Schoolplan 2015-2019
‘De school mag geen voorbereiding op het leven zijn, ze is het leven zelf.’ John Dewey (1859-1952), Amerikaans filosoof, psycholoog en pedagoog.
1
Schoolplan PG 2015-2019
Inhoudsopgave O
Inleiding
I
Introductie 1 2 3 4
II III
Praedinius: Praedinius: Praedinius: Praedinius:
3
openbaar categoraal gymnasium in Groningen samenwerking binnen O2G2 Stichting Het Zelfstandig G ym nasium een groot gymnasium
Praedinius: missie, visie en kernwaarden Waar staan we en waar gaan we naar toe? 1 2 3 4
IV 1 2 3 4 5 6 7
V VI VII VIII IX X 1 2
XI 1 2 3 4 5 6
4 4-5 5 5-6 7-8 9
Onderwijsbeleid BPS Technasium Cultuur en PG+
9-11 12-14 14-15 16-17
Personeelsbeleid
18
Gesprekkencyclus Taakbeleid Deskundigheidsbevordering Functiemix Scholing Opleidingsschool Ziekteverzuimbeleid
18-19 19-20 20 20-21 21-22 22 23
Onderwijs ondersteunende diensten Leerlingbegeleiding en passend onderwijs Schoolorganisatie Kwaliteitszorg Financieel beleid Gebouwen en faciliteiten
24-26 27-30 31 32-34 35 36
Gebouwen Faciliteiten
Diverse beleidsterreinen
37
Veiligheidsbeleid Toelatings- en bevorderingsbeleid van leerlingen Doorstroom van leerlingen naar het vervolgonderwijs Ouderbetrokkenheid Samenwerking in de omgeving Communicatie en public relations
37 37 38 38 38-39 39-40
Bijlagen: Bijlage 1 Bijlage 2 Bijlage 3
2
Analyse schoolplan 2010-2014 Kwaliteitsschema Veiligheidsplan
Schoolplan PG 2015-2019
O
Inleiding
Voor u ligt het nieuwe schoolplan van het Praedinius Gymnasium Groningen. Bij elke nieuwe planperiode wordt achterom gekeken en naar de toekomst gekeken. Het is goed om te zien wat we in de vorige periode hebben gerealiseerd wetende dat er ook zaken zijn die nog niet voortvarend zijn opgepakt. Het opstellen van een nieuw plan biedt de mogelijkheid om ook nieuwe en andere accenten te leggen en dat is dan ook in dit schoolplan beschreven en vastgelegd. Wij zijn een school waar zowel de leerling als de docent iets kan halen. We zijn een categoraal gymnasium waar zowel de leerling als de docent wordt uitgedaagd. Vandaar dat we in onze kernwaarden ook duidelijk stellen dat we ons richten op de ontwikkeling van kritische onafhankelijk denkende en creatieve burgers met een wetenschappelijke oriëntatie en dat we nog meer gaan inzetten op de ontwikkeling van de docent. Het Praedinius Gymnasium is een school waar veel kan en waar de inbreng van leerlingen en personeel wordt gewaardeerd. We voelen ons allemaal betrokken bij de school en dat maakt ons een krachtige instituut binnen het Groningse en daarbuiten. Ik spreek de hoop en de verwachting uit dat we met elkaar verder bouwen aan een mooie school waarbij dit nieuwe schoolplan een leidraad vormt.
Juni 2015 Maurice van Daal, rector
3
Schoolplan PG 2015-2019
I
Introductie
1
Praedinius: openbaar categoraal gymnasium in Groningen
Het Praedinius Gymnasium is een openbaar categoraal gymnasium in de stad Groningen. De school heeft een belangrijke regiofunctie: ongeveer 50% van de leerlingen komt van buiten de stad Groningen. De school valt onder het bevoegd gezag van de Stichting Openbaar Onderwijs Groep Groningen (O2G2). In het hoofdstuk organisatie wordt ingegaan op de organisatiestructuur van het Praedinius. Alle geledingen van de school zijn vertegenwoordigd in de medezeggenschapsraad. De school heeft een actieve ouderraad die een belangrijk klankbord vormt voor de school. Er is een leerlingenraad en een leerlingenparlement. Op 1 januari 2015 heeft de school 970 leerlingen, 85 docenten en 18 leden onderwijsondersteunend personeel. De school is gevestigd in twee panden in de binnenstad, de locaties Turfsingel 82 en Kruitlaan 11. Naast de gymzaal aan de Turfsingel maakt de school gebruik van een gymzaal aan de Kapteynlaan en van sportvelden in het Stadspark.
2
Praedinius: samenwerking binnen O2G2
Het Praedinius valt onder het schoolbestuur Openbaar Onderwijsgroep Groningen. De stichting omvat scholen voor speciaal onderwijs, primair onderwijs en voortgezet onderwijs. De missie van O2G2 is iedere leerling kwalitatief hoogstaand en innovatief onderwijs te bieden en leerlingen in staat te stellen hun talenten te ontdekken en verder te ontwikkelen. In de stad Groningen wil O2G2 een dekkend onderwijsaanbod bieden ten behoeve van leerlingen uit stad en ommeland. In de configuratiediscussie binnen het openbaar onderwijs in Groningen zal uiteindelijk sprake zijn van verschillende deelscholen. Het Praedinius Gymnasium is reeds een organisatorische en onderwijskundige eenheid en heeft binnen de gehele configuratie een plaats verworven. De scholen voor voortgezet onderwijs binnen O2G2 zijn:
-
Heyerdahlcollege (praktijkonderwijs) Reitdiep college (vmbo-havo-vwo) Werkmancollege (vmbo-havo-vwo) Zernikecollege (vmbo-havo-vwo) Praedinius Gymnasium (gymnasium)
Op het gebied van ICT, facilitaire zaken, kwaliteitszorg en de Groninger Opleidingsschool wordt samengewerkt met de andere scholen en het bestuur. De bedrijfsvoering wordt vanuit centrale kaders geregeld en zal in het schooljaar 2015-2016 vorm zijn gegeven. De opdracht vanuit het bestuur aan de verschillende 4
Schoolplan PG 2015-2019
scholen en vestigingen is om zich duidelijk te profileren. Voor het Praedinius wordt dit beschreven in dit schoolplan, waarbij de missie, visie en kernwaarden uitgewerkt en toegelicht worden. 3
Praedinius: Stichting Het Zelfstandig Gymnasium
Binnen de Stichting Het Zelfstandig Gymnasium werken de categorale gymnasia met elkaar samen. Dit komt tot uiting in het ontwikkelen van programma’s voor leerlingen (Honours Programme), het ontwikkelen van gymnasiaal lesmateriaal en de kwaliteitszorg. Jaarlijks wordt de gymnasiumenquête afgenomen en om de 4 jaar neemt het Praedinius deel aan een collegiale visitatie. Verder vindt er op schoolleidingsniveau twee maal per jaar overleg plaats tussen de gymnasia van het noorden (Christelijk Gymnasium Beyers Naude, het Stedelijk Gymnasium Piter Jelles in Leeuwarden en het Willem Lodewijk Gymnasium in Groningen). Binnen het Pegasusproject organiseren de vier scholen regelmatig een uitwisseling tussen docenten en secties. 4
Praedinius: een groot gymnasium
Het Praedinius heeft vanaf 2009 tot 2013 een groei doorgemaakt van 850 leerlingen naar 990 leerlingen. Vanaf schooljaar 2013-2014 is er een lichte terugloop van leerlingen. Dit heeft te maken heeft met een aantal zaken zoals concurrentie van andere scholen en krimp in de regio. In de leerlingprognoses houden we rekening met de terugloop van leerlingen uit de regio vanwege de krimp op het Hogeland en de regio Delfzijl en een stabilisatie of lichte groei van leerlingen in de stad en de as Groningen/Assen. We zullen ons de komende jaren moeten richten op een constante instroom (goed PR beleid), een goede doorstroom en uitstroom. De doorstroom zal de komende tijd gerichte aandacht krijgen waarbij een analyse wordt gemaakt en actiepunten worden geformuleerd. Dit leidt tot het volgende meerjarenbeeld: datum klas 1 klas 2 klas 3 klas 4 klas 5 klas 6 totaal
5
2015
165
153
170
151
164
135
948
2016
165
164
142
164
141
147
923
2017
165
164
152
137
154
126
898
2018
165
164
152
147
129
137
893
2019
165
164
151
147
137
115
878
2020
165
164
152
147
138
121
884
Schoolplan PG 2015-2019
In onze missie en visie onderscheiden we ons duidelijk van de andere scholen voor VWO in Groningen. Met name onze positie t.o.v. het Willem Lodewijk Gymnasium, het Zernike Atheneum +, het Maartenscollege en het Stadslyceum (onderdeel van het Werkmancollege) moet duidelijk en herkenbaar zijn. Toch is en blijft het belangrijk om gericht PR beleid te voeren om onze plek te handhaven en te verstevigen.
6
Schoolplan PG 2015-2019
II
Praedinius: missie, visie en kernwaarden
We richten ons op de ontwikkeling van kritische, onafhankelijk denkende en creatieve burgers met een wetenschappelijke oriëntatie. We zetten in op ontwikkeling van de docent. We stimuleren en steunen de leerlingen en we leren ze om in het diepe springen zodat ze verantwoordelijkheid kunnen en willen nemen. We bieden basisondersteuning voor elke leerling maar leveren maatwerk voor de leerling die meer kan.
De nadruk ligt hier op leren: wij wijzen leerlingen de weg naar kritisch en onafhankelijk denken en begeleiden hen op hun weg naar verantwoordelijkheid. Elke leerling die het reguliere VWO programma aankan is welkom maar we willen er juist ook zijn voor de leerling die meer kan. Dat kan op verschillende manieren vorm worden gegeven, zoals verdieping, extra uitdaging, ruimte geven en hulp geven aan deze leerling bij motivatieproblemen. Het willen leren is een verantwoordelijkheid voor zowel leraar als leerling: de leraar moet in staat zijn de leerlingen op deze weg mee te nemen en de leerling moet de intentie hebben dat hij wil leren. klas 1 en 2 klas 3 en 4 klas 5 en 6 Leren leren
Leren keuzes maken
In breedte ontplooien
In de onderbouw is er aandacht voor ‘leren leren’; er is een programma voor de mentorlessen in de onderbouw en er vindt transfer plaats van de studievaardigheden naar de vaklessen. Het mentoraat moet goed op de kaart staan en dat betekent dat er een duidelijke taakomschrijving van het mentoraat is en scholing voor de mentoren. In de middenbouw staat het leren keuzes maken centraal. Het keuzeproces is in stappen opgebouwd waarbij de leerling wordt geleerd om verantwoordelijkheid te nemen in het keuzeproces. De leerling moet op grond van goede informatie vanuit decanaat, mentoraat, coördinaat en vaklessen komen tot een bewuste keuze van vakken en profielen. In klas 5 en 6 hebben de leerlingen de gelegenheid zich in de breedte te ontplooien. Naast het reguliere programma, dat voorbereidt op het eindexamen, bieden de lessen verdieping, vakoverstijgende verbanden en oriëntatie op wetenschappelijke debatten. Daarnaast wordt gestimuleerd dat leerlingen in de bovenbouw een extra vak volgen, deelnemen aan olympiades en andere wedstrijden en uiteenlopende culturele voorstellingen bezoeken. In klas 4 kunnen leerlingen die daartoe worden toegelaten starten met het Honours Program; binnen dat kader werken excellente leerlingen aan een individueel project waarin ze een examen afleggen dat onder auspiciën van het SHZG wordt afgenomen door de deelnemende zelfstandige gymnasia.
7
Schoolplan PG 2015-2019
Wat
Wanneer
Wie
klas 1-2 1 invulling mentorlessen 2 invulling mentoraat 3 scholing mentoraat
2015-2016 2015-2016 2015-2016
Schoolleiding, coördinatoren, & mentoren
klas 3-4 1 het in kaart brengen van alle LOB activiteiten in midden- en bovenbouw 2 duurzame invulling van decanaat midden- en bovenbouw 3 studie vaardigheidslessen klas 4
2015-2016 2015-2016
Schoolleiding, decanaat, mentoren docenten ouders
2015-2017 2015-2017
klas 5-6 1 in PTA verankering visie PG 2014-2015 2 duurzame invulling decanaat bovenbouw 2015-2016
8
Schoolleiding en secties schoolleiding
Schoolplan PG 2015-2019
III
Waar staan we en waar gaan we naar toe?
In bijlage 1 is een analyse gemaakt van het schoolplan 2010-2014. Hierin is te lezen wat gerealiseerd is en wat niet. Het huidige schoolplan is deels gebaseerd op het oude schoolplan maar zal deels ook andere en nieuwe accenten leggen. 1
Onderwijsbeleid
Zoals hierboven al beschreven is de kern van onze schoolvisie dat we leerlingen willen opleiden tot kritische, onafhankelijk denkende en creatieve burgers met een wetenschappelijke oriëntatie. Uiteraard dient deze wens zichtbaar gemaakt te worden in ons onderwijsbeleid. Hoe we dat nu en in de toekomst willen doen is hieronder uiteengezet. De basis op orde Voor alles is het van belang om de basis van ons onderwijs op orde te hebben. Dat betekent dat we er te allen tijde scherp om moeten zijn dat we als school onze leerlingen een veilige en vertrouwde leeromgeving bieden waarin door bekwame docenten goed onderwijs wordt geboden. Om dit goed te borgen starten we vanaf dit jaar met een tweejarige gesprekkencyclus met individuele docenten (beschreven in het hoofdstuk Personeelsbeleid) en met halfjaarlijkse gesprekken met de secties. Meer dan in het verleden houden we op die manier de vinger aan de pols wat betreft de kwaliteit van het door ons gegeven onderwijs. Een aandachtspunt voor de komende jaren is de doorstroom, met name van klas 2 naar klas 3 en van klas 4 naar klas 5. Vergeleken met andere gymnasia zijn onze doorstroompercentages niet geweldig. In klas 1 worden studievaardigheden structureel aangeboden, waarbij ook de ouders betrokken worden. Hiertoe wordt vanaf schooljaar 2015-2016 gewerkt met een methode die voorziet in gedifferentieerd materiaal (ook digitaal) voor zowel leerlingen als ouders. De mentoren besteden aandacht aan de studievaardigheden tijdens de mentorlessen en er wordt aandacht besteed aan transfer naar de vakken. Vanaf komend schooljaar zal er in klas 4 meer aandacht zijn voor studievaardigheden. Na de toetsweek van de eerste periode (waarin leerlingen voor het eerst te maken hebben gehad met de manier van voorbereiden en toetsen zoals die in de bovenbouw gebruikelijk is) wordt in de tweede periode voor alle leerlingen een lesuur ingeroosterd om aandacht te besteden aan de vaardigheden die nodig zijn om meer zelfstandig dan in de onderbouw met het schoolwerk om te gaan. Een ander punt dat onze aandacht verdient is de rol die huiswerk op onze school speelt. Opgegeven huiswerk dient te leiden tot zinvol thuiswerk. Het algemene beeld is dat dat op het Praedinius onvoldoende het geval is.
Onze speerpunten
9
Schoolplan PG 2015-2019
Naast ‘de basis op orde’ willen we aan de slag met de volgende zaken: Meer dan veel andere scholen in de stad Groningen hebben we te maken met leerlingen die op verschillende gebieden (buitengewoon) getalenteerd zijn. Als Begaafdheidprofielschool, Olympiadeschool, met ons uitgebreide PG+-programma en met de verbredingsactiviteiten in de onderbouw en deelname aan het Honours Program en de bètatopklas in de bovenbouw doen we veel om deze leerlingen aan hun trekken te laten komen. De komende jaren willen we meer samenhang brengen in deze zaken. Veel van het hierboven genoemde staat nog teveel op zichzelf. De integratie van alles in een overkoepelend programma voor leerlingen die meer kunnen en willen staat hoog op onze agenda. In de geplande gesprekken met docenten en secties zullen een aantal zaken die direct raken aan het lesgeven duidelijk aandacht krijgen. Om leerlingen te kunnen opleiden tot kritische, onafhankelijk denkende en creatieve burgers met een wetenschappelijke oriëntatie vinden we het nodig dat docenten in de les enthousiast zijn over hun vak, een breed en diepgaand beeld kunnen geven van het vak en in staat zijn te differentiëren tussen leerlingen van verschillende niveaus en met verschillende leerstijlen. We willen ons meer richten dan nu het geval is op de aansluiting tussen het basisonderwijs en onze school, met name voor (hoog)begaafde leerlingen. Te denken valt bijvoorbeeld aan het in school halen van leerlingen eerder dan het reguliere instroommoment in de brugklas. De precieze vorm die dit zal krijgen moet nog ontwikkeld worden. We willen ook graag meer aandacht besteden aan de aansluiting tussen onze school en het hoger (universitaire) onderwijs. We zijn al met de RUG in gesprek over wat we voor elkaar kunnen betekenen. We willen ons onderwijsprogramma zo aanpassen dat er meer keuzevrijheid voor de individuele leerling ontstaat. Hierbij moet onder andere gedacht worden aan het aanbieden van een keuze tussen meer les in reguliere vakken aan de ene kant en verdieping en/of verbreding aan de andere kant. Naast een positieve prikkel voor de motivatie van leerlingen kunnen de voordelen hiervan zijn dat we meer maatwerk bieden en leerlingen meer verantwoordelijkheid laten voelen voor hun eigen ontwikkeling. In onze visie maken we een paar duidelijke algemene keuzes voor het onderwijs dat we willen aanbieden: we richten ons meer op onderzoek, wetenschap en cultuur dan op de directe toepassing van kennis en ook vinden we dat de alfa- bèta en gamma vakken voor ons allen van even groot belang zijn. Aan de hand van deze keuzes willen we ons vakkenaanbod de komende jaren tegen het licht houden: hoe verhouden de vakken die we aanbieden, de mate waarin en de wijze waarop zich tot onze visie? Daarbij onderzoeken we in hoeverre het haalbaar is van drama en muziek een eindexamenvak te maken. Los van ons precieze vakkenaanbod denken we dat er voor het onderwijs winst te behalen is als we meer samenhang tussen de vakken weten te realiseren. Die samenhang kan zowel bestaan uit het onderling afstemmen van de programma’s van 10
Schoolplan PG 2015-2019
verschillende vakken als het daadwerkelijk samenwerken van vakken bij het geven van onderwijs. De komende jaren willen we de samenhang tussen vakken, in welke vorm dan ook, actief stimuleren. Bij al het bovenstaande mag niet onvermeld blijven dat onze financiële situatie krap is en blijft. Dat zorgt ervoor dat we voor sommige zaken wellicht wat minder ruimte hebben dan we ons zouden wensen en dat we in veel gevallen gedwongen zullen zijn scherpe keuzes te maken. Tijdpad Verdere uitwerking en daaropvolgende uitvoering van het bovenstaande zal leiden tot aanpassingen in ons onderwijs. Omdat elke aanpassing zijn prijs heeft is het zaak het geheel aan aanpassingen zo gecoördineerd mogelijk te laten verlopen. Voor zover mogelijk moeten veranderingen plaatsvinden binnen een geleidelijke, samenhangende evolutie. Sommige mogelijke veranderingen zijn echter zo fundamenteel dat er sprake is van een revolutie. Vanwege de hoge prijs van een revolutie is het wenselijk om het aantal ervan zoveel mogelijk te beperken. Vandaar dat in deze eerste uitwerking is gekozen voor een structuur waarin het aantal revoluties beperkt blijft tot één: bij de start van het schooljaar 2018-2019. Uitgangspunt is dat alle revolutionaire aanpassingen van ons onderwijs die voort gaan komen uit ons beleid in samenhang geïntroduceerd worden in de zomer van 2018. Voor alle duidelijkheid: deze uitspraak zegt op zichzelf niets over de omvang van de transitie in 2018. Mogelijk is er zelfs helemaal geen transitie. De betekenis ervan is slechts dat als er revolutionaire aanpassingen gewenst zijn die, in samenhang, in de zomer van 2018 doorgevoerd worden. Dit betekent uiteraard niet dat voor de zomer van 2018 er geen enkele aanpassing plaats vindt. Kleinschalige veranderingen zijn zonder meer mogelijk als duidelijk is dat ze in dezelfde richting gaan als de transitie die voor 2018 mogelijk op stapel staat (of op zijn minst er niet tegenin gaan). Lastiger is het als niet duidelijk is hoe een voor dat moment gewenste aanpassing zich verhoudt tot de transitie van 2018. In dat geval is het zaak voorzichtig te zijn. Kosten voor veranderingen en het terugdraaien ervan zijn niet alleen zonde, maar vaak ook nog eens onevenredig hoog. Toch kunnen de noodzaak en/of urgentie zo hoog zijn dat ondanks een onduidelijk toekomstbeeld de verandering doorgevoerd moet worden. Per geval zal een afweging gemaakt moeten worden tussen risico’s aan de ene kant en noodzaak/urgentie aan de andere kant. Dit alles betekent dat het opstellen van een tijdschema voor het ontwikkelen en doorvoeren van aanpassingen in ons onderwijsprogramma met de nodige zorgvuldigheid moet gebeuren. Een eerste opzet voor wat betreft de globale structuur van ons onderwijs staat hieronder weergegeven. Naast, maar zoals beschreven wel samenhangend met het bovenstaande, willen we komend schooljaar al (verdere) stappen zetten op het gebied van integratie van onze
11
Schoolplan PG 2015-2019
plusactiviteiten en onze verbinding met het basis- en hoger onderwijs. In de paragraaf BPS wordt op deze zaken nader ingegaan. Daarnaast willen we ruimte geven aan secties om in onderling overleg te kijken of meer samenhang tussen vakken gewenst en mogelijk is.
Wat
Wanneer
Vaststellen uitgangspunten onderwijsprogramma tot 2018 en daarmee vaststellen van de ruimte in de lessentabellen voor 2016-2017 (en 2017-2018).
Najaar 2015
Vaststellen lessentabellen 2016-2017.
December 2015
Onderzoek haalbaarheid muziek en drama als eindexamenvak
2015-2016
Vaststellen vakken en onderlinge lestijdverhouding in ons onderwijsprogramma vanaf 2018-2019.
Najaar 2016
Vaststellen contouren vormgeving onderwijs vanaf 2018-2019. Vaststellen lessentabellen 2017-2018
December 2016
Vaststellen definitieve lessentabellen en verdere invulling onderwijsprogramma vanaf 2018-2019 (inclusief overgangstabellen).
Najaar 2017
Start nieuw onderwijsprogramma
Najaar 2018
(Eerste) evaluatie nieuw onderwijsprogramma
Voorjaar 2019
2
BPS
Het Praedinius Gymnasium is een Begaafdheids Profielschool. In 2013 is er een visitatie geweest door de stichting BPS, die leidde tot een positieve beoordeling en een verlenging van het predicaat. Hoogbegaafdheid is een thema dat meer en meer maatschappelijke en politieke belangstelling krijgt. Scholen zien zich voor de opdracht gesteld om passend onderwijs te bieden aan leerlingen die (hoog)begaafd zijn en anders zijn dan leeftijdgenoten in hun belangstelling en manier van leren. Als begaafdheidsprofielschool wil het Praedinius een voortrekkersrol vervullen in de stad Groningen en in de regio om leerlingen die (hoog)begaafd zijn inspirerend onderwijs te bieden en goede ontwikkelingsmogelijkheden te bieden. Binnen onze school is er onder docenten, mentoren en binnen het begeleidingsteam ruime ervaring in het inspelen op de didactische en sociaal-emotionele behoefte van (hoog)begaafde leerlingen. Voor (hoog)begaafde leerlingen in de onderbouw is er het verbredingsproject waarin zij binnen lestijd kunnen werken aan hun eigen project. Er zijn in de middenbouw PG+ modules ‘op maat’ waarin leerlingen uitgedaagd
12
Schoolplan PG 2015-2019
worden zich te verdiepen in een onderwerp dat hun belangstelling heeft. In de bovenbouw kunnen leerlingen PG+ modules volgen aan de Open Universiteit, zijn er masterclasses en keuzecolleges, en kunnen leerlingen deelnemen aan het Honours Program zoals dat aan de zelfstandige gymnasia wordt ontwikkeld. Voor getalenteerde en gemotiveerde leerlingen is er de bèta-topklas. Binnen de reguliere lessen is aandacht voor meta-cognitieve vaardigheden vanzelfsprekend en wordt een kritische en creatieve houding gestimuleerd. Ook buiten de vaklessen worden leerlingen uitgenodigd hun talenten te ontdekken en te ontwikkelen, bijvoorbeeld in de leerlingverenigingen en door deelname aan olympiades en wedstrijden. In de afgelopen jaren is voor hoogbegaafde leerlingen een duidelijke begeleidingslijn neergezet, als zijnde een vangnet voor (hoog)begaafde leerlingen met motivatieproblemen of voor leerlingen die onderpresteren. Er mag geconstateerd worden dat er op uiteenlopende manieren aandacht is voor (hoog)begaafde leerlingen. Er moet echter ook geconstateerd worden dat het nog beter kan. Leerlingen waarderen de mogelijkheden tot verbreding en verdieping buiten de les. De animo om deel te nemen aan verbreding neemt echter af wanneer leerlingen bemerken dat verbreding tevens een verzwaring van het leerprogramma inhoudt. Een verbredingsproject is voor veel van de leerlingen ook compensatie voor het gevoelde gebrek aan uitdaging in de les. Ouders geven aan niet volledig geïnformeerd te zijn over het BPS-profiel en de mogelijkheden die de school biedt. Onder docenten is, in zijn algemeenheid, te weinig bekend wat het in de dagelijkse lespraktijk inhoudt Begaafdheids Profielschool te zijn. Ook de visitatiecommissie BPS constateert dat het ontbreekt aan een schoolbrede visie op het onderwijs aan (hoog)begaafde leerlingen en dat de didactische ervaring en pedagogische affiniteit die nodig zijn niet binnen alle secties in gelijke mate aanwezig is. De schoolleiding zal docenten stimuleren zich te ontwikkelen in ‘differentiatie in de les’ en ‘omgaan met verschillen’ zodat het vanzelfsprekend wordt dat er binnen de reguliere lessen aandacht is voor excellentie. Een belangrijk aandachtspunt is de aansluiting op- en kennis van de uiteenlopende manieren waarop in het primair onderwijs wordt ingespeeld op de talenten en behoeften van (hoog)begaafde leerlingen. Het is zaak dat docenten hiervan op de hoogte zijn en dat het Praedinius hierin nadrukkelijk een partner is voor het primair onderwijs. Er is een groeiende vraag vanuit leerlingen en ouders naar versnelling binnen het curriculum of naar de mogelijkheden om alvast de eerste stappen te zetten binnen het wetenschappelijk onderwijs. De mogelijkheden hiertoe zullen nadrukkelijk verkend gaan worden.
13
Schoolplan PG 2015-2019
Wat
Wanneer
Wie
Samenhangend aanbod BPSactiviteiten in onder-, midden- en bovenbouw (o.a. PG+, verbreding en honours).
2015-2016
Schoolleiding en betrokken coördinatoren/begeleiders.
Schoolbrede visie op didactiek en begeleiding (hoog)begaafde leerlingen
2015-2016: vaststellen
Schoolleiding en docenten
Docenten bekwamen zich (verder) in ‘differentiatie in de les’ en ‘omgaan met verschillen’
2015-2017
Schoolleiding en docenten
HB-mentor voor intervisiegroep leerlingen klas 1
2015-2016: pilot
Schoolleiding en mentor
Beter aansluiten bij de diverse manieren waarop HB-leerlingen in het PO les/begeleiding krijgen.
2015-2016
Schoolleiding en docenten; PO onderwijs GSV, Bredero, Haydnschool, Starter, St. Nicolaasschool
Verkenning versneld curriculum
2015-2017
Schoolleiding
Verkenning wederzijdse belangen PG RuG
Elders ook genoemd
Schoolleiding
3
Technasium
Het Praedinius Gymnasium is één van de scholen die vanaf het eerste uur betrokken was bij het technasium. De meeste projecten zijn zelf ontwikkeld en geschreven naar aanleiding van authentieke vragen van opdrachtgevers; de opdrachtgever introduceert zijn vraag op school en is ook daadwerkelijk geïnteresseerd in het antwoord. We hebben inmiddels tien jaar ervaring en kregen in mei 2014 een predicaatsverlenging, waarbij de auditcommissie zowel complimenten uitspraak als aandachtspunten meegaf. In de onderbouw is het vak O&O verplicht in klas 1 voor alle leerlingen. In klas 2 en 3 kunnen de leerlingen voor het vak kiezen. Na klas 3 kan de leerling in het NG/NT profiel kiezen voor het vak O&O. Vanwege het uitgebreide curriculum in de onderbouw worden hier minder uren O&O aangeboden dan op andere technasiumscholen gangbaar is. Het aantal projecten in de onderbouw is een structureel gespreksonderwerp tussen het Praedinius en de Stichting Technasium. In de
14
Schoolplan PG 2015-2019
bovenbouw worden in vergelijking juist meer uren aangeboden zodat over alle jaren heen voldoende uren voor O&O worden gehaald. Bij de audit werd waardering uitgesproken voor de hoge kwaliteit van de meesterproeven. Omdat er docenten van veel verschillende vakken in de sectie O&O vertegenwoordigd zijn, weten ze ook goed wat er bij de andere vakken gedaan wordt, bijvoorbeeld ten aanzien van presentatie, vormgeving of bronnenonderzoek. In de bovenbouw worden de projecten inhoudelijk complexer. Daar geven dan ook alleen vakdocenten uit de bètarichting het vak O&O. De manier van werken en de manier van beoordelen binnen O&O heeft inmiddels een merkbare doorwerking binnen de school, bijvoorbeeld in de wijze waarop leerlingen bij biologie hun opdracht kunnen kiezen en uitwerken en in het honoursprogramma van de zelfstandige gymnasia waarbij leerlingen op een vergelijkbare manier beoordeeld worden op de ontwikkeling die ze weten te realiseren. Door een andere pedagogisch-didactische benadering binnen het technasium wordt ingespeeld op de verschillende leerstijlen van de leerlingen. Binnen de school, en met name binnen de sectie technasium, is er veel aandacht voor zaken die de kwaliteit van het vak O&O waarborgen, onder andere: scholing en certificering van docenten, het belang van projecten die aan de eisen en verwachtingen voldoen, doorlopende lijnen in het (vaardigheden)programma en evaluatie onder leerlingen en ouders. De schoolleiding en de sectie technasium vinden het van belang te komen tot een gedeelde visie op de plaats van het vak O&O in het curriculum van het Praedinius, op kwaliteitszorg en op het hiertoe benodigde personeelsbeleid. Een daadwerkelijk gedeelde visie is een belangrijke randvoorwaarde om de ontwikkeldoelen uit de zelfevaluatie en het jaarplan te kunnen realiseren. Wat
Wanneer
Wie
Visie op O&O/technasium binnen PG (incl. kwaliteitszorg en personeelsbeleid)
2015-2016
Schoolleiding en kerngroep technasium, i.o.m. jaarlaagcoördinatoren en docenten O&O
Overleg met Stichting technasium (o.a. aantal projecten onderbouw)
2015-2016
Schoolleiding
Taakomschrijving technator
2015-2016
Schoolleiding en kerngroep
Overlegstructuur schoolleiding-kerngroep, kerngroep-sectie.
2015-2016
Schoolleiding en kerngroep
Certificering docent(en) i.c.m. aantal projecten in database
2015-2017
Schoolleiding, kerngroep technasium, docent(en)
15
Schoolplan PG 2015-2019
4
Cultuur en PG+
Binnen ons cultuuronderwijs streven we naar een breed aanbod van vaardigheden en media waarbij het streven is dat de leerlingen in de onderbouw hiermee kennismaken zodat de leerlingen in de bovenbouw op basis van deze ervaring een keuze kunnen maken voor media en vaardigheden die hen goed liggen. Vier jaar geleden werd geconstateerd dat we als school vooral conceptuele en analytische vaardigheden aanleerden en met name gebruik maakten van grafische en schriftelijke media. Het Praedinius is toen aangehaakt bij het door de RUG geïnstigeerde cultuureducatieprogramma Cultuur in de Spiegel. In dit kader wordt cultuuronderwijs ontwikkeld dat enerzijds verbanden tussen diverse cultuurvakken expliciteert en anderzijds het culturele zelfbewustzijn van de leerling probeert te ontwikkelen. Er is de afgelopen jaren gewerkt aan een uitbreiding van het lesaanbod naar andere media (het lichaam, voorwerpen) en andere vaardigheden (waarnemen en verbeelden) en dat willen we de komende vier jaar vervolmaken. In het cultuuronderwijs wordt daarbij steeds gezocht naar samenhang in de receptieve, productieve en reflectieve vaardigheden. Onze leerlingen kunnen kiezen uit een breed en veelzijdig aanbod waarbij zij worden gestimuleerd hun talenten te ontplooien. Daarnaast voorziet de culturele leerlijn in het aanbrengen van samenhang tussen vakken als klassieke talen en geschiedenis enerzijds en de kunsten anderzijds. De afgelopen jaren is gewerkt aan meer inhoudelijke samenhang en betere positionering van de PG+-cursussen, verbreding van het aanbod, en de ontwikkeling van het cultuurvak in klas 3. Inhoudelijke samenhang is ontstaan door het inrichten van domeinen (kunst, maatschappij, exact) waarbinnen de cursussen sterk samenhangen en soms kunnen doorlopen over meerdere periodes. Wat betreft de culturele leerlijn in het reguliere curriculum is het zo dat de ‘bestaande’ culturele leerlijn in de onderbouw het curriculum en de historische lijn van de vakken geschiedenis en klassieke talen als uitgangspunt neemt. In de bovenbouw (klas 5, 6) is de historische lijn vanaf de Renaissance het uitgangspunt, terwijl in klas 4 de actualisatie van een klassiek thema de brug tussen onder- en bovenbouw moet vormen. De kunstvakken sluiten hierbij aan door middel van het cultuurvak in klas 3 dat volop in ontwikkeling is. De volgende stap is de ontwikkeling van een doorlopende lijn van klas 1 t/m 6. Het ontwerpen van deze leerlijn heeft tijdens schooljaar 2014-15 plaatsgevonden en zal vanaf schooljaar 15-16 geeffectueerd worden. Deels zijn het projecten en plannen die al uitgevoerd worden, ook zijn er plannen die voor de komende jaren in ontwikkeling zijn.
16
Schoolplan PG 2015-2019
Vak op maat naast PG+ (in bovenbouw) In de bovenbouw is het voor de leerling mogelijk een verdiepende cursus te kiezen. Leerlingen mogen ook kiezen voor ‘vak-op-maat’. Deze keuzemogelijkheid zorgt ervoor dat de PG+-cursussen daadwerkelijk kunnen inzetten op verdieping: leerlingen kiezen bewust en vol overtuiging voor een programma. Om het keuze-aanbod ruim te kunnen houden moeten jaar 4 en 5 mogelijkerwijs gecombineerd worden in deze cursussen.
Wat
Wanneer
Wie
Implementatie doorlopende leerlijn
2015-2017
Cultuur coördinator, schoolleiding
Onderzoek verdere uitbouw vak op maat
2015-16
Schoolleiding, pg+-coördinator
Verdere ontwikkeling cultuurvak
2015-16
Cultuur coördinator, kunstsectie, schoolleiding
1 t/m 6
17
Schoolplan PG 2015-2019
IV
Personeelsbeleid
Inleiding De visie van onze school moeten we terugzien in het personeelsbeleid. Het geven van goed en uitdagend onderwijs gericht op de kritische en creatieve wetenschapper vereist een aantal vaardigheden van docenten en onderwijs ondersteunend personeel. Dit betekent dat: de talenten van elke docent worden benut en docenten binnen de gestelde kaders ruimte krijgen om goed onderwijs te verzorgen er ruimte en aandacht is voor de ontwikkeling van het personeel de school investeert in opleiding op het gebied van didactiek, pedagogiek, zorg en eigen vakgebied van de docent kennis en enthousiasme voor het vak belangrijke criteria zijn bij de beoordeling van de docent docenten en secties een bijdrage leveren aan de ontwikkeling van het onderwijs personeel begeleid wordt en mogelijkheden krijgt voor loopbaanontwikkeling de opleidingsschool verankerd is binnen onze school en dat docent, LIO, beginnend en gevorderd docent binnen school op de juiste wijze ondersteund en begeleid kunnen worden 1
Gesprekkencyclus
Binnen de kaders van O2G2 is een gesprekkencyclus ontwikkeld. Deze cyclus strekt zich uit over 2 jaar en bestaat uit een planningsgesprek een voortgangsgesprek een beoordelingsgesprek Vanaf schooljaar 2014-2015 beginnen we met deze cyclus waarbij we gebruik maken van een aantal instrumenten. In het planningsgesprek zal de aandacht uitgaan naar het persoonlijk ontwikkelplan. In het functioneringsgesprek staat de voortgang centraal en uiteindelijk zal in het beoordelingsgesprek gekeken worden of de afspraken en planning zijn nagekomen. Lesbezoeken zijn een vast onderdeel van de gesprekscyclus voor het OP. We werken met een observatieformulier dat is ontwikkeld vanuit de eigen visie met in achtneming van het inspectiekader 2013. Een vast onderdeel is ook feedback van leerlingen en sectie. Een ander belangrijk onderdeel van de gesprekkencyclus is aandacht voor scholing en ontwikkeling. In onze visie en missie staat duidelijk omschreven wat we met de leerling willen en wat we van de leerling verwachten. De docent, individueel en in
18
Schoolplan PG 2015-2019
sectieverband, moet in staat zijn om aan te geven hoe hij of zij vorm geeft aan het geven van uitdagend en goed onderwijs aan alle leerlingen. Voor het OOP geldt eenzelfde gesprekkencyclus met dien verstande dat een aantal instrumenten niet wordt ingezet (lesbezoek bijvoorbeeld). In het planningsgesprek moet aandacht zijn voor eigen ontwikkeling en vaardigheden zodat de ondersteunende werkzaamheden binnen school op een adequate manier kunnen worden uitgevoerd. Een vast onderdeel binnen het OOP zal bestaan uit afspraken gemaakt op het gebied van BHV en EHBO. Wat
Wanneer
Gesprekkencyclus 2015-2017 1 dec 2015 planning 2 dec 2016 voortgang 3 dec 2017 beoordeling + planning
2
Wie schoolleiding, OP en OOP
Taakbeleid
Vanaf 2011 werken we met een vernieuwd taakbeleid. Het is van belang om elk jaar met elkaar het taakbeleid te evalueren waarbij het uitgangspunt moet zijn dat de taken op een juiste manier worden uitgevoerd en dat er voldoende ruimte is om taken uit te voeren. Voor 2015- 2016 staat op de agenda:
- gerichte aandacht voor werkdruk verlichtende maatregelen. Deze kunnen gevonden worden in goede roosters, goede planningen en planmatig werken en goede ondersteuning door de ondersteunende diensten.
- keuzes maken in taakbeleid in samenhang met de visie van de school - goede taakomschrijving van: a mentor b coördinator c decaan midden- en bovenbouw d schoolopleider e zorgcoördinator f technator g webcoördinator h ICTcoördinator i cultuurcoördinator j rekencoördinator k taalcoördinator
19
Schoolplan PG 2015-2019
Wat
Wanneer
Wie
Aanpassingen taken
2014-2015
Schoolleiding +PMR
Taakbeleid koppelen aan nieuwe visie; definiëring Opslagfactor, lesweken, deskundigheidsbevordering
2015-2016
Schoolleiding + MR
Taakomschrijvingen - takenboek
2015-2016 jaarlijks aanpassen
Schoolleiding
3
Deskundigheidsbevordering
In het huidige taakbeleid staat een vaste voet voor deskundigheidsbevordering. Deze bedraagt 7,5% van de normjaartaak. Hier werd tot nu toe niet op gestuurd. Een goede invulling van de deskundigheidsbevordering is echter wel van belang We vinden dat een docent zich moet blijven ontwikkelen. Deze ontwikkeling zal ook in lijn gebracht moeten worden met de visie en ambities van de school. Binnen de deskundigheidsbevordering besteden we onder meer aandacht aan scholing op het eigen vakgebied en het uitwerken van expertrollen voor de LDdocent, waarbij de docent op een bepaald gebied een expertrol vervult. Deze rol kan zowel binnen als buiten de sectie ingevuld worden. Wat
Wanneer
Wie
Expertrollen uitwerken
2015-2016
Schoolleiding
4
Functiemix
Binnen O2G2 zijn de kaders vastgelegd waarbinnen het Praedinius vorm geeft aan de functiemix. Vanaf 2011 hebben wij gewerkt aan het uitvoeren van de functiemix afspraken. De betaalbaarheid van de uitvoering is hierbij een centraal thema. Stand van zaken per 1 oktober 2014: 21,4% LB 26,9 % LC 51,7 % LD
Doelmix per 1 oktober 2014 (rekentool): 11,2 % LB 45,2 % LC 43,6 % LD 20
Schoolplan PG 2015-2019
De huidige functiemix waarde is 130,35. Op basis van de rekentool met een realisatie van 50% is de streefwaarde 132,6. Deze kunnen we realiseren op 1 oktober 2014 met de volgende percentages: 19,4% LB, 28,9% LC en 51,7% LD. De doelmix per 1 oktober 2014 is niet de uiteindelijke functiemix. De schoolleiding zal met PMR in gesprek gaan over het functiebouwwerk binnen het Praedinius zodat er meer evenwicht is tussen LB, LC en LD. Parallel hieraan zal een goed functionerings- en beoordelingstraject binnen het Praedinius lopen (zie gesprekkencyclus). Wat
Wanneer
W ie
Functiemixwaarde loslaten en bepalen wat ideale functiemix op PG is.
2015-2016
Schoolleiding + PMR
5
Scholing
Zoals al gezegd in de inleiding van dit hoofdstuk is het van belang dat ons personeel zich blijvend ontwikkelt om vorm te kunnen geven aan onze visie op goed en inspirerend onderwijs. De docenten van het Praedinius zijn voor het merendeel 1e graad opgeleid. Velen hebben een academische achtergrond en 95% van het personeel is bevoegd. We streven ernaar om eind 2016 100% bevoegden voor de klas te hebben. De docent staat open voor ontwikkeling en geeft in het eigen scholingsplan aan waarin hij zich de komende tijd verder gaat ontwikkelen; dit vormt een onderdeel van de gesprekkencyclus. De docent van het Praedinius is een vakdocent: hij kent zijn vak, weet zijn vak over te brengen op de leerling en is in staat om maatwerk te leveren voor klas en leerling. Differentiatie en innovatie in de klas is hierbij van belang waarbij de docent/sectie in vakwerkplan aan weet te geven wat er gebeurt naast dat wat wettelijk is voorgeschreven. Voor de schoolleiding geldt dat het beroep van schoolleider wordt gedefinieerd in de beroepsstandaard die binnen de VO-raad wordt ontwikkeld. Deze standaard dient tevens als basis voor de ontwikkeling van een schoolleidersregister. Vanuit O2G2 wordt schoolleiders scholing aangeboden. Alle medewerkers dienen continu te worden bijgeschoold op het gebied van ICT. Het betreft hier zowel toepassingen voor de klas (digitaal materiaal) als het goed en efficiënt gebruik van Magister en It’s Learning.
21
Schoolplan PG 2015-2019
In het kader van wettelijke ontwikkelingen worden de bekwaamheden vastgelegd in het bekwaamheidsdossier. Daarnaast is elke docent vanaf 2017 ingeschreven in het lerarenregister. Wat
Wanneer
Wie
Basisopleiding schoolleider/ MD traject met O2G2 scholen
2015-2017
Schoolleiding, HR
Schoolleidersregister
2015-2017
Schoolleiding, HR
Bekwaamheidsdossier in kwaliteitsscholen
2016-2017
Docent, schoolleiding, HR
Lerarenregister
2016-2017
Docent
6
Opleidingsschool
Sinds 2010 maakt het Praedinius deel uit van de Groninger Opleidingsschool in samenwerking met de universitaire lerarenopleiding van de RUG en de NHL. De primaire taak is het opleiden van studenten tot docenten waarbij het leren zowel gebeurt op de opleidingsinstituten als de scholen. Een omgeving waar de principes van leren centraal staan heeft positief effect op de kwaliteit van de onderwijsorganisatie als geheel en vormt een belangrijk onderdeel van het personeelsbeleid. Vanaf 2010 is ingezet op de kwaliteit van coaches en schoolopleiders, is er gewerkt aan een goede match tussen student en school en is er een gezamenlijk onderwijsprogramma ontwikkeld dat vanaf 2015 geïmplementeerd gaat worden. Om de kwaliteit van de coaches op orde te houden is gewerkt met een kerngroep van coaches op het Praedinius. Waar bij het aanstellen van lio’s in het verleden slechts gekeken werd naar waar vacatureruimte was, wordt nu meer en meer gekeken naar kwaliteit van coaches en het onderwijs. Daarnaast is als begeleidingsinstrument van bijvoorbeeld de lio beeldcoaching opgenomen. Inmiddels zijn binnen het Praedinius twee beeldcoaches opgeleid. Het is de bedoeling deze in te zetten bij de begeleiding van zowel lio’s, beginnende als zittende docenten. Wat
Wanneer
Wie
Opleiden coaches
2015-2019
Schoolopleiders - ULO
Begeleiding lio naast coach
2015-2016
Schoolopleiders
Begeleiding nieuwe docent en zittende docent
2015-2019
Schoolopleiders
Vademecum PG voor LIO en beginnende docent
2015-2016
Schoolleiding - schoolopleiders - administratie
Beeldcoachtrajecten 10x
2015-2019
Beeldcoaches - schoolopleiders
Plan voor intervisie
2014-2016
Schoolopleiders- schoolleiding
22
Schoolplan PG 2015-2019
7
Ziekteverzuimbeleid
Binnen O2G2 is afgesproken dat het ziekteverzuim onder de 5% moet liggen. Het Praedinius kent vanaf 2011 een relatief laag ziekteverzuim (gemiddeld tussen de 4 en 5%). Het gaat ons niet zozeer om de cijfers maar het is belangrijk om een werksfeer met elkaar te creëren waarbinnen iedereen zich prettig voelt. Dat betekent dat de schoolleiding voldoende aandacht moet hebben voor het personeel en dat ziek personeel vanuit de schoolleiding goed wordt begeleid. We moeten blijven werken aan een veilige en gezonde werkomgeving in het kader van de Arbo. Van belang is ook dat er goede afstemming en goede afspraken zijn met de bedrijfsarts.
23
Schoolplan PG 2015-2019
V
Onderwijs ondersteunende diensten
Het hebben van goed functionerende ondersteunende diensten binnen school is een voorwaarde voor goed onderwijs. De ondersteuning moet zo ingericht zijn dat leerlingen, docenten, schoolleiding en de ondersteunende diensten zelf hun taak goed kunnen uitvoeren. Goed functionerende diensten leiden tot tevredenheid van alle belanghebbenden in het onderwijs. De ondersteunende diensten werken vanuit een taakgerichte houding. De werkzaamheden kunnen uitgevoerd worden op meerdere plekken. In de organisatie moet duidelijk zijn waar wie over gaat en welke taken bij de ondersteunende diensten liggen. Belangrijk is te vermelden dat op het moment van schrijven ontwikkelingen gaande zijn op het gebied van bedrijfsvoering, centraal en decentraal. Een en ander zal gevolgen hebben voor het Praedinius, met name op het gebied van de ICT en financiële administratie. We onderscheiden de volgende diensten:
Conciërgeteam- kantine (facilitaire zaken) Administratie Financiële administratie, ondersteuning schoolleiding Roosterbureau Intern begeleidings- en adviesteam (verder uitgewerkt in hoofdstuk VI) Mediatheek ICT
ICT speelt een steeds belangrijker rol in het onderwijs. Dat proces is al een tijd aan de gang. Computerlokalen, communicatie via e-mail, een digitaal administratiesysteem, een elektronische leeromgeving, digiborden: het zijn zaken die al lange tijd tot de vanzelfsprekendheden van onze school behoren. In de (hopelijk nabije) toekomst zal dat ongetwijfeld ook gelden voor overal beschikbaar (en werkend) draadloos internet. Aan dit laatste wordt in de laatste maanden van het schooljaar 2014-2015 vanuit O2G2 de laatste hand gelegd. Dat dit proces verder gaat lijkt zonneklaar, maar hoe en met welke snelheid is op dit moment nog allerminst duidelijk. Hoewel veel erop wijst dat in de toekomst leerlingen allen de beschikking zullen hebben over een persoonlijk digitaal device (pdd) dat uitgebreid benut zal worden tijdens de les, heeft de vorm die het onderwijs daarbij zal krijgen zich nog niet uitgekristalliseerd. Het Praedinius neemt in bovenstaande ontwikkeling niet het voortouw, maar we volgen de ontwikkelingen op de voet. Hiertoe hebben we de afgelopen jaren de werkgroep Digitale Leermiddelen in het leven geroepen. Docenten konden de beschikking krijgen over een iPad en werden in bijeenkomsten in de gelegenheid gesteld ervaringen uit te wisselen over het gebruik ervan in de les. Het schooljaar 2015-2016 gaan we niet door met de werkgroepen in de huidige vorm, maar we willen wel graag docenten de gelegenheid blijven geven om de mogelijkheden van digitale middelen te gebruiken en uit te proberen.
24
Schoolplan PG 2015-2019
Kernvraag bij het bovenstaande is de rol die het persoonlijk digitaal device in de school zou moeten spelen. In de vorm van een smartphone beschikt verreweg het grootste deel van onze leerlingen natuurlijk al over zo’n device. Behalve tal van mogelijkheden (denk bijvoorbeeld aan interactie en maatwerk in de les) brengt dit uiteraard ook de vraag met zich mee hoe we het gebruik ervan in goede banen kunnen leiden. Om alle ICT-zaken te coördineren en een link te hebben tussen docenten en ons ICT-team gaan we vanaf 2015-2016 werken met een ICT-coördinator. De ICTcoördinator zal als belangrijke taak hebben om via contacten met docenten zo goed mogelijk op de hoogte te blijven van de zich ontwikkelende mogelijkheden en uitdagingen die het lesgeven in een digitaliserende wereld biedt. Op facilitair gebied zal de komende jaren moeten worden gekozen: pc’s, laptops, iPads? We hebben nu voor leerlingen de beschikking over een aantal computerlokalen (De Koepel en K11), twee sets laptops (bij natuurkunde en technasium) en twee sets iPads (in beheer bij individuele docenten). We zullen in de toekomst ons steeds moeten blijven afvragen welke middelen en in welke verhouding we willen gebruiken. Digiborden We zullen ergens in de komende jaren onze huidige (digi)borden moeten vervangen. De vraag zal zijn wanneer en door wat. Magister We willen uitzoeken hoe we de mogelijkheden die ons schooladministratie systeem biedt beter kunnen benutten. Itslearning Gaan we door en zo niet, wat anders? Website Vanwege het belang van het hebben van een goede website, onze onvrede over de huidige stand van zaken en onze inschatting dat binnen de huidige structuur onvoldoende verbetering mogelijk was, hebben we sinds 1 januari een websitebeheerder aangesteld. De komende tijd gaat bekeken worden hoe we de structuur van het beheer eventueel verder moeten aanpassen (formeren van een webredactie?). Daarnaast zijn we bezig met de overgang naar een nieuwe website. Scholing docenten Misschien wel de belangrijkste kwestie. Om adequaat te kunnen inspelen op de digitale ontwikkelingen is het noodzakelijk dat we qua kennis en vaardigheden onze collega’s meenemen.
25
Schoolplan PG 2015-2019
Hoe bovenstaande zaken de komende jaren zullen uitpakken hangt onder meer af van hoe ICT binnen de school in de toekomst beheerd zal worden. Dat is op dit moment allerminst duidelijk. Vanuit O2G2 wordt op dit moment gewerkt aan plannen voor de inrichting hiervan. Wat daar ook uitkomt, voor ons is het van groot belang dat we kunnen blijven rekenen op directe en capabele ondersteuning.
Wat
Wanneer
Wie
Gesprekkencyclus OOP Planning van scholing
2014-2016
Schoolleiding, OOP
Aanstellen medewerker facilitaire zaken
2015-2016
Schoolleiding, HR
Planvorming mediatheek -rol in onderwijs -uitbreiding ouderparticipatie
Mediathecaris, schoolleiding
Roosterbureau roosterplan
2015-2016
Schoolleiding, roosterbureau
Administratie -uitwisseling werkzaamheden -functioneel beheer kwaliteitsscholen -onderdeel intake commissie en examensecretariaat
2015-2016
Schoolleiding en administratie
26
Schoolplan PG 2015-2019
VI
Leerlingbegeleiding en passend onderwijs
Het Praedinius Gymnasium stelt zich ten doel leerlingen die over voldoende capaciteiten en belangstelling beschikken, een brede gymnasiale opleiding te bieden. Op verschillende manieren wordt het reguliere gymnasiumpakket verrijkt met uitdagende activiteiten. Door het brede aanbod van vakken, uitdagende activiteiten en de zelfstandige manier van werken worden de leerlingen aangesproken voor wie het reguliere gymnasiale curriculum te weinig inspirerend is. De zelfstandigheid en mondigheid van leerlingen heeft soms als keerzijde dat zij minder snel van de docent aannemen dat er ook gewerkt moet worden. Leerlingen die zonder veel moeite door de basisschooltijd gekomen zijn, moeten in de onderbouw een andere werkhouding ontwikkelen. Dit gaat nogal eens met vallen en opstaan. Basisondersteuning en plus-ondersteuning De eerstelijns ondersteuning wordt geboden door de vakdocenten en de klassenmentor. Zij ondersteunen een leerling bij vragen over de stof, bij het plannen van huiswerk en het aanleren van studievaardigheden. De mentor richt zich daarnaast ook meer in het bijzonder op het sociaal welbevinden van individuele leerlingen en de klas als geheel. Een eerste signaal dat een leerling aanvullende ondersteuning nodig heeft naast het basismentoraat komt van de mentor, een docent of de jaarlaagcoördinator, maar kan ook van de ouders komen. De jaarlaagcoördinator bespreekt de ondersteuningsvraag met het IBAT (het Interne Begeleidings- en Adviesteam). Zij stellen vast welke ondersteuning de leerling nodig lijkt te hebben en beoordelen of die geboden kan worden binnen de basisondersteuning en plus-ondersteuning van de school. Als besloten is dat (aanvullende) basisondersteuning of extra ondersteuning wenselijk geacht wordt, wordt dit met ouders/verzorgers (en eventueel de leerling) besproken voordat begeleiding van de leerling in gang wordt gezet. Tevens worden afspraken gemaakt over de randvoorwaarden en wederzijdse terugkoppeling. De zorgcoördinatoren hebben o.a. tot taak op de hoogte te zijn en te blijven van de ontwikkelingen buiten de school op het gebied van de leerlingenbegeleiding. Ze sturen de uitvoering van de basisondersteuning binnen de school aan die verder reikt dan het mentoraat en houden hierover contact met de orthopedagoog en de jaarlaagcoördinatoren. Zij participeren in het overleg van de zorgcoördinatoren van O2G2 en nemen o.a. deel aan bijeenkomsten van de Noordelijk begaafdheidsprofielscholen. Eenmaal in de zes weken is er overleg van IBAT en jaarlaagcoördinatoren met het ZAT (waarin o.a. de leerplichtambtenaar en de jeugdarts zitting hebben) over leerlingen die mogelijk externe ondersteuning nodig hebben. Een belangrijke plaats in (de organisatie van) de leerlingenondersteuning is weggelegd voor de orthopedagoog-generalist en de orthopedagogisch intern begeleider. Zij begeleiden de leerlingen die ondersteuning nodig hebben die verder gaat dan het klassenmentoraat of de basisondersteuning. De begeleiding die zij bieden is zo laagdrempelig mogelijk omdat het belangrijk is dat leerlingen deze als een vanzelfsprekend onderdeel van de leerlingenbegeleiding zien. Ze hebben overleg met de zorgcoördinatoren over de voortgang van de ondersteuning en de eventuele aandachtspunten daarin. Ze leveren een bijdrage aan beleidsontwikkeling op het vlak van leerlingenondersteuning door de schoolleiding hierin te adviseren.
27
Schoolplan PG 2015-2019
Schoolondersteuningsprofiel en arrangementen In het schoolondersteuningsprofiel wordt uitgewerkt welke basisondersteuning en plus- ondersteuning het Praedinius Gymnasium biedt. De plus-ondersteuning bestaat uit kortdurende specifieke ondersteuning die het Praedinius aanbiedt vanuit de reguliere middelen. Binnen het gymnasium zijn er verschillende groepen leerlingen met specifieke en intensieve ondersteuningsbehoeften. Dit zijn de leerlingen die méér nodig hebben dan het reguliere aanbod dat de school heeft in vorm van basisondersteuning en plus-ondersteuning. Deze extra-ondersteuning bestaat uit arrangementen die de school alleen kan aanbieden omdat die gefaciliteerd wordt door het samenwerkingsverband waar de school deel van uitmaakt, het Samenwerkingsverband Passend Onderwijs VO 20.01 (SwV PaOn VO 20.01). Voor ieder van deze vormen van extra-ondersteuning is een arrangement ontwikkeld. Het betreft school-arrangementen, waarbij leerlingen met een overeenkomende ondersteuningsbehoefte vergelijkbare ondersteuning en begeleiding krijgen. Veelal individueel en dus op maat en passend, waar mogelijke en gewenst ook in intervisiegroepen. De afgelopen jaren hebben uitgewezen dat het Praedinius intensieve en specifieke ondersteuning moet kunnen bieden aan: - Leerlingen die onderpresteren en motivatieproblemen hebben - Leerlingen met sociale-emotionele problematiek (sociale flexibiliteit & internaliserende problematiek) - Leerlingen die extra ondersteuning nodig hebben op bij het plannen en organiseren en aanleren van studievaardigheden en leerstrategieën - Verminderd belastbare leerlingen Voor het schooljaar 2015-2016 heeft het samenwerkingsverband de aangevraagde arrangementen toegekend. Evaluatie vindt plaats op niveau van het schoolarrangement en waar van toepassing ook met de leerling en de ouder(s)/verzorger(s). Op deze manier wordt in beeld gebracht of de ondersteuning heeft geboden wat daarmee beoogd werd. Versterken basisondersteuning De scholen die aangesloten zijn bij het SwV PaOn VO 20.01 ontvangen basisbekostiging ten behoeve van intensivering/versterking van de basisondersteuning en in het kader van de tripartite. De middelen voor intensivering/versterking van de basisondersteuning worden binnen het Praedinius ingezet voor een drietal projecten, waarmee een vervolg wordt gegeven aan de evaluatie van de basisondersteuning die het IBAT heeft opgesteld in samenspraak met het SwV. 1. Leren in het diepe te springen Dit project heeft tot doel docenten en mentoren van klas 1 en 2 handvatten te bieden om leerlingen te ondersteunen die bovenmatig gespannen raken van toetsen doordat ze niet gewend zijn om tegenslag te zien als een kans om te leren. 2. Evalueren en borgen basisondersteuning Uit de evaluatie van de basisondersteuning bleek dat ‘evaluatie en borging van de geboden basisondersteuning’ een aandachtspunt is. Het IBAT is zich aan het oriënteren op de implementatie van een methodiek om basisondersteuning cyclisch te evalueren, te borgen en te versterken. 3. Maatwerk Passend Onderwijs aan leerlingen met ASS Dit project heeft tot doel docenten en mentoren van onderbouw (klas 1 en 2) en middenbouw (klas 3 en 4) handvatten te bieden om leerlingen met ASS te
28
Schoolplan PG 2015-2019
ondersteunen die structureel moeite studievaardigheden op te bouwen.
hebben
om
de
benodigde
Implementatie van Passend Onderwijs Passend onderwijs in het algemeen en de arrangementen in het bijzonder, veronderstellen dat mentoren en docenten voldoende toegerust zijn om hun leerlinggerichte attitude te vertalen in handelingen. Dit vergt scholing en intervisie om het eigen handelen en de onderlinge afstemming te versterken. Daarnaast is het van belang dat mentoren en docenten weten waarvoor ze een beroep kunnen doen op het IBAT en dat er een goede afstemming is tussen het IBAT, de jaarlaagcoördinatoren en mentoren. In het schooljaar 2015-2016 zal het schoolondersteuningsprofiel worden herijkt. De zelfevaluatie van de basisondersteuning die het IBAT heeft opgesteld in samenspraak met het SwV, de praktijkervaringen met Passend Onderwijs en met de Plaatsingswijzer zullen hierbij de nodige bouwstenen leveren.
Meldkamer Een belangrijk onderdeel van de leerlingenbegeleiding is het verzuimtoezicht. Wanneer een leerlingen geregeld ongeoorloofd verzuimt, ziek gemeld wordt of te laat komt, dan is dat een belangrijk signaal dat er mogelijk iets ‘niet pluis’ is. In het schooljaar 2014-2015 is een meldkamer ingericht die een spilfunctie heeft binnen het verzuimtoezicht. De meldkamertaken worden verricht vanuit een centrale plaats binnen de school en op een vast werkwijze. Op deze manier is het verzuimtoezicht leerling-nabij en zichtbaar georganiseerd, waarbij er korte lijnen zijn tussen de meldkamer en andere leerlingbegeleiders. In het schooljaar 2015-2016 moet deze wijze van verzuimtoezicht geheel in werking zijn. Daartoe is nodig dat docenten absenten digitaal tijdig en juist (kunnen) doorgeven, dat leerlingen en ouders actief weet hebben van het verzuimbeleid dat de school hanteert (en daarnaar handelen) en dat er goede afstemming is tussen de meldkamer en jaarlaagcoördinatoren/mentoren/IBAT. Dit veronderstelt tevens dat er een goede afstemming is van de meldkamertaken en (overige) conciërgetaken. De schoolleiding zal erop toezien dat de meldkamer daadwerkelijk de school-brede spilfunctie kan hebben in het verzuimtoezicht.
Wat
Wanneer
Wie
Afstemmen werkwijze en rollen binnen IBAT
2015-2016 implementatie
Schoolleiding en IBAT
Taakverdeling mentorjaarlaagcoördinator
2015-2016 implementatie
Schoolleiding, jaarlaagcoördinatoren, mentoren
Projecten intensiveren basisondersteuning
voorbereiding: tot zomer start: 2015-2016 looptijd: 2015-2017
Schoolleiding, IBAT, en personeel
School-breed werken vanuit
2015-2017
IBAT, jaarlaagcoördinatoren,
29
Schoolplan PG 2015-2019
OPP
mentoren
Schoolondersteuningsprofiel herijken
2015-2016; daarna jaarlijks
Schoolleiding en IBAT
Basisondersteuning op niveau bestuurlijke afspraken SwV
2015-2016
Schoolleiding en IBAT
Didactiek en begeleiding hoogbegaafde leerlingen
2015-2016
Schoolleiding
Meldkamer school-breed spilfunctie in verzuimtoezicht
opstarten: voor zomer start: 2015-2016 looptijd: 2015-2017
Schoolleiding, meldkamer, jaarlaagcoördinatoren, mentoren
30
Schoolplan PG 2015-2019
VII
Schoolorganisatie
Sinds 1 augustus 2014 heeft het Praedinius een nieuwe organisatiestructuur. Er is gekozen voor heldere structuur waarin taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden duidelijk zijn. De schoolleiding bestaat uit een rector en drie conrectoren waarbij de conrectoren verdeeld zijn over de jaarlagen 1-2, 3-4 en 5-6. De schoolleiding is eindverantwoordelijk voor het onderwijsbeleid, het kwaliteitsbeleid en de financiën. De conrectoren worden voor de leerlingenzorg bijgestaan door de jaarlaagcoördinatoren 1-2, 3-4 en 5-6. Zij zijn verantwoordelijk voor de leerlingenzorg en ondersteunen de mentoren in hun werkzaamheden. De vaksecties hebben binnen het Praedinius een centrale rol. De verantwoordelijkheid van de vaksectie richt zich op: Vormgeving van PTA (jaarlijks in april), Sectiewerkplan (2015-2016) waarin de missie en visie van de school is uitgewerkt, Toetsbeleid en schoolexamens, Leermiddelen beleid/keuze (binnen de financiële kaders), ICT gebruik, magister gebruik en It’s learning, Analyse onderwijsopbrengsten (overgang, doorstroom, SE en CE) en indien nodig voorstellen tot verbeteringen en aanpassingen in programma, Afstemming vak inhoud met andere secties, Organiseren van vakspecifieke excursies en reizen.
31
Schoolplan PG 2015-2019
VIII
Kwaliteitszorg
Inleiding De kwaliteitszorg op het Praedinius Gymnasium is een nadere uitwerking van het kwaliteitsprogramma VO van O2G2. Onder kwaliteitszorg verstaan we alle activiteiten die er op gericht zijn om de kwaliteit te onderzoeken, te borgen en te verantwoorden. Kwaliteitszorg is een kwestie van doen; het moet een natuurlijk onderdeel zijn van de school. Kwaliteitszorg moet cyclisch zijn en dit komt tot uiting in het handelen van elke medewerker en in de documenten die dit proces ondersteunen. Hierbij wordt de PDCA cyclus gebruikt: plan, do, check en act. Ons schoolplan sluit aan bij het strategisch beleidsplan van O2G2 en beslaat een aantal terreinen. De acties die voortvloeien uit het schoolplan worden opgenomen in het jaarplan van de school. Uitvoering van het jaarplan leidt tot uitwerkingen op sectieniveau en op deze manier zijn de cycli aan elkaar gekoppeld. Schematisch is de volgende samenhang te zien: Maatschappelijke ontwikkelingen O2G2 CAO Wet op onderwijs
Schoolplan
Jaarplan
-missie en visie, smoel -onderwijs -leerlingenzorg -HR -financiën -ondersteuning -PR en communicatie -kwaliteitszorg
-onderwijs -zorg-ondersteuningsplan -HR -financiën (begroting) -ondersteuning -PR en communicatie -kwaliteitszorg
Het schoolplan en het jaarplan beschrijven enerzijds het beleid, anderzijds worden de plannen beschreven voor de ontwikkeling van nieuw beleid. Uitvoering van de plannen in een schoolplan en jaarplan zal leiden tot wijzigingen van documenten waarin het beleid staat. Dit kunnen verschillende documenten zijn zoals bijvoorbeeld de schoolgids, nieuwe functie omschrijvingen, opzetten taalbeleid etc. Kwaliteitszorg en kwaliteit Onder kwaliteitszorg verstaan we alle activiteiten die er op gericht zijn de kwaliteit te onderzoeken, te borgen en te verantwoorden. De vraag is wat we onder kwaliteit verstaan. Dit heeft te maken met de doelen die we ons zelf stellen: de basis op orde en we horen bij de beter presterende gymnasia. Binnen O2G2 zijn afspraken gemaakt over kwaliteitskenmerken (doelen die gesteld zijn), indicatoren (datgene wat meetbaar is aan kwaliteitskenmerken), meetinstrumenten en documenten. Dit leidt tot een kwaliteitsschema (bijlage 2).
32
Schoolplan PG 2015-2019
Het schema in bijlage 2 geeft impliciet de doelen aan die in dit schoolplan gesteld worden. We kunnen dit beschouwen als ‘de basis op orde’. Daarnaast is het van belang om de speerpunten die we in ons beleid hebben geformuleerd en dus specifiek op het Praedinius gericht zijn te laten terugkomen in het kwaliteitssysteem. We verwachten van de docent dat hij enthousiast is voor zijn vak en dat hij een gedegen vakkennis heeft die hij op een goede manier weet over te brengen op leerlingen. Ambities en Tijdschema 2015-2019 Cyclisch werken vormt de basis voor het bereiken van de gestelde doelen en het verbeteren van de kwaliteit. Zoals hierboven opgemerkt, moet kwaliteitszorg tussen de oren zitten van elke medewerker en moet het een normaal onderdeel van het onderwijsproces zijn op alle niveaus in de schoolorganisatie. Vertalen we bovengenoemd schema naar het Praedinius dan staan de volgende activiteiten wat betreft kwaliteitszorg op de agenda naast de al bestaande activiteiten (brugklasonderzoek, scholenopdekaart):
4 jaar
2 jaar
1 jaar
jan
gehele jaar gesprekscyclus en lesbezoek
feb
concept jaarrekening
mrt
audit BPS
oto klas 3 scholenopdekaart lto klas 3 scholenopdekaart
mei
concept schoolplan audit Technasium (2018)
leerlingprognose concept formatieplan kwartaalrapportage gesprek
jun
definitief schoolplan
concept jaarverslag concept jaarplan schoolverlatersonderzoek
jul
schoolplan naar inspectie
concept begroting
sep
begroting opbrengsten analyse sectiegesprekken (opbrengsten) definitief jaarverslag
okt
interne audit O2G2 (2015)
nov
visitatie SHZG (2016)
33
sectiegesprekken (onderwijs)
lto (even jaren) oto (oneven jaren)
mto kwartaalrapportage gesprek brugklasonderzoek
Schoolplan PG 2015-2019
Verantwoording en borging In het jaarverslag zal een apart hoofdstuk worden opgenomen over kwaliteitszorg. Hierin worden de uitgevoerde onderzoeken vermeld met eventueel de genomen acties ter verbetering. In het jaarplan zelf worden de activiteiten opgenoemd die in dat betreffende jaar plaatsvinden. We leggen op een effectieve en systematische manier verantwoording af aan alle belanghebbenden (de horizontale is gericht op belanghebbenden zoals (toekomstige) ouders en leerlingen, en de verticale verantwoording is gericht op de overheid). Zie voor de horizontale verantwoording o.a. www.scholenopdekaart.nl en voor de verticale verantwoording o.a. www.onderwijsinspectie.nl. Organisatie Binnen het Praedinius zijn alle leden van de schoolleiding verantwoordelijk voor de kwaliteitszorg hetgeen betekent dat de schoolleiding verantwoordelijk is voor het laten uitvoeren van de verschillende activiteiten, voor rapportage, evaluatie en terugkoppeling. Voor de werkzaamheden op het gebied van kwaliteitszorg wordt een beroep gedaan op enkele medewerkers binnen school en O2G2.
34
Schoolplan PG 2015-2019
IX
Financieel beleid
Huidige situatie In het vorige schoolplan is gewezen op de moeilijke financiële positie van de Stichting O2G2 en de school zelf. Vanaf die tijd is er gewerkt aan een financieel gezonde school door sluitend te begroten, door maandelijks een analyse van de resultaten te maken waarbij de werkelijke tussentijdse cijfers worden vergeleken met de begroting. Uiteindelijk heeft dat geleid tot een resultatenrekening zonder tekorten. We hebben vanaf 2011 weer een eigen vermogen opgebouwd, een vermogen dat zo’n 10% omvat van de totale bekostiging. Voor de toekomst is van belang dat we een financieel gezonde school blijven en dat we in samenwerking met de andere VOscholen van O2G2 bedrijfsvoeringsprocessen efficiënter kunnen inrichten. Toch is het goed om een aantal risico’s te benoemen voor de toekomst zodat het beleid hierop afgestemd kan worden:
-
de effecten van het entreerecht de effecten van de functiemix de staat van de gebouwen een teruglopend aantal leerlingen een oplopende GPL de gevolgen van Passend Onderwijs
Meerjarenbeeld Voor de komende jaren willen we de volgende doelstellingen formuleren voor financiën en formatie:
de interne beheersing is op orde waarbij maandelijks de tussentijdse gerealiseerde cijfers vergeleken worden met de begroting
er ligt een meerjarenbegroting gekoppeld aan het formatieplan het weerstandsvermogen is in 2014 op niveau en blijft op niveau van 10%; er wordt niet verder gebouwd aan het weerstandsvermogen
onderwijsplannen moeten passen binnen de context van de (beperkte) financiële middelen
35
Schoolplan PG 2015-2019
X
Gebouwen en faciliteiten
1
Gebouwen
Het Praedinius beschikt over twee gebouwen, aan de Turfsingel en aan de Kruitlaan. Daarnaast heeft de school de beschikking over een externe gymzaal aan de Kapteynlaan. De gebouwen aan de Turfsingel en Kruitlaan zijn relatief oude gebouwen. In 2013-2014 zijn beide kantines gerenoveerd zodat er meer plek is ontstaan voor het verblijf van leerlingen in de pauzes. Opgemerkt moet worden dat het Praedinius als stadsschool eigenlijk te weinig kantineruimte heeft en geen eigen schoolplein. Samen met O2G2 wordt het meerjaren onderhoudsplan opgesteld en wordt jaarlijks besproken wat er voor het Praedinius moet gebeuren. De oude gebouwen verdienen de nodige aandacht zeker daar waar het de duurzaamheid betreft. In 2014-2015 is een werkgroep binnen school opgericht samen met O2G2 om te kijken welke duurzaamheidsmaatregelen getroffen kunnen worden. Hiervoor zijn voor 2014-2015 en 2015-2016 budgetten beschikbaar via O2G2. Verder willen we de komende jaren een aantal interne projecten realiseren. Wat
Wanneer
Fase
Wie
Projectgroep duurzaamheid
2014-2015
Planvorming
O2G2, werkgroep, ministerie
2015-2016 2016-2017
Uitvoering van een aantal maatregelen
O2G2
2
Faciliteiten
In de komende periode willen we de nodige aandacht schenken aan de (vak)lokalen en sectieruimtes. De volgende activiteiten staan op het programma:
voldoende ventilatie, vervanging oud meubilair goed werkende digiborden/vervanging (zie ICT) meer computers in sommige vaklokalen (tekenen) goed uitgeruste sectiekamers renovatie kabinet natuurkunde renovatie personeelskamers onderzoek naar herinrichting vaklokalen scheikunde en tekenen goede kopieermogelijkheden onderzoek naar nieuwe ruimte van de meldkamer binnen school
36
Schoolplan PG 2015-2019
XI 1
Diverse beleidsterreinen Veiligheidsbeleid (bijlage 3)
De school beschikt over een veiligheidsplan dat jaarlijks wordt geactualiseerd. Achtergrondinformatie Scholen zijn wettelijke verplicht een veilige omgeving te bieden voor iedereen binnen de school: leerlingen, leerkrachten, onderwijsondersteunende medewerkers, ouders, etc. De veiligheid is in een aantal wetten verankerd. Zo bieden de Arbowet en de Kwaliteitswet kaders voor een goed veiligheidsbeleid. In de cao’s zijn afspraken vastgelegd wat betreft de veiligheid voor personeel. Alle scholen zijn verplicht om een veiligheidsplan te hebben. De Inspectie van het Onderwijs houdt daarop toezicht. Zie verder de bijlage.
2
Toelatings- en bevorderingsbeleid van leerlingen
Vanaf schooljaar 2013-2014 werken steeds meer PO-scholen met de plaatsingswijzer. Vanaf het schooljaar 2014-2015 is wettelijk bepaald dat het advies van de basisschool leidend is. Elk VWO advies is in principe plaatsbaar. De komende jaren willen we investeren in de warme overdracht:
bij inschrijving zal er contact zijn met de basisschool, goede documentatie bij intake; we zorgen ervoor dat de juiste informatie in Magister komt te staan,
basisscholen worden op de hoogte gehouden van de ontwikkelingen van hun leerlingen,
we gaan met de basisscholen in gesprek wanneer advies en schoolloopbaan in klas 1 en 2 niet blijken overeen te komen. Elk jaar worden de regels voor bevordering bekeken en zo nodig bijgesteld. Bekend is dat doubleren in klas 1 een slechte prognose is om een gymnasiumdiploma te halen. Dat is voor andere leerjaren moeilijker aan te geven en er kunnen dan redenen zijn om eerder een leerling te laten doubleren dan te laten afstromen. Wanneer leerlingen naar een andere school vertrekken zullen we proberen om met de scholen binnen ons eigen bestuur tot een goede afspraak te komen. Vanaf het schooljaar 2014-2015 doen we mee met een pilot ‘de zomerschool’, geïnitieerd vanuit het ministerie. Binnen Groningen is er een samenwerkingsverband Zomerschool bestaande uit het Maartenscollege, het Willem Lodewijk Gymnasium en het Praedinius. Het is de bedoeling dat leerlingen met een herexamen gedurende twee weken in de vakantie kunnen werken aan het herexamen, tijdig examen doen zodat ze eventueel doorstromen naar het volgende leerjaar.
37
Schoolplan PG 2015-2019
3
Doorstroom van leerlingen naar het vervolgonderwijs
De komende 4 jaar willen we werken aan een goed monitoringssysteem van leerlingen die zijn uitgestroomd naar het vervolgonderwijs. Ongeveer 80% van de leerlingen kiest voor een universitaire studie, 15% kiest voor een HBO opleiding. Het is voor ons van belang om te weten of de leerlingen voor het vervolgonderwijs goed is opgeleid. Met de decanen en coördinator klas 5-6 zal dit uitgewerkt worden. Wat
Wanneer
Wie
Monitoring studiekeuze
2015-2016
Schoolleiding en decanaat
4
Ouderbetrokkenheid
Ouderbetrokkenheid is van wezenlijk belang voor elke school. Hiertoe zijn binnen het Praedinius een tweetal officiële organen, namelijk de oudergeleding van de Medezeggenschapsraad en de Ouderraad. Met name de ouderraad is een belangrijke klankbordgroep voor de school en de schoolleiding. Verder is het systeem van contactouders per jaarlaag (klas 1 t/m 4) waardevol. Sinds 2014-2015 probeert de schoolleiding ouderbetrokkenheid te vergroten door te werken met vrijwilligers in de mediatheek. Na evaluatie is uitbreiding hiervan mogelijk. Voor het schooljaar 2015-2016 willen we wederom een beroepenmarkt organiseren voor klas 3/4 waarbij ouders uitgenodigd worden om te praten over hun studie en beroep. Wat
Wanneer
Wie
Ouder vrijwilligers in mediatheek
2014-2015
Schoolleiding en mediathecaris
Opzet beroepenmarkt
2015-2016
Schoolleiding en decanaat
Onderzoek naar verdere ouderbetrokkenheid
2015-2016
Schoolleiding
Thema avonden
Jaarlijks
Schoolleiding en ouderraad
5
Samenwerking in de omgeving
Het Praedinius staat in de stad en heeft als school een regionale functie. Van oudsher zijn er goede contacten met de rijksuniversiteit. Deze willen we in de komende periode verder verdiepen. De universiteit wil graag met ons in gesprek 38
Schoolplan PG 2015-2019
blijven over het onderwijscurriculum op de middelbare school. Met de VO scholen zijn er binnen het bestuur contacten en is er afstemming van aanbod. Vanuit het gymnasiale perspectief zijn er contacten met het Willem Lodewijk Gymnasium, zowel op docent-niveau als directie-niveau. Met een aantal PO scholen binnen en buiten het bestuur zullen samenwerkingsafspraken komen over de getalenteerde leerling. Wat
Wanneer
Wie
Contacten met RUG; kijken naar samenwerking
2014-2015
Schoolleiding
Configuratie binnen O2G2
2015-2016
Bestuur en schoolleiding
Plannen ontwikkelen met PO scholen 2015-2016 ‘(hoog)begaafdheid’
6
Schoolleiding en docenten
Communicatie en public relations
In de externe communicatie zijn een aantal hoofdrolspelers van belang. Dat zijn de ouders, het bestuur, de collegascholen in VO en PO en de instituten voor vervolgonderwijs. Met het PO is het belangrijk om warme contacten te onderhouden met toeleverende basisscholen; daarnaast wordt gekeken naar mogelijke vormen van samenwerking met enkele basisscholen op het gebied van (hoog)begaafdheid. Nu het advies van de basisscholen leidend is, is het noodzakelijk om dit contact te onderhouden. Met de scholen voor VO is regelmatig contact vanuit de schoolleiding over onderwijskundige zaken en personeelszaken. Daarnaast is het van belang dat er goede overdracht plaatsvindt bij in- en uitstroom van en naar andere scholen. Schoolopleiders, coaches, beeldcoaches en lio’s hebben contacten met docenten van andere scholen. Dit wordt als bijzonder waardevol ervaren. We willen graag de mogelijkheden onderzoeken om dit op uitgebreidere schaal te kunnen doen (secties bij elkaar brengen) zodat er in een bredere context ruimte wordt gemaakt voor het gesprek over onderwijs. Met de ouders houden we contact door middel van ouderavonden, contactouderavonden, de ouderraad en natuurlijk de contacten tussen mentor/coördinator en ouder. Het streven is om per kwartaal een nieuwsbrief uit te brengen voor de ouders. In de interne communicatie willen we bevorderen dat de communicatie tussen schoolleiding en personeel regelmatig, duidelijk en open is. Dit geldt ook voor alle
39
Schoolplan PG 2015-2019
personeelsleden onderling. We willen in 2015-2016 komen tot een communicatieplan binnen het Praedinius. Wat betreft de PR is het van groot belang dat de school een duidelijk en herkenbaar profiel heeft. Binnen de configuratie van het openbaar onderwijs heeft het Praedinius al een eigenstandige plek. Het is van belang om de komende jaren te blijven werken aan het eigen gezicht. Op die manier zal de positie ten opzichte van de andere scholen voor het VO nog steviger zijn. Verder zal gewerkt worden aan de website, voorlichtingsmateriaal en de VO-gids. Wat
Wanneer
Fase
Wie
Website
2014-2015
Oriëntatie
Schoolleiding, web coördinator, docenten
Start nieuwe website
2015-2016
schoolleiding, web editor, docenten, O2G2
Op website ruimte voor sectie 2015-2016
wat gebeurt er voor het vak en duidelijke link met de visie
sectie, schoolleiding
Nieuwe dvd voor voorlichting
2016-2017
visie opnieuw verwoorden
schoolleiding
VO-gids; voorlichtingsmateriaal
2015-2016
jaarlijks aanpassen
schoolleiding
Intern communicatieplan
2015-2016
Vademecum voor personeel
2014-2016
40
schoolleiding, ondersteuning, docenten jaarlijks aanpassen
schoolleiding, ondersteuning
Schoolplan PG 2015-2019