Strategie 1
Strategie 7
Waarom wil ik iets gaan lezen? Wat is mijn leesdoel? Vul de zin aan: Ik wil weten… Over welk onderwerp wil ik lezen? Heb ik vragen over het onderwerp?
Heb ik mijn leesdoel bereikt? (gr. 7‐8) Heb ik mijn leesdoel bereikt? Ging de tekst over dit onderwerp? Zijn mijn vragen beantwoord? Wat kan ik verder doen?
Wat vraag ik me af vóór het lezen van een artikel? Stap 1
IK WIL …
… weten wat voor NIEUWS er is gebeurd.
Stap 2
Over welk ONDERWERP wil ik lezen?
… IETS OPZOEKEN, bv. een woord, plaats of naam opzoeken.
Stap 3
Heb ik VRAGEN over het onderwerp waarover ik wil lezen?
… meer over een ONDERWERP weten. … weten hoe ik: IETS MOET DOEN of HOE IETS WERKT.
Wat vraag ik me af na het lezen van een artikel? (groep 7/8) Stap 4
… LEZEN voor mijn PLEZIER.
Heb ik mijn leesdoel BEREIKT? Ging de tekst over het ONDERWERP? Zijn mijn vragen BEANTWOORD?
… WETEN wat iemand van iets vindt.
NEE ?
Stap 5
Zoek een ANDERE tekst.
1 Waar vind jij het antwoord?
a Lees het artikel ‘Gloeiend gewei’ op pagina 9 van Kidsweek. Waar zou je het antwoord kunnen vinden op de vragen hieronder? Kies uit: woordenboek – atlas – krant
1 – Waar ligt Lapland?
Het antwoord op deze vraag vind je in een ………………………………………………….
2 – Wat is een rendier?
Het antwoord op deze vraag vind je in een ………………………………………………….
3 – Wat was het belangrijkste nieuws deze week?
Het antwoord op deze vraag vind je in een ………………………………………………….
b Hierboven staan drie vragen. Kies één vraag uit en ga op zoek naar het antwoord op deze vraag. Schrijf het antwoord hieronder op.
Ik kies vraag ……. Het antwoord op deze vraag is: …….………………….……………………………………………………….………………….…………….………………
…………………………………………………………………………….…….………………….………………………………………………………………………….……….…….…………….
c Waar zou jij het antwoord zoeken op de vraag: Leven er ook rendieren in Nederland?
………………………………………………….………………………………………………….……………………………………………………………………………….………….….…………
d Ga nu op zoek naar het antwoord en schrijf het op. ………………………………………………………………………………………………………….……….……….....
2 Staan de antwoorden WEL of NIET in de tekst?
Lees het artikel ‘Koningin’ op pagina 6 van Kidsweek. Staan de antwoorden op de vragen hieronder WEL of NIET in het artikel? Zet een kruisje in de tabel.
In welk land in Europa is de lucht nog steeds gevaarlijk smerig? In welk land in Europa is de lucht het schoonst? Wat is de betekenis van het woord ‘ozonlaag’?
Staat WEL in de tekst.
Staat NIET in de tekst.
3 Maak de zinnen af … Maak de zeven zinnen hieronder af en omcirkel het juiste antwoord. 1) Als ik wil lezen voor mijn plezier, dan lees ik …
een leesboek | een telefoonboek | een informatiefolder
2) Als ik wil weten wat een woord betekent, dan pak ik …
een leesboek | een geschiedenisboek | een woordenboek
3) Als ik meer wil weten over een onderwerp, dan pak ik …
een encyclopedie | een gebruiksaanwijzing | een kookboek
a Lees de stelling op pagina 2 van Kidsweek. Mijn leesdoel is: Ik wil weten wat iemand van iets vindt.
een leesboek | een kookboek | een krant 5) Als ik wil weten wat voor nieuws er is gebeurd, dan lees ik …
JA
NEE
want, ………………………..……………………………………………………..…………………..
een krant | een geschiedenisboek | een informatiefolder
……………………………………………..………………………………………………………………..
b Ben je het EENS of ONEENS met de stelling? Leg uit waarom je het EENS of ONEENS bent.
6) Als ik wil weten welke landen er allemaal in Europa liggen, dan pak ik …
een gebruiksaanwijzing | een krant | een atlas
……………………………………………..………………………………………………………………..
……………………………………………..………………………………………………………………..
Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet.
4) Als ik wil weten hoe ik iets moet doen, dan pak ik …
4 Heb ik mijn leesdoel bereikt?
……………………………………………..………………………………………………………………..
……………………………………………..………………………………………………………………..
……………………………………………..………………………………………………………………..
.
1 Waar vind jij het antwoord?
a Lees het artikel ‘Een genie van drie’ op pagina 6 van Kidsweek. Waar zou je het antwoord kunnen vinden op de vragen hieronder? Kies uit: woordenboek – atlas – krant
1 – Welke staten van Amerika grenzen aan Arizona?
Het antwoord op deze vraag vind je in een ………………………………………………….
2 – Wat betekent het woord ‘hoogbegaafd’?
Het antwoord op deze vraag vind je in een ………………………………………………….
3 – Wat is het laatste nieuws over de driejarige Alexis Martin?
Het antwoord op deze vraag vind je in een ………………………………………………….
b Hierboven staan drie vragen. Kies één vraag uit en ga op zoek naar het antwoord op deze vraag. Schrijf het antwoord hieronder op.
Ik kies vraag ……. Het antwoord op deze vraag is: …….………………….………………………………………………….………………………………………………….…………………………………
c Op internet kun je ook antwoorden vinden op vragen. Veel mensen gaan via de website www.google.nl op zoek naar antwoorden op vragen. Het is belangrijk de juiste woorden in te typen, om ervoor te zorgen dat je de informatie krijgt die jij zoekt. Welke woorden zou jij intypen als je het antwoord wilt op de vragen hieronder? Vul de tabel in. Er is er één voorgedaan.
Vragen: Hoe kun jij jouw IQ testen? Wie heeft het hoogste IQ ter wereld? Waar staat de afkorting ‘IQ’ voor? Hoe werkt ons brein? Wat is voor jou de dichtstbijzijnde school voor hoogbegaafde kinderen?
Op www.google.nl zou ik deze woorden intypen: testen – IQ
2 Heb ik mijn leesdoel bereikt?
3 Verschillende soorten teksten
Lees de voorpagina van Kidsweek. a Mijn leesdoel is: Ik wil weten hoe ik iets moet doen.
a
Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet.
NEE
want, ………………………..………………….………..…………………..………………..………
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….…… b Bedenk nu een vraag, waarop het antwoord NIET in het artikel op de voorpagina staat, maar waar jij wel graag het antwoord op wilt weten.
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
c
…………………………………………………………………………………………………………….
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
Mijn leesdoel is: Ik wil meer informatie over een onderwerp. Welke tekst kan ik het best lezen?
Tekst ….., omdat …………………………..…………………..…….……..……………….……
c Waar zou je het antwoord kunnen vinden? ………………………………………….
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
b Mijn leesdoel is: Ik wil weten hoe ik iets moet doen. Welke tekst kan ik het best lezen? Tekst ….., omdat …………………………..…………………..…….……..……………….……
d Ga op zoek naar het antwoord en schrijf het antwoord op.
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
Tekst ….., omdat …………………………..…………………..…….……..……………….……
d
Mijn leesdoel is: Ik wil weten wat voor nieuws er is gebeurd. Welke tekst kan ik het best lezen? Leg uit waarom.
JA
Lees de verschillende teksten op pagina 10 van het lesboekje.
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….…… In de drie teksten staat veel informatie over Facebook. Toch wil ik weten of ik er ook nadelen aan Facebook zitten. Om hierachter te komen ga ik naar www.google.nl en typ de volgende woorden in: ……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
1 Lees de stelling op pagina 2 van Kidsweek.
2 Geld verdienen met je eigen bedrijf
a Maak de zin hieronder af: Als ik deze tekst lees, dan wil ik … A weten wat voor nieuws er is gebeurd. B weten wat iemand van iets vindt. C weten hoe ik iets moet doen. D weten wat het moeilijke woord betekent.
a Lees het artikel ‘Geld verdienen met je eigen bedrijf’ op pagina 12‐13 van Kidsweek en maak de zinnen af:
Als ik de armbandjes van Maartje wil bestellen, dan …
b Wat is het onderwerp van de tekst?
.........................................................................................................................................
.........................................................................................................................................
e Veel mensen vinden het moeilijk om een compliment te geven en nog moeilijker om goed te reageren als ze een complimentje krijgen. Geef jij vaak een complimentje aan iemand? En hoe reageer jij als je een complimentje krijgt? Schrijf het hieronder op.
.........................................................................................................................................
..............................................................................................
b Maartje, Joep, Rob en Joep geven tips voor het starten van een bedrijf. Welke tip vind jij het best? Leg uit waarom.
Onderstreep met rood de informatie in het artikel die nieuw is voor jou.
d Mijn leesdoel is: Ik wil weten wie complimentendag heeft bedacht. Heb ik mijn leesdoel bereikt na het lezen van het artikel? (Weet ik wat ik wilde weten?)
Als ik informatie wil over de mutsen van Joep, dan ….
.....................................................................................................
c
.........................................................................................................................................
.............................................................................................
.............................................................................................
............................................................................................. c Waar zou jij op zoek gaan naar het antwoord op de vraag hieronder?
Zijn er ook bedrijven in jouw straat?
d Ga nu op zoek naar het antwoord op deze vraag en schrijf stap voor stap op hoe jij te werk bent gegaan.
3 Heb ik mijn leesdoel bereikt?
a Lees het artikel ‘Een kijkje in The Dwarf Empire’ op pagina 19 van Kidsweek. Mijn leesdoel is: Ik wil meer weten over de natuur in China.
Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet.
JA/NEE, want ………………………………………………….……………..………………..
………………………………………………………………………………………………………..
………………………………………………………………………………………………………..
4 Verschillende soorten teksten a
c
JA/NEE, want ………………………………………………..………………….……………..
………………………………………………………………………………………………………..
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
b Mijn leesdoel is: Ik wil weten hoe ik iets moet doen. Welke tekst kan ik het best lezen? Tekst ….., omdat …………………………..…………………..…….……..……………….……
Tekst ….., omdat …………………………..…………………..…….……..……………….……
b Lees het artikel ‘Oeroud stukje aarde’ op pagina 6 van Kidsweek. Mijn leesdoel is: Ik wil meer informatie over het ontstaan van de aarde. Heb ik mijn leesdoel bereikt? Leg uit waarom wel of niet.
Mijn leesdoel is: Ik wil weten wat voor nieuws er is gebeurd. Welke tekst kan ik het best lezen? Leg uit waarom.
Lees de verschillende teksten op pagina 10 van het lesboekje.
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
Mijn leesdoel is: Ik wil meer informatie over een onderwerp. Welke tekst kan ik het best lezen?
Tekst ….., omdat …………………………..…………………..…….……..……………….……
d
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….…… In de drie teksten staat veel informatie over Facebook. Toch wil ik weten of er ook nadelen aan Facebook zitten. Om hierachter te komen ga ik naar www.google.nl en typ de volgende woorden in:
………………………………………………………………………………………………………..
……………………………………………………..…………………..…….……..……………….……
Miljoen verjaardagslikes voor Colin
Tekst 1
Nog 25 nachtjes slapen en dan wordt Colin elf jaar. Maar zin in een feestje heeft hij niet. Colin is autistisch en vindt het daarom moeilijk om vrienden te maken. Zijn moeder wil hem toch in het zonnetje zetten en bedacht een plan.
Colin is door zijn ziekte niet altijd even aardig tegen iedereen en veel klasgenoten vinden dat niet leuk. Ze willen niet dat hij bij hen komt zitten, dus eet hij in de pauze alleen. Toen zijn moeder vroeg of hij een verjaardagsfeestje wilde, vond hij dat dat geen zin heeft, omdat hij toch geen vrienden heeft. Daarom heeft zijn moeder Facebook ingeschakeld om Colin toch te verrassen als hij elf wordt.
Echte kaartjes Een Facebookpagina vol positieve berichten is nog leuker voor Colin dan een verjaardagsfeestje, dacht zijn moeder. Daarom maakte ze de pagina Happy Birthday Colin aan. (…)
Voor het aanmaken van een Facebook account volg je de volgende stappen:
Tekst 2
1. Ga naar de aanmeldingspagina van Facebook (facebook.com/signup). 2. Vul alle verplichte velden in zoals je naam, geslacht, e-mailadres en geboortedatum en klik op Registreren. 3. Facebook helpt je graag bij het zoeken van al je vrienden en kennissen. 4. Profielgegevens - Wanneer je profielinformatie toevoegt (bijvoorbeeld school) zal Facebook je direct helpen om vrienden te vinden. 5. Profielfoto - Heb je al een profielfoto om te uploaden, dan kun je dat hier gelijk doen. (…)
Facebook
Tekst 3
Facebook is een gratis sociaalnetwerksite om online contact te maken of houden. Gebruikers kunnen er een persoonlijk profiel samenstellen en informatie en interesses delen op het zogeheten "Prikbord" (in het Engels "Wall"). Sinds mei 2008 bestaat er een Nederlandstalige versie. In december 2008 groeide de site met 600.000 nieuwe aanmeldingen per dag. In april 2009 had Facebook meer dan 200 miljoen actieve gebruikers, vijf maanden later waren dat er 50 miljoen meer. In juli 2010 bediende Facebook een half miljard gebruikers, circa zeven procent van het aantal aardbewoners. In 2012 had Facebook ongeveer 1 miljard gebruikers. Het is te gebruiken vanaf 13 jaar. Ontstaan Facebook ontstond op 4 februari 2004 (toen nog "The Facebook" genoemd). Mark Zuckerberg is de medeoprichter en algemeen directeur.
metaaldetector
diepspoeler
fennek
MRI‐scanner
dwerggroei
een metaaldetector op schattenjacht gaat, weet dat lang niet elk piepje feest betekent.’ (pag. 10)
is een apparaat waarmee je metalen voorwerpen kunt opsporen. ‘Wie met
een diepspoeler. Eh… en nu?’ (pag. 17)
is een toilet waarbij ontlasting in het water van het toilet valt. ‘O ja, we hebben
koesoe, viskat, dijvlekpijlgifkikker, fennek en het wildebeest.’ (pag. 17)
is een kleine vos die leeft in de woestijn in Afrika. ‘Zo heb je een gaviaal, de berg
bekeken ze met een MRI‐scanner welk gebied in hun hersens ze gebruikten.’ (pag. 9)
is een apparaat waarmee je naar de binnenkant van een lichaam kunt kijken, zonder dat het lichaam open moet worden gemaakt. ‘Ondertussen
wonen alleen maar Chinezen met dwerggroei en ‘gewone’ Chinezen komen er naar hen kijken.’ (pag. 19)
is een aandoening die ervoor zorgt dat iemand niet groeit. ‘In dit attractiepark
is een stad in Engeland.
is een provincie in China. ‘In de Chinese provincie Hubei hoeven leraren dat laatste niet meer te roepen.’ (pag. 10)
Hubei
Creek in Arizona zijn verre van normaal. (pag. 6)
‘Wetenschappers uit Hongarije keken in hondenhersens en ontdekten dat de dieren hetzelfde stukje brein als wij gebruiken om de stemming van een ander te begrijpen. (pag. 9)
is een land in Europa.
‘Haar kunstwerk werd opgehangen in een kerk in Londen.’ (pag. 10)
is een staat in de Verenigde Staten. ‘Maar de hersens van het meisje uit Queen
Hongarije
Londen
daar wilden zijn ouders niet voor betalen.’ (pag. 12 + 13)
Arizona
s
Spijkenisse is een plaats in Zuid‐Holland. ‘Roy (12) uit Spijkenisse wilde een Xbox360, maar
is een stad in de provincie Brabant. ‘Carnaval is heel belangrijk in Den Bosch’, legt Keoni uit.’ (pag. 4)
Den Bosch
Lees ‘Gloeiend gewei’ op pagina 9 van Kidsweek.
3) Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. a) Wordt het in de winter licht in Lapland? b) Waarom staat de aarde scheef?
e) Kleur nu Zweden rood op de kaart. Je mag een atlas gebruiken.
een atlas gebruiken.
2) Lees tekst 1 en bekijk kaart 1 op pagina 13 hiernaast. a) In welke landen ligt Lapland? b) Hoe mag je Sami niet noemen? c) Zijn de zinnen hieronder WAAR of NIET WAAR: Lapland is een land in Europa. Nomaden reizen rond. Alle Sami leven nog steeds zoals vroeger. d) Kleur Nederland nu groen op de kaart. Je mag
1) ‘Gloeiend gewei’ a) Wie heeft het artikel geschreven? b) Waar hebben onderzoekers de geweien geverfd? c) Hoeveel rendieren hebben een lichtgevend kleurtje op hun gewei gekregen? d) Wanneer worden waarschijnlijk meer rendieren lichtgevend?
A
mag een atlas gebruiken.
3) Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. a) Waarom ligt het noordelijk halfrond in de winter van de zon afgekeerd? b) Leven wij op het noordelijk of zuidelijk halfrond? Je mag een atlas gebruiken. c) Wat is de ‘poolnacht’?
e) Wat betekent het woord ‘nomaden’? f) Waarvoor gebruiken de Sami rendieren? Noem minstens twee voorbeelden.
3) Lees tekst 2 op pagina 13 hiernaast. a) Ligt Nederland op het noordelijk of op het zuidelijk halfrond? b) Denk je dat het in de zomer niet donker wordt in Lapland? Leg uit waarom.
d) Waarvoor gebruiken de Sami rendieren? Noem minstens drie voorbeelden.
mag een atlas gebruiken.
b) In welke landen ligt Lapland? c) Stel dat je vanaf Nederland over land naar Lapland wilt. Door welke landen kom je dan? Je
‐ Het Sami‐volk is vegetarisch.
2) Lees tekst 1 en bekijk kaart 1 op pagina 13 hiernaast. a) Zijn de zinnen hieronder WAAR of NIET WAAR: ‐ Alle mensen van het Sami‐volk leven als nomaden.
2) Lees tekst 1 en bekijk kaart 1 op pagina 13 hiernaast. a) Op welk continent ligt Lapland? b) Waarom is Lapland geen land? c) In welke landen ligt Lapland? d) Geef deze landen alle vier een andere kleur. Je
‘Gloeiend gewei’ Wat vind jij ervan dat dit nieuws in de krant staat? Leg uit waarom. Bedenk nu je eigen oplossing voor het rendierenprobleem. Wat voor grapje maakt de auteur van het artikel?
Lees ‘Gloeiend gewei’ op pagina 9 van Kidsweek.
C 1) a) b) c)
Lees ‘Gloeiend gewei’ op pagina 9 van Kidsweek.
1) ‘Gloeiend gewei’ a) Waar worden elk jaar duizenden rendieren doodgereden in het donker? b) Wat hebben de onderzoekers gedaan? c) De kans bestaat dat de glow‐in‐the‐dark‐verf niet goed werkt. Bedenk daarom nu zelf een oplossing.
B
Schrijf de antwoorden op een oefenblaadje!
TEKST 2
TEKST 1
Geluk Waarom de aarde scheef staat, dat weet niemand. Maar we mogen blij zijn dat het zo is. Als de aarde recht zou staan, dan zouden plekken zoals Lapland nooit zon krijgen. Het zou daar dan dus altijd donker zijn!
In Nederland wordt het in de winter eerder donker dan in de zomer. Maar in Lapland is het in de winter altijd donker. Dit komt door de aarde en de zon. De zon geeft de aarde licht en warmte. De aarde draait om de zon heen. De aarde staat een beetje scheef ten opzichte van de zon. Daardoor ligt het noordelijk halfrond in de winter van de zon afgekeerd. Dit betekent dat het meest noordelijke gebied van de aarde geen zon krijgt in de winter. Zelfs midden op de dag is het hier dan donker. Dit heet de ‘poolnacht’. Lapland is zo’n gebied in het noorden. In de winter wordt het er dus nooit licht.
Pikkedonker
Sami In Lapland wonen Lappen. Al heeft dit bijzondere volk liever dat je ze ‘Sami’ noemt. Ze vinden het woord ‘Lappen’ een scheldwoord. De Sami leven al heel lang in het gebied. Vroeger leefden ze als nomaden. Ze trokken rond met kuddes rendieren. Ze aten de rendieren op en gebruikten hun huid om er kleding van te maken. Maar rendieren zijn ook een handig vervoermiddel: ze kunnen een slee trekken! Tegenwoordig leven veel mensen van het Sami‐volk net zoals andere mensen in Europa. Maar er zijn er Bron foto: HLN.be nog een paar die leven zoals vroeger.
Lapland is een gebied in het noorden van Europa. Het strekt zich uit over Noorwegen, Zweden, Finland en Rusland. Op het kaartje is Lapland blauw gekleurd. Het klinkt misschien alsof Lapland een land is, maar dat is niet waar. Lapland heeft geen grenzen zoals Nederland. Dat komt doordat de mensen in Lapland vroeger rondtrokken. Niemand had een eigen stuk land nodig.
Lapland
4 TEKST 2
TEKST 2
KAART 1
c) Wie worden de klanten van jouw bedrijf? d) Hoe zou jij reclame maken voor je bedrijf? 3) Lees tekst 2 op pagina 15 hiernaast. a) Wat kun je plaatsen op Twitter? b) Maak jij gebruik van sociale media? Heb jij jouw accounts afgeschermd? Leg uit waarom. c) Waarom is het belangrijk om je sociale media af te schermen? 4) Lees afbeelding 1 op pagina 15 hiernaast. Waarom heeft Kian zijn tweets niet afgeschermd?
Leg uit waarom.
2) Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. a) Wat is makkelijker dan een bedrijf beginnen? b) Wat voor bedrijf zou jij graag willen beginnen?
3) a) b) c)
Lees tekst 2 en bekijk afbeelding 1 op pagina 15 hiernaast. Heb jij jouw sociale media accounts afgeschermd? Leg uit waarom. Waarom heeft Kian zijn Twitter‐account niet afgeschermd? Je hebt bij opdracht 2 een idee voor een bedrijf bedacht. Zou jij sociale media gebruiken voor je bedrijf? Leg uit waarom.
1) ‘Geld verdienen met je eigen bedrijf’ a) Wie heeft een laptop gekocht? b) Waar kun je de mutsen van Joep kopen? c) Wat wil Tornado Joep bereiken? d) Welk bedrijf uit het artikel vind jij het leukst? Leg uit waarom. e) Zou jij een bedrijf willen beginnen? Leg uit waarom. 2) Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. a) Waarom denk je dat het belangrijk is dat je het product zelf ook leuk vindt? b) Doe stap 1 en stap 3 van het stappenplan. c) Waar zou jij willen werken aan je eigen bedrijf? Leg uit waarom.
‘Geld verdienen met je eigen bedrijf’ Hoe oud zijn de kinderen in het artikel? Wie maakt mutsen? Waarom begon Roy met zijn bedrijf? Wat doet Roy als hij langskomt bij zijn klanten? Waar woont Maartje? Wanneer begon het bedrijf van Tornado Joep?
1) a) b) c) d) e) f)
op pagina 12 + 13 van Kidsweek.
Lees ‘Geld verdienen met je eigen bedrijf’ op pagina 12 + 13 van Kidsweek.
B
A Lees ‘Geld verdienen met je eigen bedrijf’
Lees ‘Geld verdienen met je eigen bedrijf’ op pagina 12 + 13 van Kidsweek.
uit waarom.
c) Bekijk nu (alleen of met een klasgenoot) de websites/Facebookpagina’s van de bedrijven. Welke website spreekt jou het meest aan? Leg uit waarom. 2) Lees tekst 1 op pagina 15 hiernaast. a) Maak het stappenplan. b) Welke sociale media zou jij inzetten voor je eigen bedrijf? 3) Lees tekst 2 en bekijk de afbeelding 1 op pagina 15 hiernaast. a) Je hebt bij opdracht 2 een idee voor een eigen bedrijf bedacht. Wat zou jij op sociale media zetten om reclame te maken voor je bedrijf? b) Bedenk een voorbeeld van een profiel waarbij je informatie moet afschermen. c) Als jij een eigen bedrijf begint, moet je het profiel van je bedrijf dan afschermen? Leg uit waarom.
1) ‘Geld verdienen met je eigen bedrijf’ a) Wat vind jij ervan dat kinderen een eigen bedrijf hebben? Leg uit waarom. b) Zou jij een eigen bedrijf willen hebben? Leg
C
Schrijf de antwoorden op een oefenblaadje!
Zo start je een bedrijf
TEKST 1 TEKST 2 Een bedrijf starten? Dat is toch hartstikke moeilijk? Een spelletje spelen achter de computer of voetballen op straat is inderdaad een stuk makkelijker. Maar dat betekent niet dat een eigen bedrijf starten onmogelijk is. Met het stappenplan hieronder ben jij straks misschien wel super succesvol met jouw eigen bedrijf! Stap 1: Wat maakt jouw bedrijf uniek? Je kunt nu ook mutsen gaan breien als Joep of precies dezelfde armbandjes als Maartje gaan ontwerpen, maar dat is natuurlijk niet echt origineel. Bedenk een origineel idee en zorg ervoor dat jij het product zelf ook leuk vindt. Stap 2: Wie worden je klanten? Niet heel onbelangrijk: bedenk of mensen op jouw product zitten te wachten. T‐shirts met foto’s van jouw huisdier zijn voor jou misschien heel leuk, maar iemand anders wil ze vast niet aantrekken. Stap 3: Hoe gaat je bedrijf heten? Een naam is super belangrijk. Hij moet dus heel goed zijn. De naam moet ervoor zorgen dat mensen in één keer snappen wat voor bedrijf je hebt. En er zijn allerlei regels voor. Er mag bijvoorbeeld geen bedrijf zijn met dezelfde naam. Stap 4: Maak reclame Natuurlijk is het leuk dat jij een eigen bedrijf hebt, maar mensen moeten dat wel weten. Vertel aan iedereen dat je een mooi product verkoopt. En schakel sociale media in! Stap 5: Waar ga je werken? Ga je iets maken? Dan moet je natuurlijk wel een plek hebben waar je dat kunt doen. Je hoeft niet meteen een groot kantoor te kopen, maar een fijne stoel en een goed bureau zijn al best handig!
TEKST 2 TEKST 2
AFBEELDING 1
Kian (10): In januari 2014 heb ik een account op Twitter aangemaakt. Mijn profielnaam is: SLOFFEN‐VAN‐KIAN. Ik verkoop zelfgemaakte sloffen. Ik maak foto’s en verzamel leuke weetjes over sloffen. Ik deel dit met de hele wereld. Ik wil dat iedereen al mijn tweets leest. Ik heb mijn tweets bewust niet afgeschermd.
Op sociale media kun je van alles plaatsen: korte berichtjes op Twitter, foto’s op Instagram en lange berichten op Facebook.
Sociale media
Jaargang 5, week 9, 27 februari 2014 Kidsweek in de Klas hoort bij Kidsweek en is een uitgave van Uitgeverij Young & Connected BV. Redactieadres Meeuwenlaan 98‐100, 1021 JL Amsterdam Directeur Y&C Mark Termeer Redactie Jolien Huis in ’t Veld, Simone den Braber Operations Angela Kokshoorn Contact mail naar
[email protected] of bel met de Lezersservice 020‐6304707 van maandag tot en met vrijdag tussen 9.00 uur en 13.00 uur. Druk Dijkman Print, Diemen Bezorging PostNL Copyright 2014, Kidsweek in de Klas. Niets uit deze uitgave mag worden gereproduceerd door middel van enige methode of vorm dan ook, zonder schriftelijke toestemming van de directeur. De inhoud van Kidsweek in de Klas is auteursrechtelijk beschermd. Eventuele rechthebbenden die wij niet hebben kunnen achterhalen, verzoeken wij contact op te nemen met de directeur.
De Amerikaan is zijn ... alweer zat. (pag. 10) Waar is Annemieke gevoelig voor? (pag. 2) Een ... coach, want vorig jaar won zijn pupil Laura ook al de eerste prijs. (pag. 18) Daar worden basisschoolleerlingen door een stalen ... aan hun tafeltje op afstand gehouden. (pag. 10) 8. Waar is de oeroude schat waarschijnlijk binnenkort te zien? (pag. 10) 11. Zebravissen zijn handig voor onderzoek naar botbehandelingen omdat hun ... heel veel op mensenbotten lijken. (pag. 5) 12. Dieselauto’s beschadigen de ... (pag. 6) 15. Haar kunstwerk werd opgehangen in een ... in Londen. (pag. 10)
1. 2. 4. 7.
Verticaal
Honderzoekers zijn weken bezig geweest voordat de ... een half uur konden stilzitten in het apparaat. (pag. 9) Zij hadden geen respect, trokken aan je ... (pag. 19) Op het eerste gezicht is Alexis Martin een normale ... (pag. 6) Waar moest de oud‐voetballer tegen vechten? (pag. 11) In welke stad kwamen de olympische sporters aan? (pag. 11) Wat heeft de dierentuindirecteur aan laten leggen? Een ... (pag. 9) Jason Collins is sinds zondag de eerste homoseksuele ... in de hoogste Amerikaanse divisie. (pag. 11) 16. Wat test het testteam deze week? (pag. 15)
3. 5. 6. 9. 10. 13. 14.
Horizontaal