email protected] Informatiepunt Kunsten en Wetenschappen in Leiden Korrie Korevaart Rapenburg 38, Leiden Postbus 9500, 2300 RA Leiden Telefoon: 071 527 30 84, e-mail:
[email protected] Spreekuur: na afspraak. Informatiepunt Kunsten en Wetenschappen in Den Haag Steven Moors Juliana van Stolberglaan 1, Den Haag Postbus 11670, 2502 CA Den Haag Telefoon: 070 315 14 06, e-mail:
[email protected] Spreekuur: na afspraak.
21
Faculteitsbestuur Het bestuur van de Faculteit der Kunsten bestaat uit: prof. Frans de Ruiter (decaan), Jack Verduyn Lunel (lid en directeur van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten), prof. dr. Arie van der Kooij (lid en hoogleraar Godgeleerdheid Universiteit Leiden), drs. G.J. van Helden (directeur Bedrijfsvoering) en Derek de Beurs (studentlid). Secretaris van het faculteitsbestuur is Korrie Korevaart. 2.3.1 Studie- en studentenadministratie Studiepunten en studiebelasting De studiebelasting wordt uitgedrukt met behulp van het European Credit Transfer System (ects). Aan alle universiteiten krijgt de student voor het volgen van programmaonderdelen ects; 1 ects staat voor 28 studiebelastingsuren. Uitgangspunt is dat een student 42 weken van het jaar aan de studie besteedt en dan veertig uur per week werkt. Een studiejaar telt dus 1680 studie-uren, oftewel: 60 ects. Voor een vak met een omvang van, bijvoorbeeld, 4 ects is een voltijdse student 4 x 28 uur (bijna drie weken) aan het werk: colleges voorbereiden en volgen, literatuur lezen (werkstukken of opdrachten maken en studeren voor tentamens). Voor het bestuderen van vakliteratuur staat, afhankelijk van de moeilijkheidsgraad, 5 tot 20 pagina’s per uur. Tentamens De kennis wordt getoetst door middel van schriftelijke opdrachten of werkstukken, of via een schriftelijk of mondeling tentamen – doorgaans tijdens de collegevrije perioden. Herkansingen worden in de regel aan het eind van elk semester, in januari en juni, georganiseerd. Wat de becijfering aangaat: minnen en plussen worden niet gegeven. Ook een 5,5 wordt niet geadministreerd: de laagst mogelijke voldoende is een 6, de hoogst mogelijke onvoldoende is een 5. De docent heeft het schriftelijk werk binnen vijftien werkdagen na de datum van inlevering nagekeken. Tot dertig dagen na de bekendmaking van de uitslag van een schriftelijk tentamen krijgen de studenten op verzoek inzage in hun beoordeeld werk. Administratie van tentamenresultaten De resultaten van tentamens, werkgroepen en scripties worden door het secretariaat van elke Leidse opleiding verwerkt in het geautomatiseerde administratiesysteem ISIS/S&S. Het secretariaat van de Faculteit der Kunsten registreert aldus de resultaten van de vakken die de faculteit organiseert. Daarvoor is het noodzakelijk dat er gebruik wordt gemaakt van de vaste vakcodes die overeenkomen met de afgelegde studieonderdelen. Studenten kunnen via U-Twist hun tentamenresultaten opvragen: ulcn.leidenuniv.nl/u-twist.html. Mondelinge en schriftelijke tentamens worden gedateerd op de dag van aflegging. Werkstukken en scripties worden gedateerd op de dag dat de docenten of scriptiebegeleiders het cijfer toekennen. Docenten geven de resultaten door aan het secretariaat van de Faculteit der Kunsten: Marijke Hamel, tel. 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]. Adreswijzigingen geven de studenten zo spoedig mogelijk door via U-Twist.
22
2.3.2 Studiebegeleiding Studenten die vakken volgen van de Faculteit der Kunsten (keuze-, bijvak- en minorstudenten) kunnen een beroep doen op de studieadviseur van hun hoofdvakopleiding of major. Met vragen over roosterproblemen, vrijstellingen, compensatieregelingen, studievoortgang, etc. die vakken van de Faculteit der Kunsten aangaan, doen studenten er goed aan contact op te nemen met de studieadviseurs van de faculteit: Korrie Korevaart in Leiden (telefoon: 071 527 30 84, e-mail:
[email protected]) en Steven Moors in Den Haag (telefoon: 070 315 14 06, e-mail:
[email protected]). Zij zijn er om de studenten – dit geldt met name ook de dubbelstudenten – te helpen de combinatie van een wetenschappelijke en een kunstopleiding zo soepel mogelijk te laten verlopen. 2.3.3 Medewerkers A Acht, drs. R.J.M. (Rob) van Almanza, J.J. (Jean-Jacques) Andriessen, prof. L.J. (Louis) B Bakker, drs. J. (Jopje) Bartelings, drs. N.L. (Nelke) Belderbos, drs. S.A. (Stefan) Beunen, mr. drs. A.C. (Annemarie) Beurs, D.P. (Derek) Bom, M. (Maurice) Bron, J. (Jeroen) Brittijn, J.G.H.C. (José) Bruijn MA, drs. S.M.M. (Saskia) de C Cobussen, dr. M.A. (Marcel) D Deurzen, P. (Patrick) van Deys, F. (Frits) Dijker, G. (Gijsbert) E Edixhoven, prof. dr. S.J. (Bas)
Oriëntatiecursus akoestiek van instrumenten keuzevak Fotografie hoogleraar Scheppende kunsten minor Vormgeving: Geschiedenis van de vormgeving 1: overzicht minor Grafiek en grafische technieken: Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1, 2 en 3 assistent-in-opleiding minor Kunst en zaken: Recht en cultureel ondernemerschap studentlid faculteitsbestuur minor Muziek: Muziek en media practicum musicae Fluit faculteitsbureau: secretaresse minor Kunst en zaken: Financieel management binnen de kunsten universitair docent Muziekfilosofie, minor Muziek en Filosofie: Muziekfilosofie en cultuurtheorie 1 en 2 minor Muziek: Sibeliuscursus keuzevak Grafische vormgeving minor Vormgeving en Grafiek en grafische technieken: Grafische vormgeving minor Wiskunde: Wiskundige structuren
23
Emmerich, dr. M.T.M. (Michael) Ephrat, Ron
minor Muziek: Sibeliuscursus practicum musicae Altviool
F Finkelnberg, dr. H. (Hans)
minor Wiskunde: Caleidoscoop
G Gent, M.E. (Marlies) van Gill, prof. dr. R. (Richard) Goedhart, drs. Th. (Theo) Gould, D.K. (Rachel) Groen, A. (Ali) Groeneveld, L. (Larissa) H Haest, drs. H.J.M. (Henk)
practicum musicae Piano minor Wiskunde: kansrekening en statistiek 1 bijvak Kerkmuziek: Hymnologie en geschiedenis van de kerkmuziek, Koorklas en Gregoriaans practicum musicae Zang (jazz) practicum musicae Hobo practicum musicae Cello
Hunnego, S. (Sasja)
minor Kunst en zaken: Ondernemen binnen de kunsten en Projectmanagement faculteitsbureau: management-assistent minor Informatica en mediatechnologie: Technology & philosophy minor Vormgeving: Eindopdracht faculteitsbestuur: directeur bedrijfsvoering minor Kunst en zaken: Recht en cultureel ondernemerschap minor Kunst en zaken: Projectmanagement binnen de kunsten practicum musicae Zang (klassiek) Historisch documentatieproject oude muziek practicum musicae Viool minor Informatica en mediatechnologie: Fundamentele informatica 1 practicum musicae Viool minor Informatica en mediatechnologie: Lineaire algebra en beeldverwerking practicum musicae Zang (klassiek)
I Ineke, E.A. (Erik)
practicum musicae Slagwerk (jazz)
J Jasperse, drs. D. (Diana) Jeukendrup, P. (Paul) Jong, K. (Karst) de
hoofd Planning Koninklijk Conservatorium minor Muziek: Muziek en media minor Muziek: Sibeliuscursus
K Karsten, W.R. (Wieke) Klaić, dr. D. (Dragan)
practicum musicae Fluit keuzevak De creatieve stad
Hamel, drs. M.C.W. (Marijke) Haring, dr. S. (Bas) Heerkens, A.J.J.M. (Noud) Helden, drs. G.J. (Gert-Jan) Hemels, dr. S.J.C. (Sigrid) Hengel-Dieben, drs. M.A.I. (Marion) ten Heuvel, L. (Lenie) van den Heyghen, P. (Peter) van Hoelen, K.J. (Kerstin) Hoogeboom, dr. H.J. (Hendrik Jan) Hülsman, C.G. (Kees) Huijsmans, dr. D.P. (Nies)
24
Klaveren, M. (Marijke) van Kleinbussink, J.W. (Jan) Koene, S.J.J.M. (Simon) Koning, C.J. (Kees-Jan) de Konings, S.C.M. (Suzanne) Kooij, prof. dr. A. (Arie) Kooij, S.J. (Jos) van der Koopman, prof. dr. A.G.M. (Ton) Korevaart, dr. K.J.J. (Korrie) Kosters, dr. W.A. (Walter) Krijgsman, T. (Teo) Kuijken, D. (David) L Lanz, drs. I. (Isabella) Leeuw, dr. L.R. (Reinbert) de Lew, dr. M.S. (Michael) M McAllister, prof. dr. J.W. (James)
bijvak Kerkmuziek: Zang en stemvorming keuzevak Musurgia retorica minor Grafiek en grafische technieken: Grafiek practicum musicae Zang (klassiek) keuzevakken Muziektheorie 1 en 5 lid faculteitsbestuur practicum musicae Orgel hoogleraar Historisch geïnformeerde uitvoeringspraktijk, keuzevak Capita selecta oude muziek faculteitsbureau: secretaris-directeur, studieadviseur minor Informatica en mediatechnologie en Wiskunde: Programmeermethoden keuzevak Fotografie practicum musicae Piano keuzevak Dansgeschiedenis hoogleraar Uitvoerende en scheppende kunsten van de 19e, 20e en 21e eeuw minor Informatie en mediatechnologie: Me dialabstage
Mulder, (N. (Nick)
minor Filosofie en Informatica en mediatechnologie: Epistemologie en wetenschapsfilosofie 1 minor en bijvak Muziek: Geschiedenis van de westerse muziek en De musicus in de hoofdrol hoogleraar Fotografie, master Photographic Studies minor Vormgeving: Grammatica van het ontwerpen practicum musicae Hoorn faculteitsbureau: hoofd Onderwijs, studieadviseur minor Muziek: Muziek en media
N Nelissen, drs. C.W.M. (Carien)
master Photographic Studies: studiecoördinator
Meeuwsen, drs. C.N. (Kolja) Meiselas, prof. S.C. (Susan) Mens, C.V. (Claudia) Merwe, M.A. (Martin) van der Moors, dr. S.M. (Steven)
O Olthof, B. (Barry) Opstal, drs. M. (Michiel) van
minor Muziek: Muziek en media minor Vormgeving: Geschiedenis van de vormgeving 2: icoonanalyse, Geschiedenis en theorie van de documentaire, Geschiedenis van het beeld in digitaal perspectief, Verbeelding van
25
Ory, drs. R.P. (René) P Pik, dr. D.R. (Derk) Poel, R.H.M. (Rosalien) van der R Rest MA, J.I. (Jean-Pierre) van der Rijn, drs. I.A.M.J. (Ilse) van Ruiter, prof. F.C. (Frans) de Ruiter, drs. M.A. (Tineke) de Ruocco, J. (John) Rutten, J. (Joeki) S Sauer, M. (Maud) Scheepers, drs. P.A. (Paul) Sie Dhian Ho, I. (Ilona) Siemens, dr. H.W. (Herman) Sleutels, dr. J.J.M. (Jan) Snoep, M. (Michel) Stanik, J. (Juraj) Steinmann, J. (Johan) Stoop, E.M. (Ernestine) Steffens, L. (Liesbeth) Stevenhagen, prof. dr. P. (Peter) T Thijsen, dr. M.G. (Mirelle) Timpe, (F.) Frank Tongeren, drs. M.C. (Mark) van Turkenburg, drs. W.A. (Wouter)
26
het archeologisch verleden, Film en architectuur minor Kunst en zaken: Ondernemen binnen de kunsten minor Wiskunde en Informatica en mediatechnologie: Mathematical structures in music faculteitsbureau: hoofd Communicatie minor Kunst en zaken: Management accounting binnen de kunsten en Strategisch marketing management minor Vormgeving: Fotografische vormgeving decaan, hoogleraar Betrekkingen tussen het kunst- en het wetenschappelijk onderwijs master Photographic Studies: History of photography practicum musicae Fluit (jazz) keuzevak Tekenen minor Kunst en zaken: Recht en cultureel ondernemerschap binnen de kunsten minor en bijvak Muziek: Muziektheorie: practicum en analyse-1 en 2 practicum musicae Viool minor Filosofie: Moderne wijsbegeerte 1 minor Filosofie: Metafysica keuzevak Schilderen practicum musicae Piano (jazz) practicum musicae Fagot practicum musicae Harp practicum musicae Altviool minor Wiskunde: Algebra 1
universitair docent Fotografie, master Photograpic Studies: Visual culture and the context of the published photograph practicum musicae Saxofoon assistent-in-opleiding, minor Muziek: Nietwesterse muziek bijvak Muziek: Inleiding in de jazzgeschiedenis 1 en 2
U Unger, prof. G. (Gerard) V Verbeek, E.M. (Marieke) Verbeek, dr. ir. F.J. (Fons) Verduyn Lunel, J. (Jack) Verduyn Lunel, prof. dr. S.M. (Sjoerd) Visser, dr. G.T.M. (Gerard) Voorhorst, E.G. (Enno) Voorvelt, dr. M. (Martijn) Vos, J.A. (Ab) Vries, dr. ir. D. (Diemer) de Vroege, B. (Bas) Vujović, I. (Ida) W Wart, M. (Mireille) van der Wessel, T. (Tomma) Wesseling, drs. J.C. (Janneke) Westgeest, dr. H.F. (Helen)
hoogleraar Typografie, keuzevak Lezen en kijken / The reading experience practicum musicae Zang (klassiek) minor Informatica en mediatechnologie: Human computer interaction lid faculteitsbestuur minor Wiskunde: Analyse 1 minor Filosofie: Cultuurfilosofie practicum musicae Gitaar keuzevak Nieuwe theorie practicum musicae Klarinet keuzevak Ruimte-akoestiek master Photographic Studies: Curatorial Training Programme minor Muziek: Sibeliuscursus
Wijngaard, R.C. (Rob) van den
practicum musicae Viool beurspromovendus Kunstkritiek: schrijven over beeldende kunst master Photographic Studies: Theory and methods of research in photography faculteitsbureau: financiële administratie
Z Zelm, G.A.M. (Gerda) van Zielhorst, drs. A. (Anthony) Zon, A.J. (Ad) van Zoutendijk, M. (Marc) Zwart, K.G. (Kees)
practicum musicae Zang (klassiek) bijvak Kerkmuziek: Koorklas en Gregoriaans practicum musicae Trompet minor Muziek: Popmuziek en popcultuur bijvak Kerkmuziek: Liturgiek
2.3.4 Jaarindeling De jaarindelingen van de Universiteit Leiden, het Koninklijk Conservatorium en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten lopen niet parallel. In de regel bepaalt de locatie de jaarindeling, dat wil zeggen dat de keuzevakken van de Faculteit der Kunsten die in Leiden plaatsvinden, de jaarindeling van de Universiteit Leiden volgen. Universiteit Leiden Jaarbegin EL CID-introductieweek Leiden opening academisch jaar
maandag 14-08-2006 t/m vrijdag 18-08-2006 maandag 04-09-2006
27
Eerste semester collegeperiode collegevrije periode collegeperiode tentamens en herkansingen
maandag 11-09-2006 t/m vrijdag 20-10-2006 maandag 23-10-2006 t/m vrijdag 27-10-2006 maandag 30-10-2006 t/m vrijdag 15-12-2006 maandag 18-12-2006 t/m vrijdag 02-02-2007
Tweede semester collegeperiode collegevrije periode collegeperiode tentamens en herkansingen tentamenvrije ElCid-week herkansingen augustus
maandag 05-02-2007 t/m vrijdag 23-03-2007 maandag 26-03-2007 t/m vrijdag 30-03-2007 maandag 02-04-2007 t/m vrijdag 25-05-2007 dinsdag 29-05-2007 t/m vrijdag 29-06-2007 maandag 13-08-2007 t/m vrijdag 17-08-2007 maandag 20-08-2007 t/m vrijdag 31-08-2007
Collegevrije dagen/feestdagen drie oktober-viering kerstreces dies van de Universiteit Leiden paasreces koninginnedag 5 mei hemelvaart Pinksteren zomerreces
maandag 02-10-2006 en dinsdag 03-10-2006 maandag 25-12-2006 t/m vrijdag 05-01-2007 donderdag 08-02-2007, vanaf 13.00 uur (de colleges vóór 13.00 uur gaan gewoon door) vrijdag 06-04-2007 t/m maandag 09-04-2007 maandag 30-04-2007 zaterdag 5-05-2007 donderdag 17-05-2007 en aansluitende vrijdag 18-05-2007 zondag 27-05-2007 en maandag 28-05-2007 maandag 02-07-2007 t/m vrijdag 10-08-2007
In de onderwijsvrije perioden kunnen geen tentamens en examens afgelegd worden, tenzij in bijzondere gevallen na afspraak. Andere belangrijke data studiefestival open dag alle opleidingen anders studeren voorlichting Photographic Studies studiefestival open dag alle opleidingen dies studievereniging D&A anders studeren last minute Leiden
zaterdag 28-10-2006 vrijdag 24-11- 2006 maandag 12-02-2007 vrijdag 02-03-2007 zaterdag 10-03-2007 vrijdag 20-04-2007 zondag 10-06-2007 maandag 11-06-2007 vrijdag 22-06-2007
Koninklijk Conservatorium Jaarbegin openingen start cursusjaar
maandag 04-09-2006
Vakantieschema herfstvakantie
maandag 23-10-2006 t/m vrijdag 27-10-2006
28
kerstvakantie voorjaarsvakantie paasweekeinde meivakantie Pinksteren zomervakantie
maandag 25-12-2006 t/m vrijdag 05-01-2007 maandag 26-02-2007 t/m vrijdag 02-03-2007 vrijdag 06-04-2007 t/m maandag 09-04-2007 maandag 30-04-2007 t/m vrijdag 04-05-2007 (alleen voor de School voor Jong Talent) zondag 27-05-2007 en maandag 28-05-2007 maandag 02-07-2007 t/m vrijdag 31-08-2007
Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten Jaarbegin introductieweek/herkansingen 05-06 maandag 28-08-2006 t/m vrijdag 01-09-2006 start cursusjaar maandag 04-09-2006 Eerste semester individuele beoordeling periode 1 individuele beoordeling periode 2
maandag 06-11-2006 t/m vrijdag 10-11-2006 maandag 15-01-2007 t/m vrijdag 19-01-2007
Tweede semester individuele beoordeling periode 3 individuele beoordeling periode 4
maandag 02-04-2007 t/m vrijdag 06-04-2007 maandag 04-06-2007 t/m vrijdag 08-06-2007
Vakantieschema herfstvakantie kerstvakantie voorjaarsvakantie paasweekeinde meivakantie (School voor Jong Talent) Pinksteren zomervakantie Andere belangrijke data open dag eindexamenexposities
maandag 23-10-2006 t/m vrijdag 27-10-2006 maandag 25-12-2006 t/m vrijdag 05-01-2007 maandag 26-02-2007 t/m vrijdag 02-03-2007 vrijdag 06-04-2007 t/m maandag 09-04-2007 maandag 30-04-2007 t/m vrijdag 04-05-2007 zondag 27-05-2007 en maandag 28-05-2007 maandag 02-07-2007 t/m vrijdag 31-08-2007 zaterdag 27-01-2007 zaterdag 30-06-2007 t/m zondag 08-07-2007
29
3. Bachelor- en masteropleidingen 3.1 Bacheloropleiding De faculteit werkt aan het onderwijsprogramma van een eigen bacheloropleiding waarin kunsten en wetenschappen worden geïntegreerd. Momenteel wordt ook bekeken welke bacheloropleidingen van het Koninklijk Conservatorium en de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten als basis kunnen dienen voor een masteropleiding aan de Leidse universiteit. Een voorbeeld van een traject dat mogelijk is, is de Haagse bacheloropleiding ArtScience, die toegang geeft tot de Leidse masteropleiding Media Technology. De master Photographic Studies is ook bedoeld voor afgestudeerden in het kunstvakonderwijs, zoals gediplomeerden van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten.
3.2 Masteropleidingen De Faculteit der Kunsten heeft een eigen masteropleiding: Photographic Studies. De faculteit werkt samen met de opleiding Informatica van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen in de masteropleiding Media Technology. 3.2.1 Photographic Studies De master Photographic Studies is een voor Europa unieke opleiding die wetenschap en kunst combineert. De Master Photographic Studies is een masteropleiding die wordt aangeboden als coproductie van de Faculteit der Kunsten, de opleiding Kunstgeschiedenis, het Prentenkabinet/Studie en Documentatie Centrum voor Fotografie van de Universiteit Leiden, het Fotomuseum in Den Haag en het Nederlands fotomusum in Rotterdam. Dankzij de participatie van deze verschillende opleidingen en instellingen, wordt een brede wetenschappelijke en maatschappelijke oriëntatie op fotografie ontwikkeld. De opleiding is bestemd voor afgestudeerden in het kunstvakonderwijs of een verwante universitaire opleiding, die een diepgaande studie willen maken van de geschiedenis, theorie en praktijk van fotografie, de rol van fotografie in relatie tot de kunsten en de media, en de sociale en culturele aspecten van fotografie. De master Photographic Studies biedt een brede wetenschappelijke en maatschappelijke oriëntatie op de fotografie. Naast gedegen kennis van de geschiedenis van de fotografie en van historische processen, krijgt de student ruim inzicht in de meest recente ontwikkelingen op het gebied van de lens-based media en actuele ontwikkelingen binnen de theorie en praktijk van het medium. Het fotografisch beeld wordt in de masteropleiding geplaatst in een context van hedendaagse kunst, beeldcultuur en visuele communicatie. De combinatie van onderzoek, productie en reflectie biedt de student de bagage om nieuwe vragen te stellen, deze op te lossen en op een wetenschappelijk niveau te functioneren. Je volgt vakken als: History of the photography, Theory and methods of research in photography, Visual culture and the context of the published photograph, Curatorial Training Program en Critical writing. De colleges worden gegeven in in Leiden, in het Prentenkabi-
net, dat een unieke fotocollectie in huis heeft, en in Den Haag, op de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten. De titel die verkregen wordt na afronding van de masteropleiding is Master of Arts (MA) met als opleidingsgebied: Photographic Studies. Je kunt op basis van de masteropleiding toegelaten worden tot de promotie. De opleiding duurt een jaar (60 ects), met Engels als voertaal. De opgedane kennis, inzichten en vaardigheden vormen een belangrijke basis voor fotohistorici, conservatoren, critici, fotografen, beeldbemiddelaars, redacteuren of tentoonstellingsmakers. Toelating De master Photographic Studies is bedoeld voor afgestudeerden in het kunstvakonderwijs, zoals een KABK-gediplomeerde (BA of MA) of iemand met een afgeronde, vergelijkbare hbo-opleiding, en voor studenten met minimaal een afgeronde bacheloropleiding Kunstgeschiedenis of een verwante universitaire studie. Er wordt van de student verwacht dat hij/zij inzicht heeft in het medium, zelf ervaring heeft met fotograferen en op een wetenschappelijke wijze met informatie om kan gaan. Naast een geschreven motivatie voor het volgen van de opleiding wordt gevraagd om een werkstuk te schrijven op basis van een aantal door de docenten van de masteropleiding geselecteerde wetenschappelijke artikelen. Doel daarvan is te kunnen beoordelen of de student zich op voldoende wetenschappelijk niveau bevindt. Daarnaast stelt de student naar eigen inzicht een beeldverhaal samen uit een cd-rombestand van ruim 80 foto’s. De keuze dient vergezeld te gaan van een korte, schriftelijke motivatie over de criteria die hierbij zijn gehanteerd. De uiteindelijke selectie vindt plaats op basis van bovengenoemde opdrachten en een gesprek met de toelatingscommissie. Meer informatie De studiegids van Photographic Studies (MaPS) is verkrijgbaar bij het secretariaat van de faculteit: telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]; of te downloaden via www.kunstenenwetenschappen.nl. 3.2.2 Media Technology De master Media Technology in Leiden biedt een uitgebalanceerde mix van wetenschap en kunst. Studenten werken aan projecten waar tastbare producten uit voortvloeien. Informatica, techniek en creativiteit staan centraal. Deze master wordt door de Faculteit der Kunsten samen met de opleiding Informatica verzorgd. Na deze interdisciplinaire opleiding doorgrond je de nieuwste technologieën, weet je deze op hun waarde te schatten, creatief in te zetten en kun je multidisciplinaire projecten succesvol afronden. Om ervoor te zorgen dat studenten van elkaar kunnen leren, definieert de opleiding drie thema’s. Studenten kunnen één van deze thema’s als uitgangspunt voor hun werk nemen: - zintuiglijke metaforen voor wetenschappelijke data - de rol van data in generatieve en interactieve kunst - informatietechnische innovaties voor hen die sociaal buitengesloten worden.
32
Er is sprake van een intensieve samenwerking met andere Leidse opleidingen, opdat studenten hun onderzoek kunnen koppelen aan de domeinen van mede-masterstudenten in andere vakgebieden. Kenmerkende aspecten van het programma zijn: - creativiteit, innovatie, technologie en media - zelfwerkzaamheid - projecten en practica in teamverband - productgerichtheid. Een voorbeeld: door onderzoek van studenten van Media Technology hoeven VJ’s tegenwoordig met het nieuw ontworpen touchscreen nog maar met één interface op pad voor het live mixen van video’s en hoeven ze niet meer met koffers vol apparatuur te sjouwen. In het eerste semester volg je basiscolleges. In het tweede en derde semester staat een (afstudeer)project op het programma dat resulteert in een product. Zo zag een interactieve vuilnisbak het licht: de TrashPet. Ook bedachten de studenten de TravelBlog, waarbij je als reiziger met je mobiele telefoon zowel foto’s als tekst naar een e-mailadres kunt verzenden en dit alles automatisch op je eigen Blog wordt geplaatst. Verder is vorig jaar ook de Big Brother Bear ontworpen, die geluid kan zien en beeld kan horen. De projecten bevatten altijd een mediacomponent, bijvoorbeeld visueel of auditief. Studenten van deze master hebben uiteenlopende achtergronden en interesses. De mogelijke carrières na deze master zijn al even divers. Te denken valt vooral aan banen in de sectoren oude media, nieuwe media, entertainment, informatica en kunsten. Toelating De masteropleiding Media Technology kent in haar huidige vorm (nog) geen bacheloropleiding. Heb je een bachelordiploma Computer Science van de Universiteit Leiden of van een andere universiteit, dan zou je door kunnen stromen in deze master. Heb je een ander bachelordiploma, bijvoorbeeld het diploma ArtScience, dan kun je worden toegelaten op basis van een persoonlijk gesprek. Tijdens dit gesprek wordt gekeken of je studieachtergronden, motivatie, interessegebieden en eventuele werkervaring aansluiten op het aangeboden curriculum. Meer informatie Informatie over de masteropleiding Media Technology: Brit Hopmann, telefoon: 071 527 69 94, e-mail:
[email protected]. Kijk voor vakbeschrijvingen, voorbeelden van projecten en overige informatie op: http://mediatechnology.liacs.nl.
33
4. Major-minorcombinaties De Universiteit Leiden biedt studenten in de bacheloropleiding de kans om een universitaire studie te combineren met vakken bij de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans in Den Haag. Er zijn op dit moment zes Leids-Haagse major-minorcombinaties: Archeologie - Beeldregistratie, Kunstgeschiedenis - Grafiek en grafische technieken, Kunstgeschiedenis - Vormgeving, Wiskunde - Muziek, Wijsbegeerte - Muziek en Wijsbegeerte Vormgeving. De major in Leiden beslaat ongeveer tweederde van je studietijd, en de minor in Den Haag eenderde. Uitgangspunt is dat je van beide studies de kernvakken volgt en dat die specifieke combinatie een meerwaarde oplevert. Je onderbouwt je theoretische en historische kennis van de Leidse majoropleiding met praktische en creatieve vaardigheden, zodat je een complete opleiding krijgt. Hieronder volgt een beschrijving van doel en onderwerp van deze combinaties. Deze zes combinaties zijn officiële Leidse combinaties. De toelatingsprocedure voor de major-minorcombinaties wordt beschreven in hoofdstuk 2. In hoofdstuk 5 (bladzijde 69-82) worden ook de minorprogramma’s speciaal voor Haagse kunstvakstudenten genoemd: Kunst en zaken, Filosofie, Wiskunde en Informatica en mediatechnologie. Ook andere (Leidse) studenten kunnen aan de examencommissie van hun hoofdvak goedkeuring vragen één van de minorprogramma’s in hoofdstuk 5 te volgen. Nieuw minorsysteem Met ingang van het studiejaar 2007-2008 wordt er een nieuw minorsysteem ingevoerd. Dat houdt vermoedelijk in dat de Faculteit der Kunsten haar bestaande minorprogramma’s (van 50-52 ects, verspreid over drie studiejaren) omvormt tot minorprogramma’s van (minimaal) 30 ects. De minorprogramma's beginnen dan niet meer in de propedeuse, maar in het tweede jaar van je hoofdvakopleiding. Veel verandert er niet – het voordeel is dat studenten tijdens hun propedeuse rustig kunnen nadenken over de verdieping of de verbreding (tijdens hun tweede studiejaar) die het beste bij hun individuele programma past. De eerste minors ‘nieuwe stijl’ beginnen dus pas feitelijk in september 2008.
4.1
Archeologie – Beeldregistratie
Deze major-minorcombinatie voorziet in de behoefte van archeologen om hun archeologische en prehistorische vondsten beter te kunnen presenteren aan een breed publiek. Beeldregistratie wordt steeds belangrijker. Ook binnen de archeologie is er een grotere behoefte om gebruik te maken van nieuwe media. Na het volgen van deze minor ben je na drie jaar in het bezit van de benodigde praktische vaardigheden en theoretische inzichten om fotografie en film/video te gebruiken voor een effectieve presentatie van archeologisch en prehistorisch onderzoeksmateriaal. De minor Beeldregistratie richt zich op het aanleren van praktische vaardigheden in combinatie met theoretische onderbouwing. Je krijgt colleges over beeld (leren kijken naar beeld, het verschijnsel perspectief, beeldontwikkeling), vormgeving (fotografisch, grafisch, ruimtelijk en audiovisueel), compositie (fotografisch en film/video), verhaal (scenarioontwikkeling), de combinatie van beeld en geluid en productie en editing van het eindresultaat. De nadruk wordt gelegd op de documentaire verslaglegging. Dit resulteert in een eindopdracht waarbij je je kunt richten op fotografie, film/video of een gemengde techniek. Hierbij kun je gebruikmaken van alle mogelijke nieuwe media.
Je volgt je majorcolleges in Leiden bij de opleiding Archeologie en de minorcolleges in Den Haag aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten. Voor een gedetailleerde vakomschrijving: zie minor Beeldregistratie in hoofdstuk 5, bladzijde 42-46. In het studiejaar 2006-2007 wordt de major-minorcombinatie Archeologie-Beeldregistratie in een nieuwe vorm aangeboden. Zie voor meer informatie over het vernieuwde programma op bladzijde 42. In het studiejaar 2007-2008 wordt dit programma vervangen door het bijvak Visuele Archeologie (40 ects). De inhoud van dit studieprogramma zal in de studiegids van het studiejaar 2007-2008 bekend worden gemaakt.
4.2 Kunstgeschiedenis – Grafiek en grafische technieken Deze major-minorcombinatie biedt je de mogelijkheid theoretische en historische kennis van kunstgeschiedenis te onderbouwen met een kunstenminor waarin de nadruk ligt op het aanleren van praktische vaardigheden op het terrein van de grafische kunsten (hoogdruk, diepdruk, zeefdruk, etc.). Als je deze combinatie hebt afgerond, kun je solliciteren naar functies in de kunst- en museumwereld. Je bent een ter zake kundig gesprekspartner, want je kennis stoelt immers op zowel een theoretisch-historische als een praktischcreatieve opleiding. In het eerste jaar Kunstgeschiedenis (de major) krijg je een introductie in de verschillende disciplines (oude en moderne beeldende kunst, fotografie, architectuur/bouwhistorie, kunstnijverheid en industriële vormgeving). In het tweede jaar besteden de studenten meer aandacht aan theoretische vakken. In het derde jaar kies je voor een specialisatie in visuele kunst of materiële cultuur, je doet een literatuurtentamen en je schrijft een scriptie. De minor Grafiek en grafische technieken sluit uitstekend aan bij het onderwijs in de grafiek en de prentkunst van de opleiding Kunstgeschiedenis en benut optimaal de aanwezigheid van de unieke collectie van het Leidse Prentenkabinet. Doel van de minor is het verwerven van kennis, inzicht en vaardigheden op het terrein van grafische technieken, de geschiedenis, theorievorming en praktisch-artistieke toepassingen ervan. Ook doe je onderzoek naar en experimenteer je met grafische technieken. Je krijgt colleges over kunst- en cultuurgeschiedenis, grafische werkwijzen en technieken en over de geschiedenis van de prentkunst. Je volgt je majorcolleges in Leiden bij de opleiding Kunstgeschiedenis en je praktische minorcolleges aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag. Voor een gedetailleerde vakomschrijving: zie minor Grafiek en grafische technieken in hoofdstuk 5, bladzijde 47-52.
4.3 Kunstgeschiedenis – Vormgeving Deze major-minorcombinatie biedt je de mogelijkheid theoretische en historische kennis van kunstgeschiedenis te onderbouwen met een kunstenminor waarin de nadruk ligt op het aanleren van praktische vaardigheden op het terrein van de vormgeving in de breedste zin des woords. Als je deze combinatie hebt gevolgd, ben je een aantrekkelijke kandidaat
36
voor functies in de kunst- en museumwereld. Je bent een ter zake kundig gesprekspartner, want je kennis stoelt immers op zowel theoretisch-historische als praktisch-creatieve scholing. In het eerste jaar Kunstgeschiedenis (de major) krijg je een introductie in de verschillende disciplines (oude beeldende kunst en grafische kunsten, moderne beeldende kunst en fotografie, architectuur/bouwhistorie, kunstnijverheid en industriële vormgeving). In het tweede jaar vindt verdieping plaats met meer aandacht voor theoretische vakken. In het derde jaar kies je voor een specialisatie in visuele kunst of materiële cultuur, je doet een literatuurtentamen en je schrijft een scriptie. De minor Vormgeving concentreert zich in het eerste jaar op vier trajecten, te weten: algemene vormgeving, fotografische vormgeving, grafische vormgeving en audiovisuele vormgeving. De nadruk ligt hierbij op het aanleren van een aantal praktische vaardigheden, gerelateerd aan een theoretische achtergrond. In je tweede jaar ligt enerzijds de nadruk op de historische kant van het verschijnsel vormgeving en anderzijds op het verder ontwikkelen van je vaardigheden op fotografische en grafisch terrein. In het derde jaar wordt wederom aandacht besteed aan grafische aspecten, maar ook aan filmische en ruimtelijke vormgeving. Een en ander mondt uit in een grote eindopdracht op vormgevingsgebied, waarbij je naast een essay over een nader te bepalen onderwerp ook een grote praktische vormgevingsopdracht dient uit te voeren. Hiermee sluit je dan het driejarige minorprogramma af. Je volgt je majorcolleges in Leiden bij de opleiding Kunstgeschiedenis en je minorcolleges in Den Haag aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten. Voor een gedetailleerde vakomschrijving: zie minor Vormgeving in hoofdstuk 5, bladzijde 52-59.
4.4 Wiskunde - Muziek Deze major-minorcombinatie brengt je op een zodanig (theoretisch) niveau dat je in staat bent de structuur van muziek in de breedste zin van het woord (van vroege tot hedendaagse muziek) te ontleden, te doorgronden en te beschrijven. Je leert, vanuit je eigen muzikale ervaring, je bewust te worden van algemene muzikale processen die aan de basis liggen van de ontwikkeling van een muzikaal kunstwerk en je leert deze processen te begrijpen en te verwoorden. Hiermee sluit de minor aan bij de wiskunde. Deze probeert immers onderliggende structuren te ontdekken en te formaliseren en een effectief begrippenapparaat te ontwikkelen om structurele eigenschappen onder woorden te brengen. De combinatie biedt een exacte kijk op de rol van wiskunde in de muziek. De major Wiskunde bestaat uit een aangepast bachelorprogramma met daaraan gekoppeld de minor Muziek. Voor het volgen van de minor is kennis van het notenschrift geen ingangseis. De minor bestaat uit vakken als Auditieve analyse en begripsvorming, Theoretische muziekleer, Muziekfilosofie en cultuurtheorie en een aantal keuzevakken waarin de relatie met de majoropleiding wordt gelegd. Enkele van deze keuzevakken zijn: (Elektro-) akoestiek, Musical signal processing, Signaal- en systeemtheorie en Algoritmische compositie. De eindopdracht bestaat uit het schrijven van een recensie van een concert of een ander muzikaal optreden. Je volgt je majorcolleges in Leiden bij de opleiding Wiskunde en de minorcolleges in Den Haag aan het Koninklijk Conservatorium.
37
Voor een gedetailleerde vakomschrijving: zie minor Muziek in hoofdstuk 5, bladzijde 5968.
4.5 Wijsbegeerte - Muziek De keuze voor een major Wijsbegeerte met een minor Muziek geeft je inzicht in de wisselwerking tussen filosofische opvattingen en stromingen in de muziekgeschiedenis. In hoeverre heeft de wijsbegeerte componisten en musici beïnvloed? Welk filosofisch gedachtegoed vinden we terug bij Bach, wat is de relatie tussen filosofie en opera? Deze majorminorcombinatie biedt je de mogelijkheid een relatie te leggen tussen muziek en de bredere culturele context van musici en hun muziek. Bovendien kun je in de minor je eigen muzikale kennis ontwikkelen, die nodig is om het verband tussen filosofie en muziek te kunnen leggen. In het eerste jaar van je majoropleiding krijg je colleges over de essentiële onderdelen van de wijsbegeerte, zoals metafysica, cultuurfilosofie, ethiek en geschiedenis van de wijsbegeerte. Ook leer je vaardigheden als het schrijven van essays, het presenteren van voordrachten, en discussiëren. In het tweede jaar volg je een aantal werkgroepen waarin kernteksten van de filosofie worden gelezen; daarnaast bestaat er een serie keuzevakken. Het laatste jaar omvat een aantal verdiepingsvakken. Je rondt je bachelor af met een onderzoeksopdracht. Voor het volgen van de minor is kennis van het notenschrift geen ingangseis. De minor brengt je op een zodanig (theoretisch) niveau dat je in staat bent de structuur van muziek in de breedste zin van het woord (van vroege tot hedendaagse muziek) te ontleden, te interpreteren en te beschrijven. Je leert, vanuit je eigen muzikale ervaring, je bewust te worden van algemene muzikale processen die aan de basis liggen van de ontwikkeling van een muzikaal kunstwerk, en deze processen te begrijpen en te verwoorden. De eindopdracht bestaat uit het schrijven van een recensie van een concert of een ander muzikaal evenement. Je volgt de majorcolleges in Leiden bij de opleiding Wijsbegeerte en de minorcolleges in Den Haag aan het Koninklijk Conservatorium. Voor een gedetailleerde vakomschrijving: zie minor Muziek in hoofdstuk 5, bladzijde 5968.
4.6 Wijsbegeerte - Vormgeving De combinatie van wijsbegeerte en vormgeving leert je filosofische vragen te stellen over kunst. De aanpak van de minor Vormgeving is een brede: je wordt geconfronteerd met diverse aspecten van het verschijnsel vormgeving, een aspect dat op geen enkele wijze uit ons dagelijks leven is weg te denken. Naast theoretische onderbouwing ligt de nadruk op het aanleren van praktische vaardigheden. Je wordt geconfronteerd met de vraag hoe een conceptuele benadering in een praktisch product is te vertalen. Je komt zodoende in aanraking met wezenlijke kwesties die op het grensvlak van concept en uitvoering liggen. In het eerste jaar van je majoropleiding volg je colleges over de essentiële onderdelen van de wijsbegeerte, zoals metafysica, cultuurfilosofie, ethiek en geschiedenis van de wijsbe-
38
geerte. Ook leer je vaardigheden als het schrijven van essays, het presenteren van voordrachten en discussiëren. Het tweede jaar is gevuld met werkgroepen waarin kernteksten van de filosofie worden gelezen. Daarnaast kun je kiezen uit een aantal keuzevakken. Het laatste jaar omvat een aantal verdiepingsvakken met een onderzoeksopdracht als afronding van het bachelorprogramma. Je volgt de majorcolleges in Leiden bij de opleiding Wijsbegeerte en de minorcolleges in Den Haag aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten. Voor een gedetailleerde vakomschrijving: zie minor Vormgeving in hoofdstuk 5, bladzijde 52-59.
39
5. Minorprogramma’s De Faculteit der Kunsten heeft voor de zes Leidse major-minorcombinaties vier minorprogramma’s in Den Haag ontwikkeld. In dit hoofdstuk zijn de vakomschrijvingen van deze programma’s opgenomen. Voor de gedetailleerde vakomschrijvingen van de minorprogramma’s die speciaal voor Haagse studenten zijn opgezet, verwijzen we je naar de website: www.kunstenenwetenschappen.nl. Binnen elk minorprogramma dienen studenten de voorafgaande vakken in de regel met een voldoende te hebben afgerond, voordat ze met een volgend onderdeel mogen beginnen. Laten je resultaten te wensen over, dan is het verstandig tijdig contact op te nemen met de studieadviseur van je major en met Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail:
[email protected]. Voor alle minorprogramma’s geldt dat andere (Leidse) studenten aan de examencommissie van hun hoofdvak goedkeuring kunnen vragen om één van deze minorprogramma’s te volgen. De aanmeldings- en toelatingsprocedure staat beschreven in paragraaf 2.1. Een aantal onderdelen van de minorprogramma’s is ook als zelfstandig keuzevak te volgen, zie hoofdstuk 7, bladzijde 89-100.
5.1 Toelichting vakkenbeschrijving De vakkenbeschrijvingen in dit hoofdstuk en in hoofdstuk 6 hebben een vaste opbouw. Per vak komen de volgende punten aan de orde: Zie paragraaf 2.3.1. De naam van het vak, die in deze studiegids soms wordt verkort en zonder ondertitel wordt weergegeven. Inhoud: De korte omschrijving van het vak. Docenten: Hier worden de namen van de (gast)docenten genoemd, afkomstig van het Koninklijk Conservatorium, de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, de Universiteit Leiden of anderszins. Niveau: De cursussen in een studieprogramma kennen doorgaans een oplopende moeilijkheidsgraad: van inleidende colleges (voortbouwend op het niveau van het vwo-eindexamen) tot zeer gespecialiseerde cursussen in de hogere jaren, waarin de studenten zelfstandig onderzoek verrichten. Per vak wordt steeds het niveau van het vak aangegeven, variërend van 100 tot 600. Bij vakken op niveau 300 en hoger geldt als toegangseis dat bepaalde, voorafgaande vakken met een voldoende zijn afgerond. Studiebelasting: Zie paragraaf 2.3.1. Uitbreiding: In sommige gevallen is het mogelijk dat de student het standaardaantal studiepunten voor het vak uitbreidt via een aanvullend tentamen, een uitbreiding van een werkstuk, etc. Aansluiting: Onder dit kopje staan de vakken die de student ook nog zou kunnen volgen. Toegangseisen: Voor een aantal vakken gelden toegangseisen en dienen de deelnemers een concrete basiskennis te hebben. Vakcode: Titel:
Als de voertaal Nederlands is, wordt dit niet apart vermeld. De voertaal wordt expliciet genoemd, wanneer het onderwijs (ook) in het Engels gegeven wordt. Onderwijsvorm: Zie paragraaf 2.2. Literatuur: Hierna volgt de vakliteratuur (publicaties, artikelen, cd-roms, etc.) die de studenten dienen te bestuderen en – meestal – ook dienen aan te schaffen. Toetsing: Colleges, lessen, werkgroepen, etc. worden afgerond met een tentamen, een werkstuk, een presentatie, etc. Hier wordt genoemd via welke toetsvorm de docent de deelname van de studenten aan het onderwijs beoordeelt. Rooster: Hier wordt het tijdstip (data, dag en uur/uren) genoemd waarop het onderwijs wordt gegeven. Informatie: Studenten kunnen de docent(en) om inhoudelijke informatie vragen. Aanmelding: Studenten dienen zich tijdig aan te melden voor het onderwijs (keuzevakken/bijvakken) dat ze willen volgen. Hier wordt meestal het onderwijssecretariaat van de betreffende opleiding genoemd. Voertaal:
Niet in elke vakkenbeschrijving komen al deze punten aan bod. Zijn zaken zoals Uitbreiding, Aansluiting enToegangseisen niet van toepassing, dan zijn ze in de vakkenbeschrijving weggelaten. 5.1.1 Beeldregistratie In het studiejaar 2006-2007 wordt de (drie jaar durende) major-minorcombinatie Archeologie-Beeldregistratie in een nieuwe vorm aangeboden. In het studiejaar 2007-2008 wordt dit programma vervangen door het twee jaar durende bijvak Visuele Archeologie (40 ects). De inhoud van dit studieprogramma zal in de studiegids van het studiejaar 2007-2008 bekend worden gemaakt. Het bestaat vermoedelijk uit de volgende onderdelen: • Eerste studiejaar (20 ects): Observatiepracticum (2 ects), Geschiedenis en theorie van de documentaire (4 ects), Documentaire research en selectie (4 ects), Visuele etnografie/Archeologie 1 (4 ects), Visuele etnografie/archeologie 2a (6 ects). • Tweede studiejaar (20 ects): Het beeld in digitaal perspectief (6 ects), De verbeelding van het archeologisch verleden (4 ects), Documentaire vormgeving en realisatie (8 ects) en Geluid (2 ects). Voor studenten die in het studiejaar 2005-2006 met de minor Beeldregistratie zijn begonnen, blijft het eerder vastgestelde minorprogramma gehandhaafd, in enigszins aangepaste vorm. De praktijkvakken van het tweede minorjaar in dit programma – Audiovisuele vormgeving 2 (4 ects), Documentaire research en selectie (4 ects) en Documentaire vormgeving en realisatie (6 ects) – zullen in het studiejaar 2006-2007 niet worden aangeboden. De theoretische vakken uit het tweede en derde minorjaar – Geschiedenis en theorie van de documentaire (4 ects), Geschiedenis van de vormgeving 2: icoonanalyse (4 ects), Geschiedenis van het beeld in digitaal perspectief (8 ects) en Verbeelding van het archeologische verleden (4 ects) – worden daarentegen wél aangeboden en staan hieronder vermeld.
42
Tweede minorjaar KMiB-GTD Geschiedenis en theorie van de documentaire Aan de hand van een canon van klassiekers maak je jezelf wegwijs in de geschiedenis van de documentaire. Verschillende genres en stijlen worden op een chronologische manier met elkaar verbonden en vergeleken. Steeds onderzoek je de manier waarop een documentairestroming is ingebed in de maatschappelijke context en daar haar specifieke commentaar op geeft. In de module wordt de documentaire gedefinieerd als een probleem waar voortdurend experimenten op worden uitgevoerd. Niemand weet precies wat een non-fictiefilm is: het is een vraag met duizend antwoorden. Doel van de module is om je wegwijs te maken in het doolhof van definities en je te helpen zelf een nieuw antwoord te formuleren. De belangrijkste stromingen die in deze gecontextualiseerde geschiedenis aan bod komen, zijn: de Russische avant-gardistische non-fictiefilm, het Engelse sociaal-realisme, de Amerikaanse direct cinema en de Franse cinema vérité. Naast oog voor de ontwikkeling en de nuance van de documentaire geschiedenis word je geacht inzicht te krijgen in de verschillende manieren waarop een documentaire de werkelijkheid kan vangen. Hierbij draait alles om het vraagstuk van de documentaire feitelijkheid en de status en betekenis die daaraan door de jaren heen is gegeven. Wat gebeurt er precies met de realiteit op het moment dat deze door een documentairemaker wordt gerepresenteerd en hoe verhoudt het uiteindelijke filmproduct zich tot de werkelijkheid waarvan het een afgeleide is? Docent: Michiel van Opstal. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor-/werkcollege. Literatuur, etc.: - Erik Barnouw, Documentary, a history of the non-fiction film. New York: Oxford University Press, 1974 (of latere drukken). - Bill Nichols, Representing reality. Bloomington: Indiana University Press, 1991. Toetsing: Actieve deelname in de werkgroep en het schrijven van een essay over een documentair onderwerp naar keuze. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 15.00-18.00 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 12 september. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
KMiB-GV De geschiedenis van de vormgeving 2: icoonanalyse In deze module leer je te reflecteren op het ontstaansproces van een kunstwerk. Uit welke cultuurhistorische, filosofische en sociaal-economische context is het ontstaan, hoe verhoudt het zich tot soortgelijke werken uit dezelfde periode en welke beslissende wending heeft het gegeven aan de geschiedenis van het medium? Er komen in deze module acht beroemde twintigste-eeuwse kunstwerken uit verschillende kunstdisciplines aan bod: schilderkunst, beeldhouwkunst, architectuur, grafische vormgeving, stads-
43
planologie, popmuziek, film en video. Je wordt getraind in het onderscheiden van mediumspecifieke vormgevingsprincipes. Tegelijkertijd leer je een kunstwerk te herleiden tot een bredere dan slechts de kunsthistorische context. Je wordt geacht onorthodoxe verbanden te leggen tussen kunstwerk en maatschappij. Iedere icoonanalyse wordt afgerond met het schrijven van een tentoonstellingsconcept waarin het desbetreffende kunstwerk centraal staat. Stel je bent conservator van het Stedelijk Museum in Amsterdam. Hoe ga je te werk? Op wat voor manier breng je orde én spanning aan in de twintigste-eeuwse kunstgeschiedenis? Hoe zorg je ervoor dat iedere tentoonstelling een frisse blik werpt op de kunst, de maatschappij waar deze uit voortgekomen is en de samenleving waar we vandaag de dag in leven? Met welke tentoonstellingsstrategieën kun je kunst actueel maken? Er de noodzaak, de schoonheid en de verontrusting van communiceren? Hoe kun je aan je subsidieverleners en publiek duidelijk maken dat (moderne) kunst ertoe doet? Dat we niet zonder kunnen. Docent: Michiel van Opstal. Niveau: 300. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor-/werkcollege. Literatuur, etc.: Nader te bepalen. Toetsing: Het schrijven van drie tentoonstellingsconcepten. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 13.00-15.00 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 6 februari.
Derde minorjaar Vakcode: Titel: Inhoud:
44
KMiB-DP Geschiedenis van het beeld in digitaal perspectief In de westerse cultuurfilosofische traditie is het beeld altijd met argusogen bekeken. Vanwege zijn illusoire karakter zou het eerder de werkelijkheid vervormen dan deze waarheidsgetrouw afbeelden. Vanaf Plato beziet men in het westen het beeld als iets dat afleidt, slechts een versiering is van de werkelijkheid en ons steeds verder wegvoert van het reële. Hier tegenover staat vanaf circa 1500 de moderne westerse filosofie- en kunstgeschiedenis, die juist gelezen kan worden als een emancipatiegeschiedenis van het beeld. Vanaf de uitvinding van het lineair perspectief in de Renaissance tot aan de ontwikkeling van de fotografie en film in de negentiende eeuw zijn filosofen, kunstenaars en wetenschappers obsessief bezig geweest om de zichtbare realiteit met verschillende technieken te fixeren. Met de komst van de digitale fotografie en film wordt het maatschappelijke debat omtrent de waardering voor het beeld en de status van onze beeldcultuur op scherp gezet. Heel simpele vragen komen aan de oppervlakte en blijken moeilijk te beantwoorden: Wat is een beeld? Hoe werkt het? Op wat voor manier communiceert het informatie? Iedere revolutie betekent bevrijding én verlies. Iedere revolutie maakt winnaars en slachtoffers. Deze cursus probeert vanuit een cultuurfilosofische en kunsthistorische blik licht te
werpen op de vraag wat we winnen en verliezen met de digitale beeldrevolutie. Daarnaast zoekt de cursus naar nieuwe perspectieven om de status van het digitale beeld in de huidige beeldcultuur te analyseren. Wat is de waarde van beeldrepresentaties in onze (post)moderne maatschappij? Docent: Michiel van Opstal. Niveau: 300. Studiebelasting: 8 ects. Onderwijsvorm: Hoor-/werkcollege. Literatuur, etc.: Literatuur wordt tijdens eerste college bekendgemaakt. Toetsing: Een paper schrijven. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 18.45-20.30 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 12 september. KMiB-VAV Verbeelding van het verleden: Romeinen? Geschiedenis is een lastig vak: zij vindt nooit het verleden an sich maar stuit slechts op dode resten daaruit. Zij vindt sporen in plaats van beschrijvingen en verhalen. Het is de tragiek van de geschiedenis dat ze altijd te laat komt. Daarom ontwikkelt iedere geschiedschrijver, of het nu gaat om een wetenschapper, een regisseur van een historische (Hollywood)film, een romanschrijver, een striptekenaar of een documentairemaker, manieren om het gat in de tijd te dichten, technieken waarmee het verschil tussen heden en verleden overbrugd kan worden, instrumenten met behulp waarvan het verhaal rondom de overblijfselen kan worden verteld. Alle soorten geschiedschrijvers willen met een bepaald doel in het achterhoofd het verleden (re)construeren. Allemaal zetten ze daartoe een specifieke gereedschapskist in (film, woord, verhaal, voice-over, structuur…, de tools zijn eindeloos). In deze module worden verschillende geschiedkundige representatietechnieken tegen elkaar afgezet en met elkaar vergeleken. Hierbij staan de confrontaties tussen filmische en geschreven verbeeldingstechnieken, tussen fictionele en non-fictionele representatievormen centraal. Daarbij gaan we op zoek naar de grenzen van de wetenschappelijke geschiedschrijving. Wanneer wordt een strategie om het verleden te representeren wetenschappelijk onverantwoord? Wat is eigenlijk historische representatie? Hoezeer mag een serieuze geschiedschrijver vertrouwen op zijn fantasie? Bestaat er zoiets als wetenschappelijke verbeelding? En op welke manier verschilt deze vorm van verbeeldingskracht van de ‘kunstzinnige’ verbeelding? Hoe kan film een plek krijgen toebedeeld in de geschiedwetenschap? Docent: Michiel van Opstal. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor-/werkcollege. Literatuur, etc.: Reader. Toetsing: Het schrijven van een drietal korte papers. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 9.00-12.00 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 6 februari. Vakcode: Titel: Inhoud:
45
KMiB-EO Eindopdracht In overleg met de docenten maak je een volwassen documentaire van een half uur, waarbij een archeologisch onderwerp centraal staat. In deze documentaire dient de in de minor opgedane theoretische en praktische kennis (scenario, beeld, geluid, belichting, etc.) samen te komen. Het onderwerp van de documentaire is naar eigen keuze, maar wordt in onderling overleg met de begeleidende docenten vastgesteld. Docenten: Noud Heerkens en Michiel van Opstal. Niveau: 300. Studiebelasting: 8 ects. Onderwijsvorm: Hoor-/werkcollege. Toetsing: Individuele beoordeling van een archeologische documentaire aan het einde van het tweede semester. Rooster: Tweede semester. De documentaire wordt zelfstandig vervaardigd. Begeleiding in overleg met beide docenten. Vakcode: Titel: Inhoud:
5.1.2 Grafiek en grafische technieken Algemeen Gedurende het eerste jaar van deze minor (12 ects) volg je praktisch onderwijs aan de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten (8 ects) en theoretisch onderwijs in het Leids Prentenkabinet (4 ects). Bij het praktische onderwijs ligt de nadruk op het aanleren van oude en nieuwe grafische technieken. In het tweede minorjaar (20 ects) zijn 8 ects bestemd voor theoretische en 12 ects voor praktische vorming. Je maakt een keuze uit de grafische technieken waarmee je in het eerste minorjaar kennis hebt gemaakt. Dit biedt je de mogelijkheid tot verdere verdieping en het verwerven van additionele expertise. Voorts wordt binnen de grafische technieken de fotografie als techniek geïntroduceerd. De toepassing ervan ligt op het vlak van onder andere het (fotografisch) schetsen, de bestudering van oude technieken en het als zelfstandig of geïntegreerd medium toepassen van fotografie binnen de grafiek. Tijdens het vak Beeldontwikkeling wordt aandacht besteed aan je individuele beeldende en artistieke ontwikkeling. Dit alles wordt gerelateerd aan de theorie ten aanzien van vormentaal, experiment, analyse, het ontwikkelen van het werkproces, etc. Minor Grafiek en grafische technieken (52 ects) Eerste minorjaar (12 ects)
Eerste semester
- Grafiek en grafische technieken 1 (4 ects) - Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1 (2 ects)
Tweede semester
- Grafiek en grafische technieken 1 (4 ects) - Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1 (2 ects)
46
Tweede minorjaar (20 ects)
Eerste semester
- Grafiek en grafische technieken 2 (4 ects) - Geschiedenis en theorie van de prentkunst 2 (2 ects) - Fotografie (4 ects)
Tweede semester
- Grafiek en grafische technieken 2 (4 ects) - Geschiedenis en theorie van de prentkunst 2 (2 ects) - Fotografie (4 ects)
Derde minorjaar (20 ects)
Eerste semester
- Grafiek en grafische technieken 3 (4 ects) - Grafische vormgeving (4 ects)
Tweede semester - Grafiek en grafische technieken 3 (4 ects)
- Geschiedenis en theorie van de prentkunst 3 (4 ects) - Eindopdracht (4 ects)
Eerste minorjaar (12 ects) KMiG-GR1 Grafiek en grafische technieken 1 Dit vak is een introductie in grafiek en grafische technieken en de elementaire grafische werkwijzen. Onderzocht wordt de vertaalslag van tekenen naar drukken in zwart en wit, waarbij extra aandacht wordt besteed aan lijn, vlak, textuur, compositie en contrast. Daarna wordt er met meerdere drukgangen in kleur gewerkt. Verder wordt aandacht besteed aan een breed scala grafische technieken (hoogdruk, diepdruk, zeefdruk, etc.), die vervolgens in werkstukken worden toegepast. Docent: Simon Koene. Niveau: 100. Studiebelasting: 8 ects. Toegangseisen: Toelating via bespreking van een zelfgemaakte opdracht. Onderwijsvorm: Instructie- en praktijklessen met thematische opdrachten, gericht op het leren omgaan met het werkproces, op de verschillende materialen en technieken en hun specifieke expressie- en toepassingsmogelijkheden; individuele begeleiding en groepsbesprekingen. Literatuur, etc.: Aanbevolen literatuur: F. van der Linden, Grafische technieken. De Bilt: Cantecleer, 1990. Toetsing: Individuele beoordeling op grond van de werkstukken aan het einde van het vak. Rooster: Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, maandag van 19.15-21.45 uur. Eerste les: 11 september. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel:
KMiG-PK Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1
47
Deze cursus is een introductie in de geschiedenis en de theorie van de prentkunst van de vijftiende eeuw tot aan de uitvinding van de fotografie. Er wordt zoveel mogelijk gewerkt met materiaal uit de collecties van het Prentenkabinet. Docent: Nelke Bartelings. Niveau: 100. Studiebelasting: 4 ects. Uitbreiding is mogelijk in overleg met de docent. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege, excursies. Aanwezigheid verplicht. Literatuur, etc.: Literatuur wordt opgegeven tijdens de colleges. Potlood (geen pen!) en loep (circa 6x vergrotend). Toetsing: Kleine opdrachten en take home-tentamen. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in de demonstratiezaal van het Prentenkabinet op de tweede verdieping van de Universiteitsbibliotheek (Witte Singel 25, Leiden), dinsdag van 15.00-17.00 uur. Eerste college: 12 september. Inhoud:
Tweede minorjaar (20 ects) KMiG-GR2 Grafiek en grafische technieken 2 Deze module bouwt voort op de kennis en kunde die op het terrein van de grafische technieken (etsen, zeefdruk, houtsnede, lithografie, etc.) in het eerste minorjaar is opgedaan. Je leert de gekozen grafische technieken als medium in de hedendaagse tijd te gebruiken (en te beoordelen). Met deze praktische kennis kun je een bijdrage leveren aan de actuele discussie over de plaats van deze ambachtelijke technieken in de huidige tijd. Grafiek heeft een eigen beeldopbouw en eigen karakteristieken die een aanvulling zijn op het hedendaagse brede scala aan beeldmedia. Welke combinaties zijn er mogelijk op twee-, drie- en vierdimensionaal gebied? Wat heeft een idee nodig aan verschijnings- en/of communicatievormen? Docent: Simon Koene. Niveau: 200. Studiebelasting: 8 ects. Toegangseisen: Je dient met succes Grafiek en grafische technieken 1 te hebben afgerond. Onderwijsvorm: Instructie- en praktijklessen met thematische opdrachten, gericht op het leren omgaan met het werkproces, op de verschillende materialen en technieken en hun specifieke expressie- en toepassingsmogelijkheden, individuele begeleiding en groepsbesprekingen. Literatuur, etc.: Reader en nader te bepalen literatuur. Toetsing: Individuele beoordeling op grond van de werkstukken aan het einde van het vak. Rooster: Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, maandag van 19.15-21.45 uur. Eerste les: 11 september. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
48
KMiG-F1 Fotografie Dit vak is een introductie- en vervolgcursus fotografie waarbij centraal staat: het onderzoek naar de expressie- en toepassingsmogelijkheden van
fotografische middelen. De docent gaat in op begrippen zoals beeld, werkelijkheid, voor- en achtergrond, perspectief, projectie, ruimte, scherpte, scherpte/diepte, sluitertijd, diafragma, licht, verlichting, intensiteit, tijd, moment. Doel is ook kennis te maken met verschillende specialisaties zoals wervende, illustratieve, reportage- en autonome fotografie. De studenten werken onder meer met: de camera obscura, met verschillende camerasystemen, studio- en doka-apparatuur en zogeheten edele technieken. De opdrachten liggen op het vlak van beeldonderzoek, schetstechnieken en documentatie; ze zijn gericht op je individuele artistieke ontwikkeling. Aandacht wordt ten slotte ook besteed aan moderne technieken als digitale fotografie en beeldbewerkingsoftware. Tevens keuzevak (indien het een geheel studiejaar wordt gevolgd, 8 ects). Docent: Jean-Jacques Almanza. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Practicum, individuele begeleiding. Literatuur, etc.: Reader en nader te bepalen literatuur. Toetsing: Individuele beoordeling van werkstukken op het einde van de module. Rooster: Eerste en tweede semester. Als student van de minor Vormgeving heb je de keuze om dit vak gedurende één (4 ects) of twee semesters (8 ects) te volgen. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 19.1521.45 uur. Eerste les: 13 september. KMiG-PK2 Geschiedenis en theorie van de prentkunst 2 Deze module vormt een thematische verdieping van het college dat in het eerste minorjaar wordt aangeboden. Enerzijds wordt een tentoonstelling voorbereid van hedendaagse Tsjechische grafiek uit de collectie van Leo van Maris, anderzijds wordt ingegaan op negentiende-eeuwse ontwikkelingen in de prentkunst die de richtingen in de hedendaagse grafiek hebben bepaald. Vanzelfsprekend zal het materiaal uit de collecties van het Prentenkabinet hierbij als uitgangspunt dienen. Docent: Nelke Bartelings. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Je dient Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1 succesvol te hebben afgesloten. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Literatuur wordt opgegeven tijdens de colleges. Potlood (geen pen!) en loep (circa 6x vergrotend). Aan te bevelen overzichtswerk: - Linda C. Hults, The print in the western world. An introductiory history. Madison, Wisc.: University of Wisconsin Press, 1996; - S. Tallman, The contemporary print from Pre-Pop to Postmodern. London: Thames & Hudson, 1996. Toetsing: Schriftelijk tentamen/werkstuk. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in de demonstratiezaal van het Prentenkabinet op de tweede verdieping van de UniversiteitsbibliVakcode: Titel: Inhoud:
49
otheek (Witte Singel 25, Leiden), dinsdag van 11.00-13.00 uur. Eerste college: 12 september. Derde minorjaar (20 ects) KMiG-GR3 Grafiek en grafische technieken 3 Deze module bouwt verder op de kennis en kunde die je op het terrein van de grafische technieken (etsen, zeefdruk, houtsnede, lithografie, etc.) in het tweede minorjaar hebt opgedaan. Je krijgt de gelegenheid je verder individueel te ontwikkelen met gebruikmaking van aanpalende technieken als fotografie en grafisch vormgeving. De vaardigheden die je in de eerste twee minorjaren hebt opgedaan, kunnen zich nu in de breedte ontwikkelen en vormen de basis voor het maken van de eindopdracht waarmee je het minorprogramma afsluit. In de eindopdracht leg je een directe relatie met je major Kunstgeschiedenis. Docent: Simon Koene. Niveau: 300. Studiebelasting: 8 ects. Toegangseisen: Je dient met succes Grafiek en grafische technieken 2 te hebben afgerond. Onderwijsvorm: Instructie- en praktijklessen met thematische opdrachten, gericht op het leren omgaan met het werkproces, op de verschillende materialen en technieken en hun specifieke expressie- en toepassingsmogelijkheden, individuele begeleiding en groepsbesprekingen. Literatuur, etc.: Reader en nader te bepalen literatuur. Toetsing: Er vindt een individuele beoordeling plaats op grond van de werkstukken aan het einde van het vak. Rooster: Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, maandag van 19.15-21.45 uur. Eerste les: 11 september. Vakcode: Titel: Inhoud:
KA-GTV Grafische vormgeving Dit vak is een kennismaking met alle fasen en facetten van het ontwerpproces. Je doet kennis op en krijgt inzicht in de relatie tussen communicatiedoel, tekst, beeld en vorm. Voorts is het de bedoeling dat je een kritische instelling en een eigen visie op het grafische ontwerpen leert ontwikkelen, dat je leert omgaan met formele en inhoudelijke beeldmiddelen en dat je technische vaardigheden opdoet. Verder wordt aandacht besteed aan het ontwerpen van visuele identiteiten als routebeschrijvingen, bewegwijzeringen, affiches, postzegels, cd’s en cd-verpakkingen, infographics, etc. Docenten: Frits Deys. Niveau: 100. Studiebelasting: 8 ects (4 ects voor studenten uit de minor Grafiek). Onderwijsvorm: Theorie-, instructie- en praktijklessen, opdrachten, individuele begeleiding en groepsbesprekingen, groepsdebatten. Literatuur, etc.: Alle toepasbare materialen en gereedschappen, computer hardware en software, tijdschriften, boeken en audiovisuele middelen. Toetsing: Individuele beoordeling van werkstukken na afloop van dit keuzevak. Vakcode: Titel: Inhoud:
50
Rooster:
Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, dinsdag (onder voorbehoud) van 19.15-21.45 uur. Studenten uit de minors Grafiek en Vormgeving (naar eigen keuze) hoeven dit keuzevak alleen gedurende het eerste semester te volgen (4 ects). Aanwezigheid verplicht. Eerste les: 12 september.
KMiG-PK3 Geschiedenis en theorie van de prentkunst 3 In het eerste semester ligt de nadruk op de bestudering van bronnen over de grafische technieken. In het tweede semester worden iconografische bronnen bestudeerd. Beide onderdelen zullen terugkomen in de eindopdracht. De docenten proberen zoveel mogelijk een relatie te leggen met de grafiekpraktijk, zodat de opdracht waarmee het eindprogramma wordt afgesloten, een samenspel wordt van de opgedane theoretische kennis en praktische vaardigheden. Eventueel kan een stage deel uitmaken van het programma. Docenten: Nelke Bartelings en Simon Koene. Niveau: 300. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Dit onderdeel staat alleen open voor derdejaarsstudenten uit de minor Grafiek en grafische technieken. Onderwijsvorm: Tutorial. In principe wekelijkse bijeenkomsten in overleg met de beide docenten. Literatuur, etc.: Nader op te geven. Toetsing: De eindopdracht bestaat uit een zelf ontworpen project waarbij historisch en theoretisch inzicht in de grafische kunst wordt gecombineerd met de praktijk zoals onderwezen op de KABK. Rooster: Eerste en tweede semester. Nader te bepalen in overleg met de docenten Vakcode: Titel: Inhoud:
KMiG-E Eindopdracht In overleg met de docenten maak je een reeks grafische producten waarbij gebruikgemaakt wordt van onder meer fotografische en grafische technieken en waarbij je tevens – naar eigen inzicht – een relatie met je major Kunstgeschiedenis legt. De te vervaardigen eindproducten worden in overleg met de begeleidende docenten bepaald. Docenten: Nelke Bartelings (theorie) en Simon Koene (praktijk). Niveau: 300. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Zelfstandige eindopdracht. Toetsing: Individuele beoordeling van eindopdracht aan het einde van het tweede semester. Rooster: Tweede semester. De opdrachten worden zelfstandig uitgevoerd. Begeleiding in overleg met de beide docenten. Vakcode: Titel: Inhoud:
5.1.3 Vormgeving Algemeen
51
De driejarige minor Vormgeving fungeert als afzonderlijk traject bij de majors Kunstgeschiedenis en Wijsbegeerte. Het studieprogramma heeft een omvang van 52 ects en strekt zich uit over een periode van drie jaar. Via dit onderwijsprogramma kom je in aanraking met kennis en kunde van vormgeven en ontwerpen. Doel van dit programma is om je zowel op praktisch als theoretisch gebied te confronteren met een aantal belangrijke vormgevingsaspecten in heden en verleden, deze te leren toepassen in de praktijk en je inzicht te geven in het verschijnsel vormgeving in het algemeen. Het gaat er uitdrukkelijk niet om om je tot een professionele vormgever op te leiden. Na afsluiting van dit programma ben je een aantrekkelijke kandidaat voor functies in de kunst- en museumwereld, omdat je een ter zake kundig gesprekspartner bent door zowel je theoretische als praktische scholing. In het begin van het programma ligt de nadruk op het aanleren van praktische vaardigheden. Geleidelijk verschuift de aandacht naar een meer conceptuele benadering. Na afloop van je onderwijsprogramma zal je in staat zijn om in samenspraak met een vormgever (fotografisch, grafisch, ruimtelijk en audiovisueel) het gehele werkproces te doorgronden en te begeleiden. Vanaf het begin van de minor ben je zowel praktisch als theoretisch intensief bezig met een aantal vormgevingstrajecten die in vier gelijke blokken worden aangeboden (12 ects). Centraal in het eerste jaar staat het verschijnsel beeld. Het tweede studiejaar van de minor Vormgeving (20 ects) staat in het teken van theoretische en praktisch verdieping waarbij je je in praktische zin toelegt op fotografische en grafische vormgeving. Ook word je met vormgeving in heden en verleden geconfronteerd. In het het derde minorjaar (20 ects) wordt aandacht aan de relatie tussen film en architectuur besteed, verdiep je je verder in een vormgevingsdiscipline naar keuze en sluit je het minorprogramma af met een grote eindopdracht waarbij je als intermediair tussen opdrachtgever en vormgever een tentoonstellingsplan beschrijft en dit vervolgens ook schetsmatig ontwerpt. Minor Vormgeving (52 ects) Eerste minorjaar (12 ects)
Eerste semester
- Grammatica van het ontwerpen (3 ects) - Fotografische vormgeving (3 ects)
Tweede semester
- Grafische vormgeving (3 ects) - Audiovisuele vormgeving (3 ects)
Tweede minorjaar (20 ects)
Eerste semester
- Geschiedenis van de vormgeving 1: overzicht (4 ects) - Fotografie (4 ects) - Grafische vormgeving (4 ects)
Tweede semester
- Geschiedenis en vormgeving 2: icoonanalyse (4 ects) - Keuze uit: Fotografie (4 ects) of Grafische vormgeving (4 ects)
52
Derde minorjaar (20 ects)
Eerste semester
- Film en architectuur (4 ects) - Fotografie, Grafische vormgeving, Audiovisuele vormgeving (4 ects)
Tweede semester - Eindopdracht (12 ects)
Het aangeboden programma is niet vrijblijvend! Het gaat ten dele om groepsonderwijs waarbij aanwezigheid verplicht is. Nodig zijn een persoonlijke inzet en een onderzoekende geest, die uitgedaagd wil worden en openstaat voor nieuwe mogelijkheden en invalshoeken. Eerste minorjaar (12 ects) KMiV-GO Grammatica van het ontwerpen Tijdens de module Grammatica van het ontwerpen staat centraal: het je bewust worden of gewaar worden van algemene ontwerpbegrippen die een rol spelen bij het ontstaan van een ontwerp. Aan de hand van een aantal enkelvoudige ontwerpopdrachten (twee- en driedimensionaal) oefen je je in het begrippenkader dat ontwerpers gebruiken. Hierbij komen belangrijke aspecten aan de orde die ontwerpers in hun ontwerpproces hanteren, zoals: contrasten in licht-donker, kleur, maat, vorm en materiaal/textuur. Doel van deze oefeningen is je te leren kijken en je vertrouwd te maken met ontwerpbegrippen en beeldende taal. Docent: Claudia Mens. Niveau: 100. Studiebelasting: 3 ects. Onderwijsvorm: Werk- en praktijkcolleges. Toetsing: Individuele beoordeling aan het einde van het blok op basis van de procesgerelateerde aspecten (concept, experiment, reflectie, ontvankelijkheid), de productgerelateerde aspecten (authenticiteit, presentatie) en werkhouding. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, dinsdag van 9.00-13.00 uur. ’s Middags is er gelegenheid om je opdrachten uit te werken. Eerste college: 12 september. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
KMiV-FV Fotografische vormgeving Doel van deze module is je te laten kennismaken met het verschijnsel fotografie in brede zin. De benadering is primair theoretisch. In het tweede minorjaar krijg je de gelegenheid om gedurende het hele jaar praktisch met fotografie bezig te zijn. Tijdens de module Fotografische vormgeving in het eerste minorjaar is de aandacht gericht op het inzichtelijk maken van foto’s en fotografie via gezamenlijke discussies en vergelijkingen. Je verdiept je in de beweegredenen van een fotograaf en leert door middel van een theoretische benadering inzicht te krijgen in het persoonlijke proces dat een fotograaf doormaakt. Indien de mogelijkheid zich voordoet, worden er bezoe-
53
ken gebracht aan actuele exposities en aan instellingen op het gebied van de fotografie in Nederland. Docent: Ilse van Rijn. Niveau: 100. Studiebelasting: 3 ects. Onderwijsvorm: Werkcolleges en literatuurstudie. Toetsing: Paper. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, dinsdag van 9.00-13.00 uur. Eerste college: 7 november.
KMiV-GTV Grafische vormgeving Tijdens deze module maak je kennis met het vak in de meest brede zin. Het vak Grafische vormgeving verenigt vele disciplines zoals tekstredactie, beeldredactie (fotografie, illustratie), presentatie en communicatie. Doel van deze module is je rond te leiden door deze diversiteit en je via concrete opdrachten de opgedane kennis direct te laten toetsen en toepassen. Aandacht wordt met nadruk besteed aan het concept- en schetstraject, het genereren van ideeën en de kennis van letters en typografie. De lesdagen bestaan uit een lesprogramma in de ochtend waarna je ’s middags de gelegenheid hebt opdrachten uit te werken. Indien mogelijk wordt het lesprogramma gecombineerd met excursies. De invulling hiervan is afhankelijk van het actuele aanbod (bijvoorbeeld tijdelijke tentoonstellingen). Docent: Gijsbert Dijker. Niveau: 100. Studiebelasting: 3 ects. Onderwijsvorm: Werk- en praktijkcolleges. Literatuur, etc.: Geïntegreerd in de lessen wordt theoretische (en historische) onderbouwing gegeven, die inhaakt op de lopende opdracht. Toetsing: Individuele beoordeling aan het einde van het blok op basis van de procesgerelateerde aspecten (concept, experiment, reflectie, ontvankelijkheid), de productgerelateerde aspecten (authenticiteit, presentatie) en werkhouding. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, dinsdag van 9.00-13.00 uur. Eerste college: 6 februari. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
54
KMiV-AV1 Audiovisuele vormgeving De Franse regisseur Godard heeft ooit gezegd: ‘Ik wil het beslissende bij toeval vastleggen.’ De Amerikaanse regisseur Kubrick zou daar tegenin hebben kunnen brengen: ‘Ik wil het beslissende gecontroleerd scheppen.’ Twee filmmakers, twee contrasterende stijlen. Maar waarin verschillen ze nu precies van elkaar? Hoe vertellen beide regisseurs hun verhalen? Op wat voor specifieke manieren maken ze gebruik van de belangrijkste filmische middelen: mise en scene, cameravoering, montage en geluid? In deze module leer je te reflecteren op bovenstaande filmische basisvragen. Je maakt je
de belangrijkste theoretische begrippen uit de filmtheorie eigen en leert deze mondeling en schriftelijk te hanteren. Je schrijft recensies, stelt filmmanifesten op, onderzoekt filmstromingen en legt cinematografische stijlen op de analysetafel. Uiteindelijk doel: je ontwikkelt een kritisch filmoog en bent in staat op een analytisch niveau over film na te denken en te discussieren. Om dit doel te bereiken is het belangrijk om veel film te kijken: in ieder college staat een filmklassieker centraal. Docent: Michiel van Opstal. Niveau: 100. Studiebelasting: 3 ects. Onderwijsvorm: Werk- en praktijkcolleges. th Literatuur, etc.: - David Bordwell, Kristin Thompson, Film art. An introduction. 5 ed. New York [etc.]: McGraw-Hill, 1997. - Reader met relevante theoretische artikelen en andere teksten (recensies, etc.). - Videobanden (via docent tijdens eerste les). Toetsing: Twee filmrecensies en ee presentatie over een persoonlijk filmmanifest. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, dinsdag van 13.00-17.00 uur. Eerste college: 10 april. Tweede minorjaar (20 ects) KMiV-VG Geschiedenis van de vormgeving 1: overzicht Overzicht van de vormgevingsgeschiedenis vanaf de industriële revolutie tot heden, met bijzondere aandacht voor ruimtelijke vormgeving. In deze module wordt aandacht besteed aan de ontwikkeling van de vormgeving in Europa. Doel ervan is dat je na afloop inzicht hebben gekregen in het ontstaan van het beroep van ontwerper en in aspecten van moderne vormgeving in het algemeen, met name in verschillende vormgevingsstijlen vanaf de industriële revolutie. Na het volgen van dit vak moet je in staat zijn aspecten van concrete ruimtelijke projecten aan de vormgevingsgeschiedenis te relateren, te herkennen en deze in hun (historische) context te kunnen plaatsen. Docent: Jopje Bakker. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Werk- en hoorcollege. Literatuur, etc.: Nader te bepalen. Toetsing: Studenten schrijven een paper. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK. Zie voor roostergegevens op www.studiegids.leidenuniv.nl. Vakcode: Titel: Inhoud:
Keuzevak Fotografie of Grafische vormgeving Je hebt de keuze uit twee praktische vakken: Fotografie of Grafische vormgeving. Beide vakken lopen vanaf september gedurende het gehele studiejaar. Het is de bedoeling dat je een van deze twee vakken een heel studiejaar (twee semesters) volgt en het andere één semester. Dit naar eigen keuze.
55
KMiV-F1 Fotografie Dit vak is een introductie- en vervolgcursus fotografie waarbij centraal staat: het onderzoek naar de expressie- en toepassingsmogelijkheden van fotografische middelen. De docent gaat in op begrippen zoals beeld, werkelijkheid, voor- en achtergrond, perspectief, projectie, ruimte, scherpte, scherpte/diepte, sluitertijd, diafragma, licht, verlichting, intensiteit, tijd, moment. Doel is ook kennis te maken met verschillende specialisaties zoals wervende, illustratieve, reportage- en autonome fotografie. De studenten werken onder meer met: de camera obscura, met verschillende camerasysstemen, studio- en doka-apparatuur en zogeheten edele technieken. De opdrachten liggen op het vlak van beeldonderzoek, schetstechnieken en documentatie; ze zijn gericht op je individuele artistieke ontwikkeling. Aandacht wordt ten slotte ook besteed aan moderne technieken als digitale fotografie en beeldbewerkingsoftware. Alle studenten van de minor Vormgeving hebben de keuze dit vak gedurende één semester (4 ects) te volgen. Tevens keuzevak. Keuzevakstudenten dienen dit vak gedurende twee semesters te volgen (8 ects). Docent: Jean-Jacques Almanza. Niveau: 100. Studiebelasting: 8 ects (4 ects voor studenten van de minor Vormgeving). Onderwijsvorm: Instructielessen, praktijklessen, opdrachten, individuele begeleiding en groepsbesprekingen. Literatuur, etc.: Alle benodigde fotografische apparatuur en benodigde materialen, computer hardware en software, tijdschriften, documentatie, boeken en audiovisuele middelen. Toetsing: Individuele beoordeling van werkstukken na afloop van het keuzevak. Aanwezigheid verplicht. Rooster: Eerste en tweede semester. Als student van de minor Grafiek hoef je alleen het eerste semester te volgen, waarna je wordt beoordeeld. Als student van de minor Vormgeving heb je de keuze om dit vak gedurende één (4 ects) of twee semesters (8 ects) te volgen. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 19.15-21.45 uur. Eerste les: 13 september. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
Docent: Niveau:
56
KA-GTV Grafische vormgeving Dit vak heeft tot doel je alle fasen en facetten van het ontwerpproces te leren hanteren. Je doet kennis op en krijgt inzicht in de relatie tussen communicatiedoel, tekst, beeld en vorm. Voorts is het de bedoeling dat je een kritische instelling en een eigen visie op het grafische ontwerpen leert ontwikkelen, dat je leert omgaan met formele en inhoudelijke beeldmiddelen en dat je technische vaardigheden opdoet. Verder wordt aandacht besteed aan het ontwerpen van visuele identiteiten als routebeschrijvingen, bewegwijzeringen, affiches, postzegels, cd’s en cd-verpakkingen, infographics, etc. Tevens keuzevak voor keuzevakstudenten. Frits Deys (onder voorbehoud). 100.
Studiebelasting: 8 ects. Onderwijsvorm: Theorie-, instructie- en praktijklessen, opdrachten, individuele begeleiding Literatuur, etc.: Toetsing: Rooster:
Titel: Verwijzing:
en groepsbesprekingen, groepsdebatten. Alle toepasbare materialen en gereedschappen, computer hardware en software, tijdschriften, boeken en audiovisuele middelen. Individuele beoordeling van werkstukken na afloop van het keuzevak. Aanwezigheid verplicht. Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, dinsdag van 19.15-21.45 uur (onder voorbehoud). Dit keuzevak loopt gedurende een heel studiejaar. Eerste les: 12 september.
Geschiedenis van de vormgeving 2: icoonanalyse Zie bladzijde 44.
Derde minorjaar (20 ects) KMiV-FA Film en architectuur: moderne meesters en de verbeelding van de grote stad Stad en film zijn in de hele filmgeschiedenis niet los van elkaar te zien. Vanaf het begin van de cinematografie heeft de filmische stad onze perceptie op het ‘concept’ stad gekleurd. Bijna iedere film droomt een stad. De cinema is een architectonische en stedenbouwkundige proeftuin. Het medium reflecteert onze cultuurhistorisch bepaalde denkbeelden over de ‘goede’ en de ‘boosaardige’ stad, film spiegelt onze angsten, fascinaties en utopieën ten aanzien van de metropool. In deze module starten we met een onderzoek naar de kruisbestuiving tussen film en architectuur. Wat betekent het dat wij New York bij aankomst op Kennedy Airport zien door een bril van duizenden films? Wat zijn de overeenkomsten en verschillen tussen filmische en stedelijke ervaring? Welke verschillende archetypische filmische steden kunnen we onderscheiden en hoe verhouden deze zich tot hun fysieke evenbeelden? Wat is de relatie tussen de gedroomde, de gedachte, de verbeelde en de fysiek vormgegeven stad? Wat is de relatie tussen filmische en architecturale ruimte? In totaal staan acht films en acht architecten centraal. Docent: Michiel van Opstal. Niveau: 300. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Nader te bepalen. Toetsing: De module wordt afgesloten met een ‘scriptopdracht’ waarin je een filmisch verhaal ontwerpt én de stad waarin dit zich afspeelt. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Pieter de la Courtgebouw (Faculteit Sociale Wetenschappen, Wassenaarseweg 52, Leiden), dinsdag van 11.00-14.00 uur, filmzaal 0A47 (begane grond). Met uitzondering van 31 oktober; dan vindt het college plaats van 11.00-13.00 uur in het HuiVakcode: Titel: Inhoud:
57
zingagebouw (Doelensteeg 16, Leiden), zaal 004, Eerste college: 11 september. Fotografie, Grafische vormgeving of Audiovisuele vormgeving Je wordt in onderling overleg toegevoegd aan een van deze KABK-vakken op basis van je eigen voorkeur. Docent: Diverse docenten. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Theorie-, instructie- en praktijklessen, opdrachten, individuele begeleiding en groepsbesprekingen, groepsdebatten. Literatuur, etc.: Alle benodigde fotografische apparatuur en benodigde materialen, computer hardware en software, tijdschriften, documentatie, boeken en audiovisuele middelen. Toetsing: Individuele beoordeling van werkstukken na afloop van het keuzevak. Rooster: Eerste semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK op een nader te bepalen moment. Deze lessen zijn alleen toegankelijk voor derdejaars minorstudenten. Eerste les: in de week van 4 september. Titel: Inhoud:
KmiV-E Eindopdracht De eindopdracht in het kader van de minor Vormgeving heeft tot doel om je bachelorscriptie om te zetten in een tentoonstelling voor een nietacademische doelgroep. De opdracht bestaat uit twee onderdelen, een theoretisch en een praktisch deel. Beide worden gezamenlijk afgesloten met een eindpresentatie. Je schrijft een tentoonstellingsplan van een virtuele expositie, waarin je een verantwoording geeft van de expositie die je voor ogen staat. Hierin zijn onder meer verwerkt: een uitgewerkt plan van aanpak, een publiciteitsplan, een begroting, een beschrijving van het werkproces, etc. Aangezien je als opdrachtgever fungeert van een aantal vormgevers (beeldend kunstenaars, reclamemakers, filmmakers, grafisch vormgevers, etc) dient dit plan vergezeld te gaan van een schetsmatig beeldconcept van de expositie. Hierbij kun je denken aan: een dummy catalogus, een afficheontwerp, een website, een korte commercial, een fotografische impressie, etc. Docent: Begeleiding door Michiel van Opstal en Claudia Mens. Niveau: 300. Studiebelasting: 12 ects. Onderwijsvorm: Werk- en hoorcollege. Toetsing: Eindpresentatie. Rooster: Tweede semester. Begeleiding in onderling overleg af te spreken. Vakcode: Titel: Inhoud:
5.1.4 Muziek Algemeen Wie het woord muziek opzoekt in een woordenboek, krijgt meestal een definitie te zien waarin begrippen als melodie, ritme en orde niet ontbreken. Toch is het de vraag of bepaal-
58
de muzikale ontwikkelingen in de twintigste eeuw het nog steeds mogelijk maken muziek met behulp van deze begrippen te karakteriseren: stilte en noise doen hun intrede in het muzikale domein en vragen om een andere beschrijving van het fenomeen muziek. In deze driejarige minor wordt de vraag naar wat muziek eigenlijk is niet beantwoord; wel wordt er een aantal gedachten voorgelegd waarlangs het denken over muziek zich zou kunnen ontvouwen. Het betreft een driejarig programma dat langs drie trajecten is opgebouwd. Enerzijds volg je gedurende de gehele minor colleges Muziekanalyse en doe je mee aan een muziekpracticum, anderzijds wordt er ook aandacht besteed aan muziekfilosofie. Het eerste minorjaar heeft een studiebelasting van 12 ects. In het tweede minorjaar (20 ects) ligt de nadruk enerzijds op muziektheoretische verschijnselen (muziekanalyse en gehoortraining of solfège; je kiest een van beide) en anderzijds op een beschouwende benadering van het verschijnsel muziek. Naast een aantal kleinere vakken, waarbij ook de niet-westerse muziek aan de orde komt, bestaat de eindopdracht in het derde jaar van de minor jaar (20 ects) uit een eindopdracht waarbij onder meer het schrijven van een aantal degelijke recensies van concerten naar keuze centraal staat. De minor Muziek geldt als goedgekeurd onderdeel van de Leidse major-minorcombinaties Wiskunde-Muziek en Wijsbegeerte-Muziek. Daarnaast is de minor ook naast elke andere studie te volgen, maar maakt dan geen deel uit van een officiële major-minorcombinatie. Minor Muziek (52 ects) Eerste minorjaar (12 ects)
Eerste semester
- Muziektheorie 1 (4 ects) - Muziekfilosofie: wat is muziek? (4 ects)
Tweede semester - Muziektheorie 5; het muzikale gehoor (4 ects) Tweede minorjaar (20 ects)
Eerste en tweede semester
- Muziektheorie 2a: harmonie en analyse (4 ects) - Keuzevak: Muziektheorie 2b1: gehoortraining (4 ects) of Muziektheorie 2b2: solfègepracticum (4 ects)
Eerste semester
- Muziekfilosofie: interpretatie van muziek (4 ects) - Geschiedenis van de westerse muziek (4 ects)
Tweede semester - Muziekfilosofie: muziek en ethiek (4 ects) Derde minorjaar (20 ects)
Eerste semester
- Sibeliuscursus (2 ects) - Popmuziek en popcultuur; Niet-westerse muziek (2 ects) - Muziek en media (2 ects)
Tweede semester
59
- De musicus in de hoofdrol (4 ects) - Inleiding in de jazzgeschiedenis (4 ects) - Eindscriptie (6 ects)
Eerste minorjaar (12 ects) KL-MT1 Muziektheorie 1 In veertien hoorcolleges worden de basisbegrippen van de muziektheorie behandeld. Onderwerpen die aan de orde zullen komen, zijn: notatie van toonhoogte en ritme, intervallen, toonladders en toonsystemen, drieklanken, septimeakkoorden en andere samenklanken, akkoordprogressie, melodiebouw en -ontwikkeling, klassieke vormen, stemvoering, koraalzetting, basso continuo en partituurlezen. Docent: Suzanne Konings. Niveau: 100. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: Jeffrey Evans, Exploring theory with practica musica. Student ed. Kirkland, WA.: Ars Nova Software [s.a.]. Practica Musica 4. Tekstboek en cd-rom. Te bestellen via boekhandel Kooyker, Leiden. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 15.00-17.00 uur, zaal 147. Eerste college: 12 september. Informatie: Suzanne Konings, telefoon: 070 315 14 80, e-mail: s.konings@ admin.koncon.nl. Vakcode: Titel: Inhoud:
KMiM-MF Muziekfilosofie: wat is muziek? Na een korte inleiding waarin onder andere het begrip muziekfilosofie aan de orde komt (is muziekfilosofie het filosoferen over muziek of werpt de muziek zelf filosofische vragen op?), staat gedurende dit semester de vraag centraal wat muziek eigenlijk is: kan muziek onderscheiden worden van ‘niet-muziek’ op basis van bepaalde intrinsieke eigenschappen van geluid of bepalen ‘buiten-muzikale’ (f)actoren wat muziek is? Tijdens de colleges wordt allereerst getracht deze vraag te beantwoorden door het concept muziek historisch te benaderen. Vervolgens wordt het verschijnsel muziek vanuit verschillende twintigste en eenentwintigste-eeuwse cultuurtheorieen bestudeerd, waarbij speciale aandacht uit zal gaan naar de grenzen tussen muziek, stilte en noise en de relatie tussen muziek en waarheid. Docent: Marcel Cobussen. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: Teksten van onder anderen Martin Heidegger, Plato en Howard Becker; muziek van J.S. Bach, John Cage en John Zorn. Toetsing: Kort essay en schriftelijk tentamen in december. Vakcode: Titel: Inhoud:
60
Rooster:
Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), maandag van 15.30-16.45 uur, zaal 147. Eerste college: 11 september.
KL-MT5 Muziektheorie 5: het muzikale gehoor Dit college is gericht op de bewustwording van muzikale waarneming, waarbij aandacht wordt besteed aan het verwachte en onverwachte in verschillende muzikale stijlen (klassieke en populaire muziek). Je leert het muzikale betoog te volgen, waarbij muzieknotatie en oefeningen in het noteren van klanken een rol spelen. Docent: Suzanne Konings. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Om het keuzevak Muziektheorie 5 te kunnen volgen dienen studenten het keuzevak Muziektheorie 1 te hebben gevolgd, of een vergelijkbaar niveau van kennis en vaardigheden te hebben. (Muziektheorie 2, 3 en 4 zijn geen voorwaarde voor het volgen van dit keuzevak.) Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: Nader te bepalen. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 15.00-17.00 uur, zaal 147. Eerste college: 6 februari. Informatie: Suzanne Konings, telefoon: 070 315 14 80, e-mail: s.konings@ admin.koncon.nl. Vakcode: Titel: Inhoud:
Tweede minorjaar (20 ects) KMiM-HA Muziektheorie 2a: harmonie en analyse 2 Je komt in aanraking met de meest voorkomende, basale principes in de klassieke harmonieleer en analyse. Dit college heeft tot doel je verbanden te laten leggen tussen enerzijds de analyse en anderzijds de interpretatie van muziekstukken. Docent: Diversen. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseis: Keuzevak Muziektheorie 1 succesvol hebben afgerond. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Wordt door docent bekendgemaakt. Toetsing: Schriftelijk en praktisch tentamen. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC op verschillende tijden. Voor indeling in één van de groepen dient contact te worden opgenomen met de afdeling Planning van het KC, Diana Jasperse, telefoon: 070 315 15 45. Vakcode: Titel: Inhoud:
61
KMiM-GT Muziektheorie 2b1: gehoortraining Doel van dit college is dat je op een degelijke wijze muziek leert noteren en op gehoor leert te benoemen. Het gaat hierbij onder meer om het leren herkennen en kunnen noteren van: drieklanken met omkeringen in vierstemmige zetting, dominant septiemakkoorden met omkeringen en oplossingen, de verschillende septiemakkoorden met omkeringen, tussendominanten en tussensubdominanten, etc. Docent: Diversen. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseis: Deelnemers dienen het keuzevak Muziektheorie 1 succesvol te hebben afgerond. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Wordt door docent bekendgemaakt. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC op verschillende tijden. Voor indeling in één van de groepen dient contact te worden opgenomen met de afdeling Planning van het KC, Diana Jasperse, telefoon: 070 315 15 45. Vakcode: Titel: Inhoud:
KMiM-SP Muziektheorie 2b2: solfègepracticum Het college heeft tot doel je ritmen en melodieën uit de tonale klassieke muziek (solo en meerstemmig, onbegeleid en begeleid) a prima vista uit te laten voeren. Docent: Diversen. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseis: Deelnemers dienen het keuzevak Muziektheorie 1 succesvol te hebben afgerond. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Wordt door docent bekendgemaakt. Toetsing: Praktisch tentamen. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC op verschillende tijden. Voor indeling in één van de groepen dient contact te worden opgenomen met de afdeling Planning van het KC, Diana Jasperse, telefoon: 070 315 15 45. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
62
KMiM-MF2 Muziekfilosofie: interpretatie van muziek Om de luisteraar te bereiken moet muziek uitgevoerd, dat wil zeggen, geïnterpreteerd worden. Vervolgens ontwikkelen de luisteraars hun gedachten aangaande het gehoorde. Zowel de muzikale als discursieve interpretaties van muziekwerken ondergaan in de loop van de tijd regelmatig veranderingen. In deze collegereeks wordt het thema interpretatie allereerst filosofische en cultuurhistorisch uiteengezet. Vervolgens wordt dit thema gekoppeld aan muziek, waarbij de verhouding tussen interpretatie en uitvoe-
ringspraktijk verder zal worden uitgewerkt. Ten slotte komen verschillende (historische en hedendaagse, discursieve en muzikale) interpretaties van Mozarts opera Die Zauberflöte aan bod. Docent: Marcel Cobussen. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: Teksten van onder anderen Hans-Georg Gadamer, Søren Kierkegaard en Theodor W. Adorno; muziek van Mozart en Frank Zappa. Toetsing: Kort essay en schriftelijk tentamen in december. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), maandag van 17.00-18.15 uur, zaal 147. Eerste college: 11 september. KMiM-MF4 Muziekfilosofie: muziek en ethiek Kan muziek naast of tegelijkertijd met een esthetische ook nog een ethische betekenis hebben? Ofwel, in welk opzicht kan muziek ethisch zijn? Is er een ethiek denkbaar die alleen binnen muziek gestalte kan krijgen? En hoe zou zo’n ethiek dan geformuleerd kunnen worden? Aan de hand van drie deelthema’s (muziek en het vrouwelijke, muziek en de culturele ander, en het andere van muziek) worden deze vragen verder onderzocht. In het verlengde hiervan komt ook de kwestie aan de orde of (bepaalde) muziek verboden mag worden op grond van ethische, morele, religieuze of politieke gronden. Docent: Marcel Cobussen. Niveau: 300. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: Teksten van onder anderen Jacques Derrida, Susan McClary en Gayatri Spivak; muziek van Beethoven, Frank Zappa en Rabih Abou-Khalil. Toetsing: Essay en schriftelijk tentamen in juni. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), maandag van 17.00-18.15 uur, zaal 147. Eerste college: 5 februari. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
KL-IWM Geschiedenis van de westerse muziek: van Bach tot Bartók Het heeft vele jaren geduurd voordat de componist Johannes Brahms zijn eerste symfonie voltooide. Telkens wanneer Brahms aan het componeren was, voelde hij die ‘grote reus’ achter zich staan. Met deze ‘grote reus’ bedoelde Brahms de componist Ludwig van Beethoven en diens negende symfonie. De negende symfonie van Beethoven is van grote betekenis geweest voor verschillende negentiende-eeuwse componisten. Beethoven zelf werd beïnvloed door het werk van Johann Sebastian Bach en voor Arnold Schönberg vormden de composities van Brahms een bron van inspiratie. In deze collegereeks, waarin een overzicht van de westerse muziekgeschiedenis wordt gegeven, zal de invloed die de componisten Bach, Haydn, Mozart en
63
Beethoven op de ontwikkeling van de muziekgeschiedenis hebben gehad nader worden bekeken. Ook behandelt Meeuwsen de ontwikkeling van de kamermuziek, de opera en de symfonie. Hij bespreekt de verschillende muziekstijlen die in de twintigste eeuw ontstaan, en zal kort ingaan op de ontwikkeling van de jazz en de filmmuziek. Kortom, dit is een cursus waarin de belangrijkste kenmerken van de verschillende muziekhistorische perioden en van verschillende genres worden besproken en toegelicht. De colleges worden geïllustreerd met luistervoorbeelden en er wordt videomateriaal van Leonard Bernstein getoond waarop hij uitleg geeft over de begrippen modus, sonatevorm en melodie. Docent: Kolja Meeuwsen. Niveau: 100. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Geen. N.B. Studenten uit de minor Muziek kunnen kiezen tussen Inleiding in de jazzgeschiedenis of Geschiedenis van de westerse muziek. Onderwijsvorm: Hoorcollege. th Literatuur, etc.: Donald J. Grout & Claude V. Palisca, A history of western music. 6 ed. New York [etc.]: W.W. Norton & Company, 2001. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 11.00-13.00 uur, zaal 147. Eerste college: 12 september. Derde minorjaar (20 ects) Vakcode: Titel: Inhoud:
Docenten:
64
KMiM-SC Sibeliuscursus Muziek en ICT: je leert in het studiolab van het Koninklijk Conservatorium muziek te noteren met de computer. Het computerprogramma Sibelius biedt complete software om muziekpartituren te noteren, te spelen, te printen en te publiceren. Het is geschikt voor iedere musicus, van amateur tot professional, onder andere door de gebruiksvriendelijke interface. Ook diegenen die niet bekend zijn met het notenschrift, kunnen leren om met behulp van Sibelius hun muzikale vondsten te noteren (via een keyboard). Het programma biedt mogelijkheden voor het opslaan in verschillende formats, zodat het uitwisselen en publiceren van partituren heel gemakkelijk wordt. Bovendien is het met Sibelius gemakkelijk veranderingen aan te brengen in het muzikale materiaal (transponeren, compilaties maken, enz.). De cursus dient twee doelen: 1. het invoeren van alle muzieksymbolen (noten, articulatie-, dynamische, en andere tekens); 2. het formateren van de partituur, zodat die er professioneel uitziet. Na deze intensieve cursus zijn de deelnemers in staat het programma zelfstandig en op professioneel niveau te gebruiken. Karst de Jong, Ida Vujović, Patrick van Deurzen (afhankelijk van de groep waarin je wordt ondergebracht).
Niveau: Studiebelasting: Onderwijsvorm: Toetsing: Rooster:
200. 2 ects. Practicum. Compositorische eindopdracht. Eerste semester, wekelijks één uur. Het practicum vindt plaats in het studielab van het KC. Voor indeling in één van de groepen dient contact te worden opgenomen met de afdeling Planning van het KC, Diana Jasperse, telefoon: 070 315 15 45.
KMiM-PPNW Popmuziek en popcultuur; Niet-westerse muziek In twee blokken wordt ingegaan op niet-klassiek muzikale aspecten die aansluiten bij de huidige tijd. Enerzijds wordt er aandacht besteed aan de ontwikkeling van de popmuziek en de popcultuur, anderzijds worden aspecten van de niet-westerse muziekcultuur belicht die van invloed is op de huidige Nederlandse popcultuur (Surinaamse, Turkse en Marokkaanse muziek). In het blok Popmuziek en popcultuur is de aandacht met name gericht op de populaire muziek vanaf 1950. Ook wordt de functie en de sociale betekenis van popmuziek besproken. In het blok Niet-westerse muziek worden teksten bestudeerd en muziekfragmenten beluisterd en geanalyseerd, en af en toe zal er een techniek (vocaal, instrumentaal) worden uitgeprobeerd. Docenten: Marc Zoutendijk (Popmuziek en popcultuur), Mark van Tongeren (Nietwesterse muziek). Niveau: 200. Studiebelasting: 2 ects. Onderwijsvorm: Werkcollege en practicum. Literatuur, etc.: Popmuziek en popcultuur: - Voor aanvang van het college dient de website www.koncon.nl/dmpop bestudeerd te worden. - J. Henke [et al.], The Rolling Stone illustrated history of rock and roll. The definitive history of the most important artists and their music. London: Plexus, 1992. - Frans Steensma, OOR’s eerste Nederlandse pop-encyclopedie. (Diverse drukken.) - G. Keunen, Pop, een halve eeuw beweging. Warnsveld: Terra-Lanno0, 2002. - Reader Verkenningen in de popmuziek. Niet-westerse muziek: - Reader. Toetsing: Papers. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC, kamer M 2.06, op maandag 18 tot en met vrijdag 22 december van 10.00-13.00 uur (niet-westerse muziek) van van 14.00-16.00 uur (popmuziek). Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel:
KC-MM Muziek en media
65
De cursus Muziek en media wordt gegeven in drie collegeblokken van (in totaal) ongeveer achttien colleges waarin de ontwikkeling van de lichte zogenaamde ‘media-muziek’ wordt behandeld uit de periode na 1950. Besproken worden de relaties tussen de idioomeigen klank en de beschikbare technologie van het gebruikte geluidsmedium (radio, grammofoonplaat, compact disc). Aan de orde komen diverse luistervoorbeelden, de akoestische omstandigheden en de gebruikte opname en weergavetechnologie. Docenten: Barry Olthof (eerste periode), Maurice Bom (tweede periode), Paul Jeukendrup (derde periode). Niveau: 100. Studiebelasting: 2 ects. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: Wordt in colleges bekendgemaakt. Toetsing: Aanwezigheidsplicht (minimaal 70% aanwezigheid per collegeblok). Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC, kamer SON 05, dinsdag van 15.00-16.30 uur. Eerste college: 12 september. Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
Docent:
66
KL-MIH De musicus in de hoofdrol
… Ik herinner me vooral een jonge violiste die iets aan me voorspeelde in een zaal die uitpuilde van de enthousiaste mensen, die duidelijk verstand hadden van westerse muziek. Ze was tien of elf jaar en droeg een lichtblauwe jurk en een rode sjaal. Toen ik haar vroeg om te stoppen met spelen en de muziek te zingen, wist ik helemaal niet of ze zingen kon, en stond ik ook niet stil bij haar mogelijke gezichtsverlies. Ik zag hoe verlegen ze was en voelde haar aarzeling, maar dat duurde maar een paar tellen. Ze zong de passage met een mooie, gevoelvolle stem en ik vroeg haar om deze ook op die manier te spelen. Het verschil was zo duidelijk dat het publiek spontaan in applaus uitbarstte.
Sommige musici moet je niet alleen gehoord maar zeker ook gezien hebben. Zoals in de film From Mao to Mozart, waaruit bovenstaand citaat komt. Hierin is te zien hoe violist Isaac Stern een reis naar China maakt en daar getuige is van de ontmoeting tussen de Aziatische en de westerse muziekculturen. De wijze waarop Stern verschillende jonge Chinese musici helpt om de westerse muziek beter te begrijpen en te spelen, moet men niet alleen horen maar zeker ook zien. Een andere musicus voor wie dat geldt, is de pianist Glenn Gould, bijvoorbeeld wanneer hij De Goldbergvariaties van J.S. Bach in een studio opneemt. In een filmfragment geeft Glenn Gould zijn visie op dit monumentale werk, en zien we hem tijdens de opname ervan. Tijdens deze colleges worden verschillende musici die op een of andere wijze gefilmd zijn of met film te maken hebben gehad, besproken en bekeken: Glenn Gould, Jascha Heifetz, Yehudi Menuhin, Isaak Stern, Arthur Rubenstein, Leonard Bernstein en Pablo Casals. In de eerste helft van ieder college zal de docent een hoorcollege geven over de musicus in relatie tot een film of documentaire die in de tweede helft van het college getoond zal worden. Tevens zullen ook de belangrijkste biografische aspecten behandeld worden en zal er ook worden gekeken naar publicaties van de besproken artiest. Kolja Meeuwsen.
Niveau: Studiebelasting: Onderwijsvorm: Literatuur, etc.: Toetsing: Rooster:
100. 4 ects. Hoorcollege. Wordt tijdens college uitgedeeld. Schriftelijk werkstuk. Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 11.00-13.00 uur, zaal 147. Eerste college: 6 februari.
KL-IJ Inleiding in de jazzgeschiedenis Dit college geeft inzicht in het ontstaan van de historische stijlen in de jazz. Hierin spelen improvisatie en swing een grote rol. Ook de sociale, culturele en economische achtergronden waartegen de jazz zich heeft ontwikkeld, worden in het kort geschetst. De gebruikelijke historische classificaties schieten tekort in het beschrijven van de ontwikkelingen in de jazz gedurende de laatste drie decennia. In het college wordt ingegaan op de historiografische problemen die zijn gerezen in de klassieke jazzgeschiedenis. Er zullen mogelijke alternatieven worden aangedragen voor het benaderen en duiden van de hedendaagse jazz. Docent: Wouter Turkenburg. Niveau: 100. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Geen. N.B. Studenten uit de minor Muziek kunnen kiezen tussen Inleiding in de jazzgeschiedenis of Geschiedenis van de westerse muziek. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: - Ted Gioia, The history of jazz. Oxford: Oxford University Press, 1999. - Artikelen die tijdens de colleges worden uitgereikt. - Voor de liefhebber: Lewis Porter, Michael Ullman & Ed Hazel, Jazz, from its origins to the present. Englewood Cliffs, NJ.: Prentice Hall, 1993. Toetsing: Schriftelijk tentamen met luistervragen. Maandag 2 april 2007, 20.30-22.00 uur. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), maandag van 20.30-22.00 uur, zaal 147. Eerste college: 5 februari. Vakcode: Titel: Inhoud:
KMiM-EO Eindscriptie In deze afsluitende scriptie laten studenten zien in staat te zijn om de kennis die ze tijdens de minor hebben opgedaan te bundelen en tot een zelfstandige, brede analyse op muziekhistorisch, muziekfilosofisch of muziektheoretisch gebied te komen. Docenten: Diversen. Niveau: 300. Studiebelasting: 6 ects. Onderwijsvorm: Scriptie. Literatuur, etc.: Nader te bepalen.
Vakcode: Titel: Inhoud:
67
Toetsing: Rooster:
Scriptie. Tweede semester. In onderling overleg met de docent af te spreken. Gekozen kan worden uit muzikale, muziektheoretische of muziekfilosofische onderwerpen uit de klassieke, jazz- of moderne muziek.
5.1.5 Kunst en zaken Algemeen Studenten aan het Koninklijk Conservatorium of de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten in Den Haag kunnen in het kader van hun Haagse kunstvakopleiding vanaf september 2006 weer met de minor Kunst en zaken beginnen. Deze minor wordt verzorgd in samenwerking met het Centrum voor Bedrijfswetenschappen van de Universiteit Leiden en bereidt je voor op je leven na je afstuderen. Je leert alles over netwerken, investeren, het reilen en zeilen van de Nederlandse culturele wereld, marketing, projectmanagement en het voeren van een financiële administratie. Hierdoor worden je kansen op de arbeidsmarkt groter. Minor Kunst en zaken (40 ects) Eerste minorjaar (16 ects)
Eerste semester
- Ondernemen binnen de kunsten en kunst en cultuurbeleid in Nederland (8 ects)
Tweede semester
- Strategisch marketing management binnen de kunsten (8 ects)
Tweede minorjaar (24 ects)
Eerste semester - Financieel management (8 ects)
- Recht en cultureel ondernemerschap (4 ects) - Management accounting binnen de kunsten (4 ects)
Tweede semester
- Projectmanagement en ondernemerschap (8 ects)
De minor Kunst en zaken is bedoeld voor studenten die een loopbaan in de culturele sector ambiëren, waarbij zaken als organiseren, leidinggeven, coördineren en programmeren een belangrijke rol spelen. Maar ook als je je als zelfstandig beeldend kunstenaar, ontwerper of musicus wilt profileren of als je een eigen onderneming wilt opzetten, is het nuttig de minor te volgen. De minor leert je hoe je de zakelijke kant van je werk kunt regelen. De voertaal van de minor is Nederlands. In beginsel kan iedere tweedejaarsstudent van Koninklijk Conservatorium of Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, die in het bezit is van een propedeusediploma, zich voor deze minor inschrijven. De minor is opgebouwd uit een aantal modules. Inzet en mo-
68
tivatie zijn een vereiste, ook al omdat er sprake is van veel zelfstudie. Het maximumaantal deelnemers is dertig studenten. Bij overintekening wordt de volgorde van ontvangst van het aanmeldingsformulier aangehouden. De keuzevakken uit de minor Kunst en zaken (behalve Projectmanagement) zijn ook toegankelijk voor studenten van de Universiteit Leiden en à la carte-studenten. Studenten van de HBKMD die de minor Kunst en zaken willen volgen, melden zich aan bij Steven Moors, telefoon 070 315 14 06, e-mail:
[email protected] of Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]. Eerste minorjaar (16 ects) MiKZ-OK Ondernemen binnen de kunsten en kunst- en cultuurbeleid in Nederland Het vak Ondernemen binnen de kunsten laat je kennismaken met diverse beslissingen die je als zelfstandig ondernemer of die je als leider van een culturele organisatie moet nemen. Het vak heeft een inleidend karakter en biedt een overzicht van verschillende aspecten van ondernemerschap en management, in relatie tot de kunsten, die in de vervolgvakken van de minor Kunst en zaken worden uitgediept. Onderwerpen die aan bod komen, zijn: kunst en markt, product en publiek, financieel management, marketing en strategie, ondernemen en projectmanagement. Naast deze onderwerpen is er ruim aandacht voor het Nederlandse kunst- en cultuurbeleid en de organisaties, culturele raden en fondsen die hierin een rol spelen. Docenten: René Ory, Henk Haest en gastsprekers. Niveau: 100. Studiebelasting: 8 ects. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: - Eigen reader (beschikbaar tijdens het eerste college). - S.W. Douma (red.), Basisboek bedrijfskunde. Een inleiding in management en ondernemerschap. 2e ( herz.) druk. Schoonhoven: Academic Service, 2002. Toetsing: Schriftelijk tentamen (70%) en praktijkopdracht (30%). Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 13.00-17.00 uur. Eerste college: 13 september. Informatie: Henk Haest, telefoon: 070 315 15 42, e-mail:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel:
Inhoud:
Docent:
MiKZ-MM Strategisch marketing management binnen de kunsten Het vak Strategisch marketing management binnen de kunsten maakt je vertrouwd met de basisprincipes van marketingplanning en de manier waarop marketing kan worden gebruikt binnen de kunsten. Kunst moet natuurlijk niet alleen worden gemaakt, maar ook worden verkocht. En dat is waar marketing om de hoek komt kijken. Na het volgen van het vak ben je in staat om een cultureel marketingplan te schrijven en heb je inzicht in de marketingvraagstukken die bij cultureel ondernemen in het algemeen een rol kunnen spelen. Jean-Pierre van der Rest.
69
Niveau: Studiebelasting: Onderwijsvorm: Literatuur, etc.:
Toetsing: Rooster: Informatie:
200. 8 ects. Hoor- en werkcollege. - P.H. Otto en J.I. van der Rest, Het schrijven van een marketingplan: zo doe je dat! Een praktische handleiding voor HBO-studenten. Baarn: HBuitgevers, 2006. - J.I. van der Rest, Strategisch marketing management binnen de kunsten. Leiden: Universiteit Leiden, 2007. (Syllabus.) - Hand-outs, oefeningen en (internet)artikelen. Schriftelijk tentamen (60%) en praktijkopdracht (40%). Tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 9.00-13.00 uur. Eerste college: 24 januari. Jean-Pierre van der Rest, telefoon: 071 527 88 03, e-mail: j.i.vanderrest@ law.leidenuniv.nl.
Tweede minorjaar (24 ects) MiKZ-FM Financieel management binnen de kunsten Het vak Financieel management laat je kennismaken met diverse financieel-economische beslissingen die je als zelfstandig ondernemer moet nemen of die binnen een culturele organisatie voorkomen. Ook in de culturele wereld is een gezonde financiële huishouding van belang. Zo worden planningen en begrotingen gemaakt voor de berekening van de beschikbare financiële ruimte voor een kunstproject of cultureel evenement. Het vak kweekt dan ook begrip voor de noodzaak van deze informatie. Verder zal de culturele organisatie, maar ook de zelfstandige kunstenaar, periodiek verantwoording moeten afleggen: extern aan geldschieters (fondsen, overheden, donateurs, fiscus) en intern aan de leiding van de organisatie. De onderwerpen die binnen de context van de culturele sector worden behandeld, zijn: externe verslaggeving, financiering en interne berichtgeving. Docent: Saskia de Bruijn. Niveau: 300. Studiebelasting: 8 ects. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: - Reader (beschikbaar tijdens het eerste college). Toetsing: Schriftelijk tentamen (70%) en praktijkopdracht (30%). Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 9.00-13.00 uur. Eerste college: 13 september. Informatie: Saskia de Bruijn, telefoon: 071 527 88 57, e-mail: s.m.m.debruijn@ law.leidenuniv.nl. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
70
MiKZ-RCO Recht en cultureel ondernemerschap binnen de kunsten Dit vak richt zich op verschillende juridische onderwerpen waarmee een culturele organisatie of een afgestudeerde kunstenaar wordt geconfronteerd. Doel van het vak is de student bewust te maken van de juridische spelregels die relevant zijn voor de uitoefening van het (cultureel) onder-
nemerschap. Onderwerpen die aan bod komen, zijn onder meer belastingrecht (waaronder inkomstenbelasting, BTW, loonbelasting, sociale verzekeringen), auteursrecht, contractrecht, ondernemingsrecht (juridische ondernemingsvormen zoals stichting, vereniging, BV). Na het volgen van dit vak ben je in staat het belang van deze onderwerpen te onderkennen, de juridische consequenties hiervan te overzien en daarop adequaat te reageren. Docenten: Annemarie Beunen, Sigrid Hemels, Maud Sauer en anderen. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: Eigen reader (beschikbaar tijdens het eerste college). Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 13.00-17.00 uur. Eerste college: 13 september. Informatie: Henk Haest (coördinator), telefoon: 070 315 15 42, e-mail: h.haest@ admin.koncon.nl. MiKZ-MAC Management accounting binnen de kunsten Management accounting binnen de kunsten gaat over financieeleconomische informatie die nodig is om verantwoorde beslissingen te nemen, processen te beheersen en te sturen; beslissingen die je als zelfstandig ondernemer moet nemen of die binnen een culturele organisatie voorkomen. Hierbij kun je denken aan de aard en hoogte van het salaris van een artistiek leider en andere medewerkers, kosten verbonden aan het maken van een decor, het prijskaartje van een theatervoorstelling, etc. De volgende onderwerpen krijgen in dit vak aandacht: beloning, budgettering, investerings- en gevoeligheidsanalyse, prijs- en assortimentsbeslissingen. Het zwaartepunt van dit vak wordt niet gevormd door een diepgaande technische behandeling van deze onderwerpen. Het gaat er vooral om je vertrouwd te maken met de rol die management accounting (informatie) speelt in een organisatie. Docent: Jean-Pierre van der Rest. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: - J.I. van der Rest, Management accounting binnen de kunsten. Leiden: Universiteit Leiden, 2006. (Syllabus.) - Hand-outs, opdrachten en (internet)artikelen. Toetsing: Schriftelijk tentamen (60%) en praktijkopdracht (40%). Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 13.00-17.00 uur. Eerste college: 8 november. Informatie: Jean-Pierre van der Rest, telefoon: 071 527 88 03, e-mail: j.i.vanderrest@ law.leidenuniv.nl. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel:
MiKZ-PO Projectmanagement binnen de kunsten
71
De module Projectmanagement binnen de kunsten is het sluitstuk van de minor Kunst en zaken. Bij producties, evenementen op het gebied van kunst en cultuur, wordt vaak – bewust of onbewust – op een projectmatige wijze gewerkt. Daarbij gaat het in feite steeds om het structureren en sturen van het gehele scheppingsproces, dus vanaf ideevorming tot en met de verwezenlijking van een concreet resultaat. In deze module worden de basisprincipes van projectmanagement uiteengezet en toegepast. Het doel van dit vak is tweeledig. Ten eerste maak je je de basisprincipes van projectmanagement eigen. Ten tweede biedt dit laatste onderdeel van de minor Kunst en zaken je de gelegenheid alle voorafgaande onderdelen met elkaar te combineren. De opgedane kennis, de ontwikkelde vaardigheden en inzichten dienen in deze fase geïntegreerd te worden. Dit zal moeten blijken uit een nader te bepalen onderzoeksopdracht. Deze kan verschillende vormen hebben. Te denken valt aan een projectplan (inclusief uitvoering project), stageverslag (inclusief stage), of de analyse van een door derden uitgevoerd project. Docenten: Marion ten Hengel-Dieben en Henk Haest. Niveau: 300. Studiebelasting: 8 ects. Onderwijsvorm: Praktijkopdracht/stage/zelfstandig onderzoek met individuele begeleiding en coaching. Literatuur, etc.: Eigen reader (beschikbaar tijdens het eerste college). Toetsing: Schriftelijk tentamen (30%) en onderzoeksopdracht (70%). Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de KABK, woensdag van 13.00-17.00 uur. Eerste college: 24 januari. Informatie: Marion ten Hengel-Dieben, telefoon: 071 527 33 46, e-mail:
[email protected]; Henk Haest, telefoon: 070 315 15 42, email:
[email protected]. Inhoud:
5.1.6 Filosofie Algemeen In samenspraak met de Faculteit der Wijsbegeerte is een speciaal minorprogramma Filosofie samengesteld voor studenten van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans, bestaande uit totaal 50 ects. Dit programma strekt zich uit over drie jaren, wat de studiebelasting betreft verdeeld in respectievelijk 10, 20 en 20 ects. In het eerste minorjaar (10 ects) volg je de colleges Cultuurfilosofie (5 ects) en Moderne wijsbegeerte 1 (5 ects). Nadat je deze met goed gevolg hebt afgesloten, kun je aan je tweede minorjaar beginnen. Tijdens dit studiejaar (20 ects) kies je één van de twee hierna te noemen colleges: Metafysica (5 ects) of Epistemologie en wetenschapsfilosofie I (5 ects). Verder volg je nog twee B1-cursussen naar keuze. Voor conservatoriumstudenten is het mogelijk de colleges Muziekfilosofie: wat is muziek? en Muziekfilosofie: muziek en interpretatie (een onderdeel van de minor Muziek, 8 ects) te volgen in plaats van één van deze twee B1cursussen. Tot slot sluit je je tweede minorjaar af met een B2-cursus naar keuze uit het aanbod van 2006-2007. Het derde minorjaar bestaat uit twee B2-cursussen naar keuze (elk 5 ects) en een verdiepingscursus (B3) met een studiebelasting van 10 ects. De B1, B2 en B3vakken vind je beschreven op: http://www.filosofie.leidenuniv.nl.
72
Studenten van de HBKMD die de minor Filosofie willen volgen, dienen zich behalve bij het onderwijssecretariaat van de Faculteit der Wijsbegeerte (Lies Klumper, telefoon: 071 527 20 31, e-mail:
[email protected]), ook te melden bij Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected].
Minor Filosofie (50/48 ects) Eerste minorjaar (10 ects)
Eerste semester
- Cultuurfilosofie (5 ects)
Tweede semester
- Moderne wijsbegeerte 1 (5 ects)
Tweede minorjaar (20/18 ects)
Eerste semester
- Metafysica (5 ects) of - Epistemologie en wetenschapsfilosofie 1 (5 ects) - B1-cursus (5 ects) naar keuze of - Muziekfilosofie: wat is muziek? (4 ects)
Tweede semester
- Muziekfilosofie: muziek en interpretatie (4 ects) (optioneel) - B1-cursus (5 ects) naar keuze - B2-cursus (5 ects) naar keuze
Derde minorjaar (20 ects)
- Twee B2-cursussen (elk 5 ects) - B3-cursus (10 ects)
Eerste minorjaar (10 ects) Vakcode: Titel: Inhoud:
1109B1
Cultuurfilosofie Dit college gaat in op de grondtrekken van de moderniteit. Aan de hand van teksten van Kant, Hegel, Marx en Nietzsche wordt de student ingeleid in een traditie van de moderne wijsbegeerte die zich in de woorden van Michel Foucault laat aanduiden als een ‘ontologie du présent’, een vragen naar de geschiedfilosofische signatuur van het eigen heden, en als een ‘ontologie de nous-mêmes’. Met het antwoord op de vraag naar het eigen heden blijkt ook het antwoord te verschuiven op de vraag wie wij zelf als mens zijn. Docent: Gerard Visser. Niveau: 100. Studiebelasting: 5 ects. Onderwijsvorm: Hoorcollege.
73
Literatuur, etc.: Toetsing: Rooster:
Informatie: Aanmelding:
Reader Aufklärung/Entfremdung/Nihilismus, verkrijgbaar tijdens het college. Paper. Eerste semester. De colleges vinden plaats in het WSD-complex, gebouw 1170 (M. de Vrieshof 2, Leiden), woensdag van 13.00-15.00 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 6 september. Gerard Visser, telefoon: 071 527 20 06, e-mail: g.t.m.visser@ let.leidenuniv.nl. Zie ook internet: www.filosofie.leidenuniv.nl. Lies Klumper, telefoon: 071 527 20 31, e-mail:
[email protected].
B1203 Moderne wijsbegeerte 1 / History of Modern Philosophy A lecture course introducing key figures, problems and themes in the philosophy of Enlightenment. Attention will be given to the context of cultural modernity, experienced as a break with the past, and the demands for stability and orientation that emerged as the unified world-views of religion and metaphysics fell apart. Against this background, we will concentrate on the theories of knowledge and morality developed by thinkers such as Descartes, Spinoza, Pascal, Hobbes, Locke, Hume and Kant. Key topics include: the problem of foundations, the problem of subjectivity and reflexion, perception, innate ideas, the mind-body problem and the problem of freedom and determinism. The two main streams of Enlightenment thought, Rationalism and Empiricism, will be traced to Kant’s attempt at a synthesis that would ground natural science while saving human freedom. Docent: Herman Siemens. Niveau: 200. Studiebelasting: 5 ects. Onderwijsvorm: Lectures in English. Literatuur, etc.: Reader with primary texts. Master copies with further literature will be made available. Toetsing: Written exam. Students are allowed to write their exam in Dutch. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), dinsdag van 10.00-13.00 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 6 februari. Informatie en Lies Klumper, telefoon: 071 527 20 31, e-mail:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
aanmelding:
Tweede minorjaar (20 ects) Vakcode: Titel: Inhoud:
74
B1A204 Metafysica Dit college geeft een inleidend historisch en systematische overzicht van enkele kernbegrippen uit de westerse metafysica. Aan de orde komen onder andere realisme en idealisme, substantie en accident, ruimte en tijd, lichaam en geest, oorzaak en gevolg. Aan de hand van klassieke en hedendaagse voorbeelden, van Aristoteles tot Einstein en van Descartes tot Quine, maak je kennis met de begrippen en hun problemen.
Docent: Niveau: Studiebelasting: Onderwijsvorm: Literatuur, etc.:
Toetsing: Rooster:
Informatie: Aanmelding:
Jan Sleutels. 100. 5 ects. Hoor-/werkcollege. Syllabus en reader met geselecteerde literatuur zijn vanaf medio augustus 2006 verkrijgbaar op Blackboard voor ingeschreven studenten. Zie internet: - www.blackboard.leidenuniv.nl/webappas/portal/frameset.jsp. - www.leidenuniv.nl/philosophy/metaphysics. Take home-tentamen en paper. Eerste semester. De colleges vinden plaats in het WSD-complex, gebouw 1170 (M. de Vrieshof 2, Leiden), maandag van 18.45-20.15 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 4 september. Jan Sleutels, telefoon: 071 527 20 46, e-mail: j.j.m.sleutels@ let.leidenuniv.nl. Zie ook internet: www.filosofie.leidenuniv.nl. Lies Klumper, telefoon: 071 527 20 31, e-mail:
[email protected].
B1207 Epistemologie en wetenschapsfilosofie I De kennisleer of epistemologie is de tak van de filosofie die kennis als onderwerp heeft: haar aard en omvang, haar bronnen en veronderstellingen, en de betrouwbaarheid van claims op kennis. Voortbouwend op inzichten uit de kennisleer bestudeert de wetenschapsfilosofie de grondslagen, methoden en resultaten van de vakwetenschappen. In deze cursus worden de voornaamste thema’s van de kennisleer en de wetenschapsfilosofie op systematische wijze uiteengezet. Hoe moeten begrippen als kennis en waarheid worden gedefinieerd? Is empirisme te rechtvaardigen? Aan welke eisen moet een verklaring voldoen? In welke zin boekt wetenschap vooruitgang? Docent: James McAllister. Niveau: 200. Studiebelasting: 5 ects. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: - Nicholas Everitt en Alec Fisher, Modern epistemology: A new introduction. New York: McGraw Hill, 1995. - Alan F. Chalmers, What is this thing called science? 3rd ed. Buckingham: Open University Press, 1999. Toetsing: Deeltoetsen en schriftelijk tentamen. Rooster: Eerste of tweede semester. Eerste semester: de colleges vinden plaats in het WSD-complex, gebouw 1170 (M. de Vrieshof 2, Leiden), dinsdag van 9.0012.00 uur. Zaal wordt later bekendgemaakt. Eerste college: 5 september. Informatie: James McAllister, telefoon: 071 527 20 04, e-mail: j.w.mcallister@ let.leidenuniv.nl. Zie ook internet: www.filosofie.leidenuniv.nl. Aanmelding: Lies Klumper, telefoon: 071 527 20 31, e-mail:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
Titel: Verwijzing:
Muziekfilosofie: wat is muziek? Zie bladzijde 61.
75
Titel: Verwijzing:
Muziekfilosofie: interpretatie van muziek Zie bladzijde 63.
Titel: Verwijzing:
B1- en B2-cursussen http://www.filosofie.leidenuniv.nl/index.php3?m=&c=234 en idem 235.
Derde minorjaar (20 ects) In het derde minorjaar volgen studenten twee B2-cursussen (5 ects, niveau 300) en één B3cursus met een studiebelasting van 10 ects (niveau 400). Voor sommige colleges gelden toegangseisen. Titel: Verwijzing:
B2- en B3-cursussen http://www.filosofie.leidenuniv.nl/index.php3?m=&c=235 en idem 236.
5.1.7 Wiskunde Algemeen Op het eerste gezicht liggen wiskunde en muziek erg ver uit elkaar. Toch hebben vele wiskundigen door de eeuwen heen, onder wie Pythagoras, Simon Stevin, Christiaan Huygens, Galilei, Euler en Mersenne, zich intensief met muziek beziggehouden. Omgekeerd hebben vele componisten zich door wiskundige principes laten inspireren. Voorbeelden zijn er in elke stijlperiode te vinden. In het recente verleden zijn Messiaen, Ligeti en Xenakis goede voorbeelden. Minor Wiskunde (50 ects) Introductie (4 ects)
Eerste minorjaar (18 ects)
Tweede semester
- Mathematical structures in music (4 ects)
Eerste semester
- Analyse 1 (6 ects) - Caleidoscoop (6 ects)
Tweede semester
- Kansrekening en statistiek (6 ects)
Tweede minorjaar (18 ects)
Eerste semester
- Programmeermethoden (6 ects) - Wiskundige structuren (6 ects)
Tweede semester
- Algebra 1 (6 ects)
Derde minorjaar (10 ects)
76
Eerste semester
- Afstudeerproject (10 ects)
De minor Wiskunde biedt je de mogelijkheid om je in wiskunde te verdiepen en fundamentele wiskundige objecten te leren kennen, zoals verzamelingen, getallen, groepen, functies en wiskundige eigenschappen (bijvoorbeeld symmetrie of continuïteit). Alhoewel computers nog maar enkele tientallen jaren bestaan, hebben ze vele functies in de hedendaagse kunst en muziekpraktijk. De seriële muziek liep in wezen op de komst van de computer vooruit. Tegenwoordig vervult de computer in het bijzonder een rol als muziekinstrument en wordt hij toegepast bij diverse componeertechnieken. De minor wordt door het Mathematisch Instituut van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Universiteit Leiden verzorgd en is in het bijzonder bedoeld voor studenten die meer willen weten van de wiskundige principes en achtergronden van kunst en muziek. Het programma staat open voor alle belangstellenden. Voorwaarde is wel dat je wiskundig behoorlijk onderlegd bent: je dient te beschikken over een vwo-diploma of een hbo-propedeuse (of een internatonaal equivalent daarvan) met een vakkenpakket waarin Wiskunde B1 en B2 of Wiskunde 2 (oude stijl) zijn opgenomen. De vakken die worden aangeboden, zijn alle afkomstig uit het studieprogramma van de opleiding Wiskunde van de Leidse universiteit. Het is de bedoeling dat studenten van het Koninklijk Conservatorium de minor in het tweede tot en met het vierde jaar van hun Haagse vakstudie volgen. Voorafgaand aan de module Wiskundige structuren wordt in het tweede semester van het studiejaar 2006-2007 een introductiecursus met het vak Mathematical structures in music aangeboden. Voor algemene informatie over de studie Wiskunde, de minor Wiskunde en de diverse modules waaruit deze studie is opgebouwd, zie: www.math.leidenuniv.nl/studiegids. Studenten van de HBKMD die de minor Informatica en mediatechnologie willen volgen, dienen zich behalve bij het Educatief Centrum Wiskunde en Informatica (Bertie ten Hove, telefoon: 071 527 42 82, e-mail:
[email protected]), ook te melden bij Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]. Introductie (4 ects) Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Mathematical structures in music Derk Pik. 100. 4 ects. Tweede semester. De colleges worden gegeven in het gebouw van het KC (collegezaal begane grond) van 19.00-21.00 uur. Eerste college: op een nader te bepalen avond, te beginnen in de week van 5 maart 2007 (deze wordt op www.kunstenenwetenschappen.nl vermeld).
Eerste minorjaar (18 ects) Titel:
Analyse 1
77
Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Sjoerd Verduyn Lunel. 100. 6 ects. Eerste semester. Voor roostergegevens, zie: www.math.leidenuniv.nl. De colleges vinden plaats in het Snelliusgebouw (Niels Bohrweg 1, Leiden).
Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Caleidoscoop Hans Finkelnberg. 100. 6 ects. Eerste semester. Voor roostergegevens, zie: www.math.leidenuniv.nl. De colleges vinden plaats in het Snelliusgebouw (Niels Bohrweg 1, Leiden).
Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Kansrekening en statistiek 1 Richard Gill. 100. 6 ects. Tweede semester. Voor roostergegevens, zie: www.math.leidenuniv.nl. De colleges vinden plaats in het Snelliusgebouw (Niels Bohrweg 1, Leiden)
Tweede minorjaar (18 ects) Titel: Docenten: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Programmeermethoden Walter Kosters en Jeannette de Graaf. 100. 6 ects. Eerste semester. Voor roostergegevens, zie: www.math.leidenuniv.nl. De colleges vinden plaats in het Snelliusgebouw (Niels Bohrweg 1, Leiden).
Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Wiskundige structuren Robert Tijdeman. 100. 6 ects. Eerste semester. Voor roostergegevens, zie: www.math.leidenuniv.nl. De colleges vinden plaats in het Snelliusgebouw (Niels Bohrweg 1, Leiden).
Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Algebra 1 Peter Stevenhagen. 200. 6 ects. Tweede semester. Voor roostergegevens, zie: www.math.leidenuniv.nl. De colleges vinden plaats in het Snelliusgebouw (Niels Bohrweg 1, Leiden).
Derde minorjaar (10 ects) Titel:
78
Afstudeerproject
Docent: Niveau: Studiebelasting: Toetsing: Rooster:
Sjoerd Verduyn Lunel. 300. 10 ects. Presentatie in het Snelliusgebouw (Niels Bohrweg 1, Leiden) in aanwezigheid van een kleine commissie van wiskundigen. Eerste of tweede semester. Wekelijkse bijeenkomsten in het gebouw van de Faculteit der Kunsten (Rapenburg 38, Leiden).
5.1.8 Informatica en mediatechnologie Algemeen De minor Informatica en mediatechnologie wordt verzorgd door het Leiden Institute of Advanced Computer Science (LIACS) van de Faculteit der Wiskunde en Natuurwetenschappen van de Universiteit Leiden en is speciaal ontwikkeld voor studenten van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans in Den Haag. Minor Informatica en mediatechnologie (54 ects) Eerste minorjaar (18 ects)
Eerste semester
- Programmeermethoden (6 ects)
Tweede semester
- Databases (6 ects) - Lineaire algebra en beeldverwerking (6 ects)
Tweede minorjaar (14 ects)
Eerste semester
Derde minorjaar (22 ects)
Eerste semester
- Technology & philosophy (3 ects) of - Wetenschapsfilosofie (5 ects) en - Fundamentele informatica 1 (6 ects)
- Human computer interaction (6 ects)
Tweede semester
- Kunstmatige intelligentie (6 ects) - Image analysis in microscopy (6 ects) - Medialabstage (4 ects)
Alhoewel computers nog maar enkele tientallen jaren bestaan, hebben ze al diverse functies vervuld in de hedendaagse kunst- en muziekpraktijk. Je kunt stellen dat de seriële muziek eigenlijk al op de komst van de computer vooruitliep. Tegenwoordig vervult de
79
computer in het bijzonder een rol als muziekinstrument en wordt hij bij componeertechnieken toegepast. Een belangrijk aspect van de informatica is ook het onderzoek naar het begrijpen van intelligentie. De informatica kan een rol vervullen bij de studie naar perceptie van muziek. Wat is intelligentie? Kunnen machines intelligent gedrag vertonen? Het vakgebied van de kunstmatige intelligentie brengt vragen omtrent machinale intelligentie in kaart en kan helpen om de menselijke intelligentie te begrijpen. Ook biedt deze minor je de gelegenheid om je in de nieuwste vormen van de mediatechnologie te verdiepen. Hierbij wordt de theorie van het programmeren aan praktische kennis van de nieuwe digitale media gekoppeld. Dit traject is in het bijzonder gericht op studenten van de opleidingen ArtScience, Grafische vormgeving, Compositie, Sonologie en Muziekregistratie die ook in praktische zin nieuwe, aan computertechnologie gerelateerde ideeën willen opdoen. Het is de bedoeling dat je de minor in het tweede tot en met het vierde studiejaar van je conservatorium- of academieopleiding volgt. De minor staat open voor alle studenten met een vwodiploma (of een internatonaal equivalent daarvan) met een vakkenpakket waarin Wiskunde B1 en B2 of Wiskunde 2 (oude stijl) zijn opgenomen. De vakken zijn alle afkomstig uit het curriculum van de studierichting Informatica van de Universiteit Leiden. Individuele studenten kunnen (via de examencommissie van de opleiding Informatica) ook eigen varianten samenstellen. Studenten van de HBKMD die de minor Informatica en mediatechnologie willen volgen, dienen zich behalve bij het Educatief Centrum Wiskunde en Informatica (Bertie ten Hove, telefoon: 071 527 42 82, e-mail:
[email protected]), ook te melden bij Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]. Eerste minorjaar (18 ects) Titel: Docenten: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Programmeermethoden Walter Kosters. 100. 6 ects. Zie: http://www.liacs.nl/edu/studiegids.documenten.html.
Titel: Databases Docent: Michael Emmerich. Niveau: 200. Studiebelasting: 6 ects. Rooster: Zie: http://www.liacs.nl/edu/studiegids.documenten.html. Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Lineaire algebra en beeldverwerking Nies Huijsmans. 100. 6 ects. Zie: http://www.liacs.nl/edu/studiegids.documenten.html.
Tweede minorjaar (14 ects) Titel:
80
Technology & philosophy
Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Bas Haring. 500. 3 ects. Zie: http://www.liacs.nl/edu/studiegids.documenten.html.
Vakcode: Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
253B1A Epistemologie en wetenschapsfilosofie I James McAllister. 200. 5 ects. Zie www.studiegidsen.leidenuniv.nl.
Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Fundamentele informatica 1 Hendrik Jan Hoogeboom. 100. 6 ects. Zie: http://www.liacs.nl/edu/studiegids.documenten.html.
Derde minorjaar (18 ects) Titel: Docenten: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Image analysis in microscopy Fons Verbeek. 200. 6 ects. Zie: http://www.liacs.nl/~fverbeek/courses/ia2006/.
Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Human computer interaction Fons Verbeek. 300. 6 ects. Zie: http://www.liacs.nl/edu/studiegids.documenten.html.
Titel: Docent: Niveau: Studiebelasting: Rooster:
Kunstmatige intelligentie Walter Kosters. 200. 6 ects. Zie www.liacs.nl/edu/roosters.html.
Titel: Informatie:
Medialabstage Michael Lew, telefoon 071 527 70 34, e-mail:
[email protected].
81
6. Bijvakken Bij de meeste Leidse opleidingen is er in het tweede en derde jaar naast het hoofdvak ruimte voor twee bijvakken van elk 20 ects. De Faculteit der Kunsten biedt twee bijvakken aan op het gebied van muziek en een op het gebied van de visuele archeologie (per 1 september 2007). Aanmelding voor alle vakken uit de bijvakken: Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected].
6.1 Bijvak Muziek Met name voor bachelorstudenten van de Leidse Faculteit der Letteren, maar ook voor anderen, is het bijvakprogramma Muziek samengesteld. Anders dan bij het Practicum musicae, een instrumentaal of vocaal keuzevak, gaat het bij het bijvak Muziek om een muziektheoretisch programma van 20 ects. Als je voor je hoofdvak een bepaalde taal of cultuur bestudeert of als je geschiedenis of kunstgeschiedenis doet, is dit een passend bijvak. Ook als je iets anders studeert, gaat het om een nuttig programma dat je kennis op een breed muzikaal terrein verdiept. Bijvak Muziek (20 ects) Eerste semester
Tweede semester
- Muziektheorie 1 (4 ects) - Muziekfilosofie: wat is muziek? (4 ects) - Keuzevak: Geschiedenis van de westerse muziek (4 ects)
- Muziektheorie 5 (4ects) - Keuzevak: Inleiding in de jazzgeschiedenis (4 ects) - Keuzevak: Muziekfilosofie: improvisatie of muziek en ethiek (4 ects)
Iedereen weet wat muziek is en houdt ervan. Of het nu om de Beach Boys, Dave Brubeck, Bartók of Bach gaat. Moderne media als cd, dvd en mp3 hebben muziek – westers of nietwesters, klassiek, pop of jazz – verder gepopulariseerd, zodat het aantal mogelijkheden om kennis te nemen van de talloze soorten muziek oneindig veel groter is geworden dan voorheen. Juist omdat muziek zo’n breed verspreid verschijnsel is geworden, is het interessant dit fenomeen vanuit verschillende invalshoeken nader te bekijken. Het bijvak concentreert zich op de volgende benaderingswijzen, die elkaar aanvullen en onderling versterken: een muziektheoretische, een muziekhistorische en muziekfilosofische. Dit bijvak maakt studenten wegwijs in de onderliggende structuren van muziek en de toepassing van deze structuren in verschillende tijdvakken. Via deze aanpak – waarbij ook aandacht wordt besteed aan gehoortraining – maak je kennis met de bouwstenen van de muziek. Kennis van het notenschrift is hierbij nuttig, maar geen vereiste, want dat wordt je snel geleerd. Omdat muziek nooit op zichzelf staat, maar ingebed is in een culturele omge-
ving, wordt het verschijnsel muziek daarnaast in een muziek filosofische, cultuurtheoretische en cultuurhistorische context geplaatst. Het bijvak Muziek bestaat uit de volgende onderdelen: Muziektheorie 1 (4 ects), Muziektheorie 5 (4 ects), Muziekfilosofie: wat is muziek? (4 ects) en Muziekfilosofie: interpretatie van muziek (4 ects) (alle verplicht) en verder heb je de keuze uit: a. Geschiedenis van de Westerse muziek (4 ects) of b. Inleiding in de jazzgeschiedenis (4 ects). Daarnaast wordt in het tweede semester het vak Muziekfilosofie: improvisatie (4 ects) aangeboden voor studenten met een praktische muzikale achtergrond en Muziekfilosofie: muziek en ethiek (4 ects) voor hen die niet praktisch zijn geschoold. Voor de beschrijving van de vakken: Muziektheorie 1, zie bladzijde 60; Muziektheorie 5, zie bladzijde 61; Muziekfilosofie: wat is muziek?, zie bladzijde 61; Muziekfilosofie: muziek en ethiek, zie bladzijde 64; Geschiedenis van de westerse muziek, zie bladzijde 64; Inleiding in de jazzgeschiedenis, zie bladzijde 68. KMiM-MF3 Muziekfilosofie: improvisatie Improvisatie is een onlosmakelijk onderdeel van het muziek maken. Zowel in jazz, ‘niet-westerse’ als veel ‘klassieke’ muziek wordt vaak geïmproviseerd, al was het alleen maar omdat een partituur slechts een schematische weergave is van een compositie. Maar wat is improvisatie nu eigenlijk? In hoeverre komt het overeen met en verschilt het van interpretatie? En wat is eigenlijk de relatie tussen improvisatie en communicatie? Met deze vragen verlaten we het strikte muziektheoretische domein; zij zijn eerder filosofisch van aard. In dit speel- en denkcollege wordt een unieke combinatie nagestreefd van reflectie op het thema improvisatie middels een ‘close-reading’ van (muziek)filosofische teksten en het daadwerkelijk improviseren vanuit diverse muzikale idiomen. Daarbij is het de bedoeling dat de teksten inzicht geven in bepaalde aspecten van het improviseren (bijvoorbeeld: communicatie, vrijheid, creativiteit en luisteren) en, omgekeerd, dat de improvisaties informatie toevoegen aan de teksten, omdat er een ervaringscomponent wordt ingebracht. Docent: Marcel Cobussen. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Studenten dienen op elementair niveau een instrument te kunnen bespelen en noten en akkoordsymbolen te kunnen lezen. Filosofische voorkennis is niet noodzakelijk. N.B. Studenten uit het bijvak Muziek kunnen kiezen tussen Muziekfilosofie: improvisatie of Muziekfilosofie: muziek en ethiek. Voor Improvisatie geldt als toegangseis dat men zelf op zeker niveau een instrument dient te bespelen. Is dit niet het geval, dan dient het college Muziek en ethiek te worden gevolgd. Onderwijsvorm: Speel- en denkcolleges. Literatuur, etc.: Muziekfilosofische teksten en bladmuziek. Toetsing: Schriftelijk tentamen gekoppeld aan een afsluitende improvisatieopdracht. Vakcode: Titel: Inhoud:
83
Tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van de Muziekschool Leiden en Omstreken (Rapenburg 22, Leiden), woensdag van 9.0011.00 uur. Eerste college: 7 februari.
Rooster:
6.2 Bijvak Kerkmuziek Voor studenten Godgeleerdheid die ook kerkmuzikaal willen worden geschoold, is via de Faculteit der Kunsten aan het Koninklijk Conservatorium in Den Haag een programma ontwikkeld dat tot doel heeft studenten zowel in praktische als theoretische zin op kerkmuzikaal gebied te scholen. Bijvak Kerkmuziek (18 ects) Vooraf (2 ects)
Eerste en tweede semester (18 ects)
Eerste semester
- Liturgiek (5 ects) - Hymnologie en geschiedenis van de kerkmuziek (8 ects) - Koorklas en Gregoriaans (3 ects) - Zang en stemvorming (1 ects) - Kerkstructuur en de organisatie van kerkmuziek (1 ects)
Muziektheorie 1 (2 ects) of
Tweede semester
- Elementaire muziektheorie (2 ects)
Niet alleen wordt er aandacht besteed aan de geschiedenis van de kerkmuziek in vroeger tijden en in het huidige tijdsgewricht, het liturgische kader en het cantoraat, maar ook aan praktische zaken als stemvorming en stemgebruik. Dit bijvak is toegankelijk voor alle studenten Theologie en andere belangstellenden, mits zij over voldoende basiskennis op muziektheoretisch gebied beschikken. Hiertoe wordt – voorafgaand aan het studiejaar waarin de eigenlijke kerkmuzische vakken worden aangeboden (18 ects) – aan het Koninklijk Conservatorium een college Elementaire muziektheorie aangeboden (2 ects) door Paul Scheepers (tweede semester, Den Haag) of kan het keuzevak Muziektheorie 1 (4 ects) door Suzanne Konings (eerste semester, Leiden) worden gevolgd. Mocht je reeds over voldoende muziektheoretische kennis beschikken, dan kun je, na een toets, een vrijstelling krijgen. De vakken Liturgiek, Hymnologie en Geschiedenis van de kerkmuziek, en Koorklas en Gregoriaans staan ook als keuzevak open voor belangstellenden uit andere faculteiten. Informatie over het bijvak Kerkmuziek is verkrijgbaar bij Theo Goedhart (coördinator), telefoon: 071 517 36 22, e-mail:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
84
KBK-L Liturgiek Deze wekelijkse cursus bestaat uit een hoorcollege en een opdrachtbespreking. Aan de orde komen: liturgiek als discipline, de eigentijdse context van de christelijke ritualiteit, bijbelse en Joodse kernbegrippen van de christe-
lijke eredienst, kernmomenten uit de liturgiegeschiedenis, de ordening van de liturgische tijd en ruimte en de eigen vaardigheid beredeneerd invulling te geven aan een orde van een dienst. De opdrachten dragen bij aan de ontwikkeling van een eigen liturgische attitude. Docent: Kees Zwart. Niveau: 200. Studiebelasting: 5 ects. Toegangseisen: Dit college vormt een onderdeel van het curriculum van het bijvak Kerkmuziek, maar staat als keuzevak ook open voor studenten met belangstelling voor het onderwerp. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege en opdrachtbespreking. Aanwezigheid verplicht. Literatuur, etc.: Capita selecta uit: - M. Barnard e.a. (red.), De weg van de liturgie. Tradities, achtergronden, praktijk. Zoetermeer: Meinema, 1998. - M. Barnard & N. Schuman (red.), Nieuwe wegen in de liturgie. De weg van de liturgie – een vervolg. Zoetermeer: Meinema, 1998. - Dienstboek – een proeve, Schrift-Maaltijd-Gebed. Zoetermeer: Boekencentrum, 1998. - Dienstboek – een proeve, deel II, Leven-Zegen-Gemeenschap. Zoetermeer: Boekencentrum, 1998. Toetsing: Mondeling tentamen op 22 en 29 juni 2007. Rooster: Eerste en tweede semester. Het college wordt gegeven in het gebouw van het KC , lokaal M 301, op vrijdag, 16.00-17.00 uur. Eerste college: 8 september. KBK-HGK Hymnologie en geschiedenis van de kerkmuziek De wekelijkse cursus bestaat uit een hoor- en een werkcollege. Aan de orde komen: de geschiedenis van het kerklied (dichters, componisten, gezangboeken), meerstemmige kerkmuziek (zowel katholiek als protestants) en de toepassing daarvan in de praktijk van getijde- en hoofddiensten. Een aantal actuele liedbundels wordt uitvoerig besproken. Docent: Theo Goedhart. Niveau: 200. Studiebelasting: 8 ects. Toegangseisen: Dit college is een onderdeel van het curriculum van het bijvak Kerkmuziek, maar staat als keuzevak ook open voor studenten met belangstelling voor het onderwerp. Kennis van de muziektheoretische beginselen is hierbij wel een vereiste. Het college Elementaire muziektheorie of het keuzevak Muziektheorie 1 dient naar behoren te zijn afgesloten of je dient over een vergelijkbaar niveau te beschikken, wat voorafgaand aan het college wordt getoetst. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Aanwezigheid verplicht. Literatuur, etc.: - Jan Luth e.a. (red.), Het kerklied, een geschiedenis. Zoetermeer: Mozaïek, 2001. - S. Groot e.a. (red.), De lof Gods geef ik stem. Baarn: Gooi en Sticht, 1993. - Christiane Bernsdorff-Engelbrecht, Geschichte der evangelischen Kirchenmusik. Wilhelmshaven: Heinrichshofen, 2003. Vakcode: Titel: Inhoud:
85
Toetsing: Rooster:
Mondeling tentamen op 22 en 29 juni 2007. Eerste en tweede semester. Het college wordt gegeven in het gebouw van het KC , lokaal M 301, op vrijdag, 13.00-15.00 uur. Eerste college: 8 september.
KBK-KG Koorklas en Gregoriaans Het wekelijkse college bestaat voor het grootste gedeelte uit een werkcollege en voor een kleiner deel uit een hoorcollege. Zingenderwijs wordt kennisgemaakt met een aantal kernstukken uit het vocale kerkmuziekrepertoire. Speciale aandacht wordt besteed aan notatie en uitvoeringswijze van het Gregoriaans, voorts aan vormen en genres binnen dit corpus. Men wordt geacht de koorpartijen thuis voor te bereiden. Docent: Anthony Zielhorst en Theo Goedhart. Niveau: 200. Studiebelasting: 3 ects. Toegangseisen: Dit college vormt onderdeel van het curriculum van het bijvak Kerkmuziek, maar staat als keuzevak ook open voor studenten met belangstelling voor het onderwerp. Kennis van de muziektheoretische beginselen is hierbij wel een vereiste. Het college Elementaire muziektheorie of het keuzevak Muziektheorie 1 dient naar behoren te zijn afgesloten of je dient over een vergelijkbaar niveau te beschikken, wat voorafgaand aan het college wordt getoetst. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Aanwezigheid verplicht. e Literatuur, etc.: - J. Boogaarts, Inleiding tot het Gregoriaans en de liturgie. 2 dr. Bussum: Coutinho, 1994. - J. Elemans, Gregoriaans zingen, een handreiking. Utrecht: SNK, 2004. Toetsing: Mondeling tentamen op 22 en 29 juni 2007. Rooster: Eerste en tweede semester. Het college wordt gegeven in het gebouw van het KC , lokaal M 301, op vrijdag, 15.00-16.00 uur. Eerste college: 8 september. Vakcode: Titel: Inhoud:
KBK-ZS Zang en stemvorming Dit college vindt tweewekelijks plaats. Behandeld worden de principes van een technisch gezond gebruik van spreek- en zangstem. De behandelde oefeningen moeten thuis geoefend worden. Docent: Marijke van Klaveren. Niveau: 100. Studiebelasting: 1 ects. Toegangseisen: Het college staat alleen open voor studenten die het bijvak Kerkmuziek volgen. Onderwijsvorm: Werkcollege. Aanwezigheid verplicht. Literatuur, etc.: Nader te bepalen. Toetsing: Mondeling tentamen op 22 en 29 juni 2007. Rooster: Eerste en tweede semester. Het college wordt gegeven in het gebouw van het KC , lokaal M 301, op vrijdag, 17.00-18.00 uur. Data worden nader bekendgemaakt. Vakcode: Titel: Inhoud:
86
KBK-KOK Kerkstructuur en de organisatie van kerkmuziek Overzicht van een aantal, voor de liturgische en kerkmuzikale praktijk relevante aspecten van kerkorganisatie (zoals kerkorde, regeling voor de kerkmuziek), beleidsplannen kerkmuziek, organisaties en uitgeverijen op het gebied van kerkmuziek, organisatie en werkwijze bij kinderkoren. Docent: Diverse gastdocenten. Niveau: 100. Studiebelasting: 1 ects. Toegangseisen: Het college staat alleen open voor studenten die het bijvak Kerkmuziek volgen. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Aanwezigheid verplicht. Literatuur, etc.: Nader te bepalen. Toetsing: Mondeling tentamen op 22 en 29 juni 2007. Rooster: Eerste en tweede semester. Het college wordt gegeven in het gebouw van het KC , lokaal M 301, op vrijdag, 17.00-18.00 uur. Data worden nader bekendgemaakt. Vakcode: Titel: Inhoud:
87
7. Keuzevakken Door het intensieve samenwerkingsverband is het mogelijk voor studenten aan het Koninklijk Conservatorium, de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten en de Universiteit Leiden om keuzevakken over en weer te volgen. In beginsel gelden de behaalde studiepunten bij alle instellingen. Wel is vooraf toestemming nodig van de examencommissie van de eigen opleiding. Leidse studenten kunnen in Leiden eveneens vakken volgen op het gebied van het kunstonderwijs in Den Haag. Deze worden speciaal georganiseerd door de Faculteit der Kunsten. Ook Haagse studenten kunnen deze Leidse keuzevakken volgen. Niet-studenten kunnen als à la carte-student diverse keuzevakken volgen. Een overzicht van deze keuzevakken vind je in paragraaf 2.1.4, bladzijde 17. In deze studiegids is een onderverdeling gemaakt in muziek, beeldende kunst en andere kunstvakken.
7.1 Keuzevakken muziek Informatie en aanmelding Leidse en Haagse keuzevakken (tenzij anders vermeld): Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]. - Akoestiek van instrumenten, docent Rob van Acht - Anthropology of music, docent Wim van Zanten - Capita selecta oude muziek, docent Ton Koopman - De musicus in de hoofdrol, docent Kolja Meeuwsen - Elementaire muziektheorie 1 (klassiek en jazz) en 2 (klassiek), diverse docenten - Geschiedenis van de westerse muziek: van Bach tot Bartók, docent Kolja Meeuwsen - Historisch documentatieproject oude muziek, docent Peter van Heyghen - Hymnologie en geschiedenis van de kerkmuziek, docent Theo Goedhart - Inleiding in de jazzgeschiedenis, docent Wouter Turkenburg - Inleiding in de jazzgeschiedenis 1, docent Wouter Turkenburg - Inleiding in de jazzgeschiedenis 2, docent Wouter Turkenburg - Introduction to Chinese music, docenten Frank Kouwenhoven en Antoinet Schimmelpenninck - Koorklas en Gregoriaans, docenten Anthony Zielhorst en Theo Goedhart - Liturgiek, docent Kees Zwart - Mathematical structures in music, docent Derk Pik - Musurgia retorica, docent Jan Kleinbussink - Muziek en media, docenten Maurice Bom, Paul Jeukendrup en Barry Olthof - Muziekfilosofie: improvisatie, docent Marcel Cobussen - Muziekfilosofie: interpretatie van muziek, docent Marcel Cobussen - Muziekfilosofie: muziek en ethiek, docent Marcel Cobussen - Muziekfilosofie: wat is muziek?, docent Marcel Cobussen - Muziekgeschiedenis: capita selecta: algemeen, docent Kolja Meeuwsen - Muziektheorie 1, docent Suzanne Konings - Muziektheorie 5: het muzikale gehoor, docent Suzanne Konings - Nieuwe theorie (1, 2 en 3), docent Martijn Voorvelt
- Popmuziek en popcultuur; Niet-westerse muziek, docenten Marc Zoutendijk en Mark van Tongeren - Practicum musicae 1, 2 en 3, diverse docenten - Ruimte-akoestiek, docent Diemer de Vries - Sibeliuscursus (keuzevak), docenten Karst de Jong, Ida Vujović en Patrick van Deurzen - Sibeliuscursus (contractonderwijs), docent Ida Vujović KC-AI Akoestiek van instrumenten De cursus behandelt de klankeigenschappen en de akoestische afstraling van de meest voorkomende blaas-, strijk-, en slaginstrumenten. Aandacht wordt besteed aan de classificatie en definitie van stemmingen, toonstructuur en systemen, luidheid, dynamiek en geluidssterkte. Daarnaast worden akoestische aspecten behandeld als klankafstraling, opstellingstradities en impulsgedrag. Docent: Rob van Acht. Niveau: 200. Studiebelasting: 2 ects. Toegangseisen: De cursus staat open voor studenten met belangstelling voor het onderwerp. Een algemene voorkennis van het notenschrift en geluidsleer (natuurkunde) wordt aanbevolen. Onderwijsvorm: Hoorcollege. De cursus bestaat uit 16 bijeenkomsten van 2 uur. Literatuur, etc.: De reader Akoestiek muziekinstrumenten van de docent wordt gebruikt als benodigd lesmateriaal. Deze is verkrijgbaar op de reproafdeling van het conservatorium. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Eerste semester. De cursus vindt plaats in het gebouw van het KC, donderdag van 10.00-12.00 uur, leskamer SON 05. Eerste college: 7 september. Informatie: Peter Nuijten (coördinator Muziektechnologie), telefoon: 070 315 14 82, email:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
2MU Anthropology of music Music is a form of humanly organized sound. We shall study how various groups organize their music and performances. How do they cope with the many different – often contradictory – voices and expectations that emerge from different groups in society, each with their own norms and values? Change will be studied by looking at the relations between performers, patrons, and audiences, the structure of the music, and the performance setting. Music often plays an important role in rituals, and is used to express the ‘ineffable’. On the other hand, governments may use the performing arts to attract tourists. Popular music is often mediated by video-CDs, DVDs, the Internet, radio, television, cassette tapes, i-pods and CDs, and used to negotiate identity for particular communities and regions, sometimes playing a vital role in a dialogue of power among the local, the national, and the global. In the years after 11 September 2001 it has become clear that music and Islam has become an important topic to be studied.
89
The same holds for music of minorities in the larger cities of the Western world. The classes will include presentations of audio-visual material. If enough students are interested there will be the possibility to learn Tembang Sunda Cianjuran music (singing, bamboo flute and zithers) in a workshop after each lecture from 5:15-7:00 p.m., also starting on 14 September 2006. In this workshop the technical aspects of music will be discussed; a musical ear will be helpful, but reading of music is not required. Docent: Wim van Zanten. This course is organized in cooperation with the Theatre and Film Department of the Faculty of Arts. Niveau: 100. Studiebelasting: 5 ects. Extension to 8 or more ects may be discussed with the course tutor. Voertaal: English. Onderwijsvorm: Lectures in English; presentations by students; literature. At the beginning of the course there will be a detailed programme available on Blackboard. Literatuur, etc.: (Complete list will be supplied at the first lecture.) - Gilbert Rouget, Music and trance. A theory of the relations between music and possession. Chicago [etc.]: The University of Chicago Press, 1985. - Christopher Alan Waterman, Jùjú: A social history and ethnography of an African popular music. [With cassette tape.] Chicago [etc.]: The University of Chicago Press, 1990. - Anthony Seeger, Why Suyá sing. A musical anthropology of an Amazonian people. Urbana and Chigago: University of Illinois Press, 1987. Only for those who have been following the practical music classes the examination will be based on the lectures and: - Wim van Zanten, Sundanese music in the Cianjuran style: Anthropological and musicological aspects of tembang Sunda. Dordrecht-Holland [etc.]: Foris, 1989. KITLV Verhandelingen 140. [Book with cassette tape 90’.] - Articles. Toetsing: - Oral exam in December covering the literature and topics discussed during the lectures, or attending the weekly workshop Tembang Sunda Cianjuran and taking an oral exam covering the topics discussed during the lectures and the Cianjuran book. Students will have to make an appointment for the oral exam. If the appointment is cancelled by the student there will only be one opportunity left for the examination in the first half of January 2007. - If there are many students, there will be a written examination around 15th December 2006. Rooster: First semester, 14 September till 7 December 2006, except for 21 September and 26 October. Thursday lecture, 3:15-5:oo p.m., followed by (voluntary) music workshop: 5:15-7:00 p.m. Informatie en Wim van Zanten, telefoon: 071 527 34 65, e-mail: vanzanten@ aanmelding: fsw.leidenuniv.nl. Vakcode: Titel: Inhoud:
90
KL-OM Capita selecta oude muziek Het keuzevak bestrijkt een brede variatie aan onderwerpen uit de historische uitvoeringspraktijk. Een groot deel van de colleges vindt plaats in de
bibliotheek (met instrumenten en prentenverzameling) van de docent zelf. De colleges hebben onder andere tot doel de studenten inzicht te verschaffen in het gedachtegoed van de belangrijkste componisten uit de zeventiende en achttiende eeuw. Kennis over de historische uitvoeringspraxis is daartoe noodzakelijk. De onderwerpen die aan bod komen zijn: het barokorkest; castraten, countertenor en normale zangers; Pachelbel (1653-1643); Monteverdi (15671643); orgelbouw in Nederland; hoe begin je je onderzoek?; opera-enscenering; Telemann; muziekonderwijs in de zeventiende en achttiende eeuw; Sweelinck; koor-orkestbezetting, koor versus solo/solisten, kwartet; Frescobaldi (1583-1643); gamba en zijn literatuur; Scarlatti. Docent: Ton Koopman. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Geen. In het bijzonder bestemd voor studenten met belangstelling voor oude muziek, zoals theologen, kunsthistorici, conservatoriumstudenten en iedereen die van barokmuziek houdt en er meer van wil weten. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Wordt nader bekendgemaakt. Toetsing: Paper gericht op muziekwetenschappelijk onderwerp uit de zeventiende of achttiende eeuw. Rooster: Eerste en tweede semester. Vier van de colleges vinden plaats in Leiden (13 en 27 november: WSD-complex, gebouw 1165, zaal 005; 19 februari en 26 maart: Lipsiusgebouw, zaal 227), maandag van 9.30-12.00 uur. De overige colleges zijn in Bussum (Meerweg 23) van 10.00-12.30 uur. Rooster en onderwerpen zijn: 28 september (het barokorkest), 27 oktober (castraten, countertenor en normale zangers), 1 november (J. Pachelbel, 1653-1706), 16 november (C. Monteverdi, 1567-1643), 13 november (orgelbouw in Nederland), 27 november (hoe begin je research?), 26 januari (opera-enscenering), 9 februari (G.Ph. Telemann, 1681-1767), 29 maart (muziekonderwijs in de zeventiende en achttiende eeuw), 19 februari (J.P. Sweelinck, 1652-1621), 26 maart (koor-orkestbezetting, koor versus solo/solisten, kwartet), 19 april (G. Frescobaldi, 1583-1643), 1 mei (gamba en zijn literatuur), 21 mei (D. Scarlatti, 1685-1757). Titel: Verwijzing:
De musicus in de hoofdrol Zie bladzijde 67.
Vakcode: Titel: Inhoud:
KC-EMT1 Elementaire muziektheorie 1 (klassiek en jazz) Dit college is alleen bestemd voor studenten die deelnemen aan het instrumentale of vocale programma van het Practicum musicae 1 (klassiek en jazz). Je komt in aanraking met de basale kennis van de algemene muziekleer en leert vaardigheden op het gebied van gehoortraining en solfège. Het eindniveau komt overeen met het muziektheoretische toelatingsniveau van het Koninklijk Conservatorium Diversen. 100.
Docenten: Niveau:
91
Studiebelasting: 2 ects. Aansluiting: Elementaire muziektheorie 2 (klassiek) Toegangseisen: Je dient deel te nemen aan het instrumentale of vocale Practicum musicae 1
programma. Onderwijsvorm: Werkcollege. Voertaal: Nederlands of Engels. Literatuur, etc.: Wordt ter plekke besproken. Toetsing: Schriftelijk en praktijktentamen. Rooster: Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van het KC te Den Haag, twee maal 50 minuten per week. Diverse groepen. Voor indeling in één van deze groepen dien je contact op te nemen met de afdeling Planning van het KC, Diana Jasperse, telefoon: 070 315 15 45.
KC-EMT2 Elementaire muziektheorie 2 (klassiek) Dit college is alleen bestemd voor studenten die deelnemen aan het instrumentale of vocale programma van het Practicum musicae 2 (klassiek). Voortgeborduurd wordt op de muziektheoretische kennis en vaardigheden die je tijdens het college Elementaire muziektheorie 1 hebt opgedaan. Docenten: Diversen. Niveau: 200. Studiebelasting: 2 ects. Toegangseisen: Je dient deel te nemen aan het instrumentale of vocale programma van het Practicum musicae 2. Onderwijsvorm: Werkcollege. Voertaal: Nederlands of Engels. Literatuur, etc.: Wordt ter plekke besproken. Toetsing: Schriftelijk en praktijktentamen. Rooster: Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van het KC te Den Haag, tweemaal 50 min. per week. Diverse groepen. Voor indeling in één van deze groepen dien je contact op te nemen met de afdeling Planning van het KC, Diana Jasperse, telefoon: 070 315 15 45. Vakcode: Titel: Inhoud:
Titel: Verwijzing:
Geschiedenis van de westerse muziek: van Bach tot Bartók Zie bladzijde 64.
Vakcode: Titel: Inhoud:
KC-HDP Historisch documentatieproject oude muziek Het Koninklijk Conservatorium organiseert een drietal historische documentatieprojecten in samenwerking met het Nederlands Muziek Instituut (Den Haag) en de verzameling historische muziekinstrumenten van het Haags Gemeentemuseum. Het gaat om drie afzonderlijke projecten waarbij telkens een componist, een groep componisten, een stijl of een specifieke periode centraal staat. In het studiejaar 2006-2007 worden de volgende drie projecten uitgevoerd: - In the shadow of Mozart’s last years - Venetian music at the age of Giovanni Gabrieli (c. 1555-1612)
92
- An early European Union in music-mixed styles in German and Austrian ensemble music around 1700. Docent: Peter van Heyghen. Niveau: 200. Studiebelasting: 2 ects. Toegangseisen: Kennis van het notenschrift en enige kennis van de barokmuziek. Onderwijsvorm: Hoor- en luistercollege in het Engels. Literatuur, etc.: Wordt ter plekke uitgereikt. Toetsing: Studenten schrijven een paper op het einde van de cursus. Aanwezigheid verplicht bij de drie onderdelen. Rooster: Eerste en tweede semester. De bijeenkomsten vinden plaats in het gebouw van het KC te Den Haag (Studio I, begane grond), op 13, 14 en 15 november, 12, 13 en 14 maart en 16, 17 en 18 april. Maandag van 13.00-17.00 uur, dinsdag en woensdag van 10.00-17.00 uur. Informatie: Sonja Heimans, telefoon: 070 315 15 21, e-mail: s. heimans@ admin.koncon.nl. Titel: Verwijzing:
Hymnologie en geschiedenis van de kerkmuziek Zie bladzijde 86.
Titel: Verwijzing:
Inleiding in de jazzgeschiedenis Zie bladzijde 68.
KC-J1 Inleiding in de jazzgeschiedenis 1 Jazz heeft zich van de muziek van een multiculturele, urbane subcultuur via de populaire muziek tot kunstmuziek ontwikkeld. De muzikale ontwikkeling van jazz heeft zich afgespeeld tegen de historische, maatschappelijke en technologische achtergronden van de twintigste eeuw. In de jazz is een aantal stijlen te onderscheiden. Aan de hand van een groot aantal luistervoorbeelden zal de jazzgeschiedenis tot aan het einde van de jaren zeventig worden behandeld. Doel is dat studenten leren diverse stijlen te onderscheiden en te herkennen. Docent: Wouter Turkenburg. Niveau: 100. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Kennis van het notenschrift en harmonieleer. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Voertaal: Engels. Literatuur, etc.: Ted Gioia, The history of jazz. Oxford: Oxford University Press, 1999. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Na het eerste semester kan het vak worden afgesloten op basis van een tentamen (2 ects). Uitbreiding tot 4 ects is mogelijk door het schrijven van een paper. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC (collegezaal begane grond), dinsdag van 9.30-10.50 uur. Eerste college: 5 september. Informatie: Wouter Turkenburg, telefoon: 070 315 14 00, e-mail: w.turkenburg@ admin.koncon.nl.
Vakcode: Titel: Inhoud:
93
KC-J2 Inleiding in de jazzgeschiedenis 2 Jazz is een levende kunstvorm waarbinnen improvisatie en swing steeds op verschillende wijze vorm kunnen worden gegeven. Recente ontwikkelingen in de jazz verdienen daarom bijzondere aandacht. Om een beeld te krijgen van de ontwikkelingen in de jazz gedurende de laatste drie decennia wordt in deze cursus het accent verlegd van historische reflecties over jazz naar de parameters en krachten die voor de actuele stand van zaken in de jazz van belang zijn. Een groot aantal luistervoorbeelden zal hierbij het vertrekpunt zijn. Docent: Wouter Turkenburg. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Kennis van het notenschrift en harmonieleer. Deelnemers moeten eerder het college Inleiding in de jazzgeschiedenis 1hebben gevolgd. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Voertaal: Engels. Literatuur, etc.: Ted Gioia, The history of jazz. Oxford: Oxford University Press, 1999. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Na het eerste semester kan het vak worden afgesloten op basis van een tentamen (2 ects). Uitbreiding tot 4 ects is mogelijk door het schrijven van een paper. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC (collegezaal begane grond), dinsdag van 11.15-12.35 uur. Eerste college: 5 september. Informatie: Wouter Turkenburg, telefoon: 070 315 14 00, e-mail:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
Introduction to Chinese music What role does music play in contemporary Chinese society? What do Chinese musicians view as important in Chinese music? Why is Chinese music performed, for whom? This series of lectures on Chinese music is jointly organized by The Leiden Sinological Institute and the CHIME Foundation. The emphasis is on practice: a broad range of film and sound materials will be offered, and there will be interviews and live demonstrations with/by a number of Chinese musicians. While the focus is on the present, the past is a powerful element in today’s Chinese music, and topics will range from early Chinese music (antiquity and Tang period) to modern art music (including Chinese avant-garde and rock), and from rural folk music to some specific instrumental traditions and instruments (pipa, zheng, qin, mouth organ). The aim is to provide practical knowledge about musical instruments and current performance traditions and contexts. Docenten: Antoinet Schimmelpenninck en Frank Kouwenhoven. Niveau: 100. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: The series is intended for students of Sinology (third year), and students of Musicology, Anthropology, Faculty of Arts and the Music Conservatories Titel: Inhoud:
94
(advanced years) from Amsterdam, Utrecht, Rotterdam, Leiden and The Hague. Onderwijsvorm: Werk- en luistercollege. Voertaal: Engels, in geval van deelname van Engelstalige studenten, anders in het Nederlands. Literatuur, etc.: Eigen materiaal van docenten. Toetsing: Een paper van 15 pagina’s en een schriftelijk examen aan het eind van de cursus. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in Chime Sound Archive (Gerecht 1, Leiden), dinsdag van 13.00-17.00 uur. Eerste college: 12 september. Informatie en Antoinet Schimmelpenninck en Frank Kouwenhoven, telefoon: aanmelding: 071 513 39 74, e-mail:
[email protected]. Titel: Verwijzing:
Koorklas en Gregoriaans Zie bladzijde 87.
Titel: Verwijzing:
Liturgiek Zie bladzijde 85.
Vakcode: Titel: Inhoud:
KC-MS Mathematical structures in music Het vak Mathematical structures in music is speciaal ontwikkeld voor studenten van het Koninklijk Conservatorium en fungeert als kennismaking met de minor Wiskunde. Dit vak is in het bijzonder bestemd voor eerstejaarsstudenten en heeft tot doel een indruk te geven van de plaats van wiskunde in muziek. Als twee verschillende ritmen tegelijkertijd worden uitgevoerd, wanneer vallen er dan twee slagen samen? Wat is regelmaat? Wat betekent symmetrie in muziek? Wat is chaos? Welke structuur hebben natuurgeluiden? Hoeveel twaalftoonsreeksen zijn er? Zijn ze erg verschillend? Wat zijn hun symmetrie-eigenschappen? Als we een akkoord samenstellen uit alle chromatische tonen, kan dit akkoord dan alle intervallen bevatten? Hoeveel van zulke akkoorden bestaan er eigenlijk? Welke stemmingen zijn er? Kan één snaar zuiver klinken? Waar komt de notie van zuiverheid vandaan? Dit is een kleine greep uit een groot aantal vragen waarbij wiskunde een rol speelt. Aan de hand van klank- en muziekvoorbeelden zal er gedurende zes avonden steeds een ander wiskundig onderwerp worden besproken. Het zal gaan om de volgende thema’s: 1. Stochastiek: natuurgeluiden, kansverdelingen, steekproeven, randomgeneratoren. Een gedetailleerde analyse zal worden gegeven van de werken Herma en Achorripsis van Xenakis. 2. Dynamische systemen en chaos: muziekvoorbeelden van Riley, Reich en Ligeti. 3. Fysica: consonantie. Muziekvoorbeelden: gamelanmuziek en voorbeelden van Skriabin, Grisey. 4. Getallentheorie: stemmingen, Pythagoreïsche stemming, andere historische stemmingen, waaronder verschillende van Mersenne, Euler en Keppler. Muziekvoorbeelden: Giovanni Battista Benedetti, Machaut.
95
5. Getallentheorie: Fareyreeksen, oneindig lang stijgende toon, synthetische consonantie, harmonie. Muziekvoorbeelden van Partch, La Monte Young. 6. Algebra: symmetrie en grafentheorie. Muziekvoorbeelden: Machaut, change ringing (wisselluiden), Bartók, Messiaen, Beethoven, Webern. Docent: Derk Pik. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Wiskunde B1 en B2 of Wiskunde 2 (oude stijl) en voor degenen die muziektheoretisch minder onderlegd zijn: het college Muziektheorie 1 (S. Konings) dat in Leiden tijdens het eerste semester wordt aangeboden (dinsdag, 15.0017.00 uur). Voertaal: Engels. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcollege. Literatuur, etc.: Individueel te bepalen. Toetsing: Mondeling tentamen (4 ects) of het schrijven van een paper (6 ects) na afloop van deze module. Rooster: Tweede semester. De colleges worden gegeven in het gebouw van het KC (collegezaal begane grond), op twaalf opeenvolgende avonden van 19.0021.00 uur. Eerste college: op een nader te bepalen avond in de week van 5 maart 2007. Zie: www.studiegids.leidenuniv.nl. Informatie: Derk Pik, e-mail:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
96
KL-MR Musurgia retorica: confrontatie en analyse op de grens van muziek en literatuur De titel Musurgia retorica is ontleend aan Athanasius Kirchers traktaat Musurgia universalis (Rome 1650). Kircher beschrijft de retorische muziekleer van zijn tijd en laat op systematische wijze allerlei compositorische basisprincipes de revue passeren om als hulpmiddel in te zetten voor het componeren van een overtuigende compositie in combinatie met tekst. Literatuur en muziek hebben onder retorische vleugels vele gemeenschappelijke kenmerken. Beide hebben elkaar in de loop van de geschiedenis voortdurend over en weer beïnvloed. Quintilianus noemde muziek al het belangrijkste richtpunt voor zijn redevoeringen. In de zestiende eeuw is de verbinding precies andersom: muziek wordt tot dienares van het woord. Iedere gedrukte rede, maar ook iedere compositie, ieder fijnzinnig gedicht, maar ook ieder madrigaal getuigt van een intense verweving met de klassieke retorische verworvenheden. Het werk van Kircher is slechts een leerboek uit een schier eindeloze rij waarin de verbinding tussen muziek en spraak wordt uiteengezet, een reeks vanaf de vroege zestiende tot aan het eind van de achttiende eeuw. Zelfs Mozart en Schubert ontkomen in hun compositorisch oeuvre niet aan deze historische wortels. Doel van deze collegereeks is om deze lijn vanaf het einde van de zestiende eeuw aan de hand van de belangrijkste traktaten tot in de achttiende eeuw te volgen, met bijzondere aandacht voor de kruisbestuiving van muziek en literatuur op het gebied van retorica en Affectenlehre, onderzoek te doen naar de wederzijdse beïnvloeding en op zoek te gaan naar eloquente beelden in poëzie en muziek. Onderwerpen die ondermeer aan bod komen, zijn: de betekenis van de retorica in de klassieke Oudheid, het ontstaan van de relatie tussen retorica en muziek, maniërisme in de Italiaanse poëzie op de grens van de
zestiende en de zeventiende eeuw, muziek in het theater, onderzoek naar het affectbegrip in de Barok vanaf Descartes en Kircher, tekst en muziek in het werk van Heinrich Schütz, figurenleer, etc. Docent: Jan Kleinbussink. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Toegangseisen: Kennis van het notenschrift en enige kennis van barokmuziek. Onderwijsvorm: Hoor-/werkcollege. Literatuur, etc.: Reader wordt per college uitgereikt. Aanbevolen literatuur wordt later bekendgemaakt. Toetsing: Take home-tentamen, dat op 16 mei dient te zijn ingeleverd bij Jan Kleinbussink, p/a Koninklijk Conservatorium, Juliana van Stolberglaan 1, 2595 CA Den Haag. Rooster: Eerste en tweede semester om de twee weken. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC, dinsdag. Preciese tijdstip wordt nader bekendgemaakt. Eerste college: 19 september. Informatie: Jan Kleinbussink, telefoon: 070 315 14 01, e-mail:
[email protected]. Titel: Verwijzing:
Muziek en media Zie bladzijde 66.
Titel: Verwijzing:
Muziekfilosofie: improvisatie Zie bladzijde 84.
Titel: Verwijzing:
Muziekfilosofie: interpretatie van muziek Zie bladzijde 63.
Titel: Verwijzing:
Muziekfilosofie: muziek en ethiek Zie bladzijde 64.
Titel: Verwijzing:
Muziekfilosofie: wat is muziek? Zie bladzijde 61.
Vakcode: Titel: Inhoud:
KC-MGA Muziekgeschiedenis: capita selecta: algemeen De capita selecta-colleges (algemeen) bestaan uit de volgende drie onderdelen: 1. Harvardlezingen van Leonard Bernstein: ‘The unanswered question’: in dit onderdeel komen de zes lezingen aan bod die Bernstein in de jaren zestig gaf aan Harvard University. Bernstein bespreekt in deze lezingen thema’s als musical phonology, musical syntax, musical semantics, the delights and dangers of ambiguity, the twentieth century crisis and the poetry of earth. Na een inleiding door de docent wordt een film van de volledige lezing getoond. De films zijn Engelstalig. 2. Vergelijkende uitvoeringspraktijk: door vergelijkingen van concerten of geluidsdragers (cd, grammofoonplaat) – met daarop dezelfde werken maar in verschillende uitvoeringen – onderzoeken we de verschillen. Waarom is de ene uitvoering mooier dan de andere en waarom klopt de ene uitvoering
97
wel en de andere niet met de huidige opvattingen over uitvoeringspraktijk? Wat zijn eigenlijk de huidige opvattingen en waar komen die vandaan? 3. Glenn Gould – een muzikale biografie in film: in deze module worden video/filmfragmenten van de pianist Glenn Gould getoond. Aan de hand van deze fragmenten worden ideeën over stijl en interpretatie besproken. Docent: Kolja Meeuwsen. Niveau: 100. Studiebelasting: 5 ects. Toegangseisen: Belangstelling en motivatie. Onderwijsvorm: Hoorcollege met film- en luisterfragmenten. Literatuur, etc.: Wordt tijdens de colleges uitgedeeld. Toetsing: Werkstuk of paper van 4000 woorden in overleg met de docent. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC (collegezaal begane grond), vrijdag van 19.00-22.00 uur. Eerste college: 9 februari. Informatie: Kolja Meeuwsen, telefoon: 070 355 58 89, e-mail: meeuwsen83@ zonnet.nl. Titel: Verwijzing:
Muziektheorie 1 Zie bladzijde 60.
Titel: Verwijzing:
Muziektheorie 5: het muzikale gehoor Zie bladzijde 61.
Vakcode: Titel: Inhoud:
KC-NT / KC-NT1 / KC NT2 / KC-NT3 Nieuwe theorie (1, 2 en 3) Dit keuzevak beoogt de muziekgeschiedenis in een brede context te plaatsen. Doel is om studenten inzicht te geven in de denkmethodes van artistieke productie. Het vak beperkt zich niet tot de muziek: ook beeldende, woord- en dramatische kunsten worden belicht. De historische lijn wordt niet als een rode draad opgevat maar dient als achtergrond voor de analyse van (technische, esthetische of epistemologische) probleemstellingen die kenmerkend zijn voor een tijdperk. Op die manier wordt geschiedenis als probleemgeschiedenis geanalyseerd en niet als feitengeschiedenis. Dit maakt het mogelijk om ‘historische’ problemen op hun relevantie voor de oplossing voor actuele probleemstellingen af te tasten zonder in conservatief-academische hagiografieën te vervallen. Dit keuzevak is opgebouwd uit drie modules: 1. Een spoedcursus muziekgeschiedenis, gevolgd door aandacht voor de hoofdlijnen van de kunstontwikkelingen van de twintigste eeuw (muziek: neomodaliteit, serialiteit, stochastiek; beeldende kunst: abstractie, industrialisatie, urbanisatie, de ontwikkeling van het ontwerpen, abstractie versus figuratie, etc.); 2. Aandacht voor de periode tussen de Griekse Oudheid tot het einde van de Barok, met het accent op het ontstaan van typisch Europese kunstvormen, kunsttechnieken en kunstparadigmata sinds de hoge Middeleeuwen, in het bijzonder: het ontstaan van het componeren, de ontginning van de muzikale ‘binnenruimte’, de consolidering van de verticale klankdimensie, goti-
98
sche versus classicistische principes, schilderkunst en perspectief, van additieve naar integratieve narratieve structuren, etc.; 3. Aandacht voor de moderniteit, vanaf de Verlichting tot en met het begin van de twintigste eeuw (dramatische en programmatische basisstructuren, beweging van structuur- naar klankdenken, de industrialisering van de kunstproductie versus de avantgarde, de versmelting van horizontale en verticale dimensies, etc.). Docent: Martijn Voorvelt. Niveau: 200. Studiebelasting: 12 ects (4 ects per module). Toegangseisen: Enige kennis van muziek en kunstgeschiedenis. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: Eigen materiaal van docent. Toetsing: Paper. Rooster: Eerste en tweede semester. De colleges vinden plaats in het gebouw van het KC, Varèsezaal (SON 15), dinsdag en donderdag. Nieuwe theorie 1: donderdag van 15.00-17.00 uur; Nieuwe theorie 2: dinsdag van 15.00-17.00 uur; Nieuwe theorie 3: donderdag van 13.00-15.00 uur. Eerste college: 7 september. Informatie: Kees Tazelaar, telefoon: 070 315 14 66, e-mail:
[email protected]. Titel: Verwijzing:
Popmuziek en popcultuur; Niet-westerse muziek Zie bladzijde 66.
Practicum musicae: Honours Traject De Faculteit der Kunsten biedt studenten aan de Leidse universiteit via het Practicum musicae de mogelijkheid een Honours Traject in de muziek te volgen: instrumentaal of vocaal. Wat is het Honours Traject precies? Bij de auditie die studenten doen om toegelaten te worden tot het Practicum musicae bepaalt de toelatingscommissie of de student dat doet binnen het Honours Traject of niet. Studenten die aan het Honours Traject mogen meedoen, hebben tijdens hun auditie een uitstekende prestatie geleverd én worden geacht ook voor hun Leidse studie meer dan voldoende cijfers te scoren. Er zijn dus studenten die het Practicum musicae 1 volgen binnen het Honours Traject, en er zijn studenten die het Practicum musicae 1 volgen buiten het Honours Traject. Diegenen die het Practicum musicae 1 succesvol afsluiten én doorgaan naar Practicum musicae 2, én diegenen die daarna door mogen gaan met Practicum muscicae 3 zijn allen in principe studenten die het Honours Traject volgen. Vakcode: Titel: Inhoud:
KC-PMA Practicum musicae 1: instrumentaal of vocaal keuzevak (klassiek of jazz) Het Practicum musicae 1 is een éénjarig instrumentaal of vocaal keuzevak, verzorgd door docenten van het Koninklijk Conservatorium. Gedurende één jaar (van september tot juni of van januari tot december) krijg je op individuele basis 50 minuten per week les. Daarnaast neem je ook deel aan een college Elementaire muziektheorie (onder meer solfège). Hiervoor word je ingedeeld. In het kader van het keuzevak bestaat de mogelijkheid om op te treden tijdens voorspeelavonden, deel te nemen aan muziekpro-
99
jecten en colleges te volgen – bijvoorbeeld op het terrein van muziekanalyse, muziekgeschiedenis, etc. – die door het Koninklijk Conservatorium en de Faculteit der Kunsten worden aangeboden. Voor alle duidelijkheid: het onderwijs in het kader van het practicum musicae (zowel instrumentaal als vocaal) heeft alleen betrekking op oude muziek, klassieke muziek en jazz. Pop en lichte muziek worden niet gedoceerd.
Wat de lespraktijk tijdens het practicum musicae betreft: je dient je goed te realiseren dat deze op professionele basis is geschoeid. Dit betekent dat je je het gehele jaar intensief voor deze lessen dient in te zetten.
Diversen. Coördinatie: Steven Moors. 100. 10 ects (muziekpraktijk: 8 ects; Elementaire muziektheorie: 2 ects). Practicum musicae 2 (10 ects) en Practicum musicae 3 (20 ects). Je moet over een muzikaal niveau beschikken dat vergelijkbaar is met het aanvangsniveau van de Vooropleiding van het Koninklijk Conservatorium. Verder: je moet het vermogen hebben je gedurende het Practicum musicae 1 zodanig te ontwikkelen dat je na afloop van dit keuzevakjaar een eindniveau hebt bereikt dat gelijkgesteld mag worden aan het beginniveau van een hoofdvakstudie aan het Koninklijk Conservatorium. Dit wordt na afloop van dit keuzevak via een afsluitend optreden (20 min.) door een kleine commissie van docenten getoetst. Alvorens tot het Practicum musicae 1 te worden toegelaten, moet je auditie doen, waarbij het voorgaande wordt getoetst. Een kleine commissie van docenten bepaalt of je al dan niet tot dit keuzevak wordt toegelaten. Uitgebreide informatie over de auditie zie: Toelating keuzevakken Koninklijk Conservatorium, bladzijde 12-13. Onderwijsvorm: Individueel (muziekpraktijk: 8 ects) en klassikaal (muziektheoretisch: 2 ects) onderricht. Correpetitie behoort daarnaast tot een van de extra mogelijkheden (2 ects). N.B. Voor informatie over repetitiestudio’s, kijk op bladzijde 131-132. Voertaal: Nederlands of Engels. Literatuur, etc.: Wordt ter plekke besproken. Toetsing: Besloten eindoptreden van 20 minuten omstreeks eind juni of eind december (afhankelijk van het moment van aanvang van het keuzevak). Eindtoets muziektheorie omstreeks eind juni of eind december (afhankelijk van het moment van aanvang van het keuzevak). Rooster: Eerste en tweede semester. In onderling overleg. De lessen vinden plaats in het gebouw van het KC te Den Haag, met uitzondering van de orgellessen, die in de Westerkerk te Amsterdam worden gegeven. Voor het muziektheoretische deel word je ingedeeld, de praktische lessen worden in onderling overleg met de betreffende de docent afgesproken. Informatie en Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ aanmelding: kunsten.leidenuniv.nl. Docenten: Niveau: Studiebelasting: Aansluiting: Toegangseisen:
Vakcode: Titel: Inhoud: Docenten: Niveau:
100
KC-PM2 Practicum musicae 2: instrumentaal of vocaal keuzevak (klassiek of jazz) Zie Practicum musicae 1. Diversen. Coördinatie: Steven Moors. 200.
Studiebelasting: 10 ects (muziekpraktijk: 8 ects; Elementaire muziektheorie (klassiek): 2 ects. Aansluiting: Practicum musicae 3 (20 ects). Toegangseisen: Je moet met succes het keuzevak Practicum musicae 1 hebben afgesloten
(zowel praktisch als theoretisch). Toelating geschiedt op basis van het eindresultaat van je afsluitende tentamen van het Practicum musicae 1. Onderwijsvorm: Individueel (muziekpraktijk) en klassikaal (muziektheoretisch) onderricht. N.B. Voor informatie over repetitiestudio’s, kijk op bladzijde 131-132. Voertaal: Nederlands of Engels. Literatuur, etc.: Wordt ter plekke besproken. Toetsing: Besloten eindoptreden van 20 minuten omstreeks eind juni of eind december (afhankelijk van het moment van aanvang van het keuzevak). Eindtoets muziektheorie omstreeks eind juni of eind december (afhankelijk van het moment van aanvang van het keuzevak). Rooster: Eerste en tweede semester. In onderling overleg. De lessen vinden plaats in het gebouw van het KC te Den Haag, met uitzondering van de orgellessen, die in de Westerkerk te Amsterdam worden gegeven. Voor het muziektheoretische deel word je ingedeeld, de praktische lessen worden in onderling overleg met de betreffende de docent afgesproken. Informatie en Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ aanmelding: kunsten.leidenuniv.nl. KC-PM3 Practicum musicae 3: instrumentaal of vocaal keuzevak (klassiek of jazz) Het keuzevak Practicum musicae 3 volgt op het practicum musicae 2. Het betreft een eenjarig keuzevak dat in tegenstelling tot de voorgaande keuzevakken (Practicum musicae 1 en 2) niet uit 10 ects, maar uit 20 ects bestaat. Van deze 20 ects besteed je 8 ects aan je muziekpraktijk. Het resterende aantal van 12 ects dient besteed te worden aan praktische en/of theoretische keuzevakken. De keuze hiervoor wordt in onderling overleg met je docent en de coördinator van dit keuzevak samengesteld. Docenten: Diversen. Coördinatie: Steven Moors. Niveau: 300. Studiebelasting: 20 ects (muziekpraktijk: 8 ects; overige keuzevakken 12 ects). De 12 ects dienen te zijn opgebouwd uit drie keuzevakken van 4 ects. Toegangseisen: Je moet met succes het keuzevak Practicum musicae 2 hebben afgesloten (zowel praktisch als theoretisch). Toelating geschiedt op basis van het eindresultaat van je afsluitende tentamen van het Practicum musicae 2. Onderwijsvorm: Individueel (muziekpraktijk) en klassikaal (muziektheoretisch) onderricht. N.B. Voor informatie over repetitiestudio’s, kijk op bladzijde 131-132. Voertaal: Nederlands of Engels. Literatuur, etc.: Wordt ter plekke besproken. Toetsing: Openbaar eindoptreden van maximaal 30 minuten omstreeks eind juni of eind december (afhankelijk van het moment van aanvang van het keuzevak). Schriftelijk tentamen of werkstuk bij theoretische keuzevakken. Rooster: Eerste en tweede semester. In onderling overleg. De lessen vinden plaats in het gebouw van het KC te Den Haag, met uitzondering van de orgellessen, die in de Westerkerk te Amsterdam worden gegeven. Voor het muziektheoVakcode: Titel: Inhoud:
101
Informatie en aanmelding:
retische deel word je ingedeeld, de praktische lessen worden in onderling overleg met de betreffende de docent afgesproken. Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ kunsten.leidenuniv.nl.
KC-RA Ruimte-akoestiek De cursus wordt gegeven in een blok van ongeveer dertien colleges waarin het algemene concept van de akoestiek wordt behandeld van omsloten ruimten zoals concertzalen, theaters, studio’s en controlekamers. Aandacht wordt besteed aan de relatie tussen de bouwkundige vormgeving en de klankwaarneming. Nagalmtijd, galmstraal en andere parameters worden conceptueel en mathematisch geïntroduceerd. Daarnaast worden elektroakoestische middelen behandeld om enerzijds de akoestiek van een ruimte te meten en te analyseren en om anderzijds deze akoestiek te variëren en te optimaliseren. Docent: Diemer de Vries. Niveau: 200. Studiebelasting: 2 ects. Toegangseisen: De cursus staat open voor studenten met belangstelling voor het onderwerp. Algemene voorkennis van wis- en/of natuurkunde op vwo-niveau wordt aanbevolen. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: De reader Ruimte-akoestiek van de docent. Deze is verkrijgbaar op de reproafdeling van het Koninklijk Conservatorium. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Tweede semester. De cursus vindt plaats in de Varèsezaal (SON 15) het gebouw van het KC, vrijdag van 9.30-11.30 uur. Eerste college: 9 februari. Informatie: Peter Nuijten (coördinator Muziektechnologie), telefoon: 070 315 14 82, email:
[email protected]. Vakcode: Titel: Inhoud:
Titel: Verwijzing:
Sibeliuscursus (keuzevak) Zie bladzijde 65.
Titel: Inhoud:
Sibeliuscursus (contractonderwijs) Het computerprogramma Sibelius biedt complete software om muziekpartituren te noteren, te spelen, te printen en te publiceren. Het is geschikt voor iedere musicus, van amateur tot professional, onder andere door de gebruiksvriendelijke interface. Ook diegenen die niet bekend zijn met het notenschrift, kunnen leren om met behulp van Sibelius hun muzikale vondsten te noteren (via een keyboard). Het programma biedt mogelijkheden voor het opslaan in verschillende formats, zodat het uitwisselen en publiceren van partituren heel gemakkelijk wordt. Bovendien is het met Sibelius gemakkelijk veranderingen aan te brengen in het muzikale materiaal (transponeren, compilaties maken, enz.). De cursus dient twee doelen:
102
1. het invoeren van alle muzieksymbolen (noten, articulatie-, dynamische, en andere tekens); 2. het formateren van de partituur, zodat die er professioneel uitziet. Na deze intensieve cursus zijn de deelnemers in staat het programma zelfstandig en op professioneel niveau te gebruiken. Docent: Ida Vujović. Studiebelasting: Niet van toepassing. Het gaat om contractonderwijs buiten het reguliere programma. Deelnamekosten: € 50,- per persoon. Toegangseisen: Er is geen voorkennis vereist. De cursus is bedoeld voor zowel studenten als niet-studenten. Minimum en maximum aantal deelnemers: 6. Onderwijsvorm: Practicum. Toetsing: Eindopdracht. Rooster: Vier bijeenkomsten van 1,5 uur. Mogelijke data: - woensdag 4, 11 en 18 oktober, 1 november, van 10.30-12.00 uur; - idem, van 12.15-13.45 uur; - woensdag 7, 14, 21 en 28 februari, van 14.00-15.30 uur; - woensdag 4, 11, 18 en 25 april, van 10.30-12.00 uur. Informatie: Ida Vujović, e-mail:
[email protected]. Aanmelding: Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail: mcw.hamel@ kunsten.leidenuniv.nl.
7.2 Keuzevakken beeldende kunst Informatie en aanmelding Leidse en Haagse keuzevakken (tenzij anders vermeld): Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]. - Chinese kalligrafie, docent Yinzhi Zhang - Film en architectuur: moderne meesters en de verbeelding van de grote stad, docent Michiel van Opstal - Fotografie, docent Jean-Jacques Almanza - Geschiedenis en theorie van de documentaire, docent Michiel van Opstal - Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1, docent Nelke Bartelings - Geschiedenis en theorie van de prentkunst 2, docent Nelke Bartelings - Geschiedenis van de vormgeving 1: overzicht, docent Jopje Bakker - Geschiedenis van de vormgeving 2: icoonanalyse, docent Michiel van Opstal - Geschiedenis van het beeld in digitaal perspectief, docent Michiel van Opstal - Grafiek, docent Simon Koene - Grafische vormgeving, docent Frits Deys - Grammatica van het ontwerpen, docent Claudia Mens - Japanse kalligrafie, docent Ogawa Izan - Kunstkritiek: schrijven over beeldende kunst, docent Janneke Wesseling - Lezen en kijken / The reading experience, docent Gerard Unger - Schilderen, docent Michel Snoep - Tekenen, docent Joeki Rutten - Verbeelding van het archeologisch verleden, docent Michiel van Opstal
103
Chinese kalligrafie Praktische kennismaking met de eerste beginselen van de Chinese kalligrafie. Uitleg en oefening van de traditionele Chinese schrijfwijze. Docent: Yinzhi Zhang. Niveau: 100. Studiebelasting: Deelname levert geen studiepunten op. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Penseel en Oost-indische inkt, aan te schaffen na overleg met de docent. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het WSD-complex, gebouw 1177 (Arsenaalstraat 1, Leiden), donderdag van 13.00-15.00 uur. Informatie en Yinzhi Zhang, telefoon: 071 527 25 19, e-mail:
[email protected]. Titel: Inhoud:
aanmelding: Titel: Verwijzing:
Film en architectuur: moderne meesters en de verbeelding van de grote stad Zie bladzijde 58.
Titel: Verwijzing: Informatie en aanmelding:
Fotografie Zie bladzijde 49. Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ kunsten.leidenuniv.nl.
Titel: Verwijzing:
Geschiedenis en theorie van de documentaire Zie bladzijde 43.
Titel: Verwijzing:
Geschiedenis en theorie van de prentkunst 1 Zie bladzijde 48.
Titel: Verwijzing:
Geschiedenis en theorie van de prentkunst 2 Zie bladzijde 50.
Titel: Verwijzing:
Geschiedenis van de vormgeving 1: overzicht Zie bladzijde 56.
Titel: Verwijzing:
Geschiedenis van de vormgeving 2: icoonanalyse Zie bladzijde 44.
Titel: Verwijzing:
Geschiedenis van het beeld in digitaal perspectief Zie bladzijde 45.
Titel: Verwijzing: Informatie en aanmelding:
Grafiek Zie bladzijde 48. Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ kunsten.leidenuniv.nl.
Titel: Verwijzing: Informatie en aanmelding:
Grafische vormgeving Zie bladzijde 51. Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ kunsten.leidenuniv.nl.
104
Titel: Verwijzing:
Grammatica van het ontwerpen Zie bladzijde 54.
Japanse kalligrafie Voor dit werkcollege is een Japanse meester op het gebied van de kalligrafie uitgenodigd. Kalligrafie is dé manier van Japanse karakters schrijven. Voor een periode van twee maanden is Ogawa Izan als gasthoogleraar verbondenaan de opleiding Japanse Talen en Culturen van de Universiteit Leiden en geeft hij een aantal workshops in deze kunstvorm. De workshops zijn financieel mogelijk gemaakt door de Japan Association for the Promotion of the Arts. Het werk van de studenten zal later in 2007 ook in Japan tentoongesteld worden. Docent: Ogawa Izan. Niveau: 100. Studiebelasting: 2 ects. Onderwijsvorm: Praktijkcollege. Literatuur, etc.: Penseel en Oost-indische inkt, aan te schaffen na overleg met de docent. Toetsing: De uitvoering van een eindwerkstuk. Aanwezigheid verplicht. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Rijksmuseum voor Volkenkunde (Leiden) en in het gebouw van de KABK (Prinsessegracht 4, Den Haag). Informatie en Rosalien van der Poel, telefoon: 071 527 18 04, e-mail: rhm.vanderpoel@ aanmelding: kunsten.leidenuniv.nl. Titel: Inhoud:
KL-KK Kunstkritiek: schrijven over beeldende kunst In dit werkcollege ligt de nadruk op het schrijven van kunstkritische teksten. De kunstkritiek wordt in de werkgroep vanuit de praktijk behandeld. Uiteenlopende vragen komen in de loop van het semester aan de orde, zoals: Aan welke eisen dient een kunstkritische tekst te voldoen? Hoe beïnvloedt het medium waarvoor de criticus schrijft zijn kunstkritische praktijk? Hoe verhoudt de criticus zich tot zijn publiek? Hoe verhoudt hij zich tot de kunstenaars en tot de kunstwereld? Hoe verhoudt kunstkritiek zich tot andere disciplines: filosofie, kunsttheorie, kunstgeschiedenis? Wat is de functie van de kritiek in relatie tot de kunstpraktijk? Welke genres bestaan er in de kunstkritiek? Is een kunstkritische benadering van de kunst in ons postmoderne tijdperk nog zinvol? De werkgroep begint met twee inleidend colleges. Deelnemers schrijven gedurende de werkgroepsperiode in totaal vijf teksten. Docent: Janneke Wesseling. Niveau: 200. Studiebelasting: 6 ects. Toegangseisen: Deelnemers dienen interesse te hebben in het leren kijken naar kunst en het reflecteren daarop. Basiskennis van de kunstgeschiedenis en van de moderne kunst is een belangrijke vereiste. N.B. Maximaal 20 studenten. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Aanbevolen:
Vakcode: Titel: Inhoud:
105
Toetsing: Rooster:
- Sven Lütticken: Geheime publiciteit. Essays over hedendaagse kunst. Rotterdam: NAi Uitgevers, 2005. - Anna Tilroe, Het blinkende stof. Amsterdam: Querido, 2002. - Janneke Wesseling, Het museum dat niet bestond. Amsterdam: De Bezige Bij, 2004. - Camiel van Winkel, Het primaat van de zichtbaarheid. Rotterdam: NAi Uitgevers, 2005. - Pam Emmerik, Het wonder werkt. Amsterdam: Querido, 2004. Vijf geschreven teksten, en de deelname aan de werkgroepbijeenkomsten en discussies. Eerste semester. De colleges vinden plaats in het WSD-complex, gebouw 1164 (P.N. van Eyckhof 2, Leiden), zaal 004, woensdag van 15.00-17.00 uur. Eerste college: 13 september.
KL-LK Lezen en kijken / The reading experience De typografie en het letterontwerpen hebben in de twintigste eeuw grote veranderingen ondergaan. Technische omwentelingen, nieuwe media, maatschappelijke invloeden, en moderne kunst en vormgeving hebben hun sporen achtergelaten. Deels gaan deze ontwikkelingen onverminderd door. Naast de talloze, vaak ingrijpende veranderingen zijn er evenwel delen van het letterontwerpen en de typografie nauwelijks gewijzigd en bijna onaantastbaar stabiel gebleken. Naar aanleiding hiervan zijn sommige typografen en ontwerpers als conservatief bestempeld, en is dikwijls de suggestie gewekt dat vooruitgang onvermijdelijk was – en ook beter. De stabiliteit van wat nagenoeg de kern is van de typografie en het letterontwerpen is echter geen gevolg van behoudzucht, maar heeft een ergonomische basis: het gebruik van letters en typografie door lezers bepaalt evenzeer het uiterlijk daarvan als de ideeën van vormgevers. In deze werkgroep buigen studenten zich over diverse aspecten van het letterontwerpen en de typografie, zowel van praktische als theoretische aard: - de culturele component: invloeden van kunst en vormgeving, tijd en plaats van ontstaan, persoonlijkheden van vormgevers; - technische ontwikkelingen: de omschakelingen van zetten met loden letters en hoogdruk naar fotografisch zetten en offsetdruk, naar digitaal zetten en printen, van papier naar schermen; - ontwikkelingen in de media: boeken, kranten, tijdschriften en schermen; - de lezers: recente ontwikkelingen in onderzoek van leesbaarheid, veranderingen van het lezerspubliek en van wijzen van lezen; - de praktijk van het letterontwerpen: het werk van enkele ontwerpers, recente ontwikkelingen; - de handelingen van de typograaf: werk van enkele ontwerpers en recente ontwikkelingen; - geschiedenis van het letterontwerpen en de typografie: capita selecta. Ook de relatie tussen typografie en taal krijgt aandacht in de colleges. Docent: Gerard Unger. Niveau: 400. Studiebelasting: 6 ects. Vakcode: Titel: Inhoud:
106
Studenten melden zich aan met een motivatiebrief van 800 woorden en een cv. Dit college staat open voor studenten van Type & Media, Boekwetenschap, Kunstgeschiedenis, Geschiedenis, Journalistiek en nieuwe media, en ouderejaarsstudenten Grafisch ontwerpen van de KABK. N.B. Maximaal 15 studenten. Onderwijsvorm: Werkcollege. Literatuur, etc.: Aanbevolen litaratuur: - R. Bringhurst, The elements of typographic style. Point Roberts: Hartley and Marks, 1996. - S. Carter, Twentieth century type designers. New York: Taplinger, 1987. - H. Spencer, Pioneers of modern typography, London: Lund Humphries, 1969. - H. Spencer, The visible word. London: Lund Humphries, 1968. - R. VanderLans en Z. Licko, Emigre (The book). London: Van Nostrand Reinhold, 1994. Een uitgebreidere literatuurlijst wordt tijdens het eerste college uitgereikt. Toetsing: Studenten schrijven een scriptie van maximaal 6.000 woorden op het einde van de cursus. Rooster: Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Prentenkabinet van de Universiteitsbibliotheek (Witte Singel 25, Leiden), vrijdag van 11.00-13.00 uur. Eerste college: 15 september. Aanmelding: Vóór 1 september. Studenten melden zich aan met een motivatiebrief van 800 woorden en een cv. Informatie: Gerard Unger, e-mail:
[email protected]. Toegangseisen:
KA-S1 Schilderen De deelnemers doen onderzoek naar de expressie- en toepassingsmogelijkheden van schildertechnieken. Ze verwerven basiskennis van en inzicht in schildertechnieken, en in het toepassen van kleur. Ze leren inhoudelijke en formele beeldmiddelen hanteren, het werkproces te organiseren en verwerven ambachtelijke en technische vaardigheden. Ook is er aandacht voor de theorie en de toepassing van kleur, voor formele beeldmiddelen als lijn, vlak, kleur, contrast, toonwaarden, etc., voor inhoudelijke beeldmiddelen als voorstelling, expressie, expressiemogelijkheden van verfsoorten en beelddragers, voor technische mogelijkheden van verfsoorten, voor beelddragers en schildergereedschap en voor vormstudie naar waarneming. Docent: Michel Snoep. Niveau: 100. Studiebelasting: 8 ects. Toegangseisen: Toelating via bespreking van een zelfgemaakte opdracht. Onderwijsvorm: Instructie- en praktijklessen met thematische opdrachten, gericht op het leren omgaan met het werkproces, op de verschillende materialen en technieken en hun specifieke expressie- en toepassingsmogelijkheden, individuele begeleiding en groepsbesprekingen. Literatuur, etc.: Alle toepasbare schildermaterialen en gereedschappen, tijdschriften, boeken en audiovisuele middelen. Toetsing: Individuele beoordeling van werkstukken na afloop van het keuzevak. Vakcode: Titel: Inhoud:
107
Rooster: Informatie en aanmelding:
Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, maandagavond van 19.15-21.45 uur. Eerste les: 11 september. Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ kunsten.leidenuniv.nl
KA-T1 Tekenen De deelnemers doen onderzoek naar de expressie- en toepassingsmogelijkheden van tekentechnieken en -materialen in een werkstuk. Ze leren inhoudelijke en formele beeldmiddelen hanteren, en leren het werkproces organiseren en hanteren. Ze ontwikkelen een professionele attitude. Nevendoel is het verwerven van technische vaardigheden. Verder: de bestudering van inhoudelijke beeldmiddelen, zoals voorstelling en expressie, en de bestudering van de formele beeldmiddelen als lijn, vlak, vorm, kleur, compositie, toon, contrast, ritme, structuur en stofuitdrukking. Oefeningen met verschillende teken- en schildermaterialen en beelddragers, bestudering van verschillende schets-, teken- en schildertechnieken, maken deel uit van het programma. Docent: Joeki Rutten. Niveau: 100. Studiebelasting: 8 ects. Toegangseisen: Toelating via bespreking van een zelfgemaakte opdracht. Onderwijsvorm: Praktijklessen met individuele en groepsopdrachten aan de hand van een gekozen thema, gericht op het leren omgaan met het werkproces en de diverse materialen en technieken en hun specifieke expressie- en toepassingsmogelijkheden, individuele begeleiding en groepsbesprekingen. Literatuur, etc.: Alle toepasbare teken- en schildermaterialen, tijdschriften, boeken en audiovisuele middelen. Toetsing: Individuele beoordeling van werkstukken na afloop van het keuzevak. Rooster: Eerste en tweede semester. De lessen vinden plaats in het gebouw van de KABK, maandagavond van 19.15-21.45 uur. Eerste les: 11 september. Informatie en Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail: sm.moors@ aanmelding: kunsten.leidenuniv.nl Vakcode: Titel: Inhoud:
Titel: Verwijzing:
Verbeelding van het archeologisch verleden Zie bladzijde 45.
7.3 Andere kunstvakken Informatie en aanmelding Leidse en Haagse keuzevakken (tenzij anders vermeld): Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected]. Ook andere Leidse faculteiten bieden soms keuze- en bijvakken aan over onderwerpen op het terrein van de kunsten, onder andere: Oude en Moderne beeldende kunst; Auteursrecht; Anthropology of music; Introduction to Chinese music; Islamitische kunst; Paragone: conflict en samenwerking tussen woord en beeld; World Art Sudies; Bouwhistorie;
108
Kunstnijverheid en industriële vormgeving; Kunstgeschiedenis van de Klassieke Oudheid, Dramatische media wereldwijd; Interpretatie van de schilderkunst van Late Middeleeuwen en Renaissance; Kunst en materiële cultuur van Indonesië; Islamitische kunst. Voor een uitgebreidere beschrijving van deze (en andere) kunstvakken en informatie over inschrijving kunnen studenten de e-studiegids van de Universiteit Leiden raadplegen: www.studiegids.leidenuniv.nl. Hieronder volgt de beschrijving van enkele van deze keuzevakken, inclusief de beschrijving van enkele keuzevakken van de Faculteit der Kunsten die niet eerder zijn genoemd, omdat ze niet specifiek op het terrein van de muziek of de beeldende kunsten liggen, te weten de colleges Dansgeschiedenis en De creatieve stad: - Auteursrecht, docent Dirk Visser - Bescherming van vormgeving, docent Dirk Visser - Dansgeschiedenis, docent Isabella Lanz - De creatieve stad, docent Dragan Klaić - Financieel management binnen de kunsten, docent Saskia de Bruijn - Management accounting binnen de kunsten, docent Jean-Pierre van der Rest - Ondernemen binnen de kunsten, docenten René Ory, Henk Haest en gastsprekers - Paragone: conflict en samenwerking tussen woord en beeld, docent Yasco Horsman - Recht en cultureel ondernemerschap, docenten Annemarie Beunen, Sigrid Hemels, Maud Sauer en gastsprekers - Strategisch marketing management binnen de kunsten, docent Jean-Pierre van der Rest Auteursrecht Het auteursrecht en de daaraan verwante rechten spelen een belangrijke rol bij de exploitatie en het gebruik van producten op het gebied van kunst, informatie, entertainment en vormgeving. Het rechtsgebied staat sterk onder invloed van informatietechnologische ontwikkelingen (digitalisering, internet) en Europese harmonisatie. De Auteurswet 1912 is in 2004 ingrijpend gewijzigd naar aanleiding van de richtlijn Auteursrecht in de informatiemaatschappij. Dit keuzevak behandelt het auteursrecht, het portretrecht, de naburige rechten (van uitvoerende kunstenaars, producenten en omroepen) en het databankenrecht. Docent: Dirk Visser en anderen. Niveau: 400. Studiebelasting: 5 ects. Toegangseisen: Bachelorvak Ondernemingsrecht. Studenten die dit vak niet hebben gevolgd, krijgen van de docent literatuur op om zich naar behoren voor te bereiden. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcolleges, excursies met voordrachten. Literatuur, etc.: Verplichte literatuur: - N. van Lingen, Auteursrecht in hoofdlijnen. 6e (herz.) druk.Groningen: Martinus Nijhoff, 2006. - G.J.H.M. Mom, Auteursrecht, naburige rechten en databankenrecht. Deventer: Kluwer, 2005. (Wettenpocket.) Aanbevolen studiemateriaal: - J.H. Spoor, D.W.F. Verkade, D.J.G. Visser, Auteursrecht: auteursrecht, naburige rechten en databankenrecht. Deventer: Kluwer, 2005. Titel: Inhoud:
109
Toetsing: Rooster:
Informatie en aanmelding:
Afhankelijk van het aantal deelnemers: mondeling of schriftelijk tentamen. Tussentijds inleveren schriftelijk werk en mondelinge voordrachten. Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Kamerlingh Onnes Gebouw (Steenschuur 25, Leiden). Kijk voor precieze roostergegevens op www.law.leidenuniv.nl. Inschrijven kan per e-mail tot aan de datum van het eerste college:
[email protected].
Bescherming van vormgeving Vormgeving wordt beschermd door een aantal verschillende juridische regimes. Naast het auteursrecht is er het modellenrecht (Europees en op Beneluxniveau), de vormmerkbescherming en de bescherming op grond van het leerstuk van de onrechtmatige daad, beter bekend als de slaafse nabootsingsbescherming. Docent: Dirk Visser en anderen. Niveau: 400. Studiebelasting: 5 ects. Toegangseisen: Studenten dienen het keuzevak Auteursrecht gevolgd te hebben. Onderwijsvorm: Hoor- en werkcolleges, excursies met voordrachten. Literatuur, etc.: Verplichte literatuur: - D.J.G. Visser, Het ABC van iedere IE-breuk. Leiden: [z.u.], 2006. Oratie. - P.G.F.A. Geerts, P.A.C.E. van der Kooij & A.A. Quaedvlieg (eds.), Intellectuele eigendom. Den Haag: SdU Uitgevers, 2005. - Reader (rechtspraakbundel) wordt nader bekendgemaakt. Aanbevolen studiemateriaal: - www.boek.9nl. Toetsing: Afhankelijk van het aantal deelnemers: mondeling of schriftelijk tentamen. Tussentijds inleveren schriftelijk werk en mondelinge voordrachten. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Kamerlingh Onnes Gebouw (Steenschuur 25, Leiden). Kijk voor precieze roostergegevens op www.law.leidenuniv.nl. Informatie en Inschrijven kan per e-mail tot aan de datum van het eerste college: aanmelding:
[email protected]. Titel: Inhoud:
Vakcode: Titel: Inhoud:
Docent: Niveau:
110
KL-DG Dansgeschiedenis: dans onder een veranderend gesternte De cursus biedt een uitvoerige blik op de hedendaagse theaterdans. Telkens vertrekkend vanuit een concreet dansstuk graven we de wortels uit het verleden op en leggen we verbindingen tussen verschillende kunstdisciplines. Confronterende visies worden getoond, zoals die van (neo-)expressionisten en objectieven, van neoklassieke en conceptuele choreografen. Tevens wordt aandacht besteed aan de synthese tussen westerse moderne dans en niet-westers danstheater. De thema’s worden toegelicht aan de hand van videofragmenten. Je wordt geacht zelf actief hedendaagse dans te onderzoeken via theaterbezoek. Isabella Lanz. 100.
Studiebelasting: 4 ects. Uitbreiding tot 6 of 8 ects is mogelijk door middel van extra litera-
tuurstudie en/of het schrijven van een paper. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: De beste voorbereiding op dit college is het geregeld zien van voorstellingen op gebied van hedendaagse dans: ga tijdens dit semester minstens drie keer naar een voorstelling! Dat kan in het LAKtheater te Leiden. Den Haag biedt in Korzo Theater, het Spuitheater en de Regentes ook een keur aan diverse kleine hedendaagse voorstellingen. De docent geeft je graag advies bij je keuze. - Om de diverse visies te kunnen plaatsen in een historisch kader is van nut: Luuk Utrecht, Van hofballet tot postmoderne dans. Zutphen: Walburg Pers, 1988; de deelnemers bestuderen enkele hoofdstukken hieruit. - Verder wordt door de docent een reader samengesteld. Toetsing: Schriftelijk tentamen. Rooster: Tweede semester. De colleges vinden plaats in het Kunsthistorisch Instituut (Huizingagebouw, Doelensteeg 16, Leiden), donderdag van 13.00-15.00 uur, zaal 004. Eerste college: 15 februari. Informatie: Isabella Lanz, e-mail:
[email protected]. KL-CS De creatieve stad In deze collegereeks staat de Europese stad centraal: als culturele zone en centrum van culturele productie. Aan bod komt een nadere analyse van het stedelijk cultuurbeleid in diverse bekende Europese steden: ex-kosmopolitische steden, vernieuwde steden, getraumatiseerde steden en grenssteden. Bekeken wordt hoe de vernieuwing van de culturele infrastructuur plaatsvindt, wat de stadspolitiek van grote evenementen en festivals inhoudt, hoe de integratie van de immigranten en hun kinderen verloopt en wat de verschillende steden doen aan cultureel toerisme en citymarketing. In de colleges worden steden met elkaar vergeleken en zijn er zowel parallellen te trekken als unieke kenmerken te ontdekken. Deze colleges zijn geschikt voor de studenten van (kunst-)historische wetenschappen, letteren, bestuurskunde, internationale betrekkingen en politieke wetenschappen. Ook voor andere (gast-)studenten staat deze collegereeks open. Docent: Dragan Klaić. Niveau: 200. Studiebelasting: 4 ects. Onderwijsvorm: Hoorcollege. Literatuur, etc.: Aanbevolen: - Jude Bloomfield & Franco Bianchini, Intercultural city. Stroud: Comedia, 2004. - Gary Bridget & Sophie Watson (eds.), The Blackwell city reader. Malden MA: Blackwell Publishing, 2002. - D. Cliché [et al.] (eds.), Creative Europe. On governance & management of artistic creativity in Europe. Bonn: ERICArts, 2002. - Richard Florida, The raise of the creative class. New York: Basic Books, 2002. Vakcode: Titel: Inhoud:
111
Informatie:
- D. Ilcsuk & Y. Raj Isar (eds.), Metropolises of Europe. Diversity in urban cultural life. Warszaw: Circle, 2006. - James Donald, Imagining the modern city. Minneapolis: University of Minnesota Press, 1999. - Peter Hall, Cities in civilization. London: Weidenfeld & Nicholson, 2001. - Joel Kotek, The city, a global history. New York: Modern Library, 2005. - Charles Landry, The creative city. London & Sterning, VA: Comedia/ Earthscan, 2004 (2000). - Charles Landry, Riding the rapids: Urban life in an age of complexity. London: CABE & RIBA, 2004. - Colin Mercer, Towards cultural citizenship. Tools for cultural policy and development. Stockholm: The Bank of Sweden Tercentenary Foundation & Gidlunds Foerlag, 2002. - Th.B.J. Noordman, M.Kroes & C.A.H. de Grauw, Festivals en gemeentelijk beleid in Nederland. Rotterdam: RISBO/Erasmus Universiteit, 2005. - Paul Virilio, City of panic. Oxford: Berg, 2005. - Phil Wood (ed.), Intercultural city. A reader. Stroud: Comedia, 2004. Studenten schrijven een werkstuk van 4.000 woorden, na overleg met de docent. Uiterste inleverdatum: 27 januari 2007. Aanwezigheid is verplicht. Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), woensdag, 11.00-13.00 uur, zaal 203. Eerste college: 20 september. Dragan Klaić, e-mail:
[email protected].
Titel: Verwijzing:
Financieel management binnen de kunsten Zie bladzijde 71.
Titel: Verwijzing:
Management accounting binnen de kunsten Zie bladzijde 72.
Titel: Verwijzing:
Ondernemen binnen de kunsten Zie bladzijde 70.
Toetsing: Rooster:
LW3PWB Paragone: conflict en samenwerking tussen woord en beeld Vanaf de klassieke oudheid is er nagedacht over de verschillen en overeenkomsten tussen woord en beeld, vaak uitlopend in de privilegering van het ene medium boven het andere. In dit college zullen zowel belangrijke theoretische teksten en tradities als literaire en beeldende praktijken aan bod komen die een reflectie over woord- en beeldrelaties behelzen. Aan bod komen Plato’s allegorie van de grot, Lessings Laocoon, Ernst Gombrich’ Art and illusion, Nelson Goodmans Languages of art, Marshall McLuhans Understanding media en Lev Manovitch’ The language of new media, maar ook creatieve praktijken als concrete poëzie, collage & montage, strips, bewerkingen, Text Art en de beeldende beweging van Art and Language. Docent: Yasco Horsman. Niveau: 400. Studiebelasting: 8 ects. Vakcode: Titel: Inhoud:
112
Informatie en aanmelding:
Werkcollege. Reader met artikelen. Schriftelijk tentamen en werkstuk. Eerste semester. De colleges vinden plaats in het Lipsiusgebouw (Cleveringaplaats 1, Leiden), maandag, 11.00-13.00 uur, zaal 307. Eerste college: 11 september. Yasco Horsman, telefoon: 071 527 27 77, e-mail: y.horsman@ let.leidenuniv.nl.
Titel: Verwijzing:
Recht en cultureel ondernemerschap Zie bladzijde 71.
Titel: Verwijzing:
Strategisch marketing management binnen de kunsten Zie bladzijde 70.
Onderwijsvorm: Literatuur, etc.: Toetsing: Rooster:
113
8. Onderzoek en promotietrajecten De ingenieuze ontwerpen van Leonard0 Da Vinci, de mathematische invloeden op de composities van Bach en Stockhausen, de esthetische denkkaders van het Expressionisme: dit zijn voorbeelden van onderzoek in de kunsten, van synergie tussen kunst en wetenschap. Opmerkelijk zijn de verbanden die kunstenaars in hun onderzoek leggen tussen verschillende vakgebieden. Het soort onderzoek dat dit type kunstenaars doet, is alleen mogelijk dankzij hun kunstenaarschap. Omgekeerd ontwikkelen zij hun kunstenaarschap door het onderzoek dat ze uitvoeren. Hun werk is van onvervangbare waarde voor de kennissamenleving, die immers ook gevoed wordt door de kunst. Het klinkt vertrouwd dat kunsthistorici onderzoek doen naar de kunsten. Het onderzoek in de kunsten daarentegen stond binnen het hoger kunstonderwijs en het universitair onderwijs in Vlaanderen en Nederland nooit op het programma. Al eeuwen kunnen promovendi doctor worden in de letteren, in de godgeleerdheid en in de wijsbegeerte. Maar in de kunsten? Promoveren in de kunsten is in Europa vooralsnog een bijzonder fenomeen. Slechts enkele buitenlandse universiteiten maken de koppeling tussen kunst en wetenschap. In landen als Groot-Brittanië en Finland is het mogelijk een doctorsgraad te behalen in bijvoorbeeld compositie of beeldende kunsten. Ook in Leiden kun je aan de Faculteit der Kunsten promoveren tot doctor in de kunsten. Wie deze doctorstitel verwerft, dankt deze titel aan een combinatie van artistieke prestaties en theoretische reflectie. Kandidaten moeten voor hun promotie artistiek werk van hoog niveau leveren – zoals concerten, performances, masterclasses, installaties, grafiek, schilderijen, etc. – én onderzoek doen, waarvan hun proefschrift het eindresultaat is. Promotietraject docARTES Samen met drie andere instellingen (het Conservatorium van Amsterdam, het Koninklijk Conservatorium in Den Haag en het Orpheus Instituut te Gent) heeft de faculteit een promotietraject voor musici ontwikkeld, dat internationaal functioneert binnen de Leiden University Graduate School of Creative and Performing Arts. De vier instellingen werken samen onder de naam docARTES. Het traject – inclusief een tweejarig onderwijsprogramma dat aan het Orpheus Instituut plaatsvindt – wordt zowel voor Nederlandse als Vlaamse (en andere) promovendi georganiseerd en is in januari 2004 begonnen. Op dit moment nemen er tien promovendi aan deel. Hun onderzoeksonderwerpen variëren van real time processing tot het Gregoriaans en geprepareerde piano’s. In Europees verband maakt docARTES deel uit van MIDAS (Musical Insitutions with Doctoral Arts Studies). Een promotietraject voor beeldend kunstenaars is inmiddels in ontwikkeling. Zowel voor musici als voor beeldend kunstenaars geldt dat zij bij de faculteit onderzoeksplannen kunnen indienen. Informatie (inclusief brochure): Korrie Korevaart, telefoon: 071 527 30 84, e-mail:
[email protected]; zie ook: www.docartes.be. Presentaties promovendi Onder de titel Promovendi in de kunsten presenteren zich organiseert de Faculteit der Kunsten in het studiejaar 2006-2007 een voordrachtencyclus, waarin promovendi van de faculteit hun onderzoek presenteren. Op acht avonden komt de diversiteit aan onderzoekson-
derwerpen in muziek en beeldende kunst aan bod. Noteer de data alvast in je agenda: 11 oktober, 8 november, 6 december, 14 februari, 7 maart, 4 april en 9 mei. Aanvang: 20.00 uur in Scheltema, Marktsteeg 1, Leiden. Kijk voor de laatste informatie over de presentaties op www.kunstenenwetenschappen.nl.
115
9. Studenten Voor studenten die naast hun studie(s) tijd over hebben om actief te zijn op het gebied van muziek, beeldende kunst, cultuur en wetenschap zijn er binnen de Faculteit der Kunsten voldoende mogelijkheden. Ook organiseert de faculteit regelmatig masterclasses (Rapenburg Muziekdagen), lezingen, concerten en exposities buiten het reguliere onderwijsprogramma.
9.1 Studievereniging D&A Dionysus & Apollo (D&A) is de studievereniging van de Faculteit der Kunsten. Deze studievereniging is bedoeld voor zowel Leidse als Haagse studenten die verbonden zijn aan de Faculteit der Kunsten. Dit houdt in dat zij een keuzevak, minor of dubbelstudie volgen aan de Faculteit der Kunsten. De Griekse goden Dionysus en Apollo verwijzen naar de combinatie van kunst en wetenschap. Dionysus is naast de god van de wijn ook beschermheer van de kunsten, zoals toneel en zang. Apollo is de god van de wetenschap, maar ook de god van de muziek en de poëzie. D&A organiseert voor haar leden regelmatig activiteiten op het gebied van kunst en wetenschap. Deze activiteiten zijn gevarieerd van karakter: kamermuziekavonden, filmavonden, borrels en excursies. Voor actuele informatie over activiteiten kun je de website van D&A raadplegen. Het bestuur van D&A bestaat uit drie studenten (Daniël Abel, Terence Merkelbach en Danica Mast) die in hun studie een combinatie maken van kunst en wetenschap aan het Koninklijk Conservatorium of de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten te Den Haag en de Universiteit Leiden. Combineer je kunst en wetenschap in de vorm van een hoofd- en keuzevak, een majorminorcombinatie of een dubbelstudie, dan kun je lid worden. Het lidmaatschap bedraagt € 15,- voor een heel jaar en € 7,50 voor een half jaar. Voor eventuele vragen kun je mailen met:
[email protected]. Je kunt ook kijken op de site van D&A: www.kunstenenwetenschappen.nl, klik op Studievereniging.
9.2 Masterclasses Masterclasses Tijdens de Rapenburg Muziekdagen krijg je als jonge musicus de kans om een inspirerende masterclass te volgen. Docenten van het Koninklijk Conservatorium en de Muziekschool Leiden geven masterclasses, waarbij je inzicht krijgt in je muzikale niveau en aanwijzingen over hoe je je spel of zang kunt verbeteren. In 2007 is het centrale thema van de Rapenburg Muziekdagen klassieke muziek. Data: 13, 20 en 27 januari en 3 februari. Het programma begint telkens om 13.00 uur en eindigt om 16.00 uur. Iedere zaterdag staat één instrument(groep) centraal. Aan bod komen onder andere cello (13 januari), trompet, hoorn, tuba, trombone (20 januari), klarinet, fagot, hobo (27 januari) en harp (3 februari). De masterclasses klassiek vinden plaats in de Muziek-
school Leiden, Rapenburg 22 in Leiden. Op zaterdagmiddag 10 februari is het afsluitende concert van de Rapenburg Muziekdagen, in Studio I van het Koninklijk Conservatorium. Op dit concert treden de beste deelnemers van de afzonderlijke middagen op. Informatie en aanmelding: Paul van Egmond, hoofd afdeling Klassieke Muziek van de Muziekschool Leiden en Omstreken, telefoon: 071 514 10 41, e-mail: p.vanegmond@ muziekschoolleiden.nl.
9.3 Concerten, exposities, lezingen, etc. De Faculteit der Kunsten presenteert muzikaal en beeldend kunsttalent op een aantal plekken binnen de universiteit en de hogeschool. Het gaat om Leidse (dubbel-)studenten die aan het Koninklijk Conservatorium of de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten studeren. De faculteit biedt hiermee jonge musici en kunstenaars een podium om zichzelf te presenteren en brengt zo concreet de mogelijkheden voor studenten van de Universiteit Leiden aan de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans onder de aandacht. Zowel de concerten als de exposities laten veelbelovend werk van jonge en beginnende kunstenaars horen en zien. Geprobeerd wordt een gevarieerd en verrassend aanbod te presenteren. Dit kunnen olieverfschilderijen, tekeningen, fotografie, videoprojecten, installaties en objecten zijn. De concerten kunnen alle richtingen in de muziek omvatten: klassiek, jazz, modern, etc. Informatie over concerteren of exposeren: Rosalien van der Poel, telefoon: 071 527 18 04, e-mail:
[email protected]. In het studiejaar 2006-2007 organiseert de Faculteit der Kunsten regelmatig lezingen op het gebied van de kunsten. Op donderdag 14 september, bijvoorbeeld, organiseert de faculteit samen met de opleiding Wiskunde een lezingenavond in het Kamerlingh Onnes Gebouw (Steenschuur 25, Leiden) over de ritmes in klassieke Indiase muziek. Manjul Barghava (Princeton University), Emmie Te Nijenhuis (Universiteit Utrecht) en Derk Pik (Universiteit Leiden) spreken dan over wiskundige aspecten van het ritme van Indiase tablamuziek, van Indiase poëzie en de invloed van de Indiase ritmes op de muziek van Olivier Messiaen. In twee seminars kunnen studenten en andere belangstellenden kennismaken met het gedachtegoed van Louis Andriessen: op woensdag 25 oktober en 28 februari interviewt de decaan van de faculteit, Frans de Ruiter, Andriessen over de noodzaak van (zijn) eigentijdse muziek. Verder houden vier hoogleraren van de faculteit dit studiejaar hun oratie, en wel op 15 december: Ton Koopman, hoogleraar Historisch geïnformeerde uitvoeringspraktijk; 16 maart: Gerard Unger, hoogleraar Typografische vormgeving; 11 mei: Louis Andriessen, hoogleraar Scheppende kunsten; 8 juni: Susan Meiselas, hoogleraar Fotografie. Promovendi van de faculteit laten dit jaar ook van zich horen in de voordrachtencyclus Promovendi in de kunsten presenteren zich. Lees hierover op bladzijde 115-116. Tot slot noemen we hier de lustrumlezingen onder de titel Kunsten en....: acht duolezingen in de week van 30 januari tot en met 2 februari, in samenwerking met de andere Leidse faculteiten. In deze lezingen spreekt per keer zowel een kunstenaar-onderzoeker als een wetenschapper uit een ander Leids onderzoeksgebied.
117
De meest actuele informatie over lezingen en oraties is te vinden op de facultaire website: www.kunstenenwetenschappen.nl.
9.4
Muziekverenigingen en LAK
Collegium Musicum
Postbus 454, 2300 AL Leiden. Telefoon: 071 527 26 12, e-mail:
[email protected], internet: www.collegiummusicum.nl.
Sempre Crescendo
Breestraat 50, 2311 CS Leiden. Telefoon: 071 516 19 34, e-mail:
[email protected], internet: www.sempre.corps.nl.
LAKtheater
Het LAKtheater is het kunst- en cultuurcentrum van de Universiteit Leiden. De activiteiten van het LAKtheater zijn voor iedereen toegankelijk. Het LAKtheater biedt professionele theater- en dansvoorstellingen, cursussen op het gebied van drama, dans, muziek, beeldende kunst en fotografie, bijzondere exposities, piano- en repetitiestudio’s, doka’s en een gezellige foyer. Cleveringaplaats 1, 2311 BD Leiden. Telefoon: 071 512 48 90, e-mail:
[email protected], internet: www.laktheater.nl
118
10. Locaties en relevante adressen 10.1
Universiteit Leiden
10.1.1 Studieadviseurs en onderwijssecretariaten
Talen en culturen van Afrika
Biofarmaceutische wetenschappen
Dr. Maarten Kossmann F.B.J. Kuiperinstituut, Van Wijkplaats 4 Telefoon: 071 527 26 49 E-mail:
[email protected]
Dr. Christien Brouwer / dr. Hans Kruijer Gorlaeus Laboratoria, Einsteinweg 55 Telefoon: 071 527 45 30 E-mail:
[email protected],
[email protected]
Secretariaat: Sandra Zaal, tel.: 071 527 22 45, e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Ineke van der Stok, tel. 071 527 42 36, e-mail:
[email protected] Lia Wesselink, tel. 071 527 18 81, e-mail:
[email protected].
Archeologie
Biologie
Drs. Audrey Aypassa WSD-complex, gebouw 1176, Reuvensplaats 4 Telefoon: 071 527 23 84 E-mail:
[email protected]
Dr. Helmi Schlamann / drs. Karin van Wanrooy Clusius Laboratorium, Wassenaarseweg 64 Telefoon: 071 527 51 96 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Jaap Hoff, tel.: 071 527 24 11, e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Ria Bergenhenegouwen, tel.: 071 527 51 71, e-mail:
[email protected].
Bestuurskunde
Culturele antropologie / SNWS
Drs. Daniëlle Ladan (BA) Telefoon: 071 527 37 47 E-mail:
[email protected] Mr. Mette Léons (MA) Telefoon: 071 527 38 46 E-mail:
[email protected] Pieter de la Courtgebouw, Wassenaarseweg 52
Drs. Arie de Groot Pieter de la Courtgebouw, Wassenaarseweg 52, kamer 4B37 Telefoon: 071 527 34 50 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Ali van Teijlingen, tel.: 071 527 38 87, e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Wies Gijbels, tel.: 071 527 34 51 / 34 69, e-mail:
[email protected].
Duitse taal en cultuur
Geneeskunde en Biomedische wetenschappen
Drs. Joke Nijenhuis WSD-complex, gebouw 1167, P.N. van Eyckhof 1 Telefoon: 071 527 41 63 E-mail:
[email protected]
Ina van der Bent, dr. Martin Traudes en Margreet Verra-van der Geest (Geneeskunde) Telefoon: 071 527 65 38 E-mail:
[email protected] Saskia Plompen (Biomedische wetenschappen) Telefoon: 527 53 70 E-mail:
[email protected] Gebouw 7c, Wassenaarseweg 62
Secretariaat: Saskia Plevier, tel.: 071 527 26 04, kamer 002B, e-mail: s.c.m.a.plevier@ let.leidenuniv.nl. of
[email protected].
Secretariaat: Dienst Onderwijs- en studentenzaken, tel.: 071 527 53 70, e-mail:
[email protected].
Engelse taal en cultuur
Geschiedenis
Karin van der Zeeuw-Filemon WSD-complex, gebouw 1168, P.N. van Eyckhof 4 Telefoon: 071 527 21 46 E-mail:
[email protected]
Drs. Els Munter (propedeuse) Telefoon: 071 527 22 28 E-mail:
[email protected] Drs. Jorien. Boesveld (BA) Telefoon: 071 527 27 10 E-mail:
[email protected] WSD-complex, gebouw 1174, Doelensteeg 16
Secretariaat: Joke de Lang, Christa de Jager en Sigrid Jansson, tel. 071 527 21 46, e-mail:
[email protected].
Secretariaat studentenadministratie: Juliëtte de la Bretonière, Marian van Waterschoot, tel.: 071 527 26 51, e-mail:
[email protected].
Franse taal en cultuur
Godgeleerdheid / Wereldgodsdiensten
Drs. Ellen Poolman WSD-complex, gebouw 1163, Van Wijkplaats 3 Telefoon: 071 527 21 85 E-mail:
[email protected]
Drs. Susanne van Rijn WSD-complex, M. de Vrieshof 1 Telefoon: 071 527 25 84 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Sandra van Bodegom, tel.: 071 527 21 69, e-mail:
[email protected].
Bureau onderwijszaken: dr. Anneke Mooi, tel.: 071 527 25 61, e-mail:
[email protected].
Griekse en Latijnse taal en cultuur
Informatica
Drs. Juliette Kars WSD-complex, gebouw 1174, Doelensteeg 16 Telefoon: 071 527 26 65 E-mail:
[email protected]
Dr. André Deutz Snelliusgebouw, Niels Bohrweg 1 Telefoon: 071 527 70 71 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: tel.: 071 527 26 72, e-mail:
[email protected].
Bertie ten Hove: Educatief Centrum, Huygens Laboratorium, Niels Bohrweg 2, tel.: 071 527 42 82 of 57 65, e-mail:
[email protected].
121
Italiaanse taal en cultuur
Moleculair Science & Technology
Drs. Ellen Poolman WSD-complex, gebouw 1163, Van Wijkplaats 3 Telefoon: 071 527 21 85 / 527 20 53 E-mail:
[email protected]
Ir. Anja Schaap Gorlaeus Laboratoria, Einsteinweg 55 Telefoon: 071 527 45 23 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Sandra van Bodegom, tel.: 071 527 21 69, e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Caroline de Bruin, tel. 071 527 42 75, e-mail:
[email protected].
Kunstgeschiedenis
Natuurkunde
Drs. Ludy Piël WSD-complex, gebouw 1174, Doelensteeg 16 Telefoon: 071 527 27 45 E-mail: l.h.f.m.pië
[email protected]
Dr. Reyer Jochemsen Huygens Laboratorium kamer 304, Niels Bohrweg 2 Telefoon: 071 527 57 64 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: José Visser en Eveline Wijnmaalen, tel.: 071 527 26 87, e-mail:
[email protected].
Onderwijscoördinator: Drs. Evelijn Gerstel, Educatief Centrum, Huygens Laboratorium, Niels Bohrweg 2, tel.: 071 527 57 65, e-mail:
[email protected].
Life Science & Technology
Nederlandse taal en cultuur
Mirjam van der Geur Gorlaeus Laboratoria, Einsteinweg 55 Telefoon: 071 527 46 34 of in Delft, telefoon: 015 278 87 18 E-mail:
[email protected]
Drs. Joke Nijenhuis WSD-complex, gebouw 1167, P.N. van Eyckhof 1 Telefoon: 071 527 41 63 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Ella Koeleman, tel.: 015 278 82 71, e-mail:
[email protected].
Secretariaat: drs. Yolanda Bloemen: 071 527 26 04, e-mail:
[email protected].
Literatuurwetenschap
Pedagogische wetenschappen
Drs. Melissa Abed-Kwee WSD-complex, Van Wijkplaats 3 Telefoon: 071 527 21 69 E-mail:
[email protected]
Drs. A. Koolstra-Visser, drs. S. Richter en drs. P.V.L. Plaschek Pieter de la Courtgebouw, Wassenaarseweg 52 Telefoon: 071 527 40 33 / 4046 / 3821 E-mail: studieadviseurspedagogiek@ fsw.leidenuniv.nl
Secretariaat: Lia Rijling, tel.: 071 527 20 69, e-mail:
[email protected].
122
Onderwijsdienst, tel.: 071 527 40 31, e-mail: onderwijsdienstpeda@ fsw.leidenuniv.nl.
Politicologie
Sterrenkunde
Drs. Wilma Bakema Pieter de la Courtgebouw, Wassenaarseweg 52 Telefoon: 071 527 39 90 E-mail:
[email protected] Spreekuur: maandag en woensdag 9.30-12.30 uur
Prof. dr. Koen Kuyken J.H. Oortgebouw, Niels Bohrweg 2 Telefoon: 071 527 58 48 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Marianne Boere, Daniëlle van Gaalen-Lovink, Phia Koppers en Ana Rodriguez Hoofd secretariaat: Mariska Roos tel.: 071 527 39 50, e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Jeanne Drost, tel. 071 527 57 37, e-mail:
[email protected].
Psychologie
Sustainable Molecular Science & Technology
Drs. Jeanette Honée, tel.: 071 527 36 09 E-mail:
[email protected] Dr. Jan van Rooij, tel.: 071 527 36 08 E-mail:
[email protected] Drs. Jeanine Klinkenberg, tel.: 071 527 36 09 E-mail:
[email protected] Pieter de la Courtgebouw, Wassenaarseweg 52
Ir. Anja Schaap Gorlaeus Laboratoria, Einsteinweg 55 Telefoon: 071 527 45 23 E-mail:
[email protected] of
[email protected]
Secretariaat: Onderwijsbalie, tel.: 071 527 36 06, e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Ineke van der Stok, tel. 071 527 42 36, e-mail:
[email protected] Lia Wesselink, tel. 071 527 18 81, e-mail:
[email protected].
Rechten
Taalwetenschap
Onderwijsinformatiecentrum Kamerlingh Onnes Gebouw, Steenschuur 25, kamer C.033. Telefoon: 071 527 87 87 E-mail: onderwijsinformatiecentrum@ law.leidenuniv.nl
Drs. Melissa Abed-Kwee WSD-complex, gebouw 1163, Van Wijkplaats 3 Telefoon: 071 527 21 69 E-mail:
[email protected]
Slavische talen en culturen / Ruslandkunde
Talen en culturen van China / Japan / Korea
Drs. Titia Bouma WSD-complex, gebouw 1165, P.N. van Eyckhof 3 Telefoon: 071 527 20 74 E-mail:
[email protected]
Drs. Anneke Amir WSD-complex, gebouw 1177, Arsenaalstraat 1 Telefoon: 071 527 25 18 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Margreet Verra, tel.: 071 527 21 97, e-mail:
[email protected] /
[email protected].
Secretariaat: tel.: 071 527 25 24 (China), tel.: 071 527 25 39 (Japan/Korea), e-mail:
[email protected], e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Lia Rijling, tel.: 071 527 20 59, e-mail:
[email protected].
123
Talen en culturen van Indiaans Amerika Dr. Maarten Kossmann WSD-complex, gebouw 1165, P.N. van Eyckhof 3 Telefoon: 071 527 26 49 E-mail:
[email protected] Secretariaat: Anja Jacobs, tel.: 071 527 25 01, e-mail:
[email protected] of
[email protected].
Talen en culturen van Zuidoost Azië en Oceanië (Indonesisch) Drs. Frans van Baardewijk WSD-complex, P.N. van Eyckhof 3, gebouw 1165 Telefoon: 071 527 25 58 E-mail:
[email protected] Secretariaat: Pita van Kan en drs. Marita Kok, tel. : 071 527 24 18, fax: 071 527 26 14 e-mail:
[email protected].
Talen en culturen van Latijns Amerika / Spaans
Wijsbegeerte
Drs. Machteld von Oven WSD-complex, gebouw 1165, P.N. van Eyckhof 3 Telefoon: 071 527 20 57 E-mail:
[email protected]
Drs. Carolyn de Greef WSD-complex, gebouw 1173, M. de Vrieshof 4 Telefoon: 071 527 20 11 E-mail:
[email protected]
Secretariaat: Carolien van Noort, tel.: 071 527 20 53 e-mail:
[email protected].
Secretariaat: Lies Klumper, tel.: 071 527 20 31, e-mail:
[email protected].
Talen en culturen van het Midden Oosten
Wiskunde & Statistiek
Drs. Nicole van Os, drs. Martin Baasten WSD-complex, gebouw 1173, Witte Singel 25 Telefoon: 071 527 29 37 E-mail:
[email protected]
Dr. Erik van Zwet (BA) Snellius, Niels Bohrweg 1, kamer 219 Telefoon: 071 527 71 19 E-mail:
[email protected] Snellius, Niels Bohrweg 1, kamer 234
Secretariaat: Eli van Duijnen, Sandra Fekkes en York-Kam Kwok, tel.: 071 527 22 60 / 2253, e-mail:
[email protected].
Talen en culturen van Zuid- en Centraal-Azië Drs. Frans van Baardewijk WSD-complex, gebouw 1165, P.N. van Eyckhof 3, kamer 202b Telefoon: 071 527 25 58 E-mail:
[email protected] Secretariaat: Eekta Trienekens, tel.: 071 527 25 03, e-mail:
[email protected].
124
Secretariaat: Bertie ten Hove, tel.: 071 527 42 82, e-mail:
[email protected].
10.1.2 Route naar Faculteit der Kunsten
Kijk op www.kunstenenwetenschappen voor de routebeschrijving naar het bureau van de Faculteit der Kunsten: http://www.kunstenenwetenschappen.nl/index.php3?m=21&c=182.
10.2
Koninklijk Conservatorium
10.2.1 Adresgegevens
Koninklijk Conservatorium
Bezoek- en postadres: Juliana van Stolberglaan 1, 2595 CA Den Haag. Telefoon: 070 315 15 15, fax: 070 315 15 18, internet: www.koncon.nl. 10.2.2 Coördinatoren
Blazers en slagwerk klassiek
Ab Vos, telefoon: 070 315 15 15, e-mail:
[email protected]
125
Piano, harp en gitaar klassiek
David Kuyken, telefoon: 070 315 15 15, e-mail:
[email protected]
Strijkers klassiek
Liesbeth Steffens, telefoon: 070 315 15 15, e-mail:
[email protected]
Zang klassiek
Gerda van Zelm, telefoon: 06 46 08 71 21, e-mail:
[email protected]
Jazz
Wouter Turkenburg, telefoon: 070 315 14 00, e-mail: w.turkenburg@ admin.koncon.nl
Muziektheorie
Suzanne Konings, telefoon: 070 315 14 54, e-mail:
[email protected]
Oude muziek
Jan Kleinbussink, telefoon: 070 315 14 01, e-mail:
[email protected]
Orgel en kerkmuziek
Jan Kleinbussink, telefoon: 070 315 14 01, e-mail:
[email protected]
Interfaculteit ArtScience
Frans Evers, e-mail:
[email protected]
Sonologie
Kees Tazelaar, telefoon: 070 315 14 66, e-mail:
[email protected]
Muziektechnologie
Peter Nuijten, telefoon: 070 315 14 82, e-mail:
[email protected]
Compositie
Martijn Padding, telefoon: 070 315 15 15, e-mail:
[email protected]
Docent muziek
Aad de Been, telefoon: 070 315 15 15.
Dans
Wim Broeckx, telefoon: 070 315 14 16, e-mail:
[email protected] Tom Bosma, telefoon: 070 315 14 60, e-mail:
[email protected]
Jong Talent Muziek
Anthony Zielhorst, telefoon: 070 315 14 02, e-mail:
[email protected]
School voor Jong Talent (deelnemer aan het Pre-University College)
Jan van Bilsen, telefoon: 070 315 14 17, e-mail:
[email protected]
126
10.2.3 Route naar KC en naar KABK
Nieuw kaartje Route naar KC en naar KABK. Heeft Mostert. Document bij Studiegids 2005, KaartODKunsten zwartwit eps.
10.3
Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten
10.3.1 Adresgegevens
Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten
Bezoek- en postadres: Prinsessegracht 4, 2514 AN Den Haag. Telefoon: 070 315 47 77, e-mail:
[email protected], internet: www.kabk.nl. 10.3.2 Opleidingen
Beeldende kunst
Hoofd: Johan van Oord, telefoon: 070 315 47 33, e-mail:
[email protected] Coördinatie: Martijn Verhoeven, telefoon: 070 315 47 33, e-mail: m.verhoeven@ kabk.nl
127
Grafisch ontwerpen
Hoofd: Ada Lopes Cardozo, telefoon: 070 315 47 34, e-mail: a.lopescardoso@ kabk.nl Coördinatie: Pauline Schep, telefoon: 070 315 47 34, e-mail:
[email protected]
Fotografie
Hoofd: Corinne Noordenbos, telefoon: 070 315 47 35, e-mail:
[email protected] Coördinatie: Marga Rotteveel (redactioneel), telefoon: 070 315 47 35, e-mail:
[email protected]; Ellen Dosse (wervend), telefoon: 070 317 47 35, e-mail:
[email protected]
Interieurarchitectuur
Hoofd: Wim Ros, telefoon: 070 315 47 31, e-mail:
[email protected] Coördinatie: Paul Moor, telefoon: 070 315 47 32, e-mail:
[email protected]
Textiel- en mode
Hoofd: Eric Verdonck, telefoon: 070 315 47 32, e-mail:
[email protected]
Deeltijdopleiding
Hoofd: Ernst Bergmans, telefoon: 070 315 47 30, e-mail:
[email protected]
Interfaculteit ArtScience
Hoofd: Frans Evers, e-mail:
[email protected] Coördinatie: Jan Peter van der Wenden, e-mail :
[email protected]
128
11. Faciliteiten 11.1 Bibliotheken Universiteitsbibliotheek Leiden, Witte Singel 25, Leiden, telefoon: 071 527 28 13
De bibliotheek is open van 8.30 tot 22.00 uur (ma-do); van 8.30 tot 17.00 uur (vr), van 9.30 tot 17.00 uur (za) en van 13.00 tot 17.00 uur (zo). Leidse studenten kunnen op vertoon van hun collegekaart een gratis lenerspas krijgen, evenals studenten van de HBKMD. De bibliotheek heeft een aantal bijzondere collecties, onder andere met oude muziekuitgaven. Zie: www.leidenuniv.nl, onder Universiteitsbibliotheek.
Bibliotheek Koninklijk Conservatorium, Juliana van Stolberglaan 1, Den Haag, telefoon:
070 315 15 72 Bezoekers zijn welkom op maandag tot en met donderdag, van 11.00 tot 18.00 uur, en op vrijdag van 11.00 tot 16.00 uur; in schoolvakanties doorgaans van 14.00 tot 16.00 uur. Studenten, docenten en andere medewerkers van het Koninklijk Conservatorium, de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten en de Universiteit Leiden kunnen, op vertoon van college- of medewerkerskaart, gratis gebruikmaken van de collectie. Bladmuziek en boeken kunnen in de meeste gevallen geleend worden. Beeld- en geluidsopnamen mogen alleen in de bibliotheek bekeken en/of beluisterd worden.
In Den Haag vind je, dichtbij het Koninklijk Conservatorium (bij het Centraal Station), in het gebouw van de Koninklijke Bibliotheek ook het Nederlands Muziek Instituut. Dit instituut heeft veel materiaal op het gebied van oude muziek (oude drukken, instrumentale muziek vóór 1800, veel literatuur over instrumentenbouw). Het NMI huisvest een aantal archieven van (Nederlandse) musici en componisten. In het instituut bevindt zich ook de collectie Musica Neerlandica: een grote verzameling Nederlandse muziek. Zie: www.nederlandsmuziekinstituut.nl.
Bibliotheek Koninklijke Academie, Prinsessegracht 4, Den Haag, telefoon: 070 315 47 98
De openingstijden zijn van maandag tot en met vrijdag van 9.15 tot 16.30 uur; maandag- tot en met woensdagavond van 18.30 tot 21.00 uur. Het gebruik van de bibliotheek en het lenen van materialen is gratis (op vertoon van college- of medewerkerskaart) voor ingeschreven studenten en medewerkers van de Koninklijke Academie van Beeldende Kunsten, het Koninklijk Conservatorium en de Universiteit Leiden.
11.2 Repetitiestudio’s Studenten van de Faculteit der Kunsten kunnen met 50% korting gebruikmaken van de repetitiestudio’s in de Muziekschool Leiden en Omstreken. De kosten zijn € 150,- voor een jaarpas, € 22,50 voor een 10-rittenkaart of € 2,50 voor twee uur. Informatie en aanmelding: Steven Moors, telefoon: 070 315 14 06, e-mail:
[email protected].
Het kunst- en cultuurcentrum van de Universiteit Leiden (LAKtheater) beschikt ook over een aantal muziekstudio’s met piano voor zelfstudie. De kosten voor studenten van de Universiteit Leiden zijn € 55,- voor een jaarpas, overigen betalen € 70,- . Er vindt in september een loting onder de inschrijvers plaats. Om hiervan gebruik te maken moet je je aan het begin van het studiejaar – vóór 12 september – aanmelden bij het LAKtheater (telefoon: 071 512 68 85, e-mail:
[email protected]) via een daarvoor bestemd inschrijvingsformulier. Om repetitiekamers en andere ruimtes te kunnen reserveren in het gebouw van het Koninklijk Conservatorium, krijgt iedere student een studentenkaart. Deze studentenkaart moet persoonlijk afgehaald worden bij de administratie. Deze kaart is ook nodig voor het ontvangen van apparatuur in bruikleen.
131
12. Publicaties 12.1 De nieuwe K en digitale nieuwsbrief De nieuwe K is de naam van het gezamenlijke blad van faculteit, conservatorium en aca-
demie. Het blad informeert de lezer over nieuwe ontwikkelingen op onderwijs- en onderzoeksgebied, (keuze-)vakken, concerten, exposities, evenementen en andere nieuwswaardige zaken. Ook verschijnt regelmatig de digitale nieuwsbrief van de Faculteit der Kunsten. De nieuwsbrief informeert de lezers kort en helder over de activiteiten van de faculteit. Voor toezending van of een gratis abonnement op De nieuwe K of de digitale nieuwsbrief: Marijke Hamel, telefoon: 071 527 18 05, e-mail:
[email protected].
12.2 De serie Kunst & Wetenschap De serie Kunst & Wetenschap is een serie publicaties van de Faculteit der Kunsten over onderwerpen op het terrein van kunsten en wetenschappen, onder redactie van Korrie Korevaart en Steven Moors. In de serie zijn verschenen: - Frans de Ruiter, Over de noodzaak van lagen. Leiden: Universiteit Leiden, Faculteit der Kunsten, 2003. Kunst en Wetenschap 1. Rede Leiden. - Paul Hoftijzer en Korrie Korevaart (red.), Geluck, geneughd, vermaeck en vreught. Muziekboeken in de Leidse Universiteitsbibliotheek. Met bijdragen van Ton Koopman en Kathryn Cok. Leiden: Universiteit Leiden, Faculteit der Kunsten, 2005. Kunst en Wetenschap 2. Catalogus bij de tentoonstelling Geluck, geneughd, vermaeck en vreught. Muziekboeken in de Leidse Universiteitsbibliotheek. Alle correspondentie over de serie Kunst & Wetenschap, inclusief bestellingen en abonnementen, is te richten aan: drs. Marijke Hamel, Faculteit der Kunsten, Universiteit Leiden, Postbus 9500, 2300 RA Leiden, e-mail:
[email protected]. Buiten de serie verscheen: - Jef Schaeps, Rembrandt in prent gebracht. Leiden: Universiteit Leiden, Faculteit der Kunsten en Universiteitsbibliotheek, 2006. Catalogus van de gelijknamige tentoonstelling met prenten naar schilderijen en tekeningen van Rembrandt uit de periode van 1630 tot het einde van de negentiende eeuw. De catalogus (€ 15,-) is te bestellen via Jef Schaeps, e-mail:
[email protected].
13. Andere informatiebronnen In deze gids staat van alles over het onderwijs bij de Faculteit der Kunsten, over de studievereniging en andere zaken. Uitgebreide informatie over de vele keuze- en bijvakken van de Universiteit Leiden, waaruit elke Leidse en Haagse student een keuze kan maken, is te vinden op www.studiegids.leidenuniv.nl. Als student aan de Universiteit Leiden moet je nog veel meer weten (of snel weten te vinden) dan er in deze gids staat. De meest relevante informatie vind je in de studiegids van je hoofdvak. Maar ook voor studenten van de Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans kan het nuttig zijn te weten dat er in Leiden veel informatie te vinden is. Studenteninformatiecentrum Studentencentrum Plexus, Kaiserstraat 25, Postbus 9500, 2300 RA Leiden Telefoon: 071 527 80 11, e-mail:
[email protected] Internet: www.studenten.leidenuniv.nl/ics/sz Openingstijden: maandag, woensdag en vrijdag 9.00-17.00 uur; dinsdag en donderdag 9.00-21.00 uur.
Voorlichting over de universiteit
De informatiebalie is het eerste adres voor informatie die niet de inhoud van het studieprogramma betreft, bijvoorbeeld over in- en uitschrijven, collegegelden, studiefinanciering, bijzondere toelatingen, enz. Er zijn brochures verkrijgbaar en zo nodig wordt doorverwezen naar andere medewerkers.
Adreswijzigingen
Wanneer studenten verhuizen, dienen zij dit door te geven aan de centrale studentenadministratie van de universiteit. Dat kan op verschillende manieren: via U-Twist, door een adreswijziging te sturen aan de Studentenadministratie, Postbus 9500, 2300 RA Leiden, of door langs te komen bij het Studenteninformatiecentrum. Het studentnummer dient altijd vermeld te worden. Alleen als een verhuizing centraal wordt gemeld, wordt universitaire post op het nieuwe adres bezorgd. Een adreswijziging naar de Faculteit der Kunsten of naar een opleiding is niet genoeg! PITSstop Telefoon: 071 527 80 25, e-mail:
[email protected] Internet: www.pitsstop.leidenuniv.nl
Plexus Informatie Trefpunt voor Studenten
Bij PITSstop zijn onder andere studiegidsen van andere universiteiten in Nederland in te zien. Er is informatie over studeren in het buitenland (onder andere reisverslagen), de arbeidsmarkt, solliciatieprocedures en universitaire regelingen. Het International Office houdt in dit Trefpunt elke maandag en donderdag spreekuur van 13.00 – 17.00 uur. Bij PITSstop kunnen studenten ook een studiekeuze- of loopbaankeuzetest afleggen. Studentendecanen Telefoon: 071 527 80 26 en 071 527 80 11, e-mail:
[email protected] Internet: www.leidenuniv.nl/ics/sz
Adviezen
De studentendecanen adviseren studenten op allerlei gebieden; bij financiële problemen, problemen met de studievoortgang door persoonlijke of andere omstandigheden en onduidelijkheden rond de rechtspositie. De studentendecanen bieden ook ondersteuning aan topsportstudenten en studenten met een functiestoornis/functiebeperking. Bel voor een afspraak het bovenstaande telefoonnummer of kom naar het open spreekuur in Plexus, op maandag tot en met vrijdag 15.30-16.30 uur. Medewerkers: drs. Romke Biagioni, Len Buis, Marcel Melchers. Studentenpsychologen Telefoon: 071 527 80 26, e-mail:
[email protected] Internet: www.leidenuniv.nl/ics/sz
Studentenproblemen
Bij de studentenpsychologen kan men terecht met problemen die de studie nadelig beïnvloeden, zoals: familieproblemen, onvrede over sociale contacten, neerslachtigheid en relatieproblemen. Er zijn cursussen en trainingen die helpen bij bijvoorbeeld concentratieproblemen, examenvrees, studiestress, planningsproblemen en uitstelgedrag.
Open spreekuur: maandag tot en met vrijdag 11.00-12.00 uur in Plexus, Kaiserstraat 25. Mogelijkheid tot afspraken: maandag tot en met vrijdag 9.00-17.00 uur, Rapenburg 70. Medewerkers: drs. Geraldine O’Connor (international counselor), drs. Cathelijne Filippo, drs. Dieta Kruise en drs. Rob Topman. BUL – Studiekeuze & Loopbaan Service Telefoon: 071 527 80 11 (mogelijkheid tot afspraken), e-mail:
[email protected] Internet: www.bul.leidenuniv.nl
Studiekeuze Studenten kunnen bij de studiekeuze-/loopbaanadviseurs van BUL terecht als ze twijfels hebben over hun studiekeuze, als ze het moeilijk vinden om een nieuwe studie te kiezen en/of niet goed weten hoe ze het keuzeproces het beste aan kunnen pakken. Bij BUL kan tegen betaling van € 3,50 een studiekeuzetest gemaakt worden. Deze test kan worden nabesproken met een van de studiekeuze-/loopbaanadviseurs.
Loopbaan Afgestudeerd en dan? Wat zijn de mogelijkheden op de arbeidsmarkt? Hoe kun je de voorbereiding op de arbeidsmarkt het beste aanpakken? Hoe verloopt een sollicitatieprocedure en wat is belangrijk bij het schrijven van een sollicitatiebrief en een c.v., en het voeren van een sollicitatiegesprek? De loopbaanbegeleiding is in de vorm van individuele gesprekken, één of meerdere workshops en/of het werkboek Op zoek naar werk. Workshops: Loopbaanoriëntatie, C.V. en sollicitatiebrief, Sollicitatiegesprek en sollicitatieprocedure, Psychologische tests en assessmentcenter. Open spreekuur, dinsdag, 10.00-11.00 uur (nabespreken studiekeuzetest + bespreken c.v. en sollicitatiebrief). Medewerkers: drs. Francien Bouhuijs, drs. Nieke Campagne en drs. Simone Keijsers. 135
Overige belangrijke adressen
Ombudsfunctionaris
Telefoon: 071 527 36 57, e-mail:
[email protected] Internet: www.ombudsfunctionaris.leidenuniv.nl Openingstijden secretariaat (tel.) : maandag t/m vrijdag 10.00-12.30 uur Studenten met klachten over het gedrag van een medewerker of een bestuursorgaan van de Universiteit Leiden kunnen terecht bij de ombudsfunctionaris. Deze is onafhankelijk en behandelt klachten strikt vertrouwelijk. Ombudsfunctionaris: prof. dr. Tineke Willemsen.
(Seksuele) Intimidatie
Gemeenschappelijke Bedrijfsgezondheidsdienst (GBGD) Poortgebouw Zuid (3e verdieping), Rijnsburgerweg 10, 2333 AA Leiden Telefoon: 071 527 80 15, e-mail:
[email protected] /
[email protected] Voor gevallen van seksuele intimidatie, pesten op de werkplek, agressie, geweld en discriminatie zijn vertrouwenspersonen aangesteld. Wordt je met een van deze verschijnselen geconfronteerd, maak dan een afspraak, zodat jij en je studie daar niet onder lijden. Vertrouwenspersonen: Antoinette van de Lustgraaf-Dijkman en Ton Mertens-Keunen.
136
Bijlage I.
Inschrijvingsformulier voor gaststudenten
Verzoek tot inschrijving als gaststudent voor het studiejaar 2006-2007. De ondergetekende verklaart de gegevens op dit inschrijvingsformulier naar waarheid te hebben verstrekt en verzoekt te worden ingeschreven aan de Universiteit Leiden als gaststudent voor de opleiding: …………………………………………………………………………………………………………….............................................................. en heeft een verklaring van geen bezwaar van de studieadviseur van de opleiding waar hij/zij nu staat ingeschreven bijgevoegd. Hij/zij* verklaart het collegegeld te hebben betaald bij het/de*: ………………………………………………………………………………………………….......................................................... (naam van KC of KABK of anders invullen) waarvan een betalingsverklaring (BBC) is bijgevoegd. Plaats: ……………………………………………………………………………………………………......................................................... Datum: ………………………………………………………………………………………………….......................................................... Handtekening: ……………………………………………………………………………………………................................................. Studentnummer (niet invullen): ………………………………………………………………………….................................. Geboortedatum: ………………………………. Geboorteplaats en -land: ...…………………………............................. Achternaam: ……………………………………………………………………………………………..................................................... Voorvoegsel(s): ……………………………….. Voorletters: …………………………………………......................................... Geslacht: man / vrouw* Achternaam echtgenoot: …………………………………………………………………………………......................................... Voorvoegsel(s): ………………………………………………………………………………………….................................................. Burgerlijke staat: ………………………………………………. Nationaliteit: ……………………….................................... Straat en huisnummer: …………………………………………. Telefoonnummer: …………………......................... Postcode en woonplaats: ……………………………………….. Land: ………………………………....................................
* S.v.p. doorstrepen wat niet van toepassing is.
Bijlage II. Verklaringen van geen bezwaar IN TE VULLEN DOOR DE STUDIEADVISEUR VAN DE OPLEIDING WAAR JE NU INGESCHREVEN STAAT. Hierbij verklaar ik: (studieadviseur KC/KABK*) ........................................................................................ dat er geen bezwaar is dat student ………………………………………………………………………................................... Straat en huisnummer: ………………………………………………………………................................................................. Postcode en woonplaats: ……………………………………………………………................................................................. het keuzevak/bijvak …………………………………………………................... volgt aan de Universiteit Leiden. Naam: ……………………………………………………………………………………………………......................................................... Handtekening: …………………………………………..……… Datum: ………………..…………..........................................
------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------IN TE VULLEN DOOR DE OPLEIDING WAAR HET KEUZEVAK/BIJVAK GEVOLGD GAAT WORDEN. Hierbij verklaart de opleiding ………………………………………………............... van de Universiteit Leiden dat er geen bezwaar is dat student ………………………………………………………………………................................... het keuzevak/bijvak ……………………………….………………..................... volgt aan de Universiteit Leiden. Naam: ……………………………………………………………………………………………………........................................................ Handtekening: ………………………………...………………. Datum: ……………………………….......................................... * S.v.p. doorstrepen wat niet van toepassing is.
Bijlage III. Aanmeldingsformulier keuzevakken/bijvakken Faculteit der Kunsten Ik meld me aan voor de volgende keuzevakken: Naam keuzevak 1: …………………………………………………………………………………...................................................... Naam keuzevak 2: …………………………………………………………………………………...................................................... Naam keuzevak 3: …………………………………………………………………………………...................................................... Naam keuzevak 4: …………………………………………………………………………………...................................................... Voorletters: …………………………………………………………………………………................................................................... Voorvoegsel(s): …………………………………………………………………………………............................................................ Achternaam: …………………………………………………………………………………................................................................. Roepnaam: ………………………………………………………………………………….................................................................... Studentnummer: …………………………………………………………………………………........................................................ Adres: ………………………………………………………………………………….............................................................................. Postcode: …………………………………………………………………………………........................................................................ Plaats: ………………………………………………………………………………….............................................................................. Telefoon: …………………………………………………………………………………........................................................................ E-mailadres: ………………………………………………………………………………….................................................................. Universiteit Leiden/Hogeschool van Beeldende Kunsten, Muziek en Dans/anders, namelijk: …………………………………………………………………………………………………………................................................................. Studierichting/opleiding: ……………………………………………………………………......................................................
N.B. Dit ingevulde formulier s.v.p. sturen aan: Secretariaat Faculteit der Kunsten t.a.v. Marijke Hamel Postbus 9500 2300 RA Leiden
Bijlage IV. Aanmeldingsformulier à la carte-onderwijs Faculteit der Kunsten Ik meld me aan voor de volgende à la carte-cursussen: Naam cursus 1: ………………………………………………………………….............................................................................. Met tentamen: ja / nee* Naam cursus 2: ………………………………………………………………….............................................................................. Met tentamen: ja / nee* Persoonlijke gegevens: man / vrouw* Achternaam: ………………………………………………………………...................................................................................... (Eventueel (met) meisjesnaam in verband met de naamsvermelding op het certificaat.) Voornamen: ………………………………………………………………...................................................................................... Adres: .………………………………………………………………................................................................................................... Postcode/Woonplaats: .…………………………………………………………………............................................................... Telefoonnummer: .…………………………………………………………………....................................................................... Geboortedatum: .……………………………………………… Geboorteplaats: .............................................................. E-mail-adres: .………………………………………………………………….................................................................................. Lid van het LUF: ja / nee* Het cursusgeld (€ 205 per cursus, exclusief tentamen; € 350,- per cursus, inclusief tentamen) wordt overgemaakt na ontvangst van de factuur. Bent u lid van het Leids Universiteits Fonds (LUF), of medewerker van de HBKMD of de Universiteit Leiden, dan betaalt u respectievelijk € 184,50 en € 315,-. ………………………………….. Plaats en datum *
S.v.p. doorstrepen wat niet van toepassing is.
N.B. Dit ingevulde formulier s.v.p. sturen aan: Secretariaat Faculteit der Kunsten t.a.v. Marijke Hamel Postbus 9500 2300 RA Leiden
………………………………………………..................................... Handtekening
Register In de inhoudsopgave staan de voornaamste trefwoorden. Dit register geeft in principe alleen aanvullende trefwoorden. Raadpleeg daarom eerst de inhoudsopgave. à la carte-onderwijs 17 (overzicht), 145 aanwezigheid 16, 18 adreswijziging 22, 135 akoestiek 90, 103 algebra 79, 81, 97 Anthropology of music 90-91 archeologie 45 architectuur 58 audiovisuele vormgeving 37, 55, 58-59 auditie 12-13 auteursrecht 110-111
harmonie 62, 97 Honours Traject 100 hymnologie 86-87
beeldrepresentatie 45 bewijs van betaald collegegeld (BBC) 11, 139 Blackboard 18
kalligrafie 105-106 kunst- en cultuurbeleid 70, 112 kunstkritiek 106-107
Chinese music 95 cijfers 13, 15, 22 collegegeld 11-12, 135 compositie 13 creatieve stad 112-113 cultuurfilosofie 74
letterontwerpen 107-108 Lezen en kijken 107-108 literatuur 97-98 liturgiek 85-86
dansgeschiedenis 111-112 docARTES 115 docenten 23-27 documentaire 35, 42-43, 46, 67 dossierverklaring 13, 15 ects (studiepunten) 17, 22 epistemologie 76 etnomusicologie 90-91 faculteitsbestuur 22 faculteitsbureau 21 feestdagen 28 festivals 112-113 film 35, 43-46, 55, 58, 64, 67, 95, 98-99 fotografie 14, 31-32, 49, 54, 56-59 fotografische vormgeving 37, 54 gaststudent 139 gastcollegekaart 11-12 gehoor(training) 20, 61-62, 92 grafische vormgeving 15, 51, 54-55, 57-58 Gregoriaans 87, 115
146
icoonanalyse 44, 57 improvisatie 68, 84, 95 Informatiepunt Kunsten en Wetenschappen 12, 14, 21 inschrijvingsformulier 11-12, 15, 17, 139 jazz(geschiedenis) 13, 68, 92, 94-95, 100-102
management 70-73 Mathematical structures 78, 96-97 media 66 metafysica 75 Mozart, W.A. 63 musicus 67 muziekanalyse 59, 101 muziekfilosofie 61, 63-64, 68, 84 muziekgeschiedenis 64, 68, 98-100 muziekpracticum 59 Muziekschool Leiden en Omstreken 85, 117118, 131 muziektheorie 60-63, 68, 92-93 niet-westerse muziek 66 nota 18-19 ombudsfunctionaris 137 ondernemerschap 70-72 ontwerpen 54 oraties 118-119 oude muziek 91-93, 101, 131 Paragone 109-110 Plexus informatiebalie 135
popcultuur 66 popmuziek 66 practicum musicae 12, 100-103 Prentenkabinet 31, 36, 48, 50 prentkunst 48, 50-51 promovendi 115-116 recensies 43, 55, 60 Rembrandt 133 retorica 97-98 schilderen 15, 108-109 scriptie 18-19 Sibeliuscursus 65, 103 solfège 59, 63, 92 stemvorming 87 studentendecanen 135-136 studentenpsychologen 136 studiefinanciering 18, 135 studiepunten (ects) 17, 22 tekenen 15, 109 tentamens 22, 28 tentamenresultaten 22 toehoorder 16-17 typografie 54, 107-108 typografische vormgeving 118 vakantie 28-29 verklaring van geen bezwaar 11, 139, 141 video 35, 44-45, 118 wetenschapsfilosofie 76
147