Schoolgids | 2014-2015
lwoo | vmbo | havo | atheneum | gymnasium
schoolgids | 2014-2015 Om de leesbaarheid van deze schoolgids te bevorderen maken we in alle veelvoorkomende gevallen gebruik van de mannelijke vorm. Dit betekent dat overal waar u ‘docent’, ‘leerling’, ‘hij’ en dergelijke leest, dit te vervangen is door de vrouwelijke vorm: ‘docente’, ‘leerlinge’, etc. Overal waar ouders wordt gebruikt, worden ook eventuele verzorgers bedoeld. Mocht u naar aanleiding van deze gids nog vragen hebben, neemt u dan contact met ons op via
[email protected].
Voorwoord Onze twee gebouwen vullen zich iedere schooldag met zo’n 2350 leerlingen en 270 medewerkers. Op de twee locaties ontmoeten ze elkaar. Ze leven, leren en werken daar samen. Samen maken zij school én toekomst. Dit is een dynamisch gebeuren, dat zich niet in een schoolgids laat beschrijven. Dat is jammer, want juist uit die dynamiek halen we ook de energie om steeds weer met elkaar op een goede, positieve manier aan het werk te gaan. Dat houdt ons gemotiveerd en gaande. De schoolgids is deels een wettelijke verplichting, bevat afspraken en regels en draagt ook nog een wijze van verantwoording in zich mee. De dynamische werkelijkheid en de wettelijke verantwoording zijn ogenschijnlijk twee werkelijkheden. Wat ons betreft vullen de realiteit van de dag en de realiteit van het papier elkaar aan, versterken ze elkaar. Wij werken er in ieder geval elke dag hard aan om dat te laten gebeuren. We hopen dat u dat als lezer en bezoeker ook zo ervaart. Namens de medewerkers van het Maaswaal College, Henk Keijman, rector
2
3
Inhoudsopgave schoolbreed
Waar de school voor staat
Voorwoord 3 Inhoudsopgave 4 Waar de school voor staat 5 Inrichting van ons onderwijs 7 Opleidingen Maaswaal Plus Schoolbeleid 11 Schoolplan en locatiebeleidsplannen Boeken en financiën 14 Schoolboeken Financiën Veiligheid 16 Klachtenregeling Verzekeringen Schoolregels 23 Gedragsregels Pestprotocol Leerlingenstatuut Schoolpas Overgangsnormen Te laat komen Verlof Verzuim Ziekmelden Kwaliteitszorg en verantwoording Verantwoording Bereikbaarheid van de school 33 Adressen Schoolleiding Maaswaal College Bestuur Openingstijden Jaarplanning 36 Vakantierooster Rapporten
Het Maaswaal College streeft ernaar leerlingen te ontwikkelen tot positieve, kritische, zelfbewuste, sociale en zelfstandige volwassenen. Binnen het onderwijs leren we de leerlingen zoveel mogelijk zelf te doen. Zo ontwikkelen zij zich tot actieve, zelfverantwoordelijke, communicatieve en sociaal vaardige burgers. Burgers die in staat zijn tot samenwerken, reflecteren en het sturen van de eigen ontwikkeling.
Inhoudsopgave Oosterweg Inhoudsopgave Veenseweg 4
38 82
UNESCO-school Om dit te bereiken brengen docenten binnen het onderwijs een balans aan tussen de vier pijlers van UNESCO. Dit betekent dat er in het onderwijs aandacht is voor het verwerven van kennis (learning to know) en het aanleren en uitoefenen van vaardigheden (learning to do), waarmee leerlingen in staat zullen zijn te functioneren in de 21ste-eeuwse samenleving. Maar ook moeten leerlingen voorbereid worden op het samenleven en samenwerken (learning to live together) en het ontwikkelen tot wie je kan en wil zijn (learning to be). Binnen het onderwijs, zowel in binnen- als buitenschoolse activiteiten, krijgen de vier thema’s van UNESCO vorm. Deze vier thema’s zijn ‘Vrede en mensenrechten’, ‘Intercultureel leren’, ‘Wereldburgerschap’ en ‘Duurzaamheid’. Maatschappelijke opdracht: samen maken we school Naast de ontwikkeling van leerlingen hebben we als school ook een maatschappelijke taak. Met ons onderwijs, onze deskundigheid op het gebied van jeugd en jongeren en onze inhoudelijke betrokkenheid bij onze omgeving willen we bijdragen aan de ontwikkeling van de (Wijchense) gemeenschap. Om dit te bereiken werken we vanuit het motto ‘Samen maken wij school’. Samen met verschillende betrokkenen – ouders, basisonderwijs, bedrijfsleven en de gemeente Wijchen – geven we het onderwijs vorm. Met elkaar geven we leerlingen de mogelijkheid een kwalitatief goede opleiding te volgen, die hen voorbereid op een passend diploma en een plaats in de samenleving. 5
Kernwaarden Binnen ons onderwijs laten wij vijf kernwaarden tot uiting komen: nabij, vertrouwd, solide, betrokken en prikkelend. Leerlingen kunnen op het Maaswaal College een solide, gedegen opleiding volgen, in een voor hen vertrouwde omgeving. Dicht bij huis krijgen zij de mogelijkheid een goed diploma te behalen, passend bij hun niveau. Leerlingen worden hier zoveel mogelijk bij ondersteund door betrokken medewerkers. Die betrokkenheid voelen we ook voor de wereld om ons heen, zowel dichtbij als veraf. Vanuit ons UNESCO-profiel geven we vorm aan deze betrokkenheid. Door aan te sluiten bij de ontwikkeling, het leervermogen, de ambities en de leefwereld van de leerling, proberen we hem te prikkelen zich zo breed mogelijk te ontwikkelen. Niet alleen op cognitief niveau, maar ook op cultureel, maatschappelijk, creatief of sportief gebied. Leerlingen krijgen de kans hun talenten verder te ontplooien, door middel van deelname aan het MaaswaalPlusprogramma, stages, excursies, uitwisselingsprogramma’s, wedstrijden en manifestaties.
Inrichting van ons onderwijs Opleidingen Op het Maaswaal College worden alle opleidingen geboden. Op de locatie Oosterweg bieden we het vmbo-onderwijs, met lwoo. Op de locatie Veenseweg krijgen de havo- en vwo-leerlingen onderwijs aangeboden. Vmbo op locatie Oosterweg Binnen het vmbo volgen leerlingen een leerweg: één van de beroepsgerichte leerwegen of de theoretische leerweg. In de beroepsgerichte leerwegen kiezen ze na twee jaar voor een beroepsrichting. • Vmbo basisberoepsgerichte leerweg Leerlingen van de basisberoepsgerichte leerweg leren vooral door dingen te doen. Zowel in de theorie- als in de praktijklessen wordt zo praktisch mogelijk gewerkt. Vanaf klas 3 hebben ze al gekozen voor een sector. Ze krijgen naast theorielessen veel beroepsgerichte vakken aangeboden. Met hun diploma stromen zij door naar niveau 2 van het mbo. • Vmbo kaderberoepsgerichte leerweg Leerlingen die graag praktisch leren, maar ook de theoretische verdiepingsstof goed begrijpen, volgen de kaderberoepsgerichte leerweg. Vanaf klas 3 hebben ze gekozen voor een sector. Ze krijgen dan naast hun theorielessen veel beroepsgerichte vakken. Met hun diploma stromen zij door naar niveau 3 of 4 van het mbo.
6
7
• Vmbo theoretische leerweg (+)/gemengde leerweg Wie grotere stukken tekst kan lezen en gemakkelijker overweg kan met theorie in veel verschillende vakken, is op zijn plaats in de (gemengd)theoretische leerweg. In de theoretische leerweg krijgen leerlingen ook na klas twee alle theorievakken, pas aan het eind van de derde klas kiezen zij voor een vakkenpakket dat past bij een sector. In klas vier volgen alle leerlingen van de theoretische leerweg een zevende vak. Dit kan een theorievak zijn, maar ook Technologie. In de derde klas maken leerlingen al kennis met dit beroepsgerichte vak. Wanneer leerlingen voor Technologie kiezen is diplomering in de gemengde leerweg mogelijk. Met een diploma vmbo-t(+) is doorstroom naar vier havo of niveau 3 of 4 van het mbo mogelijk. N.B. Vanaf het schooljaar 2016-2017 wordt de vernieuwing van de beroepsprogramma’s vmbo ingevoerd. Dit geldt voor alle leerlingen die op dat moment in leerjaar 3 zitten. Het hierboven beschreven programma kan hierdoor veranderen. Zodra er meer duidelijkheid is over deze vernieuwing wordt dit aan de betrokken ouders en leerlingen gecommuniceerd.
Havo en vwo op locatie Veenseweg • Havo Een havo-opleiding duurt vijf jaar en bereidt leerlingen voor op het hoger beroepsonderwijs (hbo). In de bovenbouw van de havo (Tweede Fase) kiezen leerlingen één van de vier profielen: cultuur en maatschappij, economie en maatschappij, natuur en gezondheid of natuur en techniek. In de Tweede Fase wordt een steeds groter beroep gedaan op hun zelfstandigheid en de eigen verantwoordelijkheid voor het leerproces en het studieresultaat. •
Vwo
Op het Maaswaal College kunnen leerlingen het atheneum en het gymnasium volgen. Met een vwo-diploma kunnen leerlingen studeren aan de universiteit. In de bovenbouw van het vwo (Tweede Fase) kiezen leerlingen één van de vier profielen: cultuur en maatschappij, economie en maatschappij, natuur en gezondheid of natuur en techniek. In de Tweede Fase wordt een steeds groter beroep gedaan op de zelfstandigheid van leerlingen en de eigen verantwoordelijkheid voor het leerproces en het studieresultaat. Daarnaast besteedt het Maaswaal College in de P-tijd (project- en profieltijd) van alle vwo-klassen veel aandacht aan wetenschapsoriëntatie en aan verschillende wetenschappelijke vaardigheden, zoals het uitvoeren én presenteren van onderzoek. Dit doet de school vanuit aansluiting bij de WON Akademie (Wetenschaps Oriëntatie Nederland). Leerlingen met een vwo-advies die graag meer willen weten over de grondslagen van onze beschaving, kunnen kiezen voor het gymnasium. Leerlingen in de vwo-brugklas maken kennis met de vakken Latijn, Grieks en klassieke culturele vorming (KCV). Vanaf klas 2 zitten de gymnasiasten zoveel mogelijk in aparte klassen.
8
9
Maaswaal Plus Leerlingen verschillen in aard en aanleg, belangstelling, ontwikkelingsniveau en sociale achtergrond. Vanuit het streven van het Maaswaal College om leerlingen voor te bereiden op een plaats in de maatschappij vindt de school het belangrijk dat leerlingen zich breed kunnen ontwikkelen. Daarom bieden we een breed Maaswaal Plusprogramma aan. Leerlingen kiezen activiteiten die verbreding of verdieping bieden op cultureel, sportief, artistiek en maatschappelijk gebied. Ieder jaar wordt het aanbod aangepast aan de wensen van de leerlingen en de mogelijkheden van de aanbieders. Recente Maaswaal Plusactiviteiten zijn, afhankelijk van locatie en vraag: • sportief: zwemmen, dammen, schaken, streetsoccer, spinning, schaatsen, darten, zaalvoetbal, sjoelen, badminton, skiën en sleeën; • cultureel: Maaswaal Live, onderbouwtoneel, rappen en didgeridoo of djembé spelen; • overig: uiterlijke verzorging en geluidstechniek. Op de locatie Oosterweg vindt het Maaswaal Plusprogramma twee maal per jaar tijdens de activiteitenweek plaats. Leerlingen kunnen zich via It’s Learning voor verschillende activiteiten inschrijven. Op de locatie Veenseweg zijn er drie soorten modules te volgen:
10
-
Begeleidingsmodules. Dit zijn activiteiten die extra steun voor een vak geven of bij het onder de knie krijgen van vaardigheden.
-
Verbredingsmodules. Dit zijn activiteiten die niet direct te koppelen zijn aan een vak op school, bijvoorbeeld: schoolkrantredactie, Munesco, tutoring of internationalisering.
-
Verdiepingsmodules. Dit zijn activiteiten die aansluiten bij een vak dat leerlingen al in hun pakket hebben, zoals bijvoorbeeld Filosofie, Informatica of BSM.
Schoolbeleid Schoolplan en locatiebeleidsplannen Eind 2013 is het nieuwe schoolplan 2014-2018 vastgesteld. Dit schoolplan bevat de hoofdlijnen van het beleid voor de jaren 2014-2018. Deze hoofdlijnen zijn op beide locaties geconcretiseerd in het locatiebeleidsplan 2013-2015. Beleidsagenda 2014-2015 Het variëren, activeren en differentiëren tijdens de lessen en de inzet van ICT daarbij is een belangrijk ontwikkelpunt voor het schooljaar 2014-2015 en de jaren daarna. We willen daar met veel aandacht concrete stappen in gaan zetten. Daarnaast willen we de aandacht voor de volgende onderwerpen continueren: • de verdere inbedding van het UNESCO-gedachtegoed in het onderwijs; • versterking van het taal- en rekenonderwijs; • verdere ontwikkeling van het leermiddelenbeleid; • de invulling van Passend Onderwijs; • duurzame verankering van het Maaswaal College in de Wijchense samenleving; • blijvende aandacht van de samenwerking met scholen in het basisonderwijs en het vervolgonderwijs in het kader van doorgaande leerlijnen; • de nieuwe examenprogramma’s in de beroepsgerichte leerwegen van het vmbo; • de profilering van atheneum en gymnasium, met aandacht voor onderzoeksvaardigheden (WON) en excellentie. Medezeggenschapsraad Het Maaswaal-brede officiële inspraakorgaan is de medezeggenschapsraad (MR). De MR van het Maaswaal College bestaat uit maximaal zestien personen, onder wie acht personeelsleden, vier ouders en vier leerlingen. Beide locaties zijn in de MR vertegenwoordigd. Daarnaast is de MR vertegenwoordigd in de GMR van de Alliantie. 11
Eigen reglement De MR heeft een eigen reglement voor de medezeggenschap. Bij vacatures in de raad mogen de verschillende geledingen -personeel, ouders en leerlingen- kandidaten voordragen. Als het nodig is, organiseert de school verkiezingen. In beginsel zijn de MR-vergaderingen openbaar. De data van de vergaderingen staan in de weekkalender en op de website. De vastgestelde notulen zijn te raadplegen op het schoolportaal. Zowel voor ouders als collega’s Agenda Een groot aantal beslissingen over bijvoorbeeld onderwijs, personeel, samenwerking met andere scholen en de ouderbijdrage moet ter advisering of instemming aan de MR worden voorgelegd. De MR van het Maaswaal College voert overleg met de schooldirectie: de rector van het Maaswaal College. Onderwerp van gesprek is het schoolbeleid, dat de directie graag in overleg met de MR wil maken. Bij dat schoolbeleid kan het gaan om onderwijsinhoudelijke, maar ook om heel praktische zaken.
De afgelopen jaren kwamen de onderstaande thema’s aan bod: •
het UNESCO profiel
•
tabletklassen op de beide locaties
•
de project- en profieltijd op de locatie Veenseweg
•
de begroting en jaarrekening
•
het aanbod in de kantine
•
de jaarplanning
•
de beleidsplannen voor de locaties
•
procedure cyclus beoordelings-/functioneringsgesprekken
•
invoering/uitvoering functiemix
•
leerlingenstatuut Oosterweg/Veenseweg
•
management- en organisatiestructuur Maaswaal College
•
positionering/identiteit Maaswaal College
•
gedragscode personeel Maaswaal College
•
zorgplannen en schoolondersteuningsplan
GMR
Omdat het Maaswaal College deel uit maakt van de Alliantie Voortgezet Onderwijs, heeft de medezeggenschapsraad van het Maaswaal College een vertegenwoordiging in de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) van de Alliantie. De GMR overlegt met de voorzitter van het College van Bestuur van de Alliantie over zaken die leerlingen, ouders en medewerkers van Alliantie-scholen aangaan. Contact verloopt via de voorzitter: P. (Pieter) van de Schans E-mail:
[email protected]
12
13
Boeken en financiën Schoolboeken De school verstrekt schoolboeken. • Schoolboeken worden in de week voorafgaand aan het schooljaar op school aan de leerlingen verstrekt, zij halen deze op school op. • Voor het gebruik van deze boeken sluit de school met de ouders een bruikleenovereenkomst af en wordt een borg betaald. • Aan het eind van de schoolperiode wordt de gehele borg terugbetaald. Jaarlijks vindt verrekening van niet ingeleverde én beschadigde boeken plaats. • De oudergeledeing van de medezeggenschapsraad heeft instemmingsrecht over de hoogtebepaling van de borg. • Naast deze leermiddelen moeten ouders zelf atlassen, woordenboeken, rekenmachines en dergelijke aanschaffen. Financiën Er zijn heldere afspraken over de financiën, zoals de vrijwillige ouderbijdrage en de tegemoetkoming in de studiekosten. Vrijwillige ouderbijdrage In de vrijwillige ouderbijdrage zijn opgenomen: • algemene kosten • kosten voor o.a. excursies en jaarlaagactiviteiten.
14
De ouderbijdrage is bedoeld voor extra activiteiten, waarvoor wij geen vergoeding van het Ministerie van Onderwijs ontvangen. Als school vinden wij het belangrijk dat leerlingen deel kunnen nemen aan deze buitenschoolse activiteiten. Deze activiteiten dragen bij aan het ontwikkelen van sociale vaardigheden, maar bieden ook diverse leerzame aspecten. Zonder de vrijwillige ouderbijdrage is het niet mogelijk deze activiteiten aan te bieden. Wanneer u als ouder niet betaald, betekent dit dat uw kind niet mag deelnemen aan de georganiseerde activiteiten en op school een vervangend programma krijgt aangeboden. De hoogte van deze bijdrage wordt jaarlijks in overleg met de oudervertegenwoordiging van de medezeggenschapsraad vastgesteld en voldoet aan de wettelijke bepalingen omtrent de ouderbijdrage volgens de Wet op het Voortgezet Onderwijs. Het is mogelijk de ouderbijdrage in termijnen te betalen. Financiële ondersteuning Inwoners van de gemeente Wijchen kunnen gedurende het lopende schooljaar een beroep doen op de ‘Regeling indirecte studiekosten’ bij de Vraagwijzer van de gemeente Wijchen, telefoon: (024) 7517111 (bereikbaar tussen 8.30 en 12.30 uur). Overeenkomst vrijwillige ouderbijdrage Aan het begin van het schooljaar ontvangen de nieuwe leerlingen een overeenkomst en een reglement vrijwillige ouderbijdrage. Nadat deze overeenkomst getekend is, ontstaat er een betalingsverplichting voor de ouderbijdrage. Deze ouderbijdrage wordt aan het begin van het schooljaar geïnd. Het gehele reglement en de overeenkomst staan op onze website.
15
Veiligheid Het Maaswaal College wil een vertrouwde school zijn, waar leerlingen en personeel zich veilig voelen en veilig kunnen leren en werken (arbo). • Er is veel aandacht voor de sociale veiligheid. Afspraken zijn o.a. vastgelegd in gedragsregels, regels m.b.t. gebruik ICT en een pestprotocol. • Jaarlijks worden tevredenheidsenquêtes gehouden, waarin we naar de veiligheidsbeleving van ouders en leerlingen vragen. Eens in de twee jaar meet de school de veiligheidsbeleving van de medewerkers. • Beide locaties hebben een calamiteitenplan met een ontruimingsprocedure. • Nieuwe medewerkers worden van de afspraken en het calamiteitenplan plan op de hoogte gesteld tijdens de introductiebijeenkomst voor de start van het nieuwe schooljaar. Ook krijgen zij voorlichting over veilig gedrag in verband met de voorbeeldfunctie die zij hebben voor de leerlingen.
EHBO/BHV Op beide locaties zijn verschillende medewerkers geschoold in bedrijfshulpverlening (BHV) en/of EHBO. Zij volgen jaarlijks een bijscholingscursus om hun kennis en vaardigheden op peil te houden. Incidentenregistratie Wanneer incidenten, zoals een ongeval, verbaal geweld, diefstal of pesten, zich voordoen op school wordt dit geregistreerd. Alle medewerkers wordt gevraagd incidenten te signaleren en te registreren op een formulier. Dit heeft tot doel zicht op het aantal en soort incidenten te krijgen en nieuwe incidenten te voorkomen. Ondanks heldere afspraken, duidelijke schoolregels, zorgvuldige werkwijzen en goede intenties van alle partijen kan er weleens wat misgaan. We hebben hier op een rijtje gezet wat we samen met u doen om te zorgen dat eventuele klachten, incidenten of ongelukjes zorgvuldig worden opgepakt en afgehandeld.
• Tijdens de eerste lesweken bespreken de mentoren met hun leerlingen alle afspraken en het calamiteitenplan. • Er zijn diverse draaiboeken voor bijzondere omstandigheden opgesteld. • Jaarlijks vindt op beide locaties een ontruimingsoefening plaats.
16
17
Klachtenregeling Niet tevreden? Kom praten Als u het niet eens bent met de gang van zaken op school, willen we dat graag zo snel mogelijk van u horen en er met u over praten. Klachten kunt u zowel mondeling als schriftelijk uiten. We streven ernaar alle problemen in goed overleg op te lossen. Verschil in klachten De klachten kunnen op allerlei zaken betrekking hebben, zoals: • beslissingen van het bevoegd gezag; • de bejegening van de ouders door de school of van leerlingen door leerkrachten; • pestgedrag; • seksuele intimidatie, agressie en geweld. Meldingsplicht Voor klachten over of vermoedens van seksueel misbruik of seksuele intimidatie geldt voor onze medewerkers de zogenaamde ‘meld- en aangifteplicht’. Mondeling In de meeste gevallen zal de mentor of de afdelingsleider een mondelinge klacht ontvangen. De medewerker van de school die de mondelinge klacht ontvangt, probeert in eerste instantie in overleg tot een oplossing te komen.
Schriftelijke klacht indienen Een klacht kunt u ook schriftelijk indienen, al dan niet als vervolg op het mondeling overleg. Bij een schriftelijke klacht treedt formeel de klachtenregeling in werking. Deze regeling informeert u over de werkwijze bij het indienen van een klacht. De contactpersoon begeleidt mensen die een klacht willen indienen. De folder van de vertrouwenspersoon en de gehele klachtenregeling staat op onze website. Contactpersonen klachtenregeling Maaswaal College • Oosterweg: mw. R. (Riët) Hasselo E-mail:
[email protected] • Veenseweg: mw. drs. M.A.J. (Marja) Kaptein E-mail:
[email protected] Vertrouwenspersoon Alliantie Voortgezet Onderwijs Vertrouwenspersoon seksuele intimidatie, agressie en geweld Mw. Carla Leen, GGD, afdeling jeugdgezondheidszorg Telefoon: (024) 329 72 73 óf (06) 512 965 51 E-mail:
[email protected] Regionale klachtencommissie Postbus 40020 6504 AA Nijmegen Centrale commissie van beroep eindexamens Postbus 40020 6504 AA Nijmegen Meldpunt vertrouwensinspecteurs Telefoon: (0900) 111 31 11 (tijdens kantooruren en tegen lokaal tarief) Dit is een meldpunt van de Onderwijsinspectie voor klachten over seksuele intimidatie, seksueel misbruik, ernstig psychisch of fysiek geweld of wanneer u binnen of in relatie tot de school geconfronteerd wordt met discriminatie, onverdraagzaamheid, fundamentalisme, radicalisering, extremisme en dergelijke.
18
19
Verzekeringen Het Maaswaal College heeft verschillende verzekeringen: • een aansprakelijkheidsverzekering; • een ongevallenverzekering; • een doorlopende reisverzekering. Aansprakelijkheidsverzekering De school heeft een verzekering voor wettelijke aansprakelijkheid. Onder bepaalde voorwaarden valt hieronder ook de aansprakelijkheid van leerlingen tijdens stages. De wetgever legt aansprakelijkheid voor het doen en laten van de leerlingen ofwel bij uw kind ofwel bij u als ouders. Dit is afhankelijk van de leeftijd van uw kind. De verzekering geeft recht op een (beperkte) uitkering indien een ongeval tot blijvende invaliditeit leidt. Ook zijn de geneeskundige en tandheelkundige kosten gedeeltelijk meeverzekerd, voor zover de eigen verzekering van betrokkene geen dekking biedt (bijvoorbeeld door eigen risico). Materiële schade (kapotte bril, fiets, enz.) valt niet onder de dekking. De aansprakelijkheidsverzekering biedt zowel de school zelf als zij die voor de school actief zijn (bestuursleden, personeel, vrijwilligers) dekking tegen schadeclaims ten gevolge van onrechtmatig handelen. Wij attenderen u in dit verband op twee aspecten, die vaak aanleiding zijn tot misverstand.
Ten eerste is de school/het schoolbestuur niet (zonder meer) aansprakelijk voor alles wat tijdens de schooluren en buitenschoolse activiteiten gebeurt. De school heeft pas een schadevergoedingsplicht wanneer er sprake is van een verwijtbare fout. De school (of zij die voor de school optreden) moeten dus te kort zijn geschoten in hun rechtsplicht. Het is mogelijk dat er schade wordt geleden, zonder dat er sprake is van enige onrechtmatigheid. Bijvoorbeeld tijdens de gymnastiekles wordt er een bal geschopt. Deze komt op een bril van een leerling terecht en de bril is kapot. Die schade valt niet onder de aansprakelijkheidsverzekering en wordt dan ook niet door de school vergoed. Ten tweede is de school niet aansprakelijk voor schade door onrechtmatig gedrag van leerlingen. Leerlingen (of hun ouders, indien zij jonger zijn dan 14 jaar) zijn primair zelf verantwoordelijk voor hun doen en laten. Alle schade die uw kind toebrengt aan gebouwen, inventaris of andere eigendommen van de school, wordt hersteld. Uw kind zal de kosten daarvan moeten betalen. Deze vallen in geen geval onder de schoolverzekering. Het is dus van belang dat ouders zelf een particuliere aansprakelijkheidsverzekering hebben afgesloten. Ongevallenverzekering De school heeft voor uw kind een verzekering afgesloten tegen schoolongevallen. • De dekking is van kracht gedurende de tijd dat uw kind onder toezicht staat van leerkrachten of hulpkrachten en tijdens stages. • Ook als uw kind rechtstreeks van school naar huis gaat en vice versa, geldt de verzekering (tot 1 uur na vertrek). • Geleden schade aan eigendommen van de leerling als gevolg van een ongeval is niet gedekt.
20
In geval van schade moet u binnen zeven dagen een schadeformulier ophalen bij de administratie van de locatie waar uw kind les heeft.
21
Reis- en evenementenverzekering Onze doorlopende reisverzekering biedt uw kind overal ter wereld dekking voor onverwachte extra kosten na een onvoorziene gebeurtenis tijdens een schoolreis, kamp of excursie. Diefstal voorkomen De school kan zich niet verzekeren tegen diefstal of beschadiging van fietsen of andere eigendommen. We geven daarom advies om diefstal te voorkomen: • Uw kind kan geld of waardevolle spullen opbergen in zijn eigen garderobekluisje. • Voorkom dat waardevolle spullen achterblijven in kledingstukken die in de garderobe of de kleedkamers hangen. • Het is verstandig de kleding van uw kind van een merkteken te voorzien.
Schoolregels Onderstaande schoolregels dragen bij aan een soepele gang van zaken op school. In onderstaand overzicht treft u de volgende schoolregels aan. • Gedragsregels en kledingvoorschrift • Pestprotocol • Leerlingenstatuut • Schoolboeken • Schoolpas • Overgangsnormen • Te laat komen • Verlof en verzuim • Ziek melden Bij de locaties vindt u specifieke regels voor de betreffende locatie. Gedragsregels Voor alle leerlingen en medewerkers is het belangrijk dat zij in een plezierige en veilige omgeving kunnen werken. Een goed schoolklimaat en een prettige sfeer op school hebben alles te maken met de manier waarop we dagelijks met elkaar omgaan. Wij hebben daarvoor algemene gedragsregels en een kledingvoorschrift opgesteld. De huisregels Veenseweg en Oosterweg staan op onze website.
22
23
Algemene gedragsregels • We laten iedereen in zijn waarde. • We geven elkaar het goede voorbeeld. • We geven elkaar geen ongewenste lichamelijke en psychische aandacht. • We zorgen dat iedereen zich veilig voelt. • We zijn verantwoordelijk voor ons gedrag. • We houden ons aan afspraken. • We spreken elkaar aan op elkaars gedrag. • We zijn positief naar elkaar, ons werk en de organisatie. • We zetten ons in voor ons werk. • We werken goed met elkaar samen. • We gaan netjes om met onze gebouwen en spullen. Kledingvoorschrift Het Maaswaal College mag het dragen van kleding of lichaamssieraden verbieden als deze: • het onderwijs- en begeleidingsproces verstoren; • de veiligheid van anderen in gevaar kunnen brengen; • agressie op kunnen wekken; • leiden tot ongewenste groeps- of partijvorming binnen de school.
Pestprotocol Het Pestprotocol is geschreven voor de leerlingen, ouders en medewerkers van de school. Het geeft het beleid van de school weer ten aanzien van pesten. Het beschrijft wat we onder pesten verstaan, hoe pesten voorkomen kan worden en wat de aanpak is als er gepest wordt. Het hoofddoel van het protocol is om op een goede manier met pesten om te gaan en alle betrokkenen duidelijkheid te geven over ieders rol. Het Maaswaal College wil een veilige school zijn. Elke leerling en medewerker is aanspreekbaar op het waarborgen van een ontspannen, veilige leer-, werk- en leefsfeer binnen de school. Respectvol met elkaar en elkanders verschillen omgaan en het delen van verantwoordelijkheid met elkaar, staan centraal. Het uitgangspunt hierbij is dat iedereen bij ons op school even waardevol is en als zodanig wordt behandeld. Leerlingenstatuut In het leerlingenstatuut zijn de rechten en plichten van leerlingen vastgelegd. Er staat ook in aan welke plichten de school zich ten opzichte van de leerlingen heeft te houden. • Aan het begin van het schooljaar krijgt elke brugklasleerling de schoolregels uitgereikt. Daarnaast krijgt hij nadere uitleg van de mentor over de schoolregels en het leerlingenstatuut. • Als het statuut is gewijzigd of aangepast, stellen wij dit nieuwe statuut aan alle leerlingen beschikbaar via de website. De afspraken in het leerlingenstatuut worden elke twee jaar opnieuw vastgesteld door het bevoegd gezag van de school (de directie) na instemming van de Medezeggenschapsraad. Vaak neemt de leerlingenraad het initiatief voor een wijziging.
De school staat leerlingen niet toe binnen de school gezichtsbedekkende kledingstukken te dragen die identificatie onmogelijk maken of het oogcontact bemoeilijken.
24
25
Schoolpas Alle leerlingen hebben een schoolpas met hun foto, hun naam en leerlingnummer. Ze gebruiken hun pas o.a. bij: • te laat-registratie; • schoolfeesten; • in de mediatheek van de locatie Veenseweg. Overgangsnormen Bij de overgang van leerlingen zijn er algemene regels en regels die afhankelijk zijn van klas, leerjaar of schooltype. Algemene overgangsregels • Een leerling die aan de overgangsnormen voldoet, gaat over. • Een leerling die niet aan die normen voldoet, is ofwel een bespreekgeval, ofwel blijft zitten.
• Na de laatste rapportvergadering aan het eind van het schooljaar kan een leerling op grond van tot dan toe onbekende gegevens opnieuw in bespreking worden gebracht in een zogenaamde ‘revisievergadering’. Ouders kunnen om deze revisie vragen. • De docentenvergadering, onder leiding van de afdelingsleider, neemt de uiteindelijke beslissing over de bevordering. De overgangsbeslissingen worden gebaseerd op hele cijfers. Deze komen tot stand door middeling van alle cijfers van alle toetsen van het gehele schooljaar (voortschrijdend gemiddelde). De specifieke overgangsregels zijn terug te vinden op onze website. Te laat komen Als de bel is gegaan, mag de leerlin de les alleen in met een ‘te laat-briefje’. Komt iemand zonder goede reden te laat, dan moet hij zich de volgende morgen een halfuur voor zijn eerste lesuur melden. Op de locatie Veenseweg is dat uiterlijk om 9.00 uur. Bij herhaaldelijk te laat komen, volgen er andere maatregelen.
• De docentenvergadering kan besluiten een leerling te bevorderen met een taak. De leerling krijgt een taak als voorwaarde voor bevordering of als stimulerend studie-advies. • Zittenblijven op hetzelfde schooltype is niet mogelijk als de leerling de vorige klas ook gedoubleerd heeft; de leerling voor de tweede keer in dezelfde klas doubleert. • Een leerling die niet overgaat en vervolgens lessen volgt in dezelfde jaarlaag van een andere leerweg of ander schooltype (bijvoorbeeld van drie vwo naar drie havo), mag daar niet doubleren. Wanneer er zich bijzondere omstandigheden, buiten de macht van de leerling, hebben voorgedaan, kan de docentenvergadering hierop een uitzondering maken. 26
27
Verlof Naast de regels zoals deze hier staan opgesteld, verwijzen wij u ook naar het regionaal verzuimprotocol. Verlof wegens gezondheid Voor een afspraak bij een huisarts, specialist of tandarts die onder schooltijd moet plaatsvinden, vraagt u vooraf schriftelijk verlof. Verlof wegens bijzondere omstandigheden U bent verplicht verlof voor bijvoorbeeld jubilea en familiefeesten of andere bijzondere omstandigheden, van tevoren schriftelijk aan te vragen bij de afdelingsleider van de jaarlaag van uw kind. Vakantie buiten de vastgestelde vakantieperiodes Voor extra vakantie mogen we volgens de Leerplichtwet geen verlof verlenen. Religieuze verplichtingen
Op grond van artikel 13 van de Leerplichtwet kunt u alleen een beroep doen op vrijstelling van school wegens religieuze verplichtingen, wanneer u dit uiterlijk twee dagen voor de verhindering aan de afdelingsleider meldt.
28
Verzuim Langdurig verzuim wegens ziekte Bij langdurige afwezigheid wegens ziekte bekijken we samen met de ouders en de leerling hoe we het onderwijs op een andere manier kunnen voortzetten. Ongeoorloofd verzuim • We registreren (digitaal) dat een leerling te laat komt of verzuimt. • De absentiecoördinator heeft vervolgens contact met de leerling en zijn ouders, legt sancties op en ziet toe op het nakomen ervan. • De coördinator heeft regelmatig contact met de afdelingsleiders en de leerplichtambtenaar. • Bij te veel ongeoorloofd verzuim roept de leerplichtambtenaar ook leerling en ouders op. • Langdurig ongeoorloofd verzuim kan leiden tot strafrechtelijke maatregelen.
29
Ziekmelden
Kwaliteitszorg en verantwoording
Voor schooltijd Als uw kind door ziekte niet op school kan zijn, meldt u dat dezelfde dag telefonisch tussen 8.00 en 9.00 uur.
Kwaliteitszorg houdt in dat er op een systematische wijze aandacht besteed wordt aan de kwaliteit van het onderwijs. Het Maaswaal College heeft de kwaliteit van het onderwijs hoog in het vaandel staan. Wij werken aan zo goed mogelijk onderwijs, in termen van de resultaten die leerlingen halen én in termen van een optimale ontwikkeling van hun talenten. De kwaliteit van ons onderwijs brengen we in kaart met behulp van diverse onderzoeksinstrumenten, zoals enquêtes, doorstroomgegevens, examenresultaten en slagingspercentages. Op basis van deze gegevens bepalen we op welke punten we verdere verbetering kunnen realiseren. De afspraken die we hierover maken nemen we op in ons schoolplan en in onze locatiebeleidsplannen en vakwerkplannen. Jaarlijks evalueren we de ontwikkeling van deze resultaten.
• Telefoon Veenseweg: (024) 648 71 21 • Telefoon Oosterweg: (024) 648 72 72 Onder schooltijd Als een leerling tijdens een schooldag ziek wordt en naar huis wil gaan, gaat hij naar de conciërge/receptie. Daar krijgt hij een briefje mee dat de afdelingsleider vervolgens aftekent. Dit getekende briefje levert de leerling in bij de conciërge/receptie. Pas dan mag de leerling naar huis. De conciërge/receptie controleert of de leerling veilig is thuisgekomen. Beter melden Omdat het ook van belang is te weten wanneer uw kind weer beter is, vragen we u een verzuimbriefje in te vullen dat uw kind meeneemt op de eerste dag na zijn ziekte. Dit verzuimbriefje is te vinden op onze website.
Verantwoording
Het Maaswaal College hecht aan transparantie en legt verantwoording af over de resultaten van het gevoerde beleid. Wij gebruiken hiervoor Vensters voor Verantwoording (www.scholenopdekaart.nl). De beide locaties hebben hier een eigen venster: locatie Veenseweg en locatie Oosterweg. In Vensters voor Verantwoording presenteren scholen in het voortgezet onderwijs hun schoolprestaties. Dit doen zij aan de hand van twintig indicatoren, een aantal voorbeelden hiervan zijn:
• • • • • • • •
30
de leerlingaantallen de slaagpercentages de examenresultaten de doorstroom informatie over de vervolgopleidingen van onze leerlingen informatie over de tevredenheid van onze ouders en leerlingen informatie over ons onderwijsbeleid informatie over de bedrijfsvoering van de school.
31
Schoolkompas Speciaal voor de ouders en leerlingen van groep acht is er schoolkompas.nl, dat helpt om VO-scholen onderling te vergelijken door alle informatie overzichtelijk bij elkaar te zetten. Inspectie van het Onderwijs Alle afdelingen van het Maaswaal College, vmbo-b, -k, -(g)t, havo en vwo, staan onder basistoezicht van de Inspectie van het Onderwijs. De opbrengstenkaart en het opbrengstenoordeel van de Inspectie zijn terug te vinden op de website van de Inspectie van het Onderwijs. De recente resultaten van onze locaties staan ook bij de locatiegedeelten van deze schoolgids.
Bereikbaarheid van de school Adressen Maaswaal College Postadres: Postbus 444, 6600 AK Wijchen Telefoon: (024) 648 72 72 Faxnumer: (024) 648 72 78 E-mail:
[email protected] Website: www.maaswaalcollege.nl Directie en staf Bezoekadres: Oosterweg 189, 6602 HL Wijchen Postadres: Postbus 444, 6600 AK Wijchen E-mail:
[email protected] Telefoon: (024) 648 72 72 Fax: (024) 648 72 78 Locatie Veenseweg (vwo, havo) Bezoekadres: Veenseweg 18, 6603 AN Wijchen Postadres: Postbus 444, 6600 AK Wijchen E-mail:
[email protected] Telefoon: (024) 648 71 20 Fax: (024) 648 71 30 Locatie Oosterweg (vmbo) Bezoekadres: Oosterweg 189, 6602 HL Wijchen Postadres: Postbus 444, 6600 AK Wijchen E-mail:
[email protected] Telefoon: (024) 648 72 72 Fax: (024) 648 72 78 Op onze website vindt u een routebeschrijving en de coördinaten voor de navigatie.
32
33
Schoolleiding Maaswaal College • Rector: dhr. H.J. (Henk) Keijman • Locatiedirecteur Veenseweg: mw. P.E.J.M. (Etha) Schoemaker-Konings • Locatiedirecteur Oosterweg: mw. J. (Juliette) Wijngaards • Directeur bedrijfsvoering: dhr. L.A. (Luc) Nuijten Directie en staf Bezoekadres: Postadres: E-mail: Telefoon: Fax:
Oosterweg 189, 6602 HL Wijchen Postbus 444, 6600 AK Wijchen
[email protected] (024) 648 72 72 (024) 648 72 78
Bestuur
Het Maaswaal College is sinds 2002 onderdeel van de Stichting Alliantie Voortgezet Onderwijs voor Nijmegen en het Land van Maas en Waal.
De Alliantie kent een Raad van Toezicht, een (eenhoofdig) College van Bestuur en zeven rectoren/algemeen directeuren. De voorzitter van het College van Bestuur is drs. D. van Bennekom. Bestuursbureau Postbus 6618 6503 GC Nijmegen Telefoon: (024) 379 01 58 E-mail:
[email protected] Website: www.alliantievo.nl Openingstijden De beide locaties van het Maaswaal College (Veenseweg 18 en Oosterweg 189) zijn op werkdagen bereikbaar van 8.00 tot 16.30 uur. Voor bepaalde activiteiten, zoals ouderavonden en schoolfeesten, is het schoolgebouw soms ook ’s avonds geopend.
De Alliantie bestaat uit zeven scholen:
• • • • • • •
34
Maaswaal College in Wijchen Pax Christi College in Druten Dominicus College in Nijmegen Mondial College in Nijmegen Stedelijke Scholengemeenschap Nijmegen (SSgN) in Nijmegen Stedelijk Gymnasium in Nijmegen Citadel College in Nijmegen/Lent
35
Jaarplanning Op onze website staan de actuele data en tijden vermeld van: • lestijden; • rooster en roosterwijzigingen; • examenplanning; • diploma-uitreikingen; • ouderavonden; • toets- en activiteitenweken; • alle activiteiten staan in de agenda op onze website. Vakantierooster Start schooljaar: maandag 25 augustus 2014 Vakanties/vrije dagen
Datum
Kermismaandag
22 september 2014
Herfstvakantie
20 t/m 24 oktober 2014
Kerstvakantie
22 december 2014 t/m 2 januari 2015
Maandag na Open Dag
9 februari 2015
Carnavalsvakantie
16 t/m 20 februari 2015
Paasweekend
3 t/m 7 april 2015
Koningsdag
27 april 2015
Meivakantie
4 t/m 8 mei 2015
Hemelvaartweekend
14 en 15 mei 2015
Tweede pinksterdag
25 mei 2015
Zomervakantie
20 juli t/m 28 augustus 2015
Schoolgidsdeel Oosterweg (vmbo-t-plus, vmbo-k en vmbo-b met lwoo) Bezoekadres: Oosterweg 189, 6602 HL Wijchen Postadres: Postbus 444, 6600 AK Wijchen www.maaswaalcollege.nl E-mail:
[email protected] Telefoon algemeen: Ziekmelding leerlingen: Fax:
(024) 648 72 72 (024) 648 72 72 (024) 648 72 78
Rapporten Het schooljaar is verdeeld in vier periodes; over iedere periode ontvangt uw kind een rapport. 1e rapport
28 november 2014
2e rapport
13 februari 2015
3 rapport (prognose)
24 april 2015
4 rapport (eindrapport)
17 juli 2015
e e
36
37
Inhoudsopgave Oosterweg
Onderwijs
Onderwijs 39 Onderwijskenmerken Onderwijsaanbod Begeleiding 55 Vakdocent Mentor Decaan Afdelingsleider Passend Onderwijs Aanvullende begeleiding Gezondheidszorg op school Vragen, klachten of problemen van vertrouwelijke aard Medezeggenschap en Samenwerking 65 Contactouders Leerlingenraad Medezeggenschapsraad Samenwerking met ouders Samenwerking met de omgeving Kwaliteit en verantwoording 72 Medewerkers 75 Locatiemanagement Teams Ondersteunende diensten Jaarplanning 78 Lestijden locatie Oosterweg Periodes Vakantierooster schooljaar 2014-2015
Onderwijskenmerken Een leerling gaat naar school om te leren. Daarnaast gaat hij vooral ook naar school, omdat een groot deel van zijn sociale leven zich daar afspeelt. Wij willen uw kind doelgericht begeleiden om goede resultaten en een diploma op een passend niveau te behalen. Maar ook willen wij hem helpen te ontwikkelen tot een volwaardige medeburger met respect voor de ander en voor de omgeving. Daarbij vinden wij het belangrijk vaardigheden, zoals samenwerken, verantwoordelijkheid en actief en zelfstandig leren, te ontwikkelen en hem uitdagen talenten te ontdekken en te ontwikkelen.
38
Dit alles doen wij vanuit ons profiel als UNESCO-school. Om leerlingen te begeleiden maken we op de locatie Oosterweg gebruik van de volgende kenmerken in het onderwijs: -
De leerlingen volgen onderwijs in kleine zelfstandige domeinen;
-
Per domein is een vast docententeam verantwoordelijk voor onderwijs en begeleiding;
-
Binnen het domein maken wij gebruik van leerpleinen, praktische werkplekken en (digitale) leer- en hulpmiddelen;
-
We streven naar kleine klassen: 25 leerlingen per vmboklas, 16-18 leerlingen per lwoo-klas (leerjaar 1 en 2). Door de ontwikkelingen binnen het onderwijs en de bezuinigingen is het mogelijk dat we genoodzaakt zijn de groepsgrootte aan te passen;;
-
Docenten geven meer vakken aan één klas, met name in het lwoo;
-
Extra begeleiding vindt zoveel mogelijk tijdens de lessen plaats, door de mentoren en vakdocenten;
-
We streven naar een activerende onderwijsaanpak: leerlingen gaan actief aan de slag met opdrachten en taken om zo hun kennis en vaardigheden te vergroten. Ze werken daarbij zelfstandig en als het kan samen;
39
-
In het onderwijs gebruiken leerlingen en docenten de nieuwste (digitale) leer- en hulpmiddelen intensief. In de komende Jaren werken we toe naar de invoer van een eigen device voor elke leerling;
-
Er is meer tijd beschikbaar voor Nederlands, Engels en Duits (leerjaar 2), doordat we geen Frans aanbieden;
-
We begeleiden leerlingen goed bij een doorstroom naar de havo, o.a. met een inhaalprogramma Frans;
-
Leerlingen nemen in leerjaar dried eel aan de maatschappelijke stage;
Het onderwijs op leerpleinen Een leerplein is een grotere ruimte waar (een deel van) een klas werkt onder begeleiding van docenten. Afhankelijk van de leeftijd en mogelijkheden van de leerlingen wordt er meer of minder vaak op het leerplein gewerkt. Het werken op leerpleinen wordt vanaf de brugklas opgebouwd. Daarbij ontwikkelen de leerlingen een aantal studievaardigheden: -
goede taak-werkhouding;
-
Er zijn vakoverstijgende projecten;
-
zelfstandig werken en plannen;
-
Buitenschoolsleren (bijvoorbeeld tijdens stages en bedrijfsbezoeken) is in de beroepsgerichte vakken een wezenlijk deel van de opleiding.
-
samenwerken;
-
onderzoeken en presenteren.
Onderwijs en ICT, de volgende stap De komende jaren zetten we sterk in op der inzet van ICT in het onderwijs. Hiermee willen we drie doelen bereiken: -
De kwaliteit van onze lessen verbeteren door leerlingen actiever bij de lessen te betrekken;
-
De leerlingen beter op maat bedienen bij wat zij nodig hebben om tot goede resultaten te komen (extra stof, herhalingsstof);
-
Leerlingen leren omgaan met steeds veranderende apparatuur en programmatuur;
In het schooljaar 2013-2014 hebben we ervaring opgedaan met een pilot van één tabletklas. Het afgelopen schooljaar hebben we in één pilotklas al ervaring opgedaan met het werken met tablets. Deze ervaringen gebruiken we om dit in het schooljaar 2014-2015 uit te breiden naar een pilot van drie klassen. Zo leren docenten op welke wijze ze de doelen kunnen bereiken, welke scholing nodig is en 40
welke programma’s en apparaten het best werken. In de daaropvolgende schooljaren willen we fasegewijs, per twee leerjaren, voor alle leerlingen een persoonlijk device realiseren.
Meer invloed, meer leren Als leerlingen meer invloed hebben op hun eigen leerproces, vergroot dat hun motivatie en leren ze meer. Daarom ontwikkelen we onder andere leertaken. Door deze opdrachten uit te voeren vergroten de leerlingen hun kennis en vaardigheden. Naast de leertaken geven alle docenten lessen met klassikale instructie. In overleg met de docent bepalen leerlingen de volgorde van hun werk en hun werkaanpak: alleen of in een groepje, met computers of met een mondelinge presentatie. Rol docent De leerling, de mentor en de vakdocent zijn samen verantwoordelijk voor de voortgang van het leerproces. De mentor en de docenten hebben niet alleen de rol van begeleider. Ze controleren uw kind, verzorgen instructie, toetsen de stof en bespreken met hem of haar hoe het gaat. Uw kind ontdekt of de gevolgde werkwijze het gewenste resultaat heeft opgeleverd of dat hij in de toekomst het werk beter anders kan aanpakken.
41
Vakoverstijgende projecten In vakoverstijgende projecten gaan leerlingen aan de slag met onderwerpen die bij meer dan één vak passen. Deze kortdurende projecten vinden vooral plaats in activiteitenweken. In de keuze van projecten zoeken we ook aansluiting bij onze status van UNESCO-school. Een voorbeeld van zo’n vakoverstijgend project binnen het UNESCO-kader is Globaland in leerjaar 2, de Day for Change in de derde klas of de actie van Serious Request op de gehele locatie Oosterweg. In projecten ondersteunen en versterken de vakken elkaar. Leerlingen ervaren de samenhang tussen de vakken zoals die er in het dagelijks leven ook is. Vanzelfsprekend passen de leerstof en de vaardigheden binnen de eisen die het ministerie stelt aan de inhoud van het onderwijs in de basisvorming. ICT-vaardigheden Overal in ons schoolgebouw zijn computers te vinden. Ook werken we veel met activ boards. Dit zijn digitale schoolborden die aan een computer en beamer zijn aangesloten. • Op computers oefenen de leerlingen vaardigheden bij het vak informatiekunde. Leerlingen zoeken er informatie mee op of werken ermee in de lessen. • We maken gebruik van It’s Learning, een elektronische leeromgeving (ELO). Deze omgeving biedt leerlingen de mogelijkheid goed te plannen, te communiceren via e-mail en digitaal samen te werken. Maar ook biedt de ELO educatieve software, extra leerstof en digitale ondersteuning, waarvan leerlingen op school en thuis gebruik kunnen maken. • Vanuit de school wordt It’s Learning onder andere ingezet bij het inschrijven voor diverse activiteiten, deelname aan digitale onderzoeken en het inschrijven voor herkansingen. • We zetten voor dyslectische leerlingen het programma Kurzweil in, dat gedrukte tekst in gesproken tekst omzet.
42
• In de bovenbouw werken leerlingen intensief met computers. De methode voor de sector Economie is volledig webbased. Voor de sector ‘Zorg & Welzijn’ en het programma ‘Dienstverlening en Commercie’ is de computer meer een ondersteunend middel. • In het vmbo-t leren bovenbouwleerlingen bij het vak technologie omgaan met beroepsmatige ICT-toepassingen, zoals CAD-tekenen, spreadsheets en boekhoudprogramma’s. SOM-lessen Studie-, Oriëntatie- en Mentorlessen In de SOM-lessen is specifiek aandacht voor: • Studievaardigheden zoals leren plannen, agenda gebruiken, leren leren; • sociale vaardigheden zoals omgaan met elkaar en met de (nieuwe) groep, omgaan met gezag en met kritiek, omgaan met social media • ondersteuning bij de studie- en beroepskeuze, zoals: • verkennende bezoeken aan bedrijven en instellingen; • gesprekken met beroepsbeoefenaren; • gastlessen en presentaties door beroepsbeoefenaren; • voorlichtings- en doe-dagen; • oriëntatie- en verdiepingslessen in de vmbo-afdelingen. Zo leren leerlingen welke competenties (kennis, vaardigheden, houding) in welke beroepen en bij welke studies noodzakelijk zijn. Tijdens de oriëntatie- en verdiepingslessen bekijken vakdocenten in welke mate de leerlingen beschikken over de startcompetenties. Zo nodig werken de leerlingen gericht aan verbetering van hun houding, kennis en vaardigheden.
43
Brede vorming We spreken leerlingen ook aan op talenten die in de gewone lessen weinig aan bod komen. We laten ze kennis maken met zaken waar ze minder belangstelling voor hebben of die wat minder gemakkelijk bereikbaar zijn zoals: • deelname aan de leerlingenraad; • het Maaswaal Plus-programma met zwemmen, dammen, street soccer, spinning, schaatsen, darten, zaalvoetbal, badminton, skiën en sleeën, spelen in de schoolband, glasblazen, schilderen, koken, haar-, nagel- en huidverzorging; • culturele programma’s, als een interactieve toneelvoorstelling, muziek- of dansvoorstellingen; • sportdagen en -toernooien; • excursies; • vieringen en schoolfeesten. Deze activiteiten verbinden we in toenemende mate met het gedachtegoed van UNESCO, waaraan wij ons als school hebben verbonden. De vier UNESCO-thema’s zijn: vrede & mensenrechten, burgerschap, intercultureel leren en duurzaamheid.
Beroepshouding We hechten er veel waarde aan dat vmbo-leerlingen een juiste beroepshouding ontwikkelen. Hiervoor krijgen leerlingen in klas 3 en 4 bij de beroepsgerichte vakken een aparte beoordeling. • Aan de ontwikkeling van de beroepshouding ligt een persoonlijk leerproces ten grondslag. • Bij de overgang van leerjaar 3 naar 4 in het vmbo-b of -k stellen we de eis dat de leerling zijn beroepshouding positief ontwikkelt en vooruitgang heeft geboekt. • De beoordeling ervan geeft informatie over de manier waarop leerlingen hun werk tijdens de praktijklessen uitvoeren. De ontwikkeling van de beroepshouding staat los van de vraag of in vaktechnische zin voldaan is aan de eisen. Voor vaktechnische kennis en vaardigheden krijgt de leerling een rapportcijfer. Stages en buitenschools leren Leren op andere plaatsen dan op school vinden wij van groot belang. In het vmbo zijn er: • oriënterende stages in de onderbouw; • beroepsgerichte stages in de bovenbouw; • maatschappelijke stages in de bovenbouw. Bovenbouwleerlingen basis en kader hebben één dagdeel per week buitenschools leren op hun rooster staan. Dit houdt in dat leerlingen zich actief oriënteren op de werkvelden zorg en welzijn, handel en administratie en dienstverlening en commercie. Buitenschools leren kan zowel binnen als buiten de school plaatsvinden. Deze activiteiten maken deel uit van het lesprogramma.
44
Binnen de school bieden we gastlessen, trainingen of projecten aan. Hierdoor krijgt de leerling een goed beeld van de sector. Buiten school organiseren we interessante samenwerkingsprojecten met Wijchense instellingen en bedrijven en lopen leerlingen stage.
45
Een goed voorbeeld daarvan is een intensief samenwerkingsprogramma met het woonzorgcentrum De Elsthof te Wijchen.
• De rapporten geven een duidelijk beeld van het niveau dat uw kind aankan.
Onderwijsaanbod In het ruime en lichte gebouw aan de Oosterweg werken ongeveer 1000 vmbo-leerlingen aan hun toekomst. Zij volgen hier één van de volgende opleidingen:
• In de brugklas gaat aan een toets meestal een oefentoets vooraf. Daarmee vergroten de leerlingen de kans op een goed cijfer.
• vmbo-t (theoretische leerweg), met in het eindexamenjaar het uitgebreide vmbo-t-plus; • vmbo-k (kaderberoepsgerichte leerweg); • vmbo-b (basisberoepsgerichte leerweg). Indien nodig krijgen leerlingen hierbij leerwegondersteuning (lwoo). Brugklas en leerjaar 2 Voor elk vmbo-advies hebben we passende brugklassen: • vmbo-t-brugklas voor leerlingen met een vmbo-t-advies;
Afronden op het hoogste niveau Gaandeweg het eerste jaar wordt duidelijk op welke manier uw kind het beste leert en welke leerweg het beste bij hem of haar past. Het basisschooladvies is daarbij het uitgangspunt, maar iedereen krijgt de kans de brugklas af te ronden op het hoogste niveau. Vmbo-t + In de theoretische leerweg krijgt uw kind op de locatie Oosterweg een brede opleiding. Wij richten ons op de opbouw van zijn of haar theoretische kennis en vaardigheden. Op de locatie Oosterweg heeft het vmbo-t een aantal extra’s. We noemen dat vmbo-t Plus. Vmbo-t Plus is zichtbaar in:
• vmbo-tk-brugklas voor leerlingen met een tk-advies;
• de inrichting van het leerdomein
• vmbo-kb-brugklas voor leerlingen met een kb-advies;
• een eigen manier van lesgeven
• lwoo-brugklas voor leerlingen met een lwoo-beschikking, tk-advies, kb-advies of b-advies.
• technologie als extra vak
In het eerste jaar start de leerling in een vmbo-t-brugklas of in een ‘dakpanklas’ vmbo-tk of vmbo-kb. Dakpanklassen
• oriëntatie op studie en beroep • vier diplomavarianten • goede doorstroommogelijkheden.
• In de dakpanklassen vmbo-tk en vmbo-kb houden we rekening met twee niveaus. • Dakpanklassen voorkomen dat we de leerlingen voor wie het hoogste niveau te moeilijk is, overvragen. • Het rekening houden met twee niveaus biedt tegelijkertijd kansen voor leerlingen met ambitie om een niveau hoger te bereiken. 46
47
Eigen leerdomein In ons gebouw heeft het vmbo-t een eigen herkenbare plek. Voor iedere jaarlaag is er een apart gedeelte. Elk gedeelte heeft twee lokalen aan een eigen leerplein. De leerlingen (van elk jaar) hebben zo een herken-
bare plek waar ze een groot deel van hun onderwijs volgen.
Manier van lesgeven Zelfstandigheid, zelfverantwoordelijkheid en goed kunnen samenwerken zijn belangrijke voorwaarden voor het slagen op de havo en in het mbo. In het vmbo-t is daar veel aandacht voor. Daarom werken we stapsgewijs aan een nieuw onderwijsconcept. Daarnaast leggen we een sterke basis met theoretische kennis. Deze werkwijze sluit goed aan bij het vervolgonderwijs. • Met de jaren groeit de invloed op hun eigen leerproces: wat ga ik doen, op welke manier en waar? • Op het leerplein staan computers en er zijn groepswerkplekken. • Door de taakgestuurde aanpak zijn leerlingen vaak beter gemotiveerd en kunnen ze in hun eigen tempo werken. Extra vak: technologie In alle beroepen spelen computers een belangrijke rol. Daarom staat het vak Technologie voor alle 3T-klassen op het rooster. Technologie omvat onderdelen uit Economie, Zorg en Welzijn en Techniek. Aan de hand van opdrachten maken leerlingen kennis met vraagstukken uit al deze sectoren. Hierdoor leren ze de sectoren beter kennen en oefenen ze het samenwerken. In de vierde klas spelen leerlingen bij het vak Technologie binnen een sector de rol van een expert. Deze expert werkt samen met experts uit andere sectoren.
Voorbereiden op keuzes Leerlingen denken al vanaf klas 2 na over hun toekomst: ze verkennen de mogelijkheden van de beroepspraktijk en het vervolgonderwijs. Dit gebeurt enkele uren per week bij Oriëntatie op Studie en Beroep (OSB) en Praktische Sectororiëntatie (PSO). Leerlingen en docenten besteden ook meer aandacht aan beroepsgerichte competenties. Pas aan het einde van het derde leerjaar kiest de leerling een vakkenpakket voor één van de sectoren Zorg en Welzijn, Economie, Techniek of Groen. Diplomavarianten Door het vmbo-t Plus zijn er verschillende diplomavarianten: • Zeven theorievakken (diploma vmbo-t Plus gericht op havo) • Zes theorievakken plus het vak Technologie (diploma vmbo-t Plus, gericht op het mbo) • Zes theorievakken (diploma vmbo-t) • Vijf theorievakken en het vak Technologie (diploma vmbo-g). Na het vmbo-t Verreweg de meeste t-leerlingen volgen na het vmbo een opleiding in de hoogste niveaus van het mbo, niveau 3 of 4. Deze opleidingen bereiden leerlingen voor op functies in het middenkader, deels uitvoerend, deels leidinggevend. Het ROC leidt ze op voor onder andere: • Tandtechnicus; • Werkvoorbereider; • Uitvoerder in de bouw; • Opticien; • Groepsleider in de kinderopvang; • Afdelingschef in een winkel.
48
49
Sterke leerlingen van 4 vmbo-t hebben dankzij hun zevende vak een uitstekende mogelijkheid om door te stromen naar de havo. Bij de samenstelling van het pakket houden ze hier ook al rekening mee. In 4 vmbo-t worden leerlingen goed voorbereid. In samenwerking met de havo-afdeling van de locatie Veenseweg bieden we voor en/of na de zomervakantie extra lessen Nederlands en Wiskunde aan. Ook na de overstap is er een begeleidingstraject. Deze route biedt de snelste aansluiting op het hbo. De praktijk wijst uit dat de vmbo-t-leerlingen het op de havo ook prima doen. Vmbo-b en -k In het vmbo zijn er twee beroepsgerichte opleidingen met meer praktijkuren dan op het vmbo-t: • de kaderberoepsgerichte leerweg (vmbo-k); • de basisberoepsgerichte leerweg (vmbo-b). Vmbo-k In het vmbo-k is het onderwijs zowel praktisch als theoretisch gericht. Leerlingen passen wat ze geleerd hebben ook toe in een andere situatie en vergroten zo hun kennis en inzicht. Kenmerken van vmbo-k op locatie Oosterweg
50
-
we besteden veel aandacht aan zelfstandig leren, plannen en organiseren;
-
de leerling kiest aan het einde van het tweede leerjaar voor een sector en afdeling;
-
in het derde leerjaar volgt de leerling ook beroepsgerichte vakken, naast de theorievakken;
-
met een vmbo-k-diploma stroomt de leerling door naar niveau 3 of 4 van het middelbaar beroepsonderwijs.
Vmbo-b Lessen in het vmbo-b zijn praktisch gericht. De leerling leert vooral door te doen en te ervaren. -
de leerling kiest aan het einde van het tweede leerjaar een sector en afdeling;
-
in het derde en vierde leerjaar is het onderwijs sterk op de praktijk afgestemd;
-
deze leerweg leidt op voor niveau 2 van het middelbaar beroepsonderwijs.
Bovenbouwsectoren Momenteel worden de beroepsprogramma’s in het vmbo vernieuwd. Deze vernieuwde beroepsprogramma’s starten voor de leerlingen die in het schooljaar 2016-2017 in het derde leerjaar zitten. Door deze vernieuwing kan er een verandering van de sectoren plaatsvinden, waardoor het aangeboden programma wordt aangepast. Zodra er meer duidelijkheid is over deze vernieuwing wordt dit aan de betrokken ouders en leerlingen gecommuniceerd. Wij bieden in de bovenbouw de volgende leerwegen aan: • zorg en welzijn breed: kader- en basisniveau; • economie en handel en administratie op kaderniveau; • dienstverlening en commercie op kader- en basisniveau. Leren in je domein Voor deze bovenbouwsectoren is een moderne en uitdagende leer- en werkruimte gecreëerd: het domein. Onze leerlingen leren er veel vaardigheden die ze in hun vervolgopleiding en/of werk nodig hebben. Deze vaardigheden oefenen ze op werkplekken op de afdelingen en in verschillende buitenschoolse situaties (stages). Een vaste groep betrokken docenten werkt op de praktijkpleinen in de domeinen en biedt voldoende veiligheid, rust en structuur. Zij verzorgen het onderwijs én coachen leerlingen bij het leren.
51
Zorg en welzijn De sector zorg en welzijn verzorgt onderwijs in een kleurrijke, inspirerende leeromgeving. Met behulp van allerlei werkvormen (simulaties, praktijkgerichte opdrachten, binnen- en buitenschools leren) komen de leerlingen in aanraking met de verschillende aspecten van zorg en welzijn. Economie De sector economie is zeer eigentijds ingericht met: sfeervol kantoormeubilair, veel werkplekken met computers, een minisupermarkt en een speciaalzaak. De leerlingen komen tijdens kantoorsimulaties en praktijkgerichte opdrachten in aanraking met administratie en verkoop. Er wordt gebruikgemaakt van de webbased methode Link 2. Dienstverlening en commercie Dit intersectorale programma maakt gebruik van onderwijsinhoud, leerpleinen en faciliteiten van de beide sectoren. De verschillende werkplekken, aangevuld met een aantal nieuwe werkplekken, bieden een aantrekkelijke leeromgeving. Binnen- en buitenschools leren Eén dagdeel per week gaan alle kader- en basisleerlingen van leerjaar 3 en 4 buiten school leren en werken. Bedrijven en organisaties uit Wijchen en omgeving bieden de leerlingen deze ruimte. De school zorgt voor passende opdrachten. Zij werken aan vaardigheden die nodig zijn voor de gekozen beroepsrichting. Het uitgangspunt is dat de leerlingen zo nog beter worden voorbereid op hun vervolgopleiding in het mbo. Er is veel aandacht voor samenwerken, plannen en organiseren, communiceren en zelfstandig werken. Ook het presenteren van eigen werk en (beroeps)houdingsaspecten komen aan de orde.
52
Doorstromen naar het mbo Na vmbo-b of -k stromen leerlingen door naar het mbo. Op de ROC’s worden ze dan opgeleid voor een uitvoerende of middenkaderfunctie, zoals: • kapper; • verpleegkundige; • peuterspeelzaalleider; • groepsleider; • verkoopmedewerker; • afdelingschef; • beveiligingsmedewerker; • medewerker in de toeristenbranche; • administratief medewerker; • relatiebeheerder assurantiën. Lwoo In alle vmbo-leerwegen biedt de school leerwegondersteunend onderwijs (lwoo) aan. Lwoo is voor leerlingen die in staat zijn een vmbo-diploma te behalen, maar die vanwege leerachterstanden of leerproblemen meer ondersteuning nodig hebben. Er is meer algemene begeleiding voor deze leerlingen. Kenmerkend voor het lwoo op locatie Oosterweg: -
In leerjaar 1 en 2 worden leerlingen met een lwoo-beschikking in kleine groepen geplaatst. Ook is er ondersteuning door specialisten mogelijk.
-
Het streven is dat een klas uit maximaal achttien leerlingen bestaat. Daarnaast staan er minder docenten voor de groep. Dit maakt meer en intensievere hulp binnen de lessen mogelijk. 53
-
Er bestaan drie lwoo-groepen. Er is de groep voor leerlingen met een duidelijk perspectief basisberoepsgerichte leerweg en een groep voor leerlingen met het leerwegperspectief t/k of k/b.
-
De t/k/b-leerlingen worden geplaatst in de dakpanklassen k/b en t/k niveau.
-
In de derde en vierde klas volgen de lwoo-leerlingen lessen in klassen met reguliere vmbo-leerlingen. De groepsgrootte wordt bij plaatsing van lwoo leerlingen aangepast. Er zitten maximaal 25 leerlingen in een groep en een lwooleerling telt voor 1,5. Ondersteuning door de orthopedagogen blijft ook mogelijk en de begeleiding richt zich op het zelfstandig kunnen functioneren op onze school en op de vervolgopleiding.
-
Halverwege het tweede jaar plaatsen we de lwoo-leerlingen in een leerweg: vmbo-b, vmbo-k of vmbo-t.
-
Alle lwoo-leerlingen hebben een individueel handelingsplan. In het plan staat beschreven wat een leerling nodig heeft om succesvol te zijn in de voor hem of haar geschikte leerweg. De mentor bespreekt dit plan met u en uw kind, waarna u en uw kind voor akkoord tekenen. Mentoren en vakdocenten bieden de meeste hulp die in het handelingsplan staat. Daarnaast is er soms specialistische hulp nodig.
Toelating tot de afdeling lwoo Op advies van de basisschool testen we mogelijke lwoo-leerlingen wanneer ze nog in groep 8 zitten. Dit gebeurt in de maand november van dat schooljaar. De uitkomst van de didactische test en een intelligentietest bepaalt of de leerling een lwoo-beschikking krijgt. Deze geeft recht op extra zorg en plaatsing in een kleine groep. Het Samenwerkingsverband (SWV) bepaalt of een beschikking wordt verleend.
54
Begeleiding Leerlingen voelen zich veilig en gewaardeerd als docenten en zij elkaar goed kennen, begrijpen en respecteren. En ook als ze ervaren dat er aandacht en ruimte is voor de hulp die ze nodig hebben. Een veilige omgeving is een voorwaarde voor leren, presteren en voor een positieve persoonlijkheidsontwikkeling van de leerling. • Op het gebied van leren en persoonlijke ontwikkeling krijgen alle leerlingen begeleiding van: o De vakdocent o De mentor o De decaan o De afdelingsleider. • Leerlingen die het nodig hebben, krijgen aanvullende (studie)begeleiding van mensen binnen de school (bijvoorbeeld bij dyslexie of ziekte). • Leerlingen die meer nodig hebben, krijgen speciale begeleiding van mensen buiten de school. • Er is leerwegondersteuning. • Er is een intern en extern zorgadviesteam. Begeleiding bij langdurige afwezigheid wegens ziekte Bij langdurige afwezigheid wegens ziekte bekijken we samen met de ouders hoe we het onderwijs kunnen voortzetten. We roepen in die situaties soms ook de hulp in van een consulent die onderwijsondersteuning biedt.
55
Vakdocent • De vakdocent ondersteunt uw kind bij het actief en zelfstandig leren met (extra) uitleg van de leerstof en het begeleiden van het leerproces, het ‘leren leren’. • Vakdocenten zijn verantwoordelijk voor de lesstof, de manier waarop die wordt aangeboden, de werkwijze in de klas en de toetsing. Ze werken daarbij nauw met elkaar samen, het doel is de leerling zo goed mogelijk voor te bereiden op het eindexamen en daarmee op een vervolgopleiding. • Op drie van de vier ouderavonden kunnen ouders met vakdocenten overleggen(met uitzondering van de onderbouw lwoo en de onderbouw vmbo b-k). Zo kan een docent uitleggen waar de oorzaak van problemen op zijn/haar vakgebied ligt en adviseren over de voortgang. Leerlingen nodigen wij van harte uit met hun ouder(s) mee te komen. Contact U kunt contact opnemen met de vakdocent over zaken die betrekking hebben op de inhoud van het vak. • Neem bij voorkeur per e-mail contact op:
[email protected] • Bellen kan in schooltijd, tel.(024) 648 72 72. Wanneer de docent niet aanwezig is of les geeft, neemt hij zo snel mogelijk contact met u op. Mentor De mentor is het eerste aanspreekpunt voor leerlingen en ouders. Deze klassenleraar richt zich op de studie-aanpak en zorgt voor een goede sfeer in de klas. Dit gebeurt natuurlijk door alle lessen heen, maar specifiek tijdens studielessen, mentorlessen of de lessen Leefstijl (leerjaar 1 en 2). In deze Leefstijl-lessen werkt uw kind gericht aan de persoonlijke ontwikkeling. Er is systematisch aandacht voor de eigen plaats en rol in groepen en in de samenleving. Ook voeren mentoren individuele gesprekken en/of groepsgesprekken met leerlingen. 56
De mentor verzorgt ook de lessen Loopbaan Oriëntatie en Begeleiding (LOB) en Praktische Sectororiëntatie (PSO). Bij dit onderdeel krijgen de leerlingen hulp bij keuzes die ze op school moeten maken op het gebied van studie en beroep. Ze leren daar hun eigen mogelijkheden te koppelen aan een realistische leerweg, sector en soms ook al beroep. De mentor is het eerste aanspreekpunt voor u en uw kind als er problemen zijn. Hij bespreekt deze met beiden. Hij of zij kan indien nodig uw kind via de afdelingsleider en zorgcoördinator verwijzen naar speciale begeleiding binnen of buiten de school. Contact U neemt contact op met de mentor als u informatie wilt ontvangen of uitwisselen over uw kind. Denk aan: • de prestaties en de voortgang; • het welbevinden; • het functioneren in de klas, op school, thuis of elders; • gezondheid; • de begeleiding op school; • de vervolgopleiding. U neemt in schooltijd per e-mail contact op of telefonisch op school: (024) 648 72 72. Het e-mailadres is
[email protected]. Wanneer de mentor niet aanwezig is of lesgeeft, neemt hij zo spoedig mogelijk contact met u op. Bij langere afwezigheid van de mentor neemt u contact op met de afdelingsleider.
57
Decaan De decanen ondersteunen leerlingen bij hun oriëntatie op Studie en Beroep (OSB) en bij hun praktische sectororiëntatie (PSO). Zo spelen zij een adviserende rol bij leerweg- en sectorkeuze en bij het vinden van een passende vervolgopleiding. De locatie Oosterweg heeft twee decanen: mw. S. (Sandra) Hoogenboom (vmbo-t) mw. S. (Sanne) Heijmans (vmbo-kb) Per e-mail:
[email protected] [email protected] Afdelingsleider Ook de afdelingsleider is verantwoordelijk voor de leerlingbegeleiding. Hij is op de hoogte van het wel en wee van de leerling en treedt bijvoorbeeld op bij herhaaldelijk storend gedrag of wanneer er eventueel aanvullende begeleiding nodig is. Contact lwoo & vmbo-b/k leerjaar 1 en 2: mw. J. (Jessica) Kok-Straatman
[email protected] vmbo-t & -t/k leerjaar 1 en 2: dhr. G. (Gerard) Dekkers
[email protected] vmbo-t leerjaar 3 en 4: dhr. K. (Klaas) Bergers
[email protected] vmbo-b/k & lwoo leerjaar 3 en 4: sector economie: dhr. J. (Jacob) Gommers
[email protected] sector zorg en welzijn: dhr. J. (Jan) van den Boogaard
[email protected]
58
Passend Onderwijs Met ingang van 1 augustus 2014 treedt de wet Passend Onderwijs in werking. Vanaf dat moment vallen aangemelde leerlingen onder de zorgplicht van de school van aanmelding. De ondersteuningsbehoefte van de leerling wordt in overleg met de ouders én de school van herkomst vastgesteld. Vervolgens bekijken we samen of de mogelijkheden uit het ondersteuningsplan van de school voldoende zijn voor de leerling. Wanneer dat niet het geval is zoeken we, in overleg met het samenwerkingsverband, naar een passende onderwijsplek. Met deze regionale samenwerking vullen we gezamenlijk onze zorgplicht in en zorgen we voor plaatsing op een school waar de leerling optimale ontwikkelingskansen krijgt. Aanvullende begeleiding Soms is de begeleiding die tijdens de lessen wordt geboden niet meer voldoende en is aanvullende begeleiding nodig. Die signalen bereiken de afdelingsleider, die het vervolgens inbrengt in het interne zorgteam. Intern zorgteam Het intern zorgteam bestaat uit de zorgcoördinator, de orthopedagoog en de afdelingsleider. Het intern zorgteam bespreekt deze leerlingen ook met de mentor en de vakdocent. Als er aanvullende begeleiding nodig is, deelt het team dat mee aan u en uw kind.
59
Het interne zorgteam zorgt voor aanvullende begeleiding zoals: • didactische hulp door vakdocenten bij begrijpend lezen, spelling en rekenen; • ondersteuning Nederlandse taal voor leerlingen met een specifieke achterstand; • faciliteren van leerlingen met bijvoorbeeld dyslexie of dyscalculie; • faalangstreductietraining als faalangst goed presteren in de weg staat; • training sociale vaardigheden als problemen in de omgang met anderen een slechte invloed hebben op het functioneren en welbevinden; • logopedische hulp bij taal- en spraakproblemen; • kortdurende orthopedagogische hulp bij specifieke problemen op school. De zorgcoördinator is voorzitter van het intern zorgteam. Samen met de afdelingsleider, de orthopedagogen en de remedial teacher overlegt zij welke begeleiding mogelijk is door eigen medewerkers wanneer de reguliere begeleiding door de mentor en docenten niet voldoende is. Zorgadviesteam Wanneer na een periode met aanvullende begeleiding te weinig vorderingen zijn gemaakt, wordt het Zorgadviesteam (ZAT) ingeschakeld. Het ZAT bestaat uit de zorgcoördinator, de orthopedagogen, de schoolverpleegkundige, de ambtenaar leerplichtzaken van de gemeente, een maatschappelijk werker, een psycholoog, een medewerker van Bureau Jeugdzorg en een politieambtenaar. Het ZAT stelt door onderzoek en rapportages vast dat een leerling speciale begeleiding nodig heeft. Deze speciale begeleiding krijgen leerlingen meestal in het eerste of tweede leerjaar en soms nog in het derde of vierde leerjaar. Ouders worden daarvan altijd op de hoogte gebracht. 60
Het ZAT zorgt voor begeleiding op de volgende gebieden: • gezondheid en welbevinden (schoolverpleegkundige); • herhaaldelijk schoolverzuim (ambtenaar leerplichtzaken); • sociaal-emotionele problemen, vooral in de thuissituatie (maatschappelijk werker); • sociaal-emotionele problemen, ook in de thuissituatie, en verwijzing naar specialistische hulpverlening (medewerker Bureau Jeugdzorg). De zorgcoördinator coördineert alle zorg en begeleiding die we onze leerlingen bieden. De zorgcoördinator op de locatie Oosterweg is: Mw. S. (Sieglinde) Jacobs Per e-mail:
[email protected] Orthopedagogen De orthopedagogen begeleiden kinderen met leer- en sociaalemotionele problemen. U kunt met hen contact opnemen over de persoonlijke begeleiding van uw kind. De orthopedagoog: • weet welke problemen kinderen hebben, gebaseerd op informatie van de basisschool; • bekijkt welke speciale begeleiding nodig is, zoals bij dyslexie; • signaleert leerproblemen door signaleringsonderzoeken te doen voor begrijpend lezen, spellen en rekenen; • verwijst door voor extra onderzoek indien nodig; • ondersteunt de mentor bij het opstellen van een handelingsplan als rode draad van de begeleiding; • verwijst, indien nodig, door naar externe hulpverlenende instanties.
61
Contact De orthopedagogen op de locatie Oosterweg zijn: • mw. M. (Mieke) Janssen; • mw. N. (Nynke) Scholten; • mw. M. (Marleen) Nijssen. Per e-mail: •
[email protected]; •
[email protected]; •
[email protected]. Telefonisch, in schooltijd: (024) 648 72 72. Extra ondersteuning leerlingen (Lwoo-)leerlingen die extra zorg nodig hebben kunnen worden toegelaten op onze school. Samen met de ouder/verzorg, het kind en de school van herkomst bekijken we welke begeleiding en voorzieningen nodig zijn. De middelen uit het arrangement van het Samenwerkingsverband zetten we in om de betreffende leerling te ondersteunen Toelating Een leerling wordt pas toegelaten als de school in staat is de benodigde begeleiding en voorzieningen te bieden zonder daarbij de kwaliteit van onderwijs en begeleiding voor andere leerlingen in gevaar te brengen. De toelatingscommissie beslist over de toelating.
Gezondheidszorg op school De afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD Regio Nijmegen volgt alle 0 tot 19 jarigen in hun ontwikkeling. Daardoor is het mogelijk gezondheidsrisico’s op te sporen en gezondheidsproblemen vast te stellen. Om gezondheidsproblemen te voorkómen richt de GGD haar aandacht niet alleen op individuele leerlingen, maar ook op groepen leerlingen. Samenstelling schoolgezondheidsteam Sociaal verpleegkundige : Mw. E. Asselbergs Jeugdarts : Mw. A. Meijs GGD Regio Nijmegen, Afdeling Jeugdgezondheidszorg Postbus 1120, 6501 BC Nijmegen Telefoon 024 – 329 7111 (maandag t/m vrijdag van 08.30 tot 14.00 uur) Activiteiten van het schoolgezondheidsteam De sociaal verpleegkundige maakt tijdens een lesuur kennis met de leerlingen uit klas 1. Zij geeft informatie over het spreekuur en de bereikbaarheid van het schoolgezondheidsteam. Alle lwoo-leerlingen krijgen in het eerste leerjaar een screeningsonderzoek, bij de overige vmbo-leerlingen vindt dit onderzoek in de tweede klas plaats. Onderzoek De leerling wordt uitgenodigd voor een gesprek met de sociaal verpleegkundige. Dit onderzoek vindt zonder de ouders/verzorgers plaats. De leerling heeft van tevoren een vragenlijst ingevuld. Aan de orde komen: • de leefstijl (zoals voeding, sport, slapen); • de omgang met anderen; •
een lichamelijk onderzoek (lengte, groei en lichaamshouding).
Naar aanleiding van dit onderzoek kan de jeugdarts de leerling ook nog onderzoeken.
62
63
Het kan noodzakelijk zijn dat de leerling nog eens gecontroleerd wordt. We spreken dan met uw zoon of dochter af dat hij of zij hiervoor op een later tijdstip uit de klas wordt gehaald. We gaan voor deze onderzoeken van uw toestemming uit, tenzij u zelf actie onderneemt en bezwaar maakt. Spreekuur De verpleegkundige houdt op school spreekuur. De tijden van het spreekuur staan op de GGD-posters in school. De leerling kan daar uit zichzelf naartoe komen. Ook ouders/verzorgers of docenten kunnen een leerling aanmelden. Tijdens het spreekuur kan een leerling problemen bespreken en vragen stellen. Samen met de leerling zoekt de verpleegkundige naar oplossingen en antwoorden. Hiervoor kan de hulp van u en school nodig zijn. Indien nodig bespreken we een leerling in het ZAT. Privacy en klachten De GGD Regio Nijmegen heeft regels voor de bescherming van persoonsgegevens opgenomen in een privacyreglement en kent een klachtenprocedure.
Medezeggenschap en Samenwerking Een goede samenwerking met ouders en leerlingen vinden wij erg belangrijk. Ouders, leerlingen en medewerkers worden op verschillende manieren betrokken bij de medezeggenschap op de locatie: • contactouders; • leerlingenraad; • medezeggenschapsraad. Contactouders Contactouders bespreken circa vier keer per jaar met de afdelingsleider zaken die te maken hebben met de klas of de afdeling waar uw kind in zit. Ze reflecteren op gebeurtenissen, veranderingen en/of toekomstplannen. Daarnaast motiveren zij ouders uit de klas van hun kind deel te nemen aan de enquêtes. De bijeenkomsten van de contactouders zijn openbaar.
Vragen, klachten of problemen van vertrouwelijke aard Bij vragen of problemen van vertrouwelijke aard Leerlingen, ouders en medewerkers kunnen bij de contactpersoon terecht met vragen of problemen van vertrouwelijke aard. De contactpersoon begeleidt ook mensen die een klacht willen indienen. Contactpersoon Mw. R. (Riët) Hasselo Per e-mail:
[email protected] Telefonisch: In schooltijd, op school, op telefoonnummer (024) 648 72 72.
64
65
Leerlingenraad Wat doet de leerlingenraad? De leerlingenraad bestaat uit leerlingen uit verschillende jaren. De raad komt op voor de belangen van onze leerlingen en denkt mee over het beleid binnen de school. Onderwerpen die de leerlingenraad bespreekt zijn:
Hoe kom je bij de leerlingenraad? Elk jaar zoekt de leerlingenraad nieuwe leden in de eerste en de tweede klassen. In alle klassen komen leerlingen vertellen wat de leerlingenraad doet en je kunt je dan aanmelden. Je moet wel geschikt zijn voor de leerlingenraad. Dat betekent dat:
-
Schoolregels;
• je cijfers op orde moeten zijn;
-
De rol van leerlingen bij de zorg voor het gebouw;
• je je ideeën goed onder woorden kunt brengen;
-
De wens van leerlingen voor buitenlesactiviteiten.
• je er natuurlijk tijd voor moet hebben.
Daarnaast organiseert de leerlingenraad schoolfeesten. De leerlingenraad van de locatie Oosterweg bestaat uit zo’n tien leden. Sommigen hebben een speciale taak, zoals de voorzitter, de secretaris (verslag) en de penningmeester (geld). Regelmatig komen de leden bij elkaar om te vergaderen. Een docent ondersteunt de leerlingenraad. Ook is er overleg met de locatiedirecteur. Waarom bij de leerlingenraad? • Je discussieert mee over het beleid van de school. • Je leert je mening geven.
Soms moet je na school nog wat doen. Het is belangrijk dat zo veel mogelijk klassen en leerjaren goed vertegenwoordigd zijn. Als er te veel aanmeldingen zijn, wordt er geloot. LAKS Leerlingen van de leerlingenraad volgen een cursus bij het LAKS (Landelijk Aktie Komitee Scholieren). Dan komen alle leerlingenraden van het hele land bij elkaar en leer je veel van elkaar; zie http://www.laks.nl. Contact Heb je leuke ideeën voor de school of wil je iets kwijt over wat verbeterd kan worden binnen de school? Mail dan naar:
[email protected].
• Je ziet hoe regels op een school ontstaan en kunnen veranderen. • Je kunt bijvoorbeeld meebepalen welke dj er moet komen op de schoolfeesten en welk thema het schoolfeest moet krijgen. Zo doe je bestuurservaring op. Iets wat je in de toekomst zeker kunt gebruiken. Daarnaast is het ook nog eens gezellig en leuk! Eén keer per jaar gaan we uit eten met de hele leerlingenraad.
66
67
Leerlingenstatuut Samen met de MR en de directie stelt de leerlingenraad het leerlingenstatuut elke twee jaar opnieuw vast. Hierin staan de rechten én plichten van leerlingen beschreven. Het gaat dan om afspraken over aanwezigheid, opgave en verwerking van proefwerken, huiswerkvrije dagen en dergelijke.
GMR
Zowel de leerlingen als de ouders in de MR moeten er hun instemming aan verlenen.
Contact verloopt via de voorzitter: W.( Wilbert) Ebskamp E-mail:
[email protected]
Medezeggenschapsraad
Het Maaswaal-brede, officiële, inspraakorgaan is de medezeggen-
schapsraad (MR). De MR van het Maaswaal College bestaat uit maximaal zestien personen, onder wie acht personeelsleden, vier ouders en vier leerlingen. Beide locaties zijn in de MR vertegenwoordigd. Daarnaast is de MR vertegenwoordigd in de GMR van de Alliantie. Eigen reglement De MR heeft een eigen reglement voor de medezeggenschap. Bij vacatures in de raad mogen de verschillende geledingen – personeel, ouders en leerlingen – kandidaten voordragen. Als het nodig is, organiseert de school verkiezingen. In beginsel zijn de MRvergaderingen openbaar. De data van de vergaderingen staan in de Weekkalender en op de website. De vastgestelde notulen van de MR-vergaderingen zijn via de website te vinden. Agenda Een groot aantal beslissingen over bijvoorbeeld onderwijs, personeel, samenwerking met andere scholen en de ouderbijdrage moet ter advisering of instemming aan de MR worden voorgelegd. De MR van het Maaswaal College voert overleg met de schooldirectie: de rector van het Maaswaal College. Onderwerp van gesprek is het schoolbeleid, dat de directie graag in overleg met de MR wil maken. Bij dat schoolbeleid kan het gaan om onderwijsinhoudelijke, maar ook om heel praktische zaken.
68
Omdat het Maaswaal College deel uit maakt van de Alliantie Voortgezet Onderwijs, heeft de medezeggenschapsraad van het Maaswaal College een vertegenwoordiging in de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) van de Alliantie. De GMR overlegt met de voorzitter van het College van Bestuur van de Alliantie over zaken die leerlingen, ouders en medewerkers van Alliantie-scholen aangaan.
Samenwerking met ouders Naast deze vormen van medezeggenschap vindt het Maaswaal College de samenwerking met ouders, leerlingen en omgeving erg belangrijk. Daarom nodigen wij ouders uit met ons te spreken over het onderwijs, de organisatie en begeleiding. Naast de contactouders en Medezeggenschapsraad vragen wij ouders uit alle klassen jaarlijks naar hun mening. Daarnaast kunnen zij in gesprek gaan met docenten, de mentor, de afdelingsleider of de directeur. Verder zijn er ook diverse momenten waarop ouders van ons mondelinge en/of schriftelijke informatie ontvangen: Weekkalender Iedere vrijdag ontvang u de Weekkalender per e-mail: een nieuwsbrief met aandacht voor actualiteiten, activiteiten en eventuele uitnodigingen. Deze Weekkalender wordt ook op het Ouderportaal gepubliceerd. Digitaal Met een inlogcode van het Ouderportaal volgt u wanneer u wilt de resultaten en aanwezigheidsgegevens van uw kind. Op onze website staat alle actuele informatie. Het groene boekje Iedere week neemt de leerling ‘het groene boekje’ mee naar huis (klas 1 en 2). In dit boekje ziet u per dag hoe het op school gaat. Docenten beschrijven hoe de leerling functioneert. Eens per week schrijft de mentor een samenvattende opmerking en u ondertekent deze vervolgens voor ‘gezien’.
69
Ouderavonden
We hebben vier ouderavonden. • De eerste ouderavond is algemeen van aard. Tijdens deze ouderavond wordt u geïnformeerd over de belangrijkste onderwerpen in het betreffende leerjaar. Tevens kunt u kennis maken met de mentor. • Op de overige drie ouderavonden kunnen ouders overleggen met vakdocenten. In de onderbouw kader/basis en lwoo spreekt u altijd eerst met de mentor. Indien nodig maakt u daarna alsnog een afspraak met de vakdocent. Aan de orde kunnen komen: o Resultaten; o Voortgang; o Welbevinden; o Advies; o Oorzaken van problemen bij dit vak. Rapporten In de loop van het jaar zijn er vier cijferrapporten. Na de eerste drie rapporten kunt u de mentor spreken. In het vmbo-t en de bovenbouw basis/kader kunt u naast een afspraak met de mentor een afspraak met een vakdocent plannen. Natuurlijk nemen we tussentijds contact met u op als gedrag of prestaties van uw kind daartoe aanleiding geven.
70
Samenwerking met de omgeving We werken samen met veel instellingen en mensen in de directe omgeving van de school. Zo werken we bijvoorbeeld samen met: • de basisscholen voor een zorgvuldige overdracht van informatie over de leerling bij de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs; • de ROC’s en andere scholen voor voortgezet onderwijs bij de overgang naar het mbo of de havo; • Bureau Jeugdzorg, de Nijmeegse Instelling voor Maatschappelijk werk (NIM), de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD), VGG (een instelling voor geestelijke gezondheidszorg), de afdeling leerplicht van de gemeente Wijchen en de politie voor de leerlingenzorg in het Zorgadviesteam (ZAT); • de gemeente Wijchen en andere betrokkenen op het gebied van jeugdbeleid; • MEER Welzijn Wijchen en de Opvoedingswinkel voor jeugdbeleid en opvoedingsondersteuning; • het bedrijfsleven en instellingen voor gastlessen en bedrijfsbezoeken voor de Oriëntatie op Studie en Beroep, beroepsgerichte stages en de maatschappelijke stage; • de Openbare Bibliotheek om het lezen te stimuleren, onder andere tijdens de Kinderboekenweek.
71
Kwaliteit en verantwoording Het Maaswaal College heeft de kwaliteit van het onderwijs hoog in het vaandel staan. Wij werken aan zo goed mogelijk onderwijs, in termen van de resultaten die leerlingen halen én in termen van een optimale ontwikkeling van hun talenten. Hieronder staat overzichtelijk op een rij hoe wij op de verschillende elementen van onderwijskwaliteit scoren. Gegevens over de kwaliteit van ons onderwijs in de afgelopen jaren zijn ook te vinden op www.scholenopdekaart.nl, www.schoolkompas.nl en www.onderwijsinspectie.nl. Slaagpercentage Het percentage examenleerlingen dat slaagt voor het examen:
Examencijfers De gemiddelde eindexamencijfers (het Centraal Examen) van de examenleerlingen: vmbo-b MWC
2014
2013
2012
6,3
6,5
6,4
6,7
6,6
2014
2013
2012
6,2
6,2
6,2
6,2
6,3
2014
2013
2012
6,3
6,3
6,2
6,3
6,3
vmbo-b landelijk vmbo-k MWC vmbo-k landelijk vmbo-gt MWC vmbo-gt landelijk
De cijfers die onze leerlingen halen voor het Centraal Examen liggen ongeveer op het landelijk gemiddelde niveau. Jaarlijks worden de examencijfers in de secties besproken en waar nodig worden verbeteracties opgenomen in de vakwerkplannen.
De slaagpercentages op het vmbo liggen rond het landelijk gemiddelde. De school streeft ernaar op alle drie de leerwegen boven het landelijk gemiddelde uit te komen.
72
73
Rendement Het percentage leerlingen dat zonder zittenblijven in leerjaar 3 terechtkomt (onderbouwrendement, ‘ob’) en het percentage leerlingen dat zonder zittenblijven het diploma behaalt (bovenbouwrendement, ‘bb’):
Medewerkers Locatiemanagement De locatiedirecteur en vijf afdelingsleiders leiden de locatie Oosterweg. Zij vormen samen het locatiemanagementteam (LMT).
2014
2013
2012
vmbo-b ob
100%
100%
100%
vmbo-b bb
91%
86%
100%
• locatiebeleid •
schorsingen en verwijderingen
•
verzoeken tot verlof.
2014
2013
2012
vmbo-k ob
100%
100%
100%
vmbo-k bb
86%
81%
96%
2014
2013
2012
vmbo-gt ob
99%
100%
99%
vmbo-gt bb
82%
86%
76%
Nagenoeg al onze leerlingen stroomt in één keer door van leerjaar 1 naar leerjaar 3, doubleren komt in klas 1 in principe niet voor. In vergelijking met landelijk komt een groter percentage leerlingen zonder vertraging op het juiste niveau in klas 3 terecht. De meeste leerlingen stromen zonder vertraging door naar het diploma. Dit is vergelijkbaar met het landelijke niveau. Tevredenheid ouders en leerlingen Jaarlijks neemt het Maaswaal College bij ouders en leerlingen verschillende tevredenheidsonderzoeken af. Op basis van deze respons formuleren we actiepunten. De uitkomsten van de tevredenheidsonderzoeken bij ouders en leerlingen uit leerjaar drie zijn terug te vinden op de website van Vensters voor Verantwoording.
Locatiedirecteur De locatiedirecteur is verantwoordelijk voor
Mevr. J.(Juliette) Wijngaards Telefonisch: tijdens kantooruren, op school. Een afspraak maakt u via het secretariaat op telefoonnummer (024) 648 72 72. Per e-mail:
[email protected] Afdelingsleiders De afdelingsleider is verantwoordelijk voor •
toelating
•
plaatsing in een bepaalde klas
•
strafmaatregelen
•
de dagelijkse gang van zaken in de afdeling.
Tevens is de afdelingsleider aanspreekpunt voor contactouders.
Uit verschillende onderzoeken blijkt jaarlijks dat ouders en leerlingen tevreden zijn over de school. Zij stellen met name de veiligheid, de prettige sfeer en heldere regels op prijs. Verbetering is met name te behalen in de activerende didactiek en differentiatie. Door middel van scholing en ICT proberen we dit punt te verbeteren. 74
75
lwoo & vmbo-b/k leerjaar 1 en 2: mw. J. (Jessica) Kok-Straatman
[email protected] vmbo-t & -t/k leerjaar 1 en 2: dhr. G. (Gerard) Dekkers
[email protected] vmbo-t leerjaar 3 en 4: dhr. K. (Klaas) Bergers
[email protected] vmbo-b/k en lwoo leerjaar 3 en 4: sector economie: dhr. J. (Jacob) Gommers
[email protected] sector zorg en welzijn: dhr.J. (Jan) van den Boogaard
[email protected] Teams Mentoren vormen een kernteam: onder leiding van een afdelingsleider zijn zij in eerste instantie verantwoordelijk voor de begeleiding en leerlingenzorg van een afdeling. Het vmbo heeft vijf kernteams:
Ondersteunende diensten Voor uw praktische, organisatorische en administratieve vragen kunt u terecht bij: Administratie Om persoons- of adresgegevens te wijzigen neemt u tijdens kantooruren contact op met onze administratie. Telefoonnummer: (024) 648 72 72 E-mail:
[email protected] Receptie U kunt op werkdagen tussen 8.00 en 16.30 uur contact opnemen met de receptie op telefoonnummer (024) 648 72 72: •
bij te laat komen, ziek- en betermeldingen;
•
voor informatie over roosterwijzigingen;
•
om directie, medewerkers en leerlingen te bereiken.
•
lwoo/kb onderbouw;
•
vmbo-t/k onderbouw;
•
vmbo-t bovenbouw;
•
vmbo-kb bovenbouw, sector economie;
Absentiecoördinator Leerlingen zijn leerplichtig en mogen geen lessen verzuimen. De locatie Oosterweg van het Maaswaal College heeft een absentiecoördinator.
•
vmbo-kb bovenbouw, sector zorg & welzijn.
Deze medewerker:
Daarnaast zijn alle docenten lid van een vaksectie. In de secties zijn vakdocenten verantwoordelijk voor het onderwijsaanbod en de didactiek.
• houdt zich bezig met de registratie van verzuim;
De leerlingbegeleiding wordt ondersteund door de orthopedagogen, de remedial teacher, de logopedist, de absentiecoördinator en de zorgcoördinator.
• ziet toe op het nakomen van sancties;
De medewerkers van het onderwijsondersteunend personeel (facilitair team en secretariaat) zorgen ervoor dat de organisatie van en rondom het onderwijs goed verloopt.
76
• heeft hierover contact met leerlingen en hun ouders;
• heeft ook regelmatig contact met afdelingsleiders en via hen met de ambtenaar leerplichtzaken. Contact: De absentiecoördinator op de locatie Oosterweg is de heer P. (Pim) Verhart. E-mail:
[email protected]
77
Jaarplanning Om ervoor te zorgen dat alle leerlingen op het juiste moment en in het juiste lokaal les krijgen van de juiste personeelsleden, is een goede planning nodig. Op de site vindt u de meest actuele informatie. Lestijden locatie Oosterweg Op de locatie Oosterweg hebben leerlingen lesuren van 45 minuten. Vanwege de keuze voor kleinschaligheid pauzeren de leerlingen van de onderbouw en de bovenbouw op verschillende momenten. onderbouw
bovenbouw
1 uur
08.30-09.15
1 uur
08.30-09.15
2 uur
09.15-10.00
2 uur
09.15-10.00
3e uur
10.00-10.45
e
e
Pauze 4e uur
11.05-11.50
5e uur
11.50-12.35 Pauze
6 uur
13.05-13.50
7 uur
13.50-14.35
e e
Pauze
e
e
pauze 3e uur 4e uur
10.20-11.05 11.05-11.50 pauze
Periodes Het schooljaar is verdeeld in vier periodes; over iedere periode ontvangt uw kind een rapport. 1e rapport
28 november 2014
2e rapport
13 februari 2015
3e rapport (prognose)
24 april 2015
4e rapport (eindrapport)
17 juli 2015
Vakantierooster schooljaar 2014-2015
Start schooljaar: maandag 25 augustus 2014 Vakanties/vrije dagen
Datum
Kermismaandag
22 september 2014
Herfstvakantie
20 t/m 24 oktober 2014
Kerstvakantie
22 december 2014 t/m 2 januari 2015
Maandag na Open Dag
9 februari 2015
5 uur
12.20-13.05
Carnavalsvakantie
16 t/m 20 februari 2015
6 uur
13.05-13.50
Paasweekend
3 t/m 7 april 2015
Koningsdag
27 april 2015
e e
pauze 7 uur
14.05-14.50
Meivakantie
4 t/m 8 mei 2015
e
8 uur
14.50-15.35
8 uur
14.50-15.35
Hemelvaartweekend
14 en 15 mei 2015
9 uur
15.35-16.20
9 uur
15.35-16.20
Tweede pinksterdag
25 mei 2015
Zomervakantie
20 juli t/m 28 augustus 2015
e e
78
e e
79
Schoolgidsdeel Veenseweg (havo/vwo) Bezoekadres: Veenseweg 18, 6603 AN Wijchen Postadres: Postbus 444, 6600 AK Wijchen E-mail:
[email protected] www.maaswaalcollege.nl Telefoon algemeen: Ziekmelding leerlingen: Fax:
80
(024) 648 71 20 (024) 648 71 21 (024) 648 71 30
81
Inhoudsopgave Veenseweg
Onderwijs
Onderwijs 83 Onderwijskenmerken Onderwijsontwikkelingen Onderwijs en ICT, de volgende stap Onderwijsaanbod Begeleiding VakdocentMentor Decaan Tutor Passend Onderwijs Aanvullende begeleiding Gezondheidszorg op school Contactpersoon bij klachten Medezeggenschap en samenwerking Ouderforum Leerlingenraad Medezeggenschapsraad Samenwerking met ouders Samenwerking met de omgeving Kwaliteit en verantwoording Medewerkers Locatiemanagement Teams Ondersteunende diensten Jaarplanning Lestijden locatie Veenseweg Periodes Vakantierooster schooljaar 2014-2015
Onderwijskenmerken Een leerling gaat naar school om te leren. Daarnaast gaat hij vooral ook naar school, omdat een groot deel van zijn sociale leven zich daar afspeelt. Wij willen uw kind doelgericht begeleiden om goede resultaten en een diploma op een passend niveau te behalen. Maar ook willen wij hem helpen te ontwikkelen tot een volwaardige medeburger met respect voor de ander en voor de omgeving. Daarbij vinden wij het belangrijk vaardigheden, zoals samenwerken, verantwoordelijkheid en actief en zelfstandig leren, te ontwikkelen en hem uit te dagen talenten zijn te ontdekken en te ontwikkelen. Dit alles doen wij vanuit ons profiel als UNESCO-school. Om onze leerlingen te begeleiden maken we op de locatie Veenseweg gebruik van de volgende kenmerken in het onderwijs: • Actief en zelfstandig leren speelt een belangrijke rol in ons onderwijs. • Een lesuur duurt 60 minuten. • Na de eenjarige brugperiode plaatsen we de leerling zo snel mogelijk in het voor hem passende onderwijstype. • Er is veel contacttijd: wekelijks realiseren we 27 klokuren les. Hiervan zijn 25 uur vaklessen, twee blokuren worden als project- of profieltijd ingevuld, P-tijd . • P-tijd in de onderbouw én in 4 vwo: leerlingen werken wekelijks twee blokuren aan vakoverstijgende projecten. Er is veel aandacht voor vaardigheden als plannen, onderzoeken, organiseren, samenwerken, presenteren en dergelijke.
82
De P-tijd van de vwo-(brug)klassen staat in het teken van WON (Wetenschapsoriëntatie Nederland).
• P-tijd in de bovenbouw: leerlingen van 4/5 havo en 4/5/6 vwo krijgen een vorm van onderwijs op maat. Het gaat hier om een dagdeel met activiteiten gericht op de profielen. Er is veel aandacht voor de ontwikkeling van onderzoeks- en presentatievaardigheden die uitmonden in het profielwerkstuk.
83
• Buiten het lesrooster bieden we diverse Maaswaal Plus-activiteiten aan. • In al onze onderwijsactiviteiten zoeken we aansluiting bij het UNESCO-gedachtegoed. Sinds het schooljaar 2012/2013 bieden we het vak UNESCO-studies aan in 4 vwo en in 4 havo. Hierbij werken de vakken maatschappijleer en levensbeschouwing samen. Onderwijsontwikkelingen De volgende begrippen zijn belangrijk voor ons onderwijsbeleid: • compleet programma: leerstof én ondersteuning én verbreding/verdieping; • verwerven en toepassen van kennis staat centraal; • onderwijs op maat, differentiatie: variatie in werkvormen en diverse vormen van begeleiding afgestemd op de leerling. Hierbij maken we in toenemende mate gebruik van ICT (Zie hieronder: Onderwijs en ICT, de volgende stap);breed aanbod van vakken en P-tijd: projecttijd voor de onderbouw en profieltijd voor de Tweede Fase; • onderscheid tussen onderwijsaanbod en -aanpak havo- en vwo-leerling; • geleidelijke (en begeleide) groei naar zelfstandigheid;
Onderwijs en ICT, de volgende stap De komende jaren zetten we sterk in op de inzet van ICT in het onderwijs. Hiermee willen we drie doelen bereiken: -
De kwaliteit van onze lessen verbeteren door leerlingen actiever te bij de lessen te betrekken;
-
De leerlingen beter op maat bedienen bij wat zij nodig hebben om tot goede resultaten te komen (extra stof, herhalingsstof);
-
Leerlingen leren omgaan met steeds veranderende apparatuur en programmatuur.
In het schooljaar 2013-2014 hebben we op de locatie Oosterweg ervaring opgedaan met een pilot van één tabletklas.. Deze ervaringen willen we gebruiken om in het schooljaar 2014-2015 op de locatie Veenseweg te starten met een pilot in een brugklas vwo en een tweede klas gymnasium. Zo leren docenten op welke wijze ze de doelen kunnen bereiken, welke scholing nodig is en welke programma’s en apparaten het best werken. In de daaropvolgende schooljaren willen we fasegewijs, per twee leerjaren, voor alle leerlingen een persoonlijk device realiseren. Onderwijsaanbod Op de locatie Veenseweg volgen ruim 1350 leerlingen onderwijs op:
• activerende didactiek;
•
het havo,
• doorlopende leerlijnen door samenhang tussen vakken en tussen leerjaren;
•
het atheneum of
•
het gymnasium.
• leren in context, dus ook buiten de school; • aandacht voor excellentie; • WON (wetenschapsoriëntatie) is gestart in de vwo-brugklassen in schooljaar 2012/2013 en is inmiddels ingevoerd t/m tweede leerjaar vwo. In de komende jaren vindt implementatie in de hogere leerjaren plaats. 84
85
Op het Maaswaal College kan elke leerling zich ontplooien en zich thuis voelen. We geven iedereen de kans zijn ambities waar te maken en we helpen hem alles uit zichzelf te halen wat erin zit. Brugklassen Het basisschooladvies is leidend bij plaatsing van de leerling in een brugklas. We bespreken alle aangemelde leerlingen met de leerkracht van groep 8. Daarnaast kijken we naar andere gegevens, zoals de Cito-eindtoets en het leerlingvolgsysteem van de basisschool. Meestal ondersteunen deze gegevens het advies. Op de locatie Veenseweg zijn vier typen brugklassen:
Vwo Aan het eind van de brugklas kiezen de vwo-leerlingen voor atheneum of gymnasium. In de vwo-brugklas krijgen de leerlingen gedurende het gehele schooljaar één lesuur Kennismaking Klassieke Taal en Cultuur. We vinden het belangrijk dat leerlingen zo snel mogelijk op het goede niveau onderwijs volgen. D e brugperiode duurt aan de locatie Veenseweg één jaar. Dan is in de meeste gevallen duidelijk welk schooltype het beste bij de leerling past. Leerlingen worden gericht bevorderd naar 2 vmbo-t, 2 havo, 2 atheneum of 2 gymnasium.
•
havo/vmbo-t (ht);
•
havo (h);
Leerjaar 2 en 3 Vanaf klas 2 maken we bij voorkeur aparte klassen voor havo, atheneum en gymnasium.
•
vwo/havo (vh);
•
•
vwo (v).
Havo/vmbo-t In de ht-klassen zitten leerlingen met een basisschooladvies vmbot/havo en havo. Het doel voor deze leerlingen is: na de brugklas instromen in 2 havo. Het tempo ligt wat lager dan in de vh- en v-klassen en de leerlingen krijgen meer structuur. Er wordt getoetst op havo-niveau. Havo In de havo-brugklassen zitten leerlingen met een basisschooladvies havo. Zij krijgen lessen en toetsen op havo-niveau. In deze brugklas bereiden we leerlingen voor op een havo-doorstroom. Vwo/havo De vh-klassen zijn echte dakpanklassen. In deze klassen krijgen leerlingen onderwijs, en in veel gevallen toetsen en ook rapportcijfers, op twee niveaus. Dit vergemakkelijkt aan het eind van het brugjaar de keus voor het best passende onderwijstype: havo of vwo.
86
Het gymnasium is vwo met als extra klassieke vorming: de culturele erfenis van Romeinen en Grieken in de literatuur, kunst en architectuur. Bij Grieks en Latijn staat de vertaling van antieke teksten in het Nederlands centraal.
Leerjaar 4, 5 (en 6) In de bovenbouw van havo en vwo (Tweede Fase) kiezen leerlingen één van de vier profielen: •
cultuur en maatschappij;
•
economie en maatschappij;
•
natuur en gezondheid;
•
natuur en techniek.
In de Tweede Fase doen we een steeds groter beroep op de zelfstandigheid van leerlingen. De vijfjarige havo-opleiding bereidt leerlingen voor op het hoger beroepsonderwijs (hbo). De meeste vwo’ers gaan naar het wetenschappelijk onderwijs: studeren aan een universiteit.
87
Gymnasium Leerlingen met een vwo-advies die graag meer willen weten over de grondslagen van onze beschaving, kunnen kiezen voor het gymnasium. Leerlingen in de vwo-brugklas maken kennis met de vakken Latijn, Grieks en Klassieke Culturele Vorming (KCV). Vanaf klas 2 zitten de gymnasiasten zo veel mogelijk in aparte klassen.
Begeleiding
•
zich prettig en veilig kunnen voelen op school;
Op het gymnasium maken de leerlingen kennis met de culturele erfenis van de Romeinen en Grieken (literatuur, kunst, architectuur). Juist doordat ze zich leren verplaatsen in andere tijden en andere mensen, leren ze meer begrijpen van onze westerse cultuur en van andere culturen in onze moderne tijd. Bovendien is KCV een waardevol vak voor allerlei universitaire studies (geschiedenis, talen, rechten, cultuureducatie) en hbo-opleidingen (kunstacademie, museologie, theaterschool, journalistiek).
•
leren studeren, zelfstandig werken en keuzes maken.
Bij Grieks en Latijn leren de leerlingen klassieke teksten in het Nederlands vertalen. Ze komen daarbij veel woorden tegen die in het Nederlands en in moderne vreemde talen nog steeds gebruikt worden. Nog een groot voordeel van dat vertalen is dat leerlingen leren om heel nauwkeurig om te gaan met woorden, zinnen en verbanden daartussen. Daardoor wordt het ook eenvoudiger voor hen om ingewikkelde (studie)teksten in het Nederlands te begrijpen. Bovendien leren gymnasiasten ook uitstekend logisch en oplossingsgericht denken. Dat is een vaardigheid die bij alle opleidingen prima van pas komt.
In het schooljaar 2013-2014 heeft een eerste groep docenten het traject ‘Pedagogisch Tact’ gevolgd. Het resultaat hiervan is zichtbaar in het welbevinden van de leerlingen en een verbeterde doorstroom van leerlingen vmbo-t/havo naar de tweede klas havo. Met ingang van het schooljaar 2014-2015 passen we de aanpak van Pedagogisch Tact in alle brugklassen toe. Dit houdt in dat we specifiek met de leerling en de docenten in gesprek gaan over wat de leerling nodig heeft om een volgende stap in het leerproces te zetten. Concreet betekent dit de scholing van een tweede groep docenten (een persoonlijk ontwikkeltraject bij het NIVOZ) en intervisie voor de docenten die het traject al hebben afgerond.
De leerlingbegeleiding op de locatie Veenseweg is erop gericht dat alle leerlingen:
Om dit te realiseren werken we permanent aan het pedagogischdidactisch klimaat. Dit betekent dat we werken aan een goede leer- en werksfeer en aan een betrokken manier van omgaan met leerlingen, zodat zij zich optimaal kunnen ontwikkelen. We laten ons hierbij leiden door het NIVOZ-gedachtegoed (Nederlands Instituut voor Onderwijs en Opvoedingszaken) van Pedagogisch Tact.
Daarnaast starten we het brugklasjaar met aanpakgerichte lessen bij de kernvakken, plannen we een mentorles aan het begin van de week, nemen we meer tijd voor de leerlingbesprekingen en krijgen de leerlingen in het najaar een woordrapport met sterke kanten en ontwikkelpunten. Zo spannen we ons maximaal in om de leerling in ontwikkeling te krijgen en te houden, in brede zin. Op het gebied van leren en persoonlijke ontwikkeling krijgen alle leerlingen begeleiding door de vakdocent, de mentor, de decaan en eventueel een tutor. 88
89
Leerlingen die het nodig hebben, krijgen extra begeleiding en zorg in de vorm van: •
tijdelijke aanvullende begeleiding;
•
speciale zorg via het Zorgadviesteam (ZAT) en de zorgcoördinator;
•
begeleiding door de absentiecoördinator.
Begeleiding bij langdurige afwezigheid wegens ziekte Bij langdurige afwezigheid wegens ziekte bekijken we samen met de ouders en de leerling hoe we het onderwijs kunnen voortzetten. We roepen soms de hulp in van een consulent die onderwijsondersteuning biedt aan zieke leerlingen. Vakdocent • De vakdocent ondersteunt uw kind bij het actief en zelfstandig leren met (extra) uitleg van de leerstof en het begeleiden van het leerproces, het ‘leren leren’. • Vakdocenten zijn verantwoordelijk voor de lesstof, de manier waarop die wordt aangeboden, de werkwijze in de klas en de toetsing. Ze werken daarbij nauw met elkaar samen, het doel is de leerling zo goed mogelijk voor te bereiden op het eindexamen en daarmee op een vervolgopleiding. • Op drie van de vier ouderavonden kunnen ouders met vakdocenten overleggen. Zo kan een docent uitleggen waar de oorzaak van problemen op zijn/haar vakgebied ligt en adviseren over de voortgang. Contact U neemt per e-mail contact op met de vakdocent van uw kind (
[email protected]). Of u belt onder schooltijd, op school: (024) 648 71 20. Wanneer de docent telefonisch niet beschikbaar is, neemt hij zo snel mogelijk contact met u op.
90
Mentor De mentor is het eerste aanspreekpunt voor leerlingen en ouders. Deze docent: •
zorgt voor een goed sociaal klimaat in de klas door met de leerlingen afspraken te maken over omgaan met elkaar en andere schoolleefregels;
•
besteedt aandacht aan de (werk)sfeer in de klas;
•
motiveert leerlingen en controleert hun planning en vorderingen;
•
stelt in de mentor- en studielessen het ‘leren leren’ aan de orde, waarbij de leerling leert hoe hij zijn leertaken aan kan pakken;
•
is het eerste aanspreekpunt als de leerling persoonlijke problemen heeft.
Goed contact tussen ouders en de mentor is voor effectieve leerlingbegeleiding essentieel.
U kunt de mentor benaderen voor afstemming over: •
de prestaties van de leerling;
•
het functioneren van de leerling in de klas op school, thuis of elders;
•
de gezondheid, begeleiding of het welbevinden van de leerling;
•
de overgang, zittenblijven en de vervolgopleiding.
Contact U neemt per e-mail contact op met de mentor van uw kind (
[email protected]).Of u belt onder schooltijd, op school: (024) 648 71 20. Wanneer de mentor telefonisch niet beschikbaar is, neemt hij of zij zo spoedig mogelijk contact met u op. Bij langere afwezigheid van de mentor neemt u contact op met de afdelingsleider. 91
Decaan Leerlingen maken in de loop van hun schoolcarrière nogal wat keuzes: de profielkeuze en de keuze voor het vervolgonderwijs. Naast de mentor en de afdelingsleider helpt de decaan hen daarbij. De decaan: • schetst een duidelijk beeld van keuzemogelijkheden en consequenties en bevordert een welbewuste keuze; • verwijst leerlingen naar de juiste informatiebronnen en naar dienstverlenende instanties;
Tutor Tutoren zijn bovenbouwleerlingen die een module opleidingskunde hebben gevolgd. Ze geven vakgerichte ondersteuning aan (onderbouw)leerlingen (tutees). Tutoring biedt goede bovenbouwleerlingen extra uitdaging en tegelijkertijd krijgen leerlingen uit de onderbouw een steuntje in de rug. Werkwijze • Tutor en tutee spreken samen een tijdstip af.
• onderhoudt de contacten met vervolgopleidingen;
• Een tutor geeft meestal instructie aan één leerling, maximaal aan twee.
• onderhoudt de site van het decanaat: www.maaswaalcollege. dedecaan.net.
• Het is de taak van de tutor de betreffende tutee zo snel mogelijk op eigen benen te leren staan.
Het kantoor van het decanaat is gevestigd in de mediatheek.
• Een tutor is slechts een bepaalde periode met een tutee verbonden.
De decaan organiseert het traject Loopbaan Oriëntatie Begeleiding (LOB), lessen loopbaanoriëntatie en voorlichtingsavonden. Hij begeleidt de mentoren en voert gesprekken met leerlingen die worden doorverwezen door de mentor. Binnen de uren die beschikbaar zijn voor LOB kan de leerling bijvoorbeeld • open dagen of meeloopdagen bezoeken • een gesprek voeren over zijn studiekeuze of • meedoen met een project van een vervolgopleiding. Contact De decaan van de locatie Veenseweg is mevr. J. (Justine) Vos. E-mail:
[email protected] Telefonisch op dinsdag, woensdag en donderdag op school: (024) 648 71 37
92
• De gecertificeerde tutor krijgt een vergoeding van € 5,00 per uur, de tutor in opleiding € 2,00 per uur. • Tutorlessen vinden op school plaats in een tussenuur of op een vast uur na het lesrooster. Taak van de tutor Het doel van de begeleiding is dat de tutee (de leerling die de bijles krijgt) een onafhankelijke leerling wordt en niet langer hulp nodig heeft. De tutee leert zelfstandig de stof te beheersen. Hierdoor zijn verdere tutorlessen overbodig. Hoe lang deze periode is, hangt af van het succes van de tutee en kan dus variëren. Elke tutee heeft weer zijn eigen vragen en dus een specifieke aanpak nodig waarmee de tutor aan de gang kan.
93
Certificering Het Maaswaal College leidt elk jaar een aantal bovenbouwleerlingen op tot tutor (bijlesleraar). Leerlingen uit de vierde en vijfde klas kunnen zich als tutor voor de onderbouw aanmelden. Leerlingen uit de zesde klas kunnen zich ook aanmelden als tutor voor de bovenbouw. De tutoren hebben een cursus tutoring gevolgd en zijn gecertificeerd of zij zijn bezig deze module Opleidingskunde te volgen. De tutoren: • zijn enthousiast voor het vak dat zij begeleiden; • zijn goed in dat vak; • vinden het leuk om bijles te geven en te leren hoe je een leerling begeleidt.
Passend Onderwijs Met ingang van 1 augustus 2014 treedt de wet Passend Onderwijs in werking. Vanaf dat moment vallen aangemelde leerlingen onder de zorgplicht van de school van aanmelding. De ondersteuningsbehoefte van de leerling wordt in overleg met de ouders én de school van herkomst vastgesteld. Vervolgens bekijken we samen of de mogelijkheden uit het ondersteuningsplan van de school voldoende zijn voor de leerling. Wanneer dat niet het geval is zoeken we, in overleg met het samenwerkingsverband, naar een passende onderwijsplek. Met deze regionale samenwerking vullen we gezamenlijk onze zorgplicht in en zorgen voor plaatsing op een school waar de leerling optimale ontwikkelingskansen krijgt.
Alle tutoren kunnen voor hulp terecht bij de vakdocenten en bij de docenten die de module Opleidingskunde verzorgen.
Aanvullende begeleiding Soms hebben leerlingen extra hulp nodig om in school goed te kunnen functioneren. Soms voor korte tijd, soms langdurig. Die leerlingen hebben bijvoorbeeld:
Kan mijn kind tutorles krijgen?
• tijdelijke problemen met een bepaald vak;
• Ouders melden hun kind voor tutoring aan via de mentor. Deelname kan niet worden gegarandeerd, omdat het aantal tutoren beperkt is. • Leerlingen krijgen een tutor toegewezen op advies van de vakdocent en met toestemming van de mentor. • Het ligt voor de hand dat alleen gemotiveerde leerlingen (zonder bijzondere leerproblemen) bijles krijgen van tutoren. Tot nu toe lukt het om de meeste kinderen te plaatsen.
94
• een leerprobleem of -stoornis, zoals dyslexie; • problemen met zien, horen of spreken; • faalangst; • problemen in de sociaal-emotionele ontwikkeling, bijvoorbeeld bij ADHD of autisme.
95
Voor deze leerlingen is er aanvullende begeleiding op de volgende gebieden: • leesvaardigheden, tekstvaardigheden en algemene studievaardigheden; • rekenvaardigheden; • spelling Nederlandse taal (Muiswerk);
Een orthopedagoog of psycholoog geeft de vereiste verklaring af. •
Diagnostische verklaringen, zoals bij dyslexie, zijn onbeperkt geldig.
•
Aanpassingen zijn mogelijk als deze bij de begeleidingsadviezen van de deskundige aansluiten.
•
In bepaalde gevallen kan na overleg met de orthopedagoog Kurzweil als faciliteit toegekend worden. Kurzweil is een computerprogramma dat toetsen en schoolboeken voorleest.
• spelling moderne vreemde talen (Remedioom); • Engels; • Nederlands als tweede taal; • faalangstreductietraining; • training sociale vaardigheid; • begeleiding voor doorstromers vmbo-t/4 havo. De begeleiding vindt in principe plaats in kleine groepjes tijdens Maaswaal Plustijd.
Faciliteiten voor leerlingen zonder dyslexie Heeft een leerling geen dyslexie, maar zijn er wel extra faciliteiten nodig, dan staan we die toe. Een deskundigenverklaring is hiervoor een vereiste. •
In de deskundigenverklaring moet staan dat een bepaalde faciliteit nodig is.
•
Het gebruik van een laptop valt ook onder deze regeling.
•
Verklaringen in andere gevallen dan dyslexie hebben een geldigheidsduur van twee jaar.
Testen In de brugklas vullen alle leerlingen een vragenlijst in over hun welbevinden op school. Ook maken alleen geselecteerde leerlingen een spellings- en begrijpend lezen-test. Soms is op de basisschool al vastgesteld welk probleem een leerling heeft. Dan kan de begeleiding snel van start gaan. Als de basisschool rekenproblemen heeft gesignaleerd, testen we leerlingen hierop. Het kan echter ook gebeuren dat problemen pas later opduiken. Dan stellen we eerst vast wat er aan de hand is. Zo nodig krijgen ouders het advies om hun kind buiten de school te laten testen of te begeleiden. Faciliteiten voor leerlingen met dyslexie Leerlingen met een dyslexieverklaring maken gedurende hun hele schooltijd gebruik van de dyslexieregeling zoals die in het eindexamenbesluit is vastgelegd. 96
97
Orthopedagoog De orthopedagoog op de locatie Veenseweg begeleidt kinderen met leerproblemen. De orthopedagoog: • weet welke leerproblemen kinderen hebben vanuit informatie van de basisschool; • bekijkt welke speciale begeleiding nodig is, zoals bij dyslexie; • signaleert leerproblemen door signaleringsonderzoeken voor begrijpend lezen en spellen; • organiseert extra onderzoek indien nodig; • stelt een handelingsplan op als rode draad van deze begeleiding; • verwijst indien nodig naar externe hulpverlenende instanties; • heeft contact met de zorgcoördinator en indien nodig het ZAT. Contact Orthopedagoog op de locatie Veenseweg: mw. P.(Petra) Soyer E-mail:
[email protected] Telefonisch (in schooltijd, op school): (024) 648 71 20 Zorgcoördinator De zorgcoördinator coördineert alle zorg en begeleiding die de school biedt. Sommige kinderen hebben speciale begeleiding nodig, bijvoorbeeld omdat ze dyslectisch zijn, faalangst hebben of kampen met sociaal-emotionele problemen. De zorgcoördinator zorgt ervoor dat ze die begeleiding ook krijgen en schakelt daarbij anderen in.
•
hulp van buiten school door de schoolverpleegkundige, maatschappelijk werk, Bureau Jeugdzorg of andere deskundigen;
•
toelating van leerlingen met een zorgbudget of met leerlinggebonden financiering.
Deze coördinator is voorzitter van het Zorgadviesteam (ZAT). Contact De zorgcoördinator op de locatie Veenseweg is dhr. M. (Mark-Jan) Verbruggen. E-mail:
[email protected] Telefonisch (in schooltijd, op school): (024) 648 71 20 Zorgadviesteam Het Zorgadviesteam (ZAT) vergadert eenmaal per zes weken en bespreekt dan de situatie van leerlingen voor wie de interne begeleiding ontoereikend is. Het ZAT bestaat uit: •
de zorgcoördinator;
•
de orthopedagoog;
•
de schoolverpleegkundige;
•
de ambtenaar leerplichtzaken van de gemeente;
•
een maatschappelijk werker;
•
een medewerker van Bureau Jeugdzorg; en
•
een politieambtenaar.
Contact Via de zorgcoördinator op de locatie Veenseweg, dhr. M. (Mark-Jan) Verbruggen.
De zorgcoördinator is het aanspreekpunt voor mentoren, ouders en leerlingen als het gaat om: •
98
hulp in school door de remedial teacher, logopediste en orthopedagoog en bij trainingen sociale vaardigheden en faalangstreductie; 99
Gezondheidszorg op school De afdeling Jeugdgezondheidszorg van de GGD Regio Nijmegen volgt alle 0- tot 19-jarigen in hun ontwikkeling. Daardoor is het mogelijk gezondheidsrisico’s op te sporen en gezondheidsproblemen vast te stellen. Om gezondheidsproblemen te voorkómen richt de GGD zijn aandacht niet alleen op individuele leerlingen, maar ook op groepen leerlingen. Contact Samenstelling schoolgezondheidsteam Sociaal verpleegkundige: mw. E. Asselbergs Jeugdarts: mw. A. Meijs GGD Regio Nijmegen, Afdeling Jeugdgezondheidszorg Postbus 1120, 6501 BC Nijmegen Telefoon 024 – 329 7111 (maandag t/m vrijdag van 08.30 tot 14.00 uur) Activiteiten van het schoolgezondheidsteam De sociaal verpleegkundige maakt tijdens een lesuur kennis met de leerlingen uit klas 2 van de locatie Veenseweg. Zij geeft informatie over het spreekuur en de bereikbaarheid van het schoolgezondheidsteam. Alle leerlingen worden in het tweede jaar onderzocht. Onderzoek De leerling wordt uitgenodigd voor een gesprek met de sociaal verpleegkundige. Dit onderzoek vindt zonder de ouders/verzorgers plaats. En de leerling heeft van tevoren een vragenlijst ingevuld. Aan de orde komen: •
de leefstijl, zoals voeding, sport en slapen;
•
de omgang met anderen;
•
een lichamelijk onderzoek (lengte, groei en lichaamshouding).
Het kan noodzakelijk zijn dat de leerling nog eens gecontroleerd wordt. We spreken dan met uw zoon of dochter af dat hij of zij hiervoor op een later tijdstip uit de klas wordt gehaald. We gaan voor deze onderzoeken van uw toestemming uit, tenzij u zelf actie onderneemt en bezwaar maakt. Spreekuur De verpleegkundige houdt op school spreekuur. De tijden van het spreekuur staan op de GGD-posters in school. De leerling mag daar uit zichzelf naartoe komen. Ook ouders/verzorgers of docenten kunnen een leerling aanmelden. Tijdens het spreekuur kan een leerling problemen bespreken en vragen stellen. Samen met de leerling zoekt de verpleegkundige naar oplossingen en antwoorden. Hiervoor kan de hulp van u en school nodig zijn. Indien nodig bespreken we een leerling in het ZAT. Privacy en klachten De GGD Regio Nijmegen heeft regels voor de bescherming van persoonsgegevens opgenomen in een privacyreglement en kent een klachtenprocedure. Contactpersoon bij klachten Leerlingen, ouders en medewerkers kunnen bij de contactpersoon terecht met vragen of problemen van vertrouwelijke aard. De contactpersoon begeleidt ook mensen die een klacht willen indienen. De folder van de vertrouwenspersoon en de gehele klachtenregeling staan op de schoolsite. | Contact Contactpersoon is mw. M. (Marja) Kaptein E-mail:
[email protected] Telefonisch (in schooltijd, op school): (024) 648 71 20
Naar aanleiding van dit onderzoek kan de jeugdarts de leerling ook nog onderzoeken.
100
101
Medezeggenschap en samenwerking Een goede samenwerking met ouders en leerlingen vinden wij erg belangrijk. Ouders, leerlingen en medewerkers worden op verschillende manieren betrokken bij de medezeggenschap op de locatie: • ouderfora; • leerlingenraad; • medezeggenschapsraad. Ouderforum Onderbouw • Er is een Ouderforum voor de brugklas, voor leerjaar 2 en leerjaar 3. • In iedere klas in de onderbouw nemen twee ouders deel aan het Ouderforum van hun jaarlaag. • Elk forum overlegt circa vijf keer per jaar met de afdelingsleider. • Ouders uit het Ouderforum peilen de mening van andere ouders en geven deze weer in het overleg. Bovenbouw • Er is één Ouderforum voor de Tweede Fase – havo en vwo. • Ouders uit het Ouderforum peilen de mening van andere ouders en geven deze weer in het overleg. • Elk forum overlegt circa vijf keer per jaar met de afdelingsleider. • Aan de orde komen bredere schoolse thema’s als: de samenwerking van ouders en school, de Tweede Fase en de aansluiting bij het vervolgonderwijs, internationalisering enzovoort.
102
Leerlingenraad Leerlingen leren zelfstandig, actief en zelfverantwoordelijk te studeren en hun talenten ten volle te ontplooien en te benutten. Naast deelname aan allerlei buitenlesactiviteiten kan een leerling deelnemen aan allerlei vormen van inspraak. Zo kan een leerling zitting nemen in de leerlingenraad. • De leerlingenraad is een officieel overlegorgaan van de school. • De leerlingenraad denkt namens alle leerlingen mee over belangrijke besluiten in school zoals veranderingen en vernieuwingen in het onderwijs of in de schoolorganisatie. • Eens per twee weken is er een vergadering met alle leden. • Het bestuur overlegt eenmaal per zes weken met de locatiedirecteur. • Twee leden van dit bestuur zitten in de medezeggenschapsraad (MR). • Daarnaast organiseert de raad feesten. Wat houdt de leerlingenraad in? In de leerlingenraad zitten ongeveer twintig leerlingen uit alle leerjaren van de locatie Veenseweg. Zij hebben verschillende taken, bijvoorbeeld voorzitter, secretaris (notuleert), penningmeester (geld), bovenbouwcoördinator en onderbouwcoördinator (feesten). Waarom de leerlingenraad? In de leerlingenraad kunnen leerlingen actief meedenken en –praten over het schoolbeleid. Ben je er veel tijd aan kwijt? Eén keer in de twee weken is er een vergadering met alle leden en de docent die de raad begeleidt. Als de raad een feest of andere activiteit organiseert, dan kost het wat meer tijd. (Dat ligt natuurlijk ook aan de taak die een leerling binnen de leerlingenraad heeft.)
103
Beloning? Leerlingen leren veel extra vaardigheden: •
organiseren en snel oplossingen bedenken;
•
leiding geven en delegeren;
•
rekening houden met belangen en dingen van twee kanten bekijken;
•
samenwerken met veel verschillende mensen.
LAKS Leerlingen van de leerlingenraad volgen een cursus bij het LAKS (Landelijk Aktie Komitee Scholieren). Hierbij komen alle leerlingenraden van het hele land bij elkaar en leer je veel van elkaar: http://www.laks.nl Contact De leerlingenraad is bereikbaar via de e-mail:
[email protected] Leerlingenstatuut Samen met de MR en de directie stelt de leerlingenraad het leerlingenstatuut elke twee jaar opnieuw vast. Hierin staan de rechten én plichten van leerlingen beschreven. Het gaat dan om afspraken over aanwezigheid, opgave en verwerking van proefwerken, huiswerkvrije dagen en dergelijke. Zowel de leerlingen als de ouders in de MR moeten er hun instemming aan verlenen.
Medezeggenschapsraad Het Maaswaalbrede officiële inspraakorgaan is de medezeggenschapsraad (MR). De MR van het Maaswaal College bestaat uit maximaal zestien personen, onder wie acht personeelsleden, vier ouders en vier leerlingen. Beide locaties zijn in de MR vertegenwoordigd. Daarnaast is de MR vertegenwoordigd in de GMR van de Alliantie. Eigen reglement De MR heeft een eigen reglement voor de medezeggenschap. Bij vacatures in de raad mogen de verschillende geledingen -personeel, ouders en leerlingen- kandidaten voordragen. Als het nodig is, organiseert de school verkiezingen. In beginsel zijn de MRvergaderingen openbaar. De data van de vergaderingen staan in de weekkalender en op de website. De vastgestelde notulen van de MR-vergaderingen zijn te vinden op onze website. Agenda Een groot aantal beslissingen over bijvoorbeeld onderwijs, personeel, samenwerking met andere scholen en de ouderbijdrage moet ter advisering of instemming aan de MR worden voorgelegd. De MR van het Maaswaal College voert overleg met de schooldirectie: de rector van het Maaswaal College. Onderwerp van gesprek is het schoolbeleid, dat de directie graag in overleg met de MR wil maken. Bij dat schoolbeleid kan het gaan om onderwijsinhoudelijke, maar ook om heel praktische zaken. GMR Omdat het Maaswaal College deel uit maakt van de Alliantie Voortgezet Onderwijs, heeft de medezeggenschapsraad van het Maaswaal College een vertegenwoordiging in de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR) van de Alliantie. De GMR overlegt met de voorzitter van het College van Bestuur van de Alliantie over zaken die leerlingen, ouders en medewerkers van Alliantie-scholen aangaan. Contact Contact verloopt via de voorzitter: W. (Wilbert) Ebskamp E-mail:
[email protected]
104
105
Samenwerking met ouders Naast deze vormen van medezeggenschap vindt het Maaswaal College de samenwerking met ouders, leerlingen en omgeving erg belangrijk. Als vrijwilliger kunt u in de mediatheek aan de slag of assisteren bij een schoolactiviteit of excursie. Maar ook nodigen wij ouders uit met ons te spreken over het onderwijs, de organisatie en begeleiding. Naast de ouderfora en Medezeggenschapsraad vragen wij ouders uit alle klassen jaarlijks naar hun mening. Daarnaast kunnen zij in gesprek gaan met docenten, de mentor, de afdelingsleider of de directeur.
Samenwerking met de omgeving We werken samen met veel instellingen en mensen in de directe omgeving van de school. Zo werken we bijvoorbeeld samen met:
Verder zijn er ook diverse momenten waarop ouders van ons mondelinge en/of schriftelijke informatie ontvangen:
• Bureau Jeugdzorg, de Nijmeegse Instelling voor Maatschappelijk werk (NIM), de Gemeentelijke Gezondheidsdienst (GGD), de afdeling leerplicht van de gemeente Wijchen en de politie voor de leerlingenzorg in het Zorgadviesteam (ZAT);
•
De mentor is uw centrale aanspreekpunt. Alle informatie die binnen school over een leerling beschikbaar is, komt bij de mentor terecht.
•
Na de rapporten 1, 2 en 3 kunt u tijdens een ouderavond de mentor en vakdocenten spreken. Zo kan een docent uitleggen waar oorzaken van leerproblemen op zijn vakgebied liggen en adviseren over de voortgang.
•
Op algemene ouderavonden komen leerjaarspecifieke onderwerpen aan de orde, bijvoorbeeld de introductie in de brugklas, de profielkeuze havo/vwo in het derde leerjaar, de inrichting van school en het centraal examen in de Tweede Fase.
•
Iedere twee weken ontvangen ouders de Weekkalender via het Ouderportaal. Hierin staat praktische info over activiteiten (data, excursies, schoolfeesten, etc.).
•
We informeren u apart bij onvoorziene ontwikkelingen.
•
Op de website vindt u de jaaragenda, alle actuele informatie over activiteiten, belangrijke data, roosterwijzigingen, foto’s van activiteiten en een overzicht van alle praktische en beleidsmatige informatie (schoolgids).
•
De mentor neemt contact met u op als we ons zorgen maken over het functioneren, de prestaties of het gedrag van uw kind. Vanzelfsprekend kunt u dat ook doen.
106
• de basisscholen voor een zorgvuldige overdracht van informatie over de leerling bij de overgang van basisonderwijs naar voortgezet onderwijs; • de hbo’s en universiteiten bij de overgang naar het vervolgonderwijs;
• de gemeente Wijchen en andere betrokkenen op het gebied van jeugdbeleid; • MEER Welzijn Wijchen en de Opvoedingswinkel voor jeugdbeleid en opvoedingsondersteuning; • de Openbare Bibliotheek om het lezen te stimuleren, onder andere tijdens de Kinderboekenweek.
107
Kwaliteit en verantwoording Het Maaswaal College heeft de kwaliteit van het onderwijs hoog in het vaandel staan. Wij werken aan zo goed mogelijk onderwijs, in termen van de resultaten die leerlingen halen én in termen van een optimale ontwikkeling van hun talenten. Hieronder staat overzichtelijk op een rij hoe wij op de verschillende elementen van onderwijskwaliteit scoren. Gegevens over de kwaliteit van ons onderwijs in de afgelopen jaren zijn ook te vinden op www.scholenopdekaart.nl, www.schoolkompas.nl en www.onderwijsinspectie.nl. Slaagpercentage Het percentage examenleerlingen dat slaagt voor het examen:
2014
2013
2012
havo MWC
90%
90%
82%
88%
87%
havo landelijk
2014
2013
2012
vwo MWC
95%
94%
83%
92%
87%
vwo landelijk
Na een dip in 2012 zijn de slaagpercentages op zowel havo als vwo vanaf 2013 weer op niveau. De school streeft ernaar om jaarlijks boven het landelijk gemiddelde uit te komen. Examencijfers De gemiddelde eindexamencijfers (het Centraal Examen) van de examenleerlingen: havo MWC
2014
2013
2012
6,5
6,5
6,3
6,5
6,3
2014
2013
2012
6,4
6,4
6,2
6,6
6,4
havo landelijk vwo MWC vwo landelijk 108
De cijfers die onze havo-leerlingen voor het Centraal Schriftelijk Examen halen, zijn vergelijkbaar met de landelijke resultaten. De vwo-leerlingen scoren iets onder het landelijke gemiddelde. Jaarlijks worden de examencijfers in de secties besproken. Rendement Het percentage leerlingen dat zonder zittenblijven in leerjaar 3 terechtkomt (onderbouwrendement, ‘ob’) en het percentage leerlingen dat zonder zittenblijven het diploma behaalt (bovenbouwrendement, ‘bb’):
2014
2013
2012
havo ob
98%
96%
98%
havo bb
80%
56%
68%
2014
2013
2012
vwo ob
99%
100%
99%
vwo bb
69%
61%
74%
Vrijwel al onze leerlingen stromen zonder vertraging door van leerjaar 1 naar leerjaar 3. In 2013 was het bovenbouwrendement wat lager dan andere jaren. In 2014 was dit aanzienlijk verbeterd. Op de havo ligt het bovenbouwrendement boven het landelijke gemiddelde, op het vwo is het rendement vergelijkbaar met landelijk. Het Maaswaal College streeft ernaar leerlingen zonder vertraging naar een passend diploma te begeleiden.
109
Tevredenheid ouders en leerlingen Jaarlijks neemt het Maaswaal College bij ouders en leerlingen verschillende tevredenheidsonderzoeken af. Op basis van deze respons formuleren we actiepunten. De uitkomsten van de tevredenheidsonderzoeken bij ouders en leerlingen uit leerjaar drie zijn terug te
Medewerkers
Uit verschillende onderzoeken blijkt jaarlijks dat ouders, leerlingen en medewerkers tevreden zijn over onze school. Zij stellen met name de veiligheid, de prettige sfeer en heldere regels op prijs. Ouders en leerlingen zijn van mening dat er een goede begeleiding door de mentor plaatsvindt. Een aandachtspunt blijft de activerende didactiek en differentiatie in de lessen. Door docenten hierin te scholen en een steeds bredere inzet van ICT willen we dit punt verbeteren.
Locatiedirecteur De locatiedirecteur gaat over
vinden op de website van Vensters voor Verantwoording.
Locatiemanagement De locatiedirecteur en de vijf afdelingsleiders leiden de locatie Veenseweg. Zij vormen samen het locatiemanagementteam (LMT).
•
locatiebeleid;
•
schorsingen en verwijderingen;
•
verzoeken tot verlof.
Mw. E. (Etha) Schoemaker-Konings Telefonisch bereikbaar tijdens kantooruren, op school. Een afspraak maakt u via het secretariaat, telefoon: (024) 648 71 23. E-mail:
[email protected] Afdelingsleiders De afdelingsleiders zijn verantwoordelijk voor: •
de dagelijkse gang van zaken in hun afdeling;
•
toelating en plaatsing van leerlingen;
•
strafmaatregelen.
Zij zijn ook het aanspreekpunt voor de leden van de Ouderfora. brugklas: mw. B. (Baukje) Broekhoff
[email protected] 2 havo/vwo: mw. L. (Liduine) Verhelst
[email protected] 3 havo/vwo: mw. A. (Annelies) v.d. Maas
[email protected] 4/5 havo: dhr. J. (Jeroen) Roufs
[email protected] 4/5/6 vwo: mw. J. (Jacinta) Laan
[email protected] 110
111
Teams Mentoren vormen een mentorenteam: onder leiding van een afdelingsleider zijn zij in eerste instantie verantwoordelijk voor de begeleiding en leerlingenzorg van een afdeling.
Absentiecoördinator De absentiecoördinator: •
doet de verzuimregistratie;
Aan de locatie Veenseweg zijn vijf mentorenteams actief, namelijk voor:
•
heeft contact met leerlingen en hun ouders over lesverzuim;
•
legt sancties op en ziet toe dat de leerling deze nakomt.
•
de brugklas;
•
jaarlaag 2 havo/vwo;
•
jaarlaag 3 havo/vwo;
•
4/5 havo;
•
4/5/6 vwo.
In secties/vakgroepen zijn vakdocenten verantwoordelijk voor het onderwijsaanbod en de didactiek.
Deze medewerker heeft ook regelmatig contact met de ambtenaar leerplichtzaken en met de afdelingsleiders. Contact De absentiecoördinator op de locatie Veenseweg is dhr. P. (Paul) Baken. E-mail:
[email protected] Ziekmeldingen Voor ziekmeldingen belt u: (024) 648 71 21.
De medewerkers van het onderwijsondersteunend personeel, zoals van de administratie en het facilitair team, zorgen ervoor dat de organisatie van en rondom het onderwijs goed loopt. Ondersteunende diensten Voor uw praktische, organisatorische en administratieve vragen kunt u terecht bij: Administratie U kunt op werkdagen tussen 8.00 en 16.30 uur contact opnemen met de administratie voor wijzigingen in persoons- of adresgegevens. Telefoon: (024) 648 71 24 E-mail:
[email protected] Receptie U kunt op werkdagen tussen 8.00 en 16.30 uur contact opnemen met de receptie op telefoonnummer (024) 648 71 20: •
voor informatie over roosterwijzigingen;
•
om directie, medewerkers en leerlingen te bereiken.
112
113
Jaarplanning
Periodes
Om ervoor te zorgen dat meer dan duizend leerlingen op het juiste moment en in het juiste lokaal les krijgen van zo’n 130 personeelsleden, is een goede planning nodig. Lestijden locatie Veenseweg Een lesuur duurt op de locatie Veenseweg 60 minuten. Soms is er een verkort rooster, waarbij alle lessen doorgaan en 40 minuten duren. De drukte in het gebouw heeft tot het besluit geleidt om met ingang van schooljaar 2014/2015 gebruik te maken van gescheiden pauzes. Lestijden Onderbouw Lestijden Bovenbouw (klas 1-3) (Tweede Fase)
Les 1: 08.30-09.30u Pauze Les 2: 09.50-10.50u Les 3: 10.50-11.50u Pauze Les 4: 12.20-13.20u Les 5: 13.20-14.20u Pauze Les 6: 14.30-15.30u Les 7: 15.30-16.30u
114
Les 1: 08.30-09.30u Les 2: 09.30-10.30u Pauze Les 3: 10.50-11.50u Les 4: 11.50-12.50u Pauze Les 5: 13.20-14.20u Les 6: 14.20-15.20u Pauze
Het schooljaar is verdeeld in 4 periodes; over iedere periode ontvangt uw kind een rapport. 1e rapport
28 november 2014
2 rapport
13 februari 2015
3e rapport (prognose)
24 april 2015
4e rapport (eindrapport)
17 juli 2015
e
Vakantierooster schooljaar 2014-2015
Start schooljaar: maandag 25 augustus 2014 Vakanties/ vrije dagen
Datum
Kermismaandag
22 september 2014
Herfstvakantie
20 t/m 24 oktober 2014
Kerstvakantie
22 december 2014 t/m 2 januari 2015
Maandag na Open Dag
9 februari 2015
Carnavalsvakantie
16 t/m 20 februari 2015
Paasweekend
3 t/m 7 april 2015
Koningsdag
27 april 2015
Meivakantie
4 t/m 8 mei 2015
Hemelvaartweekend
14 en 15 mei 2015
Tweede pinksterdag
25 mei 2015
Zomervakantie
20 juli t/m 28 augustus 2015
Les 7: 15.30-16.30u
115
lwoo | vmbo | havo | atheneum | gymnasium
Postbus 444 6600 AK Wijchen www.maaswaalcollege.nl Locatie Oosterweg Oosterweg 189 6602 HL Wijchen T: (024) 648 72 72 Locatie Veenseweg Veenseweg 18 6603 AN Wijchen T: (024) 648 71 20
116