SECUNDAIR ONDERWIJS FUNDAMENTEEL GEDEELTE

SECUNDAIR ONDERWIJS

Onderwijsvorm:

BSO

Graad:

derde graad

Jaar:

eerste en tweede leerjaar

Studiegebied:

Bouw

FUNDAMENTEEL GEDEELTE Optie(s):

Ruwbouwafwerking

Vak(ken):

PV Praktijk / stages bouw TV Bouw

Vakkencode:

IT-b

Leerplannummer:

2002/139 (vervangt 99057)

Nummer Inspectie:

2002/172//1/Q/SG/1/III/ /V/04

18 lt/w 7 lt/w

BSO – 3de graad – optie Ruwbouwafwerking PV Praktijk/stages bouw (1ste jaar: 18 lestijden/week, 2de jaar: 18 lestijden/week) TV Bouw (1ste jaar: 7 lestijden/week, 2de jaar: 7 lestijden/week)

1

INHOUD Visie ..........................................................................................................................................................2 Beginsituatie .............................................................................................................................................2 Algemene doelstellingen ..........................................................................................................................2 Leerplandoelstellingen / leerinhouden......................................................................................................4 Basis ruwbouwafwerking................................................................................................................4 Natte binnenbepleistering ..............................................................................................................8 Dekvloer ...................................................................................................................................... 13 Vloertegels .................................................................................................................................. 17 Wandtegels ................................................................................................................................. 22 Wanden en plafonds in gipskarton.............................................................................................. 27 Gipsblokwanden.......................................................................................................................... 31 Buitenbepleistering (U)................................................................................................................ 35 Pedagogisch-didactische wenken ......................................................................................................... 40 Timing .................................................................................................................................................... 42 Minimale materiële vereisten................................................................................................................. 42 Evaluatie ................................................................................................................................................ 50 Bibliografie ............................................................................................................................................. 52


2

VISIE De leerlingen moeten vooral polyvalent opgeleid worden met een sterke nadruk op: Bepleisteren, cement, metselen, tegelzetten, dekvloerleggen. De leerlingen moeten ook enkele fundamentele attitudes / gedragingen beheersen die noodzakelijk zijn om op een werf goed te kunnen functioneren. Enkele zijn: • • • • •

Het kunnen werken in ploegverband Het zelfstandig kunnen werken Zin voor veiligheid hebben Initiatief tonen Op een efficiënte manier de gereedschappen en materialen aanwenden

BEGINSITUATIE De leerlingen volgden normaal de 2de graad BSO optie BOUW. Ze kunnen echter ook uit andere opties komen, waardoor enige bijwerking nodig zal zijn. De leraars zullen ervoor zorgen dat dit steeds gestructureerd gebeurt. Voorwaarde om de optie met succes te kunnen volgen is dat zij voldoende interesse vertonen voor het bouwvak. Beroepsdrempels: • fysische of motorische handicap • allergieën - contacteczeem • aandoeningen van luchtwegen • moeilijkheden met lasten tillen B.v.: patroonstudie van een te betegelen oppervlak en deze inzetten en plaatsen in de praktijk.

ALGEMENE DOELSTELLINGEN De opleiding zoveel mogelijk vakoverschrijdend laten gebeuren, b.v. sollicitatiebrieven, wiskundige berekeningen ... De vakken technisch tekenen, praktijk en technische vakken moeten op elkaar afgestemd worden, b.v. in de praktijk die trap uitwerken aan de hand van plans en meetstaat… Zelfs algemene vakken kunnen hun lessen afstemmen op de bouwwereld: • • • •

Telefoongesprek, sollicitatiebrief… Berekenen van hoeveelheden pleistermortel, dekvloerspecie, lijm Herkomst van bouwmaterialen, grondstoffen… Technische literatuur of documentatie in een andere taal.

BASIS RUWBOUWAFWERKING Omvat de basisvaardigheden voor het uitvoeren van pleisterwerk, het plaatsen van dekvloeren en tegels. Het betreft hier handelingen voor het uitvoeren van eenvoudige afwerkingstechnieken.

BSO – 3de graad – optie Ruwbouwafwerking PV Praktijk/stages bouw (1ste jaar: 18 lestijden/week, 2de jaar: 18 lestijden/week) TV Bouw (1ste jaar: 7 lestijden/week, 2de jaar: 7 lestijden/week) NATTE BINNENBEPLEISTERING Omvat de planning en de voorbereiding van de pleisterwerken, het eenlagig en tweelagig pleisteren alsook de afwerking. Ook het aanbrengen van voorgevormde lijsten en ornamenten op plafonds en wanden en in hoeken zit inbegrepen.

DEKVLOER Omvat de grondbeginselen van het dekvloerleggen. Een dekvloer is de basis voor het plaatsen van zowel vloertegels als soepele vloerbekledingen. In de voorbereiding van het werk dient de aandacht gevestigd op de aanwezige bedrading.

VLOERTEGELS De basiscompetenties, nodig voor het plaatsen van vloertegels in verse dekvloer of op een harde dekvloer. De producten en plaatsingsprincipes die bij het vloeren gebruikt worden zijn erg verschillend.

WANDTEGELS Omvat de basiscompetenties, nodig voor het plaatsen van wandtegels. De producten en plaatsingsprincipes die bij het tegelzetten gebruikt worden, zijn erg verschillend.

WANDEN EN PLAFONDS IN GIPSKARTON Omvat de voorbereidingswerken en het bevestigen van gipskartonplaten op een draagstructuur. Ook het aanbrengen van voorgevormde lijsten en ornamenten op plafonds en wanden en in hoeken zit inbegrepen.

GIPSBLOKWANDEN Omvat het stellen van binnenwanden uit gipsblokken, dit als scheidingswand met een niet-dragende functie. Het verwerken van gipsblokken gebeurt door verlijming. De voorbereiding van de plaatsing, het op maat brengen van de blokken en het afwerken zit inbegrepen.

BUITENBEPLEISTERING (U) Omvat het aanbrengen van pleistermortel met de spuitmachine op gevels en de daarop volgende afwerking (afreien, opkammen, krabben,...). Ook het bevestigen van isolatiemateriaal zit inbegrepen.

3


4

LEERPLANDOELSTELLINGEN / LEERINHOUDEN BASIS RUWBOUWAFWERKING LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen 1

eigen werkzaamheden plannen;

1

eigen werkzaamheden plannen

werkopdrachten begrijpend lezen;

• • • • • • • • •

vaktekenen en schetsen materialen en gereedschappen materiaalhoeveelheden uitvoeringsplannen stijlkenmerken structurele onderdelen van gebouwen meettechnieken volumedosering standaard meetmethode

2

organisatie van de eigen werkzaamheden op de werkplek

• • •

uitzettechnieken opslaan en beschermen van materialen en producten materialen en producten

3

voorschriften inzake kwaliteit, welzijn en milieu

•

veiligheids- en milieuvoorschriften

uitvoeringsplannen begrijpend lezen; verklarende uitvoeringstekeningen op schaal maken; de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; bouwvaktermen in de context situeren; materialen omschrijven; gereedschappen omschrijven; een administratie van de eigen werkzaamheden bijhouden; 2

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; in teamverband het werk uitzetten en merktekens aanbrengen; de werkplek inrichten; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten; materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn;

3

met voorschriften inzake kwaliteit, welzijn en milieu omgaan;


5

LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen • • • • •

hygienische voorschriften persoonlijke beschermingsmiddelen werkplaatsregels veiligheidspictogrammen til- en verplaatsingstechnieken

onderhoudsvoorschriften naleven;

4

onderhoudsvoorschriften

de werkomgeving ordelijk houden;

• •

onderhoudstechnieken onderhoudsvoorschriften en -middelen

de basistechnieken van het pleisterwerk uitvoeren;

5

de basistechnieken van het pleisterwerk

pleisterspecie met een pleisterspaan opbrengen

• • •

handgereedschap pleisteren afreitechnieken opschuurtechnieken

de basistechnieken van het dekvloerleggen toepassen;

6

de basistechnieken van het dekvloerleggen

dekvloerspecie egaal over een deel van de draagvloer id

•

samenstellende materialen en de volumesamenstelling

het eigen werk evalueren; persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken; veiligheidsrichtlijnen toepassen; veilig met materialen, producten, gereedschappen en machines werken; interne werkplaatsregels toepassen; courant gebruikte veiligheidspictogrammen herkennen; hygiënische voorschriften naleven; ergonomische regels inzake til- en verplaatsingstechnieken toepassen; een ergonomisch verantwoorde werkhouding aannemen; resten en afval volgens richtlijnen sorteren en opslaan; 4

eigen gereedschappen onderhouden; persoonlijke beschermingsmiddelen onderhouden; 5

pleisterspecie afreien; pleisterspecie op aanwijzing met behulp van een geschikt schuurbord opschuren; 6


6


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen • • • • •

dekvloerspecie op het juiste peil aanbrengen afreien effen schuren met folie afdekken waterpastechnieken

de basistechnieken van vloeren en tegelzetten uitvoeren;

7

De basistechnieken van het vloeren en tegelzetten

tegels manueel knippen en snijden;

• • •

Knippen en snijden van tegels Verlijmen van tegels Materialen, gereedschappen en machines

spreiden; plaatselijk dekvloerspecie op het juiste peil aanbrengen en afreien; dekvloerspecie tussen de geleiders aanbrengen en afreien; manueel de dekvloermortel effen schuren; vloeren met een folie afdekken; 7

de dekvloer controleren op tolerantie-eisen; een kleine rechthoekige oppervlakte tegels op een harde dekvloer lijmen; een kleine rechthoekige oppervlakte tegels plaatsen op een verse dekvloer; lijmresten verwijderen. 8

Vaardigheden kunnen informatief luisteren en lezen; gepaste taal en omgangsvormen hanteren; de regel van drieën functioneel toepassen; de schaal functioneel gebruiken; een schematische voorstelling lezen en interpreteren; elektronische hulpmiddelen gebruiken om berekeningen uit te voeren; omgaan met formele en informele afspraken, regels en procedures;

BSO – 3de graad – optie Ruwbouwafwerking PV Praktijk/stages bouw (1ste jaar: 18 lestijden/week, 2de jaar: 18 lestijden/week) TV Bouw (1ste jaar: 7 lestijden/week, 2de jaar: 7 lestijden/week) LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr. De leerlingen kunnen

het leefmilieu respecteren; ondanks moeilijkheden, op een doel gericht blijven; Problemen onderkennen en oplossen; situaties voorkomen die mens en milieu kunnen schaden; indien fouten in een ondergrond worden herkend, naar een juiste oplossing vragen; een juiste werkhouding aannemen;

7

LEERINHOUDEN


8

NATTE BINNENBEPLEISTERING LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN



1



• • • • • • • • • •

vaktekenen en schetsen materialen, gereedschappen en machines materiaalhoeveelheden uitvoeringsplannen stijlkenmerken structurele onderdelen van gebouwen meettechnieken volumedosering standaard meetmethode bouwvaktermen

2

een administratie bijhouden

3


• • • •

uitzettechnieken opslaan en beschermen van materialen en producten materialen en producten ladders en stellingen

uitvoeringsplannen voor natte binnenbepleistering begrijpend lezen; de eigen werkvolgorde en methode bepalen; de bestaande toestand opmeten; oppervlakten berekenen; de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; bouwvaktermen in de context situeren; technische informatie en catalogi raadplegen; materialen en producten selecteren en omschrijven; gereedschappen en machines (spuitmachine, …) selecteren en omschrijven; 2

een administratie bijhouden; een administratie van de eigen werkzaamheden bijhouden; kostenramingen opmaken;

3

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; de werkplek inrichten; maatregelen treffen om de werkzaamheden te verrichten; voorzorgen nemen om niet te pleisteren oppervlakken (in het zicht blijvend metselwerk, kozijnen, hout, glas, elektriciteitsleidingen e.d.) te beschermen; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten; ladders, stellingen en hijstoestellen klaarzetten;


9


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn; 4


4


het werk binnen de toegemeten tijd uitvoeren;

• • • • • • •

veiligheids- en milieuvoorschriften hygienische voorschriften persoonlijke beschermingsmiddelen werkplaatsregels veiligheidspictogrammen til- en verplaatsingstechnieken veiligheidsfiches


5



• •

onderhoudstechnieken onderhoudsvoorschriften en -middelen

het eigen werk evalueren; persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken; veiligheidsrichtlijnen toepassen; veilig met materialen, producten, gereedschappen en machines werken; veiligheidsfiches raadplegen; interne bouwplaatsregels en geldende verordeningen toepassen; courant gebruikte veiligheidspictogrammen herkennen; hygiënische voorschriften naleven; ergonomische regels inzake til- en verplaatsingstechnieken toepassen; een ergonomisch verantwoorde werkhouding aannemen; in variabele werkomstandigheden werken; resten en afval volgens richtlijnen sorteren en opslaan; 5

eigen gereedschappen onderhouden; spuitmachine onderhouden; persoonlijke beschermingsmiddelen onderhouden;


10


Decr. nr.

LEERINHOUDEN


ondergronden voorbereiden;

6

voorbereiding van ondergronden

de aard en de staat van de te behandelen ondergronden nazien en evalueren;

•

geometrische kenmerken van de te behandelen oppervlakten meten en controleren, een voorbehoud bij slechte staat van de ondergrond formuleren;

• •

aanwezigheid van vocht melden indien dit wordt vastgesteld;

• •

•

gebreken ten gevolge van fysische en chemische invloeden in gebouwen voorbehandelingstechnieken isolatiematerialen: soorten, kenmerken en toepassingsgebied technieken om isolatiemateriaal aan te brengen verstevigingsnetten en hun toepassingsgebied/uitvoeringstechnieken elementaire kennis van elektriciteit binnen de woning gereedschappen, apparatuur en machines: kenmerken en toepassingsgebied lood-, pas- en uitlijningswerk

bepleistering manueel aanbrengen;

7

manueel aanbrengen van bepleistering

pleisterspecie manueel en machinaal in de juiste verhouding aanmaken;

•

geleiders (hoekbeschermers, speciebanden en profielen, …) aanbrengen;

• • •

mortelsoorten voor binnenbepleistering en hun toepassingsgebied mortelmengers mengverhoudingen technieken om pleisterdragers en pleister aan te brengen

de geschikte oplossing toepassen als het probleem van vochtigheid zelf kan bestreden worden; de aanwezigheid van thermische isolatie en vochtisolatie vaststellen; de ondergrond schoonmaken, niet vastzittende delen (specie, steen, beton, nagels en mortelresten,…) verwijderen en cementbaarden weghakken;

• •

vastzittende voorwerpen (beschermplaatjes,…) afnemen en verwijderen; lichtaansluitingen beschermen en stroomvoorziening bedienen; isolatiemateriaal aanbrengen; de ondergrond beoordelen of deze een verstevigingnet vereist; een gepast net kiezen en aanbrengen; de pleisterlaag met behulp van waterpas, schietlood en spandraden uitlijnen en uitzetten; 7

pleisterdragers aanbrengen en indien nodig met een pleisterlaag


11


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen • • • • • • •

gereedschappen, apparatuur en machines pleister opschuren en polieren kleven van lijsten en ornamenten afwerken van naden en hoeken werkvolgorde en werktechnieken veiligheidsvoorschriften milieureglementering en voorschriften m.b.t. afvalverwerking

bepleisterde oppervlakken afwerken;

8

afwerken van bepleisterde oppervlakken

vastzittende voorwerpen in hun oorspronkelijke staat brengen;

•

elementaire elektriciteit

verstevigen; pleisterspecie met een pleisterspaan opbrengen en afreien; de machine bij machinaal pleisteren instellen, het debiet van het aanmaakwater regelen en de pleisterspecie spuiten; de pleisterlaag bij eenlagig pleisteren en na voldoende binding, met behulp van een geschikt schuurbord opschuren en met geschikt gereedschap polieren; de onderlaag bij tweelagig pleisteren uitschaven en de afwerklaag opbrengen en polieren; voor het kleven van lijsten en ornamenten met behulp van een smetdraad en geleiders op basis van een tekening of op aanwijzing de hoofdmaten uitlijnen en uitzetten;(U) lijsten en ornamenten met gips of aangepaste lijm op de juiste plaats bevestigen; naden en hoeken afwerken; 8

beschermingen van lichtpunten verwijderen;

9

Vaardigheden/attitudes onder begeleiding relevante en voor hen toegankelijke informatie in herkenbare concrete situaties vinden, selecteren en gebruiken; informatie uit uiteenlopend voor hen bestemd tekstmateriaal en voor hen bestemde formulieren begrijpen en gebruiken; individuele opdrachten van beperkte omvang onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren; omgaan met formele en informele afspraken, regels en procedures;



hun werk efficiënt organiseren; er zorg voor dragen dat wanden en plafonds geheel egaal bepleisterd zijn; aandacht hebben voor de veiligheid en de gezondheid van zichzelf en van derden

12

LEERINHOUDEN


13

DEKVLOER LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN



1


werkopdrachten begrijpend lezen

• • • • • • • • • • • • •

vaktekenen en schetsen materialen, gereedschappen en machines materiaalhoeveelheden uitvoeringsplannen structurele onderdelen van gebouwen meettechnieken volumedosering standaard meetmethode bouwvaktermen dekvloertypes gietvloeren bindmiddelen, toeslagstoffen en hulpmiddelen afwerkingseisen en gebreken van draagvloeren

2


3


• • •



4



•


uitvoeringsplannen voor de uitvoering van uitvullagen, scheidingslagen, onderlagen, isolerende lagen en dekvloeren begrijpend lezen; de eigen werkvolgorde en methode bepalen; oppervlakten berekenen; te plaatsen volume berekenen; de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; bouwvaktermen in de context situeren; materialen en producten selecteren en omschrijven; gereedschappen en machines selecteren en omschrijven;

2

een administratie bijhouden; een administratie van de eigen werkzaamheden bijhouden;

3

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; de werkplek inrichten; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten; materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn;

4


14


Decr. nr.

LEERINHOUDEN


hygienische voorschriften persoonlijke beschermingsmiddelen werkplaatsregels veiligheidspictogrammen til- en verplaatsingstechnieken veiligheidsfiches milieureglementering


5



• • •

onderhoudstechnieken onderhoudsvoorschriften en –middelen afwerkingseisen en gebreken van een draagvloer

6

voorbereidende werkzaamheden

• •

afwerkingseisen en gebreken klimatologische omstandigheden waarin dekvloeren kunnen worden uitgevoerd

het eigen werk evalueren; persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken; veiligheidsrichtlijnen en interne regels toepassen; veilig met materialen, producten, gereedschappen en machines werken; courant gebruikte veiligheidspictogrammen herkennen; hygiënische voorschriften naleven; ergonomische regels inzake til- en verplaatsingstechnieken toepassen; een ergonomisch verantwoorde werkhouding aannemen; in variabele werkomstandigheden werken; resten en afval volgens richtlijnen sorteren en opslaan; 5

eigen gereedschappen onderhouden; persoonlijke beschermingsmiddelen onderhouden werkzaamheden voorbereiden; de oppervlaktetoestand van de draagvloer controleren; controleren of aanwezige leidingen beschermd zijn en vastliggen; de aangebrachte peilmerktekens, die de hoogte van de dekvloer bepalen, vaststellen; 6

beoordelen of de dekvloerwerkzaamheden in de vereiste omstandigheden uitgevoerd kunnen worden; gebreken en afwijkingen vaststellen en melden; doelgericht aanvoerslangen en machines plaatsen en aansluiten;


15


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen de vlakheid en het peil van de bestaande draagvloer controleren; het afgewerkte peil van de dekvloer vanuit referentiepunten ten opzichte van de aangegeven peilen bepalen; afhankelijk van de lagen die erop moeten komen, de ondergrond voorbereiden; voor hechtende dekvloeren een hechtlaag aanbrengen; voor niet-hechtende dekvloeren op de draagvloer/onderlaag een scheidingsfolie aanbrengen; voor zwevende dekvloeren tussen de onderlaag en de dekvloer een thermische en/of akoestische isolatie aanbrengen; de isolatie met een beschermfolie afdekken alvorens de dekvloer te storten; randen scheidingsvoegen aanbrengen;

• • • • • • • • •

technieken om vlakheid en peil te controleren technieken om afgewerkte peil vanuit referentiepunten t.o.v. de aangegeven peilen te bepalen hechtmiddelen: toepassingsgebied, uitvoeringseisen en technieken scheidingsfolies: hun toepassingsgebied,uitvoeringseisen en –technieken materialen, gereedschappen en machines randen scheidingsvoegen uitvul- /onderlagen: functie, eigenschappen, samenstellende delen en mengverhoudingen soorten isolatie, toepassingsgebied, plaatsingseisen en – technieken luchtbelwaterpas, waterpastoestel, laser en slangwaterpas: gebruikstechnieken

uitvul-/onderlagen aanbrengen met inachtneming van de tolerantiegrenzen; 7

de dekvloer aanbrengen;

7

aanbrengen van de dekvloer

de vochtigheidsgraad van het zand beoordelen, met het oog op de toe te voegen hoeveelheid aanmaakwater;

• •

consistentie van mortel wapeningen: soorten, uitvoeringstechnieken en toepassingsgebieden soorten geleiders afdekfolie: toepassingsgebied voegprofielen: soorten en toepassingsgebied uitvoeringsvoorwaarden soorten voegen aanbrengtechnieken en werkvolgorde afwerktechnieken

de dekvloerspecie in de opgegeven mengverhouding aanmaken en egaal over een deel van de draagvloer spreiden; een mixer/transportmachine om de dekvloerspecie onder hoge druk naar de af te werken vloer te pompen, bedienen; een wapening plaatsen; plaatselijk dekvloerspecie op het juiste peil aanbrengen en geleiders plaatsen; dekvloerspecie tussen de geleiders aanbrengen en afreien; de metalen geleiders wegnemen en de dekvloer plaatselijk bijwerken;

• • • • • • •



de dekvloerspecie manueel met schuurbord effen schuren, verdichten en afspanen; de dekvloer machinaal en manueel bijwerken; de vloer met een folie afdekken; voegprofielen, nodig om de krimp, uitzetting en/of differentiële zettingen van het gebouw op te vangen, uitvoeren; randen scheidingsvoegen uitvoeren, die de dekvloer van aanliggende constructies scheiden en grote oppervlakken in kleine velden opdelen; stort-, krimp- en dagnaden in de dekvloer uitvoeren; 8

Vaardigheden/attitudes informatie uit uiteenlopend voor hen bestemd tekstmateriaal en voor hen bestemde formulieren begrijpen en gebruiken; instaan voor de veiligheid om situaties te voorkomen die mens en milieu kunnen schaden; ondanks moeilijkheden, op een doel gericht blijven; gemeenschappelijk aan eenzelfde taak werken; het werk efficiënt organiseren.

16

LEERINHOUDEN


17

VLOERTEGELS LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN



1



• • • • • • • • • •

vaktekenen en schetsen gereedschappen en machines materiaalhoeveelheden uitvoeringsplannen lood- en pastechnieken meettechnieken volumedosering standaard meetmethode bouwvaktermen

2


3


• • • •



4



•


uitvoeringsplannen voor vloeren tegelwerken begrijpend lezen; legtekeningen schetsen; de eigen werkvolgorde en methode bepalen; een lokaal opmeten en de elementen bepalen die een impact op de betegeling kunnen hebben; de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; bouwvaktermen in de context situeren; technische informatie en catalogi raadplegen; materialen en producten selecteren en omschrijven; gereedschappen en machines selecteren en omschrijven; 2


3

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; in teamverband merktekens aanbrengen; de werkplek inrichten; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten; materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn;

4


18


Decr. nr.

LEERINHOUDEN




5



• •

onderhoudstechnieken onderhoudsvoorschriften en –middelen

werkzaamheden voorbereiden;

6


de aard en de staat van de ondergrond vaststellen en de impact daarvan op de te gebruiken materialen bepalen;

• • • • • • • •

tolerantienormen soorten ondergrond scheurvorming materialen grondstoffen om vulspecie aan te maken mengverhoudingen voorbehandelingsproducten en hun toepssingsgebied fysische eigenschappen van tegels met het oog op hun toepassing



bestaande vloeren uitbreken en verwijderen; oneffenheden (mechanisch) wegbeitelen en het oppervlak ruw maken; gaten en scheuren met specie opvullen; vastzittende voorwerpen (stopcontacten en schakelaars, sanitaire installaties, deuren,…) losmaken en verwijderen;


19


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen voorbehandelingspecies volgens de gebruiksinstructies aanmaken; de te betegelen oppervlakten in functie van hun hoedanigheid voorbehandelen; scheidingsmembranen aanbrengen; randisolatie aanbrengen;

• • • • •

dekvloerspecie aanmaken; uitzetvoegen aanbrengen;

elementaire kennis van elektriciteit basiskennis van sanitaire installaties scheidingsmembranen: eigenschappen en toepassingsgebied randisolatie: eigenschappen en toepassingsgebied eenvoudige topografische werkzaamheden: peilen en hellingen uitzetten, beginlijnen bepalen, pastegels op hoogte plaatsen

peilen en hellingen uitzetten en de beginlijnen bepalen; pas- en loodtechnieken beheersen; pastegels op hoogte plaatsen; 7

vloertegels bewerken;

7

bewerken van vloertegels

geometrische kenmerken van de geleverde tegels bepalen; hun onderlinge afwijkingen vaststellen en vergelijken met de tolerantiegrenzen.

• • • • • •

mengen tolerantiegrenzen voorbehandelen manueel en machinaal zagen en knippen gaten maken snijgereedschap en onderhoud

8

plaatsen van vloertegels in een verse dekvloer plaatsen met mortel

• • •

mengverhoudingen plaatsingstechnieken

beslissen of de tegels uit verschillende dozen gemengd moeten worden; de te verwerken tegels voorbehandelen; tegels manueel en machinaal snijden, knippen en zagen; gaten met een punthamer maken; 8

vloertegels in een verse dekvloer plaatsen met een mortel; een werkstrook afbakenen en bij een groot oppervlak extra reien op niveau aanbrengen; volgens de voortgang van de werken de dekvloerspecie storten en aanbrengen; vloertegels in de mortel leggen langs de draad;


20


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen tegels juist en met voldoende contact plaatsen en controleren; 9

vloertegels in een verse dekvloer plaatsen met een hechtmiddel; 9 dekvloerspecie over de gehele strook met geleiders vlak afwerken; vloertegels met een hechtmiddel plaatsen; tegels juist en met voldoende contact plaatsen en controleren;

10

• •

vloertegels op een verharde dekvloer plaatsen;

10 de geplaatste dekvloer op vlakheid en peil controleren en afwijkingen • melden; • een geschikte lijmsoort kiezen; • lijm met het geschikte gereedschap op de ondergrond aanbrengen; • tegels op dikte sorteren; • tegels plaatsen;

plaatsen van vloertegels in een verse dekvloer met een hechtmiddel plaatsingstechnieken hechtmiddelen plaatsen van vloertegels op een verharde dekvloer tolerantieisen uitvoeringstechnieken om de vlakheid van de dekvloer te verbeteren mengverhoudingen gereedschapskennis lijmsoorten

lijmresten verwijderen; 11

specifieke bevloeringswerken uitvoeren;

11

uitvoeren van specifieke bevloeringswerken

specifieke vormen (cirkels, …) in vloertegels uitvoeren;

• •

uitvoertechnieken esthetische overwegingen

betegelde vloeren afwerken en voegen.

12

Afwerken en voegen van betegelde vloeren

kaders en profielen aanbrengen;

• • •

plaatsingstechnieken Afwerktechnieken voegtechnieken

specifieke profielen (trappen, hellingen,…) in vloertegels uitvoeren; toebehoren (siertegels, …) op een esthetisch verantwoorde manier integreren; 12

resterende oppervlakten uit de hand betegelen; randisolatie afsnijden; ondergronden voorbereiden en plinten met mortel plaatsen; cementbepleistering tegen de muur aanbrengen en na droging de



plinten met hechtmiddel vastzetten; voegspecie aanmaken afhankelijk van het materiaal; voegen opvoegen en afwerken; vloeren oppoetsen; vastzittende voorwerpen (stopcontacten en schakelaars, sanitaire installaties, deuren,…) in hun oorspronkelijke staat brengen en vastzetten. 13

Vaardigheden/attitudes onder begeleiding relevante en voor hen toegankelijke informatie in herkenbare concrete situaties vinden, selecteren en gebruiken; een schematische voorstelling lezen en interpreteren; individuele opdrachten van beperkte omvang onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren; op systematische wijze beslissen welke stappen men bij de uitvoering van een taak zal zetten; hun persoonlijke ideeën en oplossingen te bedenken en uitvoeren; ondanks moeilijkheden, op een doel gericht blijven; bij alle werkzaamheden persoonlijke algemene veiligheidsmaatregelen treffen

21

LEERINHOUDEN


22

WANDTEGELS LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN



1



• • • • • • • • • • •


2


3

organisatie van de eigen werkzaamheden op de bouwplek

• • • •



4


het werk binnen de toegemeten tijd uitvoeren

•


uitvoeringsplannen voor vloeren tegelwerken begrijpend lezen; plaatsingsplannen schetsen; de eigen werkvolgorde en methode bepalen; een lokaal opmeten en de elementen bepalen die een impact op de betegeling kunnen hebben; de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; bouwvaktermen in de context situeren; technische informatie en catalogi raadplegen; materialen en producten selecteren en omschrijven; gereedschappen en machines selecteren en omschrijven; 2


3

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; in teamverband merktekens aanbrengen; de werkplek inrichten; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten; materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn;

4


23


Decr. nr.

LEERINHOUDEN




5




persoonlijke beschermingsmiddelen onderhouden;

• • •

werkzaamheden voorbereiden;

6


de aard en de staat van de ondergrond vaststellen en de impact daarvan op de te gebruiken materialen bepalen

• • • • • • • •

tolerantienormen soorten ondergrond scheurvorming materialen grondstoffen om vulspecie aan te maken mengverhoudingen voorbehandelingsproducten en hun toepssingsgebied fysische eigenschappen van tegels met het oog op hun toepassing


eigen gereedschappen onderhouden;

6

bestaande betegeling uitbreken en verwijderen; oneffenheden (mechanisch) wegbeitelen en het oppervlak ruw maken; gaten en scheuren met specie opvullen; vastzittende voorwerpen (stopcontacten en schakelaars, sanitaire installaties,…) losmaken en verwijderen;


24


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen voorbehandelingspecies volgens de gebruiksinstructies aanmaken; de te betegelen oppervlakten in functie van hun hoedanigheid voorbehandelen (primer, egalisatielaag, uitvlaklaag, hechtlaag); het te betegelen oppervlak uitzetten; de beginlijn bepalen;

• • • • •

pas- en loodtechnieken beheersen; een rei tegen de muur vastklemmen;

elementaire kennis van elektriciteit basiskennis van sanitaire installaties scheidingsmembranen: eigenschappen en toepassingsgebied randisolatie: eigenschappen en toepassingsgebied eenvoudige topografische werkzaamheden: peilen en hellingen uitzetten, beginlijnen bepalen, pastegels op hoogte plaatsen

de mortel of de lijm volgens de instructies van de fabrikant aanmaken; lichte te betegelen scheidingsmuren metselen; lichte te betegelen scheidingswanden plaatsen; 7

wandtegels bewerken;

7

bewerken van wandtegels

geometrische kenmerken van de geleverde tegels bepalen; hun onderlinge afwijkingen

• • • • • • • •

mengen tolerantiegrenzen tegelafmetingen voorbehandelen manueel en machinaal zagen en knippen gaten maken snijgereedschap en onderhoud

wandtegels plaatsen;

8

plaatsen van wandtegels

een geschikte lijmsoort kiezen

• • •

mengverhoudingen van traditionele voegspecie plaatsingstechnieken toezichtkaders

vaststellen en vergelijken met de tolerantiegrenzen. beslissen of de tegels uit verschillende dozen gemengd moeten worden; de te verwerken tegels voorbehandelen; tegels manueel en machinaal snijden, knippen en zagen; gaten met een punthamer maken; 8

mortel of lijm met het geschikte gereedschap op de ondergrond aanbrengen; tegels met behulp van een voegkoord plaatsen en controleren met


25


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen een rei: tegels met randafwerking plaatsen; buitenhoeken afwerken met in verstek gezaagde tegels; buitenhoeken afwerken met profielen de rei verwijderen en de onderste tegelrij plaatsen; lijmresten verwijderen; toezichtkaders plaatsen 9

Specifieke betegelingswerken uitvoeren;

9

uitvoeren van specifieke betegelingswerken

specifieke profielen (ronde kolommen, gebogen wanden,…) met wandtegels bekleden

• •

uitvoertechnieken esthetische overwegingen

betegelde wanden afwerken en voegen;

10

afwerken en voegen van betegelde wanden

toezichtkaders en profielen aanbrengen;

• • • •

plaatsingstechnieken Afwerktechnieken Voegtechnieken Elementaire kennis van elektriciteit en sanitaire installaties

toebehoren (siertegels, tegels met reliëf, …) op een esthetisch verantwoorde manier integreren; 10

voegspecie aanmaken afhankelijk van het materiaal; voegen opvoegen en afwerken; betegelde wanden oppoetsen; vastzittende voorwerpen (stopcontacten en schakelaars, sanitaire installaties,…) in hun oorspronkelijke staat brengen en vastzetten. creatief omgaan met het plaatsen van tegels 11

Vaardigheden/attitudes ondanks moeilijkheden, op een doel gericht blijven; op systematische wijze beslissen welke stappen men bij de uitvoering van een taak zal zetten; zijn bereid om nieuwe uitvoeringstechnieken toe te passen;



bij alle werkzaamheden persoonlijke algemene veiligheidsmaatregelen treffen; een juiste werkhouding aannemen en overbelasting van de rug door een verkeerde houding voorkomen; individuele opdrachten van beperkte omvang onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren; schriftelijk informatie aanvragen en meedelen in herkenbare en concrete situaties; een schematische voorstelling lezen en interpreteren.

26

LEERINHOUDEN


27

WANDEN EN PLAFONDS IN GIPSKARTON LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN



1


werkopdrachten begrijpend lezen

• • • • • • • • •


2


3


• • •


uitvoeringsplannen voor het aanbrengen van gipskartonplaten begrijpend lezen; verklarende uitvoeringstekeningen op schaal maken; de eigen werkvolgorde en methode bepalen; de bestaande toestand opmeten; oppervlakten berekenen; de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; bouwvaktermen in de context situeren; technische informatie en catalogi raadplegen; materialen en producten selecteren en omschrijven; gereedschappen en machines selecteren en omschrijven; 2


3

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; in teamverband het werk uitzetten; de plaats waar de wand en plafond moet komen bepalen en uitzetten; de plaats van eventuele kozijnen en doorgangen van leidingen uitzetten; de juiste plaats van de nutsvoorzieningen in de wand bepalen en uitzetten; de werkplek inrichten;


28


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen ontruimingsmaatregelen treffen, opdat plaatsingswerken vlot kunnen uitgevoerd worden; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten; ladders, stellingen en hijstoestellen klaarzetten; materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn; 4


4



• • • • • • • •

veiligheids- en milieuvoorschriften hygienische voorschriften persoonlijke beschermingsmiddelen werkplaatsregels veiligheidspictogrammen til- en verplaatsingstechnieken veiligheidsfiches milieureglementering


5


de werkomgeving ordelijk houden

• •


6

werkzaamheden voorbereiden en een draagstructuur l t

het eigen werk evalueren; persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken; veiligheidsrichtlijnen en interne regels toepassen; veilig met materialen, producten, gereedschappen en machines werken; hygiënische voorschriften naleven; ergonomische regels inzake til- en verplaatsingstechnieken toepassen; een ergonomisch verantwoorde werkhouding aannemen; in variabele werkomstandigheden werken; resten en afval volgens richtlijnen sorteren en opslaan; 5


werkzaamheden voorbereiden en een draagstructuur plaatsen;


29


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen de draagstructuur bepalen, met het oog op een modulaire maatvoering en rekening houdend met een dwarse of overlangse plaatsing van de elementen;

plaatsen

• • de ondergrond voorbereiden, om de draagstructuur te verankeren; • profielen op lengte afkorten; • een draagstructuur voor lichte voorzetwanden, scheidingswanden en • plafonds aanbrengen; • • de noodzakelijke voorzieningen voor het maken van openingen aanbrengen;

tolerantienormen soorten ondergrond elementaire kennis van elektriciteit basiskennis van sanitaire installaties thermische en akoestische isolatie profielsoorten en hun wijze van monteren elementaire bouwfysica

thermische en akoestische isolatie aanbrengen; 7

gipskartonplaten op de draagstructuur bevestigen;

7

gipskartonplaten aanbrengen

gipskartonplaten met aangepast gereedschap bewerken;

• • •

soorten ladders en stellingen en hun toepassingsgebied veiligheidsvoorschriften handgereedschap, apparatuur en machines: kenmerken en toepassingsgebied

wanden en plafonds afwerken;

8

Afwerken van wanden en plafonds

hoeken randprofielen plaatsen;

• •

Voegproducten en toebehoren Uitvoeringsmaterialen en –technieken ter bescherming van hoeken en randen

gipskartonplaten dwars en overlangs plaatsen; gipskartonplaten op de draagstructuur met een gepaste techniek bevestigen; mortel manueel en machinaal in de juiste verhouding aanmaken; gipskartonplaten met mortel op de draagstructuur verlijmen; 8

voegbanden kleven en voegen; schroefkoppen, hoeken en randen volgens de verwerkingsvoorschriften van de fabrikant afwerken; elastische voegkitten kiezen; elastische voegkitten aanbrengen. 9

Vaardigheden/attitudes een schematische voorstelling lezen en interpreteren;



onder begeleiding relevante en voor hen toegankelijke informatie in herkenbare concrete situaties vinden, selecteren en gebruiken; informatie uit uiteenlopend voor hen bestemd tekstmateriaal en voor hen bestemde formulieren begrijpen en gebruiken; individuele opdrachten van beperkte omvang onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren; ondanks moeilijkheden, op een doel gericht blijven; het werk efficiënt organiseren.

30

LEERINHOUDEN


31

GIPSBLOKWANDEN LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN



1


• uitvoeringsplannen voor het plaatsen van gipsblokwanden begrijpend • lezen; • • verklarende uitvoeringstekeningen op schaal maken; • de eigen werkvolgorde en methode bepalen; • de bestaande toestand opmeten; • oppervlakten berekenen; • de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; •

eigen werkzaamheden plannen vaktekenen en schetsen gereedschappen en machines materiaalhoeveelheden uitvoeringsplannen lood- en pastechnieken meettechnieken volumedosering standaard meetmethode bouwvaktermen

bouwvaktermen in de context situeren; technische informatie en catalogi raadplegen; materialen en producten selecteren en omschrijven; gereedschappen en machines selecteren en omschrijven; 2

een administratie bijhouden;

2


3

de organisatie van de eigen werkzaamheden op de werkplek

• • •


een administratie van de eigen werkzaamheden bijhouden; 3

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; in teamverband het werk uitzetten; de plaats waar de wand en plafond moet komen bepalen en uitzetten; de plaats van eventuele kozijnen en doorgangen van leidingen uitzetten; de juiste plaats van de nutsvoorzieningen in de wand bepalen en uitzetten; de werkplek inrichten;


32


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen ontruimingsmaatregelen treffen, opdat plaatsingswerken vlot kunnen uitgevoerd worden; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten; materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn; 4

met voorschriften inzake kwaliteit, welzijn en milieu omgaan

4



• • • • • • • •

veiligheids- en milieuvoorschriften hygienische voorschriften persoonlijke beschermingsmiddelen werkplaatsregels veiligheidspictogrammen til- en verplaatsingstechnieken veiligheidsfiches milieureglementering


5



• •


werkzaamheden om gipsblokken te plaatsen voorbereiden;

6


maatregelen treffen, zodat de eerste laag horizontaal kan worden geplaatst;

•

structurele onderdelen

het eigen werk evalueren; persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken; veiligheidsrichtlijnen en interne regels toepassen; veilig met materialen, producten, gereedschappen en machines werken; hygiënische voorschriften naleven; ergonomische regels inzake til- en verplaatsingstechnieken toepassen; een ergonomisch verantwoorde werkhouding aannemen; in variabele werksomstandigheden werken; resten en afval volgens richtlijnen sorteren en opslaan; 5



33


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen geplaatst;

• • • •

vochtisolatie gipsblokken: afmetingen, eigenschappen, toepassingsgebied en afwerkingstechnieken bouwlijm aanmaken en verwerken technieken om stelprofielen te plaatsen

gipsblokken plaatsen.

7

Plaatsen van gipsblokken

lijmspecie op de gipsblokken aanbrengen;

•

Plaatsingstechnieken

op aanwijzing vochtisolatie plaatsen; bepleistering op een bestaande wand verwijderen; randprofielen tegen bestaand metselwerk plaatsen; stelprofielen loodrecht plaatsen; bouwlijm volgens voorschrift aanmaken; de aangemaakte lijmspecie met het oog op verwerkbaarheid beoordelen; 7

gipsblokken volgens plan in verband plaatsen; een staande tand uitvoeren; benodigde passtukken opmeten en op maat afzagen; de verticaliteit en de horizontaliteit van de geplaatste blokken regelmatig controleren; correcties aanbrengen; openingen op maat zagen; een metalen deurlijst aan de wand verankeren;(U) overtollige lijmspecie verwijderen; sleuven en gaten na het aanbrengen van nutsvoorzieningen vullen; de afwerkingslaag aanbrengen en egaliseren. 8

Vaardigheden/attitudes onder begeleiding relevante en voor hen toegankelijke informatie in herkenbare concrete situaties vinden, selecteren en gebruiken; informatie uit uiteenlopend voor hen bestemd tekstmateriaal en voor



hen bestemde formulieren begrijpen en gebruiken; individuele opdrachten van beperkte omvang onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren; ondanks moeilijkheden, op een doel gericht blijven; het werk efficiënt organiseren; aandacht hebben voor de veiligheid en de gezondheid van zichzelf en van derden; bij het uitvoeren van taken desgevallend ook esthetische overwegingen laten meespelen; luisteren in interactie met anderen.

34

LEERINHOUDEN


35

BUITENBEPLEISTERING (U) LEERPLANDOELSTELLINGEN

Decr. nr.

LEERINHOUDEN



1



• • • • • • • • • •

vaktekenen en schetsen materialen, gereedschappen en machines materiaalhoeveelheden uitvoeringsplannen stijlkenmerken structurele onderdelen van gebouwen meettechnieken volumedosering standaard meetmethode bouwvaktermen

2


3


• • • •

uitzettechnieken opslaan en beschermen van materialen en producten materialen en producten ladders en stellingen

uitvoeringsplannen voor buitenbepleisteringswerken begrijpend lezen; de eigen werkvolgorde en methode bepalen; de bestaande toestand opmeten; oppervlakten berekenen; de benodigde materiaalhoeveelheden bepalen; bouwvaktermen in de context situeren; technische informatie en catalogi raadplegen; materialen en producten selecteren en omschrijven; gereedschappen en machines (spuitmachine, …) selecteren en omschrijven; 2

een administratie bijhouden; een administratie van de eigen werkzaamheden bijhouden kostenramingen opmaken;

3

eigen werkzaamheden op de werkplek organiseren; de werkplek inrichten; maatregelen treffen om de werkzaamheden te verrichten; voorzorgen nemen om niet te pleisteren oppervlakken (in het zicht blijvend metselwerk, kozijnen, hout, glas, elektriciteitsleidingen e.d.) te beschermen; de nodige materialen, producten en gereedschappen klaarzetten;


36


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen ladders, stellingen en hijstoestellen klaarzetten; materiaal en producten volgens richtlijnen opslaan en beschermen; vaststellen en beoordelen of de materialen, producten en gereedschappen gebruiksklaar zijn; 4


4



• • • • • • •

veiligheids- en milieuvoorschriften hygienische voorschriften persoonlijke beschermingsmiddelen werkplaatsregels veiligheidspictogrammen til- en verplaatsingstechnieken veiligheidsfiches


5



•

gereedschappen en spuitmachine

het eigen werk evalueren; persoonlijke beschermingsmiddelen gebruiken; veiligheidsrichtlijnen toepassen; veilig met materialen, producten, gereedschappen en machines werken; veiligheidsfiches raadplegen; interne bouwplaatsregels en geldende verordeningen toepassen; courant gebruikte veiligheidspictogrammen herkennen; hygiënische voorschriften naleven; ergonomische regels inzake til- en verplaatsingstechnieken toepassen; een ergonomisch verantwoorde werkhouding aannemen; in variabele werken weersomstandigheden werken; afschermzeilen tegen weersinvloeden aanbrengen; resten en afval volgens richtlijnen sorteren en opslaan; 5

eigen gereedschappen onderhouden;


37


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen spuitmachine onderhouden; persoonlijke beschermingsmiddelen onderhouden; 6

ondergronden voorbereiden;

6

voorbereiden van ondergronden

de aard en de staat van de gevels nazien en evalueren;

• • • • • •

meettechnieken reinigingstechnieken isolatiemateriaal verstevigingsnet uitzettechnieken aanmaakvoorschriften

buitenbepleistering aanbrengen;

7

aanbrengen van buitenbepleistering

geleiders (hoekbeschermers, speciebanden en profielen,…) aanbrengen;

• • •

geleiders pleisterdragers cementspecie

geometrische kenmerken van de te behandelen oppervlakten meten en controleren, een voorbehoud bij slechte staat van de ondergrond formuleren; de ondergrond schoonmaken, niet vastzittende delen (specie, steen, beton, nagels en mortelresten, …) verwijderen en cementbaarden weghakken; vastzittende voorwerpen (beschermplaatjes, …) afnemen en verwijderen; aansluitingen van buitenverlichting beschermen en stroomvoorziening bedienen; isolatiemateriaal en wapeningslaag op de gevel bevestigen; de ondergrond beoordelen of deze een verstevigingnet vereist; een gepast net kiezen en aanbrengen; de voorziene voorbehandeling volgens de gebruiksinstructie uitvoeren; de pleisterlaag met behulp van waterpas, schietlood en spandraden uitlijnen en uitzetten; pleisterspecie manueel en machinaal in de juiste verhouding aanmaken; 7

pleisterdragers aanbrengen en indien nodig met een pleisterlaag verstevigen;


38


Decr. nr.

LEERINHOUDEN

De leerlingen kunnen verstevigen; cementspecie in eerste al of niet van een wapening voorziene laag aanbrengen; de aanzetmortel horizontaal opkammen;

• • • •

machinaal bepleisteren afreien beschermlaag naden en hoeken

8

afwerken van bepleisterde oppervlakken

een tweede cementlaag aanbrengen; de machine bij machinaal pleisteren instellen, het debiet van het aanmaakwater regelen; pleisterspecie spuiten; de tussenlaag alleen afreien ofwel afreien en opkammen, afhankelijk van de aan te brengen afwerkingspleister; de gevel met sier- of krabpleister afwerken; een beschermlaag aanbrengen; naden en hoeken afwerken; 8

bepleisterde oppervlakken afwerken; vastzittende voorwerpen in hun oorspronkelijke staat brengen; beschermingen van lichtpunten verwijderen;

9

Vaardigheden/attitudes informatie uit uiteenlopend voor hen bestemd tekstmateriaal en voor hen bestemde formulieren begrijpen en gebruiken; individuele opdrachten van beperkte omvang onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren; omgaan met formele en informele afspraken, regels en procedures; in te staan voor de veiligheid en om situaties te voorkomen die mens en milieu kunnen schaden; een groot aanpassingsvermogen opbrengen; binnen een bepaalde tijd en budget een vooropgesteld resultaat



bereiken met in achtname van gedefinieerde kwaliteitsstandaarden; zelfstandig zonder hulp of toezicht gedurende lange tijd aan een taak te werken; Bij het uitvoeren van taken desgevallend ook esthetische overwegingen laten meespelen; In staat zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken; de spuitapparatuur na gebruik degelijk reinigen om een langdurig gebruik te bewerkstelligen.

39

LEERINHOUDEN


40

PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN Het leerplan is opgesteld voor 25 lesweken/schooljaar. De overige lestijden moeten door de leerkracht besteed worden aan uitbreidings- en/of verdiepingsitems in functie van de specifieke klassituatie

Algemeen: • • • •

•

• • • • • • • • •

•

•

De didactische aanwijzingen voor de uitvoering ervan kenmerken zich door een systematisch streven naar inzichtelijk handelen van leerlingen. De overeenkomsten tussen technische principes van hydraulische, elektrische, mechanische en pneumatische systemen worden er duidelijk gemaakt. Het voertuig wordt benaderd als een verzameling van systemen, waarbij het “Energie, Overdracht, Last model” een centrale rol vervult. Om de leerling procesmatig te laten werken is het noodzakelijk dat de leerling over de nodige informatie beschikt. Deze werkwijze houdt in dat de volgorde van de leerinhouden niet bindend is, maar dat moet ingespeeld worden op de behoeften in functie van de specifieke opdrachten. Een leerplan is geen handboek, maar een document dat doelstellingen bevat die de leerkracht continu voor ogen moet hebben, zowel bij de redactie van zijn jaarplan als bij de voorbereiding van zijn lessen. De verschillende soorten van doelstellingen zoals cognitieve affectieve en psychomotorische, worden niet afzonderlijk gerubriceerd omdat ze in elkaar verweven zijn, al hebben ze elk hun specifieke eigenheden. Ze geven duidelijk aan wat er in de derde graad dient te worden bereikt. In tegenstelling tot de leerplandoelstellingen, worden de lesdoelstellingen geformuleerd in concreet observeerbaar gedrag (inhouds- en gedragsniveau`s). De leerkracht stelt zich bij de opmaak van zijn lesvoorbereiding concreet vragen als; HOE ..., WIE..., WAT..., WANNEER..., ..., zodat het leer- en vormingsproces ( de didactische methode, de leerstof en de media) er goed op afgestemd kunnen worden. Het is belangrijk van in het begin de leerlingen een goede en juiste werkmethode aan te leren. Fouten van leerlingen worden best individueel aangepakt. Indien blijkt dat een groter aantal leerlingen de handeling verkeerd begrepen heeft, moet deze voor de gehele groep herhaald worden. De leerkracht voorziet korte en afwisselende opdrachten. Dit stimuleert de werklust van de leerlingen. Parallellisme nastreven tussen de technische vakken en praktijk, dat best door dezelfde leerkracht gegeven wordt. In ieder geval moet er tussen beide TV en PV vakken een zeer goede coördinatie zijn. Regelmatig zal in de vakgroep de coördinatie tussen beide vakken geëvalueerd worden om eventueel de jaarplannen bij te sturen. Begrippen in verband met veiligheid, hygiëne, milieu, (welzijn) en onderhoud van gereedschappen en machines komen steeds aan bod bij het behandelen van de specifieke leerinhouden. De juiste lichaamshoudingen zijn tevens aandachtspunten. Bij het creëren van een onderwijssituatie wordt bijzondere aandacht besteed aan de evenwichtige opbouw van de opeenvolgende lesfases. Elke lesfase wordt beëindigd met een duidelijke synthese. Na elk afgerond geheel zal een evaluatiefase komen, waarbij aspect van zelfevaluatie niet vergeten mag worden. De gehanteerde werkvormen staan doordacht in functie van de leerinhouden en doelstellingen, ze bevatten de principes van aanschouwelijkheid, geleidelijkheid en leerlingenmotivatie. Het gebruik van de overheadprojector en ICT - toepassingen in de theorielessen versterkt de impact op de klassfeer en laat toe de leerstof beter over te dragen. Ook in de praktijklessen zullen ICT toepassingen aangeboden worden om het opzoeken van informatie, zelfstudiepakketten, ...

BSO – 3de graad – optie Ruwbouwafwerking PV Praktijk/stages bouw (1ste jaar: 18 lestijden/week, 2de jaar: 18 lestijden/week) TV Bouw (1ste jaar: 7 lestijden/week, 2de jaar: 7 lestijden/week) • • •

41

Elke les dient zinvol en gestructureerd te zijn, met aandacht voor de attitudes zoals: netheid, orde, stiptheid, nauwkeurigheid,... Om tijdverlies te vermijden wordt het gebruik van een goed handboek of van een door de leraar zelf gemaakte cursus aanbevolen. Het is nuttig via de vakgroepwerking de specifieke problemen te bespreken en deze te notuleren. (realisatie, organisatie, tijdsbesteding, ... )

De leerlingen zullen tijdens de opleiding volgende vaardigheden ontwikkelen: FUNCTIONELE REKENVAARDIGHEID • • • • • •

Het begrip percent functioneel gebruiken; Grootheden schatten, meten en berekenen in functionele situaties De schaal functioneel gebruiken; Een schematische voorstelling lezen en interpreteren; Verwerven wiskundige denkmethoden (o. a. ordenen, schematiseren, structureren) om probleemoplossend te redeneren en problemen uit het dagelijkse leven op te lossen; Elektronische hulpmiddelen gebruiken om berekeningen uit te voeren;

FUNCTONELE INFORMATIEVERWERVING •

Onder begeleiding relevante en voor hen toegankelijke informatie in herkenbare concrete situaties vinden, selecteren en gebruiken

ORGANISATIEBEKWAAMHEID • •

Individuele opdrachten van beperkte omvang onder begeleiding organiseren, uitvoeren en evalueren bij groepsopdrachten onder begeleiding: overleggen en actief deelnemen; instructies uitvoeren; reflecteren;

• •

Omgaan met formele en informele afspraken, regels en procedures; Hulp inroepen.

ACCURATESSE •

In staat zijn binnen de voorgeschreven tijd een taak nauwkeurig te voltooien

RECEPTIEVE TAALVAARDIGHEID MOEDERTAAL • •

In staat zijn om als luisteraar en/ of lezer in de moedertaal op adequate wijze een gesproken, geschreven of audiovisuele boodschap te ontvangen en te verwerken De instructies begrijpen en opvolgen

FUNCTIONELE TAALVAARDIGHEID • •

Informatief luisteren en lezen; Hanteren gepaste taal en omgangsvormen;

KRITISCHE INGESTELDHEID •

In staat zijn zichzelf en zijn omgeving in vraag te stellen, de waarde van een bewering of een feit, de haalbaarheid van een vooropgesteld doel te verifiëren, alvorens een stelling in te nemen

RESULTAATGERICHTHEID

BSO – 3de graad – optie Ruwbouwafwerking PV Praktijk/stages bouw (1ste jaar: 18 lestijden/week, 2de jaar: 18 lestijden/week) TV Bouw (1ste jaar: 7 lestijden/week, 2de jaar: 7 lestijden/week) •

42

In staat zijn binnen een bepaalde tijd en budget een vooropgesteld resultaat te bereiken met in achtname van gedefinieerde kwaliteitsstandaarden.

BESLISSINGSVERMOGEN •

In staat zijn een standpunt in te nemen of tot een handeling over te gaan, en er ook de verantwoordelijkheid voor op te nemen

MAATSCHAPPELIJK BEWUSTZIJN, WEERBAARHEID EN VERANTWOORDELIJKHEID • • •

Verantwoordelijkheidszin hebben voor de eigen gezondheid en welzijn, en dat van anderen; Spontaan een veilige houding aannemen in dagelijkse situaties; Het belang inzien van levenslang leren.

ZIN VOOR SAMENWERKING • •

In staat zijn om gemeenschappelijk aan eenzelfde taak te werken Bereid zijn om het werk te bespreken

LEERBEKWAAMHEID • • •

Via geëigende leerprocessen, zijn competenties te verbreden en te verdiepen De nieuwe ontwikkelingen op gebied van autotechnieken bij te houden In staat zijn om, ondanks moeilijkheden, op een doel gericht te blijven

TIMING Het is moeilijk aan te geven hoeveel tijd er aan elk hoofdstuk besteed wordt, daar het tempo van de leerlingen afhankelijk is van de inzet, bereidwilligheid van de leerling, zelfstudie, leesvaardigheid, probleemstelling. Er is dan ook geen timing voorgesteld omdat deze besproken zal worden in de vakgroep.

MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: -

Codex

-

ARAB

-

AREI

-

Vlarem

Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t.: -

de uitrusting en inrichting van de lokalen;

-

de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel.

Zij schrijven voor dat: -

duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn;


43

de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist.

Uitrusting

INDIVIDUELE BESCHERMINGSMIDDELEN stuk Beschermkledij tegen koude

E

G

stuk

Beschermkledij tegen regen

E

G

stuk

Bouwhaak

E

G

stuk

Handschoenen, lederstof

B

L

stuk

Handschoenen, rubber

B

L

stuk

Kniebeschermers

B

L

stuk

Oorbeschermers

B

G

stuk

Werkpak

B

L

stuk

Veiligheidsbril met zijschermen

B

G

stuk

Veiligheidshelm

B

L

stuk

Veiligheidsschoenen

B

L

E

G

MEET- EN TOPOGRAFISCHGEREEDSCHAP stuk Dubbel prisma stuk

Dubbele vouwmeter

B

L

stuk

Laser, horizontaal en verticaal roterend

E

G

stuk

Laser, horizontaal roterend

B

G

stuk

Luchtbelwaterpas

B

L

stuk

Meetband of -veer (20 m, 50lm)

B

G

stuk

Schietlood

B

L

stuk

Schuifmaat

E

G

stuk

Schuifmeter

E

G

stuk

Slangwaterpas

B

G

stuk

Theodoliet

E

G

stuk

Waterpastoestel

B

G

stuk

Winkelhaak

B

L

schappelijk of per leerling

-

Gemeen-

de collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden;

extra

-

Basis of

alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen;

Eenheid

-


44

MACHINES EN GEREEDSCHAP VOOR RUWBOUWAFWERKINGSWERKZAAMHEDEN stuk Puntbeitel B

L

stuk

Steenbeitel

B

L

stuk

Betonrnolen

B

G

stuk

Borstel

B

G

stuk

Bouwverlichting, verplaatsbaar

B

G

stuk

Draad, metselen priemen

B

L

stuk

Gereedschapskoffer

B

L

stuk

Hamer, metselaars- (blok-)

B

L

stuk

Koevoet, met gebogen klauw

B

G

stuk

Kruiwagen

B

G

stuk

Kuip, metsel-

B

G

stuk

Ladder

B

G

stuk

Profielen, metsel-

B

G

stuk

Regel, mestel- (rij)

B

L

stuk

Schop, schep – (schepbats)

B

G

stuk

Schragen, uitschuifbaar

B

G

stuk

Stamper (handmatig)

B

G

stuk stuk

Steigerplanken Stelling, staal (met hulpstukken)

B B

G G

stuk

Trektang

B

L

stuk

Truweel

B

L

stuk

Truweel, klein

B

L

stuk

Voeger (voegspijker)

B

L

stuk

Zeef

B

G

B

G

HANDGEREEDSCHAPPEN VOOR UITBOREN VAN TIMMERWERKEN stuk Handkitpistool stuk

Kaderspanner

B

G

stuk

Nijptang

B

G

stuk

Passer steek

B

G

stuk

Rasp (hout)

B

G

stuk

Schroevendraaierset (plat/kruis)

B

G

stuk

Spanschroef

B

G

stuk

Timmermanspotlood

B

L

stuk

Trektang

B

G

stuk

Verstekhaak

B

G

stuk

Winkelhaak (schrijfhaak)

B

G

stuk

Zaag, -beugel met ijzerzaag

B

G

stuk

Zaag, grote hand-

B

G

stuk

Zaag, kap-

E

G

BSO – 3de graad – optie Ruwbouwafwerking PV Praktijk/stages bouw (1ste jaar: 18 lestijden/week, 2de jaar: 18 lestijden/week) TV Bouw (1ste jaar: 7 lestijden/week, 2de jaar: 7 lestijden/week) stuk

Zaag, kleine hand-

INFRASTRUCTUUR EN ONDERHOUD stuk Berging materieel

45

E

G

B

G

stuk

Berging onderhoudsmateriaal

B

G

stuk

Brandblusapparaat

B

G

stuk

Kleedruimte met wasgelegenheid

B

G

stuk

Lokaal informatica, CAD

E

G

stuk

Lokaal praktijk dekvloeren

B

G

stuk

Lokaal praktijk pleisterwerken

B

G

stuk

Lokaal praktijk tegelwerken

B

G

stuk

Lokaal technische vakken

B

G

stuk

Lokaal tekenen

B

G

stuk

Onderhoudsmateriaal, borstel

B

G

stuk

PC

E

G

stuk

Plotter

E

G

stuk

Printer

E

G

stuk

Schoolmeubilair

B

G

stuk

Software bestandsbeheer

E

G

stuk

Software CAD

E

G

stuk

Software Rekenblad

E

G

stuk

Software Tekstverwerking

E

G

stuk

Tekenplanken met apparaat en –stoel

E

G

B

G

STUKADOORMATERIAAL liter Bestrijkingsmiddel m²

Gipskartonplaat

B

G

m²

Glasvezelweefsel

B

G

lm

Guides, hoekprofiel inwendige hoek

B

G

lm

Guides, hoekprofiel uitwendige hoek

B

G

lm

Guides,stucstopprofielen

B

G

lm

Guides, T-profielen

B

G

lm

Guides, tussenprofielen

B

G

lm

Guides, U-profielen

B

G

kg

Handpleister, wit-

B

G

kg

Handschuurgips

E

G

stuk

Hechtnieten

E

G

m²

Isolatie, bepleisterbaar

B

G

liter

Lijmmortel

B

G

lm

Metalen structuur, plafond

B

G


46

lm

Metalen structuur, wand

B

G

stuk

Nagels, aluminium

B

G

stuk

Nagels, draad-

E

G

stuk

Nagels, stalen

E

G

stuk

Plakband

B

G

lm

Prefab pleisterdragers, ribbenstrekmetaal

E

G

lm

Prefab pleisterdragers, steengaas

B

G

lm

Prefab pleisterdragers, stucanet

B

G

kg

Raapmateriaal op basis van cement

B

G

kg

Raapmateriaal op basis van kalk

B

G

stuk

Schroeven

B

G

liter

Toeslagstoffen, plasticiteitsverhogend

B

G

liter

Toeslagstoffen, waterwerend

B

G

stuk

Verstekbak

B

G

stuk

Verstekzaag

B

G

stuk

Zwaaihaak

B

G

B

G

STUKADOORGEREEDSCHAP stuk Bezem stuk

Blikschaar

B

G

stuk

Blokkwast

B

G

stuk

Decoupeerzaag

B

G

stuk

Dimkwast

B

G

stuk

Gipsmes

B

G

stuk

Gipsschaaf

B

G

stuk

Handnietapparaat

B

G

stuk

Handveger of stoffer

B

L

stuk

Klemhaak of reiklem

B

L

stuk

Kunststofemmer

B

L

stuk

Kunststofkuip

B

G

stuk

Mortelmenger, elektrisch

B

G

stuk

Paleerijzer

B

G

stuk

Pannenstrijker

E

G

stuk

Rei, aluminium

B

G

stuk

Rei, houten

B

G

stuk

Roerschop

E

L

stuk

Schopje, hoekschopje inwendig

B

L

stuk

Schopje, hoekschopje uitwendig

B

G

stuk

Plintschopje of plat-

E

G

stuk

Schuurblik, schuurklos

B

G


47

stuk

Schuurbord, kunststof

B

L

stuk

Smetkoordapparaat of slaglijnmolen

B

G

stuk

Spaan, raap- of pleisterspaan

B

L

stuk

Spaarbord

B

G

stuk

Speciekuip

B

G

stuk

Stalen steigerbokje

B

G

stuk

Steigerplanken, hout

B

G

stuk

Surform-schaaf

B

G

stuk

Troffel, punt- of pleistertroffel

B

G

stuk

Troffel, stukadoors-

B

L

stuk

Tweedelige reformladder

B

G

stuk

Universeel mes

B

L

stuk

Versteklat

E

B

stuk

Waterslang

B

G

stuk

Winkelhaak

B

L

stuk

Zweikhaak

B

G

B

G

DEKVLOERMATERIAAL kg Anhydriet kg

Cemtent, portland

B

G

stuk

Elastische kit

B

G

liter

Gietmortel

B

G

liter

Toeslagstoffen

B

G

m²

Isolatie, thermisch

B

G

m²

Isolatie, vocht

B

G

liter

Primer, hechtlaag of impregnatielaag

B

G

kg

Granulaten : zand, grind en/of steenslag

B

G

kg

Lichte granulaten : geëxpandeerde klei, polystreenkorrels,...

B

G

stuk

Vloerverwarmingssysteem

E

G

lm

Voegen, rand-

B

G

lm

Voegen, voegprofielen

B

G

lm

Voegen, voorgevormde strips

B

G

m²

Wapenen, metaal- en kunststofvezels

B

G

m²

Wapenen, metaaldraadnet

B

G

GEREEDSCHAP VOOR DEKVLOERWERKZAAMHEDEN stuk Guides, paslatten

B

G

stuk

Poliermachine

E

G

stuk

Polijstspaan, metaal of polierijzer

B

G

stuk

Rei, aftrekregel of aftrekrei

B

G


48

stuk

Schuurbord, kunststof

B

L

stuk

Spaan, afrij-

E

G

stuk

Spaan, raap-

E

G

stuk

Spaan, vloer- of vlak- of afwerk-

B

L

stuk

Trekker

B

G

E

G

BETEGELINGS- EN BESTRATINGSMATERIAAL m² Betontegels m²

Bouwkeramische elementen

E

G

m²

Cementtegels

B

G

m²

Keramische vloertegels

B

G

m²

Keramische wandtegels

B

G

liter

Lijmmortel

B

G

m²

Natuurtegels

E

G

lm

Prefab kunststofprofielen

B

G

m²

Straatstenen, beton-

B

G

m²

Straatstenen, gebakken-

E

G

m²

Straatstenen, natuursteenkeien

E

G

GEREEDSCHAP VOOR HET PLAATSEN VAN WANDTEGELS EN HET LEGGEN VAN VLOERTEGELS stuk Handstoffer, zachte B

L

stuk

Hamer, hardrubber-

B

L

stuk

Kam

B

L

stuk

Klinkerhamer

E

G

stuk

Knip- of splijtapparaat

B

G

stuk

Koord

B

L

stuk

Snijapparaat

B

G

stuk

Tegelbeiteltje

B

G

stuk

Tegelbreektang

B

G

stuk

Tegelgattang

E

G

stuk

Tegelgattang met lange bek

E

G

stuk

Tegelgattang met papegaaiebek

E

G

stuk

Tegelgattang met snijwieltje

E

G

stuk

Tegelhamertje

B

G

stuk

Tegelraspen

B

L

stuk

Trilplaat

E

G

stuk

Vloertegeltroffel

B

L

stuk

Wandtegeltroffel

B

L

stuk

Winkelhaak, tegel-

B

G

stuk

Punthamertje

B

G


ELEKTRISCH HANDGEREEDSCHAP EN MACHINES stuk Boormachine met betonboren

49

B

G

stuk

Boormachine met houtboren

B

G

stuk

Boormachine met mixer

B

G

stuk

Hamer, elektrisch

E

G

stuk

Handslijpmachine met ambrasieve- en diamantschijven

B

G

stuk

Schroevendraaier elektrisch

B

G

stuk

Steenzaagmachine met wagen

B

G

stuk

Verlengsnoer

B

G


50

EVALUATIE Onderscheid moet gemaakt worden tussen de evaluatie van het leerproces en de evaluatie van het eindproduct. Bij de procesevaluatie wordt doorlopend gepeild naar de verwerking van het leerproces, met de bedoeling dit proces zo nodig bij te sturen, zodat elke leerling op de meest effectieve manier kan leren. De klemtoon ligt hierbij duidelijk op het optimaal functioneren van de leerling. Het verloop van het proces wordt, vooraf, door de leraar uitgetekend. Zij/hij bepaalt •

welke de verschillende stappen zijn;

•

welke fouten op elk moment ontoelaatbaar zijn;

•

welke fouten kunnen gemaakt worden.

Afhankelijk van het resultaat van feedbackmomenten (evaluaties na elke opdracht of deelopdracht) wordt het proces verder gezet of zo nodig bijgestuurd. Om de leerling te motiveren gebeurt dit in een constructieve, positieve sfeer. Productevaluatie gebeurt op het einde van het leerproces (bijvoorbeeld na een hoofdstuk, een opdrachtenreeks, een project, een trimester...). Hierbij wordt nagegaan in hoeverre de leerling de basisdoelstellingen bereikt heeft. Elke evaluatie dient te vertrekken vanuit duidelijke en operationele doelstellingen. Zowel het proces als het product moeten op een zo objectief mogelijke manier geëvalueerd worden. De evaluatie steunt altijd op een vaardigheids- en werkanalyse die het verloop, de verantwoording en de criteria weergeeft van de opdracht. Proces- en productgericht evalueren kan vier aspecten omvatten: • • • •

de denkactiviteit (bijvoorbeeld instructies lezen, aantekeningen maken, …). de motorische handelingen (bijvoorbeeld verbindingen maken, …). de praktijkattitudes (bijvoorbeeld nauwkeurig werken, scherp waarnemen, …). de uitvoeringstijd, waarbij gestreefd wordt naar een haalbaarheid voor 90 % van de leerlingen.

Bij de evaluatie zal er in ieder geval rekening gehouden worden met het feit dat het om leerlingen gaat. Onnauwkeurig werken, kleine fouten maken, moet in zekere mate aanvaardbaar zijn. Belangrijk is de evolutie. Daarom zal de lerares/leraar voortdurend de vorderingen van de leerlingen controleren. Indien nodig zal zij/hij meteen remediërend optreden. Bij het begin van iedere praktijkopdracht zal de lerares/leraar (indien nodig aan alle leerlingen afzonderlijk) meedelen welke (sub)doelstellingen tijdens die les moeten bereikt of nagestreefd worden: iedere leerling moet bij het begin van iedere les weten wat van hem tijdens die les verwacht wordt. In het evaluatieproces kunnen 3 stappen onderscheiden worden: • • •

registreren (door middel van een evaluatieschema), interpreteren (door middel van een vierpuntenschaal), rapporteren.

Registreren Om zo objectief mogelijk te kunnen registreren, wordt voor elke praktijkopdracht (met de daarbij horende gedragsvaardigheden) een evaluatieschema opgesteld. Zo’n schema bevat alle doelstellingen (met de daarbij horende subdoelstellingen) en attitudes die bij de opdracht zullen geëvalueerd worden. Het is niet noodzakelijk om bij alle opdrachten steeds alle mogelijke subdoelstellingen te evalueren. Sommige subdoelstellingen kunnen eventueel weggelaten worden als ze vroeger reeds vaker aan bod kwamen of later ruimschoots aan bod zullen komen. De selectie van de attitudes en de wijze van registratie, wordt in vakgroep overlegd.


51

Bepaalde aspecten zijn objectief meetbaar (bijvoorbeeld een buis op lengte zagen binnen een aangegeven tolerantie), andere aspecten zijn subjectief waarneembaar (bijvoorbeeld een geschikte kleurcombinatie kiezen). De mate waarin een objectief waarneembare doelstelling bereikt werd, kan in het schema aangeduid worden door middel van een tweepuntenschaal: • •

+ : doelstelling bereikt - : doelstelling niet bereikt

Voor niet objectief meetbare doelstellingen wordt geadviseerd om te werken met een drie puntenschaal: •

+ : doelstelling bereikt

•

± : doelstelling niet helemaal bereikt

•

- : doelstelling niet bereikt

Door het evaluatieschema samen met de opgave ter beschikking van de leerling te stellen, kan de zelfevaluatie bij de leerling sterk aangemoedigd worden. Interpreteren Door middel van het evaluatieschema controleert de lerares/leraar bij het einde van iedere les in welke mate de leerlingen de vooropgestelde lesdoelstellingen bereikten. Dit wordt kort met iedere leerling individueel besproken. Aan de registraties in het evaluatieschema kunnen verschillende interpretaties gegeven worden. Enkele voorbeelden: + (doel bereikt) niveau is voldoende

-

± (doel niet helemaal bereikt)

(doel niet bereikt)

voldoende maar leemten

niveau onvoldoende

voor verbetering vatbaar

onaanvaardbaar niveau

nagenoeg foutloos

aanvaardbare tekorten

schadelijke fouten

nagenoeg correct

aanvaardbaar aantal lichte of onvergeeflijke fouten detailfouten of leerproces fouten zware inbreuken

volledig

kleine tekorten

onvolledig zware tekorten

behoorlijk, zinvol

storingen, fragmentarisch

onlogische uitvoering

kan het en doet het vrijwel altijd, spontaan en zonder aarzelen

kan het en doet het af en toe, kan het niet, doet het niet of zonder overtuiging, wisselvalling nooit, afwijzend en met tegenzin

Om eenvormigheid te bekomen in verband met de gebruikte interpretatie, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk. Rapportering Na iedere les (liefst uiterlijk bij het begin van de volgende les) worden de resultaten van het evaluatieschema omgezet op een vierpuntenschaal. Die quotatie wordt in de agenda van de leerling genoteerd, waarbij uiteraard voldoende aandacht moet besteed worden aan een eventueel noodzakelijke remediëring. De omzetting van de (eventueel gewogen) evaluaties kan op verschillende manieren gebeuren. Om eenvormig te kunnen omzetten, is een overleg binnen de vakgroep absoluut noodzakelijk. Hoe de omzetting zal gebeuren moet in ieder geval vooraf vastgelegd worden. Dit kan bijvoorbeeld als volgt gebeuren.


52

Heel goed • meer dan 80% van de subvaardigheden, subdoelstellingen zijn bereikt • (nagenoeg) foutloos, uitstekend, • enkel + codes • volledig zelfstandig uitgevoerd • vlotte uitvoering, met overtuiging, belangstelling, … Goed • 60 à 80 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt • veel + en weinig + codes • aanvaardbare kwaliteitsverschillen • aanvaardbare proces-leerfouten • geen schadelijke fouten • zichtbare vorderingen Zwak • • • • • •

50 à 60 % van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt alleen een deel van de subdoelen zijn bereikt weinig + en veel + codes veel onnodige leerfouten soms zware schadelijke fouten geen zichtbare vorderingen

Niet goed • minder dan 50% van de onmisbare vaardigheden of doelstellingen zijn bereikt • veel + codes of alleen maar + codes en - codes • veel schadelijke of onvergeeflijke fouten, onlogisch handelingen Het rapportcijfer Naar het rapport toe moeten alle quotaties (vierpuntenschaal – resultaat van remediëring) omgezet worden naar een cijfer. Ook die omzetting moet overlegd worden binnen de vakwerkgroep. Alle ernstige tekorten (cf. diverse evaluatieschema’s) worden steeds vermeld in de rubriek commentaar, waarbij er steeds een duidelijk geformuleerde remediëring moet voorzien worden (geen algemene opmerkingen).

BIBLIOGRAFIE Deze lijst is geenszins volledig en zeker niet limitatief. Het verdient aanbeveling de catalogi van de belangrijkste Belgische en Nederlandse uitgeverijen te raadplegen. 1.1.

Boeken en cursussen. Catalogus van de WTCB-publicaties WTCB - Aarlenstraat 53 bus 10 - 1040 Brussel - Tel. 02/230 62 82 Technische Voorlichtingen WTCB -

TV 189 Dekvloeren deel 1

-

TV 193 Dekvloeren deel 2 Uitvoering

-

TV 199 Binnenbepleistering deel 1

-

TV 201 Binnenbepleistering deel 2 Uitvoering


Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf Werkorganisatie op de bouwplaats - Handleiding voor aannemers, tijdschrift WTCB Lombardstraat 41 - 1000 Brussel WTCB - Aarlenstraat 53 bus 10 - 1040 Brussel - Tel. 02/230 62 82 Veiligheid & gezondheid bij de arbeid Provinciaal Veiligheidsinstituut - Jezusstraat 28 - 2000 Antwerpen - D/1990/0180/1 Bouwen Spruyt, Van Mantgem & De Does B.V. - Leiden Reeks bouwtechnologie -

Bouwmaterialen -

Kunststeen en metalen

-

Mortels en Beton

-

Natuursteen - Hout - Kunststoffen - Voeg- en kleefmaterialen

-

Bouwmateriaal

-

Bouwmethodes -

Voorbereidende werkzaamheden - Ondergronds bouwwerken

-

Bovengrondse bouwwerken

-

Dragende geraamten

-

Dragende vloeren

-

Trappen

-

Daken

-

Bijzondere constructies

-

Prefabriatie

-

Sloopwerk - Restauratie - Verbouwing

-

Thermische isolatie - Algemeenheden

-

Thermische isolatie - Buitenmuren

-

Praktische topografie

- Economische en administratieve begrippen -

Bouwplaatsorganisatie

-

Metingsstaat

-

Kostenraming - Afrekening gedurende het bouwproces

53


Wegwijs in planlezen Cursus bouwploegbaas - Bouwplaatsorganisatie Vervolmakingscursus voor bouwploegbazen - Bestraten Technologie van de bouwplaatsmachines - Organisatie en toepassing van het onderhoud Cursus betontechnologie FVB - Koningstraat 45 - 1000 Brussel - Tel. 02/219 43 77 IR. J.A. MULLER - IR. A. SCHEFFER - Landmeten en waterpassen De technische uitgeverij H. Stam N.V. - Culemborg/Haarlem Antwerpen Keulen IR. P. VAN DE PUTTE - Algemeen werfbeheer VIK - Van Putlei 11 - 2018 Antwerpen - Tel. 03/216 00 70 IR. P. VAN DE PUTTE - Voorkalkulatie en budgetcontrole van bouwwerken VIK - Van Putlei 11 - 2018 Antwerpen - Tel. 03/216 00 70 M. DE BRUIJNE - Werkorganisatie in het bouwbedrijf ISBN 90 11 002431 COBOSYSTEMS (Algemene documentatie) Violetstraat 21-23 - 1000 Brussel - Tel. 02/725 31 61 CALCULATIENORMEN EN RICHTPRIJZEN VOOR DE WONINGBOUW NACEBO - Spastraat 8 - 1000 Brussel - Tel. 02/238 06 05 MISSET - Bouwkosten C. Misset B.V. - Postbus 4 - 7000 BA Doetinchem C. Misset B.V. - Hanzestraat 1 - 7006 RH Doetinchem - Tel. 0031 (8340)49911 JACOBS – VANTOLUFFEN Algemene bouwkunde

Waltman, Delft

VRIEND J.J. Bouwen:

Handboek voor de Praktijk Deel 1 en 2

Kosmos, Antwerpen

54


VAN NOORDEN + RAVENSTEIN + KWANTES + KLAVER + WINTERS + VAN ZANTEN e.a. Bouwkunde: Inleiding tot de bouwkunde Does,Leiden

Spruyt, Van Mantgen en De

Deel 1: Grondwerken funderingen Deel 2: Steenconstructies, Deel 3: Draag- en dekvloeren, Deel 4: Kappen en daken, Systeembouw M. DIETENS Constructie van gebouwen,

Story - Scienta, Gent

Deel 1 Tekst, Deel 2 Trappen, rioleringen, Daken, vloeren dakbedekkingen STICHTING BOUWRESEARCH Het afwerken van wanden en plafonds -

Samson,Brussel

NORA EN EVENS Amélioration de l'habitat ancien

La documentation Française, Paris

VAN ZETTEN Bevestigingsmiddelen in de Bouw

Agon Elsevier, Brussel

STICHTING BOUWCENTRUM Bibliografie over bouwschade

Bouwcentrum Rotterdam

Bibliografie over modulair Bouwen Bibliografie over vochtproblemen DE NAYER EN SUETENS Monumentenzorg

De Nederlandse Boekhandel, Antwerpen

BAKKER J.J. Onderhoud, verbetering en herstel van gebouwen

Kosmos, Antwerpen

55


1.2.

Reglementen AREI (Algemeen reglement voor elektrische installaties) Bedrijfsfedratie der voortbrengers en verdelers van elektriciteit in België Tervurenlaan 34 bus 38 - 1040 Brussel - Tel. 02/733 96 07 ARAB (Algemeen reglement voor arbeidsbeveiliging) Ministerie van Tewerkstelling en Arbeid - Centrale bibliotheek Belliardstraat 51 - 1040 Brussel - Tel. 02/233 44 44

1.3.

Nuttige adressen BEC (Belgisch Elektrotechnisch comité) Ravensteingalerij 3 - 1000 Brussel - Tel. 02/512 00 28 BBG (Belgische Betrongroepering) César Franckstraat 46 - 1050 Brussel - Tel. 02/645 52 11 BIN (Belgisch Instituut voor Normalisatie) Brabançonnelaan 29 - 1040 Brussel - Tel. 02/734 92 05 CDA BENELUX (Copper Development Association) Paepsemlaan 22 - 1070 Brussel - Tel. 02/520 22 33 FAB (Koninklijke Federatie der Architectenverenigingen van België) Ernest Allardstraat 21 - 1000 Brussel FABRIMETAL Lakenweverstraat 21 - 1050 Brussel - Tel. 02/511 23 70 FVB (Fonds voor Vakopleiding in de Bouwnijverheid) Koningstraat 45 - 1000 Brussel - Tel. 02/219 43 77 KVIV (Koninklijke Vlaamse Ingenieurs Vereniging) Desguinlei 214 - 2018 Antwerpen - Tel. 03/216 09 96

56


57

NACEBO (Nationale Centrale van Metaal-, Hout- en Bouwvakondernemingen) Spastraat 8 - 1000 Brussel - Tel. 02/238 06 05 NAVB (Nationaal Actiecomité voor Veiligheid en hygiëne in het Bouwbedrijf) Poincarélaan 70 - 1070 Brussel - Tel. 02/523 40 93 OCW (Opzoekingscentrum voor de Wegenbouw) Woluwedal 42 - 1200 Brussel OCH (Opleidingscentrum hout) Steenweg op Alsemberg 830 - 1180 Brussel - Tel. 02/332 23 63 VCB (Vlaamse Confederatie Bouwbedrijf) Hof ter Vleestdreef 3 - 1070 Brussel – Tel. 02/558 15 51 WTCB (Wetenschappelijk en Technisch Centrum voor het Bouwbedrijf) Aarlenstraat 53 bus 10 - 1040 Brussel - Tel. 02/230 62 82 LBIS (Landsbond der patroonsverenigingen van installateurs van sanitaire inrichtingen en gasverwarming, lood- en zinkbewerkers en dakbedekkersschaliedekkers van België) Willemstraat 14/16 bus 0207 - 1040 Brussel - Tel. 02/230 65 65 UBIC (Koninklijke Unie der Belgische Installateurs in Centrale Verwarming, Verluchting en Pijpleidingen) Brogniezstraat 41 - 1070 Brussel - Tel. 02/520 73 00 Kamer van algemene aannemers van bouwwerken van Gent en omliggende Gent vzw Tramstraat 59 - 9052 Gent (Zwijnaarde) - Tel. 09/244 45 00 Verbond der aannemers plafonnerders, cementeerders, ornemanisten, voegers, stof- en pleisterwerken van de arrondissementen Gent-Eeklo-Dendermonde en Oudenaarde Tramstraat 59 - 9052 Gent (Zwijnaarde) - Tel. 09/244 45 00

SECUNDAIR ONDERWIJS FUNDAMENTEEL GEDEELTE

Recommend Documents