SECUNDAIR ONDERWIJS
Onderwijsvorm:
BSO
Graad:
derde graad
Jaar:
eerste en tweede leerjaar
Studiegebied:
Grafische technieken
FUNDAMENTEEL GEDEELTE Optie(s):
Drukken en afwerken
Vak(ken):
TV Grafische technieken
Vakkencode:
IT-s
Leerplannummer:
2002/150 (vervangt 98086)
Nummer Inspectie:
2002/27//1/N/SG/1/III/ /D/
8 lt/w
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
1
INHOUD visie...........................................................................................................................................................2 beginsituatie .............................................................................................................................................3 algemene doelstellingen...........................................................................................................................4 leerplandoelstellingen / leerinhouden.......................................................................................................5 pedagogisch-didactische wenken en timing...........................................................................................19 minimale materiële vereisten..................................................................................................................22 evaluatie .................................................................................................................................................23 bibliografie ..............................................................................................................................................24
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
VISIE Deze beroepsgerichte grafische opleiding leidt op tot offsetdrukker voor meerkleurendrukwerk en/of medewerker in drukafwerkingsbedrijven en -afdelingen. Tevens kunnen afgestudeerden zich verder vervolmaken in 3de jaren van de 3de graad BSO: • meerkleurendruk/drukwerkveredeling; • zeefdruk.
2
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
3
BEGINSITUATIE De leerlingen hebben reeds een basisopleiding gehad in de grafische technieken in de 2de graad BSO, Grafische technieken. De leerlingen beheersen de basisdoelstellingen en de eraan gerelateerde inhouden - de programma's van de opleiding in de genoemde optie van de 2de graad. Reglementair kunnen leerlingen inschrijven voor deze optie die voorafgaand andere opleidingen gevolgd hebben in de 2de graad. Voor deze leerlingen worden, buiten de gewone lesuren, inhaallessen of bijsturingsmomenten ingelast met de bedoeling de vereiste basiskennis te verwerven. Het is aan de leraren om te bepalen welke de essentiële basiskennis en -vaardigheden zijn die ze moeten hernemen, rekening houdende met de individualiteit en voorkennis van elke leerling.
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
4
ALGEMENE DOELSTELLINGEN Deze opleiding verstrekt een beroepsgerichte opleiding die de leerlingen een startcompetentie bezorgt naar de de grafische industrie: specifiek offsetdrukken en drukafwerking. Na het doorlopen van de voortgezette opleiding in het 3de leerjaar van de 3de graad, door een in-service-training of opgedane beroepservaring kunnen zij ingezet worden voor de uitvoering van meerkleurendrukwerk op verschillende, ook geautomatiseerde, persen. In het eerste leerjaar moet de opleiding gericht zijn op het uitvoeren volgens een bestaand werkplan. In het tweede leerjaar zoeken de leerlingen onder begeleiding naar de beste methode voor het uitvoeren van een bepaalde opdracht met het oog op een rationele en kwalitatieve uitvoering. Het vak TV Grafische technieken wordt uitgesplitst naar de onderstaande subvakken. De leerling: •
•
•
• •
Elektronische opmaaktechnieken (2+3) o kent de typografische en druktechnische aspecten binnen diverse grafische software. o weet hoe zij/hij diverse grafische software moet gebruiken en kan een opmaakprogramma inzichtelijk toepassen in functie van drukvoorbereiding. Technologie (4+4) o is op de hoogte van de verschillende druktechnieken en hun toepassingen. o weet welke de afwerkings- en veredelingstechnieken zijn en kunnen ze beschrijven. o weet hoe grondstoffen, hulpmiddelen, onderhouds-, reinigings- en smeerproducten toegepast worden. Calculatie (1+1) o heeft inzicht aangaande de samenstellende kostprijsfactoren. o kan een kostenraming opmaken. o kan een nacalculatie uitvoeren. o kan een factuur van afgeleverd drukwerk opmaken. Toegepaste mechanica (1+0) o kent de werking, de afstelling en het onderhoud van de belangrijkste in een drukkerij (o.a. de drukpers) aanwezige mechanische toestellen en onderdelen. Attitudes o heeft oog voor kwaliteitszorg. o leeft hygiëne- en veiligheidsvoorschriften na. o heeft zin voor creativiteit. o heeft zin voor esthetisch en druktechnisch verantwoord drukwerk. o heeft zin voor orde en netheid. o is communicatief vaardig. o kan zelfstandig werken. o heeft verantwoordelijkheidszin en aandacht voor milieuproblematiek. o kan werken in teamverband.
Vakoverschrijdende eindtermen (VOET). Daarnaast levert de leraar (ook diegene van het vak dat in dit leerplan aan bod komt) mede zijn bijdrage tot de realisatie van de vakoverschrijdende eindtermen (VOET). Vakoverschrijdende eindtermen zijn minimumdoelen die niet specifiek behoren tot een vakgebied, maar onder meer door middel van meerdere vakken of onderwijsprojecten kunnen worden gerealiseerd. Zij zijn in eerste instantie een opdracht voor het hele schoolteam. Om uit te maken hoe alle vakoverschrijdende eindtermen op schoolniveau kunnen gerealiseerd worden, zijn afspraken nodig tussen de collega’s van alle vakken. Het is aangewezen om deze afspraken formeel vast te leggen. In sommige vakken kunnen bepaalde VOET uitdrukkelijker aan de orde komen dan in andere. Leerplannen kunnen dan ook verwijzingen naar VOET bevatten als de binding tussen de vakgebonden doelstellingen en de VOET evident is. Indien de vakgroep nog andere VOET realiseerbaar acht binnen een vak, wordt dit vastgelegd in een verslag waarin zowel de visie en de planning zijn opgenomen. Bij de aanvang van het schooljaar maakt de leraar een oordeelkundige keuze van de leerinhouden waarmee hij de vakgebonden en vakoverschrijdende doelstellingen wil realiseren (bij voorkeur na overleg met de vakgroep) en stelt een jaar(vorderings)plan op waarin hij de leerstof op een evenwichtige wijze verdeelt over het beschikbare aantal lestijden.
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
5
LEERPLANDOELSTELLINGEN / LEERINHOUDEN (u) = uitbreidingsdoelstelling Decr. nr.
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: SUBVAK ELEKTRONISCHE OPMAAKTECHNIEKEN 1ste leerjaar: 2 lestijden/week, 2de leerjaar: 3 lestijden/week 1
2
3
4
Hardware kan de computerapparatuur beschrijven en deelapparatuur onderscheiden. kan de computer- en randapparatuur bedienen.
1
Tekstopmaakprogramma kan eenvoudige teksten ingeven en deze veranderen. kan de verschillende functies van een tekstverwerkingsprogramma onderkennen. kan eenvoudige lay-outs maken in een tekstverwerking. kan teksten exporteren naar een opmaakprogramma.
2
Tekenprogramma kan met een tekenprogramma eenvoudige illustraties tekenen en bewerken. kan gemaakte illustraties importeren in een opmaakprogramma. kan ingescande illustraties natekenen.
3
Beeldbewerkingsprogramma kan o.m. logo's, zwart/wit en kleurbeelden scannen en bewerken. kan de verschillende functies toepassen om een foto kwalitatief te verbeteren. kan beelden exporteren naar verschillende opmaaksystemen.
4
Hardware • computerapparatuur volgens IBM-standaard en/of niet IBM-standaard: o computers o randapparatuur Tekstopmaakprogramma • tekstverwerking; • opmaken van teksten; • monteren en lay-out van teksten
Tekenprogramma • bewerken van eenvoudige illustraties • ingescande illustraties natekenen en bewerken • illustraties importeren in een opmaakpakket • monteren en lay-outen met de computer Beeldbewerkingsprogramma • een scanner bedienen en beelden digitaliseren volgens de juiste reprografische parameters die belangrijk zijn bij het drukken • beeldmanipulatie • kleurcorrectie • retoucheren van beelden
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
6
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: • scannen en bewerken van o.m. logo's, zwart/wit en kleurenbeelden • 5
6
Tekst- en beeldintegratie kan eenvoudige opmaken verwezenlijken naar bestaande voorbeelden, steeds rekening houdend met de typografische beginselen en de druktechnische vereisten van een drukwerk kan pagina's printen en belichten. kan impositie toepassen op gemaakte lay-outs.
5
Uitvoersystemen kan uitvoersystemen hanteren.
6
exporteren van beelden naar opmaakprogramma Tekst- en beeldintegratie
• opmaak • montage • scannen • hanteren van grafische bestanden • impositie op lay-out Uitvoersystemen • printers • belichters • computer-to-plate-systemen • proefafdruksystemen
7
Netwerken kan het gebruik van netwerken beschrijven.
7
Netwerken • netwerk als communicatiemiddel • elektronische post • uitbreiding: o digitaal publiceren o gebruik van multimedia o integratie van vorm, beeld en geluid
SUBVAK TECHNOLGIE 1ste leerjaar: 4 lestijden/week, 2de leerjaar: 4 lestijden/week 8
9
Technologische evolutie offset kan de evolutie van steendruk tot offsetdruk in grote lijnen beschrijven.
8
Onderdelen éénkleurpers 9 kan de onderdelen aanduiden en benoemen op een éénkleurpers en
Technologische evolutie offset • evolutie van steendruk naar offset • doel van offsetdruk Onderdelen éénkleurpers •
onderdelen
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
7
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: op een afbeelding. kan de werking, het onderhoud en de veiligheidsvoorschriften van een éénkleurpers beschrijven. 10
•
werking
•
onderhoud
•
veiligheidsvoorschriften
10 Onderdelen tweekleurenpers kan de onderdelen aanduiden en benoemen op een tweekleurenpers • en op een afbeelding. • kan de werking, het onderhoud en de veilligheidsvoorschriften van • een tweekleurenpers beschrijven. kan de verschillen tussen een éénkleurpers en een tweekleurenpers beschrijven. kan het dagelijks en groot onderhoud bespreken.
•
11
12
Het inktwerk kan de wijze waarop veilig en hygiënisch het inktwerk gewassen wordt omschrijven. kan het inktwerk afstellen. kan het dagelijks en groot onderhoud bespreken.
Het vochtwerk
11
12
Onderdelen tweekleurenpers onderdelen werking onderhoud: o cilinders en de smeringen o rubberdoek (dagelijks en groot) o vervangen van het rubberdoek en de onder vulling o drukafwikkeling verkrijgen van de juiste drukspanning en de juiste beeldlengte koelaggregaat: o werking van het apparaat o het aanmaken van het vochtmiddel o onderhoud van het aggregaat o vervangen filter o reinigen van apparaat en leidingen o veiligheidsvoorschriften Het inktwerk
•
wassen
•
afstellen benodigdheden, afstellingmaterialen, werkwijze
•
veiligheid en hygiëne
•
opslag wasproducten
•
onderhoud: o dagelijks producten, aandachtspunten o groot onderhoud producten, handelingen en aandachtspunten Het vochtwerk
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
8
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: kan het functioneren van het vochtwerk omschrijven. kan het dagelijks en groot onderhoud bespreken.
13
14
15
16
17
In- en uitlegapparatuur kan de soorten inleg- en uitlegapparatuur onderscheiden en de wijze van ermee omgaan formuleren. kan het onderhoud van blaas-, zuiginrichting en papiergrijpers bespreken.
•
soorten
•
vochtadditieven
•
dagelijks onderhoud
•
vervangen van vochtkous, overzicht van de materialen
•
afstellen van de vochtrollen, afstellingmateriaal en werkwijze
13
In- en uitlegapparatuur: •
inlegsystemen
•
onderdelen papierinleg
•
uitlegsystemen
•
onderdelen papieruitleg
•
onderhoud van blaas- en zuigrichting, papiergrijpers
Registersystemen 14 kan de soorten registersystemen omschrijven en de wijze van ermee • omgaan formuleren. • Het rubberdoek kan de eigenschappen en het veilig en hygiënisch onderhoud van de soorten rubberdoeken formuleren
15
Druktechnische moeilijkheden kan de verschillende druktechnische moeilijkheden onderkennen en oplossingen voor problemen aanreiken.
16
Meetinstrumenten kan meetinstrumenten gebruiken.
17
Registersystemen soorten registersystemen belang en aandachtspunten bij gebruik Het rubberdoek
•
fabricage
•
eigenschappen
•
soorten
•
onderhoud
•
de rubberdoek-hoogtemeter
•
de momentsleutel
•
veiligheid en hygiëne Druktechnische moeilijkheden
•
inktmoeilijkheden analyseren en oplossen via inzicht in het inkttraject Meetinstrumenten
•
de schuifmaat
•
de micrometer
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
9
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: • 18
19
20
21
De compressor kan de werking van een compressor uitleggen. kan de soorten compressoren in offsetpersen benoemen. kan olie- en luchtfilters vervangen. Meerkleurendrukwerk kan de kleurvolgorde bepalen in functie van de persen. kan het belang van de handelingen vanaf het monteren van de film tot en met de afwerking aantonen. kan het belang van de juiste drukafwikkeling onderkennen en voor specifieke moeilijkheden oplossingen formuleren. kan densitometrische waarden beoordelen en aanpassen. kan het nut van de standaardisatie doorheen het productieproces onderkennen.
De vierkleurenoffsetpers kan de verschillen tussen een tweekleurenpers en een vierkleurenpers beschrijven. kan industriële toepassingen van de vierkleurenpers aanreiken.
Automatisering een drukpers en randapparatuur
18
De compressor •
werking van de compressor
•
soorten compressoren op drukpersen
•
vervangen van olie
•
onderhoud luchtfilters
19
Meerkleurendrukwerk •
kleurvolgorde: o norm o praktijk
•
register
•
drukafwikkeling: o specifieke moeilijkheden: o.m. verlengen en verkorten van het drukbeeld o drukspanning
•
kwaliteitscontrole en standaardisatie: o visuele controle van effenheid en egaliteit o volvlakdensiteit o punttoename rasterdensiteit o inktaanname, trapping
20
21
het loepje
De vierkleurenoffsetpers •
beschrijven van de pers: o onderdelen o overnamemomenten o torenpers versus satelietpers
•
tweekleurenoffsetpers - Vierkleurenoffsetpers
•
industriële toepassingen Automatisering aan drukpers en randapparatuur
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
10
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: kan de bestudeerde automatisering van persen en randapparatuur omschrijven en hun toepassingen aangeven.
22
•
automatische sturing van persen: o register o inkt- en vochtgeving o papierdoorvoer o wasinrichtingen
•
plaatscanners
•
densitometrie
•
spectraalfotometrie
Andere druktechnieken 22 kan de verschillende bestudeerde andere druksystemen omschrijven • en hun mogelijke toepassingsgebieden aangeven.
Andere druktechnieken rotatiedruk: o cold- en heatset o vouwinrichting o toepassingen
•
diepdruk: o begripsomschrijving o vormvervaardiging o persen o toepassingen
•
zeefdruk: o begripsomschrijving o drukvormen o apparatuur o toepassingen
•
flexodruk: o begripsomschrijving o evolutie o flexodruk principe o de voor en nadelen van Flexodruk o toepassingen
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
11
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: •
23
24
25
Actuele ontwikkelingen in drukprocédés kan de actuele ontwikkeling naar een digitaal gestuurd drukproces omschrijven en beoordelen.
23
Veiligheid en hygiëne De veiligheidssymbolen in de werkplaats verklaren Maatregelen rond hygiëne en lawaaihinder omschrijven kan veilig omgaan met persen en randapparatuur. kan veiligheidsvoorschriften in alle omstandigheden respecteren en de werkplek veilig inrichten. kan de nodige hygiënische voorschriften bij het werken met producten nakomen.
24
De snijmachine beheerst de fundamentele handelingen om het afwerken van een drukwerk tot een goed einde te brengen. kent het instellen en regelen van druk op een persbalk. kan het snijmes vervangen en de regeling ervan instellen, rekening houdende met de veiligheidsvoorschriften. kan het onderhoud van snijtafel en snijmes bespreken. kan een snijschema, desgevallend geprogrammeerd, voor voor- en
25
waterloze offset: o begripsomschrijving o druktechnische aspecten o toepassingen Actuele ontwikkelingen in drukprocédés
•
digitalisering: o computer naar film o computer naar plaat o computer naar pers o computer naar papier
•
digitaal drukken: o droge toner o vloeibare toner o digitale offset Veiligheid en Hygiëne
•
Veiligheidssymbolen in de werkomgeving
•
Maatregelen rond hygiëne in de werkplaats en lawaaihinder
•
veilig omgaan met persen en randapparatuur veiligheidsvoorschriften in alle omstandigheden respecteren de werkplek veilig inrichten
•
de nodige hygiënische voorschriften bij het werken met producten nakomen De snijmachine
•
opstellen van snijschema
•
programmeren van snijschema
•
programmeermogelijkheden bij de hedendaagse snijmachine
•
vervangen van snijmes
•
vervangen van snijlat
•
het instellen van de snijdiepte en de haaksheid van het zadel
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
12
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: nasnijden opstellen.
26
27
28
De vouwmachine kan het instellen voor verschillende vouwwijzen bespreken: de functie ervan, de gebruikte materialen en de in- en afstellingswijzen. kan het vouwproces en het papiertransport beschrijven. kan het perforeren, rillen, biegen en snijden omschrijven kent de veiligheidsvoorschriften.
De nietmachine kan de nietdraad verwisselen en de draadgeleiders monteren bij het gebruik van verschillende draaddikten. kan de nietafstand afstellen en de lengte van het nietje regelen. kan het onderhoud van de nietmachine beschrijven. kan de veiligheidsvoorschriften beschrijven.
Papierbehandeling
•
instellen van de persdruk
•
beveiliging
•
onderhoud van snijtafel en snijmes
•
automatiseringen en randapparatuur bij hedendaagse snijmachines
26
De vouwmachine •
opstellen van vouwschema's
•
vouwproces bij: o tassenvouw o messenvouw
•
vouwwijzen: o kruis-, wikkel-, zig-zag-, parallelvouw;
•
papiertransport: o invoer systeem, transportbanden o stellen van de aanleggen o extra bewerkingen: perforeren, rillen, biegen, snijden
•
vouwproblemen
•
veiligheidsvoorschriften
27
28
De nietmachine •
monteren van nietdraad voor verschillende draaddikten
•
instelling van de nietafstand
•
regelen van de lengte van het nietje
•
nieten: o op zadel o op plat
•
storingen bij het nieten
•
onderhouden van nietmachine
•
veiligheidsvoorschriften Papierbehandeling
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
13
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: kan de wijzen van verzamelen, stapelen, binden en pakken beschrijven en beseft dat kwaliteitszorg daarbij belangrijk is.
29
30
Handboekbinden kan het handgebonden boek analyseren naar de verschillende aspecten van het boekbinden. kan de verschillende behandelingen, verbonden aan de diverse aspecten van het boekbinden, beschrijven en uitvoeren. kan de Franse en de Engelse bindwijzen beschrijven en onderling vergelijken.
Uitgaafbinden en brocheren kan de plaats van de verschillende machines in het productieproces duiden. kan de verschillende wijzen van snijden, vouwen, vergaren, nieten, naaien en garenloos binden omschrijven. kan “brocheren” omschrijven.
•
stapelen
•
snijden (cf. snijmachine)
•
verschillende vouwwijzen (cf. vouwmachine)
•
verzamelen
•
garenloos binden
•
verpakken
29
Handboekbinden •
in particuliere band ( half- of heel linnenband)
•
het naaien
•
schutbladen
•
het lijmen
•
het snijden, van het boekblok
•
het kapitalen
•
het snijden van de borden en valse rug
•
omtrekken van het linnen
•
inhangen van het boekblok in de kaft
•
de Franse bindwijze
•
de Engelse bindwijze
•
snijden, vouwen en nieten
•
de plaats van de verschillende machines in het productieproces
•
de leerstof van het eerste jaar vertalen
•
toevoegen: vouwen: gecombineerde vouw
•
vergaren: o de plaats van de machine in het productieproces o werking van de machine
•
het naaien: o plaats van de machine in het productieproces
30
Uitgaafbinden en brocheren
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
14
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: o
31
32
33
•
garenloos binden: o de plaats van de machine in het productieproces o werking van de machine o het “ Lumbeck-systeem"
•
brocheren
•
het drie-snijden
Drukwerkveredeling 31 kan de werkmethodes voor de verschillende • drukwerkveredelingtechnieken bepalen en opstellen in functie van de toepassing. kan de juiste instelling van de machine (hoogdruk en offset) met bijkomende onderdelen bepalen. • kan de specifieke producten, gebruikt bij de verschillende • drukveredelingen, omschrijven in functie van hun correcte toepassingen. •
weet wat integrale kwaliteitszorg (IKZ) is en hoe ernaar gestreefd wordt.
kent de beginselen van de milieuwetgeving - dit in functie van het drukkersbedrijf.
Werking van de machine
Drukwerkveredeling vernissen: o met vochtgeving o zonder vochtgeving o selectief lakken metaalinkten stansen
•
nummeren
•
rillen
•
blindpregen
•
metaalfoliedruk
•
vircotype
32
IKZ
•
standaardisatie
•
kwaliteitsnormen drukwerk
•
kwaliteitscontrole
•
communicatiemiddelen (orderfiche)
33
Milieuwetgeving
•
VLAREM
•
gevaarlijke producten
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
15
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: 34
weet welke de veiligheidsvoorschriften en de regels voor hygiëne bij het gebruik van drukapparatuur en -grondstoffen zijn.
34
Veiligheid en hygiëne
•
veiligheid op de werkvloer
•
persoonlijke veiligheidsmiddelen
•
signalisatie
•
ergonomie
•
brandpreventie
Vereisten voor calculatie kan het grafisch bedrijf van andere bedrijven onderscheiden. kan verklaren waarom "stukproductie op bestelling" zeer hoge eisen stelt aan de kostprijsberekening.
35
Vereisten voor calculatie
36
Het begrip kostprijsberekening kan het begrip “kostprijsberekening” omschrijven.
36
Het begrip kostprijsberekening
37
Kostenterreinen en -goepen kan de verschillende kostenterreinen en kostengroepen onderscheiden en ordenen.
37
Kostenterreinen en -groepen
SUBVAK CALCULATIE 1ste leerjaar: 1 lestijd/week, 2de leerjaar: 1 lestijd/week 35
38
39
Begroting en budgettering kan de noodzaak van de jaarlijkse kostenbegroting verklaren. kan de methode voor tussentijdse budgetcontrole aantonen.
38
loonkostelementen kan de loonkostelementen schematiseren. kan de begrippen brutoloon, nettoloon, sociale lasten omschrijven.
39
•
globale kostprijsberekening versus directe kostprijsberekening
•
vereisten: o doorzichtigheid o eenvoud o doelmatigheid
•
vaste kosten en variabele kosten
•
algemene en specifieke kosten
•
loonkosten en materialenkost
•
directe en indirecte kosten Begroting en budgettering
•
jaarlijkse kostenbegroting
•
jaarlijkse budgetopstelling Loonkostelementen
•
bruto uurloon
•
sociale loonlasten
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
16
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: kan de nationale loonschalen van de grafische industrie interpreteren. 40
Materieelkosten kan materieelkosten schematiseren. kan materieelkosten interpreteren in vaste, variabele, directe en indirecte kosten.
40
Grondstoffen kan de verschillende grondstoffen en hulpgrondstoffen onderscheiden. kan de verschillende magazijn- en aankoopkosten classificeren en hun percentage berekenen. kan de verstrekkingsprijs verklaren en berekenen.
41
42
Algemene en indirecte kosten kan de verschillende algemene of indirecte kosten onderscheiden. kan afleiden hoe deze kosten dienen te worden gerecupereerd.
42
43
Totale jaar- en uurkostprijzen kan, aan de hand van opgegeven lastencoëfficiënten, de totale jaaren uurkostprijs per machinepost berekenen voor een één- en meerploegenstelsel.
43
De drukorder kan het verloop van een drukorder door de verschillende productiefasen beschrijven.
44
Winst en winstmarge kan het begrip winst verklaren. kan de winstmarge in functie van de omzet bepalen.
45
BTW kan het begrip “belasting op de toegevoegde waarde” verklaren.
46
41
44
45
46
•
nationale loonschaal van de grafische industrie
•
verkoopbare uren Materieelkosten
•
vaste en variabele materieelkosten
•
directe en indirecte materieelkosten
•
vervangwaarde van een machine grondstoffen
•
vaste en variabele grondstoffenkosten
•
directe en indirecte grondstoffenkosten
Algemene en directe kosten
Totale jaar- en uurkostprijzen •
omrekenen van totale jaarkostprijzen van arbeid, grondstoffen en materieel naar een uurkostprijs
•
de drukorder beschrijven en analyseren
•
de ordermap of orderfiche opstellen
De drukorder
Winst en winstmarge •
bepalen van de winstmarge: o naargelang omzet o naargelang oplage o naargelang moeilijkheidsgraad o naargelang levertermijn BTW
•
BTW-tarieven in de grafische sector
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
17
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: •
kan verschillende BTW-percentages toepassen op facturatie. 47
48
49
De prijsofferte 47 kan met de opgedane kennis en met behulp van verstrekte gegevens • realistische prijsoffertes opstellen voor verschillende soorten drukwerken. Nacalculatie kan het principe van de nacalculatie verklaren. Aan de hand van praktijkvoorbeelden het verschil berekenen tussen de kosten vooropgesteld in het prijsbestek en de werkelijk gemaakte kosten.
48
Calculatiesoftware kan bestaande calculatiesoftware gebruiken.
49
berekenen van de BTW De prijsofferte het praktisch opstellen van prijsbestekken in de vorm van uitgewerkte oefeningen rond drukvoorbereiding, grondstoffenverbruik, drukken, afwerking en levering Nacalculatie
•
analyseren van inschiet en productiefouten
•
aanleggen van kostenoverzichten of kostenstaten
•
aanpassen van kostprijzen Calculatiesoftware
•
het gebruik van calculatiesoftware demonstreren en de leerlingen eventueel een eenvoudig rekenblad leren opstellen om zelf automatisch te calculeren
•
soorten compressoren: o de luchtpomp o schoepencompressor o turbocompressor o het drukvat
•
onderhoud van compressoren: o smering o reiniging van de luchtfilters o verplichte keuringen
•
veiligheid bij compressoren
o
Overbrengingsmechanismen soorten overbrengingsmechanismen:
SUBVAK TOEGEPASTE MECHANICA 1ste leerjaar: 1 lestijd/week, 2de leerjaar: 0 lestijden/week 50
51
Compressoren kan de verschillende types van compressoren die in de drukkerij gebruikt worden herkennen en hun functies verklaren. kan de compressoren in de drukkerij op een passende wijze onderhouden.
Overbrengingsmechanismen kan de verschillende gebruikte overbrengingsmechanismen
50
Compressoren
51
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week) Decr. nr.
18
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
De leerling: herkennen en hun gebruik in grafische machines verklaren. kan onderhoud van de overbrengingsmechanismen in grafische machines uitvoeren. o
o 52
53
Inkt- en vochtwerk kan de onderdelen van het inkt- en vochtwerk herkennen en begrijpt hun belang. kan inkt- en vochtrollen kunnen afstellen volgens de eisen die de fabrikant stelt in een handleiding. kan de materialen voor afstelling herkennen en ze kan ze gebruiken.
52
Drukafwikkeling kan de drukafwikkeling tussen de drukcilinders bepalen via drukproeven en metingen kan een handleiding gebruiken bij het bepalen of aanpassen van de drukafwikkeling
53
o o o o o
o tandwielen o kettingoverbrenging o riemoverbrenging onderhoud van overbrengingsmechanismen: o onderhoud van kettingen o onderhoud van tandwielen o onderhoud van riemoverbrengingen veiligheid bij het onderhouden van overbrengingsmechanismen Inkt- en vochtwerk types van rollen die gebruikt worden de afstelmaterialen de handleiding interpreteren inktwerk afstellen volgens de eisen in de machinehandleiding vochtwerk afstellen volgens de eisen van de machinehandleiding Drukafwikkeling
•
elementen van drukafwikkeling: o drukoverdracht o beeldmaat
•
berekening van de drukafwikkeling bij het vervangen van een rubberdoek (bepalen van de ondervulling)
•
de handleiding raadplegen bij het bepalen of aanpassen van de drukafwikkeling
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
19
PEDAGOGISCH-DIDACTISCHE WENKEN EN TIMING Een leerplan is geen handboek maar een leidraad. Algemene doelstellingen Zij vormen oriënteringspunten en geven algemene richtlijnen aan met betrekking tot het vormingsresultaat dat uiteindelijk moet worden nagestreefd. Leerplandoelstellingen De realisatie ervan kan door middel van een theoretische en/of praktische benadering bereikt worden. In de jaarplannen worden ze over de graad gespreid. Zij zijn een nadere differentiatie van de einddoelstellingen en vormen een schakel tussen de algemenere einddoelstelling en de concreet observeerbare lesdoelen. Indien alle leerplandoelen bereikt zijn kan de leerkracht uitbreidingsdoelstellingen toevoegen. Deze doelen kunnen de leerplandoelstellingen en/of bepaalde leerinhouden verder uitdiepen of gericht zijn naar de specifieke, gespecialiseerde uitrusting van de school. Leerinhouden Alle aspecten van het vakgebied komen er aan bod. Leerinhouden zijn een verduidelijking en aanvulling van leerplandoelstellingen en beschrijven er in feite de diepte en de breedte van. Lesdoelstellingen Ze zijn het uitgangspunt van lesopdrachten. Bij de opstelling van lesdoelstellingen gaat de leerkracht uit van de leerplandoelstellingen en de leerinhouden. In tegenstelling tot de leerplandoelstellingen worden de lesdoelstellingen in lesvoorbereiding (als inleiding) geformuleerd in een concreet observeerbaar gedrag. De keuze en de volgorde van de lesdoelstellingen en de daaraan gekoppelde leerinhouden, didactische middelen en opdrachten zijn niet bindend. Wel moet de moeilijkheidsgraad in de loop van de opleiding verhogen. Bij het bepalen van een lesonderwerp waarbij enerzijds een technisch en anderzijds een creatief en inzichtelijk doel betrokken is kan een keuze worden gemaakt uit een samenhang van verscheidene problemen (langs inductieve of deductieve weg). Lesvoorbereiding In de lesvoorbereiding drukt de leerkracht uit wat hij in een bepaalde les wil realiseren. Dat moet zeer concreet zijn zodat de leer- en vormingsprocessen (de didactische methode, de leerstof en de media) er goed op elkaar afgestemd kunnen worden. Didactische aanpak De lesgever tracht van zijn les een afgerond geheel te maken, opgebouwd rond lesfases (herhalen, sensibiliseren, probleemstelling, aanbreng van nieuwe kennis, evaluatie,...). Hij verliest daarbij nooit uit het oog dat het leer- en productieproces, eerder dan het product zelf, centraal staat. De leerkracht legt gedurende de begeleiding onder meer de nadruk op: de verantwoorde keuze van materiaal en materieel, een efficiënte werkorganisatie, geregelde zelfevaluatie, precisie, orde en veiligheid. Het is aangewezen de leerling geregeld te toetsen op zijn opgedane kennis en gemaakte vorderingen (dit volgens vooraf vastgelegde evaluatiecriteria). Theoretische sessies worden ingelast naargelang de behoeften van de leerlingen en bij voorkeur inspelend op de actualiteit en/of de specifieke inhouden van de gevolgde optie. Bezoeken aan diverse grafische bedrijven zijn een nuttige aanvulling van de theoretische en praktische lessen. Bij elke opdracht zorgt de leraar ervoor dat: de leerling kennismaakt maakt met iets nieuws, zowel op het vlak van de techniek, de inhoud als van de vorm = kennismaking; de leerling ertoe wordt aangezet om te onderzoeken, studeren, begrijpen en oefenen = studie; de leerling nieuwe middelen om zijn opdracht te realiseren ontdekt en toepast = toepassing.
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
20
Belangrijk is dat de opdrachten en bevragend karakter hebben. De leerstofafbakening is geen strak schema maar laat ruimte voor een dynamische en creatieve aanpak door de leraar. Administratie De tijd om dit leerplan te realiseren werd berekend op 25 lesweken. Hierin is ook ruimte voorzien voor de persoonlijke inbreng van de leerkracht inzake onderwerpen en accenten. In een jaarplanning geeft de leerkracht aan hoe hij de leerinhouden en opdrachten zal verdelen over de ervoor voorziene lestijden. Regelmatig gaat hij na of alle geplande inhouden binnen de voorziene tijd gerealiseerd worden en zet een paraaf voor gezien. Dergelijk jaarplan is geen strak keurslijf, eventuele tussentijdse correcties en aanpassingen blijven mogelijk. Zij worden toegevoegd aan het jaarplan. Eén kopij van alle jaarplannen is in het bezit van de verantwoordelijke technisch adviseur, één exemplaar is aanwezig in het leslokaal. De leerkracht houdt een agenda bij waarin de te behandelen opdrachten en inhouden per lesdag vermeld zijn. In een evaluatieschrift noteert hij naast de vorderingen van elke cursist de eventuele tekorten en remediëring ervoor. In een werkmap bewaart hij zijn cursussen, verwijzingen naar en/of voorbeelden van didactisch materiaal, een beschrijving en timing van de gegeven opdrachten en een tijdsindeling per vak. Bij betwistingen over beoordelingen of sanctionering kan de lesgever steeds een beroep doen op de administratieve documenten. Gecorrigeerde en besproken werken, de werkmap, examenkopijen, examenvragen en modelantwoorden bieden in dergelijk geval een extra steun. Overzicht van de basisdocumenten: eigen agenda en die van de leerlingen; eigen werkmap(pen) met cursussen, lesvoorbereiding, opdrachtbeschrijvingen, jaarplanning...; de gecorrigeerde taken en overhoringen; kopijen van examens en tussentijdse toetsen; vragen en de modelantwoorden; evaluatieschrift met vermelding van de gebruikte evaluatiecriteria; schriftelijke verwittigingen van de leerling; werkschriften, werkmappen, kaften of de documentatiemappen van de leerlingen; gerealiseerde werken, opdrachten, voorstudies ... contactafdrukken, foto’s, video’s, films, geluidsopnames... De agenda’s van de leerlingen worden ingevuld voor de dag dat de les moet gekend of het werk moet gemaakt zijn, niet op de dag dat de les gegeven werd. De leerkracht zal regelmatig en bij wijze van steekproef de werkmappen en de agenda’s van de leerlingen controleren. De leerling legt minstens één werkmap aan. In de leerlingenwerkmap vindt men o.m.: omschrijving van de opdracht(en) of thema(‘s) + uit te voeren taken; de leerinhoud, verklaring en beoordelingscriteria van de opdrachten; theoretische toelichtingen, incl. verklaring van woorden en/of begrippen en cursussen; documentatie en illustraties i.v.m. de opdrachten, eventueel specifieke bibliografie; schetsen, voorstudies, gebruikte bronnen en/of voorbeelden, een kopij van de bereikte resultaat; de beknopte verantwoording of legitimatie van eventueel onderzoek; de handelingsschema’s die opgesteld worden na elke praktische uitvoering of na elk experiment;... Dergelijke leerlingenwerkmap biedt o.m. de volgende voordelen: leerling en leerkracht kunnen op elk ogenblik nagaan welke opdrachten werden uitgevoerd;
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
21
leerlingen en leerkracht kunnen steeds nagaan hoe een werk uitgaande van een opdracht is geëvolueerd; de leerling heeft een verklarende lijst van vaktermen en -begrippen, beschrijvingen, illustraties, materieel en materiaal; de leerling kan tot een beter inzicht komen in eigen en andermans werk met behulp van de genoteerde analyse en besprekingen van uitgevoerde opdrachten. Het werkschrift blijft behouden gedurende de volledige opleiding. Aantekeningen dienen kort en bondig te zijn. Daar er voortdurend documenten van uiteenlopende aard aan het schrift worden toegevoegd is een ringmap aan te bevelen. Handboeken zijn, naast divers audiovisueel materiaal, hulpmiddelen die de realisatie van het leerplan ondersteunen. Het theoretische onderricht Theoretische lessen dienen zoveel mogelijk geïllustreerd te worden (reproducties, foto’s, dia’s, video’s, filmfragmenten...) of getoetst aan praktijkoefeningen (in het atelier). Vakgroepwerking De leerkrachten technische vakken en praktijkvakken coördineren intensief, zowel vertikaal (van het 1ste jaar, 2de graad naar het 2de jaar, 3de graad) als horizontaal (over de subvakken heen, binnen hetzelfde leerjaar). Teneinde de leerstof zinvol en zonder overlappingen aan te brengen is het noodzakelijk dat de diverse jaarplanningen op elkaar afgestemd worden. Vakoverschrijdend samenwerken en coördineren - ook met vakken buiten de specialisatie van de optie zoals bv. talen, wetenschappen... - is nodig om vakoverschrijdende doelen te realiseren. ICT Informatie en communicatietechnologie biedt een schat aan mogelijkheden. Nooit inzetten van het internet bij het verzamelen van documentatie en informatie is ondenkbaar. Recente ontwikkelingen binnen de grafische computertoepassingen, zowel hard- als software, volgen (eventueel via nascholingen) is een must.
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
22
MINIMALE MATERIËLE VEREISTEN Volgende opsomming is niet limitatief: • • • •
• • • • • • •
Hardware en Software voor: tekstverwerking, tekstopmaak, tekenprogramma, beeldprogramma, tekst- en beeldintegratie. Montagetafels. Camera en contactkast. Donkere kamer met uitrusting, bij voorkeur een hedendaagse scanner met een goed besturingsprogramma: o Lichttafels. o Ontwikkelmachine. o Zilverdiffusiesysteem. Densitometer. Apparatuur voor het belichten en ontwikkelen van offsetplaten. Eénkleuroffsetpers. Meerkleurenoffsetpers. Verschillende soorten papier en drukinkten. Tekentafels. Multimedia.
Audiovisuele middelen overheadprojector, episcoop of ander projectietoestel; naslagwerken (klasbibliotheek met vaktijdschriften). Algemene opmerkingen De behoeften zijn groot, de middelen doorgaans beperkt. Men hoeft niet te overdrijven maar beneden een bepaald uitrustingsniveau kan geen ernstig werk geleverd worden. Een weldoordacht en rationeel gebruik van de beschikbare financiële middelen dringt zich op. Dit leerplan kan een school niets opleggen betreffende de aanbesteding van de fondsen. Een aanvaardbare minimumuitrusting is echter noodzakelijk. Het strekt tot aanbeveling om de vakleraren via de vakwerkgroep advies te vragen aangaande het stellen van prioriteiten binnen het begrootte budget. Inzake veiligheid is de volgende wetgeving van toepassing: Codex ARAB AREI Vlarem. Deze wetgeving bevat de technische voorschriften die in acht moeten genomen worden m.b.t.: de uitrusting en inrichting van de lokalen; de aankoop en het gebruik van toestellen, materiaal en materieel. Zij schrijven voor dat: duidelijke Nederlandstalige handleidingen en een technisch dossier aanwezig moeten zijn; alle gebruikers de werkinstructies en onderhoudsvoorschriften dienen te kennen en correct kunnen toepassen; de collectieve veiligheidsvoorschriften nooit mogen gemanipuleerd worden; de persoonlijke beschermingsmiddelen aanwezig moeten zijn en gedragen worden, daar waar de wetgeving het vereist.
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
23
EVALUATIE De evaluatie geschiedt door middel van deelproeven en eindproeven (zie vigerende regelgeving). De eind- en leerplandoelstellingen zijn het uitgangspunt voor de evaluatie. In de tweede graad is de evaluatie tevens een middel om na te gaan of een eventuele beroepskeuze naar volgend jaar gemotiveerd en verantwoord is. Bij elke evaluatie houdt de leerkracht niet alleen rekening met de technische uitvoering waarop maar ook met de voorafgaande werkfasen en met de inbreng van persoonlijke creativiteit. Via evaluatie bepaalt de leraar in welke mate de concreet gestelde doelen bereikt zijn. Een positieve evaluatie gaat uit van hetgeen de leerling heeft bijgeleerd, niet van de tekorten. De evaluatie bestaat erin het werkproces van de leerling te toetsen aan de opdracht en omgekeerd. Voor permanente en objectieve evaluatie is het aangewezen te kunnen steunen op concrete evaluatiegegevens. Evaluatiecriteria die bij voorkeur opgesteld worden door de vakwerkgroep in samenspraak met de directie. Het strekt tot aanbeveling om via het agenda van de leerling de evaluatiecriteria aan de ouders mee te delen. Herhalingsbeurten kunnen aangevuld worden met korte schriftelijke overhoringen, praktijkopdrachten, mondelinge beurten, punten voor observatiegegevens, orde en/of medewerking. Hierbij is het nuttig om voortdurend aandacht te besteden aan zelfevaluatie van de leerlingen. Procesevaluatie kan best gebeuren aan de hand van het verloop van de praktijkopdrachten. Observatie van het affectieve gedrag van de leerling kan aanleiding geven tot aanpassing van een evaluatiecijfer. Door classificatie van evaluatievragen en/of- opdrachten volgens de taxonomie (kennen, kunnen en zijn) zal de leraar in staat zijn het doel van zijn evaluatie te bereiken. Voor praktijkopdrachten kan het examen vervangen worden door een beoordeling van een in een duidelijk afgebakende periode (examenperiode bvb.) gerealiseerd werk. De ideevorming, de onderzoeksen uitvoeringsfasen gedurende de realisatie van die opdrachten (het proces) zijn daarbij minstens even belangrijk als het gepresenteerde werk (het product). Theoretische leerinhouden (bv. technologie) worden geëvalueerd via schriftelijke proeven. Korte opdrachten en vragen die peilen naar inzicht krijgen daarbij de voorkeur. De evaluatiemomenten worden per school bepaald. Mogelijke evaluatiemomenten zijn: evaluatie van de dagelijkse inzet en het verwerken van de gegeven lessen: punten dagelijks werk (zinvol commentaar en volledige remediëring); evaluatie waar de punten voor langere periodes vermeld staan: examenpunten (vermelden van commentaar, remediëring en klasgemiddelden). De geïntegreerde proef (gip) De laatstejaars BSO, 3de graad leggen een geïntegreerde proef (gip) af. Gelieve de vigerende regelgeving te consulteren. De pedagogische begeleidingsdienst stelt bovendien een servicedocument ter beschikking met aanbevelingen betreffende het praktische verloop van dergelijke proef. Dat document kan bekomen worden via het internet of het secretariaat van de begeleidingsdienst van het Gemeenschapsonderwijs.
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
24
BIBLIOGRAFIE 1. Algemeen Inleiding in de Kleurenleer, zien, ordenen en reproduceren, GOC, Amsterdam, 1990, ISBN 90 6017 539 5 P. SLEUTEL, Grafisch werktekenen, basisboek voor conventioneel en elektronisch werktekenen, ISBN 90 2985 004 3 (werkboek te verkrijgen) PHh. WESTER, Licht en kleur voor de drukker, ISBN 90 2986 005 7 PH. WESTER, Werkplekorganisatie, ISBN 90 2984 022 6 T. BAZEN, Vormen van letters, een introductie (4 delen), ISBN 90 2984 010 2 BOEK, Over het maken van boeken, Uitgave Gaade. Lithografische Communicatie, (voorbereiden, reproduceren, opmaken), Lakerveld Den Haag, 1992 VAN LOGHUN, S., Handboek grafische communicatie, (1 deel, grafische automatisering), Kluwer VAN LOGHUN, S., Handboek grafische communicatie, (3 delen, praktisch omgaan met drukwerk), Kluwer Algemeen reglement voor de arbeidsbescherming, Commissariaat voor de bevordering van de arbeid De grafische technieken, Cantecleer Grafisch ontwerpen voor iedereen, Uitgave Gaade Het fenomeen kleur, Cantecleer Inleiding in de kleurenleer, (zien, ordenen, reproduceren), G.O.C., 1983 Kijk, Kwaliteit, (Kwaliteitszorg in de grafische industrie), bis - uitgave ,1990 Kleurtransformatie, (licht en kleur, voorbereiding en kleurendruk), G.O.C., 1990 Mm - Didot - Pica - Inch, (omrekeningstabellen voor de grafische bedrijfstak), Amsterdam, Stadsdrukkerij, 1980 Normen, Brussel, Licap, 1996 Ontwerpen van merken en logo's, Uitgave Gaade Presentatietechnieken voor de grafisch ontwerper, Uitgave Gaade Reizigers in drukkersland? Vereniging beroepsopleiding grafische industrie, Amsterdam, 1971 Tekst in beeld, (toepassingen vorm, kleur), Cantecleer 2. Drukvoorbereiding MICHAEL GRADIAS, Snelgids Photoshop, Easy Computing, Haarlem, vanaf 1998, ISBN 905167-243-8 MICHAEL GRADIAS, Snelgids Scannen, Easy Computing, Haarlem, 1998, ISBN 90-5167-245-4 HELMUT CLAUS, Scannen, perfecte afbeeldingen met desktopscanners, Addison Wesley, Amsterdam, 1998, ISBN 90-430-0115-5 Een inleiding tot Digitaal Scannen, Agfa Gevaert, Mortsel, 1994 Scannen en drukken, Kammermeier & Kammermeier, Adisson-Wesley, Amsterdam, 1996, ISBN 90-6789-396 X Print Publishing Guide, The essential resource for Print Publishing, Adobe, San Jose, 1998, ISBN 1-56830-468-4 TOM ROMBOUT & HENK TYBOSCH, Alles over Pagemaker, voor Windows en Macintosh, Adisson-Wesley, Amsterdam, vanaf 1994, ISBN 90 6789 412 5 MENNO MOOIJ, Computer-to-plate, degelijke technische bijlage bij de tijdschriften Graficus en Prepress, april 1997 MARC MOMBAERTS EN MISJEL VOSSEN, Goed voor druk, Academia Press, Gent, 1995, ISBN 90-382-0076-5
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
25
HANS SLEURINK, BOHN STAFLEN VAN LOGHUM, Prepress begrippengids, Houten/Zaventem, 1993, ISBN 90 313 1646 6 GEOFFREY ROGERS, Gids voor de redacteur, Gaade, Veendendaal, 1985, ISBN 90 6017 628 6 Basiskennis Reproductiefotografie, materialen, processen, apparatuur, GOC, Amsterdam, 1983, ISBN 90 6017 524 7 Van montage tot drukvorm, papiermontage, drukvormmontage en kopiëren, GOC, Amsterdam, 1990, ISBN 90 6017 526 3 STEEVE RIMMER, Werken met grafische bestanden, Addison-Wesley, Amsterdam, 1993, ISBN 90 6789 398 6 ADDISON, W., DTP in de praktijk + CD ROM, 1993 ADDISON, W., Scannen en drukken, 1993 ADDISON, W., Werken met grafische bestanden, 1993 BOHN STAFLEN VAN LOGHUM, Prepress, begrippengids, 1993 ADOBE photoshop, (Ontwerpgids, fotoretouche en beeldverwerking) Alles over Macintosh, Beek, Eindhoven Copyproof, AGFA, 1987 De ADOBE illustratorontwerpgids, Adobe België Het kleine MAC boek. Elektronische beeldverwerking, (voorbereiden, reproduceren, opmaken), G.O.C., 1988 Halftoon-, lijn- en rasterfotografie, G.O.C. Amsterdam Het grafisch productieproces, (voorbereiden, drukken, afwerken), G.O.C., 1984 Kleurreproductie in de grafische industrie, Instituut voor grafische techniek, 1972 Kopiëren I, (Negatief kopie), Leergang grafische bedrijven, Amsterdam, 1968 Kopiëren II, (Positief kopie, kopieermachines, proefdrukkerij), Leergang grafische bedrijven, Amsterdam, 1969 Leidraad voor de vervaardiging van nyloprint geschikte negatieven, Handboek, Et. Plantin Lijnfotografie, Leergang grafische bedrijven, Amsterdam, 1965 Negatiefretouche, kopieren, metaalretouche, leergangen grafische bedrijven, Amsterdam Reproductiefotografie, G.O.C. Gebruikershandboeken Pagemaker, Quark-X-press, Indesign, Photoshop, Freehand, Corel Draw en Illustrator, Adobe België Van montage tot drukvorm, (Paginamontage, drukvormmontage, kopieren), G.O.C., 1984 3. Drukken Meerkleuren offsetdrukken, kwaliteitsbeheersing, GOC, Amsterdam, 1998, ISBN 90 6017 525 5 Offsetdrukken, basistechnieken, GOC, Amsterdam Illustratiediepdruk, diepdruktechniek, machines, besturing, kwaliteit, GOC, Amsterdam, 1998, ISBN 90 6017 778 9 Drukwerkproductie en –begeleiding, David bann, GAADE, Veenedaal, 1985, ISBN 90 6017 629 4 VOORSCHOTEN, Werkzaamheden aan de offsetpers, deel 1, 2, 3, 4, VAM De zeefdruktechniek, (oorsprong, ontwikkeling, methode), Cantectleer Dit is gedrukt ... Maar hoe? Intergrafiareeks nr. 17 Flexodrukken, (substraten, bedrukkingsaspecten, procesbeheersing), G.O.C., 1987 Het drukken van streepjescode-symbolen, Instituut Grafische Technieken, Amsterdam, 1981 Illustratiedrukwerk, (machines, besturing, kwaliteit), G.O.C., 1987 Insluiten van drukvormen, Nieuw Leven, Den Haag Klein offsetdrukken deel A, drukvervaardiging, Uitgeverij VAM Klein offsetdrukken deel B, druktechniek, Uitgeverij VAM
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
26
Kwaliteitsbeheersing, Meerkleurenoffsetdrukken (voorwaarden voor kopie en druk), G.O.C. algrafische handboeken, 1985 Offsetdrukken, G.O.C. algrafische handboeken, 1988 Offsetdrukken, (meten, controleren, besturen), Uitgave I.G.T., Amsterdam Prenten maken in hoogdruk, (linosnede, houtsnede, houtgravure), Cantectleer Vaktheorie boekdrukken, G.O.C., Amsterdam Verpakkingsdiepdruk, (substraten, bedrukkingsapecten, procesbeheersing), G.O.C., 1989 4. Afwerking G.O.C., Algrafische handboeken, 1991 Binderlexicon, Uitgave belangengroep boekbinderij, Febelgra Boekbinden, (materialenkennis), Leergang voor het grafisch bedrijf, Amsterdam 1970 Boekbinden, papierverwerking, cartonnage, (Hand-, snee- en persvergulden) Stichting Graphilec, Mijldracht Brocheren en uitgaafbindingen, G.O.C., algrafische handboeken, 1991 Algemene nabewerking, bind- en afwerkingstechnieken, snijden, vouwen, geniet brocheren en vergaren, GOC, Amsterdam, 1991, ISBN 90 6017 953 6 5. Calculatie Boekbinden, Berekenen, Leergang grafische bedrijven, Amsterdam, 1970 Cijfers en normen, Leergang grafische bedrijven, Amsterdam Hoeveel letters, Stichting Graphilec, Mijdrecht Praktisch rekenen, Intergrafiareeks nr. 21 6. Papier PELS, C., Papier, Stichting Graphilec, Mijdrecht VAN MALDEREN, A., Papier maken kan wel Leren leven met papier, Intergrafiareeks nr. 22 Papier in geconditioneerde omgeving, Studiecentrum van het papier, Brussel Van alles over papier met opaciticteitsmeter, Intergrafiareeks nr. 20 Watermerken en papierstructuur, Intergrafiareeks nr. 23 Wat is dat voor papier?, Intergrafia Amsterdam, 1968 7. Drukinkten BLAUW, T.J.W., Kleurenleer en kleurendruk, Hoorn, Edecea JACOBS, H., Drukinkten, Antwerpen, Keesing Drukinkten, H.R.T.O., Brugge, 1982 Drukinkt, I.G.T., Amsterdam, 1971 8. Typografie Typografie, uitgangspunten, richtlijnen en techniek, GOC, Amsterdam, 1991, ISBN 90 6017 499 2 Het grafisch productieproces, GOC, Amsterdam, ISBN 90 6017 464 X Flexodrukken, GOC, Amsterdam, ISBN 90 6017 952 8 DOOIJES, D., Wegbereiders van de moderne boektypografie in Nederland MORISSEN, S., Grondbeginselen der typografie VAN KRIMPEN, J., Over het ontwerpen en bedenken van drukletters, Uitgave Buitenkant Algemene zettechniek, (apparatuur, techniek, kwaliteit), G.O.C., algrafische handboeken, 1992
BSO - 3de graad – Drukken en afwerken TV Grafische technieken (1ste leerjaar: 8 lestijden/week, 2de leerjaar 8 lestijden/week)
27
De toepassing van typografie in een ontwerp, Uitgave Gaade Grafische zakboek, Cantectleer 1995 Grafische zakboek, (hedendaagse grafische begrippen), Cantecleer 1988 Het ontwerpen van formulieren. Staatsdrukkerij 's Gravenhage, 1974 Kalenders, (een thema met vele variaties), Intergrafiareeks nr. 18 Over letters en schrift, Cantecleer Typo-foto, (elementaire typografie in Nederland 1920-1940), Veen, Reflex Typografie, (uitgangspunten, richtlijnen, technieken), G.O.C., algrarische handboeken, 1990 Typografie en kunst, Mijndrecht, Arbeidspers, 1949 Zet het zo !, Intergrafiareeks nr. 19 9. Informatica, Communicatie, Mulltimedia TER HAGEN EN STAM, Praktijkgids internet, 1995 VAN LOGHUN, Multimedia begrippengids, 1994 Handboek Macintosh, deel 2, 3, Tutein Nolthenius, 1995 Hedendaagse grafische begrippen, (Lexion van de meest gebruikte grafische begrippen), HiboCeevora, 1995 Het CD-ROM boek, Easy-computing, 1994 Internet compleet, (gebruikersgids), Bruna-informatica. Multimedia, CD-ROM, Agfa, 1995 Preflight software, Scriptie EGON, Gent, 1996 Technologie (leer-en werkboek) - Grafiboek, 1993 Verklarende woordenlijst kwaliteitszorg, Deventer, Kluwer, 1993 Woordenlijst voor informatica, (Frans-Nederlands, Nederlands-Frans), 1994 11. Werkmappen Praktijkopleidingsboeken, te verkrijgen over vrijwel elk technisch onderwerp inzake grafische technieken: zeer goed en praktisch, bestaat uit werkbladen, wel zeer duur (2800 BEF/stuk), uitgeverij Nijgh, Grafiboek, GOC, Veenedaal: Een greep uit de lijst: Tekstverwerken 902981005X Beeldverwerken 9029810068 Micromonteren 9029810084 Macromonteren 9029810092 Offsetvormvervaardigen 9029810106 Vellenpers eenkleur 9029810122 Vellenpers meerkleuren 9029810033 Snijden 9029810157 Vouwen 9029810165 Flexodrukken 9029810270 Diepdrukken 9029810246 Zeefdrukken 9029810300 ...