Nog niet gecontroleerde informatie ! Het via doorschakelen beschikbare bestand is nog niet gecontroleerd en wordt zo spoedig mogelijk vervangen of aangevuld.
Gemeenteblad Nijmegen
Jaartal / nummer
Opgenomen in collectie gemeentebladen in
1990
1990 / 45 OCR-controle moet nog plaatsvinden! Naam
Bestemmingsplan Haven- en Industriegebied Nijmegen West 1979-XIX Voorschriften
Kaart nr. 45.992
Toelichting
Opmerkingen
Het oorspronkelijke gemeenteblad is ten behoeve van presentatie binnen intranet c.q. internet opnieuw uitgebracht in digitale vorm, waarbij inhoudelijk identiek aan de oorspronkelijke uitgave. Nieuw toegevoegd zijn een vervangend titelblad (en de bestemmingsplankaart). Bijzondere aanvullende voorschriften
Aantal bladzijden / verkoopprijs
?? / € 0,00
gb90-045v.doc
541
No. 45
GEMEENTEBLAD
1990
NIJMEGEN
Bestemmingsplanvoorschriften behorende bij de herziening van het bestemmingsplan der gemeente Nijmegen (plan “Haven- en Industriegebied Nijmegen West 1979-X1x”), vastgesteld bij besluit van de Raad der gemeente Nijmegen d.d. 4 oktober 1989 afdeling Stedelijke Inrichting nr. 273/1989. HOOFDSTUK I DEFINITIES In het plan wordt verstaan onder: A. 1.
het plan: het onderhavige bestemmingsplan, zijnde de kaart en deze voorschriften;
2.
de kaart: de tegelijk met deze voorschriften vastgestelde kaart nr. 45.992 waarop het plan is aangegeven;
3.
een gebouw: een voor mensen toegankelijke, overdekte, geheel of gedeeltelijk met wanden omsloten ruimte;
4.
een bouwwerk: elke constructie geen gebouw zijnde, van enige omvang van hout, steen, metaal of ander materiaal die direct of indirect steun vindt in of de grond;
5.
op
een werk: een constructie geen gebouw of bouwwerk zijnde;
B. 1.
2.
een bedrijsgebouw: een gebouw of een gedeelte van een gebouw dat krachtens zijn aard en indeling uitsluitend is bestemd voor de uitoefening van één of meer bedrijfsactiviteiten -met uitzondering van garage- en detailhandelsbedrijven- en niet voor bewoning is ingericht; detailhandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder de uitstalling ten verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan diegenen die die goederen kopen voor gebruik en/of verbruik of aanwending anders dan in de uitoefening van bedrijfs- of beroepsactiviteiten;
542
C.
3.
groothandel: het bedrijfsmatig te koop aanbieden, waaronder begrepen de uitstalling ter verkoop, verkopen en/of leveren van goederen aan detaillisten, instellingen dan wel aan personen die deze goederen in een door hen gedreven onderneming bedrijfsmatig aanwenden, derhalve geen detailhandel zijnde in de zin van deze voorschriften;
4.
detailhandelsbedrijf in volumineuze vakantie-, sport- en recreatie-artikelen: een detailhandelsbedrijf, waarbij bedrijfsmatig volumineuze vakantie, sport- en recreatie-artikelen ter verkoop worden aangeboden, zoals boten, scheepsmotoren, caravans, vouwwagens, bagagewagens, surfplanken, zeilen en dergelijke. Tot deze detailhandel behoort ook klein-assortiment benodigd voor gebruik, installatie, reparatie of onderhoud van deze volumineuze artikelen, zoals bijvoorbeeld touwen, ankers, lakken en dergelijke. De al dan niet overdekte verkoopvloeroppervlakte dient ten minste 1.OOO m2 te bedragen;
5.
een garagebedrijf: een bedrijf dat uitsluitend of in hoofdzaak is bestemd voor de verkoop, reparatie, waaronder begrepen spuiten en uitdeuken, van motorvoertuigen, alsmede voor de verkoop van motorbrandstoffen, olieen smeermiddelen;
1.
een bouwperceel: de grond die, overeenkomstig het bepaalde in deze voorschriften, behoort bij een bestaand of nog op te richten gebouw met of zonder bijgebouwen;
2.
een perceelsgrens: de grens van een bouwperceel;
3.
de bebouwde oppervlakte: de buitenwerks gemeten oppervlakte van alle op een bouwperceel aanwezige gebouwen en bouwwerken op 1 meter of hoger boven peil;
4.
de bebouwingsgrens: de als zodanig op de kaart aangegeven lijn, waarbinnen de toegestane bebouwing moet worden opgericht en die behoudens toegestane afwijkingen niet door bebouwing mag worden overschreden;
5.
de hoogte van een gebouw: de hoogte van de bovenkant van de goot, het boeiboord of het bouwdeel dat de plaats van de goot of het boeiboord inneemt, boven peil; schoorstenen, liftkokers en antennes vallen hierbuiten;
543
6 . verkoopvloeroppervlakte: de totale vloeroppervlakte, binnenwerks gemeten, welke van alle op een bouwperceel aanwezige bebouwing op, boven en onder peil, voor de uitoefening van een detailhandelsbedrijf direct dan wel indirect voor de consument toegankelijk is; 7. p e i l : a. voor een gebouw of een bouwwerk waarvan de voorgevel direct aan de weg grenst: het peil van het hoogst aangrenzende weggedeelte; b. voor een gebouw of een bouwwerk waarvan de voorgevel niet direct aan de weg grenst: het peil van het hoogst aangrenzende terreingedeelte; c. indien het gebouw of bouwperceel is gelegen in geaccidenteerd terrein of tussen twee wegen, geldt het peil van het hoogst aangrenzende weggedeelte of terreingedeelte nabij de voorgevel van het gebouw; HOOFDSTUK II BESTEMMINGSCATEGORIEEN CATEGORIE 1 BV-A
Bednjfsdoeleinden De gronden welke op de kaart voor “bedrijfsdoeleinden” (categorie BV-A) zijn aangewezen, zijn bestemd voor de oprichting van bebouwing ten behoeve van detailhandelsbedrijven in volumineuze vakantie-, sport-en recreatie-artikelen en/of van bedrijfsgebouwen ten behoeve van industriële doeleinden, handel en nijverheid en de daarbij behorende bijgebouwen, bouwwerken en werken, met dien verstande dat: a. uitgezonderd zijn: - garagebedrijven; - andere detailhandelsbedrijven dan detailhandelsbedrijven in volumineuze vakantie-, sport- en recreatie-artikelen; - de opslag van gebruikte enlof voor de sloop bestemde rij- enlof voertuigen enlof onderdelen daarvan enlof stankverwekkende afvalstoffen of opslag van het een en ander voormelde; - bedrijfsactiviteiten welke voorkomen op de in de bijlage bij deze voorschriften opgenomen “Staat van bedrijfsactiviteiten” welke bijlage onderdeel uitmaakt van deze voorschriften; - zogenaamde “A-inrichtingen” op grond van het besluit van 15 oktober 1981, Staatsblad 1981, 671 (besluit categorie A-inrichtingen Wet geluidhinder);
544
b. de overdekte verkoopvloeroppervlakte van een detailhandel in volumineuze vakantie-, sport- en recreatie-artikelen ten minste 1.OOO m2 dient te bedragen; c. de maximum hoogte van de bebouwing is vastgesteld op het aantal meters als op de kaart is aangegeven. CATEGORIE 2 P
Parkeren De gronden welke op de kaart voor “parkeren” (P) zijn aangewezen, zijn bestemd voor de aanleg van parkeerplaatsen met bijbehorende voorzieningen. Op deze gronden mag niet worden gebouwd met uitzondering van het oprichten van lichtmasten, verkeersborden en andere verkeersvoorzieningen en erfafschekfingen met een maximale hoogte van 2 meter. Op deze gronden mag geen opslag plaatsvinden.
HOOFDSTUK 111 ALGEMENE BEPALINGEN 1. De bebouwing moet binnen de bebouwingsgrens worden opgericht, behoudens een verleende vrijstelling ingevolge het bepaalde in Hoofdstuk V. 2. Grond welke eenmaal in aanmerking is en moest worden genomen bij de verlening van een bouwvergunning waaraan uitvoering is of alsnog kan worden gegeven, wordt bij de beoordeling van latere bouwplannen niet meer in aanmerking genomen. 3. Voor het op de kaart aangegeven tracé hoogspanningsleiding mogen binnen een strook van 22.50 meter ter weerszijden van het hart van de hoogspanningsleiding geen gebouwen of bouwwerken worden opgericht, anders dan hoogspanningsmasten met een maximale bebouwingshoogte van 60 meter. HOOFDSTUK IV TOEPASSING ARTIKEL 11 VAN DE WETOP DE RUIMTELIJKE ORDENING Plan wJz&ing 1. Burgemeester en Wethouders zijn bevoegd om met toepassing van artikel 11 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening het plan te wijzigen, indien het betreft aanvulling c.q. wijziging van de als bijlage bij deze voorschriften opgenomen staat van bedrijfsactiviteiten, gehoord de Inspecteur van Volksgezondheid voor de hygiëne van het milieu.
545
2. Burgemeester en Wethouders maken van de bevoegdheid als bedoeld onder I slechts gebruik nadat belanghebbende gedurende 14 dagen in de gelegenheid is gesteld eventuele bezwaren schriftelijk bij hen kenbaar te maken. HOOFDSTUK V TOEPASSING ARTIKEL 15 VAN DE WET OP DE RUIMTELIJKE ORDENING Algemeen A Burgemeester en Wethouders kunnen vrijstelling verlenen: a. tot het overschrijden van de bij het plan aangegeven hoogtematen met maximaal 10%; b. van de in de staat van bedrijfsactiviteiten vermelde bedrijfsactiviteiten voor de vestiging van een bedrijf dat voor het woon- en werkmilieu aanvaardbaar is in vergelijking met de reeds in de Staat van Bedrijfsactiviteiten opgenomen bedrijven, zulks gehoord de Inspecteur van Volksgezondheid voor de hygiëne van het milieu; C. van het bepaalde in 111, lid 3 voor gebouwen en bouwwerken, welke op grond van de gegeven bestemming zijn toegestaan, voor zover uit het overleg met de betrokken leidingbeheerder blijkt, dat daartegen uit hoofde van de bescherming van de hoogspanningsleiding geen bezwaar bestaat; d. plinten, pilasters, kozijnen, gevelversieringen, wanden van ventilatiekanalen en van schoorstenen; gevel- en kroonlijsten en overstekende daken; erkers, ingangspartijen, luifels, balcons en laadperrons, mits zij de bebouwingsgrens met niet meer dan 1,50 meter overschrijden; stoepen, bordessen, toegangsbruggen, funderingen, laadperrons, kelderingangen en -koekoeken, mits zij niet hoger worden opgetrokken dan 1 meter boven peil; de bouw van kraanbanen, hijsinstallaties en andere open constructies tot maximaal 5 meter, voor de bebouwingsgrens, over een lengte van maximaal 50% van de bebouwingsgrens van het bouwperceel. B. Burgemeester en Wethouders maken van de bevoegdheid tot vrijstelling in de gevallen genoemd in lid I onder a en b eerst gebruik, nadat belanghebbenden gedurende 14 dagen in de gelegenheid zijn gesteld eventuele bezwaren schriftelijk bij hen kenbaar te maken. HOOFDSTUK Vl GEBRUIKSBEPALINGEN 1. Het is verboden gebouwen, bouwwerken en/of bijbehorende tuinen en open erven of andere terreinen te gebruiken op een wijze of tot een doel strijdig met de uit het plan voortvloeiende bestemming.
546
Het bepaalde in het eerste lid is niet van toepassing op een gebruik dat bestond ten tijde van het rechtskracht verkrijgen van het plan en dat afwijkt van de in het plan aangegeven bestemmingen en/of voorschriften, zolang in de aard van dat gebruik geen wijziging wordt gebracht, dan wel de met het bestemmingsplan bestaande strijdigheid wordt verminderd. Burgemeester en Wethouders verlenen van het bepaalde onder 1 vrijstelling, als strikte toepassing van de voorschriften leidt tot een beperking van het meest doelmatige gebruik, die niet door dringende redenen gerechtvaardigd wordt. Burgemeester en Wethouders maken van de bevoegdheid als bedoeld onder 3 slechts gebruik nadat belanghebbenden in de gelegenheid zijn gesteld gedurende 14 dagen hun bezwaren tegen het verlenen van de vrijstelling schrielijk kenbaar te maken. Overtreding van het bepaalde in lid 1 van dit hoofdstuk is een strafbaar feit als bedoeld in artikel 59 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening. HOOFDSTUK VII SLOTBEPALING Deze voorschriften kunnen worden aangehaald onder de titel: “Bestemmingsplanvoorschriften Haven- en Industriegebied Nijmegen West 1979-x1x”, Vastgesteld bij besluit van de Raad der gemeente Nijmegen d.d. 4 oktober 1989 afdeling Stedelijke Inrichting, nr. 273/1989. Onherroepelijk goedgekeurd ingevolge artikel 28 en 29 lid 1 van de Wet op de Ruimtelijke Ordening bij besluit van Gedeputeerde Staten van Gelderland d.d. 24 november 1989. nr. R089.3789-ROWG5208. STAAT VAN BEDRIJFSACTIVITEITEN Aardappelmeelfabriek. Aardappelstomerij. Aardolie, raffineren van. Affineerderij van goud en zilver meer dan 50 pk. Afval: bewaren, bewerken, verwerken of vernietigen van. Alkoholen, productie van. Aminen, productie van. Ammoniak, productie van. Ammoniaksalpeter: vervaardigen, verwerken en bewaren van veiligheidskruitsoorten, welke in
547
hoofdzaak ammoniaksalpeter bevatten. Aromatische koolstoffen, productie van. Automobielen: bezwaren, bewerken, verwerken of vernietigen van voor de sloop bestemde automobielen. Azijnfabriek. Azijnzuur en/of azijnzuuranhydride, productie van. Bakken: van voedings- en genotmiddelen in oliën en/of vetten met een electrisch vermogen van meer dan 25 pk. Bakken: inrichtingen waar uit klei of leem gevormde voorwerpen worden gebakken, tenzij het betreft pottenbakkerijen met niet meer dan 1 oven en het electromotorisch vermogen niet meer dan 5 pk bedraagt. , Beproevingsinriihting voor verbrandingsmotoren. Bestrijdingsmiddelen, bewaren van. Betatron, bezigen van een. Beton: vervaardigen van beton, vervaardigen of bewerken van voorwerpen van beton. Blikslagerij meer dan 50 pk. Bloeddrogerij. Bontververij. Botenwerf. Branderij voor alkoholhoudende producten. Branderij voor cacao. Branderij voor gips. Branderij voor kalk. Branderij voor koffie. Branderij voor koffiestroop. Branderij voor magnesiet. Branderij van pinda’s. Brekerij van steen of mineralen. Brouwerij. Buskruit: vervaardigen en verwerken van buskruit, bewaren van buskruit met een maximum van 50 kg. Cacaomolerij. Carbiden, productie van. Carbonblack, productie van. Caseïnefabriek. Cellulosefabriek. Cementfabriek. Chamottefabriek. Chemische producten: vervaardigen, bewerken of verwerken van chemische producten met een totale
548
capaciteit van meer dan 1000 tonljaar. Chloor, productie van. Chloorzure zouten: vervaardigen, verwerken en bewerken van ontplofbare mengsels met. Cichoreifabriek. Cocosweverij. Constructiewerkplaats meer dan 50 pk. Conservenfabriek. Cosmetische producten. Vervaardigen, bewerken of verwerken van. Creosoteren van hout. Curietherapie, inrichting voor. Cyaanverbindingen: metaalharderij waar cyaanverbindingen worden gebezigd. Cyclotron, bezigen van een. Darmslijmerij. Darmsorteerderij. Destillatie, droge. Destructie-inrichting. Dextrinefabriek. Distilleerderij. Draadnagelfabriek. Draadtrekkerij. Drogerij van dierlijke stoffen. Droge destillatie. Drogen: kunstmatig drogen van stoffen, uitgezonderd moffelovens. Drukhouders: bezwaring in drukhouders van samengeperste, door samenpersen tot vloeistof verdichte of onder druk in vloeistof opgeloste gassen, tenzij met een gezamenlijke waterinhoud van niet meer dan 22.000 liter en geen grotere waterinhoud per reservoir dan 6.000 liter, uitsluitend, indien het betreft stationaire reservoirs. Dynamiet: vervaardigen, verwerken en bewaren van. Electrische centrale. Electromotoren: inrichtingen, welke uitsluitend door het daarin aanwezig electromotorisch vermogen onder de bepalingen van de Hinderwet vallen en waarbij het gezamenlijk electromotorisch vermogen groter is dan 50 pk. Emailleeeroven, bezigen van een. Ertsconcentratiebedrijf. Erts, op- en overslag van.
549
Farmaceutische producten, vervaardigen van. Fosgeen, productie van. Fosforzuur, productie van. Gassen: bezigen van corrosieve gassen, bezigen van sterk prikkelende gassen, bezigen van vergiftigde gassen. Gehalogeneerde organische verbindingen. Gelatinefabriek. Gieterij: met een capaciteit van meer dan 100 ton/jaar. Gipsbranderij. Glasfabriek. Glucosefabriek. Graanmalerij. Haarklopperij. Harsen, bereiden of verwerken van. Herstelinrichtingen voor verbrandingsmotoren. Herstelinrichting voor motorvoertuigen. Huidenklopperij. Impregneerketel, bezigen van een. loniserende stralen: bezigen van toestellen welke ioniserende stralen uitzenden. Isotopenlobarotarium. Kalkblusserij. Kalkbranderij. Kalk, bewaarplaats van ongebluste. Kalkmalerij. Katoenklopperij. Kernreactor, bezigen van een. Ketelmakerij. Klopperij: van haar, huiden, katoen, schors, tapijten, vederen, vis, wol of zakken. Knalkwikzilver, vervaardigen, verwerken of bewaren van. Koffiebranderij. Koffiestroopbranderij. Kokerij, van dierlijke stoffen. Kolenbrekerij Kolenzeverij.’ Koperslagerij met een gezamenlijk vermogen van meer dan 50 pk. Kuiperij. Kunstmestfabriek. Kunststoffen: vervaardigen, bewerken of verwerken van, met een gezamenlijk vermogen van meer dan 25 pk.
550
Laag moleculaire onverzadigde organische verbindingen, productie van. Lasinrichting met een gezamenlijk vermogen van meer dan 25 pk. Leerlooierij. Likeurstokerij. Lijmfabriek. Machinale houtbewerking met een gezamenlijk vermogen van meer dan 25 pk. Machinefabriek met een gezamenlijk vermogen van meer dan 25 pk. Macromoleculaire stoffen: vervaardigen, bewerken of verwerken van, met een totale capaciteit van meer dan 1.OOO tondaar. Magnesietbranderij. Malerij: van cacao, graan, kalk, mout, schelpen, schors of tras. Melkuitgiftestation, tenzij zowel het laden als lossen der producten geschiedt in een geheel gesloten ruimte. Melk, verwerken van. Mercaptanen en/of thio-ethers, productie van. Metaaldraadvlechterij. Metaaldraadweverij. Metaalgieterij. Metaalharderij. Metaalpletterij. Metaalsmelterij. Metaalwalserij. Metaaloxiden, productie van. Metalen platen: bewerken of verwerken van, meer dan 50 pk. Metallurgisch bedrijf met een totale capaciteit van meer dan 1.OOO ton/jaar. Mineralen, breken en/of zeven van. Moffeloven, bezigen van een. Molenmakerij. Molenstenen, vervaardigen of bewerken van. Mouterij. Moutmalerij. Munitie, bewaren van, met een maximum van 50 kg. Nitraathoudende stoffen, Nitraten: vervaardigen, verwerken Nitrocellulose: vervaardigen, verwerken Nitroglycerine: vervaardigen, verwerken Nitroverbindingen: vervaardigen, verwerken
bewaren van anorganische. en bewaren van ontplofbare organische nitraten. en bewaren van. en bewaren van. en bewaren van ontplofbare.
551
Oliën, bereiden of verwerken van. Ontplofbare stoffen: vervaardigen, verwerken en bewaren van. Ontstekingsmiddelen: vervaardigen en verwerken van, waarin buskruit, schietkatoen of andere ontplofbare preparaten voorkomen. Ontvetten van wol. Organische verbindingen: gehalogeneerde, met een totale productiecapaciteit van meer dan 100 ton per jaar. Organische verbindingen: laag moleculaire verzadigde. Papierfabriek. Penserij. Peroxyden, bewaren van organische. Pharmaceutische producten: vervaardigen, bewerken of verwerken van. Picrinezure zouten: vervaardigen, verwerken en bewaren van ontplofbare mengsels, welke picrinezure zouten bevatten. Pindabranderij. Plastics- en plasticartikelen: inrichtingen tot het vervaardigen, bewerken of verwerken van, met een gezamenlijk vermogen van meer dan 50 pk. Polymeren: met een totale productie van meer dan 100 ton per jaar. Radio-actieve stoffen: bereiden, bewerken, verwerken, als afval deponeren of afvoeren van. Raffinaderij. Rayonfabriek. Rokerij, kokerij of zouterij van dierlijke stoffen. Röntgentoestel, aanwenden van een. Rubber: bewerken of verwerken van, met een totale capaciteit van meer dan 100 ton per jaar. Salpeter: vervaardigen, verwerken en bewerken van veiligheidskruitsoorten, welke in hoofdzaak ammoniak bevatten. Salpeterzuur, productie van. Schaaldieren, opslag, bewerk en of verwerker van. Scheepswerf. Schelpenmalerij. Schietinrichting. Schietkatoen: vervaardigen, verwerken en bewaren van, of van ontstekingsmiddelen, waarin
552
schietkatoen voorkomt. Schorsklopperij. Schorsmalerij. Slachterij. Sloop: bewaren, bewerken of verwerken of vernietigen van voor de sloop bestemde automobielen. Sloperij. Slijpschijven, vervaardigen of bewerken van. Smaak- en reukstoffen, productie van. Smederij met een gezamenlijk vermogen van meer dan 10 pk. Spijkerfabriek. Staalstralen met een gezamenlijk vermogen van meer dan 50 pk. Steenbrekerij. Steenhouwerij. Steenzagerij. Steenzeverij. Stikstofhoudende kuntmeststoffen, productie van. Stoffen en voorwerpen: door kunstmatige verwarming drogen van. Stoomketel, bezigen van een. Strokartonfabriek. Stijfselfabriek. Suikerfabriek. Suikerraffinaderij. Superfostaat en/of dubbelsuperfosfaat, productie van. Synchrocyclotron, bezigen van een. Tapijtklopperij. Textielblekerij. Textieldrukkerij. Textielspinnerij. Textielsterkerij. Textielververij. Textielwasserij. Textielweverij. Traan, opslag, bewerken of verwerken van. Trasmalerij. Vederenklopperij. Veiligheidskruitsoorten: vervaardigen, verwerken en bewerken van. Vellen: bewaren, verwerken, bewerken of vernietigen van. Verbrandingsmotoren, beproevingsinrichting voor. Veredeling van zetmeel. Vertinnerij met een gezamenlijk vermogen van meer dan 25 pk. Ververij van bont.
553
Ververij van vederen. Verzinkerij met een gezamenlijk vermogen van meer dan 25 pk. Vetten, bereiden of verwerken van. Vilderij. Vis, opslag, bewerken of verwerken van. Viscose, productie van. Visklopperij. Vismeel, opslag, bewerken of verwerken van. Vlasroterij. Vloeistoffen: vervaardigen van, met een ontvlammingspunt lager dan 55’ C. Inrichting waar brandbare vloeistoffen worden gebezigd, verwerkt en bewaard (bovengronds) met een gezamenlijk volume van meer dan 1.OOO liter (K-1 klasse) of met een gezamenlijk volume van meer dan 2.500 liter (K-2 klasse).1) Inrichting waar zowel niet als wel met water mengbare brandbare vloeistoffen, Kl- en K2-klasse, worden gebezigd, verwerkt en bewaard tot een maximum van 10.000 liter voor de Kl -klasse (ondergronds). Vruchtenstroopfabriek. Vulcaniseerinrichting met een totale capaciteit van meer dan 100 ton per jaar. Vuurwapenfabriek. Vuurwerk: vervaardigen, verwerken en bewaren van. Weekdieren: opslag, bewerken of verwerken van. Wolklopperij. Wol, ontvetten van. Mzergieterij. Zaadschoonderij. Zakkenklopperij. Zetmeel, veredelen van. Zeverij van steen of mineralen. Zoutzuur, productie van. Zwavelkoolstof, productie van. Zwalvelzuur, productie van. 1) gerede lakken, verven of lijmen in metalen bussen mogen tot een gezamenlijke hoeveelheid van 5.000 liter Kl -klasse of 10.000 liter K2-klasse bovengronds aanwezig zijn.
554
TOELICHTING behorende bij het bestemmingsplan “Haven- en Industriegebied Nijmegen West 1979-X1x” Algemeen Door de eigenaar van een gedeelte van het perceel Fabrieksweg/Mercuriusstraat 3a t/m 7 is een verzoek ingediend om in het pand een detailhandel in volumineuze vakantie-, sport- en recreatieartikelen te vestigen. In het pand is momenteel het centrale magazijn van een meubelhandel en warenhuis voor woninginrichtings- en recreatie-artikelen gevestigd. Het is de bedoeling dat de detailhandel in volumineuze recreatie-artikelen, zoals bungalowtenten, surfplanken, kano’s en kleine zeilboten e.d. vanwege de moeilijke verkeers- en parkeersituatie uit het warenhuis in het stadscentrum naar het onderhavige pand verplaatst wordt. In het onderhavige pand zijn overigens nog twee andere bedrijven gevestigd. Dit zijn zeffstandige bedrijven, die alleen op hetzeffde perceel gehuisvest zijn. De voorgenomen vestiging van deze detailhandel in sport en kampeerartikelen is zowel naar branche als naar oppervlakte (groter dan 1.OOO m2 vloeroppervlakte) in overeenstemming met het ruimtelijk beleid zoals dat door de gemeenteraad op 29 oktober 1986 is vastgesteld met betrekking tot detailhandelsvestigingen buiten de traditionele winkelgebieden. In dit kader is de omgeving van de EnergiewegMleurtsewegKanaalstraat als proefgebied aangewezen voor de vestiging van bepaalde vormen van detailhandel, welke om diverse redenen niet of nauwelijks inpasbaar zijn binnen de traditionele winkelgebieden, aanvullend zijn op de verzorging vanuit deze winkelgebieden en buiten het normale assortiment vallende goederen presenteren (bijvoorbeeld volumineuze goederen). Bestemmingsplan In het bestemmingsplan “Haven- en Industriegebied Nijmegen West 1979” is het perceel Fabrieksweg/Mercuriusstraat 3a t/m 7 opgenomen binnen de bestemming “Bedrijfsdoeleinden” (categorie BV). De vestiging van een detailhandel in volumineuze recreatie-artikelen zoals bungalowtenten, surfplanken, kano’s, kleine zeilboten enz. is binnen deze bestemmingscategorie niet mogelijk. Een herziening van het bestemmingsplan is dan ook noodzakelijk. Zoals hierboven reeds is gesteld, past deze detailhandel in volumineuze recreatie-artikelen binnen het terzake vastgestelde distributie-planologisch beleid, zodat een herziening van het bestemmingsplan niet op planologische/stedebouwkundige bezwaren stuit. In de noodzakelijke bestemmingsplanherziening wordt voorzien middels het onderhavige bestemmingsplan “Haven- en Industriegebied Nijmegen West 1979-X1x”. Hiertoe is voor het onderhavige perceel de geldende bestemming “Bedrijfsdoeleinden” uitgebreid tot de mogelijkheid van de oprichting van bebouwing ten behoeve van detailhandelsbedrijven in volumineuze vakantie-, sport- en recreatie-artikelen (categorie BV-A). De vrijstellingsclausule met betrekking tot het gebruik van gebouwen ten behoeve van het onderwijs zijn achterwege gelaten, omdat zich binnen het
555
plangebied geen scholen bevinden en deze er ook niet zullen komen. Aangezien de op het perceel aanwezige bebouwing en op te richten bebouwing in overeenstemming zal zijn met het onderhavige bestemmingsplan, zijn de overgangsbepalingen ten aanzien van het bouwen niet in de voorschriften opgenomen. Verkeer Het onderhavige bedrijf wordt gesitueerd aan de kant van de Fabrieksweg. Op eigen terrein kunnen voldoende parkeerplaatsen voor het personeel en de bezoekers aangelegd worden. Voor detailhandelvestigingen in volumineuze recreatie-artikelen geldt een parkeernorm van 1 parkeerplaats per 50 m3 brutovloeroppervlak. Het langs de Fabrieksweg gelegen perceelsgedeelte is bestemd voor parkeren. Milieu
.
Het plangebied, waarop momenteel een magazijngebouw staat, ligt buiten de 25 jaars beschermingsgebieden van de Nijmeegse waterwingebieden. Bodemverontreiniging is op deze lokatie niet te vrezen. De toegelaten bedrijfsactiviteiten zullen geen gevaar, schade of hinder, middels het stellen van voorschriften in de Hinderwetvergunning, veroorzaken. Financiële uirvoe&aarheid Aangezien het hier de uitvoering van een particulier bouwplan betreft, zijn er aan deze bestemmingsplanherziening voor de gemeente Nijmegen geen nadelige financiële gevolgen verbonden. Inspraak en uitkomsten vooroverleg ex artikel 70 van het Besluit op de Ruimtelijke Ordening 1985 De belanghebbenden in de omgeving van het perceel Mercuriusstraat zijn bij brief van 16 maart 1989 in de gelegenheid gesteld tot 31 maart 1989 schriftelijk op de voorgenomen bestemmingsplanherziening te reageren. Er zijn geen schriftelijke inspraakreacties ingekomen. Het overleg op grond van het bepaalde in artikel 10 van het Besluit op de ruimtelijke ordening 1985 heeft geen inhoudelijke reacties opgeleverd.