Schoolplan

Schoolplan 2012-2016

November 2012

1

Inhoudsopgave: Inleiding

3

1 Schoolbeschrijving 1.1 Statistische schoolgegevens 1.2 Visie missie kernwaarden Invitare 1.3 Visie missie kernwaarden van de school 1.4 Onze school

5 6 8 12

2 Onderwijskundig- en kwaliteitsbeleid 2.1 Opbrengstgericht werken 2.2 Voortgangsregistratie ontwikkeling van leerlingen 2.3 Invoering referentieniveaus 2.4 Beschrijving van de vakken 2.5 Sociaal emotionele ontwikkeling van leerlingen 2.6 Kwaliteitszorg 2.7 Werken met ontwikkelingsperspectieven 2.8 Tevredenheidonderzoek 2.9 Jaarplan

14 15 15 16 18 19 19 20 20

3 Personeelsbeleid 3.1 Invitare 3.2 Evenredige vertegenwoordiging van vrouwen 3.3 Inzet formatie 3.4 Personeelsgegevens 3.5 Deskundigheidsbevordering 3.6 Gesprekscyclus 3.7 Begeleiding van leerkrachten 3.8 Taakbeleid

21 21 21 22 22 23 23 23

4 Organisatie beleid 4.1 Bestuur en management 4.2 Organisatie van de zorg 4.3 Externe organisaties 4.4 Algemene beleidsvoornemens en plannen

25 26 27 27

5 Financieel beleid 5.1 Algemeen 5.2 Sponsorbeleid

29 29

Lijst met afkortingen

30

Vaststelling

31

2

Inleiding Doelen en functie van het plan Het schoolplan is een beleidsdocument waarin we aangeven welke doelen we in de genoemde periode van 4 jaar willen bereiken. Het onderwijskundig beleid, het personeelsbeleid, de kwaliteitszorg en ondersteunend beleid worden in samenhang in onze schoolontwikkeling beschreven. In dit schoolplan staan de keuzes beschreven die het team van OBS De Nienekes heeft gemaakt; hierdoor kunnen we kwaliteit blijven bieden en kunnen we op een verstandige en verantwoorde manier werken aan de verdere ontwikkeling van de school. Het plan is op de eerste plaats een levend document ten behoeve van de school zelf. Het is belangrijk dat wij als teamleden met elkaar in gesprek blijven over de vraag wat we willen verbeteren en hoe we elkaar daarbij kunnen ondersteunen. Om de kansen die het schoolplan biedt te kunnen benutten, is het namelijk belangrijk dat alle teamleden over het algemene beleid van de school willen meedenken. Om de school sterk te maken is alle denkkracht binnen de school nodig. Een kritische bezinning van de schoolleiding alleen is niet voldoende voor een slagvaardige school. De denkkracht, de ervaring en de inzet van het gehele team wordt gewenst. Door in gezamenlijkheid te werken aan schoolontwikkeling aan de hand van een gedragen gemeenschappelijke visie worden jaarplannen gevormd. Naar aanleiding van de jaarevaluaties wordt, als een roldocument, een nieuw jaarplan vastgesteld. Richting gevers hiervoor zijn terug te vinden in dit schoolplan. Natuurlijk is het schoolplan ook een wettelijk document waarin De Nienekes verantwoording aflegt ten behoeve van de leerlingen, de ouders, het bevoegd gezag en de inspectie. De manier waarop we ons onderwijs praktisch inrichten, staat beschreven in het jaarplan en/of de schoolgids. De medezeggenschapsraad van De Nienekes is op de hoogte van de totstandkoming van dit plan en heeft ermee ingestemd.

3

Totstandkoming Aan de hand van de jaarevaluaties van de afgelopen planperiode en het schoolplan 2007-2011 heeft het team, onder leiding van de directie, gewerkt aan de beeldvorming met betrekking tot richting gevers voor de komende planperiode. Vervolgens zijn de keuzes gemaakt en vastgesteld. Voor de volledigheid geven we hierbij aan welke bronnen gebruikt zijn: o Het schoolplan 2007-2011 o Het schoolplan 2011- 2015 o De jaarevaluaties 2009-2010, 2010-2011 en 2011-2012 o De rapporten van de inspectie (24-11-2010) o De resultaten van de leerling- ouder- en personeelstevredenheidspeilingen juli 2010 o Het zorgplan WSNS 2011-2012 o De opbrengsten van voorgaande schooljaren o De schoolgids van De Nienekes Verwijzingen naar documentenmappen In dit schoolplan verwijzen we naar onderstaande documenten die op school (op schrift in documentenmappen of op de portaal van ons netwerk Diagora) aanwezig zijn: o o o o o o o o o o o o o o o o o o

Gesprekscyclus Invitare Taakbeleid Invitare Mobiliteitsbeleid Invitare Arbobeleidsplan Invitare Bestuursformatieplan Invitare Strategisch beleidsplan Invitare Beleidsplan dagarrangementen Invitare Nascholingsplan Invitare Zorgplan Weer Samen Naar School Zorgplan OBS De Nienekes Schooltevredenheidspeilingen Jaarplannen en formats 2010-2011, 2011-2012, 2012-2013 ICT-beleidsplan Kwaliteitsbeleid Begeleiden nieuwe leerkrachten Aanmeldprocedure Vervangingsprotocol van leerkrachten Omgaan met verschillen

4

1 Schoolbeschrijving 1.1 Statische gegevens van de school Schoolgegevens: Brinnummer: Directie: Adres hoofdvestiging: Contact:

Bevoegd gezag: Adres bevoegd gezag: Contactpersoon: Contact bevoegd gezag:

OBS De Nienekes 09EZ Marijke van der Venne Helwigstraat 1a 5431 GH Cuijk 0485-313482 E-mailadres directie.nienekes@ stichting-invitare.nl Website www.nienekes.nl Stichting Openbaar Onderwijs Invitare Molenstraat 19 Postbus 174 5430 AD Cuijk E-mailadres [email protected] Website www.stichting-invitare.nl Administratienummer: 41443 Drs. J.T.J. Bouwhuis 0485-310263

5

1.2 Visie missie kernwaarden Invitare

De visie van Invitare

In 2017 bieden alle scholen van Invitare bovengemiddeld en zeker 25% van de scholen excellent (passend) onderwijs

In verbinding met de samenleving het beste uit kinderen halen.

Hoger Doel

Gewaagd doel

Waarom bestaan wij?

Waarheen gaan wij?

Kernwaarden

Kernkwaliteiten

Waar staan wij voor?

Waarin blinken wij uit?

Uitnodigend Kwaliteitsbewustheid Innovatieve en lerende organisatie Kansrijk en duurzaam leren

Dynamisch Samenwerken

6

Iedereen is welkom. Alle kinderen, waar verantwoord passend onderwijs aan kan worden geboden, mogen meedoen. Ons doel is in verbinding met de samenleving het beste uit kinderen halen. Invitare gaat actief om met verschillen tussen mensen en draagt bij aan integratie van kinderen en ouders. Op deze identiteit van Invitare zijn we trots en wordt gedragen door alle betrokkenen.

Normen en waarden en deze samen leren en uitdragen. In alle Invitarescholen wordt actief gewerkt aan “waardenvol” onderwijs. De aandacht voor waarden en normen is zichtbaar aanwezig in onze scholen. Daarbij wordt ruimte gegeven aan de verschillen tussen mensen. Nieuwsgierig zijn naar elkaar en de maatschappij om ons heen vinden we belangrijk.

Vernieuwend, veilig en vertrouwen. Invitare is een dynamische

lerende

organisatie die vernieuwingen oppakt als deze leiden tot hogere resultaten of meer aansprekend en aantrekkelijk onderwijs. Een veilige omgeving waar kinderen zich sociaal en emotioneel welbevinden daar komen kinderen tot leren. Vertrouwen over en weer is uitgangspunt.

Integrale benadering. De kernwaarden innovatief,

toekomst- en opbrengst-

gerichtheid maken een integraal deel uit van het beleid van Invitare, zowel bij onderwijskundig- als bij personeelsbeleid, huisvesting, lesmaterialen en ICT. Waar mogelijk samen met andere partners in integrale leer- en opvoedcentra.

Toekomstgericht en transparant. Duurzaam leren leren staat centraal binnen Invitare. De maatschappij verandert snel en we leggen nu de basis voor wat de kinderen en leerkrachten morgen moeten kennen en kunnen. Samen met ouders en omgeving werken aan de ontwikkeling van kinderen en daar in het openbaar en transparant verantwoording over afleggen.

Adaptief onderwijs en aandacht.

Elk kind is anders en vraagt daarom speciale

aandacht. Adaptief onderwijs en Handelingsgerichte procesdiagnostiek (HGPD) worden in Invitare scholen hiervoor structureel ingezet.

Resultaatgericht.

Resultaat- en opbrengstgericht werken zijn belangrijke pijlers.

Het meten en analyseren van resultaten en daarop inspelen zijn dagelijks werk voor de leerkrachten. Naast de cognitieve ontwikkeling zijn ook de opbrengsten op het gebied van vaardigheden, leren leren, competenties en sociaal emotionele ontwikkeling belangrijk.

Effectief en efficiënt. De beschikbare middelen worden effectief en efficiënt ingezet om met zo gering mogelijke kosten een zo hoog mogelijk resultaat te boeken. Onder het motto, alle middelen zowel personeel als materieel zo dicht mogelijk bij de kinderen in de klas en begeleiding. 7

1.3 Visie missie kernwaarden van de Nienekes

Kinderen vanuit betrokkenheid voldoende uitdagende leerinhouden aanbieden zodat we een brede basis leggen voor de toekomst.

Respectvolle omgang Veilige, rustige leeromgeving Competentiegevoel ondersteunende organisatie Interactief leren

Door het opnemen van kinderen met een specifieke onderwijsbehoefte wordt de kwaliteit van ons onderwijs verhoogd en de deskundigheid van de leerkrachten vergroot.

Hoger Doel

Gewaagd doel

Waarom bestaan wij?

Waarheen gaan wij?

Kernwaarden

Kernkwaliteiten

Waar staan wij voor?

Waarin blinken wij uit?

Modelling – directe instructiemodel Pedagogisch optimisme Voortdurende persoonlijke – en schoolontwikkeling

8

Onze visie op goed onderwijs Waarden en mensbeeld Elk kind dat naar school komt heeft zijn eigen sociale achtergrond en zijn eigen aangeboren talent. Beide zaken spelen een belangrijke rol in het succesvol zijn op onze school. Onbevooroordeeld, rekening houdend met de verschillen en met respect voor de verschillen in sociale achtergrond en in eigen talenten willen we de leerlingen ondersteunen. We hebben een optimistische instelling, we zetten in op een positief zelfbeeld van kinderen en hebben hoge verwachtingen ten aanzien van deze ontwikkelmogelijkheden. Wij stemmen onze invloed als leerkracht af op de behoefte van het kind, want we geloven dat de leerkracht ertoe doet. We zijn ervan overtuigd dat we werkelijk iets betekenen voor de leerlingen. Het gedrag en de professionaliteit van de leerkracht speelt een belangrijke rol in het ontwikkelingsproces van onze leerlingen. In ons handelen staat steeds het belang van het kind en de groep voorop. Wij willen op de eerste plaats de kinderen een veilig gevoel en een veilige plek geven op onze school. Door een goede sfeer en een optimaal sociaal klimaat te creëren hopen we dat kinderen zich thuis voelen en zichzelf positief kunnen ontplooien. We willen dicht bij de kinderen blijven en ‘er zijn’ voor de kinderen zowel in formele als in informele omstandigheden. Het hebben van goede contacten tussen leerlingen onderling, tussen leerlingen en leerkrachten alsmede contacten met ouders vormen een noodzakelijke voorwaarde voor een goede en veilige sfeer. Respectvol omgaan met elkaar behoort tot onze uitgangspunten. We verwachten dit van kinderen, ouders en leerkrachten. In gedrag en taalgebruik tonen we respect voor de kinderen, ouders en collega’s en we verwachten dit wederzijds. De leerkracht staat hierbij model en geeft het goede voorbeeld. Voor een veilige omgeving hanteren we afspraken en regels die we o.a. samen met de kinderen maken (klassenregels). De leerkrachten en leerlingen zorgen voor het naleven van de regels en afspraken. Kinderen die kwetsbaar zijn en die behoefte hebben aan extra ondersteuning, willen we die extra ondersteuning, voor zover onze mogelijkheden reiken, ook geven. Van alle leerlingen willen we het zelfvertrouwen en competentiegevoel ondersteunen. Vanuit een goed welbevinden en een veilige omgeving zullen de leerlingen het beste in staat zijn zich te ontwikkelen en het leerproces te volgen. We observeren het gedrag van het kind, en helpen daar waar nodig. Om de brede ontwikkeling van kinderen te bevorderen neemt de ontwikkeling van de sociale vaardigheid een belangrijke rol in. Op de Nienekes staat het kind 9

in zijn totaliteit centraal waarbij het welbevinden van het kind en de groep ook een zeer belangrijke plaats inneemt.

Pedagogisch klimaat en onderwijskundige inrichting Een goed contact vormt de basis van ons onderwijs. Sterke interactievaardigheden, zoals bijvoorbeeld uitleggen, begeleiden, structureren, van de leerkracht zijn zeer bepalend voor het onderwijssucces dat behaald kan worden. Ons handelen proberen we af te stemmen op initiatieven van kinderen en is er op gericht om hen tot zelfstandigheid te brengen. Om dit te bereiken speelt het gedrag van de leerkracht (modelling) een belangrijke rol. Het kind dient ruimte te krijgen tot zelfstandig werken en dient mogelijkheden te krijgen tot het maken van eigen keuzes. Door het kind verantwoordelijkheid te geven kan het ook verantwoordelijkheid nemen en dragen. In een ontspannen en uitdagende sfeer willen we met de kinderen werken. We willen de betrokkenheid van de leerlingen bij het leerproces zo groot mogelijk maken. Vanuit een goede betrokkenheid zullen de kinderen zich het beste ontwikkelen. Leren moet voor kinderen een vanzelfsprekendheid zijn, het leerplezier dient de motivatie voor leren te vormen. De kinderen dienen geloof en plezier in zichzelf krijgen en hiermee zelfvertrouwen op te bouwen, zodat ze een volgende stap in hun ontwikkeling en in het nemen van verantwoordelijkheid kunnen zetten waarbij de kinderen hun eigenheid mogen behouden. Dit willen we bereiken door voldoende uitdagende leerinhouden aan te bieden. Deze leerinhouden moeten de kinderen stimuleren tot nieuwsgierigheid en hen prikkelen om te onderzoeken en te ontdekken. De leerinhouden dienen zoveel mogelijk aan te sluiten bij de belevings- en ervaringswereld van het kind en aangeboden worden in een betekenisvolle context waarbij gebruik gemaakt wordt van verschillende werkvormen. Op deze manier willen we de leerling stimuleren tot zelfontdekkend leren. Ook de leermiddelen moeten uitdagend zijn en de leermotivatie van de leerlingen verhogen en ook voldoende mogelijkheden geven tot differentiatie. De methodes dienen te voldoen aan de kerndoelen. Vanuit bovengenoemde zijn we in de onderbouw gestart met het ontwikkelingsgericht werken. Daarbij gebruiken we het concept van de basisontwikkeling als leidraad en als houvast. Deze ontwikkeling in de onderbouw (basisontwikkeling) heeft gevolgen gehad voor de verdere leerjaren. Inmiddels zijn in de bovenbouw de coöperatieve werkvormen ingevoerd. Naast diverse samenwerkingsvaardigheden zijn individuele verantwoordelijkheid, een positieve wederzijdse afhankelijkheid, directe interactie alsmede evaluatie van het groepsproces belangrijke kenmerken. 10

De rol van de leerkracht is in het leerproces van begeleidende, ondersteunende en soms ook sturende aard. Om de rol als begeleider bij het leerproces te kunnen vervullen, dient de leerkracht te beschikken over goede vaardigheden op het gebied van interactie, instructie en klassenmanagement. De leerkracht dient verschillende instructievaardigheden en werkvormen te kunnen toepassen al naar gelang dat een situatie, groep of activiteit hierom vraagt. Van de leerkracht wordt verwacht dat hij zich op die terreinen blijft ontwikkelen zodat hij een goede ondersteuning kan geven bij het ontwikkelingsproces van de kinderen. Instrumenten die we hierbij in zetten zijn: teamscholing, klassenbezoeken, collegiale consultatie met gebruik van video. Binnen ons onderwijs willen we het proces van leren en het zich eigen maken van vaardigheden zwaarder laten wegen dan het eindproduct. Door een open en uitnodigende houding willen we de ouders betrekken bij het onderwijs aan hun kind. Een goede communicatie met de ouders over hun kind draagt bij aan deze betrokkenheid. De school zal hen bij het maken van keuzes met advies ondersteunen. De ouders zijn degene die een beslissing over hun kind kunnen en mogen nemen. De keuzes met betrekking tot de invulling en de organisatie van het onderwijs liggen bij de directie en het team. De mening van ouders vinden we hierin van belang en hun opmerkingen willen we dan ook gebruiken om ons voordeel mee te doen. Zorgverbreding De zorgverbreding blijft volop in ontwikkeling en neemt op onze school een belangrijke plaats in. Door middel van een degelijke zorgstructuur willen we vroegtijdig signaleren (aan de hand van observaties en/of toetsen) of er kinderen zijn die extra ondersteuning nodig hebben. Door een centrale registratie via het leerlingvolgsysteem volgen we de ontwikkeling van de kinderen op een systematische manier. We willen vooral werken aan preventieve zorgverbreding; door het handelen van de leerkracht af te stemmen op het individu en de groep proberen we problemen in de ontwikkeling te voorkomen. Concreet zien we dit terug in o.a. het directe instructiemodel en de instructietafel, verschillende werkvormen, ontwikkelingsgericht onderwijs. Het is de kunst om hoge verwachtingen van kinderen te hebben en hierbij de kinderen niet te onderschatten of te overschatten. Kinderen die hun grens bereikt hebben mogen we niet overvragen, kinderen die meer aankunnen dienen meer te ontvangen. De intern begeleider wordt vooral ingezet in het ondersteunen en coachen van de leerkracht om de deskundigheid van de individuele leerkracht te verhogen. Door verhoging van de persoonlijke deskundigheid zal de leerkracht er beter in slagen het kind te volgen en aan te sluiten bij zijn behoeftes. 11

Team en schoolontwikkeling Bij een goed teamfunctioneren staat een open communicatie voorop. Bij de schoolontwikkeling speelt het leren door (zelf)reflectie van iedere deelnemer een belangrijke rol. Het eigen handelen staat hierbij centraal. Een goede schoolontwikkeling kan alleen maar plaatsvinden als er sprake is van leerkrachtontwikkeling. Middels persoonlijke actieplannen, die we aan elkaar uitwisselen om op dezelfde lijn te denken en te werken, kan de leerkracht zijn eigen kernkwaliteiten uitbreiden. We leren van en met elkaar, daarom is in gesprek zijn over de ontwikkeling van belang. Een instrument dat we hierbij inzetten zijn video-opnames van leerkrachtgedrag. Daarnaast zijn alle inhoudelijke overlegmomenten belangrijk. De schoolontwikkeling dient planmatig te gebeuren in kleine stappen en in onderlinge samenhang. De visie van de school vormt hierin het uitgangspunt. In gezamenlijkheid wordt besloten tot het starten met scholings- en verandertrajecten. De trajecten worden zo duidelijk mogelijk opgesteld met daarbij ook de verwachte tijdsinvestering. Omdat de keuze in gezamenlijkheid genomen wordt is er sprake van een gezamenlijke verantwoording voor het traject, maar hierin heeft iedereen duidelijk ook zijn eigen verantwoordelijkheid. Elkaar aanspreken en bevragen op die verantwoordelijkheid maakt onderdeel uit van een goed teamfunctioneren. De rol van de directie in de schoolontwikkeling dient een aansturende en ondersteunende te zijn. De schoolleiding heeft een taak bij het volgen van de algemene goede gang van zaken. Middels functio-ontwikkelgesprekken volgt de directie de ontwikkeling van de leerkrachten (zie gesprekscyclus Invitare). Ze houdt oog op de noodzakelijke personele, materiële en organisatorische voorwaarden. Nadrukkelijk dient bij de schoolontwikkeling rekening gehouden te worden met de werkdruk op school. Met de visie en het vierjaren plan lukt het om de juiste prioriteiten te stellen en zo de werkdruk niet te hoog op te laten lopen. Een goede taakverdeling, planning, goede communicatie en informatie, verantwoordelijk geven en nemen, kan helpen de werkdruk binnen de perken te houden. Overigens zal ook elke leerkracht afzonderlijk zich met een bepaalde discipline actief moeten opstellen om relevante informatie te verwerven. Bij alle zaken die geregeld en beslissingen die genomen moeten worden, blijft het van belang goed na te denken over wie op welk moment bij het keuzeproces betrokken wordt. 1.4 Onze school De Nienekes is één van de drie openbare scholen in Cuijk. De school is als enige school gelegen in het centrum midden in een woonwijk. De meeste kinderen zijn afkomstig uit deze wijk ongeveer 40 kinderen komen uit een andere wijk of van buiten Cuijk. Vaak is een economische of sociale binding met Cuijk Centrum de reden dat de ouders voor De Nienekes gekozen hebben. 12

Het gebouw, daterend uit de jaren 50, heeft diverse verbouwingen ondergaan en straalt een vriendelijke, warme sfeer uit. Het schoolgebouw voldoet aan alle gestelde eisen qua veiligheid en gezondheid. Dit is terug te lezen in de risico-inventarisatie. Voor de inhoud van de meest recente inventarisatie (wordt jaarlijks aan de orde gesteld) verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”. De Nienekes kent een vrij homogene schoolbevolking. Op 01-10-2012 bezoeken 252 kinderen de school waarvan 7 met gewicht 0,3, 1 met gewicht 1.2 en het overige deel 244 zonder gewicht. Veel ouders van de kinderen hebben een middelbare of hogere beroepsopleiding gevolgd. De kinderen waren in 2012-2013 verdeeld over elf groepen, waarvan twee groepen 1-2, twee groepen 4, twee groepen 6 en twee groepen 8. Via een analyse van de huidige situatie zowel intern als extern, willen we de kwaliteiten en ontwikkelpunten distilleren om verdere strategieën voor de komende vier jaar uit te zetten. Sterke kanten gaan we borgen, op zwakheden worden veranderingstrajecten gezet. Daarnaast is het van belang reëel te blijven ten aanzien van kansen en bedreigingen van externe beïnvloedingen. We hebben namelijk niet overal invloed op. We blijven politieke, economische, sociale, technologische en landelijke ontwikkelingen goed volgen om tijdig te kunnen anticiperen. In de jaarplannen houden we rekening met deze factoren alsmede de analyses uit: o Evaluatie ontwikkelingstrajecten o Opbrengsten en nieuwe ontwikkelpunten kwaliteitsbeleid o Evaluatieverslagen planperiodes o Tevredenheidsonderzoeken leerlingen, personeel en ouders 2010 o Terugkoppeling MR

13

2 Onderwijskundig- en kwaliteitsbeleid 2.1 Opbrengstgericht werken Alle Invitarescholen nemen deel aan een project versterken opbrengstgericht werken door bestuur en management. Een grotere opbrengstgerichtheid moet zich gaan vertalen in hogere leeropbrengsten voor leerlingen. Opbrengstgericht werken zal zichtbaar zijn in:      

de resultaten van de leerlingen de primaire processen in de scholen de professionaliteit van schoolteams de kwaliteit van onderwijzen en leren sturingsmogelijkheden voor schoolleiding en college van bestuur gericht op de opbrengsten een transparant monitorsysteem voor optimaal intern en extern toezicht in het kader van zelfevaluatie

Alle Invitarescholen zijn daarnaast bezig met het bevorderen van handelingsgericht werken (HGW) en met het ontwikkelen van handelingsgerichte proces diagnostiek (HGPD). Hierbij worden voor kinderen met ernstige leerachterstanden ontwikkelingsperspectieven opgesteld. Deze ontwikkelingen zullen ook bijdragen om de kwaliteit van onderwijs en zorg nog verder te verbeteren waardoor er hogere leeropbrengsten bereikt kunnen worden. Bij opbrengstgericht werken gaan Invitarescholen uit van een aantal onderliggende aannames en principes. Al onze scholen, directeuren en leerkrachten zijn in staat om cyclisch te denken en handelen. Daarbij is eerst en vooral de ontwikkeling van de kinderen het belangrijkste uitgangspunt. We zijn in staat en bereid om die ontwikkeling in beeld te brengen en te staven aan de hand van toetsresultaten op zowel individueel als groepsniveau. We gaan ervan uit dat onze observaties, de toetsresultaten en de interpretatie van die verzamelde gegevens ons helpen om het dagelijks onderwijs aan kinderen te optimaliseren. Het is van belang dat onze leerkrachten alle verzamelde gegevens in de juiste context weten te plaatsen, om zo gericht aan te sluiten bij de behoeften van het kind. Opbrengstgericht werken en denken is een kernopdracht van alle Invitarescholen. Onze leraren geven doelgericht les en dragen zo bij aan het toekomstperspectief van de kinderen van nu. We kijken eerst en vooral naar het welbevinden (hoe maak je het?), de betrokkenheid (hoe doe je het?) en de competentie (wat levert het op?) van de kinderen. De deelnemende scholen willen op deze wijze van toegevoegde waarde zijn in de vooruitgang die kinderen maken in relatie tot hun achtergronden.

14

Het is mogelijk om op drie niveaus invloed uit te oefenen op de prestaties en ontwikkelingen van leerlingen te weten op leerling-niveau, leraar niveau en schoolniveau. De grootste invloed is mogelijk op leraar niveau. De leraar doet er dus enorm toe. Vernieuwingen en verbeteringen staan en vallen bij de betrokkenheid, bevlogenheid en deskundigheid van leerkrachten. Stichting Invitare zal ervoor waken dat het project bevorderen opbrengstgericht werken leidt tot een afrekencultuur of een onderwijscultuur waarin enkel nog geleerd wordt voor toetsen en testen. 2.2 Voortgangsregistratie ontwikkeling van leerlingen Van alle leerlingen houden Invitarescholen een voortgangsregistratie bij. Hiervoor gebruiken alle scholen het programma Cito LOVS. Deze wordt gebruikt voor het volgen van de resultaten: 1. Op individueel niveau: door de leerkracht, intern begeleider en remedial teacher. 2. Op groepsniveau: twee keer per jaar door de groepsleerkracht en intern begeleider. Ligt het lesprogramma op schema, zijn de resultaten van de groep volgens verwachting? 3. Op schoolniveau: Jaarlijks door de intern begeleider en directie. Hoe zijn de resultaten door de jaren heen, zijn de resultaten van de school volgens verwachting, wat vinden we ervan en wat zijn vervolgacties, hoe doen de uitgestroomde leerlingen het? De sociaal-emotionele ontwikkeling van kinderen worden gevolgd d.m.v. observaties en/of LVS screeningslijsten op dit gebied. 2.3 Invoering referentieniveaus Vanaf 1 augustus 2010 is een wet van kracht die de implementatie van de referentieniveaus voor rekenen en taal in het primair onderwijs beschrijft. Vanuit het bevorderen van opbrengstgericht werken door bestuur en management van alle Invitarescholen, ligt het voor de hand om met de referentieniveaus te gaan werken. Voor het hele onderwijs (van de basisschool tot het hoger onderwijs) is in de nieuwe wet vastgelegd wat leerlingen moeten kennen en kunnen als het gaat om Nederlandse taal en rekenen/wiskunde. Het gaat om basiskennis en –vaardigheden die voor alle leerlingen van belang zijn. Het doel van de invoering van een referentiekader voor deze basiskennis en –vaardigheden is een algemene niveauverhoging. Het aanleren van de basiskennis en –vaardigheden is een kerntaak van het onderwijs. Basiskennis en –vaardigheden kunnen leerlingen op verschillende niveaus beheersen. Voor taal zijn er in totaal vier niveaus beschreven en voor rekenen/wiskunde drie. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een fundamenteel niveau (F) en een streefniveau (S). Het niveau 2F heeft iedereen nodig om te kunne participeren in de maatschappij. Er zijn leerlingen die minder snel of sneller dan gemiddeld de leerstof beheersen. Al deze leerlingen willen we uitdagen. De ene groep door wat meer dan voorheen van ze te vragen om zo veel mogelijke een fundamenteel niveau te halen. De tweede groep door ze wat extra’s te bieden: een streefniveau. Bij taal betekent dit dat je 15

deze leerlingen de stof op een direct volgend fundamenteel niveau aanbiedt (bijvoorbeeld 2F=1S). Bij rekenen/wiskunde gaat het om een apart beschreven, abstracter, niveau. Voor    

taal zijn per niveau de volgende domeinen beschreven: Mondelinge taalvaardigheid Lezen Schrijven Begrippenlijst en taalverzorging

Voor    

rekenen gaat het om de volgende domeinen: Getallen Verhoudingen Meten en Meetkunde Verbanden

Het referentiekader moet zorgen voor efficiëntere en effectievere onderwijsprogramma’s. De programma’s van de verschillende schooltypen sluiten beter op elkaar aan waardoor herhalingen, of erger nog, hiaten, voorkomen worden. Er is duidelijk omschreven wat leerlingen moeten kennen en kunnen als het gaat om de basiskennis en –vaardigheden. We kunnen dus heel gericht gaan werken. 2.4 Beschrijving van de vakken Uitgangspunt van de inhoud van ons onderwijs zijn de kerndoelen. Op De Nienekes wordt gewerkt met methodes die richtinggevend zijn voor het aanbieden van onderwijsinhouden en voldoen aan de kerndoelen. De doelen zijn altijd gericht op de ontwikkeling van kennis, inzicht en vaardigheden. Naast de vakgerichte onderwijsdoelen besteden we ook aandacht aan attitudes en vaardigheden zoals werkhouding, het gebruik van diverse leerstrategieën, zelfbeeld, sociaal gedrag, actief burgerschap en multicultureel onderwijs. Deze attitudes en vaardigheden komen binnen alle vakken aan bod. Daarnaast besteden we, zoals eerder beschreven, veel aandacht aan het pedagogisch klimaat op school en in de klas. We maken kinderen voldoende bewust van de normen en waarden zoals die in onze Nederlandse samenleving gelden en we dagen de kinderen uit na te denken over hun rol als burger in de Nederlandse samenleving. De leerkrachten plannen het onderwijs en hanteren een weekrooster.

16

Hieronder volgt het overzicht van de gebruikte middelen.

Vak Nederlandse taal

Methode

Opmerkingen

Voorloper taal/lezen: Schatkist

Tussendoelen geletterdheid Schatkist met de muis

Aanvankelijk lezen: De Leessleutel

Computerprogramma: Letterpret

Voortgezet technisch lezen: Leesactiviteiten AVI-lezen

Computerprogramma: Flitsen / clusteren Leesinterventieprogramma

Lees- en luistervaardigheid en leesbeleving: Leesactiviteiten

Jaarlijkse deelname aan het leesproject “de rode draad” van de plaatselijke bibliotheek Voorleeskampioen activiteiten van de Stichting Lezen Schoolabonnementen bibliotheek

Taal: Taal Actief

Aanvulling: Taaltoppers

Begrijpend lezen: Tekstverwerken

Schrijven: Handschrift groep 1 t/m 5 Engelse taal

Just do it groep 7 en 8

Rekenen/wiskunde

Alles Telt groep 1 t/m 7 Talrijk groep 8

Oriëntatie op mens en samenleving

De grote reis groep 5 t/m 8

Aanvulling: Maatwerk Somplex Computerprogramma Hoofdwerk Aanvulling: Diverse leskisten en projecten (bijv. van plaatselijk museum, IVN, GGD) Schooltelevisie

Voorloper: Het jonge kind bieden we in samenhang en binnen de context van een thema onderwerpen aan die te maken hebben met de oriëntatie op de

17

Verkeer

mens en wereld. Wegwijs groep 1 t/m 8

Bronnenboeken Aanvulling: Oefeningen verkeersexamen Activiteiten in het kader van het Brabants Verkeersveiligheidlabel (BVL)

Bewegingsonderwijs Basislessen bewegingsonderwijs groep 1 t/m 8

Aanvulling: Schoolvoetbaltoernooi groepen 3 t/m 8, sportdag, zwemmen groep 5

Kunstzinnige oriëntatie

Tekenen/handvaardigheid: Moet je doen groep 1 t/m 8

We zijn aangesloten bij de werkgroep kunstzinnige vorming Land van Cuijk. Alle groepen krijgen jaarlijks een andere discipline (drama, dans, muiziek, beeldend, audio) aangeboden. Erfgoed a la Carte

Muziek/ drama: Moet je doen groep 1 t/m 8

Aanvulling: Diverse bronnen Weeksluitingen/vieringen

Wetenschap en techniek:

Diverse bronnen Atelierochtenden/middagen

Sociale vaardigheden

Posters “goed geregeld” Projecten Veilig internet

2.5 Sociale veiligheid Het is belangrijk dat kinderen zich veilig voelen op school. Een ondersteunend pedagogisch klimaat is hierin voorwaarde. We streven naar een klimaat in de groepen en binnen de school waarin respectvol met elkaar omgegaan wordt. Dit willen we bereiken door onderwerpen als veiligheid, omgaan met elkaar, rollen in een groep, aanpak van ruzies etc. structureel (aan de hand van de kapstokregels) in de groepen te bespreken. Op school zijn deze regels en afspraken met de kinderen en ouders gecommuniceerd. Maatregelen die de school neemt in dit kader zijn divers: -Omgangsregels en afspraken; op school en groepsniveau, rouwverwerking, informatieverstrekking aan gescheiden ouders. -Klachtenprocedure; twee schoolcontactpersonen, extern contactpersoon. -Systeem van zorg en begeleiding; leerlingvolgsysteem, zorgsysteem, verzuimregistratie. -Deelname aan gemeentelijk overleg; operatie JONG, buurtnetwerk, 18

Schoolmaatschappelijk werk, leerplichtambtenaar. -Maatregelen t.a.v. fysieke veiligheid; risico-inventarisatie, arbobeleidsplan en jaarlijks scholing van BHV-ers, ontruimingsplan, incidentenregistratie, onderhoudsplannen en contracten. -Ouder-, leerling- en personeelstevredenheidsonderzoeken (vierjaarlijks). 2.6 Kwaliteitszorg Een hoge kwaliteit van het door ons geboden onderwijs staat centraal voor Invitare en alle scholen (zie 1.2 Visie van Invitare). Binnen Invitare werken de scholen intensief samen om de kwaliteit hoog te houden en waar mogelijk nog te verhogen. De inspectie voor het onderwijs houdt toezicht op de kwaliteit van het onderwijs. Door de veranderende wijze van toezicht komt de verantwoordelijkheid voor de kwaliteit en het toezicht daarop steeds meer bij de Stichting Invitare en de scholen te liggen. Om het beste onderwijs te bieden wat mogelijk is moet de school zelf goed inzicht hebben in de kwaliteit die wordt geboden en op welke wijze deze nog beter kan. Kwaliteitszorg kan gedefinieerd worden als het systematisch zicht houden op en verbeteren van kwaliteit. Binnen Invitare gebeurt dit via de PDSA-beleidscyclus (plan-do-study- act). Op Stichtingsniveau worden liggen algemene kwaliteitsvoornemens vast in het Strategisch plan van de Stichting. Op schoolniveau stuurt de schoolleiding personele, financiële, pedagogische en onderwijskundige doelen aan. Diverse instrumenten zoals het Cito LOVS voor de leervorderingen brengen de resultaten in kaart op de diverse terreinen. De resultaten en uitkomsten worden regelmatig geanalyseerd en in teamverband besproken. Dit leidt tot duurzame borging, verbetering of vernieuwing. 2.7 Werken met ontwikkelingsperspectieven In een ontwikkelingsperspectief(OPP) wordt het te verwachten/na te streven eindniveau van de leerling beschreven. Dit wordt opgesteld voor leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften:  Met een indicatie voor SO (of SBO) (dit zijn dus de leerlingen met een ‘rugzakje’, LGF).  Met een verwachte uitstroom naar praktijk- of voortgezet speciaal onderwijs.  Met cognitieve of sociaal-emotionele belemmeringen op één of meerdere vakgebieden (rekenen, technisch of begrijpend lezen). Tot deze groep behoren vooral leerlingen die naar verwachting zullen uitstromen naar het LWOO. De inspectie voor onderwijs controleert of voor alle leerlingen die ten hoogste het eindniveau van groep 7 halen (op een of meerdere (vak)gebieden) een OPP gesteld is. Dit zijn:  

leerlingen met een leerrendement <83% leerlingen die op termijn naar het leerwegondersteunend onderwijs (LWOO), het voortgezet speciaal onderwijs (VSO) dan wel het praktijkonderwijs (PRO) zullen gaan. 19

2.8 Tevredenheidsonderzoek Eenmaal per 4 jaar vindt er een schoolbreed tevredenheidspeiling plaats onder leerlingen, ouders en personeel. Dit onderzoek geschiedt door een extern bureau voor praktijkgericht onderzoek. De plus- en aandachtspunten worden met het team besproken en in een presentatie naar ouders teruggekoppeld. De aandachtspunten worden meegenomen in de jaarevaluatie t.b.v. ontwikkelpunten nieuwe schooljaar. Voor de inhoud van de rapportages verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”. 2.9 Jaarplan Elk jaar vindt er een evaluatie plaats m.b.t. de opbrengsten en de evaluatie van de voornemens. De hieruit voortvloeiende conclusies, bevindingen en opbrengsten vormen uitgangspunten voor nieuw te plannen ontwikkelpunten. Ook de financiele gegevens worden hierin besproken. Voor de inhoud van het meest recente verslag verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”.

20

3 Personeelsbeleid 3.1 Invitare De zorg voor personeel is cruciaal voor de kwaliteit van het onderwijs. Invitare wil goed voor haar mensen zorgen. In een integraal personeelsbeleidsplan is invulling gegeven aan deze zorg voor het personeel. Integraal personeelsbeleid betekent voor Invitare het regelmatig en systematisch afstemmen van de inzet, kennis en bekwaamheden van de medewerkers op de inhoudelijke en organisatorische doelen van de school en de stichting. Deze afstemming houdt rekening met de strategische positie van de school en de onderwijsvisie van de school en de stichting. Hierbij wordt professioneel gebruik gemaakt van een samenhangend geheel van instrumenten voor personeelsbeheer en –zorg: (arbeidsvoorwaarden, (gespreks-)procedures en administratie) en middelen die gericht zijn op de scholing en verdere ontwikkeling van individuele medewerkers. Als uitgangspunt voor haar personeelsbeleid volgt de Stichting de CAO Primair Onderwijs. Het integraal personeelsbeleid is vormgegeven door het opstellen van diverse documenten. - Sociaal Statuut - Mobiliteitsplan - Taakbeleidsplan - Gesprekscyclus - Scholingsbeleid - Arbobeleidsplan - Tertiaire arbeidsvoorwaarden Voor de inhoud van de bovenstaande documenten verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”. 3.2 Evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding De Stichting Openbaar Onderwijs Invitare heeft een document ‘Evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding’ opgesteld. Hierin staat genoemd op welke wijze men het aantal vrouwen in de schoolleiding wil doen toenemen. Momenteel bestaat de leiding van de negen scholen uit 4 mannelijke en 5 vrouwelijke directeuren ondersteund door 1 mannelijke en 2 vrouwelijke adjunctdirecteuren. Percentage vrouwen in de schoolleiding is daarmee 60%. Voor de inhoud van het document ‘Evenredige vertegenwoordiging in de schoolleiding’ verwijzen we naar de documenten map “schoolplan”. 3.3 Inzet van formatie Als vuistregel voor de besteding van het formatiebudget geldt: o De besteding geschiedt met in acht neming van het perspectief op behoud van werkgelegenheid van het personeel dat, anders dan wegens vervanging of ten behoeve van het verrichten van tijdelijke werkzaamheden, is benoemd.

21

o

o o

o

Bij de -

Extra inkomsten voor formatie die door de rijksoverheid zijn verstrekt voor een specifiek doel worden in eerste aanleg aangewend ter realisatie van dat doel en staan ter beschikking van de school. Bij afwijking draagt het bevoegd gezag zorg voor een motivering daarvan. Elke school moet goed georganiseerd zijn. Voor de organisatie is de directeur primair verantwoordelijk. Om zijn taak goed te kunnen uitoefenen is het noodzakelijk dat de directeur (schoolleiding) beschikt over voldoende ambulante tijd. Gelet op de huidige ontwikkelingen in het onderwijs is het noodzakelijk, zowel voor de leerlingenzorg (IB) als voor ICT voldoende tijd te reserveren, om deze onderdelen de aandacht te geven die ze nodig hebben. toedeling van formatie wordt verder gekeken naar: Het aantal leerlingen dat bij aanvang van het schooljaar daadwerkelijk op school verwacht wordt. Ontwikkeling leerlingenaantal op langere termijn. De mogelijkheden van groepsverdeling op de school. Extra inzet van formatie op basis van beleid en financiële mogelijkheden

3.4 Personeelsgegevens De Nienekes 01-08-2012 Aantal Deeltijd m

Directie

1

1

Leerkrachten

17

11

Onderwijsonderst. personeel

2

2

Extern(IBN)

3

3

v 203040- 50- 56- 6129jr. 39jr. 49jr. 55jr. 60jr. 65jr. 1

4 13

1 2

4

3

2

1

2

4

3

1

2

1

1

1

3.5 Deskundigheidsbevordering Zowel het integraal personeelsbeleid Invitare als het kwaliteitsbeleid zijn gericht op het regelmatig afstemmen van de inzet, de kennis en de vaardigheden van de medewerkers op de inhoudelijke en organisatorische doelen van de organisatie. Deskundigheidsbevordering op De Nienekes gaat uit van leren met en van elkaar en is gericht op ontwikkeling, zowel op individueel- als op schoolniveau. Met de school als lerende organisatie als uitgangspunt heeft de deskundigheidsbevordering de volgende kenmerken: o

Samen leren; jaarlijks stellen we scholingstrajecten op voor het team of deelteam. 22

o o

o

De dialoog als sleutelvaardigheid; leren is gekoppeld aan denken, delen, uitwisselen, consultatieve begeleiding, leerling- en zorgbesprekingen. Autonomie in combinatie met samenwerken en betrokkenheid is essentieel om te leren; talenten benutten en inzetten. In overleg en passend bij de schoolontwikkeling en het integraal personeelsbeleid van Invitare zijn individuele scholings- en ontwikkelingstrajecten mogelijk. Reflectieve feedback op eigen handelen. Zonder terugkoppeling wordt er niet geleerd: PAP en intervisie, jaarevaluatie.

Voor de inhoud van het document ‘Nascholingsbeleid’ verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”. 3.6 Gesprekscyclus Binnen de stichting is een cyclus van gesprekken afgesproken en deze zijn bedoeld voor alle medewerkers, werkzaam binnen de stichting. In een cyclus van 4 jaar vinden functio-ontwikkel- en waarderingsgesprekken plaats. Daarnaast worden competentielijsten door de medewerkers ingevuld en 360° feedback door collega’s en directie uitgevoerd. Binnen de functio-ontwikkelgesprekken worden PAP’s en/of POP’s aan de orde gesteld. Voor de inhoud van de gesprekscyclus verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”. 3.7 Begeleiding van leerkrachten De algemene begeleiding is beschreven bij de gesprekscyclus. Met nieuwe leerkrachten wordt een begeleidingstraject afgesproken. Bij aanvang is er wekelijks contact met de directeur (organisatie, klassenmanagement) of de intern begeleider (coaching, onderwijskundig concept). Afhankelijk van de persoon en zijn begeleidingsbehoefte wordt de ondersteuning afgebouwd en gaat de leerkracht meedraaien in de gesprekscyclus. Voor de inhoud van het begeleiden nieuwe leerkracht verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”. 3.8 Taakbeleid Binnen de stichting is in het schooljaar 2006-2007 een start gemaakt met het taakbeleid. Dit beleid is er met name op gericht medewerkers inzicht te geven in de invulling van lestaken, lesgebonden taken, schooltaken en deskundigheidsbevordering en komt voort uit de zorg voor het personeel. De stichting wil met het voeren van het taakbeleid de volgende doelen realiseren: o

o

Het realiseren van een goed werkklimaat voor de werknemers waarbij er evenwicht is tussen wensen en doelen van de organisatie en wensen en mogelijkheden van het personeel. Het door middel van optimaal taakbeleid verwezenlijken van het onderwijskundig beleid. 23

Het via taakbeleid in combinatie met competentiemanagement benutten en vergroten van aanwezige kwaliteiten. Naast deze doelen zal het taakbeleid van De Nienekes met name ook gericht zijn op bewustwording van medewerkers realiseren op het gebied van taakinvulling en taakbelasting. o

Voor de inhoud van het begeleiden nieuwe leerkracht verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”.

24

4 Organisatie beleid 4.1 Bestuur en management Management structuur Invitare Invitare heeft een bovenschools management bestaande uit voorzitter College van Bestuur en een directeur stafbureau. De directeuren van de scholen zijn integraal schoolleider en verantwoordelijk voor de beleidsontwikkeling en uitvoering van de taken op schoolniveau. Zij adviseren en assisteren de voorzitter bij beleidsontwikkeling op stichtingsniveau. Uitgangspunt voor Invitare is een effectieve en efficiënte organisatie opdat de middelen optimaal besteed worden voor de ontplooiing van de leerlingen. Voor een meer uitgebreide beschrijving van de missie en de visie van Invitare verwijzen we naar het document ‘Strategische beleidsplan 2011-2015’ Organisatiestructuur van de school De Nienekes is een middelgrote school en het team bestaat uit een directeur, 1 intern begeleider, 17 leerkrachten, 1 onderwijsassistent, een administratief medewerker en een onderwijsondersteunende kracht vanuit het IBN gedetacheerd. De interne communicatie op school bevat verschillende overlegbijeenkomsten bestaande uit teamvergaderingen voor de algemene schoolonderwerpen, teamwerkvergaderingen (meestal bouwspecifiek) voor praktische en werkinhoudelijke onderwerpen en werkgroepvergaderingen. In de werkgroepvergaderingen worden veranderingsonderwerpen uitgewerkt. Voor een veranderingsonderwerp wordt een eerstverantwoordelijke aangesteld, die zorg draagt voor het opstellen van een format, het initiëren van vergaderingen en het coördineren van de voortgang van het proces. Voor het format verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”. Daarnaast kennen we het zorgoverleg, de inhoudelijke teamvergaderingen (plenaire bijeenkomsten) en scholingsbijeenkomsten. Wat betreft de externe communicatie stellen alle teamleden zich op als ambassadeur van de school, waarbij de directeur de formele contacten met gemeente, zorginstellingen, inspectie en andere externe partijen onderhoudt. De ouders worden schriftelijk geïnformeerd via de schoolgids, de kalender, de maandelijkse info, de website. Gedurende het schooljaar zijn er verschillende contactmomenten voor ouders over de voortgang van hun kind, de groepsorganisatie en de schoolorganisatie. Ouders denken, adviseren en beslissen mee via de contacten met de Medezeggenschapsraad en de Ouderraad . Medezeggenschap Voor het stimuleren en bewaken van de kwaliteit van het onderwijs en het rekening kunnen houden met de wensen van ouders en personeelsleden is 25

medezeggenschap van groot belang. Elke school heeft een medezeggenschapsraad (MR) waarin ouders en personeel zijn vertegenwoordigd. Beleidsvoorstellen die voor alle of een meerderheid van de scholen van Invitare gelden worden besproken in een gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). De taken en bevoegdheden van de MR en GMR zijn vastgelegd in een medezeggenschapsstatuut en reglementen voor de MR en GMR. Ouders en personeelsleden worden van harte uitgenodigd zich kandidaat te stellen. Klachtenregeling Een school is een omgeving waar mensen intensief met elkaar omgaan. Botsingen en meningsverschillen komen dan ook voor en worden op de Nienekes in onderling overleg uitgesproken. Het kan voorkomen dat klachten niet met de betrokken partijen te bespreken zijn. Het betreft dan vaak klachten waarbij sprake is van machtsmisbruik of seksuele intimidatie. De school kent twee interne contactpersonen. Zij zijn er voor de eerste opvang van klachten maar behandelen de klacht zelf niet. Zij verwijzen naar een externe vertrouwenspersoon (GIMD). Verder is de school aangesloten bij LKC (Landelijke Klachtencommissie voor het openbaar en algemeen toegankelijk onderwijs). 4.2 Organisatie van de zorg. We willen tegemoet komen aan de basisbehoefte en het niveau van alle kinderen waarvan verwacht mag worden dat zij de kerndoelen kunnen halen. Tijdens het intakegesprek met ouders van 4-jarigen worden vragen gesteld over de ontwikkeling van het kind op alle gebieden. De groepsleerkracht is eerst verantwoordelijke binnen de zorg voor de leerlingen en de voortgang van de ontwikkeling van de kinderen. Ons systeem voor leerlingenzorg helpt hen daarbij. Hierin zijn vier niveaus van zorg opgenomen, conform de niveaus van zorg van WSNS. Het leerlingvolgsysteem op onze school volgt de ontwikkeling van alle kinderen. Het is een continu systeem van signaleren, analyseren, remediëren en evalueren. Binnen het integrale systeem van leerlingenzorg zijn de intern begeleiders de spil. Zij bewaken en coördineren de voortgang en voeren systematisch gesprekken met leerkrachten zoals de groepsbesprekingen en de leerlingbesprekingen. We staan open voor het begeleiden van kinderen met speciale onderwijsbehoeften uitgaande van de mogelijkheid dit organisatorisch, pedagogisch en didactisch te organiseren binnen onze school. We hebben de laatste jaren regelmatig ervaring opgedaan in de begeleiding van kinderen met een leerlinggebonden financiering. Naast de positieve resultaten die deze begeleiding opleverde voor de kinderen, kunnen we stellen dat de expertise van de leerkrachten in het werken met kinderen met speciale onderwijsbehoeften is toegenomen. Alle documenten, activiteiten, protocollen (o.a. dyslexieprotocol) en overlegstructuren, alsmede de opvolging hiervan maken deel uit van het zorgbeleid. Hiervoor verwijzen we naar de documentenmap “schoolplan”.

26

4.3 Externe organisaties Spring Kinderopvang verzorgt vanaf 1 augustus 2007 de tussenschoolse opvang op onze school. De Nienekes wil nauw samenwerken met deze partner en ziet hierin een kans om zich te profileren naar buiten toe. Daarnaast maken de meeste ouders ook gebruik van Spring t.b.v. de voor- en naschoolse opvang. Dit vindt plaats op een locatie op loopafstand van de school (zie verder ook beleidsplan Dagarrangementen Invitare). 4.4 Algemene beleidsvoornemen en plannen Vanuit de strategische doelen en de beschrijving van de diverse beleidsterreinen wordt binnen de Stichting Invitare een meerjarenplan opgesteld. In dit plan zijn de veranderingsonderwerpen opgenomen. De concrete uitwerking wordt jaarlijks opgenomen in het jaarplan. Het inplannen van activiteiten en het stellen van doelen geeft richting en rust binnen de organisatie. We willen een flexibele houding aannemen t.a.v. nieuwe zaken die zich aandien, maar deze altijd bekijken vanuit onze opdracht en de in dit plan uitgezette koers. In gezamenlijkheid willen we werken aan datgene waar we voor staan: het verzorgen van kwalitatief goed onderwijs! Meerjarenplan – de koers van De Nienekes – 2012-2016 Onze ervaring met het vorig schoolplan is positief. Het vaststellen van doelen en inplannen van activiteiten geeft rust en richting. We hebben echter ook gemerkt dat het onmogelijk is om alles vast in te plannen. We hebben als school te maken met invloeden van buitenaf die niet altijd te voorzien zijn. De school kan dan onder druk komen staan en we zullen per schooljaar keuzes moeten maken en accenten moeten leggen. De verantwoording hierover wordt vastgelegd in de jaarevaluaties. We willen vooruit zien en vooruit denken en tijdig anticiperen op nieuwe ontwikkelingen maar we gaan ook koers houden en in samenhang de door ons gestelde doelen realiseren. Het schoolplan zal hierdoor een voortschrijdend karakter krijgen. Naast de hierna genoemde beleidsontwikkelingen hebben “continueren en borgen” eveneens een hoge prioriteit. We willen de tijd en de ruimte nemen om regelmatig bij processen stil te staan, een koers bij te stellen wanneer dit nodig is en te borgen wanneer we tevreden zijn. Onderwijskundig 2012-2013  De implementatie (stapsgewijs) van de rekenmethode ‘Alles telt’ in groep 7; borgen van afspraken in de groepen 1 t/m 6. Meerwaarde gebruik computerprogramma vaststellen.  Onderzoek naar sociaal-emotioneel leerlingvolgsysteem en implementatie (incl. rapportaanpassingen). Voortgang in 2013-2014 i.v.m. eventuele overgang naar Parnassys  Borgen van het leesonderwijs en handelen naar actieplannen inzake leesstrategieën (begrijpend lezen) en woordenschat. 27

 Gedifferentieerd werken(het omgaan met verschillen): continueren van het directe instructiemodel en stapsgewijs het beleid ten aanzien van (hoog)begaafdheid borgen.  Werken met het protocol dyslexie in alle groepen en het borgen ervan.  ICT-beleid continueren (werken met dotcom, hardware in goed werkende staat houden, doelen per groep en software blijvend actualiseren, leerkrachtvaardigheden vergroten = koppelen aan 21e eeuws vaardigheden).  Groepsplannen optimaliseren (onderwijsbehoeften kind, evaluaties) en indien gewenst koppelen aan consultatieve leerlingbesprekingen  Oriëntatie op van een nieuwe methode aanvankelijk lezen = nieuw!  Doorgaande lijn in techniekbeleid (uitvoeren, evalueren, optimaliseren).  Cito LOVS borgen en leerkrachtvaardigheden vergroten t.a.v. van analyseren en stappenplannen. Volgen:  Resultaatgericht werken aan de leerdoelen rekenen en lezen (referentieniveaus) → doorgaande lijn!  Opzetten orthoteek; uitbreiden schoolbibliotheek tbv leerlingen met een specifieke hulpvraag (passend onderwijs)

     

2013-2014 e.v. Borgen en uitdiepen bovenstaande trajecten Implementatie van de rekenmethode ‘Alles telt’ in groep 8 Implementatie van de nieuwe methode aanvankelijk lezen Implementatie sociaal-emotioneel volgsysteem ICT-beleid continueren (zie 2012-2013 + leerkrachtvaardigheden vergroten = koppelen aan 21e eeuws vaardigheden). Oriëntatie op en implementatie van wereldoriëntatie (methode)/JEELO

Zorg en begeleiding  Uitgebreidere aanmeldingsprocedure implementeren (intakegesprekken a.h.v. ingevuld aanmeldingsformulier) tbv vroegsignalering (met aandacht voor info van voorschoolse educatie of opvang)  De organisatie van de zorg continueren: begeleidingsdoelen, doelen t.a.v. zorgprofiel, protocollen en structuur, veiligheid = concretiseren en koppelen aan doelen passend onderwijs  PAP en intervisie continueren  Mogelijkheden voor klassenconsultatie creëren middels hulpvraag en/of op beleidsafspraken gesprekscyclus Bestuur en management Algemeen: Intensievere terugkoppeling vanuit directieraad (en/of CvB of RvT) naar team teneinde de afstand te verkleinen  Beleid de veilige school continueren  Houden van tevredenheidspeilingen onder leerlingen, personeel en ouders  Opstellen schoolplan 2012-2016 e.v.  PR en communicatie borgen 28

 21e eeuws-vaardigheden (ICT); hoe bereiden we kinderen voor op hun toekomst → concretiseren; deskundigheidsbevordering leerkrachten op gebied van ICT; materiele voorzieningen up to date en in orde! Personeel  Personeelsbeleid (continueren gesprekscyclus, aandacht voor leeftijdsbewust personeelsbeleid)  Deskundigheidsbevordering individueel  Teamontwikkeling en deskundigheidsbevordering  Specialisme vergroting (bijv. rekenspecialist en/of bouwcoordinatoren) en koppelen aan taakbeleid Middelen en voorzieningen  Financieel beleid (opstellen van jaarbegrotingen, onderhouden van meer jareninvesteringsplannen, zorg voor financiële verantwoording, exploitatie schoolgebouw) → team informeren a.h.v. concrete plannen Kwaliteitsbeleid  Kwaliteitsbeleid continueren aan de hand van jaarevaluaties en jaarplannen  Traject NSA door directeuren continueren (visitaties) → team informeren

29

5 Financieel beleid 5.1 Algemeen Elke school vormt binnen de stichting een financiële eenheid. Dit betekent dat de rijksvergoedingen schoolgebonden blijven evenals de bestemmingsbedragen, reserves en voorzieningen. Elke school werkt op basis van een eigen begroting en legt verantwoording af in de jaarrekening. De directeur bewaakt de financiën mede aan de hand van een financieel managementinformatiesysteem. Indien er sprake is van een aantoonbare meerwaarde zal in overleg met het directieberaad de keuze gemaakt worden om financiële zaken bovenschools te organiseren. Dit is het geval als de middelen bovenschools effectiever en/of efficiënter ingezet kunnen worden. Met name ook bij het opvangen van financiële risico’s voor een individuele school kan er sprake zijn van een meerwaarde bij de inzet van middelen bovenschools. Motto van het financieel beleid is dat de middelen zoveel mogelijk moeten worden ingezet in de klas en de begeleiding van de leerlingen. De kosten van de organisatie worden zo beperkt mogelijk gehouden. 5.2 Sponsorbeleid Het onderwijs aan de school wordt volledig bekostigd door het Rijk. Via sponsoring kan een school soms aanvullende middelen verwerven om extra dingen te kunnen doen. Invitare wil mogelijkheden die er zijn, benutten. Om eventuele ongewenste effecten van sponsoring te voorkomen hebben vijftien organisaties, waarin de besturenorganisaties en VNG zijn vertegenwoordigd, in 1997 een convenant ondertekend dat handelt over sponsoring in het primair en voortgezet onderwijs. Invitare onderschrijft dit convenant en beschouwt het als bijlage bij dit schoolplan. De drie belangrijkste uitgangspunten van het convenant zijn: o Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige doelstellingen van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en fatsoen. o Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen o Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. Het primair onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad heeft instemmingsrecht op beslissingen van het bevoegd gezag over sponsoring.

30

Lijst met afkortingen AVI Analyse van individualiseringsvormen BHV Bedrijfshulpverlening BVL Brabants verkeersveiligheidslabel CAO Collectieve arbeidsovereenkomst F-niveau Fundamenteel niveau GGD Gemeenschappelijke gezondheidsdienst GIMD Gemeenschappelijk instituut voor maatschappelijke dienstverlening GMR Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad HGPD Handelingsgerichte proces diagnostiek HGW Handelingsgericht werken IB Intern begeleider IBN ICT Informatie- en communicatietechnologie IVN Instituut voor natuureducatie en duurzaamheid LGF Leerling-gebonden financiering LKC Landelijke klachtencommissie LOVS Leerling onderwijs volgsysteem LVS Leerling volgsysteem LWOO Leerwegondersteunend onderwijs MR Medezeggenschapsraad NSA Nederlandse schoolleiders academie OBS Openbare basisschool OGW Opbrengstgericht werken OPP Ontwikkelingsperspectief PAP Persoonlijk actieplan PDSA Plan-do-study-act POP Persoonlijk ontwikkelingsplan PRO Praktijkonderwijs S-niveau Streef-niveau SBO Speciaal basisonderwijs SO Speciaal onderwijs VNG Vereniging van Nederlandse gemeenten VSO Voortgezet speciaal onderwijs WSNS Weer samen naar school

31

Vaststelling

Het schoolplan is vastgesteld in de vergadering van het schoolteam, november 2012

Marijke van der Venne, directeur

______________________

Het schoolplan is vastgesteld in de vergadering van de MR van de school, november 2012

Andy Visscher, voorzitter

______________________

Het schoolplan is vastgesteld door het College van Bestuur, Invitare Stichting Openbaar Onderwijs, november 2012

Drs. Hans Bouwhuis, College van Bestuur

______________________

32