Schoolplan 2014-2018
1
Inhoud INTRODUCTIE ...................................................................................................................................................... 3 1.
De Openbare Scholengemeenschap Hengelo ................................................................................................. 4 1.1
Wettelijk kader OSG ............................................................................................................................. 4
1.2
Bevoegd gezag....................................................................................................................................... 4
1.3 Schoolleiding ................................................................................................................................................ 4 2.
De Identiteit van de School ............................................................................................................................ 5 2.1 Levensbeschouwelijke visie .......................................................................................................................... 5
3.
4.
2.1
Didactische en pedagogische visie ........................................................................................................ 5
2.2
Onderwijskundige visie ......................................................................................................................... 5
2.3
Visie op kwaliteit ................................................................................................................................... 5
2.4
Visie op leerling ondersteuning ............................................................................................................. 6
2.5
Visie op maatschappelijke betrokkenheid ............................................................................................. 6
Heden en verleden van het Bataafs Lyceum .................................................................................................. 7 3.1
Geschiedenis .......................................................................................................................................... 7
3.2
Huidige situatie ...................................................................................................................................... 7
Onderwijskundig beleid ................................................................................................................................10 4.1
Bevorderen van excellentie en ambitie .................................................................................................10
4.2
Masterclass ...........................................................................................................................................10
4.3
Breed aanbod van activiteiten tijdens en naast de reguliere lessen .......................................................10
4.4
Modules ................................................................................................................................................11
4.5
Peer Assisted Learning (PAL) ..............................................................................................................11
4.6
Havisten Competent .............................................................................................................................11
4.7
Olympiadeschool ..................................................................................................................................12
4.8
Kernvakken en rekenen ........................................................................................................................12
4.9
Leerlingvolgsysteem .............................................................................................................................12
5.
Kwaliteitsbeleid .............................................................................................................................................13
6.
Leerlingondersteuning ...................................................................................................................................14
7.
Personeelsbeleid ............................................................................................................................................15
8.
7.1
Ons specifieke docentprofiel ................................................................................................................15
7.2
Gesprekscyclus en Persoonlijk Ontwikkeling Plan ..............................................................................16
Sponsorgelden ...............................................................................................................................................17
2
INTRODUCTIE Het schoolplan is een beleidsdocument dat om de vier jaar wordt opgesteld en jaarlijks wordt bijgesteld. Er wordt verwezen naar wat de school is en wat ze wil worden. Daartoe werden beleidsvoornemens geformuleerd die in de komende periode volgens een bepaald tijdschema zullen worden uitgevoerd. De school engageert zich dus om in de komende jaren de opgenomen voornemens naar behoren uit te voeren en na vier jaar een algemene evaluatie uit te voeren. Deze evaluatie zal de basis zijn voor de opstelling van het volgende schoolplan. Zo kan de school een continue verbetering van haar diensten waarborgen. Het Bataafs Lyceum streeft naar een cultuur die te karakteriseren is aan de hand van drie hoofdpunten: Een uitdagende leercultuur, waarin we leerlingen in de gelegenheid stellen zich op hun niveau optimaal te ontwikkelen. We streven naar een schoolcultuur waarin goede prestaties op een positieve manier in de belangstelling staan. We treden leerlingen tegemoet met een grondhouding die zich laat omschrijven als “faciliterend en vol vertrouwen”. Een cultuur van opbrengstgericht werken, gericht op optimalisatie van de leerresultaten van alle leerlingen, waarin een cruciale rol is weggelegd voor de docent In de afgelopen jaren zijn er veel veranderingen doorgevoerd op het Bataafs Lyceum. Te beoordelen aan het aantal inschrijvingen van brugklassers hebben deze wijzigingen een positief effect op de aantrekkingskracht van de school. Het is essentieel om de ingezette veranderingen te consolideren en deel uit te laten maken van de vaste structuur van het Bataafs Lyceum. Tegelijkertijd volgen wij nieuwe ontwikkelingen in het onderwijs op de voet en integreren we die onderdelen in onze werkwijze die passen bij onze schoolcultuur.
Management Team Bataafs Lyceum
3
1. De Openbare Scholengemeenschap Hengelo 1.1 Wettelijk kader OSG OSG Hengelo is een organisatie voor openbaar onderwijs. Het openbaar onderwijs is een publieke voorziening die voor iedereen open staat. De algemene toegankelijkheid is wettelijk gegarandeerd. Tevens bepaalt de wet dat het openbaar onderwijs aandacht besteedt aan de pluriformiteit van godsdienstige, levensbeschouwelijke en maatschappelijke waarden. De gemeente heeft de grondwettelijke verplichting om zorg te dragen voor voldoende aanbod van openbaar onderwijs. De gemeente Hengelo heeft, in het geval van de OSG, een stichting in het leven geroepen die de statutaire taak heeft om openbaar onderwijs aan te bieden. De gemeente houdt toezicht op de stichting om daarmee te garanderen dat de stichting daadwerkelijke onderwijs verzorgt. Dat verklaart de speciale rol die de gemeente speelt ten aanzien van de “Stichting OSG Hengelo”. De OSG valt onder de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Deze wet stelt eisen aan de inhoud van het onderwijs en regelt de bekostiging. Daarnaast zijn andere specifieke wetten van toepassing, zoals de Wet medezeggenschap scholen. Naast de specifieke op het onderwijs gericht wetten bevat ook de algemene wetgeving regels die op het onderwijs van toepassing zijn. 1.2 Bevoegd gezag Binnen de OSG is er een institutionele scheiding aangebracht tussen de bestuurlijke en de toezichthoudende functie. De bestuurlijke functie ligt bij de directeur bestuurder. De Raad van Toezicht fungeert als toezichthouder op de directeur bestuurder en de algemene gang van zaken van de OSG Hengelo. De medezeggenschap is op 2 niveaus georganiseerd. De gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) en de deelraden op de vestigingen (VMR). 1.3 Schoolleiding De OSG heeft een bestuursbureau waarin de algemene zaken van de school geregeld worden op het gebied van algemene zaken, personeel, huisvesting, financiën, ICT en strategisch beleid. De OSG heeft 4 onafhankelijke vestigingen, waarvan het Bataafs Lyceum deel uitmaakt. De directeur bestuurder, de directeur bestuursbureau en de directeuren van de scholen hebben afspraken met elkaar gemaakt over interne organisatorische bevoegdheden en het management statuut.
4
2. De Identiteit van de School 2.1 Levensbeschouwelijke visie Het Bataafs Lyceum is een openbare school. Op het Bataafs Lyceum is ieder kind welkom, met aandacht en ruimte voor levensbeschouwing en geloof. Het Bataafs Lyceum stimuleert de intellectuele, culturele en persoonlijke ontwikkeling van leerlingen. 2.1 Didactische en pedagogische visie Het Bataafs Lyceum is een school waar leerlingen serieus worden genomen; wij zijn faciliterend en vol vertrouwen. De leerlingen op het Bataafs Lyceum worden gezien als partners van docenten en overig personeel. Samen geven we vorm aan de school en aan het onderwijs. In alle voor hen relevante commissies op school hebben een of meerdere leerlingen zitting. Leerlingen zijn geen nummer. Hun persoonlijke ontwikkeling wordt serieus genomen. We hanteren als school een high-trust policy: leerlingen krijgen veel ruimte en gelegenheid tot zelfstandigheid en het nemen van verantwoordelijkheid binnen school. 2.2 Onderwijskundige visie Het Bataafs Lyceum is een school voor uitdagend en ambitieus onderwijs. De school streeft naar kwalitatief hoogstaand onderwijs voor elke leerling. We noemen dat maatwerk op niveau. We streven naar een goede notering in de kwaliteitsindex van de inspectie. Speerpunten zijn onze Masterclass (voor meerbegaafde leerlingen), Gymnasium en HaCo programma (Havisten Competent, waarin aandacht wordt besteed aan vaardigheden noodzakelijk voor het HBO). Daarnaast kenmerkt de school zich door bijzondere aandacht voor de bètavakken, het vak filosofie en de mogelijkheid voor alle moderne vreemde talen internationaal erkende taalcertificaten te behalen. Wij hanteren onderwijsconcepten die hun waarde hebben bewezen, maar zijn ook bewust actief bezig met onderwijsvernieuwing. Onze leerlingen hebben recht op goede docenten die worden getoetst aan ons schoolprofiel. Al onze leerlingen worden uitgedaagd zich ergens extra voor in te spannen, om het beste uit zichzelf te halen. Zo zijn er elk jaar bijzondere projecten en nemen groepjes leerlingen ambitieus deel aan diverse wedstrijden, debattoernooien en olympiades. In de bovenbouw wordt de keuze van een 2e keuzevak gestimuleerd en een 3e keuzevak waar mogelijk gefaciliteerd. Er is daarnaast veel aandacht voor uitdagingen, ook buiten het reguliere lesprogramma. Goede prestaties worden beloond, bijvoorbeeld na het behalen van het diploma door een lidmaatschap van de Socrates International Honour Society. 2.3 Visie op kwaliteit Natuurlijk is het onze ambitie om een hoge notering in de diverse kwaliteitsindexen te realiseren. Dit is echter geen opzichzelfstaand doel. Het streven naar een optimaal onderwijsrendement dient in samenhang met onze bredere visie op onderwijskwaliteit te zijn. De tevredenheid van leerlingen en ouders is een belangrijke graadmeter voor onze kwaliteit. We peilen die tevredenheid geregeld en gebruiken deze informatie om inhoud te geven aan kwaliteitsverbetering. Docenten, OOP en management hebben ook een faciliterende houding naar elkaar. Ook hier wordt de wederzijdse tevredenheid regelmatig gepeild en worden de uitkomsten benut voor kwaliteitsverbetering. Om onze ambities te kunnen verwezenlijken is het belangrijk om het onderwijsproces en de behaalde onderwijsresultaten continu kritisch te volgen. 5
2.4 Visie op leerling ondersteuning Ontwikkelen van capaciteiten van alle leerlingen, is ons motto. Onze visie wordt in uitvoering gebracht door altijd te kijken naar de mogelijkheden van de leerling. We werken nadrukkelijk aan een pedagogisch klimaat waarin leerlingen op hun kwaliteiten worden aangesproken en waarin leerlingen worden gestimuleerd zelf mee te denken over het best bij hen passend onderwijs. We streven naar een klimaat waarin leerlingen in verbinding zijn met medeleerlingen en leerkrachten. Er wordt maatwerk geleverd door indien nodig een onderwijsarrangement samen te stellen voor een individuele leerling. Onderwijs op maat maakt het mogelijk in te spelen op verschillen tussen leerlingen en ze de aandacht en het onderwijs te geven dat hen toekomt. Snel lerende leerlingen hebben andere impulsen nodig dan langzamer lerende leerlingen. De school houdt hier zoveel mogelijk rekening mee. De school kan hulp inroepen wanneer leerlingen ondersteuning nodig hebben die zij zelf niet kan bieden. Dit kan bij andere scholen zijn, maar ook bij andere instellingen zoals psychologen, schoolarts of maatschappelijk werk. 2.5 Visie op maatschappelijke betrokkenheid Veel elementen van actief burgerschap en sociale integratie maken al deel uit van schoolvakken. Daarbij kan worden gedacht aan vakken als maatschappijleer, geschiedenis, filosofie of aardrijkskunde. Waarden en normen komen uiteraard aan de orde in de lessen, maar vooral ook in de dagelijkse omgang tussen leerkrachten en leerlingen en leerlingen onderling. Ook naast de reguliere lessen krijgen actief burgerschap en sociale integratie ruim de aandacht. Het Bataafs Lyceum participeert in debatwedstrijden, is elk jaar vertegenwoordigd in het Model European Parliament, en organiseert excursies naar bijvoorbeeld de Tweede Kamer in Den Haag. Een belangrijk deel van burgerschap en sociale integratie is het leren om mee te doen in school: meepraten en samen verantwoordelijk zijn voor een besluit. Leerlingen moeten een discussie kunnen voeren en onderlinge problemen kunnen oplossen. Belangrijke factoren in de schoolse democratie zijn de leerling-verenigingen. Het Bataafs Lyceum kent diverse door leerlingen gedragen activiteiten: De schoolkrant (BEAT), De Bataafse LeerlingenRaad (BLR),de Bataafse Leerling-Vereniging (BLV), de Debatclub en de PAL-stuurgroep (Peer Assisted Learning). Betrokkenheid van leerlingen in deze verenigingen leidt tot een grotere betrokkenheid bij de school, maar is ook een voorbereiding op taken in de maatschappij na afronding van het middelbare onderwijs. Vanaf schooljaar 2011-2012 is de maatschappelijke stage verplicht voor alle middelbare scholieren. Alhoewel het verplichte karakter van de maatschappelijke stage zal vervallen, zullen we een deel daarvan behouden. Wij vinden het belangrijk dat leerlingen ervaren dat het prettig is om iets voor een ander te kunnen doen. Het is goed voor een ander en voor de persoonlijke ontwikkeling.
6
3. Heden en verleden van het Bataafs Lyceum 3.1 Geschiedenis De oorsprong van het Bataafs Lyceum ligt in de stichting van de M.U.L.O. in 1887 en de oprichting van het eerste gymnasium in Twente in 1911. In 1954 nemen de scholen gezamenlijk een nieuw schoolgebouw in gebruik aan de Bataafse Kamp. Ook de HBS (Hogere Burgerschool) en de MMS (Middelbare Meisjesschool) komen hierbij in, tot deze in 1968 in het kader van de Mammoetwet worden opgeheven. Hieruit komen een HAVO en VWO voort en de naam wordt veranderd in Openbare Scholengemeenschap Bataafse Kamp. In 1989 voegt ook de MAVO Driener Es zich bij de OSG Bataafse Kamp. In 2001 verhuist OSG Bataafse Kamp, dan bestaande uit een VMBOtheoretische leerweg, HAVO, atheneum en gymnasium, naar een nieuw gebouw aan de Sloetsweg. In 2008 is besloten om van De Bataafse Kamp weer een categorale HAVO / VWO school te maken en als gevolg van deze beslissing is de naam veranderd in Bataafs Lyceum. Vanaf 2006 heeft het Bataafs Lyceum te maken gekregen met een krimp in inschrijvingen voor de brugklas. Om deze ontwikkeling een halt toe te roepen is in 2008 begonnen met het formuleren en implementeren van een reeks plannen om de kwaliteit van het onderwijs te verhogen. Vanaf 2009 ziet de school weer een structurele groei in het aantal inschrijvingen op de school. 3.2 Huidige situatie In het schooljaar 2014 – 2015 telt het Bataafs Lyceum rond de 840 leerlingen. Deze komen voornamelijk uit Hengelo, maar ook in toenemende mate uit Borne, Delden, Goor en andere omliggende plaatsen. Met de ingezette kwaliteitsverbetering van het onderwijs op onze school zagen we een sterke stijging van de instroom van leerlingen uit het basisonderwijs In 2014 is de instroom wat gedaald naar het nog steeds respectabele aantal van 171 leerlingen. We zien de groei van de school niet als een doel op zich. Ook in een groeiende school streven we ernaar het kleinschalige karakter te behouden, Daarom is in 2013 de organisatiestructuur aangepast. Het managementteam is met twee teams uitgebreid en de klassen zijn over de teamleiders herverdeeld (zie onderstaande figuur). Op deze wijze is een evenwichtiger verdeling bereikt van het aantal docenten en aantal leerlingen, waarvoor elke teamleider verantwoordelijk is.
7
De periode 2009-2014 stond in het teken van verschillende veranderingen en verbeteringen op met name het gebied van onderwijskundig- en kwaliteitsbeleid. Onderwijskundig beleid: Leerlingen maken deel uit van de medezeggenschapsraad De leerlingenverenigingen BLR, BLV en Beat worden actief ondersteund Leerlingen worden uitgenodigd om deel te nemen aan interne werkgroepen Verwerven van de status van JetNet school in 2009 Start masterclass voor meerbegaafde leerlingen in schooljaar 2009-2010 Start maatschappelijke stages in schooljaar 2009-2010 Verwerven van de status van Olympiadeschool in 2010 Deelname aan Havisten Competent programma in 2010 Structurele deelname aan debatwedstrijden zoals Model European Parliament (MEP) en het Lagerhuis Debat Start van het programma Peer Assisted Learning ( PAL ) in 2011 Start van het aanbieden van internationaal erkende taalcertificaten voor de Moderne Vreemde Talen vanaf 2011 Start deelname aan Socrates Honour Society in 2012 Opstellen van het taalbeleidsplan in 2012 Kwaliteitsbeleid: Start werkgroep Kwaliteitsbeleid met leden uit de personeelsgeleding, medezeggenschapsraad, leerlingen en managementteam in 2009-2010 Opstellen nieuw kwaliteitsplan voor het Bataafs Lyceum in 2011 Opstellen van het toetsingsbeleidsplan in 2012 Start collegiale consultatie traject voor alle docenten in 2013 Opstellen van het scholingsplan in 2014 Opstellen nieuw ondersteuningsplan ter vervanging van het zorgplan in 2014 In het schooljaar 2014-2015 zullen de volgende werkgroepen op verschillende beleidsterreinen meewerken aan het verder ontwikkelen van de school: - Werkgroep Leerling Volgsysteem 8
-
Werkgroep Onderbouw Werkgroep Grote Bovenbouw Werkgroep Reizen Werkgroep Leermiddelenbeleid
De afgelopen jaren is structureel gewerkt aan een reeks beleidsplannen en de implementering van die plannen. De komende jaren staan in het teken van het verankeren van deze plannen in onze organisatie om er zeker van te zijn dat de veranderingen duurzaam zijn.
9
4. Onderwijskundig beleid We streven naar een klimaat waarin goede schoolprestaties, voldoende ruimte voor het individuele leerproces, de persoonlijke ontwikkeling en de keuze van een passende vervolgopleiding samengaan. De komende jaren gaat onze bijzondere aandacht uit naar de juiste balans tussen ondersteunen en uitdagen. Belangrijke elementen zijn:
Een sterke betrokkenheid van alle medewerkers bij de leerlingen en ouders/verzorgers Het bieden van een veilige omgeving waarin leerlingen zichzelf kunnen zijn en waar zij respect en begrip vinden Het bevorderen van het verantwoordelijkheidsbesef bij leerlingen voor hun eigen leerproces en maatschappelijke loopbaan Het leren samenwerken van leerlingen Het stimuleren van creativiteit en het nemen van initiatief en verantwoordelijkheid.
4.1 Bevorderen van excellentie en ambitie Het bevorderen van excellentie en ambitie is een kerndoel van het Bataafs Lyceum. Het Bataafs Lyceum wil dit doel mede bereiken door een aparte leerlijn voor (meer)begaafde leerlingen in leerjaar 1 t/m 3 (de Masterclass) en een breed aanbod van activiteiten tijdens en naast de reguliere lessen in leerjaar 1 t/m 6. Om het niveau van motivatie en ambitie op de HAVO te verbeteren is in 2011 gestart met het project Havisten Competent. 4.2 Masterclass (Meer)begaafde leerlingen hebben specifieke onderwijs-, leer-, en begeleidingsbehoeften. Het is daarom van groot belang om (meer)begaafde leerlingen een onderwijsaanbod te geven dat is afgestemd op hun specifieke (pedagogische en didactische) behoeften en mogelijkheden. Het Bataafs Lyceum is in 2009 gestart een aparte leerlijn voor deze leerlingen in de vorm van een Masterclass. Daarbij is gekozen voor de methode ‘compacten’ en ‘verrijken’. ‘Compacten’ houdt de mogelijkheid tot versnellen in door ofwel de leerstof te comprimeren, ofwel de leertijd in te korten. ‘Verrijken’ betekent dat de leerlingen daarnaast andere opdrachten en activiteiten mogen uitvoeren. In de masterclass worden de gewone lessen in minder tijd gegeven, waardoor ruimte is gemaakt voor andere uitdagingen zoals filosofie en vaardigheidsonderwijs in de vorm van projecten. Leerlingen die voldoen aan de criteria voor atheneum of gymnasium en blijk geven van een hoger niveau van ambitie, creativiteit en motivatie kunnen in principe instromen in de Masterclass. Voor deelname aan de masterclass wordt van de ouders een bijdrage gevraagd van 200 euro per jaar, waarvan 100 euro als bijdrage in de aanschaf van een iPad. 4.3 Breed aanbod van activiteiten tijdens en naast de reguliere lessen Tijdens alle leerjaren stimuleren wij de leerlingen deel te nemen aan extra activiteiten. Dit kan zijn het volgen van een extra vak of module, het behalen van een internationaal erkend taalcertificaat, actieve deelname aan één van de leerlingverenigingen, begeleiding van jongere leerlingen als PAL-leader of PAL-tutor, of het meedoen aan een wedstrijd. Een voorbeeld van zo’n wedstrijd is deelname aan verschillende Olympiades, waarvoor het 10
Bataafs Lyceum ook in een landelijk ontwikkelproject zit. De afgelopen jaren zijn leerlingen van onze school onder andere succesvol geweest bij de Science Olympiade voor 15-jarigen. Naast deelname aan verschillende kenniswedstrijden nemen leerlingen van het Bataafs Lyceum ook met succes deel aan creatieve wedstrijden, zoals bijvoorbeeld de ‘Tube Your Future’-wedstrijd van het Science Center NEMO te Amsterdam, de internationale mediareporter wedstrijd, de Jonge Jury (Nederlandse jeugdboeken), Alliance Française en Can Sat. De sfeer in de school is erop gericht dat we trots zijn op alle leerlingen die hun inzet tonen en het met elkaar vieren als leerlingen daarmee een bijzondere prestatie weten neer te zetten. 4.4 Modules Om leerlingen een zo breed mogelijk lesaanbod te geven dat inspeelt op de interesses van de leerlingen is in 2011 begonnen met modules voor leerlingen uit de bovenbouw. Leerlingen kunnen een keuze maken uit één van de modules. Het aanbod aan modules varieert van jaar tot jaar. We proberen hierbij tegemoet te komen aan de wensen van de leerlingen 4.5 Peer Assisted Learning (PAL) Om invulling te geven aan het bevorderen van het verantwoordelijkheidsbesef, het leren samenwerken van leerlingen en het begeleiden van leerlingen in het proces van zelfstandig leren is het Bataafs Lyceum in 2011 begonnen met PAL. Bij PAL gaat het erom dat leerlingen elkaar leren helpen. Het zorgt ervoor dat een bovenbouw leerling zijn kennis deelt met leerlingen uit de brugklas. Peer support draagt bij aan de socioale opbrengst van de school, aan positieve sociale netwerken van de leerlingen, aan onmderling respect en wederzijdse hulp. Peer support sluit aan bij het pedagogisch/didactisch profiel van het Bataafs Lyceum om de leerlingen faciliterend en vol vertrouwen te benaderen. Dat is goed voor de school, voor degene die helpt (de tutor) en voor de leerling die geholpen wordt (de tutee). Peer support ondersteunt de zwakkere leerlingen en verbetert de prestaties op vervolgopleidingen van zowel tutor als tutee. Het Bataafs Lyceum is als enige school in de regio aangesloten bij Peer Assisted Learning (PAL) Nederland en kan ook officiële certificaten uitreiken. 4.6 Havisten Competent Uit onderzoek van IVA (2008) blijkt onder meer dat HAVO leerlingen qua leerstijl, motivatie en belangstelling verschillen van VWO leerlingen. Uitval onder HAVO leerlingen blijkt vooral te worden veroorzaakt door gebrek aan motivatie en de studiehouding. Dit heeft onder andere consequenties voor gebruik van didactische werkvormen, de structuur die aan leerlingen wordt geboden, maar ook voor de wijze waarop docenten met leerlingen communiceren. In 2011 is het Bataafs Lyceum in de derde klas HAVO begonnen met deelname aan het landelijke programma Havisten Competent (HaCo). HaCo is een samenwerkingsverband tussen meerdere HAVO scholen die dezelfde visie hebben op hoe HAVO leerlingen beter kunnen voorbereiden op de overgang naar het HBO. Dit wordt gedaan door leerlingen binnen projecten aan competenties te laten werken die ze nodig hebben in de bovenbouw van de HAVO en het HBO: samenwerken, presenteren, onderzoek doen, reflecteren, organiseren. Ook binnen de reguliere vaklessen op de HAVO is er in toenemende mate aandacht voor deze competenties. Om de aansluiting op het HBO goed
11
gestalte te geven wordt regelmatig de samenwerking met Saxion Hogescholen gezocht (o.a. workshop profielwerkstuk, masterclass economie). Het Bataafs Lyceum participeert actief in het HaCo netwerk. Dit o.a. in de vorm van visitaties met andere HaCo scholen en vertegenwoordiging in het overkoepelend bestuur. 4.7 Olympiadeschool Sinds september 2010 kunnen scholen die in het kader van talentontwikkeling veel waarde hechten aan het bevorderen van deelname aan olympiades Olympiadeschool worden. Om in aanmerking te komen voor het keurmerk Olympiadeschool moet deelname aan olympiades in de school breed gedragen worden. De school vertaalt dit aantoonbaar in randvoorwaarden voor de coördinatie en organisatie van de olympiades. Ook bevordert de school het opnemen van (deelname aan) olympiades in het curriculum. Het Bataafs Lyceum heeft sinds 2011 het keurmerk Olympiadeschool. De school neemt structureel deel aan de olympiades en de olympiades zijn opgenomen in het onderwijsprogramma. 4.8 Kernvakken en rekenen Het Bataafs Lyceum heeft de volgende acties ondernomen om er voor te zorgen dat de aanscherping van de zak/slaagregeling geen nadelige gevolgen zal hebben voor de slagingspercentages: Introductie van een rekencoördinator die de landelijke ontwikkelingen op rekengebied bijhoudt en in samenwerking met het management passende acties onderneemt Introductie van een taalcoördinator die de landelijke ontwikkelingen op taalgebied bijhoudt en in samenwerking met het management passende acties onderneemt Gestandaardiseerde rekentoetsen in leerjaar 1 t/m 4 om het rekenniveau van de leerlingen te peilen. Waar nodig worden zwakkere leerlingen begeleid. Steunlessen voor Nederlands, Engels, rekenen en wiskunde. Aanpassing van de overgangsregelingen in lijn met de verzwaring van de examennormen 4.9 Leerlingvolgsysteem Om te kunnen bepalen of een leerling op de juiste weg zit is het belangrijk dat de leer- en ontwikkelingsvorderingen van leerlingen constant worden gevolgd, zodat op tijd kan worden bepaald of extra ondersteuning nodig is, of dat leerlingen meer uitdaging aankunnen. Een leerlingvolgsysteem, waarmee de leervorderingen van leerlingen systematisch en periodiek worden bijgehouden, is daarom onontbeerlijk. Het Bataafs Lyceum gebruikt hiervoor Magister. Momenteel wordt door een interne werkgroep onderzocht aan welke eisen het leerlingvolgsysteem van het Bataafs Lyceum moet voldoen. In navolgende jaren zal het gebruik van het leerlingvolgsysteem worden geoptimaliseerd.
12
5. Kwaliteitsbeleid Het kwaliteitsbeleid baseert zich de komende jaren op de actieplannen van OCW: “Goed voortgezet onderwijs biedt leerlingen persoonlijke aandacht, daagt ze uit en helpt ze steeds verder. Opbrengstgericht werken en een ambitieuze leercultuur zijn daarbij sleutelbegrippen” en op de resultaten van de interne werkgroep Kwaliteitsbeleid. In 2011 is gestart met het implementeren van het kwaliteitsplan. De elementen uit dat kwaliteitsplan worden hier kort beschreven. Het Bataafs Lyceum ziet zichzelf als een Lerende School. Het realiseren van onderwijs van hoge kwaliteit is een voortdurend leerproces voor alle betrokkenen: leerlingen, docenten, onderwijs ondersteunend personeel en schoolleiding. De vragen die doorlopend gesteld dienen te worden zijn: •
Doen we de goede dingen?
•
Doen we de dingen goed?
•
Hoe weten we dat?
•
Vinden anderen dit ook?
•
Wat gaan we nu doen?
Deze vragen vormen de kern van het kwaliteitsbeleid en zijn ook de basis voor opbrengstgericht werken, zoals verwoord in actielijn 1 in het actieplan Beter Presteren. Het is van belang dat de acties die in het kader van kwaliteitszorg worden ondernomen zijn ingebed in een evaluatiecyclus. Er worden meerdere cycli onderscheiden: • • •
•
1 keer per 4 jaar: een zelfevaluatie inclusief een toetsing door derden door middel van een visitatie 1 keer per 2 jaar: waarderingsonderzoeken school onder representatieve groepen ouders en leerlingen en medewerkers Elk jaar: leerlingen enquêtes over waardering docenten, mentoren en OOP, enquête onder medewerkers over functioneren schoolleiding, analyse van eindexamenresultaten / verschil CE-SE, analyse van overgangsresultaten (ook t.b.v. prognoses), functioneringsgesprek voor alle medewerkers Incidenteel: kleinschalige onderzoeken
Om zicht te krijgen op de kwaliteit van ons onderwijsproces en onze onderwijsresultaten gebruiken we de volgende instrumenten: • • • •
Cijfermatige informatie uit Magister: Eindexamenresultaten (SE + CE), overgangsresultaten, toetsresultaten, absentiegegevens en IDU gegevens. Benchmarks Vensters voor Verantwoording en MMP Bolletjeskaart onderwijsinspectie Dialoog met ouders via de oudervereniging en op koffieavonden 13
• • •
Bataafse Leerlingenraad: dialoog met leerlingen Overleg in teamvergaderingen, APV en met de MR: dialoog met medewerkers Enquêtes: Jaarlijks wordt door alle docenten een leerling-enquête afgenomen die inzicht geeft in het beheersen van de diverse docent competenties . Enquêtes voor schoolleiding, mentoraat en onderwijs ondersteunend personeel zijn in ontwikkeling. In aanvulling op deze jaarlijkse enquêtes worden periodiek tevredenheidonderzoeken afgenomen onder personeel, leerlingen en ouders.
Elk jaar wordt de kengetallen van de school geëvalueerd. Onder andere op basis daarvan gaan we kijken welke zaken extra aandacht moeten krijgen in het volgend jaar. Onderwijskwaliteit heeft ook te maken met thema's als de aanpak in de klas, de didactische vernieuwing, de betrokkenheid van ouders met de school en het welbevinden van leerlingen en medewerkers. Periodiek zal er onderzoek worden gedaan onder alle leerlingen, ouders en docenten van onze school. De uitkomsten daarvan komen in de leerlingenraden, oudervereniging en de medezeggenschapsraad van de vestiging aan de orde. De bevindingen van de onderzoeken kunnen leiden tot nieuwe activiteiten en voornemens voor het volgend schooljaar. Tot slot van deze beschouwing over kwaliteitsbeleid op onze school mogen de vergaderingen van de leerlingenraad, de oudervereniging, de voorlichtingsavonden voor alle leerjaren, de gesprekken met de mentor en de tien-minuten-ouderavonden niet onbenoemd blijven. Juist de dialoog m.b.t. het inventariseren van opvattingen en meningen over de kwaliteit van de school kan een belangrijke impuls zijn tot behoud en verdere uitbouw van de kwaliteit van het Bataafs Lyceum. Voor meer informatie verwijzen we naar het kwaliteitsplan.
6. Leerlingondersteuning Per 1 augustus 2014 is de wet op het Passend Onderwijs van kracht. Iedere school heeft zorgplicht voor de leerlingen en heeft de opdracht een passende onderwijsplek binnen de school, de scholengemeenschap of het speciaal onderwijs te bieden. Hiermee komt de financiering van begeleiding door middel van een leerling-gebonden financiering (LGF) of ‘rugzak’ te vervallen. Leerlingen die voorheen recht hadden op begeleiding vanuit de rugzak zullen ook in de nieuwe situatie begeleid worden. Het Bataafs Lyceum heeft zijn ondersteuning zo vorm gegeven dat de leerlingen op basis van hun ondersteuningsbehoefte een passend begeleidingstraject aangeboden krijgen. Diverse docenten zijn opgeleid tot leerlingbegeleiders. Daarnaast hebben we beschikking over een gedragsspecialist en twee counselors. Wanneer blijkt dat de ondersteuning niet voldoende is kan er gebruikt gemaakt worden van de extra ondersteuning binnen de OSG Hengelo. Voor meer informatie verwijzen we naar het Schoolondersteuningsplan.
14
7. Personeelsbeleid Het Bataafs Lyceum maakt onderdeel uit van de Openbare Scholengemeenschap Hengelo. Het personeelsbeleid wordt centraal vastgesteld. Echter de verschillende vestigingen hanteren een eigen visie op onderwijs en daarmee een eigen invulling van de rol van docent. Deze eigen visie vertaalt zich ook naar een eigen aanpak van gesprekscycli en persoonlijk ontwikkelingsplan (POP). 7.1 Ons specifieke docentprofiel Een docent op het Bataafs Lyceum moet voldoen aan het algemeen profiel voor een docent binnen het voortgezet onderwijs. Hij of zij moet beschikken over de noodzakelijke competenties op vakinhoudelijk, didactisch, pedagogisch, leerpsychologisch en organisatorisch gebied. Maar wat maakt een docent tot een geschikte docent voor ons lyceum? Geen enkele docent is perfect, maar een docent van het Bataafs Lyceum streeft naar de volgende competenties. Ambitieus Is ambitieus als docent en daagt ook leerlingen uit ambitieus te zijn. Stelt doelen en evalueert deze regelmatig Is zelfkritisch en staat open voor het eigen continue leerproces. Weet de lat hoog te leggen in de les. Is duidelijk in wat hij wil en niet wil Stelt grenzen en weet die te bewaken Faciliterend Werkt vanuit vertrouwen, gaat uit van het positieve in elke leerling. Ziet het faciliteren van het ontwikkelingsproces van de leerling als zijn kerncompetentie. Heeft een servicegerichte basisattitude naar leerlingen en ouders. Ziet de leerling niet als nummer maar als mens met een eigen persoonlijkheid. Investeert in de relatie met elke leerling. Heeft een ruimdenkende, respectvolle en vriendelijke basisattitude. Behandelt een leerling vanuit empathie. Professioneel Is betrokken bij de school en gedraagt zich als ambassadeur. Is bereid verder te kijken dan het eigen vak en heeft een brede maatschappelijke oriëntatie. Is niet autoritair maar gericht op samenwerken; ziet ouders en leerlingen als partners in onderwijs Is in staat om afstemming te vinden met verschillende types leerlingen en collega’s. Kan feedback constructief geven en ontvangen en maakt verschil tussen persoon en gedrag. Is competent in gesprekstechnieken. Combineert leidinggevende en coachende competenties.
15
7.2 Gesprekscyclus en Persoonlijk Ontwikkeling Plan Jaarlijks heeft ieder personeelslid een functioneringsgesprek met de direct leidinggevende. Tijdens de functioneringsgesprekken van het onderwijzend personeel worden in ieder geval de uitkomsten van de leerling-enquêtes besproken. Indien wenselijk worden afspraken gemaakt m.b.t. professionele ontwikkeling en bijscholing. De professionele ontwikkeling van elk personeelslid wordt vastgelegd in een Persoonlijk Ontwikkelingsplan (POP). In het POP worden jaarlijks ontwikkelingsdoelen en scholingswensen vastgelegd. Tijdens het functioneringsgesprek wordt hierover verantwoording afgelegd. De verslagen van (functionerings)gesprekken, de jaarlijkse POP formulieren en de behaalde certificaten voor bij- en nascholing vormen samen het bekwaamheidsdossier. Dit dossier wordt beheerd door de leidinggevende. De wijze waarop docenten invulling geven aan professionalisering is vastgelegd in het scholingsplan.
16
8. Sponsorgelden Via sponsoring kan extra geld worden verkregen, bijvoorbeeld door advertenties in de schoolkrant te plaatsen of door schoolmaterialen of -activiteiten te bekostigen. Een sponsor verlangt meestal een tegenprestatie (en dus is er geen sprake van een ‘schenking’), maar hij mag daarmee geen invloed uitoefenen op het onderwijs. De medezeggenschapsraad dient bij elk sponsorvoorstel te worden betrokken in de besluitvorming. Schenkingen vallen niet onder het begrip sponsoring. Om een zuiver en zorgvuldig verloop van sponsoring te garanderen, moet de actie voldoen aan een aantal criteria. De belangrijkste daarvan zijn: 1. Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Ook moet de sponsoring in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen. 2. Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen. 3. Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de continuïteit van het onderwijs beïnvloeden, dan wel in strijd zijn met het onderwijsaanbod en de kwalitatieve eisen die de school aan het onderwijs stelt. 4. Het primaire onderwijsproces mag niet afhankelijk zijn van sponsormiddelen. 5. In lesmaterialen en leermiddelen mag geen (impliciete of expliciete) reclame voorkomen. Ook mag er geen sprake zijn van onvolledige of subjectieve informatie. 6. Reclame die is gericht op leerlingen mag niet stimuleren tot ongezonde en/of gevaarlijke activiteiten en mag de leerlingen niet aanmoedigen om ouders te stimuleren producten of diensten van de sponsor af te nemen.
17