pgb SAMENVATTING
STICHTING PENSIOENFONDS VOOR DE GRAFISCHE BEDRIJVEN
pgb
Stichting Pensioenfonds voor de Grafische Bedrijven
Samenvatting Jaarverslag
ZWAANSVLIET 3 1081 AP AMSTERDAM TELEFOON (020) 5 418 418 FAX (020) 6 442 911 INTERNET WWW.GBF.NL
2009
Inhoud
PENSIOENFONDS PGB
BIJLAGE I: SAMENVATTING CIJFERS 2009
3
Profiel
37
Balans
4
Kerncijfers
38
Staat van baten en lasten
6
Vooraf BIJLAGE II: SAMENSTELLING ONZE ORGANISATIE: BELEID EN BESTUUR
9
39
Bestuur PGB, deelnemersraad en Verantwoordingsorgaan en commissies
Bestuurlijke ontwikkelingen
11
Intern toezicht
12
Extern toezicht
13
Financieel beleid ONTWIKKELINGEN IN PENSIOENBEHEER
19
De pensioenregeling
20
Ontwikkeling bij werkgevers en deelnemers
22
Ontwikkelingen in communicatie en dienstverlening
27
ONTWIKKELINGEN IN VERMOGENSBEHEER EN RISICOMANAGEMENT
31
Risicomanagement en beheersing
33
Toekomstverkenning: voortgang herstelbeleid en toeslagverwachting bij PGB
Disclaimer: de teksten en de cijfers van het volledige jaarverslag zijn bindend in geval van afwijkingen. De samenvatting is niet gecontroleerd door externe accountants en de externe actuaris.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 2
Pensioenfonds PGB
Resultaatgericht
PROFIEL
PGB levert zonder winstoogmerk een compleet pensioenpakket tegen een zo laag mogelijke Sinds 1953 verzorgt PGB het pensioen voor deelnemers in de grafimediabranche. Het ver-
premie in combinatie met een verantwoord serviceniveau. Voor het vermogensbeheer vormt
plichtgestelde bedrijfstakpensioenfonds is destijds opgericht om werknemers en hun gezinnen
de outperformance ten opzichte van de vooraf vastgestelde normportefeuille het vertrekpunt.
te verzekeren van een goed pensioen op 65 jaar of bij overlijden van de deelnemer. Het PGBpensioen is een aanvulling op de wettelijke basisvoorzieningen (AOW/Anw) in Nederland.
Flexibel
Sinds 2007 vallen ook uitgeverijen onder de werkingssfeer van het pensioenfonds. Uitgevers
PGB levert maatwerk. De productlijn van PGB sluit goed aan bij de vraag uit de branches
kunnen op vrijwillige basis deelnemen.
waar zij voor werkt en bij de ontwikkelingen in de samenleving. PGB zorgt er bovendien voor de verschillende klantengroepen, met hun diverse informatiebehoeften, op het juiste moment, begrijpelijk en op de persoonlijke situatie toegesneden krijgen aangeboden.
Missie PGB wil voor de branches en ondernemingen in de mediasector waarvoor zij werkt het loket zijn voor pensioen. Werkgevers en werknemers kunnen rekenen op een solide en duurzaam
Transparant
beheer van het vermogen en een effectieve, efficiënte en flexibele uitvoering van de pensioen-
PGB wil naar deelnemers en werkgevers transparant zijn en in lijn met wetgeving communi-
administratie. Het fonds stuurt in de uitvoering op betrokkenheid, transparantie, professiona-
ceren. Het gaat hier om enerzijds de communicatie vanuit het fonds ter verantwoording van
liteit en resultaatgerichtheid waarbij de persoonlijke band met belanghebbenden wordt ver-
haar beleid en bestuur en anderzijds om de communicatie naar de markt aangaande de
sterkt, administratief gemak wordt bevorderd en relevante benchmarks worden verslagen.
ontwikkeling van het pensioen en de persoonlijke pensioensituatie.
Kernwaarden
Evenwichtige solidariteit en duurzaamheid
Vanuit de missie zijn kernwaarden geformuleerd waaraan door het pensioenfonds en haar
Het pensioenfonds wil in haar beleid op een evenwichtige manier rekening houden met de
uitvoeringsorganisatie invulling wordt gegeven. Die waarden zijn:
belangen van deelnemers, gewezen deelnemers en pensioengerechtigden, van jongere en oudere deelnemers en werknemers en werkgevers. Daarnaast wil het fonds in het beleggings-
Betrouwbaar en betrokken
beleid ook bijdragen aan een duurzame ontwikkeling van milieu en samenleving.
PGB wil voor de branches waar zij voor werkt een betrouwbare partner zijn. De betrouwbaarheid vertaalt zich in solide vermogensbeheer, een door de jaren heen betaalbaar en waardevast pensioen en een accurate administratie met oog voor service en gemak voor werkgever en deelnemer.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 3
Pensioenfonds PGB
Kerncijfers
2009
2008
2.485
2.622
Aantal werkgevers
Kerncijfers
2009
2008
Vermogenssituatie en solvabiliteit
Aangesloten werkgevers Aantal deelnemers Premiebetalende deelnemers
38.578
40.186
Deelnemers met toerekening wegens arbeidsongeschiktheid
4.786
5.120
Premievrije deelnemers
153.442
189.107
Totaal
196.806
234.413
Stichtingskapitaal en reserve
831
Vereiste reserve
1.339
Reservetekort
508
Voorziening pensioenverplichtingen
8.491
269 1.171
1.440 8.480
Marktrente in %
3,88
3,55
Aanwezige dekkingsgraad FTK in %
110
97
Vereiste dekkingsgraad FTK in %
116
114
2,09
Verhoging ingegane pensioenen en aanspraken per 1 januari in % Toeslag
Aantal pensioenen Ingegane ouderdomspensioenen
24.582
23.757
Ingegane partnerpensioenen
12.902
12.753
Ingegane wezenpensioenen
564
607
38.048
37.117
Totaal
N.B.: alle bedragen van de kerncijfers zijn afgerond op miljoenen euros. De percentages zijn berekend op basis van de niet afgeronde bedragen.
Pensioenuitvoering Premieloon (pensioengrondslag)
903
901
Premiebijdragen
188
172
Pensioenuitvoeringskosten
8
8
Uitkeringen
305
276
Beleggingen Balanswaarde beleggingen
1
11.459
Beleggingsopbrengst risico fonds
1.166
10.474
Beleggingsopbrengst risico deelnemers
1
1.776
1
16,0
20,7
3
0,90
Performancetoets
1,66
Totaal rendement in % Z-score
2
1,02 1,31
1. Weergegeven is de waarde van de beleggingen exclusief derivaten 151 (v.j. 154) en exclusief repos, vooraankopen, voorverkopen en liquide middelen die zijn aangewend voor de beleggingen. Inclusief deze posten komt de balanswaarde beleggingen eind 2009 uit op 9.291 en eind 2008 op 8.208. Voor berekening van de dekkingsgraad wordt deze laatste balanswaarde genomen. De dekkingsgraad wordt dan als volgt berekend: 9.291/8.491 = 110%. 2. Het totaal rendement is het beleggingsrendement exclusief de waarde van de renteafdekkingsinstrumenten. Inclusief het effect van de renteafdekkingsinstrumenten is het totaal rendement in 2009 14,5% en in 2008 17,8%. 3. De beleggingsprestaties van verplichtgestelde pensioenfondsen worden in Nederland getoetst. Daarvoor is een gestandaardiseerde norm, de z-score, ontwikkeld. Voor het jaarlijks vaststellen van de z-score wordt het rendement (de performance) van het pensioenfonds vergeleken met het rendement van de vooraf door het bestuur vastgestelde benchmark op basis van een wettelijk voorgeschreven formule waarin ook de samenstelling van het belegde vermogen en de kosten voor de uitvoering meetellen. Vervolgens worden de z-scores over een periode van 5 jaar via een ook weer wettelijk voorgeschreven formule gemiddeld. Deze score wordt de performancetoets genoemd. Bij een negatieve uitkomst kunnen aangesloten ondernemingen besluiten van pensioenfonds te wisselen. De z-score kwam ultimo 2009 uit op 0,90. De performancetoets van PGB over de laatste 5 jaar komt uit op +1,66 wat ruim positief is.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 4
PGB heeft tijdens regionale herstelplanbijeenkomsten het herstelplan toegelicht. Tijdens de bijeenkomsten zijn de door het fonds gemaakte keuzes ten aanzien van het rendement en risico uitgebreid belicht.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 5
Pensioenfonds PGB
VOORAF
gevolgen van de kredietcrisis. Het fonds streeft naar balans tussen de ambitie om een
Deze samenvatting geeft de belangrijkste ontwikkelingen en cijfers van het Pensioenfonds
waardevast pensioen aan te bieden, de betaalbaarheid ervan en de risicos die het fonds
voor de Grafische Bedrijven (PGB) weer over 2009. De informatie is ontleend aan de jaar-
daarvoor op de korte- en middellange termijn bereid is te lopen. Om de juiste afwegingen te
rekening PGB 2009. Voor een verantwoord beeld over de financiële positie en resultaten van
maken zijn in het verslagjaar verschillende studies uitgevoerd. Mede op basis van de uitkom-
PGB dient de samenvatting gelezen te worden in samenhang met de volledige jaarrekening.
sten van deze studies is voor een defensievere beleggingsstijl gekozen. De risicohouding van
De jaarrekening is door KPMG Accountants gecontroleerd en van een goedkeurende verkla-
het bestuur is in 2009 ook nog eens getoetst. De uitkomsten van dit risk appetite onderzoek
ring voorzien. Towers Watson B.V. heeft de actuariële verklaring op de jaarrekening afgegeven.
vormen het risicokader voor het fonds en daarmee de basis voor strategische keuzes in de beleggingsportefeuille voor de toekomst. Ook zijn in het verslagjaar verdere voorstellen ontwikkeld voor intensivering van het risicobeheer.
Financiële positie versterkt Na een diepe wereldwijde crisis is de beweeglijkheid van de financiële markten in 2009 geleidelijk afgenomen. De economische vooruitzichten zijn mede door de stimulerende maatrege-
Onderzoek
len van de overheden verbeterd. De meeste pensioenfondsen hebben een belangrijk deel van
Naar aanleiding van de kredietcrisis en de financiële gevolgen voor pensioenfondsen heeft ook
de verliezen in 2008 weer goed kunnen maken. Dat geldt ook voor PGB. De dekkingsgraad,
buiten het fonds nader onderzoek plaatsgevonden. De Nederlandsche Bank (DNB) heeft vast-
de verhouding tussen het vermogen en de waarde van de pensioenen, steeg bij een rende-
gesteld dat de omvang van de verliezen, behalve op de ernst van de crisis en het gevoerde
ment van 16% van 97% eind 2008 naar 110% eind 2009.
strategisch beleid, voor een deel ook is terug te voeren op de uitvoering van het beleggingsbeleid. Ook het vermogensbeheer bij PGB is in het kader van dit onderzoek door DNB
Herstelplan
geanalyseerd. De bevindingen worden in de eerste helft van 2010 verwacht. Naast het onder-
In het eerste kwartaal zag het daar nog niet naar uit. Het fonds had toen een herstelplan
zoek van DNB heeft de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) een drietal
moeten opstellen. Dat was nodig omdat er sprake was van een financieel tekort. Pensioen-
commissies ingesteld. De commissie Don heeft de huidige regels die de toezichthouders
fondsen zijn wettelijk verplicht om reserves aan te houden. Een reserve van ongeveer 5% voor
hanteren, geëvalueerd. De commissie Frijns heeft aanbevelingen geformuleerd met betrekking
algemene risicos en daarnaast een buffer om schommelingen in de beleggingen te kunnen
tot de inrichting van het beleggingsbeleid, risicobeheer en de besturing van fondsen. En de
opvangen. De minimale dekkingsgraad zou ongeveer 120% moeten zijn. Onder die grens
commissie Goudszwaard heeft tot slot aanbevelingen gedaan met het oog op versterking van
moet een herstelplan worden opgesteld. Daarin wordt aangegeven hoe het fonds weer op het
de financiële toekomstbestendigheid van het pensioensysteem.
vereiste niveau denkt te komen. Binnen drie jaar boven de circa 105% en binnen 15 jaar boven de circa 120%. De termijn van drie jaar is eenmalig verruimd naar vijf jaar. In het her-
PGB zal in 2010 nagaan of en in welke richting aanpassingen van het beleid en bestuur nodig zijn.
stelplan heeft PGB ervoor gekozen om meer zekerheid en stabiliteit in het beleggingsbeleid aan te brengen. Het percentage van het vermogen dat in aandelen wordt belegd, is terug-
Ontwikkeling klanten
gebracht en het percentage alternatieve beleggingen is uitgebreid. Verder vindt afdekking van
Als gevolg van de economische crisis daalde het aantal deelnemers in 2009 van 82.423 eind
rente-, inflatie- en valutarisicos plaats. Andere herstelmaatregelen zijn het achterwege blijven
2008 naar 81.412 eind 2009. Een daling van 1,2%. De krimp in de branches waar PGB voor
van de toeslagverlening en de verhoging van de pensioenbijdrage.
werkt van ruim 10% werd voor een deel gecompenseerd door nieuwe vrijwillige aansluitingen en een toename van het aantal pensioengerechtigden. In december 2009 besloot pensioen-
Intern overleg
fonds Wegener met een vermogen van circa 750 miljoen en 3.800 deelnemers en pensioen-
Het bestuur heeft zich naar aanleiding van het beleggingsjaar 2008 intensief beraden over de
gerechtigden, zich met ingang van 2010 aan te sluiten bij PGB.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 6
Om de verplichting tot uitbetalen en de toeslagambitie te kunnen realiseren, moeten de beleggingsopbrengsten op de lange termijn en binnen verantwoorde risico’s worden geoptimaliseerd. Als gevolg van de rijpheid van het fonds, sorteert het premie-instrument relatief weinig effect.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 7
Onze organisatie: bestuur en beleid
Het bestuur is verantwoordelijk voor de uitvoering van de pensioenregeling zoals sociale part-
Bestuursvergaderingen
ners in de grafimedia die zijn overeengekomen, het beheer van het vermogen en het risico-
Het bestuur heeft naast de onderwerpen in de reguliere beleidscyclus over een groot aantal
management. Het bestuur streeft ernaar om te handelen overeenkomstig de principes voor
bijzondere onderwerpen vergaderd. De belangrijkste waren de gevolgen van de kredietcrisis
goed pensioenfondsbestuur (Pension Fund Governance) .
voor het fonds in het algemeen en het strategisch vermogensbeheer in het bijzonder, de Asset Liability Managementstudie (ALM-studie), de continuïteitsanalyse, het korte- en langetermijnherstelplan en het toeslagbeleid. In het kader van de reguliere beleidscyclus is onder meer
BESTUURLIJKE ONTWIKKELINGEN
vergaderd over de jaarrekening, de Actuariële en Bedrijfstechnische Nota, het communicatieDe structuur van het fonds in relatie met haar directe omgeving ziet er schematisch als volgt uit:
plan, maatschappelijk verantwoord beleggen, de uitbestedingsovereenkomst met de uitvoeringsorganisatie, de uitkomsten van de risicoanalyse en de adviezen van de beleggingscommissie, in het bijzonder het beleggingsplan en de normportefeuille. Daarnaast hebben tussentijds extra vergaderingen plaatsgevonden met het bestuur van de uitvoeringsorganisatie. Tot slot is in het kader van verantwoording en toezicht overleg geweest met de Deelnemersraad, het Verantwoordingsorgaan en de Visitatiecommissie. Deskundigheidsbevordering Het bestuur beschikt over een deskundigheidsplan waarin is vastgelegd aan welke eisen bestuursleden moeten voldoen en over welke kwalificaties het bestuur als collectief moet beschikken. De aandachtsgebieden zijn geclusterd (actuariaat en pensioenbeleid, vermogensbeheer en risicobeheer, bedrijfsvoering & uitbesteding en communicatie) en op basis van kennis en ervaring tussen de bestuurders verdeeld. Per aandachtsgebied dienen er minimaal twee bestuurders te zijn die beschikken over de vereiste deskundigheid; daarnaast dienen ten minste twee bestuursleden twee jaar ervaring te hebben in het besturen van een organisatie. Het deskundigheidsplan is gebaseerd op het Plan van Aanpak Deskundigheidsbevordering van de pensioenkoepels. In het plan wordt naast de deskundigheidseisen ook jaarlijks aan-
Toelichting: het bestuur pleegt overleg met de directie van de uitvoeringsorganisatie, met de Commissie voor
gegeven op welke onderdelen de kennis en ervaring via studiedagen, cursussen, seminars en
Beleggingen en Risicomanagement, het Verantwoordingsorgaan, de Visitatiecommissie en de Deelnemersraad.
workshops op peil wordt gehouden.
Het pensioenfonds staat onder financieel toezicht van De Nederlandsche Bank. De Autoriteit Financiële Markten houdt toezicht op de communicatie-uitingen. Het klantenpanel toetst en adviseert over de begrijpelijkheid van de pensioencommunicatie.
Uit evaluerend onderzoek blijkt dat de kennis voor wat betreft het besturen van een organisatie, de relevante wet- en regelgeving, de pensioenregelingen en pensioensoorten, admini-
pgb Jaarverslag 2009
pag. 8
Onze organisatie: bestuur en beleid
stratieve organisatie en communicatie op het gewenste niveau ligt. Verdere verdieping van
Om de onderscheidende prijs-kwaliteitverhouding voor werkgevers en werknemers minimaal
expertise is nodig op de gebieden vermogensbeheer en risicomanagement. Door de toe-
te kunnen continueren en een kwalitatief adequate invulling te kunnen geven aan goed pen-
genomen complexiteit en verdere professionalisering binnen deze deskundigheidsgebieden zal
sioenfondsbestuur, wordt schaalgrootte steeds belangrijker. Mede gezien de veranderingen in
het bestuur expertise moeten organiseren of zich eigen maken om de beheerste bedrijfsvoe-
de bedrijfstak wil PGB daarom in overleg met sociale partners en in samenwerking met de
ring met betrekking tot vermogensbeheer en risicomanagement te kunnen continueren.
ondernemings- en bedrijfstakpensioenfondsen binnen de mediasector komen tot één overkoepelend pensioenfonds.
Uit het onderzoek komt verder naar voren dat de relatie tussen het algemeen bestuur en het Raamwerk voor aansluiting
dagelijks bestuur geëvalueerd moet worden. Dit staat voor 2010 op de planning.
Het fonds beschikt over een analysemodel op basis waarvan verzoeken voor nieuwe toeCommissie voor Beleggingen en Risicomanagement
treding worden beoordeeld. Het model analyseert de financiële positie van PGB met en zon-
Op het gebied van beleggingen en risicomanagement laat het bestuur zich adviseren door de
der samengaan van fondsen of regelingen. Rekening wordt gehouden met de bestands-
Commissie voor Beleggingen en Risicomanagement. De Commissie vergadert ten minste zes
ontwikkeling, de dekkingsgraad, de premie, de inflatie, de loonstijging, de eventuele voor-
keer per jaar. De commissie neemt besluiten met betrekking tot het beleggen van de beschik-
waardelijke backservice en de toeslagverlening. Het fonds is verheugd dat eind 2009 Wegener
bare middelen, het beheer van het vermogen op basis van het door het bestuur vastgestelde
NV, het Algemeen Pensioenfonds Wegener (APW) en PGB de overeenkomst tot aansluiting
beleggingsbeleid en risicomanagement. De commissie is in 2009 een oordeel gevraagd over
van APW met ingang van 1 januari 2010 hebben getekend. PGB is met andere ondernemin-
het herstelplan en de onderliggende studies. Daarnaast werd de agenda voor een belangrijk
gen en branches binnen de keten in gesprek om het draagvlak gezamenlijk te verbreden.
deel bepaald door het advies met betrekking tot het strategisch vermogensbeheer 2010 2012 en het beleggingsplan 2010. Tot slot is stilgestaan bij de lessen van het turbulente
Transparantie en communicatie
beleggingsjaar 2008 voor het pensioenfonds en de beleggingsrisicos op de korte en middel-
Het bestuur streeft ernaar om systematisch en planmatig aandacht te besteden aan de gover-
lange termijn.
nance waartoe informatieverstrekking over beleid, bestuur en organisatie (corporate communicatie) wordt gerekend. Daarnaast zijn de communicatieactiviteiten van het fonds gericht op
Strategisch profiel PGB en acquisities
versterking van het pensioenbewustzijn van de deelnemers (marktcommunicatie).
De grafimediasector is aan sterke veranderingen onderhevig. De sector krimpt als gevolg van
PGB informeert werkgevers, (gewezen) deelnemers, gewezen partners en pensioengerechtig-
technologische ontwikkelingen en internationale concurrentie. Door de conjunctuurgevoe-
den over de actuele pensioenontwikkelingen. Het fonds maakt daarbij gebruik van zowel
ligheid van de producten en de gevolgen van de kredietcrisis wordt dit proces versterkt.
traditionele als elektronische media. Via relatiebladen en elektronische nieuwsbrieven naar
Verder is de dynamiek in de omgeving van pensioenfondsen sterk toegenomen. De Pensioen-
werkgever en deelnemers, websites, worksites, jaarverslagen en brochures worden belang-
wet heeft geleid tot een toename van het toezicht en een strakkere regulering van zowel het
hebbenden op de hoogte gehouden over de strategie van het fonds, het beleggingsbeleid en
financiële beleid als de informatieverplichtingen. Daarnaast worden ook steeds hogere eisen
de veranderingen daarin, het rendement en de dekkingsgraad. De samenstelling, agendas en
gesteld aan het pensioenfondsbestuur, risicobeheer en aan de wijze waarop toezicht wordt
notulen van deelnemersraad, verantwoordingsorgaan en klantenpanel worden gepubliceerd
gehouden en verantwoording wordt afgelegd.
op de website. Hetzelfde geldt voor de verantwoording van het beleggingsbeleid.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 9
Onze organisatie: bestuur en beleid
Duidelijkheid over risicohouding
Om het pensioenbewustzijn verder te vergroten, zet het fonds in 2010 naast de gebruikelijke
PGB heeft er in het verslagjaar voor gekozen om de reikwijdte en impact van de herstelmaat-
communicatiemiddelen, als pilot een pensioenworkshop in. De marktcommunicatie bestaat
regelen toe te lichten tijdens regionale herstelplanbijeenkomsten. Tijdens de bijeenkomsten zijn
verder uit een uitgebreid palet van brochures, een populaire weergave van het jaarverslag, de
de door het fonds gemaakte keuzes ten aanzien van het rendement en risico uitgebreid belicht.
UPO en de andere pensioenoverzichten bij einde deelname, bij en na pensioneren en bij beëindiging van de relatie. Ook worden er voor werkgevers pensioencursussen georganiseerd
PGB heeft de verplichting om de opgebouwde en ingegane pensioenen en de toegekende
en op locatie pensioenspreekuren gehouden.
toeslagen uit te keren. Daarnaast heeft het fonds de ambitie om de koopkracht van het pensioen op peil te houden, maar deze toekomstige toeslagverlening is afhankelijk van de midde-
Monitoring uitvoering en serviceniveau
len van het fonds. Om de verplichting tot uitbetalen en de toeslagambitie te kunnen realiseren,
Het pensioen- en het vermogensbeheer is uitbesteed aan de stichting Grafische Bedrijfsfond-
moeten de beleggingsopbrengsten op de lange termijn en binnen verantwoorde risicos wor-
sen (GBF). Bij de uitbesteding zijn de taken en verantwoordelijkheden van de uitvoerings-
den geoptimaliseerd. Als gevolg van de rijpheid van het fonds, sorteert het premie-instrument
organisatie vastgelegd in een uitbestedingsovereenkomst. De bestaande uitbestedingsover-
relatief weinig effect. PGB moet daarom met haar beleggingen op de financiële markten risico
eenkomst is verlengd voor de periode die nodig is voor besluitvorming tot een nieuwe
aangaan. Het kan door de solidariteit tussen generaties beleggingsrisico nemen. Risico nemen
rechtsvorm voor de uitvoeringsorganisatie. Dat zal naar verwachting in de loop van 2010 het
betekent echter ook onzekerheid over de totale uitkomst van het pensioen (het pensioen en
geval zijn. Om beter zicht te krijgen op de prestaties besloot het fonds mee te doen met het
de eventueel verleende toeslag).
Cost Effectiveness Measurement (CEM) benchmarkonderzoek 2009 over 2008. CEM vergelijkt
Normaal gesproken kunnen (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden bij PGB rekenen
de prestaties van pensioenfondsen wereldwijd.
op een pensioen met toeslag. Als het op de financiële markten meezit, wordt de toeslag die in het verleden niet is verstrekt, ingehaald. Als het erg meezit, worden de pensioenen verhoogd
Vergelijking kosten en service
op basis van het grafimedialoonindexcijfer in plaats van op basis van de prijsindex.
De kosten en de geleverde service zijn afgezet tegen die van vergelijkbare Nederlandse pen-
Als het op de financiële markten echter tegenzit, wordt in het verleden gemiste toeslag niet
sioenfondsen. Op grond van het rapport wordt duidelijk dat de kosten voor pensioenbeheer
ingehaald en krijgt men minder of geen toeslag. En als het erg tegenzit, kan het pensioen in
bij PGB onder de gemiddelde prijs ligt van vergelijkbare fondsen: in 2008 94 per deelnemer
het uiterste geval ook worden verlaagd.
per jaar versus 115. De kosten bij PGB zijn in 2009 opgelopen naar 104 per deelnemer. De gemiddelde uitvoeringskosten van pensioenbeheer bij andere fondsen over 2009 zijn nog
Versterking pensioenbewustzijn
niet bekend. De service die het fonds bestuurders, werkgevers en deelnemers biedt, ligt mini-
Om het pensioenbewustzijn te versterken heeft PGB ervoor gekozen om een pensioenstart-
maal in lijn met het gemiddelde van pensioenfondsen waar PGB mee wordt vergeleken.
formulier als onderdeel van de startcommunicatie te ontwikkelen. Nieuwe deelnemers worden zo min of meer gedwongen na te denken over een aantal pensioenaspecten zoals de aan-
Vergelijking rendement
melding voor het partnerpensioen in het geval van ongehuwde samenwoning en waarde-
Met betrekking tot het vermogensbeheer streeft het bestuur naar een stabiele outperformance
overdracht. Ook een extra (risico)verzekering kan via het formulier voor de partner worden
ten opzichte van de gekozen benchmark. PGB behaalde een rendement van 16% bij een
afgesloten. Dezelfde werkwijze wordt gebruikt bij beëindiging van de pensioendeelname.
benchmark van 14,4%. De performancetoets 2009 over de laatste vijf jaar kwam uit op + 1,66,
pgb Jaarverslag 2009
pag. 10
Onze organisatie: bestuur en beleid
wat ruim positief is. Bij een negatieve uitkomst kunnen verplicht aangesloten werkgevers
Deelnemersraad
besluiten van pensioenfonds te wisselen.
De werknemers die pensioen opbouwen en de gepensioneerden zijn in de deelnemersraad evenredig op basis van onderlinge getalsverhoudingen vertegenwoordigd. De leden worden
De kosten voor het vermogensbeheer bedroegen 21,5 miljoen (v.j. 21,6 miljoen). De totale
voorgedragen door de werknemersorganisaties in de branche. Tevens is een afgevaardigde
kosten van het pensioenfonds stegen in 2009 met 3,2% van 29,0 miljoen tot 30,0 miljoen.
van de Centrale Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO) lid van de raad. De deelnemersraad beschikt over advies- en beroepsrecht. Het bestuur pleegt in het kader van mede-
De totale bedrijfskosten kunnen als volgt worden gespecificeerd:
zeggenschap minimaal twee keer per jaar overleg met de deelnemersraad. Het gaat dan vooral om adviesaanvragen in verband met al dan niet verhogen van de pensioenen of
Bedrijfskosten
2009
2008
Kosten uitvoeringsorganisatie
12.608.000
10.564.000
Overige kosten
17.382.000
18.484.000
Totale kosten
29.990.000
29.048.000
wijzigingen in statuten en reglementen en de vaststelling van het jaarverslag. Vanaf 2009 worden er jaarlijks minimaal twee reguliere vergaderingen van de deelnemersraad en het verantwoordingsorgaan gepland, waarvoor ook het dagelijks bestuur en de directie van de uitvoeringsorganisatie worden uitgenodigd. Visitatiecommissie
Dit betreft: Kosten pensioenbeheer Kosten vermogensbeheer
PGB kent als vorm van intern toezicht een zgn. Visitatiecommissie. Deze commissie bestaat 8.519.000
7.594.000
21.471.000
21.454.000
uit drie onafhankelijke pensioenexperts, die toezicht houden op het functioneren van het bestuur en het pensioenfonds. De commissie beoordeelt tenminste één keer per drie jaar de beleids- en bestuursprocedures, de aansturing van het pensioenfonds en de keuzes in het hanteren van de risicos op langere termijn. In het jaarverslag van PGB zijn de bevindingen van
INTERN TOEZICHT
de Visitatiecommissie en de reactie van het bestuur hierop weergegeven. Verantwoordingsorgaan Over het gevoerde beleid en de naleving van de principes van goed pensioenfondsbestuur
Gedragscode, fraudepreventie en compliance
wordt verantwoording afgelegd aan het verantwoordingsorgaan. In dit orgaan zijn deelnemers,
PGB kent een gedragscode. De bestuurders, medewerkers van de uitvoeringsorganisatie en
gepensioneerden en werkgevers vertegenwoordigd. Het verantwoordingsorgaan heeft de
adviseurs verklaren jaarlijks en schriftelijk de gedragscode na te zullen leven. Het fonds volgt
bevoegdheid een oordeel te geven over het handelen van het bestuur, over het gevoerde
verder de richtlijnen van het fraudepreventieprotocol zoals dat is opgesteld door de pensioen-
beleid en over de beleidskeuzes voor de toekomst. De leden worden voorgedragen door
koepels. Het toetsen van de risicos in het nakomen van relevante wet- en regelgeving (com-
werknemers-, werkgevers- en ouderenorganisaties (CSO). Bestuur en verantwoordingsorgaan
pliance) en de integriteit van de organisatie is onderdeel van het risicomanagement. In dat
hebben in 2009 driemaal overlegd. In het jaarverslag van PGB zijn de bevindingen van het
kader is het integriteitbeleid in kaart gebracht en zijn een incidentenregeling (waarin opgeno-
verantwoordingsorgaan en de reactie van het bestuur hierop weergegeven.
men een klokkenluidersregeling) en een regeling ongewenst gedrag opgesteld.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 11
Onze organisatie: bestuur en beleid
Verder is een incidentenregistratie in gebruik genomen waarbij per incident wordt nagegaan
De inschatting is ook dat PGB, in lijn met de conclusies voor de sector als geheel, op de
waar de procesgang kan worden aangepast om een vergelijkbaar incident in de toekomst te
aspecten risicomanagement, deskundigheid en controle verdere stappen zal moeten doen om
voorkomen.
adequaat te kunnen blijven functioneren.
EXTERN TOEZICHT
AFM De AFM controleert of pensioenuitvoerders de wetten en regels ten aanzien van de infor-
PGB staat onder toezicht van DNB en de Autoriteit Financiële Markten (AFM). Het financieel
matieverstrekking naleven. In het laatste onderzoek van januari 2009 van de AFM (dat inzicht
toezicht vanuit DNB richt zich op de financiële soliditeit van het fonds en de stabiliteit van de
geeft in welke mate rekening wordt gehouden met de eisen van de Pensioenwet) behaalde
sector. Het gedragstoezicht door de AFM heeft betrekking op transparante communicatie en
PGB een score van 93%. De communicatie van het fonds voldoet aan de eisen van de wet.
de marktverhoudingen tussen pensioenuitvoerders. Klachten en geschillen DNB
PGB kent een klachten- en een geschillenregeling. Een klacht gaat over de manier waarop
Tussen het pensioenfonds en de toezichthouder vindt op reguliere basis overleg plaats. Daarin
deelnemers of werkgevers door de uitvoeringsorganisatie zijn behandeld en een geschil heeft
worden de actuele ontwikkelingen besproken. Gezien de ontwikkelingen op de financiële
betrekking op de manier waarop de pensioenregeling wordt toegepast. In 2009 zijn geen
markten en de impact daarvan op de pensioensector heeft DNB intensief aandacht besteed
klachten of bezwaarschriften voorgelegd aan de (onafhankelijke) commissies waar deelnemers
aan beoordeling van het korte- en langetermijnherstelplan en de ontwikkeling van de financiële
terecht kunnen.
positie van het fonds. PGB heeft haar herstelplan tijdig ingediend en ontving in juli 2009 de goedkeuring van de toezichthouder. Naast het gebruikelijke toezichtgesprek en de periodieke
VERANTWOORD BELEGGEN
informatieoverdracht over dekkingsgraad, jaarstaten en jaarverslag vond in 2009 en 2010
PGB houdt bij de vaststelling en de uitvoering van haar beleggingsbeleid niet alleen rekening
onderzoek plaats naar het gevoerde beleggingsbeleid. DNB wilde zich een oordeel vormen
met de financiële aspecten bij bedrijven. Het let ook op het sociale beleid, de kwaliteit van het
over het functioneren van de governancestructuur tussen fondsen en hun uitvoeringsorga-
bestuur en de manier waarop bedrijven omgaan met het milieu. Het fonds streeft naar een
nisatie voor wat betreft het vermogensbeheer en het risicobeheer. Eerder in het jaar had DNB
goed, stabiel én verantwoord rendement. Het beleid wordt over alle beleggingscategorieën
naar aanleiding van eigen analyses bij een tiental pensioenfondsen vastgesteld dat de omvang
uitgewerkt. Alleen beleggingsfondsen en futurescontracten zijn uitgezonderd omdat het fonds
van de verliezen, behalve op de ernst van de crisis en het gevoerde strategisch beleid, voor
daar geen invloed op kan uitoefenen. Bij de selectie van beleggingsfondsen genieten beleg-
een deel ook is terug te voeren op de uitvoering van het beleggingsbeleid.
gers die maatschappelijk verantwoord beleggen, de voorkeur.
De onderzoekers van de toezichthouder hebben gesproken met leden van het dagelijks
Uitwerking
bestuur, leden van de Commissie voor Beleggingen en Risicomanagement en medewerkers
Maatschappelijk verantwoord beleggen (MVB) is bij PGB uitgewerkt in de vorm van uitslui-
van de afdeling Beleggingen van de uitvoeringsorganisatie. De uitkomst daarvan wordt in de
tingsbeleid, best-in-class-beleid, duurzaamheidsfinanciering, stemgedrag en engagement. De
eerste helft 2010 verwacht.
portefeuille van PGB voldoet aan de uitgezette MVB-richtlijnen.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 12
Onze organisatie: bestuur en beleid
Uitsluitingsbeleid
ting, waar PGB rekening mee hield door de verplichtingen met 3% te laten stijgen, nam de
In het kader van uitsluitingsbeleid worden bedrijven geweerd als zij niet voldoen aan de
voorziening toe van 8.480 miljoen naar 8.491 miljoen. De stijging van de pensioenvoor-
gehanteerde duurzaamheidscriteria. Dat zijn de tien principes van de Verenigde Naties, aan-
ziening werd gedempt door de gestegen rente (van 3,55% naar 3,88%). Als de rente stijgt,
gevuld met het verbod op beleggingen in controversiële wapens. De beleggingsportefeuille
hoeft een fonds immers minder te reserveren.
wordt ieder kwartaal nagelopen op grond van deze uitgangspunten. Het fonds maakt hierbij gebruik van de diensten van Sustainalytics. In 2009 zijn wereldwijd 49 bedrijven op grond van
Als gevolg van de gunstige beleggingsresultaten is de financiële positie van het fonds per
hun score van het PGBs aandelenuniversum uitgesloten. Op één uitzondering na zijn deze
saldo versterkt; de dekkingsgraad steeg van 97% eind 2008 naar 110% eind 2009.
bedrijven, indien aanwezig in de beleggingsportefeuille, verwijderd. PGB geeft haar stemgedrag tijdens de algemene aandeelhoudersvergaderingen bij Neder-
Fincaniële positie PGB
Ultimo 2009
Ultimo 2008
landse en Europese ondernemingen en haar activiteiten in het kader van engagement weer via haar website. Het fonds heeft momenteel ongeveer 2%, overeenkomend met ongeveer
Totaal vermogen
9.322
8.211
200 miljoen, van haar belegd vermogen ondergebracht in best-in-class- en duurzaam-
Pensioenverplichtingen
8.491
8.480
heidsinvesteringen. Zo heeft PGB dit jaar bij de emissie van certificaten van aandelen een
Reserves
831
5%-belang in Triodos Bank NV genomen ter waarde van ruim 17 miljoen.
Dekkingsgraad Vereiste dekkingsgraad
269
110%
97%
115,8%
114%
Benchmark MVB PGB communiceert over het beleggingsbeleid en de ontwikkelingen daarin via haar website, de brochures Flexibel Pensioen, haar relatieblad, de elektronische nieuwsbrieven en het jaarverslag. De Vereniging van Beleggers voor Duurzame Ontwikkeling (VBDO) heeft een
Dekkingsgraad en financieel beleid
benchmark ontwikkeld die meet in hoeverre pensioenfondsen een verantwoord beleggings-
Het bestuur heeft naar aanleiding van de financiële positie eind 2008, in het voorjaar van 2009
beleid kennen en zich inspannen om dit beleid in praktijk te brengen en daarover naar buiten
een herstelplan opgesteld. Dat plan bevat de volgende maatregelen:
te treden. PGB stond in 2009 op de 11e plaats op een lijst van 51 pensioenfondsen die aan het onderzoek meededen. Een jaar eerder, stond het fonds nog op de 24e van 43 onderzochte pensioenfondsen.
1. In de beleggingsportefeuille wordt meer zekerheid en stabiliteit ingebouwd. Daarvoor wordt het percentage dat wordt belegd in aandelen verlaagd en het percentage dat wordt belegd in alternatieve (en minder risicovolle) beleggingen uitgebreid. 2. De pensioenpremie is met ingang van 1 januari 2009 verhoogd van 17% naar 19,5%,
FINANCIEEL BELEID
bestaande uit 17,5% voor de onder de Pensioenwet vallende voorziening en 2% voor de Het vermogen steeg in 2009 door de beleggingsresultaten (een rendement van 16,0%) met
onder de Vut-Pensioen-Levensloopwetgeving vallende voorziening voor de voorwaardelijke
1.111 miljoen van 8.211 miljoen naar 9.322 miljoen. Door de gestegen levensverwach-
backservice.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 13
Onze organisatie: bestuur en beleid
3. Het voorwaardelijk extra pensioen van deelnemers die daarvoor in aanmerking komen,
Toeslagverlening (=indexatie)
wordt jaarlijks per geboortejaar onvoorwaardelijk gemaakt als het past binnen de herstel-
PGB probeert ieder jaar de ingegane en opgebouwde pensioenen te verhogen met de prijs-
capaciteit van het fonds.
ontwikkeling. Toeslagen worden voorwaardelijk gegeven. Er is dus geen recht op toeslagver-
4. De toeslag blijft achterwege tot het moment dat het fonds uit herstel is.
lening en het is niet zeker of en in hoeverre in de toekomst toeslagen zullen kunnen worden
5. Jaarlijks zal het bestuur beoordelen of zij op basis van de actuele dekkingsgraad en de
gegeven. Er is geen geld voor gereserveerd of extra premie voor gevraagd. De toekomstige
verwachte herstelcapaciteit over de resterende herstelperiode boven de minimaal vereiste
verhogingen van het pensioen/opgebouwd pensioen worden betaald uit het beleggingsrende-
dekkingsgraad van circa 105% kan uitkomen. Als dat niet het geval mocht zijn, zullen op
ment. Dat brengt met zich mee dat de pensioenen alleen dan kunnen worden aangepast als
basis van de mogelijkheden die er op dat moment zijn, aanvullende maatregelen worden
het bestuur vindt dat de financiële middelen van het fonds daarvoor toereikend zijn.
genomen, waarbij het korten van aanspraken en uitkeringen niet bij voorbaat is uitgesloten. Voor het antwoord op de vraag of er voldoende financiële middelen voor toeslagverlening zijn, PGB verwacht, op basis van de gegevens van eind 2008, na de vijfjaarsherstelperiode uit te
toetst het bestuur jaarlijks de dekkingsgraad van het fonds aan een afgesproken richtlijn. Het
komen op ongeveer 111% en na 15 jaar op ongeveer 146%. Zowel het kortetermijn- als het
bestuur kan in positieve of negatieve zin afwijken van het advies van de richtlijn als de
langetermijnherstel zouden, als het uitgezette scenario zich voordoet, binnen de randvoor-
omstandigheden daar aanleiding toe geven. Bovendien is de richtlijn niet statisch. Onder
waarden van de toezichthouder DNB vallen.
invloed van financiële ontwikkelingen kan bijstelling nodig zijn.
Nieuw beleidskader
Wanneer het bestuur, na overleg met de Deelnemersraad, oordeelt dat er ruimte is om de
Voor de inrichting van het financieel beleid werd de laatste jaren gebruik gemaakt van een
opgebouwde aanspraken en pensioenuitkeringen geheel of gedeeltelijk aan te passen, wordt
richtlijn. Het premie-, toeslag- en beleggingsbeleid hingen daarin samen met de dekkings-
het consumentenprijsindexcijfer (cpi augustus alle huishoudens) van het CBS gevolgd. Het cpi
graad. Daar stapt het fonds nu vanaf. Analyses wijzen uit dat het fonds beter af is met een
alle huishoudens vervangt het cpi afgeleid dat tot en met 2008 werd gehanteerd. In het
vaste beleggingsmix. Een vaste mix levert langjarig gemiddeld een beter verwacht rendement
afgeleide prijsindexcijfer vond een correctie plaats voor veranderingen in de tarieven van indi-
op bij een lager risico. Ook met betrekking tot het premieniveau heeft het bestuur besloten om
recte en productgebonden belastingen zoals btw en accijnzen op alcohol en tabak.
de dekkingsgraad niet langer als uitgangspunt te nemen. Het fonds wil een vaste premie als De tot en met 31 december 2008 opgebouwde aanspraken en uitgekeerde pensioenen zijn
bijdrage voor de pensioenregeling vragen.
per 1 januari 2009 niet aangepast. De gemiste toeslag bedroeg 3,00%. Ook de toeslagverlening per 1 januari 2010 heeft gezien de financiële positie niet plaatsgevonden. De gemiste De koppeling van de dekkingsgraad met de besluitvorming over de toeslagverlening blijft wel
toeslag bedroeg 0,30%.
overeind, zij het dat de richtlijn met ingang van 1 januari 2009 is aangepast. Ook het beleid voor het inhalen van gemiste toeslagen is daarin verwerkt.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 14
Onze organisatie: bestuur en beleid
Het fonds heeft vanaf 2003 aan deelnemers, gewezen deelnemers en pensioenontvangers
gevolgen van de kredietcrisis en de gevolgen voor het toekomstig strategisch vermogens-
van de PGB-regeling voor de grafimedia de volgende toeslagen verleend:
beheer van het fonds en de invulling van het risicomanagement.
datum
verstrekte toeslag
niet verstrekte toeslag
verstrekte inhaaltoeslag
PGB langetermijnbelegger PGB blijft zichzelf als langetermijnbelegger zien zonder de korte termijn uit het oog te verliezen. Het fonds streeft naar een dekkingsgraad van 150%. Bij dat niveau is de toeslagverle-
1-1-2004
2,04%
―
―
ning in principe voor 100% gedekt. Om de verplichting tot uitbetalen van de pensioenen en
1-1-2005
―
1,09%
―
de toeslagambitie te kunnen realiseren, moeten de beleggingsopbrengsten op de lange ter-
1-1-2006
1,00%
0,55%
―
mijn en binnen verantwoorde risicos worden geoptimaliseerd. Het fonds moet daarvoor met
1-1-2007
1,50%
0,30%
―
haar beleggingen op de financiële markten risico aangaan. Door de solidariteit tussen gener-
1-1-2008
1,00%
―
1,09%
aties kan dat ook. Risico nemen betekent echter ook onzekerheid over de totale uitkomst van
1-1-2009
―
3,00%
―
het pensioen (het pensioen en de eventueel verleende toeslag). In het huidige risicokader
1-1-2010
―
0,30%
―
wordt een kans van 2,5% geaccepteerd waarbij de dekkingsgraad onder het drempelniveau van ongeveer 91,5% kan uitkomen. Bij deze ondergrens, die afhankelijk is van te hanteren parameters, beleggingsmix en de marktrente, is het fonds statistisch niet meer in staat om
Toelichting: het totaal van de niet-verstrekte toeslagen is daarmee gekomen op 4,15% (0,55% + 0,30% + 3,00% + 0,30%).
zonder aanvullende maatregelen, waaronder verlaging van het pensioen, binnen de toegestane hersteltijd op het wettelijke vereiste minimumniveau van ongeveer 105% uit te komen.
Uit de laatste ALM-studie op basis van de gegevens van eind 2009 blijkt dat de premie nog steeds kostendekkend is. De kostendekkende premie zal de komende jaren wel iets kunnen
Vaste beleggingsmix en minder in aandelen
gaan oplopen als gevolg van de verwachte vergrijzing binnen het fonds en de langere levens-
Aan de hand van een ALM-studie wordt periodiek voor het vermogensbeheer een strategie
verwachting van pensioengerechtigden.
uitgezet en een beleggingsmix bepaald, voorzien van bandbreedtes voor tactisch beleid. Het gaat hierbij om de verdeling tussen vastrentende waarden, aandelen en alternatieve beleggin-
Het bestuur heeft besloten om gezien de financiële positie van het fonds de basispremie met
gen waartoe infrastructuur, vastgoed, grondstoffen en hedgefondsen worden gerekend en de
ingang van 2009 te verhogen van 17% naar 19,5% waarvan 2% voor de onder de Vut-Pen-
mate waarin van deze vastgestelde verdeling kan worden afgeweken.
sioen-Levensloopwetgeving vallende voorziening voor de voorwaardelijke backservice. Het werknemersdeel stijgt van 6,50% naar 7,75% en de werkgeverspremie van 10,5% naar
De resultaten uit de studie die in 2009 is uitgevoerd, laten zien dat de optimale beleggings-
11,75%.
portefeuille zou bestaan uit 1/3 aandelen, 1/3 vastrentende waarden en 1/3 aan alternatieve beleggingen. Ten opzichte van voorgaande jaren bouwt het fonds meer zekerheid in door
Beleggingsbeleid
minder in aandelen te beleggen en de beleggingen in infrastructuur (waaronder water- en
Het bestuur heeft zich naar aanleiding van het beleggingsjaar 2008 intensief beraden over de
energievoorziening) en het gewicht aan obligaties te verhogen. Op basis van de resultaten van
pgb Jaarverslag 2009
pag. 15
Onze organisatie: bestuur en beleid
de studie zijn door het bestuur keuzes gemaakt voor wat betreft de invulling van de optimale
Communicatie en verantwoording
beleggingsmix. Daarbij is rekening gehouden met risicohouding en pensioenambities van het
Het fonds zal de afwegingen en keuzes die gemaakt worden met betrekking tot het beleggen
fonds.
van het vermogen en de daaraan verbonden risicos gaan communiceren naar alle geledingen van het pensioenfonds. De mate waarin deelnemers en pensioengerechtigden bereid zijn om
De ALM-studie liet ook zien dat een statische mix langjarig gemiddeld een beter rendement
risico te lopen, zal worden geanalyseerd en vastgesteld. In 2009 zijn in dit kader herstelplan-
oplevert bij een lager risico dan een dynamische mix. PGB stapt daarom af van een dyna-
informatiebijeenkomsten georganiseerd en is in de communicatie over toeslagverlening ook
misch beleggingsbeleid waarbij de samenstelling van de portefeuille mede afhankelijk is van
een passage opgenomen over de verhouding tussen rendement en risico waarbij verlaging
de financiële positie van het fonds. Verder vindt rebalancen van de portefeuille voortaan ieder
van de pensioenen ook als worst-case scenario wordt geschetst.
half jaar plaats en niet langer maandelijks en wordt het beleid om rente- en valutarisicos af te Actieve risicoreductie bij bereiken streefdekkingsgraad
dekken gecontinueerd.
Bij het bereiken van de streefdekkingsgraad van 150% zal het fonds het risico in de belegHet bestuur verwacht dat op termijn tegen de achtergrond van een zich herstellende
gingsportefeuille actief terugbrengen.
economie een groter beroep op de kapitaalmarkt zal worden gedaan. Daardoor zal de inflatie geleidelijk gaan oplopen en met de inflatie ook de rente. Het fonds wil met het oog op de
Aandelen en administratie uitbesteed
reële dekkingsgraad meer rugdekking voor inflatie in de beleggingen. PGB belegt daarom
PGB blijft vooralsnog het beheer van het grootste deel van haar wereldwijde aandelenporte-
meer in inflatiegerelateerde obligaties, in defensieve beleggingen als infrastructuur en in
feuille (circa 90%) en de staats- en high-yieldobligaties uitbesteden aan externe vermogensbe-
inflatiederivaten.
heerders. De inschatting is dat gekwalificeerde en gespecialiseerde beheerders in staat zijn om op langere termijn op specifieke markten extra rendement te realiseren. De beheerders
Eenduidig beleggen van verantwoordelijkheid balansmanagement
hebben hiertoe verschillende mandaten gekregen. Het bestuur concentreert zich op het
Het bestuur is verantwoordelijk voor het beleggingsbeleid. Om deze verantwoordelijkheid te
strategisch aandelenbeleid en de uitvoeringsorganisatie concentreert zich op het tactisch aan-
kunnen dragen moeten het beleggingsproces en de beleggingsproducten zo zijn ingericht dat
delenbeleid en het selecteren en monitoren van de externe vermogensbeheerders. Daarnaast
het bestuur zowel het proces als de producten volledig kan begrijpen. Als dat nodig is zal de
wordt een Europese aandelenportefeuille (circa 10%) intern beheerd. Het bestuur zal deze
complexiteit in de portefeuille worden teruggebracht ook wanneer dit ten koste gaat van enig
strategie van uitbesteding die sinds drie jaar wordt gevolgd in 2010 evalueren.
extra rendement. Nader onderzoek risico en ambitie Het bestuur stelt het strategisch risicokader voor de balans tussen rendement en risico op.
In het verslagjaar is onderzoek gedaan naar een evenwichtige balans tussen ambitie, betaal-
Om in control te zijn voor wat betreft het strategisch, tactisch en operationeel risicobeheer zal
baarheid en risico. De afweging tussen de toeslagambitie, het gewenste premieniveau en de
het balansmanagement van het pensioenfonds binnen de uitvoerder eenduidig worden
risicohouding leidde uiteindelijk tot een aanpassing van het beleidskader. Uiteindelijk is
belegd. Daarvoor is een centraal riskcomité opgericht waarin alle relevante disciplines zijn
gekozen voor een defensievere beleggingsstijl.
vertegenwoordigd en dat optreedt in een adviseursrol naar het bestuur.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 16
Onze organisatie: bestuur en beleid
Met het oog op het strategisch vermogensbeheer en naar aanleiding van de ontwikkelingen in
In het beleggingsplan van 2010 is gekozen om het vastgoed onder te brengen bij de alter-
de afgelopen jaren heeft het bestuur in het verslagjaar ook nog een toets gedaan op de risico-
natieve beleggingen. Gezien de kortetermijnrisicos groeit het fonds minder snel naar de
houding. Vastgesteld is dat de eerder gemaakte keuzes overeenkomen met de huidige risico-
beoogde langetermijnmix van 1/3 aandelen, 1/3 vastrentende waarden en 1/3 alternatieve
houding en de ambitie van het bestuur.
beleggingen.
Beleggingsplan en normportefeuille
Continuïteitsanalyse
Jaarlijks wordt een beleggingsplan opgesteld waarin het te voeren tactische beleid, binnen het
Om inzicht te krijgen in de toekomstige financiële situatie voeren pensioenfondsen minimaal
strategisch meerjarenbeleid, voor het komend jaar wordt geformuleerd. In het beleggingsplan
eens in de drie jaar een continuïteitsanalyse uit. Met een continuïteitsanalyse heeft het bestuur
2009 was het vermogen over de verschillende categorieën in procenten als volgt verdeeld:
een instrument in handen dat hen in staat stelt om de verwachte ontwikkeling van de financiële situatie op lange termijn (15-jaars prognose) te analyseren, rekening houdend met het
Vermogenscomponent
Mix normportefeuille 2010
Mix normportefeuille 2009
Vastrentende waarden
41
45
Aandelen
33
35
uitgezette beleid en het gekozen risicoprofiel. In 2009/2010 zijn twee analyses uitgevoerd. In de eerste analyse die voor het herstelplan in het eerste kwartaal van 2009 werd gedaan op basis van de gegevens van 31 december 2008 en een dekkingsgraad van 97%, kwam het pensioenresultaat inclusief de voorwaardelijke
Alternatieve beleggingen: Vastgoed
10
10
Alternatieve beleggingen
16
10
toeslagverlening op basis van de prijsindex bij een gelijkmatige ontwikkeling van de economie uit op circa 45% van de ambitie. In de tweede analyse op basis van de bestandgegevens van 31 december 2009 en een
Om minder kwetsbaar te worden voor schommelingen van de aandelenkoersen was het
dekkingsgraad van 110%, is opnieuw gekeken naar de kans op realisatie. Het pensioen-
fonds in de loop van 2008 gestart met het verminderen van haar aandelenbezit en het uitbrei-
resultaat inclusief voorwaardelijke toeslagverlening kwam toen uit op 92% van de ambitie.
den van deelnemingen in infrastructuur (waaronder water- en energievoorzieningen). De beleggingen in aandelen zijn eind 2009 conform de normportefeuille afgebouwd van 43% naar
Onderbouwing voor toeslagenlabel
35%. Het fonds wil als langetermijnbelegger weliswaar zekerheid en stabiliteit in de portefeuille
De uitkomsten van de analyse worden ook gebruikt ter onderbouwing van het toeslagenlabel
inbouwen, maar ook zorgen voor voldoende opwaarts potentieel om te kunnen profiteren van
waarbij het fonds laat zien hoe het pensioen van (gewezen) deelnemers en pensioengerech-
zich herstellende markten.
tigden in de komende 15 jaar waarschijnlijk zal kunnen meegroeien met de stijging van de prijzen naar de stand van 1 januari 2010. In het hoofdstuk Toekomstverkenning wordt hier
Extra zekerheid is ook gecreëerd door het renterisico, voortkomend uit het verschil in duration
verder op ingegaan.
tussen de beleggingen en de verplichtingen, gedeeltelijk af te dekken en de valuta-afdekking te continueren.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 17
PGB moet daarom met haar beleggingen op de financiële markten risico aangaan. Het kan door de solidariteit tussen generaties beleggingsrisico nemen. Risico nemen betekent echter ook onzekerheid over de totale uitkomst van het pensioen (het pensioen en de eventueel verleende toeslag). pgb Jaarverslag 2009
pag. 18
Ontwikkelingen in pensioenbeheer
DE PENSIOENREGELING
Verdere flexibilisering van pensioen Met ingang van 1 januari 2010 worden nieuwe uitbetalingsvarianten toegevoegd aan de bestaande keuzemogelijkheden. Naast het standaardpensioen, uitruil pensioen, getrapt pen-
Kenmerken van de basispensioenregeling bij PGB zijn:
sioen en gelijk overlevingspensioen worden vervroegd/uitstel pensioen, een tijdelijk ouderdomspensioen (TOP-pensioen) en deeltijdpensioen geïntroduceerd.
Pensioensysteem
middelloon
Pensioenleeftijd
65 jaar
Pensioengevend salaris
brutoloon gemaximeerd op 47.802
Bij vervroegd pensioen kunnen pensioengerechtigden in aansluiting op de beëindiging van
Franchise
13.598
hun dienstverband zelf hun pensioendatum bepalen. Dat moment kan liggen tussen 55 en 70
Pensioengrondslag
brutoloon minus franchise
jaar. De spilleeftijd blijft vooralsnog 65 jaar. De mogelijke overheidsmaatregelen met betrekking
Vakantietoeslag, overwerkvergoeding, ploegendiensttoeslag
wordt meegenomen in het brutoloon
Ouderdomspensioen
1,75% van de pensioengrondslag
Tijdelijk Ouderdomspensioen (TOP)
Partnerpensioen
35% van het ouderdomspensioen op opbouwbasis en 35% op risicobasis
Omdat pensioengerechtigden voor het 65e jaar nog niet kunnen beschikken over de AOW
Vervroegd pensioen
tot verhoging van de AOW-leeftijd worden afgewacht. Eerder stoppen met werken kan ook in deeltijd.
wordt reglementair vanaf 2010 de mogelijkheid geboden om een gedeelte van het levenslange ouderdomspensioen in te zetten voor TOP-pensioen. De deelnemer kan maximaal twee keer
Wezenpensioen
14% van het ouderdomspensioen
Premiebijdrage werknemer
7,75% van de totale premie van 19,5% waarvan 2% voor de onder de VPL-wetgeving vallende voorwaardelijke backservice
het AOW-bedrag voor een gehuwde inzetten voor het tijdelijk ouderdomspensioen. Tegelijkertijd geldt als voorwaarde dat maximaal 50% van het oorspronkelijke pensioenrecht voor vervroeging en/of TOP-pensioen mag worden gebruikt. Uitgesteld pensioen De toeslagverlening op pensioenaanspraken en pensioenrechten wordt jaarlijks vastgesteld
De pensioengerechtigde kan het pensioen ook geheel of gedeeltelijk uitstellen. Uitstel van de
door het bestuur van het fonds na overleg met de deelnemersraad. De toeslagverlening vindt
pensioendatum is alleen mogelijk indien en voor zover de dienstbetrekking blijft bestaan. Een
voorwaardelijk plaats conform D1 van de wettelijk voorgeschreven toeslagenmatrix (financie-
werknemer kan alleen in overleg met de werkgever de pensioendatum tot uiterlijk het 70e jaar
ring uit overrendement). Het fonds heeft de ambitie om de pensioenen jaarlijks aan te passen
uitstellen.
aan de consumentenprijsindex van augustus (cpi alle huishoudens) zoals die wordt vastgesteld door het Centraal Bureau voor de Statistiek.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 19
Ontwikkelingen in pensioenbeheer
Inlooprisico bij arbeidsongeschiktheid
ONTWIKKELING BIJ WERKGEVERS EN DEELNEMERS
Met ingang van 2009 is in lijn met het advies van de Vereniging van Bedrijfstakpensioenfondsen, het inlooprisico bij arbeidsongeschiktheid verzekerd en het uitlooprisico vervallen. De
In het verslagjaar nam het aantal aangesloten werkgevers met 5,2% af. De afname van de
gedachte achter deze wijze van verzekeren is dat als alle fondsen het inlooprisico dekken, de
werkgelegenheid houdt verband met de economische situatie in de bedrijfstak.
re-integrerende deelnemer geen opbouw kan mislopen. De verzekering wordt overgenomen door het nieuwe fonds.
Sectoren
2009
2008
Richtlijn toeslagverlening aangepast
Grafische bedrijven
2.080
2.208
Met ingang van 2009 is de Richtlijn Besluitvorming Toeslagverlening aangepast. De richtlijn
Zeefdrukbedrijven
181
202
2.261
2.410
55
55
169
157
2.485
2.622
geeft als advies om bij een dekkingsgraad vanaf 120% toeslagen volgens een geleidelijk oplopende schaal te verlenen. Het bestuur kan van het advies van de richtlijn afwijken.
Grafimedia cao
Omzetting voorwaardelijke in onvoorwaardelijke aanspraken
Reprografische bedrijven
Het beleid van het pensioenfonds is erop gericht om per jaar te beoordelen of er middelen
Verwante bedrijven die op vrijwillige basis deelnemen
vrijgemaakt kunnen worden voor het toekennen van extra aanspraken over het verleden. Als gevolg daarvan zijn in 2009 de voorwaardelijke aanspraken van deelnemers die geboren zijn in 1949 onvoorwaardelijk toegekend. De voorwaardelijke aanspraken van deelnemers die geboren zijn in 1950 zijn met ingang van 1 januari 2010 onvoorwaardelijk toegekend.
De toename in de deelname van verwante bedrijven van 157 naar 169 wordt veroorzaakt Pensioensparen
door de uitbreiding van de werkingssfeer van het fonds voor het uitgeverijbedrijf en vrijwillige
Bij pensioensparen kan in aanvulling op de basispensioenregeling een periodieke premie of
aansluitingen in het algemeen.
een eenmalige koopsom worden gestort in het Pensioenfonds PGB. Bij pensionering wordt het dan opgebouwde kapitaal bij PGB omgezet naar pensioenaanspraken. De deelnemer par-
Bij de werkgevers waren aan het einde van het verslagjaar 43.364 werknemers voor hun
ticipeert in het beleggingsbeleid en de beleggingsresultaten zoals die gelden voor het gehele
pensioen bij PGB verzekerd. Eind 2008 waren dat er nog 45.306. De daling van 4,3% wordt
fonds. Het premievolume voor 263 deelnemers kwam in 2009 uit op 0,8 miljoen, het totale
veroorzaakt door de slechte economische situatie in de sectoren waarvoor PGB de pensioen-
spaarvolume op 3,2 miljoen. Over 2009 bedroeg het rendement over de pensioenspaar-
regeling verzorgt.
rekening 13,5%. Dat is het PGB-rendement inclusief de afdekkingsportefeuille (14,5%) en na aftrek van 1% aan kosten.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 20
Ontwikkelingen in pensioenbeheer
Onderverdeeld naar de verschillende categorieën zijn de aantallen deelnemers ultimo 2009: Groep Premiebetalende deelnemers Deelnemers met toerekening wegens arbeidsongeschiktheid
2009
2008
38.578
40.186
4.786
5.120
43.364
45.306
153.442
189.107
In 2009 werd uitgekeerd in miljoenen euros: Uitkeringen
2009
Ouderdomspensioenen
213
196
Partnerpensioenen
67
66
Wezenpensioenen
1
1
Afkoopsommen Actieve deelnemers Premievrije deelnemers
2008
Vervroegd pensioen Anw Totaal aan uitkeringen
3
2
17
11
4
305
276
Toelichting: de ontwikkeling van de groep pensioengerechtigden is weergegeven onder de ontwikkeling
pensioenen
Ontwikkeling pensioenen In 2009 zijn 2.172 (v.j. 2.519) nieuwe ouderdomspensioenen toegekend. Het totale aantal
Loon- en premievaststelling
pensioenontvangers steeg van 37.117 naar 38.048, een toename van 2,5%. In onderstaande
In 2009 is in totaal 188 miljoen (v.j. 172 miljoen) aan premies, koopsommen etc. in reke-
tabel is het verloop weergegeven.
ning gebracht. De verhoging van het premiepercentage van 17,0% naar 19,5% geeft een stijging van 22 miljoen en de loonontwikkeling geeft een stijging van 4 miljoen. De daling van
Overzicht aantallen ingegane pensioenen
het aantal deelnemers heeft op de premieopbrengst een neerwaarts effect gehad van 10 miljoen, zodat per saldo de premieopbrengst met 16 miljoen is toegenomen.
Stand per 31-12-2008 Toekenningen
Uitkeringen In 2009 werd voor een bedrag van 305 miljoen (v.j. 276 miljoen) uitgekeerd. Ten opzichte van 2008 betekent dit een stijging van 10,5% (v.j. een stijging van 11,8%). De stijging wordt veroorzaakt door de toename van het aantal gepensioneerden en de gemiddeld hogere opbouw van de pensioenen van de nieuwe pensioengerechtigden.
Beëindigingen Stand per 31-12-2009 Stand per 31-12-2009 in % van stand per 1-12-2008
pgb Jaarverslag 2009
pag. 21
Ouderdomspensioen
Partnerpensioen
Wezenpensioen
Totaal
23.757
12.753
607
37.117
2.172
729
92
2.993
25.929
13.482
699
40.110
1.347
580
135
2.062
24.582
12.902
564
38.048
103,5%
101,2%
92,9%
102,5%
Ontwikkelingen in pensioenbeheer
Flexibel pensioen
Uitgangspositie voor communicatie
Voor uitruil van een deel van het ouderdomspensioen voor extra partnerpensioen koos in
Het fonds zet momenteel een evenwichtige mix van massa- en persoonlijke communicatie-
2009 13% van de pensioengerechtigde deelnemers. De verdere verdeling na deze keuze is in
middelen in. Het streeft ernaar om, rekening houdend met de behoefte aan persoonlijk con-
de onderstaande tabel opgenomen.
tact, de elektronische informatie-uitwisseling via website, worksite en e-mail te optimaliseren.
Pensioenverdeling naar soort
2009
2008
PGB levert meer informatieservices dan de wetgever aan eisen formuleert. Relatief veel aandacht wordt besteed aan marktcommunicatie naar bestaande en nieuwe klantengroepen over
Standaardpensioen
40%
42%
de pensioenregeling, de administratievoering, de keuzeprocessen en actuele pensioenontwik-
Gelijk overlevingspensioen
17%
16%
kelingen. De begrijpelijkheid van de communicatie bevindt zich een fractie boven het door de
Getrapt pensioen zonder uitruil partnerpensioen
18%
18%
Autoriteit Financiële Markten (AFM) aanbevolen taalniveau (B1). Deelnemers zijn, zo blijkt uit
Getrapt pensioen met uitruil partnerpensioen
12%
11%
het uitgevoerde klanttevredenheidsonderzoek, tevreden over de begrijpelijkheid van de com-
Uitruil partnerpensioen voor extra ouderdomspensioen
13%
13%
municatie. Ook het klantenpanel is deze mening toegedaan. De Visitatiecommissie ervaart de communicatie als volledig en begrijpelijk. Ondanks de tevredenheid lenen zich een aantal communicatieaspecten voor verbetering.
ONTWIKKELINGEN IN COMMUNICATIE EN DIENSTVERLENING
Strategische aandachtsvelden Voor 2009 waren in het communicatieplan een drietal strategische aandachtsvelden
De Pensioenwet vraagt van pensioenfondsen dat zij het communicatiebeleid met belang-
benoemd, te weten compliance, klanttevredenheid en corporate communicatie.
hebbenden expliciet formuleren. Jaarlijks moet een communicatieplan worden opgesteld dat inzage geeft in de voorgenomen communicatieactiviteiten. Het gaat de wetgever erom dat
Compliance
systematisch en planmatig aandacht wordt besteed aan de governance waartoe informatie-
In het verslagjaar zijn het uniforme pensioenoverzicht, de startcommunicatie en de pensioen-
verstrekking over beleid, bestuur en organisatie (corporate communicatie) wordt gerekend en
overzichten bij einde deelname, bij en na pensioneren en bij echtscheiding in verband met het
dat het pensioenbewustzijn van deelnemers wordt verhoogd (marktcommunicatie).
bijzonder partnerpensioen, geactualiseerd en vrijwel volledig tijdig verstrekt. De begrijpelijkheid van de pensioencommunicatie is getoetst via kwantitatief (marktonderzoek) en kwalitatief
PGB heeft voor 2009 een communicatieplan opgesteld met een uitvoeringsprogramma. Het
onderzoek (klantenpanel). PGB streeft ernaar om haar communicatie op het gewenste taal-
programma bevat een kalender met daarin opgenomen alle bestaande en voorgenomen
niveau van B1 te krijgen.
activiteiten. Ook de verantwoording over het financiële beleid, het beleggingsbeleid, het bestuur en de organisatie kregen in 2009 extra aandacht. Via website, relatiebladen naar werkgevers en deelnemers en regionale informatiebijeenkomsten is hier uitgebreid op ingegaan.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 22
Ontwikkelingen in pensioenbeheer
Klanttevredenheid
Toetsen van communicatie
Met het oog op het consolideren van de klanttevredenheid is gewerkt aan uitbreiding van de
De AFM toetst de communicatie van pensioenfondsen. PGB voldoet aan de formele commu-
beveiligde website. Zo wordt het uniforme pensioenoverzicht inmiddels ook elektronisch raad-
nicatievereisten van de Pensioenwet. Het beschikt over een plan waarin een uitvoerings-
pleegbaar aangeboden. Verder worden de keuzemogelijkheden vervroegd pensioen, deeltijd-
programma en een communicatiemonitor zijn opgenomen. In de monitor zijn meetbare doelen
pensioen, tijdelijk ouderdomspensioen en uitstel pensioen toegevoegd aan de pensioen-
opgenomen. Het fonds is ook nagegaan of de verstrekte informatie overkwam: het klanten-
applicatie.
panel heeft de pensioencommunicatie op begrijpelijkheid beoordeeld en er is onderzoek onder deelnemers, pensioengerechtigden en werkgevers uitgevoerd waarbij onder meer navraag is
De website is uitgebreid met aparte onderdelen voor pensioengerechtigden en gewezen deel-
gedaan naar de waardering voor en het effect van de communicatie.
nemers. Over de gehele linie liggen de resultaten van de communicatie in lijn met de beoogde doelen De overheid is er veel aan gelegen het pensioenbewustzijn bij deelnemers te versterken. Ook
van het fonds. Mede naar aanleiding van de opmerkingen van het klantenpanel en de resul-
voor de werkgever en HR-medewerkers is het raadzaam zich op hoofdlijnen in de pensioen-
taten van het klanttevredenheidsonderzoek wordt de communicatie jaarlijks op onderdelen
materie te verdiepen. Vaak is de werkgever of de afdeling HR het eerste aanspreekpunt van
aangescherpt. In het jaarverslag PGB is de inhoud van de bevindingen uitgebreid
de werknemer met pensioenvragen. In dat kader heeft PGB voor werkgevers in 2009 een
weergegeven.
viertal pensioencursussen georganiseerd. Deelnemers aan de workshops krijgen meer inzicht Klanttevredenheidsonderzoek
in pensioenen in het algemeen en in de regelingen bij PGB in het bijzonder.
Er is in 2009 onderzoek uitgevoerd. Bij werkgevers werd de relatie met het pensioenfonds en Corporate communicatie
de uitvoeringsorganisatie beoordeeld. Aan de orde kwamen de waardering voor de pensioen-
In het kader van de corporate communicatie heeft het fonds naar aanleiding van de financiële
regeling (regeling, prijsniveau, transparantie en MVB-beleid) en de waardering van de dienst-
positie en het herstelplan de communicatie geïntensiveerd. Zo was een speciale editie van het
verlening. De resultaten van het imago-onderzoek zijn in tabel II weergegeven op de volgende
relatieblad gewijd aan het herstelplan. Het blad bevatte ook een begrijpelijke samenvatting van
pagina.
het plan en de genomen maatregelen. Alle belanghebbenden zijn daarbij uitgenodigd om een regionale herstelplanbijeenkomst bij te wonen. Er zijn een zestal bijeenkomsten georganiseerd die goed werden bezocht. Van één van de bijeenkomsten is een video-impressie gemaakt, die is gepubliceerd op de website van het fonds. Via de website (maandelijks) en via periodieke (op kwartaalbasis) elektronische nieuwsbrieven zijn deelnemers en werkgevers op de hoogte gehouden van de dekkingsgraad van het pensioenfonds in relatie tot de verwachte ontwikkeling in het herstelplan.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 23
Ontwikkelingen in pensioenbeheer
Tabel III: imago pensioenfonds onder deelnemers en pensioengerechtigden
Tabel II: imago pensioenfonds onder werkgevers Imago pensioenfonds
gemiddeld rapportcijfer
kleine werkgevers
grote werkgevers
Meetvariabele
Doelstelling 2009
Realisatie jonger dan 65 2009 2008
Realisatie 65 jaar of ouder 2009 2008
waardering pensioenregeling
7,6
7,4
7,6
waardering pensioenregeling
7,2
6,9
7,25
8,1
waardering transparantie
7,1
7,2
7,0
mate van transparantie
7,0
7,0
7,25
7,9
7,9
duurzamer beleggen?
< 20%
23%
18%
9%
11%
waardering prijsniveau aanscherpen verantwoord beleggen
6,9
6,9
6,9
11%
19%
7%
8,2
Toelichting: deelnemers zijn kritischer dan pensioengerechtigden. Op de vraag of PGB haar maatschappelijke verToelichting: werkgevers zijn tevreden met de pensioenregeling van PGB. De waardering voor de transparantie en
antwoordelijkheid moet aanscherpen in het beleggingsbeleid antwoordt 16% bevestigend. Bij deelnemers is dit
het prijsniveau ligt iets lager, maar blijft rond de drempelwaarde voor ontevredenheid, lager dan gemiddeld een 7.
23% en bij pensioengerechtigden is dit 9%. De deelnemers ervaren de pensioenregeling minder positief. De
De waardering van kleine werkgevers (25 of minder medewerkers) wijkt nauwelijks af van de waardering van de
huidige crisis, de premieverhoging en het ontbreken van toeslagverlening zullen daar debet aan zijn.
grotere werkgevers. De gemiddelde waardering van de dienstverlening kwam uit op 7,6.
In het onderzoek is ook nagegaan hoe deelnemers de leesbaarheid ervaren van de pensioenBij de deelnemers en pensioengerechtigden is transactiegericht onderzoek uitgevoerd. Onder-
communicatie na het afnemen van een dienst. Pensioengerechtigden waarderen de begrijpe-
zocht is onder meer de waardering voor het verloop van de pensioenprocessen, het imago
lijkheid van de informatie voor, bij en na pensionering gemiddeld met een 8,0. De waardering
van het pensioenfonds en de waardering voor de dienstverlening.
van deelnemers varieert tussen de 6,7 en 7,5, afhankelijk van het proces. De laagste waardering ontvangt het fonds van nieuwe instromers.
In tabel III zijn de resultaten van het imago van het pensioenfonds onder deelnemers en pensioengerechtigden weergegeven.
Algemeen wordt aangenomen dat als een deelnemer minder dan een 7 toekent, sprake is van ontevredenheid. Zo beschouwd is 22% van de deelnemers ontevreden over de leesbaarheid van de pensioencommunicatie. Bij pensioengerechtigden is dat 5%. De gemiddelde waardering voor de dienstverlening en de waardering voor de communicatieservices kwam voor pensioengerechtigden uit op 8,3 (v.j. 8,2) en voor deelnemers op 7,1 (v.j. 7,4).
pgb Jaarverslag 2009
pag. 24
Ontwikkelingen in pensioenbeheer
Overige pensioencommunicatie Via de relatiebladen en de website worden deelnemers en werkgevers op de hoogte gebracht van relevante ontwikkelingen op pensioengebied. Vier keer per jaar verschijnt daarnaast een elektronische nieuwsbrief. Via de beveiligde website kunnen werkgevers en deelnemers zich voor de nieuwsbrief aanmelden. Het fonds heeft in het verslagjaar naast haar reguliere financiële jaarverslag, ook een populaire Nederlandstalige samenvatting en een Engelse samenvatting uitgebracht. In 2009 zijn verder als pilot 350 pensioengesprekken met werknemers gevoerd bij de werkgever op locatie. De waardering daarvoor bij werknemers onder de 50 jaar is 8,2, bij werknemers van 50 jaar of ouder 8,0. Gebruik website/worksite Naar de website komen gemiddeld circa 775 bezoekers per dag en naar de Reken Zelfmodules circa 150 per dag. Het aantal gebruikers van de beveiligde worksite met de pensioenapplicaties komt in 2009 uit op gemiddeld circa 300 per dag, waarvan ongeveer 80% deelnemer is en 20% werkgever. Het aantal deelnemers dat een account heeft aangemaakt bedroeg eind 2009 29.701. Van de actieve deelnemers PGB hebben er 13.359 (31%) een account, van de gewezen deelnemers 13.439 (8,8%) en van de pensioengerechtigden 2.903 (7,6%). Pensioeninformatiedagen Deelnemers van PGB worden in het jaar voorafgaand aan hun pensioneren tot slot samen met hun eventuele partner uitgenodigd voor het bijwonen van een pensioeninformatiedag. In 2009 hebben 1.258 (v.j. 1.153) deelnemers/partners een informatiedag bijgewoond. Deze communicatievorm wordt hoog gewaardeerd (8,4).
pgb Jaarverslag 2009
pag. 25
Normaal gesproken kunnen (gewezen) deelnemers en pensioengerechtigden bij PGB rekenen op een pensioen met toeslag (= indexatie). Als het op de financiële markten meezit, wordt de toeslag die in het verleden niet is verstrekt, ingehaald. Als het erg meezit, worden de pensioenen verhoogd op basis van het grafimedialoonindexcijfer in plaats van op basis van de prijsindex. pgb Jaarverslag 2009
pag. 26
Ontwikkelingen in vermogensbeheer en risicomanagement
Algemeen
een gunstiger premie/pensioenverhouding dan bij een pensioensysteem waarbij ieder bedrijf of
Vorig jaar sprak het fonds de verwachting uit dat de periode na de kredietcrisis interessant
individu zijn eigen pensioenverzekering moet regelen.
zou worden. Wat wordt het effect van het herinrichtingsproces van de financiële sector en welke rol vervullen overheden en de toezichthouders hierbij? Interessant is 2009 zeker
Vooruitzichten
geweest. Tot en met maart zakte de dekkingsgraad van het pensioenfonds als gevolg van
Opkomende landen, China en India voorop, spelen een steeds belangrijker rol in de wereld-
dalende aandelenmarkten verder weg ten opzichte van eind 2008. Het vertrouwen bij consu-
economie. Het zijn de groeigebieden. Groei die hard nodig is om de afkalving in met name
menten en het bedrijfsleven was weg. Toch zocht de economie ongemerkt naar een bodem.
Europa en in iets mindere mate in de VS te compenseren. Het is een ontwikkeling die naar
Beleggers pikken dit meestal als eerste op. Vanaf april verscheen de kleur groen weer op de
verwachting zal doorzetten aangezien daar ruim driekwart van de wereldbevolking leeft. Het
koersenborden. Pas in het derde kwartaal werd echter duidelijk dat men voorzichtig aan een
verschuiven van de economische macht richting de opkomende markten wordt een centraal
herstel van de economie kon gaan denken.
thema voor beleggers in het komende decennium.
Een interessant en uitdagend jaar was het ook voor de beleggers bij de pensioenfondsen. Het
Een ander thema voor de komende jaren is het terugdringen van de tekorten bij de overheden
beleggingsrendement en de actuele dekkingsgraad worden door steeds meer deelnemers en
in Europa en de Verenigde Staten. Twijfels over de financiële soliditeit van een land kan tot
pensioengerechtigden op de website geraadpleegd. De beleggingspagina behoorde in 2009
grote problemen leiden. De problemen van Griekenland zijn daar een voorbeeld van.
tot de meest geraadpleegde informatie. De belangstelling voor pensioen neemt toe. Voor het jaar 2010 is PGB gematigd optimistisch. De wereldeconomie heeft haar dieptepunt Pensioen geen gegarandeerd product
in de zomer van 2009 bereikt. Het herstel zal in verschillende snelheden gaan. De opkomende
Uitgaande van een inflatieniveau van 2% tot 2,5% en een kostprijs van het inkopen van jaar-
markten zullen het snelst groeien, de VS neemt een middenpositie in en Europa loopt achter-
lijks pensioen van 4% tot 4,5%, dient er een beleggingsportefeuille samengesteld te worden
op met de groei. Het tijdstip waarop overheden het expansieve beleid terugschroeven en hun
dat een gemiddeld rendement oplevert van 6% tot 7%. Een dergelijk jaarlijks gemiddeld
tekorten gaan verminderen is van belang. Doordat het herstel in Europa niet erg groot zal zijn,
rendement kan niet zonder risico worden geïncasseerd.
zijn de inflatieverwachtingen voor 2010 zeer gematigd. Voor de langere termijn dient echter rekening gehouden te worden met (iets) hogere inflatieniveaus. Hierbij horen ook hogere rente-
Wakker geschrokken door de harde realiteit dat pensioen geen gegarandeerd product is zon-
niveaus. Het tijdig terugdraaien van een deel van de renterisicoafdekking wordt een belangrijke
der risico, worden in snel tempo de beperkingen van ons pensioenstelsel in kaart gebracht.
keuze voor pensioenfondsen. Evenals het beschermen van het vermogen voor hogere infla-
Diverse commissies brachten advies uit om de houdbaarheid van het pensioensysteem te ver-
ties. Het is tegen deze achtergrond dat PGB kiest voor meer investeringen in infrastructuur in
groten en lessen te trekken uit de gevolgen van de kredietcrisis voor pensioenfondsen. Een
met name Europa en de VS. Het gaat hierbij vooral om investeringen in waterleidingen, elek-
noodzakelijke ontwikkeling ter versterking van een pensioensysteem waar vele landen nog
triciteitsnetwerken en parkeergarages. Beleggingen in infrastructuur zijn naar hun aard defen-
steeds met enige jaloezie naar kijken. Een op solidariteit gebaseerd systeem waarbij de kosten
sief van karakter. De nadruk ligt op stabiele opbrengsten die meegroeien met de inflatie-
en de risicos met elkaar worden gedeeld. Daardoor ontstaat per saldo voor belanghebbenden
ontwikkeling.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 27
Ontwikkelingen in vermogensbeheer en risicomanagement
Voor aandelen wordt voor de komende jaren uitgegaan van gemiddelde totaalrendementen
keerde het vertrouwen in het financiële systeem terug met een krachtig herstel van de aande-
van 6% tot 8% op jaarbasis. Niet alle aandelensectoren zullen dit gemiddelde rendement ech-
lenbeurzen tot gevolg.
ter gaan realiseren. De keuze van de verdeling over de verschillende sectoren gaat daardoor PGB is in het afgelopen jaar overgegaan van een dynamische strategische beleggingsmix
een belangrijkere rol spelen.
naar een op termijn vastere strategische beleggingsmix waarin aandelen een gewicht krijgen Vastrentende markten
van 33% tegenover 35% in 2009. Deze lange termijn strategische mix is het resultaat van een
De vastrentende markten hebben het afgelopen jaar goed gepresteerd. De combinatie van
uitgevoerde ALM-studie.
een lage rente en lage inflatie enerzijds en het verdwijnen van de angst voor een ineenstorting van het financiële systeem anderzijds, hebben ertoe geleid dat zowel de conventionele staats-
Vastgoedmarkten en alternatieve markten
obligaties als de obligaties met een hoger risico een goed rendement hebben behaald.
Onroerend goed heeft in 2009 in zijn totaliteit licht negatief gepresteerd. In Europa lijken de economieën langzaam aan te trekken. Voor het eerst sinds een jaar groeit het Bruto Binnen-
De opkomende markten hebben een ongekende rally laten zien in 2009. De Chinese overheid
lands Product en het tij lijkt langzaam te keren, ook voor de vastgoedmarkten. Hoewel de
speelt hier een grote rol in door haar investeringen in andere opkomende landen en het stimu-
Verenigde Staten officieel niet meer in recessie zijn, verschijnen er nog diverse tegenvallende
leren van investeringen in onder andere haar infrastructuur. De groeivooruitzichten voor opko-
economische cijfers. Dit heeft geleid tot een negatief sentiment in deze markt. In het Verenigd
mende markten blijven gunstig, maar kunnen worden verstoord door een sterke verkrapping
Koninkrijk is eind 2009 de vraag naar eerste klas vastgoed sterk gestegen. Het aanbod daar-
van het monetaire beleid of hernieuwde onrust op de financiële markten. Voor High Yield-obli-
van is daarentegen beperkt gebleven. Dit heeft geleid tot een sterke daling van het aanvangs-
gaties van bedrijven met een risicovollere rating was 2009 eveneens een heel goed jaar. High
rendement in de sectoren kantoren en winkelruimten. In West- en Noord-Europa heeft zon
Yield-markten zijn kwetsbaarder voor bewegingen op de financiële markten en de economie.
sterke omslag nog niet plaatsgevonden en was er nog een lichte daling van de vraag in het
Als het percentage faillissementen beperkt blijft en de economische omstandigheden niet ver-
laatste kwartaal. Het is de verwachting dat de vraag van veel beleggers zich in 2010 zal rich-
slechteren, kunnen deze markten redelijk blijven presteren in 2010.
ten op West-Europa en met name op Frankrijk. In Azië heeft de fase van stabilisatie in het vastgoed zich eind 2009 voortgezet.
Aandelenmarkten De aandelenmarkten hebben in 2009 een krachtig herstel laten zien, na een van de slechtste
Infrastructuur
beursjaren in mensenheugenis. Niets wees in de eerste drie maanden van 2009 nog op een
Na een periode van betrekkelijke rust werden eind 2009 met name in Europa veel reeds
herstel. Om verdere afschrijvingen op de activa van commerciële banken te voorkomen, kon-
eerder voorgenomen transacties op de markt gebracht. Dat bood weer kansen aan beleggers
digde de Amerikaanse Centrale bank, de Federal Reserve, in maart 2009 een plan aan om
die wilden investeren in infrastructuur. Diverse beleggingsfondsen in infrastructuur hebben
risicovolle leningen bij banken op te kopen. Daarnaast meldde President Barack Obama begin
onder druk van hun aandeelhouders hun fees verlaagd.
maart dat de op dat moment aantrekkelijke koers-winstverhoudingen in potentie een goede deal konden zijn voor de langetermijnaandelenbelegger. Het plan van de Federal Reserve en
Grondstoffen
de opmerkingen van de Amerikaanse president werden door beleggers omarmd. Daarmee
In 2008 halveerden de prijzen van grondstoffen onder invloed van de snel verslechterende
pgb Jaarverslag 2009
pag. 28
Ontwikkelingen in vermogensbeheer en risicomanagement
financieel-economische situatie. Gedurende 2009 trokken de prijzen weer aan. De overheids-
Beleggingsonderdeel
maatregelen om de economieën te stimuleren waren hier mede debet aan. De vooruitzichten voor de grondstoffenprijzen blijven ongewis. Onder invloed van een voortgaand economisch herstel zouden ze in 2010 verder kunnen aantrekken. Hedge Funds In de markt wordt gesproken over het comebackjaar van de hedge funds. Ruim 83% van alle hedge funds wisten het jaar 2009 met een positief rendement af te sluiten, waarbij een groot deel van het verlies uit 2008 werd goedgemaakt. De hedge funds portefeuille van het PGB bestaat voor 89% uit zgn. Fund of Funds, paraplufondsen die op hun beurt weer in hedgefunds beleggen. De overige 11% is omwille van liquiditeit ondergebracht in een dagelijks ver-
strategische allocatie %
feitelijke allocatie per 31-12-2009 % € x mln
bandbreedte %
Vastrentende waarden
44
42,0
3.557
35 - 65
waarvan: Staat Bedrijven Inflatie gerelateerd Opkomende markten High yield
30 52 2 8 8
29,4 50,9 2,1 8,4 9,2
1.046 1.809 73 300 329
15 35000-
Aandelen
35
38,8
3.288
25 - 45
waarvan: Europa ex VK Verenigd Koninkrijk Noord-Amerika Japan Pacific ex Japan Opkomende landen
30 7 35 8 5 15
31,0 7,1 33,5 7,0 5,4 16,0
1.020 232 1.103 230 179 524
21 524 5310 -
39 9 46 11 7 20
Onroerende zaken Infra Commodities Hedge funds Liquiditeiten
10 5 2,5 2,5 1
9,7 4,5 2,4 2,1 0,5
823 380 201 178 47
5000−5-
15 10 6 5 10
Totaal beleggingsportefeuille
100
100
8.474
60 80 10 12 12
handelbaar fund. Beleggingsmix 2009 Jaarlijks wordt, voorafgaand aan het nieuwe beleggingsjaar, de voor dat jaar te hanteren strategische beleggingsmix vastgelegd in het beleggingsplan en door het bestuur vastgesteld. Tevens geldt dit voor de bandbreedtes daaromheen, waarbinnen tactisch beleid kan worden gevoerd. De strategische beleggingsmix, realisatie en bandbreedtes voor 2009 zijn voor de hoofd- en subonderdelen als volgt samengevat:
pgb Jaarverslag 2009
pag. 29
100
Ontwikkelingen in vermogensbeheer en risicomanagement
De strategische allocatie kende in 2009 een verloop bij enkele hoofd- en subonderdelen en de
Rendement
aangegeven allocatie is die per ultimo 2009. Met ingang van boekjaar 2009 worden op de
PGB heeft in 2009 het beleggingsverlies van 2008 als gevolg van de kredietcrisis voor een
balans de kortlopende activa/passiva die betrekking hebben op vermogensbeheer afzonderlijk
groot deel ingelopen. Het fonds heeft in 2009 een totaalrendement binnen de beleggings-
vermeld. Dit is als volgt in de jaarrekening opgenomen:
portefeuille behaald van 16,0% tegen 20,7% in 2008. Dit rendement was 1,6% hoger dan de normportefeuille die een totaalrendement te zien gaf van 14,4% (v.j. 19,0%). De belangrijkste factoren voor deze outperformance t.a.v. de benchmarks waren de betere performance bij de
Totaal beleggingen onder activa in de jaarrekening
vastrentende waarden, het vastgoed en de alternatieve beleggingen. De aandelen lieten in het
11.459
Saldo beleggingsdebiteuren en -crediteuren
2.010
Liquide middelen t.b.v. beleggingen
7
Derivaten met negatieve balanswaardering
151
verslagjaar een underperformance zien, hoewel de absolute performance met 33,6% zeer goed was. Het totaalrendement inclusief de portefeuilles ter afdekking van het renterisico en het valuta-
Totaal beleggingen
risico bedroeg 14,5%. In tegenstelling tot vorig jaar (2,9% positief) was de invloed van deze
9.291
twee portefeuilles op het totaalrendement in dit verslagjaar 1,5% negatief, waarvan 1,4% door de renteafdekking en 0,1% door de valuta-afdekking. In onderstaande tabel wordt het totaalDe post beleggingsdebiteuren en -crediteuren bestaat uit met name repos (2.005) en verder
rendement over 2009 en 2008 in procenten weergegeven.
de financieel nog af te wikkelen aan- en verkooptransacties en lopende rente. Beleggingsonderdeel
Totaal rendement 2009
Benchmarks
2008
In het beleggingsplan worden de voor dat jaar gehanteerde benchmarks vastgelegd en door het bestuur vastgesteld. Tegen deze benchmarks worden de eigen prestaties gemeten. Voor alle in de voorgaande tabel vermelde subonderdelen is een benchmark bepaald. De voornaamste benchmarks voor de hoofd- en subonderdelen van de beleggingsportefeuille zijn voor 2009 naar bron als volgt vastgesteld:
Vastrentende waarden Aandelen Onroerende zaken Commodities Overige
- Citigroup WGBI, JPM EMBI en product-gerelateerd - MSCI onderverdeeld per regio/land - INREV en GPR, onderverdeeld per investeringstype - S&P GSCI - Product- en/of rentetarief-gerelateerd
Vastrentende waarden Aandelen Onroerende zaken Commodities Green Investments/infra Hedge funds Liquiditeiten
9,8 33,6 1,8 15,4 0,6 4,5 1,6
1,0 39,0 9,3 64,3 3,4 9,2 0,1
Totaal beleggingsportefeuille
16,0
20,7
Totaal normportefeuille
14,4
19,0
Totaal fonds, incl. afdekking rente/valutarisico
14,5
17,8
pgb Jaarverslag 2009
pag. 30
Ontwikkelingen in vermogensbeheer en risicomanagement
Performancetoets / Z-score
Risicomanagementraamwerk en risicogebieden
In het kader van het Vrijstellingsbesluit Wet Bpf 2000 wordt vanaf 1998 het behaalde rende-
De inrichting van het risicomanagement is gebaseerd op het zogenaamde Enterprise Risk
ment van het fonds vergeleken met het rendement van de jaarlijks vooraf vastgestelde norm-
Management raamwerk van The Committee of Sponsoring Organizations of the Treadway.
portefeuille, uitmondend in een jaarlijkse score, de zogenaamde Z-score. De Z-score over
ERM COSO is een continu proces waarbij een redelijke mate van zekerheid wordt verschaft
2009 bedroeg 0,90 (v.j. 1,02). De score was positief omdat het rendement van de eigen
dat de risicos die samenhangen met het bereiken van de doelstellingen van het fonds op een
beleggingsportefeuille met 16,0% hoger was dan dat van de normportefeuille met 14,4%. De
goede wijze worden beheerst. De kernprocessen van het fonds zijn beschreven en de risicos
beleggingskosten, inclusief de kosten van het externe management bij de aandelen, waren
en de beheersmaatregelen geïdentificeerd. Met de uitvoeringsorganisatie zijn afspraken
iets hoger dan de normkosten, wat een licht negatief effect had. Bij de wettelijk voorgeschre-
gemaakt over de beheersing van deze risicos.
ven jaarlijkse performancetoets dient het gemiddelde van deze Z-scores over de laatste vijf jaar ieder jaar getoetst te worden. Indien dit gemiddelde negatief is heeft het fonds volgens de
Strategisch risicomanagement
wet onvoldoende gepresteerd. De performancetoets 2009 over de jaren 2005 tot en met
Bij PGB maakt het risicomanagement onderdeel uit van het strategisch management. De
2009 komt uit op een score voor het fonds van + 1,66 (v.j. + 1,31), wat ruim positief is.
basis voor het strategisch risicomanagement zijn de doelstellingen die het fonds op langere termijn wil realiseren. De doelstellingen op langere termijn zijn het bieden van een goed pensioen bij pensioneren of overlijden, het kunnen uitkeren van een nominaal pensioen en een
RISICOMANAGEMENT EN BEHEERSING
streven naar waardevast pensioen tegen een zo laag mogelijke premie. De strategische Het managen van de risicos en de financiële positie heeft in het verslagjaar veel aandacht
risicos die het fonds hierbij loopt en hoe deze worden beheerst, vormen het aandachts-
gekregen. Door de toenemende dynamiek en complexiteit van zowel interne als externe ont-
gebied van het bestuur.
wikkelingen is het belang van risicomanagement toegenomen. Het gaat dan vooral om toenemende wet- en regelgeving, complexere bedrijfsprocessen, complexere beleggingsproduc-
De risicos zijn de onzekerheden die samenhangen met de realisatie van deze doelen. Het
ten en het toegenomen extern toezicht. De kredietcrisis heeft als katalysator gewerkt om het
gaat om de monitoring van de goede gang van zaken van de bedrijfsvoering van het pen-
risicobeheer nog meer vanuit integraal perspectief te beschouwen.
sioenfonds als geheel. Bij de besluitvorming over het financieel beleid waartoe het beleggings-, premie- en toeslagbeleid wordt gerekend, laat het bestuur zich ondersteunen door middel van
Structuur en organisatie
ALM-studies, continuïteitsanalyses, beleggingsplannen en expertise op de relevante gebieden
Binnen de uitvoeringsorganisatie is een aparte unit risicomanagement toegevoegd aan de
zoals actuariaat, vermogensbeheer en risicomanagement en periodieke voortgangsrapporta-
nieuw gevormde afdeling Financiën & Risicomanagement zodat invulling gegeven kan worden
ges. Daarnaast bewaakt het bestuur de continuïteit in de dienstverlening van de uitvoerings-
aan risicomanagement vanuit integraal perspectief. Voor het geïntegreerd benaderen van
organisatie.
risicos is verder een centraal riskcomité ingericht. In het comité participeren de directieleden van de uitvoeringsorganisatie, de manager Financiën & Risicomanagement en specialisten op
Schaalgrootte
het gebied van risicomanagement van beleggingen, actuariaat, IT en operationele risicos.
Een belangrijk strategisch issue is de schaalgrootte van het pensioenfonds. Als gevolg van de
Het riskcomité vervult een belangrijke adviesrol naar het bestuur van het fonds toe.
technologische ontwikkelingen en internationale concurrentie is in de grafimediabranche waarvoor het fonds de pensioenregeling verzorgt, sprake van een structurele overcapaciteit.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 31
Risicomanagement en beheersing
In combinatie met de sterke conjunctuurgevoeligheid van de producten, levert dat een fors
Actuariële risico’s
verlies van werkgelegenheid op. De verwachting is dat de branche de ondergrens nog niet
Eind 2009 zijn de voorzieningen van PGB gebaseerd op de sterftetabel GBM/V 2000 2005.
heeft bereikt. Om de prijs-kwaliteitverhouding te kunnen consolideren streeft het fonds naar
De voorziening is verhoogd met een opslag van 7% om de gevolgen van de sterftetabel 2005
draagvlakverbreding. Bij vrijwillige toetreding worden objectieve toetredingsvoorwaarden toe-
2008 te ondervangen. De opslag van het langlevenrisico is berekend aan de hand van de
gepast zodat geen verwatering voor zittende deelnemers optreedt.
huidige prognosetafel 2005-2050 van het Actuarieel Genootschap (AG). De prognosetafel laat de sterftetrend zien van deelnemers naar de toekomst toe. Het AG zal in het jaar 2010 nieuwe
Reputatierisico’s
prognosetafels publiceren waarbij het langlevenrisico opnieuw zal worden berekend.
In 2008 en het eerste kwartaal van 2009 werd het fonds, net als de meeste andere pensioenfondsen, door de kredietcrisis geraakt. De huidige crisis is de tweede binnen een decennium.
Naast de opslag in verband met het langlevenrisico wordt een kostenvoorziening van 2% aan-
De geloofwaardigheid en betrouwbaarheid van pensioenfondsen nemen daardoor af. Om de
gehouden om te voorzien in de uitvoeringskosten als er geen premiestroom meer is.
reputatieschade te beperken, heeft het fonds de uitvoeringsorganisatie geïnstrueerd om de
De overige actuariële risicos zijn het overlijdens- en het arbeidsongeschiktheidsrisico (premie-
corporate communicatie te versterken. PGB monitort door middel van onderzoek het imago
vrijstelling bij arbeidsongeschiktheid). Op grond van de omvang van het fonds worden de risi-
van het fonds onder belanghebbenden.
cos zelfstandig gedragen en niet herverzekerd.
Beleggingsrisico’s
Compliancerisico’s
In het strategisch beleggingsbeleid 2010-2012 van het fonds vindt een grotere spreiding over
Compliancerisicos hebben betrekking op het niet of niet tijdig naleven van wet- en regelgeving
de verschillende beleggingscategorieën en regios plaats dan in eerdere strategische plannen
en het niet naleven van interne regelgeving zoals de gedragscode en de richtlijnen voor ver-
het geval was. Per beleggingscategorie is een strategische normweging aangegeven evenals de
mogensbeheer. Voor de monitoring is door de uitvoeringsorganisatie een compliance officer
bandbreedtes die naar inzicht van de (externe) vermogensbeheerder benut kunnen worden. Dit
aangesteld. Voor directie van de uitvoeringsorganisatie en bestuur PGB gebeurt dit door een
resulteert er per saldo in dat de gehele portefeuille in principe een lager risico heeft dan voor-
externe compliance officer.
heen het geval was. Gezien de financieel-economische situatie in het verslagjaar is besloten om het percentage dat belegd worden in aandelen te verlagen van 43% in 2008 tot 35% in 2009.
Operationeel risicomanagement Vanuit de missie en strategie van het fonds worden de operationele doelen vastgesteld. Voor
Het fonds blijft gevoelig voor wijzigingen in de marktrente. Het renterisico wordt gedeeltelijk
PGB zijn dat de stabiele (out)performance voor wat betreft het vermogensbeheer, het aanbie-
afgedekt. Naast het renterisico zijn het markt-, prijs-, krediet- en valutarisico de belangrijke
den van pensioen tegen zo laag mogelijke uitvoeringskosten bij een dienstverlening conform
beleggingsrisicos. Het markt-, prijs- en kredietrisico wordt zoveel mogelijk beheerst door
afspraken en het verzorgen van transparante communicatie naar belanghebbenden.
diversificatie over de verschillende beleggingscategorieën, individuele fondsen, regios en sectoren, door het hanteren van beleggingsrichtlijnen en beperkingen ten aanzien van individuele
Vanuit deze doelen zijn alle activiteiten en processen beschreven die nodig zijn om de opera-
posities en transacties alsmede door risicoafdekking met derivaten (valutatermijncontracten,
tionele doelen te bereiken. De kans dat het doel niet wordt bereikt (zonder aanvullende
opties en futures). Het valutarisico wordt op totaalniveau van de portefeuille afgedekt.
beheersmaatregelen) is per proces in kaart gebracht. Er zijn indien nodig beheersmaatregelen
pgb Jaarverslag 2009
pag. 32
Toekomstverkenning
getroffen waardoor het risico kan worden teruggebracht. Reductiestrategieën kunnen worden
van de mediaan. De mediaan is de middelste waarneming. Er is dus een kans van 50% dat
gevonden in het vermijden of verzekeren van risicos, het aanpassen van het risicoprofiel van
de dekkingsgraad hoger ligt en 50% kans dat de dekkingsgraad lager uitkomt. In grafiek I is
bijvoorbeeld de beleggingsportefeuille, het aanpassen van de administratieve organisatie, het
de mogelijke ontwikkeling van de dekkingsgraad weergegeven.
inbouwen van beheersmaatregelen in systemen en applicaties en het versterken van de Grafiek I: ontwikkeling nominale dekkingsgraad 2010 – 2024
interne controle. De uitvoeringsorganisatie is SAS 70 type II-gecertificeerd. Onder de certificering vallen de processen in de pensioenadministratie en communicatie, in de beleids- en bestuursondersteuning en het vermogensbeheer. In verband met het toenemend belang van informatietechnologie voor de uitvoering van de pensioenregeling wordt in het rapport afzonderlijk aandacht besteed aan de algemene ICT-beheersmaatregelen. Met een SAS70-verklaring toont de organisatie aan dat de operationele risicos van haar dienstverlening worden beheerst. Met de uitvoeringsorganisatie is verder een service level agreement (SLA) overeengekomen. In de SLA zijn normen voor de dienstverlening overeengekomen. De werkelijke uitkomsten worden per kwartaal aan het bestuur gerapporteerd.
TOEKOMSTVERKENNING: VOORTGANG HERSTELBELEID EN TOESLAGVERWACHTING BIJ PGB Toelichting: uit de grafiek blijkt dat de uitkomsten van de dekkingsgraad een brede spreiding te zien geven. Na 15
Of een pensioenfonds solide is, kan worden afgeleid uit de huidige financiële positie, de dekkingsgraad, en de verwachte ontwikkeling daarin op de langere termijn. Om inzicht te krijgen
jaar is er een kans van 2,5% dat de dekkingsgraad zich nog onder de het vereiste minimum bevindt waardoor aanvullende herstelmaatregelen nodig zijn. Er is ook een kans van 2,5% dat de dekkingsgraad zich ruim boven de 200% bevindt.
in de toekomstige financiële situatie voeren pensioenfondsen continuïteitsanalyses uit. Met zon analyse heeft het bestuur een instrument in handen dat hen in staat stelt om de ver-
Op basis van de analyse wordt ook duidelijk dat de kans op de aanwezigheid van een
wachte ontwikkeling van de financiële situatie op lange termijn (15-jaars prognose) te analyse-
reservetekort en/of een dekkingstekort nog relatief groot is. Van een dekkingstekort is sprake
ren, rekening houdend met het uitgezette beleid en het gekozen risicoprofiel. De laatste ana-
als de dekkingsgraad is gedaald onder het niveau van het minimum vereist eigen vermogen
lyse die PGB heeft uitgevoerd, is gebaseerd op de gegevens van 31 december 2009.
van circa 105%. De kans daarop is na 15 jaar nog steeds 9%. De kans op een reservetekort is na 15 jaar 26%. Van een reservetekort is sprake als de dekkingsgraad is gedaald onder het
Uitkomsten analyse
niveau van het vereiste vermogen. Voor PGB is dat ongeveer 120%. Als de dekkingsgraad
De continuïteitsanalyse laat zien dat de dekkingsgraad vanaf 2010 gerekend over een horizon
zich onder de grens van 120% bevindt, is het advies van de Richtlijn besluitvorming toeslag-
van 15 jaar zich zou kunnen ontwikkelen vanaf de startwaarde van 110% naar 140% op basis
verlening om geen toeslag te verlenen.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 33
Toekomstverkenning
Toeslagverlening
De uitkomsten vinden deelnemers en pensioengerechtigden vanaf 1 april 2010 terug in het
Belangrijk voor de kwaliteit van de pensioenregeling is de mate waarin de pensioenen zouden
toeslagenlabel. Het toeslagenlabel is een momentopname. Door de schommelingen in de
kunnen meegroeien met de prijsontwikkeling. Of en in welke mate de pensioenen de
dekkingsgraad kan het plaatje er van jaar tot jaar anders uitzien. Het plaatje zegt niets over
komende jaren zullen meegroeien met de stijging van de prijzen kan niemand met zekerheid
hoeveel pensioen deelnemers jaarlijks opbouwen of hoe goed de pensioenregeling is. Deelne-
zeggen. Het pensioenfonds heeft berekeningen gemaakt om in te kunnen schatten of en in
mers en pensioengerechtigden zien alleen hoe hun pensioen in de komende 15 jaar waar-
welke mate toeslagverlening de komende 15 jaar mogelijk zal zijn. De uitkomsten zijn weerge-
schijnlijk zal kunnen meegroeien met de stijging van de prijzen naar de stand van 1 januari
geven in grafiek II.
2010.
Grafiek II: Pensioenresultaat over periode 2010 - 2024
Toeslagenlabel De Pensioenwet schrijft voor dat pensioenuitvoerders een toeslagenlabel moeten opnemen in hun pensioencommunicatie als informatie verstrekt wordt over de toeslagverlening. De toeslagverwachting wordt uitgedrukt in muntjes. De toekenning van muntjes wordt gebaseerd op het gemiddeld te bereiken pensioenresultaat. Wanneer het verwachte resultaat op of boven de 110% ligt, kunnen vijf muntjes worden getoond. Een resultaat van meer dan 100% kan bijvoorbeeld worden bereikt als in het verleden gemiste toeslagen kunnen worden ingehaald. Ligt het resultaat onder de 110%, maar op of boven de 97%, dan kunnen vier muntjes worden getoond. Op of boven de 90% drie muntjes, op of boven de 80% twee muntjes en onder de 80% één muntje. Op grond van deze voorgeschreven grenzen zal het label voor PGB er als volgt uit komen te zien (zie volgende pagina):
Toelichting: de grafiek laat zien dat de ontwikkeling van de pensioenen bij PGB waarschijnlijk achter zal blijven bij
de stijging van de prijzen. Het gemiddelde pensioenresultaat, dat is het niveau van toekomstige pensioenuitkeringen afgezet tegen de hoogte van de uitkering bij volledige toeslagverlening op basis van het consumentenprijsindexcijfer komt na 15 jaar uit op 92%. Wanneer het economisch tegenzit, zal het pensioenresultaat volgens het ALM-model uitkomen op ongeveer 56%.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 34
Toekomstverkenning
Geen bijstelling financieel beleid Naar de toekomst toe verwacht het bestuur op grond van de nu uitgevoerde analyse dat het gemiddeld pensioenresultaat zal kunnen uitkomen op ongeveer 92%. Voor het bestuur vormden de uitkomsten geen aanleiding tot bijstelling van het financieel beleid. De risicos voor PGB zijn gelegen in de ongunstige scenarios. Dat zijn de scenarios waarin het verloop van de waarde van de beleggingen en/of de omvang van de voorziening pensioenverplichtingen zodanig is dat er sprake is van een ongewenst laag niveau van de dekkingsgraad. In 2010 zal worden nagegaan welke middelen effectief zijn wanneer het fonds in de gevarenzone terecht zou komen. Voor PGB is de gevarenzone op dit moment het gebied tussen 105% en 91,5%. Bij een dekkingsgraad onder de 91,5% is het fonds statistisch niet meer in staat om zonder aanvullende maatregelen tijdig uit herstel te komen. Ook voor wat betreft de effectiviteit van de herstelmaatregelen is er voor het bestuur op dit moment geen aanleiding om bij te sturen. Bij een gelijkmatige economische ontwikkeling zou een pensioenresultaat tegemoet kunnen worden gezien van 92%. Op grond daarvan kunnen drie muntjes worden gecommuniceerd.
Bestuur van de Stichting Pensioenfonds voor de Grafische Bedrijven
Bij een pessimistisch economisch scenario zou het pensioenresultaat kunnen uitkomen op ongeveer 56%. Dat ligt onder de norm van 80% waarbij één muntje kan worden getoond. Effectiviteit financieel beleid
Voorzitters:
Secretarissen:
drs. R. Degenhardt
L.J. Hoogenboom
F. de Haan
R. Leloux
Voor het bestuur vormen de uitkomsten ook een graadmeter voor de effectiviteit van de sturingsmiddelen waarover het fonds beschikt. Het premie-, beleggings- en toeslagbeleid leiden bij gelijkmatige economische omstandigheden bij een verantwoord risico tot een pensioenresultaat dat in beperkte mate achterblijft bij de geformuleerde ambitie in de pensioenovereenkomst. Het bestuur is in het verslagjaar nagegaan wat haar performance over een 40-jaarsperiode in het verleden is geweest. Vanaf 1970 tot en met 2009 (dus inclusief het crisisjaar 2008) bedroeg het gemiddeld rendement 6,5% en is het fonds in staat geweest om 93% van de prijsontwikkeling aan toeslag te verlenen.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 35
Als het op de financiële markten echter tegenzit, wordt in het verleden gemiste toeslag niet ingehaald en krijgt men minder of geen toeslag. En als het erg tegenzit, kan het pensioen in het uiterste geval ook worden verlaagd.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 36
Bijlage I: Samenvatting jaarrekening 2009
In miljoenen euro’s
Balans per 31 december 2009 2009
2008
11.455
10.470
4
4
11.459
10.474
566
453
13
110
12.038
11.037
Activa
Beleggingen voor risico pensioenfonds Beleggingen voor risico deelnemers Totaal beleggingen Vorderingen en overlopende activa Overige activa
Passiva
Stichtingskapitaal en reserves
831
Technische voorzieningen
8.491
Voorzieningen voor risico deelnemers Overige schulden en overlopende passiva
Dekkingsgraad (in %)
pgb Jaarverslag 2009
pag. 37
269 8.480
4
4
2.712
2.822
12.038
11.037
110
97
Bijlage I: Samenvatting jaarrekening 2009
In miljoenen euro’s
Staat van baten en lasten over 2009 2009
2008
Baten
Premiebijdragen (van werkgevers en werknemers) Beleggingsresultaten risico pensioenfonds Beleggingsresultaten risico deelnemers Overige baten
188 1.166 1 13
172 1.776 1 12
1.368
1.593
107 320 276 6 1.470 288
Lasten
Pensioenopbouw Indexering en overige toeslagen Rentetoevoeging voorziening pensioenverplichtingen Onttrekking uit voorziening pensioenverplichtingen voor pensioenuitkeringen Onttrekking uit voorziening pensioenverplichtingen voor pensioenuitvoeringskosten Wijziging marktrente Wijziging overige actuariële uitgangspunten Overige wijzigingen in de voorziening pensioenverplichtingen
Totale wijziging voorziening pensioenverplichtingen Pensioenuitkeringen Pensioenuitvoeringskosten Saldo-overdrachten van rechten Wijziging voorziening voor risico deelnemers Garantieregeling Pensioensparen
−
152 4 289 297 6 416 238 47 11
1.903
305 8 54 1 1
276 8 329 1 1
268 Saldo van baten en lasten
1.100
pgb Jaarverslag 2009
pag. 38
1.858
3.451
Bijlage II: samenstelling bestuur PGB, deelnemersraad, Verantwoordingsorgaan en commissies
Naam
Bestuur
Functie
De samenstelling van het bestuur is per ultimo 2009 als volgt: Naam
Functie*
Aanwijzende organisatie**
Aftreden volgens rooster
T.W. van den Broek
lid
FNV KIEM
ultimo 2010
drs. L. Coenradie RA
lid
KVGO
ultimo 2012
drs. R. Degenhardt
voorzitter
KVGO
ultimo 2010
H.A. Elzermand
lid
NVJ
ultimo 2011
F. de Haan
voorzitter
FNV KIEM
ultimo 2010
L.J. Hoogenboom
secretaris
KVGO
ultimo 2010
R. Leloux
secretaris
CNV Media
ultimo 2010
W.F. Nak
lid
KVGO
ultimo 2011
Aanwijzende organisatie
Aftreden volgens rooster
drs. R. Degenhardt
voorzitter
KVGO
ultimo 2010
L.J. Hoogenboom
lid
KVGO
ultimo 2010
R. Leloux
lid
CNV Media
ultimo 2010
W.F. Nak
plv. voorz.
KVGO
ultimo 2011
Adviseurs van de commissie zijn:
aftreden volgens rooster
drs. M.J.M. Jochems
1 november 2010
drs. J.L.M.J. Klijnen
22 maart 2010
J.H. Ubas
15 februari 2010
Deelnemersraad De samenstelling van de deelnemersraad is per ultimo 2009 als volgt:
*
De heer Degenhardt is fungerend voorzitter in 2009 en 2010, de heer De Haan fungerend voorzitter in 2008. De heer Hoogenboom is fungerend secretaris in 2010, de heer Leloux fungerend secretaris in 2009. ** werkgeversorganisatie: Koninklijk Verbond voor Grafische Ondernemingen (KVGO); werknemersorganisaties: FNV Kunsten Informatie en Media (FNV KIEM), CNV Media, Nederlandse Vereniging voor Journalisten (NVJ).
Naam
Groep
Aanwijzende organisatie*
Aftreden volgens rooster
A.F.A.H. Bergmans
gepensioneerde
FNV KIEM
medio 2011 ultimo 2010
W. Dubbeling (voorzitter)
werknemer
FNV KIEM
Dagelijks bestuur
C.P.M. van der Eerden
werknemer
Unie
ultimo 2010
Voorzitters en secretarissen vormen het dagelijks bestuur en zijn belast met het bepalen van
L.H.M.J. Gelissen
gepensioneerde
CSO
ultimo 2010
het dagelijks beleid. Het bestuur heeft diverse bevoegdheden gedelegeerd aan het dagelijks
F.P.M. Haselaar
gepensioneerde
FNV KIEM
ultimo 2012
bestuur. Deze bevoegdheden zijn statutair en in een delegatiebesluit vastgelegd.
F.J. Hoefnagels
werknemer
FNV KIEM
ultimo 2010
H. Jansen (plv. voorzitter)
werknemer
FNV KIEM
ultimo 2010
Commissie voor Beleggingen en risicomanagement
P. Verhorst
werknemer
CNV Media
ultimo 2010
De samenstelling van de Commissie is per ultimo 2009 als volgt:
vacature
werknemer
NVJ
–
vacature
werknemer
CNV MEDIA
–
*
Werknemersorganisatie: Unie, vakbond voor industrie en dienstverlening (Unie). Ouderenorganisatie: Coördinatieorgaan voor Samenwerkende Ouderenorganisaties (CSO). Overige toelichting werknemersorganisaties: zie onder bestuur.
pgb Jaarverslag 2009
pag. 39
Bijlage II: samenstelling bestuur PGB, deelnemersraad, verantwoordingsorgaan en commissies
Verantwoordingsorgaan
Klachtencommissie
De samenstelling is per ultimo 2009 als volgt:
De samenstelling van de Klachtencommissie is per ultimo 2009 als volgt:
Naam
Groep
Aanwijzende organisatie*
Naam
Functie
Aanwijzende organisatie
T.W. van den Broek
fungerend voorzitter in 2010
FNV KIEM
W.F. Nak
fungerend voorzitter in 2009
KVGO
Aftreden volgens rooster
L. van den Berg
werkgever
KVGO
A.F.A.H. Bergmans
gepensioneerde
FNV KIEM
ultimo 2011 medio 2011
W. Dubbeling (voorzitter)
werknemer
FNV KIEM
ultimo 2010
drs. L. Dijkema
werkgever
KVGO
ultimo 2011
Commissie van Bezwaar
C.P.M. van der Eerden
werknemer
Unie
ultimo 2010
De samenstelling van de Commissie van Bezwaar is per ultimo 2009 als volgt:
A. Emmink
werkgever
KVGO
ultimo 2012
L.H.M.J. Gelissen
gepensioneerde
CSO
ultimo 2010
Naam
Functie
Aanwijzende organisatie
lid
KVGO
F.P.M. Haselaar
gepensioneerde
FNV KIEM
ultimo 2012
F.J. Hoefnagels
werknemer
FNV KIEM
ultimo 2010
mr. J.S. Dienske
H. Jansen (plv. voorzitter)
werknemer
FNV KIEM
ultimo 2010
R.E. van Kesteren
fungerend voorzitter in 2009
CNV Media
mevrouw K. Kamp
werkgever
KVGO
ultimo 2012
J. Spaargaren
lid
FNV KIEM
M.J. Kuit
gepensioneerde
FNV KIEM
ultimo 2010
B. Wals
fungerend voorzitter in 2010
KVGO
K.J.M. Langen
gepensioneerde
FNV KIEM
ultimo 2012
P. Verhorst
werknemer
CNV Media
ultimo 2010
R. Warnar
werkgever
KVGO
ultimo 2010
Secretariaat van de Commissie:
vacature
werkgever
KVGO
Advocatenkantoor Kennedy Van der Laan, mw. mr. E. M. Kuijken, Postbus 58188,
vacature
werknemer
CNV Media
1040 HD Amsterdam
vacature
werknemer
NVJ
Kantoor Zwaansvliet 3, 1081 AP Amsterdam Intern toezicht
Postbus 7855, 1008 CA Amsterdam
Vanaf 2009 zal vooralsnog jaarlijks een visitatie plaatsvinden. De samenstelling is als volgt:
Telefoon: (020) 5418418
drs. G. de Jong (voorzitter), drs. J.F.M. Overdevest (lid) en mw. mr. M. Meijer-Zaalberg (lid)
Fax: (020) 6442911 Internet: www.gbf.nl
pgb Jaarverslag 2009
pag. 40
SAMENVATTING PGB JAARVERSLAG 2009
PGB POSTBUS 7855, 1008 CA AMSTERDAM ZWAANSVLIET 3, TELEFOON 020 - 5418418 WWW.GBF.NL