Decoskenmerk: 2014/848
Onderwijs- en examenregeling opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness Locatie Leeuwarden 2014 - 2015 Citeertitel
OER opleiding opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness Locatie Leeuwarden 2014 – 2015
Datum inwerkingtreding
1 september 2014
Instemming MR
2 juli 2014
Vaststelling door CvB
8 juli 2014
Rechtsgrondslag
Art. 7.13 WHW
Korte omschrijving
Deze onderwijs- en examenregeling is voor de opleiding in kwestie de onderwijs- en examenregeling als bedoeld in artikel 7.13 WHW. In deze regeling zijn de geldende procedures en rechten en plichten met betrekking tot het onderwijs en de examens voor studiejaar 2014-2015 opgenomen voor alle studenten en extranei van de desbetreffende opleiding van Hogeschool Van Hall Larenstein.
Bijzonderheden
Versie 1.0
Vindplaats
Studentnet -> reglementen -> opleidingsspecifiek
1
Inhoudsopgave HOOFDSTUK 1 ALGEMENE BEPALINGEN ....................................... 4 Artikel 1.1 Artikel 1.1a Artikel 1.2 Artikel 1.3
De onderwijs- en examenregeling ........................................................................... 4 Schakelbepaling ........................................................................................................ 4 Toepasselijkheid ........................................................................................................ 5 Begripsbepalingen .................................................................................................... 5
HOOFDSTUK 2
TOELATING .............................................................. 9
Artikel 2.1 Vooropleidingseisen ................................................................................................. 9 Artikel 2.2 Nadere vooropleidingseisen .................................................................................... 9 Artikel 2.3 Uitzondering nadere vooropleidingseisen .............................................................. 9 Artikel 2.4 Eisen werkkring bij de deeltijd variant .................................................................... 9 Artikel 2.5 Vrijstellingen op grond van NVAO geaccrediteerde diploma’s en bij ministeriele regeling aangewezen diploma’s ................................................................................ 10 Artikel 2.6 Vrijstellingen op grond van Verdrag van Lissabon ............................................. 10 Artikel 2.7 Vrijstellingen op grond van andere en buitenlandse diploma’s ......................... 11 Artikel 2.8 Vrijstellingen op grond van toelatingsonderzoek (21+ toets) ............................. 12 Artikel 2.9 Inschrijving postpropedeutische fase ................................................................... 12 Artikel 2.10 Inschrijvingsvoorwaarden ...................................................................................... 13
HOOFDSTUK 3 AANMELDING, STUDIEKEUZEACTIVITEITEN EN STUDIEKEUZEADVIES ....................................................................... 14 Artikel 3.1 Aanmelding/studiekeuzeactiviteit .......................................................................... 14 Artikel 3.2 Studiekeuzegesprek bij aanmelding uiterlijk op 1 mei ........................................ 14 Artikel 3.3 Gevolgen niet deelnemen aan de studiekeuzecheck bij aanmelding uiterlijk op 1 mei 14 Artikel 3.4 Geldige redenen van verhindering voor het deelnemen aan studiekeuzeactiviteiten.................................................................................................................... 15 Artikel 3.5 Aanmelding na 1 mei voor een andere bacheloropleiding ................................. 15 Artikel 3.6 Aanmelding na 1 mei voor de eerste keer ............................................................ 15 Artikel 3.7 Studiekeuzegesprek bij aanmelding na 1 mei ...................................................... 15 Artikel 3.8 Gevolgen niet deelnemen aan de studiekeuzecheck bij aanmelding na 1 mei . 16 Artikel 3.9 Te verstrekken persoonsgebonden nummer bij aanmelding ............................. 16 Artikel 3.10 Bezwaar .................................................................................................................... 16 Artikel 3.11 Hardheidsclausule ................................................................................................... 16
HOOFDSTUK 4 Artikel 4.1 Artikel 4.2 Artikel 4.3 Artikel 4.4 Artikel 4.5 Artikel 4.6 Artikel 4.7 Artikel 4.8 Artikel 4.9 Artikel 4.10
Artikel 4.10a Artikel 4.10b Artikel 4.10c Artikel 4.10d Artikel 4.10e Artikel 4.11
INHOUD EN PROGRAMMA VAN DE OPLEIDING . 17
Doelstelling .............................................................................................................. 17 Opleidingsvorm en vestigingsplaats(en) .............................................................. 17 Taal ............................................................................................................................ 17 Studielast opleiding ................................................................................................ 18 Studielast Associate-degreeprogramma .............................................................. 18 Eindcompetenties van de bachelor opleiding ...................................................... 18 Eindcompetenties van het Associate-degreeprogramma Ondernemerschap .. 19 Competenties per major ......................................................................................... 19 Samenstelling opleidingsprogramma ................................................................... 19 Programma voltijdvariant ....................................................................................... 20
Programma propedeuse voltijd...............................................................20 Programma major Agrarische Bedrijfskunde Leeuwarden ......................20 Programma major Agrarisch Ondernemerschap Leeuwarden ................22 Programma voltijd major Foodmarketing en Retail Leeuwarden .............23 Programma major Duurzame Innovatie en Business Leeuwarden .........24
Programma deeltijdvariant ..................................................................................... 25
Artikel 4.11a Programma propedeuse deeltijd ............................................................25 Artikel 4.11b Programma major deeltijd .....................................................................26 Artikel 4.12
Programma Associate-degreeprogramma Ondernemerschap ........................... 26
Artikel 4.12a Programma propedeuse (1e jaar) ...........................................................26 Artikel 4.12b Programma postpropedeuse (2e jaar).....................................................26
2
HOOFDSTUK 5 EXAMENS, TOETSEN EN DEELNAME AAN ONDERWIJSEENHEDEN..................................................................... 27 Artikel 5.1 Artikel 5.2 Artikel 5.3 Artikel 5.4 Artikel 5.5 Artikel 5.6 Artikel 5.7 Artikel.5.8 Artikel 5.9 Artikel 5.10 Artikel.5.11 Artikel 5.12 Artikel 5.13 Artikel 5.14 Artikel 5.15 Artikel 5.16 Artikel 5.17 Artikel 5.18 Artikel 5.19 Artikel 5.20 Artikel 5.21 Artikel 5.22 Artikel 5.23 Artikel 5.24 Artikel 5.25 Artikel 5.26 Artikel 5.27
Examens ................................................................................................................... 27 Vaststelling, bekendmaking en bewaring uitslag examens ................................ 27 Predicaat cum laude ................................................................................................ 27 Getuigschriften, diplomasupplement en graad .................................................... 28 Toetsen ..................................................................................................................... 28 Bewaartermijnen toetsopgaven en beoordeeld werk .......................................... 28 Toekenning van credits .......................................................................................... 29 Toetsvormen ............................................................................................................ 29 Bekendmaking leerstof toets ................................................................................. 29 Toetscriteria ............................................................................................................. 29 Gelegenheid tot het afleggen van toetsen ............................................................ 30 Wijziging en vervallen onderwijseenheid ............................................................. 30 Herhaling toets wegens bijzondere omstandigheden ......................................... 30 Recht op deelname aan toetsen............................................................................. 30 Aanmelding en afmelding voor toetsen ................................................................ 31 Identificatieplicht ..................................................................................................... 31 Vaststelling uitslag .................................................................................................. 31 Waardering uitslag .................................................................................................. 31 Bekendmaking en registratie uitslag ..................................................................... 32 Inzage, bespreking en beschikbaarstelling beoordelingsnormen ..................... 32 Geldigheidsduur van een met goed gevolg afgelegde toets .............................. 32 Vrijstellingen voor toetsen ..................................................................................... 32 Inschrijven voor onderwijseenheden .................................................................... 33 Deelname aan onderwijs buiten de opleiding waarvoor men is ingeschreven 33 Examinatoren ........................................................................................................... 33 Toezicht .................................................................................................................... 33 Onregelmatigheden en (ernstige) fraude .............................................................. 33
HOOFDSTUK 6 STUDIEVOORTGANG, STUDIEBEGELEIDING EN STUDIEADVIES 35 Artikel 6.1 Artikel 6.2 Artikel 6.3 Artikel 6.4 Artikel 6.5 Artikel 6.6 Artikel 6.7 Artikel 6.8 Artikel 6.9 Artikel 6.10
Studievoortgang ...................................................................................................... 35 Studieloopbaanbegeleiding .................................................................................... 35 Voorzieningen ten behoeve van studenten met een functiebeperking ............. 35 Algemene bepalingen inzake studieadvies .......................................................... 35 Procedure uitbrengen preadvies - eerste jaar van inschrijving ......................... 36 Procedure uitbrengen studieadvies – eerste jaar van inschrijving .................... 36 Meewegen persoonlijke omstandigheden en horen student .............................. 37 Persoonlijke omstandigheden ............................................................................... 37 Procedure uitbrengen bindend negatief studieadvies – propedeuse ................ 37 Bewaartermijnen studieadviezen ........................................................................... 38
HOOFDSTUK 7 EXAMENCOMMISSIES ............................................ 39 Artikel 7.1 Artikel 7.1a Artikel 7.2 Artikel 7.3
Instelling en benoeming ......................................................................................... 39 Examencommissie en ‘kamer’ per locatie ............................................................ 39 Taken en bevoegdheden ......................................................................................... 39 Huishoudelijk reglement ......................................................................................... 40
HOOFDSTUK 8 SLOTBEPALINGEN ................................................. 41 Artikel 8.1 Artikel 8.2 Artikel 8.3 Artikel 8.4 Artikel 8.5
Nadere regels ........................................................................................................... 41 Beroepsrecht............................................................................................................ 41 Onvoorziene gevallen ............................................................................................. 41 Voorlopige voorziening ........................................................................................... 41 Inwerkingtreding en citeertitel ............................................................................... 41
Bijlage 1 Gedragscode gebruik andere talen dan het Nederlands in het onderwijs ................................................................................... 42 Bijlage 2 Voorzieningen studenten met een functiebeperking .... 44 Bijlage 3 Overzicht onderwijseenheden (modules) ...................... 45
3
HOOFDSTUK 1
Artikel 1.1
ALGEMENE BEPALINGEN
De onderwijs- en examenregeling
1. Elke opleiding van Hogeschool Van Hall Larenstein heeft een onderwijs- en examenregeling (OER) zoals bedoeld in artikel 7.13 van de wet (hierna ook: deze regeling). De OER is te vinden op studentnet en de internetpagina van de hogeschool. 2. Deze regeling is vastgesteld door het college van bestuur, op de op het voorblad vermelde datum. Deze regeling treedt in werking per de op het voorblad vermelde datum. 3. Bijlagen 1 t/m 3 maken integraal onderdeel uit van deze regeling. 4. In deze regeling wordt voor het leesgemak de mannelijke aanspreekvorm gehanteerd.
Artikel 1.1a Schakelbepaling 1. De hbo bacheloropleiding Bedrijfskunde en Agribusiness (Agribusiness and Business Administration) wordt door Hogeschool Van Hall Larenstein aangeboden op locatie Leeuwarden en locatie Wageningen. Voor deze opleiding is één onderwijs- en examenregeling vastgesteld die is uitgewerkt in twee verschillende documenten. Deze schakelbepaling vormt de verbinding tussen beide documenten die formeel samen de onderwijs- en examenregeling van de opleiding vormen. 2. Op locatie Leeuwarden wordt de opleiding in een Nederlandstalige voltijdse variant met de majors Agrarische Bedrijfskunde, Agrarisch Ondernemerschap, Foodmarketing en Retail, Duurzaamheid, Innovatie en Business en een Associate-degreeprogramma Ondernemerschap aangeboden. Op dit aanbod van de opleiding is van de toepassing de (onderhavige) VHL OER 2014/2015 opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness, locatie Leeuwarden. 3. Op locatie Wageningen wordt de opleiding in een Engelstalige voltijdse variant met de majors International Agribusiness and Trade en International Horticulture and Marketing aangeboden. Op dit aanbod van de opleiding is van de toepassing de VHL Education and Examination Regulations 2014/2015 study programme Agribusiness and Business Administration, location Wageningen. . 4. Een propedeutisch examen van de opleiding zoals aangeboden op locatie Leeuwarden geeft in beginsel toegang tot onderwijseenheden aangeboden in het tweede jaar van het programma zoals aangeboden op locatie Wageningen. In overleg tussen opleidingsdirecteur, examencommissie en de student wordt, binnen de gestelde kaders in de wet en de onderwijs- en examenregeling en met inachtneming van ieders specifieke verantwoordelijkheden, per individueel geval bezien welke deficiënties eventueel moeten worden weggewerkt en op welke wijze dit zal geschieden. 5. Een propedeutisch examen van de opleiding zoals aangeboden op locatie Wageningen geeft in beginsel toegang tot onderwijseenheden aangeboden in het tweede jaar van het programma zoals aangeboden op locatie Leeuwarden. In overleg tussen opleidingsdirecteur, examencommissie en de student wordt, binnen de gestelde kaders in de wet en de onderwijs- en examenregeling en met inachtneming van ieders specifieke verantwoordelijkheden, per individueel geval bezien welke deficiënties eventueel moeten worden weggewerkt en op welke wijze dit zal geschieden. 6. Voor zover deze regeling daar niet reeds in voorziet beslist de examencommissie op verzoeken van studenten om onderwijseenheden te mogen volgen op een andere locatie van de opleiding dan waar hij is ingeschreven. In voorkomende gevallen wordt in overleg tussen opleidingsdirecteur, examencommissie en de student, binnen de gestelde kaders in de wet en de onderwijs- en examenregeling en met inachtneming van ieders specifieke verantwoordelijkheden, per individueel geval bezien welke deficiënties eventueel moeten worden weggewerkt en op welke wijze dit zal geschieden.
4
Artikel 1.2
Toepasselijkheid
1. Deze regeling is van toepassing op het volgen van onderwijs en/of het afleggen van toetsen en examens binnen de hbo bacheloropleiding Bedrijfskunde en Agribusiness en het Associatedegreeprogramma Ondernemerschap van de hogeschool op locatie Leeuwarden. Voor het Associate-degreeprogramma Ondernemerschap wordt in deze regeling soms ook de afkorting ADO of Ad Ondernemerschap gebruikt. 2. Deze regeling is van toepassing op alle studenten en extranei ingeschreven aan de hogeschool aan de in lid 1 bedoelde bacheloropleiding en Associate-degreeprogramma. 3. Deze regeling is tevens van toepassing op aspirant-studenten die verzoeken om toegelaten te worden tot door de hogeschool aangeboden in lid 1 bedoelde hbo bacheloropleiding en Associatedegreeprogramma. 4. Op de internetpagina van de hogeschool is een overzicht opgenomen van alle hbo bacheloropleidingen, Associate-degreeprogramma’s en majors die worden aangeboden door de hogeschool.
Artikel 1.3
Begripsbepalingen
1. De in deze regeling voorkomende begrippen hebben dezelfde betekenis als de begrippen in de Wet op het Hoger onderwijs en Wetenschappelijk Onderzoek (WHW), tenzij uitdrukkelijk anders is bepaald. 2. In deze regeling wordt verstaan onder: afsluitend examen: examen ter afsluiting van de bacheloropleiding of het Associatedegreeprogramma. Tenzij elders in deze regeling anders is bepaald, is het afsluitend examen behaald indien de student alle toetsen uit de bacheloropleiding of het Associate-degreeprogramma heeft behaald; afstudeeropdracht/afstudeeronderzoek: een schriftelijk werkstuk van enige omvang, in de afsluitende fase van de studie, waarin de student of extraneus op systematische en expliciet verantwoorde wijze verslag doet van een project of onderzoek; afstudeerrichting: major aspirant-student: persoon die wenst te worden toegelaten tot een opleiding; Associate-degreeprogramma: een programma als bedoeld in artikel 7.8a WHW dat onderdeel uitmaakt van een opleiding en 120 credits omvat; beoordeling: de vaststelling door een examinator in welke mate de student of extraneus heeft voldaan aan de eisen die voor een bepaalde onderwijseenheid of onderdeel daarvan zijn geformuleerd; beroepsproduct: een zichtbare prestatie die gerelateerd is aan de beroepspraktijk en beoordeeld kan worden in een al dan niet gesimuleerde setting; bindend negatief studieadvies: een studieadvies waaraan een afwijzing als bedoeld in artikel 7.8b lid 3 WHW is verbonden; College van Beroep voor studenten VHL: het College van Beroep voor de Examens als bedoeld in artikel 7.60 WHW, alsmede de geschillenadviescommissie (voor het College van Bestuur) als bedoeld in artikel 7.63a WHW. Zie verder hoofdstuk 6 van het studentenstatuut; College van Bestuur: Het College van Bestuur van de hogeschool;
5
competenties: een combinatie van in beginsel kennis, inzicht, vaardigheden en attitudes die de student gebruikt om te functioneren naar de eisen die gesteld worden in een specifieke (arbeids-, opleidings-, maatschappelijk-culturele) context; credits: studiepunten (volgens het European Credit Transfer System (ECTS)) zoals bedoeld in artikel 7.4 lid 1 WHW. Een credit (ook wel genoemd ec) is een rekeneenheid die staat voor een indicatie van het aantal uren werk van een gemiddelde student. Elke onderwijseenheid staat voor één of meer credits. Eén credit staat gelijk aan 28 studie-uren; Croho: Centraal Register Opleidingen Hoger Onderwijs; deeltoets: een toets die tezamen met tenminste één andere deeltoets formeel wordt aangemerkt als een tentamen als bedoeld in artikel 7.10 lid 1 WHW. Hetgeen in deze regeling is bepaald omtrent toetsen is van overeenkomstige toepassing op deeltoetsen. Een deeltoets kan uit verschillende onderdelen bestaan. Aan deeltoetsen worden geen credits toegekend. In het Studenten informatiesysteem (SIS) aangeduid met de term “toets”. examen: het geheel van toetsen van de propedeutische fase, van de postprodeutische fase van de bacheloropleiding, of van het Associate-degreeprogramma dat met goed gevolg moet zijn afgelegd. examencommissie: de examencommissie in de zin van art. 7.12 e.v. WHW; examinator: door de examencommissie aangewezen personen belast met het ontwerpen en afnemen van toetsen en het vaststellen van de uitslag daarvan; extraneus: examenstudent, persoon bedoeld in artikel 7.32 en 7.36 WHW die bij een bacheloropleiding alleen examens en toetsen mag afleggen en geen recht heeft op (het volgen of bijwonen van) onderwijs; faciliteit: de faciliteit als bedoeld in artikel 7.59a WHW. Zie verder hoofdstuk 6 van het studentenstatuut; getuigschrift: het door de examencommissie verstrekte bewijs dat het propedeutisch examen, het examen van een Associate-degreeprogramma of het afsluitend examen met goed gevolg is afgelegd; hogeschool: de Hogeschool Van Hall Larenstein, brinnummer 30HD, gevestigd te Leeuwarden, Wageningen en Velp en in stand gehouden door de stichting Van Hall Larenstein; instellingsbestuur: Het College van Bestuur.; major: een studieroute binnen de postpropedeutische fase van een opleiding bestaande uit 150 credits. Onder een major wordt hetzelfde verstaan als een afstudeerrichting; minor: een samenhangend onderwijsaanbod in de postpropedeutische fase dat verbredend of verdiepend is bestaande uit 15 t/m 30 credits; NVAO: Nederlands-Vlaamse Accreditatieorganisatie, een onafhankelijke accreditatieorganisatie opgericht door de Nederlandse en Vlaamse overheid die tot taak heeft een deskundig en objectief oordeel over de kwaliteit van het hoger onderwijs in Nederland en Vlaanderen te geven; OER: Onderwijs- en examenregeling, zoals bedoeld in art. 7.13 WHW; onderwijsbureau: de afdeling van de hogeschool die onder meer belast is met het beheer van het studentenvolgsysteem; onderwijseenheid: onderwijseenheid in de zin van artikel 7.3 lid 2 WHW. Een samenhangend geheel van onderwijsleeractiviteiten gericht op het verwerven van competenties (kennis, inzicht, vaardigheden en/of attitudes) voor een specifiek onderdeel van de opleiding. Een onderwijseenheid wordt in het Studenten informatiesysteem (SIS) aangeduid met de term “module”. Een
6
onderwijseenheid wordt afgesloten met een toets. Elke onderwijseenheid staat voor een of meer credits; opleiding: een samenhangend geheel van onderwijseenheden gericht op de verwezenlijking van welomschreven doelstellingen op het gebied van kennis, inzicht, vaardigheden en/of attitudes (competenties) waarover de student die de opleiding voltooit, dient te beschikken; opleidingscommissie: een per opleiding of groep van opleidingen ingestelde commissie die o.a. tot taak heeft advies uit te brengen over de onderwijs- en examenregeling en de wijze van uitvoering hiervan (art. 10.3c WHW); portfolio: een (eventueel digitale) verzameling van bestanden en documenten waarmee een student zijn eigen individuele ontwikkeling zichtbaar maakt en zijn behaalde niveau aantoont; postpropedeuse: de fase van de opleiding direct volgend op de propedeuse, ook wel hoofdfase genoemd; preadvies: een namens het College van Bestuur door de examencommissie aan iedere student, uiterlijk binnen 20 werkdagen na het einde van de tweede periode van het eerste studiejaar van inschrijving voor een bacheloropleiding of Associate-degreeprogramma, voor de propedeuse uitgebracht studieadvies. Het preadvies geldt tevens als waarschuwing zoals bedoeld in artikel 7.8b lid 4 WHW; propedeuse: de propedeutische fase als bedoeld in artikel 7.8 WHW; de uit 60 credits bestaande eerste fase van de bacheloropleiding of het Associate-degreeprogramma. De propedeuse wordt afgesloten met een propedeutisch examen; propedeutisch examen: examen ter afsluiting van de propedeuse als bedoeld in artikel 7.8 WHW; stage: onderwijseenheid die bestaat uit een periode van praktische oefening; student: persoon bedoeld in artikel 7.32 WHW die als student staat ingeschreven aan de hogeschool voor het volgen van het onderwijs; studentenstatuut: statuut als bedoeld in artikel 7.59 WHW; studieadvies: een namens het College van Bestuur door de examencommissie aan iedere student uiterlijk aan het einde van diens eerste jaar van inschrijving voor een bacheloropleiding of Associatedegreeprogramma voor de propedeuse van zijn opleiding uitgebracht advies als bedoeld in artikel 7.8b WHW over de voortzetting van zijn studie binnen of buiten de opleiding. Onverminderd het bepaalde in de voorgaande volzin kan een studieadvies worden uitgebracht zolang de student het propedeutisch examen niet heeft behaald; studiejaar: het tijdvak dat aanvangt op 1 september en eindigt op 31 augustus van het daaropvolgende jaar; studielast: het aantal toegekende credits aan de bacheloropleiding, het Associate-degreeprogramma en de onderwijseenheid; studieloopbaanbegeleider: de begeleider van studenten bij de voortgang van de studie en bij de keuzemogelijkheden binnen de studie ; surveillant: een door de examencommissie aangewezen toezichthouder bij het afnemen van toetsen. Surveillanten volgen instructies op van examencommissies en examinatoren en handelen conform de richtlijn surveillanten. toets: een tentamen als bedoeld in artikel 7.10 lid 1 WHW. Een onderzoek naar de kennis, het inzicht, de vaardigheden en/of de attitudes van de student alsmede de beoordeling van de uitkomsten van dat onderzoek. Een toets kan worden afgenomen door een of meer examinatoren in de vorm van
7
bijvoorbeeld een schriftelijke toets, een mondelinge toets, een praktische toets of een verslag. Bij elke onderwijseenheid is de toetsvorm beschreven; Toetskans: een gelegenheid om een toets af te leggen waarvoor de student zich heeft aangemeld. Indien een student zich heeft aangemeld voor een toets en zonder zich af te melden niet deelneemt aan een toets wordt dit beschouwd als een gebruikte toetskans. Dit levert in het Studenten informatiesysteem (SIS) het resultaat ‘no show’ op; variant: de inrichting (voltijd, deeltijd of duaal) van de opleiding als bedoeld in artikel 7.7 lid 1 WHW; vrijstelling: een door de examencommissie afgegeven en ondertekende verklaring dat de student is vrijgesteld van het afleggen van een toets voor een of meer in de verklaring benoemde onderwijseenheden. Het aantal credits dat volgens deze regeling aan de in de verklaring benoemde onderwijseenheden is verbonden wordt aan de student toegekend; wegingsfactor: het gewicht dat aan een deel van een toets wordt toegekend bij de berekening van het toetscijfer; WHW: de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek.
8
HOOFDSTUK 2
Artikel 2.1
TOELATING
Vooropleidingseisen
1. De aspirant-student die wenst te worden toegelaten tot de bacheloropleiding of het Associatedegreeprogramma dient te voldoen aan één van de volgende vooropleidingseisen, zoals genoemd in art. 7.24 WHW: a) een diploma voorbereidend wetenschappelijk onderwijs (vwo); b) een diploma hoger algemeen voortgezet onderwijs (havo); c) een door de minister aangewezen getuigschrift, al dan niet in Nederland afgegeven, dat naar het oordeel van het College van Bestuur tenminste gelijkwaardig is aan een HAVO of VWOdiploma d) een diploma van een middenkaderopleiding (niveau 4) e) een diploma van een specialistenopleiding (niveau 4) f) een diploma van de bij ministeriele regeling aangewezen vakopleidingen
Artikel 2.2
Nadere vooropleidingseisen
1. Onverminderd het bepaalde in artikel 2.1 moet de aspirant-student die voldoet aan een in dat artikel bedoelde vooropleidingseis in voorkomende gevallen tevens voldoen aan nadere vooropleidingseisen. 2. Als nadere vooropleidingseis voor de toelating van:
aspirant-studenten zoals bedoeld in art. 2.1 onder sub a van dat artikel (vwo’ers) profiel: geen nadere vooropleidingseisen (alle profielen toelaatbaar) Profiel van voor 1 augustus 2007: geen nadere vooropleidingseisen (alle profielen toelaatbaar) aspirant-studenten zoals bedoeld in art. 2.1 onder sub b van dat artikel (havisten) profiel: HAVO NG HAVO NT HAVO EM HAVO CM, met wiskunde a of wiskunde b Profiel van voor 1 augustus 2007 Havo: NG, NT, EM of CM met wia12 of wib1
Artikel 2.3
Uitzondering nadere vooropleidingseisen
1. Indien de aspirant-student niet voldoet aan de nadere vooropleidingseisen als bedoeld in artikel 2.2, dan kan de student toch worden toegelaten tot de opleiding indien uit onderzoek blijkt dat hij voldoet aan de volgende eisen: In geval van profiel HAVO CM zonder wia of wib een deelcertificaat voor het vak wiskunde. 2. Het onderzoek naar de eis(en) als bedoeld in het eerste lid van dit artikel is als volgt ingericht: Bij ontbreken van het deelcertificaat wiskunde, kan een deficiëntiecursus wiskunde worden gedaan. Op deze toets moet ten minste een afgeronde 6 worden gehaald.
3. Bij het onderzoek in het kader van een uitzondering op de nadere vooropleidingseisen is geen leeftijdsgrens van toepassing. De aspirant-student moet aan de gestelde eisen voldoen alvorens deze kan worden ingeschreven.
Artikel 2.4
Eisen werkkring bij de deeltijd variant
Niet van toepassing
9
Vrijstellingen op grond van NVAO geaccrediteerde diploma’s en bij ministeriele regeling aangewezen diploma’s
Artikel 2.5
1
1. De aspirant-student met een graad, diploma of examen als bedoeld in de eerste volzin van artikel 7.28 lid 1 WHW en eerste volzin artikel 7.28 lid 2 WHW is vrijgesteld van de in artikel 2.1 bedoelde vooropleidingseisen. 2. Onder de in het voorgaande lid bedoelde graad, diploma of examen wordt begrepen een getuigschrift (afsluitend examen) van een NVAO geaccrediteerde opleiding van een hogeschool, universiteit of rechtspersoon voor hoger onderwijs en Europees baccalaureaat van de Europese school, voor zover dat baccalaureaat het vak Nederlands als eerste of tweede taal omvat. 3. Indien voor de opleiding tevens nadere vooropleidingseisen zijn gesteld kan de aspirant-student als bedoeld in het eerste lid geen propedeutisch of afsluitend examen afleggen alvorens op grond van een aanvullend onderzoek is aangetoond dat hij beschikt over de kennis en vaardigheden waarop de nadere vooropleidingseisen betrekking hebben. 4. De vorm en eisen die in het kader van het onderzoek als bedoeld in het derde lid van dit artikel worden gesteld zijn opgenomen in art. 2.3 lid 2 van deze regeling. 5. Aan de in het voorgaande artikellid genoemde eisen wordt de aspirant-student geacht te hebben voldaan indien hij de volgende onderwijseenheden heeft behaald of daarvoor vrijstelling heeft gekregen: a. LBA112VN b. LLG201VN c. LLG102VN 6. Bij het onderzoek als bedoeld in dit artikel is geen leeftijdsgrens van toepassing. De aspirantstudent kan wel worden ingeschreven en mag toetsen afleggen.
Artikel 2.6
Vrijstellingen op grond van Verdrag van Lissabon
1. Met inachtneming van het bepaalde in de wet en dit artikel zijn de personen als bedoeld in artikel 2
7.28 lid 1 tweede volzin WHW van de in artikel 2.1 bedoelde vooropleidingseisen vrijgesteld.
2. Indien voor de opleiding tevens nadere vooropleidingseisen zijn gesteld kan de aspirant-student als bedoeld in het eerste lid geen propedeutisch of afsluitend examen afleggen alvorens op grond van een aanvullend onderzoek is aangetoond dat hij beschikt over de kennis en vaardigheden waarop de nadere vooropleidingseisen betrekking hebben.
3. Indien het diploma als bedoeld in het eerste lid is afgegeven buiten Nederland en de opleiding op de locatie waar de aspirant-student het onderwijs wenst te volgen wordt verzorgd in de Nederlandse taal, dan wordt de aspirant-student niet ingeschreven tot het moment dat ten genoege van de examencommissie het bewijs is geleverd van voldoende beheersing van de Nederlandse taal voor het met vrucht kunnen volgen van het onderwijs. Het bewijs wordt geacht te zijn geleverd door het behalen van een examen NT2, niveau II.
4. Indien het diploma als bedoeld in het eerste lid is afgegeven buiten Nederland en de opleiding op de locatie waar de aspirant-student het onderwijs wenst te volgen wordt verzorgd in de Engelse taal, dan wordt de aspirant-student niet ingeschreven tot het moment dat ten genoege van de examencommissie het bewijs is geleverd van voldoende beheersing van de Engelse taal voor het met vrucht kunnen volgen van het onderwijs. Het bewijs wordt geacht te zijn geleverd door het behalen van een ‘academic’ IELTS-test met een ‘overall band score’ van 6.0. Indien een andere
1
Het betreft aspirant-studenten die de graad Bachelor of Master hebben behaald , aan een instelling voor wetenschappelijk onderwijs of een instelling voor hoger beroepsonderwijs. Ook betreft het aspirant-studenten die een diploma hebben behaald dat bij ministeriële regeling is aangemerkt als tenminste gelijkwaardig. 2 Dit betreft o.a. aspirant-studenten die afkomstig zijn uit een land dat lid is van de EU.
10
taaltest wordt overlegd geldt de norm zoals opgenomen in artikel 4.2 van de ‘Gedragscode internationale student hoger onderwijs’.
5. De vorm en eisen die in het kader van het onderzoek als bedoeld in het tweede lid van dit artikel worden gesteld zijn opgenomen in art. 2.3 lid 2 van deze regeling.
6.
Aan de in het voorgaande artikellid genoemde eisen wordt de aspirant-student geacht te hebben voldaan indien hij de volgende onderwijseenheden heeft behaald of daarvoor vrijstelling heeft gekregen: a. LBA112VN b. LLG201VN c. LLG102VN
7. Bij het onderzoek als bedoeld in dit artikel is geen leeftijdsgrens van toepassing. De aspirantstudent kan wel worden ingeschreven en mag toetsen afleggen, tenzij het bepaalde in lid 3 of 4van dit artikel van toepassing is.
Artikel 2.7
Vrijstellingen op grond van andere en buitenlandse diploma’s
1. Met inachtneming van het bepaalde in de wet en dit artikel kan de aspirant-student met een al dan niet in Nederland afgegeven diploma als bedoeld in artikel 7.28 lid 2 tweede volzin WHW van de in artikel 2.1 bedoelde vooropleidingseisen worden vrijgesteld. 2. Bij het vormen van een oordeel over van de gelijkwaardigheid van enig diploma vraagt het College van Bestuur in voorkomende gevallen advies over de waardering aan Nuffic. 3. Indien voor de opleiding tevens nadere vooropleidingseisen zijn gesteld kan de aspirant-student als bedoeld in het eerste lid geen propedeutisch of afsluitend examen afleggen alvorens op grond van een aanvullend onderzoek is aangetoond dat hij beschikt over de kennis en vaardigheden waarop de nadere vooropleidingseisen betrekking hebben. 4. Indien het diploma als bedoeld in het eerste lid is afgegeven buiten Nederland en de opleiding op de locatie waar de aspirant-student het onderwijs wenst te volgen wordt verzorgd in de Nederlandse taal, dan wordt de aspirant-student niet ingeschreven tot het moment dat ten genoege van de examencommissie het bewijs is geleverd van voldoende beheersing van de Nederlandse taal voor het met vrucht kunnen volgen van het onderwijs. Het bewijs wordt geacht te zijn geleverd door het behalen van een examen NT2, niveau II. 5. Indien het diploma als bedoeld in het eerste lid is afgegeven buiten Nederland en de opleiding op de locatie waar de aspirant-student het onderwijs wenst te volgen wordt verzorgd in de Engelse taal, dan wordt de aspirant-student niet ingeschreven tot het moment dat ten genoege van de examencommissie het bewijs is geleverd van voldoende beheersing van de Engelse taal voor het met vrucht kunnen volgen van het onderwijs. Het bewijs wordt geacht te zijn geleverd door het behalen van een ‘academic’ IELTS-test met een ‘overall band score’ van 6.0. Indien een andere taaltest wordt overlegd geldt de norm zoals opgenomen in artikel 4.2 van de ‘Gedragscode internationale student hoger onderwijs’. 6. De vorm en eisen die in het kader van het onderzoek als bedoeld in het tweede lid van dit artikel worden gesteld zijn opgenomen in art. 2.3 lid 2 van deze regeling. 7. Aan de in het voorgaande artikellid genoemde eisen wordt de aspirant-student geacht te hebben voldaan, indien hij de volgende onderwijseenheden heeft behaald of daarvoor vrijstelling heeft gekregen: a. LBA112VN b. LLG201VN c. LLG102VN
11
8. Bij het onderzoek als bedoeld in dit artikel is geen leeftijdsgrens van toepassing. De aspirantstudent kan wel worden ingeschreven en mag toetsen afleggen, tenzij het bepaalde in lid 4 of lid 5 van dit artikel van toepassing is. Artikel 2.8
Vrijstellingen op grond van toelatingsonderzoek (21+ toets)
1. Met inachtneming van het bepaalde in de wet en dit artikel kan de aspirant-student van eenentwintig jaar en ouder die niet voldoet aan de in artikel 2.1 bedoelde vooropleidingseisen noch daarvan is vrijgesteld krachtens het bepaalde in artikel 2.6 of 2.7, een toelatingsonderzoek afleggen. Een beschikking van het College van Bestuur inhoudende dat het toelatingsonderzoek met goed gevolg is afgelegd stelt de aspirant-student vrij van de vooropleidingseisen als bedoeld in artikel 2.1. 2. Het toelatingsonderzoek bestaat uit twee onderdelen te weten een taaltest en een inhoudelijk component. De volgende eisen worden gesteld: a. taaltest Nederlands* b. Een nader onderzoek naar de inhoudelijke geschiktheid voor het volgen van de opleiding. * Indien het onderwijs volledig in de Engelse taal wordt gegeven (locatie Wageningen), dan geldt een taaltest Engels.
3. Het onderzoek naar de eisen als bedoeld in het tweede lid van dit artikel is als volgt ingericht: a. Er wordt een NT2, niveau II certificaat geëist. b. Een intakegesprek (oriënterend gesprek) met de major-coördinator van de major die de betreffende aspirant-student zou willen volgen. In het gesprek wordt bekeken welke interesses de potentiële student heeft en in hoeverre de behaalde diploma’s en werkervaring tot nog toe aansluiting vinden bij de opleiding. c. Een nader inhoudelijk onderzoek. Hiervoor krijgt de aspirant-student een opdracht mee naar huis ter voorbereiding op een mondeling assessment (toelatingsexamen) dat door twee assessoren afgenomen zal worden. De opdracht verschilt per major. 4. Het onderzoek als bedoeld in dit artikel kan alleen worden afgenomen bij personen van 21 jaar en ouder. Zonder beschikking van het College van Bestuur worden personen niet ingeschreven en mogen deze geen toetsen afleggen.
Artikel 2.9
Inschrijving postpropedeutische fase
1. Voor inschrijving in de postpropedeutische fase van de opleiding geldt als het eis een behaald propedeutisch examen van de opleiding aangeboden door de hogeschool. 2. Met inachtneming van het bepaalde in de wet en dit artikel kan de aspirant-student met een al dan niet in Nederland afgegeven diploma dat naar oordeel van <de examencommissie> tenminste gelijkwaardig is aan het propedeutisch examen van de opleiding van de hogeschool worden vrijgesteld van de in lid 1 bedoeld eis. 3. Indien het diploma als bedoeld in het tweede lid is afgegeven buiten Nederland en de opleiding op de locatie waar de aspirant-student het onderwijs wenst te volgen wordt verzorgd in de Nederlandse taal, dan wordt de aspirant-student niet ingeschreven tot het moment dat ten genoege van de examencommissie het bewijs is geleverd van voldoende beheersing van de Nederlandse taal voor het met vrucht kunnen volgen van het onderwijs. Het bewijs wordt geacht te zijn geleverd door het behalen van een examen NT2, niveau II. 4. Indien het diploma als bedoeld in het tweede lid is afgegeven buiten Nederland en de opleiding op de locatie waar de aspirant-student het onderwijs wenst te volgen wordt verzorgd in de Engelse taal, dan wordt de aspirant-student niet ingeschreven tot het moment dat ten genoege van de examencommissie het bewijs is geleverd van voldoende beheersing van de Engelse taal voor het met vrucht kunnen volgen van het onderwijs. Het bewijs wordt geacht te zijn geleverd door het behalen van een ‘academic’ IELTS-test met een ‘overall band score’ van 6.0. Indien een andere
12
taaltest wordt overlegd geldt de norm zoals opgenomen in artikel 4.2 van de ‘Gedragscode internationale student hoger onderwijs’. 5. Een student ingeschreven in de propedeuse van de opleiding kan onder opgave van redenen de examencommissie verzoeken om toegelaten te worden tot bepaalde onderwijseenheden in de postpropedeutische fase. 6. Studenten die een voorlopig positief advies als bedoeld in artikel 5.6 lid 4 van deze regeling hebben ontvangen zijn, binnen de door deze regeling gestelde kaders, toelaatbaar tot onderwijseenheden in de postpropedeutische fase van de opleiding.
Artikel 2.10 Inschrijvingsvoorwaarden Alvorens deel te kunnen nemen aan het onderwijs, de toetsen en de examens dient een aspirantstudent tevens te voldoen aan de inschrijvingsvoorwaarden zoals opgenomen in het studentenstatuut en het inschrijvingsbesluit.
13
HOOFDSTUK 3
AANMELDING, STUDIEKEUZEACTIVITEITEN EN STUDIEKEUZEADVIES
Dit hoofdstuk geldt uitsluitend voor aspirant studenten met een Nederlands diploma die zich voor een voltijdse opleiding inschrijven. Artikel 3.1
Aanmelding/studiekeuzeactiviteit
1. Elke aspirant-student die een verzoek tot inschrijving doet voor de propedeutische fase van een voltijdse bacheloropleiding wordt verzocht deel te nemen aan de VHL studiekeuzecheck die betrekking heeft op de bacheloropleiding waarvoor de aspirant-student zich aanmeldt. 2. De in lid 1 genoemde studiekeuzecheck bestaat uit het invullen van een digitale vragenlijst. Deze vragenlijst dient te worden ingevuld uiterlijk binnen 15 werkdagen nadat het verzoek tot inschrijving via studielink is gedaan. 3. De aspirant-student ontvangt binnen 15 werkdagen schriftelijk een bericht van de instelling nadat hij de vragenlijst heeft ingevuld. De inhoud van dit bericht kan zijn: a. een positief advies b. een positief advies met de aanbeveling een van de door de opleiding aangeboden studiekeuzeactiviteiten te volgen c. een uitnodiging voor een studieadviesgesprek 4. Dit artikel is niet van toepassing op: Degene die op grond van artikel 7.28 WHW vanwege het bezit van een buiten Nederland behaald diploma is vrijgesteld van de diploma-eisen, bedoeld in de artikelen 7.24 WHW lid 1 en 2,
Artikel 3.2
Studiekeuzegesprek bij aanmelding uiterlijk op 1 mei
1. Een aspirant-student die zich heeft aangemeld uiterlijk op 1 mei en bij wie op basis van de analyse van de resultaten van de vragenlijst twijfel bestaat over het beeld dat de aspirant-student heeft van de opleiding, over het niveau, over de aansluiting met de vooropleiding of over de motivatie wordt uitgenodigd voor een studieadviesgesprek. 2. Het studieadviesgesprek vindt plaats binnen 30 werkdagen na verzending van de schriftelijke reactie op het invullen van de vragenlijst. 3. De aspirant-student ontvangt binnen 24 uur na het studiekeuzeadviesgesprek een advies over het volgen van de opleiding. 4. Het in lid 3 genoemde advies kan positief of negatief zijn. 5. Aan een negatief advies worden geen bindende consequenties verbonden.
Artikel 3.3
Gevolgen niet deelnemen aan de studiekeuzecheck bij aanmelding uiterlijk op 1 mei
1. Voor aspirant-studenten die zich hebben aangemeld uiterlijk op 1 mei en de digitale vragenlijst niet invullen vervalt het recht op advies 2. Voor aspirant-studenten die zich hebben aangemeld uiterlijk op 1 mei en worden uitgenodigd voor een adviesgesprek en zonder geldige reden geen gehoor geven aan de uitnodiging vervalt het recht op advies.
14
Artikel 3.4
Geldige redenen van verhindering voor het deelnemen aan studiekeuzeactiviteiten
Geldige redenen voor het niet invullen van de vragenlijst of geen gehoor geven aan de uitnodiging voor een adviesgesprek zijn: Ziekte/ziekenhuisopname; Ernstige persoonlijke omstandigheden Ernstige omstandigheden in familiair verband.
Artikel 3.5
Aanmelding na 1 mei voor een andere bacheloropleiding
1. Een aspirant-student die heeft voldaan aan de verplichting bedoeld in artikel 1 eerste lid, en zich na 1 mei aanmeldt voor een andere bacheloropleiding dan de bacheloropleiding bedoeld in de genoemde bepaling, is verplicht deel te nemen aan de VHL studiekeuzecheck die betrekking heeft op de bacheloropleiding waarvoor de aspirant-student zich aanmeldt. 2. Artikel 3.1 lid 2, 3 en 4, artikel 3.2 en artikel 3.3 zijn van overeenkomstige toepassing.
Artikel 3.6
Aanmelding na 1 mei voor de eerste keer
1. Elke aspirant-student die na 1 mei doch uiterlijk voor 31 augustus voorafgaand aan het desbetreffende studiejaar voor de eerste keer een verzoek tot inschrijving doet voor de propedeutische fase van een voltijdse bacheloropleiding wordt geacht deel te nemen aan de VHL studiekeuzecheck die betrekking heeft op de bacheloropleiding waarvoor de aspirant-student zich aanmeldt. 2. De in lid 1 genoemde studiekeuzecheck bestaat uit het invullen van een digitale vragenlijst. Deze vragenlijst dient te worden ingevuld uiterlijk binnen 15 werkdagen nadat het verzoek tot inschrijving via studielink is gedaan. 3. De aspirant-student ontvangt binnen 15 werkdagen schriftelijk een bericht van de instelling nadat hij de vragenlijst heeft ingevuld. De inhoud van dit bericht kan zijn: a. een positief advies b. een positief advies met de aanbeveling een van de door de opleiding aangeboden studiekeuzeactiviteiten te volgen c. een uitnodiging voor een studieadviesgesprek 4. Dit artikel is niet van toepassing op: a. Degene die op grond van artikel 7.28 WHW vanwege het bezit van een buiten Nederland behaald diploma is vrijgesteld van de diploma-eisen, bedoeld in de artikelen 7.24 WHW lid 1 en 2, b. Degene die zich na 1 mei aanmeldt bij een andere bacheloropleiding dan die waarbij hij oorspronkelijk was ingeschreven maar kan aantonen dat de nieuwe aanmelding het gevolg is van een beëindiging van de inschrijving op grond van artikel 7.8b, lid 5 WHW, op een zodanig tijdstip dat hij zich niet kon aanmelden voor 1 mei, voorafgaand aan het studiejaar waarvoor hij zich wenst in te schrijven.
Artikel 3.7
Studiekeuzegesprek bij aanmelding na 1 mei
1. Een aspirant-student die zich heeft aangemeld na 1 mei voorafgaand aan het desbetreffende studiejaar en bij wie op basis van de analyse van de resultaten van de vragenlijst twijfel bestaat over het beeld dat de aspirant-student heeft van de opleiding, over het niveau, over de aansluiting met de vooropleiding of over de motivatie wordt uitgenodigd voor een studieadviesgesprek. 2. Het studieadviesgesprek vindt plaats binnen 30 werkdagen na verzending van de schriftelijke reactie op het invullen van de vragenlijst.
15
3. De aspirant-student ontvangt binnen 24 uur na het studiekeuzeadviesgesprek een advies over het volgen van de opleiding. 4. Dit advies kan zijn positief of negatief. 5. Een negatief advies heeft tot gevolg dat de aspirant-student niet wordt toegelaten tot de desbetreffende opleiding voor het studiejaar waarop het advies betrekking heeft.
Artikel 3.8
Gevolgen niet deelnemen aan de studiekeuzecheck bij aanmelding na 1 mei
1. Voor aspirant-studenten die zich hebben aangemeld na 1 mei en zonder geldige reden de digitale vragenlijst niet invullen worden uitgenodigd voor een adviesgesprek 2. Aspirant-studenten die zich hebben aangemeld na 1 mei en zonder geldige reden geen gehoor geven aan de uitnodiging voor een adviesgesprek worden niet toegelaten tot de opleiding. 3. De geldige redenen voor verhindering voor deelnemen aan een studiekeuzeactiviteit staan genoemd in artikel 4.
Artikel 3.9
Te verstrekken persoonsgebonden nummer bij aanmelding
1. Bij de aanmelding bedoeld in dit hoofdstuk, legt de betrokkene mede zijn persoonsgebonden nummer over. Indien de aspirant-student aannemelijk maakt dat hij geen persoonsgebonden nummer kan overleggen, vindt de aanmelding plaats met inachtneming van het derde lid. 2. Het persoonsgebonden nummer wordt overlegd door middel van een van overheidswege verstrekt document, waarop tevens de gegevens over de geslachtsnaam, de voorletters, de geboortenaam en het geslacht van betrokkene zijn vermeld. 3. Indien de betrokkene aannemelijk maakt dat hij geen persoonsgebonden nummer kan overleggen, verstrekt de minister binnen acht weken na ontvangst van de aanmelding aan hem zijn onderwijsnummer. Het onderwijsnummer is een door de minister uitgegeven en aan de betrokkene toegekend persoonsgebonden nummer. 4. De minister verstrekt binnen acht weken na ontvangst van de aanmelding aan het instellingsbestuur van de instelling waaraan betrokkene zich wil inschrijven, het persoonsgebonden nummer van de betrokkene en de gegevens, bedoeld in artikel 7.52 tweede lid WHW voorzover die door de betrokkene zijn verstrekt. Artikel 3.10 Bezwaar Een aspirant-student die op grond van art. 3.7 of 3.8 niet wordt toegelaten tot een opleiding kan binnen 6 weken na bekendmaking van het besluit een bezwaar indienen bij de geschillenadviescommissie.
Artikel 3.11 Hardheidsclausule 1. In alle gevallen waarin deze regeling niet voorziet, beslist het College van Beroep op advies van de toelatingscommissie. 2. Het College van Beroep is bevoegd in bepaalde gevallen anders te besluiten, indien toepassing van de regeling zou leiden tot een onbillijkheid van overwegende aard.
16
HOOFDSTUK 4
Artikel 4.1
INHOUD EN PROGRAMMA VAN DE OPLEIDING
Doelstelling
De hoofddoelstelling van de opleiding kan als volgt worden omschreven: Het begeleiden van studenten bij het verwerven en in de praktijk leren toepassen van kennis, inzichten en vaardigheden (competenties) op het brede terrein van managementfuncties en ondernemerschap in de Agri-Foodsector op bachelor niveau, waarmee een bijdrage wordt geleverd aan duurzame ontwikkeling. Uitgangspunt is dat het onderwijs wordt verzorgd in thematische, multidisciplinaire modulen van 196 sbu (studiebelastinguren). Per module staat een overkoepelend thema centraal, waarop alle onderwijsactiviteiten zijn afgestemd. Om een actieve studiehouding te bereiken moet het onderwijs in al z'n onderdelen en vanaf de eerste schooldag een beroep doen op deze houding. We proberen dit te bereiken door alle werkvormen hierop toe te spitsen. Er is gelegenheid om studenten systematisch te laten werken aan taken/problemen/opdrachten. Deze activiteiten worden ondersteund door colleges en practica.
Artikel 4.2
Opleidingsvorm en vestigingsplaats(en)
1. De hbo bachelor opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness (Agribusiness and Business Administration) wordt door Hogeschool Van Hall Larenstein aangeboden op locatie Leeuwarden en locatie Wageningen. De opleiding wordt aangeboden in een voltijd variant te Leeuwarden en Wageningen Voor deze opleiding is één onderwijs- en examenregeling vastgesteld die is uitgewerkt in twee verschillende documenten. Deze schakelbepaling vormt de verbinding tussen beide documenten die formeel samen de onderwijs- en examenregeling van de opleiding vormen. 2. Op locatie Leeuwarden wordt de opleiding in een Nederlandstalige voltijdse variant met de majors Agrarische Bedrijfskunde, Agrarisch Ondernemerschap, Foodmarketing en Retail en Duurzame Innovatie en Business en een Associate-degreeprogramma Ondernemerschap aangeboden. Op dit aanbod van de opleiding is van de toepassing de (onderhavige) VHL OER 2014-2015opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness, locatie Leeuwarden. 3. Op locatie Wageningen wordt de opleiding in een Engelstalige voltijdse variant met de majors International Agribusiness and Trade en International Horticulture and Marketing aangeboden. Op dit aanbod van de opleiding is van de toepassing de VHL Education and Examination Regulations 2014-2015 study programme Agribusiness and Business Administration, location Wageningen. 4. Het voltijds Associate-degreeprogramma Ondernemerschap maakt onderdeel uit van de opleiding en wordt aangeboden en uitgevoerd op vestigingsplaats Leeuwarden 5. Binnen de bachelor opleiding worden verschillende majors aangeboden. Niet elke major wordt in meer dan één vestigingsplaats aangeboden.
Artikel 4.3
Taal
1. Op locatie Leeuwarden wordt het onderwijs gegeven en de toetsen en examens afgenomen in het Nederlands. Op locatie Wageningen wordt het onderwijs gegeven en de toetsen en examens afgenomen in het Engels. 2. In afwijking van het bepaalde in het eerste lid kan bij de beschrijving van de onderwijseenheden zijn bepaald dat één of meer onderwijseenheden in een andere taal worden aangeboden. 3. Er is een ‘Gedragscode gebruik andere talen dan het Nederlands in het onderwijs’ welke als bijlage 1 bij deze regeling is opgenomen.
17
Artikel 4.4
Studielast opleiding
1. De voltijdse variant is een vierjarige opleiding met een studielast van 240 credits. 2. De bachelor opleiding bestaat uit twee studiefases: a. de propedeuse met een studielast van 60 credits; b. de postpropedeuse (hoofdfase) met een studielast van 180 credits. 3. De samenstelling van het onderwijsprogramma is opgenomen in de artikelen 3.10 en 3.11. De studielast van elke onderwijseenheid is opgenomen in de beschrijving van de onderwijseenheden in bijlage 3
Artikel 4.5
Studielast Associate-degreeprogramma
1. Het voltijdse Associate-degreeprogramma Ondernemerschap kent een studielast van 120 credits. 2. Het Ad programma bestaat uit twee studiefases: a. de propedeuse met een studielast van 60 credits; b. de postpropedeuse (hoofdfase) met een studielast van 60 credits. 3. De samenstelling van het onderwijsprogramma is opgenomen in artikel 3.12. De studielast van elke onderwijseenheid is opgenomen in de beschrijving van de onderwijseenheden in bijlage 3.
4. De student die een Associate-degreeprogramma succesvol heeft afgerond heeft het recht zijn bachelor opleiding te vervolgen maar hier kunnen voorwaarden aan worden verbonden. De examencommissie beslist over het resterende programma van de betreffende student.
Artikel 4.6
Eindcompetenties van de bachelor opleiding
A. Domein competenties m.b.t. de agri-foodsector 1 De afgestudeerde weet wat er speelt in de sector, 2 kan dit vertalen naar een visie en strategie voor een bedrijf in die sector, en 3 op basis hiervan kan hij een ondernemende en innovatieve bijdrage leveren aan de verdere ontwikkeling van de agri-foodbusiness, 4 en hij kan door analyse en onderzoek mee richting geven aan de onderbouwing van dergelijke innovaties. B. Algemene management competenties 5 De afgestudeerde beschikt over de nodige management skills, 6 kan in een brede context beroepsmatig samenwerken en communiceren, en 7 daarbij inhoud en richting geven aan zijn professionaliteit. C. Functiespecifieke bedrijfskundige kwalificaties 8 De afgestudeerde is vakkundig op het gebied van financiën en advisering, 9 logistieke optimalisatie en kwaliteitsbewaking, en 10 agri-foodmarketing.
18
Artikel 4.7
Eindcompetenties van het Associate-degreeprogramma Ondernemerschap
De eindcompetenties van het Associate-degreeprogramma Ondernemerschap zijn: 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10
Plannen Organiseren Leidinggeven Beheersen Ondernemen Onderzoeken Conceptualiseren Functioneren in een organisatie Effectief omgaan met informatie en communicatie Zelfmanagement
Artikel 4.8
Competenties per major
Centraal in het onderwijs binnen de opleiding staat het begrip competentie. Niet alleen kennis, maar ook houding en vaardigheden komen hier aan bod. Aan elke major binnen de opleiding zijn een aantal competenties op een bepaald niveau gekoppeld. In de opleiding op locatie Leeuwarden zijn voor iedere competentie drie niveaus te onderscheiden. In onderstaande tabel is een overzicht eindcompetenties per major voor locatie Leeuwarden opgenomen. Het getal geeft het eindniveau van de competenties weer. Competentie
Agrarische Bedrijfskunde
1. Plannen 2. Organiseren 3. Leidinggeven 4. Beheersen 5. Ondernemen 6. Onderzoeken 7. Conceptualiseren 8. Functioneren in een organisatie 9. Effectief omgaan met informatie en communicatie 10. Zelfmanagement
Artikel 4.9
Foodmarketing en Retail
Agrarisch Ondernemerschap
3 3 3 3 2 3 3 3
3 3 3 3 2 3 3 3
3 3 2 3 3 3 3 2
Duurzame Innovatie en Business 3 3 2 3 3 3 3 3
3
3
3
3
3
3
3
3
Samenstelling opleidingsprogramma
1. In artikel 3.10 en 3.12 is een beschrijving opgenomen van het programma van de voltijd variant van de bachelor opleiding. 2. De beschrijving van het programma volgt aan de hand van een schematisch overzicht waarbij onderscheid is gemaakt tussen de propedeuse en de postpropedeuse. 3. De beschrijving van het programma van de postpropedeuse is ingedeeld aan de hand van majors. Elke major omvat een eigen artikel met een dienovereenkomstig postpropedeutisch programma. 4. In de navolgende artikelen zijn onderwijseenheden die onderdeel uitmaken van de propedeuse respectievelijk postpropedeuse van de bachelor opleiding benoemd. Van elke onderwijseenheid is voorts de studielast en de codering opgenomen. In bijlage 3 is elke onderwijseenheid nader beschreven.
19
Artikel 4.10 Programma voltijdvariant
Artikel 4.10a
Programma propedeuse voltijd
1. Het programma van de propedeuse van de voltijdvariant Bedrijfskunde en Agribusiness Leeuwarden is als volgt samengesteld:
1e semester Periode 1 LBA111VN Je studie, je toekomst. Oriëntatie op opleiding en werkveld
2e semester
Periode 2 LBA113VN Effectief adviseren
Periode 3 LBA112VN Klantgericht denken
A (7 EC)
A (7 EC)
Periode 4 LLG114VN Communiceren van Beleid B (7 EC)
A (7 EC) LBA101VN Bedrijf en externe omgeving
LBA102VN Inl. duurzame ontwikkeling
B (7 EC)
C (7 EC)
LLG102VN Leeronderneming
LLG201VN Management en organisatie
C (7 EC) A
C (7 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC)
1. De student wordt voor de major Agrarisch Ondernemerschap dringend geadviseerd te volgen in de propedeuse: in periode 2: i.p.v.
LBA113VN: LLB102VN Effectief adviseren ;7 EC’s LBA102VN: LLB105VN Agrarisch Bedrijf; 7 EC’s
in periode 4: i.p.v. LLG114VN en LLG201VN: LST112VNL; 12 EC’s (Stage) en LSV102VNL; 2 EC’s (Stageverslag). Samen: Internationale bedrijfsstage; 14 EC’s
2. De student wordt voor de major Foodmarketing en Retail dringend geadviseerd te volgen in de propedeuse: in periode 4: i.p.v.
LLG114VN: LVT102VN Verwerken plantaardige producten; 7 EC’s
3. De student wordt voor de major Duurzame Innovatie en Business dringend geadviseerd te volgen in de propedeuse: in periode 2: i.p.v.
LBA113VN: LLG221VN Bedrijfseconomie; 7 EC’s
in periode 4: i.p.v.
LLG114VN: LBA104VN Duurzaam ontwerpen en ondernemen; 7 EC’s
Artikel 4.10b
Programma major Agrarische Bedrijfskunde Leeuwarden
1. De major Agrarische Bedrijfskunde richt zich op de ketens in de agribusiness, dat wil zeggen vanaf de toeleverende en dienstverlenende bedrijven van de primaire bedrijven tot en met de uiteindelijke eindgebruiker, waarbij de aandacht voor het primaire bedrijf beperkt is.
2. Het programma van de major Agrarische Bedrijfskunde Leeuwarden is als volgt samengesteld:
20
Tweede studiejaar van de major Agrarische Bedrijfskunde Leeuwarden: 1e semester Periode 1 LBA216BA Balancing People, Planet, Profit A (7 EC) LLG226VN Marketing en logistiek B (7 EC)
2e semester
Periode 2 LLG221VN Bedrijfseconomie B (7 EC)
Periode 3
Periode 4
LST228VNB Buitenlandse bedrijfsstage (28 EC)
LBA221VN Kennismanagement C (7 EC) Studieloopbaanbegeleiding (4 EC)
Derde studiejaar van de major Agrarische Bedrijfskunde Leeuwarden: 1e semester Periode 1 Periode 2 LLG330VE LLG322VE Supply Chain Human Research Management Management B (7 EC) B* (7 EC)
2e semester Periode 3 Periode 4 LLG315VE LLG323VE Research Business Strategy & Management Change Management C* (7 EC) B* (7 EC)
Minor 1a Of Keuze (7 EC)
Minor 2a Of Keuze (7 EC)
Minor 1b Of Keuze (7 EC)
Minor 2b Of Keuze (7 EC)
Studieloopbaanbegeleiding major (2 EC) + Studieloopbaanbegeleiding minor of keuze (2 EC) Vierde studiejaar van de major Agrarische Bedrijfskunde Leeuwarden: 1e semester Periode 1
2e semester Periode 2
LST428VNB Projectstage (28 EC)
Periode 3
Periode 4
LAO428VNB Afstudeeropdracht (28 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC) 3. De keuzeruimte in de hoofdfase van Agrarische Bedrijfskunde heeft een omvang van 30 credits (inclusief 2 EC’s SLB). De keuzeruimte kan door de student ingevuld worden met minors, keuzemodules of andere programmaonderdelen. Invulling van de keuzeruimte behoeft goedkeuring van de examencommissie tenzij de student binnen de hoofdfase kiest voor één of meer van volgende minors: a. LBA504VN Financieel Management. b. LBA507VN Ondernemerschap. c. LBA508VN Food & Business. d. LDV505VN Project Minor DV. e. LTA505VN Project Minor TA f. LLG501VE Ecochange g. LLG340VN Bio Based Economy 4. Indien de student de keuzeruimte wil invullen met onderwijs buiten de opleiding dan geldt hetgeen is bepaald in artikel art. 4.21. De examencommissie bepaalt hoeveel credits worden toegekend aan de onderwijsprestatie van de student.
21
Artikel 4.10c
Programma major Agrarisch Ondernemerschap Leeuwarden
1. De major Agrarisch Ondernemerschap richt zich op het (zelfstandig) ondernemerschap in de agribusiness. Het opstarten van een eigen bedrijf of overname van een bestaand bedrijf in de agribusiness is het beroepsprofiel waar de major voor opleidt. 2. Het programma van de major Agrarisch Ondernemerschap is als volgt samengesteld: Tweede studiejaar van de major Agrarisch Ondernemerschap Leeuwarden: e
e
1 semester
2 semester
Periode 1 LLB211VN Duurzame Landbouwsystemen
Periode 2 LLB213VN Research Management
B(7 EC)
C (7 EC)
LLG222VN Agrarisch ondernemerschap C (7 EC)
LLG221VN Bedrijfseconomie B (7 EC) of LLB321VN Bedrijfsbeoordeling A (7 EC)
Periode3
Periode 4 LLG218VN Internationale Handel
LST214VNB Bedrijfsstage
A (7 EC) (14 EC)
LLG201VN Management en organisatie C (7 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC) Derde studiejaar van de major Agrarisch Ondernemerschap Leeuwarden: e
e
1 semester Periode 1 LLG330VE Supply Chain Management
2 semester
Periode 2 LLG328VN Ondernemingsplan
Periode3 LLG331VN Financial management
C (7 EC) B (7 EC)
B (7 EC)
Periode 4 LLB212VN Leren innoveren B (7 EC) of LDV324VE Intern. Farm. Man. B 7 EC) of LLG323VE Business Strategy & Change Management B* (7 EC)
B* (7 EC) Minor 1a (7 EC) Minor 1b (7 EC) Minor 2a (7 EC) Minor 2b (7 EC) Of Of Of Of Keuze Keuze Keuze Keuze (7 EC) (7 EC) (7 EC) (7 EC) Studieloopbaanbegeleiding major (2 EC) + Studieloopbaanbegeleiding minor of keuze (2 EC)
22
Vierde studiejaar van de major Agrarisch Ondernemerschap Leeuwarden: 1e semester Periode 1
2e semester Periode 2
LST428VNB Projectstage (28 EC)
Periode3
Periode 4
LAO428VNB Afstudeeropdracht (28 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC) 3. De keuzeruimte in de hoofdfase van Agrarisch Ondernemerschap heeft een omvang van 30 credits (inclusief 2 EC’s SLB). De keuzeruimte kan door de student ingevuld worden met minors, keuzemodules of andere programmaonderdelen. Invulling van de keuzeruimte behoeft goedkeuring van de examencommissie tenzij de student binnen de hoofdfase kiest voor de één of meer van volgende minors: a. LDV505VN Project Minor DV. b. LTA505VN Project Minor TA c. LLB501VN Melkveehouderij. d. LLB502VN Gewasproductie. e. LBA508VN Food & Business. f. LLG501VE Ecochange g. LLG340VN Bio Based Economy
4. Indien de student de keuzeruimte wil invullen met onderwijs buiten de opleiding dan geldt hetgeen is bepaald in artikel 4.21. De examencommissie bepaalt hoeveel credits worden toegekend aan de onderwijsprestatie van de student.
Artikel 4.10d
Programma voltijd major Foodmarketing en Retail Leeuwarden
1. De major Foodmarketing en Retail richt zich op de ketens van de foodbusiness. De meeste aandacht gaat uit naar dat gedeelte van de voedingsketen, dat dichter bij de uiteindelijke eindgebruikers staat (foodbusiness), zoals de verwerkende industrie, handelsbedrijven en retailers. 2. Het programma van de major Foodmarketing en Retail Leeuwarden is als volgt samengesteld:
3. Het tweede studiejaar van de major Foodmarketing en Retail Leeuwarden: 1e semester Periode 1 Periode 2 LVT221VN LLG221VN Kwaliteits- en Bedrijfseconomie Informatie Systemen B (7 EC) A (7 EC) LLG226VN Marketing en Logistiek
2e semester Periode 3
Periode 4
LST228VNB Buitenlandse bedrijfsstage
LBA221VN Kennismanagement
(28 EC)
C (7EC’s) B (7 EC) Studieloopbaanbegeleiding (4 EC)
23
Het derde studiejaar van de major Foodmarketing en Retail Leeuwarden: 1e semester Periode 1 Periode 2 LLG330VE LLG322VE Supply Chain Human Resource Management Management B (7 EC)
B (7 EC)
2e semester Periode 3 Periode 4 LLG315VE LLG323VE Research Business Strategy & Management Change Management B (7 EC)
B* (7 EC)
Minor 1a Minor 1b Minor 2a Minor 2b of keuze (7 EC) of keuze (7 EC) of keuze (7 EC) of keuze (7 EC) Studieloopbaanbegeleiding major (2 EC) + Studieloopbaanbegeleiding minor of keuze (2 EC) Het vierde studiejaar van de major Foodmarketing en Retail Leeuwarden:
1e semester Periode 1
2e semester Periode 2
LST428VNB Projectstage (28 EC)
Periode 3
Periode 4
LAO428VNB Afstudeeropdracht (28 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC)
3. De keuzeruimte in de hoofdfase van Foodmarketing en Retail heeft een omvang van 30 credits (inclusief 2 EC’s SLB). De keuzeruimte kan door de student ingevuld worden met minors, keuzemodules of andere programmaonderdelen. Invulling van de keuzeruimte behoeft goedkeuring van de examencommissie tenzij de student binnen de hoofdfase kiest voor de één of meer van volgende minors: a. LBA504VN Financieel Management. b. LBA507VN Ondernemerschap. c. LBA508VN Food & Business. d. LLG501VE Ecochange e. LLG340VN Bio Based Economy 4. Indien de student de keuzeruimte wil invullen met onderwijs buiten de opleiding dan geldt hetgeen is bepaald in artikel 4.21. De examencommissie bepaalt hoeveel credits worden toegekend aan de onderwijsprestatie van de student.
Artikel 4.10e
Programma major Duurzame Innovatie en Business Leeuwarden
Studiejaren 2, 3 en 4 van de major Duurzame Innovatie en Business Leeuwarden (nog in ontwikkeling):
24
Tweede studiejaar van de major Duurzame Innovatie en Business Leeuwarden: e
e
1 semester
2 semester
Periode 1 HDI20 Verantwoording duurzaamheid (7 EC)
Periode 2 HDI02 Kringlopen en technologieën (7 EC)
LLG226VN Marketing en Logistiek B (7 EC)
LBA221VN Kennismanagement C (7 EC)
Periode3
Periode 4
LST228VNB Buitenlandse bedrijfsstage (28 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC) Derde studiejaar van de major Duurzame Innovatie en Business Leeuwarden: e
e
1 semester
2 semester
Periode 1
Periode 2
Periode3
Periode 4
LLG330VE Supply Chain Management B (7 EC)
HDI32 Duurzame ontwikkeling en innovatie (7 EC)
LLG315VE Research Management B*(7 EC)
LLG323VE Business Strategy & Change Management B* (7 EC)
Minor 1a (7 EC) Minor 1b (7 EC) Minor 2a (7 EC) Minor 2b (7 EC) Of Of Of Of Keuze Keuze Keuze Keuze (7 EC) (7 EC) (7 EC) (7 EC) Studieloopbaanbegeleiding major (2 EC) + Studieloopbaanbegeleiding minor of keuze (2 EC) Vierde studiejaar van de major Duurzame Innovatie en Business Leeuwarden: 1e semester Periode 1
2e semester Periode 2
LST428VNB Projectstage (28 EC)
Periode3
Periode 4
LAO428VNB Afstudeeropdracht (28 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC) Artikel 4.11 Programma deeltijdvariant Niet van toepassing
Artikel 4.11a
Programma propedeuse deeltijd
Niet van toepassing
25
Artikel 4.11b
Programma major deeltijd
Niet van toepassing
Artikel 4.12 Programma Associate-degreeprogramma Ondernemerschap Programma Associate-degreeprogramma Ondernemerschap voltijds Leeuwarden Artikel 4.12a
Programma propedeuse (1e jaar)
1. Het programma van het voltijdse Associate-degreeprogramma Ondernemerschap, locatie Leeuwarden is als volgt samengesteld: Propedeuse (eerste studiejaar) Ad Ondernemerschap locatie Leeuwarden 1e semester periode 1 LBA11VN Je studie je toekomst (7 EC) LBA101VN Bedrijf en externe omgeving (7 EC)
periode 2 LLG201VNA Management en organisatie (7 EC) LLB105VN Agrarisch Bedrijf (7 EC)
2e semester periode 3 LBA112VNA Klant en markt gericht denken (7 EC) LLG102VN Leeronderneming (7 EC)
periode 4 LST112VNB (Stage; 12 EC’s) en LSV102VNB (Verslag; 2 EC’s) Internationale bedrijfsstage (14 EC)
Studieloopbaanbegeleiding (4 EC)
Artikel 4.12b
Programma postpropedeuse (2e jaar)
5. Het programma van de postpropedeuse (het tweede jaar) van het Associate-degreeprogramma Ondernemerschap is als volgt samengesteld: Postpropedeuse (tweede studiejaar) Ad Ondernemerschap locatie Leeuwarden 1e semester periode 1 LBA216VNA Duurzaam int. Ondernemen (7 EC) LLG222VNA Bedrijfsbeoordeling (7 EC)
2e semester periode 3 LLG231VNA Financieel management (7 EC) LBA223VNA Ondernemersstrategie & verandermanagement (7 EC) Studieloopbaanbegeleiding (4 EC)
periode 2 LLG221VNA Agrarisch ondernemerschap (7 EC) LLG114VN Communiceren van beleid (7 EC)
periode 4 LLG228VNA Ondernemingsplan (7 EC) LEO207VNA Eindopdracht (7 EC)
6. Studenten die een associate-degreeprogramma hebben afgerond en aan wie op grond van artikel 5.4. lid 3 de graad Associate-degree is verleend hebben recht op een doorstroom naar de bacheloropleiding. Hieraan kunnen nadere voorwaarden worden gesteld. De examencommissie beslist over het resterende programma van de betreffende student.
26
HOOFDSTUK 5
Artikel 5.1
EXAMENS, TOETSEN EN DEELNAME AAN ONDERWIJSEENHEDEN
Examens
1. Het propedeutisch examen is behaald indien de student alle onderwijseenheden uit de propedeuse heeft behaald. 2. Het examen van een Associate-degreeprogramma is behaald indien de student alle onderwijseenheden uit het betreffende programma heeft behaald. 3. Het afsluitend examen van de bacheloropleiding is behaald indien de student alle tot het examen behorende onderwijseenheden heeft behaald. 4. Als datum van slagen voor het propedeutisch examen en het afsluitend examen van het Associatedegreeprogramma of de bacheloropleiding geldt de datum waarop de examencommissie heeft vastgesteld dat de student alle onderwijseenheden heeft behaald en derhalve aan de slagingsnorm voldoet.
Artikel 5.2
Vaststelling, bekendmaking en bewaring uitslag examens
1. De examencommissie stelt enkele keren per jaar vast welke studenten voldoen aan de slagingsnorm voor het propedeutisch examen, het examen van het Associate-degreeprogramma en het afsluitend examen van de bacheloropleiding. 2. De examencommissie maakt de uitslag van het propedeutisch examen, het examen van het Associate-degreeprogramma en het afsluitend examen van de bacheloropleiding binnen een week na vaststelling schriftelijk aan de student bekend. 3. De examencommissie bewaart de bescheiden waaruit de uitslag blijkt gedurende ten minste 7 jaar gerekend vanaf het moment dat de uitslag van een examen is vastgesteld. Onder deze bescheiden wordt o.a. verstaan de beoordeling en de besluitenlijst van de examencommissie.
Artikel 5.3
Predicaat cum laude
1. De examencommissie kan het predicaat “cum laude” toekennen aan een met succes afgelegd afsluitend examen van de bacheloropleiding en doet dat in ieder geval indien voldaan is aan alle onder a t/m d genoemde voorwaarden: a. de student heeft binnen de aan de opleiding toegekende studieduur de opleiding voltooid; b. in de postpropedeutische fase zijn alle feitelijk door student gevolgde onderwijseenheden met minimaal een 7.0 beoordeeld; c. de afstudeeropdracht is met minimaal een 8.0 beoordeeld; d. de volgende onderwijseenheden van de opleiding, met een omvang van totaal minimaal 28 credits, zijn minstens met een 8.0 beoordeeld; Major Agrarische Bedrijfskunde Leeuwarden: LLG330VE (voorheen HHG30E) Supply Chain Management; LLG322VE (voorheen HBA22E) Human Resource Management; LLG315VE (voorheen HBA15E) Research Management; LLG323VE (voorheen HBA23E) Business Strategy & Change Management. Major Agrarisch Ondernemerschap Leeuwarden LLG330VE (voorheen HHG30E) Supply Chain Management; LLG328VN (voorheen HHG28) Ondernemingsplan; LLG331VN (voorheen HHG31) Financieel Management; LLG323VE (voorheen HBA23E) Business Strategy & Change Management of LLB212VN Leren innoveren of LDV324VE International Farm Management.
27
Major Foodmarketing en Retail Leeuwarden LLG330VE (voorheen HHG30E) Supply Chain Management; LBA221VN (voorheen HBA21) Kennismanagement LLG315VE (voorheen HBA15E) Research Management; LLG323VE (voorheen HBA23E) Business Strategy & Change Management. Major Duurzame innovatie en Business LLG330VE (voorheen HHG30E0 Supply Chain Management LLG315VE (voorheen HBA15) Research Management LLG323VE (voorheen HBA23E) Business Strategy & Change Management HDI32 Duurzame ontwikkeling en innovatie
2. De examencommissie maakt het besluit tot toekennen van het predicaat cum laude bekend bij de uitreiking van het getuigschrift (diploma-uitreiking). 3. In de gevallen waarin de examencommissie het predicaat cum laude toekent terwijl niet aan alle onder lid 1 bedoelde voorwaarden is voldaan doet zij daarvan mededeling aan het College van Bestuur. In de mededeling wordt een motivering voor het afwijken van de eisen genoemd in lid 1 gegeven.
Artikel 5.4
Getuigschriften, diplomasupplement en graad
1. Nadat het college van bestuur heeft verklaard dat aan de procedurele vereisten voor afgifte is voldaan, reikt de examencommissie aan de student een getuigschrift uit als bewijs dat een examen met goed gevolg is afgelegd en voegt aan het getuigschrift betreffende het afsluitend examen een gewaarmerkte kopie toe van een Nederlandstalig en/of een Engelstalig diplomasupplement. Bij het getuigschrift wordt tevens een cijferlijst gevoegd. 2. Het college van bestuur verleent aan de student die het afsluitend examen met goed gevolg heeft afgelegd de graad bachelor. 3. Het college van bestuur verleent aan de student die het examen van een Associatedegreeprogramma met goed gevolg heeft afgelegd de graad van Associate-degree.
Artikel 5.5
Toetsen
1. Aan iedere onderwijseenheid is een toets verbonden. 2. Een toets kan bestaan uit deeltoetsen. Tenzij in deze regeling anders is bepaald is de toets behaald indien alle daarvan onderdeel uitmakende deeltoetsen met goed gevolg zijn afgelegd. 3. Uit beschrijving van de onderwijsheden in bijlage 3 blijkt van elke onderwijseenheid of er deeltoetsen worden gehanteerd en in hoeverre alle deeltoetsen met goed gevolg moeten zijn afgelegd of de toets te behalen.
Artikel 5.6
Bewaartermijnen toetsopgaven en beoordeeld werk
1. De examinator bewaart een toets en alle bescheiden behorende bij een toets gedurende tenminste 7 jaar vanaf het moment dat de uitslag van de toets is vastgesteld. Onder deze bescheiden wordt o.a. verstaan het toetsprotocol, de toetssleutel, de cesuur, de presentielijst en de toetsopgaven. 2. De examinator bewaart het beoordeelde werk van de student en de bijbehorende beoordeling gedurende tenminste 2 jaar vanaf het moment dat de uitslag van de toets is vastgesteld. 3. In tegenstelling tot het bepaalde in lid 2 van dit artikel worden alle bescheiden behorende bij een afstudeeropdracht gedurende tenminste 7 jaar na de beoordeling van de afstudeeropdracht
28
bewaard. Onder deze bescheiden wordt o.a. verstaan het afstudeerverslag, het projectplan en de beoordeling.
Artikel 5.7
Toekenning van credits
1. De studievoortgang van een student wordt uitgedrukt in het aantal behaalde credits. 2. De student die een onderwijseenheid heeft behaald, wordt het daarmee overeenkomende aantal credits toegekend. 3. In geval van een vrijstelling, zoals bedoeld in artikel art 5.22 van deze regeling krijgt de student het met de in de verklaring genoemde onderwijseenheid overeenkomende aantal credits toegekend. Voor studenten die een vrijstelling voor een of meer onderwijseenheden in het eerste jaar hebben verkregen geldt een afwijkende norm inzake het bindend studieadvies, zie verder artikel art. 6.6 lid 5 van deze regeling.
Artikel.5.8
Toetsvormen
1. In de beschrijving van iedere onderwijseenheid in bijlage 3 wordt aangegeven op welke wijze de toetsing zal worden afgenomen. 2. Een toets kan schriftelijk, mondeling, of op ‘andere wijze’ worden afgenomen. Indien de toets op ‘andere wijze’ als bedoeld in de vorige volzin wordt afgenomen dan wordt in de beschrijving van de onderwijseenheden gespecificeerd op welke wijze. 3. De vorm van de toets is passend voor het onderzoek naar de competentie van de student, of naar het te toetsen element (zoals kennis, inzicht, vaardigheden) van de competentie. 4. De examencommissie kan, op verzoek van een student, afwijken van de vorm van de toets. 5. Mondelinge toetsen zijn openbaar, tenzij de examencommissie anders bepaalt. Mondelinge toetsen kunnen niet worden bijgewoond door studenten die een belang hebben bij het bijwonen, bijvoorbeeld omdat ze in hetzelfde studiejaar een gelijkaardige mondeling toets moeten afleggen. 6. Bij een mondelinge toets wordt niet meer dan één persoon tegelijk beoordeeld, tenzij bij de beschrijving van de onderwijseenheden anders is bepaald.
Artikel 5.9
Bekendmaking leerstof toets
Tenminste 15 werkdagen voordat de toets plaatsvindt wordt aan studenten bekend gemaakt wat tot de leerstof van de toets behoort.
Artikel 5.10 Toetscriteria 1. Voordat toetsen worden afgelegd wordt aangegeven volgens welke criteria de toetsresultaten van de ermee verbonden toetsen of deeltoetsen zullen worden beoordeeld. 2. Indien verplichte aanwezigheid bij het aangeboden onderwijs binnen een onderwijseenheid een voorwaarde is om een positief resultaat te halen voor een toets is dit bij de beschrijving van de desbetreffende onderwijseenheid aangegeven.
29
Artikel.5.11 Gelegenheid tot het afleggen van toetsen 1. Iedere toets wordt ten minste twee keer per studiejaar aangeboden en wel op dusdanige wijze dat een student de gelegenheid heeft de toetsen van de door hem gevolgde onderwijseenheden ten minste twee maal in een studiejaar af te leggen. 2. Van elke toets wordt dag, tijdstip en plaats ten minste een week hieraan voorafgaande bekend gemaakt aan de student. 3. Er zijn door de examencommissie vastgestelde regels en procedures met betrekking tot toetsen.
Artikel 5.12 Wijziging en vervallen onderwijseenheid 1. Indien een onderwijseenheid aanmerkelijk wordt gewijzigd, wordt in het studiejaar waarin de bij die onderwijseenheid horende gewijzigde toets voor de eerste maal wordt afgenomen, de toets nog tweemaal in de oude vorm aangeboden echter uitsluitend aan studenten die de toets in de oude vorm reeds een of twee maal zonder goed gevolg hebben afgelegd. 2. Indien een onderwijseenheid of een onderdeel daarvan waaraan een deeltoets was verbonden komt te vervallen, wordt de student in het studiejaar waarin de (deel)toets voor de eerste maal niet meer wordt afgenomen nog tweemaal in de gelegenheid gesteld de (deel)toets af te leggen. 3. Onder aanmerkelijke wijziging van een onderwijseenheid als bedoeld in lid 1 van dit artikel wordt niet verstaan wijziging van een toets als gevolg van actualisering van de leerstof. Uit de beschrijving van de onderwijseenheid is af te leiden of actualisering van de leerstof ten opzichte van het voorgaande studiejaar heeft plaatsgevonden. De student dient zichzelf op de hoogte te stellen van een mogelijke actualisering.
Artikel 5.13 Herhaling toets wegens bijzondere omstandigheden 1. De student kan schriftelijk aan de examencommissie verzoeken hem alsnog een toets te laten afleggen, indien hij als gevolg van persoonlijke omstandigheden, zoals genoemd in art. 6.8 van deze regeling, of bijzondere organisatorische omstandigheden verhinderd is geweest deel te nemen aan de toets, danwel indien een toetsuitslag in ernstige mate negatief is beïnvloed door deze bijzondere omstandigheden. 2. De examencommissie doet haar beslissing op het verzoek van de student binnen 15 werkdagen schriftelijk aan de student toekomen en zendt een afschrift van haar beslissing aan de examinator van de betreffende onderwijseenheid.
Artikel 5.14 Recht op deelname aan toetsen 1. Tenzij in de volgende leden van dit artikel anders is bepaald, heeft de student gedurende zijn inschrijving het recht toetsen af te leggen van de onderwijseenheden behorend tot zijn opleiding en daarmee de examens af te leggen van die opleiding. 2. Tenzij bij de beschrijving van de onderwijseenheden anders is bepaald, geldt geen volgtijdelijkheid voor deelname aan onderwijseenheden en het afleggen van toetsen. 3. Een student kan iedere reguliere toets die niet met goed gevolg is afgelegd twee maal herkansen. Bij verdere herkansingen behoeft de student schriftelijke toestemming van de examencommissie, die aan het verlenen van een extra kans voorwaarden kan verbinden. 4. Op basis van inhoudelijke en organisatorische overwegingen kan een opleiding voor bepaalde onderwijseenheden alleen herkansingen aanbieden gedurende het lopende studiejaar. Indien een onderwijseenheid niet binnen een studiejaar is behaald dient de student de onderwijseenheid opnieuw te volgen
30
5. De student die een toets met goed gevolg heeft afgelegd, heeft niet het recht om deze toets nogmaals af te leggen, tenzij de examencommissie hiervoor toestemming geeft.
Artikel 5.15 Aanmelding en afmelding voor toetsen 1. Studenten dienen zich voor elke schriftelijke toets tijdig aan te melden. 2. Het tijdstip van mondelinge toetsen wordt via een rooster of in overleg tussen de examinator en student vastgesteld. 3. Een student die niet wenst deel te nemen aan een toets waarvoor hij zich heeft aangemeld, dient zich voor deze toets af te melden. Als een student zich heeft aangemeld voor een toets en zonder afmelding niet deelneemt aan deze toets, dan wordt dit beschouwd als een toetskans.
Artikel 5.16 Identificatieplicht 1. De examinator of de surveillant stelt bij het afleggen van een toets de identiteit van de student vast alsmede of de student is ingeschreven aan de hogeschool. De student is verplicht om op verzoek van de examinator of de surveillant een geldig bewijs van inschrijving en een geldig legitimatiebewijs te tonen. 2.
Wanneer de student niet kan voldoen aan de in lid 1 genoemde verplichtingen, wordt hiervan een aantekening gemaakt op het procesverbaal.
3. De examencommissie stelt achteraf vast of de student reglementair heeft deelgenomen aan de toets.
Artikel 5.17 Vaststelling uitslag 1. De examinator stelt de uitslag van een toets vast en verstrekt de examencommissie indien gewenst hierover de nodige inlichtingen. 2. Als de student een toets voor een tweede of volgende maal heeft afgelegd, komt door de vaststelling van de uitslag een voordien behaalde uitslag te vervallen.
Artikel 5.18 Waardering uitslag 1. De uitslag van een toets wordt uitgedrukt in een waardering waaruit is af te leiden of de toets al dan niet met goed gevolg is afgelegd. 2. De uitslag van een toets wordt uitgedrukt in een cijfer tussen 0 en 10 zonder of met één decimaal, als voldoende of onvoldoende, of als voldaan. De wijze waarop de uitslag wordt uitgedrukt wordt bij de beschrijving van de onderwijseenheden vastgelegd per onderwijseenheid. 3. Indien de waardering van een uitslag van een toets wordt uitgedrukt in een cijfer wordt het volgende in acht genomen: a. een niet-afgerond cijfer waarvan de eerste decimaal 4 of lager is, wordt naar beneden afgerond; b. een niet-afgerond cijfer waarvan de eerste decimaal 5 of hoger is, wordt naar boven afgerond. 4. Een toets is met goed gevolg afgelegd als de uitslag een 5,5 dan wel 6 of hoger bedraagt, dan wel met een voldoende of als voldaan is beoordeeld.
31
Artikel 5.19 Bekendmaking en registratie uitslag 1. De uitslag van een toets wordt bekendgemaakt in het cijferregistratiesysteem binnen 15 werkdagen nadat de toets is afgelegd of het verslag is ingeleverd. 2. In afwijking van het bepaalde in lid 1 wordt de uitslag van een stageverslag bekendgemaakt in het cijferregistratiesysteem binnen 45 werkdagen na inlevering van het verslag. 3. De examencommissie kan op grond van bijzondere omstandigheden de in dit artikel genoemde termijnen verlengen en deelt deze verlenging aan de student mee. 4. De toetsuitslagen worden bekendgemaakt door registratie in een studentenvolgsysteem, waar de student toegang toe heeft om kennis te nemen van zijn resultaten. 5. De student die een of meer toetsen met goed gevolg heeft afgelegd en aan wie geen getuigschrift als bedoeld in artikel 5.4 kan worden uitgereikt, ontvangt desgevraagd van de examencommissie een schriftelijke verklaring waarin de toetsen zijn vermeld die door hem met goed gevolg zijn afgelegd.
Artikel 5.20 Inzage, bespreking en beschikbaarstelling beoordelingsnormen De (eerste) examinator verstrekt de student op diens verzoek een toelichting op het toetsresultaat en stelt de student in de gelegenheid de beoordeling en de gehanteerde beoordelingsnormen van de door hem afgelegde toets in te zien. De student dient hiertoe binnen 30 werkdagen nadat de uitslag van de toets aan de student bekend is gemaakt, een schriftelijk verzoek in bij de examinator.
Artikel 5.21 Geldigheidsduur van een met goed gevolg afgelegde toets De geldigheidsduur van een met goed gevolg afgelegde toets is onbeperkt.
Artikel 5.22 Vrijstellingen voor toetsen 1. De student kan schriftelijk, gemotiveerd aan de examencommissie verzoeken vrijstelling te verlenen voor het afleggen van een toets op grond van: a. een eerder met goed gevolg afgelegde toets of examen in het hoger onderwijs; b. buiten het hoger onderwijs opgedane kennis, inzicht of vaardigheden; c. opgedane kennis, inzicht of vaardigheden door het verrichten van bestuurlijke en organisatorische activiteiten gerelateerd aan deze hogeschool. 2. De examencommissie verleent een vrijstelling op grond van een objectief onderzoek naar de kennis, het inzicht en de vaardigheden van de student en legt haar onderzoek vast in een verslag waaraan de door de student verstrekte bescheiden worden gehecht. De examencommissie kan de student verzoeken nadere informatie te verschaffen ter onderbouwing van het ingediende verzoek. 3. Als bewijsstukken worden in ieder geval aangemerkt: a. Gewaarmerkte kopieën van getuigschriften, diploma’s en certificaten. Uit deze bescheiden moet een beschrijving van het gevolgde programma zijn af te leiden. b. Door de student geschreven artikelen, werkstukken, verslagen, scripties of daarmee gelijk te stellen schriftelijke stukken voorzien van een beoordeling. 4. Vrijstellingen worden in beginsel alleen verleend indien alle competenties van de onderwijseenheid waarop de toets betrekking heeft zijn afgedekt. Indien niet alle competenties zijn afgedekt kan de examencommissie een onderzoek gelasten waarmee de student kan aantonen wel over de ontbrekende competenties te beschikken. 5. De examencommissie reageert schriftelijk binnen 20 werkdagen na ontvangst op het verzoek van de student en zendt een afschrift van haar beslissing aan de examinator.
32
6. Indien de examencommissie een vrijstelling verleent, verstrekt zij aan de student een bewijs van vrijstelling. Dit bewijs vermeldt de datum waarop de vrijstelling is verleend, de desbetreffende toets en in voorkomende gevallen de geldigheidsduur. Het bewijs van vrijstelling is namens de examencommissie ondertekend door de voorzitter en/of de secretaris van de examencommissie. 7. De examencommissie bewaart de bescheiden behorende bij het verlenen van een vrijstellling gedurende tenminste 7 jaar. Onder deze bescheiden wordt o.a. verstaan de bewijsstukken genoemd in lid 3 van dit artikel en het besluit van de examencommissie.
Artikel 5.23 Inschrijven voor onderwijseenheden De student dient zich voor elke onderwijseenheid die hij wil volgen tijdig in te schrijven.
Artikel 5.24 Deelname aan onderwijs buiten de opleiding waarvoor men is ingeschreven De student die een of meer onderwijseenheden wil volgen bij een andere opleiding van de hogeschool, bij een andere hogeschool of universiteit of bij een daaraan gelijkgestelde instelling, dient daarvoor goedkeuring te vragen aan de examencommissie van zijn opleiding. Met het bewijs van goedkeuring kan de student toestemming vragen om deel te nemen aan een onderwijseenheid van een andere opleiding.
Artikel 5.25 Examinatoren De examencommissie wijst voor het afnemen van toetsen één of meer examinatoren aan.
Artikel 5.26 Toezicht 1. De examencommissie houdt toezicht op de goede gang van zaken bij het afleggen van een toets. 2. De examencommissie kan daartoe een of meer examinatoren en/of surveillanten aanwijzen. 3. De student dient alle aanwijzingen van de examinator of de surveillant ten behoeve van de goede gang van zaken tijdens de toets op te volgen.
Artikel 5.27 Onregelmatigheden en (ernstige) fraude 1. Indien een student in het kader van het afleggen van een toets in welke vorm dan ook afgelegd (zie art. 1.3 begripsbepaling) een onregelmatigheid of fraude pleegt, kan de examinator of in voorkomende gevallen de surveillant namens de examencommissie hem de verdere deelname aan de toets ontzeggen. 2. Indien een student in het kader van het afleggen van een toets een onregelmatigheid of fraude pleegt, kan de examencommissie: a. bepalen dat er geen of een door de examencommissie te bepalen uitslag voor de toets wordt vastgesteld; en/of, b. bepalen dat gedurende een door de examencommissie te bepalen termijn van ten hoogste een jaar de student het recht wordt ontnomen een of meer daarbij aan te wijzen toetsen of examens aan de hogeschool af te leggen. 3. Indien de onregelmatigheid of fraude eerst na bekendmaking van de uitslag van een toets wordt ontdekt, kan de examencommissie de student het getuigschrift onthouden of de examencommissie kan het getuigschrift terugvorderen, of bepalen dat de student het getuigschrift uitsluitend kan worden uitgereikt nadat een toets in de door de examencommissie aan te wijzen onderdelen en op een door haar te bepalen wijze met goed gevolg is afgelegd.
33
4. Bij ernstige fraude kan de examencommissie het College van Bestuur voorstellen de inschrijving voor de opleiding van de student definitief te beëindigen. 5. Onder onregelmatigheid of fraude in de zin van dit artikel wordt onder meer verstaan: a. het voorhanden hebben van andere hulpmiddelen bij het afleggen van een toets dan zijn toegestaan; b. het gedurende een toets of ten behoeve van een toets verstrekken van antwoorden aan andere studenten dan wel het ontvangen van antwoorden van andere studenten; c. het gedurende een toets gedrag vertonen dat er op gericht is om kennis te nemen van de antwoorden van andere studenten; d. het ten behoeve van een toets verwerken van materiaal van andere auteurs, waaronder begrepen andere studenten, zonder dat dat is voorgeschreven of daarvan op de voorgeschreven wijze verantwoording wordt afgelegd; e. het handelen in strijd met een mondeling of schriftelijk gegeven toetsinstructie. 6. Onder het plegen van een onregelmatigheid of fraude in de zin van dit artikel valt mede: het doen plegen, het medeplegen, het uitlokken en een poging tot het plegen. 7. In geval de examinator of een surveillant een onregelmatigheid of fraude constateert, neemt hij onmiddellijk de maatregelen die noodzakelijk zijn om deze onregelmatigheid of fraude later aannemelijk te kunnen maken. De examinator stelt met de surveillant, indien aangewezen, een proces-verbaal op waarin de onregelmatigheid of fraude wordt omschreven. Het proces-verbaal wordt door de examinator en de surveillant ondertekend. De examinator verstrekt het proces-verbaal onverwijld, doch uiterlijk binnen 2 werkdagen, aan de examencommissie. 8. De examencommissie nodigt de student binnen 10 werkdagen na ontvangst van het proces-verbaal uit en stelt hem in de gelegenheid te worden gehoord alvorens de examencommissie een beslissing neemt ingevolge de leden 1, 2, 3 en/of 4 van dit artikel. Tevens verstrekt de examencommissie een afschrift van het opgestelde proces-verbaal aan de student. De student kan besluiten af te zien van de gelegenheid om te worden gehoord en al dan niet te volstaan met een schriftelijke reactie. 9. De examencommissie deelt haar beslissing zo mogelijk mondeling en in ieder geval schriftelijk en gemotiveerd mee aan de student binnen 30 werkdagen na ontvangst van het proces-verbaal of nadat de hoorzitting heeft plaatsgevonden. 10. De examencommissie bewaart alle bescheiden met betrekking tot een fraudegeval gedurende tenminste 2 jaar na uitschrijving van de student. Onder deze bescheiden wordt o.a. verstaan het fraudeprotocol, de aanschrijving van de student, het verweerschrift van de student en het sanctiebesluit.
34
HOOFDSTUK 6
Artikel 6.1
STUDIEVOORTGANG, STUDIEBEGELEIDING EN STUDIEADVIES
Studievoortgang
Het College van Bestuur draagt zorg voor een zodanige registratie van de studieresultaten dat elke student via het studievoortgangssysteem een overzicht heeft van de door hem behaalde toetsen.
Artikel 6.2
Studieloopbaanbegeleiding
1. Het College van Bestuur biedt de studenten voldoende voorzieningen om een goede studievoortgang te waarborgen. 2. Er wordt studieloopbaanbegeleiding aangeboden die is verweven in het onderwijsprogramma. 3. Het College van Bestuur draagt zorg voor de individuele studiebegeleiding van de studenten die voor de opleiding zijn ingeschreven, ten behoeve van de bewaking van de studievoortgang en mede ten behoeve van hun oriëntatie op mogelijke studieroutes in en buiten de opleiding. 4. In geval van studievertraging als gevolg van persoonlijke omstandigheden kunnen studenten terecht bij het studentendecanaat.
Artikel 6.3
Voorzieningen ten behoeve van studenten met een functiebeperking
1. Op verzoek van de student treft de hogeschool maatregelen, voor zover deze in redelijkheid kunnen worden gevergd, die de student in staat stellen om toetsen af te leggen, op een wijze, die is aangepast aan de mogelijkheden van de student. Studenten dienen hiertoe een verzoek in via het studentendecanaat. 2. De voorzieningen alsmede de procedure waarmee studenten een verzoek als bedoeld in dit artikel kunnen indienen zijn opgenomen in bijlage 2.
Artikel 6.4
Algemene bepalingen inzake studieadvies
1. Namens het College van Bestuur brengt de examencommissie van de desbetreffende opleiding aan iedere student aan het einde van diens eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase advies uit over de voortzetting van zijn studie binnen of buiten de bachelor opleiding. 2. Onverminderd het eerste lid kan de examencommissie, namens het College van Bestuur, het advies aan de student uitbrengen zolang deze het propedeutisch examen niet met goed gevolg heeft afgelegd. 3. Aan dit studieadvies kan de examencommissie namens het College van Bestuur een afwijzing (met bindend karakter) verbinden overeenkomstig het bepaalde in deze regeling. 4. De student die een studieadvies heeft ontvangen, waaraan een bindende afwijzing is verbonden (bindend negatief studieadvies), kan niet meer aan de hogeschool voor dezelfde opleiding als student worden ingeschreven, tenzij het College van Bestuur een termijn heeft verbonden aan de afwijzing of tenzij de student op een later tijdstip verzoekt om te worden ingeschreven voor de desbetreffende opleiding en daarbij ten genoege van het instellingsbestuur aannemelijk maakt dat hij die opleiding met vrucht zal kunnen afronden. Een verzoek als bedoeld in de voorgaande volzin wordt ingediend bij het College van Bestuur. Deze baseert haar oordeel mede op een advies van de examencommissie.
35
Artikel 6.5
Procedure uitbrengen preadvies - eerste jaar van inschrijving
1. Namens het College van Bestuur brengt de examencommissie iedere student uiterlijk binnen 20 werkdagen na het einde van de tweede periode van het eerste studiejaar van inschrijving voor de propedeutische fase een preadvies uit. 2. Het preadvies geldt als waarschuwing voor een bindend negatief studieadvies, dat mogelijk aan het eind van het eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase kan worden uitgebracht.
3. De norm voor een positief preadvies is 20 credits. 4. Het preadvies wordt schriftelijk uitgebracht en bevat a. de naam en het studentnummer van de student; b. het aantal door de student behaalde credits; c. het al of niet voldaan hebben aan andere vereisten dan de norm. d. een positief preadvies: “naar verwachting geschikt voor de opleiding” indien de student voldoet aan de norm en eventuele andere vereisten; e. een negatief preadvies “op basis van de huidige studieresultaten naar verwachting niet geschikt voor de opleiding” indien de student niet voldoet aan de norm en eventuele andere vereisten; f. in geval van een negatief preadvies: de aanzegging van een redelijke termijn, namelijk gedurende de periodes 3 en 4, waarbinnen de studieresultaten dusdanig moeten zijn verbeterd dat deze het College van Bestuur aanleiding kunnen geven tot het uitbrengen van een positief advies als bedoeld in dit artikel; g. dagtekening en ondertekening door of namens de examencommissie. 5. Aan een positief preadvies kan geen recht op een positief studieadvies worden ontleend. 6. De examencommissie kan besluiten ondanks het niet voldaan hebben aan de criteria voor het positief preadvies desalniettemin een positief preadvies uit te brengen. Een dergelijk besluit moet worden ondersteund door een advies van de studieloopbaanbegeleider.
Artikel 6.6
Procedure uitbrengen studieadvies – eerste jaar van inschrijving
1. Namens het College van Bestuur brengt de examencommissie iedere student uiterlijk aan het einde van diens eerste jaar van inschrijving voor de propedeutische fase van zijn opleiding advies uit over de voortzetting van zijn studie binnen of buiten de bacheloropleiding. 2. Een positief advies wordt uitgebracht indien de student op dat moment zijn propedeutisch examen met goed gevolg heeft afgelegd. 3. Een voorlopig positief advies wordt uitgebracht indien de student op dat moment de propedeuse nog niet heeft behaald, maar wel tenminste 40 credits heeft behaald.
4. Een bindend negatief studieadvies wordt uitgebracht indien de student op dat moment minder dan 40 credits heeft behaald . 5. Voor studenten die voor een of meer onderwijseenheden in het eerste studiejaar een vrijstelling hebben ontvangen wordt de norm als bedoeld in het voorgaande artikellid als volgt berekend: (60 credits – aantal credits vrijstelling voor onderwijseenheden in het eerste studiejaar) x 2/3. Bij de afronding van decimalen wordt het systeem gehanteerd zoals beschreven in artikel 5.18 lid 3. 6. Een bindend negatief studieadvies wordt bovendien verstrekt als de student zich uitschrijft voor het einde van het eerste jaar van inschrijving maar na 31 januari van dat inschrijvingsjaar en niet voldoet aan de vereisten om voor een positief of voorlopig positief advies zoals vermeld in lid 2 en 3 van dit artikel in aanmerking te komen.
36
7. Een advies als bedoeld in dit artikel wordt schriftelijk uitgebracht en bevat ten minste: a. de naam en het studentnummer van de student; b. het aantal door de student behaalde credits; c. in hoeverre onderwijseenheden die als kwalitatieve eis zijn gesteld al dan niet zijn behaald; d. indien sprake is van een negatief advies met bindende afwijzing: op welke wijze en in hoeverre met persoonlijke omstandigheden is rekening gehouden; e. een eventueel aan de afwijzing gestelde termijn of uitbreiding van de afwijzing tot andere opleidingen met een gemeenschappelijke propedeuse; f. de mogelijkheid van beroep binnen de daarvoor geldende termijn bij het College van Beroep voor studenten; g. dagtekening en ondertekening door of namens de examencommissie.
Artikel 6.7
Meewegen persoonlijke omstandigheden en horen student
1. Bij een bindend negatief studieadvies neemt de examencommissie de persoonlijke omstandigheden van de student in acht. 2. Als persoonlijke omstandigheden die in acht genomen worden, gelden de in artikel 6.8 genoemde omstandigheden, voor zover zij er naar oordeel van de examencommissie toe hebben geleid dat betrokkene redelijkerwijze niet in staat is geweest de norm te behalen en/of te voldoen aan eventuele kwalitatieve eisen. Bij het vormen van dit oordeel neemt de examencommissie in acht in hoeverre de student deze omstandigheden tijdig genoeg bekend heeft gemaakt om de hogeschool in de gelegenheid te stellen onderwijsvoorzieningen waar mogelijk hierop aan te passen. 3. De examencommissie stelt de student in de gelegenheid diens persoonlijke omstandigheden schriftelijk toe te lichten vergezeld door een schriftelijk advies van de decaan en stelt de student in de gelegenheid te worden gehoord voordat de examencommissie besluit een bindend negatief studieadvies te verstrekken. 4. De examencommissie is niet gebonden aan het advies van de decaan. Zij weegt dit advies zwaar mee.
Artikel 6.8
Persoonlijke omstandigheden
De persoonlijke omstandigheden die bij het besluit tot het geven van een studieadvies in acht worden genomen zijn uitsluitend: a. ziekte van de betrokkene; b. lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis van de betrokkene; c. zwangerschap van de betrokkene; d. bijzondere familieomstandigheden; e. andere door het College van Bestuur aan te geven omstandigheden waarin de betrokkene activiteiten ontplooit in het kader van de organisatie en het bestuur van de zaken van de instelling.
Artikel 6.9
Procedure uitbrengen bindend negatief studieadvies – propedeuse
1. De examencommissie kan namens het College van Bestuur een bindend negatief studieadvies uitbrengen zolang de student het propedeutisch examen niet met goed gevolg heeft afgelegd. 2. Indien de student binnen 24 maanden na inschrijving het propedeutisch examen nog niet met goed gevolg heeft afgelegd brengt de examencommissie een bindend negatief studieadvies uit. Wanneer er sprake is van persoonlijke omstandigheden als bedoeld in artikel 6.8. kan de examencommissie van deze termijn van 24 maanden afwijken en kan de examencommissie het advies uitbrengen zolang het propedeutisch examen niet met goed gevolg is afgelegd. De examencommissie brengt het advies schriftelijk uit zoals is omschreven in artikel 6.6.
37
Artikel 6.10 Bewaartermijnen studieadviezen De studieadviezen worden tenminste gedurende 5 jaar na het uitbrengen van het advies bewaard.
38
HOOFDSTUK 7 Artikel 7.1
EXAMENCOMMISSIES
Instelling en benoeming
1. De examencommissie is het orgaan dat op objectieve en deskundige wijze vaststelt of een student voldoet aan de voorwaarden die de onderwijs- en examenregeling stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van een graad. 2. Voor elke opleiding of groep van opleidingen is een examencommissie ingesteld door het College van Bestuur. 3. Leden van examencommissie worden jaarlijks door het College van Bestuur benoemd op basis van hun deskundigheid op het terrein van de desbetreffende opleiding of groep van opleidingen. Benoeming geschiedt op basis van een voorstel door de opleidingsdirecteur. Alvorens tot benoeming over te gaan worden zittende leden van de examencommissie gehoord door of namens het College van Bestuur. 4. De opleiding vermeldt de samenstelling van de examencommissie op studentnet. Artikel 7.1a Examencommissie en ‘kamer’ per locatie 1. Er is gezamenlijke examencommissie Bedrijfskunde & Agribusiness, Dier- & Veehouderij, Plattelandsvernieuwing, Tuinbouw & Akkerbouw (BAB/DV/PLV/TA). Deze examencommissie werkt in de praktijk met een ‘kamer’ BAB/DV/PLV/TA op locatie Leeuwarden en een ‘kamer’ BAB, een kamer DV en een kamer PLV op locatie Wageningen. 2. Op locatie Leeuwarden is vanuit elke opleiding minimaal een vertegenwoordiger lid van deze brede examencommissie. 3. Tussen de ‘kamers’ en binnen de examencommissie vindt met enige regelmaat afstemming plaats over locatie-overstijgende aangelegenheden in de meest brede zin des woords.
Artikel 7.2
Taken en bevoegdheden
1. De examencommissie voert alle taken uit die haar bij of krachtens de wet of de regelingen van de hogeschool worden opgedragen, waaronder tenminste de volgende in de wet genoemde taken: a. het borgen van de kwaliteit van de toetsen en examens (art. 7.12b lid 1 sub a WHW); b. het verlenen van vrijstellingen (art. 7.12b lid 1 sub d WHW); c. het bij fraude het recht ontnemen aan studenten om bepaalde toetsen of examens af te leggen (art. 7.12b lid 1 sub d WHW); d. het bij fraude het recht ontnemen op het nog langer volgen van een keuzeonderdeel; e. het bij ernstige fraude adviseren van het instellingsbestuur inzake het beëindigen van de inschrijving van de betreffende student (art. 7.12b lid 1 sub d WHW); f. het vaststellen van richtlijnen en aanwijzingen binnen het kader van de OER om de uitslag van toetsen en examens te beoordelen en vast te stellen (art. 7.12b lid 1 sub b WHW); g. het aanwijzen van examinatoren (art. 7.12c lid 1 WHW). Examinatoren verstrekken de examencommissie de gevraagde inlichtingen; h. het in voorkomende gevallen zelf afnemen van een onderzoek om vast te stellen of een student het examen succesvol heeft afgelegd (art. 7.10 lid 2 WHW); i. het vaststellen of een student voldoet aan de voorwaarden die de Onderwijs- en Examenregeling stelt ten aanzien van kennis, inzicht en vaardigheden die nodig zijn voor het verkrijgen van het diploma (art. 7.12 lid 2 WHW); j. het uitreiken van getuigschriften (art. 7.11 lid 2 WHW); k. het uitreiken van verklaringen aan studenten die niet in aanmerking komen voor een getuigschrift, maar die meer dan een toets met goed gevolg hebben afgelegd (art. 7.11 lid 5); l. het behandelen van ingediende klachten en verzoeken (art. 7.12b lid 4 WHW);
39
m. het jaarlijks opstellen en uitbrengen van een verslag van haar werkzaamheden aan instellingsbestuur (art. 7.12b lid 5 WHW). 2. In deze OER worden onder meer, al dan niet naast of in aanvulling op het gestelde in lid 1, de volgende taken en bevoegdheden aan de examencommissie toegekend: a. het beoordelen van het bewijs van voldoende beheersing van de Nederlandse taal als bedoeld in artikel 2.6 en 2.7 van deze regeling; b. het namens het College van Bestuur uitbrengen van een preadvies en een studieadvies; c. het instemmen op een verzoek van een student om een toets in een afwijkende toetsvorm te mogen afleggen; d. het vaststellen van een lijst met goedgekeurd aanbod aan invulling van de keuzeruimte, het vaststellen van een lijst met a priori goedgekeurde minors en het verlenen van schriftelijke toestemming voor het volgen van een niet a priori goedgekeurde minor en voor een afwijkende invulling van de keuzeruimte; e. het verlenen van goedkeuring voor het volgen van onderwijseenheden bij een andere opleiding van de hogeschool, bij een andere hogeschool of universiteit of bij een daaraan gelijkgestelde instelling; f. het toekennen van de afstudeerkwalificatie “cum laude”; 3. Bij het invullen van de in het voorgaande lid bedoelde taken en bevoegdheden handelt de examencommissie binnen de kaders gesteld door de wet, de OER en in voorkomende gevallen andere door de hogeschool vastgestelde regelingen. 4. De examencommissie stelt regels vast over de uitvoering van de taken en bevoegdheden die bij of krachtens de wet of de regelingen van de hogeschool aan de examencommissie zijn opgedragen en over de maatregelen die zij in dat verband kan nemen. 5. De examencommissie brengt advies uit aan het college van bestuur over de vaststelling, wijziging of regelmatige beoordeling van de onderwijs- en examenregeling voor de opleiding of groep van opleidingen waarvoor de examencommissie is ingesteld.
Artikel 7.3
Huishoudelijk reglement
1. De examencommissie stelt een huishoudelijk reglement vast. 2. In het in lid 1 bedoelde huishoudelijk reglement worden tenminste bepalingen opgenomen inzake: a. frequentie en openbaarheid van vergaderingen; b. wijze van besluitvorming en het quorum; c. voorzover deze regeling daarin niet reeds voorziet, de wijze van communicatie met studenten en termijnen waarbinnen studenten een reactie ontvangen op ingediende verzoeken of klachten; d. de wijze waarop richtlijnen, aanwijzingen en procedures (regels) worden vastgesteld; e. archivering. 3. Het huishoudelijk reglement wordt door de examencommissie op studentnet gepubliceerd.
40
HOOFDSTUK 8
Artikel 8.1
SLOTBEPALINGEN
Nadere regels
De examencommissie kan, met in achtneming van de wet en deze regeling, nadere regels vaststellen betreffende het afleggen van toetsen.
Artikel 8.2
Beroepsrecht
Tegen de behandeling tijdens het afleggen van een toets of een examen en tegen besluiten van de examencommissie dan wel van de examinator of surveillant staat beroep open bij het College van Beroep voor Studenten VHL. De termijn voor het indienen van het beroepschrift bedraagt 30 werkdagen na dagtekening. Het beroepschrift moet worden ingediend bij de Faciliteit. De procedure is nader omschreven in het Reglement van het College van Beroep voor Studenten VHL dat is gepubliceerd op Studentnet.
Artikel 8.3
Onvoorziene gevallen
In gevallen waarin de OER niet voorziet, beslist het College van Bestuur. In voorkomende gevallen vraagt het College van Bestuur advies aan de examencommissie.
Artikel 8.4
Voorlopige voorziening
De voorzitter van de examencommissie is bevoegd om in gevallen van spoedeisende aard namens de examencommissie een voorlopige voorziening te treffen met inachtneming van de wet en de OER. Hij deelt de voorlopige voorziening binnen een week mee aan de examencommissie.
Artikel 8.5
Inwerkingtreding en citeertitel
1. De OER treedt in werking op 1 september 2014 2. De OER kan tijdens het studiejaar worden gewijzigd, indien en voor zover de student hierdoor niet in een nadeliger positie komt te verkeren. Wijzigingen behoeven in voorkomende gevallen de instemming van de Medezeggenschapsraad en worden gepubliceerd op studentnet. 3. Deze regeling wordt aangehaald als: VHL OER 2014/2015 opleiding Bedrijfskunde en Agribusiness Locatie Leeuwarden
41
Bijlage 1
Gedragscode gebruik andere talen dan het Nederlands in het onderwijs
Artikel 1
Wettelijk kader
Volgens artikel 7.2 WHW wordt het onderwijs gegeven en de examens afgenomen in het Nederlands. In afwijking hierop kan een andere taal worden gebruikt wanneer: het onderwijs betreft dat in het kader van een gastcollege door een anderstalige docent wordt gegeven, of indien de specifieke aard, de inrichting of de kwaliteit van het onderwijs dan wel de herkomst van de studenten daartoe noodzaakt.
Artikel 2
Internationale gerichtheid is een belangrijk onderdeel van de missie van Hogeschool Van Hall Larenstein. De instelling richt zich op studenten uit binnen- en buitenland en leidt op tot functies in binnen- en buitenland. Het College van Bestuur stimuleert de opleidingen om de internationale gerichtheid in de programma’s uit te werken.
Artikel 3
Propedeuse
Binnen de propedeuse is de voertaal Nederlands. Uitgezonderd hiervan zijn onderwijseenheden die een vreemde taal betreffen en gastcolleges in een vreemde taal. Gedeelten van onderwijseenheden in de propedeusekunnen in een vreemde taal worden aangeboden, als leerdoelen dit rechtvaardigen. Dit artikel vervalt indien een gehele opleiding in het Engels wordt aangeboden of indien een opleiding op verschillende locaties wordt aangeboden en op één locatie daarvan in het Engels wordt aangeboden.
Artikel 5
Gebruik andere taal dan het Nederlands in het onderwijs
Een opleiding kan besluiten tot het gebruik van een andere taal dan het Nederlands om de internationale gerichtheid van hele programma’s of delen van programma’s zeker te stellen. Een opleiding kan besluiten tot het gebruik van een andere taal dan het Nederlands voor een hele opleiding of voor één of meerdere onderwijseenheden als buitenlandse studenten tot de doelgroep behoren. In beginsel kan slechts het Engels als voertaal in plaats van of naast het Nederlands worden gehanteerd voor een gehele opleiding of een gehele opleiding aangeboden op een locatie. In beginsel kan slechts het Engels of het Duits als voertaal in plaats van of naast het Nederlands worden gehanteerd voor één of meerdere onderwijseenheden. In de onderwijs- en examenregeling is bepaald in welke taal de opleiding en de onderscheiden onderwijseenheden worden aangeboden. Indien niets is bepaald is de voertaal Nederlands.
Artikel 4
Internationale gerichtheid
Hoofdfase
Binnen de hoofdfase is de voertaal Nederlands. Een opleiding kan besluiten om in de hoofdfase van een Nederlandstalige opleiding verplichte- of keuze-eenheden uitsluitend in een vreemde taal aan te bieden, als leerdoelen, inhoud, doelgroep en vraag vanuit de arbeidsmarkt dit rechtvaardigen. In dit geval wordt in de onderwijs- en examenregeling aangegeven welk deel van de totale studiebelasting toegeschreven wordt aan de vreemde taal. Als het hele of een deel van het studieprogramma in een vreemde taal wordt aangeboden, zorgt de opleiding ervoor dat de studiebelasting van het totale programma gelijk blijft.
42
Dit artikel vervalt indien een gehele opleiding in het Engels wordt aangeboden of indien een opleiding op verschillende locaties wordt aangeboden en op één locatie daarvan in het Engels wordt aangeboden.
Artikel 6
Studenten moeten voldoen aan de eindtermen van de talenmodules die als voorkennis geëist worden alvorens zij een module in de desbetreffend vreemde taal gaan volgen. Deze voorkenniseisen worden gespecificeerd in de onderwijs- en examenregeling.
Artikel 7
Lesmateriaal
Het is mogelijk dat studiemateriaal in een vreemde taal noodzakelijk is om de leerdoelen te bereiken van een Nederlandstalige onderwijseenheid In de onderwijs- en examenregeling wordt dan aangeven dat in de betreffende onderwijseenheid studiemateriaal in een vreemde taal wordt gebruikt. In beginsel kan alleen schriftelijk studiemateriaal dat is opgesteld in het Engels of in het Duits worden gehanteerd. Overige talen, waaronder het Fries, zullen slechts op individuele basis worden gehanteerd.
Artikel 8
Kennis van een vreemde taal
Toetsen
Als binnen een onderwijseenheid studiemateriaal in een vreemde taal wordt gebruikt, kan bij de toets ook gebruik gemaakt worden van materiaal in de vreemde taal. De toetsvragen van een Nederlandstalige onderwijseenheid worden in beginsel in het Nederlands gesteld. Een student die een internationale module volgt, is verplicht de toets (inclusief de herkansing) in die vreemde voertaal te beantwoorden. Student en docent kunnen bij mondelinge toetsen overeenkomen een andere voertaal dan het Nederlands te hanteren. De examencommissie kan aan buitenlandse studenten die het Nederlandstalige programma volgen, bij wijze van toetsfaciliteit toestaan mondelinge en schriftelijke toetsen en werkstukken in een nader te bepalen vreemde taal af te leggen, dan wel in een vreemde taal te antwoorden op vragen in de Nederlandse taal.
Artikel 9
Stageverslag/afstudeeropdracht
De student kan een verzoek indienen bij de examencommissie om het stageverslag of de afstudeeropdracht in een andere taal dan de taal waarin de opleiding wordt verzorgd te schrijven. De examencommissie willigt het verzoek in indien: de verantwoordelijke (begeleidende) docent en de examinator(en) aangeven de desbetreffende taal voldoende te beheersen; een regeling is getroffen voor correctie op taalgebruik; en indien het een Nederlandstalig bedrijf of instelling betreft, de stagebieder of een externe opdrachtgever verklaart er geen bezwaar tegen te hebben. Indien een verslag in een andere taal dan het Nederlands, Engels of Duits is geschreven voegt de student een Nederlandse dan wel een Engelse samenvatting toe.
Artikel 10
Naleving
Het College van Bestuur ziet toe op naleving van de gedragscode voor het gebruik van vreemde talen in het onderwijs.
43
Bijlage 2
Voorzieningen studenten met een functiebeperking
Artikel 1 Functiebeperking 1. Onder een functiebeperking wordt verstaan een lichamelijke, zintuiglijke of andere functiestoornis alsook een chronische ziekte die de deelname van de student aan het onderwijs en het afleggen van toetsen en examens beperkt. 2. Voor zover in redelijkheid kan worden gevergd treft de hogeschool op verzoek van de student maatregelen, die de student in staat stellen om het onderwijs te volgen en om toetsen af te leggen, op een wijze die is aangepast aan de mogelijkheden van de student.
Artikel 2 Procedure 1. (Aspirant)studenten met een functiebeperking kunnen een verzoek om voorzieningen indienen via het studentendecanaat. 2. De studentendecaan zal in een gesprek met de (aspirant)student de knelpunten, de mogelijkheden en de benodigde voorzieningen bespreken. 3. Het besluit over het toekennen van voorzieningen op het gebied van onderwijs en toetsing wordt voorgelegd aan de examencommissie en aan de opleidingsdirecteur van de opleiding. 4. Verzoeken om een toets op een andere wijze te mogen doen dan in de OER is beschreven en in het contract vastgelegd worden door de student ter instemming voorgelegd aan de examencommissie van de opleiding. 5. Indien overeengekomen is de studentendecaan bevoegd standaardvoorzieningen, bijvoorbeeld in het geval van dyslexie aan de student toe te kennen.
Artikel 3 Vastleggen afspraken 1 2 3
De gemaakte afspraken m.b.t. het onderwijs en de toetsing worden in een overeenkomst vastgelegd. De opleidingsdirecteur en de examencommissie accorderen de overeenkomst. De vaste begeleider bij de opleiding of de studentendecaan draagt zorg voor de communicatie en realisatie van de goedgekeurde overeenkomst.
Artikel 4 Voorzieningen 1
2
Onder voorzieningen wordt o.a. verstaan het bieden van extra tijd bij toetsen, het toestaan van hulpmiddelen bij toetsen, het afleggen van toetsen in een aparte ruimte en het extra inzetten van begeleidingsuren van een studieloopbaanbegeleider. De decanen kunnen daarnaast informatie geven over de mogelijkheden tot het aanvragen van andere faciliteiten zoals het aanvragen van een extra jaar studiefinanciering, het verlengen van de diplomatermijn of het aanvragen van financiële ondersteuning op basis van de Regeling Profileringsfonds.
Artikel 5 Gelijke behandeling Indien de student van mening is dat de hogeschool hem niet de voorzieningen biedt waarop hij recht heeft, dan kan de student een klacht indienen bij de faciliteit op grond van art. 7.59b WHW. Daarnaast kan de student zich wenden tot de Commissie gelijke behandeling.
44
Bijlage 3
Overzicht onderwijseenheden (modules)
In dit overzicht staan de modulebeschrijvingen van de Bedrijfskunde en Agribusiness modules en van daaraan gerelateerde modules. Daarna volgen de Toetsmatrijzen van de Bedrijfskunde en Agribusiness modules. Eerst volgen de beschrijvingen van de onderwijseenheden Studieloopbaanbegeleiding, Stages (in alfabetische volgorde van code) en de Afstudeeropdracht. Vervolgens komen de modulebeschrijvingen van de modules, alfabetisch op modulecode. Tenslotte volgen de Toetsmatrijzen van de modules, alfabetisch op modulecode. Gedetailleerde informatie over de onderwijseenheden - inhoud en toetsing e.d. - is te vinden in de moduleboeken die op Blackboard en/of via de Repro worden gepubliceerd. Credits worden pas toegewezen als aan alle onderdelen van de onderwijseenheid is voldaan. Het aantal credits toegewezen aan elk onderdeel geeft zowel de studielast aan als de relatieve weging in de berekening van het eindcijfer voor de module. Credits will be awarded only once all elements of the module have been marked sufficient. The number of credits assigned to each element indicates both the number of study load hours and their relative weighting in the calculation of the final mark for the module. Het is mogelijk dat na het publiceren van deze onderwijs- en examenregeling aanpassingen zijn gedaan aan de verplichte literatuur. Raadpleeg daarom voor de meest actuele gegevens de actuele boeken- en dictatenlijst op Studentnet. Deze wordt per periode voorafgaand aan elke periode op Studentnet gepubliceerd.
45
Onderwijseenheid
LSB101,2,3VNB LAS100VNB LSB201,2,3,4B LSB 201,2,3VNB LSB301,2,3,4VNB LSB401,2,3,4VNB Studieloopbaanbegeleiding/Coaching Bij de major Agrarisch Ondernemerschap heet Studieloopbaanbegeleiding Coaching. De studenten volgen hiervoor een speciaal coachingstraject.
Competenties
Algemeen HBO: eigen leervermogen evalueren Zelfmanagement (niveau 1,2en 3)
Leerdoelen
Persoonlijke leerdoelen
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Persoonlijke ontwikkeling
Studiebelasting
Jaar 1: 4 EC Jaar 2: 4 EC Jaar 3: 4 EC Jaar 4: 4 EC 4 1. 2. 3. 4. 5. 6.
x 28 = 112 studiebelastingsuren per jaar, verdeeld in:
Schrijven persoonlijk ontwikkelingsplan - 10 Reflectie op- en bijstellen van competentieontwikkeling - 7 Eigen leerdoelen -10 Vrije taken - 25 Portfolio - 20 Assessments - 40
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Adviesrelatie student en studieloopbaanbegeleider: Reflectie- en voortgangsgesprekken groepsgewijs en individueel, excursie, sollicitatietraining, managementgame Zie ook de SLB handleiding op BlackBoard
Toetsing
LSB101VNB (voorheen PSLB1) LSB102VNB (voorheen PSLB2 LSB103VNB (voorheen
Opdrachten Studieloopbaanbegeleiding periode 1
1.00
EC
Opdrachten Studieloopbaanbegeleiding periode 2
1.00
EC
Opdrachten Studieloopbaanbegeleiding periode 3
1.00
EC
46
PSLB3B LAS100VNB (voorheen PASS)
Propedeuse: Assessment periode 4
1.00
EC
LSB201,2,3,4 VNB (voorheen HSLB2) LSB201VNB (voorheen HSLB2-A) LSB202VNB (voorheen HSLB2-B) LSB203VNB (voorheen HSLB2-C) LSB204VNB (voorheen HSLB2-D)
Studieloopbaanbegeleiding hoofdfase Jaar 2
4.00
EC
Opdrachten SLB jaar 2 periode 1
1.00
EC
Opdrachten SLB jaar 2 periode 2
1.00
EC
Opdrachten SLB jaar 2 periode 3
1.00
EC
Opdrachten SLB jaar 2 periode 4
1.00
EC
LSB301,2,3,4 VNB (voorheen HSLB2) LSB301VNB (voorheen HSLB2-A) LSB302VNB (voorheen HSLB2-B) LSB303VNB (voorheen HSLB2-C) LSB304VNB (voorheen HSLB2-D)
Studieloopbaanbegeleiding hoofdfase Jaar 3
4.00
EC
Opdrachten SLB jaar 3 periode 1
1.00
EC
Opdrachten SLB jaar 3 periode 2
1.00
EC
Opdrachten SLB jaar 3 periode 3
1.00
EC
Opdrachten SLB jaar 3 periode 4
1.00
EC
LSB401,2,3,4 VNB (voorheen HSLB4) LSB401VNB (voorheen HSLB4-A) LSB402VNB (voorheen HSLB4-B) LSB403VNB
Studieloopbaanbegeleiding hoofdfase Jaar 4
4.00
4.00
Opdrachten SLB jaar 4 periode1
1.00
1.00
Sollicitatietraining 2 daagse
1.00
1.00
Eindassessment
1.00
1.00
47
(voorheen HSLB4-C) LSB404VNB (voorheen HSLB4-D)
Periode
Verplichte literatuur
Afstuderen
1.00
1.00
De gehele schoolperiode Raadpleeg altijd de meest recente boeken- en dictatenlijst op Studentnet.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Anneke Veldkamp –VEL
[email protected]
Opmerkingen
Geen
48
Onderwijseenheid
LSB101,2VNB LSB201,2VNB Coaching ADO
Competenties
Zelfmanagement (niveau 1,2 en 3)
Leerdoelen
Persoonlijke Leerdoelen
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Persoonlijke ontwikkeling
Studiebelasting
Jaar 1: 2 EC Jaar 2: 2 EC 2x28 =56 studiebelastingsuren per jaar verdeeld in: 1. Schrijven persoonlijk Ontwikkelingsplan – 15 2. Reflectie op- en bijstellen van competentieontwikkeling – 15 3. Eigen leerdoelen- 15 4. Bedrijfsbezoeken medestudenten- 11
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Adviesrelatie student en studieloopbaanbegeleider: Reflectie- en voortgangsgesprekken groepsgewijs en individueel, excursie, kwaliteitenspel
Toetsing
A: LSB101VNB SLB: 1 EC B: LSB102VNB SLB: 1 EC C: LSB201VNB SLB: 1 EC D: LSB202VNB SLB: 1 EC
Periode
De gehele schoolperiode ( is hier 2 jaar )
Verplichte literatuur
Coaching handleiding ADO
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/
Anneke Veldkamp - VEL; Herma Nieuwenhuis - NWH
49
modulecoördinator
[email protected] [email protected]
Opmerkingen
Geen
50
Onderwijseenheid LST112VNL Propedeusestage [v/h PLBST1, PAOST1] IN ONTWIKKELING Competenties V. Optimaliseren bedrijfsvoering VI Voorlichten en adviseren VII. Leiden van een bedrijf X Reflectief denken IX Brede Professionalisering (Alle competenties op niveau 1) Leerdoelen De student verruimt zijn kennis, inzicht en vaardigheden d.m.v. praktische werkzaamheden De student verbetert zijn sociale functioneren De student verbetert zijn spreekvaardigheid in een vreemde taal (bij buitenlandstage) Student voegt zelf nog persoonlijke leerdoelen toe Ingangseisen Inhoud 12ec = 392 sbu Studiebelasting Taal Werkvorm(en) Toetsing
Periode Verplichte literatuur Contactpersoon Opmerkingen
N.v.t. Via nabespreking formulier ingevuld door de stagebieder Via nabespreking met studieloopbaanbegeleider Verslagtoetsing: zie LSV102VNL 4 Theo Smit – SMJ
[email protected]
51
Onderwijseenheid
LST214VNB MKB-stage Agrarisch Ondernemerschap (voorheen PAOST2)
Competenties
Plannen (niv 1), onderzoeken (niv 1),functioneren in een arbeidsorganisatie (niv 1), Zelfmanagement (niv 1)
Leerdoelen
Het doel van de stages in het algemeen is het verruimen van kennis en inzicht in de agri/nutri-business en het verbeteren van beroepsgerichte vaardigheden.
Ingangseisen
Verwante MBO instroom AO
Inhoud
De MKB stage is een meeloop/meewerkstage voor studenten met een verwante MBO-vooropleiding en vindt plaats bij een bedrijf in het MKB (bij voorkeur buiten de agri/nutri sector). Naast meewerken in het bedrijf maakt de student een analyse van de ondernemer/directeur. Het betreft een stage die vroeg na aanvang van de studie plaatsvindt in het eerste studiejaar en binnen 1 onderwijsperiode wordt afgerond.
Studiebelasting
LST214VNB bestaat uit 14 EC’s (392 SBU) De stage is een praktijkopdracht
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Toetsing
Stagevoorlichting (verplichte aanwezigheid) Werkcollege (verplichte aanwezigheid), Praktijkopdracht (stage)
14 EC’s voor LST214VNB d.m.v.:
Stagebeoordeling stagebieder Stageverslag Beoordelingsgesprek
Periode
Het eerste jaar: tweede periode
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
52
Contactpersoon/ modulecoördinator
F.G.T. Smit - SMF
[email protected]
Opmerkingen
53
Onderwijseenheid
LST214VNB Bedrijfsstage Agrarisch Ondernemerschap (voorheen HST1)
Competenties
Plannen (niv 2),Onderzoeken (niv 2), Functioneren in een arbeidsorganisatie (niv 2), Ondernemen (niv 2)
Leerdoelen
Het doel van de stage is het verruimen van kennis en inzicht over het ondernemerschap in de agri/nutri-business of daar buiten en het verbeteren van beroepsgerichte vaardigheden.
Ingangseisen
Havo-instroom AO
Inhoud
De bedrijfsstage is een meeloop/meewerkstage in het MKB (bij voorkeur buiten de agri/nutri sector, maar binnen de agrarische sector is ook toegestaan) , waarin de student bovendien een analyse maakt van de ondernemer /directeur en een Strategisch Management Rapport samenstelt. Deze stage wordt binnen 1 onderwijsperiode afgesloten en is bedoeld voor 2e jaars studenten AO met een Havo vooropleiding.
Studiebelasting
LST214VNB bestaat uit 14 ECTS (=14*28=392 SBU)
De stage is een praktijkopdracht
Taal
Werkvorm(en)
Toetsing
Nederlands
Stagevoorlichting (verplichte aanwezigheid) Werkcollege (verplichte aanwezigheid), Praktijkopdracht (stage)
14 EC’s in LST214VNB d.m.v.
Stagebeoordeling stagebieder Stageverslag Beoordelingsgesprek
Periode
Het tweede studiejaar, in de derde periode
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
54
Contactpersoon/ modulecoördinator
F.G.T. Smit - SMF
[email protected]
Opmerkingen
55
Onderwijseenheid
LST228VNB Buitenlandse Bedrijfsstage (BBS) voor Agrarische Bedrijfskunde en Foodmarketing & Retail (voorheen HST11)
Competenties
Plannen, onderzoeken, functioneren in een arbeidsorganisatie, effectief omgaan met informatie/communicatie. Al deze competenties worden getoetst op niveau 2.
Leerdoelen
Het doel van de stage is het verruimen van kennis en inzicht in de agri-nutri business en het verbeteren van de beroepsgerichte vaardigheden
Ingangseisen
Inhoud
Studiebelasting
Taal
De Buitenlandse Bedrijfsstage (BBS) is een meeloop/meewerkstage bij een industrieel bedrijf in de agri-nutri business, die verplicht in het buitenland wordt doorgebracht. Deze stage is verplicht voor alle tweedejaars studenten BAB en FMR. De stage wordt binnen twee onderwijsperioden afgerond. De stage is bestaat uit 28 ECTS (=28*28=784 SBU) De stage is een praktijkopdracht Het betreft een internationale stage, de taal is afhankelijk van het land waarin de stage wordt doorgebracht
Werkvorm(en)
stagevoorlichtingen (verplichte aanwezigheid), werkcollege (verplichte aanwezigheid), praktijkervaring = oriënterende stage
Toetsing
28 EC’s in LST228VNB d.m.v. Stagebeoordeling stagebieder Stageverslag Beoordelingsgesprek Presentatie
Periode
Tweede studiejaar: derde en vierde periode
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
F.G.T. Smit - SMF
[email protected]
56
Onderwijseenheid
LST428VNB Projectstage Agrarische Bedrijfskunde en Foodmarketing en Retail (voorheen HST22)
Competenties
Plannen (niv 3), onderzoeken (niv 2),functioneren in een arbeidsorganisatie (niv 3), effectief omgaan met informatie/communicatie (niv 3)
Leerdoelen
Ervaring opdoen in een bedrijf in de agri/nutri business, gericht op de latere beroepsuitoefening en zelfstandig een project uitvoeren, waarbij theoretische kennis kan worden toegepast in een bedrijfsomgeving. Tevens verbetert de student zijn beroepsgerichte vaardigheden
Ingangseisen
Propedeuse behaald Buitenlandse Bedrijfsstage (BBS) met voldoende hebben afgesloten (alleen voor “Havo-instroom”) Tenminste 8 van de 12 modulen volledig gehaald in de hoofdfase waaronder in ieder geval Marketing en Logistiek ( LLG226VN voorheen HHG26) Research Management (LLG315VE voorheen HBA15E) Alle SLB punten tot de projectstage hebben gehaald Bijwonen verplicht college over het projectvoorstel Bijwonen van de stagevoorlichting is verplicht
Inhoud
De projectstage is een stage van 20 weken, waarin de student zelfstandig een onderzoek of opdracht uitvoert in projectvorm en daarnaast stage loopt in het bedrijf. De stage wordt vanuit VHL wel begeleid door een docentdeskundige, maar de begeleiding vindt hoofdzakelijk plaats vanuit het bedrijf, dat de opdracht verstrekt. Projectvoorstel Uitgangspunt voor het onderzoek is een helder projectvoorstel, waarin duidelijk is vastgelegd welk eindresultaat op welke wijze zal worden bereikt. Dit projectvoorstel wordt door de studenten opgesteld en moet worden goedgekeurd door de opdrachtgever en de docentdeskundige. Opdrachten Bedrijfskundige onderzoeken in de agri- en nutrisector: o financieel, economisch en administratief o commercieel, marktanalyses en marktbewerkingen; o logistiek, productie en distributie. o kwaliteitsmanagement en zorgsystemen
57
Studiebelasting
De stage is bestaat uit 28 EC’s (784 SBU) De stage is een praktijkopdracht
Taal
De stage kan zowel in Nederland als in het buitenland plaatsvinden
Werkvorm(en)
Stagevoorlichting (verplichte aanwezigheid) resultaatgerichte opdracht (=projectstage)
Toetsing
In LST428VNB d.m.v.
Stagebeoordeling stagebieder Stageverslag Beoordelingsgesprek
Dit geeft 28 EC’s
Periode
Het gehele jaar door zijn er studenten die met een stage beginnen. Het grootste gedeelte van de studenten start wel in de regulier aangegeven periodes (september en februari) met de stages.
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
F.G.T. Smit - SMF
[email protected]
Opmerkingen
58
Onderwijseenheid
LST428VNB Projectstage Agrarisch Ondernemerschap (voorheen HST22)
Competenties
Plannen (niv 3), onderzoeken (niv 3), functioneren in een arbeidsorganisatie (niv 3), Ondernemen (niv 2)
Leerdoelen
Het doel van de stage is het verruimen van kennis en inzicht over het ondernemerschap in de agri/nutri-business en het verbeteren van beroepsgerichte vaardigheden
Ingangseisen
Propedeuse behaald Vorige stages met voldoende afgesloten Verwante MBO-stroom: tenminste 8 van de 12 modulen/HAVO stroom: tenminste 10 van de 14 modulen in de hoofdfase volledig gehaald, waaronder in ieder geval Research Management (LLG315VE (voorheen HBA15E) Alle SLB punten tot de projectstage hebben gehaald Bijwonen verplicht college over het projectvoorstel Bijwonen van de stagevoorlichting is verplicht
Inhoud
De projectstage en de afstudeeropdracht bij agrarisch ondernemerschap is een nieuwe variant binnen Bedrijfskunde en Agribusiness De projectstage agrarisch ondernemerschap wordt (in combinatie met de afstudeeropdracht!) ingevuld afhankelijk van de wensen van de studentondernemer. Op basis van een gemotiveerd voorstel wordt door een commissie beoordeeld of het voorstel voldoende uitdagingen bevat voor de student en op het gewenste niveau wordt uitgevoerd. Er is veel ruimte voor plannen en ideeën mits aan de eisen van de hogeschool wordt voldaan. Enkele mogelijkheden daarvoor zijn als volgt: Projectstage bij een bedrijf en daar een ondernemende opdracht uitvoeren (product in markt zetten, nieuwe investeringsactiviteit uitwerken etc.) en daarna afstuderen in eigen bedrijf in afstudeerfase. Projectstage zelf invullen met ondernemende activiteit en afstuderen in eigen bedrijf. Met enkele studenten samen een bedrijf opzetten (planmatig) in projectstage en concreet maken in afstudeerfase. Individueel een bedrijf opzetten en uitvoeren. Overige concrete (innovatieve) ondernemingsvoorstellen Het is voor AO studenten ook mogelijk om een projectstage te doen volgens de richtlijnen van de projectstage zoals die voor de studierichting Bedrijfskunde en Agribusiness geformuleerd staan.
59
Studiebelasting
De stage is bestaat uit 28 EC’s (784 SBU) De stage is een praktijkopdracht
Taal
De stage kan zowel in Nederland als in het buitenland plaatsvinden
Werkvorm(en)
Stagevoorlichting (verplichte aanwezigheid) resultaatgerichte praktijkopdracht (=projectstage)
Toetsing
In LST428VNB d.m.v.
Stagebeoordeling stagebieder Stageverslag Beoordelingsgesprek
Dit geeft 28 EC’s
Periode
Het gehele jaar door zijn er studenten die met een stage beginnen. Het grootste gedeelte van de studenten start wel in de regulier aangegeven periodes (september en februari) met de stages.
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
F.G.T. Smit - SMF
[email protected]
Opmerkingen
60
Onderwijseenheid LSV102VNL Verslaglegging Propedeusestage LST112VNB IN ONTWIKKELING Competenties X Reflectief denken IX Brede Professionalisering (Alle competenties op niveau 1) Leerdoelen De student schrijft een inhoudelijk goed verslag zonder spel- en stijlfouten Student evalueert persoonlijke leerdoelen toe en reflecteert op functioneren en persoonlijke groei Ingangseisen Inhoud Studiebelasting
LLB101VN[PLB11 ]
Taal Werkvorm(en) Toetsing
n.v.t. n.v.t. Via beoordeling stageverslag (naar inhoud en naar vorm) Via nabespreking met studieloopbaanbegeleider 4 Van Bouwplan tot Rapport [Kuipers/Westra 2013]
Periode Verplichte literatuur Contactpersoon
2 ec = 56 sbu
Theo Smit – SMJ
[email protected]
Opmerkingen
61
Onderwijseenheid
LAO428VNB Afstudeeropdracht Agrarische Bedrijfskunde en Foodmarketing en Retail (voorheen HAF2)
Competenties
1. Plannen, 2. Organiseren, 3. Beheersen, 5. Onderzoeken, 7. Conceptualiseren, 9. Effectief met informatie en communicatie, 10. Zelfmanagement (alle competenties op niveau 3)
Leerdoelen
1. Zelfstandig of in teamverband een bedrijfskundig onderzoek in projectvorm uitvoeren voor een externe opdrachtgever in de food- en/of agrisector of het opstellen van een ondernemingsplan/bedrijfsplan voor een eigen bedrijf. 2. Het kunnen toepassen van relevante bedrijfskundige kennis en inzichten, sociale en communicatieve vaardigheden, een professionele attitude in een praktijk situatie en hierop kunnen reflecteren. 3. Het kunnen verantwoorden en verdedigen van de opzet en uitvoering van het onderzoek, de getrokken conclusies en de gegeven aanbevelingen, in de vorm van een eindgesprek, mondelinge presentatie en schriftelijke rapportage.
Ingangseisen
De afstudeeropdracht is het sluitstuk van de opleiding en sluit aan op de gekozen major. De afstudeercoördinator moet voorafgaande aan de start toestemming verlenen voor de opdracht. Een afstudeeropdracht kan pas starten nadat de Projectstage goed is afgesloten en 105 (exclusief de Projectstage), in de hoofdfase behaalde, studiepunten staan geregistreerd in Progress.
Inhoud
De afstudeeropdracht wordt meestal als bedrijfskundig onderzoek, in projectvorm, voor een externe opdrachtgever uitgevoerd. Daarnaast kan de afstudeeropdracht nog op twee andere manieren vorm krijgen. Studenten kunnen het Rabo- of AcconAVM bedrijfstraject volgen of een ondernemersplan/bedrijfsplan opstellen voor een eigen bedrijf. Trefwoorden: bedrijfskundig onderzoek, projectmanagement, projectvoorstel, onderzoeksopzet, toepassen bedrijfskundige theorie/concepten, reflectie, professionele attitude.
Studiebelasting
28 EC’s (=28*28=784 SBU)
Taal
Nederlands .Naar aanleiding van de wensen van studenten en opdrachtgevers kunnen opdrachten eventueel in het Engels worden uitgevoerd.
Werkvorm(en)
Afstudeeronderzoek in projectvorm onder begeleiding van 1 62
docentbegeleider.
Toetsing
Het eindcijfer wordt bepaald door de volgende 3 onderdelen (met tussen haakjes de wegingsfactor): 1. Het niveau van het verrichtte werk (50%) 2. De schriftelijke rapportage (30%) 3. De mondelinge presentatie (20%) Samen geeft dit 28 EC’s in HAF2 Beoordeling vindt na 20 weken plaats. 1ste herkansing 10 weken later (dus na 30 weken) en 3de en laatste kans weer 10 weken later (dus na 40 weken).
Periode
Periode 1 en 2 of in periode 3 en 4
Verplichte literatuur
Richtlijnen voor het afstuderen, 2014, Van Hall Larenstein locatie Leeuwarden, Wim van Hezel
Contactpersoon/ modulecoördinator
Dhr. Wim van Hezel - HEZ
[email protected]
Opmerkingen
63
Onderwijseenheid
LAO428VNB Afstudeeropdracht Agrarisch Ondernemerschap (voorheen HAF2)
Competenties
1. Plannen, 2. Organiseren, 3. Beheersen, 5. Ondernemen 6. Onderzoeken 9. Effectief met informatie en communicatie, 10. Zelfmanagement (alle competenties op niveau 3)
Leerdoelen
1. Het opstellen van een ondernemingsplan of bedrijfsplan voor een eigen bedrijf of zelfstandig of in teamverband een bedrijfskundig onderzoek in projectvorm uitvoeren voor een externe opdrachtgever in de food- en/of agrisector. 2. Het kunnen toepassen van relevante bedrijfskundige kennis en inzichten, sociale en communicatieve vaardigheden, een professionele attitude in een praktijk situatie en hierop kunnen reflecteren. 3. Het kunnen verantwoorden en verdedigen van de opzet en uitvoering van het onderzoek, de getrokken conclusies en de gegeven aanbevelingen, in de vorm van een eindgesprek, mondelinge presentatie en schriftelijke rapportage.
Ingangseisen
De afstudeeropdracht is het sluitstuk van de opleiding en sluit aan op de gekozen major. De afstudeercoördinator moet voorafgaande aan de start toestemming verlenen voor de opdracht. Een afstudeeropdracht kan pas starten nadat de Projectstage goed is afgesloten en 105 (exclusief de Projectstage), in de hoofdfase behaalde, studiepunten staan geregistreerd in Progress.
Inhoud
De afstudeeropdracht bestaat uit het opstellen van een ondernemingsplan of bedrijfsplan voor een eigen bedrijf. Daarnaast bestaat de mogelijkheid om een bedrijfskundig onderzoek, in projectvorm, voor een externe opdrachtgever uit te voeren. Trefwoorden: Ondernemersplan, bedrijfskundig onderzoek, projectmanagement, projectvoorstel, onderzoeksopzet, toepassen bedrijfskundige theorie/concepten, reflectie, professionele attitude.
Studiebelasting
28 EC’s (=28*28=784 SBU)
Taal
Nederlands. Naar aanleiding van de wensen van studenten en opdrachtgevers kunnen opdrachten eventueel in het Engels worden uitgevoerd.
Werkvorm(en)
Afstudeeronderzoek in projectvorm onder begeleiding van een docentbegeleider. 64
Toetsing
Het eindcijfer wordt bepaald door de volgende 3 onderdelen (met tussen haakjes de wegingsfactor): 1. Het niveau van het verrichtte werk (50%) 2. De schriftelijke rapportage (30%) 3. De mondelinge presentatie (20%) Samen geeft dit 28 EC’s in HAF2
Periode
Periode 1 en 2 of in periode 3 en 4
Verplichte literatuur
Richtlijnen voor het afstuderen, 2014, Van Hall Larenstein locatie Leeuwarden, Wim van Hezel
Contactpersoon/ modulecoördinator
Dhr. Wim van Hezel - HEZ
[email protected]
Opmerkingen
geen
65
Onderwijseenheid
LBA101VN Bedrijf en externe omgeving (voorheen combi PBA01 en PBA02)
Competenties
Organiseren (1) Conceptualiseren (1) Informatie en communicatie (1)
Leerdoelen
De student kan ontwikkelingen in de externe omgeving van een bedrijf in kaart brengen en aan de hand daarvan een ontwikkelingsadvies formuleren.
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Bedrijven maken deel uit van de omgeving waarin ze functioneren; maatschappij, bedrijfskolom en bedrijfstak. Daarom moet regelmatig een externe analyse gemaakt worden van ontwikkelingen in de macroen meso-omgeving, hoe deze het bedrijf kunnen beïnvloeden en hoe hierop gereageerd zou kunnen worden.
Studiebelasting
196 uur, waarvan: Hoor/werkcolleges Feedback en toetsing Groepswerk Zelfstudie
50 uur 20 uur 66 uur 60 uur
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Werkcolleges, hoorcolleges, groepswerk, feedback-bijeenkomsten, zelfstudie.
Toetsing
PBA01 PBA01-A PBA01-B PBA01-C
Bedrijf en Omgeving Tentamen Economie Tentamen Recht Eindopdracht
7.00 2.00 2.00 3.00
EC EC EC EC
Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt. Periode
Blok 1
Verplichte literatuur
Algemene economie en bedrijfsomgeving; 3e druk; A.J. Marijs, W. Hulleman; ISBN 9789001813925; Hoofdlijnen Nederlands Recht; C.J. Loonstra; 10e druk; ISBN 9789001713362. Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/modulecoördinator
Eus Drent (DRE)
[email protected]
Opmerkingen
Bij de genoemde boeken zijn eerdere drukken ook bruikbaar. Bij Noordhoff Uitgevers heeft men met tweedehands boeken alleen geen toegang tot ondersteunend materiaal.
66
Onderwijseenheid
LBA102VN Inleiding Duurzame Ontwikkeling (voorheen PDI02)
Competenties
Plannen niveau 1 Conceptualiseren niveau 1
Leerdoelen
-
-
-
-
De student weet wat verstaan wordt onder het begrip duurzame ontwikkeling De student kan aangeven hoe organisaties, mensen, ideeën en technieken ingezet kunnen worden ten behoeve van duurzame ontwikkeling. Student kan aangeven dat er een scheve verdeling is van welvaart tussen mensen in verschillende regio’s van de wereld, maar ook tussen de mensen van nu en die van latere generaties tot stand komt. Student kent de oorzaken en achtergronden van de klimaatverandering, gevolgd door een overzicht van de voornaamste gevolgen. Student kan verschillende manieren beschrijven waarop bedrijven duurzaam kunnen ondernemen en om kunnen gaan met het grondstoffen tekort
Ingangseisen
Geen
Inhoud
De module biedt een introductie op het krachtenspel (tussen bedrijven, overheden en maatschappelijke factoren) rond duurzaam ondernemen. Er wordt ingegaan op de grondslagen vanuit duurzame ontwikkeling, ethiek, strategie, stakeholdermanagement en financiële accountability.
Studiebelasting
7 EC 7. Colleges (zoals hoorcolleges, werkcolleges, practica, feedback) 2 EC 8. Uit te voeren opdrachten 2EC 9. Zelfstudie 3EC
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, practica, zelfstudie, werkgroep, veldonderzoek
Toetsing
3 EC: Individueel tentamen 2 EC: Leertaken 2 EC: Integrale opdracht Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard verschijnt.
67
Periode
2e
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Froukje Mosterman
[email protected]
Opmerkingen
Geen
68
Onderwijseenheid
LBA104VN Duurzaam ontwerpen en ondernemen (DOO) (voorheen PDI04)
Competenties
Conceptualiseren niveau 1 Onderzoeken niveau 1 Ondernemen niveau 1
Leerdoelen
De student weet wat verstaan wordt onder het begrip verduurzamen van bedrijven (ketens en samenwerkingsverbanden) De student weet wat verstaan wordt onder duurzaam ontwerpen. Student heeft kennis van methodieken om duurzaamheid te kwantificeren Student heeft kennis van het begeleiden van duurzame innovaties naar businessactiviteiten. Student heeft kennis van (duurzame) business modellen Student heeft begrip van methodieken om duurzame innovatie te financieren en om deze een plaats in de markt te geven
Ingangseisen
Module Inleiding Duurzame Ontwikkeling
Inhoud
De module biedt een introductie voor het ontwikkelen van nieuwe producten of concepten en de wijze van financiering om deze duurzame innovaties een plaats in de markt te geven (start-ups). De student heeft kennis van het ontwerpen van een nieuw product of concept waarbij duurzaamheidaspecten integraal worden meegenomen in het ontwerpproces. Er worden handvaten aangereikt om de duurzaamheidimpact van een ontwerp te kwantificeren bijvoorbeeld door middel van een Levenscyclusanalyse (LCA) of een CO2 footprint. Studenten krijgen handvaten aangereikt voor duurzame business modellen, het begeleiden van de ontwikkeling van deze concepten richting de markt, en het commercialiseren van een concept, product of dienst.
Studiebelasting
7 EC Colleges (zoals hoorcolleges, werkcolleges, practica, feedback) 2 EC Uit te voeren opdrachten 2EC Zelfstudie 3EC
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, practica, zelfstudie, werkgroep, veldonderzoek
Toetsing
3 EC: Individueel tentamen 2 EC: Leertaken
69
2 EC: Integrale opdracht Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard verschijnt.
Periode
4e
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Onno de Vegt
[email protected]
Opmerkingen
Geen
70
Onderwijseenheid
LBA111VN Je studie, je toekomst: oriëntatie op opleiding en beroep (voorheen PBA11)
Competenties
Zelfmanagement ( niveau 1 ) Functioneren in een organisatie ( niveau 1 )
Leerdoelen
Oriënteren op de opleiding en de mogelijke beroepen waarvoor de opleiding opleidt of te wel oriënteren op het persoonlijk ontwikkelingsplan Kennisnemen van en inzicht krijgen in basisbegrippen management en organisatie Kennisnemen van en inzicht krijgen in basisbegrippen marketing Kennisnemen van en inzicht krijgen in basisbegrippen bedrijfseconomie Kennisnemen van en inzicht krijgen in basisbegrippen logistiek Oefenen vaardigheden: presenteren; interviewen en Engels.
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Door middel van de werkveldoriëntatie ( vacatureopdracht; interview en gewenst CV ) krijg je een concreet beeld van de beroepen waarvoor de opleiding opleidt. Je krijgt intensieve ondersteuning op het gebied van communicatie. ( Leertaak wereldoriëntatie ) Door middel van hoor- en werkcolleges Management en Organisatie, Marketing, Financiering en Logistiek maak je kennis met het vakgebied bedrijfskunde. ( Leertaak bedrijfskunde ) Daarnaast krijg je een inleiding in de Engelse grammatica. ( Leertaak Engels ).
Studiebelasting
De module LBA111VN heeft in totaal 7 Ec’s, dit staat gelijk aan 196 studiebelastingsuren ( SBU ). Deze studiebelastingsuren zijn als volgt over de module verdeeld: 10. Colleges ( hoorcolleges, werkcolleges, oefenen vaardigheden , feedback ) 80 SBU 11. Tentamen 4 SBU 12. Posterpresentatie 4 SBU 13. Zelfstudie 108 SBU
Taal
Nederlandse taal
71
Werkvorm(en)
Hoor-, werkcolleges en zelfstudie
Toetsing
SIScode LBA111VN-A LBA111VN-B LBA111VN-C
Omschrijving Toets bedrijfskunde Poster/presentatie 2 Toets Engels
Ec’s 3 2
Voor nadere informatie wordt verwezen naar de studentenhandleiding op Blackboard .
Periode
Periode 1
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Herma Nieuwenhuis - NWH
[email protected]
Opmerkingen
72
Onderwijseenheid
LBA112VN Klantgericht denken (voorheen PBA12)
Competenties
Ondernemen (1) Onderzoeken (1) Informatie en communicatie (1)
Leerdoelen
Ingangseisen
Inhoud
Studiebelasting
De student is zich bewust van het feit dat een pro-actieve houding ten opzichte van klantwensen en behoeften essentieel is voor een succesvolle onderneming. Daartoe kan de student een eenvoudig onderzoek naar de tevredenheid van klanten over een product of dienst opzetten, uitvoeren en daarover rapporteren. Voor een dergelijk onderzoek is de student bekend met een aantal concepten over marketing en onderzoekstechniek, kan de student een beperkte set gegevens verzamelen, bewerken en analyseren m.b.v. SPSS, een samenvatting/onderzoeksposter in het Engels schrijven en is zich bewust van, en oefent de verschillende rollen tijdens een vergadering. Geen Bedrijven en organisaties bestaan alleen bij de gratie van tevreden klanten. Daarom dient men zich terdege bewust te zijn van de wensen en behoeften van de doelgroep die men bedient en regelmatig moeten nagaan, middels een klanttevredenheidsonderzoek of marktonderzoek, in hoeverre men in de ogen van die doelgroep hieraan tegemoet komt. 196 uur, waarvan: Hoor/werkcolleges Feedback en toetsing Groepswerk Zelfstudie
55 uur 28 uur 60 uur 53 uur
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Werkcolleges, hoorcolleges, groepswerk, feedback-bijeenkomsten, zelfstudie
Toetsing
LBA112VN LBA112VN-A LBA112VN-B LBA112VN-C
Klantgericht denken Klanttevredenheidsonderzoek Tentamen Marketing & Onderzoekstechniek Tentamen Statistiek
7.00 4.00
EC EC
2.00
EC
1.00
EC
Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt. Periode
Blok 3
Verplichte literatuur
Grondslagen van de Marketing; B. Verhage; 8e druk; ISBN 978-90-01817855; Basisboek Methoden en Technieken; Baarda en De Goede, 5e druk; ISBN 978-90-01807719; Onderzoek met SPSS en Excel; J. Smits & R. Edens; 3e druk; ISBN 9789043021692; Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
73
Contactpersoon / modulecoördinator
Eus Drent (DRE)
Opmerkingen
Bij de genoemde boeken zijn eerdere drukken ook bruikbaar. Bij Noordhoff Uitgevers heeft men met tweedehands boeken alleen geen toegang tot ondersteunend materiaal.
[email protected]
74
Onderwijseenheid
LBA112VNA Klantgericht denken (voorheen ADO-03 )
Competenties
Ondernemen (1) Onderzoeken (1) Informatie en communicatie (1)
Leerdoelen
De student is zich bewust van het feit dat een proactieve houding ten opzichte van klantwensen en behoeften essentieel is voor een succesvolle onderneming. Daartoe kan de student een eenvoudig onderzoek naar de tevredenheid van klanten over een product of dienst opzetten, uitvoeren en daarover rapporteren. Voor een dergelijk onderzoek is de student bekend met een aantal concepten over marketing en onderzoekstechniek en is zich bewust van, en oefent de verschillende rollen tijdens een vergadering.
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Bedrijven en organisaties bestaan alleen bij de gratie van tevreden klanten. Daarom dient men zich terdege bewust te zijn van de wensen en behoeften van de doelgroep die men bedient en regelmatig moeten nagaan, middels een klanttevredenheidsonderzoek of marktonderzoek, in hoeverre men in de ogen van die doelgroep hieraan tegemoet komt.
Studiebelasting
196 uur, waarvan: Hoor/werkcolleges Feedback en toetsing Groepswerk Zelfstudie
21 uur 13 uur 82 uur 80 uur
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Werkcolleges, hoorcolleges, groepswerk, feedback-bijeenkomsten, zelfstudie
Toetsing
LBA112VNA LBA112VNA-A LBA112VNA-B LBA112VNA-C
Klantgericht denken Klanttevredenheidsonderzoek Tentamen Marketing Presentatie i.c.m. deelname vergaderingen
7.00 4.00 2.00 1.00
EC EC EC EC
Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt. Blok 1
75
Periode
Verplichte literatuur
Grondslagen van de Marketing; B. Verhage; 7e druk; ISBN 978-90-01-76541-5; Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Eus Drent - DRE
[email protected]
Opmerkingen
76
Onderwijseenheid
LBA113VN Effectief Adviseren (voorheen PBA13)
Competenties
Plannen (1) Onderzoeken (1) Effectief omgaan met informatie en communicatie (1)
Leerdoelen
De fasen van een adviestraject (her)kennen; Een advies uit te brengen op basis van een adviesrapport waarvan de aanbeveling is weggelaten; Het volledige adviestraject uit te voeren, inclusief onderbouwend onderzoek en verslaglegging
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Deze module gaat over adviseren, en vooral mondeling adviseren. Als student leer je om op adequate wijze door middel van gesprekken de wensen en behoeften van een cliënt te inventariseren, via een onderzoek de mogelijkheden aan te geven, en vervolgens de cliënt te adviseren welk alternatief voor hem het beste kan zijn. Een cliënt kan variëren van een individu of organisatie, tot een bedrijf of overheidsinstelling. De module is op niveau1I, wat inhoudt dat je binnen een redelijk eenvoudige context kennismaakt met de verschillende aspecten die verbonden zijn met professioneel adviseren, zoals het voeren van een intake, het doen van een onderzoek en het plaatsen van je advies in een ethische context. Uiteraard moet het advies ergens over gaan. In deze module vormt kennis op het gebied van inkoop, de basis van het advies dat uitgebracht moet worden. Ook het gebruik van de Engelse taal en gebruik van Excel vormen onderdelen van deze module.
Studiebelasting
LBA113VN bestaat uit 7.00 ECTS Dit correspondeert met 196 SBU (7*28 SBU)
Dit wordt onderverdeeld in:
Taal
Adviseren: 3*28= 84 SBU Onderzoeken: 2*28= 56 SBU Vakkennis:2*28=56 SBU
Engels: eerste adviesgesprek en samenvatting verslaglegging
77
Nederlands : colleges, tweetal adviesgesprekken en verslaglegging
Werkvorm(en)
Groepswerk/zelfstudie Werkcollege Tutoruren Hoorcollege Practica
Toetsing LBA113VN LBA113VN-A LBA113VN-B LBA113VN-C
Effectief Adviseren Adviseren Onderzoek Vakkennis (toets)
7.00 3.00 2.00 2.00
EC EC EC EC
Zie voor nadere informatie het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt
Periode
Het eerste studiejaar: periode 2
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
F.G.T. Smit - SMF
[email protected]
Opmerkingen
78
Unit of study
LBA216VE (former HBA16E)
Competences
1. Entrepreneurship 2. Function in an organisation
Learning outcomes
The student is able to give meaning to the concept of Corporate Social Responsibility ( CSR ) The student is able to gather relevant information is a structured way The student is able to analyse a current situation in a business context The student is able to write an advise report for a client The students has a sufficient command of the English language, in verbal and in writing The student is able to give a presentation in the English language The student is able to discuss the main issues of his advice with the client The student is able to work in a team in order to deliver a good advice and report to the client The student is able to write a proposal for his research
Entry None requirements/prerequisites Content
Student workload
Language
In this unit the student will take notice of the concept of CSR based on the guidelines of ISO 26000 and the performance ladder based on ISO 26000. In the process of acquiring basic knowledge of CSR the student team will apply the concept in a realistic assignment from a company. The acquired knowledge of English and CSR will be applied in a report for the client. Furthermore the advice team will have a discussion with the client about the advice. In the process the students will present their CSR concept to the jury of a court. The team will explain and emphasise their concept of CSR to a jury. The jury will decide with the judge the quality of the explanation. Total work load HBA16E-A: The project plan HBA16E-B: Report, discussion and court session HBA16E-C : English skills
7 EC 1 EC 4 EC 2 EC
196 hours 30 hours 110 hours 56 hours
English
79
Teaching method(s)
Lectures Learning how to write a letter Guest lectures Project assignment and feedback Discussion with the client Presentation Court session
Examination
Assessment of the project plan; mark pass or fail Assessment of the advice report; mark 1 – 10 Assessment of the discussion; mark 1 – 10 Assessment of the English language; mark 1 – 10
Period
1st term in the first semester of the academic year It is a second year module
Mandatory literature
Guide line ISO 26000, digital available Performance ladder; digital available
Contact person
Drs. D. Boels
[email protected] Information on CSR will be recommended to students
Remarks
Additional reading Web sites Articles
The clients will be asked to explain their view on CSR from their company’s perspective Clients will be asked to be present at the final presentation and discussion The CSR assignment is connected to a company and will result in an advice to the company Lecturers will always refer to the most recent developments in CSR
80
Onderwijseenheid
LBA216VNA : Duurzaam (internationaal) ondernemen (voorheen ADO05)
Competenties
Ondernemerschap (niveau 1) Werken in een organisatie (niveau 1) Effectief omgaan met informatie en communicatie (niveau 1)
Leerdoelen
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Uit het bovenstaande blijkt duidelijk dat iedere professional in staat is om onafhankelijk en in groepen te functioneren op het vereiste niveau van de daarbij passende vaardigheden en competenties) competenties zou moeten hebben om om te gaan met economische, sociale en milieuontwikkelingen in een internationale omgeving. Dit vraagt om goed opgeleide personen, die in staat zijn om verschillende disciplines te integreren door het doen van een interdisciplinaire inspanning. Het zijn deze competenties die in deze module worden beoefend. Om dit te doen voorziet de module in een (vereenvoudigde) haalbaarheidsstudie van een project buiten Nederland (maar binnen de EU), waarvan het balanceren van People, Planet en Profit in een internationale context deel uitmaakt.
Studiebelasting
De module LBA216VNA heeft in totaal 7 Ec’s. 7 Ec’s komen overeen met 196 studiebelastingsuren ( 7 Ec x 28 SBU). Deze studiebelastingsuren zijn als volgt over de moduleonderdelen verdeeld: LBA216VNA-A: Projectverslag 84 SBU LBA216VNA-B: Projectvoorstel 56 SBU LBA216VNA-C: Nederlandse taalvaardigheden 56 SBU Totaal 196 SBU
Ondernemerschap (De student is in staat om activiteiten te initiëren die gericht zijn op het starten en opbouwen van een organisatie of het starten en implementeren van een project) en Werken in een organisatie (De student is in staat te werken in een multidisciplinaire en internationale omgeving en kan bijdragen aan het realiseren van doelen van de organisatie. In deze module werk je aan deze competentie door: Het schrijven en verdedigen van een business plan Het communiceren (mondeling en schriftelijk) van ideeën en opinies van een organisatie aan derden.
Het totaal aantal van 196 SBU is als volgt over de volgende categorieën verdeeld: 1. Colleges 42 SBU 2. Opdrachten 58 SBU 3. Zelfstudie 92 SBU 4. Gesprekken 4 SBU Totaal 196 SBU 81
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, werkcollege, groepswerk, zelfstudie en gesprekken.
Toetsing
Progress Omschrijving: code: LBA216VNA-A: Projectverslag LBA216VNA-B: Projectvoorstel LBA216VNA-C: Nederlandse taalvaardigheden
Ec’s: 3 2 2
Zie ook H 4: Beoordeling van de studenthandleiding LBA216VNA
Periode
3.
Verplichte literatuur
Geen
Contactpersoon/ modulecoördinator
T. Sijtsma, kamer B2.29 VHL e-mail adres:
[email protected]
Opmerkingen
Geen
82
Onderwijseenheid
LBA221VN Kennismanagement (voorheen HBA21)
Competenties
Organiseren (2), Leidinggeven (2), Eff. met informatie/communicatie (2)
Leerdoelen
De student is in staat om de 4e productiefactor “Kennis”, integraal in te zetten binnen het bedrijf. De student is zich ook bewust van de wisselwerking tussen omgeving organisatie mensen en kennis en weet daar op te anticiperen.
Ingangseisen
Propedeuse
Inhoud
Kennis is de bepalende factor geworden voor het competitief vermogen van een organisatie. Deze kennis is complex van aard en samengesteld uit een scala van specialismen. In deze module kijken naar 3 specialismen: ICT, Communicatie en Kennismanagement. Daarin gaan studenten aan de slag met een case uit het bedrijfsleven waarin innovatie en duurzaamheid een rol spelen.
Studiebelasting
7 EC = 196 SBU
40 uur college, 40 uur werken aan kleine leertaken in groepsverband, presentaties en bonusopdrachten zijn individueel: 50 uur werken aan integrale opdracht in teamverband ( 3-4 personen) ; opdracht uit werkveld. Afstemmen met opdrachtgever is daarbij cruciaal: bestudering literatuur: 66 uur
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, zelfstudie, werkgroep, werkcolleges
Toetsing
LBA221VN-A: Cases 2 EC LBA221VN-B: Groepswerk 2 EC LBA221VN-C: Tentamen 3EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
83
2
Verplichte literatuur
Syllabus wordt ieder jaar herzien dus raadpleeg het moduleboek eerst. Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Froukje Mosterman - GTF
[email protected]
Opmerkingen
Deze module kan ook interessant zijn voor niet- AB studenten die meer kennis over innovatie en werken aan projecten met het thema duurzaamheid willen hebben
84
Onderwijseenheid
Competenties
Leerdoelen
Module LBA223VNA Ondernemerstragie en verandermanagement (voorheen ADO06) Organiseren (1) Plannen (1) Ondernemen (1,2) Zelfmanagement (1) Na het met succes afsluiten van deze module, zijn studenten in staat om: 1. een willekeurige organisatie te analyseren op zijn sterkten en zwaktes 2. de externe omgeving van een organisatie te analyseren en eventuele kansen en bedreigen in het kader van toekomstige ontwikkelingen te beoordelen. 3. alternatieve strategieën te formuleren die creatief en innovatief zijn en ontwikkeld om op de lange termijn een verdedigbaar concurrentieel voordeel te behalen. 4. gebruik te maken van een aantal beslissings- en evaluatietechnieken teneinde een keuze te maken tussen strategische alternatieven. 5. een gemaakte keuze te vertalen naar actieplannen en programma’s met betrekking tot de strategische business units. 6. het inschatten van het veranderingsvermogen binnen een organisatie alsmede van de veranderingsbereidheid m.b.t. een bepaalde verandering. 7. na een diagnose van de huidige situatie een veranderingsstrategie te ontwerpen welke de daadwerkelijke realisatie van de geplande verandering maximaliseert 8. concrete interventiemethoden te ontwikkelen welke passen bij de gekozen veranderingsstrategie 9. als change-agent beargumenteerd een keuze te maken uit de mogelijke adviesrollen, adviesbenaderingen en adviesstijlen. Moeten studenten begrip hebben van: 1. de relatie tussen cultuur, structuur en strategie binnen een organisatie 2. de relatie tussen recente en huidige veranderingen in het gedrag en de structuur van organisaties en de ontwikkelingen die op internationaal niveau plaats vinden.
Ingangseisen Inhoud
PHG01 Management & Organisatie In de module wordt ingegaan op het strategische planningsproces. Welke fasen worden in het strategieformuleringsproces onderscheiden ? Welke tools zijn er en wanneer gebruik je waarom een bepaald model ? Wie is waar binnen organisaties verantwoordelijk voor strategieformulering ? Hoe wordt de vertaalslag tussen strategie en operationeel plan gemaakt ? Bovendien wordt aan dacht besteed aan het management van veranderingsprocessen. Hoe ontwerpt men 85
een flexibele organisatie? Hoe ziet een goed implementatieplan eruit? Studiebelasting
64 SBU waarvan: -
Taal
Werkvorm(en)
Toetsing
Hoorcollege 40 Zelfwerkzaamheid 24
SBU SBU
Nederlands In de hoorcolleges wordt de theorie toegelicht. In de studentenpresentaties wordt de theorie uitgediept en wordt aan de hand van cases een relatie gelegd tussen de theorie en de (gesimuleerde) praktijk. De verdeelsleutel in de module is : Studentenpresentaties moeten voldoende zijn. Zo niet, dan wordt 1 punt in mindering gebracht op de leertaken. Leertaken -
3 EC
Opdracht 1: Assessment opdracht 70 % Bestaat uit rapport plus individueel mondeling Opdracht 2: Interne en externe analyse bedrijf en confrontatie matrix 30 %
Bonusopdracht Biokas (niet verplicht) geeft maximaal 1 punt extra op casus gemiddelde. Individueel Tentamen
3 EC
Lessen managementvaardigheden
1 EC
Periode Verplichte literatuur
Contactpersoon/ modulecoördinator
Actief meedoen en 100% aanwezigheid
Periode 4 Syllabus genaamd Strategie & Verandermanagement nummer 08009 Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt. J. Duinstra
[email protected]
86
Educational Unit Competencies
LDV324VE International Farm Management (former HMV23E) I Strategic Planning V Optimisation management VII Direct a business VIII Develop and implement quality assurance systems IX Professionalization X Reflection Learning Targets The student: can record economic data and analyse them for improved management (I B) can draw up an analysis report and advice on basis of farm, animal and data inspection (V B) can draw up an implementation plan (V C) can convert business objectives in operational management (VII B) can direct personnel and manage change processes (VII C) can formulate norms and standards and adjust these for quality control or certification (VIII D) has insight in the development possibilities of professions (IX B) can differentiate between facts and opinions (X B) Entry The student has successfully completed the following modules (or qualifications equivalent to): - LDV215VN Voedervoorziening (Fodder supply for dairy farm) - LDV216VN Veevoeding en diergezondheid (Nutrition & Animal health on dairy farm) - LLB321VN Bedrijfsbeoordeling (Farm analysis & advice) (desirable) Content - Personnel management on primary agricultural businesses - Production management on large scale primary businesses - People and Culture - Financial management - Excursions - Practical on-farm assignments (national – international) - The complete course is offered and executed in the English language Study Load The module has a study load of 196 sbu, which are roughly divided as follows: - Personnel management: 60 - Production management: 60 - Financial management; 20 - Excursions; 56 Language English Working methods A mix of working methods is used in this module. - Lecture / tutorials - Workshop - Practical training - Working in project groups - Self-study Assessment - Personal Profile 2 EC - Quick Scan and Presentation on Work Visit 3 EC - Protocol and Instruction of Personnel 2 EC Period Period 4 (code B) (compulsory)Study To be determined material See always the most recent booklist and lecture notes list at Studentnet Contact person Klaas Bolding BLD;
[email protected]
87
Remarks
As international travel and stay is involved, additional costs for this module are estimated at € 400,- (on students account). For this module a minimum (8) and maximum (16) number of participants apply. Further selection will be applied based on prior experience (LDV215VN (HDV22), LDV216VN (HDV 23), LLB321VN (HLB 22), motivation letter and command of English language). Module is under revison; this may have implications for the content and execution of the module.
88
Module LIB301VE Corporate Social Responsibility Code (Formerly ISM01) Study year 3 Period Semester 2 Quinn Quadrant / Flexibility/external Professional role(s) Innovator role Professional product that During this module you have to make several assignments students deliver and / or on CSR professional tasks they and sustainability items. The long term assignment is to give perform a company advice concerning a CSR topic. Competencies International Business Awareness (level 2) addressed Ethical and corporate Responsibility (level 3) in module: Module coordinator: Froukje Mosterman Participants: Lecturer Ethics: Vincent Pompe Lecturer CSR: Dethmer Boels Lecturers Eco society studies Aim of the module:
In this module, business students learn to balance People, Planet and Profit in an international setting.
Learning objectives:
a) Learning about social, ethical and environmental issues in relation to the professional field; b) Surveying and objectively describing the interests of relevant stakeholders in society and those directly involved in the problem; c) Weighing the interests of stakeholders and describe the outcome objectively;
Entry requirements / prerequisites
150 ec’s of the bachelor course IBMS
Brief description of the subjects / contents in key terms:
Understanding corporate social responsibility: Stakeholder management Theories of ethics Environmental ethics The behavioural context Ethics and corporate social responsibility in a global context The business of human rights Civil society organizations Governing organizations Auditing and reporting social performance Managing ethics internally Responsibility in managing people and operations Environmental responsibility Giving back to society
Study materials:
Griseri, Paul and Seppala, Nina (20102). Business Ethics and Corporate Social Responsibility . First edition. Cengage Learning See always the most recent booklist and lecture notes list at Studentnet
89
Teaching and learning methods:
Credit structure
Team Work Supervision meetings with the company Lectures and workshops Reading and learning international books and journals about social, ethical and environmental issues in relation to the professional field LIB301VE-6A: Individual exam 2 EC LIB301VE-6B: Learning tasks 2 EC LIB301VE-6C: Project 3 EC
Testing and assessment:
A: Exam B: Task 1: case linked to part one of your book; frameworks Task 2: case linked to part two of modules / componentsyour book; context Task 3: case linked to part three of your book; processes C: Project Plan Project Report Discussion with the client
Relation to other IBMS modules/components
To be able to complete our feasibility study, you have to rely on the skills and competencies that you have acquired in the first and second year modules of IBMS. The acquired skills and competencies of this module can next be usefully applied in internationally oriented minors.
90
Module Code Study year Period Quinn Quadrant / Professional role(s) Professional product that students deliver and / or professional tasks they perform Competencies addressed in module:
Supply Chain Management LIB302VE/ISM02 (M13) 3 4 ???????
Module co-ordinator:
Oene Schriemer
Participants:
Marjolein Tijpens Peter Hendriksen
Aim of the module:
The aim of this module is to understand the need and complexity of supply chain management and to learn how to co-ordinate marketing, distribution, logistics, purchasing and ICT in the total supply chain. Students have acquired insight in various agri/nutri chains and are capable of an integral approach of the logistic and marketing problems within these chains. This implies they are acquainted with and can apply the various preconditions from other disciplines which influence logistics and marketing. students know the success factors of chain integration students know the various forms of chain integration students know the bottlenecks with respect to chain integration students are capable of recognising the possibilities of chain integration students know the logistical concepts of ECR en Comakership and are able to test the application possibilities students know the marketing concepts of ECR and are able to test the application possibilities
Learning objectives:
Entry requirements / prerequisites Brief description of the subjects / contents in key terms:
Chain analysis and recommendation plan for improvement
International Supply Chain Management (level 3) Business Processes & Change Management (level 2) Planning and organising (level 2)
150 ec’s of the bachelor course IBMS Supply Chain Management (SCM) is a concept in which various links in a chain cooperate closely to achieve better results, such as a better service for the customer and a reduction of the total costs within the chain, particularly logistics costs. In a number of (guest) lectures topical subjects which play an important role in chain collaboration will be addressed. With the help of various cases from the agri-food business, problems concerning logistics and marketing will be addressed. These cases will not only deal with chain aspects as regards content, but also with the process
91
aspects as regards chain collaboration. Study materials:
All course materials will be placed on Blackboard under Course Documents.
Teaching and learning methods:
lecture, course work, practical (simulation), independent study, tutorial/seminar, excursion
Credit structure total
LIB302VE-A Individual exam 3 ec LIB302VE-B Chain description and analysis 4 ec
Testing and assessment:
Report chain description and analysis Exam SCM
Relation to other IBMS modules / components
Marketing, Management, Logistics and Accounting
92
Module Code Study year Period Quinn Quadrant / Professional role(s) Professional product that students deliver and / or professional tasks they perform Competencies addressed in module:
Project LIB303VE/ISM03 (M14) 3 4 ???????
Module co-ordinator:
Oene Schriemer
Participants:
Froukje Mosterman Korrie Hoekstra
Aim of the module:
The aim of this module is that students can carry out a research and translate the outcome into a practical application. At the end of the module the student will be able to
Learning objectives:
Project plan Project report Research plan Project proposal Research Management (level 3) Planning and organising (level 3)
1. 2. 3. 4.
write a research proposal; conduct a research study; write a research report; evaluate and assess research conducted by others on the basis of reports and articles.
Entry requirements / prerequisites
150 ec’s of the bachelor course IBMS
Brief description of the subjects / contents in key terms:
The content of the module depends on the assignment of the company. Most of the time it has to do with sustainability and supply chains.
Study materials:
All course materials will be placed on Blackboard under Course Documents.
Teaching and learning methods:
lecture, course work, practical (simulation), independent study, tutorial/seminar, excursion
Credit structure total
LIB303VE-A Project report and presentation 6 ec LIB303VE-B Management game 1 ec
Testing and assessment:
Report project Presentation project Financial report for management game Presentation management game All other modules, but most LIB301VE/ISM01 and LIB302VE/ISM02
Relation to other IBMS modules / components
93
LLB102: gereserveerd. Komt nog van landbouwdocent
94
LLB105: gereserveerd. Komt nog van landbouwdocent
95
LLB211: Gereserveerd. Komt nog van landbouwdocent
96
LLB212VN: Gereserveerd. Komt nog van landbouwdocent
97
Onderwijseenheid
LLB213VN Research Management (voorheen HLB15)
Competenties
III.
Leerdoelen
De student kan na het volgen van deze module: 1) een onderzoeksvoorstel schrijven 2) een dataset analyseren (opleidingsspecifiek) 3) een onderzoeksrapport schrijven
Ingangseisen
Opzetten en uitvoeren toegepast onderzoek (niveau 2)
Kennis van beschrijvende statistiek en basiskennis schatten en toetsen. Basiskennis van wiskundige functies (b.v. lineair, exponentieel, logaritmisch en macht) Vaardigheid met het programma SPSS (onderdeel ). Elementaire kennis van onderzoekmethodologie is gewenst. Deze kennis kan opgedaan worden bij LLB101VN en LLB102VN, waarbij gebruik gemaakt wordt van: Dictaat Basisstatistiek 11013 Vaardigheden op het gebied van verslaglegging en het gebruik van de tekstverwerker Word. Vaardigheden in het zoeken naar relevante onderzoeksliteratuur.
Inhoud
Trefwoorden / keywords Onderzoeksvoorstel Onderzoeksfasering Probleembeschrijving Doelstelling Onderzoeksvragen Onderzoekstype (beschrijvend, explorerend, toetsen) Onderzoeksontwerp (experiment, survey, casestudy) Populatie/steekproef Dataverzamelingsmethode (interviewen, observeren, meten) Meetinstrument Data-analyse Onderzoeksrapportage Betrouwbaarheid Validiteit Controleerbaar operationaliseren van begrippen Schatten van parameters Toetsen van hypothesen Meervoudige analysetechnieken Item-analyse Opstellen en verwerken van vragenlijsten Inhoud / contents Onderzoek vervult een belangrijke plaats in de huidige samenleving. Dit vindt men terug in de verschillende opleidingen, zoals die aan Van Hall Larenstein worden verzorgd. Veel kennis die de student wordt aangeboden, is het resultaat van onderzoek. Bovendien zal de student dikwijls zelf onderzoek uitvoeren bij verschillende onderdelen van de studie: bij sommige modules, tijdens stages en vooral bij het afstudeerwerk.
98
Onderzoek is veelal een ingewikkelde en complexe aangelegenheid. Om de denk- en werkwijze te structureren wordt onder anderen gebruik gemaakt van een fasering, die het gehele onderzoekstraject in een aantal samenhangende stukken verdeelt. In het kort komt het neer op drie fasen met bijbehorend beroepsproduct: 1) plannen van onderzoek, product: onderzoeksvoorstel; 2) uitvoeren van het onderzoek, product: data set; 3) rapporteren onderzoek, product onderzoeksrapport. Je zult als student in de rol van onderzoeker het gehele onderzoekstraject doorlopen en door het uitvoeren van de leertaken binnen de module de genoemde beroepsproducten opleveren. Studiebelasting
7 ECTS – 196 SBU LT1: College (HC,PR,Bespreking, Tentamen) 12 SBU Zelfstandig werken 24 SBU Leren (her)tentamen 20 SBU LT2: College (HC,PR,Casus,Bespreking) Zelfstandig werken
19 SBU 65 SBU
LT3: College (Excursie,Bespreking) Zelfstandig werken
6 SBU 50 SBU
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Leertaak1 (Beoordelen van een opleidingsspecifiek onderzoeksrapport) Ondersteunende theorie via hoor/werk colleges. In groepen van 6 feedback geven op elkaars ingevulde checklist Leertaak 2 (Analyse van een dataset en rapportage) Ondersteunende theorie via hoor/werk colleges Per duo een dataset analyseren en de resultaten rapporteren. Feedback door een begeleidende docent. Leertaak 3 (Schrijven onderzoeksvoorstel) Per 4 personen een onderzoekvoorstel schrijven voor een zelf gekozen probleem. Feedback door een begeleidende docent.
Toetsing Periode
Toets 1 (Onderzoeksmethodologie) 2 credits Toets 2 (Data-analyse en onderzoeksrapport) 3 credits Toets 3 (Onderzoeksvoorstel) 2 credits zie het jaarrooster
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon
Jan van Delden
99
Opmerkingen
Het behalen van deze module is voor studenten LB een vereiste vóórdat aan de projectstage of het afstudeertraject wordt begonnen.
100
Onderwijseenheid LLB321VN BEDRIJFSBEOORDELING (voorheen HLB22) I. Opstellen strategisch plan (niveau 3) Competenties IV. Vermarkten producten en diensten (niveau 3) V. Optimaliseren bedrijfsvoering (niveau 3) VI. Voorlichten en adviseren (niveau 3) Leerdoelen Overzicht en inzicht verkrijgen in de systematiek van bedrijfsbeoordeling in relatie tot managementbeslissingen. Zicht krijgen op het waarvoor, wat, wanneer en hoe van een oordeelsvorming over een bedrijfs(onderdeel). Concreet kunnen uitvoeren in de praktijk. Ingangseisen Verondersteld wordt dat je redelijk op de hoogte bent met de belangrijkste bedrijfsprocessen op een primair agrarisch melkvee- / akker/tuinbouwbedrijf, weet wat het begrip “bedrijfsmanagement” inhoudt en dat je de belangrijkste bedrijfseconomische kengetallen op volgorde kunt plaatsen. Daarnaast is interesse in de theoretische achtergrond van belang en het overweg kunnen met Excel. Inhoud Bedrijfsmanagement/bedrijfsvoering/bedrijfsbeheer kent een 3-tal invalshoeken, namelijk: 1. Managementterreinen, zoals productie (veeteelt & gewasteelt), marketing (toelevering & afzet) en financiering (bezittingen & schulden). 2. Managementtermijnen, zijnde verleden (bedrijfsevaluatie), heden (bedrijfsinpassing) en toekomst (bedrijfsplanning). Samen ook wel de managementcyclus genoemd. 3. Managementtoetsing door middel van bedrijfsvergelijking, voor de bedrijfsbeoordeling. Bij evaluatie is dit toetsen aan interne bedrijfswaarden (streefwaarden of voorafgaande boekjaren) en/of aan externe normwaarden of groepsgemiddelden. Bij planning is dit toetsen een basisbegroting (het bedrijfsplan “ga zo door”). Bij inpassing gaat het vooral om een toetsing van de bedrijfsuitrusting en –uitvoering.
Het bedrijfsonderzoek bestaat uit een 5-tal thema’s, namelijk: 1. Omgevingsverkenning, voor het opsporen van kansen en bedreigingen vanuit de omgeving (technologie, markt, overheid, etc.) van het bedrijf. 2. Bedrijfsevaluatie, voor het opsporen van de zwaktes & sterktes in de bedrijfsvoering. Dit gebeurt met interne en/of externe bedrijfsvergelijking voor de trend en/of positiebepaling. Daarbij wordt eerst de onderneming beoordeeld aan de hand van een bedrijfsanalyse (opsporen van klachten & prachten) en daarna de ondernemer aan de hand van een bedrijfsdiagnose (opsporen van zwaktes & sterktes in het management). 3. Basisbegroting (structureel & actueel), waarbij bedrijfssaldo, bedrijfswinst en verandering in solvabiliteit en liquiditeit wordt berekend. 4. Bedrijfsplanning, waarbij planvorming met behulp van de SWOT-matrix plaatsvindt, wat een bedrijfsuitvoeringsplan (BUP) en een bedrijfsontwikkelingsplan (BOP) oplevert. 5. Bedrijfsverkenning, waarbij de bedrijfssituatie in het heden wordt bekeken en in het gesprek met de bedrijfsvoerder aanvullingen/aanpassingen worden opgespoord voor het verkrijgen van meer draagvlak voor de gekozen bedrijfsplannen.
Het bedrijfsadvies bestaat een 3-tal stappen, namelijk: 1. Planvorming met de aangepaste SWOT-matrix naar aanleiding van de bedrijfsverkenning. 2. Planbegrotingen voor de gekozen BUP en BOP, inclusief
101
Studiebelasting
Taal Werkvorm(en)
Toetsing
Periode Verplichte literatuur
Contactpersoon Opmerkingen
risicoverkenningen. 3. Plan beslissing, inclusief een actieplan (maatregelen) als het plan wordt aanbevolen. De module heeft een omvang van 200 sbu - Bedrijfsonderzoek 100 - Bedrijfsadvies 100 Nederlands Planmatig werken met eigen verantwoordelijkheid. Groepsgewijze uitvoering (max. 4 personen), waarbij wekelijks formeel werkoverleg plaatsvindt met begeleiding. Korte klassikale toelichting per thema, waarbij inhoudelijke vragen gesteld kunnen worden. Meerdere gastsprekers ter ondersteuning en illustratie van diverse aspecten m.b.t. de opdracht. 1. Proces & product (1EC). 2. Onderzoeksverslag (2 EC). 3. Adviesrapport + Adviesgesprek (4 EC). zie het jaarrooster Vakbladen doornemen voor informatie over het onderwerp “bedrijfsbeoordeling en advies”. Nieuwsgierig zijn naar de diensten en productinformaties van relevante organisatie/instellingen, zoals o.a. accountantskantoren , adviseurs, belangenbehartiging, financiers, etc., etc. Klaas Bolding;
[email protected]
102
Onderwijseenheid
Competenties
Leerdoelen
LLG102VN Leeronderneming (voorheen PHG02)
organiseren (1) leidinggeven (1) beheersen (1) ondernemen (1).
De student leert ( beter):
Opstellen ondernemingsplan Boekhouding voeren Samenwerken in teams Leidinggeven aan onderneming Inzetten social media Wiskunde
Ingangseisen
geen
Inhoud
In een multidisciplinair team bedenken studenten een onderneming. Ze zetten die onderneming op en laten die ondernemen draaien. De ondernemingscontext is de agri- en /of foodsector en ook andere sectoren waar de studenten succesvol in denken te kunnen ondernemen.
Studiebelasting
7 EC 1. Ingeroosterde uren (hoorcolleges, werkcolleges, practica, feedback, tutoruur): 26 uur 2. Uit te voeren opdrachten: 140 uur 3. Zelfstudie: 30 uur
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, zelfstudie, werkgroep
Toetsing
Verslag en presentatie: 4 EC Samenwerken in team: 2 EC Tentamen Wiskunde: 1 EC
Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
Deze onderwijseenheid wordt aangeboden in de derde periode van het eerste jaar
103
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Clementine van Muijen - MUI
[email protected] Korrie Hoekstra - HKS
[email protected]
Opmerkingen
104
Onderwijseenheid
LLG114VN Communiceren van beleid (voorheen PBA14)
Competenties
plannen (2) controleren (2) organiseren (2) leiding geven (2)
.
Leerdoelen
1. Voor het maken van een beleidsplan: a. Concepten: Beleidsontwikkeling Besluitvormingsprocessen Beleidscyclus Beleidsinstrumenten (wet en regelgeving, financiële instrumenten, communicatie en voorzieningen treffen) en hun werking. b. Vaardigheden in engere zin: Selecteren van informatie Gestructureerd brainstormen Vergaderen Schrijven van een beleidnotitie. 2. Voor het maken van een communicatieplan en communicatiemiddelen: a. Concepten: Communicatiedoelen Rol van zender en ontvanger Doelgroepen, doelgroepsegmentatie Kiezen van media en methoden Ontwerptechnieken Communicatieonderzoeksmethoden om te pretesten en te evalueren. b. Vaardigheden in engere zin: SMART- doelen formuleren Argumenteren Debatteren Creativiteitstechnieken toepassen bij ontwerpen Planmatig en doelgroepgericht schrijven Redigeren van teksten Presenteren.
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Studiebelasting
Tijdens de module Communiceren van beleid maakt de student een beleidsplan, het bijbehorende communicatieplan en bijpassende communicatiemiddelen. De inhoud van het beleid heeft betrekking op kwaliteitsbeleid. 7 EC = 196 SBU
105
1. Ingeroosterde uren (hoorcolleges, werkcolleges, feedback): 23 uur 2. Uit te voeren opdrachten: 120 uur 3. Zelfstudie: 53 uur
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Hoorcollege, werkcolleges, zelfstudie, werkgroep
Toetsing
1. formuleren van beleid: 2 EC 2. planmatig communiceren: 2 EC 3. toets over het geheel: 3 EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
Deze module wordt aangeboden in de vierde periode van het eerste jaar.
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Korrie Hoekstra - HKS
[email protected]
Opmerkingen
106
Onderwijseenheid
LLG201VN Management en organisatie (voorheen PHG01)
Competenties
Competenties: organiseren (2), leidinggeven (2), beheersen (1)
Leerdoelen
De student is in staat om van een bedrijf in een bepaalde situatie een beschrijving en analyse te maken, zodat met behulp van deze 'bedrijfsdoorlichting' hij/zij aanbevelingen kan doen die de effectiviteit en de efficiëntie van het bedrijf zullen bevorderen. Beschrijven, analyseren, integreren, adviseren en evalueren met behulp van bepaalde bedrijfskundige instrumenten, modellen, concepten en theorieën.
Ingangseisen
geen vereiste, wel gewenst: ervaring met organisaties (stage of werk)
Inhoud
Naast de aansturing van je eigen afdeling krijg je als (midden)manager te maken met veel onderwerpen die betrekking hebben op het functioneren van je gehele organisatie, de besturing en het management ervan. Denk maar eens aan samenwerking met andere afdelingen, productontwikkeling, beloningstructuren, medezeggenschap, kwaliteitszorg overnames, samenwerkingsverbanden etc. In het managementteam/pilotgroep wordt een bijdrage van je verwacht aan de ontwikkeling van de gehele organisatie. Een helikopterview (inzicht en overzicht van het geheel) is daarbij van essentieel belang. In de taken wordt dit gestuurd door uit te gaan van de samenhang van de externe afstemming (welke mogelijkheden heeft de organisatie gezien de externe omgeving), de structurering (hoe moet ik mijn organisatie structureren) en de interne afstemming (hoe kan dat met alle betrokkenen zo goed mogelijk worden vorm gegeven). In deze module zul je met 3 collega’s (managementteam/pilotgroep) een analyse uitvoeren en een advies opstellen voor de ontwikkeling van een organisatie. Bij de eerste 3 kleinere taken is je organisatie gegeven en voor de 4e grotere taak kun je zelf een organisatie kiezen Daarnaast worden verschillende managementvaardigheden geoefend met behulp van rollenspelen en opdrachten.
Studiebelasting
7 EC = 196 SBU 40 uur college (waaronder 12 uur managementvaardigheden training), 40 uur werken aan kleine leertaken in groepsverband en houden van presentaties 50 uur werken aan grote leertaak in teamverband ( 3-4 personen) : opdracht uit werkveld. Afstemmen met opdrachtgever, interview doen en rapport schrijven 107
bestudering literatuur: 66 uur
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, practica, zelfstudie, werkgroep, veldonderzoek
Toetsing
LLG201VN-A: Man. & organisatie tentamen 2 EC LLG201VN-B: Managementvaardigheden 1 EC LLG201VN-C: M&O taak 4 EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
4
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Froukje Mosterman - GTF
[email protected]
Opmerkingen
Deze module is de basis van vervolgvakken op het gebied van management. Ook voor niet-BAB studenten is deze module qua niveau zeer toegankelijk en nuttig aangezien iedereen in zijn werk met organisaties te maken krijgt.
108
Onderwijseenheid
LLG201VNA Management en organisatie (voorheen ADO04)
Competenties
organiseren(1), beheersen(1), werken in arbeidsorganisatie(1,2), zelfmanagement(1).
Leerdoelen
De student is in staat om van een bedrijf in een bepaalde situatie een beschrijving en analyse te maken, zodat met behulp van deze 'bedrijfsdoorlichting' hij/zij aanbevelingen kan doen die de effectiviteit en de efficiëntie van het bedrijf zullen bevorderen. Beschrijven, analyseren, integreren, adviseren en evalueren met behulp van bepaalde bedrijfskundige instrumenten, modellen, concepten en theorieën.
Ingangseisen
Geen vereiste, wel gewenst: ervaring met organisaties (stage of werk)
Inhoud
Bij de aansturing van je eigen bedrijf krijg je al te maken met veel onderwerpen die betrekking hebben op het functioneren van je organisatie, de besturing en het management ervan. In een grote onderneming is het nog veel complexer. Denk maar eens aan samenwerking tussen afdelingen, productontwikkeling, beloningsstructuren, medezeggenschap, kwaliteitszorg, overnames etc. Een helikopterview (inzicht en overzicht van het geheel) is daarbij van essentieel belang. In de taken wordt dit gestuurd door uit te gaan van de samenhang van de externe afstemming (welke mogelijkheden heeft de organisatie gezien de externe omgeving), de structurering (hoe moet ik mijn organisatie structureren) en de interne afstemming (hoe kan dat met alle betrokkenen zo goed mogelijk worden vorm gegeven). In deze module zul je zelfstandig analyses uitvoeren en een advies opstellen voor de ontwikkeling van organisaties. Ook kijk je naar hoe je je eigen agrarische onderneming beter kunt managen. Hoe kun je taken effectiever en efficiënter uitvoeren? Waar zijn innovaties mogelijk? Daarnaast worden verschillende managementvaardigheden geoefend, via rollenspelen en opdrachten.
Studiebelasting
7 EC = 196 SBU 40 uur college (waaronder 12 uur managementvaardigheden training en een excursie), 40 uur werken aan individuele kleine leertaken (vaak gerelateerd aan eigen bedrijf) en het houden van presentaties 50 uur werken aan grotere leertaken zoals de arbeidsfilm en de rapportage hiervan bestudering literatuur: 66 uur
109
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, practica, zelfstudie
Toetsing
LLG201VNA-A: Man. & organisatie tentamen 2EC LLG201VNA-B: Managementvaardigheden 1EC LLG201VNA-C: Taak M&O 4 EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
2
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Froukje Mosterman - GTF
[email protected]
Opmerkingen
110
Onderwijseenheid
Competenties
LLG218VN Internationale Handel (voorheen HLB18 )
plannen (2) beheersen (2) organiseren (2) leiding geven (2)
Leerdoelen
Overzicht en inzicht krijgen in de complexiteit van internationale handelsactiviteiten. Daarnaast heeft deze module als doel om studenten vaardigheden op het terrein van verkoop bij te brengen.
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Studiebelasting
Tijdens de module Internationale Handel maakt de student een export/beleidsplan gericht op een product en bedrijf in Europa, voor een land buiten Europa. De studenten krijgen verkooptechniek lessen.
7 EC = 196 SBU 1. Ingeroosterde uren (hoorcolleges, werkcolleges, feedback): 60 uur 2. Uit te voeren opdrachten: 90 uur 3. Zelfstudie: 46 uur
Taal
Nederlands Wel Engelstalig boek en Engelse workshops.
Werkvorm(en)
Hoorcollege, werkcolleges, zelfstudie, werkgroep.
Toetsing
LLG218VN-A LLG218VN-B LLG218VN-C
Export/Beleid plan: Tentamen: Verkooptechniek
3 EC 2 EC 2 EC
Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
Verplichte literatuur
Deze module wordt aangeboden in de vierde periode.
Oskam, Meester & Silvis. (2011) EU Policy. Wageningen Academic Publishers
111
Ten Dam, Wierda & Tuenter (2010) Verkopen (2e ed.). Pearson Education. Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Peter Hendriksen – HNR
[email protected]
Opmerkingen
Samen met studenten van TA,DG en MV van landbouw
112
Onderwijseenheid
LLG221VN Bedrijfseconomie (voorheen HHG21)
Competenties
Beheersen (niveau 2) Conceptualiseren (niveau 2) Effectief omgaan met informatie en communicatie (niveau 2)
Leerdoelen
Conceptuele leerlijn: De berekening van de volgende beroepsproducten/ concepten binnen de leertaken financiering en management accounting: Financiering – kosten eigen vermogen en/of vreemd vermogen; – ratio’s liquiditeit-, solvabiliteit- en rentabiliteit; – optimaliseren financieringskosten; – investeringsselectie; – financiële markten Management accounting – kosten versus uitgaven, opbrengsten versus ontvangsten; – kostenverbijzondering; – verschillenanalyse; – kostprijs; – budgettering; – break-even point. Vaardigheden: rekenvaardigheid; oorzaak gevolg redenatie kunnen leggen; basisvaardigheden spreadsheet computerprogramma Excel.
Ingangseisen
Propedeuse
Inhoud
In de bedrijfseconomie wordt getracht deze verschijnselen te verklaren en eventueel te voorspellen. Verder wordt bekeken hoe in bepaalde situaties, economisch gezien, het best gehandeld kan worden. Het gebruik van spreadsheets kan een handig hulpmiddel zijn bij het nemen van bedrijfseconomische beslissingen. Vrijwel alle belangrijke ondernemingsbeslissingen zijn tegenwoordig gebaseerd op financiële keuzes. Als ondernemer, beleidsverantwoordelijke of intraveneus staat men dagelijks voor belangrijke strategische keuzes die onderbouwd moeten worden met financiële analyses. In deze module komen aan de orde welke gegevens relevant zijn en welke financiële modellen en ratio’s gebruikt worden bij de bedrijfsvoering.
Studiebelasting
De module LLG221VN heeft in totaal 7 Ec’s. 7 Ec komt overeen met 196 studiebelastingsuren ( 7 Ec x 28 SBU). Deze studiebelastingsuren zijn als volgt over de module onderdelen verdeeld: LLG221VN-A: Opdrachten 84 SBU LLG221VN-B: tentamen Financiering 56 SBU LLG221VN-C: tentamen Management Accounting 56 SBU Totaal 196 SBU
113
Het totaal aantal van 196 SBU is als volgt over de volgende categorieën verdeeld: 1. Colleges 70 SBU 2. Opdrachten 50 SBU 3. Zelfstudie 72 SBU 4. Tentamens 4 SBU Totaal 196 SBU Taal
Nederlandse taal
Werkvorm(en)
hoorcollege, werkcollege, computerpracticum en zelfstudie.
Toetsing
Progress Omschrijving: code: LLG221VN- A opdrachten LLG221VN- B tentamen Financiering LLG221VN- C tentamen Management accounting
Ec’s: 3 2 2
Zie ook H6: Toetsing van de studenthandleiding LLG221VN Periode
Periode 2
Verplichte literatuur
Titel boek: “Basisboek Bedrijfseconomie”; Druk: 9e druk; Schrijvers: P. de Boer, M.P. Brouwers en W. Koetzier; Uitgever: Noordhoff Uitgevers, Groningen/ Houten; ISBN: 978-90-01-79788-1; Richtprijs: € 69,95 (jan. 2014) Titel boek: “Basisboek bedrijfseconomie opgaven”; Druk: 9e druk; Schrijvers: P. de Boer, M.P. Brouwers en W. Koetzier; Uitgever: Noordhoff Uitgevers, Groningen/ Houten; ISBN: 978-90-01-79776-8; Richtprijs: € 39,95 (jan. 2014) Titel boek: “Basisboek bedrijfseconomie uitwerkingen”; e Druk: 7 druk; Schrijvers: P. de Boer, M.P. Brouwers, W. Koetzier en O. Leppink; Uitgever: Noordhoff Uitgevers, Groningen/Houten; ISBN: 978-90-01-79777-5 Richtprijs: € 24,95 (jan. 2014) Verkrijgbaar reprografische dienst VHI: – Titel: ‘Excel voor Bedrijfseconomie’ – repronummer 11009, verkoopprijs € 1,30. Zie ook voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
T. Sijtsma, kamer B2.29 VHL e-mail adres:
[email protected] 114
Opmerkingen
Geen.
115
Onderwijseenheid
LLG221VNA Agrarisch ondernemerschap (voorheen ADO01)
Competenties
Organiseren ( niveau 2 ) Onderzoeken ( niveau 1 ) Ondernemen ( niveau 2 )
Leerdoelen
Je kunt samen met een ondernemer ( medestudent )een strategisch plan opstellen, dit plan schriftelijk vastleggen en dit plan in een spiegelgesprek aan de ondernemer presenteren Je bent in staat op basis van de Leitools; swot en confrontatiematrix en creativiteitstechnieken een strategie te bepalen en deze financieel door te rekenen
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Een medestudent begeleidt je in het strategisch managementproces, met als einddoel het formuleren van een strategisch plan. Eerst ga je op zoek naar de missie, de visie, de kritische succesfactoren en de doelstellingen. Vervolgens analyseer je de Ondernemer, de Onderneming en de Omgeving. Kortom je brengt de huidige situatie in beeld om vervolgens op zoek te gaan naar de gewenste situatie. Daarbij gebruik je hulpmiddelen van het LEI. Interactief bepaal je samen met de ondernemer de gewenste situatie ( 2 strategische opties ) en je rekent deze strategieën door. Je gaat vervolgens via een andere methode, een creatief denkproces, ook een strategie bedenken. Deze reken je ook door. Je maakt uiteindelijk een keuze welke strategie voor de ondernemer, de onderneming en de omgeving het beste is. Dit alles leg je vast in een verslag (strategisch managementrapport). Tijdens het eindgesprek met de ondernemer bepaal je interactief de “beste” strategie. De uitkomsten van de analyse van de ondernemer, de onderneming en de omgeving en (uiteraard) het plan wordt dus gepresenteerd (in de vorm van een spiegelgesprek) aan de ondernemer. Het spiegelgesprek en het eindrapport (SMR) worden elk met een cijfer beoordeeld. Halverwege de module presenteer je aan je medestudenten de bevindingen tot dan toe en deze presentatie wordt eveneens beoordeeld met een cijfer.
Studiebelasting
De module LLG221VNA heeft in totaal 7 Ec’s, dit staat gelijk aan 196 studiebelastingsuren ( SBU ). De studiebelastingsuren zijn als volgt over de module verdeeld: 1. Colleges ( zoals hoorcolleges; gastcolleges; workshops
116
en feedbackgesprekken ) 2. Presentaties en eindgesprek 3. Werken aan opdracht ( SMR )
( 50 SBU ) ( 6 SBU ) ( 140 SBU )
Taal
Nederlandse taal
Werkvorm(en)
Hoor-, gast- en feedbackcolleges; workshops; spiegelgesprekken; brainstormsessies; omgevingsonderzoek en zelfwerkzaamheid
Toetsing
Progresscode ADO1-A ADO1-B ADO1-C
Omschrijving Presentatie Eindrapport Spiegelgesprek
Ec’s 2 3 2.
Zie voor nadere informatie het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt
Periode
Periode 2 ADO rooster ( regulier periode 4 )
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Herma Nieuwenhuis - NWH
[email protected]
Opmerkingen
117
Onderwijseenheid
LLG222VN Agrarisch ondernemerschap
Competenties
Organiseren ( niveau 2 ) Onderzoeken ( niveau 2 ) Ondernemen ( niveau 2 )
Leerdoelen
Je kunt samen met een ondernemer een strategisch plan opstellen, dit plan schriftelijk vastleggen en dit plan in een spiegelgesprek aan de ondernemer presenteren Je bent in staat op basis van de Leitools; swot en confrontatiematrix; creativiteitstechniek en scenarioplanning een strategie te bepalen en deze financieel door te rekenen Je kunt reflecteren op jouw ondernemerscompetentie en op het groepsproces
Ingangseisen
Voldoende Ec’s behaald om door te stromen in jaar 2 van je opleiding
Inhoud
Samen met twee medestudenten begeleid je een ondernemer in het strategisch managementproces, met als einddoel het formuleren van een strategisch plan voor deze ondernemer. Eerst ga je op zoek naar de missie, visie, de kritische succesfactoren en de doelstellingen. Vervolgens analyseer je de Ondernemer, de Onderneming en de Omgeving. Kortom je brengt de huidige situatie in beeld. Vervolgens maak je een SWOT- analyse en op basis van de confrontatiematrix formuleer je strategische opties. Je gaat dus op zoek naar de gewenste situatie. Daarnaast gebruik je hulpmiddelen van het LEI, die ook de huidige situatie in beeld brengen en die ook strategische opties in kaart brengen. Interactief bepaal je samen met de ondernemer de gewenste situatie ( 2 strategische opties ) en je berekent deze strategieën door. Je laat vervolgens de analyses los en je gaat via een creatief denkproces een creatieve strategie bepalen. Deze reken je ook door. Je maakt uiteindelijk een keuze welke strategie voor de ondernemer, de onderneming en de omgeving het beste is en je stelt voor deze strategie een implementatieplan op. Je gaat op zoek naar het worst case scenario en je geeft aan hoe de ondernemer hier op in kan spelen. Dit alles leg je vast in een verslag. Tijdens het eindgesprek met de ondernemer presenteer je interactief (spiegelgesprek)) het proces tot strategische planvorming en de te volgen strategie. Tijdens de module werk je individueel aan een ondernemerscompetentie, je vraagt feedback aan je medestudenten en je geeft een reflectie op het groepsproces.Het proces leg je vast in verslagvorm.
118
Studiebelasting
De module LLG222VN heeft in totaal 7 Ec’s, dit staat gelijk aan 196 studiebelastingsuren ( SBU ) Deze studiebelastingsuren zijn als volgt over de module verdeeld: 4. Colleges ( zoals hoorcolleges, gastcolleges, workshops en feedbackgesprekken ) ( 35 SBU ) 5. Presentaties en eindgesprek ( 5 SBU ) 6. Op stellen strategisch plan ( 100 SBU ) 7. Werken aan ondernemerscompetentie ( 56 SBU )
Taal
Nederlandse taal
Werkvorm(en)
Hoor-, gast en feedbackcolleges; workshops; spiegelgesprekken; brainstormsessies; omgevingsonderzoek en teamwerk
Toetsing
Progresscode LLG222VN- A LLG222VN- B LLG222VN- C
Omschrijving Competentie-opdracht Strategisch plan Eindgesprek
Ec’s 2 3 2
Voor eventuele nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard verschijnt.
Periode
Periode 1 en 3
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Herma Nieuwenhuis
[email protected]
Opmerkingen
119
Onderwijseenheid LLG222VNA BEDRIJFSBEOORDELING (voorheen ADO02) I. Opstellen strategisch plan (niveau 3) plannen Competenties IV. Vermarkten producten en diensten (niveau 3) organiseren V. Optimaliseren bedrijfsvoering (niveau 3) onderzoeken VI. Voorlichten en adviseren (niveau 3) effectief omgaan met informatie en communicatie Leerdoelen Overzicht en inzicht verkrijgen in de systematiek van bedrijfsbeoordeling in relatie tot managementbeslissingen. Zicht krijgen op het waarvoor, wat, wanneer en hoe van een oordeelsvorming over een bedrijfs(onderdeel). Concreet kunnen uitvoeren in de praktijk. Ingangseisen Verondersteld wordt dat je redelijk op de hoogte bent met de belangrijkste bedrijfsprocessen op een primair agrarisch melkvee- en/of tuin/akkerbouwbedrijf. Ook wordt aangenomen dat je weet wat het begrip “bedrijfsmanagement” inhoudt en dat je de belangrijkste bedrijfseconomische kengetallen op volgorde kunt plaatsen. Daarnaast is interesse in de theoretische achtergrond van belang en het overweg kunnen met Excel. Inhoud Bedrijfsmanagement/bedrijfsvoering/bedrijfsbeheer kent een 3-tal invalshoeken, namelijk: 1. Managementterreinen, zoals productie (veeteelt & gewasteelt), marketing (toelevering & afzet) en financiering (bezittingen & schulden). 2. Managementtermijnen, zijnde verleden (bedrijfsevaluatie), heden (bedrijfsinpassing) en toekomst (bedrijfsplanning). Samen ook wel de managementcyclus genoemd. 3. Managementtoetsing door middel van bedrijfsvergelijking, voor de bedrijfsbeoordeling. Bij evaluatie is dit toetsen aan interne bedrijfswaarden (streefwaarden of voorafgaande boekjaren) en/of aan externe normwaarden of groepsgemiddelden. Bij planning is dit toetsen aan een basisbegroting (het bedrijfsplan “ga zo door”). Bij inpassing gaat het vooral om een toetsing van de bedrijfsuitrusting en –uitvoering.
Inhoud / contents Het bedrijfsonderzoek bestaat uit een 5-tal thema’s, namelijk: 1. 2.
3. 4. 5.
Omgevingsverkenning, voor het opsporen van kansen en bedreigingen vanuit de omgeving (technologie, markt, overheid, etc.) van het bedrijf. Bedrijfsevaluatie, voor het opsporen van de zwaktes & sterktes in de bedrijfsvoering. Dit gebeurt met interne en/of externe bedrijfsvergelijking voor de trend en/of positiebepaling. Daarbij wordt eerst de onderneming beoordeeld aan de hand van een bedrijfsanalyse (opsporen van klachten & prachten) en daarna de ondernemer aan de hand van een bedrijfsdiagnose (opsporen van zwaktes & sterktes in het management). Basisbegroting (structureel & actueel), waarbij bedrijfssaldo, bedrijfswinst en verandering in solvabiliteit en liquiditeit wordt berekend. Bedrijfsplanning, waarbij planvorming met behulp van de SWOT-matrix plaatsvindt, wat een bedrijfsuitvoeringsplan (BUP) en een bedrijfsontwikkelingsplan (BOP) oplevert. Bedrijfsverkenning, waarbij de bedrijfssituatie in het heden wordt bekeken en in het gesprek met de bedrijfsvoerder aanvullingen/aanpassingen worden opgespoord voor het verkrijgen van meer draagvlak voor de gekozen bedrijfsplannen.
Het bedrijfsadvies bestaat een 3-tal stappen, namelijk: 1. Planvorming met de aangepaste SWOT-matrix naar aanleiding van de bedrijfsverkenning. 2. Planbegrotingen voor de gekozen BUP en BOP, inclusief risicoverkenningen.
120
3.
Studiebelasting
Taal Werkvorm(en)
Toetsing
Periode Verplichte literatuur
Contactpersoon
Plan beslissing, inclusief een actieplan (maatregelen) als het plan wordt aanbevolen. De module heeft een omvang van 200 sbu Verdeling: - Bedrijfsonderzoek 100 - Bedrijfsadvies 100 Nederlands Planmatig werken met eigen verantwoordelijkheid. Groepsgewijze uitvoering (max. 4 personen), waarbij wekelijks formeel werkoverleg plaatsvindt met begeleiding. Korte klassikale toelichting per thema, waarbij inhoudelijke vragen gesteld kunnen worden. Meerdere gastsprekers ter ondersteuning en illustratie van diverse aspecten m.b.t. de opdracht. Aan deze module zijn 7 credits toegekend. 1. Proces & product (1 EC). 2. Onderzoeksverslag (2 EC). 3. Adviesrapport + Adviesgesprek (4 EC). zie het jaarrooster Vakbladen doornemen voor informatie over het onderwerp “bedrijfsbeoordeling en advies”. Nieuwsgierig zijn naar de diensten en productinformaties van relevante organisatie/instellingen, zoals o.a. accountantskantoren (Alfa), landbouwvoorlichting (DLV), belangenbehartiging (LTO), financiers (Rabobank), etc., etc. Klaas Bolding
[email protected]
Opmerkingen
121
Onderwijseenheid
LLG226VN Marketing en Logistiek (voorheen HHG26)
Competenties
Plannen (niveau 2) Conceptualiseren (niveau 2)
Leerdoelen
Doel van deze module is om studenten een breed overzicht te bieden van het marketing en logistieke werkveld en daarmee een solide basis te leggen voor verdere verdieping van deze twee vakgebieden. Daarnaast heeft deze module als doel om studenten vaardigheden op het terrein van verkoop bij te brengen. Tot slot kunnen studenten beslissingen op bovengenoemde terreinen op kwantitatieve wijze onderbouwen middels statistiek en Operations Research.
Ingangseisen
‘geen’, maar aanbevolen wordt om de propedeuse afgerond te hebben.
Inhoud
In deze module gaan studenten in kleine groepen aan de slag met opdrachten op het gebied van marketing en logistiek. Kwantitatieve beslissingen op dit gebied worden middels opdrachten op het gebied van statistiek en OR geoefend. Tot slot krijgen studenten workshops Verkooptechniek en moeten ze een dag met een vertegenwoordiger op stap
Studiebelasting
7 EC,s 196 SBU Hoor- en werkcolleges Logistiek en Marketing 2 EC (56 sbu) Workshops en opdracht Verkooptechniek 2 EC (56 sbu) Werkgroepopdrachten Marketing en Logistiek 3 EC 84 sbu
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, practica, zelfstudie, workshop, werkgroep en veldonderzoek
Toetsing
LLG226VN-6A Toets Marketing en toets logistiek 4 EC LLG226VN-6B Verkooptechniek 2 EC LLG226VN-6C Leertaken OR en Statistiek 1 EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
Periode 1
122
Verplichte literatuur
Werken met Logistiek, Visser en van Goor; 6e druk Grondslagen van de Marketing, Verhage; 7e druk Reader Verkooptechniek Reader Statistiek Reader OR. Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Oene Schriemer
[email protected]
Opmerkingen
geen
123
Onderwijseenheid
LLG228VNA - Ondernemingsplan (voorheen ADO08)
Competenties
Plannen- niveau 3 Organiseren-niveau 3 Ondernemen-niveau 2
Leerdoelen
-studenten kunnen een ondernemingsplan maken (van eigen idee) -studenten krijgen inzicht in het ondernemen -studenten weten uit welke onderdelen een ondernemingsplan wordt opgebouwd -studenten kunnen na uitwerking de sterke en zwakke punten van hun plan omschrijven -studenten krijgen, door eigen analyse, inzicht in hun eigen ondernemersvaardigheden -studenten weten na deze module wat maatschappelijk verantwoord ondernemen inhoudt -studenten kunnen een plan financieel onderbouwen
Ingangseisen
-geen harde ingangseisen -kennis van bedrijfseconomie is wel een voordeel -student heeft een idee waar hij een plan over wil maken (is ook nog enige ruimte voor in begin van de module)
Inhoud
In de module ondernemerschap wordt het accent gelegd op het ondernemen. Alle zaken die van belang zijn bij het ondernemen komen aan de orde. Uitgangspunt is het maken van een eigen ondernemingsplan waarbij de theorie uit de hoorcolleges dient ter ondersteuning. Verder wordt er naar gestreefd om veel inbreng vanuit de praktijk te halen door o.a. samenwerking met de Kamer van Koophandel. Deze inbreng bestaat vooral door het verzorgen van gastcolleges en excursies. De gastcolleges hebben betrekking op de onderdelen van het ondernemingsplan
Studiebelasting
Aantal credits: 7 EC Totaal : 7 * 28 = 196 studiebelastingsuren. Waarvan 4* 28 = 112 voor uitwerken ondernemingsplan, gastcolleges en literatuurbestudering. Waarvan 2* 28= 56 voor procesbespreking en procesverslag Waarvan 1 *28= 28 voor voorbereiding presentaties en presentaties zelf.
Taal
Nederlands 124
Werkvorm(en)
Besprekingen met begeleidend docent, gastcolleges, workshops voor specifieke onderdelen van de module, computerpracticum FINAN
Toetsing
In deze module wordt het eindproduct: Het ondernemingsplan, summatief getoets. Het beoordelingsformulier hiervoor is te vinden in bijlage 10. De competenties plannen, organiseren en ondernemen worden daarbij wekelijks formatief getoetst. Door elke week met de studenten het vorderingsproces door te nemen en feedback daarop te geven, kunnen aan de competenties, die nodig zijn voor het produceren van een goed eindproduct, de juiste aandacht worden gegeven. Daarnaast moeten de studenten ook nog een individueel procesverslag maken. Dit wordt ook summatief getoetst (zie bijlage 12 voor de criteria). Tot slot wordt er nog een presentatie gehouden om het eindproduct ook nog eens verbaal toe te lichten. Dit wordt summatief getoets op basis van het formulier in bijlage 9. De wijze van toetsen past bij de integrale leerlijn. Er is verder geen tentamen om de conceptuele lijn te toetsen omdat dit niet goed past bij de doelstellingen van de module. Het aantal EC’s wordt als volgt verdeeld: 4 EC 2 EC 1 EC
ondernemingsplan (LLG228VNA-A) proces(verslag) (LLG228VNA-B) presentatie van ondernemingsplan (LLG228VNA-C)
Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
periode 2
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Jan Hania - HAI
[email protected]
Opmerkingen
Het ondernemingsplan is tevens de afsluitende afstudeeropdracht voor de studenten uit de opleiding ADO. Het ondernemingsplan heeft dan ook betrekking (voor zover mogelijk) op de eigen thuissituatie.
125
Onderwijseenheid
LLG231VNA - Financieel management (voorheen ADO07)
Competenties
Plannen-niveau 2 Onderzoeken-niveau 2 Beheersen-niveau 3
Leerdoelen
Het doel is om de studenten financieel op een hoger niveau te krijgen zodat zij een goede gesprekspartner worden voor een accountant of bank. Nevendoel is om de financiële gevolgen van een bedrijfsovername te analyseren door een bedrijfsovernameplan te maken. Ook kan de student na deze module een risicoanalyse maken.
Ingangseisen
Bedrijfsbeoordeling en/of agrarisch bedrijf uit opleiding landbouw
Inhoud
De module richt zich op het (agrarisch) bedrijf. De eerste weken wordt een overzicht gegeven van wat financieel management inhoudt in een onderneming en deze periode wordt afgesloten met twee tentamens. Onderdelen hiervan worden getraind via (werk-)colleges met daarin korte opdrachten.. Vervolgens gaan de studenten een bedrijfsovername uitwerken waarbij het geleerde uit de eerste weken toegepast wordt. Het eindproduct is een bedrijfsovername plan waarin de financiële gevolgen voor betrokken partijen wordt doorgerekend. Ook de fiscale consequenties worden meegenomen in het eindproduct. Onderwerpen: Geldstromen, financiële besturing, financiële analyse, analyse van de financiële structuur, investeringen, financiële markten, vermogensvormen , rendementseisen , financiële planning en financieel beheer, verzekeringen, bedrijfsovername, bedrijfswaardering en fiscale consequenties.
Studiebelasting
Credits: 7 EC Studiebelasting: 7 * 28 = 196 uur. Colleges + zelfstudie en tentamen 1 : 56 uur Colleges+ zelfstudie en tentamen 2: 56 uur Bedrijfsovernameplan (incl. besprekingen met docent en enkele gastcolleges): 84 uur.
Taal
Nederlands
126
Werkvorm(en)
Werkcolleges, gastcolleges, docentbesprekingen, opdrachten
Toetsing
LLG231VNA-A tent. bedrijfsanalyse en risicomanagement : 2 EC LLG231VNA-B geldstromen en overname: 2 EC LLG231VNA-C bedrijfsplan: 3 EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
Periode 1
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Jan Hania - HAI
[email protected]
Opmerkingen
In de module wordt ook regelmatig aandacht geschonken aan het midden en kleinbedrijf en aan de economische en financiële ontwikkelingen rondom het (agrarisch) bedrijf.
127
Unit of study
LLG315VE Research Management (voorheen HBA15E)
Competences
The general overall competence is.: students can carry out a research and translate the outcome into a practical application. The competence is assessed on level 2. which means that you can independently solve the problems and integrate knowledge and insight into a product.
Learning outcomes At the end of the module the student will be able to 1. write a research proposal; 2. conduct a research study; 3. write a research report; 4. use the opportunities of statistics in the various steps of the research process; 5. analyse the data collected with the help a statistical package like SPSS; 6. evaluate and assess research conducted by others on the basis of reports and articles.
Entry Knowledge of descriptive statistics and simple graphics requirements/prerequisites analysis and basic knowledge of inferential statistics. Basic knowledge of mathematical functions (e.g. linear, exponential, logarithmic and power functions). SPSS software skills. Elementary knowledge of research methodology.
Content
This module consists of three main tasks: 1 Task 1(reviewing a research report) You will receive a final thesis research report which you will have to review regarding scientific soundness, 2. Task 2 (analysing a dataset and writing a report) You will receive a dataset and a research proposal You will have to analyse the dataset and write a report. 3. Task 3 (writing a research proposal) You will write a research proposal for your own research project.
Student workload
196 hours: Workshops and instruction lectures 30 hour Feedback and exams 10 hour Group work 81 hour Study 75 hour
Language
English
Teaching method(s)
Workshop, instruction lectures, group work, feedback 128
meetings, study
Examination
LLG315VE LLG315VE-A LLG315VE-B LLG315VE-C
Research Management Exam Methodology. Research report Research Proposal
7.00 2.00 3.00 2.00
EC EC EC EC
See also the student manual and Blackboard.
Period Mandatory literature
Third period Research Methodology a step-by-step guide for beginners Ranjit Kumar, Addison Wesley Longman Australia Pty Australia, ISBN 0761962131 See also the most recent required text book list on Studentnet.
Contactperson
Module coordinator: Eus Drent - DRE
[email protected]
Remarks
Indien er geen buitenlandse studenten aan de module deelnemen, kan de module in het Nederlands worden aangeboden.
129
Unit of study
LLG322VE International People Management (former HBA22E)
Competences
Planning (level 2) Organising (level 2) Leading (level 2)
Learning outcomes
At the end of the module the student will be able to: - understand the importance of managing people in today’s global world - understand the importance of culture in managing people internationally - assess the effectiveness of personnel management in companies - have recruitment-conversations - recognize and manage conflicts in a company - recognize and manage stress in organizations
Entry Level: 3rd or 4th year of Bachelor courses. requirements/prerequisites Students should have thorough knowledge of organizations and management and experience with work placement or traineeship.
Content
The module International People Management is an advanced subject, optional for all students studying at the Van Hall Larenstein and visiting students, provided they have a thorough knowledge of Management and Organization, and have experienced a work placement in a company. Keywords Human Resource Management , human resource planning, “quick scan” effectiveness of personal management, recruitment, selection, performance appraisal, management development, compensation strategies, motivation, personal development, socializing, decision making, leadership, conflict management, communication techniques Students will participate in a research project. The research project will be done in groups of approx. four students. The project consist of a “quick-scan” of the effectiveness of personnel management in a company.
Student workload
Individual exam HRM 56 sbu Attending lectures 14 hours Studying literature 42 hours
130
Project HRM Attending lectures Making cases Studying literature Writing Module Ass. Presentation M.A.
84 sbu 14 hours 12 hours 22 hours 28 hours 8 hours
Assignment Skills 56 sbu Attending lectures 21 hours Preparation lectures 7 hours Studying literature and making assignment 28 hours
Language
English
Teaching method(s)
Combination of coursework, research project, lectures, seminars, guest lectures and workshops.
Examination
Assessment Individual exam HRM Project HRM Assignments Skills
2 Ec 3 Ec 2 Ec
See for further information the module book published at Blackboard.
Period
2nd
Mandatory literature
Human resource management, Raymond J. Stone, | Wiley | 7th edition | 2011, ISBN 978 1 742 16684 1 Student Guide LLG322VE, Blackboard See always the most recent booklist and lecture notes list at Studentnet
Contact person
Module Co-ordinator: Mrs. Marjolein Tijpens – van Katwijk (KTW)
[email protected]
Remarks
131
Onderwijseenheid
LLG322VN Human Resource Management (voorheen HBA22)
Competenties
Plannen (level 2) Onderzoeken (level 2) Beheersen (level 2)
Leerdoelen
Aan het einde van de module is de student in staat om: Begrijpen hoe belangrijk het managen van HR is in de huidige globale wereld Een oordeel te geven over de effectiviteit van het human resource management van bedrijven Een selectiegesprek te voeren met potentiële werknemers Diversiteit en cultuurverschillen in omgaan met arbeid in verschillende landen kunnen benoemen Stress en conflicten in organisaties te herkennen en daar op te participeren.
Ingangseisen
Derdejaars module Bedrijfskunde. Voorkennis op het gebied van Management en Organisatie is gewenst.
Inhoud
De module International People Management is een verdieping. De module staat open voor alle studenten van VHL. Voorkennis op het gebeid van Management & Organisatie is gewenst, alsook ervaring in de werkpraktijk. Trefwoorden Human Resource management in een internationale context, werving&selectie, medewerkers motiveren en sturen, functiewaardering, beloningssystemen, prestatie- en ontwikkelingsmanagement. Naast hoorcolleges participeren de studenten in groepen ter uitvoering van een project. In dit project zal de groep een “quickscan” uitvoeren betreffende het human resource management van een organisatie.
Studiebelasting
Individueel examen Bijwonen lessen Literatuur bestuderen Project HRM Bijwonen lessen Cases maken Literatuur bestuderen Module Opdracht Presentatie M.O.
56 sbu 14 u 42 u 84 sbu 14 u 12 u 22 u 28 u 8u
132
Vaardigheden Bijwonen lessen Voorbereiden lessen Bestuderen literatuur Maken opdracht
56 sbu 21 u 7u 14 u 14 u
Totaal: 196 sbu
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Combinatie van groepswerk, hoorcolleges, workshops en gastcollege.
Toetsing
LLG322VN LLG322VN-A LLG322VN-B LLG322VN-C
Human Resource Management Individueel examen Project HRM Vaardigheden
7.00 EC 2.00 EC 3.00 EC 2.00 EC
Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
Vierde
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Marjolein Tijpens – van Katwijk - KTW
[email protected]
Opmerkingen
133
Onderwijseenheid
Module LLG323VE (Former HBA23E)
Competenties
Planning (2) Conceptualize (2) Research (2) Competencies and learning outcomes In this module we will make a difference between competencies (general) and learning outcomes (specific) for each subject or lecture. Competences: To understand the need for and the importance of strategic planning in order to be a competitive organization. To be aware of the relation between organizations and their environments. To be familiar with the elementary techniques to obtain information, analysis and synthesis, in order to solve complicated problems in a creative, though systematic and structured way. Have developed an assertive attitude towards the use of paradigms, schemes, theories and publications as instruments for analysis. Have developed communicative and presentation skills (oral as well as written) and presenting alternative options for a moral problem from which they will have to make justifiable choices. be able to deal with changes in organizations that lead to unwanted reactions and that they will have to apply suitable change-strategies to minimise this resistance on the one hand and realize motivation for the planned changes on the other hand have a positive attitude towards change by being familiar with theories such as Organisational Development, Planned Change and the Learning Organization. Ability to analyse the ethical field and to convert Corporate Social Responsibility into a commercial product
Leerdoelen
To develop or participate in the process of formulating a strategy of their own organization or Business Unit. Even though not responsible for the process, for each manager it is of vital importance to have a strategic focus, to understand the relation between the operational decisions of the company and the longterm goals. Specific Learning Outcomes After having completed the module Strategic Management successfully, students will be able to : 1. Analyse any given organization and determine its strengths and weaknesses 2. Analyse the external environment of an organization and determine the opportunities and threats as a tool
134
for future strategic development. 3. Develop creative and innovative strategic options which create a long-term sustainable competitive advantage. 4. Use decision and evaluation techniques in order to make justifiable choices between strategic options 5. Make a translation from strategic to operational planning. 6. Make a calculated guess about the capability of an organization to change as well as the willingness of an organization to do so. 7. Develop a change-strategy (after diagnosis) which maximizes the planned changes. 8. Develop intervention methods fit to realize the chosen change strategy. 9. Motivate the chosen consultancy roles, consultancy approaches and style. Students should understand: 1. The relation between strategy, culture and structure in organizations. 2. The relation between changes in organizational behaviour and international developments. 3. The major theories on organizational change such as Planned Change, Organizational Development and Learning Organizations. Ingangseisen
Inhoud
The following modules have to be completed before the start of this module: Introduction Financial Management, Introduction Management and Organization, Introduction Marketing, Introduction Logistics. In the process of dividing a large organization in flexible semiautonomic units, such as business units, more and more managers have to deal with the process of strategic management which is, in contrast to the past, increasingly a bottom-up process.. At the same time the increasingly dynamical environment of the organization requires managers who can direct processes of change management and have the knowledge and skills to optimize the flexibility of organizational structures, production systems and planning.. The focus in the module Strategic Management will be on the strategic planning process. What major strategic schools can we distinguish in the past decades ? What are the main stages in the
135
process of strategic planning? What are the tools and models available and when to use which tool and/or model for what purpose? Who within the organization is responsible for the strategic planning ? How is the approach towards the translation of strategic planning into operational planning and implementation? Furthermore we will pay attention to management of change. What are the main streams ? How to develop a flexible organization? What does a good implementation look like? How to choose the best change strategy, intervention model, counselling model etc. The distribution (assessment) of the student activities: 200 SBU Studiebelasting 1. Individual strategy, change and CSR exam
60 SBU
2. Cases
115 SBU
-
Strategy case Proposal. (including Team Presentation) Case part 1 (report plus staff meeting) Case part 2 (final assignment including BSC) Case part 3 – Change
3. Attendance Workshop (obligated) and communication plan 25 SBU Taal
In English
Werkvorm(en)
A variety of learning and teaching methods is used in order to optimize the competencies. Used methods are: - Lectures - Student led presentations - Working in teams
Toetsing
Strategy and Change exam (HBA23E6C) Cases group work (HBA23E6B) Skills communication plan (HBA23E6A)
2EC 4EC 1EC
Periode
Period 4
Verplichte literatuur
Fundamentals of strategy, Gerry Johnson, Kevan Scholes, Richard Whittington ISBN13: 9781408221198, ISBN10: 1408221195, Prentice Hall Module book Strategic management (BlackBoard) Reader Skills lectures & workshops module HBA23E, code 09004 See always the most recent booklist and lecture notes list at
136
Studentnet
Contactpersoon/ modulecoördinator
J. Duinstra
[email protected]
Opmerkingen
137
Onderwijseenheid
LLG325VN Internationaal Marketing Management (voorheen HVM25)
Competenties
Plannen (niveau 3) Onderzoeken (niveau 3) Effectief omgaan met informatie en communicatie (niveau 2)
Leerdoelen
Overzicht en inzicht krijgen in de complexiteit van internationale marketing activiteiten.
Ingangseisen
Benodigde basiskennis marketing (bv LLG226VN (voorheen HHG26), Kennis van logistiek LLG330VE ( voorheen HHG30E) en strategie LLG323E (voorheen HBA23E) is aanbevolen.
Inhoud
Aan de hand van een exportcase, al dan niet van een externe opdrachtgever, wordt het proces doorlopen om een exportplan te formuleren. De studenten vormen een adviesgroep van junior adviseurs die het betreffende plan uitwerken. Voor raad kunnen zij terecht bij de tutor die de rol van senior adviseur vervult. De adviseurs worden wekelijks ondersteund met colleges op het gebied van marketing, export en logistiek.
Studiebelasting
De onderwijseenheid bestaat uit 196 studiebelastinguren = 7EC. 56 uur : Voorbereiding en uitvoeren/bijwonen college & tentamen 140 uur : Uit te voeren opdracht ( 2 concepten exportplan en eindversie incl. tutor bijeenkomsten, afstemming etc., voorbereiden en presenteren plan, maken fysiek bewijs. )
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Hoorcollege, zelfstudie, werkgroep, presentatie.
Toetsing
Zie voor nadere informatie het moduleboek dat op Blackboard verschijnt. LLG325VN Internationaal Marketing 7.00 Management LLG325VN- Exportplan 4.00 A LLG325VN- Presentatie plan + fysiek bewijs 1.00 B LLG325VN- Individueel tentamen 2.00 C
Periode Verplichte literatuur
EC EC EC EC
3, op maandag en donderdag 1. Grondslagen van de Marketing; 7e of 8e druk. Bronislaw Verhage ; Noordhoff Uitgevers
138
2. Exportmanagement, Hans Veldman, Noordhoff Uitgevers 43-5 Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt. Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Peter Hendriksen - HNR
[email protected]
Opmerkingen
139
Onderwijseenheid
LLG326VN Management van bedrijfsprocessen (voorheen HVM26)
Competenties
Plannen (niveau 2) Gebruik van informatiesystemen (niveau 2) Beheersen (niveau 2)
Leerdoelen
Het doel van deze module is om studenten inzicht te geven in het beschrijven en analyseren van duurzame bedrijfsprocessen. Het accent ligt op de interne inkoop- en productieprocessen, waarbij met name logistiek een belangrijke rol speelt. Na het succesvol volgen van deze module is de student in staat om productieprocessen te verbeteren.
Ingangseisen
LLG226VN Marketing en Logistiek.
Inhoud
Studenten moeten in kleine groepen verschillende opdrachten uitvoeren op het gebied van interne bedrijfsprocessen. Plannen en beheersen middels prestatie-indicatoren, worden d.m.v. kleine opdrachten geoefend. In tweetallen worden daarnaast kleine OR-opdrachten gemaakt om kwantitatieve beslissingen te leren nemen. Hiernaast vinden diverse gastcolleges en excursies plaats bij bedrijven uit de sector
Studiebelasting
7 EC,s 196 SBU Hoor- en werkcolleges bedrijfsprocessen 2 EC (56 sbu) Werkgroepopdrachten interne bedrijfsprocessen 3 EC 84 sbu Hoor- en werkcolleges Operations Research 1 EC`(28 sbu) Gastcolleges en excursies 1 EC (28 sbu)
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, practica, zelfstudie, workshop, werkgroep en veldonderzoek
Toetsing
LLG326-6A Individueel tentamen 3 EC LLG326-6B Leertaken 4 EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
140
Periode
Periode 4
Verplichte literatuur
Werken met Logistiek, Visser en van Goor; 6e druk Reader OR. Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Oene Schriemer
[email protected]
Opmerkingen
geen
141
Onderwijseenheid
LLG328VN Ondernemingsplan (voorheen HHG28)
Competenties
Plannen- niveau 3 Organiseren-niveau 3 Ondernemen-niveau 2
Leerdoelen
-studenten kunnen een ondernemingsplan maken (van eigen idee) -studenten krijgen inzicht in het ondernemen -studenten weten uit welke onderdelen een ondernemingsplan wordt opgebouwd -studenten kunnen na uitwerking de sterke en zwakke punten van hun plan omschrijven -studenten krijgen, door eigen analyse, inzicht in hun eigen ondernemersvaardigheden -studenten weten na deze module wat maatschappelijk verantwoord ondernemen inhoudt -studenten kunnen een plan financieel onderbouwen
Ingangseisen
-geen harde ingangseisen -kennis van bedrijfseconomie is wel een voordeel -student heeft een idee waar hij een plan over wil maken (is ook nog enige ruimte voor in begin van de module)
Inhoud
In de module ondernemerschap wordt het accent gelegd op het ondernemen. Alle zaken die van belang zijn bij het ondernemen komen aan de orde. Uitgangspunt is het maken van een eigen ondernemingsplan waarbij de theorie uit de hoorcolleges dient ter ondersteuning. Verder wordt er naar gestreefd om veel inbreng vanuit de praktijk te halen door o.a. samenwerking met de Kamer van Koophandel. Deze inbreng bestaat vooral door het verzorgen van gastcolleges en excursies. De gastcolleges hebben betrekking op de onderdelen van het ondernemingsplan
Studiebelasting
Aantal credits: 7 EC Totaal : 7 * 28 = 196 studiebelastingsuren. Waarvan 4* 28 = 112 voor uitwerken ondernemingsplan, gastcolleges en literatuurbestudering. Waarvan 2* 28= 56 voor procesbespreking en procesverslag Waarvan 1 *28= 28 voor voorbereiding presentaties en presentaties zelf.
142
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Besprekingen met begeleidend docent, gastcolleges, workshops voor specifieke onderdelen van de module, computerpracticum FINAN
Toetsing
In deze module wordt het eindproduct: Het ondernemingsplan, summatief getoets. Het beoordelingsformulier hiervoor is te vinden in bijlage 10. De competenties plannen, organiseren en ondernemen worden daarbij wekelijks formatief getoetst. Door elke week met de studenten het vorderingsproces door te nemen en feedback daarop te geven, kunnen aan de competenties, die nodig zijn voor het produceren van een goed eindproduct, de juiste aandacht worden gegeven. Daarnaast moeten de studenten ook nog een individueel procesverslag maken. Dit wordt ook summatief getoetst (zie bijlage 12 voor de criteria). Tot slot wordt er nog een presentatie gehouden om het eindproduct ook nog eens verbaal toe te lichten. Dit wordt summatief getoets op basis van het formulier in bijlage 9. De wijze van toetsen past bij de integrale leerlijn. Er is verder geen tentamen om de conceptuele lijn te toetsen omdat dit niet goed past bij de doelstellingen van de module. Het aantal EC’s wordt als volgt verdeeld: 4 EC 2 EC 1 EC
ondernemingsplan - LLG328VNA proces(verslag) - LLG328VNB presentatie van ondernemingsplan LLG328VNC
Zie voor nadere informatie het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt
Periode
Elk jaar in periode 2 en periode 4
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Jan Hania - HAI
[email protected]
Opmerkingen
Bij toetsing worden bedoeld de bijlagen uit het moduleboek van LLG328VN
143
Onderwijseenheid
LLG330VE Supply Chain Management (former HHG30E)
Competenties
Plannen (niveau 2) Gebruik maken en delen van informatie (niveau 2) Beheersen (niveau 2)
Leerdoelen
-
Studenten kennen de succesfactoren van ketensamenwerking Studenten kennen de verschillende vormen van ketensamenwerking Studenten kennen de knelpunten van ketensamenwerking Studenten zijn in staat om de mogelijkheden van samenwerken te herkennen en te benutten Studenten kennen de logistieke en marketing aspecten van ECR en zijn in staat deze toe te passen Studenten zijn in staat om productie- en distributieplannen te maken Studenten hebben kennis van tracking en tracing systemen Studenten kunnen Activity Based Costing toepassen
Ingangseisen
LLG226VN Marketing en Logistiek
Inhoud
In deze module leren studenten hoe bedrijven d.m.v. samenwerking in de keten beter in staat zijn om aan de wensen van de klanten te voldoen en efficiënter kunnen produceren en leveren. Ook zal worden ingegaan op duurzaamheidsaspecten die vaak alleen d.m.v. samenwerking zijn te realiseren. Verder zal met name worden ingegaan op de bedrijfskundige aspecten die te maken hebben met ketensamenwerking. Studenten moeten in groepsverband een keten beschrijven en analyseren om vervolgens verbetervoorstellen te doen. Hiernaast zal ook nog een opdracht worden verstrekt waarbij studenten m.b.v. Excel plannen tussen verschillende actoren in de keten moeten maken.
Studiebelasting
7 EC,s 196 SBU Hoor- en werkcolleges Supply Chain Management 3 EC (84 sbu) Workshops en opdracht Plannen in Excel 2 EC (56 sbu) Werken aan ketenanalyse 2 EC (56 sbu)
Taal
Engels
Werkvorm(en)
hoorcollege, practica, zelfstudie, workshop, werkgroep en veldonderzoek 144
Toetsing
LLG330VE-A Individueel examen 3 EC LLG330VE-B Ketenbeschrijving/analyse 2 EC LLG330VE-C Plannen in Excel 2 EC Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard en/of bij de Repro verschijnt.
Periode
Periode 1
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Oene Schriemer
[email protected]
Opmerkingen
Geen
145
Onderwijseenheid
LLG331VN Financieel management (voorheen HHG31) Periode 1: bedrijfskundevariant (MKB) Periode 3: landbouwvariant (primair bedrijf)
Competenties
Plannen-niveau 2 Onderzoeken-niveau 2 Beheersen-niveau 3
Leerdoelen
Het doel is om de studenten financieel op een hoger niveau te krijgen zodat zij een goede gesprekspartner worden voor een accountant of bank. Nevendoel is om de financiële gevolgen van een bedrijfsovername te analyseren door een bedrijfsovernameplan te maken. Ook kan de student na deze module een risicoanalyse maken.
Ingangseisen
Bedrijfseconomie HHG21, Bedrijfsbeoordeling en/of agrarisch bedrijf uit opleiding landbouw
Inhoud
De module richt zich op een bedrijf uit de MKB sector (periode 1) of op het primaire bedrijf (periode 3). De eerste weken wordt een overzicht gegeven van wat financieel management inhoudt in een onderneming en deze periode wordt afgesloten met twee tentamens. Onderdelen hiervan worden getraind via (werk-)colleges met daarin korte opdrachten.. Vervolgens gaan de studenten een bedrijfsovername uitwerken waarbij het geleerde uit de eerste weken toegepast wordt. Het eindproduct is een bedrijfsovername plan waarin de financiële gevolgen voor betrokken partijen wordt doorgerekend. Ook de fiscale consequenties worden meegenomen in het eindproduct. Onderwerpen: Geldstromen, financiële besturing, financiële analyse, analyse van de financiële structuur, investeringen, financiële markten, vermogensvormen , rendementseisen , financiële planning en financieel beheer, verzekeringen, bedrijfsovername, bedrijfswaardering en fiscale consequenties.
Studiebelasting
Credits: 7 EC Studiebelasting: 7 * 28 = 196 uur. Colleges + zelfstudie en tentamen 1 : 56 uur Colleges+ zelfstudie en tentamen 2: 56 uur Bedrijfsovernameplan (incl. besprekingen met docent en enkele gastcolleges): 84 uur.
146
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Werkcolleges, gastcolleges, docentbesprekingen, opdrachten
Toetsing
LLG331VN-A tent. bedrijfsanalyse en risicomanagement : 2 EC LLG331VN-B tent. geldstromen en overname: 2 EC LLG331VN-C bedrijfsplan: 3 EC Zie voor nadere informatie het moduleboek dat op Blackboard en/of Bij de Repro verschijnt
Periode
Periode 1: bedrijfskundevariant Periode 3: landbouwvariant
Verplichte literatuur
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Jan Hania - HAI
[email protected]
Opmerkingen
NB: er zijn twee varianten waarbij de bedrijfskundevariant voor meerdere studierichtingen geschikt is (centraal midden- en kleinbedrijf met uitstapjes naar grote ondernemingen) en aangeboden wordt in periode 1. De landbouwvariant is gericht (voornamelijk) op het primaire agrarische bedrijf en wordt aangeboden in periode 3
147
Onderwijseenheid
LLG332VN Accounting (voorheen HHG32)
Competenties
Beheersen (niveau 2) Effectief omgaan met informatie en communicatie (niveau 3)
Leerdoelen
Conceptuele leerlijn: Interne verslaglegging: vastleggen van gegevens in het grootboek (journaliseren) m.b.v. decimale rekeningenstelsel: de bedrijfsadministratie; de kosten van grond- en hulpstoffen de kosten van duurzame productiemiddelen de overige kostensoorten; het toerekenen van kosten aan derden; de kostenplaatsenmethode; budgetteren van indirecte kosten; de logistiek binnen industriële en dienstverlenende bedrijven; de fabrieksboekhouding bij ‘Make to stock’; de berekening en de analyse van het perioderesultaat; de fabrieksboekhouding bij ‘Assemble-to-order’ en bij ‘Maketo-order’; de fabrieksboekhouding bij ‘Engineer-to-order’; de administratie bij dienstverlenende bedrijven; Externe verslaggeving: jaarrekeningenrecht en jaarrekening modellen. winstbepalingsstelsels basisprincipes vermogens- en winstbepaling kwaliteitseisen jaarverslaggeving waarderingsgrondslagen instandhoudingsdoelstellingen kapitaalbelangen consolidatie Vaardigheden: – rekenvaardigheid – oorzaak gevolg redenatie kunnen leggen – computerboekhouden met Excel en Accountview – decimale rekeningstelsel kunnen toepassen – journaalposten opstellen: financiële transacties kunnen ‘vertalen’ in balansgevolgen. – analyseren van jaarrekeningen van kleine ondernemingen tot en met de grote ondernemingen.
Ingangseisen
Eventueel aanbevolen is de module LLG221VN (voorheen HHG21) Bedrijfseconomie
Inhoud
Binnen de module Accounting gaat het om informatie en informatieverzorging. Het gedeelte van de administratie dat voornamelijk is gericht op de informatieverzorging met betrekking tot het interne bedrijfsproces, noemen we de bedrijfsadministratie. De informatie die aan de administratie wordt ontleend heeft belangrijke functies:
148
a. middel bij het voorbereiden en het nemen van interne en externe beslissingen; b. middel bij het beheersen van de uitvoering van allerlei activiteiten; c. middel bij het afleggen van interne en externe verantwoording. Studiebelasting
De module LLG332VN heeft in totaal 7 Ec’s. 7 Ec’s komen overeen met 196 studiebelastingsuren ( 7 Ec x 28 SBU). Deze studiebelastingsuren zijn als volgt over de moduleonderdelen verdeeld: LLG332VN-A: tentamen bedrijfsadminstratie (gb) 56 SBU LLG332VN-B: tentamen externe verslaggeving (ob) 56 SBU LLG332VN-C: opdrachten Interplastic 84 SBU Totaal 196 SBU Het totaal aantal van 196 SBU is als volgt over de volgende categorieën verdeeld: 1. Colleges 70 SBU 2. Opdrachten 50 SBU 3. Zelfstudie 72 SBU 4. Tentamens 4 SBU Totaal 196 SBU
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
hoorcollege, werkcollege, computerpractica, groepswerk en zelfstudie
Toetsing
Progress code:
Omschrijving:
Ec’s:
LLG332VN- A tentamen bedrijfsadminiatratie (gesloten boek) LLG332VN- B tentamen externe verslaggeving (open boek) LLG332VN- C opdracht “Interplastic BV”
2 EC’s 2 EC’s 3 EC’s
Zie ook H 4: Toetsing van de studenthandleiding LLG332VN
Periode
2 en 4.
Verplichte literatuur
Boeken: Module: Major: Studiefase: Titel boek: Druk: Auteur: Uitgever: ISBN: Richtprijs: Module: Major: Studiefase:
LLG332VN Bedrijfskunde en Agribusiness hoofdfase Bedrijfsadministratie met Excel - leerboek 3e druk 2010 (2e druk mag ook) W. J. Broerse Wolters Noordhoff Groningen/Houten, 978-90-01-78426-3 € 27,50 (jan. 2014) LLG332VN Bedrijfskunde en Agribusiness hoofdfase
149
Titel boek: Druk: Schrijvers: Uitgever.: ISBN: Richtprijs:
Boekhouden geboekstaafd [2] 7e druk 2010 H. Fuchs en S.J.M. van Vlimmeren. Noordhoff uitgevers 978-90-01-78428-7 € 74,95 (jan. 2014)
Module: Major: Studiefase: Titel boek: Druk: Schrijvers: Uitgever.: ISBN: Richtprijs:
LLG332VN Bedrijfskunde en Agribusiness hoofdfase Jaarverslaggeving 6e druk 2011 Epe en Koetzier Noordhoff uitgevers, 978-90-01-79778-2 € 69,95 (jan. 2014)
Practicum kostenplaatsenmethode voor industriële bedrijven ‘Interplastic BV’ verkrijgbaar via blackboardpagina HHG32
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt. Contactpersoon/ modulecoördinator
T. Sijtsma, kamer B2.29 Hogeschool Van Hall Larenstein. e-mail adres:
[email protected]
Opmerkingen
Geen
150
Naam onderwijseenheid Periode Coordinator Credits Beoordelingsvorm Beginvereisten Inhoud
Werkvormen Competenties
Toetsing
Verplichte literatuur
LLG343VN - Inleiding en project Biobased Economy 1&2 Jerke de Vries -
[email protected] 14 ECTS Zie Toetsing. Elk onderdeel wordt met een cijfer (1 – 10) beoordeeld. Noodzakelijk is: - Propedeuse HBO In de minor biobased economy verwerft de student kennis en inzicht in de nieuwe groene economie. De student verwerft: - kennis van de situatie rond beschikbaarheid en karakteristieken van fossiele grondstoffen en de impact hiervan op duurzaamheid, milieu en klimaat. - kennis van gebruik van fossiele grondstoffen, in het bijzonder aardolie, en kennis van de chemie van het fossiele tijdperk versus de chemie van de biobased economy. - kennis van landbouw en gewassen, in het bijzonder met betrekking tot niet-voedsel gewassen - kennis van verwerking van landbouwproducten tot (intermediaire) producten voor (non-food) toepassingen - kennis van toepassingsmogelijkheden van biomassa en afgeleide producten en samenhang tussen voedsel en niet-voedsel toepassingen - kennis van bedrijfskunde en opzetten van business cases - kennis om de duurzaamheid van biobased ketens te kunnen beoordelen In het kader van deze module volg je hoorcolleges van docenten uit verschillende vakgebieden (bedrijfskunde, proceskunde, milieukunde, chemie, landbouw plantenteelt). Daarnaast werk je in groepen aan een concreet project (leeronderneming), die wordt vastgelegd in een rapportage en een eindpresentatie. De opgedane kennis in de hoorcolleges kan direct toegepast worden in het project. Tevens leg je enkele bedrijfsbezoeken af (excursie(s)). hoorcollege, werkcolleges, leertaken, zelfstudie, groepswerk excursie, Onderzoeken niveau 2 Conceptualiseren niveau 2 Adviseren niveau 2 Samenwerken niveau 2 14 EC Tentamen (5 EC), leertaken (2 EC) en project (rapport en eindpresentatie) (7 EC) Voor nadere informatie wordt verwezen naar het moduleboek dat op Blackboard verschijnt. Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt. Raadpleeg voor de meest actuele boekenlijst Studentnet of Blackboard
151
Onderwijseenheid
LVT102VNA ( voorheen PVT02) “Verwerking Plantaardige producten” Conceptuele leerlijn
Competenties
Algemeen: VMT 1 ii Ontwerpen of optimaliseren van productieprocessen VMT 5 ii Onderzoeken en experimenteren m.b.t. voedingsmiddelen en productieprocessen Details: VMT5 i a, b, d, e, g VMT4 i a + b
Leerdoelen
Zie competenties
Ingangseisen
geen De conceptuele leerlijn bestaat uit colleges technologie en microbiologie die in de eerste paar weken geroosterd worden. De microbiologie is gericht op kennis ten behoeve van de voedingsmiddelenproductie. De rol van micro-organismen is daarbij hetzij positief (fermentatie, onderwerp in de integrale leerlijn) hetzij negatief (in de vorm van bederf). In de technologiecolleges wordt een aantal uiteenlopende onderwerpen behandeld (Geleer- en verdikkingsmiddelen, Stabiliteit van emulsies, Enzymen/enzymkinetiek, Fermentaties, Indampen en Zetmelen). Deze onderwerpen zijn ter ondersteuning van de onderwerpen en opdrachten uit de integrale leerlijn. De conceptuele leerlijn wordt afgesloten met twee tentamens.
Inhoud
Studiebelasting
A: Conceptuele leerlijn(3 EC) 1. Colleges : 2. Zelfstudie: 3. Tentamens
26 54 4
Taal
Nederlands
Werkvorm(en) Toetsing
Hoorcolleges, werkcolleges, zelfstudie-opdrachten A: Conceptuele leerlijn 3 EC's (individueel cijfer) Schriftelijke Toets: Voedselbederf en voedselvergiftiging; stofwisseling Schriftelijke Toets: Geleer- en verdikkingsmiddelen; Stabiliteit van emulsies; Enzymen/enzymkinetiek; Fermentaties; Indampen; Zetmelen
Periode Verplichte literatuur
4 Bio-organische chemie voor levenswetenschappen, Engbersen en De Groot; ISBN 9074134963 (ook nog te gebruiken: 'Inleiding in de bio-organische chemie') Fysische chemie, J. de Jong (repro nr. 10019) Inleiding fermentatie en productie zuurkool L. Knobbe (repro nr. 14013) Pectine en jamproductie, L. Knobbe (repro nr. 08002) Zetmeel en –derivaten, L. Knobbe (repro nr. 08029) Alleen voor studenten VT: Martin R. Adams and Maurice O. Moss, Food Microbiology (third edition), ISBN 978-0-85404-284-5 Uitgever: RSC Publishing Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Luuk Knobbe (
[email protected])
152
Onderwijseenheid
Competenties
LVT102VNB (PVT02) “Verwerking Plantaardige producten” Integrale leerlijn Algemeen: VMT 1 ii Ontwerpen of optimaliseren van productieprocessen VMT 5 ii Onderzoeken en experimenteren m.b.t. voedingsmiddelen en productieprocessen Details: VMT5 i a, b, d, e, g VMT4 i a + b
Leerdoelen
Zie competenties
Ingangseisen
geen De technologische opdrachten zijn gerelateerd aan manieren van verwerking. Deze opdrachten behelzen het produceren van een aantal producten en het uitvoeren van een aantal variaties. De producten zijn: een fermentatie (zuurkool of vergelijkbaar) -product, jam en een saus. Naast deze opdrachten is er aandacht voor de rol van diverse kwaliteitssystemen in de voedingsmiddelenindustrie.
Inhoud
De student gaat uitgaande van de literatuur een bestaande productiemethode bestuderen en een opzet maken om zelf ook productie te gaan uitvoeren. Belangrijk hierbij is om de rol van ingrediënten en procesomstandigheden in te zien en die rol ook uit te testen door bewust geselecteerde parameters te variëren. Bij de opzet hoort ook een plan om bepaalde parameters gedurende de productie te volgen en een manier om het eindproduct te beoordelen. Bij deze module vervult de student de rol van producttechnoloog bij een productielocatie. De docent is de opdrachtgever. De opdrachten worden geheel intern uitgevoerd op de laboratoria en in de producttechnologiehallen. Specifiek leert de student een proefopzet te maken en, omdat het ook daadwerkelijk uitgevoerd moet worden, na te denken over praktische consequenties en uitvoerbaarheid. Er moet vooraf een doordacht plan van productie, metingen en bepalingen aanwezig zijn. Verder wordt de technologische kennis uitgebreid met onderwerpen op het gebied van toepassing van ingrediënten, specifieke productieprocessen, microbiologische aspecten en kwaliteitszorg.
Studiebelasting
Taal
B: Integrale leerlijn(3 EC) 1. Tutorials/practica 2. Zelfstudie 3. Schriftelijke voorbereiding/rapportages Nederlands
Werkvorm(en)
Tutorgroepen en practicumgroepen. Practicum productiehal. PGO (kwaliteitszorg)
Toetsing
B: Integrale leerlijn 3 EC's Procesontwerp (groep): Vaardigheid in maken voorstel.Schriftelijke taalvaardigheid. Toepassing van kennis over (concentraties van) ingrediënten en procesomstandigheden op de kwaliteit van het eindproduct. Resultaat: Go / no go Verslagen (groep): Eindverslag. Resultaat: cijfer Assessment (groep + individueel): Kwaliteitszorg GMP/BRC/HACCP Resultaat: Formatief Verslag (groep): Kwaliteitszorg GMP/BRC/HACCP. Resultaat: cijfer
Periode Verplichte literatuur
24 20 40
4 Bio-organische chemie voor levenswetenschappen, Engbersen en De Groot; ISBN 9074134963 (ook nog te gebruiken: 'Inleiding in de bio-organische chemie') Fysische chemie, J. de Jong (repro nr. 10019) Inleiding fermentatie en productie zuurkool L. Knobbe (repro nr. 14013) Pectine en jamproductie, L. Knobbe (repro nr. 08002) Zetmeel en –derivaten, L. Knobbe (repro nr. 08029) Alleen voor studenten VT: Martin R. Adams and Maurice O. Moss, Food Microbiology (third edition), ISBN 978-0-85404-284-5 Uitgever: RSC Publishing Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Luuk Knobbe (
[email protected])
153
Onderwijseenheid
LVT102VNC (PVT02) “Verwerking Plantaardige producten” Vaardigheidsleerlijn
Competenties
Algemeen: VMT 5 ii Onderzoeken en experimenteren m.b.t. voedingsmiddelen en productieprocessen Details: VMT5 i a, b, d, e, g VMT4 i a + b
Leerdoelen
Zie competenties
Ingangseisen
geen Van witte kool naar zuurkool
Inhoud Witte kool ondergaat een fermentatieproces waardoor uiteindelijk zuurkool ontstaat. Dit fermentatieproces wordt uitgevoerd door meerdere groepen bacteriën in opeenvolgende fases. Op het laboratorium wordt zuurkoolproductie ingezet, waar monsters uit genomen worden. De monsters (zuur)koolvocht worden onderzocht op de aanwezige bacteriën. Tevens wordt er op gelet of er ook andere micro-organismen aanwezig zijn. Verder wordt een bewaarproef met doperwten gebruikt om een aantal andere microbiologische analysetechnieken te oefenen. Er wordt gewerkt in twee tweetallen, zodat duplo-waarden van de resultaten verkregen worden. Studiebelasting
C: Vaardigheid Microbiologie (1EC) 1. Practicum 2. Zelfstudie/voorbereiding 3. Rapportages
16 4 8
Taal
Nederlands
Werkvorm(en) Toetsing
Practicum Microbiologie. C: Vaardigheidsleerlijn: 1 EC (individueel, formatief) Praktisch werk Microbiologie: Veiligheid en handigheid, netjes en hygiënisch
Periode Verplichte literatuur
4 Bio-organische chemie voor levenswetenschappen, Engbersen en De Groot; ISBN 9074134963 (ook nog te gebruiken: 'Inleiding in de bio-organische chemie') Fysische chemie, J. de Jong (repro nr. 10019) Inleiding fermentatie en productie zuurkool L. Knobbe (repro nr. 14013) Pectine en jamproductie, L. Knobbe (repro nr. 08002) Zetmeel en –derivaten, L. Knobbe (repro nr. 08029) Alleen voor studenten VT: Martin R. Adams and Maurice O. Moss, Food Microbiology (third edition), ISBN 978-0-85404-284-5 Uitgever: RSC Publishing Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Luuk Knobbe (
[email protected])
154
Onderwijseenheid
LVT221VN Kwaliteits- en informatiesystemen (voorheen HVT21)
Competenties
VT 1: Ontwerpen of optimaliseren van productieprocessen (ii) VT 4 Ontwikkelen en beheren van Managementsysteem (i) VT 4: Ontwikkelen en beheren van Managementsysteem (ii) VT 5i Het kunnen analyseren en interpreteren van microbiologische parameters. Ch 1 (ii) - Gebruik van programmatuur voor kwaliteitsborging en kwaliteitscontrole. - Kwaliteit (QA, QC, SPC) met hierbij horende statistiek.
Leerdoelen
Zie competenties
Ingangseisen
Basisstatistiek gehaald (Werken op het lab (Stat 1) + Stat 2 van periode 2) Competentie 4 niveau i (Plantaardige producten/Van vlees tot worst) Basis Microbiologie (PLS01 Werken op het lab; PVT01 Van vlees tot worst, PVT02 Verwerking plantaardige producten)
Inhoud
Vanuit een wettelijke verplichting heeft ieder voedingsmiddelenproductiebedrijf een HACCP-systeem. In dit thema wordt door het uitwerken van een case de HACCPsystematiek op een in de praktijk toepasbare wijze getraind. De nadruk ligt daarbij op het kunnen uitvoeren van een HACCPanalyse en met deze resultaten een rudimentair kwaliteitssysteem kunnen opzetten. Bij het uitvoeren van een HACCP-analyse is het van groot belang om de microbiële gevaren bij een bepaald type product te inventariseren. De aanpak wordt getraind met behulp van opdrachten. Ook wordt er aandacht besteed aan noodzakelijke achtergrondkennis. In het kader van monitoring van bepaalde microbiële gevaren wordt aandacht besteed aan moderne detectietechnieken. Niet weg te denken uit het moderne (bedrijfs)leven is het werken met databases (informatiesystemen) en het gebruik van informatie daaruit ten behoeve van de bedrijfsvoering zoals het uitvoeren van kwaliteitscontroles of het beheersen van een uit het HACCP-plan voortkomend kritisch punt. Om hier optimaal gebruik van te kunnen maken en om de mogelijkheden en onmogelijkheden van systemen te leren inschatten maakt de student een aantal opdrachten, uitmondend in een case waarbij het geleerde integraal in praktijk gebracht wordt. Een specifieke vorm van gebruik van informatie is het sturen van een productielijn op basis van Statistic Process Control. Een aantal gerichte opdrachten verschaft de student inzicht in de 155
basisbegrippen van deze methodiek.
Studiebelasting
7 EC = 196 sbu 1. Colleges (zoals hoorcolleges, werkcolleges, practica, feedback): 75 2. Uit te voeren opdrachten: 100 3. Zelfstudie: 21
Taal
Nederlands
Werkvorm(en)
Conceptuele leerlijn Zelfstudie (weken 1 t/m 4). Schriftelijke toetsen. Vaardigheidsleerlijn Practicum Microbiologie (4 dagdelen) deels in de vorm van workshops, deels eigen uitvoering in groepen van twee studenten. Integrale leerlijn HACCP-plan Opdrachten in tutorgroepen. Presentaties met terugkoppeling. Microbiologie theorie. In tweetallen een aantal samenhangende en in moeilijkheidsgraad toenemende opdrachten uitvoeren. Feedback spreekuren. De uitwerking van de opdrachten worden gebundeld ingeleverd en beoordeeld (summatief). Informatiesytemen: serie werkcolleges + ACCESS practicum (individueel). Beoordeling case-opdracht. SPC: Hoorcolleges en opdrachten met SPC-software(QIAnalyst).
Toetsing
A: vaardigheidslijn totaal (formatief)........................1 EC Practicum microbiologie: aanwezigheid, samenwerken, meetbrieven, verslagen B: Integrale lijn totaal (groepscijfer)..............................5 EC's Opdrachten microbiologie Opdrachten HACCP Praktijk-opdrachten infosystemen: aanwezigheid+Open vragen infosystemen+ Casus Opdrachten SPC C: Conceptuele lijn totaal (individueel cijfer)........................1 EC Informatiesystemen eindopdracht
Periode
Periode 1
Verplichte
Zie voor de verplichte literatuur de meest recente boeken- en 156
literatuur
dictatenlijst die per periode op Studentnet vóór elke periode verschijnt.
Contactpersoon/ modulecoördinator
Luuk Knobbe - KNO
[email protected]
Opmerkingen
157
Onderwijseenheid
LVT331 Food Product Development (voorheen HVT31)
Competenties
VMT 2 ii a,b,d,f,h,i,k,r
Leerdoelen
Zie competenties
Ingangseisen
Geen
Inhoud
Een team studenten fungeert als onderzoeksbureau. Zij ontwikkelen aan de hand van een omschreven kader-opdracht (uitgangssituatie) een nieuw voedingsmiddel voor de eindconsument. Het totale ontwikkelproces wordt gestructureerd door vooraf een projectplan te formuleren. Ondersteunende technieken zoals creativiteitstechnieken en sensoriek worden getraind in workshops en toegelicht in hoorcolleges. De technieken worden vervolgens in de ontwikkelopdracht toegepast. Bij het productontwerp hoort ook een etiket dat voldoet aan de wetgeving op dit gebied. Het basisprincipe van wetgeving en structuur van de warenwet wordt in hoorcolleges uitgelegd. Toelichting en beoordeling van etikettering vindt plaats door een gespecialiseerde gastdocent.
Studiebelasting
A : projectplan (2EC) 1. College en presentaties: 6 2. Zelfstudie: 30 3. Groepswerk, schrijven concept + definitief plan en voorbereiden presentatie 40 B: poster+promotion (2EC) 1. 2. 3.
Presentatie + productmarkt 6 Zelfstudie: 20 Aankleding promotie, productvoorbereiding, poster maken, speech voorbereiden 50 C Centraal project 1. 2. 3.
Taal
Werkvorm(en) Toetsing
Workshops, colleges Productontwikkeling, schrijven rapport Zelfstudie, vooronderzoeken
30 40 15
Nederlands Schriftelijk materiaal gedeeltelijk Engels Tutorgroep, praktijk in de productiehal, workshops (ook extern), hoorcolleges, presentaties, productmarkt. A ‘Project Plan’ (groepscijfer): 2EC Projectplan wordt in concept en als uiteindelijke versie beoordeeld. B ‘Promotion’ (groepscijfer): 2EC Beoordeling van posterpresentatie, presentatie uiteindelijk product en promotiepraatje C ‘Final report’ (groepscijfer): 3EC Het eindverslag wordt beoordeeld.
Periode
1
Verplichte literatuur
Project-management:
Contactpersoon
LHA Knobbe(
[email protected])
Handout
14009
Opmerkingen
158
De Toetsmatrijzen van de Bedrijfskunde en Agribusiness modules
159
Onderwijseenheid : Bedrijf en externe omgeving LBA101VN Leerdoelen
Datum : 1-92013 Weging
Opsteller: Eus Drent namens moduleteam
Toetsperiode: Blok 1
Studiejaar: 2014 - 2015
(Hoofd)onderwerp
Aard van de vragen
Soort toetsing
De student kan een economisch artikel in krant lezen en de informatie linken aan bedrijfssituatie.
Begrippen meso- en macroeconomie
Kennis en begripsvragen, toepassing op kleine berekeningen.Conceptuel e en integrale leerlijn.
Individueel tentamen met meerkeuze en open vragen
2/7
De student kent de hoofdlijnen van het Nederlands recht
Terreinverkenning Verbintenissenrech t Goederenrecht Ondernemingsrecht Europees recht
Kennen en begrijpen (door in kleine casussen toe te passen)
Individueel tentamen met meerkeuzevrage n
2/7
Toepassen en analyseren. Conceptuele en integrale leerlijn.
Groepswerk verslag met mondelinge verdediging
3/7
De student kan met behulp van het Vijfkrachtenmodel van Porter en het DEPEST-model een analyse maken van de externe omgeving van een bedrijf in de agribusiness Totaal aantal punten
Vijfkrachtenmodel van Porter DEPEST-model
7
160
Onderwijseenheid: LBA102VN
Opsteller: Froukje Mosterman
Toetsperide: 2
Studiejaar: 1
Datum: 21-1-14
Leerdoelen (werkwoorden)
(hoofd)onderwerp
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Begrijpen en toepassen
Soort toetsing
Weging
Casus en open vragen (leerdoel AD)
2EC = 29%
A. De student weet dat diverse grote duurzaamheidsproble men op een complexe manier met elkaar verbonden zijn.
Duurzaamheidsproblemen Onderlinge relaties (zoals oorzaak-gevolg) duurzaamheidsissues
B. Student ziet de mogelijkheden voor ondernemingen en voor studenten om bij te dragen aan duurzame ontwikkeling. voor duurzame ontwikkeling
Ziet relatie tussen duurzaamheid en Economie (innovatie mogelijkheden, banenmotor, kansen en bedreigingen, sterktes en zwaktes van organisaties)
Begrijpen en toepassen
Individueel tentamen met meerkeuze en open vragen (leerdoel AD)
3EC = 43%
C. De student kent de effecten van het eenrichtingsverkeer van landbouw en veeteelt
Uitputting van de aarde, kringloop economie, biologische landbouw
Kennen
Opdracht
2EC = 29%
Totaal aantal punten
100%
161
Onderwijseenheid: BAB LBA111VN Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: Herma Nieuwenhuis
Toets periode 1
Studiejaar: 2014-2015
Datum: 1 september 2013
(hoofd)onderwerp
Soort toetsing
Weging
De student heeft kennis van en inzicht in de basisbegrippen van bedrijfskunde
Management en organisatie Marketing Bedrijfskunde Logistiek Vacatureanalyse Interview met iemand uit het werkveld Presentatie- en postertechnieken Engelse grammatica
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) en evt. leerlijn Kennis- en begripsvragen
Individueel tentamen met open vragen
3/7
Presentatie
Individuele presentatie
2/7
Toepassingsvragen
Individueel tentamen
2/7
De student oriënteert zich op de opleiding en de beroepen waarvoor de opleiding opleidt en leert presenteren De student beheerst de basis van de Engelse grammatica. Totaal aantal punten
7
162
Onderwijseenheid: Klantgericht denken LBA112VN
Opsteller: Eus Drent namens moduleteam
Toetsperiode : Blok 1
Leerdoelen
(Hoofd)onderwerp
Aard van de vragen
De student heeft kennis van het marketingconcept, heeft kennis van consumentengedrag. De student heeft basiskennis over het opzetten van een (markt)onderzoek. De student beheerst enkele beschrijvende en toetsende statistische technieken.
De student kan bovenstaande leerdoelen laten zien in een eigen klanttevredenheidsonderzoekje . Totaal aantal punten
Marketing en onderzoekstechnie k
Statistiek
Enquete Verslaggeving
Kennis en begripsvragen . Conceptuele en integrale leerlijn. Kennis en begripsvragen Conceptuele en integrale leerlijn. Toepassen en analyseren. Conceptuele en integrale leerlijn.
Studiejaar: 2014 - 2015 Soort toetsing
Datum : 1-92013 Weging
Individueel tentamen met meerkeuze vragen
2/7
Individueel tentamen met meerkeuzevrage n
1/7
Groepswerk verslag met mondelinge verdediging
4/7
7
163
Onderwijseenheid: Effectief Adviseren LBA113VN
Opsteller: Fréa Smit namens moduleteam
Leerdoelen (werkwoorden)
(Hoofd)onderwerp
De student kan de fasen van een adviestraject (her) kennen en het adviestraject uitvoeren, inclusief onderbouwend onderzoek en verslaglegging De student heeft voldoende vakinhoudelijke kennis op het gebied van de inkoop De student kan onderzoek verrichten aan de hand van casemateriaal op het gebied van inkoop Totaal aantal punten
Gesprekstechniek Adviesvaardigheden voor professioneel adviseren
Kennis van Inkoopanalyse
Uitvoeren van Pareto – en ABC analyse en opstellen van een Kraljic portfolio. Toepassen van Excel
Toetsperiode: Blok 2
Studiejaar: 2014 - 2015
Datum: 27-12014
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren)
Soort toetsing
Weging
Effectief en professioneel communiceren in zowel het Engels als het Nederlands
Het voeren van een drietal gesprekken in groepssetting met individuele verantwoordelijkheid voor het proces
3/7
Kennen en begrijpen door in kleine casus toe te passen
Individueel tentamen met meerkeuzevragen en open vragen
2/7
Toepassen en analyseren
Opstellen van een adviesrapport
2/7
7
164
Unit: LBA216VE Balancing PPP Learning goals
Year: 2014 - 2015
Date: March 2014
evaluation
Weight
Question of the client transferred to research proposal
Project plan; => 5.5
14 %
Feedback sessions
Comments/ discussion is applied in the progress
PM, formative
Elaborate on CSR in a constructive relevant way
Court session
CSR into practice, discuss and defend points of view of the team
PM, presence obligatory,
From a question of a client to the advice to the client
Final report
From a question of a client to the advice to the client
Discussion with the client
Answering the questions of the client
Presence obligatory
Wring skills English and verbal skills English
Workshops Writing various business letters
English business language ENQUIRY, REPLY, ORDER LETTER, CONFIRMATION, COMPLAINT, ADJUSTMENT
English writing
Writing a business letter
Exam 90 minutes
Exam
UPSATE Group / individual Performance Matrix
Obligatory Peer group evaluation
Research question of client
Team work Individual contribution Totaal aantal punten
Coördinator: D. Boels
Periode: 1
Subjects: CSR Data collection Data analyse Writing skills English language Verbal skills English language Discussion skills -
Evaluation: Operationalise CSR in context Collect the relevant data Analyse data and apply in the context Writing a report for the client Discuss CSR in peer group and with client Answering questions of client and tutor
Proposal of research
1 EC
56 % 4 EC
30 %
2 EC
100%
165
Onderwijseenheid: LBA221VN Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: GTF (hoofd)onderwerp
Toetsperiode: Blok 4 Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Toepassen, analyseren en evalueren.
Studiejaar: 1 Soort toetsing
Datum: 21 januari2013 Weging
Casustoetsen (leerdoel A-D)
2EC = 29%
A. Studenten zijn in staat om de e 4 productiefactor “Kennis” integraal in te zetten in het bedrijf.
Maken van kennisplan voor organisatie en geven van advies
B.
Studenten zijn in staat de wisselwerking tussen omgeving, organisatie, mensen en kennis te onderkennen en weten daarop te anticiperen.
Projectmanagement Kennismanagent (kennis vergaren, delen en opslaan)
toepassen
Opdracht (leerdoel A-D)
2EC = 29%
C.
Studenten is in staat om de gevolgen van het gebruik van ICT systemen te overzien en kan met adviezen aangeven hoe ICT systemen effectiever en efficiënter kunnen worden ingezet.
Informatieplan, informatiesystemen, informatiemanagement
Kennen, begrijpen
Kennistoets MCvragen Kennistentamen open vragen (Leerdoel A-D)
3EC = 42%
Totaal aantal punten
100%
166
Onderwijseenheid: LIB301VE Leerdoelen (werkwoorden)
Writing and defending an advice towards improving sustainability issues in an international setting being aware of international trends, risks and legal issues. Learning about social, ethical and environmental issues in relation to the professional field;
Surveying and objectively describing the interests of relevant stakeholders in society and those directly involved in the problem; Totaal aantal punten
Opsteller: GTF (hoofd)onderwerp
Main types of ecosystem services that the global economy ultimately depends upon:
International business awareness
Toetsperiode: Blok 4 Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Apply, analyse
Studiejaar: 1 Soort toetsing
Datum: 21 januari2013 Weging
Individual Learning tasks
2EC = 29%
Knowledge, apply
Individual exam
2EC = 29%
Apply, analyse
Project
3EC = 42%
Ethical and corporate responsibility
interests of stakeholders balancing people, planet,profit
100%
167
Education unit: Supply Chain Management LIB302VE Learning objectives (verbs)
Author: Oene Schriemer
Testing period: 1
Academic year: 2014-2015
Date: 10-07-2013
(main) topic
Type of testing
Weighting
The student can describe and analyse a chain from the food and agribusiness and can formulate improvement proposals based on that..
Description of the chain in the field of logistics, marketing, finance, collaboration, ICT, tracking and tracing, food safety and sustainability. Analysis using SWOT, Porter's 5 forces analysis, DEPEST and stakeholders analysis. Excel Production planning Chain analysis
Nature of the questions (Know, understand, analyse, evaluate, synthesize, apply) Understand, analyse and apply. Integral learning pathway
Assessment report based on an assessment form
57%
The student can make a production planning on chain level in Excel The student has insight in the main topics of supply chain management (efficient consumer response, costs in chains, knowledge sharing, tracking and tracing and category management) and can apply this. Totaal aantal punten
Efficient Consumer Response Costs in chains Knowledge sharing ICT, T&T and food safety Category Management
Presentation of the first part in week 5
Know, understand and analyse. Skills and conceptual learning pathway Understand, analyse and apply Conceptual and integral learning pathway
Formative assessment
Assessment based on an individual test with open questions.
43%
Formative assessment based on five short assignments
100%
168
Education unit: Supply Chain Management LIB303VE Learning objectives (verbs)
Author: Oene Schriemer
Testing period: 4
Academic year: 2014-2015
Date: 10-07-2013
(main) topic
Type of testing
Weighting
The student can conduct a research study and can write a research proposal and a research report
Research Management Supply chain management Sustainability Using models to carry out the research project Stakeholders analysis. Management game Strategy plan Financial plan Production planning HRM plan
Nature of the questions (Know, understand, analyse, evaluate, synthesize, apply) Understand, analyse and apply. Integral learning pathway
Assessment report and presentation based on an assessment form
86 %
Understand, analyse and apply. Skills and integral learning pathway
Report and presentation of the strategy and annual report
14 %
The student can make a strategy and set up a policy that will clearly distinguish his/her company from the competitors but will not jeopardise the company’s continuity. Important objects are: obtain the largest possible market shares in the various markets, and strive for the highest possible profit while at the same time securing the continuity of the company’s operations.
Totaal aantal punten
100 %
169
Onderwijseenheid: LLG102VN Leeronderneming Leerdoelen (werkwoorden)
Wiskunde (BAB) Eenvoudige financiële berekeningen maken Inzicht krijgen in Management en Organisatie Sensoriek (VMT)
Opsteller: Korrie Hoekstra namens moduleteam (Hoofd)onderwerp
Toetsperiode: Blok 3
Studiejaar: 2014 - 2015
Datum: 27-012014
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren)
Soort toetsing
Weging
Toepassing op berekeningen m.b.v. spreadsheetprogramma (Excel). Conceptuele en integrale leerlijn.
Individueel tentamen m.b.v. computer.
1/7
In opdracht toe kunnen passen
Aanwezigheid en opdracht
1/7
Alle aspecten van een ondernemingsplan
Toepassen theorie ondernemingsplan
Go/no go
Productie, promotie, verkoop, financiën
Evalueren in schriftelijk verslagen n mondelinge presentatie
Basiskennis financiële rekenkunde. Doelstelling, strategie, sterktes/zwaktes Kansen/bedreigingen, organogram, history of management Sensoriek
Leeronderneming: Ondernemingsplan opstellen Leeronderneming: uitvoeren
Samenwerken in een team
Totaal aantal punten
Taken en verantwoordelijkheden, omgaan met feedback, houden aan afspraken
Evalueren
Verslag, Presentatie, Reclamefilmpje Eindgesprek met tutor Door medestudenten en tutor via beoordelingsformulier en groepsgesprekken
4/7
2/7
7
170
Onderwijseenheid: LLG114VN AB Communiceren van beleid
Opsteller: Korrie Hoekstra namens moduleteam
Leerdoelen (werkwoorden)
(Hoofd)onderwerp
Formuleren van beleid
Planmatig communiceren
Inzicht krijgen in theorie opstellen en communiceren van beleid Totaal aantal punten
Kwaliteitszorg
Communicatieplan Engels
Kwaliteitszorg Communicatie
Toetsperiode: Blok 4
Studiejaar: 2014 - 2015
Datum: 17-022014
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Kennen en begrijpen theorie, analyseren, synthetiseren en evalueren cases Kennen en begrijpen theorie, analyseren, synthetiseren en evalueren cases Kennen en begrijpen theorie, analyseren, synthetiseren en evalueren cases
Soort toetsing
Weging
Verslagen
2/7
Verslag en Engelse presentatie
2/7
Tentamen
3/7
7
171
Onderwijseenheid: LLG114VN TAK Communiceren van beleid
Opsteller: Korrie Hoekstra namens moduleteam
Leerdoelen (werkwoorden)
(Hoofd)onderwerp
Formuleren van beleid
Planmatig communiceren
Inzicht krijgen in theorie opstellen en communiceren van beleid Totaal aantal punten
Stadslandbouw
Communicatieplan Engels
Stadslandbouw Communicatie
Toetsperiode: Blok 4
Studiejaar: 2014 - 2015
Datum: 17-022014
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Kennen en begrijpen theorie, analyseren, synthetiseren en evalueren cases Kennen en begrijpen theorie, analyseren, synthetiseren en evalueren cases Kennen en begrijpen theorie, analyseren, synthetiseren en evalueren cases
Soort toetsing
Weging
Verslagen
2/7
Communicatieplan en Engelse presentatie
2/7
Tentamen
3/7
7
172
Onderwijseenheid: LLG201VN M&O
Opsteller: GTF
Toetsperiode: Blok 4
Studiejaar: 1
Datum: 21 januari2013 Weging
Leerdoelen (werkwoorden)
(hoofd)onderwerp
Soort toetsing
De student is in staat om van een bedrijf in een bepaalde situatie een beschrijving en analyse te maken, zodat met behulp van deze 'bedrijfsdoorlichting' hij/zij aanbevelingen kan doen die de effectiviteit en de efficiëntie van het bedrijf zullen bevorderen. Student heeft managementvaardigheden niet nodig zijn om organisatieprocessen te kunnen begrijpen en past deze toe.
Het maken van bedrijfsdoorlichtingen op het gebied van Structurering, HRM en Omgeving.
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Toepassen, analyseren en evalueren.
Time/stress man. Leiderschapstijlen en motivatie Conflicthantering, besluitvorming en onderhandelen
toepassen
Simulatie
4EC = 58%
Student heeft inzicht in de onderwerpen die betrekking hebben op het functioneren van organisaties, de besturing en het management hiervan. Totaal aantal punten
De functionele gebieden van de organisatie en analyse van omgevingsfactoren
Kennen, begrijpen
Kennistoets MCvragen Kennistentamen open vragen
2EC = 29%
1EC = 13% Casustoetsen
100%
173
Onderwijseenheid: LLG218VN INTERNATIONALE HANDEL Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: PETER HENDRIKSEN
Toets periode: 2-4
Studiejaar: 20142015
Datum: 4 maart 2013
(hoofd)onderwerp
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren)
Soort toetsing
Weging
Voor een bedrijf in een bepaald land buiten de EU een export beleidplan formuleren Op professionele wijze het plan presenteren.
Analyseren, synthetiseren, evalueren
Projectopdracht/ verslag
Toepassen presentatietechnieken
Presentatie
Logistieke zaken die met export te maken hebben, kennis over het betreden van landen, beleidsaspecten EU . Basiskennis van theorie over verkooptechniek
Kennen, begrijpen, toepassen, analyseren
Kennistoets
De student...(kan een... van...) Een export beleid plan in groepsverband formuleren
Een export beleid plan presenteren (Engels)
Kennis demonstreren en toepassen op gebied van export en, beleid (fytosanitair/veterinair).
Vaardigheid demonstreren in het voeren van een verkoopgesprek (AO/DG/MV of Bewustwording demonstreren van effecten van cultuur op zakendoen (TA)
Totaal aantal punten
3 EC (44%)
2 EC (28%)
Kennen, begrijpen, toepassen
Rollenspel Presentatie
of
of
Kennen, begrijpen, toepassen, analyseren
Portfolio Verslag
of Een groep werkstuk maken over cultuur in een land in combinatie met een persoonlijk portfolio.
2 EC (28%)
7 EC (100%)
174
Onderwijseenheid: LLG221VN Bedrijfseconomie
Datum: 27-012014
Opsteller: Thijs Sijtsma
Toetsperiode: 2
Studiejaar: 2014 - 2015
Leerdoelen (werkwoorden)
(Hoofd)onderwerp
Soort toetsing
De student kan zelfstandig bedrijfseconomische vraagstukken oplossen. De student kan financieringsberekeningen uitvoeren
Financiering, Management accounting en computervaardigheid Excel Financiering
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Toepassen, analyseren en evalueren. Integrale leerlijn.
Kennis, begrijpen toepassen en analyseren. Conceptuele leerlijn
Individueel tentamen met meerkeuzevragen
2/7
De student kan kostenberekeningen uitvoeren
Management accounting
Kennis, begrijpen toepassen en analyseren. Conceptuele leerlijn.
Individueel tentamen met meerkeuzevragen
2/7
Totaal aantal E.C.’s:
Weging (E.C.’s)
Casus en open vragen 3/7
7
175
Onderwijseenheid: (BAB) LLG222VN
Opsteller: Herma Nieuwenhuis
Toetsperiode : 1 en 2
Studiejaar: 2014/2015
Datum: 1 septembe r 2013
Leerdoelen (werkwoorden)
(hoofd)onderwerp
Soort toetsing
Weging
De student kan in groepsverband een strategisch plan opstellen voor een ondernemer
Proces tot strategievorming: Leitool, swot, confrontatiematrix, creativiteitstechniek, scenarioplanning
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren , evalueren) en evt. leerlijn Analyseren en synthetiseren
Ontwerptoet s
3/7
De student kan het strategisch plan “spiegelen” met de ondernemer
Spiegelgesprekken
Presenteren
Presentatie
2/7
De student kan een ondernemerschapscompetenti e versterken en reflecteren op het groepsproces Totaal aantal punten
Groepsproces Ondernemerschapscompetenti es
Zelfanalyse en evalueren
Ontwerptoet s
2/7
7
176
Onderwijseenheid: Marketing en Logistiek LLG226VN Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: Oene Schriemer
Toetsperide: 1
Studiejaar: 2014-2015
Datum: 10-07-2013
(hoofd)onderwerp
Soort toetsing
Weging
Vanuit een algemeen raamwerk van marketing heeft de student inzicht in de marketing-mix van de instrumenten prijs, product, plaats en promotie. De student kent het logistieke concept en heeft inzicht in de logistieke beslissingen op het gebied van voorraadbeheer en distributie. De student heeft kennis en inzicht in een aantal belangrijke onderwerpen van Statistiek en Operations Research en kan dit toepassen in voorgestructureerde, aan de praktijk ontleende cases. De student kan de theorie van verkooptechniek toepassen in de praktijk en is in staat zichzelf te verkopen en een netwerk op te bouwen. Totaal aantal punten
Kennis en inzicht van de marketing-mix;
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Kennen en begrijpen Conceptuele leerlijn
Beoordeling a.d.h.v. een individuele toets met 25 meerkeuzevragen en een aantal openvragen
2 EC =28,5%
Logistiek concept Voorraadbeheer Keuze vervoersmodaliteiten Vestigingsplaatsonderzoek Customer Service
Kennen en begrijpen Conceptuele leerlijn
Beoordeling a.d.h.v. een individuele toets met open vragen.
2 EC =28,5%
Leertaken op gebied van: - Statistiek - Operations Research
Begrijpen, analyseren, toepassen Vaardigheden en integrale leerlijn
Beoordeling a.d.h.v. gerapporteerde groepsopdrachten, waarbij de criteria door de docenten zijn vermeld.
1 EC =14%
Verkooptechniek Meelopen met een vertegenwoordiger Opbouwen van een netwerk
Begrijpen, toepassen en evalueren
Beoordeling a.d.h.v. een rapport met vooropgestelde beoordelingscriteria
2 EC =29%
Formatief toetsen tijdens de werkcolleges 7 EC =100%
177
Unit of study Research Management LLG315VE Learning goals The student understands and and can apply basic research methods including research design, and data analysis, (univariate techniques).
The student can analyse a given data set with multivariate techniques, report results and discus these results.
The student can write a research proposal.
Author: Eus Drent
Test period: Third period
Course: 2014 - 2015
Date: 27-12014
(Main) subjects
Kind of questions
Kind of exam
Weight
Research design, questions,data collection,data a nalysis
Knowledge and insight
Individual exam with MC-questions
GLM (ANCOVA) Logistic regression
Applying knowledge about statistical techniques, reporting in the right format.
Research design, questions,data collection,
Applying knowledge about research methodology, reporting in the right format.
2/7
Group assignment writing the last part of a research report: data analysis, results, discussion, conclusion and summary + report introductory practicals data analysis Group assignment writing the first part of a research report: a research proposal.
3/7
2/7
Totaal aantal punten
7
178
Onderwijseenheid: BAB LLG322VE Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: Marjolein Tijpens
Toetsperiode: 2
Studiejaar: 2014-2015
Datum: Feb 2014
(hoofd)onderwerp
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren)
Soort toetsing
Weging
De student kent en begrijpt de verschillende personeelsinstrumenten (als o.a. werving, selectie, beoordeling, training, uitstroom).
Uit Raymond Stone, Human Resource Management, 7th ed Intro HRM and IHRM Determining, attracting and selecting HR Developing HR Rewarding HR Managing HR Project management (not related to book) Evaluating HRM
Kennen en begrijpen
Schriftelijk tentamen met open en/of multiple choice vragen
2EC = 29%
De student past de kennis uit de theorie lessen toe en analyseert deze.
Zie theorie
Toepassen en analyseren
Casus toets: Weekopdrachten (V) Lange termijn casus (80%) Presentatie van de LTC (20%)
3EC = 43%
Toepassen en Kennen
Participatie workshops (100%)
2EC= 28%
De student past vaardigheden toe op diverse gebieden (zie hiernaast) De student kent en begrijpt de theorie behorende bij de vaardigheden Totaal aantal punten
Workshop about culture Conversational techniques Motivation International leadership Culture presentations Conflict handling
Opdracht met open vragen
100%
179
Onderwijseenheid: BAB LLG322VN Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: Marjolein Tijpens
Toetsperiode: 4
Studiejaar: 2014-2015
Datum: Feb 2014
(hoofd)onderwerp
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren)
Soort toetsing
Weging
De student kent en begrijpt de verschillende personeelsinstrumenten (als o.a. werving, selectie, beoordeling, training, uitstroom).
Uit Schoenmakers en Koopmans, Operationeel Personeelsmanagement, 7th ed Deel 1 Werving, selectie en introductie (instroom) Deel 2 P&O juridisch / financieel (instroom / doorstroom) Deel 3 Binden en boeien (doorstroom) Deel 4 Communicatie met medewerkers (doorstroom) Deel 5 Welzijn van medewerkers (doorstroom) Deel 6 P&O Administratief (doorstroom) Deel 7 Vertrek van medewerkers (uitstroom)
Kennen en begrijpen
Schriftelijk tentamen met open en/of multiple choice vragen
2EC = 29%
De student past de kennis uit de theorie lessen toe en analyseert deze.
Zie theorie
Toepassen en analyseren
Casus toets: Weekopdrachten (V) Lange termijn casus (80%) Presentatie van de LTC (20%)
3EC = 43%
De student past vaardigheden toe op diverse gebieden (zie hiernaast) De student kent en begrijpt de theorie behorende bij de vaardigheden
Workshops over: - Cultuur en organisatiecultuur, - Leiderschap, - Cross-culturele motivatie, - Gespreksvaardigheden, - Conflicthantering
Toepassen en Kennen
Participatie workshops (100%)
2EC= 28%
Totaal aantal punten
Opdracht met open vragen
100%
180
Onderwijseenheid: BAB module LLG323VE Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: Jacob Duinstra
Toetsperide: 4
Studiejaar: 2014-2015
Datum: 27-01-2014
(hoofd)onderwerp
Soort toetsing
Weging
De student is in staat om korte interne en externe analyse van casebedrijf te geven De student kan de theorie presenteren
Analyse van de strategie
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Begrijpen, toepassen en analyseren
Presentatie en verslag (als groep)
Voldoende/onvoldoende
Elk hoofdstuk van boek wordt door een groep gepresenteerd
Kennen, begrijpen, toepassen
Presentatie (als groep)
Max. 0,5 pt op-/afslag op eindcijfer
De student is in staat om een uitgebreidere analyse van bedrijf te geven De student is in staat om een confrontation matrix uit te voeren en op basis hiervan een strategie keuze te maken. De student kan gebruikte theoretie uitleggen en de gemaakte keuzes verklaren De student kan de gehele theorie en analyse omzetten in een final report Tentamen over de theorie
SWOT analyse
Begrijpen, toepassen en analyseren
Verslaglegging (als groep)
20%
Confrontation matrix
Begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren en evalueren
Verslaglegging (als groep)
25%
Alle gebruikte theorie m.b.t. strategy en CSR
Begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren en evalueren Begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren en evalueren Kennen, begrijpen en toepassen
Individueel gesprek
20%
Verslaglegging (als groep)
35%
De student is in staat om een communicatieplan o.b.v. de nieuwe strategie op te stellen Totaal aantal punten
Communicatieplan
Alle gebruikte theorie m.b.t. strategy, change en CSR Alle hoofdstukken boek
Begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren en evalueren
Tentamen: 6 open en 20 MC/TF vragen (ind.) Verslaglegging (als groep)
100%
181
Onderwijseenheid: LLG325VN INTERNATIONAL MARKETING MANAGEMENT Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: PETER HENDRIKSEN
Toets periode: 3
Studiejaar: 20142015
Datum: 9 DECEMBER 2013
(hoofd)onderwerp
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren)
Soort toetsing
Weging
Voor een bedrijf in een bepaald land buiten de EU een export marketingplan formuleren Op professionele wijze, inclusief kleding, het plan presenteren. Laat gekozen product met op het land afgestemde kenmerken tot leven komen. Marketing en management afdeling marketing, logistieke zaken die met export te maken hebben, kennis over het betreden van landen.
Analyseren, synthetiseren, evalueren
Projectopdracht/ verslag
Toepassen presentatietechnieken
Presentatie
Toepassen
Het prepareren van een prototype of verkooppresentatie
Kennen, begrijpen, toepassen, analyseren
Kennistoets / Casustoets met open vragen
De student...(kan een... van...) Een export (marketing) plan in groepsverband formuleren
Een export marketing plan presenteren Een export marketing plan tastbaar maken door een fysiek bewijs Kennis demonstreren en toepassen op gebied van export, exportlogistiek en marketing
Totaal aantal punten
4 EC (58%)
1 EC (14%)
2 EC (28%)
7 EC (100%)
182
Onderwijseenheid: LLG326VN MANAGEMENT VAN BEDRIJFSPROCESSEN Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: OENE SCHRIEMER
Toets periode: 4
Studiejaar: 20142015
Datum: 7 Februari 2014
(hoofd)onderwerp
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren)
Soort toetsing
Weging
Voor een supermarktketen in Nederland een inkoopplan formuleren Op basis van een gegeven data set productieplannen maken
Analyseren, synthetiseren, evalueren
Op basis van een gegeven data set een projectplanning maken Op basis van een gegeven data set productieprocessen optimaliseren Keten processen verduurzamen door het invoeren van management systemen
Analyseren, synthetiseren, evalueren Analyseren, synthetiseren, evalueren
Kennis en inzicht vergaren op het gebied van inkoop, productielogistiek en duurzame processen.
Kennen, begrijpen, analyseren en toepasen
De student is in staat... om in groepsverband een inkoopplan te formuleren om in groepsverband een productieplanning te maken op zowel strategisch, tactisch als operationeel niveau om in groepsverband een projectplanning te maken om in groepsverband productieprocessen te optimaliseren m.b.v. Excel om in groepsverband duurzame bedrijfsprocessen in kaart te brengen, te analyseren en eventueel te verbeteren om individueel kennis ten inzicht te demonstreren t.a.v. van bovenstaande leerdoelen.
Totaal aantal punten
Analyseren, synthetiseren, evalueren Verslag
4 EC (57%)
Analyseren, synthetiseren, evalueren
Kennistoets / Casustoets met open vragen
3 EC (43%)
7 EC (100%)
183
Onderwijseenheid: (BAB) LLG328VN TM
Opsteller: (Jan Hania)
Toets periode: (2 en 4)
Studiejaar: (2014-2015)
Datum: (november 2013)
Leerdoelen (werkwoorden)
(hoofd)onderwerp
Soort toetsing
Weging
De student kan in groepsverband een ondernemingsplan uitwerken
Zelfanalyse ten aanzien van aanleg voor ondernemerschap en uitwerken van een idee naar volledig ondernemingsplan Het presenteren van een uitgewerkt ondernemingsplan
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) en evt. leerlijn Uitwerken van de onderdelen in een ondernemingsplan
ontwerptoets
4/7
presenteren
presentatie
1/7
Zelfanalyse en evalueren
Opbouwend kritisch verslag
2/7
De student kan het ondernemingsplan presenteren De student kan kritisch kijken naar zijn eigen werkzaamheden en aangeven in hoeverre de voorgeschreven competenties ook op niveau getraind zijn. Totaal aantal punten
De getrainde competenties, organiseren ,ondernemen en plannen worden geëvalueerd
100%
184
Education unit: Supply Chain Management LLG330VE Learning objectives (verbs)
Author: Oene Schriemer
Testing period: 1
Academic year: 2014-2015
Date: 10-07-2013
(main) topic
Type of testing
Weighting
The student can describe and analyse a chain from the food and agribusiness and can formulate improvement proposals based on that..
Description of the chain in the field of logistics, marketing, finance, collaboration, ICT, tracking and tracing, food safety and sustainability. Analysis using SWOT, Porter's 5 forces analysis, DEPEST and stakeholders analysis. Excel Production planning Chain analysis
Nature of the questions (Know, understand, analyse, evaluate, synthesize, apply) Understand, analyse and apply. Integral learning pathway
Assessment report based on an assessment form
28%
The student can make a production planning on chain level in Excel The student has insight in the main topics of supply chain management (efficient consumer response, costs in chains, knowledge sharing, tracking and tracing and category management) and can apply this. Totaal aantal punten
Efficient Consumer Response Costs in chains Knowledge sharing ICT, T&T and food safety Category Management
Presentation of the first part in week 5
Know, understand and analyse. Skills and conceptual learning pathway Understand, analyse and apply Conceptual and integral learning pathway
Assessment report case Alcohol
28%
Assessment based on an individual test with open questions.
44%
Formative assessment based on five short assignments
100%
185
Onderwijseenheid: (BAB) LLG331VN Bedrijfskundevariant Leerdoelen (werkwoorden)
Opsteller: (Jan Hania)
Toets periode: (1 en 3)
Studiejaar: (2014-2015)
Datum: (30augustus 2013)
(hoofd)onderwerp
Soort toetsing
Weging
De student kan in groepsverband een bedrijfsanalyse en overnameplan maken
Analyse bedrijf en waardering voor mogelijke overname
Casus en open vragen via groepswerk
3/7
De student kan: - met behulp van kengetallen bedrijf financieel beoordelen - een analyse van risico’s maken m.b.v. een 5 stappenplan
Bedrijfsanalyse Risicomanagement
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) en evt. leerlijn Analyseren, probleem oplossen en informatieverwerking. Integrale leerlijn Begrijpen en analyseren. Integrale leerlijn
Casus en open vragen via tentamen
2/7
De student kan individueel investeringen beoordelen op rendement, kasstromen analyseren en een bedrijf waarderen (voor bijv. overname). Tevens kan de student een financierings-aanvraag zowel vanuit de ondernemer als ook vanuit de bank beoordelen. Totaal aantal punten
Bedrijfswaardering Financiering Kasstromen Investeringen
Begrijpen, toepassen en analyseren. Conceptuele leerlijn en integrale leerlijn.
Tentamen met open vragen gebaseerd op (kleine) casussen
2/7
100%
186
Onderwijseenheid: LLG332VN Accounting
Opsteller: Thijs Sijtsma
Toetsperiode: 2 en 4
Studiejaar: 2014 - 2015
Leerdoelen (werkwoorden)
(Hoofd)onderwerp
Soort toetsing
De student kan zelfstandig een administratierapport opstellen m.b.v. administratiesoftware ‘Account View’ De student kan door analyse van een jaarrekening een bedrijf financieel beoordelen De student kan financiële data interpreteren in balansgevolgen via het opstellen van journaalposten
Administratie bedrijf ‘Interplastic BV’
Aard van de vragen (kennen, begrijpen, toepassen, analyseren, synthetiseren, evalueren) Analyseren, probleem oplossen en informatieverwerking.
Begrijpen en analyseren
Jaarverslag van een bestaand bedrijf wordt getoetst met open vragen Vraagstukken met multiple choice vraagstukken en open vragen
Totaal aantal E.C.’s:
Jaarverslaggeving
Bedrijfsadministratie van een NV of BV
Begrijpen, toepassen en analyseren
Datum: 27-012014 Weging (E.C.’s)
Casus en open vragen 3/7
2/7
2/7
7
187