Programmajaarverslag 2014 Gemeente Boxtel
1
Programmajaarverslag 2014
2
Programmajaarverslag 2014
Inhoudsopgave 1
Jaarverslag 0 1 2 3
4
2
2.
20 23 25 35 40 46 49 54 63 73 81 85 89 94 99 107 109 113 118
Financiële analyse 1.1 Analyse op hoofdlijnen van het exploitatieresultaat 1.2 Programmarekening, inclusief overzicht algemene dekkingsmiddelen 1.3 Overzicht incidentele baten en lasten 1.4 Overzichten van de exploitatie 1.5 Analyse op hoofdlijnen van de balans 1.6 Bestemming van het resultaat Balans per 31 december 2014 Toelichting op de balans
126 131 133 134 137 140 142 144
Bijlagen 1. 2. 3. 4. 5. 6. 7. 8. 9. 10. 11. 12.
4
6 8 17
Jaarrekening 1.
3
Algemeen Inleiding Wat is er binnengekomen en hoe is het geld besteed? Programma’s 1. Algemeen bestuur en communicatie 2. Openbare orde en veiligheid 3. Openbare ruimte en wijkbeheer 4. Economische zaken 5. Onderwijs 6. Sport 7. Welzijn 8. Zorg, sociale zaken en arbeidsmarktbeleid 9. Milieu en duurzaamheid 10. Ruimtelijk beleid 11. Volkshuisvesting en monumenten 12. Financiën Paragrafen A. Lokale heffingen B. Weerstandsvermogen en risicoparagraaf C. Onderhoud kapitaalgoederen D. Financiering E. Bedrijfsvoering F. Verbonden partijen G. Grondbeleid
samenstelling college en gemeenteraad overzicht reserves en voorzieningen, inclusief omschrijving en doel overzicht belastingen en heffingen staat van kapitaallasten personeel en salarissen en sociale lasten, met WNT verantwoording overzicht begrotingswijzigingen specificatie investeringen 2010-2014 overzicht aanbestedingen en contracten jaarverslag grondexploitatie prestatievelden Wmo subsidiestaat welzijnsactiviteiten SiSa-verantwoording
153 156 160 162 163 165 166 169 170 179 184 187
Controleverklaring van de onafhankelijke accountant
193
Programmajaarverslag 2014
3
Trends rekening rekening rekening rekening rekening 2010 2011 2012 2013 2014
Jaar - aantal inwoners per 31-12 * groei van aantal inwoners - aantal woningen per 31-12 *) * nieuwbouw * sloop - recreatiewoningen - wooneenheden - capaciteit bijz. woongebouwen
30.280 4 12.442 71 -1 1 105 830
30.284 4 12.560 122 -4 1 105 769
30.436 152 12.624 70 -6 1 112 769
30.320 -116 12.691 67 1 112 769
30.358 38 12.339 77 -48 1 112 769
322
326
356
380
394
17
14
14
20
23
- leerlingen basisonderwijs per 01-10 - leerlingen voortgezet onderwijs per 01-10
2.934 2.096
2.956 2.083
2.956 2.107
2.935 2.095
2.896 2.117
- aantal fte
253,0
245,6
233,1
224,8
224,9
2,2 30,7 12,4 52,5 69,5 10,3 8,1 27,2 15,0 1,7
1,4 30,3 11,8 55,7 71,6 10,5 8,1 26,5 14,4 1,4
1,5 30,0 12,8 52,0 73,3 11,6 7,0 26,7 14,7 1,1
0,4 29,1 13,1 54,7 72,5 11,0 5,3 26,4 14,1 1,4
0,7 25,1 16,2 49,3 71,9 7,2 6,2 27,2 14,7 1,2
0,7
0,0
0,1
0,0
0,1
- aantal uitkeringsgerechtigden per 31-12 * WWB, inclusief BBZ * bijz. bijstand periodiek bijzonder * IOAW/IOAZ
x € 1 miljoen - jaarresultaat na bestemming - reserves per 31-12 - voorzieningen per 31-12 - vaste geldleningen per 31-12 - materiële vaste activa per 31-12 - gronden grondbedrijf per 31-12 - investeringen - uitkering gemeentefonds - salarissen - inhuur derden - resultaat afgesloten complexen grondbedrijf *) aantal woningen vanaf 2014 cf. BAG
rekening rekening rekening rekening rekening 2010 2011 2012 2013 2014 Verkeer en vervoer 908 1.023 1.705 1.194 1.409 Onderwijs 1.345 2.358 1.427 161 206 Sport 2.144 88 114 534 352 Overig 1.118 1.341 1.317 454 2.244 Rioolinvesteringen 385 2.367 1.830 2.010 913 Tractie 88 202 302 370 221 Automatisering 479 451 251 428 206 Verstrekte geldleningen 1.617 222 78 116 631 TOTAAL 8.084 8.052 7.024 5.267 6.182 Een specificatie per beleidsveld is opgenomen in bijlage 7. Investeringen (bedragen x € 1.000)
4
Programmajaarverslag 2014
1 Jaarverslag
Programmajaarverslag 2014
5
Algemeen Inleiding Het jaarverslag inclusief de jaarrekening waarin het beleid wordt geëvalueerd en de cijfers worden geanalyseerd, is een belangrijk sturingselement voor mogelijke bijstellingen in de nieuwe begroting. Gelijktijdig met het Jaarverslag 2014 is ook beschikbaar het sociaal en Arbo jaarverslag. Het jaarverslag grondexploitatie is volledig opgenomen in dit jaarverslag via paragraaf G en bijlage 9. Opzet en verslag Met een programmabegroting is beoogd de raad meer op hoofdlijnen de beleidsmatige en financiële kaders te laten vaststellen. Daartoe zijn 12 programma’s geformuleerd waarbij elk programma inzicht probeert te geven in de 2 volgende vragen: Wat willen we bereiken en wat gaan we er voor doen? Wat mag het kosten? In dit Programmajaarverslag wordt verantwoording afgelegd op basis van de volgende 2 vragen: Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Wat heeft het gekost? In de tabellen waarin de investeringen 2014 worden toegelicht wordt in de kolom Nut, E of M of N weergegeven hetgeen betekent een investering met economisch nut (daar is een markt voor), maatschappelijk nut (daar is geen markt voor) of Niet van toepassing (bijv. leningen). In hoeverre de beleidsuitgangspunten van beheersmatige activiteiten zijn gerealiseerd wordt beschreven in de paragrafen. Opgemerkt wordt dat de apparaatlasten (personeelskosten, financiële administratie, huisvesting, automatisering e.d.), de kapitaallasten en de mutaties resultaatbestemming in de tabellen worden toegerekend op het niveau van de programma. Jaarrekening In de jaarrekening vindt u overzichten en analyses van zowel de exploitatie als de balans. Het jaar 2014 De programmabegroting 2014 met een omzet van € 76.822.000 is op 11 november 2013 door de gemeenteraad vastgesteld. Daarna zijn wijzigingen op de Programmabegroting 2014 vastgesteld, waarbij met name die van de bestemming jaarresultaat 2013 en de bestuursrapportages (de doorwerking van de tweede van 2013 en de eerste en tweede van 2014 en de mutaties grondbedrijf van invloed zijn geweest op een vergroting van de begrote omzet tot uiteindelijk € 86.201.000. Gerealiseerd is een omzet van € 83.457.000. Overhevelingen Indien aan het einde van het jaar nog financiële ruimte aanwezig is die onderbouwd kan worden met een harde, juridisch afdwingbare, verplichting kan zonder problemen een balanspost opgenomen worden. Het kan echter ook zijn dat er nog financiële ruimte is die niet onderbouwd kan worden met een harde verplichting. Uitgangspunt is dan dat de financiële ruimte vrijvalt ten gunste van de algemene middelen. Er kunnen echter situaties zijn waarin dit bezwaarlijk is, bijvoorbeeld omdat de uitvoering van het beleid vertraagd is buiten de invloedssfeer van de gemeente. Daarom hebben wij een regeling ontworpen waarbij financiële ruimte zonder een onderliggende verplichting of vordering naar het volgende jaar kan worden overgeheveld, mits het aan een aantal criteria voldoet. Per saldo wordt voor een bedrag van € 367.000 exploitatiebudgetten overgeheveld vanuit het jaar 2014 naar 2015 of 2016 (inclusief netto € 535.000 aan verkoopopbrengsten onroerend goed). Dit bedrag maakt onderdeel uit van het resultaat van de jaarrekening 2014, maar de gemeenteraad wordt in mei 2015, in dezelfde raadsvergadering als waarin het jaarverslag 2014 wordt behandeld, gevraagd e in te stemmen met het opvoeren van deze budgetten in de begroting 2015 (via de 6 begrotingswijziging 2015).
6
Programmajaarverslag 2014
Resultaat 2014 Het jaar 2014 kan worden afgesloten met een positief resultaat van € 686.000. Dit is het resultaat inclusief overhevelingen. Na overhevelingen (€ 367.000) resteert er € 319.000. Per saldo wordt dit bedrag toegevoegd aan de Algemene Reserve. Gebeurtenissen na balansdatum Er zijn geen ontwikkelingen die na de balansdatum plaatsgevonden hebben die gevolgen hebben voor de inhoud van het jaarverslag en de hier bij behorende waarderingen.
Programmajaarverslag 2014
7
Inleiding ‘2014: Op weg naar nieuw perspectief’ Het jaar 2014 heeft in het teken gestaan van de gemeenteraadsverkiezingen, van een nieuwe raad en een nieuw college en van een nieuw beleidsprogramma 2014 – 2018; Ruimte voor innovatie en vernieuwing. Raad en college zijn enthousiast van start gegaan en hebben een eerste begroting afgeleverd en vastgesteld in november 2014. Voorafgaand aan de nieuwe bestuursperiode is de periode 2010 – 2014 uiteraard geëvalueerd. De evaluatie is behandeld in de raad van 25 februari 2014. Uitgaande van de strategische visie ‘Boxtel 2020: Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ is geconstateerd, dat in de eerste bestuursperiode van dit decennium ondanks de crisis, flinke progressie is geboekt. We verwijzen kortheidshalve naar de betreffende evaluatie. Na de gemeenteraadsverkiezingen van 19 maart 2014 is het beleidsprogramma 2014 – 2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing’ opgesteld. Het beleidsprogramma bouwt voort op het werk van het voorgaande college, maar bevat uiteraard een aantal nieuwe accenten. Omdat we vandaag niet weten, wat er (over)morgen gebeurt en om te bewerkstelligen dat we ruimte creëren voor burgerinitiatieven, wordt er gestuurd op waarden. Het beleidsprogramma is vastgesteld in de raadsvergadering van 22 april 2014 en is het spoorboekje voor de komende bestuursperiode. Vervolgens is vanuit de raad een college samengesteld bestaande uit wethouders vanuit Combinatie95, SP, INbox en D66. Het college is tijdens diezelfde raadsvergadering geïnstalleerd en is op 22 april 2014 enthousiast van start gegaan. In de begroting 2014 is aangegeven, dat het noodzakelijk is, om een fundamentele discussie te voeren over taken en rol van de overheid in relatie tot de burgers, het bedrijfsleven en de maatschappelijke instellingen. Ten aanzien van de genoemde zaken is vooruitgang geboekt: • de voorgestelde ombuiging op de subsidies: de eerste tranche van € 300.000 is nagenoeg gerealiseerd; eind 2014 is een traject in gang gezet voor realisering van de tweede tranche van € 300.000 die in mei 2015 in de raad behandeld zal worden en vertaald zal worden in de begroting 2016; • de drie grote decentralisaties rondom werk, zorg en jeugd: deze zijn in het afgelopen jaar voorbereid en zijn per 1 januari 2015 ingevoerd met de gedecentraliseerde budgetten als basis; de samenwerking op regionaal niveau en de bestaande, lokale samenwerking in St. Ursula bieden een prima basis voor het werk; • de samenwerking met de andere Meierijgemeenten: nadat de gemeenten Schijndel en SintOedenrode voor Veghel hebben gekozen, hebben ook de gemeenten Vught en Haaren hun eigen weg gekozen; inmiddels is er een helder perspectief gericht op een ambtelijke fusie tussen Sint-Michielsgestel en Boxtel per 1 januari 2016; • de bezuinigingen op de interne budgetten en de benodigde prioriteitstelling: deze zijn verwerkt in de begroting en zijn gerealiseerd. De jaarrekening 2014 vertoont een klein overschot. Het lijkt er op dat we na een aantal zware jaren, te maken krijgen met licht economisch herstel. De meicirculaire blijft een bepalende factor van het wel en wee van de gemeente. Zo hangt nog steeds een zogenaamde ‘efficiencykorting’ boven de markt voor bestuurlijke schaalvergroting. Ook het afgelopen jaar hebben we daar ‘last’ van gehad. In beleidsmatige zin is door het Kabinet allang afstand genomen van de ronkende zinnen in het regeerakkoord over honderdduizendplus gemeenten, maar in financiële zin blijven we er last van hebben. Het zou goed zijn als de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) er voor zou kunnen zorgen, dat het Kabinet de ongemotiveerde korting van tafel haalt.
8
Programmajaarverslag 2014
Wij zijn in het afgelopen jaar blijven investeren in kwaliteit en duurzaamheid. Juist ook in moeilijke tijden. En juist ook in moeilijke tijden moeten we oog hebben voor bestuurlijke continuïteit en moeten we onze lange-termijndoelen in het oog houden. Daarom is het goed, dat in het beleidsprogramma wordt voortgebouwd op de zes speerpunten van de strategische visie en getuigt het van gevoel voor actualiteit, dat een zevende speerpunt is toegevoegd: 1. Boxtel blijft voorop met duurzaamheid. 2. Boxtel ontwikkelt toerisme en recreatie tot een volwaardige bedrijfstak. 3. Boxtel versterkt zijn positie als werkgelegenheidsgemeente. 4. Boxtel werkt aan een sterk Centrum. 5. Boxtel is ook in 2020 een prima woongemeente. 6. Boxtel heeft een modern bestuur. 7. Boxtel voert een sociaal beleid dat sterk maakt en helpt waar nodig. In de komende paragrafen doen wij verslag van het afgelopen jaar, waarbij we de systematiek van de strategische visie en het beleidsprogramma volgen. Voor de details wordt verwezen naar de afzonderlijke programma’s.
1. Boxtel blijft voorop met duurzaamheid Boxtel heeft een naam hoog te houden op het terrein van duurzaamheid. Het is één van de speerpunten van de strategische visie en het onderscheidt ons van andere gemeenten. Het programma 'Boxtel Duurzame Campus' is inmiddels van start gegaan. Daarbij wordt een sterkere relatie gelegd te worden tussen duurzaamheid, economie en werkgelegenheid. Door het aanstellen van de programmamanager hebben we meer kracht ontwikkeld op regionaal niveau. Start ‘pilot Greentech’. Met de start van een ‘pilot’ op het terrein van ‘Greentech’ hebben we ons visitekaartje afgegeven. Het is een samenwerking tussen ondernemers, onderwijs en overheid, zowel gemeente, als regio. Greentech is er op gericht om het groen afval uit het Groene Woud om te zetten in energie en nieuwe grondstoffen. Als alles naar wens verloopt, zou de kringloop gesloten kunnen worden. In het komende jaar is het de kunst, om de ‘pilot’ om te zetten in een bedrijfsmatige, toekomstgerichte activiteit. Wij zijn nu bezig om grotere partijen te interesseren voor het concept, zodat er een stevig draagvlak ligt onder deze nieuwe, veelbelovende ontwikkeling. Begin 2015 hebben we de raad geïnformeerd over de stand van zaken op het terrein van duurzaamheid. De definitie evaluatie van de ‘Honderd stappen …’ is te verwachten in de loop van 2015. De Kleine Aarde: op zoek naar nieuw perspectief. De Kleine Aarde is een icoon voor duurzaamheid en voor Boxtel. Begin 2014 hebben we overeenstemming bereikt met Triple E, maar ondanks een flink aantal praktische vorderingen bleek het initiatief aan het eind van het jaar niet sterk genoeg. Inmiddels had de raad besloten, om de school op de betreffende locatie te schrappen. We zijn nu bezig om een hernieuwd fundament te leggen onder De Kleine Aarde. In januari heeft de raad het boek ten aanzien van Triple E gesloten. In maart zijn de nieuwe initiatiefnemers aan de raad voorgesteld. Vanuit een open houding wordt getracht om in 2015 een toekomstbestendig plan te ontwikkelen met een aantal krachtige partijen. Investeren in duurzaamheid Het programma ‘Landschappen van allure’ is in het afgelopen jaar stevig in gang gezet. De aankoop van een boerderij in Liempde, de aanpak van een aantal knelpunten in Lennisheuvel en de ontwikkelingen van de plannen in en om kasteelpark Stapelen zijn acties die in het afgelopen jaar in gang gezet zijn. Ook is gestart met de voorbereiding van een nieuw programma ‘Dommelvallei’. Het voorbereidende werk heeft in 2014 plaatsgevonden, waarbij Boxtel en Sint-Oedenrode de kar hebben getrokken; in maart is een breed gedragen manifest Dommelvallei aan de Provincie Noord-Brabant overhandigd, zodat het een plaats kan krijgen in het nieuwe bestuursakkoord.
Programmajaarverslag 2014
9
Beide programma’s zijn een goed voorbeeld van de combinatie duurzaamheid en economie. In 2015 wordt voluit doorgewerkt aan de programma’s, zowel in, als buiten Boxtel. De introductie van het edelhert moet Het Groene Woud de allure geven die bij het groene gebied tussen de drie Brabantse steden past. Boxtel energieneutraal In 2011 heeft de raad ‘Boxtel energieneutraal in 2040’ vastgesteld. In 2014 heeft de gemeente in het kader van deze nota inwoners de mogelijkheid gegeven een vergoeding te krijgen voor een EPAadvies voor de woning. Het project voor de energiecoöperaties (de samenwerking tussen vijf gemeenten om energiecoöperaties te faciliteren) is verder uitgebouwd en heeft geresulteerd in een aantal bruikbare producten voor de energiecoöperaties. Deze kunnen zelfstandig door de coöperaties verder uitgewerkt worden. Het project wordt in het eerste kwartaal van 2015 afgerond. Bezien wordt of in 2015 initiatieven kunnen worden gebundeld in een lokaal energieakkoord. De eerste pilot van de greentech campus is verwezenlijkt, en zal in 2015 verder uitgewerkt worden. Het biomassaplein, een project dat mooi aanhaakt bij de ontwikkelingen rondom de greentech campus, heeft in 2014 zoals gepland, verdere stappen gemaakt om te komen tot de realisatie in 2017. Er is daarnaast gestart met de verduurzaming van de gemeentelijke gebouwen. Na de eerdere inventarisatie zal in 2015 gestart worden met het verduurzamen van een of meerdere gemeentelijke objecten. Diftar ingevoerd Per 2014 wordt de inzameling van huishoudelijk afval met bewoners verrekend via het Diftar-systeem, waarbij de bewoner betaalt naar gelang het aantal malen dat hij zijn restafvalcontainer aanbiedt . Daarmee wordt meer recht gedaan aan “de vervuiler betaalt”, en is er een financiële prikkel om afvalpreventie en hergebruik door betere afvalscheiding te bevorderen. De vermindering van het afvalaanbod is in dit eerste jaar is een groot succes, ruim 1.200 ton op jaarbasis in 2014 (1.800 ton minder restafval en 600 ton meer aan gescheiden afvalstromen, zoals gft-afval, papier, kunststof verpakkingsmateriaal, glas e.d.).
2. Boxtel ontwikkelt toerisme en recreatie tot een volwaardige bedrijfstak Het beleid op het terrein van recreatie en toerisme wordt voortgezet en uitgebouwd. Via introductie van 'Beleef Boxtel', en een aantal kleinere projecten in en om Het Groene Woud geven we gestalte aan het beleid. Het Groene Woud: ‘Landschappen van allure’ De verbindingen tussen de centrumsteden en Het Groene Woud zijn natuurlijk van levensbelang voor toerisme en recreatie in ons gebied. In dat kader is het van belang, dat we samen met de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Vught, Haaren, Sint-Michielgestel een inhoudelijke agenda ontwikkelen voor de Bossche Meierij. We bouwen daarbij voort op visie die we met vijf andere Meierijgemeenten Haaren, Vught, Sint-Michielsgestel, Schijndel en Sint-Oedenrode ontwikkeld hebben onder de noemer ‘Goed leven, goed werken: mensen maken De Meierij’. Cultuur en recreatie. We hebben weer kunnen genieten van Circo Circolo 2014 en zijn nu reeds in gesprek over de organisatie van 2016. We streven er naar om Circo Circolo te verbinden met duurzaamheid en de circulaire economie. Nader bericht daarover volgt. De verbinding met Brainport zal worden meegenomen in het beleid rondom regionale economie. Classic Cars is een nieuwe loot aan de stam en is geopend. De Groene Poort heeft ruimte gekregen om de activiteiten uit te breiden en heeft onlangs de grens van 50.000 bezoekers gepasseerd.
10
Programmajaarverslag 2014
3. Boxtel versterkt zijn positie als werkgelegenheidsgemeente De ontwikkeling van toerisme en recreatie is een belangrijke, maar zeker niet de enige pijler van Boxtel als werkgelegenheidsgemeente. kV-station; motor voor nieuwe groei? Na de vaststelling van het bestemmingsplan Ladonk in juni 2013, is het kV-station inmiddels gerealiseerd en is een start gemaakt met de uitgifte van gronden in het plan Vorst A. Het kV-station is een belangrijke vestigingsfactor voor nieuwe economische bedrijvigheid. Het terrein van Biomerieux is inmiddels verkocht en wordt ontwikkeld door een particulier ondernemer. De ontwikkeling van het gebied moet ruimte bieden aan nieuwe economische bedrijvigheid. Overigens loopt het nog niet echt storm bij de uitgifte van gronden, maar als de economie weer aantrekt, hebben we in elk geval diverse mogelijkheden op Vorst en in de spoorzone. Schaliegas in beslissende fase De discussie rondom schaliegas gaat voort. De Minister heeft inmiddels de opsporingsvergunning aangehouden, dan wel verlengd. De aanhouding is voor ons reden geweest om het huurcontract met Cuadrilla op te zeggen; een juridische procedure loopt nog. Intussen is de Minister bezig met onderzoek naar de mogelijkheden om naar schaliegas te boren. Hij komt in de tweede helft van 2015 met een rapport, zo is de verwachting. Het maatschappelijk verzet groeit en ook overheden wapenen zich tegen de boring naar schaliegas. Om de krachten te bundelen trekken we samen op met de gemeente Noordoostpolder. Met de opzegging van het huurcontract is de weg vrij voor verdere ontwikkeling van Vorst B; de bestemmingsplanprocedure is in gang gezet. Regio Noordoost Brabant: samen sterk voor innovatie en duurzame groei De regio ‘Agri Food Capital’ (AFC) groeit en wordt sterker. We leveren ons aandeel met een bijdrage van € 3 per inwoner voor een periode van drie jaar. Vanuit Boxtel leveren we onze bijdrage aan het werk binnen de regio. Met de ontwikkeling van ‘Greentech’ streven we naar een hechte verbinding tussen duurzaamheid en economie: omdat we een goede verbinding hebben met de regio, kunnen de resultaten van de ‘pilot’ snel verspreid worden. Bedrijvenloket In 2014 is de website www.bedrijvenloketboxtel.nl geïntroduceerd. Met dit instrument wordt de dienstverlening aan ondernemers verbeterd. In 2015 en verdere jaren zal het bedrijvenloket verder worden uitgebouwd.
4. Boxtel werkt aan een sterk Centrum Het Centrum: nieuwe detailhandels- en horecavisie Met het aantreden van het nieuwe college is een extra accent gelegd op de economie. De raad heeft een bedrag van € 1 miljoen gereserveerd om snel in te kunnen spelen op nieuwe ontwikkelingen en met name de leegstand in het Centrum tegen te gaan. Geconstateerd is, dat alle bouwstenen voor een goed en levendig Centrum aanwezig waren, maar dat het aan samenhang ontbrak. Met name door de ontwikkeling van de verkoop via internet, kampt ook het Centrum van Boxtel met leegstand. Mede naar aanleiding van een aantal avonden met ondernemers is actie ondernomen. Een nieuwe detailhandels- en horecavisie moet leiden tot een compacter Centrum. De detailhandels- en horecavisie wordt in maart 2015 aan de raad voorgelegd. Opknappen van het Centrum Daarnaast is vooruitgang geboekt ten aanzien van het opknappen van het Centrum. Aan de noordzijde van het station is het aantal fietsparkeerplaatsen flink uitgebreid. Ook starten we in de loop van 2015 met de Burgakker: het werk is gegund en de uitvoering kan beginnen. Ten aanzien van de herinrichting van de Markt en omgeving ligt een samenhangend voorstel voor, dat in maart in de raad behandeld is, waarbij de Markt autoluw wordt, de boomgaard en de vijver worden opgeknapt en extra Programmajaarverslag 2014
11
parkeerplaatsen worden gerealiseerd in de onmiddellijke nabijheid van de Markt. Ook de besluitvorming rondom de invoering van parkeervergunning is rond, waardoor het verkeer beter gereguleerd kan worden. We streven er naar om al het werk in en om het Centrum nog deze bestuursperiode af te ronden, zodat er een stevige basis ligt voor de toekomst.
5. Boxtel is ook in 2020 een prima woongemeente Boxtel bouwt (weer) In de afgelopen periode is de bouw van woningen weer op gang gekomen. Plan De Witte School in Liempde is inmiddels opgeleverd. Gestart is met de uitvoering van de plannen ‘Vicaris van Alphenlaan’, Sparrenlaene, camping Den Berg en Panta-Rhei, alsmede met de renovatie van woningen door de woonstichting aan ’t Schild, de Van Randerodestraat en ’t Hof ter Aa. Plan Cronenborg en een aantal kleinere plannen zijn in voorbereiding. Princenlant IV en De Hoeve kunnen ontwikkeld worden, maar ontwikkelaars maken nog geen aanstalten. In Lennisheuvel is een concrete ontwikkellocatie in beeld; voor Liempde is een plan in de maak. Infrastructuur Op het terrein van de infrastructuur is de Baandervrouwenlaan ingrijpend aangepakt en opgeknapt. Daarnaast is het werk voltooid in het kader van het terugdringen van de grondwateroverlast in Oost. Ten slotte is in het afgelopen jaar belangrijke vooruitgang geboekt in de onderhandelingen over het programma Hoogfrequent Spoor (PHS). Er is bestuurlijke overeenstemming over het programma en het geld. We verwachten dat in het voorjaar duidelijkheid ontstaat over een bijdrage van ruim € 38 miljoen aan de infrastructuur van Boxtel. Met dat bedrag kunnen maatregelen genomen worden waarmee de opheffing van de dubbele overweg kan worden opgevangen. Sociaal beleid In het afgelopen jaar hebben we ons uitgebreid voorbereid op de vier decentralisaties op het terrein van werk, jeugd, zorg en passend onderwijs per 1 januari 2015. In het afgelopen jaar is veel werk verzet gericht op bestuurlijke besluitvorming om zo goed voorbereid te kunnen starten. We hebben het gehele traject interactief opgepakt, onder andere met huiskamerbezoeken, allerlei informatiebijeenkomsten, laagdrempelige schriftelijke informatie, veel persoonlijke toelichting, anticiperen op nieuwe ontwikkelingen en snel reageren op vragen etc. Daarnaast hebben we daarbij samengewerkt met de gemeenten in de regio Noordoost en hebben daarbij de gedecentraliseerde budgetten als uitgangspunt genomen. Inmiddels zijn we bezig met de uitvoering. En dat is niet eenvoudig, want alles is in beweging. Het blijkt wel, dat een integrale aanpak goed werkt. Met de samenwerking in het Ursula-gebouw als basis staan we sterk. Professionals kennen elkaar en werken samen in het Sociaal Wijkteam (SWT) en het Basisteam Jeugd. Vanuit de sociale wijkteams wordt waar nodig en waar mogelijk verbinding gelegd met de netwerken die op ruimtelijk niveau actief zijn. Het sociaal wijkteam is reeds in een vroegtijdig stadium als pilot neergezet en zet hiermee de ontwikkeling vanuit WegWijs voort. Hiermee kan een extra impuls worden gegeven aan het van buiten naar binnen werken, vroeg-signalering, zorg dichter bij de burger in de wijken brengen en mensen direct betrekken bij hun zorg- en ondersteuningsvraag. Nieuwe impuls voor voorzieningen Zoals gemeld hebben we afgezien van realisering van een nieuwe school, mede op basis van de nieuwe prognoses. Dat heeft er in geresulteerd, dat we hebben afgesproken met de schoolbesturen, dat ze een visie laten opstellen, gericht op de toekomstige ontwikkeling van het basisonderwijs in de gemeente. Daarnaast is afgesproken, dat we budgetten beschikbaar stellen voor het opknappen van de Molenwijkschool en De Wilgenbroek. Ook is afgesproken, dat een beperkt budget beschikbaar wordt gesteld voor het hoogstnoodzakelijke onderhoud van De Hobbendonken. En met het bestuur van St. Michaëlschool is een afspraak gemaakt om binnen het budget van € 3,1 miljoen een plan te maken om de huisvesting van het speciaal onderwijs op peil te brengen. De plannen zijn in voorbereiding en worden naar verwachting in de loop van 2015 in uitvoering genomen.
12
Programmajaarverslag 2014
Sportaccommodaties Ten aanzien van verbetering van de accommodatie van ODC hebben we de plannen ten aanzien van Essche Heike inmiddels gerealiseerd. Daarnaast is er voor gekozen om de ODC-locatie op Molenwijk op te knappen. Zorg voor de dagelijkse leefomgeving Naast een goede fysieke invulling van de woonomgeving, hechten wij grote waarde aan het stimuleren van activiteiten in de sfeer van sociale cohesie en evenementen. Dit moet samen de basis leggen voor een prima leefomgeving. In 2014 hebben wij daarom wederom ingezet op het ondersteunen van activiteiten in buurten en wijken, zoals “opschoondagen”, adoptieprojecten van zwerfvuilbrigades die een bepaald gebied schoonhouden van zwerfafval zoals bij de pilot Selissenwal en andere vergelijkbare buurtinitiatieven. Ook in groenprojecten is hierin een duidelijk stijgende trend, zoals de ontwikkeling van moestuinen of de generatietuin voor en door bewoners, of buurtboomplantdagen zoals bij Food Walks. De initiatieven zijn vaak nog wel kleinschalig, maar spreiden zich geleidelijk aan als een olievlek over de gemeente uit. Waar mogelijk ondersteunt en faciliteert de gemeente hierbij in financiële en materiële zin, alsmede in de vorm van arbeid en advies. Wijk- en dorpsontwikkelingsplannen In het afgelopen jaar hebben we de middelen verdeeld op het terrein van de wijkaanpak. We hebben twee leuke wijkbezoeken achter de rug: aan Selissenwal en aan Lennisheuvel. De raad heeft de middelen verdeeld en de wijken en kernen zijn nu aan zet. Ook wordt in Liempde hard gewerkt aan de ‘pilot’ van het SPPiLL-project. Er zit groei in de integrale wijkaanpak en de kracht van de samenleving wordt volop aangesproken. De lijnen zijn kort waardoor over het algemeen snel gehandeld kan worden. Ingewikkelder wordt het als vragen en wensen, consequenties hebben voor andere burgers en raakvlakken hebben met meerdere domeinen. Via de SPPiLL-pilot (Stichting Promotie Projecten in Leefbaar Liempde) wordt ervaring opgedaan met een nieuwe manier van werken. In het bedrijfsplan voor de nieuwe ambtelijke organisatie wordt aangegeven, dat wijkgericht werken een stevig fundament moet krijgen in de nieuwe organisatie. Mede op basis van ervaringen in de praktijk, zullen we dit concreet invullen. Grondbedrijf: de algemene dienst moet bijspringen In het verleden hebben we voor diverse complexen al verliesvoorzieningen gevormd, tot een bedrag van ruim € 11,6 miljoen. Omdat de economie nog niet voldoende aantrekt en een negatieve reserve Grondexploitatie niet is toegestaan volgens het Besluit Begroting en Verantwoording is een bijdrage uit de algemene middelen noodzakelijk. In bijgevoegde jaarrekening zijn geactualiseerde grondexploitaties verwerkt.
6. Boxtel heeft een modern bestuur Vergaande ambtelijke samenwerking met Sint-Michielsgestel (en Haaren) In het afgelopen jaar is er duidelijkheid gekomen op het speelveld van de intergemeentelijke samenwerking. De gemeente Vught heeft bij de start van de nieuwe bestuursperiode uitgesproken, zo lang mogelijk zelfstandig te willen blijven. De gemeente Haaren heeft bij de start van de nieuwe bestuursperiode aangegeven, de bevolking te willen raadplegen over de ambtelijke samenwerking met Boxtel en Sint-Michielsgestel. Deze raadpleging heeft ertoe geleid, dat Haaren in bestuurlijke zin een pas op de plaats maakt en in 2015 bepaalt, hoe de bestuurlijke toekomst er uit ziet. Intussen gaat de ambtelijke samenwerking door: het takkenpakket van samenwerking tussen Haaren en Boxtel op het sociaal domein is uitgebreid en de samenwerking in Ple1n-verband (Haaren, Sint-Michielsgestel en Sint-Oedenrode op het terrein van ICT, belastingen en personeel en organisatie) loopt door. Inmiddels ligt er een stevig fundament voor ambtelijke fusie van Sint-Michielsgestel en Boxtel per 1 januari 2016. De raden zijn akkoord met de oprichting van een gemeenschappelijke regeling en de colleges en ambtelijke organisaties zetten alles op alles om de datum van 1 januari 2016 te halen.
Programmajaarverslag 2014
13
Raden betrokken bij intergemeentelijke samenwerking en strategische visie De strategische visie ‘Goed leven, goed werken: mensen maken De Meierij’, is nog niet echt opgepikt door de raden, omdat de discussie vooral ook nog heeft plaatsgevonden op het bestuurlijke. Mede op initiatief van de Provincie is een nieuw traject in gang gezet gericht op het maken van een inhoudelijke agenda voor de Bossche Meierij. Daarbij zijn de gemeenten ’s-Hertogenbosch, Vught, Haaren, SintMichielsgestel en Boxtel betrokken. De raad zal uiteraard bij het opstellen van de inhoudelijke agenda worden betrokken. Verbouwing en vernieuwing via ‘Boxtel Op Maat’ Ook is in 2014 hard gewerkt aan de verbouwing van het gemeentehuis. Er is een werksituatie ontstaan die aangenaam en bij de tijd is. Het is verbazingwekkend hoeveel ruimte er in het gebouw zit. De bovenverdieping blijft ongemoeid en wordt afgesloten, zolang er geen nieuwe bestemming is en de monumentale voorbouw blijft vooralsnog buiten beschouwing, omdat het budget te krap is. Nu de middenbouw evenwel is opgeleverd, zijn we nog bezig aan de publiekshal, het klant contactcentrum (KCC) en het bestuursgedeelte; dat wordt naar verwachting in mei 2015 opgeleverd. We zullen in de loop van het jaar een Boxteldag organiseren. Daarbij kunnen de inwoners een kijkje nemen in het nieuwe gemeentehuis en laten ambtenaren zien, wat er allemaal gebeurt. Papier zullen de inwoners niet veel meer zien. De afgelopen jaren heeft de organisatie een enorme digitaliseringsslag gemaakt waardoor de processen digitaal verlopen en ook de vergaderingen papierloos worden voorbereid en gevoerd. Dat wil niet zeggen dat we er al zijn, zeker zijn er nog verbeterslagen te maken. Dat geldt ook op het terrein van cultuur. We kunnen tijd- en plaats-onafhankelijk werken. Onze dienstverlening is daarbij gebaat omdat we ook naar de burger toe kunnen. In het sociaal domein vinden al volop ‘keukentafelgesprekken’ plaats. De slag van buiten naar binnen moet daarbij nog wel verder worden doorgezet. De flexibiliteit van de organisatie betreffende de dienstverlening moet worden vergroot, enerzijds door de informatie welke beschikbaar is naar de voorkant van de organisatie te brengen zodat de burger deze zo veel als mogelijk tijd- en plaatsonafhankelijk kan verkrijgen en anderzijds door een nog meer flexibele opstelling in het contact met de burger. Het is ook het moment om een nieuwe bedrijfsfilosofie te presenteren die uiteraard nauw verwant is aan het bedrijfsplan dat we samen met Sint-Michielsgestel hebben opgesteld. Raad, burgers, verenigingen, instellingen en bedrijven worden uiteraard betrokken bij de Boxteldag. Financiën De jaarrekening van 2014 heeft een saldo van € 686.000. De ontwikkeling van de lokale lasten is gematigd geweest. De totale lokale lastendruk is voor de meeste huishoudens beperkt gebleven tot gemiddeld een trendmatige lastenstijging van 1,08%. De staat van de gemeente, www.waarstaatjegemeente.nl In het najaar van 2014 heeft Boxtel wederom meegedaan aan het landelijk onderzoek 'waarstaatjegemeente.nl' (ook te raadplegen via de website). Het overzicht is een momentopname en geeft een indicatie van de trends. Er kan geen absolute waarde aan het onderzoek worden toegekend. Boxtel doet vanaf 2006 met dit onderzoek mee. Het onderzoek is uitgevoerd door het PON (Provinciaal Opbouworgaan Noord-Brabant). Het onderzoek ligt ter inzage. Zes burgerrollen “Waar staat je gemeente” onderscheidt zes burgerrollen: 1. De burger als kiezer is de burger die politiek wordt gerepresenteerd en die een bepaalde kwaliteit van politiek en bestuur mag verwachten. 2. De burger als klant is de burger die recht heeft op een behoorlijke kwaliteit van dienstverlening. 3. De burger als onderdaan heeft recht op kwaliteit van orde en gezag. 4. De burger als partner heeft recht op kwaliteit van beleid en wil serieus genomen worden in het kader van de beleidsontwikkeling van de gemeente. 5. De burger als wijkbewoner heeft recht op kwaliteit van zijn leefomgeving.
14
Programmajaarverslag 2014
6. De burger als belastingbetaler heeft recht op verantwoordelijke besteding van middelen (lokale lasten, financiën, management en personeel). Totaalcijfers per burgerrol Iedere burgerrol krijgt een gelijk 'gewicht', er is geen speciale rangorde. Uiteindelijk wordt per burgerrol een totaalcijfer gegeven. Dit 'rapportcijfer' (op een schaal van 0 tot 10 waarbij 6 voldoende is) is samengesteld op basis van deelcijfers van indicatoren. De indicatoren zijn op hun beurt afkomstig van een aantal bronnen: de vragenlijsten aan burgers (digitale vragenlijst en via de balie in het gemeentehuis), gegevens aangeleverd door de gemeente zelf en landelijk verzamelde data. Resultaten gemeente Boxtel Ontwikkeling cijfers Boxtel in relatie tot het gemiddelde 2010-2014 Kiezer
Kiezer
Klant
Klant
Onderdaan
Onderdaan
Partner
Partner
Wijkbewoner
Wijkbewoner
Boxtel
Gem
Boxtel
Gem
Boxtel
Gem
Boxtel
Gem
Boxtel
Gem
2010 2012
6,1 5,8
5,9 5,9
7,6 7,8
7,7 7,7
6,4 6,1
6,3 6,3
6,0 5,7
5,8 5,7
7,0 6,8
6,9 7,0
2013 2014
5,6 5,8
5,9 5,8
7,7 7,8
7,7 7,7
6,1 6,2
6,3 6,3
5,5 5,7
5,7 5,6
6,9 6,9
7,0 7,0
In de tabel is te zien dat we na een aantal jaren van daling de cijfers nu weer een stijging laten zien. Als we naar de scores van 2013 kijken dan scoort Boxtel in 2014 op vier onderdelen hoger (kiezer, klant, onderdaan en partner) en op één onderdeel hetzelfde (wijkbewoner). In 2013 scoorden we op de onderdelen kiezer, klant en partner minder goed ten opzichte van 2012. In 2014 zijn we weer terug op het niveau van 2012. De scores van de gemeente Boxtel liggen rondom het gemiddelde. Twee maal ééntiende erboven (klant en partner), twee maal ééntiende eronder (onderdaan en wijkbewoner) en een maal op hetzelfde niveau (kiezer) als het gemiddelde. Ten opzichte van het gemiddelde wijken de scores van Boxtel dus niet veel af. We streven er echter naar om minimaal op en het liefst boven het gemiddelde te scoren. Resultaten uitgesplitst naar gebied Dit jaar hebben we ervoor gekozen de burgerenquête op een andere manier uit te zetten dan in de voorgaande jaren. We hebben de enquête per wijk uit gezet. De resultaten zijn uiteindelijk geclusterd voor de vijf gebieden: Centrum, Oost, Munsel/Selissen, Liempde en Lennisheuvel. De reden voor deze keuze is dat we expliciet kunnen aanhaken bij de college speerpunten burgerparticipatie en wijkgericht werken en we kunnen gerichter met de resultaten aan de slag omdat we hebben gesignaleerd wat inwoners per gebied belangrijk vinden. Met deze informatie kunnen we beter inspelen op de situatie per gebied en mogelijke verbeteracties uitzetten. Cijfers per gebied Rol
Boxtel-
Boxtel
Centrum
Munsel/Selissen
Boxtel-Oost
Lennisheuvel
Liempde
Boxtel totaal
Kiezer
5,8
5,9
5,7
6,0
5,9
5,8
Klant Onderdaan
7,1 6,0
7,2 6,3
7,1 6,2
6,9 6,3
7,0 6,1
7,8*) 6,2
Partner Wijkbewoner
5,7 6,9
5,8 6,9
5,6 6,9
5,7 7,0
5,7 6,9
5,7 6,9
*) Het gemeentelijke totaalcijfer van de burgerrol ‘klant’ is mede gebaseerd op 19 indicatoren, voortkomend uit het klanttevredenheidsonderzoek (KTO). Dit is niet per wijk uitgevraagd. De uitkomsten van deze indicatoren zijn daarom niet meegenomen in het gemiddelde per wijk.
Programmajaarverslag 2014
15
Over het algemeen genomen zijn de inwoners van Munsel/Selissen het meest tevreden, de inwoners van Boxtel-Centrum zijn het meest kritisch. Naar aanleiding van deze resultaten gaan we in gesprek met alle wijkorganen en eventueel met de bewoners van inwoners van de gebieden. Op deze manier kunnen we het verhaal achter de resultaten ophalen en gerichter verbeteracties doorvoeren. Om dit te bereiken willen we ons het komende jaar richten op de volgende acties: 1. De burger als kiezer: besluiten nemen en starten met de uitvoering in dossiers. Ook blijft het college aandacht besteden aan transparantie in de besluitvorming. 2. De burger als klant: om gemeentelijke informatie gratis toegankelijk te maken gaan we digitale communicatie (website en social media) meer promoten. Om de dienstverlening verder te verbeteren gaan we in de ambtelijke fusie organisatie de dienstverlening meer naar de burger toe organiseren, richten we een KCC en een zaaksysteem in. Daarnaast zal de verbouwing van het gemeentehuis mogelijk voor verbetering van de resultaten zorgen op het gebied van privacy en representatie. 3. Burger als onderdaan: we geven een aantal handhavings aandachtpunten mee aan de BOA pool. Onder andere de verbreding van de tijden van de inzet van BOAs. 4. Burger als partner: het inzetten van het verbetertraject burgerparticipatie werpt zijn vruchten af, gezien de stijging van de tevredenheid op dit onderdeel. We zijn er nog niet, dus we zetten de beweging naar de burger toe voort en versterken deze beweging via het steviger verankeren van wijkgericht werken in de ambtelijke fusie organisatie. 5. Burger als wijkbewoner: de tevredenheid over voorzieningen verschilt sterk per wijk. Als gevolg van de gesprekken met de wijkorganen en inwoners van de gebieden bepalen we welke verbeteracties op dit punt noodzakelijk en mogelijk zijn. 6. Burger als belastingbetaler: de resultaten op dit onderdeel vroegen niet om specifieke verbeteracties. Op basis van de cijfers concluderen we dat er een stijgende lijn zichtbaar is, maar dat we wel inspanningen moeten blijven verrichten om deze stijgende lijn voor te zetten. Daarnaast geeft de uitsplitsing van de resultaten naar gebied ons nieuwe inzichten over de aandachtspunten per gebied. Deze gegevens zijn de basis voor het wijkgericht werken in de ambtelijke fusie organisatie. We moeten er samen met de raad voor zorgen dat de tevredenheid van de inwoners van Boxtel over de rollen onderdaan en wijkbewoner stijgt. Nadere informatie over de rapportage en de mogelijkheid om te vergelijken met andere gemeenten kunt u terugvinden op de site www.waarstaatjegemeente.nl. Een bezoekje aan de website is aan te bevelen: deze bevat een schat aan informatie over Boxtel en over alle andere gemeenten in Nederland.
Tot slot Het jaar 2014 gaat de geschiedenis in als de start van de nieuwe bestuursperiode onder het motto 'Ruimte voor innovatie en vernieuwing'. Het lijkt er op, dat we het economische dal gehad hebben en dat er nieuw perspectief ontstaat. Dat wordt bevestigd door de scores in het kader van waarstaatjegemeente.nl. Ook daar hebben we de opgaande lijn te pakken. In de komende jaren komt het er op aan, om af te maken waar we mee begonnen zijn en kansen te grijpen. Om dat te kunnen doen moeten we ruimte creëren en sturen op waarden. Burgers, bedrijven en maatschappelijke instellingen zullen de ruimte moeten benutten om het economisch herstel om te zetten in ruimtelijk en maatschappelijk herstel. We hebben elkaar hard nodig om sterker te worden. We zullen de krachten moeten bundelen om de kwaliteit van wonen, werken en leven in Boxtel te versterken. 'Hier en nu', met respect voor 'daar en straks'. Aldus vastgesteld, Burgemeester en wethouders van Boxtel, Boxtel, 28 april 2015. 16
Programmajaarverslag 2014
Wat is er binnengekomen en hoe is het geld besteed?
Programmajaarverslag 2014
17
18
Programmajaarverslag 2014
Programma’s
Programmajaarverslag 2014
19
Programma 1 Algemeen bestuur en Communicatie 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 001 002 003
Beleidsproduct Bestuursorganen Bestuursondersteuning Burgerzaken
Portefeuillehouder M. Buijs M. Buijs M. Buijs
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Communicatienota 2010 – 2014
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Bestuur Intergemeentelijke samenwerking
Bestuur en samenleving
Dienstverlening
20
In 2014 is de ambtelijke samenwerking met de gemeenten Haaren, Sint-Michielsgestel verder voorbereid. Inmiddels is duidelijk dat Boxtel en Sint-Michielsgestel de samenwerking per 1-1-2016 constructief voorbereiden en dat Haaren tenminste voorlopig is afgehaakt en zich beraadt op haar positie. Inwoners en ondernemers maken gezamenlijk onze gemeenschap. Binnen die gemeenschap had de gemeente veelal de rol van regisseur. Als onderdeel van de gemeenschap droeg de gemeente initiatieven aan en legde zij keuzes voor. Andere partijen in onze gemeenschap – inwoners, ondernemers, instellingen – vervulden dezelfde rol. Er wordt sterk op gestuurd, zowel intern en extern, dat partijen in de gemeenschap meer initiatief en eigen verantwoordelijkheid gaan nemen. Indien nodig zal de gemeente daarbij nog een ondersteunende rol vervullen bij de realisering van initiatieven. Kaders worden dan vastgelegd waarbinnen partijen hun rol kunnen nemen. Burgerzaken Ook in 2014 lagen de accenten op de verbetering van de dienstverlening naar de burger. Het werken op afspraak is succesvol geïntroduceerd bij Burgerzaken en is in 2014 verder uitgerold worden in de organisatie. Verder is gestart met het Telefonisch InformatiePunt waarbij door flexibele inzet van de medewerkers van het team dienstverlening, de contouren van het klantcontactcentrum zich duidelijk gaan aftekenen. Het doel is de burger sneller en beter bedienen. Per 1 januari 2014 doen begrafenisondernemers geheel digitaal de overlijdensaangiften. In vervolg daarop worden de mogelijkheden tot verdere digitalisering van de burgerlijke stand bekeken.
Programmajaarverslag 2014
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 1 ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
Lasten - Baten rekening 2014
00101
gemeenteraad en raadscommissies
416
410
417
00102
burgemeester en wethouders
801
783
1.305
00104
dorpsraad Liempde
5
8
8
00122
intergemeentelijke samenwerking
10
10
168
00141
representatie
39
35
35
42
3
00143
promotie en voorlichting
98
141
131
108
-1
00145
buitenlands beleid
2
3
3
1
1.390
2.067
125
126
totaal product 001 - bestuursorganen
1.371
00201
leiding
127
00220
concerncontrolling
55
00221
secretariaat
00222
beleidsontwikkeling
40
00223
rechtsbescherming
36
totaal product 002 - bestuursondersteuning
1
Lasten - Baten
1
36 3
258
137
133
31 140
247
2
1.312
241
220
62
220
461
55
290
465
81 1
1
1
126
34
121
31 134
1.931 123
78 1
55
406 241
34 127
273
122
00301
gba voor persoonsgegevens
27
43
24
50
24
50
19
32
00302
burgerlijke stand
170
421
156
457
156
429
226
483
00303
verkiezingen
1
00305
straatnamen en huisnummers
00308
informatieverstrekking
31
65
5
5
69
13
13
7
6
11
6
27
26
211
477
223
513
261
485
341
541
totaal lasten/baten producten
1.840
618
1.860
647
2.618
1.073
2.545
1.128
bij: apparaatlasten
2.177
46
2.618
46
2.618
46
2.455
46
kapitaallasten
141
totaal product 003 - burgerzaken
135
127
121
mutaties reserves via resultaatbestemming totaal lasten en baten programma 1
4.158
664
4.613
693
5.363
1.119
5.121
1.174
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Burgemeesters en Wethouders
Intergemeentelijke samenwerking
In 2014 zijn de bestuurskosten beduidend hoger dan in 2013, omdat 2 oud wethouders de pensioengerechtigde leeftijd hebben bereikt. Het gevolg is dat de backservice verplichting (€ 430.000) actueel werd en er moest eenmalige pensioenpremie betaald worden aan het ABP om aan de wettelijke pensioenaanspraken van de wethouders te voldoen. Vanuit Loyalis heeft de gemeente een pensioenuitkering (€ 241.100) ontvangen als dekking voor de backservice verplichting. Het verschil is betaald uit de algemene middelen. De reserve stortplaats Vlagheide is vrijgevallen (€ 220.000) omdat de verwachting is dat het risico voor het niet behalen van het doelvermogen (om de kosten van de eeuwigdurende zorg van de stortplaats Vlagheide) door de provincie bijna nihil is. De verwachting is ook dat stortplaats wordt overgedragen aan de gemeente Schijndel. Een budget voor de intergemeentelijke samenwerking is vastgesteld door de raad. Het restantbudget van € 100.000 van 2014 wordt overgeheveld naar 2015. Dit budget wordt gebruikt om de projectkosten te betalen en de organisaties op elkaar af te stemmen om de bedrijfsprocessen te herorganiseren.
Programmajaarverslag 2014
21
Burgerzaken
De meerkosten (€ 125.000) bij Burgerzaken zijn veroorzaakt door: Gemeente- en Europese verkiezingen in 2014, de kosten € 68.000 en een hogere verkoop van ID documenten, welke meerkosten (€ 57.000) veroorzaakte. De hogere opbrengsten van de ID kaarten komt uit op € 63.000.
Exploitatie programma 1. ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE Rekening 2013
(bedragen x € 1.000) Totaal Lasten
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Resultaat 2014
4.158
4.613
5.363
5.121
Totaal Baten
664
693
1.119
1.174
Totaal Saldo
-3.494
-3.920
-4.244
-3.947
297
Toelichting exploitatie Bestuursorganen
De kosten pensioen zijn in 2014 eenmalig hoger geweest. De backserviceverplichting moet betaald worden als het pensioen ingaat. De hogere programmakosten zijn het gevolg van de ramingen van € 1,32 miljoen verdeeld over 3 jaar voor de intergemeentelijke samenwerking.
Investeringen programma 1. ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000) ICT investeringen
E
Verbouwing Kantine/Bedrijfsrestaurant
E
Aanpassing Gemeentehuis (HNW) + Onderhoud
E
Meubilair gemeentehuis
E
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015
749
206
525
73
74
195
1.900
1.500
984
516
500
210
290
Toelichting investeringen ICT investeringen
Verbouwing gemeentehuis
Meubilair
Zeven investeringskredieten op automatiseringsgebied kunnen worden afgesloten (audio doc’s, kleine ict, GWS4all, DMS-RMA, Oracle 11, Topdesk en Neuron BAG/WOZ) De beschrijving is beperkt omdat de projectgroep zelf de verantwoording dient te maken. De eerste fase van de verbouwing van het gemeentehuis is afgerond medio december. Fase 2 zal gestart worden in 2015. De verwachting is dat het project in het derde kwartaal wordt beëindigd; eindrapportage volgt nadien. e De opdracht en de levering is eind 2014 verstrekt. Tijdens de afronding van de 1 fase is het meubilair in gebruik genomen. Het resterende gedeelte wordt medio 215 geplaatst.
Reserves en voorzieningen programma 1. ALGEMEEN BESTUUR EN COMMUNICATIE (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo voorziening Nazorg Vlagheide - toevoegingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014
220
220
1-1-2014
31-12-2014
220
0
Toelichting reserves en voorzieningen Vlagheide
22
De voorziening is vrijgevallen omdat het risico van het niet behalen van het doelvermogen nagenoeg nihil is.
Programmajaarverslag 2014
Programma 2 Openbare orde en veiligheid 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 110 120 121
Beleidsproduct Openbare orde en veiligheid Brandweer Rampenbestrijding
Portefeuillehouder M. Buijs M. Buijs M. Buijs
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Wet op de Veiligheidsregio • Drank- en Horecawet • Algemene Plaatselijke Verordening
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Openbare orde en veiligheid Handhaving
Veiligheidsregio
Rampenbestrijding
De Boa’s verrichten een scala aan handhavingstaken. Er zijn minder overtredingen geconstateerd. De PV-vergoeding van het Rijk is per 31-12-2014 opgehouden te bestaan. Dat houdt in dat de gemeenten voor de bekeuringen die zij uitschrijven, niet zijnde fiscaal parkeren, geen vergoeding meer krijgen van het Rijk maar wel de kosten van de handhaving volledig voor hun rekening moeten nemen. Mede door het werk van de boa’s verder te regionaliseren blijven de kosten beheersbaar. De Veiligheidsregio Brabant-Noord heeft een bezuinigingstaak uitgevoerd in 2014, waarbij een extra bezuiniging van € 400.000 is gehaald. De wettelijke uit te voeren taken zijn daarbij geborgd. De nieuwe structuur voor de Bevolkingszorg is ingericht zodat er in 2015, volgens planning gestart kan worden. Het is een integraal onderdeel van het programma Openbare Orde en Veiligheid.
Programmajaarverslag 2014
23
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 2 OPENBARE ORDE VEILIGHEID nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
algemene plaatselijke verordening
5
13
5
16
17
11002
criminaliteits-/veiligheidsplan
79
5
99
114
85
4
11003
overige beschermende maatregelen
12
22
22
15
regionale brandweer
totaal product 120 - brandweer 12100
13
96
18
126
13
147
13
116
21
1.284
2
1.309
50
1.374
150
1.349
102
1.284
2
1.309
50
1.374
150
1.349
102
veiligheid 12008
11
rekening 2014
11001
totaal product 110 - openbare orde en
13
Lasten - Baten
voorbereiden en coördinatie rampen
totaal product 121 - rampenbestrijding
4
7
7
5
4
7
7
5
totaal lasten/baten producten
1.384
20
1.442
63
1.528
163
1.470
bij: apparaatlasten
265
323
323
323
kapitaallasten
96
95
95
95
123
mutaties reserves via resultaatbestemming totaal lasten en baten programma 2
1.745
20
1.860
63
1.946
163
1.888
123
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Openbare orde en Veiligheid Brandweer
Rampenbestrijding
Geen relevante verschillen of opmerkingen. De gemeentelijke bijdrage is bijna onveranderd. De BTW kan niet meer verlegd worden naar de deelnemende gemeenten. Als gevolg daarvan ontvangen de deelnemende gemeenten een uitkering uit de BDUR via de veiligheidsregio van € 105.000 per jaar. Geen relevante verschillen of opmerkingen.
Exploitatie programma 2. OPENBARE ORDE EN VEILIGHEID (bedragen x € 1.000) Totaal Lasten
Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Resultaat 2014
1.745
1.860
1.946
1.888
Totaal Baten
20
63
163
123
Totaal Saldo
-1.725
-1.797
-1.783
-1.765
Toelichting exploitatie Brandweer
24
Het grote verschil tussen de rekeningjaren heeft betrekking op de brandweer (lees Veiligheidsregio) voor het bruto ramen van de bijdrage en het opnemen van een opbrengst.
Programmajaarverslag 2014
18
Programma 3 Openbare ruimte en wijkbeheer 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 004 210 211 214 560 631
Beleidsproduct Vastgoedinformatie Wegen en verlichting Verkeer Parkeren Openbaar groen Buurt- en wijkwerk
Portefeuillehouder P.M.B.M. van de Wiel H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Strategische Visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ • Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ Vastgoedinformatie • Ontwerp wet BGT Wegen en verlichting • Beleidsuitgangspunten wegenonderhoud (sep 2005) • Beheerplan onverharde wegen (aug 2006) • Notitie plan van aanpak bermversteviging en wortelschades (mei 2007) • Veeg- en onkruidbestrijdingsplan (juni 2000) • Gladheidbestrijdingsplan (okt 2000) • Beheerplan Kunstwerken (2007) • Beleidsplan Openbare Verlichting (jan 2013), Verkeer • Gemeentelijk Verkeer en Vervoersplan GVVP (2008) • Boxtel Bicycle (sep 2010) Parkeren • Parkeernota Centrum 2005 • Parkeernormen gemeente Boxtel, binnen bebouwde kom (maart 2007) Openbaar groen • Bermbeheerplan (maart 2003) • Groenbeheer op basis van Beeldkwaliteitsbestekken (april 2005) • Bomenbeleidsplan (aug 2007, incl. aanpassingen april 2013) • Groenstructuurvisie (2012) • Groenbeleidsplan (2012) Buurt- en wijkwerk • Beleidsnotitie ‘Wijkbeheer Nieuwe Stijl’ (april 2000) • Uitlaatbeleid voor honden en andere huisdieren (nov 2009, evaluatie nov 2011)
Programmajaarverslag 2014
25
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Bakens verzetten en kracht gemeenschap benutten
Integrale aanpak projecten, beheer en onderhoud Duurzaam beheer, sober maar doelmatig Groen en cultuurhistorie zijn belangrijke waarden
Goed en veilig verkeer
Sociale cohesie en burgerparticipatie in wijken en buurten Leefbaarheid wijken
Betrouwbare vastgoedinformatie is de basis voor efficiënte uitvoering van taken
Realisatie infraprojecten in 2014
Algemene beleidskaders • De uitdaging is om Boxtel leefbaar en bereikbaar te houden, ook in de toekomst. In deze veranderende samenleving en met steeds krapper wordende budgetten zullen daarvoor de bakens verzet moeten worden. Wij zoeken dit in innovatie en samenwerking met anderen, waarbij de kracht van de gemeenschap zelf mede wordt gezocht. In 2014 is met bewoners besproken hoe dit opgezet kan worden en zijn diverse goede pilots uitgevoerd. Denk aan de moestuinen, de generatietuin, wijkinitiatieven in Selissenwal, Lennisheuvel en Liempde (met SPPiLL), en aanpassing kruispunt Den Engel. • Bij inrichting, beheer en onderhoud van de openbare ruimte wordt door een integrale aanpak gezorgd voor een schone, hele en veilige leefomgeving. Projecten en dagelijks beheer zijn integraal afgestemd en uitgevoerd. Verbetering blijft mogelijk, zo is in 2014 gewerkt aan een integraal beeldbeheerplan Groen en Straatreiniging. • Boxtel heeft zich een duurzame gemeente getoond, met toepassing van duurzame producten, voldoende groen en sober onderhoud zonder gebruik van chemische bestrijdingsmiddelen. • Dit geldt ook voor het buitengebied: duurzaam zorgvuldig omgaan met natuur en landschap is het devies. Als hart van nationaal landschap ‘Het Groene Woud’ en centrum in de Meierij spelen het groen en cultuurhistorie in Boxtel een zeer belangrijke rol. Met de programma’s ‘Verkwikkend buitengebied’ en ‘Landschappen van Allure’ werken we met vele andere partijen hier continu aan. • Met de instemming met de maatregelen voor PHS (Programma Hoogfrequent Spoor) is een belangrijke mijlpaal gezet voor goede bereikbaarheid qua verkeer en vervoer, verkeersveiligheid en beperking overlast. • Met de vaststelling van wijkplannen is een goede stap gezet voor de sociale cohesie in wijken en buurten, en is er ruimte gecreëerd voor burgerparticipatie in de inrichting en beheer van de wijk of buurt. De twee wijkbezoeken van de raad aan Lennisheuvel en Selissenwal droegen daar goed aan bij. • In 2014 zijn de wijkvisies Selissenwal en Lennisheuvel vastgesteld en het nog beschikbare budget over de wijken Centrum- Breukelen, Selissenwal en Lennisheuvel verdeeld zodat zij verder aan de slag kunnen met de uitvoeringsprogramma’s. Vastgoedinformatie Elke gemeente wordt verplicht deze basisregistratie in te voeren. De Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT) regelt de eenduidige vastlegging van topografische gegevens zoals de ligging van wegen, water, spoorlijnen, gebouwen en terreinen en wordt dé grootschalige topografische ondergrond van Nederland. Dit meerjarig project is gestart in 2011. De planning voor de gemeente Boxtel is gericht op het operationeel hebben van de BGT op 1 januari 2016. Lag het accent In 2014 op het afstemmen van beheergrenzen en het maken van afspraken met overige bronhouders (bijvoorbeeld Waterschap en provincie), 2015 wordt het jaar van het in transitie brengen van de BGT. Daarnaast zal worden gewerkt aan het implementeren van de plus informatie en het maken van een koppeling met de beheerpakketten van openbare ruimte. Wegen en verlichting Aanleg, reconstructie en onderhoud wegen • In 2014 is de Reconstructie Baandervrouwenlaan (tussen Sint Severusstraat – Parkweg) gerealiseerd, met veilige fietspaden en afkoppeling van hemelwater. • In 2014 is de Pierre Jansenstraat gerealiseerd; een parkeerterrein bij nieuwbouw Panta-Rhei.
Infraprojecten in
26
Programmajaarverslag 2014
voorbereiding in 2014
In 2014 is de voorbereiding gestart of afgerond van de volgende infraprojecten (plan/ontwerpfase), die in 2015-2016 tot uitvoering zullen komen: • Het definitief ontwerp van Reconstructie STA-P (Cultuurhistorische as van Stapelen tot Petrusbasiliek: Burgakker, Kruisstraat, Kop van de Markt, Oude Kerkstraat) is vastgesteld. Het bouwteam is thans met de uitvoeringsfase gestart. • Hetzelfde geldt voor de Reconstructie weg Lennisheuvel (Boseind–kom Lennisheuvel, ontsluiting Vorst A). Ook deze komt voorjaar 2015 tot uitvoering. • Reconstructie deel Van Randerodestraat (bij nieuwbouw Woonstichting Sint-Joseph), uitvoering medio 2015. • Groot onderhoud wegen, verzamelbestekken 2014-2015, uit te voeren medio 2015. • Herinrichting Markt (uitvoering sluit aan op afronding STA-P eind 2015, begin 2016). • Fietsroute Munsel – Oost, dr. De Brouwerlaan en omgeving Wilgenbroek (fietsroute, parkeren, verkeersveiligheid), uitvoering verwacht begin 2016. • VLK, Verbindingsweg Ladonk – Kapelweg, start uitvoering verwacht in 2016.
Chemievrij beheer
Straatreiniging • Onkruidbestrijding op verhardingen is geheel chemievrij uitgevoerd door borstelen en branden, zowel in eigen beheer als uitbesteed. • In 2014 is een integraal beheerplan Groen en Straatreiniging op basis van beeldkwaliteit uitgewerkt, ter besluitvorming in 2015.
Integraal beheerplan Groen en Reiniging
Onderhoud civiele kunstwerken en openbare verlichting Ontwikkeling glasvezelnet
PHS (Programma Hoogfrequent Spoor) Project TALK (Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg en aanpassen Keulse Baan)
Geen ontwikkelingen rondom Verbinding N618-A2 (project VAN)
Activiteiten in kader van Boxtel Bicycle
Infrastructurele kunstwerken, Openbare Verlichting, Kabels en Leidingen • In 2014 zijn de jaarlijkse onderhoudsprogramma’s infrastructurele kunstwerken 20132014 en Openbare Verlichting 2014 zonder verdere bijzonderheden uitgevoerd. Het aandeel LED in de Openbare Verlichting groeit gestaag. • De particuliere aanleg via Parkmanagement van glasvezel op Ladonk (‘Glasdonk’) is in uitvoering. Ook is een particulier initiatief gestart voor aanleg van glasvezel in het buitengebied tussen Oirschot en Boxtel. Verwacht wordt dat er een beleidsbeslissing over ontwikkeling van glasvezel in andere delen voorgelegd kan worden in 2015. Verkeer Grootschalige infrastructuur • Binnen Programma Hoogfrequent Spoor (PHS) is met ministerie I&M, Prorail en Provincie tot overeenstemming gekomen over een gezamenlijk programma van maatregelen in de periode 2015-2022. Hierbij is gekozen voor de oplossingsvariant waarbij de dubbele overweg wordt gesloten voor verkeer en aanleg ter plaatse van een fietstunnel (Prorail trekker), evenals een omleidingsroute via de nieuw aan te leggen Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg (VLK) en aanpassing van de Keulse Baan (KBA). VLK en KBA vormen samen het project TALK (Tracé A2-Ladonk-Kapelweg), waar de gemeente trekker van is. Uitvoering van de maatregelen wordt voorbereid, beoogd wordt dat in 2016 met de uitvoering VLK wordt gestart. De verlenging van het fietspad N624 wordt in project VLK meegenomen (toezegging cofinanciering Provincie max. € 450.000 hiervoor is tot 2018 verlengd). Voor PHS loopt nog een MER-onderzoek. • Ten aanzien van een directe verbinding tussen N618 en A2 beoogd (project: VAN) zijn er geen nieuwe ontwikkelingen. Provinciaal beleid merkt de N618 (BoxtelSchijndel), N622 (Schijndel–Veghel/A50) en N617 (Schijndel–Sint-Oedenrode/A50) aan als bovenregionaal verbindend belang, maar er is nog geen beweging voor een directe verbinding tussen N618 en A2 op de gebiedsagenda’s van de Provincie, regio NO-Brabant en het MIRT-programma van het Rijk. Fietsverkeer In het kader van het uitvoeringsprogramma Fietsbeleidsnota ‘Boxtel Bicycle’ (2010) zijn de volgende activiteiten in 2014 ondernomen:
Programmajaarverslag 2014
27
• • • • • Beleid vastgelegd over elektrisch vervoer E-oplaadpunten
Aanleg 30 km-zones Mobiliteitsplan vertraagd
Vergunningparkeren Centrum en BreukelenZuid
Centrale parkeervoorziening Centrum
Blauwe zones en betaald parkeren
Uitbreiding fietsparkeren bij station aan de Parallelweg-Noord. Realisatie veilige fietspaden langs Baandervrouwenlaan (St. Severusstraat-Parkweg). Verbetering fietspad Parallelweg-Zuid. Verwijderen gevaarlijke paaltjes in fietspaden. Voorbereiding/ontwerpen veilige fietsroute Munsel – Oost (Zonnegolven en dr. De Brouwerlaan), scenario’s in burgerparticipatie besproken. Uitvoering begin 2016.
Elektrisch verkeer • In samenwerking met 6 Meierijgemeenten is beleid opgesteld ten aanzien van het elektrisch opladen voor ‘zwaar’ verkeer zoals (vracht)auto’s, motoren e.d., in combinatie met vermindering van aanbod fossiele brandstoffen. • Met Provincie is een pilotproject oplaadpunten voertuigen uitgevoerd, waarbij de Provincie twee oplaadpunten in de gemeente realiseert. • Onderzoek is gestart naar duurzame oplaadpunten voor elektrische fietsen in de openbare ruimte (DOEF), startend in het centrum. Overige activiteiten verkeer • De 30 km zonering Selissenwal en Munsel-In Goede Aarde zijn voorbereid, Uitvoering in 2015. • Het geplande opstellen van de herziening Gemeentelijk Verkeer en Vervoersplan tot een nieuwe Mobiliteitsvisie is door de werkdruk verschoven naar 2015.
Parkeren Centrum • In 2014 zijn de scenario’s voor het vergunningparkeren in het Centrum en BreukelenZuid uitgewerkt en vergeleken. In maart 2015 is hierover een besluit gevallen, wat zal leiden tot een gefaseerde invoering van het vergunningparkeren in 2015 en de daarbij behorende aanpassing van de verkeerscirculatie (na besluitvorming over de benodigde verkeersbesluiten). • Als gevolg van burger- en ondernemersparticipatie in het kader van het autoluw maken van de Markt is er voortschrijdend inzicht ontstaan over het parkeren op de Markt. Invoering van seizoensparkeren op de Markt in combinatie met herinrichting van parkeren aan Zusterpad en Mgr. Bekkersstraat, maakt doorschuiven van een besluit over een centrale parkeervoorziening in het Centrum (zoals de Pastorietuin) mogelijk. Besluitvorming hierover is beoogd in maart 2015. • De detailhandelvisie roept nieuwe vragen op ten aanzien van de in de centrumvisie beoogde blauwe zones en het (beperkt) betaald parkeren in Centrum. Hierover wordt in 2015 nader geadviseerd en besloten. De chipknip is per 2015 afgeschaft en niet meer bruikbaar in de parkeerautomaten.
Laad/losregeling en fietsparkeren centrum
Overige activiteiten parkeren • Actualisatie beleid parkeernormen (inclusief actualisatie beleid Parkeerfonds) is vanwege werkdruk aangehouden tot 2015. • Aanpassing laad/losregeling centrum en fietsparkeren centrum worden meegenomen in de verdere uitwerking van de centrumplannen.
Beleidsactiviteiten zoals herziening kapvergunningstelsel en implementatie Floraen Faunawet beperkt
Openbaar groen Beleidsactiviteiten in 2014: • Vanwege gebrek aan capaciteit kon weinig beleidsactiviteit worden ondernomen. Herziening kapvergunningbeleid en verdere implementatie Flora- en Faunawetgeving (FFw) zijn hierdoor aangehouden. In het kader van de FFw zijn al wel nieuwe instrumenten ontwikkeld, zoals een digitale Natuurwaardenkaart (te verwachten soorten per gebied) en een Leidraad FFw (protocollen hoe om te gaan
Parkeernormen
28
Programmajaarverslag 2014
Integraal beeldbeheerplan Groenonderhoud en Straatreiniging Burgerparticipatie
Duurzaam groenbeheer
Knelpunten overlast en zieke bomen
Groenprojecten in buitengebied worden gecombineerd met programma’s ‘Verkwikkend Buitengebied’ en ‘Landschappen van Allure’
Aanpakken van knelpunten
met welke soorten bij welke werkzaamheden). Om het totaalbeeld openbare ruimte te verbeteren is de gewenste beeldkwaliteit in groenonderhoud, gebaseerd op het groenbeleidsplan, in samenhang met de beeldkwaliteit van straatreiniging in 2014 beschreven in een integraal beeldbeheerplan. In 2015 volgt hierover besluitvorming. • Bij het opstellen van het beeldbeheerplan is ook met bewoners gesproken over mogelijkheden voor burgerparticipatie. Bewoners zijn daarbij meer geïnteresseerd in bij te dragen in lokale projecten voor een meerwaarde in het groen, dan in het reguliere onderhoud. Verschillende van die projecten lopen inmiddels, zoals aanleg van moestuinen, generatietuinen, geveltuintjes, Food Walks, evenals zwerfvuilacties. Groenbeheer en -onderhoud • Het groenbeheer en –onderhoud is duurzaam uitgevoerd, steunend op de belangrijke pijlers van biologisch geteeld plantmateriaal en bevordering van biodiversiteit. Ook voor bestrijding van plagen en onkruid is gebruik gemaakt van duurzame methoden. • Knelpunten in overlast van bomen of ziekten van monumentale bomen kregen veel aandacht, maar baren ook de nodige zorg voor de toekomst. •
Buitengebied • De groene natuur in het buitengebied, belangrijke drager van Nationaal Landschap Het Groene Woud, krijgt ruim aandacht. Vanuit groenbeheer worden bijdragen geleverd aan maatregelen van het programma ‘Verkwikkend Buitengebied’ (programma 10), om zo werk met werk te maken. Voorbeelden: de boomplantdag, aanleg natte natuurparels of ecologische verbindingszones, graasbeheer van bermen, landschapsontwikkeling en aanplant compensatiegroen. • Ook aan het programma Landschappen van Allure worden vanuit groenbeheer bijdragen geleverd aan groenprojecten in het buitengebied (Liempde, Lennisheuvel) en kasteelpark Stapelen. Buurt- en wijkwerk Doelstelling is knelpunten in de wijk integraal aan te pakken en tegemoet te komen aan de vraag van de burger bij het invulling geven aan organisaties in de wijk. Geplande activiteiten in 2014 waren: Aan de hand van wijkgerichte pilots bekijken op welke wijze bewoners daadwerkelijk betrokken kunnen worden bij beheer en onderhoud van de openbare ruimten. Komen tot een betere afstemming van de behoeften aan speelvoorzieningen op de aanwezige doelgroep in de wijk. Bij reparatie en onderhoud van speelvoorzieningen overlegt de gemeente met de bewoners. Binnen de kern Liempde is overleg met alle buurtverenigingen dorp-breed aangepakt, naar tevredenheid van alle betrokken partijen. In Boxtel Oost was de belangstelling van uit de bewoners zeer beperkt. De deelnemers (waaronder ook het wijkorgaan Boxtel Oost) waren echter wel te spreken over de aanpak. Evaluatie van de effecten van het SPPiLL (Liempde) staat op de rol. In Sellissenwal hebben drie groepen buurtbewoners hun specifieke buurt geadopteerd om het zwerfvuil op te halen. Er hebben zich al weer nieuwe groepen aangemeld om ook hun gebied te adopteren.
Programmajaarverslag 2014
29
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 3 OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
00400
vastgoedinformatie
totaal product 004 - vastgoedinformatie
34
18
34 1.425
21001
doorgaande wegen
21003
woonstraten en -erven
21005
kunstwerken
132
21007
openbare verlichting
478
21008
retributie- en precariorechten
totaal product 210 - wegen en verlichting
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
241
10
156
10
18
241
53
1.480
10
156
10
1.500
1
6
34
6
34
131 3
455
17
454
15
2.035
74
2.072
71
rekening 2014 53
13
10
53
13
10
1.370
60
131 12
Lasten - Baten
3 132
12
427
15 2.091
71
1.929
83
66
28
21101
verkeersveiligheidsmaatregelen
41
20
90
21103
verkeerscirculatie plannen
16
3
14
1
14
1
11
3
21104
verkeersregelinstallaties
47
3
48
4
48
4
45
3
104
26
152
5
152
5
122
34
60
317
44
319
78
326
53
307
60
317
44
319
78
326
53
307
totaal product 211 - verkeer 21401
parkeervoorzieningen
totaal product 214 - parkeren
90
20
56001
openbaar groen
740
40
845
11
851
11
747
20
56010
bossen
41
5
48
5
48
5
20
139
56015
ongediertebestrijding
3
2
4
6
2
totaal product 560 - openbaar groen
784
47
897
773
161
63100
buurt- en wijkwerk
306
46
455
63110
integraal wijkbeheer
11
7
317
53
455
totaal lasten/baten producten
3.334
535
3.861
421
4.044
428
3.203
598
bij: apparaatlasten
3.172
16
3.419
16
3.419
16
3.209
16
kapitaallasten
864
mutaties reserves via resultaatbestemming
76
506
totaal lasten en baten programma 3
7.446
1.057
totaal product 631 - buurt- en wijkwerk
4 16
903
16
664
270 3
664
3.511
2.381 3.005
10.791
273
3.442
9.844
1.237 2.052
56
854
2.496
7.705
1.468
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Vastgoedinformatie
Wegen en verlichting
Parkeren
Openbaar groen
30
Middels de bestuursrapportage is in 2014 de raming neerwaarts bijgesteld omdat meerdere werkzaamheden in eigen beheer zijn uitgevoerd. De kosten zijn in 2014 lager dan begroot. De invoering van de BGT is nog niet afgerond. In 2015 wordt hieraan verder gewerkt waarbij extra inhuur niet moet worden uitgesloten. Om die reden wordt € 50.000 budget overgeheveld. In hoofdlijnen vinden jaarlijks dezelfde soort werkzaamheden plaats. Het zogenaamde lijnwerk. In 2014 is extra aandacht besteed aan de aanpak van zwerfafval. Hiervoor is een subsidie beschikbaar gesteld. In 2014 is de overeenkomst gesloten met NS omtrent de uitbreiding van de fietsenstalling en de 64 parkeerplaatsen. Deze parkeerplaatsen zullen als achtervang dienst gaan doen voor het gebied waar parkeerregulering wordt ingevoerd. Het voorstel parkeerregulering is in 2015 aan het college voorgelegd. In hoofdlijnen vinden jaarlijks dezelfde soort werkzaamheden plaats. In 2014 is in na
Programmajaarverslag 2014
overleg met de WSD gestart met de pilot plantsoenonderhoud Liempde, Ladonk en integraal bladruimen. Dit gebeurt binnen de beschikbare budgetten. In 2014 is tevens een eenmalige opbrengst van 123.000 verantwoord vanwege ecologische verbindingszones.
Exploitatie programma 3. OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER (bedragen x € 1.000)
Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Totaal Lasten
7.446
10.791
9.844
7.705
Totaal Baten
1.057
3.442
2.496
1.468
Totaal Saldo
-6.389
-7.349
-7.348
-6.237
Resultaat 2014
1.111
Toelichting exploitatie Parkeren
Doorgaande wegen
Openbare Verlichting Verkeer
Openbaar groen
Buurt- en wijkwerk
In 2014 heeft een wijziging met betrekking tot de parkeerautomaten plaatsgevonden. De automaten hebben een upgrade gehad in verband met het landelijk afschaffen van de chipknip. De onderhoudskosten van de parkeerautomaten zijn lager uitgevallen dan begroot. De opbrengsten in 2014 zijn gedaald met 8%. De daling is o.a. toe te wijzen aan een beter parkeergedrag waardoor er minder boetes worden geschreven. De parkeerautomaten opbrengst laat ook een lichte daling zien. De lagere kosten op Doorgaande wegen worden o.a. veroorzaakt door lagere kosten op Onderhoud puinwegen en zandwegen en het onderhoud van bermen en bermsloten. Binnen het onderdeel doorgaande wegen valt ook de gladheidsbestrijding. Ten opzichte van eerdere jaren was 2014 een rustig jaar ten aanzien van de gladheidsbestrijding. Als gevolg hiervan zijn er minder kosten gemaakt met name in de aanschaf van strooizout. Aan de inkomstenzijde zien we een toename van circa € 12.000. Deze extra opbrengst is gerealiseerd vanuit degeneratievergoedingen. Deze vergoedingen worden geïnd met behulp van de webapplicatie wegopbrekingen (MOOR). In 2014 heeft de gemeente als pilot gebruik gemaakt van deze applicatie. Met ingang van 2015 is de gemeente aangesloten als gebruiker van MOOR. De kosten voor de openbare Verlichting zijn iets achter gebleven ten aanzien de begroting. De lagere kosten houden direct verband met een lager elektriciteitsverbruik. De kosten met betrekking tot het onderhoud bebording en de lokale bewegwijzering zijn lager uitgevallen dan begroot. Ook de uitgaven inzake kleine verkeersknelpunten zijn lager uitgevallen dan begroot. De inkomsten zijn hoger uitgevallen dan voorheen. Dit heeft te maken met een nieuwe financieringswijze vanuit de provincie inzake de mensgerichte maatregelen en een ontvangen vergoedingen inzake een gezamenlijk onderzoek inzake e-laden. De gemaakte kosten zijn lager uitgevallen dan begroot. Hierdoor heeft in 2014 een storting plaatsgevonden in de reserve groenbeheer. De lagere kosten lagen voornamelijk op de onderdelen bomen en gras. Daarnaast zijn ook de kosten in het kader van de natuurbescherming lager uitgekomen dan begroot. De toename aan de batenzijde is deels te wijten aan hogere schade-uitkeringen, die we als gemeente hebben mogen ontvangen. In 2014 is de eerste declaratie in het kader van het project Rural Alliances verzonden. Deze declaratie was niet geraamd. De lasten voor buurt- en wijkwerk zijn in 2014 lager dan geraamd. Dit komt omdat de wijkvisies en het daaraan verbonden (meerjarige) budget in de loop van 2014 door de gemeenteraad zijn vastgesteld. De beschikbare middelen zijn daarom niet volledig besteed en worden overgeheveld naar 2015 en 2016.
Programmajaarverslag 2014
31
In 2013 waren de lasten hoger door uitbetaling van de IDOP gelden. Ook waren de ontvangsten hoger door een bijdragen van de Woonstichting in de wijkkranten en door een bijdrage in de kosten van Velder. De uitgaven voor integraal wijkbeheer waren in 2014 lager omdat in 2013 kosten zijn gemaakt voor het repareren van een schade.
Investeringen programma 3. OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000)
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015
Herinrichting Breukelsplein
M
126
12
114
Herinrirchting en Herstraten Burgakker
M
200
536
77
459
Reconstructie Baandervrouwenlaan
M
400
1.162
711
453
Herstraten Markt
M
700
145
Parkeer- en Fietsvoorzieningen Stedelijk Gebied
M
500
140
Boxtel Bicycle
M
50
133
Reconstructie Breukelsestraat (P. Erasstr-Baronie)
M
Reconstructie Dr. De Brouwerlaan
M
Herinrichting Van Randerodestraat
M
305
P&F: Parkeerregulering Centrum-Breukelen Zuid
M
P&F: Verbussing
M
Verbindingsweg Ladonk-Kapelweg
M
28
2.000
145 180
-25 133
3 1
-1
120
13
107
15
11
4
305
305
305
Project PHS
M
195
275
-80
Veiligheid op Straat
M
190
52
138
Realisatie Parkeervoorziening NS
M
77
74
Tractie en machines
E
386
221
249
182
Toelichting investeringen Herinrichting Breukelsplein Reconstructie Baandervrouwenlaan
Parkeer- en fietsvoorzieningen stedelijk gebied
PHS/TALK
Veiligheid op straat Tractie en machines
32
Het project herinrichting van het Breukelsplein bevindt zich op dit moment in de garantietermijn van de diverse aangelegde disciplines. In de loop van 2015 lopen deze garantietermijnen af. De feitelijke reconstructie van de Baandervrouwenlaan is in 2014 gestart. In de loop van 2015 zal het project verder uitgevoerd en naar verwachting afgerond worden. De aanpassingen aan de riolering hebben in een apart krediet binnen het product riolering plaatsgevonden. In 2014 hebben diverse uitgaven plaatsgevonden ten laste van dit krediet. De aanleg van de uitbreiding van de fietsenstalling bij het station van Boxtel is gerealiseerd middels een belangrijke bijdrage van dit krediet. Aanpassingen aan de Kasterensestraat zijn gefinancierd vanuit dit krediet. Een ander project is het fietspad aan de Parallelweg Zuid dat vanuit dit krediet gefinancierd is met een ontvangen bijdrage vanuit de provincie. In 2014 is de tweede fase van het project ingegaan. De bestuursovereenkomst vormt de rode draad voor 2014. Eind 2014 is e.e.a. in de raad besproken. Voor de komende jaren zal de uitvoering van de diverse deelprojecten binnen de begroting hun plek gaan krijgen. Binnen dit krediet zijn 3 plateau’s aangebracht in de wijk Oost in het kader van het beleid rondom 30-km zonering. In 2014 is de veegmachine van de gemeente Boxtel vervangen. Daarnaast heeft nog vervanging plaatsgevonden van een zogenaamde actiewagen alsmede een aantal afzetcontainers.
Programmajaarverslag 2014
Reserves en voorzieningen programma 3. OPENBARE RUIMTE EN WIJKBEHEER (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo reserve Investeringsbudget infrastructuur stedelijk gebied - toevoegingen 2014
154
154
- onttrekkingen 2014
1.933
1.040
- toevoegingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014
195
195
Saldo reserve Investeringsbudget grootschalige Infrastructuur
Saldo reserve Parkeervoorzieningen - toevoegingen 2014
0
5
- onttrekkingen 2014
0
0
- toevoegingen 2014
0
51
- onttrekkingen 2014
6
6
Saldo reserve Groenbeheer
Saldo reserve Omslag grote werken - toevoegingen 2014
0
25
107
107
0
0
58
58
756
756
1.250
817
- toevoegingen 2014
132
132
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Openbare verlichting
128
97
- toevoegingen 2014
271
271
- onttrekkingen 2014
271
158
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Landschapsontwikkeling - toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Wegenbeheer - toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Kunstwerken
1-1-2014
31-12-2014
3.840
2.954
1.397
1.202
130
135
120
165
345
263
58
0
1.105
1.045
312
347
103
217
Toelichting reserves en voorzieningen Reserve investeringsbudget infrastructuur stedelijk gebied
Reserve investeringsbudget grootschalige infrastructuur Voorziening wegenbeheer
Voorziening kunstwerken
Binnen de reserve Investeringsbudget Infrastructuur Stedelijk Gebied hebben diverse mutaties op diverse programma’s binnen de ISG plaatsgevonden. De mutaties hebben betrekking op PHS/TALK, kredieten bestemd voor het centrum, Parkeer- en Fiets stedelijk gebied en Boxtel Bicycle. Voor toekomstige projecten wordt gezocht naar een structurele voeding teneinde reconstructie werkzaamheden op civieltechnisch gebied in de toekomst binnen de gemeente Boxtel te waarborgen. Hierbij wordt gedacht om vrijvallende ruimte op het gebied van kapitaallasten voortvloeiende uit reconstructie werkzaamheden in het verleden aan te wenden als storting voor de ISG. De onttrekking in 2014 is direct gerelateerd aan het beschikbare budget voor de uitvoering TALK. Een deel van de uitgaven komen ten laste van de reserve ISG en een deel wordt middels deze reserve gefinancierd en komt via kapitaallasten ten laste van de begroting. De voorziening Wegenbeheer wordt ingezet om meerjarig gepland groot onderhoud aan de wegen van de gemeente Boxtel mogelijk te maken. Voor de uitvoering geldt telkens een cyclus van twee jaar. In het eerste jaar van de cyclus wordt het uitvoeringsprogramma opgesteld, gevolgd door besluitvorming en uitvoering in het tweede jaar van de cyclus. Binnen de voorziening wegenbeheer is de cyclus te volgen doordat in het eerste jaar van de cyclus het saldo van de voorziening toeneemt, het zogenaamde spaarjaar, om in het tweede jaar tot uitkering te komen op basis van de kosten vanuit het uitvoeringsprogramma. De begrote onttrekkingen aan de voorziening Kunstwerken zijn gebaseerd op de jaarlijkse verwachte uitgaven zoals deze zijn opgenomen in het in 2007
Programmajaarverslag 2014
33
Voorziening Openbare Verlichting
Reserve groenbeheer
34
geactualiseerde beheerplan. De jaarlijkse stortingen zijn op basis hiervan aangepast en zijn met ingang van de begroting 2008 structureel verhoogd met € 75.000 tot het noodzakelijke niveau. De uitgaven voor 2014 hadden voornamelijk te maken met inspectiekosten en klein onderhoud. De jaarlijkse stortingen en onttrekkingen aan de voorziening Openbare Verlichting zijn gebaseerd op het beheerplan. De uitgaven op basis van het beheer- en uitvoeringsplan waren in 2013 lager dan de jaarlijkse toevoeging. Bij het opstellen van het uitvoeringsprogramma 2014 is hiermee rekening gehouden. Dit jaar heeft een toevoeging aan de reserve groenbeheer plaatsgevonden. Voor 2014 was een onttrekking geraamd vanuit de reserve inzake het voorstel aandachtslocaties bomen. Dit voorstel is doorgeschoven naar 2015.
Programmajaarverslag 2014
Programma 4 Economische zaken en toerisme 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product Beleidsproduct 310 Economische zaken en toerisme
Portefeuillehouder A.G.A. van den Broek en M.C. Lestrade-Brouwer en P.M.B.M. van de Wiel
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • • • •
Economische visie Boxtel klaar voor de toekomst 2010 – 2013 Visie op detailhandel en horeca in Boxtel 2010 – 2013 Ontwikkelingsplan Ladonk 2011 Marktverordening 2001 Verkwikkend buitengebied 2009 – 2013 Nota Toerisme en Recreatie 2011-2016: ‘Bruisend centrum in Het Groene Woud’
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Economische doelstellingen
Herstructurering Ladonk-Vorst
Stationzone Daasdonk
Algemene beleidskaders Voor actualisatie van de economische visie is in 2014 gewerkt aan een projectopdracht voor het maken van het Sociaal Economisch Plan. Eind 2014 is een strategisch medewerker van de Provincie gestart aan de eerste opzet van dit plan. Het jaar 2015 staat in het teken van de concretisering hiervan. Daarnaast is gewerkt aan de actualisatie van de detailhandel- en horecavisie. Deze is, na een uitgebreid burgerparticipatietraject, in maart 2015 vastgesteld door de raad. Voor de versterking van de economie is een economisch aanvalsplan opgesteld waarvoor € 1 miljoen beschikbaar is verdeeld over meerdere jaren. In 2014 zijn de randvoorwaarden hiervoor bepaald en zijn de eerste uitgaven gedaan. (Her)ontwikkeling bedrijventerreinen In het ontwikkelplan is aangegeven op welke wijze het bedrijventerreinen Ladonk wordt gerevitaliseerd. Uitgangspunten zijn: efficiënt ruimtegebruik, kwaliteit door groene uitstraling, beeldkwaliteit, een zekere differentiatie in soorten bedrijvigheid en werkgelegenheid, waar mogelijk segmentering van bedrijven. Het vernieuwde bedrijventerrein Vorst is gefaseerd in gebruik genomen. Voor de herstructurering van Ladonk-Vorst is een samenwerkings- en participatieovereenkomst gesloten met de Werkgeversvereniging Boxtel (WEB) en de BV Brabantse Herstructureringsmaatschappij voor bedrijventerreinen (BHB). In 2014 zijn twee percelen uitgegeven op Vorst A. De uitgifte is in 2014 ter hand genomen, maar heeft nog niet tot het gewenste resultaat geleid. Op bedrijventerrein Daasdonk zijn nog drie restpercelen beschikbaar voor uitgifte doch er is nog geen concrete belangstelling getoond.
Programmajaarverslag 2014
35
Kwaliteit Centrum
Winkelvoorzieningen
Centrummanagement Parkmanagement
Doelstelling
36
Ontwikkeling Centrum In mei 2012 is de notitie ‘Op weg naar een leefbaar en bruisend Centrum’ vastgesteld. Naar aanleiding daarvan wordt er nu gewerkt aan een herinrichting die het Centrum een economische impuls geeft. Zie ook Programma 3. Sinds het voorjaar van 2014 is vanuit vrijwel alle delen van onze gemeenschap nadrukkelijk het signaal af gegeven dat het Centrum dringend aandacht vraagt. De veranderende economische werkelijkheid heeft ons Centrum diep geraakt. Dit gevoel van grote urgentie wordt breed gedeeld en geuit in onze gemeenschap Mede vanwege dit signaal wordt er gewerkt aan de detailhandel – en horecavisie en is er een economisch aanvalsplan opgesteld. In 2014 is een nieuwe Centrummanager aangetrokken door de stichting Centrummanagement. Een start is gemaakt met het opzetten van een nieuwe structuur binnen dit samenwerkingsverband en is ingezet op zelfstandigheid en professionaliteit. (Winkel)voorzieningen in wijken en kernen Voor de leefbaarheid in wijken en kernen is een goede spreiding van kwalitatief goede (winkel)voorzieningen die in basisbehoefte voorzien van belang. Ten aanzien van (her)ontwikkeling van het winkelcentrum Oosterhof worden keuzes gemaakt vanuit het gegeven dat voor het winkelcentrum in Oost een impuls noodzakelijk is. Het initiatief ligt bij de VVE. In 2014 is meerdere malen met de VVE besproken dat gezien de verandering in de economie en specifiek in de detailhandel dit gevolgen kan 2 hebben voor het aantal uit te breiden m vanuit economisch gemeentebeleid. In 2014 is er nog geen officieel verzoek is ingediend dus de precieze invulling is nog niet bekend. Samenwerking met ondernemers In deze economisch zware tijden zijn goede contacten met het lokale bedrijfsleven van groot belang; door overleg met Beleidsplatform Winkelcentra Boxtel, Centrummanagement, Parkmanagement en Verenigde Ondernemers Contacten (VOC) en goede contacten met externe regionale partijen als de Kamer van Koophandel, Brabantse Ontwikkelingsmaatschappij (BOM), 5-sterrenregio en expertteam detailhandel provincie werken we samen aan het verbeteren van het ondernemersklimaat. In het afgelopen jaar hebben we de contacten met het lokale bedrijfsleven actief aangehaald. Zo zijn er diverse bedrijfsbezoeken gedaan en worden daar waar mogelijk samen met bedrijfsleven initiatieven ontwikkeld voor innovatie, vernieuwing en versterking van de lokale economie. Ook de resultaten van de deregulering en één loketgedachte voor ondernemers worden waar mogelijk verder geprofessionaliseerd. Toerisme en Recreatie De doelstelling uit de Nota Toerisme en Recreatie is de sector uit te bouwen tot een economische drager. Hiertoe is een aantal pijlers geformuleerd die allen bijdragen aan deze doelstelling zoals: de natuur beleefbaar maken, Centrum als trekpleister laten fungeren, ondersteuning evenementen, goed aanbod aan vrijetijdsvoorzieningen en een geslaagd dagje uit. In 2014 is ingezet op regionale uitrol van Beleef Boxtel in Het Groene Woud via een subsidie vanuit de Streekraad. Tevens zijn de ontwikkelingen van VisitBrabant met veel belangstelling gevolgd. Lokaal zijn mooie evenementen ondersteund (Circo Circolo, ZLM toer, Boeremèrt, Bloedprocessie, Winterevent etc) en zijn arrangementen ontwikkeld om de bezoeker een kant en klaar product te bieden die allemaal zijn te vinden in de ontwikkelde app Beleef Boxtel. Binnen de herontwikkeling van het Centrum is gewerkt aan de borging van toeristisch recreatieve aspecten bijvoorbeeld voor de uitwerking van STAP en de samenwerking met het Centrummanagement. Op ruimtelijk gebied is De Groene Poort in zijn groei gefaciliteerd, heeft Classis Park zijn deuren geopend en is gewerkt aan de voorbereiding van de verbouw van de VVV op de markt met als doel een verbreding van de dienstverlening richting inwoners, bezoekers en ondernemers. In 2015
Programmajaarverslag 2014
wordt dit afgerond. Voor Landschappen van Allure is een projectplan opgesteld voor de vergroening van de NS wandelroute die gerealiseerd gaat worden tussen Boxtel en Best en is het concept voor Nature Experience vorm gegeven. Als eerste activiteit is het knelpunt de kruising Mijlstraat/Koevoorsteweg/Lennisheuvel samen met de direct omwonenden heringericht.
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 4 ECONOMISCHE ZAKEN nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
31001
weekmarkten
6
31021
werkgelegenheid bedrijfsregio
31058
toerisme en recreatie
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
30
7
32
7
32
282
2
304
12
1.355
1.057
281
69
192
569
101
503
44
1.564
totaal lasten/baten producten
569
101
503
44
1.564
bij: apparaatlasten
282
totaal product 310 - economische zaken en toerisme
kapitaallasten
2
mutaties reserves via resultaatbestemming
23
118
totaal lasten en baten programma 4
876
219
784
2
30
547
208 -48
1.089
799
190
1.089
799
190
268
13
rekening 2014
250
202
268
Lasten - Baten
301
7
8
62
800
1.156
700
1.164
106
2.639
2.245
1.808
1.354
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Weekmarkten Werkgelegenheid Toerisme en recreatie apparaatlasten
Kapitaalasten Mutaties reserves.
Lagere bijdragen promotieactiviteiten In 2014 zijn er via de bestuursrapportage extra budgetten geraamd voor een economisch aanvalsplan en herstructurering MSB. Op basis van de nota Toerisme en recreatie zijn er verschillen in ramingen over de jaren. Aan ambtelijke uren is voor € 74.540 uren verantwoord tegen een raming van € 96.692. Voor de weekmarkt is € 5.814 minder doorbelast en voor toerisme € 22.073 minder. Voor economische zaken is € 42.406 (533 uren) meer doorbelast. Doorbelast zijn verder administratie- en tractiekosten voor de weekmarkt tot € 6.178. Het betreft hier de rentelasten voor verstrekte geldleningen voor camera-beveiliging en aanleg van een glasvezelnetwerk op Ladonk. Het aandeel van de gemeente en BOM in het Lokaal Herstructureringsfonds Boxtel is beperkt tot € 400.000 ieder. Door de gemeente is € 600.000 uit deze reserve gehaald. Aan de reserve is verder onttrokken € 13.926 als dekking voor verstrekte renteloze leningen. Door de BOM is een eerste aandeel gestort van € 200.000. Aan de reserve Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst is € 500.000 toegevoegd en weer onttrokken ter dekking van het dekkingsplan. Aan de reserve Bevordering Industrievestiging is € 41.994 onttrokken ter dekking van bijdrage aan derden. Verder is wegens opheffing van deze reserve € 7.739 onttrokken. Deze mutaties zijn verwerkt via de resultaatbestemming
Programmajaarverslag 2014
37
Exploitatie programma 4. ECONOMISCHE ZAKEN (bedragen x € 1.000)
Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Totaal Lasten
876
784
2.639
1.808
Totaal Baten
219
106
2.245
1.354
Totaal Saldo
-657
-678
-394
-454
Resultaat 2014
Toelichting exploitatie Weekmarkten Werkgelegenheid
Toerisme en recreatie
Apparaatlasten Mutaties reserves
38
De opbrengst uit staangelden is vrij constant. De kosten zijn in 2014 enigszins lager. Parkmanagement. Voor het parkmanagement is totaal € 64.583 uitgegeven inclusief externe ondersteuning. Beleidsplatform Winkelcentra Boxtel/Centrummanagement. Voor ondersteuning in promotionele activiteiten is een bijdrage verstrekt van € 20.000. Door invoering van een reclamebelasting zijn € 70.000 extra inkomsten verworven en is dit bedrag beschikbaar gesteld aan het Centrummanagement. Herstructurering MSB. Voor de verplaatsing van het bedrijf MSB is € 800.000 beschikbaar. In 2014 zijn € 229.286 kosten gemaakt. Het restant budget dient in 2015 ingezet te worden. Er wordt een neutraal budget overgeheveld van € 572.927 zowel als baten en als lasten. De kosten worden grotendeels gedekt uit een provinciaal subsidie van € 750.000. Er is geen voorschot ontvangen. Economisch aanvalsplan. Via de bestuursrapportage is voor 2014 € 250.000 vrij gemaakt. Daarvan is € 67.421 besteed. Aangezien op andere budgetten binnen economie tekorten zijn gerealiseerd resteert er een overhevelingsruimte van € 65.375. Voorgesteld wordt om het restant budget naar 2015 over te hevelen. Overige uitgaven betreffen o.a. bijdragen aan het Regiofonds € 73.634, bijdrage aanleg glasvezelnetwerk € 14.852 en WEB € 4.202. Bijdragen zijn verstrekt aan o.a. de VVV voor € 53.250, Beleef Boxtel netto € 85.608,en de Informatiepoort De Groene Poort € 45.000. Niet begroot is een bijdrage aan Circo Circolo van € 30.000. Overeengekomen is dat de gemeente voortaan een bijdrage verstrekt in het jaar voorafgaande aan het jaar van de uitvoering. In de begroting is verder rekening gehouden met een bijdrage van € 61.460 in de kosten van de aanleg van een wandelroutenetwerk. Dit is omgezet in een 12jarige bijdrage van € 5.475 met ingang van 2015. De kosten zijn hoger dan geraamd. Tegenover minder uren (-/- 272) voor Toerisme en recreatie staan meer uren (+ 505) voor economie. Lokaal Herstructureringsfonds Boxtel. Begroot en verantwoord zijn onttrekkingen ad € 500.000 in verband met verlaging aandeel in deze reserve, voor dekking kosten herstructurering MSB ad € 100.000 en voor dekking bijdrage in aanleg beveiligingscamera’s ad € 6.500 en (niet begroot) glasvezelnetwerk ad € 7.426. Begroot was een storting van de bijdrage van de BOM ad € 300.000. Werkelijk gestort is een bedrag van € 200.000. De BOM dient nog een bijdrage te storten van eveneens € 200.000. Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst. Ook begroot en verantwoord is een algemene onttrekking van € 500.000. Terug gestort wordt de lagere bijdrage in de reserve Lokaal Herstructureringsfonds ad € 500.000. Bevordering Industrievestiging. Onttrokken conform begroting is € 41.994 voor dekking uitgaven economie en € 7.737 wegens opheffing van deze reserve.
Programmajaarverslag 2014
-60
Investeringen programma 4. ECONOMISCHE ZAKEN Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000) Lening Glasvezelnet Ladonk Vorst
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
325
325
N
Overhevelen 2015
Toelichting investeringen Lening Glasvezelnetwerk
De lening is in 2014 geheel opgenomen. Vanaf 2015 vindt aflossing plaats.
Reserves en voorzieningen programma 4. ECONOMISCHE ZAKEN EN TOERISME (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo reserve Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst - toevoegingen 2014
500
500
- onttrekkingen 2014
504
504
- toevoegingen 2014
300
200
- onttrekkingen 2014
607
614
- toevoegingen 2014
42
42
- onttrekkingen 2014
50
50
Saldo reserve Lokaal Herstructureringsfonds Boxtel
Saldo reserve Bevordering industrievestiging
1-1-2014
31-12-2014
294
290
993
579
8
0
Toelichting reserves en voorzieningen Kwaliteitsimpuls LadonkVorst
Lokaal Herstructureringsfonds
Bevordering Industrievestiging
Aan de reserve is vanuit de reserve Lokaal Herstructureringsfonds € 500.000 toegevoegd omdat de inbreng in dit fonds wordt verlaagd tot € 400.000 voor zowel de gemeente als voor de BOM. Conform de begroting is € 500.000 onttrokken. Als dekking voor de kosten van het BP Noord-Westhoek is € 4.080 aan de reserve onttrokken. De BOM heeft het eerste deel van de bijdrage in het fonds gestort. De onttrekkingen betreffen de verlaging als basisstorting in dit fonds met € 500.000, dekking bijdrage herstructurering MSB ad € 100.000 en dekking subsidie in geldleningen glasvezelnetwerk ad € 7.426 en beveiligingscamera’s ad € 6.500. In 2014 is zoals begroot ten laste van de reserve Grondexploitaties € 41.994 in de reserve gestort. De onttrekking is ter dekking van lasten binnen economische zaken. De reserve is per 1 januari 2015 opgeheven.
Programmajaarverslag 2014
39
Programma 5 Onderwijs 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 425 445 480 485 650
Beleidsproduct Primair onderwijs Voortgezet onderwijs Lokaal onderwijsbeleid Educatie Kinderopvang
Portefeuillehouder M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• het Integraal HuisvestingsPlan 2012-2015 • de Lokale Educatieve Agenda • Notitie Handhaving Kwaliteit Kinderopvang
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan?
e
2 onderwijscarrousel
Primair onderwijs Prestatieveld 2 Wmo Jeugd en jongeren e In 2014 is een grote stap gezet richting afronding van de 2 onderwijscarrousel, waarmee nagenoeg alle schoolgebouwen in Boxtel toekomstbestendig zijn. De Wilgenbroek is geschikt gemaakt voor de huisvesting van een nieuwe huurder, te weten het Orthopedagogisch kindercentrum van Cello. Er is samen met de school een plan gemaakt met als grootste elementen een opknapbeurt voor het schoolgedeelte (=OBS de Spelelier), de compartimentering van het gebouw en de aanpassing van de hoofdentree. Dit plan wordt in 2015 uitgevoerd. De totale investering bedraagt € 750.000. De Molenwijkschool heeft in 2014 een opknapbeurt gekregen. De gemeente heeft hiervoor € 400.000 beschikbaar gesteld en het schoolbestuur heeft zelf € 200.000 bijgedragen. Nadat in het voorjaar 2014 een nieuwe leerlingenprognose beschikbaar kwam, waaruit bleek dat er op termijn een forse leerlingenkrimp komt, is het besluit genomen af te zien van nieuwbouw van de Hobbendonken op De Kleine Aarde. Vervolgens zijn in overleg met het schoolbestuur afspraken gemaakt over het wegwerken van het hoognodige achterstallig onderhoud van de Hobbendonken. Met de werkzaamheden is eind 2014 gestart.
Michaëlschool
Beheren Legaat
40
In 2014 is het besluit genomen over het op niveau brengen van de huisvesting van de Michaëlschool voor 225 leerlingen. Als gevolg hiervan heeft het schoolbestuur een beschikking ontvangen met een bouwbudget voor vervangende nieuwbouw voor gebouw 1 (gebouw uit 1955) en voor renovatie van gebouw 2 (gebouwdeel uit 1976). Het schoolbestuur maakt hierop een plan en zal dat naar verwachting in het tweede kwartaal van 2015 ter toetsing aan de gemeente aanbieden. Lokaal onderwijs Legaat van Cooth Het legaat Van Cooth is beheerd, binnen de hiervoor opgestelde richtlijnen.
Programmajaarverslag 2014
Lokale Educatieve Agenda (LEA) Volgens de Notitie Lokale Educatieve Agenda 2013-2015, vastgesteld in het BOJO van januari 2013, zijn verschillende projecten in 2014 uitgevoerd. Thema en werkgroep ‘Kansen versterken door doorgaande leerlijnen’ heeft zich dit jaar ingezet voor VVE- uitvoering Boxtels Model, loopbaanbegeleiding van primair onderwijs naar voortgezet onderwijs en digitale overdracht. Thema en werkgroep ‘Passende zorg” heeft dit jaar gewerkt aan het verbeteren van de samenwerking in de zorg voor het kind tussen scholen (directie, IB-ers en interne ondersteuning) met CJG, zorgteams en medewerkers van Ursula. Thema en werkgroep ‘Brede zorg’ heeft dit jaar gewerkt aan een samenhangend aanbod van activiteiten t.b.v. kinderen in een achterstandssituatie. Daarbij sluit het project aan bij VVE- en uitvoering Boxtels Model. Het BOJO (Bestuurlijk Overleg Jeugd en Onderwijs) heeft in 2014 twee maal plaatsgevonden. In April en oktober. De besturen zijn geïnformeerd over het sociaal domein, passend onderwijs en ontwikkelingen op jeugdbeleid. Daarnaast hebben de voorzitters van de LEA werkgroepen een stand van zaken weergegeven van de betreffende projecten. In 2015 zal evaluatie plaatsvinden van LEA en BOJO Passend onderwijs
In een ambtelijk overleg Passend Onderwijs De Meierij, waarin naast de 8 gemeenten de beide samenwerkingsverbanden participeren, zijn de concept-ondersteuningsplannen van de samenwerkingsverbanden PO (Primair Onderwijs) en VO (Voortgezet Onderwijs) besproken en is inhoudelijke overeenstemming bereikt over de verbinding tussen Passend Onderwijs en de gemeentelijke taken. Op 16 januari 2014 heeft het Bestuurlijk OOGO plaats gevonden tussen gemeenten en samenwerkingsverbanden van het primair en voortgezet onderwijs rondom de ondersteuningsplannen Passend Onderwijs en op 6 oktober 2014 rondom de jeugd(beleid)plannen van de gemeenten. Tijdens de bestuurlijke OOGO’s is ingestemd met de ontwikkelagenda’s met betrekking tot de verbinding Passend Onderwijs, gemeentelijke taken en Jeugd.
Zelfredzaam en verantwoordelijkheid
Continuïteit
Passend onderwijs is van start gegaan op 1 augustus 2014. Schoolbesturen hebben vanaf dat moment een zorgplicht en de regionale samenwerkingsverbanden krijgen middelen en de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van Passend Onderwijs. Pluralis, het lokale samenwerkingsverband dat Boxtel kende voor de ontwikkelingen van Passend Onderwijs, wordt daarmee onderdeel van deze regionale samenwerking en voert in de vorm van een ondersteuningseenheid verschillende taken uit t.b.v. het primair onderwijs in Boxtel. Bovenstaande vraagt om bijstelling van de subsidieverstrekking aan Pluralis. Daarover heeft de gemeente overleg gevoerd met directie van het regionale samenwerkingsverband en zal het college wel dan niet besluiten tot een overgangsregeling. Leerlingenvervoer Bij het leerlingenvervoer is rekening gehouden met de keuzevrijheid van ouders op basis van geloofsovertuiging en met de keuze van een school die geschikt is voor de specifieke mogelijkheden van het betreffende kind. De zelfredzaamheid en de verantwoordelijkheid van de ouders is hierbij zoveel mogelijk gestimuleerd. Op basis van de verordening leerlingenvervoer is het vervoer van leerlingen naar scholen vorm gegeven en bekostigd. Leerplicht en RMC De continuïteit van de schoolgang van leerplichtige kinderen in de leeftijd van 5 - 18 jaar dient geborgd te zijn. Aandachtspunten hierbij voor 2014 waren:
Programmajaarverslag 2014
41
Terugdringen Vroegtijdige Schoolverlaters (VSV). De landelijke doelstelling voor 2016 is 54% minder VSV. Voor Boxtel is dit omgerekend 32 VSV minder t.o.v. van het aantal in 2011 (59). Dus Boxtel moet van 59 naar 27; einddoel van 27 is voor 2016, maar het terugdringen is goed op weg. In het schooljaar 2011/2013 is het aantal vroegtijdige schoolverlaters verder gedaald tot 34. De vele crisisplaatsingen bij de la Salle en het feit dat deze jongeren moeilijk plaatsbaar zijn, zorgen er wel voor dat dit streven lastig haalbaar is. • Borgen van kwaliteit Zorgteams binnen het voortgezet onderwijs; Opnieuw geëvalueerd en transitie proof ingericht. • Pilot Jeugd en Werk: sluitende aanpak, uitbreiding met jongeren van toekomstige uitstroom van het Praktijk Onderwijs, die niet meer in aanmerking komen voor een Wajong uitkering en naar de nieuw te vormen Entree opleidingen (voormalig mbo niveau 1) zullen worden begeleid; ingezet, blijft aandachtspunt met invoeren van participatiewet. • VSV convenant 2012-2015 uitvoeren; Evaluatie volgt • Continueren verzuimspreekuur JRL en VMBO; uitbreiding verzuimspreekuren KW1 en Rietlanden. De zorgstructuur inrichten conform de modellen zoals ontwikkeld binnen de Transitie Jeugdzorg. Zorgstructuur is transitie proof aangepast, jeugdhulp wordt middels de deelnemers aan het zorgteam direct ingezet of aangeboden. Onderwijsachterstandenbeleid In 2014 is het beleid en inzet op achterstand verder uitgewerkt en gecontinueerd. Het beleid is dit jaar wijkgerichter ingezet met behulp van wijk coördinatoren en activiteitenplannen. In samenwerking met GGD heeft de gemeente alle doelgroepkinderen in beeld en ontvangen zij extra educatief aanbod. Een aantal scholen heeft een financiële ondersteuning gevraagd voor de kinderen die buiten de VVE doelgroep vallen maar de Nederlandse taal niet beheersen. In 2014 is de gemeente in gesprek gegaan met de schoolbesturen om voor deze doelgroep en met het oog op eventuele nieuwkomers deze extra ondersteuning in de toekomst breder in te gaan zetten. Naar aanleiding van de plannen van Ascher (”een betere basis voor peuters”) is een start gemaakt met het verhogen van het taalniveau van de pedagogisch medewerkers die VVE aanbod doen. In opvolging van het scholingstraject Boxtels Model in 2012 is een taaltoets ingezet waarop scholing zal volgen. Dit jaar is ook een start gemaakt om activiteiten die ingezet worden op achterstand Boxtel breed te delen in het Boxtels Model (methodiek de ladekast). Kinderopvang Prestatieveld 2 Wmo jeugd en Jongeren De peuterspeelzaal heeft tot taak de brede ontwikkeling van alle peuters te stimuleren. Dit heeft betrekking op zowel de taalontwikkeling als op de motorische, sociale, emotionele, cognitieve en creatieve ontwikkeling. Kinderen spelenderwijs aan de school laten wennen doordat ze in een klas zitten, zonder dat ze een weerzin tegen de school ontwikkelen. Gestreefd wordt het peuterspeelzaalwerk zo goed als mogelijk te spreiden over de gemeente. Daarnaast wordt er gestreefd naar tenminste twee aanbieders voor het peuterspeelzaalwerk in de gemeente. •
Achterstanden
Ontwikkeling stimuleren
Lokale spreiding
Volgen en signaleren
De peuterspeelzaal heeft tot taak ieder kind op een systematische, methodische wijze te volgen in zijn/haar ontwikkeling en welbevinden en zo nodig te zorgen voor een gerichte signalering.
Vormgeven doorgaande ontwikkelingslijn
De peuterspeelzaal is een schakel in de ontwikkelketen van kinderen en daarmee een essentiële partner in de uitvoering van lokaal jeugdbeleid. Boxtel streeft ernaar om elk kind deel te laten nemen aan voorschoolse voorzieningen. Daarom wordt ook de Kinderopvang betrokken bij doelgroepbeleid en VVE.
42
Programmajaarverslag 2014
In 2014 is het subsidiebedrag aangepast, zodat alle peuterspeelzalen gedurende het lopende jaar in stand konden blijven. De oplossingsrichtingen voor de lange termijn zijn opgenomen in de Notitie Peuterspeelzaalwerk, die op 20 mei 2014 door het college besproken is. Toezicht op kwaliteit
De Wet kinderopvang en kwaliteitseisen peuterspeelzalen bepaalt dat de gemeente toezicht houdt op de kinderopvang en peuterspeelzalen. De gemeente heeft daarvoor de directeur van de GGD aangewezen. In 2014 is hiervoor aangepast beleid vastgesteld.
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 5 ONDERWIJS nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
42501
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
11
42502
bijzonder basisonderwijs
282
113
281
167
281
167
291
161
42503
bijzonder speciaal onderwijs
120
17
124
15
124
15
135
17
42504
brede scholen
382
326
384
380
384
380
356
309
795
456
799
562
799
562
793
487
44501
vwo
31
44503
vmbo
48
16
totaal product 445 - voortgezet onderwijs
79
16
48001
lokaal educatieve agenda
20
48003
leerlingenvervoer
408
48005
leerplicht
48006 48007 48009
zwemvaardigheid
11
48010
integraal huisvestigingsbeleid
48013
onderwijsachterstandenbeleid
10
rekening 2014
openbaar basisonderwijs
totaal product 425 - primair onderwijs
10
Lasten - Baten
26
11
26
31
10
57
10
32
31
10
57
10
48 80
93
93
20
1
379
379
246
21
64
28
50
28
legaat van Cooth
-63
23
-44
51
weer samen naar school
40
totaal product 480 - lokaal onderwijsbeleid 48502
emancipatie
totaal product 485 - educatie
50
13
65 8
-79
-114
40
40
40
1
5
5
5
51
215
61
175
61
175
57
229
172
125
378
261
464
348
302
183
660
429
940
537
991
573
569
485
67
71
69
64
67
71
69
64 327
65001
peuterspeelzalen
295
305
325
65002
kinderopvang
103
49
97
13
54
13
398
354
422
13
381
13
2.338
1.158
1.887
985
totaal product 650 - kinderopvang
totaal lasten/baten producten
1.999
bij: apparaatlasten
492
901
2.221
1.109
493
493
2.741
510
kapitaallasten
2.686
mutaties reserves via resultaatbestemming
630
1.096
75
491
2.577 75
487
2.577 75
487
totaal lasten en baten programma 5
5.807
1.997
5.530
1.600
5.483
1.645
5.049
1.472
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Primair onderwijs Voortgezet onderwijs
In 2014 zijn de baten op met name de brede school lager door minder huurontvangsten en minder ontvangsten op de exploitatiebijdragen. De lasten in 2014 zijn hoger door een hogere Onroerendzaakbelasting voor het vmbo
Programmajaarverslag 2014
43
Lokaal onderwijsbeleid
Kinderopvang
college. De uitgaven in 2014 zijn lager dan geraamd. Op het beheerproduct lokaal educatieve agenda zijn er lagere lasten op incidentele subsidies. Ook zijn de lasten voor diensten voor instellingen en vrije beroepen lager op dit beheerproduct evenals op het beheerproduct leerplicht. Voorgesteld wordt voor leerplicht € 13.415 over te hevelen naar 2015. Het ingezette beleid op leerlingen vervoer werpt zijn vruchten af. Vandaar op dit beheerproduct lagere lasten dan geraamd. De exploitatie van de Kleine Aarde (DKA) drukt rechtstreeks op het Legaat. De onttrekking uit de voorziening is hoger dan geraamd. Dit komt onder meer doordat de beoogde inkomsten niet ontvangen zijn. Voor onderwijsachterstandenbeleid wordt over een periode van 2011 t/m 2015 van het rijk jaarlijks een bijdrage ontvangen. De ontvangen middelen mogen over de gehele periode ingezet worden. Eind 2015 vindt er een afrekening plaats. In de geraamde lasten 2014 is een deel van de middelen uit voorgaande jaren opgenomen. De werkelijke lasten zijn lager dan geraamd omdat de processen voor het ingezette beleid over meerdere jaren lopen. Op integraal huisvestingsbeleid zijn de baten in 2014 hoger door hogere huurontvangsten. Door het beleid op leerlingenvervoer zijn, ten opzichte van 2013 de lasten in 2014 lager. Het ingezette rijks- en gemeentebeleid op onderwijsachterstand heeft juist het omgekeerde effect. De onttrekking aan het Legaat was in 2013 lager. De lasten op diensten van instellingen/ vrije beroepen en inspecties zijn in 2014 lager dan geraamd.
Exploitatie programma 5. ONDERWIJS Rekening 2013
(bedragen x € 1.000)
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Totaal Lasten
5.807
5.530
5.483
5.049
Totaal Baten
1.997
1.600
1.645
1.472
Totaal Saldo
-3.810
-3.930
-3.838
-3.577
Resultaat 2014
Toelichting exploitatie Lokaal onderwijsbeleid
Het positief saldo op dit product komt met name door het resultaat op Lokaal Onderwijsbeleid. De apparaat – en kapitaallasten zijn(nagenoeg) conform raming.
Investeringen programma 5. ONDERWIJS Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000) Nieuwbouw School MIGA
E
1.288
Nieuwbouw Michaëlschool
E
1.553
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015
500
206
294
Toelichting investeringen Nieuwbouw School MIGA Nieuwbouw Michaëlschool
44
In 2014 is besloten om de school niet te bouwen. Vandaar dat het reeds beschikbaar gestelde krediet op nul is gezet. Het schoolbestuur heeft in 2014 een beschikking met bouwbudget ontvangen voor vervangende nieuwbouw en renovatie van de school.
Programmajaarverslag 2014
261
Reserves en voorzieningen programma 5. ONDERWIJS (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo reserve IHP voorschoolse opvang - toevoegingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Onderhoud onderwijs
142
142
- toevoegingen 2014
196
199
1.224
523
- toevoegingen 2014
67
67
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Legaat van Cooth
50
15
- toevoegingen 2014
-79
-203
- onttrekkingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening MOP Wilgenbroek binnenzijde
1-1-2014
31-12-2014
142
0
1.872
1.547
205
257
1.449
1.245
Toelichting reserves en voorzieningen Reserve IHP voorschoolse opvang Voorziening Onderhoud Onderwijs
Voorziening MOP Wilgenbroek binnenzijde
Voorziening Legaat van Cooth
Deze reserve is bij Burap I - 2014 opgeheven. De voorziening Onderhoud onderwijs dient om het geplande meerjarige onderbouw op onderwijsgebouwen te kunnen realiseren. Met ingang van 2015 zijn de schoolbesturen zelf verantwoordelijk voor het onderhoud. Hiermee zou de voorziening vrij kunnen vallen. Voordat dit gebeurt zal nader onderzoek worden gedaan hoe om te gaan met gebouwen waarin naast onderwijs andere instellingen zijn gevestigd en hoe met om te gaan met gymnastieklokalen. De voorziening MOP Wilgenbroek binnenzijde dient ter dekking van de onderhoudslasten die normaliter door de gebruikers van de school worden betaald. Doordat de gemeente het beheer van De Wilgenbroek ter hand heeft genomen, ligt de verantwoordelijkheid voor dit onderhoud (naast de reguliere gemeentelijke taak) bij de gemeente. De exploitatie van De Kleine Aarde (DKA) drukt rechtstreeks op het legaat. De overeenkomst met Triple E is in 2014 beëindigd. Er heeft een onttrekking plaatsgevonden uit het Legaat van Cooth. De onttrekking uit de voorziening is hoger dan geraamd.
Programmajaarverslag 2014
45
Programma 6 Sport 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product Beleidsproduct 530 Sport
Portefeuillehouder H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• De Sportnota Boxtel 2011-2015 • Subsidie beleidsregels sport
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan?
Passend aanbod
Kwalitatief goed niveau Privatisering
Overdekte sportaccommodaties Prestatieveld 4 Wmo Ondersteunen van vrijwilligers We streven er naar om te allen tijde een passend aanbod te hebben aan binnensportvoorzieningen (gebaseerd op de bezettingsgraad in de avonduren en weekenden) van een kwalitatief goed niveau. In overleg met Ons Middelbaar Onderwijs (OMO) is gezocht naar een structurele oplossing voor de exploitatie van Sporthal De Dommel (exploitatie van avonduren is niet rendabel). Openlucht sportaccommodaties Prestatieveld 4 Wmo Ondersteunen van vrijwilligers Ook voor de buitensportvoorzieningen streven we naar voldoende aanbod (gebaseerd op de norm van de individuele sportbonden) van een kwalitatief goed niveau. Beheersverantwoordelijkheden zullen in toenemende mate worden overgedragen aan de sportverenigingen. Dit in het kader van verdere privatisering van de openlucht sportaccommodaties en herijking van het subsidiebeleid hieromtrent. Sportpark Essche Heike is reeds opgeleverd en de renovatie van sportpark Molenwijk (kleed-/ wasaccommodatie en 2 velden) is in voorbereidende fase. Hiermee heeft ODC de beschikking over een toekomstbestendige accommodatie.
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 6 SPORT nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
Lasten - Baten rekening 2014
53000
overdekte sportaccommodaties
778
632
656
179
656
179
619
184
53020
openlucht sportaccommodaties
368
44
325
46
322
45
406
45
53050
sportstimulering
222
6
270
10
273
10
243
22
1.368
682
1.251
235
1.251
234
1.268
251
totaal lasten/baten producten
1.368
682
1.251
235
1.251
234
1.268
251
bij: apparaatlasten
104
kapitaallasten
1.705
totaal product 530 - sport
mutaties reserves via resultaatbestemming totaal lasten en baten programma 6
46
103 1.041 208
3.177
103
890
959 239
2.395
Programmajaarverslag 2014
72
474
948 223
2.313
457
220 2.288
471
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Overdekte sportaccommodaties
Openlucht sportaccommodaties Sportstimulering
De werkelijke lasten in 2014 zijn lager omdat een bijdrage in de exploitatie is verantwoord op openlucht sportaccommodaties in plaats van op overdekte sportaccommodaties. In 2013 is sporthal De Braken verkocht. Hierdoor zijn zowel de baten als de lasten in 2014 lager dan in 2013. De lasten in 2014 waren met name hoger door hogere uitgaven voor onderhoudswerkzaamheden en exploitatiebijdragen op de sportaccommodaties. In 2014 zijn de lasten lager omdat er minder waarderingssubsidie is verstrekt en de uitgaven voor de combinatiefunctie lager zijn. Er zijn meer ontvangsten uit de activiteiten van de combinatiefunctie waardoor de baten hoger zijn dan geraamd. Ten opzichte van 2013 zijn de lasten in 2014 hoger door hogere uitgaven op sportevenementen algemeen en de combinatiefunctie.
Exploitatie programma 6. SPORT Rekening 2013
(bedragen x € 1.000) Totaal Lasten
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Resultaat 2014
3.177
2.395
2.313
2.288
Totaal Baten
890
474
457
471
Totaal Saldo
-2.287
-1.921
-1.856
-1.817
39
Toelichting exploitatie Overdekte sportaccommodaties
Het positieve resultaat op dit programma is met name te verklaren doordat de kapitaallasten voor ODC lager zijn dan geraamd. Hierdoor is minder aan de reserve onttrokken. Tevens zijn de ontvangsten uit de activiteiten van de combinatiefunctie hoger.
Investeringen programma 6. SPORT Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000) Nieuw Sportcomplex ODC
E
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015
1.019
352
684
1.660
Toelichting investeringen Nieuw Sportcomplex ODC
Het krediet van ODC wordt overgeheveld zodat fase 1b gerealiseerd kan worden.
Reserves en voorzieningen programma 6. SPORT (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo voorziening Onderhoud sportaccommodaties - toevoegingen 2014
162
162
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Onderhoud Dommelbad
96
47
- toevoegingen 2014
60
60
- onttrekkingen 2014
15
17
Programmajaarverslag 2014
1-1-2014
31-12-2014
312
428
334
377
47
Toelichting reserves en voorzieningen Onderhoud sportaccommodaties
Onderhoud Dommelbad
48
Deze voorziening dient voor de bekostiging van noodzakelijk onderhoud op basis van het Meerjarig OnderhoudsPlan (MOP) sport. De voorziening wordt gevoed door een jaarlijkse storting op basis van de MOP. De te verrichten onderhoudswerken volgens het MOP, worden direct verantwoord op de voorziening (onttrekking). De voorziening heeft dezelfde functie als de voorziening Onderhoud sportaccommodaties. Voor dit jaar zijn er geen grote onderhoudsuitgaven geweest. Voor het zwembad zijn twee onderhoudsplannen (MOP) opgesteld, namelijk een voor het gebouw en een voor de installaties.
Programmajaarverslag 2014
Programma 7 Welzijn 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 510 540 561 580 622 623 630 632 633
Beleidsproduct Openbare bibliotheek Kunst en cultuur Evenementen Recreatieve voorzieningen Nieuwkomers Minderheden Sociaal cultureel werk Jongeren Ouderenwerk
Portefeuillehouder M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer P.M.B.M. van de Wiel M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer M.C. Lestrade-Brouwer A.G.A. van den Broek
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • • • • •
Nota Win Win (ouderenbeleid 2011 ingepast in Plan Wmo 2013-2017) Nota kunst en cultuur ‘Boxtel geboeid door kunst’ Wijkbeheer Nieuwe stijl Algemene subsidieverordening Boxtel 2012 Welzijnswet in relatie tot ‘Welzijn Nieuwe Stijl’ Het speelruimtebeleidsplan Plan Wmo 2013-2017
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Algemene beleidskaders Uitgangspunten
In het kader van de financiële taakstelling op het terrein van subsidies is gestart met de ontwikkeling van inhoudelijke kaders die richtinggevend werken voor toekomstige subsidieverstrekkingen. In 2015 worden deze nieuwe kaders vastgesteld door de raad.
Pilots
Ter voorbereiding op de decentralisaties zullen wijkgerichte pilots in het kader van wonen, zorg en welzijn worden opgezet. Ketenpartners en bewoners zullen daarbij worden betrokken. (Zie uitwerking ketenzorg dementie).
Toekomstbestendig
Behouden, faciliteren
Openbare bibliotheek Prestatieveld 1 Wmo Leefbaarheid in buurt en wijk De lokale bibliotheek moet toekomstbestendig worden gemaakt, waarbij een afstemming moet plaatsvinden met een maatschappij die meer digitaliseert. Er is gestart met het onderzoeken naar mogelijkheden van bundelingen van krachten zowel in de huisvesting (Podium Boxtel, SintLucas en bibliotheek) als op het gebied van de bibliotheekfuncties in samenwerking met de scholen (bibliotheek op school) en andere voorzieningen (ContourdeTwern). Kunst en cultuur Prestatieveld 1 Wmo Leefbaarheid in buurt en wijk Doelstelling is het behouden van het cultureel en kunstzinnig erfgoed van Boxtel. In 2013 is MuBo (Museum Boxtel) geopend. In 2014 is het museum door de gemeente
Programmajaarverslag 2014
49
gefaciliteerd en de resultaten zijn gemonitord.
Activeren
Spelen in de wijk
Huisvesting
Participatie, integratie
Samen onderweg
Passend aanbod
Activiteiten
Ontwikkeling
50
Evenementen Prestatieveld 1 Wmo Leefbaarheid in buurt en wijk Evenementen bevorderen burgerparticipatie in de eigen leefomgeving. De gemeente wil bewoners activeren tot het organiseren van activiteiten in de wijk die de saamhorigheid bevorderen. Hiervoor zijn diverse incidentele subsidies Kunst & Cultuur beschikbaar gesteld. Recreatieve voorzieningen Prestatieveld 1 Wmo Leefbaarheid in buurt en wijk Binnen de kern Liempde is overleg met alle buurtverenigingen dorp-breed aangepakt, naar tevredenheid van alle betrokken partijen. Ook in Boxtel Oost is een overleg belegd maar was de belangstelling vanuit de bewoners zeer beperkt. De deelnemers (waaronder ook het wijkorgaan Boxtel Oost) waren echter wel te spreken over de aanpak. Zowel in Liempde als Boxtel-Oost heeft afstemming plaatsgevonden van de behoefte aan speelvoorzieningen in de wijken en over reparatie en onderhoud hiervan. Nieuwkomers De wettelijk bepaalde taakstelling ten aanzien van de huisvesting van statushouders is gerealiseerd. De achterstand die er was is in 2014 ingelopen. Het loket Informatie- en ondersteuningspunt Bureau Nieuwkomers (ContourdeTwern) is door de gemeente gefaciliteerd. Minderheden Activiteiten ter bevordering van de participatie en integratie in Boxtel zijn ondersteund via bureau Nieuwkomers en de samenwerking met de zelforganisaties van minderheden. Dit is gerealiseerd via opdracht aan ContourdeTwern (bureau Nieuwkomers) en subsidie aan zelforganisaties. Sociaal cultureel werk Prestatieveld 1 Wmo Leefbaarheid in buurt en wijk Op basis van het leefbaarheidsprofiel van de wijk, probeert de gemeente de gemeenschapshuizen in te zetten ter ondersteuning van ontmoeten, het opbouwen en versterken van sociale netwerken en daar waar mogelijk het aanbieden van dagvoorzieningen. Dit in het kader van Wmo Samen Onderweg. In 2014 zijn hiertoe de eerste stappen gezet via Zorgzaam Boxtel. Jongeren Prestatieveld 2 Wmo Jeugd en jongeren Door middel van een integrale aanpak binnen Sint Ursula kunnen vragen en problemen geïnventariseerd worden en vervolgens kan de gemeente daarop een passend aanbod leveren. De activiteiten van het jongerenwerk zijn te verdelen in drie taakgebieden: • het organiseren van activiteiten voor en met jongeren in de vrije tijd. Jongeren van informatie en advies voorzien en waar mogelijk (persoonlijke) ondersteuning bieden door het invoeren van jongerenspreekuren samen met partners van Sint Ursula. Jongerenwerk participeert meer en meer binnen St. Ursula, maar dit behoeft in 2015 zeker nog aandacht • het bieden van ontwikkelingsstimulering voor jongeren. Verbreden van de invulling van het jongerenwerk met de combinatiefunctie waarin verbindingen worden gelegd tussen jeugd, onderwijs, welzijn en cultuur. De aanzet is gemaakt en jongerenwerk participeert actief op de VO scholen, navolgende jaren worden gebruikt voor verdere implementatie.
Programmajaarverslag 2014
Preventie
• voorkomen van probleemgedrag (vandalisme, criminaliteit, schooluitval). Terugdringen van overlast door intensief integraal overleg en het organiseren van begeleiding en maatregelen. Jongeren werk is actieve deelnemer aan het Ambulant Zorgteam, reageert actief op overlast meldingen, heeft korte lijnen met de politie en biedt aparte begeleidingstrajecten waaronder Fix Up Your Life. Ouderenwerk Prestatieveld 5 Wmo Bevorderen deelname maatschappelijk verkeer Door het verbinden van welzijnsvoorzieningen en welzijnsactiviteiten wordt voorkomen dat dure zorg vroegtijdig wordt ingezet. • De bevindingen uit de pilot Ketenzorg dementie Boxtel zouden, vooruitlopend op de transitie begeleiding AWBZ, geïmplementeerd worden in Wmo Samen Onderweg. Dit is in 2014 niet gerealiseerd omdat Ketenzorg dementie per 1 januari 2015 niet binnen de Wmo valt, maar ondergebracht is in de zorgverzekeringswet. • Uitvoeren van een pilot in de wijk Oost met als doel: ouderen met een ondersteuningsbehoefte langer zelfstandig laten wonen. In 2014 is door de GGD Hart voor Brabant en Robuust in samenwerking met de huisartsen van de Vier Kwartieren en het wijkplatform onderzoek uitgevoerd. De resultaten hiervan zijn breed gepresenteerd.
Verbinden welzijnsvoorzieningen
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 7 WELZIJN nr.
51001
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
openbare bibliotheek
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
Lasten - Baten rekening 2014
617
617
634
617
totaal product 510 - openbare bibliotheek
617
617
634
617
54001
beeldende kunst
197
227
224
54002
amateuristische kunstbeoefening
52
60
60
57
54003
kunsteducatie
386
400
400
398
687
684
15
4
94
totaal product 540 - kunst en cultuur
635
15 82
56100
kermissen
46
56110
volksfeesten
43
totaal product 561 - evenementen
15
89
4
94
33 82
37
15
28 94
32
248
15
703
15
47
75
34 94
81
75
58001
speelvoorzieningen
141
136
136
137
58002
kinderboerderij
96
91
91
96
58003
media en cai
22
21
21
21
58005
hertenkampen
30
18
18
29
1
289
266
266
283
1
totaal product 580 - recreatieve voorzieningen 62200
begeleiding nieuwkomers
totaal product 622 - nieuwkomers 62300
49
4
53
80
29
47
30
49
4
53
80
29
47
30
36
33
minderheden
18
63001
gemeenschapshuizen
174
63012
zaalvoorziening
75
totaal product 623 - minderheden
18
36 41
127
20
33 41
81
128
20 41
81
128
41
81
totaal product 630 - sociaal-cultureel werk
249
41
208
41
209
41
209
41
63201
jeugd- en jongerenwerk
532
7
533
6
516
6
519
6
63202
jeugdbeleid
8
Programmajaarverslag 2014
1
5
51
totaal product 632 - jeugd- en jongerenwerk
540
7
534
6
516
6
524
6
63300
139
5
147
4
145
4
142
5
139
5
147
4
145
4
142
5
totaal lasten/baten producten
2.625
154
2.585
145
2.599
189
2.626
173
bij: apparaatlasten
207
302
302
237
kapitaallasten
148
125
212
196
mutaties reserves via resultaatbestemming
27
27
7
7
7
93
7
77
totaal lasten en baten programma 7
3.007
181
3.019
152
3.120
282
3.066
250
ouderenzorg
totaal product 633 - ouderenwerk
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Openbare bibliotheek
Kunst en Cultuur
Evenementen
Recreatieve voorzieningen
Begeleiding nieuwkomers Minderheden Sociaal cultureel werk
Jeugd en jongerenwerk
In 2014 zijn middelen opgenomen voor een huisvestingsonderzoek. Dit onderzoek heeft plaatsgevonden maar is nog niet afgerekend. Vandaar dat de lasten lager zijn dan geraamd. De lasten in 2014 zijn hoger dan geraamd. Dit komt omdat op het beheersproduct beeldende kunst de subsidie voor marktplaats 2013 in 2014 is uitgekeerd aan MIK. Dat is ook de voornaamste reden waarom in 2013 de lasten op dit product lager zijn dan in 2014. De kosten van de kermis wijken nauwelijks af ten opzichte van de kosten van de organisatie van de kermis in 2013. Binnen de kosten van de kermis voor 2014 zijn minder uren aan de organisatie besteed. De elektriciteitskosten zijn daarentegen fors hoger uitgevallen dan in 2013. Dit is een landelijk waarneembare trend. De inschrijvingen door exploitanten is lager dan voorheen. In 2014 is extra aandacht besteed aan de promotie van de kermis. In 2013 waren de lasten hoger door meer onderhoudskosten aan de speelvoorzieningen. De kosten voor het hertenkamp zijn nagenoeg gelijk aan de kosten van 2013. In 2014 is een geringe opbrengst gerealiseerd door de verkoop van een teveel aan dieren Ten opzichte van de raming zijn de lasten in 2014 lager. Dit komt door minder uitgaven op diensten voor derden, huisvesting asielzoekers en vervoer leerlingen. Omdat er in 2014 minder subsidies zijn verstrekt aan minderheden zijn de lasten lager dan geraamd. De lasten voor 2013 waren hoger dan in 2014. Dit komt met name doordat in 2013 een eenmalige subsidie is verstrekt aan het bestuur van stichting gemeenschapshuis Selissen. Wegens bezuiniging op subsidies zijn in 2014 de lasten lager dan in 2013.
Exploitatie programma 7. WELZIJN (bedragen x € 1.000) Totaal Lasten
Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Resultaat 2014
3.007
3.019
3.120
3.066
Totaal Baten
181
152
282
250
Totaal Saldo
-2.826
-2.867
-2.838
-2.816
Toelichting exploitatie Apparaatlasten
52
Het voordelig resultaat op dit programma komt met name doordat de apparaatlasten lager zijn dan geraamd. De baten zijn hoger dan in 2013. Dit komt doordat de mutaties op de reserves, die via de baten worden geboekt, dit jaar hoger zijn.
Programmajaarverslag 2014
22
Investeringen programma 7. WELZIJN Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000)
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015 16
Groot Onderhoud Kinderboerderij
M
86
70
Geldlening De Rots (renteloos)
N
105
105
Reserves en voorzieningen programma 7. WELZIJN (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo voorziening Speelvoorzieningen - toevoegingen 2014
118
118
- onttrekkingen 2014
118
110
- toevoegingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014
0
0
Saldo voorziening St. Jan's Baptistfonds
1-1-2014
31-12-2014
19
27
8
8
Toelichting reserves en voorzieningen Speelvoorzieningen
St. Jan’s Baptistfonds
De voorziening Speelvoorzieningen is bedoeld om de kosten voor onderhoud van speelvoorzieningen te egaliseren. In 2014 is de onttrekking lager geweest dan de toevoeging waardoor het saldo hoger is geworden. De voorziening St. Jan’s Baptistfonds is bestemd voor jeugdactiviteiten in Liempde. De vrije middelen uit dit fonds worden gebruikt voor geplande ontwikkelingen voor jeugd van het dorp Liempde. Inzet van middelen mogen echter geen precedentwerking hebben ten opzichte van jeugdinitiatieven in de gemeente. In 2014 zijn geen middelen uit het fonds aangewend.
Programmajaarverslag 2014
53
Programma 8 Zorg, Jeugd, Werk en Participatie 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 606 607 608 620 621 710
Beleidsproduct Inkomensvoorziening Minimazorg Participatie Maatschappelijke begeleiding Wet maatschappelijke ondersteuning Basisgezondheidszorg
Portefeuillehouder A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek A.G.A. van den Broek M.C. Lestrade-Brouwer
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • • • • • • • •
Wet publieke gezondheid (Wpg) Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo) Minimabeleid inclusief schuldhulpverlening Wet Werk en Bijstand, Ioaw, Ioaz, Bbz Algemene Wet Bijzondere Ziektekosten (AWBZ) Wet sociale werkvoorziening (Wsw) Wet Inburgering (WI) Wet educatie en beroepsonderwijs (Web) Wet op de Jeugdzorg
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Zelfredzaamheid van onze burger
Rechtmatige uitkeringsverstrekking
54
Inkomen Werk draagt in belangrijke mate bij aan de maatschappelijke deelname en zelfredzaamheid van mensen. Ofwel: ‘de beste sociale voorziening is een baan’. Afspraken met ketenpartners (m.n. UWV en WSD) liggen contractueel vast om de uitstroom te bevorderen. Ook zijn er samenwerkingsafspraken met Personeels Diensten Centrum (PDC) voor werkgelegenheid voor personen uit onze doelgroep. De afspraken zijn in 2014 vernieuwd met het oog op de invoering van de participatiewet per 1-1-2015. • Dit werd bereikt door toepassing van handhavingsinstrumenten van het Uitvoeringsplan Hoogwaardige Handhaving. Voorbeelden van instrumenten zijn: • de inzet van een preventieambtenaar bij nieuwe aanvragen of bij twijfels bij lopende uitkeringen; • informatieverstrekking over rechten en plichten aan de klant tijdens het eerste dienstverleningsgesprek; • het verstrekken van een informatiemap (over rechten en plichten) aan de klant tijdens het dienstverleningsgesprek en het versturen van nieuwsbrieven aan de klant gedurende de uitkering; • onderzoeken die gevraagd worden bij Team Handhaving van de gemeente ’sHertogenbosch (onderzoeken van de Sociale Recherche die meer opsporingsbevoegdheden heeft).
Programmajaarverslag 2014
In 2014 is de informatiemap herzien i.v.m. de komst van de Participatiewet. Ook moesten er meer brieven verstuurd worden aan uitkeringsgerechtigden om hen op tijd voor te bereiden op mogelijke wijzigingen van hun uitkeringsrecht per 1-1-2015 i.v.m. de Participatiewet. Consulenten en casemanagers moesten geschoold worden i.v.m. de invoering van de participatiewet.
Ondersteuning minima
Bieden van toekomstperspectief
Normaal maatschappelijk functioneren
Inzet participatiebudget
Participatieladder als meetinstrument
Maatwerk
Minimazorg inclusief schulddienstverlening In 2014 is de Armoedenota opgesteld en vastgesteld door de gemeenteraad. Daar aan voorafgaand is een breed participatietraject ingezet met de politiek, met mensen uit de doelgroep, met belangengroepen en een brede inspraak. De contacten met het armoedeplatform zijn aangehaald en het platform is intensief betrokken geweest bij de totstandkoming van de armoedenota. Verder zijn voor de uitvoering van dit beleid extra gelden geoormerkt. Uit de armoedenota vloeit een aantal actiepunten uit, dat in 2014 al is opgepakt. Per 1 januari 2015 is door een wijziging van de wetgeving de Regeling participatie schoolgaande kinderen en de Bijdrageregeling chronisch zieken en gehandicapten ingetrokken. Daarnaast zijn de Compensatie eigen risico en de Wet tegemoetkoming chronisch zieken en gehandicapten ingetrokken. De gemeente kreeg een opdracht hiervoor een maatwerkvoorziening in te richten. Dat is in 2014 voorbereid en vastgesteld. Per 1 januari 2015 is de collectieve ziektekostenverzekering uitgebreid, zowel qua doelgroep (van 110% opgetrokken naar 130% van de bijstandsnorm) als ook qua aanbod (van 1 naar 3 pakketten per zorgverzekering). De middelen voor de Bijdrageregeling chronisch zieken zijn ingezet om de uitbreiding van de doelgroep te kunnen realiseren. Ook het Welzijnsfonds is aangepast waarbij de knelpunten zijn opgelost. De middelen voor de Regeling participatie schoolgaande kinderen zijn hieraan toegevoegd en komen uitsluitend ook terecht bij de doelgroep kinderen tot 18 jaar. Dit is in overeenstemming met de wens van de gemeenteraad. Andere speerpunten uit de Armoedenota worden in 2015 opgepakt. Er is voorlichting gegeven door middel van publiciteit conform de voorlichtingskalender en in 2014 heeft twee maal een contactbijeenkomst met het netwerk armoedebestrijding plaatsgevonden. We hebben geprobeerd financiële problemen te voorkomen of verlenen hulp aan alle inwoners van Boxtel die zich in een zodanige schuldsituatie bevinden of dreigen te raken dat zij deze zelf niet meer kunnen oplossen. Met betrokken partijen is hierover een convenant afgesloten. In een integrale schulddienstverlening werkte de gemeente Boxtel samen met woonstichting St. Joseph en Goed Wonen Liempde (GWL), ContourdeTwern en de Kredietbank West Brabant. Deze werkwijze voldoet aan de wettelijke zorgplicht. Er waren in 2014 124 nieuwe aanvragen. 80% van de inventarisatiegesprekken vinden plaats binnen 28 dagen na aanmelding. Directe schulddienstverlening vond plaats binnen 3 dagen indien er sprake was van huisuitzetting en/of afsluiting van energie en water. Participatie Het Participatiebudget is ingezet voor bekostiging van beschikbare instrumenten (gesubsidieerde arbeid, scholing, loonkostensubsidie, uitstroompremie e.d.) om klanten uit te laten stromen of om een stap omhoog te maken op de participatieladder indien arbeidsparticipatie tot de mogelijkheden behoort. De Participatieladder is als meetinstrument gehanteerd om de participatiepositie van cliënten te bepalen. Elk jaar vindt er een meting plaats. Daarbij wordt gekeken of de aangegeven positie van de klant nog klopt en of het groeipotentieel is gehaald. Zo nodig werd de trede van de klant en het doel bijgesteld. Zo veel mogelijk zijn diensten en /of producten van UWV (keuringen) en WSD (via inbesteding) ingezet, om te voorzien in de behoefte aan re-integratie-instrumenten om maatwerk te leveren. Slechts indien producten en/of diensten nodig waren waarin WSD
Programmajaarverslag 2014
55
Educatie
Beschermde werkomgeving
Mensontwikkeling
Continuering deelname WSD
Regionaal Arbeidsmarktbeleid
56
en UWV niet konden voorzien werden producten en/of diensten elders ingekocht. De beschikbare middelen zijn ingezet voor bestrijding van laaggeletterdheid. 34 laaggeletterden volgden een taaltraject, 25 personen volgden de cursus Gezonde taal, 131 personen volgden Nederlands als tweede taal. De middelen zijn volledig besteed. Wet Sociale Werkvoorziening Voor degenen die dat nodig hebben was er een beschermde werkomgeving via de sociale werkvoorziening (Wsw), waarbij sprake is van zo regulier mogelijk werken. WSD heeft de taakstelling Wsw 2014, het realiseren van 366,9 AJ, gehaald. Er was zelfs sprake van over realisatie van 4,7 AJ, die WSD voor eigen rekening neemt. (AJ staat voor Arbeidsjaren = fte maal gehandicaptenfactor). Instroom in deze regeling was alleen nog mogelijk in 2014. In de Participatiewet is instroom in deze regeling namelijk niet meer mogelijk vanaf 1-1-2015. Wsw blijft wel bestaan voor de “zittende groep”. Bij het streven naar een zo regulier mogelijke werkomgeving is mensontwikkeling van belang. Dit is al enige jaren een kernpunt in het beleid van WSD. Mensontwikkeling is nog belangrijker geworden omdat er vanaf 1-1-2015 geen nieuwe instroom in de Wsw meer mogelijk is vanwege de invoering van de Participatiewet. Personen die normaal gesproken in zouden stromen in de Wsw zijn dan via de Participatiewet te plaatsen bij reguliere werkgevers, of met loonkostensubsidie of met Beschut Werk (nieuwe stijl). Voor het uitvoeren van de taken in het kader van de Wsw en de WWB (als reintegratiebedrijf) en zo mogelijk ook voor de Wmo en de Jeugdzorg is een sterk Wswbedrijf (leerwerkbedrijf) nodig. WSD heeft in 2014 deze rol vervuld en zich voorbereid op de nieuwe rol die WSD kan vervullen bij de transities op het gebeid van het Sociaal Domein. In 2014 is daarvoor een transitiearrangement afgesproken met WSD voor de jaren 2015 en 2016. Dit transitiearrangement houdt het volgende in: 1. Het budget dat gemeenten ontvangen voor de zittende groep Wsw-ers zal één op één door betaald worden aan WSD. 2. WSD wordt voorzien van voldoende opdrachten vanuit de Gemeente waardoor er voldoende werkgelegenheid blijft bestaan voor de onderkant van de arbeidsmarkt. 3. De huidige inkoop producten in het kader van de WWB wordt gecontinueerd voor 2015 en 2016 en in verband met het bestaansrecht van de WSD 4. De doelgroepen “instroom voormalige Wsw” en “instroom voormalige Wajong” worden aangemeld bij WSD om de vrijkomende vacatures op te vullen die ontstaan door het natuurlijk verloop bij de Wsw. 5. WSD zal belast worden met de uitvoering van Beschut Werken. 6. Het transitiearrangement voor 2015 en 2016 wordt aangegaan onder voorbehoud dat de financiering door het Rijk voldoende is, omdat nog niet alle budgetten of de samenstelling daarvan bekend zijn. Arbeidsmarktbeleid Het Rijk heeft gekozen om Nederland in te delen in 35 arbeidsmarktregio’s waarvan de regio Noordoost Brabant (waartoe Boxtel behoort) er één van is met als centrumgemeente (en als kartrekker) ’s-Hertogenbosch. De arbeidsmarktregio Noordoost Brabant (5 sterrenregio) heeft kernactiviteiten benoemd in het plan ‘de 5 * regio Noordoost Brabant Werkt!’ die tot doel hebben te komen tot een beter functionerende arbeidsmarkt. Regionaal arbeidsmarktbeleid komt ook terug in het wetsontwerp Participatiewet. Regionaal heeft overleg plaatsgevonden om tot een Functioneel Ontwerp (FO) te komen. Het FO regelt die zaken die vanuit de Participatiewet ook regionaal geregeld moeten worden en dat had hoofdzakelijk betrekking op de werkgeverbenadering. Om gemeenten zelf ook de ruimte te geven eigen beleid te maken m.b.t. de Participatiewet zijn de overige onderwerpen geregeld in het Beleidskader Particpatiewet
Programmajaarverslag 2014
Lokale activiteiten
en de lokale oplegger. Het regionale arbeidsmarktbeleid is strategisch vastgesteld op het niveau van Noordoost Brabant, tactisch op het niveau van de Meierijgemeenten samen met ’s-Hertogenbosch en operationeel op lokaal niveau. Daarbij waren partners van de 3 O’s (Overheid, Ondernemers en Onderwijs) nauw betrokken. Het betrof het Uitvoeringsprogramma 2013-2015 van de 5 sterrenregio Noordoost Brabant Werkt!. Op lokaal niveau vindt afstemming plaats met economische zaken en is gestart met een sociaal economisch plan dat in 2015 afgerond wordt. Verder zijn er lokaal bijeenkomsten geweest, m.n. over de komst van de Participatiewet. Wet Maatschappelijke ondersteuning Prestatieveld 1 Wmo: De leefbaarheid en sociale samenhang in dorpen, wijken en buurten bevorderen. Dit wordt beschreven in Programma 7
Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG)
Prestatieveld 2 Wmo: Jeugdigen met problemen met opgroeien en ouders met problemen met opvoeden preventief ondersteunen. Per 1-1-2013 heeft de Provincie al enkele taken met het bijbehorende budget overgeheveld naar gemeenten. Per januari 2015 zijn de gemeenten verantwoordelijk voor de gehele Jeugdzorg, dit betreft de volledige zorg voor de huidige taken van Bureau Jeugdzorg (zowel vrijwillig kader als het gedwongen kader) inclusief de geïndiceerde Jeugdzorg evenals de Jeugd Geestelijke Gezondheidszorg als de Jeugd AWBZ. In 2014 is hard gewerkt aan het realiseren van een adequate transitie en transformatie binnen dit domein inclusief de beoogde bezuinigingen. Het basisteam jeugd is ingericht, de inkoop heeft plaatsgevonden samen met de gemeenten in Noordoost-Brabant. O.a. betreft dit de inrichting van de uitvoeringsorganisatie, werkprocessen, inkoop van producten. Daarbij is er aandacht voor de samenhang met het passend onderwijs. Beoogd is om de uitvoering zo in te richten dat de jeugdzorg vanaf 1-1-2015 budgettair neutraal kan worden uitgevoerd. De samenwerking met de huidige voorziening van St. Ursula is verder uitgebouwd. Er moet speciale aandacht zijn voor de gevolgen voor gezinnen met kinderen met een beperking die een aanvraag doen voor dagbesteding en begeleiding. Omdat de meeste gezinnen al contact hebben met het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG), dat integraal onderdeel is van St. Ursula, lag het voor de hand deze aanvragen en processen daar te borgen. De integrale samenwerking met partners van St. Ursula is verder uitgebreid.
Brede en integrale dienstverlening Juridische zelfredzaamheid Integrale dienstverlening
Prestatieveld 3 Wmo: Informatie, advies en cliëntondersteuning geven. Faciliteren van een laagdrempelige voorziening gericht op informatie en dienstverlening op het gebied van de Nederlandse wet- en regelgeving. Dit vindt plaats bij Bureau Sociaal Raadslieden. Daarnaast ondersteunen MEE alsook de ouderenadviseurs van de KBO cliënten met een ondersteuningsvraag in het (keukentafel)gesprek. Door bundeling van de dienstverlening van WegWijs, het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) en de welzijnsdiensten van ContourdeTwern op één locatie in één front- en Backoffice, worden vragen van de burger integraler opgepakt. Om te bewerkstelligen dat vragen integraal worden opgepakt, is het Ursulacomplex, in samenspraak met de toekomstige gebruikers, zo ingericht dat via het schakelen en verbinden in de dienstverlening, een integrale behandeling van de vraag wordt bevorderd. Onderzocht zou worden of de Participatiewet ingepast kan worden in dit integrale dienstverleningsconcept. Dit is tot heden niet gebeurd. Wel wordt, daar waar de uitgangspunten van de Participatiewet de overige Decentralisaties raken binnen St. Ursula met elkaar geschakeld.
Programmajaarverslag 2014
57
Mantelzorgers en vrijwilligers
Deelname maatschappelijk verkeer
Meedoen
Toekomstbestendig maken Wmo
Maatschappelijke begeleiding
58
Prestatieveld 4 Wmo: Mantelzorgers en vrijwilligers ondersteunen. De gemeente wil werkgevers en scholen bewust maken van de problematiek bij mantelzorg en oplossingsrichtingen ontwikkelen. Steunpunt Mantelzorg Boxtel is gestart om een stappenplan te ontwikkelen ter voorkoming van overbelaste (jonge) mantelzorgers. In de praktijk blijkt dat het bereiken van jonge mantelzorgers geen gemakkelijke taak is. In de nieuwe Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo 2015) die vanaf 1 januari 2015 van kracht is, krijgen gemeenten de opdracht om mantelzorgers en vrijwilligers te ondersteunen. Op basis van een motie in de raad van oktober jl. en de wettelijke taak, wordt begin 2015 gestart om, in samenspraak met de Wmo-adviesraad Boxtel en het Steunpunt Mantelzorg inhoud te geven aan het mantelzorgcompliment. In 2014 is binnen ContourdeTwern gestart met integraal werken waarbij ook het Steunpunt Mantelzorg en het Vrijwilligerssteunpunt intensief met elkaar samenwerken. Prestatieveld 5 Wmo: Bevorderen dat mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en mensen met een psychisch sociaal probleem deelnemen aan het maatschappelijk verkeer en zelfstandig functioneren. e e e Door het naar voren organiseren van zorg naar welzijn (van de 2 , naar 1 naar 0 lijn) kan de Wmo toekomstbestendig blijven. We streven naar minimaal één zelfsturende dagvoorziening in Boxtel, waarbij het initiatief volledig bij de wijk zelf ligt. Dit is één van de pilots in voorbereiding op de aanstaande grote decentralisaties in het sociale domein. In 2014 is via Zorgzaam Boxtel een traject in gang gezet om te komen tot tenminste 1 en mogelijk 2 (laagdrempelige) inloopvoorzieningen. Verder is uitvoering gegeven aan het regionaal preventieprogramma Geestelijke Gezondheidszorg (GGZ). Prestatieveld 6 Wmo: Mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en mensen met een psychosociaal probleem voorzieningen verlenen om hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijk verkeer te behouden. Iedere inwoner moet op een volwaardige manier kunnen deelnemen aan de samenleving. Dit gebeurt door o.a. het verstrekken van informatie, advies en cliëntondersteuning via het loket WegWijs, verlenen van individuele voorzieningen voor vervoer, rolstoelen, wonen en hulp bij het huishouden in natura of persoonsgebonden budget. Het verder ontwikkelen van het Wmo beleid voor individuele voorzieningen in het kader van ‘Wmo Samen Onderweg’ en het toekomstbestendig maken van de Wmo. We krijgen de komende jaren te maken met lagere budgetten en een groeiende doelgroep. Belangrijke uitgangspunten zijn: ‘het gesprek’, het huidige voorzieningenaanbod zo mogelijk nog verder vernieuwen, waarbij het accent meer komt te liggen op de eigen kracht, het versterken van de sociale omgeving en het opzetten en ontwikkelen van algemene en collectieve voorzieningen in relatie tot wijkgericht werken. De gemeente biedt daarbij ondersteuning aan de meest kwetsbare inwoners. Dat zijn burgers die het niet zelf kunnen regelen of zelf kunnen betalen. In 2014 is het traject ingezet richting om te komen tot deze doelstelling per 1 januari 2015 (nieuwe Wet Wmo 2015). Voor 2015 wordt het budget Hulp bij het huishouden met 40% gekort. Daarom is in 2014 de HH opnieuw ingekocht en een andere werkwijze afgesproken voor de periode na 1 januari 2015. Prestatieveld 7 Wmo: Maatschappelijke opvang bieden waaronder vrouwenopvang. e Het Algemeen Maatschappelijk Werk (AMW) voorziet in de behoefte aan 1 lijn psychosociale hulp voor cliënten met psychosociale problemen. Er wordt actief contact gelegd met deze doelgroep waarbij men vaker in de wijken en bij de mensen thuis
Programmajaarverslag 2014
aanwezig zal zijn. In 2014 is het AMW vertegenwoordigd in het in oktober 2014 opgestarte Sociaal Wijkteam Boxtel. Prestatieveld 8 Wmo: Openbare geestelijke gezondheidszorg bevorderen met uitzondering van psychosociale hulp bij rampen. Dit is beschreven in Programma 7. Prestatieveld 9 Wmo: Verslavingszorg bevorderen. Dit is beschreven in Programma 7. Leefomgeving
Verlaging zorgkosten
Transitie AWBZ
Prestatieveld 10 Wmo: Lokale gezondheidszorg Ontwikkelen van partnerschap met zorgverzekeraars op het gebied van preventieve gezondheidsprogramma’s, zoals gezonde leefstijl en bewegen als ook in lijn met de taakomschrijving zoals geformuleerd in de per 1 januari 2015 van kracht wordende nieuwe Wmo. Het jaar 2014 is gebruikt om, in samenspraak met de GGD Hart voor Brabant en de regiogemeenten, te bezien hoe de preventietaak vanuit de Wet publieke gezondheid (Wpg) in te passen is in het Wmo beleid. Daarmee is prestatieveld 10 van de baan (zie hiervoor ook het Plan Wmo 2013-2017). Dit is in 2014 gerealiseerd middels een verwijzing naar het onderdeel Lokaal Gezondheid Beleid (LGB) dat thans nog van kracht is en doorloopt tot 2017. Nieuwe taken Wmo: De gemeente krijgt nieuwe taken: • per 1-1-2015: transitie begeleiding (korting 25%) • per 1-1-2015: transitie persoonlijke verzorging (korting 15%). Deze nieuwe taken worden vanaf 1 januari 2015 uitgevoerd volgens het al in het lokale Wmo beleid ingevoerde kantelingsprincipe (Wmo Samen Onderweg) en Welzijn Nieuwe Stijl alsook het nieuwe beleidsplan, de beleidsregels en financieel besluit Wmo 2015. Dat betekent dat iemand eerst zelf moet kijken wat hij kan doen om zijn probleem op te lossen. Al dan niet met hulp van zijn omgeving. Dan wordt gekeken of hij/zij gebruik kan maken van algemene en collectieve voorzieningen. Pas als dat onvoldoende helpt, kan een individuele voorziening worden verstrekt. Het jaar 2014 is gebruikt om ons voor te bereiden op deze nieuwe taken.
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 8 ZORG, JEUGD, WERK EN PARTICIPATIE nr.
60602 60603
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
uitkeringen inkomensvoorzieningen fraudebestrijding / terugvordering en verhaal
totaal product 606 - inkomensvoorziening
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
Lasten - Baten rekening 2014
5.295
5.106
5.041
4.579
5.809
5.354
5.775
5.420
22
97
23
123
23
116
21
200
5.317
5.203
5.064
4.702
5.832
5.470
5.796
5.620
46
481
36
728
36
702
60
60700
uitkeringen bijzondere bijstand
604
60730
welzijnsfonds
141
60740
schuldhulpverlening
47
43
43
38
60750
kwijtschelding
246
2
229
193
206
4
1.038
48
863
totaal product 607 - minimazorg
110
60801
uitvoering uitstroombevordering
80
1
85
60810
WWB: werkdeel
711
758
578
60811
Inburgering
124
80
Programmajaarverslag 2014
134
153
36
1.098
36
1.099
64
541
560
535
585
545
97
60
59
60812
volwasseneneducatie
66
66
66
66
78
78
78
78
60820
wsw
9.437
9.393
9.656
9.584
9.351
9.280
9.618
9.575
10.418
10.298
10.385
10.191
10.086
9.893 10.341
10.198
totaal product 608 - participatie maatschappelijk
62001
werk/begeleiding/advies
398
397
382
391
96
92
92
62002
sociale raadslieden
96
62003
ursulacomplex
352
62004
maatschappelijke ondersteuning
203
totaal product 620 - maatschappelijke
1.049
begeleiding
230
429
204
344 230
1.266
482
204
256 204
1.212
486
254
178 204
1.147
254
62101
woonvoorzieningen gehandicapten
142
386
269
176
62102
rolstoelvoorzieningen
283
264
264
264
62103
vervoersvoorzieningen individueel
319
388
388
290
62104
vervoersvoorzieningen collectief
539
121
541
130
541
130
515
117
62105
huishoudelijke hulp
2.515
619
2.965
567
2.516
567
2.316
653
62109
wmo algemeen, beheer
27
62114
parkeervoorzieningen invaliden
7
62129
loket wegwijs
totaal product 621 - wet maatschappelijke ondersteuning 71000
preventieve gezondheidszorg
71001
jeugdzorg
totaal product 710 - basisgezondheidszorg
37
37
27
1
1
5
5
3
1 3.832
745
4.582
697
4.016
697
3.594
773
1.047
10
1.086
19
1.134
19
1.121
10
16
81
1.047
10
1.102
19
1.215
totaal lasten/baten producten
22.701
16.534
23.262
15.849
23.459
bij: apparaatlasten
3.194
124
3.426
125
3.425
kapitaallasten
101
mutaties reserves via resultaatbestemming
50
179
71
283
50
totaal lasten en baten programma 8
26.046
16.837
26.856
16.257
27.031
97
62 19
1.183
10
16.319 23.160
16.919
125
97
3.646
124
97 218
50
213
16.662 26.953
17.256
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Inkomensvoorzieningen 60602 U 60602 I 60603 I Minimazorg 60700 U
60700 I
60703 U
60
De uitkeringslasten lasten zijn met ongeveer 9% gestegen ten opzichte van 2013. Ten opzichte van de begroting zijn de lasten realistisch geraamd De specifieke rijksmiddelen voor inkomensvoorzieningen zijn ten opzichte van 2013 toegenomen met ruim 6%. Het debiteurensaldo van maatschappelijke ontwikkeling is in 2014 toegenomen met ruim 8%. De lasten voor de bijzondere bijstand zijn ten opzichte van 2013 toegenomen met ruim 16%. In 2014 hebben alle minima een bedrag ontvangen in het kader van de koopkrachtregeling. De baten bij de bijzondere bijstand zijn hoger, omdat we leningen van de kredietbank eerst vooruitbetalen aan de klant en deze vervolgens terugontvangen van de kredietbank Ook hier is een toename in de lasten te zien van ten opzichte van 2013. De werkelijke lasten voor het welzijnsfonds zijn hoger begroot.
Programmajaarverslag 2014
Participatie 60810 U
60810 I 60811 U 60820 U en I Maatschappelijke begeleiding 62003 I
62004 U
Wet maatschappelijke ondersteuning 62101 U
62103 U
62104 U
62105 U 620105 I
Basisgezondheidszorg 71000 U
71001U
De lasten in 2014 zijn ten opzichte van 2013 zijn lager. Omdat er in 2013 nog een restbudget uit 2012 is overgeheveld kon er meer worden besteed op het gebied van re-integratie. Ten opzichte van de begroting is er een lichte overschrijding geweest De baten in de rekening van 2014 zijn lager, omdat in 2013 gereserveerde rijksmiddelen uit 2012 zijn ingezet. De lasten en baten voor de WSW zijn hoger ten opzichte van 2013 en ten opzichte van de begroting. De rijksmiddelen voor de WSW zijn hoger geweest dan verwacht en worden een op een doorbetaald aan de WSD.
De baten bij het Ursulacomplex zijn hoger. Dit komt met name omdat er huur in rekening is gebracht over voorgaande jaren. Voor Ursula zijn nieuwe huurcontracten afgesloten. Op maatschappelijke ondersteuning zijn de lasten in 2014 lager dan geraamd. Dit komt omdat de rijksmiddelen voor de implementatie, begeleiding en dagopvang alsmede de ontvangen gelden om mensen langer zelfstandig thuis te kunnen laten wonen c.q. ondersteuning te bieden aan kwetsbare inwoners niet volledig uitgegeven zijn.
Ten opzichte van 2013 zijn de lasten voor woonvoorzieningen hoger. Het voordelige resultaat in 2014 op woonvoorzieningen, wordt hoofdzakelijk veroorzaakt doordat er minder woningaanpassingen hebben plaats gevonden. Het voordelige resultaat voor vervoersvoorzieningen (niet collectief) wordt veroorzaakt door enerzijds lagere leaselasten en anderzijds zijn er geen PGB verstrekkingen gedaan in 2014. De lasten voor het collectieve vervoer zijn gedaald ten opzichte van 2013. Aangezien in 2014 ongeveer hetzelfde was begroot als in 2013 voor collectief vervoer is ook hier een voordeel te melden. De lasten voor huishoudelijke hulp zijn lager dan in 2013 en lager dan begroot. De eigen bijdragen die wij van het CAK ontvangen zijn lager dan in 2013. Ten opzichte van de begroting is er wel meer binnengekomen van het CAK.
In 2013 waren de lasten op preventieve jeugdzorg lager dan in 2014. Dit komt met name omdat er minder uitgaven waren op diensten voor instellingen en vrije beroepen. In 2014 zijn de lasten op jeugdzorg hoger dan in 2013. Dit vanwege de kosten die zijn gemaakt voor invoering van de transitie.
Exploitatie programma 8. ZORG, SOCIALE ZAKEN EN ARBEIDSMARKTBELEID (bedragen x € 1.000)
Rekening 2013
Begroting 2014 voor Begroting 2014 na wijziging wijziging
Rekening 2014
Totaal Lasten
26.046
26.856
27.031
26.953
Totaal Baten
16.837
16.257
16.662
17.256
Totaal Saldo
-9.209
-10.599
-10.369
-9.697
Resultaat 2014
672
Toelichting exploitatie
Programmajaarverslag 2014
61
Lasten
Baten
De lasten zijn ten opzichte van 2013 met € 907.000 gestegen. Dit komt hoofdzakelijk door de toename lasten voor uitkeringen. Ten opzichte van de begroting is een voordeel te melden van € 78.000. (Zie toelichting op beheersproduct). De baten zijn ten opzichte van 2013 gedaald met € 173.000. Ten opzichte van de begroting is er een voordeel te melden van € 594.000. (zie toelichting op beheersproduct).
Reserves en voorzieningen programma 8. ZORG, SOCIALE ZAKEN EN ARBEIDSMARKTBELEID (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo reserve Werk en Inkomen - toevoegingen 2014
0
0
122
116
- toevoegingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014 Saldo reserve Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Saldo voorziening Schenking Dr. Hoekstichting - toevoegingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Dubieuze debiteuren SZ
0
0
- toevoegingen 2014
0
32
- onttrekkingen 2014
0
0
1-1-2014
31-12-2014
163
47
626
626
31
31
557
589
Toelichting reserves en voorzieningen Werk en inkomen Dubieuze Debiteuren SZ
62
De reserve is lager geworden, omdat er in 2014 een bedrag (conform begroting) is onttrokken om de extra lasten voor re-integratie te bekostigen. Als gevolg van het stijgende debiteurenbestand SZ is ook het risico van oninbaarheid toegenomen.
Programmajaarverslag 2014
Programma 9 Milieu en duurzaamheid 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 721 722 723 724
Beleidsproduct Reiniging Riolering Milieu Begraven
Portefeuillehouder H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij P.M.B.M. van de Wiel H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Strategische visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ • Beleidsprogramma 2014-2018: ‘Ruimte voor innovatie en vernieuwing‘ Reiniging • Zwerfafvalbestrijdingsplan (apr 2009) • Tweede gemeentelijk afvalstoffenplan 2011-2014 (maart 2011) Riolering • Waterplan Boxtel (maart 2004) • Watervisie Boxtel 2010-2019 (mei 2010) • Verbreed gemeentelijk rioleringsplan vGRP-4 2010-2014 (mei 2010) • Doelmatig Waterbeheer de Meierij, overeenkomst + kadernota met meerjarenprogramma (apr 2012) Milieu • Nota Duurzame Ontwikkeling 2008: 100 stappen naar duurzaamheid (2008) • Boxtel Energie Neutraal 2040 ‘De energieneutrale stad’ (sep 2011) • Bodembeleid en bodemkwaliteitskaart gemeente Boxtel (2011) • Luchtkwaliteitsplan (2011) • Beleid hogere grenswaarden gemeente Boxtel (2008) • Handhavingsbeleidsplan omgevingsrecht 2012 - 2014 • Uitvoeringsprogramma omgevingsrecht 2013 VTH Begraven • Beleidsplan gemeentelijke begraafplaats (jan 2007) • Beheersverordening gemeentelijke begraafplaats (feb 2009)
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Reiniging Gemeentelijk afvalstoffenbeleid Afvalstoffenplan 20112014, hoofdlijnen uitvoeringsprogramma
Afvalinzameling • Het beleid voor huishoudelijk afval volgt het Landelijk Afvalstoffenplan (LAP2), met als belangrijkste beleidsuitgangspunten: minder afval door preventie en hergebruik, laagdrempelige voorzieningen en goede service tegen een lage afvalstoffenheffing. e • Het 2 Gemeentelijk afvalstoffenplan van 2011 stelt voor het uitvoeringsprogramma in de planperiode 2011-2014 als belangrijkste doelstellingen: - preventie en hergebruik bevorderen;
Programmajaarverslag 2014
63
•
Activiteiten afvalbeleid 2014
•
Nog lopende e activiteiten 2 afvalstoffenplan
•
Activiteiten zwerfafvalbestrijding 2014
Doelmatig beheer Waterketen De Meierij
Op weg naar een nieuw gemeentelijk rioleringsplan.
64
- belangrijke rol van communicatie en voorlichting; - belangrijkste aandachtsvelden: gescheiden inzameling van plastic, papier, KCA, witen bruingoed (WEB), evenals thuiscomposteren, verbeteren kwaliteit decentrale brengparkjes en overweging invoering Diftar; - opknappen milieustraat en benutten in de voorlichtingsstrategie; - kringloopbedrijvigheid in Boxtel stimuleren, incl. bevordering van samenwerking met re-integratieprojecten; - benutting van duurzame verwerkingsmethoden, zo mogelijk regionaal. In 2014 zijn van het afvalstoffenplan specifiek de volgende activiteiten uitgevoerd: - betere stroomlijning uitgifte compostbakken voor thuiscomposteren; - invoering Diftar per 1 jan 2014; - herstel vloeistofdichtheid vloer milieustraat; - plaatsing ondergrondse glascontainers / opknappen decentrale brengparkjes; - uitwerken van mogelijkheden voor een biomassaplein (als duurzame verwerkingsmethode voor houtige biomassa zoals snoeihout). e Met de activiteiten van 2014 zijn de meeste van de geplande maatregelen van het 2 Gemeentelijk afvalstoffenplan afgerond. Op dit moment lopen nog de volgende activiteiten: - optimaliseren routes afvalinzameling; - realisatie infopanelen milieustraat ter bevordering preventie en hergebruik; - intensivering samenwerking met kringloop en arbeidsparticipatie op milieustraat.
Zwerfafval • Zwerfafvalbestrijding is gestimuleerd door het organiseren van de jaarlijkse opschoondag, waar aan vele vrijwilligers deelnemen. Ook zijn vaste zwerfvuilploegen van buurten ondersteund met materieel, vuilophalen en een kleine beloning. In Selissenwal is een wijkparticipatiepilot zwerfvuilbestrijding met vrijwilligers gestart. • In samenhang met groenonderhoud is in 2014 gewerkt aan het opstellen van een integraal wijkonderhoudsplan op basis van beeldkwaliteit. Hierin is aandacht voor zwerfafval meegenomen en is een beleid voor prullenbakken opgesteld. In 2015 wordt dit voorbesluitvorming voorgelegd. Riolering Beleid • Volgens de afspraken binnen het landelijk Bestuursakkoord Water wordt regionaal samengewerkt aan Doelmatig Beheer van de Waterketen, door 10 gemeenten en 2 waterschappen in de Meierij. In 2014 is Oirschot hier aan toegetreden. Doelen zijn verminderen kostenstijging, waarborgen kwaliteit en verminderen kwetsbaarheid. Uitvoering geschiedt volgens een meerjarig programma. Boxtel was in 2014 kartrekker voor de projecten: Grondwatermeetnetten, Gezamenlijk bestek reiniging en inspectie riolen, Gezamenlijk bestek berm- en slootmaaien met waterschap, Maatregelen beperken kwetsbaarheid (o.a. inzet trainees). Daarnaast is meegewerkt aan: Onderzoek verbetering kostendekkingsplannen, Onderzoek verwerking berm- en slootmaaisel, Calamiteitenplan riolering, Gezamenlijke watervisie, Kennisdelingsbijeenkomsten en Versterken communicatie. • Het lange termijn strategische waterbeleid van de gemeente ligt vast in de Watervisie van 2010. Voor de kortere termijn wordt het beleid en de uitvoeringsprogramma’s e vastgelegd in het verbreed Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP). Het 4 vGRP (2010e 2014) loopt ten einde en wordt thans herzien tot het 5 vGRP 2015-2019. In 2014 is hierover burgerparticipatie georganiseerd, zijn de vervangingsmaatregelen beschouwd en is de opzet voor het nieuwe plan gemaakt. In 2015 volgt vaststelling van het ambitieniveau door de raad, en daarna uitwerking en vaststelling van het plan. Het plan speelt in op gevolgen van de klimaatveranderingen, het gemeentelijk beleid ten aanzien • van haar drie zorgplichten (afvalwater, hemelwater en grondwater) en de
Programmajaarverslag 2014
• Europees beleid (Europese Kaderrichtlijn Water)
Gerealiseerde rioleringsprojecten in 2014
Rioleringsprojecten in voorbereiding in 2014
Conserveringsproject Slotencultuur Liempde
Innovatieprogramma Adaptief waterbeheer
Natte natuur projecten
Uitgangspunten Duurzaamheidsbeleid
Nota Duurzame Ontwikkeling
instandhouding en/of verbetering van het rioolstelsel tegen aanvaardbare lage lasten. Met de Watervisie en het vGRP zijn ook de gemeentelijke inspanningen voor de Europese Kaderrichtlijn Water (KRW) verankerd, zoals die voor de waterprogramma’s van deelstroomgebieden Beneden Dommel en Beerze, Reusel en Leijen. In 2014 is bijgedragen aan het opstellen van de tweede tranche stroomgebiedbeheerplannen van het KRW voor de periode 2015-2021. Dit houdt in een afkoppelinspanning en het invoeren van een monitoringstelsel ter optimalisatie van het watersysteem.
Gerealiseerde rioleringsprojecten in 2014: • Afronding fase 2 drainageproject grondwateroverlast Oost; • Aanleg infiltratieriool en vervanging riolering Baandervrouwenlaan, met reconstructie weg, gedeelte Sint Severusstraat - Parkweg; • Renovatie drukriolering, deelfase 2014; • Ombouw bergbezinkleiding De Bocht; • Deelreparaties en relining van diverse riolen naar aanleiding van inspecties, waaronder het stamriool en de riolering Rechterstraat; • Meetplan riolering kern Boxtel. Rioleringsprojecten in voorbereiding in 2014: • Onderzoek in kader van hemelwaterstructuurplan Liempde; • Voorbereiding aanpassing gemaal/overstort Brede Heide in combinatie met optimaliseren berging Lennisheuvel en bouwrijp maken Vorst A (uitvoering 2015); • Gerechtelijke procedures in kader van eigendomsvervreemding gemeentelijke bermen in kader van project Renovatie rioolstelsel en afkoppelen hemelwater Dianabos, Nimrodlaan, Hubertusring; • Bestek rioolrenovatie in relatie tot project STAP; • Aanleg waterberging D’n Tip Liempde; • Voorbereiding afkoppelen hemelwater deel Van Randerodestraat (uitvoering 2015). Overige rioleringsactiviteiten in 2014: • In het project ‘Rural Alliances’ van Streekhuis Het Groene Woud worden met Europese subsidie mogelijkheden onderzocht voor afkoppelkansen hemelwater in combinatie met behoud en terugbrengen van de cultuurhistorische waarde van het unieke dichte slotennetwerk in en rond Liempde, • Met vele partners wordt meegewerkt aan de Watercoalitie ‘Adaptief waterbeheer’ (programma van ministerie I&M) om innovatie op het gebied van waterbeheer te bevorderen. Boxtel participeert hierin met een project voor blauwalgbestrijding. Natte natuur projecten • Door de economische crisis staat ook de financiering van aan te leggen EVZ’s en natte natuurparels onder druk. Er zit daarom nog geen beweging in de plannen voor EVZ Groote Waterloop en NNP De Scheeken, beide getrokken door het waterschap. Milieu Duurzaamheid Duurzame ontwikkeling betekent voor Boxtel, zorgen voor een evenwichtige balans tussen de economische, sociale en milieuaspecten van activiteiten. Hierbij wordt bij het handelen altijd uitgegaan van gelijkheid en wederkerigheid. Daarnaast betekent duurzame ontwikkeling dat een gelijke of betere aarde ontstaat door het handelen binnen de gemeente. Het afwentelen van problemen naar de toekomst of een ander schaalniveau is daarmee onwenselijk. Duurzame ontwikkeling betekent het zorgen voor het ‘hier’ en ‘nu’ en het zorgen voor ‘daar’ en ‘later’. Het is een continu proces en geen momentopname. In de ‘Nota Duurzame Ontwikkeling Boxtel 2008, 100 stappen in een sprong naar duurzaamheid’ heeft Boxtel een 100 tal stappen (acties) op 3 ambitieniveaus (actief,
Programmajaarverslag 2014
65
Boxtel Energie Neutraal 2040
Activiteiten duurzaamheidsbeleid 2014
Nota Duurzame Ontwikkeling
Boxtel Energie Neutraal 2040
Activiteiten duurzaamheidsbeleid 2014
Samenwerking met andere organisaties op het gebied van duurzaamheid
vooruitlopend en innovatief) gepland, die men wil realiseren in de periode tot 2015. Naast de Nota 100 stappen in een sprong naar duurzaamheid is er een uitvoeringsprogramma opgezet om Boxtel in 2040 energie neutraal te krijgen. Door het uitvoeren van een breed scala aan actiepunten moet deze ontwikkeling gehaald kunnen worden. Tezamen met de Nota Duurzame Ontwikkeling is dit het vastgestelde beleid op duurzaamheid. Ook in 2014 heeft Boxtel zich weer geprofileerd als duurzame gemeente door lokale, regionale maar ook door Europese projecten. Achter de schermen is gestart met een onderzoek om te kijken of er op het terrein van de voormalige De Kleine Aarde een duurzaamheidscampus opgezet kan worden met een regionale/landelijke uitstraling. Cleantech (schone technologie) wordt een steeds bekender lokaal en regionaal begrip en heeft ook landelijk al de nodige aandacht gekregen. De opening van de eerste Cleantech Pilot 1 heeft plaatsgevonden en een start is gemaakt met Pilot 2. Boxtel is hard bezig zich te ontwikkelen tot ‘Duurzame Campus’ en om in Nederland te behoren tot de kopgroep in duurzame ontwikkeling. Cleantech is een bedrijfstak die in dit kader voor Boxtel bijzonder kansrijk is. Boxtel neemt regionaal deel aan het samenwerkingsverband regio Noordoost Brabant waarbij Boxtel als kartrekker fungeert op het gebied van duurzaamheid. Er is gestart met het opstellen van beleid omtrent duurzaam bouwen om de ambities van de gemeente toe te passen. Het beleidsplan dient nog vastgesteld te worden. In samenwerking met partners als de Energiecoöperatie en de woonstichting is een start gemaakt met het opzetten van een ‘energiewinkel’ waar mensen virtueel en fysiek terecht kunnen met hun vragen over energiebesparing, opwekking en financieringsmogelijkheden. Medio 2015 zal deze winkel geopend worden. In lijn met de energiewinkel is er ook gestart met de opzet van een ‘energieteam’, uitvoering zal tevens in 2015 plaats vinden. De gemeentewerf zal als pilot dienen voor de verduurzaming van de gemeentelijke gebouwen. Overleg met een samenwerkingspartner is hierover gevoerd. In 2015 zal een haalbaarheidsstudie worden uitgevoerd welke zal moeten leiden tot uitvoering. Er is succesvol gestart met een subsidieregeling voor het opstellen van een energie bespaaradvies. In 2015 wordt hier een vervolg aan gegeven. Later zal onderzocht worden of het mensen daadwerkelijk aangezet heeft tot uitvoering van energiebesparende maatregelen. De gemeente Boxtel ondersteunt samen met andere lokale partners de in november 2012 opgerichte Energie Coöperatie. Lokale Agenda 21 heeft verschillende projecten uitgevoerd die aansluiten bij de sociale/culturele aspecten van duurzaamheid. Boxtel heeft in 2014 de Titel Fairtrade gemeente weten te prolongeren. De werkgroep Fairtrade gemeente en de Werkgroep Mondiaal Boxtel hebben zich weer ingezet voor de mondiale duurzaamheidsaspecten.
Evaluatie geurverordening
Wet geurhinder en veehouderij De beleidsvisie geurhinder en de verordening geurhinder zijn in 2014 vastgesteld.
Actiepunten luchtkwaliteitsplan
Luchtkwaliteit Een goede luchtkwaliteit is van groot belang voor de volksgezondheid. De problematiek van de luchtkwaliteit in Boxtel spitst zich, zoals in veel andere Nederlandse plaatsen, toe op fijnstof (PM10) en stikstofdioxide (NO2). In 2011 heeft de raad het luchtkwaliteitsplan vastgesteld. Het plan richt zich vooral op de belangrijkste bronnen van luchtverontreiniging: het wegverkeer, (agrarische) bedrijven en huishoudens. Hiervoor is een aantal acties opgenomen in het plan.
Uitgangspunten beleid bodemverontreiniging
Bodemverontreiniging De gemeente is verantwoordelijk voor een duurzaam bodembeleid gericht op het afstemmen
66
Programmajaarverslag 2014
Bodemkwaliteitskaart en bodemfunctieklassenkaart vastgesteld Bodemtoets
Uitvoering bodemsanering
van bodemgebruik, het voorkomen van bodemverontreiniging en waar nodig sanering. De ernstig verontreinigde locaties (spoedlocaties) moeten in 2015 gesaneerd zijn. Voor verontreinigde bodem die geen bedreiging vormt voor de gezondheid of het milieu, geldt dat deze vóór 2030 gesaneerd is of beheerst wordt. Als iemand de bodem verontreinigt, moet hij de verontreiniging zelf verwijderen (zorgplicht). Dat geldt voor bedrijven en huiseigenaren. In de regio Noordoost Brabant is een regionale Nota bodembeleid opgesteld. Doel van de nota is het geven van concrete richtlijnen voor een duurzaam beheer van de bodem. Onze gemeente heeft deelgenomen aan dit project. Inmiddels zijn de bodemkwaliteitskaart en een bodemfunctieklassenkaart vastgesteld. Bij (nagenoeg) alle bouwplannen voor huizen, kantoren of fabrieken, waarbij verblijfsruimten worden gerealiseerd, is de bodemtoets een onderdeel van de vergunningsprocedure. Uit de bodemtoets blijkt of de bodem geschikt is om te bouwen. Stand van zaken bodemsaneringen: Van Salmstraat 5a: Bodemsanering het evaluatierapport is door GS vastgesteld. Zinkassen: ABdK heeft op een 11 tal locaties de erven gesaneerd. Op 3 locaties zijn saneringsplannen ingediend en zal nog sanering plaatsvinden. Daarna kan het project worden afgesloten (2015). De bodem Koevoortseweg 22 is in 2014 in eigen beheer gesaneerd Geluidshinder De nota Industrielawaai Ladonk is in 2014 vastgesteld. Omgevingsrecht In 2014 is een nieuw beleid vastgesteld wat betreft handhaving. De ambitie is hierbij afgestemd op de beschikbare capaciteit. De Omgevingsdienst Brabant Noord is eind 2013 van start gegaan. Op 1 januari 2014 zijn de medewerkers overgegaan naar deze gemeenschappelijke regeling. Het eerst jaar heeft in het teken gestaan van elkaar leren kennen, vertrouwen en loslaten. Externe veiligheid In 2014 is een start gemaakt met actualiseren van de beleidsvisie externe veiligheid.
Samenwerking met andere organisaties op het gebied van duurzaamheid
Uitgangspunten beleid geluidhinder
Externe veiligheidsbeleid
Saneringssituaties railverkeerslawaai (Raillijst) en wegverkeerslawaai (A lijst) zijn aan het ministerie gemeld en door VROM vastgesteld. Er is voor wegverkeerslawaai van het rijk subsidie ontvangen om de resterende woningen van de A lijst, en deels de B lijst, te saneren. Uitvoering heeft in 2013 - 2014 plaats gevonden. Omgevingsrecht Per 1 september 2013 is de Omgevingsdienst Brabant Noord operationeel geworden. In 2014 is een eerste evaluatie van de samenwerking uitgevoerd. De Omgevingsdienst houdt toezicht, zorgt voor het vergunningentraject en handhaving op milieugebied voor bedrijven en activiteiten die vallen onder het basistakenpakket. Het handhavingsbeleid 2015 -2018 is vastgesteld op 27 januari 2015. De raad heeft de beleidsvisie externe veiligheid met bijbehorend uitvoeringsprogramma vastgesteld. De visie en uitvoeringsprogramma worden thans geactualiseerd. Hierbij vindt een (beleidsmatige) afstemming plaats met de gemeente Sint-Michielsgestel. Met Vion zijn afspraken gemaakt ter verbetering van de externe veiligheidssituatie van de ammoniak koelinstallatie. Deze worden vastgelegd in omgevingsvergunning. Met de exploitant van het LPG tankstation Roderweg 33 te Liempde wordt onderzocht of de verkoop van LPG kan worden beëindigd. Begraven Bijzondere activiteiten begraafplaats in 2014:
Programmajaarverslag 2014
67
Bijzondere activiteiten begraafplaats Munsel 2014
• • •
Ruimingsactie graven waarvan grafrecht is verlopen. Invoering afzonderlijk grafrechttarief priestergraven; Voorbereiding groot onderhoud: extra berging voor materieel en onderhoud elektra en paden begraafplaats (uitvoering in 2015).
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 9 MLIEU EN DUURZAAMHEID nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
rekening 2014
72101
afval huishoudens
1.399
100
1.275
72102
milieustraat
300
26
412
72103
kca
21
50
50
26
72104
grofvuil
2
4
4
2
72105
glas
33
39
39
32
72106
papier
6
72107
afvalstoffenheffing/reinigingsrecht
totaal product 721 - reiniging
112
77 3.373
413
112
77 3.152
3.274
321
374
50
18 3.168
1
3.069
1.761
3.499
1.857
3.264
1.853
3.280
3.727
3.440
22
529
46
448
46
1.715
26
72201
riolering
595
72202
rioolgemalen
146
72203
rioolafvoerrecht
totaal product 722 - riolering
1.270
Lasten - Baten
124 2.759
741
2.781
135 2.762
138 2.734
1
2.671 2.697
653
2.808
583
2.780
1.854
72301
milieuvergunning
2
17
1
17
1
13
72302
handhaving
7
7
72303
sanering (projecten)
253
7 151
72305
milieuverslag
72306
beleidsontwikkeling milieu
73
18
34
72307
duurzaamheid
484
106
499
163
765
819
124
557
164
1.487
totaal product 723 - milieu 72401
begraafplaatsen
72402
begrafenisrechten
totaal product 724 - begraven
1 135
29
8
74
539
63 163
305
18
328
362
189
464
710
207
61 169
65 169
147
74
163
63
169
61
169
65
147
totaal lasten/baten producten
3.395
6.567
3.130
6.405
3.984
6.693
6.356
6.491
bij: apparaatlasten
2.185
43
2.295
43
2.032
43
2.112
42
kapitaallasten
1.464
mutaties reserves via resultaatbestemming
457
396
totaal lasten en baten programma 9
7.501
7.006
1.882
1.930 327
7.307
6.775
1.619 479
7.946
479
3.551
7.215 10.566
10.084
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Reiniging
Riolering Vrijval egalisatiereserves
68
In 2014 is in de gemeente Boxtel Diftar ingevoerd. Afvalinzameling zoals in eerdere jaren gebeurde in vergelijking met inzameling als Diftar gemeente, zoals in 2014, is moeilijk. Het jaar 2014 is het laatste jaar van het vigerende vGRP-4. In de loop van 2015 wordt het vGRP-5 aan de gemeenteraad aangeboden. Eind 2014 heeft de commissie BBV nadere richtlijnen uitgedaan hoe omgegaan moet worden met egalisatiereserves voor reiniging en riolering. Omdat de in het verleden
Programmajaarverslag 2014
reiniging en riolering
Saneringen
Beleidsontwikkeling milieu
Duurzaamheid
Begraven
ontstane voordelen op deze exploitaties invloed hebben op de tariefbepaling in de toekomst behoren deze reserves vrij te vallen en voor hetzelfde bedrag wordt een voorziening gevormd. De vrijval is verantwoord via de resultaatbestemming en de toevoeging is verantwoord op de respectievelijke producten. Per saldo heeft deze mutatie geen invloed op het resultaat. Via de bestuursrapportage zijn kosten geraamd voor bodemsaneringen ad € 16.407 (ten laste van de reserve Bodemsaneringen) en voor geluidsaneringen ad € 135.000. Dit laatste betreft een provinciaal subsidie. De uitgaven voor de bodemsaneringen belopen een bedrag van € 16.329. Voor de geluidsaneringen zijn geen uitgaven verantwoord en is geen subsidie ontvangen. In 2014 zijn middels de bestuursrapportages extra middelen begroot voor dienstverlening ODBN tot een bedrag van € 333.167. Voor afwikkeling van de huurovereenkomst met Cuadrilla zijn eerder ontvangen bijdragen ad € 150.917 opgenomen in de begroting in het geval dit tot terugbetaling kan leiden. Voor maatregelen Brabant Veiliger is € 54.150 opgenomen. Het budget voor duurzaamheid is in 2014 opgehoogd met budgetten voor Energiecoöperaties, Biomassa en Greentech. Tegenover hogere budgetten staan hogere subsidiebijdragen en onttrekkingen uit de reserve Duurzaamheid. In 2014 is de reserve egalisatie tarieven grafhuur opgeheven. Met ingang van 2014, dit in tegenstelling tot eerdere jaren, zal het jaarresultaat van dit onderdeel ten laste van het rekeningresultaat komen.
Exploitatie programma 9. MILIEU EN DUURZAAMHEID (bedragen x € 1.000)
Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Totaal Lasten
7.501
7.307
7.946
10.566
Totaal Baten
7.006
6.775
7.215
10.084
Totaal Saldo
-495
-532
-731
-482
Resultaat 2014
249
Toelichting exploitatie Reiniging
Riolering
Afval huishoudens. Binnen het onderdeel afval huishoudens zijn meerdere kleine verschuivingen opgetreden. De meest in het oog springende afwijking zijn de stortkosten voor het huishoudelijk restafval. Deze zijn fors lager dan begroot. Dit heeft uiteraard zijn weerslag in het onderdeel van de aanslag betrekking hebbende op de frequentie van het aanbod van de individuele kliko. Milieustraat. Op de exploitatie van de milieustraat zijn tussen diverse kostenposten kleine verschuivingen waarneembaar. In het oog springend zijn de stortkosten op grof afval, overig afval en asbest. Deze blijven achter op de ramingen. Dit lagere afvalaanbod zien we ook terug in een lagere verkoop aan extra knipkaarten aan de poort van de milieustraat. Gescheiden afvalinzameling. In 2014 is van de Stichting Nedvang een vergoeding ontvangen voor gescheiden afvalinzameling. In 2014 is deze vergoeding ontvangen voor de eerste drie kwartalen van 2014. Daarnaast is in 2014 deze vergoeding voor gescheiden afvalinzameling ook ontvangen voor 2013. Vanuit het vigerende GRP worden investeringen geraamd en uitgevoerd. Binnen het GRP wordt ook gewerkt met een voorziening voor groot onderhoud en een voorziening voor vervanging riolering. Deze twee voorzieningen hebben een directe
Programmajaarverslag 2014
69
Saneringen
Beleidsontwikkeling milieu
Duurzaamheid
Begraven
relatie met de berekende kapitaallasten over de uitgevoerde investeringen. In de tabel worden de dotaties en onttrekkingen aan de voorzieningen niet op dezelfde regel getoond. De kapitaallasten, welke zijn afgenomen, staan onderaan de tabel getotaliseerd voor alle onderdelen. In 2014 is van het Waterschap een subsidie ontvangen voor uitgevoerde werkzaamheden op het gebied van afkoppelen. De subsidie is ingezet ter verlaging van de kapitaallasten daar de werkzaamheden al waren uitgevoerd. De opbrengst vanuit de rioolafvoerrechten is in 2014 achtergebleven ten aanzien van de raming. Mede hierdoor is de jaarexploitatie van de riolering afgesloten met een nadelig resultaat. Dit negatieve resultaat is onttrokken aan de egalisatiereserve rioolheffing. De kosten voor twee bodemsaneringen hebben € 16.329 bedragen tegen een raming van € 16.407. Voor geluidsanering volgens de zogenaamde A-lijst, is € 12.254 uitgegeven. Geraamd voor adviezen ODBN is een budget beschikbaar van € 333.167. Door achterstanden bij deze dienst is er nog een restantbudget van € 100.000 dat naar 2015 wordt overgeheveld. Voor “Brabant Veiliger” is € 42.742 uitgegeven. De subsidieafwikkeling over 2013 heeft geleid tot een terugbetaling van € 10.086. De begrote terugbetaling van het bedrag dat voor goodwill ontvangen is van Cuadrilla ad € 150.000 heeft nog niet plaatsgevonden en wordt daarom overgeheveld. Duurzaamheid algemeen. Voor EPA-adviezen is € 110.000 geraamd. Er is voor € 59.021 aan collectieve bijdragen verstrekt voor appartement complexen. Aan particulieren is € 5.500 verstrekt. De overige kosten belopen een bedrag van € 20.752. Per saldo vallen de uitgaven € 119.129 lager uit. Energiecoöperaties. Begroot is een bedrag van € 140.752. Aan kosten is € 39.286 verantwoord. Geraamd zijn subsidies van Europa ad € 125.900 en de Provincie ad € 14.852. Van Europa is € 96.878 ontvangen maar deze baat is als vooruit ontvangen verantwoord omdat de lasten achter blijven. Wel opgenomen zijn de bijdragen van participerende gemeenten tot een bedrag van € 63.632. Per saldo vallen de uitgaven € 29.049 lager uit. Biomassa. De lasten zijn begroot op € 140.880. De uitgaven zijn € 15.733. Geraamd is een bijdrage van de Provincie van € 114.704. Als voorschot is € 51.072 ontvangen. De geraamde bijdragen van de deelnemende gemeenten ad € 8.000 is ontvangen. Per saldo zijn de lasten € 61.515 lager dan begroot. Greentech. Voor het project is € 280.000 begroot. Gerealiseerd is € 219.442. De geraamde bijdragen van derden ad € 60.000 zijn ontvangen. Per saldo zijn de lasten € 51.152 lager dan begroot. De totale exploitatie (inclusief apparaatslasten en kapitaallasten) sluit met een nadelig resultaat. Dit heeft enerzijds te maken met een aantal werkzaamheden welke uitgevoerd worden op de begraafplaats. Het betreft hier werkzaamheden in het kader van opslag materialen en kosten in verband met de elektriciteitsaansluitingen. De inkomsten vanuit grafrechten (inclusief verlengingen) zijn achtergebleven ten opzichte van de raming.
Investeringen programma 9. MILIEU EN DUURZAAMHEID (bedragen x € 1.000)
Begroting Nut 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015
Afvalbeheer
E
271
228
26
Vervanging Vloer Milieustraat
E
180
118
62
Rioolbeheer
E
2.287
449
1.873
70
396
Programmajaarverslag 2014
Vervangingsinvesteringen
E
56
60
60
Infiltratie
E
484
221
221
Verbetering
E
67
67
Onderzoek GRP
N
40
220
220
Drukriool
E
66
92
92
Rioolgemalen
E
55
Grondwateroverlast Oost
E
600
464
Duurzaamheidsleningen
N
15
25
55
55 443
Toelichting investeringen Afvalbeheer
Vervanging vloer Milieustraat Rioolbeheer
Duurzaamheidsleningen
In 2013 en 2014 hebben investeringen plaatsgevonden in het kader van de invoering van Diftar. Tevens zijn in 2014 de ondergrondse glasbakken binnen de gemeente geplaatst. In 2014 is de vloer van de milieustraat vervangen. Voor de vergunning is een vloeistofdichte vloer vereist. Naast Grondwateroverlast Oost zijn in 2014 op diverse projecten activiteiten geweest. De uitgaven op deze projecten zijn samengenomen onder Rioolbeheer. Het betreft hier de volgende projecten: • Meetplan • Dianabos • Rozenmarijnstraat • Baandervrouwenlaan • Verbetering functioneren riolering Lennisheuvel • Aanpassing de Bocht • Renovatie drukriolering Voor 3 duurzaamheidsleningen is € 24.714 verstrekt. Aan aflossingen is € 27.318 ontvangen.
Reserves en voorzieningen programma 9. MILIEU EN DUURZAAMHEID (bedragen x € 1.000)
begroot
Saldo reserve Bodemsanering - toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo reserve Duurzame ontwikkeling - toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo reserve Egalisatie reinigingstarieven
realisatie
0 16
0 16
0 153
205 104
- toevoegingen 2014
0
274
- onttrekkingen 2014
129
2.159
0
0
181
1.271
- toevoegingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014
5
5
Saldo reserve Egalisatie rioolheffing - toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo reserve Egalisatie tarieven grafhuur
Saldo voorziening Egalisatie reinigingstarieven - toevoegingen 2014
0
2.159
- onttrekkingen 2014
0
0
- toevoegingen 2014
0
1.045
- onttrekkingen 2014
0
0
Saldo voorziening Egalisatie rioolheffing
Saldo voorziening Vervanging riolering - toevoegingen 2014
56
Programmajaarverslag 2014
1-1-2014
31-12-2014
16
0
156
257
1.885
0
1.271
0
5
0
0
2.159
0
1.045
4.502
4.756
254
71
- onttrekkingen 2014
0
0
- toevoegingen 2014
32
143
- onttrekkingen 2014
0
0
Saldo voorziening Groot onderhoud rioolbeheer
2.541
2.685
Toelichting reserves en voorzieningen Egalisatie reinigingstarieven
Egalisatie rioolheffing
Egalisatie tarieven grafhuur Bodemsanering Duurzame ontwikkeling
72
In 2014 heeft een dotatie plaatsgevonden aan de egalisatiereserve. Dit heeft enerzijds te maken met de ontvangen vergoeding door Nedvang over 2013 en anderzijds dat 2014 een eerste Diftar jaar is geweest waarvoor een aantal aannames zijn gedaan. Een voorbeeld hiervan is de hoeveelheid afval in de diverse maten containers. Op voorspraak van de commissie BBV is eind 2014 de reserve omgezet in een voorziening. In 2014 heeft een onttrekking plaatsgevonden aan de reserve egalisatie rioolheffing. De opbrengst vanuit de rioolafvoerrechten is in 2014 achtergebleven ten aanzien van de raming. Mede hierdoor is de jaarexploitatie van de riolering afgesloten met een nadelig resultaat. Op voorspraak van de commissie BBV is eind 2014 de reserve omgezet in een voorziening. In 2014 is de reserve egalisatie tarieven grafhuur opgeheven. Het saldo is overgeheveld naar de algemene middelen van de gemeente. Resultaten binnen dit onderdeel komen voortaan ten laste van het desbetreffende jaarresultaat. De reserve is opgeheven. Kosten van noodzakelijke saneringen komen ten laste van de algemene middelen. Aan deze reserve worden niet aangewende budgetten in de reserve gestort. Ieder jaar wordt een bijgesteld uitvoeringsplan opgesteld en waar nodig wordt de reserve aangesproken. In 2014 zijn er voor uitvoering van projecten de volgende budgetten niet aangewend binnen: BEN 2014 en 100 stappen Duurzaamheid € 119.396, Biomassaplein € 61.515 en de Energiecoöperatie € 24.345. Onttrokken aan de reserve zijn € 43.000 ter dekking van algemene lasten duurzaamheid, kosten Greentech € 58.677 (begroot € 100.000), project Klimaatbeleid en Duurzame Campus € 2.728.
Programmajaarverslag 2014
Programma 10 Ruimtelijk beleid 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 810 811 830
Beleidsproduct Ruimtelijke inrichting Plattelandsvernieuwing Exploitatie gronden en gebouwen
Portefeuillehouder P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • • •
Structuurvisie Verfrissend Boxtel 2011 Rijksstructuurvisie Infrastructuur en Ruimte met bijbehorende regeling (Barro) Wet ruimtelijke ordening (Wro) Provinciale Structuurvisie Ruimte met bijbehorende Verordening Ruimte Uitvoeringsprogramma Verkwikkend Buitengebied.
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan?
Structuurvisie Boxtel 2011 Herstructurering en uitbreiding Ladonk Uitwerking tracé TALK
Actualisering bestemmingsplannen
Actualisering centrumplan
Herziening voor
Ruimtelijke inrichting Als dynamisch centrum van het Groene Woud bouwt Boxtel aan haar toekomst, en biedt ze ruimte aan ontwikkelingen en herinrichting van gebieden. Zelden doet ze dit alleen, meestal met partners als een woonstichting, projectontwikkelaars, ontwikkelingsmaatschappijen, bedrijven of andere (overheids)partijen zoals de buurgemeenten Best en Sint-Oedenrode in het investeringsprogramma Kloppend Hart van Het Groene Woud. De ontwikkelingsrichting ligt in hoofdlijnen vast in de Strategische Visie ‘Boxtel 2020: duurzaam en dynamisch centrum in Het Groene Woud’ en de Structuurvisie 2011. De structuurvisie Verfrissend Boxtel 2011 is door de raad vastgesteld. Ontwikkelingsvisies en plannen worden voortdurend opgesteld. In 2014 is het bestemmingsplan voor het bedrijventerrein Ladonk onherroepelijk geworden. Vervolgens is gestart met de uitgifte van de eerste percelen op Vorst A. Voor het gekozen wegtracé ter verbinding van Ladonk en Kapelweg (VLK) is gewerkt aan de voorbereiding tot aankoop van gronden en het opstellen van een bestemmingsplan. Het jaar 2014 heeft in het teken gestaan van de tussen partijen te sluiten bestuursovereenkomst op basis waarvan de komende jaren de diverse deelprojecten, waaronder de VLK, zullen worden opgepakt. De wet vereist dat bestemmingsplannen vanaf 1 juli 2013 niet ouder dan 10 jaar zijn. Voor diverse plannen zoals het gebied Munsel-Selissen-In Goede Aarde (Noord Oost) heeft de afronding in 2014 plaatsgevonden. Alle bestemmingsplannen zijn actueel (niet ouder dan 10 jaar). Het bestemmingsplan voor het centrum van Boxtel moet in 2017 geactualiseerd zijn. In 2014 en begin 2015 is een visie opgesteld op de ontwikkeling van detailhandel en horeca in het centrum. Deze visies moeten samenkomen in een functioneel gericht bestemmingsplan op te starten in 2015. De Raad van State heeft ten aanzien van het bestemmingsplan Boxtel Noord
Programmajaarverslag 2014
73
Bourgondiër en Banier
Moorwijk
Ontwikkelplan en bestemmingsplan Buitengebied Princenlant
Joice (Vicaris van Alphenlaan)
Den Bergh Pantarhei
Cronenburg
Overig
Plattelandsvernieuwing
Verkwikkend buitengebied
74
goedkeuring onthouden aan Moorwijk, de Bourgondiër en Banier 3 t/m 10. Dit waren 3 plekken waar ontwikkelingen waren. Voor de locaties Bourgondiër en Banier moet nog een reparatie worden voorbereid. In 2014 heeft het ontwerpbestemmingsplan Moorwijk ter inzage gelegen. Als gevolg van de ontbinding van de BV van de projectontwikkelaar, heeft de raad in september 2014 besloten het bestemmingsplan Moorwijk niet vast te stellen. Tegen dit besluit is beroep ingesteld. Deze ontbinding heeft ook tot gevolg dat de BV in de beroepsprocedure tegen de geweigerde bouwvergunning niet-ontvankelijk is verklaard. Met de uitspraak van juni 2014 is het ontwikkelplan Buitengebied en het bestemmingsplan Buitengebied 2011 (op een klein onderdeel na) onherroepelijk geworden. Voor een 15-tal (particuliere) bouwinitiatieven is een ‘ontwikkelplan buitengebied’ opgesteld dat in 2014 is afgerond. Woningbouw op locatie Princenlant is in ontwikkeling. Na fase 1 en 2 is ook fase 3 gerealiseerd. De inrichting en uitvoering van het gebied Princenlant moet met fase 4 verder vorm krijgen doch hiervoor worden de mogelijkheden onderzocht of het in deze tijd van economische crisis haalbaar is. Hierover komt in 2015 meer duidelijkheid. Een eerder contract met de ontwikkelaar was gebaseerd op een appartementengebouw, waar geen vraag meer naar was. Dit plan is verlaten, er is een alternatief plan opgesteld en in procedure gebracht. Het bestemmingsplan is afgerond. De bouw van de eerste woningen is in 2014 gestart. In 2013 is een contract met de betrokken ontwikkelaar ondertekend voor woningbouw op het terrein Panta-Rhei, waarna de uitgangspunten zijn uitgewerkt in een bebouwingsplan. In 2013 is een contract met de betrokken ontwikkelaar ondertekend voor woningbouw op het terrein Panta-Rhei, waarna de uitgangspunten zijn uitgewerkt in een bebouwingsplan. Het bestemmingsplan heeft in 2014 de eindstreep gehaald en de realisatie is begonnen. Het bestemmingsplan is afgerond. De bouw van de eerste woningen is in 2014 gestart. In 2014 is gestart met de voorbereidingen voor het opstarten van een planprocedure. Op de voormalige Emmauslocatie wordt plan Cronenborg ontwikkeld. Het betreft de bouw van 13 appartementen, 27 zorgeenheden en 4 patiowoningen. De gecoördineerde planprocedure is gestart in 2015. Naar verwachting vindt realisatie plaats vanaf de tweede helft van 2015. • Verdere ontwikkeling en uitvoering woningbouwlocaties Hoeve, Heideweg, e Stationsplein, Eindhovenseweg 10, 2 fase Zonnegolven. • Het startsein voor Herstructureringsprojecten Breukelen is gegeven. • Onderzoek bestemming locatie Ronduutje is in uitvoering. Besluitvorming volgt in 2015. • Een bouwlocatie voor Lennisheuvel is aangegeven. • Herontwikkeling De Kleine Aarde. • Opstellen ontwikkelingsvisie Bosscheweg bij Selissen • Opstellen ontwikkelingsvisie dorp Liempde Plattelandsvernieuwing Om de plattelandsvernieuwing en het toeristisch recreatief beleid richting te geven wordt een ruimtelijke zonering opgesteld van de toeristisch recreatieve visie. Ter behoud van het kenmerkende landschap (van Allure) met gehuchten is in 2014 het startsein gegeven voor het opstellen van gebiedsvisies per gehucht. Het Nationaal landschap Het Groene Woud geldt als belangrijke basis voor ruimtelijk beleid. In het Uitvoeringsprogramma Verkwikkend Buitengebied is in 2014 een groot aantal projecten uitgevoerd op het vlak van biodiversiteit, erfgoed, natuur en landschap zoals vergroening gehucht Hezelaar, het biodiversiteitsactieprogramma met veel deelprojecten binnen de bebouwde kom, beleefbaar maken van erfgoed, Planten Nu, hoogstamfruit, oplossen van een recreatief knelpunt e.d. Burgerparticipatie heeft een belangrijke rol gespeeld bij deze projecten.
Programmajaarverslag 2014
Landschappen van allure
Het uitvoeringsprogramma Kloppend Hart van Het Groene Woud is nu volop in uitvoering en moet in 2016/2017 zijn afgerond. Binnen dit programma worden, in nauwe samenwerking tussen veel mensen en partijen in het Groene Woud, projecten gerealiseerd met als doel de versterking en dynamische ontwikkeling van het landschap. Een deel van het geld dat wordt verdiend aan het landschap vloeit terug in het beheer en onderhoud van het landschap. De gemeente Boxtel voert als penvoerder het programmamanagement uit. Daarnaast is Boxtel trekker van het project Natuurexperience Liempde en één van de betrokken partners bij de projecten Liempde, poort tot het hart van het Groene Woud en Park Stapelen. Deze projecten zijn volop in uitvoering en zullen in 2015 en 2016 gecontinueerd worden en wellicht met een uitloop in 2017 en daarna worden afgerond.
Grondexploitaties
Eigendommen niet voor de publieke dienst
Exploitatie gronden en gebouwen De volgende plannen zijn in exploitatie/in beheer: • In Goede Aarde. • Panta-Rhei. • Vorst. • Heideweg. • Vicaris van Alphenlaan. • Princenlant. • Spoorzone. • Ronduutje. • Complex West. • Koevoortseweg; verkocht begin 2014. In 2014 is een nieuwe grondprijzenbrief opgesteld. De grondexploitaties zijn op basis van de uitkomsten in 2014 geactualiseerd. Voor een toelichting op de exploitaties wordt verwezen naar paragraaf G. Grondbeleid. Een aantal eigendommen wordt verhuurd of in pacht uitgegeven. Door verkoop van eigendommen moet een opbrengst van € 1,5 miljoen worden gerealiseerd. In 2014 is het pand Markt 34 verkocht. Tevens zijn twee percelen agrarische grond verkocht voor een totaal bedrag van € 538.861. Ook een aantal grondstroken is verkocht. Totaal is de opbrengst € 951.361.
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 10 RUIMTELIJK BELEID nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
81001
bestemmingsplannen (reguleren)
81051
aanlegvergunning
516
329
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
53
6
26
222
3
rekening 2014 226
3
106 3
totaal product 810 - ruimtelijke inrichting
516
335
53
222
129
226
109
81100
702
695
1.056
3.403
2.085
1.021
804
702
695
1.056
3.403
2.085
1.021
804
plattelandsvernieuwing
totaal product 811 - plattelandsvernieuwing 83001 83002
bouwrijpe gronden exploitatie eigendommen niet voor publieke dienst
29
126
Lasten - Baten
2.491
1
49
547
444
500
155
378
234
1.928
323
1.381
1.381
1.810
1.176
1.249
719
881
1.440
1.494
1.437
1.619
83027
In Goede Aarde
575
391
83030
Tielen Panta-Rhei
953
872
83038
Vorst
733
451
83045
Heideweg
11
247
2.659
2.429
2.700
1.474
1.486
97
282
293
282
150
139
Programmajaarverslag 2014
75
83055
Vicaris van Alphenlaan / Joice
864
864
83066
Princenlant
14
50
121
469
83070
Witte School
546
586
3
53
83080
Spoorzone Ladonk
331
439
83174
Spoorzone Ladonk
640
786
83287
Roonduutje
83290
complex West
83295
Koevoortseweg
83298
Vicaris van Alphenlaan / Joice
totaal product 830 - exploitatie gronden,
428
460
835
906
191
244
508
57
2 750
864
39
517
545
49 2
46 529
626
458
470
248
340
254
340
4.556
4.155
5.664
7.064
7.238
10.108
6.726
7.824
totaal lasten/baten producten
5.774
5.185
6.773
7.093
10.863
12.322
7.973
8.737
bij: apparaatlasten
1.331
4
1.333
gebouwen
1.332
kapitaallasten
950
mutaties reserves via resultaatbestemming
2.319
2.362
1.010 521
1.477
738
totaal lasten en baten programma 10
10.374
7.551
9.637
8.570
14.018
1.230
1.085
1.086 1.975
1.407
1.503
14.297 11.696
10.240
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Bestemmingsplannen
Plattelandsvernieuwing
Bouwrijpe gronden exploitatie Eigendommen
Diverse exploitaties
Apparaatlasten
Kapitaallasten
Mutaties reserves
76
Voor diverse bestemmingsplannen is primitief een budget geraamd van € 53.000. Via de bestuursrapportage is extra budget vrij gemaakt om de gewenste bestemmingsplannen te kunnen ontwerpen. Ten opzichte van de raming is er een geringe overschrijding van het budget. De baten vallen lager uit dan begroot door lagere opbrengsten uit de anterieure overeenkomsten en doordat leges ‘afwijken van bestemmingsplannen’ voornamelijk zijn verantwoord in programma 11. Een daling was voorzien en daarop is de begroting aangepast ten opzichte van 2013. De ramingen variëren sterk omdat deze voornamelijk zijn gebaseerd op de te realiseren projecten. In 2014 zijn via de bestuursrapportage de middelen Landschappen van Allure toegevoegd. De realisatie is nog in volle gang. De realisatie binnen beheersproduct 83001 worden verantwoord op de diverse exploitaties. Via de bestuursrapportage is een taakstellende opbrengst door verkoop van onroerend goed in de begroting opgenomen van € 1 miljoen. De realisatie valt € 634.000 negatiever uit, maar via een negatieve overheveling wordt de verkoopopbrengst van € 535.375 alsnog begroot in 2015. De ramingen zijn na een optimalisering van de diverse exploitaties via de bestuursrapportage aangepast. De realisatie in totaliteit valt € 1,1 miljoen negatiever uit. De apparaatlasten bestaan voornamelijk uit ambtelijke uren. Geraamd zijn lasten tot een bedrag van € 1.205.876. De realisatie bedraagt € 1.098.156.Per saldo lagere lasten tot een bedrag van € 107.720. Naast ambtelijke uren zijn ook lasten verantwoord voor Algemene interne kosten. Deze waren geraamd op € 128.347; de realisatie is € 133.136. Deze laatste lasten zijn doorbelast naar de grondexploitaties. De kapitaallasten betreffen de rente en afschrijvingen ad € 219.117 van investeringen in gemeentelijke eigendommen. Realisatie wijkt minder dan € 1.000 af van de begroting. Verder betreft het hier de kapitaallasten van de kapitaalverstrekking voor de grondexploitaties ad € 867.214; eveneens met nagenoeg geen afwijking. Binnen programma 10 zijn veel mutaties in de reserves. Middels anterieure overeenkomsten worden bijdragen ontvangen die op een later moment tot investering in het openbaar gebied leiden. Dit deel van de bijdragen van derden ad € 25.207 wordt gereserveerd in de reserve Ruimtelijke Ontwikkeling.
Programmajaarverslag 2014
Projectbudgetten binnen de plattelandsvernieuwing en het project Landschappen van Allure die niet zijn besteed worden in de reserve Plattelandsvernieuwing gestort. Op basis van een bijstelling van de uitvoering van de projecten in het volgende jaar worden deze reserveringen weer ingezet. Netto is € 881.562 aan de reserve toegevoegd. Voor onderhoud aan gebouwen is een budget gereserveerd van € 131.885. Voor uitvoering van onderhoud is de reserve Onderhoud Gebouwen aangesproken tot een bedrag van € 124.987. Door verdere vertraging in de afzet van gronden binnen de grondexploitaties is het noodzakelijk om de verliesvoorzieningen per saldo te verhogen met € 935.085 tegen een raming van € 419.397. Door verkoop van de woning Koevoorteseweg kan € 78.314 (begroot € 92.047) in de reserve worden gestort. De tijdelijke ingebruikgeving om niet van het voormalige schoolgebouw aan het Ronduutje, heeft geleid tot een kostenpost van € 50.264 wegens energielevering aan de gebruikers. Deze lasten komen ten laste van de reserve Grondexploitaties.
Exploitatie programma 10. RUIMTELIJK BELEID (bedragen x € 1.000)
Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Totaal Lasten
10.374
9.637
14.018
11.696
Totaal Baten
7.551
8.570
14.297
10.240
Totaal Saldo
-2.823
-1.067
279
-1.456
Resultaat 2014
-1.735
Toelichting exploitatie Bestemmingsplannen
Anterieure overeenkomsten
Plattelandsvernieuwing
Eigendommen
De gerealiseerde kosten voor bestemmingsplannen vallen per saldo € 69.503 lager uit dan begroot. Daar tegenover staat een lagere inkomst van € 88.494. De lagere baat is voornamelijk omdat de legesinkomsten verantwoord zijn in programma 11. In de begroting is een taakstellende opbrengst opgenomen van € 25.625. De kosten hebben € 73.669 bedragen en als bijdrage is € 88.494 ontvangen. Na reservering van de bijdragen in de bovenlokale kosten ad € 25.207 is er een nadeel gerealiseerd van € 36.007. Binnen het beleidsproduct 811 vallen de projecten Plattelandsvernieuwing en Landschappen van Allure. Voor de projecten binnen de plattelandsvernieuwing is een budget in de begroting opgenomen van € 856.800. De projectkosten hebben € 385.988 bedragen. Hiervan heeft € 365.877 betrekking op het Stika-project. Voor het project Ontwikkeling Uitloop Stedelijk gebied was een budget geraamd van € 340.100 doch is niet uitgevoerd. Het budget is deels ingezet in Landschappen van Allure. Aan baten is geraamd een bedrag van € 254.520. Ontvangen is een bedrag van € 326.375. Hiervan heeft € 262.690 betrekking op het project Stika. Voor afgeronde projecten zijn nog subsidies ontvangen tot een bedrag van € 63.684. Voor projecten Landschappen van Allure is een budget geraamd van € 2.545.826. Gerealiseerd is een bedrag van € 634.974. De lasten zijn lager omdat projecten nog niet zijn opgestart. Aan subsidies is geraamd € 1.830.403. Ten gunste van de jaarrekening is een bedrag verantwoord van € 477.526. Een deel is als vooruit ontvangen subsidies geboekt gelet op de hoogte van de uitgaven. Door lagere lasten is aanvulling vanuit de reserve minder dan geraamd. In 2015 wordt een bijgestelde raming van uitvoering doorgevoerd op basis van een verwachte uitvoering van de projecten. Voor het beheer van gemeentelijke gebouwd eigendom is een budget geraamd van € 233.380. De kosten exclusief de onderhoudsstortingen vallen € 89.531 hoger uit. Dit
Programmajaarverslag 2014
77
Grondexploitaties
Gronden in beheer
78
is voornamelijk door de hogere kosten van onderhoud voor de wat grotere gebouwen zoals het gemeentehuis, Bibliotheek en Brandweerkazerne. De kosten van onderhoud worden gedekt door over de onderhoudsreserve te beschikken. In 2014 bedraagt de huurderving gebouwen € 54.372 waarvan € 50.000 voor de Kleine Aarde. De verhuur voor gronden is € 22.044 hoger dan geraamd. In de begroting 2014 is een opbrengst uit verkoop onroerend goed opgenomen van € 1.483.436. Gerealiseerd is een opbrengst van € 951.361 door verkoop van Markt 30 en meerdere percelen grond. In Goede Aarde. De kosten vallen € 456.646 lager uit door vertragingen in de uitgifte van gronden waardoor kosten voor bouwrijp maken lager zijn. De baten, geraamd op € 1.249.248, vallen door minder verkoop van gronden € 367.975 lager uit. Per saldo is er een voordeel wat leidt tot verlaging van de getroffen voorziening. Panta-Rhei. Er is nagenoeg geen verschil tussen de geraamde en gerealiseerde lasten. De verkoop van het complex geeft hogere baten tot een bedrag van € 125.430. Dit leidt na optimalisering tot een aframing van de getroffen verliesvoorziening met € 113.478. Vorst. In 2014 is grond uitgegeven voor de bouw van een kV-station. De inkomsten vallen toch nog € 86.779 lager uit. Ook de uitgaven vallen lager uit maar moeten doorgeschoven worden naar 2015. Na de optimalisering dient de verliesvoorziening te worden verhoogd met € 381.804. Rekening was gehouden met een verhoging van € 146.496. Heideweg. In 2014 is één perceel verkocht. Er resteren nog twee percelen voor de verkoop. Door deze opbrengst daalt de boekwaarde met € 141.429. Vicaris van Alphenlaan. In 2014 is door de ontwikkelaar gestart met de verkoop van de te bouwen woningen. Een gedeelte van het bouwterrein is verkocht. Afhankelijk van het verloop van de verkoop van de woningen wordt het restant perceel verkocht. De verkoop van de woningen verloopt voorspoedig. Door de verkoop kan de boekwaarde worden verlaagd en is de getroffen verliesvoorziening nagenoeg toereikend. Princenlant. De verdere realisatie van Princenlant met fase 4 en 5 ligt op dit moment stil. Dit heeft flinke financiële gevolgen voor de exploitatie. Intensief overleg met de ontwikkelaar heeft tot nu toe niet tot een voor beide partijen aangepaste ontwikkeling geleid. Uit de optimalisering blijkt duidelijk dat rekening moet worden gehouden met een verliesgevende exploitatie. De comptabiliteitvoorschriften schrijven voor dat een voorzienbaar verlies in de jaarrekening moet worden opgenomen. Er dient een voorziening getroffen te worden tot een bedrag van € 492.063. Spoorzone. In de begroting is rekening gehouden met verkoop van gronden tot een bedrag van € 647.000. Helaas zijn er geen gronden verkocht kunnen worden omdat er zich geen gegadigden hebben aangediend. Verder blijven de kosten beperkt. Opgenomen zijn de provinciale bijdrage van € 233.505 en de terugbetaling van teveel ontvangen bijdrage van de BOM ad € 322.661. Van dit bedrag wordt weer € 200.000 in de reserve Lokaal Herstructureringsfonds Boxtel gestort. De boekwaarde stijgt en daardoor dient de verliesvoorziening mar € 174.803 te worden verhoogd. Voor nadere informatie wordt verwezen naar paragraaf G. Grondbeleid. Ronduutje. Dit voormalige schoolgebouw kan worden verkocht voor ontwikkeling door derden. Op dit moment wordt het gebouw om niet gebruikt door de Voedselbank en Camelot. De kosten van deze bewoning om niet bedragen € 50.264 in 2014. Deze kosten komen ten laste van de reserve Grondexploitaties. Complex West. Veel van de gronden worden verhuurd. Per saldo is er een nadeel van € 7.206 wat ten laste komt van de reserve Grondexploitatie. Koevoortseweg. Het pand is in 2014 verkocht. Er zijn meer kosten gemaakt waardoor de netto-opbrengst op dit moment € 21.686 lager is uitgevallen.
Programmajaarverslag 2014
Investeringen programma 10. RUIMTELIJK BELEID Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000) Gronden Complex West
E
Verbouwing/Renovatie De Serenade
E
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015
458 100
102
Toelichting investeringen Complex West
De Serenade
Omdat voor deze grondexploitatie geen ontwikkelplanen zijn, wordt de boekwaarde van dit complex op de balans overgeboekt van overige hulp- en grondstoffen naar materiele vaste activa. De verbouwing is voltooid. De lasten van het krediet worden verrekend met een kostendekkende huur.
Reserves en voorzieningen programma 10. RUIMTELIJK BELEID (bedragen x € 1.000)
begroot
Saldo reserve Plattelandsvernieuwing - toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo reserve Grondexploitatie
realisatie
58 1.217
58 117
- toevoegingen 2014
506
1.150
- onttrekkingen 2014
514
1.150
- toevoegingen 2014
74
0
- onttrekkingen 2014
0
2
- toevoegingen 2014
146
382
- onttrekkingen 2014
0
0
- toevoegingen 2014
0
492
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Tekort plan Spoorzone Van Salmstraat
0
0
137
175
0
0
- toevoegingen 2014
29
0
- onttrekkingen 2014
0
113
- toevoegingen 2014
34
0
- onttrekkingen 2014
0
1
- toevoegingen 2014
132
132
- onttrekkingen 2014
627
604
Saldo voorziening Tekort plan In Goede Aarde
Saldo voorziening Tekort plan Vorst
Saldo voorziening Tekort plan Princenlant
- toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Tekort plan Panta-Rhei Tielen
Saldo voorziening Tekort plan Vic van Alphenlaan/Joice
Saldo reserve Onderhoud gemeentelijke gebouwen
1-1-2014
31-12-2014
1.281
1.221
0
0
2.079
2.077
3.662
4.044
0
492
3.429
3.604
713
600
839
838
810
338
Toelichting reserves en voorzieningen Plattelandsvernieuwing
Grondexploitaties
Aan de reserve is toegevoegd het restant saldo van de reserve Landschapsontwikkeling en de niet besteedde budgetten plattelandsvernieuwing en Landschappen van Allure. Er is een tekort aan budget voor de diverse projecten. Dit tekort wordt aangevuld uit deze reserve. Door vertraging in de uitvoering van de projecten is de onttrekking lager dan begroot. De reserve wordt gevoed door exploitatiewinsten en wordt aangesproken voor de
Programmajaarverslag 2014
79
Tekortvoorzieningen Onderhoud gemeentelijke gebouwen
80
vorming/ verhoging van verliesvoorzieningen. Ook wordt de reserve aangesproken voor de kosten van gronden in beheer en de voeding van de reserve Bevordering Industrievestiging ( € 41.994). Gronden in beheer. De reserve is in 2014 aangesproken voor de kosten van tijdelijke huisvesting in het Ronduutje tot een bedrag van € 50.264. Voor complex West is € 7.206 onttrokken. Nagekomen lasten voor de Witte School zorgen voor een onttrekking van € 2.200. Verliesvoorzieningen. De resultaten op de grondexploitaties leiden tot het treffen van een noodzakelijke verliesvoorziening van per saldo € 932.774 (begroot € 419.397). Aan de reserve is toegevoegd € 107.207 vanuit de reserve Omslag Grote Werken ter aanvulling van een tekort op de reserve. Ook toegevoegd is een bedrag van € 78.314 als netto resultaat uit de verkoop van de woning aan de Koevoortseweg (begroot na wijziging € 92.074). Genoemde mutaties leiden tot een negatieve reserve van € 848.947 (begroot € 306.952). Aangezien een negatieve reserve niet is toegestaan is aanvulling noodzakelijk vanuit de algemene middelen. Voor nadere informatie wordt verwezen naar paragraaf G. Grondbeleid. In totaliteit zijn de diverse voorzieningen € 11.655.000 groot Hiermee zijn de te verwachten verliezen op de betreffende grondexploitaties afgedekt. De toevoegingen betreffen de reguliere onderhoud stortingen. De onttrekkingen betreffen uitgevoerd onderhoud waarvan € 408.623 voor het gemeentehuis en € 69.914 voor de Kinderboerderij.
Programmajaarverslag 2014
Programma 11 Volkshuisvesting en monumentenzorg 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 541 820 822
Beleidsproduct Oudheid Huisvesting Bouwtoezicht
Portefeuillehouder P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel P.M.B.M. van de Wiel
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• • • • • • • • • • • •
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) Woningwet en Bouwbesluit Structuurvisie Verfrissend Boxtel 2011 Woonvisie 2010-2014 Prestatiecontract 2012-2015 Beleidsplan Wonen Meerjarenplanning Woningbouw Monumentenwet Erfgoedverordening Subsidieverordening gemeentelijke monumenten. Handhavingsbeleid Omgevingsrecht 2012-2014 Welstandsnota
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Monumenten
Woonvisie
Prestatiecontract Startersleningen
Regionale
Oudheid In 2014 is de start gemaakt met het actualiseren van de gemeentelijke monumentenlijst. Medio 2015 zal dit gereed zijn. De bescherming van beschermingswaardige objecten is hierbij het uitgangspunt geweest. Huisvesting In de ‘Woonvisie 2010-2014’ is aangegeven dat de huisvesting van starters en senioren de komende tijd extra aandacht behoeft. Daarnaast is aangegeven dat de individuele bewoner invloed moet krijgen op zijn eigen woongenot. Eind 2014 is een start gemaakt met de oriëntatie op de nieuwe woonvisie. Hierin wordt de op stapel staande Herzieningswet toegelaten instellingen volkshuisvesting betrokken omdat deze de verplichting met zich mee brengt om een woonvisie op te stellen die het richtsnoer vormt van de activiteiten van de corporaties. Met woonstichting St. Joseph en stichting Goed Wonen Liempde is een prestatiecontract 2012-2015 gesloten. De hierin opgenomen punten zijn in uitvoering. De regeling voor de starterslening is medio 2014 geëvalueerd. Op basis hiervan is besloten om de voorwaarden voor startersleningen te verruimen zodat meer starters voor de regeling in aanmerking komen. In 2014 zijn 19 startersleningen verstrekt tot een bedrag van € 176.026. De verwachting was dat de regionale woningmarktmonitor in 2014 weer werd uitgevoerd.
Programmajaarverslag 2014
81
woningmarktmonitor
Dit is niet gerealiseerd maar wordt begin 2015 verwacht. Eind 2014 is de voorbereiding gestart voor het regionale woonwensenonderzoek waar de gemeente Boxtel gezamenlijk met woonstichtingen aan deelneemt. Bouwtoezicht Het ministerie van Binnenlandse Zaken streeft ernaar om het bouwtoezicht te privatiseren. Dat wil zeggen dat het bouwtoezicht wordt uitbesteed aan private partijen. De nieuwe manier van werken moet passen in het Bouwbesluit. Gemeenten blijven verantwoordelijk voor het afgeven van vergunningen en de handhaving als het fout gaat. De bureaus zijn verzekerd mocht de kwaliteit van gebouwen niet voldoende zijn, ondanks hun toezicht. Het nieuwe stelsel moet de opdrachtgever een steun in de rug geven. Om dit mogelijk te maken, zal de gemeente diverse acties moeten ondernemen. Waar eerst sprake was van een privatisering per 1-1-2015 is het nu onduidelijk waar het ministerie op afkoerst. In 2014 is duidelijk geworden dat de set kwaliteitscriteria 2.1 voor de VTH-taken op een andere wijze geborgd gaat worden. Gemeenten zullen via een verordening vast moeten leggen wat het niveau zal zijn. Dit zal moeten plaatsvinden op het niveau van de Omgevingsdienst. In 2014 is hard gewerkt aan de actualisatie van de Welstandsnota. Deze zal in 2015 tot een afronding komen. Het college heeft in 2014 een nieuw handhavingsbeleid vastgesteld voor de periode 2015-2018. De ambitie is daarbij afgestemd op de capaciteit zodat het gaat om een reëel beleid.
Bouwtoezicht
VTH-wet (vergunningverlening, toezicht en handhaving) Welstand Handhaving
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 11 VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG nr.
54101
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
rijks-gem. monumenten incl. monumentencommissie
54102
oud archief
54103
erfgoed
totaal product 541 - oudheid woningbouw
82005
woningbouwleningen
totaal product 820 - huisvesting
Lasten - Baten begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
51
88
43
61
88 1
9 94
82002
Lasten - Baten begroting 2014
133
31
52
Lasten - Baten rekening 2014 61
1
9
49 5
158
1
149
1
115
39
114
64
64
12
481
460
426
426
133
512
39
574
64
490
12
82202
handhaving
-18
-7
2
2
2
2
5
82211
bouwvergunningen algemeen
64
812
41
624
142
625
114
82212
bouwvergunningen bezwaar
82251
gebruiksvergunningen
totaal product 822 - bouwtoezicht
4 2
40
466
535
4 5
5
6
46
807
47
631
148
632
119
541
totaal lasten/baten producten
273
1.319
244
1.206
361
1.123
246
1.007
bij: apparaatlasten
1.103
1.107
1.100
939
kapitaallasten
583
556
519
515
mutaties reserves via resultaatbestemming
258
228
98
37
74
63
74
63
totaal lasten en baten programma 11
2.217
1.547
2.005
1.243
2.054
1.186
1.774
1.070
82
Programmajaarverslag 2014
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Monumenten
Woningbouw
Woningbouwleningen Bouwvergunningen
Apparaatlasten
Kapitaallasten Mutaties reserves
De ramingen bestaan voornamelijk uit subsidiebudgetten (€ 70.505) en presentiegelden monumentencommissie (€ 16.672). De lagere lasten in zowel 2013 als 2014 zijn wegens lagere subsidie verstrekkingen. Begroot zijn budgetten voor uitvoering onderzoeken woonwensen en voor de woonvisie. Beide zijn in 2014 niet uitgevoerd en via de overheveling naar dienstjaar 2015 verschoven (bedrag van € 32.235). De baten betreft de bijdrage met betrekking tot het project Sparrenlaene. Het betreft de verantwoording van ontvangen rente van versterkte leningen aan de woonstichtingen. Door aflossing daalt het bedrag aan rente. Voor het digitalisering van de bouwdossiers is € 42.876 aan de begroting 2014 toegevoegd. De kosten vallen toch nog lager uit omdat de kosten van de digitalisering niet geheel zijn aangewend. De digitalisering is nog niet afgerond. Voor het tijdig verwerken van omgevingsvergunningen is voor externe inhuur € 58.703 aan de begroting toegevoegd. De kosten van inhuur zijn € 19.394 hoger dan geraamd. In 2013 was de opbrengst bouwleges nog € 811.637 groot en dat was € 172.782 hoger dan geraamd. In 2014 valt de opbrengst weer lager uit. Leges (afwijken van bestemmingsplannen) die in 2013 op het product 810 zijn verantwoord zijn nu begrepen in de opbrengst op product 822. De opbrengst in totaliteit is in 2014 € 175.247 lager dan begroot. Het betreft voornamelijk afdelingsuren. Per saldo worden er 2.012 minder uren verantwoord. Voor bouwvergunningen worden 2.905 minder uren verantwoord maar voor handhaving 1.858 uren meer. De kapitaalasten betreffen voornamelijk de rentecomponent van verstrekte leningen. De reserve Volkshuisvesting wordt opgeheven na storting van de bijdrage van de ontwikkelaar Sparrenlaene.
Exploitatie programma 11. VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG (bedragen x € 1.000)
Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Totaal Lasten
2.217
2.005
2.054
1.774
Totaal Baten
1.547
1.243
1.186
1.070
Totaal Saldo
-670
-762
-868
-704
Resultaat 2014
164
Toelichting exploitatie Monumenten
Oud archief Erfgoed Woningbouw
Handhaving
Bouwvergunningen
In 2014 zijn er minder subsidies verstrekt ten opzichte van de begroting. Overschotten op dit budget worden niet meer gereserveerd voor mogelijke toekomstige grotere restauraties van monumenten. In 2014 is er tot een bedrag van € 44.555 aan bijdragen verstrekt hetgeen resulteert in een overschot van € 25.950. De kosten betreffen de huur van ruimte bij de BHIC ad € 10.797en voor de dienstverlening door de BHIC ad € 31.619. De kosten zijn lager dan begroot. In 2014 zijn budgetten geraamd voor een nieuwe woonvisie en voor een woonwensenonderzoek tot een totaal bedrag van € 64.001. Hiervan resteert een budget van € 51.918. Genoemde onderzoeken worden nu in 2015 gestart en daarvoor kan gelet op het totale budget een budget van € 32.235 worden overgeheveld. De kosten betreffen voornamelijk externe juridische ondersteuning tot een bedrag van € 13.338. Door ontvangen dwangsommen ad € 11.100 is een negatieve storting opgenomen. De lasten voor vergunningverlening voor bouwen zijn € 276.186 lager dan begroot.
Programmajaarverslag 2014
83
Hiervan betreft € 248.123 lagere ambtelijke uren. Naast lagere lasten voor digitalisering (€ 47.753) en diensten ODBN (€ 22.108) staan hogere kosten voor inhuur en adviezen derden tot een bedrag van € 34.975. De baten uit leges vallen inclusief de bouwleges op product 810 € 175.247 lager uit dan begroot (€ 725.000). Dit ondanks een nagenoeg gelijke vergunningsaanvraag.
Investeringen programma 11. VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG Begroting Nut 2014 voor wijziging
(bedragen x € 1.000) Startersleningen
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Overhevelen 2015
299
176
123
N
Toelichting investeringen Startersleningen
In 2014 zijn 19 startersleningen verstrekt tot een bedrag van € 176.026. Er is voor 2015 nog ruimte voor een bedrag van € 123.000, vanuit het in 2013 beschikbaar gestelde budget van € 400.000.
Reserves en voorzieningen programma 11. VOLKSHUISVESTING EN MONUMENTENZORG (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo reserve Monumentenbeleid - toevoegingen 2014
0
0
190
190
0
0
252
252
- toevoegingen 2014
49
49
- onttrekkingen 2014 Saldo voorziening Handhaving Wonen
50
50
- toevoegingen 2014
0
-11
- onttrekkingen 2014
0
0
- onttrekkingen 2014 Saldo reserve Egalisatie leges bouwvergunningen - toevoegingen 2014 - onttrekkingen 2014 Saldo reserve Volkshuisvestingsfonds
1-1-2014
31-12-2014
190
0
252
0
1
0
88
77
Toelichting reserves en voorzieningen Monumentenbeleid
Egalisatiereserve Bouwleges Volkshuisvestingsfonds Handhaven wonen
84
Ter dekking van de lasten wordt € 36.870 onttrokken en is het restant saldo (€ 152.949) vrijgevallen ten gunste van de algemene middelen. De reserve is eind 2014 opgeheven. De reserve is opgeheven. Er vindt geen egalisatie meer plaats. De reserve is opgeheven. In 2014 is de bijdrage vanuit het project Sparrenlaene gestort. In de voorziening is het ontvangen bedrag aan dwangsommen gestort.
Programmajaarverslag 2014
Programma 12 Financiën 1 Kenmerken Verdeling portefeuillehouders over de beleidsproducten
Product 913 920 921 922 990
Beleidsproduct Beleggingen Gemeentelijke belastingen Algemene uitkering Gemeentefonds Algemene baten en lasten Exploitatiesaldo
Portefeuillehouder H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij H.G.J.M. van Wanrooij
2 Beleidskaders Bestuurlijke kaders
• Wet Fido • Verordening Treasurystatuut (2001) • Verordening OZB, parkeerbelasting, reclamebelasting en toeristenbelasting
3 Wat hebben we bereikt en wat hebben we daarvoor gedaan? Algemene beleidskaders Structureel sluitende begroting
Het algemene uitgangspunt is een structureel sluitende meerjarenbegroting. Met de bezuinigingen die het rijk oplegde aan de gemeenten en met een toenemende werkloosheid werd het steeds moeilijker om hieraan te voldoen. Geconstateerd kan worden dat ook het resultaat van de jaarrekening (na overheveling) de laatste jaren minder wordt.
Kerntakendiscussie
Bedoeling was dat samen met de burgers en maatschappelijke organisaties een traject zou worden opgestart om te bepalen op welke terreinen het beleid zou kunnen worden bijgesteld, bijvoorbeeld door meer gebruik te maken van de mogelijkheden en talenten van de inwoners van Boxtel. Uiteindelijk is besloten om geen kerntakendiscussie uit te voeren.
Lastendruk
Doorlichting reserves en voorzieningen
Stelposten
Belastingen Conform het vastgestelde beleid zijn de afvalstoffenheffing en rioolheffing niet verhoogd. De ruimte die is ontstaan is toegevoegd aan een bovenmatige stijging van de OZB. Deze bovenmatige stijging bedroeg in 2014 3,24%. Reserves Bij aanvang van de nieuwe beleidsperiode 2014-2018 heeft een integrale herziening plaatsgevonden van alle reserves en voorzieningen. Verschillende reserves zijn opgeheven en reserves ter afdekking van kapitaallasten zijn samengebracht in één reserve Afdekking kapitaallasten afgeronde investeringen. De raad heeft de norm van de reserve grondexploitatie tijdelijk verlaagd naar € 0. De stelposten met betrekking tot het jaar 2014 zijn volledig inverdiend.
Programmajaarverslag 2014
85
4 Wat heeft het gekost? PROGRAMMA 12 FINANCIËN nr.
Omschrijving
Lasten - Baten
(bedragen x € 1.000)
rekening 2013
Lasten - Baten
Lasten - Baten
begroting 2014
begroting 2014
voor wijziging
na wijziging
Lasten - Baten rekening 2014
91302
bouwfonds Nederlandse gemeenten
4
91303
aandelen bng
80
61
68
68
84
61
68
68
5.615
5.836
5.933
5.925
totaal product 913 - beleggingen 92001
onroerende zaak belasting
92004
wet woz
92005
toeristenbelasting
27
25
25
23
92006
reclamebelasting
47
53
53
45
totaal product 920 - gemeentelijke belastingen 92101
89
89
gemeentefonds
totaal product 921 - algemene uitkering 92202
82
5.689
82
80
5.914
6.011
86
5.993
26.400
27.468
27.178
27.214
26.400
27.468
27.178
27.214
stelposten
201
totaal product 922 - algemene baten en lasten
201
99000
saldo gewone dienst
2.172
1.975
99001
exploitatieresultaat afdeling ro
142
17
99003
exploitatieresultaat afdeling or
257
106
99005
exploitatieresultaat afdeling mo
184
45
99006
exploitatieresultaat kapitaallasten
99007
exploitatieresultaat afdeling cd
294
99010
exploitatieresultaat griffie
1
totaal product 990 - exploitatiesaldo
80
86
291
2.152 106 22
2.159
258
144
340 193
1 264
112 328
160
273 346
5
1
736
2.605
totaal lasten/baten producten
825
34.778
bij: apparaatlasten
308
359
359
312
kapitaallasten
8
14
8
8
mutaties reserves via resultaatbestemming
3.229
4.337
1.570
1.127
3.582
2.675
3.582
2.675
totaal lasten en baten programma 12
4.370
39.115
2.025
37.447
4.444
38.434
4.857
38.495
82
2.676
415
2.502
869
2.545
36.320
495
35.759
955
35.820
Verschillenanalyse cijfers rekening 2013 - begroting 2014 - rekening 2014 Gemeentelijke belastingen
Algemene uitkering
Exploitatiesaldo
86
De belastingopbrengsten 2014 zijn 5,3% gegroeid t.o.v. 2013. Volgens de begrotingsuitgangspunten kon de OZB stijgen met 3,7%. De hogere opbrengst OZB is mede ontstaan door een toegenomen aantal objecten in 2014 en door onderbouwde aanpassingen in de waarde-ontwikkeling van een object. De algemene uitkering kent een overschot van € 36.000 ten opzichte van het begrote bedrag van € 27.178.000. Ten opzichte van 2013 is de opbrengst gestegen met € 810.000. De saldi zijn het resultaat van verschillen op de afdelingskostenplaatsen en kostenplaats kapitaallasten. Ten opzichte van de begroting sluiten de kostenplaatsen van de afdelingen € 362.000 nadeliger. Dit wordt veroorzaakt door hogere personele lasten, een nadeel op doorbelaste uren (daar tegenover staat een voordeel onder apparaatslasten bij de diverse programma’s) en een beperkt overschot van € 24.000 op de materiële bedrijfsvoeringsbudgetten (waaronder facilitaire services -€ 54.000, automatisering -€ 53.000, opleiding +€ 44.000, personeelsvoorzieningen +€ 42.000 en
Programmajaarverslag 2014
huisvestingskosten +€ 32.000).
Exploitatie programma 12. FINANCIËN Rekening 2013
(bedragen x € 1.000)
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
Resultaat 2014
Totaal Lasten
4.370
2.025
4.444
4.857
Totaal Baten
39.115
37.447
38.434
38.495
Totaal Saldo
34.745
35.422
33.990
33.638
-352
Toelichting exploitatie
Reserves en voorzieningen programma 12. FINANCIËN (bedragen x € 1.000)
begroot
realisatie
Saldo Algemene Reserve - toevoegingen 2014
3.143
3.143
- onttrekkingen 2014
936
936
Saldo Jaarresultaat na bestemming - toevoegingen 2014
0
687
- onttrekkingen 2014
360
360
0
0
- onttrekkingen 2014 Saldo reserve Afdekking kapitaallasten afgeronde investeringen
305
0
- toevoegingen 2014
443
443
- onttrekkingen 2014
823
820
Saldo reserve Rentevoordeel SVN-lening - toevoegingen 2014
1-1-2014
31-12-2014
6.901
9.109
360
687
305
305
7.952
7.575
Toelichting reserves en voorzieningen Algemene reserve
Jaarresultaat
Het sluitend maken van de diverse meerjarenbegrotingen verloopt via de algemene reserve. Ook de saldi van de diverse buraps lopen via deze reserve evenals de jaarlijkse overhevelingen . Het resultaat 2014 bedraagt € 686.581. Via vaststelling van het jaarverslag wordt voorgesteld dit saldo toe te voegen aan de Algemene Reserve, deels (voor per saldo € 367.294) ter dekking van de overhevelingen.
Programmajaarverslag 2014
87
Paragrafen
88
Programmajaarverslag 2014
A. Lokale heffingen - OZB De Onroerende Zaak Belasting is een belastingheffing waarvan de opbrengst door de gemeente vrij aanwendbaar is. Uitgedrukt in een percentage van de WOZ-waarde golden voor 2013 de volgende tarieven 2014 - eigenaar woning 0,1166% - eigenaar niet-woning 0,1967% - gebruiker niet-woning 0,1573% Ten opzichte van 2013 bedroeg de stijging van de OZB-opbrengst 3,7%, zijnde de inflatiecorrectie van 1,08% en een verhoging van 2,62% in verband met uitruil voor het niet verhogen van de afvalstoffenheffing en van de rioolheffing (goedgekeurd bij de vaststelling van de Begroting 2014 en de Tweede bestuursrapportage 2013). Bij de vaststelling van de tarieven is rekening gehouden met een waardedaling van de woningen van 5,8% en van de niet-woningen van 6,0% (op 1 januari 2013 ten opzichte van 1 januari 2012). In 2014 is in totaal een bedrag van € 5.925.000 aan OZB ontvangen, waarvan € 3.624.000 van eigenaren van woningen, € 1.349.000 van eigenaren van niet-woningen en € 952.000 van gebruikers van nietwoningen. De totale WOZ-waarde (peildatum 01-01-2013) van de woningen is uitgekomen op € 3.116 miljoen en die van de niet-woningen op € 716 miljoen. De gemiddelde WOZ-taxatiewaarde van een woning bedroeg afgerond € 233.000. De gemiddelde WOZ-taxatiewaarde van een niet-woning bedroeg afgerond € 432.000. Met Boxtel vergelijkbare Brabantse gemeenten kenden voor 2014 de onderstaande tarieven OZB voor een eigenaar van een woning. Tevens is voor deze gemeenten de gemiddelde waarde van een woonruimte weergegeven (bronnen: Coelo en CBS)
- Boxtel - Best - Deurne - Dongen - Geldrop/Mierlo - Oisterwijk - Sint-Michielsgestel - Valkenswaard - Vught
OZB-tarief woning % van WOZ-waarde 0,1166 0,0930 0,1462 0,1171 0,0786 0,1108 0,1164 0,1148 0,1204
gemiddelde waarde woning * 244.000 262.000 254.000 226.000 233.000 317.000 295.000 244.000 324.000
totaal lastendruk (=OZB+afval+riool) 726 659 914 699 591 802 668 742 897
* het CBS verschaft nog niet de meest actuele waarde
In totaal is in 2014 € 8.000 minder OZB ontvangen dan begroot. Toeristenbelasting Met ingang van 2004 wordt toeristenbelasting geheven. In 2014 is een tarief gehanteerd van € 0,89 per overnachting. De begrote opbrengst van € 25.000 is in 2014 niet helemaal gerealiseerd, afgerond is € 23.000 ontvangen. In 2012 was dat € 20.000 en in 2013 € 27.000.
Programmajaarverslag 2014
89
Parkeerbelasting Net als de OZB is ook de opbrengst van de toeristenbelasting en de parkeerbelasting voor de gemeente vrij besteedbaar. Er hoeft geen relatie te bestaan tussen de opbrengst en de kosten. Heffen van parkeergeld is een gemeentelijke belasting en geen kostendekkende leges. De parkeertarieven zijn in 2014 niet aangepast, noch in parkeertarief noch in parkeertijd. Voor de eerste 2 uur gold een tarief van € 0,20 per 14 minuten, daarna € 0,40 per 14 minuten. Hiermee wordt lang parkeren ontmoedigd. De leges voor een parkeervergunning zijn in 2014 trendmatig met 1,08% verhoogd. In 2014 is € 307.000 ontvangen, als volgt verdeeld (tussen haakjes de cijfers van 2013): - uit parkeerautomaten € 201.000 (€ 208.000) - naheffingen € 48.000 (€ 44.000) - parkeervergunningen € 28.000 (€ 30.000) - overige vergoedingen € 30.000 (€ 35.000) De kosten bleven beperkt tot € 155.000 en zijn te onderscheiden in de volgende categorieën: - eigen uren € 83.000 (€ 76.000) - kapitaallasten € 19.000 (€ 17.000) - overige (onderhoud, vervoer) € 53.000 (€ 59.000) In mei 2006 heeft de raad besloten tot de vorming van een reserve Parkeervoorzieningen. De door het college opgelegde afkoopsommen aan aanvragers van een bouwvergunning die niet voldoen aan de parkeernorm in een bepaald gebied, overeenkomstig de Bouwverordening Boxtel (afkoopsom is € 5.000 per ontbrekende parkeerplaats), worden gestort in deze reserve. In 2014 is een bedrag van € 5.000 gestort. De stand van deze reserve aan het eind van het jaar bedroeg € 135.000. Het geld van de reserve wordt in de toekomst aangewend voor aanleg van parkeerplaatsen elders in de gemeente. Afvalstoffenheffing Voor de bepaling van de tarieven van de afvalstoffenheffing geldt het uitgangspunt van 100% kostendekkendheid waarbij in 2014 geen tariefsverhoging heeft plaatsgevonden, ook niet trendmatig. Per 1 januari 2014 is de gemeente Boxtel overgegaan op diftar waarbij deels een vast tarief geldt en deels een variabel per lediging restafval. In 2014 waren de tarieven voor laagbouw als volgt: éénpersoonshuishouden meerpersoonshuishouden - vast tarief € 152 € 191 - variabel: - lediging 240 l restafval € 6,29 € 6,29 - lediging 180 l restafval € 4,72 € 4,72 - lediging 140 l restafval € 3,67 € 3,67 Het jaar 2014 is het eerste jaar dat in de gemeente Boxtel diftar werd toegepast. Er werd 4.255 ton huisvuil ingezameld. In vergelijking met 2013 is dat 1.819 ton minder (-30%).Daarentegen is 2.919 ton gft ingezameld, 558 ton meer dan in 2013 (+24%). Geconcludeerd kan derhalve worden dat de bewoners in 2014 hun restafval=huisvuil beter zijn gaan scheiden. Op de milieustraat is in 2014 meer grof vuil (+7%) en meer snoeihout (+12%) aangeleverd. In 2014 bedroeg de opbrengst afvalstoffenheffing/reinigingsrecht ontvangen van particuliere huishoudens € 3.049.000 en € 20.000 afvalstoffenheffing/reinigingsrecht is ontvangen van bedrijven. Daarnaast is € 320.000 ontvangen aan overige vergoedingen en heeft de milieustraat nog een opbrengst gekend van € 50.000. De lasten (ex btw) bedroegen € 2.666.000 (2012: € 2.657.000) en zijn daarmee € 244.000 onder het begrote niveau gebleven. De stortkosten van het huishoudelijk afval bedroegen in 2014 voor de gemeente € 598.000, terwijl dat in 2013 nog € 855.000 was. Daarentegen was het storten van het gftafval voor de gemeenten duurder dan in 2013 (€ 142.000 versus € 115.000). Verder is er voor € 92.000 plastic gestort (2013 € 80.000). De uitkomst van de kostendekkende activiteit afvalverwerking is dat de begrote onttrekking aan de reserve Egalisatie reinigingstarieven van € 129.000 niet hoefde plaats te vinden en dat zelfs € 274.000 gestort kon worden. De stand van deze reserve bedroeg ultimo 2014 € 2.159.000. Op voorspraak van de 90
Programmajaarverslag 2014
commissie BBV is het saldo van deze reserve eind 2014 overgezet naar een voorziening. Rioolheffing De rioolrechten zijn in 2014 niet gestegen, ook niet trendmatig. Het basistarief bleef € 162 en bij een waterverbruik van meer dan 200 m3 waren de extra kosten € 1,52 per m3. In 2014 is € 2.068.000 rioolheffing van huishoudens ontvangen en € 603.000 van bedrijven. In totaliteit is € 63.000 minder rioolheffing binnen gekomen dan begroot. Aan overige vergoedingen is € 69.000 ontvangen. De lasten bedroegen € 2.852.000 (2013: € 2.640.000) en zijn daarmee € 38.000 onder het begrote niveau gebleven. De post voor lasten areaaluitbreiding hoefde niet aangesproken te worden Per saldo is € 226.000 onttrokken aan de reserve Egalisatie rioolheffing, terwijl € 181.000 onttrekking begroot was. De stand van deze reserve aan het eind van het boekjaar bedroeg € 1.045.000. Op voorspraak van de commissie BBV is het saldo van deze reserve eind 2014 overgezet naar een voorziening. In 2014 zijn minder investeringen uitgevoerd dan begroot voor vervanging rioleringen en ook het uitgevoerde groot onderhoud was minder dan begroot. De voorzieningen Vervanging riolering en Groot onderhoud rioolbeheer zijn daardoor gestegen met € 397.000 en bedragen nu tezamen € 7.441.000. Begrafenisrecht De tarieven voor grafrechten zijn in 2014 verhoogd met 7,58% om meer kostendekkend te worden. Het tarief voor een gangbaar volwassendubbelgraf bedroeg in 2014 € 1.912. Verwacht werd dat er 50 begravingen zouden zijn, 14 urnenbijzettingen en 43 verlengingen van grafrechten. In 2014 zijn 44 personen begraven, waarvan 30 in een nieuw graf en 14 in een reeds bestaand graf (voor 2 personen). Zeven personen zijn bijgezet in een asbus en verder heeft nog 1 asverstrooiing plaats gevonden. In totaal hebben in 2014 dus 52 afscheidsdiensten plaats gevonden op de gemeentelijke begraafplaats Munsel. Het aantal verlengingen bedroeg 46 (53 in 2013). De opbrengst van grafrechten in 2014 bedroeg € 147.000 (€ 163.000 in 2013) en was daarmee € 22.000 lager dan begroot. De lasten zijn uitgekomen op € 160.000 en zijn daarmee € 11.000 lager dan de begroot. In de eerste bestuursrapportage 2014 is de reserve Egalisatie tarieven grafhuur opgeheven. Dat betekent dat voortaan aan het eind van het jaar een negatief of positief saldo van het kostendekkende product begraven rechtstreeks ten laste c.q. ten gunste van het jaarrekeningresultaat komt. Het werkelijke saldo van begraven ten opzichte van de begroting is in 2014 uitgekomen op een tekort van € 11.000. Leges omgevingsvergunning De tarieven omgevingsvergunning zijn in 2014 trendmatig verhoogd met 1,08%. In 2014 zijn 239 besluiten genomen over een omgevingsvergunning (215 verleend, 1 geweigerd, 12 vergunningvrij en 11 anders). Met de 239 besluiten waren 390 activiteiten gemoeid: 156 voor bouwen bouwwerk, 75 voor gebruik in strijd met bestemmingsplan, 88 voor vellen houtopstand, 27 voor het uitvoeren werken/werkzaamheden, 22 voor het wijzigen/verstoren van een beschermd of gemeentelijk monument/beeldbepalend object of gevelwand, 14 voor het oprichten/wijzigen inrichting en 3 voor het brandveilig gebruik van een bouwwerk en 5 overig. In 2014 is een bedrag van € 535.000 ontvangen voor leges in verband met bouwvergunningen, terwijl € 625.000 was begroot. Voor de activiteit bouwen zijn de kosten uitgekomen op € 595.000, hetgeen € 276.000 minder is dan begroot. De kosten bestaan hoofdzakelijk uit personele lasten (zie ook de tabel aan het eind van deze paragraaf). Net als de reserve Egalisatie tarieven grafhuur is ook de reserve Egalisatie leges bouwvergunningen opgeheven bij de eerste bestuursrapportage 2014. Het kostendekkende product bouwen kende aan het eind van 2014 ten opzichte van de begroting een voordelig resultaat van € 186.000. (Voor zover de lagere ureninzet niet heeft geleid tot een vermindering van de totale gemeentelijke personele lasten heeft dit geleid tot een tekort op het product 990, exploitatieresultaten afdelingen)
Programmajaarverslag 2014
91
Leges ruimtelijke inrichting Na aanpassing van onze legesverordening kan de gemeente ook leges heffen voor medewerking aan ruimtelijke initiatieven. Hiervoor is in 2013 een bedrag binnengekomen van € 239.000, maar in 2014 is dat slechts € 27.000 geweest. Voor aanpassing bestemmingsplannen is € 16.000 ontvangen en daarnaast is € 8.000 leges ontvangen in verband met anterieure overeenkomsten en € 3.000 in verband met aanlegvergunningen. De nog te maken kosten hiervoor (€ 25.000) zijn gestort in de reserve Ruimtelijke Ontwikkeling/anterieure overeenkomsten (t/m 2014 reserve Omslag grote werken genaamd). Leges Burgerzaken De leges burgerzaken zijn trendmatig aangepast of op het door het rijk vastgestelde maximale niveau vastgesteld. In de meeste gevallen is afgerond op € 0,50. De totale opbrengst van alle leges burgerzaken bedroeg in 2014 € 541.000 en was daarmee € 57.000 hoger dan de begrote opbrengst (opbrengst 2013 € 472.000). De totale kosten van Burgerzaken zijn uitgekomen op € 772.000, begroot was € 766.000. Dit resulteert in een dekkingspercentage van 70% hetgeen meer is dan vorig jaar (64%). Reisdocumenten De opbrengst van reisdocumenten is met € 359.000 zo’n € 133.000 hoger dan begroot,. De opbrengst is hoger dan in 2013 (€ 263.000). Uit de opbrengst reisdocumenten moeten rijksleges worden afgedragen; deze bedroegen in 2014 € 191.000 (in 2013 € 103.000). De overige kosten voor het verstrekken van reisdocumenten zijn afgenomen van € 160.000 in 2013 naar € 150.000 in 2014. Rijbewijs. De opbrengst van rijbewijzen bedroeg € 93.000 en bleef daarmee € 56.000 onder het begrote bedrag. In 2013 werd € 120.000 ontvangen. Uit de opbrengst rijbewijzen moeten rijksleges worden afgedragen; deze bedroegen in 2014 € 23.000 (in 2013 € 21.000). De overige kosten voor het verstrekken van rijbewijzen zijn afgenomen van € 121.000 in 2013 naar € 90.000 in 2014. GBA De opbrengsten vanuit het GBA bedroegen € 32.000, € 17.000 minder dan begroot. In 2013 bedroegen de opbrengsten € 37.000. Daarnaast is nog conform begroting € 8.000 leges Burgerlijke Stand ontvangen en € 26.000 leges in verband met naturalisaties, hetgeen € 20.000 meer is dan begroot. Uit de opbrengst GBA is € 16.000 rijksleges afgedragen, uit de opbrengst naturalisaties € 24.000. De overige kosten kwamen uit op € 254.000, vorig jaar € 273.000. Geconstateerd kan worden dat bij voorgaande leges burgerzaken (reisdocumenten, rijbewijzen en GBA) ten opzichte van het voorgaande jaar de af te dragen rijksleges zijn gestegen, terwijl de overige gemeentelijke kosten zijn gedaald. Huwelijksrecht. Het ontvangen huwelijksrecht is in 2014 weer verder gedaald. Er is een bedrag ontvangen van € 23.000, € 25.000 minder dan begroot. In 2013 werd € 31.000 en in 2012 € 38.000 ontvangen aan huwelijksrecht. De kosten voor huwelijken bedroegen € 25.000, € 16.000 minder dan begroot. Het aantal huwelijksvoltrekkingen en partnerschapsregistraties bedroeg in 2014 81 (2013: 92). Daarvan was 39 betaald en 42 gratis (op dinsdagmorgen); in 2013 was dat 48 resp. 44. Het percentage gratis huwelijksvoltrekkingen is dus in 2014 uitgekomen boven de 50%. Leges ontheffingen/vergunningen ingevolge APV en overig Inzake diverse vergunningen en ontheffingen ingevolge de algemene plaatselijke verordening is in 2014 een bedrag ontvangen van € 15.000 (vorig jaar € 11.000). Op het gebied van wegverkeer is € 22.000 aan leges ontvangen (2013: € 28.000) en voor rioolaansluitingen € 16.000 (vorig jaar € 4.000). Voor parkeervoorzieningen voor gehandicapten werd € 3.000 ontvangen. Kapvergunningen en gebruiksvergunningen leverden elk € 2.000 op in 2014.
92
Programmajaarverslag 2014
Marktgelden In 2014 is een trendmatige aanpassing van 1,08% doorgevoerd. Aan staangelden voor de weekmarkt is € 28.000 ontvangen, iets meer dan het begrote bedrag. De ontvangen € 2.000 aan reclamegelden is minder dan begroot (dat is € 5.000) maar gelijk aan het jaarlijks ontvangen reclamegeld vanaf 2011. De kosten zijn evenals in 2013 uitgekomen op € 20.000 (begroot € 15.000). Samenvattend overzicht Onderstaand een samenvattend overzicht van de kostendekking van de belangrijkste leges. Leges burgerzaken zijn niet in de tabel opgenomen omdat hier veelal een door het rijk vastgesteld maximaal niveau geldt. Samenvattend overzicht kostendekking 2014 diverse heffingen (bedragen x € 1.000) Afval Riolering uitgaven: Energie Diensten van derden etc. Kapitaallasten Eigen ureninzet en inhuur Exploitatiebijdragen Reserveringen Overige Btw
Omg.vergunning Ruimtelijke Begraven Bouwen* inrichting
1.376 129 1.078 83 -
62 350 1.460 583
499
113
40
totaal uitgaven
3.165
2.965
635
25
163
inkomsten: Heffingen Opbrengst milieustraat Overige
3.069 50 320
2.671
535
27
147
totaal inkomsten
3.439
2.740
535
27
147
274 274
-226 -226
-100
+2
-16
Kostendekkingspercentage excl. btw 129% Kostendekkingspercentage incl. btw 109%
96% 92%
90% 84%
resultaat: storting in egalisatiereserve
2 62 16 75
28 559 8
397
25
5 3
69
92% 90%
* was op begrotingsbasis minder dan 100% kostendekkend
Kwijtscheldingsbeleid Indien een belastingplichtige geen of te weinig financiële middelen heeft om de belastingaanslag voor de gemeentelijke heffingen te voldoen, kan onder bepaalde voorwaarden aan deze belastingplichtige kwijtschelding worden verleend. Het kwijtscheldingspercentage dat in Boxtel wordt gehanteerd bedraagt 100%. Dit betekent dat alle belastingplichtigen die over niet meer dan € 2.269 aan eigen vermogen beschikken en een inkomen hebben dat niet meer dan 100% van het minimuminkomen bedraagt, in aanmerking komen voor gehele of gedeeltelijke kwijtschelding. Kwijtschelding kan alleen worden verleend voor onroerende zaakbelasting (komt niet veel voor), afvalstoffenheffing en rioolrechten. De overige heffingen zijn uitgesloten van kwijtschelding. In 2014 is voor een bedrag van € 206.000 kwijtgescholden (in 2013 € 246.000). Begroot voor 2014 was een bedrag van € 193.000.
Programmajaarverslag 2014
93
B. Weerstandsvermogen Voor een beoordeling van het weerstandsvermogen is inzicht nodig in de risico’s en de aanwezige weerstandscapaciteit. De risico’s die niet zijn afgedekt via verzekeringen of voorzieningen zijn vermeld in de hieronder opgenomen risicoparagraaf. Hieruit valt een benodigde weerstandscapaciteit af te leiden. De gemeente heeft verschillende verzekeringen afgesloten. Wanneer de gemeente wordt geconfronteerd met een claim van een derde kan dit meestal worden verhaald op de verzekering. Idem bij schadegevallen. Risico’s van achterstallig onderhoud beheerst de gemeente door het opstellen van beheerplannen. In onze gemeente zijn beheerplannen met daarbij horende budgetten opgesteld voor wegen, groen, verlichting, riolering, kunstwerken, sportaccommodaties, schoolgebouwen en speeltoestellen. De daarbij horende voorzieningen zijn op het vereiste niveau gebracht. Voor het onderhoud van gemeentelijke gebouwen zijn onderhoudsplannen opgesteld, maar omdat deze nog moeten nog worden vastgesteld door het gemeentebestuur zijn hiervoor geen daarop afgestemde onderhoudsvoorzieningen begroot. Besloten is niet-strategische panden at te stoten en na verbouw van het gemeentehuis het onderhoudsplan gemeentelijke gebouwen te actualiseren en te laten vaststellen door het bestuur. Risico’s De risicoparagraaf geeft inzicht in potentiële risico’s en meevallers, waardoor een betere basis wordt verkregen voor een oordeel over de financiële positie van de gemeente. De volgende betekenisvolle voorzienbare risico’s, waarvoor geen aparte voorzieningen zijn getroffen, werden gemeld in de Begroting 2014. Risico’s met een eenmalig financieel effect Bestemmingsplannen niet tijdig geactualiseerd Een bestemmingsplan mag niet ouder zijn dan 10 jaar. De in de Begroting 2014 genoemde nog te actualiseren ‘oude’ plannen Braken, Liempde en Boxtel Noord-Oost zijn inmiddels geactualiseerd en door de gemeenteraad vastgesteld. In totaal heeft de gemeenteraad in 2014 9 bestemmingsplannen vastgesteld. Voor enkele Ruimte Voor Ruimte locaties kunnen mogelijk enkele schadeclaims worden verwacht, omdat uiteindelijk is gebleken dat niet kan worden gebouwd. Niet uitvoeren correcte procedure van aanbesteding Bij een aanbesteding zijn diverse juridische aspecten van toepassing, de aanbestedingsprocedure in praktische zin is nogal complex. Door de concurrentie in de markt is men heel alert op een eventuele omissie en juridische procedures worden steeds sneller aangespannen. In 2014 waren er 23 aanbestedingen groter dan € 50.000, het gemiddelde aanbestedingbedrag hiervan kwam uit op ongeveer € 198.000 per aanbesteding. In 2014 zijn door derden geen juridische procedures gevoerd tegen gemeentelijke aanbestedingen. Kostenstijgingen grote projecten Het blijft altijd onzeker of voorgenomen grote werken binnen de gevoteerde kredieten kunnen worden gerealiseerd. In de Begroting 2014-2017 werden de volgende grote werken genoemd: de verbouw van het gemeentehuis, de realisatie van het sportcomplex ODC, de bouw van de nieuwe school in MunselIn Goede Aarde en de herbouw van de Michaëlschool, rioolinvesteringen, de reconstructie/herinrichting van de Baandervrouwenlaan, Burgakker, Markt, de aanleg van de verbindingsweg Ladonk-Kapelweg en de parkeer- en fietsvoorzieningen in het stedelijk gebied. De gemeenteraad heeft in de loop van 2014 besloten geen nieuwe school te bouwen in Munsel-In Goede Aarde. Hoewel nog niet alle investeringen zijn afgerond, zijn er geen kredietoverschrijdingen geweest
94
Programmajaarverslag 2014
(de beperkte overschrijding voor parkeer- en fietsvoorzieningen in het stedelijk gebied kan in mindering gebracht worden op het hiervoor nog beschikbare krediet van 2015). Grondexploitatie Binnen het grondbedrijf van de gemeente zijn er zeven complexen in exploitatie genomen. Op basis van actuele herzieningen is voor zes complexen een totale verliesvoorziening opgenomen ten bedrage van € 11,7 miljoen, dat is een toename van € 1,0 miljoen in 2014. Voor een uitgebreidere risicoanalyse wordt verwezen naar de paragraaf grondbeleid. De reserve grondexploitatie is in 2014 niet aangevuld kunnen worden en is dus nog steeds leeg. Een lege reserve grondexploitatie betekent dat er geen buffer is om tegenvallers in de grondexploitatie op te kunnen vangen; zij komen direct ten laste van de algemene middelen. Dit is nog steeds een risico, ook voor de komende jaren. Ontwikkeling De Kleine Aarde Per 1 januari 2011 is de gemeente eigenaar geworden van perceel en opstallen van De Kleine Aarde. In februari 2014 heeft de gemeenteraad ingestemd met een samenwerkings- en huurovereenkomst met Triple E en kort daarna werd besloten om geen school te vestigen op het terrein van De Kleine Aarde. De exploitatie vanuit Triple E bleek al snel tegenvallend te zijn. Eind 2014 is Triple E failliet gegaan. Vanuit de curator is duidelijk geworden dat Boxtel weinig te verwachten heeft m.b.t. de nog niet geïnde huur. Met het verleende voorschot is het terrein en de kas opgeknapt. Na afwikkeling van het faillissement door de curator komt het beheer van De Kleine Aarde weer terug bij de gemeente. De ontwikkelingen in 2014 hebben er toe geleid dat met een verlies wordt afgesloten en dat hiervoor wederom een beroep moet worden gedaan op het legaat van Cooth (verwezen wordt naar het overzicht van baten lasten m.b.t. het legaat van Cooth op blz. 127). Inmiddels zijn gesprekken gaande over een nieuwe invulling van het terrein. De vertraging leidt er toe dat het langer zal duren dat het legaat van Cooth weer aangevuld kan worden vanuit een positieve exploitatie van De Kleine Aarde. Ook in 2015 zal naar verwachting huurderving optreden. Gemeenschapshuis De Rots De Stichting Gemeenschapshuis De Rots gaf aan dat in de toekomst een openstelling niet langer gegarandeerd kon worden. Voorziene exploitatietekorten en onvoldoende budget voor een noodzakelijke verbouwing maakten de toekomst ongewis. Daarom heeft de gemeente in 2014 aan De Rots een 30 jarige renteloze lening verstrekt van € 105.000 met hypothecaire zekerheid. Schade en leegstand gemeentelijke eigendommen Vernielingen aan gemeentelijke eigendommen vallen niet onder de verzekering. Als de dader(s) niet meer te achterhalen zijn, komen de kosten van herstel voor rekening van de gemeenten. In dit verband kan ook gedacht worden aan het dumpen van xtc-afval in het buitengebied. In 2014 is de gemeente met zo’n € 193.000 herstelkosten geconfronteerd die niet verhaalbaar zijn, vooral op het terrein van wegmaterialen en rioleringen. Enkele gemeentelijke gebouwen kende in 2014 een (gedeeltelijke) leegstand. Het pand villa Pfaff aan Rechterstraat 55 stond voor de helft leeg. Op korte termijn gaat waarschijnlijk ook de laatste huurder het pand verlaten. (Huurderving nu ongeveer € 30.000 op jaarbasis, kan dus hoger uitvallen als ook de tweede huurder vertrekt). Het pand Heidonk 30 (dienstwoning sporthal Pius X) wordt momenteel niet bewoond, maar de huur wordt wel door Stichting Jeugdbelangen betaald. Het pand Kaarpad 2 staat leeg, maar wordt verkocht. Het pand Apollopad 60 komt leeg per 1-1-2016. (Huurderving zou dan € 76.000 op jaarbasis bedragen). Er wordt gezocht naar een andere bestemming.
Programmajaarverslag 2014
95
Juridische dossiers De grondeigendom van de bermen in de buurt Sparrenrijk werd betwist. Van de 23 zaken zijn er inmiddels 17 waar de rechter de gemeente in het gelijk heeft gesteld. Voor de resterende 6 (4 maal bewoner in het gelijk gesteld en bij twee maal is het half om half gelijk) is gemeente in beroep gegaan. Van de 17 andere is slechts 1 bewoner in beroep gegaan. Het risico is hierdoor fors afgenomen. Tot 2017 heeft Boxtel een contract met Attero voor het aanbieden/verwerken van afval. Indien minder afval wordt aangeboden dan in het contract is aangeboden, moet een naheffing worden betaald. Dit is in 2014 niet het geval geweest. Er wordt in de gaten gehouden hoe het aanbod van afval zich ontwikkeld na de invoering van diftar in Boxtel. Inzake Cuadrilla loopt een juridische procedure inzake de verhuur van een perceel aan de Vorst. Het onderzoek naar het fatale ongeval in een woning aan de Koevoortseweg is nog gaande. De gemeente is als verhuurder daarin betrokken. Er worden nu kosten gemaakt voor juridische ondersteuning. Onduidelijk is hoelang juridische ondersteuning nog noodzakelijk is en wat de uitkomst van het justitioneel onderzoek oplevert.
Risico’s met een structureel financieel effect Uitkering Gemeentefonds Naast de aanpassing van het accres zijn de jaarlijkse aanpassingen in de uitkeringsbasis van belang (vooral mutaties in aantallen bijstandsontvangers, woonruimten en inwoners, maar ook leerlingenaantallen onderverdeeld naar diverse soorten onderwijs). Hierbij spelen landelijke ontwikkelingen een rol, maar ook Boxtelse ontwikkelingen. In 2014 heeft het aantal inwoners in Boxtel zich minder positief ontwikkeld dan begroot. De gevolgen van krimp zijn voor onze gemeente nog overzienbaar. Het aantal bijstandsontvangers is licht gestegen en de groei van het aantal woonruimten is achtergebleven bij de verwachting. De door Kabinet Rutte II doorgevoerde bezuinigingen op apparaatslasten gemeenten i.v.m. opschaling gemeenten kennen een jaarlijks oplopend bedrag (voor Boxtel jaarlijks bijna € 100.000 extra bezuiniging Gemeentefonds). Hoewel de vorming van 100.000+ gemeenten van de baan is, wil het kabinet de daaraan gekoppelde bezuiniging wel handhaven. In 2012 hebben we berekend dat deze bezuiniging voor Boxtel kan oplopen tot € 1.475.000. Tot en met 2018 is deze korting i.v.m. bezuinigingen op apparaatslasten gemeenten in onze begroting verwerkt (dus in totaal afgerond € 400.000 van de uiteindelijk te bezuinigen € 1.475.000; nog ruim € 1 miljoen te gaan dus). Decentralisatie rijkstaken De drie decentralisatie in het sociale domein (participatie aan de onderkant arbeidsmarkt, jeugdzorg en dagbesteding/huishoudelijke hulp) zijn inmiddels doorgevoerd per 1 januari 2015 met de daarbij horende efficiencykortingen. Het Participatiebudget wordt samen met het geld voor de Wmo en de Jeugdzorg aan de gemeenten toegekend in de vorm van een Integratie-uitkering Sociaal domein (€ 22,3 miljoen voor 2015) en is daarmee in principe geheel vrij besteedbaar aan (alle) gemeentelijke taken. In Boxtel is budgettair neutraal begroot; tegenover € 22,3 miljoen baten sociaal domein staan € 22,3 miljoen lasten. Aangezien deelname aan de regelingen voor de gemeente een openeinde karakter hebben wordt de gemeente geconfronteerd met risico’s op dit terrein. Het totaalrisico voor het Gemeentefonds is door het rijk beperkt tot € 15 per inwoner per jaar. Voor Boxtel dus maximaal € 450.000, € 900.000, € 1.350.000 etc. totdat evenwicht is bereikt. Toename schuldhulpverlening De economische crisis leidt tot een toename van de werkloosheid. En bij een wegvallend inkomen kunnen huishoudens steeds moeilijker aan hun verplichtingen voldoen, waardoor schulden toenemen en zij een beroep moeten doen op schuldhulpverlening. Bij een woningmarkt waarbij volgens De 96
Programmajaarverslag 2014
Nederlandse Bank een kwart van de woninghypotheken onder water staat, zullen gedwongen verkopen mogelijk gaan toenemen en zal de omvang van de restschuld vaak aanzienlijk zijn met alle gevolgen van dien voor de gemeentelijke schuldhulpverlening. In Boxtel is in 2014 is minder dan begroot en ook minder dan in 2013 uitgegeven aan schuldhulpverlening. WSD De WSD is een gemeenschappelijke regeling van 11 gemeenten die de Wsw uitvoert. Na invoering van de Participatiewet zal de WSD in de jaren 2015 en 2016 haar beleid moeten bijstellen. De WSD kan de eerste paar jaar nog een beroep doen op haar reserves en zal dus nog beroep hoven doen op de deelnemende gemeenten. Overige (verbonden) partijen Uit de jaarverslagen 2013 van met Boxtel verbonden partijen blijkt dat de gemeente Boxtel niet wordt aangesproken voor verliezen. Voor de pas gestarte OmgevingsDienst Brabant Noord (ODBN) geldt dat gemeenten, ook Boxtel, in de loop van 2014 extra hebben moeten bijdragen ten opzichte van wat eerder begroot was. Kort voor de effectuering van de decentralisatie van taken in het sociale domein per 1 januari 2015 bleek onze gecontracteerde zorgaanbieder Pantein/Vivent in problemen te verkeren. Op woensdag 14 januari 2015 is het faillissement van de BV Pantein-Vivent uitgesproken. Na intensief overleg tussen de betrokken regiogemeenten zijn de gemeenten doorgegaan met de bestaande, gecontracteerde aanbieders van huishoudelijke zorg, voor Boxtel zijn dat Tzorg en Zorggroep Elde. Begin 2015 bleek ook het samenwerkingsverband van de Meierijse Instellingen voor Kunsteducatie (MIK) in moeilijkheden te verkeren waardoor MIK in de huidige vorm op 1 juli 2015 zal ophouden te bestaan. De komende maanden gaat zij in gesprek met gemeenten, waaronder Boxtel, over een mogelijk nieuwe vorm van cultuureducatie na de zomer. Onderhoud gemeentelijke gebouwen De onderhoudsplannen voor deze gebouwen zijn nog niet vastgesteld door B&W in afwachting van een nieuw op te stellen onderhoudsplan voor het gemeentehuis na de verbouwing ervan en van aanpassing van het onderhoudsplan voor de overige gemeentelijke gebouwen na verkoop van diverse panden. In de loop van 2015 zal een nieuw onderhoudsplan gemeentelijke gebouwen worden vastgesteld. Voor school- en sportgebouwen liggen er vastgestelde meerjarenonderhoudsplannen waar uitvoering aan gegeven wordt. Per 1 januari 2015 is het buitenonderhoud van het primair en speciaal onderwijs overgeheveld van de gemeente naar de schoolbesturen. De voorziening Onderhoud onderwijs is nog beschikbaar om enkele claims van achterstallig onderhoud van vòòr 2015 te kunnen honoreren en voor het onderhoud van de gymlokalen van de scholen. Stelpost invulling korting onderwijshuisvesting In de meicirculaire 2013 is een korting op het Gemeentefonds doorgevoerd in verband met onderwijshuisvesting (motie Buma), omdat er landelijk minder aan onderwijshuisvesting werd uitgegeven dan vergoed via het Gemeentefonds. Vanaf 2016 moet nog € 285.000 worden omgebogen op het terrein van onderwijs. Stelpost bezuiniging subsidies Inmiddels zijn vanuit de Boxtelse samenleving voorstellen aangeleverd om uiteindelijk € 300.000 per jaar minder aan subsidies uit te geven. Besluiten hierover zullen genomen worden in het kader van de opstelling van de Begroting 2016. Ambtelijke fusie met Sint-Michielsgestel Per 1 januari 2016 zullen de bedrijfsvoeringsbudgetten (€ 16 miljoen voor Boxtel) worden overgeheveld naar de nieuwe gemeenschappelijke regeling. Het risico is aanwezig dat de nieuwe gemeenschappelijke regeling de begrote efficiencywinsten (oplopend tot 9% vanaf 2019) niet volledig of niet tijdig realiseert. Boxtel heeft winstuitkeringen van de ambtelijke fusieorganisatie nodig om de Programmajaarverslag 2014
97
twee stelposten Personele lasten (ruim € 50.000) en Intergemeentelijke samenwerking (€ 300.000) te kunnen inverdienen. Niet kunnen opvangen van het schrappen van de prijscompensatie In het kader van de bezuinigingen is de prijscompensatie geschrapt vanaf 2013 tot en met 2017. Hoewel er binnen programma’s geschoven kan worden met budgetten, kunnen er op onderdelen knelpunten gaan optreden. Vennootschapsbelasting overheidsbedrijven Gemeentelijke activiteiten die in concurrentie plaatsvinden in het economisch verkeer vallen met ingang van 2016 onder de vennootschapsbelasting. In dit verband valt onder andere te denken aan verhuur en grondexploitatie waar over de fiscale winst vennootschapsbelasting moet worden betaald. Aanwezige weerstandscapaciteit De aanwezige weerstandscapaciteit bestaat uit middelen of mogelijkheden waarover de gemeente beschikt om substantiële niet begrote kosten te kunnen dekken. Voor Boxtel betreft dit een Algemene reserve met een stand per ultimo 2014 van € 9.109.000 (dit zijn incidentele middelen) en een onbenutte belastingcapaciteit van € 405.000 (dit zijn structurele middelen die gegenereerd kunnen worden). In vergelijking met de vorige jaarrekening is de Algemene reserve nu € 2,2 miljoen hoger en de onbenutte belastingcapaciteit € 109.000 lager. De onbenutte belastingcapaciteit is berekend rekening houdend met de eisen die worden gesteld aan de eigen heffingen om in aanmerking te komen voor een zogenaamde artikel 12-uitkering van het rijk. Deze eisen zijn: 100% kostendekking voor riolering en reiniging en een redelijk peil van de OZB-inkomsten. Onder een redelijk peil van de OZB wordt verstaan een tarief dat 20% boven het landelijk gemiddelde ligt. Voor 2014 is het OZB-percentage van de WOZ-waarde voor toelating tot artikel 12 door het rijk vastgesteld op 0,1651 (was 0,1540 voor 2013, derhalve een stijging van 7,2%). Bij een WOZ-waarde van het Boxtels onroerend goed van € 3.832 miljoen (woningen en niet-woningen) leidt dit tot een normopbrengst van € 6.330.000; onze feitelijke opbrengst 2014 was € 5.925.000. Stille reserves Van stille reserves is sprake als de marktwaarde uitkomt boven de boekwaarde. Hoewel Boxtel over stille reserves beschikt (met name opgesloten in panden en gronden) worden zij niet meegenomen bij de bepaling van de omvang van de weerstandscapaciteit omdat veel panden en gronden meestal niet meteen verhandelbaar zijn. Indien een pand niet van strategische waarde is, kan het voor verkoop in aanmerking komen. Gelet op de landelijke ontwikkelingen op de woningmarkt en de kantorenmarkt (leegstand), de voorziene personeelskrimp bij overheden en de effecten van Het Nieuwe Werken wordt de vastgoedportefeuille van de gemeente Boxtel nader bekeken, bijvoorbeeld of een efficiëntere benutting tot de mogelijkheden behoort. Het kwantificeren van risico’s is lastig. Er zijn gemeenten die hun risicoprofiel als kader voor de omvang van de Algemene reserve bepalen op een bedrag per inwoner, bijvoorbeeld € 200. Uitgaande van de jaarrekeningcijfers 2014 van de gemeente Boxtel zou dit neerkomen op een Algemene reserve van € 6.072.000 (30.358 x € 200). De raad van Boxtel heeft voor de minimale omvang van de Algemene reserve de volgende norm vastgesteld: 5% van de begrotingsomvang (vòòr resultaatbestemming) + 5% (van de vaste activa minus de totale reserves). Gemeten aan de cijfers van de jaarrekening 2014 bedroeg de minimale omvang van de Algemene reserve: 5% maal € 76.341.000 + 5% maal (€ 87.888.000 - € 25.752.000) = € 3.817.050 + € 3.106.800 = € 6.923.850. Geconstateerd kan worden dat de Algemene reserve eind 2014 voldoet aan de norm.
98
Programmajaarverslag 2014
C. Onderhoud Kapitaalgoederen Beleidsuitgangspunten In deze paragraaf wordt het beleidskader voor onderhoud kapitaalgoederen geschetst. Hierbij kan gedacht worden aan aanleg en instandhouding van wegen, riolering, water, groen en gebouwen. Zorgvuldig beheer De instandhoudingkosten behoren hun weerslag te vinden in onderhoudsplannen, waarvan de beleidsuitgangspunten door de raad moeten worden vastgesteld. Dit geldt specifiek voor wegen, kunstwerken, openbare verlichting, groen, riolering en gebouwen. Onderhoudskosten maken een substantieel deel uit van de uitgaven. Tegelijkertijd kunnen zij ook voorzien worden van het etiket ‘beheer’ of ‘uitvoering’, c.q. uitvoeringsprogramma’s. Zij lenen er zich daarom niet direct voor om te worden opgenomen in een van de beleidsprogramma’s; daar wordt immers toch meer aandacht besteed aan tot een visie terug te leiden doelstellingen en de richtingen waarin de uitwerkingen moeten worden gevonden. Echter, een groot deel van het ‘vermogen’ van onze gemeente ligt in de grond of op het openbare gebied. Een zorgvuldig beheer is dan ook van wezenlijk belang. Beleving openbaar gebied Een tweede, wellicht nog belangrijker aspect, is dat de kwaliteit van het openbare gebied door de inwoners vaak het meest intensief beleefd wordt. Zwerfvuil, hondenpoep, losliggende trottoirtegels, boomwortels, slecht onderhouden of moeilijk toegankelijke openbare gebouwen: deze onderwerpen in de directe omgeving raken burgers direct en hier hebben zij vaak een eigen en duidelijke mening over. Met de paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen kunnen kaders gesteld worden voor het onderhoud van wegen, riolering, gebouwen, groen, etc. Een individueel geval of een individuele klacht kan dan beoordeeld worden aan deze kaders. Realiseren gemeentelijke programma’s Een derde reden voor specifieke aandacht voor het geïnvesteerde vermogen in het openbare gebied is dat deze kapitaalgoederen vaak van belang zijn voor realiseren van de gemeentelijke programma’s. Doelstelling Doelstelling is om in deze paragraaf per onderdeel specifiek aandacht te besteden aan vragen als: • Is er een onderhoudbeleidsplan of zijn er beleidsuitgangspunten voor onderhoud vastgesteld? • Zijn de financiële consequenties in de begroting opgenomen? • Is er sprake van achterstanden in de uitvoering en hoe gaan we daar mee om? • Zijn de middelen toereikend voor de komende jaren, lopen we risico’s? • Hebben we het beheer goed geregeld, hoe worden uitvoeringsprogramma’s vastgesteld? • Zijn er algemene ontwikkelingen?
Wegen In 2005 zijn nieuwe beleidsuitgangspunten voor het wegbeheer door de raad vastgesteld. Voor deze uitgangspunten is uitgegaan van de nieuwe inspectiemethoden van de CROW van 2004 en het door de raad vastgestelde maximaal toelaatbaar percentage achterstallig onderhoud op enig moment. Tevens stelde de raad daarbij de wegingsfactoren vast voor de prioriteitstelling. Het thema veiligheid en de wegen in de centra van de kernen krijgen daarin de hoogste prioriteit. De financiële middelen zijn toen op dat beheersniveau afgestemd. Door de kredietcrisis is dit nu echter tijdelijk verlaagd.
Programmajaarverslag 2014
99
Beheer en onderhoud Elk jaar wordt een bedrag aan de voorziening Wegenbeheer toegevoegd om middelen op te bouwen waarmee de kosten voor groot onderhoud en vervanging kunnen worden bestreden. Dit bedrag wordt jaarlijks aangepast met de voor die begroting vastgestelde prijsindexering en de areaaluitbreiding. De economische crisis noopt tot bezuinigingen, ook in het wegenonderhoud. Het aan de voorziening Wegenbeheer toe te voegen bedrag is per 2011 met 13% (€ 119.000) verlaagd tot het niveau van 2005, vooralsnog voor een periode van 5 jaar (geïndexeerd). Ter mitigatie van deze bezuiniging is in 2011 € 2 ton ingeteerd op het saldo van de voorziening. Vervolgens is in de begroting 2014 (net als in 2013) gekozen in dit jaar geen prijsindexering en areaaluitbreiding te honoreren. Deze twee bezuinigingsmaatregelen gaan licht ten koste van onderhoud, vooral voor de thema’s aanzien en comfort. Onderhoud ten aanzien van veiligheid en technische duurzaamheid blijft zo veel mogelijk ontzien. Hierdoor blijven risico’s beperkt, mede door de tijdelijkheid van de maatregel. De gemeente bevindt zich daarmee nog juist op haar beleidsmatige uitgangspunt: sober, maar doelmatig. Inspecties en programmering De wegeninspecties worden eens per twee jaar uitgevoerd. De wegen worden daarbij volgens de CROW-richtlijnen beoordeeld op textuur (rafeling, vet), vlakheid, samenhang (scheuren, craquelé, voegwijdte) en rand (kantopsluiting). Mede op basis van de weginspecties wordt tevens per twee jaar een 2-jarig onderhoudsprogramma vastgesteld. Zo ontstaat een cyclus van een voorbereidingsjaar gevolgd door een uitvoeringsjaar. De afweging geschiedt via een geautomatiseerd wegenbeheerprogramma dat een prioriteitenvolgorde maakt ten aanzien van noodzakelijk groot onderhoud op basis van ingestelde voorkeursparameters. Verdere afwegingen voor het uiteindelijke uitvoeringsprogramma geschieden in samenhang met aspecten als: nadere inspectie in het veld, relaties met rioolbeheer en/of verkeer, klachten en verzoeken, wensen, beschikbare middelen, subsidiemogelijkheden, beheersmaatregelopties, etc. Op deze wijze ontstaat adaptief wegenbeheer op een rationele grondslag. Het opstellen van de uitvoeringsprogramma’s is een bevoegdheid van het college, binnen de door de raad gestelde kaders van de beleidsuitgangspunten. In 2014 is inspectie uitgevoerd ten behoeve van het 2-jarig uitvoeringsprogramma Groot onderhoud wegen 2014-2015, dat in 2015 tot realisatie zal komen. Het voornemen om in 2014 een nieuw wegenbeheerprogramma in gebruik te gaan nemen is aangehouden vanwege de geplande ambtelijke fusie met Sint-Michielsgestel. In 2015 zal een gezamenlijke keuze worden gemaakt over het te gebruiken wegenbeheerprogramma in de gezamenlijke organisatie. Onverharde wegen In 2006 is een nieuwe beheersopzet voor onverharde wegen vastgesteld. Dit beheerplan gaat uit van een classificatie van diverse soorten onverharde wegen naar gelang hun doel, met een navenant onderhoudsniveau. Onverharde wegen lijden in toenemende mate onder de druk van zwaar en/of gemotoriseerd verkeer. Traditioneel onderhoud kan onvoldoende de begaanbaarheid waarborgen. Daarom is een groot aantal onverharde wegen gesloten verklaard voor gemotoriseerd verkeer, uitgezonderd bestemmingsverkeer. Ook de bermen in het buitengebied hebben te lijden onder een groter wordende verkeersdruk. Met ingang van 2008 is daarom meer budget toegekend voor investeringen ter versteviging van bermen en voor wortelfrezen. Jaarlijks worden de onverharde wegen voor zover nodig hersteld, een deel van bermversteviging voorzien en wortels gefreesd op basis van prioriteitenafweging. Het budget is hierin taakstellend. Klein onderhoud De kosten van het kleine wegenonderhoud worden bekostigd uit de daartoe in de begroting opgenomen middelen, die normaliter jaarlijks worden gecompenseerd met de voor die begroting vastgestelde prijsindexering (in 2014 net als in 2013 door bezuinigingen echter geen prijspeilcompensatie). Onder dit klein onderhoud wordt onder meer verstaan:
100
Programmajaarverslag 2014
• • • • •
Klein herstelwerk ter waarborging van veiligheid van de weggebruiker; herstel scheuren en winterschades, lasgaten en graafwerkzaamheden; Constructief onderhoud bermen; Schoonhouden straten, wegen en pleinen (vegen, prullenbakken, onkruidbestrijding); Verkeersveiligheidsmaatregelen (onderhoud verkeersborden c.a., wegmarkeringen); Gladheidbestrijding.
De uitvoering geschiedt op basis van klachtenafhandeling en inspecties met jaarprogramma’s. Voor het vegen en de gladheidbestrijding zijn in 2000 uitvoeringsplannen door de raad vastgesteld. Geplande actualisatie van deze plannen in 2014 is aangehouden, in afwachting van de nieuwe mobiliteitsvisie. Ten aanzien van het onderhoud bermen en sloten is in maart 2003 een nieuw bermbeheerplan door de raad vastgesteld. Het maaien van bermen en sloten geschiedt op ecologische grondslag. Uit bezuinigingsoverwegingen is het noodzakelijk vanaf 2012 het maairegime van bermen en sloten iets te beperken, voor zover verkeersveiligheid en waterafvoer niet worden gehinderd. Voor de biodiversiteit is dit zelfs nog een lichte plus. In 2014 is een nieuw onderhoudsbestek maaien bermen en sloten opgesteld, waarin wordt samengewerkt door het waterschap De Dommel en de gemeente. De aanpassingen zijn hierin meegenomen. Onkruidbestrijding Naar aanleiding van de motie Grashof in de Tweede Kamer is bij de begroting 2012 toegezegd dat het gebruik van chemische onkruidbestrijdingsmiddelen In Boxtel achterwege zal blijven. Hiervoor zijn geen aanvullende financiële middelen toegewezen. Door een uitgekiende balans van borstelen, zowel door eigen dienst als uitbesteed, en enige versobering van de beeldkwaliteit in het groeiseizoen, wordt het benodigd budget zo laag mogelijk gehouden. Binnen het in 2014 opgestelde integrale wijkonderhoudplan Groen en straatreiniging op basis van beeldkwaliteit, is de inzet van het straatreinigingsbudget – inclusief onkruidbestrijding - op grond van de dan opgedane praktijkervaring opnieuw bepaald. Vaststelling van de nieuwe kaders voor de onderhoudsgelden volgt in 2015.
Civieltechnische kunstwerken Voor het onderhoud aan civieltechnische kunstwerken (bruggen, tunnels, c.a.) is in de begroting een bedrag opgenomen dat is gebaseerd op het in 2007 vastgestelde Beheerplan Kunstwerken. De jaarlijkse toevoeging aan de voorziening Kunstwerken is geïndexeerd; in 2014 wordt (net als in 2013) vanwege bezuinigingen echter geen prijspeilaanpassing meegenomen. De aansturing geschiedt vanuit het beheersysteem en periodieke inspecties van de objecten. Het beheerplan gaat enkel uit van onderhoudswerkzaamheden als reinigen, vervangen slijtlagen op bruggen, schilderen van brugleuningen, reparatie betonrot, onderhoud tunnelgemalen e.d. Het beheerplan noch de voorziening houdt rekening met vervangingsinvesteringen, zodat hier enig risico wordt gelopen. Vervanging laat zich echter door de periodieke technische inspecties ruimschoots van te voren inschatten. In 2014 is een onderhoudsprogramma 2013-2014 uitgevoerd dat is gebaseerd op een in 2013 uitgevoerde inspectieronde civiele Kunstwerken. Voor het onderhoud aan Faunavoorzieningen, zoals dassenroosters- en tunnels, passages of tunnels voor groot vee, wildroosters, tunnels voor klein wild en amfibieën e.d., is nog geen structurele onderhoudsvoorziening aanwezig. In 2014 zijn de kosten voor planmatig beheer en onderhoud in beeld gebracht. Gedacht wordt deze structureel onder te brengen in de voorziening Kunstwerken, wat voorheen al ad hoc gebeurde. Vooralsnog lijkt hiervoor geen aanpassing van de voeding noodzakelijk. Vervanging Voor vervangingsinvesteringen civieltechnische kunstwerken worden indien nodig afzonderlijke kredieten gevoteerd (voorbeeld: vervanging brug Bosscheweg over de Dommel in 2011). Er zijn voorlopig geen vervangingen voorzien in de meerjarenbegroting.
Programmajaarverslag 2014
101
Openbare verlichting Het onderhoud van de openbare verlichting is gebaseerd op de Beleidsvisie Openbare Verlichting van 2010 en het daaruit afgeleide beleidsplan Openbare Verlichting, dat in januari 2014 is vernieuwd en vastgesteld door de Raad. Het beleidsplan bevat een maatregelprogramma voor het onderhoud en beheer voor een periode van 5 jaar. Het verlichtingsniveau wordt bepaald op basis van NSVVrichtlijnen en het Politiekeurmerk Veilig Wonen. De praktijkproef in 2011-2012 in Munsel - met een voor Nederland unieke diversiteit en omvang - heeft uitgewezen dat het tijdperk voor binnenstedelijke LED-verlichting aanbreekt. In het nieuwe beleidsplan wordt hier dan ook meer toepassing aan geboden. Ook raakt de omschakeling van geel naar wit licht in een eindfase. Hierdoor ontstaat meer ruimte voor de nieuwe beleidsdoelstellingen, zoals meer toepassing van LED ter reductie van de energie- en onderhoudslasten. Onderhoud Bij onderhoud aan openbare verlichting (ca. 7.469 lichtmasten van diverse aard, kwaliteit en leeftijd) wordt onderscheid gemaakt in klein- en storingsonderhoud en groot onderhoud/remplace. Voor het klein- en storingsonderhoud inclusief herstel van door derden aangebrachte schaden (aanrijdingen c.a.) is een begrotingspost opgenomen. De reparaties geschieden aan de hand van meldingen en eigen inspecties, in 2- (zomer) tot 3-wekelijkse (winter) storingsronden. Het beleidsplan en het maatregelenprogramma Openbare Verlichting leggen de basis voor de jaarlijks door het college vast te stellen uitvoeringsprogramma’s aanpassing en onderhoud van de openbare verlichting. Hierbij wordt rekening gehouden met prioriteiten in kwaliteit, klachten en wensen, evenals met combinatiemogelijkheden met civieltechnische projecten. Voor het groot onderhoud en de groepsremplace (groepsgewijze vervanging van lampen na een vastgesteld aantal branduren) is op basis van het beheerplan een jaarlijkse storting in de voorziening Openbare verlichting in de begroting opgenomen. Hieruit wordt ook het ombouwprogramma ‘Van geel naar wit licht’ en ombouw naar LEDverlichting van het beleidsplan bekostigd. Ter ondersteuning wordt gebruik gemaakt van een geautomatiseerd beheersysteem van de Openbare Verlichting. In 2014 is er (net als in 2013) vanuit bezuinigingsoverwegingen geen prijspeilindexering of areaaluitbreiding toegepast op de onderhoudsbudgetten. Het risico hiervan voor adequaat beheer is gering.
Groen In 2012 zijn de Groenstructuurvisie en het Groenbeleidsplan vastgesteld. Deze vormen samen het beleidskader voor het openbaar groen in de gemeente. Deze zetten een duidelijke koers neer voor de ontwikkeling van groen als een belangrijke drager in de beeldkwaliteit van de openbare ruimte in de komende jaren. Dit geschiedt niet in één keer, maar is een proces van de lange adem passend bij een sobere ‘organische omvorming’ van het groenareaal. De visie en het plan leveren daarbij tevens de onderbouwing voor kostenverhaal op basis van de GREX-wet (grondexploitatiewet). In de visie en het beleidsplan wordt ondermeer aandacht besteed aan het huidige aanplantbeleid (inheems, genetisch zuiver, biologisch geteeld plantmateriaal, ecologisch inrichten en beheren), maar ook aan duidelijke structuren van beeldbepalend groen afhankelijk van de locatie, passend bij de (cultuurhistorische) sfeer van een wijk, buurt of infrastructuur. Soberheid blijft een uitgangspunt. Bij de verdeling aan groeninrichtingen en –omvang is Boxtel vergeleken met landelijke kengetallen. Boxtel is hierin gemiddeld gezien iets onderbedeeld. Beeldbepalend groen Voor wat betreft beeldbepalend groen (met name bomen) zijn in 2007 al specifieke beleidsrichtlijnen vastgesteld in een Bomenbeleidsplan. Het Bomenbeleidsplan geeft duidelijke kaders voor het toe te passen sortiment bomen, de stimulering van behoud van monumentale bomen, voor het proces van de kapvergunning, en de eisen bij aanplant en beheer van bomen. Ook is hierin de visie vastgelegd voor het omgaan met verzoeken van bewoners bij klachten over bomen. In 2013 is het Bomenbeleidsplan beperkt geactualiseerd op grond van opgedane ervaringen de afgelopen jaren. Dit
102
Programmajaarverslag 2014
betrof vooral aspecten rond monumentale bomen en afstandsgrenzen ten aanzien van kap van bomen. De in 2014 geplande herziening van het kapvergunningenbeleid is aangehouden vanwege langdurige ziekte binnen dit taakonderdeel. Ook werd het wenselijk gevonden het in 2014 aangetreden nieuwe bestuur hier nadere beleidskeuzen in te laten overwegen. Het onderhoudsniveau van de gemeentelijke bomen is up-to-date, en wordt structureel op orde gehouden door middel van inspectieronden (Visual Tree Assessment met zo nodig aanvullend onderzoek) en onderhoudsprogramma’s. Het bomenbeheer wordt met het oog op de zorgplicht vastgelegd in een geautomatiseerd bestand. Groenonderhoud in wijken Met ingang van 2006 wordt het groenonderhoud in de wijken (gazons, plantsoenen, groenstroken, hagen en heesters) uitgevoerd op basis van beeldkwaliteitsbestekken. De raad heeft hierbij de onderhoudsniveau ´s voor het openbaar groen binnen de gemeente vastgesteld in 4 klassen. Ook voor de budgetten voor het groenonderhoud geldt het beleidsadagium ‘sober maar doelmatig’. In de tachtiger jaren is daarom al veel van het intensieve groen (perken, c.a.) vervangen door gazons en veel snippergroen afgestoten. Op basis van de hiervoor genoemde groenbeleidsvisie en groenstructuurplan wordt het beheerplan voor het groenonderhoud geactualiseerd. Hiertoe is in 2014 een nieuw beeldbeheerplan opgesteld, waarbij naast groen ook het integrale beeld ten aanzien van straatreiniging en onkruidbestrijding is beschreven. Het aldus ontstane integrale wijkonderhoudsplan Groen en straatreiniging gaat uit van 3 onderhoudsklassen. De nota over de kaderstelling hierbij wordt in 2015 voor besluitvorming ingediend. Het groenonderhoud wordt ondersteund door een geautomatiseerd Groenbeheerprogramma. De voorgenomen vernieuwing van het beheerprogramma in 2014 is aangehouden vanwege de geplande ambtelijke fusie met Sint-Michielsgestel. In 2015 zal een gezamenlijke keuze worden gemaakt over het te gebruiken groenbeheerprogramma in de gezamenlijke organisatie. Onderhoudskosten De jaarlijkse onderhoudskosten groen worden gedekt uit een daarvoor bestemde begrotingspost. Op grond van het Groenbeleidsplan 2012 is vanaf 2013 een reserve Groenbeheer in de begroting op te nemen, die geleidelijk aan gevuld kan worden vanuit aanbestedingsvoordelen, besparingen, e.d. Dit biedt op termijn ruimte voor noodzakelijke grootschaliger onderhouds- of renovatieprojecten van groenvoorzieningen, zonder daarvoor afhankelijk te zijn van afzonderlijke incidentele projectkosten. Uit bezuinigingsoverwegingen is de gebruikelijke jaarlijkse prijspeilaanpassing in 2014 (net als in 2013) tijdelijk vervallen. Wel is extra budget in vanwege areaaluitbreiding toegekend. De groenbeheerbudgetten staan door de jaren achtereenvolgende onthouding van prijspeilindexering vanwege bezuinigingen onder druk. De nieuwe wijkonderhoudplannen zullen hier taakstellend op moeten inspelen, wat niet geheel onopgemerkt zal kunnen blijven in beeldkwaliteit. De integraliteit van het wijkonderhoudsplan en optimalisatie in samenwerking met de onderhoudsploegen van de WSD moeten mitigerend werken. Geluk daarbij is dat de prijspeilindex voor het groenonderhoud in 2015 voor het eerst sinds jaren negatief is (-2,5%).
Speeltoestellen Met afronding van het Speelruimteplan (2008) in 2011 zijn de speelvoorzieningen op goed en eigentijds niveau gebracht. Het beheerplan speelvoorzieningen is hierop in 2008 afgestemd. Dit rationeel beheerplan voorziet in voldoende middelen voor het dagelijks onderhoud en inspecties evenals de vervangingsinvesteringen. Onderhoud Voor dagelijks onderhoud is een begrotingspost begroot, terwijl voor de vervanging van speelvoorzieningen en onderhoud van ondergronden een voorziening is getroffen. Het budget wordt normaliter jaarlijks aangepast voor areaaluitbreiding en prijsindexering; in 2014 is dit echter (net als in 2013) vanwege bezuinigingen achterwege gebleven. De opgenomen middelen geven nog voldoende waarborg voor het in stand houden van het speeltoestellenbestand (534 stuks) volgens de eisen van Programmajaarverslag 2014
103
de NEN-normen 1176 en 1177 en het attractiebesluit (1997). Voor het dagelijks onderhoud wordt mede dankbaar gebruik gemaakt van de diensten van de buurtbewoners. Het speeltoestellenbeheer wordt ondersteund door een geautomatiseerd beheerprogramma waarin de onderhoudsactiviteiten worden vastgelegd.
Riolering De gemeente telt per 1-1-2015 176 km vrijvervalriool, 44 stuks rioolgemalen, 5 stuks randvoorzieningen, 11 km drainage en 86 km drukriool en persleiding met ca. 428 drukunits. De totale vervangingswaarde wordt geschat op ca. € 97 miljoen (exclusief de herstelkosten van de bovenliggende verharding). De gemiddelde levensduur wordt landelijk geraamd op 50-75 jaar. Gezien de verschillende jaren van aanleg wordt het zwaartepunt van vervangingen in Boxtel verwacht in de periode 2025-2045 (Selissenwal en Oost). Door gebruik te maken van nieuwe onderhoudstechnieken zoals inwendige deelreparaties is het mogelijk de gemiddelde levensduur te verlengen. Door toepassing van een volledige relining kan de technische levensduur met ca. 50 jaar worden verlengd en wordt bij de uitvoering veel minder verkeershinder veroorzaakt. Watervisie en gemeentelijk Rioleringsplan In 2010 is een nieuwe Watervisie voor Boxtel vastgesteld als strategisch beleid. Op basis daarvan is het wettelijk verplichte verbrede Gemeentelijk Rioleringsplan (vGRP 2010-2014) opgezet, waarin een raming is gemaakt van de jaarlijkse gemiddelde kosten voor de instandhouding van het rioolstelsel. In 2014 is aan een nieuw vGRP-5 (2015-2019) gewerkt, dat in 2015 wordt vastgesteld door de raad. Rioolwerkzaamheden in het vGRP zijn te onderscheiden in: • onderhoudsprojecten (instandhouding stelsel); • ontwikkelings- en verbetermaatregelen voor behalen van de stedelijke wateropgave volgens landelijk beleid (Basisinspanning wet Milieubeheer, Nationaal Bestuursakkoord Water, KRW, voorkomen/beperken wateroverlast i.r.t. klimaatontwikkeling e.d.). Het in 2010 door de raad vastgestelde vGRP houdt voldoende rekening met de lasten voor de instandhouding van het stelsel en de extra lasten die volgen uit de wettelijke verplichtingen. Op basis van het vGRP wordt intensief ingezet op de duurzame oplossing van afkoppelen van de hemelwaterafvoer en het zoveel mogelijk infiltreren daarvan in de bodem. Inmiddels is tevens het rioolmeetplan In Boxtel en Liempde geïnstalleerd en in werking genomen. Dit biedt mogelijkheden voor verdere optimalisatie van het rioleringssysteem via de 4 M’s (meten – monitoren – modelleren maatregelen). Hierbij zijn beter de effecten van het rioolsysteem op de berging in het stelsel en de oppervlaktewaterkwaliteit te bepalen, zodat de gewenste maatregelen effectiever zijn te bepalen. Het vGRP geeft tevens invulling aan de wettelijke zorgplichten voor hemelwater en grondwater. De kosten voor grondwatermaatregelen worden sinds 2009 ook bekostigd uit het verbreed rioolrecht (als gevolg van de invoering van de Wgw en Waterwet). In 2009 is het Masterplan voor de aanpak van de Grondwateroverlast in wijk Oost opgesteld, waarna in 2011 is gestart met de feitelijke uitvoering van de maatregelen. In 2012 is fase 1 afgerond en fase 2 in 2014. Vervolgens worden de effecten van de e maatregelen enkele jaren gemonitord om na te gaan of nog een 3 fase noodzakelijk is. Het vGRP loopt synchroon met de looptijd van de andere regionale, provinciale en landelijke waterbeleidsplannen die alle eind 2009 zijn vastgesteld respectievelijk het waterbeheerplan van het Waterschap, het Provinciaal waterplan en het Nationale waterplan. Hierdoor zijn ook de lokale opgaven voor het waterbeheer adequaat vastgelegd, en zijn deze gelijktijdig met de nadere plannen te e evalueren en te herzien. Ook wordt in 2015 de 2 tranche landelijke stroomgebiedbeheerplannen vastgesteld, overeenkomstig de Europese Kaderrichtlijn Water. In 2014 zijn hiervoor een aantal gemeentelijke maatregelen aangedragen (een afkoppelinspanning en het monitoringsstelsel volgens de 4 M’s). Onderhoud Bij het rioolonderhoud wordt onderscheid gemaakt in het dagelijks onderhoud (ontstoppingen, kleine reparaties, onderhoud gemalen, kolkenreinigen en rioolreiniging) en het groot (vervangings)onderhoud. Het dagelijks onderhoud wordt uitgevoerd op basis van meldingen en eigen inspecties. Alle straatkolken worden ten minste 1 maal per jaar gereinigd, zwaar belaste kolken 2-3 maal. Voorts 104
Programmajaarverslag 2014
wordt jaarlijks gemiddeld ca. 10 km riool riolering gereinigd en geïnspecteerd volgens NPR 3220 en NEN 3399. Jaarlijks wordt gemiddeld 1 km riool afgeschreven en in slechte staat verkerende riolering vervangen of gerepareerd. Voor de dekking van kapitaallasten van rioolinvesteringen wordt jaarlijks een bedrag toegevoegd aan de voorzieningen Vervanging Riolering en Groot Onderhoud rioolbeheer. De planning van de rioolprojecten wordt in samenhang met die van het wegenonderhoud bekeken, zodat een optimale afstemming van werkzaamheden kan worden nagestreefd. Met de toename van relining als onderhoudsmaatregel van riolen wordt de samenhang wel steeds minder noodzakelijk. Planning en beheer worden ondersteund door middel van een geautomatiseerd rioolbeheerprogramma. Bij ieder vGRP (looptijd max. 5 jaar) vindt zo nodig actualisatie plaats van de benodigde jaarlijkse instandhoudinglasten op basis van een kostendekkingsplan. Daarnaast zijn er jaarlijks in de begroting correcties op basis van prijsindexering en areaaluitbreiding. In 2014 is dit echter (net als in 2013) vanwege bezuinigingen achterwege gelaten. Doelmatig Waterbeheer de Meierij In overeenstemming met het landelijk Bestuursakkoord Water (2011) is in april 2013 een samenwerkingsovereenkomst doelmatig waterbeheer met gezamenlijk uitvoeringsprogramma ondertekend binnen regio De Meierij: de gemeenten Best, Boxtel, Haaren, ’s-Hertogenbosch, Heusden, Oisterwijk, Sint-Michielsgestel, Sint-Oedenrode en Vught en de Waterschappen De Dommel en Aa en Maas. In 2014 is hier ook Oirschot aan toegetreden. Doelstellingen van de samenwerking zijn de drie K’s: kostenbesparing, kwaliteitsborging en kwetsbaarheid verminderen. Jaarlijks wordt gezamenlijk een jaarplan vastgesteld van activiteiten. In 2017 wordt de samenwerking geëvalueerd. De looptijd is voorzien tot ten minste 2020. Naast het gezamenlijk ontwikkelen van beleid is er nadrukkelijk oog voor het gezamenlijk uitvoeren van operationele taken. De ambitie en uitwerking van de samenwerking is voor alle 49 regio’s in Nederland in 2013 beoordeeld door de Landelijke Visitatiecommissie onder voorzitterschap van Karla Peijs. De beoordeling van de Meierij was ruim voldoende, gewaardeerd met een positie “vooraan het peloton”. Najaar 2014 is de besparingsambitie in regio de Meierij nog iets naar boven bijgesteld, en is een tweede (eind)beoordeling door de visitatiecommissie uitgevoerd. De commissie beoordeelde de ontwikkeling in de regio als positief men velde een goed eindoordeel.
Begraafplaats Uitgangspunt is de lasten van de begraafplaats voor 100% te dekken uit de baten van de grafrechten. Door de relatieve toename van (goedkopere) bijzettingen in bestaande graven en het teruglopen van het aantal nieuwe grafrechten lopen de inkomsten echter terug. Om de volledige kostendekking te kunnen waarborgen is het onontkoombaar gebleken om de tarieven voor grafrechten vanaf 2013 geleidelijk aan te laten toenemen tot het noodzakelijke niveau. De reserve Egalisatie leges grafhuur was door het dekkingsdeficit de afgelopen jaren vrijwel nihil. Vanaf 2015 is deze egalisatiereserve daarom opgeheven en worden de jaarresultaten in het vervolg verrekend via de Algemene Reserve. In 2008 is een beleidsvisie vastgesteld voor de toekomst van de begraafplaats. Op grond van trendmatige ontwikkelingen en capaciteitsramingen zijn beleidsaanpassingen doorgevoerd waardoor het Bruto Graf Oppervlak wordt gereduceerd, meer urnennissen beschikbaar komen en minder verplichte grafdekkingen maar meer mogelijkheden voor vrije grafdekkingen worden geboden. De begraafplaats kan hiermee nog een 20-30 jaar vooruit. Voorts is er een lichte samenwerking met de bijzondere begraafplaatsen in Boxtel, in het bijzonder de Verrijzenisparochie, mede om er zorg voor te dragen dat er gezamenlijk voldoende blijvende grafcapaciteit in de toekomst beschikbaar blijft en tarieven afgestemd worden. Beheer In 2009 is de beheerverordening van de begraafplaats geactualiseerd, evenals de uitvoeringsbesluiten over het type graven en de grafdekkingen. Een paar kleine aanpassingen zijn nog nodig in verband met de nieuwe Wet op de Lijkbezorging.
Programmajaarverslag 2014
105
In 2010 is een gedeeltelijke uitbreiding van de urnenmuur gerealiseerd. Uit bezuinigingsoverweging zal het geplande restant pas na enige jaren worden uitgevoerd.
Gebouwen De reserve Onderhoud gebouwen is niet toereikend om al het noodzakelijke onderhoud aan de gebouwen uit te voeren. Om het beroep op deze reserve te beperken worden eigendommen verkocht. In 2014 is het pand Markt 34 verkocht. Ook in 2015 wordt gestreefd naar verkoop van panden waar mogelijk. Het onderhoudsplan voor de gebouwen wordt nog geactualiseerd. In 2014 is een bedrag voor onderhoud onttrokken van € 604.000. Het saldo is nu € 338.000.
Sportaccommodaties In 2011 is door de firma Asset Facility Management een nieuw meerjaren onderhoudsplanning (MOP) voor de sportgebouwen opgesteld. Voor het zwembad zijn voor het gebouw en de installaties aparte MOP’s. De werkelijke storting in de voorzieningen is conform de begroting 2014 en bedraagt € 162.000 (sportgebouwen) respectievelijk € 60.000 (zwembad).
Onderwijsgebouwen Het onderhoud van schoolgebouwen vindt plaats aan de hand van een meerjaren onderhoudsprogramma (MOP). De onderhoudsvoorzieningen lopen in de pas met de MOP’s. De storting in de voorzieningen wordt jaarlijks via de gemeentebegroting geëffectueerd. De storting voor 2014 was € 196.000. Met ingang van 2015 zijn de schoolbesturen zelf verantwoordelijk voor de bekostiging van het volledige onderhoud van de schoolgebouwen. Zijn ontvangen hiervoor middelen van het Rijk. Voor gymzalen en gebouwdelen van of bij scholen die specifiek zijn gerealiseerd voor flankerende kindvoorzieningen (peuterspeelzaalwerk, kinderdagopvang, BSO) blijft de gemeente verantwoordelijk voor de bekostiging van het onderhoud aan de buitenzijde. Onderzoek wordt gedaan welk deel van de voorziening vrij kan vallen en in hoeverre de voorziening behouden moet blijven. Op grond van de huidige ingeschatte verplichten zal het restant van de voorziening (€ 1,5 miljoen) nagenoeg volledig nodig zijn.
106
Programmajaarverslag 2014
D. Financiering In september 2014 heeft de gemeenteraad van Boxtel de hernieuwde Financiële verordening Boxtel 2014 vastgesteld. Hierin zijn op hoofdlijnen de kaders vastgelegd van financiering en treasury. Het door de raad vastgestelde treasurystatuut uit 2001 kon daarmee worden ingetrokken.
Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet geeft het maximale bedrag aan dat met vlottende middelen mag worden gefinancierd; de kasgeldlimiet bedraagt 8,5% van het begrotingstotaal bij aanvang van het jaar, derhalve 8,5% x € 74.480.000 = € 6.331.000. Net als de voorgaande jaren hebben we ook in 2014 veel kort gefinancierd via de opname van kasgeldleningen, dit omdat de korte rente beduidend lager was dan de lange rente. Ultimo 2014 hadden we een opgenomen kasgeldlening van € 2 miljoen en een negatief saldo van kas, bank giro van € 68.000. Met een netto vlottende schuld van € 2.068.000 blijven we daarmee ruim binnen de kasgeldlimiet. Rente Elke gemeente loopt een financieel risico wanneer de rente onverwacht stijgt. Door te zorgen voor voldoende spreiding in de rentetypische looptijden van de leningenportefeuille kunnen de effecten van een renteverandering worden afgevlakt. Een en ander wordt tot uitdrukking gebracht door het begrote renterisico (het te herfinancieren bedrag bij renteaanpassing na 10 jaar vermeerderd met de aflossingen) af te zetten tegen de renterisiconorm. De renterisiconorm voor 2014 op basis van de rekeningcijfers bedraagt 20% van het begrotingstotaal derhalve 20% x € 74.480.000 = € 14.896.000 De aflossingen exclusief de 1 op 1 aan de woonstichtingen doorverstrekte leningen bedroegen € 3.070.000. Conclusie; we zijn in 2014 binnen de renterisiconorm gebleven. Staat van kapitaallasten Deze is opgenomen in bijlage 4. De in 2014 betaalde rentelasten van opgenomen langlopende en kortlopende leningen bedragen € 2.066.000 (oorspronkelijk begroot € 2.675.000). De rentebaten bestaan uit € 867.000 rente van het grondbedrijf en € 3.000 renteopbrengst van (korte) uitzettingen (oorspronkelijk begroot € 910.000 respectievelijk € 10.000). De afschrijvingslasten zijn in 2014 uitgekomen op € 5.365.000. Het bedrag van de aflossingen (incl. aflossingen doorverstrekte leningen woningbouw) kende in 2014 een omvang van € 5.447.000. Schatkistbankieren Vanaf eind 2013 moeten decentrale overheden voortaan meedoen aan het zogenaamde schatkistbankieren. Overtollige liquide middelen moeten boven een bepaalde grens verplicht kort worden uitgezet bij het rijk. De drempel is 0,75% van het begrotingstotaal met een minimum van € 250.000 en een maximum van € 2,5 miljoen. Ergo, indien het saldo op de rekening-courant van de gemeente Boxtel op een dag meer bedroeg dan € 559.000 diende het meerdere aan het eind van de dag overgeboekt te worden naar de rekening-courant bij de schatkist. In de loop van 2014 zijn er meerdere transacties geweest met de schatkist. Het saldo bij de schatkist aan het begin van 2014 bedroeg € 0 en aan het eind van 2014 was dat eveneens € 0.
Programmajaarverslag 2014
107
Renteontwikkelingen Begroot werd een rentepercentage van 3% voor nieuw aan te trekken leningen. Voor een aan te trekken 20-jarige lineaire geldlening moest aan het begin van 2014 een rente betaald worden van 2,54%, aan het eind van het boekjaar was dat 1,24%. De korte rente was bijzonder laag in 2014, minder dan 1%. Omdat de korte rente beduidend lager was dan de lange rente hebben we ook in 2014 veel kort gefinancierd, via 1, 2 of 3-maands kasgeldleningen. In totaal hebben we in 2014 8 korte leningen opgenomen met een gemiddeld leningbedrag van € 3,5 miljoen en rentepercentages die zich bevonden tussen 0,01% en 0,33%.
108
Programmajaarverslag 2014
E. Bedrijfsvoering Algemeen De bedrijfsvoering betreft de sturing en beheersing van zowel alle primaire als alle ondersteunende processen binnen een organisatie. Bedrijfsvoering betreft aansturing van de organisatie en behelst alle bedrijfsmatige activiteiten De belangrijkste processen hierbij zijn: Organisatie, Personeel, Financieel Beheer, I&A, Communicatie, Facilitaire Zaken, Huisvesting en Tractiemiddelen. Per onderdeel wordt een specificatie gegeven van de belangrijkste ontwikkelingen.
Boxtel Opmaat Bedrijfsvoering bestaat uit een aantal facetten welke hieronder per facet van aandacht zullen worden voorzien. Vrijwel al die facetten van de bedrijfsvoering zijn van essentieel belang bij het uitvoeren van ‘Boxtel Opmaat’ (voorheen ‘Het Nieuwe Werken’). Dit is het project dat gestart is om de kwaliteit van de dienstverlening, de integraliteit van het werken en de kostenbeheersing te verbeteren, onder andere ook door de arbeidsorganisatie te moderniseren. Hieronder wordt separaat nader op dat project ingegaan. In dat licht is het dan ook logisch dat bij vrijwel alle hieronder volgende facetten ‘Het Nieuwe Werken’ een belangrijke plaats inneemt. Bij dit project komen een aantal thema’s en probleemvelden samen: • De steeds hogere en indringender eisen welke door onze burgers, de instellingen, maar ook de medeoverheden aan de kwaliteit en integraliteit van onze dienstverlening worden gesteld. • De groei van (de intensiteit van) het gemeentelijke takenpakket, vaak zonder dat daarbij door het Rijk voldoende compensatie wordt geboden voor de kostenstijgingen welke het gevolg daarvan zijn. • Daarboven nog de noodzaak bij het Rijk om drastisch te bezuinigen, ook op de bestaande geldstromen richting gemeenten. Ontwikkelingen Boxtel Opmaat geeft oplossingen door een complex aan onderdelen zoveel als mogelijk synchroon aan te pakken vanuit één centrale gedachte: de verbetering van de kwaliteit van de dienstverlening, de verbetering van de integraliteit van werken en de modernisering van de arbeidsorganisatie. In dat kader wordt gestuurd op de cultuur binnen de organisatie (personeel en organisatie), informatievoorziening en automatisering (inclusief de werkprocessen) en de huisvesting. Integrale aanpak De integrale aanpak is vanaf 2011 in gang gezet onder de koepel van het project ‘Boxtel Opmaat’ en wordt met de verbouwing van het gemeentehuis in 2015 afgerond. Er is daarmee een goede basis gelegd op de terreinen 1. Cultuur 2. ICT en processen en 3. Huisvesting om verder te bouwen aan de integrale dienstverlening aan de burger.
Organisatie Er is gekozen voor een platte organisatie met een minimum aan leidinggevende niveaus. In dit model dragen de afdelingen met hun afdelingshoofden verantwoordelijkheid voor hun producten en dus ook voor alle facetten van hun bedrijfsvoering (integraal management). Bovendien is kenmerk van dit model dat de verantwoordelijkheid en zelfstandigheid zo diep mogelijk in de organisatie, dus bij de medewerkers wordt gelegd. Flexibiliteit De organisatie flexibiliseert zich waarbij de verbetering van de dienstverlening centraal staat. Digitalisering is daarbij een belangrijk middel omdat zowel in de front- als in de backoffice versnelling, transparantie en verbetering van de integraliteit wordt gerealiseerd. De verandering in werkwijzen Programmajaarverslag 2014
109
vraagt ook van de medewerkers veel en deze hebben in dat opzicht steeds blijk gegeven van een grote flexibiliteit. Uiteraard wordt de fysieke dienstverlening daarbij niet uit het oog verloren. Structuur De structuur is aan de top met 4 afdelingen smal. Daarmee zijn operationele bevoegdheden van afdelingshoofden diep in de organisatie gelegd waardoor de functies op alle niveaus door meer verantwoordelijkheid te geven, aantrekkelijker zijn. Tegelijkertijd is daarmee de afgelopen jaren een structurele besparing op de personeelslasten bereikt. Ook in 2014 zijn door prioriteitstelling op de middeleninzet de competenties op het gewenste niveau gebracht (bijvoorbeeld in de sfeer van opleiding, vorming en training).
Personeel Voor de invoering van de werkkostenregeling zijn alle arbeidsvoorwaarden onderzocht op hun invloed op de werkkostenregeling. Belastende arbeidsvoorwaarden zijn vervolgens, in overleg met het managementteam en de Ondernemingsraad, aangepast. Daarnaast zijn als gevolg van wijzigingen in de CAR/UWO diverse personele regelingen lokaal aangepast. Het gaat dan met name over de werktijdenregeling en de bezoldigingsregeling. Daar deze regelingen ook verband houden met andere lokale bedrijfsvoering regelingen, zoals het thuiswerken, aantal uur verlof per dag en de wens om de aanwezigheidsregistratie af te schaffen, zijn deze in dezelfde slag gemoderniseerd. Veel is geïnvesteerd in het opleiden en ontwikkelen van de medewerkers. Zo is de Academie Boxtel Opmaat geïntroduceerd. Dit is een online omgeving waar alle medewerkers een 15-tal cursussen via e-learning kunnen volgen. Ook zijn alle medewerkers in de gelegenheid gesteld voor individuele opleidingswensen in het kader van het Individueel Loopbaanbudget. Verder heeft 2014 veelal in het teken gestaan van de voorbereiding op de ambtelijke samenwerking met Sint-Michielsgestel. Zo zijn er diverse voorbereidingen gedaan voor het sociaal plan, het generatiepact en de harmonisering van de arbeidsvoorwaarden.
Financieel beheer In de loop van 2014 is voortgegaan met verbetering van de planning- en controlcyclus. Met behulp van Pepperflow is voor het eerst een digitale begroting (2015) gepubliceerd. In het kader van de verordening ex 213a Gemeentewet is in 2014 een onderzoek gedaan naar de reserves en voorzieningen. Verschillende reserves zijn opgeheven of samengevoegd, bijv. die ter afdekking van de kapitaallasten van gedane investeringen. Daarnaast heeft de raad in 2014 de geactualiseerde verordeningen krachtens art. 212, 213 en 213a vastgesteld, waarbij de hoofdlijnen van het door de raad in 2001 vastgestelde treasurystatuut voortaan zijn opgenomen in verordening 212, ook wel de financiële verordening genoemd. In het tweede halfjaar van 2014 is volop ingezet op de voorbereiding op financieel terrein van de ambtelijke fusie met de gemeente Sint-Michielsgestel. Begin februari 2015 heeft de gemeenteraad ingestemd met het bedrijfsplan aangaande deze ambtelijke samenwerking.
Informatisering en Automatisering In het ICT-beleidsplan van 2012 zijn de kaders aangegeven waarbinnen de komende jaren de ICT verder ontwikkeld zal worden. De ontwikkeling van I&A moet ook bezien worden met het oog op de aankomende samenwerking.
110
Programmajaarverslag 2014
Programma/projecten In 2014 zijn geen grote technische migraties uitgevoerd. Wel is een nieuw back-up systeem geïmplementeerd. De technische infrastructuur voldoet weer aan de eisen van de tijd. De nadruk wordt voor systeembeheer is verlegd van het upgraden van de technische infrastructuur, naar de (her)-inrichting van de beheersstructuur. Hierdoor is het beheer van het systeem minder op ad-hoc basis en meer pro-actief. In 2014 is verder gewerkt aan het realiseren van de ‘implementatie nationaal uitvoeringsprogramma e-overheid en dienstverlening’ (iNUP) bouwstenen. De digitalisering blijft ook in de toekomst van groot belang voor de organisatie. Informatiebeveiliging In 2013 is het eerste ICT-beveiligingsassessment DigiD met goed gevolg afgenomen. Met het oog op de resolutie Informatie Veiligheid (in de Buitengewone Algemene Ledenvergadering van de VNG d.d. 31 oktober 2013), is in 2014 het organisatie brede informatiebeveiligingsbeleid geactualiseerd. De gemeente Boxtel is aangesloten bij de Informatiebeveiligingsdienst voor Gemeenten (IBD). De IBD ondersteunt gemeenten bij het organiseren van informatiebeveiliging. Zij waarschuwen actief voor beveiligingsincidenten. De gemeente heeft een adequaat proces ingericht om te reageren op meldingen en incidenten van binnen en buiten de organisatie. Samen met de gemeente Haaren en Sint-Michielsgestel is een geactualiseerd informatiebeveiligingsbeleid opgesteld. In het eerste kwartaal van 2015 zal dit naar verwachting door het College vastgesteld worden.
Communicatie Communicatie heeft ook in 2014 op allerlei manieren de gemeentelijke activiteiten ondersteund. Rode draden waren en zijn daarbij: voortdurende dialoog, tweerichtingsverkeer en de buitenwereld naar binnen brengen. Ook het nieuwe gemeentebestuur onderschrijft deze rode draden en deze zijn dan ook in 2014 gehandhaafd. Burgerparticipatie Begin 2014 heeft onze gemeenteraad nieuwe kaders vastgesteld voor burgerparticipatie. Tijdens meerdere burgerparticipatietrajecten zijn deze kaders in praktijk gebracht. Hier is veel energie en tijd in gestoken. Enkele voorbeelden: actualisering van de detailhandels- en horecavisie, subsidiekeuzes, de decentralisaties en de Dr. De Brouwerlaan. De Rekenkamer zal de geplande terugblik op de opgedane ervaringen verzorgen en betrekt daarbij ook de nieuwe vergaderwijze van onze gemeenteraad en ervaringen met burgerinitiatieven als SPPiLL. Mediamix Ook in 2014 heeft de gemeente Boxtel een uitgebreide en diverse mix van media ingezet voor haar communicatie. Digitale en sociale media ontwikkelen zich voortdurend. Deze media hebben een steeds completer bereik en bieden laagdrempelige mogelijkheden tot dialoog en het van buiten naar binnen werken. Van onze inwoners krijgen we hiervoor veel positieve feedback en Brabants Dagblad riep Boxtel in 2014 uit tot Facebook kampioen van Brabant. Klassiekere media als publicaties in de kranten, perscontacten, nieuwsbrieven en de vele informatiebijeenkomsten bleven onverminderd belangrijk. Opvallende trajecten of onderwerpen De volgende onderwerpen en trajecten vroegen in 2014 om uitgebreide, communicatieve ondersteuning: • Gemeenteraadsverkiezingen; • Decentralisaties; • Samenwerking met Sint-Michielsgestel; • Detailhandels- en horecavisie; • Centrumontwikkelingen.
Programmajaarverslag 2014
111
Facilitaire Zaken Het organiseren en uitvoeren van logistieke taken en bedrijfsmateriaal voor het ondersteunen van het personeel o.a. in het voorzien van kantoormiddelen en benodigdheden verandert onder invloed van het nieuwe kantoorconcept. Het energieverbruik gaat omlaag, De schoonmaak heeft tijdens de verbouw bijzondere aandacht. Het bedrijfsrestaurant is veranderd in een werkcafé en Arbovoorzieningen zijn meer generiek ingezet i.v.m. de hoge mate van flexibiliteit van de werkplekken. De verbouwing loopt nog door en de beveiliging zal met name in de publiekshal en in en rond de spreekkamers aandacht vragen terwijl de beplanting op de nieuw ingerichte ruimten is afgestemd. De belasting voor de organisatie is in deze overgangsfase hoog omdat het werk tijdens de bouw doorgang heeft.
Huisvesting De gemeentelijke organisatie maakt gebruik van 3 gebouwen, het gemeentehuis, de gemeentewerf/milieustraat en een dependance in het Ursulacomplex. Vanuit de doelstelling van Boxtel Opmaat is de huisvesting van het ambtelijk apparaat onderzocht. De huisvesting van ons ambtelijk en bestuurlijk apparaat is slechts één van de elementen die integraal werken positief kunnen beïnvloeden. Vanuit huisvesting zijn er drie aspecten/middelen, die in dat kader van belang zijn: de huisvesting van het gehele apparaat op zich, de telefonische communicatie en het fenomeen thuiswerken (als meest ver doorgevoerde vorm van flexibel werken). In het Ursulacomplex waren al flexibele werkplekken gerealiseerd. De huisvesting van het personeel in het gemeentehuis is opnieuw beoordeeld binnen Boxtel Opmaat. In de begroting is € 2,4 miljoen opgenomen voor de verbouw. De organisatie heeft zelf middelen moeten vinden om daarnaast de werkplekken verder te flexibiliseren in de vorm van nieuw meubilair. In 2014 is hard gewerkt om fase 1 van de vernieuwbouw gereed te krijgen en dat is gelukt om dat tegen de kerst te realiseren. In het eerste halfjaar van 2015 wordt gewerkt aan fase 2
Tractiemiddelen Voor de uitvoering van haar taken is de afdeling Openbare Ruimte mede afhankelijk van de ter beschikking staande tractiemiddelen. Hierbij is een spanningsveld voelbaar tussen de beschikbare financiële middelen en de gestelde eisen aan de benodigde tractiemiddelen. Degelijkheid, betrouwbaarheid en betaalbaarheid zijn de sleutelwoorden in deze. Aan dit rijtje dienen ook de ARBO eisen toegevoegd te worden. De tractiemiddelen zijn voor een (groot) deel van de werkdag de werkplek van de medewerkers van de buitendienst. Bij de uitvoering van de werkzaamheden buiten neemt de ARBO een belangrijke plaats in. Bij de aanschaf van tractiemiddelen en aanverwante hulpmiddelen neemt de noodzaak tot de aanschaf van hulpmiddelen als een kraan voor het verplaatsen van zware pompen en dergelijke toe. Deels worden dergelijke hulpmiddelen aangeschaft behorende bij een tractiemiddel en deels vindt de aanschaf plaats ten laste van budgetten van de gemeentewerf. De keuze is afhankelijk van de plaats waar het hulpmiddel wordt gebruikt. Bij de aanschaf van tractiemiddelen en eventuele noodzakelijke hulpmiddelen wordt ook nadrukkelijk gelet op de duurzaamheidaspecten van de aan te schaffen tractiemiddelen. Zo wordt, indien mogelijk, steeds de meest moderne techniek in schone motoren aangeschaft. In 2014 is de veegmachine van de gemeente Boxtel vervangen. Daarnaast heeft nog vervanging plaatsgevonden van een zogenaamde actiewagen alsmede een aantal afzetcontainers. Bij vervanging van groot materieel is uiteraard rekening gehouden met de actuele drempelbedragen voor Europese Aanbestedingen.
112
Programmajaarverslag 2014
F. Verbonden partijen Algemeen Deze paragraaf gaat in op de inhoudelijke aspecten en financiële effecten van de samenwerkingsverbanden waarin de gemeente via deelnemingen en participaties bestuurlijke invloed op uitoefent. In de regio Noordoost Brabant wordt de zogenaamde adoptieregeling toegepast: twee gemeenten bereiden een advies voor en de overige gemeenten volgen dit advies. In Boxtel leiden we de beleidsvoornemens van gemeenschappelijke regelingen via de begroting door naar de raad. In deze paragraaf worden alle verbonden partijen opgenomen die vallen onder de definitie verbonden partijen van de comptabiliteitsvoorschriften (BBV). Bij de uitwerking worden zo veel als mogelijk de volgende onderdelen beschreven: • Doelstelling • Activiteiten • Omvang van de financiële betrokkenheid • De visie van de gemeente per verbonden partij in relatie met de programmagroepen • En de beleidsvoornemens van de verbonden partijen zelf. • Weergave van het eigen vermogen, vreemd vermogen, reserves en voorzieningen van de gemeenschappelijke regeling per 1-1 en per 31-12 van het boekjaar 2014.
De belangrijkste verbonden partijen zijn • Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) • Stadsgewest • WSD • GGD Hart voor Brabant • Ambulancedienst • Veiligheidsregio Brabant Noord • Bank Nederlands Gemeenten • Brabant Water.
Omgevingsdienst Brabant Noord De gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Brabant Noord (ODBN) is op 1 april 2013 opgericht. De organisatie verricht in opdracht van de provincie en de 19 deelnemende gemeenten milieutaken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving uitvoeren (VTHmilieutaken). Deze taken betreffen verplichte basistaken, verzoektaken en bovenlokale taken. De ODBN heeft zichzelf ten doel gesteld om deze taken professioneel, doelmatig en volgens landelijk vastgestelde kwaliteitscriteria en vanuit een dienstverlenend oogpunt te vervullen. Aan de raad zijn de kadernota en de begroting 2014 ter goedkeuring voorgelegd. De dienstverlening wordt nauwkeurig gemonitord en de bevindingen worden aan de raad voorgelegd. De invloed die we uit kunnen oefenen is bij gemeenschappelijke regelingen in zijn algemeenheid beperkt maar bij de ODBN nog beperkter gezien het groot aantal deelnemers. De Raad heeft ingestemd met de begroting van de ODBN. 2014 is het eerste volle boekjaar van de ODBN. De gemeentelijke bijdrage over 2014 bedraagt € 183.913. In de kadernota 2015 wordt deze bijdrage verhoogd naar € 210.996. Het gemiddelde uurtarief 2014 bedroeg € 79,50 en wordt verhoogd naar € 80,53 in 2015. De ODBN kent een algemene reserve van € 34.570 per 31-12-2014. Daarnaast heeft de ODBN middelen gereserveerd voor wachtgeldverplichtingen en vakantiegelden. De ODBN is niet in staat gebleken om alle werkzaamheden in 2014 uit te voeren en heeft deze werkzaamheden doorgeschoven naar 2015. Om die reden is ook budget naar 2015 overgeheveld. De werkprocessen bij de ODBN zijn nog niet optimaal. De ontwikkeling van een nieuwe organisatie vergt veel energie van alle medewerkers.
Programmajaarverslag 2014
113
Stadsgewest Op 29 april 1965 besloot de gemeenteraad om deel te nemen aan de gemeenschappelijke regeling ‘Regeling Stadsgewest 's-Hertogenbosch’. Het aandeel van de gemeente Boxtel is ongeveer 11%. Doelstelling was een harmonische ontwikkeling van de samenwerkende gemeenten krachtig te bevorderen door een hechte bestuurlijke samenwerking. In 1997 werd besloten om samenwerking in stadsgewestverband te beëindigen. Het stadsgewest werd voortvarend afgebouwd in de loop van 1998. Al snel bleek dat niet alle stadsgewestelijke taken direct konden worden afgestoten. Het stadsgewest blijft nog steeds verantwoordelijk voor het voormalig personeel (uittreding en wachtgeldregelingen; einddatum is 31-12-2014) en de zorg over de afvalberging ‘De Vlagheide’. In 2013 wordt een project gestart om stortplaats te voorzien van een definitieve afdeklaag. Met de provincie wordt overleg gevoerd over een overdracht van de stortplaats per 1 januari 2017. Het voormalig personeel van het Stadsgewest was al overgedragen aan de gemeente Den Bosch. In 2014 zijn de afrekeningen ontvangen van 2012 zijnde € 8.593 en 2013 zijnde € 3.057. In 2015 wordt de laatste afrekening van 2014 verwacht. De jaarrekening van 2014 wordt vastgesteld in juni 2015. De voorziening De Vlagheide is via de bestuursrapportage beëindigd. De verwachting is dat de gemeente geen nadeel zal ondervinden bij de overdracht van de stortplaats naar de Provincie Brabant. De gemeente Schijndel wilt de stortplaats overnemen, om het gebied te exploiteren. Het stadsgewest heeft een reserve en voorzieningen op de balans staan. De reserve is bedoeld om de exploitatielasten te dekken. Er zijn geen inkomsten meer, omdat de stortplaats is gesloten. De algemene reserve is per 1-1-2014 € 141.000 en is per 31-12-2014 -/- € 576.000. Een deel van de beleggingen bij de Provincie wordt verkocht in 2015 om het negatieve eigen vermogen bij te werken. Hierdoor hoeft de gemeente geen eenmalige bijdrage te betalen. De verwachting van het stadsgewest is, dat het eindresultaat op nul euro uitkomt. De voorziening Nazorg is opgezet om de provincie een vermogen te geven om de kosten van de eeuwigdurende zorg te dekken. De voorziening is per 1-1-2014 € 2,2 miljoen en is per 31-12-2014 € 1,48 miljoen. De voorziening Toekomstige Investeringen is opgezet om een afdeklaag te financieren om de stortplaats volledig af te sluiten en te isoleren. De voorziening is per 1-1-2014 € 9,15 miljoen en is per 31-12-2014 € 8,12 miljoen. De genoemde voorzieningen kunnen niet uitbetaald worden aan de deelnemende gemeenten omdat het geoormerkt geld is.
WSD De doelstelling van de WSD is om een gemeenschappelijke regeling om de Wet Sociale Werkvoorziening (WSD) uit te voeren. De activiteiten van de WSD zijn er op gericht om uitvoering te geven aan de in de wet neergelegde zorgplicht op het gebied van het aanbieden van aangepast werk aan mensen die vanwege een beperking geen kans hebben op de reguliere arbeidsmarkt. De WSD bestaat 11 deelnemende gemeenten. Per deelnemende gemeente worden twee leden en twee plaatsvervangende leden aangewezen voor het bestuur. Voor onze gemeente hebben 2 leden zitting in het Algemeen Bestuur. Het dagelijks Bestuur wordt samengesteld uit de leden van het Algemeen Bestuur (één per gemeente). De gemeente draagt bij indien er sprake is van exploitatietekorten. Jaarlijks wordt het jaarverslag vastgesteld door het Algemeen Bestuur. De laatste jaren is er sprake van een positief bedrijfsresultaat. Door deze positieve jaarresultaten is een weerstandsvermogen opgebouwd, waardoor tegenvallers opgevangen kunnen worden. Ontwikkelingen 2014 De WSD heeft vijf resultaatgebieden bepaald: - Meer mensen naar zo regulier mogelijk werk - Meer SW-plaatsen - Groei op nieuwe markten
114
Programmajaarverslag 2014
-
Hogere klant- en medewerkerstevredenheid Beter exploitatieresultaat
De toegang tot de Wet Sociale Werkvoorziening (Wsw) is per 1-1-2015 met invoering van de Participatiewet afgesloten. Plaatsingen in Wsw verband zijn dus nog slechts mogelijk voor 1-1-2015. Het Rijk wil de Wsw als voorziening landelijk afbouwen van 90.000 naar 30.000 plaatsen. Ook het budget per SW-er zal de komende jaren verlaagd worden € 5.000 per arbeidsjaar (AJ). Een AJ is vergelijkbaar met een fte maar voor een zwaar gehandicapte betaald het Rijk 1,25 maal het normale budget. Met betrekking tot de uitvoering van de Wsw was de taakstelling van het Rijk voor 2014 vastgesteld op 355,9 AJ. De WSD heeft 371,6 AJ gerealiseerd en dus was er sprake van een geringe overrealisatie van 4,7 AJ. Een overrealisatie wordt door WSD betaald. Op de wachtlijst van de Wsw stonden eind december 2014 nog 51 personen. Deze personen kunnen in aanmerking komen voor de afspraak-banen (garantiebanen) uit het Sociaal Akkoord indien ze ook daadwerkelijk plaatsbaar zijn. In 2014 is er een transitiearrangement met WSD gesloten voor 2015 en 2016 om mensen met een arbeidsbeperking te plaatsen op de arbeidsmarkt door WSD. Daarmee wordt ook voorkomen dat expertise van de WSD met deze doelgroep verloren gaat. Dat betekent dat de WSD, naast het uitvoeren van de Wsw (die nog wel blijft bestaan voor de zittende populatie) ook een grote rol krijgt bij het plaatsen van mensen op de afspraakbanen (garantiebanen) uit het Sociaal Akkoord en dat de WSD een belangrijke re-integratiepartner is en blijft voor de gemeente Boxtel. Een nieuwe contract over inkoop van re-integratieproducten bij WSD zal afgesloten worden waarbij de aangeboden producten Participatiewet-proof zullen zijn.
GGD (Hart voor Brabant) De GGD Hart voor Brabant is een gemeenschappelijke regeling waaraan 27 gemeenten uit de regio’s Midden-Brabant (Tilburg), ’s-Hertogenbosch en Brabant Noordoost (Oss) deelnemen. De GGD voert namens de betrokken gemeenten de Wet publieke gezondheid (Wpr) uit. Een en ander in relatie tot het leveren van een bijdrage aan de openbare gezondheidszorg. De GGD kerncompetenties liggen bij het signaleren van gezondheidsrisico’s en het preventief acteren op deze risico’s. Daarnaast treedt men op bij crisissituaties als de (sociale) veiligheid in het geding is. de ste De taak van de GGD ligt dan voornamelijk in de 0 en 1 lijn. Vroeg en snel signaleren, doortastend zijn in samenwerking, versterken van de eigen kracht en licht ondersteunen als dat nodig is, individueel en collectief. De GGD werkt -vooral preventief- aan gezondheidswinst. De opbrengsten van de GGD komen uit gemeentelijke bijdragen van taken die de GGD uitvoert op basis van de Wet publieke gezondheid (Wpg). Daarnaast komen de inkomsten uit de zogeheten plustaken, de taken die de gemeente afneemt van de GGD boven het wettelijk basispakket. Inkomsten uit markttaken komen van derden waarvoor de GGD diensten verricht en tot slot krijgt men inkomsten uit verhuuropbrengsten en opbrengsten uit samenwerkingsverbanden. In 2014 kende de GGD een begroting van bijna € 50 miljoen. Hiervan kwam € 28 miljoen uit gemeentelijke bijdragen. De financiële bijdrage vanuit Boxtel was in 2014 ruim € 850.000. Op initiatief van de gemeenten heeft de GGD vanaf 2012 een bezuinigingstraject ingezet. Dit traject loopt door tot 2021. De hoofdtaken die men wil blijven ontplooien liggen op de terreinen van ‘beter gezond blijven, leefstijl, leefomgeving, zorg in de wijk, eigen kracht en in actie waar het moet. De jaarrekening 2014 van de GGD moet nog worden goedgekeurd, maar uitgaande van de beschikbare cijfers geeft dit het volgende beeld: - Eigen vermogen: € 11,0 miljoen per 1-1-2014 en € 11,4 miljoen per 31-12-2014; - Vreemd vermogen: € 6,5 miljoen per 1-1-2014 en € 7,9 miljoen per 31-12-2014; - (Voorlopig) resultaat 2014: € 144.000.
Programmajaarverslag 2014
115
Ambulancedienst Gemeenten zijn in het kader van de Wet Ambulancevervoer verantwoordelijk voor het instellen van een centrale post voor het ambulancevervoer (CPA). De doelstelling voor de RAV is verlenen van ambulancevervoer in de regio. De gemeenschappelijke regeling heeft de vervoersbehoefte in kaart gebracht en gezorgd dat er centrale posten werden gebouwd. Onze gemeente heeft ook een post gekregen. De activiteiten van de RAV bestaan uit: het instellen en in stand houden van een ambulancevoorziening t.b.v. het werkgebied; in stand houden van een meldkamer; het vaststellen en uitvoeren van een Regionaal Ambulance Plan en een bijdrage leveren aan de GHOR t.b.v. de Veiligheidsregio. De financiële betrokkenheid: het tarief voor 2014 maar ook voor de komende jaren is nul eurocent. Het eigen vermogen, leningen en voorzieningen zijn bedoeld om de exploitatielasten en exploitatie opbrengsten te egaliseren. Deze vermogensbestanddelen zijn tot stand gekomen via de zorgverzekeraars. De gemeente Boxtel heeft geen recht op deze vermogens.
Veiligheidsregio Brabant Noord De Veiligheidsregio bestaat uit 21 deelnemende gemeenten die elk een gemeentelijke bijdrage naar inwoneraantal betalen. De gemeente Boxtel is vertegenwoordigd in de Financiële commissie van de Regio en het algemeen bestuur. De doelstelling van de veiligheidsregio is het afstemmen van de rampenbestrijding, crisisbeheersing en alarmeringen en verbindingen tussen hulpverleningsdiensten. Op basis van deze regeling gaan de politie, brandweer, geneeskundige hulpverlening en ambulancezorg binnen het grondgebied van de Politieregio Brabant-Noord op genoemde terreinen afstemmen. De gemeenschappelijke regeling is gebaseerd op verlengd bestuur en heeft een behoorlijke invloed op de waarborging van de regionale veiligheid. Het gemeentelijke beleid komt in de gemeenschappelijke regeling tot uitdrukking. De activiteiten van de Veiligheidsregio betreffen onder andere creëren regiobeleid, training brandweerlieden, organiseren regionale rampenoefeningen etc. Het beleid van de veiligheidsregio is gebaseerd op de richtlijnen en circulaires van het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Daarnaast maakt de beroepsgroep ook richtlijnen inzake hun vakgebied. Het GMC is een onderdeel van de Veiligheidsregio en de deelnemende partijen zijn de gemeenten, Politie en de GGD. De doelstellingen van het GMC zijn: de meldactiviteiten van de partijen te bundelen om organisatorische en financiële voordelen te behalen. De financiële betrokkenheid van de gemeente ziet er als volgt uit: de gemeentelijke bijdrage voor 2014 is € 1,3 miljoen netto. De BTW van de Regio kan vanaf 2014 niet meer verlegd worden naar de deelnemende gemeenten en via de BDUR wordt door de Veiligheidsregio een vervangend bedrag uitgekeerd van € 70.000. De Veiligheidsregio heeft een bezuiniging van € 4 miljoen doorgevoerd om de begroting 2014 sluitend te krijgen. De gezamenlijke reserve zijn per 1-1-2014 € 8,3 miljoen; de voorziening is per 1-1-2014 € 0,5 miljoen en vreemd vermogen is per 1-1-2014 € 16,6 miljoen. De jaarrekening 2014 is nog klaar, dus het vermogen eind 2014 is nog niet bekend. De visie van de gemeente: samenwerking met andere gemeente op het gebied van Openbare Orde en Veiligheid in de vorm van de gemeenschappelijke Regeling. De minimale uitvoering is gebaseerd op de wettelijke voorschriften. De beleidsvoornemens van de Veiligheidsregio hebben hoofdzakelijk betrekking op de regionale brandweer en de ontwikkeling van het Meldcentrum.
Bank Nederlandse Gemeenten De NV Bank Nederlandse Gemeenten (BNG), onze huisbankier, is de bank van en voor overheden en instellingen voor het maatschappelijk belang. Met gespecialiseerde financiële dienstverlening draagt de BNG bij aan zo laag mogelijke kosten van maatschappelijke voorzieningen voor de burger. Daarmee is de bank essentieel voor de publieke taak. Onze gemeente bezit 53.385 aandelen (à 116
Programmajaarverslag 2014
€ 2,50) en heeft daarmee, naast een financieel belang, zeggenschap via het stemrecht op de aandelen. De BNG Bank heeft over 2014 een nettowinst behaald van € 126 miljoen (2013: € 283 miljoen) De belangrijkste reden achter de daling van het renteresultaat ten opzichte van 2013 is de aanhoudende daling van de marktrente. Behalve door een structurele daling van het renteresultaat wordt de forse daling van de nettowinst vooral veroorzaakt door ongerealiseerde negatieve marktwaardeveranderingen in het resultaat financiële transacties. Deze resultaten vinden hun oorsprong ten dele in conservatievere waarderingen naar aanleiding van de uitkomsten van de balanstest door de Europese Centrale Bank. BNG Bank wordt door beleggers nog steeds als een van de veiligste banken ter wereld beschouwd. Aan aandeelhouders wordt een dividenduitkering gedaan van een kwart van de nettowinst, over 2014 is dat € 0,57 per aandeel (over 2013 € 1,27; de hierbij behorende dividenduitkering van € 61.393 aan Boxtel is opgenomen in dit jaarverslag). De BNG doet geen uitspraak over de verwachte nettowinst voor 2015.
Brabant Water De gemeente Boxtel bezit 27.694 aandelen van de NV Brabant Water (à € 0,10). Besloten is het weerstandsvermogen te versterken. Wat betreft het beleid met betrekking tot de tarieven van te leveren water geldt dat sprake mag zijn van een gematigde tariefstijging maar dat de inspanningsverplichting bestaat om bij de drie laagste tarieven van Nederland te horen. Net als over 2011 is over 2012 een positief resultaat behaald van € 39 miljoen. Dit resultaat is toegevoegd aan de algemene reserve, er is geen sprake van een dividenduitkering aan gemeenten.
Programmajaarverslag 2014
117
G.Grondbeleid Het Grondbeleid is een belangrijk instrument om doelstellingen uit het beleidsprogramma 2010-2014 ‘Samen verder: de burger centraal’ te realiseren. Op basis van artikel 16 van het BBV, bevat de paragraaf over het grondbeleid tenminste: • een visie op het grondbeleid in relatie tot de realisatie van de doelstellingen van de programma’s die zijn opgenomen in de begroting; • een aanduiding van de wijze waarop de gemeente het grondbeleid uitvoert; • een actuele prognose van de te verwachten resultaten van de totale grondexploitatie; • een onderbouwing van de geraamde winstneming; • de beleidsuitgangspunten omtrent de reserves voor grondzaken in relatie tot de risico’s van de grondzaken.
Visie Het grondbeleid is een middel om het ruimtelijke beleid te kunnen voeren en kan tevens worden gebruikt voor regulering van het volkshuisvestingsbeleid. Grondbeleid is beleid dat gericht is op het realiseren van de gewenste verandering in het grondgebruik en het handhaven van het bestaande grondgebruik vanuit de (overwegend ruimtelijke) beleidsdoelstellingen van de gemeente. Grondbeleid is zodoende een middel om andere beleidsdoelen van de gemeente te realiseren op het gebied van woningbouw, diverse voorzieningen, economie, natuur en recreatie. Binnen het grondbeleid is de grondexploitatie het proces van productie en prijsvorming van bouwrijpe en woonrijpe grond en het ervoor zorg dragen dat deze grond op het juiste tijdstip op de markt komt. Grondexploitatie is voornamelijk de financieel economische kant van grondbeleid. Het is een langdurig proces met vaak grote financiële risico’s.
Nota Grondbeleid In de nota is aangegeven dat de exploitaties jaarlijks worden herzien. Begin 2015 zijn de exploitaties doorgelicht en geactualiseerd. Uitgangspunten zijn: • vanuit een beleidsvisie wordt een aantal specifieke doelen bepaald die men gaat bereiken met het grondbeleid; • de gemeente Boxtel zet in op een passief grondbeleid; • actiever omgaan met strategische verwervingen; marktconforme prijzen worden gehanteerd bij uitgifte gronden. Door de crisis op de woningmarkt de afgelopen jaren is de rol van de gemeente gewijzigd naar een meer passief beleid waarin de gemeente meer een faciliterende rol heeft. Nieuwe ontwikkelingen worden op dit moment aan de markt overgelaten. Hiermee worden de risico’s voor de gemeente beperkt. Exploitatieopzetten In de structuurvisie worden de beleidsvoorwaarden vastgelegd op welke wijze plannen inhoud krijgen. De grondexploitatie wordt door de raad vastgesteld, waarbij de daadwerkelijke uitvoering is gedelegeerd aan het college van burgemeester en wethouders. Het college legt verantwoording af in de jaarrekening. In de bestuursrapportages wordt aandacht besteed aan gewijzigde omstandigheden. Financiële sturing grondbedrijf De laatste jaren heeft de grondexploitatie het moeilijk vanwege aanhoudende slechte economische omstandigheden. De economische ontwikkelingen hebben er toe bijgedragen dat ontwikkelingen zijn vertraagd. Voor de meeste projecten zijn voorzieningen getroffen, wat zijn weerslag heeft op de reserve Grondexploitatie. Om de financiële risico’s in het grondbedrijf te beperken is het van het grootste belang dat er voortgang geboekt wordt in de projecten. In eerste instantie dienen de projecten de juiste bestemming 118
Programmajaarverslag 2014
te krijgen om vervolgens verkocht te kunnen worden aan particulieren, bedrijven en projectontwikkelaars. Bij grondverkoop door het grondbedrijf neemt de omvang van de financiële risico’s af. De focus van het grondbedrijf zit dus op bestemmen en verkopen. Resultaten in 2014 In Goede Aarde. • De sanering van de UW-locatie is binnen budget en met succes afgerond; • De locatie is vervolgens bouwrijp gemaakt en het eerste van de vijf woningbouwkavels is verkocht; • Er zijn overeenkomsten gesloten en er is grond verkocht waardoor 20 duurzame sociale huurwoningen in Zonnegolven in 2015 gebouwd en opgeleverd gaan worden; • Er is een schikking getroffen met de projectontwikkelaar inzake deelgebied Hoeve, hierdoor zijn deze kavels beschikbaar gekomen voor uitgifte; Vorst. • De uitgifte van de eerste bedrijfskavels naast de uitgifte van het kavel aan Tennet/Enexis; Spoorzone; • Het plangebied is gedeeltelijk bouwrijp gemaakt; Princenlant • Geen resultaten (ondanks inspanningen); Panta-Rhei • Het bestemmingsplan ten behoeve van het project Panta Rhei is onherroepelijk geworden. • Het terrein is bouwrijp gemaakt; • Alle kavels zijn verkocht en de bouw is gestart; Vicaris van Alphenlaan (Joice). • Het bestemmingsplan ten behoeve van het project Vicaris van Alphenlaan (Joice) is in procedure gebracht en onherroepelijk geworden; • Met de ontwikkelaar is overeenstemming bereikt, 8 van de 9 woningen zijn verkocht en de bouw is gestart; Heideweg • Verkoop van één woningbouw kavel, er zijn nog ca. 3 kavels beschikbaar. Actiepunten 2015 e.v. • Uitgifte woningbouwkavels in de gebieden UW-locatie, Zonnegolven, Hoeve en Heideweg; • Realisatie van bestemmingsplan t.b.v. Vorst B; • Bouwrijp maken Vorst A; • Uitgifte van kavels op Vorst A, Spoorzone, UW-locatie, Zonnegolven en Heideweg; • Voorbereiden en in procedure brengen van het bestemmingsplan Vorst B; • Strategiebepaling ontwikkeling fase 4 en 5 Princenlant; • Bestemming/ ontwikkeling Ronduutje bepalen; • Actualiseren ‘Nota bovenwijkse voorzieningen’; • Actualiseren ‘Nota grondbeleid’.
Voortgang van de exploitaties Woningbouwlocaties Heideweg In het plan Heideweg is in 2014 één kavel verkocht. Uitgegaan werd van verkoop van een tweetal kavels. Zowel in 2015 als in 2016 wordt ingezet om de resteren 3 kavels te verkopen. Princenlant De voortgang in fase 4 van het project is volledig gestagneerd. Voorstellen van de projectontwikkelaar, liggen financieel en ruimtelijk dusdanig ver van de in het verleden gemaakte afspraken dat hier geen akkoord over bereikt kan worden. Pogingen om alsnog tot overeenstemming te komen waren tevergeefs.
Programmajaarverslag 2014
119
De gemeente heeft een samenwerkingsovereenkomst (2003) met de projectontwikkelaar die niet in deze situatie voorziet. Hierdoor is een impasse ontstaan. In 2015 zal linksom of rechtsom een oplossing gezocht moeten worden zodat de impasse doorbroken wordt en er weer perspectief is op ontwikkeling. Het project wordt nu ook deels ingehaald door de tijd. De verwachting is dat BS De Hobbendonken minimaal nog tot uiterlijk 2019 op de huidige locatie gehuisvest zal blijven. Dit betekent dat in de laatste grondexploitatieopzetten niet specifiek meer rekening wordt gehouden met de ontwikkeling van fase 5. De bouw van appartementen in de duurdere sector is niet meer haalbaar. In de huidige exploitatie is uitgegaan van minder dure appartementen. Hierdoor krijgt de grond een lagere verkoopwaarde. Deze verwachting is dus niet meer reëel. Dit heeft negatieve gevolgen voor het verwachte resultaat aan het einde van de exploitatieperiode. In de actualisatie is dus rekening gehouden met het wegvallen van deze locatie voor ontwikkeling op middellange termijn. Het resultaat slaat om in een verwacht verlies van € 492.000. De BBV-regels schrijven voor dat een verwacht verlies in het betreffende jaar moet worden genomen. Om die reden is een verliesvoorziening getroffen tot een gelijk bedrag en is verwerkt in het jaarresultaat. In Goede Aarde In het plan In Goede Aarde is nog een aantal projecten en activiteiten gaande. Project De Hoeve moet nog gerealiseerd worden. In het afgelopen jaar is een schikking getroffen met de projectontwikkelaar waardoor de kavels beschikbaar zijn gekomen voor uitgifte. In Zonnegolven is een deal gesloten m.b.t. de realisatie van 20 sociale huurwoningen. Deze woningen worden in 2015 gebouwd. Voor de resterende 18 woningen in de Zonnegolven is begin 2015 tevens een overeenkomst gesloten. De sanering van de UW-locatie is begin 2014 afgerond. Het terrein is vervolgens bouwrijp gemaakt en het eerste van de in totaal vijf kavels is uitgegeven. Geraamd was een grondverkoop tot een bedrag van € 1,4 miljoen. Gerealiseerd is de verkoop van een tweetal percelen voor een totaal bedrag van € 359.943. In verband met de vertraging van de uitgiften is de exploitatie geactualiseerd en is kritisch gekeken naar de kosten. Uiteindelijk heeft de herziening geleid tot een kleine verlaging van de getroffen verliesvoorziening met € 1.560. Voor de herinrichting van Het Klaverblad dient nog grond verworven te worden omdat zonder deze grond de weg met het ontworpen profiel niet is te realiseren. Er worden meerdere oplossingsrichtingen bekeken. Vicaris van Alphenlaan (Joice) Voor de locatie Vicaris van Alphenlaan (Joice) is eind 2013 gestart met de voorbereiding van het project en het bestemmingsplan. Begin 2014 is een kooprealisatie overeenkomst gesloten met de projectontwikkelaar. Het bestemmingsplan is in procedure gebracht en onherroepelijk geworden. Vanwege de goede verkoopresultaten is het terrein eind 2014 bouwrijp gemaakt en verkocht. In de begroting was rekening gehouden met een verkoopopbrengst ad € 460.000 in 2014 en in 2015. De opbrengst is geheel in 2014 verantwoord. Dit heeft na actualisering een positief effect voor het dienstjaar 2014 omdat de verliesvoorziening nagenoeg gelijk kan blijven. Geraamd was een toename van de voorziening met € 33.548 terwijl de voorziening afneemt met € 827. Panta Rhei In 2013 is een overeenkomst gesloten met de projectontwikkelaar. Het bestemmingsplan is in procedure gebracht en in 2014 tevens onherroepelijk geworden. Het terrein is in 2014 bouwrijp gemaakt en de grond is verkocht. Het geplande parkeerterrein is tevens aangelegd. Hiermee is de geraamde opbrengst van € 1.494.000 in 2014 gehaald. Door extra baten uit reserveringsrente en door lagere kosten kan de getroffen voorziening worden verlaagd met € 113.478. Ronduutje Het om niet in gebruik geven van het voormalig schoolgebouw aan de voedselbank en Camelot leidt tot hoge kosten. Met name het energieverbruik dat ten laste van de reserve Grondexploitatie blijft, brengt een kostenpost met zich mee van ruim € 50.000. De reserve kan dit echter niet meer opvangen 120
Programmajaarverslag 2014
zodat deze kosten ten laste komen van de algemene middelen. In 2015 zal geadviseerd worden over het opstarten van ontwikkeling of verkoop van de locatie. Bedrijventerreinen Vorst De realisatie van het kV-station is inmiddels afgerond. Naast de kavels aan Enexis en Tennet is de eerste kavel in 2014 uitgegeven. In de begroting was rekening gehouden met een opbrengst van € 1.365.000. De realisatie ligt enigszins lager op € 1.089.000. Naar verwachting kunnen er in 2015 nog enkele kavels op Vorst A uitgegeven gaan worden. Om Vorst B zo snel mogelijk voor uitgifte gereed te hebben dient het bestemmingsplan hiervoor z.s.m. in procedure gebracht te worden. Na actualisering van de exploitatie is het noodzakelijk om de verliesvoorziening te verhogen met € 381.804 en dat is € 235.308 hoger dan geraamd. De redenen hiervoor zijn de situtering van het kVstation en het feit dat de percelen Vorst B in 2015 nog niet kunnen worden uitgegeven. Spoorzone Het bestemmingsplan voor Spoorzone is in werking getreden. In 2014 hebben zich een viertal partijen gemeld voor de aankoop van grond aan de Spoorzone. Alle partijen zijn definitief afgehaakt omdat de financiering niet rond kwam of een andere huisvesting hebben gevonden. Rekening was gehouden met een totale verkoop tot een bedrag van € 647.000. Ook begin 2015 hebben zich nog geen kandidaten voor een perceel gemeld. De grondexploitatie is daarop geactualiseerd en leidt tot een hogere vereiste verliesvoorziening van € 174.803.
Verwachte resultaten De financiële resultaten van de grondexploitatieprojecten staan onverminderd onder druk vanwege de grote voorinvesteringen die gedaan zijn. Met name de projecten Vorst, Spoorzone en In Goede Aarde hebben hier last van. Daar waar risico’s optreden wordt getracht dit binnen de grondexploitatie op te vangen. Dit kan leiden tot een lagere ruimtelijk kwaliteit. Via de bestuursrapportages worden de ontwikkelingen voorgelegd. De eerste aanpassingen in de begroting 2015-2018 worden via de eerste Burap aangeboden. Ontwikkeling complexen grondbedrijf (bedragen x € 1.000) Complex
Boekwaarde per 31-122014*
Nog te maken kosten
Nog te realiseren opbrengst
Eind boekwaarde*
In het Genomen jaar verliesvoorziening
-3.751
1.972
3.339
-2.384
2018
-2.077
Princenlant
-935
1.088
1.459
-564
2018
-492
Heideweg
458
367
434
525
2017
0
Bedrijvent.Vorst
-8.439
9.706
13.000
-5.145
2021
-4.044
Spoorzone Ladonk
Bouwgronden in exploitatie In Goede Aarde
-5.207
1.204
2.277
-4.135
2018
-3.604
Vic. van Alphenlaan
-674
224
0
-898
2016
-838
Panta-Rhei
-276
358
12
-622
2015
-600
Voorraden
-468
* - = nadelig; + = voordelig
De genomen verliesvoorziening per complex is gelijk aan het verwachte eindresultaat op basis van netto contante waarde per 31 december 2014. Bij de huidige inzichten genereren 6 grondexploitaties een verlies van € 11,66 miljoen teruggerekend naar 1 januari 2015 en is maar 1 project winstgevend (Heideweg) tot een bedrag van € 0,46 miljoen eveneens teruggerekend naar 1 januari 2015. Zoals uit het overzicht blijkt dienen ook in de komende jaren de verliesvoorzieningen te worden aangevuld. De kosten van de Voorraad Gronden en hulpstoffen worden niet geactiveerd, zij komen jaarlijks ten laste van de reserve Grondexploitatie.
Programmajaarverslag 2014
121
Voorraad Gronden en hulpstoffen De gemeente heeft naast de in exploitatie genomen gronden nog andere gronden in haar bezit. Deze gronden, de zogenaamde Voorraad Gronden en hulpstoffen, kennen vaak een bijzondere rol binnen de gemeentelijke grondexploitatie. De gronden kunnen op verschillende wijze worden ingezet: als ruilgronden, maar ook voor de ontwikkeling van nieuwe plannen. Zolang deze gronden in beheer zijn en er geen ontwikkeling op plaatsvindt zijn deze gronden zichtbaar op de balans en worden de jaarlijkse rente en beheerslasten ten laste van de reserve Grondexploitatie gebracht. Tevens zijn de Voorraad Gronden en hulpstoffen van invloed op het weerstandsvermogen en zodoende van belang om de grondexploitatie weer ‘gezond’ te maken. Conform de nota grondbeleid 2009-2012 gaan percelen die geen ontwikkelpotentie hebben en 5 jaar of langer in Voorraad Gronden en hulpstoffen zitten uit de grondexploitatie. De overige gronden worden te zijner tijd ten laste gebracht van de verschillende plannen en worden ingebracht tegen de geldende marktwaarde. Eventuele verschillen worden verrekend met de reserve Grondexploitatie. De Voorraad Gronden en hulpstoffen zijn: het perceel Ronduutje en de gronden in Boxtel-West. De woning aan de Koevoortseweg is begin 2014 verkocht. De opbrengst bleef enigszins (-/- € 13.780) achter bij de geraamde opbrengst. Dit is een nadeel voor de reserve Grondexploitaties. Ultimo is de boekwaarde van complex West overgezet naar materiele vaste activa omdat deze gronden geen ontwikkelpotentie hebben.
Risico’s versus kansen Risico’s De financiële risico’s in de grondexploitaties komen vooral tot uiting bij vertraging van de verschillende projecten. Over de hoge voorinvesteringen wordt elk jaar rente betaald. Wanneer een project één jaar vertraagd moet er één jaar extra rente betaald worden, daarnaast is er voor één jaar extra aan plankosten benodigd. De voorinvesteringen moeten terugverdiend worden door middel van grondverkopen. De risico’s die ten grondslag liggen aan vertragingen zijn globaal onder te verdelen in: • verwervingsrisico’s • realisatierisico’s • afzetrisico’s. Verwervingsrisico’s Dit type risico is zeer beperkt in de gemeente Boxtel. Ten behoeve van de herprofilering van het Klaverblad dient nog een perceel aangekocht te worden. Deze verwerving heeft echter geen effect op de uitgifte van kavels. Realisatierisico’s Nog in procedure te brengen bestemmingsplannen (zoals Vorst B) kunnen vertragingen veroorzaken. Daarnaast dienen de terreinen op tijd bouwrijp gemaakt te worden zodat de kavels ook daadwerkelijk kunnen worden uitgegeven . Afzetrisico’s Voor alle exploitaties is inzichtelijk welke maatregelen nog getroffen moeten worden om gronden uit te geven. Dit is doorvertaald in de lopende exploitaties en betekent als alles volgens plan verloopt er tussen 2015 en 2017 hogere opbrengsten uit grondverkopen te verwachten zijn. Door middel van taxaties wordt gezorgd dat de te verkopen kavels marktconform aangeboden worden. Desalniettemin blijft het risico bestaan dat de uitgifte langzamer verloopt dan gepland. Hier ligt een uitdaging, actief de markt op en zorgen dat gronden afgezet worden, daar waar nodig in samenwerking met de ontwikkelaar.
122
Programmajaarverslag 2014
Reserve Grondexploitatie en Voorzieningen De reserve Grondexploitatie dient als buffer voor de risico’s in de grondexploitatie. Door de economische crisis en een verslechterde woningmarkt in de afgelopen jaren is de verkoop van gronden in alle complexen ernstig vertraagd. Door vertraging en gewijzigde uitgangspunten in het project Princenlant lopen de kosten op en is het in 2014 noodzakelijk gebleken dat de verliesvoorzieningen in totaliteit moesten worden verhoogd. Deze voorzieningen hebben het geringe saldo van de reserve Grondexploitaties dusdanig gedrukt dat er sprake is van een negatief saldo. Het is verplicht om dit negatieve saldo aan te vullen. De reserve is derhalve uitgeput. Ook voor de komende jaren is de druk op deze reserve zeer groot. Voor de mutaties in deze reserve wordt verwezen naar Programma 10. Overzicht reserve Grondexploitatie saldo reserve 01-01-2014
0
stortingen: bijdrage uit reserve Omslag Grote Werken verlaging verliesvoorziening In Goede Aarde
107.207,00 1.560,14
verlaging verliesvoorziening Panta-Rhei verlaging verliesvoorziening Vic. Van Alphenlaan
113.478,13 827,69
resultaat verkoop Koevoortseweg aanvulling uit de algemene middelen totaal stortingen
78.313,99 848.947,00 1.150.333,95
onttrekkingen: bijdrage in kosten economische zaken dekking kosten gronden West
41.994,00 7.205,77
dekking kosten Ronduutje nagekomen lasten Witte School
50.264,00 2.199,99
treffen van een verliesvoorziening Princenlant verhoging verliesvoorziening Vorst verhoging verliesvoorziening Spoorzone totaal onttrekkingen
492.063,00 381.804,26 174.802,93 1.150.333,95
saldo reserve 31-12-2014
0
De voorzieningen grondexploitaties bedragen per 1 januari 2015 € 11,7miljoen. In het overzicht hierna wordt de voorziening per exploitatie weergegeven.
Programmajaarverslag 2014
123
Overzicht verloop verliesvoorzieningen: Exploitaties/saldo 1/1 (bedragen x € 1.000)
2014
2015
2016
2017
2018
2019
2020
2021
Bedrijventerrein Vorst
3.662
4.044
4.186
4.332
4.484
4.641
4.803
4.971
Spoorzone In Goede Aarde
3.429 2.079
3.604 2.077
3.730 2.150
3.860 2.225
3.995 2.303
839 0
838 492
867 509
898 527
546
713 10.722
600 11.656
622 12.063
11.842
11.328
4.641
4.803
4.971
Vicaris van Alphenlaan Princenlant Panta-Rhei Totaal
Bij afsluiting van een complex valt de voorziening vrij ter afboeking van de negatieve boekwaarde. In 2015 wordt afsluiting van de exploitatie Panta-Rhei voorzien en in 2016 die van het project Vicaris van Alphenlaan.
124
Programmajaarverslag 2014
2 Jaarrekening
Programmajaarverslag 2014
125
1
Financiële analyse
In dit hoofdstuk worden het in 2014 behaalde resultaat en de financiële positie ultimo 2014 nader geanalyseerd. Samenvattend geldt dat de jaarrekening 2014 sluit met een resultaat inclusief overhevelingen van € 686.000 (vorig jaar € 360.000). De overhevelingen vanuit de exploitatie 2014 bedragen € 367.000 (vorig jaar -€ 411.000). Het voor overhevelingen geschoond resultaat komt e derhalve uit op € 319.000 (vorig jaar € 771.000). Middels de 6 wijziging van de begroting 2015 worden de overhevelingen opgevoerd in de begroting 2015-2019 Per saldo daalde het totaal van de reserves en voorzieningen (inclusief jaarresultaat) van € 42,5 miljoen per 1 januari 2014 naar € 41,9 miljoen per 31 december 2014. Voor een nadere uiteenzetting hiervan wordt verwezen naar paragraaf 1.4.
1.1
Analyse op hoofdlijnen van het exploitatieresultaat
Het resultaat 2014 is bepaald ten opzichte van de begroting na wijziging. In bijlage 6 is een overzicht opgenomen van alle begrotingswijzigingen van 2014. Per wijziging is het effect voor het begrotingstotaal weergegeven. In onderstaande tabel wordt het resultaat van de jaarrekening 2014 ten bedrage van € 686.000 nader uitgesplitst. Analyse saldo 2014 na resultaatbestemming Overhevelingen WMO-budgetten Onderwijsbudgetten Inkomensvoorzieningen Wegenbeheer Openbaar groen Ecologische verbindingszones Maatschappelijke ondersteuning Kermissen Toerisme en recreatie Exploitatieresultaten afdelingen Gemeentelijke eigendommen Grondexploitaties Diverse, per saldo
bedrag x € 1.000 367 500 278 186 180 102 123 78 -63 -96 -362 -109 -513 15
Totaal
686
Toelichting: Overhevelingen Voor beleid dat in 2014 vertraagd is en waarvoor nog geen concrete verplichtingen konden worden aangegaan is per saldo in totaal een bedrag van afgerond € 367.000 overgeheveld vanuit het jaar 2014 naar een volgend jaar. Tegelijk met de vaststelling van dit jaarverslag 2014 worden bij raadsbesluit van 2 juni 2015 de benodigde bedragen weer beschikbaar gesteld voor aanvulling van de specifieke budgetten van 2015 of in een enkel geval een later jaar.
126
Programmajaarverslag 2014
De overhevelingen betreffen: programma
overhevelen
1 3 3
Meierij samenwerking Wijkbeheer Invoering Basisregistratie Grootschalige Topografie Project herstructurering Ladonk-Vorst - te ontvangen provinciaal subsidie Economisch aanvalsplan Leerplicht Omgevingsdienst Brabant Noord Aanwending goodwill Cuadrilla ivm proefboring schaliegas Verkoopopbrengst Mijlstraat (naar 2015) Woonwensenonderzoek en woonvisie
4 5 9 10 11
bedrag x € 1 100.000 391.644 50.000 572.927 -572.927 65.375 13.415 100.000 150.000 -535.375 32.235
Totaal exploitatiebudgetten, per saldo
367.294
WMO-budgetten Net als in 2013 hebben we ook in 2014 een fors overschot gerealiseerd op de WMO-budgetten; dit jaar € 500.000 en in 2013 € 666.000. Van het WMO-overschot 2014 heeft € 286.000 betrekking op huishoudelijke hulp, € 111.000 op vervoersvoorzieningen (individueel en collectief) en € 93.000 op woningaanpassing. Kijkend naar de afgelopen 4 jaar zien we dat de uitgaven voor huishoudelijke hulp zijn afgenomen en anderzijds de inkomsten (eigen bijdragen van gebruikers) zijn toegenomen. De voor de begroting 2015 ingeboekte bezuinigingen op de huishoudelijke hulp kunnen hierdoor naar verwachting vrij probleemloos opgevangen worden. x € 1.000 Rek 2011 Rek 2012 Rek 2013 Rek 2014 Begr. 2015 Uitgaven huishoudelijke hulp 3.226 2.936 2.515 2.316 2.240 Inkomsten huishoudelijke hulp 544 588 619 653 554 Onderwijsbudgetten Binnen de producten 425, 445 en 480 is per saldo een overschot ontstaan van € 278.000. Bij leerlingenvervoer is een overschot van € 133.000 gerealiseerd. Aan leerlingenvervoer is in 2014 een bedrag besteed van € 246.000 terwijl dat in 2013 nog € 408.000 was. Voor onderwijs- en jeugdbeleid zijn in tegenstelling tot de begroting geen incidentele subsidies verstrekt hetgeen een voordeel opleverde van € 56.000. Ten slotte is op het gebied van voor- en vroegschoolse educatie en onderwijsachterstandenbeleid een overschot gerealiseerd van € 59.000. Legaat van Cooth Het legaat van Cooth is opgenomen onder Onderwijs, maar de baten en lasten worden op verschillende programma’s geboekt (de dividendopbrengst op programma 12, beheer DKA op programma 10, uren CJG op programma 8). Hoewel het geen invloed heeft op het rekeningresultaat 2014 wordt hieronder wel een overzicht verstrekt van de lasten en baten m.b.t het legaat van Cooth in 2014. Immers volgens het raadsbesluit van destijds wordt dit jaarlijks in het jaarverslag opgenomen. Bedragen x € 1.000 Lasten 2014 Baten 2014 - lasten complex DKA 122 - baten complex DKA 22 - ureninzet CJG
129
- dividend BNG
33
- onderhoudsbijdrage DKA
50
- huurinkomsten DKA
42
totaal lasten
300
totaal baten
97
Programmajaarverslag 2014
127
Het gevolg van bovenstaande is dat het saldo van € 203.000 aan de voorziening Legaat van Cooth is onttrokken, en niet de begrote € 79.000. De stand van deze voorziening aan het eind van 2014 is daarmee uitgekomen op € 1.245.000. Inkomensvoorzieningen Aan WWB inkomensvoorzieningen heeft de gemeente in 2014 een bedrag uitgekeerd van € 5.329.000 (2013: € 4.962.000) terwijl € 5.319.000 begroot was. De specifieke uitkering van het rijk voor dit doel is met € 5.282.000 ook net iets hoger uitgekomen dan begroot. Ioaw- en Ioaz-uitkeringen zijn met € 242.000 zo’n € 63.000 lager uitgekomen dan begroot. Op het terrein van Bbz (declarabel) is nog een niet begrote uitkering ontvangen van het rijk van € 56.000 met betrekking tot een voorgaand jaar. Daarnaast is op het gebied van terugvordering en verhaal van inkomensvoorzieningen € 84.000 meer ontvangen dan begroot. Wegenbeheer Op het beheer van de wegen is € 180.000 onbesteed gebleven. Daarvan heeft € 145.000 betrekking op een overschot bij onderhoud bermen. Verder is door de zachte winter € 16.000 overgebleven bij de gladheidsbestrijding. Openbaar groen Het overschot op openbaar groen algemeen beheer is in de reserve Groenbeheer gestort. Met deze storting van € 51.000 komt deze reserve aan het eind van het jaar op een stand van € 165.000. Een bedrag van € 102.000 kan vrijvallen ten gunste van de algemene middelen. Dit bedrag is vooral toe te schrijven aan minder uitgaven voor onderhoud en maaien van gras (-€ 69.000) en minder uitgaven voor natuurbescherming (-€ 32.000). Maatschappelijke ondersteuning De gelden voor pakketmaatregel AWBZ zijn voor een bedrag van € 42.000 onbesteed gebleven. Dat geldt ook voor de beschikbare budgetten voor begeleiding en dagopvang waar € 24.000 van de beschikbare € 51.000 onbesteed is gebleven. Kermissen Voor 2014 is de raming van de kosten van de kermissen nog niet op een realistisch niveau gebracht. Geraamd is slechts € 3.000, terwijl de realisatie is uitgekomen op € 48.000 (waarvan € 15.000 energielasten). Met € 75.000 aan gerealiseerde opbrengst viel dit zo’n € 18.000 tegen ten opzichte van de begrote opbrengst. Toerisme en recreatie Een te ontvangen eenmalige subsidie van € 61.000 voor het wandelroutenetwerk is omgezet in een 12-jarige bijdrage. In het jaarverslag 2014 komt dit tot uitdrukking in een eenmalige tegenvaller van € 61.000, maar dit wordt dus in de komende 12 jaren weer ingelopen. Het project Beleef Boxtel gaf aan het eind van het jaar een tekort te zien van € 38.000. Exploitatieresultaten afdelingen De apparaatslasten (vooral de bedrijfsvoeringskosten, die per 1 januari 2016 overgaan naar de nieuwe gemeenschappelijke regeling die wordt gevormd samen met de gemeente Sint-Michielsgestel) die worden geboekt op de kostenplaatsen van de afdelingen geven een tekort te zien van € 362.000 ten opzichte van de begroting. Dit kan voornamelijk verklaard worden door een overschrijding op de eigen personeelslasten en op inhuur. Wat betreft de materiële apparaatslasten zien we overschrijdingen vooral bij kantoorautomatisering en facilitaire services.
128
Programmajaarverslag 2014
Gemeentelijke eigendommen Bij de gemeentelijke eigendommen niet zijnde het grondbedrijf is in 2014 een nadelig resultaat ontstaan van € 109.000. Hierin is o.a. opgenomen de niet ontvangen huuropbrengst van DKA van € 50.000 (komt ten laste van de voorziening legaat van Cooth) en extra onderhoudslasten van € 90.000 voor de gebouwen zoals het gemeentehuis, gebouw van de bibliotheek en de brandweerkazerne. Grondexploitatie Zoals blijkt uit programma 10 en paragraaf G dienen de verliesvoorzieningen per saldo € 513.000 meer te stijgen dan begroot. In totaal bedragen de verliesvoorzieningen ultimo 2014 € 11,7 miljoen Mutaties in verliesvoorzieningen lopen via de reserve Grondexploitatie. Maar aangezien deze reserve aan het begin van 2014 een nulstand kende zou deze reserve hierdoor negatief worden hetgeen niet is toegestaan en daarom is deze reserve vanuit de algemene middelen aangevuld tot nihil.
Analyse op hoofdlijnen op kostensoort Analyse saldo 2014 na resultaatbestemming
bedrag x € 1.000
Goederen en diensten Verrekeningen grondbedrijf/mutatie boekwaarde Kapitaallasten Energiekosten Eigen personeel Inhuur personeel Inkomensoverdrachten van/aan het rijk Incidentele subsidies en bijdragen Sociale verstrekkingen in natura Sociale uitkeringen in geld Mutaties reserves en voorzieningen Diversen Totaal
3.606 -2.475 1.490 -112 -130 -133 173 1.185 490 174 -3.643 61 686
Toelichting: Goederen en diensten Bij de aankoop van goederen en diensten (inclusief grondbedrijf) is een onderbesteding opgetreden van per saldo € 3.606.000. Verrekeningen grondbedrijf Belangrijk hier is de mutatie van de boekwaarde, bijna € 2,5 minder dan begroot. Kapitaallasten Vanwege vertragingen bij de uitvoering van diverse investeringen is er een voordeel in de kapitaallasten opgetreden van € 1.490.000. Van dit bedrag zou overigens een belangrijk deel gedekt worden uit reserves, namelijk € 1.150.000 waardoor dit bedrag minder onttrokken is aan reserves. Ten opzichte van de begroting hebben we een positief renteresultaat behaald op zowel het aantrekken van langlopende als van kortlopende gelden incl. rekening courant (+€ 30.000 resp. +€ 2.000). Energiekosten De totale energiekosten zijn uitgekomen op € 598.000, ruim € 112.000 meer dan begroot. De overschrijding op motorbrandstoffen bedroeg € 21.000, op elektriciteit is € 34.000 meer uitgegeven en op aardgas € 60.000 en op verstrekte voorschotten resulteerde een voordeel van € 4.000.
Programmajaarverslag 2014
129
Eigen personeel Het salarisbudget (uitgaven incl. bestuur, voormalig personeel en voormalig bestuur) is uiteindelijk per saldo uitgekomen op € 14.729.000 (2013: € 14.111.000), waarmee sprake is van een overschrijding van € 93.000 ten opzichte van het begrote bedrag. Daarnaast zijn de inkomsten bijna € 37.000 achtergebleven op de begrote inkomsten. Per saldo kent het salarisbudget een tekort van € 130.000 (vorig jaar een tekort van € 25.000). Met ingang van 2015 is de werkkostenregeling verplicht geworden. Daartoe zijn enkele personele regelingen aangepast (o.a. overwerkregeling en vervallen fietsregeling). In 2014 is daar op geanticipeerd en zijn bovenmatige verlofsaldi zo veel mogelijk afgekocht en hebben meer personeelsleden dan normaal nog een nieuwe fiets aangeschaft. De formatie (afdelingen en secretaris) had per einde 2014 een omvang van 218 fte. Hiermee is de formatie met 0,6 fte gestegen. Deze bestaat uit een formatie-uitbreiding van 1,0 fte bij de afdeling MO (voorbereiding sociaal domein) en een gerealiseerde taakstelling van 0,4 fte. Na het aantreden van het nieuwe college is de formatie van het college met 0,6 fte verminderd. Inhuur personeel Begroot voor 2014 voor inhuur personeel (lasten minus baten, na wijziging) was een bedrag van € 996.000. De realisatie in 2014 is uitgekomen op € 1.129.000. Op inhuur is dus een negatief resultaat ontstaan van afgerond € 133.000. Er is € 110.000 ingehuurd ten laste van het kostendekkende product reiniging (dat is € 7.000 minder dan begroot). Ten laste van het grondbedrijf is € 117.000 ingehuurd (begroot was € 0). Voor het overige is ingehuurd voor kostenplaatsen afdelingen (€ 311.000), combinatiefuncties (€ 157.000), duurzame campus (€ 100.000), bestemmingsplannen (€ 88.000), bouwvergunningen (€ 78.000), WOZ (€ 57.000), onderwijs (€ 50.000), Ursulacomplex (€ 47.000), parkeerbeheer (€ 30.000). Inkomensoverdrachten van/aan het rijk In totaal is er in 2014 € 43.119.000 ontvangen van het rijk, dat is € 226.000 meer dan begroot, vnl. bestaande uit een hoger dan begrote Wsw-uitkering. Er is € 53.000 meer betaald aan het rijk dan begroot. Incidentele subsidies en bijdragen Met name de incidentele subsidies op het terrein van plattelandsvernieuwing zijn nog niet besteed. Sociale verstrekkingen in natura Hier zien we voordelen bij verstrekte huishoudelijke hulp, vervoersvoorzieningen, ook leerlingenvervoer en woningaanpassing. Een nadeel trad op bij de verstrekkingen bijzondere bijstand. Sociale uitkeringen in geld Overschotten vooral op periodieke uitkeringen bijzondere bijstand en Ioaw. Mutaties reserves en toevoegingen voorzieningen Dit betreft vooral de mutaties die afhankelijk zijn van de van de verrekening met kapitaallasten (reserves en rioolvoorzieningen), de mutaties van voorzieningen die in mindering worden gebracht op de activa en van de voorziening legaat van Cooth, het resultaat van kostendekkende product reiniging en van de overschotten op (deel)producten waarvan de raad op voorhand heeft bepaald dat die gereserveerd worden (plattelandsvernieuwing, duurzaamheid en groenbeheer).
130
Programmajaarverslag 2014
1.2
Programmarekening, inclusief overzicht algemene dekkingsmiddelen
In navolgend overzicht worden achtereenvolgens de resultaten per programma weergeven voor bestemming van het resultaat en exclusief de algemene dekkingsmiddelen. Vervolgens wordt een overzicht gegeven van de algemene dekkingsmiddelen en een overzicht van de mutaties met reserves per programma. Vervolgens wordt het resultaat na bestemming bepaald. Het resultaat na bestemming bedraagt volgens de begroting voor en na wijziging, nihil. Het werkelijke resultaat na bestemming in deze jaarrekening bedraagt in 2014 € 686.000 (2013: € 360.000). De afwijkingen tussen begroting en rekening per programma zijn toegelicht in het jaarverslag. Realisatie begrotingsjaar 2014 (bedragen x € 1.000)
Baten
Lasten
Realisatie vorig begrotingsjaar 2013
Saldo
Baten
Lasten
Saldo
programma's: 1. algemeen bestuur en communicatie
1.174
5.121
-3.947
664
4.158
-3.494
2. openbare orde en veiligheid
123
1.888
-1.765
20
1.745
-1.725
3. openbare ruimte en wijkbeheer
614
7.649
-7.035
551
7.370
-6.819
4. economische zaken
190
1.108
-918
101
853
-752
5. onderwijs
985
4.974
-3.989
901
5.177
-4.276
6. sport
251
2.288
-2.037
682
3.177
-2.495
7. welzijn
173
3.059
-2.886
154
2.980
-2.826
17.043
26.903
-9.860
16.658
25.996
-9.338
9. milieu en duurzaamheid
6.533
10.087
-3.554
6.610
7.044
-434
10. ruimtelijk beleid
8.737
10.289
-1.552
5.189
8.055
-2.866
11. volkshuisvesting en monumentenzorg
1.007
1.700
-693
1.319
1.959
-640
12. financiën
2.317
1.275
1.042
2.365
1.141
1.224
39.147
76.341
-37.194
35.214
69.655
-34.441
5.925
5.925
5.615
5.615
23
23
27
27
27.214
27.214
26.400
26.400
68
68
80
80
0
273
291
0
0
8. zorg, sociale zaken en arbeidsmarktbeleid
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen: OZB toeristenbelasting algemene uitkeringen dividend saldo financieringsfunctie
273
saldo BCF overige
0
291
0
0
0
Subtotaal
0
33.503
0
33.503
32.413
0
32.413
0
0
0
0
0
0
72.650
76.341
-3.691
67.627
69.655
-2.028
1. algemeen bestuur en communicatie
0
0
0
0
0
0
2. openbare orde en veiligheid
0
0
0
0
0
0
Onvoorzien Resultaat voor bestemming mutatie reserves:
3. openbare ruimte en wijkbeheer
854
56
798
506
76
430
1.164
700
464
118
23
95
5. onderwijs
487
75
412
1.096
630
466
6. sport
220
0
220
208
0
208
4. economische zaken
7. welzijn 8. zorg, sociale zaken en arbeidsmarktbeleid
77
7
70
27
27
0
213
50
163
179
50
129
Programmajaarverslag 2014
131
9. milieu en duurzaamheid
3.551
479
3.072
396
457
10. ruimtelijk beleid
1.503 63
1.407
96
2.362
2.319
43
74
-11
228
258
-30
2.675
3.582
-907
4.337
3.229
1.108
Subtotaal
10.807
6.430
4.377
9.457
7.069
2.388
Resultaat na bestemming
83.457
82.771
686
77.084
76.724
360
11. volkshuisvesting en monumentenzorg 12. financiën
Raming begrotingsjaar 2014 voor wijziging (bedragen x € 1.000)
Baten
Lasten
-61
Raming begrotingsjaar 2014 na wijziging
Saldo
Baten
Lasten
Saldo
programma's: 1. algemeen bestuur en communicatie
693
2. openbare orde en veiligheid
4.613
-3.920
1.119
5.363
-4.244
63
1.860
-1.797
163
1.946
-1.783
437
10.791
-10.354
444
9.844
-9.400
44
784
-740
1.089
1.839
-750
1.109
5.455
-4.346
1.158
5.408
-4.250
6. sport
235
2.395
-2.160
234
2.313
-2.079
7. welzijn
145
3.012
-2.867
189
3.113
-2.924
15.974
26.785
-10.811
16.444
26.981
-10.537
6.448
7.307
-859
6.736
7.946
-1.210
10. ruimtelijk beleid
7.093
9.116
-2.023
12.322
13.280
-958
11. volkshuisvesting en monumentenzorg
1.206
1.907
-701
1.123
1.980
-857
12. financiën
2.590
455
2.135
2.227
862
1.365
36.037
74.480
-38.443
43.248
80.875
-37.627
5.836
5.933
3. openbare ruimte en wijkbeheer 4. economische zaken 5. onderwijs
8. zorg, sociale zaken en arbeidsmarktbeleid 9. milieu en duurzaamheid
Subtotaal algemene dekkingsmiddelen: OZB
5.836
toeristenbelasting algemene uitkeringen dividend saldo financieringsfunctie
5.933
25
25
25
25
27.468
27.468
27.178
27.178
61
61
68
68
0
340
328
0
0
340
saldo BCF overige
0
328
0
0
0
Subtotaal
0
33.730
0
33.730
33.532
0
33.532
0
0
0
0
0
0
69.767
74.480
-4.713
76.780
80.875
-4.095
1. algemeen bestuur en communicatie
0
0
0
0
0
0
2. openbare orde en veiligheid
0
0
0
0
0
0
3.005
0
3.005
2.052
0
2.052
Onvoorzien Resultaat voor bestemming mutatie reserves:
3. openbare ruimte en wijkbeheer 4. economische zaken
62
0
62
1.156
800
356
5. onderwijs
491
75
416
487
75
412
6. sport
239
0
239
223
0
223
7
7
0
93
7
86
8. zorg, sociale zaken en arbeidsmarktbeleid
283
71
212
218
50
168
9. milieu en duurzaamheid
327
0
327
479
0
479
7. welzijn
132
Programmajaarverslag 2014
10. ruimtelijk beleid
1.477
11. volkshuisvesting en monumentenzorg
521
956
1.975
738
1.237
37
98
-61
63
74
-11
12. financiën
1.127
1.570
-443
2.675
3.582
-907
Subtotaal
7.055
2.342
4.713
9.421
5.326
4.095
76.822
76.822
0
86.201
86.201
0
Resultaat na bestemming
1.3
Overzichten incidentele baten en lasten
Navolgend overzicht bevat de posten die incidenteel afwijken van voorgaande en volgende jaren. Dit zijn over het algemeen eenmalige posten. programma 1 1 1 1 2 3 3 3 3 3 3 4 4 4 4 7 7 8 8 9 9 10 10 10 10 10 11 12
betreft (bedragen x € 1.000)
2014
voormalig personeel intergemeentelijke samenwerking intergemeentelijke sportdag vrijval voorziening uitkering Veiligheidsregio wijkbeheer basisregistratie grootschalige topografie bijdrage regio Noord-Oost Brabant ecologische verbindingszones kapitaallasten civieltechnische werken dekking uit reserves toerisme en recreatie citymanagement economische zaken economisch aanvalsplan onderhoud kinderboerderij dekking uit reserve onderhoud gebouwen jeugdzorg WMO budget projectleider Groene Campus Boxtel energieneutraal 2040 bestemmingsplannen bijdrage plattelandsvernieuwing uitvoering anterieure overeenkomsten verkoop onroerend goed aanvulling algemene middelen grondexploitatie gemeentelijke monumenten vrijval 4 reserves en 1 voorziening TOTAAL
-33 -35 -16 220 29 -71 -35 -91 123 -1.451 1.451 -45 -5 -36 -185 -70 70 -53 578 -100 -150 -90 -30 -100 951 -820 -35 575 546
bedragen x € 1.000) resultaat voor bestemming resultaatbestemming resultaat na bestemming incidentele baten incidentele lasten genormaliseerd resultaat na bestemming resultaatbestemming genormaliseerd resultaat voor bestemming
2014 -3.691 4.377 686 3.997 -3.451 140 4.377 -4.237
Programmajaarverslag 2014
133
1.4
Overzichten van de exploitatie
uitgaven en inkomsten 2014 per beleidsveld Onderstaande tabel geeft een overzicht van de uitgaven resp. inkomsten per beleidsveld. De uitgaven c.q. inkomsten per beleidsveld van de rekening 2014 zijn tevens uitgedrukt in een bedrag per inwoner en als percentage van de totale uitgaven respectievelijk inkomsten. Rekening
Bedragen x € 1.000
2013
Begroting
Begroting
2014 voor
2014 na
wijziging
wijziging
Rekening
per
in % van
2014
inwoner
het totaal
lasten per hoofdfunctie 0
algemeen bestuur
4.382
5.031
5.696
5.376
177,33
6,44%
1
openbare orde en veiligheid
1.745
1.860
1.946
1.888
62,28
2,26%
2
verkeer, vervoer en waterstaat
5.011
7.706
6.629
5.216
172,06
6,25%
3
economische zaken
876
784
2.639
1.808
59,64
2,17%
4
onderwijs
5.336
5.139
5.024
4.577
150,99
5,49%
5
cultuur en recreatie
6.999
6.537
6.550
6.242
205,85
7,48%
6
sociale voorzieningen en maatschappelijk 26.796
27.648
27.993
27.477
906,17
32,93%
7
werk volksgezondheid
8.836
8.687
9.439
12.057
397,60
14,44%
8
ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
5.286
3.776
6.733
4.266
140,74
5,11%
grondexploitatie
7.087
7.629
9.108
9.007
297,12
10,79%
financiering en algemene dekkingsmiddelen
4.370
2.025
4.444
4.857
160,14
5,82%
360
0
0
686
22,64
0,82%
77.084
76.822
86.201
83.457
2.752,56
100,00%
698
719
1.145
1.203
39,70
1,44%
9
resultaat na bestemming totaal lasten baten per hoofdfunctie 0
algemeen bestuur
1
openbare orde en veiligheid
20
63
163
123
4,07
0,15%
2
verkeer, vervoer en waterstaat
773
3.250
2.298
1.122
36,97
1,34%
3
economische zaken
219
106
2.245
1.354
44,67
1,62%
4
onderwijs
1.997
1.600
1.632
1.459
48,14
1,75%
5
cultuur en recreatie
1.113
629
719
843
27,84
1,01%
6
sociale voorzieningen en maatschappelijk 17.075
16.427
16.874
17.479
576,51
20,94%
werk 7
volksgezondheid
7.028
6.806
7.246
10.106
333,34
12,11%
8
ruimtelijke ordening en volkshuisvesting
3.681
2.510
6.643
3.573
117,86
4,28%
grondexploitatie
5.365
7.265
8.802
7.700
254,01
9,23%
39.115
37.447
38.434
38.495
1.269,45
46,13%
0
0
0
0
0,00
0,00%
77.084
76.822
86.201
83.457
2.752,56
100,00%
9
financiering en algemene dekkingsmiddelen resultaat na bestemming
totaal baten
De ‘omzet’ van de gemeente Boxtel is met € 6,4 miljoen gestegen ten opzichte van 2013, waarvan ruim € 3 miljoen vanwege de vrijval van de reserves afval en riolering naar de respectievelijke voorzieningen. Ten opzichte van de begrote omzet na wijziging is de werkelijke omzet ongeveer € 2,7 miljoen lager. De grootste afwijking hierbij betreft de werkelijke omzet vanuit de grondexploitatie en programma 8. Reden hiervoor is de afwijking tussen de begrote en werkelijke grondverkopen binnen de grondexploitatie en de voortgang in de realisatie van het project Landschappen van Allure.
134
Programmajaarverslag 2014
Als we per beleidsveld de uitgaven (per inwoner) verminderen met de inkomsten (per inwoner) zien we dat sociale voorzieningen en maatschappelijk werk het hoogste saldo heeft (€ 330), gevolgd door cultuur en educatie (€ 178), algemeen beheer (€ 138), verkeer, vervoer en waterstaat (€ 135) en onderwijs (€ 103). - uitgaven en inkomsten 2014 per kostencategorie Onderstaande tabel geeft een overzicht van de lasten resp. baten verdeeld naar economische categorie. Deze lasten en baten zijn tevens uitgedrukt in een bedrag per inwoner en als percentage van de totale uitgaven respectievelijk inkomsten. Rekening 2013
Begroting 2014 voor wijziging
Begroting 2014 na wijziging
Rekening 2014
per inwoner
in % van het totaal
0
36
36
0
0,00
0,00%
14.111
13.974
14.636
14.728
485,78
17,65%
2.0 rente en afschrijving
9.408
12.025
11.003
9.596
316,49
11,50%
3.0 inhuur personeel
1.399
759
1.123
1.207
39,80
1,45%
630
486
486
598
19,71
0,72%
1.613
2.630
4.304
1.088
35,89
1,30%
10.145
10.343
15.630
11.046
364,31
13,24%
246
229
193
206
6,80
0,25%
0
2
2
55
1,81
0,07%
27.400
29.082
30.327
28.467
938,90
34,08%
Bedragen x € 1.000
lasten per kostencategorie 0.0 niet in te delen uitgaven 1.0 salarissen en sociale lasten
3.1 Energie 3.3 duurzame goederen 3.4 overige goederen en diensten 4.0 kwijtschelding belastingen 4.1 overdrachten aan het rijk 4.2 overige inkomensoverdrachten 4.3 overige vermogensoverdrachten
0
10
10
0
0,00
0,00%
6.0 reserveringen voorzieningen
4.759
2.350
2.191
6.231
205,50
7,47%
6.0 resultaatbestemming
7.068
2.342
5.326
6.431
212,09
7,71%
-56
2.553
934
3.118
102,84
3,74%
360
0
0
686
22,64
0,82%
77.083
76.821
86.201
83.457
2.752,56
100,00%
0
201
0
0
0,00
0,00%
44
63
63
27
0,88
0,03%
2.946
2.719
2.857
2.845
93,84
3,41%
6.2 verrekeningen met grondbedrijf resultaat na bestemming totaal lasten baten per kostencategorie 0.0 niet in te delen inkomsten 1.0 salarissen en sociale lasten 2.0 rente en afschrijving 3.0 vergoeding voor personeel 3.2 huren en pachten 3.3 duurzame goederen 3.4 overige goederen en diensten 4.0 belastinginkomsten 4.1 overdrachten van het rijk 4.2 overige inkomensoverdrachten 4.3 overige vermogensoverdrachten
80
74
127
78
2,56
0,09%
1.882
1.508
1.387
1.633
53,87
1,96%
626
6.188
8.041
5.391
177,80
6,46%
10.579
9.010
9.407
10.565
348,46
12,66%
5.691
5.914
6.011
5.996
197,77
7,18%
42.101
42.491
42.893
43.119
1.422,13
51,67%
1.236
1.147
1.722
784
25,86
0,94%
-3
50
2.967
1.086
35,83
1,30%
6.0 reserveringen
1.805
53
278
393
12,97
0,47%
6.0 resultaatbestemming
9.458
7.056
9.422
10.808
356,46
12,95%
640
350
1.025
732
24,13
0,88%
0
0
0
0
0,00
0,00%
77.085
76.824
86.200
83.457
2.752,56
100,00%
6.2 verrekeningen met grondbedrijf resultaat na bestemming totaal baten
Programmajaarverslag 2014
135
Op het niveau van kostencategorie zien we tussen begroting en werkelijk relatief grote afwijkingen bij de aan- en verkoop van duurzame goederen (met name gronden grondbedrijf) en overige goederen en diensten en mutaties resultaatbestemming.
Begrotingsrechtmatigheid Financiële beheershandelingen dienen tot stand te zijn gekomen binnen de grenzen van de geautoriseerde begroting. In de begroting zijn de maxima voor de lasten per programma vermeld die door de raad zijn vastgesteld. Voor programma 12 (Financiën) geldt dat de lasten in de jaarrekening 2014 hoger zijn dan in de begroting na wijziging. Onderstaand geven we een nadere verklaring voor deze lastenoverschrijding met daarbij de conclusie of ze al dan niet rechtmatig is. Rechtmatige overschrijdingen zijn bijvoorbeeld: kostenoverschrijdingen die worden gecompenseerd door direct gerelateerde inkomsten; kostenoverschrijdingen die passen binnen het bestaande beleid maar die niet tijdig konden worden gesignaleerd. Programma 9
12
Overschrijding lasten € 2.620.000
In % 33,0%
€ 413.000
9,3%
Verklaring Egalisatiereserves afval en riolering (totaal € 3,2 miljoen) zijn op basis van BBV voorschriften vrijgevallen en vervolgens toegevoegd aan de respectievelijke voorzieningen. De overschrijding heeft meer dan volledig betrekking op de nadelige exploitatieresultaten van de afdelingen.
De 4 afdelingen kenden de volgende uitkomsten voor de lasten: Openbare Ruimte -€ 258.000 Ruimtelijke Ontwikkeling -€ 158.000 Concern en Dienstverlening -€ 186.000 Maatschappelijke Ontwikkeling +€ 144.000 Totaal -€ 458.000 De nadelige resultaten van de afdelingen worden gecompenseerd door minder kostentoerekeningen aan de overige programma’s, waardoor gesteld kan worden dat voldaan wordt aan de begrotingsrechtmatigheid.
136
Programmajaarverslag 2014
1.5
Analyse op hoofdlijnen van de balans
Vaste activa De boekwaarde van de materiële vaste activa per ultimo 2014 bedraagt € 71,9 miljoen, hetgeen een afname is ten opzichte van ultimo 2013 met € 0,5 miljoen (de afschrijvingen overtreffen de investeringen). De financiële vaste activa, hoofdzakelijk bestaande uit verstrekte leningen aan de twee woonstichtingen en aan het personeel, zijn afgenomen van € 18,2 miljoen aan het eind van 2013 naar € 15,9 miljoen aan het eind van 2014. De afschrijvingen bedroegen in 2014 € 5,4 miljoen (2013 € 5,1 miljoen). De aflossingen op opgenomen geldleningen zijn in 2014 uitgekomen op € 5,4 miljoen (2013 € 3,2 miljoen), waarvan € 2,4 aflossingen leningen woningbouw. Op verzoek van de woonstichting zijn extra aflossingen gedaan. investeringen Van de totaal begrote investeringsuitgaven (maatschappelijk en economisch nut, exclusief grondbedrijf) van € 13,2 miljoen (na begrotingswijzigingen) is in 2014 € 6,2 miljoen gerealiseerd. De belangrijkste investeringen in 2014 waren verbouw gemeentehuis, inclusief meubilair ad € 1.194.000, reconstructie Baandervrouwenlaan ad € 711.000, grondwateroverlast Oost ad € 464.000, sportcomplex ODC ad € 352.000. Voor een volledig beeld wordt verwezen naar de programma’s 1 t/m 12. De begrote investeringsinkomsten van € 0,4 miljoen zijn met een opbrengst van € 0,9 miljoen meer dan volledig gerealiseerd. Voor het grondwateroverlast Oost is € 707.000 ontvangen. Zeven investeringskredieten op automatiseringsgebied kunnen worden afgesloten (audio doc’s, kleine ict, DMS-RMA, Oracle 11, Topdesk en Neuron BAG/WOZ). Idem de kredieten voor de Reconstructie Breukelsestraat en realisatie parkeervoorziening NS en voor Vervanging software e containermanagement, Uitvoering 2 gemeentelijk afvalstoffenplan 2011-2014 en Verbouwing Serenade. Vaste passiva Reserves De totaal omvang van alle reserves inclusief de voorgestelde bestemmingen van het resultaat van deze jaarrekening, bedraagt aan het einde van het verslagjaar € 25,8 miljoen Aan het einde van 2013 was dat € 29,4 miljoen. De raad heeft voor alle reserves aangegeven of er een toegestane minimum- en/of toegestane maximumstand geldt. - Voor de algemene reserve is de vastgestelde minimale norm: 5% van de begrotingsomvang + 5% (van de vaste activa minus de totale reserves). Er is geen maximumstand voor de algemene reserve benoemd. - Voor de egalisatiereserves is de toegestane minimumstand: structureel 0 bij de eerstkomende begroting en de toegestane maximumstand: structureel 20% van de jaarlijkse opbrengst bij de eerstkomende meerjarenbegroting. - Voor de reserves die worden aangehouden ter dekking van kapitaallasten van activa die in het bezit zijn van de gemeente geldt een minimumstand van € 0 en een maximumstand die afhankelijk is van de gedane/nog te plegen investering. - Voor alle overige bestemmingsreserves geldt een minimumstand van € 0, voor sommige overige bestemmingsreserves geldt geen maximumstand, voor sommige andere is die wel expliciet bepaald. Hieronder worden de belangrijkste mutaties toegelicht. Voor een compleet overzicht: zie bijlage 2. algemene reserve De stand van de algemene reserve zonder toevoeging van het jaarresultaat, is in het verslagjaar toegenomen van € 6,9 miljoen naar € 9,1 miljoen Toetsing aan de door de raad vastgestelde minimale norm van 5% van de begrotingsomvang + 5% (van de vaste activa minus de totale reserves) met de cijfers van de jaarrekening 2014 leidt tot de volgende uitkomst: 5% van € 76.341.000 + 5% van (€ 87.888.000 - € 25.752.000) = € 3.817.000 + € 3.108.000 = € 6.924.0000, afgerond € 6,9 miljoen. Programmajaarverslag 2014
137
Geconcludeerd kan worden dat de algemene reserve zich ultimo 2014 ruim boven de minimale norm bevond. In bijlage 4 (bijlagenboekwerk) zijn de toevoegingen en onttrekkingen in 2014 geëxpliciteerd. bestemmingsreserves ten behoeve van egalisatie De resultaten van de kostendekkende activiteiten waarvoor leges worden geheven, zijn elders reeds toegelicht. De reserve Egalisatie reinigingstarieven was aanvankelijk aan het eind van 2014 € 2.159.000. Voor de komende jaren zijn per saldo onttrekkingen voorzien. Bij de opstelling van de Begroting 2016-2019 zal bekeken worden of de stand van de reserve (inmiddels omgevormd tot voorziening) aan het einde van 2019 meer bedraagt dan 20% van de jaaromzet. Zo ja, dan zal afgeroomd kunnen worden. Dan zal tevens bezien worden in welke vorm deze afroming zal geschieden. De reserve Egalisatie rioolheffing was aanvankelijk eind 2014 afgenomen van € 1.271.000 naar € 1.045.000. Ook hier geldt dat bij de opstelling van de Begroting 2016-2019 bekeken zal worden of de stand van de reserve (inmiddels omgevormd tot voorziening) aan het einde van 2019 meer bedraagt dan 20% van de jaaromzet en derhalve afroming zou kunnen plaatsvinden. Eind 2014 heeft de commissie BBV nadere richtlijnen uitgegeven hoe moet worden omgegaan met egalisatiereserves voor tarieven. Omdat deze reserves ontstaan zijn uit de voordelen op de exploitaties van de betreffende kostendekkende producten en in de toekomst ingezet gaan worden voor de bepaling van de nieuwe tarieven, behoren deze reserves te worden omgezet in een voorziening. Via dit jaarverslag worden derhalve de eindsaldi van de reserves egalisatie afvaltarieven (€ 2.159.000) en riooltarieven (€ 1.045.000) omzet in respectievelijke voorzieningen. De reserve Egalisatie leges grafhuur is in de loop van 2014 opgeheven. Idem de reserve Egalisatie leges bouwvergunningen. De totaalomvang van de categorie bestemmingsreserves ten behoeve van egalisatie kwam derhalve uit op € 3.204.000, maar door de omzetting naar voorzieningen zijn er vanaf 2015 geen bestemmingsreserves meer ten behoeve van egalisatie. bestemmingsreserves ter dekking van kapitaallasten van activa die in het bezit zijn van de gemeente Aan de reserve Investeringsbudget infrastructurele werken en de reserve Afdekking kapitaallasten afgeronde investeringen is in totaal voor een bedrag van € 1.860.000 onttrokken ter dekking van kapitaallasten. De totaalomvang van deze reserves is met € 1.263.000 afgenomen en bedraagt € 10.529.000 aan einde van het jaar. overige bestemmingsreserves De overige bestemmingsreserves (niet zijnde die van het grondbedrijf) bedragen aan het einde van 2014 € 4.875.000 en zijn daarmee € 1.453.000 afgenomen ten opzichte van eind 2013. reserves grondexploitatie De reserve grondexploitatie, die aan het einde van 2013 leeg was is aan het einde van 2014 nog leeg. Door tegenvallende resultaten vanuit de grondexploitatie is een beroep gedaan moeten worden op de algemene middelen. De door de raad gestelde norm voor de reserve grondexploitatie is tijdelijk buiten gebruik gesteld. De reserve Omslag grote werken, wordt omgedoopt in reserve Ruimtelijke Ontwikkeling/anterieure overeenkomsten, is afgenomen tot € 263.000 per einde 2014. De reserve Bevordering industrievestiging is in de loop van 2014 opgeheven. Voor de kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst is in de betreffende reserve nog € 290.000 beschikbaar.
138
Programmajaarverslag 2014
Voorzieningen De totaalomvang van de voorzieningen is toegenomen van € 13,1 miljoen ultimo 2013 naar € 16,2 miljoen aan het eind van 2014. Voor voorzieningen voor van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden (in totaal € 9.245.000) geldt het volgende: - Legaat van Cooth: zoals eerder vermeld kende het saldo van de jaarlijkse baten en lasten DKA en ureninzet CJG kende een negatief saldo van afgerond € 203.000. De omvang van de voorziening legaat van Cooth liep daardoor terug van € 1.449.000 per 31 december 2013 naar € 1.245.00 per 31 december 2014. - St. Jan Baptistfonds ad € 8.000: de toevoeging is beperkt gebleven tot een klein rentebedrag. - De voorziening Schenking Dr. Hoekstichting met een omvang van € 31.000 is in 2014 niet gemuteerd. - Vervanging riolering: Conform het GRP is per saldo € 254.000 gestort. De voorziening is derhalve toegenomen tot € 4.756.000. - De voorziening Landschapsontwikkeling is opgeheven in de loop van 2014. - De reserves egalisatietarieven afval en riolering zijn voor respectievelijk € 2.159.000 en € 1.045.000 omgezet in voorzieningen egalisatietarieven afval en riolering. Voor de voorzieningen die zijn gevormd om de onderhoudslasten van kapitaalgoederen te egaliseren geldt dat de totaalomvang is toegenomen van € 6.803.000 aan het begin van 2014 tot € 6.928.000 aan het einde van het jaar. De voorzieningen Wegenbeheer en Onderhoud onderwijs zijn afgenomen, de overige zijn toegenomen, te weten: Openbare verlichting, Groot onderhoud rioolbeheer, Onderhoud binnenzijde Wilgenbroek, Kunstwerken, Onderhoud Dommelbad, Speelvoorzieningen en, Onderhoud sportaccommodaties. De stortingen zijn geschied op basis van de vastgestelde meerjaren onderhoudsplannen, de onttrekkingen zijn bepaald aan de hand van het feitelijk onderhoud. Voor zover onderhoudsprogramma’s in 2014 niet zijn uitgevoerd, wordt het onderhoud doorgeschoven naar 2014 of later. Conform de voorschriften zijn de voorzieningen Dubieuze debiteuren Sociale Zaken, Handhaving wonen en Tekorten zes complexen grondbedrijf in mindering gebracht op de activa. De dubieuze debiteuren SZ zijn toegenomen met € 32.000 tot € 589.000, die van de opgelegde dwangsommen zijn afgenomen met € 11.000 tot € 77.000. De voorziene tekorten in het grondbedrijf zijn toegenomen, en wel van € 10.722.000 per ultimo 2013 naar € 11.655.000 per ultimo 2014.
Opgenomen langlopende geldleningen In het verslagjaar zijn geen nieuwe langlopende leningen opgenomen. Vanwege de aflossingen is de stand van de vaste schuld afgenomen van € 54,7 miljoen naar € 49,3 miljoen Financieringspositie De financieringspositie per 31 december 2014 bedroeg: - vaste en financiële activa € 87,9 miljoen - vaste passiva (incl. resultaatbestemming) € 91,2 miljoen Financieringssaldo € +3,3 miljoen Een positief financieringssaldo geeft aan dat de vaste activa meer dan volledig met langlopende passiva zijn gefinancierd. Solvabiliteit Dit wordt hier gedefinieerd als het eigen vermogen (reserves) gedeeld door het totaal vermogen. Voor 2014 komt dit uit op € 25,8 miljoen/€ 102,8 miljoen = 25,0% (2013 26,8%). De solvabiliteit is derhalve iets afgenomen. Belangrijkste oorzaak is de overheveling van een bedrag van € 3,2 miljoen van reserve (eigen vermogen) naar voorzieningen (vreemd vermogen).
Programmajaarverslag 2014
139
1.6
Bestemming van het resultaat
Bezien naar de programma’s is het resultaat als volgt tot stand gekomen:
REKENING VAN BATEN EN LASTEN NAAR PROGRAMMA'S JAAR 2014 (bedrag x € 1.000) programma omschrijving baten/lasten en specificaties
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
Programma’s exclusief resultaatbestemming: algemeen bestuur en communicatie openbare orde en veiligheid openbare ruimte en wijkbeheer economische zaken onderwijs sport welzijn zorg, sociale zaken en arbeidsmarktbeleid milieu en duurzaamheid ruimtelijk beleid volkshuisvesting en monumentenzorg financiën totaal lasten en baten programma's 1 t/m 12 resultaat voor bestemming: (nadelig)
programma omschrijving baten/lasten en specificaties
3 3 3 3 4 5 5 5 6 6 7 7 7 8 8 9 9 9 9 9 9 10 10 10 10 10
140
lasten
Resultaatbestemming: verkeer en grote infrastructurele werken parkeervoorzieningen openbaar groen wijkbeheer economische zaken brede school selissen bijzonder basisonderwijs integraal huisvestingsplan onderwijs sportaccommodaties (dekking kapitaallasten) vmbo-sporthal (dekking kapitaallasten) openbare bibliotheek (kapitaallasten) jeugdbeleid groot onderhoud kinderboerderij werk en inkomen centrum jeugd en gezin / Usulacomplex resultaat reiniging vrijval reserve egalisatie afvaltarieven resultaat riolering vrijval reserve egalisatie riooltarieven bodemsanering duurzaamheid bestemmingsplannen plattelandsvernieuwing onderhoud gemeentelijke gebouwen grondexploitatie grondbedrijf: vorming voorziening verliesafdekking
Programmajaarverslag 2014
baten
5.121 1.174 1.888 123 7.649 614 1.108 190 4.974 985 2.288 251 3.059 173 26.903 17.043 10.087 6.533 10.289 8.737 1.700 1.007 1.275 35.820 76.341 72.650 -3.691 lasten
5 51 700
baten
696 2 6 150 1.164 82 405
75 113 107 7 7
50 274
205 25 58 132 1.076 116
70 116 97 2.159 226 1.045 16 105 4 117 125 209 1.048
11 11 12 12 12 12 12 12
monumentenbeleid volkshuisvestingsfonds algemene reserve -> begrotingssaldo + burap groot onderhoud gemeentehuis algemene reserve -> overhevelingen bestemming jaarresultaat 2013 vrijval reserves inflatiecorrectie reserves resultaatbestemming: totaal lasten en baten programma's resultaat na bestemming: (voordelig) algeheel totaal programma's 1 t/m 12
74 2.689 61 360
37 26 1.003 409 327 360 576
472 4.377 6.430 10.807 82.771 83.457 686 83.457 83.457
Per saldo is in 2014 via de resultaatbestemming € 4.377.000 meer aan reserves onttrokken dan dat er toegevoegd is, waardoor het negatieve resultaat voor bestemming van € 3.691.000 leidt tot een positief resultaat na bestemming van € 686.000. De genoemde bedragen zijn het resultaat van: stand reserves per 31 december 2013 29.443.000 af: mutaties resultaatbestemming -4.377.000 bij: resultaat na bestemming 686.000 25.752.000 stand reserves per 31 december 2014 Voorgesteld wordt het resultaat na bestemming ad € 686.000 als volgt aan te wenden: - een onttrekking uit de algemene reserve in verband met de overhevelingen - € 367.000 - een storting in de algemene reserve vanwege vrij besteedbaar resultaat - € 319.000
Programmajaarverslag 2014
141
2. BALANS PER 31 DECEMBER 2014
ACTIVA
31-12-14
31-12-13
VASTE ACTIVA immateriële vaste activa kosten verbonden aan geldleningen saldo van agio en disagio onderzoek ontwikkeling actief subtotaal
79.604
227.114
79.604
227.114
47.241.706
47.919.436
18.742.818
19.000.203
5.953.415
5.543.355
71.937.939
72.462.994
137.532
137.532
10.341.767
12.718.593
5.301.567
5.204.713
materiële vaste activa economisch nut economisch nut, waarvoor ter bestrijding van kosten een heffing wordt geheven maatschappelijk nut in de openbare ruimte in erfpacht uitgegeven subtotaal financiële activa kapitaalverstrekking aan: deelnemingen leningen aan: woningbouwcorporaties deelnemingen overige verbonden partijen overige langlopende leningen overige uitzettingen > 1 jaar bijdrage aan activa van derden subtotaal
89.647
100.897
15.870.513
18.161.735
VLOTTENDE ACTIVA voorraden niet in exploitatie genomen bouwgronden overige grond- en hulpstoffen bouwgronden in exploitatie
0
0
10.123
585.895
7.168.564
10.370.209
7.178.687
10.956.104
3.846.852
3.600.730
0
0
2.967.978
2.729.019
6.814.830
6.329.749
755.683
883.123
gereed product en handelsgoederen subtotaal uitzettingen < 1 jaar vorderingen op openbare lichamen verstrekte kasgeldleningen overige vorderingen overige uitzettingen < 1 jaar subtotaal liquide middelen en overlopende activa kas-, bank- en girosaldi vooruitbetalingen overlopende activa subtotaal TOTAAL 142
Programmajaarverslag 2014
40.879
380.892
167.949
209.500
964.511
1.473.515
102.846.083 109.611.211
PASSIVA
31-12-14
31-12-13
VASTE PASSIVA eigen vermogen / reserves algemene reserve bestemmingsreserves tbv egalisatie overige bestemmingsreserves resultaat na bestemming subtotaal
9.109.116
6.901.483
0
3.413.319
15.956.740
18.768.022
686.581
360.084
25.752.437
29.442.908
0
220.000
6.928.154
6.803.400
9.245.368
6.047.021
16.173.523
13.070.421
49.273.227
54.719.921
295
295
49.273.522
54.720.216
2.000.000
3.000.000
823.366
1.104.129
5.958.367
6.084.549
8.781.733
10.188.678
2.864.868
2.188.988
2.864.868
2.188.988
voorzieningen voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's onderhoudsegalisatievoorzieningen door derden beklemde middelen met een spec. aanwendingsrichting subtotaal vaste schulden > 1 jaar obligatieleningen onderhandse leningen pensioensfondsen en verzekeringsinstellingen binnenland banken en financiële instellingen binnenland binnenlandse bedrijven overige binnenlandse sectoren buitenlandse instellingen, fondsen en banken bedrijven en overige sectoren door derden belegde gelden waarborgsommen subtotaal VLOTTENDE PASSIVA
vlottende schulden < 1 jaar kasgeldleningen bank- en girosaldi overige schulden subtotaal
overlopende passiva
overlopende passiva subtotaal TOTAAL
Programmajaarverslag 2014
102.846.083 109.611.211
143
Toelichting op de Balans Grondslagen voor waardering van activa en passiva Algemeen: - De jaarrekening is opgesteld met inachtneming van het ‘Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten’ - De lasten en baten worden toegerekend aan het jaar waarop ze betrekking hebben. Alle lasten en baten, die betrekking hebben op het boekjaar en ten tijde van het opstellen van de jaarrekening bekend zijn worden in het betreffende verslagjaar verwerkt - Met ingang van 2008 is een wijziging van het BBV (art. 44 lid 2) in werking getreden waarbij niet bestede middelen van uitkeringen van Europese en Nederlandse overheidslichamen met een specifiek bestedingsdoel niet langer in een voorziening worden gebracht maar worden opgenomen als vooruitontvangen. Waardering Activa: Vaste activa: - Immateriële activa Onder deze post zijn opgenomen kosten van verbonden aan het sluiten van geldleningen en kosten van onderzoek en ontwikkeling ten behoeve van een bepaald actief (artikel 34 BBV). Wijze van afschrijving: De wijze van afschrijving is vastgelegd in artikel 10 van de financiële verordening (verordening artikel 212 van de Gemeentewet) en is bepaald op - direct ten laste van de exploitatie voor wat betreft de kosten voor het afsluiten van geldleningen - maximaal 5 jaar voor de geactiveerde kosten voor onderzoek en ontwikkeling ten behoeve van een bepaald actief. - Materiële activa Onder deze post zijn opgenomen investeringen met een meerjarig economisch nut dan wel investeringen met een meerjarig maatschappelijk nut in de openbare ruimte (artikel 35 BBV). Activa met een meerjarig economisch nut zijn opgenomen tegen de boekwaarde. De boekwaarde betreft de verkrijgingsprijs of historische kostprijs verminderd met de reeds vervallen afschrijvingstermijnen. De verkrijgingsprijs of historische kostprijs wordt volgens de uitgangspunten van het BBV bruto geactiveerd waarbij subsidies en bijdragen van derden die direct gerelateerd zijn aan het actief wel, en onttrekkingen uit bestemmingsreserves geen deel uitmaken van de verkrijgingsprijs of historische kostprijs. Activa met een meerjarig economisch nut komen niet in aanmerking voor een extra afschrijving. In 2004 zijn overigens nog wel extra afschrijvingen toegepast als gevolg van de invoering van het BTWCompensatiefonds en de hiermee samenhangende noodzaak om de BTW uit oude activa af te schrijven. Alle gewaardeerde activa zijn daadwerkelijk aanwezig. Activa met een meerjarig maatschappelijk nut in de openbare ruimte worden in principe niet geactiveerd. Uitzondering zijn civieltechnische werken die (nog) niet zijn opgenomen in de beheerprogramma’s. Indien wel wordt geactiveerd vindt de waardering plaats tegen boekwaarde. De boekwaarde betreft de verkrijgingsprijs of historische kostprijs verminderd met de reeds vervallen afschrijvingstermijnen. Activering vindt plaats tegen de netto verkrijgingsprijs of historische kostprijs. Op deze activa mag wel extra worden afgeschreven. Wijze van afschrijving: De wijze van afschrijving is vastgelegd in artikel 10 van de financiële verordening (verordening artikel 212 van de Gemeentewet) en heeft het volgende bepaald:
144
Programmajaarverslag 2014
De materiële vaste activa met een economisch nut (artikel 35 BBV) worden lineair afgeschreven in maximaal: a. 30 jaar: renovatiewerken riolering; b. 40 jaar: nieuwbouw woonruimten, schoolgebouwen en bedrijfsgebouwen; c. 30 jaar: renovatie, restauratie en aankoop woonruimten, schoolgebouwen en bedrijfsgebouwen; d. 15 jaar: technische installaties in woonruimten, schoolgebouwen en bedrijfsgebouwen; e. 10 jaar: veiligheidsvoorzieningen bedrijfsgebouwen; telefooninstallaties; kantoormeubilair; schoolmeubilair; aanleg tijdelijke terreinwerken; nieuwbouw tijdelijke woonruimten; schoolgebouwen en bedrijfsgebouwen; f. 10 jaar: zware transportmiddelen; aanhangwagens; schuiten; personenauto’s; lichte motorvoertuigen; automatiseringsapparatuur en –software (worden sanitair afgeschreven); g. niet: gronden, terreinen en deelnemingen. Activa met een verkrijgingsprijs van minder dan € 5.000 worden niet geactiveerd; uitgezonderd gronden en terreinen. De afschrijvingstabel en afschrijvingsmethodiek gelden voor alle vanaf 2004 nieuw aan te schaffen activa. Langere afschrijvingstermijnen zijn slechts mogelijk bij raadsbesluit; kortere afschrijvingstermijnen kunnen worden gehanteerd indien de reële afschrijvingstermijn lager wordt geschat. Over bedrijfsmiddelen kan het college afzonderlijk besluiten. Investeringen met een meerjarig maatschappelijk nut (artikel 35 BBV), worden onder aftrek van bijdragen van derden en bestemmingsreserves ten laste van de exploitatie dan wel voorziening gebracht. Hiervan kan bij raadsbesluit worden afgeweken. In geval van activering bij raadsbesluit wordt het actief lineair afgeschreven over de verwachte levensduur van het actief of een kortere, door de raad aan te geven levensduur. Uitgaven en investeringen gedaan in het kader van de bouwgrondexploitatie worden niet geactiveerd maar worden ten laste van de betreffende exploitatie gebracht. - Financiële activa Onder financiële activa vallen de kapitaalverstrekkingen, verstrekte leningen, overige uitzettingen (verstrekkingen) met een looptijd langer dan een jaar en bijdragen aan activa in eigendom van derden. De waardering is tegen nominale waarde (= verstrekte waarde, verminderd met aflossingen en andere terug ontvangsten). Afschrijvingen vinden niet plaats, met uitzondering van bijdragen aan activa in eigendom van derden. Bij noodzakelijke afwaardering van een financieel activum wordt het verschil in één keer als een last genomen in de rekening van lasten en baten. Vlottende activa: - Voorraden Op basis van artikel 38 BBV worden de ‘nog niet in exploitatie genomen gronden’ alsmede de ‘onderhanden’ werken gewaardeerd tegen de netto verkrijgingsprijs verminderd met de gerealiseerde verkopen. - Uitzettingen korter dan een jaar Deze vorderingen, onderverdeeld in een vijftal groepen, worden opgenomen tegen nominale waarde. - Liquide middelen en overlopende activa De liquide middelen en overlopende activa worden opgenomen tegen nominale waarde.
Programmajaarverslag 2014
145
Vaste passiva: - Eigen vermogen Het eigen vermogen bestaat uit de reserves (algemene reserve en bestemmingsreserves), alsmede het resultaat na bestemming volgende uit de programmarekening. Mutaties binnen de reserves verlopen via de zogenaamde resultaatbestemming. - Resultaat na bestemming Het resultaat na bestemming volgende uit de programmarekening wordt afzonderlijk vermeld op de balans. - Voorzieningen Voorzieningen worden gerekend tot het vreemde vermogen en zijn gevormd voor verplichtingen, verliezen en risico’s waarvan de omvang op de balansdatum onzeker is, doch redelijkerwijs te schatten. Daarnaast kan een voorziening worden ingesteld om de kosten gelijkmatig te verdelen over een aantal begrotingsjaren. Tenslotte worden tot de voorzieningen gerekend van derden verkregen middelen die specifiek besteed moeten worden. Rentetoevoegingen aan voorzieningen zijn niet toegestaan. - Vaste schulden (> 1 jaar) De vaste schulden worden op de balans onder 4 groepen opgenomen: a. obligatieleningen b. onderhandse leningen c. door derden belegde gelden d. waarborgsommen Vlottende passiva: - Vlottende schulden korter dan een jaar De netto vlottende schulden worden verdeeld in: a. kasgeldleningen b. bank- en girosaldi c. overige schulden - Overlopende passiva Onder deze balanspost worden de verplichtingen opgenomen die in het begrotingsjaar zijn opgebouwd en die in een volgend begrotingsjaar tot betaling komen, met uitzondering van jaarlijks terugkerende arbeidskosten gerelateerde verplichtingen van vergelijkbaar volume.
146
Programmajaarverslag 2014
Toelichting op de balans
ACTIVA VASTE ACTIVA immateriële vaste activa onderzoek ontwikkeling actief
Toelichting: boekwaarde per 1 januari bij: vermeerderingen af: verminderingen af: afschrijvingen boekwaarde per 31 december materiële activa economisch nut: gronden en terreinen woonruimten bedrijfsgebouwen grond-, weg- en waterbouwkundige werken vervoermiddelen machines, apparaten en installaties overige materiële vaste activa
31-12-14 79.604 79.604
31-12-13 227.114 227.114
227.114 274.604 0 422.114 79.604
0 415.438 0 188.324 227.114
31-12-14
31-12-13
1.933.542 94.894 39.754.547 2.359.793 879.961 1.635.431 583.537
1.581.405 137.037 40.775.670 2.137.455 937.016 1.791.912 558.941
economisch nut, waarvoor ter bestrijding van kosten een heffing wordt geheven: bedrijfsgebouwen 184.792 grond-, weg- en waterbouwkundige werken 18.017.391 machines, apparaten en installaties 190.962 overige materiële vaste activa 349.673 maatschappelijk nut in de openbare ruimte: gronden en terreinen 14.888 grond-, weg- en waterbouwkundige werken 5.938.528 71.937.939 Toelichting: boekwaarde per 1 januari bij: vermeerderingen af: verminderingen af: afschrijvingen boekwaarde per 31 december financiële activa deelnemingen leningen aan woningcorporaties overige langlopende leningen bijdrage aan activa van derden
Toelichting: boekwaarde per 1 januari bij: vermeerderingen af: verminderingen
Programmajaarverslag 2014
82.032 18.566.703 124.579 226.889 15.861 5.527.494 72.462.994
72.462.994 5.274.536 867.660 4.931.930 71.937.939
73.283.447 4.760.613 637.897 4.943.169 72.462.994
31-12-14 137.532 10.341.767 5.301.567 89.647 15.870.513
31-12-13 137.532 12.718.593 5.204.713 100.897 18.161.735
18.161.735 630.740 0
19.246.026 116.102 0
147
af: afschrijvingen af: aflossingen boekwaarde per 31 december VLOTTENDE ACTIVA voorraden niet in exploitatie genomen bouwgronden overige grond- en hulpstoffen bouwgronden in exploitatie
Toelichting: boekwaarde per 1 januari af: genomen verliesvoorzieningen begin jaar balanswaarde per 1 januari bij: vermeerderingen af: verminderingen boekwaarde per 31 december af: genomen verliesvoorzieningen einde jaar balanswaarde per 31 december uitzettingen < 1 jaar btw-compensatiefonds overige vorderingen openbare lichamen verstrekte kasgeldleningen debiteuren overige vorderingen
liquide middelen en overlopende activa kas-, bank- en girosaldi middelen SVN vooruitbetalingen overlopende activa
11.250 2.910.713 15.870.513
11.805 1.188.588 18.161.735
31-12-14 0 10.123 7.168.564 7.178.687
31-12-13 0 585.895 10.370.209 10.956.104
21.678.255 10.722.151 10.956.104 4.061.210 6.905.824 18.833.642 11.654.955 7.178.687
20.982.254 9.417.490 11.564.764 4.646.012 3.950.012 21.678.255 10.722.151 10.956.104
31-12-14 3.082.419 764.433 0 2.184.170 783.808 6.814.830
31-12-13 3.072.657 528.073 0 1.849.633 879.386 6.329.749
31-12-14 60.121 695.562 40.879 167.949 964.511
31-12-13 95.539 787.585 380.892 209.500 1.473.515
31-12-14 9.109.116 0 7.574.801 8.381.939 686.581 25.752.437
31-12-13 6.901.483 3.413.319 7.952.013 10.816.009 360.084 29.442.908
29.442.908 471.689 2.783.058 274.084 2.541.778
31.472.247 571.885 1.471.589 638.591 2.872.886
PASSIVA VASTE PASSIVA eigen vermogen / reserves algemene reserve bestemmingsreserves tbv egalisatie overige bestemmingsreserves ter dekking kapitaallasten overige bestemmingsreserves algemeen resultaat na bestemming
Toelichting: saldo per 1 januari bij: bespaarde rente bij: toevoeging algemene reserve bij: dekkingsresultaat egalisatiereserves bij: toevoeging overige bestemmingsreserves
148
Programmajaarverslag 2014
bij: resultaat na bestemming af: onttrekking algemene reserve af: afroming egalisatieserves af: dekking kapitaallasten af: vrijval egalisatiereserves tarieven naar egalisatievoorzieningen tarieven af: onttrekking overige bestemmingsreserves saldo per 31 december voorzieningen voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's onderhoudsegalisatievoorzieningen door derden beklemde middelen met een spec. aanwendingsrichting
Toelichting: saldo per 1 januari bij: toevoegingen voorzieningen voor verplichtingen, verliezen en risico's bij: toevoegingen onderhoudsegalisatievoorzieningen bij: toevoegingen voorzieningen spec. aanwendingsrichting bij: vrijval egalisatiereserves tarieven naar egalisatievoorzieningen tarieven af: aanwendingen af: vrijgevallen bedragen af: mutatie verliesvoorzieningen saldo per 31 december vaste schulden > 1 jaar saldo opgenomen geldleningen waarborgsommen
Toelichting: saldo per 1 januari bij: opgenomen geldleningen af: aflossing geldleningen saldo per 31 december rentelast vaste geldleningen gemiddeld rentepercentage vaste geldleningen VLOTTENDE PASSIVA vlottende schulden < 1 jaar kasgeldleningen kas-, bank- en girosaldi crediteuren nog te betalen posten algemeen overige schulden
overlopende passiva vooruitontvangen subsidies vooruitontvangen bedragen te betalen rente geldleningen waarborgsommen
Programmajaarverslag 2014
686.581 935.509 482.786 1.373.412
360.084 3.138.514 250.000 1.373.412
3.204.617 4.451.337 25.752.437
3.182.448 29.442.908
31-12-14 0 6.928.154 9.245.368 16.173.523
31-12-13 220.000 6.803.400 6.047.021 13.070.421
13.070.421 1.069.671 1.907.724 51.250
12.754.999 2.658.889 1.973.710 126.765
3.204.617 1.782.970 393.386 953.805 16.173.523
1.284.323 1.883.684 1.275.936 13.070.421
31-12-14 49.273.227 295 49.273.522
31-12-13 54.719.921 295 54.720.216
54.720.216 0 5.446.694 49.273.522 2.066.213 3,97%
51.967.297 6.000.000 3.247.081 54.720.216 2.109.342 3,85%
31-12-14 2.000.000 823.366 4.721.697 334.153 902.518 8.781.733
31-12-13 3.000.000 1.104.129 4.304.879 905.824 873.847 10.188.678
31-12-14 2.007.229 45.163 811.976 500 2.864.868
31-12-13 1.011.335 275.738 901.414 500 2.188.988 149
Verloopoverzicht per ontvangen subsidie en uitkering saldo 01-01-14 toevoeging
subsidienaam subsidie geluidssanering
155.000
subsidie onderwijsachterstandenbeleid
159.818
subsidie biomassa energie
135.000
subsidie landschappen van allure
484.967
vrijval
saldo 31-12-14 155.000
284.193
63.632
subsidie ISV geluid
bestede bedragen 217.543
-36.892
63.632
263.360 0 135.000
1.345.433
476.313
1.354.087
zwerfafval Nedvang
72.256
22.473
49.782
subsidie Nimby
50.000
participatiebudget TOTAAL
150
50.000
12.918
582.987
595.905
1.011.335
2.334.868
1.375.867
Programmajaarverslag 2014
0 -36.892
2.007.229
Niet uit de balans blijkende verplichtingen Eigen bijdrage op grond van de Wmo Een aanvrager van een voorziening, hulp in de huishouding of een financiële tegemoetkoming (persoonsgebonden budget) is op grond van de Wmo een bijdrage verschuldigd. De wetgever heeft bepaald dat de berekening, oplegging en incasso van deze eigen bijdrage wordt uitgevoerd door het CAK. De informatie van het CAK (om privacyredenen beperkt) is ontoereikend om als gemeente de juistheid op persoonsniveau en volledigheid van de eigen bijdragen als geheel te kunnen vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdragen door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdragen op grond van de Wmo geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dit betekent dat door de gemeenten geen zekerheden omtrent omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen worden verkregen. Huurcontract Ursulacomplex Met ingang van 2009 is met woonstichting St. Joseph een huurovereenkomst afgesloten voor het Ursulacomplex. Dit betreft een contract voor de duur van 20 jaar met een jaarlijkse indexering van 2,25% en een extra huurverhoging in 2014 en 2019. Dit betekent een huurverplichting over de resterende periode (2015 tot en met 2028) van € 4.323.514. Starters- en duurzaamheidsleningen Op basis van het nog beschikbare budget kan er nog voor maximaal € 82.000 aan startersleningen en € 100.000 aan duurzaamheidsleningen verstrekt worden. Gegarandeerde geldleningen Het totaal aan gewaarborgde geldleningen bedraagt per 31 december 2014 € 92.642.000 (per 31 december 2013: € 102.316.000). Een belangrijk deel hiervan, namelijk € 85.676.000 betreft een aantal gewaarborgde geldleningen ten behoeve van sociale woningbouw via de lokale woonstichtingen. Voor deze leningen is de gemeente achtervang, waarbij het WSW (Waarborgfonds Sociale Woningbouw) als eerste garant staat. Samenvattend zijn deze bedragen als volgt samengesteld: Waarborgpercentage
hoofdsom
restant 31-12-2012
restant 31-12-2013
restant 31-12-2014
diverse banken
100,00%
102.842
95.125
94.510
85.676
diverse verenigingen en stichtingen
diverse banken
100,00%
2.601
1.402
1.294
1.203
diverse particulieren
diverse banken
100,00%
10.138
6.764
6.512
5.763
115.581
103.291
102.316
92.642
Geldnemer (bedragen x € 1.000)
Geldgever
woonstichting St. Joseph
Totaal
Verlofsaldo 2014 Het verlofsaldo van alle medewerkers tezamen eind 2014 bedraagt 21.207 uren. Omgezet in een gemiddeld uurtarief van € 20, leidt dit tot een bedrag van € 424.140.
Programmajaarverslag 2014
151
3 Bijlagen
152
Programmajaarverslag 2014
1.Samenstelling College en Gemeenteraad College van burgemeester en wethouders Burgemeester, Mark Buijs • algemeen bestuur, beleidscoördinatie en communicatie • openbare orde en integrale veiligheid • juridische zaken en handhaving • dienstverlening en bedrijfsvoering, inclusief burgerzaken • coördinatie ruimtelijk-economische strategie • promotie, representatie en marketing • intergemeentelijke samenwerking • burgerparticipatie • programma ‘Boxtel op Maat’ • programma Hoogfrequent Spoor (PHS) Wethouder Ruimtelijke ontwikkeling, volkshuisvesting, milieu en duurzaamheid, Peter van de Wiel (Combinatie95) • ruimtelijk ontwikkeling • natuur, milieu en duurzaamheid, inclusief Greentech Park Boxtel en ‘Boxtel Energie Neutraal’ • recreatie en toerisme • volkshuisvesting, inclusief erfgoed en monumentenzorg • grondexploitatie en eigendommen • programma ‘Verkwikkend buitengebied’, inclusief ‘Landschappen van Allure' • wijkwethouder Liempde en Lennisheuvel • eerste loco-burgemeester Wethouder Economie, werk, zorg en wijkgericht werken, Eric van den Broek (SP) • economie • sociale zaken en arbeidsmarktbeleid, inclusief Participatiewet • zorg, inclusief decentralisatie Wet maatschappelijke ondersteuning • coördinatie wijkgericht werken • programma Centrum • wijkwethouder Centrum-Breukelen • tweede loco-burgemeester Wethouder Financiën, openbare ruimte en verkeer, Herman van Wanrooij (INbox) • financiën, belastingen en verzekeringen • openbare ruimte en verkeer • vergunningverlening • doelmatig waterbeheer en afvalbeleid • sport • wijkwethouder Selissenwal • derde loco-burgemeester
Programmajaarverslag 2014
153
Wethouder Welzijn, jeugd en onderwijs, Maruška Lestrade-Brouwer (D66) • welzijn • jeugd, inclusief decentralisatie jeugdzorg • onderwijs, inclusief decentralisatie passend onderwijs • kunst en cultuur • regionale economie en innovatie • wijkwethouder Boxtel-Oost en Munsel-Selissen • vierde loco-burgemeester Gemeentesecretaris, Jan Fraanje
154
Programmajaarverslag 2014
Gemeenteraad Combinatie 95 K. (Katelijne) van Thiel-Klein P.L.M. (Peter) Manniën C.J.L.M. (Karel) Voets C.G.A. (Ineke) van Giersbergen-van Velthuijsen S.W.M. (Stefan) de Nijs BALANS W.G. (Willy) van Zuijlen H.E.M. (Erica) Vos-van den Langenberg M.W.E. (Mariëlle) van Alphen-Habraken W.C.F. (Wim) van der Zanden SP - Socialistische Partij M.J.J. (Marco) Bressers R. (Rinze) van der Veen M.C.A. (Marije) van Kuijk D.M. (Dave) van de Ven CDA - Christen Democratisch Appel K. (Kübrâ) Atalay H.E. (Hélène) van As-Jaspers V.W.J.G. (Vera) Brouns-Wagenaars INbox M.W. (Marria) van den Hoven J.A.M.J. (Jan) de Koning PvdA / GL - Partij van de Arbeid / GroenLinks A.M.A. (Anja) van den Einden H.N. (Nico) Bulter D66 - Democraten 66 B.M.H. (Bart) Louwers J.M.A. (Jos) Hegeman VVD - Volkspartij voor Vrijheid en Democratie D.W.J.A.M. (Dymph) van de Vries-Pennings
Voorzitter: Raadsgriffier:
Burgemeester M. (Mark) Buijs Ir. V.M.E. (Veerle) van den Broek
Programmajaarverslag 2014
155
2.Reserves en Voorzieningen Werkelijk Saldo 01-01-2014
Naam reserve/voorziening ALGEMENE RESERVE: 9.920.000 Algemene Reserve 9.920.100 Jaarresultaat na bestemming BESTEMMINGSRESERVES: 9.210.001 Investeringsbudget infrastructuur stedelijk gebied 9.210.003 Investeringsbudget grootschalige Infrastructuur 9.214.002 reserve Parkeervoorzieningen 9.811.002 Plattelandsvernieuwing 9.541.000 Monumentenbeleid 9.723.011 Bodemsanering 9.723.071 Duurzame ontwikkeling 9.822.001 Egalisatie leges bouwvergunningen 9.721.002 Egalisatie reinigingstarieven 9.722.001 Egalisatie rioolheffing 9.724.001 Egalisatie tarieven grafhuur 9.480.000 Onderwijs IHP algemeen (kapitaallasten) 9.480.001 IHP voorschoolse opvang 9.530.100 Sportaccommodaties (kapitaallasten) 9.530.121 Dommelbad (kapitaallasten) 9.530.122 Sportpark ODC (kapitaallasten) 9.620.002 Verbouwing Ursula 9.650.001 Realisatie buitenschoolse kinderopvang 9.710.006 Inrichting centrum jeugd en gezin 9.560.000 Groenbeheer 9.608.004 Werk en Inkomen 9.621.001 Wet Maatschappelijke Ondersteuning Onderhoud gemeentelijke 9.830.000 gebouwen 9.913.000 Rentevoordeel SVN-lening 9.830.100 Grondexploitatie 9.830.200 Omslag grote werken 9.830.202 Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst 9.310.000 Lokaal Herstructureringsfonds Boxtel 9.830.300 Volkshuisvestingsfonds 9.830.400 Bevordering industrievestiging Totaal algemene en bestemmingsreserves
156
inflatiecorrectie
6.901.483 360.084 7.261.567
3.840.212
overige toevoeging 3.143.142 686.581 3.829.723
4,00% 153.609
1.396.542 130.000 1.280.503 189.819 16.407 156.382
5.000 57.520
205.256
252.016 1.885.258 1.271.345 4.701
274.084
5.671.079 141.689
4,00% 226.843
110.537 1.402.052 154.049 383.788
4,00% 4,00% 4,00% 4,00%
4.422 56.082 6.162 15.351
205.317 25.190 119.974 163.366
4,00% 4,00%
8.213 1.008
75.215
49.536
51.000
onttrekking of vrijval 935.509 360.084 1.295.593
9.109.116 686.581 9.795.698
1.039.598
2.954.222
195.000
1.201.542 135.000 1.221.361
116.662 189.819 16.407 104.405 252.016 2.159.342 1.271.345 4.701
257.233
0 0
555.784 141.689
5.417.354
83.966 48.374 26.802 84.941
30.993 1.409.760 133.410 363.735
8.562 11.616 6.000 116.353
204.968 14.582 164.974 47.013
626.070
626.070 131.885
603.524
345.037 294.111
1.150.415 25.207 500.000
1.150.415 107.207 504.080
992.500 1.139 7.737 22.181.341 29.442.908
200.000 48.750 41.994 2.815.862 6.645.585
613.926 49.889 49.731 9.512.152 10.807.745
809.783 304.739
Programmajaarverslag 2014
Werkelijk Saldo 31-12-2014
471.689 471.689
338.143 304.739 263.037 290.031 578.574
15.956.740 25.752.437
Werkelijk Saldo 01-01-2014
Naam reserve/voorziening VOORZIENINGEN: 9.560.260 Landschapsontwikkeling 9.822.200 Handhaving Wonen 9.210.000 Wegenbeheer 9.210.500 Kunstwerken 9.210.700 Openbare verlichting 9.580.000 Speelvoorzieningen 9.722.002 Vervanging riolering 9.722.003 Groot onderhoud rioolbeheer 9.721.100 Egalisatie reinigingstarieven 9.722.100 Egalisatie rioolheffing 9.480.002 Onderhoud onderwijs 9.480.250 MOP Wilgenbroek binnenzijde 9.480.604 Legaat van Cooth 9.530.000 Onderhoud sportaccommodaties 9.530.020 Onderhoud Dommelbad 9.540.007 St. Jan's Baptistfonds 9.710.001 Schenking Dr. Hoekstichting 9.606.001 Dubieuze debiteuren SZ 9.001.000 Nazorg Vlagheide 9.830.027 Tekort plan In Goede Aarde 9.830.038 Tekort plan Vorst 9.830.066 Tekort plan Princenlant 9.830.074 Tekort plan Spoorzone Van Salmstraat 9.830.030 Tekort plan Panta-Rhei Tielen 9.830.050 Tekort plan Vic van Alphenlaan/Joice Totaal voorzieningen TOTAAL RESERVES EN VOORZIENINGEN netto voorzieningen op balans voorzieningen in mindering debetzijde balans vrijgevallen bedragen: Nazorg Vlagheide Landschapsontwikkeling Tekort plan In Goede Aarde Tekort plan Panta-Rhei Tielen Tekort plan Vic van Alphenlaan/Joice Totaal vrijval
inflatiecorrectie
57.520 88.000 1.105.203 311.954 102.664 19.021 4.501.820 2.541.457
overige toevoeging
816.656 96.564 157.571 110.199
523.290 15.072 47.009 16.610
32.101 220.000 1.560 381.804 492.063
3.428.753 713.400
174.803
471.689
76.900 1.044.513 346.992 216.525 27.055 4.756.153 2.684.520 2.159.342 1.045.275 1.547.076 256.537 1.245.407 427.707 377.230 8.468 30.723 588.931 2.077.329 4.044.210 492.063
113.478
3.603.556 599.922
828
837.875
6.233.262 12.878.847
2.176.356 12.984.101
1.069.671
115.866
28.494.309 54.246.746 16.173.523 12.320.786
838.703
Programmajaarverslag 2014
Werkelijk Saldo 31-12-2014
57.520 -11.100 755.966 131.602 271.432 118.233 254.333 143.063 2.159.342 1.045.275 198.754 66.922 -203.269 162.240 59.512 186
1.871.612 204.687 1.448.676 312.475 334.328 8.282 30.723 556.830 220.000 2.078.889 3.662.406
24.437.402 53.880.310 13.070.421 11.366.981
onttrekking of vrijval
220.000 57.520 1.560 113.478 828 393.386
157
Omschrijving en doel Reserves en Voorzieningen Omschrijving
Door de raad vastgesteld doel
Algemene reserve Algemene Reserve Bestemmingsreserves Afdekking kapitaallasten
Opvangen van alle niet afgedekte financiële risico’s.
Investeringsbudget infrastructuur stedelijk gebied
Financiering van grote investeringen in het stedelijk gebied (dus niet buitengebied) inclusief projecten voor parkeren en fietsverkeer.
Onderwijs IHP algemeen (kapitaallasten) Financiering van investeringen in onderwijsgebouwen. Sportaccommodaties (kapitaallasten) Financiering van investeringen in sportaccommodaties. Dommelbad (kapitaallasten) Sportpark ODC (kapitaallasten)
Financiering van investering van zwembad. Financiering van investeringen ODC-complex.
Verbouwing Ursula Inrichting centrum jeugd en gezin Ter egalisatie
Dekking deel kapitaallasten verbouwing frontoffice Ursulacomplex. Dekking kapitaallasten inrichting Centrum Jeugd en Gezin.
Egalisatie leges bouwvergunningen
Opgeheven eind 2014.
Egalisatie reinigingstarieven Egalisatie rioolheffing
Opvangen van ongewenste schommelingen in de tarieven. Opvangen van ongewenste schommelingen in de tarieven.
Egalisatie tarieven grafhuur Overige bestemmingsreserves
Opgeheven eind 2014.
Investeringsbudget grootschalige infrastructuur
Monumentenbeleid
Het beschikbaar hebben van middelen om zelf een bijdrage te kunnen leveren in de oplossing van de problematiek van de GSI naast de bijdragen die nodig zijn van andere overheden. Aanvragers van een bouwvergunning die niet kunnen voldoen aan de parkeernorm van het gebied laten meebetalen in de aanleg van parkeerplaatsen elders. Opgeheven eind 2014.
Bodemsanering
Opgeheven eind 2014.
Duurzame ontwikkeling
Mogelijk maken dat activiteiten in meerdere jaren kunnen worden uitgevoerd zonder dat door budgetspelregels de beschikbare jaarbudgetten vervallen. Opgeheven eind 2014.
Parkeervoorzieningen
IHP voorschoolse opvang Realisatie buitenschoolse kinderopvang
Financiering van te realiseren kinderopvang en buitenschoolse opvang in de nog te bouwen brede scholen.
Plattelandsvernieuwing
Mogelijk maken dat activiteiten in meerdere jaren kunnen worden uitgevoerd zonder dat door budgetspelregels de beschikbare jaarbudgetten vervallen.
Werk en Inkomen
Middelen kunnen worden ingezet om bezuinigingen op het terrein van sociale zaken te kunnen opvangen. Voorts kan onttrekking plaatsvinden voor personele capaciteit en projecten op het brede terrein van werk en inkomen.
Wet Maatschappelijke Ondersteuning
Instellen van een buffer van 10% van het uitgavenbudget om tegenvallers in de kosten van verstrekkingen, het risico op ontvangsten van eigen bijdragen en uitvoering voor de Wmo op te vangen. Mogelijk maken dat overschotten op openbaar groen kunnen worden aangewend voor tekorten en voor nog te realiseren beleidsdoelstellingen van het geldende Groenbeleidsplan.
Groenbeheer
Onderhoud gemeentelijke gebouwen Rentevoordeel SVN-lening
Onderhoud gemeentehuis en overige gemeentelijke gebouwen. Revitalisering in Selissenwal.
Grondexploitatie
Buffer voor de risico’s in de grondexploitatie.
158
Programmajaarverslag 2014
Omslag grote werken Kwaliteitsimpuls Ladonk-Vorst Lokaal herstructureringsfonds
Bekostigen van bovenwijkse voorzieningen. Verbeteren van de kwaliteit van de bestaande bedrijventerreinen Ladonk-Vorst. Herstructurering bedrijventerrein.
Volkshuisvestingsfonds
Opgeheven eind 2014.
Bevordering industrievestiging Voorzieningen
Opgeheven eind 2014.
Wegenbeheer
Egalisatie van de kosten voor groot onderhoud aan wegen.
Kunstwerken Openbare verlichting
Egalisatie van de kosten voor groot onderhoud aan kunstwerken, zijnde viaducten, tunnels etc. Egalisatie van de kosten voor onderhoud openbare verlichting.
Speelvoorzieningen Groot onderhoud rioolbeheer
Egalisatie van de kosten voor speelvoorzieningen. Egalisatie van de kosten voor groot onderhoud aan rioleringen.
Onderhoud sportaccommodaties
Egalisatie van de kosten voor onderhoud van binnen- en buitenaccommodaties. Egalisatie van de kosten voor onderhoud van zwembad Het Dommelbad aan de Schijndelseweg.
Onderhoud Dommelbad Onderhoud onderwijs
MOP Wilgenbroek binnenzijde Vervanging riolering Legaat van Cooth
Egalisatie van kosten van (groot) onderhoud van de buitenkant van schoolgebouwen van het primair onderwijs (is nl. verantwoordelijkheid van de gemeente t/m 2014). Egalisatie van onderhoudskosten binnenzijde gebouw. Sparen voor vervangingsinvesteringen in het riool (toegestaan omdat eerste rioolaanleg uit grondbedrijf is gefinancierd). De inkomsten uit het legaat zijn bestemd voor onderwijskundige doeleinden. Uitgebreide informatie over het legaat is te vinden in het rapport van de tijdelijke commissie Legaat van Cooth van november 1990. Jaarlijks dient een overzicht voor de gemeenteraad gemaakt te worden van de inkomsten, uitgaven en bezittingen in het kader van het legaat (raadsvoorstel 19-9-1991).
St. Jan’s Baptistfonds Schenking Dr. Hoekstichting
Ondersteuning van jeugdinitiatieven uit Liempde. De schenking moet worden ingezet ten behoeve van de basisgezondheidszorg in Boxtel.
Landschapsontwikkeling Nazorg Vlagheide
Opgeheven eind 2014. Opgeheven eind 2014.
Egalisatie reinigingstarieven
Opvangen van ongewenste schommelingen in de tarieven.
Egalisatie rioolheffing
Opvangen van ongewenste schommelingen in de tarieven.
Programmajaarverslag 2014
159
3.Overzicht belastingen en heffingen Overzicht belastingen en heffingen 2014 Belastingen en heffingen opbrengst BELASTINGEN Onroerende zaakbelastingen Woningen: * eigenaren Niet-Woningen: * eigenaren * gebruikers Totaal RECHTEN EN HEFFINGEN Afvalstoffenheffing Rioolafvoerrecht Begrafenisrechten Marktgelden Bouwleges Parkeergelden Toeristenbelasting Precariorechten Reclamebelasting Overige leges Totaal
Rekening 2013 (x € 1.000)
Begroting 2014 (x € 1.000)
Rekening 2014 (x € 1.000)
Rekening 2013
per inwoner in € Begroting Rekening 2014 2014
3.461
3.611
3.624
113,70
119,10
119,32
1.266 889 5.616
1.362 960 5.933
1.349 952 5.925
41,60 29,20 184,50
44,92 31,65 195,67
44,42 31,35 195,09
3.396 2.759 163 28 812 282 27 17 47 767 8.298
3.280 2.734 169 27 625 302 25 14 53 622 7.851
3.122 2.671 147 28 534 276 23 20 45 637 7.503
111,58 90,65 5,35 0,91 26,67 9,25 0,89 0,57 1,53 25,20 272,60
108,19 90,18 5,57 0,88 20,61 9,97 0,82 0,48 1,75 20,51 258,96
102,80 87,96 4,84 0,93 17,58 9,10 0,75 0,67 1,47 20,97 247,07
13.914
13.784
13.428
457,10
454,63
442,16
Overzicht dekkingspercentages kostendekkende activiteiten Dekkingspercentages Rekening Begroting Rechten en heffingen 2013 2014 Afvalstoffenheffing 111% 100% Marktgelden 88% 100% Bouwleges 104% 72% Begrafenisrechten 92% 100% Riolering 103% 110%
Rekening 2014 109% 84% 84% 90% 92%
Totaal generaal
toelichting: compensabele BTW wordt doorberekend in tarieven, waardoor dekkingspercentages boven de 100% kunnen resulteren.
160
Programmajaarverslag 2014
Tarieven en heffingen Onroerende zaakbelastingen Woningen: * eigenaren per € 1 waarde Niet-Woningen: * eigenaren per € 1 waarde * gebruikers per € 1 waarde Afvalstoffenheffing * eenpersoonshuishouden - vast tarief diftar * meerpersoonshuishouden - vast tarief diftar - eenmalige korting - tarief lediging 240 liter rest - tarief lediging 180 liter rest - tarief lediging 140 liter rest Rioolafvoerrecht * waterverbruik t/m 200 m3 * waterverbruik per m3 > 200 m3 Rijbewijs Uittreksel bevolkingsregister Huwelijksrecht (vanaf) Paspoort volwassenen
Rekening 2013
Begroting 2014
Rekening 2014
0,1059%
0,1166%
0,1166%
0,1783% 0,1426%
0,1967% 0,1573%
0,1967% 0,1573%
€
231,00
€
280,00
€
152,00
€
152,00
€
191,00
€
191,00
€ € €
6,29 4,72 3,67
€ € €
6,29 4,72 3,67
€
164,00
€
162,00
€
162,00
€ € € € €
1,52 52,00 10,50 406,00 50,00
€ € € € €
1,52 38,00 10,50 410,00 66,50
€ € € € €
1,52 38,00 10,50 410,00 66,50
Programmajaarverslag 2014
161
4. Staat van kapitaallasten STAAT VAN KAPITAALLASTEN JAAR 2014 omschrijving Rentelasten * rente aangegane langlopende geldleningen * rente aangegane kortlopende geldleningen * gecalculeerde rente over eigen vermogen ad. * gecalculeerde rente over voorzieningen ad. totaal rentelasten
lasten
29.442.908 24.437.402
baten
2.066.213 8.862 1.177.716 977.496 4.230.287 5.365.294
Afschrijvingen Rentebaten * rente van verstrekte kortlopende geldleningen / uitgezet geld * rente kapitaalverstrekking grondbedrijf subtotaal lasten/baten
2.730 867.130 9.595.581
869.860
Toerekening afschrijving: * aan (hulp)kostenplaatsen * aan (hoofd)functies
1.125.728 4.239.566
Toerekening saldo rentelasten/baten: * aan (hulp)kostenplaatsen * aan (hoofd)functies
233.121 3.400.648
Saldo kostenplaats rente
273.342 totaal lasten/baten
Renteomslag berekening: Activa bij: 1/2 deel netto investeringen 2014 excl. GRB af: verstrekte geldleningen af: boekwaardes met uitzonderingsrente af: kapitaalverstrekking grondbedrijf Totaal activa, waarover wordt omgeslagen
112.530.097 2.656.110 17.923.306 3.176.101 21.678.255 72.408.545
Netto rentelasten totaal rentelasten af: rentebaten verstrekte geldleningen af: doorbelaste rente uitzonderingsboekwaarde af: totaal rentebaten Per saldo om te slaan over activa
4.230.287 619.491 175.634 869.860 2.565.302
Renteomslag percentage bedraagt afgerond:
162
9.868.923
2.565.302 1% van 72.408.545
Programmajaarverslag 2014
9.868.923
3,54%
5. Personeel, salarissen en sociale lasten SALARISSEN EN SOCIALE LASTEN REKENING 2014 HUIDIG EN VOORMALIG PERSONEEL
(bedragen x € 1.000)
Totaal formatie
Totaal salarissen + sociale lasten
rekening
begroting
rekening
rekening
begroting
rekening
2013
2014
2014
2013
2014
2014
HUIDIG PERSONEEL Gemeenteraad
312
327
328
Burgemeester en Wethouders
5,00
4,40
4,40
463
456
447
Griffie
2,50
2,50
2,50
181
180
186
Secretaris
1,00
1,00
1,00
120
121
120
Ruimtelijke Ontwikkeling
32,08
31,86
31,86
2.337
2.100
2.176
Openbare Ruimte
62,98
63,15
62,73
3.266
3.336
3.310
Maatschappelijke Ontwikkeling
55,74
56,74
56,74
3.385
3.509
3.563
Concern en Dienstverlening
65,55
65,63
65,63
3.708
3.776
3.750
6
17
20
afdelingen:
overige personele kosten Totaal afdelingen & secretaris
217,35
218,38
217,96
12.822
12.859
12.939
TOTAAL HUIDIG PERSONEEL
224,85
225,28
224,86
13.778
13.822
13.900
VOORMALIG PERSONEEL Voormalig personeel afdelingen
116
92
98
Voormalig personeel bestuur
217
722
730
TOTAAL VOORMALIG PERSONEEL
333
814
828
14.111
14.636
14.728
TOTAAL HUIDIG & VOORMALIG PERSONEEL
224,85
225,28
Programmajaarverslag 2014
224,86
163
WNT-verantwoording 2014 gemeente Boxtel Per 1 januari 2013 is de Wet normering bezoldiging topfunctionarissen publieke en semipublieke sector (WNT) ingegaan. Deze verantwoording is opgesteld op basis van de volgende op gemeente Boxtel van toepassing zijnde regelgeving: het algemene WNT-maximum. Volgens de wet worden voor gemeenten specifiek de secretaris en griffier als topfunctionaris aangemerkt. Gevolg hiervan is dat de bezoldiging van deze functionarissen moet worden opgenomen in het jaarverslag. Het wettelijk bezoldigingsmaximum in 2014 voor gemeenten bedraagt € 230.474. Het weergegeven toepasselijke WNT-maximum per persoon of functie is berekend naar rato van de omvang (en voor topfunctionarissen tevens de duur) van het dienstverband, waarbij voor de berekening de omvang van het dienstverband nooit groter kan zijn dan 1,0 fte. Bezoldiging topfunctionarissen (bedragen x € 1) Functie(s) duur dienstverband in 2014 omvang dienstverband (in fte) Gewezen topfunctionaris (Fictieve) dienstbetrekking? Zo niet, langer dan 6 maanden binnen 18 maanden werkzaam? Bezoldiging Beloning Belastbare onkostenvergoedingen Beloningen betaalbaar op termijn Totaal bezoldiging 2014 Toepasselijk WNT-maximum Motivering indien overschrijding
164
Programmajaarverslag 2014
drs. J.K. Fraanje secretaris 1/1 - 31/12 1,00 nee ja n.v.t.
Ir. V.M.E. van den Broek griffier 1/1 - 31/12 0,89 nee ja n.v.t.
93.366 4.577 22.537 120.479 230.474 n.v.t.
61.816 523 17.100 79.439 230.474 n.v.t.
6. Overzicht begrotingswijzigingen Overzicht begrotingswijzigingen 2014
raadsbesluit
begrote uitgaven/inkomsten programma's
2014 - 0 Primitieve begroting 2014
11-11-2013
2014 - 2 Tweede Bestuursrapportage 2013
11-11-2013
431.234
2014 - 3 Herstructurering MSB
26-11-2013
1.300.000
2014 - 5 Landschappen van Allure
28-1-2014
2.204.338
2014 - 6 Bestemming jaarresultaat 2013 en overhevelingen
27-5-2014
1.926.866
8-7-2014
2.423.326
4-11-2014
1.093.165
2014 - 7 Eerste Bestuursrapportage 2014 2014 - 8 Tweede Bestuursrapportage 2014 Totaal begroot na wijzigingen
76.821.525
86.200.454
Programmajaarverslag 2014
165
7. Specificatie investeringen Jaar (bedragen x € 1.000) Verkeer en vervoer - reconstructie Schijndelseweg - Hoek Puttersdreef en kruising Beukums - fietsroute Selissen - herinrichting Breukelsplein - herinrichting Bosscheweg - herinrichting Pr Hendrikstraat - herinrichting Dkn Spieringstr. - herinrirchting en herstraten Burgakker - reconstructie Baandervrouwenlaan - parkeer- en fietsvoorzieningen st. gebied - Boxtel bicycle - herinrichting Rechterstraat - herinrichting Dr. De Brouwerlaan - fietsstroken Van Hornstraat - P-noord - reconstructie Breukelsestraat 1e fase - herinrichting Vleutstraat - verbindingsweg Ladonk-Kapelweg - onderzoek TALK - onderzoek PHS - veiligheid op straat - parkeervoorziening NS - vervangen ANWB bewegwijzering Onderwijs - 2e onderwijscarrousel - nieuwbouw school MIGA - nieuwbouw Michaelschool - De Speelman noodlokalen - brede school oost - brede school Selissen - De Speelman inrichting - Kerkstraat 1-3 - opwaarderen Vorsenpoel - uitbreiding JRL naar 1.300 leerlingen Sport - sportcomplex ODC - aankoop sportcomplex De Braken - duiveninmandlokaal Overig - onderhoud gemeentehuis + restaurant - meubilair gemeentehuis - herinrichten raadzaal en vergaderruimten - zonnepanelen - apparatuur cameratoezicht - luchtfoto’s /kadaster - (huisvesting) brandweer - telefooncentrale - Dommel door Boxtel
166
rekening rekening rekening rekening rekening 2010 2011 2012 2013 2014 908 1.023 1.705 1.194 1.409 404 34 36 13 33 322 12 205 772 1.073 59 72 54 19 107 77 25 25 37 711 12 15 16 204 7 57 14 3 139 17 1 40 33 181 3 3 9 275 130 123 260 26 390 19 42 52 74 4 1.345 2.358 1.427 161 206 275 1.344 975 140 5 16 206 194 24 41 12 25 950 1.014 24 18 234 2.144 88 114 534 352 698 60 100 534 352 1.409 28 14 37 1.118 1.341 1.317 454 2.244 92 1.058 210 2 117 16 153 25 81 8 5 48 52 308 340
Programmajaarverslag 2014
- bezoekerscentrum De Kleine Aarde - containermanagement - urnenmuur - inrichting speelplekken - gronden en landerijen - groot onderhoud kinderboerderij - verbouwing frontoffice Ursula - vervanging recon container KCA - vervanging vloer milieustraat - aankoop minicontainers diftar - uitvoering 2e afvalstoffenplan 2011-2014 - verbouwing Heidonk 30 - verbouw/renovatie De Serenade Rioolinvesteringen - Breukelen NW - aanpassen overstort - kosten meetplan - Deken Spieringsstraat - Dianabos - Rozemarijnstr. - afkoppelen Selissenwal - Prins Hendrikstraat - Breukelsestraat - Breukelsplein - Ronduutje - reparaties riolering - baggaren Leysenven - Regenwaterstructuurplan Liempde - Relinen Hogenbergseweg - Afkoppelen Adrianastraat - diverse rioolinvesteringen - Van Rantstraat - De Bocht - vervangingsinvesteringen - drukriool - grondwateroverlast Oost Tractie - vuilniswagens - riooldoorstroomapparaat - diverse wagens Automatisering - diverse Verstrekte geldleningen - Lening beveiliging bedijventerrein - Startersleningen - Duurzaamheidsleningen - stimuleringslening woonstichting - geldlening De Rots - glasvezelkabel Ladonk Vorst
285
204 39
47 368
119 152
25 587
231
561 38
20
4
385 119 54 66 38 10 46 -307 88
61 20 104 13 105
2.367 114 234 37
1.830
2.010
358 92
14
1
14 9
17
6
106 115
458 70
118 228
102 913
122 5 6
22 337 4 136 12
121
46 25 2 667 302 180
35 44 3 129 1.422 370 213
122 251 251 78
157 428 428 116
221 206 206 631
78
101 15
176 25
4 449
39 221 88
88 479 479 1.617 54 381 164 1.015 3
Programmajaarverslag 2014
87 114 1.758 202 41 161 451 451 222 150 72
464 221
105 325
167
Resumerend ontstaat het volgende beeld: Investeringen (bedragen x € 1.000) Verkeer en vervoer Onderwijs Sport Overig Rioolinvesteringen Tractie Automatisering Verstrekte geldleningen TOTAAL
168
rekening rekening rekening rekening rekening 2010 2011 2012 2013 2014 908 1.023 1.705 1.194 1.409 1.345 2.358 1.427 161 206 2.144 88 114 534 352 1.118 1.341 1.317 454 2.244 385 2.367 1.830 2.010 913 88 202 302 370 221 479 451 251 428 206 1.617 222 78 116 631 8.084 8.052 7.024 5.267 6.182
Programmajaarverslag 2014
8. Overzicht aanbestedingen Leverancier
Aanbestedingen > 50.000 in 2014 (omschrijving project)
Aanbestedingsvorm
Onderhands Onderhands Onderhands Europese Aanbesteding Onderhands Onderhands ? meervoudig onderhands
62.865 247.436 60.160 72.280 66.685 50.138 69.964 85.775
onderhands (1) openbare aanbesteding (3) onderhands (1) meerdere offertes
63.898 153.300 63.155 122.200
Jan van den Boomen De Vries en Verburg LMB Verkuijlen Pleuger Techniek WSD Van den Boomen gebr. Van Kessel Helma reinigingsdienst
Onderhoud licentie Onderhoud licentie Schoonmaakcontract Verzekeringscontract Postverzending Printfaciliteiten Advertentiekosten bodemsanering Zonnestraal verleggen k&l Baandervrouwenlaan renovatie milieustraat pompinstallatie gemaal Vorst/Len. BRM zonnegolven reconstructie Baandervrouwenlaan verbouw gemeentehuis Boxtel aankoop Fendt 210 vario renovatie drukriolering 2014 plantsoenonderhoud 2014 herinrichting Panta-Rhei herstelwerkz. 47 kunstwerken reinigen stamriool
Akkermans interieurbouw LTB van Pinxteren bv
vast maatwerk meubilair BRM de Vicaris
Desque proj.Eindhoven
levering standaard meubilair
Insight Enterprises Netherlands BV Centric De Schoonmaak Coöperatie Aon PostNL Canon Nederland BV Stg Brabants Centrum Van der Zanden milieu Enexis bv Heijmans wegen bv van der Linden pompt. Heijmans
meerv. Onderhands (4) meervoudig openbare aanb. meerdere offertes meerv. Onderhands (3) onderhands (1) meerv. Onderhands (3) meerv. Onderhands (3) onderhands (1) zie de Vries en Verburg/twee snoeken meerv. Onderhands zie de Vries en Verburg/twee snoeken
Programmajaarverslag 2014
Aanbesteding bedrag
612.000 1.482.000 72.030 71.650 295.796 298.000 92.400 60.000 276.945 92.935 89.044
169
9. Jaarverslag grondexploitatie 2014 1.1 BALANS GRONDBEDRIJF GEMEENTE BOXTEL 31 DECEMBER 2014 ACTIVA
2014
2013
PASSIVA
2014
2013
Eigen vermogen
Vaste activa II. Financiële vaste activa 11.654.955
Belegde reserves en voorzieningen
10.729.888
Grondexploitatie
0
0
Bevordering industrievestiging
0
7.737
18.823.519
21.092.360
10.123
585.895
18.833.642
21.685.992
Voorzieningen Vlottende activa
Kostenafwikkeling
I. Voorraden:
7.178.687
A. BIE( bouwgrond in expl.)
A. Kapitaalverstrekking
18.823.519
21.092.360
Voorziening Vorst
-4.044.210
-3.662.406
Voorziening In Goede Aarde
-2.077.329
-2.078.889
Voorziening Vic.van Alphenlaan
-837.875
-838.703
Voorziening Princenlant
-492.063
Voorziening spoorzone Ladonk Voorziening Panta-Rhei C. Voorr. ov. grond-en hulpstoffen
A. BIE( bouwgrond in expl.)
C. Voorr. ov. grond-en hulpstoffen
-3.603.556
-3.428.753
-599.922
-713.400
10.123
585.895
II. Schulden korte termijn A. Crediteuren
Vorderingen
B. Te betalen algemeen
A. Debiteuren
B. Te betalen aan de gemeente
B. Te ontvangen algemeen
C. Nog te betalen
C. Te ontvangen van de gemeente
III. Liquide middelen
D. Nog te ontvangen
Rekening courant (gemeente)
Totaal
170
18.833.642
Programmajaarverslag 2014
21.685.992
Totaal
1.2 WINST- EN VERLIESREKENING GRONDBEDRIJF GEMEENTE BOXTEL 31 DECEMBER 2014 LASTEN
2014
2013
BATEN
Cat. Omschrijving
Cat. Omschrijving
2 RENTE EN AFSCHRIJVING
2 RENTE EN AFSCHRIJVING
Rente en afschrijving Rente rekening courant
867.130
839.290
710
1.295
39.315
37.056
3 GOEDEREN EN DIENSTEN Energielasten
2014
Overige baten 3 GOEDEREN EN DIENSTEN Huren en pachten /overige
Duurzame goederen: 112.489
39.351
- Bouwrijp maken
932.506
672.618
28.310
206.871
291.727
268.358
diensten/uren 4 OVERDRACHTEN Overige inkomensoverdrachten
- Verkopen Overige goederen en diensten
322.661
4.828.750
536.801
72.874
391.265
29.897-
113.253
646.498
779.130
57.470
112.032
5.706.188
2.064.840
Vermogensoverdrachten Overige inkomensoverdrachten
Afname BIE
132.359
4 OVERDRACHTEN
6 VERREKENINGEN Storting in reserves/voorzieningen
130.494
Duurzame goederen:
- Aankopen Overige goederen en
2013
6 VERREKENINGEN 196.002
Toename Bie
2.915.339 Onttrekking reserve: Voorr.ov. grond-en hulpstoffen Overige onttrekkingen
Totaal
5.706.188
2.064.840
Programmajaarverslag 2014
Totaal
171
4.1
Bedrijventerrein Vorst
2014
komende jaren
boekwaarde per 1 januari 2014 grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen boekwaarde per 31 december 2014
-9.398.212 -26.003 -78.581 -376.081 -45.682 1.307.221,55 179.258 -8.438.079
grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen resultaat op eindwaarde 2021
-24.279 -5.330.484 -2.126.723 -2.225.522 13.000.086 -5.145.001
resultaat op netto contante waarde
-4.044.210
Voorzieningen genomen voor toekomstig verlies op netto contante waarde: 2009 -3.061.125 2010 -117.996 2011 -118.969 2012 301.354 2013 -665.670 2014 -381.804 jaar van afronding: 2021 -4.044.210
172
Programmajaarverslag 2014
4.1
In Goede Aarde 2e fase
2014
3.472.689 -80.868 -320.823 -139.090 -117.700 643.972 -263.402 3.750.600
boekwaarde per 1 januari 2014 grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten verkopen overige bijdragen boekwaarde per 31 december 2014
komende jaren
grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen
-84.830 -807.566 -468.837 -611.015 3.339.290
resultaat op eindwaarde 2018
2.383.558
resultaat op netto contante waarde
2.077.329
Voorzieningen genomen voor toekomstig verlies op netto contante waarde: 2009 2010 2011 2012 2013 2014 jaar van afronding: 2018
Programmajaarverslag 2014
2.465.795 689.754 -518.589 597.357 -381.617 1.561 2.077.329
173
4.1
Heideweg II
2014
komende jaren
boekwaarde per 1 januari 2014 grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten verkopen overige bijdragen boekwaarde per 31 december 2014
grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen resultaat op eindwaarde 2017 resultaat op netto contante waarde
316.997 -25 -3.732 12.675 -6.089 138.600 458.426
-2.958 -395.012 62.316 -31.495 433.650 524.927 473.488
resultaat op netto contante waarde jaar van afronding: 2017
174
Programmajaarverslag 2014
473.488
4.1
Vic. Van Alphenlaan
2014
komende jaren
boekwaarde per 1 januari 2014 grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten verkopen overige bijdragen boekwaarde per 31 december 2014
-1.466.930 -1.154 -12.832 -58.732 -40.080 905.001 -674.727
grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen resultaat op eindwaarde 2016
-897.511
resultaat op netto contante waarde
-837.875
Voorzieningen genomen voor toekomstig verlies op netto contante waarde: 2009 2010 2011 2012 2013 2014 jaar van afronding: 2016
Programmajaarverslag 2014
-959 -128.056 -53.471 -40.298
-308.858 -43.259 -325.250 -101.752 -59.584 828 -837.875
175
4.1
Spoorzone Ladonk
2014
komende jaren
boekwaarde per 1 januari 2014 grondaankopen bouw- en woonrijp maken overige bijdragen rentebijschrijvingen overige kosten verkopen overige bijdragen boekwaarde per 31 december 2014
-4.896.033 -3.490 -7.612,20 -15.089,92 -195.949 -322.661 233.505 -5.207.331
grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen subsidies resultaat op eindwaarde 2018
-11.823 -375.251 -645.039 -172.330 2.277.000 -4.134.774
resultaat op netto contante waarde
-3.603.556
Voorzieningen genomen voor toekomstig verlies op netto contante waarde: 2006 -2.265.437 2008 -615.580 2010 -539.625 2011 209.275 2012 -129.160 2013 -88.226 2014 -174.803 jaar van afronding: 2018 -3.603.556
176
Programmajaarverslag 2014
4.1
Princenlant
2014
komende jaren
boekwaarde per 1 januari 2014 grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen boekwaarde per 31 december 2014
grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen resultaat op eindwaarde 2018 resultaat op netto contante waarde
-877.721 -913 -1.805 -35.119 -19.451
-935.009
-24.467 -657.518 -94.005 -332.849 1.538.724 -79.224 -584.348 -492.063
Voorzieningen genomen voor toekomstig verlies op netto contante waarde: 2014 -492.063 jaar van afronding: 2018
Programmajaarverslag 2014
177
4.1
Panta-Rhei
2014
boekwaarde per 1 januari 2014 grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen boekwaarde per 31 december 2014
komende jaren
grondaankopen bouw- en woonrijp maken rentebijschrijvingen overige kosten/bijdragen verkopen overige bijdragen resultaat op eindwaarde 2015
-1.297.790 -36 -383.219 -52.057 -49.065 1.494.000 11.952 -276.215
-206.005 -14.602 -137.858 12.450 -622.230
resultaat op netto contante waarde
599.922
Voorzieningen genomen voor toekomstig verlies op netto contante waarde: 2012 2013 2014 jaar van afronding: 2015
178
Programmajaarverslag 2014
254.836 300.308 158.256 -113.478 599.922
10. Prestatievelden Wmo Inleiding In 2010 is het Rekenkameronderzoek uitvoering Wmo gemeente Boxtel verschenen. Uit dit onderzoek is een zestal aanbevelingen gedaan die door ons college zijn overgenomen. Een daarvan (aanbeveling 5) was om explicieter binnen de programma’s in de programmabegroting de financiële middelen te clusteren waarmee activiteiten worden gefinancierd. In bijgaand overzicht hebben wij geprobeerd deze clustering aan te brengen. Volledigheidshalve geven wij hierbij een korte toelichting. Afbakening Onder de Wmo vallen vrijwel alle uitgaven van een gemeente. Niet alle uitgaven zijn echter in bijgaand overzicht meegenomen, omdat niet altijd even gemakkelijk specifieke uitsplitsingen zijn te maken. Om een voorbeeld te geven. Aanleg van wegen, fietspaden en voetpaden bevordert de toegankelijkheid op macroniveau. Specifieke maatregelen daarbinnen, zoals stoeptegels rechtleggen, op- en afritten aanleggen bevordert op microniveau de toegankelijkheid. Om dit vervolgens financieel uit te splitsen is te detaillistisch. Met navolgend overzicht is getracht een zo volledig mogelijk beeld te geven van de lasten die volgens ons recht doen aan de doelstelling van de Wmo (meedoen). De bedragen zijn inclusief de doorberekende overheadkosten en kapitaallasten en hebben betrekking op de begroting 2014. Uitgangspunt bij de afbakening zijn de budgetten uit de programma’s 5, 6, 7, en 8 te weten: Toerisme uit programma 4 is uit onderstaand gehaald, omdat dit niet door maatschappelijke ondersteuning wordt uitgevoerd en het discutabel te noemen is om het in een prestatieveld van de Wmo op te nemen. 5 Onderwijs; 6 Sport; 7 Welzijn; 8 Zorg, sociale zaken en arbeidsmarktbeleid. Toerisme programma 4 is uit onderstaand overzicht gehaald, omdat dit niet door maatschappelijke ondersteuning wordt uitgevoerd en het discutabel te noemen is om het in een prestatieveld van de Wmo op te nemen. Hierbij past overigens wel een nuancering. Ten aanzien van onderwijs (5) zijn de budgetten voor huisvesting onderwijs niet meegenomen. Met betrekking tot Zorg, Jeugd, Werk en Participatie (8) zijn de inkomensvoorzieningen niet opgenomen.
1
Het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van dorpen, wijken en buurten. 51001000 Openbare Bibliotheek 51001980 Openbare Bibliotheek Resultaatbestemming (7510000)
BEGROOT
REKENING
2014
2014
629.348
636.300
-7.139
-7.139
173.653
190.562
54001100 Gedenkmonumenten en Evenementen
17.300
-979
54001200 Museumbeleid
98.662
66.516
54002000 Amateuristische Kunstbeoefening
60.149
75.852
54003000 Kunstzinnige Vorming
400.367
418.567
56100000 Kermissen
-55.013
-7.991
56110000 Volksfeesten
28.363
23.875
56110011 Volksfeesten: evenementen Boxtel
36.867
44.424
54001000 Kunsten Beeldende Kunst
Programmajaarverslag 2014
179
56110012 Volksfeesten: evenementen Liempde 58001000 Beheer en Onderhoud Speeltoestellen 58001009 Speeltuinen 58001400 Speelvoorzieningen 58002000 Kinderboerderij 58002100 Recreatieplas De Langspier 58005000 Hertenkampen 58051000 Kampeervergunning: Beleidsontwikkeling
581
25
242.488
258.142
20.137
195
0
4.558
90.933
169.087
-51
62
37.183
48.429
-387
0
116.008
85.316
5.795
6.000
62200200 Nieuwkomers Maatschappelijke Begeleiding
53.134
18.614
62300010 Culturele Activiteiten Minderheden
15.640
5.000
63001000 Gemeenschapshuis De Rots
31.040
38.077
63001001 Gemeenschapshuis De Walnoot
82.458
85.456
63001002 Gemeenschapshuis De Orion
12.163
13.174
63012300 Zaalvoorziening
82.405
82.405
63201000 Traditioneel Jongerenwerk
36.319
45.089
63201050 Open Jongerenwerk
292.151
281.070
63201052 Exploitatie Jongerenwerk (B-Town)
204.977
193.111
2.705.531
2.773.797
BEGROOT
REKENING
62004000 Wet Maatschappelijke Ondersteuning (WMO) 62004090 Uitvoeringskosten WMO
Het bevorderen van de sociale samenhang in en leefbaarheid van Totaal 1 2
dorpen, wijken en buurten. Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met opvoeden. 48001001 Onderwijs- en Jeugdbeleid 48003000 Leerlingenvervoer 48005000 Leerplicht
2014
2014
93.455
103.080
379.085
277.773
4.761
137.368
48005100 RMC
-26.192
-7.539
48006000 Legaat van Cooth
-63.235
-200.000
3.669
77.101
40.288
40.288
48006100 Overname Locatie DKA (Legaat van Cooth) 48007000 Weer Samen Naar School 48009000 Zwemvaardigheid 48013000 Onderwijsachterstandenbeleid 48013001 Brede School 48013010 Voor- en Vroegschoolse Educatie 48013014 Maatschappelijke Stages
5.228
5.368
-260.847
-154.692
84.342
87.039
260.847
127.434
32.278
31.310
53050115 Combinatiefunctie
222.874
185.916
62001010 School Maatschappelijk Werk
110.638
106.277
63202002 Preventief Jeugdbeleid
1.492
6.103
63202980 Preventief Jeugdbeleid Resultaatbestemming
6.808
6.808
337.679
406.724
35.553
10.984
65001000 Peuterspeelzaalwerk 65002000 Kinderdagopvang 65002500 Wet Basisvoorziening Kinderopvang 71000006 Centrum Jeugd en Gezin 71000008 Lokaal Aanbod Jeugd 71001000 Jeugdzorg
17.652
40.130
357.525
378.627
0
12.910
15.976
61.999
1.659.876
1.741.008
BEGROOT
REKENING
Op preventie gerichte ondersteuning van jeugdigen met problemen met opgroeien en van ouders met problemen met Totaal 2 3
opvoeden. Het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning. 58003000 Lokale Media
180
Programmajaarverslag 2014
2014
2014
21.147
21.054
62002000 Bureau Sociaal Raadslieden
95.506
91.741
62003000 Ursulacomplex
213.570
220.579
62003980 Ursulacomplex Resultaatbestemming
-35.413
-35.405
62129000 Loket WegWijs Boxtel
492.738
448.840
62300030 Tolk- en Vertaaldiensten 71000007 Exploitatie Centrum Jeugd en Gezin Totaal 3 4
Het geven van informatie, advies en cliëntondersteuning. Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers.
67.684
858.849
814.494
BEGROOT
REKENING 2014
48502011 Project Vrijwilligerswerk
74.350
54.175
53000000 Overdekte Sportaccommodaties Algemeen
82.243
91.594
0
748
53000010 Sporthal Pius X
90.464
40.236
53000015 Sporthal VMBO
118.820
111.502
53000020 Zwembad De Dommel
811.878
836.323
53000025 Gymzaal Europalaan
36.482
36.039
53000030 Accommodatie Jeu de Boules
10.309
9.091
53000035 Accommodatie Duivensporters
5.312
5.303
53000981 Pius X Resultaatb. 7530070-080-081-082-083-084-091
-18.503
-18.500
-107.391
-107.383
53000983 Dommelbad Resultaatbestemming
-48.379
-48.374
53000984 Accommodatie Jeu de Boules Resultaatb. (7530086)
-13.178
-13.177
89.816
112.698
1.607
47.726
22.098
23.913
2.919
3.323
57.153
68.071
53000982 Sporthal VMBO Resultaatbestemming (4065 + 7530073)
53020000 Openlucht sportaccommodaties Algemeen 53020010 Sportterreinen Niet Geprivatiseerd 53020011 Bolakkers Hockey HCL 53020012 Bolakkers Tennis De Peppelieren 53020015 Munsel Voetbal RKSV Boxtel 53020016 Munsel Streethockey / Handbal
539
2.208
53020018 De Roode Bleek Voetbal DVG
39.793
59.816
53020020 De Wielakker Algemeen
51.742
50.853
53020021 De Wielakker Atletiekaccommodatie
13.505
7.979
53020022 De Wielakker Honk- en Softbalaccommodatie
15.704
31.255
53020023 De Wielakker Rugby-accommodatie 53020025 Essche Heike I Voetbal ODC 53020026 Essche Heike II Paardensport
8.986
9.672
11.129
14.057
0
127
53020030 Molenwijk Voetbal
16.038
16.388
53020031 Molenwijk Hockey MEP
54.235
53.627
0
43
53020032 Molenwijk Tennis 53020035 Lennisheuvel Voetbal LSV
16.074
16.997
256.265
163.965
53020981 Munsel Streethockey / Handbal Resultaatb (7530032)
-1.861
-1.861
53020982 De Roode Bleek Voetbal Resultaatb. (7530045)
-2.515
-2.514
53020040 Sportcomplex De Renbaan Voetbal ODC
53020985 Openlucht Sportaccommodaties Resultaatbestemming
-2.031
-2.031
53020986 Accommodatie ODC Resultaatbestemming (7530074)
-46.030
-26.802
62004050 Coördinatie Vrijwillige Thuiszorg en Mantelzorg
5
0
67.684
2014
53000006 Sportcomplex De Braken
Totaal 4
3.617
89.515
85.987
1.737.088
1.733.074
BEGROOT
REKENING
met een psychosociaal probleem.
2014
2014
48502000 Emancipatiewerk
2.657
0
10.629
10.629
Het ondersteunen van mantelzorgers en vrijwilligers. Het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen
48502010 Vormingswerk
Programmajaarverslag 2014
181
62001000 Algemeen Maatschappelijk Werk
290.800
284.298
62004001 Pakketmaatregel Awbz
95.262
18.407
62004002 Begeleiding Dagopvang
100.221
26.944
62300000 Minderhedenbeleid 63300000 Ouderenwerk
21.211
16.276
151.392
154.132
672.172
510.686
BEGROOT
REKENING
2014
2014
Het bevorderen van de deelname aan het maatschappelijke verkeer en van het zelfstandig functioneren van mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en van mensen Totaal 5 6
met een psychosociaal probleem. Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het maatschappelijke verkeer. 62101001 Woningaanpassing
305.196
117.979
62101002 Verhuizings- en Herinrichtingskosten
14.686
10.536
62101003 Roerende Woonvoorzieningen
37.697
43.804
62101004 Overige Woonvoorzieningen
28.935
3.875
62101980 WMO Resultaatbestemming
-43.392
0
62102001 Rolstoel Lease
203.648
262.059
62102002 Rolstoel Aanschaf / Overname 62102004 Rolstoel Algemeen Beheer 62102005 Rolstoel Overige 62103001 Vervoersvoorzieningen Individueel Lease 62103002 Vervoersvoorzieningen Individueel 62103004 Vervoersvoorzieningen Individueel Beheer
22.058
0
6.695
2.393
31.910
0
280.020
239.501
17.179
59
8.252
3.529
62103005 Vervoersvoorzieningen Individueel Overige
10.243
45
62103006 Vervoersvoorzieningen Individueel Geldverstrekking
71.967
46.511
62104001 Vervoersvoorzieningen Collectief WMO 62105001 Huishoudelijke Hulp Zorg in Natura 62105002 Huishoudelijke Hulp Persoonsgebonden Budget 62105003 Huishoudelijke Hulp Eigen Bijdragen 62109000 Werkprocessen WMO 62109002 Beleid WMO 62114000 Parkeervoorzieningen gehandicaptenparkeerkaart
410.980
397.981
2.753.422
2.115.970
212.000
197.030
-566.843
-649.769
456.250
349.698
86.631
156.888
4.913
-875
0
4.104
4.352.447
3.301.316
Het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met
BEGROOT
REKENING
uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen.
2014
2014
16.925
16.925
16.925
16.925
BEGROOT
REKENING
2014
2014
22.607
0
22.607
0
62114005 Gehandicaptenparkeerkaart Het verlenen van voorzieningen aan mensen met een beperking of een chronisch psychisch probleem en aan mensen met een psychosociaal probleem ten behoeve van het behoud van hun zelfstandig functioneren of hun deelname aan het Totaal 6 8
maatschappelijke verkeer.
62004040 Collectieve Preventie GGZ Het bevorderen van openbare geestelijke gezondheidszorg, met Totaal 8 9
uitzondering van het bieden van psychosociale hulp bij rampen. Het bevorderen van verslavingsbeleid.
9 71000003 Verslavingszorg Totaal 9
182
Het bevorderen van verslavingsbeleid.
Programmajaarverslag 2014
10
Gezondheidsbeleid
BEGROOT
53050000 Sportevenementen Algemeen 53050100 Stimulering Sportdeelname
REKENING
2014
2014
37.359
35.573
0
3.034
442.026
458.054
0
8.309
71000005 Integrale Jeugdgezondheidszorg
424.084
492.851
71000980 Lokaal Gezondheidsbeleid Resultaatbestemming
-11.617
-11.616
Gezondheidsbeleid
891.852
986.205
12.917.347
11.877.505
71000000 Collectieve Preventieve Zorg 71000001 Lokaal Gezondheidsbeleid
Totaal 10 TOTAAL
WMO PRESTATIEVELDEN JAARREKENING 2014
Programmajaarverslag 2014
183
11. Subsidiestaat Welzijnsactiviteiten SUBSIDIESTAAT Jaarrekening 2014 categorie A A A A A A A A A A A A A A A A A A A A B B B B B B B B B B C C C C C C C C C C C C C
184
naam instelling L.T.V. Die Braecke Stichting De Watertrappers Sportraad Boxtel Hockeyclub Liempde JRC Ducks Mixed Hockeyclub M.E.P R.K.S.V. Boxtel Voetbalvereniging D.V.G Liempde A.V. Marvel L.T.V. De Peppelieren Voetbalvereniging O.D.C. Judoclub Liempde Taekwondo TTV Taverbo/Sabo Boxtel Viking '87 Volleybalvereniging Blox Gymnastiekvereniging "Tabitta" Liempdse Omnivereniging Reddingsbrigade Boxtel Basketbalvereniging J.R.C. Boxtel Stichting Jeugdnatuurwacht Liempde Stichting Jeugdnatuurwacht Boxtel Stichting Jeugdsoos 't Singeltje K.P.J.-Liempde Jeugdvakantieweek Liempde Stichting De Ploegers Stichting Speel-O-Theek De Eendenkring J.A.S. Liempde Stichting Openbaar Jeugdcarnaval Vereniging Scouting Boxtel Stichting Hobbyclub De Bezige Bijtjes Stichting Vakantiecomité Lennisheuvel Kindervakantiewerk Lennisheuvel Stichting Rond Kerk en Orion Vogelvereniging Vogelvreugd Heilige Bloed Stichting Dicht-Slam Rap Kath. Senioren Vereniging KBO Liempde Stichting Limuscene Stichting Algemeen Belang Liempde Seniorenraad Boxtel Stichting Kunst in School Stichting Bockepruik
Programmajaarverslag 2014
Werkelijk2014 Geraamd2014 96 96 240 240 587 587 770 770 770 770 770 770 770 770 770 770 866 866 866 866 866 866 1.922 1.922 1.922 1.922 1.922 1.922 1.922 1.922 1.922 1.922 2.162 2.162 2.162 2.162 2.162 2.822 2.162 2.922 161 161 335 335 810 810 1.065 1.065 1.082 1.082 1.503 1.503 1.835 1.835 2.525 2.525 2.730 2.730 7.215 7.215 180 180 400 250 400 400 461 461 522 522 5.000 580 829 829 872 872 1.000 1.000 1.856 1.856 2.025 2.025 3.520 3.520 5.000 5.000
C C C C C C D D D E E E E F F F F F F F F F G G G G G G H H H H H H H H H H H H H I I I J J J J J J K K
Stichting Geitenwei Stichting Boxtel Vooruit Kath. Bond van Ouderen, afd. Boxtel Platform Selissen Stichting Omroep Dommelland Stichting BOL Vereniging Terug in d'n tèd Liemt Stichting Kèk Liemt MUBO Adviesraad Werk Inkomensondersteuning en Minimabeleid Stichting Bazaar Stichting Uitkeringsgerechtigden Boxtel Stichting Radar Alzheimer Nederland afd. Regio 's-Hertogenbosch E.H.B.O., afdeling Liempde E.H.B.O., afdeling Boxtel Stichting Palliatief Spiritueel Team - Boxtel (Nabij) Rode kruis, afdeling Boxtel-Liempde Stichting Heartsafe Boxtel Stichting Gehandicapten Platform Boxtel Cello/ VG-zorginstelling Wmo-adviesraad Boxtel Stichting Projectkoor Boxtel Carilloncomité Fanfare St. Arnoldus Boxtel's Harmonie Fanfare Concordia R.K. Gildenbondsharmonie Kunstlicht 99 Juvans, Steunpunt Huiselijk Geweld Stichting Door en Voor Stichting Veteranen Boxtel Voedselbank Nederland Zuid Boxtel Slachtofferhulp Nederland, regio Zuidoost Ypse (voorheen Reinier van Arkel 00082) Stichting HALT Oost-Brabant Stichting Wijkorgaan Boxtel Oost Pluralis Stichting Jeugdbelangen Liempde Kunststichting Boxtel Stichting Brede Scholen Boxtel Gemeenschapshuis Orion Stichting Gemeenschapshuis De Walnoot Gemeenschapshuis De Rots Basisbibliotheek De Meijerij i.o., Uitpunt Stichting Podium Boxtel Kinderboerderij MiK Basisbibliotheek De Meijerij i.o. Stichting ContourdeTwern Stichting Peuterhof Liempde KC de Kindertuin
Programmajaarverslag 2014
6.128 9.703 11.457 14.812 21.155 49.995 1.260 2.499 7.500
6.128 9.703 11.457 14.812 21.155 49.995 1.260 2.499 7.500
2.500 5.000 10.629 15.221 775 976 1.211 2.500 2.606 5.000 5.170 5.578 6.000 1.600 1.735 6.963 12.491 13.768 14.133 2.128 3.924 4.600 5.000 6.500 8.250 16.925 17.509 18.091 40.288 46.062 52.000 133.718 12.152 25.167 30.040 25.000 81.042 93.428 381.810 592.435 1.332.780 66.761 344.651
2.500 5.000 10.629 15.221 775 976 1.211 2.500 2.606 5.000 5.170 5.578 6.000 1.600 1.735 6.963 12.491 13.768 14.133 2.128 3.924 4.600 5.000 6.500 8.250 16.925 17.509 18.091 40.288 43.107 52.000 133.718 12.152 25.167 30.040 25.000 81.042 93.428 381.810 592.435 1.332.780 69.546 275.120
185
Hoe de berekeningen tot stand zijn gekomen, is te vinden in de subsidiemappen van 2014. Voor de HAFA’s is uitgegaan van de bedragen 2013 en is geen indexering toegepast. ContourdeTwern: geen indexering en de combinatiefuncties (€ 2.500) vervalt. Peuterspeelzaalwerk betreft subsidie inclusief onderwijsachterstandsgelden. Beleidsregels welzijnssubsidies In de subsidiestaat zijn de instellingen opgenomen die op grond van de Algemene Subsidieverordening (ASV) Boxtel 2010 een aanvraag hebben ingediend binnen de onderstaande beleidsregels voor welzijnssubsidies. A. Sportorganisaties B. Jeugd en ontspanningsorganisaties C. Organisaties die algemene activiteiten organiseren alsmede organisaties met een openbaar karakter die zich overwegend op sociaal-cultureel gebied bewegen D. Organisaties voor cultuurhistorie E. Organisaties actief op het terrein van emancipatieactiviteiten, zorg voor allochtonen en uitkeringsgerechtigden F. Organisaties werkzaam op het gebied van gezondheidsbeleving en –bevordering G. Fanfares, tamboer- en lyrakorpsen, majorettes en overig muzikale uitingsvormen H. Overige verenigingen en/of organisaties I. Gemeenschapshuizen J. Professionele instellingen K. Peuterspeelzalen.
186
Programmajaarverslag 2014
12. SiSa verantwoording Vanaf het jaar 2006 geldt het principe van single information en single audit (SiSa) voor specifieke uitkeringen. De doelstelling van SISA is het verminderen van verantwoordings- en controlelasten voor gemeenten en provincies. Daarom wordt door het Rijk per specifieke uitkering minder verantwoordingsinformatie en controle gevraagd. Voor het verantwoordingsjaar 2014 geldt SISA voor maximaal 49 specifieke uitkeringen. Voor onze gemeente vallen de volgende 7 specifieke uitkeringen onder de SiSa-verantwoording. Hiervan worden er 2 via de Provincie verstrekt. Ministerie
Regeling
OCW
OCW D9 Onderwijsachterstanden beleid 2011-2014 OAB I&M E27B Mensgerichte maatregelen
Prov. NoordBrabant SZW SZW
SZW G1 SZW G1A
SZW SZW
SZW G2 SZW G3
SZW
SZW G5
Specifieke uitkering
Wet sociale werkvoorziening (Wsw) gemeente 2014 Wet sociale werkvoorziening Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB Gemeentedeel 2014 Besluit bijstandsverlening zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud beginnende zelfstandigen) Wet Participatiebudget (WPB)
In de tabel vanaf navolgende pagina wordt de voorgeschreven verantwoordingsinformatie per specifieke uitkering weergegeven.
Programmajaarverslag 2014
187
BZK
C7C
SiSa bijlage verantwoordingsinformatie 2014 op grond van artikel 3 van de Regeling informatieverstrekking sisa - d.d. 2 januari 2015 Investering stedelijke Hieronder per regel één Besteding (jaar T) ten Overige bestedingen (jaar Cumulatieve bestedingen Cumulatieve overige Toelichting afwijking vernieuwing (ISV) II beschikkingsnummer en laste van provinciale T) ten laste van provinciale bestedingen tot en met in de kolommen ernaast middelen middelen tot en met (jaar (jaar T) Provinciale beschikking en/of de T) verordening verantwoordingsinformatie Deze indicator is bedoeld Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse Project-gemeenten (SiSa voor de tussentijdse afstemming van de tussen medeoverheden) afstemming van de juistheid en volledigheid juistheid en volledigheid van de van de verantwoordingsinformatie verantwoordingsinformatie Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: C7C / Indicatornummer: C7C / Indicatornummer: C7C / Indicatornummer: C7C / Indicatornummer: C7C / Indicatornummer: 01 02 03 04 05 C7C / 06 1 C2012528/2913324 €0 €0 € 450.000 € 492.377 Kopie Eindverantwoording Activiteiten stedelijke Activiteiten stedelijke Activiteiten stedelijke beschikkingsnummer Ja/Nee vernieuwing (in aantallen) vernieuwing (in aantallen) vernieuwing
Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Indicatornummer: C7C / Indicatornummer: C7C / 07 08 1 C2012528/2913324 Ja
Afspraak
Realisatie
Toelichting afwijking
Alleen in te vullen na afloop project
Alleen in te vullen na afloop project
Alleen in te vullen na afloop project
Aard controle D1 Indicatornummer: C7C / 09 0
Aard controle D1 Indicatornummer: C7C / 10
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: C7C / 11
0 met Provincie Noord Brabant is overeengekomen dat verantwoording niet via Sisa hoeft plaats te vinden.
188
Programmajaarverslag 2014
OCW
M&I
D9
Onderwijsachterstandenbeleid Besteding (jaar T) aan 2011-2015 (OAB) voorzieningen voor voorschoolse educatie die voldoen aan de wettelijke kwaliteitseisen (conform Gemeenten artikel 166, eerste lid WPO)
Besteding (jaar T) aan afspraken over voor- en vroegschoolse educatie met bevoegde gezagsorganen van scholen, houders van kindcentra en peuterspeelzalen (conform artikel 167 WPO) Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: D9 / 01 Indicatornummer: D9 / 02 Indicatornummer: D9 / 03 € 93.151 € 82.350 € 42.042
E27B Brede doeluitkering verkeer en vervoer SiSa tussen medeoverheden Provinciale beschikking en/of verordening
Hieronder per regel één Besteding (jaar T) ten beschikkingsnummer en laste van provinciale in de kolommen ernaast middelen de verantwoordingsinformatie
Gemeenten en Gemeenschappelijke Regelingen
1 2 3 4
Besteding (jaar T) aan overige activiteiten (naast VVE) voor leerlingen met een grote achterstand in de Nederlandse taal (conform artikel 165 WPO)
Aard controle n.v.t. Indicatornummer: E27B / 01 C2102729/3342440 C2102720/3342522 C2137221/3532327 SP14237 Kopie beschikkingsnummer
Aard controle n.v.t.
Programmajaarverslag 2014
Overige bestedingen (jaar T)
Opgebouwde reserve ultimo (jaar T-1) Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse afstemming van de juistheid en volledigheid van de verantwoordingsinformatie Aard controle R Indicatornummer: D9 / 04 € 182.655 Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde bestedingen ten laste van provinciale middelen
Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Aard controle R Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: E27B / Indicatornummer: E27B / Indicatornummer: E27B / 02 03 04 € 2.642 € 661 € 15.296 € 18.307 € 26.158 € 6.540 € 50.558 € 464.312 Cumulatieve besteding Cumulatieve overige Toelichting ten laste van provinciale bestedingen tot en met middelen (jaar T) tot en met (jaar T) Deze indicator is bedoeld Deze indicator is bedoeld voor de tussentijdse voor de tussentijdse afstemming van de afstemming van de juistheid en volledigheid juistheid en volledigheid van de van de verantwoordingsinformatie verantwoordingsinformatie Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t. Aard controle n.v.t.
189
Correctie ten opzichte van tot jaar T verantwoorde overige bestedingen Indien de correctie een vermeerdering van bestedingen betreft, mag het alleen gaan over nog niet eerder verantwoorde bestedingen Aard controle R Indicatornummer: E27B / 05
Eindverantwoording Ja/Nee Als u kiest voor ‘ja’, betekent dit dat het project is afgerond en u voor de komende jaren geen bestedingen meer wilt verantwoorden Aard controle n.v.t.
1 2 3 4 SZW
G1
SZW
G1A
Indicatornummer: E27B / 06 C2102729/3342440 C2102720/3342522 C2137221/3532327 SP14237
Indicatornummer: E27B / 07 € 20.291 € 15.296 € 26.158 € 50.558
Indicatornummer: E27B / 08 € 661 € 18.307 € 6.540 € 464.312
Wet sociale werkvoorziening (Wsw)_gemeente 2014
Het totaal aantal Volledig zelfstandige geïndiceerde inwoners uitvoering Ja/Nee van uw gemeente dat een Wet sociale werkvoorziening dienstbetrekking heeft of (Wsw) op de wachtlijst staat en beschikbaar is om een Alle gemeenten dienstbetrekking als verantwoorden hier het bedoeld in artikel 2, eerste gemeentedeel over (jaar T), lid, of artikel 7 van de wet ongeacht of er in (jaar T) geen, te aanvaarden op 31 enkele of alle inwoners december (jaar T) werkzaam waren bij een Aard controle R Aard controle n.v.t. Openbaar lichaam o.g.v. de Indicatornummer: G1 / 01 Indicatornummer: G1 / 02 Wgr. 0,00 Nee Wet sociale werkvoorziening Hieronder per regel één Het totaal aantal (Wsw)_totaal 2013 gemeente(code) uit (jaar gerealiseerde T-1) selecteren en in de arbeidsplaatsen voor Wet sociale werkvoorziening kolommen ernaast de geïndiceerde inwoners in (Wsw) verantwoordingsinformatie (jaar T-1), uitgedrukt in voor die gemeente arbeidsjaren; Alle gemeenten invullen verantwoorden hier het totaal (jaar T-1). (Dus: deel Openbaar lichaam uit SiSa (jaar T-1) regeling G1B + deel gemeente uit (jaar T-1) regeling G1C-1) inclusief deel openbaar na controle door de gemeente. lichaam
Het totaal aantal gerealiseerde begeleid werkenplekken voor geïndiceerde inwoners in (jaar T-1), uitgedrukt in arbeidsjaren;
inclusief deel openbaar lichaam
Aard controle n.v.t. Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G1A / Indicatornummer: G1A / Indicatornummer: G1A / 01 02 03 1 60757 Boxtel 360,43 14,39
190
Programmajaarverslag 2014
Indicatornummer: E27B / 09
Indicatornummer: E27B / 10 Ja Ja Ja Ja
SZW
G2
Gebundelde uitkering op grond van artikel 69 WWB_gemeente 2014
Besteding (jaar T) algemene bijstand
Gemeente Alle gemeenten verantwoorden hier het I.1 Wet werk en bijstand gemeentedeel over (jaar T), (WWB) ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
Baten (jaar T) algemene bijstand (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) IOAW
Baten (jaar T) IOAW (exclusief Rijk)
Besteding (jaar T) IOAZ
Baten (jaar T) IOAZ (exclusief Rijk)
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Gemeente
I.1 Wet werk en bijstand (WWB)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.2 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte werkloze werknemers (IOAW)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
I.3 Wet inkomensvoorziening oudere en gedeeltelijk arbeidsongeschikte gewezen zelfstandigen (IOAZ)
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 01
Indicatornummer: G2 / 02
Indicatornummer: G2 / 03
Indicatornummer: G2 / 04
€ 5.352.060
€ 79.971
€ 192.557
€ 74
Besteding (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Baten (jaar T) Bbz 2004 levensonderhoud beginnende zelfstandigen
Baten (jaar T) WWIK (exclusief Rijk)
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
Gemeente
Gemeente
Gemeente
Aard controle R
I.4 Besluit bijstandverlening zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Aard controle R Indicatornummer: G2 / 07 € 16.393
SZW
G3
I.4 Besluit I.6 Wet werk en inkomen bijstandverlening kunstenaars (WWIK) zelfstandigen 2004 (levensonderhoud beginnende zelfstandigen) (Bbz 2004) Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G2 / 08 Indicatornummer: G2 / 09 Indicatornummer: G2 / 10 €0 €0 Ja Besluit bijstandverlening Besteding (jaar T) Besteding (jaar T) Baten (jaar T) Baten (jaar T) zelfstandigen 2004 (exclusief levensonderhoud kapitaalverstrekking levensonderhoud kapitaalverstrekking levensonderhoud beginnende gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) gevestigde zelfstandigen (exclusief Bob) (exclusief zelfstandigen)_gemeente 2014 (exclusief Bob) (exclusief Bob) (exclusief Rijk) Rijk) Besluit bijstandverlening Aard controle R Aard controle R Aard controle R Aard controle R zelfstandigen (Bbz) 2004 Indicatornummer: G3 / 01 Indicatornummer: G3 / 02 Indicatornummer: G3 / 03 Indicatornummer: G3 / 04
Aard controle R
Indicatornummer: G2 / 05 Indicatornummer: G2 / 06 € 49.164 € 151
Alle gemeenten € 17.963 verantwoorden hier het Baten (jaar T) Bob gemeentedeel over (jaar T), (exclusief Rijk) ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht
Programmajaarverslag 2014
€ 46.997
€ 49
Besteding (jaar T) aan uitvoeringskosten Bob als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee
€ 16.396
191
Besteding (jaar T) aan onderzoek als bedoeld in artikel 56 Bbz 2004 (exclusief Bob)
Besteding (jaar T) Bob
Aard controle R Aard controle R Indicatornummer: G3 / 05 Indicatornummer: G3 / 06 € 42.300 €0
op grond van de Wgr.
SZW
G5
Wet participatiebudget (WPB)_gemeente 2014 Wet participatiebudget (WPB) Alle gemeenten verantwoorden hier het gemeentedeel over (jaar T), ongeacht of de gemeente in (jaar T) geen, enkele of alle taken heeft uitbesteed aan een Openbaar lichaam opgericht op grond van de Wgr.
Aard controle R Aard controle R Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G3 / 07 Indicatornummer: G3 / 08 Indicatornummer: G3 / 09 €0 €0 Ja Het aantal in (jaar T) bij een ROC ingekochte contacturen Let op: Dit is de enige gelegenheid om verantwoording af te leggen over deze taakuitvoering Let op: Deze verantwoording kan niet door een gemeenschappelijke regeling worden uitgevoerd, ongeacht de keuze van de gemeente bij indicator G5/07 Aard controle D1 Indicatornummer: G5 / 01 600 Besteding (jaar T) participatiebudget
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 02 € 737.732
192
Programmajaarverslag 2014
Waarvan besteding (jaar T) van educatie bij roc's
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 03 € 76.800
Baten (jaar T) (niet-Rijk) participatiebudget
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 04 € 26.539
Waarvan baten (jaar T) van educatie bij roc’s
Aard controle R Indicatornummer: G5 / 05 €0
Reservering besteding van educatie bij roc’s in jaar T voor volgend kalenderjaar (jaar T+1 )
Volledig zelfstandige uitvoering Ja/Nee De zelfstandige uitvoering betreft de indicatoren G5/02 tot en met G5/06
Aard controle R Aard controle n.v.t. Indicatornummer: G5 / 06 Indicatornummer: G5 / 07 € 1.005 Ja
4 Controleverklaring van de onafhankelijke accountant Aan: de gemeenteraad van gemeente Boxtel Wij hebben de in deze jaarstukken opgenomen jaarrekening 2014 van de gemeente Boxtel gecontroleerd. Deze jaarrekening bestaat uit de balans per 31 december 2014 en het overzicht van baten en lasten over 2014 met de toelichtingen, waarin zijn opgenomen een overzicht van de gehanteerde grondslagen voor financiële verslaggeving en andere toelichtingen, alsmede de bijlage verantwoordingsinformatie over specifieke uitkeringen (SiSa).
Verantwoordelijkheid van het college van burgemeester en wethouders Het college van burgemeester en wethouders van de gemeente Boxtel is verantwoordelijk voor het opmaken van de jaarrekening alsmede voor het opstellen van het jaarverslag beide in overeenstemming met het in Nederland geldende Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Deze verantwoordelijkheid houdt onder meer in dat de jaarrekening zowel de baten en lasten als de activa en passiva getrouw dient weer te geven en dat de in de jaarrekening verantwoorde baten, lasten en balansmutaties rechtmatig tot stand zijn gekomen. Rechtmatige totstandkoming betekent in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen. Het college van burgemeester en wethouders is tevens verantwoordelijk voor een zodanige interne beheersing als het noodzakelijk acht om het opmaken van de jaarrekening en de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties mogelijk te maken zonder afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten.
Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de jaarrekening op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht, waaronder de Nederlandse controlestandaarden, het Besluit accountantscontrole decentrale overheden (Bado) en het controleprotocol WNT. Dit vereist dat wij voldoen aan de voor ons geldende ethische voorschriften en dat wij onze controle zodanig plannen en uitvoeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de jaarrekening geen afwijkingen van materieel belang bevat. Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de jaarrekening. De geselecteerde werkzaamheden zijn afhankelijk van de door de accountant toegepaste oordeelsvorming, met inbegrip van het inschatten van de risico’s dat de jaarrekening een afwijking van materieel belang bevat als gevolg van fraude of fouten. Bij het maken van deze risico-inschattingen neemt de accountant de interne beheersing in aanmerking die relevant is voor het opmaken van de jaarrekening en voor het getrouwe beeld daarvan, alsmede voor de rechtmatige totstandkoming van baten, lasten en balansmutaties, gericht op het opzetten van controlewerkzaamheden die passend zijn in de omstandigheden. Deze risico-inschattingen hebben echter niet tot doel een oordeel tot uitdrukking te brengen over de effectiviteit van de interne beheersing van de gemeente. Een controle omvat tevens het evalueren van de geschiktheid van de gebruikte grondslagen voor financiële verslaggeving en de gebruikte financiële rechtmatigheidscriteria
193
Programmajaarverslag 2014
en van de redelijkheid van de door het college van burgemeester en wethouders van de gemeente gemaakte schattingen, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de jaarrekening. De bij onze controle toegepaste goedkeuringstolerantie bedraagt voor fouten 1% en voor onzekerheden 3% van de totale lasten inclusief toevoegingen aan reserves. Wij houden ook rekening met afwijkingen en/of mogelijke afwijkingen die naar onze mening voor de gebruikers van de jaarrekening om kwalitatieve redenen materieel zijn. Daarbij zijn voor de controle van de in de jaarrekening opgenomen WNT-informatie de toleranties gehanteerd zoals vastgelegd in het controleprotocol WNT. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is om een onderbouwing voor ons oordeel te bieden.
Oordeel betreffende de jaarrekening Naar ons oordeel geeft de jaarrekening van de gemeente Boxtel een getrouw beeld van de grootte en de samenstelling van zowel de baten en lasten over 2014 als van de activa en passiva per 31 december 2014 in overeenstemming met het Besluit begroting en verantwoording provincies en gemeenten. Voorts zijn wij van oordeel dat de in deze jaarrekening verantwoorde baten en lasten alsmede de balansmutaties over 2014 in alle van materieel belang zijnde aspecten rechtmatig tot stand zijn gekomen in overeenstemming met de begroting en met de relevante wet- en regelgeving, waaronder gemeentelijke verordeningen.
Verklaring betreffende overige bij of krachtens de wet gestelde eisen Ingevolge artikel 213 lid 3 onder d Gemeentewet vermelden wij dat het jaarverslag, voor zover wij dat kunnen beoordelen, verenigbaar is met de jaarrekening. Eindhoven 13 mei 2015 PricewaterhouseCoopers Accountants N.V. Origineel getekend door: drs. T.A.G. van Boxtel RA
194
Programmajaarverslag 2014