SECUNDAIR ONDERWIJS
Onderwijsvorm:
TSO
Graad:
Derde graad
Jaar:
eerste en tweede leerjaar
Studiegebied:
Personenzorg
FUNDAMENTEEL GEDEELTE Optie(s):
Gezondheids- en welzijnswetenschappen
Vak(ken):
PV Praktijk/stages verzorging / opvoedkunde
Vakkencode:
VV-v
Leerplannummer:
2002/336 (nieuw)
Nummer Inspectie:
2002/233//1/O/SG/1/III/ /D/
6 lt/w
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
INHOUD Visie ..........................................................................................................................................................2 Beginsituatie .............................................................................................................................................3 Algemene doelstellingen ..........................................................................................................................4 Leerplandoelstellingen..............................................................................................................................5 Stages ............................................................................................................................................5 Praktijk............................................................................................................................................6 Pedagogisch- didactische wenken ...........................................................................................................7 Organisatie van de stages .............................................................................................................7 Organisatie van de praktijk.............................................................................................................8 Minimale materiële vereisten..................................................................................................................11 Evaluatie .................................................................................................................................................12 Bibliografie ..............................................................................................................................................15
1
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
2
VISIE Stage De stage heeft als leermogelijkheid een bijzondere betekenis in deze studierichting. Zij heeft uitdrukkelijk een sensibiliserende, explorerende, motiverende en oriënterende functie. Tijdens de stage mogen de leerlingen onder begeleiding welomschreven zorgende vaardigheden inoefenen. Daarbij moeten ze vanuit persoonlijk initiatief overeenkomstig de verschillende doelgroepen activiteiten plannen, uitwerken en evalueren. De attitudevorming van de leerling neemt - naast het uitvoeren van vaardigheden en welomschreven taken - een belangrijke plaats in het stagegebeuren in. Basishoudingen zoals geduld, zelfvertrouwen, draagkracht, weerbaarheid, bereidheid tot loyauteit en zelfbevraging, sociaal aanvoelen, empathisch vermogen, initiatief ontplooien, dragen van gedeelde verantwoordelijkheid, respect voor de omgeving en het teamgebeuren moeten in ernstige mate aanwezig zijn en tot verdieping komen. Vanuit een reflectie over het eigen optreden kan de leerling zichzelf en het eigen handelen situeren en bijsturen. De stagebegeleiding moet hier voldoende aanzet toe geven. De stages bieden de leerling mogelijkheden om zelfvertrouwen en een positief zelfbeeld te ontwikkelen. De studierichting houdt geen beroepsopleiding of directe beroepsvorming in. De stage-ervaringen en -inzichten zullen aangegrepen worden om vakken als Opvoedkunde, Verzorging, Voeding, Toegepaste biologie, Toegepaste ecologie enz. praktijkgericht te onderbouwen. Anderzijds vormen deze vakken de wetenschappelijke onderbouw waarop de leerling kan steunen bij zijn stageervaringen. De wederzijdse integratie van theorie en praktijk is fundamenteel voor deze opleidingsvorm. Praktijk Praktijk is een verzamelnaam voor tal van werkvormen: besprekingen in de klas, bezoeken, het uitnodigen van gastsprekers, interviews, opdrachten... die geschikt zijn om delen van het beroepsveld te verkennen waar stages minder geschikt of onmogelijk zijn. Niet alle leerplandoelstellingen kunnen tijdens de stages aan bod komen: -
Wanneer de aanwezigheid van een stagiair storend kan werken voor de professionele uitvoering van het gezondheids- of welzijnswerk;
-
Wanneer de observerende houding van de stagiair indruist tegen de goede werking;
-
Daar waar de stagiair niet over voldoende kennis en deskundigheid beschikt om in het werkveld opgenomen te worden.
Combinatie van stages en praktijk Via de combinatie van stages (2/3) en praktijk (1/3) kan de leerling zich een werkelijkheidsgetrouw beeld vormen van een aantal beroepen en de daarbij aansluitende vervolgopleidingen. De leerling leert de zin en de betekenis van een aantal gebieden waar met mensen werkt ontdekken.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
3
Vanuit de kennismaking met een groot aantal beroepenvelden komt de leerling tot een meer gefundeerde motivering van zijn studiekeuze zodat hij met meer realiteitszin aan de vervolgopleiding begint. Verkeerde studiekeuze en mislukken in latere studies kunnen hierdoor beperkt worden. Een breed aanbod van stages en ruime mogelijkheden tot kennismaking met een aantal terreinen zijn dus noodzakelijk. De basishoudingen geven een belangrijke aanzet tot slagen in het voortgezet onderwijs binnen dit studiedomein (zoals verdere studies in de verpleegkundige, paramedische, sociale en pedagogische sector)
BEGINSITUATIE Leerlingen van de derde graad Gezondheids- en welzijnswetenschappen maken tijdens deze opleidingsvorm vaak voor de eerste keer kennis met het gegeven "stage" en "praktijk". De inhoudelijke motivering van de leerlingen om de studierichting GW aan te vatten heeft onder meer te maken met belangstelling voor (natuur -) wetenschappen en het verlangen later mensgericht te willen werken. De stages onderbouwen en expliciteren deze motivatie.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
4
ALGEMENE DOELSTELLINGEN De stages en de praktijk hebben een explorerende, sensibiliserende en oriënterende functie en hebben geen beroepsgericht karakter. De stages en de praktijk hebben betrekking op het domein van de gezondheids-, welzijnszorg (en - in mindere mate - de opvoedende sector). Het concept van de stages en de praktijk laat voldoende ruimte voor de geëigende aanpak die binnen elke subsector/ instelling gevraagd wordt. Elke voorziening heeft bovendien zijn specifieke doelstellingen waarbij zowel (ped)agogische, verzorgende als (spel- en) animatievaardigheden aandacht krijgen. Zo kunnen de verworven kennis en vaardigheden die in de vakken van de studierichting aan bod komen, in de praktijk concreet worden gerealiseerd. Heel wat leerplandoelstellingen van Verzorging, Voeding en Opvoedkunde kunnen worden gerealiseerd via stages en praktijk. -
Een realistisch beeld te krijgen van een aantal beroepsvelden in de gezondheidszorg, de welzijnszorg, de onderwijssector en de bij deze beroepsvelden aansluitende vervolgopleidingen in het hogeschoolonderwijs;
-
Een intermenselijke relatie opbouwen met respect voor de eigenheid van de mens/ persoon in zijn totaliteit, gesitueerd in zijn omgeving (kind, volwassene, persoon met een handicap);
-
Kennis maken met de belangrijkste deontologische principes die in het domein van de gezondheidsen welzijnszorg van toepassing zijn;
-
Basisvaardigheden in verband met verzorgende en/ of begeleidingsactiviteiten onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren;
-
Constructief dynamisch werken in teamverband;
-
Doelgericht observeren en rapporteren.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
5
LEERPLANDOELSTELLINGEN STAGES Oriënterend met het oog op de studiekeuze
-
Een realistisch beeld te krijgen van een aantal beroepsvelden in de gezondheidszorg, de welzijnszorg met de aansluitende vervolgopleidingen.
Persoonlijkheidsvormende doelstellingen, houdingen, attitudes -
Inzicht verwerven in het eigen functioneren en komen tot voldoende (zelf-)reflectie;
-
Openstaan voor functionerings- en evaluatiegesprekken;
-
Een correcte en gepaste houding uitbouwen en deze aannemen in bepaalde situaties, omstandigheden en omgevingsfactoren;
-
Een intermenselijke relatie opbouwen die eerbied opbrengt voor de eigenheid van de mens/ persoon in zijn totaliteit ,gesitueerd in zijn omgeving (kind, volwassene, gehandicapte);
-
Basisattitudes verwerven zoals: flexibiliteit, individualisering, bevorderen van zelfstandigheid, stimuleren van zelfredzaamheid, empathie, aandacht voor veiligheid;
-
Een aangepaste ethische houding verwerven (beroepsgeheim, visie op seksualiteit, rouwverwerking)
Cognitief vormende doelstellingen -
De belangrijke deontologische principes kennen die in het domein van de gezondheids-en welzijnszorg van toepassing zijn. Deze belangrijke principes bespreekbaar stellen om te komen tot een gemotiveerd en gefundeerd inzicht;
-
De wezenlijke aspecten van gezondheidsvoorlichting en -opvoeding (GVO) kennen en deze elementen toepassen;
-
De fasen van menselijke ontwikkeling herkennen (van kinderen, bejaarden en gehandicapten). De behoeften en noden (van deze doelgroepen) onderkennen en gepaste benadering omschrijven.
Vaardigheidsdoelstellingen -
Verantwoordelijkheid dragen voor doelgroepen en materialen, binnen het voorgeschreven takenpakket en activiteitenprogramma;
-
Basisvaardigheden in verband met verzorgende en/ of begeleidingsactiviteiten op een systematische manier organiseren, met aandacht voor veiligheid, comfort, zelfzorg, inspraak, ergonomie, economie, ecologie, inleving…;
-
Constructief dynamisch werken in teamverband. Daarbij doelgericht observeren en rapporteren;
-
Zorg dragen voor eigen hygiëne en de hygiëne van anderen, met een bijzondere aandacht voor handhygiëne.
Schriftelijk rapporteren De opdrachten van het stageschrift zijn een aanvulling en ondersteuning van het leerproces. Opdrachten worden best geformuleerd in een vakoverschrijdend overleg. Doelstellingen bij het stageschrift: -
informatie met betrekking tot stageopdrachten gericht en gestructureerd inwinnen;
-
de totale zorgverlening planmatig uitbouwen( SVH);
-
observaties over de zorgvrager realistisch interpreteren en situeren ten aanzien van de ontwikkeling of de fasering zoals die in de wetenschappelijke literatuur voor die doelgroep omschreven is;
-
gegevens bondig en gestructureerd verwerken in een stageverslag, rekening houden met beroepsgeheim;
-
eigen reflecties formuleren bij ervaringen;
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
-
6
stage-instelling verkennen voor wat betreft doelstellingen, werking, doelgroepen, beroepengroepen, overlegstructuren, inspraakorganen, subsidiëring, plaats in gezondheids- en welzijnszorg.
PRAKTIJK De doelstellingen van praktijk zijn grotendeels gelijklopend met die van stages. De hierboven beschreven doelstellingen, die ook realiseerbaar zijn in praktijkactiviteiten gelden dan ook hier. -
Klassikale voorbereiding, nabespreking van stage-activiteiten kan ook als praktijkdoelstelling gelden. Gedurende enkele dagen worden de verschillende aspecten van de stage en mogelijke invalshoeken thematisch benaderd en toegelicht (elementaire basistechnieken van verzorging, vormen van expressie en animatie, deontologische principes, basiskennis van de stageterreinen). Deze onthaaldagen bevorderen de integratie van de leerling in het werkveld en zorgenvoor meer (zelf)zekerheid en een positieve benadering van de stage. Besteed voldoende aandacht aan het belang van de groep, aan leren van elkaar. Zowel leerinhouden over psychische functies, ontwikkelingspsychologie, sociale vaardigheden, persoonlijkheid en zelfbeeld als leerinhouden over zorgend handelen, GVO, inzichten in gezondheids-en welzijnswetenschappen, kunnen zo concreet ingeoefend worden. Overleg met leraren van Verzorging, Opvoedkunde, Voeding, Toegepaste biologie… is aangewezen.
-
Inzicht verwerven in de gezondheids- en welzijnssector via studiebezoeken, inleefmomenten, projectwerk, opzoekwerk, het uitnodigen van gastspreker;
-
Reflecteren in groep (naast de individuele stagebegeleiding) op de stage-ervaringen;
-
Uitwerken van een welomschreven project waarbij sociale vaardigheden (samenwerken ...) en het verwerken van informatie belangrijk zijn.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
7
PEDAGOGISCH- DIDACTISCHE WENKEN ORGANISATIE VAN DE STAGES (zie ook visie op het fundamenteel gedeelte) Alternerende stage versus blokstage Beide stagevormen hebben voordelen en nadelen; het lerarenteam kan dit binnen de vakgroepwerking bespreken Blokstages waarborgen continuïteit, ze vergroten de betrokkenheid en de teamgebondenheid van de stagiair, leiden tot intensere interrelationele contacten en een betere informatiedoorstroming. Dagstages werken in het curriculum van de leerling duidelijk motiverend en verminderen de studiedruk in de loop van de lesweek, geven meer ruimte tot feedback en bijsturing in de loop van het leerproces en verhogen de mogelijkheid tot integratie van de aangeboden leerstof Stageplaatsen De keuze van de stageplaatsen is belangrijk. De stageplaatsen waar de stagementoren pedagogischdidactisch inspanningen leveren om de leerling-stagiairs iets bij te leren genieten de voorkeur. Gezien de totaal verschillende doelstellingen van de stages in Gezondheids - en welzijnswetenschappen, vergeleken met Jeugd- en gehandicaptenzorg TSO of Verzorging BSO, kunnen de stages in GW niet in dezelfde mate beroepsvoorbereidend van aard zijn. Het is niet de bedoeling "Verzorgenden op technisch niveau" te vormen. Duidelijke afspraken omtrent de doelstellingen van de stages zullen met de mentoren vooraf besproken worden. De leerling kan ook zelf stageplaatsen aanbrengen. De stagebegeleider kan die vooraf bezoeken en oordelen over de geschiktheid van de stageplaats. Gedurende de derde graad komen minimaal 6 verschillende stageplaatsen aan bod, met 6 verschillende doelgroepen. De leerlingen dienen met zo veel mogelijk voorzieningen binnen de sector in aanraking te komen. Het lerarenteam kiest de stageplaats op basis van de doelstellingen van de studierichting GW, rekening houdend met het regionale aanbod. Hieronder een voorstel van stageplaatsen: -
Adoptiediensten
-
Alfabetiseringscentra
-
Arbeidsgeneeskundige diensten
-
Asielcentra
-
Begeleid wonen
-
Bejaardeninstellingen
-
Beschutte werkplaatsen
-
Buitengewoon kleuter- of lager onderwijs
-
Buitenschoolse kinderopvang
-
Centra voor integrale gezinszorg
-
Centra voor kinderzorg en gezinsondersteuning
-
Centra voor levens- en gezinsproblemen
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week) -
CLB
-
Dieetkeuken
-
Diensten voor kraamzorg
-
Dienstencentra
-
Ergotherapie
-
Kinesitherapie
-
Kinderdagverblijven
-
Kleuter- en lager onderwijs
-
Logopedie
-
MPI'
-
Mutualiteiten
-
Raadpleging voor zuigelingen
-
RVT'
-
Schoolkinderen met een visuele handicap
-
Sociale dienst van de politie
-
Sociale diensten van het OCMW
-
Sociale huisvestingsmaatschappij
-
Vierde wereldorganisaties
-
Wijkcentra
-
Zelfhulpgroepen
-
Ziekenhuissscholen
-
…
ORGANISATIE VAN DE PRAKTIJK Zoals eerder vermeld, zijn sommige organisaties niet geschikt om te verkennen via de stages. Met de doelstellingen, de structuur en de werking van deze organisaties kunnen de leerlingen kennis maken via praktijkwerk. Dit kan onder de vorm van: -
studiebezoeken;
-
opzoekwerk;
-
door het uitnodigen van een gastspreker…
Ook een projectwerk behoort tot de mogelijkheden. Het doel van het project is het uitdiepen van een bepaald onderwerp, waarin de verschillende vakken geïntegreerd worden. Het project kan in duo of in beperkt groep uitgewerkt worden. Uitwerken van een project in het kader van praktijk 1. Verkenning van het onderwerp strategie bepalen, wie wordt omtrent wat gecontacteerd, hoe wordt rond het onderwerp gewerkt? 2. Uitdieping onderwerp -
fysieke aspecten in samenwerking met Verzorging en Toegepaste biologie
8
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
9
-
psychische (en existentiëIe) aspecten in samenwerking met Opvoedkunde
-
sociale aspecten in samenwerking met Verzorging en Opvoedkunde
-
milieugebonden aspecten in samenwerking met Toegepaste chemie, Toegepaste fysica en Ecologie
Globale situering van het onderwerp met het samenspel van verschillende aspecten en/ of factoren. 3. Benadering van het onderwerp -
verschillende visies en methodes
-
inbreng van verschillende disciplines en organisaties
4. Organiseren van een concrete actie: belang van eventuele verslaggeving, presentatie, eventueel met ICT-middelen 5. Toetsing theoretische aspecten aan praktijkervaringen 6. Persoonlijke bedenkingen Voorbeeld van de uitwerking van een project rond (kans)armoede 1. Verkenning onderwerp -
opzoekwerk in bibliotheek, internet
-
bezoek aan voorzieningen, vb. sociale huisvestingsmaatschappij, OCMW, vierdewereldbeweging …
2. Uitdieping onderwerp Fysieke aspecten: -
Fysiologische behoeften: voeding: éénzijdige voedingsgewoonten, gevolgen voor het lichaam (Toeg. Biologie, Voeding)
-
Behoefte aan veiligheid en en zekerheid: ongezonde woning, gevolgen voor de gezondheid, gevaar voor CO -intoxicatie (Toeg. Chemie)
Psychische aspecten -
Behoefte aan achting en respect, gevolgen voor zelfwaardegevoel (Opvoedkunde)
-
Behoefte aan zelfontplooiing: lage scholingsgraad, gevolgen voor tewerkstelling;
Sociale aspecten: gevolgen voor sociaal netwerk, onstandvastige relatie; Globale situering: wie arm is, bevindt zich vaak in een vicieuse circel. 3. Benadering: -
Verschillende visies "Ze zijn te lui" "Ze hebben het zelf gezocht" "Sukkelaars"
-
Inbreng van verschillende organisaties en disciplines Politie OCMW Sociale huisvestingsmaatschappeij
4. Concrete actie Contacten met mederwerkers van vierdewerledbeweging Meehelpen bij vb Poverello 5. Toetsing theorie aan praktijkervaringen: Wat klopt? Wat klopt niet? 6. Persoonlijk bedenkingen:
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
10
Wat is de leerwinst? Worden vooroordelen bevestigd, afgezwakt, tegengesproken? De voorstelling van het project kan gebeuren voor de klas, als onderdeel van een GIP, naar aanleiding van een opendeurdag in de school…, er kan een concrete actie aan gekoppeld worden… Vakgroepwerking Op geregelde en bij het begin van het schooljaar vastgelegde tijdstippen, worden vakgroepvergaderingen georganiseerd. Deze vergaderingen kunnen zowel een vakgebonden als een vakoverschrijdend karakter hebben. Tijdens deze vergaderingen kunnen o.m. volgende onderwerpen aan bod komen: -
Opmaken van de jaarplannen;
-
Plannen en afstemmen van analoge leerinhouden binnen de vakken;
-
Vastleggen van prioriteiten bij het concretiseren van de leerplanpakketten in functie van het profiel van de opleiding;
-
Bespreken van de stages en stageplanning;
-
Organiseren van binnenklasdifferentiatie;
-
Gebruikmaken van uniforme vakterminologie;
-
Bepalen van inhoud en structuur van de leerlingencursus;
-
Integreren van gewenste attitudes;
-
Organiseren van individuele remediëring bij leerachterstanden;
-
Bepalen van evaluatiecriteria en hun onderlinge verhouding;
-
Opstellen van evaluatievragen;
-
Inrichten en gebruiken van de vaklokalen;
-
Organiseren van pedagogisch-didactische uitstappen;
-
Deelnemen aan vakoverschrijdende projecten, wedstrijden.......
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
11
MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN Lokaal Praktijk -
ruim klaslokaal
-
1PC, liefst met een internetaansluiting
-
Software pakketten
-
Diaprojector
-
Overheadprojector
-
Projectiescherm
-
Televisietoestel
-
Videorecorder
-
Opbergruimte voor didactisch materieel
-
Actuele bibliotheek met vakliteratuur, sociale kaart
Het lokaal moet aangekleed worden met posters, teksten, wandplaten… Een prikbord kan gebruikt worden om projecten, uitstappen, bezoeken e.a. aan te kondigen, om resultaten van realisaties van leerlingen bekend te maken. Indien mogelijk, werkt men best met verschillende hoeken, die elk hun eigen functie hebben en elk een specifieke sfeer uitstralen, bij voorbeeld: -
een hoek voor vakliteratuur en documentatie;
-
een hoek met de PC;
-
een hoek voor 'les';
-
een hoek voor werken in een kleine groep…
De uitrusting en de inrichting van de lokalen dienen te voldoen aan de technische voorschriften inzake arbeidsveiligheid. Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: • • • •
Codex, ARAB AREI, Vlarem.
Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden met betrekking tot de uitrusting en inrichting van de lokalen en de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat: • • • •
duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn; alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen; de collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden; de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
12
EVALUATIE Het evalueren van de stagiair behoort tot de verantwoordelijkheid van de stagebegeleider. Op basis van het advies van de stagementor en gekaderd binnen de doelstellingen die voor de betrokken stageplaats vooropgesteld werden, wordt een (tussentijdse evaluatie en een) eindevaluatie uitgeschreven. Omdat stage-evaluatiedocumenten belangrijke begeleidings- en beoordelingsdocumen ten zijn, krijgen zij ruim aandacht. Hun gebruik dient bij te dragen tot een gespreide, geïntegreerde evaluatie van de vorderingen van de stagiair. Voor de inhoudelijke opvulling ervan moeten telkens de stagedoelen geraadpleegd worden. Vertrekpunt bij het opstellen van deze evaluatieformulieren is een degelijk overleg tussen de stagebegeleiders en de stagementoren/ stagegevers over: -
de plaats en de functie van de stages in de opleiding: de beoogde stagedoelen;
-
de middelen en de strategie tot het verwezenlijken van deze doelstellingen: de leer-, werk- en observatieopdrachten om deze vooropgestelde stagedoelen te realiseren.
Onderscheid moet gemaakt worden tussen de evaluatie van het leerproces en de evaluatie van het eindproduct. Bij de procesevaluatie wordt doorlopend gepeild naar de verwerking van het leerproces, met de bedoeling dit proces zo nodig bij te sturen, zodat elke leerling op de meest effectieve manier kan leren. De klemtoon ligt hierbij duidelijk op het optimaal functioneren van de leerling. Het verloop van het proces wordt, vooraf, door de leraar uitgetekend. Zij/ hij bepaalt •
welke de verschillende stappen zijn;
•
welke fouten op elk moment ontoelaatbaar zijn;
•
welke fouten kunnen gemaakt worden.
Afhankelijk van het resultaat van feedback-momenten wordt het proces verder gezet of zo nodig bijgestuurd. Om de leerling te motiveren gebeurt dit in een constructieve, positieve sfeer. Productevaluatie gebeurt op het einde van het leerproces (bijvoorbeeld na een stageperiode, een opdrachtenreeks, een project,...). Hierbij wordt nagegaan in hoeverre de leerling de basisdoelstellingen bereikt heeft. Elke evaluatie dient te vertrekken vanuit duidelijke en operationele doelstellingen. Zowel het proces als het product moeten op een zo objectief mogelijke manier geëvalueerd worden. De evaluatie steunt altijd op een vaardigheids- en werkanalyse die het verloop, de verantwoording en de criteria weergeeft van de opdracht. Bij de evaluatie zal er in ieder geval rekening gehouden worden met het feit dat het om leerlingen gaat. Onnauwkeurig werken, kleine fouten maken, moet in zekere mate aanvaardbaar zijn. Belangrijk is de evolutie. Daarom zal de lerares/ leraar voortdurend de vorderingen van de leerlingen controleren. Indien nodig zal zij/ hij meteen remediërend optreden. Bij het begin van iedere stage - of praktijkopdracht zal de lerares/ leraar (indien nodig aan alle leerlingen afzonderlijk) meedelen welke doelstellingen moeten bereikt of nagestreefd worden: iedere leerling moet bij het begin van de stage - of praktijkopdracht weten wat van hem verwacht wordt. In het evaluatieproces kunnen 3 stappen onderscheiden worden: •
registreren (door middel van een evaluatieschema),
•
interpreteren (door middel van een vierpuntenschaal),
•
rapporteren.
Registreren Om zo objectief mogelijk te kunnen registreren, wordt voor elke opdracht (met de daarbij horende gedragsvaardigheden) een evaluatieschema opgesteld.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
13
Zo’n schema bevat alle doelstellingen (met de daarbij horende subdoelstellingen) en attitudes die bij de opdracht zullen geëvalueerd worden. De selectie van de attitudes en de wijze van registratie, wordt in vakgroep overlegd. Door het evaluatieschema vooraf ter beschikking van de leerling te stellen, kan de zelfevaluatie bij de leerling sterk aangemoedigd worden. Zelfevaluatie kan de leerling helpen tot zelfinzicht en reflectie te komen. Tijdens een mondeling evaluatiegesprek kan dit verder uitgediept en bevraagd worden. Interpreteren Door middel van het evaluatieschema controleert de lerares/ leraar in welke mate de leerlingen de vooropgestelde lesdoelstellingen bereikten. Dit wordt kort met iedere leerling individueel besproken. Aan de registraties in het evaluatieschema kunnen verschillende interpretaties gegeven worden. Enkele voorbeelden: +
∀
!
(doel bereikt)
(doel niet helemaal bereikt)
(doel niet bereikt)
niveau is voldoende
voldoende maar leemten
niveau onvoldoende
voor verbetering vatbaar
onaanvaardbaar niveau
nagenoeg foutloos
aanvaardbare tekorten
schadelijke fouten
nagenoeg correct
aanvaardbaar aantal lichte of onvergeeflijke fouten detailfouten of leerproces fouten zware inbreuken
volledig
kleine tekorten
onvolledig zware tekorten
behoorlijk, zinvol
storingen, fragmentarisch
onlogische uitvoering
kan het en doet het vrijwel altijd, spontaan en zonder aarzelen
kan het en doet het af en toe, kan het niet, doet het niet of zonder overtuiging, wisselvalling nooit, afwijzend en met tegenzin
Om eenvormigheid te bekomen in verband met de gebruikte interpretatie, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk. Rapportering Na iedere opdracht worden de resultaten van het evaluatieschema omgezet op een vierpuntenschaal. Die quotatie wordt in de agenda van de leerling genoteerd, waarbij uiteraard voldoende aandacht moet besteed worden aan een eventueel noodzakelijke remediëring. De omzetting van de (eventueel gewogen) evaluaties kan op verschillende manieren gebeuren. Om eenvormig te kunnen omzetten, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk. Hoe de omzetting zal gebeuren moet in ieder geval vooraf vastgelegd worden. Dit kan bijvoorbeeld als volgt gebeuren. Heel goed •
meer dan 80% van de sub-vaardigheden, subdoelstellingen zijn bereikt
•
(nagenoeg) foutloos, uitstekend,
•
enkel + codes
•
volledig zelfstandig uitgevoerd
•
vlotte uitvoering, met overtuiging, belangstelling, …
Goed •
60 à 80 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt
•
veel + en weinig ∀ codes
•
aanvaardbare kwaliteitsverschillen
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week) •
aanvaardbare proces-leerfouten
•
geen schadelijke fouten
•
zichtbare vorderingen
14
Zwak •
50 à 60 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt
•
alleen een deel van de subdoelen zijn bereikt
•
weinig + en veel ∀ codes
•
veel onnodige leerfouten
•
soms zware schadelijke fouten
•
geen zichtbare vorderingen
Niet goed •
minder dan 50% van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt
•
veel ∀ codes of alleen maar ∀ codes en - codes
•
veel schadelijke of onvergeeflijke fouten, onlogisch handelingen
Het rapportcijfer Voor het rapport moeten alle quotaties (vierpuntenschaal – resultaat van remediëring) omgezet worden naar een cijfer. Ook die omzetting moet overlegd worden binnen de vakwerkgroep. Alle ernstige tekorten (cf. diverse evaluatieschema’s) worden steeds vermeld in de rubriek commentaar, waarbij er steeds een duidelijk geformuleerde remediëring moet voorzien worden (geen algemene opmerkingen).
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
15
BIBLIOGRAFIE Algemeen reglement voor de Arbeidsbescherming. Codex over het welzijn op het werk. Commissariaatgeneraal voor de bevordering van de arbeid. Brussel, 9de druk, 503 p. Algemeen verslag over de armoede, Koning Boudewijnstichting, 2001 Armoede en basisonderwijs, Koning Boudewijnstichting, 2001 BANDE-KNOPS, J. e.a., Wegwijs Gezondheid, Davidsfonds, 1995, 103 p. Behoefte aan gezondheidszorg bij de Vlaamse bevolking / Kathleen Bogaert, Jan De Maeseneer ; Universiteit Gent. - Brussel : Vlaamse Gezondheidsraad, 2000. - 71 p. Beter voorkomen dan genezen / Belgische Cardiologische Liga. - Brussel : Belgische Cardiologische Liga, [s.a.]. - 20 p. BOS, A., Communicatie in relaties, derde herziene druk, Utrecht, Lemma BV, 1996, p.99-101. BRUG , J. e.a., Gezondheidsvoorlichting en gedragsverandering : een planmatige aanpak, Assen : Van Gorcum, 2000. CASSELMAN, J., e.a., Jongeren en drugs andere dan drugs, Van Loghum Slaterus, 1984. CLAEYE, E., 80 jaar conge' paye', Visie, jrg. 52, nr. 27, 1997, p.5. DE JONG, J.H.J., e.a., Basisboek 1. Inleiding in de verpleegkunde, Bohn, Scheltema & Holkema, 1989. DE JONG, J.H.J., e.a., Basisboek 2. De basisverpleegkunde, Bohn, Scheltema & Holkema, 1989. DE KEMPENEER, L., VAN DEN BROUCKE, S., VAN STRAETEN, L., DE VLEESSCHAUWER, R. Zo blijf je gezond! Vijf jaar projecten voor gezondheidspromotie in Vlaanderen tudie in opdracht van de Vlaamse Gezondheidsraad - Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap DE MAEYER, J. e.a., Er is leven voor de dood, Tweehonderd jaar gezondheidszorg in Vlaanderen,Pelckmans, 1998 DE WITTE, J., Drugs verdoven het wel-zijn. Over het drugfenomeen in de provincie Vlaams Brabant,1986:1-43. De zieligheidsbehoefte en andere uitdagingen : tien beschouwingen over GVO/Preventie in de 21ste eeuw / Nederlandse Vereniging voor Preventie en GVO. - Woerden : NVPG, 2000. DOOGHE,G., e.a., Verantwoordelijkheid voor eigen gezondheid, Centrum voor bevolkings- en gezinsstudiën, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 1984. FERRELL, B.R., e.a., 'Quality of life in breast cancer', Cancer Nursing, 1997, 20 (6): 398-408. Gezondheid is een zorg van iedereen. VIG jaarverslag 2000 Gezondheidsindicatoren 1999, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap Gids voor Gezinnen. Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, januari 1996, 176 p. Gids voor wie het pensioen nadert of bereikt heeft, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, juli 1993, 168 p.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
16
GIELES, F., Groepsleider, een vak apart. Methodisch werken met de leefgroep, Antwerpen, Van Loghum Slaterus, 1981. GOLEMAN, D., Emotionele intelligentie, derde druk, Amsterdam/Antwerpen, Contact, 1996, 448 p. GRAVAERT, MEYER, A., Hoe begeleid Ik de groep? Een eerste kennismaking, Nijkerk, Intro, 1990. GREEN, J., e.a. The Dynamics of Health & Wellness, Holt, Rinehart and Winston, The Dryden Press Saunders College Publishing, 1991. HAALBOOM, J.R.E., SMIT, J., Silhouet van de interne geneeskunde, Bohn Stafleu, Van Loghum, Houten/Diegem, 1995. Handige gidsen Handigids, Ministerie van Sociale Zaken, Volksgezondheid en Leefmilieu, Dienst Gehandicaptenbeleid. HENGEVELD, M.W., Biologische determinanten van suicidaal gedrag, Nederlands Tiidschrift voor Geneeskunde, 1989, 132(24)1100-1105. HENNION W., VAN DEN BROUCKE, S. Toepassingsmogelijkheden van empowerment in functie van gezondheidsbevordering bij mensen in kansarme situaties De VIG-collectie HEYES, M., '101 succesvolle tips voor gezond leven', Kosmos, Z&K Uitgevers, Utrecht/Antwerpen, 1996. Honderd jaar sociaal recht in België. Publicatie ter gelegenheid van de tentoonstelling 'Een sociaal Verhaal' ingericht in 1987 door het Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid en het Ministerie van Sociale Voorzorg in samenwerking met de ASLK, september 1987, 176 p. Huisvesting, Werknota 3, Recente evolutie in de huisvesting, Koning Boudewijnstichting, 2001 JANS, H.W.A., e.a., Milieu en gezondheid: de taak van de verpleegkundige, Tijdschrift voor ziekenverpleging, 19 oktober 1989, 43 (20): 635-641 KLAASSEN, E.J., Slaapstoornissen: van slapeloosheid naar gezonde slaap, Immerc, BV, Wormer, 1995. KOOPMANS, F., SCHALKEN, R., Vraagboek bij verslavingen, J.J. Groen en Zoon, Leiden, 1995. KUYPER, J.P., Mensopvatting en gezondheidszorg, Van Gorcum, Assen, 1975. LALONDE, M., New perspective on the health of Canadians: a working document, Minister of National Health and Welfare, 1974. LAMMERTIJN, F., Vrijwilligerswerk in de welzijns- en gezondheidssector; Vlaamse Gemeenschap, Brussel, 1994. LEMMENS, C., Gezondheid en ziekte, Kavanah, 1996 MARTENS, L., Beleidsnota. Werken aan netwerken, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, Brussel, 1995, 33 p. Naar een geïntegreerde intake in de eerstelijnsgezondheidszorg / Hilde Philips, Eric Boydens, Joke Denekens, ...... [et al.]; Centrum voor Huisartsengeneeskunde. - Brussel : Vlaamse Gezondheidsraad, 2000.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
17
Onderzoek naar het beleid inzake preventie en gezondheidspromotie : het MAREPS-PROJECT / J. Vinck, Els Wouters. - Diepenbeek : LUC, 1999. - 141 p. +bijlagen - Biomed II: Vlaamse verwerking in opdracht van de Vlaamse Minister van Financiën, Begroting en Gezondheidsbeleid. Onderzoeksgroep jeugdcriminologie. In opdracht van de Vlaamse minister van welzijn en gezin, juli Ongevallen bij kinderen van 0 tot 5 jaar : studie op basis van de EHLASS-gegevens België 1998 / Carine Renard, Carine Roman, Guy Devleeschouwer. - Brussel : OIVO, 2000. - 87 p. - Studie uitgevoerd door het Onderzoeks- en Informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties (OIVO)in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en met de medewerking van het Ministerie van Volksgezondheid. PEET, R., Inleiding in de verpleegkunde, De tijdstroom, Lochem-Poperinge, 1983. POIESZ, T.,Gedragsmanagement : waarom mensen zich (niet)gedragen,; Inmerc, 1999. - 222 p. Preventie van antisociaal gedrag: starten bij de (pre-)conceptie? : tendensen in de hulpverlening en opvoedingsondersteuning aan gezinnen Gent : Vormingcentrum voor de Begeleiding van het Jonge Kind, 2000. - 370 p RENARD, P., De Bom (buurtontwikkelingsmaatschappij) roert in de soep, Knack, 16 oktober 1996, Sociale huisvesting : formuleren van voorstellen in de relatie senioren en sociale huisvesting / Werkgroep Sociale Huisvesting. - Hasselt : Provinciebestuur van Limburg, Dienst Ouderen, 1999. Langzaam Verkeer, 2001. - 239 p. - Een onderzoek in opdracht van minister Landuyt, Vlaams minister van Werkgelegenheid en Toerisme, in het kader van het VIONA-onderzoeksprogramma. Sociale Kaart Gent, Welzijnsraad Gent in samenwerking met de Provinciale Welzijnscommissie Provincie Oost-Vlaanderen, 1994-1995, 315 p. Sociale Kaart van de zelfhulporganisaties en -groepen in Vlaanderen 1994-1995,Trefpunt Zelfhulp Sociologisch onderzoeksinstituut KU Leuven, 1995, 134 p. Sociale kaart van Vlaanderen. Stimulans Welzijnsonderzoek in Vlaanderen, Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap, 1997 TAUSCH, R., Last van gevoelens, Schoten, Westland NV, 1991, 293 p. VAN DEN BOSSCHE, F., Wegwiizer voor gezond trainen, Publicatiefonds voor lichamelijke opvoeding, Gent, 1989. VAN DIJK, F.J.H., e.a., Herwaardering model belasting - belastbaarheid, Tijdschrift Sociale Gezondheidszorg, 1990, 68: 3-10. VAN EPEN, J.H., De drugs van de wereld de wereld van de drugs, Samson Stafleu, Alphen-aan-deRijn/ Brussel, 1988. VAN GUN, M., Wegwijs in de gezondheidszorg, Bohn Stafleu Van Loghum, 1990 VAN THIENEN, AJ.M., Inleiding: welzijn en welzijnsbeleid, in Anatomie van het welzijn, Van Loghum Slaterus' uitgeversmaatschappij NV, 1970. VAN VEEN, G., De beginnende groepsleider. Inleiding op het praktijkgericht werken met groepen, Baarn, Nelissen, 1997. VETTENBURG, N., De Vlaamse welzijnssector in beeld, KUL Faculteit Rechtsgeleerdheid.
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week) VINCKE, P., Het teken van het dier. Communicatie, cultuur en semiotiek, Mys & Breesch Uitgevers, 1996. Welzijnsgids van VIaanderen. Welzijnszakboekje - organisatie en instellingen, Kluwer 1999 Welzijnszakboekje - wetgeving en toelichting, Kluwer 1999-2000 WILLEMSEN, M., e.a. Gezondheidsbevordering in de arbeidsstudie, in Gezondheidsvoorlichting- en gedragsverandering, Van Gorcum, Asse, 1991: 449-468. Nuttige adressen Administratie Milieu-, Natuur-, Land- en Waterbeheer (AMINAL) http://www.mina.vlaanderen.bel Koning Albert II-Iaan 20 1000 Brussel (Tel. 02/553 80 93) Antigifcentrum (Tel. 070/245.245) Bruynstraat 1120 Brussel Belgisch Federatie Tegen kanker http://Iwww.cancer.be Leuvensesteenweg 479 1030 Brussel Belgisch Werk Tegen Kanker Tweekerkenstraat 21 1040 Brussel Bond Beter Leefmilieu - Vlaanderen vzw (BBL) Tweekerkenstraat 47 1000 Brussel
European Schoolnet Office http://lwww.eun.orgl Plejadeniaan 11 1200 Brussel
Federatie van de Voedingsindustrie (FEVIA) http://www.fevia.bel Kortenberglaan 172 1000 Brussel
18
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week)
Instituut voor Praktische Bibliografie (IPB) Jezusstraat 16 2000 Antwerpen
Koning Boudewijnstichting http://www.kbs-frb.bel Brederodestraat 10 1000 Brussel
Natuur & Techniek http:Ilwww.natutech nl. Postbus 3144 4800 DC Breda
NutrItion Information Center (NICE vzw) http.llwww.nicevzw. bel Treurenberg 16 1000 Brussel
NUTRI-CARE vzw Beerveldedorp 11 9080 Beervelde
Onderzoeks- en informatiecentrum van de Verbruikersorganisaties (OIVO) http://www.oivo~crioc.orgi Ridddersstraat 18 1050 Brussel
School tv Teleac/NOT http://www.teleacnot.nl Postbus 1070, 1200 BB Hilversum Vlaamse Diabetes Vereniging http://www.diabetes~vdv.be Offergemsesteenweg 456 9000 Gent Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie (VIG vzw)
19
TSO – 3de graad –Gezondheids- en welziijnswetenschappen PV Praktijk/stages verzorging/opvoedkunde (1ste jaar: 6 lestijden/week, 2de jaar: 6 lestijden/week) www.vig.be G. Schildknechtstraat 9 1020 Brussel Vlaamse Liga tegen Kanker vzw Adolf Maxlaan 55 bus 2 1000 Brussel Voeding & Gezondheid Vlaams Centrum voor Coördinatie, Voeding en Advies De Pintelaan 185 9000 Gent
20