Schoolplan
Zeehonk
2007 2011
Inhoudsopgave Schoolplan 2007-2011 Naam
Inhoud
0
Voorwoord
Relatie met WMK: beleidsterreinen en competenties
1
Inleiding
1.1
Doelen en functie van het schoolplan
1.2
Procedures opstellen en vaststellen van het schoolplan
1.3
Verwijzingen en bronnen
1.4
Status van het plan
2.1
Kenmerken school
2.2
Kenmerken directie en leraren
2.3
Kenmerken leerlingen,aannamebeleid
2.4
Kenmerken ouders en omgeving
2.5
Prognoses: interne en externe ontwikkelingen
3.1
Missie + mission statement + streefbeelden
3.2
Visie(s): algemeen en specifiek
3.3
Identiteit (KK1)
3.4
Leerstofaanbod + Toetsinstrumenten (KK2)
3.5
Taalbeleid (KK3)
3.6
Sociaal-emotionele ontwikkeling (KK4)
3.7
Actief Burgerschap (KK5)
3.8
Cultuureducatie
3.9
Techniek
2
3
Schoolbeschrijving
Onderwijskundig beleid
KK = kwaliteitskaart
3.10 ICT (KK6) 3.11 Leertijd (KK7) 3.12 Pedagogisch Klimaat (KK8) 3.13 Didactisch Handelen (KK9) 3.14 Omgaan met verschillen (KK10) + LGF en langdurig zieken 3.15 Opbrengsten (KK11) 3.17 Kengetallen: in- door- en uitstroom
2
4
5
6
7
4.1
Organisatorische doelen
4.2
Schoolleiding (KK12)
4.3
Integraal Personeelsbeleid – Professionalisering (KK13)
5.1
Structuur (organogram) schoolorganisatie + besturingsfilosofie
5.2
Structuur (groeperingsvorm)
5.3
Schoolklimaat (incl. Sociale Veiligheid en Risico-Inventarisatie) (KK14)
5.4
Communicatie (intern) (KK15)
5.5
Communicatie (met externe instanties) (KK16)
5.6
Communicatie (met ouders) (KK17)
Financieel beleid
6.1
Lumpsum financiering – ondersteuning
Materieel beleid
6.2
Formatiebeleid
6.3
Materiële instandhouding
6.4
Sponsoring
6.5
Begrotingen
7.0
Kwaliteitszorg (KK18)
7.1
Terugblik Schoolplan 2003-2007 (“evaluatie”)
7.2
Analyse inspectierapport(en)
7.3
Gebruikte kwaliteitszorginstrumenten (Q.S.)+ Analyse
7.4
Kwaliteitszorg en ouders + Analyse oudervragenlijst
7.5
Kwaliteitszorg en leerlingen + Analyse leerlingenvragenlijst
7.6
Kwaliteitszorg en leraren + Analyse lerarenvragenlijst
7.7
Het evaluatieplan
7.8
Kwaliteitsprofiel (sterkte/zwakte analyse)
7.9
Plan van Aanpak (2007-2008)
Personeelsbeleid
Organisatie & beleid
Kwaliteitsbeleid
7.10 Schoolontwikkelingen (2008-2009) 7.11 Schoolontwikkelingen (2010-2011) 7.12 Schoolontwikkelingen (2011-2012)
3
Voorwoord De indeling van het schoolplan 2007-2011 is afgestemd op beleidsterreinen die wij relevant vinden voor onze schoolontwikkeling. Deze beleidsterreinen vormen de focus voor onze kwaliteitszorg (zie hoofdstuk 7). Dit betekent, dat wij deze beleidsterreinen: - beschrijven - periodiek (laten) beoordelen - borgen of verbeteren
Wat beloven we? [zie schoolplan] Doen wij wat we beloven? Wat moeten wij borgen? Wat verbeteren?
De onderscheiden beleidsterreinen komen (deels) overeen met de kwaliteitsaspecten die de Inspectie van het Onderwijs onderscheidt in haar toezichtskader. Tevens beschrijven we in deze inleiding de competenties (in de geest van de wet Beroepen in het onderwijs) die wij hanteren voor de persoonlijke ontwikkeling van onze werknemers. Deze competenties vormen de rode draad in ons integraal personeelsbeleid (zie hoofdstuk 4). De beleidsterreinen en de competenties zijn logisch gekoppeld (zie schema) en afgeleid van de zeven bekwaamheidseisen in de wet Bio. Onze beleidsterreinen (kwaliteitszorg)
Onze competenties (integraal personeelsbeleid)
Afgeleid van de Wet BIO
Kwaliteitszorg
Gerichtheid op kwaliteit
Competent in reflectie en ontwikkeling (7)
Leerstofaanbod
Vakmatige beheersing
Vakinhoudelijk competent (3)
Leertijd
Gebruik leertijd
Organisatorisch competent (4)
Pedagogisch klimaat
Pedagogisch handelen
Pedagogisch competent (2)
& Toetsinstrumenten
Interpersoonlijk competent (1) Didactisch handelen
Didactisch handelen
Didactisch en vakinhoudelijk competent (3) Organisatorisch competent (4)
Schoolklimaat
Interpersoonlijk competent (1)
Zorg en begeleiding
Zorg voor leerlingen
Opbrengsten
Opbrengstgerichtheid
Professionalisering
Professionele instelling
Competent in samenwerken (collegae) (5)
Integraal Personeelsbeleid
Competent in reflectie en ontwikkeling (7)
Interne communicatie
Communicatie
Competent in samenwerken (collegae) (5)
Externe contacten
Communicatie
Competent in samenwerken (omgeving) (6)
Contacten met ouders
Communicatie
Competent in samenwerken (omgeving) (6)
ICT
Omgang met ICT
Vakinhoudelijk competent (3)
Levensbeschouwelijke identiteit
Handelen vanuit identiteit
Taalbeleid
In het schoolplan zijn hoofdstukken opgenomen (zie inhoudsopgave) die nader ingaan op de doelen die we stellen ten aanzien van de genoemde beleidsterreinen. In hoofdstuk 4, Integraal Personeelsbeleid, gaan we nader in op de rol en de functie van de onderscheiden competenties.
4
Hoofdstuk 1 1.1.
Inleiding
Doelen en functie van het schoolplan
Dit beleidsplan van Zeehonk geeft de voorgestelde schoolontwikkeling voor de periode 2007-2011 weer. Hierin beschrijven we onze kwaliteit, missie en visie. We vinden dat een schoolplan steeds in ontwikkeling moet zijn. We willen deze versie dan ook niet als definitief beschouwen. Het doel is : het plan moet door alle personeelsleden gedragen worden; het plan moet leesbaar zijn; elk schooljaar een jaarplan opstellen, op grond van dit plan; jaarlijks evalueren of de gestelde doelen zijn gehaald; verantwoording afleggen aan alle betrokken partijen: inspectie, bestuur en ouders. We zien het schoolplan als een kwaliteitsdocument, waarin het beleid wordt geformuleerd en vastgesteld. Ons beleidsplan moet een onmisbaar document vormen in de school. 1.2. Procedures voor het opstellen en vaststellen van het schoolplan Het MT bereidt het schoolplan voor. Daarnaast worden teksten geschreven door de leerteams. Hoofdstukken over leerlingenzorg en ict worden geschreven door IB-ers en ICT-er. Alle teksten worden besproken in personeelsvergaderingen Het concept wordt gelezen door ouders en MR leden. Hun advies wordt verwerkt in de definitieve versie. De MR wordt om instemming gevraagd. Tenslotte wordt het schoolplan vastgesteld door de algemeen directeur, namens het bevoegd gezag. Het MT bestaat uit: Hermine Verburg Wim Schoneveld Ineke Duivenvoorden Kitty Lindhout Leerteams 1.3. Verwijzingen en bronnen In dit schoolplan wordt verwezen naar: de schoolgids van Zeehonk; het personeelsbeleidsplan van het bevoegd gezag van de school; Stichtingsbeleidsplan Stichting Duin- en Bollenstreek PCPO; Identiteitsnotitie Stichting Duin- en Bollenstreek PCPO juni 2006; ABC-mappen van Zeehonk: specifieke documenten. Deze zijn aanwezig op school. Dit zijn o.a het veiligheidsplan, ICT-plan, zorgplan,cultureel erfgoed / cultuureducatie-beleid, techniekbeleidsplan e.d.; jaarplannen en evaluatie van jaarplannen. Bij het maken van dit schoolplan zijn de volgende bronnen gebruikt: kwaliteitskaarten van Werken Met Kwaliteit: Cees Bos; inspectierapport: Periodiek Kwaliteitsonderzoek (april 2007); oudertevredenheidspeiling juni 2008; trendanalyses van de schoolopbrengsten. 1.4 Status van het plan. Door ziekte van de directeur heeft het schrijven van dit schoolplan vertraging opgelopen. Er is uitstel voor dit schoolplan aangevraagd. In schooljaar 2008-2009 zal dit plan worden vastgesteld.
5
Hoofdstuk 2 Schoolbeschrijving
Basisschool Zeehonk Julianastraat 11 2202 KB Noordwijk Tel.: 071-3615098 Fax.: 071-3514792 E-mail:
[email protected]
2.1
Kenmerken school Basisschool Zeehonk behoort sinds 1-1-2003 tot het bestuur van PCPO D&B. De Stichting voor Protestants Primair Onderwijs in de Duin en Bollenstreek omvat 10 scholen. Het bestuur van de stichting heeft een bestuurskantoor in Voorhout. Het bevoegd gezag bestuurt op hoofdlijnen. De bestuursdirecteur is verantwoordelijk voor de dagelijkse leiding.
De schoolgegevens, zoals adresgegevens, personeelssamenstelling en gegevens van het bestuurskantoor, worden vermeld in onze schoolgids. Situering van de school in de wijk Zeehonk is een school in Noordwijk aan Zee, met ca. 200 leerlingen. In 1978 kwam er in de Julianastraat, op de plaats waar tot dan toe een opslagplaats van badhokjes en strandstoelen was, een nieuw gebouw. Toen nog herbergde dit gebouw twee schooltypen. Een kleuterschool, voorheen de ‘Lichtbak’ en een lagere school: voorheen de Duinoordschool. Vanaf de ingebruikneming van het nieuwe gebouw werd door beide scholen intensief samengewerkt. De naam Zeehonk werd door de voorzitter van het bestuur van destijds bedacht: het eerste gedeelte van de naam verwijst naar de ligging van de school. Het tweede gedeelte (de letterlijke betekenis is vrijplaats) drukt uit wat de school voor de leerlingen wil zijn: een veilige plaats waarin zij vanuit een gevoel van geborgenheid tot ontplooiing kunnen komen. Van grote invloed in de geschiedenis van Zeehonk is de brand van 29 december 2000 geweest. Een groot gedeelte van het gebouw is toen verbrand. Tijdelijk is Zeehonk in andere panden ondergebracht waaronder in 2002 in een oud pand aan de Duinweg. In het schooljaar 2003- 2004 zijn we weer teruggekeerd op ons honk in de Julianastraat.
2.2 Kenmerken directie en leraren Sinds september 2002 heeft Zeehonk een vrouwelijke directeur. Het MT bestaat uit de directeur, de adjunctdirecteur en twee IB-ers. De adjunct-directeur is tevens ICT-er. Het MT komt wekelijks bij elkaar voor overleg. De IB-ers zijn beide gediplomeerd IB-er en master. Zij zijn allebei een dag in de week ambulant. Zeehonk heeft in totaal 21 personeelsleden. In onderstaand schema is de leeftijdsopbouw weergegeven. Zeehonk heeft 15 leerkrachten, waarvan 2 vakleerkrachten gymnastiek. De adjunct en een IB-er zijn ook groepsleerkracht. Van deze 15 leerkrachten werken er 11 parttime en 4 in voltijd. Zeehonk heeft 2 onderhoudsmedewerkers, een onderwijsassistente en een secretaresse. Dit zijn parttime functies. Het team van Zeehonk is gespecialiseerd in BAS. Daarnaast zijn zij vaardig in de omgang met ACTIVEBoards. Naast teamscholing volgen individuele leerkrachten ook scholing. Zo heeft Zeehonk twee gedragsspecialisten. Het ziekteverzuim wordt geregistreerd door Commit/Achmea Vitale. Deze cijfers worden jaarlijks met het team besproken. Voor kalenderjaar 2007 bedroeg het ziekteverzuimpercentage: 5,6%.
6
Per (1-8-08)
MT
OP
OOP
Ouder dan 50 jaar
2
7
2
Tussen 40 en 50 jaar
2
2
1
Tussen 30 en 40 jaar
1
1
Tussen 20 en 30 jaar
3
Jonger dan 20 jaar 4
Totaal
13
4
2.3 Kenmerken leerlingen Zeehonk heeft voornamelijk leerlingen met een leerling-gewicht van 1.00. Leerlingen met hogere gewichten komen sporadisch voor. Het aantal leerlingen met een speciale onderwijsbehoefte neemt toe. Zeehonk heeft op dit moment 6 leerlingen met een leerling gebonden financiering. De CITO-eindscores van de afgelopen 5 jaar worden vermeld in onze schoolgids. Jaar
Totaal
1,00
1,25
1-10-2003
176
1-10-2004
1,70
1,90
Weging %
10
6
8,3%
191
9
7
7,7%
1-10-2005
189
8
5
6,4%
1-10-2006
192
7
5
5,8%
Gew. 0
Gew. 0.3
Gew. 1,2
1-8-2006
4-jarigen
24
-
1
1-8-2006
5-jarigen
20
3
1
Ons aannamebeleid wordt uitgebreid beschreven in onze schoolgids (vanaf pagina 5).
2.4 Kenmerken ouders en omgeving Uit de oudertevredenheidspeiling van juni 2008 blijkt dat 61 % van de ouders het belangrijk vindt dat de school dichtbij hun huis staat. 43 % geeft aan Zeehonk gekozen te hebben vanwege het Protestants Christelijke karakter. 62 % kiest voor Zeehonk omdat we goede resultaten behalen. 83% geeft aan dat de zorg en aandacht voor de kinderen voor ouders het belangrijkste motief is om voor Zeehonk te kiezen. Onze leerlingen komen vooral uit de wijk: kern Zee. Daarnaast zien we dat steeds meer leerlingen uit Noordwijk Binnen op onze school worden ingeschreven. Opvallend is overigens dat Zeehonk leerlingen krijgt uit 6 wijken in Noordwijk. Ongeveer 10% van de ouders is werkzaam in de horeca of toerisme. De meeste ouders hebben een middelbare beroepsopleiding of hoger. De landelijke trend, dat beide ouders geheel dan wel gedeeltelijk aan het arbeidsproces deelnemen, is ook hier merkbaar. Gemiddeld maken zo’n 60 leerlingen per dag gebruik van de tussenschoolse opvang. Bijna de helft van onze kleuters komt van peuterspeelzaal Harlekijntje.
7
2.5
Prognoses, interne ontwikkelingen
2.5.1 met betrekking tot de school De komende jaren gaan alle methodes vervangen worden. We gaan ons verder voorbereiden via Bas op passend onderwijs, waarbij de individuele onderwijsbehoeften van kinderen, zoals waargenomen door de leerkracht bepalend zijn voor het onderwijs dat wordt gegeven. Het gebouw voldoet niet aan de eis van voor en naschoolse opvang. De tussenschoolse opvang groeit sterk. Ook voor dit probleem zal een oplossing gevonden moeten worden. 2.5.2 met betrekking tot leerlingen In de prognoses voor Zeehonk wordt een daling van de leerlingenaantallen verwacht. In de afgelopen jaren zijn de leerlingenaantallen echter gegroeid. Voor de komende jaren verwachten we echter een stabiel leerlingenaantal van rond de 200 leerlingen te hebben. Dit betekent een blijvende aandacht voor profilering. We zien een toename van gedragsproblematiek bij leerlingen, daarnaast zullen we een toename van leerlingen krijgen met specifieke onderwijsbehoeften.
Prognoses leerlingenaantallen 2007/2012 1-102006
1-102007
1-102008
1-102009
1-102010
1-102011
1-102012
Zeehonk
204
199 (212)
200 (207)
191
188
184
168
PCPOD&B
2.483
2.449
2.412
2.349
2.315
2.274
2.240
2.5.3 met betrekking tot personeel Zeehonk heeft een grote groep leerkrachten boven de 50 jaar. Leerkrachten die al 25 jaar of langer op deze school werken en specialist zijn voor een bepaalde groep. Op grond van analyses van de verzuimrapportages loopt Zeehonk hier het risico van een hoger ziekteverzuimcijfer. Daarnaast heeft Zeehonk drie jonge vrouwelijke collega’s en een mannelijke collega. Ondanks alle ervaring van het team is de mobiliteit gering. Dit komt met name door de beperkte inzetbaarheid . Een leerkracht is beperkt inzetbaar als: een leerkracht zo’n specifieke taak heeft ( bijv. directielid, IB-er, vakleerkracht) en niet als groepsleerkracht mag/kan/wil functioneren; een collega aangeeft niet in een andere bouw/ groep te kunnen werken. Conclusies Er zijn verhoudingsgewijs te weinig mannen op Zeehonk, maar dit beeld klopt wel, gezien de maatschappelijke ontwikkeling: onderwijs is steeds meer een vrouwenberoep. Het aantal jonge leerkrachten is nog gering en het aantal oudere leerkrachten is groot. De groep beperkt inzetbaar is groot. Mobiliteit is zeer gering. Bij de aanname van nieuw personeel zal hiermee rekening gehouden worden. Zeehonk heeft een ouderenbeleid en een beginnende leerkrachtenbeleid. Tevens hebben deze conclusies gevolgen voor het (preventief) ziekteverzuimbeleid.
8
2.6 Externe ontwikkelingen Ons beleid zal in de jaarplannen zeker ook ingaan op maatschappelijke trends. Onze beleidsvoornemens worden mede bepaald door actuele ontwikkelingen in de maatschappij, maar ook door het stichtingsbeleidsplan. -
-
Zo zullen we gericht aandacht gaan schenken aan duurzame schoolontwikkeling. Het regeringsbeleid zal ons schoolbeleid beïnvloeden. Het zal sterk de kwaliteit van het onderwijs en de kwaliteitszorg bewaken. Ontwikkelingen op het gebied van brede school en dagarrangementen, waarbij de school een centrale schakel is in een keten van voorzieningen voor alle kinderen van 0 tot 12 jaar, zullen gevolgen voor Zeehonk hebben. De nadruk op veiligheid,zowel van de fysieke veiligheid als de sociaal -emotionele veiligheid zal zijn weerslag hebben. Hierin past ook de ontwikkeling van passend onderwijs. De versterking van de beroepsgroep (leerkracht), de dreigende tekorten in het onderwijs. De eis tot innovatie van het onderwijs. De hogere eisen van ouders, die meer mondiger, kritischer naar het onderwijs kijken. De nadruk op informatietechnologie. De toenemende secularisatie in relatie tot de plaats van ons PC onderwijs in de samenleving. Een groeiende multiculturele samenleving. Lokaal beleid van de gemeente.
Zeehonk ziet de bovengenoemde punten als kansen en zal er vanuit haar visie op inspelen. We zullen echter ook duidelijk onze keuzes moeten maken en grenzen aangeven.
9
Hoofdstuk 3
Het onderwijskundig beleid
3.1.1 De missie van de school Een veilige plaats waar leerlingen vanuit een gevoel van geborgenheid zich kunnen ontplooien tot zelfstandig positief kritisch denkende mensen.
3.1.2 Kernwaarden “ Zeehonk een veilige basis.” Veiligheid is een maatschappelijk gezien zeer belangrijk aandachtspunt. In 2003 heeft Zeehonk ‘ een veilige basis’ als motto gekozen. Samen zijn we verantwoordelijk voor het schoolklimaat waarin leren wordt beschouwd als een vanzelfsprekende en plezierige activiteit, met als doel het steeds zelfstandiger worden van kinderen. Om onze missie te kunnen halen is veiligheid een voorwaarde. Op Zeehonk moet iedereen zich zowel fysiek als psychisch veilig voelen. Onze kernwaarden zijn: zelfstandigheid; veiligheid; samenwerkend leren; afstemmen op behoeften van leerlingen, omgaan met verschillen;. ouders als partner; christelijke waarden en normen.
3.1.3 Streefbeelden Op onze school is sprake van onderwijs op maat. Op onze school komen we tegemoet aan onderwijsbehoeften van leerlingen. Onze school is een veilige school. Op onze school zijn de opbrengsten belangrijk, maar het welbevinden van leerlingen, ouders leerkrachten is nog belangrijker. Op onze school wordt gewerkt met niveaugroepen( 3 per leergebied). Op onze school werken we in een doorgaande lijn via dagtaken naar een weektaak in groep 8. Op onze school werken kinderen samen, binnen de groep, maar ook daarbuiten.(Tutorlezen). Op onze school worden handelingsplannen in de klas uitgevoerd en soms daarbuiten. Op onze school wordt gestructureerd aandacht geschonken aan de sociaal-emotionele ontwikkeling deze wordt gevolgd ( OVM). Op onze school is ICT in het onderwijs geïntegreerd. Op onze school worden initiatieven gewaardeerd. Het christelijke karakter van onze school is te zien in de praktijk van elke dag. Daarnaast blijkt het christelijke karakter van onze school uit zaken die direct verband houden met christelijke geloofstraditie. Onze school is een relatiegerichte school. Wij geven ouders de juiste informatie, we investeren in sociale relatie met ouders. Wij zien ouders als partner.
3.1.4 Missiebeleid Missie, motto en kernwaarden worden 1x per 4 jaar vastgesteld. Onze missie is opgenomen in de schoolgids. Het motto staat op al onze communicatiemiddelen.
10
en
en
de de
3.2.
De visies van de school
3.2.1. Algemeen Zeehonk profileert zich als een Basschool: Bouwen aan een Adaptieve School. Dit houdt in dat zelfstandig werken en samenwerkend leren voorop staan. Verschillen tussen leerlingen worden als vanzelfsprekend gezien. Wij vinden het van belang dat ook kinderen die minder makkelijk leren, of zij die juist meer dan gemiddeld begaafd zijn, zich thuis voelen op onze school en zich zo optimaal mogelijk ontwikkelen. Naast alle individuele verschillen vinden wij dat het kind ook in groepsverband moet kunnen functioneren. Dit betekent het accepteren en waarderen van de ander. Daarom wordt er gewerkt met methoden en /of onderwijsleermiddelen die rekening houden met de verschillen tussen onze leerlingen en die ook zelfstandig en samenwerkend leren mogelijk maken. Wij gaan uit van hoge verwachtingen ten aanzien van de prestaties en de mogelijkheden van leerlingen. Met behulp van het leerlingvolgsysteem worden de ontwikkelingen van individuele leerlingen nauwlettend gevolgd om zorg op maat te geven, want leerlingen en ouders hebben recht op een professionele begeleiding. Zeehonk wil bereiken dat ieder kind via een ononderbroken leer- en ontwikkelingsproces, die kennis en vaardigheden kan verwerven, die het nodig heeft om een zelfstandig, sociaal en kritisch denkend mens te worden in een multiculturele samenleving. Dit gaat het beste in een omgeving waar de leerlingen zich thuis voelen. We zetten ons in op het versterken en verbeteren van het klassen- en schoolklimaat. De in gebruik zijnde onderwijsleerpakketten waarborgen het bovengenoemde leerproces en de wettelijke plicht om aan de kerndoelen te voldoen. Zeehonk is een actieve, laagdrempelige school, waar vieringen erg belangrijk zijn.
3.2.1.1 Levensbeschouwelijke Identiteit Zeehonk is een protestants-christelijke school., waar ieders culturele en/of levensbeschouwelijke achtergrond wordt gerespecteerd. Het Christelijke karakter van onze school moet te zien zijn in de praktijk van elke dag. Dit betekent dat de bijbel de inspiratiebron is voor ons handelen. We willen de kinderen graag vertrouwd maken met deze inspiratiebron. Daarom worden op onze scholen verhalen uit de bijbel verteld. Wij zingen samen en vieren met elkaar de Christelijke feestdagen. In de omgang met elkaar en met de kinderen willen wij dit uit te dragen
3.2.1.2 Leren In hoofdstuk 9 van onze schoolgids wordt beschreven wat kinderen op onze school leren. In de OB tot en met groep 3 wordt zoveel mogelijk thematisch gewerkt. We leren leerlingen zelfstandig werken en plannen. Daarnaast ook leren samenwerken en omgaan met uitgestelde aandacht. We willen met ons onderwijs voldoen aan de 58 kerndoelen. We vinden het van belang dat we werken met methodes die aan deze kerndoelen voldoen. Binnen onze financiële en implementatiemogelijkheden gaan we vanaf schooljaar 2008-2009 methodes vervangen.
3.2.1.3 Lesgeven (pedagogisch-didactisch handelen) Het lesgeven is de kern van ons werk. We onderscheiden pedagogisch en didactisch handelen, hoewel beide facetten van ons werk feitelijk onscheidbaar zijn. Van belang daarbij is: oog hebben voor het individu, een open houding, wederzijds respect en een goede relatie waarin het kind zich gekend weet. Belangrijke pedagogische noties zijn: zelfstandigheid, eigen verantwoordelijkheid, kritische zin, reflecterend vermogen en samenwerking.
11
Gelet op de didactiek vinden we de volgende zaken van groot belang: onderwijs op maat geven: differentiëren; gevarieerde werkvormen hanteren (variatie = motiverend); een kwaliteitsvolle instructie(effectieve instructie model) verzorgen; kinderen zelfstandig (samen) laten werken. In de map ’werken met kwaliteitskaarten’ zijn de indicatoren te vinden die wij belangrijk vinden. Ook zijn er afspraken te vinden in de Basmap. 1x in de 4 jaar wordt aan de hand van een kijkwijzer door de directeur bij een klassenbezoek gekeken naar het pedagogisch klimaat, ook 1x in de 4 jaar wordt dit gedaan aan de hand van de kijkwijzer effectieve instructie. Elk jaar wordt er een klassenbezoek gedaan door de IB-ers aan de hand van de kijkwijzer ”bas-afspraken”.
3.2.1.4 Adaptief onderwijs Zeehonk is al sinds schooljaar 1997-1998 een Basschool: Bouwen aan een adaptieve school. En we zijn nog lang niet uitgebouwd. Wij gaan uit van verschillen, accepteren ze en laten leerlingen op eigen niveau ontwikkelen. Daarbij zij opgemerkt dat de school alles in het werk zal stellen om de ontstane verschillen beheersbaar te houden. We gaan uit van minimaal drie niveaugroepen per leergebied. Met uitzondering van de leerlingen met een eigen leerlijn bieden we alle leerlingen basisstof aan en daarbij herhaling- en verrijkingsstof. -
We gaan uit van het leerstofjaarklassensysteem. Wij differentiëren bij de instructie. Wij differentiëren bij de verwerking. Wij differentiëren naar tempo. Wij differentiëren naar belangstelling.
3.2.1.5 Omgaan met verschillen Dit onderdeel, ook wel zorg en begeleiding genoemd vinden we erg belangrijk. Daarom beschrijven we uitgebreid hoe wij hier mee omgaan in onze schoolgids in hoofdstuk 10: ”Omgaan met verschillen”, in hoofdstuk 3: “De inzet van personeel” en in hoofdstuk 7: “Schoolresultaten”. Onze doelen zijn: het zo vroeg mogelijk signaleren van bijzonderheden van kinderen of hun omgeving; de continuïteit van gemaakte afspraken op leerkracht, leerling-,groeps- en schoolniveau waarborgen; de leerlingen op groepsniveau bespreken, maar ook zaken als klassenmanagement, differentiëren, interpreteren van toetsgegevens enz. bespreken. De IB-er speelt hierin een grote rol. Voorlopig is Intern Begeleider op Zeehonk een taak. Voor een taakomschrijving zie ook ABC-map: functie en taakomschrijvingen. Taken IB-er De IB–er draagt zorg voor toetsrooster, en de bereikbaarheid van toetsinstrumenten. Zij zorgt ervoor dat elke leerkracht een eigen toetsmap met handleiding, scoreformulieren e.d. heeft. Het verwerken van de resultaten wordt zoveel mogelijk door de eigen leerkracht gedaan. Rol van IB-er IB-er als collegiale consulent: Hulp bieden aan collega’s op didactisch of pedagogisch gebied. Dus het even aanschieten van een IB-er in de wandelgangen, maar voor uitgebreide vragen, wordt er een afspraak gemaakt.
12
-
-
IB-er als coach: 2 keer per jaar voert de IB –er groepsbesprekingen met de groepsleerkracht. Hierbij worden alle Cito-toetsen en methodegebonden toetsen geanalyseerd. Handelingsplannen door de groepsleerkracht gemaakt worden geëvalueerd en bijgesteld. IB-er: als kenniscoördinator: draagt zorg voor het onderwijskundig beleid, de doorgaande lijn, is lid van het managementteam.
Wij volgen de vorderingen van leerlingen op drie manieren namelijk: met methodegebonden toetsen; met methodeonafhankelijke toetsen m.b.v. het CITO-leerlingvolgsysteem; via observaties. Gegevens van leerlingen worden vastgelegd in leerlingendossiers. Jaarlijks wordt een zorgplan opgesteld. Hier verwijzen we naar de map: WSNS. Jaarlijks evalueren wij de opbrengsten, wat weer gevolgen kan hebben voor ons jaarplan.
3.2.1.6 Beroepshouding De kwaliteit van ons onderwijs staat en valt bij de persoon voor de groep. We verwachten dat leerkrachten op Zeehonk professionals zijn met de volgende competenties: werken vanuit de missie van de school; werken vanuit de visie van de school; goede pedagogische en didactische vaardigheden hebben; kunnen omgaan met verschillen ( binnen de groep, het team, de school); in teamverband kunnen samen werken; goede sociale vaardigheden hebben; zich verantwoordelijk voelen voor de hele organisatie; respect hebben voor religies en culturen van anderen; openstaan voor veranderingen en vernieuwingen: durven te experimenteren; willen blijven werken aan verbetering van eigen professionaliteit; stressbestendig zijn; zich houden aan afspraken; problemen bespreekbaar durven en kunnen maken. 3.2.1.7 Leiderschap Onze school wordt geleid door de directeur en de adjunct-directeur, die daarbij ondersteund worden door de intern begeleiders (MT). Kernwoorden bij het leiding geven zijn: organiseren, faciliteren, stimuleren en ontwikkelen. Het is van belang, dat alles op rolletjes loopt, dat de leraren voldoende tijd en middelen hebben om hun werk goed te doen en dat de medewerkers zichzelf verbeteren. Leiden zien we dan ook als (laten) opleiden: de directie is primair verantwoordelijk voor de opleiding van de medewerkers. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen beginnende en meer ervaren leraren (die een rol kunnen spelen in de begeleiding). De directie en/of MT bereidt beleid voor, dat wordt voorgelegd aan het team. Om draagvlak te creëren worden beleidsvoorstellen ter discussie gesteld en vervolgens wordt een besluit genomen over het te voeren beleid. Ook een leerteam kan met een beleidsvoorstel komen. Wel is het zo, dat de directie, gehoord hebbende het team, besluiten neemt. 3.2.2.
Specifiek
3.2.2.1 Onderwijskundig concept Zeehonk is een Basschool, maar wel op een Zeehonkmanier. Alle afspraken die we maken verzamelen we in de Basmap. We zoeken naar een goede balans tussen de aandacht voor de cognitieve ontwikkeling en de sociaal/emotionele ontwikkeling van de kinderen. In de groepen 1 en 2 wordt er zoveel mogelijk in thema’s gewerkt. Vanaf groep 3 wordt op onze school klassikaal gewekt, maar zelfstandig werken en samenwerkend leren wordt steeds belangrijker. Klassikaal werken bij ons op school wil zeggen, dat kinderen van ongeveer gelijke leeftijd in een jaargroep geplaatst zijn. Er wordt gewerkt met het BHV-model (Basisstof, Herhalingsstof, Verrijkingsstof).
13
We streven ernaar om het onderwijs zo effectief mogelijk te laten verlopen. De leertijd wordt effectief besteed. We werken volgens het effectieve instructiemodel. Dit geldt voor zowel de klassikale instructie als de instructie aan de instructietafel. Belangrijke thema’s waar we aan werken zijn: groepsvorming, samenwerkend leren en zelfstandig werken. Het thema groepsvorming waar we elk schooljaar mee starten,helpt mee aan het creëren van een hechte samenhangende groep. Ook wordt samen het omgangscontract opgesteld. Samenwerkend leren (onderdeel van actief burgerschap) komt tot uiting bij het tutorlezen maar ook in de groep. Leerlingen zitten zoveel mogelijk in groepen, waardoor samenwerken wordt vergemakkelijkt. We bevorderen een zelfstandige leerhouding door leerlingen meer verantwoordelijkheid te geven over hun eigen werk. Begeleiding van de zelfstandigheid en de motivatie: zelf kiezen, zelf sturen gekoppeld aan taakbewustheid (kinderen laten werken naar vermogen) is hierbij van belang. We laten leerlingen een planning maken van taken die ze binnen een bepaalde tijd af moeten hebben. Er is keuzevrijheid wat betreft de volgorde waarin zij dit doen, maar de stof moet binnen die tijd af zijn. De leerkracht differentieert en bepaalt de stof. De leerkracht treedt bij dit geheel sturend en begeleidend op. In de lagere groepen gebeurt zo’n planning met een klokblad waarop de leerlingen aangeven hoelang ze met iets bezig zijn. Uiteindelijk moet dit in groep 8 leiden tot het zelfstandig plannen van een weektaak en een tweewekelijkse taak. Een kind leert om te gaan met uitgestelde aandacht. Wat moet ik doen als ik een probleem heb? Dit geeft de leerkracht de mogelijkheid om aan de instructietafel leerlingen te begeleiden. Leerlingen die dat nodig hebben krijgen extra aandacht. Deze extra hulp wordt zoveel mogelijk gegeven in de klas door de eigen leerkracht. Voorde visuele ondersteuning gebruiken we een planbord en stoplicht. Overige kernpunten van ons onderwijs zijn: motiveren voor de leertaak: daar waar relevant aansluiten bij de leef- en belevingswereld van de leerlingen; het leren van de leerlingen staat centraal; de leerkrachten hebben hoge verwachtingen van de leerlingen en laten dat merken; leerkrachten zorgen voor een ordelijk en gestructureerd klimaat dat geschikt is voor leren en onderwijzen; de vooruitgang van de leerlingen wordt systematisch geëvalueerd (CITO-LVS) de communicatie (interactie) tussen de leerkracht en de leerlingen en de leerlingen onderling verloopt geordend; zorgen voor afwisselende werkvormen (variatie)Stimuleren van eigen initiatief en creativiteit: leerlingen (geleid) zelf zaken laten ontdekken; een plezierig pedagogisch klimaat waarin kernwoorden als regels, acceptatie, respect, discipline, stimuleren en uitdagen van belang zijn.
3.3
Levensbeschouwelijke identiteit
Visie Zeehonk onderschrijft de identiteitsnotitie van het PCPO D&B. In 2005 hebben we met behulp van de kaart: “Levensbeschouwelijke identiteit”, in het kader van kwaliteitszorg ons godsdienstonderwijs geanalyseerd. Zie map: ‘Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten.‘ Hierin staan ook onze verbeterpunten. De godsdienstcommissie heeft vervolgens een inventarisatie gemaakt van de huidige wijze van godsdienstles. Inmiddels werkt Zeehonk met een leerteam: godsdienst en identiteit.(zie ABC-map: Godsdienst en identiteit)
14
Afspraken In de schoolgids wordt per groep beschreven wat er op het gebied van godsdienst wordt behandeld. Wekelijks worden Bijbelverhalen verteld. Welke verhalen dit zijn, is voor elke groep vastgelegd. De dag wordt begonnen en gesloten met een gebed of lied. Er is een godsdienstbibliotheek. 1x per jaar is er een kinderdienst, i.s.m. de protestante kerk en basisschool Wakersduin, waarbij alle familieleden uitgenodigd worden. We vieren de Christelijke feestdagen. In de hoogste groepen maken de leerlingen in de geschiedenislessen ook kennis met andere godsdiensten, zoals het Jodendom, de Islam, het Hindoeïsme en het Boeddhisme. Samen met de Prot. Kerken, de jeugdclubs en de twee andere P.C.-scholen in Noordwijk,doen we mee aan het door kerk en school bepaalde goede doel. We ondersteunen financieel de organisaties Plan Nederland en Edukans. Hier wordt in de groepen wekelijks voor gespaard. Beoordeling Identiteit is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt identiteit met behulp van WMK PO geanalyseerd. (zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 1) Daarnaast wordt door het vormen van een leerteam de voortgang gewaarborgd. De keuze voor een leerteam is opgenomen in ons schooltakenbeleid. Minimaal twee keer per jaar wordt identiteit en godsdienst besproken in een personeelsvergadering.
3.4
Leerstofaanbod en toetsinstrumenten
Inleiding Op onze school gebruiken we eigentijdse methodes die voldoen aan de kerndoelen. De methodes worden bij de hoofdvakken integraal gebruikt door de leraren. Voor de toetsing van de leerstof maken we gebruik van methodeonafhankelijke en methodegebonden toetsen. Ten aanzien van leerstofaanbod hebben we de volgende afspraken opgesteld (op een kwaliteitskaart): onze methodes voldoen aan de kerndoelen (zie overzicht); we gebruiken voor Taal en Rekenen methodegebonden toetsen (zie overzicht); het leerstofaanbod vertoont een doorgaande lijn; het leerstofaanbod komt tegemoet aan relevante verschillen; het leerstofaanbod voorziet in de ondersteuning van de sociaal-emotionele ontwikkeling; de school besteedt aandacht aan actief (goed) burgerschap; het leerstofaanbod voorziet in het gebruik leren maken van ICT; het leerstofaanbod voorziet in aandacht voor intercultureel onderwijs; het leerstofaanbod bereidt leerlingen voor op het vervolgonderwijs. Beoordeling Leerstofaanbod en toetsinstrumenten is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd.( zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 2) In 2007 hebben we ons leerstofaanbod geanalyseerd.
Verbeterpunten per schooljaar wordt een keuze gemaakt voor een nieuwe methode en wordt een nieuwe methode geïmplementeerd; prioriteit hebben taal, technisch lezen, begrijpend lezen en rekenen; de leerling meer centraal stellen, minder de methode.
15
Vak
Methodes
Toetsinstrumenten
Lezen
- Veilig leren Lezen (nieuwste versie 2006)
* VLL toetsen * CITO begrijpend lezen
- Tekst verwerken, voortgezet technisch lezen, groep 4 t/m 6
* Leestechniek en Leestempo * AVI / DMT
- Tekst verwerken van begrijpend naar studerend lezen groep 4 t/m 8
* Protocol Dyslexie en leesproblemen * ELLOvragen * ELLOtekst * Letterkennis grafemen, fonemen * Auditieve analyse en synthese. * CITOleestempo
Taal
- Zin in taal
* Methodegebonden toetsen
- Kinderklanken
* CITO taaltoets * CITO begrippentoets * Entreetoets( 6 en 7) * CITOwoordenschat * Eigen toets: woordenrij
Spelling
- Zin in taal
* Methodegebonden toetsen * CITO spelling * pi dictee
Rekenen
- De wereld in getallen
* Methodegebonden toetsen * CITO rekenen * CITO ruimte en tijd * CITO ordenen * Entreetoets (6 en 7)
Schrijven
- Pennenstreken
Geschiedenis
- Wijzer door de tijd
* Methodegebonden toetsen
Aardrijkskunde
- Wijzer door de Wereld
* Methodegebonden toetsen
Biologie/techniek
- Leefwereld /techniekkaarten
* Methodegebonden toetsen
Muziek
- Muziek voor het Basisonderwijs
Verkeer
- Klaar-over
* Methodegebonden toetsen
Sociaal-emotionele ontwikkeling
- Leefstijl
* OntwikkelingsVolgModel
Tekenen/handvaardigheid
- Uit de Kunst
Engels
- Junior
Drama
- Moet je doen
* Eigen toets: woordenrij
16
Schema Overzicht m.b.t. methodevervanging Zeehonk 2007-2011 Vak
Methodes
Technisch lezen
Veilig leren lezen
Taal
Zin in taal
Voortgezet technisch lezen / begrijpend lezen
Tekstverwerken
Rekenen
Wereld in getallen
2007
2009
2010
2011
X X X X
Wereldoriëntatie
3.5
2008
X
Taalbeleid
Inleiding Taal is het gereedschap om te communiceren en kennis over te dragen. Als zodanig dienen alle aspecten een fundamentele rol te spelen in het onderwijsaanbod van onze school. In 2008 hebben we met de vernieuwde versie van WMKPO ons taal-leesaanbod geanalyseerd. Zeehonk is sterk gericht op de taal-leesontwikkeling van leerlingen. In de groepen 1 en 2 wordt veel aandacht besteed aan geletterdheid, mondelinge taalvaardigheid en woordenschatonderwijs. In de groepen 1, 2 en 3 wordt gebruik gemaakt van de methode "Kinderklanken", die de kinderen voorbereidt op het taalonderwijs, d.m.v. kringgesprekken, spelletjes, speelleermateriaal, prentenboeken enz. Drie keer per week staat tutorlezen op het rooster. De afspraken staan in de map draaiboeken. Elk jaar wordt een bedrag begroot ter vervanging en aanvulling van de leesboeken. In groep 3 wordt de methode “Veilig leren lezen” gebruikt. (nieuwe versie 2006/2007). We hebben nu methodes die voldoen aan de kerndoelen. Toch zijn we op zoek naar methodes die beter aansluiten bij onze manier van werken en recht doen aan de nieuwste onderzoeksresultaten en de doorgaande lijn waarborgen. In groep 4 t/m 8 wordt de methode “Zin in taal” m.i.v. het schooljaar 2008/2009 vervangen door andere taalmethode. Deze nieuwe methode moet een goede aansluiting zijn op adaptief onderwijs, zelfstandig werken en samenwerkend leren. Ook gaan we in deze periode ons oriënteren op een methode voor technisch / begrijpend lezen. We werken op Zeehonk met het protocol “Lezen en Dyslexie” om zodoende de specifieke begeleiding van leerlingen met taal/leesproblematiek te kunnen waarborgen. Afspraken In het schooljaar 2008-2009 gaan we op zoek naar een goede aansluitende technisch lezen en begrijpend lezen methode. We maken een keuze voor een nieuwe taalmethode en we implementeren deze. In onze groepsjaarplannen wordt minimaal 30% van de lestijd ingeruimd voor taalactiviteiten. Beoordeling Taalbeleid is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd. (zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 3) In 2008 hebben we ons taalbeleid geanalyseerd.
17
Verbeterpunten Zeehonk beschikt over een taal -en leesspecialist . De leraren zetten software in ter vergroting van de woordenschat. De directie is gericht op de professionalisering van de leraren op het gebied van taal en lezen. De bovenbouw leraren beschikken over voldoende expertise op het gebied van taal en lezen. De school beschikt over trendanalyses met betrekking tot taal en lezen en zet deze in ter verbetering.
3.6
Sociaal-emotionele ontwikkeling
Inleiding Onderdeel van ons veiligheidsplan is de sociale veiligheid. We vinden het erg belangrijk dat iedereen zich ook sociaal gezien veilig voelt op Zeehonk. De belangstelling voor sociaal–emotionele vaardigheden is de laatste jaren sterk toegenomen. Zeehonk heeft een leerteam ”sociale veiligheid”. Hierin zitten onze gedragsspecialisten. Een van onze gedragspecialisten heeft voorstellen gedaan voor een orthotheek voor haar educational research. Inmiddels zijn deze boeken aangeschaft. Voor de leerlingen gebruiken wij de methode Leefstijl. Voor het optimaal functioneren van kinderen en het ontwikkelen van hun talenten zijn vaardigheden als zelfvertrouwen, doordachte beslissingen nemen, luisteren naar een ander, je gevoelens uiten, van je fouten leren, onmisbaar. Je moet eerst leren en ontdekken wie jezelf bent om goed te kunnen functioneren in de maatschappij (actief burgerschap). De koppeling van betekenisvolle ervaringen in het ‘echte leven’ koppelen aan onderwijs is een krachtig middel voor de sociaalemotionele ontwikkeling van kinderen. Ze ontwikkelen waarden als betrokkenheid en solidariteit, maar tegelijkertijd ontwikkelen ze hun zelfvertrouwen en een gevoel van competentie: het maakt verschil als ik er ben. Daarom doen we elk jaar mee aan een actie voor een Goed doel en ondersteunen we financieel Plan Nederland en Edukans. We leren leerlingen samenwerken, ook klassendoorbrekend bij het tutorlezen, bij de Paasviering en het eindfeest. Groep 8 krijgt de cursus Weerbare tieners aangeboden. Mentaal gaat het om zaken als houding en uitstraling, het stellen van grenzen, het herkennen van indirecte agressie en het ‘’nee’ kunnen zeggen. Deze cursus wordt afgesloten met een enquête over hun gevoel van veiligheid. Afspraken - Onze school besteedt structureel en systematisch aandacht aan Leefstijl (zie rooster en groepsjaarplan). - Onze school beschikt over een LVS voor sociaal-emotionele ontwikkeling: OVM. - Het rapport geeft waarderingen voor de sociaal-emotionele ontwikkeling. - De sociaal emotionele ontwikkeling komt aan bod tijdens de leerlingenbespreking. - We hebben een ’orthotheek voor gedrag ‘. Beoordeling: Sociaal-emotionele ontwikkeling is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd.( zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 4) Daarnaast wordt door het vormen van een leerteam de voortgang gewaarborgd. De keuze voor een leerteam is opgenomen in ons schooltakenbeleid. Minimaal twee keer per jaar wordt sociale veiligheid besproken in een personeelsvergadering. Verbeterpunt: Ondanks ons omgangscontract en de preventieve maatregelen die wij hanteren om pesten tegen te gaan, (pagina 16 schoolgids) geeft 24% van onze ouders aan dat er meer aandacht moet komen voor pestgedrag.
18
3.7
Actief burgerschap en internationalisering
Visie In hoofdstuk 4 van onze schoolgids gaan we uitgebreid in op onze visie. Voor ons als school zijn 3 woorden de leidraad: Identiteit, Participatie en Democratie. Hoe wij deze drie begrippen invullen staat ook in dit hoofdstuk. Beoordeling Actief burgerschap is onderdeel van kwaliteitszorg en wordt daarom 1x in de 4 jaar geëvalueerd.
3.8
Cultuureducatie
Visie In hoofdstuk 11 van onze schoolgids wordt onze visie en uitvoering rond cultuureducatie beschreven. Cultuureducatie heeft altijd al onze grote belangstelling gehad. Sinds schooljaar 2004-2005 ontvangen we hiervoor extra subsidie. Ook voor cultuureducatie hebben we een leerteam. In 2007 heeft een Lio-stagiaire op ons verzoek een scriptie geschreven over cultuureducatie op Zeehonk en met name het aspect cultureel erfgoed belicht. Vanaf schooljaar 2008-2009 hebben alle scholen in Noordwijk een vaststaand programma voor cultureel erfgoed. Zeehonk heeft op de invulling van dit programma een grote invloed gehad (zie ABCmap: cultuureducatie). Beoordeling Door het vormen van een leerteam wordt de voortgang gewaarborgd. De keuze voor een leerteam is opgenomen in ons schooltakenbeleid. Minimaal twee keer per jaar wordt cultuureducatie besproken in een personeelsvergadering. Verbeterpunten Media-educatie. De kennisoverdracht gericht op mediabekwaamheden. Scholing van een lid van het leerteam tot cultuurcoördinator.
3.9
Techniek
Sinds schooljaar 2006-2007 ontvangen we via VTB extra subsidie om techniek te verankeren in ons basisonderwijs. We hebben onze visie op techniek geformuleerd, een plan geschreven en geëxperimenteerd.( zie ABC-map: techniek) Ook voor techniek hebben we een leerteam geformeerd. Beoordeling Door middel van een auditgesprek met een vertegenwoordiger van platform Bèta techniek wordt de inzet van middelen beoordeeld. In 2008 heeft dit gesprek plaats gehad. Het definitieve rapport wordt met verbeterpunten in ons jaarplan opgenomen. Door het vormen van een leerteam wordt de voortgang gewaarborgd. De keuze voor een leerteam is opgenomen in ons schooltakenbeleid. Minimaal twee keer per jaar wordt techniek besproken in een personeelsvergadering. Verbeterpunt Techniek vermelden in de schoolgids. Scholing van een lid van het leerteam tot techniekcoördinator.
19
3.10
ICT
Inleiding De computer is een essentieel onderdeel geworden van ons dagelijks leven. Het is een belangrijk en vanzelfsprekend hulpmiddel bij ons onderwijs. Zeehonk beschikt over een ICT-beleidsplan dat parallel loopt aan dit schoolplan (Zie ABC-map: ICT). Het gebruik van ICT is een geïntegreerd onderdeel van ons onderwijs. Daarnaast gebruiken we de computer bij specifieke hulp bij leerachterstanden of leermoeilijkheden, zoals bij dyslexie, maar zeker ook voor onze betere leerlingen. Zeehonk heeft een ict-coördinator. In alle groepen maken we gebruik van digitale schoolborden, de zgn ACTIVEBoards. Bovendien zetten we de computer ook in voor interne en externe communicatie, administratieve organisatie en leerlingvolgsysteem. Afspraken Elke groep gebruikt de software bij de vakken op school. We maken gebruik van de webserver. We maken gebruik van een protocol voor veilig internetgebruik (pagina 15 schoolgids). Elke groep besteedt aandacht aan een ict-project per jaar. Tijdens de informatieavond leggen we ouders ons computergebruik uit. We beschikken over voldoende en adequate middelen. In het investeringsoverzicht worden financiën beschikbaar gesteld om computers te vervangen of uit te breiden. We hebben een actuele website met daarin het onderdeel webkrant. Regelmatig verschijnen hier teksten en foto’s van actuele gebeurtenissen per groep.
Beoordeling ICT is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt ICT met behulp van WMK PO geanalyseerd. (zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 6) ICT wordt minimaal 2x besproken tijdens personeelsvergaderingen De directeur en de ICT-coördinator voeren regelmatig overleg om de voortgang te bespreken. Verbeterpunten Een stapje verder weg van de papierberg: naast de papieren ABCmappen is er ook een digitale versie. Mededelingen, agenda’s e.d. worden verstuurd per mail. Naast de schrijfmethode leren we kinderen typen.
3.11
Leertijd
Inleiding Op onze school besteden we de leertijd effectief, omdat we beseffen dat leertijd een belangrijke factor is voor het leren van onze leerlingen. We proberen daarom verlies van leertijd te voorkomen. Ook willen we de kinderen voldoende leertijd geven om zich het leerstofaanbod eigen te maken. In principe trachten we zo alle leerlingen in acht jaar de einddoelen basisonderwijs te laten halen.
Afspraken Leraren bereiden zich schriftelijk voor: jaarplan en weekplanning. Op schoolniveau wordt er voldoende onderwijstijd gepland. Leraren variëren de hoeveelheid leertijd afhankelijk van de onderwijsbehoeften. Onnodig tijdverlies wordt tegengegaan. De bel gaat 5 minuten voor aanvang van de lestijd. Leraren realiseren de geplande onderwijstijd. Het ongeoorloofd verzuim van leerlingen blijft beperkt. Het verzuim wordt vermeld in het rapport.
20
Beoordeling Leertijd is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd ( zie ABC-map: Kwaliteitszorg , werken met kwaliteitskaarten: 7). Verbeterpunten Leraren zorgen voor een effectief klassenmanagement (voorkomen verlies leertijd). De school heeft voor Nederlandse taal en rekenen onderwijstijd gepland conform het landelijk gemiddelde van scholen met een vergelijkbare leerlingenpopulatie.
3.12
Pedagogisch klimaat
Inleiding Onze leraren zijn van cruciaal belang. Zij hebben (onder meer) een vormende (opvoedende) taak om hun leerlingen op te voeden tot goede burgers. Daarom vinden we het belangrijk, dat leerlingen goed met zichzelf en met anderen (dichtbij en ver weg) kunnen omgaan. Leraren creëren daartoe een veilig en gestructureerd klimaat waarin kinderen zich gewaardeerd en gerespecteerd voelen. Kernwoorden zijn: relatie, competentie en autonomie. Wij hechten veel waarde aan een positieve en motiverende leraar, een begeleider die ervoor zorgt dat de leerlingen het werk zelfstandig (en samen met anderen) kunnen doen. Daarbij hanteren we duidelijke regels en afspraken: de leraren zorgen voor een ordelijke klas; de leraren zorgen voor een functionele en uitdagende leeromgeving; de leraren gaan positief en belangstellend met de leerlingen om; de leraren zorgen voor interactie met en tussen de leerlingen; de leraren bieden de leerlingen structuur; de leraren zorgen voor veiligheid; de leraren hanteren de afgesproken regels en afspraken; de leraren laten de leerlingen zelfstandig (samen) werken. Beoordeling Aan de hand van een kijkwijzer komen de afspraken aan de orde bij het klassenbezoek en het daaraan gekoppelde gesprek. Het pedagogisch klimaat komt 1x in de vier jaar als onderdeel van het jaarlijkse klassenbezoek aan de orde. Daarnaast is het pedagogisch klimaat onderdeel van kwaliteitszorg en wordt daarom 1 x in de vier jaar met behulp van WMK PO geanalyseerd ( zie ABC-map : Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 8). Verbeterpunten Eventuele verbeterdoelen worden in het POP gesprek geformuleerd.
3.13
-
Didactisch handelen
Inleiding Op onze school geven de leraren op een effectieve wijze gestalte aan adaptief onderwijs. We geven onderwijs op maat, en daarom differentiëren we bij de instructie (directe instructie) en de verwerking (zowel naar inhoud als naar tempo). Omdat we veel waarde hechten aan de zelfstandigheid van de leerlingen, laten we leerlingen waar mogelijk samenwerken. Onze afspraken, die in de Basmap vermeld staan, zijn: de instructie wordt gedifferentieerd aangeboden minimaal op drie niveaus; de leraren geven directe instructie; de leraren zorgen dat er meerdere oplossingsstrategieën aan bod komen; de leerlingen werken zelfstandig samen; de leraren geven ondersteuning en hulp (volgens een vaste ronde); de leraren laten leerlingen hun werk zo veel mogelijk zelf corrigeren;
21
-
de leraren zorgen voor stofdifferentiatie; de leraren zorgen voor tempodifferentiatie.
Beoordeling Aan de hand van een kijkwijzer komen de afspraken aan de orde bij het klassenbezoek en het daaraan gekoppelde gesprek. Het didactisch handelen komt 1x in de vier jaar als onderdeel van het jaarlijkse klassenbezoek aan de orde. Daarnaast is het didactisch handelen onderdeel van kwaliteitszorg en wordt daarom 1x in de vier jaar met behulp van WMK PO geanalyseerd (zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 9). Verbeterpunten Leraren geven expliciet les in leerstrategieën Keuzes maken in het leerstofaanbod. Overdracht naar volgende groep, eventuele aanpassing van het jaarplan. Eventuele verbeterdoelen worden in een POP-gesprek geformuleerd.
3.14
Omgaan met verschillen
Inleiding Op Zeehonk hebben we het liever over ‘omgaan met verschillen’, dan over zorg en begeleiding. Zorg heeft teveel associaties met de medische wereld. We vinden het belangrijk dat er voor ieder kind een “doorgaande lijn” gerealiseerd wordt, vanaf groep 1 t/m groep 8. We volgen kinderen in hun totale ontwikkeling. Omdat we te maken hebben met verschillen moet het onderwijsleerproces zo ingericht worden dat dit mogelijk is. We observeren, toetsen en registreren de vorderingen van alle kinderen. De centrale rol bij de begeleiding is de leerkracht. De intern begeleider heeft een coördinerende en coachende rol. Afspraken • BAS De school beschikt over een BAS commissie die de BAS afspraken vastlegt. De IB-ers bezoeken de groepen twee maal per jaar. Zij gaan na of iedereen zich nog aan de afspraken houdt. Dit doen zij met behulp van de BAS kijkwijzer en ze maken een verslag van de BAS bezoeken. Deze verslagen zijn te vinden in de BAS map. De map bewaren we in de dossierkast. Nieuwe leerkrachten worden met BAS door de IB-er begeleid. Zij krijgen een BAS map met alle afspraken erin. Door middel van klassenbezoeken kan de IB-er de nieuwe leerkracht coachen. Leerkrachten kunnen ook bij elkaar op klassenbezoek, om van elkaar te leren. •
CLB CLB (Consultatieve leerling bespreking) vinden plaats op aanvraag. Als een leerkracht advies nodig heeft over een bepaalde leerling geeft hij/zij dit door aan de IB-er. Deze organiseert een CLB. Dit kan d.m.v. de incidentmethode of met een medewerker van de OBD..
•
COACHING Als een leerkracht de behoefte heeft aan coaching is het mogelijk deze aan te vragen bij de IB-ers of bij de gedragsspecialisten. Coaching gebeurt altijd vrijwillig, als een leerkracht erom vraagt.
•
DOSSIER Iedere leerling beschikt over een dossier. Daarin wordt informatie van de leerling bijgehouden, zoals: observaties, oudergesprekken, rapporten van de afgelopen jaren, onderzoeksrapporten enz. Het leerling-dossier bewaren we in de dossierkast. Deze is brandwerend en afsluitbaar. Ieder teamlid heeft toegang tot de dossierkast en kan het leerling-dossier indien nodig aanvullen. •
DOUBLEREN Er is een protocol doubleren aanwezig.
22
•
•
DYSLEXIE PROTOCOL. Alle groepen werken met het protocol lezen en dyslexie. IB-ers houden 2 keer per jaar een bijeenkomst met de leerkrachten ( de schoolspecifieke momenten) om de ontwikkelingen op dit gebied bij te houden.
•
GEDRAGSSPECIALISTEN Twee collega’s hebben de master diploma gedragsspecialist. Als een leerkracht moeilijk om kan gaan met het gedrag van een leerling, dan kan zij/hij de gedragsspecialist vragen om coaching. De gedragsspecialisten kunnen observeren in de groep en samen met de leerkracht naar zinvolle oplossingen zoeken. Indien nodig helpen zij met het invullen van een sociaal handelingsplan.
•
GROEPSBESPREKINGEN. Er vindt 2 keer per jaar een groepsbespreking plaats tussen de leerkracht en de IB-er. Alle leerlingen worden kort besproken en alle informatie wordt opgeschreven in de groepsbesprekingenmap, die in de dossierkast staat. In deze gesprekken staat het kind als persoon centraal, niet alleen de toetsresultaten. Maar ook van belang is o.a. de thuissituatie. Aan het begin van het schooljaar wordt door de IB-er een rooster gemaakt, wanneer de groepsbesprekingen plaatsvinden. Per groep is er een map met daarin voor ieder kind een gespreksformulier.
•
GROEPSBEZOEKEN. IB-ers leggen groepsbezoeken af volgens een rooster, dat in het begin van het schooljaar door hen gemaakt is. Dit gebeurt 2 keer per jaar. Er wordt gekeken naar de BAS afspraken die gemaakt zijn. Daarvoor wordt een checklist gebruikt. Verslagen van deze bezoeken worden bewaard in de map BAS bezoeken.
•
HANDELINGSPLANNEN. De leerkrachten zijn in staat een uitvoerbaar handelingplan te schrijven en uit te voeren. Lukt dit niet dan krijgt de leerkracht hulp van de IB-er. In de handelingsplannen staan duidelijk omschreven doelen. Ze worden bewaard in de klassenmap en een kopie zit in de handelingsplannenmap in de IB kast. Het handelingplan wordt gemaakt voor een periode van 6 weken. Daarna wordt het door de leerkracht geëvalueerd. De ouders worden op de hoogte gesteld van het handelingplan en ondertekenen het plan. Na afloop van het schooljaar worden de handelingsplannen in de dossiermap van het kind gearchiveerd. We werken op Zeehonk met groepsplannen en individuele plannen. Voor sociaal emotionele problemen wordt een apart handelingsplan gemaakt. Er is een protocol aanwezig waarin beschreven staat wanneer er een handelingsplan gemaakt dient te worden.
•
HOOGBEGAAFDE KINDEREN. Er is een conceptprotocol voor het signaleren van hoogbegaafde kinderen en voor onderpresterende hoogbegaafde leerlingen.
•
IB BIJEENKOMSTEN. IB-ers wonen IB bijeenkomsten bij die +/- 6 keer per jaar plaatsvinden. Deze bijeenkomsten vinden plaats op een basisschool. Zij krijgen daar de laatste informatie van WSNS en overleggen met andere IB-ers uit de omgeving.
INCLUSIEF ONDERWIJS.
23
De ontwikkelingen rond inclusief ( passend) onderwijs, worden gevolgd, o.a. door middel van het bijwonen van conferenties, verzamelen van documentatie en informatie, en het volgen van een studie. •
INFORMEREN TEAM. Tijdens teamvergaderingen informeren de IB-ers het team over de nieuwste ontwikkelingen betreft de zorg.
•
KLEUTERVERLENGING/ VERSNELLING. Er is een protocol op school aanwezig waarin kleuterverlenging en versnelling beschreven staat.
•
LEERLINGBESPREKINGEN. Op termijn worden in een bouwoverleg, onder leiding van de IB-er, alle leerlingen besproken, zodat de leerkrachten op de hoogte blijven van de meest relevant informatie over o.a. de thuissituatie van de leerlingen.
•
NIEUWE METHODES. Bij het kiezen van een nieuwe methode, hebben IB-ers inspraak.
•
MT OVERLEG. Er vindt 1 keer per week overleg plaats tussen directie, adjunct en IB-ers. Er worden notulen van gemaakt en in de MT map bewaard.
•
OBD De IB-ers bezoeken de OBD (Onderwijs Begeleidings Dienst) als zij materialen willen lenen, ook voor informatie raadplegen we de OBD. De meeste onderzoeken worden door de OBD afgenomen. De IB-er vraagt de onderzoeken aan. Zij zorgt ervoor dat het aanvraagformulier ingevuld wordt door de leerkracht en de ouders. De IB-er geeft ook de nodige informatie over de leerling aan de onderzoekster. De ouders, de leerkracht en de IB-er zijn aanwezig als de onderzoekster de uitslag van het onderzoek geeft.
•
ORTHOTHEEK. IB-ers beheren de orthotheek. Deze orthotheek wordt de komende jaren aangevuld door onze gedragsspecialist. Zij geeft een lijst met boeken door die aangeschaft kunnen worden.
•
OVERGANG. Aan het eind van het schooljaar worden de leerlingen besproken met de ‘scheidende’ en de ‘ontvangende’ leerkracht. Er wordt daarbij o.a. gebruik gemaakt van het zgn. overgangsformulier. Er wordt bekeken of het zinvol is dat de IB-er hierbij aanwezig is, in de toekomst.
•
RAPPORTEN. De rapporten worden ter controle aan de directie aangeboden. Wellicht gaan de IB-ers hier in de toekomst ook een deel van overnemen.
•
PREVENTIEVE AMBULANTE BEGELEIDING De leerlingen die een beschikking hebben gekregen voor het speciaal basisonderwijs, maar bij ons op school blijven, krijgen ambulante begeleiding van de ambulante begeleider van het SBO. Hij geeft de leerkracht adviezen en maakt zonodig een aparte leerlijn. Hij overlegt met de leerkracht en de IBers. Afspraken worden bewaard in de map preventieve ambulante begeleiding. Deze map wordt in de dossierkast bewaard.
24
•
UITVOEREN VAN EEN HANDELINGSPLAN. Het uitvoeren van een handelingsplan wordt zoveel mogelijk door de eigen leerkracht aan de instructietafel in de klas . Het kan voorkomen dat leerlingen beter gebaat zijn met extra hulp buiten de groep. Deze hulp wordt dan door of de eigen leerkracht gegeven, of door een andere leerkracht of onderwijsassistente. Dit alles gaat in overleg met de IB-ers. Als een kind buiten schooltijd particuliere remedial teaching volgt, vindt er overleg plaats met de IB-er en leerkracht.
•
SCHOOLVERLATERS. Eind november worden alle kinderen doorgesproken met de IB-er en leerkracht van groep 8. De schoolverlaters worden n.a.v. de CITO eindtoets nogmaals met de leerkracht van groep 8 samen met de IB-er besproken.
•
TOETSEN. Er worden methodegebonden en niet-methodegebonden toetsen afgenomen. De methode gebonden toetsen staan niet op de toetskalender vermeld en worden door de leerkrachten in de eigen administratie bijgehouden. De niet-methode gebonden toetsen worden in de toetsweek, volgens de toetskalender, door de leerkracht afgenomen. De resultaten worden binnen 1 á 2 weken na de afname door de leerkracht in Esis ingevoerd. Deze resultaten worden besproken met de IB-ers. N.a.v. de resultaten worden zonodig handelingsplannen gemaakt en uitgevoerd. In groep 6 en 7 wordt de entreetoets van CITO afgenomen, zodat de leerkracht weet waar de hiaten zitten in de leerstof en wat goed beheerst wordt. In groep 8 wordt de CITO eindtoets afgenomen in februari. Het resultaat is samen met het leerlingvolgsysteem, het oordeel van de IB-ers en het oordeel van de leerkracht bepalend voor het vervolgonderwijs van de leerlingen.
•
TOETSKALENDER. De toetskalender voor de groepen 1 t/m 8 wordt door de IB-ers aan het begin van het schooljaar gemaakt, zodat het kan worden opgenomen in de leerstofjaarplanning van de leerkrachten.
Beoordeling Zorg en begeleiding is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd (zie ABC-map: Kwaliteitszorg , werken met kwaliteitskaarten: 10). Daarnaast heeft de IB wekelijks overleg met de directie in het MT. Hier wordt de dagelijkse gang van zaken besproken. Verbeterpunten In de komende jaren tot 2011 willen we van het concept hoogbegaafde kinderen een vaststaand document maken. We gaan ons oriënteren of we met verdiepingsstof verder gaan, of de kinderen versneld door de methode laten werken. 3.14.1 Leerling-gebonden financiering Zeehonk bereidt zich voor op passend of inclusief onderwijs. Onze school staat open voor een geïntegreerde opvoeding van kinderen met een handicap. De integratie van mensen met een handicap in de sfeer van onderwijs, werken en wonen moet worden bevorderd: een kind met een handicap in de klas is in die zin als normaal te beschouwen. Als school dienen wij echter wel een afweging te maken tussen enerzijds het “geluk” van het kind, de wens van de ouders en anderzijds de kennis, mogelijkheden van de school, de zittende leerlingen en de leerkrachten.
25
Afspraken In ons aannamebeleid, hoofdstuk 2 van de schoolgids, formuleren wij onze besluitvormingsprocedure bij de toelating van leerlingen met speciale behoeften. We gebruiken het schema van WSNS: “Besluitvorming plaatsing van een leerling met specifieke behoeften binnen het basisonderwijs”. Als een leerling al op Zeehonk zit, en het is nodig dat een leerling een beschikking krijgt voor het speciaal onderwijs, dan neemt de IB-er contact op met het desbetreffende REC. Zij zorgt er ook voor dat er contact gelegd wordt tussen de ouders en de ambulante begeleider van het REC. De IB-er helpt mee het dossier te vormen door alle informatie van school over de leerling aan te leveren. Bijv. het onderwijskundigrapport, observaties, verslagen en handelingsplannen. Als er een beschikking afgegeven wordt en de leerling blijft bij ons op school, dan vragen ouders een ‘’rugzakje’’ aan. De IB-er houdt dan contact met de ambulante begeleider. Zij is samen met de leerkracht aanwezig bij de evaluatiegesprekken Als door onderzoek wordt vastgesteld dat een leerling baat heeft bij een beschikking SBO, dan vult de IBer samen met de groepsleerkracht het onderwijskundigrapport in. Deze wordt naar het PCL (Permanente Leerlingen Commissie) opgestuurd. Ook helpen de IB-ers de ouders met het samenstellen van het dossier. Het PCL geeft de beschikking af, waarna de ouders de keuze hebben: blijven op de basisschool met “rugzakje”of plaatsing op een SBO school. Beoordeling Aan het eind van elk schooljaar wordt per leerling aan de hand van het schema bekeken of Zeehonk nog de beste plaats voor dit kind is. Verbeterpunten Ouders van kinderen met leerling-gebonden financiering duidelijker ons beleid kenbaar maken ( communicatie). Scholing van leerkrachten. 3.14.2
Beleid langdurig zieken (bron: RPCZ)
De school heeft voor langdurig zieken een protocol vastgesteld. Dit protocol staat in relatie met het omgaan met verschillen binnen de school. Specifiek voor deze kinderen heeft de school het volgende vastgesteld: we spreken van een langdurige ziekte als een kind meer dan twee weken ziek thuis is; de leerkracht onderhoudt de contacten met het kind en de ouders tijdens de periode van ziekte; de intern begeleider neemt, na overleg met de leerkracht en de ouders, het besluit tot inschakelen van externe hulp; de leerkracht blijft verantwoordelijk voor de uitvoering van het plan, dat opgesteld wordt als externe hulp ingeschakeld wordt en deze ook inderdaad noodzakelijk blijkt te zijn (zorgprocedure). Beoordeling De afspraken (doelen) worden jaarlijks beoordeeld door de intern begeleider en de leerkracht. In het zorgjaarverslag worden de afspraken en doelen jaarlijks bijgesteld en opgesteld.
3.15
Opbrengsten (van het onderwijs)
Inleiding Op onze school streven we (zo hoog mogelijke) opbrengsten na, met name met betrekking tot taal, rekenen en de sociaal-emotionele ontwikkeling. We vinden het van belang dat de leerlingen presteren naar hun mogelijkheden. Dat ze opbrengsten realiseren die leiden tot passend en succesvol vervolgonderwijs.
26
Afspraken De resultaten van de leerlingen aan het eind van de schoolperiode liggen tenminste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde liggen tijdens de schoolperiode ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. De leerlingen doorlopen in beginsel de school binnen de verwachte periode van 8 jaar. Leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften ontwikkelen zich naar hun mogelijkheden. De adviezen van de leerlingen voor het vervolgonderwijs zijn in overeenstemming met de verwachtingen op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie. De leerlingen functioneren naar verwachting in het vervolgonderwijs.
CITO-entreetoets (percentielscores) Jaar
Taal
Rekenen
Informatie
Wereldoriëntatie
Totaal
2003
80
59
91
77
2004
53
68
59
57
2005
42
33
35
34
2006
56
54
78
59
CITO-eindtoets (percentielscores) Jaar
Taal
Rekenen
Informatie
Wereldoriëntatie
2003
-
2004
-
2005
-
2006
61
43
58
-
Totaal
54
CITO-eindtoets (standaardscores) Jaar
Schoolgroep
Eindscore
Aantal leerlingen
Meegedaan
2003
2
539,9
24
24
2004
2
537,7
19
19
2005
2
538,7
25
25
2006
2
536,5
25
24
Beoordeling De opbrengsten worden jaarlijks geanalyseerd en besproken in een personeels-vergadering. Daarnaast is opbrengsten onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd ( zie ABC-map: Kwaliteitszorg , werken met kwaliteitskaarten: 11).
Verbeterpunten Scholing van het MT ten behoeve van het interpreteren van trendanalyses met betrekking tot taal en rekenen.
27
3.16 Teldatum
Kengetallen: in- door- en uitstroom Aantal
Instroom
Instroom
Uitstroom
Uitstroom
Groep 1
Groep 2-8
Groep 1-7
Groep 8
Totaal
1-10-2003
136
24
3
5
25
133
1-10-2004
133
22
1
2
27
117
1-10-2005
117
26
4
1
21
125
1-10-2006
125
32
8
-
20
145
Overzicht verlengde kleuterperiode Jaar
Groep 1
Groep 2
2003-2004 2004-2005 2005-2006 2006-2007 Overzicht van zittenblijvers Jaar
Gr. 1
Gr. 2
Gr. 3
Gr. 4
Gr. 5
Gr. 6
Gr. 7
Gr. 8
Gr. 2
Gr. 3
Gr. 4
Gr. 5
Gr. 6
Gr. 7
Gr. 8
2003-2004 2004-2005 2005-2006 2006-2007 Overzicht van versnellers Jaar
Gr. 1
2003-2004 2004-2005 2005-2006 2006-2007 Overzicht onderzoeken door externe deskundigen Jaar
SBD
2003-2004
2
2004-2005
5
2005-2006
3
2006-2007
3
Jeugdzorg
28
Elders
Overzicht externe verwijzingen Jaar
SBO
Elders
2003-2004 2004-2005 2005-2006 2006-2007 Overzicht doorstroom naar het Voortgezet Onderwijs Schooltype
Aug. 2003
Aug. 2004
Aug. 2005
Aug. 2006
3
1
3
6
VBO (VMBO-praktijk) VBO (VMBO-basis/kader) VBO (VMBO-gemengd)
1
MAVO (VMBO-T)
6
MAVO-HAVO
4
HAVO
4
HAVO-VWO
2
VWO-Gymnasium
5
7
5
6
29
1
3
7
6
6 3
3
4
7
Hoofdstuk 4
Integraal personeelsbeleid
De stichting PCPO D&B heeft een plan voor integraal personeelsbeleid ontwikkeld. De onderdelen in dit hoofdstuk zijn (in verkorte vorm) overgenomen uit deze nota. Voor een compleet beeld van het gevoerd personeelsbeleid wordt dan ook verwezen naar dit plan.
4.1 Onze organisatorische doelen We hebben inzichtelijk hoe het personeelsbestand er (kwantitatief en kwalitatief) uit ziet, en wat wenselijk is op een termijn van vier jaar en welke acties er ondernomen worden om het gewenste personeelsbestand dichterbij te brengen. De gewenste situatie is afgeleid van onze missie, visie(s) en afspraken. Wij verwijzen ook naar het bestuursformatieplan. Item
Huidige situatie 2006-2007
Gewenste situatie 2010-2011
1
Aantal personeelsleden
22
20
2
Verhouding man - vrouw
4-18
4-16
3
Aantal IB-ers
2
2
4
Gediplomeerde bouwcoördinatoren
0
2
5
ICT-specialisten
1
1
6
Onderwijsassistenten
1
3
7
Administratieve ondersteuning
1
1
8
Onderhoudsmedewerker
2
1
9
Cultuur coördinator
0
1
10
Techniek coördinator
0
1
11
Taal coördinator
0
1
12
Leesspecialist
0
1
13
Gedragsspecialist
2
2
De consequenties van onze organisatorische doelen zijn opgenomen in ons Plan van Aanpak (2007-2011) en komen standaard aan de orde bij de POP-ontwikkeling en in de plannings- en evaluatiegesprekken.
4.2 De schoolleiding De schoolleiding bestaat uit de directeur en de adjunct-directeur. De stichting heeft in het managementstatuut vastgelegd wat de taken, verantwoordelijkheden en bevoegdheden zijn van het bestuur, de algemeen directeur en de directeur van de school. Volgens de herziene tekst van de Wet Primair Onderwijs moet dit statuut niet alleen de verhouding bestuur bovenschools management, en de verhouding bovenschools management - schooldirectie beschrijven, maar ook regels formuleren over de toedeling, bestemming en aanwending van de bekostiging. Het managementstatuur van de stichting PCPO D&B voldoet aan deze bepaling in de WPO. Het managementstatuut is opgenomen in het handboek PCPO D&B. Uit dit managementstatuut is het onderstaande overgenomen in dit schoolplan. Voor de volledige tekst wordt verwezen naar het handboek.
30
Artikel 6 Bevoegdheden directeur De directeur heeft – met inachtneming van de beleids- en financiële uitgangspunten, die door of namens het bevoegd gezag zijn vastgesteld – de volgende taken en bevoegdheden: de directeur is belast met de dagelijkse leiding van de school; de directeur is belast met de zorg voor de schoolorganisatie, het schoolbeleid en de kwaliteit van het onderwijs op de school; de directeur geeft leiding aan het personeel van de school, en draagt er zorg voor dat met de individuele personeelsleden functionerings- en beoordelingsgesprekken worden gevoerd (i.c. plannings- en evaluatiegesprekken); de directeur onderhoudt de contacten met de leerlingen van de school en hun ouders; de directeur beheert de door het bevoegd gezag aan de school toegekende formatieve middelen; de directeur beheert de door het bevoegd gezag aan de school toegekende en financiële middelen en doet daartoe uitgaven voor zover deze binnen de goedgekeurde begroting en het vastgestelde beleid zijn toegestaan. Hij administreert deze, zoals dat in de A.& O regeling is voorgeschreven; de directeur voert namens het bevoegd gezag het overleg met de medezeggenschapsraad; de directeur voert overigens alle taken en verantwoordelijkheden uit die in de bij zijn functie behorende functiebeschrijving zijn opgenomen.
4.3 Integraal personeelsbeleid Integraal personeelsbeleid betekent kort geformuleerd: afstemming tussen de organisatiedoelen en de doelen en ontwikkeling van individuele medewerkers. De visie en de missie, zoals geformuleerd in het stichtingsbeleidsplan en in dit schoolplan moet gedragen worden door het personeel. Aan de hand daarvan worden doelstellingen voor de komende jaren opgesteld voor onze school. Vervolgens vertalen we die doelstellingen naar medewerkers toe. In elk persoonlijk ontwikkelingsplan zullen we delen van die doelstelling tegenkomen. Elke medewerker zal zelf moeten aangeven welke bijdrage hij of zij gaat leveren aan het bereiken van persoonlijke doelen en schooldoelen. Uiteraard wordt een ieder daarbij ondersteund door de schoolleider die in dit overleg kan delegeren naar een intern begeleider, bouwcoördinator, locatieleider of adjunct-directeur. Door het werken met persoonlijke ontwikkelingsplannen geven we richting aan de ontwikkeling van de medewerker en sturen daarmee op de doelstellingen van onze scholen. Om de voortgang van ontwikkeling te volgen is het noodzakelijk dat er regelmatig een gesprek is over het persoonlijk ontwikkelingsplan.
4.3.1 Competenties We gaan uit van de landelijk opgestelde bekwaamheidseisen voor leerkrachten, onderwijsassistenten en onderwijskundig schoolleider primair onderwijs. Daarin staat voldoende om een adequaat en werkzaam persoonlijk ontwikkelingsplan op te kunnen stellen. De ontwikkeling richten we op deze bekwaamheidseisen en de ontwikkeling van de school. Voorafgaand aan het planningsgesprek (zie 4.3.3.) analyseert elke medewerker haar competenties, aan de hand van een instrument. Daarbij kan op schoolniveau worden gekozen voor het instrument van de SBL, de stichting beroepskwaliteit leraren (www.lerarenweb.nl) of voor het programma WMK (Werken met kwaliteitskaarten). Voor de voorbereiding van de planningsgesprekken met directeuren wordt gebruik gemaakt van de competentiescan van de NSA, de Nederlandse Schoolleidersacademie (www.nsa.nl).
4.3.2 Het persoonlijk ontwikkelingsplan (POP) Het persoonlijk ontwikkelingsplan is gericht op de doelstellingen die de stichting en de school wil halen en de ontwikkeling die de stichting en de school willen doormaken. Iedere medewerker moet zich bewust zijn van deze doelstellingen en kunnen aangeven op welke manier zij zelf daaraan een bijdrage kan leveren. Dat en de wijze waarop zij zich moet ontwikkelen om die bijdrage te vergroten vormen samen het persoonlijk ontwikkelingsplan.
31
4.3.3 De gesprekscyclus In het planningsgesprek worden de wederzijdse verwachtingen uitgesproken en de punten van ontwikkeling worden besproken en vastgelegd. De medewerker heeft zelf grote inbreng in het geheel. Zij kan namelijk zelf het beste aangeven waar zij tegenaan loopt en hoe zij dat kan verbeteren. We gaan er daarom vanuit dat de medewerker zelf, met de doelen van de stichting en de school en de bekwaamheidseisen in het achterhoofd, haar eigen POP opstelt in concept. Dat is het startpunt voor het planningsgesprek. De schoolleiding geeft in dit gesprek zijn/haar visie op het POP waarna het eventueel door de medewerker wordt aangepast en door beide partijen wordt ondertekend. Schematisch ziet de gesprekscyclus er als volgt uit: planningsgesprek
voortgangsgesprek
evaluatiegesprek
doel
vaststellen van de afspraken per medewerker
analyseren/bijsturen van de voortgang van de afspraken in het POP
evalueren resultaatafspraken en competentie ontwikkeling
resultaat
POP:
actiepunten ter bijsturing van het POP
waardering van/ oordeel over de resultaten van de medewerker
werkafspraken en ontwikkelafspraken relatieniveau
input van beiden, schoolleiding beslist
gelijkwaardig
schoolleiding beoordeelt
tijdsperspectief
toekomst
heden en toekomst
verleden
wanneer
aan het begin van de cyclus
halverwege de 2jaarscyclus, kan vaker als één van de partijen dat wenst
aan het eind van de cyclus, waarna het planningsgesprek volgt voor de 2e cyclus
In het eerste gesprek, het planningsgesprek dat men met elkaar heeft wordt in elk geval besproken: welke resultaten zij voor ogen heeft (afgeleide doelstellingen); welke competenties door zelfevaluatie en oordeel van de schoolleiding ontwikkeld moeten worden; hoe die ontwikkeld zullen gaan worden; de ontwikkel(loopbaan) wensen van de medewerker; de visie daarop van de leidinggevende; wat de medewerker verder nodig heeft om goed te kunnen functioneren. Het voortgangsgesprek: de leerkracht overlegt met de schoolleiding met wie zij een voortgangsgesprek wil voeren. Dat kan de schoolleiding zelf zijn, maar ook een IB-er, een collega of door middel van intervisie. Door voortgangsgesprekken te hebben over de persoonlijke ontwikkeling en de resultaten in het werk, ontstaat er een cyclus waarbij ontwikkelingen heel direct gevolgd kunnen worden. Het POP is de basis voor alle gesprekken. In het voortgangsgesprek wordt stilgestaan bij de voortgang in het POP. Hoe loopt het? Zijn er zaken waar de medewerker tegenaan loopt en zo ja, hoe kunnen die worden opgelost?
32
Belangrijk is dat de medewerker het POP ook ervaart als iets van zichzelf. De coach begeleidt en coacht de medewerker in zijn ontwikkeling en zorgt voor de randvoorwaarden voor die ontwikkeling. Het persoonlijk ontwikkelingsplan is nadrukkelijk gericht op ontwikkeling. De medewerker geeft zelf aan in het eerder vastgestelde POP hoever zij is met de ontwikkeling van competenties en resultaten in het werk. Zij levert dit een week voor het geplande gesprek in bij de directeur zodat die zich kan voorbereiden op het gesprek. We gaan uit van het positieve en verwachten dat medewerkers de doelstellingen van de school dragen en zien als een uitdaging. Het evaluatiegesprek: met de invoering van het persoonlijk ontwikkelingsplan is het belangrijk aan het eind van de periode gezamenlijk te bespreken in hoeverre de persoonlijke doelstellingen en resultaten behaald zijn. In zekere zin dus een beoordeling. Zelfreflectie, zelfevaluatie en feedback zijn voor ons de basis van het evaluatiegesprek, dat uiteindelijk leidt tot een oordeel van de leidinggevende. Daarbij blijft bovenaan staan dat ontwikkeling, gericht op doelstellingen van de school en stichting, het belangrijkste is. Verder is het voor de ontwikkeling van de medewerker belangrijk om stil te staan bij de oorzaken van dingen die niet goed zijn gegaan. Zodoende krijgt de medewerker meer inzicht in het eigen functioneren en wat er nodig is voor haar om goed te kunnen functioneren. De medewerker vult zelf het evaluatieformulier in waar bij zij feedback kan vragen aan collega’s. De schoolleiding ontvangt dit ingevulde evaluatieformulier een week van tevoren als concept en over de verschillen van inzicht wordt gesproken tijdens het gesprek. Als blijkt dat de schoolleiding en de medewerker niet tot overeenstemming komen, volgt een tweede gesprek. Indien ook na dit tweede gesprek het verschil van inzicht blijft bestaan, meldt de schoolleiding dit bij de algemeen directeur. Er wordt vervolgens een gesprek georganiseerd waarin wordt getracht om onder leiding van de algemeen directeur of een van zijn medewerkers wel overeenstemming te bereiken. Direct na de evaluatie volgt een planning voor de nieuwe cyclus. Instrumentarium Voor alle gesprekken worden formats gebruikt die voor alle scholen van de stichting gelijk zijn. Via het netwerk van de school is digitaal een formulier te downloaden voor het opstellen van een persoonlijk ontwikkelingsplan, een kort verslag van het voortgangsgesprek en voor een evaluatiegesprek. Het persoonlijk ontwikkelingsplan en formulieren voor het voortgangs- en evaluatiegesprek worden altijd door beide partijen ondertekend en een kopie ervan wordt bewaard in het personeelsdossier. In deze schoolplanperiode zal op stichtingsniveau een bekwaamheidsdossier worden ontwikkeld als onderdeel van het personeeldossier.
4.3.4 Klassenbezoeken In het kader van het integraal personeelsbeleid legt de schoolleiding klassenbezoeken af. Ook de IB-er legt klassenbezoeken als, gericht op de coaching van de leerkracht als het gaat om de vaardigheden om de juiste zorg te bieden in de groep. Naast een klassenbezoek door de directie is er op onze school ook ruimte voor collegiale consultatie. Feedback ontvangen met betrekking tot het werk in de klas vinden we belangrijk in een lerende organisatie.
4.3.5 Taakbeleid De Stichting PCPO D&B heeft taakbeleid geformuleerd in het kader van integraal personeelsbeleid. Het taakbeleid van de stichting is opgenomen in het plan voor integraal personeelsbeleid. Voor een de integrale tekst met betrekking tot taakbeleid verwijzen we naar de het handboek PCPO. In deze paragraaf wordt in verkorte vorm weergegeven wat het taakbeleid inhoudt op onze school. Er moet sprake zijn van een evenwichtige spreiding van de taken over de medewerkers binnen de school, maar daarnaast is het van belang om ook de werkzaamheden goed te spreiden over het schooljaar om zo piekbelasting tegen te gaan. In dit verband is het goed dat we ons realiseren dat de normjaartaak in de regel uitgevoerd wordt in een schooljaar van 39,22 weken (een schoolweek is 25¾ uur in de bovenbouw), terwijl de normjaartaak is gebaseerd op het kalenderjaar van 52,14 weken.
33
De normjaartaak is 1659 uur (de feitelijk te werken uren per jaar. In de CAO PO zijn de lesuren (maximaal 930 uur bij een full time betrekking) en de uren van deskundigheidsbevordering (166 uur) bepaald. De overige 563 uur moet worden verdeeld over de lesgebonden taken en de overige taken. In overleg met de GMR is gekozen voor de volgende verdeling: 398 uur voor de lesgebonden taken en 165 uur voor de overige taken. Jaarlijks wordt op onze school in goed overleg een evenwichtige taakverdeling op basis van een takenlijst geregeld. Voor parttimers wordt de arbeidsduur en het aantal lesuren naar rato van de werktijdfactor van de normjaartaak en het daarbij behorende maximum aantal lesuren afgeleid. De taakomvang in een volledige werkweek is 1790 uur per jaar, met een maximum van 1010 lesuren (inclusief ADV). ADV is aan te merken als compensatie voor teveel gewerkte uren. Lesuren zijn de uren die de leerkracht voor de klas staat (het speelkwartier wordt berekend als lestijd). Ook het werken met een groepje kinderen of met een individueel kind wordt als lesuur beschouwd. Lesgebonden taken zijn alleen activiteiten die te maken hebben met de te geven lessen. Er wordt vanuit gegaan dat elke leerkracht minimaal een kwartier voor aanvang van de lestijd aanwezig is en tenminste drie kwartier na de lestijd. Lesgebonden taken zijn onder andere: de planning van de opzet van de lessen en onderwijskundige activiteiten; het maken en verzamelen van les- en oefenstof en repetities; het nakijkwerk en correctie; afname van en verwerking van toetsen en van leerresultaten, verslaglegging; het op orde houden van het lokaal; de rapportage in het kader van zorgverbreding, waaronder het leerlingvolgsysteem, het opstellen en uitvoering geven aan handelingsplannen etc.; het maken van foutenanalyses; het voorbereiden van de ADV / BAPO-dag; overleg met collega’s van een eventuele parallelgroep; begeleiden van hulpouders; surveillance op het plein voor schooltijd; rapportage aan ouders: rapportavonden, kijkavonden, informatieavonden en oudergesprekken. Met deskundigheidsbevordering wordt bedoeld het bijhouden en bijblijven in het beroep, waarbij de werknemer (als individu) tenminste moet kunnen voldoen aan de eisen die de Wet Beroepen in het Onderwijs (Wet BIO) stelt met betrekking tot het in stand houden van de bekwaamheid. (zie ook 4.3.6) Deskundigheidsbevordering is o.a.: na- en bijscholing; lezen van vakliteratuur; op de hoogte blijven van nieuwe onderwijskundige ontwikkelingen (workshops en/of lezingen); studiedagen, uren die buiten de lestijden vallen; bezoeken van andere scholen voor professionalisering; bij nieuwe groepen: verdiepen in methodes, lezen van handleidingen; voorbereiding vergaderingen. De deskundigheidsbevordering bedraagt 10% van de werktijd en wordt door de betrokkene zelf ingevuld vanuit zijn eigen professionaliteit. De deskundigheidsbevordering wordt geplaatst in het kader van het persoonlijk ontwikkelingsplan. De invulling van de uren deskundigheidsbevordering komt aan de orde in de gesprekscyclus. De overige (school)taken worden jaarlijks door de leerkrachten verdeeld, rekening houdend met de mogelijkheden en wensen en zijn globaal gerelateerd aan de werktijdfactor van de werknemer.
34
Overige taken zijn onder andere: Onderwijs begeleiden stagiaire, BAS-commissie, mentor van een nieuwe leerkracht, gedragsspecialist, taalcoordinator; Interne organisatie bouwvoorzitter,diverse feestcommissies, BHV-er; Personeel Teambuildingsactiviteiten; Beheer keuken, orthotheek, aankleding van het gebouw; Ontwikkeling Leerteam; Externe contacten nieuwsbrief, OR, MR. Deze takenlijst heeft de instemming van de MR. Compensatiefactoren op de overige taken: nieuwe leerkrachten krijgen een compensatie van 20% in het eerste jaar,in het tweede jaar 10%.; leerkrachten die in combinatiegroepen (groep 3 of hoger) werken, kunnen hiervoor met 20% van hun taakuren worden gecompenseerd. Dit kan ook gelden voor leer krachten die in meerdere klassen werken; voor groepen die aan het begin van het schooljaar meer dan 30 leerlingen hebben, geldt een compensatie van 10%, bij 35 of meer is dit 20%; extreem moeilijke klassen kunnen worden gecompenseerd voor een nader te bepalen percentage; voor de oudere leerkrachten geldt de volgende compensatieregeling (naast de mogelijkheid om gebruik te maken van de BAPO regeling): vanaf 52 jaar 10% en vanaf 56 jaar 20%; voor minder-arbeidsgeschikten wordt in overleg een maatwerkconstructie toegepast. Het percentage compensatie is een gedeelte van de overige taakuren.
4.3.6. Deskundigheidsbevordering Deskundigheidsbevordering komt aan de orde in de gesprekscyclus. Medewerkers kunnen voor (persoonlijke) scholing opteren (bij voorkeur in relatie tot de organisatorische doelen –zie hoofdstuk 4.1- en/of de competentieset en/of het opgestelde persoonlijk ontwikkelplan) en daarnaast organiseert en faciliteert de directie teamgerichte scholing. Ook deze scholing richt zich op het versterken van de missie, de visie en de afspraken (doelen) van de school. In de regel volgt het team twee keer per jaar teamgerichte scholing. Iedereen is daarbij aanwezig. De scholing maakt deel uit van de normjaartaak onder het kopje deskundigheidsbevordering. Op schoolniveau is een budget beschikbaar voor cursussen. Op het niveau van de stichting wordt jaarlijks een budget vastgesteld voor opleidingen.
35
Gevolgde teamscholing 2003-2007 Deze wordt jaarlijks vermeld in ons jaarplan. Het programma is opgenomen in de ABC map: studiedagen Jaar
Thema
Organisatie
2003-2004
Bas: stand van zaken opmaken
Zeehonk
Interne communicatie
Zeehonk
Bas
Seminarium voor Orthopedagogiek
2004-2005
OBD Dyslexieprotocol 2005-2006
Bas
2006-2007
Leerteams, onderwijsbehoefte Bas leervragen
Gevolgde persoonlijke scholing 2003-2007 Naar aanleiding van POP-gesprekken worden afspraken rond individuele scholing gemaakt. Dit is terug te vinden in het personeelsdossier. Dit waren o.a.: Thema
Organisatie
Aantal medewerkers
Jonge risicokind
Seminarium
2
Studiedag PCPO
PCPO D&B
team
Studiedag WSNS
WSNS
Team /MT
Intern begeleiding
Seminarium voor Orthopedagogiek
2
Gedragsspecialist
Seminarium voor Orthopedagogiek
2
4.3.7. Werving en selectie Voor de werving en selectie is het beleid vastgelegd in de benoemingsprocedure personeel, zoals opgenomen in het handboek PCPO D&B. In de sollicitatieprocedure wordt uitgegaan van de competenties zoals deze zijn vastgesteld door de stichting. Zodra een nieuw personeelslid is aangenomen wordt een mentor aangewezen om de nieuwe collega te begeleiden tijdens de introductieperiode. De nieuwe collega kan ook zelf zijn/haar voorkeur uitspreken voor een mentor.
4.3.8. Beleid met betrekking tot stagiaires De stichting heeft een samenwerkingsovereenkomst met de Hogeschool INHOLLAND in verband met de begeleiding van PABO- stagiaires. In het kader van “Opleiden in school” is een handboek ontwikkeld ten behoeve van de begeleiding van studenten. De stichting PCPO D&B beschikt over een bovenschoolse coach om de mentoren (praktijkbegeleiders) te coachen en het opleidingstraject van de studenten te monitoren. Met de Regionale opleidingscentra (ROC’s) in de regio wordt in het schooljaar 2007-2008 een vergelijkbaar begeleidingssysteem opgezet voor de studenten die worden opgeleidt tot onderwijsassistent.
4.3.9. Verzuimbeleid De stichting beschikt over een verzuimprotocol waarin wordt beschreven wat van de medewerker en wat van de leidinggevende wordt verwacht om een in het geval van verzuim te handelen. Het protocol is opgenomen in het handboek PCVPO D&B. Het beleid is er op gericht om de medewerker zo te begeleiden dat de verzuimperiode beperkt blijft. Bij de uitvoering van het verzuimbeleid worden we ondersteund door een gecertificeerde Arbo-dienst.
36
Hoofdstuk 5
Organisatie en beleid Algemeen directeur + Stichtingsbestuur
Ondersteunend personeel bestuurskantoor
Directeur
Gemeenschappelijke medezeggenschapsraad
Directeur
Directeur
Medezeggenschapsraad
Leerkracht
Leerkracht
Leerkracht
Onderwijs ondersteunend personeel
Ouderraad
Zeehonk maakt deel uit van de Stichting PCPO D&B bestaande uit 10 scholen. De algemeen directeur en de directeuren van de scholen maken het beleid. De algemeen directeur legt verantwoording af aan het Stichtingsbestuur. De directeuren van de scholen leggen verantwoording af aan de algemeen directeur. Het bestuur is een ‘bestuur op afstand’ en is niet rechtstreeks bij de scholen betrokken (conform het managementstatuut). De algemeen directeur voert overleg met de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad. De scholen hebben elk een eigen MR, die advies of instemming geeft bij schoolaangelegenheden (medezeggenschapsstatuut d.d.19-04-2007).
5.2. Structuur (groeperingsvormen) Op Zeehonk werken we met een leerstofjaarklassensysteem. Zeehonk heeft 9 klaslokalen. Afhankelijk van het leerlingenaantal starten we met 8 of 9 groepen. De groepen zijn samengesteld uit jaargroepen, alleen soms gecombineerd in de groepen 1en 2.Dit betreft dan de groep instromers.
5.3.
Schoolklimaat (inclusief Sociale Veiligheid)
Inleiding Wij vinden het belangrijk dat de school een veilige en verzorgde omgeving is voor iedereen. Uit de oudertevredenheidspeiling van 2008 staat sfeer en inrichting van het schoolgebouw op nummer 1 van top 10 van tevredenheid van onze ouders. Veiligheid is een maatschappelijk gezien zeer belangrijk aandachtspunt. In 2003 heeft Zeehonk “Een veilige basis” als motto gekozen. Om onze missie te kunnen halen is veiligheid een voorwaarde. Op Zeehonk moet iedereen zich zowel fysiek als psychisch veilig voelen. De verwachtingen voor leerlingen en ouders ten aanzien van veiligheid op onze school, maar ook de verwachtingen van school van de leerling en ouder zijn in onze schoolgids opgenomen. Zeehonk heeft een veiligheidsplan. In dit plan wordt het beleid ten aanzien van de fysieke en sociale veiligheid beschreven. Alle hieronder beschreven onderdelen, protocollen, plannen enz. bevinden zich in de ABCmap: Veiligheid.
37
5.3.1 Fysieke veiligheid Alle scholen binnen de stichting PCPO Duin en Bollenstreek hebben een gebruikersvergunning. Deze vergunning wordt door de gemeente afgegeven, na advies van de preventiemedewerker van de brandweer. Door de preventiemedewerker worden de ontruimingsinstallatie, het ontruimingsplan en de (brand)veiligheid van de school gecheckt. Eventuele verbeterpunten worden geïnventariseerd en worden uitgevoerd. Zeehonk heeft een meerjarenonderhoudsplan. RIE( risico- inventarisatie en evaluatie) In elke school is er binnen de groep bedrijfshulpverleners (BHV-ers) een BHV preventie verantwoordelijke. Alle scholen hebben minimaal één BHV-er per 50 mensen. Op Zeehonk hebben 7 leerkrachten de opleiding tot BHV-er. De namenlijst bevindt zich in de map . Op Zeehonk hebben we twee EHBO koffers. Een is voor gebruik door BHV-ers, een is er voor dagelijks gebruik. De BHV-ers hebben draaiboeken gemaakt voor calamiteiten, maar ook voor bijzondere situaties als vieringen, sportdagen, musical en schoolreisjes. Jaarlijks wordt een schoolverkenning doorgelopen. Van de schoolverkenning wordt een plan van aanpak gemaakt. Hiervoor gebruiken we de methode “Veiligheid op de basisschool: werken aan een school zonder ongelukken”, van Consument en veiligheid. Bij zowel de schoolverkenning, als het plan van aanpak, zijn de documenten van het voorgaande jaar het uitgangspunt. Het plan van aanpak is hierdoor een ‘levend’ document, dat uitgangspunt is voor de verbeterpunten en onderdeel van het jaarplan. Een keer in de vier jaar wordt een algemene schoolverkenning uitgevoerd. In juni 2006 is voor Zeehonk de Algemene schoolverkenning door Commitarbo uitgevoerd. Op grond van dit verslag heeft Zeehonk een meerjarenplan van aanpak gemaakt. We hebben een registratie van de ongevallen en risico’s dat jaarlijks geëvalueerd wordt. In onze schoolgids staan ook maatregelen beschreven ten aanzien van verkeersveiligheid en gymnastiek. Voor gym hebben we een protocol. In elke klas en de overblijfruimte hangt het ontruimingsplan. Elk schooljaar wordt dit twee keer geoefend. Een keer in de twee jaar doen we dit in samenwerking met de brandweer. Voor de keuring en het onderhoud van de speeltoestellen is bovenschools een contract afgesloten. Alle speeltoestellen op het plein worden jaarlijks gekeurd. Aan de hand van het keuringsrapport wordt het onderhoud gepland. Voor de gymtoestellen in de gymruimten van de onderbouw vindt ook een jaarlijkse keuring plaats. Beide keuringen vallen onder de keuringsdienst van waren. Jaarlijks worden de brandhaspels brandblussers gecontroleerd. Jaarlijks worden de verwarmingsketels gecontroleerd. Bovenschools is er een contract afgesloten voor de jaarlijkse controle van de brandmeldinstallatie. Een veilige school is een schone school. Zeehonk heeft regelmatig contact met de medewerkers van het schoonmaakbedrijf. Afspraken rond de schoonmaak zijn vastgelegd in de ABC-map: schoonmaak. Beoordeling - Jaarlijks de schoolverkenning. - Een keer in de vier jaar een schoolverkenning door arbodienst. - Door brandweer: hercontrole gebruiksvergunning. Verbeterpunten - Alle verbeterpunten van de hercontrole worden verwerkt in ons jaarplan. - Het veiligheidsplan en ontruimingsplan moeten blijvend worden geactualiseerd.
38
5.3.2 Sociale Veiligheid (Zie ook schoolgids en hierboven. ) Het is van groot belang dat Zeehonk een veilige en verzorgde omgeving biedt voor de leerlingen en de medewerkers. Een omgeving waar iedereen zich geaccepteerd voelt en waar het plezierig is om samen te werken. Wij vinden het van groot belang dat Zeehonk een veilige omgeving biedt voor de leerlingen en de medewerkers. Desondanks kan het gebeuren dat zich incidenten voordoen die de veiligheid van leerlingen en medewerkers in gevaar brengen. Te denken valt aan: fysiek geweld; intimidatie en/of bedreiging met fysiek geweld, via sms, e-mail of internet; pesten, treiteren en/of chantage; seksuele intimidatie, seksueel misbruik; discriminatie of racisme; vernieling, diefstal, heling; religieus extremisme. In het veiligheidsplan zijn protocollen en afspraken opgenomen die ertoe bijdragen om de sociale veiligheid van leraren en leerlingen te waarborgen. Het betreffen o.a. afspraken over: vermoeden kindermishandeling; pesten op school; internetgebruik. In de schoolgids is de klachtenprocedure opgenomen en informatie betreffende de vertrouwensinspecteur en meldpunten psychosociale hulpverlening. Afspraken Leraren gaan positief met elkaar en met de leerlingen om. Het schoolklimaat draagt ertoe bij dat de leerlingen de school positief waarderen. Zeehonk waakt over de fysieke en psychische veiligheid van de leraren en leerlingen. Zeehonk organiseert activiteiten om de algemene betrokkenheid van leerlingen bij de school te vergroten. Ouders tonen zich betrokken bij de school door activiteiten die de school daartoe onderneemt. Een keer per jaar wordt d.m.v. een enquête van weerbare tieners het veiligheidsgevoel van leerlingen van groep 8 onderzocht. Beoordeling Schoolklimaat is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd.(zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 14). Verbeterpunten Zeehonk heeft duidelijke omgangsregels. Nadere voltooiing van het veiligheidsbeleidsplan.
5.3.3 Arbobeleid Arbobeleid is onderdeel van ons veiligheidsplan. (Zie ABC-map) Met Commit-arbo (Achmea Vitale) is door de Stichting een contract afgesloten voor de Arbozorg. Door de Stichting PCPO is een ziekteverzuimprotocol opgesteld. Op schoolniveau functioneert de directeur als preventiemedewerker. De preventiemedewerker heeft tot taak: medewerking verlenen aan het verrichten en opstellen van een risico-inventarisatie en –evaluatie: RI & E; uitvoeren van Arbomaatregelen, incl. maatregelen plan van aanpak ASV; adviseren aan en overleggen met de MR. De taken van de Arbodienst zijn:
39
-
algemene schoolverkenning, inventarisatie en evaluatie van alle gevaren die de arbeid voor de veiligheid, de gezondheid en het welzijn met zich meebrengt; verzuimbegeleiding van zieke personeelsleden.
-
Er zullen altijd privé ziekteverzuimoorzaken blijven bestaan die niet door de werksituatie zijn te beïnvloeden. Wel blijkt van belang voor de motivatie van betrokkenen, dat er aandacht is vanuit school voor de individuele problematiek. Dit kan het ziekteverzuim verkorten. Per 1 april 2002 is de wet ‘verbetering poortwachter’ van kracht. Bij ziekte van de werknemer wordt van werkgever en werknemer een actieve opstelling verwacht om zo snel mogelijk tot werkhervatting te komen. De schoolleider (casemanager) bespreekt samen met de werknemer het door de ARBO- dienst opgestelde re-integratie plan . Op Zeehonk hanteren we een preventief ziekteverzuimbeleid (Zie ABC-map). Het uitgangspunt van de schoolleiding van Zeehonk is: het bevorderen van het welbevinden op het werk. Jaarlijks worden de verzuimcijfers geanalyseerd en besproken met het team. Op Zeehonk hanteren we ook een leeftijdsbewust personeelsbeleid.
5.4.
De interne communicatie
Inleiding Onze school vindt goede communicatielijnen met alle betrokkenen buitengewoon belangrijk. We vinden het in de eerste plaats van groot belang, dat leerkrachten op een goede manier met elkaar communiceren. Deze communicatie moet met name gericht zijn op de doelen van de school, op de gedragslijnen en op afstemming tussen de leraren. De verschillend (gedrag)afspraken zijn opgenomen in de basmap en in de klassenmap. De klassenmap functioneert dus ook als een communicatiemiddel. De interne communicatie is gericht op onderwijsinhoudelijke zaken. Tevens vinden we het van belang dat de communicatie met degenen die betrokken zijn bij school ( bevoegd gezag ,OR en MR) optimaal verloopt. Afspraken - Zeehonk heeft een adequate overlegstructuur: PV vergaderingen, bouwvergaderingen, MT overleg, commissies, leerteams, OR en MR vergaderingen. - Het overleg binnen al deze groepen is gericht op de doelen (kwaliteit ) van de school. Elk overleg kenmerkt zich door een agenda vooraf. Het overleg leidt tot minimaal een besluiten/afsprakenlijst. - Op Zeehonk hebben we een professionele communicatiecultuur. Dit betekent dat we elkaar persoonlijk aanspreken, op de juiste plaats en op de juiste manier. We zijn ons bewust van onze eigen communicatiestijl en passen die eventueel aan. We geven elkaar respectvolle feedback en accepteren ook feedback van anderen. - De klassenmappen functioneren als effectief communicatiemiddel. - Zeehonk heeft een checklist communicatiemiddelen. - We houden ons aan gemaakte afspraken. - Schriftelijke communicatie gaat via besluitenlijst, klassenmappen, overdrachtsformulieren, draaiboeken, gele memo’s, mededelingen (zoveel mogelijk gekoppeld aan agenda van de PV), weekagenda op het prikbord op kantoor en boven in personeelskamer. - We verzamelen om 8.10 uur ochtends in de ‘serre’. De lunch vindt zoveel mogelijk plaats in personeelskamer van 12.15 uur tot en met 12.45 uur. Beoordeling Interne communicatie is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd. (zie ABC-map: Kwaliteitszorg , werken met kwaliteitskaarten: 15).
Verbeterpunten Voor de borging van de afspraken hanteren we de Basmap, de klassenmap en de ABC-mappen.
40
5.5.
We willen nog een abc-afspraken-opzoekboekje ontwikkelen. Informatie wordt verstrekt via e- mail. De communicatie met externe instanties
Inleiding Wij vinden het belangrijk om gereguleerde functionele contacten te onderhouden met instanties en instellingen die zich binnen het circuit van de school bevinden. Afspraken Zeehonk onderhoudt contacten met scholen van voortgezet onderwijs. Zeehonk onderhoudt functionele contacten met begeleidingsdiensten (OBD), hogescholen en pedagogische centra, ROC’s. Zeehonk participeert binnen een samenwerkingsverband (WSNS) en andere netwerken, zoals het Zorg Advies Team overleg (ZAT) in de regio. Zeehonk onderhoudt functionele contacten met de gemeente Noordwijk en de Noordwijkse directeuren ( DONS). Zeehonk onderhoudt functionele contacten met B.S.O.: Stichting jeugd en Welzijn Bollenstreek en Humanitas. Zeehonk onderhoudt functionele contacten met instellingen en voorzieningen in de plaats, w.o. protestantse kerk, bibliotheek, aanbieders in de buurt. (Culturele en sport instellingen). Zeehonk zorgt voor een goed en rechtmatig contact met de pers. Beoordeling Communicatie met externe instanties is onderdeel van de kwaliteitszorg. Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd (zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 16). Verbeterpunten Zeehonk onderhoudt contacten met toeleverende instellingen, w.o. peuterspeelzalen, kinderdagverblijven.
5.6.
De communicatie met ouders
Inleiding Als het gaat om ouderbetrokkenheid wil Zeehonk een relatiegerichte school zijn. Wij willen de ouders de juiste informatie verstrekken, we willen duidelijk maken hoe de lijnen lopen. Goede contacten met de ouders vinden wij onontbeerlijk, omdat school en ouders in principe dezelfde doelen nastreven. Ouders zien wij daarom als gelijkwaardige gesprekspartners. De bevindingen van ouders zijn belangrijk om het kind goed te kunnen begeleiden. Voor ouders is het belangrijk dat zij goed geïnformeerd worden over de ontwikkeling van hun kind.
-
Afspraken Zeehonk heeft een actuele website, waarop alle informatie te vinden is over onze school. Ouders ontvangen een schoolgids en de jaarkalender. Ongeveer iedere twee weken ontvangen ouders op donderdag de nieuwsbrief. Aan het begin van het schooljaar wordt er in iedere groep een informatieavond gehouden. Ouders worden voorbereid op het vervolgonderwijs. Per schooljaar wordt er drie keer een rapport uitgereikt. Handelingsplannen worden besproken met en ondertekend door ouders. Leerkrachten stimuleren onderwijsondersteunend gedrag van ouders in de thuissituatie. Gemiddeld 1x per maand is er een spreekuuravond. Zeehonk heeft een ouderhoek, met postermateriaal en folders van aanbieders uit de buurt. Zeehonk betrekt ouders bij schoolactiviteiten. Zeehonk organiseert een bedankochtend voor actieve ouders.
41
Beoordeling Elke 4 jaar houden we een tevredenheidpeiling onder ouders. De terugkoppeling naar ouders geschiedt via de nieuwsbrief. Het hele rapport wordt gepubliceerd op de website. De resultaten worden geanalyseerd. Verbeterpunten worden opgenomen in jaarplan en schoolplan. Daarnaast is communicatie met ouders onderdeel van kwaliteitszorg . Een keer in de vier jaar wordt dit met behulp van WMK PO geanalyseerd. (zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 17)
Verbeterpunten - Huishoudelijk reglement voor OR
42
Hoofdstuk 6
Financieel beleid
6.1 Lumpsumfinanciering Per augustus 2006 is de lumpsumbekostiging ingevoerd. De overgang van het declaratiestelsel naar de lumpsumbekostiging is een grote complexe operatie, die veel meer omvat dan uitsluitend een financieel technische wijziging. De aanzet is altijd deregulering en autonomievergroting geweest. Meer vrijheid en minder regels, maar ook meer verantwoordelijkheid. De lumpsumbekostiging maakt een andere wijze van bedrijfsvoering noodzakelijk op het niveau van de stichting, maar ook op het niveau van de school. Het veranderen van de bedrijfsvoering is een proces dat de nodige tijd zal vergen, zeker gezien het feit dat het (primair) onderwijs geen cultuur kent waarbinnen een adequate bedrijfsvoering prioriteit heeft. Onze organisatie vormt hierop geen uitzondering. Basis voor de veranderingen in de bedrijfsvoering is het financiële beleid, zoals dat is vastgelegd in het Financieel Beleidsplan 2007-2010 van de Stichting PCPO D&B. Dit plan bestrijkt het grootste deel van de schoolplanperiode 2007-2011. In 2010 zal een financieel beleidsplan worden ontwikkeld voor de periode daarna. Het financiële beleid dat anders dan tot nog toe in een prominente voorwaardenscheppende rol wordt geplaatst, maakt deel uit van het integrale beleid van PCPO D&B en heeft tot doel de gewenste onderwijskundige ontwikkelingen mogelijk te maken en de beheersbaarheid van dit continue proces te bevorderen. In dit schoolplan staan de hoofdlijnen van het beleid uit dit financieel beleidsplan beschreven. Voor nadere informatie wordt verwezen naar het “Financieel Beleidsplan 2007-2010” van de Stichting PCPO D&B.
6.2. Formatiebeleid De som van de totale loonkosten mag niet meer bedragen dan 85% van de Rijksbijdrage (het lumpsumbudget). PCPO D&B streeft ernaar om dit percentage verder terug te brengen naar maximaal 82%. Op deze wijze ontstaat er meer ruimte voor investeringen in het kader van innovatie en voor het onderhoud van onze gebouwen. Om dit te bereiken is met ingang van 1 augustus 2007 een allocatiemodel ingevoerd, waarbij op schoolniveau formatie taakeenheden (Fte’s) worden toegekend op basis van de vastgestelde allocatiecriteria. Het budget dat beschikbaar is voor formatie komt overeen met het van Rijkswege toegekende formatiebudget plus maximaal 50% van het budget voor Personeels- en Arbeidsmarktknelpunten beleid plus de eventueel door gemeenten toegekende formatie voor vakonderwijs. Het bestuursformatieplan beschrijft in kwantitatief en kwalitatief opzicht welke functies op termijn deel (moeten gaan) uitmaken van de gewenste of noodzakelijk geachte personeelsformatie. Het beleid is gericht op het zo efficiënt mogelijk inzetten van het personeel ten behoeve van het primaire proces. Behoud van werkgelegenheid en het realiseren van kwalitatief hoogwaardig integraal personeelsbeleid zijn secundaire belangen die ertoe bijdragen dat de kwaliteit van het onderwijs binnen de Stichting op hoog niveau blijft. Het formatiebeleid kent twee niveaus: het bestuursformatieplan en het schoolspecifieke plan voor de inzet van de toegekende formatie. Het bestuursformatieplan is een meerjaren formatieplan en heeft een nadrukkelijke relatie met de loonkosten van het personeel. Daarnaast biedt dit plan inzicht in de verdeling van het personeel over de scholen. Het bestuursformatieplan is een beleidsdocument, waarin de verbinding tussen middelen, personeelslasten en onderwijs wordt gelegd. Het is duidelijk in verband met het meerjarenperspectief dat prognoses noodzakelijke instrumenten zijn. Op basis van het bestuursformatieplan is er een begroting met betrekking tot de personele exploitatie.
43
6.3. Materiële instandhouding De middelen voor de materiële exploitatie worden toegekend aan de scholen, onder aftrek van de middelen die worden ingehouden ten behoeve van zaken als administratie, verzekeringen, onderhoud en onderhoudsbeheer. De directeur van de school is budgethouder en dient maandelijks aan de hand van grootboekoverzichten en budgetvergelijkingsoverzichten te controleren of de exploitatie conform de begroting is. Een keer per kwartaal is er een controlemoment op bovenschools niveau aan de hand van de door het administratiekantoor samengestelde softclosing. Twee keer per jaar wordt op basis van de softclosing een rapportage opgesteld voor het bestuur. De softclosing heeft overigens betrekking op het totaal van de financiële activiteiten. De meerjarenbegroting materiële instandhouding (MI) bestaat uit een meerjaren- exploitatiebegroting en een meerjaren investeringsbegroting. De meerjarenexploitatiebegroting is een geraamd overzicht van baten en lasten over een van te voren bepaalde termijn. In deze begroting gaat het om de volgende baten en lasten: Baten - De zogenaamde VELO-vergoeding binnen de Rijksbijdrage (lumpsumbudget) voor de materiële instandhouding. Deze VELO-vergoeding is gebaseerd op een door het Rijk vastgesteld programma van eisen. - Overige vergoedingen, het gaat hierbij vooral om huurinkomsten. Lasten - Afschrijvingen - Huisvestingskosten - Onderwijsgebonden kosten - Algemene kosten - Administratie- en beheerskosten Daarnaast is er nog een ander onderdeel dat moet worden meegenomen in de begroting, dat is het budget dat de stichting ontvangt onder de naam “Personeels- en arbeidsmarkt-knelpuntenbeleid”. Dit betreft een waar verzamelbudget. In grote lijnen gaat het om extra middelen voor formatie (administratieve krachten, extra handen in de klas), scholing, ouderschapsverlof en personeelsbeleid in de ruimste zin des woords. In dit verzamelbudget zijn inmiddels als afzonderlijke componenten ook het budget “Versterking bestuur & management” en de middelen voor schoolbegeleiding opgenomen. De componenten die deel uitmaken van dit “Personeels- en arbeidsmarktknelpuntenbeleid” zijn opgenomen in de meerjarenbegroting materiële instandhouding en als het gaat om personele lasten, in het bestuursformatieplan en de begroting met betrekking tot de personele exploitatie.
Een exploitatiebegroting houdt geen rekening met uitgaven in duurzame zaken als inventaris, gebouwen, onderwijsleerpakketten en ICT. Deze investeringen worden geraamd in de meerjareninvesteringsbegroting. Deze begroting wordt gekoppeld aan de materiële vaste activa, in verband met vervangingen van afgeschreven zaken. Naast vervangingsinvesteringen moet er ook ruimte zijn voor investeringen met een innovatief karakter. Het onderwijskundig beleid is uiteraard van invloed op de investeringsbegroting. Voor het planmatig onderhoudsbeheer is een meerjarenonderhoudsplan gemaakt.
44
6.4 Sponsoring De school conformeert zich aan het “Convenant scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring 2002”. Dit houdt onder meer in dat: - sponsoring niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs en de school in gevaar mag brengen; - sponsoring verenigbaar moet zijn met de statutaire grondslag van de rechtspersoon van wie de school uitgaat, alsmede de doelstellingen van de school en het onderwijs; - de school niet in een afhankelijkheidsrelatie tot de sponsor(s) mag komen te verkeren; - sponsors dienen de uitgangspunten van het convenant te accepteren.
6.5 Begroting Jaarlijks wordt een begroting gemaakt (Zie ABC-map: financiën). Uitgangspunt hierbij is een kloppende begroting. Daarnaast moet de profilering en het jaarplan te zien zijn aan de begroting.
45
Hoofdstuk 7
Kwaliteitsbeleid
7.0 Kwaliteitszorg Onze school onderscheidt kwaliteit en kwaliteitszorg. We streven kwaliteit na (zie de afspraken bij de verschillende beleidsterreinen) en we zorgen ervoor, dat de kwaliteit op peil blijft: we beoordelen de afspraken systematisch en cyclisch (zie evaluatieplan) en op basis van de bevindingen verbeteren of borgen we onze kwaliteit. Van belang is ook, dat onze kwaliteitszorg gekoppeld is aan het integraal personeelsbeleid. We streven ernaar, dat onze medewerkers competenties ontwikkelen die gerelateerd zijn aan de beleidsterreinen die we belangrijk vinden. Daardoor borgen we dat de schoolontwikkeling en de ontwikkeling van onze ze medewerkers parallel verloopt. Voor de analyse van ons onderwijs gebruiken we het instrument: Werken met kwaliteitskaarten van Cees Bos. Jaarlijks analyseren we 2 onderdelen met het hele team en twee onderdelen worden geanalyseerd door het MT. Van deze 4 onderdelen worden eventuele verbeterpunten opgenomen in het jaarplan van het daaropvolgende schooljaar. Deze verbeterpunten worden zo SMART (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdgebonden) mogelijk beschreven. Afspraken We hebben inzicht in de kernmerken van onze leerlingenpopulatie. We beschikken over doelen (afspraken) bij diverse beleidsterreinen. We beschikken over een evaluatieplan waardoor geborgd is, dat de verschillende afspraken minstens 1 x per vier jaar beoordeeld worden. We laten de kwaliteit van onze school cyclisch beoordelen door ouders, leerlingen en leraren. We werken planmatig aan verbeteringen (vanuit de documenten: schoolplan en jaarplan). We evalueren stelselmatig of onze verbeterplannen gerealiseerd zijn. We borgen onze kwaliteit (o.a. door zaken op schrift vast te leggen). We rapporteren aan belanghebbenden (inspectie, bevoegd gezag en ouders). We waarborgen de sociale veiligheid van medewerkers en leerlingen. Beoordeling Kwaliteitszorg wordt een keer in de vier jaar met behulp van WMK PO geanalyseerd.( zie ABC-map: Kwaliteitszorg, werken met kwaliteitskaarten: 18) Verbeterpunten Beoordelingen kwaliteit van onze school door leerlingen. Beoordeling kwaliteit van onze school door leerkrachten: Aan de hand van “7 bronnen van arbeidsvreugde” van Kees Kouwenhoven .
7.1 Terugblik Schoolplan 2003-2007 en zelfevaluatie In het schooljaar 2002-2003 heeft Zeehonk een nieuwe directeur gekregen. Door de directeurswisseling, de herbouw na de brand en het opnieuw formuleren van de missie en visie heeft het schoolplan 2003-2007 vertraging opgelopen. Zeehonk kreeg naast een nieuw gebouw, een nieuw logo en een nieuw motto: “Een veilige basis”. Zeehonk is een Bas-school: bouwen aan een adaptieve school. We blijven bouwen, ook aan ons schoolplan. Bas en Bas+ biedt ons als team nog genoeg onderwerpen om een lerende organisatie te blijven. Daarnaast zijn we begonnen met leerteams: leren van elkaar. Elke groep werkt met een jaarplanning en met een weekplanning in de klassenmap. Het werken met niveaugroepen is een vanzelfsprekendheid. Er is een administratiesysteem en tevens borgingsysteem opgezet: ABC-mappen. We hebben het werken met kwaliteitskaarten ingevoerd. Hiermee hebben we een instrument in handen waarmee we ons onderwijs kunnen analyseren en de kwaliteit indien nodig kunnen verbeteren. Sinds 01-03-2003 behoort Zeehonk tot de stichting PCPO D&B. Dit leidde tot de beschrijving en vastleggen van veel beleidszaken. Ook droeg het bij tot nieuwe ontwikkelingen. Zo hebben we meegedaan aan een internationaliseringproject. Naar aanleiding van een studiereis van de ICT-er naar Engeland, hebben we besloten tot de aanschaf van ACTIVEBoards. Dit heeft ook enorm stimulerend gewerkt op het computergebruik van leerkrachten.
46
Voor het eerst is er een oudertevredenheidspeiling gehouden: Zeehonk scoorde een mooie 8. Zorg en begeleiding, wij noemen dit liever ‘omgaan met verschillen’, heeft onze grote aandacht gehad. De beide IB-ers zijn gediplomeerd, handelingsplannen worden beter opgesteld, we hebben leerlingendossiers, aandacht voor dyslexie, maar ook voor hoogbegaafdheid, we zien een stijging in ons aantal leerlingen met een persoonsgebonden financiering. Door gebruik te maken van competenties van leerkrachten en profilering van Zeehonk hebben we subsidies aangevraagd en gekregen voor cultuureducatie en techniek. Al onze voorgenomen doelstellingen in het schoolplan hebben we gehaald, en zelfs meer.
7.2 Analyse inspectierapport In juli 2007 hebben we het rapport periodiek kwaliteitsonderzoek ontvangen. De inspectie heeft complimenten geuit aan het adres van leraren en zorgcoördinatoren voor de uitvoering van zorg en begeleiding in de praktijk Voor pedagogisch handelen en actieve en zelfstandige rol leerlingen scoren we een 4. Verbeterpunten Uitgestelde aandacht: hoe kunnen we onzekere kinderen en rugzakkinderen hier ook goed mee leren omgaan? Bij jaarplan: kwaliteitszorg apart vermelden of arceren. In het jaarplan duidelijk vermelden dat kwaliteitszorg onderdeel is van het jaarplan. Doelen smart omschrijven. Voor de jaarplannen groep 1en 2 geldt dat de tussendoelen vermeld moeten worden. Beleid ten aanzien van sociale veiligheid / veiligheidsplan moet beschreven worden. Er moet een instrument komen om de sociale ontwikkeling van leerlingen in kaart te brengen. Er moet een actueel zorgdocument zijn waarin afspraken en procedures zijn beschreven. Waaronder ‘Procedure rugzakleerling’ en ‘Procedure jonge kinderen’. Beschrijven beleid actief Burgerschap. Genoemde aspecten zijn opgenomen in het plan van aanpak 2007-2008. Het rapport is te vinden op onze website.
7.3 Analyse Quick Scan In het schooljaar 2007-2008 hebben we de quickscan gedaan. Van deze analyse hebben we beleidsterreinen die lager dan een 3 scoorden vooraan in het vierjarenplan gezet. De gemiddelde score was 3,26.
Onze beleidsterreinen (kwaliteitszorg)
Kwaliteitszorg
3,36
Leerstofaanbod & Toetsinstrumenten
2,78
Sociaal-emotionele ontwikkeling
2,8
47
Leertijd
2,8
Pedagogisch klimaat
3,8
Didactisch handelen
3,11
Schoolklimaat
3,67
Zorg en begeleiding
3,75
Opbrengsten
3,57
Professionalisering (Integraal Personeelsbeleid)
Interne communicatie
3,29
Externe contacten
3,71
Contacten met ouders
3,71
ICT
2,41
Taalbeleid
TOTAAL
3,26
7.4 Analyse oudervragenlijst Ouders zijn tevreden over Zeehonk, zij gaven ons in 2004 een rapportcijfer 8. Uit de oudertevredenheidspeiling bleek dat we ons onderwijs op 4 punten konden verbeteren: aandacht voor ICT; aandacht voor creatieve vakken; aandacht voor gym; veiligheid op weg naar school. In 2008 is er weer een peiling gehouden. Ouders gaven Zeehonk een 7,8. Een analyse en het opstellen van verbeterpunten worden vermeld in het jaarplan van 2008-2009.
7.5 Analyse leerlingenvragenlijst In 2007 en 2008 hebben we het veiligheidsbeleven laten onderzoeken van leerlingen van groep 8. De analyse en het opstellen van verbeterpunten worden vermeld in het jaarplan van 2008-2009.
48
7.6 Analyse lerarenvragenlijst Wij hebben nog geen lerarenvragenlijst. Verbeterpunt
7.7 Het evaluatieplan In de schoolplanperiode worden alle beleidsterreinen, zoals aan bod gekomen in dit schoolplan, met een zekere regelmaat geëvalueerd. Welk beleidsterrein, wanneer geëvalueerd wordt, staat aangegeven in onderstaand schema. De opbrengsten evalueren we jaarlijks (evaluatiedag) en de beleidsterreinen die gerelateerd kunnen worden aan onderwijs en leren en schoolcondities evalueren we met een lagere frequentie. In onze jaarplannen nemen we steeds op welke beleidsterrein wanneer in het jaar geëvalueerd wordt. Over de uitkomsten van de evaluaties wordt gerapporteerd aan het bevoegd gezag, de GMR en de ouders. We analyseren 2 kwaliteitsterreinen per schooljaar met het hele team: X Daarnaast analyseren we 2 onderdelen met het MT: 0 Onze beleidsterreinen
2007
2008
2009
2010
(kwaliteitszorg)
2008
2009
2010
2011
Kwaliteitszorg Leerstofaanbod & Toetsinstrumenten
x x
Sociaal-emotionele ontwikkeling
x
Leertijd
x
Pedagogisch klimaat
x
Didactisch handelen
0
Schoolklimaat
x
Zorg en begeleiding
x
Opbrengsten
o
Professionalisering (Integraal Personeelsbeleid) Interne communicatie
0 0
Externe contacten
0
Contacten met ouders
0
ICT
0
Taalbeleid
x
Actief burgerschap
o
TOTAAL
4
4
4
4
Rapportage van de bevindingen aan: - In geval van analyse van MT aan het team. - Ook in het evaluatiejaarplan aan ouders, in een managementsrapportage aan bestuursdirecteur. - Jaarplannen en evaluatie van de jaarplannen worden opgestuurd aan inspectie. Het jaarplan wordt ook ter kennisgeving aan de afdeling onderwijs van gemeente Noordwijk gestuurd.
49
7.8
Kwaliteitsprofiel – Onze mogelijke verbeterpunten
Beleidsterrein
Waardering
Kwaliteitszorg
voldoende
Leerstofaanbod
voldoende
Toetsinstrumenten
Mogelijke verbeterpunten
Afgeleid van … Inspectierapport
Taalmethode
Analyse Kwaliteitskaart
Leesmethode
Gesprekken leerkrachten
Leertijd
goed
Inspectierapport
Pedagogisch klimaat
goed
Groepsbezoek/inspectierapport
Didactisch handelen
voldoende
Effectieve instructie
Groepsbezoek
Groepsplannen, plannen aan instructietafel(klassenmanagement) Schoolklimaat
zwak
(Sociale Veiligheid)
Leefstijl opfrissen
OTP
Duidelijke omgangsregels afspreken Aanpak pesten Ontwikkelingsvolgmodel sociaal emotionele ontwikkeling
Zorg en begeleiding
voldoende
Informeren en betrekken van ouders bij leerlingen met handelingsplan
OTP
Doubleren en kleuterverlenging: criteria Programma meer/hoogbegaafde leerlingen Opbrengsten
voldoende
Interpreteren en sturen op trendanalyses
Professionalisering
goed
Mobiliteit
Interne communicatie
voldoende
Abc-afspraken-opzoekboekje
Externe contacten
goed
Contacten met peuterspeelzaal
Contacten met ouders
goed
ICT
voldoende
Inspectierapport
Integraal Personeelsbeleid Analyse kwaliteitskaart
OTP
Jaarlijkse project Inzet van computer als ondersteuning
Identiteit
goed
Leerteam godsdienst Analyse kwaliteitskaart
50
7.9
Plan van Aanpak 2007-2011
Het schoolontwikkelplan Jaar 2007-2008 Wat Schoolplan 2007-2011
Beschrijven van onderwijskundig beleid, personeelsbeleid, schoolorganisatie, financiële en kwaliteitsbeleid voor 4 jaar.
Wanneer
Borging
Evaluatie
1 -11-2007 concept af
PV van 1-4, 13-5 concept laten lezen door MR, leerkrachten en ouders.
Door ziekte directeur verschoven naar begin schooljaar 20072008.
Definitief : 1-7 2008
Verbeterde versie opsturen naar : * MR * algemeen directeur
Opnemen in PV overzicht
* inspectie Kwaliteitszorg: werken met kwaliteitskaarten: (WMK PO)
Techniek:
Quickscan
PV van 9-10
Taalbeleid
PV van 5-2
Beschrijven van visie, en (voorstel) werkwijze
PV van 11-12-2007
Analyse en verbeterpunten in de map kwaliteitszorg, ook in digitale versie
Verbeterpunten opnemen in jaarplan 2008-2009
Opnemen in schooltaken
Evaluatie eerste PV van 2008-2009
Visie en afspraken in de map techniek Sociale veiligheid
Beschrijven van beleid, visie, (voorstel tot) werkwijze
1-8-2007
Opnemen in schooltaken PV 11-12- 2007
Evaluatie eerste PV van 2008-2009
Opnemen in schoolplan Invoering ontwikkelingsvolgmodel (OVM)
4-3-2008 Leerteam en studie PV Bas Afspraken in Basmap
51
Eind schooljaar 2009.
Wat Cultuureducatie
Beschrijven van visie op cultureel erfgoed en voorstel tot werkwijze
Wanneer
Borging
Evaluatie
1-8-2007
Opnemen in schooltaken
Evaluatie eerste PV van 2008-2009
PV 11-12-2007 Visie en afspraken in de map cultuur educatie
Godsdienstonderwijs
Doorgaande lijn afspreken
1-9-2008
Opnemen in schooltaken PV 11-12- 2007
Evaluatie eerste PV van 2008-2009
Beschrijving per groep in schoolgids Opnemen in schoolplan Documentatiecentrum opzetten Tekst in schoolgids 20072008 ICT
Internationalisering
Gebruik van de ACTIVEBoards .
ICT-er
Keuze maken per groep voor jaarlijks project
Afspraken
ICT beleid beschrijven en opnemen in schoolplan 2007-2011.
1-11-2008concept
In map ICT
Bezoek aan Italië en Groot Brittannië
6 t/m 10 oktober
Binnen schooltaken
Afspraken daar gemaakt nakomen.
en 5 dagen in mei
1-7-2008
Bespreken in PV van 11-9 en 19-2
Afspraken in de map internationalisering Rapport
Het ontwerpen van een nieuw rapport dat recht doet aan onze werkwijze en waarin ouders een goed beeld krijgen van hun kind
Af november 2007
52
PV 11-9 en bouwvergaderingen.
1-7-2008
Wat Persoonsgebonden financiering
Beschrijven en evalueren van beleid rond de inzet personeel en middelen voor rugzakkinderen
Wanneer
Borging
Evaluatie
Schooljaar 20072008
Managementteam
In PV van 1-7
Betreffende leerkrachten
Handelingsplan IPB:
Invoering bestuursbeleid rond gesprekscyclus.
Voor 1 december 2007
Formulier popgesprek
Zie afspraak op POP formulier
Schooljaar 20072008
Commissie ( taakbeleid)
PV 3-7 evaluatie
Voor Zeehonk: vervolg POP gesprekken Teambuildingsactiviteiten
Activiteiten aan het begin van het schooljaar, met kerst en aan het eind van studiedag.
Map ideeën teamuitjes Mobiliteit
Beleid beschrijven
1-11-2007
Gesprekscyclus
In PV van 1-7
Schoolplan
Bovenschools beleid CDO Veiligheidsplan: beleid, BHV, controles, brandveiligheid, risicoanalyse, protocollen fysieke en sociale veiligheid, schoolverkenning
Inhoud van mappen bespreken, controleren en invoeren
1-7-2008
Leerteam BHV
In mappen: veiligheidsplan
Schoolplan
53
11-6 studiedag
Wat Brede school
Visie beschrijven en contacten leggen
Wanneer
Borging
1-8-2008
Afspraken met wethouder, peuterspeelzaal, voor en naschoolse opvang
Evaluatie
Opnemen in jaarplan 20072008
Schoolplan Afspraken en regels
Verbeteren van papieren versie abcmappen
Managementteam
Invoeren van digitale versie Secretaresse Oriëntatie op ontwikkelingsgericht werken en thematisch werken
Teamcursus Themateit rond thema Kinderboekenweek
Studiemiddag thema Kinderboekenweek
12-11
20-9
Bouwvergaderingen 1-10 en 15-10
Het schoolplan geeft globaal de verbeterdoelen aan. Per jaar zullen we de verbeterdoelen uitgebreider beschrijven (SMART) in het jaarplan. Aan het eind van ieder schooljaar zullen we terugblikken, of we verbeterdoelen en in voldoende mate gerealiseerd hebben. We plannen daartoe jaarlijks een evaluatiemoment. Tevens bespreken we tijdens de evaluatie de “Opbrengsten van de school”. De bevindingen worden opgenomen in het jaarverslag.
54
Jaarplan 2009-2010
Wat
Kwaliteitszorg: werken met kwaliteitskaarten: ( WMK PO)
Verbeterpunten
Wanneer
Borging Analyse en verbeterpunten in de map kwaliteitszorg en in digitale versie
Zorg en begeleiding Sociaal emotionele ontwikkeling
Kwaliteitszorg: werken met kwaliteits-kaarten: ( WMK PO)
Analyse Kwaliteitszorg Leertijd
Opbrengsten Trendanalyses
Scholing MT
Bas +1
teamscholing
OVM
teamscholing
Oudertevredenheidspeiling
Verbeterpunten
Team Managementteam Terugkoppeling naar ouders via nieuwsbrieven
55
Evaluatie
Wat Persoonsgebonden financiering
Wanneer
Borging
Evaluatie
Managementteam
Beschrijven en evalueren van beleid rond de inzet personeel en middelen voor rugzakkinderen
Betreffende leerkrachten Handelingsplan
IPB
-
Formulier popgesprek
Teambuildingsactiviteiten
Activiteiten aan het begin van het schooljaar, met kerst en aan het eind van studiedag.
Commissie ( taakbeleid) Map ideeën teamuitjes
Internationalisering
Uitvoeren van nieuw project
Wim Schoneveld Opnemen in taakbeleid
Veiligheidsplan: beleid, BHV, controles, brandveiligheid, risicoanalyse, protocollen fysieke en sociale veiligheid, schoolverkenning
Inhoud van mappen bespreken, controleren en invoeren
Nieuwe methodes rekenen en
Aanschaf en implementatie nieuwe rekenen methode
Leerteam BHV In mappen: veiligheidsplan Jaarplan
wereldoriëntatie Oriënteren op wereldoriëntatie
56
Per persoon , afspraak staat op Popformulier.
Jaarplan 2010-2011
Wat
Kwaliteitszorg: werken met kwaliteitskaarten: ( WMK PO)
Verbeterpunten
Wanneer
Analyse en verbeterpunten in de map kwaliteitszorg en in digitale versie
Kwaliteitszorg Leertijd
Kwaliteitszorg: werken met kwaliteitskaarten: ( WMK PO)
Analyse Pedagogisch klimaat en schoolklimaat
Schoolplan voorbereidingen 2011-2015
Visie beschrijven
Trendanalyses
Opbrengsten Brede school: contacten met toeleverende instellingen Ict
Keuze maken per groep voor jaarlijks terugkerend project
Ict- beleidsplan voorbereiden
Ict-beleid uitvoeren
Borging
57
Evaluatie
Wat Beoordeling kwaliteit van onze school door leerlingen
Verbeterpunten
Persoonsgebonden financiering
Beschrijven en evalueren van beleid rond de inzet personeel en middelen voor rugzakkinderen
Wanneer
Borging
Evaluatie
Managementteam Betreffende leerkrachten Handelingsplan
IPB
Internationalisering
Formulier popgesprek
Uitvoeren van nieuw project
Wim Schoneveld Opnemen in taakbeleid
Nieuwe methode wereldoriëntatie
Aanschaf en implementatie nieuwe methode wereldoriëntatie
58
Per persoon , afspraak staat op Popformulier.
7.10
Het schoolontwikkelplan Jaar 2008-2009 Beleidsterrein
Verbeterdoel(en)
1e
2e
Consequenties - organisatie - professionalisering - middelen
01
02
03
04
05
06
07
08
09
Evaluatiedagdeel
10
Het schoolplan geeft globaal de verbeterdoelen aan. Per jaar zullen we de verbeterdoelen uitgebreider beschrijven (SMART) in het jaarplan. Aan het eind van ieder schooljaar zullen we terugblikken, of we verbeterdoelen en in voldoende mate gerealiseerd hebben. We plannen daartoe jaarlijks een evaluatiemoment. Tevens bespreken we tijdens de evaluatie de “Opbrengsten van de school”. De bevindingen worden opgenomen in het jaarverslag.
59
7.11
Het schoolontwikkelplan Jaar 2009-2010
Beleidsterrein
Verbeterdoel(en)
1e
2e
Consequenties - organisatie - professionalisering - middelen
01
02
03
04
05
06
07
08
09
10
Evaluatiedagdeel
Het schoolplan geeft globaal de verbeterdoelen aan. Per jaar zullen we de verbeterdoelen uitgebreider beschrijven (SMART) in het jaarplan. Aan het eind van ieder schooljaar zullen we terugblikken, of we verbeterdoelen en in voldoende mate gerealiseerd hebben. We plannen daartoe jaarlijks een evaluatiemoment. Tevens bespreken we tijdens de evaluatie de “Opbrengsten van de school”. De bevindingen worden opgenomen in het jaarverslag.
60
7.12
Het schoolontwikkelplan Jaar 2010-2011 Beleidsterrein
Verbeterdoel(en)
1e
2e
Consequenties - organisatie - professionalisering - middelen
01
02
03
04
05
06
07
08
09
10
Evaluatiedagdeel
Het schoolplan geeft globaal de verbeterdoelen aan. Per jaar zullen we de verbeterdoelen uitgebreider beschrijven (SMART) in het jaarplan. Aan het eind van ieder schooljaar zullen we terugblikken, of we verbeterdoelen en in voldoende mate gerealiseerd hebben. We plannen daartoe jaarlijks een evaluatiemoment. Tevens bespreken we tijdens de evaluatie de “Opbrengsten van de school”. De bevindingen worden opgenomen in het jaarverslag.
61
FORMULIER "Instemming met schoolplan"
School:
Zeehonk
Adres:
Julianastraat 11
Postcode/plaats:
2202 KB Noordwijk
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------VERKLARING
Hierbij verklaart de medezeggenschapsraad van bovengenoemde school in te stemmen met het van 1 augustus 2007 tot 1 augustus 2011 geldende schoolplan van deze school. Namens de MR,
________________________ plaats
________________________ datum
________________________ handtekening
________________________ naam
________________________ functie
62
FORMULIER "Vaststelling van schoolplan"
School:
Zeehonk
Adres:
Julianastraat 11
Postcode/plaats:
2202 KB Noordwijk
---------------------------------------------------------------------------------------------------------------
VERKLARING
Het bestuur van de bovengenoemde school heeft het van 1 augustus 2007 tot 1 augustus 2011 geldende schoolplan van deze school vastgesteld.
Namens het bestuur, Voorhout, 30 juli 2007
Drs. G. Ekkelenkamp Algemeen directeur
63