Museumconservator (Ma) Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - M Museumconservator

Museumconservator (Ma) Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - M Museumconservator - 2010-2011

Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - M Museumconservator - 2010-2011

I

De masteropleiding tot Museumconservator is een duale opleiding (één jaar onderwijs, één jaar praktijk) voor studenten die geïnteresseerd zijn in de museumpraktijk. Voor toelating geldt een selectie. Tijdens de masteropleiding bereid je je uitvoerig voor op werk in de museumwereld. Het onderwijs vindt deels aan de universiteit plaats en deels in het museum, in de vorm van een praktijkjaar in een van de deelnemende musea. Je houdt je bezig met behoud en beheer van cultureel erfgoed, collectievorming en presentatie van kunst, de rol van musea als podium voor de eigentijdse beeldcultuur en het interesseren van nieuwe publieksgroepen. De masteropleiding is ontwikkeld in nauwe samenwerking met de UvA en zeven grote musea (het Rijksmuseum, het Van Gogh Museum, het Amsterdams Historisch Museum, het Stedelijk Museum en het Tropenmuseum in Amsterdam, het Centraal Museum in Utrecht en Museum Boijmans in Rotterdam). De master Museumconservator geeft je goede kansen op een baan: musea hebben voortdurend behoefte aan nieuwe stafleden vanwege de grote mobiliteit van museummedewerkers. In het eerste halve jaar van de master Museumconservator kies je twee onderdelen (elk 10 stp) uit de algemene masteropleiding Kunstgeschiedenis en/of de onderzoeksmaster. Daarnaast volg je de cursus Verzamelen en presenteren, die in samenwerking met de UvA wordt aangeboden. Het praktijkjaar (60 stp) valt in de tweede helft van het eerste jaar en de eerste helft van het tweede jaar. Parallel aan de stage volg je een discussiecollege Museumproblematiek (10 stp) over actuele ontwikkelingen binnen de nationale en internationale museumwereld. Je sluit de opleiding af met een scriptie (20 stp). Overzicht van de opleiding (pdf)


II

Inhoudsopgave

Master Museumconservator duaal Master Museumconservator jaar 1 Master Museumconservator jaar 1 keuze Master Museumconservator jaar 2

1 1 1 2

Vak: Kunstkritiek beeldende kunst 1800-heden, Ma

2

Vak: Kunstliteratuur in de vroegmoderne tijd, Ma

3

Vak: Ma-scriptie Museumconservator

4

Vak: Methodologie beeldende kunst 1800-heden

4

Vak: Methodologie beeldende kunst 1800-heden, Ma

5

Vak: Museumconservator, praktijkjaar deel 1

6

Vak: Museumconservator, praktijkjaar deel 1, Ma

7

Vak: Museumconservator, praktijkjaar deel 2

8

Vak: Museumconservator, praktijkjaar deel 2a, Ma

9

Vak: Museumconservator, praktijkjaar deel 2b, Ma

10

Vak: Museumconservator, verzamelen en presenteren a

11

Vak: Museumconservator, verzamelen en presenteren b

12

Vak: Museumconservator, verzamelen/presenteren a, Ma

13

Vak: Museumconservator, verzamelen/presenteren b, Ma

14

Vak: Museumproblematiek a

15

Vak: Museumproblematiek a, Ma

15

Vak: Museumproblematiek b

16

Vak: Museumproblematiek b, Ma

17

Vak: Seminar Bijzondere vraagstukken

18

Vak: Seminar Dutch Art 1960-present

19


III

Master Museumconservator duaal Opleidingsdelen: - Master Museumconservator jaar 1 - Master Museumconservator jaar 2

Master Museumconservator jaar 1 Opleidingsdelen: - Master Museumconservator jaar 1 keuze Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

24.0

L_KAMAMUS012

25.0

L_KAMAMUS003

Museumconservator, verzamelen en presenteren a

6.0

L_KAMAMUS008

Museumconservator, verzamelen en presenteren b

6.0

L_KAMAMUS009

Museumconservator, praktijkjaar deel 1 Museumconservator, praktijkjaar deel 1, Ma

Semester 2

Museumconservator, verzamelen/presenteren a, Ma

Periode 1

5.0

L_KAMAMUS006

Museumconservator, verzamelen/presenteren b, Ma

Periode 2

5.0

L_KAMAMUS007

Museumproblematiek a

6.0

L_KAMAMUS010

Museumproblematiek a, Ma Semester 2

5.0

L_KAMAMUS001

Master Museumconservator jaar 1 keuze Kies 18 stp aan vakken uit de master Kunstgeschiedenis specialisatie Beeldende kunst, bijvoorbeeld onderstaande vakken. Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Kunstkritiek beeldende kunst 1800-heden, Ma

Semester 2

10.0

L_KNMAKGS001

Kunstliteratuur in de vroegmoderne tijd, Ma

Semester 2

10.0

L_KOMAKGS002


8-6-2012 - Pagina 1 van 20

Methodologie beeldende kunst 1800-heden Methodologie beeldende kunst 1800-heden, Ma

Semester 1

Seminar Bijzondere vraagstukken Seminar Dutch Art 1960present

Semester 1

6.0

L_KNMAKGS402

5.0

L_KNMAKGS401

9.0

L_KAMAKGS011

10.0

L_KNMAKGS006

Master Museumconservator jaar 2 Vakken:

Naam

Periode

Credits

Code

Ma-scriptie Museumconservator

Ac. Jaar (september)

20.0

L_KAMAMUSSCR

36.0

L_KAMAMUS013

Museumconservator, praktijkjaar deel 2 Museumconservator, praktijkjaar deel 2a, Ma

Semester 1

25.0

L_KAMAMUS004

Museumconservator, praktijkjaar deel 2b, Ma

Semester 2

10.0

L_KAMAMUS005

Museumproblematiek b

6.0

L_KAMAMUS011

Museumproblematiek b, Ma Periode 1

5.0

L_KAMAMUS002

Kunstkritiek beeldende kunst 1800-heden, Ma Vakcode

L_KNMAKGS001 (529602)

Periode

Semester 2

Credits

10.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit

Faculteit der Letteren

Coördinator

dr. S. Lutticken

Docent(en)

dr. S. Lutticken

Lesmethode(n)

Werkcollege

Doel vak Het leren schrijven over moderne en hedendaagse beeldende kunst aan de hand van actuele tentoonstellingen Inhoud vak Het programma bestaat uit wekelijkse bijeenkomsten, regelmatig (individueel) tentoonstellingsbezoek en het schrijven van recensies die in de bijeenkomsten uitvoerig worden besproken. Behalve schrijftechnische kwesties komt hierbij als vanzelfsprekend ook de meer inhoudelijke kant van de omgang met hedendaagse kunst aan bod. Tevens wordt in een inleidend college en door middel van enkele besprekingen van teksten aandacht besteed aan de geschiedenis en de huidige stand van de kunstkritiek. Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - M Museumconservator - 2010-2011

8-6-2012 - Pagina 2 van 20

Toetsvorm Aan de hand van geschreven recensies en de algehele inzet Literatuur Wordt nader bekendgemaakt Vereiste voorkennis Bachelor Kunstgeschiedenis of ACW Doelgroep Master studenten Kunstgeschiedenis, ACW en Museumconservator; MPhilstudenten Visual Arts, Media and Architecture Overige informatie Inschrijven verplicht via TIS

Kunstliteratuur in de vroegmoderne tijd, Ma Vakcode

L_KOMAKGS002 (530625)

Periode

Semester 2

Credits

10.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

dr. I.R. Vermeulen

Docent(en)

dr. I.R. Vermeulen

Lesmethode(n)

Werkcollege

Doel vak Lezen, analyseren en bediscussiëren van primaire bronnen. Kennis opdoen en actief bediscussiëren van de recente stand van zaken in de secundaire literatuur over deze bronnen. Toetsen van de bevindingen aan de hand van kunstwerken op locatie in musea of op tentoonstellingen. Zelfstandig vraagstellingen formuleren, onderzoek doen en uitwerken in mondelinge en schriftelijke presentaties. Inhoud vak In de cursus staat het lezen en analyseren van teksten uit de canon van de vroegmoderne kunstliteratuur centraal. Kennis over deze literatuur is onmisbaar bij de bestudering van beeldende kunst uit de periode 1400 - 1800. Aan de hand van werken van onder meer Giorgio Vasari, Karel van Mander, Roger de Piles, Johann Winckelmann en Denis Diderot wordt ingegaan op de kunsttheorie, de geschiedschrijving over kunstenaars, vroege vormen van kunstkritiek, de kunstgeschiedenis als discipline, de veranderende rol van auteurs en het lezerspubliek. Door vergelijkende analyse met recente studies over de gelezen bronnen en door excursies naar musea en tentoonstellingen zal de kennis over de kunstliteratuur verder worden verdiept. Toetsvorm Actieve deelname, twee referaten, werkstuk Literatuur * wordt nader bekend gemaakt. * ter introductie: U. Kultermann, History of Art History, Pleasantville


8-6-2012 - Pagina 3 van 20

New York: Abaris Books 1993 Vereiste voorkennis De bachelor binnen Kunst & Cultuur moet zijn afgerond Doelgroep Masterstudenten Beeldende kunst (1400- 1800) Overige informatie Inschrijven verplicht via TIS

Ma-scriptie Museumconservator Vakcode

L_KAMAMUSSCR (527651)

Periode

Ac. Jaar (september)

Credits

20.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Docent(en)

drs. S.J. Konijn

Lesmethode(n)

Werkcollege

Doel vak Met de scriptie geeft de student er blijk van in staat te zijn volgens wetenschappelijke normen onderzoek te doen. De scriptie is een in goed Nederlands geschreven verslag van zelfstandig verricht onderzoek naar een vraagstelling op het gebied van de kunstgeschiedenis of (cultuur)geschiedenis of meer in het bijzonder op het gebied van museumproblematiek of museumgeschiedenis. Inhoud vak De student stelt onderwerp en vraagstelling vast in overleg met de begeleidende docent. Deze wordt gekozen uit de bij het masterprogramma betrokken docenten van de universiteit waar de student is ingeschreven. Het onderwerp kan voortkomen uit de voorafgaande werkcolleges of uit tijdens het praktijkjaar verricht onderzoek.

Methodologie beeldende kunst 1800-heden Vakcode

L_KNMAKGS402 ()

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

prof. dr. W.J. Davidts

Doel vak Het kunnen onderkennen en analyseren van de belangrijkste kunsttheoretische, geschiedfilosofische en wetenschapsmethodologische problemen bij de bestudering van de moderne en hedendaagse kunst. Inhoud vak In de inleiding op het boek Painting as Model (Cambridge, Mass.: The MIT Press, 1995) stelt de kunsthistoricus Yve-Alain Bois dat hij onder Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - M Museumconservator - 2010-2011

8-6-2012 - Pagina 4 van 20

meer van de filosoof Roland Barthes geleerd heeft dat theorie niet op kunst 'toegepast' kan worden: "concepts must be forged from the object of one’s inquiry or imported according to that object’s specific exigency." De belangrijkste opgave voor de kunsthistoricus, zo stelt Bois, bestaat erin te vertrekken van het kunstobject: "the main theoretical act is to define this object, not the way around. To define an object, one has to know it intimately." Deze methodologische uitdaging ligt aan de basis van de collegereeks methodologie. Hoe vallen kunsttheorie en kunstobject met elkaar te verzoenen? Welke historische, theoretische, kritische en artistieke bronnen kunnen aangewend worden bij het lezen en het begrijpen van de betekenis van het kunstwerk. De cursus is gestructureerd rond de 4 inleidingen tot het boek Art Since 1900. Modernism – Antimodernism - Postmodernism [ed. Hal Foster, Rosalind Krauss, Yve-Alain Bois & Benjamin H.D. Buchloh (London: Thames and Hudson, 2004)]. De collegereeks bestaat telkens uit een closereading van een van de 4 inleidingen [Hal Foster, “Psychoanalysis in Modernism and as Method”; Benjamin H.D. Buchloh, “The Social History of Art: Models and Concepts”; Yve-Alain Bois, “Formalism and Structuralism”; Rosalind Krauss, “Poststructuralism and Deconstruction”], waarbij de respectievelijke methodologische invalshoeken worden gekaderd en verder uitgelicht. In de daaropvolgende colleges geven studenten referaten op basis van historische en hedendaagse teksten uit een aanvullende literatuurlijst. Hoewel recente theoretische auteurs centraal staan, worden hun standpunten en benaderingen ook historisch gecontextualiseerd. De problematische status van klassieke kunsthistorische methoden in de omgang met moderne en hedendaagse kunst komt ook aan bod, evenals de sterke invloed die andere disciplines (literatuurwetenschap, filosofie, semiologie, sociologie) sinds de jaren zeventig op de bestudering van kunst hebben gehad. Doorheen de cursus wordt bovendien veel aandacht geschonken aan geschriften van kunstenaars. Onderwijsvorm hoorcollege; referaat Toetsvorm werkstuk; mondeling examen Literatuur Syllabus wordt ter beschikking gesteld bij aanvang van de cursus Vereiste voorkennis Bachelordiploma dat toegang biedt tot de master Kunstgeschiedenis. Doelgroep Master studenten Kunstgeschiedenis specialisatie Beeldende Kunst 1800heden Overige informatie De cursus is ook aanbevelenswaardig voor Master studenten Kunstgeschiedenis met specialisatie Kunst, Markt en Connaisseurschap; Master studenten Museumconservator; Research Master studenten Visual Arts, Media and Architecture.

Methodologie beeldende kunst 1800-heden, Ma Vakcode

L_KNMAKGS401 (529404)

Periode

Semester 1


8-6-2012 - Pagina 5 van 20

Credits

5.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator


Docent(en)


Lesmethode(n)

Werkcollege

Doel vak Het kunnen onderkennen en analyseren van de belangrijkste kunsttheoretische, geschiedfilosofische en wetenschapsmethodologische problemen bij de bestudering van de moderne en hedendaagse kunst Inhoud vak In de cursus worden theoretische en methodologische kwesties en posities besproken aan de hand van geselecteerde teksten. Hoewel recente theoretische auteurs centraal staan, worden hun standpunten en benaderingen ook historisch gecontextualiseerd, waarbij onder meer de problematische status van klassieke kunsthistorische methoden in de omgang met moderne en hedendaagse kunst aan bod komt, evenals de sterke invloed die andere disciplines (literatuurwetenschap, filosofie, semiologie, sociologie) sinds de jaren zeventig op de bestudering van kunst hebben gehad. Toetsvorm Werkstuk Literatuur Literatuurlijst Vereiste voorkennis Bachelor Kunstgeschiedenis of ACW Doelgroep Masterstudenten Kunstgeschiedenis met specialisatie 1800- heden en Museumconservator; MPhil- studenten Geschiedenis van de beeldende kunst Overige informatie Inschrijven verplicht via TIS (Letteren)

Museumconservator, praktijkjaar deel 1 Vakcode

L_KAMAMUS012 ()

Credits

24.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Doel vak In de praktijk vertrouwd raken met de werkzaamheden die de taken van een museumconservator in een museum voor beeldende kunst of (cultuur) geschiedenis met zich mee brengen. Leren deze werkzaamheden zelfstandig te verrichten.


8-6-2012 - Pagina 6 van 20

Inhoud vak Het praktijkjaar wordt gevolgd in één van de volgende musea: het Rijksmuseum, het Stedelijk Museum Amsterdam, het Van Gogh Museum, het Amsterdam Museum, het Tropenmuseum, het Centraal Museum in Utrecht, Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam en het Kröller Müller Museum in Otterlo. De concrete inhoud van het praktijkjaar is steeds afhankelijk van aard, doelstelling en programma van het museum en de afdeling waar de student wordt geplaatst. In elk museum komen de volgende aspecten aan bod: organisatie en beleid, in het bijzonder de werkzaamheden van de afdeling waaraan de student is toegevoegd; onderzoek, in het bijzonder collectie-gebonden onderzoek (registratie, documentatie en beschrijving van objecten); art-handling (gangen van een kunstwerk binnen en buiten eem museum en vigerende procedures); restauratie en conservering; de representatieve kant van het conservatorschap; voorbereiding van en medewerking aan de totstandkoming van een presentatie of tentoonstelling. Onderwijsvorm Stage Toetsvorm Een aantal onderdelen wordt afgesloten met een verslag. Andere worden besproken in tussentijdse evaluaties en in de afsluitende beoordeling. Over de werkzaamheden worden dossierverslagen gemaakt, afgerond met een competentieverslag, volgens de daartoe uitgereikte richtlijnen. Begeleiders zijn de conservatoren ter plekke; samen met de universitaire stagebegeleider zijn zij verantwoordelijk voor de beoordelingen. Vereiste voorkennis Het vak Verzamelen en presenteren (a+b, 12pt) en de keuzemodules (18pt) dienen afgerond te zijn voor het begin van het praktijkjaar op 1 februari. Doelgroep Uitsluitend studenten van de masteropleiding Museumconservator Overige informatie Het praktijkjaar is verdeeld over twee studiejaren. Uitgegaan wordt van een volledige weektaak, waarin eens per twee weken een collegedag wordt gereserveerd voor Museumproblematiek.

Museumconservator, praktijkjaar deel 1, Ma Vakcode

L_KAMAMUS003 (527671)

Periode

Semester 2

Credits

25.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Docent(en)

drs. S.J. Konijn

Lesmethode(n)

Practicum

Doel vak In de praktijk vertrouwd raken met de werkzaamheden die de taken van de museumconservator in een museum voor beeldende kunst of


8-6-2012 - Pagina 7 van 20

(cultuur)geschiedenis met zich mee brengen. Leren deze werkzaamheden zelfstandig te verrichten. Inhoud vak Het praktijkjaar wordt gevolgd in één van de volgende musea: het Rijksmuseum, het Stedelijk Museum, het Van Gogh Museum, het Amsterdams Historisch Museum, het Tropenmuseum, het Centraal Museum in Utrecht, Museum Boijmans in Rotterdam of Museum Kröller- Müller in Otterloo. De concrete inhoud van het praktijkjaar is steeds afhankelijk van aard, doelstelling en programma van het museum en de afdeling waar de student wordt geplaatst. In elk museum komen de volgende aspecten aan bod: organisatie en beleid, in het bijzonder de werkzaamheden van de afdeling waaraan de student is toegevoegd; onderzoek, in het bijzonder collectie- gebonden onderzoek (registratie, beschrijving en documentatie van objecten); art- handling (gangen van een kunstwerk binnen en buiten het museum en vigerende procedures); restauratie en conservering; de representatieve kant van het conservatorschap; voorbereiding van en (mede)werking aan de totstandkoming van een presentatie of tentoonstelling. Toetsvorm Een aantal onderdelen wordt afgesloten met een schriftelijke opdracht; andere worden besproken in tussentijdse evaluaties en in de afsluitende beoordeling. Over de werkzaamheden worden dossier-verslagen gemaakt, afgerond met een competentieverslag. Begeleiders zijn de conservatoren ter plekke samen met de universitaire begeleiders zijn zij verantwoordelijk voor de beoordeling. Vereiste voorkennis Theorie en geschiedenis van het verzamelen en presenteren en twee master-modulen vakspecifiek. Doelgroep Uitsluitend studenten die de selectie voor master opleiding Museumconservator gepasseerd zijn. Overige informatie - Het praktijkjaar is verdeeld over twee studiejaren. - Uitgegaan wordt van een volledige werktaak, waarin eens per twee weken een collegedag wordt gereserveerd voor Museumproblematiek.

Museumconservator, praktijkjaar deel 2 Vakcode

L_KAMAMUS013 ()

Credits

36.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Doel vak In de praktijk vertrouwd raken met de werkzaamheden die de taken van een museumconservator in een museum voor beeldende kunst of (cultuur) geschiedenis met zich mee brengen. Leren deze werkzaamheden zelfstandig te verrichten.


8-6-2012 - Pagina 8 van 20

Inhoud vak Het praktijkjaar wordt gevolgd in één van de volgende musea: het Rijksmuseum, het Stedelijk Museum Amsterdam, het Van Gogh Museum, het Amsterdam Museum, het Tropenmuseum, het Centraal Museum in Utrecht, Museum Boijmans van Beuningen in Rotterdam en het Kröller Müller Museum in Otterlo. De concrete inhoud van het praktijkjaar is steeds afhankelijk van aard, doelstelling en programma van het museum en de afdeling waar de student wordt geplaatst. In elk museum komen de volgende aspecten aan bod: organisatie en beleid, in het bijzonder de werkzaamheden van de afdeling waaraan de student is toegevoegd; onderzoek, in het bijzonder collectie-gebonden onderzoek (registratie, documentatie en beschrijving van objecten); art-handling (gangen van een kunstwerk binnen en buiten eem museum en vigerende procedures); restauratie en conservering; de representatieve kant van het conservatorschap; voorbereiding van en medewerking aan de totstandkoming van een presentatie of tentoonstelling. Onderwijsvorm Stage Toetsvorm Een aantal onderdelen wordt afgesloten met een verslag. Andere worden besproken in tussentijdse evaluaties en in de afsluitende beoordeling. Over de werkzaamheden worden dossierverslagen gemaakt, afgerond met een competentieverslag, volgens de daartoe uitgereikte richtlijnen. Begeleiders zijn de conservatoren ter plekke; samen met de universitaire stagebegeleider zijn zij verantwoordelijk voor de beoordelingen. Vereiste voorkennis Het vak Verzamelen en presenteren (a+b, 12pt) en de keuzemodules (18pt) dienen afgerond te zijn voor het begin van het praktijkjaar op 1 februari. Doelgroep Uitsluitend studenten van de masteropleiding Museumconservator Overige informatie Het praktijkjaar is verdeeld over twee studiejaren. Dit is het tweede jaar.

Museumconservator, praktijkjaar deel 2a, Ma Vakcode

L_KAMAMUS004 (527672)

Periode

Semester 1

Credits

25.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Doel vak In de praktijk vertrouwd raken met de werkzaamheden die de taken van de museumconservator in een museum voor beeldende kunst of (cultuur) geschiedenis met zich mee brengen. Leren deze werkzaamheden zelfstandig te verrichten.


8-6-2012 - Pagina 9 van 20

Inhoud vak Het praktijkjaar wordt gevolgd in één van de volgende musea: het Rijksmuseum, het Stedelijk Museum, het Van Gogh Museum, het Amsterdams Historisch Museum, het Tropenmuseum, het Centraal Museum in Utrecht, het Museum Boijmans in Rotterdam of Museum Kröller- Müller in Otterlo. De concrete inhoud van het praktijkjaar is steeds afhankelijk van aard, doelstelling en programma van het museum en de afdeling waar de student wordt geplaatst. In elk museum komen de volgende aspecten aan bod: organisatie en beleid, in het bijzonder de werkzaamheden van de afdeling waaraan de student is toegevoegd; onderzoek, in het bijzonder collectie- gebonden onderzoek (registratie, beschrijving en documentatie van objecten); art- handling (gangen van een kunstwerk binnen en buiten het museum en vigerende procedures); restauratie en conservering; de representatieve kant van het conservatorschap; voorbereiding van en (mede)werking aan de totstandkoming van een presentatie of tentoonstelling. Toetsvorm Een aantal onderdelen wordt afgesloten met een schriftelijke opdracht; andere worden besproken in tussentijdse evaluaties en in de afsluitende beoordeling. Over de werkzaamheden worden dossier-verslagen gemaakt, afgerond met een competentieverslag. Begeleiders zijn de conservatoren ter plekke; samen met de universitaire begeleiders zijn zij verantwoordelijk voor de beoordeling. Vereiste voorkennis Theorie en geschiedenis van het verzamelen en presenteren en twee master modulen vakspecifiek Doelgroep Uitsluitend studenten die de selectie van master opleiding Museumconservator gepasseerd zijn Overige informatie - Het praktijkjaar is verdeeld over twee studiejaren. - Uitgegaan wordt van een volledige werktaak, waarin eens per twee weken een collegedag wordt gereserveerd voor Museumproblematiek.

Museumconservator, praktijkjaar deel 2b, Ma Vakcode

L_KAMAMUS005 (527673)

Periode

Semester 2

Credits

10.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Docent(en)

drs. S.J. Konijn

Lesmethode(n)

Practicum

Doel vak In de praktijk vertrouwd raken met de werkzaamheden die de taken van de museumconservator in een museum voor beeldende kunst of (cultuur) geschiedenis met zich mee brengen. Leren deze werkzaamheden zelfstandig te verrichten.


8-6-2012 - Pagina 10 van 20

Inhoud vak Het praktijkjaar wordt gevolgd in één van de volgende musea: het Rijksmuseum, het Stedelijk Museum, het Van Gogh Museum, het Amsterdams Historisch Museum, het Tropenmuseum, het Centraal Museum in Utrecht, Museum Boijmans in Rotterdam of Museum Kröller- Müller in Otterlo. De concrete inhoud van het praktijkjaar is steeds afhankelijk van aard, doelstelling en programma van het museum en de afdeling waar de student wordt geplaatst. In elk museum komen de volgende aspecten aan bod: organisatie en beleid, in het bijzonder de werkzaamheden van de afdeling waaraan de student is toegevoegd; onderzoek, in het bijzonder; collectie- gebonden onderzoek (registratie, beschrijving en documentatie van objecten); art- handling (gangen van een kunstwerk binnen en buiten het museum en vigerende procedures); restauratie en conservering; de representatieve kant van het conservatorschap; voorbereiding van en (mede)werking aan de totstandkoming van een presentatie of tentoonstelling. Toetsvorm Een aantal onderdelen wordt afgesloten met een schriftelijke opdracht; andere worden besproken in tussentijdse evaluaties en in de afsluitende beoordeling. Over de werkzaamheden worden dossierverslagen gemaakt, afgerond met een competentieverslag. Begeleiders zijn de conservatoren ter plekke; samen met de universitaire begeleiders zijn zij verantwoordelijk voor de beoordeling. Vereiste voorkennis Theorie en geschiedenis van het verzamelen en presenteren en twee master- modulen vakspecifiek Doelgroep Uitsluitend studenten die de selectie van masteropleiding Museumconservator gepasseerd zijn Overige informatie - Het praktijkjaar is verdeeld over twee studiejaren. - Uitgegaan wordt van een volledige werktaak, waarin eens per twee weken een collegedag wordt gereserveerd voor Museumproblematiek.

Museumconservator, verzamelen en presenteren a Vakcode

L_KAMAMUS008 ()

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Doel vak Verdieping van kennis en inzicht op het terrein van recente theorieën over verzamelen en presenteren van objecten van kunst en cultuur, steeds in historisch verband bezien. Theoretisch en historisch geörienteerde voorbereiding op het praktijkjaar en het practicum over actuele museumproblematiek van de masteropleiding Museumconservator. Inhoud vak


8-6-2012 - Pagina 11 van 20

Deze cursus deel a aan de UvA is (samen met het VU-onderdeel a) opgedeeld in vier blokken, waarin de volgende thema's centraal staan: kunstmusea en het fenomeen van de globalisering; opvattingen over de gemengde presentatie van kunst en geschiedenis; verschuivingen in verzamelbeleid en collectievorming; en als vierde en laatste, functies van collectiepresentaties en tentoonstellingen. Onderwijsvorm Hoorcollege, discussiecollege, museumpracticum Toetsvorm Referaat, literatuurverslag, paper Literatuur Als handboeken worden gebruikt: Ellinoor Bergvelt, Debora J. Meijers, Mieke Rijnders (red.), Kabinetten, galerijen en musea. Het verzamelen en presenteren van naturalia en kunst van 1500 tot heden, Zwolle 2005; Andrew McClellan, The Art Museum from Boullée to Bilbao, Berkeley/Los Angeles 2008. Overige literatuur wordt opgegeven via blackboard. Doelgroep Studenten van de masteropleiding Museumconservator; studenten van de masteropleiding Kunstgeschiedenis met specialisatie Beeldende kunst of Kunst, Markt en Connaisseurschap; ook voor Museumstudies (UvA). Overige informatie De master Museumconservator wordt door UvA en VU gezamenlijk aangeboden. Dit onderdeel aan de UvA vormt één geheel met onderdeel b aan de VU (gezamenlijk 12 stp).

Museumconservator, verzamelen en presenteren b Vakcode

L_KAMAMUS009 ()

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Doel vak Verdieping van kennis en inzicht op het terrein van recente theorieën over verzamelen en presenteren van objecten van kunst en cultuur, steeds in historisch verband bezien. Theoretisch en historisch geörienteerde voorbereiding op het praktijkjaar en het practicum over actuele museumproblematiek van de masteropleiding Museumconservator. Inhoud vak Deze cursus deel b aan de VU is (samen met het UvA-onderdeel a 545014) opgedeeld in vier blokken, waarin de volgende thema"s centraal staan: kunstmusea en het fenomeen van de globalisering; opvattingen over de gemengde presentatie van kunst en geschiedenis; verschuivingen in verzamelbeleid en collectievorming; en als vierde en laatste, functies van collectiepresentaties en tentoonstellingen. Onderwijsvorm Hoorcollege, discussiecollege, museumpracticum


8-6-2012 - Pagina 12 van 20

Toetsvorm Referaat, literatuurverslag, paper Literatuur Als handboeken worden gebruikt: Ellinoor Bergvelt, Debora J. Meijers, Mieke Rijnders (red.), Kabinetten, galerijen en musea. Het verzamelen en presenteren van naturalia en kunst van 1500 tot heden, Zwolle 2005; Andrew McClellan, The Art Museum from Boullée to Bilbao, Berkeley/Los Angeles 2008. Overige literatuur wordt opgegeven via blackboard. Doelgroep Studenten van de masteropleiding Museumconservator; studenten van de masteropleiding Kunstgeschiedenis met specialisatie Beeldende kunst of Kunst, Markt en Connaisseurschap; ook voor Museumstudies (UvA). Overige informatie De master Museumconservator wordt door UvA en VU gezamenlijk aangeboden. Dit onderdeel aan de VU vormt één geheel met onderdeel a aan de UvA (gezamenlijk 12pt).

Museumconservator, verzamelen/presenteren a, Ma Vakcode

L_KAMAMUS006 (545014)

Periode

Periode 1

Credits

5.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Docent(en)

drs. S.J. Konijn

Lesmethode(n)

Werkcollege

Doel vak Verdieping van kennis en inzicht op het terrein van recente theorieën over verzamelen en presenteren van objecten van kunst en cultuur, steeds in historisch verband bezien. Theoretisch en historisch georiënteerde voorbereiding op het praktijkjaar en het practicum over actuele museumproblematiek van de masteropleiding Museumconservator. Inhoud vak Deze cursus deel a aan de UvA is (samen met het VU-onderdeel b 529615) opgedeeld in vier blokken waarin de volgende thema's centraal staan: kunstmusea en het fenomeen van de globalisering; opvattingen over de gemengde presentatie van kunst en geschiedenis; verzamelen en collectievorming, en als vierde en laatste, het museum als tentoonstellingsmachine. Uitgegaan wordt van casussen uit de recente museumpraktijk, telkens bezien in het licht van oplossingen die in de loop van de geschiedenis zijn ontwikkeld. Toetsvorm Referaat en schriftelijke opdrachten Literatuur Wordt nader bekendgemaakt


8-6-2012 - Pagina 13 van 20

Doelgroep Studenten van de masteropleiding Museumconservator. Voor studenten van andere masteropleidingen geldt een gewogen toelating, en het voorbehoud dat er voldoende plaats moet zijn. Overige informatie - De master Museumconservator wordt door UvA en VU gezamenlijk aangeboden - Dit onderdeel aan de UvA vormt samen met het onderdeel 529615 aan de VU een geheel - Inschrijven verplicht via TIS

Museumconservator, verzamelen/presenteren b, Ma Vakcode

L_KAMAMUS007 (529615)

Periode

Periode 2

Credits

5.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Docent(en)

drs. S.J. Konijn

Lesmethode(n)

Werkcollege

Doel vak Verdieping van kennis en inzicht op het terrein van recente theorieën over verzamelen en presenteren van objecten van kunst en cultuur, steeds in historisch verband bezien. Theoretisch en historisch georiënteerde voorbereiding op het praktijkjaar en het practicum over actuele museumproblematiek van de masteropleiding Museumconservator. Inhoud vak Deze cursus deel b aan de VU is (samen met het UvA-onderdeel a 545014) opgedeeld in vier blokken waarin de volgende thema's centraal staan: kunstmusea en het fenomeen van de globalisering; opvattingen over de gemengde presentatie van kunst en geschiedenis; verzamelen en collectievorming, en als vierde en laatste, het museum als tentoonstellingsmachine. Uitgegaan wordt van casussen uit de recente museumpraktijk, telkens bezien in het licht van oplossingen die in de loop van de geschiedenis zijn ontwikkeld. Toetsvorm Referaat en schriftelijke opdrachten Literatuur Wordt nader bekendgemaakt Doelgroep Studenten van de masteropleiding Museumconservator. Voor studenten van andere masteropleidingen geldt een gewogen toelating, en het voorbehoud dat er voldoende plaats moet zijn. Overige informatie - De master Museumconservator wordt door UvA en VU gezamenlijk aangeboden


8-6-2012 - Pagina 14 van 20

- Dit onderdeel aan de VU vormt samen met het onderdeel 545014 aan de UvA een geheel - Inschrijven verplicht via TIS

Museumproblematiek a Vakcode

L_KAMAMUS010 ()

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Doel vak Verdieping van kennis van en inzicht in het museumlandschap in Nederland en daarbuiten en het functioneren van musea van beeldende kunst en (cultuur)geschiedenis. De module dient als platform waar de studenten hun ervaringen van het praktijkjaar kunnen uitwisselen en in een bredere samenhang leren plaatsen. Inhoud vak De aandacht gaat uit naar de actuele museumproblematiek en spitst zich toe op verzamelbeleid, collectieonderzoek, restauratie-ethiek en presentatie. Voorop staat discussie, onderling en met deskundigen, aan de hand van praktijkvoobeelden. Daartoe wordt recente literatuur bestudeerd en worden musea en andere relevante instellingen in binnen en buiteneland bezocht. Een door de studenten voorbereide buitenlandse excursie van ongeveer vijf dagen (in totaal tien dagen met die van Museumproblematiek a erbij) maakt deel uit van het programma. Onderwijsvorm Discussiecollege, practicum Toetsvorm Actieve deelname aan discussies, voorbereiding bezoeken aan het werkveld, symposiumverslag, excursiedeelname en excursiereferaat Literatuur Wordt nader opgegeven Vereiste voorkennis Verzamelen en presenteren a+b (12pt) en keuzemodules (18pt) dienen afgerond te zijn. Doelgroep Deze module is alleen toegankelijk voor studenten van de master Museumconservator Overige informatie Deze module wordt gevolgd aan de UvA tijdens het praktijkjaar van de opleiding en vormt één geheel met Museumproblematiek b, die aan de VU wordt gevolgd.

Museumproblematiek a, Ma Vakcode


L_KAMAMUS001 (545013)

8-6-2012 - Pagina 15 van 20

Periode

Semester 2

Credits

5.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Docent(en)

drs. S.J. Konijn

Lesmethode(n)

Werkcollege, Excursie

Doel vak Verdieping van kennis van en inzicht in het reilen en zeilen van musea voor beeldende kunst en (cultuur)geschiedenis Inhoud vak De module dient als platform waar de studenten tijdens hun praktijkjaar hun ervaringen in het museum kunnen uitwisselen en in een bredere samenhang leren plaatsen. De aandacht gaat uit naar de actuele museumproblematiek en spitst zich toe op verzamelbeleid, collectieonderzoek, restauratie-ethiek en presentatie. Voorop staat discussie, onderling en met deskundigen, aan de hand van praktijkvoorbeelden. Daartoe wordt recente literatuur bestudeerd en worden musea en andere relevante instellingen in binnen en buitenland bezocht. Een door de studenten voorbereide buitenlandse excursie van ongeveer vijf dagen (in totaal tien dagen met Museumproblematiek b erbij) maakt deel uit van het programma. Toetsvorm Actieve deelname aan discussies, voorbereiding werkbezoeken, bibliografieopdracht, excursiereferaat Doelgroep Deze module is alleen toegankelijk voor de studenten van de master opleiding Museumconservator Overige informatie - Deze module wordt gevolgd aan de UvA tijdens het praktijkjaar van de opleiding en vormt één geheel met Museumproblematiek b (527603). - Inschrijven verplicht via TIS aan de VU - Ook aanmelden bij de UvA

Museumproblematiek b Vakcode

L_KAMAMUS011 ()

Credits

6.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Doel vak Verdieping van kennis van en inzicht in het museumlandschap in Nederland en daarbuiten en het functioneren van musea van beeldende kunst en (cultuur)geschiedenis. De module dient als platform waar de studenten hun ervaringen van het praktijkjaar kunnen uitwisselen en in een bredere samenhang leren plaatsen.


8-6-2012 - Pagina 16 van 20

Inhoud vak De aandacht gaat uit naar de actuele museumproblematiek en spitst zich toe op verzamelbeleid, collectieonderzoek, restauratie-ethiek en presentatie. Voorop staat discussie, onderling en met deskundigen, aan de hand van praktijkvoobeelden. Daartoe wordt recente literatuur bestudeerd en worden musea en andere relevante instellingen in binnen en buiteneland bezocht. Een door de studenten voorbereide buitenlandse excursie van ongeveer vijf dagen (in totaal tien dagen met die van Museumproblematiek a erbij) maakt deel uit van het programma. Onderwijsvorm Discussiecollege, practicum Toetsvorm Actieve deelname aan discussies, voorbereiding bezoeken aan het werkveld, symposiumverslag, excursiedeelname en excursiereferaat Literatuur Wordt nader opgegeven Vereiste voorkennis Verzamelen en presenteren a+b (12pt) en keuzemodules (18pt) dienen afgerond te zijn. Doelgroep Deze module is alleen toegankelijk voor studenten van de master Museumconservator Overige informatie Deze module wordt gevolgd aan de VU tijden het praktijkjaar van de opleiding en vormt één geheel met Museumproblematiek a, die aan de UvA wordt gevolgd.

Museumproblematiek b, Ma Vakcode

L_KAMAMUS002 (527603)

Periode

Periode 1

Credits

5.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator

drs. S.J. Konijn

Docent(en)

drs. S.J. Konijn

Lesmethode(n)

Werkcollege

Doel vak Verdieping van kennis van en inzicht in het reilen en zeilen van musea voor beeldende kunst en (cultuur)geschiedenis Inhoud vak De module dient als platform waar de studenten tijdens hun praktijkjaar hun ervaringen in het museum kunnen uitwisselen en in een bredere samenhang leren plaatsen. De aandacht gaat uit naar de actuele museumproblematiek en spitst zich toe op verzamelbeleid, collectieonderzoek, restauratie-ethiek en presentatie. Voorop staat


8-6-2012 - Pagina 17 van 20

discussie, onderling en met deskundigen, aan de hand van praktijkvoorbeelden. Daartoe wordt recente literatuur bestudeerd en worden musea en andere relevante instellingen in binnen en buitenland bezocht. Een door de studenten voorbereide buitenlandse excursie van ongeveer vijf dagen (in totaal tien dagen met Museumproblematiek a erbij) maakt deel uit van het programma. Toetsvorm Actieve deelname aan discussies, voorbereiding weekbezoeken, symposiumverslag, excursiereferaat Doelgroep Deze module is alleen toegankelijk voor de studenten van de master opleiding Museumconservator Overige informatie - Deze module wordt gevolgd aan de VU tijdens het praktijkjaar van de opleiding en vormt één geheel met Museumproblematiek a (545013) welke aan de UvA gevolgd wordt - Inschrijven verplicht via TIS

Seminar Bijzondere vraagstukken Vakcode

L_KAMAKGS011 ()

Credits

9.0

Voertaal

Nederlands

Faculteit


Coördinator


Doel vak Initiatie in wetenschappelijk onderzoek in aansluiting met lopend onderzoek van staf Beeldende Kunst; individueel en in groepsverband onderzoeksvragen bepalen, formuleren en uitwerken; presenteren, zowel schriftelijk als mondeling, van het verloop van het onderzoek en de resultaten ervan. Inhoud vak Onder de koepel van de Bijzondere Vraagstukken worden jaarlijks wisselende werkcolleges aangeboden die nauw aansluiten bij lopend onderzoek van de staf Beeldende Kunst of kaderen binnen specifieke onderzoeksprojecten en -initiatieven (publicaties, tentoonstellingen, conferentie). Deze gerichte werkcolleges bieden studenten de gelegenheid om, onder intensieve begeleiding van docenten, zich methodisch en inhoudelijk voor te bereiden op het onderzoekswerk voor de masterscriptie. Werkcolleges worden in Nederlands en Engels gedoceerd [NL / E]. Tijdens het academiejaar 2011-12 worden de volgende onderwerpen aangeboden: 1. Display; dr. Frits Scholten [NL]; 2. Art in the Netherlands, 1960-present; dr. Jos ten Berge [E]; 3. Séances: a program of film sessions, past & present; dr. Sven Lütticken & dr. Eric de Bruyn (University Leiden) [E]; 4. Hannah Arendt’s Crisis in Culture; drs. Jeremiah Day [E]; 5. Tinguely and Transmissibility; Prof. dr. Jae Emerling Onderwijsvorm Hoorcollege; werkcollege; excursie (onder voorbehoud); actieve deelname


8-6-2012 - Pagina 18 van 20

Toetsvorm Referaat, werkstuk Literatuur Nader te bepalen Vereiste voorkennis Bachelordiploma dat toegang biedt tot de master Kunstgeschiedenis. Doelgroep Masterstudenten Kunstgeschiedenis

Seminar Dutch Art 1960-present Course code

L_KNMAKGS006 (529614)

Period

Semester 1

Credits

10.0

Language of tuition

English

Faculty


Coordinator

dr. J.P. ten Berge

Teaching staff

dr. J.P. ten Berge

Teaching method(s)

Seminar

Course objective Learn to purport research autonomously, both individually and in team. Learn to present and discuss research results in both oral and written form. Course content Students of this seminar will do preparatory research for a publication on art since the 1960s in the Netherlands, to be published in 2012. The publication will discuss the historical development of art in postwar Netherlands in relation to the political, social and cultural context. Students will map the historical situation of the Dutch artworld since the 1960s by researching individuals (influential artists, museum directors, curators, art critics and collectors); events (exhibitions and art festivals); institutions (art academies, museums, galleries); art journals and official art and museum policy. Are there specific conditions to discern that caused art in the Netherlands to develop differently than elsewhere, in terms of production, presentation as well as reception? Did the Dutch develop a proper vernacular within the international context and framework of the postwar artworld? Form of tuition Seminar. Students will work alone or in duo, performing literature and archival research on subjects that have been defined by the editorial board of the publication, Results will be discussed during the seminar on a regular basis. A mini- symposium will be organized at the end to allow the students to present and discuss the research results. Type of assessment Active participation, report and written paper


8-6-2012 - Pagina 19 van 20

Course reading Will be announced during the lecture Entry requirements Bachelor degree in Art History or Comparative Arts and Media Studies; students participating in this seminar are requested to have a basic knowledge of Dutch. Target group Master's students in Art History, Comparative Arts and Media Studies and Museum Curator; MPhil- students in Visual Arts, Media and Architecture Remarks - Students who participate in this seminar are expected to have a substantial understanding of written and spoken Dutch, in order to read and interpret primary source material, to interview historical protagonists and to write abstracts for the website of ICN (the Netherlands Institute for Cultural Heritage). - Classes will be both in English and Dutch - Registration via TIS obligatory


8-6-2012 - Pagina 20 van 20

Museumconservator (Ma) Vrije Universiteit Amsterdam - Faculteit der Letteren - M Museumconservator

Recommend Documents