Schoolplan Periode 2011-2015
1
Inhoudsopgave Schoolplan 2011 – 2015 1
Inleiding
3
1.1. 1.2. 1.3. 1.4. 1.5. 1.5.1. 1.5.2. 1.5.3 1.5.4.
Doel van dit schoolplan Het tot stand komen van dit schoolplan Besluitvorming Samenhang met andere documenten De context van de school De leerlingen populatie Prognoses De brede school Schoolgegevens
3 3 3 4 4 4 4 5 6
2.0.
Visie
7
3.0.
Beleid in kaart gebracht
7,8
3.1. 3.1.2. 3.1.3. 3.1.4. 3.1.5. 3.1.6. 3.1.7.
Bestaand beleid: het onderwijs Onderwijsleerproces Actief Burgerschap Onderwijstijd Schoolklimaat Afstemming tussen leerlingen Zorg, toetsing en begeleiding
10 11 12 14 14,15 16 18 t/m 24
3.2.
De organisatie, secundaire processen
3.2.1. 3.2.2. 3.2.3. 3.2.4. 3.2.5. 3.2.6. 3.2.6.1. 3.3.
Personeel Middelen Organisatie en communicatie Bestuur, management en leiderschap Huisvesting Kwaliteitszorg Kwaliteitsmetingen binnen onze school Leerlingen ouders en overige belanghebbenden
25,26 27 28 t/m 31 32 33 33 34 35
4.0.
Jaarplannen bouwen 2011/2012
36 t/m 40
1. 2. 3. 4. 5 6 7
Bijlagen Relevante maatschappelijke ontwikkelingen Leerstofaanbod Sterkte-zwakte analyse Samenvatting ontwikkelpunten vanuit evaluatie schoolplan 2007-2012 Analyse van gegevens kwaliteitsmeter 2011 Samenvattend Beeld en aanbevelingen vanuit onderzoek Tjalling en Ushi Algemeen deel SKPOEL Lijst met afkortingen
41 41 42 43 t/m 45 46 46 t/m 50 51 t/m 53 54 t/m 59 60
2
1. Inleiding. 1.1. Doel van dit schoolplan. Dit schoolplan is een beleidsdocument. Hierin wordt aangeven welke keuzes, we voor de nabije toekomst, voor het onderwijs op onze school hebben gemaakt. In het schoolplan sluiten we aan bij het beleid van onze stichting SKPOEL. We geven verder aan, hoe wij vanuit onze visie invulling geven aan de kaders van de stichting en welke keuzen we voor de toekomst hebben gemaakt (zie hiervoor hoofdstuk 2). We beschrijven in dit plan: Wat we met ons onderwijs willen bereiken, hoe we ons onderwijs willen inrichten. Verder bespreken we, hoe we dit allemaal willen gaan organiseren. Hoe we de kwaliteit van ons onderwijs gaan bewaken. Hoe we vorm geven aan de persoonlijke ontwikkeling van ons personeel en welke verbeteringen we, op grond van de interne analyse, willen aanbrengen in de nabije toekomst. Het schoolplan schept voor inspectie, bestuur, MR, schoolteam en ouders duidelijkheid over wat we willen bereiken met het onderwijs op onze school. Als team van onze school verbinden wij ons aan het beleid dat in het schoolplan staat beschreven. Het schoolplan is ook een wettelijk document dat ter verantwoording aan de inspectie wordt toegestuurd. Alle beleidsuitspraken die in het schoolplan zijn opgenomen en de daaruit voortvloeiende activiteiten zijn gebaseerd op de kaders gesteld binnen SKPOEL. De missie en visie van het schoolteam zijn vastgesteld door de MR en algemeen directeur/bestuurder. 1.2. Het tot stand komen van dit schoolplan. Het stuurteam heeft onder leiding van de dagelijkse schoolleiding, gewerkt aan het samenstellen van dit schoolplan. In eerste instantie zijn gegevens verzameld, vanuit verschillende beleidsterreinen, over de positie van onze school. Bij het samenstellen van de beleidsdoelen, heeft vooral de inbreng van het team een belangrijke rol gespeeld. Verder is onder andere gebruik gemaakt van de volgende gegevens:
Het rapport van de inspectie april 2010 De kwaliteitsmeter rapportage en de conclusies; maart 2010 De jaarlijkse evaluaties De CITO scores van de schooljaren 2007 – 2012 Ontwikkelpunten evaluatie schoolplan 2007- 2012 Rapportage onderzoek passend onderwijs januari 2011
1.3. Besluitvorming. Op basis van deze gegevens en toekomstige ontwikkelingen, heeft het schoolteam tijdens een aantal studiemomenten opnieuw de missie en de visie van de school vastgesteld. Op deze studiedag zijn ook nadrukkelijk de eigen wensen van de personeelsleden aan bod geweest. Er is op deze dag, door het team richting gegeven aan onze schoolontwikkeling. De bijstelling van onze missie en visie zal jaarlijks moeten plaats vinden, vooral door de omstandigheden waarin de school zich momenteel bevindt ( snelle groei en nieuwe huisvesting).
3
Het schoolteam stelt zich onder leiding van de dagelijkse schoolleiding, verantwoordelijk voor de uitvoering van dit schoolplan in de komende vier jaar. Het bevoegd gezag stelt zich door middel van de akkoordverklaring vanuit de MR, verantwoordelijk voor het ondersteunen en bewaken van wat in het schoolplan is beschreven. 1.4. Samenhang met andere documenten. Dit schoolplan is het document, dat de verbanden legt tussen andere documenten die op school aanwezig zijn. De schoolgids is samengesteld op basis van de inhoud van het schoolplan. Jaarlijks verschijnt er een schoolkalender als flexibel deel van de schoolgids. Daarnaast beschikt de school over een algemeen jaarplan en jaarplannen op bouwniveau. 1.5. De context van de school. 1.5.1. Leerlingenpopulatie. Het aantal en het percentage van leerlingen in de diverse weging categorieën voor onze school, is op 1 oktober 2010 als volgt vastgesteld:
Wegingsfactoren leerlingen RKbs De Pontus.
796 leerlingen, verdeeld over de wegingsfactoren: 1.00
1.25 1.30
777
19
97,61%
2,39%
1.70
1.90
0%
De ouders van onze leerlingen, hebben over het algemeen een gemiddeld opleidingsniveau. De meerderheid van de gezinnen woont in relatief dure huur/koopwoningen, gehuisvest in de directe nabijheid van de school. Gezien het aantal kinderen dat gebruik maakt van de overblijfregeling op school, nemen veel van de ouders geheel of gedeeltelijk deel aan het arbeidsproces. 1.5.2. Prognoses. De prognoses voor de school, qua leerlingenaantallen, zijn gevarieerd. Dit heeft vooral te maken met het aantal groeikernen in de omgeving van de locaties. Momenteel telt de Pontus twee locaties met ieder 17 lokalen (820 leerlingen). In de nabije toekomst wordt het laatste deel van nieuwbouwwijk Schoenmakershoek opgeleverd. Hierdoor zal de school nog licht zal groeien, ondanks de verplaatsing van leerlingen in 2013 rond het gebied de Spoorzone. De Pontus neemt ongeveer 48% voor haar rekening, voor wat betreft het aandeel in de wijk. Dit is zowel in de Keen als Schoenmakershoek. In de Keen wordt het aandeel samen bepaald met Openbaar en Protestant Christelijk Onderwijs. In de Schoenmakershoek met RKbs de Hasselbraam en het Openbaar Onderwijs.
4
Deelnamepercentage van de Pontus, binnen SKPOEL; uit de jaarrapportage SKPOEL.
Prognosecijfers van de Pontus, binnen SKPOEL; uit de jaarrapportage SKPOEL.
1.5.3. De brede school Onze school maakt deel uit van een zogenaamde “brede school”. De school is verspreid over twee locaties, “het Voortouw” en “de Pijler”. De brede school staat voor een geïntegreerde aanpak, ter verbetering van de ontwikkelingskansen van kinderen en jongeren in hun diverse leefmilieus. Het gaat erom dat professionals uit verschillende sectoren, gezamenlijk vorm geven aan een sluitend netwerk van voorzieningen voor kinderen en hun ouders in de wijk. De brede school aanpak gaat om een manier van werken. De grondslag hiervoor is een visie op opvoeden en onderwijs. Omdat je met verschillende participanten te maken heb is het van belang, dat er een onafhankelijke coördinator is. De brede school coördinator speelt een rol bij het bewaken van het pedagogische concept en de brede schoolgedachte. Voor verdere informatie, wordt U verwezen naar de website: www.bredeschooletten-leur.nl
5
Het pedagogische concept van de brede school is voortdurend onderwerp van gesprek. Uitgangspunten hierbij zijn: - meer dan alleen cognitieve ontwikkeling. - samenwerkende instellingen. - ontmoetingsplaats. - integratie van activiteiten. - multifunctionele ruimten.
Het brede school concept.
Er wordt binnen SKPOEL gewerkt met 1 coördinator brede scholen. Zij wordt ondersteund door een locatieaanspreekpunt. Aandachtspunten vanuit de brede school, kunt U vinden in de evaluaties van beide brede scholen (april 2011). 1.5.4. Schoolgegevens: Schoolnaam: Brinnummer: Directeur: Adres hoofdvestiging: Telefoon: E-mailadres: Website: Adres “het Voortouw”: Adres “de Pijler”:
RKbs De Pontus 08YB F.Kleemans Gruiterstraat 1 076-5012414
[email protected] www.depontus.nl Locatie de Keen, Slagveld 55,4871ND Locatie Schoenmakershoek; Gruijterstraat1,4871KS
Bestuurskantoor SKPOEL: Dhr. van Oers: Algemeen directeur/bestuurder. Bezoekadres: Lange Brugstraat 23 4871 CL Etten-Leur Postadres: Postbus 182 4870 AD Etten-Leur Tel: 076 5030260 Fax: 076 5010905 E mail:
[email protected]
6
2. Onze visie. In de praktijk van alledag, in het klaslokaal en daarbuiten, maar ook in onze doelen voor de toekomst, gaan we uit van onze visie: De “visie bol” van onze school (De uitwerkingen hiervan vindt U in hoofdstuk 3).
3. Het beleid in kaart gebracht In deze paragraaf beschrijven we achtereenvolgens de doelen die we willen bereiken en de activiteiten die we hiervoor de komende jaren zullen ondernemen. . We onderscheiden hierbij twee categorieën doelen:
Doelen, die bereikt worden door de realisatie van ons hoger doel, zoals in de vorige paragraaf bij de visie beschreven.
Visionaire doelen, gericht op de ontwikkeling van de school. o Vernieuwingsdoelen voor nieuwe ontwikkelingen. o Vernieuwingsdoelen voor de bestaande trajecten.
7
Activiteiten die gericht zijn op het bereiken van ons hoger doel. Resultaatgebied Succesfactoren Leerlingen
Prestatie-indicatoren
Kennis
Resultaten CITO eindtoets: wij gaan uit van de streefscore, behorende bij de door ons bepaalde te behalen resultaten: 68% goed bij rekenen en 70% goed bij Taal. Onze streefscore CITO is minimaal 535.2 (LG score). Wij hebben als streefscore over 4 jaar: 536. CITO LVS: van onze leerlingen scoort minimaal 50% A en B en maximaal 25 % D en E.
Uitstroom percentage
Streef percentages: HAVO/VWO 50% VMBO/TL 35% VMBO/lager 15%
Gedrag verantwoordelijkheid + zelfstandigheid
Lln. in groep 8 kunnen minstens 1 uur zelfstandig werken. Lln. zijn in staat hun eigen problemen op te lossen. o Lln. maken bewuste keuzes in eigen leerproces. o Lln. zijn reflectief op product en proces, kennen kwaliteiten en valkuilen kijken secuur en eerlijk na. o Lln. zijn verantwoordelijk voor eigen werk. o Lln. zijn intrinsiek gemotiveerd en kunnen doorzetten. o Lln. kunnen samenwerken aan thema’s/projecten, leveren een positieve bijdrage. Wij willen dat bovengenoemde zaken, voor minimaal 80% van de leerlingen geldt.
Sociaal gedrag
Lln. accepteren elkaar en behandelen elkaar met respect. o Lln. communiceren op een rustige manier: luisteren, uit laten praten, vergeven, win-win situaties). o Lln. bieden de helpende hand en durven hulp te vragen. o Lln. lossen ‘’sociale aangelegenheden’’ zelf op. o Lln. zien andermans kwaliteiten en valkuilen (willen zien) o Lln. kunnen de afgesproken omgangsregels regels toepassen. Wij willen dat bovengenoemde zaken, voor minimaal 80% van de leerlingen geldt.
Beleving
Wij willen dat minimaal 80% van de leerlingen met plezier terugdenkt aan school. Dat ze zeggen de school als veilig te hebben ervaren. Dat ze zeggen er ook wat geleerd te hebben. We willen ook dat ze met plezier terug denken aan de buitenschoolse activiteiten. Onze leerlingen zijn trots op wat ze bereikt hebben. De vaardigheden die nodig zijn om samen te kunnen werken zijn in kaart gebracht. Er is vastgelegd welke vaardigheden in welke groep aangeboden worden. In de bouwen zijn werkvormen ontwikkeld om dit aan te bieden.
Samenwerkend Gestructureerd leren neemt een aanbod belangrijke plaats in binnen ons onderwijs.
8
Activiteiten die gericht zijn op het bereiken van ons hoger doel. Resultaatgebied Succesfactoren
Externe partners
Ouders
Waardering door de inspectie. SamenwerkingsVerband. Tevredenheid.
Prestatie-indicatoren De leerlingen werken in iedere groep, regelmatig samen aan opdrachten. Dit is zichtbaar in de planning van de van de leerkrachten. Er zijn in het team afspraken gemaakt over de vormgeving van samenwerken. Deze afspraken zijn zichtbaar in de groepen. Er zijn afspraken gemaakt over de beoordeling van het samenwerken van de leerlingen. In iedere groep zijn er afspraken over samenwerken. Wij willen dat de inspectie ons de waardering ruim voldoende geeft. Binnen het samenwerkingsverband heeft de Pontus een duidelijk zorgprofiel. Wij scoren 80% tevredenheid op de tevredenheidpeilingen 80% is tevreden over de beleving van hun kind op onze school. 80% is tevreden over de aansluiting met het VO. 80% voelt zich welkom.
Visionaire of ontwikkelingsdoelen. De gemaakte keuzen komen voort uit onze visie en de door ons gesignaleerde ontwikkelingen binnen en buiten de school. Bronnen: www.bredeschooletten-leur.nl, managementrapportages de Pijler en het Voortouw; rapportage passend onderwijs SKPOEL, inspectieverslag de Pontus ) 3.1.De Visionaire of ontwikkelingsdoelen voor de komende vier jaren zijn: Het hieronder gestelde doel is een resultaat van onze SWOT analyse ( Zie hiervoor bijlage 3). Een gedragen visie op ons (ontwikkelingsgericht) onderwijs willen we bereiken door de volgende resultaten uit de SWOT analyse. Dit willen we bereiken door: een doorgaande lijn voor alle kinderen van groep 1 t/m 8. door de manier van kijken en omgaan met leerlingen in hun ontwikkelingsproces. door middel van elementen van onze methode KIJK, basisontwikkeling en coöperatief leren. goede communicatie tussen leerkrachten onderling en tussen leerkrachten en ouders. de Pontus werkt opbrengstgericht. de Pontus heeft een helder zorgprofiel. het is helder welke zorg de school kan bieden. de Pontus werkt met het model HGPD. De leraren werken met groepsplannen. eenduidige, zo tijdig mogelijke, duidelijke informatieverstrekking aan diegenen die het betreft. Doelgroepen: personeel ouders leerlingen externen partners van de brede school
9
3. 1.Bestaand beleid: Het onderwijs. In deze paragraaf beschrijven we onze opvattingen en toekomstvisie over de opbrengsten. Onze opvattingen hebben betrekking op: kennis, vaardigheden en competenties van alle leerlingen, aan het einde van de schoolloopbaan kennis, vaardigheden en competenties van alle leerlingen, tijdens de schoolloopbaan uitstroompercentages naar het VO. tevredenheid leerlingen, ouders en personeel. deelnamepercentage in de wijk (zie hiervoor 1.5.2). deelnamepercentage speciaal onderwijs. We realiseren dit door: Het doel wat wij met ons onderwijs hebben, is het bieden van kansen aan onze leerlingen, om succesvol de schoolloopbaan te doorlopen en daarmee te kunnen aansluiten in het vervolgonderwijs. We stellen ons de taak, dat wij extra investeren in die vakken en vaardigheden, die de kans op succes vergroten. Hieraan dragen vooral bij: de vakgebieden taal, (technisch en begrijpend) lezen, rekenen en wiskunde en bepaalde studievaardigheden, in relatie tot zelfstandigheid van de leerling. Om de leerlingen goed te kunnen volgen, maken we gebruik van het CITO- leerlingvolgsysteem. Daaruit genereren we individuele resultaten, groepsprofielen en trendanalyses op schoolniveau. Niet alle leerlingen ontwikkelen zich, zoals je volgens hun leeftijd van hen zou verwachten. Voor leerlingen die een andere ontwikkeling doormaken, zoals de taalzwakke leerlingen, zorgleerlingen en meer begaafde leerlingen, volgen wij het beleid, zoals omschreven in ons zorgplan. Hierin is omschreven hoe wij signaleren, diagnosticeren, behandelen en evalueren. Wij houden in onze administratie (leerlingvolgsysteem) bij, hoe de schoolloopbaan van onze leerlingen verloopt. Wij streven ernaar onze leerlingen, in acht jaar, het basisonderwijs te laten doorlopen. Wanneer wij leerlingen laten doubleren, zal dat in de eerste twee jaar van de schoolloopbaan plaatsvinden. Daarna doubleren leerlingen slechts bij hoge uitzondering en als er sprake is van een algemene achterstand. Liever kiezen wij ervoor kinderen, op een individueel niveau voor een bepaald vak, mee te laten doen met de leeftijdsgenoten. Wij hebben jaarlijks overleg met de scholen, waar onze leerlingen naar toe gaan. Ook ontvangen wij de eerste jaren nog overzichten van de schoolresultaten van onze oud - leerlingen. We stellen ons daarbij de vraag of de verwijzingen juist zijn geweest. Het advies voor het voortgezet onderwijs wordt op onze school samengesteld uit een aantal componenten:
de observaties en indrukken van de leerkrachten van groep 1 t/m 8. de resultaten en vorderingen afgeleid uit het LVS. de resultaten van het intelligentieonderzoek (drempelonderzoek). de resultaten op de Cito-eindtoets basisonderwijs. de resultaten vanuit het leerlingvolgsysteem.
Op basis van de vergelijking van deze adviezen, kunnen we nagaan in hoeverre de resultaten van de leerlingen conform hun mogelijkheden zijn.
10
Uitstroom groepen 8, in schooljaar 2010 / 2011 op de Pontus.
Onderwijs
Aantal leerlingen
Procentueel
REC IV
0
0
VMBO-LWOO zorglocatie
0
0
praktijkschool vmbo basisberoepsgerichte leerweg vmbo kaderberoepsgerichte leerweg
0
0
0
0
13
16%
vmbo gemengde leerweg
3
4%
vmbo theoretische leerweg
16
19%
vmbo/havo
2
2%
havo
33
40%
havo/vwo
1
1%
vwo
15
18%
verlengingen
0
0%
Aantal schoolverlaters
83
100%
Uit de analyses over de uitstroom van de afgelopen schooljaren blijkt, dat het merendeel van onze leerlingen uitstroomt naar het meer theoretisch gedeelte van het voortgezet onderwijs. Gezien de wegingsfactoren van onze leerlingenpopulatie, mag je stellen dat deze prestaties tenminste liggen op het niveau, dat op grond van deze kenmerken mag worden verwacht. 3.1.2. Het onderwijsleerproces. Belangrijke aandachtspunten hierbij vinden wij: Een goed pedagogisch klimaat Kinderen moeten zich op de Pontus geborgen voelen. Alle leerkrachten proberen steeds positieve aandacht te geven aan leerlingen. Correctie gebeurt op gedrag niet op persoon. De leerkrachten bevorderen dat alle leerlingen zich veilig en aanvaard voelen. Zelfvertrouwen. De Pontus wil het zelfvertrouwen van alle leerlingen versterken! Wij laten merken dat wij vertrouwen hebben in onze leerlingen, door middel van het complimenteren van kinderen en onderwijs op maat aan te bieden. Daarmee laten we kinderen het gevoel van succes ervaren. Zelfstandigheid. De leerkrachten van de Pontus willen bij alle leerlingen de zelfstandigheid en het nemen van eigen verantwoordelijkheid bevorderen. Zo wordt er gewerkt met een arbeid naar keuze bord in de groepen ½ t/m 5 en vanaf groep 6 weektaken (zie hiervoor onze KIK- kaart zelfstandig werken).
11
Individuele aandacht. Wij gaan adequaat om met doelen en hanteren een leerlingvolgsysteem. Niet alle kinderen hebben dezelfde mogelijkheden. Kinderen kunnen dus niet allemaal hetzelfde bereiken. We hebben op de Pontus duidelijke afspraken gemaakt, hoe we kinderen extra hulp geven en waaruit die hulp bestaat. Zo blijven we steeds op de hoogte van de vorderingen van onze kinderen, door middel van leerling besprekingen, methode gebonden toetsen en het Cito - leerlingvolgsysteem. Differentiatie. Op onze school moeten de leerlingen met verschillende kwaliteiten, zich zo optimaal mogelijk kunnen ontwikkelen. Werkklimaat. De school biedt een veilige, aangename en sfeervolle omgeving voor kinderen, ouders en teamleden. Sociale omgeving. De kinderen wordt bijgebracht, dat zij met respect en tolerantie omgaan met andere mensen, ongeacht huidskleur, geloof, sekse of eventuele handicap. We bereiken dit onder andere door vooral aandacht te besteden aan aspecten van sociaal - emotionele ontwikkeling. Dit kun je zien aan: Het samen: werken, spelen, delen en hulpvaardig zijn. Respect hebben voor elkaars mening en inbreng. Elkaar de ruimte geven om zelf ontdekkend bezig te zijn. Het kunnen oplossen van conflictsituaties. Het kunnen inleven in gevoelssituaties. Anderen accepteren en respecteren in hun anders zijn. Een gevoel van samenhorigheid. 3.1.3. Actief burgerschap en sociale integratie De Nederlandse samenleving verandert de laatste jaren qua samenstelling en kent meer en meer verschillende culturen. Op school bereiden we onze kinderen voor op een samenleving, waarin integratie van culturen meer regel dan uitzondering is. Waarden en normen zijn op school voortdurend aan de orde. Op onze school draait alles om het kind, om de kwaliteit van hun leven op school en de vorming van een hecht fundament voor hun latere sociale en maatschappelijke leven. Op onze school zie je dit aan: werken aan de brede vorming van kinderen, groeiend in handelingsgericht werken. zorgen voor een schoolklimaat, waar opvoeding en onderwijs samengaan. respect en vertrouwen stellen in elkaar. Vanuit onze visie mogen onze kinderen in een veilige omgeving verschillend zijn, kritisch zijn en leren op een plezierige en verdraagzame manier met elkaar om te gaan en voor elkaar iets te betekenen.
12
Waarden en normen worden ook in de school voorgedaan en geoefend. De school als gemeenschap is, net als de omgeving thuis, een ‘oefenplaats’. Het gaat om ervaringen in de school, waarbij kinderen kennis, inzicht, vaardigheden en houdingen opdoen die hen in staat stellen om deel uit te maken van de gemeenschap. Zij krijgen hierdoor het vermogen en de wil om actief vorm te geven aan die gemeenschap. In feite is burgerschap en sociale integratie geen nieuwe taak. Onze school geeft daar al lange tijd en op allerlei manieren vorm aan. Het vormt een integraal deel van onze pedagogische opdracht en van de socialeen levensbeschouwelijke vorming. Onderwijs draagt bij aan de persoonlijke ontwikkeling van kinderen. Het zorgt voor overdracht van maatschappelijke en culturele verworvenheden. Op deze manier worden de kinderen toegerust voor deelname/meedoen in de samenleving. De volgende (kern)doelen hebben betrekking op burgerschap en sociale integratie: hoofdzaken van de Nederlandse en Europese staatsinrichting en de rol van de burger. zich te gedragen vanuit respect voor algemeen aanvaarde waarden en normen. hoofdzaken over geestelijke stromingen, die in de Nederlandse multiculturele samenleving een belangrijke rol spelen. ze leren respectvol om te gaan met verschillen in opvattingen van mensen. zorg te dragen voor de lichamelijke en psychische gezondheid, van henzelf en anderen. zich redzaam te gedragen in sociaal opzicht, als verkeersdeelnemer en als consument. Als aanvulling hierop doelen, die voor alle leergebieden van belang zijn: reflectie op eigen handelen. uitdrukken van eigen gedachten en gevoelens. respectvol luisteren en bekritiseren van anderen. ontwikkelen van zelfvertrouwen. respectvol en verantwoordelijk omgaan met elkaar. zorg voor en waardering van de leefomgeving. Een en ander is uitgewerkt binnen onze methoden ( zie hiervoor de bijlage ) en onze schoolgids. Alle methoden voldoen aan de kerndoelen. Activiteiten gericht op burgerschapsvorming. Succesgebied Prestatie-indicatoren
Activiteiten
De Pontus heeft een actief beleid t.a.v. burgerschap en sociale integratie.
Er ligt een plan van aanpak, protocol.
Bespreken uitgangspunten Skpoel en de Pontus. Implementeren protocol.
Veiligheid.
Er ligt een plan van aanpak, protocol.
Implementeren protocol.
Voor de uitwerking van dit onderdeel verwijzen wij naar het protocol, wat op school aanwezig is.
13
3.1.4. De onderwijstijd Wij houden ons aan de wettelijk bepalingen, voor wat betreft het plannen van de onderwijstijd. Onze leerlingen maken in de bovenbouw minimaal 1000 uren en in de onderbouw 910 uren. In ons rooster, ruimen wij gemiddeld 45 % van onze tijd in voor lessen in taal/lezen en rekenen. Dit laatste vinden wij voor onze doelgroep noodzakelijk, om voldoende kansen te krijgen in het voortgezet onderwijs. Om ervoor te zorgen dat bij aanvang van de schooltijd alle kinderen in het lokaal aanwezig zijn, hebben wij zowel ’s ochtends als ’s middags een inloop van 10 minuten. Tijdens onze lessen hanteren wij in de groepen 1 t/m 8 een afgestemd instructie model. In het schooljaar 2011-2012, wordt hier een studiemoment aan gewijd om de afstemming hierin meer te kunnen optimaliseren. Zo kunnen kinderen gebruik maken van een verlengde instructie. De verwerking van de leerstof, houdt rekening met het niveau en tempo van de verschillen tussen leerlingen. Door voor een deel van de les zelfstandige werkvormen te hanteren, is de leerkracht in staat om leerlingen individueel of in kleine groepjes te begeleiden. Meer informatie hierover vindt U in onze schoolgids. Kinderen krijgen geen extra verlof tenzij hiervoor een gewichtige reden is. Alle ongeoorloofd verzuim wordt aan de leerplichtambtenaar gemeld. De regeling is opgenomen in de schoolgids. Activiteiten gericht op onderwijstijd.
Succesgebied Tijd
Passend onderwijs en arrangementen
Instructiemodel is helder
Prestatie - indicatoren Georganiseerd en op elkaar afgestemd systeem voor kinderopvang en basisonderwijs.
Activiteiten Overleg met externe partners, oudervertegenwoordigers en MR. Uitwerken van voornemens om te komen tot een definitief plan van aanpak. Uitvoerende fase. Tijdens de instructie is er Toepassing bij rekenen, lezen en voldoende gelegenheid spelling. voor de leerkracht, om Tijdens bouwvergaderingen en aandacht te besteden consultaties wordt dit onderwerp aan de verschillen tussen systematisch besproken en leerlingen. aangepast. Nieuwe leerkrachten worden volgens dit principe ingewerkt.
3.1.5. Het schoolklimaat De veiligheid op onze locaties voor leerlingen, ouders en leerkrachten zijn een voortdurende zorg. Dat laten we zien door ervoor te zorgen dat het gebouw en vooral de lokalen een opgeruimde en toegankelijke indruk geven. De inrichting van onze locaties is erop gericht een prettige, gezellige sfeer te scheppen, waarin iedereen zich thuis kan voelen. Persoonlijke initiatieven van leerkrachten, worden waar mogelijk gestimuleerd. Naast deze lijn volgen we, in samenwerking met de identiteitsbegeleider, een 4- jarige cyclus, waarin verschillende aspecten van het katholieke geloof aan de orde komen en worden behandeld. Een aantal keren per schooljaar richten we hierover een voortgangsbespreking in met de identiteitsbegeleider. Op de Pontus is er een werkgroep identiteit.
14
3.1.6. De fysieke veiligheid Door de kwaliteit van het gebouw en de werkomgeving systematisch te meten en te verbeteren, zorgen wij voor een goede leef- en werkomgeving voor leerlingen, leerkrachten en ouders. Een vierjaarlijkse cyclus van risico inventarisatie en het daaruit volgende plan van aanpak, moet leiden tot een maximaal veilige omgeving. Aangezien we als school in beide organisaties vallen onder een grotere brede schoolorganisatie, wordt dit geregeld via de afdeling beheer. Op onze website (www.de pontus.nl) kan iedereen zich op de hoogte stellen van de actualiteiten rondom onze school. We streven ernaar om in de komende jaren de communicatie steeds meer via internet en interactief te laten verlopen. Door middel van maandelijkse nieuwsbrieven voorzien wij de ouders van de benodigde informatie. Ouders zijn voor- en na schooltijd altijd welkom bij de leerkracht van hun kind. Ook de dagelijkse schoolleiding is laagdrempelig en toegankelijk voor ouders. Ouders worden door rapporten en rapportbesprekingen op de hoogte gehouden van de schoolprestaties van hun kind. Bovendien kent onze school tussentijds zogenaamde “ inloopmomenten ”, waarop ouders welkom zijn om sámen met hun kind te kijken naar de materialen, waarmee ze op dat moment aan het werk zijn. De school heeft een oudervereniging en een medezeggenschapsraad, waarin ouders betrokken worden bij het beleid en de organisatie van de school. Wij hebben als locaties geregeld overleg met de andere scholen. Zeker in het perspectief van de brede school, zal er de komende tijd structureel meer tijd en overleg plaatsvinden met deze partners in de MT bijeenkomsten van Voortouw en Pijler. Voor uitwerking op jaarniveau: zie onze onder,- midden- en bovenbouwplannen. Activiteiten gericht op het schoolklimaat en fysieke veiligheid. Succesgebied Schoolklimaat en fysieke veiligheid.
Prestatie-indicator Fysieke veiligheid voor kinderen, leerkrachten en ouders.
Activiteiten
Interactie tussen leerkracht en leerling.
Communicatie tussen school en ouders.
Werkomgeving Plan van aanpak (i.s.m. ARBO). Structurele controle van gebouw (o.a. beheer op de locaties). Checklijst opstellen. Een en ander in samenwerking met School Business Manager. Instructie model verfijnen; samenwerkend leren vanaf groep 5. Observatiesysteem KIJK en SEO uitbouwen. Leerlijnen tussen groepen inzichtelijk maken. Groeps doorbrekende activiteiten organiseren en bewaken. Nieuwsbrief volledig digitaal; interactie website. Klankbordgroepen, organiseren van panelavonden. Thema avonden. Cursus gesprekstechniek voor leerkrachten in scholingsaanbod. MR
15
3.1.7.Afstemming op verschillen tussen leerlingen Als organisatie bieden wij onze leerlingen een duidelijk gestructureerde omgeving aan. Wij proberen het evenwicht te vinden, tussen een uitdagende leeromgeving met verschillende materialen en werkvormen. In dit proces zijn factoren als groepssamenstelling en leerkrachtcompetenties van groot belang. Door verschillende werkvormen, zoals zelfstandig werken, verlengde instructie, interactief - (ICT) en coöperatief leren af te wisselen, houden leerkrachten hun lessen levendig en boeiend. Belangrijke elementen bij de instructie zijn: instructie van leerkracht is helder en gepast. de leerkracht schept mogelijkheden voor de inbreng van leerlingen. de organisatie van de klas is ingericht op het omgaan met verschillen. De leerkracht zal in alle werkvormen de leerling stimuleren en bemoedigen, in het vinden van oplossingen voor problemen, waarvoor de leerstof hem of haar stelt. Door zelf een stuk verantwoordelijkheid voor het leerproces te dragen, ontwikkelt onze leerling verantwoordelijkheidsgevoel en zelfvertrouwen. De leerkracht vervult hiernaast ook steeds de rol van begeleider. Dit doen de leerkrachten door de leerling ruimte te bieden in het zelf plannen en mede beoordelen van taken, het geven van positieve feedback en het samen met de leerling stellen van realistische doelen. De leerkracht weet zich hierin ondersteund door de interne begeleiding, ondersteuners (collega leerkrachten en onderwijsassistenten) stuurteamleden en dagelijkse schoolleiding. Er moet ruimte zijn voor het omgaan met verschillen. Belangrijk hierbij is het geven van een kwalitatief goede instructie, onder andere met: behulp van de instructietafel, zelfstandig werken. afstemming van het onderwijs op maat. inspelen op competenties bij kinderen en leerkrachten. inpassen van evaluatieve momenten. We willen graag het zelfstandig werken uniform en unaniem realiseren binnen de school. Hierdoor krijgen we ruimte voor onze hulp op maat, aan die kinderen die het nodig hebben én om kinderen te leren zelf verantwoordelijkheid te dragen. Wij beschouwen ICT steeds meer als een middel, waarmee we (onderwijsleer) processen doelmatiger kunnen sturen. Deze vaardigheden bieden grote mogelijkheden om de actuele wereld beter te leren kennen en er een plaats in te verwerven. Daarnaast zijn we ons ook nog bewust van het feit dat leerlingen concrete kennis van ICT moeten hebben (bijvoorbeeld hanteren van computers, tekstverwerken, digitale schoolborden en internet).
16
Activiteiten gericht op het afstemmen van verschillen. KSF
PI
Heldere visie op instructie.
Doorgaande lijn voor alle kinderen van groep 1 t/m 8.
Duidelijke lijn, rond de manier van kijken en omgaan met leerlingen in hun ontwikkelingsproces.
Eenduidige instructie binnen de school.
Activiteiten Criterialijst opstellen en daarbij rekening houden met: - Sociaal emotionele Ontwikkeling. - Cognitieve ontwikkeling - Fijne motoriek. Evaluatie van de criteria lijst. Communicatie naar ouders. Protocol rondom informatie naar ouders opstellen. Studiemiddagen met de middenbouw 1e studiemiddag bespreken wat we willen en wat we kunnen in de betreffende jaargroep. 2e studiemiddag evaluatie en voortgang 3e studiemiddag maken we doelafspraken voor het schooljaar 2012-2013.
Stuurteam informeren Studiedag september 2011 Kijkwijzer voor instructie maken Bouwcoördinatoren afstemming Video interactie Implementatie coöperatief leren in de bovenbouw verder uitdiepen door middel van overdracht, workshops en studiemomenten. Implementatie termen gebruikt bij coöperatief leren in de onderbouw (overdracht tussen de bouwen).
2011 2012
2012 2013
2013 2014
*
*
* *
* *
* *
*
*
*
*
*
2014 2015
* *
*
*
*
*
* * * * * *
*
*
3.1.8. Zorg, toetsing en begeleiding Voor de zorgverbreding in onze school verwijzen wij naar ons zorgplan en de besproken procedures in onze schoolgids. In de schoolgids op onze website, is terug te vinden hoe wij de zorg op onze school georganiseerd hebben. Het zorgplan biedt de structuur voor het handelen van de leerkracht, de leraar ondersteuners, de IB-er en het zorgteam. Voor leerlingen met extra zorgbehoeften hebben we een protocol en een duidelijk gefaseerde aanpak.
17
Deze komt onder meer tot uitdrukking in: de toets kalender. het opstellen en bewaken van de handelingsplannen. de leerling besprekingen. de coördinatie interne leerlingenzorg en groepsbesprekingen. Hierin worden allerlei aandachtspunten meegenomen, zoals testresultaten en sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen naar de volgende groepsleerkracht. de manier waarop afstemming met ouders wordt gerealiseerd. Het zorgplan wordt elk jaar geëvalueerd en bijgesteld en is dus altijd actueel. Wij zien er via het opgestelde toetsingssysteem op toe, dat de kwaliteit van het primaire proces op het eind van de schoolcarrière, wordt gemeten. Ook tijdens de schoolloopbaan van de leerling voeren wij een regelmatige toetsing uit om steeds te controleren of we op de goede weg zijn. Doel van de toetsing is enerzijds te beoordelen of we de capaciteiten van de leerlingen realiseren, anderzijds tussentijds bepalen of leerlingen zich in voldoende mate ontwikkelen. Door het regelmatig meten van de prestaties van de leerlingen met landelijk genormeerde toetsen, houden wij vinger aan de pols wat betreft de vorderingen die de leerling maakt. Op het eind van de schoolcarrière gebruiken we de volgende meet instrumenten: CITO Eindtoets Basisonderwijs. drempelonderzoek (capaciteitenmeting). oordeel van de leerkracht, mede gebaseerd op een beoordeling van de leerling door de collega van groep 7. de scores van de leerling op de toetsen van het leerlingvolgsysteem. Om de leerlingen gedurende de schoolloopbaan te volgen gebruiken we de volgende toetsen van het CITO leerlingvolgsysteem: ordenen. taal voor kleuters. spelling. lezen (DMT, leestechniek). rekenen en Wiskunde. begrijpend lezen. entreetoetsen groepen 6, 7. daarnaast gebruiken we in de groepen 1-2 het instrument KIJK. De toetsuitslagen worden intern besproken en leiden, indien nodig, tot handelingsplannen en/ of groepsplannen. Deze worden door de leerkracht, de leraar ondersteuners of collega-leerkrachten uitgevoerd. Toets uitslagen worden breed geanalyseerd. Dat wil zeggen: er wordt niet alleen gekeken naar de individuele resultaten, maar ook naar jaargroepen onderling en de resultaten van elke groep worden steeds met voorgaande jaren vergeleken. Voor een concretisering van de afspraken, over afname en gebruik van normering en bespreking van de toets uitkomsten, verwijzen we naar onze toetskalender. Bij de keuze van onze methoden en de inrichting van onze orthotheek, houden wij rekening met de specifieke problemen waar onze schoolpopulatie mee kampt. De methodes gebruiken we ook als leidraad bij de ontwikkeling van de leerlingen in de leerstof.
18
Voor de toelating en begeleiding van leerlingen met een speciale onderwijsbehoefte, hebben wij een aparte commissie op school. Deze commissie zet de specifieke hulpvraag van de leerling af tegen de mogelijkheden en onmogelijkheden van ons onderwijs, aan de hand van een opgestelde lijst met criteria. In het kader van passend onderwijs streven we er naar elke leerling te plaatsen. We moeten ook als school onze grenzen aangeven. Het bestuur is op de hoogte van onze mogelijkheden. Wij hebben als school ook aangegeven wat wij nog nodig denken te hebben om bepaalde leerlingen met speciale onderwijsbehoeften op te kunnen vangen. Vanuit de zorgplicht heeft het bestuur de plicht een plaats te vinden voor een leerling indien de school (nog) niet aan de onderwijsbehoeften van de leerling kan voldoen. Het bestuur maakt hierin ons samenwerkingsverband afspraken over: uitstroom naar speciaal onderwijs schooljaar 2010-2011: < 1% uitstroom naar speciaal basisonderwijs schooljaar 2010-2011: < 1% Voor de toelating en begeleiding van leerlingen met een rugzak, hebben wij een apart protocol opgesteld. Daarin staat beschreven hoe wij de mogelijkheden en onmogelijkheden van ons onderwijs afzetten tegen de specifieke hulpvraag van een leerling met rugzak. Vanuit het samenwerkingsverband oriënteren we ons op de consequenties van Passend Onderwijs, in de komende jaren. Op onze school is een onderzoek uitgevoerd waarin de aandachtspunten hiervoor zijn beschreven. Het onderzoek over de status van Passend Onderwijs op onze school, vindt U in bijlage 6. Andere instrumenten voor het volgen van de leerlingen: voortgangsregistratie (zorgleerlingen). analyses van gegevens. ontwikkelingen naar mogelijkheden (voor SBO en BAO, bepaalde leerlingen) werken met ontwikkelingsperspectieven. Extra zorg voor leerlingen die dat nodig hebben: begeleiding voor kinderen die extra zorg nodig hebben, afgestemd op de behoeften van het kind. zorg voor kinderen die ziek thuis zijn of zijn opgenomen in ziekenhuis. begeleiding van, en voorzieningen voor, leerlingen met specifieke onderwijsbehoeften en leerlingen met leerling gebonden budget (LGF). samenwerking met ketenpartners. Doelen t.b.v. zorg, toetsing en begeleiding.
Succesgebied
Prestatie-indicatoren
De Pontus heeft een helder zorg profiel. Het is helder, welke zorg de school kan bieden: grenzen en mogelijkheden binnen het aanbieden van zorg zijn duidelijk. De Pontus werkt met het model HGPD (handelings gerichte proces diagnostiek).
Het zorgprofiel is helder voor de teamleden. De collega’s maken gebruik van elkaars kwaliteiten.
Het model HGPD is helder. De Pontus heeft school specifieke afspraken gemaakt m.b.t. HGPD. Dit kun je zien aan onder andere het werken met groepsplannen, communicatie met ouders. In de groepsplannen wordt opbrengstgericht gewerkt.
De Pontus werkt opbrengstgericht.
19
Acties ten behoeve van zorg, toetsing en begeleiding. KSF
PI
Ontwikkeling Leerkrachten worden zorgstructuur. ondersteund door: Leraarondersteuners, schaduw ICL- ers, RT, IB (zorgteam) Reken- en taalcoördinator.
Structurele zorgbesprekingen.
Coachen van leerkrachten.
Afstemming op verschillen tussen leerlingen.
2012 2013
2013 2014
2014 2015
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Groepsbezoeken van zorg- en bouwcoördinatoren.
*
*
*
*
Structureel gepland overleg tussen IB-er en directeur (zie kalender).
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Activiteiten
2011 2012
* Structureel gepland overleg intern zorgteam (zie kalender). * Aansturing zorgteam door IB – er. Studiemomenten zorg, verzorgd door * het zorgteam. Zorgteam (school specifiek ZAT, SEO, onderwijskundig) vergaderingen, op vastgestelde tijden. Structureel geplande flitsbezoeken/ check-ups door IB-er en ICL-ers volgens rooster.
Differentiatie vindt voor 95 % daadwerkelijk binnen de groepen plaats, evenals RT.
De zorgteamleden observeren, adviseren de leerkracht om de leerling binnen de groep te kunnen begeleiden.
Het onderwijs in de groep wordt afgestemd, op de onderwijsbehoefte, van de individuele leerling.
Opleiding leerkracht tot rekencoördinator De rekencoördinator observeert de rekenlessen en adviseert leerkrachten.
Er wordt gestreefd naar het werken op 5 niveaus. Aandacht voor de zeer zwakke leerling tot de meer-begaafde leerling.
De RT-er geeft RT aan leerlingen met een indicatie voor een clusterschool, buiten de groep, voor zo ver dit nodig blijkt te zijn.
20
*
*
*
*
*
*
*
*
KSF
PI
Afstemming op verschillen tussen leerlingen (vervolg).
Er zijn eenduidige afspraken over instructie in alle groepen.
Activiteiten
Instructie is effectief, waardoor het mogelijk wordt te werken met groepsplannen.
2011 2012
Toetsen worden schoolbreed, op groeps- en * op individueel niveau geanalyseerd en vergeleken. Op basis van trendanalyses * plannen bijstellen.
Iedere leerkracht stelt een individueel HP op. Hij geeft in samenspraak met de zorg verlengde instructie volgens de afspraken. Iedere leerkracht houdt rekening met de onderwijsbehoeften van de verschillende leerlingen. Leerkrachten maken kennis met groepsplannen. Iedere leerkracht stelt een groepsplan op n.a.v. resultaten en onderwijsbehoeften van de leerling (1-zorgroute). De leerkracht geeft de leerling die dit nodig heeft (bijv. dyslexie) extra tijd om de leerstof te verwerken. Duidelijke afspraken maken met het team, onder begeleiding van Edux over effectieve instructie. Proces effectieve instructie borgen, door observaties van coördinatoren.
21
2012 2013
2013 2014
2014 2015
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
KSF
PI Dyslexie protocol voor alle groepen.
Meer begaafde leerlingen.
Leerling volgsysteem. zowel didactisch als sociaalemotioneel.
100 % van de leerkrachten maakt de zorg inzichtelijk en bewaakt deze aan de hand van het LVS.
Toets gegevens van Cito worden geanalyseerd.
Activiteiten Implementeren nieuw opgesteld protocol: bespreken in bouwen, voorbereiding in taal-werkgroep. Werken met leesdossiers. Dit proces bewaken en zo nodig bijstellen. Ontwikkelen van protocol in eerste instantie met aantal IB-ers van de andere scholen. School specifiek maken met werkgroep. Implementeren, hierbij rekening houden met meervoudige intelligentie. Opnemen van lijst met criteria voor deelname plus klas in protocol. Voortzetten van de plus klas groep 7-8 en uitbreiden met groepen 6.
2011 2012
2012 2013
2013 2014
2014 2015
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Leerkrachten brengen zelf toetsen * in en maken analyses bij D- en Escores, waarna handelingsplanning volgt. Verdere oriëntering op * groepsplannen. Groepsplannen waar mogelijk al * uit proberen. Leerkrachten stellen groepsplannen op n.a.v. de toets resultaten. Leerkrachten zetten alle (observatie)gegevens en verslaglegging van leerlingen in het LVS. Groepen 1-2 oriënteren zich op groepsplannen in relatie tot KIJK, op didactisch- en sociaalemotioneel gebied. In de groepen 1-2 worden groepsplannen opgesteld in relatie tot KIJK op didactisch- en sociaal-emotioneel gebied.
22
*
KSF
PI
Activiteiten
Groepen 3 t/m 8 volgen de leerlingen op sociaal-emotioneel gebied aan de hand van SEOinstrument digitaal. Aanschaf SEO LVS. Handelen aanpassen op resultaten SEO LVS. Opstellen van groepsplannen op basis van resultaten SEO LVS indien noodzakelijk. Afname sociogram in de groepen 4 t/m 8, 2x per jaar.
2012 2013
2013 2014
2014 2015
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
* *
Groep 7-8 gaat ook werken met nieuwe Estafette.
Intensieve begeleiding van leerkrachten aan leeszwakke leerlingen, d.m.v. methode Estafette en VLL.
80 % van de totale groep leerlingen in groep 4 t/m 7 scoort een A, B of C op leestempo medio het leerjaar.
Implementatie van het nieuwe protocol dyslexie.
*
*
Ondersteuning RT-er van leerkrachten op gebied van handelingsplanning.
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Verbetering van 80 % van de het leesonderwijs. totale groep leerlingen in groep 3 behaalt een A,B of C op leestechniek medio het leerjaar. Verbetering van het pedagogisch klimaat en preventieve maatregelen pesten.
2011 2012
Invoering digitaal LVS en Implementatie.
Iedere leerkracht is bekend met het nieuwe pestprotocol en handelt hier ook naar.
Opleiden taalcoördinator. Ondersteuning taalcoördinator van leerkrachten op gebied van handelingsplanning.
SEO werkgroep presenteert twee * leerlingvolgsystemen en doet een voorstel tot aankoop. Aanschaf LVS en implementatie. * Voorstel aan het team nieuw protocol en vaststelling begin schooljaar 2011-2012.
*
Bewaken dat er gehandeld wordt * zoals in protocol omschreven door SEO-groep en zorgteam. Iedere leerkracht van groep 4 t/m 8, neemt 2x per jaar sociogram af en handelt hierna.
23
*
*
3.2. De organisatie van secundaire processen In deze paragraaf beschrijven we het beleid ten aanzien van de secundaire processen in onze school. 3.2.1.Personeel In deze paragraaf besteden we aandacht aan de ontwikkeling en samenstelling van ons personeel. Daarnaast heeft SKPOEL beschreven, in de bijlage, hoe er omgegaan wordt met de evenredige vertegenwoordiging van vrouwen in de schoolleiding. Het team: Vrouwen Mannen Totaal
Parttimers 19 3 22
Full-timers 18 5 23
Het team bestaat uit 55 leerkrachten en 3 leraar ondersteuners. De beide locaties maken deel uit van een brede school, met daarin een beheers afspraak. Het leerkrachtenteam bestaat voor 83 % uit vrouwen en 17 % uit mannen. Binnen het team is iedereen verantwoordelijk voor 1 of meer taken. Voor de verdeling hiervan maken we gebruik van het taakbeleid, dat ieder jaar met het gehele team wordt geëvalueerd. Het personeel is de kern en het kapitaal van onze organisatie. Als de medewerkers hun werk met plezier uitvoeren, is de kans groter dat zij hun werk ook goed uitvoeren. Bovendien zullen zij dan meer openstaan voor vernieuwingen en veranderingen in hun werkaanpak. Daarom willen we veel investeren in het creëren van een stimulerende werkomgeving. Dit komt op onze school tot uitdrukking, in een groeiend besef dat we elkaar als teamleden nodig hebben en veel van elkaar kunnen leren. Ook het benutten van elkaars kwaliteiten, krijgt steeds meer vorm. De rol van de leiding van de school is hierin initiërend, maar vooral ook stimulerend. Dit zullen we realiseren, door integraal personeelsbeleid nadrukkelijk vorm te geven. Belangrijke factoren voor dit integrale personeelsbeleid: Het didactisch en pedagogisch handelen van de leerkrachten gebeurt vanuit een gezamenlijke schoolvisie. Iedere leerkracht werkt met een persoonlijk ontwikkelingsplan. De scholing van personeel zal gerelateerd worden aan de persoonlijke ontwikkeling van het individuele personeelslid én aan de schoolontwikkeling. De schoolleiding zorgt er voor dat relevante ontwikkelingen die belangrijk zijn voor het personeel en het onderwijs, gestimuleerd en geïmplementeerd worden. Nieuwe leerkrachten worden aan de hand van een specifiek opgesteld schema ingewerkt. De toepassingen van ICT spelen een voorname rol in de communicatie en uitvoering op onze school. De leerkrachten zijn of worden daartoe geschoold. Onze school biedt kansen aan nieuwe collega’s, zoals stagiaires en LIO-ers. Bovendien levert deze begeleiding ook prikkels op, om ons eigen onderwijsaanbod actueel te houden. De werkomgeving binnen onze organisatie verdient daarom ook aandacht. Personeelsleden hebben er recht op te kunnen beschikken over goede faciliteiten zoals overblijfruimte, meubilair en materialen zoals computers.
24
Zowel op schoolniveau als bovenschools, zijn er verschillende beleidsdocumenten waarmee dit personeelsbeleid gestalte krijgt. Alle documenten zijn op school aanwezig. Op schoolniveau zijn dit: investeringsbegroting. schoolontwikkelingsplan. taalbeleidsplan. nascholingsplan. plan van inzet Personeel en Arbeidsmarkt Beleid. taakbeleid op schoolniveau. rolprofiel en competenties leerkracht, RKbs de Pontus. bovenschools formatieplan. zorgmap van WSNS. veiligheidsplan. cultuurbeleidsplan. vervangingsprotocol op schoolniveau. zorgplan. protocol toelating leerling met een rugzak. kwaliteit in kaart (edux). schoolgids. strategische beleidsvorming schoolplan 2011-2015. Op bovenschools niveau: Zie hiervoor de bijlage van ons bestuur. 3.2.2 Middelen 1. Bekostiging primair onderwijs/lumpsum. In het primair onderwijs is de lumpsumfinanciering van toepassing. Dit houdt in dat scholen een totaalbedrag ontvangen, voor al hun onkosten. Besturen en scholen hebben daarmee meer ruimte gekregen, om eigen beleidskeuzes te maken en de onderwijskwaliteit te verbeteren. De hoogte van het budget dat een school krijgt, hangt onder andere af van het aantal leerlingen, hun leeftijd en hun afkomst. De invoering van de lumpsumbekostigingssystematiek, vroeg bij de invoering om deze beleidsarm en nu beleidsrijk toe te passen. Jaarlijks wordt een jaarverslag opgesteld met daarin de jaarrekening. Zo leggen bestuur en scholen verantwoording af over hun financieel beleid aan bijvoorbeeld leden van de Raad van Toezicht, de overheid, de medezeggenschapsraad, het personeel en de ouders. Voor het financieel beleid van de Stichting Katholiek Onderwijs Etten-Leur (SKPOEL), verwijzen wij u naar het financieel beleidsplan 2011-2015, van onze stichting. 2. Schoolbudget. Op basis van een allocatiemodel krijgen de scholen middelen toegekend. Dit is terug te vinden in het financieel beleidsplan (begroting). Er vindt een afdracht plaats aan de bovenschoolse organisatie voor algemene (personele) zaken, zoals ARBO- zorg en begeleidingstrajecten, werving- en selectie directies, vervangingspool, coaching directies, administratiekantoor en contributies.
25
Jaarlijks wordt met behulp van een begrotingsmodel, de begroting samengesteld. Deze wordt opgesteld op basis van het schoolplan en heeft een relatie met de doelstellingen van de school. Uitgangspunt is dat de begroting sluitend is, dan wel gemiddeld over 3 jaar een exploitatiesaldo > nul. Gedurende het jaar moet binnen de vastgestelde begroting worden gewerkt. Bij afwijkingen legt de schooldirectie hier verantwoording over af. Voor de planning en control cyclus verwijzen wij u naar het financieel beleidsplan/begroting. 3. Zorgmiddelen. De school ontvangt de zorgmiddelen voor de leerlingen die geïndiceerd zijn en daarvoor de zogenaamde rugzakgelden ontvangen. Ook bijdragen uit de samenwerkingsverbanden met het speciaal basisonderwijs, vloeien naar de scholen. 4. Budget achterstandsbestrijding. Wanneer op basis van vestigingsplaats (postcode) of gewichten van leerlingen, gelden beschikbaar worden gesteld voor het bestrijden van achterstanden, krijgt de school de beschikking over deze bedragen. 5. Sponsoring. Scholen kunnen zich laten sponsoren. Door sponsoring kunnen scholen financiële speelruimte creëren. Een sponsor geeft geld, goederen of diensten aan een school in ruil voor een tegenprestatie. Deze tegenprestatie vindt in schoolverband plaats onder verantwoordelijkheid van de school. Sponsoring op school moet aan wettelijke voorwaarden voldoen. Het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft in 2009 een convenant met 14 organisaties afgesloten. Het convenant bevordert of bestrijdt sponsoring niet. Er staat in waar scholen op moeten letten, waar sponsors aan gebonden zijn, wat valkuilen zijn en hoe scholen inspraak van ouders, teams en leerlingen moeten organiseren. Zie: Convenant ‘Scholen voor primair en voortgezet onderwijs en sponsoring’ 6. Meerjaren onderhoudsplan van het gebouw. Schoolbesturen zijn verantwoordelijk voor hun gebouwen en terreinen. Zij ontvangen vergoedingen van het ministerie voor schilderwerk en onderhoud aan de binnenzijde. Voor groot onderhoud, uitbreidingen en nieuwbouw ontvangen de schoolbesturen geld van de gemeente. Dit vraagt om een goede onderlinge afstemming op zowel materieel als financieel gebied. De Pontus is met haar beide locaties ondergebracht in een werkgroep beheer. Hierin zijn bestuur, directeur en gemeente vertegenwoordigd . Ieder school heeft een actuele onderhoudsplanning voor meerdere jaren. Er vinden reguliere schouwingen plaats, waarna het onderhoudsplan voor het komende jaar wordt vastgesteld. Dit plan wordt in 2012 weer geactualiseerd door de werkgroep beheer. 7. Meerjarenplan vervanging methodes / ICT. Iedere school heeft de beschikking over actuele methodes. Bij aanschaf van deze methodes, worden zij geactiveerd en in 8 jaar afgeschreven. 8 Jaar is de gemiddelde periode die een methode meegaat. Vaak worden methodes ook in gefaseerd ingevoerd en aangeschaft.
26
De investeringsbegroting voor het Onderwijsleerpakket, maakt onderdeel uit van de begroting. Wanneer een methode eerder vervangen moet worden dan 8 jaar, zal de aanvraag voor vervanging met redenen onderbouwd moeten worden. De school heeft een uitgewerkt ICT-beleid. Op basis van dit beleid investeren zij in hard- en software. De hardware en software wordt in 5 jaar afgeschreven. De digitale schoolborden hebben een afschrijvingstermijn van 5 jaar. Ook deze investeringsbegroting, is onderdeel van de schoolbegroting.
3.2.3.Organisatie en communicatie Het Stuurteam. Het stuurteam bestaat uit de directeur, locatiecoördinatoren, bouwcoördinatoren, interne begeleiding, ICL-ers en ICT- coördinatoren. Onderwerpen die hier aan de orde komen, zijn o.a. taakbeleid, schoolplan, meerjarenplanning, enz. Deze groep dient vooral als denktank, voor relevante schoolontwikkelingen. De directeur en locatie coördinatoren, vormen de dagelijkse schoolleiding. Interne begeleiding. De voornaamste taak van de interne begeleider, ligt in de bewaking en borging van onze zorgstructuur. Hiervoor krijgt zij 3,5 ambulante dagen per schoolweek. De voornaamste insteek voor de IB -er is het pedagogisch en didactisch handelen van de leerkrachten. Vanuit de schoolvisie, vastgelegd in het zorgplan, zal de IB- er de leerkrachten zoveel mogelijk ondersteunen bij de zorg voor alle leerlingen. Bovendien draagt de IB- er zorg voor het leerlingvolgsysteem. Met behulp van het leerlingvolgsysteem Esis- B, bewaakt zij de procedures en de voortgang. Er vindt drie wekelijks overleg plaats tussen de IB-er en de directeur in het kader van de zorg. De interne begeleider wordt ondersteund door twee Icl- ers en een remedial teacher (RT). ICT De ICT- er is ondersteunend voor het personeel op het gebied van automatisering. Daartoe wordt hij gefaciliteerd met 2 dagen per schoolweek. Hij is nadrukkelijk betrokken bij het uitvoeren van het ICT beleid dat in eerste instantie uitgaat van de visie SKPOEL. Dit beleid ligt vast in het ICT- beleidsplan. Bovendien loopt dit parallel aan de uitgangspunten van het ICT- beleid op het niveau van SKPOEL. Dit is terug te vinden in de structurele overleggen met de ICT- coördinatoren. Remedial teaching. Het uitgangspunt is dat de zorg voor leerlingen zoveel mogelijk binnen de groepen plaatsvindt. Wanneer voor specifieke problemen de hulp van de RT- er wordt ingeschakeld, zal die inzet een bepaalde tijd (max. 6 schoolweken) beslaan. Met behulp van een handelingsplan zal de hulp aan de leerling(en) worden verwezenlijkt. De RT- er ondersteunt de leerkrachten bij het opstellen van handelingsplannen, wanneer de hulp in de groep uitgevoerd wordt. Voor verdere informatie verwijzen we naar de schoolgids. Bouwcoördinatoren. Zowel de onder-, midden- als de bovenbouw wordt via een coördinator vertegenwoordigd in het stuurteam. De bouwcoördinatoren zitten de bouwvergaderingen voor. Daarin wordt meningsvormend overlegd over zaken op schoolniveau en eventueel besloten op bouwniveau ( in het geval van bouwspecifieke zaken).
27
Onderwijsondersteunend personeel. 2 conciërges en 2 administratief medewerkers werkzaam op onze school.
De overlegstructuur op de Pontus ziet er als volgt uit: Integraal directeur + Locatieleiders= dagelijkse schoolleiding STUURTEAM (alle coördinatoren)
Locatieoverleg Locatie coördinatoren Keen en Schoenmakershoek
Onderbouwvergadering meningsvormend
Algemene Team Vergadering besluitvormend
Middenbouwvergadering meningsvormend
Paralleloverleg (facultatief)
Bovenbouwvergadering meningsvormend Werkgroepen uitvoerend
.
In de bouwvergaderingen zitten de leerkrachten voor: Onderbouw: groepen 1 en 2 Middenbouw: groepen 3 t/m 5 Bovenbouw: groepen 6 t/m 8 De bouwcoördinatoren initiëren onderwerpen voor de specifieke groepen en zitten de bouwvergadering voor. Vanuit die taak zijn ze onderdeel van het stuurteam. De algemene teamvergadering wordt gevormd door alle teamleden. De directeur is de voorzitter. In deze vergadering worden alle besluiten genomen c.q. bekrachtigd. De leerkrachten zijn verantwoordelijk voor het primaire proces, het geven van onderwijs. Zij hebben in hun normjaartaak ook ieder een stukje verantwoordelijkheid voor de praktische en de beleidsmatige gang van zaken, die het onderwijs, de school of de leerlingen direct of indirect betreffen.
28
Vormen van overleg binnen onze school. Overleg Betrokkenen Teamoverleg alle leerkrachten (besluitvormend)
Zorgoverleg
Directeur en IB –er
Zorg teamoverleg ZAT team overleg Bouwoverleg (meningsvormend)
IB -er/Edux / Kompas
onderwerpen dagelijkse gang van zaken. planning van activiteiten. onderwijskundig beleid. zorgleerlingen zorgstructuur leerlingen
frequentie 3 keer per jaar
alle leerkrachten van onder- of bovenbouw
planning en beleid van de eigen bouw.
Paralleloverleg Dagelijkse schoolleiding Stuurteam
Leerkrachten betreffende de planning Op afroep Locatie en directeur lopende aangelegenheden Om de week Directeur, IB -er; ICT-er beleid van school 1x per 5 weken en bouwcoördina toren.
BMT
Directies van SKPOEL- totaalbeleid binnen de scholen en de stichting. algemeen directeur
Werkgroep/ commissie overleg
Leerkrachten met een bepaalde taak
voorbereiden activiteiten of naar behoefte beleid.
Oudervereniging
Betreffende ouders en vertegenwoordiging team.
voorbereiden activiteiten.
1x per 4 weken
Medezeggenschapsraad
Ouder- en leerkrachten vertegenwoordiging en op afroep directie
schoolbeleid.
1x per 7/8 weken
1 x per twee weken 5 x per jaar 3 x per jaar 1x per 3 weken
1x per maand
3.2.3.1.Beleidsdoelen 2011-2015 voor onze schoolorganisatie voor wat betreft organisatie en communicatie Eenduidige, zo tijdig mogelijke, duidelijke informatieverstrekking, aan diegenen die het betreft. Voorwaarden: Richtlijnen communicatie duidelijk bij personeel en ouders (wie, wat, wanneer en hoe) Bewuste keuze maken in communicatie: locatie- of school breed Duidelijkheid welke (digitaal) communicatiemiddel wanneer wordt ingezet Professioneel gedrag van alle medewerkers (lerend opstellen, elkaar aanspreken) Doelgroepen: Personeel Ouders Leerlingen Externen Partners brede school
29
Acties en doelen voor de organisatie en communicatie. succesgebied Prestatie-indicatoren activiteiten Professionele (actieve) houding in communicatie.
Website en intranet. Communicatie protocol werkgroepenOV.
De teamleden zijn pro-actief en nemen eigenaarschap. De stuurteamleden bevorderen proactief gedrag.
Inwerkplan nieuwe leerkrachten en leerkrachten die van locatie en/of groep wisselen. Een nieuwe website.
11 12 13 14 12 13 14 15
Afspraken over gewenst professioneel gedrag op papier zetten. Hiervoor afspraak maken in stuurteam. De afspraken delen met het team en waar nodig bijstellen. Nagaan wat nodig is om de afspraken na te komen en definitief te maken (acties uitvoeren). Evaluatie. Maken inwerkplan, hierbij aandacht voor uitwisseling van ervaringen en leren van elkaar (bijvoorbeeld nieuwe leerkracht, geeft eigen indruk na 3 maanden). SKPOEL biedt format.
Er is een duidelijk protocol voor Evalueren en bijstellen. de werkgroepen.
succesgebied
Prestatie-indicatoren
activiteiten
Herindeling taken zorgteam
Einde van het schooljaar zijn de taken van het zorgteam opnieuw ingedeeld op basis van onze nieuwe visie hierop Conform afspraken de gesprekscyclus implementeren Scholing en cyclus afstemmen
Visie uitwerken en protocolleren.
Gesprekscyclus Meer leraren in LB functie
* *
* *
*
*
* *
*
*
*
11 12 13 14 12 13 14 15 *
* *
*
*
*
In onze beschrijving maken we een koppeling met de visie van onze school, de ontwikkelingen binnen en buiten onze school en de succesgebieden. Vervolgens bepalen we per succesgebied een prestatie-indicator, de concrete activiteiten en een tijdsplanning. 3.2.4.Bestuur, management en leiderschap Leiderschap gaat over de vraag of we de goede dingen doen. De vraag die hierbij hoort is: kunnen we WAT we doen BETER of ANDERS doen? Om samen succesvol te kunnen zijn, moet aan een aantal kernvoorwaarden worden voldaan. Deze kernvoorwaarden herken je in: passie wat je doet, goed doen focussen doorzettingsvermogen innovatief zijn dienstbaarheid identiteit integriteit
30
De Dagelijkse Schoolleiding Als schoolleiding ben je voortdurend in ontwikkeling. Dat vraagt veel flexibiliteit en het stellen van gerichte doelen. Een lid van de dagelijkse schoolleiding, op onze school, moet in staat zijn tot: - inspireren - bouwen op vertrouwen - verantwoordelijkheid geven - transparantie - samenwerken - continu verbeteren en vernieuwen - resultaatgerichtheid Op scholen kan nog stelselmatig overdracht van waarden en normen plaatsvinden. Natuurlijk gebeurt dat ook in het gezin, maar dat is minder grootschalig. Bovendien was er vroeger meer sociale controle dan nu. Daarom wordt burgerschapsvorming op scholen steeds belangrijker. De school wordt meer en meer opgeroepen, om bij te dragen aan de sociale cohesie in de samenleving. 3.2.5.Huisvesting Op dit moment beschikt onze school over 34 lokalen verspreid over twee locaties. Locatie het Voortouw heeft naast de permanente lokalen ook nog een aantal schoolwoningen. Jaarlijks wordt vanuit de commissie huisvesting de verdeling, conform een verdeelsleutel, van het aantal lokalen bepaald. In de komende jaren zal er langzaam een verschuiving plaats vinden, van de Schoenmakershoek naar de Keen. Dit heeft te maken met de oplevering van de derde fase van deze nieuwbouwwijk. Activiteiten en aandachtspunten voor de huisvesting. succesgebied
Prestatie-indicatoren
activiteiten
Samenwerking met diverse partners in het combi - project
Duidelijke afspraken over TSO Duidelijke afspraken over wederzijds gebruik ruimten turfschip en brede school de Pijler De Pontus behoudt minimaal 34 lokalen. De Pontus niet naar een derde locatie.
Jaarlijkse evaluatie
Aantal lokalen de Pontus
Jaarlijkse prognoses
11 12 13 14 12 13 14 15 * * * *
*
*
3.2.6.Kwaliteitszorg Uitgangspunten van onze kwaliteitscyclus ( KIK ) 1. Doen we de goede dingen? 2. Doen we die dingen ook goed? 3. Hoe weten we dat? 4. Vinden anderen dat ook? 5. Wat doen we met die wetenschap? Kortom, kwaliteitszorg betekent dat wij systematisch de ‘goede dingen nog beter proberen te doen’. Adequate instrumenten en een heldere planning - en beleidscyclus, zijn hiervoor onontbeerlijk.
31
*
*
Kwaliteit mag geen toeval zijn. Daarom is systematisch werken aan de kwaliteit van de school noodzakelijk. Dat betekent: het juiste beleid formuleren, de juiste handelingen verrichten en op de goede manier evalueren of bereikt is wat de school wilde bereiken. Dat is kwaliteitszorg: het geheel van samenhangend beleid, concrete doelstellingen en goed management om de benodigde acties en controles uit te voeren, waarmee de school de gewenste kwaliteit systematisch levert en waarmee de school die kwaliteit ook continu kan verbeteren Het bovenstaande bereiken we door te sturen op: evaluatie van de processen en de opbrengsten borging planmatig verbeteren verantwoording afleggen rollen en verantwoordelijkheden De Pontus wenst binnen de kaders van het beleidsplan kwaliteitszorg SKPOEL te voldoen aan de eisen van kwaliteit onderwijs, zoals geformuleerd in de KIK (Kwaliteit In Kaart) afspraken. Deze gaan over de acht domeinen van onderwijs die ook door de onderwijsinspectie worden beoordeeld. Deze KIK- kaarten, op te vatten als programma’s van eisen, worden toegepast in vierjaren cyclus. Zij worden in deze cyclus ge(her) formuleerd. De praktijk wordt in overeenstemming gebracht met de gestelde eisen en door middel van een externe audit wordt gecontroleerd of praktijk en geformuleerde eisen met elkaar kloppen. KIK-kaarten op de Pontus.
10. Begeleiding gericht op leerlingen (36) 11. Passende Zorg (58) KIK 12. Opbrengsten: Resultaten liggen op niveau (12) 13. Opbrengsten: Leerlingen ontwikkelen zich naar verwachting (10)
6. Didactisch handelen (169) 7. Afstemming op de onderwijsbehoeften (40) 8. Actieve en zelfstandige rol leerlingen (5) 3. Aanbod (47)
9. 1. Schoolklimaat (74) Zorg voor kwaliteit (29 5. 2. Pedagogisch Voorwaarden voor handelen (40) kwaliteit (52) 4. Tijd (47)
3.2.6.1.Kwaliteitsmetingen binnen onze school Wanneer er trajecten ingezet worden met betrekking tot de aanpak van vernieuwing en ontwikkeling in de school, dan wordt er gewerkt volgens de kwaliteitscyclus van Deming: DO
PLAN
CHECK
ACT
32
In de praktijk betekent dit dat meer afspraken vastgelegd dienen te worden in schooldocumenten, zodat een gerichte controle uitgevoerd kan worden. Hierdoor kunnen tenslotte relevante aanpassingen uit worden gevoerd om bepaalde opbrengsten te vergroten. Dit vindt plaats binnen het beleid dat bovenschools door SKPOEL is ingezet en wordt bewaakt. Instrumenten die worden gebruikt op onze school Competentiemodellen. In het schooljaar 2010-2011 zijn er competentieprofielen ontwikkeld voor leden van het stuurteam en de leerkrachten (SKPOEL bovenschools volgens SBL). CITO profiel.
Cito Eindtoets
2009
2010
2011
534
535,3
534,6
Tabel13: resultaten CITO eindtoets de Pontus
Instrumenten kwaliteitszorg De volgende instrumenten gebruiken we om een overzicht te bieden van de kwaliteit van alle scholen: De cito-eindtoets. Meerjaren overzicht taal- en rekenprestaties. Het actuele toezichtarrangement van de inspectie per school. Uitstroom per school naar LWOO, Pro, VMBO, Havo en VWO. Uitstroom per school naar SBO en SO. Het schoolgewicht van de school afgezet tegen het absolute aantal leerlingen. De resultaten van quickscans en schooldiagnoses via het afgesproken kwaliteitszorgsysteem. De conclusies van de enquêtes onder de ouders, leerlingen en leerkrachten per school. Het overzicht van de niveaus per vakgebied per school via ons leerlingvolgsysteem.
Activiteiten en kwaliteitvoornemens 2011-2015. succesgebied Prestatie-indicatoren activiteiten
KIK cyclus. Meerjaren overzicht Taal en reken prestaties.
Vernieuwde kik-cyclus invoeren. Rendement analyses.
11 12 12 13 * *
13 14
14 15
*
*
*
Werkgroep KIK. De zorg, maakt twee jaarlijks overzichten.
*
3.3 Leerlingen, ouders en overige belanghebbenden De ouders (en hun kinderen) zijn de “klanten” van onze school. Als de ouders tevreden zijn over de school, heeft dat ontegenzeglijk zijn positieve uitstraling op hun kinderen en uiteindelijk ook op het imago van onze school. Samenwerking met en afstemming op de behoeften van onze klanten, vinden we erg belangrijk.
33
Afspraken over hoe we met ouders omgaan, wanneer het gaat om zaken als: Informeren van ouders over de vorderingen van hun kind (rapportbesprekingen, inloopmomenten, tussentijds, enz.) Betrekken van ouders bij het opstellen en evalueren van handelingsplannen (RT). Informeren van ouders met betrekking tot vervolgonderwijs (schooladviesgesprekken voor groep 8). Betrekken van ouders bij schoolactiviteiten (vieringen, excursies, enz.) Inrichten van klankbordgroepen n.a.v. school organisatorische ontwikkelingen. 3.3.1. De school als ketenpartner De directeur of locatieleiding van de school nemen deel aan verschillende werkgroepen en commissies: onderwijs Achterstanden Beleid in de gemeente Etten-Leur. vroegtijdige en Voorschoolse Educatie . brede scholen Etten-Leur. “andere tijden” directieoverleg SKPOEL . overleg met Brede school partners. overleg met partners combi project.
34
Jaarplannen 2011-2012 (onderbouw). Het resultaat van het beleidsdoel/verbeterpunt: Gewenst eindresultaat bij Wanneer Meting: hoe te leerlingen, ouders, leraren, bereikt? zien? derden of product(en): Gegevens Kijk observatie Eind methode doelgericht schooljaar gebruiken zodat we meer 2011/2012 tegemoet kunnen komen aan de onderwijsbehoefte van het jonge kind.
Taalaanbod voortvloeiend uit dyslexieprotocol en cito
Uitvoering: Activiteiten; wat gaan we doen (scholing, ontwikkelen, etc.) Opstellen van groepshandelingsplannen adhv gegevens uit de kijkregistratie. Kijk zie en doe: hoe gaan we om met kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong. Hoe gaan we KIJKgegevens/ cito hanteren bij kinderen die achter blijken te zijn in hun ontwikkeling. Opzetten van jaarplanning/ dagplanning zodat we de onderwijsbehoefte nog beter af kunnen gaan stemmen. Start met instructiemodel volgens gezamenlijke schoolafspraak. Rekenbakken opzetten adhv de 5 rekendomeinen.
Groepsbezoeken
Wie Toelichting verantwoordelijk
Coördinatoren met zorg en Edux
Leerkrachten worden vaardiger bij het registreren van de kijkmethode. Naast het individueel profiel beoordelen, is het ook belangrijk om groepsgegevens te gaan bekijken. Toelichting
Wanneer bereikt? Eind schooljaar 2011/2012
Meting: hoe te Wie zien? Cito toets en Coördinatoren vvl toets eind met zorg. gr. 2.
Wanneer
Wie
studiemiddag
Coördinator met zorg en Edux
Offerte volgt vanuit edux.
studiemiddag
Coördinator met zorg en Edux Coördinator met zorg en Edux
Zie boven, boeken zijn aanwezig op beide locaties.
Coördinator met zorg en Edux
Zie boven
studiemiddag
studiemiddag
Tijd en/of geld
bouwvergader Coördinatoren ing
eind schooljaar 2011/2012
Bouwcoördinatoren
35
Cito uitslagen tonen aan dat passieve woordenschat vrij laag is. Hoe komen we spelenderwijs tegemoet, aan taalbehoefte van het jonge kind. Toelichting
Zie boven
Eerste stap is evalueren onderzoek van stagiaire. Daarna samen inventariseren wat nodig is. Voorstel start cursus videointeractie voor bouwcoördinatoren.Kijkwijzer opstellen om introductie model in groepen te begeleiden.
Bouwplannen 2011-2012 (middenbouw). Het resultaat van het beleidsdoel/verbeterpunt: Gewenst eindresultaat Wanneer bereikt? Meting: hoe te bij leerlingen, ouders, zien? leraren, derden of product(en): Coöperatief Eind schooljaar 0-meting, Leren invoeren in groep 2011/2012. groepsbezoeken 5
Wanneer bereikt? Correct toepassen van het nieuwe instructiemodel. Hierin een correct gebruik van de methodes.
Eind schooljaar 2011/2012.
Wanneer bereikt? Thematisch werken in de groepen 3, 4 en 5
Eind schooljaar 2011/2012.
Wie Toelichting verantwoor delijk Bouwcoördinator
Meting: hoe te zien? Kijkwijzer instructiemodel
Wie
Meting: hoe te zien? groepsbezoeken
Wie
36
Edux Bouwcoördinator
Bouwcoördinator
Leerkrachten proeven tot kerst met het toepassen van coöperatief leren werkvormen. Leerkrachten van groep 5 worden betrokken bij de studiemiddagen van de bovenbouw Leerkrachten leren zowel op een spontane wijze als structureel deze werkvormen in te zetten. Toelichting Er wordt aan het begin van schooljaar 2011-2012 een nieuw instructiemodel aangeboden. Het is op basis van het huidige instructiemodel, maar meer opgesplitst. Hierin moet gemonitord worden dat de werkvormen van coöperatief leren gebruikt worden. Belangrijk is dat alles op één lijn zit en dat er geen zijwegen meer opgezocht worden. Toelichting Basisontwikkeling wordt nog gebruikt als middel bij ontwikklingsgericht denken. Op eigen kracht gaan we verder met het thematisch werken met name in de groepen 3 en 4. De groepen 5 zullen met 2 tot 3 thema’s per schooljaar werken. Daarnaast zal groep 5 betrokken worden bij coöperatief leren.
Wanneer bereikt? Schrijven
Gedurende schooljaar 2011/2012.
Wanneer bereikt? Nieuwe methode aardrijkskunde
Meting: hoe te zien?
Herfstvakantie 2011
Wanneer bereikt? Nieuwe methode begrijpend lezen
Meting: hoe te zien?
Meting: hoe te zien?
Eind schooljaar 2011-2012
Wanneer bereikt? Op punt zetten één lijn wat betreft verwerking in rapportage.
Gedurende schooljaar 20112012
Op punt één lijn zitten wat betreft verwerking in boekbesprekingen en spreekbeurten in groep
Gedurende schooljaar 20112012
Wie
Toelichting
Zorg Werkgroep Bouwcoördinator
Er is een werkgroep schrijven (nieuwe methode). De collega’s blijven, ondanks de nieuwe methode, tegen een aantal zaken aan lopen o.a. het gebruik van de vulpennen, het handschrift van de kinderen. Toelichting
Wie Aardrijkskunde
De werkgroep dient voor de herfstvakantie, de mogelijke methodes aan het team voor te stellen en te laten uitproberen. Daarna moet er een goed onderbouwde beslissing genomen worden en wordt de methode geïmplementeerd.
Wie
Toelichting
Begrijpend Lezen
Meting: hoe te zien?
Wie Rapportage
Afspraken op papier
37
Bouwcoör dinator
De werkgroep dient voor het einde van het schooljaar de mogelijke methodes aan het team voor te stellen en te laten uitproberen. Daarna moet er een goed onderbouwde beslissing genomen worden en wordt de methode geïmplementeerd. Toelichting Nu worden toetsen e.d. te subjectief beoordeeld. Er is een werkgroep in het leven geroepen, om hier één lijn in te ontwikkelen en hiervoor afspraken op papier te zetten. Toevoeging cito op rapport. In paralleloverleg zullen de collega’s van de groepen 5 tot duidelijke afspraken moeten komen. Deze afspraken moeten op papier komen. De bouwcoördinator monitort.
Bouwplannen 2011-2012 (bovenbouw). Het resultaat van het beleidsdoel/verbeterpunt: Gewenst eindresultaat Wanneer bereikt? Meting: hoe te bij leerlingen, ouders, zien? leraren, derden of product(en): Coöperatief Eind schooljaar 0-meting, Leren verinnerlijken. 2011/2012 Groepsbezoeken Het nut van coöperatief leren duidelijk maken in het nieuwe instructiemodel. De werkvormen van coöperatief leren structureel gebruiken.
Wie Toelichting verantwoor delijk Bouw/scha duw coördinator
Correct toepassen van het nieuwe instructiemodel. Hierin een correct gebruik van de methodes.
Eind schooljaar 2011/2012
Kijkwijzer instructiemodel
Edux Bouwcoördinator
Toepassing van groepsplannen
Eind schooljaar 2011/2012
Kijkwijzer instructiemodel
Zorg Werkgroep Bouwcoör dinator
pstarten van plusgroep/plusklas.
Gedurende schooljaar 2011/2012
Zorg Werkgroep Ellen
38
Leerkrachten worden vaardiger met het toepassen van coöperatief lerenwerkvormen. Leerkrachten leren zowel op een spontane wijze als structureel deze werkvormen in te zetten. Er wordt aan het begin van schooljaar 2011-2012 een nieuw instructiemodel aangeboden. Het is op basis van het huidige instructiemodel, maar meer opgesplitst. Hierin moet gemonitord worden dat de werkvormen van coöperatief leren gebruikt worden. Ook dient het gebruik van groepsplannen verwerkt te worden. Belangrijk is dat alles op één lijn zit en dat er geen zijwegen meer opgezocht worden. In het vernieuwde instructiemodel, is het van belang dat mensen leren werken met groepsplannen. Ook is het belangrijk om mensen te monitoren in het detecteren, analyseren en evalueren van de kennis en het niveau van de verscheidene leerlingen. Er is een werkgroep die een plan gaat opzetten om vanuit de verschillende groepen meer- en/of hoogbegaafde leerlingen te halen, om dan met hen verdiepend en verbredend
aan de slag te gaan.
Nieuwe methode aardrijkskunde
Herfstvakantie 2011
Werkgroep Aardrijksku nde
Nieuwe methode begrijpend lezen
Eind schooljaar 2011-2012
Werkgroep Begrijpend Lezen
Op punt zetten één lijn wat betreft verwerking in rapportage.
Gedurende schooljaar 20112012
Werkgroep rapportage
39
Er is hier ooit een begin gemaakt door Leo, maar dit heeft geen voortgang gekend. Het is nu de bedoeling dat dit volledig op poten gezet wordt. De werkgroep dient voor de herfstvakantie, de mogelijke methodes aan het team voor te stellen en te laten uitproberen. Daarna moet er een goed onderbouwde beslissing genomen worden en wordt de methode geïmplementeerd. De werkgroep dient voor het einde van het schooljaar de mogelijke methodes aan het team voor te stellen en te laten uitproberen. Daarna moet er een goed onderbouwde beslissing genomen worden en wordt de methode geïmplementeerd. Nu worden toetsen e.d. te subjectief beoordeeld. Er is een werkgroep in het leven geroepen om hier één lijn in te ontwikkelen en hiervoor afspraken op papier te zetten. Toevoeging cito op rapport
5.0. Bijlagen
Bijlage 1: Relevante maatschappelijke ontwikkelingen Vanuit onze omgeving komen de volgende zaken op ons af, waarop wij als school een antwoord moeten vinden. Dit doen we door aandacht te hebben voor: De problematiek van onze leerlingen op sociaal emotioneel gebied neemt toe. Steeds vaker stellen we als team vast, dat we nadrukkelijker moeten werken aan de pedagogische aspecten. Dit zijn bijvoorbeeld: luisterhouding, omgangsvormen en sociale vaardigheden. Deze waren voorheen standaard aanwezig bij de leerlingen. Met de invoering en toepassing van de leefregels, pestprotocol en een signaleringsinstrument voor de sociaal-emotionele ontwikkeling van leerlingen, proberen we hier in gezamenlijkheid aan te werken. In onze wijken bieden drie scholen basisonderwijs, waaronder de Pontus. Dat is een behoorlijke schooldichtheid. Het aantal kinderen in de wijken neemt toe. Dit betekent dat er een mate van concurrentie gaat ontstaan tussen de basisscholen. Een duidelijke profilering van de school én contact houden met de potentiële leerlingengroep, is van groot belang. Het kunnen omgaan met verschillen tussen leerlingen, is essentieel op onze school. Rooster technische en onderwijsinhoudelijke aanpassingen, moeten de leerkrachten in staat stellen op verantwoorde wijze vorm te geven aan onderwijs dat rekening houdt met de verschillen tussen onze leerlingen. Daarnaast maken we gebruik van meer handen in de klas. Naast het bieden van het onderwijs, dat aansluit bij de ontwikkelingsmogelijkheden en het niveau van onze leerlingen, hebben wij aandacht voor de zorg en de hulpverlening aan de gezinnen. De betrokkenheid van de ouders bij onze school, is daarbij een belangrijk doel. Wij realiseren deze doelen door samenwerking te zoeken met andere instanties, die de uitvoering hiervan, voor zover het niet het onderwijs betreft voor hun rekening kunnen nemen (brede schoolontwikkeling). De inbreng en betrokkenheid van ouders bij het beleid van de school wordt steeds belangrijker. Door ouders op de hoogte te houden van ontwikkelingen binnen de school en hen te betrekken, bij de organisatie en het ontwikkelen van beleid, nemen we hen als opvoeder van onze leerlingen serieus. Daarbij moet de communicatie, zeker in een sterk groeiende organisatie naar ouders transparant worden gevoerd, in woord en schrift.
40
Bijlage 2: Leerstofaanbod Ons leerstofaanbod is dekkend voor de kerndoelen van het primair onderwijs en stelt de leerlingen in staat zich optimaal te ontwikkelen en voor te bereiden op het vervolgonderwijs. Indien leerlingen niet in staat zijn de kerndoelen te realiseren, zal dit blijken uit de interne leerroute die we dan voor hen hebben uitgestippeld. Wij bereiken dit door methoden te kiezen, waarin de kerndoelen zijn afgedekt. Voor alle leergebieden hebben wij eigentijdse methoden gekozen, die aansluiten bij onze schoolbevolking en schooldoelen. Door deze methoden door de hele school in te voeren, garanderen wij de doorgaande lijn van groep 1 t/m 8 waardoor kinderen een ononderbroken ontwikkeling door kunnen maken. Als basislijn voor ons onderwijs worden de volgende methodes gehanteerd: Vakvormingsgebied
Methode
Groep
Aanvankelijk lezen
Veilig leren lezen (maan-roos)
(2),3-4
Voortgezet technisch lezen
Estafette nieuw + BAVI
(3),4-5-6-7
Begrijpend lezen Taal/ woordenschat
Tekst verwerken Schatkist Taal In Beeld
(2),3/4 t/m 8 1,2/4 t/m 8
Rekenen Muziek
Schatkist, Wereld in getallen Kunst educatief programma
1,2/3 t/m 8 1 t/m 8
Schrijfvaardigheid
Zwart Wit
3,4 t/m 8
Aardrijkskunde
Nieuwe methode, oktober 2011
1 t/m 8
Biologie
Leefwereld
4 t/m 8
Geschiedenis
Wijzer door de Tijd
3 t/m 8
Godsdienst/Catechese Tekenen/ handvaardigheid Bewegingsonderwijs
Trefwoord Uit de kunst Bewegingslessen eigen leergang
1 t/m 8 1 t/m 8 3 t/m 8
Verkeer Engels
Klaar Over Hello World
1 t/m 8 7-8
Naast de genoemde methoden is er ook een uitgebreid ICT- beleidsplan, dat alle leergebieden bestrijkt, waarmee wij met onze leerlingen gestructureerd aan de gang kunnen.
41
Bijlage 3: Sterkte – zwakte analyse Versie 3 (januari 2011): toegevoegd bespreking van laatste bladzijde, door werkgroep schoolplan en stuurteam voor wat betreft de sterke en zwakke punten van de brede school. Bijlage SWOT. Hieronder vindt u een kort overzicht van de kansen/bedreigingen, sterkten en zwakten die in de komende jaren aandacht vragen. In de het schoolplan, vindt een nadere uitwerking plaats, van de wijze waarop we hiermee omgaan. Intern: Sterktes
Zwaktes
o o o o o
o
Enthousiast team Goede basis onderwijsleerproces Veiligheid Structuur Goed toegeruste gebouwen in brede school
o o
De visie is te globaal. Een algemene visie op leren is wenselijk. Evenals een visie op passend onderwijs. Opbrengstgericht werken is een ontwikkel punt. Ervaren werkdruk bij team
Extern: Kansen
Bedreigingen
o o
o
Goed imago Passend onderwijs
Landelijke bezuinigingen
Aandachtspunten SWOT Brede school Succesgebied
Prestatie-indicatoren
Activiteiten
Pedagogisch klimaat brede school
Omgaan met elkaar: gedragsregel.
elkaar groeten. elkaar aanspreken als individuele collega en niet in eerste instantie als leerkracht/medewerker van een bepaalde school of organisatie. communicatie: met elkaar met elkaars medewerkers met de kinderen en ouders omgaan met kritiek en omgaan met klachten hoe kom ik over- voorbeeldgedrag naar kinderen overgang naar de basisschool: Het ‘ dat kan ik al” boekje in de overdracht mondeling begeleiden beter regelen. het bij elkaar op bezoek gaan goed regelen
Heidag thema communicatie.
Onderwijskundig
Doorgaande lijn.
Gluren bij de buren
42
11 12 12 13 * *
13 14 *
14 15 *
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Vieringen
Maatschappelijk
Jaarrooster maken, waarin voor elke viering een organisatie eindverantwoordelijk is voor de eindregie. Trossenlosdag Levensecht leren goed oppakken en vormgeven TSO- ontwikkelen van Overblijven voor groep 7-8 aantrekkelijker slechtweeractiviteiten maken programma’s Beter omgaan met afval op het Voortouw
*
*
*
*
*
Bevindingen vanuit Inspectie (april 2010)
1 2 3 4 5 6 7 8 9
Activiteiten: Ontwikkelingsperspectieven (met name voor kinderen met specifieke onderwijsbehoefte) Aansluiten beredeneerd aanbod groepen 1 / 2 op methodisch aanbod van groep 3 Structurele differentiatie in leerstof en instructie Differentiatie in relatie met leerbehoeften van leerlingen Afspraken over methode gebonden toetsen Leerkrachten voldoende toerusten voor het analyseren van de hulpvraag van leerlingen Op schoolniveau werkwijzen ontwikkelen om de resultaten meer systematisch met schooleigen normen te vergelijken Actief burgerschap Zorgplan SWV: procedures SBO en PCL opnemen
Conclusies: Ontwikkelen van een concrete visie is het eerste ontwikkelpunt, omdat van daaruit gemakkelijker keuzes gemaakt kunnen worden, voor een passende werkwijze. Het team is erg enthousiast, dit is met name positief, maar door het enthousiasme wordt ook wel eens te veel hooi op de vork genomen. Een heldere visie kan bijdragen in heldere keuze voor wat wel en wat niet uitgevoerd gaat worden, binnen de school. Zodat de ervaren werkdruk verminderd kan worden. De school is na jaren vol bouwperikelen, klaar om vanuit een gezonde basis verder te bouwen aan de school. De speerpunten zijn: -
de doorgaande lijn binnen de school (aansluitend bij de behoeften van de leerlingen); een helder zorgprofiel in het kader van passend onderwijs; opbrengstgericht werken op zowel school-, groeps- als leerlingniveau
43
Speerpunten 2011-2015 De Pontus ( Zie bijlage3 SWOT analyse)
Algemene punten: Onderwijskundige visie: algemene visie en ambitie - coöperatief leren en basisontwikkeling - passend onderwijs: HGPD en groepsplannen Doorgaande lijn binnen de school Gerichte kwaliteitszorg (ontwikkelen, monitoren en borgen) Communicatie met ouders Opbrengstgericht werken: referentie niveaus, ontwikkelingsperspectieven Meest urgent volgens stuurteam:
Doorstroom oktober /november /december-kinderen van groep 2 naar groep 3: Aandacht voor communicatie Instructiemodel: maken schoolafspraken Taakbeleid in relatie tot ervaren werkdruk
Overige punten:
Koppeling KIJK /doelstelling PO-raad. Koppeling KIJK en CITO. Communicatie onderling; gezamenlijke verantwoordelijkheid. Communicatie school en ouders (o.a. informatieavond). Afspraken met klassenouders, afspraken over communicatie per mail. Protocol meer begaafde leerlingen. Nieuwe rekenmethode. Code protocol dyslexie. In groep 5 coöperatief leren al gaan verwerken in basisontwikkeling. Evaluatie spellingsmethode. Afspraken SEO. Wat betekent het katholieke geloof voor de Pontus
44
Bijlage 4: Samenvatting ontwikkelpunten vanuit evaluatie schoolplan 2007-2012
1
Activiteiten voor de komende schoolplan periode Koppeling KIJK! en schrijfmethode
Gerealiseerd
2
Doorstroom okt/nov/dec kinderen van groep 2 naar groep 3: aandacht voor communicatie
Opgepakt, laatste fase 2011
3
Opgepakt en verder uitgewerkt Herbezinning in 2011 Plan van aanpak ontwikkeld, zie verder visie
4
In groepen ½ verder met basisontwikkeling en KIJK! In groepen 3 en 4 verder met basisontwikkeling. In groep 5 coöperatief leren al gaan verwerken in basisontwikkeling. In bovenbouw helderheid over coöperatief leren. Geïntegreerd aanbod samenwerkend leren. Basisontwikkeling en coöperatief leren koppelen aan opbrengstgericht werken. Aandacht voor leren van elkaar. Nieuwe rekenmethode
5
Evaluatie katholieke identiteit op De Pontus
Opgepakt door werkgroep
6
Spellingsmethode evaluatie
Nog oppakken/opbrengstgericht werken
7
Implementatie techniekplan
Schoolplandeel klaar, implementatie
8
Actief burgerschap
Skpoel breed opgepakt
9
Passend onderwijs
In ontwikkeling
10
Instructiemodel: maken schoolafspraken
Afspraken 2011,september
11
Communicatie school en ouders (o.a. informatieavond, afspraken met klassenouders, afspraken over communicatie per mail)
Opgepakt; nieuwe website en protocol
12
Code protocol dyslexie
Code proof afgewerkt 2011-2012
13
Protocol meer begaafde leerlingen
2011
14
Afspraken SEO
2011
15
Vernieuwing Estafette
Uitgevoerd
16
Beoordelingsgesprekken
Uitgevoerd
17
Up-to-date maken overzicht overleggen
Uitgevoerd
18
Uitwerken paralleloverleg
2011
19
Taakbeleid in relatie tot ervaren werkdruk
Jaarlijks
20
Activiteiten ICT-plan
Jaarlijks
21
Activiteiten Zorgplan
Jaarlijks
45
Niet klaar
Invoering 2011/2012
Bijlage 5:
Analyse van gegevens kwaliteitsmeter 2011. Om de kwaliteit van de organisatie te volgen en eventueel te verbeteren, wordt er tweejaarlijks een meting verricht onder leerlingen, leerkrachten en ouders. Op basis van die gegevens wordt een plan van aanpak gemaakt. In het schooljaar 2011 is de kwaliteitsmeting, webbased afgenomen. Uitgangspunt is dat we voorlopig de norm leggen op 80 % tevredenheid algemeen. Alle onderdelen met een lagere benchmark 3,0 worden betrokken in de analyse. In het nader uitwerken kunnen er in de toekomst keuzen gemaakt worden om het percentage op specifieke onderdelen op te trekken. resultaten kwaliteitsmeting 2011 LEERLINGEN de Pontus. RKBS De Pontus, Etten-Leur Leerlingen 2011 17-01-11 tot 04-02-11 Onderw ijs en leren Leerstof en toetsen
3,3
De lessen
3,4
Begeleiding
3,3
Leer- en hulpmiddelen
3,2
ICT
3,2
Sfeer
3,2
Soc iale omgang
3,1
Veiligheid
3,3
Cultuur Inspraak
3,0
Interac tie leerling - loc atie c oördinator
3,3
Interac tie leerling - meester of juf
3,5
Huisvesting Sc hoolgebouw
3,3
Informatievoorziening
3,5
Algemeen B
Rapportcijfer
7,9
46
resultaten kwaliteitsmeting 2011 PERSONEEL de Pontus. RKBS De Pontus, Etten-Leur Personeel 2011 17-01-11 tot 04-02-11 Onderw ijs en leren Leerstof
3,7
W erkvormen
3,7
Leer- en hulpmiddelen
3,2
ICT
3,3
Zorg
3,3
Zorgstruc tuur
0,0
Pedagogisc h klimaat: sfeer
3,8
Pedagogisc h klimaat: soc iale omgang
3,6
Pedagogisc h klimaat: veiligheid
3,4
Cultuur Interac tie onderling
3,2
Interac tie met ouders
3,7
Interac tie met leerlingen
3,5
Leidersc hap en management Direc tie = Dagelijkse sc hoolleiding (loc atiec oördinatoren + direc teur)
3,2
Huisvesting
2,8
Informatievoorziening
3,4
Proc edures
3,6
Organisatie 3,3
Overlegstruc tuur Kw aliteitszorg
3,6
Kw aliteitszorgsysteem Personeel Arbeidsomstandigheden: Taken
3,0
Arbeidsomstandigheden: ARBO-beleid
3,0
Ontw ikkelingsmogelijkheden
3,4
Sc hoolontw ikkeling
0,0
W erkklimaat
3,4
Algemeen B
Rapportcijfer
7,5
47
resultaten kwaliteitsmeting 2011 OUDERS de Pontus. RKBS De Pontus, Etten-Leur Ouders 2011 17-01-11 tot 04-02-11 Onderw ijs en leren Leerstof en toetsen
3,4
Begeleiding
3,5
Leer- en hulpmiddelen
3,6
ICT
3,1
Zorg
2,9
Pedagogisc h klimaat: sfeer
3,6
Pedagogisc h klimaat: soc iale omgang
3,5
Pedagogisc h klimaat: veiligheid
3,2
Cultuur Interac tie leerkrac ht - ouder
3,6
Interac tie leerkrac ht - leerling
3,6
Management In de hier onderstaande vragen w ordt gesproken over de direc tie. Op de Pontus w ordt gew erkt met: de Dagelijkse Sc hoolleiding3,1 (loc atie c oördinatoren en direc teur) Bedrijfsvoering Huisvesting
3,0
Proc edures
3,4
Informatievoorziening
3,5
Organisatie Overlegstruc tuur
3,1
Ouderbetrokkenheid
3,3
Sc hoolkeuze 3,4
Verw ac htingen
Algemeen B
Rapportcijfer
7,3
Analyse van de gemaakte opmerkingen per locatie. Op basis van de aangeleverde resultaten, is er door leden van de MR en het stuurteam een “kijklijst” gemaakt waarlangs een aantal gemeenschappelijke actiepunten zijn ontstaan.
Aandachtspunten kwaliteitsonderzoek locatie Schoenmakershoek. 1. Leerlingen. -
Ict: De leerlingen vinden het aantal pc’s te weinig en de kwaliteit van de hardware, onvoldoende.
-
In de mediatheek zouden 8 pc’s bij moeten komen. Dit wordt onderzocht.
-
Koptelefoons: Er moet 1 doos komen met koptelefoons die gebruikt worden door de klas die op dat moment computertijd heeft. De koptelefoons moeten aan het einde van die les weer terug in die doos, voor de volgende groep.
48
-
Meedenken over de opslag en ideeën doorgeven aan Vincent.
-
Afspraken: kinderen vinden dat niet iedereen zich goed aan de afgesproken regels houdt.
-
Afgesproken wordt om de regels nog eens goed te herhalen, binnen de eigen groep.
-
Onderling respect leerlingen moet verbeteren.
-
Inspraak leerlingen.
-
Leerlingenraad is opgezet waarin kinderen mee kunnen denken.
- Schoolplein. -
Vraag is of de zandbak op de huidige plaats handig is. Tijdens het overleg komt er geen betere plaats uit.
2. Personeel. -
Hanteren regels: Hier moet meer eenduidigheid in komen. Nog eens nagaan of alle regels gesteund worden door het team.
-
Leerlingen denken mee over schoolbeleid: Hiervoor is de leerlingenraad opgezet
-
Eenduidigheid (in uitvoering van) beleid dagelijkse schoolleiding
-
Onduidelijkheden tussen locaties .
-
Gevraagd wordt, om beter overleg tussen locatieleiding.
-
Dagelijkse leiding probeert dit te verbeteren.
-
Aangegeven wordt dat openheid laatste weken is verbeterd.
-
Te weinig werkplekken: Hierover dient door iedereen worden nagedacht.
-
Effectief vergaderen.
-
De jaarplanning moet zo compleet mogelijk.
-
Zorg voor een goede tijdsplanning per vergadering.
-
Paralleloverleg moet vanaf volgend jaar door collega’s zelf gepland en vormgegeven worden op een manier waarop iedereen zich het prettigst voelt.
-
Nieuw plan over taakbeleid: Minder mensen per werkgroep (meer uren per werkgroep)
-
Er komt een voorstel vanuit het stuurteam voor de planning van werkgroepen.
3. Ouders. -
Adequaat reageren bij incidenten
-
Wc’s vaker schoonmaken
-
Verkeer: wordt onder de loep genomen door o.a. wijkvereniging
49
-
Inspraak beleid: Niet mogelijk. Ook behoren leerkrachten de vergaderingen in werkgroepen voor te zitten.
-
Brede school- activiteitenaanbod
-
Schooltijden
-
Ouderprotocol wordt aangemaakt: omgang ouders-leerkracht
Aandachtspunten kwaliteitsonderzoek locatie de Keen. 1. Leerlingen. -
Leerlingenraad aanstellen. Wordt uitgevoerd. Meer klimrekken/voorzieningen om een spel te creëren.
2. Personeel. -
Studiedag over identiteit om duidelijk op papier te krijgen welke regels we hanteren. Of deze dag te gebruiken om de bestaande regels te evalueren.
-
Meer telefonisch contact voor zaken over klassenmanagement en teamafspraken (via schooltelefoon in de klas), aangeven welke punten er wel via de mail lopen. Meer persoonlijk worden aangesproken op regels/afspraken.
-
Een duidelijke lijn behouden en handelen naar de afspraken die zijn geformuleerd in het beleid (en ook duidelijk maken dat er een beleid is). Doe je dit niet dan is het beleid voor niets opgesteld.
-
Afspraken worden door de eenheid (directie en leidinggevenden) samen gemaakt en teruggekoppeld.
-
In gesprek met de BSO en TSO hoe dit te verbeteren en wat er nog mist.
-
Veel zaken kunnen ook persoonlijk worden besproken of via de mail. Het is belangrijk dat er juist mededelingen worden gedaan voor het hele team in een vergadering, of dat er beslissingen zijn genomen die worden toegelicht.
-
Duidelijk plaatje van de hoeveelheid uren die moeten worden besteed. En algemeen document waarop iedereen kan inschrijven (wordt nu uitgevoerd) en daarna kan worden besproken met de directie.
-
Meer verdeling van werkzaamheden. Niet allemaal op het laatste moment. Dit geldt ook voor de informatie, die te laat wordt doorgegeven of afspraken die er opeens bijkomen, vergaderingen en studiedagen tussendoor.
3. Ouders (keen). -
Meer opbergruimte, meer kasten. Minder spullen in de gang zetten. Schoonmaak hierop attent maken, leerlingen laten zorgdragen voor net sanitair door elkaar te controleren.
-
-
Verkeersborden, klaar-overs, meer controle door politie.
50
Bijlage 6:
Samenvattend beeld en aanbevelingen vanuit onderzoek Tjalling en Ushi, februari 2011. Het samenvattend beeld is dat de snelle groei die De Pontus heeft doorgemaakt, veel aandacht heeft gevraagd. Dit is sneller gegaan dan er mogelijkheden waren, tot interne onderwijskundige afstemming en uitlijning van visie en werkwijzen. Ook de visie en stappen richting Passend Onderwijs hebben daardoor een bepaalde periode, minder specifiek de aandacht gekregen. De potentie om dit op te pakken, is er zeker in de school. De leerkrachten, het aansturingsteam, de ib-ers en andere betrokkenen in de school beschikken over een goede bereidheid en basiskwaliteit. Tegelijkertijd is er een realistische en nuchtere kijk op de veranderingen, die de verdere invoering van Passend Onderwijs met zich mee brengt. Leerkrachten willen graag meer leren over afstemmen op de verschillende onderwijsbehoeften. Dit biedt kansen om de kenmerken van de smalle zorgschool verder te versterken. Met een heroriëntatie op de gezamenlijke koers van de school, waarin alle betrokkenen zich verbonden voelen met dezelfde koers en doelen, kan De Pontus op termijn mogelijk door -ontwikkelen naar een brede zorgschool. De directie gaf in één van de gesprekken aan: ‘Het goud staat hier voor de klas’. Wij sluiten ons hierbij aan en willen daar aan toevoegen: ‘Verzilver de kansen’. Onderstaand geven we onze aanbevelingen zoals die ook besproken en toegelicht zijn op 9 februari 2011 puntsgewijs weer. Aanbevelingen 1. Visieontwikkeling groep 1-8 (onderwijskundig en pedagogisch concept) Van bouwen aan het gebouw, naar uitbreiden van de school Daarbinnen lopende en komende ontwikkelingen plaatsen:
Basisontwikkeling passend bij De Pontus
Structureel coöperatief leren, maar ook:
Passend Onderwijs
2. Scholing:
Koppelen aan visie
Meer accent op teamscholing
Planmatig: wat is nodig om huidig en toekomstig concept te realiseren
3. Meer coaching on the job (versterken van het goud dat voor de klas staat)
Inzetten op vaardigheden en kennis Aandacht voor zelfreflectie, omslag in denken, eigenaarschap Aandacht voor collegiale consultatie
4. Ontwikkelingen van de laatste jaren borgen en verder uitbouwen:
Differentiatie (inhoudelijk)
Doorgaande lijnen
Meer- en hoogbegaafden
51
5. – – – –
Plan opstellen voor diverse aspecten zorg, gekaderd vanuit de gezamenlijke visie: stel prioriteiten Werken met groepsplannen/ 1-zorgroute- Werken met HGPD (Rolverdeling) interne specialisten Protocol ontwikkelingsvoorsprong Werken met een ontwikkelingsperspectief etc.
6. Zet in op versterken communicatie: – Intern (tevens voorwaarde voor) – Extern: ouders 7. Wees ambitieus en blijf realistisch: – Stap 1: optimaliseer en borg kenmerken smalle zorgschool – Stap 2: bouw op dit fundament een geleidelijke ontwikkeling in de richting brede zorgschool Aandachtspunten voor ons passend onderwijs KSF
Passend onderwijs
PI
Activiteiten
2011 2012
Binnen de door ons aangegeven grenzen plaatsen wij alle leerlingen binnen onze school.
Opstellen van een lijst met criteria, om * zodoende leerlingen met indicatie verantwoord te kunnen plaatsen (wel dan niet op onze school).
De leerkracht toont belangstelling voor die kinderen die in een ziekenhuis worden opgenomen of ziek thuis zijn en voelt zich verantwoordelijk voor de didactische begeleiding van de leerling.
Leerlingen met een indicatie voor een clusterschool krijgen begeleiding, die vooraf in een begeleidingsplan is vastgesteld. Hierbij wordt rekening gehouden met de specifieke onderwijsbehoeften, van de leerling.
Als school binnen een samenwerkingsverband hebben we contacten met andere scholen en maken we gebruik van de expertise binnen het samenwerkingsverband
Vanuit de zorgmiddelen worden materialen aangeschaft, die voor deze leerling nodig zijn. tot en met aug. 2012 is dit vanuit de LGF. Er is nog geen duidelijkheid over de bekostiging in de volgende schooljaren.
52
2012 2013
2013 2014
2014 2015
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Indien kinderen ziek thuis zijn of in het ziekenhuis worden opgenomen, onderhoudt de leerkracht het contact met ouders Indien mogelijk wordt er oefenstof vanuit school verstrekt, zodat de leerling zo min mogelijk achterstand oploopt. Bij langdurige ziekte is er contact tussen leerling en leerkracht indien mogelijk. Bij langdurige ziekte, probeert de leerkracht er voor te zorgen dat de leerling het contact met de groep behoudt (dit kan door een kaart, een knutselwerkje, in sommige gevallen ook door een webcam in de groep). De IB-er en ICl-er bovenbouw participeert in het overleg tussen de verschillende IB-ers van het netwerk. Het zorgteam, heeft regelmatig overleg met de SEO-specialist van het samenwerkingsverband. Deze specialist wordt ook gevraagd observaties te verrichten en leerkrachten te adviseren, in de begeleiding van de leerlingen op SEO-gebied. Daarnaast wordt er ook om didactische expertise gevraagd binnen het samenwerkings, bij handelingsverlegenheid van de school op dit gebied.
53
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
*
Bijlage 7: Stichting Katholiek Primair Onderwijs Etten-Leur (SKPOEL.) Algemeen deel schoolplan vanuit SKPOEL als onderwijsstichting. Identiteit SKPOEL in een ontwikkelend perspectief. De betrokkenheid van ouders op onze katholieke identiteit zal waarschijnlijk gaandeweg gaan veranderen. Het lijkt erop dat – in het algemeen - de verzuiling steeds meer tot het verleden gaat behoren, en dat de keuze van ouders voor een school meer bepaald wordt door kwaliteit dan door de specifieke identiteit. De consequentie hiervan is: minder uit te gaan van de oude zekerheden, maar meer de dialoog aangaan over wat katholiek-zijn vandaag de dag betekent voor onze leerlingen en hun ouders. De focus op de identiteit en de wijze waarop daar invulling aan gegeven wordt, zal voor iedere school dan ook kunnen verschillen. Daarin gaan we met respect en vertrouwen met elkaar om. Onze scholen staan immers in verschillende wijken, waarin ouders onderling afwijken als het gaat om hun wensen om de identiteit terug te laten komen in aspecten van de school, zoals een eventuele gezamenlijke dagopening, het curriculum en het schoolklimaat. SKPOEL als organisatie. Welke doelen streven we na? SKPOEL wil een lerende organisatie zijn. Vanuit een optimistische mensvisie gericht op leren en ontwikkelen, werken we continu aan permanente ontwikkeling van mens en organisatie, aan samenwerkend leren, open communicatie, een veilige leer- en werkomgeving en een professionele cultuur, waarbij aanspreken op resultaat en gedrag vanzelfsprekend is. SKPOEL wil een hoogwaardige organisatie zijn. Wij werken voortdurend aan de kwaliteit van ons onderwijs, de kwaliteit van ons personeel, de kwaliteit van prestaties en de kwaliteit van faciliteiten en ondersteunende voorzieningen. Wij streven ernaar om continu actief en planmatig het onderwijs en de onderwijsondersteunende processen te verbeteren. Transparantie en meetbaarheid zijn hierin centrale begrippen. SKPOEL wil een ondernemende organisatie zijn. Wij spelen een ondernemende en initiërende rol in de schoolomgeving en onderhouden contacten met gemeenten en organisaties op het terrein van buitenschoolse opvang, sociaal cultureel werk, jeugdzorg en sport. In de keten van onderwijs, opvoeding en zorg leggen we op alle niveaus contacten met andere organisaties. We zijn gericht op vernieuwen om te verbeteren. SKPOEL wil een inspirerende en zichtbare organisatie zijn. Onze medewerkers zijn een voorbeeld voor datgene waarvoor wij staan. Wij tonen onze kracht en helpen leerlingen en collega’s om op hun beurt in hun kracht te gaan staan. Onze scholen vormen een herkenbare afspiegeling van onze gezamenlijke visie. Visie op Onderwijs binnen SKPOEL. Onderwijs is het primaire proces; het is de kerntaak van de scholen. Dit betekent dat alle andere beleidsonderdelen hiervan afgeleid zijn. Er is aandacht voor zo veel mogelijk maatwerk daar waar leerlingen specifieke pedagogisch-didactische behoeften hebben. Er is aandacht voor een veilige sfeer en onderling vertrouwen waarin kinderen zich geborgen voelen en waarin deze ontwikkeling het best tot zijn recht kan komen. In het gedrag is elkaar respecteren een belangrijk uitgangspunt. Het gedrag van leerkrachten dient erop gericht te zijn aan de verschillende behoeften van leerlingen tegemoet te komen door een juiste verhouding tussen ‘houvast’ bieden en ‘uitdagen’ te creëren. Door reflectie op het pedagogisch-didactisch handelen wordt de kwaliteit van handelen verhoogd.
54
Kinderen zijn op ontwikkeling en leren ingesteld en hebben een innerlijke motivatie om te leren. Voorwaarden om te leren zijn: veiligheid, relatie , competentie ,autonomie . Dit zijn de basisbehoeften van kinderen om gemotiveerd te kunnen leren. Leerkrachten zorgen ervoor dat aan deze basisbehoeften tegemoet wordt gekomen bij de inrichting van het onderwijsleerproces. Het gaat uiteindelijk om de kwaliteit van het onderwijs in de groep. Dat betekent dat de stichting garant wil staan voor hoogwaardig onderwijs en zich richt op de optimale ontwikkeling van leerlingen. Ieder kind kan zich in een veilige en uitdagende omgeving veelzijdig ontwikkelen; de zelfstandigheid en de eigen verantwoordelijkheid van ieder kind wordt gestimuleerd vanuit een houding van respect en aandacht voor elkaar. Ontmoeting staat centraal met nadrukkelijk waardering en aandacht voor verschillen tussen kinderen en voor verscheidenheid in de samenleving. De school betrekt de directe omgeving en natuurlijke partners bij zijn werkzaamheden en heeft een zichtbare relatie met opleidingsinstellingen. Centrale doelstelling SKPOEL. SKPOEL staat garant voor hoogwaardig onderwijs aan ieder kind en richt zich op een optimale ontwikkeling van elk kind. Dat vereist een didactische aanpak waarin meervoudige instructie, zelfstandig leren en een adequate zorgstructuur centraal staan. Competente en gemotiveerde personeelsleden zetten zich in voor de persoonlijke ontwikkeling van ieder kind, die in een prettige, veilige en uitdagende leeromgeving plaats vindt. Dat doen ze samen met ouders en andere betrokkenen in voortdurende interactie met de maatschappelijke omgeving van de school. Daarbij staan zij open voor toekomstige ontwikkelingen. Visie op kwaliteit binnen SKPOEL. Het uitgangspunt van de wetgever is dat scholen en hun bestuur zelf verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun ‘producten’ en die kwaliteit ook waarmaken. Dit houdt in dat elke school een kwaliteitszorgsysteem moet hebben waarmee men de kwaliteit van het onderwijs en de schoolorganisatie kan bepalen, bewaken, borgen en indien nodig verbeteren. INK model. De afgelopen jaren is gewerkt aan een kwaliteitsmodel. Als totaal kwaliteitsmodel wordt het INK model gehanteerd, hierin wordt een aantal organisatiegebieden onderscheiden. In deze organisatiegebieden wordt beschreven hoe de organisatie is ingericht.. In de resultaatgebieden worden de strategisch relevante maatstaven gekozen en wordt geregistreerd wat feitelijk is gerealiseerd. De cyclus van planning, uitvoeren, controleren en actie nemen ( PDCA)geeft aan dat de organisatie leert van de uitkomsten en dat verbeteringen in gang worden gezet. Daarnaast is deze cirkel uit te breiden met een fase van verantwoording afleggen.
55
Figuur 5:INK model
Kwaliteit Zorg in het onderwijs. Onderwijs en leerling-zorg Het aanbieden van onderwijs en leerling-zorg is de “core business‟ van de SKPOEL scholen. De ambities liggen als het gaat om de kwaliteit van het onderwijs bij SKPOEL hoog: zwakke of zeer zwakke scholen worden niet getolereerd en op de indicatoren van de inspectie moet voldoende gescoord worden. Door gebruik te maken van een planmatige en door data ondersteunde aanpak wordt hoogwaardig onderwijs geborgd. Ouders die hun kinderen bij een SKPOEL school brengen, moeten als vanzelfsprekend ervan uit kunnen gaan, dat dit een uitstekende keuze is! Er zijn ten aanzien van onderwijs en leerling-zorg doelen geformuleerd, die betrekking hebben op passend onderwijs, opbrengstgericht onderwijs, doorgaande lijnen tussen voor- en vroegschoolse educatie en de overgang tussen primair en voortgezet onderwijs en het aangaan van samenwerkingsrelaties met externe partners ten behoeve van het kind. Centrale doelstelling Onze scholen leveren kwaliteit als de doelen van de school worden gerealiseerd in een mate, die stemt tot tevredenheid van medewerkers, leerlingen, ouders, externe relaties en de overheid. Visie op Imago, Communicatie en PR binnen SKPOEL. SKPOEL wil zich de komende beleidsperiode verder presenteren als een professionele organisatie waarin kwalitatief onderwijs wordt gegeven; dit tot tevredenheid van alle betrokkenen. Effectieve communicatie met de "klant" is daarbij noodzaak, waarbij onder de klant verstaan wordt de huidige en potentiële onderwijsconsumenten en andere voor de school relevante doelgroepen. Een belangrijk instrument om de gewenste marktpositie te bereiken is een public relations- en promotiebeleid. Centrale doelstelling: De naamsbekendheid en de positie van SKPOEL wordt verder ontwikkeld waardoor een betere profilering ontstaat en de Stichting met de zeven locaties gezien wordt als een goede en professionele organisatie.
56
Visie op bestuur en management binnen SKPOEL. Het bestuur van SKPOEL wordt gevormd door de algemeen directeur/ bestuurder. Bij de vervulling van deze taak richt de algemeen directeur / bestuurder zich naar het belang van de stichting en het belang van de samenleving. De algemeen directeur / bestuurder is verantwoordelijk voor de ontwikkeling, naleving en handhaving van goed onderwijsbestuur. De algemeen directeur / bestuurder legt naar de Raad van Toezicht van SKPOEL en de samenleving verantwoording af over de mate, waarin de vastgestelde missie en doelstellingen worden gehaald. Leidraad hierbij is de Code Goed Bestuur. De algemeen directeur / bestuurder geeft richting aan het beleid en weet wat er binnen de organisatie leeft. De bestuursstijl kenmerkt zich door samenwerking, transparantie, zorg voor alle locaties en is organisatiesensitief en omgevingsbewust. Het management wordt gevormd door een managementteam bestaande uit de algemeen directeur/bestuurder en de directeuren van de SKPOEL scholen. De algemeen directeur /bestuurder is eindverantwoordelijk voor alle activiteiten binnen de zeven onderscheiden beleidsterreinen. De directeuren van de SKPOEL scholen zijn belast met de coördinatie van de onderwijsactiviteiten op de locatie, de leerlingenzorg, de begeleiding van de medewerkers, beheer van het gebouw, aanschaf van materialen.
Centrale doelstelling. De algemeen directeur / bestuurder creëert kaders waarbinnen het management de vrijheid heeft beleid te ontwikkelen om tot de gewenste hoge kwaliteit te komen. De algemeen directeur / bestuurder werkt met een goed ingerichte planning- en control cyclus, waarbij het management verantwoording aflegt door middel van periodieke managementrapportages. De algemeen directeur/ bestuurder, samen met de schooldirecteuren, vertaalt het bestuurlijke beleidskader in concrete activiteiten: ontwikkelen, steunen, stimuleren, faciliteren en regisseren. Visie op personeel binnen SKPOEL. Om goed onderwijs te kunnen verzorgen is een goede organisatie nodig. Een belangrijk kenmerk van een goede organisatie is de professionaliteit van het personeel. Personeelsleden die bekwaam zijn onderhouden de bekwaamheidseisen die aan hen gesteld worden. Zij volgen de ontwikkelingen in hun vak en de veranderende ontwikkelingen in de maatschappij die van invloed zijn op hun werk. Ze staan open voor het ontvangen van feedback, zijn betrokken, breed inzetbaar en flexibel. Ze nemen hun verantwoordelijkheid en leggen verantwoording over hun handelen en de resultaten die bereikt zijn af aan elkaar en aan andere belanghebbenden. Gezamenlijk zijn zij betrokken bij en verantwoordelijk voor het realiseren van de doelstellingen van de organisatie. De organisatie biedt hen ook de middelen en mogelijkheden om dit mogelijk te maken. Visie op integraal personeelsbeleid (IPB). SKPOEL hecht de volgende waarde aan het werk van het personeel: - voorwaarden scheppen om professioneler te kunnen (blijven) werken; - uitgaat van de persoonlijke kracht en groei van personeelsleden; - investeren in de uitwisseling van kennis op vele niveaus; - uitgaat van het collectief: met het totaal aan middelen in tijd en geld realiseren van kwalitatief goed personeel .
57
Daarbij blijft de relatieve autonomie van de scholen intact. Dit als uitgangspunt nemend wordt de visie op IPB van SKPOEL als volgt gedefinieerd: Integraal personeelsbeleid moet een bijdrage leveren aan de ontwikkeling en het welbevinden van personeelsleden, zodat zij competent zijn om zorg te dragen voor eigentijds en goed onderwijs. Daarbij wordt uitgegaan van (het stimuleren van) de persoonlijke ontwikkeling van personeelsleden, in samenhang met de ontwikkeling (behoefte) van de schoolorganisatie en de ontwikkeling van SKPOEL als geheel.
Centrale doelstelling. SKPOEL wil een goede werkgever zijn, met tevreden, gemotiveerde en competente werknemers die onder goede arbeidsomstandigheden werken. Veiligheid, welbevinden en een goede communicatie zijn hierbij onontbeerlijk. Verantwoordelijkheid voor professionaliteit en welbevinden ligt bij de organisatie en de individuele medewerkers. Visie op financiën binnen SKPOEL. SKPOEL voert een verantwoord en gezond financieel beleid gebaseerd op meerjaren planning. De ter beschikking staande middelen worden zo optimaal mogelijk ingezet om de gewenste hoge kwaliteit te realiseren. Gezien de financiële risico’s is risicomanagement onontbeerlijk, waardoor mogelijke risico’s in kaart zijn gebracht en waar nodig zijn afgedekt. Het streven is inzet op vooraf vastgestelde en begrote doelen, dit door meerjarenplanning en een duidelijke allocatie van de financiële middelen: van beheer naar beleid.
Centrale doelstelling. SKPOEL beschikt over een transparante en cyclische financiële planning, gebaseerd op de financiering door het Rijk en middelen verstrekt door de lokale overheid. Visie op huisvesting binnen SKPOEL. Goede en veilige huisvesting is een belangrijke basisvoorwaarde voor goed onderwijs. Het onderwijsleerproces is leidend in het huisvestingsbeleid. In samenwerking met de gemeente en andere onderwijsinstellingen in Etten-Leur zal SKPOEL zich richten op optimale huisvesting, vastgelegd in het Integraal Huisvestingsplan van de gemeente Etten-Leur. De schoolgebouwen en de omliggende (speel) terreinen bepalen in hoge mate het imago van de school, scholen moeten aangepast zijn aan de eisen van de toekomst en aan het specifieke profiel van de school. Schoolgebouwen moeten zo zijn ingericht dat nieuwe onderwijsconcepten en ontwikkelingen op het gebied van ICT, Brede School, Voor- en Naschoolse opvang optimaal gerealiseerd kunnen worden.
Centrale doelstelling. SKPOEL is in elke wijk van Etten-Leur aanwezig met een volwaardige school. De scholen hebben een positief imago, frisse uitstraling, goede toegankelijkheid en benadrukken de aantrekkelijkheid van het onderwijs bij SKPOEL
58
Instrumenten. Om gegevens te krijgen maken de scholen van SKPOEL gebruik van diverse instrumenten:
Kwaliteitsmatrix van de Kwaliteitsmeter PO(elke twee jaar). Leraarvragenlijst en zelf evaluatielijst(elke twee jaar). Oudervragenlijst (elke twee jaar). Leerlingenvragenlijst(elke twee jaar). Gesprekscyclus met leerkrachten. Binnen de gesprekscyclus worden POP- gesprekken, functionering- en beoordelingsgesprekken gehouden tussen medewerkers en leidinggevende. Het doel van deze gesprekken is de kwaliteit te vergroten en het welbevinden van de medewerkers te verhogen. Leidinggevenden hebben deze gesprekken met een lid van het bestuur of de bovenschools manager. Groepsbezoeken. De leidinggevende houdt tenminste jaarlijks klassenbezoeken. De bezoeken staan in het teken van een vooraf gesteld doel op het gebied van pedagogisch klimaat of didactisch handelen. Schooltoezicht inspectie Leerlingvolgsysteem Externe contacten In de contacten met het VO en de peuterspeelzalen wordt specifiek gevraagd naar zaken die onze school nog kan verbeteren. SMT, RIE en ASV In de Sociaal Medisch Team gesprekken met de ARBO dienst wordt gesproken over veiligheid en welzijn van de medewerkers. In de RIE (Risico Inventarisatie en Evaluatie) en ASV (Algemene School Verkenning) onderzoeken die de ARBO dienst eens per vier jaar houdt, wordt informatie gegeven over veiligheid en welzijn van kinderen en medewerkers. Jaarlijks gesprek algemeen directeur/bestuurslid met de directeur:(= bestuursgesprek) In dit jaarlijkse gesprek het komen naast alle beleidsterreinen aan de orde: visie en middelen (aan de hand van de begroting en het formatieplan).
59
Bijlage Lijst met afkortingen.
BSO CITO DMT DRO (G)MR IB ICL ICT INK IST KIK KPO LIO LVS O&O PABO PSZ RIE RT SBO Vtl WOT WSNS KSF PI TSO SWEZ SEO
buitenschoolse opvang centrale instituut toets ontwikkeling drie-minuten-toets digital rijbewijs onderwijs (gemeenschappelijke) medezeggenschapsraad interne begeleiding interne coordinator leerlingenzorg informatie- en communicatietechnologie instituut nederlandse kwaliteit integraal schooltoezicht (nu PKO: periodiek kwaliteits onderzoek kwaliteit in kaart katholiek primair onderwijs leerkracht in opleiding leerlingvolgsysteem onderwijs en ondersteuning (schoolbudget) pedagogische academie voor basisonderwijs peuterspeelzaal risico-inventarisatie en evaluatie remedial teaching speciale school voor basisonderwijs voortgezet technisch lezen wet on onderwijstoezicht weer samen naar school kritische succesfactoren prestatie-indicatoren Tussen Schoolse Opvang Samenwerkingverband Etten-leur en Zundert Sociaal Emotionele Ontwikkeling
60
FORMULIER "Instemming met schoolplan"
School:
RKbs De Pontus
Adres:
Gruijterstraat 1 (hoofdvestiging)
Postcode/plaats:
4871 KS Etten- Leur
--------------------------------------------------------------------------------------------------------- ---------------------------
VERKLARING
Hierbij verklaart de medezeggenschapsraad van bovengenoemde school in te stemmen met het:
van 1 augustus 2011 tot 31 juli 2015
geldende schoolplan van deze school.
Namens de MR,
Etten-Leur,
07-07-2011
M. Goossens-Vermunt
secretaris
*) maximaal vier jaar
61