Schoolplan

Schoolplan 2011-2015

RK. basisschool ‘t Geerke Kerkstraat 3/3a Postbus 2 6655 ZG Puiflijk tel: 0487-512748/513790 e-mail: [email protected] website: www.geerke.nl

1

Schoolgegevens: Brinnummer: Directie: Adres hoofdvestiging: Contact school:

Bevoegd gezag: Adres bevoegd gezag: Contactpersoon: Contact bevoegd gezag:

41430 – 10 KS Erie van Teeffelen Kerkstraat 3 6655 AK Puiflijk Postbus 2 6655 ZG Puiflijk Tel. 0487-512748 / 513790 E-mail: [email protected] Website: www.geerke.nl Stichting Samenwerkingsbestuur Primair Onderwijs Maas en Waal Rijdt 62, 6631 AT Horssen M.W.J.J. Peters, bestuurder Tel. 0487-541022 E-mail:[email protected] Website: www.spommaasenwaal.nl

2

Inhoudsopgave.

1.

Inleiding.

2.

Beleidsplan SPOM en andere relevante documenten.

3.

Schoolbeschrijving.

4.

Missie en Visie van de school.

5.

Kwaliteitsbeleid.

6.

Sterkte- zwakteanalyse.

7.

Beleidsvoornemens.

8.

Overige onderwerpen.

9.

Bijlagen: 1. Planning beleidsvoornemens. 2. Overzicht en vervanging lesmethoden. 3. Financiële paragraaf.

10.

Instemming medezeggenschapsraad en vaststelling bevoegd gezag.

3

1.Inleiding. Het nieuwe schoolplan voor de periode 2011-2015 is in interactie met het team en de MR tot stand gekomen. Om te komen tot een kernachtige beschrijving van het meerjarig strategisch beleid en om daarin een heldere samenhang aan te geven tussen bovenschools beleid en beleid dat op schoolniveau geformuleerd wordt is deze format samengesteld. Het schoolplan is in eerste instantie een intern instrument om houvast te bieden aan de gemaakte beleidskeuzes en bij de verdere planning van de uitvoering van het beleid. In tweede instantie dient het schoolplan om verantwoording af te leggen aan het eigen bevoegd gezag en aan de inspectie van het onderwijs. Bij de totstandkoming van het schoolplan is de medezeggenschapsraad betrokken. Bij de uitwerking van dit schoolplan is het personeel intensief betrokken. Hebben we een gedeelde visie? Is er commitment m.b.t. de koers die de school de komende jaren volgt? Op SPOM niveau en op schoolniveau is veelvuldig met elkaar van gedachten gewisseld m.b.t. aanpak en werkwijze om te zorgen voor optimale betrokkenheid van alle geledingen bij het tot stand komen van de koers voor de komende vier jaar. Het schoolplan is de vertaling van het beleid op schoolniveau en het koersplan ‘Sterk in leren’ 2009-2013 van de stichting SPOM.

4

2.Beleid van SPOM en andere relevante documenten. Het in ons schoolplan geformuleerde meerjarig (strategisch) beleid is mede gebaseerd op de volgende beleidsdocumenten van het SPOM:  Het Koersplan 2009-2013 SPOM, januari 2009. De verbinding tussen de schoolontwikkelingen en belangrijkste thema’s uit dit Koersplan wordt in hoofdstuk 7 van dit schoolplan gelegd.  De notitie ‘Meten èn weten’, januari 2010. In dit beleidsplan wordt het kwaliteitsbeleid binnen SPOM nader uitgewerkt. In hoofdstuk 5 wordt dit verder uitgewerkt.  De notitie Integraal Personeelsbeleid (IPB) van SPOM, van februari 2007. Het model van de gesprekcyclus van SPOM en het reglement van de functionerings- en afstemmingsgesprekken vormen een nadere uitwerking van dit beleidsdocument.  De notitie ‘Wat het zwaarste weegt’ (januari 2009), over het functiehuis binnen SPOM.  De beleidsnotitie ‘Raad van Toezicht, College van Bestuur’, waarin opgenomen het managementstatuut van SPOM, 1-8-2010.  De notitie taakbeleid van de Stichting SPOM, vastgesteld juni 2006 (en bijgesteld in 2008).  De notitie ‘Zijn we klaar voor Passend Onderwijs?’ (1-6-2010) en het Werkplan 2010-2011 van het samenwerkingsverband WSNS Maas en Waal. De volgende documenten op schoolniveau zijn belangrijk om te komen tot een goede analyse van de huidige situatie.  Verslagen van de inspectie.  De meest recente jaarverslagen van de school.  Recent uitgevoerde ouder tevredenheidonderzoek (OTO) en medewerkerstevredenheidonderzoek (MTO). Beiden uitgevoerd door DUO.  De recent uitgevoerde Quickscan van WMK. SPOM heeft de relevante beleidsdocumenten waar in dit schoolplan naar verwezen wordt, aan de inspectie van het onderwijs ter beschikking gesteld.

5

3.Schoolbeschrijving. Onze school is één van de 17 scholen van de Stichting SPOM. De Stichting SPOM in het land van Maas en Waal is een professionele interzuilaire onderwijsorganisatie voor primair onderwijs en biedt basisonderwijs aan op 16 basisscholen en één SBO school. De scholen zijn gelegen in Druten, Puiflijk, Deest, Afferden, Horssen, Altforst, Appeltern, Maasbommel, Alphen, Dreumel, Wamel, Boven- en Beneden-Leeuwen. Meer informatie over SPOM is te vinden op www.spommaasenwaal.nl Kenmerken van de school: Basisschool ’t Geerke is een middelgrote, katholieke basisschool met ongeveer 260 leerlingen. In totaal heeft de school in het hoofdgebouw 8 lokalen en 1 speelzaal. De dislocatie heeft 2 (kleuter)lokalen. In 2011 is het gebouw gerenoveerd en aangepast aan de eisen van deze tijd. We werken met een leerstofjaarklassensysteem waarin steeds meer aandacht is voor differentiatie. Door de invoering van o.a. zelfstandig werken en werken met gedifferentieerde instructie willen we komen tot het geven van onderwijs op maat. Adaptief onderwijs is in ontwikkeling. De onderbouw is groeiende naar ontwikkelingsgericht onderwijs. We vinden het belangrijk dat kinderen met plezier naar school gaan. Onze school is een katholieke school en omdat wij het godsdienstonderwijs - levensbeschouwing op een open manier invullen, verwachten wij dat in principe alle kinderen hieraan deelnemen.

6

4.Missie en Visie. Onze missie: wat zien wij als onze opdracht? Op onze school willen we dat de kinderen elke dag met plezier naar school komen en zich thuis voelen. We willen vanuit een veilige, plezierige en uitdagende omgeving werken aan de ontwikkeling van ieder kind. Kinderen leren met hun hoofd (het cognitieve leren), hun hart (het sociale leren) en met hun handen (het praktische leren). Onze visie. Op basisschool ’t Geerke:  Willen we kinderen voorbereiden op een plaats in de toekomstige samenleving. We ontwikkelen zelfstandigheid, zelfredzaamheid, competentiegevoel en verantwoordelijkheidsgevoel. Dit zal bijdragen tot vorming van zelfbewuste mensen.  Schenken we daarom aandacht aan de relatie tussen kinderen, de groep, het team en de omgeving.  Doorlopen kinderen een ononderbroken ontwikkelingsproces. Deze ontwikkeling wordt zoveel mogelijk afgestemd op de leerling.  Willen we een inspirerende, uitdagende leeromgeving aanbieden waarin een ieder zich veilig en geaccepteerd kan voelen.  Willen we op een zodanige manier onderwijs geven dat de kinderen geboeid en betrokken raken en luisteren naar ieders inbreng.  Worden kinderen op een positieve wijze aangemoedigd en gestimuleerd bij hun gehele ontwikkeling.  Leren we kinderen zich open te stellen voor kunst, media en cultureel erfgoed. Daaraan geven ze een eigen betekenis.  Leren we respect op te brengen en open te staan voor normen en waarden van anderen, andere godsdiensten en culturen. Er is zorg voor elkaar en anderen in de samenleving. We doen dit vanuit een katholieke levenshouding We willen dat de kinderen van basisschool ’t Geerke:  Met plezier naar school gaan en zich daar veilig voelen.  Zich ‘breed’ ontwikkelen, op hun eigen niveau  Zich uitgedaagd voelen.  Zelfstandigheid, verantwoordelijkheidsgevoel en zelfvertrouwen ontwikkelen.  Respect hebben voor anderen en hun omgeving.  Communicatieve vaardigheden aanleren. We willen dat de ouders van basisschool ’t Geerke:  Zich betrokken kunnen voelen bij het schoolgebeuren.  Goed geïnformeerd worden over hun kind, de school en actuele zaken.  Open en eerlijk communiceren.  Mee denken en praten over de kwaliteit van de organisatie. We willen dat het team van basisschool ’t Geerke:  Met enthousiasme en in een goed klimaat kan samenwerken.  Respectvolle waarden en normen uitdragen.  Actief mee werkt aan de ontwikkeling van de kwaliteit van het onderwijs.  Onderwijs op maat geeft.  Eigen deskundigheid blijft ontwikkelen door: a) het leren van en met elkaar en b) door bij- en nascholing.  Zorgvuldig en integer communiceert met alle geledingen en instanties binnen en buiten de school. We willen dat het managementteam van basisschool ’t Geerke:  Zich sterk maakt voor een goede sfeer en teambuilding.  Open communiceert en dit ook stimuleert.  Zich optimaal inzet voor het welbevinden van de werknemers.  Zich optimaal inzet om regelmatig waardering uit te spreken, een open oor heeft voor persoonlijke problemen van de werknemers.  Zich inzet voor het verkrijgen van een optimale werkomgeving. 7

5.Kwaliteitsbeleid. 

INK-model.

 Meten èn weten. Door SPOM is de bovenschoolse notitie ‘Meten èn weten’ vastgesteld. In deze notitie wordt voor de scholen aangegeven op welke wijze de kwaliteitszorg systematisch, integraal en cyclisch vormgegeven moet worden. Bovenschoolse directie, de school, het team, de leerkracht verzamelen systematisch data om te bepalen of en in hoeverre de doelstellingen worden behaald. Er zijn heldere criteria, procedures en afspraken gemaakt, op basis waarvan de school regelmatig haar kerntaken evalueert. Op basis van die gegevens vindt een analyse plaats en bepaalt men gezamenlijk hoe verder te gaan. We maken zowel een kwantitatieve als een kwalitatieve analyse. Niet al het ‘meten’ leidt automatisch tot ‘weten’; de resultaten moeten geduid worden en in een context geplaatst. Pas dan krijgen ze betekenis. In deze notitie worden alle aspecten van kwaliteitszorg in samenhang geplaatst en worden uitspraken gedaan over de volgende kwaliteitszorgvragen: 1. Doen we de goede dingen? 2. Doen we de dingen goed en hoe weten we dat? 3. Vinden anderen dat ook? (externe legitimering) 4. Wat doen we met die wetenschap? (consolidering en verbetering) In de beleidsnotitie ‘Meten èn weten’ is een overzicht opgenomen van de acties op de verschillende niveaus. Verder zijn de te gebruiken instrumenten vermeld en worden de succesfactoren en de normen per kernthema (uit het koersplan) aangegeven.

8

 Aanvullingen schoolbeleid m.b.t. de kwaliteitszorg. Doen we de goede dingen? Vergroten van de kwaliteit van ons leesonderwijs. Doen we de dingen goed en hoe weten we dat en vinden anderen dat ook? Aanschaf van een nieuwe methode voor voortgezet technisch lezen. In beeld brengen van de leerkrachtvaardigheden die nodig zijn voor goed leesonderwijs. Volgen van leerkrachten om zicht te krijgen op de aanwezige leerkrachtvaardigheden. Begeleiden van de leerkrachten om deze vaardigheden te ontwikkelen, intern door directeur en teamleiders, extern door Marant. Vaststellen van de doelen m.b.t. technisch lezen. Monitoren van de opbrengsten. Wat doen we met die wetenschap? Vasthouden van de dingen die goed gaan Wanneer de opbrengsten onvoldoende zijn, wordt er bekeken welke stappen gezet moeten worden. Doen we de goede dingen? Verbeteren van de communicatie met ouders m.b.t. de ontwikkeling van hun kind. Doen we de dingen goed en hoe weten we dat en vinden anderen dat ook? Tijdens de oudergesprekken worden ouders geïnformeerd over het welbevinden en de cognitieve ontwikkeling van hun kind. Er vinden tussentijdse gesprekken plaats met ouders van zorgleerlingen. Ouders zijn aanwezig bij de leerling-besprekingen met Marant. De gemaakte toetsen gaan mee naar huis. Door middel van een ouderenquête over dit onderwerp weten we wat ouders van dit onderwerp vinden. Wat doen we met die wetenschap? Opbrengsten uit de ouderenquête krijgen een vervolg in dit nieuwe schoolplan.  Voornemens of actiepunten m.b.t. de kwaliteitszorg. Doen we de goede dingen? Vergroten van de opbrengsten bij lezen en spelling. Doen we de dingen goed en hoe weten we dat en vinden anderen dat ook? In beeld brengen van de leerkrachtvaardigheden die nodig zijn voor goed spelling onderwijs. Volgen van leerkrachten om zicht te krijgen op de aanwezige leerkrachtvaardigheden. Begeleiden van de leerkrachten om de vaardigheden voor technisch lezen en spelling te ontwikkelen, intern door directeur en teamleiders, extern door Marant. Vaststellen van de doelen voor spelling. Monitoren van de opbrengsten bij spelling en begrijpend lezen. Wat doen we met die wetenschap? Vasthouden van de dingen die goed gaan Wanneer de opbrengsten onvoldoende zijn, wordt er bekeken welke stappen gezet moeten worden.

9

5.Sterkte - zwakteanalyse. Onze voornemens m.b.t. de ontwikkeling van het onderwijskundige beleid gedurende de periode 20112015 zijn gebaseerd op:  Een analyse van de leeropbrengsten met behulp van ons leerlingvolgsysteem.  Uitkomsten van inspectiebezoek.  Uitkomsten van het Ouder- en MedewerkersTevredenheidsOnderzoek.  Een eigen sterktezwakte analyse op basis van WMK (de Quickscan). Onderdelen uit het vorige schoolplan die nog niet of onvoldoende gerealiseerd zijn. Uitwerking van de sterkte - zwakte analyse: In een aantal teambijeenkomsten hebben we onze sterke punten en ontwikkelpunten in kaart gebracht. Daarbij hebben wij gebruik gemaakt van bovenstaande documenten. a. Vanuit het vorige jaarplan en teamgesprekken. Sterke punten: Ontwikkelpunten: Organisatie van ons onderwijs: Organisatie van ons onderwijs: Er is een doorlopende lijn van groep 1 t/m 8 bij Het zelfstandig werken moet worden verfijnd d.m.v. zelfstandig werken. het werken met dag- en weektaken. In groep 1 en 2 leren kinderen omgaan met Meer inzetten en verbeteren van effectieve uitgestelde aandacht. instructie. In de groepen 3 t/m 8 wordt er op 3 niveaus Zorgen voor meer uitdaging in de extra opdrachten. instructie gegeven. Inzetten van groepsplannen. Zorgstructuur: Er is een duidelijke zorgstructuur. Er vinden leerlingbesprekingen en groepsbesprekingen plaats.

Zorgstructuur: Eenheid in afspraken m.b.t. volgen en beoordelen van kinderen. Zicht krijgen op onze grenzen wat betreft de zorg.

Inhoud: Het rekenonderwijs op onze school is goed.

Inhoud: Versterken van leerkrachtvaardigheden op het gebied van technisch lezen, begrijpend lezen in de bovenbouw en spellen. Zorgen voor een doorgaande lijn voor de creatieve vakken door de hele school. En hierbij gebruik maken van elkaars kwaliteiten. We willen wereldoriëntatie combineren met techniek.

Scholing: Het team staat open voor nieuwe ontwikkelingen.

Scholing: - Meer kennis vergaren op het gebied van dyslexie, ADHD enz.

Welbevinden: Er is veel aandacht voor het welbevinden van het kind. Kinderen worden zo benaderd dat ze zich veilig voelen op school en in de groep. We gaan uit van de autonomie van kinderen. We durven gesprekken aan te gaan met kinderen. Er heerst schoolbreed een grote saamhorigheid tussen groepen en kinderen.

Welbevinden: We willen meer investeren in ons team, versterken van het welbevinden en groeien naar een meer professioneel team.

Algemeen: We kijken kritisch naar ons onderwijs. We willen onderwijskwaliteit leveren. We staan open voor ouders.

Algemeen: Communicatie naar ouders. Transparantie en duidelijkheid naar elkaar en ouders.

10

b. Vanuit het inspectie onderzoek van 2010. Sterke punten: De resultaten voor spelling, rekenen en wiskunde. Automatiseren van de basisvaardigheden bij rekenen. c. Vanuit MTO. Sterke punten: Hoge scores op de volgende onderdelen: -Inhoud van het werk. -Werkomstandigheden. -Kansen voor persoonlijke ontwikkeling. -Sfeer en samenwerken. d. Vanuit het OTO Sterke punten: De sfeer op school. Kleinschaligheid. Extra activiteiten. Beschikbaarheid van team naar ouders. Kinderen gaan met plezier naar school. Kwaliteit, houding en persoonlijkheid van leerkrachten. Dorpse karakter. Aandacht voor sociaal emotionele ontwikkeling. Openheid en betrokkenheid.

Ontwikkelpunten: Evalueren van de opbrengsten. Vaststellen van ontwikkelperspectieven.

Ontwikkelpunten: Belangstelling, feedback, versterken van teamgevoel door het MT. Verbeteren van de huisvesting. Werkdruk. Communicatie.

Ontwikkelpunten: Communicatie met ouders. Je moet als ouder zelf overal achteraan. De staat van het gebouw en schoolplein. Te grote klassen. Frequentie van rapportage. Te weinig aandacht voor pesten. Te weinig aandacht voor zorgleerlingen. Combinatieklassen.

11

6.Beleidsvoornemens. Dit hoofdstuk beschouwen we als het hart van het schoolplan: wat is de koers van onze school voor de komende jaren, waar leggen we de focus op en hoe prioriteren we onze doelstellingen? Feitelijk is dit de vrucht van de kruisbestuiving tussen de voorafgaande hoofdstukken over visie, missie, de sterkte - zwakte analyse en het kwaliteitsbeleid. Basisschool ‘t Geerke is één van de scholen van de Stichting SPOM en heeft zich gecommitteerd aan de in januari 2009 vastgestelde Koersnota van SPOM: ‘Sterk in leren’. In de dialoog die de scholen met elkaar hebben gevoerd, kwamen we regelmatig terug bij enkele kernwaarden, waaraan wij gezamenlijk veel belang hechten. Het gaat om de volgende kernwaarden:  Solidariteit.  Transparantie.  Ontwikkelingsgerichtheid.  Eigenaarschap.  Resultaatgerichtheid. In dit hoofdstuk willen we de beleidsvoornemens van ‘t Geerke plaatsen in het kader van de volgende vijf thema’s waarop de koers van SPOM is gebaseerd: A. Hoogwaardig kindgericht onderwijs bieden. B. Binden en boeien van personeel. C. Thuisnabij onderwijs verzorgen met een adequate zorgstructuur. D. Maatschappelijke partner zijn. E. Samenwerken binnen een professionele lerende organisatie. De vijf thema’s zijn uitgewerkt in concrete beelden, die duidelijk maken hoe het onderwijs aan onze kinderen er in de nabije toekomst uitziet. De beleidsvoornemens van onze school brengen we onder in de structuur van deze vijf thema’s, omdat we hiermee recht doen aan onze belangrijkste opdracht als school en omdat we hiermee de verbinding weten te leggen tussen de thema’s die op schoolniveau van belang zijn en de bovenschoolse kaders.

A. Hoogwaardig kindgericht onderwijs. We zien dat onze kinderen steeds zelfstandiger worden. Kinderen zijn meer betrokken:  Ze zijn in staat eigen keuzes te maken.  Kunnen reflecteren op hun werk.  Zijn zelfverantwoordelijk voor hun werk. Leerkrachten zorgen voor een omgeving waarin kinderen zelfstandig kunnen handelen. Ze geven kinderen hiervoor ruimte en zorgen voor uitdagende activiteiten en eigentijdse leermiddelen. Leerkrachten zijn in staat om leerlingen te stimuleren en actief deel te laten nemen aan het leerproces. De leerkracht stemt het onderwijs af op de leerling. Dit binnen het kader van wat we kunnen bieden. Dit leidt tot een klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gestimuleerd voelen en waarin alle betrokkenen een wezenlijke bijdrage leveren aan een veilig schoolklimaat. We zijn succesvol in 2015 als:  De opbrengsten van onze school minimaal op dat niveau zijn als dat van de school in deze referentiegroep verwacht mag worden. Het accent ligt hierbij op technisch lezen, begrijpend lezen in de bovenbouw en spellen.  Wereldoriëntatie projectmatig wordt aangeboden en techniek hierbij is betrokken.  De kinderen zelfstandig zijn, verantwoorde keuzes kunnen maken en steeds meer betrokken zijn.  De kinderen in staat zijn op hun ontwikkeling te reflecteren.  Er een doorgaande lijn is vastgelegd waarin staat beschreven op welke wijze de kinderen een, bij hun ontwikkelingsniveau passende, verantwoordelijkheid hebben voor de organisatie van hun eigen leerproces.  Er voor de kinderen voldoende uitdagende opdrachten aanwezig zijn.  Kinderen met plezier naar school gaan en zich thuis voelen in de groep en op school.  De leerkrachten in staat zijn effectieve instructie te geven, waardoor goede leerresultaten behaald kunnen worden op alle terreinen. 12



De tevredenheid van ouders over de kwaliteit van de ontwikkeling van het kind en de informatie daarover significant verbeterd is.

B. Binden en boeien van personeel. De leerkrachten werken aan hun eigen ontwikkeling. Dit doen ze door middel van het bijwonen van informatieve bijeenkomsten, studiedagen, scholing op teamniveau of individueel niveau. Leerkrachten nemen deel aan de gesprekscyclus die door stichting SPOM is vastgesteld. Hierdoor krijgen we steeds meer zicht op ieders kwaliteiten en de scholing die nodig is om de doelen te bereiken. Leerkrachten maken gebruik van interne mobiliteit waardoor ze hun kwaliteiten op verschillende plaatsen in de school in kunnen zetten. Daarnaast wordt er ook gebruik gemaakt van externe mobiliteit van SPOM. We zijn succesvol in 2015 als:  We zicht hebben op en gebruik maken van de kwaliteiten van de medewerker en de benodigde kwaliteiten voor de uitvoering van ons onderwijs. Voor de leerkrachten zijn de SBL-competenties het uitgangspunt, voor de directeur de NSA-competenties.  Er een gesprekscyclus is ingericht voor alle SPOM medewerkers waarin afstemming-, functionering- en beoordelingsgesprekken plaatsvinden.  We hebben geïnvesteerd in ons team, waardoor het welbevinden is versterkt en we zijn gegroeid naar een meer professioneel team.

C. Thuisnabij onderwijs en adequate zorg. Onze zorgstructuur biedt ons de mogelijkheid om zoveel mogelijk kinderen de juiste zorg te geven. Leerkrachten zijn in staat te komen tot passend onderwijs voor kinderen en maken daarbij gebruik van groepsplannen. We vinden het belangrijk dat we zoveel mogelijk kinderen onderwijs kunnen geven op onze eigen school. In ons zorgprofiel geven we aan wat onze mogelijkheden en onmogelijkheden zijn. We hebben een IB-er die leerkrachten begeleidt bij het geven van passende zorg. Daarbij maakt zij ook gebruik van experts die ons kunnen adviseren bij het werken met zorgleerlingen. Ouders worden betrokken bij de ontwikkeling van hun kinderen. Dit doen we door ze te informeren en ook door met elkaar in gesprek te gaan over het kind. Het zorgprofiel van basisschool ’t Geerke. Groepsniveau. Stap 1. De leerkracht signaleert bij een kind een (mogelijk) risico voor de ontwikkeling en / of het leerproces. Het risico dat gesignaleerd is wordt aangepakt in de groepen, er wordt preventief gehandeld om zo te proberen te voorkomen dat een risico een probleem wordt Groepsniveau / schoolniveau. Stap 2. Als na de tijdelijke extra ondersteuning, het gesignaleerde probleem nog niet verholpen is, kan het handelingsplan verlengd of bijgesteld worden. Ook wordt het ‘risico’ nog eens bekeken: moet de omschrijving hiervan bijgesteld of aangescherpt worden? Het handelingsplan wordt aangepast. Schoolniveau. Stap 3. Als de aanpak niet het verwachte rendement oplevert wordt bekeken wat de zorgaanpak op lange termijn kan zijn. Schoolniveau / bovenschools niveau Stap 4. Als er geen hulp meer geboden kan worden binnen de mogelijkheden van de school dan wel de mogelijkheden van het samenwerkingsverband, wordt er een verwijzingsprocedure gestart Na een gesprek tussen de ouders, de leerkracht en intern begeleider, kan er toestemming gevraagd worden voor een verwijzing. Er wordt door de leerkracht een onderwijskundig rapport ingevuld en alle 13

zorggegevens worden verzameld. De leerkracht en de interne begeleider kunnen worden uitgenodigd bij het Zorgplatform van WSNS. Hier wordt de aanvraag toegelicht. Door het Zorg Advies Team wordt advies gegeven over een eventuele verwijzing of een nieuwe andere aanpak op de (eventuele andere) school. We zijn succesvol in 2015 als:  We zicht hebben op wat wij kinderen kunnen bieden en dit in ons zorgprofiel hebben beschreven.  We in dialoog met ouders, school en deskundigen het zorgtraject voor de kinderen vorm kunnen geven.  We het onderwijs wat we kinderen bieden hebben beschreven in groepsplannen.  Er eenheid is in het volgen en beoordelen van kinderen.

D. Maatschappelijk partner. We willen de betrokkenheid van kinderen vergroten en de ontwikkeling daarvan versterken. Daarom zoeken we actief naar samenwerking met verschillende partners buiten onze school. Er is samenwerking met sportverenigingen, bedrijven, milieueducatie, culturele instellingen en TSO. Er is een goede voorziening voor TSO (tussenschoolse opvang) waar kinderen met plezier naar toe gaan. Kinderen van onze school maken gebruik van de BSO (buitenschoolse opvang) en hiermee is in enige mate contact. De samenwerking met de peuterspeelzalen is geïntensiveerd waardoor de overgang tussen deze instelling en de school goed verloopt. We zijn succesvol in 2015 als:  Sport en bewegen, techniek en wetenschap, samenwerking met culturele instellingen zichtbaar zijn in een concreet aanbod.  De TSO in toenemende mate aansluit bij de visie van de school.

E. Een professionele lerende organisatie. Leerkrachten zijn in hoge mate betrokken, nemen initiatieven, hebben een onderzoekende houding, zijn zichtbaar verantwoordelijk voor hun eigen leerproces en dat van anderen en ze zijn gewend om hierop te reflecteren. We reflecteren op eigen handelen waardoor we tot ontwikkeling komen en kunnen innoveren. Samenwerking, uitwisseling en leren van en met elkaar behoort tot onze cultuur. We vinden het gewoon om bij elkaar in de groep te kijken. Dat is voorwaarde voor een professioneel lerende organisatie. We zijn samen verantwoordelijk voor de kwaliteit van de school. Vanuit deze medeverantwoordelijkheid is het vanzelfsprekend dat we elkaar aanspreken op professioneel handelen. Professioneel handelen is STOER: solidair, transparant, ontwikkelingsgericht, eigenaarschap en resultaatgericht. We zien dat leerkrachten in staat zijn om professioneel samen te werken met collega’s, met ouders en andere betrokkenen. Op deze wijze draagt ieder bij aan een goed pedagogisch en didactisch klimaat, aan goede onderlinge samenwerking en een goede schoolorganisatie. We zijn succesvol in 2015 als:  Leerkrachten elkaar professioneel aanspreken, feedback geven en vragen stellen.  Visitatie ingezet wordt voor deskundigheidsbevordering en kwaliteitsverbetering.  De directeur en andere leden van het management in hoofdzaak leiding geven aan onderwijskundige ontwikkelingen. Activiteiten en initiatieven zijn in hoofdzaak gericht op onderwijskundig leiderschap.

14

8.Overige onderwerpen.  

De school hanteert de door SPOM vastgestelde klachtenregeling en is aangesloten bij de landelijke klachtencommissie. De scholen van SPOM werken volgens de gedragscode ‘Thuis op school”, die voor alle medewerkers van SPOM is vastgesteld, februari 2007.

Bijlagen. 1. 2. 3. 4.

Planning beleidsvoornemens. Overzicht lesmethoden en vervangingscyclus. Financiële paragraaf. Quickscan WMK-PO.

15

Bijlage 1: Planning beleidsvoornemens. Centrale thema’s voor de komende 4 jaar. Onderwijskundig beleid: De actieve, zelfstandige en onderzoekende houding van onze leerlingen

2011-2012 -Het werken met dag- en weektaken. -Uitdagend aanbod in keuze taken.

2012-1015 -Aanleren van een ‘onderzoekende houding’ bij kinderen: Leerlingen komen zelf met vragen. leerlingen willen echt het antwoord. Leerlingen zijn gemotiveerd om op welke manier dan ook het antwoord op de vraag te vinden.

-Effectieve instructie m.n. bij technisch lezen en spellen. -Kinderen leren leren bij begrijpend lezen. In samenwerking met het project STREEF voor de groep 6-7-8.

-Effectieve instructie m.n. bij technisch lezen en spellen.

Sport en bewegen.

-Invoeren van een methode voor bewegingsonderwijs en een structurele inzet van het aanbod van verenigingen e.d.

-Invoeren van een methode voor bewegingsonderwijs en een structurele inzet van het aanbod van verenigingen e.d.

Identiteit van de school.

-Wat betekent de katholieke identiteit voor ons en welke rol speelt die in ons onderwijs.

Didactisch handelen. Verbeteren van de resultaten bij technisch lezen en spelling.

Wereldoriëntatie en techniek.

-Projectmatig aanbieden van wereldoriëntatie in combinatie met ICT. -Integreren van techniek en wereldoriëntatie.

16

Personeelsbeleid. Gesprekkencyclus.

2011-2012 -Voeren van beoordelingsgesprekken.

2012-1015

Scholing van leerkrachten.

-Leerkrachtvaardigheden bij het geven van instructie bij technisch lezen en spelling.

-Vergroten van o.a. de kennis over dyslexie, ADHD. -Leerkrachtvaardigheden bij het geven van instructie bij technisch lezen en spelling.

Vergroten van het welbevinden van leerkrachten.

-Investeren in ons team, versterken van het welbevinden, en groeien naar een meer professioneel team.

-Investeren in ons team, versterken van het welbevinden, en groeien naar een meer professioneel team

LB leerkracht.

-Omschrijven van de invulling van taken voor de LB leerkracht.

-Benoemen van een LB leerkracht.

Taakbeleid.

-Komen tot een evenwichtig taakbeleid door de huidige afspraken te evalueren en bij te stellen.

Leerlingenzorg. Het volgen en beoordelen van leerlingen.

2011-2012 -Eenheid en duidelijkheid in afspraken m.b.t. volgen en beoordelen van kinderen.

2012-1015

Ontwikkelingsperspectieven.

-Opstellen van en werken met ontwikkelingsperspectieven.

-Opstellen van en werken met ontwikkelingsperspectieven.

Opstellen van een zorgprofiel.

-Zicht krijgen op onze grenzen wat betreft de zorg.

-Zicht hebben onze grenzen wat betreft de zorg.

Vergroten van de opbrengsten op het gebied van technisch lezen en spellen.

-Inzetten van groepsplannen bij technisch lezen. -Evalueren van de opbrengsten. -Inzetten van acties n.a.v. deze evaluaties

-Uitbreiden van het werken met groepsplannen. -Evalueren van de opbrengsten. -Inzetten van acties n.a.v. deze evaluaties

Parnassys.

-Werken met de gegevens zoals de toetsuitslagen.

-Uitbreiden van de mogelijkheden van Parnassys.

17

Financieel en materieel beleid. Onderhoud gebouw en omgeving.

2011-2012 -Uitbreiden van speelgelegenheid. -Aanschaf screens in de lokalen.

2012-1015 -Schilderwerk buitenkant van de school. -Schilderwerk binnenkant kleutergebouw.

Kwaliteitsbeleid. Opbrengsten van het onderwijs.

2011-2012 -Verhogen van de opbrengsten. Zowel de tussenals de eindopbrengsten bij technisch lezen en spellen.

2012-1015 -De eind- en tussenopbrengsten komen overeen met wat er verwacht kan worden van een school uit dezelfde categorie.

Communicatie onderling en naar ouders.

-Drie maal per jaar evalueren we de overleg momenten en inhoud van overleg met het team. -verbeteren van de oudercontacten en communicatie met ouders. -Inrichten van een klankbordgroep.

ICC Invoeren van een jaarplanning cultuureducatie per klas op het portaal.

2011-2012 -Een duidelijk overzicht wat elke leerkracht doet aan cultuur en cultureel erfgoed. En een duidelijk overzicht welke voorstellingen of uitjes er voor het komend jaar gepland staan.

Cultureel Erfgoed

-Elke leerkracht koppelt minstens één les aan cultureel erfgoed van Maas en Waal.

Crea middagen

-Elke jaar komen drie discipline (audiovisueel, dans, drama, beeldende kunst, literatuur, cultureel erfgoed) van cultuureducatie aan bod komt tijdens de crea-middagen.

2012-1015

Doorgaande lijn beeldend onderwijs.

-Een methode voor beeldend onderwijs voor ideeën en kwalitatief goede lessen.

Dans en Drama

-Opstarten van een werkgroep dans en drama. -Aanschaf methode voor dans en drama.

Tentoonstellingen organiseren van werk van de kinderen.

-Kinderen leren kijken naar elkaars werkstukken op klassen niveau.

18

Museum Tweestromenland.

-Elk jaar de gaan de groepen 4 en 7 naar het museum Tweestromenland. Na aanleiding van het museumbezoek een project in de klas uitvoeren.

Informatie en Communicatie technologie (ICT) Software.

2011-2012 -Evalueren: “Bas gaat digitaal” en “Bas telt mee” wat betreft het registratiegedeelte. -Implementeren: “Schatkist rekenen” en “Schatkist lezen” wat betreft inplannen en registratie. -Computergebruik in de klassen wat betreft de programma’s: Wereld in getallen, Speurtocht en Taal in beeld in samenhang met zelfstandig werken. -Kennisverantwoordelijke per programma.

2012-1015

Digitale schoolborden.

-Implementatie touchscreens in groep 1 en 2 -Duidelijke opbouw van de map, waar alle flipcharts duidelijk te vinden zijn.

-Inzet meer interactieve mogelijkheden: - Meer gebruik van de stemkastjes - Meer gebruik maken van media, o.a. de krant.

Implementatie Parnassys.

-Uitbreiden Parnassys Onderdelen: - Het maken van notities. - Het opstellen en bekijken van groepsplannen.

ICT en wereld orientatie.

-ICT en wereld oriëntatie. Contacten leggen met werkgroep Singapore Next, in verband met het gebruik van meer sociale media.

Naast deze centrale thema’s zijn er ook nog onderwerpen die verder ingevoerd moeten worden of geborgd moeten worden. In het jaarplan 2011-2012 zullen deze onderwerpen worden beschreven.

19

Bijlage 2: Overzicht lesmethoden en vervangingscyclus.

Instrumenteel – cursorische vakken: Rekenen - wiskunde Nederlandse taal Engelse taal Schrijven Technisch lezen. Begrijpend lezen. Wereldoriëntatie: Aardrijkskunde Geschiedenis Natuurkennis en gezond gedrag Bevordering sociale redzaamheid waaronder gedrag in het verkeer

Gebruikte lesmethoden:

Geplande vervanging (en motivering)

Wereld in getallen. Taal in beeld Real Englisch. Pennenstreken. Estafette nieuw Veilig Leren Lezen Nieuwsbegrip.

2014-2015 methode is 10 jaar oud.

Een wereld van verschil. Speurtocht. Leefwereld.

*

2012-2013 estafette voor groep 8. 2012-2013 aanschaf nieuwe speelleesset.

* *

SOEMO kaarten. Krant uitgegeven door VVN.

expressie vakken: Muziek Bewegingsonderwijs

Moet je doen. Is zelf ontwikkeld.

Tekenen en handvaardigheid

Moet je doen.

2011-2012 de huidige methode is 15 jaar oud en past niet meer bij het bewegingsonderwijs van deze tijd. 2011-2012 aanvulling omdat de huidige methode te weinig variatie biedt.

*In de periode van dit schoolplan gaan we projectmatig werken met de zaakvakken. Op dit moment is het nog niet duidelijk wat dat voor de vervanging van de methodes betekent.

20

Bijlage 3: financiële paragraaf. Schooljaar 2011-2015. De financiële paragraaf is gebaseerd op de plannen die in ons schoolplan zijn geschreven en de financiële mogelijkheden van de school. Vervanging methodes.

2011-2012

Bewegingsonderwijs.

750,00

Tekenen en handvaardigheid.

1000,00

Estafette nieuw.

1000,00

Speelleesset VLL

2012-2013

2013-2014

2014-2015

1500,00

Rekenen en wiskunde.

15000,00

Drama en dans.

3000,00

Kleuterplein groep 1 en 2

2000,00

Opknappen speelplaats. Bestraten, speelmaterialen.

1500,00

Meubilair. Aanvullen kasten en krukken.

1500,00

1500,00

1500,00

ICT Laptops. I-pad

2000,00 2000,00

2000,00 2000,00

21

Instemming medezeggenschap en vaststelling bevoegd gezag De medezeggenschapsraad van basisschool ’t Geerke heeft volgens artikel 21b van de WMS instemming verleend aan het schoolplan 2011-2015. De MR van basisschool ’t Geerke heeft voor de zomervakantie het schoolplan in grote lijnen doorgenomen. Zij gaan hiermee akkoord. Tijdens de vergadering van 4 oktober willen zij dit plan staven aan het jaarplan en het jaarverslag. Daarna zal de ondertekening plaats vinden.

Voorzitter:

Secretaris:

Puiflijk, 01-08-2011

Het bevoegd gezag van de school heeft het schoolplan 2011-2015 vastgesteld. Namens het College van Bestuur van de Stichting SPOM,

M.W.J.J. Peters, bestuurder.

Horssen …….-……...- 2011

22