leren
natuur
spelen
Schoolplan 2011-2015
Schoolplan 2011-2015
Inhoud Hoofdstuk 1 - Inleiding
5
1.1. 1.2. 1.3.
5 5 5
Doelen en functie van het schoolplan Procedures voor het opstellen, vaststellen en levend houden (maken) van het schoolplan Verwijzingen
Hoofdstuk 2 - Schoolbeschrijving
6
2.1 2.2. 2.3. 2.4. 2.5.
6 6 6 6 7
Gegevens school Kenmerken directie en leraren Kenmerken leerlingen Kenmerken ouders en omgeving Prognoses: interne en externe ontwikkelingen
Hoofdstuk 3 - Het onderwijskundig beleid 3.1. 3.2. 3.3. 3.4. 3.5. 3.6. 3.7. 3.8. 3.9. 3.10. 3.11. 3.12. 3.13. 3.14. 3.15. 3.16. 3.17. 3.18. 3.19. 3.20 3.21. 3.22.
De missie van bestuur en de school Missie van onze school Motto van onze school Streefbeelden De onderwijskundige ambities Zorg en begeleiding Onderwijskundig concept Levensbeschouwelijke identiteit Leerstofaanbod Taalleesonderwijs Rekenen en Wiskunde Sociaal-emotionele ontwikkeling Actief Burgerschap en sociale cohesie ICT Leertijd Pedagogisch Klimaat Didactisch handelen Actieve en zelfstandige rol van de leerlingen Zorg en begeleiding Passend onderwijs (afstemming) Opbrengstgericht werken Opbrengsten (van het onderwijs)
8 8 8 8 9 9 9 10 10 10 11 12 13 13 14 14 15 15 16 16 17 18 19
Hoofdstuk 4 - Integraal personeelsbeleid
20
4.1. 4.2. 4.3. 4.4. 4.5 4.6.
20 21 21 22 22 24
Onze organisatorische doelen De schoolleiding Beroepshouding – professionele cultuur Integraal personeelsbeleid (incl. professionalisering) Instrumenten voor personeelsbeleid Verzuimbeleid
OBS De Werkschuit
3
4
Hoofdstuk 5 - Organisatie en beleid
25
5.1. 5.2. 5.3. 5.4. 5.5. 5.6. 5.7. 5.8. 5.9. 5.10. 5.11.
25 25 25 26 27 27 28 28 29 29 29
Organisatiestructuur en – cultuur Structuur (groeperingsvormen) Schoolklimaat Sociale Veiligheid Arbobeleid De interne communicatie De communicatie met externe instanties De communicatie met ouders Begeleiding naar VO-scholen Voor- en vroegschoolse educatie (wet OKE) Buitenschoolse opvang
Hoofdstuk 6 - Financieel beleid
30
6.1. 6.2. 6.3. 6.4. 6.5.
30 30 30 30 31
Missie en visie Financieel beleid van de Stichting Openbaar Onderwijs Wijk bij Duurstede Interne geldstromen Externe geldstromen Begroting
Hoofdstuk 7 - Kwaliteitsbeleid
32
7.1. 7.2. 7.3. 7.4. 7.5. 7.6. 7.7 7.8
32 32 32 33 33 33 34 35
Rapportage Terugblik Schoolplan 2007-2011 en Zelfevaluatie Analyse inspectierapport Analyse oudervragenlijst Analyse leerlingenvragenlijst Analyse lerarenvragenlijst (zie ook 5.3.3: RI&E) Het evaluatieplan Kwaliteitsprofiel – Onze verbeterpunten
Hoofdstuk 8 - Plan van Aanpak 2011-2015
37
8.1 8.2 8.3 8.4
37 38 38 39
Het schoolontwikkelplan Jaar 2011-2012 Het schoolontwikkelplan Jaar 2012-2013 Het schoolontwikkelplan Jaar 2013-2014 Het schoolontwikkelplan Jaar 2014-2015
Schoolplan 2011 - 2015
Hoofdstuk 1 - Inleiding 1.1.
Doelen en functie van het schoolplan
De doelen van dit schoolplan zijn: Het bestuur, de medezeggenschapsraad en het team stellen vast wat voor de periode van 1 augustus 2011 tot en met 31 juli 2015 voor onze school het onderwijskundig beleid, personeelsbeleid, financieel- en materieelbeleid, relationeel beleid en het beleid ten aanzien van de kwaliteitszorg is en maken van deze beleidsterreinen een samenhangend geheel; Dit beleid wordt zo vastgesteld, dat het gebruikt kan worden voor planmatige schoolontwikkelingen met formulering van eigen beleidsvoornemens; Het voldoet aan de wettelijke verplichting te beschikken over een schoolplan; Het plan is gebaseerd op een gemeenschappelijke visie vanuit een gedragen schoolconcept. Op basis van ons vierjarige Plan van Aanpak (zie hoofdstuk 7) willen we jaarlijks een uitgewerkt jaarplan opstellen. In een jaarverslag zullen we steeds terugblikken, of de gestelde verbeterdoelen gerealiseerd zijn. Op deze wijze geven we vorm aan een cyclus van plannen, uitvoeren en evalueren.
1.2.
Procedures voor het opstellen, vaststellen en levend houden (maken) van het schoolplan
Het schoolplan is door de directie opgesteld in overleg met het team. De teamleden hebben meegedacht over de invulling van de verschillende hoofdstukken en tevens conceptteksten aangeleverd. De komende vier jaar zullen we planmatig hoofdstukken van ons schoolplan met elkaar bespreken. Daarnaast zullen we aan het einde van ieder schooljaar het jaarplan voor het komende jaar samen vaststellen.
1.3.
Verwijzingen
Ons schoolplan is een rompplan. Daarom verwijzen we naar de volgende beleidsstukken: • • • • • • • • • • • •
Schoolgids Zorgplan Strategisch beleid Stichting Openbaar Onderwijs Wijk bij Duurstede Meerjarenplanning Leermiddelen Document Actief Burgerschap en Sociale Integratie [visie, doelen en aanbod] Bijlage “Kenmerken van de leerlingen en de consequenties daarvan” Beleidsplan Plusgroep Beleidsstuk Zieke leerlingen Veiligheidsplan Rekenplan Taal/lezen plan ICT beleidsplan
OBS De Werkschuit
5
Hoofdstuk 2 - Schoolbeschrijving 2.1
Gegevens school
Openbare basisschool De Werkschuit Notengaard 17-19 3962 JD Wijk bij Duurstede
[email protected] www.obsdewerkschuit.nl
2.2.
Kenmerken directie en leraren
De directie van de school bestaat uit een directeur en een adjunctdirecteur. De directeur beschikt over het diploma Directeur Primair Onderwijs. De directie van de school wordt bijgestaan door twee bouwcoördinatoren (OB-BB) en twee IB-ers. De directie vormt samen met de IB-ers het zorgteam. Het team bestaat uit 17 leden, waarvan 4 in voltijd en 13 in deeltijd. De school beschikt daarnaast over een conciërge en een onderwijsassistente. De leeftijdsopbouw wordt gegeven in onderstaand schema (stand van zaken per 1-9-2011). Ons team kent een aantal specialisten: de IB-ers hebben de opleiding intern begeleider gevolgd. Twee leerkrachten hebben de opleiding Remedial Teaching gevolgd. Er zijn twee leerkrachten met een akte speciaal onderwijs. Eén leerkracht heeft de opleiding gedragsspecialist gevolgd. We hebben een dramaspecialist, een leesspecialist en daarnaast coördinatoren onderbouw en bovenbouw, rekenen en taal, cultuur en Engels. Het ziekteverzuim is laag: het gemiddelde percentage over de jaren 2007-2011 is 3,6%.
PER 2011
DIRECTIE
OP
OOP
Ouder dan 50 jaar
1
7
1
Tussen 40 en 50 jaar
1
2
1
Tussen 30 en 40 jaar
5
Tussen 20 en 30 jaar
1
Jonger dan 20 jaar Totaal
2.3.
2
15
2
Kenmerken leerlingen
Onze school (die in schoolgroep 1 valt) wordt bezocht door 215 kinderen (stand van zaken 1-10-2010). Slechts 12,5% van de leerlingen kent een gewicht (17 leerlingen 0.30 en 10 leerlingen 1.20). We beschikken over een overzicht van de groepen en de gewichten van de leerlingen. Per groep zijn de onderwijskundige consequenties vastgesteld naar aanleiding van de gewichten van de leerlingen en hun specifieke problemen.
2.4.
Kenmerken ouders en omgeving
Onze school staat in een licht vergrijzende wijk, wat consequenties heeft voor de instroom (zie ook hoofdstuk 2.3). Het opleidingsniveau van de ouders is ons bekend. De sociaal economische status is als volgt: 34 % laag (vmbo of lager), 32 % midden (havo/ vwo/mbo) en 34 % hoog (hbo,wo). De ouderpopulatie laat geen directe gevolgen zien voor ons beleid m.b.t. actief burgerschap en sociale cohesie. De ouderparticipatie is groot. Dagelijks helpen ouders in het onderwijsleerproces door middel van het begeleiden van kinderen bij buitenschoolse activiteiten en het ondersteunen van de lessen (bijvoorbeeld koken, handvaardigheid, tuin)
6
Schoolplan 2011 - 2015
2.5.
Prognoses: interne en externe ontwikkelingen
In het kader van ons nieuwe schoolplan zien we voor de komende vier jaren een aantal kansen (intern en extern) en bedreigingen (intern en extern) voor wat betreft de school, het personeel en de leerlingen. We willen daarmee nadrukkelijk rekening houden in ons beleid en onze beleidskeuzen. STERKE KANTEN SCHOOL
ZWAKKE KANTEN SCHOOL
- - - - - - - - - - -
- - -
duidelijke visie leerlingenzorg pedagogisch klimaat team met veel specialismen opbrengstgericht werken leerlingvolgsysteem plusgroep hecht team open communicatie laagdrempelig binnentuin
binnenklimaat oud gebouw borgen van vernieuwingen
KANSEN Intern
Extern
- - - - - -
- - - - - -
specialisten in het team ruim schoolgebouw, veel ruimte op de pleinen BSO binnen het gebouw prachtige binnentuin stabiel team laag ziekteverzuim
ontwikkelingsperspectief opbrengstgericht werken rekenverbetertraject lerarenbeurs veranderde bestuursorganisatie diverse interne netwerken zoals: - Intern begeleiders - Jeugdzorg - Centrum Jeugd en gezin - WSNS - Verwijsindex - Cultuur
BEDREIGINGEN Intern
Extern
- -
- -
geen evenwichtige verdeling man/vrouw oudere leraren: op korte termijn veel verloop
terugloop leerlingenaantallen bezuinigingen vanuit het ministerie
Conclusies n.a.v. SWOT
Het team heeft kennis van de sterke en zwakke kansen en bedreigingen van de school. Met het oog op de bezuinigingen zullen meer zorgleerlingen in onze school blijven. Hier zullen we ons onderwijs nog meer op af moeten stemmen. Doordat de komende twee jaar leraren met pensioen gaan, zal er veel aandacht geschonken moeten worden aan het begeleiden van nieuwe leraren. De nieuwe leraren krijgen een maatje en worden daarnaast begeleid door de directie. De terugloop van leerlingen in Wijk bij Duurstede zal ook effect krijgen op de Werkschuit. We zijn ons er van bewust dat een positieve profilering heel belangrijk is. Met de visie stuurgroep zullen we de komende jaren activiteiten blijven ontwikkelen.
OBS De Werkschuit
7
Hoofdstuk 3 - Het onderwijskundig beleid 3.1.
De missie van bestuur en de school
“Het openbaar onderwijs Wijk bij Duurstede draagt bij aan een zinvol en gelukkig leven van kinderen. Wij leggen in ons onderwijsaanbod het accent op de cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling en de ontwikkeling van waarden en normen.” De kwaliteit van het onderwijs staat centraal in onze visie
Als openbaar schoolbestuur staan we voor de algemene uitgangspunten van het openbaar onderwijs: Bestuurlijke openbaarheid, algemene toegankelijkheid en actieve pluriformiteit. Leerlingen, ouders en onderwijspersoneel hebben een open houding ten aanzien van diversiteit in de school en de samenleving. Het bovenstaande is vastgelegd in de volgende visie: 1. Onze openbare scholen staan midden in de samenleving. Alle kinderen zijn welkom en voelen zich welkom en gewaardeerd. 2. Het openbaar onderwijs biedt goed en modern onderwijs. Het accent ligt op de ontwikkeling van de basisvaardigheden. Daarnaast nemen de sociaal-emotionele ontwikkeling, actief burgerschap en sociale integratie een voorname plaats in. Er is passende aandacht voor leerlingen die meer of minder kunnen. 3. Het onderwijs op onze scholen is uitdagend; het leerklimaat is prettig. Leerlingen en ouders weten wat er van hen verwacht wordt en wat zij van de school mogen verwachten. 4. Onze openbare scholen zijn actieve scholen op het gebied van onderwijsontwikkeling. Zij gaan mee met hun tijd. Vernieuwingen passen in de onderwijskundige visie. De kwaliteit van het onderwijs wordt systematisch bewaakt. 5. Werken op onze openbare scholen is uitdagend: er wordt een beroep gedaan op de deskundigheid en professionaliteit van het personeel. Het personeel onderschrijft de uitgangspunten van het openbaar onderwijs en voelt zich gezien en gewaardeerd in het werk. Samenwerking en resultaatgerichtheid, reflectie op het eigen handelen en open communicatie zijn belangrijke aspecten in het dagelijks werk. 6. In school zijn ouders en teamleden welkom om op actieve wijze mee te denken en mee te doen.
3.2.
Missie van onze school
De Werkschuit is een openbare school en staat open voor alle kinderen
Wij vinden het belangrijk dat zoveel mogelijk leerlingen naar een gewone basisschool gaan. Ook leerlingen met een lichamelijke-, zintuiglijke, of verstandelijke handicap zijn bij ons in principe welkom. De Werkschuit is zich bewust van haar taak kinderen in contact te brengen met de maatschappij. Het is belangrijk dat kinderen kennis hebben van en kennismaken met verschillende achtergronden en culturen van leeftijdsgenoten. Door met elkaar naar school te gaan, samen te leven en te leren bevorder je wederzijds begrip en respect. We besteden actief aandacht aan uiteenlopende levensbeschouwingen, godsdienstige en maatschappelijke waarden. De Werkschuit is onderdeel van de Brede school Noorderwaard. Dit betekent dat er naast onderwijs, voor- en naschoolse opvang van 7.30 uur tot 18.30 uur gerealiseerd is. De buitenschoolse opvang ontwikkelt een activiteitenprogramma in samenwerking met diverse instellingen en verenigingen uit de gemeente Wijk bij Duurstede. Onze school is een openbare basisschool voor kinderen van 4 t/m 12 jaar. Wij hanteren het leerstofjaarklassensysteem, met veel aandacht voor het individuele kind en we gaan daarbij uit van het concept passend onderwijs. Onze school staat open voor alle leerlingen die aangemeld worden door hun ouders/verzorgers. Het is ons doel om leerlingen cognitief en sociaal te ontwikkelen, zodat ze kunnen doorstromen naar een passende vorm van vervolgonderwijs. Gelet op het eerste vinden we m.n. de vakken Taal, Lezen en Rekenen van belang, en gezien het tweede besteden we veel aandacht aan het (mede) opvoeden van de leerlingen tot volwaardige en respectvolle burgers.
3.3.
Motto van onze school
De Werkschuit is een school waar samen werken en samen leren centraal staan. Het motto in alles wat we doen is, ‘er werk van maken’. ‘De Werkschuit maakt er werk van’. is de slogan in alle uitingen. We maken werk van effectief en gevarieerd lesgeven, de sfeer, betrokkenheid, leuke activiteiten en een goede band met ouders. Onze speerpunten zijn: • Effectief en gevarieerd onderwijs • Goede sfeer • Betrokkenheid
8
Schoolplan 2011 - 2015
3.4.
Streefbeelden
Voor de komende vier jaar zijn de volgende richtinggevende uitspraken van belang voor onze activiteiten en prioritering: 1. Op onze school wordt systematisch (gestructureerd) aandacht geschonken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. We gebruiken hiervoor SCOL, een leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling. Daarnaast gebruiken we een veiligheidsthermometer en het sociogram. 2. Op onze school is er sprake van passend onderwijs, zover mogelijk staat de school open voor ieder kind. 3. Alle medewerkers werken (samen) aan hun persoonlijke ontwikkeling gerelateerd aan de schoolontwikkeling . Eén jaar geleden heeft de school het project Afstemming afgesloten. In iedere groep wordt gewerkt volgens het model handelingsgericht werken. 4 Op onze school wordt opbrengstgericht gewerkt. Na twee jaar met het rekenverbetertraject te hebben gewerkt, wordt er in elke groep aan de hand van groepsplannen en het directe instructiemodel lesgegeven. 5. Het taal-, lees- en rekenonderwijs staat op een goed niveau.
3.5.
De onderwijskundige ambities
Lesgeven (pedagogisch-didactisch handelen)
Het lesgeven is de kern van ons werk. Het denken en werken vanuit de onderwijsbehoeften van de verschillende leerlingen staat centraal. De onderwijsleersituatie (inclusief leerkrachtgedrag) wordt hierop afgestemd. Door de competentie van de leerkracht te vergroten op het gebied van interactie en consultatie kan de leerkracht zijn handelingsrepertoire in de begeleiding van kinderen met specifieke onderwijsbehoeften verbeteren. Verschillen tussen kinderen en verschillen tussen leerkrachten zullen meer als uitgangspunt genomen worden en ervaren als kansrijk voor samenwerking en leren van en met elkaar. De school ontwikkelt zich meer als lerende organisatie. Gelet op de didactiek vinden we de volgende zaken van groot belang: • • • • •
interactief lesgeven; de leerlingen betrekken bij het onderwijs onderwijs op maat geven: differentiëren gevarieerde werkvormen hanteren (variatie = motiverend) een kwaliteitsvolle instructie verzorgen kinderen zelfstandig (samen) laten werken
3.6.
Zorg en begeleiding
Onze school besteedt veel aandacht aan de zorg en begeleiding van de leerlingen. De ontwikkeling van de leerlingen wordt gevolgd met behulp van Cito-toetsen (cognitief) en SCOL(sociaal-emotioneel). De zorg richt zich op het wegwerken of verkleinen van onderwijs-achterstanden (leerprestaties) en het verbeteren van de sociaal-emotionele ontwikkeling. De toetsresultaten beschouwen we als indicatief. Het totaalbeeld van de leerling –zoals dat in het gesprek tussen IB-er en leraar aan de orde komt- bepaalt de onderwijsbehoefte van de leerling. De laatste jaren zijn we overgegaan op handelingsgericht werken. Met name hoe, waarmee, door wie en waar de afstemming op de onderwijsbehoeften het beste gerealiseerd kan worden. Daarbij wordt gewerkt vanuit de volgende principes: • We denken, kijken, praten en handelen in termen van onderwijsbehoeften. • We gaan uit van een voortdurende samenwerking tussen leerkracht, kind ouders en begeleiders. • We richten ons op het benutten van kansen en positieve factoren en het zoeken naar mogelijkheden. • We zijn gericht op het geven van haalbare, bruikbare adviezen. • We streven daarbij een systematische en voor iedereen transparante werkwijze na. Daar waar mogelijk proberen we leerlingen te clusteren en wordt er gewerkt met groepsoverzichten en groepsplannen. Binnen de groepsplannen houden we oog voor het individuele kind. Wat ons betreft richt de zorg zich op meerdere typen leerlingen. In de eerste plaats focust de zorg zich op de IV- en V-leerlingen en daarnaast besteden we bij de zorg en begeleiding aandacht aan de meer begaafde leerlingen. Ook de leerlingen die een onvoldoende groei in hun vaardigheidsscore hebben vallen onder de extra zorg. Een HP kan zowel een cognitief als een gedragsmatig accent krijgen. Ook onderscheiden we het groepsplan (voor de groep als geheel) en het individuele plan (voor het kind).
OBS De Werkschuit
9
3.7.
Onderwijskundig concept
Onze onderwijskundige speerpunten
Onze school heeft een aantal principes vastgesteld voor kwalitatief goed onderwijs. Ten aanzien van ons onderwijs (effectief- en gevarieerd onderwijs) zoeken we naar een goede balans tussen de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling en de sociaal/emotionele ontwikkeling en van de kinderen(goede sfeer). Van belang zijn de volgende aspecten: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
De leertijd wordt effectief besteed Het leren van de leerlingen staat centraal Er is een goede sfeer. De leerkrachten hebben hoge verwachtingen van de leerlingen en laten dat merken Er wordt handelingsgericht gewerkt. (directe instructiemodel, verlengde instructie, compacten) De leraren werken opbrengstgericht (vanuit heldere doelstellingen) Leerkrachten zorgen voor een ordelijk en gestructureerd klimaat dat geschikt is voor leren en onderwijzen. De communicatie (interactie) tussen de leerkracht, leerlingen en de ouders verloopt geordend en respectvol. De leraren zetten waar mogelijk aan tot het werken met (behulp van) ICT-middelen
3.8.
Levensbeschouwelijke identiteit
Onze school is een openbare basisschool. De aandacht voor levensbeschouwelijke vorming is verweven in het onderwijs. Wel besteden we structureel en expliciet aandacht aan geestelijke stromingen. We zien een sterke relatie tussen levensbeschouwelijke vorming, sociaal-emotionele ontwikkeling (o.a. omgaan met de ander en de omgeving – ontwikkeling sociale vaardigheden) en actief burgerschap en sociale cohesie. We vinden het belangrijk, dat leerlingen op een goede wijze met elkaar omgaan en dat ze respect hebben voor de mening en visie van anderen. Onze ambities zijn: 1. We besteden aandacht aan levensbeschouwing bij andere vakken (integraal) 2. We besteden expliciet aandacht aan geestelijke stromingen (godsdienstonderwijs in groep 7) 3. We besteden gericht aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling (waarbij het accent ligt op omgaan met jezelf, de ander en de omgeving). 4. We besteden gericht aandacht aan actief burgerschap en sociale cohesie( maatschappelijke stage). 5. We laten leerlingen bewust kennismaken met de verschillen in de samenleving. 6. Op school besteden we structureel aandacht aan religie gerelateerde feesten. Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten
Doorgaande lijn in het aanbod van de betekenis van religieuze feesten.
3.9.
Leerstofaanbod
Op onze school gebruiken we eigentijdse methodes die voldoen aan de kerndoelen. De laatste vijf jaar zijn veel methodes vernieuwd. De methodes worden bij de hoofdvakken integraal gebruikt door de leraren. Voor de toetsing van de leerstof maken we gebruik van methode-onafhankelijke en methodegebonden toetsen. Ten aanzien van leerstofaanbod hebben we de volgende ambities vastgesteld: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
10
Onze methodes voldoen aan de kerndoelen (zie overzicht) We gebruiken voor Taal en Rekenen methodegebonden toetsen (zie overzicht) Het leerstofaanbod vertoont een doorgaande lijn Het leerstofaanbod komt tegemoet aan de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Het leerstofaanbod voorziet in de ondersteuning van de sociaal-emotionele ontwikkeling De school besteedt aandacht aan actief (goed) burgerschap Het leerstofaanbod voorziet in het gebruik leren maken van ICT Het leerstofaanbod voorziet in aandacht voor intercultureel onderwijs Het leerstofaanbod bereidt leerlingen voor op het vervolgonderwijs
Schoolplan 2011 - 2015
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Het komende schooljaar zullen we ons oriënteren op een nieuwe rekenmethode en een nieuwe geschiedenismethode. Het zorgvuldig uitkiezen van een rekenmethode nemen we op in het rekenverbetertrajectplan van 2011-2012. Een aantal leraren uit de bovenbouw zal zich buigen over de geschiedenismethode. Schema Vakken – Methodes – Toetsinstrumenten
VAK
METHODES
TOETSINSTRUMENTEN
Taal
Schatkist Veilig Leren Lezen Taal op Maat
CITO - Taal voor kleuters (groep 1 en 2) Methodegebonden toetsen (groep 3 t/m 8) CITO – entreetoets, CITO – eindtoets Woordenschat
Technisch lezen
Veilig leren lezen, Estafette
CITO – DMT AVI Protocol Leesproblemen – Dyslexie
Begrijpend lezen
Leeshuis Nieuwsbegrip
Methodegebonden + Cito begrijpend lezen
Spelling
Taal op Maat
Methodegebonden + Cito spelling
VERVANGEN TOT 2015
Schrijven
Pennenstreken
Methodegebonden
Engels
Happy House, Happy Street, The Team
Toetsen vanaf groep 5 The Team
Rekenen
Rekenrijk
Methodegebonden + Cito Rekenen
2011-2012
Geschiedenis
Bij de Tijd
Methodegebonden
2011-2012
Aardrijkskunde
Meander
Methodegebonden Methodegebonden
Natuuronderwijs
Leefwereld
Wetenschap & Techniek
Techniektorens
Verkeer
Klaar Over!
Methodegebonden
Tekenen
Moet je doen
Methodegebonden
Handvaardigheid
Moet je doen
Methodegebonden
Muziek
Moet je doen
Methodegebonden
Drama
Moet je doen
Methodegebonden
Bewegingsonderwijs
Basislessen bewegingsonderwijs
Methodegebonden
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Sociaal en emotionele talenten
Scol, sociogram, Veiligheidsthermometer
Gezondheidsbeleid
Lekker Fit!
2012-2013
Godsdienst • •
Zie verder De Meerjarenplanning Leermiddelen Zie Meerjarenbegroting
3.10.
Taalleesonderwijs
De basisvaardigheid Nederlandse taal krijgt op basis van de leerlingpopulatie extra aandacht in ons curriculum. We leren de kinderen taal om goed met anderen om te kunnen gaan en om effectief te kunnen communiceren. Om de wereld om je heen goed te kunnen begrijpen is het nodig om de taal adequaat te leren gebruiken. Ook bij veel andere vakken heb je taal nodig. De school vindt het belangrijk dat kinderen snel vlot kunnen lezen, zodat ze daardoor de informatie bij de andere vakken goed kunnen begrijpen en gebruiken. Vanaf groep 1 (feitelijk vanaf de peuterspeelzaal) werken we met goede methodes (zie Leerstofaanbod). Het leesplezier van de leerlingen wordt bevorderd door vlot te leren lezen, aandacht voor de belangstelling van de leerlingen, interessante informatieve teksten en interactief voorlezen. Vanaf groep 4 worden de mondelinge en schriftelijke presentaties verder ontwikkeld door het houden van boekbesprekingen,spreekbeurten en het maken van werkstukken. Onze ambities zijn :
OBS De Werkschuit
11
1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14.
Onze school beschikt over een up-to-date leesbeleidsplan Onze school beschikt over een gekwalificeerde leescoördinator De school werkt in de groepen 1 en 2 met Schatkist met de muis(nieuwe versie) De school beschikt over een goede methode voor aanvankelijk leesonderwijs (met veel differentiatiemogelijkheden): Veilig leren lezen, nieuwste versie. De school beschikt over een goede methode voor voortgezet technisch lezen (met veel aandacht voor differentiatiemogelijkheden) tot en met groep 8: Estafette (nieuw) De school beschikt over actuele methodes voor begrijpend lezen. (Leeshuis en Nieuwsbegrip) De school besteedt meer tijd aan taal- en woordenschatonderwijs dan de gemiddelde school. De school beschikt over een goede methode voor taal en spelling. (Taal op Maat) De school heeft doelen vastgesteld voor het leesonderwijs Kinderen met leesproblemen krijgen extra leertijd d.m.v. verlengde instructie. De school beschikt over een Protocol Dyslexiebeleid. In groep 2 worden de kinderen gescreend door de logopediste We stimuleren de taalbeleving bij de leerlingen door extra activiteiten zoals: de kinderboekenweek, de voorleeswedstrijd en expressieactiviteiten bij het Filiaal. We gebruiken CITO-toetsen om de ontwikkeling van de leerlingen te volgen en op basis daarvan acties te ondernemen.
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Daarnaast worden de opbrengsten twee keer per jaar in het team geëvalueerd. Het zorgteam bewaakt de plannen van aanpak. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Het komende jaar oriënteren we ons op de referentieniveaus van taal.
3.11.
Rekenen en Wiskunde
Rekenen en wiskunde vinden we een belangrijk vak. Het rooster borgt, dat we expliciet aandacht besteden aan rekenen en wiskunde en aan het automatiseren van het geleerde. We constateren dat rekenen in toenemende mate taliger is geworden, en dat dit bij steeds meer leerlingen leidt tot problemen. Daarom richt het automatiseren zich op kale sommen (om de basisvaardigheden goed in te slijpen). We gebruiken moderne methodes vanaf groep 1 (Schatkist, Rekenkast) en Cito-toetsen om de ontwikkeling van de leerlingen te volgen. We werken bij rekenen met groepsplannen om passend onderwijs te realiseren. De leraren hebben zich uitgebreid geprofessionaliseerd m.b.t. het werken met het compacten, verrijken en verdiepen van de leerstof. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
We beschikken over een moderne, eigentijdse methode (groep 1 t/m 8) In groep 1 en 2 wordt er les gegeven aan de hand van leerlijnen (Rekenkast en Schatkist) De leraren besteden structureel aandacht aan rekenen en wiskunde (rooster) Het rooster vermeldt de aandacht die besteed wordt aan automatiseren We volgen de ontwikkeling van de leerlingen m.b.v. het Cito-LVS Per groep hebben we voor de Cito-toetsen normen vastgesteld We gebruiken de methodegebonden toetsen systematisch De leraren beschikken over voldoende kennis en vaardigheden t.a.v. de moderne rekendidactiek (ze zijn op de hoogte van de nieuwste inzichten) 9. De leraren stemmen –indien noodzakelijk- de didactiek af op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. 10. De leraren werken bij rekenen en wiskunde met groepsplannen (HGW) Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Twee keer per jaar toetsen we aan de hand van het leerlingvolgsysteem of de opbrengsten voldoen aan onze doelen. Het zorgteam bewaakt de plannen van aanpak. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
In het laatste jaar van het rekenverbetertraject leggen we het accent op het borgen van het didactisch handelen van de leraar en de zorg voor de leerlingen met speciale onderwijsbehoeften.
12
Schoolplan 2011 - 2015
3.12.
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Het sociaal-emotionele welbevinden van de leerlingen heeft veel invloed op hun totale functioneren. Onze school besteedt daarom structureel en systematisch aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. We doen dit omdat we onze kinderen willen opvoeden tot verantwoorde burgers. Ze moeten goed voor zichzelf kunnen zorgen en goed kunnen omgaan met de mensen en de wereld om hun heen (dichtbij en verder weg). De ontwikkeling van de groep en de individuele leerlingen wordt tijdens de groeps (leerling) bespreking besproken (leerkracht en IB’er). In deze gesprekken worden ook mogelijke aanpakken voor een groep of voor een individuele leerling besproken. In één groep is dit jaar het programma Kids Skills gestart, een oplossingsgerichte methode om kinderen te leren hun problemen te overwinnen of ongewenst gedrag te veranderen. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
Onze school besteedt structureel en systematisch aandacht aan de sociaal-emotionele ontwikkeling Onze school beschikt over een methode voor sociaal-emotionele ontwikkeling Onze school beschikt over een LVS voor sociaal-emotionele ontwikkeling( SCOL) We beschikken over normen: als meer dan 25% van de leerlingen uitvalt op een aspect (IV,V), dan volgt er actie (groepsplan) De sociaal emotionele ontwikkeling komt aan bod tijdens de leerlingenbespreking De leerlingen vullen vanaf groep twee jaarlijks een vragenlijst in (veiligheidsthermometer) We koppelen de sociaal-emotionele ontwikkeling aan godsdienstonderwijs en actief burgerschap Onze school heeft structureel aandacht voor gezondheidsthema’s voeding en bewegen en gebruikt het programma Lekker Fit!
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
De komende jaren richten we ons op het maken van handelingsplannen met betrekking tot de sociaal emotionele ontwikkeling. Aan de hand van de analyse uit Scol, de veiligheidsthermometer en het sociogram zijn we in staat om een goed handelingsplan op te stellen en uit te voeren.
3.13.
Actief Burgerschap en sociale cohesie
Leerlingen groeien op in een steeds complexere, pluriforme maatschappij. Onze school vindt het van belang om haar leerlingen op een goede manier hierop voor te bereiden. Leerlingen maken ook nu al deel uit van de samenleving. Allereerst is kennis van belang, maar daar blijft het wat ons betreft niet bij. Vanuit onze openbare identiteit vinden wij het belangrijk dat leerlingen op een bewuste manier in het leven staan, waarbij ze niet alleen respect hebben voor anderen, maar ook naar anderen omzien. In de school leren wij leerlingen daarom goed samen te leven en samen te werken met anderen. Wij willen leerlingen brede kennis over en verantwoordelijkheidsbesef meegeven voor de samenleving. Onze ambities (doelen) zijn: 1. We voeden onze leerlingen op tot fatsoenlijke evenwichtige mensen die respectvol (vanuit duidelijke waarden en normen) omgaan met zichzelf, de medemens en de omgeving. 2. Wij voeden onze leerlingen op tot personen die weten wat democratie inhoudt en die daar ook naar handelen. Ze leren hun mening over maatschappelijke thema’s te verwoorden 3. We voeden onze leerlingen op tot mensen die “meedoen”, die actief betrokken willen zijn op de samenleving en die gericht zijn op samenwerking. 4. We voeden onze leerlingen op tot personen die kennis hebben van, en respect hebben voor andere opvattingen en overtuigingen (religies). 5. We richten ons op de algemene ontwikkeling en we geven onze leerlingen culturele bagage mee voor het leven. Per ambitie (doel) hebben we een aanbod geformuleerd. Onze ambities (doelen) en het daarbij passende aanbod staan vermeld op onze website. We beschikken over een document Actief Burgerschap en Sociale Integratie. Onze pijlers zijn de basiswaarden, te weten: • • • • • • •
vrijheid van meningsuiting gelijkwaardigheid begrip voor anderen verdraagzaamheid autonomie afwijzen van onverdraagzaamheid afwijzen van discriminatie
OBS De Werkschuit
13
Cultuureducatie
Voor jonge mensen is cultuur en kunst een belangrijk onderdeel van hun toekomst. Cultuureducatie is een leergebied binnen het basisonderwijs, het is een bijdrage aan een beter en rijker leerklimaat. Het leert de kinderen en leerkrachten hoe interessant leren kan zijn. Het is een bijdrage aan een hechte samenleving en een levendige school; het geeft vorm aan een inspirerende visie op leren. Dit jaar hebben we een partnerschap afgesproken met jeugdtheatergroep het Filiaal. • De leerlingen leren beelden, taal, muziek en beweging te gebruiken om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er mee te communiceren. • De leerlingen leren op eigen werk en dat van anderen te reflecteren. • De leerlingen verwerven enige kennis over en krijgen waardering voor aspecten van cultureel erfgoed. Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Het integreren van ons cultuurerfgoed in onze zaakvakken.
3.14.
ICT
De school streeft ernaar om leerlingen toe te rusten met de vaardigheden en kennis om zich te kunnen handhaven en ontplooien in de maatschappij. Bij de begeleiding van de leerlingen wordt optimaal gebruik gemaakt van hun eigen mogelijkheden. ICT wordt hierbij een steeds belangrijkere factor om het onderwijs vorm en inhoud te geven. Wij willen op school bereiken dat de leerlingen op effectieve wijze gebruik kunnen maken van alle toepasbare aspecten van ICT. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10.
De leraren maken optimaal gebruik van het digitale bord We beschikken over en maken systematisch gebruik van een ICT ruimte De leerlingen kunnen werken met Word, Excel en PowerPoint (einde basisschool) De leerlingen werken met software bij taal, rekenen, lezen en wereldoriëntatie De leerlingen kunnen een werkstuk maken met een verzorgde lay-out De leerlingen zijn vertrouwd met Internet (en bewust van de risico’s) De leraren geven opdrachten die het gebruik van het Internet stimuleren We beschikken over een Internetprotocol De leraren beschikken over voldoende ICT-kennis en -vaardigheden De school beschikt over technisch en inhoudelijk goede hard- en software
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Het implementeren van het werken met de digiborden. De aanschaf van een digitaal administratiesysteem, waarin alle gegevens van de leerlingen verwerkt kunnen worden. (Cito, methodegebonden toetsen, handelingsplannen, verslagen, rapportages.)
3.15.
Leertijd
Op onze school willen we de leertijd effectief besteden, omdat we beseffen dat leertijd een belangrijke factor is voor het leren van onze leerlingen. We proberen daarom verlies van leertijd te voorkomen. Ook willen we ze voldoende leertijd geven om zich het leerstofaanbod eigen te maken. In principe trachten we zo alle leerlingen in acht jaar de einddoelen basisonderwijs te laten halen. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
14
Leraren bereiden zich schriftelijk voor: programma en tijd(en) Leraren zorgen voor een effectief klassenmanagement (voorkomen verlies leertijd) Op schoolniveau wordt er voldoende onderwijstijd gepland Leraren beschikken over een expliciet week- en dagrooster Leraren hanteren heldere roosters Leraren plannen extra tijd voor rekenen, lezen en taal (indien nodig) Leraren variëren de hoeveelheid leertijd afhankelijk van de onderwijsbehoeften
Schoolplan 2011 - 2015
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Effectief klassenmanagement. We zijn bewust van de effectiviteit en de leerdoelen van de ‘leuke activiteiten’ en maken hierin bewuste keuzes.
3.16.
Pedagogisch Klimaat
Onze leraren zijn van cruciaal belang. Zij hebben (onder meer) een vormende (opvoedende) taak: ze streven ernaar hun leerlingen op te voeden tot goede burgers. Daarom vinden we het belangrijk, dat leerlingen goed met zichzelf en met anderen (dichtbij en ver weg) kunnen omgaan. Leraren creëren daartoe een veilig en gestructureerd klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen. Kernwoorden zijn: relatie, competentie en autonomie. Wij hechten veel waarde aan een positieve en motiverende leraar, een begeleider die ervoor zorgt dat de leerlingen het werk zelfstandig (samen met anderen) kunnen doen. Daarbij hanteren we duidelijke regels en ambities 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
De leraren zorgen voor een ordelijke en functionele leeromgeving De leraren tonen in gedrag en taalgebruik respect voor de leerlingen De leraren bevorderen het onderling respect bij de leerlingen De leraren ondersteunen het zelfvertrouwen van leerlingen Er zijn op schoolniveau duidelijke omgangsregels afgesproken. De leraren zorgen in de groepen voor structuur. De leraren zorgen voor een uitdagende leeromgeving De school stimuleert bij leerlingen de ontwikkeling van zelfstandigheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid.
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
De klasseninrichting is een aandachtspunt. De school wordt geschilderd. Dit is meteen een mooi moment om afspraken te maken over het ordelijk en functioneel houden van de leeromgeving.
3.17.
Didactisch handelen
Op onze school geven de leraren op een effectieve wijze gestalte aan adaptief onderwijs. We geven onderwijs op maat, en daarom differentiëren we bij de instructie (directe instructie) en de verwerking (zowel naar inhoud als naar tempo). Omdat we veel waarde hechten aan de zelfstandigheid van de leerlingen, laten we leerlingen waar mogelijk samenwerken. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9.
De lessen vertonen een duidelijke opbouw De instructie wordt gedifferentieerd aangeboden op drie niveaus De leraren geven directe instructie De leerlingen zijn actief betrokken bij het leerproces De leraren zorgen dat er meerdere oplossingsstrategieën aan bod komen De leraren stemmen hun handelen af op de onderwijsbehoeften van de leerlingen. De klassenorganisatie is doelmatig. De leraren hebben kennis van de leerstof en de leerlijnen. De leraren hebben en tonen hoge verwachtingen van de leerlingen.
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
De leraren zijn in staat om bij het vak rekenen te werken met het directe instructiemodel. Onze wens is dat dit ook bij de andere vakken wordt toegepast.
OBS De Werkschuit
15
3.18.
Actieve en zelfstandige rol van de leerlingen
Op onze school hechten we veel waarde aan de zelfstandigheid van de leerlingen. Kernwoorden daarbij zijn: zelf (samen) ontdekken, zelf (samen) kiezen, zelf (samen) doen. Naast zelfstandigheid vinden we het belangrijk om de eigen verantwoordelijkheid van onze leerlingen te ontwikkelen. Het is vanzelfsprekend, dat autonomie en eigen verantwoordelijkheid niet betekent, dat de leraren de leerlingen te snel en te gemakkelijk loslaten. Leraren begeleiden de leerprocessen en doen dat “op maat”: leerlingen die (wat) meer sturing nodig hebben, krijgen die ook. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6.
De leraren betrekken de leerlingen actief bij de lessen De leerlingen werken met dag- en weektaken De leerlingen bepalen gedeeltelijk wat zij wanneer doen (en hoe, en met wie) De taken bevatten keuze-opdrachten De leraren laten de leerlingen –waar mogelijk- samenwerken en elkaar ondersteunen De leraren leren de leerlingen doelmatig te plannen
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Er is een doorgaande lijn met dag- en weektaken. We willen het kritisch en begrijpend luisteren van kinderen stimuleren.
3.19.
Zorg en begeleiding
We streven ernaar, dat iedere leerling zich ononderbroken kan ontwikkelen en ontplooien. We hebben te maken met verschillen, zodat het onderwijsleerproces zó wordt ingericht dit mogelijk te maken. In de eerste plaats moeten de leerkrachten weten welke onderwijsbehoeften iedere leerling heeft en moet het ontwikkelproces goed worden gevolgd. Daar waar nodig volgt zorg en begeleiding. Deze zorg kan gericht zijn op kinderen die wat minder kunnen of op kinderen die wat meer kunnen. Om het ontwikkelproces te volgen, hanteren we het leerlingvolgsysteem van CITO en van SCOL voor de sociaal emotionele ontwikkeling. Leerlingen met een IV of V score, een I-plus score en die met een grote terugval komen in aanmerking voor extra zorg en begeleiding. De verantwoordelijke persoon bij zorg en begeleiding is de leraar. De intern begeleider heeft een coördinerende taak. Onze ambities zijn: • • • • • • • • •
De leraren kennen de onderwijsbehoeften van de leerlingen De leraren signaleren vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben Ouders worden betrokken bij de (extra) zorg voor hun kind. Externe partners worden – indien noodzakelijk - betrokken bij de zorg voor de leerlingen. De school gebruikt een samenhangend systeem van instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens, bepaalt de school de zorg en begeleiding voor de zorgleerlingen. De school voert de zorg planmatig uit. De school gaat zorgvuldig de effecten van de zorg na. De intern begeleider coördineert de zorg en begeleiding.
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Het maken van handelingsplannen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. De leraren hebben de leerlijnen in beeld. Er is een jaarplanning op elk vakgebied.
16
Schoolplan 2011 - 2015
3.20
Passend onderwijs (afstemming)
Op onze school geven we passend onderwijs: onderwijs dat is afgestemd op de mogelijkheden en talenten (de onderwijsbehoeften) van de leerlingen. In beginsel laten we ieder kind toe, maar soms is het beter als een kind elders geplaatst wordt. Om een dergelijke beslissing te nemen, gaan we in 2011 in samenwerking met WSNS een zorgprofiel opstellen. Dit profiel verheldert welke zorg we wel en welke zorg we niet kunnen bieden, en welke leerlingen met een bepaalde handicap door ons opgevangen kunnen worden. Passend onderwijs krijgt (ook) gestalte in de klas. Onze leraren stemmen hun handelen af op de onderwijsbehoeften van hun leerlingen. Ze werken handelinsggericht. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8.
De leraren volgen de ontwikkeling van de leerlingen regelmatig De leraren signaleren specifieke onderwijsbehoeften van hun leerlingen De leraren benoemen de specifieke onderwijsbehoeften van hun leerlingen De leraren clusteren leerlingen met een vergelijkbare onderwijsbehoeften De leraren stellen o.b.v. de gegevens een groepsplan op De leraren voeren het groepsplan adequaat uit De leraren stemmen instructie en verwerking af op de clusters (leerlingen) De leraren stemmen hun aanbod af op de clusters (leerlingen)
Onderwijsbehoeften van de leerlingen
In juni 2010 hebben we het project afstemming afgerond. 1. Kennismaken met de 7 uitgangspunten van Afstemming:
- - - - - - -
Uitgaan van de onderwijsbehoeften van kinderen ’t Is de leerkracht die het doet! We werken handelingsgericht: doelgericht en haalbaar We werken samen met leerkracht, ouders, kind en begeleiders Wat heeft dit kind in deze groep bij deze leerkracht in deze school met deze ouders nodig Positieve factoren en mogelijkheden van kind, leerkracht, ouders, begeleiders zijn belangrijk De werkwijze is systematisch en transparant
2. Bewustwording
Wat doen we al goed? Wat kunnen we verbeteren? 3. Kerncompetenties van de leerkracht
Wat verwachten we van een leerkracht van de Werkschuit? De zeven kerncompetenties zijn verwerkt in een ‘tegeltje’. 4. Introductie van de leerlingbespreking en de groepsbespreking volgens Afstemming. 5. Contacten met ouders
We hebben het afgelopen jaar verschillende keren ervaren hoe belangrijk het is om de ouders bij de begeleiding op school te betrekken. 6. Het maken van groepsoverzichten
Voor de vakken rekenen, taal en lezen maken we groepsoverzichten. 7. De begaafde leerlingen
De begaafde leerlingen zijn in kaart gebracht en krijgen twee keer in de week apart les. Beleid meer begaafde leerlingen (hoogbegaafden)
Onze school heeft een plusgroep. De doelstelling van deze groep is om hoogintelligente leerlingen meer uitdagingen te bieden en ze te motiveren door een aanbod van andersoortige lessen en onderwerpen (thema’s). Het beleid is afgestemd op leerlingen vanaf groep 4. Ons beleid richt zich met name op leerlingen die 1-scores bij de Cito-toetsen halen (minimaal 2 jaar achter elkaar) en die er emotioneel aan toe zijn om extra uitdagingen aan te gaan. Bovendien hebben zij op deze manier de mogelijkheid om met gelijkgestemden samen te werken. Leerlingen gaan twee ochtenden per week naar de plusgroep en ze werken daar onder leiding van een leerkracht aan Plannex, een digitale leeromgeving met uitdagende opdrachten en techniek. Zie verder de conceptnotitie: Beleidsplan Plusgroep. Ook in de groepen houden de leraren rekening met hoogintelligente leerlingen. Op het groepsplan staat vermeld wat deze kinderen aan extra stof aangeboden krijgen. Daarbij gaat het niet zozeer om ’meer van hetzelfde’, als wel om stof met een (uitdagende) meerwaarde voor deze kinderen. Daarnaast compacten we de leerstof. We gebruiken het handelingsprotocol Hoogbegaafdheid: het handelingsprotocol hoog-begaafdheid (HH) is een compleet systeem voor de identificatie en het begeleiden van hoogbegaafde leerlingen uit groep 1 tot en met 8 van het basisonderwijs.
OBS De Werkschuit
17
Het ontwikkelingsperspectief
In schooljaar 2011-2012 gaan we ons richten op het formuleren van een ontwikkelingsperspectief voor leerlingen die daarvoor in aanmerking komen. Leerlingen waarvan vaststaat dat ze maximaal het eindniveau van groep 7 halen (en dus de doelen van groep 8 niet zullen realiseren) krijgen een ontwikkelingsperspectief (OPP). Het OPP wordt opgesteld na een IQ-test en/of op basis van drie voorafgaande Cito-toetsuitslagen. We geven een OPP vanaf groep 5. Het OPP bevat de einddoelen en tussendoelen per vak en het VO-perspectief (eventueel later vast te stellen). Daarnaast wordt verwezen naar een handelingsplan waarin concreter staat hoe de leraar de doelen gaat realiseren. Een OPP wordt twee keer per jaar geëvalueerd (IB-er, leraar, ouders). In beginsel proberen we OPP’s te voorkomen door het lesgeven vroegtijdig aan te passen aan de onderwijsbehoeften van het kind. Door het intensiveren van het aanbod, de tijd en/of de instructie proberen we leerlingen bij de groep te houden. Lukt dat niet dan krijgt het kind een eigen leerlijn en daarmee een OPP. Beleid m.b.t. langdurig zieken
Onze school heeft beleid geformuleerd voor (langdurig) zieke leerlingen. We maken onderscheid tussen zieke leerlingen, langdurig zieke leerlingen (meer dan drie weken) en leerlingen die worden (zijn) opgenomen in een ziekenhuis. In het beleidsstuk staan de procedures en verantwoordelijkheden van de school en de individuele leraar. Voor leerlingen die worden opgenomen in het ziekenhuis hebben we een convenant afgesloten met de OBD. Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Formuleren van een ontwikkelingsperspectief voor leerlingen waarvan vaststaat dat zij maximaal het eindniveau van groep 7 halen.
3.21.
Opbrengstgericht werken
Op onze school werken we opbrengstgericht (doelgericht). Daarbij richten we ons op de gemiddelde vaardigheidsscore op de Cito-toetsen. Per Cito-toets is een doel (een norm) vastgesteld. In bepaalde gevallen is deze afgeleid van de inspectienormen (zie Analyse en waardering van opbrengsten primair onderwijs) en waar dat niet het geval is, hebben we zelf doelen (normen) vastgesteld. We beschikken over een overzicht van de toetsen en de gestelde doelen. Bij de bespreking van de groep (leerlingen) wordt de uitslag van de toets (de gehaalde gemiddelde vaardigheidsscore) vergeleken met de norm (de gewenste gemiddelde vaardigheidsscore). Als de gewenste score structureel onder de gewenste score is, worden er door de IB-er en de leraar interventies afgesproken. Deze interventies kunnen zijn: (1) (2) (3) (4)
Meer tijd besteden aan dat vak-/vormingsgebied (roosteren) Instructie wijzigen en verbeteren: consequent directe instructie toepassen Meer automatiseren Differentiatie aanpassen
De schoolleiding en de IB-ers voeren vervolgens klassenconsultaties uit om te observeren, of het de leraar lukt om de interventies toe te passen en te bepalen of de interventies effect hebben. Leraren worden ook gekoppeld (collegiale consultatie) om good practice op te doen. Voor het komende schooljaar oriënteren we ons op een nieuw administratiesysteem. We zijn op zoek naar een systeem waarin alle gegevens van de kinderen ingevoerd kunnen worden. (Cito, Scol, Handelingsplannen, verslagen, rapportages e.d.) Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (hoofdstuk 7.8)
Aanschaf van een administratiesysteem waarin alle gegevens van de leerlingen verwerkt zijn. (inclusief Cito, Scol, rapportages)
18
Schoolplan 2011 - 2015
3.22.
Opbrengsten (van het onderwijs)
Ons onderwijs is geen vrijblijvende aangelegenheid. We streven (zo hoog mogelijke) opbrengsten na m.b.t. met name Taal, Rekenen en de sociaal-emotionele ontwikkeling. We achten het van belang, dat de leerlingen presteren naar hun mogelijkheden, en dat ze opbrengsten realiseren die leiden tot passend (en succesvol) vervolgonderwijs. Onze ambities zijn: 1. De leerlingen realiseren aan het eind van de basisschool de verwachte opbrengsten (op grond van hun kenmerken) [m.n. Rekenen en Taal] 2. De leerlingen realiseren tussentijds de verwachte opbrengsten (op grond van hun kenmerken) [m.n. Rekenen en Taal] 3. De sociale vaardigheden van de leerlingen liggen op het niveau dat verwacht mag worden (op grond van hun kenmerken) 4. Leerlingen ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden 5. De leerlingen doorlopen de basisschool in acht jaar 6. De leerlingen krijgen de juiste adviezen voor vervolgonderwijs 7. De leerlingen presteren naar verwachting in het vervolgonderwijs Voor een overzicht van de kengetallen (en de analyse daarvan) verwijzen we naar:
a. b. c. d. e. f. g. h.
Overzicht scores eindtoetsen Overzicht kengetallen sociaal-emotionele ontwikkeling Overzicht tussentoetsen (kerntoetsen) Overzicht NIO Overzicht kengetallen m.b.t. leerlingen met een specifieke behoefte Overzicht kengetallen doorstroming Overzicht kengetallen adviezen VO Overzicht functioneren VO
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per jaar beoordeeld door de directie Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Meer differentiatie in het leerstofaanbod als de adviezen VO bekend zijn.
OBS De Werkschuit
19
Hoofdstuk 4 - Integraal personeelsbeleid Het integraal personeelsbeleid van onze school is afgeleid van het IPB-beleid op bovenschools niveau. Ons schoolbeleid is daarvan afgeleid.
4.1.
Onze organisatorische doelen
We hebben inzichtelijk hoe het personeelsbestand er (kwantitatief en kwalitatief) uit ziet, en wat wenselijk is op een termijn van vier jaar en welke acties er ondernomen worden om het gewenste personeelsbestand dichterbij te brengen. De gewenste situatie is afgeleid van onze missie, visie(s) en afspraken. HUIDIGE SITUATIE 2010-2011
GEWENSTE SITUATIE 2011-2015
1
Aantal personeelsleden
TAKEN EN FUNCTIES
19
19
2
Verhouding man/vrouw
1 – 18
3 – 16
3
LA-leraren
14
11
4
LB-leraren
1
5
5
Aantal IB-ers
1
2
6
Gediplomeerde bouwcoördinatoren
1
2
7
Opleiding schoolleider
1
1
8
ICT-specialisten
1
1
9
Remedial Teacher
1
1
10
Onderwijsassistenten
1
2
11
Taalspecialisten
0
1
12
Rekenspecialist
1
1
13
Leesspecialist
2
2
14
Gedragsspecialist
1
2
15
BHV-ers
5
5
De consequenties van onze organisatorische doelen zijn opgenomen in ons Plan van Aanpak (2011-2015) en komen standaard aan de orde bij de POP-ontwikkeling en in de functioneringsgesprekken. Functiemix
In 2014 moeten er op bestuursniveau 40% LB-functies en 5% LC-functies zijn, of – als een bestuur niet kiest voor LC-functies 45% LB-functies. Er is voor gekozen om de LB-functies aan twee (eigenlijk vier) mogelijke profielen te koppelen: - De excellente groepsleerkracht, met als eventueel subprofiel: • begeleider/coach - De excellente taakleerkracht, onder te verdelen in de subprofielen: • innovator/coördinator • onderwijsspecialist Volgens de CAO-PO 2009 moeten 3 eisen minimaal gesteld worden aan een LB-leerkracht: 1. Voldoet aan de leraarscompetenties uit de Wet BIO (dit geldt ook voor LA-leerkrachten) 2. Geeft voor 50% of meer van zijn/haar lesgebonden uren les aan groepen leerlingen. 3. Kan aantonen dat de vakdeskundigheid wordt onderhouden, door het volgen van relevante cursussen, masterclasses dan wel HBO-masters. Voor ons bestuur ligt de sleutel voor goed onderwijs bij goed opgeleide en gefaciliteerde leerkrachten. Dit betekent dat onze LBleerkrachten per definitie op HBO+-niveau geschoold dienen te zijn. De functie-eisen voor de excellente groepsleerkracht (cq. begeleider/coach) liggen m.n. op het vlak van (praktijk)-ervaring, inzetbaarheid en coachende vaardigheden. Voor de excellente taakleerkracht (cq. innovator/coördinator of onderwijs-specialist) zijn dat de opleidingen en (specialistische) deskundigheid.
20
Schoolplan 2011 - 2015
- -
in de CAO zijn afspraken vastgelegd over functiedifferentiatie binnen de leraarsfunctie naast de functies met schaal LA komen er zwaardere functies in schaal LB en eventueel schaal LC
4.2.
De schoolleiding
De schoolleiding wordt gevormd door de directeur en de adjunct-directeur van de school. Kenmerkend voor de schoolleiding is, dat ze zich richt op het zorgen voor goede communicatie en op het adequaat organiseren van de gang van zaken op school. In de derde plaats vindt de schoolleiding met name het onderwijskundig leiderschap van belang. De directie wil adaptief leiding geven, dat betekent dat ze daar waar nodig en noodzakelijk rekening houdt met verschillen tussen leraren. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12. 13. 14. 15.
De schoolleiding is deskundig De schoolleiding ontwikkelt (innovatief) beleid op grond van strategische keuzes De schoolleiding kan beleid operationaliseren en implementeren De schoolleiding accepteert teamleden zoals ze zijn De schoolleiding wordt door de teamleden geaccepteerd De schoolleiding geeft teamleden voldoende ruimte De schoolleiding geeft teamleden het gevoel dat ze iets kunnen De schoolleiding communiceert in voldoende mate en op een goede wijze met het team De schoolleiding schept voorwaarden voor een functioneel en plezierig werkklimaat De schoolleiding stimuleert eigen initiatieven van teamleden De schoolleiding ondersteunt teamleden in voldoende mate De schoolleiding heeft vertrouwen in het kunnen van de teamleden De schoolleiding heeft voldoende delegerend/coördinerend vermogen De schoolleiding heeft een doelmatig systeem voor beheer en organisatie opgezet De schoolleiding organiseert de dagelijkse gang van zaken adequaat
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per jaar beoordeeld door het team en het bestuur. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
De schoolleiding heeft de neiging veel ontwikkelingen in gang te zetten, terwijl het juist goed is om beleid te borgen. Dit is een aandachtspunt.
4.3.
Beroepshouding – professionele cultuur
Het is voor de kwaliteit van de school van belang, dat de medewerkers niet alleen beschikken over lesgevende capaciteiten. Op onze school wordt veel waarde gehecht aan de professionele instelling van de medewerkers, aan een juiste beroepshouding. Daarbij gaat het om de volgende ambities: De leerkracht op de Werkschuit - handelt overeenkomstig de missie en de visie van de school - is een warm en betrokken persoon en reageert op kinderen op een positieve manier - zorgt voor een veilig klimaat op school en in de groep. - beheerst de leerstof en geeft duidelijke instructie - biedt de leerstof aan die aansluit bij het kind - heeft vertrouwen in collega’s en voelt zich gehoord. - kijkt kritisch naar eigen doen en laten en staat open voor feedback. - beelt de zorg voor het kind samen met de ouders. Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
In 2009 heeft het team bovenstaande ambities middels een studiedag geformuleerd. Met het oog op het verloop van leraren de komende twee jaar, is het belangrijk nieuwe collega’s bekend te maken met onze visie van de leraar op de Werkschuit.
OBS De Werkschuit
21
4.4.
Integraal personeelsbeleid (incl. professionalisering)
Het integraal personeelsbeleid van onze school richt zich op de ontwikkeling van de medewerkers. De bedoelde ontwikkeling is gekoppeld aan de missie en de visie(s) van de school, en aan de ambities per beleidsterrein. Op basis van de beleidsterreinen hebben wij competenties vastgesteld (in de geest van de wet BIO) en de afspraken zijn omgezet in criteria (zie ook het voorwoord). Deze criteria staan op een competentieprofiel gewaardeerd in basisniveau, ervaren niveau en excellent niveau. Onze school vindt de volgende competenties richtinggevend voor de ontwikkeling van de medewerkers: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Interpersoonlijk competent Pedagogisch competent Vakinhoudelijk & didactisch competent Organisatorisch competent Competent in het samenwerken met collega’s Competent in het samenwerken met de omgeving Competent in reflectie en ontwikkeling
We zetten de volgende instrumenten in om de (persoonlijke) ontwikkeling van de medewerkers zo vorm te geven, dat zij in toe nemende mate gaan voldoen aan de criteria van het competentieprofiel. In alle instrumenten staan daarom de gekozen competenties met de daarbij behorende criteria centraal. Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door de directie en het team. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Met elke leraar is er in het begin van het schooljaar een gesprek waarin het competentieprofiel van de leraar wordt besproken en vastgelegd.
4.5
Instrumenten voor personeelsbeleid
Onze school hanteert diverse instrumenten voor haar (integraal) personeelsbeleid. We zetten deze instrumenten in om de leraren te ontwikkelen (in de gewenste richting). De kernvraag bij ons personeelsbeleid is: hoe zorgen we ervoor, dat de leraren (mede werkers) de geformuleerde ambities steeds beter gaan beheersen. Onze instrumenten zijn: Beleid m.b.t. stagiaires
Voor de aanwas van nieuwe leerkrachten vinden wij het belangrijk een bijdrage te leveren in de ontwikkeling van aankomende leerkrachten, daarom bieden wij stagiaires van de pabo’s Hogeschool Theo Thijssen en andere pabo’s de gelegenheid om ervaring op te doen. Jaarlijks wordt binnen het team geïnventariseerd welke leerkracht een stagiaire of LIO-er in de klas wil begeleiden. Het aantal plaatsingsmogelijkheden wordt doorgegeven aan de PABO. Mogelijke stagiaires worden uitgenodigd voor een gesprek met een lid van de directie en de betreffende leerkracht. Als na het gesprek alle partijen positief zijn worden nadere afspraken gemaakt. Voor de beoordeling van stagiaires maken wij gebruik van de beoordelingsinstrumenten van de opleidingsschool, met inachtneming van ons eigen competentieprofiel. Werving en selectie
We gaan bij werving en selectie uit van de kaders in het IPB-plan. Daarnaast is het competentieprofiel dat wij hanteren van belang voor de werving en selectie. Sollicitanten ontvangen het profiel en geven een proefles waaruit blijkt wat er wel en/of niet beheerst wordt. Bij het sollicitatiegesprek houden we een criteriumgericht interview dat gebaseerd is op onze competenties en criteria. De sollicitanten moeten de mate van beheersing kunnen aantonen (via bekwaamheidsdossier en portfolio) Introductie en begeleiding
Nieuwe leraren krijgen een mentor (een meer ervaren collega). Deze mentor voert het introductiebeleid (begeleidingsplan) uit, waarbij het speerpunt ligt op de bespreking van het competentieprofiel. Daarmee wordt de nieuwe collega op de hoogte gesteld van de missie, de visies en de ambities van de school. Nieuwe leraren ontwikkelen een POP dat zich richt op het leren beheersen van de criteria. Taakbeleid
Op onze school krijgen alle leerkrachten elk schooljaar taken toebedeeld. De taken zijn onderverdeeld in lesgevende taken, groepstaken en deskundigheidsbevordering (zie voor de uitwerking de normjaartaak). Elk jaar wordt er bekeken of de taken voor het beheer van de school, werkgroepen en sport en spelactiviteiten goed verdeeld zijn over de verschillende leerkrachten. Daarbij wordt uitgegaan van wensen en sterke kanten van de personeelsleden. Tenslotte worden er jaarlijks afspraken gemaakt over deskundigheidsbevordering.
22
Schoolplan 2011 - 2015
Collegiale consultatie
Collega’s komen binnen de bouw bij elkaar in de klas om van elkaar te leren. Ook wordt op deze manier gekeken of de opgestelde ambities (c.q. de competenties en criteria) worden waargemaakt. In bouwvergaderingen wordt een rooster opgesteld voor deze consultaties. Per jaar wordt beslist welk vakgebied in ieder geval prioriteit krijgt en hoe vaak collegiale consultaties plaatsvinden. Klassenbezoek
De directie legt jaarlijks bij ieder teamlid een klassenbezoek af. Bij het klassenbezoek worden –in overleg- criteria die afkomstig zijn van een kijkwijzer geobserveerd. Daarnaast wordt bekeken of de leraar op een correcte wijze uitvoering geeft aan de gemaakte persoonlijke ontwikkelplannen. Na afloop van het klassenbezoek volgt (standaard) een functioneringsgesprek of een beoordelingsgesprek. Persoonlijke Ontwikkelplannen (POP)
Iedere werknemer stelt jaarlijks een POP op. De inhoud van het POP is gebaseerd op onze competentieprofiel. Een werknemer scoort zichzelf op de competenties, voert een doelstellingen-gesprek en vult daarna het POP (volgens format) in. De uitvoer van het POP wordt geobserveerd tijdens de klassenbezoeken en de voortgang komt aan de orde bij het FG. In het BG wordt een door de directie een oordeel gegeven over de realisatie van de opgestelde POP’s. Het bekwaamheidsdossier
Alle werknemers beschikken over een bekwaamheidsdossier. Deze dossiers zijn centraal opgeslagen in de school. In dit dossier bevinden zich: - - - - - -
Afschriften van dipoma’s en certificaten De kijkwijzers De gescoorde kijkwijzers De persoonlijke ontwikkelplannen De gespreksverslagen Competentieprofiel
Functioneringsgesprekken
De directie voert jaarlijks een functioneringsgesprek met alle medewerkers. We beschikken over een regeling FG (zie bijlage). Tijdens het FG staat het POP van de medewerker (met daarin de competentieset) centraal. Op basis van het ontwikkelde POP wordt omgezien naar verbeterdoelen in relatie tot de schoolverbeterdoelen. Aan de orde komen verder: werkdruk, loopbaanwensen, scholing, taakbeleid, en mobiliteit. Deskundigheidsbevordering (scholing – professionalisering)
Scholing komt aan de orde bij de functioneringsgesprekken. Medewerkers kunnen voor (persoonlijke) scholing opteren (bij voorkeur in relatie tot de organisatorische doelen –zie hoofdstuk 4.1- en/of de competentieset en/of het opgestelde persoonlijk ontwikkelplan) en daarnaast organiseert en faciliteert de directie teamgerichte scholing. Ook deze scholing richt zich op het versterken van de missie, de visie en de afspraken (doelen) van de school. In de regel volgt het team twee keer per jaar teamgerichte scholing. Iedereen is daarbij aanwezig. De scholing wordt verwerkt in de normjaartaak onder het kopje deskundigheidsbevordering. Gevolgde teamscholing 2007-2011
JAAR
THEMA
ORGANISATIE Eduniek Eduniek Eduniek
2007-2008
Begrijpend lezen Handelingsplannen Coöperatief leren
2008-2009
Rekenen Cultuureducatie Verkeersveiligheid (aanvraag UVL) Freudenthal instituut Cultuurcoördinator en Handelingsplannen externe ROV Utrecht Eduniek
2009-2010
Project Afstemming Rekenverbetertraject Cito leerlingvolgsysteem
Bureau Spring / WSNS Eduniek Eduniek
2010-2011
Opbrengstgericht werken Afstemming Rekenverbetertraject Visie
Team Spring/WSNS Eduniek Ouders/team
OBS De Werkschuit
23
Gevolgde persoonlijke scholing 2007-2011
THEMA
ORGANISATIE
AANTAL MEDEWERKERS
Specialisatie Drama
Kunst Centraal
1
Specialisatie gedrag
Seminarium voor orthopedagogiek
1
Specialisatie gym
Hogeschool Utrecht
1
Intern begeleider
Fontys
1
bovenbouwcoördinator
Hogeschool Utrecht
1
Bedrijfshulpverlening
ZVE opleidingen
5
Gesprekstechnieken
Hogeschool Utrecht
2
Communicatie
AVS
1
Afstemming
Bureau Spring
2
Engels
Pilgrims, Canterbury
9
ICT
Eduniek/Post HBO
1
Groep onder de loep
Son
2
Met sprongen vooruit
Julie Menne instituut
5
AED
Werkgroep AED Wijk bij Duurstede
5
Teambuilding
Op onze school organiseren we diverse typen vergaderingen (zie hoofdstuk 5, Interne communicatie) waarin we met elkaar overleggen over thema’s die inhoudelijk en/of organisatorisch van belang zijn voor de school en de leraren. De eenheid in het team wordt ook versterkt door de gezamenlijke momenten van nascholing. Ieder jaar volgt het team –naast de individuele scholing- samen een aantal cursussen. We onderscheiden in het kader van teambuilding ook de meer informele communicatiemomenten. We drinken ’s morgens en ’s middags gezamenlijk koffie en thee en nemen dan zaken door die van belang zijn . Ook dan is er tijd voor meer informeel overleg. De school organiseert met kerst een gezellig samenzijn en sluit het jaar op de laatste schooldag af met een lunch. Daarnaast is er jaarlijks een personeelsetentje aan het begin van het jaar. In de laatste maand is er een gezamenlijke activiteit met het team, de leden van de ouderraad en de medezeggenschapsraad. Beoordelingsgesprekken
Onze school beschikt over een regeling B-gesprekken. De directie voert een beoordelingsgesprek bij de overgang van een T- naar een V-benoeming. Ook wordt er 1 x per 3 jaar een BG gevoerd met iedere werknemer. Bij dit BG wordt ons competentieprofiel gebruikt. Daarnaast worden houding en gedrag t.o.v. collega’s en ouders, en de doorgemaakte ontwikkeling in kennis en vaardigheden beoordeeld.
4.6.
Verzuimbeleid
Een zieke werknemer meldt zich ziek bij de directeur. Deze regelt de vervanging. De werknemer meldt zich ook beter bij de directeur. Bij langduriger verzuim wordt de werknemer opgeroepen bij de Arbo-arts. Bij kort veelvuldig verzuim wordt een verzuimgesprek gehouden door de directeur. Bij vermoeden van oneigenlijk verzuim wordt de Arbo-arts ingeschakeld, in overleg met de personeelsconsulent. Langdurig verzuim wordt afgehandeld conform de Wet Poortwachter. De re-integratie voor wat betreft het functioneren op school valt onder de verantwoordelijkheid van de schooldirecteur. Bij ziekte wordt, naast de informele contacten door de collegae, formeel door de directeur contact onderhouden met de betrokkene. Indien de zieke werknemer daar prijs op stelt, worden er huisbezoeken afgelegd. Regelmatig (eens per 6 weken) wordt een kaart of bloemetje gestuurd namens het team. Beoordeling Integraal Personeelsbeleid (zie hoofdstuk 7.7)
1 x per vier jaar door directie en leraren Verbeterpunten Integraal Personeelsbeleid (zie hoofdstuk 7.8)
Elke leraar stelt zijn eigen ontwikkelingsplan op. De directie bespreekt op een vooraf afgesproken datum of het plan naar tevredenheid is uitgevoerd/ of dat er aanpassingen nodig zijn.
24
Schoolplan 2011 - 2015
Hoofdstuk 5 - Organisatie en beleid 5.1.
Organisatiestructuur en – cultuur
Onze school is een van de vijf scholen van de stichting Openbaar onderwijs Wijk bij Duurstede. De directie (directeur en adjunctdirecteur) geven –onder eindverantwoordelijkheid van de algemeen directeur van de stichting- leiding aan de school. De directie is integraal verantwoordelijk voor de dagelijkse gang van zaken en het (uitvoeren van het) beleid. De directie wordt bijgestaan door twee bouwcoördinatoren voor de onder- en de bovenbouw (taken), twee IB-ers) en een ICT- coördinator. De school heeft de beschikking over een ouderraad en een medezeggenschapsraad. Op stichtingsniveau is er een GMR. Sinds 2008 is er een leerlingenraad op school. De raad geeft de leerlingen de mogelijkheid voor hun belangen op te komen. Dit maakt de leerlingen mondig, verantwoordelijk en betrokken bij het schoolgebeuren. De schoolleiding streeft ernaar de school te ontwikkelen tot een lerende organisatie en tot een school die gekenmerkt wordt door een professionele schoolcultuur. Daarom worden er jaarlijks studiedagen voor het gehele team ingeroosterd. Speerpunt is de ontwikkeling van de leraren tot nog betere leraren. Daartoe legt de directie klassenbezoeken af en worden er nagesprekken gevoerd. De directie heeft de intentie om beleid te formuleren m.b.t. collegiale consultatie. Dit om leraren van elkaar te laten leren.
5.2.
Structuur (groeperingsvormen)
Wij willen het kind de gelegenheid geven zich optimaal te ontwikkelen. Dit doen we door een uitdagende leeromgeving en diverse leersituaties te creëren. De ontwikkeling vindt ononderbroken plaats.Wij vinden het belangrijk dat de ontwikkeling in een doorgaande lijn plaats vindt. Het leerstofaanbod wordt aangeboden volgens het principe van adaptief onderwijs. De basisstof is voor ieder kind gelijk met uitzondering van die kinderen waarvoor een apart programma is samengesteld. Daarnaast is er extra leerstof in de kieskast waarin de leerling zelf keuzen maakt. Het proces wordt nauwlettend gevolgd door middel van het leerlingvolgsysteem van Cito.
5.3.
Schoolklimaat
Wij vinden het belangrijk, dat de school een veilige en verzorgde omgeving is voor de leerlingen en de medewerkers. Een omgeving waarin iedereen zich geaccepteerd voelt en waar het plezierig samenwerken is. Onze school is een school die open staat voor ouders. Sterker nog: we proberen ouders optimaal te informeren en te betrekken bij de dagelijkse gang van zaken. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11.
In de school gaan de teamleden positief met de leerlingen om In de school gaan de teamleden positief met elkaar om De leerlingen waarderen de school positief De school biedt een verzorgde indruk en is uitnodigend voor de leerlingen De school organiseert activiteiten om de algemene betrokkenheid van leerlingen bij de school te vergroten De school waakt over de veiligheid van de leerlingen De school heeft duidelijke omgangsregels De leraren hanteren de afgesproken regels weloverwogen De school zorgt voor een aangename, stimulerende werkomgeving voor personeelsleden. Ouders zijn betrokken bij de school. De school speelt een functionele rol binnen de locale en regionale gemeenschap.
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden een 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Het naleven van de plein-, school-, en groepsregels is een aandachtspunt. Elke leraar is verantwoordelijk voor het geheel.
OBS De Werkschuit
25
5.4.
Sociale Veiligheid
De school waarborgt de sociale veiligheid van leerlingen en leraren (werknemers). Daartoe is allereerst vastgesteld welke (ernstige) incidenten de school onderscheidt. Dit zijn: - - - - - - - - - - -
fysiek geweld intimidatie en/of bedreiging met fysiek geweld intimidatie en/of bedreiging via msn, sms, e-mail of Internet pesten, treiteren en/of chantage seksueel misbruik seksuele intimidatie discriminatie of racisme vernieling diefstal heling (religieus) extremisme
De school beschikt over een registratiesysteem: de leraar registreert incidenten (met behulp van een format). Een incident wordt geregistreerd als de leraar inschat dat het werkelijk een incident is, of na een officiële klacht. De IB-ers analyseren jaarlijks de gegevens die aangeleverd worden door de leraren en stellen –in overleg met de directie- op basis daarvan verbeterpunten vast. De school probeert incidenten te voorkomen. Er zijn school- en klassenregels (w.o. pleinregels; de regels zijn m.n. gedragsregels: hoe ga je met elkaar om). Deze regels worden ook daadwerkelijk gehanteerd. Op het plein lopen mediators. Dit zijn leerlingen van groep 8. Zij hebben een training gehad van de interne contactpersoon. De school beschikt daarnaast over een methode voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. De lessen sociaal-emotionele ontwikkeling staan in het teken van de ontwikkeling van goed (passend) gedrag. Incidenten worden in eerste instantie afgehandeld door de leraar. Als zaken niet opgelost kunnen worden wordt de directeur betrokken bij de afhandeling. Ook ouders worden betrokken bij de aanpak van incidenten (de school beschikt over een protocol: ouders ontvangen een brief). De school beschikt over een klachtenregeling (zie schoolgids), een klachtencommissie en een (interne en externe) vertrouwenspersoon. In de schoolgids worden ouders uitgebreid geïnformeerd over aspecten van sociale veiligheid. De school beschikt over 5 BHV-ers. Om te controleren of leerlingen en leraren zich echt sociaal veilig voelen, bevraagt de school leerlingen en leraren 1 x per jaar m.b.t. het aspect Sociale Veiligheid. Daarvoor worden de vragenlijsten van de veiligheidsthermometer (Eduniek) gebruikt. Daarnaast wordt ieder kind jaarlijks 2 x gescoord ten aanzien van sociale vaardigheden (SCOL). De uitslagen worden door de leraren besproken met de IB-er en op basis van de resultaten worden handelingsplannen opgesteld (IHP of GHP). Beoordeling (zie Evaluatieplan hoofdstuk 7.7)
De school neemt 1 x per vier jaar vragenlijsten (ouders)af. Zie het plan van aanpak 2011-2015. Tevens wordt jaarlijks een analyse opgesteld op basis van de incidentenregistratie. Jaarlijks wordt 2 x het LVS SCOL ingevuld. Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Er zit geen structureel systeem in het afnemen van ouderenquêtes. Dit moet bovenschools besproken worden.
26
Schoolplan 2011 - 2015
5.5.
Arbobeleid
Onze school heeft met Maetis een Arbo-contract afgesloten. Het beleid is erop gericht om uitval van leerkrachten te voorkomen. Bij langdurige uitval stelt de arbeidsdeskundige – eventueel in overleg met de bedrijfsarts – een probleemanalyse op. De directeur en de zieke leerkracht stellen vervolgens een plan van aanpak op. Wij hechten veel belang aan een gezond leef- en werkklimaat in en rondom de school. We beschikken over een registratieformulier voor het melden van een ongeval en de oorzaak daarvan. Op die manier kunnen we tekortkomingen aan het gebouw en/of materialen in kaart brengen en acties plannen. Voor de speeltoestellen is een logboek aanwezig voor het bijhouden van onderhoud en het melden van eventuele ongevallen. De brandweer heeft een gebruiksvergunning afgegeven en (daarmee) via de vergunning de school brandveilig verklaard. Op de school is een calamiteitenplan aanwezig.
5.6.
De interne communicatie
Interne communicatie vinden we zeer belangrijk binnen onze school. Onze ambities zijn: De informatievoorziening vindt plaats: • via de directie naar de teamvergadering • via de directeur en de personeelsgeleding naar de medezeggenschapsraad • via de personeelsgeleding naar de ouderraad • via het zorgteam naar de personeelsgeleding • via het postvakje, elk teamlid heeft een postvakje • via de directeur worden onderwerpen op de teamvergaderingen behandeld • via de bouwen worden onderwerpen van belang voor de hele school ingebracht in de teamvergadering Het team vergadert wekelijks, waarbij onderscheid gemaakt wordt in organisatorische-, inhoudelijke-, en bouwvergaderingen. Vier keer per jaar wordt er een plenaire avondvergadering belegd, alle teamleden zijn verplicht aanwezig. In onze communicatie met externen staat helderheid en doelmatigheid voorop. De communicatielijnen lopen als volgt: • contacten met de MR verlopen via de personeelsgeleding van de MR en de directie • contacten met het bestuur verlopen via de algemeen directeur • contacten met de algemeen directeur verlopen via de directeur • contacten met de gemeente verlopen via de directeur • contacten met de inspectie verlopen schoolspecifiek via de directie en algemeen via het bestuur • contacten met peuterspeelzaal, wijkhuis e.d. verlopen in principe via de directie, die verschillende taken kan delegeren aan personeelsleden • contacten met de pers verlopen schoolspecifiek via de directie en algemeen via de algemeen directeur Beleidsvoornemens
Qua communicatiegedrag vinden we het volgende belangrijk: 1. 2. 3. 4. 5.
Zaken worden op de juiste plaats besproken Vergaderingen worden goed voorbereid Op vergaderingen is sprake van actieve deelname In beginsel spreekt iedereen namens zichzelf We geven elkaar respectvolle feedback en accepteren ook feedback van anderen
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
De vergaderingen kunnen efficiënter. De taken van de voorzitter en de deelnemers zullen nader omschreven worden in een vergaderreglement.
OBS De Werkschuit
27
5.7.
De communicatie met externe instanties
Onze school staat midden in de gemeenschap. Wij streven naar samenwerking met instanties in de wijk. Onze school onderhoudt daarom structurele contacten met externe instanties. Hierdoor halen we expertise binnen, waardoor we adequaat samen kunnen werken aan de opvoeding en de ontwikkeling van de kinderen. We dragen daarvoor –als school, ouders en omgeving- een gezamenlijke verantwoordelijkheid. De externe instanties waarmee we een relatie onderhouden zorgen voor advies, hulp en ondersteuning en dit komt de kwaliteit van het onderwijs en de school als organisatie ten goede. Daarom onderhoudt onze school systematische en gereguleerde contacten met: 1. Voor- en naschoolse voorzieningen 2. Scholen voor voortgezet onderwijs 3. Schoolbegeleidingsdienst 4. Schoolarts, logopediste 5. De school participeert actief binnen het samenwerkingsverband en andere netwerken in de regio. 6. De school onderhoudt functionele contacten met opleidingen en nascholingsinstituten. 7. De school onderhoudt contacten met de pers. Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
In mei 2011 is het centrum van Jeugd en gezin geopend. Dit zal leiden tot kortere lijnen in de contacten met de hulpverlening.
5.8.
De communicatie met ouders
Communicatie met ouders wordt door ons als belangrijk ervaren. Leerkrachten zijn daardoor beter in staat kinderen te leren kennen en te begrijpen, ouders begrijpen beter waar leerkrachten en kinderen op school mee bezig zijn. Ouders worden op de hoogte gehouden door: • een maandelijkse nieuwsbrief (de Scheepstelegraaf) • groeps- en voorlichtingsavonden • spreekavonden en huisbezoeken • de algemene ouderavond • e-mail via leraren en directie • thema-avonden • een praatje in de hal, op het plein • elke eerste maandag en woensdag van de maand inloop/koffie-ochtenden. Ouders kunnen meedenken, meepraten of meebeslissen door zich te organiseren binnen de medezeggenschapsraad en de ouderraad. Daarnaast kunnen ouders de school helpen bij sportactiviteiten, lezen, creatieve vakken, computeronderwijs, schoolreizen en dergelijke. Het is dagelijks mogelijk binnen te lopen voor een afspraak met groepsleerkrachten, of directie. Onze ambities zijn: 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7.
Ouders worden betrokken bij schoolactiviteiten Leraren stellen zich op de hoogte van de opvattingen en verwachtingen van de ouders Ouders ontvangen informatie over de actuele gang van zaken Ouders worden betrokken bij (extra) zorg Ouders (en hun kinderen) worden adequaat voorbereid op het vervolgonderwijs Ouders worden adequaat op de hoogte gesteld van de ontwikkeling van hun kind Leraren stimuleren ouders tot onderwijsondersteunend gedrag in de thuissituatie
Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
De nieuwsbrief wordt het komende schooljaar aangepast. Het doel is dat de ouders in één overzicht de belangrijkste informatie kunnen vinden.
28
Schoolplan 2011 - 2015
5.9.
Begeleiding naar VO-scholen
Onze leerlingen volgen een ononderbroken leerweg. In groep 7 maken de leerlingen de Entreetoets, dit geeft ons een beeld van de resultaten van de leerling én de groep tot dat moment. Actiepunten worden zonodig opgesteld om er naar te streven dat de kerndoelen bereikt worden eind groep 8. In begin groep 8 wordt de NIO afgenomen. De uitslag dient om het advies te ondersteunen over het voor de leerling meest geschikte niveau van het vervolgonderwijs. In schooljaar 2011-2012 gaan we ons oriënteren op de rol die referentieniveaus gaan spelen op de adviezen in het voortgezet onderwijs. Aan de hand van de resultaten van het leerlingvolgsysteem en de eindtoets Cito kijken we of de kerndoelen uiteindelijk bereikt zijn. De VO scholen organiseren elk jaar kijkmiddagen zodat de leerlingen een indruk krijgen van de school. Na de keuze van de VO school vindt er een warme overdracht plaats. Jaarlijks wordt er een avond BO/VO georganiseerd waarbij de vorderingen van de leerlingen worden geëvalueerd.
5.10.
Voor- en vroegschoolse educatie (wet OKE)
Onze school is onderdeel van de Brede school Noorderwaard. Dit betekent dat op één locatie onderwijs, opvang, peuterspeelzaalwerk en een organisatie van vrije tijdsbesteding mogelijk is voor kinderen van 0 tot 12 jaar. De buitenschoolse opvang ontwikkelt een activiteitenprogramma in samenwerking met diverse instellingen en verenigingen uit de gemeente Wijk bij Duurstede. Vier keer per jaar is er overleg met alle partijen. Er is een werkgroep bestaande uit: directeuren van de twee scholen, coördinator activiteiten, clustermanager kinderopvang Kind & Co. Daarnaast is er een stuurgroep bestaande uit: twee algemeen directeuren, directeur Stichting Binding, Regiomanager kinderopvang Kind & Co De werk- en stuurgroep komen twee keer per jaar bij elkaar. Op grond van het schoolgewicht ( op 1-10-2010: 4,2) is er een gericht programma afgesproken op woordenschat en taalontwikkeling. Onze ambities zijn: 1. We beschikken over een gezamenlijk beleid t.a.v. afspraken en regels 2. De kwaliteitszorg richt zich (ook) op VVE 3. Er is in sommige gevallen sprake van een warme overdracht Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Op initiatief van de werkgroep het jonge kind wordt in Wijk bij Duurstede een eenduidig overdrachtsformulier opgesteld voor alle instanties die kinderen in de leeftijd tot 4 jaar opvangen.
5.11.
Buitenschoolse opvang
De Werkschuit is onderdeel van de Brede School Noorderwaard. Dit betekent dat er naast onderwijs, voor- en naschoolse opvang van 7.30 tot 18.30 uur gerealiseerd is. De buitenschoolse opvang ontwikkelt een activiteitenprogramma in samenwerking met diverse instellingen en verenigingen uit Wijk bij Duurstede. Wij maken gebruik van een continurooster, zodat de tussenschoolse opvang door de school is geregeld.
OBS De Werkschuit
29
Hoofdstuk 6 - Financieel beleid 6.1.
Missie en visie
Het financieel beleid is mede gestoeld op het algemene uitgangspunt over missie en visie van het openbaar onderwijs Wijk bij Duurstede. Volgens die missie en visie draagt het openbaar onderwijs Wijk bij Duurstede bij aan een zinvol en gelukkig leven van kinderen. Wij leggen in ons onderwijsaanbod het accent op de cognitieve en sociaal-emotionele ontwikkeling en de ontwikkeling van waarden en normen. Voor wat het beheersen van de geldstromen betreft werkt de Stichting volgens een in samenspraak met de Raad van Toezicht opgesteld Treasurystatuut en heeft de Stichting op basis van schatkistbankieren een rekening courant overeenkomst met het ministerie van Financiën.
6.2.
Financieel beleid van de Stichting Openbaar Onderwijs Wijk bij Duurstede
Voor wat de personele bekostiging betreft is het beleid voor het toekennen van formatie dat op basis van de leerlingen onder- en bovenbouw op 1 oktober van het schooljaar (T=0) een budget wordt toegekend in de vorm van formatieplaatseenheden (FPE). Wanneer er geldbedragen worden toegevoegd voor de formatie worden die bedragen herrekend naar FPE op basis van de gemiddelde personeelslast (GPL) van het bestuur. Zo worden de zorgmiddelen van het samenwerkingsverband omgerekend naar formatie ter dekking van de formatie voor IB’ers/RT’ers. Het budgetteren en verantwoorden van de salarislasten van deze budgetten is een bovenschoolse verantwoordelijkheid. De personele bekostiging in geld (personeels- en arbeidsmarktbeleid PAB) wordt via de afgesproken verdeelsleutel aan de scholen toegekend voor het eigen personeelsbeleid (32% van de rijksvergoeding PAB). De materiële bekostiging is de grondslag voor het eigen financieel beleid van de school. Op basis van de afspraken is de verdeling van de rijksbekostiging materieel (Londo) 73% voor de zaken waarvoor een bovenschoolse verantwoordelijkheid geldt (schoonmaak, energie, groot onderhoud, afschrijvingslasten e.d.) en 27% voor het eigen budget van de school voor de dagelijkse gang van zaken op schoolgebied (jaarbestellingen, huishoudelijke aangelegenheden enz.). De begroting voor het uitvoeren van het eigen beleid van de school is voor wat betreft 2011 op de volgende pagina weergegeven.
6.3.
Interne geldstromen
De school int de ouderbijdragen zelf en heeft voor deze zogenaamde private gelden een eigen bankrekening die aan het eind van elk jaar via één mutatie in de baten- en lastensfeer wordt opgenomen in de jaarrekening van de Stichting. Alle andere interne geldstromen in de vorm van eventuele incidentele verhuur wordt bovenschools afgewikkeld via de bankrekening van de Stichting.
6.4.
Externe geldstromen
Voor eventuele externe geldstromen gelden de uitgangspunten voor sponsoring zoals die is vastgesteld door de rijksoverheid en waaraan de Stichting zich heeft geconformeerd.
30
Schoolplan 2011 - 2015
6.5.
Begroting
Er zijn geen voornemens om het hiervoor benoemde algemene financieel beleid qua grondslagen in de komende 5 jaar te wijzigen. Begroting zelfbeheer De Werkschuit voor het kalenderjaar 2011
LASTEN
BEGROTING
400120
Nascholing
5.000,00
400125
Overige personele kosten
1.000,00
400126
Kosten Schoolbegeleiding
5.000,00
401001
Klachtenonderhoud gebouw (zelfbeheer)
600,00
401031
Bewaking en beveiliging
400,00
404000
Leer- & hulpmiddelen
404010
Leer- & hulpmiddelen geh. leerl.
404100
Bibliotheek/documentatiecentrum
404300
Onderhoud apparatuur
250,00
404400
Vakliteratuur & tijdschriften
250,00
22.500,00 0,00 50,00
404500
Kopieerkosten
404510
Kantoorbenodigdheden
5.000,00 100,00
404625
Onderhoud/verv.kl.meubilair < 1000
500,00
404901
Informatietechnologie
5.000,00 4.000,00
404904
Licenties
405030
Representatiekosten
750,00
406015
Portikosten & drukwerk
500,00
406016
Telefoonkosten
650,00
406017
Bankkosten
50,00
406020
Schooltest/onderzoek/begeleiding
406025
Reis - & verblijfkosten
2.500,00 200,00
406030
Aansluiting radio, tv
600,00
406035
Excursie /sport
200,00
406040
Verzekeringen
406050
Ouder-, leerlingenbijeenkomst
406051
M.R./ O.R.
1.000,00
406052
Ouderraad
436,00
406060
Kantinekosten
750,00
406070
Culturele vorming
406080
Overige uitgaven
407204
Opleiden i/d school
408090
Overige kosten
BATEN 800000
0,00 436,00
1.500,00 750,00 1.000,00 250,00 BEGROTING
Budget zelfbeheer
€ 35.290,00
Budget scholing
€ 26.046,00
Totaal BATEN
€ 61.336,00
Exploitatie saldo
OBS De Werkschuit
€ 114,00
31
Hoofdstuk 7 - Kwaliteitsbeleid Kwaliteitszorg
Onze school onderscheidt kwaliteit en kwaliteitszorg. We streven kwaliteit na (zie de ambities bij de verschillende beleidsterreinen) en we zorgen ervoor, dat de kwaliteit op peil blijft: we beoordelen de ambities systematisch en cyclisch (zie evaluatieplan, hoofdstuk 7.7) en op basis van de bevindingen verbeteren of borgen we onze kwaliteit. Van belang is ook, dat onze kwaliteitszorg gekoppeld is aan het integraal personeelsbeleid. We streven ernaar, dat onze medewerkers competenties ontwikkelen die gerelateerd zijn aan de beleidsterreinen die we belangrijk vinden. Daardoor borgen we dat de schoolontwikkeling en de ontwikkeling van onze medewerkers parallel verloopt. Onze ambities zijn: 1. We hebben inzicht in de kernmerken van onze leerlingenpopulatie 2. We beschikken over ambities bij diverse beleidsterreinen (zie schoolplan) 3. We beschikken over een evaluatieplan waardoor geborgd is, dat de verschillende ambities (zie dit schoolplan) minstens 1 x per vier jaar beoordeeld worden (zie hoofdstuk 7.7) 4. We laten de kwaliteit van onze school cyclisch beoordelen door ouders, leerlingen en leraren 5. We werken planmatig aan verbeteringen (vanuit de documenten: schoolplan, jaarplan en jaarverslag) 6. We evalueren stelselmatig of onze verbeterplannen gerealiseerd zijn 7. We borgen onze kwaliteit (o.a. door zaken op schrift vast te leggen) 8. We rapporteren aan belanghebbenden (inspectie, bevoegd gezag, GMR en ouders) 9. We waarborgen de sociale veiligheid van medewerkers en leerlingen Beoordeling (zie hoofdstuk 7.7)
De ambities worden 1 x per vier jaar beoordeeld door directie en team Verbeterpunten (zie hoofdstuk 7.8)
Het schriftelijk borgen kan systematischer. Een nieuw administratiesysteem kan dit probleem ondervangen.
7.1.
Rapportage
In 2011-2012 wordt het Early Warning System ingevoerd. Het EWS brengt op bestuurs-, bovenschools-, en schoolniveau de kwaliteit van de opbrengsten in beeld. Jaarlijks worden de volgende documenten naar de inspectie gestuurd: • Schoolgids • Schooljaarplan • Jaarverslag De ouders ontvangen aan het eind van het schooljaar een uitgebreide brief waarin een terugblik van het jaar te lezen is. Vóór de algemene ouderavond van het volgend schooljaar (omstreeks oktober) ontvangen de ouders een jaarverslag met daarin een terugblik van de medezeggenschapsraad, de ouderraad (inclusief een verantwoording van de financiën) en het team.
7.2.
Terugblik Schoolplan 2007-2011 en Zelfevaluatie
Het schoolplan wikkelen we af via de jaarplannen en de jaarverslagen. Jaarlijks wordt samen met het team en de medezeggenschapsraad het oude jaarplan geëvalueerd en het nieuwe jaarplan besproken en vastgesteld. Op basis van de besprekingen wordt het jaarverslag vastgesteld.
7.3.
Analyse inspectierapport
Het laatste inspectiebezoek was op 19 februari 2008. De conclusie was: ‘De school heeft ingezet op het versterken van de zorg. Zo heeft een leraar de opleiding voor intern begeleider afgerond en werkt nu samen met de reeds aanwezige ib-er. Leraren volgen nu een scholingstraject om de kwaliteit van de handelingsplannen te verhogen. Voor het team staat een scholing in het Cito-leerlingvolgsysteem gepland rond de zomer. Het aantal toetsen is uitgebreid, bijvoorbeeld met de Cito Entreetoets in groep 5( naast groep 6 en 7) en peutertaaltoetsen. De zorgstructuur dient verder verhelderd en geborgd te worden door het opstellen van een zorgplan of –protocol met taakverdelingen en afspraken. Op het gebied van taal/lezen wordt de school op verschillende manieren begeleid, onder meer bij het invoeren en gebruik van nieuw aangeschafte methoden voor aanvankelijk lezen, voortgezet technisch lezen en begrijpend lezen. Naar aanleiding van bovenstaande bevindingen
32
Schoolplan 2011 - 2015
kent de inspectie basisschool ‘De Werkschuit’ het basisarrangement (voor de toezichtsronde 2007) toe. De geconstateerde tekortkomingen in de onderwijskwaliteit leiden er niet toe dat de inspectie een intensiever toezicht noodzakelijk acht. De inspectie verwacht dat bij een volgende toezichtsactiviteit de geconstateerde tekortkomingen door verbeteractiviteiten van het bevoegd gezag/de school opgeheven zullen zijn’. In 2008 heeft de school de vragenlijst primair onderwijs ingevuld. In 2009 en 2010 heeft de school de vragenlijst primair onderwijs (versie verbetertraject rekenen) ingevuld.
7.4.
Analyse oudervragenlijst
In 2009 is de oudertevredenheidspeiling van Scholen met Succes uitgevoerd. 63% van de ouders heeft de vragenlijst ingevuld. De ouders waardeerden de Werkschuit met een 7.6 (0,1 punt hoger dan het landelijk gemiddelde) De vijf belangrijkste aspecten voor ouders van de Werkschuit zijn: • De leerkracht • Begeleiding • Sfeer • Kennisontwikkeling • Contact met de school In juni 2010 heeft een werkgroep Visie en Identiteit, bestaande uit vijf ouders, twee leerkrachten en de directeur een enquête ontwikkeld om erachter te komen welke kernwaarden ouders belangrijk vinden voor een school. 71,4% van de ouders heeft de vragenlijst ingevuld. De volgende kernwaarden vinden de ouders voor de Werkschuit belangrijk: • Zorgzaamheid • Sfeer/Plezier • Deskundigheid/Professioneel • Geborgenheid • Innovatief
7.5.
Analyse leerlingenvragenlijst
De veiligheidsthermometer is afgenomen in november 2010 bij alle leerlingen van de groepen 2 t/m 8. De volgende acties zijn geformuleerd: • • • •
Gesprekken met leerlingen die onveiligheid aangeven; Gerichte aanpak in de groepen 2t/m 4 voor het onderdeel ‘schoppen en slaan’. Gerichte aanpak in de groepen 5 t/m 8 voor het onderdeel pesten. Gerichte aanpak in groep 5 t.a.v. veiligheid, elkaar respecteren.
7.6.
Analyse lerarenvragenlijst (zie ook 5.3.3: RI&E)
In november 2010 heeft de afname Risico-Inventarisatie (RI&E) plaatsgevonden. Deze is uitgevoerd door TinquelyXperts in opdracht van Maetis. Er is een plan van aanpak opgesteld. In het kader van de Risico-Inventarisatie en –Evaluatie is de vragenlijst quickscan welzijn personeel afgenomen. Van de 16 personeelsleden hebben zes personeelsleden de vragenlijst ingevuld. 83,3 % geeft aan tevreden te zijn over de manier waarop de direct leidinggevende leiding geeft. 16,7 % geeft aan zeer tevreden te zijn. De mate waarin men zich bij de uitoefening van het werk belast voelt is voor: NIET OF NVT
NAUWELIJKS
IN ENIGE MATE
IN STERKE MATE
Verbale agressie
83,3%
16,7%
0%
0%
Fysiek geweld
83,3%
0%
16,7%
0%
Ongewenste seksuele intimiteiten
100,0%
0%
0%
0%
Discriminatie
100%
0%
0%
0%
OBS De Werkschuit
33
Daarnaast is in oktober 2010 de veiligheidsthermometer afgenomen bij alle personeelsleden. De conclusie van dit onderzoek was; • Gerichte aanpak voor het onderdeel ‘handhaving van de regels tussen personeel en leerlingen’.
7.7
Het evaluatieplan
In de schoolplanperiode worden alle beleidsterreinen –zoals aan bod gekomen in dit schoolplan- met regelmaat geëvalueerd. Welk beleidsterrein wanneer geëvalueerd wordt, staat aangegeven in onderstaand schema. De opbrengsten evalueren we jaarlijks. In onze jaarplannen nemen we steeds op welk beleidsterrein wanneer in het jaar geëvalueerd wordt. Over de uitkomsten van de evaluaties wordt gerapporteerd aan het bevoegd gezag, de GMR en de ouders. ONZE BELEIDSTERREINEN (KWALITEITSZORG) Levensbeschouwelijke identiteit (3.8)
2011-2012
2012-2013
2013-2014
2014-2015
x
Leerstofaanbod (3.9)
x
Taalleesonderwijs (3.10)
x
Rekenen en wiskunde (3.11)
x
Sociaal-emotionele ontwikkeling (3.12)
x
Actief Burgerschap en sociale cohesie (3.13)
x
ICT (3.14)
x
x
x
Leertijd (3.15)
x x
Pedagogisch klimaat (3.16)
x
Didactisch handelen (3.17)
x
Actieve rol van de leerlingen (3.18)
x
Schoolklimaat (5.3)
x
Zorg en begeleiding (3.19)
x
Passend onderwijs – afstemming (3.20)
x
Opbrengstgericht werken(3.21)
x
x
x
x
Opbrengsten (3.22)
x
x
x
x
Schoolleiding (4.2)
x
Beroepshouding (4.3)
x
Professionalisering (4.4) Integraal Personeelsbeleid (4.4)
x
Interne communicatie (5.6)
x
Externe contacten (5.7.)
x
Contacten met ouders (5.8)
x
x
x
Voor- en vroegschoolse educatie (5.10)
x
Kwaliteitszorg (7.0)
34
x
x
x
x
x
Schoolplan 2011 - 2015
7.8
Kwaliteitsprofiel – Onze verbeterpunten
Voor het vaststellen van de onderstaande verbeterpunten is gebruik gemaakt van: 1. Het strategisch beleidsplan (bovenschools management) 2. Het zorgplan 3. Het ICT-beleidsplan 4. Het Integraal Personeelsbeleidsplan 5. De verschillende hoofdstukken in het schoolplan (zie verbeterpunten per hoofdstuk) en de uitslagen en analyses van : - Het meest recente inspectierapport - De Quick Scan - De ouder-, leerlingen- en lerarenvragenlijst BELEIDSTERREIN
VERBETERPUNTEN
Levensbeschouwelijke identiteit (3.3)
Doorgaande lijn in het aanbod van de betekenis van religieuze feesten.
Leerstofaanbod (3.4)
Het komende schooljaar zullen we ons oriënteren op eennieuwe rekenmethode en een nieuwe geschiedenismethode. Het zorgvuldig uitkiezen van een rekenmethode nemen we op in het rekenverbetertrajectplan van 2011-2012. Een aantal leraren uit de bovenbouw zal zich buigen over de geschiedenismethode.
Taalleesonderwijs (3.5)
Het komende jaar oriënteren we ons op de referentieniveaus van taal.
Rekenen en wiskunde (3.6)
In het laatste jaar van het rekenverbetertraject leggen we het accent op het borgen van het didactisch handelen van de leraar en de zorg voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften.
Sociaal-emotionele ontwikkeling (3.7)
De komende jaren richten we ons op het maken van handelingsplannen met betrekking tot de sociaal emotionele ontwikkeling. Aan de hand van de analyse uit Scol, de veiligheidsthermometer en het sociogram zijn we in staat om een goed handelingsplan op te stellen en uit te voeren.
Actief Burgerschap (3.8)
Het integreren van ons cultuurerfgoed in onze zaakvakken.
ICT (3.9)
Het implementeren van het werken met de digiborden. De aanschaf van een digitaal administratiesysteem, waarin alle gegevens van de leerlingen verwerkt kunnen worden. (Cito, methodegebonden toetsen, handelingsplannen, verslagen, rapportages.)
Leertijd (3.10)
Effectief klassenmanagement. We zijn bewust van de effectiviteit en de leerdoelen van de ‘leuke activiteiten’ en maken hierin bewuste keuzes.
Pedagogisch klimaat (3.11)
De klasseninrichting is een aandachtspunt. De school wordt geschilderd. Dit is meteen een mooi moment om afspraken te maken over het ordelijk en functioneel houden van de leeromgeving.
Didactisch handelen (3.12)
De leraren zijn in staat om bij het vak rekenen te werken met het directe instructiemodel. Onze wens is dat dit ook bij de andere vakken wordt toegepast.
Actieve rol leerlingen (3.13)
Er is een doorgaande lijn met dag- en weektaken. We willen het kritisch en begrijpend luisteren van kinderen stimuleren.
Schoolklimaat (5.3)
Het naleven van de plein-, school-, en groepsregels is een aandachtspunt.
Zorg en begeleiding (3.14)
Het maken van handelingsplannen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. De leraren hebben de leerlijnen in beeld. Er is een jaarplanning op elk vakgebied.
Passend onderwijs Afstemming (3.15)
Formuleren van een ontwikkelingsperspectief voor leerlingen waarvan vaststaat dat zij maximaal het eindniveau van groep 7 halen.
Opbrengstgericht werken (3.16)
Aanschaf van een administratiesysteem waarin alle gegevens van de leerlingen verwerkt zijn. (inclusief Cito, Scol, rapportages)
Opbrengsten (3.17)
Meer differentiatie in het leerstofaanbod als de adviezen VO bekend zijn.
Schoolleiding (4.2)
De schoolleiding heeft de neiging veel ontwikkelingen in gang te zetten, terwijl het juist goed is om beleid te borgen. Dit is een aandachtspunt.
Beroepshouding (4.3)
In 2009 heeft het team bovenstaande ambities middels een studiedag geformuleerd. Met het oog op het verloop van leraren de komende twee jaar, is het belangrijk nieuwe collega’s bekend te maken met onze visie van de leraar op de Werkschuit.
OBS De Werkschuit
35
36
Professionalisering (4.4) Integraal Personeelsbeleid
Met elke leraar is er in het begin van het schooljaar een gesprek waarin het competentieprofiel van de leraar wordt besproken en vastgelegd.
Interne communicatie (5.6)
De vergaderingen kunnen efficiënter. De taken van de voorzitter en de deelnemers zullen nader omschreven worden in een vergaderreglement.
Externe contacten (5.7)
In mei 2011 is het centrum van Jeugd en gezin geopend. Dit zal leiden tot kortere lijnen in de contacten met de hulpverlening.
Contacten met ouders (5.8)
De nieuwsbrief wordt het komende schooljaar aangepast. Het doel is dat de ouders in één overzicht de belangrijkste informatie kunnen vinden.
Voor- en vroegschoolse educatie (5.10)
Op initiatief van de werkgroep het jonge kind wordt in Wijk bij Duurstede een eenduidig overdrachtsformulier opgesteld voor alle instanties die kinderen in de leeftijd tot 4 jaar opvangen.
Kwaliteitszorg (7.0)
Het schriftelijk borgen kan systematischer. Een nieuw administratiesysteem kan dit probleem ondervangen.
Schoolplan 2011 - 2015
Hoofdstuk 8 - Plan van Aanpak 2011-2015 8.1
Het schoolontwikkelplan Jaar 2011-2012 BELEIDSTERREIN
VERBETERDOEL(EN)
CONSEQUENTIES -organisatie -professionalisering -middelen
01
Rekenen
Kwaliteit van het rekenonderwijs verbeteren door professionalisering van de leerkracht. Oriëntatie op een nieuwe rekenmethode.
Scholing van Eduniek. Klassenbezoeken.
02
Borgen van: • Handelingsgericht werken • Opbrengst gericht werken • Scol • Veiligheidsthermometer
We gaan uit van de onderwijsbehoefte van de kinderen.
We maken groepsoverzichten en groepsplannen voor rekenen, taal en lezen.
We werken systematisch en doelgericht aan het We maken twee keer per jaar maximaliseren van prestaties. We gebruiken hierbij n.a.v.ons leerlingvolgsysteem de referentieniveaus taal en rekenen om de doelen Cito analyses op grond van de 1 helder en concreet te omschrijven. We borgen ons leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling. t/m 5 scores en de vaardigheidsscores. Er is een analyse gericht op de veiligheid in de groep en rond de school. Naar aanleiding van de analyse is Afname vragenlijsten in oktober 2011 er een plan van aanpak geformuleerd.
03
Onderwijszorgprofiel
Het aanbod aan onderwijs, zorg en ondersteuning voor leerlingen met speciale onderwijsbehoeften op de Werkschuit is duidelijk.
In samenwerking met WSNS en het seminarium van orthopedagogiek wordt het onderwijszorgprofiel opgesteld.
04
Ontwikkelingsperspectief
Het formuleren van een ontwikkelingsperspectief voor leerlingen die maximaal eindniveau groep 7 halen.
Intern begeleiders in samenwerking met de Eduniek.
05
Kritisch luisteren
Verbeteren van de opbrengsten Taal voor kleuters en woordenschat ( 25% IV en V score)
Verbeterplan van intern begeleiders in samenspraak met de leraren van de onderbouw
06
Engels
Doorgaande leerlijn groep 1 t/m 8 Oriënteren op gestandaardiseerde toetsen.
Nascholing leraren Collegiale consultatie andere scholen
07
ICT
Implementeren van het werken met de digiborden. Oriëntatie en aanschaf van een nieuw administratiesysteem
ICT coördinator onderhoudt de contacten. Directie en bouwcoördinatoren.
08
Kids Skills
Kinderen leren op een constructieve manier hun problemen te overwinnen of ongewenst gedrag te veranderen.
Start in één groep, later schoolbreed inzetten.
09
Klasseninrichting
De klassen zien er verzorgd uit. Het is een uitdagende leeromgeving
Afspraken maken t.a.v. klassenmanagement
10
Kwaliteitszorg
Invoeren Early Warning System. Uitvoer Evaluatieplan. Beoordelen: zie hoofdstuk 7.8
Evaluatiedagdeel
11
Geschiedenis
Oriëntatie op een nieuwe geschiedenismethode
Werkgroep bovenbouw
12
Gezonde school
Aanvraag vignet Gezonde school
Gezondheidsbeleid aanscherpen.
OBS De Werkschuit
37
8.2
BELEIDSTERREIN
VERBETERDOEL(EN)
CONSEQUENTIES -organisatie -professionalisering -middelen
01
Rekenen
Borgen van het rekenverbeterplan. Implementeren van de nieuwe rekenmethode.
Rekencoördinatoren onderhouden de contacten en borgen de afspraken.
02
Handelingsgericht werken De groepsoverzichten en groepsplannen voor rekenen, taal en lezen worden twee keer per jaar aangepast.
03
SCOL
We zijn in staat om een heldere analyse te maken van de Er zijn groepsoverzichten voor het sociaal-emotionele ontwikkeling van de kinderen. gedrag en de sociaal-emotionele ontwikkeling.
04
Engels
Invoeren van een gestandaardiseerde toets. Scholing nieuwe collega’s.
Vanaf groep 5
05
ICT
Cyclus omgaan met internet en cyberpesten.
Protocol kritisch bekijken en aanpassen.
06
Taal
Kwaliteit van het taalonderwijs verbeteren door professionalisering van de leerkrachten.
In 2011-2012 heeft een leerkracht zich gespecialiseerd tot taalcoördinator.
07
Geschiedenis
Implementeren van de nieuwe geschiedenismethode
Team
08
Gezonde school
Borgen van het gezondheidsbeleid
Team
09
Kids Skills
Kinderen leren op een constructieve manier hun problemen te overwinnen of ongewenst gedrag te veranderen. Uitbreiden naar de andere groepen
Team onder begeleiding van Auris
10
Kwaliteitszorg
Uitvoer Evaluatieplan. Beoordelen: zie hoofdstuk 7.8 Early Warning System.
Evaluatiedagdeel
8.3
38
Het schoolontwikkelplan Jaar 2012-2013
De intern begeleiders begeleiden dit traject.
Het schoolontwikkelplan Jaar 2013-2014 BELEIDSTERREIN
VERBETERDOEL(EN)
CONSEQUENTIES -organisatie -professionalisering -middelen
01
ICT
Aanpassen software voor de digiborden en de computers. Scholing van nieuwe collega’s
De ICT-coördinator begeleidt dit proces. Vanuit de werkgroep ICT (bovenschools) wordt de actualiteit gevolgd.
02
Borgen van: • handelingsgericht werken • Kids Skills
De leraren kennen de leerlijnen van de vakken taal, lezen en rekenen. Zij hanteren heldere en concrete doelen en evalueren de voortgang van de leerlingen. Kinderen leren op een constructieve manier hun problemen te overwinnen of ongewenst gedrag te veranderen.
De evaluatiemomenten worden door de intern begeleiders in het zorgplan opgenomen. Tijdens de collegiale consultaties en de groepsbesprekingen wordt de voortgang van de leerlingen besproken.
03
Kwaliteitszorg
Uitvoer Evaluatieplan. Beoordelen: zie hoofdstuk 7.8 Early Warning System.
Evaluatiedagdeel
Schoolplan 2011 - 2015
8.4
Het schoolontwikkelplan Jaar 2014-2015 BELEIDSTERREIN
VERBETERDOEL(EN)
CONSEQUENTIES -organisatie -professionalisering -middelen
01
ICT
Verdere digitalisering in contacten met ouders: nieuwsbrief, klassenplanning mbt huiswerk en toetsen.
De ICT-coördinator begeleidt dit proces. Vanuit de werkgroep ICT (bovenschools) wordt de actualiteit gevolgd.
02
Natuur
Oriënteren op een nieuwe methode Natuur
Werkgroep bestaande uit directielid en leraren.
03
Begrijpend lezen
Oriënteren op een nieuwe begrijpend lezen methode
Werkgroep bestaande uit directielid en leraren.
04
Borgen van verbeter doelen 2013-2014
05
Kwaliteitszorg
Uitvoer Evaluatieplan. Beoordelen: zie hoofdstuk 7.8 Early Warning System.
Evaluatiedagdeel
Het schoolplan geeft globaal de verbeterdoelen aan. Per jaar zullen we de verbeterdoelen uitgebreider beschrijven (SMART) in het jaarplan. Aan het eind van ieder schooljaar zullen we terugblikken, of we verbeterdoelen in voldoende mate gerealiseerd hebben. We plannen daartoe jaarlijks een evaluatiemoment. Tevens bespreken we tijdens de evaluatie de opbrengsten van de school. De bevindingen worden opgenomen in het jaarverslag. Richtinggevend voor het schoolplan 2011-2015 zijn de geformuleerde streefbeelden (zie hoofdstuk 3.4 Streefbeelden) Voor de komende vier jaar zijn de volgende richtinggevende uitspraken van belang voor onze activiteiten en prioritering: 1. Op onze school wordt systematisch (gestructureerd) aandacht geschonken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling. We gebruiken hiervoor SCOl, een leerlingvolgsysteem sociaal-emotionele ontwikkeling. Daarnaast gebruiken we een veiligheidsthermometer en het sociogram. 2. Op onze school is er sprake van passend onderwijs, voor zover mogelijk staat de school open voor ieder kind. 3. Alle medewerkers werken (samen) aan hun persoonlijke ontwikkeling gerelateerd aan de schoolontwikkeling . Eén jaar geleden heeft de school het project Afstemming afgesloten. In iedere groep wordt gewerkt volgens het model handelingsgericht werken. 4. Op onze school wordt opbrengstgericht gewerkt. Na twee jaar met het rekenverbetertraject te hebben gewerkt, zijn er in elke groep groepsplannen en wordt volgens het directe instructiemodel lesgegeven. 5. Het taal-, lees- en rekenonderwijs staat op een goed niveau.
OBS De Werkschuit
39