Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Schoolbestuurlijk ICT-beleid, Openbaar Primair Onderwijs Groningen (3e fase, 2007 – 2011)
Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Groningen Werkmaatschappij Openbaar Onderwijs Februari 2007
1
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Wat ziet een leerkracht in 2011… ? Een groepje leerlingen heeft zich verdiept in prehistorische kunst en doet aan klasgenoten via een flitsende PowerPoint verslag van hun onderzoek. Bij de kleuters droomt een leerlinge weg bij een prentenboek op de computer. Naast haar leert een jongen spelenderwijs op de computer cijfers koppelen aan aantallen. Door de draadloze oplossing kan de “kleuterjuf” de opstelling van haar klas steeds veranderen, dus ook de verrijdbare tafel met de lichte terminals en schermen. In het kleuterlokaal wordt gespeeld, geknutseld. In het lokaal hangen camera’s waardoor ouders thuis sommige lessen via de schoolwebsite kunnen volgen. De beelden worden tevens opgenomen en kunnen ook ’s avonds bekeken worden. De ouders kunnen ’s avonds met hun kind praten over school. De camera’s vervingen het ouderbezoek in de klas, vaak verantwoordelijk voor onrust en “ander gedrag” van de betreffende leerling. In andere lokalen hangen camera’s die ook ingezet worden voor contact met de pabo. Studenten bekijken daar met hun leerkracht lessen, krijgen uitleg over het hoe en waarom; het brengt de student meer dan in het verleden in contact met de basisschoolpraktijk. Soms wordt er gebruik gemaakt van de optie dat men leerlingen en onderwijzers vragen kan stellen. Overal zie je kinderen werken aan hun taak. Meestal wordt ’s morgens in diverse werkplaatsen gewerkt aan de zgn. instrumentele vaardigheden, terwijl er ’s middags tijd is ingeruimd voor het actuele thema of individueel onderzoek. De kinderen weten hun weg, kunnen veel zelfstandig uitvoeren, hulpprogramma’s op de computer bieden daarbij ondersteuning. Er is tijd ontstaan voor de leerkracht om leerlingen bij zich/haar te roepen voor extra hulp of het evalueren van gemaakt werk.
2
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Inhoudsopgave
Pag.nr.
1.
Inleiding, visie en ambitie .............................................................................................. 4 1.1. Schoolbestuurlijke visie op hoofdlijnen .................................................................. 6 1.2. Strategie voor de komende jaren............................................................................. 6 2. Schoolbestuurlijke algemene doelstellingen ................................................................... 9 2.1. Kwaliteitsverbetering van het onderwijs ................................................................. 9 2.1.1. ICT waarderingskader..................................................................................... 9 2.1.2. Zorgstructuur ................................................................................................ 10 2.1.3. Meer leertijd ................................................................................................. 10 2.1.4. Professionalisering leerkrachten.................................................................... 11 2.1.5. Nieuwe leermethoden en digitale, breedbandige content ............................... 11 2.1.6. Digitaal Portfolio .......................................................................................... 12 2.1.7. Samenvatting kwaliteitsverbetering............................................................... 12 2.2. Kwaliteitsverbetering van administratieve systemen ............................................. 13 2.2.1. Naar meer werkplekken ................................................................................ 13 2.2.2. Het centraliseren via automatisering van schoolgegevens.............................. 13 2.2.3. Digitalisering personeelsdossiers .................................................................. 13 2.2.4. Samenvatting kwaliteitsverbetering administratieve systemen....................... 13 2.3. Borgen van veiligheid........................................................................................... 14 2.3.1. Protocollen ICT-gebruik ............................................................................... 14 2.3.2. Ergonomie .................................................................................................... 14 2.3.3. Samenvatting Borging veiligheid .................................................................. 14 2.4. Samenwerking en kennisdeling............................................................................. 15 2.4.1. Kennisdeling en informatie-uitwisseling ....................................................... 15 2.4.2. Bij elkaar brengen van PO en VO ................................................................. 15 2.4.3. Ouderbetrokkenheid...................................................................................... 16 2.4.4. Samenvatting samenwerking tussen scholen en communicatie met ouders .... 16 2.5. Innoveren ............................................................................................................. 16 2.5.1. Cultuurverandering ....................................................................................... 16 2.5.2. Leiderschap .................................................................................................. 17 2.5.3. Samenvatting Innoveren ............................................................................... 17 2.6. Een herkenbaar en aantrekkelijk ICT-profiel voor alle basisscholen...................... 17 3. Voortgang .................................................................................................................... 17 4. Breedband.................................................................................................................... 19 5. Monitoring, evaluatie, overleg, organisatie................................................................... 20 • ICT-Stuurgroep ........................................................................................................ 20 • ICT-coördinatoren platform...................................................................................... 20 • QLICT / Infodesk + SSD (School Service Dienst) .................................................... 20 6. Financiële vertaling / begroting .................................................................................... 21 2.2.1. Naar meer werkplekken voor leerkrachten en overige personeelsleden. .............. 26 BIJLAGEN
3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
1.
Inleiding, visie en ambitie
In deze notitie vindt u het schoolbestuurlijk ICT-beleidsplan voor alle openbare basisscholen in de stad Groningen voor de periode 2007-2011. Wij zien voor de komende jaren een samenleving ontstaan waar de computer een nog belangrijker rol gaat spelen. Enerzijds onder invloed van steeds snellere verbindingen door glasvezel, anderzijds omdat ouders en kinderen groot worden met vernieuwende communicatiemedia als internet en e-mail, maar ook omdat er nieuwe concepten als eLearning en digitale leeromgevingen ontstaan. Leerlingen komen vroeger of later in hun leerloopbaan in aanraking met de eisen die de moderne informatiesamenleving en (internationale) kenniseconomie stelt en zijn bovendien opgegroeid met en volledig thuis in het gebruik van moderne communicatietechnologieën. Het competenter maken van de professionals om bovenstaande toekomst vorm te geven is de komende jaren van belang, maar ook het optimaliseren van het voorzieningenniveau (zoals meer computers per leerling als er voldoende toepassingen en gebruikssituaties te realiseren zijn). Het leerproces van de toekomst zal dus steeds meer plaats- en tijdonafhankelijk plaatsvinden. Iedereen wil altijd en overal `bij de les zijn en kunnen’. Dat kan alleen met de inzet van ICT. Door de overload aan informatie zullen er tools nodig zijn om zinvol en effectief uit die informatie te kunnen selecteren èn om die informatie op zijn waarde te kunnen beoordelen. De leerkracht is de coach in het leerproces van de leerling en moet in diezelfde overvloed aan informatie en met behulp van tools de leerling intensief en adequaat kunnen ondersteunen in zijn of haar leerproces. Dit stelt eisen aan zowel de vaardigheden van leerkracht en leerling als aan de gebruiksvriendelijkheid van technologie en de school- en klassenorganisatie. Enerzijds moeten de leerling en de leerkracht van de toekomst groeien in ICT-vaardigheden, anderzijds zal de technologie beter moeten worden als het gaat om gebruikersvriendelijkheid en stabiliteit.
ICT in het onderwijs is in ontwikkeling en staat nooit stil. In de school van de toekomst zal informatieen communicatietechnologie (ICT) een belangrijke rol spelen. Om die reden wil de Werkmaatschappij Openbaar Onderwijs blijven investeren in ICT. Uitgangspunt daarbij is dat ICT een krachtig hulpmiddel is om de onderwijskwaliteit te verhogen, mits ingebed in de vakken en geïntegreerd als didactisch middel bij het lesgeven. Daarnaast wordt ICT ingezet binnen andere delen van de schoolorganisatie. We denken dan aan zaken als: samenwerken, professionele ontwikkeling van leerkrachten, administratieve organisatie en leerlingvolgsystemen, maar ook aan andere beleidsterreinen als interne- en externe communicatie. In tegenstelling tot eerdere bovenschoolse beleidsdocumenten is in deze notitie geen uitgebreide informatie over de ICT-infrastructuur opgenomen. De techniek is inmiddels voldoende gestandaardiseerd en vooral de vraag naar inhoudelijke integratie van ICT in het onderwijs staat nu voorop. Dit neemt niet weg dat we de techniek wel voortdurend monitoren op geleverde kwaliteit en toekomstige innovaties. Het technisch beheer in de scholen zal gecontroleerd worden via een jaarlijkse rapportage die gekoppeld is aan de afspraken in het servicecontract. Een aantal scholen experimenteert met snelle verbindingen: de glasvezel. Het experiment moet uitwijzen wat de voordelen van het gebruik zijn (gericht op content) en hoe het systeem- en netwerkbeheer en het technisch onderhoud er in de toekomst uit kan zien. De ICT-Stuurgroep zal in een later stadium een aparte notitie schrijven over de stand van zaken met betrekking tot de ICT-infrastructuur en het beheer ervan. In principe is met de huidige stand van zaken op ICT-gebied vrijwel alles mogelijk, maar het is de visie van de mensen in de scholen die bepaalt hoe er in de groepen omgegaan wordt met ICT. Vanuit de visie dat ICT een bijdrage levert aan het bevorderen van kwalitatieve groei bij kinderen. Daarom
4
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
wil dit beleidsplan kindgericht en toekomstgericht zijn. Bij het realiseren van de doelstellingen wil het bestuur de scholen faciliteren. We richten ons bij het realiseren van het beleidsplan op een integrale benadering waar aantrekkelijke, eigentijdse producten en projecten in staat zijn leerkracht en leerling te motiveren om ICT toe te passen binnen de huidige manier van lesgeven. De producten en projecten dragen bij aan onderwijsverandering waarbij de kwaliteit van het onderwijsproces en de opbrengst voor de leerling en de leerkracht centraal staan. Scholen kiezen na afname van de ICT-scan voor een traject met (ICT-) activiteiten die een bijdrage leveren aan het realiseren van de doelen. Het bevoegd gezag verwacht van scholen een visie op het gebruik van ICT in het leerproces en dat scholen laten zien dat zij ICT bij interne en externe communicatie inzetten. Het bevoegd gezag wil dat tenminste vier van haar basisscholen zich actief profileren met het gebruik van ICT. De bestuurlijk geformuleerde doelen vertalen zich in nieuw (ICT-) schoolbeleid, betere communicatie met ouders en leerlingen, beter gebruik van ICT in het curriculum en een infrastructuur die geregeld is. Tevens willen we de verantwoording voor de ICT-activiteiten dichter bij de scholen brengen. Dit beleidsplan geeft een stevige impuls aan toekomstige ontwikkelingen door de (ICT-) doelen en de indicatoren voor succes en resultaat duidelijk te benoemen. Binnen dit beleidsplan is gekozen voor een lijn van werken waarbij scholen op basis van ten minste drie zelf te kiezen veranderonderwerpen ’topics’ - ICT binnen hun onderwijs verder ontwikkelen. Tegelijk moet er een ICTorganisatiestructuur ontstaan die sturing op bestuurlijk niveau tot stand brengt en voor de implementatie van ICT op schoolniveau de verantwoordelijkheid meer bij de (samenwerkende) scholen legt met een focus op samenwerking en kennisdeling. Hiertoe kunnen de ICT-coördinatoren netwerken, studiedagen en ICT-professionaliseringsbijeenkomsten bovenschools organiseren. Deze activiteiten leveren vervolgens een bijdrage op schoolniveau. Deze bovenschoolse inzet wordt door het bestuur gestimuleerd en deels aangejaagd via speciale projecten (zoals de Heemscan e.a.). De eerste stap is het inventariseren van de behoefte van de scholen. Daartoe zal een ICT-scan op alle scholen afgenomen worden. De uitkomsten worden met de scholen besproken en dienen als uitgangspunt om de ICT-veranderingen op de school te vertalen naar concrete plannen van aanpak. De volgende stap in de realisatie van deze aanpak is het inventariseren van bruikbare veranderprojecten (of onderwerpen) in de stad Groningen. Bruikbaar qua inhoud en implementatievermogen. We staan een drietal maatregelen voor: 1. Waar mogelijk zullen in het verlengde van de beleidsvoornemens subsidievoorstellen geschreven worden om aanvullende implementatieprojecten en middelen te generen (voorbeeld: Heemscan). 2. De diepteprojecten in Groningen of andere projecten gericht op het realiseren van de doelstellingen in dit plan zullen waar mogelijk als product dienst doen bij ICT-veranderingen op scholen (voorbeeld: ICT en het jonge kind). 3. Er komt een beleidsmedewerker ICT voor het openbaar onderwijs die verantwoordelijk is voor het ICT-beleid voor primair- en voortgezet openbaar onderwijs. Omvang twee dagen per week.
Bestuur Openbaar Onderwijs Met dank aan de Visiebeleidsgroep en de ICT-coördinatoren en directeuren voor hun bijdrage aan dit plan.
5
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
1.1.
Schoolbestuurlijke visie op hoofdlijnen
Het basisonderwijs zal zich steeds meer ontwikkelen tot onderwijs waarin: 1. er steeds meer uitdaging zal worden gezocht voor leerlingen en er steeds beter wordt aangesloten bij de capaciteiten van individuele leerlingen; 2. er meer en meer aansluiting zal worden gezocht bij opvang- en thuissituaties van kinderen en bij de omgeving van de school; 3. professionele ontwikkeling van teamleden als deel van het primaire proces wordt beschouwd. Bij het eerste punt gaat het om woorden als ‘producerend’, activerend’, en ‘adaptief’ onderwijs. Elke school zal kiezen voor eigen woorden, maar de intenties, ‘het zoeken van uitdagend onderwijs’ en ‘aansluiten bij de capaciteiten van individuele leerlingen’, zullen niet sterk verschillen. Bij het tweede punt gaat het erom dat onderwijs niet alleen ‘binnen de schooltijd’ gebeurt, maar dat ook het belang van naschoolse opvang, weekendscholen, masterclasses, verenigingen, bijlessen etc. daarbij zal toenemen. Het derde punt betreft de kwaliteit van de leerkrachten. Het is duidelijk dat de continue professionele ontwikkeling van steeds groter belang zal worden om de kwaliteit van onderwijs verder te verbeteren. Kijkend naar op ICT gebaseerde dienst- en productontwikkeling is onze visie als volgt: 1. het aanbod van digitale content zal sterk toenemen, de waarde ervan zal worden bepaald door het inbedden ervan in (digitale) ‘taken’, ‘methoden’, ‘thema’, ‘projecten’, dat wat in de klas al gebeurt. 2. producten en diensten worden meer en meer vanuit meerdere betrokken organisaties ontwikkeld en aangeboden; 3. professionele ontwikkeling van leerkrachten zal meer en meer binnen het primaire proces gebeuren. Bij het eerste punt gaat het erom dat er prachtig digitale content bestaat. Leerkrachten kunnen er echter alleen goed gebruik van maken als het in bijvoorbeeld leertaken is ingepast of herkend wordt als in te zetten binnen bestaande methoden. Het tweede punt verwijst naar de noodzaak om samen te werken met musea, bibliotheken, erfgoedinstellingen, etc. Deze instellingen hebben een direct belang bij het aanbieden van ‘content’, ‘experts’, onderwijsprojecten etc. aan scholen. Het derde punt wil duidelijk maken dat het aanbieden van ‘workshops’ en ‘cursussen’ als op zichzelf staande diensten aan belang zal verliezen. Professionele ontwikkeling zal meer en meer plaatsvinden op basis van informeel leren en het gericht invullen van ontbrekende competenties (wet BIO).
1.2.
Strategie voor de komende jaren
In de samenleving en dus ook in het onderwijs doen zich voortdurend veranderingen voor. Ontwikkelingen, zoals de opkomst van de informatiemaatschappij of trends als zelfstandig en samenwerkend leren. Deze veranderingen hebben hun invloed op het leren in de school, op hoe leerlingen geacht worden te leren. Kennisvergaring of overdracht komt in een ander perspectief te staan en er is steeds meer
6
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
aandacht voor het actief leren met behulp van nieuwe bronnen als Internet en het toepassen van ICTmiddelen bij het verwerken van lesstof. Daarbij blijkt dat er zowel van de leerling als de leerkracht nieuwe vaardigheden vereist zijn die beter passen bij dit actievere leren. Een tweede signaal dat opvalt, is dat er in toenemende mate een verschuiving plaats vindt van aandacht voor techniek (het netwerk e.d) naar de integratie van ICT in het leerproces, de aandacht voor zorgleerlingen en ICT in het onderwijs.
De strategie voor de komende jaren is om met (samenwerkings)partners te werken aan: • Het uitbouwen van ICT -concepten en bijpassende themaomgevingen waarbij er een brug gebouwd wordt tussen primair onderwijs (PO), voortgezet onderwijs (VO, vmbo) en beroepsonderwijs (ROC’s). • Het versterken van de kwaliteit van het onderwijs waarbij veel aandacht is voor zorgleerlingen. • Permanente scholing van leerkrachten en directies t.b.v. het gebruik van ICT binnen de school. • Het automatiseren van administratieve processen. • Het benutten van lokale content. • Het benutten van de meerwaarde die Eduglas met zich meebrengt • Synergie tussen verschillende ICT initiatieven binnen de stad, te beginnen bij het beschikbaar maken van digitale Groningse producten via de website van het WMOO. Tijdens de studiedag van 14 december 2006 hebben de schooldirecteuren en ICT-coördinatoren een visie op ICT geformuleerd, afgeleid van hun visie op onderwijs. De visie, “Ons (droom)beeld voor 2011 van ICT-gebruik in het Openbaar Primair Onderwijs Groningen”, werd geformuleerd op vier niveaus:
Visie op leerling-niveau -
de leerling is meer zelfstandig bezig de leerling structureert zelf meer Sociaal gedrag (samenwerken) zijn van wezenlijk belang bij ICT-gebruik media-educatie: leerlingen gaan kritisch om met informatie en weten de weg te vinden in de massa informatie leerlingen kunnen thuis werken aan schoolopdrachten
Visie op rol leerkracht- / groepsniveau -
er heeft een houdingsomslag plaatsgevonden (ICT biedt kansen – leerkrachten zijn nieuwsgierig) leerkracht is meer een coach door verder gaande (re) automatiseringstoepassingen kan het kind thuis de les in de klas volgen
Visie op schoolniveau -
ICT is geïntegreerd in het hele onderwijs (ICT is onderdeel van alle vakgebieden) ICT is volledig geïntegreerd in de adaptieve school leerkrachten (teams) hebben hierover een gedeelde visie en een stappenplan voor de uitwerking alle scholen werken met digitale LVS (ophangen aan handelingsplannen) de content zal voor een groot deel online (en niet in boeken) te vinden zijn scholen werken meer met elkaar samen (ICT kan de onderlinge communicatie bevorderen)
Visie op bestuursniveau -
het bestuur is aanjager van discussies (bv. over de voor- en nadelen van thuiswerken) het bestuur biedt garanties voor veiligheid (o.m. door protocollen – antipestbeleid – maar ook door beveiliging/ firewalls)
7
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
-
het bestuur stimuleert dat scholen meer samenwerken het bestuur zorgt dat er beleid is t.a.v. arbo / rsi alle scholen beschikken over een Management informatie systeem automatisering is voor het welbevinden van leerlingen en leerkrachten er is een optimale technische infrastructuur (centrale server / databank / glasvezel) de ouderbetrokkenheid wordt vergroot door de schoolwebsite sterker als communicatiemiddel in te zetten ouders krijgen via de website van de school toegang tot de school en nemen op die manier deel aan een nieuw digitaal sociale community ouders kunnen via de website van de school de werkstukken van hun kind bekijken
Parallel hieraan willen we de andere zijden van de matrix uitwerken. Dit doen we met aandacht voor 3 onderdelen: Onderwijs: hierin is aan de orde hoe ICT een bijdrage levert aan beter onderwijs Kwaliteit en communicatie: hoe kan ICT een bijdrage leveren aan het kwaliteitsbeleid en een verbeterde interne en externe communicatie. Administratie en beheer: ICT heeft een belangrijke impuls gegeven aan het vereenvoudigen en stroomlijnen van administratieve processen. De ontwikkelingen in hard- en software maken een volgende stap mogelijk. Op basis van deze visie, op verschillende niveaus, zijn de algemene doelstellingen vastgesteld.
8
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
2.
Schoolbestuurlijke algemene doelstellingen
Voortbordurend op de ervaringen uit het verleden, de huidige stand van zaken en de geformuleerde visie op hoofdlijnen (zie bijlagen) wordt duidelijk dat het belangrijkste doel de komende jaren is het integreren van ICT toepassingen binnen ons onderwijs, met expliciete aandacht voor 1. Kwaliteitsverbetering onderwijs • Toepassing ICT waarderingskader (Inspectie van het Onderwijs) • Iedere school een eigen ICT-zorgstructuur • Meer leertijd, de zorg voor leerlingen voorop • Professionalisering van leerkrachten • Nieuwe leermethoden en digitale, breedbandige content • Digitaal portfolio voor leerlingen 2. Kwaliteitsverbetering administratieve systemen • Mogelijkheden om thuis te werken • Centraliseren schoolgegevens (automatisering) • Digitalisering personeelsdossiers 3. Borging van veiligheid • Daadwerkelijk toepassen protocollen ICT-gebruik • Ergonomie (werkplekken) 4. Samenwerking en kennisdeling • Kennisdeling en informatie-uitwisseling • Bij elkaar brengen PO en VO • Ouderbetrokkenheid 5. Innoveren • Cultuuromslag naar het gedifferentieerd gebruik van ICT • Coachend en inspirerend leiderschap 6. Scholen hebben een herkenbaar en aantrekkelijk ICT profiel Hieronder worden deze specifieke aandachtsgebieden verder uitgewerkt naar concrete resultaten. Ook zijn indicatoren aangegeven voor bereikt succes.
2.1.
Kwaliteitsverbetering van het onderwijs
waarbij meer naar het individuele kind wordt gekeken, de zorg voor leerlingen voorop staat binnen een effectiever en passend onderwijs dat past bij de zorgplicht.
2.1.1. ICT waarderingskader De Inspectie van het Onderwijs biedt een ICT waarderingskader aan. Naar onze opvatting is dit kader waardevol als toets voor scholen om na te gaan of men de inzet van ICT op orde heeft. Met het waarderingskader ‘ICT in het Onderwijs’ kunnen inspectie en scholen zelf beoordelen in welke mate ICT in het onderwijs aan de school bijdraagt aan de kwaliteit van het onderwijsaanbod, aan de vormgeving van de lessen, aan het actief leren van leerlingen en aan een goed functionerende leerlingenbegeleiding. Op instellingsniveau wordt gekeken of de doelen van het ICT-gebruik goed worden geborgd (kwaliteitszorg) en of de benodigde infrastructuur op orde is. Het ontwikkelen van dit kader geeft ook aan dat de inspectie ICT als een belangrijk hulpmiddel ziet om het onderwijs in al zijn
9
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
facetten te verbeteren. Het waarderingskader ‘ICT in het Onderwijs’ kan gebruikt worden als de inspectie daar aanleiding toe ziet, maar kan ook gebruikt worden als evaluatie-instrument voor de eigen school. (bron:Inspectie van het Onderwijs).
Efficiency Het ICT-waarderingskader is een belangrijk instrument voor efficiencyverbetering: daar waar scholen een duidelijk beeld hebben van de stand van zaken van hun onderwijs en de mogelijke verbeterstappen, kan sneller tot concrete maatregelen worden overgegaan en is het risico van verwaarlozing of ‘steeds opnieuw het wiel uitvinden’ minder groot. Via de nieuwe website van de gemeente kunnen scholen dit waarderingskader als zelfevaluatie model invullen. Het model geeft daarbij aan welke stappen de school nog moet zetten om te voldoen aan de criteria.
Het waarderingskader is als bijlage bij dit beleidsplan opgenomen. Indicatoren voor succes • De school heeft inzicht in de bereikte ICT-doelen en informatievaardigheden van leerlingen. • De school heeft zicht op de hoeveelheid tijd die leerlingen uit verschillende leerjaren ICT gebruiken voor het leerproces. • De school heeft zicht op de vaardigheden en scholingsbehoefte van het personeel. • De school schenkt in haar visie expliciet aandacht aan de veranderende rol van de docent en de onderwijskundige inzet van ICT.
2.1.2. Zorgstructuur Iedere school heeft een eigen ICT-zorgstructuur ontwikkeld, waarbij meer gekeken wordt naar het individuele kind. In samenwerking met het speciaal onderwijs ontwerpen de basisscholen de ICTzorgstructuur. Deze structuur kent een classificatiekader waarbinnen de verschillende middelen en aanpakken beschreven staan. Er komt een opdracht om deze classificatie voor elke school te ontsluiten op gebruikersniveau om zodoende ondersteunende middelen voor elk kind in het Groninger onderwijs in te bedden in het reguliere curriculum. Ter ondersteuning van het onderwijs wordt de website van het WMOO ontwikkeld tot een centrale portal waar een (leer)managementsysteem ter beschikking komt. Daarmee wordt een impuls gegeven voor het (centraal) gebruik van handelingsplannen en online-programma’s (o.a. voor plus-leerlingen) Daarnaast zal het gebruik van ICT in de leerlingzorg een vooraanstaande plaats innemen, onder meer door de koppeling van administraties. Indicatoren voor succes • De school werkt met een leerlingvolgsysteem. • Er zijn passende ICT-programma’s voor elk kind. • Ouders van leerlingen kunnen via de website van de school de vorderingen van hun kind inzien. • De website van het WMOO ontwikkelt zich tot centrale portal voor het onderwijs. • Mogelijk maken van uitwisseling van (administratieve) leerlinggegevens tussen gemeente en instellingen.
2.1.3. Meer leertijd Er is meer leertijd en de zorg voor leerlingen staat voorop binnen een effectiever en passend onderwijs dat past bij de zorgplicht.
10
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Indicatoren voor succes • De leertijd wordt effectiever benut door gebruik te maken van de computer. • In de zelfstandige leertijd kiezen de leerlingen op basis van hun eigen sterke kanten, hun interesse hun eigen te gebruiken websites uit. • Leerlingen zijn in staat hun eigen leermaterialen te zoeken en te vinden. • Een diversiteit aan ICT-toepassingen ondersteunt het leren van de leerlingen.
2.1.4. Professionalisering leerkrachten Deskundigheid van leerkrachten in relatie tot ICT is vooral van belang waar het gaat om inhoudelijke toepassingen. Kennis van hardware kan eenvoudig worden uitbesteed en het technisch beheer kan eveneens worden gedelegeerd (beheer op afstand). Kennis van content en specifieke inhoudelijke content is wezenlijk, wil een leerkracht zijn leerlingen voldoende kunnen motiveren. Er zijn grote niveauverschillen tussen leerkrachten onderling en een ICT-competentieprofiel en bijpassend curriculum voor leerkrachten wordt node gemist. Leerlingen zijn vaak sneller met nieuwe ICTtoepassingen en dat kan in de meeste gevallen als een stimulans voor leerkrachten gaan werken. Gebruik maken van de knowhow van de jonge generatie en gebruik maken van elkaars expertise: daar ligt de sleutel voor een snelle professionalisering van leerkrachten. Een open minded team is daarbij van het grootste belang, evenals het beschikbaar stellen van tijd, geld en goede hardware en software. Indicatoren voor succes • Leerkrachten nemen deel aan professionaliseringsmogelijkheden met als doel in staat te zijn ICT vaardigheden toe te passen, en te voldoen aan de criteria in de wet BIO. (benoeming van vereiste competenties) • Systeembeheer op afstand is veilig gesteld. • Lokaal systeembeheer is ‘smart’ geregeld en belast de leerkrachten zo min mogelijk. • Er is een minimum ICT-compententieprofiel vastgesteld, zowel voor de leerkracht als voor de leerling. • Er is een structureel programma voor uitwisseling van kennis en expertise tussen leerkrachten onderling (team teaching, benchmarking, projectenplein). Leerkrachten krijgen daarvoor de benodigde middelen (tijd, geld) ter beschikking. • Er zijn werkwijzen en tools ontworpen en beschikbaar waarmee de grote hoeveelheid informatie voor leerlingen en leerkrachten te filteren is
2.1.5. Nieuwe leermethoden en digitale, breedbandige content De laatste jaren zetten de Groningse openbare scholen al in op de inhoudelijke kwaliteitsverbetering in hun onderwijs. De komst van breedbandige infrastructuur en aantrekkelijke breedbandige onderwijstoepassingen en –content kan daar slechts aan bijdragen. De resultaten van het project Edugl@s – initiatief van de gemeente Groningen om de aanleg en het gebruik van breedbandvoorzieningen bij onderwijsinstellingen voor primair en voortgezet onderwijs in de stad Groningen te stimuleren – zullen de toegevoegde waarde daarvan zichtbaar maken. Mede in dit licht zal voor de komende jaren bij de aanschaf van alle nieuwe methoden (voor rekenen, taal/spelling en lezen) dan ook nadrukkelijk moeten worden gekeken naar alternatieven en aanvullingen in de vorm van goed werkende software en breedbandige educatieve toepassingen. Scholen moeten die software ook verplicht gaan gebruiken, zeker voor de kinderen die specifieke pedagogische aandacht vragen.1 Het aanbod aan digitale (breedbandige) content is gevarieerd en wordt steeds beter (zie ook onder het hoofdstuk Breedband). 1
Zorgkinderen zijn kinderen die zowel naar beneden als naar boven “opvallen”.
11
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Succesvolle inzet van dergelijke breedbandige toepassingen is sterk afhankelijk van een goede implementatie en inbedding in het onderwijs. Klassenmanagement wordt steeds beter en de mogelijkheden voor leerlingen om zelfstandig te werken verbeteren ook. Het uitwisselen van ervaringen met ‘best practices’, met name breedbandige toepassingen die hun succes in het onderwijs al bewezen hebben, moet actiever worden opgepakt, zowel intern als extern. Hetzelfde geldt voor een gericht scholingsaanbod vanuit het bestuur cq de school. De houding van leerkrachten ten opzichte van snelle leerlingen laat nog wel eens te wensen over. Leerkrachten hebben vaak het gevoel ‘als een hijgend hert’ achter de nieuwe ontwikkelingen aan te lopen. Het totaalpakket aan gebruikte methodes en een gebrek aan tijd en financiële middelen beperkt het gebruik van nieuwe digitale, breedbandige content. Toegankelijke software, kennisdeling, een zorgenvrije ICT-infrastructuur en een heldere rol voor de ICT-coördinator moeten het gebruik van digitale content significant doen toenemen. Indicatoren voor succes • Scholen gebruiken meer digitale, breedbandige toepassingen en content. • Scholen gaan bewuster om met het gebruik van educatieve software, breedbandige toepassingen en content, Het gaat niet om ‘de hoeveelheid software die op de schoolserver staat’, maar om het bewust gebruiken van software, toepassingen en content ter bevordering van het leerproces en de kwaliteit van het onderwijs. Het gebruik van software, breedbandige toepassingen en content op scholen wordt gemeten. • De website van het WMOO ontwikkelt zich tot centrale portal voor het onderwijs, waardoor: o Er een Kennisbank opgezet is: wat is waar te vinden? (kennis, specifieke toepassingen, ervaringen e.d.) o Er zal een Digitaal Onderwijsinformatiesysteem opgezet worden. • Leerkrachten moeten tijd nemen voor praktisch werken met ICT, wat duidelijk moet worden in het taakbeleid. • Jaarlijks wordt een Groninger ICT-onderwijsdag georganiseerd voor alle leerkrachten in het openbaar onderwijs.
2.1.6. Digitaal Portfolio Er wordt daadwerkelijk een start gemaakt met een digitaal portfolio voor leerlingen, in eerste instantie voor de zorgkinderen. Hier en daar wordt er al op scholen geëxperimenteerd met digitale portfolio’s. Er wordt een nieuwe pilot gestart met als onderwerp het digitale portfolio. Dit portfolio zal ook thuis te benaderen moeten zijn. Een digitaal portfolio moet worden gezien als onderdeel van de veranderende leeromgeving op scholen en zal als anker worden gebruikt om de komende jaren te investeren in andere leerconcepten met veranderende deskundigheden van leerkrachten. Indicatoren voor succes • Er is een pilot gestart met scholen die aan de slag gaan met de invoering van een digitaal portfolio. • Er is een onderzoek gestart dat de implicaties onderzoekt van het werken met een portfolio in relatie tot nieuwe leerconcepten en een veranderende rol en deskundigheid van leerkrachten. • De overgang van Po naar Vo vergemakkelijkt.
2.1.7. Samenvatting kwaliteitsverbetering Samenvattend zal de rol van ICT bij kwaliteitsverbetering van het onderwijs binnen de Openbare Scholen in Groningen bestaan uit: • individualisering en samenwerking (er wordt meer/anders naar kinderen gekeken) • verandering van de zorg voor leerlingen, doordat o ICT benut wordt om de kwaliteit van onderwijs te monitoren (ICT waarderingskader inspectie) o door gebruik van ICT meer leertijd voor die onderdelen vrij komt waar het kind behoefte aan heeft
12
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
•
o we effectiever met het onderwijs omgaan o het geheel meer passend is bij de zorgplicht en het onderwijs o professionalisering van leerkrachten voortdurend gestimuleerd en gevolgd wordt meer en intensiever gebruik van nieuwe leermethoden, digitale content en de introductie van een digitaal portfolio
2.2.
Kwaliteitsverbetering van administratieve systemen
door efficiëntere invulling daarvan en de invoering van de mogelijkheid van digitaal thuiswerken door leerkrachten.
2.2.1. Naar meer werkplekken In 2011 moet een belangrijk deel van de scholen de mogelijkheid hebben om leerkrachten meer(dere) werkplekken aan te bieden. Alle administratieve invoergegevens van leerlingen kunnen leerkrachten dan ook thuis doen. Uiteraard is de primaire mogelijkheid op de werkplek aanwezig, maar de mogelijkheid om dit thuis te doen moet er ook zijn. Personeelsleden moeten eveneens thuis kunnen werken. Hierdoor kunnen leerkrachten gegevens invoeren in de groepsadministratie, maar ook lessen voorbereiden die nu nog alleen op de werkplek kunnen. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het werken met Educat. Maar ook Viseon en de administratie van het LVS zullen dan thuis kunnen worden uitgevoerd. Indicatoren voor succes • In 2011 bieden de scholen de mogelijkheid voor leerkrachten om van meer (dere) werkplekken gebruik te maken
2.2.2. Het centraliseren via automatisering van schoolgegevens. Wanneer schoolgegevens van alle betrokken scholen centraal en digitaal kunnen worden opgeslagen, is het mogelijk deze op iedere gewenste plek te beheren dan wel in te zien. Dit maakt het ook mogelijk gegevens en resultaten op eenvoudige wijze zichtbaar te maken, vergelijkingen maken tussen scholen onderling en met scholen in den lande (benchmarking). Indicatoren voor succes • In 2009 zijn alle schoolgegevens centraal, digitaal opgeslagen op een wijze die deze gegevens ook op afstand toegankelijk maakt. • In 2009 is duidelijk geworden, op basis van onderzoek, hoe de uitwisseling van gegevens met een digitaal leerling-dossier tussen instellingen mogelijk te maken is. • In 2009 zijn de pilots geweest voor benchmarking.
2.2.3. Digitalisering personeelsdossiers Het digitaliseren van personeelsdossiers is een belangrijke professionaliseringsslag. Het bekwaamheidsdossier, zoals het obs het Karrepad dat heeft ontwikkeld, kan hierbij voor een onderdeel leidraad zijn. Een tweede ontwikkeling is het verdergaand digitaliseren van de centrale personeelsadministratie. Hierin is veel efficiencywinst te behalen. Indicatoren voor succes • In 2009 is de personeels- en salarisadministratie gedigitaliseerd.
2.2.4. Samenvatting kwaliteitsverbetering administratieve systemen Samenvattend zal de kwaliteitsverbetering van de administratieve systemen bestaan uit: • efficiency door meer werkplekken, digitalisering van informatiesystemen • taakbeleid leerkrachten
13
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
•
centraliseren van automatiseringsgegevens
2.3.
Borgen van veiligheid
van de leerlingen door bewust gebruik van ICT (o.a. Dvd’s) in de klas, op een ergonomische verantwoorde manier (inrichting werkplekken), waarbij protocollen zijn ontwikkeld en ingevoerd om ICT-misbruik tegen te gaan
2.3.1. Protocollen ICT-gebruik De laatste jaren nemen zowel leerkrachten als leerlingen steeds meer informatie op door het gebruik van ICT. In elke school, in elke groep staan computers, waar informatie gehaald kan worden. Door de veelheid aan informatie is het verstandig dat medewerkers, leerkrachten en leerlingen, maar ook directies en bestuursleden, zich houden aan de al ontwikkelde protocollen voor gebruik van ICT. Er zal nog wel een duidelijk protocol moeten worden ontwikkeld over het gebruik van bijvoorbeeld Dvd’s. Hierbij zal QLICT ons ondersteunen. Er zal een pilot gestart kunnen worden over het bewust hanteren van en omgaan met informatiebeleid binnen de mogelijkheden van ICT (media-educatie). Indicatoren voor succes • Jaarlijks wordt het daadwerkelijk gebruik van de protocollen voor ICT-gebruik gemonitored. • Er is een protocol ontwikkeld voor het gebruik van alternatieve informatiedragers als Dvd’s en memory sticks. • De resultaten van de pilot ‘Media-educatie en Informatiebeleid’ zijn verwerkt in bestaande of nieuwe richtlijnen.
2.3.2. Ergonomie Doordat steeds meer ICT-middelen binnen de scholen worden gebruikt, is het van belang stil te staan bij de inrichting van werkplekken. Bij nieuw- of verbouwplannen van scholen of lokalen, zal hier in de toekomst rekening mee moeten worden gehouden. Voorkomen moet worden dat leerlingen en leerkrachten problemen gaan ondervinden door het gebruik van ICT-middelen. Op meerdere plaatsen zullen (draadloos) laptops in gebruik genomen worden, met extra aandacht voor evt. RSI-risico’s. De infrastructuur zal besproken moeten worden met QLICT. Een pilot op het gebied van verantwoorde inrichting van klaslokalen of scholen zal de andere scholen met nieuw- of verbouwplannen kunnen helpen. Tevens zetten we in op het behalen van het typediploma voor leerlingen vanaf groep 6. Er is daarbij veel aandacht voor de houding van de leerlingen. Het typediploma is een onderdeel van het curriculum. Indicatoren voor succes • Bij alle nieuw- of verbouwplannen is zichtbaar rekening gehouden met een ergonomische inrichting van (ICT-)werkplekken. • De bestaande infrastructuur is doorgenomen met QLICT met het oog op ergonomie en verantwoorde werkplekinrichting. Waar nodig zijn passende maatregelen getroffen. • De resultaten van een pilot rond de verantwoorde inrichting van klaslokalen zijn verwerkt in een richtlijn en aanbevelingen die beschikbaar is voor alle scholen. • Typen als onderdeel van het curriculum.
2.3.3. Samenvatting Borging veiligheid Samenvattend zal de borging van veiligheid bestaan uit: • verscherpte toepassing van protocollen voor ICT-misbruik, informatiebeleid • bewust gebruik van ICT (Dvd’s) in de klassen (media-educatie) • richtlijn arbo/ meubilair/werkplekken/inrichting van de scholen • concrete verbetering arbo/ meubilair/werkplekken/inrichting van de scholen
14
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
2.4.
Samenwerking en kennisdeling
Samenwerking tussen scholen bevorderen om kennisdeling voor zowel leerkrachten als directie te realiseren Er bestaat grote behoefte aan samenwerking tussen scholen. Men wil graag kennis delen en ziet hier ook de noodzaak en de winst van in. Er is sprake van een grote gedrevenheid. Aanbevelingen uit een studiedag zullen worden gebruikt bij het verbeteren van samenwerking tussen scholen ten behoeve van het delen van kennis en ervaring: • Organiseer elk schooljaar een Groninger ICT-onderwijsdag. • Ontwikkel een ICT graadmeter • Zet een software databank op. • Creëer een ICT overleg per groep scholen die met dezelfde verander onderwerp bezig zijn en creëer één (inhoudelijke) ICT-coördinator die voor een groep scholen de uitvoering van het ICT beleid ondersteunt.
2.4.1. Kennisdeling en informatie-uitwisseling Het wiel opnieuw uitvinden kost alle scholen erg veel tijd en energie, wat niet nodig zal moeten zijn . De scholen zouden meer gebruik kunnen en moeten gaan maken van elkaar en meer in elkaars keuken moeten gaan kijken. Scholen, met bijvoorbeeld dezelfde projecten zullen gaan samenwerken en door benchmarking en kennisdeling van elkaar leren op o.a. het gebied van het informatiebeleid. Dit zal leiden tot een kwaliteitsverbetering op de scholen. Verfijning van ICT-vaardigheden kan ook gemeenschappelijk worden opgepakt door het gezamenlijk organiseren van kennisdeling en monitoring. Ter ondersteuning van het onderwijs wordt de website van het WMOO ontwikkeld tot een centrale portal waar een (leer)managementsysteem ter beschikking komt. Een nauwere samenwerking tussen scholen en instellingen wordt geïnitieerd en gestimuleerd, waardoor professionele uitwisseling makkelijker wordt en best practices worden gedeeld. Indicatoren voor succes • Opdrachten voor projecten, activiteiten en ideeën zijn vanaf 2007 waar dat mogelijk is gericht op samenwerken, samenwerkend leren / samen ontwikkelen. • Op bestuurlijk niveau worden heldere taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vastgesteld als het gaat om samenwerking tussen scholen en gezamenlijke ontwikkeling. • Overdracht van kennis en kunde vindt (pro-)actief plaats via: o workshops gericht op kennisdeling en informatie-uitwisseling o de ontwikkeling van een digitaal onderwijsinformatiesysteem o het organiseren van een Groninger Computeronderwijsdag • Verbeterde en verfijnde ICT-vaardigheden door: o dagelijkse integratie van ICT in de eigen organisatie door intensief gebruik van eenvoudige hulpmiddelen als mail, digitale agenda, digitaal archiveren etc. Daar waar onvoldoende kennis hierover bestaat, worden gerichte kennis delende sessies georganiseerd. • Er is ICT coördinatie per groep scholen en niet meer per school.
2.4.2. Bij elkaar brengen van PO en VO Het is de ambitie van het Groninger Bestuur Primair Onderwijs (PO) om beter aan te sluiten bij het Voortgezet Onderwijs en te komen tot een structurele samenwerking met het VO. Met name op het gebied van ICT-gebruik in het onderwijs zijn hier goede kansen te benutten. Zo kunnen leerlingen met elkaar kennis uitwisselen via de webcam en komen er pilots die de overgang PO – VO van leerlingen met behulp van ICT vergemakkelijken.
15
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Indicatoren voor succes • In 2009 werken alle openbare scholen voor PO in enigerlei vorm samen met het VO. • In 2010 is, door onderzoek, duidelijk geworden hoe ICT-toepassingen kunnen bijdragen aan het verminderen van de problematiek op de breukvlakken PO-VO en VO-MBO.
2.4.3. Ouderbetrokkenheid Het stimuleren van de ICT ontwikkeling van kinderen kan niet zonder de betrokkenheid van ouders. De ontwikkelingskansen van kinderen worden vergroot als school en ouders samenwerken bij het afstemmen van het gebruik van ICT. De thuiswereld en de schoolwereld dienen voor het kind met elkaar verbonden te zijn. Vooral voor kinderen in een (dreigende) achterstandssituatie is dit niet altijd vanzelfsprekend. School en ouders hebben beiden een verantwoordelijkheid voor de ontwikkeling van het kind. Ook als het gaat om het gebruik van ICT. Voor ICT betekent dit daarom dat dit benut wordt door de samenwerking tussen ouder en school te bevorderen. Het is mogelijk voor ouders de vorderingen van hun kind via de website te volgen. Op de website van de gemeente komt de rubriek veel voorkomende vragen van ouders met schoolgaande kinderen. Indicatoren voor succes • De school communiceert met ouders over de kwaliteit van het onderwijs op de school en werkt waar mogelijk ook met hen samen als het om verbeteringen gaat. • De school geeft via haar website ouders toegang tot kennis en informatie over de school en het kind. En ouders kunnen via deze website met elkaar communiceren. • In verleg met ouders worden voorlichtingsmomenten bepaald waarmee informatie over het gebruik van ICT en internet gegeven wordt. • De school geeft de mogelijkheid om ouders meer bij het ICT kennisniveau van hun kinderen te betrekken. • Ouders bezoeken de rubriek veel voorkomende vragen op de gemeentelijke website.
2.4.4. Samenvatting samenwerking tussen scholen en communicatie met ouders Samenvattend zal de samenwerking op de scholen bestaan uit: - kennisdeling en informatie-uitwisseling - gezamenlijk ontwikkelen van activiteiten op het gebied van ICT - structurele samenwerking tussen Primair en Voortgezet Onderwijs - ouders communiceren via de school website met de school en met elkaar
2.5.
Innoveren
vanuit de gedachte hoe kinderen zich ontwikkelen en hoe het onderwijs zich daarbij ontwikkelt, om vervolgens o.a. het samenwerkend leren te bevorderen
2.5.1. Cultuurverandering De komende jaren zal het onderwijs sterk veranderen. We zullen de leerlingen moeten leren loslaten vanuit een goede basis. Dit kost tijd en betekent een gedachten- c.q. cultuuromschakeling bij zowel leerkrachten als bij de directie van scholen. Nieuwe, andere methodieken zullen ook binnen ons onderwijs gestalte gaan krijgen. We zullen op een andere wijze gaan kijken naar kinderen. Alle kinderen doen niet meer hetzelfde (denk bijvoorbeeld aan meervoudige intelligentie). Ook denken we dat we steeds vaker gebruik (kunnen) gaan maken van de verschillende ICT-middelen. Het samenwerkend leren zal een steeds grotere plaats krijgen binnen het onderwijs van de Openbare Basisscholen in Groningen. Indicatoren voor succes
16
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
•
Het is voor scholen vanzelfsprekend geworden om niet alleen te spreken en na te denken over ICT in het onderwijs, maar dit ook daadwerkelijk te doen. Dit komt tot uiting in een jaarlijkse monitor. Onderzocht wordt of het ICT-waarderingskader van de inspectie hiervoor een geschikt instrument is.
2.5.2. Leiderschap Coachend en inspirerend leiderschap is de sleutel voor succesvolle innovatie en ICT-implementatie. Zowel op bestuurlijk niveau (nieuwe ontwikkelingen invoeren) als op het niveau van de leerkracht (als tutor voor het kind). Van elkaar (willen) leren is de sleutel tot het succesvol implementeren van veranderingen. Indicatoren voor succes • Er is sprake van structureel georganiseerde collegiale visitatie en ondersteuning op alle niveaus: o bestuurlijk o directie o ICT-coördinatoren o leerkrachten o leerlingen • Het idee van een Academische School is uitgewerkt: o opleiden in school, werkplek leren o competenties leerkrachten, wet BIO o onderzoek • Er is een ICT-coördinatorenoverleg gebaseerd op gekozen (ICT) thema’s.
2.5.3. Samenvatting Innoveren Samenvattend zal innoveren op Groningse openbare scholen beteken dat: • de scholen actief met inzet van ICT aan de ontwikkeling van kinderen werken. • nieuwe onderwijsontwikkelingen nauwkeurig gevolgd worden • samenwerkend leren een grote plaats zal krijgen binnen het onderwijs
2.6.
Een herkenbaar en aantrekkelijk ICT-profiel voor alle basisscholen
Scholen leren de komende jaren het digitale bord gebruiken. De ouderbetrokkenheid wordt vergroot doordat de school communicatie tussen ouder en kind met digitale middelen vergemakkelijkt. De scholen kunnen via een centrale website voortdurend hun eigen ICT- profiel monitoren. We zetten de inspectie indicatoren van het waarderingskader om in een vragenlijst op internet. Deze permanente beschikbaarheid moet ertoe leiden dat scholen zichzelf kunnen monitoren. Indicatoren voor succes • Op alle openbare basisscholen is het digitale schoolbord in gebruik, in 2011 zullen minimaal 25% van alle schoolborden bestaan uit digitale borden. De borden bevorderen het communicatief leren en worden ook ingezet om directe respons op de leerkracht instructie te meten. • De ouderbetrokkenheid is vergroot. Dit wordt zichtbaar gemaakt in een jaarlijkse monitor. • Het ICT-profiel van de scholen is inzichtelijk voor scholen via de centrale website van het WMOO. • De inspectie-indicatoren zijn in de vorm van een vragenlijst op internet beschikbaar voor scholen.
3.
Voortgang
1. Definieer vervolgstappen voor wat betreft de breedbandaanbevelingen uit Eduglas. Te denken valt aan: • Technische aspecten:
17
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
i. Inrichten van een proef met beheer op afstand van webbased tools, applicaties en beheer van werkplekken e.d. waar Cards ICT services en/of Sun Ray en QLICT een pilot doen. ii. Kostenberekening maken om scholen en instellingen op de glasvezelring aan te sluiten. iii. Explotatiekosten, beheerslasten e.d. van de aansluiting inzichtelijk maken. iv. Overige kosten (aanvullende apparatuur, kosten voor diensten als IP Telefonie e.d.) inzichtelijk maken. • Inhoudelijke aspecten: i. Op basis van een te houden enquête en/of gesprekken op scholen nagaan hoe scholen met hun verandercapaciteit en kennis aankijken tegen het gebruik van nieuwe (ICT) toepassingen die gebaseerd zijn op snelle breedbandige infrastructuur. 2. Onderzoek mogelijke kostenbesparingen zoals: • Kosten huidge licenties van software en applicaties vergelijken met hetzelfde gebruik maar dan gebaseerd open source standaards. Kwaliteit en continuïteit mee te wegen in de vergelijking. • Kosten huidige beheerconcept QLICT vergelijken met beheerconcepten van Sun Ray of andere aanbieder van vergelijkbare concepten/technologieën.
18
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
4.
Breedband
Voor wat betreft breedband sluiten de openbare Groninger scholen zich in positieve zin aan bij het advies zoals dat gegeven is in het Edugla@project, zij het met enkele aandachtspunten. Breedband geeft scholen ongekende kansen en de rijkdom van de geboden bandbreedte zal hen zeker tot gebruik stimuleren, echter alleen beleid gericht op duurzaam en geïntegreerd gebruik zal leiden tot innovatief onderwijs met een hoge kwaliteit. Om het gebruik van breedbandige toepassingen werkelijk tot een succes te maken, richten we een implementatietraject in. Wanneer scholen over een state of the art omgeving beschikken waar (bijna) alles kan op basis van de techniek, zal dit alleen leiden tot eigentijds, kwalitatief hoogwaardig onderwijs wanneer er • aanpassingen plaatsvinden in de manier van werken • voldoende kennis aanwezig is, met name bij leerkrachten • voldoende prioriteit wordt gegeven aan innovatie binnen de school • voldoende bereidheid is bij alle partijen (leerkrachten, directies, overig personeel, ouders) om de technologische mogelijkheden onderwijskundig te benutten. Ambitie De Groninger basisscholen zijn in 2011 aangesloten op glasvezel, waarmee de vraag naar én het gebruik van breedbandtoepassingen is toegenomen: scholen willen graag in de praktijk iets met glasvezel doen.
Zie voor goede breedbandvoorbeelden de volgende sites: • www.kennisnet.nl • www.games2learn.nl (games community) • www.surfnetkennisnetproject.nl (toepassingen, voorbeeldscholen) • www.surfnet.nl • http://goodpractices.surf.nl/ • www.ispwijzer.nl/breedband (breedband special) • http://www.nederlandbreedbandland.nl/programmalijnen/best-practices.php?pl=3
19
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
5.
Monitoring, evaluatie, overleg, organisatie
De voortgang van deze notitie en de daaruit voortvloeiende uitvoering van het bovenschoolse ICTbeleid en van de (toekomstige) ICT-projecten wordt gemonitored door de ICT-Stuurgroep.
• ICT-Stuurgroep De ICT-Stuurgroep zal het komende jaar ingebed worden in de Openbare onderwijsorganisatie die als gevolg van de organisatie en bestuursvorm discussie tot stand komt. De ICT-Stuurgroep houdt zich in algemene zin bezig met alles op het terrein van ICT wat de dagelijkse praktijk in de scholen raakt. De werkzaamheden sluiten aan bij het zogenaamde “kwadrantenmodel”. Dit betekent dat zowel content, techniek, scholing, en implementatie structureel aan de orde gesteld worden. De vergaderfrequentie is éénmaal per 6 weken. Het bestuurlijk ICT-beleidsplan vormt ook een inhoudelijk uitgangspunt. De ICT-Stuurgroep heeft van het DBPO het mandaat gekregen om binnen de kaders van het afgesproken bestuurlijke ICT-beleid besluiten te nemen over ICT-zaken die alle scholen aan gaan. De ICT-Stuurgroep rapporteert na elke vergadering (regelmatig)aan het DBPO over de stand van zaken. De (nieuw) aan te stellen beleidsmedewerker is voorzitter. Verder participeren er drie schooldirecteuren in de ICT-Stuurgroep2. Daarnaast zit er een vertegenwoordiger van QLICT in de Stuurgroep. De schooldirecteuren zitten voor een bepaalde periode in de Stuurgroep.
• ICT-coördinatoren platform De ICT-coördinatoren van alle scholen ongeveer 5 keer per jaar bijeen. Men bespreekt dan allerlei actuele ICT-thema’s en –problemen waar men in de dagelijkse onderwijspraktijk tegenaan loopt, maar er zal ook ruimte zijn voor het bekijken, beoordelen van nieuwe educatieve programma’s.
• QLICT / Infodesk + SSD (School Service Dienst) QLICT verzorgt het afstandsbeheer van de netwerken. Hierover is een contract gesloten met de WMOO. Dit zal in de planperiode opnieuw moeten worden aanbesteed. De SSD bestaat uit 5 systeembeheerders die in overleg met en op afroep van de scholen ingezet worden om werkzaamheden uit te voeren. Deze werkzaamheden kunnen zijn het oplossen van storingen, het adviseren van scholen over de juiste inrichting van het netwerk en het systeembeheer, het uitvoeren van migratietrajecten (bv. overgang naar Windows XP of andere besturingssystemen in de toekomst). etc. Een van de schooldirecteuren uit de ICT-Stuurgroep is het ‘linking pin’ tussen de scholen en de systeembeheerders. Hij fungeert als een klankbord en geeft aan de ICT-Stuurgroep door als er actie op een bepaald terrein moet worden ondernomen.
2
Formeel participeert ook een vertegenwoordiger van het speciaal onderwijs in de Stuurgroep. De daadwerkelijke inzet/deelname wordt bepaald door de agenda van de Stuurgroep.
20
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
6.
Financiële vertaling / begroting
In de tabel Financieel kader hierachter wordt een financiële vertaling gegeven van de plannen.
BIJLAGEN 1. Tabel 1 – van doel naar uitvoering (doelen met resultaat en indicatoren) 2. Tabel 2 – financieel kader 3. Procesbeschrijving ontstaan plan 4. Stand van zaken
5. Waarderingskader Inspectie van het Onderwijs
21
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
22
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen 2.1. Kwaliteitsverbetering onderwijs
Resultaten 2.1.1. Inzet van het ICT-waarderingskader van de Inspectie van het Onderwijs als instrument voor efficiency verbetering en monitoring instrument voor de inzet van ICT in het onderwijs (kwaliteitszorg). Scholen kunnen het instrument als zelfevaluatiemodel invullen via de nieuwe website van de gemeente. • mate waarin ICT bijdraagt aan kwaliteit onderwijs, vormgeving lessen, actief leren leerlingen en goede leerlingbegeleiding • borgingskwaliteit doelen ICT-gebruik op instellingsniveau • mate waarin de benodigde infrastructuur op orde is • benodigde verbeterstappen om te voldoen aan de criteria
Indicatoren • De school heeft inzicht in de bereikte ICT-doelen en informatievaardigheden van leerlingen. • De school heeft zicht op de tijd die leerlingen uit verschillende leerjaren ICT gebruiken voor het leerproces. • De school heeft zicht op de vaardigheden en scholingsbehoefte van het personeel. • De school schenkt in haar visie expliciet aandacht aan de veranderende rol van de docent en de onderwijskundige inzet van ICT.
2.1.2 Ontwikkeling ICT-zorgstructuur voor iedere school (i.s.m. het speciaal onderwijs) met een classificatiekader (beschrijving middelen, aanpakken), op gebruikersniveau te ontsluiten met de website van het WMOO als centrale portal.
• • •
• •
3
De school werkt met een leerlingvolgsysteem. Er zijn passende ICT-programma’s voor elk kind. Ouders van leerlingen kunnen via de website van de school de vorderingen van hun kind inzien. De website van het WMOO ontwikkelt zich als centrale portal voor het onderwijs. Uitwisseling van (administratieve) leerlinggegevens tussen gemeente en instellingen is mogelijk.
Het gaat hier om een indicatie. Scholen zijn vrij om in overleg met de bovenschools manager te bepalen wanneer ze een resultaat uit dit beleidsplan willen realiseren.
23
Indicatie tijdsplanning 2007 / 2008
3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen
Resultaten 2.1.3 Meer leertijd, zorg voor leerlingen voorop.
Indicatoren • •
• • 2.1.4 Professionalisering leerkrachten (inhoudelijke toeapssingen; zorgenvrije infrastructuur)
• • • •
•
24
De leertijd wordt effectiever benutt door gebruik van de computer. In de zelfstandige leertijd kiezen de leerlingen op basis van hun intelligentie, hun sterke kanten, hun interesse hun eigen te gebruiken website uit. Leerlingen zijn in staat hun eigen leermaterialen te zoeken en te vinden. Een diversiteit aan ICT-toepassingen ondersteunt het leren van de leerlingen. Leerkrachten nemen deel aan professionaliseringsmogelijkheden. Systeembeheer op afstand is veilig gesteld. Lokaal systeembeheer is ‘smart’ geregeld en belast de leerkrachten zo min mogelijk. Er is een minimum ICT-compententieprofiel vastgesteld, zowel voor de leerkracht als voor de leerling. Er is een structureel programma voor uitwisseling van kennis en expertise tussen leerkrachten onderling (team teaching, benchmarking, projectenplein). Leerkrachten krijgen daarvoor de benodigde middelen (tijd, geld) ter beschikking.
Indicatie tijdsplanning3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen
Resultaten 2.1.5 Gebruik nieuwe leermethoden en digitale, breedbandige content
Indicatoren • •
•
•
•
25
Scholen gebruiken meer digitale, breedbandige toepassingen en content. Scholen gaan bewuster om met het gebruik van educatieve software, breedbandige toepassingen en content, Het gaat niet om ‘de hoeveelheid software die op de schoolserver staat’, maar om het bewust gebruiken van software, toepassingen en content ter bevordering van het leerproces en de kwaliteit van het onderwijs. Het gebruik van software, breedbandige toepassingen en content op scholen wordt gemeten. De website van het WMOO ontwikkelt zich tot centrale portal voor het onderwijs, waardoor: o Er een Kennisbank opgezet is: wat is waar te vinden? (kennis, specifieke toepassingen, ervaringen e.d.) o Er zal een Digitaal Onderwijsinformatiesysteem opgezet worden. Leerkrachten moeten tijd nemen voor praktisch werken met ICT, wat duidelijk moet worden in het taakbeleid. Jaarlijks wordt een Groninger ICTonderwijsdag georganiseerd voor alle leerkrachten in het openbaar onderwijs.
Indicatie tijdsplanning3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen
Resultaten 2.1.6 Pilot digitaal portfolio voor leerlingen (m.n. zorgkinderen, ook thuis benaderbaar, als anker voor nieuwe leerconcepten).
Indicatoren • •
• 2.2. Kwaliteitsverbetering van administratieve systemen
2.2.1. Naar meer werkplekken voor leerkrachten en overige personeelsleden. 2.2.2. Centralisering schoolgegevens via digitalisering
•
In 2009 bieden de scholen de mogelijkheid voor leerkrachten om van meer (dere) werkplekken gebruik te maken
•
In 2009 zijn alle schoolgegevens centraal, digitaal opgeslagen op een wijze die deze gegevens ook op afstand toegankelijk maakt. In 2009 is duidelijk geworden, op basis van onderzoek, hoe de uitwisseling van gegevens met een digitaal leerling-dossier tussen instellingen mogelijk te maken is. In 2009 zijn de pilots geweest voor benchmarking. In 2009 is de personeels- en salarisadministratie gedigitaliseerd. Jaarlijks wordt het daadwerkelijk gebruik van de protocollen voor ICT-gebruik gemonitored. Er is een protocol ontwikkeld voor het gebruik van alternatieve informatiedragers als Dvd’s en memory sticks. De resultaten van de pilot ‘Media-educatie en Informatiebeleid’ zijn verwerkt in bestaande of nieuwe richtlijnen.
•
•
2.3 Borging van de veiligheid
2.2.3. Digitalisering personeelsdossiers.
•
2.3.1. Protocollen ICT-gebruik.
•
•
•
26
Er is een pilot gestart met scholen die aan de slag gaan met de invoering van een digitaal portfolio. Er is een onderzoek gestart dat de implicaties onderzoekt van het werken met een portfolio in relatie tot nieuwe leerconcepten en een veranderende rol en deskundigheid van leerkrachten. De overgang van Po naar Vo vergemakkelijkt.
Indicatie tijdsplanning3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen
Resultaten 2.3.2. Ergonomie
Indicatoren •
•
•
27
Bij alle nieuw- of verbouwplannen is zichtbaar rekening gehouden met een ergonomische inrichting van (ICT-) werkplekken. De bestaande infrastructuur is doorgenomen met QLICT met het oog op ergonomie en verantwoorde werkplekinrichting. Waar nodig zijn passende maatregelen getroffen. Typen als onderdeel van het curriculum.
Indicatie tijdsplanning3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen 2.4. Samenwerking en kennisdeling
Resultaten 2.4.1. Kennisdeling en informatie-uitwisseling (samenwerken in projecten, benchmarking, monitoring, opleiding en training).
•
•
•
Opdrachten voor projecten, activiteiten en ideeën zijn vanaf 2007 voor ten minste 50% gericht op samenwerken / samen ontwikkelen. Op bestuurlijk niveau zijn taken, bevoegdheden en verantwoordelijkheden vastgesteld t.a.v. samenwerking tussen scholen en gezamenlijke ontwikkeling. Overdracht van kennis en kunde vindt (pro-) actief plaats via: o o o o o
•
o
o
• • •
28
workshops voorhoedegroep digitaal onderwijsinformatiesysteem lijst van beproefde programma’s en best practices voor de scholen Groninger Computeronderwijsdag
Verfijnde ICT-vaardigheden door: o
2.4.2. Bij elkaar brengen van PO en VO
Indicatie tijdsplanning3
Indicatoren
ICT-graadmeter voor directeur, leerkracht en leerling dagelijkse integratie van ICT in de eigen organisatie door intensief gebruik van eenvoudige hulpmiddelen als mail, digitale agenda, digitaal archiveren etc. Gerichte kennisdelingssessies. Digitale Carrousel
Er is ICT coördinatie per groep scholen en niet meer per school. In 2009 werken alle openbare scholen voor PO in enigerlei vorm samen met het VO. In 2010 is, door onderzoek, duidelijk geworden hoe ICT-toepassingen kunnen bijdragen aan het verminderen van de problematiek op de breukvlakken PO-VO en VO-MBO.
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen
Resultaten 2.4.3. Ouderbetrokkenheid
Indicatoren •
•
•
•
•
2.5. Innoveren
2.5.1 Cultuurverandering bij zowel leerkrachten en directies (nieuwe leermethodieken, ICT-toepassing, samenwerkend leren).
29
•
De school communiceert met ouders over de kwaliteit van het onderwijs op de school en werkt waar mogelijk ook met hen samen als het om verbeteringen gaat De school geeft via haar website ouders toegang tot kennis en informatie over de school. In verleg met ouders worden voorlichtingsmomenten bepaasld waarmee infrmatie over het gebruik van ICT en internet gegeven wordt. De school onderzoekt de mogelijkheid om ouders mee bij het ICT kennisniveau van hun kinderen te betrekken. Ouders bezoeken de rubriek veel voorkomende vragen op de gemeentelijke website. Het is voor scholen vanzelfsprekend geworden om niet alleen te spreken en na te denken over ICT in het onderwijs, maar dit ook daadwerkelijk te doen. Dit komt tot uiting in een jaarlijkse monitor. Onderzocht wordt of het ICT-waarderingskader van de inspectie hiervoor een geschikt instrument is.
Indicatie tijdsplanning3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 1 - van doel naar uitvoering Centrale doelstellingen
Resultaten 2.5.2. Coachend en inspirerend leiderschap als sleutel voor succesvolle innovatie en ICT-implementatie (bestuur, directie, leerkrachten).
Indicatoren •
•
•
• 2.6. Alle basisscholen hebben een herkenbaar en aantrekkelijk ICT profiel
Actief en zichtbaar gebruik ICT (digitaal bord, ouderbetrokkenheid en –communicatie, online monitoring ICT-profiel scholen).
• •
•
•
30
Er is sprake van structureel georganiseerde collegiale visitatie en ondersteuning op alle niveaus: o bestuurlijk o directie o ICT-coördinatoren o leerkrachten o leerlingen Het idee van een Academische School is uitgewerkt: o opleiden in school, werkplek leren o competenties leerkrachten o onderzoek Er is een inzichtelijk cursusaanbod op het gebied van leiderschapsaspecten o voor alle leerkrachten zijn minimumeisen vastgesteld waar het gaat om ICT-vaardigheden Er is een structureel ICTcoördinatorenoverleg op wijkniveau. Op alle openbare basisscholen is het digitale schoolbord in gebruik. De ouderbetrokkenheid is vergroot. Dit wordt zichtbaar gemaakt in een jaarlijkse monitor. Onderzocht wordt of het ICTwaarderingskader van de Inspectie hiervoor een geschikt instrument is. Het ICT-profiel van de scholen is inzichtelijk voor scholen via een centrale website van het WMOO. De inspectie-indicatoren in vorm van vragenlijst op internet beschikbaar.
Indicatie tijdsplanning3
Schoolbestuurlijk ICT-beleid voor het primair onderwijs 2007 – 2011 Stappen in de toekomst…… daarover droom je niet, die zet je gewoon!
Bijlage 2 – Financieel kader Centrale Doelstellingen
2007
2008
2009
2010
2011
Onderwijs 1. Kwaliteitsverbetering onderwijs 2. Kwaliteitsverbetering administratieve systemen 3. Borging veiligheid 4. Samenwerking en kennisdeling 5. Innovatie 6. ICT-profiel scholen Infrastructuur (QLICT beheer) Projecten ter realisatie van doelen • Heemscan • Diepteprojecten • … Afschrijving hardware Investeringen nieuwe hardware, zoals digitale borden Andere zaken ETC Totaal
€ € € € € € € € €
€ € € € € € € € €
€ € € € € € € € €
€ € € € € € € € €
€ € € € € € € € €
€ € € €
€ € € €
€ € € €
€ € € €
€ € € €
31
Beschikbare middelen